Loonbedrijf 8, 2008 - van woerkom journalistiek

STERK WERK
Duurzaam en innovatief
De Beijer Bladel, Hapert
Hij was al in diverse media te bewonderen en staat bekend als
innovatief. “Je moet vooroplopen met nieuwe technieken. Alleen
dan blijf je in beeld als ondernemer.” Kernwoorden als duurzaam
en vernieuwend staan bij bedrijfsleider Piet de Beijer voorop.
Hij vindt dat logisch. Onlangs kreeg hij subsidie voor een
zelfontwikkelde machine: de Multitrack.
36
Loonbedrijf 8, 2008
Bedrijfsleider Piet de Beijer: “We gaan niet met lekkend materiaal de
weg op, we laten niets stationair draaien en we ruimen ons afval op.
Dat moet toch voor ieder bedrijf normaal zijn.”

“De olie raakt op. We moeten nu duurzaam gaan werken.
Ik ben van mening dat je energie moet halen uit lucht, uit
datgene wat groeit en uit de zon. We moeten zoeken naar
toekomstige energiebronnen.” In zijn kantoor in het regenachtige
Hapert zit Piet de Beijer erbij alsof het gewoonste
zaak is dat boeren aan je deur komen om te vragen of je
samen met ze een mestvergister wilt opzetten en dat je
een energiecentrale in houtsnippers gaat beginnen.
Duurzaam en vernieuwend, dat zijn de kernwoorden bij
loonbedrijf De Beijer Bladel. Dat zie je terug in de werkzaamheden
en in de machines. Het agrarisch loonwerk is dertien
jaar geleden afgestoten. Nu zit het bedrijf in het natuur-
beheer: bosbouw, recycling, cultuurtechnische werken. In
alle takken komt het duurzame en innovatieve terug.
Dat het loonbedrijf actief is in het natuurbeheer is niet
vreemd. De waarden van het loonbedrijf komen hierin
terug. Staatsbosbeheer is de grootste opdrachtgever.
Tijdens projecten staan de natuurwaarden centraal. De
ronde zonnedauw moet nog kunnen groeien, de kuifeend
moet nog kunnen zwemmen. “Deze opdrachtgever is
niet gauw onder de indruk van nieuwe technieken, het
gaat erom hoe het terrein wordt achtergelaten”, zegt De
Beijer. “Dat is de taak van het personeel, maar ook van
het management. Als bedrijfsleiding stralen we uit dat we
begaan zijn met de natuur. De jongens pikken dat op. Ze
zien en weten wat er groeit. Ze krijgen vaak de opdracht
van de boswachter, die ook het einddoel uitlegt. Luisteren
naar de klant is belangrijk voor de kwaliteit.”
Ook op het bedrijf zelf worden de waarden in acht
genomen. Milieuvriendelijk werken staat voorop. De
Beijer: “We hadden als een van de eerste bedrijven VCA.
We hebben een vloeistofdichte werkplaats en tankplaats.
We gaan niet met lekkend materiaal de weg op, we laten
niks stationair draaien en we ruimen ons afval op. Dat
moet toch voor ieder bedrijf normaal zijn.”
Realistisch
Natuurvriendelijk wíllen werken is niet hetzelfde als
natuurvriendelijk kúnnen werken. Als ondernemer zit je in
een spagaat. ”We staan achter natuurvriendelijk werken,”
In de bossen doet De Beijer ook veel graderwerk. Het bijwerken van
bospaden is daar de hoofdzaak. Bij al zijn werk staat oog voor het
milieu voorop, dus gaat de machine uit als er pauze is.
stelt De Beijer, “maar aan de andere kant verstoken we
ook één miljoen liter diesel per jaar. Duurzaam werken is
een goede gedachte, maar je bedrijf blijft vervuiler. Dat
is waar je over nadenkt. Je bent begaan met de natuur,
maar je machines gebruiken brandstof. Het is het nuttige
met het aangename verenigen. Je bent ook ondernemer:
je wilt er ook aan verdienen. Sommige loonbedrijven
werken met zulke kleine marges; ze houden er niets
aan over. Alles moet zo goedkoop mogelijk. Ik vind juist
kwaliteit van belang. De klant wil niet dat je met oude
zooi komt aanzetten, dus we vernieuwen onze machines
regelmatig. Met innovaties blijf je vooroplopen. Het werk
moet wel rendement opleveren. Ik hoef geen vijftig man
in dienst en dag en nacht te werken, maar ik wil op een
prettige manier kunnen leven voor mijn bedrijf en voor
het personeel.”
Energiecentrale
De Beijer Bladel
De naam van het bedrijf stamt nog uit de tijd dat het loonbedrijf was gevestigd in het
Noord-Brabantse plaatsje Bladel. Sinds 2004 zit het bedrijf enkele kilometers verderop
in Hapert, waar de machines een dak boven hun hoofd kregen, het groenafval
kan worden opgeslagen, het bedrijf een echt kantoor en kantine kreeg en zelfs een
weegbrug is gebouwd.
Dertien jaar geleden nam Piet de Beijer het bedrijf over van zijn vader, samen met
zijn vrouw, broer en schoonzus. De vier vennoten hebben allemaal hun eigen taak.
Piet zelf is de bedrijfsleider, zijn broer zit op de machine en de vrouwen hebben de
crediteuren- en debiteurenadministratie onderling verdeeld. Het bedrijf heeft achttien
man in dienst, van wie tien vast. Toch is het bedrijf De Beijer Bladel blijven
heten. Veel mensen kennen het, de naam is bekend in de buurt en de website heeft
ook die naam: www.debeijerbladel.nl.
Achter op het terrein liggen hopen boomstronken, houtsnippers
en geshredderde houtsnippers. “Dat is allemaal
biomassa. We transporteren de snippers naar België
of Duitsland, waar ze worden gebruikt om energie op
te wekken.” Het liefst zou De Beijer de snippers zelf in
een energiecentrale gooien. De plannen liggen al op de
gemeentetafel. “We produceren zo’n 100.000 ton houtsnippers
per jaar. Ik heb vijf houtversnipperaars aan de
De bermenfrees is gedeeltelijk door De Beijer zelf gebouwd. De machine
heeft een ingekort chassis van een WKM-bietenrooier en de cabine van
een John Deere-hakselaar.
De sterrenzeef voor de biomassa wordt elektrisch aangedreven.
Per uur zijn de kosten daardoor weliswaar hoger, maar de kosten
per ton vallen lager uit.
Loonbedrijf 8, 2008 37
tekst Marjolein
van Woerkom
foto’s Marjolein van
Woerkom, De Beijer
Bladel

gang. Nu breng ik ze weg, maar ik wil ze hier houden,
zodat we daarmee het dorp straks van energie kunnen
voorzien. Je moet jezelf kunnen bedruipen als de olie op
is.” Op een nieuw te bouwen industrieterrein moet de
centrale komen. De Beijer heeft zijn afnemers ook al gevonden,
waaronder een subtropisch zwembad in de buurt.
“Je moet als ondernemer altijd vooruit blijven kijken.”
Multitrack
De zelfontwikkelde Multitrack is daar een goed voorbeeld
van. Eind jaren negentig kwam Staatsbosbeheer met een
nieuw beleid: natte graslanden maaien. Het aangeboden
werk wilde De Beijer graag aannemen, maar hij had niet
de juiste machine. “We hebben het geprobeerd met een
landbouwtrekker op brede banden, maar we kregen de
bodemdruk niet laag genoeg. Het moest een rups worden.
Een opraapwagen en een maaier op rupsbanden
kwamen voorbij, een pistenbully op twee rupsen, een
trekker op rupsen werd te zwaar. Uiteindelijk vond De
Beijer op internet het antwoord: de Snowcat.
In de tussentijd had hij via een klant gehoord van een
subsidiepot bij het ministerie van LNV. Op een informatiebijeenkomst
van SenterNovem in Utrecht, meldde De
Beijer twee projecten aan. Van de veertien aanmeldingen
werd hij nummer drie. Voor een haalbaarheidsonderzoek
kreeg hij € 13.000,-.
Met zijn broer vertrok De Beijer twee weken later naar de
Snowcat-dealer in Bloomington, Amerika. Hij wilde hem
zelf zien en testen. Een juiste tweedehands Snowcat had
de dealer wel, maar niet met het juiste type rupsbanden.
Uiteindelijk heeft De Beijer een nieuwe gekocht bij de
fabriek in Medford. Vorig jaar mei arriveerde de Snowcat
op zijn bedrijf, maar De Beijer mocht de machine pas gaan
ombouwen als de subsidie aan hem was toegekend.
Tot 1 februari 2008 kon hij daarom alleen maar naar zijn
machine kijken.
365.000 subsidie
Hij kreeg echter een subsidie van € 365.000,- en kon aan
de slag. “Er moest voor en achter een aftakas op. Er zat
een automaat in, maar we wilden een hydrostaat en de
Een zelfgebouwde combinatiemachine: frontblad, ondergronder,
trilrol en bandenwals om boswegen netjes bij te werken en
weer strak achter te laten.
Multitrack
Motor: 170 pk
Aandrijving: traploos 0-30 km/u
Rupsoppervlak: 4 x (65 x 190) = 49.400 cm 2
Gewicht basismachine: 5500 kg
Cabinezijde: hefinrichting en aftakas 1000 tpm
Motorzijde: trekhaak en aftakas 500 tpm
Rupsen: per twee door middel van differentieel verbonden
Besturing: door verdraaiing van rupsstellen t.o.v. chassis (niet schranken)
Opraapwagen: voorzien van aangedreven en gestuurd rupsonderstel
hefinrichting werd veranderd.” Om nog wat druk op de
ketel te zetten, kwam Staatsbosbeheer diezelfde maand
nog met een nieuw project. Het zocht een geschikte
machine voor het maaien van natte graslanden. Met drie
à vier man werkten ze aan de Snowcat, die uiteindelijk
Multitrack zou gaan heten. Op de laatste dag dat er kon
worden proefgemaaid, kwam De Beijer in actie. ’s Middags
hoorden ze dat ze het werk hadden. Dus subsidie
én werk voor de machine.
Onbekende markten liggen nu open. Misschien iets met
golfbanen of bermen, denkt De Beijer. Hij heeft geen
idee. Het manschappenvoertuig van Defensie werkt met
hetzelfde onderstel. In Amerika gebruiken ze de Snowcat
voor het repareren van hoogspanningskabels in de bergen.
Maar Natuurmonumenten staat al op de stoep voor de
Multitrack. “Nieuwe machines trekken nieuwe klanten”, is
De Beijers ervaring.
Eis van LNV is wel dat het concept na een jaar moet worden
verkocht. “Het ministerie wil zien of er respons op
komt, zodat de machine op de markt kan komen. We zijn
hem nu aan het testen. In de dertig hectare die we er nu
mee hebben gemaaid, zijn we nog niets tegengekomen
wat voor verbetering vatbaar is. We hebben werk voor het
hele seizoen, zo’n 200 hectare maaiwerk. Omdat we het
concept moeten verkopen, zijn we al met de fabrikant in
gesprek over een eventueel dealerschap en we hebben
de domeinnaam multitrack.nl al gekocht.”
Ja, deze ondernemer kijkt vooruit.
Deze houtsnippers worden straks gebruikt als biomassa. Groenafval wordt
met de shredder verkleind. Takken en stammen verdwijnen in de tubgrinder.
Compost wordt omgezet en gemengd.
Een belangrijke winteractiviteit is het werk in de bossen.
Het betekent oogsten van bomen, de wortels wegwerken en
daarna het terrein plantklaar opleveren.
Loonbedrijf 8, 2008 39