12.09.2013 Views

Sterrenkunde in de prehistorie De oudste wetenschap - Alles Over ...

Sterrenkunde in de prehistorie De oudste wetenschap - Alles Over ...

Sterrenkunde in de prehistorie De oudste wetenschap - Alles Over ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

centrale aar<strong>de</strong> Maan, zon en planeten draaien<br />

rond <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>in</strong> het geocentrisch wereldbeeld.<br />

14 sterrenkun<strong>de</strong> als <strong>wetenschap</strong> <strong>de</strong>el 1<br />

Kristallen sferen en hulpcirkels<br />

hfdst 1 <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> sterrenkun<strong>de</strong><br />

Een paar eeuwen voor het beg<strong>in</strong> van onze jaartell<strong>in</strong>g<br />

waren het Griekse wijsgeren die als eersten nadachten<br />

over afstan<strong>de</strong>n en afmet<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het heelal. Erg<br />

nauwkeurig waren die eerste bepal<strong>in</strong>gen nog niet: Aristarchus<br />

van Samos (ca. 310-230 v.Chr.) dacht bijvoorbeeld dat<br />

<strong>de</strong> zon op vijf miljoen kilometer afstand stond – drie procent<br />

van <strong>de</strong> werkelijke waar<strong>de</strong>. Wel wisten <strong>de</strong> Grieken al s<strong>in</strong>ds <strong>de</strong><br />

tijd van Pythagoras (ca. 580-500 v.Chr.) dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> een bol<br />

is, en bepaal<strong>de</strong> Eratosthenes van Cyrene (276-194 v.Chr.) <strong>de</strong><br />

omtrek van die bol op 250.000 stadiën, vrijwel exact gelijk<br />

aan <strong>de</strong> werkelijke waar<strong>de</strong> van 40.000 kilometer.<br />

planeet<br />

epicykel<br />

aar<strong>de</strong><br />

schijnbare baan planeet<br />

<strong>de</strong>ferent<br />

lusvormige banen Met<br />

zijn epicykelmo<strong>de</strong>l kon<br />

Ptolemaeus <strong>de</strong> lusvormige<br />

beweg<strong>in</strong>gen van <strong>de</strong><br />

planeten verklaren.<br />

Het Griekse wereldbeeld was echter groten<strong>de</strong>els gebaseerd<br />

op filosofische overweg<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> plaats van op waarnem<strong>in</strong>gen.<br />

Zo zou<strong>de</strong>n alle hemellichamen met een constante,<br />

‘eenparige’ snelheid over volmaakt bolvormige, kristallen<br />

sferen bewegen, waarvan <strong>de</strong> afmet<strong>in</strong>gen speciale wiskundige<br />

verhoud<strong>in</strong>gen zou<strong>de</strong>n vertonen. Dat geocentrische<br />

wereldbeeld, met <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>in</strong> het mid<strong>de</strong>lpunt, werd al<br />

geïntroduceerd door <strong>de</strong> grote wijsgeer Aristoteles<br />

(384-322 v.Chr.), een stu<strong>de</strong>nt van <strong>de</strong> filosoof Plato.<br />

<strong>De</strong> Grieken ken<strong>de</strong>n zeven bewegen<strong>de</strong> hemellichamen: <strong>de</strong><br />

maan, Venus, Mercurius, <strong>de</strong> zon, Mars, Jupiter en Saturnus.<br />

Die wer<strong>de</strong>n ‘dwaalsterren’ genoemd (planétès <strong>in</strong> het Grieks),<br />

en wij hebben er <strong>de</strong> <strong>in</strong><strong>de</strong>l<strong>in</strong>g van <strong>de</strong> week <strong>in</strong> zeven dagen<br />

aan te danken. Buiten <strong>de</strong> sferen van <strong>de</strong>ze zeven ‘planeten’<br />

bevond zich <strong>de</strong> sfeer van <strong>de</strong> ‘vaste sterren’, die voor het eerst<br />

opgemeten en gecatalogiseerd wer<strong>de</strong>n door Hipparchus van<br />

Rhodos (ca. 190-125 v.Chr.), die ook <strong>de</strong> extreem trage standveran<strong>de</strong>r<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> draai<strong>in</strong>gsas van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ont<strong>de</strong>kte.<br />

Epicykels<br />

Hipparchus leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> basis voor <strong>de</strong> epicykeltheorie, die<br />

vervolmaakt werd door <strong>de</strong> Alexandrijnse astronoom Claudius<br />

Ptolemaeus (ca. 100-170). Met het sferenmo<strong>de</strong>l van Aristoteles<br />

kon namelijk niet verklaard wor<strong>de</strong>n waarom <strong>de</strong> planeten<br />

grote <strong>in</strong>vloed Claudius Ptolemaeus drukte<br />

1400 jaar lang zijn stempel op <strong>de</strong> astronomie.<br />

zich soms snel en soms heel langzaam of zelfs achterwaarts<br />

tussen <strong>de</strong> sterren verplaatsen. Hoewel Aristarchus al eens<br />

had gesuggereerd dat niet <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> maar <strong>de</strong> zon <strong>in</strong> het<br />

mid<strong>de</strong>lpunt van het heelal zou staan, hield Ptolemaeus<br />

vast aan <strong>de</strong> centrale positie van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> en aan <strong>de</strong> een -<br />

parige cirkelbeweg<strong>in</strong>g. In zijn wereldbeeld bewegen <strong>de</strong><br />

planeten op hulpcirkels (epicykels), waarvan het lege<br />

+ + + Hipparchus classificeer<strong>de</strong> <strong>de</strong> sterren <strong>in</strong> verschillen<strong>de</strong> grootteklassen, al naar gelang hun hel<strong>de</strong>rheid. Dat magnitu<strong>de</strong>n- systeem wordt nog steeds gebruikt (zie pag. 176). + + +<br />

Kijktip<br />

Als je geduren<strong>de</strong><br />

een paar maan<strong>de</strong>n<br />

elke week <strong>de</strong> plaats<br />

van Mars tussen <strong>de</strong><br />

sterren optekent, zie<br />

je dat <strong>de</strong> planeet niet<br />

altijd met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

snelheid beweegt.<br />

mid<strong>de</strong>lpunt een cirkelbaan (<strong>de</strong>ferent) om <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> beschrijft.<br />

Om het mo<strong>de</strong>l <strong>in</strong> overeenstemm<strong>in</strong>g te brengen met <strong>de</strong> waarnem<strong>in</strong>gen<br />

moest Ptolemaeus uite<strong>in</strong><strong>de</strong>lijk vele hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />

epicykels gebruiken, en zou <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ook niet exact <strong>in</strong> het<br />

mid<strong>de</strong>lpunt van <strong>de</strong> cirkelvormige <strong>de</strong>ferenten staan, waardoor<br />

het systeem bijzon<strong>de</strong>r <strong>in</strong>gewikkeld werd. Ptolemaeus<br />

leg<strong>de</strong> het mo<strong>de</strong>l vast <strong>in</strong> zijn <strong>de</strong>rtien<strong>de</strong>lige manuscript Hé mathématiké<br />

syntaxis (‘<strong>De</strong> wiskundige verhan<strong>de</strong>l<strong>in</strong>g’), dat ruim<br />

duizend jaar lang zijn stempel zou drukken op <strong>de</strong> ontwikkel<strong>in</strong>g<br />

van <strong>de</strong> astronomie.<br />

Ptolemaeus’ standaardwerk, dat een compleet overzicht<br />

biedt van <strong>de</strong> sterrenkundige kennis van zijn tijd, <strong>in</strong>clusief<br />

<strong>de</strong> stercatalogus van Hipparchus, werd <strong>in</strong> <strong>de</strong> vroege Mid<strong>de</strong>leeuwen<br />

door Arabische astronomen Kitab al-Madjisti<br />

(‘het grootste boek’) genoemd. Dat werd later verbasterd tot<br />

Almagest – <strong>de</strong> naam waaron<strong>de</strong>r het boek tot op <strong>de</strong> dag van<br />

vandaag bekend is.<br />

15

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!