Intern noodplan - Psychiatrisch Centrum Sint-Jan
Intern noodplan - Psychiatrisch Centrum Sint-Jan
Intern noodplan - Psychiatrisch Centrum Sint-Jan
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
4. Waarschuwing en alarmering<br />
4.1. Alarmering – algemeen<br />
Wanneer iemand brand opmerkt heeft die tot plicht onmiddellijk een verantwoordelijke te<br />
waarschuwen. Dit kan gebeuren door het indrukken van een brandmeldknop of melden via een<br />
telefoon (nummer 99). De verantwoordelijke van het gebouw ontvangt een bericht op zijn telefoon en<br />
gaat onmiddellijk naar de plaats van onheil en evalueert de situatie. Indien nodig, gaat de<br />
verantwoordelijke van het gebouw het brandalarmnummer *10 112 bellen en drukt de<br />
brandmeldknop in. Zo wordt algemeen alarm gegeven in het hele gebouw. In de gebouwen met niet<br />
direct toezicht namelijk gebouw A, B, K, J en Z wordt de ‘nacht’verpleegkundige van de sociowoningen<br />
of zijn vervanger aangeduid als de verantwoordelijke van het gebouw .<br />
De crisisploeg wordt automatisch op de hoogte gebracht van de alarmering via de telefoon. De<br />
samenstelling van de crisisploeg is gebaseerd op telefoonnummers die steeds bemand zijn. De lijst<br />
van telefoonnummers is opgenomen in bijlage.<br />
Het alarm is goed herkenbaar, overal hoorbaar en is niet hetzelfde geluid als één of ander belsignaal.<br />
Het algemeen alarmsignaal moet altijd aanleiding geven tot een algemene evacuatie. Het verplegend<br />
personeel zorgt voor de patiënten en de evacuatie naar de verzamelplaats. De verantwoordelijke van<br />
het gebouw controleert de kamers, de gemeenschappelijke ruimten en de toiletten en verlaat als<br />
laatste het gebouw. Hij meldt zich na evacuatie bij de evacuatieverantwoordelijke. De<br />
evacuatieverantwoordelijke draagt een fluo geel vestje. De persoon aangesteld als<br />
evacuatieverantwoordelijke is niet werkzaam in het te evacueren gebouw maar in een naburig gebouw.<br />
De lijst van de evacuatieverantwoordelijken is opgenomen in bijlage.<br />
4.2. <strong>Intern</strong>e alarmering<br />
Bij het opmerken van brand, doe steeds één van volgende handelingen:<br />
- Bel 99<br />
- brandmeldknop indrukken<br />
Bij de melding van ‘rookalarm’ op de telefoon<br />
- de verantwoordelijke van het gebouw gaat kijken en evalueert de situatie, afhankelijk van de<br />
ernst wordt het algemeen evacuatie alarm gegeven<br />
- de crisisploeg gaat naar de plaats van onheil<br />
Indien er beslist wordt om over te gaan tot een algemene evacuatie<br />
- de verantwoordelijke van het gebouw belt *10 112 nummer en drukt de brandmeldknop in<br />
- de verantwoordelijke van het gekoppelde gebouw begeeft zich naar de evacuatieplaats van het<br />
gebouw dat geëvacueerd wordt.<br />
- de leden van de crisisploeg helpen bij de evacuatie van de patiënten<br />
- de verantwoordelijke van het gebouw controleert alle kamers, leefruimtes en toiletten en verlaat<br />
als laatste het gebouw.<br />
- hij meldt zich aan bij de evacuatieverantwoordelijke, die een fluo geel vest zal dragen en zich op<br />
de evacuatieplaats bevindt ( parking aan het gebouw)<br />
4.3. Externe alarmering<br />
<strong>Psychiatrisch</strong> centrum <strong>Sint</strong> <strong>Jan</strong> NOODPLAN 8/31