15.09.2013 Views

bochure Grafelijke Zalen 2012 - Rijksgebouwendienst

bochure Grafelijke Zalen 2012 - Rijksgebouwendienst

bochure Grafelijke Zalen 2012 - Rijksgebouwendienst

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ijksmonument<br />

uniek erfgoed<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong><br />

Visitekaartje van Nederland


<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong><br />

Visitekaartje van Nederland<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 1


Deel 1<br />

Ridderzaal in ere hersteld<br />

Halverwege de dertiende eeuw bouwde Floris IV, Graaf van Holland, een huis op de plek die we nu<br />

kennen als het Binnenhof. Dit vorstelijk onderkomen werd een paleis en later de belangrijkste<br />

woonplaats van de graven van Holland en het bestuurscentrum van het graafschap. Hoewel de<br />

zogenaamde Ridderzaal tegenwoordig de grootste aandachtstrekker is, ligt het oorspronkelijke<br />

jachtslot erachter. In dit paleis, waar verschillende graven aan hebben gebouwd, zijn de Rolzaal,<br />

de Kelderzaal, de De Lairessezaal, de Weeskamer en de Hogerbeetskamer te vinden.<br />

Tegenwoordig zijn deze <strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> het officiële ontvangstcentrum<br />

van de regering. Buitenlandse gasten worden hier ontvangen<br />

en ook is een aantal zalen beschikbaar voor congressen, symposia<br />

en andere bijeenkomsten. Daarnaast spreekt het staatshoofd<br />

jaarlijks op Prinsjesdag de troonrede uit in de Ridderzaal. Kortom:<br />

de <strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> zijn het visitekaartje van Nederland.<br />

Ridderzaal<br />

De Ridderzaal (eigenlijk de Grote of de Hoge Zaal) is gebouwd en<br />

ingericht voor officiële ontvangsten, maar in de loop der eeuwen<br />

hebben er de meest uiteenlopende activiteiten plaatsgevonden. De<br />

zaal werd gebruikt als wandelplaats, markt, winkelgalerij, wachtruimte<br />

voor de rechtbank, exercitieruimte en zelfs voor trekkingen<br />

van de staatsloterij. Met de derde dinsdag in september, waarop het<br />

staatshoofd in de Ridderzaal de troonrede uitspreekt en andere<br />

officiële bijeenkomsten die hier plaatsvinden, heeft deze zaal weer<br />

het oorspronkelijk bedoelde vorstelijke karakter gekregen.<br />

Graaf Floris V liet de ‘Hoge Zael’ aan het eind van de dertiende eeuw<br />

vooral bouwen om er zijn voorname positie mee uit te drukken. Hij<br />

was immers de zoon van Rooms-koning Willem II, beoogd keizer<br />

van het Heilige Romeinse (Duitse) Rijk. Met zijn enorme houten kap<br />

met een overspanning van bijna achttien meter was de zaal<br />

imposant. De bouw van de zaal werd waarschijnlijk betaald met de<br />

afkoopsom, die Floris V kreeg, toen hij afzag van zijn aanspraak op<br />

de Schotse troon. Het politieke bondgenootschap met de Engelse<br />

koning is terug te zien in de architectuur van de zaal. De grote<br />

vrijstaande hal verwijst naar de Oude Westminster Hall in Londen.<br />

Anders dan die koningshal, waarvan het dak toen nog werd<br />

ondersteund door twee rijen kolommen, liet Floris V zijn zaal<br />

2 |<br />

zonder kolommen bouwen. De Grote Zaal is nauwelijks drie meter<br />

smaller dan Westminster Hall en de kap was een technisch en<br />

architectonisch wonderstuk.<br />

De Ridderzaal is in de loop van de tijd geregeld verbouwd. De eerste<br />

restauratie vond plaats voor Koning Lodewijk Napoleon, door<br />

architect Noordendorp. Rijksbouwmeester Willem Nicolaas Rose<br />

restaureerde de zaal in 1861. Rose kon niet aannemen dat de<br />

immense kap al in de tijd van Floris V was gebouwd. Hij verving de<br />

kap, die erg was aangetast, door een gietijzeren die op twee rijen<br />

kolommen rustte. Daarna volgden nog twee grote restauraties. Bij<br />

de eerste daarvan, onder leiding van architect Pierre Cuypers, werd<br />

de voorgevel met de twee torens gerestaureerd. Een tweede, veel<br />

grotere restauratie rond 1900, stond onder leiding van<br />

Rijksbouwmeester Daniël Knuttel. Cuypers was een van de<br />

architecten die eraan meewerkte. Hij ontwierp onder andere de<br />

inrichting van de Ridderzaal. Bij die restauratie werden de <strong>Grafelijke</strong><br />

<strong>Zalen</strong> zo nauwkeurig mogelijk in middeleeuwse staat hersteld.<br />

Gebouwen die er later tegenaan gebouwd waren, werden gesloopt.<br />

De gietijzeren kap die door Rose was ontworpen, werd vervangen.<br />

Rose had de houten kap nauwkeurig laten inmeten en tekenen.<br />

Daardoor kon er een kopie van worden gemaakt, die bijna gelijk is<br />

aan het originele exemplaar uit de dertiende eeuw.<br />

In 2005 is het interieur van de Ridderzaal grondig aangepakt. Als<br />

intensief gebruikte zaal voor bijeenkomsten voldeed hij niet meer<br />

aan de eisen van deze tijd. Veel van het interieurontwerp van Pierre<br />

Cuypers uit 1904 was in de loop der jaren verloren gegaan. De<br />

conditie van de troon was slecht. Ook voldeed de zaal niet aan de<br />

moderne brandveiligheidseisen. Daarom besloot de<br />

<strong>Rijksgebouwendienst</strong> om de zaal een nieuwe inrichting te geven.<br />

De meest in het oog springende veranderingen zijn de schildering op


Kelderzaal<br />

de schouw, de vloerkleden, de verlichting, een nieuw podium en de<br />

nieuw gestoffeerde troon met daarboven een baldakijn. Ook hangen<br />

er sindsdien wandkleden in plaats van vlaggen. Deze wandkleden<br />

tonen de wapens van de Nederlandse provincies, het Rijkswapen, en<br />

de wapens van Aruba, de Nederlandse Antillen en de Eilanden. Op de<br />

wandkleden staan delen van originele documenten, die een relatie<br />

hebben met de geschiedenis van Nederland. De wandkleden zijn een<br />

eigentijdse interpretatie van de Ridderzaal als middeleeuwse<br />

ontvangsthal, zoals de zaal van oorsprong ook bedoeld was.<br />

Kelderzaal<br />

Achter de Ridderzaal, naast de vierkante Haagtoren, bevindt zich het<br />

grafelijke huis. Nog voor de dood van Floris IV in 1234 vonden<br />

bouwactiviteiten plaats, waar nu dit gebouw staat. In het rechthoekige<br />

hoofdgedeelte van het gebouw bevinden zich de Rolzaal en de<br />

Kelderzaal. De Kelderzaal is een statusrijke ruimte, voorzien van<br />

kruisgewelven. Aangenomen wordt dat de Kelderzaal vroeger, toen<br />

hij nog op straatniveau lag, een belangrijke openbare functie had.<br />

In de loop der jaren is deze ruimte verschillende keren aangepast.<br />

De vloer is mogelijk later opgehoogd. In de zuidwand is een<br />

opvallend rond venster uit de dertiende eeuw te vinden. De vensters<br />

die zich ter weerszijden bevonden zijn al in de Middeleeuwen<br />

vervangen door de twee die nu ernaast aangetroffen worden. De<br />

schouw is ontworpen bij de restauratie van rond 1900. In die tijd is<br />

ook het metselwerk van de wanden zichtbaar gemaakt. Onder de<br />

huidige vloerafwerking bevindt zich de tegelvloer die rond 1900<br />

werd gemaakt. Tegenwoordig wordt deze zaal geregeld gebruikt<br />

voor recepties, seminars of diners.<br />

Rolzaal<br />

Recht boven de Kelderzaal ligt de Rolzaal. Tijdens het onderzoek dat<br />

kort voor de grote restauratie rond 1900 werd uitgevoerd, rees het<br />

vermoeden dat deze etage in de dertiende eeuw veel hoger was, met<br />

direct erboven een open kap. Of dat waar is, kan niet worden<br />

nagegaan. Er wordt ook beweerd dat hier de privévertrekken van de<br />

grafelijke familie waren te vinden. Ook daarover valt niets met<br />

zekerheid te stellen.<br />

In 1511 werd hier de Raadkamer van het grafelijk hof ingericht. Al<br />

snel werd de naam ‘Pleitrolle van den Hove’ gebruikt, ontleend aan<br />

de pleitrollen waarop de rechtszaken staan vermeld. Later is deze<br />

naam verbasterd tot Rolzaal.<br />

De schouw en een deel van de gebeeldhouwde figuren onder de<br />

balken zijn het resultaat van verbouwingen in de vijftiende en<br />

zestiende eeuw. Bij de grote restauratie rond 1900 werden de<br />

vensters, de lambrisering en de huidige vloer aangebracht. Onder<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 3<br />

1.


het plafond is een aantal wapenschilden afgebeeld, onder meer van<br />

Karel V als graaf van Holland, Zeeland en West-Friesland. Ook de<br />

letter C (Carolus) verwijst naar Karel V, de letter M verwijst naar zijn<br />

tante Margaretha, die in 1511 als landvoogdes optrad voor de toen<br />

nog minderjarige vorst.<br />

Deze zaal is het toneel geweest van een belangrijke gebeurtenis uit<br />

de Nederlandse geschiedenis. Johan van Oldenbarnevelt vernam<br />

hier in 1619 zijn doodvonnis. Vervolgens werd hij op een schavot<br />

voor de Ridderzaal onthoofd. De trap die van de Rolzaal naar de<br />

Ridderzaal leidt en waar Van Oldenbarnevelt zijn laatste stappen<br />

heeft gezet, is naar hem vernoemd.<br />

De Lairessezaal<br />

De De Lairessevleugel ligt aan de zuidoostzijde van het<br />

Rolgebouwen is in de dertiende eeuw toegevoegd als uitbouw aan<br />

de grafelijke woning. De eerste etage van de De Lairessevleugel<br />

werd in 1688 verbouwd tot raadkamer van het Hof van Holland,<br />

waarbij door Gerard de Lairesse verschillende schilderingen<br />

werden aangebracht. Het schoorsteenstuk verbeeldt de gerechtigheid.<br />

De andere schilderingen laten scènes zien uit de geschiedenis<br />

van het oude Rome, waarbij de Deugd een belangrijk thema is.<br />

Vanuit de De Lairessezaal voert een overloop naar de Rolzaal.<br />

Vroeger vergaderden de rechters in de De Lairessezaal, om<br />

4 |<br />

Rolzaal<br />

vervolgens in de Rolzaal hun oordeel uit te spreken. Tegenwoordig<br />

wordt de De Lairessezaal onder andere gebruikt voor recepties.<br />

Hogerbeetskamer<br />

De Hogerbeetskamer – gelegen boven de De Lairessezaal is<br />

vernoemd naar de politicus Rombout Hogerbeets. Hogerbeets<br />

kwam in politieke problemen toen in 1617 de Bestandstwisten<br />

uitbraken. Hij koos de kant van Johan van Oldenbarnevelt en werd<br />

daarom in augustus 1618 gearresteerd en tot aan zijn proces<br />

gevangengezet op het Binnenhof. De Hogerbeetskamer wordt<br />

tegenwoordig niet gebruikt voor officiële bijeenkomsten.<br />

Weeskamer<br />

Net als de Hogerbeetskamer is de Weeskamer niet meer beschikbaar<br />

voor officiële bijeenkomsten. Vroeger was in deze kamer – boven de<br />

Rolzaal – de weeskamer gevestigd. Weeskamers moesten voorkomen<br />

dat familieleden aan de haal gingen met de nagelaten<br />

bezittingen van de ouder van een minderjarig kind. Johan van<br />

Oldenbarnevelt heeft samen met Hugo de Groot maandenlang in de<br />

Weeskamer gevangengezeten.


De Lairessezaal<br />

Koninginnekamer<br />

De Koninginnekamer is een zijkamer van de Ridderzaal en bevindt zich<br />

direct naast de hoofdentree. De kamer wordt niet vaak gebruikt. Op<br />

Prinsjesdag neemt het staatshoofd na het voorlezen van de troonrede<br />

hier afscheid van de Commissie van in- en uitgeleide. Op Veteranendag<br />

gebruikt de kroonprins met zijn gevolg de Koninginnekamer. De rest<br />

van het jaar fungeert de kamer als opslagruimte voor de duizend<br />

stoelen, die nodig zijn op hoogtijdagen zoals Prinsjesdag.<br />

Het visitekaartje van Nederland<br />

Het historische complex is tegenwoordig het officiële ontvangstcentrum<br />

van de regering. Er worden buitenlandse gasten ontvangen<br />

voor een diner of een receptie. Ook worden de zalen gebruikt voor<br />

congressen, symposia, prijsuitreikingen en andere bijeenkomsten.<br />

De <strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> zijn niet voor iedereen beschikbaar. In de<br />

Regeling Beschikbaarstelling <strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> is vastgelegd waarvoor<br />

het complex gebruikt mag worden. Voor de Ridderzaal geldt dat er<br />

altijd een minister, staatssecretaris of een presidium van een Hoog<br />

College van Staat als gastheer optreedt. Ieder verzoek tot beschikbaarstelling<br />

van de Ridderzaal moet bij de algemeen directeur van<br />

de <strong>Rijksgebouwendienst</strong> worden ingediend. Die legt het verzoek<br />

voor aan een Commissie van Advies, waarin vertegenwoordigers<br />

zitten van de Eerste en Tweede Kamer, van de minister-president en<br />

Prinsjesdag: ceremonie in de Ridderzaal<br />

Als sinds 1904 doet de Ridderzaal op de Prinsjesdag dienst<br />

voor de jaarlijkse opening van het parlementaire jaar in een<br />

gezamenlijke vergadering van de Eerste en Tweede Kamer.<br />

Na aankomst in de gouden koets worden de leden van het<br />

Koninklijk Huis bij de entree van de Ridderzaal ontvangen<br />

door de commissie van in- en uitgeleide. Die begeleidt hen<br />

naar hun plek in de Ridderzaal. De voorzitter van de Eerste<br />

Kamer is ook voorzitter van de Verenigde Vergadering. Hij<br />

kondigt de komst van het staatshoofd aan, wat voor de<br />

aanwezigen een teken is om op te staan. Het staatshoofd<br />

neemt vervolgens plaats op de troon om namens de<br />

regering de troonrede uit te spreken.<br />

van de <strong>Rijksgebouwendienst</strong>. Voor de Rolzaal, de Kelderzaal en de<br />

De Lairessezaal zijn de regels soepeler. Het verzoek om één van deze<br />

zalen te gebruiken, moet wel door een minister, staatssecretaris of<br />

presidium van een Hoog College van Staat worden ingediend. Over<br />

deze verzoeken beslist de algemeen directeur van de<br />

<strong>Rijksgebouwendienst</strong>. De Koninginnekamer, de Weeskamer en de<br />

Hogerbeetszaal zijn niet beschikbaar voor bijeenkomsten.<br />

Meer informatie over de mogelijkheden om van de <strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong><br />

gebruik te maken, is te vinden op de website van de <strong>Rijksgebouwendienst</strong>,<br />

www.rijksgebouwendienst.nl (zoek op ‘grafelijke zalen’).<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 5


6 |<br />

1.<br />

3. 4.<br />

5. 6.<br />

1. Mei 1964: interieur Ridderzaal | 2. 2005: impressie inrichting Ridderzaal vóór renovatie | 3. 2006: nieuwe inrichting Ridderzaal zonder stoelen na renovatie<br />

4. 1931: opening van de Staten-Generaal, interieur Ridderzaal tijdens het lezen van de troonrede door Koningin Wilhelmina, links prins Hendrik, rechts prinses Juliana<br />

5. 2006: schilderwerkzaamheden en proeven kroonluchter tijdens renovatie | 6. Nieuwe inrichting Ridderzaal, zijde troon | 7. 2005: nieuw gestoffeerde troon<br />

8. 2005: detail van stof troon die geweven is in Lyon | 9. 2006: overzicht nieuwe inrichting Ridderzaal<br />

2.


De troon<br />

Bij de herinrichting en renovatie in 2005 is ook de troon in<br />

De Ridderzaal opnieuw bekleed. De conditie van de stof van<br />

de troon was slecht; vooral de invloed van licht op de stof<br />

van zijden velours is groot. De nieuw gekozen stof is een<br />

reconstructie van de oorspronkelijke stof van donkerrode<br />

zijden velours met een goudgeel granaatappelmotief.<br />

Architect Cuypers had deze in 1904 gekozen uit een<br />

bestaande collectie van een weverij in Lyon. De stof is in<br />

Lyon gereconstrueerd op een negentiende-eeuws weefgetouw,<br />

met een snelheid van 10 centimeter per dag. In totaal<br />

was er bijna 25 meter stof nodig om de troon inclusief<br />

hemel te kunnen bekleden. Daarnaast moest er stof worden<br />

gemaakt voor de twee neventronen, die niet altijd in de<br />

Ridderzaal staan, maar wel beschikbaar moeten zijn.<br />

7. 8.<br />

9.<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 7


Deel 2<br />

Herinrichting per<br />

onderdeel van dichtbij<br />

bekeken<br />

8 |<br />

8.<br />

Nieuwe inrichting Ridderzaal, zijde<br />

troon


Wandkleden<br />

Ontwerpers nieuwe wand- en vloerkleden<br />

Het ontwerpteam van de wandkleden bestaat uit: beeldend<br />

kunstenaar Marya Gasille (totaalconcept en uitvoering), beeldend<br />

kunstenaar Liesbeth Stinissen (teksten en uitvoering) en grafisch<br />

ontwerper Hans Bockting (wapens). De wandkleden zijn gemaakt in<br />

het Nederlands Textielmuseum door productontwikkelaar Stef<br />

Miero. Het ontwerpteam heeft in de wandkleden het oude, rijke<br />

gevoel van mooie stoffen geëvenaard. Het zijn echter geen kopieën,<br />

maar kleden met een eigentijds karakter.<br />

Uitgangspunten voor ontwerp van wand- en vloerkleden<br />

1. Versterkende aankleding voor ceremoniële functies van de<br />

Ridderzaal. Hedendaags ontwerp past vanzelfsprekend in de zaal<br />

met rijke schakeringen van kleuren: een feestzaal;<br />

2. Geen reconstructie maar een vertaalslag naar de 21e eeuw<br />

uitgaande van middeleeuwse bronnen;<br />

3. Versterking door vereenvoudiging en monumentaliteit, een<br />

visueel tegenwicht ten opzichte van de grote houten kap.<br />

In het ontwerp van de nieuwe wandkleden is niet gestreefd naar een<br />

reconstructie van de wandkleden van 1904. In het ontwerp van<br />

Cuypers stonden hier oosterse motieven op. In plaats daarvan is nu<br />

gekozen voor wapenmotieven. Dat thema sluit aan op het gebruik<br />

van wapenkleden in de Middeleeuwen. Deze wapens zijn de wapens<br />

van de Nederlandse provincies, het Rijkswapen, en de wapens van<br />

Aruba, de Nederlandse Antillen en de Eilanden. De delen van<br />

originele documenten op de kleden hebben een relatie met de<br />

geschiedenis van het Koninkrijk der Nederlanden. De wandkleden<br />

hebben verschillende kleuren. Dit is een eigentijdse interpretatie<br />

van de Ridderzaal als middeleeuwse feestzaal.<br />

In geest van Cuypers met als uitgangspunt de<br />

middeleeuwen<br />

Alle onderdelen van het ontwerp houden verband met elkaar en<br />

vormen samen een eenheid. Dit is in de geest waarin Cuypers rond<br />

1900 het interieur ontwierp: een totaalontwerp. Het vlechtmotief is<br />

een veelvuldig gebruikt middeleeuws motief. Ook bij de restauratie<br />

rond 1900 is in de glas-in-loodramen een vlechtmotief gebruikt. Dit<br />

motief is verwerkt in de randen van de wandtapijten en in de loper<br />

en in vereenvoudigde vorm in de middenvelden van de vloerkleden.<br />

Rozetten in de troon, in de ramen en het grote roosvenster komen<br />

terug in de bovenhoeken van de wandkleden.<br />

Rode draad van gekozen documenten op wandkleden<br />

Nederland is vormgegeven. Letterlijk door het stellen van grenzen<br />

en het zorgen voor landsbehoud ten opzichte van het water. Maar<br />

ook de inwoners hebben zichzelf gevormd. Het zelfstandigheidsstreven<br />

komt veelvuldig naar voren. Of het nu gevraagd wordt door<br />

de steden aan de graven, door gewesten aan een koning, door een<br />

bevolkingsgroep aan een andere bevolkingsgroep of door de ene<br />

mens aan de andere. De gekozen documenten geven vooral het<br />

succes van samenwerken aan.<br />

Er loopt een rode draad van 700 jaar doorheen: van de situatie<br />

waarin de lage landen zich bevonden toen de Ridderzaal voor het<br />

eerst de plaats was waar belangrijke bestuurlijke plechtigheden<br />

plaatsvonden tot de huidige dag, waarop deze zaal het centrum van<br />

de democratie vormt.<br />

Het is een rode draad die een differentiatie in groepen van de<br />

samenleving laat zien, het bereiken van een steeds grotere mate van<br />

inzicht en welvaart, een samenleving die zich zo ontwikkelde dat<br />

steeds meer groepen mensen – tot het individu toe – gelijkwaardige<br />

medeburgers konden worden. In het Koninkrijk der Nederlanden is<br />

het Nederlands de officiële landstaal en zijn er nog drie erkende<br />

bestuurstalen: het Fries, het Papiaments en het Engels (op Saba en St.<br />

Eustatius). De eerste drie van deze talen komen terug in de kleden.<br />

19 wandkleden<br />

De positie van de verschillende wapenkleden hangt sterk samen met<br />

de symmetrie van de zaal. Zowel de Nederlandse provinciewapens als<br />

de wapens van de overzeese gebiedsdelen zijn gelijk verdeeld over de<br />

linker- en rechter zaalwand. Steeds bevinden zich twee wandkleden<br />

aan weerszijden van een halfzuil. De reeks provincies begint<br />

halverwege de zaalwand tegenover de troon en volgt dan de wijzers<br />

van de klok. De volgorde van deze wapens is grotendeels ontleend<br />

aan de Grondwet van 1815, waarbij Hertogdommen voorafgaan aan<br />

Graafschappen: Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Zuid-Holland,<br />

Noord-Holland, Zeeland, Utrecht, Friesland, Overijssel, Groningen,<br />

Drenthe en tenslotte Flevoland. De andere wapenkleden zijn<br />

geordend op basis van het alfabet alsmede het onderscheid tussen<br />

benedenwindse en bovenwindse eilanden. Zodoende begint deze<br />

reeks aan de linker zaalwand met Aruba. De status aparte van Aruba<br />

komt tot uitdrukking in het feit dat links van de halfzuil geen ander<br />

wandkleed mogelijk is. In de lengteas van de zaal bevinden zich het<br />

Rijkswapen en het wapen van de Nederlandse Antillen.<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 9


De wandkleden in de juiste volgorde te beginnen op de linkerwand, gezien vanaf de<br />

zijde van de hoofdingang met de klok mee:<br />

Limburg<br />

“Verdrag van Maastricht (1992)”<br />

Groningen<br />

“Verzoekschrift Aletta Jacobs (1871)”<br />

10 |<br />

Gelderland<br />

“Plakkaat van Verlatinghe (1581)”<br />

Drenthe<br />

“Bataafse Republiek (1795)”<br />

Zuid-Holland<br />

“Privilege Graaf Floris V, vroege charter<br />

Heemraardschap (1286)”<br />

Flevoland<br />

“Zuiderzeewet (1918)”<br />

Noord-Holland<br />

“Oprichting VOC (1602)”<br />

St. Maarten<br />

“Afschaffing slavernij (1863)”


Aruba<br />

“Status Aparte (1986)”<br />

Zeeland<br />

“Groot Privilege (1477)”<br />

St. Eustatius “Saluutschot aan Andrew Doria (1776)”<br />

Saba“Lustrumacte Saba Days (1999)<br />

Bonaire<br />

“Malinda, Cola Debrot (1970)”<br />

Utrecht<br />

“Unie van Utrecht (1579)”<br />

CuraÇao<br />

“Eigen volkslied ‘Himmo die kòrsou<br />

(1978)”<br />

Friesland<br />

“In Nije tijd, Pieter Jelles Troelstra<br />

(1890)”<br />

Rijkswapen zonder wapendragers<br />

“Vrede van Munster (1648)”<br />

Noord Brabant<br />

“De blijde Inkomst (1356)”<br />

Overijssel<br />

“Pamflet aan het Volk (1781)”<br />

Nederlandse Antillen<br />

“Koninkrijksstatuut (1954)”<br />

<strong>Grafelijke</strong> <strong>Zalen</strong> | 11


12 |<br />

Colofon<br />

Uitgave <strong>Rijksgebouwendienst</strong><br />

Rijnstraat 8 | Postbus 20951 | 2500 ez Den Haag<br />

Fotografie:<br />

Thijs Wolzak, Siebe Swart, Haags Gemeentearchief,<br />

Nienke de Boer, Roger Dohmen, Martijn Beekman,<br />

Piet Gispen, Christel Nijland, DPW Animation House<br />

Ontwerp:<br />

Vijfkeerblauw | Rijswijk<br />

Oplage:<br />

2000 stuks<br />

September <strong>2012</strong>


Deze brochure is een uitgave van:<br />

De <strong>Rijksgebouwendienst</strong><br />

Rijnstraat 8 | 2515 xp | Den Haag<br />

www.rijksgebouwendienst.nl<br />

September <strong>2012</strong> | B05-610764

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!