Klik hier om het volledige bestand te openen als pdf - YES! wiki ...
Klik hier om het volledige bestand te openen als pdf - YES! wiki ...
Klik hier om het volledige bestand te openen als pdf - YES! wiki ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Namen: Anouk Boere, Kim Kuiper<br />
Klas: A6A<br />
Docent: Mevr. Klijmij<br />
Inleverdatum: 21-09-2012<br />
Profielwerkstuk <strong>YES</strong>!<br />
1
Inhoudsopgave<br />
Voorwoord blz. 5<br />
Inleiding blz. 6<br />
Probleems<strong>te</strong>lling blz. 6<br />
Hoofd- en deelvragen blz. 7<br />
Hypothese blz. 8<br />
Methode blz. 9<br />
Hoofdstuk 1: Kenmerken van Europa blz. 10<br />
1.1 Geografie blz. 10<br />
1.2 Verschillende klima<strong>te</strong>n blz. 11<br />
1.3 Klima<strong>te</strong>n in Europa blz. 13<br />
1.4 Landschapszones blz. 13<br />
1.5 Toerisme blz. 15<br />
1.6 Econ<strong>om</strong>ie blz. 16<br />
Hoofdstuk 2: Wat zijn de oorzaken van klimaatverandering blz. 18<br />
voor Europa?<br />
2.1 Natuurlijke klimaatverandering blz. 18<br />
• 2.1.1 Kosmische oorzaken blz. 18<br />
2.1.1.1 Zonnevlekken blz. 18<br />
2.1.1.2 Dagleng<strong>te</strong> blz. 18<br />
2.1.1.3 Stand van de aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van de zon blz. 19<br />
• 2.1.2 Terrestrische oorzaken blz. 20<br />
2.1.2.1 Vulkanisme blz. 20<br />
2.1.2.2 Pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek en zeestr<strong>om</strong>en blz. 22<br />
2.2 Menselijke klimaatverandering blz. 22<br />
• 2.2.1 Uitstoot broeikasgassen blz. 23<br />
• 2.2.2 Ontbossing blz. 24<br />
• 2.2.3 Verwoestijning blz. 24<br />
2.3 Wat kan Europa doen? blz. 25<br />
Hoofdstuk 3: Waar leidt klimaatverandering toe en wat zijn daarvan blz. 26<br />
de gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme?<br />
3.1 Extreme weers<strong>om</strong>standigheden blz. 27<br />
3.2 Natuurrampen blz. 29<br />
• 3.2.1 Overstr<strong>om</strong>ingen blz. 30<br />
• 3.2.2 Droog<strong>te</strong> blz. 31<br />
• 3.2.3 Geofysische factoren blz. 33<br />
2
3.3 Zeespiegelstijging blz. 34<br />
3.4 Verandering van de biodiversi<strong>te</strong>it en <strong>om</strong>geving blz. 35<br />
3.5 Landschapzones blz. 39<br />
Hoofdstuk 4: Hoe kunnen we de nadelige gevolgen van blz. 40<br />
klimaatverandering op toerisme beperken?<br />
4.1 Op politiek gebied blz. 40<br />
• 4.1.1 Politieke geschiedenis van klimaatverandering blz. 40<br />
• 4.1.2 Kyoto Protocol blz. 41<br />
• 4.1.3 Europese inzet bij klimaatverandering blz. 42<br />
• 4.1.4 Nederlandse inzet bij klimaatverandering blz. 42<br />
4.2 Op econ<strong>om</strong>isch gebied blz. 42<br />
• 4.2.1 Klimaatverandering en toerisme: enkele cijfers blz. 43<br />
• 4.2.2 Econ<strong>om</strong>ische oplossingen blz. 44<br />
4.3 Op demografisch gebied blz. 46<br />
Hoofdstuk 5: Wat voor gevolgen heeft toerisme voor Europa? blz. 49<br />
5.1 Ruim<strong>te</strong> en infrastructuur blz. 49<br />
5.2 Wa<strong>te</strong>rverbruik blz. 50<br />
5.3 Milieuvervuiling blz. 52<br />
Hoofdstuk 6: Hoe kunnen de negatieve gevolgen van toerisme blz. 54<br />
worden beperkt?<br />
6.1 Uitstoot verminderen blz. 54<br />
6.2 Wa<strong>te</strong>rgebruik verbe<strong>te</strong>ren blz. 56<br />
6.3 Duurzaam toerisme blz. 56<br />
Hoofdstuk 7: De onderzoeksresulta<strong>te</strong>n blz. 59<br />
7.1 Vraag 1 blz. 59<br />
7.2 Vraag 2 blz. 61<br />
7.3 Vraag 3 blz. 63<br />
7.4 Vraag 4 blz. 65<br />
7.5 Vraag 5 blz. 67<br />
7.6 Vraag 6 blz. 67<br />
7.7 Vraag 7 blz. 69<br />
7.8 Vraag 8 blz. 71<br />
7.9 Vraag 9 blz. 73<br />
7.10 Vraag 10 blz. 74<br />
7.11 Vraag 11 blz. 75<br />
7.12 Vraag 12 blz. 77<br />
9.13 Vraag 13 blz. 79<br />
3
7.14 Vraag 16 blz. 80<br />
Conclusies en aanbevelingen blz. 83<br />
Conclusie per hoofdstuk blz. 83<br />
Aanbevelingen blz. 85<br />
Terugblik hypothese blz. 86<br />
Aanzet vervolgonderzoek blz. 87<br />
Evaluatie blz. 87<br />
Bronnenlijst blz. 89<br />
Bijlage<br />
Kran<strong>te</strong>nartikelen<br />
4
Voorwoord<br />
Toen wij de kans kregen mee <strong>te</strong> doen aan <strong>het</strong> <strong>YES</strong>!-project van WorldSchool waren we gelijk erg<br />
gemotiveerd. Het leek ons beiden wel leuk en een ech<strong>te</strong> uitdaging. We waren dan ook super blij<br />
toen we hoorden dat we mee moch<strong>te</strong>n doen. We hebben verschillende projectdagen gehad in<br />
<strong>het</strong> <strong>te</strong>ken van <strong>YES</strong>!. Zo zijn we bij Clingendaal geweest, bij de Universi<strong>te</strong>it in Wageningen, in<br />
Tilburg, in Brussel bij <strong>het</strong> Europees Parlement en in Den Haag bij de Staatssecretaris van<br />
Bui<strong>te</strong>nlandse Zaken. S<strong>te</strong>eds hebben we daar met plezier aan deelgen<strong>om</strong>en. Meedoen aan <strong>het</strong><br />
<strong>YES</strong>!-project be<strong>te</strong>kende wel dat wij eerder dan andere leerlingen uit 6VWO klaar moes<strong>te</strong>n zijn met<br />
ons profielwerkstuk. Dat leek toen we in <strong>het</strong> project stap<strong>te</strong> nog ver weg, maar de eindstreep<br />
kwam s<strong>te</strong>eds dich<strong>te</strong>rbij. Aan <strong>het</strong> eind van <strong>het</strong> vorige schooljaar hadden we ons onderwerp<br />
'klimaat en toerisme in Europa' gekozen en konden we aan de slag. Eerst met <strong>het</strong> schrijven van<br />
onze opzet, daarna met <strong>het</strong> maken van hoofd- en deelvragen en <strong>het</strong> verzamelen van informatie.<br />
Ui<strong>te</strong>indelijk konden we ook echt gaan werken aan de hoofdstukken. Zelfs in onze z<strong>om</strong>ervakantie<br />
hebben we veel tijd bes<strong>te</strong>ed aan de eers<strong>te</strong> versie van ons profielwerkstuk. Het was zeker op <strong>het</strong><br />
einde heel hard werken <strong>om</strong> ons profielwerkstuk daadwerkelijk klaar <strong>te</strong> krijgen. Onze begeleider,<br />
mevrouw Klijmij, heeft ons daar goed bij geholpen en wij willen haar dan ook graag bedanken<br />
voor <strong>het</strong> meedenken, <strong>het</strong> meelezen en voor de aanwijzingen die we van haar hebben gekregen.<br />
Verder willen we Anton Boere bedanken die alles kritisch heeft gelezen en ons nuttige<br />
aanwijzingen heeft gegeven <strong>als</strong> we <strong>het</strong> even niet meer zagen zit<strong>te</strong>n.<br />
We hebben ook een enquê<strong>te</strong> gehouden onder 100 personen over klimaat en toerisme. De<br />
uitk<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n <strong>hier</strong>van zijn in ons profielwerkstuk verwerkt. Voor <strong>het</strong> maken van een profielwerkstuk<br />
staat per leerling ongeveer 80 uur. Daar zijn we ver over heen gegaan. Ui<strong>te</strong>indelijk vinden we dat<br />
niet zo erg nu <strong>het</strong> echt af is. Het is een groot verhaal geworden, waarvan we hopen dat <strong>het</strong> met<br />
plezier gelezen wordt.<br />
Kim Kuiper<br />
Anouk Boere<br />
5
Inleiding<br />
Probleems<strong>te</strong>lling<br />
Klimaatverandering staat volop in de belangs<strong>te</strong>lling. Dit is niet zo vreemd, <strong>om</strong>dat de gevolgen van<br />
klimaatverandering s<strong>te</strong>eds duidelijker zichtbaar worden. In de media is <strong>hier</strong> ook veel aandacht<br />
voor. Als voorbeeld kunnen we noemen de Volkskrant van 8 sep<strong>te</strong>mber 2012, waar maar liefst<br />
twee artikelen in stonden die een relatie hebben met klimaatverandering. Het ene gaat over <strong>het</strong><br />
smel<strong>te</strong>n van <strong>het</strong> ijs op de Noordpool ('De Noordpool doet raar'). Het andere over de kans op een<br />
tsunami bij Portugal ('Kans op tsunami bij kust Portugal s<strong>te</strong>eds onderschat'). Beide artikelen zijn<br />
opgen<strong>om</strong>en in bijlage 1. In de metro van 18 sep<strong>te</strong>mber 2012 was zelfs een hele special opgen<strong>om</strong>en<br />
over duurzaamheid en klimaatverandering. Klimaatverandering heeft niet alleen maar negatieve<br />
gevolgen voor gebieden en <strong>het</strong> toerisme, dat blijkt bijvoorbeeld ook uit <strong>het</strong> artikel 'De Noordpool<br />
doet raar'. In genoemd artikel worden voor- en nadelen voor algen, vissen en de ijsbeer<br />
beschreven. Aan klimaatverandering zit<strong>te</strong>n zeker ook positieve kan<strong>te</strong>n. Klimaatverandering kan<br />
ech<strong>te</strong>r wel gro<strong>te</strong> gevolgen hebben voor de spreiding van <strong>het</strong> toerisme. Toeris<strong>te</strong>n gaan misschien<br />
andere gebieden bezoeken of op andere m<strong>om</strong>en<strong>te</strong>n reizen, dat geeft de sector ook weer kansen.<br />
Het is daar<strong>om</strong> belangrijk voor de toeristische sector <strong>om</strong> daar nu al rekening mee <strong>te</strong> gaan houden.<br />
Wij hebben ech<strong>te</strong>r de indruk dat dit nog niet echt speelt. In <strong>het</strong> kader van <strong>het</strong> <strong>YES</strong>!-project waar<br />
wij aan mee hebben gedaan, hebben we eigenlijk ook maar weinig over klimaatverandering en de<br />
invloed daarvan op toerisme gehoord. Wij zijn er door <strong>het</strong> <strong>YES</strong>!-project wel zelf meer over na gaan<br />
denken. Ons onderwerp klimaatverandering en toerisme is <strong>hier</strong> ook uit voortgek<strong>om</strong>en. Op<br />
in<strong>te</strong>rnet is dit nog geen hot i<strong>te</strong>m. Sys<strong>te</strong>matisch onderzoek naar de relatie tussen<br />
klimaatverandering en toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en in Europa is er eigenlijk niet.<br />
Dat klimaatverandering plaatsvindt, merkt en weet iedereen nu wel. Het is dan eigenlijk wel<br />
vreemd dat <strong>het</strong> thema klimaatverandering bij de verkiezingen op 12 sep<strong>te</strong>mber nauwelijks een rol<br />
heeft gespeeld. De partij die <strong>het</strong> mees<strong>te</strong> aandacht vroeg voor de opwarming van de aarde,<br />
GroenLinks, heeft in de verkiezingen zelfs veel verloren. Het ging bij de verkiezingen veel meer<br />
over Europa, de woningmarkt, de zorg, de AOW en de arbeidsmarkt, <strong>om</strong> maar wat thema’s <strong>te</strong><br />
noemen. Thema’s die op dit m<strong>om</strong>ent spelen. Klimaatverandering lijkt nog ver weg, iets voor de<br />
lange <strong>te</strong>rmijn en ook iets waarvan we niet precies we<strong>te</strong>n wat <strong>het</strong> voor ons gaat be<strong>te</strong>kenen.<br />
Iemand die nu een strand<strong>te</strong>nt heeft is natuurlijk vooral geïn<strong>te</strong>resseerd in de vraag wat <strong>het</strong> op<br />
kor<strong>te</strong> <strong>te</strong>rmijn voor zijn eigen bedrijf be<strong>te</strong>kent, de gevolgen op lange <strong>te</strong>rmijn in<strong>te</strong>resseren hem veel<br />
minder.<br />
Het weer heeft gro<strong>te</strong> invloed op ons dagelijks leven. Het bepaalt hoe we ons kleden, hoe we naar<br />
ons werk gaan en welke activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n we verder ondernemen. In onze vrije tijd en tijdens vakanties<br />
is <strong>het</strong> weer nog belangrijker voor ons. Het weer bepaalt voor vele mensen de keuzes die ze bij<br />
vakanties maken.<br />
In Nederland bijvoorbeeld is de gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur de afgelopen eeuw met 1,7 graden<br />
ges<strong>te</strong>gen, dat is tweemaal zoveel <strong>als</strong> <strong>het</strong> wereldgemiddelde. We hebben ook zo’n 20% meer<br />
neerslag per jaar. De kans op extreem weer neemt alleen maar toe. Nederland kan <strong>hier</strong> ech<strong>te</strong>r<br />
alleen maar weinig aan doen. <strong>het</strong> is een mondiaal probleem dat met alle landen samen moet<br />
worden aangepakt. In hoofdstuk 4 gaan we <strong>hier</strong> nader op in.<br />
Als <strong>het</strong> klimaat verandert, verandert dat ook de keuzes van onze vakanties. Dat kan bijna niet<br />
anders. In Nederland draagt <strong>het</strong> toerisme voor zo’n 4 tot 5 procent bij aan <strong>het</strong> bruto nationaal<br />
product. Er zijn landen in Europa die veel meer dan Nederland afhankelijk zijn van <strong>het</strong> toerisme.<br />
Daar spelen problemen rond klimaatverandering en toerisme nog veel meer. Echt veel aandacht is<br />
<strong>hier</strong> nog niet overal voor. Toch is <strong>het</strong> zeker dat met name de landen rond de Middellandse Zee<br />
met toenemende problemen geconfron<strong>te</strong>erd zullen worden. Deze landen hebben nu al <strong>te</strong> maken<br />
met extreem warme periodes en droog<strong>te</strong>s. Dat kan leiden tot wa<strong>te</strong>r<strong>te</strong>kor<strong>te</strong>n en bosbranden. Al<br />
6
jaren worden toeris<strong>te</strong>ngebieden rond de Middellandse Zee getroffen door hevige bosbranden die<br />
vaak zeer moeizaam <strong>te</strong> blussen waren door de aanhoudende droog<strong>te</strong>. In hoofdstuk 4 gaan we<br />
verder in op dit soort natuurrampen.<br />
Net <strong>als</strong> <strong>het</strong> weer is ook klimaatverandering maar moeilijk <strong>te</strong> voorspellen. Dat geldt ook voor de<br />
gevolgen van klimaatverandering voor <strong>het</strong> toerisme. We we<strong>te</strong>n dat de opwarming van de aarde<br />
doorzet en dat we rekening moe<strong>te</strong>n houden met meer extreem weer. Dat dit gevolgen zal krijgen<br />
voor <strong>het</strong> toerisme is wel duidelijk. Toerisme is een hele weergevoelige bezigheid. Als <strong>het</strong> een dag<br />
mooi weer is trekken de mensen erop uit, gaan wandelen, fietsen, s<strong>te</strong>den bezoeken of gaan naar<br />
de bossen of <strong>het</strong> stand. Bij slecht weer blijven mensen meer binnen, bezoeken een stad of gaan<br />
maar musea. Verandering van <strong>het</strong> weer heeft direc<strong>te</strong> gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme. Als <strong>het</strong> ech<strong>te</strong>r<br />
<strong>om</strong> klimaatverandering gaat dan heeft dat veel gro<strong>te</strong>re gevolgen. Op welk m<strong>om</strong>ent en op welke<br />
schaal klimaatverandering ons gedrag <strong>te</strong>n aanzien van vakanties gaat beïnvloeden is heel moeilijk<br />
<strong>te</strong> voorspellen.<br />
Klimaatverandering wordt nog vaak bekeken <strong>als</strong> een probleem dat vooral op de lange <strong>te</strong>rmijn<br />
consequenties zal hebben voor <strong>het</strong> toerisme, maar <strong>het</strong> is wellicht al dich<strong>te</strong>rbij dan velen denken.<br />
Het klimaat verandert, en mensen zullen hun vakantiebes<strong>te</strong>mmingen <strong>hier</strong>op gaan aanpassen, niet<br />
alleen in de tijd (voor-, hoog-, of naseizoen), maar ook in de bes<strong>te</strong>mming (wellicht niet meer naar<br />
de stranden aan de Middellandse Zee die in de z<strong>om</strong>er <strong>te</strong> heet zijn, maar naar de wat meer<br />
aangename Scandinavische landen). Nu be<strong>te</strong>kent klimaatverandering niet per definitie dat <strong>het</strong><br />
toerisme er slech<strong>te</strong>r van wordt. Mensen zullen echt wel op vakantie blijven gaan.<br />
Klimaatverandering kan wel tot gevolg hebben dat mensen andere keuzen gaan maken met hun<br />
vakanties.<br />
Hoofd- en deelvragen<br />
Wij vonden <strong>het</strong> belangrijk <strong>om</strong> ons meer <strong>te</strong> verdiepen in <strong>het</strong> verband tussen klimaat en toerisme,<br />
<strong>om</strong>dat <strong>hier</strong> nog niet veel aandacht voor is. Want niet alleen de klimaatverandering heeft invloed<br />
op <strong>het</strong> toerisme. Het toerisme heeft ook invloed op de klimaatverandering en <strong>het</strong> klimaat in <strong>het</strong><br />
algemeen.<br />
Als hoofdvraag hebben we daar<strong>om</strong> gekozen voor de vraag: ‘In hoeverre heeft de<br />
klimaatverandering invloed op <strong>het</strong> toerisme en vice versa in Europa. En hoe kunnen de negatieve<br />
gevolgen <strong>hier</strong>van verminderd worden?’.<br />
We beginnen met een inleidend hoofdstuk over Europa en klimaatverandering. Hierin behandelen<br />
we de geografie van Europa, de verschillende klima<strong>te</strong>n in Europa, de landschapszones, <strong>het</strong><br />
toerisme en de econ<strong>om</strong>ie.<br />
Als we wat meer over Europa en <strong>het</strong> klimaat we<strong>te</strong>n gaan we naar de eers<strong>te</strong> deelvraag: ‘Wat zijn<br />
de oorzaken van klimaatverandering voor Europa?’. In hoofdstuk 2 kijken we naar de natuurlijke<br />
oorzaken van klimaatverandering. De natuurlijke gevolgen delen we nog in tweeën, we kijken<br />
eerst naar de kosmische oorzaken en vervolgens kijken we naar de <strong>te</strong>rrestrische oorzaken. Hierna<br />
kijken we naar de menselijke oorzaken van klimaatverandering.<br />
Onze tweede deelvraag is: ‘Waar leidt klimaatverandering toe? En wat zijn daarvan de gevolgen<br />
voor <strong>het</strong> toerisme?’. In hoofdstuk 3 behandelen we de gevolgen van klimaatverandering, zo<strong>als</strong><br />
bijvoorbeeld extremer weer en natuurrampen. We maken in dit hoofdstuk ook s<strong>te</strong>eds een<br />
<strong>te</strong>rugkoppeling naar recen<strong>te</strong> gebeur<strong>te</strong>nissen in Europa die met deze gevolgen <strong>te</strong> maken hebben.<br />
In hoofdstuk 4 behandelen we onze derde deelvraag. Deze luidt: ‘Hoe kunnen we de nadelige<br />
gevolgen van klimaatverandering op toerisme beperken?’. In dit hoofdstuk kijken we naar wat de<br />
7
politiek doet en kan doen <strong>om</strong> de negatieve gevolgen van klimaatverandering op toerisme <strong>te</strong><br />
beperken. We bepreken bijvoorbeeld <strong>het</strong> Kyoto protocol. Ook kijken we wat er via de<br />
econ<strong>om</strong>ische en demografische kant moet gebeuren <strong>om</strong> deze gevolgen <strong>te</strong> beperken.<br />
Nu we <strong>het</strong> eers<strong>te</strong> deel van onze hoofdvraag, de invloed die klimaatverandering uitoefent op<br />
toerisme, hebben bekeken kunnen we gaan kijken naar de gevolgen van toerisme op<br />
klimaatverandering. De deelvraag die we in hoofdstuk 5 behandelen is: ‘Wat voor gevolgen heeft<br />
toerisme op Europa?’. We kijken in dit hoofdstuk naar de gevolgen van toerisme in de landen,<br />
bijvoorbeeld voor de vraag naar voorzieningen en <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rgebruik. We kijken ook naar de<br />
gevolgen van toerisme op de klimaatverandering. Milieuvervuiling en wa<strong>te</strong>rgebruik k<strong>om</strong>en <strong>hier</strong><br />
onder andere aanbod.<br />
In hoofdstuk 6 wordt onze laats<strong>te</strong> deelvraag behandeld: ‘Hoe kunnen de negatieve gevolgen van<br />
toerisme worden beperkt?’. In dit hoofdstuk kijken we bijvoorbeeld naar <strong>het</strong> verminderen van de<br />
uitstoot van broeikasgassen door toeris<strong>te</strong>n, maar ook kijken we naar <strong>het</strong> verbe<strong>te</strong>ren van<br />
wa<strong>te</strong>rgebruik en <strong>het</strong> pr<strong>om</strong>o<strong>te</strong>n van duurzaam toerisme.<br />
In hoofdstuk 7 werken we de onderzoeksvragen van onze enquê<strong>te</strong> verder uit.<br />
We eindigen ons werkstuk met conclusies en aanbevelingen.<br />
Hypothese<br />
Wij denken dat de klimaatverandering meer invloed heeft op <strong>het</strong> toerisme dan <strong>het</strong> toerisme op<br />
klimaatverandering. Door klimaatveranderingen zullen er verschillende negatieve gevolgen zijn<br />
voor de landen in Europa. Temperaturen kunnen gaan stijgen of dalen en <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> weer voor de<br />
toeris<strong>te</strong>nsector erg belangrijk is zullen er zeker veranderingen k<strong>om</strong>en in de spreiding van <strong>het</strong><br />
toerisme. Ook zal volgens ons de kans op natuurrampen gaan stijgen, met <strong>als</strong> gevolg dat de<br />
veiligheid in bepaalde landen af zou kunnen nemen. Veiligheid is namelijk een belangrijke factor<br />
<strong>als</strong> <strong>het</strong> gaat <strong>om</strong> de spreiding van <strong>het</strong> toerisme. Landen waar de kans op natuurrampen gro<strong>te</strong>r<br />
wordt, zullen minder aantrekkelijk zijn voor toeris<strong>te</strong>n. Maar dit zijn volgens ons niet de enige twee<br />
negatieve gevolgen van klimaatverandering op toerisme. De biodiversi<strong>te</strong>it en <strong>om</strong>geving in<br />
bepaalde landen zullen ook gaan veranderen. Al deze redenen bij elkaar zullen er voor zorgen dat<br />
toeris<strong>te</strong>n zich anders gaan gedragen en sneller naar andere landen zullen verplaatsen.<br />
Bijvoorbeeld ook landen bui<strong>te</strong>n Europa.<br />
Toch denken wij dat <strong>het</strong> toerisme ook invloed heeft op de klimaatverandering. Ook bijvoorbeeld<br />
<strong>om</strong>dat toerisme, volgens ons, een erg belangrijke ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>nbron is en er veel geld gaat naar<br />
bijvoorbeeld de bouw van vakantieparken en ho<strong>te</strong>lflats in plaats van naar de natuur en de<br />
bevolking. Het is ook algemeen bekend dat toeris<strong>te</strong>n veel gebruik maken van wa<strong>te</strong>r, bijvoorbeeld<br />
voor hun acc<strong>om</strong>modatie. Gewassen kunnen <strong>hier</strong>door in de problemen k<strong>om</strong>en wat uitdroging,<br />
verzilting of zelfs verwoestijning tot gevolg kan hebben. De infrastructuur is voor <strong>het</strong> toerisme<br />
van groot belang en die infrastructuur heeft weer gevolgen voor klimaatverandering. Stukken<br />
natuur gaan verloren door wegen waar auto’s hun CO₂ uitsto<strong>te</strong>n. Ook vliegreizen zorgen voor<br />
extra CO₂-uitstoot. Het is dus goed <strong>te</strong> begrijpen dat toerisme <strong>het</strong> landschap en de <strong>om</strong>geving<br />
verandert, en zo dus ook <strong>het</strong> klimaat. Wij zijn van mening dat toerisme een duidelijke invloed<br />
heeft op de klimaatverandering.<br />
Volgens ons kunnen de negatieve gevolgen van klimaatverandering op toerisme worden beperkt<br />
door onder andere overheidsingrepen en nieuwe <strong>te</strong>chnieken. Om de negatieve invloed van<br />
klimaatverandering op <strong>het</strong> toerisme <strong>te</strong> beperken moet een oplossing gevonden worden voor de<br />
klimaatverandering. Natuurlijk is dit veel makkelijker gezegd dan gedaan, <strong>om</strong>dat<br />
klimaatverandering een mondiaal probleem is. Om <strong>het</strong> probleem op <strong>te</strong> lossen moe<strong>te</strong>n daar<strong>om</strong><br />
8
verschillende afspraken met heel Europa en zelfs de hele wereld worden gemaakt. Omdat dit<br />
vaak ingewikkeld blijkt <strong>te</strong> zijn kunnen we ook proberen <strong>om</strong> ons aan <strong>te</strong> passen aan de<br />
klimaatverandering. We moe<strong>te</strong>n dan de negatieve gevolgen zoveel mogelijk proberen <strong>te</strong><br />
beperken. Zo moe<strong>te</strong>n we bijvoorbeeld maatregelen treffen voor hulpverlening na natuurrampen<br />
zo<strong>als</strong> overstr<strong>om</strong>ingen en droog<strong>te</strong>.<br />
De negatieve invloed van toerisme op klimaatverandering kan volgens ons verminderd worden<br />
door minder toeris<strong>te</strong>n in een land binnen <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n en door de uitstoot van broeikasgassen (tijdens<br />
vliegen, autorijden etc.) <strong>te</strong> verminderen. Ook <strong>hier</strong>voor moe<strong>te</strong>n weer afspraken worden gemaakt,<br />
bijvoorbeeld binnen één land of heel Europa. Volgens ons is <strong>het</strong> efficiën<strong>te</strong>r <strong>als</strong> deze afspraken met<br />
heel Europa worden gemaakt. Nog een andere oplossing is duurzaam toerisme. Volgens ons moet<br />
dit <strong>het</strong> toerisme van de toek<strong>om</strong>st worden. Er zijn verschillende definities van duurzaam toerisme,<br />
maar met duurzaam toerisme bedoelen wij <strong>het</strong> toerisme dat goed <strong>om</strong>gaat met de lokale<br />
bevolking, de natuur en <strong>het</strong> milieu. Het gebied waar toeris<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en mag dus niet <strong>het</strong> slachtoffer<br />
worden van de k<strong>om</strong>st van deze toeris<strong>te</strong>n. Ook mensenrech<strong>te</strong>n worden genoemd in <strong>het</strong> kader van<br />
<strong>het</strong> duurzame toerisme. Duurzaam toerisme is volgens ons de oplossing voor toerisme in de<br />
toek<strong>om</strong>st. Rond de vliegvakanties wordt <strong>het</strong> duurzaam toerisme al s<strong>te</strong>eds zichtbaarder met <strong>het</strong><br />
klimaatneutraal vliegen, maar wij zijn van mening dat dit op veel gro<strong>te</strong>re schaal moet worden<br />
toegepast.<br />
Methode<br />
We hebben voor ons profielwerkstuk gebruik gemaakt van diverse boeken en heel veel informatie<br />
die we op in<strong>te</strong>rnet hebben gevonden. We hebben al onze informatiebronnen aan <strong>het</strong> slot van ons<br />
profielwerkstuk opgen<strong>om</strong>en. Ons profielwerkstuk beschrijft wat we in de li<strong>te</strong>ratuur over de<br />
klimaatverandering, <strong>het</strong> toerisme en de relatie tussen beide hebben gevonden. Die informatie<br />
hebben we zoveel mogelijk proberen <strong>te</strong> koppelen aan Europa. Veel informatie was algemeen van<br />
aard en niet specifiek aan Europa gekoppeld. Dat hebben we waar mogelijk zelf gedaan. Verder<br />
hebben we een enquê<strong>te</strong> gemaakt met 16 vragen over klimaatverandering in relatie tot <strong>het</strong><br />
toerisme. Die enquê<strong>te</strong> hebben we zo breed mogelijk proberen uit <strong>te</strong> zet<strong>te</strong>n. Ui<strong>te</strong>indelijk hebben<br />
we ervoor gezorgd dat we 100 ingevulde formuleren hebben <strong>te</strong>ruggekregen. In totaal hebben 40<br />
mannen en 60 vrouwen de enquê<strong>te</strong> ingevuld. We hebben een onderverdeling gemaakt in de<br />
volgende leeftijdsca<strong>te</strong>gorieën. Onder de 20 jaar, van 20-45 jaar, van 45 tot 65 jaar en 65+. Op deze<br />
manier konden we de antwoorden uitsplitsen naar mannen en vrouwen en naar<br />
leeftijdsca<strong>te</strong>gorie. De resulta<strong>te</strong>n geven een goed beeld wat er rond klimaatverandering en<br />
toerisme speelt. De mees<strong>te</strong> resulta<strong>te</strong>n van deze enquê<strong>te</strong> zijn op verschillende plaatsen in ons<br />
profielwerkstuk verwerkt. Alle uitk<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n van de enquê<strong>te</strong>s zijn opgen<strong>om</strong>en in hoofdstuk 7.<br />
9
Hoofdstuk 1: Kenmerken van Europa<br />
In dit inleidende hoofdstuk k<strong>om</strong>en een aantal kenmerken van Europa aan de orde. Daarmee<br />
wordt Europa getypeerd in relatie tot andere continen<strong>te</strong>n. We kijken welke klima<strong>te</strong>n en<br />
landschapszones er in Europa zijn en leggen daarbij een verband met <strong>het</strong> toerisme en de<br />
econ<strong>om</strong>ie. Ach<strong>te</strong>reenvolgens behandelen we de geografie, verschillende klima<strong>te</strong>n in de wereld,<br />
klima<strong>te</strong>n in Europa, landschapszones, toerisme en econ<strong>om</strong>ie.<br />
1.1 Geografie<br />
Voordat we naar <strong>het</strong> toerisme kijken, moe<strong>te</strong>n we eerst<br />
vasts<strong>te</strong>llen wat er tot Europa behoort. We kijken naar de<br />
naam van Europa, de groot<strong>te</strong> van Europa en de landen die<br />
tot Europa behoren. Ook kijken we naar de variatie in<br />
Europa.<br />
Europa heeft mogelijk zijn naam <strong>te</strong> danken aan de Griekse<br />
mythologie. Dat verhaal gaat over de Griekse prinses Europa<br />
die werd ontvoerd door Zeus. Maar er gaan meerdere<br />
verhalen rond waar we niet verder op in zullen gaan. Europa<br />
ligt op <strong>het</strong> subcontinent Afrika-Eurazië en is een van de<br />
zeven continen<strong>te</strong>n in de wereld. Een continent is een erg<br />
gro<strong>te</strong> landmassa die vrijwel niet met een andere landmassa<br />
in aanraking k<strong>om</strong>t. Hierbij wordt slechts gelet op<br />
land en wa<strong>te</strong>r en niet op wa<strong>te</strong>rdiep<strong>te</strong>. Vaak is er verwarring met <strong>het</strong> woord werelddeel, ech<strong>te</strong>r dat<br />
heeft alleen <strong>te</strong> maken met geopolitieke en niet de geologische indeling van continen<strong>te</strong>n. Europa<br />
heeft een totaal oppervlak<strong>te</strong> van 10.400.000 km² 1 en <strong>hier</strong>mee is Europa <strong>het</strong> op één na kleins<strong>te</strong><br />
werelddeel met onder zich alleen nog Oceanië.<br />
Europa is ontstaan uit delen van oudere continen<strong>te</strong>n en oceanen die door de werking van<br />
pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek, <strong>het</strong> bewegen van pla<strong>te</strong>n van de aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van elkaar, in miljoenen jaren<br />
nu ons huidige Europa hebben gevormd. Europa bestaat uit <strong>het</strong> vas<strong>te</strong> land, sc<strong>hier</strong>eilanden en<br />
eilanden. Om deze reden heeft Europa ook <strong>te</strong> maken met een zeer gro<strong>te</strong> variatie in hoe <strong>het</strong><br />
continent is opgebouwd. Hierdoor is er bijvoorbeeld ook een zeer gro<strong>te</strong> variatie in <strong>het</strong> reliëf. De<br />
zuidelijke gebieden zijn bergachtig, <strong>hier</strong> vinden we bijvoorbeeld de Pyreneeën, de Alpen en de<br />
Karpa<strong>te</strong>n. Wanneer we meer naar <strong>het</strong> noorden kijken k<strong>om</strong>en we brede laagvlak<strong>te</strong> <strong>te</strong>gen die<br />
samen de Europese Vlak<strong>te</strong> worden genoemd. Gaan we nog verder naar <strong>het</strong> noorden dan k<strong>om</strong>en<br />
we weer heuvelachtige en hooggelegen gebieden <strong>te</strong>gen bijvoorbeeld in Schotland en<br />
Noorwegen. Het hoogs<strong>te</strong> punt in Europa is Elbroes dat op 5642 me<strong>te</strong>r hoog<strong>te</strong> ligt in de Gro<strong>te</strong><br />
Kaukasus (Rusland) en <strong>het</strong> laags<strong>te</strong> punt van Europa ligt aan de Kaspische Zee en is 28 me<strong>te</strong>r onder<br />
zeeniveau 2 .<br />
Geografisch en cultuurhistorisch gezien horen er 51 landen 3 tot Europa. Van deze landen zijn er op<br />
dit m<strong>om</strong>ent 27 lid van de Europese Unie, een gemeenschap die samenwerkt op verschillende<br />
gebieden zo<strong>als</strong> econ<strong>om</strong>ie, wetgeving, defensie et ce<strong>te</strong>ra.<br />
1 http://forum.fok.nl/topic/1119109?token=42c8500d635a9aa1d644cfcad2f0a9ef&allowcookies=DEZE+MELDI<br />
NG+SLUITEN+EN+NIET+MEER+WEERGEVEN<br />
2 http://www.neoweb.nl/forum2/index.php?topic=1008.0<br />
3 http://www.europa-nu.nl/id/vh89nvo47vi0/europese_landen<br />
Figuur 1: Reliëf in Europa<br />
10
1.2 Verschillende klima<strong>te</strong>n<br />
De definitie van klimaat is ‘de gemiddelde toestand van <strong>het</strong> weer in een groot gebied, berekend<br />
over een langere periode van meestal 30 jaar’ 4 . De groots<strong>te</strong> factoren die <strong>het</strong> klimaat beïnvloeden<br />
zijn de zon, de wind, de zeestr<strong>om</strong>en en de ligging van een bepaald gebied.<br />
Een deel van de zonne-energie die de zon uitstraalt wordt opgen<strong>om</strong>en door de aarde en een<br />
ander deel wordt weer de atmosfeer in gekaatst. Hierdoor zou de <strong>te</strong>mperatuur op aarde<br />
gemiddeld rond de 15⁰C liggen, dit is ech<strong>te</strong>r niet zo. Dit k<strong>om</strong>t doordat de zonne-energie niet gelijk<br />
wordt verdeeld over <strong>het</strong> aardoppervlak. De stand van de aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van de zon en de<br />
hoog<strong>te</strong> van <strong>het</strong> albedo-effect hebben met deze ongelijke verdeling <strong>te</strong> maken. Het albedo geeft<br />
<strong>het</strong> weerkaatsingsvermogen van een oppervlak<strong>te</strong> aan. De stand van de zon wordt bepaald door<br />
<strong>het</strong> uur van de dag, <strong>het</strong> seizoen en de breed<strong>te</strong>graden van een bepaald gebied. Om twaalf uur ’s<br />
middags in de z<strong>om</strong>er op de evenaar is <strong>het</strong> logische wijze warmer dan <strong>om</strong> twee uur ’s nachts in de<br />
win<strong>te</strong>r op de Noordpool. De hoog<strong>te</strong> van <strong>het</strong> albedo bepaalt de hoeveelheid warm<strong>te</strong> die wordt<br />
<strong>te</strong>ruggekaatst richting de atmosfeer. Zo heeft een gletsjer een hoger albedo dan een oerwoud.<br />
Dit alles zorgt voor verschillende <strong>te</strong>mperaturen op aarde.<br />
Door de <strong>te</strong>mperatuurverschillen op aarde ontstaan er<br />
verschillen in luchtdruk, er is afgewisseld sprake van<br />
hoge en lage luchtdruk. Door de verschillen in luchtdruk<br />
ontstaat er wind. De wet van Buys Ballot ver<strong>te</strong>lt ons dat<br />
lucht altijd stro<strong>om</strong>t van een hogedrukgebied naar een<br />
lagedrukgebied, dat is ook in <strong>het</strong> figuur <strong>hier</strong>naast <strong>te</strong> zien.<br />
De windrichting heeft op <strong>het</strong> noordelijk halfrond een<br />
afwijking naar rechts en op <strong>het</strong> zuidelijk halfrond een<br />
afwijking naar links. Het verschil tussen hoge en lage<br />
luchtdruk zorgt ook voor de ma<strong>te</strong> van vochtigheid en<br />
bewolking. De wind die ontstaan is zorgt ervoor dat de<br />
warme of koude lucht zich verplaatst, de vochtigheid en<br />
de bewolking beïnvloeden <strong>het</strong> albedo. De wet van Buys<br />
Ballot is een model dat alleen in theorie bestaat, want in<br />
werkelijkheid zijn er verschillende gebeur<strong>te</strong>nissen die<br />
Figuur 2: De mondiale luchtcirculatie<br />
zorgen voor afwijkingen. Een voorbeeld is <strong>het</strong> verschuiven<br />
van de in<strong>te</strong>rtropische convergentiezone (ITCZ), die wordt veroorzaakt door <strong>het</strong> wisselen van<br />
seizoenen. De verschuiving van <strong>het</strong> ITCZ zorgt bijvoorbeeld ook voor <strong>het</strong> ontstaan van een<br />
halfjaarlijkse draaiende wind in de tropen die een moesson wordt genoemd. En zo zijn er nog een<br />
aantal factoren die zorgen voor afwijkingen van <strong>het</strong> model van Buys Ballot.<br />
Omdat de zonne-energie niet eerlijk is verdeeld over <strong>het</strong> aardoppervlak verschilt ook de<br />
<strong>te</strong>mperatuur van <strong>het</strong> zeewa<strong>te</strong>r s<strong>te</strong>rk. De verschillen in de dichtheid van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r en de<br />
overheersende winden zorgen voor de zeestr<strong>om</strong>en op aarde. Alle gro<strong>te</strong> zeestr<strong>om</strong>en samen<br />
vormen de oceanische circulatie. Door de zeestr<strong>om</strong>en vindt er een herverdeling van warm<strong>te</strong><br />
plaats. De warm<strong>te</strong> van de zeewa<strong>te</strong>r kan de hoge en lage luchtdrukgebieden beïnvloeden, door ze<br />
<strong>te</strong> vers<strong>te</strong>rken of juist af <strong>te</strong> zwakken. De zeestr<strong>om</strong>en beïnvloeden ook de hoeveelheid neerslag die<br />
in bepaalden gebieden valt. Zo hebben de zeestr<strong>om</strong>en dus ook invloed op <strong>het</strong> klimaat.<br />
Ook de ligging van een bepaald gebied is voor gro<strong>te</strong> invloed op <strong>het</strong> klimaat. Een gebied dat onder<br />
invloed ligt van de zee heeft een ander klimaat dan een gebied dat totaal niet onder invloed ligt<br />
van de zee. Dit heeft alles <strong>te</strong> maken met de <strong>hier</strong>voor besproken invloeden van de zee op <strong>het</strong><br />
klimaat. Maar niet alleen de ligging bij zee beïnvloedt <strong>het</strong> klimaat, ook de hoog<strong>te</strong>ligging heeft <strong>hier</strong><br />
namelijk invloed op. Door de warm<strong>te</strong> die de aarde uitstraalt warmt namelijk van onderaf de<br />
4 http://nl.<strong>wiki</strong>pedia.org/<strong>wiki</strong>/Klimaat<br />
11
atmosfeer op dus hoe hoger de ligging hoe kouder <strong>het</strong> wordt. Ook zorgen bergen er bijvoorbeeld<br />
voor dat wind en regen worden <strong>te</strong>gengehouden.<br />
We hebben nu gezien waar<strong>om</strong> er verschillende klima<strong>te</strong>n zijn. Vaak worden de verschillende<br />
klima<strong>te</strong>n ingedeeld in <strong>het</strong> klimaatsys<strong>te</strong>em van Köppen en ook wij gaan uit van dit sys<strong>te</strong>em.<br />
Köppen heeft zijn klimaatsys<strong>te</strong>em gebaseerd op verschillen in <strong>te</strong>mperatuur en neerslag. In de<br />
figuur <strong>hier</strong>onder is uitgelegd hoe <strong>het</strong> klimaatsys<strong>te</strong>em van Köppen in elkaar zit. Uit zijn<br />
beredenering blijkt dat wordt uitgegaan van elf hoofdklima<strong>te</strong>n met allemaal hun eigen<br />
kenmerken. Met deze indeling kan op verschillende schaalniveaus gekeken worden naar <strong>het</strong><br />
klimaat. Zo kan een gebied op wereldschaal een ander klimaat aangewezen krijgen dan wanneer<br />
lokaal wordt gekeken naar <strong>het</strong>zelfde gebied.<br />
Figuur 3: Klimaatsys<strong>te</strong>em van Köppen<br />
12
1.3 Klima<strong>te</strong>n in Europa<br />
Om de verschillende redenen die we eerder hebben genoemd varieert ook <strong>het</strong> klimaat in Europa<br />
s<strong>te</strong>rk, dat is goed <strong>te</strong> zien op onderstaand plaatje.<br />
Figuur 4: Klima<strong>te</strong>n in Europa<br />
In <strong>het</strong> noorden van Europa <strong>te</strong>r hoog<strong>te</strong> van IJsland hebben we <strong>te</strong> maken met polaire klima<strong>te</strong>n,<br />
maar zakken we meer naar <strong>het</strong> zuiden <strong>te</strong>r hoog<strong>te</strong> van Rusland en kijken we naar <strong>het</strong> oos<strong>te</strong>n van<br />
Europa, dan is <strong>te</strong> zien dat we daar <strong>te</strong> maken hebben met koude (land-)klima<strong>te</strong>n. Als we meer naar<br />
de westkant kijken zien we dat er voornamelijk sprake is van zeeklima<strong>te</strong>n, de Atlantische Oceaan<br />
heeft <strong>hier</strong> veel invloed en zorgt voor een vrij vochtig klimaat. Zakken we nog verder richting <strong>het</strong><br />
zuiden, <strong>te</strong>r hoog<strong>te</strong> van Spanje dan zien we dat we <strong>te</strong> maken krijgen met medi<strong>te</strong>rrane klima<strong>te</strong>n.<br />
Logischer wijs brengen verschillende klima<strong>te</strong>n verschillende str<strong>om</strong>en toeris<strong>te</strong>n met zich mee.<br />
1.4 Landschapszones<br />
Het landschap is voor iedereen erg belangrijk, <strong>het</strong> bepaalt<br />
of we er kunnen wonen, werken en landbouw bedrijven.<br />
Mensen moe<strong>te</strong>n zich daar<strong>om</strong> aan hun leef<strong>om</strong>geving<br />
aanpassen, maar de leef<strong>om</strong>geving past zich ook aan de<br />
bewoners aan. Het landschap is dus zeker niet<br />
onveranderlijk. In <strong>het</strong> figuur <strong>hier</strong>naast zien we<br />
verschillende geofactoren die <strong>het</strong> landschap beïnvloeden.<br />
Ze zijn ook allemaal met elkaar verbonden.<br />
De landschapzones zijn de zones waarin verschillende Figuur 5: Geofactoren<br />
landschappen worden onverdeeld. Het klimaat heeft een erg gro<strong>te</strong> invloed op de vorming en<br />
verandering van verschillende landschapzones. De landschapzones zijn van groot belang bij<br />
woon- en leef<strong>om</strong>standigheden van mensen, dieren en plan<strong>te</strong>n. Hierdoor zijn ze dus ook weer van<br />
belang voor de toeristische sector. De verschillende landschapzones die wij onderscheiden zijn in<br />
13
onderstaande tabel 5 overzich<strong>te</strong>lijk neergezet samen met <strong>het</strong> klimaatgebied, de opvallende<br />
kenmerken en de plan<strong>te</strong>ngroei.<br />
Landschapzone en<br />
<strong>te</strong>mperatuur<br />
Tropische zone<br />
Elke maand > 18⁰C<br />
Subtropische zone<br />
Mins<strong>te</strong>ns acht<br />
maanden 10⁰C of<br />
warmer<br />
Gematigde zone<br />
Vier tot acht<br />
maanden 10⁰C of<br />
warmer<br />
Boreale zone<br />
1 maand 10⁰C of<br />
warmer<br />
Klimaatgebied Opvallende<br />
kenmerken<br />
Plan<strong>te</strong>ngroei<br />
Tropisch<br />
regenwoudklimaat<br />
0-2 maanden droog Tropisch regenwoud<br />
savanneklimaat Max. 2-8 maanden<br />
droog<br />
Savanne<br />
Middellandse Droog in de z<strong>om</strong>er Medi<strong>te</strong>rrane<br />
zeeklimaat<br />
plan<strong>te</strong>ngroei<br />
Gematigd<br />
zeeklimaat<br />
Landklimaat<br />
Kouds<strong>te</strong> maand<br />
onder <strong>het</strong> vriespunt<br />
Toendraklimaat Lange en koude<br />
win<strong>te</strong>r<br />
Polaire zone Toendraklimaat Elke maand onder<br />
de 10⁰C; lange win<strong>te</strong>r<br />
Arctische zone Poolklimaat Altijd onder<br />
Elke maand kouder<br />
dan 10⁰C<br />
vriespunt<br />
Maar niet alleen <strong>het</strong> klimaat is van groot belang voor de verandering van de landschapszones in<br />
de wereld. Ook de mensen zorgen ervoor dat door bebouwing en verbouwing <strong>het</strong> landschap en<br />
de leef<strong>om</strong>standigheden veranderen. Tegenwoordig wordt de mens een s<strong>te</strong>eds belangrijkere<br />
geofactor en ook <strong>het</strong> toerisme heeft <strong>hier</strong>mee <strong>te</strong> maken. Hieronder staat een figuur over de<br />
spreiding van de landschapzones over de wereld. Op dit m<strong>om</strong>ent zijn ze op deze manier<br />
verspreid, maar in de toek<strong>om</strong>st zal dit mede door de mens een andere indeling kunnen krijgen.<br />
5 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/blz. 108 bron 3.26/<br />
Figuur 6: Verspreiding van de landschapszones<br />
Altijd groene en<br />
bladverliezende<br />
b<strong>om</strong>en<br />
Gemengde bossen:<br />
naaldb<strong>om</strong>en en<br />
loofb<strong>om</strong>en<br />
Taiga en<br />
struiktoendra<br />
Toendra<br />
Landijs<br />
14
1.5 Toerisme<br />
De definitie van toerisme volgens <strong>het</strong> CBS is: ‘De activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n van personen die reizen naar en<br />
verblijven op plaatsen bui<strong>te</strong>n hun normale <strong>om</strong>geving, voor niet langer dan een (aaneengeslo<strong>te</strong>n)<br />
jaar, <strong>om</strong> redenen van vrijetijdsbes<strong>te</strong>ding, zaken en andere doeleinden die niet zijn verbonden met<br />
<strong>het</strong> uitoefenen van activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n die worden beloond vanuit de plaats die wordt bezocht’ 6 .<br />
Er zijn globaal gezien verschillende groepen toeris<strong>te</strong>n <strong>te</strong> onderscheiden. In de eers<strong>te</strong> plaats zijn er<br />
de kusttoeris<strong>te</strong>n. Zo<strong>als</strong> de naam al zegt zijn deze toeris<strong>te</strong>n langs de kust <strong>te</strong> vinden. Ze zit<strong>te</strong>n over<br />
<strong>het</strong> algemeen aan de Noordzee en de Middellandse Zee.<br />
Speciaal voor dit soort toeris<strong>te</strong>n kwamen de Hogeschool Zeeland en <strong>het</strong> NHTV in<strong>te</strong>rnationaal<br />
hoger onderwijs Breda met <strong>het</strong> Kenniscentrum Kusttoerisme. De doels<strong>te</strong>lling is <strong>om</strong> zoveel<br />
mogelijk kennis <strong>te</strong> c<strong>om</strong>bineren en efficiënt toe <strong>te</strong> passen. Deze kennis halen ze van overheden,<br />
ondernemingen en onderwijsins<strong>te</strong>llingen. De organisatie deelt mee aan een aantal gro<strong>te</strong><br />
projec<strong>te</strong>n die betrekking hebben op de kust. Eén van de groots<strong>te</strong> projec<strong>te</strong>n is SusTRIP<br />
(Sustainable Tourism Research & In<strong>te</strong>lligence Partnership). De kustgebieden <strong>te</strong>n hoog<strong>te</strong> van Zuid-<br />
Engeland en Noord-Frankrijk zijn aangewezen <strong>om</strong> allerlei projec<strong>te</strong>n <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n lopen, die<br />
bevorderend zijn voor <strong>het</strong> toerisme.<br />
De tweede groep toeris<strong>te</strong>n zijn de bergtoeris<strong>te</strong>n. Vrijwel al deze toeris<strong>te</strong>n in Europa trekken naar<br />
de Alpen. Dit geberg<strong>te</strong> ligt verspreidt over onder andere vier belangrijke vakantielanden: Italie,<br />
Oos<strong>te</strong>nrijk, Zwitserland en Frankrijk. De Alpen zijn geschikt voor zowel win<strong>te</strong>r- <strong>als</strong> z<strong>om</strong>erspor<strong>te</strong>n.<br />
Daar<strong>om</strong> blijft dit geberg<strong>te</strong> <strong>het</strong> hele jaar door aantrekkelijk voor toeris<strong>te</strong>n.<br />
Verder hebben we binnen Europa nog de Pyreneeën. Dit geberg<strong>te</strong> ligt op de grens van Frankrijk<br />
en Spanje. Dit geberg<strong>te</strong> is veel minder geschikt voor win<strong>te</strong>rsportvakanties, <strong>om</strong>dat de bergen <strong>hier</strong><br />
over <strong>het</strong> algemeen minder hoog zijn. Hierdoor ligt er op veel plekken niet genoeg sneeuw. De<br />
Pyreneeën worden dan ook niet alleen gebruikt door de bergtoeris<strong>te</strong>n, maar ook door de<br />
groentoeris<strong>te</strong>n.<br />
De groentoeris<strong>te</strong>n zoeken de natuur op. Denk <strong>hier</strong>bij aan <strong>het</strong> midden van Frankrijk, waar toeris<strong>te</strong>n<br />
tussen de kust en de bergen in zit<strong>te</strong>n. Deze toeris<strong>te</strong>n zoeken ook wel meer <strong>het</strong> noorden van<br />
Europa op dan andere toeris<strong>te</strong>n. In Scandinavië, Groot-Brittannië en Ierland is de natuur vaak heel<br />
mooi en nog niet door de mens aangetast.<br />
De laats<strong>te</strong> groep toeris<strong>te</strong>n zijn de kunsttoerisme. Deze toeris<strong>te</strong>nstro<strong>om</strong> zoeken de gro<strong>te</strong> s<strong>te</strong>den<br />
op waar nog veel van de oude archi<strong>te</strong>ctuur <strong>te</strong> vinden is. Denk aan s<strong>te</strong>den <strong>als</strong> Ams<strong>te</strong>rdam,<br />
Barcelona, Berlijn, Londen en Parijs. Deze groep toeris<strong>te</strong>n is <strong>het</strong> meest verspreid. Zij hebben de<br />
keuze uit vele s<strong>te</strong>den die door heel Europa liggen.<br />
Op de kaart op de volgende bladzijde is goed <strong>te</strong> zien hoe de verschillende soor<strong>te</strong>n toeris<strong>te</strong>n zich<br />
verspreiden over Europa.<br />
De oranje stippen langs de kust geven de wa<strong>te</strong>r- en strandrecreatie aan. Dit zijn de kusttoeris<strong>te</strong>n.<br />
De blauwe stippen, die vooral bij de Alpen <strong>te</strong> vinden zijn, geven <strong>het</strong> bergtoerisme aan.<br />
De paarse stippen, die in heel Europa <strong>te</strong> vinden zijn, geven de bijzondere s<strong>te</strong>den aan. Dit zijn de<br />
s<strong>te</strong>den waar veel <strong>te</strong> zien is qua kunst en/of archi<strong>te</strong>ctuur, <strong>het</strong> kunsttoerisme.<br />
Voor de groentoeris<strong>te</strong>n zijn geen stippen neergezet. Deze zit<strong>te</strong>n namelijk echt door heel Europa.<br />
Zij zoeken niet alleen gro<strong>te</strong> s<strong>te</strong>den of bepaalde meren op. Ze zoeken de natuur op en natuur is<br />
overal <strong>te</strong> vinden in Europa.<br />
6 http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/methoden/begrippen/default.htm?ConceptID=3205<br />
15
1.6 Econ<strong>om</strong>ie<br />
Hoe belangrijk is <strong>het</strong> toerisme voor Europa nu eigenlijk? Zo<strong>als</strong> waarschijnlijk al bekend is, vindt er<br />
binnen de landen van Europa aardig wat toeristisch verkeer plaats. De mees<strong>te</strong> Europeanen<br />
verblijven in een ander Europees land <strong>te</strong>rwijl zij genie<strong>te</strong>n van hun vakantie. Hiermee ontstaat een<br />
enorme stro<strong>om</strong> van toeris<strong>te</strong>n. Dan zijn er ook nog de toeris<strong>te</strong>n die van bui<strong>te</strong>n Europa k<strong>om</strong>en.<br />
Al met al trekt Europa dus aardig wat toeris<strong>te</strong>n aan. Dit is in de onderstaande grafiek ook goed <strong>te</strong><br />
zien. Europa alleen al sleept zo ongeveer 50% van de totale ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n aan <strong>het</strong> wereldwijde<br />
toerisme binnen. Hiermee behoort Europa tot de groots<strong>te</strong> toeristische gebieden. In hoofdstuk 4<br />
hebben we meer uitgebreid cijfers over <strong>het</strong> belang van toerisme in Europa opgen<strong>om</strong>en.<br />
Figuur 8: Ontvangs<strong>te</strong>n uit <strong>het</strong> reisverkeer wereldwijd in Europa<br />
Figuur 7: Spreiding van de verschillende soor<strong>te</strong>n<br />
toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en binnen Europa<br />
In de tijd dat de econ<strong>om</strong>ie binnen Europa nog s<strong>te</strong>rk groeide, groeide de toeristische sector ook.<br />
Deze sector is zo groot en bovenal belangrijk geworden door de Europese hoogconjunctuur. De<br />
stijgende welvaart zorgt er voor dat de behoef<strong>te</strong>s van de inwoners veranderen. Mensen gaan<br />
sneller voor een lange vakantie en <strong>het</strong> liefst naar <strong>het</strong> bui<strong>te</strong>nland, ergens ver weg van huis. Door de<br />
hoogconjunctuur hebben de toeris<strong>te</strong>n een ruimer ink<strong>om</strong>en <strong>te</strong> bes<strong>te</strong>den. Hun uitgaven zullen<br />
<strong>hier</strong>door hoger uitvallen, waardoor er gelijk meer wordt verdiend aan <strong>het</strong> toerisme.<br />
Ook is <strong>het</strong> toerisme in Europa zo gegroeid door de opening van grenzen tussen landen binnen<br />
Europa. Bij landsgrenzen binnen de Schengenlanden, daar horen er inmiddels 26 landen bij, zijn er<br />
fei<strong>te</strong>lijk geen douanecontroles meer, waardoor <strong>het</strong> reizen van land naar land stukken makkelijker<br />
16
gaat. Ook <strong>het</strong> vallen van “de Muur” in 1989 heeft landen binnen Europa veel toegankelijker<br />
gemaakt. Er zijn landen bij gek<strong>om</strong>en waar voor de val van de muur nauwelijks iemand naar toe<br />
kon. De reistijden werden ook kor<strong>te</strong>r, waardoor <strong>het</strong> ook aantrekkelijker werd <strong>om</strong> verder weg,<br />
bijvoorbeeld vanaf Nederland naar Spanje, <strong>te</strong> reizen. Op dit m<strong>om</strong>ent gaat <strong>het</strong> econ<strong>om</strong>isch wel<br />
minder goed in Europa, maar mensen blijven toch wel op vakantie gaan. Voor veel mensen is op<br />
vakantie gaan één van de eers<strong>te</strong> levensbehoef<strong>te</strong>n geworden. Toerisme is verder een bezigheid<br />
van mensen die geld hebben en van dat soort mensen zijn er nog altijd heel veel in Europa. Tot nu<br />
toe lijkt <strong>het</strong> erop dat de toeristische sector nog niet echt heel veel last heeft van de econ<strong>om</strong>ische<br />
recessie.<br />
Een nadeel voor <strong>het</strong> toerisme is dat ontwikkelingslanden voor toeris<strong>te</strong>n s<strong>te</strong>eds belangrijker<br />
worden door de opk<strong>om</strong>ende econ<strong>om</strong>ieën daar. Europa zal dus rekening moe<strong>te</strong>n houden met<br />
meer concurrentie, want ook dat soort landen worden voor toeris<strong>te</strong>n in<strong>te</strong>ressant. Op <strong>het</strong> gebied<br />
van handel heeft Europa voordeel van deze opk<strong>om</strong>ende econ<strong>om</strong>ieën. Daar<strong>om</strong> wordt er (nog) niet<br />
echt gevreesd voor deze landen. Een voorbeeld is Nederland. Nederland heeft veel voordeel van<br />
de BRIC-landen. Brazilië, Rusland, India en China hebben m<strong>om</strong>en<strong>te</strong>el allemaal een groeiende<br />
econ<strong>om</strong>ie, waardoor de handelscontac<strong>te</strong>n met deze landen toenemen. Zijn deze econ<strong>om</strong>ieën<br />
eenmaal volgroeid, dan zal Europa concurrentie ondervinden. Europa moet dan meer tijd, geld en<br />
moei<strong>te</strong> s<strong>te</strong>ken in <strong>het</strong> behouden van een voordelige concurrentiepositie. Ook op <strong>het</strong> gebied van<br />
toerisme.<br />
De vraag is of dit de moei<strong>te</strong> waard blijft in de toek<strong>om</strong>st. Zullen de ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n uit toerisme de<br />
kos<strong>te</strong>n dekken die gemaakt moe<strong>te</strong>n worden <strong>om</strong> Europa aantrekkelijk <strong>te</strong> houden voor toeris<strong>te</strong>n?<br />
Hier is nog geen duidelijk antwoord op <strong>te</strong> geven. De toek<strong>om</strong>st zal dit moe<strong>te</strong>n uitwijzen. Het is<br />
ui<strong>te</strong>indelijk een econ<strong>om</strong>isch gegeven. Zolang er geld mee kan worden verdiend zullen bedrijven<br />
en de overheid in <strong>het</strong> toerisme blijven inves<strong>te</strong>ren.<br />
17
Hoofdstuk 2: Wat zijn de oorzaken van klimaatverandering voor Europa?<br />
Dat <strong>het</strong> klimaat verandert is heel normaal, <strong>om</strong>dat ook de aarde s<strong>te</strong>eds verandert. De vraag is<br />
ech<strong>te</strong>r hoe natuurlijk deze verandering is en in hoeverre deze wordt veroorzaakt door<br />
handelingen van de mens. In <strong>het</strong> k<strong>om</strong>ende hoofdstuk gaan we kijken naar de oorzaken van<br />
klimaatverandering door de natuur en de mens. Daarna kijken we naar de gevolgen van de<br />
klimaatverandering en hoe ze <strong>het</strong> toerisme in Europa beïnvloeden. Telkens proberen we daarbij<br />
<strong>te</strong> kijken of vormen van klimaatverandering van invloed zijn, of in de toek<strong>om</strong>st kunnen zijn op <strong>het</strong><br />
toerisme in Europa.<br />
2.1 Natuurlijke klimaatverandering<br />
De natuur heeft een gro<strong>te</strong> rol <strong>als</strong> <strong>het</strong> gaat over klimaatverandering. Er zijn verschillende oorzaken<br />
van bui<strong>te</strong>naf, kosmische oorzaken, en op de aarde, <strong>te</strong>rrestrische oorzaken, deze zorgen voor<br />
natuurlijke klimaatverandering. Een oorzaak van bui<strong>te</strong>naf is bijvoorbeeld de straling van de zon.<br />
2.1.1 Kosmische oorzaken<br />
Kosmische oorzaken zijn oorzaken die van bui<strong>te</strong>n af de aarde k<strong>om</strong>en.<br />
Toch merken we van deze oorzaken wel de gevolgen op aarde. Europa<br />
ondervindt niet meer of minder last van kosmische oorzaken van<br />
klimaatverandering dan andere continen<strong>te</strong>n in de wereld. De gevolgen<br />
van kosmische oorzaken van klimaatverandering zullen op aarde<br />
waarschijnlijk overal even groot zijn. Het gaat bij kosmische oorzaken<br />
ook <strong>om</strong> hele kleine veranderingen die, <strong>als</strong> ze gevolgen hebben, pas op<br />
zeer lange <strong>te</strong>rmijn merkbaar zullen zijn.<br />
2.1.1.1 Zonnevlekken<br />
De zon straalt niet altijd even veel zonne-energie uit. Wanneer de zon<br />
actiever is, zijn er meer zonnevlekken. Dit zijn donkerdere vlekken op<br />
<strong>het</strong> oppervlak<strong>te</strong> van de zon, dat k<strong>om</strong>t <strong>om</strong>dat dit relatief de koudere<br />
plekken zijn op de zon. Het aantal zonnevlekken wisselt binnen een elfjaarlijkse cyclus. De Duitse<br />
astrono<strong>om</strong> Johannes Fabricius was de eers<strong>te</strong> Europeaan die in 1611 zonnevlekken waarnam.<br />
Zonnevlekken zijn <strong>om</strong>ringt door de fakkelvelden. Dit zijn heldere en <strong>het</strong>ere gebieden dan de<br />
zonnevlekken. Deze fakkelvelden vers<strong>te</strong>rken de ultraviolet<strong>te</strong> straling. Verhoogde ultraviolet<strong>te</strong><br />
straling zorgt voor een gro<strong>te</strong>re ozonproductie in de stratosfeer. Hoe meer ozon er is in de<br />
stratosfeer hoe meer warm<strong>te</strong>, die de aarde uitstraalt, wordt vastgehouden en hoe warmer <strong>het</strong><br />
dus wordt op aarde. Als er weinig zonnevlekken zijn dan zijn er ook weinig fakkelvelden en wordt<br />
<strong>het</strong> kouder op aarde. Het groots<strong>te</strong> bewijs van de invloed van zonnevlekken op <strong>het</strong> klimaat is die<br />
van de Kleine IJstijd die duurde van ongeveer 1500 tot 1850. Deze koude periode viel samen met<br />
weinig zonnevlekken. Veel we<strong>te</strong>nschappers zijn daar<strong>om</strong> van mening dat zonnevlekken invloed<br />
hebben op <strong>het</strong> klimaat. Een aantal we<strong>te</strong>nschappers voorspellen dat na 2016 7 de zonnevlekken<br />
langzaam van de zon zullen verdwijnen wat een nieuwe Kleine IJstijd tot gevolg kan hebben.<br />
2.1.1.2 Dagleng<strong>te</strong><br />
De aarde doet er 365,26 dagen over <strong>om</strong> rond de zon <strong>te</strong> draaien, <strong>te</strong>rwijl de aarde er tijdens <strong>het</strong><br />
Cambrium (570-500 miljoen jaar geleden) 420 8 dagen over deed. De aarde is dus sneller <strong>om</strong> de zon<br />
gaan draaien en de seizoenen duren daar<strong>om</strong> kor<strong>te</strong>r. In <strong>het</strong> Cambrium was de dagleng<strong>te</strong> 21 9 uur<br />
maar <strong>te</strong>genwoordig staat deze vastges<strong>te</strong>ld op 24 uur, en deze neemt elke eeuw met 1,7<br />
7 http://www.scientias.nl/verdwijnen-de-zonnevlekken-op-de-zon/15931<br />
8 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz. 128/Dagleng<strong>te</strong><br />
9 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz. 128/Dagleng<strong>te</strong><br />
Figuur 9: Zonnevlekken 13-03-12<br />
18
milliseconden 10 toe. De aarde is dus langzamer <strong>om</strong> zijn as gaan draaien. Deze veranderingen lijken<br />
op <strong>het</strong> eers<strong>te</strong> gezicht weinig invloed <strong>te</strong> hebben op <strong>het</strong> klimaat, maar dit is zeker niet <strong>het</strong> geval. Nu<br />
de aarde sneller <strong>om</strong> de zon draait en de seizoenen daardoor kor<strong>te</strong>r zijn heeft de aarde minder tijd<br />
<strong>om</strong> extreme <strong>te</strong>mperaturen <strong>te</strong> creëren. Ook <strong>het</strong> langer worden van de dagleng<strong>te</strong> heeft gevolgen<br />
voor <strong>het</strong> klimaat. Zo heeft de zon overdag meer tijd <strong>om</strong> <strong>het</strong> aardoppervlak <strong>te</strong> verwarmer<br />
waardoor hogere <strong>te</strong>mperatuur gehaald kunnen worden. Wanneer <strong>het</strong> ’s nachts bewolkt is zal de<br />
uitgestraalde warm<strong>te</strong> langer vastgehouden worden, dit vers<strong>te</strong>rkt <strong>het</strong> warmer worden op aarde.<br />
Wanneer <strong>het</strong> ’s nachts niet bewolkt is zal de <strong>het</strong> juist kouder worden, <strong>om</strong>dat de uitgestraalde<br />
warm<strong>te</strong> dan niet wordt vastgehouden.<br />
2.1.1.3 Stand van de aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van de zon<br />
Omdat de aardas 23,47⁰ scheef 11 staat is de ene keer <strong>het</strong> noordelijk<br />
halfrond en de andere keer <strong>het</strong> zuidelijk halfrond naar de zon toe<br />
gericht. De seizoenen worden bepaald door deze schuine as. Bij<br />
de kant die naar de zon staat is <strong>het</strong> z<strong>om</strong>er en bij de andere kant is<br />
<strong>het</strong> win<strong>te</strong>r. De hoek die de aarde maakt met de ecliptica, <strong>het</strong> vlak<br />
van de aardbaan met de zon, is <strong>hier</strong>door geen 90⁰, maar deze<br />
wisselt en op dit m<strong>om</strong>ent is deze hoek zo’n 66,33⁰ 12 . Dit zorgt<br />
ervoor dat er verschillen zijn in de inv<strong>als</strong>hoek van de zonnestralen<br />
en dit zorgt voor verschillende <strong>te</strong>mperaturen en seizoenen. De<br />
groot<strong>te</strong> van de inv<strong>als</strong>hoek bepaalt de verschil tussen de z<strong>om</strong>er- en<br />
win<strong>te</strong>r<strong>te</strong>mperatuur. Hoe gro<strong>te</strong>r de inv<strong>als</strong>hoek hoe gro<strong>te</strong>r de<br />
verschillen in <strong>te</strong>mperatuur zijn. Deze hoek wijst niet altijd de<br />
zelfde kant op. Zo kan <strong>het</strong> dat de hoek s<strong>om</strong>s richting Vega wijst en<br />
s<strong>om</strong>s richting de Pools<strong>te</strong>r (dit is <strong>te</strong>genwoordig <strong>het</strong> geval). Het<br />
tollen van de aardas wordt de precessie van de aardas genoemd<br />
en dit gebeurt binnen de precessiekegel.<br />
De aarde draait in een ellips <strong>om</strong> de zon en daar<strong>om</strong> zal <strong>het</strong> ene<br />
halfjaar de zon dich<strong>te</strong>rbij de aarde staan dan <strong>het</strong> andere halfjaar. Het punt waar de aarde in zijn<br />
aardbaan <strong>het</strong> dichts bij de zon staat heet <strong>het</strong> perihelium en <strong>het</strong> punt waar de aarde <strong>het</strong> verst van<br />
de zon af ligt heet <strong>het</strong> aphelium. Dat is in de afbeelding <strong>hier</strong>onder weergegeven.<br />
Figuur 11: Perihelium en aphelium<br />
Door precessie van de aarde zal <strong>het</strong> noordelijk halfrond warmere z<strong>om</strong>ers hebben <strong>als</strong> de aarde zich<br />
in <strong>het</strong> perihelium bevindt dan wanneer <strong>het</strong> zich in <strong>het</strong> aphelium bevindt.<br />
Ook de ellips, de excentrici<strong>te</strong>it van de aardbaan, is niet altijd gelijk s<strong>om</strong>s is deze meer cirkelvormig<br />
10 http://www.faqt.nl/opmerkelijk/aarde-staat-in-de-toek<strong>om</strong>st-stil/<br />
11 http://www.vwkweb.nl/cms/index.php?option=c<strong>om</strong>_con<strong>te</strong>nt&task=view&id=383<br />
12 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz. 129/Stand van de Aardas/<br />
Figuur 10: De stand van de aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong><br />
van de zon<br />
19
en s<strong>om</strong>s meer ellipsvormig. Het afwisselen van deze bolling en afplatting duurt ongeveer 92000<br />
en 413000 13 jaar. Hoe s<strong>te</strong>rker ellipsvormig de ellips is, hoe meer de effec<strong>te</strong>n van <strong>het</strong> perihelium en<br />
aphelium worden vers<strong>te</strong>rkt. Immers zal de aarde in <strong>het</strong> perihelium dan nog dich<strong>te</strong>r bij de zon<br />
staan en in <strong>het</strong> aphelium nog verder van de zon af.<br />
Alleen hebben deze drie effec<strong>te</strong>n weinig invloed op <strong>het</strong> klimaat en de seizoenen, maar de<br />
effec<strong>te</strong>n kunnen elkaar wel vers<strong>te</strong>rken. De wiskundig-astrono<strong>om</strong> Milankovitch heeft de effec<strong>te</strong>n<br />
aan <strong>het</strong> eind van de 19 e eeuw berekend en daar<strong>om</strong> worden ze samen ook wel <strong>het</strong> Milankovitcheffect<br />
genoemd.<br />
2.1.2 Terrestrische oorzaken<br />
Er zijn ook een aantal zeer belangrijke natuurlijke effec<strong>te</strong>n die op de aarde zelf plaatsvinden en<br />
<strong>het</strong> klimaat veranderen. Tot de <strong>te</strong>rrestrische oorzaken rekenen wij vulkanisme, pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek<br />
en zeestr<strong>om</strong>en, en catastrofale oorzaken. Op de catastrofale oorzaken gaan we niet verder in,<br />
mede <strong>om</strong>dat deze volstrekt onvoorspelbaar zijn. De inslag van bijvoorbeeld een me<strong>te</strong>oriet is nu<br />
eenmaal niet of heel moeilijk <strong>te</strong> voorspellen. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld <strong>het</strong> ontpoffen van<br />
een kerncentrale of een oorlog waarbij kernwapens worden gebruikt. We gaan nu wel in op<br />
vulkanisme en pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek en zeestr<strong>om</strong>en.<br />
2.1.2.1 Vulkanisme<br />
Vulkanisme is een hele belangrijke natuurlijke oorzaak op aarde die <strong>het</strong> klimaat beïnvloedt. Tijdens<br />
een vulkaanuitbarsting k<strong>om</strong>en verschillende stoffen en gassen vrij die invloed hebben op <strong>het</strong><br />
klimaat. Een aantal belangrijke gassen die vrij k<strong>om</strong>en zijn wa<strong>te</strong>rdamp, koolstofdioxide en<br />
zwaveldioxide. Ook k<strong>om</strong>t er veel as en stof vrij. Stof en as dat vrijk<strong>om</strong>t bij een vulkaan uitbarsting<br />
k<strong>om</strong>t in de atmosfeer <strong>te</strong>recht en blijft <strong>hier</strong> nog een aantal jaren rondcirkelen. Dit zorgt ervoor dat<br />
de instraling van de zon wordt gereflec<strong>te</strong>erd en zo de planetaire albedo wordt verhoogd.<br />
Hierdoor zal de <strong>te</strong>mperatuur op aarde dalen. Een goed voorbeeld is de uitbarsting van Mont<br />
Pinatubo in 1991 op de Filippijnen. Waar de gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur in 1988,1989 en 1990 nog<br />
boven 10⁰C was, was dit in 1991,1992 en 1993 onder de 10⁰C 14 . Daarna kwamen de hogere<br />
<strong>te</strong>mperaturen weer <strong>te</strong>rug. Deze vulkaanuitbarsting had dus een tijdelijk effect. Maar vulkanen<br />
hebben zeker niet alleen een afkoelend effect. Zo<strong>als</strong> al eerder werd gezegd k<strong>om</strong>t bij een<br />
vulkaanuitbarsting verschillende stoffen vrij zo<strong>als</strong> koolstofdioxide, methaan, en wa<strong>te</strong>rdamp, dit<br />
zijn broeikasgassen. Maar <strong>om</strong> meer over <strong>het</strong> effect van deze extra broeikasgassen in de<br />
atmosfeer <strong>te</strong> begrijpen moe<strong>te</strong>n we eerst we<strong>te</strong>n hoe <strong>het</strong> natuurlijk broeikaseffect werkt.<br />
In de atmosfeer zit<strong>te</strong>n natuurlijke broeikasgassen, dit zijn<br />
gassen die de warm<strong>te</strong> in de atmosfeer absorberen. Deze<br />
gassen houden een deel van de straling van de zon vast<br />
zodat <strong>het</strong> op aarde warm genoeg blijft <strong>om</strong> <strong>hier</strong> <strong>te</strong> kunnen<br />
leven, dit heet <strong>het</strong> broeikaseffect. Door <strong>het</strong><br />
broeikaseffect is <strong>het</strong> op aarde gemiddeld gelijk aan 15⁰C.<br />
De atmosfeer, die de aarde beschermt, bestaat uit<br />
verschillende lagen. In de laag die men de stratosfeer<br />
noemt, bevindt zich de ozonlaag. Zonder de ozonlaag zou<br />
<strong>het</strong> op aarde onmogelijk zijn <strong>om</strong> <strong>te</strong> leven. De ozon houdt<br />
namelijk een groot deel van de straling van de zon, zo<strong>als</strong><br />
UV-straling, <strong>te</strong>gen en zet deze <strong>om</strong> in warm<strong>te</strong>. In figuur 12<br />
zijn de lagen waaruit de stratosfeer bestaan <strong>te</strong> zien.<br />
Figuur 12: Alle lagen van de atmosfeer<br />
13 http://jrscience.wcp.muohio.edu/studentresearch/clima<strong>te</strong>_projects_04/glacial_cycles/web/intro.html<br />
14 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz. 130/ vulkanisme/<br />
20
In de figuur 13 is de werking van <strong>het</strong> broeikaseffect duidelijk<br />
uitgelegd. Kortgolvige straling van de zon k<strong>om</strong>t voor een deel<br />
de atmosfeer binnen, <strong>het</strong> andere deel wordt door wolken en<br />
stofdeeltjes <strong>te</strong>ruggekaatst. Deze <strong>te</strong>rugkaatsing hangt af van <strong>het</strong><br />
albedo. De kortgolvige straling die <strong>het</strong> aardoppervlak bereikt,<br />
wordt voor een deel <strong>te</strong>ruggekaatst de atmosfeer in,. Ook dit<br />
hangt af van <strong>het</strong> albedo van <strong>het</strong> betreffende oppervlak. Een<br />
ander deel wordt opgen<strong>om</strong>en door <strong>het</strong> aardoppervlak en<br />
<strong>om</strong>gezet in warm<strong>te</strong> wat de aarde weer uitstraalt in langgolvige<br />
straling. Deze warm<strong>te</strong> wordt gedeel<strong>te</strong>lijk in de atmosfeer<br />
geabsorbeerd door broeikasgassen zo<strong>als</strong> koolstofdioxide,<br />
wa<strong>te</strong>rstof, chloorfluorkoolwa<strong>te</strong>rstoffen en methaan. Hierdoor<br />
warmt de atmosfeer op en straalt een deel van deze warm<strong>te</strong><br />
weer <strong>te</strong>rug naar <strong>het</strong> aardoppervlak. Er zijn ongeveer 30 verschillende soor<strong>te</strong>n broeikasgassen.<br />
Vele <strong>hier</strong>van zijn in de natuur opgeslagen en k<strong>om</strong>en dus ook door natuurlijke processen vrij. Een<br />
voorbeeld is koolstof.<br />
Figuur 13: De werking van <strong>het</strong> Broeikaseffect<br />
Wanneer koolstof reageert met zuurstof ontstaat onder andere kooldioxide. Kooldioxide is een<br />
onderdeel van de koolstofcyclus. Deze cyclus gaat de hele wereld rond en bevindt zich in de lucht,<br />
op <strong>het</strong> land en in de zee. De zee dient <strong>als</strong> een soort opslagbekken van koolstof. Hier bevindt zich<br />
ook <strong>het</strong> mees<strong>te</strong> koolstof, ongeveer 50 keer zoveel meer <strong>als</strong> in de lucht. De oceaan zorgt er dus<br />
eigenlijk voor dat de hoeveelheid koolstof in de atmosfeer niet zo hoog uitvalt. Verder zit koolstof<br />
in plan<strong>te</strong>n en dieren. De flora gebruikt de koolstofdioxide voor hun fotosynthese. Mensen en<br />
dieren ademen koolstof uit.<br />
Door vulkaanuitbarstingen k<strong>om</strong>en ook verschillende gassen vrij, zo<strong>als</strong> koolstofdioxide, methaan<br />
en wa<strong>te</strong>rdamp. Deze broeikasgassen worden tijdens een vulkaanuitbarsting de atmosfeer in<br />
geblazen. Hierdoor k<strong>om</strong>en er dus extra broeikasgassen in de atmosfeer wat zorgt dat punt vier bij<br />
figuur 15 extra vers<strong>te</strong>rkt wordt. Een gro<strong>te</strong>r deel van de hit<strong>te</strong> zal worden <strong>te</strong>ruggekaatst de<br />
atmosfeer in door deze extra broeikasgassen. Op deze manier zorgen vulkaan uitbarstingen dus<br />
voor de opwarming van de aarde en dus verandering van <strong>het</strong> klimaat.<br />
Bij vulkanisme denkt bijna iedereen aan vulkanen bij de Filippijnen, Indonesië of Midden Amerika,<br />
maar er zijn ook in Europa vulkanen. S<strong>om</strong>mige <strong>hier</strong>van liggen onder wa<strong>te</strong>r, maar anderen zijn<br />
duidelijk zichtbaar. We zullen een aantal landen noemen waar vulkanisme voork<strong>om</strong>t.<br />
Italië heeft zo’n 30 vulkanen en is daar<strong>om</strong> <strong>het</strong> vulkanisch middelpunt van Europa. Je vindt er<br />
onder andere de Vesuvius, die voor <strong>het</strong> laatst in 1944 uitbarst<strong>te</strong>, de Etna en de Str<strong>om</strong>boli. De<br />
Str<strong>om</strong>boli is de vulkaan die voor <strong>het</strong> laatst in Italië uitbarst<strong>te</strong>, dit was in 2008.<br />
IJsland is bekend <strong>om</strong> haar vele geisers, maar ook dit zijn vulkanische natuurverschijnselen. Op<br />
IJsland kunnen we verschillende vulkanen vinden. Naast de Eyjafjallajoekull, die kortgeleden nog<br />
actief was, r<strong>om</strong>melen onder meer ook de Katla, de Hekla en de Snæfell zo nu en dan.<br />
Ook op de Canarische eilanden zijn vulkanen <strong>te</strong> ontdekken. De Spaanse Canarische eilanden zijn<br />
gro<strong>te</strong>ndeel vulkanisch. Er zijn drie gro<strong>te</strong> vulkanen actief: El Teide (Tenerife), Cumbre Vieja (La<br />
Palma) en Montañas del Fuego (Lanzaro<strong>te</strong>). De laats<strong>te</strong> vulkaanuitbarsting op deze Spaanse<br />
eilandengroep was bijna 30 jaar geleden in 1971 op La Palma.<br />
Portugal kent ook een aantal vulkanen waarvan de mees<strong>te</strong>n ver van <strong>het</strong> vas<strong>te</strong>land liggen. De<br />
eilandengroepen Azoren en Madeira zijn ontstaan na vulkaanuitbarstingen, maar liggen beide<br />
meer dan 1.000 kil<strong>om</strong>e<strong>te</strong>r van Lissabon, de hoofdstad van Portugal. De laats<strong>te</strong> Portugese<br />
uitbarsting was in <strong>het</strong> jaar 2000, toen de Vulkaan op Terceira (Azoren) lava spuwde.<br />
Dit zijn zeker niet de enige plaatsen waar we in Europa vulkanen kunnen vinden. Zo heb je er ook<br />
21
nog een paar in Griekenland en zelfs in de Nederlandse Noordzee is een vulkaan <strong>te</strong> vinden. De<br />
kans dat deze op kor<strong>te</strong> <strong>te</strong>rmijn gaat uitbars<strong>te</strong>n is ech<strong>te</strong>r zeer klein. Vulkanisme is dus ook een<br />
belangrijke klimaatfactor in Europa die kan zorgen voor problemen. In 2010 en 2011 had <strong>het</strong><br />
toerisme duidelijk last van <strong>het</strong> vulkanisme in IJsland. Vele dagen was vliegverkeer in delen van<br />
Europa onmogelijk. Wanneer dit vaker voor gaat k<strong>om</strong>en en dan ook nog eens in <strong>het</strong> hoogseizoen<br />
heeft dat gro<strong>te</strong> gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme. Tegen dit soort oorzaken is verzekeren doorgaans<br />
niet mogelijk. De risico’s daarvan zijn voor veel verzekeringsmaatschappijen <strong>te</strong> groot. Ze kunnen<br />
<strong>hier</strong>voor geen reële premie berekenen. Europa heeft relatief weinig vulkanen, en zal bij actiever<br />
wordende vulkanen relatief minder vaak problemen ondervinden dan andere continen<strong>te</strong>n. Dit is<br />
voor <strong>het</strong> toerisme in Europa relatief gunstig <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van andere continen<strong>te</strong>n.<br />
2.1.2.2 Pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek en zeestr<strong>om</strong>en<br />
Zo<strong>als</strong> al eerder is geschreven is de zonne-energie op aarde niet eerlijk verdeeld en wisselt de<br />
<strong>te</strong>mperatuur van <strong>het</strong> zeewa<strong>te</strong>r daar<strong>om</strong> s<strong>te</strong>rk. Door pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek zijn er verschillende<br />
continen<strong>te</strong>n ontstaan en <strong>hier</strong> doorheen kunnen zich verschillende zeestr<strong>om</strong>en verplaatsen en de<br />
warm<strong>te</strong> op aarde opnieuw verdelen. Maar niet alleen deze herverdeling van de warm<strong>te</strong> door<br />
zeeën op de aarde heeft invloed op <strong>het</strong> klimaat. Ook de thermische isolatie, dit is <strong>het</strong> afslui<strong>te</strong>n van<br />
de Noord- en Zuidpool van de rest van de aarde voor de toestr<strong>om</strong>ing van warm of koud wa<strong>te</strong>r van<br />
elders, beïnvloeden <strong>het</strong> klimaat. Dit kan namelijk zorgen voor een <strong>te</strong>rugkoppelingsmechanisme,<br />
dit is een zichzelf vers<strong>te</strong>rkend proces. Een goed voorbeeld is Antarctica dat ligt op de Zuidpool<br />
waar gemakkelijk sneeuw en ijs ontstaat. Omdat landijs een hoog albedo heeft zal veel<br />
zonnewarm<strong>te</strong> worden <strong>te</strong>ruggekaatst de atmosfeer in, <strong>hier</strong>door blijft <strong>het</strong> koud op Antarctica en zal<br />
meer sneeuw en ijs zich vormen waardoor Antarctica nog meer afkoelt en een nog hoger albedoeffect<br />
krijgt. Dit noemt met een positieve <strong>te</strong>rugkoppeling, een proces dat aan de gang is vers<strong>te</strong>rkt<br />
zichzelf. Een negatieve <strong>te</strong>rugkoppeling bestaat ech<strong>te</strong>r ook, <strong>hier</strong>bij wordt een bestaande situatie<br />
<strong>om</strong>gebogen door een zichzelf vers<strong>te</strong>rkend proces. Wanneer door klimaatverandering <strong>het</strong><br />
bijvoorbeeld warmer zou worden op Antarctica en sneeuw en ijs smelt zal <strong>het</strong> albedo afnemen.<br />
Hierdoor zal er minder zonnewarm<strong>te</strong> worden <strong>te</strong>ruggekaatst de atmosfeer in en zal Antarctica nog<br />
meer opwarmen en zal er nog meer sneeuw en ijs smel<strong>te</strong>n.<br />
Noordwest-Europa heeft een zacht klimaat door de invloed van <strong>het</strong> warme wa<strong>te</strong>r dat daar naar<br />
Europa stro<strong>om</strong>t. Voor de kust van <strong>het</strong> noordoos<strong>te</strong>n van de Verenigde Sta<strong>te</strong>n loopt een stro<strong>om</strong><br />
koud wa<strong>te</strong>r uit de poolstreek tussen Canada en Groenland die meer naar <strong>het</strong> zuiden voert. Het zal<br />
duidelijk zijn dat veranderingen in deze str<strong>om</strong>en <strong>het</strong> weer en ui<strong>te</strong>indelijk <strong>het</strong> klimaat vergaand<br />
kunnen beïnvloeden. Met name meer of minder regen kan <strong>hier</strong> ook mee samenhangen en voor<br />
<strong>het</strong> toerisme is <strong>te</strong>mperatuur en neerslag een erg belangrijke factor in de landkeuzes die gemaakt<br />
worden. Logische wijze zal ook Europa last hebben van een verandering van deze factoren.<br />
2.2 Menselijke klimaatverandering<br />
We hebben al geschreven over natuurlijke oorzaken van<br />
klimaatveranderingen maar volgens vele klimatologen<br />
zijn de klimaatveranderingen van de afgelopen 150 jaar<br />
<strong>te</strong> groot <strong>om</strong> slechts door de natuur veroorzaakt <strong>te</strong> zijn.<br />
In 2001 kwam <strong>het</strong> In<strong>te</strong>rgovernmental Panel on Clima<strong>te</strong><br />
Change (IPCC) tot de conclusie dat de mens voor een<br />
groot deel verantwoordelijk is voor de opwarming van<br />
de aarde. Deze conclusie is gebaseerd op <strong>het</strong><br />
<strong>te</strong>mperatuursverloop op aarde de afgelopen<br />
tweehonderd jaar. In deze gegevens zijn verschillende<br />
sch<strong>om</strong>melingen <strong>te</strong> zien maar toch is ook duidelijk een<br />
stijging in de <strong>te</strong>mperatuur <strong>te</strong> zien vanaf 1900. Vanaf 1850<br />
begon de industriële revolutie in Engeland en deze Figuur 14: Hockeystick curve<br />
22
verspreidde zich over de rest van de wereld. Door de extra fabrieken die werden gebouwd<br />
werden meer broeikasgassen uitgesto<strong>te</strong>n. De verschillende gegevens zijn weergegeven in de<br />
zogenoemde ‘hockeystick curve’, deze is in figuur 14 op de vorige bladzijde weergegeven. Vele<br />
landen zijn <strong>het</strong> eens met de conclusie van <strong>het</strong> IPCC maar er bestaan enkele discussies. Het<br />
Nederlandse KNMI is ook van mening dat natuurlijke en menselijke processen zorgen voor<br />
klimaatverandering, zij hebben in 2005 aangetoond dat vermoedelijk 50% van de opwarming van<br />
de aarde niet kan worden verklaard uit natuurlijke processen 15 . We gaan nu verder in op <strong>het</strong><br />
vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect.<br />
We hebben <strong>het</strong> al gehad over <strong>het</strong> broeikaseffect en de gevolgen <strong>hier</strong>van, <strong>het</strong> zorgt ervoor dat wij<br />
op aarde kunnen leven. De mens zorgt ech<strong>te</strong>r voor een vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect door uitstoot van<br />
verschillende broeikasgassen, maar ook bijvoorbeeld door ontbossing en verwoestijning.<br />
2.2.1 Uitstoting broeikasgassen<br />
CO₂, koolstofdioxide, is een bekend broeikasgas die door de mens wordt uitgesto<strong>te</strong>n bij<br />
bijvoorbeeld <strong>het</strong> verbranden van fossiele brandstoffen zo<strong>als</strong> turf, s<strong>te</strong>enkool, bruinkool, aardolie,<br />
aardgas, hout en bos. Zo<strong>als</strong> genoemd is sinds de industriële revolutie in 1850 de uitstoot van CO₂<br />
in de atmosfeer ongelofelijk toegen<strong>om</strong>en. De industrie en <strong>het</strong> verkeer zijn gro<strong>te</strong> boosdoeners van<br />
deze toegen<strong>om</strong>en uitstoot. Maar niet alleen de CO₂ uitstoot is veel toegen<strong>om</strong>en.<br />
Ook de broeikas gas CH₄, Methaan, k<strong>om</strong>t s<strong>te</strong>eds meer vrij door handelingen van de mens.<br />
Bijvoorbeeld bij <strong>het</strong> verbouwen van rijst, <strong>het</strong> gebruiken van dierlijk mest, <strong>het</strong> winnen van fossiele<br />
brandstoffen en <strong>het</strong> verbranden van organisch ma<strong>te</strong>riaal.<br />
N₂O, lachgas, wordt door de mensen de atmosfeer in gebracht door gebruik van kunstmest,<br />
verbranding van organisch ma<strong>te</strong>riaal, industrie en <strong>het</strong> verkeer.<br />
O₃, ozon, k<strong>om</strong>t van nature al voor in de atmosfeer, vooral in de stratosfeer waar deze de ozonlaag<br />
vormt en ons beschermt <strong>te</strong>gen schadelijke UV-straling. Ozon in de troposfeer levert een gro<strong>te</strong><br />
bijdrage aan <strong>het</strong> broeikaseffect en k<strong>om</strong>t bijvoorbeeld in de atmosfeer door <strong>het</strong> verkeer. Ozon is<br />
een erg schadelijke gas voor mens, dier en de natuur. In de figuur <strong>hier</strong>onder is goed <strong>te</strong> zien hoe<br />
<strong>het</strong> aantal broeikasgassen in de atmosfeer zich de laats<strong>te</strong> jaren heeft ontwikkeld.<br />
Cfk’s, chloorfluorkoolwa<strong>te</strong>rstoffen, zijn broeikasgassen die worden geproduceerd in fabrieken.<br />
Als cfk's in de atmosfeer k<strong>om</strong>en worden ze afgebroken door de UV-straling van de zon. Hierbij<br />
k<strong>om</strong>en chloorat<strong>om</strong>en vrij die ozon aantas<strong>te</strong>n. Om een idee <strong>te</strong> geven hoeveel s<strong>te</strong>rker cfk's zijn dan<br />
ozon een klein gegeven. Eén chloorato<strong>om</strong> kan 100.000 ozonmoleculen vernietigen. Cfk's zijn een<br />
s<strong>te</strong>rke broeikasgas. Ze helpen 10.000 keer zoveel bij de opwarming van de aarde <strong>als</strong> kooldioxide.<br />
Toch is kooldioxide één van de belangrijks<strong>te</strong> broeikasgassen, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> in zulke gro<strong>te</strong><br />
hoeveelheden voork<strong>om</strong>t. Omdat Cfk’s zo’n gro<strong>te</strong> invloed hebben op <strong>het</strong> dunner worden van de<br />
ozonlaag is <strong>het</strong> bij de wet verboden ze <strong>te</strong> produceren. Dit is opgen<strong>om</strong>en in <strong>het</strong> Montreal-protocol<br />
uit 1987 16 . Na 2010 mocht geen enkel land nog cfk's gebruiken. De cfk's die al in de lucht za<strong>te</strong>n, zijn<br />
ech<strong>te</strong>r niet z<strong>om</strong>aar verdwenen van de één op de andere dag. Vandaar dat <strong>het</strong> nog wel een aantal<br />
decennia zal duren voordat alle cfk's uit de atmosfeer zijn.<br />
In de figuur op de volgende bladzijde is goed <strong>te</strong> zien hoe <strong>het</strong> aantal broeikasgassen in de<br />
atmosfeer zich de laats<strong>te</strong> jaren heeft ontwikkeld.<br />
15 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz.137/Hockeystick/<br />
16 http://ozone.unep.org/new_si<strong>te</strong>/en/index.php<br />
23
Figuur 15: broeikasgassen in de atmosfeer<br />
2.2.2 Ontbossing<br />
Ook ontbossing is van gro<strong>te</strong> invloed op de verandering van <strong>het</strong> klimaat. Niet alleen heeft <strong>het</strong><br />
invloed op <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect, maar ook op <strong>het</strong> albedo-effect. B<strong>om</strong>en hebben namelijk<br />
de eigenschap <strong>om</strong> <strong>het</strong> broeikasgas CO₂ op <strong>te</strong> nemen en <strong>om</strong> de zet<strong>te</strong>n in O₂ (zuurstof). Zo helpen<br />
b<strong>om</strong>en <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect deels <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan. Door <strong>het</strong> kappen van b<strong>om</strong>en, met name<br />
in <strong>het</strong> tropisch regenwoud, wordt er dus veel minder CO₂ <strong>om</strong>gezet in O₂. Ook k<strong>om</strong>t er dan veel<br />
van de nog in de b<strong>om</strong>en opgeslagen CO₂ vrij en wordt <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rk broeikaseffect alleen maar<br />
meer gestimuleerd. Bij verbranding van deze wouden zal extra CO₂, CH₄ en N₂O vrijk<strong>om</strong>en wat<br />
ook weer een stimulans is voor <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect. Volgens schattingen van <strong>het</strong> IPCC<br />
heeft de mens in de periode van 1980-1989 elk jaar zo’n 7,1 miljard ton CO₂ in de atmosfeer<br />
gebracht en <strong>hier</strong>van is 22% afk<strong>om</strong>stig van ontbossing in de tropen 17 .<br />
Ontbossing k<strong>om</strong>t in Europa op dit m<strong>om</strong>ent gelukkig niet veel meer voor. Alleen in Oost-Europa<br />
(Hongarije, Rusland en Oekraïne). Verder doen de bossen in Europa <strong>het</strong> op dit m<strong>om</strong>ent best goed,<br />
maar houtkap blijft enorm in gebieden <strong>als</strong> Indonesië, Mexico en Brazilië. In die landen staat wel<br />
tachtig procent van de oerbossen. Ook in Afrika verdwijnt nog altijd veel bos. Om daar iets aan <strong>te</strong><br />
doen is handel in illegaal gekapt hout vanaf begin 2013 in Europa verboden. Houtimpor<strong>te</strong>urs, maar<br />
ook houtproducen<strong>te</strong>n in Europa zijn vanaf dat m<strong>om</strong>ent in overtreding <strong>als</strong> zij illegaal gekapt hout<br />
op de markt brengen. Zij moe<strong>te</strong>n kunnen aantonen waar <strong>het</strong> hout precies vandaan k<strong>om</strong>t en dat<br />
<strong>het</strong> legaal is gekapt. De bossen die er nog zijn hebben overigens door klimaatverandering wel<br />
meer problemen met bosbranden, ziek<strong>te</strong>s en epidemieën. Helaas is dit verbod nog niet over de<br />
gehele wereld ingevoerd.<br />
Ontbossing kan volgens enkele we<strong>te</strong>nschappers 18 ook een verkoelend effect hebben op de aarde.<br />
Het kan er namelijk voor zorgen dat <strong>het</strong> albedo-effect wordt vers<strong>te</strong>rkt. Open vlak<strong>te</strong>s hebben<br />
namelijk een hoger albedo dan bossen waardoor meer zonnewarm<strong>te</strong> wordt <strong>te</strong>ruggekaatst de<br />
atmosfeer in en minder <strong>het</strong> aardoppervlak verwarmt.<br />
2.2.3 Verwoestijning<br />
Verwoestijning is de verarming van vruchtbare bodems in aride en semi-aride gebieden. Het is<br />
vaak <strong>het</strong> gevolg van overbeweiding, waardoor stukken land worden kaal gege<strong>te</strong>n en de plan<strong>te</strong>n<br />
geen kans hebben <strong>om</strong> <strong>te</strong>rug <strong>te</strong> groeien doordat er <strong>te</strong>veel vee op een gebied graast. Verkeerde<br />
irrigatie<strong>te</strong>chnieken kunnen leiden tot verzilting, <strong>het</strong> zout worden van de grond, waardoor<br />
17 http://www.me<strong>te</strong>owes<strong>te</strong>rlo.be/klimaatverandering/landgebruik.htm<br />
18 http://www.scientias.nl/ontbossing-koelt-de-aarde/50272<br />
24
ui<strong>te</strong>indelijk geen plan<strong>te</strong>n meer kunnen groeien en verwoestijning <strong>het</strong> gevolg is. Maar ook de<br />
klimaatverandering is een oorzaak van verwoestijning door de toename van droog<strong>te</strong> en de extra<br />
verdamping <strong>als</strong> gevolg van <strong>te</strong>mperatuurstijging.<br />
Verwoestijning kan <strong>het</strong> broeikaseffect vers<strong>te</strong>rken want verlies aan vegetatie be<strong>te</strong>kent dat er<br />
minder natuurlijke CO₂-opslag is en daarbij k<strong>om</strong>t ook de natuurlijk opgeslagen CO₂ vrij in de<br />
atmosfeer. Verwoestijning heeft ook een rol <strong>te</strong>gen de bestrijding van klimaatverandering door<br />
zijn hoge albedo waardoor veel zonnewarm<strong>te</strong> wordt <strong>te</strong>ruggekaatst de atmosfeer in.<br />
2.3 Wat kan Europa doen?<br />
De mens is de groots<strong>te</strong> boosdoener <strong>als</strong> <strong>het</strong> over de invloed op <strong>het</strong> klimaat gaat. We beschreven<br />
de menselijke invloed op klimaatverandering in de vorm van broeikasgassen, ontbossing en<br />
verwoestijning.<br />
Omdat Europa politiek gezien goed is georganiseerd (Raad van Europa, Europese Unie) worden<br />
er binnen Europa s<strong>te</strong>eds meer afspraken gemaakt <strong>om</strong> klimaatverandering <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan. In dat<br />
opzicht heeft Europa een duidelijke voorsprong op andere continen<strong>te</strong>n waar samenwerking<br />
minder vergaand is georganiseerd. In in<strong>te</strong>rnationaal verband worden wel afspraken gemaakt <strong>om</strong><br />
klimaatverandering <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan, maar deze gaan over <strong>het</strong> algemeen minder ver dan Europa wil.<br />
Klimaatverandering is een wereldwijd vraagstuk, waar Europa wel een bijdrage aan kan leveren,<br />
maar <strong>het</strong> probleem niet kan oplossen. Europa is een klein, maar wel een belangrijk continent <strong>als</strong><br />
<strong>het</strong> <strong>om</strong> <strong>het</strong> aandragen en uitvoeren van maatregelen gaat <strong>om</strong> klimaatverandering verder <strong>te</strong>gen <strong>te</strong><br />
gaan. Dit k<strong>om</strong>t verder aan de orde in hoofdstuk 6. Aan de andere kant heeft Europa ook last van<br />
klimaatverandering die zijn oorzaak vindt bui<strong>te</strong>n Europa. Ontbossing bijvoorbeeld is een<br />
wereldwijd probleem. Zo<strong>als</strong> eerder geschreven is dit in Europa vooral een probleem in <strong>het</strong> oos<strong>te</strong>n.<br />
Europees wordt daar s<strong>te</strong>eds meer <strong>te</strong>gen gedaan, maar Europa kan ook dit probleem niet alleen<br />
aanpakken.<br />
Belangrijke methodes <strong>om</strong> verwoestijning <strong>te</strong> stoppen zijn actief herbebossing en duurzame<br />
landbouwmethoden toepassen, daar is dus wel wat aan <strong>te</strong> doen. Woestijnen zijn overigens niet<br />
alleen maar slecht, in woestijnen is veel zonlicht en wellicht is daar goedkoop gebruik van <strong>te</strong><br />
maken door zonne-energie op <strong>te</strong> wekken. Europa kan daarbij helpen <strong>om</strong> de <strong>te</strong>chnologie <strong>om</strong> dit<br />
mogelijk <strong>te</strong> maken <strong>te</strong> leveren. Europa zou <strong>hier</strong>bij met bijvoorbeeld Afrikaanse landen moe<strong>te</strong>n<br />
samenwerken.<br />
Duidelijk is dat de menselijke factor op zich wel kan worden aangepakt, al zal de weg daar naar<br />
toe lang zijn. Het belang van <strong>het</strong> probleem moet ook politiek echt worden gevoeld en gelukkig is<br />
dit s<strong>te</strong>eds meer <strong>het</strong> geval. Anders dan bij kosmische oorzaken en <strong>te</strong>rrestrische oorzaken kan aan<br />
klimaatverandering door de mens echt iets worden gedaan, maar Europa kan dit niet alleen.<br />
De gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme in Europa door menselijke oorzaken is waarschijnlijk wat kleiner<br />
dan bij andere continen<strong>te</strong>n, mede <strong>om</strong>dat in Europees verband veel wordt gedaan <strong>om</strong><br />
klimaatverandering <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan en de gevolgen daarvan zoveel mogelijk <strong>te</strong> bestrijden.<br />
We<strong>te</strong>nschappers en de media spelen natuurlijk ook een belangrijke rol, <strong>om</strong> klimaatverandering<br />
aan <strong>te</strong> tonen en daar aandacht voor <strong>te</strong> vragen. Via de we<strong>te</strong>nschap en de media is er de laats<strong>te</strong> tijd<br />
veel aandacht voor klimaatverandering (zie ook onze inleiding). Als nu ook politici de noodzaak<br />
zien <strong>om</strong> <strong>hier</strong> iets aan <strong>te</strong> doen dan kan <strong>het</strong> probleem mogelijk echt worden aangepakt en worden<br />
er ook voor onze generatie en de generaties na ons oplossingen gevonden. Probleem is nog wel<br />
vaak dat politici meer in kor<strong>te</strong> dan in lange <strong>te</strong>rmijn successen zijn geïn<strong>te</strong>resseerd.<br />
25
Hoofdstuk 3: Waar leidt klimaatverandering toe? En wat zijn daarvan de gevolgen voor<br />
<strong>het</strong> toerisme?<br />
Nu we hebben gezien wat klimaatverandering is en wat de natuurlijke en menselijke oorzaken<br />
ervan zijn, kunnen we verder kijken naar de gevolgen van klimaatverandering en wat voor<br />
gevolgen dit heeft voor <strong>het</strong> toerisme. Duidelijk is dat <strong>het</strong> toerisme één van de meest<br />
weergevoelige bedrijvigheden in de econ<strong>om</strong>ische sector is. De ideale maximum dag<strong>te</strong>mperatuur<br />
ligt in de buurt van 30⁰C per dag, zo is gebleken uit statistisch onderzoek van Maddison (2001) 19 .<br />
Naar verwachting zal klimaatverandering weinig verandering brengen in de ontwikkeling van<br />
toerisme <strong>als</strong> geheel, maar zal <strong>het</strong> gro<strong>te</strong> invloed hebben op de mondiale spreiding van toerisme in<br />
tijd en locatie. In dit hoofdstuk leggen we de relatie tussen klimaatverandering en <strong>het</strong> toerisme.<br />
S<strong>te</strong>eds zullen we aan de hand van recen<strong>te</strong> berich<strong>te</strong>n uit de media in dit hoofdstuk de relatie la<strong>te</strong>n<br />
zien tussen klimaatverandering en toerisme in Europa en s<strong>om</strong>s ook de rest van de wereld.<br />
In onze enquê<strong>te</strong> hebben we ook onderzoek gedaan naar de gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur waarbij<br />
mensen zich <strong>het</strong> prettigs<strong>te</strong> voelen op vakantie. Onze vraag was ‘Bij welke gemiddelde<br />
<strong>te</strong>mperatuur voelt u zich tijdens een zonvakantie <strong>het</strong> meest op uw gemak?’ Uit onze enquê<strong>te</strong><br />
kwam een wat lagere ideale dag<strong>te</strong>mperatuur naar voren dan bij <strong>het</strong> statisch onderzoek van<br />
Maddison. Wij kwamen uit op een gemiddelde van 27⁰C. Jongeren blijken meer van warm weer <strong>te</strong><br />
houden dan ouderen. Bij de ca<strong>te</strong>gorie jongeren kwamen we uit op een gemiddelde van 28⁰C<br />
<strong>te</strong>rwijl dat bij de ouderen op 25⁰C ligt. Ook is gebleken dat vrouwen gemiddeld een hogere<br />
<strong>te</strong>mperatuur aangenaam vinden dan mannen. Gemiddeld geven vrouwen een <strong>te</strong>mperatuur op die<br />
1 graad hoger ligt dan bij mannen. Zie voor al onze resulta<strong>te</strong>n van de enquê<strong>te</strong> hoofdstuk 7.<br />
We hebben <strong>te</strong> maken met de z<strong>om</strong>er en de win<strong>te</strong>r. Met name de zuidelijke landen in Europa zullen<br />
door klimaatverandering minder aantrekkelijk worden voor toeris<strong>te</strong>n in de z<strong>om</strong>er door extreem<br />
warm weer en hele droge stoffige perioden. Een van de problemen die almaar gro<strong>te</strong>r zal worden<br />
is de beschikbare hoeveelheid drinkbaar wa<strong>te</strong>r (in hoofdstuk 7 gaan we <strong>hier</strong> nog nader op in). Nu<br />
al staat de wa<strong>te</strong>rvoorziening van een groot aantal toeris<strong>te</strong>noorden onder druk. Tijdens <strong>het</strong><br />
toeris<strong>te</strong>nseizoen zijn er gebieden waar enorme hoeveelheden toeris<strong>te</strong>n heen trekken. Daar k<strong>om</strong>t<br />
nog bij dat toeris<strong>te</strong>n vaak meer wa<strong>te</strong>r gebruiken dan de lokale bevolking. Ook voorzieningen voor<br />
toeris<strong>te</strong>n, zo<strong>als</strong> zwembaden en golfbanen, verbruiken enorm veel kostbaar drinkwa<strong>te</strong>r en de<br />
airconditioning staat in veel ho<strong>te</strong>ls constant aan. Vaak zie je ook dat groenvoorzieningen worden<br />
aangelegd <strong>om</strong> ho<strong>te</strong>ls en dergelijke mooi <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n zijn. Ook dit kost vaak erg veel wa<strong>te</strong>r <strong>om</strong> <strong>het</strong><br />
groen <strong>te</strong> houden. De toenemende droog<strong>te</strong> leidt ook tot een toenemend risico op bosbranden.<br />
Niet alleen de kans op bosbranden is gro<strong>te</strong>r, maar ook de hevigheid van de branden neemt toe.<br />
Verschillende ach<strong>te</strong>reenvolgende jaren zijn toeris<strong>te</strong>ngebieden ge<strong>te</strong>is<strong>te</strong>rd door hevige bosbranden<br />
die vaak zeer moeizaam <strong>te</strong> blussen waren door de aanhoudende droog<strong>te</strong>.<br />
Maar ook in de win<strong>te</strong>r zijn er problemen. De Alpen zijn bij veel win<strong>te</strong>rspor<strong>te</strong>rs favoriet. Sneeuw is<br />
van cruciaal belang voor de win<strong>te</strong>rspor<strong>te</strong>n. De kans op sneeuwval hangt samen met de<br />
lucht<strong>te</strong>mperatuur. Omdat de lucht<strong>te</strong>mperatuur waarschijnlijk zal stijgen in Europa, is de<br />
sneeuwzekerheid van veel populaire win<strong>te</strong>rsportbes<strong>te</strong>mmingen aan <strong>het</strong> afnemen. Veel<br />
skigebieden hebben <strong>te</strong> maken met een kor<strong>te</strong>r seizoen, doordat de sneeuw pas la<strong>te</strong>r in <strong>het</strong> jaar<br />
valt en eerder weer smelt. In de Alpen en andere win<strong>te</strong>rsportgebieden worden wel maatregelen<br />
gen<strong>om</strong>en <strong>om</strong> de win<strong>te</strong>rsport <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n bestaan. Het is <strong>te</strong>n slot<strong>te</strong> een belangrijke ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>nbron.<br />
Nu al zie je dat gletsjers in de z<strong>om</strong>er s<strong>om</strong>s worden ingepakt met plastic <strong>om</strong> smel<strong>te</strong>n <strong>te</strong><br />
voork<strong>om</strong>en. Er wordt ook gebruik gemaakt van kunstsneeuw <strong>om</strong> in de behoef<strong>te</strong> van sneeuw <strong>te</strong><br />
voorzien. Dit kost natuurlijk veel geld en ook wel energie <strong>om</strong> bijvoorbeeld de sneeuwkanonnen in<br />
<strong>te</strong> zet<strong>te</strong>n. Win<strong>te</strong>rsport is nu al heel duur. Misschien gaan mensen in de toek<strong>om</strong>st minder vaak op<br />
19 http://edepot.wur.nl/43582<br />
26
win<strong>te</strong>rsport. Andere gebieden zouden daarvan kunnen profi<strong>te</strong>ren, <strong>om</strong>dat mensen nu eenmaal<br />
ook in de win<strong>te</strong>r op vakantie willen. In Nederland kan je inmiddels ook al in een hal skiën, wellicht<br />
wordt dit wel s<strong>te</strong>eds meer de toek<strong>om</strong>st.<br />
Tenslot<strong>te</strong> nog iets over s<strong>te</strong>den. Omdat <strong>het</strong> z<strong>om</strong>erseizoen in de noordelijke landen waarschijnlijk<br />
aangenamer zal worden dan in de zuidelijke landen van Europa kunnen s<strong>te</strong>den in de noordelijke<br />
landen <strong>hier</strong>van profi<strong>te</strong>ren. Dat geldt zeker ook voor historische s<strong>te</strong>den in Nederland. In Europa<br />
zullen s<strong>te</strong>dentripjes naar <strong>te</strong> warme s<strong>te</strong>den in de z<strong>om</strong>er ongetwijfeld afnemen. Toeris<strong>te</strong>n zullen<br />
een meer aangenaam seizoen kiezen <strong>om</strong> bijvoorbeeld R<strong>om</strong>e. Madrid of Barcelona <strong>te</strong> bezoeken.<br />
Tot afname van toerisme hoeft dat niet <strong>te</strong> leiden.<br />
3.1 Extreme weers<strong>om</strong>standigheden<br />
De hoeveelheid extreme weers<strong>om</strong>standigheden is de laats<strong>te</strong> decennia toegen<strong>om</strong>en. De oorzaak<br />
<strong>hier</strong>van vinden we in de stijging van de <strong>te</strong>mperatuur op aarde. We hebben <strong>het</strong> al gehad over <strong>het</strong><br />
broeikaseffect en <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect. Het vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect heeft een gro<strong>te</strong><br />
invloed op de extreme weers<strong>om</strong>standigheden.<br />
De opwarming van de aarde veroorzaakt de<br />
extreme weers<strong>om</strong>standigheden. Het<br />
vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect is een oorzaak van<br />
<strong>het</strong> opwarmen van de aarde. Toch geloven<br />
nog s<strong>te</strong>eds niet alle we<strong>te</strong>nschappers dat de<br />
opwarming van de aarde verband houdt met<br />
<strong>het</strong> aantal broeikasgassen in de lucht, al<br />
worden we<strong>te</strong>nschappers die dat verband niet<br />
zien wel s<strong>te</strong>eds zeldzamer. Al Gore, destijds<br />
vicepresident van de VS, heeft wel een<br />
belangrijke impuls gegeven aan de gevolgen<br />
van klimaatverandering op aarde. Kijk naar<br />
zijn plaatje bij figuur 16. Hij laat <strong>hier</strong> zien dat<br />
de <strong>te</strong>mperatuur meegaat met de hoeveelheid<br />
CO2 in de atmosfeer. De rode lijn is <strong>het</strong> CO2gehal<strong>te</strong>.<br />
De blauwe lijn is de <strong>te</strong>mperatuur. Op <strong>het</strong> einde gaat de CO2-grafiek erg s<strong>te</strong>rk <strong>om</strong>hoog. Dit<br />
is de lijn die wordt verwacht voor de toek<strong>om</strong>st.<br />
Figuur 16: Vergelijking van <strong>het</strong> CO₂-gehal<strong>te</strong> en de <strong>te</strong>mperatuur op aarde<br />
Ook figuur 18 laat <strong>het</strong> verband tussen <strong>het</strong> CO2-gehal<strong>te</strong> en de <strong>te</strong>mperatuur goed zien. Op plane<strong>te</strong>n<br />
waar veel CO2 in de atmosfeer zit, is de <strong>te</strong>mperatuur ook veel hoger.<br />
Figuur 17: CO2-gehal<strong>te</strong> en<br />
<strong>te</strong>mperatuur op verschillende<br />
plane<strong>te</strong>n uit ons melkwegs<strong>te</strong>lsel<br />
Nu we dus bijna zeker we<strong>te</strong>n dat de <strong>te</strong>mperatuur meeloopt met de hoeveelheid CO2 (en andere<br />
broeikasgassen) kunnen we aannemen dat de aarde opwarmt doordat de mens meer<br />
27
oeikasgassen de atmosfeer in brengt. Het gevolg <strong>hier</strong>van zijn extremere<br />
weers<strong>om</strong>standigheden. Maar hoe ontstaan deze?<br />
Doordat de aarde opwarmt wordt er meer zeewa<strong>te</strong>r verdampt. Hierdoor k<strong>om</strong>en er meer<br />
regenbuien en stormen. Daarnaast k<strong>om</strong>en er ook meer hit<strong>te</strong>golven door de stijging van de<br />
<strong>te</strong>mperatuur. Een voorbeeld van een vrij recen<strong>te</strong> extreme weers<strong>om</strong>standigheid is de orkaan<br />
Monty in Australië. Er werden windsnelheden van 200 km/u geme<strong>te</strong>n en er viel 400 mm regen,<br />
dat is normaal de hoeveelheid die er in 4 jaar valt in dat gebied.<br />
Het In<strong>te</strong>rgovernmental Panel on Clima<strong>te</strong> Change (IPCC) van de Verenigde Naties waarschuwt voor<br />
s<strong>te</strong>eds meer extreme weers<strong>om</strong>standigheden in de k<strong>om</strong>ende decennia. Zij vindt dan ook dat men<br />
nu al maatregelen moet treffen <strong>om</strong> de schade <strong>te</strong> beperken en levens <strong>te</strong> redden. Er zijn ech<strong>te</strong>r wat<br />
twijfels aan de rappor<strong>te</strong>n van <strong>het</strong> IPCC. S<strong>om</strong>migen zeggen dat hun rappor<strong>te</strong>n niet op fei<strong>te</strong>n zijn<br />
gebaseerd of dat de cijfers niet allemaal even goed kloppen. Het is dus aan de landen zelf <strong>om</strong> <strong>te</strong><br />
beslissen of ze nu al maatregelen willen treffen.<br />
Treffen landen geen maatregelen, zo<strong>als</strong> <strong>het</strong> goed en snel afvoeren van overtollig regenwa<strong>te</strong>r, dan<br />
lopen toeris<strong>te</strong>n in deze gebieden natuurlijk meer risico door deze extremere<br />
weers<strong>om</strong>standigheden. Er zullen zich een aantal risicovollere gebieden en aantal minder<br />
risicovolle gebieden vormen in de toek<strong>om</strong>st. Dit is moeilijk <strong>te</strong> voorspellen, maar Europa zal<br />
waarschijnlijk vooral last krijgen van veel regen- en stormbuien. Dit kan een groot nadeel zijn voor<br />
de toeris<strong>te</strong>n. Toeris<strong>te</strong>n willen lekker weer <strong>als</strong> ze op vakantie gaan en zit<strong>te</strong>n niet <strong>te</strong> wach<strong>te</strong>n op<br />
enorme hoosbuien <strong>als</strong> ze bijvoorbeeld over de boulevard lopen. Het weer is <strong>te</strong>genwoordig<br />
gelukkig veel be<strong>te</strong>r <strong>te</strong> voorspellen. Toeris<strong>te</strong>n zullen rekening houden met de weersverwachtingen<br />
voor <strong>het</strong> plannen van hun vakantie. Krijgt een gebied veel <strong>te</strong> maken met regen en wind, dan<br />
zullen de toeris<strong>te</strong>n daar wegtrekken. Deze gebieden lopen dus geld mis, <strong>te</strong>rwijl ze er zelf niks aan<br />
kunnen doen. Het toerisme zal zich verplaatsen naar de gebieden waar minder extreem weer<br />
wordt verwacht. Dit is eigenlijk de enige invloed die extreem weer op <strong>het</strong> toerisme heeft.<br />
Het toerisme in Europa vindt nu vooral plaats in de wat warmere landen, zo<strong>als</strong> Frankrijk en<br />
Spanje. Deze toeris<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en vaak uit Europa zelf of uit <strong>het</strong> betreffende land zelf. Zodra er meer<br />
extreme weers<strong>om</strong>standigheden k<strong>om</strong>en, ontstaat er meer risico voor toeris<strong>te</strong>n. Toerisme doet<br />
zich namelijk alleen voor in gebieden waar <strong>het</strong> rustig en stabiel is. Hiermee wordt bedoeld dat er<br />
bijvoorbeeld geen oorlog aan de gang moet zijn of dat de politieke situatie stabiel moet zijn. Maar<br />
<strong>hier</strong>onder verstaan we ook de kans op natuurrampen. Als bijvoorbeeld <strong>het</strong> aantal natuurrampen<br />
zo<strong>als</strong> modderstr<strong>om</strong>en toeneemt in bijvoorbeeld Oos<strong>te</strong>nrijk zullen de toeris<strong>te</strong>n <strong>hier</strong> een tijdje<br />
wegblijven. Het toerisme zal zich <strong>hier</strong>door in de toek<strong>om</strong>st anders gaan verspreiden binnen<br />
Europa. Minder risicovolle gebieden zullen drukker worden en risicovollere gebieden zullen <strong>het</strong><br />
moe<strong>te</strong>n doen met minder toeris<strong>te</strong>n in hun land. Zo zagen we <strong>het</strong> toerisme in voormalig<br />
Joegoslavië volledig instor<strong>te</strong>n toen daar in de negentiger jaren een burgeroorlog aan de gang<br />
was. Hetzelfde gebeurde afgelopen jaar in landen in Noord-Afrika aan de Middellandse Zee. Je<br />
ziet dat <strong>het</strong> dan erg lang duurt voordat toeris<strong>te</strong>n weer <strong>te</strong>rugkeren naar dit soort landen. Het<br />
vertrouwen in dit soort landen k<strong>om</strong>t maar heel langzaam <strong>te</strong>rug. Dat zou met natuurrampen wel<br />
eens op dezelfde manier kunnen gebeuren. Toeris<strong>te</strong>n hebben dan al weer andere plekken<br />
ontdekt en k<strong>om</strong>en dan misschien nooit meer <strong>te</strong>rug naar waar ze eerst zo heerlijk za<strong>te</strong>n.<br />
Vertrouwen k<strong>om</strong>t <strong>te</strong> voet en gaat <strong>te</strong> paard is een bekend spreekwoord. Vertrouwen wordt<br />
langzaam opgebouwd, maar is <strong>als</strong> er iets gebeurd wel heel snel verdwenen. Opnieuw opbouwen<br />
kost dan weer heel veel tijd en daarmee natuurlijk ook geld voor de econ<strong>om</strong>ie en de toeristische<br />
sector.<br />
Experts waarschuwen dat Europa s<strong>te</strong>eds meer rekening moet gaan houden met zware schade en<br />
econ<strong>om</strong>ische verliezen <strong>als</strong> gevolg van de klimaatwijziging. We hebben enkele recen<strong>te</strong> berich<strong>te</strong>n<br />
uit de media <strong>hier</strong> onder elkaar gezet <strong>om</strong> <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n zien dat toerisme en extreem weer echt verband<br />
28
houden met elkaar.<br />
‘Vijf toeris<strong>te</strong>n dood op stranden Italië’<br />
Nederlanders die voor hun z<strong>om</strong>ervakantie naar <strong>het</strong> zuiden van Europa zijn vertrokken, worden<br />
gewaarschuwd voor hit<strong>te</strong>. Is Noordwest Europa s<strong>te</strong>vig in de greep van onbes<strong>te</strong>ndig z<strong>om</strong>erweer, in<br />
<strong>het</strong> zuiden is <strong>het</strong> snikheet. Op de stranden langs de Italiaanse kust zijn in één dag tijd vijf mensen<br />
overleden. Vier zijn er verdronken en één 70-jarige vrouw is mogelijk bezweken door de hit<strong>te</strong> op <strong>het</strong><br />
strand. Oorzaak is wellicht <strong>het</strong> zeer warme weer, tot 40 graden in <strong>het</strong> zuiden van <strong>het</strong> land’.<br />
(http://wereldnieuws.blog.nl/milieu/2012/07/15/vijf-toeris<strong>te</strong>n-dood-op-stranden-italie) 15-07-12<br />
Oudere mensen zijn veel gevoeliger voor extreme kou en warm<strong>te</strong> dan gezonde jonge mensen.<br />
Nog onlangs werd in Nederland bijna een hit<strong>te</strong>record verbroken. Mensen werd opgeroepen goed<br />
<strong>te</strong> drinken en toch vooral goed op oudere mensen <strong>te</strong> let<strong>te</strong>n dit soort extreem weer zal s<strong>te</strong>eds<br />
vaker voor gaan k<strong>om</strong>en.<br />
‘Sneeuwchaos in de Alpen – win<strong>te</strong>rspor<strong>te</strong>rs zit<strong>te</strong>n vast’<br />
De storm die gis<strong>te</strong>ren over Europa raasde, is doorgetrokken naar de Alpen en veroorzaakt daar een<br />
hoop ellende. Er is veel sneeuw gevallen en de stormwind vergroot de kans op lawines. Bij metingen<br />
in de Zwitserse Alpen werd een windsnelheid tot 270 km/u geme<strong>te</strong>n. In de Franse Alpen is in 24 uur<br />
tijd tussen de 40 centime<strong>te</strong>r en 1,2 me<strong>te</strong>r sneeuw gevallen. Tientallen wegen zijn geblokkeerd door<br />
lawines en <strong>om</strong>gevallen b<strong>om</strong>en. Zo’n 20.000 gezinnen zit<strong>te</strong>n zonder elektrici<strong>te</strong>it en duizenden<br />
win<strong>te</strong>rspor<strong>te</strong>rs kunnen hun skiho<strong>te</strong>ls en appar<strong>te</strong>men<strong>te</strong>n niet uit. Bijvoorbeeld in Les Menuires, dat<br />
door lawines op de toegangswegen van de bui<strong>te</strong>nwereld is afgeslo<strong>te</strong>n, net <strong>als</strong> <strong>het</strong> hooggelegen Val<br />
Thorens’.<br />
(http://wereldnieuws.blog.nl/milieu/2012/01/06/sneeuwchaos-in-de-alpen-win<strong>te</strong>rsspor<strong>te</strong>rs-zit<strong>te</strong>nvast)<br />
06-01-12<br />
‘Al 150 doden door overstr<strong>om</strong>ingen in Rusland’<br />
Er zijn nu al zeker 150 doden ge<strong>te</strong>ld na de zware overstr<strong>om</strong>ingen in Rusland. En de hulpdiens<strong>te</strong>n<br />
blijven nog altijd nieuwe slachtoffers vinden. President Vladimir Poetin heeft <strong>het</strong> gebied bezocht dat<br />
<strong>het</strong> zwaarst getroffen is, Krasnodar aan de Zwar<strong>te</strong> Zee. Hij laat onderzoeken of de autori<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n wel<br />
genoeg hebben ingegrepen <strong>om</strong> <strong>het</strong> ergs<strong>te</strong> <strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en’.<br />
(http://nieuws.vtm.be/bui<strong>te</strong>nland/201207085816-al-150-doden-door-overstr<strong>om</strong>ingen-rusland)<br />
08-07-12<br />
Naarma<strong>te</strong> extreem weer meer voork<strong>om</strong>t is <strong>het</strong> <strong>te</strong> verwach<strong>te</strong>n dat er ook onder toeris<strong>te</strong>n meer<br />
doden en gewonden zullen vallen. Ui<strong>te</strong>indelijk kan dit ook gevolg hebben dat toeris<strong>te</strong>n bepaalde<br />
gebieden in bepaalde perioden gaan mijden.<br />
3.2 Natuurrampen<br />
Natuurrampen zijn gebeur<strong>te</strong>nissen met catastrofale gevolgen voor de natuur en de mens. Toch is<br />
<strong>het</strong> s<strong>te</strong>eds moeilijker <strong>om</strong> de schuld van rampen zo<strong>als</strong> overstr<strong>om</strong>ingen, orkanen en droog<strong>te</strong>s bij de<br />
natuur <strong>te</strong> leggen. Door de opwarming van de aarde en verandering van <strong>het</strong> klimaat, wat mede <strong>het</strong><br />
gevolg is van menselijke handelingen, k<strong>om</strong>en deze rampen s<strong>te</strong>eds vaker voor. Zo<strong>als</strong> we al eerder<br />
hebben besproken leidt klimaatverandering bijvoorbeeld tot extreme weers<strong>om</strong>standigheden. De<br />
laats<strong>te</strong> jaren worden we door deze extreme weers<strong>om</strong>standigheden s<strong>te</strong>eds vaker geconfron<strong>te</strong>erd<br />
met natuurrampen zo<strong>als</strong> overstr<strong>om</strong>ingen, orkanen en droog<strong>te</strong>. Deze natuurrampen hebben gro<strong>te</strong><br />
invloed op <strong>het</strong> toerisme.<br />
In figuur 21 is <strong>te</strong> zien wat de belangrijks<strong>te</strong> risicofactoren zijn voor econ<strong>om</strong>ische schade in de<br />
wereld. Te zien is dat in Europa vooral wa<strong>te</strong>r, droog<strong>te</strong> en geofysische factoren zorgen voor<br />
29
econ<strong>om</strong>ische problemen. We kijken daar<strong>om</strong> naar overstr<strong>om</strong>ingen, droog<strong>te</strong> en geofysische<br />
factoren.<br />
Figuur 18: Gebieden met risico op<br />
econ<strong>om</strong>ische schade door<br />
natuurrampen<br />
3.2.1 Overstr<strong>om</strong>ingen<br />
Door klimaatverandering is er een vergroot risico op overstr<strong>om</strong>ingen, deze zorgt er namelijk <strong>te</strong>n<br />
eers<strong>te</strong> voor dat er sprake is van zeespiegelstijging. Dit k<strong>om</strong>t door <strong>het</strong> smel<strong>te</strong>n van zeeijs, gletsjers<br />
en landijs bij de s<strong>te</strong>eds hoger wordende <strong>te</strong>mperaturen. We<strong>te</strong>nschappers verwach<strong>te</strong>n dat de<br />
zeespiegel in de 21 e eeuw wereldwijd tussen de 9 tot 88cm gaat stijgen 20 . Het verband tussen een<br />
hogere zeespiegel en overstr<strong>om</strong>ingen is simpel. Hogere wa<strong>te</strong>rstanden vergro<strong>te</strong>n de kans op<br />
dijkdoorbraken maar door deze hogere wa<strong>te</strong>rstanden is ook <strong>het</strong> risicogebied (<strong>het</strong> gebied dat<br />
binnen <strong>het</strong> bereik van de hoge wa<strong>te</strong>rstand valt) gro<strong>te</strong>r. Hoewel de stijging van de zeespiegel niet<br />
erg groot lijkt maakt enkele centime<strong>te</strong>rs wel degelijk uit of een dijk bij extreme<br />
weers<strong>om</strong>standigheden, zo<strong>als</strong> springvloed, storm en orkanen, zal doorbreken of niet.<br />
Maar klimaatverandering heeft niet alleen invloed op de overstr<strong>om</strong>ingskans van zeeën maar ook<br />
op die van rivieren. Doordat neerslagpatronen zullen veranderen en er vaker kor<strong>te</strong> heftige<br />
regenbuien voork<strong>om</strong>en wordt de kans op <strong>het</strong> overstr<strong>om</strong>en van rivieren vergroot. Wereldwijd<br />
hebben rivieren s<strong>te</strong>eds vaker <strong>te</strong> maken met piekafvoer, extreem hoge afvoer, door bijvoorbeeld<br />
ontbossing en kanalisering. Ook de <strong>te</strong>mperatuurstijging is bij deze piekafvoer weer van belang. Zo<br />
zorgt de stijging van <strong>te</strong>mperaturen er bijvoorbeeld voor dat de gletsjers in de Alphen smel<strong>te</strong>n en<br />
dat er in de win<strong>te</strong>r in plaats van sneeuw meer regen valt wat me<strong>te</strong>en wordt afgevoerd door de<br />
rivieren en dus zorgt voor hogere afvoer dan normaal.<br />
De zeespiegel en rivieren hebben ook invloed op elkaar. Wanneer er bijvoorbeeld sprake is van<br />
een hoge zeespiegel en een hoge rivierafvoer wordt de afstro<strong>om</strong> van <strong>het</strong> rivierwa<strong>te</strong>r belemmerd<br />
door deze hoge zeespiegel. Het rivierwa<strong>te</strong>r kan niet bij dezelfde plek uitmonden in de zee <strong>als</strong><br />
gebruikelijk. De zee bevindt zich namelijk al op deze plekken door <strong>het</strong> hoge wa<strong>te</strong>r. K<strong>om</strong>t er dan<br />
een hoge rivierafvoer dan wordt deze al eerder opgestuwd dan normaal wat de kans op<br />
overstr<strong>om</strong>ingen en dijkdoorbraken kan vergro<strong>te</strong>n.<br />
De risico’s die overstr<strong>om</strong>ingen met zich meebrengen zijn vele male gro<strong>te</strong>r dan vroeger. Dit k<strong>om</strong>t<br />
doordat de bevolkingsdichtheid bij zeeën en rivieren ges<strong>te</strong>gen is. Bij een overstr<strong>om</strong>ing zijn dus<br />
meer mensen in gevaar. Dit geldt zeker ook voor gebieden waar veel toeris<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en. Enorme<br />
mensenmassa’s in de z<strong>om</strong>er kunnen bij calami<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n natuurlijk voor gro<strong>te</strong> problemen zorgen.<br />
Door de klimaatverandering zal de kans op overstr<strong>om</strong>ingen toe nemen en zal <strong>het</strong> voor toeris<strong>te</strong>n<br />
minder aantrekkelijk zijn bij deze risico’s op volle zeeën en rivieren vakantie <strong>te</strong> vieren. Zij zullen<br />
20 De nieuwe <strong>te</strong>rra/tweede fase/<strong>te</strong>kstboek A/vwo/ blz.143/Zeespiegelstijging is onvermijdelijk/<br />
30
zich daar<strong>om</strong> verplaatsen naar minder risico volle gebieden. Dit kan be<strong>te</strong>kenen dat <strong>het</strong> toerisme<br />
wegtrekt uit bepaalde s<strong>te</strong>den die langs de rivier- of kustlijn liggen. S<strong>te</strong>den <strong>als</strong> Barcelona worden<br />
dan minder bezocht, <strong>te</strong>rwijl deze stad wel een hoogwaardige culturele waarde heeft.<br />
Naarma<strong>te</strong> de zeespiegel stijgt, worden strand en duinen, die de natuurlijke afscheiding vormen<br />
tussen land en zee, s<strong>te</strong>eds kleiner. Hierdoor neemt de kans op overstr<strong>om</strong>ingen toe. Voor toerisme<br />
is <strong>het</strong> ech<strong>te</strong>r van belang een zo groot mogelijk strand <strong>te</strong> hebben.<br />
Ook <strong>hier</strong> enkele voorbeelden uit <strong>het</strong> nieuws:<br />
‘Al veertien doden bij overstr<strong>om</strong>ingen in Oost-Europa’<br />
Bij overstr<strong>om</strong>ingen in Oost- en Centraal-Europa zijn dit weekend al zeker veertien mensen <strong>om</strong> <strong>het</strong><br />
leven gek<strong>om</strong>en. Sinds vrijdag wordt de grensstreek tussen Duitsland, Polen en Tsjechië ge<strong>te</strong>is<strong>te</strong>rd<br />
door aanhoudende regenbuien. Ook in Litouwen vielen slachtoffers. Op Tsjechisch grondgebied<br />
werden al vier lichamen aangetroffen. Twee toeris<strong>te</strong>n kwamen in de buurt van de Litouwse stad<br />
Varena <strong>om</strong> <strong>het</strong> leven nadat een bo<strong>om</strong> op hun <strong>te</strong>nt viel. In <strong>het</strong> noorden van <strong>het</strong> land werden ook twee<br />
anderen mensen slachtoffer van <strong>het</strong> noodweer. Vele wegen zijn door de hevige regenval niet meer<br />
toegankelijk’.<br />
(http://www.gva.be/nieuws/bui<strong>te</strong>nland/aid961107/al-acht-doden-bij-overstr<strong>om</strong>ingen-in-oos<strong>te</strong>uropa.aspx)<br />
08-08-10<br />
‘Overstr<strong>om</strong>ingen in Groot-Brittannië eisen dode’<br />
Het zuiden van Europa kreunt onder een hit<strong>te</strong>golf, maar in Groot-Brittannië stopt <strong>het</strong> maar niet met<br />
regenen. Vooral de streek rond Birmingham is zwaar getroffen. Een man is gis<strong>te</strong>ren meegesleurd<br />
door <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r en overleden’.<br />
(http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=DMF20120629_00205147) 29-06-12<br />
3.2.2 Droog<strong>te</strong><br />
Veel mensen zien <strong>het</strong> probleem van <strong>het</strong> warmer worden van de aarde niet <strong>als</strong> een bedreigend<br />
iets. Mensen in Nederland zullen bijvoorbeeld helemaal niet treurig zijn wanneer de z<strong>om</strong>ers wat<br />
warmer worden dan afgelopen jaren. Maar droog<strong>te</strong> brengt behoorlijk wat problemen met zich<br />
mee. Zo zal landbouw in gebieden met weinig neerslag erg moeilijk worden en wordt de kans op<br />
voedselcrisis s<strong>te</strong>eds gro<strong>te</strong>r. Ook zullen s<strong>om</strong>mige plan<strong>te</strong>n en dieren met uits<strong>te</strong>rven bedreigd<br />
worden wanneer zij zich niet snel genoeg kunnen aanpassen. De kans op bosbranden zal in deze<br />
droge gebieden veel gro<strong>te</strong>r worden. Dit zien we nu al <strong>te</strong>rug in Zuid-Europa, maar dit zal dus in veel<br />
meer gebieden een probleem worden. De kans op meer woestijngebieden zal ook aanzienlijk<br />
toenemen. Dit zijn gebieden die door klimaatverandering, bijvoorbeeld extra verdamping, en<br />
door menselijke oorzaken, zo<strong>als</strong> ontbossing en verkeerd bodemgebruik, ontstaan. Door<br />
verwoestijning zal de landbouwproductivi<strong>te</strong>it nog eens drastisch afnemen en zal de bevolking<br />
zichzelf niet meer kunnen voeden. Niet alleen gebieden <strong>als</strong> Afrika en <strong>het</strong> Midden-Oos<strong>te</strong>n zullen<br />
last krijgen van verwoestijning maar ook Zuid-Europa gaat <strong>hier</strong> last van krijgen.<br />
Voor toeris<strong>te</strong>n zijn plekken waar deze extreme droog<strong>te</strong> voork<strong>om</strong>t niet aantrekkelijk. Zo<strong>als</strong> eerder<br />
geschreven is zoeken toeris<strong>te</strong>n naar gebieden met een <strong>te</strong>mperatuur van rond de 30⁰C. Op deze<br />
droog<strong>te</strong> gebieden zal deze <strong>te</strong>mperaturen vele male hoger k<strong>om</strong>en <strong>te</strong> liggen en dan worden deze<br />
gebieden erg onaantrekkelijk voor toeris<strong>te</strong>n. Door klimaatverandering zullen landen zo<strong>als</strong><br />
Nederland en België in de toek<strong>om</strong>st <strong>te</strong>mperaturen kennen die we op dit m<strong>om</strong>ent bijvoorbeeld in<br />
Spanje en Frankrijk <strong>te</strong>genk<strong>om</strong>en. In Spanje en Frankrijk zal <strong>het</strong> zelfs nog warmer worden dan dat<br />
<strong>het</strong> nu is, met meer kans op langdurige hit<strong>te</strong>golven. Toeris<strong>te</strong>n zullen zich daar<strong>om</strong> in Europa<br />
verplaatsen naar andere gebieden met aangenamere <strong>te</strong>mperaturen, zo<strong>als</strong> in dit voorbeeld in<br />
Nederland en België <strong>te</strong> vinden zullen zijn.<br />
Bosbranden zijn ook gevolgen van droog<strong>te</strong> die s<strong>te</strong>eds makkelijker zullen ontstaan in de warme<br />
31
droge z<strong>om</strong>ers. De Europese C<strong>om</strong>missie consta<strong>te</strong>erde onlangs dat er elk jaar in de Europese Unie<br />
gemiddeld 500.000 hectare bos verloren gaat door bosbranden. Alleen al in de landen die aan de<br />
Middellandse Zee grenzen, doen zich jaarlijks tot 50.000 branden voor. De laats<strong>te</strong> jaren neemt <strong>het</strong><br />
aantal bosbranden duidelijk toe en bosbranden doen zich nu ook veel vaker voor in bijvoorbeeld<br />
Bulgarije en Zweden. Begin sep<strong>te</strong>mber van dit jaar waren gro<strong>te</strong> bosbranden in Portugal in <strong>het</strong><br />
nieuws (zie <strong>hier</strong>onder). Het lijkt erop dat bosbranden ook la<strong>te</strong>r in <strong>het</strong> z<strong>om</strong>erseizoen nog s<strong>te</strong>eds<br />
plaatsvinden.<br />
Algemeen wordt aangen<strong>om</strong>en dat door klimaatverandering meer bosbranden<br />
ontstaan 21 .Bosbranden zijn vreselijk angstaanjagend en kunnen zich razendsnel verspreiden.<br />
Dat natuurrampen invloed hebben op <strong>het</strong> toerisme spreekt voor zich. Dit speelt ui<strong>te</strong>raard ook in<br />
Europa. Met name in de z<strong>om</strong>er k<strong>om</strong>en er <strong>te</strong>genwoordig jaarlijks gro<strong>te</strong> bosbranden voor die dan<br />
doorgaans ook gevolgen hebben voor toeris<strong>te</strong>n, die s<strong>om</strong>s moe<strong>te</strong>n worden geëvacueerd. Hier<br />
volgen weer enkele voorbeelden uit <strong>het</strong> nieuws:<br />
‘Bosbranden dwingen tot massa-evacuatie Canarische eilanden’<br />
Op de Canarische eilanden Tenerife en La G<strong>om</strong>era staat gro<strong>te</strong> stukken bosgebied in brand. Binnen<br />
twee dagen moes<strong>te</strong>n meer dan 4700 mensen worden geëvacueerd, aldus de regionale overheid.<br />
Brandweerlieden proberen met man en macht de vlammen <strong>te</strong> bedwingen. Hun werk wordt<br />
bemoeilijkt door hoge <strong>te</strong>mperaturen, lage luchtvochtigheid en harde wind, aldus de regionale<br />
minis<strong>te</strong>r van Econ<strong>om</strong>ie’.<br />
(http://wereldnieuws.blog.nl/toerisme) 10-10-12<br />
‘Bosbranden Spanje’<br />
Op de camping Les Predes in <strong>het</strong> Spaanse Capmany zijn Nederlanders getroffen door de bosbranden.<br />
Een aantal vakantiegangers is geëvacueerd en een caravan is in vlammen opgegaan’.<br />
(http://weblog.toerisme-europa.eu/2012/07/23/bosbranden-spanje/) 23-07-12<br />
‘Dode bij bosbranden in Portugal’<br />
Portugal kampt met gro<strong>te</strong> bosbranden. De brandweer is al twee dagen bezig <strong>om</strong> <strong>het</strong> vuur <strong>te</strong><br />
bestrijden. Eén persoon is <strong>om</strong> <strong>het</strong> leven gek<strong>om</strong>en.<br />
(http://nos.nl/video/414624-dode-bij-bosbranden-portugal.html) 04-09-12<br />
Ten slot<strong>te</strong> nog even kort aandacht voor luchtvervuiling. Met name in <strong>het</strong> z<strong>om</strong>erseizoen <strong>als</strong> <strong>het</strong><br />
warm en droog is en er weinig wind staat kunnen s<strong>te</strong>den <strong>te</strong> maken krijgen met luchtvervuiling,<br />
smog. In s<strong>om</strong>mige s<strong>te</strong>den (zie ook <strong>het</strong> bericht <strong>hier</strong>onder over Spanje) is dat in de z<strong>om</strong>er een groot<br />
probleem. Het risico op smog zal toenemen tijdens periodes van aanhoudend warm weer. Ook<br />
toeris<strong>te</strong>n hebben daarmee <strong>te</strong> maken. De hit<strong>te</strong> blijft langer hangen in s<strong>te</strong>den en er wordt ook meer<br />
hit<strong>te</strong> geproduceerd bijvoorbeeld via de airconditioning. In de zuidelijke landen staat de<br />
airconditioning meer aan <strong>als</strong> er veel toeris<strong>te</strong>n zijn. Door de warm<strong>te</strong> van de atmosfeer kan<br />
vervuilde lucht minder snel opstijgen en dus langer voor overlast zorgen. Om luchtvervuiling<br />
<strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan en <strong>het</strong> leefklimaat in de stad aangenaam <strong>te</strong> houden is meer groen in en <strong>om</strong> de stad<br />
nodig. Verder moet er wat gedaan worden aan <strong>het</strong> almaar toenemende autoverkeer in de gro<strong>te</strong><br />
s<strong>te</strong>den. Ook in ons eigen land k<strong>om</strong>t smog s<strong>om</strong>s voor. Ook onze s<strong>te</strong>den zijn niet ingericht op warm<br />
weer. Gebouwen zijn zo opgezet dat ze de maximale hoeveelheid zonlicht krijgen. Ook de<br />
zogenoemde doorzonwoning is een typisch Nederlands fen<strong>om</strong>een. Wij bouwen op zo’ n manier<br />
<strong>om</strong> maximaal <strong>te</strong> profi<strong>te</strong>ren van de warme die de zon afgeeft. Tijdens warme periodes zal de<br />
behoef<strong>te</strong> aan verkoeling in de stad toenemen. Hiervoor zullen mensen in toenemende ma<strong>te</strong> een<br />
beroep doen op groenvoorzieningen binnen de stad. De Europese Unie s<strong>te</strong>lt eisen aan de<br />
21 http://www.europa-nu.nl/id/vhvql17z57yo/bosbranden<br />
32
luchtkwali<strong>te</strong>it, en de hoeveelheid fijnstof die uitgesto<strong>te</strong>n mag worden. In Nederland bijvoorbeeld<br />
is <strong>het</strong> al een groot probleem <strong>om</strong> <strong>hier</strong>aan <strong>te</strong> voldoen. Ook andere landen in Europa hebben s<strong>om</strong>s<br />
moei<strong>te</strong> met de Europese normen. Door klimaatverandering zal <strong>het</strong> nog moeilijker worden <strong>om</strong> aan<br />
de eisen van de Europese Unie <strong>te</strong> voldoen. Door <strong>het</strong> aanleggen van meer groen en b<strong>om</strong>en kan<br />
een deel van de smog worden opgevangen, maar ook voor <strong>het</strong> autoverkeer zullen regels moe<strong>te</strong>n<br />
k<strong>om</strong>en. Meer openbaar vervoer kan een oplossing zijn.<br />
‘Smog plaagt Spaanse s<strong>te</strong>den’<br />
De Torre Espacio is met 230 me<strong>te</strong>r <strong>het</strong> hoogs<strong>te</strong> gebouw van Madrid. Vanaf één van de hoogs<strong>te</strong><br />
verdiepingen lijkt <strong>het</strong> stadspark El Retiro, ’de longen van de stad’, niet meer dan een kleine, groene<br />
vlek. Op de achtbaanswegen die door <strong>het</strong> centrum lopen staat <strong>het</strong> verkeer aan <strong>het</strong> einde van de<br />
middag vast. Een bruine deken van smog hangt over de stad. Het contrast met de helderblauwe lucht<br />
is groot. Niet alleen Madrid, maar bijna alle gro<strong>te</strong> s<strong>te</strong>den in Spanje overschrijden jaar na jaar de<br />
toegestane hoeveelheid luchtvervuiling, vastges<strong>te</strong>ld door de Europese Unie. Het Spaanse minis<strong>te</strong>rie<br />
van milieu wil nu dat de gro<strong>te</strong> s<strong>te</strong>den ’drastische maatregelen’ nemen <strong>te</strong>gen luchtvervuiling door <strong>het</strong><br />
verkeer. Etc etc.<br />
(http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1837586/2011/02/10/Smog-plaagt-Spaanses<strong>te</strong>den.dhtml)<br />
10-02-11<br />
Droog<strong>te</strong> heeft dus kortweg gezegd drie duidelijke gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme. De eers<strong>te</strong> is dat de<br />
landbouwopbrengst in gevaar kan k<strong>om</strong>en door de droog<strong>te</strong>. Wanneer minder voedsel kan worden<br />
verbouwd hebben niet alleen de toeris<strong>te</strong>n maar ook de oorspronkelijke inwoners <strong>hier</strong> natuurlijk<br />
last van. Zo kan voedsel kan in dit land bijvoorbeeld duurder worden, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> helemaal<br />
geïmpor<strong>te</strong>erd moet worden. Voor s<strong>om</strong>mige toeris<strong>te</strong>n is dit een nadeel.<br />
Het tweede gevolg van droog<strong>te</strong> is dat er een verhoogde kans op bosbranden is. Dit be<strong>te</strong>kent dat<br />
<strong>het</strong> aantal risicovolle gebieden toeneemt en dat <strong>het</strong> toerisme zich dus weer zal verplaatsen.<br />
Als laats<strong>te</strong> verhoogt de kans op smog door droog<strong>te</strong>. Voor toeris<strong>te</strong>n is dit een groot nadeel. Op<br />
vakantie wil men vaak genie<strong>te</strong>n van de frisse bui<strong>te</strong>nlucht en uitstapjes maken. Staat de hele stad<br />
vol smog, dan is dit niet aantrekkelijk meer.<br />
3.2.3 Geofysische factoren<br />
Aardbevingen en vulkanisme zullen ook vaker voork<strong>om</strong>en <strong>als</strong> gevolg van de klimaatverandering<br />
op aarde. Dit beschrijft professor Bill McGuire (Professor of Geohazards at University College<br />
London) in zijn nieuwe boek ‘Waking the giant’ 22 . Hij wijst erop dat snelle verandering van <strong>het</strong><br />
mondiale klimaat zal leiden tot meer geologische activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n. Hij beweert bijvoorbeeld dat<br />
wanneer enorme ijsmassa’s smel<strong>te</strong>n er minder druk zal zijn op de aardkost. Als gevolg <strong>hier</strong>van<br />
voorspelt hij dat vloeibare magma makkelijker zijn weg naar boven zal vinden en er dus meer<br />
sprake zal zijn van vulkaanuitbarstingen. Wanneer de zeespiegel door gro<strong>te</strong> hoeveelheden<br />
smeltwa<strong>te</strong>r zal stijgen zal dit zorgen voor mons<strong>te</strong>rlijke aardverschuivingen. Deze informatie heeft<br />
hij verzameld uit recen<strong>te</strong> studies van de geschiedenis van onze planeet en uit huidige<br />
waarnemingen en tabellen. Of professor Bill McGuire werkelijk gelijk heeft is nog niet bekend,<br />
maar veel we<strong>te</strong>nschappers denken dat er genoeg redenen zijn <strong>om</strong> een slag <strong>om</strong> de arm <strong>te</strong> houden<br />
en serieus aandacht <strong>te</strong> bes<strong>te</strong>den aan McGuire bevindingen. Let op: Het is geen algemeen<br />
aanvaarde theorie!<br />
Als wat McGuire heeft geschreven waar blijkt <strong>te</strong> zijn zal dit ook gro<strong>te</strong> invloed hebben op <strong>het</strong><br />
toerisme. In gevaarlijke gebieden waar aardbevingen en vulkaanuitbarstingen s<strong>te</strong>eds vaker voor<br />
zullen k<strong>om</strong>en, zal <strong>het</strong> voor toeris<strong>te</strong>n veel minder aantrekkelijk worden <strong>om</strong> er <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en. Toeris<strong>te</strong>n<br />
zoeken rustige veilige gebieden <strong>om</strong> <strong>te</strong> verblijven en willen op hun vakantie niet <strong>het</strong> risico lopen<br />
door serieuze natuurrampen <strong>te</strong> worden overvallen.<br />
22 http://www.billmcguire.co.uk/books/waking-the-giant.html<br />
33
Gelukkig hebben we <strong>hier</strong> nog geen recen<strong>te</strong> voorbeelden uit Europa gevonden, maar in andere<br />
werelddelen vallen er wel doden door vulkaanuitbarstingen. Door klimaatverandering zou dat<br />
ook vaker in Europa kunnen gebeuren. Hier enkele voorbeelden van bui<strong>te</strong>n Europa.<br />
‘Tientallen doden door vulkaanuitbarsting Java’<br />
Jogjakarta, 27 oktober 2010. Het dodental <strong>als</strong> gevolg van de vulkaanuitbarsting op Java is ges<strong>te</strong>gen<br />
tot 25. Dit is woensdag vern<strong>om</strong>en van de Indonesische hulpverleners’.<br />
(http://vorige.nrc.nl/bui<strong>te</strong>nland/article2636049.ece/Tientallen_doden_door_vulkaanuitbarsting_Java)<br />
27-10-10<br />
‘Drie doden door vulkaanuitbarsting Gua<strong>te</strong>mala’<br />
Bij een vulkaanuitbarsting in Gua<strong>te</strong>mala zijn zeker drie mensen <strong>om</strong> <strong>het</strong> leven gek<strong>om</strong>en. Alle drie<br />
stierven toen ze werden geraakt door rondvliegend puin’.<br />
(http://nos.nl/artikel/160472-drie-doden-door-vulkaanuitbarsting-gua<strong>te</strong>mala.html) 28-05-10<br />
3. 3 Zeespiegelstijging<br />
Door de stijging van de <strong>te</strong>mperatuur op aarde neemt niet alleen <strong>het</strong> extreme weer toe, maar ook<br />
de zeespiegelstijging neemt toe. Doordat <strong>het</strong> warmer wordt smelt <strong>het</strong> ijs op de aardbol. Dit ijs<br />
bevindt zich op de Noord- en Zuidpool, maar ook tussen de bergen in de vorm van gletsjers.<br />
IJs heeft een hoog albedo. Een oppervlak<strong>te</strong> met een hoog albedo, zo<strong>als</strong> ijs, weerkaatst veel<br />
zonlicht. Het zonlicht wordt dus weer <strong>te</strong>ruggekaatst, waardoor er nauwelijks warm<strong>te</strong> wordt<br />
vastgehouden. Hoe meer ijs er dus op aarde zou zijn, hoe minder warm<strong>te</strong> er vast gehouden zou<br />
worden. Helaas stijgt de <strong>te</strong>mperatuur van de aarde, waardoor veel ijs smelt. Het albedo van wa<strong>te</strong>r<br />
is veel lager dan dat van ijs. De zee neemt veel warm<strong>te</strong> op, in plaats van <strong>het</strong> <strong>te</strong> weerkaatsen.<br />
Hierdoor stijgt de <strong>te</strong>mperatuur op aarde alleen maar meer. We k<strong>om</strong>en zo in een vicieuze cirkel<br />
<strong>te</strong>recht. Op de problemen rond <strong>het</strong> smel<strong>te</strong>n van <strong>het</strong> Noordpool ijs zijn we in onze inleiding al<br />
ingegaan.<br />
Wat van belang is bij <strong>het</strong> smel<strong>te</strong>n van ijs, is de leeftijd van <strong>het</strong> ijs. Iedere win<strong>te</strong>r ontstaat er een<br />
laagje nieuw ijs. Dit ijs is ech<strong>te</strong>r zo jong, dat <strong>het</strong> bij de daaropvolgende z<strong>om</strong>er alweer smelt. Ouder<br />
ijs is veel minder kwetsbaar en veel dikker. Het breekt minder snel en smelt minder snel. Doordat<br />
<strong>het</strong> jonge ijs minder energie nodig heeft <strong>om</strong> <strong>te</strong> smel<strong>te</strong>n zullen er meer openwa<strong>te</strong>rs k<strong>om</strong>en tussen<br />
de ijsbrokken in. Hierdoor kan <strong>het</strong> zeewa<strong>te</strong>r goed warm<strong>te</strong> opnemen, waardoor <strong>het</strong> warmer<br />
wordt. Hierdoor zal ook meer ijs smel<strong>te</strong>n, doordat de wa<strong>te</strong>r<strong>te</strong>mperatuur hoger is.<br />
Onderstaand kaartje laat zien hoe <strong>het</strong> ijs tussen 1885 en 1985 is gesmol<strong>te</strong>n. Er wordt ook een<br />
toek<strong>om</strong>stvoorspelling gedaan. Men verwacht dat <strong>het</strong> ijs in 2085 vrijwel bijna weg zal zijn. Dit k<strong>om</strong>t<br />
doordat <strong>het</strong> <strong>te</strong>mpo waarin <strong>het</strong> ijs smelt s<strong>te</strong>eds hoger wordt. Hoe minder ijs, hoe meer wa<strong>te</strong>r dat<br />
warm<strong>te</strong> op kan nemen, dus hoe warmer <strong>het</strong> wordt. En hoe warmer <strong>het</strong> wordt, hoe meer ijs er<br />
smelt in een kor<strong>te</strong>re tijd. De laats<strong>te</strong> tijd zien we voorspellingen van we<strong>te</strong>nschappers dat <strong>het</strong><br />
smel<strong>te</strong>n van <strong>het</strong> ijs veel sneller gaat dan iedereen had aangen<strong>om</strong>en (zie ook onze inleiding)<br />
Figuur 19: Hoeveelheid ijs<br />
van 1885 tot de verwach<strong>te</strong><br />
hoeveelheid is in 2085<br />
34
Het smel<strong>te</strong>n van de ijskappen op zee zal naar verwachting nog niet direct gro<strong>te</strong> gevolgen hebben<br />
voor de zeespiegelstijging. Het wa<strong>te</strong>r van <strong>het</strong> gesmol<strong>te</strong>n ijs verspreidt zich namelijk over zo'n<br />
groot gebied aan zee, dat er niet direct iets <strong>te</strong> merken is van een stijging van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r.<br />
Maar <strong>het</strong> ijs in de zee is niet <strong>het</strong> enige ijs dat zal smel<strong>te</strong>n door de <strong>te</strong>mperatuursstijging van de<br />
aarde. Er zijn ook nog gletsjers die bestaan uit ijs. Het smel<strong>te</strong>n van gletsjers is vele malen<br />
gevaarlijker dan <strong>het</strong> smel<strong>te</strong>n van zee-ijs. Als een gletsjer smelt kunnen er in één keer gro<strong>te</strong><br />
hoeveelheden wa<strong>te</strong>r langs de berg naar beneden str<strong>om</strong>en. Een voorbeeld is Groenland. Midden<br />
juli dit jaar scheen de zon op zijn felst in Groenland. Er was een <strong>te</strong>mperatuur geme<strong>te</strong>n van 2,2˚C<br />
boven nul, <strong>het</strong> hoogs<strong>te</strong> ooit geme<strong>te</strong>n in Groenland voor de maand juli. Hierdoor smolt er meer ijs.<br />
Minder ijs be<strong>te</strong>kent minder weerkaatsing van <strong>het</strong> zonlicht, waardoor <strong>het</strong> dus warmer wordt. De<br />
vicieuze cirkel gaat van start. Er stro<strong>om</strong>de elke seconde 3,5 miljoen li<strong>te</strong>r wa<strong>te</strong>r door de bedding.<br />
Het is niet helemaal duidelijk waar<strong>om</strong> er zo veel wa<strong>te</strong>r stro<strong>om</strong>de, maar we<strong>te</strong>nschappers denken<br />
dat <strong>het</strong> <strong>te</strong> maken heeft met <strong>het</strong> afbrokkelen van gro<strong>te</strong> stukken gletsjerijs. Deze hoeveelheid wa<strong>te</strong>r<br />
was <strong>het</strong> dubbele van wat er normaal aan smeltwa<strong>te</strong>r wordt geme<strong>te</strong>n. Deze gigantische<br />
hoeveelheid smeltwa<strong>te</strong>r laat natuurlijk aardig wat schade ach<strong>te</strong>r. Het smeltwa<strong>te</strong>r van de<br />
Russelgletsjer in Groenland denderde namelijk recht door een West-Groenlands dorpje heen.<br />
Voor toeris<strong>te</strong>n kan dit heel gevaarlijk zijn. Er zijn nogal wat mensen die <strong>het</strong> in<strong>te</strong>ressant vinden <strong>om</strong><br />
gletsjers en de kolossale ijsmassa’s <strong>te</strong> bezoeken. Maar door de opwarming van de aarde k<strong>om</strong>en er<br />
s<strong>te</strong>eds meer risicogebieden bij waar de kans bestaat dat stukken gletsjer kunnen afbreken.<br />
Reisorganisaties en gidsrondleidingen in dit soort gebieden zullen dus extra oplet<strong>te</strong>nd moe<strong>te</strong>n<br />
zijn en zich goed la<strong>te</strong>n informeren over deze gevaarlijke gebieden. Veel meer gebieden zullen<br />
gevaarlijker worden waardoor er minder plekken geschikt zullen zijn voor toeris<strong>te</strong>n.<br />
Ui<strong>te</strong>indelijk zullen alle gletsjers over de hele aarde verdwenen zijn, <strong>om</strong>dat ze zijn gesmol<strong>te</strong>n. Voor<br />
landen <strong>als</strong> Groenland, die best wel wat verdienen aan <strong>het</strong> gletsjertoerisme, is dit nadelig. Zij<br />
verliezen dan een deel van hun ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n. Gelukkig liggen die gletsjers er voorlopig nog wel even<br />
en hoeven landen <strong>als</strong> Groenland zich nu nog niet acuut zorgen <strong>te</strong> maken over dit probleem.<br />
Door de zeespiegelstijging vallen er nu nog geen doden, maar onderzoekers houden rekening<br />
met hele erge scenario’s. Gevolgen lijken op <strong>te</strong>rmijn niet uit <strong>te</strong> kunnen blijven, stijgingen van de<br />
zeespiegel met 90 tot 160 cm worden door we<strong>te</strong>nschappers nog voor deze eeuw voorspeld. In<br />
Nederland hebben we onze zaken nu wel op orde, maar andere landen in de wereld, die<br />
econ<strong>om</strong>isch veel minder mogelijkheden hebben zullen de gevolgen <strong>hier</strong>van ongetwijfeld gaan<br />
ondervinden.<br />
3.4 Verandering van de biodiversi<strong>te</strong>it en <strong>om</strong>geving<br />
Allereerst een definitie van <strong>het</strong> woord biodiversi<strong>te</strong>it. De biodiversi<strong>te</strong>it is de verscheidenheid aan<br />
organismen. Dit zijn dus plan<strong>te</strong>n, dieren, maar ook schimmels en bac<strong>te</strong>riën. Biodiversi<strong>te</strong>it is een<br />
begrip dat niet alleen over <strong>het</strong> leven op land, maar ook over <strong>het</strong> leven onderwa<strong>te</strong>r gaat. We<br />
we<strong>te</strong>n af van <strong>het</strong> bestaan van een aantal organismen die nagenoeg helemaal op de zeebodem<br />
leven. Voor ons is dit wonderbaarlijk, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> <strong>hier</strong> heel koud is. De McMurdo Sound, een<br />
zeestraat in de buurt van Antarctica, is zelfs zo koud op de bodem, dat er onder wa<strong>te</strong>r een muur<br />
van ijs <strong>te</strong> vinden is.<br />
De biodiversi<strong>te</strong>it op aarde is belangrijk voor de mens. De mens eet bepaalde dier- en plantsoor<strong>te</strong>n<br />
of verwerkt ze in medicijnen. Daarnaast verhoogt de kans op natuurrampen <strong>als</strong> de biodiversi<strong>te</strong>it<br />
af zal nemen. Die ene bo<strong>om</strong> die al de grond op die schuine helling bij elkaar hield met zijn s<strong>te</strong>rke<br />
wor<strong>te</strong>ls is nu uitgestorven. Op de helling groeit nu een andere bo<strong>om</strong>, maar zijn wor<strong>te</strong>ls zijn lang<br />
niet s<strong>te</strong>rk genoeg en bij de eerst volgende regenbui spoelt de hele helling weg. Het gevolg is een<br />
allesverwoes<strong>te</strong>nde modderstro<strong>om</strong>. De gevolgen van een afnemende biodiversi<strong>te</strong>it zijn dus groot.<br />
Biodiversi<strong>te</strong>it heeft ook weer invloed op de verspreiding van <strong>het</strong> toerisme.<br />
35
Het uits<strong>te</strong>rven en afs<strong>te</strong>rven van de verschillende soor<strong>te</strong>n dieren en plan<strong>te</strong>n is iets natuurlijks. In de<br />
geschiedenis van de aarde zijn meerder dieren uitgestorven, zo<strong>als</strong> de dodo en de dinosauriërs.<br />
Ech<strong>te</strong>r, door menselijk toedoen versnelt dit proces. Uit metingen blijkt dat dit proces ongeveer<br />
honderd keer sneller gaat, nu de mens veel aanpassingen doet in zijn <strong>om</strong>geving. Onderstaande<br />
grafiek laat de afname van de gehele populatie aan landsoor<strong>te</strong>n, mariene soor<strong>te</strong>n en<br />
zoetwa<strong>te</strong>rsoor<strong>te</strong>n zien. Met name de zoetwa<strong>te</strong>rsoor<strong>te</strong>n zijn s<strong>te</strong>rk afgen<strong>om</strong>en in aantal. Een<br />
verklaring <strong>hier</strong>voor is <strong>het</strong> lozen van afv<strong>als</strong>toffen in rivieren en <strong>het</strong> toegen<strong>om</strong>en scheepsverkeer in<br />
de rivieren.<br />
Figuur 20: De afname van <strong>het</strong> aantal dieren die<br />
behoren tot de landsoort, de mariene soort en<br />
de zoetwa<strong>te</strong>rsoort<br />
We we<strong>te</strong>n nu dat de biodiversi<strong>te</strong>it s<strong>te</strong>rker afneemt dan normaal, door toedoen van de mens.<br />
Maar welke activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n zijn <strong>hier</strong> nou precies de oorzaak van?<br />
Allereerst leidt klimaatverandering tot verandering van de <strong>om</strong>geving op bepaalde hoog<strong>te</strong>s. Waar<br />
voorheen regenwoud was, zal in de toek<strong>om</strong>st misschien wel een woestijn zijn. Dit voorbeeld is<br />
erg extreem, maar laat wel goed zien hoe drastisch een bepaald gebied kan veranderen. Dit<br />
proces gaat langzaam, zodat de dieren uit <strong>het</strong> regenwoud zich geleidelijk kunnen aanpassen aan<br />
de leef<strong>om</strong>standigheden in een woestijn. Dit wordt gedaan door de natuurlijke selectie. Het wordt<br />
bijvoorbeeld s<strong>te</strong>eds iets minder vochtig in <strong>het</strong> regenwoud. De aap uit de apenpopulatie die <strong>het</strong><br />
bes<strong>te</strong> <strong>om</strong> kan gaan met een lagere vochtigheidsgraad zal makkelijker overleven en zich dus<br />
makkelijker voortplan<strong>te</strong>n. Hierdoor zal de nieuw geboren aap ook be<strong>te</strong>r <strong>te</strong>gen een lagere<br />
vochtigheidsgraad kunnen en zo ontstaat ui<strong>te</strong>indelijk de perfec<strong>te</strong> aap die in de woestijn zou<br />
moe<strong>te</strong>n kunnen overleven. Nogma<strong>als</strong>, dit voorbeeld is erg extreem en zal naar alle<br />
waarschijnlijkheid ook niet plaats gaan vinden in de toek<strong>om</strong>st. Het zal eerder gaan <strong>om</strong> kleine<br />
veranderingen in de leef<strong>om</strong>geving voor dieren, zo<strong>als</strong> de verandering van de flora. S<strong>om</strong>mige<br />
dieren zullen nu ander voedsel moe<strong>te</strong>n e<strong>te</strong>n <strong>om</strong> in leven <strong>te</strong> blijven, misschien wel voedsel waar ze<br />
helemaal niet op gebouwd zijn.<br />
Daarnaast kan een leef<strong>om</strong>geving ook plotseling veranderen. Hierbij moet men denken aan<br />
plotselinge natuurrampen die een leefgebied in één klap verwoes<strong>te</strong>n. Het duurt dan meestal een<br />
tijd voor <strong>het</strong> leefgebied weer helemaal is hers<strong>te</strong>ld zo<strong>als</strong> <strong>het</strong> eerst was. Hierdoor kunnen dieren<br />
wegtrekken naar een ander gebied. Niet alleen <strong>het</strong> aantal dieren, maar ook de plaats waar zij zich<br />
bevinden heeft namelijk <strong>te</strong> maken met de biodiversi<strong>te</strong>it. De spreiding van dieren wordt dus ook<br />
anders door klimaatverandering.<br />
Daarnaast heeft <strong>het</strong> gebruik van de grond door mensen ook invloed op de biodiversi<strong>te</strong>it. Kappen<br />
mensen een heel bos <strong>om</strong>, zodat ze weer b<strong>om</strong>en hebben voor hout, dan zullen er niet veel dieren<br />
in dat bos overblijven. Ze kunnen niet overleven in een gekapt bos en zoeken daar<strong>om</strong> een andere<br />
plek op of gaan dood.<br />
De mens kan de grond ook gebruiken <strong>als</strong> woonbes<strong>te</strong>mming. Hoe meer mensen er bij elkaar<br />
wonen in één gebied, hoe minder dieren er voor zullen k<strong>om</strong>en. Dieren kunnen niet leven van<br />
36
asfalt wegen en s<strong>te</strong>nen muren. Vandaar dat in de s<strong>te</strong>den ook veel groen <strong>te</strong> vinden is in de vorm<br />
van parken en plantsoenen.<br />
Nog een belangrijke factor voor <strong>het</strong> verdwijnen van dieren op bepaalde plaatsen is <strong>het</strong> overmatig<br />
gebruik van meststoffen. Hierdoor k<strong>om</strong>en er <strong>te</strong> veel nutriën<strong>te</strong>n in de bodem, waardoor<br />
bodemleven amper nog mogelijk is. Vooral van de nutriën<strong>te</strong>n stikstof en fosfor zat veel <strong>te</strong> veel in<br />
de bodem. In 1998 kwam <strong>hier</strong><strong>om</strong> in Nederland <strong>het</strong> MINeralen Aangif<strong>te</strong>Sys<strong>te</strong>em (MINAS). Dit<br />
sys<strong>te</strong>em houdt alle ink<strong>om</strong>ende en uitgaande minera<strong>als</strong>tr<strong>om</strong>en bij. Bedrijven die <strong>hier</strong> MINASplichtig<br />
zijn moe<strong>te</strong>n <strong>hier</strong><strong>om</strong> een boekhouding van al hun mineralen bijhouden. Brengen zij meer<br />
mineralen de bodem in dan er weer uitk<strong>om</strong>en, dan moe<strong>te</strong>n zij een heffing, een soort boe<strong>te</strong>,<br />
betalen. Zo hoopt <strong>het</strong> MINAS <strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en dat boeren <strong>te</strong> veel stikstof en fosfor de grond<br />
inbrengen. In 2006 is <strong>het</strong> MINAS vervangen door een nieuw beleid. Het MINAS deed namelijk niks<br />
aan de hoeveelheid nitraat in de bodem, maar alleen aan die van stikstof en fosfor.<br />
In figuur 22 is <strong>te</strong> zien dat de invoering van <strong>het</strong> MINAS wel degelijk werk<strong>te</strong>, maar door <strong>het</strong> nieuwe<br />
beleid dat in 2006 werd ingevoerd, nam <strong>het</strong> aantal nutriën<strong>te</strong>n aan stikstof en fosfor nog meer af.<br />
Figuur 21: Het overschot aan stikstof en fosfor in de landbouw<br />
van 1970 tot 2010<br />
Natuurlijk zijn er veel meer oorzaken van de vers<strong>te</strong>rk<strong>te</strong> afname van de biodiversi<strong>te</strong>it op <strong>te</strong><br />
noemen, maar <strong>het</strong> is niet relevant genoeg <strong>om</strong> deze allemaal één voor één bij naam <strong>te</strong> noemen.<br />
Met bovenstaande voorbeelden moet een goed beeld <strong>te</strong> sc<strong>het</strong>sen zijn over welk soort activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n<br />
van de mens nou invloed hebben op de afname van de biodiversi<strong>te</strong>it.<br />
Voor de toek<strong>om</strong>st wordt verwacht dat de ruim<strong>te</strong> die nodig is voor landbouwgrond zal toenemen,<br />
<strong>om</strong>dat de menselijke bevolking toe zal nemen. Meer mensen be<strong>te</strong>kent namelijk meer voedsel.<br />
Verder gaan we<strong>te</strong>nschappers ervan uit dat <strong>het</strong> aantal bossen ook zal krimpen. Hierdoor zal de<br />
biodiversi<strong>te</strong>it dus alleen maar meer afnemen in de toek<strong>om</strong>st. Ui<strong>te</strong>indelijk zal de mens nadelige<br />
gevolgen ondergaan van <strong>het</strong> streven naar welzijn. Eerst kapt men bossen, zodat er hout en<br />
ruim<strong>te</strong> is. Vervolgens bebouwt men de natuur voor meer woonplekken. En <strong>te</strong>nslot<strong>te</strong> wordt er<br />
meer grond gebruikt <strong>om</strong> voedsel <strong>te</strong> verbouwen. Wat de mens dus eigenlijk doet is de ruim<strong>te</strong> van<br />
de natuur in la<strong>te</strong>n krimpen, waardoor er minder leefruim<strong>te</strong> is voor flora en fauna. Ui<strong>te</strong>indelijk<br />
zullen er dus problemen ontstaan <strong>om</strong>trent de schaars<strong>te</strong> van <strong>het</strong> voedsel dit zal ook invloed<br />
hebben op <strong>het</strong> toerisme in bepaalde gebieden.<br />
Om dit <strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en kan men een aantal dingen doen. Het aanwijzen van beschermde gebieden<br />
is een goed begin. Er zijn al heel wat van dit soort gebieden over de hele wereld <strong>te</strong> vinden. Toch is<br />
<strong>het</strong> moeilijk <strong>om</strong> deze gebieden <strong>te</strong> behouden en de ecosys<strong>te</strong>men daar allemaal intact <strong>te</strong> houden.<br />
37
Voor je <strong>het</strong> weet gaat <strong>het</strong> alweer fout. Eén fabriek in de buurt van zo'n beschermd gebied en <strong>het</strong><br />
is al raak. Daar<strong>om</strong> moet de locatie van deze gebieden zorgvuldig uitgekozen worden.<br />
Een tweede optie is <strong>het</strong> ins<strong>te</strong>llen van allerlei regels en beleidsvormen <strong>om</strong>trent de biodiversi<strong>te</strong>it.<br />
Het MINAS is <strong>hier</strong> een goed voorbeeld van. Het bes<strong>te</strong> is <strong>om</strong> ins<strong>te</strong>llingen op <strong>te</strong> star<strong>te</strong>n die zich <strong>hier</strong><br />
over bek<strong>om</strong>meren. Deze ins<strong>te</strong>llingen moe<strong>te</strong>n <strong>het</strong> liefst op lokaal of nationaal niveau zijn. Zo weet<br />
iedere ins<strong>te</strong>lling <strong>het</strong> mees<strong>te</strong> over zijn gebied, waardoor zij maatregelen kunnen treffen die<br />
effectief zijn.<br />
De laats<strong>te</strong> optie die <strong>hier</strong> gegeven zal worden is <strong>het</strong> be<strong>te</strong>r informeren van <strong>het</strong> bedrijfsleven over<br />
<strong>het</strong> belang van de biodiversi<strong>te</strong>it. Bedrijven kunnen dan in<strong>te</strong>rn maatregelen gaan treffen die<br />
duurzamer zijn. Ook zijn bedrijven dan sneller geneigd <strong>om</strong> <strong>te</strong> inves<strong>te</strong>ringen in duurzame<br />
ontwikkelingen, waardoor er sneller iets nieuws op de markt kan k<strong>om</strong>en en ook daadwerkelijk<br />
toegepast kan worden. Denk bijvoorbeeld aan duurzame landbouwmachines en dergelijke.<br />
De mens vers<strong>te</strong>rkt dus de afname van de biodiversi<strong>te</strong>it over heel de wereld. Door menselijke<br />
acties, zo<strong>als</strong> <strong>het</strong> kappen van bossen, nemen flora en fauna in aantal en verspreidheid af. Voor de<br />
toek<strong>om</strong>st heeft dit alleen maar nadelige gevolgen voor de mens, zo<strong>als</strong> een gebrek aan voedsel.<br />
Daar<strong>om</strong> wordt er <strong>te</strong>genwoordig veel aandacht bes<strong>te</strong>ed aan <strong>het</strong> bevorderen van de biodiversi<strong>te</strong>it.<br />
Dit gebeurt met behulp van ins<strong>te</strong>llingen en afspraken. Gehoopt wordt dat de biodiversi<strong>te</strong>it in de<br />
toek<strong>om</strong>st minder snel zal afnemen door deze maatregelen. Voor <strong>het</strong> toerisme is <strong>het</strong> in ieder geval<br />
erg belangrijk dat de biodiversi<strong>te</strong>it stand wordt gehouden. Vooral natuurlijk voor groentoerisme<br />
dat wordt aangetrokken door mooie natuur, bijzondere diersoor<strong>te</strong>n en de rust. We la<strong>te</strong>n weer<br />
een aantal recen<strong>te</strong> nieuwsberich<strong>te</strong>n over dit onderwerp zien die een relatie leggen tussen<br />
biodiversi<strong>te</strong>it en toerisme.<br />
‘Afname biodiversi<strong>te</strong>it dure grap’<br />
Verlies van plant- en diersoor<strong>te</strong>n kan Europa jaarlijks tot 1,1 triljoen euro kos<strong>te</strong>n. Dat blijkt uit de<br />
verschillende scenarios die de Europese C<strong>om</strong>missie presen<strong>te</strong>erde over <strong>het</strong> behoud van soor<strong>te</strong>n na<br />
2010. Het Wereld Natuur Fonds pleit voor scherpe maatregelen. De beschermde plan<strong>te</strong>n, dieren en<br />
landschappen in Europa staan er niet goed voor. Landbouw, toerisme en de klimaatverandering<br />
vormen de groots<strong>te</strong> bedreigingen’.<br />
(http://www.changemagazine.nl/artikelen/kos<strong>te</strong>n_afname_biodiversi<strong>te</strong>it) 26-01-10<br />
‘Biodiversi<strong>te</strong>it levert 14,6 miljoen banen in Europa op’<br />
Zeven procent van de Europese banen hangt af van ecosys<strong>te</strong>emdiens<strong>te</strong>n. Deze vasts<strong>te</strong>lling k<strong>om</strong>t uit<br />
een rapport over de sociale dimensie van <strong>het</strong> beleid inzake biodiversi<strong>te</strong>it, waar Natuurpunt de<br />
aandacht op vestigt. Vooral landbouw en visserij zijn afhankelijk van biodiversi<strong>te</strong>it.<br />
De Europese C<strong>om</strong>missie gaf, onder meer <strong>het</strong> Institu<strong>te</strong> for European Environmental Policy (IEEP), de<br />
opdracht <strong>om</strong> de sociale aspec<strong>te</strong>n van biodiversi<strong>te</strong>it <strong>te</strong> onderzoeken, in <strong>het</strong> bijzonder de band met<br />
<strong>te</strong>werks<strong>te</strong>lling en de waarde van biodiversi<strong>te</strong>it voor kwetsbare plat<strong>te</strong>landsgemeenschappen. Volgens<br />
Natuurpunt brengen dergelijke rappor<strong>te</strong>n de link tussen econ<strong>om</strong>ie en ecologie meer onder de<br />
aandacht van beleidsmakers.<br />
Invloed op welzijn mensen<br />
Biodiversi<strong>te</strong>it heeft on<strong>te</strong>gensprekelijk een invloed op <strong>het</strong> welzijn van mensen. Biodiversi<strong>te</strong>it draagt bij<br />
tot levensnoodzakelijke ecosys<strong>te</strong>emdiens<strong>te</strong>n zo<strong>als</strong> schoner wa<strong>te</strong>r en de bescherming <strong>te</strong>gen<br />
natuurrampen. Het schept ook werkgelegenheid, zowel direct (boer of visser) <strong>als</strong> indirect<br />
(bijvoorbeeld toerisme).<br />
14,6 miljoen banen<br />
In de EU zijn maar liefst 14,6 miljoen banen direct of indirect maar alleszins s<strong>te</strong>rk afhankelijk van<br />
ecosys<strong>te</strong>emdiens<strong>te</strong>n. In ontwikkelingslanden gaat <strong>het</strong> zelfs over 927 miljoen arbeidsplaatsen, of 35<br />
38
procent van <strong>het</strong> totaal’.<br />
(http://www.natuurnet.nl/thema/artikel2969.html) 11-01-12<br />
3.5 Landschapszones<br />
Zo<strong>als</strong> we in Hoofdstuk 1 zagen zijn landschapzones erg belangrijk voor de woon- en<br />
leef<strong>om</strong>standigheden van mensen, dieren en plan<strong>te</strong>n. In iedere landschapszone werken er andere<br />
natuurlijke processen, bijvoorbeeld verschil in neerslag of vegetatie. Door deze verschillen<br />
worden menselijke manieren van leven beïnvloed. De landbouwzones waar we mee <strong>te</strong> maken<br />
hebben zijn de tropische zone, de subtropische zone, gematigde zone, boreale zone, polaire zone<br />
en arctische zone. De overgangen tussen de landschapszones lopen geleidelijk. Het klimaat heeft<br />
zo<strong>als</strong> gezegd een erg gro<strong>te</strong> invloed op deze landschapzones. Om een voorbeeld <strong>te</strong> geven, <strong>het</strong><br />
klimaat ver<strong>te</strong>lt ons over de hoeveelheid neerslag en dus de mogelijkheid tot groei.<br />
Klimaatverandering zal daar<strong>om</strong> enorme gevolgen hebben voor de landschapszones.<br />
De landschapszones zijn geen vast gegeven<br />
en veranderen constant. Het meest<br />
duidelijke voorbeeld van <strong>het</strong> veranderen<br />
van de landschapszones is die van tijdens<br />
<strong>het</strong> pleistoceen. Tijdens <strong>het</strong> pleistoceen<br />
wisselden glacialen en in<strong>te</strong>rglacialen zich<br />
meerdere malen af. Tijdens een glaciaal kon<br />
de juli<strong>te</strong>mperatuur in Nederland s<strong>om</strong>s wel<br />
dalen tot een <strong>te</strong>mperatuur van 10⁰C of s<strong>om</strong>s<br />
zelf onder de 5⁰C, deze <strong>te</strong>mperatuur ligt<br />
<strong>te</strong>genwoordig rond de 17⁰C. Nederland Figuur 22 Landschapszones verschuiven richting de polen<br />
schoof dan van een gematigde zone naar<br />
een polaire zone. Tijdens een in<strong>te</strong>rglaciaal schoven de zones weer <strong>te</strong>rug zo <strong>als</strong> ze voorheen<br />
waren. Door klimaatverandering zullen deze landschapszones opnieuw langzaam verschuiven. Bij<br />
de verwach<strong>te</strong> opwarming van de aarde door <strong>het</strong> broeikaseffect zullen volgens we<strong>te</strong>nschappers<br />
de landschapszones verschuiven richting de polen. Als dit <strong>het</strong> geval zal zijn dan zal Europa voor<br />
een groot deel onder de subtropische zone vallen. Dit zal be<strong>te</strong>kenen dat er in Europa in plaats<br />
van gematigde land- en zeeklima<strong>te</strong>n in de toek<strong>om</strong>st <strong>te</strong> maken gaan krijgen met een Middellandse<br />
zeeklimaat. Bij een Middellandse zeeklimaat is er sprake van warme, droge z<strong>om</strong>ers met een<br />
gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur van rond de 26⁰C en tijdens de win<strong>te</strong>rs wordt <strong>het</strong> gemiddeld niet kouder<br />
dan 14⁰C. Doordat <strong>het</strong> minder zal gaan regenen krijgen we meer <strong>te</strong> maken met een medi<strong>te</strong>rrane<br />
plan<strong>te</strong>ngroei. In Zuid-Europa vreest men nog meer voor de toek<strong>om</strong>stige klimaatverandering en de<br />
daardoor verschuivende landschapszones. Zuid-Europa zal nog sneller <strong>te</strong> maken krijgen met<br />
extreme hit<strong>te</strong>, droog<strong>te</strong>, bosbranden en verwoestijning.<br />
De verandering van de weers<strong>om</strong>standigheden die zullen plaatsvinden in Europa heeft <strong>als</strong> gevolg<br />
dat toeris<strong>te</strong>n naar andere gebieden zullen gaan. De weersveranderingen van de bes<strong>te</strong>mming,<br />
maar ook die van de woon<strong>om</strong>geving hebben <strong>hier</strong> een gro<strong>te</strong> invloed op. Wanneer <strong>het</strong> in Nederland<br />
rond de 26⁰C zal zijn in de z<strong>om</strong>er zullen veel minder Nederlanders op vakantie gaan ‘opzoek naar<br />
be<strong>te</strong>r weer’. Vaker zullen mensen vakantie gaan houden in eigen land. Landen in Zuid-Europa<br />
zo<strong>als</strong> Frankrijk, Italië en Spanje zullen een stuk minder aantrekkelijk worden voor <strong>het</strong> toerisme.<br />
Ech<strong>te</strong>r niet elke soort toerisme is even gevoelig voor de veranderingen die <strong>het</strong> klimaat<br />
meebrengt. Natuurtoeris<strong>te</strong>n zijn bijvoorbeeld gevoeliger voor klimaatverandering dan<br />
cultuurtoeris<strong>te</strong>n. Dit is logisch <strong>te</strong> verklaren <strong>om</strong>dat klimaatverandering de flora, fauna en <strong>het</strong><br />
landschap in een gebied zullen veranderen de s<strong>te</strong>den zullen gewoon blijven zo<strong>als</strong> ze zijn.<br />
Verandering van landschapszones zal er dus voor zorgen dat toeris<strong>te</strong>n naar andere plaatsen zullen<br />
gaan.<br />
39
Hoofdstuk 4: Hoe kunnen we de (nadelige) gevolgen van klimaatverandering op<br />
toerisme beperken?<br />
In de vorige hoofdstukken hebben we geschreven over klimaat, klimaatverandering en de invloed<br />
van klimaatverandering op <strong>het</strong> toerisme. In dit hoofdstuk gaan we beschrijven hoe de gevolgen<br />
van klimaatverandering in Europa zoveel mogelijk kunnen worden beperkt. Klimaatverandering is<br />
niet alleen in Europa een groot probleem, maar voor de hele wereld. Europa kan <strong>om</strong> deze reden<br />
de gevolgen van klimaatverandering op <strong>het</strong> toerisme niet alleen oplossen. Klimaatverandering is<br />
een wereldwijd vraagstuk en daar<strong>om</strong> moet samen een oplossing gevonden worden. Om de<br />
gevolgen van klimaatverandering <strong>te</strong> beperken moet men zich er eerst bewust van worden. De<br />
mensen en de politici moet de noodzaak zien er nu iets aan <strong>te</strong> doen. Voor deze bewustwording<br />
zijn ook we<strong>te</strong>nschappers erg belangrijk.<br />
We zagen al dat Al Gore, destijds vicepresident onder president Clinton van de VS, een film heeft<br />
gemaakt over klimaatverandering. Als zo’n belangrijke man dit thema behandelt zullen veel<br />
mensen geloven dat er echt iets aan de hand is en dus helpt dit bij de bewustwording. S<strong>te</strong>eds<br />
meer mensen worden <strong>te</strong>genwoordig bewust van de gevolgen van klimaatverandering. Zo wordt<br />
jaarlijks rond 22 april de dag van de aarde ‘Earth Day’ gevierd. Dit is een dag met verschillende<br />
activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n met <strong>als</strong> doel mensen bewust maken van de aarde en <strong>het</strong> leven op aarde. In de<br />
Verenigde Sta<strong>te</strong>n is ‘Earth Day’ sinds 1970 een populair fen<strong>om</strong>een en sinds 2004 krijgt deze dag<br />
ook in Nederlands s<strong>te</strong>eds meer bekendheid. Ook zijn er verschillende verdragen geslo<strong>te</strong>n zo<strong>als</strong><br />
<strong>het</strong> Kyoto Protocol.<br />
4.1 Op politiek gebied<br />
We willen nu eerst bekijken hoe <strong>het</strong> onderwerp klimaatverandering de afgelopen jaren s<strong>te</strong>eds<br />
meer politieke aandacht heeft gekregen in de wereld.<br />
4.1.1 Politieke geschiedenis van klimaatverandering<br />
Rond <strong>het</strong> jaar 1900 zijn de eers<strong>te</strong> we<strong>te</strong>nschappelijke publicaties verschenen over <strong>het</strong><br />
broeikaseffect en de gevolgen daarvan voor de aarde. In de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn<br />
voor <strong>het</strong> eerst sys<strong>te</strong>matische metingen gedaan naar de uitstoot van koolstofdioxide (CO2). In<br />
1972 volgde een in<strong>te</strong>rnationale bijeenk<strong>om</strong>st, Uni<strong>te</strong>d Nations Conference on the Human<br />
Environment, in Stockholm. Er werd een actieplan aangen<strong>om</strong>en waarin ondermeer was<br />
opgen<strong>om</strong>en dat er wereldwijd meer metingen moes<strong>te</strong>n plaatsvinden naar luchtvervuiling. In 1979<br />
werd de eers<strong>te</strong> Klimaatconferentie gehouden. Het ging daar niet zozeer over klimaatverandering,<br />
maar over luchtvervuiling. Luchtvervuiling was <strong>te</strong> me<strong>te</strong>n en was daarmee <strong>te</strong> bewijzen,<br />
klimaatverandering was nog meer een veronders<strong>te</strong>lling destijds. Tegenwoordig is vrijwel iedereen<br />
<strong>het</strong> erover eens dat <strong>het</strong> klimaat echt aan <strong>het</strong> veranderen is en dat we daar snel iets aan moe<strong>te</strong>n<br />
doen. De we<strong>te</strong>nschap en politiek zijn <strong>hier</strong> dus nog maar kort mee bezig. Overheden kunnen door<br />
goede politiek <strong>te</strong> bedrijven klimaatverandering beperken. Tegelijkertijd realiseert ieder land en<br />
ieder continent zich dat <strong>het</strong> probleem wereldwijd moet worden aangepakt.<br />
Nog een stukje geschiedenis. In 1988 werd de IPCC inges<strong>te</strong>ld (In<strong>te</strong>rgovernmental Panel on Clima<strong>te</strong><br />
Change). In 1988 nam de VN een resolutie aan, waarin klimaatverandering <strong>als</strong> serieus probleem<br />
werd erkend. Inmiddels we<strong>te</strong>n landen - en dat is ook in<strong>te</strong>rnationaal uitgesproken - dat ze een<br />
gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben met betrekking tot klimaatverandering. Ieder land<br />
draagt <strong>hier</strong> verantwoordelijkheid voor en moet proberen klimaatverandering zoveel mogelijk<br />
<strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan, maar ieder land doet dit op zijn eigen manier. Dat heeft bijvoorbeeld <strong>te</strong> maken met<br />
de cultuur, de econ<strong>om</strong>ie en de geschiedenis van een land.<br />
In november 1990 werd en Tweede Wereldconferentie inzake Klimaatverandering gehouden. De<br />
IPCC bracht <strong>hier</strong> een rapport in waarin onder meer stond dat <strong>als</strong> er niets zou worden gedaan de<br />
40
gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur van de aarde zou stijgen met 2 tot 5 graden Celsius. Vervolgens<br />
ontstond politieke verdeeldheid in de wereld. De wes<strong>te</strong>rse landen waren econ<strong>om</strong>ische gezien<br />
natuurlijk veel verder dan andere landen. Maar de opk<strong>om</strong>ende econ<strong>om</strong>ieën willen natuurlijk<br />
doorgroeien. De vervuiling en klimaatverandering k<strong>om</strong>t, <strong>als</strong> we naar <strong>het</strong> verleden kijken, voor een<br />
belangrijk deel uit de wes<strong>te</strong>rse landen en daar<strong>om</strong> vinden veel landen dat opk<strong>om</strong>ende econ<strong>om</strong>ieën<br />
nu ook <strong>het</strong> recht hebben <strong>om</strong> door <strong>te</strong> groeien. Dat vinden die landen in ieder geval zelf ook.<br />
Waar<strong>om</strong> hebben wes<strong>te</strong>rse landen <strong>het</strong> milieu wel mogen vervuilen en mogen nieuwe opk<strong>om</strong>ende<br />
econ<strong>om</strong>ieën dat niet is dan hun vraag. Opk<strong>om</strong>ende econ<strong>om</strong>ieën willen dat <strong>het</strong> wes<strong>te</strong>n nu betaalt<br />
voor hen.<br />
In 1992 werd in Rio de Janeiro de UN Framework Convention on Clima<strong>te</strong> Change ge<strong>te</strong>kend. Dit is<br />
een belangrijk document in <strong>het</strong> kader van klimaatverandering en politiek. Dit Verdrag geeft aan<br />
dat de klimaatverandering moet worden beperkt, zodat ecosys<strong>te</strong>men zich kunnen aanpassen, de<br />
voedselvoorziening geen gevaar loopt en duurzame ontwikkeling kan plaatsvinden. Het verdrag<br />
verplicht landen onder meer tot <strong>het</strong> voeren van een klimaatbeleid, samenwerking bij<br />
we<strong>te</strong>nschappelijk onderzoek en duurzaam beheer van bossen. Dit Verdrag heeft <strong>als</strong> basis gediend<br />
voor <strong>het</strong> la<strong>te</strong>re Kyoto Protocol.<br />
4.1.2 Kyoto Protocol<br />
Het Kyoto Protocol werd in 1997 ge<strong>te</strong>kend. Het Verdrag is vernoemd naar de plaats (in Japan)<br />
waar <strong>het</strong> is ge<strong>te</strong>kend. 37 landen verplicht<strong>te</strong>n zich hun uitstoot van broeikasgassen in 2012 met<br />
gemiddeld 5,2% <strong>te</strong> verminderen <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van 1990. Nederland moet 6% minder uitsto<strong>te</strong>n.<br />
Landen kunnen dit bereiken door binnenlands minder uit <strong>te</strong> stor<strong>te</strong>n, maar ook <strong>het</strong> reduceren in<br />
<strong>het</strong> bui<strong>te</strong>nland kan mee<strong>te</strong>llen. Dit kan op drie manieren:<br />
- emissiehandel. Elk land mag een bepaalde hoeveelheid CO2 uitsto<strong>te</strong>n. Als een land de<br />
binnenlandse maatregelen <strong>te</strong> duur vindt kan <strong>het</strong> emissierech<strong>te</strong>n kopen in een ander land:<br />
- Clean Development Mechanism (CDM). Met <strong>het</strong> CDM betalen landen met een CO2 doels<strong>te</strong>lling<br />
voor projec<strong>te</strong>n die de uitstoot van broeikasgassen beperken in ontwikkelingslanden.<br />
Ontwikkelingslanden zelf hebben geen doels<strong>te</strong>llingen <strong>om</strong> CO2 <strong>te</strong> verminderen. Een voorbeeld is<br />
zorgen voor herbebossing in een ontwikkelingsland. Dat mag je dan la<strong>te</strong>n mee<strong>te</strong>llen in je eigen<br />
doels<strong>te</strong>lling.<br />
- Joint Implementation. Daarbij werken twee landen die allebei een reductiedoels<strong>te</strong>lling hebben<br />
samen aan projec<strong>te</strong>n <strong>om</strong> de uitstoot <strong>te</strong> beperken in één van die twee landen.<br />
Jaarlijks is er een conferentie van de landen die <strong>het</strong> VN-Klimaatverdrag hebben onder<strong>te</strong>kend. Een<br />
belangrijke vraag is nu wat er moet gebeuren <strong>als</strong> <strong>het</strong> Kyoto Protocol eind 2012 afloopt. Er zullen<br />
wereldwijd natuurlijk nieuwe afspraken over reductie van CO2 uitstoot moe<strong>te</strong>n worden gemaakt,<br />
die ook verder gaan dan wat er eerder is afgesproken. Er wordt onder andere ook gewerkt aan de<br />
doels<strong>te</strong>lling dat de gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur op aarde met niet meer dan 2 graden mag stijgen.<br />
Vanaf 2020 k<strong>om</strong>t daarbij een speciaal fonds dat 100 miljard dollar per jaar <strong>te</strong>r beschikking s<strong>te</strong>lt <strong>om</strong><br />
arme landen <strong>te</strong> helpen <strong>om</strong> klimaatverandering aan <strong>te</strong> pakken. Niemand weet ech<strong>te</strong>r nog waar dit<br />
geld vandaan moet k<strong>om</strong>en. Gelet op de huidige econ<strong>om</strong>ische crisis is dit niet makkelijk op <strong>te</strong><br />
lossen. Verder zijn afspraken gemaakt <strong>om</strong> ontbossing <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan en over controles op<br />
emissiereducties.<br />
Bij de laats<strong>te</strong> klimaattop in Durban (Zuid-Afrika) is nog afgesproken dat er voor 2015 een nieuw<br />
wereldwijd en bindend instrument moet zijn dat klimaatverandering <strong>te</strong>gen gaat.<br />
In Durban is ook weer gesproken over <strong>het</strong> fonds dat er moet k<strong>om</strong>en (Groenfonds) <strong>om</strong><br />
klimaatverandering aan <strong>te</strong> pakken. Daarbij gaat <strong>het</strong> bijvoorbeeld over stijging van de zeespiegel,<br />
overstr<strong>om</strong>ingen en verdroging. Ook <strong>het</strong> bedrijfsleven kan een beroep doen op financiering vanuit<br />
<strong>het</strong> klimaatfonds <strong>om</strong>dat ook zij kunnen bijdragen aan de verbe<strong>te</strong>ring van <strong>het</strong> klimaat.<br />
Belangrijk voor de toek<strong>om</strong>st is ongetwijfeld ook wie de nieuwe president van de VS wordt. Met<br />
de democra<strong>te</strong>n aan de macht (Obama) is er waarschijnlijk meer mogelijk dan <strong>als</strong> de Republikeinen<br />
(R<strong>om</strong>ney) aan de macht k<strong>om</strong>t.<br />
41
4.1.3 Europese inzet bij klimaatverandering<br />
Nu gaan we kijken wat Europa doet en kan doen aan klimaatverandering. Het Europees<br />
Parlement was de eers<strong>te</strong> EU-ins<strong>te</strong>lling die de noodzaak zag <strong>om</strong> beleid <strong>te</strong> maken op <strong>het</strong> gebied van<br />
klimaatverandering. Het Europees Parlement nam in 1986 een eers<strong>te</strong> resolutie aan over <strong>het</strong><br />
onderwerp klimaatverandering. In 1988 publiceerde de Europese C<strong>om</strong>missie haar eers<strong>te</strong><br />
mededeling over <strong>het</strong> onderwerp geti<strong>te</strong>ld: “Het broeikaseffect en de Gemeenschap”. In lijn met<br />
wat we eerder wereldwijd hebben gezien werd ook in Europa aanvankelijk ingezet <strong>om</strong> meer<br />
we<strong>te</strong>nschappelijk onderzoek naar klimaatverandering <strong>te</strong> doen. Het moet namelijk eerst nog<br />
aangetoond worden.<br />
Vanaf 1988 kwam <strong>het</strong> onderwerp wel s<strong>te</strong>eds nadrukkelijker op de agenda <strong>te</strong> staan en in juni 1990<br />
kwam de Europese Raad bijeen <strong>om</strong> stra<strong>te</strong>gieën en doelen vast <strong>te</strong> s<strong>te</strong>llen <strong>om</strong> de uitstoot van<br />
broeikasgassen <strong>te</strong> verminderen. De besluitvorming van de EU werd versneld door de Tweede<br />
Wereldconferentie inzake Klimaatverandering die in november 1990 werd gehouden. Er werd<br />
toen politieke overeens<strong>te</strong>mming in de Europese Unie bereikt <strong>om</strong> de uitstoot van CO2 binnen de<br />
grenzen van de Europese Unie in <strong>het</strong> jaar 2000 <strong>te</strong> stabiliseren op <strong>het</strong> niveau van 1990. Daarbij<br />
werd ervan uitgegaan dat andere gro<strong>te</strong> landen, die geen lid waren van de Europese Unie, zichzelf<br />
deze verplichting oplegden. De afspraken <strong>om</strong> de CO2 uitstoot in 2000 <strong>te</strong> stabiliseren op <strong>het</strong><br />
niveau van 1990 zijn ook gehaald.<br />
Europa heeft daarna niet stilgeze<strong>te</strong>n. De landen van de Europese Unie hebben inmiddels<br />
afgesproken <strong>om</strong> in 2020 in ieder geval 20% minder CO2 uit <strong>te</strong> sto<strong>te</strong>n <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van 1990. Voor<br />
Nederland is deze reductiedoels<strong>te</strong>lling vastges<strong>te</strong>ld op 16% in 2020 (<strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van 2005). Europa<br />
is ook actief in <strong>het</strong> zoeken naar al<strong>te</strong>rnatieve energiebronnen en bijvoorbeeld naar <strong>het</strong> zoeken van<br />
oplossingen <strong>om</strong> CO2 op <strong>te</strong> slaan (ondergrondse opslag). Met de uitbreiding van de Europese Unie<br />
zijn er s<strong>te</strong>eds meer Europese landen die meedoen aan deze doels<strong>te</strong>llingen.<br />
Inmiddels is ook afgesproken dat <strong>als</strong> er wereldwijd afspraken kunnen worden gemaakt over<br />
vermindering van CO2-uitstoot Europa bereid is haar doels<strong>te</strong>lling <strong>te</strong> verhogen naar 30%<br />
uitstootvermindering van CO2 in 2020. Dit soort afspraken zijn erg belangrijk <strong>om</strong> <strong>het</strong> probleem van<br />
klimaatverandering aan <strong>te</strong> pakken. Samen kunnen we klimaatverandering veel makkelijker aan<br />
dan een land alleen. Wij denken daar<strong>om</strong> ook dat deze nieuwe afspraken over CO₂ uitstoot waar<br />
moe<strong>te</strong>n worden gemaakt, maar we zijn ook van mening dat er meer van dit soort afspraken<br />
moe<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en. CO₂ is, zo<strong>als</strong> eerder geschreven, namelijk niet de enige oorzaak van<br />
klimaatverandering.<br />
4.1.4 Nederlandse inzet bij klimaatverandering<br />
Nederland doet altijd actief mee met in<strong>te</strong>rnationale afspraken <strong>om</strong> klimaatverandering <strong>te</strong>gen <strong>te</strong><br />
gaan. Nederland is natuurlijk maar een klein land en kan alleen echt iets be<strong>te</strong>kenen in<br />
in<strong>te</strong>rnationaal verband <strong>als</strong> <strong>het</strong> meedoet met andere landen. Nederland wil daarbij graag Europees<br />
en wereldwijd samenwerken. Wel moe<strong>te</strong>n doels<strong>te</strong>llingen haalbaar en betaalbaar zijn. Nederland<br />
wil ook graag ontwikkelingslanden helpen bij <strong>het</strong> uitvoeren van acties die klimaatverandering<br />
<strong>te</strong>gengaan. Hier is wel veel geld voor nodig. Helaas zijn er s<strong>te</strong>eds meer politieke partijen die willen<br />
bezuinigen op ontwikkelingshulp. En aangezien <strong>het</strong> ook econ<strong>om</strong>ische niet goed gaat in Nederland<br />
kunnen <strong>het</strong> bedrijfsleven en de burgers van Nederland ook s<strong>te</strong>eds minder bijdragen aan <strong>het</strong><br />
welslagen van dit soort projec<strong>te</strong>n. Toch is <strong>het</strong> belangrijk voor de toek<strong>om</strong>stige generaties dat we<br />
zoeken naar oplossingen en daarbij goed samenwerken met andere landen in de wereld.<br />
4.2 Op econ<strong>om</strong>isch gebied<br />
Het zal duidelijk zijn dat alle afspraken die wereldwijd, Europees en in Nederland worden gemaakt<br />
<strong>om</strong> klimaatverandering <strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan niet primair worden gemaakt vanuit <strong>het</strong> oogpunt van <strong>het</strong><br />
toerisme. Het gaat er ui<strong>te</strong>indelijk <strong>om</strong> dat de wereld kan blijven functioneren. Toerisme is <strong>hier</strong>bij<br />
wel een belangrijke factor er zijn namelijk landen die vrijwel geheel afhankelijk zijn van <strong>het</strong><br />
42
toerisme. Zo<strong>als</strong> we ook al in <strong>het</strong> hoofdstuk 1 hadden ver<strong>te</strong>ld sleept Europa ongeveer 50% van de<br />
totale ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n aan <strong>het</strong> wereldwijde toerisme binnen. Hierdoor k<strong>om</strong>t toerisme en<br />
klimaatverandering dus heel dicht bij elkaar. In <strong>het</strong> k<strong>om</strong>ende stukje gaan we kijken naar de<br />
belangen voor de econ<strong>om</strong>ie dat klimaatverandering wordt aangepakt. En we kijken ook naar<br />
oplossing die vanuit econ<strong>om</strong>isch oogpunt kunnen worden gen<strong>om</strong>en.<br />
4.2.1 Klimaatverandering en toerisme: enkele cijfers<br />
De totale <strong>om</strong>vang van de toeristische sector wordt door <strong>het</strong> CBS in <strong>te</strong>rmen van bes<strong>te</strong>dingen<br />
geraamd op ongeveer 52 miljard euro (cijfers 2008). Van dit totaal heeft circa 71% (of<strong>te</strong>wel € 36,9<br />
miljard) betrekking op bes<strong>te</strong>dingen in Nederland (in<strong>te</strong>rn toerisme) <strong>te</strong>rwijl <strong>het</strong> restant van € 14,8<br />
miljard via <strong>het</strong> uitgaand toerisme van Nederlanders rechtstreeks afvloeit naar <strong>het</strong> bui<strong>te</strong>nland. De<br />
daarmee samenhangende werkgelegenheid bedraagt circa 400.000 banen. Met een aandeel van<br />
ruim 4% in de totale werkgelegenheid levert toerisme daarmee een substantiële bijdrage aan de<br />
Nederlandse econ<strong>om</strong>ie. Ter vergelijking: <strong>het</strong> aantal werkzame personen in de toeristische sector<br />
is bijvoorbeeld gro<strong>te</strong>r dan in de land- en tuinbouw of de banksector en <strong>het</strong> verzekeringswezen.<br />
Verder is <strong>het</strong> toerisme nog s<strong>te</strong>eds een groeimarkt.<br />
Ook in Europa is <strong>het</strong> toerisme een belangrijke sector met gro<strong>te</strong> econ<strong>om</strong>ische belangen voor<br />
werkgelegenheid, op sociaal gebied en voor <strong>het</strong> milieu. De laats<strong>te</strong> tientallen jaren is <strong>het</strong> toerisme<br />
s<strong>te</strong>eds belangrijker geworden, zowel voor ondernemingen <strong>als</strong> voor individuele personen. Het<br />
toerisme is goed voor circa 5% van <strong>het</strong> bruto binnenlands product (BBP) van de Europese Unie. In<br />
de logiesverstrekkende sector van de 27 landen van de Europse Unie werken 2,3 miljoen mensen;<br />
in de hele toeristische sector van de EU-27 wordt <strong>het</strong> totale aantal banen op 12 tot 14 miljoen<br />
geschat. Deze cijfers k<strong>om</strong>en uit de officiële Europese statistieken.<br />
Er wordt geschat dat circa 51,5 % van de bevolking van de 27 landen van de Europese Unie in 2010<br />
toeristische activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n heeft ondern<strong>om</strong>en, dat wil zeggen in dat jaar <strong>te</strong>n mins<strong>te</strong> één reis met <strong>te</strong>n<br />
mins<strong>te</strong> vier overnachtingen heeft gemaakt. Er zijn wel gro<strong>te</strong> verschillen tussen landen. In Bulgarije<br />
gaat <strong>het</strong> maar <strong>om</strong> 5,3 % van de bevolking, in Cyprus <strong>om</strong> wel 87,8 % van de bevolking.<br />
Wat <strong>het</strong> aanbod betreft, wordt geschat dat in 2010 in de 27 landen van de Europese Unie bijna<br />
204 000 ho<strong>te</strong>ls en dergelijke operationeel waren; er waren meer dan 256 000 andere collectieve<br />
logiesverstrekkende bedrijven (zo<strong>als</strong> campings en vakantiewoningen). De ho<strong>te</strong>ls en dergelijke<br />
hadden samen ruim 12,4 miljoen bedden, waarvan bijna de helft (46,2 %) in Italië (2,3 miljoen<br />
bedden), Spanje (1,8 miljoen bedden) en Duitsland (1,7 miljoen bedden). In 2010 hebben<br />
ingeze<strong>te</strong>nen en niet-ingeze<strong>te</strong>nen (bui<strong>te</strong>nlanders) meer dan 1 500 miljoen keer in een ho<strong>te</strong>l of<br />
dergelijk logiesverstrekkend bedrijf in een van de 27 landen van de Europese Unie overnacht.<br />
In 2010 was Spanje de meest bezoch<strong>te</strong> toeristische bes<strong>te</strong>mming in de Europese Unie voor nietingeze<strong>te</strong>nen<br />
(bui<strong>te</strong>nlanders), met 213,3 miljoen overnachtingen (23,2 % van <strong>het</strong> totaal voor de 27<br />
landen van de Europese Unie). De drie meest populaire bes<strong>te</strong>mmingen in de lidsta<strong>te</strong>n voor nietingeze<strong>te</strong>nen<br />
waren Spanje, Italië (167,8 overnachtingen) en Frankrijk (85,2 miljoen<br />
overnachtingen). Samen zijn deze landen goed voor 50,7 % van de overnachtingen door nietingeze<strong>te</strong>nen<br />
in de 27 landen van de Europese Unie. De minst populaire bes<strong>te</strong>mmingen waren<br />
Litouwen, Letland en Luxemburg.<br />
Nog wat cijfers. Het econ<strong>om</strong>ische belang van <strong>het</strong> toerisme kan worden afgelezen aan <strong>het</strong> aandeel<br />
van de ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n uit in<strong>te</strong>rnationaal toerisme in <strong>het</strong> BBP. In 2010 was dit aandeel <strong>het</strong> hoogst voor<br />
Malta (13,2%) en Cyprus (9,5 %), wat laat zien hoe belangrijk <strong>het</strong> toerisme voor deze eilandsta<strong>te</strong>n<br />
is. In absolu<strong>te</strong> cijfers waren de ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n uit in<strong>te</strong>rnationaal toerisme in 2010 <strong>het</strong> hoogst in Spanje<br />
(39 621 miljoen euro) en Frankrijk (34 939 miljoen euro), gevolgd door Italië, Duitsland en <strong>het</strong><br />
Verenigd Koninkrijk.<br />
Dit soort cijfers worden binnen Europa bijgehouden. Er is een Europese richtlijn die lidsta<strong>te</strong>n<br />
<strong>hier</strong>toe verplicht.<br />
De Europese Unie is zo<strong>als</strong> we gezien hebben dus een belangrijke toeristische bes<strong>te</strong>mming. Zes<br />
43
van haar lidsta<strong>te</strong>n behoren tot de top tien van vakantiebes<strong>te</strong>mmingen in de wereld. Het toerisme<br />
is een belangrijke econ<strong>om</strong>ische activi<strong>te</strong>it in de Europese Unie en kan een positieve bijdrage<br />
leveren aan de werkgelegenheid en econ<strong>om</strong>ische groei <strong>als</strong> ook aan de ontwikkeling in<br />
plat<strong>te</strong>landsgebieden en perifere of minder ontwikkelde regio's. Zo<strong>als</strong> we in vorige hoofdstukken<br />
al duidelijk hebben gemaakt kan klimaatverandering ernstige gevolgen hebben op <strong>het</strong> toerisme.<br />
In <strong>het</strong> Verdrag van Lissabon is <strong>het</strong> belang van <strong>het</strong> toerisme in Europa erkend. Uitdagingen voor<br />
<strong>het</strong> toerisme zijn: de vergrijzing in Europa, de groeiende concurrentie uit de rest van de wereld,<br />
de vraag van de consument naar meer gespecialiseerd toerisme en de noodzaak duurzamer en<br />
milieuvriendelijker toeristische praktijken <strong>te</strong> ontwikkelen. Tegenwoordig wordt al veel be<strong>te</strong>r gelet<br />
op <strong>het</strong> duurzaam beheer van de bes<strong>te</strong>mmingen en de bewustmaking van toeris<strong>te</strong>n. Via<br />
allerhande politieke instrumen<strong>te</strong>n (wetgeving, heffingen, subsidies, afspraken e.d) wordt<br />
geprobeerd de toeristische sector in stand <strong>te</strong> houden en duurzaam <strong>te</strong> maken. Daarbij speelt <strong>het</strong><br />
klimaat een s<strong>te</strong>eds belangrijkere rol. Bedenk daarbij wel <strong>het</strong> volgende. Toeris<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en overal en<br />
zullen zeker <strong>te</strong>gen de gevolgen van klimaatverandering aanlopen. Maar voor hen is <strong>het</strong> een<br />
luxeprobleem, geen zaak van overleven, zo<strong>als</strong> voor de plaatselijke bevolking in s<strong>om</strong>mige van de<br />
door hen bezoch<strong>te</strong> gebieden. Niet alleen politieke beslui<strong>te</strong>n kunnen voor oplossingen zorgen van<br />
<strong>het</strong> klimaatprobleem. We gaan nu kijken naar oplossingen vanuit econ<strong>om</strong>isch oogpunt.<br />
4.2.2 Econ<strong>om</strong>ische oplossingen<br />
Om de invloed van de nadelige gevolgen van klimaatverandering op toerisme <strong>te</strong> doen dalen<br />
kunnen er allerlei maatregelen door de overheden worden getroffen. Uit voorgaand stukje blijkt<br />
dat <strong>hier</strong> op allerlei niveaus en met allerlei middelen aan wordt gewerkt.<br />
Kijken we naar de econ<strong>om</strong>ische kant, dan kunnen we met oplossingen k<strong>om</strong>en in de vorm van<br />
innovaties, onderzoeken en inves<strong>te</strong>ringen.<br />
Voordat we oplossingen kunnen bedenken voor bepaalde problemen moet er eerst veel<br />
informatie over de problemen zijn. Om dit verder uit <strong>te</strong> leggen nemen we eerst <strong>als</strong> voorbeeld <strong>het</strong><br />
bouwen van dijken langs de kust. Nederland is <strong>hier</strong> erg goed in, maar de zuidelijker gelegen<br />
landen langs de kust zijn <strong>hier</strong> nog niet zo ver mee. Het idee van de dijk ontstond <strong>als</strong> een gedach<strong>te</strong>.<br />
Deze gedach<strong>te</strong> wordt vervolgens perfect uitge<strong>te</strong>kend, zodat alle verhoudingen kloppen en de dijk<br />
niet in zal stor<strong>te</strong>n. De dijk is nu eigenlijk een uitvinding. Om tot deze uitvinding <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en is er van<br />
<strong>te</strong> voren ech<strong>te</strong>r wel onderzoek nodig. Denk aan zaken <strong>als</strong> hoe hoog kan ik de dijk maken zonder<br />
dat deze instort. Hiervoor zullen <strong>te</strong>stjes met modellen gedaan moe<strong>te</strong>n worden. Is de uitvinding<br />
eenmaal perfect en werkt deze goed, dan kan de uitvindingen worden toegepast in de<br />
maatschappij. De uitvinding wordt dan een innovatie. Heeft <strong>het</strong> toepassen van de uitvinding in de<br />
maatschappij nut, dan wordt de uitvinding uitgebreid of verbe<strong>te</strong>rd. Bij de dijk werd dit gedaan in<br />
de vorm van verhoging. Op een gegeven m<strong>om</strong>ent zag men ech<strong>te</strong>r in dat zo niet eeuwig<br />
doorgegaan kon worden. Je kan niet eeuwig een dijk op blijven hogen. Daar<strong>om</strong> zijn er weer<br />
nieuwe uitvindingen gedaan <strong>om</strong>trent de dijk, dit keer niet in de hoog<strong>te</strong>, maar in de breed<strong>te</strong>.<br />
Figuur 23: Een voorbeeld van een adver<strong>te</strong>ntie <strong>om</strong><br />
lid <strong>te</strong> worden van een organisatie die inves<strong>te</strong>ert in<br />
de natuur<br />
Nu we een aantal belangrijke begrippen rond <strong>het</strong><br />
econ<strong>om</strong>isch oogpunt hebben uitgelegd moet <strong>het</strong><br />
duidelijk zijn dat er voor <strong>het</strong> hele proces van<br />
gedach<strong>te</strong> tot innovatie veel geld nodig is. Dit geld<br />
k<strong>om</strong>t deels van de overheid. De overheid voert<br />
namelijk een klimaatbeleid. Toen <strong>het</strong><br />
klimaatrapport van de VN op 6 april 2007 in Brussel<br />
verscheen, beslo<strong>te</strong>n een aantal Nederlandse<br />
minis<strong>te</strong>rs dat <strong>het</strong> noodzaak was <strong>om</strong> een dergelijk<br />
beleid <strong>te</strong> voeren. Niet alleen <strong>om</strong> nadelige gevolgen<br />
<strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en, maar ook <strong>om</strong> sneller aan <strong>te</strong> kunnen<br />
passen aan de nieuwe <strong>om</strong>standigheden. Een ander<br />
44
deel van <strong>het</strong> geld k<strong>om</strong>t van <strong>het</strong> bedrijfsleven. Bedrijven moe<strong>te</strong>n ech<strong>te</strong>r wel gestimuleerd worden<br />
<strong>om</strong> <strong>te</strong> inves<strong>te</strong>ren. Het laats<strong>te</strong> gedeel<strong>te</strong> van <strong>het</strong> geld k<strong>om</strong>t van de burger. Deze worden via<br />
adver<strong>te</strong>nties en reclames gelokt <strong>om</strong> lid <strong>te</strong> worden van een fonds dat bijvoorbeeld de natuur<br />
beschermt. Deze leden betalen dan <strong>om</strong> de zoveel tijd een bepaald bedrag.<br />
Wanneer er genoeg geld is voor een onderzoek, kan er gezocht worden naar een oplossing van<br />
een probleem in de vorm van een uitvinding. Het uitvinden van de prefec<strong>te</strong> oplossing kan wel<br />
enkele jaren duren. Wanneer dan eindelijk iets is uitgevonden wat mogelijk voor een oplossing<br />
kan zorgen moet worden gekeken naar de effectivi<strong>te</strong>it van de uitvinding <strong>als</strong> deze wordt<br />
toegepast in de maatschappij. Dit kun je beredeneren door <strong>te</strong> kijken hoeveel de schade minder of<br />
voork<strong>om</strong>en wordt. Je moet in je ach<strong>te</strong>rhoofd houden dat maatregelen nemen alleen nut heeft <strong>als</strong><br />
de kos<strong>te</strong>n <strong>hier</strong>van lager zijn dan de kos<strong>te</strong>n van eventuele schade. Althans, dit is wat s<strong>om</strong>mige<br />
mensen denken. Anderen kijken naar de schade op lange <strong>te</strong>rmijn. Door nu maatregelen <strong>te</strong> nemen<br />
voork<strong>om</strong>en en/of verminderen we schade voor de toek<strong>om</strong>stige generaties. De toek<strong>om</strong>stige<br />
generaties worden zo geholpen, <strong>om</strong>dat een deel van de maatregelen al getroffen is. Over <strong>het</strong><br />
algemeen wordt gedacht dat de mees<strong>te</strong> maatregelen wel effectief zijn. Ook al dragen ze maar<br />
een klein beetje bij. Iets is immer be<strong>te</strong>r dan niets.<br />
Natuurlijk kunnen welvarende landen meer doen via hun econ<strong>om</strong>ie dan ontwikkelingslanden.<br />
Bedrijven in ontwikkelingslanden hebben geen geld over <strong>om</strong> <strong>te</strong> inves<strong>te</strong>ren in onderzoeken, <strong>te</strong>rwijl<br />
bedrijven in welvarende landen dit wel hebben. Daar<strong>om</strong> worden ontwikkelingslanden geholpen<br />
door allerlei acties of bedrijven uit de ontwikkelde econ<strong>om</strong>ieën. Zo wordt ontwikkelingslanden<br />
ook nog een kans geboden <strong>om</strong> <strong>te</strong> vech<strong>te</strong>n <strong>te</strong>gen de klimaatverandering.<br />
Op onderstaand kaartje is goed <strong>te</strong> zien welke landen een welvarende en welke landen een minder<br />
welwarende econ<strong>om</strong>ie hebben. De landen waar <strong>het</strong> aantal verleende pa<strong>te</strong>n<strong>te</strong>n per miljoen<br />
inwoners hoog is, hebben veel uitvindingen gedaan die nu ook worden toegepast in de<br />
maatschappij. Een pa<strong>te</strong>nt is een bewijs dat iemand kan aanvragen op een uitvinding of product<br />
zodat alleen hij <strong>het</strong> recht heeft dit <strong>te</strong> produceren en verkopen. Wanneer iemand anders dit toch<br />
doet is deze strafbaar. Er is duidelijk <strong>te</strong> zien dat de VS, Europa en Japan <strong>het</strong> goed doen.<br />
Figuur 24: Aantal verleende pa<strong>te</strong>n<strong>te</strong>n per miljoen inwoners<br />
Het kaartje <strong>hier</strong>onder toont de econ<strong>om</strong>isch s<strong>te</strong>rke en zwakke landen. De groene landen zijn s<strong>te</strong>rk<br />
en de donkeroranje landen zijn <strong>het</strong> zwakst. Als je bovenstaande en onderstaande kaar<strong>te</strong>n<br />
vergelijkt, valt op dat de econ<strong>om</strong>isch s<strong>te</strong>rke landen ook veel verleende pa<strong>te</strong>n<strong>te</strong>n per miljoen<br />
inwoners hebben. Dit bewijst dus dat er meer uitvindingen en innovaties plaatsvinden in de<br />
econ<strong>om</strong>isch ontwikkelde landen. Als we de gevolgen van klimaatverandering vanuit econ<strong>om</strong>ische<br />
oogpunt willen beperken is <strong>het</strong> belangrijk dat we <strong>te</strong> maken hebben met s<strong>te</strong>rke econ<strong>om</strong>ieën.<br />
45
Figuur 25: Kaart van de econ<strong>om</strong>isch s<strong>te</strong>rke en zwakke landen in de wereld<br />
De ontwikkelde landen hebben vanuit econ<strong>om</strong>isch oogpunt dus meer kans <strong>om</strong> zichzelf <strong>te</strong><br />
beschermen <strong>te</strong>gen de gevolgen van klimaatverandering dan de ontwikkelingslanden. Dit k<strong>om</strong>t<br />
simpelweg door <strong>het</strong> feit dat er in ontwikkelingslanden <strong>te</strong> weinig geld is <strong>om</strong> <strong>te</strong> inves<strong>te</strong>ren of<br />
onderzoek <strong>te</strong> doen. Daar<strong>om</strong> is <strong>het</strong> belangrijk dat ontwikkelde landen projec<strong>te</strong>n star<strong>te</strong>n in<br />
ontwikkelingslanden. Het is be<strong>te</strong>r <strong>om</strong> de projec<strong>te</strong>n daar daadwerkelijk uit <strong>te</strong> voeren dan alleen<br />
geld <strong>te</strong> sturen naar <strong>het</strong> land en <strong>het</strong> land zelf een project uit <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n voeren <strong>om</strong>dat veel<br />
ontwikkelingslanden corrupt zijn. Het geld k<strong>om</strong>t bij rechtstreeks inves<strong>te</strong>ren direct bij <strong>het</strong> goede<br />
project <strong>te</strong>recht. Vandaar dat ontwikkelde landen vaak mensen naar <strong>het</strong> ontwikkelingsland sturen,<br />
zodat <strong>het</strong> werk <strong>te</strong>r plekke gedaan kan worden en er zekerheid is dat er geen geld<br />
ach<strong>te</strong>rgehouden wordt door de (corrup<strong>te</strong>) overheid.<br />
De econ<strong>om</strong>ie van een land kan dus wel degelijk bijdragen aan <strong>het</strong> verminderen van de nadelige<br />
gevolgen van de klimaatverandering. Niet alleen door middel van inves<strong>te</strong>ren, onderzoek en<br />
innovaties in eigen land, maar ook door hulp <strong>te</strong> bieden aan <strong>het</strong> bui<strong>te</strong>nland. Zo<strong>als</strong> we hebben<br />
kunnen zien is Europa een s<strong>te</strong>rk econ<strong>om</strong>isch land en kan <strong>het</strong> dus ook hulp bieden aan<br />
ontwikkelingslanden. Volgens ons is <strong>het</strong> belangrijk dat dit nog meer zal gaan gebeuren. Zo<strong>als</strong> we<br />
eerder al hebben geschreven staan we veel s<strong>te</strong>rker <strong>als</strong> we met de hele wereld <strong>het</strong> probleem van<br />
klimaatverandering proberen op <strong>te</strong> lossen en niet slechts met een aantal landen.<br />
4.3 Op demografisch gebied<br />
Zo<strong>als</strong> we hebben gezien zijn vanuit politiek en econ<strong>om</strong>isch oogpunt oplossingen <strong>te</strong> bedenken die<br />
<strong>het</strong> probleem ‘klimaatverandering’ moe<strong>te</strong>n beperken. Kijken we ech<strong>te</strong>r vanuit een demografisch<br />
oogpunt dan is <strong>het</strong> belangrijk oplossingen <strong>te</strong> vinden waardoor de gevolgen van <strong>het</strong> probleem<br />
zoveel mogelijk worden beperkt. We lossen zo <strong>het</strong> probleem zelf zo dus niet op. We bekijken<br />
vanuit demografisch oogpunt naar de bevolking van probleemgebieden. We kijken <strong>hier</strong>bij naar de<br />
spreiding en <strong>het</strong> aantal bewoners in gebieden. De oplossingen die op demografisch niveau<br />
gemaakt kunnen worden hebben <strong>te</strong> maken met <strong>het</strong> verkleinen van <strong>het</strong> risico dat<br />
klimaatverandering met zich meebrengt. Wanneer er bijvoorbeeld veel mensen wonen in een<br />
gebied dat gevoelig is voor een natuurramp dan zullen tijdens zo’n natuurramp veel meer<br />
slachtoffers vallen dan wanneer mensen wegtrekken uit deze gebieden. Ook in toeristische<br />
gebieden zal daar veel meer rekening mee moe<strong>te</strong>n worden gehouden. Op demografisch gebied<br />
kunnen afspraken gemaakt worden over <strong>het</strong> bouwen bui<strong>te</strong>n risicogebieden en <strong>het</strong> verkleinen van<br />
de risico gebieden. Deze oplossingen zullen we gaan beschrijven.<br />
Eén van de oplossingen <strong>om</strong> de nadelige gevolgen van de klimaatverandering <strong>te</strong> beperken is <strong>het</strong><br />
46
ouwen bui<strong>te</strong>n de risicogebieden. Dit geldt voor woningbouw, kantoorbouw, maar ook voor de<br />
toeristische bouw, zo<strong>als</strong> ho<strong>te</strong>ls en appar<strong>te</strong>men<strong>te</strong>nc<strong>om</strong>plexen. Voor gebieden die op de breuk<br />
tussen twee <strong>te</strong>ktonische pla<strong>te</strong>n liggen, be<strong>te</strong>kent dit dus dat daar niet gebouwd moet worden,<br />
<strong>om</strong>dat de kans op aardbevingen <strong>hier</strong> relatief gro<strong>te</strong>r is dan op andere plekken. De landen in Europa<br />
hebben niet veel <strong>te</strong> maken met dit soort gevallen, maar er zijn een aantal uitzonderingen. Zo<br />
loopt er een breuk <strong>te</strong>n zuiden van de Pyreneeën. Spanje zal er dus voor moe<strong>te</strong>n zorgen dat <strong>hier</strong> in<br />
de toek<strong>om</strong>st geen of aardbevingsbes<strong>te</strong>ndige gebouwen k<strong>om</strong>en <strong>te</strong> staan. Voor <strong>het</strong> toerisme is <strong>het</strong><br />
dan ook veiliger naar dit soort gebieden <strong>te</strong> gaan. De breuk bij Spanje is overigens niet één van de<br />
gevaarlijks<strong>te</strong> breuken, <strong>om</strong>dat de twee bijbehorende pla<strong>te</strong>n allebei in dezelfde richting bewegen.<br />
Daarnaast grenzen er nog twee pla<strong>te</strong>n bij Italië. Op onderstaand kaartje is duidelijk <strong>te</strong> zien dat<br />
deze grenslijn ongeveer verticaal door heel Italië gaat. Nou loopt er op die grenslijn wel precies<br />
een geberg<strong>te</strong>, de Apennijnen waar we veel bergtoerisme vinden. Italië zal <strong>hier</strong>door rekening<br />
moe<strong>te</strong>n houden met eventuele gevaren van deze grenslijn.<br />
Figuur 26: Pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek in Europa<br />
Overige landen, die geen last hebben van de pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek, kunnen <strong>als</strong>nog wel risicogebieden<br />
hebben. Een ander voorbeeld is bijvoorbeeld een s<strong>te</strong>ile helling waar geen of weinig b<strong>om</strong>en staan.<br />
Dit kan erg gevaarlijk worden bij toename van zware regenval. Er zijn dan geen of <strong>te</strong> weinig<br />
bo<strong>om</strong>wor<strong>te</strong>ls die de grond vast kunnen houden, waardoor er modderstr<strong>om</strong>en kunnen ontstaan.<br />
Gebieden met gro<strong>te</strong> overstr<strong>om</strong>ingskansen of actieve vulkanen zijn ook voorbeelden van<br />
risicogebieden.<br />
Wanneer er ruim<strong>te</strong> of geld<strong>te</strong>kort is <strong>om</strong> alles bui<strong>te</strong>n de risicogebieden <strong>te</strong> bouwen is een oplossing<br />
<strong>om</strong> <strong>het</strong> risicogebied <strong>te</strong> verkleinen. Dit vindt indirect plaats via wetgeving. De wet bepaalt<br />
bijvoorbeeld hoe groot <strong>het</strong> risico in een bepaald gebied mag zijn en aan de hand van die richtlijn<br />
worden er maatregelen getroffen. Deze maatregelen kunnen <strong>als</strong>nog erg kostbaar zijn, daar<strong>om</strong><br />
verschilt de aanpak <strong>om</strong>trent risicogebieden ook per land. Een voorbeeld van <strong>het</strong> verkleinen van<br />
een risicogebied is <strong>het</strong> plan<strong>te</strong>n van volgroeide b<strong>om</strong>en op een hellingen. Hierdoor wordt een<br />
47
eventuele modderstro<strong>om</strong> voork<strong>om</strong>en. Er kan na <strong>het</strong> treffen van de maatregel dan begonnen<br />
worden aan de bouw van toeristische plekken.<br />
Nog een oplossing is <strong>het</strong> verkleinen van <strong>het</strong> risico zelf. De klimaatverandering wordt dan <strong>als</strong> <strong>het</strong><br />
ware <strong>te</strong>gengegaan. Het plaatsen van b<strong>om</strong>en op een helling valt <strong>hier</strong> eigenlijk ook onder. Maar<br />
waar we meer op doelen is <strong>het</strong> begrip hazard management. In Japan wordt <strong>hier</strong> al veel gebruik<br />
van gemaakt, maar wat kan Europa er mee?<br />
48
Hoofdstuk 5: Wat voor gevolgen heeft toerisme in Europa?<br />
5.1 Ruim<strong>te</strong> en infrastructuur<br />
In Europa k<strong>om</strong>t veel toerisme voor. Met name Europeanen reizen graag binnen Europa, <strong>om</strong>dat er<br />
zo'n diversi<strong>te</strong>it aan gro<strong>te</strong> s<strong>te</strong>den, landen, culturen en archi<strong>te</strong>ctuur is. Verder zijn er ook nog<br />
toeris<strong>te</strong>n die van verder k<strong>om</strong>en, bijvoorbeeld vanuit Amerika. Dit toerisme vergt veel van Europa.<br />
Niet alleen ruim<strong>te</strong>, maar ook overvolle wegen tijdens de vakanties, onnodig wa<strong>te</strong>rverbruik en<br />
milieuvervuiling.<br />
La<strong>te</strong>n we beginnen met de ruim<strong>te</strong> die <strong>het</strong> toerisme inneemt. Ten eers<strong>te</strong> moe<strong>te</strong>n er<br />
vakantieparken, ho<strong>te</strong>ls en campings zijn. Vervolgens moe<strong>te</strong>n deze overnachtingplaatsen ook<br />
goed bereikbaar zijn. Er zullen namelijk mensen met een caravan ach<strong>te</strong>r hun auto langsk<strong>om</strong>en.<br />
Dan moe<strong>te</strong>n de wegen wel goed geasfal<strong>te</strong>erd zijn. Voor bepaalde gebieden kan deze verandering<br />
van <strong>het</strong> grondgebruik erg ingrijpend zijn. Wordt er een All Inclusive ho<strong>te</strong>l gebouwd, dan zal daar<br />
aardig wat ruim<strong>te</strong> voor nodig zijn. Er wordt dan geen rekening gehouden met <strong>het</strong> verlies van de<br />
flora en fauna in dat gebied, <strong>om</strong>dat de opdrachtgever van de bouw alleen maar gebaat is bij<br />
winst.<br />
Doordat voorzieningen goed bereikbaar moe<strong>te</strong>n zijn, neemt de infrastructuur dus toe. Hiermee<br />
wordt bedoeld dat er meer wegen k<strong>om</strong>en en/of dat de wegen verbe<strong>te</strong>rd worden. Dit zal <strong>als</strong><br />
gevolg hebben dat er ook een aantal gro<strong>te</strong> parkeerplaatsen k<strong>om</strong>en.<br />
De infrastructuur kan op verschillende manieren worden verbe<strong>te</strong>rd. De eers<strong>te</strong> manier is <strong>het</strong><br />
(opnieuw) asfal<strong>te</strong>ren van wegen. Hierdoor rijdt men sneller over de wegen en zijn de wegen ook<br />
goed begaanbaar. De tweede manier is door <strong>het</strong> aanleggen van ingewikkelde infrastructurele<br />
netwerken. Denk bijvoorbeeld aan knooppunt Hoevelaken in Nederland. Nou is dat knooppunt<br />
nog niet eens zo heel erg ingewikkeld. In Texas, Amerika, is er een knooppunt genaamd <strong>het</strong> High<br />
Five-knooppunt, dat vele malen gro<strong>te</strong>r en ingewikkelder is. Als je onderstaande afbeeldingen<br />
vergelijkt is duidelijk <strong>te</strong> zien dat er bij <strong>het</strong> High Five-knooppunt veel meer wegen kruisen dan bij<br />
<strong>het</strong> knooppunt Hoevelaken.<br />
Figuur 27: Knooppunt Hoevelaken en <strong>het</strong> High Five-<br />
Knooppunt. Beide ingewikkelde infrastructurele netwerken<br />
49
Met de verbe<strong>te</strong>ringen van de infrastructuur is geen enkel land nog in staat geweest <strong>om</strong> <strong>het</strong><br />
fileprobleem volledig op <strong>te</strong> lossen. Want files zijn ook één van de gevolgen van <strong>het</strong> toerisme in<br />
Europa. Er zijn verbredingen van wegen uitgevoerd en in Duitsland mag je zelfs 130 km/u rijden.<br />
Deze maatregelen hielpen ui<strong>te</strong>raard wel iets <strong>te</strong>gen <strong>het</strong> fileprobleem, maar nog s<strong>te</strong>eds k<strong>om</strong>en er<br />
files voor. Van de Nederlandse partij GroenLinks liggen er daar<strong>om</strong> nu ideeën voor de<br />
kil<strong>om</strong>e<strong>te</strong>rheffing. Dit is een heffing op elke gereden kil<strong>om</strong>e<strong>te</strong>r. De aut<strong>om</strong>obilist betaalt dus een<br />
bedrag per gereden kil<strong>om</strong>e<strong>te</strong>r in plaats van de aut<strong>om</strong>obilis<strong>te</strong>nbelasting. Naast deze heffing wil<br />
GroenLinks nog veel meer belastingen <strong>om</strong>trent <strong>het</strong> autorijden verhogen. Zij beloven <strong>het</strong><br />
fileprobleem zo met ongeveer 60% <strong>te</strong>rug <strong>te</strong> dringen. De vraag is ech<strong>te</strong>r of de aut<strong>om</strong>obilist er wel<br />
zoveel geld voor over heeft <strong>om</strong> op een filevrije weg <strong>te</strong> rijden. Verder is <strong>het</strong> een probleem dat niet<br />
iedere politieke partij <strong>als</strong> eers<strong>te</strong> geld wil stoppen in dit soort zaken. Ook problemen <strong>als</strong> de<br />
woningmarkt en de zorg schreeuwen bijvoorbeeld <strong>om</strong> geld.<br />
Wordt dit beleid daadwerkelijk doorgevoerd, dan zullen veel mensen niet meer met de auto op<br />
vakantie gaan. Er zullen dan meer vliegreizen geboekt worden. Ook dit is niet bevorderlijk voor<br />
<strong>het</strong> milieu. Een vliegtuig gebruikt bijna 3 li<strong>te</strong>r meer aan brandstof per 100 kil<strong>om</strong>e<strong>te</strong>r per persoon<br />
dan een auto. Er vindt op deze manier dus veel meer uitstoot plaats.<br />
Figuur 28: Brandstofgebruik per 100<br />
km per persoon weergegeven met<br />
verschillende voertuigen<br />
Eerder zagen we al wat de gevolgen van <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect waren. Deze extra uitstoot<br />
helpt natuurlijk ook mee aan <strong>het</strong> vers<strong>te</strong>rkt broeikaseffect. Files zijn dus niet erg bevorderlijk voor<br />
<strong>het</strong> klimaat. Maar ook <strong>het</strong> aanleggen van zoveel asfalt en wegen is niet echt goed. De ruim<strong>te</strong> die<br />
wordt ingen<strong>om</strong>en verstoot <strong>te</strong>n eers<strong>te</strong> delen van de flora en fauna. S<strong>om</strong>mige plan<strong>te</strong>n en dieren<br />
moe<strong>te</strong>n wel blijven in dit gebied. Een voorbeeld is dat wanneer b<strong>om</strong>en op helling worden gekapt,<br />
voor bijvoorbeeld een viaduct, de kans dat bij een heftige regenbui de grond wordt wegspoelt<br />
wordt vergroot. Daarnaast heeft asfalt ook nog eens een laag albedo, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> donker van kleur<br />
is. Hierdoor worden de zonnestralen niet voor <strong>het</strong> groots<strong>te</strong> deel <strong>te</strong>ruggekaatst, maar voor <strong>het</strong><br />
groots<strong>te</strong> deel <strong>om</strong>gezet in warm<strong>te</strong>stralen. Dit help weer bij de opwarming van de aarde.<br />
5.2 Wa<strong>te</strong>rverbruik<br />
Naast deze problemen brengt <strong>het</strong> toerisme ook veel onnodig wa<strong>te</strong>rverbruik met zich mee. In de<br />
welvarende landen wordt sowieso al veel wa<strong>te</strong>r verspilt aan douchen, kleine wasjes tussendoor<br />
en <strong>het</strong> <strong>te</strong> vaak aanzet<strong>te</strong>n van een halflege vaatwasser. Binnen een huishouden moet men betalen<br />
voor de hoeveelheid elektrici<strong>te</strong>it, gas en wa<strong>te</strong>r die wordt gebruikt, maar op vakantie betaal je <strong>hier</strong><br />
meestal een vast bedrag voor en kan je onbeperkt gebruik maken van de wa<strong>te</strong>rvoorziening. Het<br />
k<strong>om</strong>t dan ook vaak voor dat men twee keer per dag onder de douche stapt op vakantie, dit geldt<br />
natuurlijk helemaal in een warm land.<br />
Daarnaast wordt er ook nog wa<strong>te</strong>r gebruikt voor de zwembaden. S<strong>om</strong>s zijn de bui<strong>te</strong>nbaden ook<br />
nog eens verwarmd. De hele dag moet <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r dan op <strong>te</strong>mperatuur gehouden worden, dit kost<br />
aardig wat energie. Het betreft dus niet alleen <strong>het</strong> overmatige wa<strong>te</strong>rgebruik, maar ook <strong>het</strong><br />
overmatige energieverbruik.<br />
Het wa<strong>te</strong>r wordt niet alleen gebruikt voor menselijke behoef<strong>te</strong>s, maar ook <strong>om</strong> afval in <strong>te</strong> dumpen.<br />
Hierdoor raakt <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r zo vervuild dat <strong>het</strong> <strong>te</strong> kostbaar is <strong>om</strong> <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r nog <strong>te</strong> zuiveren voor<br />
50
drinkwa<strong>te</strong>r of waswa<strong>te</strong>r. Gelukkig is de vervuiling van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r sinds 1970 al een heel stuk<br />
afgen<strong>om</strong>en. Dit k<strong>om</strong>t door allerlei wetgeving. In Nederland is de vervuiling ook s<strong>te</strong>rk afgen<strong>om</strong>en.<br />
Er zijn ook een heleboel wa<strong>te</strong>rzuiveringsinstallaties bijgek<strong>om</strong>en. Volgend figuur laat duidelijk zien<br />
waar <strong>het</strong> vervuilde wa<strong>te</strong>r zich in 1970 bevond en hoe dat in de tijd tot 2000 is veranderd.<br />
Figuur 29 Wa<strong>te</strong>rvervuiling in Nederland in 1970 en 2000<br />
Maar wat zijn nou echt de gevolgen van dit overmatige wa<strong>te</strong>rverbruik en die vervuiling?<br />
Om dit <strong>te</strong> ach<strong>te</strong>rhalen moet je allereerst beseffen dat wa<strong>te</strong>r schaars is. Ongeveer 70% van de<br />
aarde bestaat uit wa<strong>te</strong>r. 97% <strong>hier</strong>van bestaat weer uit zout wa<strong>te</strong>r, <strong>te</strong> vinden in de zeeën. De rest<br />
van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r is zoet. Dit zoe<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r is weer voor 69% opgeslagen in de ijskappen en 30% in de<br />
bodem. Ui<strong>te</strong>indelijk blijft er dus een heel klein percentage van de totale hoeveelheid wa<strong>te</strong>r op<br />
aarde over wat bruikbaar is voor de mens. Dit percentage ligt ongeveer rond de 0,26% van al <strong>het</strong><br />
zoetwa<strong>te</strong>r.<br />
Doordat <strong>het</strong> aantal toeris<strong>te</strong>n toeneemt, neemt <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rverbruik ook toe. Een aantal zaken<br />
springen er uit <strong>als</strong> <strong>het</strong> gaat <strong>om</strong> wa<strong>te</strong>rverbruik. Golfbanen, spa's, zwembaden, de besproeiing van<br />
tuinen en <strong>het</strong> wassen van lakens en handdoeken kos<strong>te</strong>n <strong>het</strong> mees<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r op de<br />
vakantievoorzieningen.<br />
Maar wat zijn <strong>hier</strong> nu de gevolgen van? Er is meer wa<strong>te</strong>r nodig en daar<strong>om</strong> wordt er s<strong>te</strong>eds meer<br />
wa<strong>te</strong>r uit de grond gehaald. Dit wordt aangeduid met de <strong>te</strong>rm: overexploitatie van <strong>het</strong><br />
grondwa<strong>te</strong>r. Hierdoor daalt <strong>het</strong> grondwa<strong>te</strong>rniveau waardoor <strong>het</strong> ecosys<strong>te</strong>em in dit gebied<br />
aangetast wordt. Bepaald bodemleven zal <strong>hier</strong> bijvoorbeeld niet meer kunnen leven. Deze<br />
overexploitatie vindt plaats in gebieden met moerassen, bossen en rivieren. Deze drie hebben<br />
<strong>hier</strong> allemaal onder <strong>te</strong> lijden.<br />
Daarnaast vindt <strong>het</strong> ook plaats langs de kust. Hier is <strong>het</strong> nadeel ech<strong>te</strong>r nog gro<strong>te</strong>r, want <strong>als</strong> <strong>hier</strong><br />
<strong>het</strong> grondwa<strong>te</strong>rniveau daalt, kan er zout wa<strong>te</strong>r de grond binnen dringen. Het zou<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r is<br />
zwaarder, waardoor <strong>het</strong> naar de bodem zakt. Het zoe<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r blijft <strong>hier</strong> dan bovenop liggen. Het<br />
51
is nagenoeg onmogelijk <strong>om</strong> dit proces <strong>te</strong>rug <strong>te</strong> draaien en <strong>het</strong> zou<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r weer uit de bodem <strong>te</strong><br />
krijgen.<br />
Figuur 30: Overexploitatie van grondwa<strong>te</strong>r in Europa, 2005<br />
Op bovenstaand kaartje is duidelijk <strong>te</strong> zien dat er vooral overexploitatie van <strong>het</strong> grondwa<strong>te</strong>r <strong>te</strong><br />
vinden is in de toeristische landen, zo<strong>als</strong> Portugal, Spanje en Italië.<br />
Wat ook al even kort besproken is, is de vervuiling van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r die toerisme met zich mee<br />
brengt. Het zoe<strong>te</strong> wa<strong>te</strong>r dat ho<strong>te</strong>ls gebruikt hebben, wordt voor een deel <strong>als</strong> afvalwa<strong>te</strong>r<br />
afgevoerd. Dit deel kan oplopen tot 95% van <strong>het</strong> zoetwa<strong>te</strong>r van ho<strong>te</strong>ls. Doordat er in <strong>het</strong><br />
bui<strong>te</strong>nland vaak slech<strong>te</strong> riolering is, k<strong>om</strong>t dit wa<strong>te</strong>r via rivieren in zee <strong>te</strong>recht. Als de rivieren<br />
vervuild zijn, is <strong>het</strong> bodemwa<strong>te</strong>r rond de rivier ook vervuild, doordat een deel van <strong>het</strong> rivierwa<strong>te</strong>r<br />
de oeverbodem in trekt. Deze vervuiling kan een groot deel van <strong>het</strong> landschap verpes<strong>te</strong>n,<br />
waardoor <strong>het</strong> voor toeris<strong>te</strong>n weer minder aantrekkelijk wordt. Maar ook flora en fauna zal dit niet<br />
aantrekkelijk vinden. Flora en fauna trekken weg uit deze gebieden waar de grond vervuild is. Wat<br />
<strong>hier</strong> de gevolgen van zijn is al meerdere malen besproken.<br />
Het Europese land dat <strong>als</strong> eers<strong>te</strong> <strong>te</strong> maken had met wa<strong>te</strong>rproblemen was Spanje. In 1978 waren er<br />
daar al problemen met de wa<strong>te</strong>rtoevoer. In 2008 werd <strong>het</strong> zelfs zo erg dat in Barcelona werd<br />
verboden <strong>om</strong> een zwembad met kraanwa<strong>te</strong>r <strong>te</strong> vullen of <strong>om</strong> de auto <strong>te</strong> wassen. Er was een<br />
enorm <strong>te</strong> kort aan wa<strong>te</strong>r door de droog<strong>te</strong>. Het idee was <strong>om</strong> wa<strong>te</strong>r aan <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n voeren met<br />
schepen. Dit is ui<strong>te</strong>indelijk niet nodig geweest doordat <strong>het</strong> een maand la<strong>te</strong>r goed ging regenen.<br />
5.3 Milieuvervuiling<br />
Toerisme brengt ook veel milieuvervuiling met zich mee. De meest voor de handliggende<br />
milieuvervuiling is natuurlijk <strong>het</strong> op straat gooien van verpakkingen. Voor deze vorm van<br />
milieuvervuiling is al een oplossing. Op een toeristisch strand staan namelijk genoeg<br />
prullenbakken en lopen er genoeg schoonmakers rond die de stranden mooi schoon houden en<br />
er <strong>als</strong>nog voor zorgen dat <strong>het</strong> afval in de afvalbakken <strong>te</strong>recht k<strong>om</strong>t. Was dit ech<strong>te</strong>r niet <strong>het</strong> geval,<br />
dan zou <strong>het</strong> afval nog jaren rondzwerven op de straat. Het duurt een aantal jaar voordat zo'n<br />
verpakking volledig ver<strong>te</strong>erd is. Daarnaast brengt afval schadelijke stoffen met zich mee die niet<br />
goed zijn voor de bodem.<br />
Eén van de andere vormen van milieuvervuiling veroorzaakt door toerisme is al eerder aan bod<br />
gek<strong>om</strong>en. Namelijk de uitstoot van broeikasgassen door auto's en vliegtuigen. De gevolgen<br />
<strong>hier</strong>van zijn wereldwijd merkbaar. Door uitstoot van broeikasgassen k<strong>om</strong>en er s<strong>te</strong>eds meer<br />
52
deeltjes in de atmosfeer. Deze deeltjes houden de zonnewarm<strong>te</strong> vast, waardoor de aarde<br />
geleidelijk aan s<strong>te</strong>eds verder opwarmt.<br />
Nog een vorm van milieuvervuiling heeft <strong>te</strong> maken met al de extra productie die <strong>het</strong> toerisme met<br />
zich mee brengt. Er wordt meer geconsumeerd op vakantie, dus zal er ook meer geproduceerd<br />
moe<strong>te</strong>n worden. Productieprocessen brengen nu eenmaal vervuiling met zich mee.<br />
Toerisme heeft dus veel invloed op een land. Het gebruik van de grond verandert, <strong>om</strong>dat er<br />
gebouwen zo<strong>als</strong> ho<strong>te</strong>ls moe<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en. Ook k<strong>om</strong>en er meer recreatieplekken. De mensen die <strong>hier</strong><br />
k<strong>om</strong>en vervuilen de natuur. Het reizen naar de vakantiebes<strong>te</strong>mming brengt ook veel schade met<br />
zich mee. Auto's en vliegtuigen, de twee meest gebruik<strong>te</strong> vervoersmiddelen <strong>om</strong> mee op vakantie<br />
<strong>te</strong> gaan, sto<strong>te</strong>n veel broeikasgassen uit. Verder wordt er ook veel meer wa<strong>te</strong>r en energie<br />
verbruikt, want toeris<strong>te</strong>n zijn toch hun luxe van thuis gewend en verwach<strong>te</strong>n dit ook op vakantie.<br />
De vervuiling van <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>r is gelukkig al een veel kleiner probleem dan vroeger (in Nederland<br />
dan), maar <strong>het</strong> k<strong>om</strong>t nog s<strong>te</strong>eds wel voor. Het land en <strong>het</strong> landschap moet zich dus aardig s<strong>te</strong>rk<br />
houden <strong>om</strong> al deze toeris<strong>te</strong>n op <strong>te</strong> vangen. Vaak ziet de overheid er alleen maar <strong>het</strong> positieve van<br />
in, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> toerisme toch een ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>nbron blijft. Er zal gekeken moe<strong>te</strong>n worden naar de<br />
kos<strong>te</strong>n die <strong>het</strong> toerisme met zich meebrengt en <strong>het</strong> bedrag dat <strong>het</strong> toerisme weer opbrengt.<br />
Landen passen best veel zaken aan <strong>om</strong> <strong>het</strong> de toeris<strong>te</strong>n naar de zin <strong>te</strong> maken. Dit gebeurt vooral<br />
in landen waar <strong>het</strong> toerisme één van de groots<strong>te</strong> ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>nbronnen is. Overheden moe<strong>te</strong>n zich<br />
afvragen in hoeverre <strong>het</strong> effectief is <strong>om</strong> geld uit <strong>te</strong> geven aan <strong>het</strong> trekken van toeris<strong>te</strong>n en vanaf<br />
welke grens <strong>het</strong> toerisme <strong>te</strong> veel nadelen met zich meebrengt voor <strong>het</strong> land zelf.<br />
In <strong>het</strong> volgende hoofdstuk wordt onder andere voor al deze nadelige gevolgen die toerisme met<br />
zich meebrengt een aantal oplossingen gegeven. En verder wordt ingegaan op <strong>het</strong> reduceren van<br />
de CO2-uitstoot en <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rverbruik, <strong>het</strong> toepassen van wetgeving <strong>om</strong> toerisme milieuvriendelijk<br />
<strong>te</strong> maken, en duurzaam toerisme. Stuk voor stuk oplossingen die kunnen helpen <strong>om</strong> de invloed<br />
van toerisme op <strong>het</strong> klimaat <strong>te</strong> verminderen.<br />
53
Hoofdstuk 6: Hoe kunnen de negatieve gevolgen van toerisme worden beperkt?<br />
Nu we hebben gezien wat voor negatieve gevolgen <strong>het</strong> toerisme heeft in de Europese landen en<br />
op <strong>het</strong> klimaat moe<strong>te</strong>n we gaan kijken naar oplossingen. Hoe kunnen we deze negatieve<br />
gevolgen van <strong>het</strong> toerisme op <strong>het</strong> klimaat zoveel mogelijk beperken? We kunnen de uitstoot van<br />
broeikasgassen verminderen en we kunnen <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rgebruik verbe<strong>te</strong>ren. Ech<strong>te</strong>r volgens ons is<br />
de bes<strong>te</strong> oplossing <strong>om</strong> in heel Europa aan duurzaam toerisme <strong>te</strong> gaan doen. Op die manier<br />
belas<strong>te</strong>n we <strong>het</strong> klimaat en <strong>het</strong> milieu <strong>het</strong> minst. Het toerisme kan ook een s<strong>te</strong>entje bijdragen aan<br />
<strong>het</strong> verminderen van de Co2 uitstoot en daarmee kan klimaatverandering worden beperkt. Deze<br />
drie oplossingen gaan we nu uitwerken.<br />
6.1 Uitstoot verminderen<br />
Onder uitstoot verminderen verstaan we niet alleen de uitstoot van voertuigen, zo<strong>als</strong> vliegtuigen<br />
en auto's, maar ook de uitstoot van huishoudens en fabrieken. Voor <strong>het</strong> toerisme zijn de uitstoot<br />
van huishoudens en fabrieken minder relevant dan de uitstoot van de voertuigen. Dé manier <strong>om</strong><br />
naar de vakantiebes<strong>te</strong>mming <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en is namelijk per vliegtuig of auto. Men zou kunnen zeggen<br />
dat de uitstoot van fabrieken ook wel onder de toeristische uitstoot <strong>te</strong> plaatsen valt, <strong>om</strong>dat<br />
fabrieken nu eenmaal goederen maken die nodig zijn op vakantie. Denk <strong>hier</strong>bij bijvoorbeeld aan<br />
koelboxen of minikoelkastjes voor op de camping.<br />
Koelboxen en koelkas<strong>te</strong>n kunnen cfk's bevat<strong>te</strong>n. Dit zijn chloorfluorkoolwa<strong>te</strong>rstoffen die men<br />
vroeger gebruik<strong>te</strong> <strong>als</strong> koelvloeistof in de koelkast of koelbox. Zo<strong>als</strong> we eerder al hebben ver<strong>te</strong>ld is<br />
<strong>het</strong> <strong>te</strong>genwoordig bij de wet verboden <strong>om</strong> cfk’s in appara<strong>te</strong>n <strong>te</strong> gebruiken, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> één van de<br />
meest aantas<strong>te</strong>nde broeikasgassen is. In 1995 kwam er al een productieverbod op cfk's in Europa.<br />
Dit verbod werd in 2001 aangescherpt door ook de export van cfk-bevat<strong>te</strong>nde produc<strong>te</strong>n <strong>te</strong><br />
verbieden. In Nederland was dit verbod er overigens al vanaf 1999. Het is ook mogelijk <strong>om</strong><br />
koelkas<strong>te</strong>n <strong>te</strong> recyclen. De cfk's worden dan uit <strong>het</strong> isolatiema<strong>te</strong>riaal van de koelkast gezogen.<br />
Het isolatiema<strong>te</strong>riaal kan <strong>hier</strong>na gewoon opnieuw worden gebruikt. De cfk's worden vervolgens<br />
door menselijk toedoen afgebroken, zodat ze geen schade meer kunnen aanrich<strong>te</strong>n. Het<br />
verbieden van cfk's is dus een duidelijk voorbeeld dat overheden door middel van wetgeving de<br />
ma<strong>te</strong> van aantasting van <strong>het</strong> milieu deels kunnen beïnvloeden. Deze wetgeving geldt alleen in<br />
Europa. Wereldwijd zijn er ook wel een aantal afspraken gemaakt, maar deze zijn niet zo radicaal<br />
<strong>als</strong> in Europa. Om de uitstoot van cfk's dus nog meer <strong>te</strong> verminderen, zullen er wereldwijd be<strong>te</strong>re<br />
afspraken moe<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en en <strong>het</strong> individu moet bereid zijn <strong>om</strong> de koelkast <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n recyclen.<br />
Het enige nadeel is dat er nog s<strong>te</strong>eds oude koelkas<strong>te</strong>n in <strong>om</strong>loop zijn waar nog wel cfk's in zit<strong>te</strong>n.<br />
Daarnaast zit<strong>te</strong>n er nog s<strong>te</strong>eds cfk's van voor <strong>het</strong> verbod in de atmosfeer. Het zal lang duren tot<br />
ook deze volledig weg zijn. Om deze reden tas<strong>te</strong>n cfk's hoog in de atmosfeer nog s<strong>te</strong>eds de<br />
ozonlaag aan. Hier kan de mens niks meer aan doen. Op onderstaande figuur is <strong>het</strong> cfk-verbruik<br />
over heel de wereld gezien. Over <strong>het</strong> algemeen kan worden gezegd dat <strong>het</strong> cfk-gebruik in armere<br />
landen hoger ligt dan in rijkere landen. Dit is ook logisch <strong>te</strong> beredeneren aangezien zij niet genoeg<br />
geld hebben <strong>om</strong> de geschik<strong>te</strong> apparatuur de kunnen betalen. In rijkere landen zijn er zo<strong>als</strong> ook in<br />
Europa, wet<strong>te</strong>n aan cfk’s vastgelegd.<br />
Figuur 31: Het cfkverbruik<br />
over de<br />
hele wereld<br />
54
Om de uitstoot van auto- en vliegverkeer <strong>te</strong> reduceren wordt een stuk lastiger. Bijna iedereen die<br />
in een welvarend land woont, bezit namelijk een auto. Er zijn al allerlei voordelen aan <strong>het</strong> reizen<br />
met <strong>het</strong> openbaar vervoer, maar toch maken maar weinig mensen <strong>hier</strong> een dagelijks gebruik van,<br />
mede <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> duur is en de dienstregeling is niet altijd even betrouwbaar. Openbaar vervoer<br />
wordt wanneer mensen op vakantie gaan dan ook relatief weinig gebruikt.<br />
De wetgeving kan wel weer voor oplossingen zorgen. Zo heeft in Europa elk lidstaat een<br />
bepaalde hoeveelheid broeikasgassen die maximaal uitgesto<strong>te</strong>n mag worden. Voor s<strong>om</strong>mige<br />
landen be<strong>te</strong>kende dit dat er autoloze dagen kwamen of dat de ene dag alleen even<br />
nummerborden en de andere dag alleen oneven nummerborden moch<strong>te</strong>n rijden. Dit is natuurlijk<br />
niet ideaal, <strong>om</strong>dat in deze moderne tijden iedereen mobiel wil zijn. Om <strong>het</strong> probleem van de<br />
maximumuitstoot op <strong>te</strong> lossen doen veel landen dan ook aan emissiehandel. Dit houdt in de<br />
landen die niet aan hun maximumuitstoot k<strong>om</strong>en de overige uitstoot kunnen verkopen aan<br />
landen die over hun maximum uitstoot heen gaan.<br />
Er zijn ontwikkelingen gaande <strong>om</strong> schonere auto’s <strong>te</strong> maken. Bijvoorbeeld auto’s die op<br />
elektrici<strong>te</strong>it of wa<strong>te</strong>rstof rijden. Toch zijn deze ontwikkelingen nog lang niet ver genoeg <strong>om</strong> dit<br />
soort auto’s voor iedereen beschikbaar <strong>te</strong> maken. Voor veel mensen zijn dit soort auto’s veel <strong>te</strong><br />
duur. Ook zijn veel landen nog niet op dit soort nieuwe <strong>te</strong>chnieken inges<strong>te</strong>ld. Zo zullen er<br />
oplaadpun<strong>te</strong>n nodig zijn voor elektrische auto’s. Op dit m<strong>om</strong>ent zijn er nog maar weinig van dit<br />
soort oplaadpun<strong>te</strong>n. Er moet daar<strong>om</strong> eerst nog meer in dit soort nieuwe ontwikkelingen<br />
geïnves<strong>te</strong>erd worden voordat <strong>het</strong> echt voor veranderingen kan gaan zorgen.<br />
Verder zijn er ook nog auto's die op zonne-energie rijden. Deze zijn niet in gebruik door de<br />
normale mens, maar ze zijn er al wel. Zo is er bijvoorbeeld een keer een raceauto op zonneenergie<br />
gaan rijden. Of dit ook in elk land zinvol is, is nog maar de vraag. Niet in elk land is <strong>het</strong><br />
altijd even zonnig en <strong>als</strong> je op <strong>het</strong> punt staat <strong>om</strong> op vakantie <strong>te</strong> gaan wil je toch wel dat je auto<br />
genoeg energie heeft <strong>om</strong> een eindje mee vooruit <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en.<br />
Voor vliegtuigen is de bekends<strong>te</strong> uitstoot beperkende maatregel <strong>het</strong> duurzaam of klimaatneutraal<br />
vliegen. Het vliegtuig vliegt dan schoner en stoot dus minder uit maar <strong>het</strong> is ook mogelijk dat er<br />
bijvoorbeeld nieuwe bossen worden aangelegd voor een bepaalde hoeveelheid uitstoot. Het<br />
nadeel <strong>hier</strong>van is wel dat je meer betaalt voor je vliegticket. De prijs is niet heel erg veel duurder,<br />
maar niet iedereen zal bereid zijn <strong>om</strong> extra <strong>te</strong> betalen. Voor iedere ton CO2-uitstoot moet men<br />
ongeveer €8,50 aan c<strong>om</strong>pensatiekos<strong>te</strong>n betalen. Dit bedrag is <strong>het</strong> bedrag dat de KLM vraagt. Bij<br />
andere vliegtuigmaatschappijen kunnen de prijzen iets verschillen. Om duidelijk <strong>te</strong> maken hoeveel<br />
duurder een vliegreis dan ongeveer wordt, <strong>hier</strong>onder een aantal voorbeeldvluch<strong>te</strong>n:<br />
Retour Ams<strong>te</strong>rdam – Londen: 86 kg CO2, prijs <strong>te</strong>r c<strong>om</strong>pensatie € 0,73<br />
Retour Ams<strong>te</strong>rdam – New York: 1.046 kg CO2, prijs <strong>te</strong>r c<strong>om</strong>pensatie € 8,89<br />
Retour Ams<strong>te</strong>rdam – Beijing: 1.560 kg CO2, prijs <strong>te</strong>r c<strong>om</strong>pensatie € 13,26<br />
Retour Ams<strong>te</strong>rdam – Lima: 1.650 kg CO2, prijs <strong>te</strong>r c<strong>om</strong>pensatie € 14,03<br />
De kos<strong>te</strong>n vallen dus best mee. Het probleem is dat duurzame vliegen nog niet erg bekend is<br />
onder <strong>het</strong> publiek. Een optie zou dus kunnen zijn <strong>om</strong> meer reclame voor dit soort vluch<strong>te</strong>n <strong>te</strong><br />
maken of door alle vluch<strong>te</strong>n duurzaam <strong>te</strong> maken en de prijs <strong>hier</strong>mee ook gelijk een stukje <strong>te</strong> la<strong>te</strong>n<br />
stijgen. Ook kan er aan worden gedacht met nieuwe <strong>te</strong>chnologie <strong>om</strong> vliegen schoner <strong>te</strong> maken.<br />
De tweede optie is ech<strong>te</strong>r wel duur. Alle vliegtuigen zullen dan vervangen moe<strong>te</strong>n worden of in<br />
55
ieder geval de motor moet vervangen worden. Niet alle vliegtuigmaatschappijen zullen <strong>het</strong> <strong>hier</strong><br />
mee eens zijn, <strong>om</strong>dat ze er kortweg geen geld voor hebben.<br />
De bes<strong>te</strong> manieren <strong>om</strong> de uitstoot <strong>te</strong> verminderen zijn dus <strong>het</strong> maken van wet<strong>te</strong>n die een<br />
maximum uitstootgehal<strong>te</strong> aangeven, <strong>het</strong> duurzaam rijden met de auto (elektrische auto's,<br />
wa<strong>te</strong>rstofauto's, auto's die op zonne-energie rijden, maar ook <strong>het</strong> nog niet eerder genoemde<br />
carpoolen of <strong>het</strong> reizen met <strong>het</strong> openbaar vervoer) en <strong>het</strong> duurzamer vliegen. Het zal ech<strong>te</strong>r nog<br />
een tijd duren voor deze opties dusdanig bekend zijn onder <strong>het</strong> publiek dat zij ook daadwerkelijk<br />
toegepast worden. Daar<strong>om</strong> moet er onder andere meer reclame gemaakt worden of er moe<strong>te</strong>n<br />
aantrekkelijke prijzen of aanbiedingen op de markt gebracht worden.<br />
Door C02 uitstoot ook in de toeristische sector <strong>te</strong> verminderen kan ook de toeristische sector een<br />
bijdrage gelever aan <strong>het</strong> voork<strong>om</strong>en of beperken van verdere klimaatverandering.<br />
6.2 Het wa<strong>te</strong>rgebruik verbe<strong>te</strong>ren<br />
Zo<strong>als</strong> we in hoofdstuk 5 al besproken hebben, is er maar relatief weinig bruikbaar wa<strong>te</strong>r. Nu<br />
wordt veel van dit wa<strong>te</strong>r in de toeris<strong>te</strong>nsector ook nog eens verspild. Hier moet natuurlijk<br />
verandering in k<strong>om</strong>en. Op klein nationaal schaalniveau kunnen landen bijvoorbeeld zorgen voor<br />
wa<strong>te</strong>rbesparende onderdelen in douches en toilet<strong>te</strong>n. Dit is relatief goedkoop <strong>om</strong>dat er geen<br />
structurele veranderingen hoeven plaats <strong>te</strong> vinden. Oude douches en kranen kunnen worden<br />
vervangen door douches en kranen met wa<strong>te</strong>rbesparende onderdelen. Bij gebruik van<br />
wa<strong>te</strong>rbesparende onderdelen kan <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rgebruik met 30% dalen 23 .<br />
Er wordt ook al s<strong>te</strong>eds meer gebruik gemaakt van ecolabels en certificeringen. Acc<strong>om</strong>modaties<br />
moe<strong>te</strong>n dan aan verschillende eisen voldoen <strong>om</strong> zo’n label <strong>te</strong> verdienen. Toch zijn dit soort labels<br />
niet altijd even betrouwbaar juist <strong>om</strong>dat er zo veel zijn. Iedereen maakt weer gebruik van een<br />
ander label of certificering. Daar<strong>om</strong> is <strong>het</strong> voor consumen<strong>te</strong>n en touroperators lastig <strong>om</strong> <strong>te</strong> zien<br />
of een land of organisatie nou wel of niet goed <strong>om</strong>gaat met bijvoorbeeld wa<strong>te</strong>rgebruik. Om deze<br />
reden is Travelife opgericht. Dit is een samenwerking tussen reisorganisaties, leveranciers en<br />
bes<strong>te</strong>mmingen <strong>om</strong> duurzamer <strong>te</strong> worden. Het is de bedoeling dat alle bedrijven binnen een<br />
bepaalde sector, bijvoorbeeld de toeris<strong>te</strong>nsector, aan dezelfde eisen moe<strong>te</strong>n voldoen. Travelife<br />
werkt met drie verschillende logo’s namelijk goud, zilver en brons. Volgens ons is <strong>het</strong> slim <strong>om</strong> één<br />
label of certificering <strong>te</strong> kiezen die voor heel Europa geldt zodat er be<strong>te</strong>r vergeleken kan worden<br />
met verschillende acc<strong>om</strong>modaties en ook be<strong>te</strong>r <strong>te</strong> zien is waar nog winst in <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rverbruik <strong>te</strong><br />
halen valt.<br />
Op de bovens<strong>te</strong> twee manieren wordt <strong>het</strong>zelfde wa<strong>te</strong>r be<strong>te</strong>r gebruikt. Maar nog een andere<br />
manier <strong>om</strong> <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rprobleem op <strong>te</strong> lossen, is <strong>het</strong> verminderen van de vraag naar wa<strong>te</strong>r. Dit lijkt<br />
ingewikkeld maar dat valt mee. Het gaat <strong>hier</strong>bij vooral <strong>om</strong> <strong>het</strong> recyclen van wa<strong>te</strong>r, men moet <strong>het</strong><br />
wa<strong>te</strong>r hergebruiken. Een voorbeeld wat op vrij kleine schaal kan gebeuren is <strong>het</strong> gebruiken van<br />
regenwa<strong>te</strong>r en wa<strong>te</strong>r wat gebruikt is voor douches, wastafels en in de keuken, voor nietdrinkbare<br />
doeleinden zo<strong>als</strong> <strong>het</strong> besproeien van tuinen. Recycling van wa<strong>te</strong>r wordt al s<strong>te</strong>eds meer<br />
gebruikt in verschillende sectoren. Het heeft niet alleen voordelen voor <strong>het</strong> milieu maar verlaagd<br />
ook de kos<strong>te</strong>n van wa<strong>te</strong>r. Het gebruik van afvalwa<strong>te</strong>r begint ook in Europa s<strong>te</strong>eds meer <strong>te</strong> groeien<br />
en wordt met name al gebruikt voor de irrigatie en <strong>het</strong> besproeien van golfbanen.<br />
6.3 Duurzaam toerisme<br />
Als wij <strong>als</strong> toeris<strong>te</strong>n niet meer rekening gaan houden met <strong>het</strong> milieu, econ<strong>om</strong>ie en cultuur op de<br />
mees<strong>te</strong> vakantiebes<strong>te</strong>mmingen dan kan <strong>het</strong> maar zo zijn dat wij er over een jaar of 20 helemaal<br />
niet meer naartoe kunnen. Dan zijn de prachtige natuurgebieden verdwenen en bestaan de<br />
23 http://www.wur.nl/NR/rdonlyres/A1BBA52A-E671-4ABA-9EDF-<br />
F237BC86B11B/104051/Wa<strong>te</strong>rverbruikenToerisme09.<strong>pdf</strong><br />
56
in<strong>te</strong>ressan<strong>te</strong> bezienswaardigheden ook niet meer. Om dit <strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en hoor en lees je<br />
<strong>te</strong>genwoordig s<strong>te</strong>eds meer over duurzaam toerisme. We bekijken nu wat dat is en of <strong>het</strong> een<br />
bijdrage kan leveren aan <strong>het</strong> in goede banen leiden van ongetwijfeld toenemende<br />
toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en in Europa. Er bestaan diverse definities over duurzaam toerisme. Samengevat<br />
k<strong>om</strong>t <strong>het</strong> erop neer dat <strong>het</strong> gaat <strong>om</strong> een goede balans tussen <strong>het</strong> toerisme, de natuur en <strong>het</strong><br />
milieu en de lokale bevolking. Dat alles met <strong>het</strong> oog op de toek<strong>om</strong>st. De natuur en <strong>het</strong> milieu<br />
moe<strong>te</strong>n voor volgende generaties in stand blijven. S<strong>om</strong>mige definities nemen ook mensenrech<strong>te</strong>n<br />
mee in de definitie van duurzaam toerisme. Door zorgvuldig met de natuur en <strong>het</strong> milieu <strong>om</strong> <strong>te</strong><br />
gaan dan ook een bijdrage worden geleverd aan <strong>het</strong> voork<strong>om</strong>en van verdere klimaatverandering<br />
en van natuurrampen.<br />
Duurzaam toerisme is iets anders dan ecotoerisme. Er is ech<strong>te</strong>r ook voor ecotoerisme geen<br />
definitie die iedereen han<strong>te</strong>ert. In <strong>het</strong> algemeen moet je bij ecotoerisme denken aan reizen die<br />
zich specifiek rich<strong>te</strong>n op de natuur. Bijvoorbeeld een kleine groep mensen die onder begeleiding<br />
van een lokale gids de flora en fauna van <strong>het</strong> natuurgebied ontdekt. Een z<strong>om</strong>erse strandvakantie<br />
valt dus niet onder <strong>het</strong> begrip ecotoerisme. Maar zo’n vakantie kan best heel duurzaam zijn, <strong>als</strong> de<br />
lokale bevolking er econ<strong>om</strong>isch op vooruit gaat en bovendien de natuur en <strong>het</strong> milieu daar niet<br />
onder leiden. Bedenk dat een gro<strong>te</strong> badplaats vaak veel meer aan toeris<strong>te</strong>n aan kan dan een veel<br />
kwetsbaarder gebied. In een gro<strong>te</strong> badplaats zijn vaak vele voorzieningen voor toeris<strong>te</strong>n<br />
aanwezig. Dat kan in gebieden die heel kwetsbaar zijn voor de natuur en <strong>het</strong> milieu heel anders<br />
liggen.<br />
Het ontbreken van algemeen geaccep<strong>te</strong>erde definities kent wel een risico. Touroperators prijzen<br />
vakanties graag aan <strong>als</strong> groene vakanties, want dat verkoopt be<strong>te</strong>r. Duurzaam toerisme en<br />
ecotoerisme wordt dus ook <strong>als</strong> verkoopmethode gebruikt. Je noemt dat “green washing”. Er zijn<br />
ho<strong>te</strong>ls zie zich zo aanprijzen, maar <strong>het</strong> vuil gewoon ach<strong>te</strong>r <strong>het</strong> ho<strong>te</strong>l dumpen. Er vindt ook geen<br />
controle plaats op <strong>het</strong> gebruik van deze <strong>te</strong>rmen door vakantieaanbieders, ho<strong>te</strong>ls e.d.<br />
Als er bij echt duurzaam toerisme een goede balans is met de natuur en <strong>het</strong> milieu kan ook de<br />
lokale bevolking daar de vruch<strong>te</strong>n van plukken. Dit zijn vaak vruch<strong>te</strong>n in de vorm van ink<strong>om</strong>en.<br />
Vaak wordt gedacht dat duurzaam toerisme alleen maar op kleine schaal kan, maar dat is niet<br />
waar. Duurzaam toerisme kan bij alle soor<strong>te</strong>n vakanties, van massatoerisme tot cultuurtoerisme.<br />
Duurzame ontwikkeling wordt vaak aangeduid met drie maal de let<strong>te</strong>r P: People Planet Profit.<br />
Goed zorgen voor natuur en milieu, sociaal-culturele aspec<strong>te</strong>n en goede arbeids<strong>om</strong>standigheden<br />
zijn binnen elke bedrijfssector toepasbaar, dus zeker ook binnen <strong>het</strong> toerisme. Dit speelt wel<br />
meer bij ontwikkelingslanden dan bij Europese landen zeker bij z<strong>om</strong>ervakanties, hoewel er in<br />
Europa natuurlijk ook vele kwetsbare gebieden zijn zo<strong>als</strong> in de bergen. In Europa speelt duurzaam<br />
toerisme wel een belangrijke rol bij de win<strong>te</strong>rsport. De aanleg van skipis<strong>te</strong>s zorgt vaak voor erosie<br />
en <strong>het</strong> verdwijnen van flora en fauna. Tegelijkertijd willen toeris<strong>te</strong>n op win<strong>te</strong>rsport. En door<br />
klimaatverandering zal sneeuw in de toek<strong>om</strong>st wellicht minder vaak vallen. Win<strong>te</strong>rspor<strong>te</strong>rs<br />
moe<strong>te</strong>n dan hogere gebieden opzoeken en die zijn schaars. Daar<strong>om</strong> is <strong>het</strong> belangrijk dat er nu al<br />
wordt nagedacht over wat we doen in <strong>het</strong> skigebied. Duurzaam toerisme kan ook een bijdrage<br />
leveren aan <strong>het</strong> voork<strong>om</strong>en van natuurrampen. Door mensen bewust <strong>te</strong> maken van de<br />
kwetsbaarheid van bepaalde gebieden kan een bijdrage worden geleverd aan <strong>het</strong> in stand houden<br />
daarvan.<br />
Dat <strong>het</strong> toerisme niet <strong>te</strong>n kos<strong>te</strong> mag gaan van natuur, milieu en dergelijke klinkt misschien<br />
vanzelfsprekend, maar dat is <strong>het</strong> niet. Omdat toerisme veel geld oplevert en veel mensen er werk<br />
in vinden wordt natuur en milieu vaak minder belangrijk gevonden. Als je van <strong>het</strong> toerisme moet<br />
leven en <strong>het</strong> ook voor de overheid een belangrijke bron van ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n betreft wordt er vaak niet<br />
zo nauwkeurig gekeken naar zaken <strong>als</strong> een bouwstop en kunnen we de toeris<strong>te</strong>n nog wel kwijt.<br />
Eerder is er dan een roep <strong>om</strong> nog meer ho<strong>te</strong>ls, nog meer wegen, een gro<strong>te</strong>r vliegveld etc.<br />
57
Limie<strong>te</strong>n s<strong>te</strong>llen aan dit soort activi<strong>te</strong>i<strong>te</strong>n be<strong>te</strong>kent minder ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n en dat wil niemand.<br />
Iedereen wil van <strong>het</strong> toerisme een graadje meepikken. Als toerisme zich ontwikkelt in een<br />
bepaald gebied zie je vaak de overheden, projectontwikkelaars en de ho<strong>te</strong>lke<strong>te</strong>ns die daarmee<br />
bezig zijn. Zeker in ontwikkelingslanden is de rol van de lokale bevolking in dit proces minimaal.<br />
Die k<strong>om</strong>en vaak pas aan bod <strong>als</strong> de ho<strong>te</strong>ls e.d. er staan <strong>om</strong> laagbetaald werk <strong>te</strong> doen zo<strong>als</strong><br />
schoonmaken of de tuin groen houden met <strong>het</strong> schaarse wa<strong>te</strong>r dat er is.<br />
Uitbreiding be<strong>te</strong>kent ech<strong>te</strong>r wel gelijk zaken <strong>als</strong> milieuvervuiling veroorzaakt door vliegverkeer,<br />
afval en wa<strong>te</strong>rvervuiling. Door op kor<strong>te</strong> <strong>te</strong>rmijn veel winst <strong>te</strong> willen halen, wordt <strong>het</strong> toerisme op<br />
de lange <strong>te</strong>rmijn onmogelijk gemaakt. Het kor<strong>te</strong> <strong>te</strong>rmijn denken wint <strong>het</strong> ech<strong>te</strong>r vaak van <strong>het</strong><br />
lange <strong>te</strong>rmijn denken. Ui<strong>te</strong>indelijk k<strong>om</strong>en toeris<strong>te</strong>n voor bijvoorbeeld de mooie natuur, een<br />
schone lucht en schoon wa<strong>te</strong>r. Als dat er niet meer is blijven de toeris<strong>te</strong>n weg en zit de lokale<br />
bevolking met de problemen.<br />
Van toerisme kan je zeggen dat <strong>het</strong> een haatliefde verhouding heeft met natuur en milieu. Ze<br />
kunnen niet zonder, maar ook niet met elkaar. Een duurzame toerist houdt rekening met de<br />
natuur en <strong>het</strong> milieu. Zo iemand gaat bijvoorbeeld niet vier maal per dag onder de douche in een<br />
gebied met een wa<strong>te</strong>r<strong>te</strong>kort. Dan maar wat minder vaak wassen zal zo’n toerist denken. Toerisme<br />
heeft in eers<strong>te</strong> aanleg vaak negatieve gevolgen voor de natuur en op <strong>het</strong> milieu, maar ui<strong>te</strong>indelijk<br />
raakt toch wel iedereen ervan overtuigt dat <strong>het</strong> samen moet gaan.<br />
Gelukkig zijn ook de toeris<strong>te</strong>n zelf zich s<strong>te</strong>eds meer bewust van de kwetsbaarheid van de natuur<br />
en <strong>het</strong> milieu. Veel toeris<strong>te</strong>n en toeristische gebieden zien vervuiling en verlies van natuur, maar<br />
ook cultuur toenemen. Een groeiende groep toeris<strong>te</strong>n wil geen schade veroorzaken <strong>als</strong> ze met<br />
vakantie zijn. En dat besef dringt gelukkig s<strong>te</strong>eds meer door.<br />
Toerisme is overigens wel vaak een manier <strong>om</strong> kwetsbare gebieden <strong>te</strong> kunnen behouden, dat<br />
klinkt vreemd, maar toerisme brengt ook geld op. Bijvoorbeeld door entree <strong>te</strong> heffen of een<br />
lokale belasting. Met dat geld kunnen de natuur en met <strong>het</strong> milieu dan behouden blijven. En <strong>het</strong><br />
behoudt van natuur en milieu draagt weer bij aan <strong>het</strong> verder voork<strong>om</strong>en van klimaatverandering.<br />
In gebieden waar toerisme in kor<strong>te</strong> tijd s<strong>te</strong>rk groeit, en <strong>het</strong> massale vormen aanneemt, kunnen<br />
negatieve gevolgen snel ontstaan. Het kan gaan <strong>om</strong> afvalproblemen, wa<strong>te</strong>rschaars<strong>te</strong>,<br />
geluidsoverlast en algehele verpaupering. De lokale bevolking kan dan de dupe worden. Dat de<br />
vervuiler, de toerist, betaalt is, in de toeristische sector, nog niet overal <strong>het</strong> principe. Meestal<br />
wordt er pas nagedacht <strong>als</strong> <strong>het</strong> al <strong>te</strong> laat is. Zeker in ontwikkelingslanden speelt dit nog erg.<br />
Duurzaam toerisme kijkt naar de lange <strong>te</strong>rmijn en daar zal iedereen aan bij moe<strong>te</strong>n dragen.<br />
Duurzaam toerisme is ui<strong>te</strong>indelijk toepasbaar op alle soor<strong>te</strong>n vakanties, van massatoerisme tot<br />
cultuurtoerisme. Een misverstand is dat duurzame vakanties alleen voor gei<strong>te</strong>n wollen sokken<br />
types bedoeld zijn. Gelukkig realiseren s<strong>te</strong>eds meer mensen zich dat dat niet zo is. Iedereen kan<br />
een s<strong>te</strong>entje bijdragen. Duurzaam toerisme kan er ook zeker voor zorgen dat met kwetsbare<br />
gebieden op aarde zorgvuldig wordt <strong>om</strong>gegaan. Hierdoor blijft <strong>het</strong> ecosys<strong>te</strong>em zoveel mogelijk in<br />
tact en dat is weer belangrijk <strong>om</strong> verdere klimaatverandering <strong>te</strong> voork<strong>om</strong>en.<br />
Op <strong>het</strong> gebied van <strong>het</strong> duurzaam toerisme zijn diverse organisaties en stichtingen actief. We<br />
vonden in Nederland bijvoorbeeld de Stichting Corendon Duurzaamheid en Innovatie, de<br />
Vereniging voor Duurzaam Uitgaand Toerisme, de Stichting Travel Foundation, en Fair Tourism,<br />
maar er zijn ongetwijfeld veel meer ins<strong>te</strong>llingen die zich <strong>hier</strong>mee bezig houden. Zo zet ook de<br />
Brancheorganisatie ANVR zich in Nederland in voor duurzaam toerisme.<br />
Ui<strong>te</strong>indelijk kan iedereen iets doen aan duurzaam toerisme. Alle kleine beetjes helpen. Als je op<br />
vakantie gaat kun je bijvoorbeeld met openbaar vervoer naar Schiphol, <strong>het</strong> licht uitdoen <strong>als</strong> je niet<br />
op de ho<strong>te</strong>lkamer bent, oplet<strong>te</strong>n met de verwarming of airco en zuinig <strong>om</strong>gaan met wa<strong>te</strong>r door <strong>te</strong><br />
douchen in plaats van een bad <strong>te</strong> nemen en je handdoeken niet iedere dag la<strong>te</strong>n wassen. Eigenlijk<br />
kleine dingetjes waar je thuis wellicht ook rekening mee houdt. Doe dat op je vakantie ook.<br />
58
Hoofdstuk 7: De onderzoeksresulta<strong>te</strong>n<br />
Zo<strong>als</strong> we al een aantal keer hebben gezegd, hebben we ook een veldonderzoek gedaan. We<br />
hebben verschillende mensen van verschillende leeftijdsca<strong>te</strong>gorieën gevraagd een enquê<strong>te</strong> in <strong>te</strong><br />
vullen. We hebben ui<strong>te</strong>indelijk 100 enquê<strong>te</strong>s <strong>te</strong>ruggekregen. De enquê<strong>te</strong> is volgens ons een mooie<br />
aanvulling op ons PWS. De resulta<strong>te</strong>n van deze 100 enquê<strong>te</strong>s la<strong>te</strong>n we in dit hoofdstuk zien. In de<br />
tabel <strong>hier</strong>onder staat per leeftijdsca<strong>te</strong>gorie en per geslacht hoeveel enquê<strong>te</strong>s we hebben <strong>te</strong>rug<br />
gekregen.<br />
Leeftijd Mannen Vrouwen Totaal<br />
< 20 10 17 27<br />
20-45 13 23 36<br />
45-65 11 14 25<br />
65+ 6 6 12<br />
Totaal 40 60 100<br />
7.1 Vraag 1<br />
Onze eers<strong>te</strong> vraag was: ‘Laat u de keuze van uw vakantiebes<strong>te</strong>mming afhangen van <strong>het</strong> weer?’<br />
In de tabel <strong>hier</strong>onder zijn onze bevindingen zichtbaar.<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
22% laat de keuze van de vakantiebes<strong>te</strong>mming niet afhangen van <strong>het</strong> weer.<br />
14% laat de keuze van de vakantiebes<strong>te</strong>mming s<strong>om</strong>s wel en s<strong>om</strong>s niet afhangen van <strong>het</strong> weer.<br />
In de cirkeldiagram <strong>hier</strong>onder is dit nog eens weergeven.<br />
22%<br />
Mannen en vrouwen<br />
Wat verder nog opvalt, is dat <strong>het</strong> verschil tussen mannen en vrouwen niet erg groot is.<br />
22%<br />
23%<br />
14%<br />
13%<br />
15%<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
64%<br />
65%<br />
62%<br />
Ja<br />
Nee<br />
S<strong>om</strong>s<br />
Ja<br />
Nee<br />
S<strong>om</strong>s<br />
Ja<br />
Nee<br />
S<strong>om</strong>s<br />
60
Wel is goed <strong>te</strong> zien dat jongeren onder de 20 hun vakantie bijna allemaal la<strong>te</strong>n afhangen van <strong>het</strong><br />
weer (22 van de 27 = 81%). In de ca<strong>te</strong>gorie 20-45 wordt <strong>het</strong> weer veel minder belangrijk gevonden.<br />
41% laat de keuze van de vakantiebes<strong>te</strong>mming niet afhangen van <strong>het</strong> weer.<br />
7.2 Vraag 2<br />
Onze tweede enquê<strong>te</strong> vraag was: ‘Laat u uw vakantie afhangen van de vraag of een land netjes<br />
met <strong>het</strong> milieu en <strong>het</strong> klimaat <strong>om</strong>gaat. Bijv. zuinig is met wa<strong>te</strong>r, <strong>het</strong> landschap zoveel mogelijk in<br />
tact houdt, niet onnodig veel ho<strong>te</strong>ls, golfbanen, skipis<strong>te</strong>s e.d bouwt, rekening houdt met de<br />
lokale bevolking, <strong>het</strong> cultureel erfgoed zodat er sprake is van duurzaam toerisme?’<br />
In de tabel <strong>hier</strong>onder zijn de uitk<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n van deze vraag weer <strong>te</strong> vinden.<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
45%<br />
Wat verder opvalt is dat ook <strong>hier</strong> geen duidelijke verschillen bestaan tussen mannen en vrouwen.<br />
43%<br />
47%<br />
Mannen en vrouwen<br />
3%<br />
5%<br />
7%<br />
50%<br />
Mannen<br />
54%<br />
Vrouwen<br />
46%<br />
Ook is uit de tabel af <strong>te</strong> lezen dat ouderen vaker aangeven dat ze meer rekening zouden moe<strong>te</strong>n<br />
houden met duurzaam toerisme. We hebben daarbij de ca<strong>te</strong>gorie 45-65 en 65+ bij elkaar<br />
opge<strong>te</strong>ld. 49% (37 personen = 100%) geeft dan aan dat ze <strong>hier</strong> meer rekening mee zouden<br />
moe<strong>te</strong>n houden.<br />
In de ca<strong>te</strong>gorie
7.3 Vraag 3<br />
Onze derde vraag was: ‘Bent u bereidt meer voor dit soort duurzaam toerisme <strong>te</strong> betalen?’<br />
a. Ja, maar <strong>het</strong> mag niet meer dan 10% extra kos<strong>te</strong>n<br />
b. Ja, zelfs <strong>als</strong> <strong>het</strong> meer dan 10% extra gaat kos<strong>te</strong>n<br />
c. Nee<br />
De uitk<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n van zijn in onderstaande tabel weergegeven.<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
In totaal wil dus 63% van de ondervraagde best wel meer betalen voor duurzaam toerisme. Dit<br />
vinden wij een hoog percentage waar de toeristische sector best wat mee zou kunnen doen.<br />
Verder valt op dat er duidelijke verschillen bestaan tussen mannen en vrouwen. Mannen zijn<br />
minder bereid <strong>om</strong> meer <strong>te</strong> betalen dan vrouwen. Zo is 53% van de mannen niet bereid meer <strong>te</strong><br />
betalen <strong>te</strong>rwijl dit percentage bij de vrouwen slecht op 27% ligt. Het lijkt er dus op dat vrouwen<br />
meer bezig zijn met <strong>het</strong> klimaat en <strong>het</strong> milieu <strong>als</strong> ze op vakantie gaan dan mannen.<br />
15%<br />
52%<br />
27%<br />
Vrouwen<br />
58%<br />
Mannen<br />
28%<br />
20%<br />
Ja, maar niet bij meer dan<br />
10% extra<br />
Ja, zelfs bij 10% extra<br />
Kijken we naar de jongeren (27 personen) dan valt op dat 33% niet meer wil betalen voor<br />
duurzaam toerisme, 51% is bereid <strong>om</strong> minder dan 10% extra <strong>te</strong> betalen en 15% is bereid zelfs meer<br />
dan 10% extra <strong>te</strong> betalen voor duurzaam toerisme.<br />
Nee<br />
Ja, maar niet bij meer dan<br />
10% extra<br />
Ja, zelfs bij 10% extra<br />
Nee<br />
64
7.4 Vraag 4<br />
Onze vierde vraag luidt: ‘Klimaatverandering heeft veel negatieve gevolgen zo<strong>als</strong> extreme<br />
weer<strong>om</strong>standigheden , zeespiegelstijgingen, verhoogde kans op natuurrampen en verandering<br />
van de biodiversi<strong>te</strong>it. Op welke <strong>te</strong>rmijn denkt u dat dit soort <strong>om</strong>standigheden uw keuze van een<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming gaan beïnvloeden?’<br />
a. Dit gaat mijn vakantiebes<strong>te</strong>mming niet beïnvloeden<br />
b. Dit gaat mijn vakantiebes<strong>te</strong>mming binnen nu en 10 jaar beïnvloeden<br />
c. Dit gaat mijn vakantiebes<strong>te</strong>mming pas na 10 jaar (mogelijk) beïnvloeden<br />
De uitk<strong>om</strong>s<strong>te</strong>n staan weergegeven in onderstaande tabel.<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
38%<br />
Wat verder nog opvalt is dat vrouwen denken dat klimaatverandering sneller van invloed zal zijn<br />
op de vakantiebes<strong>te</strong>mming dan mannen. Bij de vrouwen denkt namelijk 43% dat<br />
klimaatverandering binnen 10 jaar de keuze van hun vakantiebes<strong>te</strong>mming gaat beïnvloeden,<br />
<strong>te</strong>rwijl dit percentage bij de mannen slecht op 20% ligt.<br />
42%<br />
35%<br />
Mannen en vrouwen<br />
20%<br />
34%<br />
43%<br />
28%<br />
22%<br />
Mannen<br />
38%<br />
Vrouwen<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming niet<br />
beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming binnen<br />
nu en 10 jaar beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming pas na<br />
10 jaar (mogelijk)<br />
beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming niet<br />
beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming binnen<br />
nu en 10 jaar beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming pas na<br />
10 jaar (mogelijk)<br />
beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming niet<br />
beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming binnen<br />
nu en 10 jaar beinvloeden<br />
Dit gaat mijn<br />
vakantiebes<strong>te</strong>mming pas na<br />
10 jaar (mogelijk)<br />
beinvloeden<br />
66
Uit de tabel is ook af <strong>te</strong> lezen dat 65+ers, veel vaker dan andere ca<strong>te</strong>gorieën, denken dat<br />
klimaatverandering al binnen 10 jaar hun vakantiebes<strong>te</strong>mming gaat beïnvloeden (8 van de 12 is<br />
67%).<br />
7.5 Vraag 5<br />
Onze vijfde vraag hebben we ges<strong>te</strong>ld vanwege <strong>het</strong> onderzoek van Maddison (2001), zie hoofdstuk<br />
3. De vraag luidt: ‘Bij welke gemiddelde <strong>te</strong>mperatuur voelt u zich tijdens een zonvakantie <strong>het</strong><br />
meest op uw gemak?’<br />
Leeftijd
Vrouwen Totaal<br />
Leeftijd
69%<br />
68%<br />
Mannen<br />
13%<br />
Vrouwen<br />
7.7 Vraag 7<br />
Onze zevende enquê<strong>te</strong> vraag luidt: ‘Veel mensen hebben een hekel aan regen tijdens een<br />
vakantie. Laat u uw vakantie afhangen van de vraag of <strong>het</strong> in een land veel regent?’<br />
a. Ja<br />
b. Nee<br />
Man Totaal<br />
Leeftijd
Vrouw Totaal<br />
Leeftijd
20%<br />
Vrouwen<br />
Als laats<strong>te</strong> valt op dat bij de 65+-ers de vraag of <strong>het</strong> veel gaat regenen of niet voor 50% wel en<br />
voor 50% van de ondervraagde niet van belang is bij de keuze van hun vakantie.<br />
7.8 Vraag 8<br />
Onze achts<strong>te</strong> vraag in de enquê<strong>te</strong> was: ‘Veel mensen willen in de z<strong>om</strong>er zon. In landen die in <strong>het</strong><br />
noorden boven Nederland liggen is <strong>het</strong> over <strong>het</strong> algemeen wat kouder. S<strong>te</strong>l dat, door<br />
klimaatverandering, <strong>het</strong> in Scandinavische landen in de z<strong>om</strong>er gemiddeld meer dan 25 graden zal<br />
zijn. In Nederland en landen <strong>te</strong>n zuiden van Nederland zouden de <strong>te</strong>mperaturen in dit geval nog<br />
hoger liggen. Zou u dan vaker naar Scandinavische landen op vakantie gaan? U moet er <strong>hier</strong> even<br />
vanuit gaan dat <strong>het</strong> prijsniveau in beide landen ongeveer gelijk ligt.’<br />
a. Ja<br />
b. Nee<br />
Man Totaal<br />
Leeftijd
28%<br />
Wat verder nog opvalt is dat vrouwen vaker denken <strong>te</strong> gaan kiezen voor noordelijke landen <strong>als</strong> de<br />
<strong>te</strong>mperatuur daar gemiddeld meer dan 25 graden zou zijn dan mannen. Namelijk 78% <strong>te</strong>gen 67%.<br />
37%<br />
Mannen en vrouwen<br />
22%<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Bij de jongeren speelt dit minder een rol, maar <strong>het</strong> is wel zo dat vrouwen ook <strong>hier</strong> vaker voor<br />
noordelijke landen kiezen dan mannen.<br />
72%<br />
78%<br />
63%<br />
Ja<br />
Nee<br />
Ja<br />
Nee<br />
Ja<br />
Nee<br />
72
7.9 Vraag 9<br />
De negende vraag in de enquê<strong>te</strong> is: ‘Veel mensen houden ook van s<strong>te</strong>dentripjes. Het weer is dan<br />
over <strong>het</strong> algemeen net iets minder belangrijk, maar toch… (meer antwoorden mogelijk)’:<br />
a. laat ik de keuze voor <strong>het</strong> bezoeken van een stad niet afhangen van <strong>het</strong> weer<br />
b. bezoek ik <strong>het</strong> liefst een stad bij zo’n 20 tot 25 graden en kijk daar bij de keuze ook naar<br />
c. zou ik, <strong>als</strong> <strong>het</strong> in s<strong>te</strong>den <strong>als</strong> Londen en Parijs (twee populaire bes<strong>te</strong>mmingen) veel vaker dan nu<br />
zou regenen, die s<strong>te</strong>den minder snel bezoeken<br />
d. S<strong>te</strong>den waar <strong>het</strong> overdag vriest bezoek ik in principe niet<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
s<strong>te</strong>den bezoeken.<br />
7.10 Vraag 10<br />
Vraag tien was: ‘S<strong>te</strong>l dat vliegen naar vakantiebes<strong>te</strong>mmingen (veel) duurder zou worden<br />
(c<strong>om</strong>pensatie CO2 uitstoot) gaat u dan nog met <strong>het</strong> vliegtuig op vakantie?’<br />
a. Ja hoor de prijs van een ticket maakt me niet zoveel uit<br />
b. Zolang de prijsstijging onder de 10% blijft maakt <strong>het</strong> me niet uit<br />
c. Ik let erg op de prijs en <strong>als</strong> vliegen meer dan …….. procent (graag een getal invullen) duurder<br />
wordt doe ik <strong>het</strong> niet meer<br />
d. Ik vlieg nooit naar vakantiebes<strong>te</strong>mmingen<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
Vrouwen Totaal<br />
Leeftijd
1 formulier was niet ingevuld.<br />
Klimaatneutraal vliegen gebeurt nog niet zo veel. 20% zegt dit wel <strong>te</strong> doen. S<strong>om</strong>mige mensen<br />
geven aan dit s<strong>om</strong>s wel en s<strong>om</strong>s niet <strong>te</strong> doen. Die personen hebben we meege<strong>te</strong>ld bij <strong>het</strong><br />
percentage van 20%.<br />
Wat verder nog opvalt is dat jongeren minder bereid zijn <strong>om</strong> klimaatneutraal <strong>te</strong> vliegen. Namelijk<br />
maar 7% van de jongeren zegt <strong>hier</strong>toe bereid <strong>te</strong> zijn. Dit k<strong>om</strong>t ongetwijfeld <strong>om</strong>dat klimaatneutraal<br />
vliegen extra kos<strong>te</strong>n met zich meebrengt.<br />
Tussen mannen en vrouwen is geen duidelijk verschil <strong>te</strong> zien.<br />
77%<br />
80%<br />
Mannen en vrouwen<br />
Mannen<br />
23%<br />
20%<br />
Ja<br />
Nee<br />
Ja<br />
Nee<br />
76
7.12 Vraag 12<br />
Vraag 12 luidt <strong>als</strong> volgt: ‘Denkt u dat u in de toek<strong>om</strong>st meer met <strong>het</strong> klimaat rekening gaat houden<br />
bij <strong>het</strong> boeken van een vakantie?’<br />
1. Ja, s<strong>te</strong>eds meer<br />
2. Ja, s<strong>om</strong>s<br />
3. Nee, nooit<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
26%<br />
Verder valt er op dat er duidelijke verschillen bestaan tussen mannen en vrouwen.<br />
%<br />
40%<br />
17%<br />
54%<br />
Mannen en vrouwen<br />
50%<br />
49 %<br />
%<br />
%<br />
%%<br />
24%<br />
Mannen<br />
18%<br />
42%<br />
Vrouwen<br />
29%<br />
Ja, s<strong>te</strong>eds meer<br />
Ja, s<strong>om</strong>s<br />
Nee<br />
Ja, s<strong>te</strong>eds meer<br />
Ja, s<strong>om</strong>s<br />
Nee<br />
Ja, s<strong>te</strong>eds meer<br />
Ja, s<strong>om</strong>s<br />
Nee<br />
78
7.13 Vraag 13<br />
Vraag 13 is: ‘Hoopt u door klimaatverandering ooit nog eens op plaatsen <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en die nu fei<strong>te</strong>lijk<br />
onbereikbaar zijn, zo<strong>als</strong> de Noordpool of toppen van bergen waar dan geen ijs meer ligt?’<br />
1. Ja zeker<br />
2. Nee hoor, daar heb ik geen behoef<strong>te</strong> aan.<br />
3. Weet ik niet<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd
Wat opvalt is dat mannen vaker zeggen graag nog een keer op plekken <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en die nu<br />
onbereikbaar zijn dan vrouwen. Namelijk 35% <strong>te</strong>genover 23%.<br />
57%<br />
20%<br />
8%<br />
57%<br />
Mannen<br />
35%<br />
Vrouwen<br />
23%<br />
Ja, zeker<br />
Nee, daar heb ik geen<br />
behoef<strong>te</strong> aan<br />
Weet ik niet<br />
Ja, zeker<br />
Nee, daar heb ik geen<br />
behoef<strong>te</strong> aan<br />
Weet ik niet<br />
7.14 Vraag 16<br />
Vraag 14 en 15 waren vragen over hoe oud de invuller was en of <strong>het</strong> een man of een vrouw was.<br />
Vraag 16 is de laats<strong>te</strong> vraag die verder uitgewerkt kon worden. De vraag luidt: ‘Hoe vaak gaat u<br />
per jaar op vakantie?’<br />
a. Nooit<br />
b. 1 tot 2 keer<br />
c. Meer dan 2 keer<br />
Mannen Totaal<br />
Leeftijd 2 keer 2 7 6 2 17<br />
80
Vrouwen Totaal<br />
Leeftijd 2 keer 4 8 6 1 19<br />
5% van de ondervraagde personen heeft aangegeven nooit op vakantie <strong>te</strong> gaan. Dit ligt echt lager<br />
dan <strong>het</strong> landelijk gemiddelde. Op de si<strong>te</strong> van de NOS vonden we dat 18% van de Nederlanders<br />
nooit op vakantie gaan. 52% van de ondervaagde personen gaf aan 1 tot 2 maal per jaar op<br />
vakantie <strong>te</strong> gaan. 36% van de mensen gaat zelfs meer dan 2 maal per jaar op vakantie.<br />
36%<br />
Mannen en vrouwen<br />
5%<br />
59%<br />
Tussen mannen en vrouwen zijn er weinig verschillen.<br />
43%<br />
3%<br />
Mannen<br />
54%<br />
Nooit<br />
1 tot 2 keer<br />
Meer dan 2 keer<br />
Nooit<br />
1 tot 2 keer<br />
Meer dan 2 keer<br />
81
32%<br />
7%<br />
Vrouwen<br />
61%<br />
Nooit<br />
1 tot 2 keer<br />
Meer dan 2 keer<br />
82
Conclusies en aanbevelingen<br />
Het klimaat in de wereld verandert, daar kan iemand <strong>om</strong>heen. Er zijn zo langzamerhand bijna<br />
geen we<strong>te</strong>nschappers meer <strong>te</strong> vinden die dit bestrijden. De oorzaken en mogelijke gevolgen van<br />
klimaatverandering k<strong>om</strong>en in ons profielwerkstuk uitgebreid aan de orde. We hebben in ons<br />
profielwerkstuk een verband proberen <strong>te</strong> zoeken tussen klimaatverandering en toerisme en<br />
tussen toerisme en klimaatverandering. S<strong>te</strong>eds gericht op Europa. Klimaatverandering bedreigt<br />
<strong>het</strong> toerisme. We we<strong>te</strong>n alleen nog niet in welke ma<strong>te</strong> dit precies gaat gebeuren en op welke<br />
<strong>te</strong>rmijn. Toch zijn er wel veranderingen zichtbaar. Met name de landen rond de Middellandse Zee<br />
zullen in toenemende ma<strong>te</strong> <strong>te</strong> maken krijgen met de hit<strong>te</strong> en droog<strong>te</strong> in de z<strong>om</strong>er. Het zou er op<br />
den duur zo heet kunnen worden dat toeris<strong>te</strong>n dat gebied in de z<strong>om</strong>er gaan meiden.<br />
Toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en zouden dan meer naar <strong>het</strong> Noorden op kunnen schuiven. Een land <strong>als</strong><br />
Nederland zou daarvan kunnen profi<strong>te</strong>ren. In de zuidelijke landen zullen bosbranden meer voor<br />
gaan k<strong>om</strong>en en er zal mogelijk een gebrek k<strong>om</strong>en aan drinkbaar wa<strong>te</strong>r. Luchtvervuiling en smog<br />
zullen toenemen. Zal <strong>het</strong> ooit voork<strong>om</strong>en dat er een negatief reisadvies k<strong>om</strong>t in de z<strong>om</strong>er naar<br />
extreem warme landen in Zuid-Europa? Maar ook de landen die aan de kust liggen zullen last<br />
krijgen van klimaatverandering, denk maar eens aan de voorspellingen met betrekking tot de<br />
zeespiegelstijging. Wordt de kust ui<strong>te</strong>indelijk zo gevaarlijk dat toeris<strong>te</strong>n er niet meer veilig kunnen<br />
verblijven?<br />
Conclusie per hoofdstuk<br />
We gaan nu over op de beantwoording van onze hoofdvraag.<br />
Onze hoofdvraag is: ‘In hoeverre heeft de klimaatverandering invloed op <strong>het</strong> toerisme en vice versa<br />
in Europa. En hoe kunnen de negatieve gevolgen <strong>hier</strong>van verminderd worden?’.<br />
Uit <strong>als</strong> profielwerkstuk is <strong>het</strong> volgende duidelijk gebleken:<br />
Klimaatverandering heeft duidelijk invloed op <strong>het</strong> toerisme in Europa. Dat is nu nog niet overal zo<br />
heel goed zichtbaar, maar dat zal in de toek<strong>om</strong>st veel meer gaan spelen. Vele aanwijzingen hebben<br />
we daarvoor gevonden en in ons profielwerkstuk opgen<strong>om</strong>en. De toeristische sector zal <strong>hier</strong> echt<br />
mee aan de slag moe<strong>te</strong>n. Daar<strong>om</strong> is <strong>het</strong> van belang dat <strong>het</strong> verband tussen klimaat en toerisme<br />
s<strong>te</strong>eds meer aan de man gebracht wordt. Het toerisme heeft namelijk ook duidelijk invloed op <strong>het</strong><br />
klimaat. Dat merken we nu al en zal, <strong>als</strong> we niet oppassen, alleen maar toenemen. Er zullen echt<br />
maatregelen moe<strong>te</strong>n worden gen<strong>om</strong>en <strong>om</strong> dit aan <strong>te</strong> pakken en de gevolgen zoveel mogelijk <strong>te</strong><br />
beperken.<br />
Hieronder is de verantwoording van ons antwoord nog wat uitgebreider opgen<strong>om</strong>en.<br />
Hoofdstuk 2<br />
Wat zijn nu de oorzaken van klimaatverandering? Er zijn vele oorzaken van klimaatverandering.<br />
Deze worden in hoofdstuk 2 allemaal behandeld. Er zijn natuurlijke oorzaken en oorzaken waar de<br />
mens invloed op heeft. Er zijn oorzaken die van bui<strong>te</strong>naf k<strong>om</strong>en, kosmische oorzaken, en<br />
oorzaken die van de aarde zelf k<strong>om</strong>en, <strong>te</strong>rrestische oorzaken. Verder zijn er catastrofale<br />
oorzaken, bijvoorbeeld de inslag van een me<strong>te</strong>oriet, de ontploffing van een kerncentrale of een<br />
oorlog met ato<strong>om</strong>wapens. Op dit soort oorzaken zijn we in ons profielwerkstuk niet ingegaan.<br />
We hebben gekeken naar kosmische oorzaken zo<strong>als</strong> zonnevlekken, de dagleng<strong>te</strong>, de stand van de<br />
aarde <strong>te</strong>n opzich<strong>te</strong> van de zon. Het gaat <strong>hier</strong> s<strong>te</strong>eds <strong>om</strong> hele kleine veranderingen die vaak vele<br />
eeuwen duren. Direc<strong>te</strong> invloed op <strong>het</strong> toerisme zullen dit soort factoren niet zo snel hebben. In<br />
c<strong>om</strong>binatie met andere factoren zou <strong>het</strong> mogelijk wel een rol kunnen gaan spelen bij <strong>het</strong> toerisme<br />
in Europa. We keken ook naar <strong>te</strong>rrestische oorzaken zo<strong>als</strong> vulkanisme, pla<strong>te</strong>n<strong>te</strong>ktoniek en<br />
zeestr<strong>om</strong>en.<br />
De invloed van de mens op klimaatverandering is erg groot. Het klimaat is de afgelopen 150 jaar<br />
83
erg veranderd, de mens heeft <strong>hier</strong> duidelijk gro<strong>te</strong> invloed op. Met name <strong>het</strong> natuurlijke<br />
broeikaseffect is de afgelopen jaren s<strong>te</strong>rk verhoogd. De uitstoot van broeikasgassen is enorm<br />
toegen<strong>om</strong>en. Dit is in de gang gezet sinds de industriële revolutie die begon in 1850. Gevolgen<br />
voor <strong>het</strong> klimaat en <strong>het</strong> milieu blijven niet uit. Er is op aarde en ook in Europa sprake van<br />
ontbossing en verwoestijning. Dit gaat in de toek<strong>om</strong>st absoluut invloed hebben op <strong>het</strong> toerisme.<br />
Hoe alle factoren precies op elkaar inwerken is zelfs voor we<strong>te</strong>nschappers s<strong>om</strong>s onduidelijk.<br />
Gewerkt wordt met trends. Het klimaat wordt over een periode van 30 jaar geme<strong>te</strong>n. Trends zijn<br />
daar<strong>om</strong> pas na een lange periode zichtbaar. Bovendien moe<strong>te</strong>n we bedenken dat er pas zo’n 150<br />
jaar serieuze metingen van <strong>het</strong> klimaat plaatsvinden. We we<strong>te</strong>n wel welke factoren van invloed<br />
zijn op <strong>het</strong> klimaat. Voor s<strong>om</strong>mige factoren geldt dat ze alleen op de zeer lange <strong>te</strong>rmijn invloed<br />
hebben, voor andere factoren geldt dat ze wel al heel snel invloed hebben op <strong>het</strong> klimaat.<br />
Hoofdstuk 3<br />
Waar leidt klimaatverandering toe en wat zijn daarvan de gevolgen voor <strong>het</strong> toerisme?<br />
Het klimaat verandert, maar wat zal dat gaan be<strong>te</strong>kenen voor <strong>het</strong> toerisme? Het toerisme is een<br />
weergevoelige econ<strong>om</strong>ische sector. Over <strong>het</strong> algemeen geldt dat <strong>als</strong> <strong>het</strong> warmer wordt vooral de<br />
zuidelijke landen in Europa <strong>hier</strong> last van zullen krijgen. De <strong>te</strong>mperatuur kan met name in de z<strong>om</strong>er<br />
wel eens zo hoog worden dat toeris<strong>te</strong>n dit niet meer aantrekkelijk vinden en weg zullen blijven.<br />
Dit geldt ook voor de wa<strong>te</strong>rvoorziening <strong>als</strong> die in de problemen k<strong>om</strong>t. Verder zien we nu al vaker<br />
bosbranden voork<strong>om</strong>en. Meer noordelijk gelegen landen zouden aantrekkelijker kunnen gaan<br />
worden voor toeris<strong>te</strong>n bij klimaatverandering.<br />
In de win<strong>te</strong>r zou sneeuw wel eens vaker niet kunnen vallen dan wordt de win<strong>te</strong>rsport minder<br />
aantrekkelijk. Dat er meer extreem weer gaat k<strong>om</strong>en is erg waarschijnlijk. Dit kan voor toerisme<br />
zelfs gevaarlijk worden. Overstr<strong>om</strong>ingen, lawines, modderstr<strong>om</strong>en, bosbranden, smog e.d. zullen<br />
in de toek<strong>om</strong>st waarschijnlijk vaker voork<strong>om</strong>en. Dit vinden toeris<strong>te</strong>n niet prettig. We hebben<br />
allerlei berich<strong>te</strong>n op in<strong>te</strong>rnet gevonden en in ons profielwerkstuk verwerkt van extreem weer en<br />
de invloed daarop op <strong>het</strong> toerisme. Toeris<strong>te</strong>n zullen met meer natuurrampen <strong>te</strong> maken gaan<br />
krijgen en zullen dit soort gevaarlijke plaatsen in Europa waarschijnlijk meer gaan meiden. Ook de<br />
stijging van de zeespiegel kan een bedreiging voor <strong>het</strong> toerisme gaan be<strong>te</strong>kenen. Ten slot<strong>te</strong> zal de<br />
biodiversi<strong>te</strong>it gaan veranderen door klimaatverandering. Met name mensen die van de mooie<br />
natuur houden kunnen <strong>hier</strong> de dupe van worden. Landschapszones zullen wat verschuiven en<br />
daarmee waarschijnlijk ook toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en. S<strong>te</strong>den hebben waarschijnlijk minde last van<br />
klimaatverandering. Toeris<strong>te</strong>n gaan <strong>hier</strong> vaak maar een aantal dagen heen en dat zullen ze<br />
ongetwijfeld blijven doen.<br />
Hoofdstuk 4<br />
Hoe we de nadelige gevolgen van klimaatverandering op toerisme in Europa kunnen beperken<br />
hebben we beschreven in hoofdstuk 4. We zijn in dit hoofdstuk eerst ingegaan op de politiek. Wat<br />
kan er wereldwijd, in Europa en in Nederland aan klimaatverandering worden gedaan. We keken<br />
naar klimaatconferenties en naar <strong>het</strong> Kyoto Protocol. Moeilijk tot stand gek<strong>om</strong>en wereldwijde<br />
afspraken die s<strong>te</strong>eds opnieuw moe<strong>te</strong>n worden bevoch<strong>te</strong>n. Europa is erg actief <strong>als</strong> <strong>het</strong> gaat <strong>om</strong> <strong>het</strong><br />
beperken van klimaatverandering. Ook Nederland zelf doet er veel aan <strong>om</strong> klimaatverandering<br />
<strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan, maar Nederland is natuurlijk maar een kleine speler in de wereld. In hoofdstuk 4<br />
zijn ook belangrijke cijfers opgen<strong>om</strong>en over <strong>het</strong> toerisme. Het zorgt voor bijna 5% van ons bruto<br />
nationaal product en dat is ook <strong>het</strong> gemiddelde in de Europese landen. Wel zijn er gro<strong>te</strong><br />
uitschie<strong>te</strong>rs. Toerisme is voor <strong>het</strong> ene land veel belangrijker dan voor een ander land. Het ene land<br />
kan daarmee ook veel s<strong>te</strong>rker getroffen worden door klimaatverandering dan een ander land. Het<br />
toerisme zorgt alleen in Nederland al voor circa 400.000 banen. In de Europese Unie zijn er 2,3<br />
miljoen mensen in de toeristische sector werkzaam. We hebben ook gekeken naar econ<strong>om</strong>ische<br />
oplossingen bij klimaatverandering. Innovatie, onderzoeken en inves<strong>te</strong>ringen kunnen mogelijk<br />
oorzaken van klimaatverandering en andere toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en beperken. Ten slot<strong>te</strong> hebben we<br />
gekeken naar oplossingen die kunnen k<strong>om</strong>en uit demografische ontwikkelingen. Het gaat dan <strong>om</strong><br />
84
de spreiding van de bevolking en <strong>het</strong> verkleinen van <strong>het</strong> risico van klimaatverandering,<br />
bijvoorbeeld bij natuurrampen. Zo zou er bijvoorbeeld niet meer in risicogebieden moe<strong>te</strong>n<br />
worden gebouwd. Dat geldt niet alleen <strong>als</strong> we <strong>het</strong> over wa<strong>te</strong>r hebben, maar ook over breuklijnen<br />
in de aarde of bij vulkanen.<br />
Hoofdstuk 5<br />
Wat voor gevolgen heeft toerisme in Europa. In dit hoofdstuk kijken we dus naar de invloed van<br />
toeris<strong>te</strong>n op <strong>het</strong> klimaat in Europa. Toeris<strong>te</strong>n nemen veel ruim<strong>te</strong> in, zeker in de z<strong>om</strong>er in de<br />
zuidelijke landen van Europa. Dat vraagt veel van de infrastructuur. Files zijn vaak een gevolg,<br />
zelfs in de luchtvaart heeft men <strong>hier</strong> al mee <strong>te</strong> maken. Ook gebruiken toeris<strong>te</strong>n veel van <strong>het</strong><br />
kostbare wa<strong>te</strong>r in Europa. Denk aan golfbanen die groen moe<strong>te</strong>n worden gehouden,<br />
zwembaden, besproeiing van tuinen etc. Ook douchen toeris<strong>te</strong>n veel meer dan iemand die<br />
gewoon thuis is. Daar kunnen we allemaal wat aan doen. Bewustwording en be<strong>te</strong>r voorlichting<br />
kunnen <strong>hier</strong>voor belangrijk zijn. Ook milieuvervuiling is iets waar aandacht voor moet zijn <strong>om</strong> dit<br />
<strong>te</strong>gen <strong>te</strong> gaan.<br />
Hoofdstuk 6<br />
Hoe kunnen de negatieve gevolgen van <strong>het</strong> toerisme worden beperkt? We behandelen in<br />
hoofdstuk 6 onder andere <strong>het</strong> verminderen van de uitstoot van CO2 gassen. Als er minder<br />
uitstoot is zal klimaatverandering minder snel doorzet<strong>te</strong>n en daar profi<strong>te</strong>ert de hele wereld van.<br />
Hetzelfde geldt <strong>als</strong> we <strong>het</strong> wa<strong>te</strong>rgebruik in Europa be<strong>te</strong>r kunnen reguleren. Expliciet gaan we in<br />
op duurzaam toerisme. We geven aan wat <strong>het</strong> is en hoe <strong>het</strong> een bijdrage kan leveren aan <strong>het</strong><br />
zorgvuldig <strong>om</strong>gaan met <strong>het</strong> klimaat en <strong>het</strong> milieu. Duurzaam toerisme speelt met name in<br />
ontwikkelingslanden, maar <strong>het</strong> kan zeker ook in Europa nog meer op de kaart worden gezet. We<br />
zullen <strong>als</strong> toeris<strong>te</strong>n moe<strong>te</strong>n leren be<strong>te</strong>r met <strong>het</strong> milieu, de cultuur, de econ<strong>om</strong>ie van een land en<br />
<strong>het</strong> klimaat <strong>om</strong> <strong>te</strong> gaan anders kunnen we in de toek<strong>om</strong>st op bepaalde plaatsen niet meer<br />
<strong>te</strong>recht. Nu al zijn veel vissersdorpjes verdwenen en vinden we er massatoerisme. S<strong>om</strong>mige<br />
kus<strong>te</strong>n zijn verpest door de vele ho<strong>te</strong>ls en andere toeristische acc<strong>om</strong>modaties. Negatieve<br />
gevolgen ontstaan snel <strong>om</strong>dat econ<strong>om</strong>ische krach<strong>te</strong>n (geld verdienen) vaak heel s<strong>te</strong>rk zijn.<br />
Duurzaam toerisme zal dus toe moe<strong>te</strong>n nemen, maar dan zullen we wel duidelijk moe<strong>te</strong>n krijgen<br />
wat we <strong>hier</strong> nu precies onder verstaan.<br />
Hoofdstuk 7<br />
Hoofdstuk 7 betreft onze enquê<strong>te</strong>. We hebben in totaal 100 mensen onze enquê<strong>te</strong> met 14 vragen<br />
in la<strong>te</strong>n vullen over klimaatverandering en toerisme. In dit hoofdstuk wordt de gehele enquê<strong>te</strong><br />
geanalyseerd. We hebben bij <strong>het</strong> analyseren van de enquê<strong>te</strong> s<strong>te</strong>eds onderscheid gemaakt tussen<br />
mannen en vrouwen en tussen leeftijdsca<strong>te</strong>gorieën. De enquê<strong>te</strong> is een mooie aanvulling op ons<br />
PWS. Het geeft een goed inzicht over hoe mensen over klimaatverandering en toerisme denken.<br />
Aanbevelingen<br />
In dit laats<strong>te</strong> deel van ons profielwerkstuk hebben we conclusies en aanbevelingen opgen<strong>om</strong>en.<br />
Wat in onze ogen allereerst van belang is, is dat de toeristische sector zich bewust wordt van de<br />
mogelijk gevolgen van klimaatverandering. Hiervoor is <strong>het</strong> nodig dat veel kennis over dit thema<br />
verzameld wordt. Ons valt op dat ondanks de k<strong>om</strong>ende gevolgen van klimaatverandering er nog<br />
maar weinig aandacht is voor de relatie tussen klimaatverandering en toerisme. De toeristische<br />
sector moet <strong>hier</strong> een rol in gaan spelen, maar zij kunnen dit niet alleen, ook overheden en de<br />
Europese Unie zal <strong>hier</strong>bij betrokken moe<strong>te</strong>n worden. Daar waar nu al wel wat aandacht is voor de<br />
relatie tussen klimaatverandering en toerisme gaat <strong>het</strong> met name <strong>om</strong> zaken <strong>als</strong> klimaatneutraal<br />
vliegen en duurzaam toerisme. Wij bevelen aan (1) dat er meer onderzoek naar de relatie tussen<br />
toerisme en klimaatverandering moet k<strong>om</strong>en. Dat kan de sector prima zelf oppakken samen met<br />
de we<strong>te</strong>nschap en wellicht ook met een bijdrage van de overheid.<br />
85
Een aanbeveling (2) in dat verband is <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en tot algemeen aanvaarde conclusies over wat<br />
duurzaam toerisme en ecotoerisme zijn. Nu gaat iedereen met deze begrippen aan de haal en<br />
probeert iedereen door deze begrippen <strong>te</strong> gebruiken een (econ<strong>om</strong>isch) graantje mee <strong>te</strong> pikken.<br />
Er zou een soort keurmerk moe<strong>te</strong>n k<strong>om</strong>en dat partijen zelf regelen en waar ze ook zelf toezicht<br />
op houden. Het zou goed zijn dit niet alleen in Nederland maar ook Europees aan <strong>te</strong> pakken.<br />
We hebben in ons profielwerkstuk vele voorbeelden opgen<strong>om</strong>en uit de media die <strong>het</strong> verband<br />
la<strong>te</strong>n zien tussen klimaatverandering en toerisme. Het zou goed zijn dit soort voorbeelden<br />
sys<strong>te</strong>matisch <strong>te</strong> verzamelen en dat bijvoorbeeld in de vorm van een jaarboek of iets dergelijks <strong>te</strong><br />
presen<strong>te</strong>ren. Dat is ook een aanbeveling (3). Ook <strong>hier</strong> zou de sector zelf of een we<strong>te</strong>nschappelijk<br />
instituut voor kunnen zorgen. Dit kan binnen Nederland maar moet ui<strong>te</strong>indelijk ook Europees<br />
opgepakt worden.<br />
De toeristische sector zou nu al na moe<strong>te</strong>n denken over de toek<strong>om</strong>st. Ze zouden bijvoorbeeld een<br />
bijeenk<strong>om</strong>st daarover kunnen houden met alle gro<strong>te</strong> organisaties die bij <strong>het</strong> toerisme betrokken<br />
zijn, maar veel verder gaat bijvoorbeeld een burgerinitiatief. Met een burgerinitiatief kan de<br />
Tweede Kamer worden verzocht een onderwerp <strong>te</strong> bespreken en er een standpunt over in <strong>te</strong><br />
nemen. We bevelen aan (4) zoiets <strong>te</strong> star<strong>te</strong>n vanuit de toeristische sector. Gevraagd kan worden<br />
welke kansen en bedreigingen de overheid ziet in de relatie tussen klimaatverandering en<br />
toerisme. Wij kunnen dat niet zelf star<strong>te</strong>n want daarvoor moet je 18 jaar of ouder zijn. Verder zijn<br />
er <strong>te</strong>nmins<strong>te</strong> 40.000 s<strong>te</strong>unbetuigingen nodig. Hierdoor kan dit onderwerp ook op de<br />
maatschappelijke agenda worden gezet en een breder publiek bereiken.<br />
Een ander idee dat we nog hadden is <strong>om</strong> net <strong>als</strong> bij financiële produc<strong>te</strong>n <strong>te</strong> gaan werken met een<br />
soort bijslui<strong>te</strong>r. Daarin zou dan informatie over <strong>het</strong> klimaat moe<strong>te</strong>n staan en eventuele<br />
waarschuwingen voor extreem weer in <strong>het</strong> gebied waar je op vakantie wil. Ook dit willen we<br />
aanbevelen (5). Het zou eerst vrijwillig kunnen worden opgepakt door de toeristische sector,<br />
maar mogelijk la<strong>te</strong>r ook door de Europese Unie kunnen worden opgelegd.<br />
Om wat op <strong>het</strong> gebied van wa<strong>te</strong>r<strong>te</strong>kor<strong>te</strong>n <strong>te</strong> doen zou je eigenlijk geen all-inclusief vakanties<br />
meer moe<strong>te</strong>n hebben. Gas, wa<strong>te</strong>r en licht zouden toeris<strong>te</strong>n eigenlijk s<strong>te</strong>eds apart af moe<strong>te</strong>n<br />
rekenen, zodat ze er meer bewust mee <strong>om</strong>gaan. Dit is waarschijnlijk wel moeilijk <strong>te</strong> realiseren,<br />
maar we willen <strong>het</strong> wel aanbevelen (6) <strong>om</strong> onderzoek <strong>te</strong> doen naar de realisatie mogelijkheden<br />
<strong>hier</strong>van.<br />
Op scholen zou ook aandacht moe<strong>te</strong>n worden bes<strong>te</strong>ed aan voorlichting over klimaatverandering<br />
en de relatie <strong>hier</strong>van op <strong>het</strong> toerisme. Dit zou prima passen in <strong>het</strong> vak Aardrijkskunde. Onze<br />
aanbeveling (7) is <strong>om</strong> <strong>hier</strong> wat mee <strong>te</strong> doen. Hier moet wel bij gezegd worden dat dit al wordt<br />
gedaan. Wat wij willen is dat <strong>hier</strong> meer aan gedaan wordt. Er moet bijvoorbeeld meer ingegaan<br />
worden op <strong>het</strong> verband tussen klimaat en toerisme en hoe toerisme <strong>het</strong> duurzaamst plaats kan<br />
vinden.<br />
Ten slot<strong>te</strong> nog een aanbeveling (8) voor onze eigen school. Zorg ervoor dat bij een 5VWO-reis<br />
klimaatneutraal wordt gevlogen. Het is maar een kleine bijdrage, maar zo kan ook onze school<br />
la<strong>te</strong>n zien dat ze <strong>het</strong> klimaat en <strong>het</strong> milieu serieus neemt. Hier moet natuurlijk niet alleen onze<br />
school rekeningen mee houden, maar eigenlijk alle scholen.<br />
Terugblik hypothese<br />
Ten slot<strong>te</strong> kijken we nog even naar onze vooraf opges<strong>te</strong>lde hypothese. Onze hypothese bleek<br />
goed <strong>te</strong> kloppen. Klimaatverandering heeft meer invloed op toerisme dan anders<strong>om</strong>. Zeker in<br />
Europa is dit zo. We zien ook een toename van natuurrampen de k<strong>om</strong>ende tijd. We hebben daar<br />
vele kran<strong>te</strong>nberich<strong>te</strong>n over gevonden. Ook dit zal <strong>het</strong> toerisme gaan beïnvloeden. We waren er in<br />
86
onze hypothese ook vanuit gegaan dit zou gaan gebeuren. Ook de afname van biodiversi<strong>te</strong>it kan<br />
tot verandering van toeris<strong>te</strong>nstr<strong>om</strong>en leiden. Op welke <strong>te</strong>rmijn zich dit allemaal gaat voltrekken is<br />
nog niet zo duidelijk, maar er zijn s<strong>te</strong>eds meer <strong>te</strong>kenen dat <strong>het</strong> klimaat verandert en daar zal de<br />
toeristische sector op in moe<strong>te</strong>n spelen. Zo<strong>als</strong> we al hadden verwacht heeft <strong>het</strong> toerisme ook<br />
invloed op <strong>het</strong> klimaat. Econ<strong>om</strong>ische factoren zijn vaak belangrijk en zo gaat kostbare natuur<br />
s<strong>om</strong>s verloren.<br />
In onze hypothese zijn we ervan uitgegaan dat negatieve gevolgen van klimaatverandering nog<br />
wel kunnen worden beperkt. Dit blijkt wel <strong>te</strong> kloppen, maar daar moet de hele wereld <strong>het</strong> dan<br />
mee eens zijn en dat is nog niet zo makkelijk. Zolang klimaatverandering doorgaat zullen mensen<br />
zich aan moe<strong>te</strong>n passen. Belangrijk is <strong>te</strong> bedenken dat <strong>het</strong> toerisme gemiddeld 5% van de<br />
ink<strong>om</strong>s<strong>te</strong>nbron in landen is, maar er zijn landen waar dit percentage veel hoger ligt. Landen die<br />
gro<strong>te</strong> toeristische belangen hebben zullen misschien wel <strong>het</strong> voortouw moe<strong>te</strong>n nemen <strong>om</strong> tot<br />
aanpassingen in <strong>het</strong> beleid <strong>te</strong> k<strong>om</strong>en. Zie <strong>hier</strong>voor ook onze aanbevelingen.<br />
Aanzet vervolgonderzoek<br />
Nu we uit ons onderzoek hebben gehaald dat <strong>het</strong> toerisme zich anders zal spreiden over Europa<br />
door de gevolgen van klimaatverandering, kunnen we een aanzet naar een vervolgonderzoek<br />
maken. Uit ons onderzoek blijkt dat <strong>het</strong> in landen <strong>als</strong> Nederland warmer gaat worden en dat <strong>het</strong><br />
in bijvoorbeeld Spanje <strong>te</strong> warm gaat worden voor toeris<strong>te</strong>n. Het toerisme zal zich waarschijnlijk in<br />
noordelijke richting gaan verplaatsen. Tijdens dit onderzoek zijn er een aantal nieuwe vragen bij<br />
ons boven gek<strong>om</strong>en. Als <strong>het</strong> toerisme meer richting Nederland trekt, vanwege <strong>het</strong> be<strong>te</strong>r<br />
wordende weer, wat heeft dat dan voor econ<strong>om</strong>ische gevolgen voor landen <strong>als</strong> Nederland? Maar<br />
ook voor landen <strong>als</strong> Spanje, waar <strong>het</strong> toerisme juist wegtrekt? Als je dan op econ<strong>om</strong>isch gebied<br />
kijkt, kun je ook nog een stapje verder gaan denken. Denk bijvoorbeeld indirect aan de<br />
demografie van dit land. De econ<strong>om</strong>ie heeft namelijk weer invloed op deze zaak.<br />
Nog een vraag die ons <strong>te</strong> binnen schoot was de vraag over voorzieningen. In landen <strong>als</strong> Spanje en<br />
Frankrijk zijn veel meer toeristische oorden en trekpleis<strong>te</strong>rs <strong>te</strong> vinden. In Nederland en België zijn<br />
<strong>het</strong> aantal vakantieoorden veel kleiner. Als <strong>het</strong> toerisme zich <strong>hier</strong>heen verplaatst, moe<strong>te</strong>n er dus<br />
meer vakantieoorden en trekpleis<strong>te</strong>rs k<strong>om</strong>en. Hoeveel groen moet <strong>hier</strong>voor verloren gaan?<br />
Hoeveel ruim<strong>te</strong> neemt dit in? Moe<strong>te</strong>n <strong>hier</strong> huizen of dorpjes voor wijken?<br />
Een andere vraag die we <strong>te</strong>gen zijn gek<strong>om</strong>en is hoe landen zo<strong>als</strong> Spanje <strong>het</strong> bes<strong>te</strong> <strong>om</strong> kunnen<br />
gaan met de veranderingen zodat zij hun toeris<strong>te</strong>n niet verliezen. Dit zijn allemaal mogelijke<br />
vragen voor een vervolgonderzoek. Ook bij de aanbevelingen hebben we nog een aantal<br />
mogelijke vervolgvragen opgeschreven.<br />
Evaluatie<br />
Nu <strong>het</strong> onderzoek naar <strong>het</strong> verband tussen klimaatverandering en toerisme is afgerond, moet<br />
gezegd worden dat <strong>het</strong> in<strong>te</strong>ressant was <strong>om</strong> zo een grootschalig project <strong>te</strong> doen. Nog nooit eerder<br />
hebben we zoiets moe<strong>te</strong>n doen voor school. Het is een goede en nuttige ervaring geweest.<br />
De projectdagen van World School hebben ons in <strong>het</strong> begin enorm op weg geholpen. Vooral bij<br />
<strong>het</strong> maken van een onderwerpkeuze was de gegeven informatie op deze dagen erg prettig.<br />
Verder vonden we de projectdagen niet heel erg veel toevoegen, <strong>om</strong>dat <strong>het</strong> eigenlijk nooit ging<br />
over <strong>het</strong> klimaat in verband met <strong>het</strong> toerisme. Alle informatie <strong>hier</strong>over hebben we dus zelf<br />
moe<strong>te</strong>n verschaffen. Dit hebben we gedaan met behulp van websi<strong>te</strong>s, boeken en PDF-<strong>bestand</strong>en.<br />
Deze zijn allemaal <strong>te</strong>rug <strong>te</strong> vinden in de bronnenlijst. Zelf vinden we de PDF-<strong>bestand</strong>en <strong>het</strong> meest<br />
betrouwbaar, <strong>om</strong>dat dit soort <strong>bestand</strong>en vaak in opdracht van een hoger orgaan geschreven zijn.<br />
Er wordt <strong>hier</strong>voor dus ook echt onderzoek gedaan. Daarnaast zijn websi<strong>te</strong>s waarbij de schrijver<br />
en/of datum vermeld staan meer betrouwbaar dan de si<strong>te</strong>s waarvan we geen<br />
oorsprongsinformatie hebben.<br />
Een profielwerkstuk brengt veel werk met zich mee. We hebben <strong>het</strong> werk zo goed mogelijk<br />
87
geprobeerd <strong>te</strong> verdelen. Waar we <strong>te</strong>gen aan gelopen zijn is <strong>het</strong> <strong>te</strong> laat uitdelen van de enquê<strong>te</strong>s.<br />
Dit hadden we eigenlijk eerder moe<strong>te</strong>n doen, zodat we wat meer tijd hadden <strong>om</strong> ze uit <strong>te</strong> werken.<br />
Dit hebben we nu vrij snel moe<strong>te</strong>n doen. Desalniet<strong>te</strong>min hebben we de enquê<strong>te</strong>s op tijd ge<strong>te</strong>ld en<br />
verwerkt in <strong>het</strong> onderzoek.<br />
Een ander punt van kritiek met betrekking op de enquê<strong>te</strong>s is <strong>het</strong> verschil in mannen en vrouwen.<br />
Meer vrouwen dan mannen hebben de enquê<strong>te</strong> bijvoorbeeld ingevuld. Hier kwamen we la<strong>te</strong>r pas<br />
ach<strong>te</strong>r, waardoor we dit percentage niet meer gelijk konden krijgen.<br />
Ook zijn we erach<strong>te</strong>r dat <strong>het</strong> maken van een uitgebreid plan van aanpak erg zinvol is. Hierdoor<br />
hadden we gelijk een goed beeld van welke kant we op moes<strong>te</strong>n werken. Af en toe hebben we de<br />
connectie met Europa wat la<strong>te</strong>n versloffen, maar dit hebben we er la<strong>te</strong>r dan weer ingevoegd.<br />
Waar we ook <strong>te</strong>genaan gelopen zijn is <strong>het</strong> overzet<strong>te</strong>n van atlaskaar<strong>te</strong>n in ons profielwerkstuk.<br />
Doordat we niet konden scannen, hebben we eerst alle atlaskaar<strong>te</strong>n gefotografeerd en deze<br />
foto's in <strong>het</strong> werkstuk gevoegd. La<strong>te</strong>r hadden we wel de beschikking tot een scanner, waardoor<br />
we alle vage atlaskaar<strong>te</strong>n nog door duidelijke atlaskaar<strong>te</strong>n hebben vervangen. Dit kost<strong>te</strong><br />
natuurlijk dubbel zoveel werk. Dus eigenlijk hadden we eerder een scanner moe<strong>te</strong>n gebruiken.<br />
Desnoods in de bibliotheek of op school.<br />
Nog een verbe<strong>te</strong>rpunt is <strong>het</strong> be<strong>te</strong>r <strong>om</strong>gaan met tijd. Wij denken dat iedereen die een<br />
profielwerkstuk erach<strong>te</strong>r zal k<strong>om</strong>en dat de tijd voorbij vliegt. In <strong>het</strong> begin hebben we onze<br />
tijdsplanning niet erg streng gevolgd waardoor we, toen de einddatum in zicht kwam, toch wel<br />
aan <strong>het</strong> stressen waren.<br />
Er zijn dus best wat zaken die we mee moe<strong>te</strong>n nemen naar de toek<strong>om</strong>st, zodat we ze de volgende<br />
keer nog weer wat be<strong>te</strong>r kunnen doen.<br />
88
Bronnenlijst<br />
Si<strong>te</strong>s<br />
www.greenfacts.org/nl/biodiversi<strong>te</strong>it/biodiversi<strong>te</strong>it-foldout.<strong>pdf</strong><br />
Uitgever: Jacques de Selliers<br />
Bron: Millennium Ecosys<strong>te</strong>m Assessment<br />
Inhoud: Samenvatting biodiversi<strong>te</strong>israpport<br />
http://forum.fok.nl/topic/1119109?token=42c8500d635a9aa1d644cfcad2f0a9ef&allowcookies<br />
Laatst gewijzigd: 24-01-08<br />
http://www.neoweb.nl/forum2/index.php?topic=1008.0<br />
Laatst gewijzigd: 12-09-04<br />
http://www.europa-nu.nl/id/vh89nvo47vi0/europese_landen<br />
Redactie: Mr. Nico Visser en Daan Smolders MA<br />
Bron: CIA The World Factbook<br />
http://nl.<strong>wiki</strong>pedia.org/<strong>wiki</strong>/Klimaat<br />
Laatst gewijzigd: 31-08-12<br />
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/methoden/begrippen/default.htm?ConceptID=3205<br />
Bron: CBS<br />
http://www.scientias.nl/verdwijnen-de-zonnevlekken-op-de-zon/15931<br />
Laatst gewijzigd: 15-09-10<br />
Au<strong>te</strong>ur: Caroline Kraaijvanger<br />
http://www.vwkweb.nl/cms/index.php?option=c<strong>om</strong>_con<strong>te</strong>nt&task=view&id=383<br />
Bron: Vereniging voor Weerkunde en Klimatologie<br />
http://jrscience.wcp.muohio.edu/studentresearch/clima<strong>te</strong>_projects_04/glacial_cycles/web/int<br />
ro.html<br />
Bron: Milutin Milankovitch<br />
http://ozone.unep.org/new_si<strong>te</strong>/en/index.php<br />
Bron: Ozone Secre<strong>te</strong>riat<br />
http://www.scientias.nl/ontbossing-koelt-de-aarde/50272<br />
Laatst gewijzigd: 17-11-11<br />
Au<strong>te</strong>ur: Caroline Kraaijvanger<br />
http://edepot.wur.nl/43582<br />
Jaar van uitgave: 2008<br />
Au<strong>te</strong>ur: Chantal de Jonge<br />
http://www.europa-nu.nl/id/vhvql17z57yo/bosbranden<br />
http://www.groenopweg.nl/persbericht/2/9/Kabinet-Klimaatverandering-vraagt-<strong>om</strong>innovatie<br />
Laatst gewijzigd: 06-04-07<br />
Bron: San<strong>om</strong>a Media Netherlands<br />
http://www.me<strong>te</strong>owes<strong>te</strong>rlo.be/klimaatverandering/vulkanisme.htm<br />
Jaar van uitgave: 2006<br />
Bron: Me<strong>te</strong>o Wes<strong>te</strong>rlo<br />
http://www.milieufocus.nl/factsheets/m/mineralen-aangif<strong>te</strong>sys<strong>te</strong>em-minas.html<br />
Laatst gewijzigd: 18-11-08<br />
http://www.klimaatgek.nl/cms/?Nieuwe_inzich<strong>te</strong>n:De_zon<br />
Laatst gewijzigd: 26-12-09<br />
http://globalwarming.berrens.nl/broeikaseffect.htm<br />
http://www.keesfloor.nl/artikelen/weer/dun_ijs/index.htm<br />
Jaar van uitgave: 2009<br />
Bron: Het Weer Magazine<br />
89
http://www.trouw.nl/tr/nl/11016/Trouwens/article/detail/3287796/2012/07/17/Smeltwa<strong>te</strong>rverwoest-brug-in-Groenland.dhtml<br />
Laatst gewijzigd: 17-07-12<br />
Au<strong>te</strong>ur: Nienke Schipper<br />
http://www.clima<strong>te</strong>quest.org/page/reference.php?id=15<br />
Au<strong>te</strong>urs: Rens Kortmann (CE Delft), Edgar Peijnenborgh (RPS), Judith Harrewijn, Lindske<br />
van Hulst (SME Advies)<br />
http://www.clima<strong>te</strong>quest.org/page/reference.php?full=4<br />
Au<strong>te</strong>urs: Rens Kortmann (CE Delft), Edgar Peijnenborgh (RPS), Judith Harrewijn, Lindske<br />
van Hulst (SME Advies)<br />
http://www.faqt.nl/opmerkelijk/aarde-staat-in-de-toek<strong>om</strong>st-stil/<br />
Laatst gewijzigd: 16-06-10<br />
Au<strong>te</strong>urs: German Roding<br />
http://users.<strong>te</strong>lenet.be/hhs-heist1/aardrijkskunde/BewegingenAarde.htm<br />
Au<strong>te</strong>urs: Niels Jacobs, Filip van Bael, Filip van den Broeck, Hans Kerselaers<br />
http://www.<strong>hier</strong>.nu/klimaatgids/25/verwoestijning-zand-stof-en-kale-rotsen-rukken-op<br />
Bron: HIER Klimaatcampagne<br />
http://library.thinkquest.org/C0110881/greenhouse_nl.html<br />
http://www.me<strong>te</strong>owes<strong>te</strong>rlo.be/klimaatverandering/landgebruik.htm<br />
Jaar van uitgave: 2006<br />
Bron: Me<strong>te</strong>o Wes<strong>te</strong>rlo<br />
http://www.ikleefgroen.nl/klimaat/koolstofcyclus/<br />
Jaar van uitgave: 2010<br />
Bron: Den Haan Digitale Media & Marketing<br />
http://globalwarming.berrens.nl/gevolgen.htm<br />
http://www.c<strong>om</strong>pendiumvoordeleef<strong>om</strong>geving.nl/indicatoren/nl0096-Stikstof--enfosforoverschot<strong>te</strong>n-in-de-landbouw.html?i=3-17<br />
Laatst gewijzigd: 13-12-11<br />
Bron: Het C<strong>om</strong>pendium voor de Leef<strong>om</strong>geving<br />
http://www.schooltv.nl/eigenwijzer/2157310/aardrijkskunde/i<strong>te</strong>m/1201581/natuurlijkeoorzaken-klimaatverandering/<br />
Bron: NTR<br />
http://www.billmcguire.co.uk/<br />
Bron: Bill McGuire<br />
http://www.iselinge.nl/Scholenplein/pabolessen/99002btoerisme/Het%20Middellandse%20Zee<br />
%20gebied.htm<br />
http://unfccc.int/essential_background/i<strong>te</strong>ms/6031.php<br />
Bron: Uni<strong>te</strong>d Nations Framework Convention on Clima<strong>te</strong> Change<br />
http://www.europa-nu.nl/id/vhesf063wxu9/europese_aanpak_klimaatverandering<br />
Redactie: Mr. Nico Visser en Daan Smolders MA<br />
http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/klimaatverandering/klimaatverandering-enklimaatbeleid<br />
Bron: Rijksoverheid<br />
http://www.eu-milieubeleid.nl/ch15.html<br />
Bron: Rijksoverheid<br />
http://<strong>wiki</strong>travel.org/nl/CO2-uitstoot_door_transport<br />
Laatst gewijzigd: 18-01-12<br />
http://www.milieucentraal.nl/themas/schoon-en-zuinig-opweg/vakantieverkeer/vakantiespecial<br />
Bron: Milieu Centraal<br />
90
http://www.afval.noordhoek.nl/archief/0010/europa_verbiedt_alle_cfks.htm<br />
Uitgever: Noordhoek BV<br />
http://www.recyclingplatform.nl/recycling-processen/koelkas<strong>te</strong>n<br />
Bron: Stichting Nederlandse Verwijdering Metalektro Produc<strong>te</strong>n (NVMP)<br />
http://www.klm.c<strong>om</strong>/travel/nl_nl/business/bluebiz_premium/co2_c<strong>om</strong>pensation/index.htm<br />
Bron: KLM<br />
http://www.eea.europa.eu/publications/wa<strong>te</strong>r-resources-across-europe<br />
Laatst gewijzigd: 17-03-09<br />
http://www.wur.nl/NR/rdonlyres/A1BBA52A-E671-4ABA-9EDF-<br />
F237BC86B11B/104051/Wa<strong>te</strong>rverbruikenToerisme09.<strong>pdf</strong><br />
Laatst gewijzigd: december 2009<br />
Au<strong>te</strong>ur: Loes Wijnen<br />
http://www.travelife.eu/index.php?id=1<br />
Boeken<br />
De Gro<strong>te</strong> Bosatlas, 53e editie<br />
Jaar van uitgave: 2007<br />
Uitgever: Wol<strong>te</strong>rs-Noordhoff<br />
Kaartnummers: 52F, 76A, 76D, 91A, 208C, 209G, 218C.<br />
Weer en klimaat: Klimaatveranderingen<br />
Jaar van uitgave: 2005<br />
Au<strong>te</strong>ur: Terry Jennings<br />
Uitgever: Evons Brothers Limi<strong>te</strong>d<br />
De Bosatlas van <strong>het</strong> Klimaat<br />
Jaar van uitgave: 2011<br />
Uitgever: Noordhoff Uitgevers BV, KNMI<br />
Terra A<br />
Jaar van uitgave: 2006<br />
Au<strong>te</strong>urs: Daphne Ariaens, Stan van Ginkel, Hans de Jong, Lammert Kunnen, Henk Nonnekes,<br />
Fred Oedekerk, Jocelyn Rmmers-Kamp en Janhendrik Wol<strong>te</strong>rs<br />
Uitgever: Wol<strong>te</strong>rs-Noordhoff<br />
91