pdf BeukBlad 33 - juni 2007 - De Beuk
pdf BeukBlad 33 - juni 2007 - De Beuk
pdf BeukBlad 33 - juni 2007 - De Beuk
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>33</strong><br />
<strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
Veranderen,<br />
bewegen<br />
Meebewegen met de samenleving gaat over bottom-up<br />
leren en bottom-up veranderen, gaat over zorgen voor<br />
eenheid en kwaliteit in een wendbare organisatie en gaat<br />
over manoeuvreren tussen missie en markt.<br />
inhoud<br />
2 Lopende Zaken<br />
3 Veranderen: wendbaar, gedreven, verknocht<br />
4 Art.1, hulptroepen van de Grondwet<br />
6 Bouwstenen voor een moderne vakbond<br />
8 Yung Lie: vernieuwen, verlevendigen, versnellen<br />
10 Idealisten agenderen geen arbeidsvoorwaarden<br />
12 Strategie tussen missie en markt<br />
14 Snelkookpansessie en speeddaten<br />
de beuk<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
1
2 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
nieuw<br />
<br />
<br />
<br />
‘Stadsgoogle’ is een bijzonder leertraject<br />
van alle 220 medewerkers<br />
van de Dienst Stads Ontwikkeling<br />
van de gemeente ’s Hertogenbosch.<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> ontwikkelde en ondersteunde<br />
het traject waarin verbetering<br />
van de burgergerichtheid centraal<br />
stond. ‘Stadsgoogle’ heeft qua succes<br />
en resultaat alle verwachtingen<br />
overtroffen. <strong>De</strong>ze maand verschijnt<br />
er een uitgebreid woord- en beeldverslag<br />
in boekvorm. Zie ook<br />
www.beuk.nl<br />
l o p e n d e z a k e n<br />
Sportkoepel NOC*NSF kan rekenen op veel maatschappelijk draagvlak.<br />
Toke Tom begeleidt het managementteam van deze organisatie<br />
bij het verbinden van de veelzijdige strategische vragen met een<br />
effectieve onderlinge afstemming en samenwerking.<br />
Een eigentijds nieuw dierenpark, waar de mens op bezoek komt bij<br />
de dieren in hun natuurlijke omgeving: een initiatief daartoe is op<br />
poten gezet en krijgt steeds meer fans en bondgenoten. Jeroen Haan<br />
is betrokken als procesadviseur om het idee tot een volgend stadium<br />
‘met handen en voeten’ te brengen.<br />
<strong>De</strong> Provinciale Staten van Gelderland investeren in hun eigen effectiviteit.<br />
Loes Ypma en Eduard van Vloten hebben voor de Staten een<br />
leertraject ontwikkeld voor commissievoorzitters.<br />
Het Amsterdamse stadsdeel Slotervaart wil een verzameling Prachtwijken<br />
zijn waarin het goed wonen is. Het stadsdeel ontwikkelt wijkmanagement<br />
opdat bewoners betrokken worden bij het beheer van<br />
hun wijk. Wilma Ruis adviseert het stadsdeel over de manier waarop<br />
wijkmanagement past in de structuur van het stadsdeel.<br />
In Rotterdam houdt men van bruggen bouwen. Tussen Katendrecht en<br />
de Kop van Zuid komt een nieuwe brug voor fietsers en voetgangers.<br />
<strong>De</strong> keuze voor het type brug is mede aan de bewoners. André Mooij<br />
begeleidt de bewonersparticipatie in dit proces.<br />
Voor veel gemeenteraden is de vraag actueel, hoe zij burgerparticipatie<br />
kunnen vormgeven en hoe dat zich verhoudt tot interactieve beleidsvorming.<br />
Kim van der Berg en Eduard van Vloten ondersteunen<br />
de raad van Drimmelen in zijn visie en rolbepaling.<br />
Het partijbureau van GroenLinks heeft zich een jaar geleden gereorganiseerd<br />
om meer vraaggericht te werken.<br />
Lydia Schippers begeleidde een jaar na dato de terugblik en trok met<br />
het bureau conclusies voor de toekomst.<br />
Emancipatiebeleid - en daarmee het programma Dagindeling - is<br />
verhuisd van het ministerie van SZW naar dat van Onderwijs. Tijdens<br />
de afsluitende dag van 53 projecten Dagindeling adviseerde Mamita<br />
van Leeuwaarde vanuit een panel de projectleiders over implementatie.<br />
Toke Tom daagde in haar presentatie uit tot strategisch kijken<br />
en verbinden van dagindeling aan de belangen van ontvangende<br />
organisaties.<br />
<strong>De</strong>elgemeente <strong>De</strong>lfshaven in Rotterdam wil investeren in bewonersparticipatie.<br />
Yung Lie werkt samen met Ap van der Pijl van Bureau<br />
Consonant aan een nieuwe frisse aanpak om bewoners te betrekken<br />
bij beleid en veranderingen in de deelgemeente.<br />
<strong>De</strong> raad van bestuur en de ondernemingsraad van de Mutsaersstichting<br />
willen snelle besluitvorming en medezeggenschap combineren.<br />
Zij sluiten rondom een bepaald aantal onderwerpen een convenant<br />
waarin voor de medewerkers belangrijke zaken afgesproken worden.<br />
<strong>De</strong>ze afspraken vervangen de klassieke adviesprocedures. Een winwin<br />
situatie voor alle partijen. Karin Klop begeleidt hen hierbij.<br />
Kim van den Berg schreef een plan van aanpak om in de Stadsregio<br />
Arnhem Nijmegen een regionaal traineeprogramma op te zetten voor<br />
academici met maximaal twee jaar werkervaring.<br />
<strong>De</strong> gemeente Oudewater richt haar pijlen op haar burgers met de<br />
vraag wat hun beeld is van de gemeente, wat zij verwachten van de<br />
gemeente en hoe Oudewater daar op kan inspelen. Febe <strong>De</strong>ug begeleidt<br />
het college en MT hierbij. Ina van Diepen verricht de voorbereidende<br />
interviews.<br />
Afgelopen zomer was <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> betrokken bij het Ontwerpatelier van<br />
de As Leiden-Katwijk. Recent heeft Ina van Diepen de website<br />
www.asleidenkatwijk.nl omgebouwd voor de volgende fase.<br />
Omgaan met landelijke, regionale en lokale media is voor veel gemeentebestuurders<br />
een vaardigheid, waar in combinatie met praktische<br />
informatie en tips, steeds weer nieuwe dingen over te leren zijn.<br />
Ron Rutherglen en Loes Ypma trainden het college van Elburg.
✽<br />
voorwoord<br />
Meebewegen met de<br />
samenleving<br />
Organisaties<br />
bewegen mee met<br />
het maatschappelijk<br />
klimaat. Sinds de<br />
oprichting van<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong>, nu bijna 30<br />
jaar geleden, werken we<br />
voor maatschappelijke<br />
organisaties. Door de<br />
jaren heen zien we<br />
idealen opkomen en<br />
veranderen. Eén ding<br />
verandert nooit: de<br />
mensen die er werken<br />
zijn enorm betrokken<br />
bij de doelen van de<br />
organisatie.<br />
Wendbaar,<br />
Gedreven en<br />
Verknocht<br />
Als organisatieadviseurs nemen we drie soorten<br />
organisaties waar (en u treft van alle drie voorbeelden<br />
aan in dit <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong>):<br />
• Wendbare Organisaties die slim omgaan met nieuwe ontwikkelingen<br />
in de samenleving.<br />
• Gedreven Organisaties waar aandacht voor de interne organisatie<br />
er nog wel eens bij inschiet.<br />
• Verknochte Organisaties waar zo hard wordt gewerkt in de<br />
oorspronkelijke setting dat de aandacht voor nieuwe ontwikkelingen<br />
eronder lijdt.<br />
Wendbare Organisaties hebben een goede antenne voor ontwikkelingen<br />
en vertalen veranderingen in de samenleving naar een<br />
eigentijdse inzet. Ze blijven dichtbij hun kern en houden hun<br />
drijfveren hoog op de agenda. En zij zijn ook in staat om eigen<br />
heilige huisjes ter discussie te stellen. Effectiviteit staat voorop.<br />
Hun leidende principes zijn waarden die behulpzaam - en niet<br />
belemmerend - zijn om steeds passende keuzes te maken voor<br />
hun doelen en de manier waarop ze daaraan werken.<br />
Wendbare Organisaties vernieuwen zich en zijn zo nodig bereid<br />
tot fusie waarmee ze hun oude autonome karakter opgeven ten<br />
gunste van nieuwe kwaliteit en uitstraling.<br />
Bij Gedreven Organisaties zijn de medewerkers eerder in dienst<br />
van het ideaal dan in dienst van de organisatie. Prestaties en<br />
inzet worden afgemeten aan één meetlat, namelijk de passie<br />
voor de doelstelling. Zulke organisaties kunnen ver komen. Hun<br />
boodschap overtuigt; in alles stralen zij inzet uit voor het doel. <strong>De</strong><br />
schaduwzijde is een tekort aan aandacht voor de ‘gewone’ motivatie<br />
van werknemers. Zoals een redelijk salaris, een leven buiten<br />
je werk, aandacht voor je persoonlijke en professionele ontwikkeling.<br />
Ook aandacht voor ‘gewone’ sturingsmechanismen in de<br />
organisatie is niet populair: alles gaat om de inhoud en leiding<br />
geven én leiding nemen zijn bepaald niet vanzelfsprekend. Het<br />
zoeken van een geschikte balans tussen de maatschappelijke<br />
idealen en de organisatiebelangen is een uitdaging.<br />
Verknochte Organisaties zijn zo één geworden met hun doelstellingen<br />
én de manier waarop zij werken, dat er vaak pas laat (of<br />
nooit) ruimte is om veranderingen toe te laten. Zoals we het altijd<br />
deden is het goed, kijk maar hoeveel succes we hebben door de<br />
jaren heen. Dat intussen in de buitenwereld van alles is veranderd<br />
- de overheid financiert niet langer op dezelfde basis, de leden of<br />
klanten vinden dezelfde diensten elders en vaak nog goedkoper<br />
en sneller - ontgaat de Verknochte Organisatie. Daarom is in deze<br />
organisaties de veranderopgave ook zo groot.<br />
En toch houden we ook van Verknochte Organisaties...<br />
DORIEN DE WIT<br />
✽<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
3
Eenheid in een<br />
nieuwe organisatie<br />
✽<br />
artikel<br />
Alle organisaties in<br />
Nederland die zich<br />
inzetten voor preventie<br />
en bestrijding van<br />
discriminatie en<br />
ongelijke behandeling<br />
zijn sinds 1 januari<br />
<strong>2007</strong> ondergebracht in<br />
één vereniging met de<br />
naam Art.1. Het overleg<br />
van lokale en regionale<br />
antidiscriminatiebureaus<br />
en meldpunten en het<br />
voormalige Landelijk<br />
Bureau ter bestrijding<br />
van Rassendiscriminatie<br />
namen het initiatief. Ook<br />
het ministerie van Justitie<br />
omarmde het initiatief.<br />
Art.1 signaleert, voorkomt<br />
en bestrijdt discriminatie<br />
op álle gronden; dus<br />
behalve discriminatie<br />
vanwege ras en etniciteit,<br />
ook die op grond van<br />
sekse, leeftijd, seksuele<br />
voorkeur en chronische<br />
ziekte en handicap.<br />
Febe <strong>De</strong>ug werd<br />
ingeschakeld om<br />
‘een (daad)krachtige,<br />
functionele<br />
netwerkorganisatie met<br />
een gemeenschappelijke<br />
cultuur’ te smeden.<br />
4 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
Artikel 1 van de Nederlandse Grondwet:<br />
‘Allen die zich in Nederland bevinden worden in gelijke<br />
gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens<br />
godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras,<br />
geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.’<br />
I<br />
s het logisch dat de eenwording juist in deze tijd plaatsvindt?<br />
Yolan Koster, bestuurslid van Art.1: “Ja en nee. <strong>De</strong><br />
afgelopen jaren is bij de organisaties die gingen over<br />
discriminatie op specifieke gronden het inzicht ontstaan dat het<br />
overal om hetzelfde fenomeen gaat, namelijk discriminatie, en<br />
dat de aanleiding eigenlijk minder belangrijk is. Daarbij groeide<br />
ook het besef dat antidiscriminatiebeleid bij bundeling aan kracht<br />
wint. Je kunt het zien als een teken van het volwassen worden<br />
van die categorale organisaties. Eigenlijk komt de samenvoeging<br />
zelfs een beetje laat. Maar het valt wel echt op zijn plek in deze<br />
tijd waarin weldenkende Nederlanders zich ervan bewust worden<br />
dat in een samenleving als de onze met haar xenofobie en slechte<br />
behandeling van nieuwkomers, de mensenrechten in het geding<br />
zijn.”<br />
“Maar het antwoord is ook ‘nee’. Voor antidiscriminatiebureaus<br />
is het vanzelfsprekend om samen te werken, omdat hun discriminatiegronden<br />
in de grondwet verenigd zijn. Maar er zijn ook<br />
organisaties die nog maar net aan het ontdekken zijn dat de pro-<br />
Art.1<br />
Hulptroepen van<br />
de Grondwet<br />
blemen waar zij mee te maken hebben, discriminatie betreffen. Ik<br />
denk dan aan belangenorganisaties voor ouderen, gehandicapten<br />
en chronisch zieken. Het is eigen aan categorale organisaties dat<br />
ze zélf het pad willen aflopen, zelf scherp willen krijgen hoe het<br />
allemaal moet met individuele en collectieve belangenbehartiging.<br />
Voor hen is het moment van de samenvoeging wat minder<br />
logisch.”<br />
“En het is ook ‘nee’ gezien de verdeeldheid op overheidsniveau.<br />
<strong>De</strong> landelijke subsidiestromen zijn zeer gefragmenteerd. Op de<br />
departementen kijkt iedereen afwachtend - en ook wel verwachtingsvol<br />
- naar elkaar. Dan is coördinatie moeilijk. Justitie voelt<br />
zich bijvoorbeeld niet bevoegd op terreinen die meer onder VWS<br />
vallen. Maar dan moet dat ministerie ook betalen. Maar in het<br />
denken daar zijn zorg en preventie dominant en niet zozeer de<br />
juridische positie van mensen.”<br />
Wereldwijd uniek<br />
Met Art.1 heeft Nederland een antidiscriminatieplein voor alle<br />
gronden bij elkaar. Dat is een unieke constructie; zoiets bestaat<br />
nog in geen enkel ander land. En het heeft inhoudelijk grote<br />
meerwaarde: alle lokale en landelijke kennis en deskundigheid<br />
worden bijeengebracht en de krachten worden gebundeld voor<br />
beleidsbeïnvloeding en activiteiten op het gebied van beeldvor-
ming. Bovendien is er door de nauwe samenwerking tussen het<br />
landelijk bureau en de aangesloten leden een echt landelijk dekkend<br />
netwerk in wording. Iedereen met een vraag of een klacht<br />
over ongelijke behandeling kan voor informatie, hulp en advies in<br />
de eigen omgeving terecht bij een laagdrempelige instelling.<br />
Yolan Koster: “Het is een heel proces om één vereniging te laten<br />
ontstaan. Het begint natuurlijk met de filosofie dat we het samen<br />
gaan doen. Die is inmiddels wel stevig verankerd. En fase 1 is<br />
gelukt: de praktische voorwaarden realiseren. Nu hebben we een<br />
nieuw huis en gaan we dat inrichten. Dan blijkt dat de één een<br />
leren bank wil en de ander meer van rotan houdt. Ik verwacht nog<br />
veel zoeken en leren en ruziemaken om de posities te vinden.<br />
Het gaat immers om heel nieuwe rollen en manieren van werken<br />
en soms ook nieuwe beleidsterreinen. Tussen de antidiscriminatiebureaus<br />
en het bureau van Art.1 moet een intieme relatie ontstaan:<br />
we moeten allemaal ‘van elkaar’ worden.”<br />
Verandermanager<br />
Febe <strong>De</strong>ug van <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> is eind november 2006 aangetrokken<br />
als verandermanager. “Volgens het profiel moest ik functioneren<br />
als een combinatie van coach en ondernemer. Het ging niet om<br />
interim-management: de directie van het voormalige LBR vormt<br />
ook het management bij het landelijk bureau van Art.1. Mijn rol<br />
is hen te coachen bij het veranderproces. Het was zaak mijn ondernemerschap<br />
heel direct in te zetten, want er moest vóór de<br />
overgangsdatum van 1 januari <strong>2007</strong> nog veel geregeld worden:<br />
de formele overdracht van de personeelsleden naar de nieuwe<br />
werkgever, verplichtingen uit de frictiegelden aangaan en een<br />
werkplan voor <strong>2007</strong> schrijven dat op steun kon rekenen van de<br />
leden, het landelijk bureau, het bestuur en uiteindelijk de Algemene<br />
Ledenvergadering.”<br />
“Wat ik ook snel op gang bracht, was een communicatiewerkgroep<br />
van mensen uit verschillende onderdelen van de vereniging.<br />
Met als eerste taak een nieuwe naam te bedenken en een<br />
logo en een huisstijl te ontwikkelen. We wilden ons natuurlijk<br />
goed aan de buitenwacht kunnen presenteren en ook intern is het<br />
voor een nieuwe organisatie belangrijk om eenheid uit te stralen.<br />
Het was hectisch, maar op 23 april heeft minister Hirsch Ballin de<br />
nieuwe naam onthuld en nu zijn er al vier lokale bureaus die Art.1<br />
in hun eigen naam hebben verwerkt, zoals Art.1 Overijssel.”<br />
Concreet proces<br />
In het veranderproces gaat het erom dat het landelijk bureau van<br />
de vereniging Art.1 zich ontwikkelt tot hét Nederlandse expertisebureau<br />
op het gebied van preventie en bestrijding van discriminatie.<br />
Om service te kunnen verlenen aan de leden, de antidiscriminatiebureaus,<br />
moet het landelijke bureau deskundig zijn op<br />
alle discriminatiegronden. Dat betekent een verbreding van het<br />
pakket ten opzichte van het huidige LBR. <strong>De</strong> aangesloten leden<br />
moeten voldoen aan een aantal kwaliteitseisen. Daarvoor is op<br />
verschillende plekken professionalisering nodig. Al met al vergt<br />
het veranderproces nogal wat aan samenwerking en afstemming.<br />
Febe <strong>De</strong>ug: “Om het veranderproces concreet te maken, heb ik<br />
vier trajecten benoemd, die nu allemaal lopen. Dat zijn:<br />
1 <strong>De</strong> nieuwe werkwijze in de praktijk leren via gemengde werkgroepen<br />
(van de ledenorganisaties en het bureau) en deskundigheidsbevordering<br />
op alle gronden.<br />
In workshops leert iedereen van elkaar door uitwisseling van<br />
kennis en vaardigheden. En we nodigen er in deze eerste fase<br />
ook regelmatig andere expertisecentra bij uit, zoals LEEFtijd,<br />
Movisie en E-Quality.<br />
2 Het landelijk bureau herinrichten zodat het past bij de nieuwe<br />
vereniging.<br />
Dit is het formele traject waarvoor we na het voorgenomen<br />
besluit in wettelijke termijnen tot een organisatiemodel komen<br />
met onder meer een nieuw functiegebouw, functiebeschrijvingen<br />
en een plaatsingsplan.<br />
3 Alle gremia van de vereniging hun rol laten ontwikkelen binnen<br />
het geheel.<br />
In dit kader hebben we bijvoorbeeld een directeurenoverleg<br />
met een eigen agendacommissie die de vergaderingen voorbereidt.<br />
In het algemeen gaat het om afspraken over gemeenschappelijkheid<br />
in optreden en kwaliteitsbewaking.<br />
4 Strategische positionering en externe communicatie.<br />
We starten een strategisch beraad om landelijk en lokaal een<br />
lobbykoers uit te zetten qua wetgeving en financiering. En we<br />
zijn een communicatiebeleid aan het ontwikkelen met activiteiten<br />
die de gewenste uitstraling hebben.<br />
<strong>De</strong>ze vier trajecten lopen redelijk tot goed op schema. Door de<br />
positieve ervaringen in de onderlinge contacten is een goede basis<br />
ontstaan voor samenwerking in de vereniging. Er zal nog flink<br />
wat moeten gebeuren, maar we zijn goed op weg.”<br />
INA VAN DIEPEN<br />
✽<br />
0227 593408<br />
• Als veranderingen in de samenleving vragen<br />
om een vertaalslag naar uw organisatie.<br />
• Voor betere samenwerking tussen de onder-<br />
delen van een landelijke vereniging.<br />
• Om een gemeenschappelijke invulling van<br />
kwaliteit en competenties te ontwikkelen.<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
5
✽<br />
artikel<br />
Bottom-up leren<br />
bottom-up veranderen<br />
Vakbond FNV<br />
Bondgenoten bezint<br />
zich op zijn positie in<br />
de samenleving. <strong>De</strong><br />
tijd dat de vakbond<br />
beschermer, opvoeder<br />
en belangenbehartiger<br />
van de arbeider was,<br />
steun en toeverlaat in<br />
zijn strijd met en tegen<br />
de baas, die tijd, dat<br />
was de vorige eeuw.<br />
Werknemers van nu zijn<br />
andere mensen dan<br />
de arbeiders en hun<br />
omstandigheden van<br />
toen en daar hoort een<br />
andere vakbond bij.<br />
Bouwstenen<br />
voor een<br />
moderne<br />
vakbond<br />
6 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
<strong>De</strong> urgentie om aan de nieuwe positiebepaling te<br />
beginnen is duidelijk: het zijn vooral de babyboomers<br />
die lid zijn van de bond, die de kader- en bestuurdersfuncties<br />
vervullen. Jonge werknemers organiseren zich<br />
beduidend minder en als de babyboomers over pakweg tien jaar<br />
van de arbeidsmarkt verdwijnen, wat dan? Maar er is meer aan de<br />
hand dan het tanende ledental, het gaat ook om welke taken en<br />
functies de vakbond in dit tijdsgewricht voor zichzelf weggelegd<br />
ziet. Heel even - in de tijd van de eerste ict-hausse - dachten we<br />
dat er een nieuwe werknemer was ontstaan. Een die zijn/haar<br />
eigen zaken regelde zonder zelf georganiseerd te zijn. Maar toen<br />
de zeepbel uit elkaar spatte, was het goed dat de oude structuren<br />
nog bestonden. En nu doen de kwesties HEMA, Wegener, Corus<br />
en ABN/AMRO de werknemers achter hun oren krabben. Hoeveel<br />
invloed moet er bij de shareholders liggen? Wordt dit het moment<br />
voor FNV Bondgenoten om zichzelf opnieuw uit te vinden?<br />
<strong>De</strong> bezinning wordt fundamenteel aangepakt. Geen heidagen die<br />
tot nieuwe missie- en visieformulering leiden, geen slimme marketingstrategie<br />
om de bond een meer sexy uitstraling te geven.<br />
Bestuur en management hebben het lef om voor een bottom-up<br />
aanpak te kiezen waar overal in het land de medewerkers aan<br />
meedoen. <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> ontwikkelt en ondersteunt het proces dat het<br />
komende jaar vorm krijgt.<br />
Ron Rutherglen is de projectleider van <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> en heeft nog maar<br />
net de eerste stappen gezet op zoek naar draagvlak voor de aanpak<br />
van het proces. Want FNV Bondgenoten is een grote organisatie<br />
waar enkele honderden mensen werken, waar vele duizenden<br />
mensen lid van zijn. FNV Bondgenoten is een vertakte organisatie<br />
van verschillende bonden, van sectoren en afdelingen. <strong>De</strong> keuze<br />
voor een bottom-up aanpak die ervaringen ophaalt en ideeën<br />
mobiliseert, moet eerst worden uitgedragen.<br />
Ook nu al zijn er door de hele organisatie heen projecten en acties<br />
opgezet rondom de herpositionering van de vakbond. “Het<br />
zijn hardwerkende professionals bij de bond,” weet Rutherglen.<br />
“Maar te vaak werkt men naast elkaar, ieder voor zich, en niet<br />
samen met elkaar, en niet - en daar zit ‘m de crux - verbonden<br />
met elkaar in die ene, grote organisatie.” Dat is wel de inzet van<br />
het nieuwe proces: de verbondenheid van alle medewerkers met<br />
die ene organisatie die opnieuw kijkt naar de betekenis en toegevoegde<br />
waarde van de vakbond in de 21ste eeuw. Of zoals een<br />
van de mensen het tijdens een bijeenkomst omschreef: “Dankzij<br />
passie en gedrevenheid zijn we zo groot geworden. En met de<br />
groei ook bureaucratischer. Mijn passie werd mijn baan, maar dat<br />
keren we om, we willen terug van een baan naar de passie.”<br />
“Dat begint niet in het hogere management,” zegt Rutherglen,<br />
“dat begint dicht bij of op de werkvloer, bij de mensen in de<br />
regio’s. Daar horen we hoe de vakbond ervoor staat. Daar werken<br />
de vakbondsbestuurders en de kaderleden. Zij horen van<br />
de werknemers dat de bond niet meer zichtbaar genoeg is, dat
de bond een te kleine rol speelt op het sociale toneel. Dat zijn<br />
dilemma’s bij de ledenwerving. Maar daar kennen ze ook de lichtpuntjes<br />
en kansen. Bijvoorbeeld dat de vakbeweging nog steeds<br />
als een groot instituut wordt gezien waar de mensen nog steeds<br />
vertrouwen in stellen.”<br />
Als het aan Rutherglen lag, trokken de mensen van het hoofdkantoor<br />
de regio’s in om in de bedrijven van de kaderleden te horen<br />
waar het om draait. Face-to-face, maar dat is - met zoveel mensen<br />
- niet haalbaar. Daarom stelt Rutherglen voor om instrumenten te<br />
gebruiken als het Digidebat - de internetdiscussie - en denkt hij<br />
aan de Ik-Ver-Tel-Meezuil, waarmee mensen in een videoboodschap<br />
hun mening laten horen. Juist grote, wijdvertakte organisaties<br />
kunnen zoveel aan hun communicatie verbeteren als zij de<br />
digitale mogelijkheden uitbuiten. Zo leverde ook de beleidsdag<br />
voor bestuurders (de vertegenwoordigers in de regio) en medewerkers<br />
een rijk resultaat op. Zichtbaar en hoorbaar voor iedereen<br />
in de vorm van een korte film waarin mensen zichzelf en hun<br />
standpunten terug zien.<br />
Eind 2006 is Rutherglen al op zoek gegaan naar de wijze waarop<br />
medewerkers hun organisatie beleven. Dat deed hij met behulp<br />
van zogenaamde focusgroepen: groepen van 6 tot 10 deelnemers<br />
die dagelijks bezig zijn met het onderwerp waar ze diepgaand<br />
met elkaar over praten. Door de deskundigheid van de gespreksleider<br />
komen opinies en attitudes goed naar voren, worden deelnemers<br />
uitgedaagd zelf met probleemstellingen en oplossingen<br />
te komen.<br />
<strong>De</strong> focusgroepen van de FNV maakten al duidelijk dat niet “ik<br />
alleen, maar veel meer mensen” vanwege het gebrek aan verbondenheid<br />
min of meer tot een eigen agenda besloten. Maar dat<br />
deed niets af aan de behoefte aan gezamenlijkheid. Bovendien<br />
zegt Rutherglen: “Als iedereen zich autonoom en alleen in de regio<br />
voelt, dan heb je geen vakbond. <strong>De</strong> mensen zoeken naar een<br />
vernieuwing van hun passie en inspiratie en willen een krachtige<br />
vakbondsstem in de wereld laten doorklinken”.<br />
Uit de focusgroepen kwamen concrete veranderwensen naar voren:<br />
woorden als dichter bij je hart, meer met elkaar samen willen<br />
doen, de balans herwinnen in de maatschappelijke context, trots<br />
op de vakbond hervinden, vakmanschap ontwikkelen en scherper<br />
in het maatschappelijk debat meedoen. Rutherglen: “Iemand zei<br />
me, we moeten weer vlammen, zoals we dat vroeger deden. En<br />
mijn antwoord was, als je weer wilt zijn zoals je vroeger was, dan<br />
moet je naar de toekomst kijken en uitvinden hoe je weer wordt<br />
ervaren als de bond van de jeugd.”<br />
Inmiddels heeft Rutherglen een ‘ontwikkel-agenda’ opgesteld.<br />
“Daar moeten de bouwstenen voor een moderne vakbond uit<br />
voortkomen,” zegt hij. “Waar we uitkomen, kan nog niemand zeggen,<br />
want de medewerkers zelf bepalen de richting. Het proces<br />
gaat in ieder geval over andere dingen dan over piketpalen slaan,<br />
damwanden plaatsen en productie-eisen stellen. Het gaat over<br />
teams en samenhang en commitment. Het gaat erom werkwijzen<br />
te vinden die dichtbij de mensen staan, het gaat erom een structuur<br />
te vinden waarin de bestuurders en de kadermensen in de<br />
regio zich verbonden voelen met het grotere geheel.”<br />
Daarvoor kiest Rutherglen opnieuw voor de <strong>Beuk</strong>se aanpak waarin<br />
leren en veranderen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.<br />
Eerder gaf hij een dergelijk proces bij de Algemene Rekenkamer<br />
gestalte en collega’s deden ongeveer hetzelfde bij de gemeente<br />
’s-Hertogenbosch. “<strong>De</strong> aanpak slaat aan, de mensen benoemen<br />
de zaken die voor hen belangrijk zijn in de organisatie en we onderzoeken<br />
welke competenties nodig zijn om de doelen te bereiken.<br />
Die trainen we, theoretisch waar nodig en vervolgens meteen<br />
pragmatisch leren en doen. Dan ontdek je meteen of de nieuwe<br />
competenties bijdragen aan het realiseren van de doelen. Altijd<br />
gaat het om investeren in meer en betere communicatie, vaak<br />
gaat het ook om leidinggevende vaardigheden. Langzaam zie je<br />
de grote organisatie bewegen. Op meerdere fronten zie je energie<br />
en enthousiasme loskomen, er gaat weer een vonk gloeien: ja, zo<br />
doen wij het hier.”<br />
SIMONE VELDBOER<br />
✽<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> hanteert een aantal duidelijke principes bij het design<br />
en de uitvoering van grote en intensieve verander- en organisatieontwikkelingstrajecten.<br />
Daartoe horen:<br />
• vooraf en tijdens het traject investeren in het commitment en<br />
eigenaarschap van de deelnemers;<br />
• gezamenlijke formulering en zo nodig herformulering van de<br />
probleemdefinitie en de inhoud;<br />
• een scherpe (interne en externe) krachtenveldanalyse en een<br />
duidelijk procesontwerp met fasering, inclusief ruimte voor<br />
bijsturing;<br />
• een actieve zoektocht naar relevante input (met gebruik van<br />
creatieve werkvormen en moderne technieken);<br />
• leren en competentieontwikkeling als inherent onderdeel van<br />
het proces;<br />
• voortdurend aandacht voor communicatie over het proces en<br />
de inhoudelijke voortgang binnen de organisatie.<br />
0227 593408<br />
• Als uw organisatie een traject van verandering<br />
& leren gaat doormaken.<br />
• Wanneer de motivatie en energie van medewerkers<br />
moeten worden aangeboord.<br />
• Als iedereen voelt dat de omgeving vraagt<br />
om een verandering en u meedenkers zoekt<br />
bij het ontwikkelen van een aanpak.<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
7
eukportret<br />
8 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen
Yung Lie<br />
ylie@beuk.nl<br />
Vernieuwen Verlevendigen<br />
Versnellen<br />
Met een extra slinger krijgt een bestaand initiatief<br />
vaak net de schwung die tot succes leidt. Yung Lie<br />
is een groot voorstander van de trits vernieuwen,<br />
verlevendigen en versnellen. “Je hoeft niet alsmaar<br />
naar nieuwe concepten te zoeken, een andere kijk<br />
op wat er al is, brengt ook beweging.”<br />
Yung Lie organiseerde de Haagse IkWilSnel-conferentie<br />
(zie foto’s in dit blad en pagina 14), bedacht<br />
de Ik-Ver-Tel-Mee-zuil en is secretaris van de Beauty<br />
Contest Prachtwijken van <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong>.<br />
<strong>De</strong> inzendingen voor deze beauty contest leveren<br />
een beeld op van de energie en creativiteit in de<br />
ontwikkeling van prachtwijken. Sport, werk, cultuur<br />
en ontmoeting zijn essentiële elementen. <strong>De</strong><br />
‘prachtwerkers’ in deze beauty contest zijn in staat<br />
om die extra slinger te geven aan initiatieven van<br />
bewoners, ondernemers en professionals.<br />
Soms zijn ‘prachtwerkers’ medewerkers van een<br />
woningcorporatie, een zorgcentrum of opbouwwerkers,<br />
maar vaak ook zijn het initiatiefrijke<br />
bewoners. Zij vinden manieren om in hun wijk<br />
doorbraken te bereiken: meer mensen aan het<br />
sporten, meer mensen laten genieten van cultuur,<br />
meer mensen aan het werk in hun voortuin en de<br />
openbare ruimte. En daarmee verbeteren ze ook de<br />
leefbaarheid, veiligheid en ontmoeting in de wijk.<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> verzamelt de succesfactoren en ondersteunt<br />
de ‘prachtwerkers’. Wat ons betreft gaat het<br />
om vernieuwen, verlevendigen en versnellen.<br />
Geïnspireerd door de inzendingen bevat het <strong>Beuk</strong>se<br />
aanbod:<br />
• Powerliften: intervisie en krachtmeting voor<br />
‘prachtwerkers’.<br />
• Levend stratego: vind je weg in de jungle van<br />
macht en ego’s.<br />
• Flitsen door de wijk: ga zo snel dat iedereen<br />
getriggerd moet blijven om je te kunnen volgen.<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
9
Ondernemingsraad<br />
neemt het op voor<br />
interne organisatie<br />
✽<br />
artikel<br />
<strong>De</strong> ondernemingsraad van<br />
een grote internationale<br />
maatschappelijke<br />
organisatie heeft<br />
medezeggenschapsadviseur<br />
Dick Termond gevraagd<br />
hem te ondersteunen.<br />
<strong>De</strong> organisatie werkt<br />
aan een ingrijpend<br />
veranderingstraject en de<br />
ondernemingsraad wil daar<br />
zijn verantwoordelijkheid<br />
in nemen. Het<br />
veranderingstraject is<br />
noodzakelijk omdat de<br />
organisatie kampt met<br />
het verlies van donateurs,<br />
sponsors en fondsen.<br />
<strong>De</strong> organisatie moet de<br />
gevolgen daarvan - minder<br />
support in de samenleving,<br />
minder inkomsten -<br />
verwerken.<br />
10 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
Daar heeft men een harde dobber aan: het kerend tij<br />
maakt vooral duidelijk dat de interne organisatie<br />
niet voldoende op orde is. <strong>De</strong>ze club van gedreven<br />
wereldverbeteraars stak tot voor kort alle energie in zijn werk in<br />
de samenleving. Ook toen de organisatie scoorde en het aantal<br />
betaalde medewerkers uitgroeide tot een respectabel personeelsbestand,<br />
bleef de focus van de directie voor alles op de buitenwereld<br />
gericht. Gedrevenheid gold als de motor en het feit dat er<br />
inmiddels ook mensen werkten die de organisatie als een reguliere<br />
werkgever beschouwden, met alle rechten en plichten die daar<br />
bij horen, werd onvoldoende onderkend. Middenkader ontstond<br />
doordat mensen die er al lang werkten, de managementtaken op<br />
zich namen en gaandeweg ontdekten dat leidinggeven een ander<br />
metier is dan actievoeren. Het valt niet mee. En idealisme en hard<br />
werken leveren onvoldoende resultaten op.<br />
Termond ziet een belangrijke rol weggelegd voor medezeggenschap.<br />
Juist deze afvaardiging van de werkvloer kan aan de<br />
directietafel de organisatie in zichzelf agenderen en de externe<br />
doelen verbinden met noodzakelijke ingrepen aan de binnenkant.<br />
Wie is beter in staat te verwoorden welke heftige emoties de<br />
medewerkers bezighouden? En wie is beter in staat om de ingrijpende<br />
maatregelen van de directie te vertalen naar nut en noodzaak<br />
voor dezelfde medewerkers.<br />
Een goede samenwerking tussen bestuurders en ondernemingsraad,<br />
zo betoogt Dick Termond, kan als een scharnier de organisatie<br />
in beweging brengen. “Dat vergt vooral de bereidheid van het<br />
bestuur om de ondernemingsraad op voorhand een volwaardige<br />
rol te geven in het verandertraject. Immers in zijn traditionele<br />
achterhoedepositie - RvT en management bedenken een plan en<br />
de OR kan er op reageren - rest de OR niet veel meer dan voor de<br />
medewerkers de kastanjes uit het vuur te halen. Die daarover niet<br />
tevreden zijn waardoor onrust op de werkvloer en tegenwerking<br />
een voedingsbodem krijgen. In plaats van náást elkaar, staan OR<br />
en bestuurder dan binnen de kortste keren tegenover elkaar,”<br />
schetst Termond een weinig bemoedigend perspectief.<br />
Idealisten<br />
agenderen geen<br />
arbeidsvoorwaarden<br />
Hij heeft inmiddels ervaren binnen welke kaders de samenwerking<br />
tussen bestuurder en OR wel van de grond komt en er, samen<br />
met zijn collega’s bij <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong>, een aanpak voor ontwikkeld.<br />
<strong>De</strong> essentie ervan is dat bestuurder en ondernemingsraad ieder<br />
ruimte krijgen voor de eigen belangen, begrip voor elkaars belangen<br />
opbrengen en ook weten hoe die met elkaar te verbinden in
een groter belang: dat van de organisatie. In zo’n kader overstijgen<br />
de taken van de OR die van alleen behartigen van personeelsbelangen.<br />
<strong>De</strong> OR kijkt wat er in de organisatie aan de hand is, wat<br />
er in de buitenwereld aan de hand is en denkt mee over nieuwe<br />
mogelijkheden en kansen. <strong>De</strong> WOR blijft even in de la liggen, de<br />
organisatie staat bovenaan de agenda.<br />
SIMONE VELDBOER<br />
✽<br />
0227 593408<br />
• Als teruglopende inkomsten vragen om een<br />
nieuwe strategie.<br />
• Wanneer de focus in de organisatie teveel<br />
(of te weinig!) extern gericht is.<br />
• Wanneer de focus in de organisatie teveel<br />
(of te weinig) intern gericht is.<br />
Leidinggeven in het middenkader<br />
Manager<br />
van<br />
niveaus<br />
<strong>De</strong> leidinggevenden in maatschappelijke organisaties moeten<br />
verschillende niveaus met elkaar kunnen verbinden om succesvol<br />
te kunnen zijn. Het gaat daarbij om:<br />
• Het omzetten van beleid, strategie en visie in dagelijks beleid:<br />
Van managers in het middenkader wordt verwacht dat zij loyaal<br />
zijn met het beleid van de organisatie en dit ondersteunen. Als<br />
geen ander worden zij geconfronteerd met effecten die beleidsuitvoering<br />
in de praktijk oplevert. Loyaal aan het bestuur en loyaal<br />
aan je medewerkers; hoe vind je daarin een inspirerende balans?<br />
• Het toepassen van personeelsinstrumenten:<br />
Ook op afdelingsniveau worden afspraken gemaakt, waarvan aan<br />
het middenkader gevraagd wordt daaraan uitvoering te geven.<br />
Je kunt denken aan een plannings- en evaluatiecyclus of de toepassing<br />
van HRM-instrumenten. Ook hier ervaart juist het middenkader<br />
de effecten in de praktijk en het moet daarin een goed<br />
evenwicht zien te vinden.<br />
• <strong>De</strong> invloed van de buitenwereld:<br />
<strong>De</strong> mening van klanten, donateurs, de pers (de publieke opinie)<br />
en dergelijke is voor maatschappelijke organisaties van groot<br />
belang. <strong>De</strong> buitenwereld heeft ook invloed op het dagelijks reilen<br />
en zeilen en moet van het middenkader een plek krijgen in het<br />
handelen van een team.<br />
• Het krijgen en houden van een geïnspireerd team:<br />
Op het kruispunt van de vorige niveaus staat natuurlijk nog het<br />
team waaraan leiding moet worden gegeven: mensen met ambities,<br />
frustraties en uiteenlopende kwaliteiten. Hoe kun je daaraan<br />
zakelijk en geïnspireerd leiding geven?<br />
<strong>De</strong> leergang<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> biedt een leergang voor leidinggevenden in het middenkader.<br />
Op verschillende manieren bieden we theorie, praktijkervaring,<br />
inspiratie en ontwikkelingsmogelijkheden.<br />
• Theorie en praktijk:<br />
<strong>De</strong> theorie wordt via de praktijk binnengehaald. Managers die<br />
hun sporen verdiend hebben, laten weten hoe zij de thema’s die<br />
op het vakgebied een rol spelen in hun praktijk zijn aangepakt.<br />
• Een brede praktijk:<br />
Er worden bezoeken gebracht aan organisaties en bedrijven en<br />
er wordt gesproken met middenkader, MT en eindverantwoordelijken.<br />
We zoeken naar de succesfactoren die bruikbaar zijn in de<br />
eigen praktijk.<br />
• Begeleiding:<br />
Begeleiding van individuele deelnemers is op maat. Coachen,<br />
training on the job, praktische huiswerkopdrachten of intervisie<br />
zijn mogelijk.<br />
• Vraaggestuurd:<br />
<strong>De</strong> leergang houdt rekening met individuele leervragen en wensen.<br />
Voorafgaand aan de leergang vindt een gesprek plaats,<br />
waarin juist daar aandacht aan wordt besteed.<br />
Meer informatie over deze leergang staat op www.beuk.nl.<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
11
Tussen missie<br />
en markt<br />
✽<br />
artikel<br />
Vluchtelingen ondersteunen<br />
bij het opbouwen van<br />
een nieuw bestaan. Daar<br />
gaat het Vluchtelingenwerk<br />
Amsterdam om. Dan wil je<br />
niet concurreren om een<br />
opdracht van de gemeente.<br />
<strong>De</strong> aandacht ligt bij vluchtelingen.<br />
Niet bij marktgericht<br />
werken en de onzekerheid<br />
of je geld krijgt om dit werk<br />
te doen.<br />
Op het afscheidssymposium<br />
van Jacqueline van<br />
Loon als directeur van<br />
Vluchtelingenwerk<br />
Amsterdam schetste<br />
<strong>Beuk</strong>adviseur Dick<br />
Ernste drie manieren<br />
waarop maatschappelijke<br />
organisaties omgaan met<br />
het dilemma van missie en<br />
markt.<br />
Jacqueline van Loon<br />
was directeur in een<br />
roerige tijd. Opvattingen<br />
over asielzoekers en<br />
vluchtelingen werden<br />
negatiever, asielprocedures<br />
strenger en subsidie voor<br />
Vluchtelingenwerk was niet<br />
meer vanzelfsprekend. Zij<br />
heeft Vluchtelingenwerk<br />
in dit ingewikkelde<br />
krachtenveld stevig<br />
neergezet.<br />
Zij reageert op het artikel<br />
van Dick Ernste.<br />
12 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
Het eerste voorbeeld gaat over een bureau op het<br />
gebied van diversiteit. <strong>De</strong> doelgroep ondersteunen,<br />
problemen aan de kaak stellen, lobbyen, daar<br />
gaat het de medewerkers om. Voor het subsidiërende ministerie<br />
moeten ze een werkplan maken met meetbare prestaties: zoveel<br />
scholingstrajecten, onderzoeken en congressen. En dan hopen<br />
dat ze de subsidie krijgen, want voor een deel daarvan moeten ze<br />
concurreren met andere partijen in de markt.<br />
Pro-forma doet dit bureau mee. Wat kunnen ze anders om hun<br />
subsidie te behouden en hun missie nog een beetje te kunnen<br />
waarmaken?<br />
Voor de bühne maken ze het werkplan en stoppen het vol met<br />
marktjargon. En ja, ze voeren betaalde projecten voor derden uit,<br />
zo valt nu te lezen op hun website. Intern laten ze intussen zoveel<br />
mogelijk bij het oude.<br />
<strong>De</strong>ze halfslachtige opstelling gaat hun slecht bekomen, vrees<br />
ik. Intern lijdt de sfeer er onder. Mopperen op de subsidiegever<br />
wordt het belangrijkste tijdverdrijf bij de koffieautomaat. “Waar<br />
zijn al die marktprikkels goed voor? We hebben ons werk toch<br />
altijd goed gedaan?”<br />
Het ministerie heeft intussen heus wel in de gaten dat dit diver-<br />
Drie benaderingen die<br />
een dilemma<br />
siteitsbureau geen zin heeft in de markt. Zijn reactie: de duimschroeven<br />
aandraaien. In het eerste jaar meer contrôle, in het<br />
tweede jaar vordert hij een deel van de subsidie terug. En erger<br />
nog: was de minister eerst trots op het bureau, nu wordt het<br />
gezien als een subsidiejunk, die de prestaties niet haalt, maar wel<br />
elk jaar een paar miljoen wil vangen.<br />
Wat is hier aan de hand? Ten eerste ziet dit diversiteitsbureau de<br />
missie te statisch. <strong>De</strong> maatschappelijke vragen nu zijn anders<br />
dan tien jaar geleden, maar het diversiteitsbureau onderkent dit<br />
onvoldoende. Het ministerie verwacht vernieuwing terug te zien<br />
in het werkplan, maar krijgt alleen het bestaande werk, overgoten<br />
met een marktsausje.<br />
Het ministerie kiest eenzijdig voor het inbouwen van concurrentie<br />
om het diversiteitsbureau tot innovatie uit te dagen. Dat<br />
werkt vaak niet. <strong>De</strong> beoogde concurrentie verwordt vaak tot kille<br />
procedures over prestatiemeting en afrekenen. Het gesprek over<br />
inhoud verdwijnt zo uit beeld en het diversiteitsbureau krijgt het<br />
idee dat inhoud er niet meer toe doet.<br />
Zachte marktlessen<br />
Het tweede voorbeeld. Ik ben bezig met een opdracht voor een<br />
provincie over de subsidierelatie met een adviesorganisatie op<br />
cultureel gebied, een zogenaamde ondersteuningsinstelling.<br />
<strong>De</strong>ze cultuur-ondersteuningsinstelling moet meer vraaggestuurd<br />
gaan werken. Marktprijzen en marktproducten zijn geïntrodu-
ceerd, maar het lukt nog niet om aan te sluiten bij de vragen<br />
van klanten, vooral scholen en culturele organisaties. Dat kan<br />
veranderen, denk ik, niet door te leren van de harde kanten van<br />
de markt (concurrentie, marktprijzen, afrekenen) maar van de<br />
zachte.<br />
Het gesprek tussen ondersteuningsinstelling, culturele organisaties<br />
en provincie zou veel meer moeten gaan over de inhoud. Wat<br />
kunnen we echt voor elkaar betekenen, waar ligt de win-win? In<br />
de markt kom je zonder zo’n inhoudelijk gesprek helemaal niet<br />
tot een deal, maar in de gesubsidieerde sector vindt zo’n gesprek<br />
over inhoud schokkend weinig plaats.<br />
Ik verwacht dat de ondersteuningsinstelling, de scholen en culturele<br />
organisaties en provincie het vrijwel helemaal eens zullen<br />
zijn over de missie. <strong>De</strong> angst dat verzakelijking leidt tot verkwanseling<br />
van idealen, is vrijwel altijd ongegrond.<br />
Een andere marktles is werken aan onderling vertrouwen. Goede<br />
afspraken zijn gebaseerd op vertrouwen. Het is niet effectief om<br />
alles in vuistdikke prestatiecontracten vast te leggen. Het kost<br />
veel tijd en het demotiveert enorm. Goede basisafspraken ja,<br />
maar je moet ook vertrouwen scheppen dat het goed komt. En als<br />
iets niet lukt praat je opnieuw met elkaar.<br />
Voor dat vertrouwen is het gesprek over de inhoud heel belangrijk.<br />
Je moet weten van elkaar dat je op één lijn zit. Vertrouwen is<br />
vermijden<br />
ook gebaat bij sfeer en complimenten. Waardeer elkaars inbreng,<br />
in plaats van alleen te mopperen op die stomme overheid die het<br />
maar niet begrijpt.<br />
<strong>De</strong> laatste les is: wees transparant. Dat is cruciaal voor het imago<br />
van de ondersteuningsinstelling. Nu vinden Provinciale Staten<br />
het nog een onduidelijke club: wat doen ze voor die twee miljoen<br />
euro? In de markt zal niemand kopen bij een bedrijf dat dat niet<br />
weet duidelijk te maken.<br />
Bezieling!<br />
Het derde voorbeeld. Een organisatie in een middelgrote stad<br />
richt zich op zorg voor allochtone tienermoeders. Je moet daarvoor<br />
de juiste ingangen kennen, vertrouwen winnen en netwerken<br />
onderhouden. En daar is deze organisatie supergoed in. Al hun<br />
energie steken ze in dit werk. Wat nou ‘markt’?<br />
<strong>De</strong>ze organisatie weet altijd wel geld te vinden om haar werk te<br />
doen. Haar kracht zit in bezieling en overtuigingskracht. Ze weet<br />
dat ze iets zal bereiken en demonstreert dat ook keer op keer. <strong>De</strong><br />
gemeente zou wel gek zijn om bij deze organisatie over marktwerking<br />
en concurrentie te beginnen. Een betere club om hun doelstellingen<br />
te helpen verwezenlijken zal de gemeente niet vinden.<br />
En anders: deze gedreven mensen vinden hun weg ook wel op de<br />
echte markt.<br />
DICK ERNSTE / dernste@beuk.nl<br />
Niet kiezen maar manoeuvreren<br />
<strong>De</strong> tijd dat maatschappelijke organisaties subsidie kregen op basis<br />
van een goed verhaal en verantwoorde cijfers is inderdaad voorbij. <strong>De</strong><br />
overheid vraagt nu om producten die je kunt turven en tellen. Concurrentie<br />
is per definitie goed voor de prijs/kwaliteit verhouding en dus<br />
voor de klant, lijkt het adagium. Bij deze opvatting van ‘marktgericht<br />
werken’ is het de vraag of de belangen van de klant, burger, consument<br />
het beste gediend zijn.<br />
Op de dag van het symposium schreef de krant over een Irakese<br />
vluchteling, die zo gemarteld was dat hij hier een kunstarm kreeg. Na<br />
jaren wachten werd zijn asielverzoek afgewezen. Zodra de zorgverzekeraar<br />
dat hoorde, moest hij zijn arm inleveren. Hij mocht uitgezet<br />
worden, maar die arm moest hier blijven. Veel te duur!<br />
Een mooi voorbeeld van hoe gerichtheid op kostenbeheersing het<br />
wint van de morele en menselijke kant van de zaak.<br />
Dick heeft gelijk dat de ‘markt-helpt-missie-strategie’ om transparantie<br />
en vertrouwen vraagt tussen maatschappelijke organisaties en<br />
overheid, ook al om de discussie over inhoud, kwaliteit en effectiviteit<br />
te voeren. Maatschappelijke organisaties hebben een bijzondere<br />
positie. Zij zijn vaak een intermediair tussen de noden van mensen en<br />
diezelfde overheid, waarvan ze afhankelijk zijn om hun missie uit te<br />
voeren. Dat schept dilemma’s waarbij je gewetensvol je positie moet<br />
bepalen. ‘Missie-helpt-overheid’ zou daarin ook een strategie kunnen<br />
zijn. Immers, de overheid kan het subsidiëren van maatschappelijke<br />
organisaties ook zien als investeren in maatschappelijke ontwikkeling<br />
in plaats van als betalen voor producten.<br />
Beide willen het beste voor de burger en de burgers zijn de doelgroep<br />
(patiënt, klant, deelnemer) van diezelfde maatschappelijke organisatie.<br />
Zíj, de burgers, zijn toch de markt? Dan impliceert ‘vraaggestuurd<br />
werken’ toch dat juist hun behoeften serieus worden genomen? Maatschappelijke<br />
organisaties vertolken die behoefte, zeker voor klanten<br />
die niet via hun portemonnee of positie invloed op het aanbod of de<br />
aanbieder kunnen uitoefenen. Soms is het gemakkelijk en liggen<br />
markt en missie mooi in elkaars verlengde; bijvoorbeeld bij goede integratietrajecten<br />
voor vluchtelingen. Daar zijn zowel de vluchtelingen,<br />
de organisatie als de overheid mee gediend. Maar op het moment dat<br />
er een ‘markt is voor’ het uitzetten of aangeven van uitgeprocedeerde<br />
vluchtelingen, kies ik voor de ‘nee-dank-u’ strategie’. Dan maar geen<br />
subsidie, althans niet voor dat onderdeel.<br />
Het gaat mij niet zozeer om een keuze tussen markt of missie, maar<br />
om de vraag hoe je met je organisatie manoeuvreert tussen wat de<br />
overheid wil en wat je doelgroep wil. Voor wie ben je, voor wie werk je<br />
en tot welke prijs? Dit is in essentie een moreel dilemma. Zeker voor<br />
mensenrechtenorganisaties, zoals Vluchtelingenwerk.<br />
Als mensenrechten zich lieten ‘vermarkten’ dan stond de IND nu<br />
tegen betaling verblijfsgunningen uit te delen. Ik kan u verzekeren dat<br />
er vraag naar is!<br />
JACQUELINE VAN LOON<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
13
✽<br />
artikel<br />
Conferentie<br />
mobiliseert snelle<br />
bouwprocedure<br />
<strong>De</strong> gemeente <strong>De</strong>n<br />
Haag werkt sinds<br />
2005 aan een<br />
woningbouwproductie<br />
van ruim 16.000<br />
woningen. Die moet in<br />
2010 gehaald zijn. Dat<br />
is een majeure opgave<br />
en de partners moeten<br />
hun krachten bundelen<br />
om de doelstelling<br />
te realiseren. Om de<br />
druk op de ketel te<br />
houden en de urgentie<br />
tussen de oren, vroeg<br />
Taskforcevoorzitter<br />
Marlies Vulto van de<br />
gemeente <strong>De</strong>n Haag<br />
aan <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> om een<br />
werkconferentie te<br />
ontwerpen.<br />
Snelkookpansessies<br />
en<br />
speeddaten<br />
14 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
Yung Lie bedacht samen met de projectgroep Taskforce<br />
een programma waarin de nadruk op het uitnodigende<br />
karakter lag: veel interactie, gelegenheid tot<br />
gedachtenwisseling, beweging en dynamiek. En de momenten<br />
van verdieping - de workshops - zette hij op het programma als<br />
‘snelkookpansessies’. Collega Febe <strong>De</strong>ug trad op 28 maart op als<br />
dagvoorzitter.<br />
<strong>De</strong> animo onder projectmanagers, woningbouwcorporaties,<br />
marktpartijen en beleggers voor deelname aan de werkconferentie<br />
was bijzonder groot. “<strong>De</strong> versnelling leeft,” concludeert Marlies<br />
Vulto, “en vooral de uitnodiging om samen met de gemeente<br />
te bedenken hoe de verschillende fasen van het proces sneller<br />
kunnen verlopen, spreekt de mensen aan.”<br />
Als locatie kozen Yung Lie en het projectteam de voormalige<br />
Caballerofabriek en de ruimte gebruikten zij om met expositiepanelen<br />
de verschillende ‘versnellingsthema’s’ toe te lichten. Dat<br />
gebeurde aan de hand van de vier fasen in de projectontwikkeling,<br />
te weten de initiatieffase (van idee tot plan) de planfase (van<br />
plan tot vergunningaanvraag), de bouwvergunningsprocedure<br />
(van aanvraag tot vergunning) en de uitvoering (van vergunning<br />
tot oplevering).<br />
Zo werden ook de ‘Haagse Versnellers’ gepresenteerd: werkwijzen<br />
en methodieken die <strong>De</strong>n Haag gebruikt om in elke fase tempowinst<br />
te bereiken. En met slimme namen (‘Ghostbusters’ voor<br />
het overleg van ambtenaren die ‘stagnatiespoken’ elimineren en<br />
ikwilsnel@dso.denhaag.nl als e-mailadres) zorgt men ervoor dat<br />
de boodschap blijft hangen.<br />
In stijl met het thema werden de deelnemers uitgedaagd om in<br />
korte tijd tot concrete resultaten te komen. In snelkookpansessies<br />
en speeddating vond men elkaar op inhoud of anderszins.<br />
‘Opzij, opzij, opzij’ van Herman van Veen maande de deelnemers<br />
tot spoed. <strong>De</strong> resultaten werden in hoog tempo gepresenteerd<br />
aan de opdrachtgever van de taskforce, wethouder Marnix Norder.<br />
“<strong>De</strong> mensen hebben de conferentie vooral gewaardeerd vanwege<br />
de vele ontmoetingen die er plaatsvonden. En dan vooral die tussen<br />
ambtenaren en ‘de externe’ partijen. <strong>De</strong> conferentie maakte<br />
goed duidelijk dat je met elkaar aan dezelfde klus werkt, dat je<br />
samen moet werken om je stad te ontwikkelen. Dat er eigenlijk<br />
geen sprake is van wij en zij, dat je allemaal aan dezelfde problematiek<br />
werkt en je ervaring en kennis zoveel mogelijk moet delen.<br />
Wij - als gemeente - hebben ons weer gerealiseerd hoe belangrijk<br />
het is om transparant te zijn, om duidelijk te maken welke mensen<br />
aan welk bureau welke taken uitvoeren” zegt Marlies Vulto.<br />
Met veel nieuwe ideeën voor versnelling, plannen voor meer netwerkbijeenkomsten<br />
en afspraken met grote ontwikkelaars is Vulto<br />
tevreden over het resultaat van de conferentie. “Iedereen beseft<br />
dat - willen we de doelstelling van 16.000 woningen halen - het nu<br />
of nooit is.” Nu dus.<br />
SIMONE VELDBOER<br />
✽
<strong>De</strong> toekomstige nieuwe staatkundige verhoudingen van de eilanden<br />
van de Nederlandse Antillen vragen nieuwe vaardigheden van de<br />
gezaghebbers (burgemeesters) en de eilandsecretarissen. André<br />
Mooij organiseert in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse<br />
Zaken en Koninkrijksrelaties voor beide groepen trainingen in publiek<br />
leiderschap.<br />
<strong>De</strong> afdeling Ruimte en Wonen van de provincie Zuid-Holland heeft<br />
een breed opleidingsprogramma voor al haar medewerkers onder de<br />
naam Proeflokalen. Dorien de Wit adviseert over de samenhang in het<br />
programma en de doorwerking naar het reguliere werk en verzorgt<br />
het leertraject voor de managers.<br />
Vóór de 40 wijken van Ella Vogelaar waren er de 13 adoptiewijken.<br />
Ministers adopteerden een wijk en zorgden met andere zwaargewichten<br />
voor snelheid in het aanpakken van problemen. <strong>De</strong> Ik-Ver-Tel-<br />
Mee- videozuilen stonden in zes wijken, van <strong>De</strong>n Helder tot Emmen.<br />
Jong & oud, wit & zwart, hoopvol & somber: de diversiteit en rijkdom<br />
van de <strong>33</strong>3 (!) boodschappen is indrukwekkend. <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> maakte er<br />
een film van. Die werd gebruikt voor de slotconferentie met minister<br />
Ella Vogelaar en kopstukken uit de wijken. Yung Lie, Jeroen Haan en<br />
Loes Ypma begeleidden dit traject.<br />
Zie www.ikvertelmee.nl en www.nieuwecoalitiesvoordewijk.nl<br />
Stedenbouwkundigen en ontwerpers staan steeds vaker voor groepen<br />
om hun ideeën over te brengen. Ze participeren in ontwerpateliers<br />
in interactie met bestuurders, bewoners, ambtenaren en<br />
professionals. Karin Klop begeleidt een intervisietraject voor deze<br />
vakmensen waarin zij zich bekwamen in nieuwe vereisten aan hun<br />
functioneren.<br />
Je fiets plaatsen bij een treinstation: handig, als je een goede plek<br />
kunt vinden. Bij veel stations is dat niet het geval. André Mooij en<br />
Dick Ernste zoeken met NS en de Fietsersbond naar breed gedragen<br />
oplossingen.<br />
<strong>De</strong> gemeente <strong>De</strong>n Haag gaat verspreid over de stad een aantal<br />
nieuwe opvang- en woonvoorzieningen voor dak- en thuislozen realiseren.<br />
Voor strategie en regie van de communicatie met de stad is<br />
Dorien de Wit ingeschakeld.<br />
Medezeggenschap kan beter, vinden <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> en het Nederlands<br />
Centrum voor Sociale Innovatie. Zij zijn de initiatiefnemers van<br />
‘Rotterdam 010’, de geuzennaam van een groep die een verbeteringsoffensief<br />
voorbereidt dat nog voor de zomer begint.<br />
Over wat daar broedt, willen Lydia Schippers en Dick Termond (de<br />
organisatoren van <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong>) nog niet veel kwijt, wel dat het uniek is<br />
dat een divers gezelschap zich onder deze noemer verenigt en de<br />
krachten bundelt.<br />
Arjen Kranendonk ondersteunt een OR waarvan het bedrijf in de<br />
etalage staat. Op dit moment is de koper nog niet bekend. Samen<br />
met de OR probeert hij in dit stadium bij de (buitenlandse) beslisser<br />
de zaken die voor de OR van belang zijn mee te laten wegen. Dit alles<br />
voorafgaande aan de formele adviesaanvraag, die de OR krijgt als er<br />
een bod wordt uitgebracht.<br />
Het landelijk bureau van Art.1 (zie elders in dit nummer) krijgt een andere<br />
structuur en aansturing om op alle discriminatiegronden die de<br />
wet kent expertisecentrum te zijn en de leden - antidiscriminatievoorzieningen<br />
- te ondersteunen. Sytse Koopmans steekt hiervoor graag<br />
de handen uit de mouwen: hij werkt aan het functiegebouw van Art.1.<br />
<strong>De</strong> griffie en gemeenteraad van de gemeente Zoetermeer zoeken aansluiting<br />
bij het leertraject over interactieve beleidsvorming voor de<br />
ambtelijk organisatie en B&W. Eduard van Vloten en Ron Rutherglen<br />
gaan in het komende najaar een werkbijeenkomst organiseren voor<br />
raad en commissieleden om hun eigen rol bij interactieve beleidsvorming<br />
in te vullen en aan te scherpen.<br />
Alle ambtenaren van de gemeente ’s-Hertogenbosch krijgen integriteitstrainingen.<br />
<strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> organiseert deze trainingen samen met<br />
het bureau G&I. In de periode april tot en met <strong>juni</strong> worden alle 1200<br />
ambtenaren getraind.<br />
l o p e n d e z a k e n<br />
colofon<br />
<strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> is een uitgave van organisatie-adviesbureau <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong><br />
en verschijnt drie keer per jaar.<br />
Vragen en opmerkingen over dit <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> zijn van harte welkom.<br />
<strong>De</strong> redactie is bereikbaar via het secretariaat per post, e-mail,<br />
telefoon of www.beuk.nl. Overname van artikelen is toegestaan mits<br />
met bronvermelding.<br />
redactie Simone Veldboer en Dorien de Wit<br />
bijdragen aan dit nummer Ina van Diepen, Dick Ernste, Jacqueline van<br />
Loon, Simone Veldboer en Dorien de Wit<br />
foto’s Vincent van Leest, Arnhem; Paul Lunenburg DSO, <strong>De</strong>n Haag<br />
vormgeving Monique Harderwijk, Utrecht<br />
druk Drukkerij Zuidam & Zonen bv, Woerden<br />
Juni <strong>2007</strong>, jaargang 10<br />
Veranderen, bewegen / <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong><br />
15
<strong>33</strong><br />
de beuk<br />
16 <strong><strong>Beuk</strong>Blad</strong> / Veranderen, bewegen<br />
Kijk op www.beuk.nl naar ‘Prachtwijken in de maak’<br />
* verslag van het themadiner<br />
* bekendmaking winnaar Beauty Contest Prachtwerkers<br />
* genomineerde projecten en hun beschrijving<br />
Yung Lie van <strong>De</strong> <strong>Beuk</strong> organiseerde voor de gemeente <strong>De</strong>n Haag een conferentie (zie ook pagina 14 en de foto’s op de cover en<br />
in het hart) die om snel en versnellen draaide. <strong>De</strong>n Haag wil voor 2010 16.000 woningen produceren en dat kan alleen wanneer<br />
alle partijen snel en goed met elkaar samenwerken. <strong>De</strong> conferentie bood ruimte voor ontmoetingen, creëren van kansen en<br />
het opperen van ideeën. <strong>De</strong> inventarisatie ervan gebeurde onder meer in de vorm van cartoons die in een oogopslag duidelijk<br />
maken wat er belangrijk is. <strong>De</strong> foto’s zijn van Paul Lunenburg DSO, <strong>De</strong>n Haag.<br />
organisatie-adviesbureau de beuk<br />
Koningstraat 1<br />
1777 AA Hippolytushoef<br />
0227 593408<br />
info@beuk.nl<br />
www.beuk.nl