tijdslijn Karel Jonckheere
tijdslijn Karel Jonckheere
tijdslijn Karel Jonckheere
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Nand Van Itterbeeck<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> woonde een groot deel van zijn leven in Rijmenam, maar kwam<br />
niet echt veel in contact met zijn dorpsgenoten. Toch heeft hij verschillende jaren<br />
samen met Herman Vos de Rijmenamse boekenbeurs geopend. Dan kwamen<br />
Denise en Floris meestal mee. Soms gebeurde het dat Floris dan een kleine<br />
pianorecital ten gehore bracht.<br />
Met beeldhouwer Nand Van Itterbeeck had hij ook een goed contact. “De noeste<br />
specht die ik in Rijmenam op gehoorafstand steeds hoor werken”. Zo betitelde <strong>Karel</strong><br />
<strong>Jonckheere</strong> beeldhouwer Nand Van Itterbeeck.<br />
Men moet zich dit voorstellen: <strong>Jonckheere</strong> zit met een open raam te schrijven,<br />
het is stil in de bossen van ,,de Zeept’’, maar nu en dan klinkt geklop, als van<br />
een specht tegen een boom. Dat is vriend Nand - want vrienden waren Van<br />
Itterbeeck en <strong>Jonckheere</strong> beslist - die ook aan het werk is, maar op zijn manier.<br />
Hij hamert in steen of hout en hij heet ,,noest’’, want het beeld dat we van<br />
Van Itterbeeck krijgen, is het beeld van een man die niet kon stilzitten, die altijd<br />
bezig moest zijn. Geen prater - zoals <strong>Karel</strong> wél was - maar een doener, een<br />
maker. Een stille man die de wereld met zijn handen vormde.<br />
Er gaat iets geruststellends uit van deze scène: twee vrienden die op<br />
gehoorafstand zitten te werken in de stilte van de Zeeptse bossen veertig jaar<br />
geleden.<br />
2013<br />
2013<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> belicht: ter herinne-<br />
ring aan zijn 20ste sterfdatum eert de<br />
gemeente Bonheiden-Rijmenam deze<br />
dichter-schrijver. Gedurende een half<br />
jaar wordt hij gehuldigd in Bonheiden-<br />
Rijmenam, de plaats waar hij zelf van<br />
zei: “We wonen hier … maar we leven<br />
in West-Vlaanderen”.<br />
2001<br />
2001<br />
Jeroen Brouwers publiceert Grafsteen<br />
aan de Dijle, een portret van <strong>Karel</strong><br />
<strong>Jonckheere</strong> in de boekenrubriek van<br />
De Morgen. Hij schrijft over hoe zij alle-<br />
bei in Rijmenam woonden (zomer 1972<br />
- januari 1976) en regelmatig bij elkaar<br />
over de vloer kwamen. Hij verwoordt<br />
hun wederzijdse bezoekjes en ontmoe-<br />
tingen op een rake manier.<br />
2004<br />
Denise Deketelaere overlijdt, Floris ver-<br />
huist en het huis wordt leeggemaakt.<br />
Het AMVC Letterenhuis ontvangt het<br />
grootste deel van zijn omvangrijke<br />
archief.<br />
2006<br />
Het Oostendse bibliotheekplein wordt<br />
officieel naar <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong><br />
genoemd.<br />
1994<br />
Vanaf 1994<br />
Denise en Floris krijgen minder bezoek<br />
sinds de dood van hun echtgenoot/va-<br />
der. Meestal stonden ze in zijn schaduw.<br />
Voordrachtkunstenaar Francis Verdoodt<br />
verwoordde het ooit zo: “Vele uren heb ik in<br />
Rijmenam naar hem geluisterd. Denise: be-<br />
amend, aanvullend, zorgzaam bezig met krui-<br />
denthee, koffie en gebak. Floris: monkelend<br />
meedenkend, namen en feiten oprakelend, soms<br />
grijpend naar de helderheid van zijn piano”.<br />
Heel treffend is wat Floris ooit over zijn vader<br />
zei: “Als hij thuis is, is hij te veel, als hij niet thuis<br />
is, wordt hij gemist. Het beste is, als hij thuis is en<br />
slaapt.”<br />
NA ZIJN DOOD<br />
1993<br />
1993<br />
Op 13 december sterft <strong>Karel</strong><br />
<strong>Jonckheere</strong> op 87-jarige leeftijd in<br />
het Imeldaziekenhuis en wordt in<br />
intieme kring begraven in<br />
Rijmenam.<br />
Vriend en cineast Emile<br />
Dégelin ontwerpt de<br />
grafsteen en kiest de<br />
epitaafverzen.<br />
1990<br />
1990<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> krijgt een beroerte en<br />
contacteert De Morgen voor zijn ‘laatste<br />
interview’, maar herstelt snel.<br />
1991<br />
Zijn 85ste verjaardag wordt gevierd in<br />
Oostende op vraag van de Vrienden van<br />
het Provinciaal Museum voor Moderne<br />
Kunst.<br />
1992<br />
Niemand moet me helpen sterven<br />
(maar éénieder mag me leren leven),<br />
bloemlezing door Herman De Coninck<br />
over <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong>. In de inleiding<br />
vat Herman De Coninck het werk en le-<br />
ven van <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> mooi samen.<br />
<strong>tijdslijn</strong>_CS4_DEFINITIEF.indd 1 18/04/13 19:16
1987<br />
1987<br />
In Oostende wordt aan <strong>Karel</strong> Jonck-<br />
heeres geboortehuis een gedenkplaat<br />
aangebracht.<br />
1988<br />
Gedichtenbundel Recht op da<br />
Capo is zijn geestelijk testament.<br />
1986<br />
1986<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> wordt 80 jaar. Op de<br />
vraag hoe het met hem gaat, antwoordt<br />
hij: “Beter dan ikzelf denk en slechter<br />
dan de anderen denken”.<br />
Frans Cornelis stelt in opdracht<br />
van de gemeente Keerbergen een<br />
huldigingsbundel samen: Het wordt<br />
klaar door de ruiten.<br />
<strong>Karel</strong>s eerste vrouw overlijdt.<br />
In april is er een verjaardagsviering te<br />
Rijmenam. Feestredenaar Hedwig Spe-<br />
liers presenteert <strong>Jonckheere</strong> als de be-<br />
langrijkste kroniekschrijver van onze<br />
Vlaamse literatuur in de 20ste eeuw.<br />
“Dankzij zijn schrijfdrift en publicatie-<br />
woede kunnen we een heerlijk<br />
panorama van een halve eeuw<br />
Vlaamse literatuur bewonderen”.<br />
1975<br />
1975<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> neemt samen met o.m.<br />
Hugo Claus en Marnix Gijsen deel aan<br />
de tweede Nacht van de Poëzie in Kor-<br />
trijk.<br />
1976<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> wordt ereburger<br />
van de gemeente Rijmenam.<br />
Première van de film over zijn letterkun-<br />
dig werk.<br />
Hij trouwt met Denise Deketelaere.<br />
1978<br />
Zijn Groot verzenboek voor al wie<br />
jong van hart is kent een<br />
groot succes.<br />
1979-1985<br />
Vertellingen, bloemlezingen, ge-<br />
dichten, essays, … verschijnen.<br />
1973<br />
1973<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> gaat met pensioen.<br />
Vriend Emile Dégelin maakt de docu-<br />
mentaire ‘<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> bezoekt zijn<br />
moedertaal’.<br />
1974<br />
Bert Decorte, zijn opvolger als reizend<br />
ambassadeur, schrijft een literaire mo-<br />
nografie over <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong>.<br />
1965<br />
1965<br />
De nieuwe dichtbundel Roemeense sui-<br />
te verschijnt.<br />
1966<br />
Zijn geboortestad huldigt hem voor zijn<br />
60ste verjaardag.<br />
Op 7 december wordt hij als lid be-<br />
noemd van de Koninklijke Vlaamse<br />
Academie voor Taal- en Letterkunde.<br />
1968<br />
Recordreisjaar naar onder andere Dene-<br />
marken, Noorwegen, Zweden, Finland,<br />
Israël, Brazilië, Venezuela, Mexico en<br />
VS.<br />
1963<br />
1963<br />
Hij wordt benoemd tot hoofd van de<br />
éénmansdienst voor de verspreiding<br />
van de Nederlandse Letteren in het bui-<br />
tenland. Hij blijft reizend ambassadeur<br />
tot aan zijn pensionering.<br />
1962<br />
1962<br />
Hij vliegt naar Oost- en West-Berlijn en<br />
voor de eerste keer ook naar Roemenië.<br />
Hij wordt redactielid van De Gids, een<br />
algemeen cultureel en literair tijd-<br />
schrift.<br />
Het gezin verhuist naar hun nieuwge-<br />
bouwde woning in de Venstraat 1, la-<br />
ter hernoemd tot Kraaivenstraat 24.<br />
Het is een plattelandsvilla in winkel-<br />
haakvorm, helemaal gelijkvloers met<br />
een grote tuin waar hij graag in werkt<br />
en bezoekers een rondleiding geeft. Er<br />
staat ook een “Boompje van Chopin” zo-<br />
als hij het noemt. Een zelfgeplante kas-<br />
tanje die hij had opgeraapt onder de<br />
kastanjeboom voor het geboortehuis<br />
van Frederik Chopin. Zijn pauw loopt<br />
vrij rond in hun tuin.<br />
<strong>tijdslijn</strong>_CS4_DEFINITIEF.indd 2 18/04/13 19:16
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> reisde veel en<br />
graag. Eerst met staatssubsidies<br />
als student, later o.m. in functie<br />
van letterkundig adviseur en<br />
reizend ambassadeur.<br />
Eénmaal<br />
bezocht<br />
Meerdere malen<br />
bezocht<br />
<strong>tijdslijn</strong>_CS4_DEFINITIEF.indd 3 18/04/13 19:16
1961<br />
Eind 1961, begin 1962<br />
Hij verblijft in Indië om de 100 jaar gele-<br />
den geboren Tagore te herdenken.<br />
1961<br />
Een nieuwe dichtbundel,<br />
Ogentroost, verschijnt. In Ogen-<br />
troost wordt de dagelijkse autorit van<br />
Rijmenam naar Brussel beschreven.<br />
<strong>Karel</strong> rijdt elke dag naar het Ministerie<br />
en brengt Floris naar het blindeninsti-<br />
tuut in Sint-Lambrechts-Woluwe.<br />
Hij werkt voor de regering in de Unie<br />
van Zuid Afrika. Hij wordt leraar in de<br />
Europese literatuur aan het Hoger Rijks-<br />
instituut voor Toneel- en Cultuursprei-<br />
ding (RITC).<br />
1957<br />
1957<br />
Voor de tweede keer bezoekt hij de Ver-<br />
enigde Staten.<br />
1958<br />
Hij reist naar Brazilië, Belgisch-<br />
Congo en Rwanda.<br />
1960<br />
Op 27 januari sterft moeder <strong>Jonckheere</strong>.<br />
In september wordt <strong>Jonckheere</strong> ge-<br />
vraagd om voorzitter te worden bij het<br />
programma ‘Hou je aan je woord’ op de<br />
Nederlandse televisie. Het populaire<br />
programma wordt 7 seizoenen lang<br />
uitgezonden.<br />
1956<br />
RIJMENAM<br />
1953<br />
Hij wordt aangesteld tot letterkundig<br />
adviseur bij de Dienst der Letteren van<br />
het Ministerie voor Nationale Opvoe-<br />
ding en Cultuur.<br />
Hij reist naar Spanje (ook in 1954 en<br />
1955).<br />
1956<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> ontvangt de Drie-<br />
jaarlijkse Staatsprijs voor de<br />
Vlaamse Poëzie voor gedichtenbundel<br />
Van Zee tot Schelp (1955).<br />
Hij reist naar de VS en Canada.<br />
1953<br />
1953<br />
De aanwezigheid van een geschikte<br />
school voor Floris in Brussel is één van<br />
de redenen waarom <strong>Jonckheere</strong> naar<br />
Rijmenam verhuist.<br />
Van de vorige huurders nemen ze de<br />
kat, de gordijnen en een volle beerput<br />
over. Het gezin neemt zijn intrek in<br />
Villa Clémine, (Kraai) Venstraat 9.<br />
1948<br />
1948<br />
Vloedlijn, eerste verzamelbundel<br />
aangevuld met nieuwe gedichten,<br />
verschijnt. Hij gaat op culturele tournee<br />
naar Belgisch Congo en de Unie van<br />
Zuid-Afrika.<br />
1951<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> heeft een relatie met<br />
Denise Deketelaere. Hun zoon Floris<br />
wordt twee maanden te vroeg geboren<br />
en blijkt blind te zijn. Dit treft <strong>Karel</strong><br />
<strong>Jonckheere</strong> zeer diep.<br />
1952<br />
Hij ontvangt de Arthur Merghelynck<br />
prijs voor de dichtbundel<br />
De Hondenwacht.<br />
1947<br />
1947<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> ontvangt de Drie-<br />
jaarlijkse Staatsprijs voor de<br />
Vlaamse poëzie voor de bundel Spiegel<br />
der Zee (1946).<br />
Gaston Burssens en hij worden boezem-<br />
vrienden.<br />
Hij maakt een journalistiek verslag van<br />
een reis van 18 dagen naar de<br />
IJslandse visgronden.<br />
1945<br />
BRUSSEL<br />
1945<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> gaat in Brussel<br />
wonen. Zijn functie als particulier<br />
secretaris van de minister van Binnen-<br />
landse zaken, Adolf van Glabbeke, leidt<br />
hiertoe.<br />
Hij bezoekt zijn pleegkind Conchita in<br />
Spanje.<br />
1946<br />
Hij wordt rijksinspecteur van de Open-<br />
bare Bibliotheken van West-Vlaande-<br />
ren. Het Nieuw Vlaams Tijdschrift kent<br />
zijn oorsprong, <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> blijft<br />
actief redactielid tot 1983.<br />
1938<br />
1938<br />
1939<br />
Gedichtenbundel Klein Testament<br />
verschijnt.<br />
Ongeveer 100 ‘republikeinse’ Spaanse<br />
kinderen arriveren in Oostende. Con-<br />
chita (Alcayde Nin) verblijft van januari<br />
tot oktober ten huize van het echtpaar<br />
<strong>Jonckheere</strong>-Reynders.<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> ontmoet als plaatsver-<br />
vangend directeur Denise, lesgeefster<br />
Nederlands en 14 jaar jonger. Hij wor-<br />
stelt met gevoelens voor haar.<br />
<strong>tijdslijn</strong>_CS4_DEFINITIEF.indd 4 18/04/13 19:16
1937<br />
1937<br />
Vader Kamiel <strong>Jonckheere</strong> overlijdt.<br />
Dichtbundel Gewijde Grond<br />
verschijnt.<br />
Begin van talrijke reizen; studenten<br />
en artiesten kunnen met staatssubsi-<br />
die mee met vrachtschepen, waar Ka-<br />
rel <strong>Jonckheere</strong> dankbaar gebruik van<br />
maakt. Zijn eerste reizen gaan naar<br />
Cuba, Mexico, Texas en Louisiana. Hij<br />
ontmoet veel schrijvers en naast journa-<br />
listiek werk schrijft hij ook reisverhalen.<br />
1934<br />
OOSTENDE<br />
1934<br />
Samen met boekhandelaar Devriendt<br />
organiseert <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> de Week<br />
van het Vlaamse Boek. “Koop een boek<br />
door de schrijver ondertekend, het zal<br />
later veel waarde hebben”.<br />
Financieel wordt het geen succes. Wel<br />
komen er gedurende vier jaar veel<br />
Vlaamse schrijvers naar Oostende, zo-<br />
als Ernest Claes, Felix Timmermans,<br />
Marnix Gijsen, Herman Teirlinck, Wil-<br />
lem Elsschot, …<br />
1935<br />
1936<br />
Tweede gedichtenbundel wordt uit-<br />
gegeven: Het witte zeil.<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> interviewt Stijn Streu-<br />
vels in Lijsternest.<br />
<strong>Jonckheere</strong> wordt betrokken bij het pro-<br />
ject ‘het NIR aan de kust’. Diverse radio-<br />
lezingen zijn het gevolg. Hij wordt een<br />
goede vriend van Marnix Gijsen.<br />
1926<br />
1926<br />
Eerste perskaart als journalist van loka-<br />
le weekblad Zeewacht.<br />
1930<br />
Als reisleider van de Vlaamsche Toeris-<br />
tenbond (VTB) begeleidt hij reizen naar<br />
o.m. Zwitserland.<br />
1932<br />
Gedichten verschijnen voor het<br />
eerst in De Vlaamsche Gids.<br />
Zijn collega-schrijver en streekgenoot<br />
Raymond Brulez wordt zijn vriend.<br />
Hij wint in dat jaar de Willems-<br />
fonds wedstrijd voor jong talent<br />
en huwt met onderwijzeres Germaine<br />
Reynders. Ze blijven in Oostende<br />
wonen.<br />
1933<br />
De kiemen van zijn levenslang “druk<br />
bezig zijn” worden gelegd.<br />
1921<br />
1921<br />
Paul Van de Woestijne, zoon van<br />
<strong>Karel</strong> Van de Woestijne, zit bij hem in de<br />
klas voor o.m. het vak Nederlands.<br />
Zij worden lid van de studentenkring<br />
‘De Ledeganck’s zonen’, waar de nadruk<br />
ligt op Vlaamsgezindheid en het belang<br />
van de Nederlandse taal.<br />
1922<br />
Hij helpt met de organisatie van de klei-<br />
ne uitleenbibliotheek van het Willems-<br />
fonds, als ruil mag hij ‘onbeperkt’ lezen.<br />
1924-1925<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> schrijft enkele onuit-<br />
gegeven gedichten. Hij start zijn op-<br />
leiding aan de Rijksmiddelbare Nor-<br />
maalschool in Gent, waar hij in 1927<br />
afstudeert. Hij werkt als jobstudent<br />
(hulpkok, liftboy en portier, hulp bij<br />
overbuur-brouwer).<br />
JEUGDJAREN<br />
9 april 1906<br />
<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> wordt geboren in Oos-<br />
tende als oudste zoon van politieagent<br />
Kamiel <strong>Jonckheere</strong> en Victorine<br />
De Clercq.<br />
1908 broer Jozef wordt geboren.<br />
1910 zus Maria wordt geboren.<br />
1912-1918<br />
<strong>Karel</strong> volgt basisonderwijs in de Leopoldschool in<br />
Oostende.<br />
Zijn vader bezorgde hem met zijn gelegenheidspoë-<br />
zie interesse voor de letteren, evenals zijn moeder die<br />
heel graag las, vooral reisverhalen.<br />
Kamiel <strong>Jonckheere</strong> X Victorine De Clercq<br />
<strong>Karel</strong> Maria Jozef<br />
1906<br />
KAREL<br />
JONCKHEERE<br />
Oostende 1906 - 1993 Rijmenam<br />
BRONNEN:<br />
Kunsttijdschrift Vlaanderen, samenstelling Dirk de Geest en Dirk<br />
Beirens, jaargang 57, 323, november 2008.<br />
Jeroen Brouwers, Grafsteen aan de Dijle in Stoffer en Blik,<br />
uitgeverij Atlas, 2004: 179-204.<br />
Herman De Coninck, Niemand moet me helpen sterven (maar eenieder<br />
mag me leren leven). <strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> gebloemleesd door<br />
Herman de Coninck, Antwerpen-Baarn, 1992.<br />
Foto’s: Archief Dirk Beirens en AMVC Letterenhuis<br />
Naast deze <strong>tijdslijn</strong> in de ‘<strong>Karel</strong> <strong>Jonckheere</strong> literaire tuin’ kan je als<br />
bezoeker een literaire wandeling maken in Rijmenam. Info is op te<br />
vragen via GC ‘t Blikveld. Zo kom je nog meer te weten over <strong>Karel</strong><br />
<strong>Jonckheere</strong> en zijn leven hier in Rijmenam.<br />
<strong>tijdslijn</strong>_CS4_DEFINITIEF.indd 5 18/04/13 19:17