Lees hier het interview - Vlaamse Lokale Ontvangers
Lees hier het interview - Vlaamse Lokale Ontvangers
Lees hier het interview - Vlaamse Lokale Ontvangers
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Jan Breyne: ‘In Ieper kunnen burgemeester en schepenen <strong>het</strong><br />
eerste halfuur van <strong>het</strong> managementteam binnenlopen en politieke<br />
duiding geven. Als we overgaan naar de agenda van <strong>het</strong><br />
team verlaten zij de vergadering.’<br />
Luc Kupers: ‘Dat is een goede formule want zo kunnen de politici<br />
hun bekommernissen meegeven.’<br />
Philip Lefever: ‘Je mag ook niet vergeten dat de leden van <strong>het</strong><br />
managementteam, de secretaris en de ontvanger op kop, wel<br />
kunnen beoordelen welke de gevoeligheden van de politici zijn.<br />
We lopen er elke dag tussen.’<br />
Wat zal de aanwezigheid van de burgemeester of de OCMW-voorzitter<br />
veranderen?<br />
Jan Breyne: ‘Wij krijgen van de decreetgever eigenlijk <strong>het</strong> signaal<br />
dat we niet helemaal te vertrouwen zijn en dat de burgemeester<br />
erbij moet komen zitten. Het is niet goed dat wantrouwen als<br />
norm wordt gebruikt om regelgeving aan te passen. Net nu <strong>het</strong><br />
managementteam stappen vooruit zet, doet de wetgever de deur<br />
weer een beetje dicht.’<br />
Philip Lefever: ‘Er zal anders, minder vrijuit gepraat worden in<br />
<strong>het</strong> managementteam als er politici bij zijn.’<br />
Luc Kupers: ‘Het is mijn opdracht als secretaris en voorzitter van<br />
<strong>het</strong> managementteam, om de communicatie met de voorzitter<br />
open te houden, in aanloop naar <strong>het</strong> managementcomité en<br />
erna. Dat werkt goed, de voorzitter is geen vragende partij om<br />
mee aan tafel te zitten. In andere OCMW’s zal dat wel <strong>het</strong> geval<br />
zijn. En dan zal je een soort van onbedoelde, politieke bemoeienis<br />
krijgen met de operationele werking van <strong>het</strong> OCMW. De<br />
scheiding tussen de rol van de voorzitter en die van de ambtenaren<br />
zal vervagen.’<br />
De secretarissen en de ontvangers organiseren voor <strong>het</strong> eerst samen<br />
enkele studiedagen. Wat ging daaraan vooraf?<br />
Jan Breyne: ‘We zijn naar elkaar toe gegroeid bij de voorbereiding<br />
van <strong>het</strong> Gemeentedecreet, in 2005. We hebben elkaar leren<br />
kennen en <strong>het</strong> klikt ook persoonlijk tussen de voorzitters. We<br />
hebben vastgesteld dat we sterker zijn als we samenwerken.<br />
Elke federatie behoudt wel de vrijheid om alleen door te gaan<br />
op punten waarover we <strong>het</strong> niet eens zijn. We moeten dan wel zo<br />
beleefd zijn om elkaar daarvan op de hoogte te brengen.’<br />
Over welke punten gaat <strong>het</strong> dan?<br />
Jan Breyne: ‘Ik heb er wel een paar in mijn hoofd maar ik voel<br />
niet de behoefte om die nu op tafel te leggen. Maar <strong>het</strong> is niet<br />
erg als we op sommige punten uiteenlopende ambities hebben,<br />
zolang we maar samengaan voor de zaken waar we samen<br />
sterker staan.’<br />
Philip Lefever: ‘Afzonderlijk zijn we maar kleine vakbondjes.’<br />
Luc Kupers: ‘Een collega bestempelde ons, goed bedoeld, als<br />
schuttersgilden. We kunnen wel iets doen maar we missen reikwijdte.<br />
Samen staan we veel sterker. En we willen ons niet beperken<br />
tot secretarissen en ontvangers. We willen naar een koepelfederatie<br />
van alle leden van <strong>het</strong> managementteam, naar een<br />
representatieve vakorganisatie voor al <strong>het</strong> kaderpersoneel van<br />
de lokale overheden. Over de manier waarop loopt nu een studie<br />
aan de Antwerpse universiteit, met de steun van de VVSG.’<br />
Die koepelfederatie zal een echte vakbond zijn?<br />
Luc Kupers: ‘Syndicale punten zullen zeker boven aan de agenda<br />
staan. Het is bijvoorbeeld al vijftien jaar geleden dat onze lonen<br />
STEFAN DEWICKERE<br />
werden aangepast. We voeren daar al twee jaar actie voor, maar<br />
we kunnen niet voldoende gewicht in de schaal leggen.’<br />
Philip Lefever: ‘De koepelfederatie zal zich ook bezighouden<br />
met de kwaliteit van <strong>het</strong> gemeentelijke functioneren zelf. We<br />
praten niet enkel voor onszelf, we zijn ook begaan met <strong>het</strong> bestuur<br />
van de lokale overheden.’<br />
Jan Breyne: ‘Momenteel kunnen we als kleine federaties onze<br />
vakbondsrol nauwelijks opnemen omdat we niet mee aan tafel<br />
zitten als de grote beslissingen genomen worden. Dat is normaal<br />
want als ze ons, de drie kleine schuttersgilden, erbij vragen,<br />
wordt de onderhandelingstafel wel heel groot. We moeten<br />
dus alle topambtenaren verenigen en met één stem praten. Wie<br />
verdedigt nu de belangen van de leidinggevende ambtenaren?<br />
De VVSG, maar dat is de vertegenwoordiger van de werkgevers.<br />
Dat is toch een vreemde situatie.’<br />
De secretarissen en ontvangers hebben al een federatie, de andere<br />
leden van <strong>het</strong> managementteam niet. Wie zal er voor hen spreken?<br />
Jan Breyne: ‘Dat is inderdaad een moeilijk punt. We zullen een<br />
manier moeten zoeken om hen erbij te betrekken.’<br />
Luc Kupers: ‘Hoe kunnen we ervoor zorgen dat ze voldoende<br />
vertrouwen hebben om mee te doen? Hier is een belangrijke<br />
taak weggelegd voor de secretarissen. Zij zullen in hun eigen<br />
managementteam moeten kijken wie ze bij de werking van de<br />
koepelfederatie kunnen betrekken, zij zullen die mensen moeten<br />
overtuigen. We zullen ook middelen moeten vrijmaken om<br />
de federatie te bestaffen, dat lukt niet met vrijwilligers.’<br />
Philip Lefever: ‘De VFG heeft een voltijdse medewerker, de VLO<br />
een deeltijdse. Zij stuwen de verenigingen voort. Drie studiedagen<br />
organiseren op korte tijd lukt niet als daar geen mensen<br />
professioneel mee bezig zijn.’<br />
Jan Breyne: ‘We hebben al een hele weg afgelegd. Dat de secretarissen<br />
en de ontvangers nog altijd naast elkaar zitten, is een<br />
verdienste op zich. Door de versnippering worden we regelmatig<br />
tegen elkaar uitgespeeld: de mening van de ene federatie wordt<br />
gevraagd, daarna die van de andere. Nu moeten we de stap zetten<br />
naar de andere leden van <strong>het</strong> managementteam. Dat wordt<br />
niet gemakkelijk maar we geraken er wel uit.’<br />
Bart Van Moerkerke is redacteur van Lokaal<br />
INTERVIEW<br />
Jan Breyne: ‘Politici en management-<br />
team zijn bondgenoten van elkaar.<br />
De angst van politici is ongegrond.’<br />
16 april 2008 LOKAAL TREFDAGEDITIE 11