Toelichting - Gemeente Franekeradeel
Toelichting - Gemeente Franekeradeel
Toelichting - Gemeente Franekeradeel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Bestemmingsplan<br />
Franeker - Oost en Schalsumerplan<br />
Vastgesteld 4 december 2008
Bestemmingsplan<br />
Franeker - Oost en Schalsumerplan<br />
Code 06-17-03 / 04-12-08
GEMEENTE FRANEKERADEEL 06-17-03 / 04-12-08<br />
BESTEMMINGSPLAN FRANEKER - OOST EN SCHALSUMERPLAN<br />
TOELICHTING<br />
INHOUDSOPGAVE<br />
1. INLEIDING<br />
1. 1. Aanleiding<br />
1. 2. Ligging plangebied<br />
1. 3. Digitalisering<br />
1. 4. Leeswijzer<br />
2. RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE STRUCTUUR<br />
2. 1. De ruimtelijke en functionele structuur<br />
2. 2. Wegenstructuur<br />
2. 3. Groenstructuur<br />
2. 4. Waterstructuur<br />
3. BELEIDSKADER<br />
3. 1. Provinciaal beleid<br />
3. 2. <strong>Gemeente</strong>lijk beleid<br />
4. MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN<br />
4. 1. Milieuzonering<br />
4. 2. Wegverkeerslawaai<br />
4. 3. Spoorweglawaai<br />
4. 4. Industrielawaai<br />
4. 5. Water<br />
4. 6. Bodem<br />
4. 7. Archeologie<br />
4. 8. Ecologie<br />
4. 9. Externe veiligheid<br />
4. 10. Luchtkwaliteit<br />
4. 11. Kabels en leidingen<br />
5. PLANUITGANGSPUNTEN<br />
5. 1. Algemene uitgangspunten<br />
5. 2. Wonen<br />
5. 3. Bedrijvigheid<br />
5. 4. Voorzieningen<br />
5. 5. Openbare ruimte<br />
5. 6. Obstakels en randvoorwaarden<br />
6. PLANBESCHRIJVING<br />
6. 1. Het juridisch systeem<br />
6. 2. <strong>Toelichting</strong> op de bestemmingen<br />
6. 3. <strong>Toelichting</strong> op de uit te werken bestemming<br />
6. 4. <strong>Toelichting</strong> op dubbelbestemmingen<br />
blz<br />
1<br />
1<br />
1<br />
2<br />
3<br />
4<br />
4<br />
5<br />
6<br />
6<br />
8<br />
8<br />
9<br />
13<br />
13<br />
14<br />
16<br />
17<br />
19<br />
21<br />
23<br />
24<br />
25<br />
30<br />
30<br />
32<br />
32<br />
32<br />
34<br />
35<br />
35<br />
37<br />
39<br />
39<br />
40<br />
47<br />
47
7. UITVOERBAARHEID<br />
7. 1. Maatschappelijke uitvoerbaarheid<br />
7. 2. Economische uitvoerbaarheid<br />
8. OVERLEG EN INSPRAAK<br />
8. 1. Overleg<br />
8. 2. Inspraak<br />
9. RAADSVASTSTELLING<br />
BIJLAGEN<br />
Bijlage 1<br />
Bijlage 2<br />
Bijlage 3<br />
Overlegreacties<br />
Inspraakreacties<br />
Raadsstukken vaststelling<br />
49<br />
49<br />
49<br />
50<br />
50<br />
57<br />
62
06-17-03 blz 1<br />
1. INLEIDING<br />
1. 1. Aanleiding<br />
Voor het oostelijke deel van de bebouwde kom van de stad Franeker zijn<br />
verschillende bestemmingsplan vigerend, namelijk de bestemmingsplannen<br />
Franeker Oost (vastgesteld door de gemeenteraad op 7 september 1995<br />
en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten bij besluit van 13 december<br />
1995), Franeker Stationsbuurt / Bedrijventerrein Oost (vastgesteld door de<br />
gemeenteraad op 25 juni 1997 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten<br />
bij besluit van 12 januari 1998) en Franeker - Schalsumerplan (vastgesteld<br />
door de gemeenteraad op 3 februari 2000 en goedgekeurd door Gedeputeerde<br />
Staten bij besluit van 9 mei 2000). Deze bestemmingsplannen zijn<br />
op verschillende punten (sterk) verouderd. Daarnaast zijn er verschillende<br />
ontwikkelingen in het gebied aan de orde waarvoor het bestaande juridischplanologische<br />
regime niet langer het gewenste of actuele kader biedt.<br />
Eén en ander vormt de aanleiding om voor het betreffende gebied een actuele<br />
en eenduidige regeling te ontwikkelen. Het onderhavige bestemmingsplan<br />
heeft grotendeels een conserverend karakter. Met name voor de<br />
bestaande woonwijken heeft het plan als doel om een adequate beheersregeling<br />
te treffen, die zowel beleidsmatig als systematisch is afgestemd op<br />
de meest recente inzichten. Dit geldt ook voor het Industrieterrein Oost en<br />
het Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen.<br />
Daarnaast houdt het bestemmingsplan rekening met een aantal nieuwe<br />
ontwikkelingen die niet in de vigerende plannen zijn meegenomen:<br />
- de locatie van de huishoudschool (Thorbeckestraat);<br />
- Stationslocatie (A.M. van Schurmansingel);<br />
- nieuwe brug over de Oude Trekvaart;<br />
- de locatie van de landbouwschool (Mr. G. Groen van Prinstererlaan<br />
/ Prins Willem de Zwijgerlaan).<br />
Met uitzondering van de locatie van de landbouwschool zijn deze locaties<br />
inmiddels gerealiseerd door middel van vrijstellings- of wijzigingsprocedures.<br />
1. 2. Ligging plangebied<br />
De ligging en begrenzing van het plangebied is gevisualiseerd in figuur 1.<br />
Het gebied ligt aan de oostzijde van de stad Franeker en wordt begrensd<br />
door:<br />
- de Leeuwarderweg / de Schalsumervaart aan de noordzijde;<br />
- het Oud Kaatsveld / de Stationsweg / de Burgemeester J. Dijkstraweg<br />
aan de westzijde;<br />
- de spoorlijn Harlingen-Leeuwarden aan de zuidzijde;<br />
- het Abe Brouwerpad / agrarische percelen aan de oostzijde.<br />
Het noordelijk en westelijk deel van het gebied is hoofdzakelijk ten behoeve<br />
van de woonfunctie ingericht. Incidenteel komen in deze buurten verschillende<br />
functies voor, zoals lichte bedrijvigheid en voorzieningen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 2 06-17-03<br />
In het gebied tussen de Oude Trekvaart en de spoorlijn Harlingen -<br />
Leeuwarden is een concentratie van bedrijvigheid aanwezig, rondom het<br />
Van Harinxmakanaal. Ten zuiden van het Van Harinxmakanaal is het Industrieterrein<br />
Oost gesitueerd, ten noorden het Bedrijventerrein Vijfhuizen/Zevenhuizen.<br />
Figuur 1. De ligging van het plangebied<br />
1. 3. Digitalisering<br />
Het voorliggende bestemmingsplan is een analoge (papieren) versie, in de<br />
vorm zoals de Wet op de ruimtelijke ordening en het Besluit op de ruimtelijke<br />
ordening dit voorschrijven. Van het plan is eveneens een digitale versie<br />
ontwikkeld. Daarmee wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheden die<br />
de informatietechnologie biedt en wordt tevens ingespeeld op de wensen<br />
van de gemeente inzake digitale toegankelijkheid van informatie aan de<br />
burger.<br />
Het digitale bestemmingsplan voldoet aan alle eisen die aan een digitaal<br />
bestemmingsplan worden gesteld. Het digitale bestemmingsplan kan hierdoor<br />
in het automatiseringssysteem worden geïmplementeerd voor bijvoorbeeld<br />
de ontsluiting via intra- en/of internet. Tevens kan het plan digitaal<br />
worden uitgewisseld.<br />
In verband met de in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) opgenomen<br />
nevenschikking, zal het analoge bestemmingsplan, naast het digitale plan,<br />
blijven bestaan. Beide plannen zijn overigens identiek; het analoge plan is<br />
een “uitdraai” van het digitale plan.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 3<br />
1. 4. Leeswijzer<br />
In hoofdstuk 2 wordt de ruimtelijk-functionele structuur beschreven. Hoofdstuk<br />
3 gaat in op het beleidskader voor het bestemmingsplan, zoals dat gevormd<br />
wordt door het provinciaal en het gemeentelijk beleid. In hoofdstuk 4<br />
wordt ingegaan op de milieu- en omgevingsaspecten van het plangebied.<br />
Vervolgens worden in hoofdstuk 5 de uitgangspunten voor het bestemmingsplan<br />
beschreven. In hoofdstuk 6 wordt het plan beschreven met<br />
daarbij een motivering ten aanzien van de toegepaste methodiek en de bestemmingen.<br />
De maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid komt<br />
in hoofdstuk 7 aan bod. Tenslotte zijn in hoofdstuk 8 de resultaten van de<br />
Inspraak en het Overleg weergegeven, met daarbij de gemeentelijke reactie<br />
daarop.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 4 06-17-03<br />
2. RUIMTELIJKE EN FUNCTIONELE STRUCTUUR<br />
2. 1. De ruimtelijke en functionele structuur<br />
- Wonen -<br />
De woonfunctie is de bepalende functie binnen de bestaande bebouwing in<br />
het plangebied. Op basis van de kenmerken van de woningen en de bouwperiode<br />
kunnen verschillende gebieden worden onderscheiden.<br />
Oud Kaatsveld en Salverderweg<br />
De woningen in dit gedeelte van het plangebied dateren van rond de vorige<br />
eeuwwisseling en kenmerken zich door een individuele verschijningsvorm.<br />
In een aantal gevallen is sprake van beeldbepalende bebouwing.<br />
Mr. G. Groen van Prinstererlaan, Osingastraat en Thorbeckestraat<br />
De omgeving van de Mr. G. Groen van Prinstererlaan, de Osingastraat en<br />
de Thorbeckestraat kenmerkt zich door een sterk individuele bebouwing.<br />
Vanwege de kleinschalige stedenbouwkundige opzet (nauwe straatjes,<br />
kleinere woningen), is hier sprake van een vrij hoge bebouwingsdichtheid.<br />
In de Thorbeckestraat zijn onlangs nieuwe woningen gebouwd. Het betreft<br />
een rij drive-in-woningen en een appartementengebouw langs het Van Harinxmakanaal,<br />
en twee halfvrijstaande woningen op de hoek van de Thorbeckestraat<br />
en de Prins Willem de Zwijgerlaan.<br />
Feikemastraat en Albrondalaan<br />
De bebouwing rondom de Feikemastraat en de Albrondalaan is planmatig<br />
gerealiseerd in de periode 1970-1995. Het gebied wordt gekenmerkt door<br />
een groene, transparante opzet en een lage bebouwingsdichtheid. De woningen<br />
zijn veelal van het type twee-onder-één kap en vrijstaand. In het<br />
midden van het gebied komen ook rijenwoningen voor.<br />
A.M. van Schurmansingel<br />
Het woongebied rondom de A.M. van Schurmansingel bestaat uit veelal<br />
eind 19 de<br />
-eeuwse vrijstaande woningen, ieder met een individueel karakter.<br />
Dit gedeelte valt niet onder het beschermd stadsgezicht, maar er zijn wel<br />
enkele beeldbepalende en/of karakteristieke panden aanwezig. Het binnenterrein<br />
van de woningen aan de A.M. van Schurmansingel en een terrein<br />
tussen de Jan Stapertlaan en de spoorlijn heeft de functie als sportveld.<br />
Tussen de A.M. van Schurmansingel en de spoorlijn is onlangs een nieuw<br />
appartementengebouw gerealiseerd.<br />
Schalsumerplan<br />
Het Schalsumerplan bestaat ruimtelijke gezien uit twee delen. Het westelijke<br />
deel (tussen de Burgemeester J. Dijkstraweg en de Schalsumerweg),<br />
dat als eerst is ontwikkeld, kenmerkt zich onder meer door vrij lange bebouwingsstroken:<br />
veel woningen zijn in een rijtje geplaatst.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 5<br />
Om de overgang naar het open gebied wat geleidelijker te maken is in het<br />
westelijke deel van het Schalsumerplan (tussen de Schalsumerweg en het<br />
landelijke gebied) gekozen voor een meer speelse situering / opzet. Deze<br />
bestaat uit dubbele, verspringende woningblokjes langs de rand. Door deze<br />
rand op deze manier te ontwerpen, maakte de gemeente duidelijke dat dit<br />
deel van het Schalsumerplan als afronding van de woonuitbreiding van<br />
Franeker in oostelijke richting moest worden gezien. Tot op heden maakt<br />
deze bebouwing nog steeds deel uit van de oostelijke grens van Franeker.<br />
- Bedrijvigheid / kantoren / detailhandel -<br />
De grotere bedrijven hebben zich voornamelijk ten zuiden van de Oude<br />
Trekvaart en rondom het Van Harinxmakanaal geconcentreerd. Ten zuiden<br />
van het Van Harinxmakanaal is Industrieterrein Oost gevestigd. De bedrijven<br />
die hier aanwezig zijn, zijn meer grootschalig en industrieel van karakter.<br />
Tevens is hier een gebouw van de postduivenvereniging gesitueerd. De<br />
bedrijven die gevestigd zijn op Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen,<br />
tussen de Oude Trekvaart en het Van Harinxmakanaal, maken deel uit van<br />
een locatie die te karakteriseren is als een gemengd gebied waar tevens<br />
woningen voorkomen.<br />
Daarnaast bevinden zich binnen de woongebieden verschillende individuele<br />
(detailhandels)bedrijfs- c.q. kantoorpanden, zoals bijvoorbeeld een kringloopwinkel<br />
(Osingastraat), een werkplaats behorende bij een fietsenzaak<br />
(Jelle Bangastraat), een notaris- en assurantiekantoor (A.M. van Schurmansingel),<br />
een garagebedrijf met showroom en een winkel in autoonderdelen<br />
met magazijn (A. van Voorthuysenweg).<br />
- Voorzieningen -<br />
In het plangebied komen in de woonwijken tenslotte een aantal voorzieningen<br />
voor. Het betreft de volgende voorzieningen: basisschool “De Fûgelflecht”<br />
(D. Oosterbaanstraat), hotel-restaurant De Bleek (hoek Stationsweg/A.M.<br />
van Schurmansingel), verenigingsgebouw De Driesprong (Salverderweg)<br />
en een buurthuis (C.F. Engelhardstraat). In het binnenterrein<br />
van de A.M. van Schurmansingel, en tussen de Jan Stapertlaan en de<br />
spoorlijn zijn twee sportvelden gelegen.<br />
Een belangrijke openbaar vervoervoorziening is gesitueerd in het zuidwesten<br />
van het plangebied. Hier is een station gesitueerd ten behoeve van de<br />
spoorlijn Harlingen - Leeuwarden vice versa.<br />
In de Thorbeckestraat is het schoolgebouw gesloopt, om plaats te maken<br />
voor woningen. Deze woningen zijn inmiddels gerealiseerd.<br />
Het schoolgebouw aan de Mr. G. Groen van Prinstererlaan is niet meer in<br />
gebruik. Voor dit voormalige schoolgebouw wordt eveneens sloop voorzien,<br />
en de locatie in te vullen met een woonfunctie.<br />
2. 2. Wegenstructuur<br />
De hoofdwegenstructuur in het plangebied wordt bepaald door de doorgaande<br />
wegen Burgemeester J. Dijkstraweg, Leeuwarderweg, Oud Kaatsveld,<br />
Stationsweg, A.M. van Schurmansingel en Tzummerweg.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 6 06-17-03<br />
De A. van Voorthuysenweg heeft tezamen met de Schalsumerweg een<br />
ontsluitende functie van en naar de omliggende dorpen ten noordoosten<br />
van Franeker. De belangrijkste ontsluitingswegen voor de bedrijven aan het<br />
Van Harinxmakanaal zijn de Van Harinxmaweg (voor Zevenhuizen) en de<br />
Oostelijke Industrieweg (voor Industrieterrein Oost).<br />
Overigens wordt de zuidelijke rondweg in Franeker momenteel afgerond.<br />
Een groot deel van het doorgaande verkeer, dat langs de route Leeuwarderweg<br />
- Oud Kaatsveld - Stationsweg - A.M. van Schurmansingel richting<br />
de Tzummerweg de stad Franeker binnentreedt en verlaat, komt hiermee<br />
te vervallen.<br />
2. 3. Groenstructuur<br />
In het plangebied komen verschillende groenstroken en beplantingsstroken<br />
voor. Ten weerszijden van de Leeuwarderweg (tussen het Schalsumerplan<br />
en de Watertorenbuurt) bepalen groenstroken een belangrijk deel van het<br />
ruimtelijk beeld in het woongebied, en de entree tot de bebouwde kom van<br />
Franeker. In de groenstrook tussen de Leeuwarderweg en de Van Andel-<br />
Ripkestraat bevindt waar zich de oude molen van Arkens.<br />
Het Schalsumerplan is omringd door een groene rand. Op deze wijze wordt<br />
de overgang naar het landelijk gebied verduidelijkt. In de wijk zijn diverse<br />
grotere groenstroken aanwezig, die het interne deel van de wijk een groen<br />
karakter geeft. De groenvoorziening tussen de Prins Willem de Zwijgerlaan<br />
en de Meester Groen van Prinstererlaan vormen een structurele groenstrook.<br />
In het binnenterrein van de A.M. van Schurmansingel en tussen de<br />
Jan Stapertlaan en de spoorlijn zijn sportvelden gelegen.<br />
De meeste groenstroken hebben ook een functie als speelgelegenheid<br />
voor kinderen.<br />
De gronden aan de zuidzijde van het plangebied - in de omgeving van het<br />
stationsgebied - behoren (ruimtelijk en functioneel gezien) nog bij de<br />
spoorzone. Deze strook wordt ingericht ten behoeve van het nieuw te bouwen<br />
appartementencomplex, dat in aanbouw is.<br />
In de overige gebieden ontbreken grootschalige groenstructuren als gevolg<br />
van de hoge bebouwingsdichtheid van de woningen en smalle woonstraten.<br />
2. 4. Waterstructuur<br />
In het plangebied wordt de waterstructuur bepaald door de Oude Trekvaart,<br />
de Schalsumervaart en het Van Harinxmakanaal. De Oude Trekvaart en de<br />
Schalsumervaart zijn van belang voor de (kleine) recreatievaart, waarbij de<br />
Oude Trekvaart de enige oostelijke verbinding vormt tussen het Van<br />
Harinxmakanaal en de grachten aan de noordzijde van de binnenstad. De<br />
Schalsumervaart, aan de noordkant van het plangebied, vormt op haar<br />
beurt een verbinding richting de Dongjumervaart. Het Van Harinxmakanaal<br />
is een hoofdvaarverbinding tussen zee- en industriehaven Harlingen en<br />
Leeuwarden.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 7<br />
Voor het Van Harinxmakanaal en de Oude Trekvaart is er sprake van een<br />
“aandachtszone” en een “bebouwingsvrije afstand”. Een toelichting op deze<br />
zones wordt gegeven in hoofdstuk 5.<br />
Tenslotte bevinden zich aan de Oude Trekvaart, op het uiteinde van Zevenhuizen,<br />
twee ligplaatsen voor woonschepen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 8 06-17-03<br />
3. BELEIDSKADER<br />
3. 1. Provinciaal beleid<br />
- Streekplan Fryslân 2007 -<br />
In het Streekplan (vastgesteld op 13 december 2006) staan de relaties tussen<br />
steden en platteland centraal. Er is sprake van een wisselwerking tussen<br />
beide gebieden. De provincie zet in op een concentratie van verstedelijking<br />
(wonen, werken en voorzieningen) in de stedelijke gebieden, zonder<br />
dat dit ten koste gaat van de vitaliteit van het omringende platteland. Met<br />
concentratie wordt de benodigde massa, schaal en draagvlak verkregen<br />
voor het optimaal benutten van stedelijke potenties.<br />
Franeker vormt samen met Harlingen het bundelingsgebied Harlingen -<br />
Franeker. Dit houdt onder meer in dat Harlingen en Franeker elkaar in<br />
meerdere opzichten aanvullen. Zo wordt onder meer gestreefd naar een<br />
evenwichtige spreiding van woningbouw.<br />
Specifiek voor Franeker, ligt naast de ontwikkelingen van enkele binnenstedelijke<br />
locaties, de nadruk met name op nieuwe ontwikkelingen in de zin<br />
van woningbouw (Franeker Zuid), de inbreiding/herstructurering en nieuwbouw<br />
van bedrijfsterreinen, en de bereikbaarheid.<br />
Franeker ligt in de Westergozone en binnen het stedelijke bundelingsgebied<br />
Harlingen - Franeker. Franeker wordt aangemerkt als regionaal centrum<br />
en heeft daarmee binnen het bundelingsgebied een belangrijke taak<br />
te vervullen op het gebied van de woningbouw en de werkgelegenheid.<br />
Over de regionale centra merkt het streekplan verder in het algemeen op<br />
dat deze een opvangtaak hebben voor diverse categorieën (zeer) kleine tot<br />
middelgrote bedrijven met een bijbehorende mogelijkheid voor bedrijventerrein<br />
op voorraad. Passend bij de aard en schaal van het regionale centrum,<br />
richten de opvangmogelijkheden zich op bedrijven in het lichte en moderngemengde<br />
segment.<br />
Primair is er ruimte voor bedrijven in de milieucategorieën 1 t/m 3 (en in<br />
een enkel geval ook 4), met een kavelgrootte van maximaal 1 hectare. Een<br />
grotere schaal is in voorkomende gevallen mogelijk wanneer dit gemotiveerd<br />
wordt op grond van gebondenheid van het bedrijf aan het desbetreffende<br />
regionaal centrum.<br />
In de regionale centra zijn er verder mogelijkheden voor kleinschalige bovenlokale<br />
kantoorvestigingen die passen bij de functie van het betreffende<br />
regionale centrum.<br />
Voor het Van Harinxmakanaal bestaan er plannen het te optimaliseren naar<br />
klasse IV, normaal profiel. Hiertoe dient nog een besluit te worden genomen<br />
door de provincie. Specifiek voor het onderhavige plangebied worden<br />
verder geen bijzonderheden vermeld.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 9<br />
3. 2. <strong>Gemeente</strong>lijk beleid<br />
- Ontwikkelingsschets <strong>Franekeradeel</strong> (1994) -<br />
Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de verdere Ruimtelijke Ontwikkeling<br />
van de stad Franeker, is verwoord in onder andere de Ontwikkelingsschets<br />
<strong>Franekeradeel</strong>. Hierin is verwoord waarbinnen de gewenste en<br />
verwachte ruimtelijk relevante ontwikkelingen zullen moeten plaatsvinden.<br />
De centrale doelstelling van het gemeentelijke ruimtelijk beleid is tweeledig.<br />
Er wordt gestreefd naar zowel de ontwikkeling en optimalisering van de<br />
verschillende productiemilieus als naar de kwaliteitsverbetering van het<br />
woon- en leefmilieu.<br />
Ten aanzien van de aard van het onderhavige plangebied is van belang dat<br />
de kwaliteit van het woon- en leefmilieu in de stad wordt vergroot. Dit kan<br />
door het ontwikkelen en stimuleren van woningbouw ter aanvulling van de<br />
woningvoorraad, alsmede door een gericht stadsvernieuwingsbeleid. Het<br />
stadsvernieuwingsbeleid is met name gericht op de verbetering van het<br />
casco van de woning en de inrichting van de openbare ruimte.<br />
Het onderhavige plan speelt hier op in door inbreidingen mogelijk te maken<br />
en een goede beheerssituatie te creëren.<br />
- Structuurvisie Stad Franeker 2005-2015 -<br />
In de Structuurvisie Stad Franeker 2005-2015 is een toekomstvisie voor de<br />
stad Franeker omschreven. De visie richt zich met name op een goede<br />
samenhang in de te verwachten ruimtelijke ontwikkelingen.<br />
Voor het onderhavige plangebied zijn de volgende zaken van belang:<br />
- het noordelijk en westelijk gedeelte van het plangebied heeft de functie<br />
“wonen” toegekend gekregen;<br />
- als herstructureringsgebiedjes zijn de locaties van de voormalige landbouwschool<br />
en de huishoudschool aangewezen;<br />
- Kantoorfuncties kunnen een plaats krijgen in het gebied langs de<br />
Leeuwarderweg (vanaf de rotonde in de Leeuwarderweg tot aan de<br />
brug over de Oude Trekvaart bij het Leeuwarderend);<br />
- het Industrieterrein Oost is als “werklocatie” aangegeven.<br />
- Woonplan -<br />
Het Woonplan gemeente <strong>Franekeradeel</strong> 2005 - 2010 (vastgesteld 1 december<br />
2005) is een actualisatie van het in 2001 vastgestelde Woonplan.<br />
Dit geactualiseerde Woonplan bevat de gemeentelijke visie op de ontwikkeling<br />
van de gemeentelijke woningvoorraad voor de periode tot 2010. Het<br />
doel van het Woonplan blijft ongewijzigd, namelijk te komen tot een duurzaam<br />
en dynamisch evenwicht op de woningmarkt. Het gaat daarbij om<br />
zowel een kwalitatief als een kwantitatief evenwicht. Om de positie van<br />
<strong>Franekeradeel</strong> als woongemeente te versterken zijn, naast uitbreiding van<br />
de woningvoorraad, ook binnen de bestaande woningvoorraad diverse<br />
maatregelen noodzakelijk. Er zal worden ingezet op een goede kwaliteit<br />
van het wonen, waarbij wonen en woonomgeving van belang zijn.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 10 06-17-03<br />
Het versterken van de positie van <strong>Franekeradeel</strong> als woongemeente in de<br />
Westergozone blijft daarbij het belangrijkste uitgangspunt. <strong>Franekeradeel</strong><br />
wil zich onderscheiden door het aanbieden van wervende woonmilieus.<br />
De gemeente wil haar positie als woongemeente versterken door een toename<br />
van de woningvoorraad. Deze toename moet worden bereikt door<br />
woningen te bouwen op zowel uitbreidings- als inbreidings- en herstructureringslocaties.<br />
Bij het opstellen van het Woonplan is rekening gehouden met de provinciale<br />
beleidsnotitie “Wenjen 2000+: Fan mear nei better” (juli 2002) en de<br />
daarin aan de verschillende gemeenten toegekende woningbouwcontingenten.<br />
Ten aanzien van het onderhavige plangebied worden in het bouwprogramma<br />
van het Woonplan de volgende specifieke locaties benoemd (de<br />
locatie Thorbeckestraat en de Stationslocatie zijn inmiddels gerealiseerd):<br />
Aantal Fasering Huur/koop Type woningen doelgroep Karakter<br />
woningen<br />
locatie<br />
Thorbeckestraat 16 2005- koop 2-onder-1kap, Gezinnen, Aan Van Ha-<br />
2006<br />
geschakeld, ap- senioren rinxmakanaal,partementen<br />
dichtbij binnenstad<br />
Stationslocatie 16 2005- koop Appartementen Starters, Zichtlocatie,<br />
2006<br />
en zorg senioren dichtbij binnenstad<br />
en station<br />
Prins Willem de 12 2006 huur Appartementen Senioren Aan Van Ha-<br />
Zwijgerlaan<br />
rinxmakanaal,<br />
dichtbij binnenstad<br />
Thorbeckestraat<br />
De locatie Thorbeckestraat ligt op het schiereiland Bangabuurt / Vijfhuizen /<br />
Zevenhuizen. De locatie ligt aan het Van Harinxmakanaal op de locatie van<br />
de vroegere huishoudschool. Op deze locatie zijn vijf drive-in-woningen,<br />
twee halfvrijstaande woningen en negen appartementen (toegankelijk voor<br />
senioren) gebouwd. Hiermee is aan de kwaliteit van de omgeving een belangrijke<br />
impuls gegeven. De betreffende ontwikkeling is in het onderhavige<br />
bestemmingsplan opgenomen.<br />
Stationslocatie<br />
Nabij het NS-station en het busstation aan de A.M. van Schurmansingel is<br />
een locatie beschikbaar voor een appartementencomplex met 16 appartementen<br />
in de koopsector. Voor dit complex is een vrijstellingsprocedure op<br />
basis van het vigerende bestemmingsplan gevoerd. Het complex is in het<br />
onderhavige bestemmingsplan conform het concrete bouwplan bestemd.<br />
Prins Willem de Zwijgerlaan<br />
Op de locatie van de voormalige landbouwschool, gelegen aan de Prins<br />
Willem de Zwijgerlaan, zijn in de toekomst ontwikkelingen gepland. Het betreft<br />
een appartementencomplex met 12 appartementen in de huursector,<br />
voor senioren. Overigens is dit aantal inmiddels teruggebracht tot 10. De<br />
locatie zal door middel van een uit te werken bestemming kunnen worden<br />
ingevuld.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 11<br />
- Categoriseringsplan (2004) -<br />
Het beleid voor de wegenstructuur in de gemeente is opgesteld in het Categoriseringsplan<br />
Duurzaam Veilig <strong>Franekeradeel</strong>. Het doel van het Categoriseringsplan<br />
is het verhogen van de verkeersveiligheid door het realiseren<br />
van een duidelijke wegenstructuur.<br />
Voor de toekomst is het doel om een groot deel van het plangebied in te<br />
richten als 30-km/uur-gebied. Voor de doorgaande Leeuwarderweg, het<br />
Oud Kaatsveld, de Stationsweg, de A.M. van Schurmansingel en de<br />
Tzummerweg wordt het 50 km/uur-regime gehandhaafd.<br />
- Nota Welstandsbeleid (2004) -<br />
De gemeente <strong>Franekeradeel</strong> heeft haar gemeentelijke welstandsbeleid opgenomen<br />
in de nota “Welstandsbeleid”.<br />
Het welstandsbeleid geeft de gemeente de mogelijkheid om de cultuurhistorische,<br />
stedenbouwkundige en architectonische waarden die in een bepaald<br />
gebied aanwezig zijn, te benoemen en een rol te laten spelen bij de<br />
ontwikkeling en beoordeling van bouwplannen.<br />
Door deze gebiedsgerichte aanpak wil de gemeente de belangrijke karakteristieken<br />
van de bebouwing beschermen en zorgen dat nieuwe ontwikkelingen<br />
daarop voortbouwen.<br />
In de nota zijn de welstandseisen omschreven die aan een bouwwerk worden<br />
gesteld. Het gaat hier om welstandscriteria die betrekking kunnen hebben<br />
op het uiterlijk en de plaatsing van bouwwerken. Als regel geldt dat de<br />
welstandscriteria in het welstandsbeleid zich bewegen binnen de bebouwingsmogelijkheden<br />
die door het bestemmingsplan worden gegeven. Er<br />
kan een bepaalde overlap tussen het bestemmingsplan en de welstandsnota<br />
voorkomen.<br />
Bij strijdigheid tussen de welstandscriteria en de bestemmingsplanvoorschriften<br />
geldt als regel dat de bestemmingsplanvoorschriften voorgaan.<br />
In de welstandsnota zijn (per gebiedstype) de kenmerkende aspecten<br />
van de bebouwing uit het gebied, als criteria omschreven.<br />
Hierbij is gekeken naar de plaatsing, de hoofdvorm, de aanzichten en de<br />
opmaak van de bebouwing.<br />
Op het plangebied zijn verschillende gebiedsgerichte toetsingskaders van<br />
toepassing, namelijk de gebiedsnummers 3 (Lintbebouwing), 5b (19de<br />
eeuwse uitbreiding), 8 (Na-oorlogse uitbreidingen: seriematig), 9 (Na-oorlogse<br />
uitbreidingen: individueel) en 15 (Bedrijventerrein). In figuur 2 zijn de<br />
verschillende gebieden aangegeven. Per gebied is een algemene beleidsintentie<br />
aangegeven.<br />
Voor de gebiedsnummers 3 en 5b is het Nota Welstandsbeleid voornamelijk<br />
gericht op behoud en versterking van de historische kwaliteiten. Voor<br />
de gebieden 8, 9 en 15 is het welstandsbeleid voornamelijk gericht op beheer<br />
van de bestaande situatie.<br />
Voorgaande neemt echter niet weg dat vernieuwende projecten kunnen<br />
worden gerealiseerd. Mits goed in de bestaande structuur ingepast, zijn<br />
nieuwe ontwikkelingen goed mogelijk.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 12 06-17-03<br />
Figuur 2. Gebiedsindeling welstandsbeleid<br />
Welstandsambitieniveau<br />
De welstandsambitie voor de gebieden 3 en 5b is gericht op het behoud en<br />
waar mogelijk het versterken van de bestaande en/of gewenste kwaliteit.<br />
De klemtoon ligt op het handhaven en respecteren. Aan deze gebieden is<br />
dan ook een bijzonder ambitieniveau toegekend.<br />
Voor de gebieden 8, 9 en 15 geldt een regulier ambitieniveau. De nadruk<br />
ligt hierbij op het respecteren van de bestaande basiskwaliteit. Incidentele<br />
veranderingen worden over het algemeen mogelijk geacht.<br />
Het bestemmingsplan heeft een overwegend conserverend karakter. De in<br />
dit plan mogelijk gemaakte inbreidingen, zullen in het kader van welstand<br />
worden getoetst aan redelijke eisen van welstand.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 13<br />
4. MILIEU- EN OMGEVINGSASPECTEN<br />
4. 1. Milieuzonering<br />
Ten behoeve van de milieuzonering rond bedrijven, is door de Vereniging<br />
van Nederlandse <strong>Gemeente</strong>n (VNG) het systeem “Bedrijven en milieuzonering”<br />
ontwikkeld, in de vorm van een bedrijvenlijst waarin de bedrijven zijn<br />
gecategoriseerd op hun milieueffecten. Deze lijst is opgesteld uitgaande<br />
van de standaardbedrijfsindeling (SBI) van het Centraal Bureau voor de<br />
Statistiek. De lijst is onderverdeeld in bedrijfsklassen en bedrijfstypen. Afhankelijk<br />
van de mate waarin de in deze lijst opgenomen bedrijven milieuhinder<br />
(uitgaande van de gemiddelde bedrijfssituatie) kunnen veroorzaken,<br />
kent de lijst aan de bedrijven een milieucategorie toe. Naarmate de milieuhinder<br />
toeneemt, loopt de milieu-indeling op van 1 t/m 6, met bijbehorende<br />
richtlijnafstanden tot een “rustige woonwijk” of een “gemengd gebied”. Het<br />
onderhavige plangebied heeft door haar functies het karakter van “gemengd<br />
gebied”.<br />
Wat betreft de milieuzonering is het plangebied op te delen in drie gebieden.<br />
Ten eerste is dit Industrieterrein Oost, dat puur gericht is op het uitoefenen<br />
van bedrijvigheid. Ten tweede is dit het Bedrijventerrein Vijfhuizen /<br />
Zevenhuizen (het gebied tussen het Van Harinxmakanaal en de Oude<br />
Trekvaart langs de Van Harinxmaweg en Zevenhuizen). In dit gebied komt<br />
naast bedrijvigheid ook de woonfunctie frequent voor. In het resterende<br />
deel van het plangebied komen incidenteel bedrijven voor.<br />
In dit bestemmingsplan is gebruik gemaakt van een categorie-aanduiding<br />
binnen het Industrieterrein Oost en het Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen.<br />
Binnen het meest westelijke deel van Industrieterrein Oost (ter<br />
hoogte van Steensma, voormalig R.A. de Jong aan de Oostelijke Industrieweg<br />
2) is in verband met de woning aan de A.M. van Schurmansingel<br />
16 een regeling opgenomen dat hier ten hoogste bedrijven zijn toegestaan<br />
uit milieucategorie 2. Gelet op de afstandsnormen tot woningen die hiermee<br />
samenhangen moet worden vastgesteld dat het bedrijf Steenstra (met<br />
een aan te houden afstand van 300 meter) in de huidige situatie niet aan<br />
de VNG-lijst voldoet. Gezien het feit dat dit bedrijf niet op korte termijn verplaatst<br />
kan worden, ligt het voor de hand dat deze een bestemming krijgt<br />
die waarborgt dat deze ter plaatse kan blijven functioneren, doch ook dat bij<br />
bedrijfsbeëindiging of bij bedrijfsverplaatsing zich ter plaatse geen vergelijkbaar<br />
bedrijf zal kunnen vestigen. Dit bedrijf is daarom op de plankaart<br />
specifiek aangeduid.<br />
In het overige deel van Industrieterrein Oost zijn bedrijven tot en met milieucategorie<br />
4 toegestaan. Hier bevinden zich geen bedrijven uit een hogere<br />
categorie. Wel bevindt zich in dit deel van het plangebied een tweetal<br />
geluidszoneringsplichtige inrichtingen (Noord-Nederlandse Schrootverwerking,<br />
Oostelijke Industrieweg 23 en Scheepswerf Nieko, Oostelijke Industrieweg<br />
25) en een bedrijf dat periodiek vuurwerk verkoopt en opslaat<br />
(Vuurwerkgigant Franeker, Oostelijke Industrieweg 19). Dergelijke inrichtingen<br />
zijn in het plangebied in principe niet toegestaan.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 14 06-17-03<br />
Voor deze bedrijven geldt dezelfde constructie als voor Steensma; ze zijn<br />
op de plankaart specifiek aangeduid. Met deze constructie kunnen de bedrijven<br />
ter plaatse blijven functioneren en wordt bij bedrijfsbeëindiging of<br />
bedrijfsverplaatsing voorkomen dat vergelijkbare bedrijven zich op deze<br />
plaatsen kunnen vestigen.<br />
Op het Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen zijn bedrijven tot en met<br />
milieucategorie 3 toegestaan. Op dit deel van het plangebied komen geen<br />
bedrijven voor die hier niet passen.<br />
Zowel op het Industrieterrein Oost als op het Bedrijventerrein Vijfhuizen /<br />
Zevenhuizen komen (bedrijfs)woningen voor. De milieuvergunningen van<br />
de bedrijven in de directe nabijheid van deze woningen zijn afgestemd op<br />
de aanwezigheid hiervan. De (bedrijfs)woningen zijn in deze delen van het<br />
plangebied specifiek aangeduid, waarmee een verdere toename van het<br />
aantal (bedrijfs)woningen is uitgesloten.<br />
In het resterende deel van het plangebied, buiten het Industrieterrein Oost<br />
en het Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen, is een aantal bedrijven<br />
aanwezig die qua karakter passen binnen een woonwijk. Dit zijn bedrijven<br />
uit milieucategorie 1. In dit deel van het plangebied komt een aantal bedrijven<br />
voor die in een hogere milieucategorie zijn in te delen (twee garagebedrijven,<br />
aan de A. van Voorthuysenweg en de Lycklamastraat). Voor deze<br />
bedrijven is een specifieke regeling getroffen door middel van een aanduiding<br />
op de plankaart.<br />
4. 2. Wegverkeerslawaai<br />
In de Wet geluidhinder (Wgh) is bepaald dat elke weg in principe een zone<br />
heeft, waar aandacht aan geluidhinder moet worden besteed. Daarbij onderscheidt<br />
de Wgh geluidsgevoelige gebouwen enerzijds en nietgeluidsgevoelige<br />
gebouwen anderzijds. (Bedrijfs)woningen zijn geluidsgevoelige<br />
gebouwen. Als geluidsgevoelige gebouwen binnen een zone behorend<br />
bij een zoneplichtige weg worden geprojecteerd bij een bestemmingsplanprocedure,<br />
dient door middel van akoestisch onderzoek te worden<br />
aangetoond dat wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB.<br />
Wegen waar deze zone in principe niet geldt, zijn:<br />
- wegen die gelegen zijn binnen een als woonerf aangeduid gebied;<br />
- wegen waarvoor een maximumsnelheid geldt van 30 km/uur.<br />
In en in de nabijheid van het plangebied zijn enkele ontsluitingswegen gesitueerd<br />
die zoneplichtig zijn. Het betreft de Burgemeester J. Dijkstraweg, de<br />
Leeuwarderweg, het Oud Kaatsveld, de Stationsweg, de A.M. van Schurmansingel<br />
en de Tzummerweg. Ook in de woonwijken en de bedrijven- en<br />
industrieterreinen in het plangebied zijn zoneplichtige wegen gesitueerd. Alleen<br />
in de Bangabuurt tussen de Oude Trekvaart en het Van Harinxmakanaal<br />
is momenteel sprake van een 30 km/uur-gebied.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 15<br />
Binnen de zones van deze wegen zijn geluidsgevoelige gebouwen in de<br />
vorm van (bedrijfs)woningen gesitueerd. Ten behoeve van de Geluidniveaukaart(en)<br />
van de gemeente <strong>Franekeradeel</strong>, vastgesteld bij raadsbesluit<br />
van 4 december 1996, is onder meer akoestisch onderzoek verricht met<br />
betrekking tot de wegen in en om de stad Franeker. In het verleden zijn<br />
voor al deze woningen, zo nodig, hogere waarden verleend door Gedeputeerde<br />
Staten. Het betreft hier een bestaande situatie, waar in de looptijd<br />
van dit bestemmingsplan geen veranderingen in op treden.<br />
Wat wél verandert is de indeling in 30 km/uur-gebieden. In het “Categoriseringsplan<br />
Duurzaam Veilig <strong>Franekeradeel</strong>” (vastgesteld door de raad op 2<br />
september 2004) is opgenomen dat het overgrote deel van het plangebied<br />
wordt ingericht als 30 km/uur-gebied. Alleen binnen Industrieterrein Oost en<br />
op de doorgaande wegen in het plangebied blijft een maximumsnelheid van<br />
50 km/uur gehandhaafd (voor de Burgemeester J. Dijkstraweg is dit 70<br />
km/u). Dit is weergegeven in het figuur 3.<br />
Tevens zal door de aanleg van de zuidelijke rondweg het doorgaande verkeer<br />
langs de route Leeuwarderweg - Oud Kaatsveld - Stationsweg - A.M.<br />
van Schurmansingel - Tzummerweg afnemen. Dit heeft tot gevolg dat de<br />
verkeersintensiteit op deze wegen aanzienlijk zal gaan dalen, waardoor er<br />
een verbetering optreedt in de geluidssituatie.<br />
Figuur 3. Wegencategorisering<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 16 06-17-03<br />
Voor alle nieuwe ontwikkelingen, die niet in de vigerende plannen zijn<br />
meegenomen, is het aspect “geluid” in het kader van de gevolgde vrijstellings-/bouwvergunningsprocedure<br />
afgewogen.<br />
De uit te werken woonlocatie op de plek van de voormalige landbouwschool<br />
(op de hoek van de Mr. G. Groen van Prinstererlaan / Prins Willem<br />
de Zwijgerlaan) is gesitueerd in een 30 km/uur-gebied, waar geen zoneplicht<br />
geldt. Voor deze locaties zijn met betrekking tot wegverkeerslawaai<br />
geen belemmeringen te verwachten.<br />
Tevens is het beleid van de gemeente <strong>Franekeradeel</strong> erop gericht een teruggang<br />
in akoestische situatie tegen te gaan. Om te voorkomen dat er een<br />
verslechtering van de bestaande geluidssituatie optreedt, is binnen dit bestemmingsplan<br />
langs zoneplichtige wegen een aantal regelingen opgenomen:<br />
- het realiseren van nieuwe geluidsgevoelige gebouwen wordt niet<br />
toegestaan;<br />
- het is niet toegestaan een geluidsgevoelig gebouw, dichter naar een<br />
zoneplichtige weg uit te breiden.<br />
De bouwvlakken van de woningen langs zoneplichtige wegen zijn strak om<br />
de voorgevel van de woningen gelegd. Daarmee is het onmogelijk om<br />
nieuwe geluidsgevoelige bebouwing richting de weg te realiseren. Eventuele<br />
aan- en uitbouwen, kunnen alleen aan de zij- en achterkant mogelijk<br />
worden gemaakt.<br />
Omdat de in het plangebied voorkomende geluidsgevoelige bebouwing bestaande<br />
situaties betreft en het plan het niet mogelijk maakt om geluidsgevoelige<br />
bebouwing dichter bij de zoneplichtige wegen te situeren is in het<br />
kader van het bestemmingsplan daarom geen onderzoek verricht naar de<br />
ligging van de grenscontouren ten gevolge van wegverkeerslawaai van de<br />
zoneplichtige wegen in het plangebied. Tevens zal door de aanleg en de<br />
ingebruikname van de nieuwe zuidelijke rondweg een aanzienlijke verbetering<br />
optreden wat betreft verkeersgeluid in het plangebied.<br />
Hiermee wordt voldaan aan de Wgh wat betreft wegverkeerslawaai.<br />
4. 3. Spoorweglawaai<br />
Net buiten het plangebiedis de spoorlijn Harlingen - Leeuwarden aanwezig.<br />
De spoorlijn heeft een zonebreedte van 100 meter, gemeten vanuit de buitenste<br />
spoorstaaf. In het kader van spoorweglawaai is voor het nieuwe appartementengebouw<br />
aan de A.M. van Schurmansingel akoestisch onderzoek<br />
verricht ter ruimtelijke onderbouwing bij de gevoerde artikel 19procedure.<br />
Inmiddels is hiervoor een verklaring van geen bezwaar afgegeven.<br />
Voor het overige deel van het plangebied betreft het een bestaande situatie.<br />
Het bestemmingsplan maakt het niet mogelijk geluidsgevoelige bebouwing<br />
dichter bij het invloedsgebied van de spoorlijn te realiseren. Op het<br />
gebied van spoorweglawaai zijn dan ook geen belemmeringen te verwachten.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 17<br />
4. 4. Industrielawaai<br />
In het plangebied zijn twee geluidszones van toepassing, één ten gevolge<br />
van Industrieterrein Oost en één ten gevolge van Bedrijventerrein Zuid.<br />
- Industrieterrein Oost -<br />
Rondom Industrieterrein Oost is een geluidszone ex artikel 41 van de Wgh<br />
vastgesteld. Deze geluidszone is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten<br />
van Friesland (bij besluit van 16 december 1991). Het besluit is door de<br />
Kroon bekrachtigd op 6 december 1992. De Wgh schrijft voor dat een bij<br />
besluit vastgestelde geluidszone alleen kan worden gewijzigd bij een herziening<br />
van het bestemmingsplan. Daarom is in het kader van deze bestemmingsplanherziening<br />
aandacht besteedt aan de geluidszone. Uit onderzoek<br />
van de Milieuadviesdienst is gebleken dat de geluidscontouren van<br />
de vigerende geluidszone niet meer overeenkomen met de feitelijke situatie.<br />
In het onderzoek is onderscheid gemaakt in de volgende situaties:<br />
- de vastgestelde zone;<br />
- het gezoneerde industrieterrein;<br />
- het voorstel voor een nieuwe zone op basis van 50 dB(A)-contour.<br />
Deze situaties zijn in onderstaand figuur weergegeven.<br />
Figuur 4. Voorstel nieuwe geluidszone<br />
De ligging 50 dB(A)-contour is op basis van de vergunde geluidsruimte van<br />
de Wet milieubeheer inrichtingen uit de geluidsboekhouding van het bestaande<br />
zonemodel gesitueerd. Tevens is bij de nieuwe geluidszone rekening<br />
gehouden met de oude zone, de ligging van de straten, de gebouwen<br />
en het Van Harinxmakanaal. De nieuwe geluidszone heeft ten opzichte van<br />
de vigerende zone een kleiner oppervlak.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 18 06-17-03<br />
Dit heeft tot gevolg dat de woningen in het gebied ten noorden van de Oude<br />
Trekvaart buiten de nieuwe geluidszone zijn gesitueerd. Het in niet nodig<br />
een nieuwe hogere waarde voor een woning in de zone aan te vragen.<br />
Het voorstel van de nieuwe geluidszone is gebruikt als onderlegger bij het<br />
voorliggende bestemmingsplan. Met deze herziening is de nodige geluidsruimte<br />
gereserveerd voor de bedrijven op het industrieterrein, waarbij de<br />
gezamenlijke geluidsbelasting van alle aanwezige en planologisch mogelijk<br />
te vestigen bedrijven op het terrein is meegenomen.<br />
Het zuidwestelijke deel van plangebied (Industrieterrein Oost) maakt deel<br />
uit van het gezoneerde industrieterrein. Daarbinnen bevindt zich een aantal<br />
bedrijfswoningen, die specifiek zijn aangeduid. De milieuvergunningen van<br />
de bedrijven in de directe nabijheid van deze woning zijn afgestemd op de<br />
aanwezigheid van deze woningen. In dit bestemmingsplan zijn de huidige<br />
bedrijfswoningen vastgelegd; het is niet toegestaan een nieuwe bedrijfswoning<br />
in het plangebied te realiseren.<br />
Binnen de geluidszone (de 50 dB(A)-contour) mogen in principe geen<br />
nieuwe geluidsgevoelige gebouwen (met name woningen en scholen) worden<br />
gebouwd, tenzij hiervoor een hogere waarde is verkregen. Voor de bestaande<br />
woningen in het plangebied (A.M. van Schurmansingel 16 en een<br />
deel van de woningen op Zevenhuizen) is dit het geval. De overige woningen<br />
in het plangebied zijn buiten de geluidszone gesitueerd.<br />
- Bedrijventerrein Zuid -<br />
Ten westen van het zuidelijke deel van het plangebied is Bedrijventerrein<br />
Zuid gesitueerd. In verband met de aanwezigheid van een geluidszoneringsplichtige<br />
inrichting op het bedrijventerrein (Huhtamaki), is rondom het<br />
bedrijventerrein een geluidzone ex artikel 41 van de Wgh vastgesteld (opgenomen<br />
in het Bestemmingsplan Geluidzone Industrieterrein Zuid, vastgesteld<br />
door de gemeenteraad op 12 mei 2005 en goedgekeurd door Gedeputeerde<br />
Staten op 11 oktober 2005). De Wgh schrijft voor dat een bij besluit<br />
vastgestelde geluidzone alleen kan worden gewijzigd bij een herziening<br />
van die bestemmingsplannen. Daarom zijn in het geval van het bedrijventerrein<br />
Zuid de omliggende bestemmingsplannen op dit punt in het verleden<br />
partieel herzien, waaronder het bestemmingsplan Franeker - Stationsbuurt<br />
/ Bedrijventerrein Oost. Een deel van de gronden in het plangebied<br />
(langs de Stationsweg) is namelijk binnen de geluidszone ten gevolge<br />
van bedrijventerrein Zuid gesitueerd. Bij de zonering rondom Bedrijventerrein<br />
Zuid is niet alleen de geluidbelasting van Huhtamaki zelf in aanmerking<br />
genomen, maar de gezamenlijke geluidsbelasting van alle aanwezige en<br />
planologisch mogelijk te vestigen bedrijven op het terrein. De geluidzone<br />
om het bedrijventerrein blijft in het voorliggende plan ongewijzigd. Het deel<br />
van het plangebied dat binnen de geluidszone is gesitueerd, wordt in het<br />
plan opnieuw geregeld.<br />
Binnen de geluidszone (de 50 dB(A)-contour) mogen in principe geen<br />
nieuwe geluidsgevoelige gebouwen (met name woningen en scholen) worden<br />
gebouwd, tenzij hiervoor een hogere grenswaarde is vastgesteld.<br />
De bestaande woningen in het plangebied, aan de Stationsweg, kunnen<br />
worden gehandhaafd.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 19<br />
Hiervoor zijn in 1997 zogenaamde “MTG-waarden” vastgesteld. Dit is tevens<br />
in het kader van het wijzigingsplan voor de Stationsweg 3 (waarbij de<br />
bestemming is gewijzigd van een detailhandel- naar een woonbestemming)<br />
aan de orde geweest.<br />
- Conclusie -<br />
Aangezien het bestemmingsplan voor de bestaande situatie een conserverende<br />
regeling treft, kan worden geconcludeerd dat wat betreft het aspect<br />
industrielawaai aan de wettelijke randvoorwaarden wordt voldaan.<br />
De locatie voormalige landbouwschool valt buiten de beide geluidszones.<br />
4. 5. Water<br />
Vanwege het grotere belang van het water in de ruimtelijke ordening, wordt<br />
van waterschappen een vroege en intensieve betrokkenheid bij het opstellen<br />
van ruimtelijke plannen verwacht. Bovendien is de watertoets een verplicht<br />
onderdeel in de bestemmingsplanprocedure geworden.<br />
- Beleid -<br />
Uit de Nota Ruimte (2004) en de nota Anders omgaan met water;<br />
waterbeheer in de 21e eeuw (december 2000) blijkt dat water steeds<br />
belangrijker wordt. Ook in het provinciaal beleid wordt water steeds<br />
belangrijker.<br />
De Wet op de waterhuishouding geeft aan dat de provincie een<br />
waterhuishoudingsplan vast dient te stellen waarin de hoofdlijnen van het<br />
waterhuishoudkundig beleid zijn opgenomen. Op 31 mei 2000 is het<br />
tweede waterhuishoudingsplan van de provincie Fryslân, Dreaun troch it<br />
wetter, vastgesteld. Hierin staat de watersysteembenadering centraal.<br />
Dit houdt in dat bij nieuw te ontwikkelen plannen steeds het watersysteem<br />
waarin het desbetreffende plangebied ligt, als richtinggevend wordt<br />
beschouwd. Daarnaast richt dit waterhuishoudingsplan zich op het<br />
realiseren van een basisniveau ten aanzien van veiligheid, waterkwaliteit,<br />
grondwater en inrichting van een gebied.<br />
Voor het bebouwde gebied is de gewenste situatie voor het jaar 2015 als<br />
volgt omschreven: "De oppervlaktewateren in bebouwd gebied zijn geschikt<br />
voor meervoudig gebruik dat recht doet aan de potenties van het<br />
watersysteem. Dit zal de ecologische, landschappelijke en recreatieve<br />
betekenis en de belevingswaarde van het water vergroten".<br />
Integraal Waterbeheerplan Friese Waterschappen (2000)<br />
Als een uitwerking van het hiervoor beschreven beleid ten aanzien van het<br />
water, moeten de waterschappen een waterbeheerplan opstellen. Dit heeft<br />
geresulteerd in het Integraal Waterbeheerplan Friese Waterschappen<br />
(2000). Met dit plan vindt de vertaling van het beleid op hoofdlijnen naar de<br />
verschillende waterschapsgebieden plaats. Dat is gebeurd in gebiedsdeelplannen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 20 06-17-03<br />
Het waterkwaliteitsbeheer kent als belangrijke zaken:<br />
- de zorg voor de kwaliteit van het oppervlaktewater;<br />
- het beheer van de boezemwateren zoals deze door de provincie<br />
zijn aangewezen, met bijbehorende waterstaatswerken die dienen<br />
voor de aan- en afvoer en berging van het water;<br />
- de kering van het Waddenzee- en IJsselmeerwater.<br />
Het waterkwantiteitsbeheer heeft als taken:<br />
- het peilbeheer in het gebied van het waterschap;<br />
- het beheer van de watergangen met bijbehorende waterstaatswerken<br />
die dienen voor de aan- en afvoer van water;<br />
- het beheer van de boezemwatergangen;<br />
- het beheer van de waterkeringen langs de boezemwateren.<br />
In aanvulling op het Integraal Waterbeheersplan is door Wetterskip Fryslân<br />
het Strategisch Meerjaren Perspectief (SMP) opgesteld. Het SMP geeft de<br />
koers aan voor het voeren van het waterbeheer binnen het beheersgebied<br />
van Wetterskip Fryslân.<br />
<strong>Gemeente</strong>lijk Rioleringsplan <strong>Franekeradeel</strong> 2001 - 2006<br />
Een belangrijke impuls tot het opstellen van het plan is de Wet milieubeheer,<br />
waarin de verplichting tot het hebben van een geldig <strong>Gemeente</strong>lijk<br />
Rioleringsplan (GRP) is opgenomen. In het <strong>Gemeente</strong>lijk Rioleringsplan<br />
<strong>Franekeradeel</strong> 2001 - 2006 wordt aangegeven dat het doel is om alle percelen<br />
aan te sluiten op de riolering van waarvoor de gemeente niet van de<br />
zorgplicht wordt ontheven.<br />
Als tweede prioriteit geldt het duurzaam instandhouden van het bestaande<br />
stelsel, hetgeen betekent dat indien vervanging van het riool nodig is, dit<br />
als eerste wordt uitgevoerd al dan niet gecombineerd met maatregelen in<br />
het kader van de basisinspanning. Hieronder zijn enkele doestellingen geformuleerd:<br />
- diverse onderzoeken en maatregelen op het gebied van het afvalwaterbeheer<br />
worden de komende jaren uitgevoerd. Een goede afstemming<br />
van de werkzaamheden, vooral met Wetterskip Fryslân,<br />
is van essentieel belang;<br />
- de praktische uitwerking van het gemeentelijk rioleringsbeleid zoals<br />
het onderdeel afkoppelen van verhard oppervlak, zal moeten worden<br />
ingebed. Dit betekent dat alle kansen moeten worden benut om<br />
het afkoppelen c.q. niet aankoppelen van verhard oppervlak te realiseren.<br />
De verplichting tot aansluiting bij nieuwbouw of verbouwing<br />
indien water binnen een afstand van 40 meter aanwezig is, is hierbij<br />
van essentieel belang.<br />
Onlangs is onlangs een nieuw <strong>Gemeente</strong>lijk Rioleringsplan vastgesteld<br />
(GRP 2007-2012). Belangrijke doelstelling in dit nieuwe GRP is het voltooien<br />
van de basisinspanning in 2008. Verder zal het accent komen te liggen<br />
op onderhoudswerkzaamheden aan het rioolstelsel (vervanging en reparatie).<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 21<br />
- Huidige situatie -<br />
De woonbuurten beschikken momenteel over een gemengd rioolstelsel.<br />
Ten aanzien van het rioleringsstelsel op Industrieterrein Oost moet worden<br />
opgemerkt dat er, in het kader van de gemeentelijke basisinspanning, een<br />
nieuw, gescheiden stelsel is aangelegd. Daarbij wordt het regenwater afgekoppeld<br />
van het riool en wordt dit relatief schone water afgevoerd naar het<br />
oppervlaktewater (i.c. het Van Harinxmakanaal).<br />
- Toekomstige situatie -<br />
Op termijn, omstreeks 2008, zal alle afvoer van water gescheiden plaatsvinden.<br />
Verwezen wordt naar het <strong>Gemeente</strong>lijk Rioleringsplan <strong>Franekeradeel</strong><br />
2007-2012. Belangrijke doelstelling in dit nieuwe GRP is het voltooien<br />
van de basisinspanning in 2008 door middel van het afkoppelen van regenwater<br />
van het gemengde riool. Verder zal het accent komen te liggen<br />
op onderhoudswerkzaamheden aan het rioolstelsel (vervanging en reparatie).<br />
Het bestemmingsplan is consoliderend van karakter, met slechts perceelsgerichte<br />
ontwikkelingsmogelijkheden.<br />
Bij nieuwbouwplannen zal de riolering worden aangepast. Dit is gebeurd bij<br />
de inmiddels gerealiseerd locaties en zal ook het uitgangspunt zijn voor de<br />
invulling van de locatie van de voormalige landbouwschool. Voor deze ontwikkelingslocatie<br />
geldt het uitgangspunt dat het water op perceelsniveau<br />
moet worden gescheiden.<br />
Met de vaststelling van dit bestemmingsplan zijn er dan ook nauwelijks invloeden<br />
op het watersysteem te verwachten.<br />
- Overleg met Wetterskip Fryslân -<br />
In het kader van de watertoets is het voorontwerp bestemmingsplan voor<br />
een wateradvies naar Wetterskip Fryslân gestuurd. Dit heeft niet geleid tot<br />
aanpassingen.<br />
4. 6. Bodem<br />
Het uitgangspunt wat betreft de bodem in het plangebied is, dat de kwaliteit<br />
ervan zódanig dient te zijn dat er geen risico’s zijn voor de volksgezondheid<br />
bij het gebruik van het plangebied voor het wonen of een andere functie.<br />
In 2005 zijn bodemkwaliteitskaarten opgesteld voor het bebouwde gedeelte<br />
van de gemeente <strong>Franekeradeel</strong>. Hiervoor zijn homogene deelgebieden<br />
samengesteld. Het plangebied valt onder de volgende deelgebieden:<br />
- w2 wonen 1900 - 1940;<br />
- w3 wonen 1940 -1970;<br />
- w4 wonen na 1970;<br />
- i2 industrie na 1970.<br />
In het rapport Bodembeheersplan en bodemkwaliteitskaart gemeente <strong>Franekeradeel</strong><br />
(Royal Haskoning, vastgesteld door Burgemeester en Wethouders<br />
op 13 december 2005) is voor deze deelgebieden vastgesteld of de<br />
grond al dan niet schoon of verontreinigd is.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 22 06-17-03<br />
Voor alle deelgebieden, uitgezonderd het deelgebied “w2 wonen 1900 -<br />
1940”, concludeert het onderzoek dat de grond (zeer) licht verontreinigd of<br />
schoon is. Het betreffen dermate lichte verhogingen die in principe geen<br />
gevolgen hebben voor hergebruik van grond als bodem. Voor het deelgebied<br />
“w2 wonen 1900 - 1940” is een verhoogd loodgehalte in de bovengrond<br />
vastgesteld (de P95 overschrijdt de tussenwaarde). Voor het huidige<br />
gebruik geldt echter dat op basis van de diffuse bodemkwaliteit er geen risico’s<br />
zijn voor de volksgezondheid bij het gebruik “Wonen met tuin”. Indien<br />
grond uit deze gebieden vrijkomt, is dit niet zonder meer elders toepasbaar<br />
als bodem. Deze grond moet eerst worden onderzocht en beoordeeld worden.<br />
Figuur 5. Deelgebieden en bodemkwaliteitszones<br />
Op dit moment zijn echter geen locaties bekend waar de bodemkwaliteit<br />
zódanig is dat er sprake zou kunnen zijn van een belemmering voor de (beoogde)<br />
functies in het gebied.<br />
Binnen het deelgebied “w2 wonen 1900 - 1940” is ten opzichte van de vigerende<br />
bestemmingsplannen een aantal nieuwe locaties ontwikkeld. Het onderdeel<br />
“bodem” is onderzocht in het kader van de vrijstellings- of wijzigingsprocedures.<br />
Voor de nieuwe ontwikkeling in het plangebied (de uit te<br />
werken woonbestemming voor de voormalige landbouwschool aan de Mr.<br />
G. Groen van Prinstererlaan / Prins Willem de Zwijgerlaan) is in 2003, ten<br />
behoeve van woningbouw op het terrein, een bodemonderzoek uitgevoerd.<br />
Hieruit is naar voren gekomen dat er een verontreiniging aanwezig is die<br />
beperkt van omvang is. De aanwezigheid van actuele risico's voor mens<br />
en/of het ecosysteem ten gevolge van de verontreiniging wordt niet verwacht.<br />
Nader onderzoek is niet noodzakelijk.<br />
Voor de overige locaties is sprake van een reeds gerealiseerd gebied waar<br />
geen (grootschalige) ontwikkelingen zijn toegestaan. In het kader van het<br />
onderhavige bestemmingsplan is op deze plaatsen geen bodemonderzoek<br />
noodzakelijk.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 23<br />
4. 7. Archeologie<br />
In 1992 is het Europees Verdrag van Malta ondertekend door een groot<br />
aantal EU-landen, waaronder ook Nederland. Het doel hiervan is het veiligstellen<br />
van het (Europese) archeologisch erfgoed. Dit moet met name gestalte<br />
krijgen in het ruimtelijke ordeningsbeleid, wat betekent dat bij de<br />
voorbereiding van bestemmingsplannen meer aandacht moet worden besteed<br />
aan de (mogelijke) aanwezigheid van archeologische waarden en dat<br />
een beschermende regeling moet worden opgenomen ten aanzien van die<br />
archeologische waarden.<br />
Ter implementatie van het Verdrag van Malta is op 1 september 2007 de<br />
Wet op de archeologische monumentenzorg in werking getreden. Deze wet<br />
regelt onder andere dat er in het proces van ruimtelijke ordening tijdig rekening<br />
gehouden wordt met de mogelijke aanwezigheid van archeologische<br />
waarden. Voor een globaal inzicht in mogelijke waarden heeft de provincie<br />
de Friese Archeologische Monumentenkaart Extra (FAMKE) gepubliceerd.<br />
Deze bestaat uit een advieskaart voor de Steentijd - Bronstijd en uit<br />
een advieskaart voor de IJzertijd - Middeleeuwen.<br />
Volgens de advieskaart Steentijd - Bronstijd is geen onderzoek noodzakelijk.<br />
Dit betekent dat er op basis van eerder onderzoek is gebleken dat er<br />
zich geen archeologische resten in de bodem bevinden, of dat de archeologische<br />
verwachting op gefundeerde gronden zeer laag is, en waar eventuele<br />
resten uit de Steentijd - Bronstijd zich vermoedelijk zodanig diep onder<br />
het maaiveld bevinden dat de kans op aantasting bij de meeste ingrepen<br />
zeer klein is.<br />
Figuur 6 geeft een deel van de FAMKE-advieskaart voor de IJzertijd - Middeleeuwen<br />
weer ter hoogte van het plangebied.<br />
Figuur 6. FAMKE-advieskaart IJzertijd - Middeleeuwen<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 24 06-17-03<br />
Op basis van de advieskaart IJzertijd - Middeleeuwen van de FAMKE beveelt<br />
de provincie bij ingrepen van meer dan 500 m² een “karterend onderzoek<br />
1” uit te laten voeren. Dit archeologisch onderzoek moet bestaan<br />
uit minimaal zes boringen per hectare, met een minimum van zes boringen<br />
per plan, waarbij duidelijk wordt of er vindplaatsen in het plangebied aanwezig<br />
zijn. De locatie van de voormalige landbouwschool is een locaties<br />
waar de grond reeds is verstoord met bebouwing, en blijft hierdoor onder<br />
de 500 m².<br />
Voor het overige deel van het gebied gaat het om een bestaande situatie.<br />
Het gebied is grotendeels bebouwd, en in het plangebied zijn geen grootschalige<br />
ontwikkelingen mogelijk of te verwachten. Dat betekent in feite dat<br />
het laten uitvoeren van archeologisch onderzoek niet meer aan de orde is.<br />
Archeologie levert voor dit bestemmingplan geen belemmering op.<br />
4. 8. Ecologie<br />
Het uitgangspunt voor het bestemmingsplan is, dat geen strijdigheid ontstaat<br />
met het beleid en de wetgeving ten aanzien van de natuurbescherming.<br />
Hierin kan onderscheid gemaakt worden tussen de gebiedsbescherming<br />
(gebieden die onder de werking van de Natuurbeschermingswet vallen<br />
zoals Natura 2000-gebieden en de Ecologische Hoofdstructuur) en<br />
soortenbescherming (Flora- en faunawet).<br />
- Gebiedsbescherming -<br />
Het aspect gebiedsbescherming is in dit bestemmingsplan niet aan de orde<br />
omdat in en in de directe nabijheid van het plangebied geen sprake is van<br />
beschermde natuurgebieden waarop de ontwikkelingen die het bestemmingsplan<br />
mogelijk maakt, negatieve effecten kunnen hebben.<br />
- Soortenbescherming -<br />
De soortenbescherming vindt primair plaats via de Flora- en faunawet. Op<br />
grond van deze wet mogen beschermde dieren en planten die in de wet<br />
zijn aangewezen, niet gedood, gevangen, verontrust, geplukt of verzameld<br />
worden en is het niet toegestaan om nesten, holen of andere vaste verblijfsplaatsen<br />
van beschermde dieren te beschadigen, te vernielen of te<br />
verstoren. Onder voorwaarden is ontheffing van deze verbodsbepalingen<br />
mogelijk.<br />
Voor (bedreigde) soorten die vermeld staan in Bijlage 4 van de Habitatrichtlijn<br />
en een aantal Rode-Lijstsoorten, zijn de ontheffingsvoorwaarden (zeer)<br />
streng.<br />
De Flora- en faunawet is altijd onverkort van kracht. Een beoordeling op het<br />
moment dat de activiteiten daadwerkelijk aan de orde zijn (en dus niet ten<br />
tijde van het maken van het bestemmingsplan) geeft het meest actuele en<br />
beschermingswaardige beeld. Indien op dat moment blijkt dat er sprake is<br />
van (een) beschermde soort(en) en de activiteit strijd oplevert met de bepalingen<br />
uit de Flora- en faunawet, zal de betreffende activiteit pas plaats<br />
kunnen vinden na het verkrijgen van een ontheffing.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 25<br />
Voor dit bestemmingsplan kan worden opgemerkt dat het hier gaat om een<br />
bestaand gebied waar de woon- en bedrijfsfunctie overheersen. Geconcludeerd<br />
kan worden dat het plangebied dusdanig bebouwd is dat er in principe<br />
geen ruimte is voor ecologische waarden. De activiteiten van de bedrijven<br />
leveren een dusdanige verstoring op van het gebied dat er ook geen<br />
ecologische waarden mogen worden verwacht.<br />
In dit in hoofdzaak conserverende bestemmingsplan hoeft, met het oog op<br />
het voorgaande, op dit punt geen aanvullende regeling te worden opgenomen.<br />
De beperkte, perceelsgebonden ontwikkelingsmogelijkheden die in<br />
het plan worden geboden, zijn in beginsel in zijn algemeenheid uitvoerbaar,<br />
al kan te zijner tijd blijken (in concrete gevallen) dat een ontheffing niet of<br />
slechts onder voorwaarden verleend kan worden. Dit doet echter aan de<br />
algemene uitvoerbaarheid niet af.<br />
De grotere ontwikkelingen in het plangebied zijn inmiddels óf reeds gerealiseerd<br />
óf in aanbouw. Voor andere nieuw te ontwikkelen locaties (zoals de<br />
locatie van de voormalige landbouwschool) geldt als uitgangspunt dat<br />
vooraf de gevolgen voor de ecologische waarden worden onderzocht. Bij<br />
de sloop van de desbetreffende gebouwen zal dit met name voor vleermuizen<br />
van belang zijn.<br />
4. 9. Externe veiligheid<br />
- Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI) -<br />
Op grond van het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI) en de<br />
daarop gebaseerde Regeling Externe Veiligheid Inrichtingen (REVI) gelden<br />
bepaalde normeringsafstanden tussen risicovolle en risicogevoelige functies.<br />
Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen de categoriale inrichtingen,<br />
waarvoor min of meer gestandaardiseerde effectafstanden en<br />
risicocontouren worden gehanteerd, en niet-categoriale inrichtingen, waarvoor<br />
een standaardbenadering niet mogelijk is en afstanden en contouren<br />
individueel bepaald dienen te worden op basis van een kwalitatieve risicoanalyse<br />
of QRA (Qualitative Risk Analysis).<br />
Hierbij worden aan de hand van de verleende milieuvergunning en de aanvraag<br />
daarvoor onder meer de specifieke stoffen, bronnen en systemen, risicobeperkende<br />
maatregelen en objecten, brandbestrijdingsvoorzieningen,<br />
toegangs- en vluchtwegen, vertaald naar een voor de betreffende inrichting<br />
van toepassing zijnde normering. Daarbij wordt er onderscheid gemaakt<br />
tussen het plaatsgebonden risico en het groepsrisico:<br />
- plaatsgebonden risico: risico op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt<br />
als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en<br />
onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks<br />
gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een<br />
gevaarlijke stof betrokken is;<br />
- groepsrisico: cumulatieve kansen per jaar dat tenminste 10, 100 of<br />
1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid<br />
in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon<br />
voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken<br />
is.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 26 06-17-03<br />
In het BEVI wordt aangegeven hoe met het plaatsgebonden risico en het<br />
groepsgebonden risico moet worden omgegaan. De risicovolle inrichtingen<br />
zijn op de risicokaart van de provincie Fryslân weergegeven. De onderstaande<br />
figuur toont een deel van deze kaart ter hoogte van het plangebied.<br />
In en nabij het plangebied bevindt zich een aantal risicovolle inrichtingen<br />
die vallen binnen de reikwijdte van het BEVI. Het betreft de volgende inrichtingen:<br />
- LPG, Texaco-servicestation, Burgemeester J. Dijkstraweg 1;<br />
- LPG, Gulf-Tankstation, Leeuwarderweg 10.<br />
Figuur 7. Risicokaart provincie Fryslân<br />
Daarnaast blijkt uit de risicokaart dat er in het plangebied twee voorzieningen<br />
aanwezig zijn die niet vallen onder het BEVI, maar waar vanuit externe<br />
veiligheidsoogpunt wel aandacht aan moet worden besteed. Het betreft een<br />
ammoniak-koelinstallatie (Levo Productenmij BV, Prins Hendrikkade 1) en<br />
een vuurwerkinrichting, Vuurwerkgigant Franeker, aan de Oostelijke Industrieweg<br />
19. Ook voor de spoorlijn Harlingen - Leeuwarden en het Van Harinxmakanaal<br />
is externe veiligheid van belang.<br />
Met betrekking tot het plaatsgebonden risico en het groepsrisico kan voor<br />
bovenstaande inrichtingen en de infrastructuur het volgende worden opgemerkt.<br />
- Texaco Servicestation en Gulf Tankstation -<br />
Het Texaco Servicestation aan de Burgemeester J. Dijkstraweg en het Gulf<br />
Tankstation aan de Leeuwarderweg zijn in verband met de verkoop van<br />
LPG inrichtingen die vallen onder het BEVI.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 27<br />
Voor de twee aanwezige LPG tankstations is de milieuvergunning inmiddels<br />
gelimiteerd op 1000 m³ per jaar. Dit betekent dat kan worden uitgegaan<br />
van standaard risicoafstanden zoals genoemd in de REVI:<br />
Vulpunt<br />
Afstand Risicocontour 10<br />
40 meter<br />
LPG-afleveringsinstallatie 15 meter<br />
LPG-reservoir 25 meter<br />
Op de risicokaart zijn de plaatsgebonden risicocontouren opgenomen. Binnen<br />
de 10 -5 -contour van beide inrichtingen (25 meter) zijn geen bestaande,<br />
dan wel geprojecteerde kwetsbare objecten aanwezig. Voor de vulpunten,<br />
de LPG-afleveringsinstallaties en de LPG-reservoirs gelden voor beide inrichtingen<br />
voor de volgende 10 -6<br />
-risicocontouren.<br />
De risicocontouren zijn geheel buiten het plangebied gesitueerd (bij het<br />
Gulf Tankstation aan de Leeuwarderweg) of hebben alleen betrekking op<br />
de gronden die zijn bestemd als “Verkeer” (bij het Texaco servicestation<br />
aan de Burgemeester J. Dijkstraweg). In het laatste geval is het niet mogelijk<br />
(beperkt) kwetsbare objecten op te richten. Deze afstanden vallen<br />
daarmee buiten de gevoelige bestemmingen/kwetsbare objecten in het<br />
plangebied.<br />
Recent zijn de inrichtingen onderworpen aan een groepsrisicoanalyse 1)<br />
.<br />
Voor de bepaling van de omvang van het groepsrisico, is inzicht in de<br />
maximaal toelaatbare personendichtheden in het invloedsgebied noodzakelijk.<br />
De grens van het invloedsgebied bedraagt voor het tankstation 150<br />
meter.<br />
-5 -6<br />
De zone tussen 10 - en de 10 -risicocontour is niet bebouwd. Dit houdt in<br />
dat bij een doorzet van minder dan 1000 m³ per jaar de personendichtheid<br />
vanaf de 10 -6<br />
-contour tot de grens van het invloedsgebied 13 personen per<br />
hectare mag bedragen wil de oriënterende waarde niet worden overschreden.<br />
Dit komt neer op 83 personen.<br />
Binnen het invloedsgebied van het Texaco servicestation bevinden zich<br />
naast 42 burgerwoningen en 8 recreatiebungalows ook nog een kampeerterrein.<br />
Uit de berekeningen blijkt dat daarmee de oriënterende waarde van<br />
83 personen ruim wordt overschreden. Door de aanwezigheid van het<br />
zwembad, de sporthal, het kampeerterrein en het bijbehorende parkeerterrein<br />
op recreatiepark “Bloemketerp”, zal de personendichtheid nog hoger<br />
zijn.<br />
Binnen het invloedsgebied van het Gulf Tankstation bevinden zich naast 45<br />
burgerwoningen en 16 recreatiebungalows ook nog een kampeerterrein.<br />
Uit de berekeningen blijkt dat daarmee de oriënterende waarde van 83 personen<br />
ruim wordt overschreden. Door de aanwezigheid van het kampeerterrein<br />
en het parkeerterrein zal de personendichtheid nog hoger zijn.<br />
Deze situatie mag in de bestaande situaties blijven bestaan, mits daarvoor<br />
een goede verantwoording bestaat. Voor het groepsrisico geldt voor bestaande<br />
situaties namelijk geen saneringsplicht.<br />
1)<br />
Milieuadviesdienst, Toetsing LPG-tankstations en ammoniakkoelinstallaties<br />
aan het Bevi, augustus 2005<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.<br />
-6
lz 28 06-17-03<br />
De situatie mag echter niet verslechteren. In ieder geval maakt dit bestemmingsplan<br />
nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen binnen het invloedsgebied niet<br />
mogelijk.<br />
Wat betreft de bestaande situatie kan worden gezegd dat de personen binnen<br />
de invloedsgebieden zelfredzaam worden geacht. Functies die een<br />
groter aantal minder redzame personen tot gevolg hebben (zoals zorg-, en<br />
onderwijsgebouwen), worden binnen de bestemmingen niet mogelijk gemaakt.<br />
De risicovolle inrichtingen zijn verder langs doorgaande wegen gesitueerd<br />
waardoor de bereikbaarheid niet tot problemen leidt. Ook reikt het<br />
WAS (waarschuwings- en alarmeringssysteem) tot binnen het plangebied,<br />
zodat personen ten tijde van een calamiteit via dit systeem gewaarschuwd<br />
kunnen worden. Het groepsrisico wordt hiermee aanvaardbaar geacht.<br />
Op basis van het Convenant LPG-autogas van het Ministerie van VROM<br />
(22 juni 2005) heeft de LPG-sector zichzelf verplicht om externe veiligheidsknelpunten<br />
op te lossen. Omdat bij beide tankstations sprake is van<br />
overschrijding van de oriëntatiewaarde, is hier in beide gevallen sprake van<br />
een knelpunt. Het is de bedoeling om deze knelpunten op te lossen, door<br />
bijvoorbeeld de doorzet te beperken, het vulpunt te verplaatsen, het gehele<br />
tankstation te verplaatsen of dat de verkoop van LPG per 1 januari 2010<br />
wordt beëindigd.<br />
Het is de bedoeling dat de verkoop van LPG op termijn (2010) niet meer<br />
mogelijk is.<br />
- Levo Productenmij BV -<br />
Het gaat hier om een risicovolle inrichting in verband met de opslag van<br />
ammoniak van maximaal 500 kilogram. Deze inrichting valt niet onder de<br />
werking van het BEVI. De plaatsgebonden risicocontour ligt op een afstand<br />
van 0 meter.<br />
- Vuurwerkgigant Franeker -<br />
Een vuurwerkinrichting “Vuurwerkgigant Franeker” is een bedrijf voor opslag,<br />
bewerking of verkoop van consumentenvuurwerk.<br />
In de milieuvergunning voor dit bedrijf is opgenomen dat binnen de inrichting<br />
maximaal 37.000 kilogram consumentenvuurwerk mag worden opgeslagen,<br />
onderverdeeld in twee bewaarplaatsen van elk 15.000 kilogram<br />
verpakt vuurwerk en twee bufferbewaarplaatsen van elk 3.500 kilo onverpakt<br />
vuurwerk. In het Vuurwerkbesluit van 22 januari 2002 zijn regels voor<br />
dit soort bedrijven opgesteld. Ook zijn daarin standaardrisicoafstanden<br />
vastgesteld. Voor het bedrijf geldt een aantal veiligheidsafstanden die ten<br />
opzichte van de (deuropening van) bufferbewaarplaatsen aangehouden<br />
dienen te worden:<br />
- 42 meter in voorwaartse richting;<br />
- 31 meter in zijwaartse richting;<br />
- 8 meter in achterwaartse richting gemeten vanuit het hart van de<br />
deur.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 29<br />
Alhoewel het bedrijf niet voldoet aan bovenstaande afstanden, is door aanvullende<br />
maatregelen de veiligheidsafstand verkleind. Deze afstanden zijn<br />
op de volgende figuur aangegeven.<br />
Figuur 8. Veiligheidsafstanden “Vuurwerkgigant Franeker”<br />
Binnen deze veiligheidsafstanden zijn geen kwetsbare objecten gelegen en<br />
kunnen ook geen kwetsbare objecten worden gerealiseerd. Hiermee wordt<br />
voldaan aan het Vuurwerkbesluit.<br />
Op het gebied van externe veiligheid zijn geen belemmeringen te verwachten<br />
met betrekking tot de vuurwerkinrichting.<br />
- Transportroutes (vaar- en spoor)wegen -<br />
Het aspect externe veiligheid is mogelijk aan de orde in relatie tot het vervoer<br />
van gevaarlijke stoffen over het Van Harinxmakanaal. Met behulp van<br />
de Risicoatlas Hoofdvaarwegen Nederland 2)<br />
is beoordeeld of er al dan niet<br />
een overschrijding van de risiconormen plaatsvindt. De risicoatlas geeft een<br />
actueel beeld van het externe risico door het vervoer van gevaarlijke stoffen<br />
over hoofdtransportassen en hoofdvaarwegen.<br />
2)<br />
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Risicoatlas Hoofdvaarwegen Nederland,<br />
februari 2003<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 30 06-17-03<br />
De atlas geeft voor alle hoofdtransportassen en hoofdvaarwegen een indicatie<br />
van de aard en de grootte van het externe risico.<br />
In de risicoatlas is het Van Harinxmakanaal aangeduid als “overige vaarweg”<br />
(en is in de atlas niet beschouwd). Voor het Van Harinxmakanaal<br />
geldt dat er niet of nauwelijks transporten van brandbare gassen, brandbare<br />
vloeistoffen en toxische stoffen plaatsvinden. Er kan dan ook geconcludeerd<br />
worden dat voor dit kanaal dan ook geen sprake is van een extern<br />
risico.<br />
In Fryslân vindt enkel over de spoorlijn Leeuwarden - Groningen (in beperkte<br />
mate) vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Voor het onderhavige plangebied<br />
is dan ook geen sprake van een extern risico wat betreft vervoer per<br />
spoor.<br />
4. 10. Luchtkwaliteit<br />
Op grond van het Wet luchtkwaliteit dienen gemeenten bij de uitoefening<br />
van bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit,<br />
grenswaarden in acht te nemen voor verontreinigde stoffen als zwaveldioxide,<br />
stikstofdioxide, stikstofoxiden, zwevende deeltjes (PM10), lood,<br />
koolmonoxide en benzeen. Tot die bevoegdheid behoort volgens de wet<br />
onder meer het vaststellen van bestemmingsplannen.<br />
Het bestemmingsplan gaat grotendeels uit van de bestaande situatie van<br />
een geheel gerealiseerd gebied. Nieuwe, grootschalige ontwikkelingen,<br />
staat het bestemmingsplan niet toe. De uit te werken woonbestemming op<br />
de locatie van de voormalige landbouwschool is een locatie die ook in de<br />
huidige situatie een verkeersaantrekkende werking heeft. De verkeersaantrekkende<br />
werking is ten opzichte van de huidige situatie gering.<br />
Verder is voor de gemeente <strong>Franekeradeel</strong> nagegaan of er sprake is van<br />
overschrijdingen van de wettelijke luchtkwaliteitsnormen voor luchtverontreinigende<br />
stoffen. Het onderzoek heeft betrekking op plaatsen waar, naar<br />
redelijke verwachting, mensen blootgesteld worden aan luchtverontreiniging.<br />
De resultaten van dit onderzoek zijn opgenomen in de Rapportage luchtkwaliteit<br />
2005 (<strong>Gemeente</strong> <strong>Franekeradeel</strong> / Milieuadviesdienst, 6 juli 2006).<br />
De eindconclusie van het onderzoek is dat in de gemeente <strong>Franekeradeel</strong><br />
geen overschrijdingen van grenswaarden zijn vastgesteld. Er hoeven geen<br />
lokale maatregelen te worden getroffen tot het verbeteren van de luchtkwaliteit.<br />
Voor dit bestemmingsplan wordt ervan uit gegaan, dat aan de eisen van<br />
het Wet luchtkwaliteit wordt voldaan.<br />
4. 11. Kabels en leidingen<br />
In het plangebied is sprake van enkele ruimtelijk relevante, openbare nutsleidingen.<br />
Het betreft een aantal watertransportleidingen van Vitens en een<br />
straalpad. De leidingen worden voor de vaststelling van het bestemmingsplan<br />
op de plankaart ingetekend en vormen geen belemmering voor de<br />
ontwikkelingen in het plangebied.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 31<br />
Verder heeft de Nederlandse Gasunie het voorontwerp bestemmingsplan<br />
getoetst aan het nieuwe externe veiligheidsbeleid van het ministerie van<br />
VROM, zoals dat naar verwachting in 2009 in werking zal treden middels<br />
de AmvB Buisleidingen. De circulaire “Zonering langs hoge-drukaardgastransportleidingen”<br />
uit 1984 zal dan komen te vervallen. Op grond<br />
van deze toetsing komt de Gasunie tot de conclusie dat het plangebied buiten<br />
de 1% letaliteitsgrens van de leiding(en) valt. Daarmee staat vast dat<br />
de leiding(en) geen invloed heeft (hebben) op de verdere planontwikkeling.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 32 06-17-03<br />
5. PLANUITGANGSPUNTEN<br />
In de vorige hoofdstukken is de ruimtelijk-functionele structuur van het<br />
plangebied weergegeven. Tevens is aandacht besteed aan de milieu- en<br />
omgevingsaspecten in het plangebied en is het relevante provinciale en<br />
gemeentelijke beleid samengevat. Op basis hiervan kunnen de volgende<br />
uitgangspunten voor het onderhavige bestemmingsplan worden geformuleerd.<br />
5. 1. Algemene uitgangspunten<br />
De woonfunctie en de bedrijfsfunctie zijn de belangrijkste functies in het<br />
plangebied. Daarnaast zijn in het gebied ook maatschappelijke voorzieningen<br />
aanwezig. Ten aanzien van de huidige karakteristiek van het plangebied,<br />
kan worden aangenomen dat er slechts een enkele ruimtelijke en/of<br />
functionele verandering zal plaatsvinden. Het beleid ten aanzien van het<br />
plangebied is daarom gericht op het handhaven en waar mogelijk versterken<br />
van de bestaande ruimtelijke en functionele structuur.<br />
Als hoofduitgangspunt geldt nadrukkelijk dat het karakter als woongebied<br />
gehandhaafd c.q. versterkt zal worden, met uitzondering van Industrieterrein<br />
Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen. Voor deze gebieden<br />
geldt dat het karakter van industrie- of bedrijventerrein gehandhaafd c.q.<br />
versterkt wordt. Voorwaarde hierbij is dat rekening wordt gehouden met de<br />
andersoortige functies en hun ruimtelijke en milieuhygiënische mogelijkheden<br />
of beperkingen. Tegelijkertijd moet met dit bestemmingsplan een goed<br />
woon- en verblijfklimaat en een goed ondernemersklimaat worden geboden.<br />
5. 2. Wonen<br />
- Algemeen -<br />
Uitgangspunt ten aanzien van het bestaande woongebied is het behoud en<br />
zo mogelijk de versterking van de woonfunctie en de huidige kwaliteit van<br />
het wonen. Vanuit deze doelstelling moet kwaliteitsverbetering van woning(en)<br />
en omgeving, aangepast aan de eisen van de tijd, mogelijk zijn.<br />
Hiermee kan worden ingespeeld op veranderende behoeftepatronen van<br />
de bewoners, uiteraard na toetsing aan de ruimtelijk-functionele randvoorwaarden<br />
en het algemeen belang.<br />
Door een redelijke mate van globaliteit en flexibiliteit in het plan in te bouwen,<br />
wordt hiertoe de mogelijkheid geboden. Een beperkte uitbreiding in<br />
het bestaande bebouwingspatroon is mogelijk, mits uitgevoerd met inachtname<br />
van de aangrenzende bouwmassa en bebouwingspatronen. Eventueel<br />
kunnen, via vrijstelling, iets ruimere uitbreidingsmogelijkheden worden<br />
toegestaan bij (bestaande) woningen.<br />
In ruimtelijk opzicht zullen de bebouwingspatronen en -structuren zoveel<br />
mogelijk gehandhaafd blijven, waarbij ook aandacht besteed zal moeten<br />
worden aan de waardevolle aspecten van verschillende, oudere bebouwingspatronen<br />
in het plangebied.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 33<br />
Naast eerder genoemde toetsingscriteria zijn ook de structuren en<br />
(zicht)lijnen van de onbebouwde gebieden c.q. de tuinen, straten, bermen,<br />
groenelementen en pleintjes van belang. In relatie tot de woonfunctie van<br />
het plangebied kan worden gesteld dat aandacht moet worden geschonken<br />
aan de kwaliteit van de woonomgeving. Hierbij gaat het om openbaar groen<br />
en de inrichting van wegen en woonstraten (bijvoorbeeld parkeerplaatsen,<br />
straatmeubilair en verkeersdrempels).<br />
- Ontwikkelingslocaties -<br />
De nieuwe woningbouwontwikkeling op de stationslocatie aan de A.M. van<br />
Schurmansingel en op de locatie van de voormalige huishoudschool aan<br />
de Thorbeckestraat zijn inmiddels gerealiseerd. Op de eerstgenoemde locatie<br />
is een appartementcomplex gerealiseerd, op de andere locatie zijn dit<br />
respectievelijk een rij van vijf drive-in-woningen, twee halfvrijstaande woningen<br />
en ook een appartementencomplex. Deze nieuwbouw volgt het patroon<br />
van de oudere woningen aan de Thorbeckestraat en de Prins Willem<br />
de Zwijgerlaan.<br />
De voormalige landbouwschoollocatie kan door middel van een uit te werken<br />
bestemming worden ingevuld met een appartementengebouw van<br />
maximaal 10 appartementen.<br />
- Woningen op het industie- en bedrijventerrein -<br />
Op Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen zijn<br />
bedrijfswoningen en woonhuizen gelegen. Het uitgangspunt is dat de woningen<br />
op de huidige locatie kunnen blijven bestaan, met de gebruikelijke<br />
perceelsgebonden ontwikkelingsmogelijkheden. Het bestemmingsplan<br />
leent zich, vanwege de aard van de bedrijvigheid, niet voor een verdere<br />
vestiging van (bedrijfs)woningen op deze locaties.<br />
- Woonomgeving -<br />
In relatie tot de woonfunctie van het plangebied moet ook aandacht worden<br />
geschonken aan de kwaliteit van de woonomgeving. Hierbij gaat het om<br />
openbaar groen en de inrichting van wegen en woonstraten (bijvoorbeeld<br />
parkeerplaatsen, straatmeubilair en verkeersremmende drempels). In het<br />
bestemmingsplan zijn mogelijkheden opgenomen voor verbetering van de<br />
kwaliteit van de woonomgeving.<br />
Daarnaast kan in dit kader ook worden gedacht aan het verbeteren van de<br />
ruimtelijke kwaliteit van binnengebieden, (overbodige) parkeerplaatsen en<br />
garageboxen.<br />
- Cultuurhistorie -<br />
In het plangebied komt een aantal panden voor die zijn aangewezen als beschermd<br />
rijksmonumenten. Het gaat hierbij om de volgende adressen:<br />
Leeuwarderweg 17 (en Albartus Teltingstraat 1), Van Ghemmenichstraat 2,<br />
Mr. Groen van Prinstererlaan 16, Salverderweg 12 en de poldermolen aan<br />
de Leeuwarderweg. Omdat deze rijksmonumenten op basis van de Monumentenwet<br />
worden beschermd, hoeft het bestemmingsplan dan ook geen<br />
beschermende regeling meer te treffen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 34 06-17-03<br />
5. 3. Bedrijvigheid<br />
- Algemeen -<br />
De bedrijvigheid in het plangebied concentreert zich op Industrieterrein Oost<br />
en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen. Daarnaast komt in de woonwijken<br />
een aantal bedrijven voor. Voorzover de bedrijven in het bezit zijn van de<br />
benodigde (bouw- en) milieuvergunning(en) c.q. onder een AMvB op grond<br />
van de Wet milieubeheer vallen, mogen deze hun bedrijfsactiviteiten voortzetten.<br />
Geluidszoneringsplichtige en/of risicovolle inrichtingen, alsmede<br />
vuurwerkbedrijven zijn in het gehele plangebied niet toegestaan.<br />
- Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen -<br />
De bedrijvigheid op het industrie- en bedrijventerrein is qua categorisering<br />
opgedeeld in drie gedeelten.<br />
Nabij de woning aan de A.M. van Schurmansingel 16, aan de westzijde van<br />
Industrieterrein Oost, is het toegestaan bedrijven tot en met categorie 2 te<br />
vestigen. In dit deel van het plangebied komt één bedrijf voor met een hogere<br />
milieucategorie (4). Dit bedrijf is specifiek aangeduid.<br />
In het overige deel van Industrieterrein Oost wordt plaats geboden aan bedrijven<br />
tot en met milieucategorie 4. Dit deel van het industrieterrein bevindt<br />
zich op de grootste afstand ten opzichte van de woonbebouwing. Alle aanwezige<br />
bedrijven in dit deel van het plangebied passen binnen deze categorie.<br />
Echter, binnen dit deel van het plangebied komen een tweetal geluidszoneringsplichtige<br />
inrichtingen voor en een vuurwerkbedrijf. Ook deze bedrijven<br />
zijn specifiek aangeduid. Het gebouw van de postduivenvereniging op Industrieterrein<br />
Oost is eveneens specifiek aangeduid.<br />
Op het Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen wordt ruimte geboden aan<br />
bedrijven tot en met milieucategorie 3. Alle bedrijven in dit deel van het plangebied<br />
passen binnen deze categorie.<br />
Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen zullen hun<br />
functie voor bedrijvigheid behouden. Ten aanzien van nieuwe bedrijven<br />
geldt, voorzover het de gronden met de bestemming “Bedrijventerrein” betreft,<br />
dat alleen bedrijven tot en met de aangegeven milieucategorie mogen<br />
worden gevestigd. De bedrijven die momenteel in een hogere milieucategorie<br />
dan is toegestaan op het industrieterrein zijn gevestigd, alsmede de geluidszoneringsplichting<br />
inrichtingen en het vuurwerkbedrijf, zijn specifiek<br />
aangeduid. Hierdoor is het alleen toegestaan bij beëindiging van dergelijke<br />
bedrijven, eenzelfde soort bedrijf of een bedrijf in de maximaal toegestane<br />
milieucategorie op het perceel te vestigen.<br />
Het industrie- en bedrijventerrein worden conserverend bestemd. Dat wil<br />
zeggen dat de bedrijven die er zitten, mogen blijven, maar dat nieuwe zware<br />
bedrijven zullen worden geweerd waar dat niet is toegestaan. Het is niet mogelijk<br />
geluidzoneringsplichtige inrichtingen, risicovolle inrichtingen en vuurwerkbedrijven<br />
in het plangebied te vestigen.<br />
Tenslotte heeft een aantal bedrijven op Industrieterrein Oost een windturbine<br />
op het perceel. Deze zijn specifiek aangeduid. Nieuwe windturbines zijn<br />
in het gehele plangebied niet toegestaan.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 35<br />
- Locatie Van Harinxma -<br />
Er bestaan plannen om een gedeelte van het Bedrijventerrein Vijfhuizen /<br />
Zevenhuizen in te richten als woningbouw- of woon-werklocatie (locatie Van<br />
Harinxma, voormalige scheepswerf Sieb Meijer). De plannen hiervoor waren<br />
echter ten tijde van het opstellen van het voorontwerp van het bestemmingsplan<br />
nog niet voldoende concreet om mee te nemen in het bestemmingsplan.<br />
Hiervoor zal te zijner tijd een afzonderlijke procedure worden gevoerd.<br />
- Overige bedrijvigheid -<br />
In de woonwijken komt een aantal voorzieningen voor die passen binnen het<br />
karakter van deze wijken. Het beleid is voornamelijk gericht op handhaving.<br />
Bedrijven uit de milieucategorie 1 zijn toegestaan in deze delen van het<br />
plangebied, bedrijven uit een hogere categorie zijn specifiek aangeduid. In<br />
verband met de sterke woonfunctie van de omgeving, zijn uitbreidingen van<br />
bedrijvigheid en voorzieningen slechts mogelijk na een gedegen ruimtelijke,<br />
functionele en milieuhygiënische afweging. De huidige bedrijven kunnen<br />
binnen de gegeven ruimtelijke en milieugrenzen blijven functioneren.<br />
In verband met de beoogde versterking van de woonfunctie in het plangebied,<br />
zijn in het plan ook mogelijkheden opgenomen om bij bedrijfsbeëindiging<br />
de bedrijfslocaties om te zetten in een woonfunctie. Dit geldt uiteraard<br />
niet voor Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen.<br />
Naast enkele bedrijven die zijn bestemd als “Bedrijf” komt de detailhandels-<br />
en kantoorfunctie op enkele plekken in de woonwijken voor. Dit zijn bedrijven<br />
die zich qua functie goed met de woonfunctie verenigen, waarbij het<br />
beleid tevens gericht is op handhaving.<br />
5. 4. Voorzieningen<br />
In de woonwijken komen ook maatschappelijke voorzieningen voor, zoals<br />
een basisschool, een wijkgebouw en een verenigingsgebouw. Tevens bevinden<br />
zich een hotel / restaurant, twee sportvelden en een station in het<br />
plangebied. Al deze voorzieningen passen binnen een woonomgeving en<br />
zijn buiten het Industrieterrein Oost en/of Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen<br />
gesitueerd. Het sportveld tussen de Jan Stapertlaan en de<br />
spoorlijn kan tevens worden gezien als “buffer” tussen Industrieterrein Oost<br />
en de woonomgeving. Het beleid voor de voorzieningen is gericht op handhaving.<br />
5. 5. Openbare ruimte<br />
- Algemeen -<br />
Met betrekking tot de openbare ruimtes, de groenvoorzieningen, het water<br />
en de wegen, worden geen grote ruimtelijke veranderingen verwacht. Wel<br />
wordt ervan uitgegaan dat incidenteel veranderingen en/of aanpassingen<br />
wenselijk zijn, met name vanuit het oogpunt van beheer en onderhoud en<br />
de woonkwaliteit.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 36 06-17-03<br />
- Wegen -<br />
Ten aanzien van het verkeer is het beleid gericht op een vlotte en duidelijke<br />
verkeersafwikkeling. Ten behoeve hiervan zal de bestaande hiërarchie binnen<br />
de structuur van het wegennet en de inrichting van de woonstraten en<br />
de wijkontsluitingswegen zoveel mogelijk worden gehandhaafd. Aanpassingen<br />
hebben alleen betrekking op de wijzigingen in het kader van het veiligheidsbeleid<br />
zoals dat is omschreven in het Categoriseringsplan. Daarin is<br />
aangegeven dat het doel is om een groot deel van het plangebied in te richten<br />
als 30 km/uur-gebied (voor zover dat nog niet is gebeurd). Hiermee<br />
komt de verblijfsfunctie in deze gebieden voorop te staan.<br />
Op Industrieterrein Oost blijft een maximumsnelheid van 50 km/uur gehandhaafd.<br />
Voor Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen is door de aanleg<br />
van de nieuwe brug over de Oude Trekvaart een adequate ontsluiting<br />
gevormd. Het verkeer van en naar dit bedrijventerrein heeft hiermee een<br />
vrijwel directe aansluiting op de rondweg van Franeker en hoeft zich niet<br />
meer door de woonbuurt te verplaatsen.<br />
Voor de doorgaande wegen Leeuwarderweg, Oud Kaatsveld, Stationsweg,<br />
A.M. van Schurmansingel, Tzummerweg wordt het 50 km/uur-regime gehandhaafd.<br />
Langs deze doorgaande wegen zal de verkeersintensiteit door<br />
de aanleg van de zuidelijke rondweg in Franeker, nadrukkelijk afnemen.<br />
Het uitgangspunt met betrekking tot parkeren is dat bedrijven op het eigen<br />
perceel in de benodigde parkeerruimte voorzien, en dat nieuwe ontwikkelingen<br />
in het plangebied (de invulling van de locatie voormalige landbouwschool)<br />
worden voorzien van het benodigde aantal parkeerplaatsen.<br />
- Waterwegen -<br />
Het in het plangebied lopende Van Harinxmakanaal is een belangrijke hoofdvaarverbinding<br />
die is ingericht voor schepen met een maximaal tonnage van<br />
1350 ton. Omdat geen concrete plannen bestaan die hier veranderingen in<br />
aanbrengen, is het Van Harinxmakanaal conserverend bestemd.<br />
Aan de Oude Trekvaart bevindt zich twee ligplaatsen voor woonschepen.<br />
Het beleid is erop gericht het aanwezige water en de voorzieningen in dit<br />
water te handhaven c.q. te versterken.<br />
- Groen -<br />
Wat betreft de groenstructuur is het beleid erop gericht om de aanwezige<br />
groenelementen en beplantingen te handhaven en waar mogelijk te versterken.<br />
Eén en ander zal moeten leiden tot een versterking van het<br />
woonmilieu en de totale ruimtelijke structuur van het plangebied. Waardevolle<br />
groenelementen zijn bijvoorbeeld te vinden langs de doorgaande wegen<br />
in en rondom het plangebied zoals de Burgemeester J. Dijkstraweg en<br />
de Leeuwarderweg.<br />
Dit geldt ook voor het binnenterrein van de A.M. van Schurmansingel en de<br />
gronden tussen de Jan Stapertlaan en de spoorlijn, die in gebruik zijn als<br />
sportveld.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 37<br />
5. 6. Obstakels en randvoorwaarden<br />
- Milieu -<br />
Met het geluidhinderaspect zal in zoverre rekening moeten worden gehouden,<br />
dat bij veranderingen / uitbreidingen van geluidsgevoelige bebouwing<br />
langs wegen met een geluidszone, geen toename van de geluidsbelasting<br />
en van het aantal geluidgehinderden optreedt. Om dit te bereiken is in deze<br />
zones het maximum aantal hoofdgebouwen vastgelegd.<br />
Langs deze wegen zijn uitbreidingen van woningen richting de weg dan ook<br />
niet toegestaan.<br />
Bij ontwikkelingen langs zoneplichtige wegen die in dit bestemmingsplan<br />
mogelijk worden gemaakt via een vrijstellings- of wijzigingsbevoegdheid,<br />
zal worden getoetst aan de bepalingen van de Wet geluidhinder (zie paragraaf<br />
4.2.).<br />
Wat betreft het milieuhinderaspect vanwege bedrijvigheid, kan worden gesteld<br />
dat de huidige bedrijvigheid wordt vastgelegd op de bestaande situaties<br />
en dat het bestemmingsplan alleen perceelsgebonden ontwikkelingsmogelijkheden<br />
biedt. Vanwege het Industrieterrein Oost en het bedrijventerrein<br />
Zuid zijn geluidszones opgenomen, waarbinnen het aantal geluidsgevoelige<br />
functies niet mag uitbreiden. Verder geldt naast het bestemmingsplan<br />
de Wet milieubeheer, die overlast van bedrijven via milieuvergunningen<br />
reguleert.<br />
- Kabels, leidingen en dergelijke -<br />
In het plangebied is een watertransportleiding en een straalpad gesitueerd.<br />
Zowel aan weerszijden van de watertransportleiding als ter hoogte van het<br />
straalpad geldt een aantal (bouw)beperkingen. Voor de watertransportleiding<br />
is een bebouwingsvrije zone van 5 meter aan weerszijden opgenomen.<br />
In verband met de ligging van een straalpad binnen het plangebied zal<br />
binnen de grenzen, zoals aangegeven op de plankaart, de hoogte van gebouwen<br />
en andere bouwwerken niet meer mogen bedragen dan 35,00 meter.<br />
Ook staat in het plangebied een watertoren. Dit is voor het gebied een<br />
beeldbepalend element dat de entree vanaf de Leeuwarderweg naar de<br />
stad Franeker karakteriseert. Verder zijn er verschillende kleinere nutsvoorzieningen<br />
aanwezig, waaronder een aantal trafo’s en een gasgebouwtje.<br />
Het gaat hier om gebouwtjes die een grotere inhoud hebben dan 45 m³<br />
en een bouwhoogte van meer dan 3,00 meter hebben.<br />
Voor kleinere bebouwing is geen specifieke regeling getroffen. Deze kunnen<br />
in het algemeen op grond van de Woningwet en het daarop gebaseerde<br />
Besluit vergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken<br />
(BBLB) zonder bouwvergunning worden gerealiseerd.<br />
- Aandachtszone Van Harinxmakanaal / Oude Trekvaart -<br />
Op basis van de provinciale Vaarwegenverordening Friesland 1990 is er<br />
langs het Van Harinxmakanaal sprake van een aandachtszone met een<br />
breedte van 30 meter ten behoeve van het beheer en onderhoud van de<br />
vaarweg.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 38 06-17-03<br />
Binnen deze aandachtszone is vervolgens nog weer sprake van een bebouwingsvrije<br />
zone met een diepte van 20 meter, gerekend vanaf de kant van de<br />
vaarweg. Met de strook wordt voorkomen dat niet dichter naar het kanaal<br />
toe gebouwd kan worden. In de onderhavige situatie is de bebouwingsvrije<br />
zone afgestemd op de bestaande/bebouwde situatie. Dit leidt er toe dat de<br />
zone niet overal 20 meter breed is. Hierbinnen mag alleen bebouwing worden<br />
opgericht als vooraf ontheffing is verleend op grond van de Provinciale<br />
Vaarwegenverordening.<br />
Langs de Oude Trekvaart ligt eenzelfde zone, maar daarvoor geldt een<br />
aandachtszone van 10 meter en een bebouwingsvrije zone van 5 meter.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 39<br />
6. PLANBESCHRIJVING<br />
6. 1. Het juridisch systeem<br />
In de voorgaande hoofdstukken zijn de in het plangebied voorkomende<br />
functies, de eventuele ontwikkelingen daarbinnen en de uitgangspunten ten<br />
aanzien daarvan aan de orde gesteld. Het in de voorgaande hoofdstukken<br />
beschreven beleid, krijgt zijn juridische vertaling in bestemmingen. De bepalingen<br />
die betrekking hebben op de te onderscheiden bestemmingen zijn<br />
vastgelegd in de voorschriften en op de plankaart.<br />
Het bestemmingsplan regelt de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden<br />
van de gronden binnen het plangebied. De wijze waarop deze regeling juridisch<br />
is vormgegeven, wordt in grote lijnen bepaald door de Wet op de<br />
ruimtelijke ordening, alsmede door het bijbehorende Besluit op de ruimtelijke<br />
ordening. Naast de plankaart met daarop de bestemmingen en de bijbehorende<br />
voorschriften, is bij het bestemmingsplan ook de onderhavige<br />
plantoelichting gevoegd. Deze toelichting maakt in juridische zin geen deel<br />
uit van het bestemmingsplan.<br />
Van het onderhavige bestemmingsplan is, naast een analoge (dat wil zeggen<br />
een papieren) versie, zoals voorgeschreven door de Wet op de ruimtelijke<br />
ordening en het bijbehorende Besluit op de ruimtelijke ordening, ook<br />
een digitale versie ontwikkeld. De plankaart van het voorliggende plan is op<br />
een zodanige wijze opgezet en getekend en de opzet van de voorschriften<br />
is op een zodanige manier gekozen, dat het plan zowel als analoog als digitaal<br />
plan kon worden opgezet. De digitalisering van het plan heeft geen<br />
consequenties voor de (beleids)inhoud van het plan.<br />
Relatie met aanverwante wet- en regelgeving<br />
- Bouwverordening -<br />
In de voorschriften is gezorgd voor een afstemming met de Bouwverordening.<br />
Een aantal meer specifieke zaken, zoals de regeling voor erfafscheidingen,<br />
blijft geregeld met de stedenbouwkundige bepalingen van de<br />
Bouwverordening. De voorschriften geven in een algemene toepassingsbepaling<br />
aan welke gevallen het betreft.<br />
- Vergunningsvrij bouwen -<br />
Sinds 1 januari 2003 is de gewijzigde Woningwet met het daarbijbehorende<br />
Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningsplichtige bouwwerken<br />
(Bblb) in werking getreden. Dit betekent dat een grote categorie bouwwerken,<br />
zoals garages, serres, e.d., binnen nader gestelde maximale afmetingen,<br />
bouwvergunningsvrij gerealiseerd kan worden. Het bouwen van<br />
deze bouwwerken wordt in principe niet aan het bestemmingsplan getoetst.<br />
- Geluidhinder -<br />
In dit bestemmingsplan is met het aspect geluidhinder rekening gehouden<br />
door van de zoneplichtige wegen die zich in het plangebied bevinden<br />
dwarsprofielen op de plankaart weer te geven.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 40 06-17-03<br />
Binnen de bestemming "Verkeer" is een strijdig-gebruiksbepaling opgenomen,<br />
opdat, behoudens vrijstelling, van de aangegeven dwarsprofielen niet<br />
wordt afgeweken.<br />
- Wet op de economische delicten -<br />
Met ingang van 13 september 2004 is artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke<br />
Ordening vervallen. Dit heeft tot gevolg dat overtredingen van bestemmingsplanvoorschriften,<br />
mits in het bestemmingsplan uitdrukkelijk als<br />
strafbaar feit aangeduid, op grond van artikel 1a van de Wet op de economische<br />
delicten (WED) zullen worden aangemerkt als economisch delict.<br />
Als gevolg hiervan zijn de boetes voor de overtreder hoger, kan de rechter<br />
van de overtreder eisen dat hij de overtreding naar de oorspronkelijke situatie<br />
terugbrengt en kan de Officier van Justitie een overtreder gemakkelijker<br />
voor de rechter brengen.<br />
Deze wetswijziging heeft onder meer gevolgen voor de verwijzing in de<br />
strafbepaling in het bestemmingsplan. In het voorliggende bestemmingsplan<br />
is daarom in plaats van een verwijzing naar artikel 59 van de WRO,<br />
een relatie gelegd met de WED.<br />
- Relatie bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en verkeer -<br />
In de bebouwingsbepalingen van de verkeersbestemmingen is slechts een<br />
maximale hoogte gesteld aan bouwwerken die geen directe relatie hebben<br />
met de verkeersfunctie (bijvoorbeeld reclameborden).<br />
Dit omdat bouwwerken ten behoeve van verkeersvoorzieningen aangemerkt<br />
worden als vergunningsvrije bouwwerken, die niet aan het bestemmingsplan<br />
worden getoetst.<br />
6. 2. <strong>Toelichting</strong> op de bestemmingen<br />
In deze paragraaf wordt een toelichting gegeven op de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden<br />
van de bestemmingen die in dit plan voorkomen.<br />
- Bedrijf -<br />
De bedrijven die in de woonwijken voorkomen zijn onder de bestemming<br />
“Bedrijf” ondergebracht. Deze bedrijven maken geen onderdeel uit van Industrieterrein<br />
Oost of Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen. Deze zijn<br />
onder de bestemming “Bedrijventerrein” ondergebracht.<br />
Gelet op de aard en/of de mogelijke milieubelasting van bedrijven in relatie<br />
tot de woonomgeving, zijn in het plan in principe alleen categorie 1bedrijven<br />
toegestaan (alsmede dienstverlenende bedrijven en/of dienstverlenende<br />
instelling). De kringloopwinkel in de Osingastraat is aangeduid<br />
door middel van de aanduiding “detailhandel” (een supermarkt is niet toegestaan).<br />
Daarnaast zijn door middel van aanduidingen nog twee andersoortige<br />
bedrijven bij recht toegestaan. Het gaat hierbij om twee garagebedrijven<br />
aan de A. van Voorthuysenweg en de Lycklamastraat. Dit zijn bedrijven<br />
uit milieucategorie 2. Bij het opheffen of verplaatsen van één van de<br />
bedrijven is het toegestaan dat een soortgelijk bedrijf, dan wel een bedrijf<br />
uit de bij recht toegelaten milieucategorie, zich op de betreffende locatie<br />
gaat vestigen.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 41<br />
In de planvoorschriften wordt voor de betreffende (milieu)categorieën verwezen<br />
naar de in de bijlagen opgenomen Bedrijvenlijst. Het bestemmingsplan<br />
biedt alleen een regeling over de aard van de bedrijven. De daadwerkelijke<br />
milieueffecten dienen meer specifiek te worden geregeld door middel<br />
van de Wet milieubeheer.<br />
Naast de invulling met nieuwe bedrijvigheid, wordt door middel van een wijzigingsbevoegdheid<br />
de mogelijkheid geboden om de bedrijfsbestemming te<br />
wijzigen in een woonbestemming. Dit in verband met de herinvulling van<br />
vrijkomende bedrijfsgebouwen. Belangrijke voorwaarde is dat rekening<br />
wordt gehouden met de beschikbare woningbouwcontingenten. Er dient<br />
dan ook afstemming plaats te vinden met het gemeentelijke Woonplan.<br />
- Bedrijf - Nutsvoorzieningen -<br />
Deze bestemming heeft betrekking op de gebouwen ten behoeve van de<br />
openbare nutsvoorziening. De watertoren aan de Leeuwarderweg is onder<br />
deze bestemming gebracht. In verband met de bouwhoogte, die uiteraard<br />
groter is dan de toegestane 4 meter, is deze watertoren met een aanduiding<br />
op de plankaart geregeld. Verder zijn, verspreid in het plangebied, gebouwen<br />
toegestaan ten behoeve van nutsfuncties zoals transformator- en<br />
gasdrukregelstations. Aangezien de betreffende gebouwen een inhoud<br />
hebben groter dan 45 m³, zijn ze afzonderlijk bestemd. Nutsgebouwtjes met<br />
een kleinere inhoud dan 45 m³ zijn vergunningsvrij.<br />
- Bedrijventerrein -<br />
De gronden op Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen<br />
zijn ondergebracht in de bestemming “Bedrijventerrein”. Om enerzijds<br />
de bedrijfseconomische belangen in acht te nemen en anderzijds de<br />
woonfunctie in de directe omgeving te beschermen tegen hinder van bedrijven,<br />
is de bestemming in drie categorieaanduidingen onderverdeeld<br />
door middel van een aanduiding op de plankaart. Deze categorieaanduiding<br />
is gebaseerd op de milieucategorieën uit de VNG-brochure “Bedrijven<br />
en milieuzonering”.<br />
Op de gronden in het plangebied, voorzien van de categorieaanduiding “I”,<br />
zijn bedrijven van een lichte milieucategorie toegestaan. De gronden bevinden<br />
zich in de nabijheid van de woning aan de A.M. van Schurmansingel<br />
16 en woningen aan J. Stapertlaan. Hier kunnen bedrijven uit milieucategorie<br />
1 en 2 zich vestigen. In dit gebied is een bedrijf gevestigd met een hogere<br />
milieucategorie. Dit bedrijf is door middel van de aanduiding “suikerwerkfabriek”<br />
aangeduid. Hiermee wordt voor het bedrijf een regeling geboden<br />
waarmee het bedrijf in de toekomst op de huidige locatie kan blijven functioneren.<br />
Bij beëindiging of verplaatsing van het bedrijf mag op deze plek alleen<br />
een andere suikerwerkfabriek of een ander bedrijf tot en met milieucategorie<br />
2 zich vestigingen.<br />
Binnen de categorieaanduiding “II” zijn bedrijven tot en met de middelzware<br />
milieucategorieën toegestaan. Het betreft bedrijven tot en met de milieucategorie<br />
3 die zijn gevestigd op Bedrijventerrein Vijfhuizen / Zevenhuizen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 42 06-17-03<br />
Tenslotte is de categorieaanduiding “III” toegekend aan het overige deel<br />
van Industrieterrein Oost. De toegestane bedrijven behoren tot de milieucategorieën<br />
1 tot en met 4. In dit deel van het plangebied bevindt zich een<br />
aantal bedrijven uit een hogere categorie. Deze bedrijven zijn daarom specifiek<br />
aangeduid door middel van de aanduiding op de plankaart.<br />
Geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven<br />
zijn niet toegestaan in het plangebied. De “Vuurwerkgigant Franeker”<br />
aan de Oostelijke Industrieweg is specifiek aangeduid.<br />
Om de bedrijven de nodige ontwikkelingsmogelijkheden te geven, zijn ruimte<br />
bebouwingsmogelijkheden opgenomen. De bouwvlakken op de plankaart<br />
geven aan waar de bedrijfsgebouwen gebouwd mogen worden. Het<br />
maximum bebouwingspercentage bedraagt 60% per bouwperceel, tenzij<br />
het bestaande bebouwingspercentage hoger bedraagt. Dit moet voorkomen<br />
dat de percelen op het industrieterrein volledig bebouwd worden,<br />
waardoor er voor parkeren en dergelijk geen ruimte meer overblijft, en de<br />
brandveiligheid daardoor in gevaar zou komen. Mits er binnen het bouwperceel<br />
voldoende parkeerruimte overblijft, is een vergroting van het percentage<br />
naar 80% mogelijk. Tevens is in verband met de brandveiligheid<br />
bepaald dat de bebouwing minimaal 5 meter vanuit de perceelgrens gebouwd<br />
dient te worden.<br />
Binnen de bestemming is het toegestaan tot 10 meter hoog te bouwen,<br />
tenzij de bestaande bouwhoogte hoger is.<br />
Een aantal bedrijven heeft een windturbine, bedoeld voor de energievoorziening<br />
op het eigen perceel. Een windturbine is aan te merken als een<br />
bouwwerk, geen gebouw zijnde. De bestaande windturbines zijn aangeduid<br />
op de plankaart omdat de hoogte (40 meter) groter is dan de bestemming<br />
mogelijk maakt. Het plaatsen van nieuwe windturbines wordt in dit bestemmingsplan<br />
niet mogelijk gemaakt.<br />
In het plangebied komen binnen de bestemming een aantal woningen voor.<br />
Deze zijn door middel van de aanduidingen “bedrijfswoning” en “woonhuis”<br />
aangeduid. De eerste aanduiding is van toepassing bij een woning die deel<br />
uitmaakt van een bedrijfsperceel. De andere aanduiding is voor een aantal<br />
woningen op Bedrijventerrein Zevenhuizen van toepassing. Deze woningen<br />
maken geen deel uit van een bedrijf. Gezien het karakter van deze delen<br />
van het plangebied als industrie- en bedrijventerrein, is een verdere toename<br />
van bedrijfswoningen en woonhuizen ongewenst. Deze woningen in het<br />
plangebied zijn daarom door middel van een aanduiding op de plankaart<br />
geregeld. Het is niet toegestaan nieuwe bedrijfswoningen of woonhuizen,<br />
behalve als vervanging van de huidige, in het plangebied te situeren.<br />
Tenslotte is het gebouw van de postduivenvereniging geregeld door middel<br />
van de aanduiding “verenigingsgebouw”.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 43<br />
- Detailhandel -<br />
Onder de bestemming “Detailhandel” vallen twee winkels met magazijn,<br />
aan de A. van Voorthuysenweg en de J. Stapertlaan. De winkelactiviteiten<br />
aan de A. van Voorthuysenweg hebben betrekking op de verkoop van automaterialen,<br />
gereedschappen en verven. Aan de J. Stapertlaan hebben de<br />
winkelactiviteiten betrekking op de verkoop van computerbenodigdheden.<br />
De bebouwingsbepalingen zijn afgestemd op de feitelijke situatie. Het is<br />
niet toegestaan op deze gronden een supermarkt uit te oefenen.<br />
- Groen -<br />
De bestemming "Groen" heeft betrekking op het omvangrijkere (openbaar)<br />
groen in het plangebied, in de vorm van bermen, groenstroken, plantsoenen<br />
en speelterreinen. Realisatie van speeltoestellen is binnen de bestemming<br />
mogelijk. Voor de groenstrook nabij het station is het toegestaan<br />
de gronden te gebruiken ten behoeve van volkstuinen. Dit is door middel<br />
van een aanduiding op de plankaart geregeld. Binnen deze bestemming<br />
zijn geen gebouwen toegestaan. Een uitzondering hierop vormt de molen,<br />
die tussen de Leeuwarderweg en de Van Andel Ripkestraat is gelegen.<br />
Deze molen is specifiek aangeduid.<br />
- Horeca -<br />
Hotel-restaurant De Bleek aan de Stationsweg is onder de bestemming<br />
“Horeca” gebracht. Hiermee wordt het huidige gebruik mogelijk gemaakt.<br />
Het is niet toegestaan een bar-/dancing op deze gronden uit te oefenen.<br />
Het bouwvlak en de maximale bouw- en goothoogte is afgestemd op de feitelijke<br />
situatie. De woning, die aan het hotel-restaurant is gebouwd, is onder<br />
de bestemming “Wonen - 2” gebracht.<br />
- Kantoor -<br />
Het aan de A.M. van Schurmansingel aanwezige kantoor is onder deze bestemming<br />
(“Kantoor”) ondergebracht. Ook hier is het bouwvlak en de<br />
maximale bouw- en goothoogten afgestemd op de feitelijke situatie. Bij beëindiging<br />
van het bedrijf kan, door middel van het toepassen van een wijzigingsbevoegdheid,<br />
de bestemming onder een aantal voorwaarden worden<br />
gewijzigd in een woonbestemming.<br />
- Maatschappelijk -<br />
De bestemming “Maatschappelijk” heeft betrekking op de diverse maatschappelijke<br />
voorzieningen in het plangebied. De bestemming is toegekend<br />
aan de basisschool, het verenigingsgebouw en het wijkgebouw. Alleen direct<br />
aan de maatschappelijke functie gekoppelde detailhandel is toegestaan,<br />
een zelfstandige vorm van detailhandel is uitgesloten. Dit geldt ook<br />
voor een horecafunctie. Bouwvlakken op de kaart geven aan waar de gebouwen<br />
mogen worden gebouwd. Alle gebouwen, dus ook ondergeschikte<br />
gebouwtjes zoals opslagschuurtjes en fietsenstallingen, dienen binnen het<br />
bouwvlak te worden gebouwd. Als de ruimte en de situatie ter plaatse het<br />
toelaat, en dit voor het functioneren van de voorziening noodzakelijk is, zijn<br />
enige uitbreidingsmogelijkheden geboden en is het bouwvlak ruimer getekend<br />
dan de bestaande bebouwing.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 44 06-17-03<br />
Ook deze bestemming kan door middel van het toepassen van een wijzigingsbevoegdheid,<br />
onder een aantal voorwaarden, worden gewijzigd in een<br />
woonbestemming.<br />
In enkele gevallen moet, met name vanwege het straat- en bebouwingsbeeld<br />
en belangen van omwonenden, worden voorkomen dat het bouwvlak<br />
geheel wordt volgebouwd. Voor die gevallen is een maximaal bebouwingspercentage<br />
in het bouwvlak opgenomen.<br />
Overigens kan van de hierboven bedoelde bouwvoorschriften wel onder<br />
voorwaarden vrijstelling worden verleend.<br />
Verder is voor de verschillende gebouwen steeds een maximale bouwhoogte<br />
op de kaart opgenomen (welke over het algemeen is afgestemd op<br />
de huidige en daarmee vaak ook gewenste situatie) en daar waar nodig, in<br />
verband met het gewenste straat- en bebouwingsbeeld, naast een bouwhoogte,<br />
ook een maximale goothoogte.<br />
- Sport -<br />
De bestemming “Sport" regelt beide sportvelden in het zuiden van het<br />
plangebied, in het middenterrein van de A.M. van Schurmansingel en tussen<br />
de Jan Stapertlaan en de spoorlijn. Naast ruimte voor sportvelden en<br />
tennisbanen, en naar aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen, is binnen<br />
de bestemming ruimte gelaten voor onder meer groenvoorzieningen,<br />
paden en een parkeervoorzieningen.<br />
Tevens zijn binnen de bestemming gebouwen toegestaan ten behoeve van<br />
sport- en recreatieve voorzieningen, zoals een kantine en/of kleedruimtes.<br />
Deze gebouwen mogen uitsluitend worden gerealiseerd in de daarvoor op<br />
de plankaart aangegeven gebieden (bouwvlakken). Buiten deze bouwvlakken<br />
mag binnen het bestemmingsvlak maximaal 100 m 2<br />
aan kleine, ondergeschikte<br />
gebouwtjes worden gebouwd. Dergelijke gebouwtjes voor onderhoud<br />
en beheer en dergelijke zijn, in verband met de gewenste flexibiliteit,<br />
niet qua locatie maar alleen qua maximale oppervlakte en hoogte vastgelegd.<br />
Alhoewel een kantine een horecafunctie vervult, is het niet de bedoeling dat<br />
hier zelfstandige horeca plaatsvindt, dus horeca die niet gekoppeld is aan<br />
de sport- en recreatieve voorzieningen.<br />
- Verkeer -<br />
De bestemming "Verkeer" heeft betrekking op de doorgaande wegen in het<br />
plangebied en de wegen op het Industrieterrein Oost:<br />
- de Burgemeester J. Dijkstraweg;<br />
- de Leeuwarderweg - Oud Kaatsveld - A.M. van Schurmansingel -<br />
Tzummerweg;<br />
- de Jan Stapertlaan;<br />
- de A. van Voorthuysenweg - Schalsumerweg.<br />
Deze hebben een ontsluitingsfunctie voor het oostelijk deel van Franeker<br />
en zijn dan ook, in tegenstelling tot de overige wegen / woonstraten in het<br />
plangebied, die meer het karakter van een verblijfsgebied hebben en waarvoor<br />
over het algemeen een 30 km/uur-regime van toepassing is. De doorstroming<br />
van het verkeer staat voorop.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 45<br />
Dit geldt tevens voor de wegen op Industrieterrein Oost en de ontsluitingsroute<br />
van en naar het industrieterrein via de J. Stapertlaan. Voor deze wegen<br />
geldt een geluidzone op basis van de Wet geluidhinder, aangezien hier<br />
een maximumsnelheid van 50 km/uur (of meer) van toepassing is.<br />
Een uitzonering hierop vormt de A. van Voorthuysenweg - Schalsumerweg,<br />
die een ontsluitende functie biedt van en naar de dorpen ten noordoosten<br />
van Franeker, maar tevens het karakter van een verblijfsgebied heeft.<br />
Binnen de bestemming is het aanleggen van wegen en paden of het anderszins<br />
inrichten van het bestemmingsvlak in afwijking van het op de<br />
plankaart aangegeven dwarsprofiel, dan ook in principe niet mogelijk, omdat<br />
daardoor de geluidbelasting op de gevel van de aangrenzende woningen<br />
zou kunnen toenemen. Wél kan van het aangegeven dwarsprofiel vrijstelling<br />
worden verleend, mits hierdoor geen wezenlijke verslechtering van<br />
de geluidssituatie optreedt.<br />
Langs het Van Harinxmakanaal bestaat op Industrieterrein Oost, binnen de<br />
bestemming “Verkeer”, de mogelijkheid de gronden te gebruiken ten behoeve<br />
van laad- en loskade.<br />
- Verkeer - Rail-<br />
Het treinstation aan de A.M. van Schurmansingel is met het bijbehorende<br />
stationsgebouw en parkeerterrein geregeld onder de bestemming “Verkeer<br />
- Rail”. Alleen binnen het bouwvlak is het toegestaan stationsgebouwen te<br />
situeren. Overige gebouwen zijn niet toegestaan.<br />
- Verkeer - Verblijf -<br />
De bestemming “Verkeer - Verblijf" is bedoeld voor de (woon)straten en<br />
paden in het plangebied, waar momenteel of in de toekomst een 30<br />
km/uur-regime geldt of gaat gelden. Niet de doorgaande ontsluitingsfunctie,<br />
maar de verblijfsfunctie staat voorop. In beperkte mate zijn binnen de bestemming<br />
garageboxen toegestaan, indien de gronden op de kaart zijn<br />
voorzien van de aanduiding "garageboxen".<br />
- Water -<br />
De bestemming "Water" heeft betrekking op onder meer het Van Harinxmakanaal<br />
en de Oude Trekvaart, die het plangebied van oost naar west<br />
doorkruisen. Verder zijn ook de structuurbepalende waterlopen en waterpartijen<br />
onder deze bestemming gebracht.<br />
De nieuwe brug tussen Vijfhuizen en de Salverderweg is door middel van<br />
de aanduiding “brug” geregeld.<br />
Het bestemmingsplan gaat niet in op aanleggelegenheid; hiervoor is de<br />
gemeentelijke Ligplaatsenverordening het aangewezen instrument. De ligplaats<br />
van beide woonschepen in de Oude Trekvaart is door middel van de<br />
aanduiding “woonschip” op de plankaart vastgelegd, waarbij de afmetingen<br />
van de woonschepen als uitgangspunt hebben gediend.<br />
- Wonen - 1, - 2 en - 3 -<br />
De bestemming "Wonen" is toegekend aan alle grondgebonden woningen<br />
in het plangebied. Deze bestemming heeft betrekking op het merendeel<br />
van de gronden in het plangebied, behalve Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein<br />
Vijfhuizen / Zevenhuizen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 46 06-17-03<br />
Het onderscheid tussen “Wonen - 1”, “Wonen - 2” en “Wonen - 3” heeft te<br />
maken met het verschil in goot- en bouwhoogte van de woningen.<br />
“Wonen - 1” heeft betrekking op alle woningen bestaande uit één bouwlaag<br />
met een kap, “Wonen - 2” betreft de woningen in twee bouwlagen met kap.<br />
Alle overige woningen zijn onder de bestemming “Wonen - 3” opgenomen.<br />
Dit onderscheid is opgenomen teneinde het bestaande ruimtelijk beeld zoveel<br />
mogelijk te handhaven. Een aantal woningen binnen de bestemming<br />
“Wonen - 2” heeft geen kap, maar een plat dak. Voor deze woningen is een<br />
specifieke regeling getroffen door middel van de aanduiding “plat dak”.<br />
Binnen de bouwvoorschriften wordt verder onderscheid gemaakt tussen<br />
hoofdgebouwen enerzijds en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen<br />
anderzijds. Voor de hoofdgebouwen zijn bouwvlakken op de plankaart<br />
ingetekend waarbinnen deze gebouwd moeten worden. Daarbij is zoveel<br />
mogelijk een vaste bouwvlakdiepte aangehouden. Dat betekent dat er<br />
in veel gevallen nog ruimte binnen het bouwvlak is voor een vergroting van<br />
het hoofdgebouw, de woning. Daar waar de ruimte al volledig benut is, kan<br />
eventueel, onder voorwaarden, via een binnenplanse vrijstelling, gedeeltelijk<br />
buiten het bouwvlak worden gebouwd.<br />
Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen is bepaald dat<br />
deze in principe 3 meter achter de naar de weg gekeerde gevel van de woning<br />
moeten worden gebouwd. Dit in verband met het voorkomen van een<br />
rommelig straat- en bebouwingsbeeld.<br />
Verder mag bij iedere woning 80% van de oppervlakte van een hoofdgebouw<br />
aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd<br />
(los van eventuele bouwvergunningsvrije mogelijkheden). Bij vrijstelling<br />
is eventueel een groter aantal vierkante meters mogelijk, waarbij<br />
maximaal 100% van de oppervlakte van het hoofdgebouw aan aan- en uitbouwen,<br />
bijgebouwen en overkappingen mag worden gebouwd. In beide situaties<br />
mag ten hoogte 50% van de oppervlakte van het erf worden bebouwd,<br />
met een maximum van 100 m 2<br />
aan- en uitbouwen, bijgebouwen en<br />
overkappingen.<br />
Ter hoogte van zoneplichtige wegen zijn de bouwvlakken stak om de woningen<br />
getrokken, waardoor het niet mogelijk is dichter naar deze wegen<br />
toe te bouwen. De geluidsbelasting van geluidsgevoelige gebouwen<br />
(woonhuizen, inclusief aan- en uitbouwen) mag verder niet hoger zijn dan<br />
de daarvoor geldende voorkeurgrenswaarde of een verkregen hogere<br />
grenswaarde. Dit is als voorwaarde bij de relevante vrijstellingen opgenomen.<br />
Hierbij gelden de normen van de Wet geluidhinder als uitgangspunt.<br />
Binnen de bestemmingen is een tweetal functies ondergebracht waarvoor<br />
een specifieke regeling is opgenomen. Dit is voor de hobbywinkel aan Vijfhuizen<br />
2 (aanduiding “hobbywinkel”) en een stalling voor voertuigen aan<br />
Vijfhuizen 5 (aanduiding “stalling”).<br />
- Wonen - Wooncentrum -<br />
De bestemming “Wooncentrum” is opgenomen voor het woonzorgcentrum<br />
aan de Klaarkampstraat. Naast het wonen zijn hier tevens sociale en medische<br />
voorzieningen toegestaan. Het bouwen van bijgebouwen is binnen<br />
deze bestemming niet aan de orde.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 47<br />
De bouwhoogte van het wooncentrum is op de plankaart aangegeven,<br />
waarbij de bestaande situatie is aangehouden.<br />
Alle gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd (de loopbrug<br />
valt hier ook onder). Ter plekke van de aanduiding “onderdoorgang” is<br />
het bouwen van gebouwen het tot een hoogte van 2,50 meter niet toegestaan.<br />
Binnen de bestemming zijn garageboxen toegestaan, indien de gronden op<br />
de kaart zijn voorzien van de aanduiding "garageboxen".<br />
- Wonen - Woongebouw -<br />
Daar waar sprake is van gestapelde woningen (bijvoorbeeld in de vorm van<br />
een flat of appartementengebouw), zijn deze woningen bestemd als “Wonen<br />
- Woongebouw”. Deze hebben een andere verschijningsvorm dan “reguliere”<br />
grondgebonden woningen en ook de reguliere bijgebouwenregeling<br />
is hier niet van toepassing.<br />
De goot- en bouwhoogte van de woongebouwen zijn, zoveel mogelijk overeenkomstig<br />
de bestaande situatie, op de plankaart vastgelegd. De woongebouwen<br />
dienen binnen de bouwvlakken te worden gebouwd.<br />
Buiten de bouwvlakken is er bij ieder woongebouw een mogelijkheid voor<br />
het bouwen van bijgebouwen, zoals stallingen.<br />
Binnen de bestemming zijn garageboxen toegestaan, indien de gronden op<br />
de kaart zijn voorzien van de aanduiding "garageboxen". Ook de carports<br />
bij het appartementengebouw aan de Thorbeckestraat zijn specifiek aangeduid.<br />
6. 3. <strong>Toelichting</strong> op de uit te werken bestemming<br />
- Wonen - Woongebouw - Uit te werken -<br />
De locatie van de voormalige landbouwschool, op de hoek van de Meester<br />
G. Groen van Prinstererlaan en de Prins Willem de Zwijgerlaan is als nader<br />
uit te werken bestemming op de plankaart opgenomen. Deze plek kan worden<br />
ingevuld met een woongebouw dat plaats biedt aan ten hoogste 10<br />
woningen.<br />
6. 4. <strong>Toelichting</strong> op dubbelbestemmingen<br />
- Aandachtszone vaarweg -<br />
Het betreft een dubbelbestemming die voortvloeit uit de wens om vaarwegen<br />
op een aantal punten te vrijwaren van ongewenste ontwikkelingen.<br />
Hierbij moet worden gedacht aan de bescherming van het doelmatig en<br />
veilig functioneren van de nabijgelegen vaarweg. Op de plankaart is een<br />
strook van 30,00 meter langs het Van Harinxmakanaal en 10,00 meter<br />
langs de Oude Trekvaart aangegeven ten behoeve van het onderhoud en<br />
beheer van de oever en de kade langs het kanaal; het betreft hier tevens<br />
een veiligheidszone.<br />
Deze strook heeft de aanvullende bestemming “Aandachtszone vaarweg”<br />
gekregen en is afgestemd op de Provinciale Vaarwegenverordening.<br />
Binnen de aanvullende bestemming is een strook van 20,00 meter langs<br />
het Van Harinxmakanaal en 5,00 meter langs de Oude Trekvaart nader<br />
aangeduid als “bebouwingsvrije zone”.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 48 06-17-03<br />
Binnen deze zone mag in principe niet worden gebouwd. De zone is niet<br />
van toepassing op bestaande bebouwing binnen de zone.<br />
Bouwwerken ten behoeve van de basisbestemmingen kunnen hier worden<br />
opgericht nadat ontheffing is verleend op grond van de Provinciale Vaarwegenverordening.<br />
- Geluidszone -<br />
Deze dubbelbestemming hangt samen met de beschreven zonering van<br />
Industrieterrein Oost en Bedrijventerrein Zuid op grond van de Wet geluidhinder.<br />
Industrieterrein Oost maakt grotendeels deel uit van het gezoneerde<br />
terrein. Ten westen en noorden van dit gezoneerde terrein, is de plankaart<br />
voorzien van de dubbelbestemming “Geluidszone”, in verband met<br />
het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het industrieterrein<br />
op geluidsgevoelige objecten. Het betreft de woning aan de A.M. van<br />
Schurmansingel 16 en een deel van de woningen aan Zevenhuizen.<br />
In verband met het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege<br />
bedrijventerrein Zuid op geluidsgevoelige gebouwen, is in het zuidwesten<br />
van het plangebied eveneens een geluidszone opgenomen op de plankaart,<br />
ter hoogte van de Stationsweg.<br />
De op grond van de voorschriften bij de basisbestemmingen toegelaten geluidsgevoelige<br />
gebouwen of de uitbreiding daarvan binnen deze zone, mogen<br />
slechts worden gebouwd als de geluidsbelasting, veroorzaakt door het<br />
industrieterrein, op de gevels van deze geluidsgevoelige gebouwen niet<br />
hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een hogere<br />
grenswaarde.<br />
- Leiding - Water -<br />
Binnen het plangebied zijn hoofdwaterleidingen van Vitens gelegen die<br />
planologische bescherming behoeven. Dienovereenkomstig zijn deze leidingen,<br />
met de bijbehorende beheersstroken (van 5 meter aan weerszijden<br />
van de leidingen), voorzien van de aanvullende bestemming “Leiding - Water”<br />
(tracé p.m.). Binnen deze bestemming mag in beginsel niet worden gebouwd,<br />
tenzij hiervoor toestemming is verkregen van de leidingbeheerder<br />
(i.c. Vitens).<br />
- Straalpad -<br />
Het bij de zendmast van de KPN behorende straalpad, is van een gelijknamige<br />
bestemming voorzien. Binnen dit gebied mag geen bebouwing hoger<br />
dan 35 meter worden opgericht, om te voorkomen dat daardoor de<br />
straalverbinding wordt doorbroken.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 49<br />
7. UITVOERBAARHEID<br />
Wettelijk bestaat de verplichting om inzicht te geven in de uitvoerbaarheidsaspecten<br />
van een bestemmingsplan. In dat verband wordt een onderscheid<br />
gemaakt tussen de maatschappelijke en de economische uitvoerbaarheid.<br />
7. 1. Maatschappelijke uitvoerbaarheid<br />
Vanuit het oogpunt van maatschappelijke uitvoerbaarheid is de gemeente<br />
van mening dat belangenorganisaties en burgers moeten worden betrokken<br />
bij de voorbereiding van het onderhavige bestemmingsplan. Zij hebben<br />
in het kader van het vooroverleg kunnen reageren op de gemeentelijke beleidsvoornemens,<br />
zoals neergelegd in het voorontwerp bestemmingsplan.<br />
Om een ieder de gelegenheid te geven om zijn visie naar voren te brengen,<br />
is overeenkomstig de gemeentelijke Inspraakverordening, een Inspraakprocedure<br />
gevolgd. In dezelfde fase is het plan ook voorgelegd aan de betrokken<br />
diensten en instanties als bedoeld in het Overleg ex artikel 10 van<br />
het Besluit op de ruimtelijke ordening. Ten aanzien van alle ingekomen reacties<br />
is een standpunt bepaald, waarvan de resultaten waar nodig in het<br />
bestemmingsplan zijn worden verwerkt. Verwezen wordt naar het volgende<br />
hoofdstuk in deze toelichting.<br />
Daarna wordt het bestemmingsplan gereed gemaakt voor de wettelijke<br />
vaststellingsprocedure. Er is dan gelegenheid tot het schriftelijk kenbaar<br />
maken van zienswijzen bij de gemeenteraad en in een latere fase kunnen<br />
nog schriftelijke bedenkingen worden ingebracht bij Gedeputeerde Staten.<br />
In deze vaststellingsprocedure kunnen dus (opnieuw) bezwaren worden ingebracht,<br />
waarover in laatste instantie door de Afdeling bestuursrechtspraak<br />
van de Raad van State zal worden beslist.<br />
7. 2. Economische uitvoerbaarheid<br />
Het weergeven van de economische uitvoerbaarheid door middel van een<br />
cijfermatige opzet is in het kader van dit plan niet mogelijk, met uitzondering<br />
van de nog te ontwikkelen woningbouw op de locatie van de voormalige<br />
landbouwschool. Het onderhavige bestemmingsplan is in feite een herziening<br />
en actualisering van bestaande regelgeving. Het plan is daarom<br />
weinig tot niet uitvoeringsgericht, maar meer een aanvulling op c.q. verbetering<br />
van een bestaand beoordelings- en toetsingskader voor verdere<br />
ontwikkelingen in het plangebied. Met betrekking tot de economische uitvoerbaarheid<br />
kan dan ook worden opgemerkt dat het hier een nagenoeg<br />
bestaande situatie betreft die in een nieuwe planologische regeling is vervat.<br />
Voor de ontwikkeling van het wooncentrum op de locatie van de voormalige<br />
landbouwschool (hoek Mr. G. Groen van Prinstererlaan / Prins Willem de<br />
Zwijgerlaan zal, indien gebruik wordt gemaakt van de uitwerkingsbevoegdheid,<br />
in het desbetreffende uitwerkingsplan worden ingegaan op de economische<br />
uitvoerbaarheid van dit project.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 50 06-17-03<br />
8. OVERLEG EN INSPRAAK<br />
8. 1. Overleg<br />
In het kader van het wettelijk vooroverleg (het Overleg ex artikel 10 van het<br />
Besluit op de ruimtelijke ordening) is het voorontwerp van het bestemmingsplan<br />
Franeker - Oost en Schalsumerplan voorgelegd aan de volgende<br />
instanties:<br />
1. de Commissie van Overleg (CvO) met daarin vertegenwoordigd:<br />
− het hoofd van de Afdeling Ruimtelijke Plannen van de Hoofdgroep<br />
Maatschappij en Omgeving van de Provincie Fryslân (voorzitter<br />
CvO);<br />
− de procedure-coördinator van de Afdeling Ruimtelijke Plannen van<br />
de Hoofdgroep Maatschappij en Omgeving van de Provincie Fryslân<br />
(secretaris CvO);<br />
− het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu,<br />
VROM-Inspectie regio Noord (Groningen, Friesland en Drenthe);<br />
− het Ministerie van Economische Zaken, Regio Noord;<br />
− het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Directoraat-Generaal<br />
Rijkswaterstaat, de Hoofdingenieur-directeur Directie Noord-<br />
Nederland;<br />
− de Directeur van Directie Noord van het Ministerie van Landbouw,<br />
Natuur en Voedselkwaliteit;<br />
− de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten<br />
(voormalig de Rijksdienst voor de Monumentenzorg);<br />
2. het Ministerie van Defensie, Directie Noord/Ruimtelijke Ordening en Milieu<br />
te Zwolle;<br />
3. Vitens Fryslân te Leeuwarden;<br />
4. het Bijkantoor NV Nederlandse Gasunie;<br />
5. het Hoofdkantoor NV Nederlandse Gasunie te Groningen;<br />
6. Hûs en Hiem, Welstandsadvisering en Monumentenzorg te Leeuwarden;<br />
7. de Regionale brandweer te Leeuwarden;<br />
8. KPN Telecom BV, UTN Leidingbeheer te Zwolle;<br />
9. ProRail afdeling VMJB te Zwolle;<br />
10. de NV Nederlandse Spoorwegen, Bedrijfs- en Productontwikkeling te<br />
Utrecht;<br />
11. NUON te Duiven;<br />
12. het Wetterskip Fryslân te Leeuwarden;<br />
13. NV Essent te Leeuwarden;<br />
14. de Kamer van Koophandel Friesland te Leeuwarden;<br />
15. de Commerciële Club Franeker te Franeker;<br />
16. de Franeker Ondernemersvereniging H&N te Franeker.<br />
17. KPN Telecom BV, Vaste NET / UTN Straalverbindingen te Apeldoorn.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 51<br />
De schriftelijke reacties van de overlegpartners onder 1, 3, 5, 7, 10 en 12<br />
worden hierna afzonderlijk van commentaar voorzien. De overige instanties<br />
hebben aangegeven dat het voorontwerp van het bestemmingsplan Franeker<br />
- Oost en Schalsumerplan hen geen aanleiding geeft tot het maken van<br />
opmerkingen of hebben niet gereageerd. Alle ontvangen reacties zijn in bijlage<br />
1 bij deze toelichting aan het plan toegevoegd.<br />
Ad 1. Commissie van Overleg (CvO)<br />
Om duidelijk te maken hoeveel belang de provincie hecht aan de opmerkingen,<br />
zijn ze gecategoriseerd in de categorieën 1, 2 en 3, respectievelijk<br />
“harde uitgangspunten”, “overleg-/discussiepunten” en “kwaliteitsopmerkingen”.<br />
Deze categorisering is ontleend aan de Handleiding <strong>Gemeente</strong>lijke<br />
Plannen van de provincie Fryslân.<br />
Categorie 2 (overleg-/discussiepunten)<br />
In het kader van de externe veiligheid verzoekt de CvO de risicocontouren<br />
van de bedrijven op de kaart op te nemen en adviseert het advies van de<br />
MAD op te nemen.<br />
Reactie:<br />
Uit recente informatie blijkt dat bij het bedrijf Levo Productenmij BV aan de<br />
Prins Hendrikkade 1 niet meer dan 500 kg ammoniak wordt opgeslagen, in<br />
tegenstelling tot de 1000-2000 kg die in de toelichting van het voorontwerp<br />
bestemmingsplan is genoemd. Dit heeft tot gevolg dat de inrichting niet onder<br />
de werking van het BEVI valt. De plaatsgebonden risicocontour is hiermee<br />
vervallen. Het nut van het opnemen van een dergelijke risicocontour is<br />
hiermee eveneens vervallen. De toelichting van het bestemmingsplan is op<br />
dit punt aangepast.<br />
Voor vuurwerkinrichting “Vuurwerkgigant Franeker” aan de Oostelijke Industrieweg<br />
is in de toelichting een aantal veiligheidsafstanden genoemd. Binnen<br />
deze veiligheidsafstand zijn geen kwetsbare objecten gelegen en kunnen<br />
ook geen kwetsbare objecten worden gerealiseerd. Het opnemen van<br />
een risicocontour wordt daarom niet noodzakelijk geacht. Ter verduidelijking<br />
is in de toelichting een kaartje opgenomen waarin de veiligheidsafstanden<br />
exact zijn aangegeven.<br />
De huidige situatie van de twee aanwezige LPG tankstations wordt voortgezet<br />
aangezien het besluit tot het intrekken van de milieuvergunning is<br />
vernietigd door de Raad van State. Het bestemmingsplan gaat uit van een<br />
maximale doorzet van 1.000 m³ per jaar.<br />
De CvO merkt op dat de doorzet in de betreffende milieuvergunning moet<br />
worden gelimiteerd wil het plan kunnen uitgaan van de afstanden zoals deze<br />
bij de gelimiteerde doorzet horen. Niet duidelijk is of de vergunningen al<br />
zijn aangepast.<br />
De CvO merkt op dat de verantwoording van de overschrijding van het<br />
groepsrisico niet in de toelichting is opgenomen. Duidelijk is dat de oriënterende<br />
waarde wordt overschreden, maar met welke overwegingen dit acceptabel<br />
is, is niet duidelijk. Relevant hierbij is het advies van de brandweer.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 52 06-17-03<br />
De risicocontouren rond de LPG-tankstations ontbreken. Voor de volledigheid<br />
adviseert de CvO deze wel op te nemen.<br />
Reactie:<br />
Voor de twee aanwezige LPG- tankstations is de milieuvergunning gelimiteerd<br />
op 1000 m³ per jaar. Dit is bijgewerkt in de toelichting. Het plan kan<br />
dan ook uitgaan van de opgenomen afstanden.<br />
Wat betreft de risicocontour kan worden opgemerkt dat deze of geheel buiten<br />
het plangebied is gesitueerd (bij het Gulf Tankstation aan de Leeuwarderweg)<br />
of dat deze alleen betrekking heeft op de gronden die zijn bestemd<br />
als “Verkeer” (bij het Texaco Servicestation aan de Burgemeester J.<br />
Dijkstraweg).<br />
In het laatste geval is het niet mogelijk (beperkt) kwetsbare objecten op te<br />
richten.<br />
Het opnemen van de plaatsgebonden risicocontouren wordt daarmee niet<br />
noodzakelijk geacht.<br />
De CvO merkt op dat bij de uitwerkingsverplichtingen, in verband met de<br />
beoordeling van de uitvoerbaarheid, bij de vaststelling duidelijkheid dient te<br />
bestaan over de bodemkwaliteit.<br />
Reactie:<br />
In het plan is een uitwerkingsverplichting opgenomen voor de voormalige<br />
landbouwschool (Mr. G. Groen van Prinstererlaan / Prins Willem de Zwijgerlaan).<br />
In 2003 heeft Oranjewoud in opdracht van de gemeente <strong>Franekeradeel</strong><br />
in het kader van de voorgenomen transactie van het terrein en de<br />
voorgenomen ontwikkeling ten behoeve van woningbouw op het terrein,<br />
een bodemonderzoek uitgevoerd. Hieruit is naar voren gekomen dat er een<br />
verontreiniging aanwezig is die beperkt van omvang is. De aanwezigheid<br />
van actuele risico's voor mens en/of het ecosysteem ten gevolge van de<br />
verontreiniging wordt niet verwacht. Nader onderzoek is niet noodzakelijk.<br />
De tekst op blz. 8 en 35 van de toelichting over het Van Harinxmakanaal<br />
moet geactualiseerd worden. Het kanaal wordt geoptimaliseerd naar klasse<br />
IV, normaal profiel. Voor dit bestemmingsplan heeft dit tot gevolg dat het<br />
kanaal aan de zuidzijde wordt verbreed. De CvO verzoekt de gemeente<br />
hiermee rekening te houden, alsmede de beheersgrens en de bebouwingsvrije<br />
zone aan te passen.<br />
Reactie:<br />
Bij het opstellen van het bestemmingsplan heeft vooroverleg plaatsgevonden<br />
met de heer Niessen van de afdeling Verkeer en Vervoer van de provincie<br />
Fryslân. De beheersgrens en de bebouwingsvrije zone is naar aan-<br />
leiding van dit vooroverleg aangepast.<br />
Daarnaast is contact opgenomen met de heer Yntema van de provincie<br />
Fryslân. Deze heeft aangegeven dat de opwaardering van het Van Harinxmakanaal<br />
naar klasse IV nog niet is vastgesteld. Ook zijn er nog geen besluiten<br />
genomen over verbreding van het kanaal. Het opnemen van de<br />
eventuele verbreding achten wij dan ook niet noodzakelijk.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 53<br />
De nieuwbouw die geprojecteerd is aan de Willem de Zwijgerlaan grenst<br />
aan de zuidzijde aan het van Harinxmakanaal. De CvO merkt op dat alleen<br />
in uitzonderingssituaties toestemming wordt verleend voor het bouwen in<br />
de bebouwingsvrije zone.<br />
Reactie:<br />
Voor de -inmiddels reeds gerealiseerde- woningen aan de Prins Willem de<br />
Zwijgerlaan is toestemming verkregen voor het bouwen in de bebouwingsvrije<br />
zone. Voor deze woningen geldt dat het oprichten van extra bebouwing,<br />
zoals bijgebouwen, in de bebouwingsvrije zone niet is toegestaan,<br />
mits vrijstelling door Burgemeester en Wethouders is verleend en mits een<br />
ontheffing is verleend op grond van de Provinciale Vaarwegenverordening<br />
(door Gedeputeerde Staten).<br />
Categorie 3 (Kwaliteitspunten)<br />
Voor de goede orde merkt de CvO op, dat voor alle werken en werkzaamheden<br />
binnen de zone van 30 meter een ontheffing nodig is op grond van<br />
de Vaarwegenverordening Friesland.<br />
Reactie:<br />
De gemeente neemt dit voor kennisgeving aan en zal hiermee rekening<br />
houden.<br />
De CvO constateert dat de waterparagraaf niet compleet is. Het overleg<br />
met het waterschap is nog niet afgerond. De CvO adviseert om de waterparagraaf<br />
aan te vullen.<br />
Reactie:<br />
De waterparagraaf is aangevuld naar aanleiding van de Overlegreactie van<br />
het Wetterskip Fryslân.<br />
Binnen het plan bevinden zich 5 beschermde monumenten: 4 woonhuizen<br />
uit het begin van de 20 e<br />
eeuw en een poldermolen. Het verdient aanbeveling<br />
deze als toelichtend kaartje in de plantoelichting mee te nemen, dit ten<br />
behoeve van de signaalwerking.<br />
Reactie:<br />
Ten behoeve van de signaalwerking zullen de adressen van de beschermde<br />
monumenten opgenomen worden in de toelichting van het bestemmingsplan.<br />
Het gaat hierbij om de volgende adressen: Leeuwarderweg 17<br />
(en Albartus Teltingstraat 1), Van Ghemmenichstraat 2, Mr. Groen van<br />
Prinstererlaan 16, Salverderweg 12 en de poldermolen aan de Leeuwarderweg.<br />
De CvO merkt op dat bij de molen een molenbeschermingszone ontbreekt,<br />
waarmee ongewenste verstoring van de windvang door hoge bebouwing of<br />
beplanting kan worden voorkomen.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 54 06-17-03<br />
Reactie:<br />
Rond de molen is het bestemmingsplantechnisch niet mogelijk om hoge<br />
bebouwing op te richten. Het opnemen van een molenbeschermingszone is<br />
dan ook niet noodzakelijk. Bovendien is windvang in dit geval niet meer<br />
noodzakelijk voor het functioneren van de molen als zodanig, daar deze<br />
nog slechts een symbolische functie heeft. Het betreft een monumentale<br />
molen die geen functie meer heeft in het kader van de waterhuishouding.<br />
Ad 3. Vitens Fryslân<br />
Vitens Fryslân wijst er op dat er binnen de grenzen van het bestemmingsplan<br />
een transportleiding en distributieleidingen liggen voor de watervoorziening<br />
van de huidige situatie.<br />
Vitens vraagt de gemeente rekening te houden met de aanwezigheid van<br />
deze leidingen en bij de verdere invulling van de plannen voor de eventuele<br />
aanleg van nieuwe leidingen een nutsstrook te creëren in de vorm van een<br />
trottoir en/of grasstrook. De grasstrook dient vrij te worden gehouden van<br />
bomen en/of diepwortelende struiken en voor de nutsstrook dient een<br />
breedte van 1,80 m te worden aangehouden.<br />
Reactie:<br />
De gemeente neemt dit voor kennisgeving aan en zal hiermee rekening<br />
houden bij de uitwerking van het bestemmingsplan.<br />
Ad 5. N.V. Nederlandse Gasunie<br />
De Nederlandse Gasunie heeft het voorontwerp bestemmingsplan getoetst<br />
aan het nieuwe externe veiligheidsbeleid van het ministerie van VROM, zoals<br />
dat naar verwachting in 2009 in werking zal treden middels de AmvB<br />
Buisleidingen. De circulaire “Zonering langs hogedruk-aardgastransportleidingen”<br />
uit 1984 zal dan komen te vervallen.<br />
Op grond van deze toetsing komt de Gasunie tot de conclusie dat het plangebied<br />
buiten de 1% letaliteitsgrens van de leiding(en) valt. Daarmee staat<br />
vast dat de leiding(en) geen invloed heeft (hebben) op de verdere planontwikkeling.<br />
Reactie:<br />
Het bestemmingsplan voldoet hiermee aan het nieuwe externe veiligheidsbeleid<br />
van het ministerie van VROM. De leidingen hebben dan ook geen<br />
invloed op de verdere planontwikkeling. De toelichting bij het bestemmingsplan<br />
is op dit punt aangevuld.<br />
Ad 7. Regionale brandweer<br />
Brandweer Fryslân heeft een advies uitgebracht met betrekking tot de externe<br />
veiligheid in relatie tot het bestemmingsplan Franeker - Oost en<br />
Schalsumerplan.<br />
Voor de risicovolle inrichtingen in het plangebied geldt dat er geen kwetsbare<br />
bestemmingen binnen de 10 -6 -contour liggen. Het invloedsgebied voor<br />
de twee aanwezige tankstations staat niet op de plankaart.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 55<br />
Het bestemmingsplan maakt verder geen ontwikkelingen mogelijk binnen<br />
het invloedsgebied. Voor beide tankstations geldt ook dat er geen groepsrisico-berekening<br />
is uitgevoerd. Deze dienen alsnog uitgevoerd te worden.<br />
De vestiging van nieuwe risicovolle inrichtingen wordt uitgesloten. Het bestemmingsplan<br />
sluit geen functies voor verminderd zelfredzame personen<br />
binnen het invloedsgebied van de LPG-tankstations uit.<br />
Over het Van Harinxmakanaal en over de spoorlijn Leeuwarden - Harlingen<br />
vindt geen vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. De A31 is vanwege de<br />
afstand tot het plangebied niet relevant voor het bestemmingsplan.<br />
De brandweer adviseert in relatie tot het bestemmingsplan:<br />
- het uitvoeren van een groepsrisicoberekening en het invulling geven<br />
aan de verantwoordingsplicht voor beide LPG-tankstations;<br />
- het opnemen van de invloedsgebieden van beide LPG-tankstations<br />
op de plankaarten;<br />
- andere mogelijke risicovolle inrichtingen binnen het plangebied te<br />
onderzoeken;<br />
- het uitsluiten van functies voor verminderd zelfredzame personen<br />
binnen het invloedsgebied van de LPG-tankstations;<br />
- de ontbrekende informatie op het gebied van bestrijdbaar en bereikbaarheid<br />
van de hulpdiensten en de zelfredzaamheid te verzamelen<br />
en te analyseren. Dit om te kijken of er zich hierbij knelpunten<br />
voordoen.<br />
Daarnaast adviseert Brandweer Fryslân:<br />
- wanneer er geen aanvalsplannen voor de LPG-tankstations aanwezig<br />
zijn, het regionale model aanvalsplan te gebruiken dat in 2008<br />
aan alle brandweerkorpsen beschikbaar wordt gesteld.<br />
Reactie:<br />
Uit de toelichting bij het voorontwerp bestemmingplan en ook uit het onderzoek<br />
van de Regionale Brandweer blijkt dat er geen kwetsbare bestemmin-<br />
-6<br />
gen binnen de 10 -contour liggen.<br />
In de reactie op de Overlegreactie van de CvO (Ad 1) met betrekking tot<br />
LPG is gemotiveerd waarom de risicocontouren niet zijn opgenomen in de<br />
juridische regeling van het bestemmingsplan.<br />
Ook is in de toelichting van het voorontwerpbestemmingsplan een groepsrisicoberekening<br />
omschreven, waaruit blijkt dat de oriënterende waarde<br />
wordt overschreden.<br />
Het bestemmingsplan maakt geen verdere ontwikkelingen van kwetsbare<br />
objecten mogelijk binnen het invloedsgebied. Het groepsrisico kan en zal<br />
daardoor niet toenemen. Het opnemen van een aparte veiligheidscirkel<br />
wordt dan ook niet noodzakelijk geacht.<br />
De Regionale Brandweer adviseert de gemeente om te onderzoeken of er<br />
nog andere risicovolle inrichtingen in het gebied zijn.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 56 06-17-03<br />
Uit de beantwoording van de Overlegreactie van de CvO (Ad 1) met betrekking<br />
tot risicovolle inrichtingen valt te lezen dat het bedrijf Levo Productenmij<br />
BV aan de Prins Hendrikkade 1 niet meer onder de werking van het<br />
BEVI valt. Een aanvullende juridische regeling en een verantwoording van<br />
het groepsrisico zijn daarmee niet noodzakelijk.<br />
Daarnaast blijkt uit de risicokaart provincie Fryslân dat er in het plangebied<br />
een voorziening aanwezig is die niet onder het BEVI valt, maar waaraan<br />
vanuit externe veiligheidsoogpunt wel aandacht moet worden besteed. Het<br />
betreft een vuurwerkinrichting, Vuurwerkgigant Franeker, aan de Oostelijke<br />
Industrieweg 19.<br />
Ook voor de spoorlijn Harlingen - Leeuwarden en het Van Harinxmakanaal<br />
is externe veiligheid van belang. In de toelichting bij dit plan wordt hierop<br />
ingegaan.<br />
De Regionale Brandweer adviseert de gemeente verder om functies voor<br />
verminderd zelfredzame personen binnen het invloedsgebied van de LPGtankstations<br />
uit te sluiten.<br />
Om te kunnen bepalen of het groepsrisico wel of niet aanvaardbaar kan<br />
worden geacht, is onder andere de mate van zelfredzaamheid van personen<br />
en bestrijdbaarheid van het incident van belang. Bestemmingen die<br />
kunnen leiden tot een groot aantal minder redzame personen komen in het<br />
onderhavige geval niet voor binnen de invloedsgebieden. Het betreft hier<br />
bijvoorbeeld bestemmingen die zorg- en onderwijsgebouwen mogelijk maken.<br />
Het verder uitsluiten van een bepaalde groep mensen binnen een gebied<br />
achten wij niet noodzakelijk en bovendien juridisch gezien niet mogelijk.<br />
De risicovolle inrichtingen zijn verder langs doorgaande wegen gesitueerd<br />
waardoor de bereikbaarheid niet tot problemen leidt. Ook reikt het WAS<br />
(waarschuwings- en alarmeringssysteem) tot binnen het plangebied, zodat<br />
personen ten tijde van een calamiteit via dit systeem gewaarschuwd kunnen<br />
worden.<br />
Ad 10. NV Nederlandse Spoorwegen<br />
In het bestemmingsplan vallen de gronden die direct ten noorden en ten<br />
oosten van het station Franeker liggen onder de bestemming ‘Groen’. Met<br />
het oog op toekomstige ontwikkelingen, i.c. uitbreiding van de fietsenstalling<br />
en het parkeren, zou de Nederlandse Spoorwegen deze bestemming<br />
graag gewijzigd willen hebben in een bestemming die de genoemde ontwikkeling<br />
mogelijk maakt.<br />
Reactie:<br />
De plannen voor uitbreiding van de fietsenstalling en het parkeren zijn nog<br />
niet voldoende concreet. Deze plannen worden dan ook nog niet opgenomen<br />
in dit bestemmingsplan. Zonodig zal hiervoor te zijner tijd een afzonderlijke<br />
planologische procedure worden gevoerd.<br />
Ad 12. Wetterskip Fryslân<br />
Wetterskip Fryslân mist in de waterparagraaf van de toelichting één van de<br />
meest belangrijke uitgangspunten van het nieuwe beleid van het waterschap.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 57<br />
In het kader van het thema ‘Ruimte voor Water’, mag het totale oppervlak<br />
aan open water niet afnemen. Ook mag er geen versnelde afvoer van regenwater<br />
uit het gebied zijn. Door een toename van het verharde oppervlak<br />
zal hemelwater sneller in het oppervlaktewater terecht komen en zal er een<br />
versnelde afvoer plaatsvinden. Om dit te voorkomen dient de toename van<br />
het verharde oppervlak gecompenseerd te worden. Dit kan door extra waterberging<br />
binnen het gebied te creëren.<br />
Daarom hanteert Wetterskip Fryslân bij nieuwbouwplannen / uitbreidingen<br />
het beleid dat 10% van de toename van het verhard oppervlak aan open<br />
water bijgemaakt dient te worden. Dit beleid ziet Wetterskip Fryslân graag<br />
opgenomen in de artikelen onder artikel 15.2 respectievelijk artikel 9.2.<br />
Reactie:<br />
Het bestemmingsplan heeft grotendeels een conserverend karakter, het<br />
plan maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Voor de waterhuishoudkundige<br />
aspecten zijn in het kader van de vigerende bestemmingsplannen<br />
of vrijstellingsprocedures afspraken gemaakt met Wetterskip Fryslân. Het<br />
water in het plangebied is als zodanig inbestemd. Van een versnelde afvoer<br />
van hemelwater of een toename van verhard oppervlak is dan ook<br />
geen sprake.<br />
De enige nieuwe ontwikkeling die het plan mogelijk maakt, is het appartementengebouw<br />
dat gerealiseerd wordt door middel van een uit te werken<br />
bestemming “Wonen - Woongebouw - Uit te werken”. Momenteel is op dit<br />
perceel het pand van de voormalige landbouwschool aanwezig. In het kader<br />
van het uitwerken van deze bestemming zal de watertoets worden<br />
doorlopen. Dit betekent dat het waterschap om advies wordt gevraagd en<br />
dat afspraken zullen worden gemaakt over onder meer de afvoer van hemelwater,<br />
en compensatie van een eventuele toename van verhard oppervlak.<br />
Daarvan zal overigens waarschijnlijk geen sprake zijn, vanwege het<br />
feit dat de nu nog aanwezige school een groot deel van het betreffende<br />
perceel in beslag neemt.<br />
8. 2. Inspraak<br />
In het kader van de Inspraak heeft het voorontwerp van het Bestemmingsplan<br />
Franeker - Oost en Schalsumerplan met ingang van 13 maart 2008<br />
gedurende zes weken ter inzage gelegen, waarbij de mogelijkheid bestond<br />
voor een ieder om schriftelijk en/of mondeling op het plan te reageren. Van<br />
deze mogelijkheid is gebruik gemaakt door:<br />
1. diverse bewoners van de Mr. G. Groen van Prinstererlaan, Van Ghemmenichstraat<br />
en Prins Willem de Zwijgerlaan te Franeker;<br />
2. C. Hanenburg, A. van Voorthuijsenweg 36A, 8802 ZA Franeker;<br />
3. G.F. Zeinstra, A.M. van Schurmansingel 16, 8801 JS Franeker.<br />
De Inspraakreacties worden hierna samengevat en voorzien van een gemeentelijke<br />
reactie. De originele Inspraakreacties zijn opgenomen in bijlage<br />
2 bij deze toelichting.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 58 06-17-03<br />
Ad 1. Diverse bewoners<br />
In het voorontwerp bestemmingsplan wordt de bestemming van de voormalige<br />
landbouwschool (Mr. G. Groen van Prinstererlaan / Prins Willem de<br />
Zwijgerlaan) veranderd in de bestemming ‘Wonen - Woongebouw - Uit te<br />
werken’.<br />
Insprekers geven aan bezwaar tegen deze wijziging te hebben, omdat:<br />
- hieraan geen structuurvisie, ruimtelijke onderbouwing of projectbesluit<br />
ten grondslag ligt;<br />
- mogelijke andere bestemmingen niet zijn beschouwd, waarbij zowel<br />
stedenbouwkundige, ruimtelijke en maatschappelijke aspecten tegen<br />
elkaar zijn afgewogen en de belangen van de buurt en de direct omwonenden<br />
op een evenwichtige manier worden meegenomen. Ook de<br />
woonbestemming-optie is onvoldoende in varianten uitgewerkt;<br />
- door het ontbreken van een structuurvisie en ruimtelijke onderbouwing<br />
is geen programma van eisen ontwikkeld, waaraan de toekomstige bestemming<br />
van het terrein dient te voldoen. Ook zijn de bijbehorende<br />
voorschriften onvolledig;<br />
- de uitgangspunten zijn onvoldoende in samenhang gewaardeerd:<br />
o versterking van de huidige kwaliteit van wonen;<br />
o kwaliteitsverbetering van de omgeving;<br />
o toetsing aan ruimtelijk-functionele randvoorwaarden en het algemeen<br />
belang, zoals parkeervoorzieningen, behorend en passend<br />
(economische waarde) bij de eventueel te realiseren woonvoorzieningen,<br />
schaduwwerking over de omgeving (bezonningsplan) en<br />
hoogte in relatie met omliggende bebouwing en daardoor beperking<br />
van het uitzicht;<br />
o zoveel mogelijk de bebouwingspatronen en -structuren handhaven,<br />
waarbij aan waardevolle aspecten van verschillende, oudere<br />
bebouwingspatronen in het plangebied aandacht wordt besteed<br />
(cultuur-historie);<br />
o belang van structuren en (zicht)lijnen van onbebouwde gebieden<br />
(nog steeds een optie tot herstel);<br />
o het belang van een eventueel aanvullend bouwcontingent in ogenschouw<br />
te nemen, zeker in het licht van een krimpende behoefte in<br />
dit deel van het land.<br />
- er worden onevenredige belangen van omwonenden geschaad, die zullen<br />
leiden tot het verhalen van planschade.<br />
Insprekers verzoeken de vigerende bestemming te handhaven totdat in<br />
samenspraak met de belanghebbenden een passende bestemming met<br />
bijbehorende bestemmingsvoorschriften is ontwikkeld, en het totaal verwaarloosde<br />
terrein, ook in verband met de veiligheid, te ontruimen.<br />
Insprekers maken ook bezwaar tegen een aantal uitgangspunten en voorschriften:<br />
- onder de bestemming “Maatschappelijk” staat aangegeven dat deze<br />
bestemming onder een aantal voorwaarden kan worden gewijzigd in<br />
een woonbestemming.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 59<br />
Een inspraak-, bezwaar- en beroepsprocedure dient tot deze voorwaarden<br />
te behoren om de belangen van omwonenden te borgen (artikel<br />
10.6). Dit zou ook voor de vrijstelling van de bouwvoorschriften moeten<br />
gelden (artikel 10.4);<br />
- onder “Wonen – Woongebouw” staat aangegeven dat buiten de bouwvlakken<br />
de mogelijkheid is voor het bouwen van bijgebouwen, zoals<br />
stallingen;<br />
- van de bouwhoogte / nokhoogte van een bouwwerk worden ondergeschikte<br />
bouwdelen als liftkokers en lichtkappen uitgesloten (artikel 2).<br />
Reactie:<br />
Insprekers zijn van mening dat er geen visie ten grondslag ligt aan de plannen<br />
van de voormalige landbouwschool. In de Structuurvisie Stad Franeker<br />
2005-2015 staat echter dat de locatie Willem de Zwijgerlaan een herstructureringslocatie<br />
is in de periode tot 2010 en waaraan een woonfunctie toegekend<br />
kan worden. Tevens staat in het Woonplan van de gemeente <strong>Franekeradeel</strong><br />
2005-2010 aangegeven dat de locatie landbouwschool aan de<br />
Willem de Zwijgerlaan wordt ingevuld met woningbouw.<br />
Reeds in het vigerende bestemmingsplan Franeker - Oost is een wijzigingsbevoegdheid<br />
opgenomen voor het wijzigen van de bestemming “Bijzondere<br />
doeleinden” in “Woondoeleinden”. Dit betekent dat bij het opstellen<br />
van dit bestemmingsplan al rekening werd gehouden met een andere invulling<br />
van het betreffende perceel.<br />
Het plan is wel degelijk beoordeeld op de gevolgen voor de woonfunctie in<br />
het plangebied. Tevens is getoetst aan de volkshuisvestelijke en stedenbouwkundige<br />
randvoorwaarden.<br />
Tegen het besluit tot wijzigen van de bestemming of het besluit tot vrijstelling<br />
van de bouwvoorschriften staat de mogelijkheid van bezwaar en beroep<br />
open.<br />
In de toelichting bij de bestemming “Wonen - Woongebouw” is aangegeven<br />
dat buiten de bouwvlakken de mogelijkheid is voor het bouwen van bijgebouwen,<br />
zoals stallingen.<br />
Dit betreft een omissie. Buiten de bouwvlakken binnen de bestemming<br />
“Wonen – Woongebouw” mogen alleen gebouwen worden gebouwd ter<br />
plaatse van de aanduiding “garageboxen”. Bij het nieuwe woongebouw aan<br />
de Thorbeckestraat mogen wél carports worden gebouwd. Hiervoor wordt,<br />
conform de verleende bouwvergunning, alsnog een aanduiding op de plankaart<br />
opgenomen.<br />
Gezien de beperkte omvang en hinder van ondergeschikte bouwdelen<br />
worden deze niet meegerekend bij de bouwhoogte en nokhoogte van een<br />
gebouw.<br />
Ad 2 C. Hanenburg<br />
Inspreker is woonachtig op het adres A. van Voorthuijsenweg 36A en heeft<br />
om twee redenen bezwaar tegen het voorontwerpbestemmingsplan:<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 60 06-17-03<br />
- in vergelijking tussen het vigerende bestemmingsplan en het voorontwerpbestemmingsplan<br />
blijkt dat voor het perceel A. van Voorthuijsenweg<br />
36 gewijzigd is van “detailhandel, met uitzondering van voedings-<br />
en genotmiddelen” in “detailhandel, met uitzondering van supermarkten”.<br />
Uit deze wijziging blijkt een verruiming van de mogelijke toekomstige<br />
functies welke in het pand uitgeoefend kunnen worden. Dit kan nadelige<br />
gevolgen hebben voor inspreker;<br />
- in het huidige bestemmingsplan is voor het perceel A. van Voorthuijsenweg<br />
36 een goothoogte van 4 meter opgenomen en een maximale<br />
dakhelling van 60 graden. Het voorontwerpbestemmingsplan geeft een<br />
goothoogte van 4 meter en een nokhoogte van 8 meter aan. Vooral de<br />
opgenomen nokhoogte kan voor inspreker nadelige gevolgen hebben.<br />
Reactie:<br />
Inspreker is van mening dat er een nadeliger positie ontstaat vanwege wijziging<br />
in de begripsbepaling voor het perceel A. van Voorthuijsenweg 36. In<br />
het vigerende bestemmingsplan is detailhandel mogelijk, met uitzondering<br />
van voedings- en genotmiddelen. In het voorontwerpbestemmingsplan is<br />
detailhandel toegestaan, met uitzondering van supermarkten.<br />
In de begripsbepaling van het voorontwerpbestemmingsplan Franeker -<br />
Oost en Schalsumerplan is de definitie ‘supermarkt’ verder uitgewerkt. De<br />
definitie luidt als volgt:<br />
“een detailhandelsbedrijf dat zich in hoofdzaak richt op het verkopen van<br />
voedings- en genotmiddelen en dagelijkse levensbenodigdheden in een algemeen<br />
assortiment, in de vorm van een zelfbedieningszaak”. Uit deze begripsomschrijving<br />
komt naar voren dat ook in het nieuwe bestemmingsplan<br />
de verkoop van voedings- en genotmiddelen niet is toegestaan, althans niet<br />
in de vorm van een zelfbedieningszaak. In theorie zou hier wel bijvoorbeeld<br />
een groenteboer kunnen komen. De verwachting dat een dergelijke zaak<br />
zich op deze locatie zal vestigen is echter niet reëel. Bovendien leveren<br />
dergelijke functies over het algemeen weinig tot geen hinder op.<br />
Er treedt dan ook geen verslechtering op ten opzichte van het perceel van<br />
inspreker.<br />
Verder geeft inspreker aan een nadelige positie te krijgen als gevolg van<br />
het opnemen van een nokhoogte. Deze positie wordt echter in het nieuwe<br />
bestemmingsplan niet verslechterd. In het vigerende bestemmingsplan is<br />
het mogelijk om een gebouw op te richten met een goothoogte van 4 meter<br />
en een maximale dakhelling van 60 graden. Als de volledige mogelijkheden<br />
van deze bebouwingsbepaling worden benut, dan is een nokhoogte van<br />
ongeveer 19 meter mogelijk. In het nieuwe bestemmingsplan is een nokhoogte<br />
van 8 meter opgenomen.<br />
Ad 3. G.F. Zeinstra<br />
De inspraakreactie heeft betrekking op de omgeving van het perceel A.M.<br />
van Schurmansingel 16 te Franeker.<br />
- Op de plankaart is een groensingel aangeduid vanaf de Oostelijke Industrieweg<br />
tot aan het perceel van inspreker. Deze groensingel is niet<br />
doorgetrokken rond de woning van inspreker.<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan
06-17-03 blz 61<br />
Aan de oost- en noordzijde van het perceel van inspreker is tevens een<br />
groensingel gerealiseerd en deze dient dan ook te worden geformaliseerd.<br />
- Op bladzijde 41 van de toelichting is aangegeven dat op bedrijventerrein<br />
Oost een minimum afstand van 5 meter tot de perceelsgrens aangehouden<br />
moet worden. Tussen de woning van inspreker en het bedrijventerrein<br />
is geen afstand bepaald, waardoor bedrijfsgebouwen tegen<br />
het perceel van inspreker mogen worden gebouwd tot 10 meter hoog.<br />
- De bestemming van de woning van inspreker is de bestemming “Wonen<br />
2”. Inspreker acht dit een willekeurige kwalificatie zonder onderbouwde<br />
argumenten.<br />
Reactie:<br />
Inspreker is van mening dat de groensingel aan de oost- en noordzijde van<br />
zijn perceel geformaliseerd dient te worden. Het hebben en houden van<br />
een groensingel is echter ook mogelijk binnen de bestemming “Bedrijventerreinen”.<br />
De strook is daarnaast niet dusdanig fors dat hier een aparte<br />
bestemming aan gegeven moet worden.<br />
Inspreker geeft aan dat volgens de toelichting een minimum afstand van 5<br />
meter tot de perceelsgrens aangehouden moet worden.<br />
Deze regeling is tevens van toepassing nabij de woning van inspreker. In<br />
artikel 5.2.1 onder e van de voorschriften is bepaald dat de afstand van een<br />
gebouw tot de perceelsgrens ten minste 5 meter dient te bedragen. Volgens<br />
het bestemmingsplan is het dus niet toegestaan bedrijfsgebouwen tot<br />
op de erfgrens te bouwen.<br />
Verder geeft inspreker aan dat zijn woning zonder onderbouwde argumenten<br />
de bestemming “Wonen - 2” heeft gekregen. Het onderscheid tussen<br />
“Wonen - 1”, “Wonen - 2” en “Wonen - 3” heeft echter te maken met het<br />
verschil in goot- en bouwhoogte van de woningen. Gezien de bestaande<br />
goot- en bouwhoogte van de woning aan de A.M. van Schurmansingel 16<br />
te Franeker is de bestemming “Wonen - 2” van toepassing.<br />
Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan Buro Vijn B.V.
lz 62 06-17-03<br />
9. RAADSVASTSTELLING<br />
Het ontwerp-bestemmingsplan “Franeker – Oost en Schalsumerplan” heeft<br />
overeenkomstig artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO)<br />
met ingang van 26 juni 2008 gedurende 6 weken (tot en met 7 augustus<br />
2008) voor een ieder ter inzage gelegen. Tijdens deze periode is een ieder<br />
in de gelegenheid gesteld om zijn of haar zienswijze omtrent het plan kenbaar<br />
te maken. Er zijn diverse zienswijzen ingediend.<br />
Alleen de zienswijze van G.F. Zeinstra is gedeeltelijk gegrond verklaard. De<br />
groenstrook rond de woning aan de A.M. van Schurmansingel 16 is op de<br />
plankaart toegevoegd.<br />
Verder is binnen de bestemming “Bedrijventerrein” een vrijstellingsmogelijkheid<br />
in het plan opgenomen voor het realiseren van bouwwerken, geen<br />
gebouwen zijnde tot 15 meter hoog. Voorwaarde bij deze vrijstelling is dat<br />
de verhoging op minimaal 50 meter van woonbebouwing moet plaatsvinden.<br />
Hierdoor blijft de invloed van hogere bouwwerken op de woonbebouwing<br />
beperkt.<br />
Op 4 december 2008 heeft de gemeenteraad het bestemmingsplan “Franeker<br />
- Oost en Schalsumerplan” vastgesteld met de bovenstaande wijzigingen.<br />
Voor de raadsstukken wordt verwezen naar bijlage 3 bij deze toelichting.<br />
===<br />
Buro Vijn B.V. Bestemmingsplan Franeker - Oost en Schalsumerplan