De helft van mij is al in de hemel - Gideon

De helft van mij
is al in de hemel
voor jou
naam
van
naam

Copyright © 2013: Uitgeverij Gideon
Auteur: Fokko Ebbens
Redactie: Loes Rijksen-van den Tol
Omslagontwerp: Studio Vrolijk
Jaar van uitgave: 2013
Uitgave: Gideon, Hoornaar, Nederland
ISBN: 978-90-5999-050-0
NUR: 707
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden
verveelvoudigd, opgeslagen in een databank, of doorgegeven
in welke vorm of op welke wijze dan ook – elektronisch,
mechanisch, gekopieerd, gescandof op enige andere wijze –
behalve voor korte citaten in recensies of artikelen, zonder de
voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
All rights reserved. No portion of this book may be reproduced,
stored in a retrieval system, or transmitted in any form or by any
means – electronic, mechanical,photocopy, recording, scanning,
or other – except for brief quotationsin critical reviews or
articles, without the prior written permission of the publisher.

Een angstige rit
Henri Ruitenberg rijdt zo snel hij kan van zijn
werk in Almere naar Zwolle. Hij probeert zich rustig
te houden, zich te concentreren op het autorijden.
Maar in zijn hoofd spookt het. Hoe dichter
hij bij de Overijsselse hoofdstad komt, hoe dichter
hij bij de waarheid komt. En hoe banger hij
zich voelt.
Henri weet nog niets. Even daarvoor heeft hij
zijn baas aan de telefoon gehad. Of hij zo snel
mogelijk naar het ziekenhuis in Zwolle wil komen;
zijn vrouw is aangereden. Maar de precieze
aandoening krijgt de marathonschaatser niet te
horen. Henri heeft vooral naar de stem van zijn
baas geluisterd. Een beer van een vent, voor niets
of niemand bang. Maar die onverschrokken vent
had een akelige trilling in zijn stem gehad. En die
gedachte maakt Henri bang.
Harderwijk. Halverwege. Henri gist. Een beenbreuk
misschien? Hij heeft geen idee. En dus
richt hij zich in de auto tot God en bidt hij voor

4 De helft van mij is al in de hemel
het eerst in vele jaren oprecht. Hij smeekt God
het goed te laten komen. Zijn gedachten gaan
naar Jezus en de gifbeker. Die moest leeg. Henri
ziet een hoop ellende en narigheid op zich afkomen.
De autorit van een uur is het angstigste uur
van zijn leven; het is zijn gifbeker.
Verleiding
Het geloof van Henri is lange tijd een soort waakvlammetje,
brandend op de achtergrond. Hij
groeit op in een Oud Gereformeerde Gemeente.
Allemaal regeltjes. Erg streng. Ik mocht niet op zondag
fietsen, niet naar mijn vrienden toe. Heel orthodox.
Ik had een doembeeld van God. Hij was iets
groots, degene die oordeelde over de zondige mens.
Dat beangstigde.
Henri weet op dat moment niet beter. Totdat hij
Alie, zijn vrouw, ontmoet. Zij neemt hem mee

Henri en Henri Ruitenberg
naar Oldebroek, naar een evangelische gemeente.
En zo leert Henri niet alleen haar kennen,
maar óók Jezus.
Mijn moeder voedde me op met de gedachte dat er
een God was. Religie. Maar in Oldebroek leerde ik dat
je een relatie met de Drie-enige God kunt hebben. De
mensen praatten daar veel meer over het geloof, over
wat Jezus met hen deed. Dat Jezus naar de aarde was
gekomen voor onze zonden. Dat was helemaal nieuw
voor mij. Bij ons thuis werd er nooit over het geloof
gesproken. Toch voelde ik mij in de evangelische kerk
enorm thuis. Ik moest er even aan wennen, maar in
Oldebroek kreeg ik uiteindelijk, tijdens een interkerkelijke
tentbijeenkomst, een relatie met Jezus. Ja, zo ervoer
ik dat heel duidelijk. Vergelijk het met een relatie
tussen man en vrouw. Zo’n relatie maakt je gelukkig.
Zo maakte Jezus mij gelukkig en blij.
Lang duurt deze prille liefde niet. Henri ontdekt
het marathonschaatsen. En hoe! Hij heeft aanleg.
5