Hervormde gemeente Tholen, 13 december 2009, 09:30 uur; Ds. W ...
Hervormde gemeente Tholen, 13 december 2009, 09:30 uur; Ds. W ...
Hervormde gemeente Tholen, 13 december 2009, 09:30 uur; Ds. W ...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Hervormde</strong> <strong>gemeente</strong> <strong>Tholen</strong>, <strong>13</strong> <strong>december</strong> <strong>20<strong>09</strong></strong>, <strong>09</strong>:<strong>30</strong> <strong>uur</strong>; <strong>Ds</strong>. W. Meijer<br />
Aanvangspsalm<br />
Ps 92: 1<br />
Ps 39: 5<br />
Laat ons den rustdag wijden,<br />
Nu dan, o HEER', wat is 't, dat ik verwacht?<br />
Met psalmen tot Gods eer.<br />
Mijn hope staat op U alleen.<br />
't Is goed, o Opperheer,<br />
Verlos mij, door Uw onweerstaanbre kracht,<br />
Dat w' ons in U verblijden.<br />
Van al mijn ongerechtigheen,<br />
't Zij d' uchtendstond, vol zoetheid,<br />
En stel mij niet, getrouwe Toeverlaat,<br />
Ons stelt Uw gunst in 't licht;<br />
Den dwazen stervling tot een smaad.<br />
't Zij ons de nacht bericht,<br />
Van Uwe trouw en goedheid.<br />
Ps 119: 4<br />
Ps 32: 3 en 4<br />
Ik zal, oprecht van hart, Uw Naam, o HEER',<br />
3 'k Bekend', o HEER', aan U oprecht mijn zonden,<br />
Gestaag den roem van Uwe grootheid geven,<br />
'k Verborg geen kwaad, dat in mij werd gevonden.<br />
Als ik 't gezag en 't heilig oogmerk leer<br />
Maar ik beleed na ernstig overleg,<br />
Van 't vlekkloos recht, door Uwe hand beschreven. Mijn boze daan: Gij naamt die gunstig weg.<br />
'k Zal Uw geboon bewaren tot Uw eer;<br />
Dies zal tot U een ieder van de vromen,<br />
Verlaat mij toch niet ganslijk in dit leven.<br />
In vindenstijd met ootmoed smekend komen.<br />
Een zee van ramp moog' met haar golven slaan,<br />
Hoe hoog zij ga, zij raakt hem zelfs niet aan.<br />
4 Gij zijt mij, HEER', ter schuilplaats in gevaren;<br />
Ps 85: 3<br />
Gij zult mij voor benauwdheid trouw bewaren.<br />
Merk op, mijn ziel, wat antwoord God u geeft;<br />
G' omringt me, daar Gij mij in ruimte stelt,<br />
Hij spreekt gewis tot elk, die voor Hem leeft,<br />
Met blij gezang, dat mijn verlossing meldt.<br />
Zijn gunstgenoot, van blijden troost en vree,<br />
Mijn leer zal u, o mens, naar 't recht doen handlen, Mits hij niet weer op 't spoor der dwaasheid tree.<br />
En wijzen u den weg, dien gij zult wandlen.<br />
Voorwaar, Gods heil is reeds nabij 't geslacht,<br />
Ik zal u trouw verzellen met mijn raad,<br />
Hetwelk Hem vreest en Zijne hulp verwacht;<br />
Terwijl mijn oog op u gevestigd staat.<br />
Opdat er eer in onzen lande woon',<br />
En zich aldaar op 't luisterrijkst vertoon'.<br />
Ps 103: 2<br />
Loof Hem, die u, al wat gij hebt misdreven,<br />
Hoeveel het zij, genadig wil vergeven,<br />
Uw krankheen kent en liefderijk geneest;<br />
Die van 't verderf uw leven wil verschonen,<br />
Met goedheid en barmhartigheen u kronen;<br />
Die in den nood uw redder is geweest.<br />
Ps 86<br />
1 Neig, o HEER', Uw gunstig' oren,<br />
Om mij in mijn angst te horen.<br />
'k Ben ellendig, diep in nood,<br />
Gans van heul en hulp ontbloot;<br />
Hoed mijn ziel, Gij zijt almachtig,<br />
En ik ben Uw gunst deelachtig.<br />
O mijn God, die mij aanschouwt,<br />
Red Uw knecht, die U vertrouwt.<br />
5 Al de heidnen door Uw handen<br />
Voortgebracht in alle landen,<br />
Zullen tot U komen, HEER',<br />
Bukken voor Uw aanschijn neer,<br />
En Uw Naam ter ere leven.<br />
Gij zijt groot en hoog verheven;<br />
Gij doet duizend wonderheen:<br />
Gij zijt God, ja Gij alleen.<br />
9 Doe een teken mij ten goede,<br />
Dat mijn haters in hun woede<br />
Mogen zien, hoe, tot hun spijt,<br />
Gij mij troost, en mij bevrijdt.<br />
2 Wie toch is, als Gij, weldadig?<br />
Wees mij dan, o HEER', genadig;<br />
Want mijn roepen en geklag<br />
Klimt tot U den gansen dag.<br />
Wil de ziel Uws knechts verblijden;<br />
Ondersteun hem in zijn lijden;<br />
Want ik hef mijn hart en oog,<br />
Trouwe God, tot U omhoog.<br />
6 Leer mij naar Uw wil te handlen,<br />
'k Zal dan in Uw waarheid wandlen;<br />
Neig mijn hart, en voeg het saam,<br />
Tot de vrees van Uwen Naam.<br />
HEER', mijn God, ik zal U loven,<br />
Heffen 't ganse hart naar boven;<br />
'k Zal Uw Naam en majesteit<br />
Eren tot in eeuwigheid.<br />
Schriftlezing: Psalm 32<br />
1 Een onderwijzing van David. Welgelukzalig is hij,<br />
wiens overtreding vergeven, wiens zonde bedekt is.<br />
2 Welgelukzalig is de mens, dien de HEERE de<br />
ongerechtigheid niet toerekent, en in wiens geest geen<br />
bedrog is.<br />
3 Toen ik zweeg, werden mijn beenderen verouderd, in<br />
mijn brullen den gansen dag.<br />
4 Want Uw hand was dag en nacht zwaar op mij; mijn<br />
sap werd veranderd in zomerdroogten. Sela.<br />
5 Mijn zonde maakte ik U bekend, en mijn<br />
ongerechtigheid bedekte ik niet. Ik zeide: Ik zal belijdenis<br />
van mijn overtredingen doen voor den HEERE; en Gij<br />
vergaaft de ongerechtigheid mijner zonde. Sela.<br />
6 Hierom zal U ieder heilige aanbidden in vindenstijd;<br />
ja, in een overloop van grote wateren zullen zij hem<br />
niet aanraken.<br />
3 HEER', door goedheid aangedreven,<br />
Zijt Gij mild in 't schuldvergeven.<br />
Wie U aanroept in den nood,<br />
Vindt Uw gunst oneindig groot.<br />
HEER', neem mijn gebed ter oren;<br />
Wil naar mijne smeking horen;<br />
Merk naar Uw goedgunstigheen,<br />
Op de stem van mijn gebeen.<br />
7 Want Uw goedheid, hoogst gerezen,<br />
Hebt Gij dikwijls mij bewezen,<br />
En mijn ziel, hoezeer verdrukt,<br />
Uit het diepst van 't graf gerukt.<br />
O mijn God, de trotsaards spannen<br />
Boos te zamen met tirannen,<br />
Tot mijn dood en zielsverdriet.<br />
Zij ontzien Uw hoogheid niet.<br />
4 'k Ben gewoon, in bange dagen,<br />
Mijn benauwdheid U te klagen;<br />
Gij toch, Die d' ellenden ziet,<br />
Hoort mij, en verstoot mij niet.<br />
HEER', wat goon de heidnen roemen,<br />
Niemand is bij U te noemen;<br />
Daden, als Uw grote daan,<br />
Treft men nergens elders aan.<br />
8 Maar Gij, HEER, Gij zijt lankmoedig,<br />
Zeer barmhartig, overvloedig<br />
In gena, die ons behoedt,<br />
Groot van waarheid, eindloos goed.<br />
Wend U tot mijn ziel genadig;<br />
Sterk Uw knecht, en geef weldadig<br />
Ondersteuning aan den zoon<br />
Uwer dienstmaagd, van den troon.<br />
7 Gij zijt mij een Verberging; Gij behoedt mij voor<br />
benauwdheid; Gij omringt mij met vrolijke gezangen van<br />
bevrijding. Sela.<br />
8 Ik zal u onderwijzen, en u leren van den weg, dien gij<br />
gaan zult; Ik zal raad geven, Mijn oog zal op u zijn.<br />
9 Weest niet gelijk een paard, gelijk een muilezel,<br />
hetwelk geen verstand heeft, welks muil men breidelt met<br />
toom en gebit, opdat het tot u niet genake.<br />
10 De goddeloze heeft veel smarten, maar die op den<br />
HEERE vertrouwt, dien zal de goedertierenheid<br />
omringen.<br />
11 Verblijdt u in den HEERE, en verheugt u, gij<br />
rechtvaardigen! en zingt vrolijk, alle gij oprechten van<br />
harte!
Liturgie<br />
Tijdens de diensten wordt er gebruik gemaakt van de Statenvertaling<br />
en de Psalmberijming van 1773. De liturgieopbouw is sober en wordt<br />
gekenmerkt door de centrale plaats van de verkondiging en prediking<br />
van het Woord van God.<br />
De opbouw van de liturgie is meestal als volgt :<br />
Orgelspel<br />
Binnenkomst kerkenraad<br />
Afkondigingen<br />
Aanvangspsalm<br />
Stil gebed<br />
Votum en groet<br />
Evt. aanvangstekst<br />
Aanvangspsalm<br />
Lezing van de Wet des Heeren ('s ochtends) of een geloofsbelijdenis ('s avonds)<br />
Instemming door de <strong>gemeente</strong> met het zingen van een psalm<br />
Gebed voor de opening van het Woord<br />
Schriftlezing<br />
Psalm met onder voorspel drie collecten<br />
Preek<br />
Psalm<br />
Dankgebed en Voorbeden<br />
Psalm<br />
Zegen (staande)<br />
Binnengaan consistorie van de kerkenraad en predikant<br />
Uitleidend orgelspel<br />
De orde van dienst is volgens de klassieke formulieren van het dienstboek van de Nederlandse<br />
<strong>Hervormde</strong> Kerk. De psalmen en enige gezangen worden niet-ritmisch gezongen. Wanneer 's<br />
ochtends de Wet wordt voorgelezen, is dat in de regel uit Exodus 20. De geloofsbelijdenis die 's<br />
avonds wordt voorgelezen is meestal het Apostolicum.<br />
Vanmorgen wordt het sacrament van het Heilig Avondmaal bediend, dit zal plaats vinden na de preek<br />
en voor het dankgebed en de voorbeden. Tijdens de bediening van het Heilig Avondmaal wordt bij<br />
iedere tafel een kort Bijbelgedeelte gelezen.<br />
Voor de bediening van het sacramenten zal het Avondmaalsformulier worden gelezen.<br />
Hiervoor wordt wordt het klassieke formulier gebruikt.<br />
Vanavond begint de dienst om 18:<strong>30</strong> <strong>uur</strong>