Ministerie van Economische Zaken tav de heer JBF ... - Deltavissers

Ministerie van Economische Zaken
t.a.v. de heer J.B.F. Vonk
Postbus 20401
2500 ES Den Haag
Sint Maartensdijk, 8 januari 2013
Onderwerp: vangstbeperking sportvissers
Geachte heer Vonk,
Op 14 mei 2012 hebben wij bij monde van onze voorzitter J. van der
Graaf deelgenomen aan het door u georganiseerde overleg over
mogelijke maatregelen voor het tegengaan van de illegale verkoop van
niet beroepsmatig gevangen zeevis op het ministerie van EL&I in Den
Haag.
Daarbij is aangegeven dat het rapport van de NVWA naar onze mening
niet berust op de werkelijkheid maar meer op aannames. Bovendien
hebben wij aangegeven dat er andere middelen voorhanden zijn om
verkoop tegen te gaan.
Wij noemen u nogmaals het knippen van vinnen en/of staarten
waardoor zeevis gevangen door sportvissers direct herkenbaar is en te
traceren in de handel. Ook het strippen van de vis (o.a. zeebaars)
waardoor die onaantrekkelijk is voor de handel. Tevens zijn wij
voorstander van het verhogen van de minimum maat van kabeljauw
van 35?? naar 40 cm en van zeebaars naar 42 cm.
Onthutst en onaangenaam verrast zijn wij nu, na kennisname van het
voornemen om toch een bezitbeperking in te voeren voor op zee door
sportvissers gevangen kabeljauw en zeebaars. Wij zijn als vereniging al
lang tegenstander van verkoop van kabeljauw en zeebaars door
sportvissers. Destijds hebben wij al ingestemd met een wijziging van
wetgeving die verkoop van vis door sportvissers moest tegengaan. Dit
heeft geleid tot wijziging van de Visserijwet waarin nu expliciet is
opgenomen dat verkoop van door sportvissers strafbaar is gesteld.
Nu de wettelijke basis is gelegd om verkoop te verbieden, begrijpen
wij niet waarom een vangstbeperking noodzakelijk is. Er zijn
voldoende controlemiddelen aanwezig, die zeker nog verder kunnen

worden uitgebreid zoals het invoeren van een administratieplicht voor
de horeca en het beter controleerbaar maken van de
administratieplicht voor handelaren.
Gemakshalve de sportvisser straffen voor een controle die niet
effectief wordt uitgevoerd, beschouwen wij als symptoombestrijding
en vinden die overigens disproportioneel. Verkoop vindt vermoedelijk
plaats dooreen zeer beperkt aantal sportvissers, waaronder enkele
lieden die de naam sportvisser niet waardig zijn, zoals die stropers op
de stormvloedkering en bij de uitlaat van de kerscentrale bij Borssele.
Met gerichte controles zijn deze lieden eenvoudig traceerbaar en te
tackelen. Een vangstbeperking treft nu voornamelijk de goedwillende
sportvisser die zeevis consumptief benut.
De invoering van een vangstbeperking voor sportvissers zal de illegale
handel niet terugdringen, maar deze hooguit zal verplaatsen naar
bijvoorbeeld het overzetten van vis op volle zee.
Wij bepleiten een gezamenlijke aanpak van de visstroperij en verwijzen
daarbij naar de mogelijkheden die wij daartoe hebben geopperd
tijdens het overleg van eerdergenoemd overleg op 14 mei 2012. Ook
steunen wij de toezegging van Sportvisserij Nederland van augustus
2012 om BOA’ s ter beschikking te stellen voor het uitvoeren van
controles.
Tenslotte conformeren wij ons volledig aan de inhoud van de brief
die u hebt ontvangen van Sportvisserij Nederland over vorengenoemde
materie.
Met vriendelijke groet,
Het bestuur van bootvisvereniging Zuid - West Nederland,
J.van der Graaf, voorzitter.
M.L. Koopman, secretaris.
Corespondentieadres:
Markt 45
4695 CH Sint Maartensdijk