EM 400 - X-FLOC

X-FLOC INBLAASMACHINE EM400 PAGINA 1 VAN 55 

X-Floc GmbH 

Dämmtechnik-Maschinen 

Industriestraße 64 

D-71272 Renningen 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 

Web: www.x-floc.com 

E-mail: info@x-floc.com 

Isolatiemateriaalverwerkingsmachi 

ne EM400 

Gebruiksaanwijzing 

Voor gebruik van de machine: Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en neem de veiligheidsvoorschriften 

in acht om mogelijke gevaren uit te sluiten. Bewaar de gebruiksaanwijzing goed om deze ook later nog te 

kunnen gebruiken. Deze gebruiksaanwijzing kan bij de fabrikant worden nabesteld. 

Machinetype: EM400C 

Serienr.: EM400C___ (zie kenplaat) 

Bouwjaar: 2009 2010 2011 2012 2013 

Uitvoering: zie kenplaat 

Printdatum: 15.11.2010 M:\TECHNIK\BA\EM400\nl\BA_EM400C_de.doc


X-Floc GmbH 




1 Belangrijke 

veiligheidsvoorschriften 

De huidige isolatiemateriaalverwerkingsmachine is 

uitgerust met bewegende onderdelen en elektrische 

inbouwelementen. Door een foutieve bediening of 

het niet in acht nemen van de 

veiligheidsvoorschriften kunnen aanzienlijke gevaren 

voor mens en gezondheid met ernstige 

verwondingen ontstaan. 

Om ernstige verwondingen of 

aanzienlijke materiële schade te 

vermijden mogen uitsluitend 

gekwalificeerde personen aan de 

machine werken. 

Deze personen moeten voor de ingebruikstelling of 

voor onderhoudswerken met succes een erkende 

opleiding over de verwerking van isolatiemateriaal in 

de bouw hebben voltooid. Bovendien moet een 

opleiding over de bediening van de machine hebben 

plaatsgevonden. De relevante hoofdstukken in deze 

gebruiksaanwijzing moeten gekend zijn. Neem de 

volgende belangrijke veiligheidsvoorschriften in acht: 

1.1 Informele voorschriften 

• Lees en volg de gebruiksaanwijzing. 

• Volg alle waarschuwings- en 

veiligheidsvoorschriften op de machine en in de 

gebruiksaanwijzing op. Deze gebruiksaanwijzing 

bevat de belangrijkste voorschriften om de 

machine veilig te bedienen. 

• De gebruiksaanwijzing moet voortdurend op de 

gebruiksplaats van de machine worden bewaard. 

• Alle veiligheidsen gevarenvoorschriften aan de 

machine moeten in een leesbare toestand worden 

gehouden. 

• Voer geen bouwkundige wijzigingen aan de 

machine uit. Een wijziging kan tot nieuwe 

veiligheidsrisico's leiden en de garantie kan 

vervallen. 

1.2 Algemene gevarenvoorschriften 

• De machine mag uitsluitend door gekwalificeerde 

vaklui voor het voorziene doel worden gebruikt, 

bediend en ingezet. 

• Personen die zich in de buurt van de machine 

bevinden moeten zich tegen de schadelijke 

gevolgen van mogelijks te ontstaan stof 

beschermen. Gebruik een efficiënte stofafzuiging 

of draag adembescherming. 

• Laat de machine in gebruiksklare toestand niet 

onbeheerd achter om gevaren door foutieve 

bediening door niet-geautoriseerde personen uit 

te sluiten. 

• Raak de hakselaar of de sluis nooit met een 

lichaamsdeel of hulpmiddel aan en reik niet in het 

voedingsreservoir. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



• Gebruik de machine niet op een natte 

ondergrond. 

• Gebruik de machine niet op een onstabiele 

ondergrond. Wanneer de machine omvalt kan dit 

tot verwondingen en beschadigingen leiden. 

• Zorg ervoor dat de machine en vooral het 

voedingsreservoir vrij blijft van vreemde 

voorwerpen, zoals vb. stenen, nagels, vervuild 

isolatie- of verpakkingsmateriaal. Onderdelen van 

de machine kunnen anders worden beschadigd. 

• Verwerk alleen isolatiematerialen die op basis van 

de bouwvoorschriften zijn toegelaten. Andere 

verwerkingsmaterialen kunnen bijkomende 

gevaren door ontsteking, elektrostatische 

oplading of andere risico's met zich meebrengen. 

1.3 Elektrische gevarenvoorschriften 

• Verbind de stroomvoorziening pas opnieuw 

wanneer de machine is gemonteerd en het 

voedingsreservoir vast met de hakselbak is 

verbonden. 

• Onderbreek de stroomvoorziening en verwijder de 

stuurstekker van de kabel- of draadloze 

afstandsbediening voor het afnemen van het 

voedingsreservoir en voor het reinigen van de 

machine. Verbind de stroomvoorziening pas 

opnieuw wanneer de machine is gemonteerd en 

het voedingsreservoir vast met de hakselbak is 

verbonden. 

• Gebruik uitsluitend de meegeleverde stroomkabel 

met een doorsnede van 2,5mm 2 . 

• Rol het netsnoer helemaal van de haspel af om 

oververhitting en beschadiging te vermijden. 

• Om het risico van elektrische schok te 

verminderen mag de machine uitsluitend door 

gekwalificeerde vaklui worden uiteengehaald, 

onderhouden of hersteld. Het openen van de 

schakelkast, het verwijderen van deksels en 

dergelijke en een foutieve montage van de 

machine verhogen het gevaar op gevaarlijke 

elektrische schokken en andere risico's. 

• Gebruik de voorziene afdekkappen van de 

stuurbussen om te voorkomen dat u in contact 

komt met blootliggende elektrische contacten. 



X-Floc GmbH 




2 Inhoudsopgave 

1 Belangrijke veiligheidsvoorschriften ...... 2 

1.1 Informele voorschriften.............................. 2 

1.2 Algemene gevarenvoorschriften................ 2 

1.3 Elektrische gevarenvoorschriften .............. 2 

2 Inhoudsopgave .......................................... 3 

3 Voorwoord.................................................. 4 

3.1 Service....................................................... 4 

3.2 Auteursrecht .............................................. 4 

3.3 Tekens en symbolen ................................. 4 

3.4 Waarborg en aansprakelijkheid................. 4 

4 Veiligheidsvoorschriften .......................... 6 

4.1 Basisprincipe ............................................. 6 

4.2 Wederverkoop ........................................... 6 

4.3 Voorgeschreven gebruik ........................... 6 

4.4 Niet-voorgeschreven gebruik .................... 6 

4.5 Ontheffing van aansprakelijkheid .............. 6 

4.6 Structurele wijzigingen............................... 6 

4.7 Gevarenbronnen........................................ 6 

4.8 Persoonlijke beschermuitrusting ............... 6 

4.9 Opleiding van het personeel...................... 7 

4.10 Elektrische gevaren................................... 7 

4.11 Onderhoud en verhelpen van storingen.... 7 

5 Levering en ingebruikstelling .................. 8 

5.1 Leveringsomvang ...................................... 8 

5.2 In ontvangst nemen van de machine ........ 8 

5.3 Registrering ............................................... 8 

5.4 Ingebruikstelling......................................... 8 

6 Beschrijving van de machine................... 9 

6.1 Producteigenschappen.............................. 9 

6.2 Verwerkingsstoffen, aanwendingsbereik... 9 

6.3 Opbouw van de machine........................... 9 

6.4 Bijkomende module................................. 10 

6.5 Werkwijze ................................................ 11 

7 Bediening ................................................. 13 

7.1 Stilleggen in geval van nood ................... 13 

7.2 Algemene voorschriften........................... 13 

7.3 Transport van de machine....................... 13 

7.4 Opstelling van de machine ...................... 13 

7.5 Elektrische aansluiting............................. 14 

7.6 Aansluiting manueel bedieningsmechanisme 

14 

7.7 Gebruiksklare toestand tot stand brengen15 

7.8 Warmlopen van de machine.................... 15 

7.9 Vullen van de machine ............................ 15 

7.10 Besturing van de machine....................... 16 

7.11 Besturingsprogramma's........................... 17 

8 Onderhoud ............................................... 19 

8.1 Overzicht ................................................. 19 

8.2 Individueel overzicht onderhoudswerken 20 

8.3 Overige regelmatige werken ................... 23 

9 Storingen verhelpen................................ 25 

9.1 Vaak voorkomende storingen.................. 25 

9.2 Terugkerende vragen .............................. 26 

10 Tips voor verwerking .............................. 27 

10.1 Algemeen ................................................ 27 

10.2 Cellulose warmte-isolatiemateriaal.......... 27 

10.3 Vrij vloeiende isolatiematerialen.............. 27 

10.4 Hout- en grasvezels (en dergelijke)......... 27 

10.5 Mineraalvezelgranulaat ........................... 27 

10.6 Vochtsproeien.......................................... 28 

11 Technische gegevens ............................. 29 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



11.1 Overzicht..................................................29 

11.2 Overige informatie....................................29 

11.3 Optionele toebehoren ..............................29 

12 Tekeningen ...............................................30 

12.1 Explosietekeningen vanaf bouwjaar 201030 

12.2 Explosietekeningen tot en met bouwjaar.37 

12.3 Stroomcircuitdiagram...............................42 

13 EG-conformiteitsverklaring ....................52 

13.1 Registratieformulier..................................53 

14 Kernwoordindex.......................................54 



X-Floc GmbH 




3 Voorwoord 

Deze gebruiksaanwijzing moet het makkelijker 

maken om de machine te leren kennen en haar 

voorgeschreven gebruikstoepassingen te gebruiken. 

De gebruiksaanwijzing bevat belangrijke 

voorschriften om de machine veilig, deskundig en 

economische te gebruiken. Uw aandacht help om 

gevaren te vermijden, herstellingskosten en 

uitvaltijden te verminderen en de betrouwbaarheid en 

levensduur van de machine te verhogen. 

De gebruiksaanwijzing moet worden aangevuld met 

aanwijzingen op basis van de bestaande nationale 

voorschriften inzake ongevalpreventie en 

milieubescherming. Naast de gebruiksaanwijzing en 

de in het gebruikersland en op de gebruikslocatie 

geldende bindende regels inzake ongevalpreventie 

moeten ook de erkende vaktechnische regels voor 

veilig en deskundig werk in acht worden genomen. 

De gebruiksaanwijzing moet voortdurend op de 

gebruiksplaats van de machine worden bewaard. 

3.1 Service 

Als er onverwachte vragen of problemen zouden 

optreden, dan wendt u zich tot de handelaar van wie 

u de machine heeft aangekocht. U ontvangt meer 

informatie van de handelaar of rechtstreeks van de 

fabrikant. 

3.2 Auteursrecht 

Het auteursrecht van deze gebruiksaanwijzing berust 

bij X-Floc GmbH. Deze gebruiksaanwijzing is 

uitsluitend bestemd voor de gebruiker en zijn 

personeel. De inhoud van deze gebruiksaanwijzing 

mag zonder schriftelijke toestemming van X-Floc 

GmbH niet gedeeltelijk noch volledig worden 

vermenigvuldigd, verspreid of op een andere manier 

worden meegedeeld. Alle technische informatie, 

tekeningen, etc. zijn in overeenstemming met de wet 

op de bescherming van het auteursrecht. 

Overtredingen kunnen leiden tot strafrechtelijke 

vervolging. 

3.3 Tekens en symbolen 

Voor een betere overzichtelijkheid en om de 

informatie die relevant is voor de veiligheid te 

benadrukken, worden de volgende pictogrammen 

gebruikt: 

Gevaar door elektrische schok. Het 

niet in acht nemen van deze 

voorschriften heeft ernstige gevolgen 

voor de gezondheid of zelfs 

levensgevaarlijke verwondingen tot 

gevolg. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Tabel 3-1: gebruikte symbolen 

Knelgevaar. Het niet in acht nemen 

van deze voorschriften heeft ernstige 

gevolgen voor de gezondheid of 

zelfs levensgevaarlijke 

verwondingen tot gevolg. 

Informatie, geen verbonden ter 

voorkoming van materiële en 

lichamelijke schade. Het niet in acht 

nemen van deze voorschriften heeft 

ernstige gevolgen voor de 

gezondheid of zelfs 

levensgevaarlijke verwondingen tot 

gevolg. 

Gevaar door automatisch of 

afstandsbediend aanlopen van de 

machine. Het niet in acht nemen van 

deze voorschriften heeft ernstige 

gevolgen voor de gezondheid of 

zelfs levensgevaarlijke 

verwondingen tot gevolg. 

Voorschriften met betrekking tot het 

onderhoud. 

Informatie voor het economisch 

gebruik van de machine 

3.4 Waarborg en aansprakelijkheid 

In principe gelden onze "Algemene 

Verkoopsvoorwaarden". Deze zijn uiterlijk bij het 

afsluiten van het contract beschikbaar voor de 

gebruiker. Waarborg- en 

aansprakelijkheidsvorderingen bij lichamelijke en 

materiële schade zijn uitgesloten wanneer deze 

kunnen worden teruggebracht tot een of meerdere 

van de volgende oorzaken: 

− Niet-voorgeschreven gebruik van de machine. 

− Ondeskundige montage, ingebruikstelling, 

bediening en onderhoud van de machine. 

− Gebruik van de machine bij defecte 

veiligheidsvoorzieningen of ondeskundig 

aangebrachte of niet-functionerende veiligheidsen 

beschermvoorzieningen. 

− Het niet in acht nemen van de voorschriften in de 

gebruiksaanwijzing inzake transport, opslag, 

montage, ingebruikstelling, gebruik en onderhoud 

van de machine. 

− Zelf aangebrachte bouwkundige veranderingen 

aan de machine. 

− Zelf aangebrachte wijzigingen van de machine 

(vb. aandrijfverhoudingen: vermogen en 

toerental). 

− Ontoereikende controle van machineonderdelen 

die onderheving zijn aan slijtage. 

− Ondeskundig uitgevoerde herstellingen. 



X-Floc GmbH 




− Inwerking van vreemde voorwerpen en 

overmacht. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




4 Veiligheidsvoorschriften 

In dit hoofdstuk worden essentiële 

veiligheidsvoorschriften samengevat weergegeven. 

De weergegeven informatie is bijzonder geschikt 

voor de initiële basisopleiding van nieuwe 

medewerkers. 

4.1 Basisprincipe 

De machine mag uitsluitend in een technisch 

storingsvrije toestand worden gebruikt, in 

overeenstemming met het voorgeschreven gebruik, 

de veiligheidsvoorschriften en 

gevaarwaarschuwingen en behoudens het naleven 

van de gebruiksaanwijzing. In het bijzonder storingen 

die een invloed hebben op de veiligheid van de 

machine moeten onmiddellijk worden verholpen. 

4.2 Wederverkoop 

Bij wederverkoop van de machine moet het volgende 

in acht worden genomen: 

• Alle begeleidende documenten 

(gebruiksaanwijzing, testcertificaten, etc.) die met 

de machine werden meegeleverd, moeten aan de 

koper worden doorgegeven. Indien nodig moeten 

de begeleidende documenten worden nabesteld. 

• Om informatie over wijzigingen die relevant zijn 

voor de veiligheid of nieuwigheden te ontvangen, 

dient u zich te registreren met het formulier in 

hoofdstuk 13.1 op pagina 53. 

4.3 Voorgeschreven gebruik 

De machine is bestemd voor het verwerken van door 

de bouwvoorschriften toegelaten warmteisolatiemateriaal 

door slangleidingen van 

verschillende diameter. 

Tot het voorgeschreven gebruik hoort ook het in acht 

nemen van de gebruiksaanwijzing en het naleven 

van de inspectie- en onderhoudsvoorwaarden, resp. 

-intervallen. 

De machine is in overeenstemming met de stand van 

de techniek en de erkende veiligheidstechnische 

regels gebouwd. Toch kan tijdens het gebruik gevaar 

voor lijf en ledematen van de gebruiker of derden of 

schade aan de machine en andere materiële 

goederen ontstaan. 

4.4 Niet-voorgeschreven gebruik 

Een gebruik dat niet overeenkomt met de 

voorschriften van de fabrikant geldt enkel als 

voorgeschreven na zijn schriftelijke toestemming. Het 

apparaat mag niet op explosieve plaatsen worden 

gebruikt. 

4.5 Ontheffing van aansprakelijkheid 

De machinefabrikant is niet aansprakelijk voor 

schade die door verkeerd of ontoereikende 

bediening, onderhoud of instandhouding of door niet- 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



voorgeschreven gebruik ontstaat. Dit geldt ook voor 

wijzigingen, aan- of verbouwsels aan de machine die 

de veiligheid in gevaar kunnen brengen. In dit geval 

vervalt de waarborg. 

4.6 Structurele wijzigingen 

Zonder toestemming van de fabrikant mogen geen 

wijzigingen, aan- of verbouwsels aan de machine 

worden uitgevoerd. Dit geldt ook voor het lassen aan 

dragende onderdelen. 

Alle ombouwmaatregelen moeten schriftelijk worden 

bevestigd door X-Floc GmbH. 

Machineonderdelen die zich niet in een storingsvrije 

toestand bevinden moeten onmiddellijk worden 

vervangen. 

Gebruik uitsluitend originele vervangen 

slijtageonderdelen. Bij onderdelen van vreemde 

oorspring wordt niet gegarandeerd dat zij volgens de 

vereisten en veiligheidstechnische normen zijn 

vervaardigd. 

4.7 Gevarenbronnen 

De machine is afstandsbediend 

en kan daarom zonder voorafgaande waarschuwing 

in werking treden. 

De machine heeft bewegende onderdelen en 

bijzondere gevarenzones: 

• Roterende verkleiningsassen in het 

voedingsreservoir. Gevaar voor geknelde of 

afgerukte vingers en armen. 

• Hakselmechanisme via de cellenradsluis 

• Cellenradsluis 

• Bij ingrepen aan de bewegende delen moeten de 

aandrijvingen tegen onvoorzien inschakelen 

worden beveiligd door de stroomvoorziening te 

onderbreken of de stuurstekker te verwijderen. 

• Bij een draaiende ontbindingseenheid mag u nooit 

in het bereik van de verkleiningsassen grijpen! 

Er bestaat verhoogd gevaar bij een verwijderd 

voedingsreservoir. 

Bij functiestoringen moet de machine worden 

stilgelegd en beveiligd. Storingen moeten 

onmiddellijk worden verholpen. 

4.8 Persoonlijke beschermuitrusting 

Bij het gebruik van de machine kan stof door de 

verwerkingsstof en loopgeluid ontstaan. 

Afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden (vb. 

in een gesloten ruimte) kan een hoger 

geluidsdrukniveau dan aangegeven in 11.2.1 

ontstaan. In dit geval moet het bedienpersoneel 

worden beveiligd met overeenkomstige 

beveiligingsuitrustingen of beschermmaatregelen: 



X-Floc GmbH 




Voor de bescherming van het personeel moet 

daarom eventueel de volgende beschermuitrusting 

worden overhandigd 

− Stofmaskers 

− Gehoorbescherming. 

Verhoogd geluidsniveau kan blijvende gehoorschade 

veroorzaken. 

4.9 Opleiding van het personeel 

Alleen geschoold en opgeleid personeel mag aan de 

machine werken en onderhouds-, reinigings- en 

instandhoudingswerken uitvoeren. 

Op te leiden personeel mag alleen onder toezicht 

van een ervaren persoon aan de machine werken. 

4.10 Elektrische gevaren 

Werken aan de elektrische voorziening mogen alleen 

door een geautoriseerde elektrovakman worden 

uitgevoerd. 

De elektrische uitrusting van de machine moet 

regelmatig worden gecontroleerd. Defecten, zoals 

vb. lossen verbindingen, verbrande kabels of 

blootliggende contacten moeten onmiddellijk worden 

verholpen. 

De schakelkast moet altijd gesloten worden 

gehouden. De toegang is alleen toegestaan voor 

geautoriseerd personeel met sleutel of gereedschap. 

4.11 Onderhoud en verhelpen van 

storingen 

Voer de voorgeschreven instellings-, onderhouds- en 

inspectiewerken op de voorgeschreven momenten 

uit. Informeer het bedienpersoneel voor het begin 

van de onderhouds- en instandhoudingswerken. 

Alle aan de machine voor- en nageschakelde 

installatieonderdelen en bedrijfsmiddelen, zoals 

perslucht en hydraulica, moeten worden beveiligd 

tegen ongewilde ingebruikstelling. 

Bij alle onderhouds-, inspectie- en herstellingswerken 

moet de machine spanningsvrij worden geschakeld 

en de hoofdschakelaar moet tegen ongewild 

herinschakelen worden beveiligd. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




5 Levering en ingebruikstelling 

5.1 Leveringsomvang 

De EM400 wordt met de op de leveringsbon 

opgesomde basistoebehoren geleverd. De 

basistoebehoren omvatten hulpmiddelen, 

gereedschap en vervangonderdelen en deze 

gebruiksaanwijzing en controlecertificaten. 

5.2 In ontvangst nemen van de machine 

Bij het in ontvangst nemen van de machine moet de 

levering aan de hand van de leveringsbon op haar 

volledigheid worden gecontroleerd. 

De informatie op de kenplaat (zie voorzijde 

schakelkast) moet overeenkomen met de informatie 

op het schutblad van deze gebruiksaanwijzing. 

Een ontvangstcertificaat is in de leveringsomvang 

inbegrepen. De machine werd voor de levering 

elektrisch in overeenstemming met VDE0113 

gecontroleerd. Een testcertificaat is in de 

leveringsomvang inbegrepen. De controle moet 

uiterlijk na 12 maanden worden herhaald. 

Controleer of de leveringsvoorwerpen tekenen van 

beschadiging vertonen. Eventuele beschadigingen 

moeten ons binnen de 8 dagen na de levering 

schriftelijk worden gemeld. 

Een eventuele verpakking van de 

leveringsvoorwerpen dient uitsluitend om deze 

tijdens het transport tegen schade te beschermen. 

De verpakkingsmaterialen zijn ecologisch 

onschadelijk en worden door ons graag 

teruggenomen voor recyclage. 

5.3 Registrering 

Bij rechtstreekse levering via de fabrikant is de 

registrering van de machine reeds bij levering 

gebeurd en daarom niet nodig. 

De koper van een tweedehands of niet rechtstreeks 

door de fabrikant geleverde machine is verplicht, zijn 

adres samen met de gegevens van de kenplaat mee 

te delen. Dit maakt het ons mogelijk u te informeren 

over nieuwigheden, wijzigingen, gevaren of 

terugroepacties en verbetert daarom de service en 

veiligheid aanzienlijk. Gebruik hiervoor het 

voorbereide formulier op pagina 53. 

5.4 Ingebruikstelling 

Wanneer de machine EM400 voor transport naar de 

klant werd klaargemaakt, moet in regel alleen het 

voedingsreservoir aan het achterstuk van de 

machine worden geplaatst (zie 7.3.1 Verwijderen van 

het voedingsreservoir). 

Na ongeveer 10 bedrijfsuren zijn er bijzondere 

onderhoudswerken nodig. Lees hiertoe hoofdstuk 8 

Onderhoud. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




6 Beschrijving van de machine 

6.1 Producteigenschappen 

De constructie komt overeen met de op het moment 

van de ingebruikstelling geldende Europese 

richtlijnen en normen (CE-kentekening). De EM400 

bezit de volgende kenmerken en voordelen: 

• Instelling van het lucht en capaciteitsvermogen 

via een kabel- of draadloze afstandsbediening 

rechtstreeks van de inblaaslocatie. 

• Dosering van het capaciteit via een elektrisch 

aangedreven sluizenklep. De sluizenklep kan 

indien nodig ook met de hand worden bediend. 

• Hoge capaciteit door groot cellenradsluis, 

geoptimaliseerde vulgraad van de sluis en 

sluisverluchting 

• Groot gesloten voedingsreservoir voor de 

gelijktijdige opgava van meerdere 

isolatiemateriaalrecipiënten. 

• Optimale voorbereiding van de aangevoerde 

vlokken door vier ontbindingsassen en een 

uitneembare hakselmechanismemodule boven de 

sluis 

• Weinig stofontwikkeling door langzaam draaiende 

modules en stofopvang op het voedingsreservoir 

• Aan de praktijk aangepaste machinegrootte 

• Verhoogde werkveiligheid door elektronische en 

constructieve beschermvoorzieningen 

• Hoge bedrijfszekerheid door robuuste uitvoering. 

• Motoren met reductiedozen zijn levenslang 

gesmeerd 

• Aslegeringen zijn met dichtingselementen tegen 

zout- en stofafzetting en vocht beschermd 

Isolatiemat 

eriaal 

Voorbeelden 3) 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



6.2 Verwerkingsstoffen, 

aanwendingsbereik 

Er kunnen in de handel verkrijgbare en bouwkundig 

toegelaten isolatiematerialen, zoals vb. 

cellulosevlokken, hout-, gras- of minerale vezels en 

vrij vloeiende bulkgoederen, zoals vb. perlite, 

schuimglas, EPS-, PUR- of kurkkorrels worden 

verwerkt. 

Het verwerkingsmateriaal moet aan de volgende 

minimale vereisten voldoen: 

Bouwvergunning met vergunningsnr. van het 

Institut für Bautechnik in Berlin (Publiekrechtelijke 

instelling) 

De brandbestendigheid van het isolatiemateriaal 

moet volgens DIN 4102-B2 minstens in de 

categorie "normaal ontvlambaar" zijn 

ondergebracht. 

Maximale vezellengte of grootste 

korreldoorsnede bij granulaat ca. 15 mm 

De vuldatum is op elke opslagtank zichtbaar 

De verpakkingsdichtheid in de opslagtank komt 

met de informatie in Tabel 11-1 op pagina 29 

overeen 

De vochtgehalte in de massa is kleiner dan 15% 

Neem in acht dat verschillende uitvoeringen van 

machines andere technische eigenschappen en 

geschiktheden hebben. Een oriëntering biedt Tabel 

6-1. 

De verwerking van andere stoffen is in principe 

mogelijk. Alle procestechnologische vereisten met 

inbegrip van alle veiligheidsaspecten op het platform 

moeten worden gecontroleerd. 

Methode Minifant Zellofant M03 EM400 

Open 

uitblazen 

Vullen 

Verdicht 

inblazen 

Vochtsproeien 

Cellulose Isofloc, climacell, dämmstatt, finefloc,... X X X X X X X X X X 

Houtvezels Steicocell, Thermocell,… X X X 1) X 1) X 1) X 1) X 1) 

Perlite Hyperdämm, SLS20, Thermofill S, Bachl Perlit,... X X X X X X X X X 

Gras AgriCell X X X 1) X 1) X 1) X 1) X 1) 

EPSgranulaat 

RigiBead, HK35,… X X X X X X X X X X 

Kurkgranulaat Div. Recycling-producten X X X X X X X X X X 

Glaswol Isover-blaaswol, X X X 2) X 2) X 2) X 2) X 2) 

Steenwol Rochwool RG, KD, Kematherm, … X X X 2) X 2) X 2) X 2) X 2) 

Andere Beoordeling na bekwaamheidsproef 

1) Alleen in verbinding met een hergenerator of hergenerator compact; 2) Uitsluitend geschikt voor bepaalde producten; 3) 

Fabrikantenbetekenissen, de lijst stelt geen eisen inzake volledigheid 

Tabel 6-1: Verwerkingsstoffen en aanwendingsbereiken 

6.3 Opbouw van de machine 

De machine bestaat uit het achterstuk en bovenstuk 

van de machine en het voedingsreservoir. Het 

voedingsreservoir wordt door vier speciale ver- 

Printdatum: 15.11.2010 M:\TECHNIK\BA\EM400\nl\BA_EM400C_de.doc 

M99-230V- 

3,2kW 

M95-230V- 

3,6kW 

M95-230V- 

4,7kW 

M95-400V- 

4,7kW 


6,7kW 


8,0kW 

EM400-400V- 

7,5kW 

bindingen met het bovenstuk van de machine 

verbonden.


X-Floc GmbH 




6.3.1 Achterstuk machine 

Aan de binnenkant van de achterzijde van de 

machine bevindt zich de cellenradsluis met 

hakselmechanisme, de turbine-eenheid met 

aandrijfmotor en een motor met reductiedoos voor de 

aandrijving van de cellenradsluizen en van het 

hakselmechanisme. 

Sluizen en turbines zijn via een terugslagklep door 

bijzonder drukvaste slangen met elkaar verbonden. 

6.3.2 Bovenstuk van de machine 

Het bovenstuk van de machine bestaat uit de 

hakselbak met vier ontbindingsassen en een 

sluizenklep en uit het voedingsreservoir met 

stofopvang en optionele afzuiging. 

6.3.3 Elektrische schakelkast 

De elektrische schakelkast is spatwaterbestendig 

(beschermingstype IP54) 

Bedrijfscontrolelampjes: 

Het groene controlelampje toont de 

gebruiksgereedheid, de rode controlelampjes duiden 

de bedrijfsstoringen aan. 

Het gele controlelampje duidt een fout aan in één 

van de fasen of een verkeerde fasenvolgorde. Met 

de faserichtingsschakelaar kan de fasenvolgorde 

worden gewijzigd. 

De bedrijfsurenteller geeft de looptijd van de sluis 

weer 

6.4 Bijkomende module 

6.4.1 Boosterventilator 

Voor de verwerking van isolerend materiaal met zeer 

hoog luchtbehoefte is het aangewezen een 

boostermodule in de machine in te bouwen. Deze 

module bestaat uit twee krachtige ventilatoren, wier 

luchtcirculatie voor de sluis in de hoofdluchtstroom 

wordt gekoppeld. 

De boosterventilatoren kunnen niet worden 

afgesteld, maar enkel aan- of uitgeschakeld. 

De stroomvoorziening van deze bijkomende 

ventilatoren gebeurt via een afzonderlijk netsnoer. 

Om ook bij gebruik met een generator-aggregaat een 

verdeling van de belasting op de afzonderlijke fasen 

mogelijk te maken, wordt de booster via een 5-polige 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



CEE-stekker aangesloten. De aansluiting moet 

afzonderlijk met 16 A worden beveiligd. 

6.4.2 Uitblaaseenheid 

De uitblaaseenheid dient voor de begrenzing van de 

overdruk in het systeemmachineslangvak. 

Functiewijze: een klep wordt met gewichtschijven 

belast. Door de overdruk in de machine worden deze 

schijven opgeheven. Van zodra de overdruk een 

bepaalde waarde bereikt, kan de klep uitblazen en 

de overdruk stijgt niet meer verder. De waarde, 

waarbij de klep wordt geopend, wordt door het 

gewicht van de schijven en de leveringscapaciteit 

van de luchtvoortbrenger bepaald. Hoe meer lucht de 

luchtopbrenger in de systeemmachine/slang/vak 

pompt, hoe hoger de uitblaasdruk bij dezelfde 

gewichtsdruk ligt. 

Einstellung Abblaseinheit / 

Setting blow down unit 


Maximaldruck / maximum 

pressure [mbar] 

450 

400 

350 

300 

250 

200 

150 

100 

50 

Druckempfindliche Bauteile / pressure-sensitive parts 

0 

0 1 2 3 4 5 6 7 

Auflagegewicht / burden weight [kg] 

L = 10 

L = 9 

L = 8 

L = 7 

L = 6 

L = 5 

L = 4 

L = 3 

L = 2 

L = 1 

Luftstellung / Air setting


X-Floc GmbH 




6.5 Werkwijze 

Het in regel in balen geperste materiaal wordt in het 

voedingsreservoir ingebracht. Door de roterende 

ontbindingsassen wordt de baal in kleine stukken 

opgedeeld en naar de sluis getransporteerd. 

Afbeelding 6-1: Voorstelling van de werkwijze 

Het materiaal valt omwille van de zwaartekracht door 

de sluisklepopening in de hakselaarmodule. De 

hakselaarmodule verwerkt veel lucht in het 

isolatiemateriaal en verwijdert ook kleine klompjes. 

Tenslotte valt het materiaal - ondersteund door de 

draaiende hakselassen - in de cellenradsluis. Met de 

sluizenklep kan de vulgraad van de afzonderlijke 

kamers worden verminderd. Dit is in het bijzonder het 

geval bij licht vloeiende bulkgoederen voordelig. 

De sluisrotor draait zich en brengt zo de gevulde 

sluis in de onderste positie. Daar wordt het materiaal 

door een dwars op de sluis vloeiende luchtstroom 

uitgeblazen en door de uitblaassteun uit de sluis 

geduwd. 

De sluiskamers zijn door dichtingen van elkaar 

gescheiden. De in de sluis achterblijvende, onder 

overdruk staande restlucht wordt via een 

sluisventilator terug naar het voedingsreservoir 

gebracht. Daardoor wordt het hervullen van de sluis 

met materiaal aanzienlijk makkelijker gemaakt. 

6.5.1 Instelmogelijkheden 

De capaciteit hangt af van de vulgraad van de sluis. 

Dit wordt door de positie van de klep bepaald, die via 

de afstandsbediening kan worden ingesteld. 

De luchtdruk en het luchtdebiet kunnen door een 

wijziging van het luchtvermogen worden beïnvloed. 

Luchtvermogen en capaciteit kunnen onafhankelijk 

van elkaar via het manueel bedienmechanisme 

worden bestuurd. Dit maakt een snelle en flexibele 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



aanpassing van de machine-instellingen rechtstreeks 

op de gebruiksplaats mogelijk. 

Een grote opening van de klep leidt tot een grote 

capaciteit. Bij gelijkblijvend luchtdebiet leidt dit tot 

een kleinere lucht-materiaal verhouding. Daardoor 

daalt de inbouwdichtheid van het isolatiemateriaal. 

Een kleinere opening van de klep vermindert de 

capaciteit. Daardoor wordt bij gelijkblijvend 

luchtdebiet de lucht-materiaal verhouding groter en 

de inbouwdichtheid neemt toe. 

6.5.2 Druksignaaleenheid 

De machine is met een drukschakelaar uitgerust die 

pneumatisch met de uitblaasdruk van de sluiskamer 

is verbonden. De drukdrempelwaarde van de 

druksignaaleenheid is via een draaiknop aan de 

voorzijde van de schakelkast tussen 100 en 500 

mbar verstelbaar. 

Afbeelding 6-2: Instelling drukdrempelwaarde 

De drukschakelaar is elektrisch met het signaal voor 

"Overdruk" op het manueel bedienmechanisme 

verbonden. 

De werkwijze kan zo worden beschreven: Bij het 

bereiken van de ingestelde drukdrempelwaarde 

wordt de overdruk op het manueel 

bedienmechanisme door een geluidssignaal en 

gelijktijdig oplichten van het controlelampje 

"Overdruk" gesignaleerd. Bij een bepaald gebruik 

krijgt de gebruiker zo de melding dat het materiaal 

zich mogelijk opstuwt. 

De drukdrempelwaarde moet telkens op het gebruik 

worden afgestemd. Dit gebeurt in de volgende 

stappen: 

1. De eerste inblaasprocedure met de 

drempelwaarde ca. 200 mbar. 

2. Wanneer bij het inblazen zich een opstuwing 

van overdruk voordoet zonder voorafgaande 

melding, moet de drempelwaarde worden 

verlaagd. 

3. Wanneer bij het inblazen de signalering al lang 

voor de opstuwing optreedt, moet de waarde 

worden verhoogd. 

6.5.3 Automatische uitschakeling 

Als de drempelwaarde voor de signaaleenheid aan 

de werfsituatie wordt afgesteld en de automatische 



X-Floc GmbH 




uitschakeling activeert, schakelt de machine zich na 

het intreden van het druksignaal automatisch uit. 

6.5.3.1 Gebruik voor de verwerker 

De verwerker kan met de automatische uitschakeling 

bereiken dat de machine zich zonder handmatig 

ingrijpen uitschakelt. Dit vergemakkelijkt de 

bediening van de machine bij geschikte 

toepassingen. 

6.5.4 Dynamische drukregeling 

Op de machine wordt een drukdrempelwaarde 

ingesteld. Bij een geactiveerde dynamische 

drukregeling wordt het luchtvermogen zo ver 

verminderd, dat de ingestelde drukdrempelwaarde 

niet wordt overschreden. Op het manueel 

bedienmechanisme wordt de vooringestelde 

luchtinstelling knipperend weergegeven terwijl de 

ingestelde waarde eveneens wordt weergegeven. De 

richtwaarde (vooringesteld) en de gemeten waarde 

worden dus weergegeven. 

Afbeelding 6-3: Karakteristiek dynamische drukregeling 

Als de dynamische drukregeling niet is geactiveerd, 

wordt de overdruk op het manueel 

bedienmechanisme gesignaleerd; er gebeurt echter 

geen afstelling van het luchtvermogen. 

6.5.4.1 Gebruik voor de verwerker 

Bij het inblazen in elementen met weinig belastbare 

wegering (vb. gipsvezels of gipskartonplaten) kunnen 

deze door een te hoge inblaasdruk worden 

beschadigd. 

Bovendien vormen zich bij het inblazen vaak 

plaatsen met hoge verdichting - hoofdzakelijk omwille 

van het feit dat bij beginnende materiaalopstuwing de 

maximale druk van de inblaasmachine wordt bereikt 

en het isolatiemateriaal overeenkomstig hoog 

verdicht wordt. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 6-4: Inblazen met dynamische drukregeling 

Daardoor worden de op de wegering werkende 

krachten verminderd. In het element vormt zich een 

gelijkmatigere verdeling van het isolatiemateriaal. 

Plaatsen met hoge verdichting worden vermeden. 

De dynamische drukregeling begrenst effectief de 

druk bij het inblazen. Toch kan bij lage tegendruk 

een hoog inblaasvermogen worden bereikt. 



X-Floc GmbH 




7 Bediening 

7.1 Stilleggen in geval van nood 

Druk op de noodstopschakelaar op de 

schakelkast. 

Zoek de oorzaak van de fout en verhelp deze 

volledig. 

Start de installatie opnieuw in overeenstemming 

met de ingebruikstellingsvoorschriften. 

7.2 Algemene voorschriften 

De beschrijving van de opbouw en de werkwijze van 

de EM400 bevindt zich in de hoofdstukken 6 en 7. 

• Professioneel werken vereist uw volledige 

aandacht en handelingsbekwaamheid. Beperk 

deze niet door vermijdbare stof- en 

lawaaibelasting! Bescherm uzelf en uw 

medewerkers met behulp van adembescherming, 

afzuiging of gehoorbescherming. 

• Schakel de machine bij langdurig aanhoudende 

materiaalopstuwing uit. 

• De transport- of inblaasslang en de daarmee 

verbonden metalen onderdelen kunnen 

elektrostatisch opgeladen raken. Aard metalen 

onderdelen voldoende om mogelijke gevaren van 

elektrostatische ontladingen te verminderen. 

7.3 Transport van de machine 

De machine kan aan de hand van de vier sjorringen 

voor transport worden bevestigd. Aan de sjorringen 

kunnen bovendien kraanriemen worden bevestigd 

aan de hand waarvan de machine kan worden 

geladen. 

Het voedingsreservoir is met vier 

sjorringen uitgerust. De draaggrepen 

zijn alleen geschikt voor het verwijderen 

van het voedingsreservoir. In geen 

geval kan de gemonteerde machine 

hieraan worden getransporteerd. 

7.3.1 Verwijderen van het voedingsreservoir 

Zonder voedingsreservoir bestaat het 

gevaar voor ernstige verwondingen 

door de roterende ontbindingsassen in 

geval de machine ongewild start. 

Het verwijderen van het 

voedingsreservoir van de achterstuk van de machine 

gebeurt door de volgende handvatten: 

1. ontkoppel de stuurstekker van de schakelkast. 

2. maak de borgschroeven aan de borgklemmen 

met een SW4- en SW7-inbussleutel los. 

3. open de 4 borgklemmen 

4. neem het voedingsreservoir van het achterstuk 

van de machine af 

Het monteren van het voedingsreservoir gebeurt in 

de omgekeerde volgorde. Het voedingsreservoir 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



heeft geen bepaalde oriëntering en kan daarom ook 

het de vulopening naar achter (of bij frontale vulling 

naar rechts) worden geplaatst. 

De boorklemmen moeten altijd met de 

borgschroeven worden vastgemaakt 

voor de machine in werking wordt 

gesteld. 

7.4 Opstelling van de machine 

7.4.1 Slangaansluiting 

Een slang met afmeting NW75 kan rechtstreeks met 

een slangklem aan de uitblaassteun worden 

aangesloten. 

De slang wordt met behulp van de slangverbinder en 

slangklemmen eventueel verlengd. De aansluiting 

van slangen met kleinere diameters gebeurt via 

reduceerverbinders die de doorsnede langzaam en 

gelijkmatig verkleinen. Enkel met deze 

verkleinstukken kunnen materiaalopstuwingen 

worden vermeden. 

Voor een storingsvrije materiaaltoevoer moet de 

slang knikvrij worden geplaatst. Verticale stukken 

moeten alle 3-4 m van slanglussen worden voorzien 

om bij terugvallend materiaal verstoppingen te 

vermijden. 

7.4.2 Opstelplaats 

De machinegebruiker moet de volgende 

voorschriften bij de keuze van de opstelplaats in acht 

nemen: 

• Voldoende plaats voor het vullen. 

• De ondergrond en de omgeving moeten droog en 

versterkt zijn. De machine moet op een veilige 

plaats staan. 

• De temperatuur moet binnen het toegestane 

bereik liggen. 

• De machine mag niet met water of vocht in 

contact komen. In de open lucht enkel bij droog 

weersomstandigheden of met een overkapping! 

• De aanzuigdoorsnede moet vrij zijn, de slangen 

moeten knikvrij kunnen worden verlegd. 

7.4.3 Toevoer van verse lucht 

De lucht die de turbine aanzuigt, wordt door een 

luchtfilter gereinigd. Een sterk vervuilde filter leidt tot 

onvoldoende toevoer van verse lucht. Daardoor kan 

de capaciteit van de machine worden verminderd 

en/of de gewenste inbouwdichtheid niet meer worden 

bereikt. 

De machine moet in een stofarme omgeving worden 

geplaatst. Let op dat zich tijdens het vullen niet veel 

stofontwikkeling voordoet. 

Als dit niet kan worden gegarandeerd, moet via een 

slang (NW75) zuivere lucht naar de aanzuigsteun 

worden gevoerd. Bovendien kan een grove filter op 

de aanzuigslang de lucht voorreinigen. 



X-Floc GmbH 




7.4.4 Stofafzuiging 

Het voedingsreservoir is uitgerust met een 

lamellengordijn om het stof te verminderen. De 

vulling van de machine kan stofvrij gebeuren 

wanneer er een onderdruk in het voedingsreservoir 

wordt opgewekt. Dit gebeurt zodanig dat men de 

verse lucht van de turbine via het voedingsreservoir 

aanzuigt. 

Daarbij is echter een afzuigvat tussen het 

voedingsreservoir en de luchtfilter van de machine 

nodig! 

7.4.5 Vreemde voorwerpen 

Bij het gebruik van de machine zijn het 

ontbindingsmechanisme, het hakselmechanisme en 

de sluisrotor in beweging. Vreemde voorwerpen 

kunnen daarom tot beschadigingen van het 

ontbindingsmechanisme, hakselmechanisme, slang, 

dichtingen en andere bouwonderdelen leiden. 

Het verwerkingsmateriaal mag niet met vreemde 

voorwerpen, zoals vb. nagels, schroeven of stenen 

zijn vervuild. 

Grotere voorwerpen (vb. houten latten) kunnen in het 

ergste geval in de machine klem raken en 

aansluitend ongecontroleerd uit de machine worden 

weggeslingerd. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



7.5 Elektrische aansluiting 

7.5.1 Algemeen 

De aansluiting van de machine gebeurt via het 400V 

draaistroomnet. Het beschermcontact moet juist zijn 

geaard. 

Netspanning en -frequentie moeten met de 

informatie op de kenplaat overeenkomen. 

Spannings- of frequentieafwijkingen tot ± 5% zijn 

toegestaan. 

De machine moet altijd met een draaistroomnet met 

nul worden gebruikt. Zonder nul kan in principe ook 

worden gewerkt, maar dan telt de bedrijfsurenteller 

de looptijd niet mee. Dit bemoeilijkt de controle over 

het respecteren van de onderhoudsintervallen. 

De machine is niet tegen langdurig aanhoudende 

overspanning beschermd. De frequentieomvormer 

en andere onderdelen kunnen aanzienlijke schade 

oplopen. Vermijd daarom de aansluiting aan een 

onstabiele stroomvoorziening of schakel een 

begrenzer voor de machine. 

Het netsnoer moet tijdens het gebruik van de 

machine volledig van de haspel zijn afgerold om 

beschadiging door oververhitting te vermijden. 

Een te lage netspanning of een te klein netsnoer kan 

het vermogen van de machine aanzienlijk 

verminderen. 

7.5.2 Stroomvoorziening 

De machine moet in overeenstemming met VDE 

0100 aan een speciaal voedingspunt (i.e. bouwkast 

met FI-beveiligingsschakelaar) worden aangesloten. 

De werfkabel moet met de uitvoering HO 7 RNF 

overeenkomen, 5 x 2,5 mm², beveiliging 16 A (B- of 

C-automaat, smeltveiligheid met vertraging). 

De CEE-kabelstekker (rood) wordt aan de kabeldoos 

of aan een CEE-verdeeldoos gekoppeld. Eventueel 

moet de fasenvolgorde met de 

fasenvolgordekeuzeschakelaar worden veranderd. 

7.6 Aansluiting manueel 

bedieningsmechanisme 

De kabelstekker van de afgerolde stuurkabel wordt 

met de besturingsinrichtingsdoos op de schakelkast 

van de machine verbonden. De kabelstekker van het 

manueel bedienmechanisme wordt met de 

kabeldoos aan het vrije uiteinde van de stuurkabel 

verbonden. 

Bij het installeren van de stekkerverbindingen kan de 

juiste insteekpositie worden herkend door het 

uitrichten van de vlakke zijde. De stekkerverbinding 

wordt beveiligd door het stekkerdeksel op de 

stekkerdoos te schroeven. 



X-Floc GmbH 




Afbeelding 7-1: Installeren van de stekkerverbinding 

Bij oudere stuurkabels wordt het 

stekkerdeksel naar achter getrokken. Na het 

samenbrengen wordt de stekkerverbinding 

beveiligd door het deksel naar voor te 

trekken. 

7.7 Gebruiksklare toestand tot stand 

brengen 

Na het totstandkomen van de stroomvoorziening 

wordt de knevel op de hoofdschakelaar in de positie 

"AAN" gezet. 

Wanneer na het inschakelen van de hoofdschakelaar 

het gele controlelampje "Fase" oplicht, moet de 

fasevolgorde worden gewijzigd. 

Na het indrukken van de hoofdschakelaar licht het 

groene bedrijfscontrolelampje op. 

Na het inschakelen van de machine knipperen 

enkele lichtelementen van het manuele 

bedienmechanisme. Door op de toets "UIT" te 

drukken schakelt men het manuele 

bedienmechanisme in de gebruiksklare modus om, 

het knipperen dooft uit. Het manuele 

bedienmechanisme is nu gereed en geeft de laatst 

ingestelde waarde weer. 

De machine bevindt zich nu in de toestand 

"gebruiksklaar". 

7.8 Warmlopen van de machine 

Om stilstand in de sluis of het voedingsmechanisme 

te vermijden, moet de machine in lege toestand 

warmlopen. Tijdens het warmlopen worden de 

sluisdichtingen en de overbrenging tot de 

bedrijfstemperatuur opgewarmd. 

De machine bereikt tijdens het warmlopen na 5 tot 10 

minuten de benodigde bedrijfstemperatuur. Alle 

motoren moeten in gebruik zijn: Sluis, 

ontbindingsmechanisme en turbine. 

Een verdere verbetering van het aanloopgedrag kan 

worden bereikt door siliconenspray (geen olie 

gebruiken) op de loopvlakken van de sluis te spuiten. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



7.9 Vullen van de machine 

Waarschuwing: Grijp nooit in het voedingsreservoir 

en betreed het ontbindingsmechanisme niet! 

De eerste zak geperst materiaal moet voorverkleind 

in het voedingsreservoir worden gebracht. 

Aansluitend kan het materiaal oververkleind in het 

voedingsreservoir worden gebracht zolang zich nog 

los materiaal in het bereik van het 

ontbindingsmechanisme bevindt. 



X-Floc GmbH 




7.10 Besturing van de machine 

Pos. Betekenis 

1 Toets "AAN" 

2 Toets "UIT" 

3 Controlelampje „Lucht AAN“ 

4 Controlelampje „Materiaal 

AAN“ 

5 Controlelampje 

"Luchtinstelling" 

6 Toets "Lucht -" 

7 Toets "Lucht +" 


"Materiaalinstelling" 

9 Toets "Materiaal -" 

10 Toets "Materiaal +" 


"Druksignaal" 

Afbeelding 7-2. Aanzicht Manueel bedienmechanisme 

Door een maal op de toets "AAN" te drukken start de 

lucht- en - ca. 1 seconde later - de materiaaltoevoer 

naar de machine. Door herhaald op de toets "AAN" 

te drukken wordt de materiaaltoevoer afwisselend 

uit- en opnieuw ingeschakeld ("Toggel“). De 

luchttoevoer wordt daarbij niet onderbroken. Als men 

de toets "Aan" bij de start van de machine tweemaal 

kort na elkaar indrukt, start alleen de luchttoevoer. 

Lucht- en materiaaltoevoer worden bij het drukken op 

de "UIT"-toets gelijktijdig beëindigd. 

De LED "Lucht AAN" en "Materiaal AAN" duiden 

telkens de schakeltoestand aan. 

Element Functie 

Toets "AAN" Starten lucht- en 

materiaaltoevoer 

In- of uitschakelen van de 

materiaaltoevoer bij 

ingeschakelde 

luchttoevoer 

Toets "UIT" Verzetten in de 

gebruiksklare modus na 

het inschakelen 

Uitschakelen van 

materiaal- en 

luchttoevoer 

Controlelampje 

„Lucht AAN“ 

Controlelampje wanneer 

luchttoevoer is 

ingeschakeld. 

8 

9 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



6 

5 

2 

1 

De besturing van de machine gebeurt via het 

manuele bedienmechanisme vanuit de 

inblaaslocatie. 



„Materiaal AAN“ 


"Luchtinstelling" 

Controlelampje wanneer 

materiaaltoevoer is 

ingeschakeld. 

Controlelampje ingesteld 

luchtvermogen 

Knipperende signalering 

bij ingeschakelde 

dynamische drukregeling 

Toets "Lucht -" Vermindering van het 

luchtvermogen 

Toets "Lucht +" Verhoging van de 

luchtinstelling, maximum 

niveau 10 


"Materiaalinstelling" 

Controlelampje ingesteld 

materiaaltransportvermog 

en 

m Gebruiksklare en 

bedrijfsmodus: 

Materiaalinstelling 

Knippersignaal bij 

ingeschakelde 

dynamische 

materiaalregeling 

Toets "Materiaal -" Vermindering van de 

materiaalinstelling, 

minimum niveau 1 


3 

jnbkujh 

10 

11 

4 

7


X-Floc GmbH 





Toets "Materiaal +" Verhoging van de 

materiaalinstelling, 

maximum niveau 10 


"Overdruk" 

Controlelampje, wanneer 

de ingestelde 

drukdrempelwaarde werd 

bereikt 

"Druksignaal" Knippersignaal bij 

geactiveerde 

automatische 

uitschakeling. 

Geluidsignaal wanneer 

overdruk werd bereikt 

Tabel 7-1: Overzicht manueel bedienmechanisme 

7.11 Besturingsprogramma's 

Naast de zuiver manuele besturing kan de Zellofant 

via drie verschillende programma's het inblazen 

vergemakkelijken. Bij deze programma's reageert de 

machine telkens verschillend op een overschrijding 

van de ingestelde drukdrempelwaarde. De 

drukdrempelwaarde kan met de draaiknop aan de 

machine worden ingesteld. In de basistoestand na 

elke onderbreking van de stroomvoorziening zijn alle 

programma's niet geactiveerd. 

Programma Toetsencombinatie 

Dynamische drukregeling 

Activeren Druk op de toets 

Lucht + bij 

ingedrukte UITtoets 

Deactiveren Druk op de toets 

Lucht - bij 


Automatische uitschakeling 

Activeren Druk op de toets 

AAN bij 


Deactiveren Druk op de toets 

AAN bij 


Dynamische materiaalregeling 

Activeren Indrukken van de 

toets Mat. + bij 


Deactiveren Indrukken van de 

toets Mat. - bij 


Tabel 7-23: Besturingsprogramma's 

Functie 

Druk wordt tot de 

ingestelde 

drempelwaarde 

begrensd. 

Overdruk wordt visueel 

en akoestisch 

gesignaleerd. 

Machine schakelt uit 

wanneer er langer dan 2 

seconden overdruk is. 

Machine schakelt pas uit 

bij het indrukken van de 

UIT-toets. 

Het materiaaldebiet 

wordt bij het bereiken 

van overdruk 

verminderd. 

Het materiaaldebiet 

wordt bij het bereiken 

van overdruk niet 

beïnvloed. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Is er geen van de programma's geactiveerd, 

weerklinkt enkel een signaal op het manueel 

bedienmechanisme en de LED (druksignaal (groen) 

licht op zolang de drukdrempelwaarde wordt 

overschreden. 

In de basistoestand na het inschakelen zijn alle 

regelingen gedeactiveerd. Indien nodig moeten de 

programma's opnieuw worden geactiveerd. 

De lucht- en materiaalmengregeling kan afzonderlijk 

worden aan- en uitgeschakeld. Beide 

regelmogelijkheden kunnen samen of telkens 

afzonderlijk worden gebruikt. 

7.11.1 Automatische uitschakeling 

Na activering van de functie schakelt de machine 

zelfstandig uit nadat het druksignaal langer dan twee 

seconden is ingeschakeld. 

Automatische 

uitschakeling 

aan / uit 

Afbeelding 7-3: Activering van de automatische 

uitschakeling 


De druk wordt tot de ingestelde drempelwaarde begrensd. 

De ingestelde waarde wordt op de 

luchtdebietaanduiding weergegeven. 

Dynamische 

drukbesturing 

aan 

Dynamische 

drukbesturing uit 

Afbeelding 7-4: Activering van de dynamische drukregeling 



X-Floc GmbH 




7.11.3 Draadloze afstandsbediening FFB 

(optioneel) 

De EM400 kan met een draadloze afstandsbediening 

in plaats van met een kabelafstandsbediening 

worden bediend. De bedienelementen zijn identiek. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Bijzonderheden en technische informatie vindt u in 

de gebruiksaanwijzing voor de draadloze 

afstandsbediening. 



X-Floc GmbH 




8 Onderhoud 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Bij alle onderhouds- en reparatiewerken moet de machine van het stroomnet zijn ontkoppeld. Afzonderlijke 

stappen maken een kortstondige herstelling van de stroomtoevoer nodig, die na de onderhoudsstap 

onmiddellijk opnieuw moet worden ontkoppeld. Voor het openen van de elektrische schakelkast 

moet in elk geval de netstekker uit de contactdoos worden getrokken. 

8.1 Overzicht 

Interval Plaats Onderhoudswerk Zie hoofdstuk 

eenmalig na 10 

uur 

na elk gebruik op 

een werf 

elke 20 uur of 

eenmaal per week 

elke 80 u of 

minimum eenmaal 

per jaar 

slangklemmen in 

achterstuk machine 

aantrekken 8.2.8 

Luchtfilterinzetstuk controleren, reinigen of vervangen 

bij sterk verontreinigde aanzuiglucht 

meermaals per dag. 

Drukcontrole Druk moet zich in het bereik 350 ... 450 mbar 

bevinden 

Geleiders van de 

sluisklep 


8.2.2 

8.2.1 

van verhard materiaal schoonmaken 8.2.9 

Sluis-dichtlipjes visueel controleren, 

vervangen, wanneer de benodigde 

minimumdruk niet wordt bereikt 

Ontbindingsmechanisme op vervormingen controleren, aanbakkingen 

verwijderen 

rubberen lappen op beschadigingen 

controleren, evt. vervangen 

Hakselmechanisme op vervormingen controleren, aanbakkingen 

verwijderen 

V-riem op slijtage controleren. 

Riemspanning controleren, evt. afstellen 

Richtwaarde: 250-300 N bij 

ingelopen riem 

Bij sterke slijtage vervangen 

Vlucht van de riemwielen controleren 

Kettingaandrijving Kettingspanning controleren, evt. 

aanspannen 

Op slijtage controleren. 

Vlucht van de tandwielen controleren, evt. 

corrigeren 

Viltringen in de sluis met plantaardige olie invetten. Bij 

beschadiging vervangen 

Drukslang van de 

druksignaaleenheid 

Slangen en 

slangklemmen 

Reinigen 

Indien nodig aan de aansluiting van de 

drukslang aan de terugslagklep eveneens 

losmaken en doorblazen 

Op beschadigingen controleren, klemmen 

aanspannen 

Terugslagklep Vlotte gang controleren, daartoe slangen 

aantrekken en vanaf turbinezijde opdrukken 

Overbrenging aan 

aandrijving van sluis en 

voedingsmechanisme 

Tabel 8-1: Overzicht onderhoudswerken 

8.2.4 

8.3.2 

8.2.7 

8.2.8 

8.2.5 

8.2.6 

8.2.10 

8.2.10 

op dichtheid controleren 8.2.12


X-Floc GmbH 




8.2 Individueel overzicht 

onderhoudswerken 

8.2.1 Drukcontrole 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Door regelmatige drukcontroles kunnen gebreken aan 

de turbine, bekabeling en sluis worden herkend, voor 

zij tot de uitval van de machine of het verminderen van 

de machinevermogen leiden. 

Lucht op niveau 10 instellen en dan de manometer 

vast op de uitblaassteun drukken. 

Afbeelding 8-1: Drukcontrole 

Een druk van 0,35 - 0,15 bar (zie ook Tabel 8-1: 

Overzicht onderhoudswerken) worden bereikt. 

8.2.2 Luchtfilterinzetstuk 

Ontoereikende luchttoevoer kan tot een aanzienlijke 

vermindering van het lucht- of transportvermogen 

leiden. 

Al naargelang stofbelasting op de inzetplaats moet het 

luchtfilterinzetstuk een tot meerdere keren per dag 

worden gereinigd. 

Bij machines tot bouwjaar 2010: Daartoe de voorste 

behuizingscassette afnemen, de klemmen op de 

luchtfilterbehuizing losmaken, het filterdeksel afnemen 

en het filterinzetstuk uitnemen. 

Bij machines vanaf bouwjaar 2010: De stermoer op 

de luchtfiltercassette openen, de luchtfilter afnemen, 

het bevestigingsrooster via het filtervlies verwijderen 

en het filtervlies verwijderen 

Kleine vervuilingen kunnen worden uitgeklopt of 

afgezogen. Verwijder de vervuilingen niet of als de 

filter beschadigd is, moet deze worden vervangen. 

Na 150-250 bedrijfsuren moet het filterinzetstuk 

worden vervangen. 

8.2.3 Hakselmechanismemodule 

inbouwen 

uit- en 

De hakselmechanismemodule kan worden 

gedemonteerd. Dit is vb. nodig voor het vervangen van 

de dichtlipjes of om het door een sluishals zonder 

hakselmechanisme te vervangen. 

8.2.3.1 Hakselmechanisme uitbouwen 

De uitbouw gebeurt aan de hand van de volgende 

arbeidsstappen: 

1. Uitklappen van het bovenstuk van de machine en 

verwijderen van de behuizingscassette aan de 

achterzijde van het achterstuk van de machine 

2. Losmaken van de spanschroef op het 

kettingspanwiel van het hakselmechanisme 

3. Afnemen van de ketting van de kettingwielen van 

het hakselmechanisme 

4. Losmaken en verwijderen van de 4 schroeven aan 

de in- en uitblaaszijde van de sluis 

5. Losmaken van de 4 M8-schroeven aan de 

peeropeningen van het hakselmechanisme 



X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



6. Hakselmechanisme naar boven uitnemen. Een 

uitklapbare hakselmechanismemodule wordt niet 

verwijderd, maar naar boven weggeklapt. 

8.2.3.2 Sluishals inbouwen 

De sluishals zonder hakselmechanisme kan als volgt 

worden ingebouwd: 

1. Sluishals van boven met de peeropeningen op de 

M8-schroeven plaatsen 

2. Sluishals centreren 

3. Schroeven aan de peeropeningen aanspannen 

8.2.3.3 Hakselmechanisme inbouwen 

De inbouw van het hakselmechanisme gebeurt 

overeenkomstig: 

1. Hakselmechanisme met de peeropeningen op de 

M8-schroeven plaatsen en centreren. 

2. De 4 schroeven in de in-/uitblaasconsole plaatsen 

en aanspannen. 

3. De schroeven aan de fittingen aanspannen. 

4. De ketting over het grote tandwiel aan de 

sluismotor, over de beide tandwielen van het 

hakselmechanisme en over het spanwiel leggen 

5. Het spanwiel met de spanschroef zover naar 

boven drukken tot de ketting straks is 

aangespannen 

6. Het spanwiel met de M24-moer vastmaken. 

8.2.4 Sluis en dichtlipjes 

De sluis moet regelmatig worden gecontroleerd. Aan 

de binnenkant van de sluis kan zich tijdens het gebruik 

een zoutlaag vormen die de slijtage van de dichtlipjes 

verhoogt. Een dergelijke laag moet daarom tijdig 

worden verwijderd, bijvoorbeeld met een natte spons. 

De sluisdichtingen moeten van tijd tot tijd worden 

vervangen. Vooral bij: 

− zichtbare beschadigingen, zoals scheuren of 

overmatige slijtage. 

− Wanneer de aan de uitblaassteun gemeten druk 

onder de 300mbar bedraagt (bij maximaal 

turbinevermogen en bij maximaal ingestelde 

drukbegrenzing) 

− Wanneer het te verwerken materiaal via de sluis 

zichtbaar door uittredende lucht wordt verspreid 

Voor het vervangen van de dichtlipjes moeten de 

volgende werkstappen worden uitgevoerd: 

1. Hakselmechanisme uitbouwen (zie 8.2.3.1). Een 

evt. ingebouwde vrije sluishals moet niet worden 

uitgebouwd. 

2. Sluisrotor aan de hand van toets "Onderhoud 

sluis" in een gunstige positie brengen 

3. Moeren op klemplaat losmaken, klemplaat 

verwijderen, dichting verwijderen, 

4. nieuwe dichting plaatsen en gebruiken, klemplaat 

gebruiken, moeren met de hand opzetten en met 

een aanloopmoment van ca. 4 Nm aanspannen 

5. Stappen 2 tot 4 voor alle 6 dichtlipjes herhalen 



X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



6. Na het inbouwen de sluisloopvlakken met 

siliconenspray insmeren en de machine 1-4 uur 

leeg laten draaien. 

7. Hakselmechanisme opnieuw inbouwen (zie 

8.2.3.3). 

8.2.5 Viltringdichtingen 

De viltringdichtingen moeten regelmatig (ca. elke 80 

bedrijfsuren met voedingsolie) worden gesmeerd. Het 

vroegtijdig broos worden van de viltringen wordt 

daardoor verhinderd. Versleten viltringen worden 

tijdens de visuele inspectie of door verhoogde leklucht 

tijdens het gebruik van de machine herkend. 

Beschadigde of versleten viltringen moeten worden 

vervangen. 

Voor het vervangen van de viltringdichtingen wordt de 

sluis uitgebouwd en vervangen. Bij deze gelegenheid 

worden de legeringen eveneens gecontroleerd en 

eventueel vernieuwd. Wij raden u aan deze werken 

door de fabrikant of de handelaar of door een 

opgeleide mechanicus te laten uitvoeren. 

De sluisopbouw vindt u in de explosietekeningen in 

hoofdstuk 12.1 vanaf pagin30 a. 

8.2.6 Druksignaaleenheid 

Voor een nauwkeurige signalering van de overdruk 

moet de tussen de terugslagklep en drukschakelaar 

geplaatste sluis vrij zijn van vervuiling. 

Ten laatste elke 50 bedrijfsuren of bij trage reactie van 

de druksignaaleenheid moet de verbindingsslang 

worden gecontroleerd of gereinigd. 

1. Schakelkast open 

2. Op de achterzijde van de schakelkastdeur bevindt 

zich de drukschakelaar. Drukslang van 

drukschakelaar losmaken en doorblazen 

Afbeelding 8-2: Onderhoud signaalmeldeenheid 

3. Indien nodig aan de aansluiting van de drukslang 

aan de terugslagklep achter de ventilator 

eveneens losmaken en doorblazen. 

Bij deze gelegenheid de vrije doorgang van de 

slangaansluiting controleren en evt. reinigen. 

8.2.7 Riemspanning aan turbineaandrijving 

De aanvoerluchteenheid bestaat uit een elektromotor 

van 5,5kW die via een V-riem een turbine van hoog 

vermogen aandrijft. 

De riemspanning is beslissend voor 

voldoende krachtoverbrenging tussen 

de motor en de turbine. Als deze niet 

voldoende is, glijdt de riem bij het 

starten van de luchttoevoer door. Dat 

is merkbaar door een piepend geluid. 

Als de spanning te groot is, worden de legeringen van 

de turbine na enige tijd vernield. Hun vervanging is 

normaal gezien met hoge kosten verbonden. 

De riemspanning moet daarom regelmatig worden 

gecontroleerd. Daarom werd het 

riemspanningsmeetapparaat OPTIKRIK met de 

machine EM400 meegeleverd, die als volgt kan 

worden gebruikt: 

1. Stop de stekker in de contactdoos! 

2. Klap het bovenstuk van de machine omhoog. 

3. Verwijder de behuizingscassette, die tegenover de 

schakelkast ligt, aan de zijde van de machine. 

4. Steek een vinger in de kram van de OPTIKRIK. 

5. Plaats het meetapparaat op de riem. Plaats het 

meetapparaat langs de riem met in het midden de 

middelste faser. 

6. Druk het meetapparaat met stijgende 

aandrukkracht op de riem. 

7. Wanneer een lichte knak te hoor- en voelbaar is, 

stopt u onmiddellijk met het aandrukken en neemt 

u het meetapparaat af. 

8. De riemspanning kan op deze plaats worden 

afgelezen, waarop de rode aanduider door de 

kram van de OPTIKRIK uitsteekt. 

Riemspanningsrichtwaarde: 

- 250-300 N bij ingelopen riem 

- max 400 N bij nieuwe riem (riemlooptijd < 15min) 



X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 8-3. Meten van de riemspanning met het OPTIKRIK-riemspanningsmeetapparaat 

8.2.8 Aandrijfkettingen 

De aandrijfkettingen moeten steeds voldoende 

gespannen zijn om een veilige krachtoverbrenging te 

garanderen. Daartoe zijn de kettingaandrijving van de 

sluis, haksel- en ontbindingsmechanisme met 

spanwielen uitgerust. 

De kettingspanning moet zodanig zijn dat het 

onbeladen kettingseind (dat is het stuk ketting dat naar 

de motor wordt bewogen) zich makkelijk met de vinger 

laat bewegen zonder tijdens de werking sterk te 

schommelen. 

De kettingen kunnen worden aangespannen door de 

M17-moer op het spanwiel te lossen, de spanner met 

stelschroef M13 beweegt en bij voldoende spanning 

de M17-moer opnieuw aanspant. 

De drie kettingen die de ontbindingsassen verbinden, 

zijn zodanig afgesteld dat zij normaal gezien geen 

spanningswiel nodig hebben. Als na een kettingwissel 

de ketting teveel slingert, kan een spanwiel worden 

geïnstalleerd. 

8.2.9 Reinigen van de sluisklepgeleider 

In de geleidersporen van de sluisklep kan zich na een 

langdurige bedrijfstijd materiaal verzamelen. In 

ongunstige omstandigheden leidt dit materiaal tot een 

blokkering van de klep. Daarom moet de klepgeleider 

regelmatig met een schroevendraaier o.a. grondig(!) 

en zo volledig mogelijk van alle materiaalblokkeringen 

worden vrijgemaakt. 

8.2.10 Verkabeling 

De verkabeling in het achterstuk van de machine kan 

tijdens het gebruik zeer warm worden en staat 

terzelfder tijd onder een overdruk van 400-500 mbar. 

Als een slang zich plaatst of loskomt kan dit leiden tot 

gevolgschade aan de machine. 

Nieuwe slangen vervormen sneller en moeten daarom 

al na 10 bedrijfsuren worden gecontroleerd. 

Daarna gebeurt een controle minstens elke 80 

bedrijfsuren of eenmaal per jaar, resp. bij elk openen 

van het achterstuk van de machine. 

• Controleer de slangen tussen turbine, 

terugslagklep en slang en ook de slang van de 

sluisventilator naar de hakselbak op knikvrij 

verloop. 

• Trek alle slangklemmen aan 

• Maak de slang los bij vermoeden van defect van 

de terugslagklep en controleer de werking van de 

terugslagklep. De ventilatorteller moet vrij 

• 

beweeglijk zijn en automatisch sluiten. 

Vervang poreuze of verouderde slangen door 

nieuwe, versterkte slagnen. 

8.2.11 Binnenruimte reinigen 

Vervuilingen in het achterstuk van de machine kunnen 

de thermische eigenschappen van de motoren 

beïnvloeden. Daarom bij elk openen van het 

achterstuk van de machine mogelijks alle vuil en stof 

verwijderen. 

8.2.12 Overbrenging 

Geen onderhoud nodig. Bij olieverlies moet de 

overbrenging bij de fabrikant worden nagezien of 

vervangen. 

8.3 Overige regelmatige werken 

8.3.1 Kabel 

Controleer regelmatig de stekker en contactdozen van 

alle stroom- en stuurkabels en hun isolering. 

Kabelbreuken of uit de stekker getrokken stuurkabels 

kunnen tot veiligheidsrisico's en mogelijks 

bedrijfsonderbrekingen leiden. 

8.3.2 Ontbindingseenheid 

De ontbindingsassen moeten regelmatig op 

vervormingen gecontroleerd worden. Sterk verbogen 

ontbindingsvleugels kunnen het isolatiemateriaal in het 

voedingsreservoir niet goed losmaken zodat zich 

klompen vormen die het ontbindingsmechanisme 

kunnen blokkeren. 

Vervormde verkleineringsvleugels kunnen meestal 

opnieuw in vorm worden gebracht door te recht te 

buigen. 

Ter controle moeten de volgende stappen worden 

ondernomen: 



X-Floc GmbH 




8.3.3 Reiniging 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Het regelmatig van de machine verhoogt de 

levensduur en maakt een rationeel verloop van de 

onderhoudswerken mogelijk. Maak de machine tijdens 

de reiniging niet nat. 

Bij werken aan het hakselmechanisme 

of in het voedingsreservoir moet de 

stekker uit de contactdoos worden 

getrokken! 



X-Floc GmbH 




9 Storingen verhelpen 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Bij optredende storingen kunnen de mogelijke storingsoorzaken en de aanbevolen maatregelen om de storing te 

verhelpen, uit de tabel hieronder worden afgelezen. 

9.1 Vaak voorkomende storingen 

Storing / probleem Mogelijke foutoorzaken Fout verhelpen 

Klep gaat niet in positie 1 Geen storing! Positie 1 wordt pas 

na ca. 1 minuut aangelopen 

1 minuut wachten 

Het gele controlelampje licht op, de Fasenvolgorde verkeerd. Fasenvolgorde met behulp van 

machine toont geen enkele functie. 

fasenvolgordekeuzeschakelaar korrigeren. 

Een of meerdere fasen 

ontbreken. 

Stroomvoorziening controleren. 

Stroomvoorziening niet 

Stroomvoorziening controleren. Bij draaistroom alle 

voldoende. 

fasen, nul en aarding controleren. 

Het rode storingslampje "Storing De motor voor het 

Niet teveel isolatiemateriaalzakken in een keer in het 

ontbinding" op de schakelkast licht ontbindingsmechanisme is voedingsreservoir "persen"; isolatiemateriaalzakken 

op. 

overbelast. 

met de hand in 2-3 stukken vooraf verkleinen. 

Na ca. 30-90 seconden wordt de Een voorwerp of isolatiemateriaal Netstekker uittrekken, deksel van het 

storing geannuleerd, het 

klemt het 

voedingsreservoir openmaken en blokkering van 

standbylampje licht op. 

ontbindingsmechanisme bovenaf verwijderen 

Het rode storingslampje "Storing Dichtlipjes zijn te stram 

sluis" op de schakelkast licht op. Smeermiddel in overbrenging is Machine in lege toestand laten warmlopen 

Wanneer de machine eerst wordt koud 

uitgeschakeld en aansluitend 

opnieuw wordt ingeschakeld wordt 

de storing geannuleerd. 

Overlast aan de sluis Hoofdschakelaar uitschakelen, 2 minuten wachten, 

hoofdschakelaar opnieuw inschakelen. Wanneer de 

storing opnieuw optreedt, opent u de machine en 

controleert u de sluis op vreemde voorwerpen en 

reinigt u deze. 

Een vreemd voorwerp of Sluisklep sluiten (materiaalniveau 1), machine 

isolatiemateriaal blokkeert de openklappen, met behulp van de voor- en 

sluis of de hakselaar 

achteruitgang van de sluis het storend element 

verwijderen 

Het rode controlelampje "Storing Een module van de elektrische Wanneer er geen andere oorzaken worden 

sluis" licht op. 

schakelinstallatie raakte 

vastgesteld, kunt u de fabrikant of handelaar 

Ook het uit- en opnieuw inschakelen 

van de machine annuleert de 

storing niet. 

De machine is niet gebruiksklaar. 

beschadigd. 

contacteren voor een verdere foutenanalyse. 

Het rode controlelampje "Storing De eindmelder van de klep is Trek de stekker uit de contactdoos, open de 

klep" licht op. De klep staat op losgeraakt of verschoven. machine, schroef de eindmelder vast in de positie, 

niveau 10 / 100% 

waar hij bij een volledig geopende schuiver 

betrouwbaar contact maakt 

Het rode controlelampje "Storing Er heeft zich isolatiemateriaal in Trek de stekker uit de contactdoos, open de 

klep" licht op. De klep staat niet op 

niveau 10 / 100% 

de klepgeleider geperst 

machine, maak de klepgeleider grondig schoon 

De druk op de uitblaassteun werd 

bij luchtpositie 10 met de drukmeter 

gecontroleerd en bedraagt minder 

dan 300 mbar. 

De machine wekt bij het 

inschakelen van de lucht een 

piepend geluid 

De sluisdichtingslipjes zijn 

versleten. 

Viltringdichtingen aan de 

asuiteinden van de sluisrotor zijn 

versleten 

Interne bekabeling of 

terugslagklep defect 

De aandrijfriem van de turbine is 

versleten of te los 

De aandrijfriem van de turbine is 

versleten of te los 

Visuele controle van de sluisdichtingen. Eventueel 

sluisdichtingen vervangen. 

Viltringdichtingen door de fabrikant, handelaar of 

onderhoudspartner laten vervangen. 

Machineinterne slangen, beugels en terugslagklep 

controleren. 

Riemspanning controleren. 

Riem aanspannen of vervangen 

Riemspanning controleren. 

Riem aanspannen of vervangen 



X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Storing / probleem Mogelijke foutoorzaken Fout verhelpen 

Het ventilatorvermogen kan niet 

worden gewijzigd. Het 

controlelampje voor de luchtpositie 

werkt toch. Andere functies van de 

besturing zijn gestoord. 

De groene LED aan de besturing 

licht permanent op en er klinkt 

daarom een ononderbroken 

piepsignaal 

De door de fabrikant geleverde 

beveiliging komt altijd opnieuw los 

en ontkoppelt de stroomvoorziening. 

Na een elektrisch defect lichten de 

rode en de groene controlelampjes 

op. De machine reageert niet. 

De door de fabrikant geleverde 

lekstroombeveiliging (FI) meldt een 

te grote lekstroom en gaat over op 

storing. 

Machine loopt storingsvrij, maar er 

komt geen materiaal 

Tabel 9-12: Storingen verhelpen: overzicht 

9.2 Terugkerende vragen 

De elektrische verbinding tussen 

besturing en machine is 

gestoord. 

Een ader of pin op de stuurkabel 

is defect 

Slagpenzekering of smeltzekering 

is te zwak of te hoog. 

Eventueel is het contact van een pin van de 

stuurstekker niet storingsvrij. Controleer de pins en 

bussen op beschadigingen. Laat dit probleem 

oplossen door een elektrovakman, de fabrikant of de 

handelaar 

De stuurkabel kan beschadigd zijn. Controle en 

reparatie enkel door vaklui. 

Controleer alle contactpins op de stuurstekker 

Vervang eventueel de stuurkabel. 

Gebruik een andere spanningsbron of zekering. 

De F6-zekering werd beschadigd. Vervang de F6-zekering met behulp van het 

schakelplan in de gebruiksaanwijzing en de 

opschriften op de klem voor de zekeringhouder 

(vervangzekering in schakelkast). 

De lekstroom in de 

overeenkomstinge stroomkring is 

te groot. De lekstroom van een 

EM400 bedraagt op basis van de 

ingebouwde frequentieomvormer 

ca. 3-5mA. 

Er deden zich materiaalbreuken 

in het voedingsreservoir voor. 

Dit is slechts een fractie van de toegestane lekstroom 

(30 mA). Vermoedelijk zijn andere verbruikers de 

oorzaak voor de uitschakeling of de spoel van een 

motor heeft na oververhitting een isolatiefout die de 

lekstroom veroorzaakt. 

Controleer de ontbindingsassen op vervormingen. 

Controleer de rubberen stoorlappen aan de 

ontbindingsassen. 

Rubberen stoorlappen op de ontbindingsassen 

vervangen of inbouwen. 

Probleem Mogelijke oorzaken Probleem verhelpen 

De verdichting bij het inblazen van Luchtvermogen van de machine Overweeg het gebruik van een hergenerator 

los isolatiemateriaal onderschrijdt is niet toereikend 

de gewenste waarde. 

Voorbeeld: 

Bereikt: 40 kg / m 

Dichtingen versleten 

Stroomvoorziening te laag 

Luchtfilter vervuild 

Slangweg te lang of / en 

Sluisdruk controleren, dichting vervangen 

Herstellen van een storingsvrije stroomvoorziening 

reinigen of vervangen 

Vermindering na ca. 40-60 m 3’’ (NW75)-slang op de 

stijghoogte te groot 

volgende kleinere afmeting, 

evt. verhoging van het luchtvermogen met een 

hergenerator 

Materiaal- en luchtinstellingen Lucht maximaal instellen, materiaal verminderen tot 

korrigeren 

de gewenste verdichting wordt bereikt. 

3 

Gewenst: 55 kg / m 3 

Dynamische drukregeling Indien ja, instelling voor de drukdrempelwaarde 

geactiveerd? 

verhogen of uitschakelen van de dynamische 

(controlelampje lucht en overdruk 

knipperen afwisselend) 

drukregeling 

De verdichting bij het inblazen van Dynamische drukregeling Indien ja, verminderoing van de ingestelde 

los isolatiemateriaal overstijgt de geactiveerd? 

drukdrempelwaarde aan de machine of inschakelen 

gewenste waarde. 

(Controlelampje luchtpositie van de dynamische drukregeling 

Voorbeeld: 

knippert) 

Bereikt: 60 kg / m Materiaal- en luchtinstellingen 

korrigeren? 

Lucht minder instellen, materiaal hoger kiezen tot de 

gewenste verdichting wordt bereikt. 

Hergenerator aangesloten Hergenerator afklemmen 

3 

Gewenst: 45 kg / m 3 

Materiaalklep in orde? Controleer of de klep ook in een lage positie (2-5) 

loopt. 

Tabel 9-34: Terugkerende vragen 



X-Floc GmbH 




10 Tips voor verwerking 

10.1 Algemeen 

Om een gelijkmatige vulling van holle ruimtes zonder 

nesten en plaatsen met te hoge verdichting te 

bereiken kan de dynamische drukregeling een groot 

voordeel zijn. 

In de praktijk kan daarmee het gedrag in de volgende 

gevallen worden verbeterd: 

Isoleren van holle ruimtes met 

wegeringswerkstoffen die tegen vervorming en 

beschadiging bestand zijn. De overdruk bij het 

inblazen wordt effectief begrensd. 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Isoleren van schuine dakelementen. Vermijden 

van plaatsen met verhoogde verdichting, 

vermindering van de invloed van de 

slanggeleiding door de gebruiker. 

Voor de praktijk bruikbare instellingen bereikt men 

met waarden, waarbij de druk op het einde van de 

slang ca. 125-175 mbar bij korte slangen, 175-275 

mbar bij stijghoogtes en slanglengtes vanaf 50 m 

bedragen. 

De invloed van de verschillende parameters kan 

Tabel 10-1 worden weggenomen. 

Invloedparameter Verandering Verwerkingsdichtheid 

Verwerkingssnelheid 

Luchtdebietinstelling Verhoging bij gelijke materiaaldebietinstelling ↑ -- 

Materiaaldebietinstelling Verhoging bij gelijke luchtdebietinstelling ↓ ↑ 

Elektronische drukbegrenzing / 

regeling 

Verhoging van de drukdrempelwaarde ↑ ↑ 

Drukhoogte Verhoging ↓ ↓ 

Slanglengte Verlenging ↓ ↓ 

Slangdiameter Vergroting ↑ ↑ 

Slanggeschiktheid Glad / ruw oppervlak ↑ / ↓ ↑ / ↓ 

Dichtheid van de holle ruimte dicht / ontlucht / open ↓ / ↑ / ↓ ↓ / -- / ↑ 

Tabel 10-1: Invloed lucht- en materiaaldebiet 

10.2 Cellulose warmte-isolatiemateriaal 

De EM400 is in de standaarduitvoering voor het 

inblazen met cellulose-warmte-isolatiemateriaal 

geoptimaliseerd. Er zijn geen bijkomende onderdelen 

nodig. 

10.3 Vrij vloeiende isolatiematerialen 

Bij het verwerken van vrij vloeiende bulkgoederen 

(bijvoorbeeld RigiBead, Thermofill S, SLS20, HK35, 

hyperdämm KD, geëxpandeerde kurkkorrels, etc.) is 

het aangewezen de sluisklep maximum 50% te 

openen (materiaal niveau 6). Dit vermijdt een te hoge 

belading van de sluiskamers en daaruit resulterende 

materiaalblokkeringen in de slang. 

Het gehydrofobeerde bulkgoed wordt typisch via 

inblaaspijpen in een holle laag ingeblazen. 

10.4 Hout- en grasvezels (en dergelijke) 

Bij de verwerking van karakteristiek eendimensionale 

vezelstoffen (grasvezels, houtvezels, etc.) is omwille 

van de eendimensionale karakteristiek van de 

vezelbestanddelen een groter luchtdebiet nodig. Dit 

kan door het gebruik van een hergenerator worden 

bereikt. 

In uitzonderlijke gevallen is het luchtvermogen van de 

EM400 reeds voldoende. 

Bij een leeg voedingsreservoir moeten de eerste 2-3 

geperste balen met de hand vooraf worden verkleind. 

Optimaal is de opdeling van balen in 3-4 brokken. 

Van zodra de ontbindingsassen in een bed uit reeds 

losgemaakt materiaal lopen, kunnen de verdere balen 

onverkleind worden toegevoegd. 

10.5 Mineraalvezelgranulaat 

Mineraalvezelgranulaat is zwaarder dan vezels uit 

organisch materiaal. Men moet steeds veel lucht in 

verhouding tot het materiaaldebiet instellen. Daarom 

zijn niet zo hoge verwerkingssnelheden bereikbaar 

zoals met organische vezels. 

Om de verwerkingssnelheid te verhogen kan een 

hergenerator worden gebruikt. 

De sluisklep moet max. 60% worden geopend. 

Daardoor worden de materiaalpakketten die uit de 

sluis in de slang stromen, kleiner. Het gevaar van 

verstopping in de slang, pijp of reduceerstukken daalt. 

Voor het overige gelden dezelfde voorschriften als 

voor vezelvormig isolatiemateriaal. 



X-Floc GmbH 




10.6 Vochtsproeien 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Omwille van het uitstekend ontbinden is de EM400 

goed geschikt voor de verwerking bij de procedure van 

het vochtig besproeien. Daarbij is een mogelijks 

gelijkmatige materiaaltoevoer op de sproeikop nodig. 

Dit kan worden bereikt door de volgende maatregelen: 

• Opening van de sluisklep op max. 50% 

• evt. gebruik van een directe reductie DR75>63 

of DR75>50 

• Gebruik van minstens 30 m inblaasslang 

(materiaal wordt gelijkmatiger) 

• Luchtpositie L = 2...4 

Omwille van de grote cellenradsluis is het niet 

helemaal mogelijk het pulseren van de 

materiaalstroom te vermijden. 

Het is mogelijk het werk te verminderen door het met 

de inblaasmachine gesynchroniseerde aan- en 

uitschakelen van de benodigde vloeistofpomp via de 

bijkomende apparaatdoos van de EM400 en een 

master-slave schakelbesturing uit te voeren. 



X-Floc GmbH 




11 Technische gegevens 

11.1 Overzicht 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Machinetype: EM 400 

Voorraadsvolume / trechtervolume ca. 1,0 m³ 

Diameter uitblaassteun 76 mm / 3’’ 

Afmetingen (ca. grootte): 1200 x 1000 x 1800 (LxBxH) 

Sluisverluchting standaard 

Machinebesturing Kabel ( opt. draadloze besturing) 

Dynamische drukregeling beschikbaar 

Sluismateriaal: staal 

Nodige omgevingstempeartuur: –10°C ... + 30°C 

Materiaalcapaciteit bij open uitblazen (max.) 1580kg/h 

Materiaalcapaciteit bij verdicht inblazen (max.) 1,400 kg/h 

Maximale stijghoogte 20-45m 

Maximale druk op de uitblaassteunen (ca.) 450mbar 

Leeg gewicht 440 kg 

Toegekend vermogen 7,5kW 

Geïnstalleerd luchtvermogen 5,5kW 

Toegekend vermogen aandrijfmotor sluis 1,1 kW 

Toegekend vermogen aandrijfmotor ontbindingsmechanisme 0.75 kW 

Benodigde stroomvoorziening 400V 3~/16A/PE/N 

Open uitblazen 

Verdicht inblazen 

Vochtsproeien 

Tot een losse volumegewicht van 165 kg/m 3 

bulkgoederen of kernisolatiemateriaal 130 kg/m 3 

Tabel 11-1: Overzicht technische gegevens 

11.2 Overige informatie 

11.2.1 Bedrijfsgeluid 

De arbeidsplaatsbetrokken emissiegeluidsdrukniveau, 

gemeten in overeenstemming met DIN EN ISO 

11201, bedraagt 

79,0 dB(A). 

Afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden (vb. in 

een gesloten ruimte) kan een hoger 

geluidsdrukniveau ontstaan. 

11.2.2 Kabelafstandsbediening 

Stuurkabellengte standaard: 50m 

Tot 4 stuurkabels kunnen worden samengeschakeld: 

Stuurkabellengte: 200m 

11.2.3 Draadloze afstandsbediening (optioneel) 

Zie gebruiksaanwijzing draadloze afstandsbediening 

„FFB 2000“. 


Drempelwaarde voor max. 

druk op uitblaassteun: 

100-450 mbar (traploos 

instelbaar) 

11.2.5 Capaciteit 

De capaciteit hangt af van het type, de lengte en de 

diameter van de slang, de stijghoogte, de bouwwijze 

van het te isoleren object en van het gebruikte 

isolatiemateriaal. 

Maximale capaciteit betrokken op celluloseisolatiemateriaal: 

1580 kg/h 

11.2.6 Elektrische schakelkast 

De elektrische schakelkast werd uit hoogwaardig en 

degelijke componenten gemaakt. Het vervangen van 

afzonderlijke onderdelen kan aan de hand van een 

schakelplan door een elektrovakman gebeuren. De 

machine is met een bijkomende apparaatdoos (24V 

DC) uitgerust waarmee vb. een versterker / 

afzuigstation Master-Slave kan worden bestuurd. 

11.3 Optionele toebehoren 

Betekenis Art. nr. 

Directe reducering NW75>50 1972 

Directe reducering NW75>63 526 

Draadloze afstandsbediening FFB 2000 1448 

Rubberen storingelement 3699 

Hergenerator / afzuigstation 3,0kW 1109 

Hergenerator / afzuigstation 3,0kW complete set 1374 

Hergenerator / afzuigstation 2,8 kW 2711 

Hergenerator / afzuigstation 2,0kW complete set 2886 

Y-stuk 3’’ (NW75) 456 

Master-Slave-schakelbox 24V DC / 230V~ 1057 

Master-Slave-schakelbox 24V DC / 400V~ 2605 

Tabel 11-23: Optionele toebehoren 



X-Floc GmbH 




12 Tekeningen 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



12.1 Explosietekeningen vanaf bouwjaar 2010 

6 

7 

2 

1 

5 

3 

EM 400 


10 

8 9 

Afbeelding 12-1. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) compleet met varianten 

4 

Art. Nr. 3316 

Pos.- Artikel 

Stück 

Nr. Nr. 

1 1 3319 

2 1 3320 

3 1 3616 

4 2 092 

5 2 2189 

6 2 2608 

7 2 2607 

8 2 3582 

9 2 3582 

10 1 3321


X-Floc GmbH 




15 

14 

5 

8 

6 

18 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



EM 400 Maschinenunterteil 

13 

4 

2 

25 

11 

16 

3 

7 

Art. Nr. 4515 

Pos.- 

Menge 

Artikel 

Nr. Nr. 

1 1 4518 

2 1 3552 

3 1 4519 

4 2 1365 

5 2 107 

6 2 3987 

7 3 2198 

8 4 3418 

Afbeelding 12-2. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) onderstuk 

9 

19 

6 

24 

10 

7 

22 


20 

8 

1 

3 

8 

23 

12 

26 

28 

21 

6 

17 

1 2 6 

Art. Nr. 3319 

Pos.- Artikel 

Nr. 

Menge 

Nr. 

1 1 3322 

2 1 3335 

3 2 3334 

4 4 275 

5 4 1024 

6 14 101 

7 4 114 

8 10 124 

9 4 107 

10 1 3415 

11 1 4582 

12 1 4009 

13 1 3324 

14 1 3326 

15 12 3418 

16 1 3760 

17 1 3344 

18 1 4570 

19 2 2822 

20 2 3759 

21 4 2242 

22 1 2897 

23 1 3353 

24 1 3760 

25 2 3702 

26 2 4520 

27 1 268 

28 1 4515


X-Floc GmbH 




1 

8 

19 

18 

44 

53 

52 

51 

38 

39 

7 

35 

49 

50 

12 

20 

11 

45 

16 

46 47 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



EM 400 Wanne 

Afbeelding 12-3. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) hakselbak 

10 

37 

40 

9 

20 

35 

36 

21 

5 

12 

L=0,80m 

30 L=0,80m 

29 L=0,80m 

28 

Art. Nr. 3320 

Pos.- 

Nr. 

Menge 

Artikel 

Nr. 

1 1 3371 

2 1 4583 

3 1 4557 

4 1 4556 

5 1 4391 

6 1 3373 

7 8 1926 

8 2 282 

9 1 3375 

10 1 3576 

11 1 2819 

12 8 3632 

13 1 3376 

14 4 3418 

15 2 3554 

16 1 3555 

17 2 2116 

18 2 1300 

19 4 1051 

20 14 410 

21 1 2509 

22 1 3427 

23 16 101 

24 2 3419 

25 3 3425 

26 1 2107 

27 1 861 

28 1 861 

29 1 861 

30 1 861 

Pos.- 

Nr. 

Menge 

Artikel 

Nr. 

31 1 3414 

32 1 3150 

33 1 305 

34 1 3532 

35 14 219 

36 1 3372 

37 1 3546 

38 12 4354 

39 2 4352 

40 10 114 

41 18 347 

42 4 275 

43 4 106 

44 16 2288 

45 6 2631 

46 6 268 

47 6 270 

48 3 4398 

49 2 853 

50 2 2195 

51 2 2417 

52 1 3545 

53 1 3543 

54 1 112 

55 1 3127 

56 1 220 

57 1 2301 

58 1 2302 

59 1 3427 

60 1 4476 


6 

20 

7 

60 

4 

35 

17 

22 

3 

44 

34 

41 

15 

48 

2 

24 

40 

31 

32 

25 

58 

59 

26 

55 

24 

13 

L=0,75m 

27 

14 

54 

56 

57


X-Floc GmbH 




Schleuse und Häcksler 

3 

Pos.- 

Nr. 

Meng Artikel 

e Nr. 

1 1 3336 

2 1 3364 

3 1 3948 

4 1 3426 

5 1 3949 

6 1 2107 

7 2 3423 

8 1 3950 

9 4 114 

10 4 2193 

11 4 114 

12 2 2302 

13 2 3427 

14 4 112 

15 3 3127 

20 

11 

1 

Art. Nr. 3335 

Pos.- 

Nr. 

Meng Artikel 

e Nr. 

16 4 273 

17 2 2189 

18 1 3606 

19 1 4162 

20 4 1008 

21 2 2257 

22 1 861 

23 1 861 

12 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



8 

2 

10 9 


19 

21 

13 

12 

4 16 6 

13 

14 

17 

14 

16 

16 

15 

15 

18 

5 

14 

7 

15 

23 

L=1,4m 

22 

L=0,85m 

16


X-Floc GmbH 




9 

7 

3 

9 

4 

EM 400 Häcksler 

6 

5 

7 

11 12 8 

6 

2 

8 

3 

11 

1 

10 

EM 400 Schleuse 

1 10 

6 

7 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-4. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) hakselmechanisme en sluis 


7 

6 

5 

4 

9 

4 

2 

3 

2 

9 

6 

Art. Nr. 3364 

Pos.- 

Nr. 

Menge Artikel 

Nr. 

1 1 3365 

2 4 3367 

3 4 3629 

4 1 3368 

5 1 3368 

6 32 114 

7 12 2193 

8 12 107 

9 8 347 

10 8 2288 

Pos.- Artikel 

Menge 

Nr. Nr. 

1 1 3359 

2 6 3361 

3 30 107 

4 1 3762 

Art. Nr. 3356 5 1 3362 

Pos.- Artikel 

Art. Nr. 3336 Nr. 

Menge 

Nr. 

1 1 3352 

2 1 3356 

3 1 128 

4 2 127 

5 1 419 

6 1 420 

7 2 099 

8 1 3363 

9 2 150 

10 18 2242 

11 22 107 

12 40 114 

4 

2 

3 

1 

5


X-Floc GmbH 




6 

4 

17 1 

Zulufteinheit 5,5kw 

16 

13 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



5 

15 

10 9 13 18 

Afbeelding 12-5. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) luchtopwekeenheid 

2 

3 

4 

7 

1 

8 

24 

20 

Art. Nr. 4038 

3 

7 

Pos.- 

Nr. 

Menge 

Artikel 

Nr. 

1 1 1929 

2 1 3997 

3 3 2259 

4 1 745 

5 1 4295 

6 1 1001 



Afbeelding 12-6. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) aflaateenheid 

5 

6 

Art. 3344 

Pos.-Nr. Menge Artikel Nr. 

1 1 3663 

2 1 2216 

3 1 2590 

4 1 008 

5 1 2218 

6 4 2241 

7 1 2325 

8 2 2983 

9 4 275 

10 2 272 

11 2 1260 

12 4 107 

13 9 3967 

14 4 768 

15 1 3845 

16 1 1024 

17 4 267 

18 2 347 

19 1 111 

20 1 aus 447 

21 1 4477 


8 

14 

2 

19 

21 

13 

9 

13 

11 

Pos.- 

Nr. 

Menge 

Artikel 

Nr. 

1 1 1919 

2 1 1918 

3 1 1920 

4 3 1921 

5 3 1922 

6 1 2284 

7 1 2139 

8 2 2241 

9 2 410 

10 2 267 

11 1 496 

12 1 107 

13 1 2239 

13 

12 

7 9 11 

Art. Nr. 1929 

10 

8 

5 

4 

3 

2 

1 

6


X-Floc GmbH 




1 

35 

38 

40 

36 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-7. weergave EM400 (vanaf bouwjaar 2010) bijkomende ventilator (booster) 

34 

37 

14 

Art. Nr. 4048 


23 

14 

25 

Pos.- 

Nr. 

Menge Artikel 

Nr. 

1 1 4273 


14 4 2822 

19 1 3322 

20 1 3353 

22 1 2897 

23 1 1001 

25 1 4511 

26 2 2193 

27 2 268 

28 2 2195 

29 2 2265 

30 1 3415 

31 1 4582 

32 1 3324 

33 2 347 

34 1 4510 

35 1 

36 1 3912 

37 1 4484 

38 1 1061 

39 1 1061 

40 2 2808


X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



12.2 Explosietekeningen tot en met bouwjaar 

2 

1 

6 

7 

3 

8 

4 


9 

10 

4 

5 

EM 400 

Afbeelding 12-8. weergave EM400 (tot en met bouwjaar 2009) compleet met varianten 

Art. Nr. 3316 

Pos.-Nr. Stück Artikel Nr. 

1 1 3319 

2 1 3320 

3 1 3321 

4 1 3616 

5 2 092 

6 2 2189 

7 2 2608 

8 2 2607 

9 2 3582 

10 2 3582


X-Floc GmbH 




44 

3 

2 

9 

1 

16 

15 

36 

37 

7 

18 

4 

35 

17 

20 

5 

8 

11 

10 

38 

46 

47 

EM 400 Wanne 

Art. Nr. 3320 

6 

17 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



47 

13 

48 

14 

44 10 

Afbeelding 12-9. weergave EM400 (tot en met bouwjaar 2009) hakselbak 

45 

19 


46 

11 

34 

40 

41 

42 

33 

30 

26 

31 

22 

29 

23 

25 

32 

Pos. -Nr. Menge Arti kel Nr. 

1 1 3371 

2 2 3377 

3 2 3378 

4 1 3373 

5 1 3375 

6 1 3576 

7 1 3374 

8 1 984 

9 2 282 

10 8 3632 

11 8 1926 

12 4 3418 

13 2 3554 

14 2 2116 

15 2 1300 

16 4 1051 

17 14 410 

18 1 2509 

19 1 3427 

20 1 3555 

21 16 101 

22 2 3419 

23 3 3425 

30 1 3414 

31 1 3150 

32 1 3376 

33 1 305 

34 1 3532 

35 14 219 

36 1 3372 

37 1 3546 

38 12 2288 

39 2 2288 

40 2 114 

41 18 347 

42 4 275 

43 4 106 

44 16 2288 

45 6 2631 

46 6 268 

47 6 270 

48 2 2325 

12


X-Floc GmbH 




1 

3 

12 

11 

10 

4 

3 

14 

12 

20 

18 

17 

16 

15 

EM 400 C-Serie 

5 

1 

14 

8 

7 

25 

26 

2 

4 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



5 

7 

9 

16 21 

Afbeelding 12-10. Weergave EM400 (tot en met bouwjaar 2009) onderstuk 

2 

17 

14 

13 

6 

14 

16 

17 

8 

9 

19 

19 


5 

24 

6 

10 

20 

7 

23 

15 

13 

27 

11 

Pos.-Nr. MENGE Artikel Nr. 

1 1 3336 

2 1 3364 

3 1 3428 

4 1 2107 

5 1 3422 

6 1 3421 

7 2 3423 

8 1 3426 

9 2 3606 

10 2 3345 

11 4 2242 

12 4 101 

13 2 2304 

14 5 2301 

15 2 3127 

16 6 112 

17 2 2302 

18 1 992 

19 1 107 

20 2 2189 

18 

22 

8 

9 

10 

11 

12 

13 

14 

15 

5 


1 1 3335 

2 2 3334 

3 8 275 

4 8 1024 

5 12 101 

6 4 114 

7 8 124 

4 

1 

1 

1 

1 

1 

1 

16 

107 

3415 

3322 

3323 

3324 

3325 

3326 

3418 

16 1 1001 

17 2 2822 

18 1 3344 

19 1 2192 

20 2 2901 

21 1 745 

22 4 2242 

23 1 1722 

24 1 3659 

25 1 139 

26 1 2181 

27 1 3636 

28 1 3335


X-Floc GmbH 




12 

3 

10 

4 

9 

6 

2 

3 

8 

EM 400 Häcksler 

EM 400 Schleuse 

5 7 8 

13 9 

7 

1 

10 

1 

11 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-11. weergave EM400 (tot en met bouwjaar 2009) hakselmechanisme en sluis 

7 


6 

2 

4 

4 

5 

3 

2 

9 

6 

Art. Nr. 3364 


1 1 3365 

2 4 3367 

3 4 3629 

4 1 3368 

5 1 3368 

6 32 114 

7 12 2193 

8 12 107 

9 8 347 

10 8 2288 

4 

3 

2 

1 

Art. Nr. 3356 


1 1 3359 

2 6 3360 

3 6 3361 

4 30 107 

Art. Nr. 3336 


1 1 3352 

2 1 3356 

3 1 128 

4 2 127 

5 1 419 

6 1 420 

7 2 099 

8 4 124 

9 1 3363 

10 2 150 

11 18 2242 

12 22 107 

13 40 114


X-Floc GmbH 




4 

6 18 

1 

23 

16 

24 

29 

30 26 

25 

5 

32 

31 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-12. weergave EM400 (tot en met bouwjaar 2009) luchtopwekeenheid 

15 

3 

7 


8 

11 

21 

22 

25 

10 

9 

14 

13 

33 

19 

13 

14 

30 

12 

2 


1 1 3663 

2 1 2216 

3 1 1010 

4 1 008 

5 1 2218 

6 4 2241 

7 2 2325 

8 2 2983 

9 4 275 

10 2 272 

11 2 2510 

12 2 1260 

13 4 768 

14 8 115 

15 1 3845 

16 1 1024 

18 4 267 

19 1 111 

21 1 2182 

22 1 2122 

23 2 2901 

24 1 1722 

25 2 aus 447 

26 1 3669 

29 2 101 

30 6 107 

31 2 1008 

32 2 114 

33 2 347


X-Floc GmbH 




12.3 Stroomcircuitdiagram 

12.3.1 Vanaf bouwjaar 2010 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-13. Stroomcircuitdiagram EM400C vanaf bouwjaar 2010 



X-Floc GmbH 




12.3.2 Tot en met bouwjaar 2009 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Afbeelding 12-14. Stroomcircuitdiagram EM400A, EM400B en EM400C tot bouwjaar 2009 



X-Floc GmbH 




12.3.3 Instellingen frequentie-omvormer 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Parameterset voor FU F700 (EM400,M03-turbine) 

Parameter Beschrijving Instelling Fabrieksinstellin 

g 

P1 Maximale uitgangsfrequentie 55Hz 120Hz 

P2 Minimale uitgangsfrequentie 0Hz 0Hz 

P7 Aanlooptijd 2.0s 5s 

P8 Remtijd 4.0s 10s 

P9 Stroominstelling voor elektr. motorbeveiliging 10.7A - 

P73 Opslaan richtwaarde invoergegevens 2 2 

P79 Bedrijfsmoduskeuze 2 2 

P80 Nominaal motorvermogen vectorregeling 5,5 9999 

P245 Nominale motorslip 3,6% 9999 

P872 Ingangsfasenfout - controle 0 1 

C2 Offset richtwaardestandaard klem 2 16Hz 0Hz 



X-Floc GmbH 




Afbeelding 12-15: Schakelplan stuurkabel en besturing 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 





X-Floc GmbH 




13 EG-conformiteitsverklaring 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



De fabrikant de EG-conformiteitsverklaring in de zin van de EG-machinerichtlijn 2006/42/EG, bijlage II. 

De bouwwijze van de 

isolatiemateriaal-verwerkingsmachine van het type EM400 

werd ontwikkeld, gebouwd en afgewerkt in overeenstemming met de EG-richtlijn 2006/42/EG, onder de exclusieve 

verantwoordelijkheid van 

X-Floc GmbH. 

De volgende geharmoniseerde normen werden toegpast: 

⇒ EN 12100-1, EN 12100-2, veiligheid van machines, basisbegrippen, algemene ontwerpprincipes; 

⇒ DIN EN 60204-1, veiligheid van machines, elektrische uitrusting van machines; 

deel 1: Algemene vereisten 

⇒ EN 13857, veiligheidsafstanden ter voorkoming van het bereiken van gevaarlijke plaatsen met de bovenste 

ledematen 

⇒ EN 349, veiligheid van machines, minimale afstanden ter voorkoming van het bekneld raken van lichaamsdelen. 

De volgende nationale normen, richtlijnen en specificaties werden toegepast: 

⇒ de in de Duitse machinebouw gebruikte standaardnormen. 

Verder wordt voor het hierboven beschreven certificaat bevestigd dat dit aan de belangrijkste beschermvereisten 

beantwoordt die in de richtlijn van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten 

inzake elektromagnetische compabiliteit (2004/108/EG) zijn vastgelegd. 

Voor de evaluatie van het certificaat inzake elektromagnetische compabiliteit werden de volgende normen in acht 

genomen: 

⇒ DIN-EN 55014-1, grenswaarden en meetprocedures voor de ontstoring van apparaten met een 

elektromotoraandrijving en elektrische warmtetoestellen voor huishoudelijk gebruik en gelijkaardige 

doelstellingen, elektrisch gereedschap en gelijkaardige elektrische toestellen 

⇒ DIN-EN 61000-6-4, elektromagnetische compabiliteit (EMV) vakgrondnorm storingstransmissie voor industriële 

doeleinden 

De volledige technische documentatie is beschikbaar. 

De gebruiksaanwijzing die bij de machine hoort is beschikbaar 

⇒ in de originele versie 

⇒ in de taal van de gebruiker. 

Plaats, datum: Renningen, maandag, 15. november 2010 

Handtekening van de zaakvoerder, X-Floc GmbH 



X-Floc GmbH 




13.1 Registratieformulier 

X-Floc GmbH • Industriestr. 64• 71272 Renningen 

X-Floc GmbH 


Abt. Kundenservice 


71272 Renningen 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Datum: 

Service - registratieformulier 

Geachte machine-eigenaar, 

wij, X-Floc GmbH, streven er voortdurend naar u een optimale ondersteuning bij onze producten te bieden. Opdat 

wij u zowel over alle belangrijke verwerkings- en materiaalspecifieke kennis als over technische vernieuwingen 

kunnen informeren, vragen wij u het volgende formulier ingevuld naar ons terug te sturen. Neem ook hoofdstuk 

5.3 van onze gebruiksaanwijzing in acht. Overigens kunt u actuele informatie over onze pagina's op het internet 

vinden op http://www.x-floc.com 

Informatie over de machine: 

Machinetype: Isolatiemateriaalverwerkingsmachine 

Type: EM400 

Serienummer: 

Aankoopdatum: 

Informatie over de eigenaar: 

Firma: 

Vestiging: 

Straat: 

Postcode, 

firmavestiging: 

Firmastempel: 

Contactpersoon: 

Vorige eigenaar: 

Informatie over het isolatiemateriaal: 

Wij verwerken voornamelijk 

het volgend 

isolatiemateriaaltype: (vb. 

cellulose, katoen, houtvezels 

etc. 

Voor de volgende materialen 

gebruiken wij ook uw 

machinetechniek: (vb. Perlite, 

kurkorrels, etc.) 

merk, 

fabrikant, 

verkoper 

merk, 

fabrikant, 

verkoper 



X-Floc GmbH 




14 Kernwoordindex 

Aanzuigsteun ...........................................................13 

Achterstuk machine ................ 8, 9, 10, 13, 19, 20, 23 

Afstandsbediening ...................................................11 

Basistoebehoren........................................................8 

Bediening ...................................................2, 6, 12, 13 

Bedrijfscontrolelampje .............................................15 

Bedrijfsmodus ..........................................................16 

Besturing............................................... 16, 17, 26, 51 

Besturingsinrichtingsdoos........................................14 

Bouwvergunning ........................................................9 

Capaciteit................................................ 9, 11, 13, 29 

Cellenradsluis .. 2, 6, 9, 10, 11, 14, 15, 19, 20, 21, 22, 

23, 25, 27, 28, 29, 34, 40 

Cellulose ................................................. 9, 27, 29, 53 

Centrifugaalventilator...............................................22 

Controlelampje.............................................11, 16, 17 

Debiet.......................................................................27 

Dichtlipjes.............................................. 19, 20, 21, 25 

Directe reducering ...................................................29 

Draadloze afstandsbediening ............................18, 29 

Draaistroom .............................................................25 

Drukcontrole.......................................................19, 20 

Drukdrempelwaarde ............................. 11, 12, 17, 26 

Drukregeling.............................. 12, 16, 17, 26, 27, 29 

Druksignaaleenheid .....................................11, 19, 22 

Fase .........................................................................15 

Fasenvolgorde ...................................... 10, 14, 15, 25 

Faserichtingsschakelaar ..........................................10 

FFB 2000 .................................................................29 

Gebruiksklare modus.........................................15, 16 

Gras .........................................................................27 

Grasvezels.................................................................9 

Hakselmechanisme . 6, 10, 14, 19, 20, 21, 22, 23, 24, 

34, 40 

Hergenerator..................................................9, 26, 27 

Hoofdschakelaar............................................7, 15, 25 

Houtvezels .....................................................9, 27, 53 

In- en uitschakelen...................................................16 

Inblaasvermogen .....................................................12 

Inblazen ................................ 9, 11, 12, 17, 26, 27, 29 

Inbouwdichtheid.................................................11, 13 

Isofloc.........................................................................9 

Isolatiemateriaal............ 1, 2, 9, 11, 12, 25, 26, 52, 53 

Kabeldoos................................................................14 

Kabelstekker ............................................................14 

Katoenvezels ...........................................................53 

Kenplaat...........................................................1, 8, 14 

Luchtfilter .................................................................26 

Luchtinstelling ....................................................12, 16 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Luchttoevoer ............................................... 16, 22, 25 

Manueel bedienmechanisme.... 11, 12, 14, 15, 16, 17 

Master-Slave-besturing......................................28, 29 

Master-Slave-schakelbox ........................................29 

Materiaalinstelling ..............................................16, 17 

Materiaalregeling ...............................................16, 17 

Materiaaltoevoer ......................................................16 

Noodstop..................................................................13 

Ontbindingseenheid.............................................6, 23 

Ontbindingsmechanisme .......... 14, 15, 19, 23, 25, 29 

Open uitblazen.........................................................29 

Opstuwing van materiaal ............................ 11, 12, 13 

OPTIKRIK ..........................................................22, 23 

Overdruk ......................................... 11, 12, 17, 23, 27 

Perlite...................................................................9, 53 

Registrering............................................................6, 8 

Riemspanning ....................................... 19, 22, 23, 25 

RigiBead ..............................................................9, 27 

Roerder ..................................... 14, 15, 19, 23, 25, 29 

Signaal ........................................................ 11, 17, 26 

Signaaltoon ..............................................................17 

Slangverbinder.........................................................13 

Sluisrotor..................................................... 11, 14, 21 

Sluisverluchting....................................... 9, 11, 23, 29 

Sluizenklep........................................ 9, 10, 11, 25, 27 

Stilleggen .................................................................13 

Stroomvoorziening...... 2, 6, 14, 15, 17, 19, 25, 26, 29 

Stuurkabel............................................. 23, 26, 29, 51 

Technische gegevens..............................................29 

Terugslagklep ....................................... 10, 19, 22, 23 

Toerental....................................................................4 

Toets UIT .................................................................17 

Toggel ......................................................................16 

Turbine.................... 10, 13, 14, 15, 20, 22, 23, 25, 50 

Turbineaandrijving ...................................................22 

Uitblaassteun ............................ 11, 13, 20, 21, 25, 29 

Uitblazen ..............................................................9, 29 

Ventilator..................................................................22 

Verkleinverbinder.....................................................13 

Verpakkingsdichtheid.................................................9 

Verwerkingsmateriaal ..........................................9, 14 

Viltringen ............................................................19, 22 

Vocht..........................................................................9 

Vochtgehalte ..............................................................9 

Vochtsproeien ............................................... 9, 28, 29 

Voedingsreservoir.... 2, 6, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15, 23, 

24, 26, 27 

V-riem ................................................................19, 22 

Warmloop.................................................................15 



X-Floc GmbH 




Wijzigingsprocedure 

Tel.: 07159-80470-30 

Fax: 07159-80470-40 



Datum Waar Wat Gebruiker 

17.07.2009 Voorlopige versie BL 

05.08.2009 Afbeeldingen voor onderhoud toegevoegd BL 

10.08.2009 Explosietekeningen geactualiseerd BL 

26.02.2010 12.2 Elektrische schakelplannen met nieuwere versies toegevoegd BL 

04.11.2010 Toevoeging bijkomende ventilator, afblaaseenheid en luchtfilter BL 

Nieuwe explosietekeningen en schakelplannen BL

EM 400 - X-FLOC

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?