18.09.2013 Views

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

Bespreking van het boek Op gezang en vlees belust ... - hans anten

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

HANS ANTEN<br />

Liesbeth Feikema, Roman Koot <strong>en</strong> Edwin Lucas (red.), <strong>Op</strong> <strong>gezang</strong> <strong>en</strong> <strong>vlees</strong><br />

<strong>belust</strong>. Over lev<strong>en</strong>, werk <strong>en</strong> stad <strong>van</strong> Jan Engelman. Utrecht (Kwadraat) 2000.<br />

206 pp.<br />

Zeld<strong>en</strong> zal e<strong>en</strong> om<strong>van</strong>grijk oeuvre in zekere zin zo snel tot zo weinig gereduceerd zijn<br />

als dat <strong>van</strong> Jan Engelman. De naamsbek<strong>en</strong>dheid <strong>van</strong> deze schrijver wordt t<strong>hans</strong><br />

verbond<strong>en</strong> aan hooguit drie, maar waarschijnlijk eerder aan twee gedicht<strong>en</strong> of ook wel<br />

aan één gedicht <strong>en</strong> daar dan de eerste regel <strong>van</strong>: 'Ambrosia, wat vloeit mij aan?' Zo<br />

begint de cantil<strong>en</strong>e 'Vera Janacopoulos', die Engelman in 1930 beroemd maakte.<br />

Enkele jar<strong>en</strong> later br<strong>en</strong>gt zijn r<strong>en</strong>ommee hem op gelijke hoogte met dichters als Roland<br />

Holst, Nijhoff <strong>en</strong> Bloem. Daarnaast verwierf Engelman in <strong>het</strong> interbellum faam als<br />

tijdschriftredacteur, essayist <strong>en</strong> criticus. Beschouwing<strong>en</strong> over literatuur, muziek,<br />

architectuur <strong>en</strong> beeld<strong>en</strong>de kunst publiceerde hij niet alle<strong>en</strong> in organ<strong>en</strong> waar<strong>van</strong> hij<br />

redacteur was, bijvoorbeeld De geme<strong>en</strong>schap, De nieuwe eeuw <strong>en</strong> De tijd, maar ook in<br />

tijdschrift<strong>en</strong> als De vrije blad<strong>en</strong> <strong>en</strong> Forum. Na de Tweede Wereldoorlog bleef Engelman<br />

op al deze terrein<strong>en</strong> actief, maar hij mist dan de aansluiting met de artistieke actualiteit<br />

<strong>en</strong> zijn poëzie bereikt nimmer <strong>het</strong> vooroorlogse niveau. Zijn reputatie was al danig<br />

verbleekt to<strong>en</strong> hij in 1972 overleed.<br />

7 juni 2000 was Engelmans honderdste geboortedag <strong>en</strong> daarin werd e<strong>en</strong> goede<br />

aanleiding gezi<strong>en</strong> hem met e<strong>en</strong> expositie <strong>en</strong> e<strong>en</strong> <strong>boek</strong> aan de vergetelheid te<br />

onttrekk<strong>en</strong>. <strong>Op</strong> <strong>gezang</strong> <strong>en</strong> <strong>vlees</strong> <strong>belust</strong> zal voor vel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> eerste introductie betek<strong>en</strong><strong>en</strong> op<br />

Engelmans lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> werk. Ondanks de kwalitatief nogal uite<strong>en</strong>lop<strong>en</strong>de bijdrag<strong>en</strong>,<br />

roept de bundel ongetwijfeld belangstelling op voor deze uitzonderlijke man. In zev<strong>en</strong><br />

hoofdstukk<strong>en</strong> belicht<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>veel auteurs respectievelijk Engelmans persoon, di<strong>en</strong>s<br />

relatie tot 'zijn' stad Utrecht, zijn poëzie, e<strong>en</strong> selectie uit zijn kritisch proza over<br />

beeld<strong>en</strong>de kunst <strong>en</strong> literatuur, <strong>en</strong> zijn plaats in de literaire constellatie <strong>van</strong> de jar<strong>en</strong><br />

dertig. Verder zijn bij wijze <strong>van</strong> intermezzi derti<strong>en</strong> door <strong>het</strong> <strong>boek</strong> verspreide<br />

bladzijd<strong>en</strong> ingeruimd voor derti<strong>en</strong> door afbeelding<strong>en</strong> <strong>en</strong> tekst gepres<strong>en</strong>teerde<br />

bijzondere gebeurt<strong>en</strong>iss<strong>en</strong>, anekdot<strong>en</strong> of locaties uit <strong>het</strong> lev<strong>en</strong> <strong>van</strong> de schrijver.<br />

Behalve deze illustraties bevat de bundel e<strong>en</strong> groot aantal foto's in vele format<strong>en</strong> <strong>van</strong><br />

Engelman <strong>en</strong> ander<strong>en</strong>, <strong>van</strong> tekst<strong>en</strong>, handschrift<strong>en</strong>, titelpagina's, tek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

schilderij<strong>en</strong>. De toelichting<strong>en</strong> daarbij staan ofwel onder de afbeelding, ofwel in de<br />

linker of rechter marge, marges die ook nog telk<strong>en</strong>s plaats bied<strong>en</strong> aan de verticale<br />

vermelding <strong>van</strong> <strong>boek</strong>- <strong>en</strong> hoofdstuktitel. Ik vroeg mij af wat Engelman, e<strong>en</strong> man zo<br />

lees ik '<strong>van</strong> de harmonie <strong>en</strong> <strong>van</strong> de klassieke schoonheidsvorm<strong>en</strong>', gevond<strong>en</strong> zou<br />

hebb<strong>en</strong> <strong>van</strong> deze hybride <strong>en</strong> zijn typografische vormgeving.<br />

Het is onmogelijk binn<strong>en</strong> <strong>het</strong> bestek <strong>van</strong> deze bespreking in te gaan op alle<br />

hoofdstukk<strong>en</strong>. Ik beperk me tot <strong>en</strong>ige algem<strong>en</strong>e opmerking<strong>en</strong> <strong>en</strong> <strong>en</strong>kele<br />

kanttek<strong>en</strong>ing<strong>en</strong> bij de del<strong>en</strong> over literatuur. In haar inleiding staat de redactie kort stil<br />

bij e<strong>en</strong> aantal saillante aspect<strong>en</strong> <strong>van</strong> Engelmans lev<strong>en</strong> <strong>en</strong> werk die voor <strong>het</strong> mer<strong>en</strong>deel<br />

in de bundel behandeld word<strong>en</strong>. Zo komt uiteraard de teg<strong>en</strong>draadse<br />

ruimd<strong>en</strong>k<strong>en</strong>dheid <strong>van</strong> de dichter ter sprake die in de vooroorlogse jar<strong>en</strong> zich<br />

nadrukkelijk katholiek noemde <strong>en</strong> met zijn lyriek tev<strong>en</strong>s de lichamelijke liefde bezong.<br />

Minder eig<strong>en</strong>zinnig is Engelman daar<strong>en</strong>teg<strong>en</strong> in zijn aan<strong>van</strong>kelijke politiek-


maatschappelijke opstelling in de jar<strong>en</strong> dertig. Als zoveel katholieke intellectuel<strong>en</strong><br />

staat hij welwill<strong>en</strong>d teg<strong>en</strong>over <strong>het</strong> fascisme als de parlem<strong>en</strong>taire democratie ge<strong>en</strong><br />

adequaat antwoord heeft op <strong>het</strong> kwaad <strong>van</strong> materialisme, kapitalisme <strong>en</strong> secularisatie.<br />

Maar als Hitler in 1933 aan de macht komt, geeft Engelman zijn antidemocratische<br />

d<strong>en</strong>kbeeld<strong>en</strong> op - elders in <strong>het</strong> <strong>boek</strong> wordt zelfs 1930 al als omslag g<strong>en</strong>oemd - om<br />

vervolg<strong>en</strong>s de kant <strong>van</strong> de republikein<strong>en</strong> in de Spaanse burgeroorlog te kiez<strong>en</strong>, lid te<br />

word<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> Comité <strong>van</strong> Waakzaamheid <strong>en</strong> later bekroonde verzetspoëzie te<br />

schrijv<strong>en</strong>. In <strong>en</strong>kele hoofdstukk<strong>en</strong> wordt op deze bijzondere episode uit Engelmans<br />

lev<strong>en</strong> ingegaan. Maar onvernoemd blijft <strong>het</strong> wellicht complicer<strong>en</strong>de gegev<strong>en</strong> dat<br />

Engelman in 1937 in <strong>het</strong> weekblad De waag publiceert, e<strong>en</strong> tijdschrift dat A.A. de Jonge<br />

in zijn standaardwerk Crisis <strong>en</strong> critiek der democratie (1968) kwalificeert als 'verreweg<br />

<strong>het</strong> beste <strong>van</strong> alle heel- of half-fascistische blad<strong>en</strong>'. Ook zou in dit licht e<strong>en</strong> verklar<strong>en</strong>de<br />

beschouwing op zijn plaats zijn geweest over Engelmans in 1941 versch<strong>en</strong><strong>en</strong><br />

monografie over Pyke Koch <strong>en</strong> de toelichting die hij daarin geeft <strong>van</strong> Kochs nationaalsocialistische<br />

overtuiging.<br />

E<strong>en</strong> ander punt dat meer dan e<strong>en</strong>s g<strong>en</strong>oemd wordt, is de antiklerikale opstelling <strong>van</strong><br />

redacteur Engelman <strong>en</strong> andere jonger<strong>en</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong> progressief katholieke tijdschrift De<br />

geme<strong>en</strong>schap (1925-1941); ze accepteerd<strong>en</strong> ge<strong>en</strong> bemoei<strong>en</strong>is '<strong>van</strong> e<strong>en</strong> gewijde beroepsgroep<br />

die niets had in te br<strong>en</strong>g<strong>en</strong> over kunst, maar wel de pret<strong>en</strong>tie daartoe voelde'.<br />

Dat is ferme taal, maar wordt de redactionele autonomie zo niet te zwaar aangezet <strong>en</strong><br />

de klerikale c<strong>en</strong>suur te veel gemarginaliseerd? <strong>Op</strong> e<strong>en</strong> aantal niet in <strong>het</strong> <strong>boek</strong><br />

afgedrukte foto's <strong>van</strong> Geme<strong>en</strong>schap-bije<strong>en</strong>komst<strong>en</strong> is de priesterlijke c<strong>en</strong>sor promin<strong>en</strong>t<br />

aanwezig, <strong>en</strong> secundaire literatuur vermeldt dat bijvoorbeeld in 1930 <strong>het</strong> tijdschrift<br />

heeft moet<strong>en</strong> ondervind<strong>en</strong> dat kerkelijke c<strong>en</strong>suur allesbehalve e<strong>en</strong> te neger<strong>en</strong><br />

formaliteit was.<br />

Hierbov<strong>en</strong> gaf ik twee voorbeeld<strong>en</strong> <strong>van</strong> kwesties waarover vooral constater<strong>en</strong>d wordt<br />

geschrev<strong>en</strong> terwijl ze toch vrag<strong>en</strong> oproep<strong>en</strong> die meer gebaat zijn bij kritische distantie<br />

<strong>en</strong> interpretatie. Van de hoofdstukk<strong>en</strong> over literatuur laboreert <strong>het</strong> betoog <strong>van</strong><br />

Liesbeth Feikema in hoge mate aan <strong>het</strong> gebrek aan afstand. Inzicht verkrijg<strong>en</strong> in<br />

Engelmans literatuuropvatting<strong>en</strong>, zo formuleert zij de doelstelling <strong>van</strong> haar artikel.<br />

Deze formulering lijkt mij wat te ruim omdat <strong>het</strong> onderzochte corpus alle<strong>en</strong> uit<br />

Parnassus <strong>en</strong> empyreum (1931) bestaat, e<strong>en</strong> beperkte <strong>en</strong> <strong>het</strong>erog<strong>en</strong>e bundeling <strong>van</strong><br />

literair-kritische beschouwing<strong>en</strong>. Feikema geeft onvoldo<strong>en</strong>de inzicht in wat de twee<br />

beoordelingscriteria 'vakbeheersing' <strong>en</strong> 'bezieling' zoal voor Engelman betek<strong>en</strong><strong>en</strong>, <strong>en</strong><br />

in de wijze waarop hij die op zich weinig exceptionele norm<strong>en</strong> inzet in zijn taxaties<br />

<strong>van</strong> <strong>en</strong>ige Franse romans <strong>en</strong> Nederlandstalige poëzie. Ze beroept zich immers bijna<br />

uitsluit<strong>en</strong>d op Engelmans eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> die royaal geciteerd word<strong>en</strong>, terwijl die<br />

subjectieve <strong>en</strong> impressionistische uitsprak<strong>en</strong> juist voor analyse <strong>en</strong> interpretatie in<br />

aanmerking kom<strong>en</strong>.<br />

A.L. Sötemann <strong>en</strong> Edwin Lucas lat<strong>en</strong> in de door h<strong>en</strong> geschrev<strong>en</strong> hoofdstukk<strong>en</strong> zi<strong>en</strong><br />

dat citaat <strong>en</strong> in eig<strong>en</strong> woord<strong>en</strong> gesteld comm<strong>en</strong>taar in e<strong>en</strong> ev<strong>en</strong>wichtige verhouding<br />

tot elkaar kunn<strong>en</strong> staan. De Utrechtse emeritus hoogleraar nieuwere Nederlandse<br />

letterkunde Sötemann evalueert de sterke <strong>en</strong> zwakke kant<strong>en</strong> in Engelmans dichterlijke<br />

carrière. Hij concludeert dat Engelman met name op grond <strong>van</strong> zijn dikwijls herdrukte<br />

bundel Tuin <strong>van</strong> eros uit 1932, met daarin opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong> de beroemde cantil<strong>en</strong>e <strong>en</strong> de<br />

vocalise 'En rade' uit de twee jaar eerder versch<strong>en</strong><strong>en</strong> bundel Sine nomine, ruimschoots<br />

'e<strong>en</strong> respectabele plaats onder onze poëtische erflaters' verdi<strong>en</strong>t.<br />

<strong>Op</strong> <strong>gezang</strong> <strong>en</strong> <strong>vlees</strong> <strong>belust</strong> - de titel is ontle<strong>en</strong>d aan e<strong>en</strong> geleg<strong>en</strong>heidsversje <strong>van</strong> Adriaan<br />

Roland Holst voor de dichter - bevestigt dat <strong>het</strong> literaire belang <strong>van</strong> Engelman in de<br />

vooroorlogse jar<strong>en</strong> ligt. In deze periode was hij iemand om rek<strong>en</strong>ing mee te houd<strong>en</strong>,


zoals Lucas in e<strong>en</strong> heldere <strong>en</strong> boei<strong>en</strong>de verhandeling over Engelmans drie<br />

tijdschriftloze jar<strong>en</strong> nog e<strong>en</strong>s aantoont. Onder meer <strong>van</strong>wege diepgaande artistieke <strong>en</strong><br />

lev<strong>en</strong>sbeschouwelijke m<strong>en</strong>ingsverschill<strong>en</strong> met zijn mederedacteur<strong>en</strong> H<strong>en</strong>k <strong>en</strong> Louis<br />

Kuit<strong>en</strong>brouwer (Albert Kuyle) verlaat hij eind 1930 De geme<strong>en</strong>schap. Aan de hand <strong>van</strong><br />

meestal (nog) ongepubliceerde briefwisseling<strong>en</strong> <strong>van</strong> Engelman met tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> <strong>en</strong><br />

gepubliceerde correspond<strong>en</strong>ties tuss<strong>en</strong> tijdg<strong>en</strong>ot<strong>en</strong> sc<strong>het</strong>st Lucas met gevoel voor<br />

nuance in <strong>het</strong> slothoofdstuk Engelmans ambival<strong>en</strong>te relatie tot <strong>het</strong> nieuwe tijdschrift<br />

Forum <strong>en</strong> zijn halfslachtige poging<strong>en</strong> <strong>van</strong> De vrije blad<strong>en</strong> weer <strong>en</strong> volwaardig literair<br />

periodiek te mak<strong>en</strong>. Wanneer Anton <strong>van</strong> Duinkerk<strong>en</strong> eind 1933 de Kuit<strong>en</strong>brouwers uit<br />

de redactie <strong>van</strong> De geme<strong>en</strong>schap heeft gewerkt, roept hij Engelman terug, die dan<br />

weinig bed<strong>en</strong>ktijd nodig heeft om 'alles weer in katholiek verband te do<strong>en</strong>', zoals hij<br />

<strong>het</strong> zelf uitdrukt. De hier getraceerde manoeuvres <strong>van</strong> Engelman om buit<strong>en</strong> De<br />

geme<strong>en</strong>schap publicatiemogelijkhed<strong>en</strong> voor zich te creër<strong>en</strong>, mak<strong>en</strong> e<strong>en</strong>s te meer<br />

duidelijk dat voor hem au fond <strong>het</strong> primaat <strong>van</strong> de katholieke lev<strong>en</strong>sbeschouwing<br />

gold.<br />

<strong>Op</strong> <strong>gezang</strong> <strong>en</strong> <strong>vlees</strong> <strong>belust</strong> is al met al e<strong>en</strong> in stilistisch <strong>en</strong> inhoudelijk opzicht<br />

onev<strong>en</strong>wichtige bundel. Omdat over de stijl in deze bespreking niets is gezegd, besluit<br />

ik met de redactionele zin te citer<strong>en</strong> die de mededeling adstrueert dat Jan Engelman<br />

ook e<strong>en</strong> lev<strong>en</strong>sg<strong>en</strong>ieter was. Let daarbij op de verdeling <strong>van</strong> de adjectiev<strong>en</strong>: 'Hij hield<br />

<strong>van</strong> goede wijn, mooie vrouw<strong>en</strong>, literatuur, muziek, beeld<strong>en</strong>de kunst <strong>en</strong><br />

sted<strong>en</strong>schoon.'<br />

Universiteit Utrecht<br />

Uit: Nederlandse letterkunde 6 (2001), p. 92-95.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!