ACV Nieuwsflash - ACV Voeding en Diensten

Wij willen de vleessector
niet overleveren aan
koppelbazen!
Het loopt fout in het vlees
In de vleessector zijn er veel onderaannemers actief
die diensten leveren aan de bedrijven. Bijvoorbeeld
ploegen die komen uitbenen of versnijden. Maar
meer en meer van die onderaannemers spelen het
spel niet correct. Zij betalen niet het juiste loon aan
hun personeel.
Zij dragen geen belastingen of bijdragen aan de
Sociale Zekerheid af. Zij plegen fraude met
werkloosheidsuitkeringen. Zij logeren hun personeel
in erbarmelijke omstandigheden. In een aantal
gevallen is er zelfs sprake van mensenhandel. Het
personeel is vaak niet goed opgeleid wat ook vragen
doet rijzen rond de hygiëne en de voedselveiligheid.
Het gaat hier vaak om werknemers van buitenlandse
oorsprong die geen Nederlands of Frans spreken. De
documenten die zij van hun werkgever ontvangen,
zijn meestal ook in een vreemde taal. Dat maakt het
heel moeilijk voor het ACV om met deze
werknemers contacten te leggen. Om hen uit te
leggen waar zij recht op hebben. Om samen te
kunnen reageren.
De goede jobs onder druk
Laten we duidelijk zijn: er zijn ook goede werkgevers
binnen de vleesnijverheid. Ondernemingen die wél
>> VLEESSECTOR
de loon– en arbeidsvoorwaarden respecteren die in
de collectieve arbeidsovereenkomsten zijn
vastgelegd. Die hun personeel en het personeel van
hun onderaannemers wél correct behandelen. Die
investeren in het sociaal overleg met de vakbonden
in hun bedrijf.
Maar het aantal “cowboys” neemt dag na dag toe,
onder meer wegens de openstelling van de grenzen.
Zij doen oneerlijke concurrentie aan de bedrijven die
wel correct handelen.
Wij willen vermijden dat de goede jobs in de sector
onder druk komen en plaats ruimen voor slechte
jobs: onderbetaalde arbeid, zwartwerk, uitbuiting,
….
Het ACV trekt aan de alarmbel!
www.acv-voeding-diensten.be
ACV Nieuwsflash
| JANUARI 2010 |
>> Daarom voert ACV Voeding en Diensten
op 19 januari actie in de vleessector.

Onze 6 voorstellen
Actie voeren op
zich is niet voldoende.
Er moeten
ook concrete
oplossingen uit
de bus komen.
Het ACV heeft
een aantal duidelijkevoorstellen
die de wanpraktijken in de sector een halt kunnen
toeroepen.
Wij zetten ze even op een rijtje :
1. Hoofdelijke aansprakelijkheid
Er moet voor ons een hoofdelijke aansprakelijkheid
komen voor de opdrachtgever. Het vleesbedrijf dat
een contract afsluit met een externe firma om bijvoorbeeld
bij haar te komen uitbenen, moet verantwoordelijk
kunnen gesteld worden als deze firma
haar personeel te weinig betaalt of geen belastingen
of sociale zekerheidsbijdragen afdraagt. Dat betekent
dat de opdrachtgever daarvoor uiteindelijk financieel
kan opdraaien.
Alleen op die manier kunnen wij ervoor zorgen dat
vleesbedrijven nog alleen beroep doen op betrouwbare
onderaannemers. En dat er geen contracten
meer worden afgesloten waarvan iedereen weet dat
de onderaannemer daarmee zijn personeel niet correct
kan betalen. Als de vleesbedrijven hun toevlucht
blijven zoeken tot cowboys, dan zullen zij dat op de
duur in hun portemonnee voelen.
2. Registratie
De onderaannemers in de sector moeten dringend in
kaart worden gebracht. De registratiecommissie die
in de sector werd ingevoerd (zie artikel hiernaast),
zette al een eerste stap in die richting. Maar deze registratie
moet nu door de overheid aan iedereen verplicht
opgelegd worden.
Zodat alle onderaannemers uit het vlees zich moeten
melden bij een commissie. Deze commissie kan controleren
of deze firma geen schulden heeft bij belastingen
of sociale zekerheid en of het personeel correct
werd ingeschreven. Zo kan het kaf van het koren
worden gescheiden.
Op die manier krijgen de opdrachtgevers meteen ook
meer zekerheid dat zij beroep doen op betrouwbare
onderaannemers.
2
Door de registratie krijgt de sociale inspectie ook
meer zicht op de onderaanneming in de sector.
3. Meer controlemiddelen
Zwartwerk is nog veel te gemakkelijk en is vaak moeilijk
te controleren bij gebrek aan bewijs. Er moet daarom
voor iedereen in de sector een sluitende tijdsregistratie
komen met prikklokken.
Het cash betalen van loon moet verboden worden. Er
mag nog alleen op de bankrekening van de werknemers
worden uitbetaald.
Deze maatregelen maken het voor vakbonden en sociale
inspectie makkelijker om te controleren of de spelregels
worden nageleefd.
4. Versterking sociale inspectie
De sociale inspectie is al jaren onderbemand. Het ACV
klaagt dit al lang aan. Men kan dan nog het beste systeem
invoeren, als dat niet gecontroleerd wordt op
het terrein blijven die afspraken vaak dode letter.
Wij willen dus meer volk bij de sociale inspectie en bij
de inspectie sociale wetten.
Wij vragen ook dat deze inspectiediensten nu voorrang
verlenen aan de vleessector. Om eindelijk de
wantoestanden gecoördineerd aan te pakken.
5. Een effectief vervolgbeleid
Het is niet voldoende dat er controles worden uitgevoerd.
Vastgestelde inbreuken moeten ook daadwerkelijk
worden bestraft.
Werkgevers die werden veroordeeld verdwenen, maar
blijken inmiddels opnieuw actief onder een andere
naam. Of blijken te zijn gehuisvest in een krot zodat
geen beslag kan worden gelegd op hun bezittingen.
Al te veel werkgevers ontspringen zo de dans. Dat
werkt demotiverend voor de sociale inspectie.
Een nieuwe wet voorziet dat hardnekkige fraudeurs
hun activiteiten moeten stopzetten. Blijkbaar is dat de
enige taal die hardleerse overtreders verstaan.
6. Opstarten van overleg
Wij willen over deze punten dringend overleg opstarten:
met de overheid (arbeid en tewerkstelling, sociale
zaken, staatssecretaris voor fraudebestrijding, justitie)
met de werkgeversfederaties
met de andere vakbonden.
Geen hoogmis met valse beloften. Maar wel een concreet
actieplan dat snel leidt tot resultaat.

De registratiecommissie vlees
Op 15 februari 1996 werd in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid een Collectieve Arbeidsovereenkomst
gesloten over de “arbeidsovereenkomsten en aanneming – detachering”. Deze collectieve arbeidsovereenkomst
kwam er op initiatief van het ACV. Want ook in 1996 waren er al veel onderaannemers
actief in de vleessector, op dat ogenblik vooral van Franse herkomst. Met die collectieve arbeidsovereen-
komst wou het ACV orde scheppen bij de onderaannemers.
De CAO vertrekt van het principe dat iedereen die in een vleesbedrijf
werkt, een contract heeft met die onderneming. Komen er
toch onderaannemers werken in het vleesbedrijf, dan moet een
kopie van het aannemingscontract tussen het vleesbedrijf en die
onderaannemer op de werkplaats bewaard worden. De collectieve
arbeidsovereenkomst legt daarvoor een model op. Indien het
gaat om een zelfstandige, moet er ook een kopie aanwezig zijn
van alle formulieren die bewijzen dat de onderaannemer in orde
is met het statuut van zelfstandige. Als het gaat om een onderaannemer
met personeel, dan dient ook het bewijs aanwezig te
zijn dat hij als werkgever voor zijn personeel in orde is met de bijdragen
voor de sociale zekerheid. De onderaannemer en zijn personeel
moeten zich steeds kenbaar kunnen maken met een
badge. Deze maatregelen moeten de controle door de sociale inspectie
vergemakkelijken.
Onderaannemers kunnen zich ook laten registreren bij de registratiecommissie
die toen werd opgericht. Die commissie controleert
om de zes maand of de onderaannemer in orde is met de
sociale zekerheid en de belastingen. Wanneer een vleesbedrijf
beroep doet op een niet-geregistreerde aannemer en deze niet
alle sociale documenten kan voorleggen, dan gaat men er van uit
dat die onderaannemer en al zijn personeel een arbeidsovereenkomst
heeft met het vleesbedrijf zelf. De vleesbedrijven hebben
er dus belang bij alleen beroep te doen op geregistreerde onderaannemers.
Hoewel de collectieve arbeidsovereenkomst niet wettelijk afdwingbaar
was, heeft de registratiecommissie lange tijd goed gewerkt.
Vleesbedrijven informeerden zich steeds of een onderaannemer
wel geregistreerd was alvorens zij hem in huis haalden.
Dat was ook de bedoeling ervan. Zo kwam er orde in het wereldje
van de onderaannemers. De collectieve arbeidsovereenkomst
wordt in binnen- en buitenland geroemd als een doeltreffend
middel tegen zwartwerk en koppelbazen. Op dit ogenblik zijn er
58 personen en 74 bedrijven als onderaannemer geregistreerd.
Het ACV heeft als enige vakbond zijn verantwoordelijkheid genomen
en heeft steeds actief deelgenomen aan deze registratiecommissie.
Sinds begin 2009 hebben de werkgevers zich uit deze
commissie teruggetrokken. Deze is nu op sterven na dood. De
collectieve arbeidsovereenkomst loopt op 30 juni af. Als er tegen
dan geen volwaardig alternatief komt, dan krijgen de koppelbazen
helemaal vrij spel in de sector.
De firma L: over hoe het
niet moet maar hoe het
wel anders kan
Het ACV voert op 19 januari actie
voor de poorten van de firma L in
Gent.
Deze firma doet al jarenlang beroep
op een netwerk van schimmige onderaannemers.
De sociale inspectie en de arbeidsauditeur
zetten al geruime tijd gerichte
acties op tegen deze onderaannemers.
Het kwam al een aantal keren
tot een veroordeling. In een aantal
gevallen bleek het te gaan om spookfirma’s
die nadien onder een andere
naam verder opereerden.
Het bleek dus erg moeilijk om hier
greep op te krijgen.
Onlangs werd de zaakvoerder van de
firma L, de opdrachtgever voor deze
onderaannemers, zelf persoonlijk
veroordeeld voor de correctionele
rechtbank.
Een bewijs dat wanneer de overheid
gerichte acties opzet, dit resultaat
kan opleveren.
Vandaar dat het ACV deze firma uitkoos
voor haar actie. Om de misbruiken
aan te klagen. Maar om tegelijk
aan te tonen dat er ook iets tegen
kan gedaan worden.
3

Verantwoordelijke uitgever : Louis De Prins—Kartuizersstraat 70—1000 Brussel
De vleessector in België
Onder de vleessector vallen de
slachthuizen, vleesuitsnijderijen,
de fabrieken die vleeswaren
produceren, de pluimveeslachterijen,
de vetsmelterijen en
ondernemingen voor darmbewerking. Het is een
belangrijke sector die in België ongeveer 14.000
werknemers telt waarvan 12.000 arbeiders en arbeidsters.
De sector telt zo’n 530 bedrijven.
Deze arbeiders vallen onder het paritair comité
voor de voedingsnijverheid. Daar worden verschillende
collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten
per deelsector. Die collectieve arbeidsovereenkomsten
bepalen de minimumlonen en premies waarop
de arbeiders in die deelsector recht hebben.
U vindt hiernaast de kernafspraken voor de belangrijkste
vleessectoren op basis van 38u/week.
Bovendien hebben alle arbeiders en arbeidsters
recht op:
Een dertiende maand (indien het gehele jaar
gewerkt, anders in verhouding), te betalen eind
december
Een koopkrachtpremie van 175 € (indien afgelopen
12 maand gewerkt, anders in verhouding) te
betalen met het loon van juni. In sommige ondernemingen
werd deze premie omgezet in een
ander voordeel.
Tussenkomst in de vervoerkosten, ook bij gebruik
eigen wagen
Een koudepremie
temperaturen lager dan - 18° C : 10 %
temperaturen tussen 5° C en -18° C : 5 % met
minimum 0,60 €/u voor de vleesconserven
Bestaanszekerheid bij economische werkloosheid:
dat is de vergoeding die de werkgever
bovenop de werkloosheidsvergoeding betaalt bij
elke dag tijdelijke werkloosheid:
о Eerste 5 dagen per jaar: 6,60 € per dag
о Nadien: 9,40 euro per dag
Kledijvergoeding: de werkgever moet de werkkledij
gratis ter beschikking stellen en onderhouden.
Als hij dat niet doet, bedraagt de voorziene
schadevergoeding:
о 3,30 € per week indien de werkgever de kledij
niet ter beschikking stelt ;
о 3,90 € per week indien de werkgever de
werkkledij niet onderhoudt.
Vergoeding na ontslag : dat is de vergoeding die
de werkgever betaalt aan de arbeider die hij
heeft ontslagen: 5,30 € per dag werkloosheid.
Hoelang u deze vergoeding ontvangt, hangt af
van het aantal jaren dienst in de onderneming.
4
Deze voorwaarden zijn ook van toepassing
op het personeel van de onderaannemers !!!
VLEESCONSERVEN
Minimumuurlonen - 6 maand dienst + 6 maand dienst
Ongeschoolden 11,93 € 12,34 €
Geoefenden 12,36 € 12,81 €
Geschoolden 12,90 € 13,34 €
Ochtendploeg: 10 % Namiddagploeg: 10 %
Nachtwerk (22u – 6u): 20 % op het loon
SLACHTHUIZEN / VLEESUITSNIJDERIJEN
Minimumuurlonen - 6 maand dienst + 6 maand dienst
Binnenplaatswerker 11,39 € 11,78 €
Hulparbeider 11,80 € 12,21 €
Geschoolde 12,21 € 12,62 €
Vakman 12,63 € 13,04 €
Uitsnijder - Uitbener
Aanvang 11,18 € 11,54 €
1 jaar praktijk - 11,89 €
2 jaar praktijk - 12,28 €
3 jaar praktijk - 12,73 €
5 dagen met zaterdag
Binnenplaatswerker 11,82 € 12,24 €
Hulparbeider 12,21 € 12,62 €
Geschoolde 12,71 € 13,12 €
Vakman 13,12 € 13,56 €
Uitsnijder - Uitbener
Aanvang 11,58 € 11,97 €
1 jaar praktijk - 12,34 €
2 jaar praktijk - 12,75 €
3 jaar praktijk - 13,17 €
Ochtendploeg: 0,43 € Namiddagploeg: 0,49 €
Nachtwerk (22u – 6u): 10 % op het loon. Minimum 1,71 €/u
PLUIMVEESLACHTERIJEN
Minimumuurlonen - 6 maand dienst + 6 maand dienst
Categorie I 11,06 € 11,44 €
Categorie II 11,50 € 11,88 €
Categorie III 12,27 € 12,72 €
Ochtendploeg: 10 % (of 0,43 €/u) Namiddagploeg: 10 %
Nachtwerk (22u – 6u): 20 % op het loon
Aanwezigheidspremie : 0,36 €/uur