Hoe minder slib hoe liever - Portaalsite Departement MOW ...
Hoe minder slib hoe liever - Portaalsite Departement MOW ...
Hoe minder slib hoe liever - Portaalsite Departement MOW ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
OW<br />
MAG<br />
Nieuws uit het ministerie mow • Verschijnt driemaandelijks • # 16 • 30 januari 2011<br />
Investeringsprojecten<br />
Sneller en beter<br />
Centaurus krijgt Indigo-prijs<br />
Lara in actie<br />
Nieuwe binnenvaartsimulator ingehuldigd<br />
<strong>Hoe</strong> <strong>minder</strong> <strong>slib</strong><br />
<strong>hoe</strong> <strong>liever</strong><br />
Current Deflecting Wall<br />
bijzonder efficiënt
2<br />
<strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
Beste<br />
collega’s<br />
D<br />
e voorbije maanden stonden overal in het teken van water<br />
en neerslag, en dat is ook in deze nieuwe <strong>MOW</strong>mag niet<br />
anders. Met dat verschil dat we hier niet zozeer focussen op de<br />
waterellende en winterse sneeuwbuien zelf: we kijken vooral<br />
naar initiatieven om te voorkomen of te genezen.<br />
Een van die initiatieven is het Winteractieprotocol dat AWV met<br />
alle betrokkenen heeft opgesteld om de strooidiensten sneller<br />
en efficiënter te doen verlopen. Het weer hebben we niet in<br />
de hand, en bij uitzonderlijke weersomstandigheden zoals in<br />
december zal het altijd moeilijk zijn. Maar het nieuwe Winteractieprotocol<br />
heeft in elk geval veel onheil kunnen voorkomen!<br />
Ook aan manieren om het beheer van onze havens en rivieren<br />
te optimaliseren, besteedt dit nummer heel wat aandacht. Er zijn<br />
de nieuwe Inland IENC-kaarten van de Gentse haven, die het<br />
binnenscheepvaartverkeer een stuk veiliger zullen maken. Ook<br />
de nieuwe ACC-toren in de Antwerpse haven zal de veiligheid<br />
ten goede komen – en hij wordt nog een esthetisch kunststukje<br />
ook! Het Waterbouwkundig Laboratorium stelt zijn nieuwe simulator<br />
voor, de <strong>slib</strong>testtank draait sinds kort op volle toeren<br />
en het Deurganckdok heeft een bijzonder innovatieve Current<br />
Deflecting Wall gekregen.<br />
Gelukkig komen ook de niet-watergebonden activiteiten van<br />
ons beleidsdomein aan bod. Zo werpen we een blik op een nieuwe<br />
techniek om gebouwen op te meten via 3D-laserscanning. Een<br />
belangrijk item zijn ook de maatregelen om investeringsbeslissingen<br />
voor grote infrastructuurprojecten vlotter te laten verlopen.<br />
En we nemen een kijkje achter de schermen van enkele<br />
ICT-afdelingen binnen <strong>MOW</strong>. Weinigen weten het, maar ook op<br />
digitaal gebied hebben we vaak het neusje van de zalm in huis!<br />
Veel leesgenot<br />
de redactie<br />
Colofon<br />
<strong>MOW</strong>mag brengt informatie over actuele thema’s en activiteiten van het Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare<br />
Werken. Ons adres: <strong>MOW</strong>mag , Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. Redactiecontacten: Ilse Luypaerts - Agentschap Wegen en Verkeer<br />
– ilse.luypaerts@mow.vlaanderen.be - 02 553 75 57 ° Suzan Van Hoof - <strong>Departement</strong> Mobiliteit en Openbare Werken - suzanne.vanhoof@mow.<br />
vlaanderen.be – 02 553 71 04° Tom Moortgat - Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust – tom.moortgat@mow.vlaanderen.be –<br />
02 553 77 12. Ideeën en suggesties kunt u ook mailen naar info@mow.vlaanderen.be. Coördinatie: Nancy De Ceuleneer - <strong>Departement</strong> Mobiliteit<br />
en Openbare Werken - nancy.deceuleneer@mow.vlaanderen.be – 02 553 71 53. <strong>MOW</strong>mag verschijnt driemaandelijks. Redactie en realisatie:<br />
Jansen & Janssen, www.jaja.be. Verantwoordelijke uitgever: ir. Fernand Desmyter, secretaris-generaal van het <strong>Departement</strong> Mobiliteit en<br />
Openbare Werken, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel. © 2010 <strong>MOW</strong>mag
Koning Winter getemd 06<br />
In dit nummer<br />
06<br />
Koning Winter getemd<br />
De winter van vorig jaar was bijzonder<br />
streng, en ook dit jaar zijn al uitzonderlijke<br />
vriestemperaturen opgemeten. Om de<br />
strijd met Koning Winter aan te gaan, heeft<br />
AWV een Winteractieprotocol opgesteld.<br />
10<br />
Investeringsprojecten:<br />
sneller en beter<br />
Infrastructuurwerken zijn broodnodig.<br />
Maar de kans dat een minister een startbeslissing<br />
neemt en binnen één legislatuur<br />
nog de eerste steen kan leggen, is<br />
vandaag bijna onbestaande…<br />
Investeringsprojecten:<br />
sneller en beter<br />
10<br />
Maasmodellen<br />
voortaan samen beheerd 15 De Lichtenlijn wint Staalbouwprijs17<br />
13<br />
Centaurus krijgt Indigo-prijs<br />
De software Centaurus van de afdeling<br />
Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, is<br />
in de prijzen gevallen. De software kreeg<br />
de Indigo-prijs 2010 gewonnen in de categorie<br />
efficiëntie.<br />
15<br />
Maasmodellen<br />
voortaan samen beheerd<br />
Al een hele tijd gebeurt het beheer van<br />
de Grensmaas zo veel mogelijk gezamenlijk.<br />
Nu zijn ook de computermodellen aan<br />
beide kanten geïntegreerd.<br />
Centaurus krijgt Indigo-prijs<br />
En verder…<br />
09 ACC wordt echte blikvanger<br />
12 Ons digitale gewicht<br />
14 Scannen van een puntenwolk<br />
16 Current Deflecting Wall<br />
20 Volle vaart voor de Binnenvaart<br />
22 Nieuwe binnenvaartsimulator<br />
13<br />
3
GEFLITST<br />
E-tendering<br />
gestart<br />
Sinds 1 september 2010 hebben de inschrijvers op Vlaamse offertevragen<br />
de mogelijkheid om hun offertes elektronisch in te<br />
dienen. Velen gaan daar ook op in: van het totaal aantal offertes in<br />
het beleidsdomein <strong>MOW</strong> werden er in 2010 22 % elektronisch ingediend.<br />
AWV is de koploper met 204 elektronische offertes (25 % van<br />
het aantal ingediende offertes), MDK en het departement volgen<br />
met respectievelijk 29 (23 %) en 15 (15 %) elektronische offertes.<br />
Er worden nog verschillende acties gepland om meer inschrijvers<br />
te overtuigen hun offertes elektronisch in te dienen.<br />
Meer info:<br />
Evy Schepens, E-tendering coördinator, <strong>Departement</strong> <strong>MOW</strong>, ATO,<br />
evy.schepens@et.vlaanderen.be T: 015 78 35 01<br />
Bart Gheysens, Jurist Overheidsopdrachten,<br />
<strong>Departement</strong> <strong>MOW</strong>, afdeling Juridische Dienstverlening,<br />
bart.gheysens@mow.vlaanderen.be T: 02 553 72 00<br />
Luc Van Dijck, e-procurement coördinator. <strong>Departement</strong> <strong>MOW</strong>, ATO,<br />
luc.vandijck@et.vlaanderen.be T: 02 553 85 75<br />
4<br />
<strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
30<br />
Defibrillator<br />
jaar BAFA<br />
Op 19 november 2010 vierde Ben Air Flight<br />
Academy (BAFA) haar 30-jarig bestaan. BAFA<br />
is een door de Belgische en Europese overheid<br />
erkende vliegschool die gevestigd is op de luchthavens<br />
van Antwerpen en Oostende. Het is de<br />
enige vliegschool die een volledige pilotenopleiding<br />
aanbiedt in België.<br />
Ter gelegenheid van het dertig jarige bestaan<br />
doopte Vlaams minister van Mobiliteit<br />
en Openbare Werken Hilde Crevits het<br />
splinternieuwe lesvliegtuig OO-TMV, dat voor<br />
de gelegenheid de naam Training Machine<br />
Vlaanderen meekreeg. Met dat toestel erbij<br />
beschikt BAFA nu over twaalf lesvliegtuigen<br />
en twee gesofisticeerde simulatoren.<br />
Maritiem<br />
In het kader van het Belgische<br />
EU-voorzitterschap organiseerde<br />
de afdeling Haven- en Waterbeleid<br />
op 9 en 10 december een<br />
vergadering voor experts Short<br />
Sea Shipping en Motorways of<br />
the Sea. Ongeveer 60 deelne-
<strong>Hoe</strong> sneller je de juiste maatregelen<br />
neemt, <strong>hoe</strong> groter de<br />
overlevingskansen van iemand<br />
met een hartstilstand. Daarom<br />
heeft de Luchthaven Antwerpen<br />
een automatische externe<br />
defibrillator laten plaatsen in<br />
het luchthavengebouw.<br />
transport<br />
in de kijker<br />
mers uit 23 landen namen deel.<br />
De vergadering werd geopend<br />
door minister Crevits.<br />
De vergadering behandelde<br />
onder meer het Europees beleid<br />
rond maritiem transport, de<br />
promotie van Short Sea Ship-<br />
Het toestel geeft zelf de verschillende<br />
stappen aan, zodat<br />
de gebruiker niets verkeerds<br />
kan doen. Zodra het toestel<br />
wordt gebruikt, verstuurt het<br />
een automatische oproep naar<br />
de 100-centrale.<br />
voor Luchthaven<br />
Antwerpen<br />
ping, de emissieproblematiek<br />
van zeeschepen, alternatieve<br />
scheepsbrandstoffen en de rol<br />
van havens in het Europese<br />
transportnetwerk. In het kader<br />
van de vergadering werd ook de<br />
haven van Zeebrugge bezocht.<br />
Tweede<br />
Kennisdag<br />
Na de pilooteditie van vorig jaar heeft het <strong>Departement</strong><br />
<strong>MOW</strong> op 25 oktober een tweede kennisdag georganiseerd.<br />
Ongeveer 140 mensen namen deel.<br />
Dit jaar werd voor het eerst een werfbezoek ingelast.<br />
Er werd gekozen voor het Amoras-project, dat de<br />
meeste mensen nog niet live hadden gezien. De deelnemers<br />
waren erg enthousiast over het werfbezoek.<br />
Aansluitend kwamen de structuur van het departement<br />
en de dienstverlening van de verschillende afdelingen<br />
aan bod in verschillende presentaties. Ook dat onderdeel<br />
bleek voor heel wat mensen toch nog nieuw.<br />
In het havencentrum van Antwerpen kon iedereen<br />
tot slot de interactieve havententoonstelling bezoeken.<br />
Ze konden onder meer zelf de Schelde uitbaggeren,<br />
een eigen raffinaderij bouwen of een eiland van energie<br />
voorzien. Blikvanger was de Digitale Schelde, die op<br />
een visueel sterke manier de verschillende functies van<br />
het Schelde-estuarium uiteenzet.<br />
www.kennisdag.be; www.amoras.be.<br />
5
6 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
Koning Winter<br />
De winter van vorig jaar was<br />
bijzonder streng, en ook<br />
dit jaar zijn al uitzonderlijk<br />
veel sneeuwval en strenge<br />
vriestemperaturen<br />
opgemeten. Om de strijd<br />
met Koning Winter aan<br />
te gaan, heeft AWV een<br />
Winteractieprotocol opgesteld<br />
met een hele reeks nieuwe<br />
maatregelen.<br />
Winteractieprotocol<br />
D<br />
e winter 2009-2010 was de strengste<br />
winter in 30 jaar. De aanhoudende vriestemperaturen<br />
en de winterse neerslag tijdens<br />
spitsmomenten zorgden voor heel wat problemen<br />
op de weg.<br />
Minister Hilde Crevits vroeg het Agentschap<br />
Wegen en Verkeer daarom om zowel<br />
intern als extern de genomen acties te evalueren.<br />
Intern zorgde dat voor een optimalisatie<br />
van de winterdienst van het Agentschap. Extern<br />
gingen het Agentschap Wegen en Verkeer<br />
en het Vlaams Verkeerscentrum van het<br />
<strong>Departement</strong> Mobiliteit en Openbare Werken<br />
aan tafel zitten met alle partijen die iets aan<br />
de winterse verkeersproblemen kunnen doen.<br />
Het resultaat: de minister, het Agentschap<br />
Wegen en Verkeer en het Vlaams<br />
Verkeerscentrum ondertekenden samen<br />
met 15 andere partijen het Winteractieprotocol.<br />
Dat protocol bundelt nieuwe afspraken<br />
over wie wat moet doen bij bar, winters weer.<br />
Intense samenwerking<br />
Het Winteractieprotocol beschrijft voornamelijk<br />
<strong>hoe</strong> de communicatielijnen tussen<br />
de verschillende partners worden
getemd<br />
legt duidelijke afspraken vast<br />
geoptimaliseerd en welke acties iedereen<br />
neemt in winterse crisissituaties. Zo volgen<br />
MeteoWing en KMI vanaf nu de weersomstandigheden<br />
intenser op, zodat eventuele<br />
crisissituaties beter te voorspellen en in te<br />
schatten zijn. Bij extreem winterweer kan<br />
ook een crisisteam worden opgericht, in<br />
samenspraak met de partners.<br />
De verschillende protocolpartners hebben<br />
hun communicatie ook beter op elkaar<br />
afgestemd. Door de krachten te bundelen<br />
en transportfederaties en automobilistenverenigingen<br />
in te schakelen, zullen alle<br />
weggebruikers sneller, beter en correct<br />
geïnformeerd worden.<br />
32.000 ton zout<br />
Eind september werd de zoutvoorraad tot<br />
het maximum aangevuld. We zijn de winter<br />
gestart met 32.000 ton zout: meer dan een<br />
verdubbeling tegenover 2009. Het Agentschap<br />
Wegen en Verkeer begint ook met<br />
een proefproject pekelstrooien. Strooien<br />
met vloeibaar zout in plaats van het gewone<br />
strooizout is in principe beter voor de natuur,<br />
omdat er <strong>minder</strong> zout in de bodem<br />
doordringt. Maar dergelijke strooibeurten<br />
kunnen alleen bij een temperatuur die<br />
hoger is dan -5 °C en als de temperatuur<br />
overdag hoger ligt dan het vriespunt.<br />
Niet alleen strooimiddelen zijn herbekeken.<br />
De prioritaire strooiplannen werden<br />
ook aangepast om bij extreem winterse<br />
omstandigheden eerst de belangrijkste<br />
wegen vrij te kunnen maken. Om dat te realiseren,<br />
worden de beschikbare ruim- en<br />
strooimiddelen op crisismomenten herverdeeld<br />
binnen elke territoriale afdeling van<br />
het agentschap.<br />
Blokstrooien<br />
Nieuw voor deze winter: in extreme omstandigheden<br />
kan het blokstrooien worden<br />
ingevoerd. De federale Wegpolitie houdt het<br />
verkeer op de autosnelweg dan tijdelijk op,<br />
zodat er sneeuw geruimd wordt en tegelijk<br />
kan worden gestrooid alvorens het verkeer<br />
opnieuw door te laten.<br />
Voorts is het vanaf deze winter voor het<br />
eerst mogelijk om plaatselijke herstellingen<br />
met warm asfalt uit te voeren op plaatsen<br />
waar tijdelijke herstellingen met koud<br />
Partners<br />
De partners van het Winteractieprotocol:<br />
het Vlaamse Gewest, het<br />
Agentschap Wegen en Verkeer<br />
en het Vlaams Verkeerscentrum,<br />
de provinciebesturen van Antwerpen,<br />
Limburg, Oost-Vlaanderen,<br />
Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen,<br />
de federale Wegpolitie, de<br />
MeteoWing en het KMI, De Lijn,<br />
De Vereniging Vlaamse Steden en<br />
Gemeenten (VVSG), De Vlaamse<br />
Automobilistenbond (VAB), Koninklijke<br />
Belgische Touring Club, Transport<br />
en Logistiek Vlaanderen, de<br />
Koninklijke Federatie van Belgische<br />
Transporteurs en Logistieke Dienstverleners,<br />
de Unie van Professionele<br />
Transporteurs en Logistieke<br />
ondernemers.<br />
7
8 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
asfalt geen oplossing bieden. Twee asfaltleveranciers<br />
zullen de hele winter stand-by<br />
zijn om asfalt te produceren, te leveren en<br />
te plaatsen.<br />
Strooien met de gps<br />
Tot slot: sinds deze winter zijn 180 strooiwagens<br />
van het Agentschap Wegen en<br />
Verkeer uitgerust met een systeem voor<br />
automatisch strooien. De chauffeur wordt<br />
begeleid door een gps-systeem, zodat hij<br />
geen fouten kan maken en de strooiroute<br />
correct volgt.<br />
Daarnaast wordt<br />
ook de <strong>hoe</strong>veelheid<br />
‘ HET VERKEER<br />
VERLIEp<br />
MOEIZAAM,<br />
MAAR<br />
IS NIET Op<br />
EEN INFARCT<br />
AFGESTEVEND’<br />
zout en de strooibreedteautomatisch<br />
aangepast aan<br />
de configuratie van<br />
de weg. Dat is niet<br />
alleen efficiënter<br />
maar ook zuiniger:<br />
er wordt <strong>minder</strong><br />
zout verbruikt, wat<br />
gezien de zoutschaarste<br />
van de<br />
vorige winter zeker<br />
goed van pas komt. Het systeem zou tot<br />
20 % zout kunnen uitsparen.<br />
Resultaten tot nu toe<br />
Intussen heeft ons land al een paar forse<br />
winterprikken én de bijbehorende files achter<br />
de rug. Heeft het Winteractieprotocol de<br />
verwachte resultaten opgeleverd? Globaal<br />
gesproken wel, zegt Ilse Luypaerts, woordvoerder<br />
van AWV.<br />
‘Uiteraard zijn de files een stuk langer bij hevige<br />
sneeuwval of ijzel’, zegt Ilse Luypaerts.<br />
‘Zelfs als er correct gestrooid is, blijft dat het<br />
geval. En de sneeuwval begin december was<br />
echt wel uitzonderlijk: zelfs nog een stuk<br />
zwaarder dan wat we vorig jaar hebben gehad.<br />
Niet alleen het wegverkeer, maar ook de<br />
luchthavens hadden het zwaar te verduren.’<br />
‘Belangrijk is dat het verkeer zelfs in die<br />
extreme omstandigheden weliswaar moeizaam<br />
verliep, maar niet op een infarct is<br />
afgestevend. Op de <strong>minder</strong> druk bereden<br />
wegen waren er wat meer problemen,<br />
maar de hoofdassen van het netwerk bleven<br />
functioneren.’<br />
Intussen is het blokstrooien al een paar<br />
keer toegepast, met resultaat. De primeur<br />
was op 30 november op de E40 van Bertem<br />
tot Brussel en in de andere richting<br />
van Brussel tot Tienen. Ook het crisisteam<br />
is al enkele keren in werking getreden,<br />
en dat heeft de communicatie aanzienlijk<br />
verbeterd. ‘Ideaal zal het natuurlijk nooit<br />
zijn’, zegt Luypaerts. ‘Het blijft een groot<br />
probleem als er precies tijdens het spitsuur<br />
een forse sneeuwbui uit de lucht valt, want<br />
dan worden de strooiwagens opgehouden<br />
door de ‘gewone’ files.’<br />
Evaluatie<br />
‘We zullen het Winteractieprotocol evalueren<br />
en waar nodig aanpassen. Maar over het<br />
algemeen kunnen we toch zeggen dat onze<br />
aanpak van de winterse problemen een stuk<br />
efficiënter is geworden. Ik ben er zeker van:<br />
zonder het Winteractieprotocol was het allemaal<br />
nog een stuk erger geweest.’
ACC<br />
wordt echte blikvanger<br />
De Antwerpse haven wordt<br />
binnenkort een blikvanger<br />
rijker. Op de plaats waar<br />
nu de verkeerscentrale<br />
Zandvliet staat, tussen<br />
de Berendrecht- en<br />
de Zandvlietsluis, verrijst<br />
tegen 2014 een 64 meter<br />
hoge toren voor het Antwerp<br />
Coordination Center.<br />
I<br />
n het Antwerp Coordination Center (ACC)<br />
worden alle scheepvaartbewegingen in,<br />
van en naar de Antwerpse Haven in goede<br />
banen geleid. Momenteel huist het ACC in<br />
een verouderd gebouw dat niet meer voldoet<br />
aan de toekomstige be<strong>hoe</strong>ften van het<br />
steeds drukkere havenverkeer.<br />
Alles in één<br />
Het nieuwe Antwerp Coordination Center<br />
zal alle actoren binnen de scheepvaartbegeleiding<br />
huisvesten op één werkvloer, die<br />
ook fungeert als crisiscentrum voor het<br />
havengebied. Elke dag zullen van daar uit<br />
ongeveer 40 zeeschepen worden begeleid,<br />
samen met een hele reeks kleinere schepen<br />
in het havengebied.<br />
De toekomstige gebruikers van de ACC-<br />
toren zijn onder meer MDK (DAB Loodswezen<br />
en de afdeling Scheepvaartbegeleiding),<br />
met daarnaast ook de pas opgerichte<br />
afdeling Scheepvaartmanagement van het<br />
gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen.<br />
Pareltje<br />
Het nieuwe ACC zal niet alleen de veiligheid<br />
van het havengebied ten goede komen: het<br />
wordt ook een echt architecturaal pareltje.<br />
Het ontwerpbureau, Neutelings-Riedijk Architecten,<br />
is niet het minste: het ontwierp<br />
tevoren ook al het Museum aan de Stroom.<br />
Het bureau koos voor een 64 meter hoge<br />
toren met daarbovenop een heel brede verdieping<br />
die boven de haven uittorent. Dat<br />
wordt een echt landmark waar niemand<br />
naast zal kunnen kijken.<br />
9
Investeringsprojecten:<br />
P<br />
rocedures voor infrastructuurwerken<br />
kunnen lang aanslepen. Dat komt<br />
onder meer door de steeds complexere<br />
regelgeving inzake ruimtelijke ordening of<br />
leefmilieu, een verhoogde NIMBY-reflex<br />
bij veel mensen, een juridisch actievere<br />
publieke opinie, onteigeningen die lang<br />
aanslepen, enzovoort.<br />
Projectvergaderingen<br />
Recent gewijzigde regelgeving biedt al een<br />
aantal mogelijkheden om de doorlooptijd<br />
van projecten korter te maken. Die regelgeving<br />
kwam aan bod tijdens de kennisnamiddag<br />
voor projectleiders van <strong>MOW</strong> op<br />
2 december 2010. Zo zijn er bijvoorbeeld<br />
meer handelingen en constructies die niet<br />
vergunningsplichtig zijn. Ook maakt het Besluit<br />
Kleine wijzigingen van algemeen belang<br />
het mogelijk om kleine wijzigingen aan lijn-<br />
10 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
Infrastructuurwerken zijn broodnodig om de mobiliteit<br />
en de verkeersveiligheid in Vlaanderen te verbeteren.<br />
Maar de kans dat een minister een startbeslissing<br />
neemt en binnen één legislatuur nog de eerste steen<br />
kan leggen, is vandaag bijna onbestaande. Recent<br />
zijn enkele maatregelen genomen om de procedures<br />
korter en efficiënter te maken.<br />
infrastructuur- en nutswerken uit te voeren<br />
zonder bestemmingswijziging.<br />
Voorts heeft de Vlaamse Codex Ruimtelijke<br />
Ordening recent het nieuwe instrument<br />
van projectvergaderingen geïntroduceerd.<br />
Initiatiefnemers kunnen dat<br />
geformaliseerde vooroverleg aanvragen<br />
om hun project procedureel af te stemmen<br />
met alle betrokkenen. Zo voorkom je dat<br />
sommige bezorgdheden pas op het einde<br />
van de rit aan het licht komen.<br />
Visienota<br />
Lovenswaardige verbeteringen allemaal,<br />
maar meestal onvoldoende om substantiele<br />
tijdswinst te boeken. Daarom keurde de<br />
Vlaamse Regering op 15 oktober 2010 een<br />
Visienota goed om investeringsprojecten<br />
wezenlijk te versnellen. De nota bevat een<br />
vijftigtal concrete acties die moeten leiden<br />
tot een versnelling en een kwaliteitsverbetering<br />
van het plan- en besluitvormingsproces<br />
dat voorafgaat aan investeringsprojecten.<br />
Ook wil de nota het maatschappelijk draagvlak<br />
voor investeringsprojecten versterken.<br />
Het eerste luik van de visienota zet maximaal<br />
in op integratie en vereenvoudiging<br />
van bestaande procedures. We kunnen<br />
een beduidende tijdswinst boeken als we<br />
zoveel mogelijk procedures samen laten<br />
verlopen en op elkaar afstemmen. Ook<br />
moeten ambtenaren meer dan vandaag<br />
oplossingsgericht samenwerken met de<br />
initiatiefnemers.<br />
Drietrapsraket<br />
In het tweede luik van de visienota zet<br />
de Vlaamse Regering in op een grondige<br />
hervorming van het planproces voor investeringsprojecten<br />
waarvoor een bestemmingswijziging<br />
noodzakelijk is. Vooral<br />
voor dat soort investeringsprojecten is de<br />
doorlooptijd momenteel erg lang. De krijtlijnen<br />
voor de nieuwe aanpak kunnen we<br />
omschrijven als een drietrapsraket met<br />
drie beslismomenten: de startbeslissing,<br />
het voorkeurbesluit en het projectbesluit.<br />
Startbeslissing. De initiatiefnemer richt<br />
zich met zijn projectvoorstel tot de overheid<br />
en maakt in overleg met de belangrijkste<br />
actoren een procesnota op. Die procesnota
De nieuwe verkeersturbine<br />
in Lummen.<br />
brengt alle actoren in beeld en schetst het<br />
proces dat nodig is om alle noodzakelijke<br />
vergunningen te verkrijgen. In haar startbeslissing<br />
engageert de bevoegde overheid<br />
zich om de voorbereidingen van het project<br />
op te starten.<br />
Met de startbeslissing begint het voortraject.<br />
In dat voortraject worden het project<br />
en alle redelijke alternatieven op een geïntegreerde<br />
manier onderzocht om te komen<br />
tot een integrale effectenbeoordeling van<br />
het project en zijn mogelijke alternatieven.<br />
Voorkeurbesluit. Aan het einde van het<br />
voortraject kan het publiek zich formeel<br />
over de resultaten van de onderzoeken uitspreken.<br />
Op basis van die inspraak neemt<br />
de overheid een voorkeurbesluit met een<br />
definitieve keuze voor een alternatief. Dat<br />
voorkeurbesluit is een klikmoment waarop<br />
niet meer wordt teruggekomen.<br />
Nadien volgt de concrete uitwerkingsfase<br />
Het Diaboloproject in Zaventem<br />
sneller en beter<br />
die de formele procedures van plannen en<br />
vergunnen integreert. Ook de verschillende<br />
publieke consultatierondes die vandaag<br />
bestaan, worden gebundeld. Als afronding<br />
van die fase keurt de bevoegde overheid het<br />
projectbesluit goed.<br />
Projectbesluit. Het projectbesluit voegt<br />
alle beslissingen samen: zowel de definitieve<br />
vaststelling van het (ruimtelijk) bestemmingsplan<br />
als de diverse benodigde<br />
vergunningen en machtigingen.<br />
Via die geïntegreerde aanpak worden alle<br />
procedurestappen, die elkaar in de nieuwe<br />
werkwijze vlotter en logischer opvolgen,<br />
in één voortraject en één uitwerkingsfase<br />
gebundeld. De administratie heeft de opdracht<br />
gekregen om het actieprogramma<br />
uit te werken. Doelstelling is om tegen de<br />
zomer van 2011 de verbetervoorstellen om<br />
te zetten naar een hanteerbaar en transparant<br />
proces.<br />
Meer info<br />
Het besluit tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige<br />
vergunning nodig is, het besluit betreffende stedenbouwkundige attesten,<br />
projectvergaderingen en stedenbouwkundige inlichtingen, en het<br />
besluit Kleine wijzigingen van algemeen belang kun je terugvinden op:<br />
www.ruimtelijkeordening.be/Default.aspx?tabid=13696.<br />
Wie doet wat?<br />
Wie doet wat in de projectorganisatie<br />
van het project Versnellen van investeringsprojecten?<br />
Een overzicht.<br />
Politiek stuurcomité<br />
• Vertegenwoordigers van alle betrokken<br />
kabinetten<br />
• Voorgezeten door de kabinetschef<br />
van de minister-president<br />
• Stuurt de Task Force aan<br />
Task Force<br />
• Leidende ambtenaren van <strong>MOW</strong>,<br />
LNE, RWO, DAR, BZ, LV<br />
• Voorgezeten door ir. Fernand Desmyter<br />
• Stuurt het projectteam aan, rapporteert<br />
aan het politiek stuurcomité<br />
Projectteam<br />
• Specialisten van verschillende beleidsdomeinen<br />
(<strong>MOW</strong>, LNE, RWO,<br />
PPS, Stedenbeleid)<br />
• Voor <strong>MOW</strong>: Bert De Bondt, Ann De<br />
Cannière, Jan Hemelaer<br />
• Voert het actieprogramma uit<br />
Interne <strong>MOW</strong>-werkgroep<br />
• Alle agentschappen van het beleidsdomein<br />
<strong>MOW</strong><br />
• Voor het <strong>Departement</strong>: Bert De Bondt,<br />
Ann De Cannière<br />
• Voor AWV: Koen Surdiacourt,<br />
Anneleen De Smedt<br />
• Voor Waterwegen en Zeekanaal:<br />
Raoul Lombaert, Sara De Troeyer<br />
• Voor De Scheepvaart: Heidi Mens<br />
• Voor MDK: Peter Dewolf<br />
• Terugkoppeling van en overleg met<br />
de leden van <strong>MOW</strong> in het projectteam<br />
11
Ons digitale gewicht<br />
Computers gebruiken we allemaal,<br />
maar de ene is al gesofisticeerder<br />
dan de andere. Een beknopt<br />
overzicht van een aantal<br />
hoogstaande digitale toepassingen<br />
binnen het beleidsdomein <strong>MOW</strong>.<br />
W<br />
12 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
aterbouwkundig<br />
Laboratorium<br />
Het Waterbouwkundig Laboratorium van<br />
het <strong>Departement</strong> <strong>MOW</strong> staat bij de meeste<br />
mensen bekend als de afdeling die met water<br />
goochelt. Maar er wordt ook gegoocheld<br />
met bits en bytes. Om complexe modelleringen<br />
en simulaties te kunnen maken, zijn<br />
krachtige rekencomputers vereist met een<br />
grote opslagcapaciteit.<br />
Het Hydrologisch Informatiecentrum<br />
(HIC) verzamelt waterstanden, debieten<br />
en andere meetwaarden van alle bevaarbare<br />
waterlopen in Vlaanderen. Er worden<br />
ongeveer 400 meetposten opgevraagd via<br />
vaste telefoonlijn, gsm of gprs-verbinding.<br />
Daarnaast levert een 20-tal externe leveranciers<br />
bijkomende data van waterlopen<br />
uit binnen- en buitenland.<br />
Dagelijks komen er ongeveer 75.000 metingen<br />
binnen. In totaal zijn er nu al ongeveer<br />
1 miljard metingen verzameld (sommige<br />
gaan terug tot 1971 of zelfs vroeger).<br />
Al die gegevens worden opgeslagen in een<br />
centrale databank die onder meer wordt<br />
gebruikt om de overstromingsvoorspellingen<br />
op te maken.<br />
Sleeptank. De sleeptank is een rechte<br />
tank waarin een grote brug een schip<br />
door het water sleept en via sensoren de<br />
krachten meet die op het schip inwerken.<br />
Een meetcomputer verzamelt ongeveer 65<br />
MB aan gegevens per dag. Die gegevens<br />
worden verder verwerkt tot wiskundige<br />
modellen om daarna gebruikt te worden<br />
in de scheepsmanoeuvreersimulatoren.<br />
De sleeptank doet gemiddeld een 25-tal<br />
proeven per dag, 24 uur op 24.<br />
Rekencluster. Sinds 2004 is op het Waterbouwkundig<br />
Laboratorium een rekencluster<br />
in gebruik. Dat rekencluster bestaat uit verschillende<br />
geavanceerde computers die gezamenlijk<br />
kunnen worden gebruikt om zeer<br />
intensieve berekeningen uit te voeren.<br />
Aanvankelijk werd het rekencluster voornamelijk<br />
gebruikt om getijstroming in de<br />
Westerschelde te simuleren, maar gaandeweg<br />
is het steeds breder ingezet. Naast <strong>slib</strong>transport<br />
in havens, kustgebied en Schelde<br />
wordt het cluster inmiddels ook gebruikt<br />
om nautische toegankelijkheid te modelleren<br />
en er worden studies gepland voor het<br />
beheer van de gemeenschappelijke Maas.<br />
Een van de zware berekeningen van het<br />
cluster is een gedetailleerde driedimensionale<br />
berekening van getijstromingen in het<br />
Schelde-estuarium. Voor elk van de ruim<br />
1,3 miljoen roosterpunten worden een jaar<br />
lang snelheden en waterstanden uitgerekend<br />
en met intervallen van 30 minuten<br />
opgeslagen. De berekening vergt in totaal<br />
ongeveer 22 dagen.<br />
Afdeling Scheepvaartbegeleiding<br />
De afdeling Scheepvaartbegeleiding (MDK)<br />
heeft sinds kort Asis in gebruik genomen:<br />
het Afdeling Scheepvaartbegeleiding Informatiesysteem.<br />
Asis bestaat uit een reeks<br />
modules die onder meer de personeels- en<br />
administratieve gegevens bijhouden. Ook<br />
alle vergaderzalen van de afdeling kunnen<br />
nu digitaal worden gereserveerd.<br />
Ook voor de klanten van de afdeling kan<br />
Asis veel betekenen. Zo is er een module<br />
die Dringende Berichten aan Zeevarenden<br />
beheert, en een module om informatie uit<br />
te wisselen met het Europees maritiem informatienetwerk<br />
SafeSeaNet.<br />
Samenwerkingsprotocol<br />
MercatorNet<br />
MercatorNet is een samenwerkingsverband<br />
tussen de beleidsdomeinen <strong>MOW</strong>, LNE,<br />
RWO en DAR om geografische informatie<br />
eenvoudig ter beschikking te stellen. Het<br />
vormt een basis voor de GIS-dataverdeling.<br />
Het systeem bestaat uit een aantal databanken<br />
met een brede waaier aan geografische<br />
informatie (met onder meer wegen,<br />
grenzen, orthofoto’s en ruimtelijke uitvoeringsplannen)<br />
die worden ontsloten op het<br />
VO-net. Die data kunnen rechtstreeks worden<br />
geconsulteerd of ingebouwd in toepassingen.<br />
MercatorNet wordt momenteel uitgebouwd<br />
tot een knooppunt in het netwerk<br />
Geografische Data Infrastructuur (GDI)<br />
Vlaanderen. Hierdoor gaan alle gebruikers<br />
via open standaarden zowel de gegevens<br />
over de data kunnen bevragen (metadata) als<br />
de data zelf kunnen bekijken en bevragen.<br />
Het samenwerkingsprotocol dat MercatorNet<br />
uitbouwt tot een GDI-knooppunt<br />
is voor het beleidsdomein <strong>MOW</strong> ondertekend<br />
door secretaris–generaal ir. Fernand<br />
Desmyter. Het samenwerkingsverband staat<br />
open voor uitbreiding naar andere beleidsdomeinen<br />
binnen de Vlaamse overheid.
Centaurus<br />
krijgt Indigo-prijs<br />
De software Centaurus<br />
van de afdeling<br />
Beleid Mobiliteit en<br />
Verkeersveiligheid,<br />
is in de prijzen<br />
gevallen. De software<br />
kreeg de Indigo-prijs<br />
2010 gewonnen in<br />
de categorie efficiëntie.<br />
I<br />
n 2003 besliste de Vlaamse Regering<br />
om een praktisch werkinstrument uit te<br />
werken om vergunningen af te leveren en<br />
te beheren voor de taxidiensten en verhuurdiensten<br />
van voertuigen met bestuurder.<br />
Die taken vallen onder de bevoegdheden<br />
van steden en gemeenten. De afdeling Beleid<br />
Mobiliteit en Verkeersveiligheid kreeg<br />
de taak om het instrument uit te werken.<br />
Het resultaat is Centaurus: een combinatie<br />
van een gegevensdatabank en een<br />
communicatieplatform tussen overheden.<br />
Dankzij de databank wordt het beheer van<br />
vergunningen voor de taxi- en verhuurdiensten<br />
een stuk gemakkelijker. Centaurus<br />
zorgt ervoor dat elke gemeente vergunningen<br />
en kaarten eenvoudig kan afleveren.<br />
Bovendien kan de gemeente via Centaurus<br />
de gegevens van andere gemeenten en<br />
overheden raadplegen. Zo kan de gemeente<br />
sneller nagaan of het ingediende dossier<br />
regelmatig is.<br />
Ook de wijziging, de hernieuwing of de<br />
stopzetting van de vergunning wordt in één<br />
handomdraai uitgevoerd. Dus geen omslachtig<br />
verwerken van de vergunningen meer.<br />
Centaurus heeft nu de Indigo-prijs 2010<br />
gewonnen in de categorie efficiëntie. Die<br />
prijs wordt uitgereikt voor de beste softwareprogramma’s<br />
van de Vlaamse overheid.<br />
Vanaf eind 2011 zullen alle Vlaamse<br />
gemeenten de Centaurus verplicht gebruiken.<br />
In september vonden al 10 opleidingsdagen<br />
plaats. In het voorjaar van 2011 volgt<br />
nog een reeks opleidingen, zodat elke gemeente<br />
de kans krijgt om deel te nemen.<br />
13
Scannen van<br />
een puntenwolk<br />
Gevels van gebouwen opmeten: dat doet de cel Foto grammetrie-Topografie<br />
van de afdeling Algemene Technische<br />
Ondersteuning (<strong>Departement</strong> <strong>MOW</strong>) al langer. Maar het<br />
opmeten van ronde of onregelmatig gevormde bouwwerken,<br />
behoorde tot nu toe niet tot het dienstverleningspakket.<br />
Via 3D-laserscanning kan de sectie Fotogrammetrie vanaf<br />
nu ook die gebouwen in kaart brengen.<br />
D<br />
14 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
e sectie Fotogrammetrie<br />
(ATO) levert een dienstverlening<br />
in lucht- en gevelfotogrammetrie.<br />
Het principe van<br />
fotogrammetrie is dat je van<br />
een combinatie van elkaar opeenvolgende<br />
en overlappende<br />
foto’s en coördinaten een 3Dbeeld<br />
creëert. Op die manier<br />
kun je voor gevels van gebouwen<br />
een meetbare foto maken<br />
met een nauwkeurigheid tot<br />
1mm.<br />
De voorwaarde om die<br />
nauwkeurigheid te halen,<br />
is dat de gevel vlak moet<br />
zijn. Regelmatig is dit<br />
echter niet het geval,<br />
zegt Marleen Devroye,<br />
sectieverantwoordelijke<br />
Fotogrammetrie. ‘Historische<br />
gevels en beschermdemonumen-<br />
ten bevatten vaak zuilen, ornamenten en<br />
balkonnen. Bovendien krijgen we steeds<br />
meer vragen om heel bijzonder gevormde<br />
gebouwen op te meten.’<br />
Schoorstenen & ijskelders<br />
Onlangs kwam de vraag voor de opmeting<br />
van een fabrieksschoorsteen aan de Westkust,<br />
voor de opmaak van een renovatiedossier<br />
van beschermde monumenten van<br />
WOI. Door de ronde, cilindrische vorm van<br />
de schoorsteen is het niet mogelijk om gevelfotogrammetrie<br />
toe te passen.<br />
‘Een andere situatie deed zich voor bij<br />
de observatietoren van pervijze, ook een<br />
beschermd monument uit WOI. Voor een<br />
fotogrammetrische opname moeten we<br />
targets tegen die toren plakken, zodat we<br />
een richtpunt hebben om de verschillende<br />
orthofoto’s later in elkaar te schuiven. Maar<br />
de toren is zo scheefgezakt dat het niet veilig<br />
was om de targets te bevestigen.’<br />
Tot slot was er ook de vraag tot fotogram-<br />
metrische opname van de ijskelder in het<br />
Rivierenhof te Deurne. ‘Ook die kon niet<br />
worden uitgevoerd op de klassieke fotogrammetrische<br />
manier. Gezien de conische<br />
vorm van de ijskelder, de beperkte ruimte<br />
binnenin en de grillige vorm van de omgeving<br />
is een fotogrammetrische opname<br />
onmogelijk.’<br />
Puntenwolk<br />
Na enig zoekwerk bleek de innovatieve<br />
techniek van 3D-laserscanning een uitweg<br />
te bieden. ‘Een laserscanner stuurt een<br />
laserstraal uit, die weerkaatst op een object.<br />
Het licht dat terugkaatst, wordt optisch<br />
opgevangen. Zo kan een laserscanner een<br />
object puntje voor puntje aftasten, wat een<br />
wolk oplevert van tientallen miljoenen punten<br />
die elk een x-, y- en z-coördinaat hebben.<br />
Op die manier kun je de meest grillige<br />
objecten perfect in kaart brengen.’<br />
Zelf heeft de sectie Fotogrammetrie zo’n<br />
laserscanner voorlopig niet aangekocht.<br />
Daarom werd een aantal opdrachten uitbesteed<br />
aan externe firma’s en nauwgezet en<br />
aandachtig opgevolgd. ‘Daardoor hebben<br />
we heel wat bijgeleerd over de techniek en<br />
de toepassingen ervan’, zegt Marleen Devroye.<br />
‘Ik moet zeggen: onze nieuwsgierigheid<br />
is geprikkeld. In 2011 gaan we zeker<br />
nog enkele dergelijke projecten uitvoeren.<br />
Niet dat we gevelfotogrammetrie volledig<br />
door 3D-laserscanning gaan vervangen.<br />
Maar voor bepaalde projecten is de techniek<br />
een welkome aanvulling op ons klassieke<br />
arsenaal.’
Maasmodellen<br />
voortaan samen beheerd<br />
De Maas vormt over<br />
een afstand van<br />
ongeveer 45 km de grens<br />
tussen Vlaanderen en<br />
Nederland. Al een hele<br />
tijd gebeurt het beheer<br />
van de grensrivier zo veel<br />
mogelijk gezamenlijk.<br />
Nu worden ook<br />
de computermodellen<br />
aan beide kanten<br />
geïntegreerd.<br />
D<br />
e Maas tussen Vlaanderen en Nederland<br />
wordt meestal de Grensmaas of<br />
de Gemeenschappelijke Maas genoemd.<br />
Het beheer van de rechteroever is in handen<br />
van Rijkswaterstaat in Nederland, de<br />
linkeroever valt onder de bevoegdheid van<br />
NV De Scheepvaart.<br />
Ruimte voor water<br />
Onder het motto Ruimte voor water hebben<br />
beide beheerders gezamenlijk een<br />
hele reeks ingrepen langsheen de Maas<br />
ontworpen, zowel op de linker- als op de<br />
rechteroever. Om die herinrichtingen goed<br />
te kunnen bestuderen, werden verschillende<br />
computermodellen van de Maas opgebouwd.<br />
Tot voor kort hadden Nederland en<br />
Vlaanderen elk hun eigen modellen, maar<br />
daar komt nu verandering in.<br />
‘Gezien de vele, grootschalige ingrepen<br />
die gepland zijn, zullen de komende<br />
jaren continu wijzigingen plaatsvinden<br />
aan de zomer- en winterbedding van de<br />
Gemeenschappelijke Maas’, zegt Erika<br />
D’Haeseleer, onderzoeker Waterbouwkundig<br />
laboratorium. ‘Daardoor zouden<br />
zware inspanningen nodig zijn om de ver-<br />
schillende computermodellen actueel te<br />
houden. Het idee is gegroeid om ook op<br />
dat vlak te gaan samenwerken en dubbel<br />
werk te vermijden.’<br />
Samen sterk<br />
Als tussen twee modellen moet worden<br />
gekozen, moet er eentje sneuvelen. ‘In dit<br />
geval hebben we ervoor gekozen om met<br />
het Nederlandse tweedimensionale Maasmodel<br />
verder te gaan. Dat wordt vanaf nu<br />
gezamenlijk beheerd. De formele samenwerkingsovereenkomst<br />
tussen de Waterdienst<br />
van Rijkswaterstaat (RWS) en het<br />
Waterbouwkundig Laboratorium (Vlaamse<br />
overheid) wordt binnenkort ondertekend.<br />
Ook NV De Scheepvaart en Rijkswaterstaat<br />
dienst Limburg zullen mee tekenen.’<br />
Intussen zijn ook de eerste concrete afspraken<br />
gemaakt. In het voorjaar van 2011<br />
zal het Waterbouwkundig Laboratorium de<br />
gegevens van enkele ingrepen in het Nederlandse<br />
model invoeren. En om het systeem<br />
goed onder de knie te krijgen, volgt<br />
een van de modelleerders van het Waterbouwkundig<br />
Laboratorium binnenkort een<br />
week stage bij de collega’s in Maastricht.<br />
15
<strong>Hoe</strong> <strong>minder</strong> <strong>slib</strong><br />
<strong>hoe</strong> <strong>liever</strong><br />
Current Deflecting Wall bijzonder efficiënt<br />
Dokken moeten altijd worden<br />
uitgebaggerd om hun vaardiepte<br />
te behouden. Maar<br />
<strong>hoe</strong> <strong>minder</strong> <strong>slib</strong> een dok<br />
verzamelt, <strong>hoe</strong> <strong>liever</strong>. Stroomafwaarts<br />
van het Deurganckdok<br />
in Antwerpen heeft de<br />
afdeling Maritieme Toegang<br />
sinds kort een Current<br />
Deflecting Wall geïnstalleerd.<br />
Die bijzondere constructie<br />
kan de aan<strong>slib</strong>bing met 10 à<br />
20 % ver<strong>minder</strong>en.<br />
H<br />
et Deurganckdok is een getijdedok.<br />
Net zoals op de Schelde staat het waterpeil<br />
bij hoog water gemiddeld ongeveer<br />
4 meter hoger dan bij laag water. Bij elke<br />
fase in het getij wisselt het Deurganckdok<br />
water uit met de Schelde, en precies die<br />
wateruitwisseling tussen zout en zoet water<br />
zorgt voor extra <strong>slib</strong>.<br />
De kosten om het Deurganckdok op<br />
diepte te houden, werden oorspronkelijk<br />
geraamd op 5 tot 6 miljoen euro per jaar.<br />
Dat is een heel bedrag, en daarom werd<br />
een zoektocht gestart naar een methode<br />
om aan<strong>slib</strong>bing te ver<strong>minder</strong>en. In juni<br />
1998 adviseerde een internationale groep<br />
experts om 3 maatregelen te nemen: een<br />
Current Deflecting Wall, een geleidingsdam<br />
en een verhoging van de bodem (‘tafel’) aan<br />
de ingang van het Deurganckdok. Die maat-<br />
16 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
regelen, waarvan de Current Deflecting<br />
Wall de belangrijkste is, worden momenteel<br />
uitgevoerd. Het einde van de werken<br />
wordt voorzien tegen midden 2011.<br />
Geleidingswand<br />
De Current Deflecting Wall is in feite een<br />
C-vormige metalen geleidingswand die<br />
15 meter boven de rivierbodem ligt, net<br />
stroomafwaarts van het Deurganckdok. De<br />
wand staat op enorme buispalen met een<br />
diameter van 2,40 meter en een lengte van<br />
39 à 42 meter. De bodem tussen de Current<br />
Deflecting Wall en de oever is opgehoogd,<br />
zodat een onderwatertafel ontstaat.<br />
Samen met die onderwatertafel zorgt de<br />
Current Deflecting Wall voor een verandering<br />
in het stroompatroon bij vloed. Het met<br />
<strong>slib</strong> beladen water uit de onderste helft van<br />
de waterkolom wordt door de drempel uit<br />
de richting van het dok geleid. Het water<br />
uit de bovenste helft van de waterkolom,<br />
dat <strong>minder</strong> met <strong>slib</strong> beladen is, wordt in de<br />
richting van het dok gestuurd.<br />
Hamburg<br />
Een Current Deflecting Wall is geen doordeweekse<br />
constructie. Alleen de haven<br />
van Hamburg heeft er tot nu toe eentje<br />
gebouwd. Maar de wateruitwisseling tussen<br />
het Deurganckdok en de Schelde is<br />
ingewikkelder dan de situatie in Hamburg,<br />
waardoor een uitgebreid onderzoek nodig<br />
was. Met behulp van een schaalmodel werd<br />
de optimale vorm van de Current Deflecting<br />
Wall bepaald.<br />
De resultaten van de numerieke modellering<br />
bevestigen dat de totale wateruitwisseling<br />
inderdaad ver<strong>minder</strong>t door de aanwezigheid<br />
van de Current Deflecting Wall.<br />
De aan<strong>slib</strong>bing van het Deurganckdok ver<strong>minder</strong>t<br />
met 10 tot 20 %.<br />
Waarom aan<strong>slib</strong>bing?<br />
Sinds de opening van het Deurganckdok in 2005 werd gestart met een langdurig<br />
meetprogramma om de aan<strong>slib</strong>bing in het Deurganckdok op te volgen: niet alleen de<br />
<strong>hoe</strong>veelheid <strong>slib</strong>, maar ook de factoren die de aan<strong>slib</strong>bing bepalen.<br />
De voornaamste factoren zijn het verschil tussen het waterniveau bij hoog water en bij<br />
laag water (het getijverschil) en de variaties in het zoutgehalte in de omgeving van het<br />
Deurganckdok. <strong>Hoe</strong> groter het getijverschil en <strong>hoe</strong> groter de verschillen in zoutgehalte,<br />
des te groter is de wateruitwisseling tussen het Deurganckdok en de Schelde. Als er<br />
meer water uitgewisseld wordt, is de kans groter dat het meegevoerde <strong>slib</strong> bezinkt en<br />
achterblijft in het Deurganckdok.
De Lichtenlijn wint<br />
Staalbouwprijs<br />
De eigentijdse voetgangers-<br />
en fietsersbrug De Lichtenlijn<br />
in Knokke-Heist is nog<br />
maar eens in de prijzen<br />
gevallen. Tijdens de jaarlijkse<br />
Staalbouwdag<br />
bekroonde Infosteel,<br />
het staalinformatiecentrum<br />
voor België en Luxemburg,<br />
het bouwwerk met<br />
de prestigieuze<br />
Staalbouwprijs 2010.<br />
D<br />
e Lichtenlijn is een ontwerp van het<br />
ingenieursbureau Ney & partners.<br />
De fietsers- en voetgangersbrug dateert<br />
uit 2008 en is gebouwd in opdracht van de<br />
MDK-afdeling Kust. Ze overspant de drukke<br />
kustweg en de route van de kusttram, als<br />
veilige verbinding tussen de natuurgebieden<br />
Baai van Heist, De Vuurtorenweiden<br />
en De Sashul. Ze garandeert een veilige<br />
oversteek van de kustweg voor zachte<br />
weggebruikers en laat de Kustfietsroute<br />
aansluiten op de routes van het achterland.<br />
Vloeiende overgang<br />
De brug vormt de verbinding tussen de<br />
geklasseerde vuurtorens Laag Licht en<br />
Hoog Licht, die decennialang een lichtenlijn<br />
vormden. Vaartuigen die de havengeul<br />
binnenliepen door de vaargeul pas van ’t<br />
Zand zaten op de goede koers van 136° als<br />
de lichtbundels van het laag en hoog geleidelicht<br />
zich op één lijn bevonden.<br />
De ontwerper wilde een vloeiende overgang<br />
realiseren tussen het duinlandschap<br />
aan de zeezijde en het natuurgebied aan de<br />
landzijde. Het resultaat is een ranke brug<br />
die de gebruikers het gevoel geeft dat ze<br />
boven het landschap zweven. De brug verhoogt<br />
de veiligheid en de kustbeleving voor<br />
de talloze zachte recreanten.<br />
Tweede keer prijs<br />
De Lichtenlijn haalde in 2009 al de voorpagina’s<br />
toen de kunstzinnige constructie<br />
genomineerd werd voor de ‘prijs Bouwheer’<br />
van de Vlaamse Bouwmeester. De Staalbouwprijs<br />
geeft deze toch al bijzondere<br />
brug nog meer uitstraling.<br />
Meer info<br />
Je kunt de brug op het Internet virtueel<br />
bezoeken op een 360° beeld via<br />
http://zeeweringenkustbeheer.afdelingkust.be<br />
> Projecten > Voetgangers-<br />
en fietsersbrug.<br />
17
KORT<br />
ISO 9001<br />
gehercertificeerd<br />
De afdelingen Betonstructuren, Metaalstructuren,<br />
Geotechniek en Algemene Technische Ondersteuning<br />
van de Technisch Ondersteunende Diensten beschikken<br />
al sinds 2004 over een ISO 9001-certificaat. Dit jaar<br />
verviel het certificaat en moest een audit plaatsvinden<br />
om te beoordelen of de afdelingen nog altijd voldoen<br />
aan de eisen van de norm. Voor het eerst werd ook<br />
de werking van het Waterbouwkundig Laboratorium<br />
beoordeeld.<br />
Begin oktober 2010 kwam het positieve nieuws: de<br />
5 afdelingen zijn (opnieuw) conform de ISO 9001:2008norm.<br />
Een bewijs van een bijzonder kwaliteitsvolle<br />
dienstverlening!<br />
Rotterdam gebruikt<br />
18 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
Apec-seminarie<br />
Sinds meer dan 30 jaar speelt Apec, het Flanders port Training<br />
Center, een belangrijke rol in de kennisoverdracht van<br />
de Vlaamse havens naar de wereld. In samenwerking met de<br />
Vlaamse overheid, het Havenbedrijf Antwerpen en de provincie<br />
Antwerpen organiseert Apec praktijkgerichte en interactieve<br />
havenseminaries voor havenprofessionals wereldwijd.<br />
Dit jaar werd voor het eerst een seminarie gepland waarbij<br />
de aandacht exclusief naar de dienstverlening van de verschillende<br />
MDK-entiteiten ging. Niet <strong>minder</strong> dan 28 studenten uit<br />
Slibtesttank<br />
Na een eerste jaar van interne studie op<br />
gebaggerd <strong>slib</strong>, is de <strong>slib</strong>testtank van het<br />
Waterbouwkundig Laboratorium nu ook<br />
beschikbaar voor externen. De haven van<br />
Rotterdam en Rijkswaterstaat Nederland<br />
maakten er meteen dankbaar gebruik van.<br />
De <strong>slib</strong>testtank is vooral nuttig om verschillende<br />
meetmethodes van aan<strong>slib</strong>bing<br />
met elkaar te vergelijken. Die meetmethodes<br />
dienen om de aan<strong>slib</strong>bing in de geulen<br />
en havens regelmatig in beeld te brengen.<br />
Om de doorvaarbaarheid te garanderen,<br />
moet dat <strong>slib</strong>niveau immers worden teruggebracht<br />
tot een vastgelegde streefdiepte.<br />
Om het doorvaarbare van het ondoorvaarbare<br />
<strong>slib</strong> te onderscheiden, maakt<br />
men gebruik van verschillende soorten
focust op MDK<br />
14 verschillende landen bezochten het seminarie Nautical Accessibility<br />
and Maritime Traffic dat van 13 tot 24 september op<br />
diverse locaties werd georganiseerd.<br />
Alle cursisten kwamen uit een professioneel havenmilieu.<br />
Gedurende veertien dagen namen ze deel aan bezoeken en<br />
presentaties die een duidelijk beeld gaven van de manier waarop<br />
het agentschap MDK omgaat met veiligheid en een vlotte<br />
scheepvaartbegeleiding. De cursisten kregen een rondleiding<br />
in elke Vlaamse haven.<br />
densiteitmetingen. Die hebben elk hun<br />
voor- en nadelen. Er werd in het verleden<br />
al veel onderzoek gedaan naar die meetmethoden,<br />
maar de mogelijkheden bleven<br />
beperkt door de ‘kleine’ meetopstellingen.<br />
Metingen op het terrein zijn door<br />
omgevings omstandigheden te moeilijk en<br />
te onnauwkeurig.<br />
De <strong>slib</strong>testtank lost dat probleem op: ze<br />
biedt een omgeving die realistisch genoeg<br />
is om de specifieke omstandigheden ter<br />
plaatse na te bootsen, en dus betrouwbare<br />
vergelijkingen mogelijk te maken tussen<br />
de verschillende meetmethoden. Daar<br />
maken ook Rijkswaterstaat en de haven<br />
van Rotterdam sinds september 2010<br />
dankbaar gebruik van.<br />
Golfoverslagproeven<br />
Tielrodebroek<br />
Van 29 november tot 14 december 2010 werden in<br />
opdracht van het Waterbouwkundig Laboratorium en<br />
de nv Waterwegen en Zeekanaal golfoverslagproeven<br />
uitgevoerd in het gecontroleerde overstromingsgebied<br />
Tielrodebroek (nabij Temse).<br />
Met een golfoverslagsimulator wordt het effect van<br />
overslaande golven bij een superstorm nagebootst, om<br />
zo de sterkte van de grasmat op de dijken te bestuderen.<br />
Die grasmat beschermt de dijk immers tegen<br />
uitspoeling en erosie.<br />
Het Waterbouwkundig laboratorium volgde de uitspoeling<br />
van grond en de sterkte van de grasbekleding<br />
op. De Afdeling Geotechniek mat de waterverzadigingsgraad<br />
van de dijk op en zal aan de hand van enkele<br />
boringen de dijkopbouw in kaart brengen. Tot slot stond<br />
het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek in voor de<br />
vegetatieopname, waaronder de doorworteling en de<br />
bedekkingsgraad.<br />
De resultaten van het onderzoek moeten uitwijzen<br />
<strong>hoe</strong> we ons land in de toekomst beter kunnen wapenen<br />
tegen de gevolgen van golfoverslag en zo bresgroei<br />
en de daaruit voortvloeiende overstromingen kunnen<br />
voorkomen.<br />
19
20 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
Evy Gruyaert zet Zoltàn Kazatsay,<br />
vertegenwoordiger van de Vicevoorzitter<br />
van de Europese Commissie,<br />
in de bloemetjes.<br />
Op 30 november en 1 december 2010<br />
vond in de Kunst berg in Brussel<br />
de eerste Europese binnenvaartconferentie<br />
Barge to Business plaats.<br />
De Barge to Business-conferentie<br />
werd georganiseerd met de steun<br />
van de Europese Commissie via<br />
het EU-binnen vaartproject platina.<br />
P<br />
latina staat in voor de implementatie<br />
van Naiades, het Europese actieprogramma<br />
ter promotie van het binnenvaarttransport.<br />
promotie Binnenvaart Vlaanderen<br />
organiseerde Barge to Business in<br />
naam van platina.<br />
Het tweedaags binnenvaartevenement<br />
bood een waaier aan zakelijke contacten<br />
voor bedrijven, toespraken van beleidsmakers,<br />
presentaties, panelgesprekken<br />
en mogelijkheden tot netwerken. Het was<br />
de unieke gelegenheid om meer te weten<br />
te komen over de laatste ontwikkelingen<br />
over logistiek, supply chain management<br />
en binnenvaarttransport.<br />
Het publiek bestond uit vertegenwoordigers<br />
van de Europese binnenvaart, logistieke<br />
organisatoren, marktspelers, klanten<br />
Het Jef Neve Trio gaf<br />
het beste van zichzelf.<br />
Een ideale avond om<br />
te netwerken.<br />
Volle vaart voor<br />
en potentiële verladers, Europese nationale<br />
en lokale overheden, vertegenwoordigers<br />
van havens en terminals. De interesse<br />
was overweldigend. De tweehonderd vijftig<br />
beschikbare plaatsen waren al snel allemaal<br />
gereserveerd.<br />
Netwerkavond<br />
De Europese binnenvaartconferentie kon<br />
rekenen op de steun van de Vlaamse overheid.<br />
Op het einde van de eerste dag vond<br />
onder auspiciën van Vlaanderen en van de<br />
Vlaams minister voor Mobiliteit en Openbare<br />
Werken Hilde Crevits de Barge to<br />
Business-netwerkavond plaats. De Stafdienst<br />
van het <strong>Departement</strong> Mobiliteit en<br />
Openbare werken stond in voor de organisatie<br />
van het netwerkevent.<br />
Tijdens de Barge to Business-netwerkavond<br />
ontmoetten de meer dan vierhonderd deelnemers<br />
aan de conferentie, beleidsmakers,<br />
politici en topambtenaren elkaar in een aangename<br />
en ontspannen sfeer. Het was de ideale<br />
gelegenheid om interessante contacten te leggen<br />
en ideeën uit te wisselen over onderwerpen<br />
die aan bod kwamen tijdens de conferentie.
de Binnenvaart<br />
Striphelden<br />
De netwerkavond had plaats in het Belgisch<br />
Stripcentrum, dat ondergebracht is in een<br />
beschermd meesterwerk (1906) van de<br />
Belgische architect Victor Horta. Het is een<br />
museum dat de volledige geschiedenis van<br />
het Belgische stripverhaal op een inspirerende<br />
manier voorstelt.<br />
Er is voor deze locatie gekozen vanwege<br />
het unieke karakter van het gebouw, het<br />
culturele aspect van het Stripcentrum, de<br />
ligging vlak bij de Kunstberg en de vlotte<br />
bereikbaarheid met het openbaar vervoer.<br />
Alle genodigden ontvingen als aandenken<br />
een fraai stripalbum De Geestelijke Vaders ,<br />
waarin alle Belgische striptekenaars verwikkeld<br />
zijn in een verhaal dat zich afspeelt…<br />
in het Stripcentrum.<br />
Voor het walking dinner gaf minister<br />
Crevits een korte toespraak waarin ze de<br />
politieke boodschap over het Europees<br />
binnenvaartbeleid meegaf. De Hongaars<br />
staatssecretaris voor Infrastuctuur pál<br />
Volner lichtte de plannen toe voor de<br />
binnenvaart in Hongarije en tijdens het<br />
Hongaarse EU-voorzitterschap. Tot slot<br />
pikte de adjunct directeur-generaal van<br />
het Directoraat-Generaal voor Mobiliteit<br />
en Transport Zoltán Kazatsay (in naam<br />
van vice-voorzitter van de Europese Commissie<br />
Siim Kallas) in op de toespraak van<br />
de minister.<br />
Jazzhelden<br />
Gastvrouw van de avond was Evy Gruyaert,<br />
die de prominente sprekers introduceerde.<br />
Om de buitenlandse genodigden te laten<br />
proeven van wat Vlaanderen op hoogstaand<br />
muzikaal vlak te bieden heeft, was<br />
er gezorgd voor muzikale verwennerij door<br />
het Jef Neve Trio. Jef Neve staat boven aan<br />
de lijst van Vlaamse Jazz met wereldklasse.<br />
Hij is een virtuoze jazzpianist die met zijn<br />
trio exclusief voor de Barge to Businessnetwerkavond<br />
een zeer gesmaakt, adembenemend<br />
tweedelig Jazzconcert speelde.<br />
Europa en <strong>MOW</strong><br />
Binnen het kader van het Europees Voorzitterschap organiseerde het<br />
beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken vier evenementen:<br />
Transport Research Arena (TRA) 2010, van 7 tot en met 10 juni in Brussel,<br />
het Seine-Schelde Netwerkevent op 1 oktober in Kortrijk, de Barge to<br />
Business-conferentie op 30 november en 1 december in Brussel, met<br />
daarbij de Barge to Business-netwerkavond op 30 november, en tot slot<br />
de Shortsea Shipping and Motorways of the Sea Focal Points meeting op<br />
9 en 10 december 2010 in Brugge.<br />
21
Lara in actie<br />
Nieuwe binnenvaartsimulator ingehuldigd<br />
Op vrijdag 3 december 2010 werd de nieuwe<br />
binnenvaartsimulator van het Waterbouwkundig<br />
Laboratorium officieel ingehuldigd door minister<br />
Hilde Crevits. De binnenvaartsimulator, Lara,<br />
zal een belangrijke ondersteunende functie spelen<br />
voor het onderzoek en ontwikkeling in de Vlaamse<br />
maritieme en binnenvaartsector.<br />
B<br />
innenvaartschepen worden steeds<br />
groter, maar de sluizen en vaarwegdieptes<br />
blijven dezelfde. Daardoor wordt<br />
het heel belangrijk om scheepsmanoeuvres<br />
heel precies en correct in te schatten. Het<br />
onderzoek via simulaties is dan een veilig<br />
en milieuvriendelijk alternatief voor fysieke<br />
scheepsmanoeuvres op ware grootte.<br />
Volledig realistisch<br />
Lara heeft een nagebouwde stuurhut met<br />
een uitrusting zoals op een echt binnenschip:<br />
een autopilot voor de roerbediening, een telegraaf<br />
en dubbele boegschroefbediening.<br />
Verder is de simulator onder meer uitgerust<br />
met een radar en camerabeelden met bediening.<br />
De stuurhuthoogte kan ingesteld<br />
worden, wat van wezenlijk belang is bij de<br />
binnenvaart. De koers, roerstand, bochtenmeter<br />
en tal van andere indicatoren worden<br />
op verschillende schermen weergegeven.<br />
De vaaromgeving wordt gevisualiseerd<br />
op zeven 52’ LCD beeldschermen met full-<br />
HD-resolutie, geplaatst in een halve cirkel<br />
22 <strong>MOW</strong><br />
MAG<br />
rond de piloot. Daardoor kan die de 3Dvaaromgeving<br />
goed overzien om nauwkeurig<br />
tussen de oevers, kaaimuren en boeien<br />
te navigeren. In de aansluitende ruimte<br />
kan een instructeur de simulatie beoordelen<br />
en beïnvloeden door bijvoorbeeld wind,<br />
stroming en getij anders in te stellen. De<br />
instructeur kan extra parameters invoeren<br />
om de zichtbaarheid te ver<strong>minder</strong>en (mist<br />
of schemer), of door andere schepen aan<br />
de simulatie te laten deelnemen. Bediening<br />
van bruggen, sluisdeuren en verkeerslichten<br />
zorgen voor het nodige realisme.<br />
Na het uitvoeren van een vaart kunnen<br />
de gegevens worden opgeslagen om door<br />
ingenieurs te worden bestudeerd. Het uitprinten<br />
van het gevolgde traject geeft de<br />
piloot het overzicht om de situatie beter in<br />
te schatten en de vaart te verbeteren.<br />
Lena<br />
Simulaties met Lara geven dus een<br />
realistisch beeld van de situatie op onze<br />
binnenwateren. Ze kunnen zo helpen om de<br />
knelpunten op een vaarroute te detecteren<br />
en eventueel aanwijzen waar de infrastructuur<br />
moet worden aangepast. De resultaten<br />
van Lara zullen bijdragen tot de veiligheid,<br />
de promotie, de communicatie, de marktprospectie<br />
en de marketing van de binnenvaart.<br />
Dat is belangrijk om in de toekomst<br />
meer goederenstromen naar de binnenvaart<br />
af te leiden en om knelpunten op het<br />
vlak van mobiliteit aan te pakken. Lara zal<br />
heel wat binnenvaartpotentieel realiseren,<br />
en zal ook dienen om innovatieve concepten,<br />
zoals gekoppelde binnenschepen, veilig<br />
uit te testen.<br />
Lara heeft overigens een zusje, Lena. Die<br />
binnenvaartsimulator wordt vooral gebruikt<br />
voor opleidingen. Het onderzoek dat met<br />
Lara verricht wordt, is voortaan een belangrijke<br />
gegevensbron om Lena nog preciezer<br />
en realistischer te maken.<br />
Vlaams minister Hilde Crevits mocht bij<br />
de inhuldiging als eerste de simulator Lara<br />
uittesten. Zo kon de minister zelf ervaren<br />
<strong>hoe</strong> waarheidsgetrouw de simulator is.
Onze beste wensen<br />
Een Inland Electronic Nautical Chart<br />
is een elektronische kaart die gebruikt<br />
wordt bij de binnenvaart. Een IENC<br />
bevat alle kaartinformatie die noodzakelijk<br />
is voor een veilige navigatie<br />
op de binnenwateren en in gemengde<br />
scheepvaartgebieden, zoals het kanaal<br />
Gent-Terneuzen. De kaart valt min of<br />
meer te vergelijken met wat gps-toestellen<br />
gebruiken, met dat verschil dat<br />
de kaarten veel gedetailleerder zijn en<br />
dat de navigatiesystemen (Inland Ecdis<br />
Een nieuwjaarsbrief hebben we<br />
niet, maar goede voornemens<br />
wel: ook in 2011 willen we alle<br />
medewerkers van het beleidsdomein<br />
<strong>MOW</strong> blijven verrassen met<br />
onderhoudende en interessante<br />
artikels over alles wat reilt en zeilt<br />
in ons vakgebied. Van de grootste<br />
infrastructuurwerken tot kleinere<br />
evoluties die ons werk aangenamer<br />
maken: ook dit jaar houden<br />
we de vinger stevig aan de pols.<br />
Vanwege de <strong>MOW</strong>mag-redactie<br />
aan al onze lezers: een boeiend<br />
2011 gewenst!<br />
Gentse haven<br />
in kaart<br />
Het Team Vlaamse<br />
Hydrografie van de afdeling<br />
Kust realiseerde onlangs<br />
de eerste Inland Electronic<br />
Nautical Chart (IENC) voor<br />
de haven van Gent en het<br />
kanaal Gent-Terneuzen.<br />
of Inland Electronic Chart and Display<br />
Information System) ook andere vaartuigen<br />
in beeld brengen.<br />
Een IENC bevat veel meer details over<br />
bruggen en sluizen dan een maritieme<br />
ENC, die gebruikt wordt voor de zeevaart.<br />
Ook boeien, verkeersborden en andere<br />
signalisatie die specifiek is voor de binnenvaart,<br />
worden in kaart gebracht.<br />
De Vlaamse Hydrografie maakt de ekaarten<br />
in opdracht van de vaarwegbeheerders.<br />
De RIS-richtlijn verplicht die<br />
overheden om officiële kaarten beschikbaar<br />
te stellen voor de grotere vaarwegen<br />
en de havens die er aansluiting op geven.<br />
De IENC is bestemd voor alle binnenschepen<br />
die in die zone varen en die<br />
een Inland Ecdis aan boord hebben. Via<br />
www.RIS.vlaanderen.be, gelinkt aan de<br />
website van Haven Gent, wordt de kaart<br />
gratis verdeeld.<br />
De Vlaamse Hydrografie plant in de<br />
nabije toekomst ook de opmaak van<br />
IENC’s voor de Beneden Zeeschelde, de<br />
Haven Zeebrugge en de Haven Oostende.<br />
Zeeleeuw<br />
op wetenschapsdag<br />
Op zondag 21 november meerde<br />
de DAB Vloot aan in Gent met<br />
de Zeeleeuw en werd het schip<br />
opengesteld voor het publiek.<br />
Vele wetenschappers van de<br />
Universiteit Gent en het Vlaams<br />
Instituut voor de Zee verzorgden<br />
aan boord tal van interessante,<br />
leuke en jeugdgerichte proeven.<br />
Iets meer dan 600 bezoekers<br />
kwamen op het initiatief af.<br />
De tocht die de bezoekers<br />
ook doorheen de buik van het<br />
schip maakten, duurde een<br />
klein half uurtje en was dankzij<br />
het hoog interactief karakter<br />
een avontuur op zichzelf. Vanzelfsprekend<br />
nam het publiek<br />
ook een kijkje op de brug, de<br />
machinekamer en aan dek.<br />
In de voormiddag was er een<br />
kort formeel moment met de<br />
rector van de Universiteit Gent<br />
en de voorzitter van de raad van<br />
bestuur van het havenbedrijf<br />
Gent. Jan Mees, algemeen directeur<br />
van het Vlaams Instituut<br />
voor de Zee, stelde dat een aanwezigheid<br />
in Gent voor de hand<br />
lag. Ongeveer de helft van het<br />
mariene onderzoek dat via de<br />
Zeeleeuw gebeurt, is verbonden<br />
met wetenschappers en projecten<br />
van de Universiteit Gent.<br />
23
DE LICHTENLIJN STAAL-<br />
BOuW-<br />
PRIJS<br />
2010