Afghanistan - Defensie

KAIA Lead Nation
Het noorden niet kwijt
De internationale luchthaven van Kaboel is als de aorta van
Afghanistan, levensnoodzakelijk en fragiel tegelijk. Eén jaar lang
stond ons land aan het roer van deze belangrijke luchthaven.
BELGIË NAM OP 1 OKTOBER 2007
als leidende natie de taak op
zich om Kabul International Airport
(KAIA) de klok rond operationeel te
houden. Met de media-aandacht rond de
F-16’s in Kandahar dreigde de bevelsoverdracht
aan Hongarije op de achtergrond te
geraken. In 2005 voerden Belgische F-16’s,
vanop deze luchthaven trouwens, ook al
gewapende luchtsteunoperaties uit voor de
ISAF-troepen. Wat de Belgen in de voorbije
twaalf maanden presteerden, is echter ook
meer dan het vermelden waard.
Onder Belgisch bevel steeg het luchtverkeer
maandelijks met zes procent. “In
augustus kende de luchthaven gemiddeld
driehonderd vliegbewegingen per dag.
Evenveel als bijvoorbeeld Charleroi”, evalueert
kolonel René Demortier, de luchthavencommandant.
Het personeel van de leidende natie zorgt
onder meer voor het onderhoud, de brandstofvoorraden
en de verkeersleiding. Ook
de vracht- en passagiersafhandeling horen
bij de opdracht. Loopt het op KAIA mis,
dan heeft dit een impact op alle troepen
op het terrein. De militaire luchthaven verwerkt
immers ongeveer duizend ton vracht
per week, waaronder de voedingsmiddelen
voor zestigduizend ISAF-militairen
verspreid over heel Afghanistan. Per dag
neemt hier een driehonderdtal passagiers
het vliegtuig, op doorreis tussen hun operatieplek
en hun land. Blijven ze overnachten,
dan logeert het detachement hen in de
huisvestingsfaciliteiten op de luchthaven.
ISAF: International Security Assitance Force.
De bouwwerf op de nieuwe site.
DIRECT 2008/17 [2
Binnen afzienbare termijn wil ISAF de
luchthaven grotendeels in lokale handen
geven. Daarom is de leidende natie verantwoordelijk
voor de opleiding van het
Afghaanse luchthavenpersoneel.
Een gigantische bouwwerf
Door de trafiektoename zoekt de burgerluchthaven
expansieruimte. In 2005 vroeg
de Afghaanse regering daarom de terreinen
terug. Waar vandaag nog logementscontainers
staan, start in september 2009
de werf voor een nieuwe vertrekhal.
Uiterlijk eind augustus 2009 draagt ISAF
het volledig gesaneerde terrein over aan de
Afghanen. Tegen die tijd moeten alle faciliteiten
voor militair luchttransport, loge-
ment en catering verhuizen naar een gebied
aan de noordkant van de luchthaven. Daar
bouwt de NAVO moderne installaties.
“Op een oppervlakte dubbel zo groot als
de huidige site bouwen we in een eerste fase
dertig impactbestendige complexen”, weet
de Amerikaanse kolonel Finn, die het project
opvolgt. Zo komen er loodsen voor luchtvrachtafhandeling,
een nieuw hospitaal,
sportaccommodatie en woonblokken.
“De grote uitdaging is om in één nacht
alle vliegoperaties naar de overkant te
verhuizen zonder de luchthaven te ontregelen.
Vanaf 1 mei 2009 parkeren alle
vliegtuigen bij de nieuwe installaties”,
weet kolonel Demortier, die bij de verhuisplanning
betrokken is.
Na 1 oktober nam een Belg de taak van
plaatsvervangende luchthavencommandant,
de tweede in bevel, op zich. Ook de
noodzakelijke bescherming van de luchthaven
bleef in onze handen. Onze land levert
hiervoor het grootste contingent op KAIA.
Op de verkeerstoren beleven de luchtverkeersleiders drukke dagen.
Met 300 vliegbewegingen per dag is de luchthaven even groot als Charleroi.
[ K.V. ]
Jürgen Braekevelt
Nicolas Deplanque