18.09.2013 Views

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

maatschappelijke opstelling in de jar<strong>en</strong> dertig. Als zoveel katholieke intellectuel<strong>en</strong><br />

staat hij welwill<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong>over <strong>het</strong> fascisme als de parlem<strong>en</strong>taire democratie ge<strong>en</strong><br />

adequaat antwoord heeft op <strong>het</strong> kwaad <strong>van</strong> materialisme, kapitalisme <strong>en</strong> secularisatie.<br />

Maar als Hitler in 1933 aan de macht komt, geeft Engelman zijn antidemocratische<br />

d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> op - elders in <strong>het</strong> <strong>boek</strong> wordt zelfs 1930 al als omslag g<strong>en</strong>oemd - om<br />

vervolg<strong>en</strong>s de kant <strong>van</strong> de republikein<strong>en</strong> in de Spaanse burgeroorlog te kiez<strong>en</strong>, lid te<br />

word<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> Comité <strong>van</strong> Waakzaamheid <strong>en</strong> later bekroonde verzetspoëzie te<br />

schrijv<strong>en</strong>. In <strong>en</strong>kele hoofdstukk<strong>en</strong> wordt op deze bijzondere episode uit Engelmans<br />

lev<strong>en</strong> ingegaan. Maar onvernoemd blijft <strong>het</strong> wellicht complicer<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong> dat<br />

Engelman in 1937 in <strong>het</strong> weekblad De waag publiceert, e<strong>en</strong> tijdschrift dat A.A. de Jonge<br />

in zijn standaardwerk Crisis <strong>en</strong> critiek der democratie (1968) kwalificeert als 'verreweg<br />

<strong>het</strong> beste <strong>van</strong> alle heel- of half-fascistische blad<strong>en</strong>'. Ook zou in dit licht e<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>de<br />

beschouwing op zijn plaats zijn geweest over Engelmans in 1941 versch<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

monografie over Pyke Koch <strong>en</strong> de toelichting die hij daarin geeft <strong>van</strong> Kochs nationaalsocialistische<br />

overtuiging.<br />

E<strong>en</strong> ander punt dat meer dan e<strong>en</strong>s g<strong>en</strong>oemd wordt, is de antiklerikale opstelling <strong>van</strong><br />

redacteur Engelman <strong>en</strong> andere jonger<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> progressief katholieke tijdschrift De<br />

geme<strong>en</strong>schap (1925-1941); ze accepteerd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bemoei<strong>en</strong>is '<strong>van</strong> e<strong>en</strong> gewijde beroepsgroep<br />

die niets had in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> over kunst, maar wel de pret<strong>en</strong>tie daartoe voelde'.<br />

Dat is ferme taal, maar wordt de redactionele autonomie zo niet te zwaar aangezet <strong>en</strong><br />

de klerikale c<strong>en</strong>suur te veel gemarginaliseerd? <strong>Op</strong> e<strong>en</strong> aantal niet in <strong>het</strong> <strong>boek</strong><br />

afgedrukte foto's <strong>van</strong> Geme<strong>en</strong>schap-bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> is de priesterlijke c<strong>en</strong>sor promin<strong>en</strong>t<br />

aanwezig, <strong>en</strong> secundaire literatuur vermeldt dat bijvoorbeeld in 1930 <strong>het</strong> tijdschrift<br />

heeft moet<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> dat kerkelijke c<strong>en</strong>suur allesbehalve e<strong>en</strong> te neger<strong>en</strong><br />

formaliteit was.<br />

Hierbov<strong>en</strong> gaf ik twee voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> kwesties waarover vooral constater<strong>en</strong>d wordt<br />

geschrev<strong>en</strong> terwijl ze toch vrag<strong>en</strong> oproep<strong>en</strong> die meer gebaat zijn bij kritische distantie<br />

<strong>en</strong> interpretatie. Van de hoofdstukk<strong>en</strong> over literatuur laboreert <strong>het</strong> betoog <strong>van</strong><br />

Liesbeth Feikema in hoge mate aan <strong>het</strong> gebrek aan afstand. Inzicht verkrijg<strong>en</strong> in<br />

Engelmans literatuuropvatting<strong>en</strong>, zo formuleert zij de doelstelling <strong>van</strong> haar artikel.<br />

Deze formulering lijkt mij wat te ruim omdat <strong>het</strong> onderzochte corpus alle<strong>en</strong> uit<br />

Parnassus <strong>en</strong> empyreum (1931) bestaat, e<strong>en</strong> beperkte <strong>en</strong> <strong>het</strong>erog<strong>en</strong>e bundeling <strong>van</strong><br />

literair-kritische beschouwing<strong>en</strong>. Feikema geeft onvoldo<strong>en</strong>de inzicht in wat de twee<br />

beoordelingscriteria 'vakbeheersing' <strong>en</strong> 'bezieling' zoal voor Engelman betek<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

in de wijze waarop hij die op zich weinig exceptionele norm<strong>en</strong> inzet in zijn taxaties<br />

<strong>van</strong> <strong>en</strong>ige Franse romans <strong>en</strong> Nederlandstalige poëzie. Ze beroept zich immers bijna<br />

uitsluit<strong>en</strong>d op Engelmans eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> die royaal geciteerd word<strong>en</strong>, terwijl die<br />

subjectieve <strong>en</strong> impressionistische uitsprak<strong>en</strong> juist voor analyse <strong>en</strong> interpretatie in<br />

aanmerking kom<strong>en</strong>.<br />

A.L. Sötemann <strong>en</strong> Edwin Lucas lat<strong>en</strong> in de door h<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> hoofdstukk<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><br />

dat citaat <strong>en</strong> in eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> gesteld comm<strong>en</strong>taar in e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtige verhouding<br />

tot elkaar kunn<strong>en</strong> staan. De Utrechtse emeritus hoogleraar nieuwere Nederlandse<br />

letterkunde Sötemann evalueert de sterke <strong>en</strong> zwakke kant<strong>en</strong> in Engelmans dichterlijke<br />

carrière. Hij concludeert dat Engelman met name op grond <strong>van</strong> zijn dikwijls herdrukte<br />

bundel Tuin <strong>van</strong> eros uit 1932, met daarin opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> de beroemde cantil<strong>en</strong>e <strong>en</strong> de<br />

vocalise 'En rade' uit de twee jaar eerder versch<strong>en</strong><strong>en</strong> bundel Sine nomine, ruimschoots<br />

'e<strong>en</strong> respectabele plaats onder onze poëtische erflaters' verdi<strong>en</strong>t.<br />

<strong>Op</strong> <strong>gezang</strong> <strong>en</strong> <strong>vlees</strong> <strong>belust</strong> - de titel is ontle<strong>en</strong>d aan e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heidsversje <strong>van</strong> Adriaan<br />

Roland Holst voor de dichter - bevestigt dat <strong>het</strong> literaire belang <strong>van</strong> Engelman in de<br />

vooroorlogse jar<strong>en</strong> ligt. In deze periode was hij iemand om rek<strong>en</strong>ing mee te houd<strong>en</strong>,

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!