Untitled - The Cloud Collective
Untitled - The Cloud Collective
Untitled - The Cloud Collective
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Essay<br />
Inleiding<br />
‘Maak rizoom, en geen wortel, plant<br />
nooit, zaai niet, groei telgen! Wees<br />
niet één noch veel, wees veelheden!<br />
Trek een lijn en zet nooit een punt!<br />
De snelheid transformeert het punt in<br />
een lijn! Wees snel, zelfs wanneer je<br />
stil staat! Kanslijn, heuplijn (line<br />
of hips), vluchtlijn. Roep niet een<br />
generaal in u op! Heb geen juiste ideeën<br />
maar juist gewoon ideeën (Godard). Heb<br />
korte ideeën. Maak kaarten en geen<br />
foto’s of tekeningen. Wees de roze<br />
panter en dat uw liefdes mogen zijn<br />
als de wesp en de orchidee, de kat en<br />
de baviaan.’(1)<br />
Deze op het eerste gezicht<br />
ondoordringbare en bijna mysterieuze<br />
aaneenschakeling van woorden en<br />
leestekens dient ter in- en verleiding<br />
voor een essay waarin ik wil uitleggen<br />
hoe de filosofie van Gilles Deleuze<br />
een vluchtlijn kan trekken uit de<br />
schijnbaar onoplosbare en weinig<br />
vruchtbare tegenstelling tussen<br />
modernisme en postmodernisme op zowel<br />
theoretisch als architectonisch vlak.<br />
Het postmodernisme mag ons dan bevrijd<br />
hebben van het onuitputtelijke geloof<br />
in de techniek en de bijna devote<br />
toewijding aan progressieve kennis-<br />
en kapitaalopbouw door te beweren dat<br />
elk mens in ieder tijdperk in zijn<br />
eigen werkelijkheid leeft [waarmee<br />
de universele toepasbaarheid van de<br />
door de modernisten heilig verklaarde<br />
wetenschap werd ondergraven];(2)<br />
het einde van de ‘grote verhalen’<br />
en de zogenaamde vrijheid die voor<br />
de ‘machinale disciplinering’ in de<br />
plaats kwam, bleek bij nader inzien<br />
toch minder soelaas te bieden dan<br />
verwacht.(3) Peter Sloterdijk stelt<br />
in 1983 dat er geen denkvermogen<br />
is dat al het problematische kan<br />
bijhouden. ‘Omdat alles problematisch<br />
is geworden is alles eigenlijk om<br />
het even.’(4) Ook in de architectuur<br />
kwamen de postmodernistische reacties<br />
op de eenzijdige modernistische<br />
concentratie op efficiëntie en<br />
standaardisatie die zulke spanning-<br />
plaats- en identiteitsloze steden<br />
had opgeleverd, vaak niet verder dan<br />
historisch pastiche begeleidt door<br />
imagogerichte marketingstrategieën.<br />
(5)<br />
‘Omdat alles<br />
problematisch is geworden<br />
is alles eigenlijk om het<br />
even.’ (Peter Sloterdijk)<br />
P 16<br />
Met de teloorgang van het geloof<br />
in de maakbare samenleving en het<br />
‘falen’ van de postmodernistische<br />
architectuur heeft de architect moeten<br />
vorsen naar een nieuwe vorm. Hilde<br />
Heynen beschrijft in Architecture and<br />
modernity hoe de architectuur heeft<br />
geworsteld met de moderne erfenis en<br />
uiteen is gevallen in een nostalgisch,<br />
utopische houding (Christian Norberg-<br />
Schulz, Christopher Alexander) die<br />
Beide houdingen hebben<br />
iets spastisch: Nostalgie als<br />
een spel, of transgressie<br />
zonder toekomst, zonder<br />
virtualiteit.<br />
de moderniteit ontkent (a), en een<br />
radicale, kritische houding (Peter<br />
Eisenman, Massimo Cacciari) die oppert<br />
de onmogelijkheid van betekenisvol<br />
wonen in de moderniteit te tonen en zo<br />
alleen het negatieve behandelt, ‘all<br />
joy is absent from their discourse’(6)<br />
(b). Beide houdingen hebben iets<br />
spastisch: Nostalgie als een spel,<br />
of transgressie zonder toekomst,<br />
zonder virtualiteit. Het creatieve en<br />
vreugdevolle werk van Gilles Deleuze<br />
verschaft een toevlucht omdat het<br />
constructivistisch en positief wil zijn<br />
in plaats van deconstructivistisch en<br />
negatief. Deleuze werkt verbindingen<br />
uit, niet door het samenvoegen van<br />
verschillen in complexe gehelen<br />
(zoals Colin Rowe of Robert Venturi<br />
dat doen) maar door eenheid te zien<br />
als een dynamische relatie tussen<br />
potentiële divergenties.<br />
Deleuzes werk is als een stad waarin<br />
je kunt verdwalen zonder daarvoor<br />
geschoold te moeten zijn (Benjamin);<br />
waarin geen duidelijke hoofdwegen te<br />
vinden zijn die als Hausmannboulevards<br />
naar het centrum leiden; immers ieder<br />
centrum ontbreekt. Als bezoeker van<br />
de stad die de filosofie van Deleuze<br />
heet, zul je moeten struinen, dwalen,<br />
en dolen. Je zult lijnen volgen die je<br />
leiden langs smalle, donkere stegen<br />
en gevoerd worden naar plekken van<br />
waaruit plots in het diepe de hele<br />
stad is te zien. Iedere bezoeker zal<br />
zijn eigen weg kiezen en de stad op<br />
een andere manier ervaren; er is<br />
geen ‘ene’ Deleuze, geen ‘echte’<br />
Deleuze. Iedere route biedt een ander<br />
perspectief, een andere sequentie<br />
binnen dezelfde stad. Schrijven<br />
over Deleuze kan dan ook niet het<br />
blootleggen van het ‘ene juiste’<br />
traject zijn; als een schatkaart<br />
die onthult wat impliciet blijft in<br />
Deleuzes eigen werk. Als we al zouden<br />
kunnen spreken van een tekst als een<br />
kaart, dan zou dat altijd zijn in het<br />
pluriforme, als een reeks kaarten.<br />
Kaarten die incompleet zullen zijn<br />
en blijven, kaarten die vaag zijn<br />
op bepaalde plekken en haarscherp op<br />
andere. Kaarten die architecten zullen<br />
aanspreken omdat ze getuigen van een<br />
vrijheid, ongebondenheid, dynamiek<br />
en vrolijkheid, maar ook omdat ze<br />
specifieke problemen behandelen; omdat<br />
het constructieve kaarten zijn.<br />
Er is inmiddels veel begeleidende<br />
literatuur over het werk van Deleuze<br />
verschenen dat zich specifiek richt op de<br />
architect of architectuurtheoreticus.<br />
Deze werken zijn echter vaak zeer<br />
geconcentreerd en specifiek(7) [omdat<br />
ze bijvoorbeeld slechts een of enkele<br />
Deleuziaanse concepten behandelen<br />
of Deleuze slechts gebruiken om een<br />
vergelijkbare ‘eigen’ filosofie te<br />
bedrijven] of tamelijk oppervlakkig<br />
Het creatieve en<br />
vreugdevolle werk van<br />
Gilles Deleuze verschaft<br />
een toevlucht omdat<br />
het constructivistisch en<br />
positief wil zijn in plaats<br />
van deconstructivistisch en<br />
negatief<br />
en al te loszinnig; wellicht uit<br />
een onderschatting van de lezer(8)<br />
Deleuze zelf meent dat je zijn werk<br />
niet moet begrijpen, maar dat het<br />
je ‘pakt’ of niet. Hij adviseert de<br />
lezer zijn werk te lezen zoals je<br />
naar een plaat luistert. Maar zoals<br />
er platen zijn die je tientallen<br />
malen moet luisteren om ze te kunnen<br />
doorgronden en waarderen, zo vereist<br />
Deleuze herlezing. Gelukkig gaat de<br />
analogie met muziek verder en is de<br />
eerste aanraking met zijn werk wel<br />
direct elektriserend. Brian Massumi<br />
schrijft in de Engelse vertaling van<br />
Mille plateaux dat je bij een plaat<br />
bepaalde nummers overslaat, en andere<br />
steeds opnieuw luistert.(9) Deleuze<br />
zou op eenzelfde manier gelezen kunnen<br />
worden. Architecten zouden op deze<br />
manier Deleuzes werk kunnen gebruiken