05.09.2013 Views

Downloaden - Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei

Downloaden - Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei

Downloaden - Regionaal Landschap Pajottenland & Zennevallei

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Word landschapsbouwer!<br />

Aanleg en onderhoud van<br />

kleine landschapselementen<br />

1/63


2/63


Inhoud<br />

1. Word landschapsbouwer! ................................................................................... 4<br />

1.1 Ga zelf aan de slag....................................................................................... 4<br />

1.2 Het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong>? ............................................................................. 4<br />

2. Historisch onderzoek......................................................................................... 5<br />

2.1 Inleiding ..................................................................................................... 5<br />

2.2 Kaarten ...................................................................................................... 6<br />

Ferrariskaart .................................................................................................. 6<br />

Poppkaart...................................................................................................... 7<br />

Vander Maelen ............................................................................................... 7<br />

Militaire kaart................................................................................................. 7<br />

Topografische kaart ........................................................................................ 7<br />

2.3 Andere bronnen ........................................................................................... 8<br />

Atlas der Buurtwegen ...................................................................................... 8<br />

Biologische Waarderingskaart ........................................................................... 8<br />

Bodemkaart ................................................................................................... 9<br />

Gewestplan.................................................................................................... 9<br />

Kadasterplan.................................................................................................. 9<br />

<strong>Landschap</strong>satlas ........................................................................................... 10<br />

Luchtfoto..................................................................................................... 10<br />

2.4 Traditionele landschappen ........................................................................... 10<br />

2.5 Toegepast op een voorbeeldproject............................................................... 13<br />

3. <strong>Landschap</strong>selementen ..................................................................................... 20<br />

3.1 Inleiding ................................................................................................... 20<br />

3.2 Hagen en heggen....................................................................................... 22<br />

3.3 Houtkant en Vogelbosje .............................................................................. 29<br />

3.4 Bomen(rijen)............................................................................................. 35<br />

3.5 Boomgaarden ............................................................................................ 40<br />

3.6 Poelen ...................................................................................................... 51<br />

3.6 Knotbomen ............................................................................................... 53<br />

3.7 Overige landschapselementen...................................................................... 55<br />

Bloemenakker, bloemenweide en hooiland-/maaibeheer ..................................... 55<br />

Holle weg .................................................................................................... 56<br />

Kleinfruit ..................................................................................................... 56<br />

Leifruit ........................................................................................................ 57<br />

Takkenril ..................................................................................................... 57<br />

3.8 Toegepast op een voorbeeldproject............................................................... 58<br />

4. Slot en colofon ............................................................................................... 63<br />

3/63


1. Word landschapsbouwer!<br />

1.1 Ga zelf aan de slag<br />

Heel wat Pajotten zijn eigenaar van<br />

prachtige stukjes landschap: tuinen,<br />

hagen, weiden... Hebt u zelf zo’n mooi<br />

stukje <strong>Pajottenland</strong>? Ga aan de slag<br />

met deze praktijkhandleiding en word<br />

fiere landschapsbouwer.<br />

Laat u inspireren door oud kaart-<br />

materiaal en voer een historisch onderzoek naar uw tuin<br />

of buurt. Herstel kleine landschapselementen: boom-<br />

gaarden, poelen, hagen... of leg er nieuwe aan. Kies<br />

streekeigen planten voor meer natuur en een mooier<br />

landschap.<br />

Elk landschapsplan start met een historisch kaartenonderzoek. Dit geeft inspiratie voor<br />

landschapsherstel, in evenwicht met het huidige gebruik en wensen. Op die manier wordt<br />

de omgeving landschappelijk ingekleed en krijgen historische landschapselementen weer<br />

aandacht.<br />

Deze handleiding werd opgemaakt door <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën in<br />

kader van het project ‘Groetjes uit het <strong>Pajottenland</strong>’ en wil graag helpen bij de uitvoering<br />

van uw project op het terrein. Deze nota heeft niet de intentie volledig te zijn, maar wil u<br />

graag een mogelijk antwoord bieden op uw vragen.<br />

1.2 Het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong>?<br />

Regionale landschappen zijn samenwerkingsverbanden tussen gebruikers van de open<br />

ruimte (landbouwers, recreanten, natuurliefhebbers, jagers…) en lokale overheden<br />

(provincie en gemeenten). Binnen een vzw-structuur ontwikkelt een team van<br />

medewerkers activiteiten rond duurzame streekontwikkeling, rekening houdend met de<br />

huidige en mogelijke kwaliteiten van de aanwezige natuur, het landschap en de<br />

streekidentiteit.<br />

4/63


Onder andere landschapszorg, bos- en natuurbeheer, biodiversiteit, duurzame landbouw,<br />

natuureducatie en –recreatie behoren tot het takenpakket. Via projectrealisaties op het<br />

terrein en publieksactiviteiten willen we mensen actief betrekken bij het behoud en de<br />

ontwikkeling van natuur en landschap in hun regio.<br />

Het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën promoot en ondersteunt het aanplanten<br />

en herstellen van kleine landschapselementen. In kader van een bepaald project doet het<br />

<strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> al eens een oproep om in landschappelijke interessante gebieden<br />

voorbeeldprojecten te realiseren. Zowel gemeenten als privé eigenaars kunnen op deze<br />

oproep reageren.<br />

Hou onze website in het oog als u interesse heeft in een samenwerking rond<br />

landschapsherstel in uw buurt.<br />

<strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën<br />

www.rlzzz.be<br />

www.rlzzz.be/projecten/algemene-projectaanvragen/<br />

www.rlzzz.be/doe-het-zelf/<br />

Overzicht van Regionale <strong>Landschap</strong>pen in Vlaanderen<br />

www.regionalelandschappen.be<br />

2. Historisch onderzoek<br />

2.1 Inleiding<br />

Het landschap zoals we dit vandaag kennen is het resultaat van talrijke processen door<br />

de eeuwen heen. De belangrijkste constante hierin zijn de ingrepen van de mens op zijn<br />

omgeving, die altijd bedoeld waren om in zijn levensonderhoud te voorzien. Het is pas de<br />

laatste decennia dat op het platteland ook nieuwe functies (bijv. recreatie) verschijnen.<br />

Aan de hand van bestaande literatuur, opgravingen of historisch beeldmateriaal kunnen<br />

we ons beeld vormen van hoe het landschap in onze contreien door de eeuwen heen<br />

evolueerde, van de kale toendra na de laatste ijstijden tot het rijke cultuurlandschap van<br />

vandaag.<br />

5/63


Pas in 1771 werden de eerste ‘topografische’ kaarten van België getekend. Vanaf die<br />

periode kunnen we aan de hand van tal van historische kaarten reconstrueren hoe het<br />

landschap werd bebouwd, bewerkt en gebruikt.<br />

Koninklijke Bibliotheek van België<br />

www.kbr.be<br />

Nationaal Geografisch Instituut van België<br />

www.ngi.be<br />

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen<br />

www.agiv.be/gis<br />

Oplijsting kaartmateriaal over België<br />

www.educypedia.be/general/belgie.htm<br />

Militaire stafkaarten (19 e en 20 ste eeuw) Wallonië<br />

patrimoine.met.wallonie.be/cartoth%E8que/<br />

Ruimtelijke Ordening van Vlaanderen<br />

www.ruimtelijkeordening.be<br />

Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed<br />

www.vioe.be<br />

Nieuws over archeologie en erfgoed in Vlaanderen<br />

www.archeonet.be<br />

‘De kadasterkaarten van Popp: een sleutel tot uw lokale geschiedenis’, Wouter Ronsijn.<br />

Vaak liggen historische kaarten van een stad of gemeente ook ter inzage in de plaatselijke<br />

bibliotheek of kan je terecht bij een heemkundige kring bij u in de buurt.<br />

2.2 Kaarten<br />

Ferrariskaart<br />

Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden (1771-1778), Graaf de Ferraris.<br />

Graaf Jozef de Ferraris startte in 1771 met het optekenen van het landschap in onze<br />

streek. Dit werk nam 4 jaar in beslag en resulteerde in de eerste ‘handgetekende’<br />

topografische kaart van het huidige België.<br />

Deze kaart is raadpleegbaar via internet.<br />

Nationaal Geografisch Instituut van België<br />

www.ngi.be/NL/NL1-4-2-3.shtm<br />

Legende www.hklille.be/extra1/ferraris_legende.pdf<br />

6/63


Poppkaart<br />

De kadasterkaarten van P.C. Popp (1808-1835)<br />

Na de Franse Revolutie werd gebroken met de eerdere privileges van het Ancien Régime.<br />

Gelijkheid hield in dat iedereen op een evenredige manier zou bijdragen in de<br />

belastingen. Om deze belastingen rechtvaardig te kunnen verdelen moest de staat de<br />

bezittingen van elke burger kennen. Zo besliste Napoleon in 1808 om over te gaan tot de<br />

opmaak van het perceelsgewijs kadaster.<br />

Vander Maelen<br />

Topografische kaart van België op schaal 1:20 000 (1846-1854), Philippe Vander Maelen.<br />

De Vander Maelenkaart is een zwart-witkaart met bijzondere aandacht voor het<br />

wegennet en de bebouwing. Het landgebruik en de groenstructuren werden slechts heel<br />

algemeen aangeduid.<br />

Militaire kaart<br />

Topografische kaart van België, diverse data, Dépôt de la guerre.<br />

De militaire kaart is de eerste officiële topografische kaart van België. Voor het eerst<br />

werd ook het reliëf duidelijk met hoogtelijnen aangegeven.<br />

Topografische kaart<br />

Vanaf 1950 werd gewerkt aan de opmaak van een nieuwe kaart a.d.h.v. luchtfoto’s. Ze<br />

biedt nog steeds de meest gedetailleerde en precieze weergave van het landschap nu. De<br />

recentste versies dateren van 1995. Topografische kaarten onderscheiden zich van<br />

andere kaarten (zoals stadsplannen of wegenkaarten) door hun rijke inhoud, een grote<br />

nauwkeurigheid en de aanwezigheid van hoogtelijnen.<br />

Nationaal Geografisch Instituut van België<br />

www.ngi.be/NL/NL-infoshop.htm?10<br />

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen<br />

www.agiv.be/gis/<br />

7/63


2.3 Andere bronnen<br />

Atlas der Buurtwegen<br />

Buurtwegen vormen vandaag een wezenlijk onderdeel van onze trage verbindingen.<br />

Hoewel de wet van 10 april 1841 op de buurtwegen alle mogelijke aspecten van deze<br />

wegen regelt, bevat ze geen definitie. Die bevoegdheid kwam aan de gemeente toe.<br />

Volgens de wet moest elke gemeente binnen de twee jaar een kaart opmaken van de<br />

buurtwegen op haar grondgebied. Dat gebeurde in de periode 1843-1845. De kaarten<br />

bestaan vandaag nog en zijn bekend onder de naam ‘Atlas der Buurtwegen’. Daarop<br />

staan zowel de buurtwegen in eigendom van de gemeente als de openbare wegen met<br />

een private bedding.<br />

Deze kaart is raadpleegbaar via het internet.<br />

Atlas der Buurtwegen van provincie Vlaams-Brabant<br />

http://gis.vlaamsbrabant.be/webgis/bin/view/AtlasBuurtwegen<br />

Vzw Trage Wegen<br />

www.tragewegen.be<br />

Biologische Waarderingskaart<br />

De Biologische Waarderingskaart (BWK) is een inventarisatie van het biologische milieu<br />

en de bodembedekking van Vlaanderen en Brussel. Een inkleuring in groentinten duidt<br />

de biologische waarde van het milieu op een overzichtelijke wijze. Een ervaren gebruiker<br />

kan uit de kaarten het landschap lezen en in een oogopslag het 'groene' karakter van een<br />

bepaald gebied afleiden.<br />

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen<br />

www.agiv.be/gis<br />

8/63


Bodemkaart<br />

Een bodemkaart is een kaart die informatie geeft over eigenschappen van de bodem. Op<br />

basis van een bodemkaart kan men de geschiktheid van de bodem voor verschillende<br />

functies vaststellen.<br />

Gewestplan<br />

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen<br />

www.agiv.be/gis<br />

Een gewestplan is in Vlaanderen een beleidsdocument waarin de visie van de overheid<br />

wordt uitgedrukt omtrent de toekomstige ruimtelijke ordening. Een gewestplan heeft<br />

betrekking op een deel van een gewest; het omschrijft de bestemmingsgebieden en geeft<br />

aanwijzingen omtrent de verkeerswegen en nutsinfrastructuur. In de gewestplannen<br />

kunnen aanvullende stedenbouwkundige voorschriften opgenomen worden.<br />

De gewestplannen werden door de Vlaamse overheid gemaakt, maar worden niet meer<br />

gewijzigd. Sinds een decreet van 18 mei 1999 worden toekomstige bestemmingen<br />

vastgelegd in ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP's). De gewestplannen blijven gebruikt<br />

worden in gebieden waar nog geen RUP beschikbaar is.<br />

Kadasterplan<br />

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen<br />

www.agiv.be/gis<br />

Het kadasterplan is een kaart van ons land waarop de grenzen en de nummers van ieder<br />

perceel staan vermeld. Deze kaart is onderverdeeld in gemeenten, kadastrale afdelingen<br />

en kadastrale secties. Elk jaar worden de kadastrale plannen vernieuwd.<br />

Een kadaster is een voorstelling van alle onroerende goederen nl. gebouwen en<br />

percelen.<br />

9/63


<strong>Landschap</strong>satlas<br />

De landschapsatlas is een inventaris van alle landschapskenmerken met erfgoedwaarde<br />

die op mesoniveau (1/50.000) relevant zijn. Zowel puntvormige, lijnvormige als<br />

vlakvormige relicten van bovenlokaal belang werden gebiedsdekkend gekarteerd.<br />

De meest waardevolle ensembles werden ankerplaatsen genoemd.<br />

Samenhangende gehelen met belangrijke erfgoedwaarden en een vrij hoge gaafheid<br />

werden gewaardeerd via aanduiding als relictzone met bijbehorende beschrijvingsfiche.<br />

Voor ankerplaatsen en relictzones, kortom gave landschappen, worden specifieke<br />

beleidswenselijkheden geformuleerd.<br />

Luchtfoto<br />

Een luchtfoto is een afbeelding van een gedeelte van het aardoppervlak, gefotografeerd<br />

van uit een hoog standpunt los van het aardoppervlak, veelal vanuit een luchtvaartuig.<br />

Met de huidige technieken is het mogelijk om naast luchtfoto's ook satellietfoto's te<br />

gebruiken voor zeer nauwkeurige registratie van het aardoppervlak. De opnamehoogte<br />

en de atmosferische omstandigheden zijn van grote invloed op de beeldkwaliteit.<br />

Google Maps<br />

http://maps.google.be<br />

2.4 Traditionele landschappen<br />

De indeling van de traditionele landschappen van Vlaanderen dateert van 1985 en was<br />

een eerste poging om de regionale verscheidenheid van de historisch gegroeide<br />

cultuurlandschappen op kaart voor te stellen in hun situatie van voor de grote<br />

veranderingen.<br />

De indeling steunt op zowel fysische en natuurlijke kenmerken zoals reliëf en<br />

bodemgesteldheid, als op cultuurlandschappelijke kenmerken zoals bewoningsvormen,<br />

landgebruik, percelering en landschapstype. Hieruit blijkt het Vlaamse Gewest over een<br />

bijzonder grote landschappelijke diversiteit te beschikken, die echter in een steeds<br />

sneller tempo teloor gaat.<br />

10/63


Het werkingsgebied van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën bedekt het<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong>: ‘het <strong>Pajottenland</strong>’ met hier en daar een uitbreiding naar een<br />

ander Traditioneel <strong>Landschap</strong>. In ons werkingsgebied komt ook 1 bostype (Brabantse<br />

Ardennen) voor en 2 beekvalleien (vallei van de Zenne en van de Mark).<br />

Algemene kaart van Vlaanderen met indeling van de Traditionele <strong>Landschap</strong>pen<br />

www.geoweb.ugent.be/docs/landschapskunde/projecten/traditionele-landschappenvlaanderen/tradla.pdf<br />

Overzicht van de verschillende Traditionele <strong>Landschap</strong>pen<br />

www.geoweb.ugent.be/docs/landschapskunde/projecten/traditionele-landschappenvlaanderen/tradlalijst.pdf<br />

Traditionele <strong>Landschap</strong>pen Vlaanderen: kenmerken en beleidswenselijkheden<br />

www.geoweb.ugent.be/docs/landschapskunde/projecten/traditionele-landschappenvlaanderen/tradlakenmerken.pdf<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> 220140 – <strong>Pajottenland</strong><br />

Het Traditioneel <strong>Landschap</strong> ‘<strong>Pajottenland</strong>’ is onderverdeeld in 3 <strong>Landschap</strong>pelijke<br />

subeenheden: 220141 – <strong>Pajottenland</strong>; 220142 – Land van Edingen; 220143 – Bever –<br />

Akrenbosgebied.<br />

Gemeenten: Bever, het zuidwestelijk deel van Dilbeek, het noordelijk en het zuidelijk<br />

deel van Galmaarden, Gooik, het noordwestelijk deel van Halle, het noordelijk en het<br />

11/63


zuidelijk deel van Herne, Lennik, Liedekerke, Pepingen, Roosdaal, Sint-Pieters-Leeuw en<br />

het zuidwesten van Ternat.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> 220153 – Bellebeek-As<br />

<strong>Landschap</strong>pelijke subeenheid van Land van Merchtem.<br />

Gemeenten: Affligem en het noordelijk deel van Ternat.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> 220160 – Land van Meise-Asse<br />

Gemeenten: noordelijk deel van Dilbeek.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> 730040 – Hallerbos<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> 730000 – Brabantse Ardennen<br />

Tot dit Traditioneel <strong>Landschap</strong> behoren onder andere volgende <strong>Landschap</strong>pelijke<br />

subeenheden: 730020 – Zoniënwoud; 730040 – Hallerbos.<br />

Gemeenten: klein stukje in het zuidoosten van Halle.<br />

Subeenheid: 730050 - Land van Dworp.<br />

Gemeenten: Zuidoosten van Beersel, zuidelijk Sint-Genesius-Rode en het zuidoostelijke<br />

deel van Halle.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> - Beekvallei 921051 – Markvallei<br />

Gemeenten: middenas van Galmaarden en de middenas van Herne.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong> - Beekvallei 921060 – <strong>Zennevallei</strong><br />

Gemeenten: noordwesten van Beersel<br />

12/63


Overige gemeenten<br />

De gemeente Drogenbos heeft geen indeling onder een Traditioneel <strong>Landschap</strong> gekregen<br />

aangezien deze gemeente heel stedelijk is. De stadskern van Halle en Sint-Genesius-<br />

Rode behoren ook niet tot een Traditioneel <strong>Landschap</strong>.<br />

2.5 Toegepast op een voorbeeldproject<br />

Bij elk landschapsproject wordt eerst een historisch onderzoek uitgevoerd. Onderstaand<br />

voorbeeld kadert in het project ‘Groetjes uit het <strong>Pajottenland</strong>’. Bij het begin van het<br />

project is een oproepfolder verspreid via de plaatselijke handelaars. Ook via de pers is de<br />

oproep gelanceerd. De eigenaars van de hoeve, gelegen in de Bosstraat in Pepingen,<br />

reageerden op het artikel in de landschapskrant van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong>.<br />

De hoeve behoorde vroeger tot het Kasteel Ter Rijst. Het Kasteel bezat naast het huidige<br />

Hof Ter Rijst nog vier andere hoeves in de buurt. Op de historische kaarten is de evolutie<br />

van de hoeve onderzocht.<br />

Ferrariskaart<br />

De hoeve is in 1775 nog niet aanwezig. In de buurt zijn een aantal primitieve woningen<br />

met moestuinen aanwezig. De omliggende akkers worden van elkaar gescheiden door<br />

bomenrijen, houtkanten en hagen. Langsheen de straten zijn laanbomen aanwezig.<br />

13/63


Popp- kaart<br />

Voor dit project werd de Popp-kaart niet geraadpleegd.<br />

Vander Maelen<br />

Op de plaats waar de huidige hoeve staat, bevindt zich een L-vormig gebouw. De<br />

woningen in de buurt zijn verminderd in aantal. De woningen zijn omgeven door akkers.<br />

Op deze kaart staat de eerste vermelding van Rue-au-Bois, vermoedelijk de eerste naam<br />

van de Bosstraat.<br />

Militaire kaart<br />

De L-vormige woning is uitgegroeid tot een vierkantshoeve. De hoeve is omgeven door<br />

boomgaarden en weilanden. De namen ‘Arbres’ en ‘Arbre’ zijn verwijzingen naar de vele<br />

boomgaarden en het bos Ter Rijst in de buurt.<br />

14/63


Topografische kaart<br />

De vierkantshoeve is uitgegroeid tot één van de grootste hoeves in de omgeving. Het<br />

kreeg de naam Hoeve Ter Rijst. De hoeve is omgeven door weilanden. Langs de weg<br />

naar het kasteel staan nog laanbomen. De Bosstraat heeft een nieuwe bedding gekregen<br />

en passeert niet meer langs de hoeve. De oude bedding langs de hoeve, bestaande uit de<br />

originele kasseien, is nog steeds openbare weg.<br />

Andere interessante bronnen<br />

Atlas der Buurtwegen<br />

In de buurt van de hoeve waren verschillende buurt –en voetwegen aanwezig.<br />

Verschillende van deze wegen zijn ondertussen afgeschaft.<br />

15/63


Biologische Waarderingskaart<br />

De weilanden rond de hoeve zijn op de biologische waarderingskaart een complex<br />

van biologisch minder waardevolle en zeer waardevolle elementen. De berm langs<br />

de Bosstraat is biologisch zeer waardevol. Het aangrenzende bos en park van<br />

Kasteel Ter Rijst is biologisch zeer waardevol en voor dieren een belangrijk<br />

gebied.<br />

Bodemkaart<br />

Op de bodemkaart is duidelijk te zien dat de bodem bestaat uit vochtige leem. In<br />

het valleitje is een strook natte leem aanwezig.<br />

16/63


Gewestplan<br />

De hoeve is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied en grenst aan<br />

bosgebied.<br />

Kadasterplan<br />

Op het kadasterplan valt op dat de hoeve en de omliggende weilanden bestaan uit<br />

verschillende percelen.<br />

17/63


<strong>Landschap</strong>satlas<br />

De hoeve en de omgeving ligt in de ankerplaats Ter Rijst.<br />

Luchtfoto<br />

Op de luchtfoto is heel duidelijk de vierkantshoeve te zien en het grondgebruik<br />

van de omliggende percelen.<br />

Traditioneel <strong>Landschap</strong><br />

De hoeve, gelegen in de gemeente Pepingen, behoort tot het traditioneel landschap<br />

<strong>Pajottenland</strong>, meer bepaald tot het landschappelijk subeenheid Land ven Edingen.<br />

18/63


Conclusie naar ontwerp toe<br />

De hoeve ligt historisch gezien in een kleinschalig landschap, een landschap waarbij elk<br />

perceel omzoomt was door hagen, houtkanten en bomenrijen. Door het veranderd<br />

grondgebruik (mechanisatie, grotere percelen…) zijn heel veel kleine<br />

landschapselementen verdwenen. Kleine landschapselementen hadden vroeger bepaalde<br />

functies, meidoornhagen rond weilanden dienden als veekering, een poel werd gebruikt<br />

als drinkplaats voor het vee, een houtkant werd beheerd om geriefhout te maken en<br />

knotbomen als brandhout.<br />

In samenspraak met de eigenaars wordt in het ontwerp opnieuw kleine<br />

landschapselementen opgenomen, rekening houdend met hun vroegere functies .<br />

Het gebruik van inheemse bomen en struiken geeft aan het ontwerp ook een ecologische<br />

meerwaarde.<br />

Aan de hand van oude foto’s is het mogelijk om de vroegere inrichting van de<br />

omliggende percelen na te gaan. Bij de hoeve in de Bosstraat is zo de situering van de<br />

historische boomgaard teruggevonden.<br />

19/63


3. <strong>Landschap</strong>selementen<br />

3.1 Inleiding<br />

Een landschapselement is een onderdeel van het landschap dat als een vrij homogeen<br />

deel van het totale beeld wordt ervaren.<br />

<strong>Landschap</strong>selementen zijn de bouwstenen die samen de structuur van het landschap<br />

bepalen. Verschillen in aard, hoeveelheid en samenhang van landschapselementen<br />

dragen bij aan de karakteristieke kenmerken van landschapstypen. Veel<br />

landschapselementen hebben zowel een landschappelijke als een ecologische functie. Ze<br />

hebben veelal een historische achtergrond: de invloed van de mens in het verleden op<br />

het landschap is er dan in terug te vinden.<br />

<strong>Landschap</strong>selementen kunnen punt-, lijn- of vlakvormig zijn. Een puntvormig element is<br />

bijvoorbeeld een karakteristieke eik in een weiland of een grenspaal. Voorbeelden van<br />

lijnvormige elementen zijn een houtwal of een kerkpad. Vlakvormige elementen zijn<br />

bijvoorbeeld een kouter of een bos.<br />

Kleine landschapselementen (KLE’s) geven onze dagelijkse omgeving vorm en kleur.<br />

Bomenrijen, hagen, houtkanten, poelen, hoogstamboomgaarden… brengen variatie en<br />

leven in het landschap.<br />

Veel KLE’s hadden vroeger een economische functie. Poelen werden gegraven om vee te<br />

laten drinken, meidoornhagen hielden het vee in de wei. Knotbomenrijen of houtkanten<br />

bakenden percelen af. Al deze kleine landschapselementen werden dan ook goed<br />

onderhouden. Het snoeihout kon ook nuttig gebruikt worden als brand –of geriefhout.<br />

Door de intensivering van de landbouw en de toenemende bebouwing zijn veel van deze<br />

landschapspareltjes (bijna) verdwenen. Hierdoor gaat ook het dieren- en plantenleven<br />

sterk achteruit.<br />

Het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën zet zich samen met gemeentebesturen,<br />

verenigingen en privé-eigenaars in om KLE’s te herstellen en (her) aan te planten.<br />

Een tuin voor mens en dier<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/MILIEUTIP-tuin_mens_dier_tcm5-43045.pdf<br />

Streekeigen bomen en struiken en de impact op de natuur<br />

www.plantvanhier.be<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/MILIEUTIP-streekeigen_bomen_struiken_tcm5-43044.pdf<br />

Regelgeving over het planten en kappen van bomen<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/brochure-even_doorbomen_tcm5-64631.pdf?tonsaiUri=<br />

20/63


In het Traditioneel <strong>Landschap</strong> van het <strong>Pajottenland</strong> komen volgende Kleine<br />

<strong>Landschap</strong>selementen (KLE) voor: Hagen en heggen, Houtkant / hakhout, Bomenrijen,<br />

Boomgaarden, Poelen, Knotbomen en Overige landschapselementen. In de volgende<br />

hoofdstukken worden deze landschapselementen uitvoerig besproken.<br />

Legende<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Onderhoud<br />

Wat zeg de wet?<br />

Financieel<br />

Meer weten<br />

21/63


3.2 Hagen en heggen<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Een haag of een heg is een lijnvormig landschapselement, bestaande uit een<br />

dichte doorlopende rij houtige planten. Er zijn drie courante samenstellingen voor<br />

de aanleg van een streekeigen haag, nl. een geschoren doornloze haag, een<br />

doornige haag en een bloesem- en bessenhaag/heg.<br />

Keuze van het plantmateriaal<br />

Kies voor streekeigen plantmateriaal<br />

Je haalt heel wat voordelen door een eigen streekeigen haag te planten in plaats<br />

van uitheems siergroen. Streekeigen hagen zijn goedkoper, groeien sneller,<br />

hebben een langere levensduur en zijn beter bestand tegen de grillen van ons<br />

klimaat of allerlei ziekten en plagen. Ze hebben zich immers gedurende vele<br />

eeuwen kunnen aanpassen aan de lokale groeiomstandigheden. Streekeigen<br />

hagen lokken ook het meeste dieren.<br />

Een opsomming van de meest gebruikte soorten voor een haag en een heg.<br />

Nederlandse naam Wetenschap. naam Doornen Bloemen/bessen<br />

Beuk Fagus sylvatica<br />

Eenstijlige meidoorn Crataegus monogyna X X<br />

Egelantier Rosa rubiginosa X X<br />

Gelderse roos Viburnum opulus X<br />

Haagbeuk Carpinus betulus<br />

Hazelaar Corylus avellana<br />

Hondsroos Rosa canina X X<br />

Rode kornoelje Cornus sanguinea X<br />

Sleedoorn Prunus spinosa X X<br />

Veldesdoorn Acer campestre<br />

Vlier Sambucus nigra X<br />

Wilde kardinaalsmuts Euonymus europaeus X<br />

Wilde liguster Ligustrum vulgare X<br />

22/63


Een strak geschoren, doornloze haag is een echte privacyhaag met o.a. wilde<br />

liguster, veldesdoorn, rode kornoelje, beuk, haagbeuk en gelderse roos.<br />

Een doornhaag is een ondoordringbare haag met o.a. meidoorn, sleedoorn,<br />

egelantier en hondsroos.<br />

Een bloesem- en bessenheg is een waar bloemenlint met naast sleedoorn en<br />

meidoorn ook eventueel Gelderse roos, rode kornoelje, vlier en wilde<br />

kardinaalsmuts.<br />

Een haag kan bestaan uit één en dezelfde plantsoort maar je kan ook<br />

verschillende plantsoorten mengen, dit noemt men een gemengde haag.<br />

In de samenstelling kan ook een hoofdsoort zijn en enkele nevensoorten. Bijv.<br />

50% meidoorn, 25% sleedoorn, 20% Rode kornoelje en 5% Hondsroos.<br />

Hou rekening met het voor ogen hebbende eindresultaat. Bepaal welke soorten in<br />

de haag geplant worden en hoeveel van welke soort.<br />

In zo een gemengde haag zorg je ervoor dat de soorten in groepjes bij elkaar<br />

plant. Zo voorkom je de strijd voor het overleven. De ene soort groeit namelijk<br />

sterker dan de andere. Als ze in groep staan, zullen de zwakkere groeiers na<br />

verloop van tijd ook ontwikkelen zoals de sterke. De groepjes moeten niet gelijk<br />

zijn. De groepjes van de hoofdsoorten zullen groter zijn dan de nevensoorten.<br />

Zorg ervoor dat het kleinste groepje toch uit min. 3 planten bestaat.<br />

Egelantier, hondsroos en andere wilde rozen worden best 1 om de 3-4m geplant!<br />

Deze soorten maken lange takken en hebben daarom de steun van andere<br />

struiken nodig. Bij een te groot percentage rozen in een haag, zal je nooit een<br />

stevige haag krijgen.<br />

Bij de kwekers worden haagplanten is pakjes van 10, 25 of 50 verpakt. Om het<br />

voor de leverancier gemakkelijker te maken, worden de aantallen van benodigd<br />

plantmateriaal afgerond naar veelvouden van deze getallen.<br />

23/63


Als een haag grenst aan een wei met vee (zowel koeien, schapen, ezels als<br />

paarden), denk dan aan de giftigheid van de planten. Gelderse roos en<br />

kardinaalsmuts zijn heel giftig!<br />

Voor een haag plant je het best 4 planten per lopende meter met plantgoed<br />

van 60 à 90 cm hoogte. Als je verder uit elkaar plant, duurt het langer voordat<br />

de haag volledig dicht is gegroeid. Dichter bij elkaar planten is niet nodig, de<br />

planten zullen dan onvoldoende ruimte krijgen om een gezond wortelgestel te<br />

ontwikkelen.<br />

Voor een bloesem- en bessenhaag/heg kan je de planten iets verder uit elkaar<br />

zetten, nl. 2 à 3 planten per lopende meter. Het duurt iets langer voordat de heg<br />

mooi dichtgroeit maar de planten hebben zo meer ruimte voor het ontwikkelen<br />

van bloemen en bessen.<br />

Tussen aankoop en aanplant<br />

Laat plantgoed nooit zomaar liggen nadat je het gekocht hebt. De wortels mogen<br />

in geen geval uitdrogen, want dan sterven ze af. Als het plantgoed niet<br />

onmiddellijk aangeplant wordt, kan je het een tijdje inkuilen op een beschutte<br />

plaats.<br />

Voor het planten kan je de bundels plantgoed enkele uren met de wortels in<br />

water leggen. De wortels worden het best ook wat bijgeknipt net voor het<br />

planten.<br />

Wanneer aanplanten<br />

Je plant een haag best tijdens de rustperiode van de natuur: van november tot<br />

maart. In geen geval bij vorst of wanneer de grond te nat is. De beste<br />

plantperiode loopt van november tot half december. Plant nooit bij vriesweer, felle<br />

zon, koude- en droge oosten- tot noordenwind. Ideaal is zacht en vochtig weer<br />

zoals mist of motregen.<br />

24/63


Hoe aanplanten<br />

De aanwezige vegetatie wordt zoveel mogelijk verwijderd, vb. afsteken van de<br />

graszoden. Er worden U-vormige plantgaten gemaakt waar de wortels helemaal<br />

en onbeschadigd in kunnen.<br />

Eventueel kan je in plaats van aparte plantgaten één sleuf maken. Zorg dat ook<br />

de grond onderaan het plantgat of de sleuf is losgemaakt.<br />

Na het planten worden de plantgaten terug gevuld en kan je eventueel een laag<br />

hakselhout aanbrengen die als winterbescherming kan dienen en het opkomend<br />

onkruid in de lente kan beperken.<br />

Wanneer we een haag planten, is het uiteraard de bedoeling dat het een ‘dichte’<br />

haag wordt. Het is daarom belangrijk dat de zijknoppen snel uitgroeien tot<br />

zijwaartse takjes. Daarom knip je best de topjes bovenaan van de planten af<br />

met een snoeischaar.<br />

Beschermen van de haag<br />

Indien een haag geplaatst wordt op plaatsen waar er dieren bij kunnen, moet ze<br />

tegen vraat beschermd worden. Dit kan door er een draad rond te plaatsen.<br />

Een veekering voor een haag bestaat uit kastanjehouten palen (lengte 2m,<br />

diameter 10cm). De palen steken minimum 1,4m boven het maaiveld uit. De<br />

afstand tussen de palen bedraagt maximum 3 meter. Er worden schoorpalen<br />

voorzien elke 25m en aan de hoekpalen. Aan de palen komt een zware urusdraad,<br />

type Bezinal of vier rijen prikkeldraad (op 15cm, 40cm, 75cm en 115 cm,<br />

gemeten van de kop van de paal) langs de weidezijde.<br />

Om na aanplant een strakke haag te bekomen kan het aangewezen zijn om de<br />

haag aan te binden aan een haagsteun.<br />

Een haagsteun, draad waar je de haag kan aan opbinden, bestaat uit<br />

kanstanjehouten palen (lengte 1,75m, diameter 8/10 cm). Aan de palen komen 2<br />

rijen een gegalvaniseerde spandraad 3 x ZN 2,4mm, spanners type 3. De palen<br />

worden om de 3m geplaatst, met schoorpalen elke 30m en op de hoeken.<br />

25/63


Als alternatief voor geïmpregneerde houten palen, vaak in naaldhout, neemt de<br />

vraag naar duurzamere houtsoorten steeds verder toe. Kastanjehout is een<br />

dergelijke houtsoort met een zeer lange levensduur. Dit wordt veroorzaakt<br />

door de natuurlijke aanwezigheid van looizuren in het hout. Kastanje hout valt<br />

onder de duurzaamheidklasse II, wat betekent dat het hout circa 20-25 jaar goed<br />

blijft. Dit maakt de kastanjepaal zeer geschikt als afrasteringspaal.<br />

Onderhoud<br />

Hoeveel en wanneer snoeien<br />

‘Bezint eer ge begint!’ Door je haag regelmatig te scheren krijg je een mooie<br />

vaste vorm, maar geen bloemen en vruchten. Hoe minder je snoeit, hoe meer<br />

bloemen en bessen de haag zal dragen.<br />

Er is geen vast snoeiseizoen, maar snoei zeker niet als het echt droog en warm<br />

weer is om ‘verbranding’ te vermijden. Omwille van het broedseizoen is snoeien<br />

tussen eind april en begin juni niet aangewezen.<br />

Geschoren doornige haag en geschoren doornloze haag<br />

De eerste twee jaren moet je een dichte haag creëren door de toppen van de<br />

haag flink in te korten, bijvoorbeeld tot in de helft van de twijgen. Vanaf het derde<br />

jaar krijgen de haagplanten één of twee keer per jaar (april en in de herfst) een<br />

vormsnoeibeurt. Door het meermaals snoeien kan ook de breedte van de haag<br />

(0.5 tot 1 meter) beperkt worden gehouden.<br />

De onderzijde moet steeds breder zijn dan de bovenzijde om de onderste takken<br />

voldoende licht te geven. Indien dit niet het geval is zal de haag na het scheren<br />

gemakkelijker kale plekken krijgen.<br />

Ongeschoren doornige haag en bloesem- en bessenhaag<br />

Je kan de haag vrij laten doorgroeien met snoeibeurten om de twee à drie jaar.<br />

Eventueel kan je in de winter de sterkst groeiende takken wegzagen en jaarlijks<br />

onmiddellijk na de bloei de snelst groeiende toppen snoeien. Dankzij het uitblijven<br />

van een jaarlijkse snoeibeurt zullen de planten uitbundig bloeien en vruchten<br />

dragen.<br />

26/63


Wat te doen met snoeiafval<br />

Verbranden mag niet meer, vanwege het milieu. Afvoeren via de gemeente kan,<br />

maar kost de gemeente en dus de belastingbetaler geld. Een oplossing is een<br />

takkenril, zie ‘Takkenril’ voor een korte beschrijving en handige tips.<br />

Wat zegt de wet<br />

Volgens het veldwetboek moet een haag minimaal 0,5 meter van de<br />

perceelsgrens verwijderd staan. Als de buren echter schriftelijk akkoord zijn,<br />

mag ze op de perceelsgrens staan. Onderhoudskosten worden dan gedeeld.<br />

In sommige gemeenten bestaan plaatselijke verordeningen die de afstand anders<br />

regelen.<br />

Een buur kan eisen dat takken die over zijn grond hangen, gesnoeid worden. Een<br />

breed uitgroeiende heg wordt dan ook best op minstens één tot anderhalve meter<br />

van de perceelsgrens geplaatst.<br />

Perenvuur of bacterievuur<br />

Er is vroeger heel wat te doen geweest over het gevreesde perenvuur, een ziekte<br />

die schade kan veroorzaken in de fruit- en sierteelt. Door de aanwezigheid van<br />

meidoornhagen in het landschap werden deze als schuldige aangewezen voor de<br />

verspreiding. Inmiddels is aangetoond dat de relatie tussen perenvuur en<br />

meidoorn beperkt is, maar toch zijn er maatregelen nodig als er besmetting is.<br />

Indien een meidoornplant in je haag aangetast is krijgt hij bruinzwarte, als<br />

verschroeid uitziende takken. Je moet dan de zieke plantdelen tot 50 cm onder de<br />

aangetaste delen wegknippen. Het aangetaste snoeihout ga je het beste afgeven<br />

op het containerpark van je gemeente. De snoeischaar nadien goed ontsmetten.<br />

De overblijvende gezonde meidoornplanten snoeien om bloei te voorkomen.<br />

Het is bij wet verplicht meidoornhagen jaarlijks te snoeien tussen 1 november en<br />

1 maart. Dit staat beschreven in het KB van 23 juni 2008. Deze verplichting werd<br />

ingevoerd ter preventie van bacterievuur.<br />

27/63


Nog meer weten<br />

- www.issuu.com/rlzzz/docs/hagen_onder_de_loep<br />

Streekeigen materiaal, keuze, aanleg, onderhoud…<br />

- www.plantvanhier.be<br />

Overzicht van streekeigen plantmateriaal<br />

- www.rlgc.be/pub/brochures/brochure_HHH_lowres.pdf<br />

Het waarom van hagen, verschillende soorten hagen, aan de slag, soortenlijst, literatuur en links, …<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

Economie en Landbouw -> Land- en tuinbouw -> Bacterievuur<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/publicatie-bacterievuur-2010_tcm5-53105.pdf<br />

Folder over bacterievuur<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/bacterievuur-kaart-fruitteeltpercelen-vlaamsbrabant_tcm5-33556.pdf<br />

Kaartje van Vlaams-Brabant met aanduiding van fruitteeltpercelen en bacterievuurhaarden. Het is<br />

aangeraden om in de perimeter rond fruitteeltpercelen, de blauwe zones, meidoornhagen meermaals<br />

per jaar te snoeien en te controleren op bacterievuur.<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

www.koesterburen.be<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

De campagne werd in 2009 opgestart en zal 4 jaar lopen. Samenwerken vormt de sleutel van de<br />

campagne: provincie, gemeenten, de verenigingen, de regionale landschappen helpen elkaar waar<br />

nodig en inspireren elkaar voortdurend. Maar we doen ook graag een beroep op u. We hopen dat ook u<br />

één van onze koesterburen wil koesteren in dit biodiversiteitsverhaal.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

- www2.vlaanderen.be/landbouw/downloads/codenatuur.pdf<br />

Code van goede landbouwpraktijken - Natuur - Brussel, april 2002, 90 pagina's.<br />

Financiële tegemoetkoming<br />

Heel wat verenigingen, gemeenten en tuincentra bieden gemengde haagpakketten<br />

aan met streekeigen haagplanten. Je kan zeker ook terecht op de milieudienst van<br />

je gemeente om informatie te krijgen over subsidies en haagpakketten.<br />

Heeft u als privé persoon 2 hectare of meer landbouwgrond (akkers en weiden) in<br />

bezit? Bent u geregistreerd als landbouwer bij het Agentschap voor Landbouw en<br />

Visserij (ALV)? Dan kan je via de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) een<br />

beheerovereenkomst ‘onderhouden van bestaande houtige kleine element’ of<br />

‘perceelsrandenbeheer’ afsluiten. www.vlm.be/beheerovereenkomsten<br />

28/63


3.3 Houtkant en Vogelbosje<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Houtkanten zijn landschapselementen, bestaande uit een verschillende<br />

doorlopende rijen boomvormende en struikvormende soorten zoals es, haagbeuk,<br />

hazelaar, els…<br />

Indien er gekozen wordt voor bloeiende struikvormende soorten zoals meidoorn,<br />

sleedoorn, sporkehout, egelantier, lijsterbes, … spreekt men eerder over een<br />

vogel- en nectarbosje. In de zomer dient het bosje als nest –en schuilplaats. In de<br />

herfst en winter voorziet het bosje de vogels van voedsel en schuilmogelijkheden.<br />

Keuze van het plantmateriaal<br />

Kies voor streekeigen plantmateriaal<br />

Je haalt heel wat voordelen door een eigen streekeigen houtkant te planten in<br />

plaats van uitheems siergroen. Streekeigen plantmateriaal is goedkoper, groeit<br />

sneller, heeft een langere levensduur en is beter bestand tegen de grillen van ons<br />

klimaat of allerlei ziekten en plagen. Deze soorten hebben zich immers gedurende<br />

vele eeuwen kunnen aanpassen aan de lokale groeiomstandigheden. Streekeigen<br />

houtkanten lokken ook het meeste dieren.<br />

Een opsomming van de meest gebruikte soorten voor een houtkant.<br />

Nederlandse naam Wetenschap. naam Vogelbosje nat?<br />

Boswilg Salix caprea X<br />

Eenstijlige meidoorn Crataegus monogyna X<br />

Egelantier Rosa rubiginosa X<br />

Eik Quercus robur<br />

Es Fraxinus excelsior X<br />

Gelderse roos Viburnum opulus X X<br />

Gladde iep Ulmus minor X<br />

Grauwe wilg Salix cinerea X<br />

Haagbeuk Carpinus betulus<br />

Hazelaar Corylus avellana X<br />

29/63


Hondsroos Rosa canina X<br />

Lijsterbes Sorbus aucuparia X<br />

Linde Tilia cordata X<br />

Ratelpopulier Populus tremala X<br />

Rode kornoelje Cornus sanguinea X X<br />

Schietwilg Salix alba X<br />

Sleedoorn Prunus spinosa X<br />

Veldesdoorn Acer campestre<br />

Vlier Sambucus nigra X<br />

Vogelkers Prunus padus X X<br />

Wilde kardinaalsmuts Euonymus europaeus X<br />

Wilde liguster Ligustrum vulgare X<br />

Zwarte els Alnus glutinosa X<br />

Voor een uitgegroeide houtkant voorzie je best een vijftal meter.<br />

Hou rekening met het voor ogen hebbende eindresultaat. Bepaal welke soorten in<br />

de houtkant of vogelbosje geplant worden en hoeveel van welke soort.<br />

Zorg ervoor dat je de soorten in groepjes bij elkaar plant. Zo voorkom je de<br />

strijd voor het overleven. De ene soort groeit namelijk sterker dan de andere. Als<br />

ze in groep staan, zullen de zwakkere groeiers na verloop van tijd ook ontwikkelen<br />

zoals de sterke. De groepjes moeten niet gelijk zijn. De groepjes van de<br />

hoofdsoorten zullen groter zijn dan de nevensoorten. Zorg ervoor dat het kleinste<br />

groepje toch uit min. 3 planten bestaat.<br />

Egelantier, hondsroos en andere wilde rozen worden best 1 om de 3-4m geplant!<br />

Deze soorten maken lange takken en hebben daarom de steun van andere<br />

struiken nodig.<br />

Als een houtkant of vogelbosje grenst aan een wei met vee (zowel koeien,<br />

schapen, ezels als paarden), denk dan aan de giftigheid van de planten.<br />

Gelderse roos en kardinaalsmuts zijn heel giftig!<br />

Meestal wordt er bij een houtkant gewerkt met twee tot drie rijen. De afstand<br />

tussen twee rijen bedraagt 1 meter. Ook de afstand tussen twee planten in de<br />

rij bedraagt 1 meter. Na verloop van tijd zal dit een dichte houtkant worden, een<br />

dunning is misschien wel noodzakelijk na een paar jaar.<br />

30/63


Bij een Vogelbosje kies ook voor 1 plant per m² of voor een ruimer plantverband<br />

(2 x 2 m); de vorm van het bosje kan je laten afhangen van het te beplanten<br />

perceel. Om een ‘boskarakter’ te verkrijgen voorzie je best wel de nodige diepte<br />

(minstens 4 à 5 rijen).<br />

Tussen aankoop en aanplant<br />

Laat plantgoed nooit zomaar liggen nadat je het gekocht hebt. De wortels mogen<br />

in geen geval uitdrogen, want dan sterven ze af. Als het plantgoed niet<br />

onmiddellijk aangeplant wordt, kan je het een tijdje inkuilen op een beschutte<br />

plaats.<br />

Voor het planten kan je de bundels plantgoed enkele uren met de wortels in<br />

water leggen. De wortels worden het best ook wat bijgeknipt net voor het<br />

planten.<br />

Wanneer aanplanten<br />

Je plant een houtkant best tijdens de rustperiode van de natuur: van november<br />

tot maart. In geen geval bij vorst of wanneer de grond te nat is. De beste<br />

plantperiode loopt van november tot half december. Plant nooit bij vriesweer, felle<br />

zon, koude- en droge oosten- tot noordenwind. Ideaal is zacht en vochtig weer<br />

zoals mist of motregen.<br />

Hoe aanplanten<br />

De aanwezige vegetatie wordt zoveel mogelijk verwijderd, vb. afsteken van de<br />

graszoden. Er worden U-vormige plantgaten gemaakt waar de wortels helemaal<br />

en onbeschadigd in kunnen. Eventueel kan je in plaats van aparte plantgaten één<br />

sleuf maken.<br />

Na het planten worden de plantgaten terug gevuld en kan je een laag hakselhout<br />

aanbrengen die als winterbescherming kan dienen en het opkomend onkruid in de<br />

lente kan beperken.<br />

31/63


Beschermen van de houtkant<br />

Indien een houtkant of vogelbosje geplant wordt op plaatsen waar er dieren bij<br />

kunnen, moet ze tegen vraat beschermd worden. Dit kan door er een draad rond<br />

te plaatsen.<br />

Een veekering voor een houtkant bestaat uit kastanjehouten palen (lengte 2m,<br />

diameter 10cm). De palen steken minimum 1,4m boven het maaiveld uit. De<br />

afstand tussen de palen bedraagt maximum 3 meter. Er worden schoorpalen<br />

voorzien elke 25m en aan de hoekpalen. Aan de palen komt een zware urusdraad,<br />

type Bezinal of vier rijen prikkeldraad (op 15cm, 40cm, 75cm en 115 cm,<br />

gemeten van de kop van de paal) langs de weidezijde.<br />

Als alternatief voor geïmpregneerde houten palen, vaak in naaldhout, neemt de<br />

vraag naar duurzamere houtsoorten steeds verder toe. Kastanjehout is een<br />

dergelijke houtsoort met een zeer lange levensduur. Dit wordt veroorzaakt<br />

door de natuurlijke aanwezigheid van looizuren in het hout. Kastanje hout valt<br />

onder de duurzaamheidklasse II, wat betekent dat het hout circa 20-25 jaar goed<br />

blijft. Dit maakt de kastanjepaal zeer geschikt als afrasteringspaal.<br />

Onderhoud<br />

Hoeveel en wanneer snoeien<br />

Er is geen vast snoeiseizoen, maar snoei zeker niet als het echt droog en warm<br />

weer is om ‘verbranding’ te vermijden. Omwille van het broedseizoen is snoeien<br />

tussen eind april en begin juni niet aangewezen.<br />

De eerste twee jaar beperkt het onderhoud van een houtkant zich tot het<br />

vrijstellen van de planten. Na twee jaar wordt de beplanting in de winter kort<br />

afgeknipt of afgezaagd tot op ongeveer 15 cm boven de grond. Dit wordt de<br />

volgende winter herhaald, zo ontstaat een stubbe of stoof.<br />

Vanaf dan beperkt het onderhoud zich tot het volledig afzetten, op 15 cm van de<br />

grond, van de houtkant elke 5 tot 10 jaar. Indien het mogelijk is, is het<br />

aangewezen dit strooksgewijs te spreiden over verschillende jaren. Zo kan men<br />

kaalslag, wat toch af te raden is voor de fauna en de flora, vermijden.<br />

32/63


Je kan er ook voor kiezen om enkele bomen in de houtkant te laten doorgroeien.<br />

Het onderhoud van een vogelbosje beperkt zich tot het vrijhouden van de<br />

stammen de eerste twee jaar. Nadien vergt dergelijk bosje geen verder<br />

onderhoud meer, tenzij eventueel het snoeien van hinderlijke takken of indien<br />

gewenst het uitdunnen.<br />

Wat te doen met snoeiafval<br />

Verbranden mag niet meer, vanwege het milieu. Afvoeren via de gemeente kan,<br />

maar kost de gemeente en dus de belastingbetaler geld. Een oplossing is een<br />

takkenril, zie ‘Takkenril’ voor een korte beschrijving en handige tips.<br />

Wat zegt de wet<br />

Hoogstammige bomen en houtkanten moeten minstens twee meter van de<br />

perceelsgrens staan. In landbouwgebied is dit zelfs zes meter.<br />

Voor de aanplant van een bosje in landbouwgebied is een vergunning nodig.<br />

Perenvuur of bacterievuur<br />

Er is vroeger heek wat te doen geweest over het gevreesde perenvuur, een ziekte<br />

die schade kan veroorzaken in de fruit- en sierteelt. Door de aanwezigheid van<br />

meidoornhagen in het landschap werden deze als schuldige aangewezen voor de<br />

verspreiding. Inmiddels is aangetoond dat de relatie tussen perenvuur en<br />

meidoorn beperkt is, maar toch zijn er maatregelen nodig als er besmetting is.<br />

Indien een meidoornplant in je haag aangetast is krijgt hij bruinzwarte, als<br />

verschroeid uitziende takken. Je moet dan de zieke plantdelen tot 30 cm onder de<br />

aangetaste delen wegknippen. Het aangetaste snoeihout ga je het beste afgeven<br />

op het containerpark van je gemeente. De snoeischaar nadien goed ontsmetten.<br />

De overblijvende gezonde meidoornplanten snoeien om bloei te voorkomen.<br />

Het is bij wet verplicht meidoorn jaarlijks te snoeien tussen 1 november en 1<br />

maart. Dit staat beschreven in het KB van 23 juni 2008. Deze verplichting werd<br />

ingevoerd ter preventie van bacterievuur.<br />

33/63


Nog meer weten<br />

- www.issuu.com/rlzzz/docs/hagen_onder_de_loep<br />

Streekeigen materiaal, keuze, aanleg, onderhoud…<br />

-<br />

- www.plantvanhier.be<br />

Overzicht van streekeigen plantmateriaal<br />

- www.rlgc.be/pub/brochures/brochure_HHH_lowres.pdf<br />

Het waarom van hagen, verschillende soorten hagen, aan de slag, soortenlijst, literatuur en links, …<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

Economie en Landbouw -> Land- en tuinbouw -> Bacterievuur<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/publicatie-bacterievuur-2010_tcm5-53105.pdf<br />

Folder over bacterievuur<br />

www.vlaamsbrabant.be/binaries/bacterievuur-kaart-fruitteeltpercelen-vlaamsbrabant_tcm5-33556.pdf<br />

Kaartje van Vlaams-Brabant met aanduiding van fruitteeltpercelen en bacterievuurhaarden. Het is<br />

aangeraden om in de perimeter rond fruitteeltpercelen, de blauwe zones, meidoornhagen meermaals<br />

per jaar te snoeien en te controleren op bacterievuur.<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

- www2.vlaanderen.be/landbouw/downloads/codenatuur.pdf<br />

Code van goede landbouwpraktijken - Natuur - Brussel, april 2002, 90 pagina's.<br />

- www.inverde.be<br />

Opleidingen bos-, groen- en natuurbeheer.<br />

Financiële tegemoetkoming<br />

Heel wat verenigingen, gemeenten en tuincentra bieden gemengde<br />

houtkantpakketten aan met streekeigen planten.<br />

Je kan zeker ook terecht op de milieudienst van je gemeente om informatie te<br />

krijgen over subsidies en pakketten.<br />

Heeft u als privé persoon 2 hectare of meer landbouwgrond (akkers en weiden) in<br />

bezit? Bent u geregistreerd als landbouwer bij het Agentschap voor Landbouw en<br />

Visserij (ALV)? Dan kan je via de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) een<br />

beheerovereenkomst ‘onderhouden van bestaande houtige kleine element’ of<br />

‘perceelsrandenbeheer’ afsluiten. www.vlm.be/beheerovereenkomsten<br />

34/63


3.4 Bomen(rijen)<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Onder hoogstammige loofbomen verstaan we alle bomen waar de vertakking voor<br />

de kruin begint op 1,80m. Die bomen kunnen zowel als solitair (alleen) of als rij<br />

worden aangeplant.<br />

Keuze van het plantmateriaal<br />

Kies steeds voor inheemse, streekeigen soorten of rassen, passend bij de ter<br />

plaatse aanwezige grondsoort en waterhuishouding. Soorten die bovendien<br />

voedsel bieden aan vogels en insecten zijn extra aantrekkelijk.<br />

Denk bij de aanplanting steeds aan de omtrek van de kruin van de volwassen<br />

boom. Hou er rekening mee dat de kruin van een volgroeide boom, afhankelijk<br />

van de soort, 10 tot 20 meter omtrek kan hebben. Let dus op met de<br />

plantafstanden tot gebouwen en al aanwezige bomen.<br />

Hanteer bij laanbomen een tussenruimte van zes tot tien meter.<br />

In een weide moet je rekening houden met eventuele begrazers. Check of de<br />

voorgestelde soorten niet giftig zijn voor de dieren (schors, wortels, bladeren,<br />

sap).<br />

Een opsomming van de meest gebruikte inheemse soorten voor solitairboom.<br />

Nederlandse naam Wetenschap. naam<br />

Beuk Fagus sylvatica<br />

Boswilg Salix caprea<br />

Eenstijlige meidoorn Crataegus monogyna<br />

Es Fraxinus excelsior<br />

Gewone esdoorn Acer pseudoplatanus<br />

Gladde iep Ulmus minor<br />

Grauwe wilg Salix cinerea<br />

Haagbeuk Carpinus betulus<br />

Lijsterbes Sorbus aucuparia<br />

Linde Tilia cordata<br />

35/63


Ratelpopulier Populus tremala<br />

Ruwe berk Betula pendula<br />

Schietwilg Salix alba<br />

Veldesdoorn Acer campestre<br />

Witte els Alnus incana<br />

Zoete kers Prunus avium<br />

Zomereik Quercus robur<br />

Zwarte els Alnus glutinosa<br />

Tussen aankoop en aanplant<br />

Laat jonge bomen nooit zomaar liggen nadat je ze gekocht hebt. De wortels<br />

mogen in geen geval uitdrogen, want dan sterven ze af. Als je ze niet onmiddellijk<br />

aanplant, kan je ze een tijdje inkuilen op een beschutte plaats.<br />

Voor het planten kan je de bomen enkele uren met de wortels in water leggen.<br />

Wanneer aanplanten<br />

Je plant een hoogstam boom best tijdens de rustperiode van de natuur: van<br />

begin november tot eind maart. Aanplanten in het najaar is het beste omdat er<br />

zich tijdens de winter reeds haarwortels ontwikkelen, wat de groei in het voorjaar<br />

zal bevorderen.<br />

Hoe aanplanten<br />

Graaf een plantgat dat dubbel zo breed en diep is als het wortelgestel (meestal zo<br />

een 80 op 80 cm en 50 cm diep). Leg de uitgegraven aarde zodanig dat het gat<br />

nadien in dezelfde volgorde opgevuld kan worden.<br />

Knip het wortelgestel bij. Verwijder gekwetste delen en wortels die te ver<br />

uitsteken zodat ze niet omplooien als de boom in het plantvak wordt geplaatst.<br />

Plaats de boom in het plantgat en vul het plantgat met de uitgegraven grond.<br />

Zorg ervoor dat deze goed verkruimeld is.<br />

Trek, eenmaal het gat gevuld, de boom al schuddend enkele centimeters omhoog.<br />

Druk de grond van binnen naar buiten aan.<br />

36/63


Je kan een laag hakselhout aanbrengen rond de stam om de stam te vrijwaren<br />

van onkruid.<br />

Beschermen van de bomen<br />

Voorzie voor hoogstammige bomen die als solitair worden aangeplant ook steeds<br />

min. 1 (kastanjehouten) steunpaal (lengte 2,5m, diameter 8cm). De steunpaal<br />

wordt aan de kant van de meest heersende windrichting geplaatst (meestal<br />

zuidwest).<br />

Bij twee boompalen per boom moeten de palen aan weerszijde van de boom<br />

loodrecht op de windrichting worden geplaatst.<br />

Indien een hoogstam boom of bomenrij geplant wordt op plaatsen waar er dieren<br />

bij kunnen, moet ze tegen vraat beschermd worden. Dit kan door er een<br />

veebescherming rond te plaatsen.<br />

Een goede veekering voor hoogstambomen bestaat uit 3 kastanjehouten palen<br />

(lengte 2,5m, diameter 8cm) verbonden door 3 halfronde paaltjes (lengte 0,6m,<br />

diameter 8cm). De boom wordt door middel van 3 boombanden met de 3 houten<br />

palen verbonden. (Een aparte steunpaal is dan niet meer nodig.) Rond de palen<br />

komt een zware ursusdraad. Rond de ursusdraad wordt nogmaals een<br />

prikkeldraad gewikkeld.<br />

Let wel: dit is niet geschikt voor paarden. Voor paarden wordt er geen<br />

prikkeldraad gebruikt. Afhankelijk van de begrazing (paarden, koeien, ezels,<br />

geiten, schapen, …) of de mogelijke indringers (herten, konijnen, eenden, …)<br />

wordt een aangepaste veekering geplaatst.<br />

Goede voorbeelden hiervan kan men terugvinden op de website van de nationale<br />

boomgaardenstichting en de website van <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Groene Corridor,<br />

zie linken bij nog meer weten.<br />

Als alternatief voor geïmpregneerde houten palen, vaak in naaldhout, neemt de<br />

vraag naar duurzamere houtsoorten steeds verder toe. Kastanjehout is een<br />

dergelijke houtsoort met een zeer lange levensduur. Dit wordt veroorzaakt<br />

door de natuurlijke aanwezigheid van looizuren in het hout. Kastanje hout valt<br />

37/63


onder de duurzaamheidklasse II, wat betekent dat het hout circa 20-25 jaar goed<br />

blijft. Dit maakt de kastanjepaal zeer geschikt als afrasteringspaal.<br />

Onderhoud<br />

Hoeveel en wanneer snoeien<br />

Het eerste jaar na aanplant kan u de boom vorm geven door de zijtakken in te<br />

korten tot 20 à 30 cm van de harttak.<br />

Het jaar daarop doet u hetzelfde, maar kort u ook de takken in die op het<br />

snoeivlak uitgegroeid zijn. Zo accentueert u de hoogterichting.<br />

Om de boom een hoofdrichting te geven is het belangrijk dat u dubbele<br />

groeipunten wegsnoeit.<br />

Bij het wegsnoeien van zijtakken op de stam zorgt u ervoor dat de hoogte van de<br />

stam 1/3 bedraagt van de totale boomhoogte.<br />

Grote wonden vermijdt u beter zoveel mogelijk. Als u dikke takken verwijdert, laat<br />

u de takaanzet beter staan om de wonde zo klein mogelijk te houden. De snede<br />

van de wonde moet zo glad mogelijk zijn.<br />

Als u een dikke tak bovenaan afzaagt, moet u eerst aan de onderkant een kleine<br />

inkeping maken om te verhinderen dat de schors inscheurt en een grote wonde<br />

veroorzaakt.<br />

Wat te doen met snoeiafval<br />

Verbranden mag niet meer, vanwege het milieu. Afvoeren via de gemeente kan,<br />

maar kost de gemeente en dus de belastingbetaler geld. Een oplossing is een<br />

takkenril, zie ‘Takkenril’ voor een korte beschrijving en handige tips.<br />

Wat zegt de wet<br />

Hoogstammige bomen moeten minstens twee meter van de perceelsgrens<br />

staan. In landbouwgebied is dit zes meter.<br />

38/63


Nog meer weten<br />

- www.plantvanhier.be<br />

Overzicht van streekeigen plantmateriaal<br />

-<br />

- www2.vlaanderen.be/landbouw/downloads/codenatuur.pdf<br />

Code van goede landbouwpraktijken - Natuur - Brussel, april 2002, 90 pagina's.<br />

- www.natuurenbos.be<br />

Agentschap voor Natuur en Bos<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

De campagne werd in 2009 opgestart en zal 4 jaar lopen. Samenwerken vormt de sleutel van de<br />

campagne: provincie, gemeenten, de verenigingen, de regionale landschappen helpen elkaar waar<br />

nodig en inspireren elkaar voortdurend. Maar we doen ook graag een beroep op u. We hopen dat ook u<br />

één van onze koesterburen wil koesteren in dit biodiversiteitsverhaal.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

Financiële tegemoetkoming<br />

Heel wat verenigingen, gemeenten en tuincentra bieden pakketten aan met<br />

streekeigen planten.<br />

Je kan zeker ook terecht op de milieudienst van je gemeente om informatie te<br />

krijgen over subsidies.<br />

39/63


3.5 Boomgaarden<br />

Definitie<br />

Een boomgaard is een kunstmatig beplant stuk grond waar fruitbomen op geplant<br />

zijn.<br />

Aanleg<br />

Onderzoek van de bodem, plantafstand, oriëntering<br />

Hoogstamfruitbomen houden niet van natte voeten. De grondwaterstand mag in<br />

de winter niet hoger zijn dan 80 cm onder het maaiveld.<br />

Kleine boompjes worden groot. Om te voorkomen dat de volwassen fruitbomen<br />

elkaar hinderen, plant je fruitbomen best niet te dicht bijeen. Voor kers, kriek,<br />

notelaar en tamme kastanje voorzie je best 12 x 12 m. Een appel heeft 10 x 10 m<br />

nodig. Voor een peer,pruim, kwee, mispel voorzie je 8 x 8 m.<br />

Voor een hoogstamboomgaard worden de bomen aangeplant in groep, op een<br />

vast raster, meestal 10 x 10m, beter 12 x 12m.<br />

Het raster kan ofwel in verband zijn: X X X X<br />

Ofwel geschrankt: X X X X<br />

X X X<br />

X X X X<br />

Als de ligging en vorm van het perceel het toelaat, plant je bij voorkeur op de<br />

noord-zuid as, met appelaars en kerselaars in het midden en een buitenrand van<br />

perelaars. Peren werden traditioneel aan noord- of noordoostzijde geplant om de<br />

koude winterwinden te breken. De kwaliteit van de peren deed er ook niet zoveel<br />

toe, omdat die vooral voor stroop werden gebruikt. De zuidrand tenslotte kan<br />

afgeboord worden met pruimelaars; perziken hebben zeker baat bij een beschutte<br />

zuidkant.<br />

40/63


Een mooi ogende boomgaard is “oplopend” vanaf het voornaamste zichtpunt (bvb<br />

terras of veranda). Hiermee wordt bedoeld dat de kleinere bomen zoals de<br />

pruimelaars (maar ook perziken, krieken, mispel, kwee) vooraan komen zodat je<br />

ze ziet. Peer en kers zijn hoge bomen en staan dus best achteraan vanuit het<br />

gezichtspunt.<br />

Keuze van het plantmateriaal<br />

Van een streekeigen ras dat in de streek is ontstaan, mag men aannemen dat het<br />

aangepast is aan de lokale geologische en klimatologische omstandigheden. In het<br />

<strong>Pajottenland</strong> zijn slechts een paar streekeigen rassen bewaard gebleven.<br />

Standplaatsgeschikte rassen zijn soorten die niet noodzakelijk in de streek zijn<br />

ontstaan, maar waarvan uit ervaring gebleken is dat ze geschikt zijn voor de<br />

lokale bodem en klimatologische omstandigheden.<br />

Een opsomming van de meest gebruikte soorten in het <strong>Pajottenland</strong> volgt<br />

hieronder. Meer uitleg over deze soorten en variëteiten met bestuivingstabel kan<br />

je terugvinden in het boek ‘Fruit als smakelijk erfgoed.’ Zie link bij nog meer<br />

weten.<br />

Appel - Malus<br />

Bellefleur (Brabantse, Dubbele, Franse en Vlaamse)<br />

Berglander Boskoop Court Pendu (Gris en Plat)<br />

Eysdener Klumpke Grawijning Ijzerappel<br />

Jacques Lebel Joseph Musch Kattekop<br />

Oogstappel President Roulin Rabau<br />

Reine des Reinettes Reinette (de Chênée, de Flandre, de France en Descardre)<br />

Speeckaert Speeckaert Dubbele Sterreinette<br />

Streeping Veurnese Reinette Winter Banana<br />

Peer – Pyrus<br />

Beurré Gris Beurré Hardy Bronzée d’ Enghien<br />

Bruine kriekpeer Clapp’s Favourite Comtesse de Paris<br />

Conférence Doyenné du Comice Dubbel Flip<br />

Jefkespeer Joséphine de Malines Jules d’ Airolles<br />

Légipont Saint Remy Seigneur Esperen<br />

Triomphe de Vienne Wijnpeer Winterkeizerin<br />

41/63


Kers - Prunus<br />

Afhangers Belle d’ Orléans Bigareau Esperen<br />

Bigarreau Napoleon Burlat Hedelfinger Riesenkirsche<br />

Schneiders Späte Knorpelkirsche Zwarte kraker<br />

Kriek – Prunus<br />

Noordkriek Griotte de Visé Schaarbeekse kriek<br />

Pruim – Prunus<br />

Altesse (Double en Simple) Belle de (Louvain en Thuin)<br />

Bleue de Belgique Czar Monsieur Hâtif<br />

Mirabelle de Nancy Palokes Pamelse datjes<br />

Queen Victoria Reine Claude (d’ Althan, d’ Oullins en Verte)<br />

Sainte Catherine Sultan Washington<br />

Witte schudders<br />

Andere ‘niet te vergeten’ soorten<br />

Amandel - Prunus dulcis<br />

Hazelnoot – Corylus avellana<br />

Kweepeer – Cydonia oblonga<br />

Mispel – Mespilus germanica<br />

Okker- of walnoot – Juglans regia<br />

Tamme kastanje – Castanea sativa<br />

Zwarte moerbei – Morus nigra<br />

Op basis van de vruchtkenmerken, de boomvorm, het gewenste gebruik, … kan je<br />

een keuze maken voor jouw eigen hoogstamboomgaard. Maar eigen voorkeur is<br />

niet het enige waar je rekening mee moet houden. Om vruchten te hebben van de<br />

fruitboom van jouw keuze, moet je er ook voor zorgen dat er een goede bestuiver<br />

in de omgeving aanwezig is!<br />

In een omgeving met veel fruitbomen in de nabijheid of in een grote boomgaard<br />

hoeft kruisbestuiving geen probleem te zijn. In een kleine geïsoleerde boomgaard<br />

kan je de rassen best op mekaar afstemmen qua bestuiving.<br />

Let bij de aankoop van je fruitboom dat deze 3 à 4 stevige takken (‘gesteltakken’<br />

genoemd) heeft en een rechte doorlopende harttak (= verlenging van de stam),<br />

goed verdeeld rondom de stam.<br />

42/63


Je kan aan de kweker vragen dat hij de fruitbomen al een eerste ‘plantsnoei’<br />

geeft. Dit houdt in dat de 3 à 4 gesteltakken op gelijke hoogte worden gesnoeid.<br />

De harttak wordt slechts een weinig hoger gesnoeid dan de gesteltakken, zodat hij<br />

niet teveel in groei bevoordeeld wordt. Bij perelaars mag de harttak wel hoger<br />

zijn, gezien de groeivorm van deze kruinen.<br />

Tussen aankoop en aanplant<br />

Let er bij het transporteren van de bomen op dat de wortels niet kunnen<br />

uitdrogen (transporteren in een gesloten wagen of de wortels afdekken met een<br />

zeil). Indien je de bomen niet onmiddellijk kan aanplanten, kuil ze dan in.<br />

Inkuilen dient om de boom (en vooral de wortel) te beschermen tegen uitdroging<br />

en vervriezen. Hou de inkuilperiode zo kort mogelijk en plant definitief zodra<br />

mogelijk.<br />

Wanneer aanplanten<br />

Je plant een boomgaard best tijdens de rustperiode van de natuur: van begin<br />

november tot eind maart. Aanplanten in het najaar is het beste omdat er zich<br />

tijdens de winter reeds haarwortels ontwikkelen, wat de groei in het voorjaar zal<br />

bevorderen.<br />

Hoe aanplanten<br />

Zet een plantverband uit op basis van de gekozen soorten rassen en eigen<br />

wensen.<br />

Graaf een plantgat dat dubbel zo breed en diep is als het wortelgestel (meestal zo<br />

een 80 op 80 cm en 50 cm diep). Leg de uitgegraven aarde zodanig dat het gat<br />

nadien in dezelfde volgorde opgevuld kan worden.<br />

Knip het wortelgestel bij. Verwijder gekwetste delen en wortels die te ver<br />

uitsteken zodat ze niet omplooien als de boom in het plantvak wordt geplaatst.<br />

Plaats de boom in het plantgat en vul het plantgat met de uitgegraven grond.<br />

Zorg ervoor dat deze goed verkruimeld is.<br />

43/63


Trek, eenmaal het gat gevuld, de boom al schuddend enkele centimeters omhoog.<br />

Druk de grond van binnen naar buiten aan.<br />

Beschermen van de bomen<br />

Voorzie voor hoogstammige fruitbomen die worden aangeplant ook steeds min. 1<br />

(kastanjehouten) steunpaal (lengte 2,5m, diameter 8cm). De steunpaal wordt aan<br />

de kant van de meest heersende windrichting geplaatst (meestal zuidwest).<br />

Bij twee boompalen per boom moeten de palen aan weerszijde van de boom<br />

loodrecht op de windrichting worden geplaatst.<br />

Indien een fruitboom geplant wordt in een weide waar er dieren bij kunnen, moet<br />

ze tegen vraat beschermd worden. Dit kan door er een veebescherming rond te<br />

plaatsen.<br />

Een goede veekering voor hoogstam fruitbomen bestaat uit 3 kastanjehouten<br />

palen (lengte 2,5m, diameter 8cm) verbonden door 3 halfronde paaltjes (lengte<br />

0,6m, diameter 8cm). De boom wordt door middel van 3 boombanden met de 3<br />

houten palen verbonden. (Een aparte steunpaal is dan niet meer nodig.) Rond de<br />

palen komt een zware ursusdraad. Rond de ursusdraad wordt nogmaals een<br />

prikkeldraad gewikkeld.<br />

Let wel: dit is niet geschikt voor paarden. Voor paarden wordt er geen<br />

prikkeldraad gebruikt. Afhankelijk van de begrazing (paarden, koeien, ezels,<br />

geiten, schapen, …) of de mogelijke indringers (herten, konijnen, eenden, …)<br />

wordt een aangepaste veekering geplaatst.<br />

Goede voorbeelden hiervan kan men terugvinden op de website van de nationale<br />

boomgaardenstichting en de website van <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Groene Corridor,<br />

zie linken bij nog meer weten.<br />

Als alternatief voor geïmpregneerde houten palen, vaak in naaldhout, neemt de<br />

vraag naar duurzamere houtsoorten steeds verder toe. Kastanjehout is een<br />

dergelijke houtsoort met een zeer lange levensduur. Dit wordt veroorzaakt<br />

door de natuurlijke aanwezigheid van looizuren in het hout. Kastanje hout valt<br />

44/63


onder de duurzaamheidklasse II, wat betekent dat het hout circa 20-25 jaar goed<br />

blijft. Dit maakt de kastanjepaal zeer geschikt als afrasteringspaal.<br />

Onderhoud<br />

Hoeveel en wanneer snoeien<br />

In vergelijking met laagstamfruitbomen vereisen hoogstamfruitbomen weinig<br />

onderhoud. Maar snoei is en blijft nodig bij hoogstamfruitbomen. Snoei zorgt voor<br />

de juiste boomvorm en brengt licht, lucht en zon in de kruin. Al deze elementen<br />

zijn nodig om veel en mooie vruchten te kunnen vormen, om takbreuk en ziektes<br />

te voorkomen en je bomen een lang en gezond leven te gunnen. Naargelang de<br />

ouderdom van de boom is er een ander type snoei vereist. Enkele richtlijnen zijn<br />

hieronder samengebracht.<br />

Algemene tips<br />

Snoei nooit bij vriesweer en vermijd snoeien bij langdurige perioden van<br />

neerslag.<br />

Snoei steeds met degelijk, scherp en aangepast materiaal: investeren in een<br />

goede snoeischaar, snoeizaag en in verlengstukken voor snoeien op grotere<br />

hoogte mag duur lijken, op termijn zal wellicht blijken dat het de<br />

comfortabelste én goedkoopste keuze is.<br />

Snoei steeds met zuiver materiaal: ook planten kunnen schimmels en ziektes<br />

overdragen, met alle gevolgen vandien. Maak er een goede gewoonte van het<br />

snoeimateriaal te reinigen vooraleer aan een snoei te beginnen. Is er een<br />

vermoeden van ziekte, investeer dan in ontsmettingsmiddel (verkrijgbaar in de<br />

speciaalzaak of bij kwekers) waarmee je het snoeimateriaal behandelt. Snoei<br />

zieke bomen steeds laatst.<br />

Snoei nooit vlak bij de stam om volledig afsterven van de tak en inrotting in de<br />

stam te voorkomen. Laat steeds de takkraag (het dikkere stukje aan de stam<br />

of gesteltak) van de te snoeien tak staan (deze is meestal enkele cm).<br />

45/63


Snoei niet verticaal, maar een beetje schuin naar buiten. Neerslag wordt<br />

zodoende onmiddellijk en weg van de boom afgevoerd (met verminderde kans<br />

op schimmel en rot).<br />

Snoei bij inkorting van takken steeds op enkele cm van een knop of scheut.<br />

Dit zorgt voor een afsterven van het laatste stukje tak zonder dat de knop of<br />

scheut aangetast worden.<br />

Grote snoeiwonden kunnen eventueel met een wondafdekkend middel<br />

(verkrijgbaar in de speciaalzaak of bij kwekers) verzorgd worden.<br />

Vormsnoei<br />

Deze wordt toegepast vanaf het jaar na de aanplant totdat de opbrengstfase<br />

van de boom bereikt wordt. Bij appel op hoogstam is dat na 8-12 jaar, bij<br />

peren na 10-12 jaar, bij kers na 6-7 jaar en bij pruim na 6-8 jaar.<br />

Vormsnoei van jonge bomen gebeurt steeds in de winter (vanaf half november<br />

tot eind maart) bij droog maar niet te koud weer.<br />

Bij de vormsnoei van de klassiek ronde kruin worden concurrenten van de<br />

harttak en de gesteltakken verwijderd.<br />

De gesteltakken worden op gelijke hoogte gesnoeid.<br />

Basisregel = snoeien doet groeien<br />

o bij sterke twijggroei (> 80 cm/jaar): weinig snoeien (max 1/3 van<br />

twijg), om de boom tot vruchtvorming aan te zetten<br />

o bij zwakke twijggroei (< 40cm): sterker snoeien (2/3), om de<br />

twijgontwikkeling te prikkelen<br />

Zwakkere zijtwijgen worden met mate behouden en zullen de eerste vruchten<br />

geven.<br />

Onderhoudssnoei<br />

In de opbrengstfase is de boomvorm klaar en wordt gesnoeid om licht en lucht<br />

in de kruin te behouden en een goede vruchtbaarheid te handhaven.<br />

46/63


Te dicht staande en kruisende takken worden aan de takring verwijderd,<br />

gesteltakken afgeleid (afleiden = terugsnoeien van een gesteltak op een<br />

kleinere zijtak, die de natuurlijke groeirichting en uitbreiding van de kruin<br />

verder zet).<br />

Te oude vruchttakken met sterk minderende opbrengst worden verwijderd.<br />

Door het aftoppen van de harttak op de gewenste hoogte bekomt men een<br />

lage open kruin. Dit is vooral bij kersen en pruimen gebruikelijk, zowat 2-3<br />

jaar na het bereiken van de volle drachtfase.<br />

Onderhoudssnoei gebeurt bij pruimen en kersen tijdens of vlak na de pluk.<br />

Bij appels en peren kan de onderhoudssnoei gedeeltelijk in de zomer<br />

plaatsvinden, maar alles kan evengoed in de winter uitgevoerd worden.<br />

Verder onderhoud<br />

Het is belangrijk de jonge bomen te helpen in de periode tussen de aanplant en de<br />

herneming van hun normale groei (meestal twee tot drie jaar na de aanplant).<br />

De voornaamste zorgen dien je in het eerste groeiseizoen, en vooral in het eerste<br />

voorjaar en de eerste zomer toe te brengen. De daaropvolgende jaren kan je dit<br />

eventueel in mindere mate verder zetten.<br />

De grootste vijanden van de jonge boom zijn: droogte, grasmaaiers en dieren.<br />

Hierna lees je welke problemen zich kunnen voordoen en hoe je deze kan<br />

voorkomen of verhelpen.<br />

Verdroging<br />

Dé nummer 1 doodsoorzaak bij nieuwe aanplantingen!<br />

Herkennen:<br />

- de bladeren gaan slap hangen, worden vervolgens bruin vanaf de<br />

rand en verschrompelen<br />

47/63


Voorkomen:<br />

Maaischade<br />

Herkennen:<br />

Voorkomen:<br />

- in een verder stadium gaat ook de schors rimpelen en sterft de<br />

twijg af<br />

Geef water<br />

- ± 50 liter water per hoogstamfruitboom per keer<br />

- minstens één keer per week<br />

- bij voorkeur ’s avonds zodat het water de kans krijgt in de bodem te<br />

trekken<br />

- maak eventueel een richeltje om te vermijden dat het water<br />

wegloopt<br />

- ga door tot na de droogteperiode, het duurt immers een tijdje<br />

voordat de regen voldoende diep in de bodem is doorgedrongen<br />

Bedek de bodem<br />

- dek de grond af met een mulchlaag (5 cm of dikker), bij voorkeur<br />

van goed verteerde compost of stalmest<br />

- houd de stamvoet vrij ( Ø 10 cm)<br />

- heb je last van woelmuizen: bedek de bodem dan enkel van april tot<br />

oktober<br />

Verwijder stamscheuten<br />

- scheuten op de stam pikken het vocht in dat de takken en bladeren<br />

van de kruin nodig hebben. Verwijder deze stamscheuten<br />

gedurende het hele groeiseizoen. Liefst op het ogenblik dat ze nog<br />

niet verhout zijn en je ze nog gewoon kan aftrekken (let wel steeds<br />

op dat je geen schors van de stam afscheurt). Zijn ze al dikker,<br />

snoei ze dan tot tegen de stam af met een snoeischaar.<br />

- rafelige, losgekomen schors<br />

- beschadigde stam<br />

- plaats drie lage paaltjes in driehoekvorm op 20 cm van de stam<br />

48/63


Vraatschade aan de boom<br />

Herkennen:<br />

Voorkomen:<br />

- pikschade aan knoppen (vogels)<br />

- afbijten twijgen en schillen van de stam (haas/konijn)<br />

- veegschade aan stam of takken en afbijten van knoppen (ree)<br />

- ondergrondse gangen en afvreten van schors aan wortels en<br />

stamvoet (woelmuizen en ratten)<br />

- plaats een vogelverschrikker<br />

- plaats een voldoende hoge cilinder van fijnmazige draad rondom de<br />

stam of plaats een kunststof beschermspiraal (minder gunstig door<br />

donker en vochtig klimaat rond de stam).<br />

Verdere aandachtspunten<br />

Geef je boom gedurende de eerste 8 tot 10 jaar een vormsnoei tijdens de<br />

winter (van half november tot eind maart bij droog maar niet te koud weer).<br />

Knelt de boombindband rond de stam of is hij ingegroeid? Maak hem los en<br />

maak hem ruimer of vervang hem door een nieuw, groter exemplaar.<br />

Controleer de bescherming tegen vee of andere dieren en herstel ze indien<br />

nodig.<br />

Wees bedacht op mogelijke ziektes in de boomgaard. Sommige aantastingen<br />

zijn relatief onschuldig en beheersbaar, andere kunnen grote ravage<br />

aanrichten.<br />

Snelle identificatie van de aandoening en tijdig ingrijpen via gepaste<br />

maatregelen kan veel ellende besparen. Vakliteratuur en kwekers of andere<br />

experten kunnen je daarbij helpen en ook op het internet vind je heel wat<br />

informatie.<br />

49/63


Wat te doen met snoeiafval<br />

Verbranden mag niet meer, vanwege het milieu. Afvoeren via de gemeente kan,<br />

maar kost de gemeente en dus de belastingbetaler geld. Een oplossing is een<br />

takkenril, zie ‘Takkenril’ voor een korte beschrijving en handige tips.<br />

Wat zegt de wet<br />

Hoogstammige bomen moeten minstens twee meter van de perceelsgrens staan.<br />

In landbouwgebied is dit zes meter.<br />

Nog meer weten<br />

- www.rlzzz.be/winkel<br />

Boek: Fruit als smakelijk erfgoed.<br />

Het <strong>Pajottenland</strong> heeft al een eeuwenoude fruittraditie. ‘Fruit als smakelijk erfgoed’ is<br />

een handig naslagwerk voor liefhebbers die streekeigen hoogstambomen willen<br />

aanplanten.<br />

Een eerste deel schetst in vier hoofdstukjes de historische hoogstamfruitteelt in het<br />

<strong>Pajottenland</strong>. De tweede helft van het boek biedt een beschrijving van de meest<br />

courante fruitsoorten, plus een fiche met aanbevolen rassen of variëteiten.<br />

- www.rlgc.be/pub/brochures/brochure_HSBG_lowres.pdf<br />

Keuze, aanleg, vormsnoei, tips, veekering, onderhoud, …<br />

- www.rlgc.be/pub/landschapskranten/artikelsLSK/LSK2009-1-WS-Art2.pdf<br />

De 10 geboden voor een ecologisch interessante hoogstamboomgaard.<br />

- www.boomgaardenstichting.be<br />

Website van de Nationale Boomgaardenstichting<br />

Plantgoed bestellen, tips voor soortkeuze, fruitfiches, aanplanting, onderhoud, veebescherming,<br />

activiteiten, projecten, publicaties, …<br />

- www.paddenbroek.be<br />

Website Educatief centrum ‘De Paddenbroek’ in Gooik<br />

Plantgoed bestellen, tips, voorbeelden, snoeicursus…<br />

- www.plantvanhier.be<br />

Overzicht van streekeigen plantmateriaal<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

50/63


Financiële tegemoetkoming<br />

Je kan terecht op de milieudienst van je gemeente om meer informatie te krijgen<br />

over mogelijke subsidies.<br />

Ook op de website van de Nationale Boomgaardenstichting kunnen er subsidies<br />

aangevraagd worden. www.boomgaardenstichting.be/subsidies.html<br />

3.6 Poelen<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Een poel is geen vijver en al helemaal geen klassieke tuinvijver! Ze hebben beide<br />

slechts twee punten gemeen: er zit water in en ze zijn meestal kunstmatig<br />

aangelegd. Voor de rest niets dan verschillen.<br />

Zo zal je een poel altijd vinden op plaatsen waar het van nature nat is. Er wordt<br />

namelijk geen vijverfolie –of iets dergelijks- in aangebracht, het water blijft erin<br />

staan omdat de grondwaterstand er van nature hoog genoeg is. ‘Van nature’<br />

bepaalt ook de overige verschillen: in een poel wordt niets aangeplant, niets<br />

uitgezet. Al het leven komt vanzelf.<br />

In 2008 heeft het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën, in kader van het<br />

project ‘Een huis en een thuis voor Pajotse amfibieën’, een volledig uitgewerkte<br />

handleiding samengesteld. Deze handleiding beschrijft alle stappen voor de aanleg<br />

van een poel. Van het terreinonderzoek, over het plan en de nodige vergunningen<br />

tot de effectieve aanleg.<br />

Handleiding – Van plan tot poel: Hoe pak je dat aan?<br />

www.rlzzz.be/poelenhandleiding<br />

51/63


Onderhoud<br />

www.rlzzz.be/poelenhandleiding<br />

Handleiding – Van plan tot poel: Hoe pak je dat aan?<br />

Wat zegt de wet<br />

www.rlzzz.be/poelenhandleiding<br />

Handleiding – Van plan tot poel: Hoe pak je dat aan?<br />

Nog meer weten<br />

- www.issuu.com/rlzzz/docs/poelen_onder_de_loep<br />

Waarom een poel aanleggen, het leven in en rond de poel, onderhoud van een poel<br />

- www2.vlaanderen.be/landbouw/downloads/codenatuur.pdf<br />

Code van goede landbouwpraktijken - Natuur - Brussel, april 2002, 90 pagina's.<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

De campagne werd in 2009 opgestart en zal 4 jaar lopen. Samenwerken vormt de sleutel van de<br />

campagne: provincie, gemeenten, de verenigingen, de regionale landschappen helpen elkaar waar<br />

nodig en inspireren elkaar voortdurend. Maar we doen ook graag een beroep op u. We hopen dat ook u<br />

één van onze koesterburen wil koesteren in dit biodiversiteitsverhaal.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

Financiële tegemoetkoming<br />

Je kan terecht op de milieudienst van je gemeente om informatie te krijgen over<br />

subsidies en vergunningen voor de aanleg van een poel.<br />

Heeft u als privé persoon 2 hectare of meer landbouwgrond (akkers en weiden) in<br />

bezit? Bent u geregistreerd als landbouwer bij het Agentschap voor Landbouw en<br />

Visserij (ALV)? Dan kan je via de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) een<br />

beheerovereenkomst ‘aanleggen en onderhouden van poelen’ afsluiten.<br />

www.vlm.be/beheerovereenkomsten<br />

52/63


3.6 Knotbomen<br />

Definitie<br />

Aanleg<br />

Een knotboom is een boom waarvan de stam wordt ingekort tot een meter of twee<br />

boven de grond.<br />

Op de ingekorte stam vormt zich vervolgens een min of meer bezemvormige<br />

krans van nieuwe takken (de pruik). Wanneer die takken regelmatig, elke 5 tot 10<br />

jaar, worden ingekort (of ‘afgezet’) tot tegen de stam, ontstaat door de vorming<br />

van wondweefsel op de snijvlakken een bolvormige verdikking (de knot). Daaruit<br />

groeien na het afzetten telkens weer nieuwe takken door het uitlopen van<br />

zogeheten ‘slapende’ knoppen.<br />

De knotboom is dus geen soort op zich, maar een cultuurvorm gecreëerd door de<br />

mens.<br />

Veel mensen denken bij knotbomen automatisch aan wilgen. Niet te verwonderen<br />

want de Schietwilg (Salix alba) en de Kraakwilg (Salix fragilis) zijn de knotbomen<br />

bij uitstek. Maar ook andere boomsoorten worden gebruikt om te knotten. Het<br />

bekendst zijn knoteik (Quercus robur) en knotes (Fraxinus excelsior), maar ook<br />

knotels (Alnus glutinosa), knotiep (Ulmus minor of Ulmus glabra), knotpopulier<br />

(Populus) en knothaagbeuk (Carpinus betulus) bestaan.<br />

Meer informatie over de standplaats en het aanplanten kan je terugvinden in de<br />

brochure ‘Knotbomen onder de loep’ van het <strong>Regionaal</strong> Landcshap Zenne, Zuun &<br />

Zoniën. www.issuu.com/rlzzz/docs/knotbomen_onder_de_loep<br />

Onderhoud<br />

De nodige informatie over het onderhoud van een knotboom kan je terugvinden in<br />

de brochure ‘Knotbomen onder de loep’ van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun<br />

& Zoniën. www.issuu.com/rlzzz/docs/knotbomen_onder_de_loep<br />

53/63


Het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën heeft een heus knotteam uit de<br />

grond gestampt. Dit knotteam is werkzaam in de gemeenten: Affligem, Beersel,<br />

Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Halle, Herne, Lennik, Liedekerke,<br />

Pepingen, Roosdaal, Sint-Genesius-Rode, Sint-Pieters-Leeuw en Ternat.<br />

Lees meer over het knotteam en vul het aanvraagformulier in op onze website.<br />

www.rlzzz.be/projecten/knotbomen/knotteam/<br />

Wat zegt de wet<br />

Hoogstammige bomen moeten minstens twee meter van de perceelsgrens staan.<br />

In landbouwgebied is dit zes meter.<br />

Nog meer weten<br />

- www.rlzzz.be/projecten/knotbomen/<br />

Website van het <strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën waar allerhande informatie beschikbaar is<br />

over knotbomen.<br />

- www.vlaamsbrabant.be<br />

wonen en milieu -> milieu en natuur -> natuur -> natuurstudie- en soortbescherming -> koesterburen<br />

Met de campagne 'Je hebt meer buren dan je denkt' willen we samen met u werken aan biodiversiteit.<br />

We willen u inwijden in de lokale fauna en flora en hopen dat u mee met ons de bedreigde soorten<br />

koestert.<br />

De campagne werd in 2009 opgestart en zal 4 jaar lopen. Samenwerken vormt de sleutel van de<br />

campagne: provincie, gemeenten, de verenigingen, de regionale landschappen helpen elkaar waar<br />

nodig en inspireren elkaar voortdurend. Maar we doen ook graag een beroep op u. We hopen dat ook u<br />

één van onze koesterburen wil koesteren in dit biodiversiteitsverhaal.<br />

Elke gemeente heeft haar eigen unieke biodiversiteit. In de campagne 'Je hebt meer buren dan je<br />

denkt' koppelen we de verschillende leefgebieden in een gemeente aan hun specifieke prioritaire<br />

soorten. Koesterburen staan symbool voor de unieke biodiversiteit van specifieke leefgebieden in een<br />

gemeente.<br />

Financiële tegemoetkoming<br />

Je kan terecht op de milieudienst van je gemeente om informatie te krijgen over<br />

subsidies.<br />

54/63


3.7 Overige landschapselementen<br />

Bloemenakker, bloemenweide en hooiland-/maaibeheer<br />

Definitie<br />

Een bloemenakker is een akker die men jaarlijks inzaait met akker(on)kruiden.<br />

De bloemenakker bestaat dus uit éénjarige soorten. Deze akker moet elk jaar<br />

worden omgewerkt.<br />

Een bloemenweide is wat natuurbeheerders ook wel eens een hooiland<br />

noemen. Bloemenweiden of hooilanden bestaan uit meerjarige planten.<br />

Bloemenweiden kunnen op verschillende manieren verkregen worden. Enerzijds<br />

kan men er voor kiezen enkel te maaien en te wachten op soorten die vanzelf in<br />

het grasland komen. Anderzijds kan men ervoor opteren te beginnen met kale<br />

grond en alles inzaaien.<br />

Nog meer lezen<br />

- www.inverde.be/informatie/bloemenakker_vs_bloemenweide<br />

Verschil tussen een bloemenakker en een bloemenweide<br />

- www.natuurpuntlimburg.be/p_80.htm<br />

Verschil tussen een bloemenakker en een bloemenweide + aanleg en onderhoud<br />

- www.vlaamsbrabant.be/binaries/MILIEUTIP-gras_in_de_tuin_tcm5-43038.pdf<br />

Verschil tussen intensief en extensief maaibeheer en hoe dit aan te pakken<br />

- www.vlaamsbrabant.be/binaries/MILIEUTIP-levende_bermen_tcm5-43040.pdf<br />

Levende bermen en hooibeheer<br />

- www.vlaamsbrabant.be/landbouw > bloemenakker<br />

55/63


Holle weg<br />

Definitie<br />

Kleinfruit<br />

Een holle weg is volgens het woordenboek een weg die dieper ligt dan de grond<br />

aan weerszijden. Het gaat dan uiteraard niet om een niveauverschil van tien<br />

centimeter. Een weg is hol als je niet meer vanaf het wegdek rechtstreeks het<br />

aanpalend land kunt oprijden. In de praktijk heb je dan een niveauverschil van<br />

minstens een halve meter.<br />

Nog meer lezen<br />

www.issuu.com/rlzzz/docs/holle_wegen_onder_de_loep<br />

Ontstaan en belang van holle wegen, erosie, beplanting, onderhoud…<br />

Definitie<br />

Tot het kleinfruit worden trosbessen, kruisbessen, frambozen, bramen, druiven,<br />

bosbessen en aardbeien gerekend. Het <strong>Pajottenland</strong> is gekend als de streek waar<br />

kleinfruit wordt geteeld, meer specifiek aardbeien. In elke tuin of op elk erf<br />

stonden vroeger, en staan nu nog steeds, enkele struiken kleinfruit om het gezin<br />

in de zomer te bevoorraden van vers fruit. Kleinfruit is ook gemakkelijk te<br />

verwerkingen in confituur.<br />

Nog meer lezen<br />

www.lne.be/themas/natuur-en-milieueducatie/nmerond/vergroening/kiezen/groenvormen/kleinfruit<br />

Info over aanleg en onderhoud, verschillende soorten kleinfruit<br />

www.vlaamsbrabant.be/proeftuinpamel<br />

Proefcentrum voor Kleinfruit Pamel<br />

56/63


Leifruit<br />

Definitie<br />

Takkenril<br />

Tegen zonnige muren en schuttingen kunnen appel en peer als leiboom gekweekt<br />

worden. Leivormen van fruitbomen worden altijd in een plat vlak gesnoeid,<br />

meestal vertikaal. Er bestaan verschillende leivormen, van strakke V –of U-vorm<br />

tot waaiervorm.<br />

Bij het snoeien komt het erop aan zoveel mogelijk vruchthout (vaak korte takjes<br />

aan de stam of zijtakken) te bewaren of te vormen.<br />

Nog meer lezen<br />

www.pepinieresdenghien.be/historiqueNL.html<br />

Info over de historiek, verschillende vormen en variëteiten leifruit<br />

Definitie<br />

Een takkenril is een heg (een heg is toch eerder een uitgegroeide haag, dus ik zou<br />

hier eerder schrijven ‘een lijnvormig element’) die is samengesteld van gesnoeide<br />

takken die je stapelt tussen palen. Het snoeihout wordt op deze manier goed<br />

benut; vogels, insecten en kleine zoogdieren maken er gebruik van als<br />

onderkomen.<br />

Een takkenril kan je elk jaar opnieuw aanvullen, omdat de onderste takken<br />

samengedrukt worden en vergaan.<br />

Nog meer lezen<br />

- http://www.vlaamsbrabant.be/binaries/publicatie-kringlooptuintechnieken-wanden_tcm5-64129.pdf<br />

Waarom kiezen voor een takkenril/takkenwal, snipperwand en vlechtwerk + tips voor de aanleg.<br />

- http://www.provant.be/binaries/Beheer_%20Takkenril_tcm7-117429.pdf<br />

Hoe een takkenril aanleggen.<br />

57/63


3.8 Toegepast op een voorbeeldproject<br />

Ontwerp<br />

Hagen en heggen<br />

In het ontwerp komen zowel hagen als heggen<br />

voor.<br />

Rond de boomgaard is een meidoornhaag<br />

geplant. In het verleden stonden rond<br />

boomgaarden en weilanden meestal<br />

meidoornhagen. Deze hadden de functie om het<br />

vee in de wei te houden. Rond de historische<br />

boomgaard stond vroeger ook een<br />

meidoornhaag. In het ontwerp is gekozen om<br />

deze strak te houden, dus twee maal per jaar te<br />

scheren.<br />

58/63


De andere hagen in het ontwerp zijn gemengde hagen die jaarlijks worden geschoren. De<br />

hagen zijn samengesteld uit meidoorn, sleedoorn, veldesdoorn en gladde iep. Deze<br />

worden in groepjes van 2 à 3 planten bij elkaar geplant. Na elke 5 meter wordt één<br />

hondsroos geplant. Hondsroos wordt niet in groepjes bij elkaar geplant. Deze plant<br />

maakt lange takken en heeft steun van andere planten nodig.<br />

In dit project is 415 meter gemengde haag geplant. Deze hagen omzomen het weiland,<br />

maar ze worden geschoren op 1,5m zodat het open zicht op het landschap behouden<br />

blijft.<br />

Op enkele plaatsen zijn heggen aangeplant. Ze hebben dezelfde soortensamenstelling als<br />

de gemengde hagen, met het grote verschil dat de planten op 50cm van elkaar zijn<br />

geplant. De hondsroos wordt in de heg elke 10 meter geplant. De heggen mogen<br />

gedurende 3 jaar uitgroeien, waarna ze worden geschoren op 1,5 meter hoogte.<br />

Rond deze hoeve is 140 meter heg aangeplant.<br />

Houtkant / Hakhout<br />

Op de grens tussen de weilanden en de achterliggende akker zijn twee houtkanten<br />

aangeplant. Deze houtkanten maken een geleidelijke overgang tussen de weilanden/de<br />

akkers en het bos Ter Rijst.<br />

De houtkanten zijn samengesteld uit sleedoorn, hazelaar, rode kornoelje, meidoorn,<br />

vlier, veldesdoorn en hondsroos. De planten worden in groepjes van 3 à 4 samen<br />

geplant. De hondsroos wordt zoals in de hagen alleen geplant.<br />

De planten worden met een tussenafstand van 1m in de rij geplant. Tussen de rijen is er<br />

een plantafstand van 0,5m. De planten worden geschrankt aangeplant.<br />

Bomenrijen<br />

Historisch waren in dit gebied vooral bomenrijen langs de wegen aanwezig. Langsheen de<br />

weg naar het kasteel staat nog een bomenrij bestaande uit populieren. Aangezien deze<br />

bomenrij op iemand anders zijn eigendom staat, is hier niets aan gewijzigd.<br />

In het ontwerp zijn bomenrijen opgenomen, maar dan met knotbomen.<br />

In 3.8.7 wordt hierover meer uitleg gegeven.<br />

59/63


Boomgaarden<br />

De historische boomgaard is opnieuw aangelegd. In totaal werden 12 fruitbomen<br />

aangeplant, waarvan 4 appelbomen, 4 perenbomen, 2 pruimenbomen en 2<br />

kersenbomen. Bij de samenstelling werd rekening gehouden met de bevruchting, zodat<br />

alle fruitbomen vruchten zullen dragen. De plantafstand die hier wordt gehanteerd is<br />

12m x 12m.<br />

Poelen<br />

Naast de hoeve bevindt zich de historische veedrinkpoel.<br />

Doordat rond de poel geen veekering stond, heeft het vee<br />

de oevers jaarlijks afgetrapt. Hierdoor was de poel sterk<br />

verland en stond hij elke zomer droog, wat nefast is voor<br />

het dieren –en plantenleven in en rond de poel. In kader<br />

van het project is de poel uitgediept en zijn de oevers<br />

hersteld.<br />

60/63


Knotbomen<br />

Ook knotbomen horen thuis in dit landschap. In het ontwerp zijn twee soorten<br />

knotbomen gebruikt.<br />

Om van de Bosstraat naar de toegang van de hoeve te gaan, moet je even via de oude<br />

bedding. Aan de ene kant van de straat staan al laanbomen (es). Om het vroegere effect<br />

van dreven te creëren is in het weiland een bomenrij van haagbeuk geplant. Deze<br />

haagbeuken moeten beheerd worden als knotbomen. Dit om twee redenen: de straat is<br />

te smal om langs beide kanten bomen te laten uitgroeien. Landbouwvoertuigen zouden<br />

op termijn niet meer doorkunnen. De tweede reden zijn de bovengrondse<br />

electriciteitsleidingen. Uitgroeiende bomen komen met de kruin in de leidingen, waardoor<br />

problemen kunnen ontstaan.<br />

In het weiland achter de hoeve is een rij van 12 knotwilgen geplant. De voorkeur is<br />

uitgegaan naar gewortelde poten, zodat de bomen meer kans hebben tot aanslaan. Als<br />

soort is hier de schietwilg gekozen. Dat is de meest gebruikte soort voor knotwilgen.<br />

61/63


Bomengroepen<br />

In de weilanden zijn groepjes met bomen aangeplant om de weilanden landschappelijk in<br />

te kleden. De weilanden worden gebruikt als graasweides voor boerenpaarden. Deze<br />

bomengroepen moeten ook zorgen voor schaduwplaatsen voor de paarden.<br />

Aangezien paarden gevoelig zijn aan heel veel inheemse boomsoorten, is de keuze van<br />

soorten heel klein. Volgende bomen zijn in groepjes van 2 à 3 aangeplant: linde,<br />

veldesdoorn en haagbeuk. De bomen zijn telkens beschermd met veekering tegen de<br />

paarden.<br />

Leifruit<br />

Tegen de schuur aan de zuidgevel stonden vroeger leifruitbomen. Dit kan afgeleid<br />

worden door de aanwezigheid van nagels in oude muren. De eigenaars gaan na de<br />

verbouwingwerken opnieuw leifruit tegen deze gevel planten.<br />

62/63


4. Slot en colofon<br />

Wij hopen dat deze handleiding een stimulans kan zijn voor eigenaars<br />

of verenigingen om Kleine <strong>Landschap</strong>selementen en hun bewoners<br />

nieuwe kansen te geven. Op die manier kan deze handleiding een<br />

volgende stap betekenen om te komen tot een beter beheer en een<br />

betere bescherming van Kleine <strong>Landschap</strong>selementen in ons<br />

werkingsgebied en in de rest van Vlaanderen.<br />

Nog opmerkingen of suggesties over deze handleiding of over Kleine<br />

<strong>Landschap</strong>selemten, dan lezen we die graag.<br />

Redactie<br />

Anneleen Vanderputten, Katelijne Aelen en de rest van het team van <strong>Regionaal</strong><br />

<strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën vzw.<br />

Verantwoordelijke uitgever<br />

Kris Poelaert, voorzitter<br />

Donkerstraat 21, 1750 Lennik (Gaasbeek)<br />

Contact<br />

<strong>Regionaal</strong> <strong>Landschap</strong> Zenne, Zuun & Zoniën vzw<br />

Oude Pastorie, Donkerstraat 21<br />

1750 Lennik (Gaasbeek)<br />

Tel 02 452 60 45 - info@rlzzz.be<br />

www.rlzzz.be<br />

Maart 2011.<br />

Dit project werd mogelijk gemaakt dankzij de steun van <strong>Pajottenland</strong>+ voor ‘Groetjes uit<br />

het <strong>Pajottenland</strong>!’.<br />

63/63

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!