Gewijzigde nota van zienswijzen.pdf - Stadsregio Amsterdam
Gewijzigde nota van zienswijzen.pdf - Stadsregio Amsterdam
Gewijzigde nota van zienswijzen.pdf - Stadsregio Amsterdam
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
NOTA VAN ZIENSWIJZEN N.A.V.<br />
ONTWERP PROGRAMMA VAN EISEN<br />
Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
OVERZICHT VAN DE INGEBRACHTE ADVIEZEN/ZIENSWIJZEN<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 1 <strong>van</strong> 99
VOORWOORD<br />
Deze <strong>nota</strong> bevat een overzicht <strong>van</strong> de adviezen en/of <strong>zienswijzen</strong> die zijn<br />
binnengekomen naar aanleiding <strong>van</strong> het ontwerp Programma <strong>van</strong> Eisen (‘PvE’) en de<br />
bijbehorende modules voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012. De adviezen en/of<br />
<strong>zienswijzen</strong> zijn gesorteerd op onderwerp, waarbij de indeling <strong>van</strong> het ontwerp PvE is<br />
aangehouden. De adviezen en/of <strong>zienswijzen</strong> zijn voorzien <strong>van</strong> een reactie <strong>van</strong> het<br />
Dagelijks Bestuur <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> (‘de <strong>Stadsregio</strong>’) waarin de <strong>Stadsregio</strong> aangeeft of<br />
en op welke wijze het advies dan wel de zienswijze zal worden meegenomen in het<br />
definitieve besluit tot het vaststellen <strong>van</strong> het PvE.<br />
De volgende adviesorganen hebben een schriftelijk advies uitgebracht over het<br />
ontwerp PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012:<br />
- De Adviescommissie <strong>van</strong> de OV-concessie <strong>Amsterdam</strong> (‘Adviescommissie<br />
<strong>Amsterdam</strong>’), die wordt gevormd door de Gemeenteraad <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong>.<br />
- De Adviescommissie <strong>van</strong> de OV-concessie Amstelland-Meerlanden<br />
(‘Adviescommissie Amstelland-Meerlanden’), waarin de portefeuillehouders Verkeer<br />
en Vervoer <strong>van</strong> de gemeenten Amstelveen, Haarlemmermeer, Ouder-Amstel,<br />
Uithoorn en Aalsmeer zitting hebben.<br />
- De Adviescommissie <strong>van</strong> de OV-concessie Zaanstreek (‘Adviescommissie<br />
Zaanstreek’), waarin de portefeuillehouders Verkeer en Vervoer <strong>van</strong> de gemeenten<br />
Zaanstad en Oostzaan zitting hebben.<br />
- De Reizigers Advies Raad <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> <strong>Amsterdam</strong> (‘RAR’).<br />
- De provincies Flevoland, Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht.<br />
- De gemeenten Amstelveen, Diemen en Ouder-Amstel.<br />
De Adviescommissie <strong>van</strong> de OV-concessie Waterland, waarin de portefeuillehouders<br />
Verkeer en Vervoer <strong>van</strong> de gemeenten Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer,<br />
Purmerend, Waterland, Wormerland en Zee<strong>van</strong>g zitting hebben, heeft schriftelijk<br />
meegedeeld geen opmerkingen te hebben bij het ontwerp PvE en de bijbehorende<br />
toelichting.<br />
Naast de formele adviezen die aan bovengenoemde adviesorganen zijn gevraagd, heeft<br />
de <strong>Stadsregio</strong> het ontwerp PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 en de bijbehorende<br />
modules gedurende zes weken ter inzage gelegd om personen en organisaties de<br />
gelegenheid te bieden hun zienswijze naar voren te brengen. De volgende organisaties<br />
hebben <strong>van</strong> deze mogelijkheid gebruik gemaakt.:<br />
- De stadsdelen Geuzenveld-Slotermeer, Osdorp, Oud-Zuid, Zeeburg, Zuideramstel<br />
en Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob.<br />
- ANBO Amstelveen<br />
- BOSK vereniging <strong>van</strong> motorisch gehandicapten en hun ouders & OLGA (Overleg<br />
Lichamelijk Gehandicapten Amstelland)<br />
- Burgerbelangen Amstelveen<br />
- Dorpsraad Durgerdam<br />
- Gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Programmabureau Luchtkwaliteit<br />
- Gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Stadsregisseur<br />
- GVB Activa B.V.<br />
- GVB Exploitatie BV<br />
- GVB OR<br />
- Haven <strong>Amsterdam</strong><br />
- Hoek & Sonépouse Facilitair B.V. e.a.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 2 <strong>van</strong> 99
- Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong><br />
- Katholieke Bond <strong>van</strong> Ouderen (KBO), afdeling Bovenkerk/Aalsmeer<br />
- Nederlands Genootschap <strong>van</strong> Insprekers<br />
- NS Regiodirectie Randstad Noord<br />
- ORAM (Ondernemersvereniging Regio <strong>Amsterdam</strong>)<br />
- PCOB, Afdeling Amstelveen/Ouder Amstel<br />
- PvdA, afdeling Amstelveen<br />
- Rover, afdeling Amstelland-Meerlanden<br />
- Seniorenraad Amstelveen<br />
- Stichting Coherente, Werkgroep RBOVV<br />
- Stichting Verkeer.advies<br />
- Transport en Logistiek Nederland, regio Noord-West<br />
- VAD Amstelveen<br />
- VAZO (Verenigd Bedrijfsleven <strong>Amsterdam</strong> Zuidoost)/HID (Handel- en<br />
Industriegemeenschap Diemen)<br />
- Vereniging Stadsvervoerbelang<br />
- Verkeer.advies<br />
- Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden<br />
- Viziris<br />
- Wijkplatform Groenelaan Amstelveen<br />
- Woongroep Holland<br />
De zienswijze <strong>van</strong> de Vereniging Stadsvervoerbelang heeft betrekking op het<br />
Programma <strong>van</strong> Eisen voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2005-2011. Niettemin heeft de<br />
<strong>Stadsregio</strong> onderdelen <strong>van</strong> deze zienswijze die ook voor het ontwerp PvE voor de<br />
Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 rele<strong>van</strong>tie hebben in deze Nota <strong>van</strong> Zienswijzen<br />
meegenomen.<br />
Daarnaast heeft een groot aantal personen een zienswijze bij de <strong>Stadsregio</strong> ingediend,<br />
te weten:<br />
- 107 personen uit Amstelveen<br />
- 26 personen uit <strong>Amsterdam</strong><br />
- 9 personen uit Uithoorn<br />
- 4 personen uit Aalsmeer<br />
- 3 personen uit Diemen<br />
- 1 persoon uit Den Haag<br />
- 1 persoon uit Duivendrecht<br />
- 1 persoon uit Kudelstaart<br />
- 1 persoon uit Utrecht<br />
Ten slotte is in de Nota <strong>van</strong> Zienswijzen rekening gehouden met de opmerkingen die op<br />
28 mei 2009 tijdens het Portefeuillehoudersoverleg Verkeer en Vervoer en op 23 juni<br />
en 13 oktober 2009 door de Regioraad zijn gemaakt.<br />
Hierna zullen de adviezen en/of <strong>zienswijzen</strong> worden samengevat en worden voorzien<br />
<strong>van</strong> een reactie <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>, waarbij tevens wordt vermeld wat het gevolg is<br />
voor het definitieve besluit tot vaststelling <strong>van</strong> het PvE.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 3 <strong>van</strong> 99
INHOUD<br />
VOORWOORD..................................................................................................2<br />
INHOUD ........................................................................................................4<br />
1 INLEIDEND HOOFDSTUK BIJ ONTWERP PVE ......................................................7<br />
1.1 OV IN DE HOOFDROL ..............................................................................8<br />
1.2 POSITIE VAN DE STADSREGIO....................................................................8<br />
1.3 LEESWIJZER ONTWERP PVE.......................................................................9<br />
1.4 STATUS DOCUMENT................................................................................9<br />
2 ONDERWERP VAN CONCESSIEVERLENING .......................................................10<br />
2.1 CONCESSIEGEBIED AMSTERDAM............................................................... 10<br />
2.1.1 Geografische afbakening ........................................................ 10<br />
2.1.2 Gedoogplicht overig OV.......................................................... 12<br />
2.2 INGANGSDATUM EN DUUR VAN DE CONCESSIE............................................... 13<br />
2.3 GLOBALE AFBAKENING ACTIVITEITEN BEHOREND TOT DE CONCESSIE AMSTERDAM ..... 17<br />
2.3.1 Centrale Verkeersleiding (CVL) ............................................... 18<br />
2.3.2 Sociale Veiligheid .................................................................. 18<br />
2.3.3 Activa BV ............................................................................. 19<br />
2.3.4 Beheer en onderhoud infrastructuur ........................................ 19<br />
2.3.5 Specifieke taken.................................................................... 20<br />
3 VERVOERKUNDIGE EISEN............................................................................21<br />
3.1 INLEIDING ........................................................................................ 23<br />
3.2 SYSTEEMKENMERKEN ............................................................................ 24<br />
3.2.1 Opbouw lijnennet .................................................................. 24<br />
3.2.2 OV-knooppunten en hun invloedsgebieden ............................... 25<br />
3.2.3 Bedieningsperioden ............................................................... 25<br />
3.2.4 Aansluiting ........................................................................... 27<br />
3.2.5 Afstemming.......................................................................... 28<br />
3.2.6 Basis- en Zomerdienst ........................................................... 28<br />
3.2.7 Feestdagen........................................................................... 28<br />
3.2.8 Stedelijk gebied .................................................................... 29<br />
3.3 METRO ............................................................................................ 29<br />
3.3.1 Lijnvoering ........................................................................... 29<br />
3.3.2 Bedieningstijden ................................................................... 35<br />
3.3.3 Intervallen ........................................................................... 36<br />
3.3.4 Aansluiting ........................................................................... 37<br />
3.3.5 Afstemming.......................................................................... 37<br />
3.3.6 Exploitatie en veiligheid ......................................................... 37<br />
3.4 TRAM EN BUS OVERDAG ......................................................................... 37<br />
3.4.1 Lijnvoering ........................................................................... 37<br />
3.4.2 Bedieningstijden ................................................................... 43<br />
3.4.3 Intervallen ........................................................................... 44<br />
3.4.4 Aansluitingen........................................................................ 45<br />
3.4.5 Afstemming.......................................................................... 46<br />
3.5 NACHTVERVOER .................................................................................. 46<br />
3.5.1 Lijnvoering ........................................................................... 46<br />
3.6 AANVULLENDE BEPALINGEN..................................................................... 47<br />
3.7 ONTWIKKELMOGELIJKHEDEN GEDURENDE DE CONCESSIE .................................. 48<br />
3.7.1 Dienstregelingwijzigingen....................................................... 49<br />
3.7.2 Dienstregelingprocedure ........................................................ 49<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 4 <strong>van</strong> 99
4 GEBRUIK INFRASTRUCTUUR ........................................................................51<br />
4.1 BESCHIKBARE INFRASTRUCTUUR............................................................... 51<br />
4.2 HERINRICHTING VAN INFRASTRUCTUUR....................................................... 51<br />
4.3 MEDEGEBRUIK RAILINFRASTRUCTUUR EN VRIJE BUSBANEN................................. 52<br />
4.4 HALTES............................................................................................ 52<br />
4.5 BESCHIKBAARHEID, BETROUWBAARHEID EN FUNCTIONALITEIT INFRASTRUCTUUR....... 53<br />
5 UITVOERINGSKWALITEIT ...........................................................................55<br />
5.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 55<br />
5.2 VERVOERPLICHT EN –GARANTIE................................................................ 55<br />
5.2.1 Eisen ................................................................................... 55<br />
5.2.2 Capaciteitsbepaling ............................................................... 56<br />
5.2.3 Tijdelijk capaciteitstekort ....................................................... 56<br />
5.2.4 Structureel capaciteitstekort ................................................... 56<br />
5.2.5 Ver<strong>van</strong>gend vervoer .............................................................. 57<br />
5.3 RITUITVAL ........................................................................................ 58<br />
5.3.1 Eisen ................................................................................... 58<br />
5.3.2 Controle en naleving.............................................................. 59<br />
5.4 PUNCTUALITEIT .................................................................................. 59<br />
5.4.1 Eisen ................................................................................... 59<br />
5.5 GARANTIES ....................................................................................... 61<br />
5.5.1 Aansluitgarantie .................................................................... 61<br />
5.5.2 Vergoedingsregeling .............................................................. 61<br />
5.6 CALAMITEITENBESTRIJDINGSPLAN EN VEILIGHEIDSBEHEERSYSTEEM...................... 62<br />
5.7 UITVOERINGSKWALITEIT BIJ EVENEMENTEN .................................................. 62<br />
6 SOCIALE VEILIGHEID.................................................................................64<br />
6.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 64<br />
6.2 INTEGRALE AANPAK.............................................................................. 64<br />
6.2.1 Service, toezicht en handhaving.............................................. 64<br />
6.2.2 Kaartcontrole........................................................................ 66<br />
6.2.3 Inrichting en onderhoud infrastructuur..................................... 67<br />
6.3 MEERJARENPLAN EN ACTIEPLAN SOCIALE VEILIGHEID ...................................... 67<br />
6.4 OVERIGE EISEN .................................................................................. 67<br />
7 MATERIEEL .............................................................................................68<br />
7.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 68<br />
7.2 DUURZAAMHEID.................................................................................. 68<br />
7.2.1 Algemeen............................................................................. 68<br />
7.2.2 Metro’s en Trams .................................................................. 68<br />
7.2.3 Bussen en auto’s................................................................... 69<br />
7.2.4 Proef Waterstofbussen ........................................................... 71<br />
7.3 TOEGANKELIJKHEID.............................................................................. 71<br />
7.3.1 Algemeen............................................................................. 71<br />
7.3.2 Metro’s en trams ................................................................... 72<br />
7.3.3 Bussen................................................................................. 72<br />
7.3.4 Kinderwagens, (vouw)fietsen, e.d. .......................................... 73<br />
7.4 COMFORT EN NETHEID .......................................................................... 75<br />
7.5 COMMUNICATIEAPPARATUUR ................................................................... 75<br />
7.6 OV-CHIPKAARTAPPARATUUR ................................................................... 76<br />
7.7 RECLAME.......................................................................................... 76<br />
8 PERSONEEL .............................................................................................77<br />
9 INFORMATIE AAN DE REIZIGER ....................................................................78<br />
9.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 78<br />
9.2 INFORMATIEDRUKWERK ......................................................................... 78<br />
9.3 INFORMATIE OP INTERNET ...................................................................... 79<br />
9.4 INFORMATIE IN EN OP DE VOERTUIGEN........................................................ 79<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 5 <strong>van</strong> 99
9.4.1 Informatie in de voertuigen .................................................... 79<br />
9.5 INFORMATIE OP DE HALTES ..................................................................... 80<br />
9.5.1 Statische informatie .............................................................. 80<br />
9.5.2 Actuele Reisinformatie ........................................................... 81<br />
9.6 INFORMATIELOKETTEN BIJ OV-KNOOPPUNTEN ............................................... 82<br />
9.7 WIJZIGING VAN DE DIENSTREGELING ......................................................... 83<br />
9.8 LANDELIJK/REGIONAAL REISINFORMATIESYSTEEM........................................... 83<br />
10 CONSUMENTENBESCHERMING ......................................................................84<br />
10.1 KLACHTENAFHANDELING ........................................................................ 84<br />
10.2 KLACHTENOVERZICHT ........................................................................... 85<br />
10.3 LANDELIJKE/REGIONALE GESCHILLENCOMMISSIE............................................ 85<br />
11 POSITIE CONSUMENTENORGANISATIES..........................................................85<br />
12 MARKETING ............................................................................................85<br />
13 TARIEVEN EN VERKRIJGBAARHEID VERVOERBEWIJZEN ......................................86<br />
13.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 86<br />
13.2 TARIEVEN ......................................................................................... 86<br />
13.3 VERKRIJGBAARHEID (DISTRIBUTIE)........................................................... 87<br />
13.4 MOBIELE KAARTVERKOOPPUNTEN .............................................................. 87<br />
14 INFORMATIE EN MONITORING .....................................................................88<br />
14.1 ALGEMEEN ........................................................................................ 88<br />
14.2 INFORMATIEVERSTREKKING DOOR DE CONCESSIEHOUDER AAN DE STADSREGIO ....... 88<br />
14.3 INFORMATIE UIT EIGEN WAARNEMINGEN...................................................... 88<br />
15 IMPLEMENTATIE.......................................................................................88<br />
16 ONVOORZIENE ONTWIKKELINGEN ................................................................88<br />
BIJLAGEN .................................................................................................89<br />
BIJLAGE 1: UITLOPERS VAN DE CONCESSIE......................................................... 89<br />
BIJLAGE 2: DE OV-KNOOPPUNTEN EN HUN INVLOEDSGEBIEDEN ................................. 89<br />
BIJLAGE 3: HET STEDELIJK GEBIED BINNEN HET CONCESSIEGEBIED AMSTERDAM............. 89<br />
BIJLAGE 4: SAMENSTELLING REIZIGERS ADVIES RAAD ........................................... 89<br />
MODULES..................................................................................................90<br />
ALGEMEEN ............................................................................................... 92<br />
VOORZIENINGENNIVEAU ............................................................................... 92<br />
DUURZAAMHEID ......................................................................................... 93<br />
SOCIALE VEILIGHEID ................................................................................... 93<br />
ACTUELE REISINFORMATIE IN VOERTUIGEN .......................................................... 94<br />
TARIEFBELEID ........................................................................................... 94<br />
MATERIEEL EN INFRASTRUCTUUR...................................................................... 94<br />
INDICATIEVE LIJNENNETKAARTEN DAGNET EN NACHTNET........................................95<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 6 <strong>van</strong> 99
1 INLEIDEND HOOFDSTUK BIJ ONTWERP PVE<br />
1 De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de ambitie dat het OVsysteem<br />
voor een snelle, vlotte en prettige verplaatsing <strong>van</strong> a naar b moet zorgen<br />
waarbij ketenmobiliteit het uitgangspunt is, meer aandacht krijgt in het PvE. De<br />
Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> geeft daarbij aan dat de vervoerswaarde,<br />
snelheid, frequentie en doorstroming <strong>van</strong> het openbaar vervoer in haar ogen boven<br />
fijnmazigheid moet gaan. Het openbaar vervoer dient hieraan te voldoen om een<br />
aantrekkelijk alternatief voor de auto te zijn.<br />
Reactie: Zoals in de OV-Visie 2010-2030 staat vermeld deelt de <strong>Stadsregio</strong> de mening <strong>van</strong><br />
de Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> dat het openbaar vervoer op drukke tijden<br />
en op zwaarbelaste verbindingen een serieus alternatief voor de auto moet bieden.<br />
Dit geldt in het bijzonder voor de verbindende lijnen die zoveel mogelijk een<br />
rechtstreekse verbinding naar een OV-knooppunt en het centrum <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong><br />
bieden. Het ontwerp PvE bevat een aantal eisen waardoor de kwaliteit <strong>van</strong> deze<br />
verbindende lijnen verder zal verbeteren. Wij doelen daarbij bijvoorbeeld op de<br />
strengere eisen die wij aan de uitvoeringskwaliteit en het materieel stellen om de<br />
betrouwbaarheid en het comfort <strong>van</strong> het openbaar vervoer in het concessiegebied<br />
<strong>Amsterdam</strong> verder te verbeteren.<br />
Om de snelheid <strong>van</strong> het openbaar vervoer, en in het bijzonder <strong>van</strong> de verbindende<br />
lijnen, te verhogen zijn de <strong>Stadsregio</strong> en de concessiehouder in belangrijke mate<br />
afhankelijk <strong>van</strong> de maatregelen die de infrabeheerders treffen ter verbetering <strong>van</strong><br />
de doorstroming (bijv. vrije busbanen en beïnvloeding <strong>van</strong> verkeerslichten (VRI’s)).<br />
De <strong>Stadsregio</strong> is dan ook verheugd dat de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> bij de<br />
behandeling <strong>van</strong> haar advies over het ontwerp PvE het College <strong>van</strong> B&W <strong>van</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong> heeft verzocht om te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om door<br />
middel <strong>van</strong> voorrangsregelingen en aanpassing <strong>van</strong> VRI’s de doorstroming <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoer in <strong>Amsterdam</strong> te verbeteren.<br />
Het ontwerp PvE bevat ook een aantal eisen die de ketenmobiliteit moeten<br />
verbeteren, zoals strengere eisen ten aanzien <strong>van</strong> te bieden aansluitingen op OVknooppunten<br />
en de bediening <strong>van</strong> nieuwe P+R-terreinen. Deze eisen vloeien voort<br />
uit onze OV-Visie 2010-2030 waarin wij aangeven dat er op logische plekken een<br />
ring <strong>van</strong> P+R-terreinen moet komen en dat reizigers op knooppunten zoveel<br />
mogelijk naadloos moeten kunnen overstappen. In het ontwerp PvE geven wij aan<br />
wat de taken en verantwoordelijkheden <strong>van</strong> de concessiehouder op dit punt zijn.<br />
Het openbaar vervoer in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> vervult naast de<br />
bereikbaarheidsfunctie nog een functie. Het openbaar vervoer voorziet ook in een<br />
basis mobiliteitsbehoefte <strong>van</strong> mensen. Dit is voor de <strong>Stadsregio</strong> reden om het<br />
bestaande fijnmazige netwerk bestaande uit verbindende en ontsluitende lijnen in<br />
stand te willen houden. De ervaring leert daarbij dat met name de instandhouding<br />
<strong>van</strong> ontsluitende lijnen in een PvE gewaarborgd moet worden, omdat deze lijnen<br />
commercieel gezien minder aantrekkelijk zijn voor de concessiehouder. Deze zal<br />
eerder bereid zijn in verbindende lijnen te investeren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE een andere vertaling <strong>van</strong><br />
de ambities <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> op het gebied <strong>van</strong> openbaar vervoer op te nemen<br />
dan in het ontwerp PvE is gebeurd.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 7 <strong>van</strong> 99
2 Viziris merkt op dat de eisen en wensen m.b.t. aanpassingen en toevoegingen voor<br />
visueel gehandicapten naar verwachting in de loop <strong>van</strong> 2010 een wettelijk kader<br />
krijgen als paragraaf “Vervoer en Verkeer” in de Wet Gelijke Behandeling.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het belangrijk dat het openbaar vervoer voor zoveel mogelijk<br />
mensen toegankelijk is. Daarom hebben wij de huidige landelijke eisen en<br />
afspraken op het gebied <strong>van</strong> toegankelijkheid als uitgangspunt genomen voor het<br />
ontwerp PvE. Vanzelfsprekend zullen wij nieuwe wettelijke bepalingen die<br />
voortvloeien uit (een wijziging <strong>van</strong>) de Wet Gelijke Behandeling navolgen. Ook de<br />
concessiehouder moet zich te allen tijde aan alle geldende wet- en regelgeving,<br />
waaronder de Wet gelijke behandeling, houden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE aanvullende eisen op het<br />
gebied <strong>van</strong> toegankelijkheid op te nemen.<br />
1.1 OV in de hoofdrol<br />
3 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat de <strong>Amsterdam</strong>se OV-Visie, met als<br />
primaire doelstelling het realiseren <strong>van</strong> een hoogwaardig alternatief voor de auto en<br />
een modal split voor fiets en openbaar vervoer <strong>van</strong> 70% in 2020 (= het aandeel<br />
<strong>van</strong> beide vervoersvormen in het totale vervoer), het belangrijkste kader is geweest<br />
voor de oordeelvorming over het ontwerp PvE en de voorgestelde modules.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet het advies <strong>van</strong> de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> als steun voor<br />
het in onze OV-visie 2010-2030 ingezette beleid. In de OV-visie 2010-2030 hebben<br />
wij de ambitie uitgesproken om het gezamenlijk spitsaandeel <strong>van</strong> fiets en openbaar<br />
vervoer in stedelijke gebieden te verhogen <strong>van</strong> 56% in 2004 naar 70% in 2030.<br />
Met de kwaliteitsverbeteringen die in de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 gerealiseerd<br />
worden, zetten wij een eerste stap in die richting. Daarnaast zijn infrastructurele<br />
(bijvoorbeeld de Noord/Zuidlijn, OV-SAAL en de Amstelveenlijn) en flankerende<br />
maatregelen (bijvoorbeeld parkeerbeleid) nodig.<br />
Het feit dat het streven <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> door de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong><br />
wordt gedeeld, geeft ons vertrouwen dat de flankerende maatregelen die daarvoor<br />
binnen de gemeente <strong>Amsterdam</strong> nodig zijn daadwerkelijk getroffen zullen gaan<br />
worden.<br />
Conclusie: De tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE hoeft op dit punt niet gewijzigd te worden ten<br />
opzichte <strong>van</strong> het ontwerp PvE<br />
4 Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht pleit voor een toevoeging bij de zin: “Openbaar<br />
vervoer is dan ook één <strong>van</strong> de noodzakelijke voorwaarden voor een evenwichtige<br />
sociale en economische ontwikkeling <strong>van</strong> de stad en omliggende gemeenten”. De<br />
voorgestelde toevoeging luidt: “Daarnaast vervult het openbaar vervoer een basale<br />
maatschappelijke/sociale functie binnen de leefgemeenschap <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> en<br />
omstreken”.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt ook dat het openbaar vervoer een maatschappelijke/sociale<br />
functie binnen het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> vervult. Om die reden hebben wij<br />
de zinsnede “de evenwichtige sociale [en economische] ontwikkeling” in het<br />
ontwerp PvE opgenomen. Daarmee wordt in onze optiek voldoende nadruk op de<br />
maatschappelijke functie <strong>van</strong> het openbaar vervoer gelegd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal het voorstel niet overnemen omdat de tekst in het ontwerp PvE<br />
voldoende nadruk op de maatschappelijke functie <strong>van</strong> het openbaar vervoer legt.<br />
1.2 Positie <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong><br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 8 <strong>van</strong> 99
1.3 Leeswijzer ontwerp PvE<br />
5 De OR <strong>van</strong> GVB vindt dat het niet duidelijk is waar de<br />
opbrengstverantwoordelijkheid komt te liggen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om geen financiële bepalingen in het ontwerp<br />
PvE op te nemen. Deze bepalingen zullen deel uitmaken <strong>van</strong> het bestek. Om de<br />
concessiehouder (financieel) te kunnen prikkelen maximaal bij te dragen aan de<br />
realisatie <strong>van</strong> onze ambities op het gebied <strong>van</strong> openbaar vervoer, denken wij er<br />
vooralsnog aan om de opbrengstverantwoordelijkheid bij de concessiehouder te<br />
leggen (zie ook hoofdstuk 3).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de insteek <strong>van</strong> het ontwerp PvE om financiële<br />
bepalingen niet in het PvE maar in het bestek op te nemen.<br />
1.4 Status document<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 9 <strong>van</strong> 99
2 ONDERWERP VAN CONCESSIEVERLENING<br />
2.1 Concessiegebied <strong>Amsterdam</strong><br />
2.1.1 Geografische afbakening<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht pleit ervoor om het gebied <strong>van</strong> de concessie<br />
specifieker te beschrijven en daarbij o.a. Duivendrecht (gemeente Ouder-Amstel)<br />
en <strong>Amsterdam</strong> Z.O. (gemeente <strong>Amsterdam</strong>) expliciet te benoemen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de grenzen <strong>van</strong> het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong><br />
op zichzelf duidelijk en eenduidig in het ontwerp PvE zijn weergegeven. Wij hebben<br />
daarbij zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de gemeentegrenzen. Uit de<br />
zienswijze leiden wij af dat niet voor iedereen direct duidelijk is dat Duivendrecht<br />
deel <strong>van</strong> het concessiegebied uitmaakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> volgt de suggestie om in het definitieve PvE bij het deel <strong>van</strong> de<br />
gemeente Ouder-Amstel dat deel uitmaakt <strong>van</strong> het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong><br />
Duivendrecht expliciet te noemen.<br />
2 GVB constateert dat de lijn 49 (<strong>Amsterdam</strong> Bijlmer Arena – Weesp) ontbreekt en de<br />
provincie Noord-Holland pleit voor het behoud <strong>van</strong> deze lijn.<br />
Reactie: De huidige lijn 49 is niet nodig om elke inwoner <strong>van</strong> het stedelijk gebied binnen 800<br />
meter <strong>van</strong> zijn woning (hemelsbreed) een halte <strong>van</strong> een verbindende lijn en binnen<br />
400 meter <strong>van</strong> zijn woning (hemelsbreed) een halte <strong>van</strong> een verbindende en/of<br />
ontsluitende lijn te kunnen bieden. Verder is gebleken dat relatief weinig reizigers<br />
gebruik maken <strong>van</strong> lijn 49 en dat deze reizigers vooral afkomstig zijn uit Weesp dat<br />
in het concessiegebied Gooi en Vechtstreek ligt. Wel voorziet lijn 49 in de<br />
ontsluiting <strong>van</strong> de kern Driemond die buiten het stedelijk gebied, maar binnen het<br />
concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> ligt. Bovenstaande analyse is voor de <strong>Stadsregio</strong><br />
aanleiding om lijn 49, met uitzondering <strong>van</strong> enkele scholierenritten, aan de<br />
provincie Noord-Holland over te willen dragen zodat de dienstregelinguren die<br />
daardoor vrijkomen op andere plaatsen binnen het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong><br />
kunnen worden ingezet waar zij in een grotere vervoerbehoefte voorzien.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is in overleg met de provincie Noord-Holland over het overnemen<br />
<strong>van</strong> lijn 49. Mocht dit overleg niet tot een oplossing leiden die in de ontsluiting <strong>van</strong><br />
Driemond voorziet, dan zal de <strong>Stadsregio</strong> in het bestek voor de Concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> 2012 voor de ontsluiting <strong>van</strong> Driemond een alternatief opnemen.<br />
3 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert dat voordat een overdracht <strong>van</strong> lijn 192<br />
en 195 naar de concessie Amstelland-Meerlanden aan de orde is, helder zal moeten<br />
zijn wat de gevolgen voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> en de kosten <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder zijn;<br />
GVB heeft de indruk dat Schiphol Sternet ontbreekt en geeft daarbij aan dat buslijn<br />
192 een volwaardige functie heeft in het stadsvervoer <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> West;<br />
Het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer is tegen het opheffen <strong>van</strong> buslijn 192 via een<br />
bundeling met buslijn 19.<br />
Reactie: De keuze om de lijnen 192 en 195, die deel uitmaken <strong>van</strong> het Schiphol Sternet,<br />
naar de concessie Amstelland-Meerlanden over te hevelen wordt ingegeven door<br />
het feit dat in dat geval het complete Sternet door één concessiehouder wordt<br />
geëxploiteerd, waardoor het Sternet efficiënter geëxploiteerd kan worden.<br />
Bovendien neemt de tot voorloper <strong>van</strong> de Westtangent opgewaardeerde lijn 19 de<br />
lokale functie <strong>van</strong> deze beide lijnen in belangrijke mate over. Tegenover het<br />
wegvallen <strong>van</strong> de lijnen 192 en 195 staat de toevoeging <strong>van</strong> lijn 66 en de<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 10 <strong>van</strong> 99
Westtangent naar Schiphol aan de Concessie <strong>Amsterdam</strong>. De om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de<br />
Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 zal door deze maatregel niet afnemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> blijft bij het voornemen om de lijnen 192 en 195 in 2012 aan de<br />
concessie Amstelland-Meerlanden toe te voegen.<br />
4 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> spreekt uit dat onttrekkingen aan het<br />
voorzieningenniveau <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> gecompenseerd dienen te<br />
worden door kwantitatief en kwalitatief gelijkwaardige toevoegingen.<br />
Reactie: Zoals de <strong>Stadsregio</strong> in de toelichting bij het ontwerp PvE heeft aangegeven, blijft<br />
het voorzieningenniveau <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> in kwantitatieve zin<br />
minimaal gelijk, en zal dit bij een keuze voor één of meer vervoerkundige modules<br />
zelfs toenemen. Verschuivingen binnen het totale voorzieningenniveau hebben als<br />
doel een verbetering <strong>van</strong> de kwaliteit. Er kan dus <strong>van</strong> worden uitgegaan dat de<br />
om<strong>van</strong>g en kwaliteit <strong>van</strong> het totale aanbod op zijn minst gelijk blijft.<br />
Conclusie: De tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE hoeft op dit punt niet gewijzigd te worden ten<br />
opzichte <strong>van</strong> het ontwerp PvE.<br />
5 Verkeer.advies pleit ervoor dat er een alinea wordt opgenomen waarbij aan de<br />
concessiehouder wordt verzocht initiatieven in het concessiegebied waarmee<br />
Verkeer.advies in zijn functie <strong>van</strong> Bereikbaarheidsmakelaar voor de Metropoolregio<br />
<strong>Amsterdam</strong> komt, volledig te ondersteunen.<br />
Reactie: Verbetering <strong>van</strong> de bereikbaarheid <strong>van</strong> de Metropoolregio <strong>Amsterdam</strong> is één <strong>van</strong> de<br />
belangrijke doelstellingen in de OV-visie 2010-2030 <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>. Het is<br />
<strong>van</strong>uit dit oogpunt dat wij de adviesrol <strong>van</strong> de Bereikbaarheidsmakelaar richting<br />
grote bedrijven, bedrijventerreinen, kantorenparken en organisaties binnen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> ondersteunen. In de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 bieden wij partijen<br />
zoals Verkeer.advies extra ruimte om, al dan niet in samenwerking met de<br />
concessiehouder, met initiatieven te komen. De concessie zal daarbij een aantal<br />
(financiële) bepalingen bevatten die de concessiehouder moeten prikkelen om aan<br />
dergelijke initiatieven mee te werken. Het gaat in onze ogen echter een stap te ver<br />
om de concessiehouder te verplichten aan alle initiatieven mee te werken; de<br />
concessiehouder moet hierin zijn eigen afwegingen kunnen maken. Het is aan de<br />
initiatiefnemers om de concessiehouder <strong>van</strong> de meerwaarde <strong>van</strong> hun initiatieven te<br />
overtuigen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE voldoende ruimte<br />
biedt voor initiatieven <strong>van</strong> derden en dat de concessie voldoende prikkels voor de<br />
concessiehouder zal bevatten om aan deze initiatieven mee te werken. De<br />
<strong>Stadsregio</strong> zal de concessiehouder echter niet vooraf verplichten ieder initiatief<br />
volledig te ondersteunen en zal de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt dan ook niet<br />
wijzigen.<br />
6 De gemeente Ouder-Amstel pleit voor het toevoegen <strong>van</strong> een paragraaf over de<br />
formele rol <strong>van</strong> de gemeente Ouder-Amstel met betrekking tot deze concessie,<br />
waaronder de verplichting tot overleg met de gemeente.<br />
Het staddeel Geuzenveld-Slotermeer geeft aan graag een aanspreekpunt met<br />
betrekking tot het lijnennet te willen hebben.<br />
Reactie: Het PvE regelt de relatie tussen de <strong>Stadsregio</strong> als concessieverlener en de<br />
concessiehouder. De positie <strong>van</strong> gemeenten en stadsdelen binnen de <strong>Stadsregio</strong> is<br />
geregeld in de Verordening op de commissies <strong>van</strong> advies voor de concessiegebieden<br />
in de <strong>Stadsregio</strong>.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE nadere bepalingen ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
positie <strong>van</strong> een individuele gemeente of stadsdeel op te nemen. Wel zegt de<br />
<strong>Stadsregio</strong> de gemeente Ouder-Amstel toe dat zolang de Adviescommissie<br />
<strong>Amsterdam</strong> door de gemeenteraad <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wordt gevormd, zij de<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 11 <strong>van</strong> 99
gemeenten Diemen en Ouder-Amstel op dezelfde momenten en onder dezelfde<br />
voorwaarden als de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> om advies zullen vragen.<br />
2.1.2 Gedoogplicht overig OV<br />
7 De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de mogelijkheid om via<br />
“Ontheffingen OV” (art 29) concessiegelden voor bepaalde gebieden breder in te<br />
zetten, dan wel deze niet te compenseren, op te nemen in het PvE.<br />
Reactie: De mogelijkheid om ontheffingen te verlenen conform artikel 29 (zogenaamd<br />
commercieel openbaar vervoer) wordt zowel door het ontwerp PvE als de Wp2000<br />
niet gelimiteerd. Dat zou ook niet mogelijk zijn omdat door middel <strong>van</strong> een PvE<br />
geen regeling kan worden getroffen die in strijd is met een dwingende<br />
wetsbepaling. Er is dus voldoende ruimte voor deze initiatieven. De <strong>Stadsregio</strong> is<br />
geen voorstander om private initiatieven te subsidiëren, omdat daarmee oneerlijke<br />
concurrentie binnen de markt mogelijk wordt gemaakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat tekst <strong>van</strong> artikel 29 <strong>van</strong> de Wp2000 en het<br />
ontwerp PvE voldoende mogelijkheden biedt voor commerciële initiatieven.<br />
8 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB waarschuwen ervoor dat deze paragraaf ruimte geeft voor<br />
concurrentie binnen de markt. De OR <strong>van</strong> GVB pleit ervoor ook de frequenties en<br />
bedieningstijden op de grensoverschrijdende corridors te beschrijven.<br />
Reactie: De tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE gaat inderdaad een stap verder dan de bepalingen<br />
die in de huidige concessie ten aanzien <strong>van</strong> de gedoogplicht zijn opgenomen. De<br />
<strong>Stadsregio</strong> wil concessiehouders in aangrenzende concessies ruimte bieden om in<br />
het belang <strong>van</strong> de reiziger met hun openbaar vervoeraanbod in te spelen op een<br />
eventuele groei in de vervoervraag op grensoverschrijdende lijnen. Om die reden<br />
achten wij beperkingen aan frequenties en bedieningstijden op<br />
grensoverschrijdende corridors ongewenst.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is niet voornemens in het PvE of het bestek frequenties en<br />
bedieningstijden op grensoverschrijdende corridors te limiteren.<br />
9 De Reizigers Advies Raad adviseert om in de bijlage een lijst op te nemen <strong>van</strong> de<br />
routes <strong>van</strong> lijnen <strong>van</strong> andere vervoerders binnen het concessiegebied die moeten<br />
worden gedoogd;<br />
De provincie Utrecht adviseert om de corridor Abcoude – <strong>Amsterdam</strong> –<br />
Meibergdreef – Station Holendrecht – Bijlmer ArenA op te nemen in het bestek. Op<br />
deze corridor rijden Utrechtse buslijnen 120 en 126;<br />
De provincie Noord-Holland adviseert om niet alleen bestaande routes op te nemen<br />
in de lijst <strong>van</strong> te gedogen lijnen maar ook een algemene bepaling op te nemen in<br />
het PvE die het mogelijk maakt dat lijnen uit andere gebieden kunnen doorrijden in<br />
de concessie <strong>Amsterdam</strong>. De provincie pleit in het bijzonder voor het openhouden<br />
<strong>van</strong> de mogelijkheid om lijn 102 (Huizen – <strong>Amsterdam</strong> Bijlmer ArenA) door te<br />
trekken tot Holendrecht;<br />
De provincie Flevoland pleit ervoor de gedoogplicht niet te beperken tot de lijnen en<br />
corridors die ten tijde <strong>van</strong> de start <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 door de<br />
concessie Almere Streek worden bediend, maar dat tevens ruimte wordt geboden<br />
voor wijzigingen en/of uitbreidingen in het kader <strong>van</strong> MRA-Net en het Nachtnet<br />
tussen <strong>Amsterdam</strong> en Almere;<br />
De Adviescommissie Amstelland-Meerlanden adviseert om de te gedogen routes te<br />
definiëren en de commissie acht het noodzakelijk deze routes in overleg met hun<br />
vast te stellen. De commissie geeft tevens aan dat het onduidelijk is waar de<br />
gedoogplicht betrekking op heeft en gaat er<strong>van</strong> uit dat het niet alleen vrije<br />
busbanen maar ook railinfrastructuur betreft (medegebruik <strong>van</strong> de trambaan); en<br />
De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> gaat er <strong>van</strong>uit dat de ruime en open formulering<br />
<strong>van</strong> de gedoogplicht zoals opgenomen in het ontwerp PvE dusdanig wordt toegepast<br />
dat deze niet wezenlijk afdoet aan de efficiënte exploitatie door de concessiehouder<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 12 <strong>van</strong> 99
in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> en dat de gedoogplicht in redelijke verhouding<br />
staat tot de gedoogplicht <strong>van</strong> andere concessiehouders in het stadsregiogebied.<br />
Reactie: De lijst met te gedogen lijnen/routes zal worden opgenomen in het bestek. De<br />
<strong>Stadsregio</strong> zal bij het opstellen <strong>van</strong> deze lijst rekening houden met de wensen die<br />
bij aangrenzende concessieverleners leven. Wij zullen de adviezen <strong>van</strong> de<br />
provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht in dat proces betrekken. In geval<br />
<strong>van</strong> de aangrenzende concessies Amstelland-Meerlanden, Waterland en Zaanstreek<br />
vervult de <strong>Stadsregio</strong> zelf de rol <strong>van</strong> aangrenzende concessieverlener en zullen wij<br />
bij het samenstellen <strong>van</strong> de lijst rekening houden met de bepalingen ten aanzien<br />
<strong>van</strong> grensoverschrijdende lijnen zoals die in de betreffende concessies zijn<br />
opgenomen.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> overweegt tevens een algemene bepaling ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
gedoogplicht toe te voegen om in te kunnen spelen op onvoorziene ontwikkelingen.<br />
Wij achten het daarbij belangrijk dat belangen <strong>van</strong> reizigers en de betreffende<br />
concessiehouders op een zorgvuldige manier tegen elkaar worden afgewogen.<br />
Ten aanzien <strong>van</strong> het medegebruik <strong>van</strong> railinfrastructuur merken we op dat als deze<br />
railinfrastructuur is opengesteld voor GVB bussen, ook lijnbussen uit andere<br />
concessiegebieden <strong>van</strong> de desbetreffende railinfrastructuur gebruik mogen maken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal na overleg met de aangrenzende concessieverleners, bepalingen<br />
ten aanzien <strong>van</strong> te gedogen grensoverschrijdende lijnen formuleren en deze in het<br />
bestek opnemen.<br />
2.2 Ingangsdatum en duur <strong>van</strong> de Concessie<br />
10 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert om de mogelijkheid tot tussentijdse<br />
verlenging <strong>van</strong> de concessie met maximaal 4 jaar op te nemen in het PvE;<br />
GVB en de OR <strong>van</strong> GVB pleiten voor een looptijd <strong>van</strong> 8 tot 10 jaar, zodat de<br />
concessiehouder tijd en ruimte heeft om de invoering <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn op een<br />
goede wijze te regelen;<br />
De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit ervoor dat de duur <strong>van</strong> de concessie<br />
afgestemd wordt op de start <strong>van</strong> de exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn; en<br />
De gemeente Ouder-Amstel pleit voor, indien tot inbesteding wordt overgegaan,<br />
een korte concessieduur <strong>van</strong> 4 jaar. Tijdens deze periode zal GVB moeten bewijzen<br />
dat zij deze ontwikkelrol aankan.<br />
Reactie: Het ontwerp PvE gaat uit <strong>van</strong> een concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar, waarmee de einddatum<br />
<strong>van</strong> de concessie is afgestemd op de verwachte ingebruikname <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn. Indertijd heeft de <strong>Stadsregio</strong> voor een concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar<br />
gekozen om een volgend Dagelijks Bestuur de ruimte te bieden om op nieuwe<br />
ontwikkelingen rond bijvoorbeeld de Noord/Zuidlijn en de Zuidas in te kunnen<br />
spelen. Indien bijvoorbeeld het bovengrondse net als gevolg <strong>van</strong> voornoemde<br />
wijzigingen aangepast moet worden, dan moet een volgend Dagelijks Bestuur de<br />
mogelijkheid hebben de aanpassingen tijdens een nieuwe inspraakprocedure aan<br />
burgers en organisaties voor te leggen.<br />
Naar aanleiding <strong>van</strong> de ingebrachte adviezen en <strong>zienswijzen</strong> hebben wij de<br />
argumenten voor een vaste concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar en de argumenten voor een<br />
optie tot verlenging op een rij gezet. Een overzicht <strong>van</strong> deze argumenten is op de<br />
volgende pagina’s weergegeven.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 13 <strong>van</strong> 99
Noord/Zuidlijn<br />
- Veiligheid irt<br />
proefbedrijf<br />
- Afstemming<br />
concessie op<br />
opening<br />
Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar met<br />
verlengingsoptie<br />
Een korte concessie biedt het DB de<br />
mogelijkheid in 2015 een keuze te<br />
maken ten aanzien <strong>van</strong> de organisatie<br />
<strong>van</strong> het proefbedrijf. Dit kan in een<br />
apart contract worden geregeld of in<br />
de lopende concessie worden<br />
ondergebracht met eventueel een<br />
uitloop naar de volgende<br />
concessieperiode. Op dat moment<br />
kan ook besloten worden op welk<br />
moment en hoe de organisatie <strong>van</strong><br />
het proefbedrijf aan het vervoer wordt<br />
verbonden.<br />
Meer flexibiliteit omdat het DB in<br />
2014/2015 – wanneer met de<br />
volgende concessieverleningsprocedure<br />
gestart moet worden – een<br />
afweging kan maken tussen:<br />
i) een kortlopende concessie die<br />
eindigt op het moment dat de<br />
Noord/Zuidlijn in gebruik is<br />
genomen en die uitgaat <strong>van</strong><br />
hetzelfde of een (enigszins)<br />
aangepast Programma <strong>van</strong><br />
Eisen, en<br />
ii) een langer lopende concessie<br />
waar<strong>van</strong> de exploitatie <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn deel uitmaakt en<br />
waarvoor een volledig nieuw PvE<br />
wordt opgesteld.<br />
- Exploitatie Minder risico’s voor de <strong>Stadsregio</strong><br />
omdat de exploitatie <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn buiten de concessie is<br />
gehouden. Omdat zekerheid omtrent<br />
de openingsdatum ontbreekt is het op<br />
dit moment niet gewenst de<br />
exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn in de<br />
concessie op te nemen.<br />
In het kader <strong>van</strong> Amsys zal GVB al<br />
voor 2015 ervaring opdoen met de<br />
metrovoertuigen die te zijner tijd op de<br />
Noord/Zuidlijn ingezet zullen worden.<br />
Een verlengingsmogelijkheid biedt<br />
meer zekerheid dat <strong>van</strong> deze ervaring<br />
bij het proefbedrijf <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn gebruik kan worden<br />
gemaakt wanneer verlenging betekent<br />
dat GVB bij het volledige proefbedrijf<br />
<strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn betrokken blijft.<br />
Dit komt de veiligheid <strong>van</strong> de<br />
exploitatie ten goede.<br />
Een verlengingsoptie biedt het DB in<br />
feite een extra keuzemogelijkheid en<br />
vergroot daarmee de flexibiliteit. Vraag<br />
is wel of in 2014/2015 voldoende<br />
duidelijkheid bestaat over de<br />
openingsdatum <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn<br />
om op objectieve gronden tot het al<br />
dan niet verlengen <strong>van</strong> de concessie<br />
te kunnen besluiten wanneer<br />
verlenging wordt gekoppeld aan een<br />
eventuele latere ingebruikname <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn.<br />
Bij een eventuele verlenging kan de<br />
concessieperiode over de start <strong>van</strong> de<br />
Noord/Zuidlijn heen getild worden<br />
zodat zekerheid verkregen wordt dat<br />
de uitvoerder <strong>van</strong> het proefbedrijf de<br />
Noord/Zuidlijn ook in eerste instantie<br />
gaat exploiteren. Dit vergroot de<br />
betrokkenheid <strong>van</strong> GVB bij het<br />
proefbedrijf waardoor beter <strong>van</strong> de bij<br />
GVB aanwezige kennis geprofiteerd<br />
kan worden. Merk wel op dat het<br />
ontwerp PvE niet aangeeft dat<br />
exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn deel<br />
uitmaakt <strong>van</strong> de Concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> 2012, zodat dit aspect niet<br />
is meegenomen bij de inspraak rond<br />
het ontwerp PvE.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 14 <strong>van</strong> 99
- Afstemming<br />
bovengrondse net<br />
Invulling ontwikkelmogelijkheden<br />
concessiehouder<br />
Installatie nieuw<br />
signalling en<br />
controlling<br />
metrosysteem<br />
Positie<br />
burgers/reizigers<br />
Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar met<br />
verlengingsoptie<br />
In het ontwerp PvE heeft het DB Het is de vraag of op het moment dat<br />
bewust geen keuzes willen maken ten het PvE voor de volgende concessie<br />
aanzien <strong>van</strong> de gevolgen <strong>van</strong> de gereed moet zijn (2016), al wel<br />
opening <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn voor duidelijkheid bestaat over de gevolgen<br />
het bus- en tramnet, omdat het DB nu <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn voor het<br />
geen verstrekkende uitspraken wil bovengrondse net. Met een optie tot<br />
doen voor de periode na 2017. verlenging waarbij de concessie-<br />
Tijdens de komende concessie kan periode over de start <strong>van</strong> de<br />
nader onderzoek worden gedaan Noord/Zuidlijn heen getild wordt,<br />
naar de gevolgen <strong>van</strong> de<br />
worden een paar inloopjaren<br />
Noord/Zuidlijn voor het bovengrondse gecreëerd waarin de Noord/Zuidljin<br />
net. De resultaten <strong>van</strong> dit onderzoek aan het netwerk wordt toegevoegd<br />
kunnen dan in het PvE voor de zonder dat dit gepaard gaat met<br />
volgende concessie worden<br />
aanpassingen <strong>van</strong> het bovengrondse<br />
meegenomen.<br />
net. Op die manier kan in de praktijk<br />
In de inspraak over het ontwerp PvE worden waargenomen wat de<br />
heeft de <strong>Stadsregio</strong> niet naar de gevolgen <strong>van</strong> de ingebruikname <strong>van</strong><br />
mening <strong>van</strong> belanghebbenden de Noord/Zuidlijn voor het<br />
gevraagd ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
bovengrondse net zijn. Deze kennis<br />
gevolgen <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn voor kan dan, mits tijdig d.w.z. in 2017<br />
het bovengrondse net, zoals een beschikbaar, worden meegenomen bij<br />
andere functie <strong>van</strong> knooppunten de volgende aanbesteding/<br />
binnen het verbindende en<br />
onderhandse gunning. Met GVB en/of<br />
ontsluitende net waardoor<br />
gemeente moeten wel afspraken<br />
bijvoorbeeld minder rechtstreekse gemaakt worden over de financiering<br />
verbindingen met het Centraal Station <strong>van</strong> deze inloopjaren aangezien in de<br />
en de binnenstad geboden hoeven te Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 geen<br />
worden. Dergelijke wijzigingen zijn te rekening is gehouden met de kosten<br />
ingrijpend om via reguliere<br />
dienstregelingwijzigingen op basis<br />
<strong>van</strong> het ontwerp PvE door te kunnen<br />
voeren. Hiervoor is een nieuwe<br />
inspraakprocedure nodig.<br />
voor exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn.<br />
Een langere concessieduur maakt het<br />
voor GVB aantrekkelijker om in<br />
productontwikkeling te investeren, mits<br />
tijdig duidelijkheid bestaat over het al<br />
dan niet lichten <strong>van</strong> de<br />
verlengingsoptie.<br />
Deze installatie zal waarschijnlijk niet<br />
voor 2018 zijn afgerond. Een langere<br />
concessieduur garandeert continuïteit<br />
<strong>van</strong> de bijdrage <strong>van</strong> de thans<br />
betrokken partijen, i.c. dIVV en GVB,<br />
bij de installatie <strong>van</strong> het metrosysteem.<br />
Burgers en reizigers hebben eerder Meer stabiliteit en zekerheid voor<br />
de mogelijkheid om invloed uit te reizigers omdat de eisen aan het<br />
oefenen op de eisen waaraan de openbaar vervoeraanbod voor een<br />
concessiehouder moet voldoen door<br />
in te spreken op het ontwerp PvE<br />
voor de volgende concessie.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> kan beter garanderen<br />
dat reizigers een marktconform<br />
openbaar vervoeraanbod krijgen.<br />
langere periode gelden.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 15 <strong>van</strong> 99
Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar met<br />
verlengingsoptie<br />
Financiële<br />
Omdat materieel in eigendom <strong>van</strong> Een langere concessieduur biedt GVB<br />
aantrekkelijkheid Activa BV is, heeft de concessieduur meer mogelijkheden investeringen die<br />
geen invloed op de afschrijvings- met het oog op de hogere<br />
kosten, waardoor een belangrijk kwaliteitseisen noodzakelijk zijn, terug<br />
argument voor een langere<br />
concessieduur vervalt.<br />
te verdienen.<br />
Zekerheid personeel Het directe en een groot deel <strong>van</strong> het Het personeel is, naast de garantie<br />
indirecte personeel heeft de garantie <strong>van</strong> een overgang naar een eventuele<br />
dat dienstverband en<br />
nieuwe concessiehouder, gebaat bij<br />
arbeidsvoorwaarden bij een eventuele een lange concessieperiode omdat het<br />
overgang naar een andere vervoerder aantal keer dat personeel voor de<br />
gerespecteerd worden. Dit is wettelijk onzekerheid gesteld wordt dat de<br />
geregeld. Deze wettelijke regeling is werkgever kan veranderen, hierdoor<br />
alleen rele<strong>van</strong>t wanneer een<br />
toekomstig DB besluit de concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> openbaar aan te willen<br />
besteden.<br />
verkleind wordt.<br />
Bereidheid<br />
Een verlengingsoptie biedt meer<br />
concessiehouder<br />
zekerheid dat GVB desgevraagd de<br />
concessie tegen de op dat moment<br />
geldende voorwaarden wil blijven<br />
uitvoeren. De keuze voor inbesteding<br />
wordt echter door alle betrokken<br />
partijen gedragen, zodat het risico dat<br />
de bereidheid er niet zou zijn gering<br />
mag worden verondersteld. Daarbij is<br />
de vraag in hoeverre het recht tot<br />
verlenging daadwerkelijk afgedwongen<br />
moet worden wanneer de<br />
bereidheid/belangstelling bij een<br />
concessiehouder ontbreekt.<br />
Beleidsruimte Een korte concessieduur biedt het<br />
volgend DB<br />
volgend DB eerder mogelijkheden om<br />
ontwikkelingen in de komende jaren<br />
een plek te geven in de concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong>.<br />
Moment <strong>van</strong> Een verlengingsoptie levert op dit Meer rust op bestuurlijk vlak bij<br />
besluitvorming over punt geen winst op, omdat het DB al eventuele nieuwe tegenvallers rond de<br />
een volgende tijdens het derde concessiejaar over bouw <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn. Er kan<br />
concessie<br />
een eventuele verlenging zal moeten dan gebruik gemaakt worden <strong>van</strong> de<br />
beslissen. Dit om een eventuele<br />
nieuwe concessieverleningsprocedure<br />
tijdig af te kunnen ronden.<br />
verlengingsoptie.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 16 <strong>van</strong> 99
Volgende<br />
marktconformiteitstoets<br />
Administratieve<br />
lasten<br />
Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar Concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar met<br />
verlengingsoptie<br />
Een concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar biedt Ook een verlengingsoptie kan een<br />
het DB de mogelijkheid om de tussentijdse marktconformiteitstoets<br />
marktconformiteit <strong>van</strong> de concessie in omvatten. Merk wel op dat de<br />
2015/2016 opnieuw te toetsen. Een werkzaamheden op dit punt<br />
regelmatige toets is gewenst gelet op vergelijkbaar zullen zijn als bij een<br />
onzekerheid wat betreft de<br />
nieuwe concessieverlenings-<br />
ontwikkeling <strong>van</strong> reizigersprocedure,<br />
zeker wanneer ook het<br />
opbrengsten die onder andere PvE aan gewijzigde omstandigheden<br />
afhangen <strong>van</strong> maatschappelijke moet worden aangepast.<br />
ontwikkelingen, flankerend beleid en<br />
het economisch klimaat. Door de<br />
marktconformiteit regelmatig te<br />
toetsen kan het belang <strong>van</strong> de<br />
reizigers het beste worden<br />
gewaarborgd.<br />
Deze zijn kleiner wanneer de<br />
concessie ongewijzigd verlengd kan<br />
worden. Merk op dat dit niet geldt<br />
wanneer t.b.v. de verlenging een<br />
nieuw PvE opgesteld moet worden<br />
zoals het geval is wanneer de<br />
exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn deel<br />
gaat uitmaken <strong>van</strong> de verlengde<br />
concessie.<br />
Hoewel er dus voor beide opties goede argumenten zijn aan te voeren, vindt de<br />
<strong>Stadsregio</strong> de argumenten voor een verlengingsmogelijkheid uiteindelijk zwaarder<br />
wegen dan de argumenten voor een vaste concessieduur <strong>van</strong> 6 jaar. Wij hechten<br />
daarbij vooral veel belang aan continuïteit wat betreft de voorbereidende<br />
werkzaamheden voor de ingebruikname <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn, onder andere met<br />
het oog op een betrouwbare exploitatie en de veiligheid <strong>van</strong> reizigers en personeel.<br />
Wij vinden daarbij dat de concessiehouder de concessie ook tijdens de<br />
verlengingsperiode marktconform moet kunnen uitvoeren.<br />
Merk ten slotte nog op dat de keuze voor een verlengingsoptie in de praktijk zal<br />
betekenen dat een volgend Dagelijks Bestuur in 2015 zal moeten beslissen of de<br />
verlengingsoptie gelicht zal worden. Dit om voldoende tijd over te houden om een<br />
eventuele nieuwe concessieverleningsprocedure te doorlopen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de mogelijkheid creëren om de<br />
concessieduur met een nader door de <strong>Stadsregio</strong> te bepalen periode te verlengen.<br />
Om tot een verlenging over te gaan zal aan een aantal voorwaarden moeten zijn<br />
voldaan die een betrouwbare en veilige exploitatie <strong>van</strong> de Noord/Zuidlijn beogen te<br />
waarborgen en die recht doen aan het belang <strong>van</strong> de reiziger.<br />
2.3 Globale afbakening activiteiten behorend tot de Concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
11 De gemeente Ouder-Amstel is er, gelet op het huidige kwaliteitsniveau, niet <strong>van</strong><br />
overtuigd dat GVB in staat is het aandeel <strong>van</strong> het openbaar vervoer in de volledige<br />
vervoersmarkt te laten stijgen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft met het besluit tot inbesteding aangegeven vertrouwen te<br />
hebben in de wijze waarop GVB de nieuwe concessie uit zal voeren. Dit vertrouwen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 17 <strong>van</strong> 99
is mede gebaseerd op de stijgende klanttevredenheid die GVB de afgelopen jaren<br />
heeft gerealiseerd. Het gestegen kwaliteitsoordeel in combinatie met een aantal<br />
extra (financiële) prikkels zullen naar verwachting tot een verdere toename <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoergebruik binnen het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> leiden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen aanleiding om de concessieverleningsstrategie aan te<br />
passen.<br />
2.3.1 Centrale Verkeersleiding (CVL)<br />
12 GVB wijst erop dat in de huidige situatie de CVL geen mogelijkheden heeft om<br />
camerabeelden in de voertuigen realtime systematisch te beoordelen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> maakt uit de reactie op dat GVB de betreffende eis anders<br />
interpreteert dan wij bedoelen. In het ontwerp PvE verwachten wij <strong>van</strong> de CVL dat<br />
deze de beelden <strong>van</strong> camera’s op haltes/stations en in voertuigen systematisch kan<br />
beoordelen. Dit hoeft niet op het moment zelf (= realtime), maar kan ook achteraf<br />
mits dit op een systematische wijze (= vaste methode en momenten) gebeurt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de betreffende eis in het definitieve PvE af te<br />
zwakken, omdat realtime beoordeling <strong>van</strong> camerabeelden niet wordt geëist.<br />
13 De provincie Flevoland adviseert eisen te stellen aan de onmiddellijke<br />
bereikbaarheid <strong>van</strong> de Centrale Verkeersleiding voor de verkeersleiding <strong>van</strong> andere<br />
concessiehouders;<br />
GVB Activa BV geeft aan dat de Centrale Verkeersleiding nu geen directe/open<br />
verbinding heeft met andere partijen die <strong>van</strong> de OV-infrastructuur gebruik maken.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt het standpunt <strong>van</strong> de provincie Flevoland dat het belangrijk is<br />
dat de CVL niet alleen met eigen personeel, maar ook met de verkeersleiding en/of<br />
het rijdend personeel <strong>van</strong> andere concessiehouders moet kunnen communiceren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de eis opnemen dat de CVL met de<br />
verkeersleiding en/of het rijdend personeel <strong>van</strong> andere concessiehouders moet<br />
kunnen communiceren.<br />
2.3.2 Sociale Veiligheid<br />
14 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> vindt dat sociale veiligheid de verantwoordelijk is<br />
<strong>van</strong> de concessiehouder (en daarmee ook de concessieverlener)<br />
Reactie: Zoals de <strong>Stadsregio</strong> heeft aangegeven speelt de concessiehouder bij het<br />
bevorderen <strong>van</strong> de sociale veiligheid een belangrijke rol. Sociale onveiligheid is<br />
echter een algemeen maatschappelijk probleem dat zich niet tot de bussen, trams<br />
en metro’s beperkt. Daarom hebben wij ook aangegeven dat de sociale veiligheid in<br />
en rond het openbaar vervoer in het concessiegebied in onze optiek een gedeelde<br />
verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder, gemeenten, politie en justitie (OM)<br />
is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de concessiehouder een (nog) grotere<br />
verantwoordelijk op het gebied <strong>van</strong> sociale veiligheid te geven.<br />
15 De provincie Flevoland adviseert om op het gebied <strong>van</strong> sociale veiligheid de<br />
samenwerking met de gemeente Almere te zoeken om tot uitwisseling <strong>van</strong> kennis<br />
en een gezamenlijke aanpak ter bevordering <strong>van</strong> de sociale veiligheid te komen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de provincie Flevoland dat sociale veiligheid een<br />
terrein is waarop samenwerking met andere partijen noodzakelijk is. Het ontwerp<br />
PvE bevat op dit punt geen concrete eisen; dit zullen wij in het definitieve PvE<br />
alsnog doen. Onze insteek daarbij is dat het initiatief tot samenwerking hoort te<br />
liggen bij de concessiehouder <strong>van</strong> de grensoverschrijdende lijnen waarop de<br />
samenwerking betrekking heeft. We merken daarbij op dat de concessie<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 18 <strong>van</strong> 99
<strong>Amsterdam</strong> 2012 volgens het huidige PvE geen grensoverschrijdende lijnen richting<br />
Almere omvat.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE <strong>van</strong> de concessiehouder eisen dat hij actief<br />
samenwerkt met andere concessiehouders die binnen het concessiegebied<br />
<strong>Amsterdam</strong> actief zijn en met concessiehouders <strong>van</strong> andere concessiegebieden<br />
waarbinnen de concessiehouder zelf actief is.<br />
2.3.3 Activa BV<br />
16 De OR <strong>van</strong> GVB pleit ervoor dat in het PvE helder en duidelijk geformuleerd wordt<br />
dat het beheer en onderhoud <strong>van</strong> de strategisch activa <strong>van</strong> Activa BV onderdeel<br />
uitmaakt <strong>van</strong> deze concessie.<br />
Reactie: Uitgangspunt voor het PvE zijn de afspraken zoals opgenomen in het Convenant<br />
Verzelfstandiging GVB uit 2005, waarin de taakverdeling tussen de <strong>Stadsregio</strong>, de<br />
gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Activa BV en GVB Holding zijn beschreven. De Activa BV is<br />
hierbij als zelfstandige BV verantwoordelijk voor het contracteren <strong>van</strong> het beheer<br />
en onderhoud.<br />
Conclusie: Tenzij de <strong>Stadsregio</strong> met de gemeente <strong>Amsterdam</strong> op korte termijn tot andere<br />
afspraken komt, ziet de <strong>Stadsregio</strong> geen aanleiding de taakverdeling in het PvE aan<br />
te passen.<br />
17 GVB constateert dat het beheer en onderhoud <strong>van</strong> PID’s geen deel uitmaakt <strong>van</strong> de<br />
concessie.<br />
Reactie: Deze taken vallen voor zover nu valt te overzien onder het beheer en onderhoud<br />
<strong>van</strong> de strategische activa. Deze taken worden uitgevoerd onder<br />
verantwoordelijkheid <strong>van</strong> Activa BV en maken daarom geen deel uit <strong>van</strong> de<br />
concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012. Op dit moment vindt echter nog overleg tussen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> en Activa BV plaats over de exacte verdeling <strong>van</strong> taken en<br />
verantwoordelijkheden ten aanzien <strong>van</strong> het beheer en onderhoud <strong>van</strong> strategische<br />
activa. Mocht uit dit overleg naar voren komen dat het beheer en onderhoud <strong>van</strong><br />
PID’s toch tot de taken <strong>van</strong> de concessiehouder behoren, dan zullen wij in het<br />
definitieve PvE of anders in het bestek alsnog eisen aan het beheer en onderhoud<br />
<strong>van</strong> PID’s stellen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet (vooralsnog) geen reden om eisen ten aanzien <strong>van</strong> het beheer<br />
en onderhoud <strong>van</strong> PID’s in het definitieve PvE op te nemen.<br />
2.3.4 Beheer en onderhoud infrastructuur<br />
18 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB pleiten ervoor beheer en onderhoud én exploitatie samen<br />
onder te brengen in één concessie. De splitsing <strong>van</strong> beheer en onderhoud en<br />
exploitatie komt in hun optiek niet ten goede aan de kwaliteit <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer.<br />
Reactie: Het eigendom en de zeggenschap over de railinfrastructuur blijft, net als nu het<br />
geval is, in handen <strong>van</strong> de gemeente <strong>Amsterdam</strong>, die daarmee tevens de<br />
opdrachtgevende partij is voor het beheer en onderhoud. De <strong>Stadsregio</strong> kan<br />
derhalve zelf geen keuze maken ten aanzien <strong>van</strong> de partij die het beheer en<br />
onderhoud <strong>van</strong> de infrastructuur mag gaan uitvoeren. In onze rol <strong>van</strong><br />
concessieverlener voor de exploitatie willen wij met de eigenaar <strong>van</strong> de<br />
infrastructuur wel afspraken maken over de functionele eisen waaraan de<br />
infrastructuur gedurende de concessie moet voldoen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen aanleiding de taakverdeling ten aanzien <strong>van</strong> het beheer en<br />
onderhoud <strong>van</strong> de railinfrastructuur in het PvE aan te passen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 19 <strong>van</strong> 99
2.3.5 Specifieke taken<br />
19 Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht pleit ervoor het volgende lid toe te voegen:<br />
“Indien de concessiehouder niet of gedeeltelijk in gebreke blijft wat betreft de aan<br />
het bedrijf gestelde eisen t.a.v. de uitvoering <strong>van</strong> de dienstregeling, beheer en<br />
onderhoud infrastructuur en bijbehorende activa, reizigersinformatie en bevorderen<br />
c.q. continueren <strong>van</strong> de sociale veiligheid dan zal de concessieverlener <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder een financiële tegemoetkoming eisen voor het hieruit<br />
voortvloeiende nadeel en ongemak voor de betreffende gebruikers <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoer.”<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om geen financiële bepalingen, waaronder een<br />
eventuele boeteregeling, in het ontwerp PvE op te nemen. Deze bepalingen zullen<br />
deel uitmaken <strong>van</strong> het bestek.<br />
In paragraaf 5.5.2 <strong>van</strong> het PvE vraagt de <strong>Stadsregio</strong> <strong>van</strong> de toekomstige<br />
concessiehouder wel een voorstel te doen voor een vergoedingsregeling voor<br />
reizigers in het geval de uitvoeringskwaliteit onvoldoende is. Omdat het om een<br />
nieuwe regeling gaat hebben wij met het oog op de uitvoerbaarheid ervoor gekozen<br />
de regeling in deze concessieperiode te beperken tot aspecten <strong>van</strong> de<br />
uitvoeringskwaliteit die in hoofdstuk 5 zijn beschreven.<br />
Conclusie:De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 20 <strong>van</strong> 99
3 VERVOERKUNDIGE EISEN<br />
Alvorens op de afzonderlijke adviezen en <strong>zienswijzen</strong> met betrekking tot de<br />
vervoerkundige eisen in te gaan, lichten we de relatie tussen de minimumeisen in<br />
het ontwerp PvE, het feitelijke voorzieningenniveau, de ontwikkelruimte voor de<br />
concessiehouder en de prikkels voor de concessiehouder om <strong>van</strong> de geboden ruimte<br />
gebruik te maken (nogmaals) toe.<br />
Zoals we in de toelichting bij het ontwerp PvE hebben aangegeven, zal de<br />
<strong>Stadsregio</strong> het lijnennet voor 2012 in het bestek vastleggen. Deze aanpak is niet<br />
nieuw; ook voor de aanbestedingen <strong>van</strong> de concessies Amstelland-Meerlanden en<br />
Zaanstreek 2010 heeft de <strong>Stadsregio</strong> zelf een lijnennet voorgeschreven. We zijn tot<br />
deze aanpak overgegaan nadat bij eerdere aanbestedingen was gebleken dat de<br />
vrijheid die vervoerders kregen om het lijnennet naar eigen inzicht in te vullen<br />
nauwelijks tot vervoerkundige verbeteringen leidde, maar wel tot onzekerheid bij<br />
burgers en reizigers. Met het oog op de continuïteit en betrouwbaarheid <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoeraanbod in een concessiegebied kiest de <strong>Stadsregio</strong> er daarom<br />
tegenwoordig voor om het lijnennet in ieder geval voor het eerste jaar <strong>van</strong> de<br />
concessie zelf voor te schrijven. Insteek bij het invullen <strong>van</strong> het lijnennet is dat<br />
lijnen waar veel mensen gebruik <strong>van</strong> maken en/of waarvoor specifieke<br />
infrastructuur is aangelegd in principe gecontinueerd worden. Voor lijnen die minder<br />
intensief gebruikt worden, gaan we na in hoeverre deze lijnen nodig zijn om aan de<br />
ontsluitingsnormen te voldoen en/of voorzien in een specifieke vervoersbehoefte<br />
waarvoor geen alternatief bestaat. Pas wanneer een lijn om geen <strong>van</strong> deze beide<br />
redenen nodig is, kijken we of de uren die met de exploitatie <strong>van</strong> de betreffende lijn<br />
gemoeid zijn, niet beter op andere plekken in het concessiegebied ingezet kunnen<br />
worden.<br />
Een vergelijking <strong>van</strong> deze aanpak met de huidige situatie levert het volgende beeld<br />
op:<br />
(i) Het huidige openbaar vervoeraanbod is hoger dan op basis <strong>van</strong> de<br />
minimumeisen in het PvE (vervoerkundige eisen en inzetnormen) nodig zou<br />
zijn. Deels gaat het daarbij om de vrije ruimte die GVB in de huidige concessie<br />
heeft en deels gaat het om extra vervoer dat de <strong>Stadsregio</strong> de afgelopen jaren<br />
heeft gesubsidieerd (bijv. kortere zomerdienst en de nieuwe lijnen 66 en 136).<br />
Ook in de nieuwe concessie zal het aanbod hoger zijn dan op basis <strong>van</strong> de<br />
minimumeisen nodig is;<br />
(ii) De vervoerkundige eisen zijn voor de nieuwe concessie strenger dan nu het<br />
geval is;<br />
(iii) Ondanks de strengere vervoerkundige eisen blijft er voor de toekomstige<br />
concessiehouder ruimte om het openbaar vervoeraanbod gedurende de<br />
concessieperiode optimaal af te stemmen op de vervoerbehoefte; en<br />
(iv) Het openbaar vervoeraanbod na 2012 zal in om<strong>van</strong>g ten minste vergelijkbaar<br />
zijn met het huidige openbaar vervoeraanbod en zal groter zijn wanneer een<br />
deel <strong>van</strong> het verwachte inbestedingsresultaat voor uitbreiding <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoeraanbod bestemd wordt.<br />
In de figuur op de volgende pagina vormen de vervoerkundige eisen en de<br />
inzetnormen samen de minimumeisen uit het PvE. Daarbij zijn de vervoerkundige<br />
eisen de eisen die gelden voor verbindende, ontsluitende en aanvullende lijnen,<br />
zoals de 400- en 800-meternormen, opgenomen in hoofdstuk 3 <strong>van</strong> het PvE en de<br />
lijnfiches. De inzetnormen zorgen ervoor dat op iedere lijn voldoende capaciteit<br />
wordt geboden zodat reizigers op een comfortabele wijze vervoerd worden, en<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 21 <strong>van</strong> 99
voldoende restcapaciteit wordt geboden zodat incidentele pieken in het aantal<br />
reizigers kunnen worden opge<strong>van</strong>gen. Dit betekent dat de concessiehouder bij een<br />
toename <strong>van</strong> het aantal reizigers vaker of met groter materieel moet rijden.<br />
Extra ingekocht<br />
Vrije ruimte<br />
Inzetnormen<br />
Vervoerkundige<br />
eisen<br />
Modules<br />
Vrije ruimte<br />
Inzetnormen<br />
Vervoerkundige<br />
eisen<br />
Huidige concessie Nieuwe concessie<br />
Zou de <strong>Stadsregio</strong> het huidige voorzieningenniveau in het PvE vastleggen dan<br />
worden de mogelijkheden voor de concessiehouder om zijn aanbod aan te passen<br />
sterk beperkt, omdat voor iedere wijziging <strong>van</strong> het aanbod de<br />
concessievoorschriften gewijzigd moeten worden waarvoor een zwaar adviestraject<br />
doorlopen moet worden.<br />
Anders dan bij de aanbestedingen <strong>van</strong> de concessies Amstelland-Meerlanden en<br />
Zaanstreek 2010 waar de vervoerders binnen en bepaalde bandbreedte<br />
mogelijkheden hebben om de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het aanbod op lijnen in het eerste<br />
dienstregelingjaar naar eigen inzicht in te vullen, legt de <strong>Stadsregio</strong> voor de<br />
concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 in zogenaamde lijnfiches, die per verbinding de<br />
bedieningsperiode per type dag en de frequenties per dagdeel voorschrijven, ook<br />
per lijn de in 2012 te bieden frequenties in het bestek vast. Dit omdat bij een<br />
onderhandse gunning de beoogde concessiehouder niet door de markt geprikkeld<br />
wordt meer te bieden dan op grond <strong>van</strong> de eisen absoluut noodzakelijk is.<br />
Concreet betekent dit dat het openbaar vervoeraanbod in 2012 (vrijwel) volledig<br />
door de <strong>Stadsregio</strong> in het bestek wordt vastgelegd (zie onderstaande figuur). Vanaf<br />
2012 kan de concessiehouder in zijn vervoerplan voor het volgende<br />
dienstregelingjaar voorstellen doen voor wijzigingen en uitbreidingen <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoeraanbod, waarbij de volgende voorwaarden gelden:<br />
(i) de concessiehouder moet voldoen aan de vervoerkundige eisen opgenomen in<br />
het PvE;<br />
(ii) op iedere lijn moet voldoende capaciteit worden geboden zodat aan de<br />
inzetnormen wordt voldaan; en<br />
(iii) de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> het voorzieningenniveau in het volgende dienstregelingjaar<br />
minimaal vergelijkbaar is met de om<strong>van</strong>g in het lopende dienstregelingjaar.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 22 <strong>van</strong> 99
Vrije<br />
ruimte<br />
Inzetnormen<br />
Vervoerkundige<br />
eisen<br />
De concessiehouder dient zijn vervoerplan voor advies aan de Reizigers Advies<br />
Raad en ter goedkeuring aan de <strong>Stadsregio</strong> voor te leggen. Het bestek zal voor de<br />
concessiehouder een aantal (financiële) prikkels bevatten om zo goed mogelijk in<br />
de vervoerbehoefte binnen het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> te voorzien. Een<br />
belangrijke prikkel daarbij is dat de concessiehouder meer inkomsten genereert op<br />
het moment dat hij meer reizigers vervoert (= opbrengstverantwoordelijkheid).<br />
3.1 Inleiding<br />
} 2012<br />
<strong>Stadsregio</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
2013-2017<br />
1 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob geeft aan dat er ruimte moet zijn in<br />
het PvE om binnen het stadsdeel OV aan te bieden in misschien onconventionele<br />
vormen maar die passen bij de infrastructuur en de vraag in het stadsdeel en<br />
Amstel III gebied. De concessiehouder moet de markt (in Zuidoost en het Amstel<br />
III gebied) actief benaderen, zodat de potentiële reiziger wordt verleid tot het<br />
nemen <strong>van</strong> het OV.<br />
Reactie: In het algemeen geldt dat de <strong>Stadsregio</strong> de concessiehouder uitdaagt de openbaar<br />
vervoermarkt actief te benaderen en in het vervoerplan met voorstellen te komen<br />
om zo goed mogelijk in te spelen op de vervoerbehoefte binnen het<br />
concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>. Het PvE biedt hiervoor de ruimte en in het bestek<br />
zullen wij een aantal prikkels opnemen die de concessiehouder moeten stimuleren<br />
<strong>van</strong> deze ruimte gebruik te maken. Indien de concessiehouder in dat kader met<br />
onconventionele voorstellen komen, dan zullen wij deze voorstellen bij de<br />
beoordeling <strong>van</strong> het vervoerplan serieus in overweging nemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat het PvE op dit punt voldoende ruimte biedt en ziet<br />
dan ook geen reden de tekst op dit punt aan te passen.<br />
2 De Reizigers Advies Raad adviseert om een clausule op te nemen dat in die gevallen<br />
waarin de concessie-afspraken zorgen voor een slechte oplossing voor de reizigers<br />
de concessieverlener, na advies <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad, een aanpassing kan<br />
eisen.<br />
Reactie: In de nieuwe concessie zal de <strong>Stadsregio</strong> een grotere rol hebben bij het vormgeven<br />
<strong>van</strong> het vervoeraanbod in de zin dat de wijzigingen die de concessiehouder in de<br />
dienstregeling doorvoert vooraf door ons moeten worden goedgekeurd. Dit<br />
betekent dat de concessiehouder niet zonder meer een verslechtering kan<br />
doorvoeren, ook al past die binnen de vervoerkundige eisen uit het Programma <strong>van</strong><br />
Eisen.<br />
}<br />
}<br />
Concessiehouder<br />
<strong>Stadsregio</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 23 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat in het ontwerp PvE aan dit advies tegemoet wordt<br />
gekomen en ziet dan ook geen reden de tekst op dit punt aan te passen.<br />
3 De gemeente Ouder-Amstel en de Adviescommissie Amstelland-Meerlanden<br />
adviseren dat het minimum voorzieningenniveau hoger moet zijn dan het huidige<br />
geboden niveau.<br />
Reactie: Zoals in het begin <strong>van</strong> dit hoofdstuk is toegelicht vindt de <strong>Stadsregio</strong> het belangrijk<br />
dat de concessiehouder de mogelijkheid heeft om het openbaar vervoeraanbod<br />
gedurende de concessieperiode optimaal af te stemmen op de vervoerbehoefte.<br />
Wanneer wij het huidige voorzieningenniveau in de vorm <strong>van</strong> minimumeisen in het<br />
PvE vastleggen dan worden deze mogelijkheden sterk beperkt, omdat voor iedere<br />
wijziging <strong>van</strong> het aanbod de concessievoorschriften gewijzigd moeten worden<br />
waarvoor een zwaar adviestraject doorlopen moet worden. Of het<br />
voorzieningenniveau in de nieuwe concessie hoger zal zijn dan nu het geval is,<br />
hangt af <strong>van</strong> de modules waaraan het verwachte inbestedingsresultaat besteed zal<br />
worden (zie ook het onderdeel Modules aan het eind <strong>van</strong> deze Nota).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het ongewenst om het huidige of een hoger<br />
voorzieningenniveau in de vorm <strong>van</strong> minimumeisen in het PvE vast te leggen.<br />
4 De gemeente Diemen vraagt zich af hoeveel ruimte er binnen de regio is om na<br />
2012 ‘nieuw’ OV te creëren.<br />
Reactie: De door de <strong>Stadsregio</strong> gekozen methodiek biedt twee mogelijkheden om in de<br />
nieuwe concessie ‘nieuw’ OV te creëren. In de eerste plaats kunnen wij besluiten<br />
een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat te bestemmen voor uitbreidingen <strong>van</strong> het<br />
voorzieningenniveau (zie ook het onderdeel Modules aan het eind <strong>van</strong> deze Nota).<br />
Daarnaast kan de concessiehouder gedurende de concessie in zijn vervoerplannen<br />
met voorstellen voor ‘nieuw’ OV komen die dan door ons zullen worden beoordeeld.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de wijze waarop het PvE is opgezet voldoende<br />
ruimte biedt om ‘nieuw’ OV te creëren en ziet dan ook geen reden om de tekst op<br />
dit punt aan te passen.<br />
3.2 Systeemkenmerken<br />
3.2.1 Opbouw lijnennet<br />
5 Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht vindt dat voor reizigers alle lijnen verbindende lijnen<br />
zijn.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderkent dat voor reizigers alle lijnen verbindingen bieden en in die<br />
zin verbindend zijn. De term ‘verbindende lijnen’ in het Programma <strong>van</strong> Eisen heeft<br />
betrekking op lijnen die als voornaamste taak hebben het bieden <strong>van</strong> snelle<br />
verbindingen tussen diverse delen <strong>van</strong> de stad, dit in tegenstelling tot ‘ontsluitende<br />
lijnen’, die vooral dienen om de fijnmazigheid te garanderen en de loopafstanden<br />
naar de haltes beperkt te houden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden aan het begrip verbindende lijnen een andere<br />
invulling te geven.<br />
6 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden en een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> zijn <strong>van</strong><br />
mening dat het kwaliteitsniveau hoogwaardige tram/bus onvoldoende tot uiting<br />
komt in het PvE.<br />
Reactie: Hoogwaardig is een breed begrip dat verschillende kwaliteitsaspecten omvat zoals<br />
snel, betrouwbaar, comfortabel e.d. Voor zover dit binnen de mogelijkheden <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong> ligt, hebben wij door strengere eisen aan de concessiehouder te stellen<br />
ten aanzien <strong>van</strong> een aantal <strong>van</strong> deze aspecten de aanzet voor een<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 24 <strong>van</strong> 99
kwaliteitsverbetering gegeven. Wat betreft de snelheid en betrouwbaarheid ligt er<br />
echter ook een duidelijke verantwoordelijkheid voor de infrabeheerders. In dat<br />
kader zijn wij verheugd dat de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> bij de behandeling <strong>van</strong><br />
het advies over het ontwerp PvE het College <strong>van</strong> B&W <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> verzoekt om<br />
te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om door middel <strong>van</strong><br />
voorrangsregelingen en aanpassing <strong>van</strong> VRI’s de doorstroming <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer in <strong>Amsterdam</strong> te verbeteren. Verbetering <strong>van</strong> de doorstroming beschouwen<br />
wij als een belangrijke voorwaarde voor de verbetering <strong>van</strong> de kwaliteit en wij zijn<br />
dan ook zeer geïnteresseerd in de resultaten <strong>van</strong> het gevraagde onderzoek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat het hoogwaardige karakter <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer voldoende tot uitdrukking komt in het PvE en ziet dan ook geen reden om<br />
ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende eisen op te nemen.<br />
7 De provincie Noord-Holland adviseert om in het PvE rekening te houden met de<br />
Regionetformule.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is betrokken bij de laatste ontwikkelingen in de formule <strong>van</strong> Regionet<br />
(thans: MRA-net). Gezien het feit dat deze formule nog in ontwikkeling is, zal het<br />
niet mogelijk zijn om het PvE op dit punt concreet aan te passen. Wel zullen wij<br />
aangeven dat een aantal lijnen onder de formule ‘MRA-net’ kan gaan vallen. In het<br />
bestek zullen wij in meer detail aangeven wat hier<strong>van</strong> de consequenties voor de<br />
concessiehouder zullen zijn.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE aangeven dat de mogelijkheid bestaat dat<br />
een aantal lijnen op termijn onder de formule ‘MRA-net’ kan gaan vallen.<br />
3.2.2 OV-knooppunten en hun invloedsgebieden<br />
8 De Reizigers Advies Raad adviseert om niet alleen te kijken naar NS-stations; ook<br />
aansluitingen tussen stedelijk en regionaal busvervoer onderling kunnen<br />
knooppunten zijn. Belangrijke overstappunten moeten ook als zodanig kunnen<br />
worden aangeduid;<br />
Een inwoner <strong>van</strong> Diemen pleit ervoor om in Diemen een knooppunt te creëren voor<br />
tram en buslijnen, bijvoorbeeld bij het eindpunt <strong>van</strong> tram 9 of bij het NS station<br />
Diemen-Zuid.<br />
Reactie: De in het Programma <strong>van</strong> Eisen opgenomen OV-knooppunten zijn allemaal punten<br />
waarop een concentratie <strong>van</strong> OV aanwezig is. Hierdoor fungeren deze punten als<br />
knooppunt, binnen het netwerk <strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong> en/of als schakel<br />
tussen de concessie <strong>Amsterdam</strong> en het overige OV (trein en regionale bus). Het<br />
opnemen <strong>van</strong> deze OV-knooppunten als ontwerpeis in het PvE dient ertoe, deze<br />
concentratie te continueren en het belang <strong>van</strong> goede infrastructuur voor OV op<br />
deze locaties te onderstrepen. Het uitbreiden <strong>van</strong> het aantal OV-knooppunten zou<br />
tot een verwatering <strong>van</strong> deze concentratie leiden, omdat er in dat geval meer<br />
keuzemogelijkheden zijn om een lijn naar een OV-knooppunt te leiden. Dit zou een<br />
verslechtering <strong>van</strong> de netwerkkwaliteit tot gevolg hebben.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft wel dat de overstapmogelijkheden in Diemen verbeterd<br />
kunnen worden. De <strong>Stadsregio</strong> zal hierover in overleg treden met de gemeente<br />
Diemen als verantwoordelijk infrabeheerder.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de lijst <strong>van</strong> OV-knooppunten niet uitbreiden.<br />
3.2.3 Bedieningsperioden<br />
9 De OR <strong>van</strong> GVB stelt dat meer vervoer in de vroege avonduren niet spoort met de<br />
ontwikkeling <strong>van</strong> de reizigersaantallen op dat tijdstip.<br />
Reactie: Op basis <strong>van</strong> een uitgebreide evaluatie <strong>van</strong> het huidige PvE waarbij wij onder<br />
andere gekeken hebben naar de vervoervraag op verschillende momenten <strong>van</strong> de<br />
dag, heeft de <strong>Stadsregio</strong> geconcludeerd dat er in de vroege avonduren voldoende<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 25 <strong>van</strong> 99
vervoervraag is om het voortzetten <strong>van</strong> de avondspits tot 19 uur te rechtvaardigen.<br />
De verlenging <strong>van</strong> de avondspits sluit in onze optiek dan ook beter aan bij de<br />
gewijzigde vervoerbehoefte zoals die in <strong>Amsterdam</strong> net als in andere<br />
grootstedelijke regio’s ervaren wordt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
10 De ORAM pleit ervoor dat de frequenties in de vroege en late uren <strong>van</strong> de<br />
dienstregeling niet te ver naar beneden worden gebracht.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is niet <strong>van</strong> plan de frequenties in de vroege en late uren omlaag te<br />
brengen. Net als nu het geval is biedt het PvE de concessiehouder wel enige ruimte<br />
om tijdens de concessie frequenties af te stemmen op de vervoervraag, maar dit<br />
kan alleen met goedkeuring <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende bepalingen<br />
in het PvE op te nemen.<br />
11 De Reizigers Advies Raad adviseert om de ochtendspits uit te breiden tot 9:30 uur<br />
en de avondspits eerder te laten beginnen; en<br />
De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de avondspits verlengd<br />
wordt tot 20:00 uur.<br />
Reactie: Bij de definitie <strong>van</strong> de ochtend- en avondspits gaat het om een minimumeis die<br />
voor alle typen lijnen gelden, waarbij de definitie <strong>van</strong> de avondspits is verruimd (tot<br />
19 uur) in vergelijking met de huidige situatie. Op lijnen waarop de vervoervraag<br />
een langere spitsperiode rechtvaardigt, zal de spitsfrequentie langer worden<br />
gehanteerd. Dit geldt echter lang niet voor alle lijnen, zo is uit de evaluatie <strong>van</strong> het<br />
huidige PvE gebleken. Daarbij komt dat het de <strong>Stadsregio</strong> aan de financiële<br />
middelen ontbreekt om de spitsperioden voor alle lijnen te verruimen, zodat een<br />
verdere verruiming <strong>van</strong> de spitsperioden ten koste zou gaan <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoeraanbod op andere momenten <strong>van</strong> de dag.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt dit advies niet over en handhaaft de definities <strong>van</strong> de<br />
spitsperioden zoals opgenomen in het ontwerp PvE.<br />
12 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> spreekt uit dat het wenselijk is een ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> een volwaardiger 24-uurs aanbod in te zetten, zoals vastgelegd in de<br />
<strong>Amsterdam</strong>se OV-visie, en uitbreiding <strong>van</strong> het nachtnet in de komende<br />
concessieperiode in te voeren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet in dit standpunt een bevestiging <strong>van</strong> de ingezette lijn. Aan het<br />
verzoek tot uitbreiding <strong>van</strong> het nachtnet wordt namelijk al tegemoetgekomen. Wij<br />
hebben bij het ontwerp PvE een indicatief nachtlijnennet gevoegd, waarmee een<br />
substantiële kwalitatieve en kwantitatieve verbetering <strong>van</strong> het nachtnet bereikt<br />
wordt. Volgens eerste berekeningen zal het vervoeraanbod in de nacht met meer<br />
dan 50% toenemen (door een fijnmaziger net en een frequentie <strong>van</strong> minimaal één<br />
keer per half uur waar nachtlijnen op dit moment tijdens vier nachten <strong>van</strong> de week<br />
maar één keer per uur rijden). Wij zullen de effecten <strong>van</strong> het verbeterde aanbod<br />
’s nachts monitoren en op basis hier<strong>van</strong> bepalen in hoeverre een verdere<br />
uitbreiding <strong>van</strong> het nachtnet opportuun is.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> stelt vast dat de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> zich bewust is <strong>van</strong> de<br />
beperkingen als gevolg <strong>van</strong> de wettelijke normen ten aanzien <strong>van</strong> geluidhinder in<br />
de nacht. Wij vertrouwen er op dat de gemeente <strong>Amsterdam</strong> zal meewerken aan de<br />
eventuele aanpassing <strong>van</strong> de vergunningen om uitbreiding <strong>van</strong> de nachtbediening<br />
mogelijk te maken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de eisen in het ontwerp PvE ten aanzien <strong>van</strong> het<br />
nachtnet in belangrijke mate tegemoet komt aan het advies <strong>van</strong> de<br />
Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong>. In het kader <strong>van</strong> de besluitvorming over de modules<br />
zal de <strong>Stadsregio</strong> een besluit nemen of een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat<br />
bestemd zal worden voor een verdere uitbreiding <strong>van</strong> de nachtbediening. Op dat<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 26 <strong>van</strong> 99
moment bestaat namelijk meer duidelijkheid over de hoogte <strong>van</strong> het<br />
inbestedingsresultaat en de kosten en opbrengsten/effecten <strong>van</strong> de verschillende<br />
modules.<br />
3.2.4 Aansluiting<br />
13 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB pleiten ervoor de eis betreffende de gegarandeerde<br />
aansluiting te heroverwegen omdat deze eis kostenverhogend is (extra planning en<br />
inzet extra personeel) en agressie in de hand kan werken. GVB stelt voor om<br />
gezamenlijk met de Reizigers Advies Raad een werkbare methode af te spreken.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de kwaliteit <strong>van</strong> het OV-aanbod met name in de<br />
stille uren aanzienlijk kan worden verbeterd door het invoeren <strong>van</strong> (gegarandeerde)<br />
aansluitingen. Bovendien maken dergelijke aansluitingen naar onze mening deel uit<br />
<strong>van</strong> een OV-aanbod <strong>van</strong> marktconforme kwaliteit. Wij hebben er alle vertrouwen in<br />
dat de concessiehouder door een andere opzet <strong>van</strong> de dienstuitvoering de extra<br />
kosten zal weten te beperken en er daarnaast door goede communicatie in zal<br />
slagen bij de reizigers begrip te kweken voor het afwachten <strong>van</strong> aansluitingen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen aanleiding het PvE op dit punt aan te passen.<br />
14 De Reizigers Advies Raad adviseert om <strong>van</strong> een aantal punten in de stad (o.a.<br />
knooppunten) de vaste aansluitingen in een bijlage <strong>van</strong> het PvE toe te voegen.<br />
Reactie: Het PvE geeft zoveel mogelijk op hoofdlijnen aan wat reizigers <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder mogen verwachten. In het bestek zullen wij de eisen uit het PvE in<br />
meer detail uitwerken. Ook de voorgeschreven aansluitingen zullen een plaats in<br />
het bestek krijgen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om een gedetailleerde lijst met aansluitpunten in de<br />
stad aan het PvE toe te voegen.<br />
15 De provincie Utrecht vraagt zich af of er eisen worden gesteld aan aansluitingen<br />
tussen Utrechtse en <strong>Amsterdam</strong>se buslijnen.<br />
Reactie: De verantwoordelijkheid voor de aansluiting tussen lijnen behorend tot de concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> 2012 en lijnen <strong>van</strong> en naar aangrenzende concessiegebieden is in de<br />
ogen <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> een gedeelde verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de betreffende<br />
concessiehouders. Wij vinden het om die reden te ver gaan om in het PvE een<br />
absolute verplichting tot het bieden <strong>van</strong> aansluitingen op lijnen <strong>van</strong>uit andere<br />
concessiegebieden op te nemen. In het PvE zullen wij wel opnemen dat de<br />
concessiehouder een inspanningsverplichting heeft om tijdens een<br />
afstemmingsoverleg met andere concessiehouders de kwaliteit <strong>van</strong> de aansluitingen<br />
te waarborgen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het PvE de verplichting opnemen dat de concessiehouder deel<br />
moet nemen aan een jaarlijks afstemmingsoverleg over de dienstregeling met<br />
andere concessiehouders.<br />
16 De gemeente Ouder-Amstel adviseert, met betrekking tot het aanbieden <strong>van</strong><br />
taxivervoer bij het missen <strong>van</strong> een overstap, om als eis op te nemen dat de<br />
concessiehouder telefonisch bereikbaar moet zijn, met name ook gedurende avond<br />
en nachtelijke uren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft dat in het geval ver<strong>van</strong>gend vervoer wordt aangeboden,<br />
er een regeling dient te zijn die reizigers de zekerheid biedt dat zij op de<br />
betreffende momenten <strong>van</strong> de dag daadwerkelijk <strong>van</strong> deze garantieregeling gebruik<br />
kunnen maken. Ook dit laatste aspect dient onderdeel te zijn <strong>van</strong> de invulling <strong>van</strong><br />
de garantieregeling door de concessiehouder.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het PvE de eis toevoegen dat indien de concessiehouder de<br />
garantieregeling deels invult door in geval <strong>van</strong> een gemiste aansluiting ver<strong>van</strong>gend<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 27 <strong>van</strong> 99
vervoer aan te bieden, de (telefonische) bereikbaarheid <strong>van</strong> (de CVL <strong>van</strong>) de<br />
concessiehouder onderdeel <strong>van</strong> de garantieregeling dient te zijn.<br />
17 De provincie Flevoland adviseert om harde afspraken te maken over de<br />
aansluitingsgaranties, door bijvoorbeeld het noemen <strong>van</strong> een vast aantal minuten.<br />
Daarnaast betwijfelt de provincie Flevoland of de reiziger een wachttijd <strong>van</strong> 20<br />
minuten nog als acceptabele aansluiting zal ervaren.<br />
Reactie: Het PvE geeft zoveel mogelijk op hoofdlijnen aan wat reizigers <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder mogen verwachten. In het bestek zullen wij de eisen uit het PvE in<br />
meer detail uitwerken. Dit geldt ook voor de aansluitgarantie. Op dat moment zal<br />
de <strong>Stadsregio</strong> een concrete invulling geven aan de maximaal toegestane wachttijd<br />
die in verhouding moet staan tot de tijd die de concessiehouder redelijkerwijs nodig<br />
heeft om ver<strong>van</strong>gend vervoer te regelen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de aansluitgarantie in meer detail in het PvE uit<br />
te werken.<br />
3.2.5 Afstemming<br />
18 De OR <strong>van</strong> GVB pleit ervoor dat de <strong>Stadsregio</strong> terughoudend is met eisen op het<br />
gebied <strong>van</strong> afstemming, zeker gezien de hoge frequenties <strong>van</strong> het <strong>Amsterdam</strong>se<br />
lijnennet.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de in de huidige concessie opgenomen eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> afstemming een duidelijke meerwaarde hebben. Vandaar dat deze<br />
eisen in grote lijnen ook zijn overgenomen in het ontwerp PvE. Deze eisen zullen<br />
nog nader worden uitgewerkt in het bestek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen op het gebied <strong>van</strong> afstemming in het<br />
definitieve PvE af te zwakken.<br />
3.2.6 Basis- en Zomerdienst<br />
19 De Reizigers Advies Raad verzoekt om in de toekomst in de zomerperiode de<br />
normale jaardienstregeling te rijden.<br />
Reactie: Op die lijnen waarop de vervoervraag dit rechtvaardigt, zal de <strong>Stadsregio</strong> ook in de<br />
zomerperiode de jaardienstregeling hanteren. Wij zijn echter <strong>van</strong> mening dat dit<br />
niet voor alle lijnen geldt. Daarbij ontbreekt het ons aan de financiële middelen om<br />
de zomerdienstregeling voor het hele net af te schaffen; dit zou ten koste gaan <strong>van</strong><br />
het voorzieningenniveau tijdens andere delen <strong>van</strong> het jaar.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE het onderscheid tussen een basisdienst en<br />
een zomerdienst handhaven.<br />
3.2.7 Feestdagen<br />
20 De OR <strong>van</strong> GVB vindt het een onderschatting <strong>van</strong> de expertise <strong>van</strong> de vervoerder<br />
dat de dienstregeling <strong>van</strong> Koninginnedag vooraf instemming moet hebben <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong>.<br />
Reactie: Zoals eerder aangegeven zal de <strong>Stadsregio</strong> in de nieuwe concessie een grotere rol<br />
hebben bij het vormgeven <strong>van</strong> het vervoeraanbod in de zin dat de wijzigingen die<br />
de concessiehouder in de dienstregeling doorvoert vooraf door ons moeten worden<br />
goedgekeurd. Dit geldt ook voor een gewijzigde dienstregeling voor Koninginnedag.<br />
Daarbij geldt dat een goed onderbouwde wijziging eerder door ons zal worden<br />
goedgekeurd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de rol <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> bij de ontwikkeling <strong>van</strong><br />
het vervoeraanbod in het definitieve PvE te wijzigen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 28 <strong>van</strong> 99
3.2.8 Stedelijk gebied<br />
21 De Reizigers Advies Raad adviseert om Kadoelen/Oostzanerwerf op te nemen in het<br />
concessiegebied, ook al wordt dit bediend door een andere vervoerder.<br />
Reactie: In het ontwerp PvE heeft de <strong>Stadsregio</strong> aangegeven dat de woonwijk Kadoelen/<br />
Oostzanerwerf wel binnen het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>, maar niet binnen het<br />
stedelijk gebied valt. Bij nader inzien rechtvaardigen de dichtheden in deze<br />
woonwijk de opname <strong>van</strong> de woonwijk in het stedelijk gebied.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de grenzen <strong>van</strong> het stedelijk gebied zo<br />
aanpassen dat de woonwijk Kadoelen/Oostzanerwerf binnen het stedelijk gebied<br />
komt te liggen.<br />
22 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor om het dorp Sloten binnen de<br />
contouren <strong>van</strong> het PvE te laten vallen.<br />
Reactie: In het ontwerp PvE heeft de <strong>Stadsregio</strong> aangegeven dat het dorp Sloten wel binnen<br />
het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>, maar niet binnen het stedelijk gebied valt. Reden<br />
hiervoor is dat wij <strong>van</strong> mening zijn dat in het dorp Sloten (net als op andere<br />
plaatsen waar het landelijke karakter overheerst) de dichtheden te laag zijn om<br />
hetzelfde hoge minimumaanbod als in het stedelijk gebied voor te schrijven. Wij<br />
garanderen het dorp Sloten wel een passend minimumaanbod door middel <strong>van</strong><br />
lijnen behorend tot de concessie Amstelland-Meerlanden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het dorp Sloten aan het stedelijk gebied toe te<br />
voegen.<br />
23 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor dat bij de contouren rekening<br />
wordt gehouden met nieuwbouw;<br />
De stichting Coherente, werkgroep RBOVV pleit ervoor dat er voorzieningen worden<br />
getroffen voor de bebouwing <strong>van</strong> het Duivendrechtse Veld.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft bij het bepalen <strong>van</strong> de grenzen <strong>van</strong> het stedelijk gebied zo<br />
goed mogelijk rekening gehouden met de thans bekende nieuwbouwprojecten, die<br />
naar verwachting voor het einde <strong>van</strong> de concessie zullen worden gerealiseerd. Wij<br />
hebben daarbij echter geen rekening gehouden met de ontwikkeling <strong>van</strong> het<br />
Duivendrechtse Veld. Wij zullen dit in het definitieve PvE corrigeren, zodat is<br />
gegarandeerd dat in Duivendrechtse Veld tijdig een OV-voorziening geboden wordt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de grenzen <strong>van</strong> het stedelijk gebied zodanig aanpassen, dat<br />
Duivendrechtse Veld binnen het stedelijk gebied komt te liggen.<br />
3.3 Metro<br />
3.3.1 Lijnvoering<br />
24 Een groot aantal inwoners <strong>van</strong> Aalsmeer, Amstelveen, <strong>Amsterdam</strong>, Kudelstaart en<br />
Uithoorn, de Katholieke Bond <strong>van</strong> Ouderen, de Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong>,<br />
De stichting Coherente, werkgroep RBOVV, Stadsdeel Zuideramstel, Stadsdeel Oud-<br />
Zuid, Woongroep Holland, de Vereniging <strong>van</strong> Amstelveense Winkeliersverenigingen,<br />
ANBO, de PvdA fractie Gemeenteraad Amstelveen, ROVER afdeling Amstelland-<br />
Meerlanden, BOSK en het Overleg Lichamelijk Gehandicapten Amstelland,<br />
Wijkplatform Groenelaan, Burgerbelangen Amstelveen, de gemeente Amstelveen,<br />
de Reizigers Advies Raad, de gemeente Ouder-Amstel, de Adviescommissie<br />
Amstelland-Meerlanden, de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> en diverse leden <strong>van</strong> het<br />
portefeuillehoudersoverleg Verkeer & Vervoer en <strong>van</strong> de Regioraadscommissie<br />
Verkeer & Vervoer en Economie maken bezwaar tegen het inkorten <strong>van</strong> lijn 51.<br />
Daarbij worden diverse kanttekeningen geplaatst, redenen aangevoerd en<br />
alternatieven gesuggereerd.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 29 <strong>van</strong> 99
Ten aanzien <strong>van</strong> de strengere veiligheidseisen zijn de volgende kanttekeningen<br />
geplaatst:<br />
- Bij andere metrosystemen worden hogere frequenties geboden zonder<br />
capaciteits- en veiligheidsproblemen<br />
- Vanuit Verkeer&Waterstaat lijkt er geen belemmering te bestaan op het gebied<br />
<strong>van</strong> tunnelveiligheid<br />
- Er is onvoldoende duidelijk gemaakt of niet op een andere manier aan de<br />
aangescherpte veiligheidseisen kan worden voldaan. Ook is onvoldoende<br />
aannemelijk gemaakt dat na inkorting <strong>van</strong> lijn 51 wel aan de aangescherpte<br />
veiligheidseisen wordt voldaan gegeven het feit dat beide andere metrolijnen<br />
vaker door de Oostbuis moeten gaan rijden om de reizigers <strong>van</strong> lijn 51 mee te<br />
kunnen nemen<br />
- Het getuigt <strong>van</strong> een gebrek aan creativiteit wanneer reizigers moeten opdraaien<br />
voor de oplossing <strong>van</strong> een technisch probleem<br />
Ten aanzien <strong>van</strong> de verwachte toename <strong>van</strong> het aantal metroreizigers zijn de<br />
volgende kanttekeningen geplaatst:<br />
- De <strong>Stadsregio</strong> loopt op de zaken vooruit wanneer zij een besluit tot inkorting<br />
zou baseren op de verwachte toename en niet op de feitelijke toename <strong>van</strong> het<br />
aantal reizigers<br />
- Lijn 51 is altijd overvol en de reizigersgroei geldt juist in hoge mate voor lijn 51<br />
- Na inkorting zullen er minder mensen <strong>van</strong> lijn 51 gebruik maken, waardoor deze<br />
mogelijk helemaal opgeheven zal worden<br />
Ten aanzien <strong>van</strong> de gevolgen <strong>van</strong> grote infrastructurele wijzigingen voor de<br />
lijnvoering is de volgende kanttekening geplaatst:<br />
- De Noord/Zuidlijn gaat naar verwachting pas na 2017 rijden, dus heeft nog<br />
geen invloed op de lijnvoering tijdens de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012. De<br />
ombouw <strong>van</strong> de Amstelveenlijn tot metrokwaliteit heeft betrekking op het<br />
traject in Amstelveen en niet op het traject Spaklerweg – Centraal Station<br />
Met betrekking tot de lijnvoering zijn de volgende bezwaren gemaakt:<br />
- Het wegvallen <strong>van</strong> een rechtstreekse verbinding <strong>van</strong>uit Amstelveen met de<br />
binnenstad <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong>. Alternatieven als de lijnen N70, N72, 142, 170 en<br />
172 zijn een stuk langzamer<br />
- Het wegvallen <strong>van</strong> een rechtstreekse verbinding tussen het ziekenhuis<br />
Amstelveen en de metrostations aan het traject Centraal Station - Amstel<br />
- Verslechtering <strong>van</strong> de verbinding tussen Uithoorn en <strong>Amsterdam</strong> Centraal<br />
Station, Carré en Amstelstation<br />
- Verslechtering <strong>van</strong> de verbinding tussen Amstelveen en de HVA bij station<br />
Amstel<br />
- Verslechtering <strong>van</strong> de verbindingen tussen Uithoorn en Amstelveen-Oost en<br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
- Verslechtering <strong>van</strong> de verbinding tussen <strong>Amsterdam</strong>-Zuid en <strong>Amsterdam</strong><br />
Centraal Station<br />
- Het belang <strong>van</strong> een rechtstreekse verbinding Amstelveen-<strong>Amsterdam</strong> voor de<br />
vele bedrijven in en rond Schiphol<br />
- Het feit dat meer inwoners dan nu het geval is niet binnen 800 meter op een<br />
verbindende lijn kunnen stappen die een rechtstreekse verbinding met het<br />
Centraal Station biedt<br />
Er zijn ook twijfels hoe de inkorting <strong>van</strong> lijn 51 zich verhoudt tot de OV-visie <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong> zoals uit onderstaande reacties blijkt:<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 30 <strong>van</strong> 99
- Na inkorting <strong>van</strong> lijn 51 wordt niet meer voldaan aan de basiseisen die zijn<br />
vastgelegd in de regionale OV visie 2010-2030: belangrijke knooppunten<br />
moeten <strong>van</strong>uit de regio rechtstreeks bereikbaar zijn<br />
- Inkorting <strong>van</strong> lijn 51 past niet binnen het OV beleid om een zo efficiënt en<br />
klantvriendelijk mogelijke manier <strong>van</strong> vervoeren te creëren<br />
- Inkorting <strong>van</strong> lijn 51 leidt mogelijk tot een toename <strong>van</strong> het aantal auto’s <strong>van</strong>uit<br />
Amstelveen naar <strong>Amsterdam</strong> hetgeen ten koste gaat <strong>van</strong> de bereikbaarheid en<br />
leefbaarheid<br />
Met betrekking tot de keuze voor station Spaklerweg als overstapstation zijn de<br />
volgende bezwaren gemaakt:<br />
- Spaklerweg is geen OV-knooppunt<br />
- Spaklerweg is een kwalitatief slecht en onveilig (met name ‘s avonds)<br />
metrostation<br />
- Overstappen op Spaklerweg is bezwaarlijk voor met name ouderen, minder<br />
validen en mensen met kinderwagens<br />
- Spaklerweg dient zowel kwalitatief als kwantitatief toereikend te zijn om de<br />
reizigerstroom te verwerken<br />
Een aantal insprekers vraagt de <strong>Stadsregio</strong> dan ook om nog eens goed naar<br />
eventuele alternatieven voor inkorting <strong>van</strong> lijn 51 tot Spaklerweg te kijken.<br />
Alternatieven die in dat verband genoemd worden, zijn:<br />
- Het continueren <strong>van</strong> de huidige lijnvoering en frequenties<br />
- Lijn 53 of lijn 54 inkorten in plaats <strong>van</strong> lijn 51 of lijnen 53 en 54 afwisselend<br />
laten stoppen op Spaklerweg<br />
- GVB stelt voor dat wanneer <strong>van</strong>wege veiligheids- en/of capaciteitsredenen een<br />
metrolijn uit de tunnel geweerd moet worden, lijn 53 opgeheven kan worden en<br />
lijn 50 naar Gaasperplas kan rijden<br />
- Langere treinen op lijnen 53 en 54 inzetten, waarbij een rit <strong>van</strong> lijn 51, met de<br />
bestaande kortere sneltrams, kort na een rit <strong>van</strong> lijn 53 of 54 vertrekt om zo het<br />
aantal passagiers beter af te stemmen op de capaciteit<br />
- Lijn 51 door laten rijden tot <strong>Amsterdam</strong> CS totdat de Noord/Zuidlijn<br />
operationeel is eventueel in de vorm <strong>van</strong> een wens<br />
- Lijn 51 door laten rijden tot Station Amstel, omdat dit een beter overstappunt is<br />
- Gebruik maken <strong>van</strong> de keersporen bij metrostation Weesperplein<br />
Ten aanzien <strong>van</strong> de verwachting dat na inkorting (een deel <strong>van</strong> de) reizigers <strong>van</strong>uit<br />
Amstelveen met tramlijn 5 en niet langer met de metro zullen gaan reizen, zijn de<br />
volgende kanttekeningen geplaatst:<br />
- De overstap <strong>van</strong> lijn 5 op lijn 51 op WTC zuid is onveilig<br />
- Een dergelijke wijziging in het reispatroon kan leiden tot capaciteitsproblemen<br />
op lijn 5 wanneer veel reizigers <strong>van</strong> lijn 51 naar lijn 5 overstappen<br />
Met betrekking tot de gevolgen <strong>van</strong> de overstap voor reistijd, reiscomfort en<br />
reiskosten zijn de volgende bezwaren gemaakt:<br />
- De reistijd zal toenemen als gevolg <strong>van</strong> de extra overstap<br />
- De reistijd wordt minder voorspelbaar omdat mensen moeten wachten op de<br />
aansluiting<br />
- Reizigers uit Amstelveen moeten straks op Spaklerweg in volle en smerige<br />
metro’s overstappen<br />
- Door de overstap op Spaklerweg moet er 2 maal meer in- en uitgecheckt<br />
worden met de OV-chipkaart<br />
- Door het extra in- en uitchecken met de OV-chipkaart wordt de reis duurder<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 31 <strong>van</strong> 99
Verder heeft een aantal redenen die aangedragen worden om af te zien <strong>van</strong><br />
inkorting <strong>van</strong> lijn 51 betrekking op de positie <strong>van</strong> de gemeente Amstelveen binnen<br />
de <strong>Stadsregio</strong>:<br />
- Bij de invoering <strong>van</strong> lijn 51 is het gemeentebestuur <strong>van</strong> Amstelveen verzekerd<br />
dat deze lijn altijd naar Centraal Station zou rijden, als tegemoetkoming voor<br />
het verdwijnen <strong>van</strong> buslijn 67<br />
- Amstelveen heeft meer dan 80.000 inwoners maar verliest straks zijn<br />
rechtstreekse verbinding met <strong>Amsterdam</strong> CS en <strong>Amsterdam</strong> Amstel, terwijl de<br />
regio <strong>Amsterdam</strong> Zuidoost minder inwoners heeft (78.000) maar wel met beide<br />
OV-knooppunten verbonden blijft (lijn 53 en 54)<br />
- Inwoners <strong>van</strong> Amstelveen willen niet alleen de lasten (geluidsoverlast tram,<br />
groepen jongeren die bij halte herrie maken) hebben, maar ook de voordelen<br />
<strong>van</strong> een directe verbinding met <strong>Amsterdam</strong> Centrum<br />
- Het wordt niet acceptabel gevonden dat de technische problemen en<br />
veiligheidseisen <strong>van</strong> de tunnelbuizen worden afgewenteld op één groep inwoners<br />
<strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> (Amstelveners)<br />
Ten slotte is de opmerking gemaakt dat inkorting <strong>van</strong> lijn 51 strijdig zou zijn met de<br />
op 1 april 2009 aangenomen motie om te investeren in de opwaardering <strong>van</strong> lijn<br />
51.<br />
Reactie: Vooropgesteld moet worden dat de <strong>Stadsregio</strong> <strong>van</strong> mening is dat de bestaande<br />
lijnvoering – waarbij lijn 51 tussen Amstelveen Westwijk en Centraal Station rijdt –<br />
zo lang mogelijk gehandhaafd dient te worden, conform de OV-visie <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong>. De tekst <strong>van</strong> het Programma <strong>van</strong> Eisen zal hierop worden aangepast.<br />
Hieronder lichten we een en ander toe. We hebben er daarbij met het oog op de<br />
leesbaarheid voor gekozen om een algemene reactie te geven en in dit geval niet<br />
op alle afzonderlijke adviezen en <strong>zienswijzen</strong> apart in te gaan.<br />
Aanleiding<br />
Strengere eisen op het gebied <strong>van</strong> tunnelveiligheid hebben mogelijk gevolgen voor<br />
de exploitatie <strong>van</strong> het metronet. Het ontwerp PvE creëert de mogelijkheid om<br />
metrolijn 51 in te korten, in welk geval lijn 51 in ieder geval <strong>van</strong> Amstelveen<br />
Westwijk naar Spaklerweg, maar mogelijk nog één of twee metrostations verder zal<br />
rijden. Deze mogelijkheid is gecreëerd om beter in te kunnen spelen op de<br />
gevolgen <strong>van</strong> verscherpte Europese, nationale en lokale regelgeving op het gebied<br />
<strong>van</strong> tunnelveiligheid, indien de <strong>Stadsregio</strong> hiertoe gedwongen wordt. De strengere<br />
regelgeving volgt op ernstige ongevallen in Franse en Italiaanse tunnels en beoogt<br />
de kans op vergelijkbare ongelukken te verkleinen.<br />
Eén <strong>van</strong> de wijzigingen in de regelgeving is dat sinds mei 2006 een tunnelbeheerder<br />
bij nieuwbouw of een ingrijpende infrastructurele wijziging of gebruikswijziging <strong>van</strong><br />
een tunnel de Commissie Tunnelveiligheid om advies dient te vragen of de<br />
maatregelen die voorgesteld worden toereikend zullen zijn om de tunnelveiligheid<br />
te waarborgen. In geval <strong>van</strong> de renovatie <strong>van</strong> de Metro-oostbuis (de tunnel tussen<br />
Centraal Station en het Amstelstation) is een pakket aan maatregelen op het gebied<br />
<strong>van</strong> infrastructuur, materieel en exploitatie samengesteld dat moet garanderen dat<br />
iedere medewerker en reiziger die zich in de tunnel bevindt, zich binnen 15 minuten<br />
via de ondergrondse stations in veiligheid kan brengen. Dit is de norm <strong>van</strong> de<br />
<strong>Amsterdam</strong>se Leidraad Integrale Veiligheid in ondergrondse <strong>Amsterdam</strong>se tram- en<br />
metrosystemen (ALIVe). In aanvulling op het voorgestelde pakket aan<br />
maatregelen, heeft de Commissie Tunnelveiligheid geadviseerd om ook één of<br />
meerdere maatregelen te treffen waardoor de regelmaat <strong>van</strong> de treinenloop in deze<br />
metrotunnel verbetert. Dit weegt zwaar mee bij de beslissing <strong>van</strong> de dienst Milieu<br />
en Bouwtoezicht <strong>van</strong> de gemeente <strong>Amsterdam</strong> om al dan niet een hernieuwde<br />
gebruiksvergunning voor de Oostbuis na de renovatie te verlenen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 32 <strong>van</strong> 99
Een betere regelmaat is nodig om met zoveel mogelijk metro’s door de Oostbuis te<br />
kunnen blijven rijden en toch te kunnen garanderen dat metro’s in noodgevallen<br />
altijd het eerstvolgende metrostation kunnen bereiken (het zogenaamde integrale<br />
model <strong>van</strong> het safe haven-principe). Rijden de metro’s niet op tijd dan betekent dit<br />
dat metro’s langer op elkaar moeten wachten en er minder metro’s per uur door de<br />
Oostbuis kunnen rijden. De <strong>Stadsregio</strong> onderzoekt nog in hoeverre een eventuele<br />
aanscherping <strong>van</strong> de eisen ten aanzien <strong>van</strong> de vertrekpunctualiteit <strong>van</strong> metrolijnen<br />
<strong>van</strong>af het Centraal Station ertoe bij zal dragen dat er meer metro’s per uur door de<br />
Oostbuis kunnen blijven rijden.<br />
Gevolgen tunnelveiligheidseisen: inkorting lijn 51 meest voor de hand liggende<br />
oplossing<br />
Aan de toekomstige eisen ten aanzien <strong>van</strong> de regelmaat waarmee metro’s door de<br />
Oostbuis rijden kan waarschijnlijk niet worden voldaan met de huidige lijnvoering.<br />
Dit is wel mogelijk wanneer het gebruik <strong>van</strong> de Oostbuis beperkt wordt tot de lijnen<br />
53 en 54. Hiervoor zijn twee oorzaken te benoemen:<br />
- De capaciteit <strong>van</strong> de treinen <strong>van</strong> de lijnen 53 en 54 is groter dan de capaciteit<br />
<strong>van</strong> de treinen <strong>van</strong> lijn 51. Dit leidt tot langere halteringstijden op de stations<br />
voor de treinen <strong>van</strong> lijn 51, omdat de reizigers bij minder deuren in en uit<br />
kunnen stappen en zich over kleinere treinen moeten verdelen.<br />
- De lijnen 53 en 54 rijden via volledig vrije infrastructuur. Lijn 51 is echter in<br />
Amstelveen niet kruisingsvrij, zodat er op de kruisingen rekening moet worden<br />
gehouden met auto’s en fietsers.<br />
Beide factoren vergroten bij het handhaven <strong>van</strong> lijn 51 in de Oostbuis de kans op<br />
vertragingen hetgeen nadelig is met het oog op de vereiste regelmaatbeheersing.<br />
De kleinere capaciteit <strong>van</strong> de treinen <strong>van</strong> lijn 51 kan bovendien, indien er nog<br />
slechts twee lijnen in de Oostbuis rijden waaronder lijn 51, leiden tot een situatie<br />
waarin in de Oostbuis onvoldoende capaciteit geboden kan worden om aan de<br />
vervoervraag te voldoen.<br />
Verlenging <strong>van</strong> de treinen <strong>van</strong> lijn 51 is alleen mogelijk wanneer een groot aantal<br />
perrons langs deze lijn verlengd wordt. Daarmee begrenst lijn 51 ook de<br />
mogelijkheden om de verwachte toename <strong>van</strong> het aantal reizigers op het traject<br />
<strong>Amsterdam</strong> Amstel – Centraal Station te accommoderen. Inkorting <strong>van</strong> lijn 51 is<br />
daarmee ook een meer toekomstvaste oplossing voor de mogelijke gevolgen <strong>van</strong> de<br />
strengere eisen op het gebied <strong>van</strong> tunnelveiligheid dan inkorting <strong>van</strong> een andere<br />
metrolijn en continuering <strong>van</strong> lijn 51 door de Oostbuis.<br />
Alleen besluit tot inkorting lijn 51 indien omstandigheden daartoe dwingen<br />
Benadrukt moet nogmaals worden dat de <strong>Stadsregio</strong> alleen tot inkorting <strong>van</strong><br />
metrolijn 51 zal besluiten wanneer de omstandigheden daartoe dwingen. De meest<br />
waarschijnlijke aanleiding voor een dergelijk besluit, zullen de verscherpte eisen op<br />
het gebied <strong>van</strong> tunnelveiligheid zijn. Het is de gemeente <strong>Amsterdam</strong> die, in haar<br />
positie <strong>van</strong> eigenaar <strong>van</strong> deze tunnel, aan moet geven op welke wijze zij aan deze<br />
verscherpte eisen zal voldoen, waarbij de gemeente aan de <strong>Stadsregio</strong> en de<br />
concessiehouder kan vragen/eisen om door middel <strong>van</strong> beperking <strong>van</strong> het aantal<br />
metro’s en verbetering <strong>van</strong> de regelmaat hun bijdrage te leveren.<br />
Het behoud <strong>van</strong> de huidige exploitatie is <strong>van</strong> belang voor veel reizigers. Zo nodig<br />
zal op bestuurlijk niveau gesproken gaan worden met de Commissie<br />
Tunnelveiligheid om dit belang te onderstrepen en alle mogelijkheden te<br />
onderzoeken.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 33 <strong>van</strong> 99
Onderzoek naar meest geschikte eindpunt, indien noodzaak tot inkorting lijn 51 zich<br />
voordoet<br />
Uit onderzoek komt tevens naar voren dat wanneer tot inkorting <strong>van</strong> lijn 51<br />
besloten moet worden, metrohalte Spaklerweg in dat geval een geschikt eindpunt<br />
kan zijn, omdat (i) op dit station een naadloze cross platform overstap geboden kan<br />
worden waardoor doorgaande reizigers <strong>van</strong>uit en in de richting Amstelveen zo min<br />
mogelijk hoeven te wachten op de aansluitende metro en (ii) bij dit station een<br />
keerspoor ligt dat op dit moment al gebruikt wordt wanneer lijn 51 <strong>van</strong>wege<br />
verstoringen of werkzaamheden ingekort moet worden. De komende periode zal<br />
nog nader aanvullend onderzoek worden verricht om te kijken of een ander<br />
eindpunt <strong>van</strong> lijn 51 (bijv. het Amstelstation) in vergelijking met metrohalte<br />
Spaklerweg een duidelijke meerwaarde voor reizigers heeft en tegen aanvaardbare<br />
kosten gerealiseerd kan worden. Voor metrohalte Spaklerweg zelf geldt dat deze<br />
halte naar het oordeel <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> op dit moment onvoldoende geschikt is<br />
om als overstapstation te dienen: mocht dit station in de toekomst het eindpunt<br />
<strong>van</strong> lijn 51 gaan worden, dan zal aan de gemeente <strong>Amsterdam</strong> worden gevraagd te<br />
investeren in bijv. een overkapping.<br />
Compenserende maatregelen, indien noodzaak tot inkorting lijn 51 zich voordoet<br />
In een bestuurlijke overeenkomst tussen de gemeenten <strong>Amsterdam</strong> en Amstelveen<br />
uit 1989 is overeengekomen dat een ingrijpende wijziging <strong>van</strong> de exploitatie <strong>van</strong><br />
metrolijn 51 alleen in gezamenlijk overleg tussen de betrokken gemeentebesturen<br />
tot stand kan komen. De <strong>Stadsregio</strong> zal daarnaast de Reizigers Advies Raad, de<br />
Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> en - zolang de Verordening op de Commissies <strong>van</strong><br />
Advies voor de concessies <strong>van</strong> <strong>Stadsregio</strong> nog niet is aangepast aan de enkele jaren<br />
geleden doorgevoerde wijzigingen in de concessiegrenzen – ook de gemeenten<br />
Diemen en Ouder-Amstel, en de gemeente Amstelveen in de gelegenheid stellen<br />
hun mening te geven over het beoogde nieuwe eindpunt <strong>van</strong> lijn 51 en de<br />
compenserende maatregelen die in geval <strong>van</strong> inkorting <strong>van</strong> lijn 51 getroffen zullen<br />
worden. Maatregelen waaraan in dat verband gedacht kan worden, zijn:<br />
- Een frequentieverhoging op lijn 51 die door de kortere omlooptijd tot de<br />
mogelijkheden gaat behoren omdat er geen om<strong>van</strong>grijke investeringen in<br />
materieel noodzakelijk zijn;<br />
- Een frequentieverhoging op lijnen 53 en 54 om de extra reizigers <strong>van</strong>uit en naar<br />
Amstelveen te kunnen vervoeren en een verdere toename <strong>van</strong> het aantal<br />
reizigers op de trajecten <strong>van</strong> lijnen 53 en 54 te kunnen accommoderen.<br />
Merk op dat beide maatregelen de eventuele wachttijd voor reizigers die na<br />
inkorting <strong>van</strong> lijn 51 moeten overstappen, verkorten. Merk verder nog op dat<br />
inwoners <strong>van</strong> een groot deel <strong>van</strong> Amstelveen ook na inkorting <strong>van</strong> lijn 51 nog<br />
steeds rechtstreeks naar <strong>Amsterdam</strong> CS kunnen reizen, namelijk met lijn 5 en<br />
diverse Connexxion-lijnen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE opnemen dat lijn 51 tussen Amstelveen<br />
Westwijk en Centraal Station rijdt. Wel wordt de optie opgenomen om metrolijn 51<br />
in te korten tot minimaal het traject Amstelveen Westwijk – Spaklerweg. Daarbij zal<br />
expliciet worden aangegeven dat de huidige drie metrolijnen zo lang mogelijk door<br />
de Oostbuis zullen blijven rijden en dat, indien de huidige lijnvoering hierdoor<br />
(langer) gecontinueerd kan worden, er eventueel aanvullende eisen aan de<br />
exploitatie <strong>van</strong> de metrolijnen gesteld zullen worden, bijvoorbeeld op het gebied<br />
<strong>van</strong> de vertrekpunctualiteit.<br />
Alleen wanneer de omstandigheden de <strong>Stadsregio</strong> daartoe dwingen, zal tot<br />
inkorting <strong>van</strong> lijn 51 besloten worden. Op dat moment zal, rekening houdend met<br />
de meningen <strong>van</strong> eerder genoemde partijen, ook besloten worden wat het nieuwe<br />
eindpunt <strong>van</strong> lijn 51 zal worden en welke compenserende maatregelen in dat geval<br />
genomen moeten worden. In elk geval moet er een kwalitatief goede overstap<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 34 <strong>van</strong> 99
gecreëerd worden, waarbij in geval <strong>van</strong> bijvoorbeeld Spaklerweg moet worden<br />
geïnvesteerd in een overkapping.<br />
25 De Vereniging <strong>van</strong> Amstelveense Winkeliersverenigingen is <strong>van</strong> mening dat de<br />
inkorting <strong>van</strong> lijn 51 enkel overwogen kan worden indien de Noord/Zuidlijn wordt<br />
doorgetrokken tot Schiphol via Amstelveen centrum Westwijk en <strong>van</strong> het bestaande<br />
tracé <strong>van</strong> lijn 51 een vrije busbaan wordt gemaakt om de dichtbevolkte wijken<br />
Waardhuizen en Middenhoven in Amstelveen te blijven ontsluiten.<br />
Reactie: De eventuele noodzaak tot inkorting <strong>van</strong> lijn 51 staat los <strong>van</strong> ontwikkelingen rond<br />
de Noord/Zuidlijn, maar wordt door andere externe omstandigheden bepaald<br />
waaraan de <strong>Stadsregio</strong> in het PvE geen voorwaarden kan verbinden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden om in het PvE randvoorwaardelijke<br />
bepalingen ten aanzien <strong>van</strong> de eventuele inkorting <strong>van</strong> lijn 51 op te nemen.<br />
26 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen pleit voor een metrolijn <strong>van</strong> Noord naar Uithoorn.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> deze wens, maar zal deze niet in het PvE<br />
overnemen omdat de vervoerkundige noodzaak voor een dergelijk verbinding op dit<br />
moment (nog) ontbreekt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
27 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen suggereert om een centraal overstappunt voor lijnen<br />
50, 53 en 54 in te stellen op het moment dat de tunnelbuis minder belast moet<br />
worden.<br />
Reactie: Op dit moment fungeert het metrostation Van de Madeweg al als centraal<br />
overstappunt voor de metrolijnen 50, 53 en 54. Hierin zal tijdens de nieuwe<br />
concessieperiode geen verandering optreden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
28 Het Nederlands Genootschap <strong>van</strong> Insprekers pleit voor de volgende verfijning <strong>van</strong><br />
de metro:<br />
53A: Gaasperplas – Centraal Station<br />
53B: Gaasperplas – Contactweg<br />
54A: Gein – Centraal Station<br />
54B: Gein – Contactweg<br />
51A: Amstelveen – Centraal Station<br />
51B: Amstelveen – Gaasperplas<br />
52: Amstelveen – Schiphol Oost Schiphol<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft met belangstelling kennis genomen <strong>van</strong> uw pleidooi. De<br />
voorgestelde lijnvoering gaat echter uit <strong>van</strong> infrastructuur die tijdens de looptijd<br />
<strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 niet beschikbaar is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden de voorgeschreven lijnvoering voor de<br />
metro in het PvE op de voorgestelde manier aan te passen.<br />
3.3.2 Bedieningstijden<br />
29 GVB wijst erop dat wanneer de metro langer doorrijdt het onderhoudstijdvenster<br />
korter wordt, waardoor kosten hoger worden en er een extra risico bestaat voor<br />
exploitatieverstoringen omdat het tijdvenster onvoldoende kan zijn.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> deze waarschuwing en zal deze betrekken in ons<br />
overleg met de infrabeheerder inzake de beschikbaarheid <strong>van</strong> infrastructuur. Met de<br />
infrabeheerder zal gekeken worden of het onderhoud <strong>van</strong> de infrastructuur zodanig<br />
ingevuld kan worden dat de langere exploitatietijden niet tot substantieel hogere<br />
onderhoudskosten zullen leiden en ook niet ten koste <strong>van</strong> de uitvoeringskwaliteit<br />
zullen gaan.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 35 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de bedieningstijden <strong>van</strong> de metro in het<br />
definitieve PvE in te korten.<br />
30 De Reizigers Advies Raad adviseert dat in het PvE wordt opgenomen dat bij alle<br />
lijnen niet eerder dan om 0:00 uur <strong>van</strong>af het andere eindpunt vertrokken mag<br />
worden. Voor lijn 50 geldt dit in beide richtingen.<br />
Reactie: De eisen ten aanzien <strong>van</strong> de laatste ritten <strong>van</strong> de metrolijnen die de <strong>Stadsregio</strong> in<br />
het PvE heeft opgenomen, komen er in de praktijk op neer dat op alle metrolijnen<br />
de laatste rit niet eerder dan om 0:00 uur <strong>van</strong> een beginpunt zal vertrekken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de tekst in het ontwerp PvE al aan het verzoek<br />
tegemoet komt en ziet dan ook geen reden om de tekst aan te passen.<br />
31 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob pleit voor een 24 uur dienstregeling<br />
voor de metro.<br />
Reactie: In het concept PvE wordt het einde <strong>van</strong> de dagexploitatie op de metrolijnen reeds<br />
verschoven <strong>van</strong> 00.15 uur naar 00.30 uur. De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat na dat<br />
tijdstip beter aan de vervoervraag kan worden voldaan met het verbeterde<br />
nachtnet, waar<strong>van</strong> de lijnvoering beter is afgestemd op de vervoervraag ’s nachts<br />
dan het dagnet.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE om bovengenoemde redenen geen 24 uurs<br />
dienstregeling voor de metro opnemen.<br />
3.3.3 Intervallen<br />
32 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert dat, indien lijn 51 wordt ingekort, de<br />
metrolijnen 53 en 54 voldoende hoogfrequent en regelmatig rijden, hetgeen<br />
betekent dat de huidige spitsfrequentie in ieder geval als minimum in het PvE<br />
opgenomen moeten worden;<br />
Een inwoner <strong>van</strong> Utrecht maakt uit het ontwerp PvE op dat er <strong>van</strong>af 2012 op het<br />
traject Spaklerweg – Centraal Station tijdens de spits nog maar 12 metro’s per uur<br />
per richting zullen rijden waar dat er nu 24 zijn. Handhaving <strong>van</strong> dit aantal is in de<br />
optiek <strong>van</strong> deze bewoner een voorwaarde om de dienstregeling enigszins op peil te<br />
houden;<br />
Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de eisen t.a.v. frequenties minimaal<br />
op het niveau moeten liggen <strong>van</strong> de huidige dienstregeling.<br />
Reactie: De in het ontwerp PvE opgenomen frequenties betreffen minimumfrequenties die<br />
voor alle metrolijnen gelden en gaan uit <strong>van</strong> de situatie dat de metrolijnen 51, 53<br />
en 54 naar het Centraal Station doorrijden. Op momenten/lijnen waarop de<br />
capaciteit ontoereikend is, moet de concessiehouder <strong>van</strong>wege de eisen die gelden<br />
ten aanzien <strong>van</strong> de vervoerplicht/garantie vaker of met treinen met een grotere<br />
capaciteit rijden (zie ook de toelichting aan het begin <strong>van</strong> dit hoofdstuk). Deze<br />
laatste eisen garanderen dat ook na inkorting <strong>van</strong> lijn 51 op het traject Spaklerweg<br />
– Centraal Station voldoende capaciteit geboden zal blijven worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE aanvullende eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> de maximale intervallen op het traject Spaklerweg – Centraal Station<br />
te stellen.<br />
33 De gemeente Ouder-Amstel pleit ervoor dat de voorgestelde frequentie voor de<br />
metro het absolute minimum moet zijn.<br />
Reactie: In het algemeen geldt dat de concessiehouder aan de eisen in het PvE moet<br />
voldoen, tenzij in het PvE anders is aangegeven. Dit geldt dus ook voor de eisen<br />
ten aanzien <strong>van</strong> de toegestane intervallen tussen twee opeenvolgende ritten <strong>van</strong><br />
een metrolijn.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de tekst in het ontwerp PvE al aan het verzoek<br />
tegemoet komt en ziet dan ook geen reden deze tekst aan te passen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 36 <strong>van</strong> 99
3.3.4 Aansluiting<br />
Geen opmerkingen<br />
3.3.5 Afstemming<br />
34 GVB pleit ervoor om de afstemmingseis niet voor de hoogzomerperiode te laten<br />
gelden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> acht het wenselijk om de vertrektijden <strong>van</strong> metrolijnen op elkaar af<br />
te stemmen wanneer deze lijnen eens per 10 minuten of minder vaak rijden. Dit<br />
met het oog op een optimale dienstverlening richting reizigers en een goede<br />
spreiding <strong>van</strong> de vervoervraag over ritten. Dit geldt ook voor de periode waarin de<br />
zomerdienst wordt aangeboden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze eis in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
35 GVB pleit ervoor om de afstemmingseis op werkdagen na 23:00 uur op 12 minuten<br />
te leggen, zodat kostenbesparend gewerkt kan worden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de kwaliteit <strong>van</strong> het openbaar vervoer per metro<br />
op werkdagen na 23:00 uur te verminderen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze eis in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
3.3.6 Exploitatie en veiligheid<br />
Geen opmerkingen<br />
3.4 Tram en bus overdag<br />
3.4.1 Lijnvoering<br />
36 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden wijst erop dat het onderscheid tussen<br />
ontsluitende en verbindende lijnen vooral een theoretisch concept is wat bruikbaar<br />
kan zijn in kleinere steden. Ze achten het minder geschikt voor steden als<br />
<strong>Amsterdam</strong> waar de vervoerrelaties complexer zijn. Indien dit concept gebruikt<br />
wordt pleit de Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden voor een 400 meterhalteafstanden<br />
norm voor ontsluitende en verbindende lijnen;<br />
De Reizigers Advies Raad adviseert om de loopafstand voor verbindende lijnen te<br />
verlagen naar 400 meter;<br />
De Vereniging Stadsvervoerbelang pleit voor een maximale loopafstand <strong>van</strong> 400<br />
meter in plaats <strong>van</strong> een maximale hemelsbrede afstand;<br />
Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht vindt de norm <strong>van</strong> 800 meter voor verbindende<br />
lijnen in stedelijk gebied onacceptabel; en<br />
Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat het omvormen <strong>van</strong> ontsluitende lijnen<br />
tot min of meer verbindende lijnen wellicht beter is dan een kwartierdienst met<br />
standaardbussen die door zijn lijnenloop toch al weinig reizigers trekt.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat het concept <strong>van</strong> verbindende en ontsluitende<br />
lijnen in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> goed werkt. Verbindende lijnen zorgen<br />
voor een snelle, frequente en rechtstreekse verbinding met het Centraal Station,<br />
terwijl ontsluitende lijnen voorzien in een rechtstreekse verbinding naar een OVknooppunt<br />
en/of winkelgebied. Samen voorzien de verbindende en ontsluitende<br />
lijnen in een fijnmazige ontsluiting <strong>van</strong> het stedelijk gebied waar zowel de<br />
<strong>Stadsregio</strong> als de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> groot belang aan hechten. De<br />
verschillende functies <strong>van</strong> beide typen lijnen maakt dat een ontsluitende lijn niet<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 37 <strong>van</strong> 99
zonder meer in een verbindende lijn omgezet kan worden.<br />
Het verzoek om de norm <strong>van</strong> 400 meter tot de dichtstbijzijnde halte ook voor<br />
verbindende lijnen te hanteren zou er toe leiden dat er in bepaalde gebieden extra<br />
verbindende buslijnen aan het netwerk moeten worden toegevoegd die in<br />
belangrijke mate parallel aan bestaande metro- en tramlijnen zouden gaan lopen.<br />
Vanwege het verschil in kwaliteit met deze metro- en tramlijnen en het grote aantal<br />
verbindende lijnen dat nu al geboden moet worden om aan de 800 meternorm te<br />
voldoen, zullen de extra verbindende buslijnen naar verwachting onvoldoende<br />
reizigers trekken om hun instelling te rechtvaardigen. Daarbij zou de uitbreiding<br />
<strong>van</strong> het aantal verbindende lijnen ten koste gaan <strong>van</strong> het aanbod op andere<br />
verbindende, ontsluitende of aanvullende lijnen.<br />
De wens om voor ontsluitende lijnen een maximale loopafstand <strong>van</strong> 400 meter in<br />
plaats <strong>van</strong> een maximale hemelsbrede afstand <strong>van</strong> 400 meter te hanteren zou in<br />
een aantal gevallen een verkleining <strong>van</strong> de halteafstanden betekenen. Dit vindt de<br />
<strong>Stadsregio</strong> ongewenst vindt, omdat hiermee veel meer reizigers zouden worden<br />
benadeeld (in de vorm <strong>van</strong> een langere reistijd) dan er reizigers <strong>van</strong> zouden<br />
profiteren. Daarnaast zou dit leiden tot het invoeren <strong>van</strong> extra ommetjes in<br />
bestaande lijnen, met hetzelfde nadeel. Bovendien is dit door het ontbreken <strong>van</strong> op<br />
OV ingerichte weginfrastructuur in een groot aantal gevallen niet mogelijk. Beide<br />
effecten zouden bovendien leiden tot hogere kosten en daarmee ten koste gaan <strong>van</strong><br />
het totale aanbod.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> heeft begrip voor de suggestie om ontsluitende lijnen om te vormen<br />
tot min of meer verbindende lijnen, omdat verbindende lijnen over het algemeen<br />
aantrekkelijker zijn dan ontsluitende lijnen. De ontsluitende lijnen zijn echter in veel<br />
gevallen onmisbaar om de fijnmazigheid <strong>van</strong> het lijnennet te kunnen garanderen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de indeling tussen verbindende en ontsluitende lijnen<br />
en de daarbij geldende normen voor maximaal toegestane halteafstanden zoals die<br />
op dit moment in het ontwerp PvE is opgenomen.<br />
37 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de uitzonderingen op de eis m.b.t.<br />
halteafstand bekend te maken en vervolgens drastisch in te perken.<br />
Reactie: In het PvE voor de huidige concessie is een lijst <strong>van</strong> uitzonderingen opgenomen.<br />
Deze lijst heeft niet alleen tot doel inwoners over de uitzonderingen te informeren,<br />
maar geeft ook aan op welke plaatsen de concessiehouder mag afwijken <strong>van</strong> de<br />
normen ten aanzien <strong>van</strong> de loopafstanden. Aangezien de <strong>Stadsregio</strong> het lijnennet<br />
bij aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de concessie vaststelt, is de noodzaak om aan de concessiehouder<br />
een lijst <strong>van</strong> uitzonderingen mee te geven komen te vervallen. Om gedurende de<br />
looptijd <strong>van</strong> de concessie over enige flexibiliteit ten aanzien <strong>van</strong> het lijnennet te<br />
beschikken, heeft de <strong>Stadsregio</strong> besloten deze lijst niet meer in het PvE op te<br />
nemen. Teneinde inwoners duidelijk te maken op welke wijze de <strong>Stadsregio</strong><br />
invulling wil geven aan de mogelijkheid om af te wijken <strong>van</strong> de normen, is het<br />
indicatieve lijnennet bekend gemaakt. Overigens is het door het ontbreken <strong>van</strong> op<br />
OV ingerichte weginfrastructuur in een groot aantal gevallen niet mogelijk om de<br />
huidige uitzonderingen te laten vervallen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE alsnog een lijst met<br />
uitzonderingen op de eis m.b.t. halteafstanden op te nemen.<br />
38 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit voor een accentverschuiving <strong>van</strong> een<br />
zware grofmazige naar een lichte fijnmazige netstructuur.<br />
Reactie: Zoals wij in de toelichting bij het ontwerp PvE hebben aangegeven is continuering<br />
<strong>van</strong> de fijnmazige ontsluiting <strong>van</strong> het stedelijk gebied één <strong>van</strong> de uitgangspunten<br />
<strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> geweest bij het opstellen <strong>van</strong> het ontwerp PvE. Wij zijn daarbij<br />
<strong>van</strong> mening dat de netstructuur zoals beschreven voldoende fijnmazig is. We<br />
merken daarbij nog op dat de mogelijkheden tot een nog fijnmaziger net in veel<br />
gevallen beperkt worden door het ontbreken <strong>van</strong> op OV ingerichte<br />
weginfrastructuur.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 38 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om de gevraagde accentverschuiving in het<br />
definitieve PvE over te nemen.<br />
39 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden tekent bezwaar aan tegen het<br />
sluipenderwijs oprekken <strong>van</strong> halteafstanden door het opheffen <strong>van</strong> haltes.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> streeft met dit PvE niet naar het oprekken <strong>van</strong> halteafstanden door<br />
het opheffen <strong>van</strong> haltes. Het ontwerp PvE bevat dan ook geen concrete bepalingen<br />
gericht op het opheffen <strong>van</strong> haltes met het oog op het vergroten <strong>van</strong><br />
halteafstanden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak de tekst <strong>van</strong> het PvE naar aanleiding <strong>van</strong> dit<br />
bezwaar aan te passen.<br />
3.4.1.1 Verbindende lijnen<br />
40 De Reizigers Advies Raad is <strong>van</strong> mening dat elke wijk een rechtstreekse verbinding<br />
met een verbindende lijn naar het Centraal Station (en dus niet alleen naar de<br />
Dam) behoort te hebben.<br />
Reactie: Ook de <strong>Stadsregio</strong> geeft er de voorkeur aan dat verbindende lijnen het Centraal<br />
Station aandoen. De <strong>Stadsregio</strong> wil echter de mogelijkheid openhouden om (bijv.<br />
bij infrastructurele beperkingen) verbindende lijnen via de Dam te leiden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze mogelijkheid in het definitieve PvE in te<br />
perken.<br />
41 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> stelt dat de verbindende lijnen volledig gericht zijn op<br />
het centrum <strong>van</strong> de stad en dat de (inter)nationale knopen, met uitzondering <strong>van</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong> Centraal Station, enkel een rol spelen in de beschrijving <strong>van</strong> het<br />
ontsluitende net.<br />
Reactie: De nadruk bij de verbindende lijnen ligt inderdaad op verbindingen met het<br />
centrum en het Centraal Station. De Ringlijn <strong>van</strong> de metro en de tramlijnen via de<br />
Binnenring en de Lijn 3-Ring maken echter ook deel uit <strong>van</strong> het verbindende net.<br />
Op deze wijze worden de overige knopen ook door tangentiële lijnen aangedaan.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE extra aandacht aan<br />
verbindingen met andere (inter)nationale knopen dan het Centraal Station te<br />
besteden.<br />
42 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert dat de mogelijkheid om in een viertal<br />
specifiek genoemde stedelijke gebieden af te wijken <strong>van</strong> de 800 meternorm niet<br />
dient te leiden tot een verslechtering ten opzichte <strong>van</strong> het huidige<br />
voorzieningenniveau.<br />
Reactie: Met de genoemde uitzonderingen heeft de <strong>Stadsregio</strong> zo veel mogelijk willen<br />
aansluiten bij de normen zoals die ook op dit moment voor de genoemde gebieden<br />
gelden. De afwijkende norm zal dan ook niet leiden tot een verslechtering <strong>van</strong> het<br />
huidige voorzieningenniveau; in tegendeel de afwijkende norm is juist bedoeld om<br />
een verslechtering te voorkomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt<br />
aanvullende bepalingen op te nemen.<br />
43 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> gaat er <strong>van</strong>uit dat op basis <strong>van</strong> de bepaling dat<br />
<strong>van</strong> de 800 meternorm kan worden afgeweken indien hiermee voorkomen wordt<br />
dat lijnen met omslachtige routes of een geringe vervoerwaarde worden<br />
toegevoegd, geen lijnen opgeheven zullen worden.<br />
Reactie: Op basis <strong>van</strong> deze bepaling zullen voor zover de <strong>Stadsregio</strong> op dit moment kan<br />
overzien geen lijnen worden opgeheven. De uitzondering is met name bedoeld om<br />
te voorkomen dat de concessiehouder in toekomstige situaties een extra<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 39 <strong>van</strong> 99
verbindende lijn moet inleggen, ook wanneer dit <strong>van</strong>wege de geringe<br />
vervoerwaarde of de infrastructurele beperkingen ongewenst is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze uitzondering in het definitieve PvE af te<br />
zwakken.<br />
44 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> vindt het niet noodzakelijk dat (elke rit <strong>van</strong>) een<br />
verbindende lijn alle haltes bedient en pleit ervoor om de lijnen 15, 19 en 21 als<br />
aanzet tot HOV-verbindingen te definiëren als verbindende lijn en de haltedichtheid<br />
<strong>van</strong> deze lijnen te optimaliseren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderkent de relatie tussen de mate <strong>van</strong> hoogwaardigheid <strong>van</strong> een<br />
lijn en de haltedichtheid. Het optimaliseren <strong>van</strong> de haltedichtheid ziet de <strong>Stadsregio</strong><br />
echter niet als een op zichzelf staande maatregel, maar als een onderdeel <strong>van</strong> het<br />
creëren <strong>van</strong> infrastructuur voor hoogwaardig OV. Hiertoe zal de <strong>Stadsregio</strong> in de lijn<br />
<strong>van</strong> de OV-visie in de komende jaren initiatieven ontplooien.<br />
Zolang de infrastructuur niet beschikbaar is, zou de voorgestelde opsplitsing <strong>van</strong><br />
een bestaande lijn in een verbindende en een ontsluitende lijn een tussenoplossing<br />
kunnen zijn. Een dergelijke opsplitsing is alleen te rechtvaardigen wanneer de<br />
vervoervraag op de betreffende verbinding dermate hoog is dat de bezetting <strong>van</strong><br />
zowel de verbindende als de ontsluitende lijn voldoende hoog is om minimaal met<br />
de in het ontwerp PvE voorgeschreven frequenties te rijden. Anders zou een<br />
hoogfrequente lijn worden ver<strong>van</strong>gen door twee laagfrequente lijnen, die <strong>van</strong>wege<br />
hun lagere frequentie voor reizigers minder aantrekkelijk zijn. De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong><br />
mening dat er binnen de concessie <strong>Amsterdam</strong> te weinig lijnen zijn met een<br />
voldoende grote vervoervraag om dit concept in te voeren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het voorgestelde concept in het definitieve PvE<br />
op te nemen.<br />
45 De Reizigers Advies Raad en Rover afdeling Amstelland-Meerlanden geven aan dat<br />
het verleggen <strong>van</strong> de verbindende lijnen <strong>van</strong> station <strong>Amsterdam</strong> CS naar<br />
<strong>Amsterdam</strong> Zuid niet ten koste mag gaan <strong>van</strong> de bestaande rechtstreekse<br />
streekbussen naar <strong>Amsterdam</strong> CS <strong>van</strong>uit Uithoorn, Aalsmeer en Amstelveen (lijn<br />
142, 170, 172).<br />
Reactie: Het PvE bevat de eisen die de <strong>Stadsregio</strong> aan de concessiehouder <strong>van</strong> de concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> 2012 stelt. De genoemde streekbuslijnen maken geen deel uit <strong>van</strong> de<br />
concessie en dienen door de concessiehouder gedoogd te worden, zodat de vrees in<br />
principe ongegrond is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om in het PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt<br />
aanvullende bepalingen op te nemen.<br />
3.4.1.2 Ontsluitende lijnen<br />
46 De provincie Utrecht vraagt zich af of de ontsluitende lijnen Station Bijlmer ArenA –<br />
diverse delen <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> Zuidoost en Station Holendrecht – diverse delen <strong>van</strong><br />
<strong>Amsterdam</strong> Zuidoost verder gespecificeerd worden in het bestek.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de exacte lijnvoering <strong>van</strong> bedoelde ontsluitende lijnen inderdaad<br />
in het bestek opnemen. Dit om te voorkomen dat voor eventuele wijzigingen in de<br />
lijnvoering in de toekomst een aanpassing <strong>van</strong> de concessievoorschriften<br />
noodzakelijk is, hetgeen wel nodig is als de lijnvoering in het PvE wordt vastgelegd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de keuze om de exacte lijnvoering niet in het PvE<br />
maar in het bestek te beschrijven.<br />
47 De gemeente Ouder-Amstel geeft aan dat het ontbreken <strong>van</strong> een rechtstreekse<br />
verbinding tussen Ouderkerk aan de Amstel en Duivendrecht een groot gemis is.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 40 <strong>van</strong> 99
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft begrip voor uw wens, maar is <strong>van</strong> mening dat met de<br />
aanwezige overstapverbinding met hoogwaardige lijnen een acceptabel alternatief<br />
geboden wordt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE een verbinding tussen Ouderkerk aan<br />
de Amstel en Duivendrecht voor te schrijven.<br />
3.4.1.3 Aanvullende lijnen<br />
48 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om lijnen 14, 25 en 32 als aanvullende<br />
lijnen verplicht te handhaven.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> stelt in het PvE geen lijnen, doch slechts verbindingen verplicht. In<br />
het bestek werken we deze verbindingen uit in een definitieve lijnvoering.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de keuze om de exacte lijnvoering niet in het PvE<br />
maar in het bestek te beschrijven.<br />
.<br />
49 De gemeente Diemen wil graag in het PvE een beter kwalitatief openbaar vervoer<br />
terugzien naar het gebied Muiden/’t Gooi (met name t.b.v. het schoolvervoer<br />
richting Weesp).<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft bij de aanvullende lijnen een verbinding Diemen – Weesp<br />
opgenomen ten behoeve <strong>van</strong> de scholieren. Een betere verbinding richting het Gooi<br />
valt buiten de mogelijkheden <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>. De <strong>Stadsregio</strong> adviseert de<br />
gemeente Diemen hierover met de provincie Noord-Holland in overleg te treden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te<br />
passen.<br />
50 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor om niet alleen de afstand tot<br />
woningen maar ook tot belangrijke werk- en recreatiegebieden als indicator mee te<br />
laten tellen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft de ervaring dat de vervoervraag <strong>van</strong> en naar werk- en<br />
recreatiegebieden over het algemeen aanzienlijk lager is dan die <strong>van</strong> en naar<br />
woongebieden. Dit is de reden dat wij er in het ontwerp PvE voor hebben gekozen<br />
om, wanneer er voldoende vervoervraag is en deze gebieden niet door de<br />
voorgeschreven verbindende en ontsluitende lijnen worden ontsloten, eventueel op<br />
de vervoerbehoefte afgestemde buslijnen naar dergelijke gebieden te laten rijden<br />
(= aanvullende lijnen). Gegeven deze gedachte bevat het PvE dan ook geen<br />
algemeen geldende bepaling ten aanzien <strong>van</strong> de maximaal toegestane afstanden<br />
<strong>van</strong>af haltes tot deze gebieden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is niet voornemens om in het definitieve PvE via een algemeen<br />
geldende norm de maximaal toegestane afstand <strong>van</strong> een halte tot een werk- of<br />
recreatiegebied voor te schrijven.<br />
51 De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong>, HID en gemeente Diemen pleiten voor<br />
meer aandacht voor de bediening <strong>van</strong> de bedrijventerreinen en verwijst daarbij<br />
naar afspraken in het convenant Taskforce Mobiliteitsmanagement.<br />
De verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit voor een tijdige ontsluiting <strong>van</strong><br />
nieuwe kantoren naar Slotervaart.<br />
Een werkgever in Diemen pleit ervoor om een verbinding tussen Diemen en het<br />
Industriegebied Verrijn Stuart in het PvE op te nemen.<br />
De gemeente Diemen verzoekt om een busbediening <strong>van</strong> en naar het Diemerbos als<br />
eis op te nemen in het PvE.<br />
Een inwoner <strong>van</strong> Diemen vindt dat er meer aandacht moet zijn voor bereikbaarheid<br />
<strong>van</strong> sportvelden en recreatieterreinen, met name in het weekend.<br />
De ORAM pleit ervoor dat de pendellijn <strong>van</strong> bedrijventerrein Schinkel naar Station<br />
Lelylaan wordt opgenomen in de concessie <strong>van</strong>wege groeipotentieel.<br />
De ORAM pleit ervoor dat de nieuwe pendel in het gebied HJE Wenkebachweg –<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 41 <strong>van</strong> 99
Duivendrechtsekade – Joop Geesinkweg, gestart door de gemeente <strong>Amsterdam</strong>,<br />
opgenomen wordt in de concessie. De ORAM geeft verder aan dat de nieuwe<br />
bedrijfsverzamelgebouwen in Zeeburg te ver liggen <strong>van</strong> de huidige eindhalte <strong>van</strong><br />
lijn 21 (<strong>van</strong> Lohuizenlaan).<br />
De gemeente Ouder-Amstel pleit voor een verbetering <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoeraanbod op Amstel Businesspark.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft de ervaring dat de vervoervraag <strong>van</strong> en naar werk- en<br />
recreatiegebieden over het algemeen aanzienlijk lager is dan die <strong>van</strong> en naar<br />
woongebieden. Dit is reden geweest om via het ontwerp PvE geen betere<br />
ontsluiting <strong>van</strong> werk- en recreatiegebieden af te willen dwingen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden het oorspronkelijke standpunt om via het PvE voor<br />
de concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 een betere ontsluiting <strong>van</strong> werk- en<br />
recreatiegebieden af te dwingen, te herzien.<br />
.<br />
52 De gemeente Diemen zou graag terugzien in het PvE dat sportpark Diemen, wellicht<br />
in combinatie met de toekomstige ontsluiting <strong>van</strong> de woonwijk Plantage de Sniep,<br />
beter ontsloten wordt ten opzichte <strong>van</strong> de huidige situatie.<br />
Reactie: Zoals wij ook in onze reactie op het voorgaande punt hebben aangegeven is de<br />
ervaring <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> dat de vervoervraag <strong>van</strong> en naar werk- en<br />
recreatiegebieden aanzienlijk lager is dan die <strong>van</strong> en naar woongebieden. Voor<br />
sportpark Diemen geldt dat dit sportpark in de toekomst mogelijk kan profiteren<br />
<strong>van</strong> de ontsluiting <strong>van</strong> de woonwijk Plantage de Sniep.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE te eisen dat sportpark<br />
Diemen met openbaar vervoer ontsloten dient te worden.<br />
53 De ORAM pleit voor nieuwe pendellijnen om Schiphol-Oost te ontsluiten.<br />
Reactie: De ontsluiting <strong>van</strong> Schiphol-Oost maakt geen deel uit <strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te<br />
passen.<br />
54 ORAM pleit voor de effectuering <strong>van</strong> de gemaakte afspraken (bediening door Arriva)<br />
voor het bedrijvenpark Riekerpolder.<br />
Reactie: De bediening <strong>van</strong> het bedrijvenpark Riekerpolder door Arriva maakt geen deel uit<br />
<strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te<br />
passen.<br />
55 De HID pleit voor betere busverbindingen <strong>van</strong> kantorenpark Bergwijkpark naar NS<br />
stations door haltes dichterbij de kantoren te plaatsen.<br />
Reactie: Voor de ligging <strong>van</strong> de haltes ligt de verantwoordelijkheid niet bij de <strong>Stadsregio</strong> of<br />
de concessiehouder, maar bij de desbetreffende infrabeheerder. Daarmee valt de<br />
exacte ligging <strong>van</strong> de haltes buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE. De <strong>Stadsregio</strong><br />
adviseert de HID hierover met de gemeente Diemen en stadsdeel Zuidoost in<br />
overleg te treden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden om via het PvE voorwaarden te stellen aan<br />
de exacte ligging <strong>van</strong> haltes.<br />
56 Stadsdeel Oud-Zuid pleit ervoor om bedrijventerrein Schinkel beter te ontsluiten<br />
door het aanleggen <strong>van</strong> een station aan de metrolijn ter plaatse <strong>van</strong> de<br />
Schinkelbrug.<br />
Reactie: Niet de <strong>Stadsregio</strong> of de concessiehouder, maar de gemeente <strong>Amsterdam</strong> is de<br />
eigenaar <strong>van</strong> de metro-infrastructuur. Daarmee valt de aanleg <strong>van</strong> nieuwe haltes<br />
buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE. Een verzoek tot het aanleggen <strong>van</strong> een nieuwe<br />
halte dient dan ook in eerste instantie bij de gemeente <strong>Amsterdam</strong> te worden<br />
ingediend.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 42 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden om via het PvE de aanleg <strong>van</strong> nieuwe<br />
metrostations af te dwingen.<br />
3.4.1.4 Overig<br />
57 Een inwoner <strong>van</strong> Diemen pleit ervoor om lijn 101 <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> naar Blaricum via<br />
de Hartveltseweg en Muiderstraatweg in Diemen om te leiden. Hierdoor kunnen<br />
inwoners <strong>van</strong> Diemen naar Muiden om hun boodschappen te doen tijdens de<br />
werkzaamheden aan het winkelcentrum en kunnen werknemers <strong>van</strong> Pantar op halte<br />
Kriekenoord weer gebruik maken <strong>van</strong> de bus.<br />
Reactie: De route <strong>van</strong> lijn 101 valt onder de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de provincie Noord-<br />
Holland en valt daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> dit PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> stelt in het PvE geen eisen aan de lijnvoering <strong>van</strong> lijn 101.<br />
58 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen vindt dat de onderbreking <strong>van</strong> de busverbindingen<br />
<strong>van</strong> de Amstelveenregio naar <strong>Amsterdam</strong> op Station Zuid niet bijdraagt aan de<br />
kwaliteit <strong>van</strong> het regiovervoer.<br />
Reactie: De genoemde busverbindingen maken geen deel uit <strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong><br />
en vallen daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> dit PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> stelt in dit PvE geen eisen aan busverbindingen <strong>van</strong> de<br />
Amstelveenregio richting <strong>Amsterdam</strong>.<br />
3.4.2 Bedieningstijden<br />
59 De Dorpsraad Durgerdam pleit ervoor om aan de tijden <strong>van</strong> de eerste en laatste rit<br />
<strong>van</strong> de aanvullende lijnen vergelijkbare eisen te stellen als aan die <strong>van</strong> ontsluitende<br />
lijnen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal dit uw voorstel overnemen en in het PvE eisen ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
eerste en laatste rit <strong>van</strong> aanvullende lijnen naar Landelijk Noord opnemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE voor aanvullende lijnen naar Landelijk<br />
Noord ten aanzien <strong>van</strong> de eerste en laatste rit minimaal vergelijkbare eisen stellen<br />
als gelden voor ontsluitende lijnen.<br />
60 De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de verbindende lijnen niet<br />
eerder dan 01:00 uur naar het eindpunt vertrekken en dat op verbindende lijnen<br />
naar P+R-terreinen de dienstuitvoering tot 01:30 uur doorgaat.<br />
De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit ervoor dat bus, tram en metro tot 01:00<br />
uur doorrijden zodat de bedieningstijden <strong>van</strong> trein en bus, tram en metro op elkaar<br />
afgestemd zijn.<br />
Reactie: In het ontwerp PvE wordt het einde <strong>van</strong> de dagexploitatie op de verbindende lijnen<br />
reeds verschoven <strong>van</strong> 00.15 uur naar 00.30 uur. De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat<br />
na dat tijdstip beter aan de vervoervraag kan worden voldaan met het verbeterde<br />
nachtnet, waar<strong>van</strong> de lijnvoering beter is afgestemd op de vervoervraag ’s nachts<br />
dan het dagnet. Bovendien worden de mogelijkheden om de dagexploitatie nog<br />
later te laten eindigen op dit moment begrensd door bepalingen in de<br />
gebruiksvergunning voor o.a. <strong>van</strong> tramremises en metro-opstelterreinen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de eindtijden <strong>van</strong> de dagexploitatie in het definitieve PvE om<br />
bovengenoemde redenen niet verruimen.<br />
61 De Reizigers Advies Raad adviseert om zowel voor de verbindende als ontsluitende<br />
lijnen de laatste rit niet voor 0:00 uur <strong>van</strong>af het beginpunt te laten vertrekken.<br />
Voor de lijnen die niet naar CS rijden geldt dit <strong>van</strong>af beide beginpunten.<br />
Reactie: In het PvE zijn algemene eisen opgenomen ten aanzien <strong>van</strong> de eerste en laatste<br />
ritten <strong>van</strong> verbindende en ontsluitende lijnen. Bij de uitwerking <strong>van</strong> deze eisen in<br />
het bestek zal de <strong>Stadsregio</strong> nagaan hoe deze eisen uitpakken voor de<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 43 <strong>van</strong> 99
vertrektijdstippen <strong>van</strong> de laatste ritten <strong>van</strong>af de beginpunten en in hoeverre het<br />
wenselijk/mogelijk is om voor specifieke lijnen extra bepalingen op te nemen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> het vertrektijdstip <strong>van</strong>af het beginpunt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal dit advies niet overnemen in het PvE, maar bij de uitwerking <strong>van</strong><br />
het PvE in het bestek nagaan in hoeverre het wenselijk/mogelijk is aan het advies<br />
tegemoet te komen.<br />
62 De Adviescommissie Zaanstreek adviseert om de eerste en laatste ritten gelijk te<br />
laten vertrekken als in de concessie Zaanstreek.<br />
Reactie: De vervoervraag in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> wijkt op een aantal punten<br />
zodanig af (bijv. meer uitgaanspubliek en toeristen) <strong>van</strong> de vervoervraag in het<br />
concessiegebied Zaanstreek, dat de <strong>Stadsregio</strong> het gerechtvaardigd vindt om voor<br />
beide concessies verschillende eisen te stellen ten aanzien <strong>van</strong> de eerste en laatste<br />
ritten.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> dezelfde eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> eerste en laatste ritten te hanteren als voor de concessie Zaanstreek.<br />
3.4.3 Intervallen<br />
63 De Dorpsraad Durgerdam constateert dat de frequenties, start- en eindtijden en<br />
verbindingen <strong>van</strong> Landelijk Noord met het centrum er niet beter op worden of zelfs<br />
verslechteren.<br />
Reactie: De verbindingen met Landelijk Noord blijven minimaal gelijk in kwaliteit. Het feit<br />
dat in de avonduren en het weekeinde de ritten in het vervolg altijd zullen worden<br />
uitgevoerd en niet slechts op afroep (zoals thans het geval is) is naar de mening<br />
<strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> een verbetering.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen ten aanzien <strong>van</strong> de verbindingen <strong>van</strong><br />
Landelijk Noord met het centrum aan te scherpen.<br />
64 De Dorpsraad Durgerdam pleit ervoor om de intervallen in de spits voor de<br />
aanvullende lijnen naar Landelijk Noord te verkorten tot 30 minuten.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de vervoervraag in Landelijk Noord een dergelijke<br />
minimumfrequentie niet rechtvaardigt. Overigens is de concessiehouder verplicht<br />
om vaker te rijden dan de in het PvE opgenomen minimumfrequenties<br />
voorschrijven wanneer de vervoervraag zo groot is dat met de minimumfrequentie<br />
niet aan de inzetnormen wordt voldaan (zie ook de toelichting aan het begin <strong>van</strong> dit<br />
hoofdstuk).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de intervallen in de spits voor de aanvullende<br />
lijnen naar Landelijk Noord te verkorten tot 30 minuten.<br />
65 De Dorpsraad Durgerdam pleit ervoor om buiten de spits de capaciteit <strong>van</strong> de<br />
busdiensten in Landelijk Noord te verkleinen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het bestek opnemen dat de concessiehouder op de lijnen naar<br />
Landelijk Noord op alle tijden kleiner materieel dan een standaardbus kan inzetten.<br />
Het is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder om de materieelinzet nader<br />
in te vullen. De concessiehouder dient hierbij te allen tijde voldoende capaciteit te<br />
bieden en aan de eisen ten aanzien <strong>van</strong> het materieel te voldoen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal deze wens niet overnemen in het definitieve PvE maar bij de<br />
uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het bestek ruimte bieden voor de inzet <strong>van</strong> kleiner<br />
materieel dan een standaardbus op de lijnen naar Landelijk Noord.<br />
66 De Reizigers Advies Raad adviseert om geen onderscheid te maken wat betreft het<br />
aanbod aan openbaar vervoer in Diemen en Duivendrecht en ook voor de<br />
ontsluitende lijnen in Diemen en Duivendrecht het maximaal toegestane interval<br />
<strong>van</strong> 15 minuten te hanteren;<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 44 <strong>van</strong> 99
Een lid <strong>van</strong> de Regioraadscommissie Verkeer & Vervoer en Economie vraagt zich af<br />
waarom de buslijnen in Diemen en Duivendrecht als streekvervoer worden gezien;<br />
De gemeente Ouder-Amstel, de Stichting Coherente, werkgroep RBOVV en een<br />
inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht geven aan dat een bediening voor Duivendrecht op het<br />
niveau <strong>van</strong> het streekvervoer (1 keer per 30 minuten) onvoldoende is.<br />
Reactie: Bij de start <strong>van</strong> de huidige concessie bleek dat de gewijzigde uitgangspunten voor<br />
het openbaar vervoer in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> voor Diemen en<br />
Duivendrecht ongunstig uitpakten omdat een aantal rechtstreekse verbindingen<br />
vervielen, mede omdat ook een verbinding die onder verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
provincie Noord-Holland viel, kwam te vervallen. Naar aanleiding <strong>van</strong> protesten<br />
<strong>van</strong>uit beide gemeenten is indertijd besloten twee extra lijnen als meerwerk bij GVB<br />
in te kopen. Dit betreft de huidige lijnen 46 <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> Noord via Diemen,<br />
Duivendrecht en Station Bijlmer naar AMC en 136 <strong>van</strong> Diemen naar Amstelstation.<br />
Het openbaar vervoeraanbod in Diemen en Duivendrecht is daardoor hoger komen<br />
te liggen dan op basis <strong>van</strong> het huidige PvE noodzakelijk zou zijn. De afgelopen jaren<br />
is ook gebleken dat het gebruik <strong>van</strong> deze lijnen tegenvalt. De vervoervraag in<br />
Diemen en Duivendrecht rechtvaardigt niet het continueren <strong>van</strong> de hoge<br />
frequenties die in het hele concessiegebied geboden worden in combinatie met de<br />
extra rechtstreekse verbindingen die geboden worden.<br />
In het ontwerp PvE en het bijbehorende indicatieve lijnennet is via een variant op<br />
het <strong>Amsterdam</strong>se model aan het afwijkende karakter <strong>van</strong> de vervoervraag in<br />
Diemen en Duivendrecht tegemoet gekomen. Er zijn meer verbindingen <strong>van</strong> en<br />
naar Duivendrecht en Diemen voorzien dan het aantal dat nodig zou zijn om aan de<br />
ontsluitingsnormen te voldoen (maar minder dan nu het geval is). Wel ligt de<br />
minimumfrequentie voor ontsluitende buslijnen in Diemen en Duivendrecht lager<br />
dan in andere delen <strong>van</strong> het concessiegebied (minimaal ieder half uur op alle dagen<br />
<strong>van</strong> de week), maar bij voldoende vervoersvraag zullen de bussen vaker dan één<br />
keer per half uur rijden. De Concessiehouder zal bovendien jaarlijks moeten<br />
aantonen dat voldoende capaciteit geboden wordt om aan de vervoersvraag te<br />
voldoen. Zo zal deze afwijkende eis geen gevolgen hebben voor de hoge frequentie<br />
<strong>van</strong> lijn 41 door Duivendrecht.<br />
Op 21 augustus is bovengenoemde variant besproken met betrokkenen uit Diemen<br />
en Duivendrecht. Dit heeft niet tot nieuwe inzichten geleid.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen ten aanzien <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoeraanbod in Diemen en Duivendrecht in het definitieve PvE aan te passen.<br />
3.4.4 Aansluitingen<br />
67 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden constateert dat ’s avonds en in het<br />
weekend veel 30 min. diensten niet op elkaar aansluiten.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft dit ook geconstateerd en heeft om die reden in het PvE<br />
strengere algemene eisen ten aanzien <strong>van</strong> aansluitingen opgenomen. Deze eisen<br />
zullen in het bestek nader worden uitgewerkt, waarbij wij zullen aangeven tussen<br />
welke lijnen en op welke tijden deze eisen <strong>van</strong> toepassing zijn. Met het oog op de<br />
ontwikkelmogelijkheden voor de concessiehouder gedurende de looptijd <strong>van</strong> de<br />
concessie wordt deze gedetailleerde uitwerking in het bestek en niet in het PvE<br />
opgenomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal deze constatering niet overnemen in het PvE, maar meenemen<br />
bij de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het bestek.<br />
68 De Dorpsraad Durgerdam pleit voor een gegarandeerde aansluiting <strong>van</strong> bus 30 met<br />
tram 26 bij de halte Zuiderzeeweg/Piet Heintunnel.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft in het PvE opgenomen dat er een aansluiting dient te worden<br />
geboden tussen een verbindende lijn en de aanvullende lijnen naar Landelijk Noord<br />
op het Buikslotermeerplein. Wij vatten uw verzoek op als een wens om de route<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 45 <strong>van</strong> 99
<strong>van</strong> lijn 30 dusdanig te wijzigen dat er een overstapgelegenheid op lijn 26 ontstaat.<br />
Zoals eerder aangegeven maakt de exacte lijnvoering geen deel uit <strong>van</strong> het PvE,<br />
maar deze zal in het bestek worden opgenomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal deze wens niet overnemen in het PvE, maar bij de uitwerking <strong>van</strong><br />
het PvE in het bestek nagaan in hoeverre het wenselijk/mogelijk is aan het advies<br />
tegemoet te komen.<br />
69 De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit ervoor dat er extra aandacht uitgaat naar<br />
de aansluitingen op stations met een lagere treinfrequentie zoals <strong>Amsterdam</strong><br />
Muiderpoort, RAI en Science Park.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat op de genoemde stations de frequentie <strong>van</strong> de<br />
lijnen behorend tot de concessie <strong>Amsterdam</strong> in veel gevallen zodanig hoog is, dat<br />
een goede aansluiting automatisch ontstaat. In die gevallen dat de frequentie <strong>van</strong><br />
deze lijnen minder hoog is, gaat de <strong>Stadsregio</strong> er <strong>van</strong>uit dat de concessiehouder en<br />
NS waar mogelijk de dienstregeling op elkaar zullen afstemmen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende bepalingen<br />
in het definitieve PvE op te nemen.<br />
70 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor dat er een verandering in de<br />
bedrijfscultuur en de mentaliteit <strong>van</strong> het personeel plaatsvindt op het gebied <strong>van</strong><br />
aansluitingen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft in het ontwerp PvE een aantal eisen opgenomen wat betreft de<br />
aansluitingen die de concessiehouder in ieder geval moet bieden en wat reizigers<br />
<strong>van</strong> het personeel mogen verwachten. De wijze waarop de concessiehouder aan<br />
deze eisen voldoet is een bedrijfsinterne aangelegenheid. Het is aan ons om in onze<br />
rol <strong>van</strong> concessiebeheerder de naleving <strong>van</strong> de eisen te controleren. Omdat<br />
concessiebeheer de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> zelf is, komen eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> het concessiebeheer niet terug in het PvE of in het bestek.<br />
Conclusie De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE aanvullende eisen op te nemen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> bedrijfsinterne regelingen rond bijvoorbeeld het bieden <strong>van</strong><br />
aansluitingen.<br />
3.4.5 Afstemming<br />
71 De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit voor een jaarlijkse afstemming<br />
dienstregelingen met andere vervoerders;<br />
De Kamer <strong>van</strong> Koophandel <strong>Amsterdam</strong> pleit voor meer afstemming met omliggende<br />
concessies en de NS-concessie.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt uw advies over.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het PvE de verplichting opnemen dat de concessiehouder deel<br />
moet nemen aan een jaarlijks afstemmingsoverleg over de dienstregeling met<br />
andere vervoerders.<br />
3.5 Nachtvervoer<br />
3.5.1 Lijnvoering<br />
72 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden wijst erop dat het nachtnet alleen<br />
overstapmogelijkheden biedt op het Centraal Station en drukke uitgaanscentra.<br />
Reactie: Zoals uit het indicatieve nachtlijnennet kan worden afgeleid, streeft de <strong>Stadsregio</strong><br />
naar een nachtnet dat ook op andere plaatsen overstapmogelijkheden biedt. Waar<br />
mogelijk zullen wij in het bestek dan ook nog andere aansluitingen tussen<br />
nachtlijnen eisen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 46 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen,<br />
maar zal bij de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het bestek nagaan in hoeverre het<br />
mogelijk is overstapmogelijkheden tussen nachtlijnen op andere plaatsen te eisen.<br />
73 GVB pleit ervoor om in het PvE de vervoerkundige overwegingen voor het vervallen<br />
<strong>van</strong> de bediening <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> Diemen op te nemen.<br />
Reactie: In het kader <strong>van</strong> de afwijkende vervoervraag in Diemen en Duivendrecht (zie ook<br />
onze reactie bij punt 66) heeft de <strong>Stadsregio</strong> gekeken of er aanleiding is om ook<br />
voor het nachtvervoer afwijkende eisen ten aanzien <strong>van</strong> de bediening <strong>van</strong> Diemen<br />
en Duivendrecht te formuleren. Wij zijn <strong>van</strong> mening dat het beperkte gebruik <strong>van</strong><br />
de nachtlijnen in Diemen en Duivendrecht hier inderdaad aanleiding toe geeft. Bij<br />
de invulling <strong>van</strong> het definitieve nachtlijnennet in het bestek zullen wij de keuze<br />
maken in hoeverre wij daadwerkelijk gebruik zullen maken <strong>van</strong> de ruimte die deze<br />
afwijkende eisen bieden. Overigens zijn wij ook <strong>van</strong> mening dat een PvE niet de<br />
juiste plaats is om vervoerkundige overwegingen op te nemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen.<br />
74 De OR <strong>van</strong> GVB pleit ervoor om het nachtnet niet zo fors uit te breiden om te<br />
voorkomen dat bussen, trams en metro’s met weinig passagiers rondrijden;<br />
De Reizigers Advies Raad adviseert om voor de nachtlijnen een afweging te maken<br />
tussen kosten en gebruik ten aanzien <strong>van</strong> de halfuursfrequentie op de avonden <strong>van</strong><br />
zondag/maandag t/m woensdag/donderdag.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft er voor gekozen de kwaliteit <strong>van</strong> het nachtnet te vergroten<br />
door middel <strong>van</strong> een grotere fijnmazigheid, meer overstapmogelijkheden en<br />
aansluitingen en een hogere frequentie door de week. Hierdoor wordt het nachtnet<br />
aantrekkelijker, met name voor reizigers die gebruik maken <strong>van</strong> vroege en late<br />
treinen en nachttreinen en voor reizigers die <strong>van</strong> het nachtnet gebruik willen maken<br />
voor woon-werkverkeer. Wij verwachten dat deze kwaliteitssprong, in combinatie<br />
met het geldig verklaren <strong>van</strong> de abonnementen op het nachtnet zoals dat onlangs<br />
geïmplementeerd is, zal leiden tot een forse toename <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> het<br />
nachtnet, die in verhouding staat met de toename <strong>van</strong> het aanbod.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen in het PvE ten aanzien <strong>van</strong> het<br />
nachtvervoer af te zwakken.<br />
75 De Reizigers Advies Raad adviseert om te overwegen om tijdens feestdagen de<br />
nachtdienst naar behoefte uit te breiden.<br />
Reactie: Ook tijdens feestdagen zal ’s nachts altijd minimaal een keer per half uur gereden<br />
moeten worden op de lijnen naar het Centraal Station. Daarnaast dient op basis<br />
<strong>van</strong> de eisen inzake de uitvoeringskwaliteit extra vervoer te worden geboden indien<br />
sprake is <strong>van</strong> een te voorziene extra vervoervraag. Deze eis geldt ook voor het<br />
nachtnet.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE aanvullende eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> het aanbod aan nachtvervoer tijdens feestdagen op te nemen.<br />
3.6 Aanvullende bepalingen<br />
76 De Reizigers Advies Raad adviseert om de wijken/kernen Sloten/Sloterweg,<br />
Driemond en Oostzanerwerf/Kadoelen met de huidige frequenties te bedienen en<br />
mocht onverhoopt in een nieuwe aanbesteding dit gebied niet meer door een<br />
andere concessiehouder worden bediend dan dient deze automatisch terug te vallen<br />
tot de <strong>Amsterdam</strong>se Concessie.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft in het ontwerp PvE aangegeven dat zolang een lijn of een<br />
combinatie <strong>van</strong> lijnen behorend tot een andere concessie voorziet in de bediening<br />
<strong>van</strong> delen <strong>van</strong> het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> en de bediening met deze lijnen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 47 <strong>van</strong> 99
geheel of grotendeels voldoet aan de eisen zoals gesteld in het PvE, de<br />
concessiehouder deze delen <strong>van</strong> het concessiegebied niet hoeft te bedienen. Op het<br />
moment dat de lijnen <strong>van</strong> een andere concessiehouder om welke reden dan ook<br />
komen te vervallen, zal de concessiehouder alsnog de op grond <strong>van</strong> het PvE<br />
noodzakelijke verbinding(en) moeten gaan bieden.<br />
Verder hebben wij in hoofdstuk 2 in onze reactie op punt 2 aangegeven dat de<br />
<strong>Stadsregio</strong> binnen de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 voor de ontsluiting <strong>van</strong> Driemond<br />
zo nodig een alternatieve oplossing zal zoeken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE aanvullende eisen te stellen<br />
aan de bediening <strong>van</strong> deze wijken/kernen te stellen.<br />
77 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB wijzen erop dat, om geplande ritten <strong>van</strong> en naar remises of<br />
opstelterreinen open te stellen voor reizigers, extra maatregelen genomen moeten<br />
worden die kostenverhogend zullen werken.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> schrijft in het PvE alleen voor dat geplande ritten <strong>van</strong><br />
remiseterreinen naar eindpunten toegankelijk dienen te zijn. Wij zijn er niet <strong>van</strong><br />
overtuigd dat het openstellen <strong>van</strong> uitrukkende ritten (geen inrukkende ritten)<br />
kostenverhogend zal zijn. Temeer daar de openstelling <strong>van</strong> de betreffende ritten<br />
alleen zal gelden voor die delen <strong>van</strong> de rit die over railinfrastructuur voeren<br />
waaraan zich op dit moment al haltes bevinden c.q. waar op termijn haltes<br />
gerealiseerd zullen gaan worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt af te<br />
zwakken.<br />
78 De provincie Flevoland geeft aan voorstander te zijn <strong>van</strong> een integrale benadering<br />
<strong>van</strong> het openbaar vervoer, waarbij concessieverleners elkaar in onderling overleg<br />
kunnen aanvullen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is eveneens voorstander <strong>van</strong> samenwerking tussen<br />
concessieverleners. Het PvE regelt echter de relatie tussen de concessieverlener en<br />
de concessiehouder en is daarmee niet de juiste plaats om de samenwerking tussen<br />
concessieverleners te beschrijven.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
3.7 Ontwikkelmogelijkheden gedurende de Concessie<br />
79 GVB, de OR <strong>van</strong> GVB en de Haven <strong>Amsterdam</strong> pleiten voor meer ontwikkelvrijheid<br />
voor de concessiehouder.<br />
Reactie: In de toelichting aan het begin <strong>van</strong> dit hoofdstuk zijn wij uitgebreid ingegaan op de<br />
beweegredenen <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> om het lijnennet, bedieningstijden en<br />
frequenties voor het eerste jaar <strong>van</strong> de concessie voor te schrijven. Na dat jaar is<br />
er in onze optiek voldoende ontwikkelruimte voor de concessiehouder. Deze ruimte<br />
in combinatie met de opbrengstverantwoordelijkheid moet de concessiehouder<br />
voldoende prikkelen om binnen de voorschriften nieuwe concepten te bedenken en<br />
uit te voeren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om voor een andere aanpak te kiezen.<br />
80 GVB pleit ervoor dat de procedurele beschrijving <strong>van</strong> de tijdelijke<br />
verkeersmaatregelen wordt opgenomen in het PvE.<br />
Reactie: Het PvE is met name bedoeld om richting reizigers aan te geven wat zij <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder mogen verwachten. Met het oog op de leesbaarheid heeft de<br />
<strong>Stadsregio</strong> er daarbij voor gekozen om een aantal voor de concessiehouder<br />
rele<strong>van</strong>te voorwaarden niet in het PvE maar later in het bestek op te nemen. Dit<br />
geldt onder meer voor de procedurele beschrijving <strong>van</strong> de tijdelijke<br />
verkeersmaatregelen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 48 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de gevraagde procedurele beschrijving alsnog in<br />
het PvE op te nemen.<br />
81 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om in de jaarlijkse vervoerplannen een<br />
accent te leggen op fijnmazige radialen en ringen, die bij voorkeur het Centrum en<br />
het CS bedienen.<br />
Reactie: De vervoerplannen moeten voldoen aan de eisen in het PvE. Een aantal eisen heeft<br />
expliciet betrekking op de bediening <strong>van</strong> het Centrum en het Centraal Station,<br />
hetgeen betekent dat de concessiehouder in zijn vervoerplannen in elk geval<br />
aandacht aan de bediening <strong>van</strong> beide locaties zal moeten besteden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE nadere eisen aan de inhoud <strong>van</strong> de<br />
vervoerplannen te stellen.<br />
3.7.1 Dienstregelingwijzigingen<br />
82 GVB waarschuwt ervoor dat een dienstregeling die klaar is in 2010 niet optimaal is<br />
voor exploitatie in 2012.<br />
Reactie: Zoals in het ontwerp PvE is aangegeven verwacht de <strong>Stadsregio</strong> <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder dat deze aan zijn inschrijving een voorstel voor de dienstregeling<br />
2012 toevoegt. Bewust wordt over een voorstel gesproken omdat wij de<br />
concessiehouder de mogelijkheid willen bieden met de definitieve dienstregeling<br />
2012 op de laatste ontwikkelingen in te spelen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
3.7.2 Dienstregelingprocedure<br />
83 De Reizigers Advies Raad wijst erop dat voor het eerste jaar <strong>van</strong> de<br />
concessieperiode de Reizigers Advies Raad advies kan geven over het lijnennet en<br />
de dienstregeling, zoals vastgesteld in Wet personenvervoer 2000.<br />
Reactie: Zoals in de normale procedure zal de Reizigers Advies Raad geconsulteerd worden<br />
bij aanpassingen <strong>van</strong> de dienstregeling. Dit geldt ook voor eventuele veranderingen<br />
in het voorstel voor de dienstregeling 2012. Daarnaast zegt de <strong>Stadsregio</strong> toe om,<br />
indien de juridische en planningtechnische randvoorwaarden dit toelaten, overleg<br />
met de Reizigers Advies Raad te zullen voeren over de wijze waarop de eisen in<br />
hoofdstuk 3 <strong>van</strong> het PvE zullen worden omgezet in het bestek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal, indien de planning het toelaat, het in het bestek op te nemen<br />
openbaar vervoeraanbod voor 2012 voor advies aan de Reizigers Advies Raad<br />
voorleggen.<br />
84 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> verzoekt de <strong>Stadsregio</strong> om:<br />
− uiterlijk een jaar na inwerkingtreding <strong>van</strong> de dienstregeling met de<br />
concessiehouder om de tafel te gaan zitten en te bezien of op basis <strong>van</strong><br />
reizigersklachten aanpassing <strong>van</strong> de dienstregeling of het lijnennet nodig is;<br />
− maatregelen te formuleren om door reizigers geconstateerde verslechteringen<br />
<strong>van</strong> het aanbod – dat weliswaar aan het PvE voldoet – tijdens de<br />
concessieperiode te kunnen herstellen, zonder dat de gemeente hiervoor<br />
additioneel aanbod moet inkopen.<br />
Reactie: Aan het eerste verzoek wordt met de gekozen aanpak grotendeels<br />
tegemoetgekomen. De <strong>Stadsregio</strong> stelt het lijnennet voor 2012 vast (zie ook de<br />
toelichting aan het begin <strong>van</strong> dit hoofdstuk). Daarom zijn bij de start <strong>van</strong> de nieuwe<br />
concessie geen onvoorziene wijzigingen in het lijnennet te verwachten. Daarnaast<br />
hebben wij in het ontwerp PvE een dienstregelingprocedure opgenomen, waarin<br />
beschreven staat dat de concessiehouder jaarlijks een concept-vervoerplan dient op<br />
te stellen waarin de concessiehouder, uitgaande <strong>van</strong> de resultaten <strong>van</strong> het<br />
onderzoek naar reizigerswensen en een analyse <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> het bestaande<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 49 <strong>van</strong> 99
openbaar vervoeraanbod en <strong>van</strong> demografische, infrastructurele, ruimtelijke en<br />
sociaal-economische ontwikkelingen, de ontwikkelmogelijkheden <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer behorend tot de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 voor het komende jaar<br />
beschrijft. Naar aanleiding <strong>van</strong> het advies zal aan dit punt worden toegevoegd dat<br />
de concessiehouder bij het concept-vervoerplan ook dient in te gaan op de<br />
belangrijkste klachten ten aanzien <strong>van</strong> het lijnennet en de dienstregeling.<br />
Bovendien dient het vervoerplan door de <strong>Stadsregio</strong> te worden goedgekeurd,<br />
waarbij wij (in tegenstelling tot de huidige concessie) ook een inhoudelijke toets<br />
zullen uitvoeren.<br />
Het tweede verzoek behelst het kunnen afdwingen bij de concessiehouder <strong>van</strong><br />
wijzigingen in het aanbod. Een dergelijke clausule strookt naar de mening <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong> niet met de opbrengstverantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder. Als<br />
wij in een dergelijk geval de concessiehouder niet kunnen overtuigen <strong>van</strong> het<br />
belang <strong>van</strong> een bepaalde wijziging, is het inkopen <strong>van</strong> extra vervoer of het<br />
compenseren <strong>van</strong> de concessiehouder de enige oplossing. Indien de <strong>Stadsregio</strong><br />
aanleiding ziet deze stap te zetten (hetgeen in de lopende concessie enkele malen<br />
gebeurd is), is het inkopen <strong>van</strong> extra vervoer door een andere partij (zoals de<br />
gemeente) niet aan de orde. Als wij hiertoe geen aanleiding zien, staat het andere<br />
partijen vrij dit te doen (via de <strong>Stadsregio</strong> als concessieverlener).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE aan het punt dienstregelingprocedure<br />
toevoegen dat de concessiehouder bij het concept-vervoerplan ook dient in te gaan<br />
op de belangrijkste klachten ten aanzien <strong>van</strong> lijnennet en dienstregeling.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 50 <strong>van</strong> 99
4 GEBRUIK INFRASTRUCTUUR<br />
4.1 Beschikbare infrastructuur<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de bestaande eis <strong>van</strong> een<br />
minimumbediening <strong>van</strong> (vrijwel) alle tramsporen met een kwartierdienst te<br />
handhaven<br />
Reactie: Het ontwerp PvE komt door een combinatie <strong>van</strong> eisen al aan deze wens tegemoet.<br />
In paragraaf 4.1 wordt het gebruik <strong>van</strong> de railinfrastructuur geregeld. In paragraaf<br />
3.4.3 wordt vastgelegd dat op de verbindende en ontsluitende tramlijnen het<br />
maximale interval nooit groter dan 15 minuten mag zijn.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
2 De Reizigers Advies Raad adviseert om duidelijke afspraken te maken over het geld<br />
dat beschikbaar is gesteld aan de concessiehouder Infrastructuur.<br />
Reactie: Hierover worden in een nieuw Convenant tussen <strong>Stadsregio</strong> en gemeente<br />
<strong>Amsterdam</strong> afspraken gemaakt. Deze afspraken vallen buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het<br />
PvE waarin wij eisen stellen aan de concessiehouder.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
3 De gemeente Ouder-Amstel pleit ervoor om de uitzonderingsmogelijkheid op de<br />
minimumsnelheid <strong>van</strong> 50 km per uur voor wegen die langs scholen lopen e.d., zoals<br />
deze zijn opgenomen in de concessie Amstelland-Meerlanden, op te nemen in het<br />
PvE.<br />
Het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer wil weten onder welke voorwaarden bussen<br />
in 30 km-zones kunnen blijven rijden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> ondersteunt het pleidooi en zal in het PvE voor de concessie<br />
<strong>Amsterdam</strong> 2012 een vergelijkbare bepaling opnemen als in de PvE’s voor de<br />
concessies Amstelland-Meerlanden en Zaanstreek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de volgende bepaling ten aanzien <strong>van</strong> de geschiktheid <strong>van</strong><br />
weginfrastructuur voor OV-routes in het definitieve PvE opnemen:<br />
“Uitgangspunt voor OV-routes binnen de bebouwde kom is dat op deze routes een<br />
minimale maximumsnelheid <strong>van</strong> 50 km/u geldt (met uitzondering <strong>van</strong> wegvakken<br />
ter hoogte <strong>van</strong> scholen en in winkelgebieden met een maximum lengte <strong>van</strong> 400<br />
meter waar een lagere maximumsnelheid is toegestaan) en alleen<br />
snelheidsverlagende voorzieningen zijn toegepast die door het CROW zijn<br />
geclassificeerd als geschikt voor openbaar vervoer routes.”<br />
4.2 Herinrichting <strong>van</strong> infrastructuur<br />
4 De Reizigers Advies Raad adviseert om een extra spoor aan te leggen op het<br />
Stationsplein <strong>van</strong> de Midden-toegangsbrug naar de oostzijde, richting IJburg. Dit<br />
voor een betere doorstroming en om een doortrekking <strong>van</strong> een tramlijn <strong>van</strong>af<br />
IJburg naar het Centrum niet onmogelijk te maken.<br />
Reactie: In het kader <strong>van</strong> de herinrichting <strong>van</strong> het Stationsplein (na werkzaamheden<br />
Noord/Zuidlijn) wordt deze optie reeds onderzocht. De uitkomsten <strong>van</strong> dit<br />
onderzoek worden meegenomen in het overleg tussen de <strong>Stadsregio</strong> en de<br />
betreffende infrabeheerder en vallen daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE. Op<br />
dit moment heeft er nog geen de besluitvorming over de eventuele aanleg <strong>van</strong> een<br />
extra spoor plaatsgevonden.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 51 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om in het PvE aanvullende bepalingen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> dit punt op te nemen.<br />
4.3 Medegebruik railinfrastructuur en vrije busbanen<br />
5 De Reizigers Advies Raad adviseert om het medegebruik <strong>van</strong> de busbanen te<br />
beperken omdat deze voorzieningen worden onderhouden en gerealiseerd met het<br />
geld uit de BDU.<br />
Reactie: De afspraken met betrekking tot het medegebruik <strong>van</strong> busbanen worden<br />
opgenomen in het Convenant met de gemeente <strong>Amsterdam</strong>. Indien tijdig<br />
beschikbaar zal de tekst <strong>van</strong> dit Convenant als bijlage bij het bestek worden<br />
gevoegd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
6 De provincie Zuid-Holland geeft aan er<strong>van</strong> uit te gaan dat de lijnbussen die in<br />
opdracht <strong>van</strong> de provincie Zuid-Holland rijden, geen specifieke toestemming aan<br />
betreffende infrabeheerder hoeven te vragen voor het gebruik <strong>van</strong> de vrije<br />
busbanen.<br />
Reactie: De toestemming <strong>van</strong> huidige concessiehouders uit andere concessiegebieden<br />
worden gerespecteerd. Nieuwe concessiehouders zullen, eventueel via hun<br />
opdrachtgever, eenmalig toestemming moeten vragen. In alle gevallen geldt<br />
daarbij de eis dat het materieel dat wordt ingezet voldoet aan de technische eisen<br />
(VETAG, VECOM, KAR) en dat routes dienen ingeprogrammeerd te zijn in VRI’s.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om in het definitieve PvE aanvullende bepalingen<br />
met betrekking tot dit onderwerp op te nemen<br />
7 De provincie Flevoland adviseert om ook de bussen <strong>van</strong> andere concessiehouders<br />
hierbij te noemen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt dit advies over.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE opnemen dat de concessiehouder rekening<br />
moet houden met medegebruik <strong>van</strong> busbanen door andere concessiehouders.<br />
4.4 Haltes<br />
8 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat abri’s op tramhaltes ter hoogte <strong>van</strong> de<br />
conducteurscabine worden geplaatst zodat reizigers minder ver hoeven te lopen bij<br />
het instappen.<br />
Reactie: Het ontwerp <strong>van</strong> tramhaltes en de positie <strong>van</strong> abri’s wordt door de infrabeheerders<br />
(gemeente, stadsdelen) bepaald op basis <strong>van</strong> (landelijke) richtlijnen en regelgeving,<br />
waarbij met meerdere aspecten rekening wordt gehouden (o.a. verkeersveiligheid).<br />
De plaatsing <strong>van</strong> abri’s valt daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om in het PvE eisen te stellen aan de<br />
plaatsing <strong>van</strong> abri’s.<br />
9 GVB pleit voor een betere afstemming tussen de <strong>Stadsregio</strong> <strong>Amsterdam</strong> en<br />
betreffende beheerders.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft het voornemen met de afzonderlijke infrabeheerders afspraken<br />
te maken over de beschikbaarheid <strong>van</strong> infrastructuur en haltes. Deze afspraken<br />
zullen worden vastgelegd in convenanten die als bijlage bij het bestek zullen<br />
worden gevoegd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende<br />
bepalingen op te nemen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 52 <strong>van</strong> 99
10 De verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor dat kwaliteitseisen, zoals<br />
voldoende ruimte voor voetgangers en fietsers, voor haltes en busstations<br />
vastgelegd worden in het PvE.<br />
Reactie: Deze kwaliteitseisen vallen onder verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de infrabeheerders en<br />
zijn op basis <strong>van</strong> (landelijke) richtlijnen en regelgeving in ontwerpvoorschriften<br />
vastgelegd. Daarmee vallen de kwaliteitseisen buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om deze kwaliteitseisen in het PvE over te<br />
nemen.<br />
11 De gemeente Ouder-Amstel vraagt zich af hoe, met het op 29 september 2008<br />
geadviseerde punt m.b.t. het garanderen <strong>van</strong> de veiligheid voor voetgangers bij het<br />
overstappen, is omgegaan.<br />
Reactie: Het ontwerp <strong>van</strong> haltes wordt door de infrabeheerders (gemeente, stadsdelen)<br />
bepaald op basis <strong>van</strong> (landelijke) richtlijnen en regelgeving, waarbij met meerdere<br />
aspecten rekening wordt gehouden (o.a. verkeersveiligheid). De veiligheid <strong>van</strong><br />
voetgangers bij het overstappen is niet de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder en valt daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om via het PvE eisen te stellen ten aanzien<br />
<strong>van</strong> de veiligheid <strong>van</strong> voetgangers bij het overstappen.<br />
12 De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit voor een alternatieve bus/trambuffer op<br />
OV-knooppunten, zodat de negatieve invloed op de beleving <strong>van</strong> de<br />
stationsomgeving aangepakt wordt.<br />
Reactie: Het ontwerp <strong>van</strong> haltes en stations waaronder begrepen de bufferruimtes wordt<br />
door de verantwoordelijke infrabeheerders bepaald en valt daarmee buiten de<br />
reikwijdte <strong>van</strong> het PvE voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012. Bij het ontwerp wordt<br />
met meerdere aspecten rekening gehouden (o.a. verkeersveiligheid, consequenties<br />
voor de exploitatie en beleving).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om in het PvE een alternatieve bus/trambuffer<br />
op OV-knooppunnten te eisen.<br />
4.5 Beschikbaarheid, betrouwbaarheid en functionaliteit<br />
infrastructuur<br />
13 Viziris pleit ervoor dat de begrippen beschikbaarheid, betrouwbaarheid en<br />
functionaliteit duidelijker worden geformuleerd.<br />
Reactie: Het betreft hier functionele eisen aan de infrastructuur met effect op de exploitatie<br />
<strong>van</strong> het openbaar vervoer (wanneer/hoe vaak kan er niet gereden worden, hoe<br />
vaak treden storingen op, wat is de gemiddelde snelheid, etc.). Afspraken hierover<br />
worden ten behoeve <strong>van</strong> het bestek nader uitgewerkt en opgenomen in het<br />
Convenant met de gemeente <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze begrippen in het definitieve PvE duidelijker<br />
te formuleren; dit zal in de betreffende convenanten gebeuren.<br />
14 Viziris pleit ervoor om een artikel over bereikbaarheid, toegankelijkheid en<br />
bruikbaarheid op te nemen. Dit artikel zou in moeten gaan op het gebruik <strong>van</strong><br />
infrastructuur door mensen met een (visuele) functiebeperking.<br />
Reactie: Deze kwaliteitseisen vallen onder verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de infrabeheerders en<br />
zijn op basis <strong>van</strong> (landelijke) richtlijnen en regelgeving in ontwerpvoorschriften<br />
vastgelegd. Deze eisen vallen daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om in het PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt<br />
aanvullende bepalingen op te nemen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 53 <strong>van</strong> 99
15 De gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Stadsregisseur pleit ervoor om in de concessie het GVB<br />
te verplichten de tot nu toe ontbrekende planning <strong>van</strong> werkzaamheden aan de<br />
railinfrastructuur te melden bij het Coördinatiestelsel <strong>van</strong> de gemeente <strong>Amsterdam</strong><br />
zodat het GVB een tijdvak kan krijgen waarin het werk kan worden uitgevoerd.<br />
Reactie: De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot beheer & onderhoud <strong>van</strong> de<br />
railinfrastructuur maken geen onderdeel uit <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012.<br />
Deze zullen in een aparte overeenkomst tussen de gemeente <strong>Amsterdam</strong> (dienst<br />
IVV) en de uitvoerder <strong>van</strong> de werkzaamheden geregeld moeten worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden om in het PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt<br />
aanvullende eisen te stellen.<br />
16 De gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Stadsregisseur pleit ervoor om in de concessie een<br />
budget te reserveren <strong>van</strong> waaruit de kosten <strong>van</strong> omleidingen voor de tram door het<br />
GVB worden gedekt; en<br />
De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> wijst erop dat het voorstel over de wijze waarop in<br />
de toekomst kosten <strong>van</strong> ver<strong>van</strong>gend vervoer kunnen worden gedekt niet aansluit<br />
bij de huidige bestendige praktijk en daarom niet eenzijdig door de <strong>Stadsregio</strong><br />
geïntroduceerd kan worden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> stelt zich op het standpunt dat kosten voor om<strong>van</strong>grijke omleidingen<br />
niet voor rekening mogen komen <strong>van</strong> de concessiehouder, maar meegenomen<br />
moeten worden in de begroting <strong>van</strong> de werkzaamheden zelf. Wij hebben de intentie<br />
om hierover met de infrabeheerders afspraken te maken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 op dit punt<br />
andere eisen te stellen dan in de drie streekconcessies en zal deze wens dan ook<br />
niet overnemen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 54 <strong>van</strong> 99
5 UITVOERINGSKWALITEIT<br />
5.1 Algemeen<br />
1 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob pleit ervoor om de performance <strong>van</strong><br />
de concessiehouder ook in reizigersaantallen te meten.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om geen financiële bepalingen in het ontwerp<br />
PvE op te nemen. Dit betreft onder meer de bepalingen ten aanzien <strong>van</strong> de wijze<br />
waarop de concessiehouder voor de geleverde prestaties zal worden beloond. Zoals<br />
in hoofdstuk 1 is aangegeven, overwegen wij vooralsnog om de<br />
opbrengstverantwoordelijkheid bij de concessiehouder te leggen. Dit om de<br />
concessiehouder (financieel) te prikkelen maximaal bij te dragen aan de realisatie<br />
<strong>van</strong> onze ambities op het gebied <strong>van</strong> openbaar vervoer, waaronder begrepen een<br />
toename <strong>van</strong> het gezamenlijk marktaandeel <strong>van</strong> het openbaar vervoer en de fiets in<br />
het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>. Wanneer we daadwerkelijk voor deze opzet kiezen<br />
introduceren we, via de opbrengsten, in feite een indirecte relatie tussen het aantal<br />
reizigers en de winst die de concessiehouder maakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de insteek <strong>van</strong> het ontwerp PvE om financiële<br />
bepalingen niet in het PvE maar in het bestek op te nemen.<br />
5.2 Vervoerplicht en –garantie<br />
5.2.1 Eisen<br />
2 De stichting Coherente, werkgroep RBOVV pleit ervoor dat er voorzieningen in het<br />
PvE worden ingebouwd die het mogelijk maken om in te spelen op de toekomstige<br />
ontwikkelingen in Duivendrecht en omgeving. Er dient sprake te zijn <strong>van</strong> een op<br />
evenementen afgestemd aanbod.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de stichting dat de concessiehouder in moet<br />
spelen op extra of nieuwe vervoerbehoeften, bijvoorbeeld in geval <strong>van</strong><br />
evenementen. Eerder hebben we al aangegeven dat we voornemens zijn in het<br />
bestek (financiële) prikkels op te nemen die de concessiehouder moeten stimuleren<br />
zijn aanbod op de vervoerbehoefte aan te laten sluiten. Specifiek met het oog op de<br />
bereikbaarheid <strong>van</strong> evenementen per openbaar vervoer, hebben we daarnaast in<br />
subparagraaf 5.2.3 de eis opgenomen dat de concessiehouder bij een te voorziene<br />
extra vervoervraag op voorhand extra of langere voertuigen inzet. Van de<br />
organisatoren verwachten we dat zij een evenement tijdig bij de concessiehouder<br />
aankondigen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is niet voornemens de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt aan<br />
te passen, omdat de tekst in het ontwerp PvE voldoende waarborg biedt voor een<br />
op evenementen afgestemd aanbod.<br />
3 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> vindt het klantonvriendelijk dat reizigers een<br />
stopteken aan de bestuurder moeten geven wanneer zij met een bus mee willen<br />
rijden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> snapt dat het vervelend is wanneer een reiziger die bij een halte<br />
staat niet wordt meegenomen en dat is ook niet de bedoeling. Daar staat tegenover<br />
dat het voor reizigers in een bus vervelend is wanneer de bus onnodig bij een halte<br />
stopt; zeker wanneer dit meerdere keren per rit zou gebeuren. Dergelijke situaties<br />
doen zich voor bij haltes waar meerdere lijnen stoppen. Het is dan voor een<br />
chauffeur niet altijd duidelijk of reizigers op de halte met zijn bus mee willen.<br />
Vandaar dat reizigers wordt gevraagd door middel <strong>van</strong> een stopteken aan te geven<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 55 <strong>van</strong> 99
dat zij met de bus mee willen. Wel vinden wij het <strong>van</strong> belang dat de<br />
concessiehouder reizigers op dit punt goed informeert.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE opnemen dat de concessiehouder de<br />
reizigers goed dient te informeren over het feit dat zij geacht worden op de halte<br />
een stopteken te geven.<br />
5.2.2 Capaciteitsbepaling<br />
4 De Reizigers Advies Raad adviseert om in het PvE op te nemen dat de reizigers<br />
buiten de spitsuren aanspraak kunnen maken op een zitplaats en tijdens de<br />
spitsuren de capaciteit zodanig is dat de doorstroming in de tram, bus en metro<br />
niet wordt geblokkeerd en ook het in- en uitstappen niet wordt belemmerd.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft begrip voor de wens <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad, maar houdt<br />
vast aan de huidige tekst in het PvE die bepaalt dat er op iedere lijn in elke richting<br />
voldoende restcapaciteit moet zijn om een incidentele piek in het aantal reizigers op<br />
te kunnen <strong>van</strong>gen. De reden hiervoor is dat het gedrag <strong>van</strong> reizigers niet via een<br />
bepaling in het PvE is te sturen. Ook bij voldoende restcapaciteit kan het feit dat<br />
reizigers bij een ingang blijven staan de doorstroming en/of het in- en uitstappen<br />
belemmeren. Overigens zullen wij bij het bepalen <strong>van</strong> de inzetnormen ten behoeve<br />
<strong>van</strong> het bestek voor de daluren streven naar een norm die een grote kans op een<br />
zitplaats inhoudt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de huidige bepaling in het ontwerp PvE ten aanzien<br />
<strong>van</strong> de te bieden capaciteit.<br />
5.2.3 Tijdelijk capaciteitstekort<br />
5 GVB wijst erop dat het inzetten <strong>van</strong> een bus/tram binnen 30 minuten hoge kosten<br />
met zich meebrengt, wat kan leiden tot minder OV in de normale dienstregeling.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> stelt in het ontwerp PvE inderdaad hogere eisen aan de<br />
uitvoeringskwaliteit dan op dit moment het geval is. Wij brengen deze eisen meer<br />
in lijn met de eisen die voor de streekconcessies <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> en in andere<br />
grote Europese steden gelden. Het gaat derhalve om marktconforme eisen. Wij<br />
kiezen bewust voor kwaliteit en accepteren daarbij dat dit tot een zekere mate <strong>van</strong><br />
inefficiëntie kan leiden. De eisen hoeven echter niet in alle gevallen<br />
noodzakelijkerwijs tot hogere kosten te leiden. In een aantal gevallen zal de<br />
oplossing gevonden kunnen worden in een andere opzet <strong>van</strong> de dienstuitvoering.<br />
Dit vraagt om creativiteit <strong>van</strong> de concessiehouder en flexibiliteit <strong>van</strong> het personeel.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt in het definitieve PvE vast aan de hogere, marktconforme<br />
eisen op het gebied <strong>van</strong> uitvoeringskwaliteit. Eventuele financiële consequenties<br />
<strong>van</strong> deze eisen worden bij het opstellen <strong>van</strong> het bestek meegenomen bij de<br />
bepaling <strong>van</strong> een marktconform kostenniveau.<br />
5.2.4 Structureel capaciteitstekort<br />
6 GVB pleit ervoor om een procedure te ontwikkelen om met name structurele pieken<br />
die kunnen ontstaan in de vervoersvraag op te lossen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> verlangt <strong>van</strong> de concessiehouder dat deze in zijn vervoerplan<br />
aangeeft op welke wijze hij inspeelt op structurele veranderingen in de<br />
vervoervraag. Zoals in het begin <strong>van</strong> hoofdstuk 3 is aangegeven heeft de<br />
concessiehouder daarbij in principe de ruimte om bij iedere dienstregelingwijziging<br />
zijn aanbod af te stemmen op de gewijzigde vervoervraag, zolang hij aan alle eisen<br />
in het PvE voldoet. Eén <strong>van</strong> die eisen is dat de concessiehouder bij een structureel<br />
capaciteitstekort extra capaciteit inzet. Deze eis geldt niet alleen bij een<br />
dienstregelingwijziging, maar ook wanneer tijdens een dienstregelingjaar blijkt dat<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 56 <strong>van</strong> 99
de geboden capaciteit onvoldoende is om een structurele piek in de vervoervraag te<br />
kunnen verwerken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE aanvullende bepalingen op<br />
te nemen ten aanzien <strong>van</strong> de procedure die de concessiehouder in geval <strong>van</strong> een<br />
structureel capaciteitstekort dient te volgen.<br />
7 ORAM geeft aan dat de capaciteit op de Ringlijn onvoldoende is, met name op de<br />
korte verbinding tussen Lelylaan en Henk Sneevlietweg; en<br />
GVB wijst erop dat er op dit moment geen structurele reservecapaciteit voorhanden<br />
is die ingezet kan worden bij een structureel capaciteitstekort.<br />
Reactie: Eén <strong>van</strong> de aspecten die de <strong>Stadsregio</strong> tijdens de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het<br />
bestek zal toetsen is of binnen Activa BV voldoende materieel beschikbaar is om<br />
aan alle eisen te voldoen. Wij gaan er daarbij <strong>van</strong>uit dat met de komst <strong>van</strong> nieuw<br />
metromaterieel de capaciteit op metrolijnen kan worden verhoogd. Verder lopen er<br />
op dit moment nog gesprekken tussen de <strong>Stadsregio</strong> en Activa BV ten aanzien <strong>van</strong><br />
de minimale om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de technische reserve. Wij verwachten daarbij dat door de<br />
instroom <strong>van</strong> nieuw materieel en wijzigingen in het onderhoudsprogramma de<br />
technische reserve teruggebracht kan worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> verwacht dat de concessiehouder <strong>van</strong>af 2012 over voldoende<br />
materieel zal kunnen beschikken om aan alle capaciteitseisen te voldoen en ziet dan<br />
ook geen reden om de eisen op dit punt in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
8 De OR <strong>van</strong> GVB wijst erop dat de eis (restcapaciteit beschikbaar houden) zeer hoge<br />
kosten met zich meebrengt.<br />
Reactie: We verwijzen hierbij naar de reactie bij punt 5. in dit hoofdstuk. De <strong>Stadsregio</strong><br />
daagt de concessiehouder daarbij uit om de dienstuitvoering zo in te vullen dat de<br />
kosten beperkt blijven, bijvoorbeeld door met Activa BV afspraken te maken over<br />
de momenten waarop (extra) restcapaciteit beschikbaar is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt in het definitieve PvE vast aan de hogere, marktconforme<br />
eisen op het gebied <strong>van</strong> uitvoeringskwaliteit.<br />
5.2.5 Ver<strong>van</strong>gend vervoer<br />
9 GVB wijst erop dat de eis om binnen 1 uur ver<strong>van</strong>gend vervoer aan te bieden<br />
logistiek lastig is en alleen tegen hoge meerkosten is te realiseren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de eis om binnen 1 uur ver<strong>van</strong>gend vervoer te<br />
bieden deel uitmaakt <strong>van</strong> de hoge, marktconforme uitvoeringskwaliteit die reizigers<br />
mogen verwachten. De mate waarin deze eis tot hogere kosten leidt kan naar onze<br />
mening door de concessiehouder worden beperkt door creatieve oplossingen.<br />
Bovendien geldt de eis om binnen 1 uur ver<strong>van</strong>gend vervoer aan te bieden alleen in<br />
de volgende situatie: (i) er zijn geen adequate alternatieve reismogelijkheden<br />
voorhanden, (ii) de concessiehouder kan niet uitwijken naar alternatieve routes, en<br />
(iii) de beschikbare infrastructuur laat het inzetten <strong>van</strong> ver<strong>van</strong>gend vervoer toe.<br />
Daarmee beschikt de concessiehouder in onze ogen over voldoende alternatieven<br />
en zal hij in de praktijk in een aantal gevallen geen ver<strong>van</strong>gend vervoer in hoeven<br />
zetten, mits de reizigers goed worden geïnformeerd over de beschikbare<br />
alternatieven. Het is aan de concessiehouder om de juiste keuze in deze te maken.<br />
Conclusie: Gelet op de alternatieven waarover de concessiehouder vaak zal beschikken ziet de<br />
<strong>Stadsregio</strong> geen reden om de eis ten aanzien <strong>van</strong> de inzet <strong>van</strong> ver<strong>van</strong>gend vervoer<br />
in het definitieve PvE aan te passen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 57 <strong>van</strong> 99
5.3 Rituitval<br />
10 De Reizigers Advies Raad adviseert om ten aanzien <strong>van</strong> de eis betreffende het<br />
spreiden <strong>van</strong> de rituitval door twee ritten op een ander tijdstip te laten vertrekken,<br />
slechts eenmaal een boete op te leggen i.p.v. een dubbele boete.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad dat het dubbel<br />
beboeten <strong>van</strong> de concessiehouder in bovenstaand geval niet aan de orde mag zijn.<br />
Wij zullen dit advies meenemen bij de uitwerking <strong>van</strong> de financiële bepalingen in<br />
het bestek.<br />
Conclusie: Omdat de financiële bepalingen geen deel uitmaken <strong>van</strong> het PvE, leidt het advies<br />
<strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad niet tot een wijziging <strong>van</strong> het PvE. De <strong>Stadsregio</strong> zal<br />
het advies te zijner tijd meenemen bij het opstellen <strong>van</strong> het bestek.<br />
5.3.1 Eisen<br />
11 GVB pleit ervoor dat de eis dat 99,5% <strong>van</strong> alle ritten <strong>van</strong> een metrolijn wordt<br />
uitgevoerd pas ingaat als het nieuwe metromaterieel M5 volledig beschikbaar is bij<br />
start <strong>van</strong> de concessie of dan als de voertuigen wel volledig beschikbaar zijn voor<br />
de exploitatie.<br />
Reactie: Zoals wij ook in de reactie op punt 7 in dit hoofdstuk hebben aangegeven, zal de<br />
<strong>Stadsregio</strong> tijdens de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het bestek toetsen of met het<br />
materieel dat Activa BV aan de concessiehouder beschikbaar stelt <strong>van</strong>af de start<br />
<strong>van</strong> de concessie aan alle eisen ten aanzien <strong>van</strong> de uitvoeringskwaliteit voldaan kan<br />
worden. Wij gaan er vooralsnog <strong>van</strong>uit dat het nieuwe metromaterieel naar<br />
verwachting in 2012/2013 beschikbaar is. Activa BV zal aan moeten geven hoe tot<br />
die tijd aan de inzeteisen voldaan kan worden. Dit alles moet uitmonden in<br />
afspraken tussen de concessiehouder en Activa BV over de beschikbaarheid <strong>van</strong><br />
materieel.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt in het definitieve PvE vast aan de eis dat 99,5% <strong>van</strong> alle ritten<br />
<strong>van</strong> een metrolijn uitgevoerd moeten worden.<br />
12 De provincie Zuid-Holland adviseert om in het PvE een bepaling op te nemen in<br />
hoeverre een deels gerede rit al dan niet als rituitval opgevat wordt.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om een functioneel en geen technisch PvE op<br />
te stellen. Terecht merkt de provincie op dat het begrip uitgevallen rit nader<br />
gedefinieerd moet worden. Dit doen wij in het bestek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE alsnog een technische<br />
uitwerking <strong>van</strong> het begrip rituitval op te nemen. Een definitie wordt te zijner tijd in<br />
het bestek opgenomen.<br />
13 Stadsdeel Zuideramstel pleit ervoor om de eis betreffende het minimum percentage<br />
uit te voeren ritten <strong>van</strong> een metro-, bus- of tramlijn, verder aan te scherpen tot een<br />
verplichting in plaats <strong>van</strong> een inspanningsverplichting.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft er bewust voor gekozen op het gebied <strong>van</strong> rituitval een<br />
inspanningsverplichting op te nemen. Met de eisen die in het ontwerp PvE zijn<br />
opgenomen, verplicht de <strong>Stadsregio</strong> de concessiehouder om al het mogelijke te<br />
doen om de rituitval te minimaliseren. Daarbij zijn de percentages uit te voeren<br />
ritten voor metro (99,5%) en bus/tram (99%) hoger dan in de huidige concessie.<br />
Tegelijkertijd realiseren we ons dat er zich bijzondere omstandigheden kunnen<br />
voordoen waarin niet <strong>van</strong> de concessiehouder verwacht kan worden dat hij aan de<br />
eisen blijft voldoen. Vandaar dat wij voor een inspanningsverplichting en niet voor<br />
een absolute verplichting hebben gekozen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan haar keuze om in het PvE wat betreft het voorkomen<br />
<strong>van</strong> rituitval een inspanningsverplichting en geen absolute verplichting op te<br />
nemen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 58 <strong>van</strong> 99
5.3.2 Controle en naleving<br />
14 Stadsdeel Zeeburg pleit voor betere controle ten aanzien <strong>van</strong> de rituitval, aangezien<br />
er berichten zijn binnengekomen over de uitval <strong>van</strong> de tram.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is het met het Stadsdeel Zeeburg eens dat de controle ten aanzien<br />
<strong>van</strong> rituitval nog voor verbetering vatbaar is. Op dit moment zijn wij daarvoor<br />
afhankelijk <strong>van</strong> meldingen <strong>van</strong> bestuurders die door de verkeersleiding worden<br />
gelogd. Daarnaast laten wij zelf onderzoek naar de uitvoeringskwaliteit uitvoeren,<br />
maar dit onderzoek is arbeidsintensief en daardoor kostbaar. Met de invoering <strong>van</strong><br />
de OV chipkaart en de aansluiting <strong>van</strong> GVB op het reisinformatiesysteem (GOVI)<br />
kunnen gegevens straks geautomatiseerd worden verzameld en worden uitvalcijfers<br />
beter controleerbaar. In hoofdstuk 14 <strong>van</strong> het ontwerp PvE eisen we dan ook dat de<br />
concessiehouder deze gegevens onder meer voor controledoeleinden aan de<br />
<strong>Stadsregio</strong> beschikbaar besteld.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de eisen in het ontwerp PvE ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
levering <strong>van</strong> actuele gegevens over de uitvoering <strong>van</strong> de dienstregeling toereikend<br />
zijn om een betere controle <strong>van</strong> de rituitval mogelijk te maken.<br />
5.4 Punctualiteit<br />
5.4.1 Eisen<br />
15 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat de in het ontwerp PvE opgenomen<br />
punctualiteiteisen (maximaal 180 seconden vertraging ten opzichte <strong>van</strong> de<br />
dienstregeling) er niet toe mogen leiden dat passagiers die op de halte staan niet<br />
(meer) kunnen worden meegenomen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft het belang dat reizigers die zich op een halte bevinden<br />
er <strong>van</strong>uit moeten kunnen gaan dat zij met de eerstvolgende rit <strong>van</strong> hun lijn mee<br />
kunnen. Daarbij zijn een paar zaken <strong>van</strong> belang, te weten:<br />
1. De eisen op het gebied <strong>van</strong> punctualiteit ontslaan de concessiehouder niet <strong>van</strong><br />
zijn vervoerplicht. Zo eisen wij in subparagraaf 5.2.1 dat de concessiehouder<br />
iedereen die <strong>van</strong> een bepaalde lijn gebruik wil maken, in principe met de<br />
eerstkomende rit <strong>van</strong> die lijn vervoert. Op grond <strong>van</strong> deze eis zal de<br />
concessiehouder reizigers die op de halte staan moeten meenemen, tenzij het<br />
wettelijk toegestane aantal reizigers in de voertuigen hierdoor overschreden<br />
wordt.<br />
2. De concessiehouder zal dan ook op drukke beginhaltes, tijdhaltes en OVknooppunten<br />
aanvullende maatregelen moeten nemen om naast<br />
bovengenoemde eis ook aan de punctualiteiteisen te kunnen voldoen. Wij<br />
verwachten dat de concessiehouder op deze haltes enige buffertijd in zal<br />
bouwen. Verder is de concessiehouder op grond <strong>van</strong> de eis in paragraaf 13.4<br />
verplicht op haltes waarop de wagenverkoop tot aanzienlijk oponthoud leidt een<br />
mobiel kaartverkooppunt in te richten.<br />
3. Wij hebben met het oog op het reizigersbelang in het PvE voor het Centraal<br />
Station een ruimere punctualiteiteis opgenomen (120 seconden i.p.v. 60<br />
seconden).<br />
Met andere woorden, het PvE bevat in onze optiek voldoende bepalingen die<br />
voorkomen dat reizigers die zich op een halte bevinden in principe met de<br />
eerstkomende rit zullen worden meegenomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt te<br />
wijzigen, omdat in de tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE reeds voldoende waarborgen zijn<br />
ingebouwd.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 59 <strong>van</strong> 99
16 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB wijzen erop dat de eis “binnen 60 seconden vertrekken”<br />
kostenverhogend werkt en niet altijd in het belang <strong>van</strong> de reiziger werkt.<br />
Reactie: We verwijzen hierbij naar de reacties bij punten 5 en 15 in dit hoofdstuk. De<br />
<strong>Stadsregio</strong> acht de concessiehouder daarbij in staat om de dienstregeling zo op te<br />
stellen dat kleine vertragingen tijdens een rit geen invloed hebben op het<br />
vertrekmoment <strong>van</strong> een volgende rit <strong>van</strong>af het beginpunt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt in het definitieve PvE vast aan de hogere, marktconforme<br />
eisen op het gebied <strong>van</strong> uitvoeringskwaliteit.<br />
17 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de tram/bus/metro niet te vroeg bij<br />
een halte mag vertrekken.<br />
Reactie: Deze opmerking is in lijn met de eerste punctualiteiteis die luidt dat bussen, trams<br />
en metro’s nooit eerder <strong>van</strong>af hun beginhalte, een tijdhalte of een OV-knooppunt<br />
mogen vertrekken dan in de dienstregeling is aangegeven.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> constateert dat het ontwerp PvE al in deze wens voorziet.<br />
18 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor een betere punctualiteit <strong>van</strong> het<br />
nachtvervoer.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> hanteert voor nachtlijnen dezelfde punctualiteiteisen als voor<br />
daglijnen. Daarbij zullen wij met ingang <strong>van</strong> de nieuwe concessie de punctualiteit<br />
<strong>van</strong> iedere lijn afzonderlijk beoordelen. We verwachten dat deze gewijzigde aanpak<br />
voor bijvoorbeeld de nachtlijnen gunstig uitpakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt te<br />
wijzigen, omdat in de tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE reeds voldoende waarborgen zijn<br />
ingebouwd.<br />
19 De gemeente Amstelveen adviseert om een aparte bonus/malus regeling t.a.v. de<br />
dienstuitvoering, op te nemen voor metrolijn 51.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> erkent dat er problemen zijn wat betreft de betrouwbaarheid <strong>van</strong> de<br />
dienstuitvoering <strong>van</strong> lijn 51. Zoals hierboven is aangegeven zullen wij met ingang<br />
<strong>van</strong> de nieuwe concessie de punctualiteit <strong>van</strong> iedere lijn afzonderlijk beoordelen.<br />
Wij zijn er echter geen voorstander <strong>van</strong> om uitzonderingsposities voor specifieke<br />
bus-, tram- en/of metrolijnen te creëren, bijvoorbeeld door een specifieke<br />
bonus/malusregeling in het leven te roepen. De concessiehouder dient zich er<br />
immers voor in te zetten dat de dienstuitvoering op alle lijnen het gevraagde<br />
kwaliteitsniveau haalt en het is aan ons in onze rol <strong>van</strong> concessiebeheerder om dit<br />
te bewaken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de verplichte rapportage <strong>van</strong> de punctualiteit op<br />
lijnniveau in de nieuwe concessie voldoende controlemogelijkheden biedt en ziet<br />
dan ook geen reden om aanvullende bepalingen in het PvE of bestek op te nemen.<br />
20 De Reizigers Advies Raad adviseert om op zeer lange tram- en buslijnen een<br />
tijdhalte in te stellen om regelmaat te bevorderen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is het eens met de Reizigers Advies Raad dat het wenselijk is om op<br />
lange lijnen één of meerdere tijdhaltes te benoemen. In subparagraaf 5.4.1 <strong>van</strong> het<br />
ontwerp PvE hebben wij daarom ook eisen gesteld ten aanzien <strong>van</strong> de punctualiteit<br />
<strong>van</strong>af tijdhaltes.<br />
Conclusie: Het ontwerp PvE bevat eisen ten aanzien <strong>van</strong> de vertrekpunctualiteit <strong>van</strong>af<br />
tijdhaltes, zodat er volgens de <strong>Stadsregio</strong> geen reden is om de tekst <strong>van</strong> het PvE op<br />
dit punt aan te vullen.<br />
21 De Reizigers Advies Raad adviseert om bij drukke haltes conducteurs in te zetten<br />
die reeds vooraf en buiten het voertuig, losse kaartjes verkopen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 60 <strong>van</strong> 99
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad dat losse kaartverkoop<br />
niet tot lange halteringstijden mag leiden. Wij verwachten echter dat na invoering<br />
<strong>van</strong> de OV-chipkaart steeds meer mensen een OV-chipkaart zullen bezitten en er<br />
minder mensen een los kaartje zullen kopen. Omdat het ook in het belang <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder is om halteringstijden zo kort mogelijk te houden, verwachten wij<br />
dat de concessiehouder reizigers op de voordelen <strong>van</strong> de OV-chipkaart wijst. Ten<br />
slotte eisen we in paragraaf 13.4 dat de concessiehouder, op momenten waarop<br />
wagenverkoop tot aanzienlijk oponthoud leidt, een mobiel kaartverkooppunt op de<br />
betreffende halte(s) inricht.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de eisen in het ontwerp PvE afdoende zijn om<br />
extreem oponthoud als gevolg <strong>van</strong> wagenverkopen te voorkomen en ziet dan ook<br />
geen reden de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt te wijzigen.<br />
22 Het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer pleit er met het oog op de verkeersveiligheid<br />
voor dat de dienstregeling op reële rijtijden is gebaseerd zodat wordt voorkomen<br />
dat chauffeurs/bestuurders te hard rijden om aan de punctualiteiteisen te voldoen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening dat naleving <strong>van</strong> de punctualiteiteisen niet ten koste<br />
<strong>van</strong> de verkeersveiligheid mag gaan. Wij zijn <strong>van</strong> mening dat de eis in subparagraaf<br />
5.4.3 <strong>van</strong> het ontwerp PvE dat de dienstregeling op reële rijtijden gebaseerd moet<br />
zijn, in voldoende mate aan de wens tegemoet komt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om bovengenoemde eis in het definitieve PvE verder<br />
aan te scherpen.<br />
23 De provincie Flevoland geeft aan dat de tekst hier verwijst naar paragraaf 3.1.2,<br />
echter deze bestaat niet. Vermoedelijk moet dit een verwijzing naar paragraaf 3.2.2<br />
zijn.<br />
Reactie: De constatering <strong>van</strong> de provincie Flevoland is juist waarvoor dank.<br />
Conclusie: In het definitieve PvE zal de tekst worden gecorrigeerd.<br />
5.5 Garanties<br />
5.5.1 Aansluitgarantie<br />
Geen opmerkingen<br />
5.5.2 Vergoedingsregeling<br />
24 De stichting Coherente, werkgroep RBOVV pleit ervoor dat de concessiehouder<br />
wordt verplicht mee te werken aan een landelijk op te zetten systeem, waarbij door<br />
ernstige vertragingen en/of uitval gedupeerde reizigers worden gecompenseerd.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is net als de stichting Coherente voorstander <strong>van</strong> een landelijk<br />
systeem voor vergoedingsregelingen waarin alle vervoerders meewerken. Wij zullen<br />
de wens <strong>van</strong> de stichting daarom overnemen en in het definitieve PvE de<br />
concessiehouder verplichten mee te werken aan een landelijk systeem. Zolang er<br />
nog geen landelijk systeem is vragen wij de concessiehouder zelf met een voorstel<br />
voor een vergoedingsregeling te komen die hij aan zijn de inschrijving moet<br />
toevoegen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE opnemen dat de concessiehouder verplicht<br />
is aan een landelijk op te zetten, door de <strong>Stadsregio</strong> geaccordeerde,<br />
vergoedingsregeling mee te werken.<br />
25 Een inwoner <strong>van</strong> Duivendrecht pleit ervoor dat in dit lid wordt toegevoegd dat de<br />
reiziger zijn onkosten vergoed krijgt bij een vertraging <strong>van</strong> meer dan 30 minuten.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 61 <strong>van</strong> 99
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het bestek de eisen die zij stelt aan een door de<br />
concessiehouder op te zetten vergoedingsregeling nader uitwerken. Een<br />
compensatie <strong>van</strong> reizigers in geval <strong>van</strong> een tekortschietende uitvoeringskwaliteit zal<br />
hierin worden opgenomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE naar aanleiding <strong>van</strong> deze opmerking aan<br />
te passen, maar zal de opmerking meenemen bij de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het<br />
bestek.<br />
5.6 Calamiteitenbestrijdingsplan en Veiligheidsbeheersysteem<br />
26 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob vragen om meer aandacht voor<br />
tunnelveiligheid, spoorwegveiligheid en veiligheid <strong>van</strong> de infrastructuur. Zij denken<br />
daarbij aan het eisen <strong>van</strong> een deugdelijk calamiteitenplan en ontruimingsplan <strong>van</strong><br />
metrostations, metro’s, e.d.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft het belang <strong>van</strong> een veilig openbaar vervoersysteem in<br />
het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>. Om die reden eisen wij <strong>van</strong> de concessiehouder<br />
ook dat deze een calamiteitenbestrijdingsplan en een veiligheidsbeheersysteem<br />
opstelt en inricht. In het bestek zullen wij in meer detail aangeven aan welke eisen<br />
het calamiteitenbestrijdingsplan en het veiligheidsbeheersysteem moeten voldoen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om met betrekking tot dit onderwerp nadere eisen in<br />
het definitieve PvE op te nemen, maar zal dit onderwerp in het bestek verder<br />
uitwerken.<br />
27 Stadsdeel Zeeburg pleit ervoor dat specifiek aandacht wordt geschonken aan de<br />
Piet Hein tunnel.<br />
Reactie: Het door de concessiehouder op te stellen Veiligheidsbeheersysteem moet een<br />
veilig gebruik <strong>van</strong> alle voor de uitvoering <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
beschikbaar gestelde infrastructuur waarborgen. De eigenaar/beheerder <strong>van</strong> de Piet<br />
Hein tunnel is verantwoordelijk voor een veilig gebruik <strong>van</strong> deze tunnel en kan aan<br />
de concessiehouder nadere eisen stellen ten aanzien <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> de tunnel.<br />
In het Veiligheidsbeheersysteem beschrijft de concessiehouder op welke wijze hij<br />
aan deze eisen zal voldoen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om met betrekking tot de reikwijdte <strong>van</strong> het<br />
Veiligheidsbeheersysteem specifieke onderdelen <strong>van</strong> de infrastructuur zoals de Piet<br />
Hein tunnel met naam te noemen.<br />
5.7 Uitvoeringskwaliteit bij evenementen<br />
28 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob en de Kamer <strong>van</strong> Koophandel<br />
<strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat er in het PvE meer aandacht gegeven moet worden<br />
aan evenementen en de concessiehouder de zorgplicht heeft om extra capaciteit en<br />
voldoende frequentie aan te bieden bij grote evenementen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het in eerste instantie de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
organisator <strong>van</strong> een evenement om afspraken met de concessiehouder te maken<br />
met betrekking tot het openbaar vervoer naar en <strong>van</strong> de locatie <strong>van</strong> het<br />
evenement. Wij verwachten <strong>van</strong> de concessiehouder dat hij in geval <strong>van</strong><br />
grootschalige evenementen alle medewerking verleent die noodzakelijk is om ook in<br />
deze gevallen een zo hoog mogelijke uitvoeringskwaliteit te bieden. Er is dus sprake<br />
<strong>van</strong> een zorgplicht en inspanningsverplichting, maar niet <strong>van</strong> een<br />
resultaatsverplichting in de zin dat te allen tijde voldoende frequent moet worden<br />
gereden en/of voldoende capaciteit moet worden geboden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de huidige tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE voldoende<br />
waarborgen bevat voor kwalitatief goed openbaar vervoer bij evenementen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 62 <strong>van</strong> 99
29 De gemeente Ouder-Amstel mist een gedetailleerde kwaliteitsverplichting, waarbij<br />
de metro bij evenementen of nog liever, op permanente basis, ook ’s nachts moet<br />
rijden. De gemeente Ouder-Amstel acht, bij inbesteding, een gedetailleerde<br />
minimum kwaliteitsbeschrijving noodzakelijk.<br />
Reactie: In het ontwerp PvE heeft de <strong>Stadsregio</strong> de eindtijden <strong>van</strong> de metro al verruimd ten<br />
opzichte <strong>van</strong> de bestaande situatie (<strong>van</strong> 00:15 uur naar 00:30 uur). De<br />
mogelijkheden om nog langer door te rijden worden beperkt door de bestaande<br />
gebruiksvergunningen (zie ook paragraaf 3.3).<br />
Als het gaat om minimum kwaliteitseisen bij evenementen is de <strong>Stadsregio</strong> <strong>van</strong><br />
mening dat de vervoerbehoefte per evenement verschillend is en dat de<br />
concessiehouder gestimuleerd moet worden om zijn aanbod zo goed mogelijk op<br />
deze vervoerbehoefte af te stemmen. Het heeft daarom geen zin om algemene<br />
kwaliteitseisen voor openbaar vervoer tijdens evenementen te formuleren. In plaats<br />
daar<strong>van</strong> hebben wij ervoor gekozen om een zorgplicht en inspanningsverplichting<br />
aan de concessiehouder op te leggen, waarbij wij verwachten dat ook de<br />
organisator <strong>van</strong> een evenement zijn verantwoordelijkheden neemt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen toegevoegde waarde om de zorgplicht en<br />
inspanningsverplichting bij evenementen in het ontwerp PvE te ver<strong>van</strong>gen door<br />
algemene kwaliteitseisen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 63 <strong>van</strong> 99
6 SOCIALE VEILIGHEID<br />
6.1 Algemeen<br />
1 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob pleit ervoor dat de<br />
verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder en andere partijen vastgelegd moet<br />
worden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft dat de huidige tekst in het PvE ruimte voor discussie<br />
laat.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de tweede alinea in subparagraaf 2.3.2 ver<strong>van</strong>gen door de<br />
volgende tekst: “Omdat sociale onveiligheid een algemeen maatschappelijk<br />
probleem is dat zich niet tot het openbaar vervoer beperkt, voert het te ver de<br />
verantwoordelijkheid voor de sociale veiligheid in en rond het openbaar vervoer in<br />
het Concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> volledig bij de Concessiehouder neer te leggen. De<br />
infrabeheerders hebben een taak en verantwoordelijkheid op het gebied <strong>van</strong> sociale<br />
veiligheid waar het ontwerp, de inrichting en het beheer <strong>van</strong> haltes, routes en<br />
stations betreft; politie en justitie hebben een taak en verantwoordelijkheid op het<br />
gebied <strong>van</strong> snelle opvolging en snelle vervolging.”<br />
2 Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob pleit ervoor dat metrostellen bij het<br />
niet operationeel zijn in afgesloten ruimtes moeten staan om graffiti te voorkomen.<br />
Reactie: De emplacementen zijn onderdeel <strong>van</strong> Activa BV. Afspraken over de inrichting <strong>van</strong><br />
(nieuwe) emplacementen maken onderdeel uit <strong>van</strong> de afspraken tussen de<br />
<strong>Stadsregio</strong>, de infrabeheerders en Activa BV en maken geen deel uit <strong>van</strong> het PvE<br />
waarin de <strong>Stadsregio</strong> eisen stelt waaraan de toekomstige concessiehouder moet<br />
voldoen. Overigens verwachten wij dat nieuwe emplacementen niet eerder dan in<br />
2019 beschikbaar komen. De aanpassingskosten <strong>van</strong> bestaande emplacementen<br />
wegen niet op tegen de herstelkosten die bespaard worden wanneer metrostellen in<br />
afgesloten ruimtes komen te staan.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal deze wens daarom niet overnemen in het PvE.<br />
6.2 Integrale aanpak<br />
6.2.1 Service, toezicht en handhaving<br />
3 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> is <strong>van</strong> mening dat menselijk toezicht in tram en<br />
metro(stations) essentieel is voor de sociale veiligheid in het openbaar vervoer.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> dat menselijk<br />
toezicht belangrijk is in relatie tot de sociale veiligheid rond het openbaar vervoer in<br />
de <strong>Stadsregio</strong> <strong>Amsterdam</strong>. Dit is de reden dat wij in paragraaf 6.2 eisen dat “de<br />
Concessiehouder ervoor zorgt dat in alle ondergrondse metrostations en op een<br />
deel <strong>van</strong> de bovengrondse metrostations toezichthouders aanwezig zijn in de voor<br />
publiek toegankelijke ruimtes.” Het gaat hierbij om continuering <strong>van</strong> een bestaande<br />
eis, maar omdat alle metrostations sinds 27 augustus 2009 middels tourniquets zijn<br />
afgesloten, hebben wij onszelf de vraag gesteld of toezichthouders gelet op de<br />
afsluiting <strong>van</strong> metrostations op een andere wijze niet effectiever ingezet kunnen<br />
worden.<br />
Iets vergelijkbaars geldt voor de controle op de trams. Op dit moment rijdt op<br />
vrijwel alle trams standaard een conducteur mee. Deze conducteur bevindt zich op<br />
een vaste plaats in de tram en reizigers kunnen alleen bij de deuren bij de<br />
bestuurder en de conducteur instappen. Ook hier hebben wij onszelf de vraag<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 64 <strong>van</strong> 99
gesteld of dit controleregime na invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart ongewijzigd<br />
gecontinueerd moet worden. Op dit moment onderzoeken wij bijvoorbeeld wat de<br />
voor- en nadelen zijn wanneer reizigers bij alle deuren kunnen instappen en de<br />
conducteur door de tram loopt in plaats <strong>van</strong> een vaste plaats in de tram heeft. Een<br />
positief neveneffect kan zijn dat door een andere inzet <strong>van</strong> de conducteurs lange<br />
halteringstijden kunnen worden verkort, waardoor snelheid (en daarmee de<br />
aantrekkingskracht) <strong>van</strong> het openbaar vervoer wordt vergroot.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> onderschrijft het belang <strong>van</strong> menselijk toezicht in tram en metro.<br />
Naar het oordeel <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> is dit in het ontwerp PvE voldoende beschreven.<br />
Aanpassing <strong>van</strong> de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt acht de <strong>Stadsregio</strong><br />
daarom niet noodzakelijk.<br />
4 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor om menselijk toezicht op<br />
metrostations gedurende de hele dag te behouden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> gaat in het ontwerp PvE uit <strong>van</strong> continuering <strong>van</strong> het huidige niveau<br />
<strong>van</strong> veiligheid op de metrostations. Zoals in het PvE is aangegeven hangt de exacte<br />
invulling <strong>van</strong> deze eis door de concessiehouder mede af <strong>van</strong> een nog uit te voeren<br />
evaluatie <strong>van</strong> de veiligheidssituatie op de metrostations na invoering <strong>van</strong> de OVchipkaart<br />
en sluiting <strong>van</strong> metrostations middels tourniquets. De uitkomsten <strong>van</strong><br />
deze evaluatie zullen worden meegenomen bij de actualisatie <strong>van</strong> het Beleidskader<br />
Sociale Veiligheid <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>. Op dit moment is echter nog niet duidelijk wat<br />
de effecten <strong>van</strong> beide maatregelen voor de sociale veiligheid op metrostations<br />
zullen zijn.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om aanvullende eisen ten aanzien <strong>van</strong> menselijk<br />
toezicht op metrostations te stellen zolang de effecten <strong>van</strong> sluiting <strong>van</strong> de<br />
metrostations voor de sociale veiligheid nog niet bekend zijn.<br />
5 De Reizigers Advies Raad adviseert dat na de invoering <strong>van</strong> automatisch rijden vast<br />
(menselijk) toezicht komt op alle metrostations, zowel onder- als bovengronds.<br />
Reactie: Zoals we ook in onze reactie op het vorige punt hebben aangegeven, gaat de<br />
<strong>Stadsregio</strong> in het ontwerp PvE uit <strong>van</strong> continuering <strong>van</strong> het huidige niveau <strong>van</strong><br />
veiligheid op de metrostations. Ongeacht de wijze <strong>van</strong> bediening, is de sociale<br />
veiligheid <strong>van</strong> de metroreizigers een punt <strong>van</strong> aandacht en zorg. Wij zien daarbij<br />
geen rechtstreeks verband tussen het al dan niet invoeren <strong>van</strong> automatisch rijden<br />
en het menselijk toezicht op de metrostations. Bij de besluitvorming over<br />
automatisch rijden zal dit aspect wel worden meegenomen. Op dit moment is<br />
echter nog geen besluit genomen over de vorm waarin en de schaal waarop<br />
automatisch rijden zal worden ingevoerd en of dit gevolgen voor de sociale<br />
veiligheid(sbeleving) zal hebben.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal het advies <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad meenemen bij de<br />
besluitvorming over automatisch rijden en houdt vooralsnog vast aan de tekst zoals<br />
die in het ontwerp PvE is opgenomen.<br />
6 GVB en de OR <strong>van</strong> GVB zijn <strong>van</strong> mening dat ordehandhaving niet de functie is <strong>van</strong><br />
de servicemedewerkers.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> GVB en de OR <strong>van</strong> GVB dat servicemedewerkers<br />
en toezichthouders andere functies en andere bevoegdheden hebben. Dit betekent<br />
in onze ogen echter niet dat servicemedewerkers en toezichthouders niet<br />
gedeeltelijk dezelfde taken kunnen vervullen. Zo mogen reizigers verwachten dat<br />
het personeel <strong>van</strong> de concessiehouder toeziet op de veiligheid en indien nodig<br />
bevoegd personeel oproept om terstond naar een bepaalde locatie te komen als de<br />
situatie daar aanleiding toegeeft. Tegelijkertijd mogen reizigers ook verwachten dat<br />
het personeel <strong>van</strong> de concessiehouder aanspreekbaar is voor vragen en deze<br />
vragen adequaat beantwoord. Dit is de strekking <strong>van</strong> een deel <strong>van</strong> de eisen in<br />
subparagraaf 6.2.1.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 65 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen ten aanzien <strong>van</strong> de rol <strong>van</strong><br />
servicemedewerkers in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
7 De Reizigers Advies Raad adviseert dat servicepersoneel en toezichthouders een<br />
proactieve serviceverlenende houding moeten aannemen.<br />
Reactie: Zoals we ook in onze reactie op het vorige punt hebben aangegeven deelt de<br />
<strong>Stadsregio</strong> de mening <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad dat reizigers <strong>van</strong> zowel<br />
servicemedewerkers als toezichthouders mogen verwachten dat zij een (proactieve)<br />
serviceverlenende houding aannemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt het advies <strong>van</strong> de Reizigers Advies Raad over en zal de tekst<br />
<strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt aanscherpen.<br />
6.2.2 Kaartcontrole<br />
8 Twee inwoners <strong>van</strong> Amstelveen en de gemeente Amstelveen pleiten voor een<br />
strengere kaartcontrole op lijn 51 tegen zwartrijden. De gemeente Amstelveen<br />
adviseert om hier een passage op te nemen, waarin wordt verzocht om extra<br />
controle op de Amstelveenlijn.<br />
Reactie: Zoals aangegeven in het PvE verwacht de <strong>Stadsregio</strong> dat invoering <strong>van</strong> de OVchipkaart<br />
en sluiting <strong>van</strong> metrostations middels tourniquets consequenties voor de<br />
controle <strong>van</strong> vervoerbewijzen zal hebben. Extra controles op metrostations die niet<br />
middels tourniquets zijn afgesloten, waaronder een aantal stations <strong>van</strong> lijn 51, is<br />
daarbij één <strong>van</strong> de mogelijkheden. Bij de exacte invulling <strong>van</strong> controles speelt de<br />
feitelijke hoogte <strong>van</strong> het percentage zwart- en grijsrijders een belangrijke rol. Op<br />
dit moment zijn de effecten <strong>van</strong> de invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart en de sluiting<br />
<strong>van</strong> de metrostations op het aantal zwart- en grijsrijders echter nog niet duidelijk<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het te vroeg om in het definitieve PvE aanvullende eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> de kaartcontroles op te nemen zolang de effecten <strong>van</strong> de invoering <strong>van</strong><br />
de OV-chipkaart en de sluiting <strong>van</strong> metrostations op het aantal zwart- en<br />
grijsrijders nog niet duidelijk zijn.<br />
9 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden en Stadsdeel Zeeburg pleiten ervoor om<br />
de conducteur op de tram te behouden, ook na de invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart.<br />
Daarnaast waarschuwen GVB en de OR <strong>van</strong> GVB dat de aanpassing <strong>van</strong> het<br />
controleregime zal leiden tot grotere sociale onveiligheid in de tram en tot lagere<br />
opbrengsten.<br />
Reactie: Zoals we ook in onze reactie op het advies <strong>van</strong> de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong><br />
hebben aangegeven (punt 3), onderzoekt de <strong>Stadsregio</strong> op dit moment wat de<br />
voor- en nadelen zijn wanneer reizigers bij alle deuren kunnen instappen en de<br />
conducteur door de tram loopt in plaats <strong>van</strong> een vaste plaats in de tram heeft zoals<br />
nu het geval is. Aspecten als sociale veiligheid en een mogelijke<br />
opbrengstenderving zullen in dit onderzoek worden meegenomen, daarbij rekening<br />
houdend met de effecten <strong>van</strong> invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart. Op dit moment zijn de<br />
uitkomsten <strong>van</strong> dit onderzoek nog niet beschikbaar en is nog niet duidelijk wat de<br />
effecten <strong>van</strong> beide maatregelen voor de sociale veiligheid op metrostations zullen<br />
zijn. Wij vinden het te vroeg om vooruitlopend op dit onderzoek ten aanzien <strong>van</strong> dit<br />
onderwerp al keuzes te maken en zijn dan ook niet voornemens het PvE op dit punt<br />
aan te passen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> acht het te vroeg om in het definitieve PvE een keuze te maken<br />
tussen de beide controleregimes in de tram (conducteur op een vaste plaats of<br />
lopende conducteur) zolang de effecten <strong>van</strong> beide controleregimes op bijvoorbeeld<br />
de opbrengsten, sociale veiligheid en halteringstijden niet duidelijk zijn.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 66 <strong>van</strong> 99
6.2.3 Inrichting en onderhoud infrastructuur<br />
10 De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit voor looproutes met voldoende<br />
doorzicht.<br />
Reactie: Het ontwerp <strong>van</strong> haltes en stations waaronder begrepen de looproutes wordt door<br />
de verantwoordelijke infrabeheerders bepaald en valt daarmee buiten de reikwijdte<br />
<strong>van</strong> het PvE voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal deze wens niet in het definitieve PvE opnemen, maar meenemen<br />
in het overleg met infrabeheerders.<br />
6.3 Meerjarenplan en Actieplan Sociale Veiligheid<br />
Geen opmerkingen<br />
6.4 Overige eisen<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 67 <strong>van</strong> 99
7 MATERIEEL<br />
7.1 Algemeen<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen vindt dat er te weinig zitplaatsen in de voertuigen zijn<br />
en enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten in dat verband voor minimumeisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> het aantal zitplaatsen in de voertuigen.<br />
Reactie: Het materieel voor de uitvoering <strong>van</strong> de concessie <strong>Amsterdam</strong> is in eigendom <strong>van</strong><br />
Activa BV die dit materieel aan de concessiehouder beschikbaar stelt. Bij de<br />
bestelling <strong>van</strong> nieuw materieel maakt Activa BV een afweging met welk type<br />
materieel op de betreffende lijnen voldoende capaciteit geboden kan worden. Op<br />
dat moment wordt ook een keuze gemaakt wat betreft de optimale verhouding<br />
tussen het aantal zit- en staanplaatsen. Die verhouding zou in principe per lijn<br />
kunnen verschillen, hetgeen algemeen geldende eisen op dit punt ongewenst<br />
maakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE eisen te stellen aan het<br />
minimale aantal zitplaatsen in de voertuigen.<br />
2 De stichting Coherente, werkgroep RBOVV pleit ervoor om hogere eisen te stellen<br />
aan milieuvriendelijkheid, toegankelijkheid en informatie.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening dat de eisen die in het ontwerp-PvE aan nieuw<br />
materieel gesteld worden al een hoog ambitieniveau in zich hebben. Zo moet nieuw<br />
materieel aan de laatste eisen/normen op het gebied <strong>van</strong> toegankelijkheid en aan<br />
steeds strengere milieunormen voldoen. Verder eisen we dat in nieuw materieel alle<br />
voorzieningen zijn aangebracht die nodig zijn om actuele reisinformatie te tonen en<br />
om te roepen. We hebben er daarbij bewust voor gekozen om deze eisen niet voor<br />
al het materieel <strong>van</strong> toepassing te verklaren, omdat dit aanzienlijke investeringen in<br />
bestaand materieel met zich meebrengt. Wel hebben we een aantal modules<br />
gedefinieerd die tot doel hebben een extra stap op het gebied <strong>van</strong> duurzaamheid en<br />
reisinformatie te zetten. Besluitvorming over deze modules vindt in een later<br />
stadium plaats (zie ook het onderdeel Modules aan het eind <strong>van</strong> deze Nota).<br />
Conclusie: Afhankelijk <strong>van</strong> de besluitvorming over de modules zal de <strong>Stadsregio</strong> in het<br />
definitieve PvE de eisen op het gebied <strong>van</strong> duurzaamheid en reisinformatie in het<br />
materieel aanscherpen.<br />
7.2 Duurzaamheid<br />
7.2.1 Algemeen<br />
Geen opmerkingen<br />
7.2.2 Metro’s en Trams<br />
3 Een inwoner <strong>van</strong> Utrecht vraagt zich af of er ver<strong>van</strong>gende trams komen voor de<br />
trams die aan Sarajevo zijn geschonken of verkocht.<br />
Reactie: De trams die aan Sarajevo ter beschikking zijn gesteld waren afgeschreven en<br />
werden niet of nauwelijks meer ingezet, o.a. <strong>van</strong>wege de hoge vloer. In de<br />
ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> deze trams was al in een eerder stadium voorzien. Eventuele<br />
nieuwe trams worden aangeschaft op basis <strong>van</strong> door Activa BV op te stellen<br />
meerjaren capaciteitsprognoses. De afspraken tussen de <strong>Stadsregio</strong> en Activa BV<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 68 <strong>van</strong> 99
hierover vallen buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong><br />
2012.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het definitieve PvE naar aanleiding <strong>van</strong> de<br />
gemaakte opmerking aan te passen.<br />
4 Burgerbelangen Amstelveen vindt dat de eisen aan het materieel niet duidelijk zijn.<br />
Door met bestaand materieel te blijven rijden, verslechtert de kwaliteit op termijn.<br />
BBA pleit ervoor dat materieel <strong>van</strong> lijn 53 en 54 ver<strong>van</strong>gen wordt. Metro 51 moet<br />
worden ver<strong>van</strong>gen door gelijkwaardige stellen <strong>van</strong> metro 50, waardoor onderlinge<br />
uitwisseling mogelijk is;<br />
De Reizigers Advies Raad adviseert om nieuw materieel voor de metro aan te<br />
schaffen, waarbij de voorkeur uitgaat naar een coachopstelling; en<br />
Stadsdeel Zuidoost/Projectbureau Zuidoostlob pleit ervoor dat de oude metrostellen<br />
snel worden vernieuwd en dat de nieuw metrostellen geschikt zijn voor de fiets.<br />
Reactie: Op dit moment loopt een aanbestedingsprocedure voor nieuw metromaterieel. Dit<br />
nieuwe metromaterieel dient onder andere ter ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> de oudere<br />
metrostellen. Ten behoeve <strong>van</strong> de aanbesteding is een apart PvE opgesteld<br />
waaraan de nieuwe metrostellen moeten voldoen. De eisen in dit PvE vormen de<br />
insteek voor het PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> sluit ook in het definitieve PvE aan bij de eisen die in het PvE voor<br />
het nieuwe metromaterieel zijn opgenomen.<br />
5 De Reizigers Advies Raad verzoekt de <strong>Stadsregio</strong> en de gemeente <strong>Amsterdam</strong> om<br />
samen met de concessiehouder na te denken over de ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> de laatste<br />
hogevloertrams, de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de technische reserve ruimer te stellen en<br />
rekening te houden met uitbreiding <strong>van</strong> materieel om de intenties <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong> en gemeente <strong>Amsterdam</strong> op het gebied <strong>van</strong> het aanbieden <strong>van</strong> meer<br />
openbaar vervoer, waar te kunnen maken.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> voert met Activa BV overleg over de technische reserve die nodig is<br />
om een goede dienstuitvoering mogelijk te maken zonder dat de kosten voor<br />
materieel hierdoor onnodig hoog worden. De uitkomsten <strong>van</strong> dit overleg vallen<br />
buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 maar worden<br />
meegenomen in de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in het bestek, waarbij één <strong>van</strong> de<br />
vragen is of Activa BV voldoende materieel aan de concessiehouder beschikbaar<br />
kan stellen. Wij kiezen vooralsnog niet voor versnelde afschrijving en ver<strong>van</strong>ging<br />
<strong>van</strong> de laatste hogevloertrams, omdat de extra investeringen die hiermee gemoeid<br />
zijn ten koste <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gaan, maar wij zullen deze wens wel<br />
betrekken bij de besluitvorming over de modules (zie ook het onderdeel Modules<br />
aan het eind <strong>van</strong> deze <strong>nota</strong>).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE naar aanleiding <strong>van</strong><br />
deze wens aan te passen, maar zal de wens meenemen bij de besluitvorming over<br />
de modules.<br />
7.2.3 Bussen en auto’s<br />
6 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> en het Programmabureau Luchtkwaliteit <strong>van</strong> de<br />
gemeente <strong>Amsterdam</strong> adviseren dat nieuwe bussen die gedurende de concessie<br />
aangeschaft moet worden, tot het moment dat de Euro VI-norm <strong>van</strong> kracht is<br />
dienen te voldoen aan de navolgende uitstootnorm voor NO en NO2: NO + 5 x NO2<br />
< 2 g/kWh. Voorwaarde voor hantering <strong>van</strong> deze norm is dat bussen die aan deze<br />
norm voldoen door meerdere leveranciers geleverd kunnen worden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is bereid om bij de reguliere ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> bussen deze strengere<br />
norm als uitgangspunt te nemen. Voorwaarde daarbij is wel dat deze strengere<br />
norm niet ten koste <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gaat. Aan deze voorwaarde is op<br />
dit moment nog niet voldaan, omdat de beschikbaarheid <strong>van</strong> busmaterieel dat aan<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 69 <strong>van</strong> 99
deze strengere norm voldoet nog te beperkt is. Wij achten het daarom verstandig<br />
om bij de ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> busmaterieel zoveel mogelijk te wachten tot bussen<br />
beschikbaar komen die aan de Euro 6-emissiennorm voldoen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE naar aanleiding <strong>van</strong><br />
dit advies aan te passen.<br />
7 Transport en Logistiek Nederland constateert dat de eisen op het gebied <strong>van</strong><br />
duurzaamheid die <strong>van</strong>af 2012 aan bussen en auto’s gesteld worden minder streng<br />
zijn dan de eisen die voor vrachtauto’s in de milieuzone <strong>Amsterdam</strong> gelden.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om voor het ontwerp PvE uit te gaan <strong>van</strong> het<br />
materieel zoals dat op dit moment bij Activa BV aanwezig is. Op het moment dat dit<br />
materieel ver<strong>van</strong>gen moet worden, zal het nieuwe materieel aan de dan geldende<br />
eisen op het gebied <strong>van</strong> duurzaamheid moeten voldoen. Daarnaast hebben wij de<br />
mogelijkheid opengehouden om een deel <strong>van</strong> het verwachte inbestedingsresultaat<br />
te bestemmen voor een snellere ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> de oudste bussen binnen het<br />
wagenpark (zie ook het onderdeel Modules aan het eind <strong>van</strong> deze Nota).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de eisen op het gebied <strong>van</strong> duurzaamheid in het<br />
definitieve PvE aan te scherpen.<br />
8 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor in de nieuwe concessie strengere eisen op<br />
te nemen ten aanzien <strong>van</strong> de hoeveelheid geluid die bussen mogen produceren.<br />
Reactie: De bussen voldoen aan de geldende wettelijke milieueisen <strong>van</strong> de Rijksdienst <strong>van</strong><br />
het Wegverkeer. De <strong>Stadsregio</strong> merkt daarbij op dat in het algemeen geldt dat<br />
nieuwe bussen aan strengere milieueisen moeten voldoen dan de bussen die zij<br />
ver<strong>van</strong>gen en dat door technologische ontwikkelingen bussen ook steeds stiller<br />
worden. Wij zien daarom geen noodzaak om aanvullende eisen ten aanzien <strong>van</strong> de<br />
hoeveelheid geluid te stellen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE naar aanleiding <strong>van</strong><br />
deze wens aan te passen.<br />
9 De Reizigers Advies Raad wijst erop dat er voldoende reservematerieel aanwezig<br />
moet zijn in het geval <strong>van</strong> uitval <strong>van</strong>wege technische gebreken en om adequaat op<br />
de verwachte stijging <strong>van</strong> vervoer te kunnen anticiperen.<br />
Reactie: Zoals wij ook in onze reactie op punt 5 hebben aangegeven voert de <strong>Stadsregio</strong><br />
met Activa BV overleg over de technische reserve die nodig is om een goede<br />
dienstuitvoering mogelijk te maken zonder dat de kosten voor materieel hierdoor<br />
onnodig hoog worden. Activa BV baseert zich daarbij op berekeningen en analyses<br />
ten aanzien <strong>van</strong> het benodigde aantal bus-, tram- en metrovoertuigen die zij samen<br />
met GVB Exploitatie BV heeft uitgevoerd. In deze berekeningen zijn de verwachte<br />
uitval en de vervoersgroei verwerkt. De uitkomsten <strong>van</strong> het overleg en de<br />
onderliggende berekeningen vormen voor ons input voor de uitwerking <strong>van</strong> het PvE<br />
in het bestek, maar vallen buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE zelf.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal ook in het definitieve PvE geen bepalingen opnemen ten aanzien<br />
<strong>van</strong> de benodigde technische reserve.<br />
10 De gemeente Ouder-Amstel vindt dat, zeker bij langdurige in- cq aanbesteding,<br />
euro 4 i.p.v. euro 3 de norm dient te zijn.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> hanteert de Euro 3-emissienorm als ondergrens omdat anders een<br />
groot deel <strong>van</strong> de vloot ver<strong>van</strong>gen moet worden bij aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de concessie.<br />
Nieuwe bussen moeten minimaal aan de op dat moment geldende Euroemissienorm<br />
voldoen. Op dit moment is dat Euro 5-emissienorm, zodat aanschaf<br />
<strong>van</strong> bussen die aan de Euro 4-emissienorm voldoen niet aan de orde is. Wij merken<br />
daarbij nog op dat wij in het ontwerp PvE eisen dat nieuwe bussen zelfs aan de nog<br />
strengere E.E.V.-emissienorm moeten voldoen. Dit betekent dat de bestaande<br />
bussen die aan de Euro 2-emissienorm voldoen en die in de periode 2011-2013<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 70 <strong>van</strong> 99
moeten worden ver<strong>van</strong>gen (ca. 180), ver<strong>van</strong>gen zullen worden door bussen die aan<br />
de E.E.V.-emissienorm voldoen. Bestaande bussen die aan de Euro 3-emissienorm<br />
voldoen en in de periode 2014-2016 ver<strong>van</strong>gen moeten worden, zullen aan de dan<br />
geldende norm moeten voldoen, waarschijnlijk zal dit de nog strengere Euro 6emissienorm<br />
zijn. Op dit moment voert de <strong>Stadsregio</strong> overigens nog overleg met<br />
het Programmabureau Luchtkwaliteit <strong>van</strong> de gemeente <strong>Amsterdam</strong> om na te gaan<br />
hoe aan de nieuwe bussen die in de periode 2011 – 2013 in moeten stromen<br />
strengere normen ten aanzien <strong>van</strong> de NOx uitstoot gesteld kunnen worden zonder<br />
dat de hogere investeringskosten ten koste <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gaan.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE de milieunormen waaraan<br />
bussen moeten voldoen op de voorgestelde wijze aan te scherpen.<br />
11 De provincie Flevoland adviseert om nader te specificeren wat bedoeld wordt met<br />
“nieuwe bussen voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012”. De provincie vraagt of dit<br />
bussen zijn die pas na start <strong>van</strong> de concessie instromen.<br />
Reactie: Het ontwerp PvE heeft betrekking op de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012, hetgeen met<br />
zich meebrengt dat de eisen ook pas met ingang <strong>van</strong> deze concessie <strong>van</strong> kracht<br />
zijn. Dit betekent dat de eisen in principe alleen gelden voor nieuwe bussen die ten<br />
behoeve <strong>van</strong> of na de start <strong>van</strong> de concessie instromen. Vanzelfsprekend houdt de<br />
<strong>Stadsregio</strong> bij de ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> bussen voor 2012 zoveel mogelijk rekening met<br />
de eisen die <strong>van</strong>af 2012 gelden. En zoals we bij het vorige punt ook al hebben<br />
aangegeven voert de <strong>Stadsregio</strong> nog overleg met het Programmabureau<br />
Luchtkwaliteit <strong>van</strong> de gemeente <strong>Amsterdam</strong> om na te gaan hoe aan de nieuwe<br />
bussen die in de periode 2011 – 2013 in moeten stromen strengere normen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> de NOx uitstoot gesteld kunnen worden zonder dat de hogere<br />
investeringskosten ten koste <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gaan.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het PvE naar aanleiding <strong>van</strong> dit advies<br />
aan te passen.<br />
7.2.4 Proef Waterstofbussen<br />
12 De gemeente Ouder-Amstel vindt de ambitie t.a.v. het gebruik <strong>van</strong> waterstofbussen<br />
te laag.<br />
Reactie: Op dit moment is er nog weinig ervaring met bussen die op waterstof rijden. Om<br />
deze ervaring op te kunnen doen is de proef met waterstofbussen die recentelijk<br />
<strong>van</strong> start is gegaan erg belangrijk. De <strong>Stadsregio</strong> vindt het belangrijk dat de<br />
toekomstige concessiehouder deze proef tot een goed einde brengt. Vandaar dat<br />
wij op dit punt specifieke eisen in het ontwerp PvE hebben opgenomen. Op basis<br />
<strong>van</strong> de evaluatie <strong>van</strong> de proef zal zullen wij onze ambities op dit gebied naar boven<br />
of beneden bijstellen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het te vroeg om in het definitieve PvE aanvullende eisen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> de inzet <strong>van</strong> waterstofbussen te stellen, aangezien de resultaten <strong>van</strong><br />
de lopende proef nog niet bekend zijn.<br />
7.3 Toegankelijkheid<br />
7.3.1 Algemeen<br />
13 Viziris pleit ervoor om de volgende passage op te nemen in deze subparagraaf:<br />
“Uitgangspunt voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 is dat voertuigen toegankelijk en<br />
bruikbaar zijn voor reizigers met een auditieve, visuele, motorisch of verstandelijke<br />
beperking.”<br />
Reactie: Op het gebied <strong>van</strong> toegankelijkheid volgt de <strong>Stadsregio</strong> de afspraken/richtlijnen die<br />
bijvoorbeeld voor materieel gelden. Wij maken daarbij echter een onderscheid<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 71 <strong>van</strong> 99
tussen nieuw en bestaand materieel. Bij de aanschaf <strong>van</strong> nieuw materieel vormen<br />
de meest recente afspraken/richtlijnen het uitgangspunt. Wij eisen echter niet dat<br />
ook al het bestaande materieel aan deze afspraken/richtlijnen moet voldoen, omdat<br />
dit (i) niet altijd mogelijk is of (ii) aanzienlijke investeringen in bestaand materieel<br />
met zich meebrengt die ten koste <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gaan. Wel hebben<br />
we een aantal modules gedefinieerd die een positieve uitwerking voor de<br />
toegankelijkheid <strong>van</strong> het materieel zullen hebben. Besluitvorming over deze<br />
modules vindt in een later stadium plaats (zie ook het onderdeel Modules aan het<br />
eind <strong>van</strong> deze Nota).<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> kiest er niet voor om het voorgestelde uitgangspunt in het definitieve<br />
PvE over te nemen.<br />
14 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat er minimaal 2 zitplaatsen<br />
worden gereserveerd voor reizigers die slecht ter been zijn. Deze stoelen moeten<br />
opvallend bekleed worden zodat duidelijk is dat deze gereserveerd zijn voor minder<br />
validen.<br />
Reactie: Zoals wij in onze reactie op het voorgaande punt hebben aangegeven zijn de meest<br />
recente afspraken/richtlijnen op het gebied <strong>van</strong> toegankelijkheid in principe het<br />
uitgangspunt bij de bestelling <strong>van</strong> nieuw materieel. In het ontwerp PvE hebben wij<br />
de strekking <strong>van</strong> de afspraken/richtlijnen in een aantal eisen vervat. De<br />
afspraken/richtlijnen maken deel uit <strong>van</strong> de afspraken die de <strong>Stadsregio</strong> met Activa<br />
BV maakt ten aanzien <strong>van</strong> de aanschaf <strong>van</strong> nieuw materieel en/of de aanpassing<br />
<strong>van</strong> bestaand materieel. Wij zullen uw verzoek meenemen bij het formuleren <strong>van</strong><br />
deze afspraken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het definitieve PvE naar aanleiding <strong>van</strong> dit<br />
verzoek aan te passen, maar neemt het verzoek mee in het overleg tussen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> en Activa BV.<br />
7.3.2 Metro’s en trams<br />
15 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat de trams onvoldoende toegankelijk zijn<br />
voor elektrische rolstoelen, scootmobielen af handbewogen rolstoelen.<br />
Reactie: Al het materieel is toegankelijk voor mensen in een rolstoel, het metromaterieel<br />
ook voor mensen op een scootmobiel. Dat dit laatste niet voor bussen en trams<br />
geldt heeft te maken met het feit dat scootmobielen veel ruimte vragen (o.a. om te<br />
draaien); ruimte die in deze typen voertuigen ontbreekt of ten koste <strong>van</strong> teveel<br />
zitplaatsen zou gaan. Daarbij komt dat mensen op een scootmobiel in het algemeen<br />
makkelijker zelfstandig een langere afstand kunnen afleggen. De <strong>Stadsregio</strong> kiest<br />
er daarom niet voor te eisen dat ook bussen en trams geschikt moeten zijn voor<br />
scootmobielen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen.<br />
16 Viziris wijst erop dat het niet duidelijk is voor visueel gehandicapten hoe ze moeten<br />
instappen in de tram of bus.<br />
Reactie: De eisen waaraan het rijdend materieel moeten voldoen maken in principe deel uit<br />
<strong>van</strong> de afspraken tussen de <strong>Stadsregio</strong> en Activa BV. Samen met Activa BV zullen<br />
wij nagaan welke mogelijkheden er zijn om de instapmogelijkheden in bus en tram<br />
duidelijker richting visueel gehandicapten te communiceren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen<br />
maar neemt de opmerking mee in het overleg tussen de <strong>Stadsregio</strong> en Activa BV.<br />
7.3.3 Bussen<br />
17 Viziris pleit ervoor dat de bussen aan de buitenzijde ook herkenbaar zijn voor<br />
visueel gehandicapten. Hierbij kan als stelregel worden aangenomen dat donkere<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 72 <strong>van</strong> 99
vlakken licht absorberen en lichte vlakken reflecteren, hoe lichter de kleur hoe<br />
beter.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal Activa BV vragen dit verzoek mee te nemen bij volgende<br />
bestellingen <strong>van</strong> nieuwe bussen. Daarbij zullen wij bezien of en zo ja, in hoeverre<br />
een aangepaste kleurstelling te combineren is met de uniformiteit en<br />
herkenbaarheid <strong>van</strong> het materieel waarmee de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 zal<br />
worden uitgevoerd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen,<br />
maar zal het verzoek doorgeven aan Activa BV.<br />
18 GVB pleit ervoor om de eis betreffende automatische knielinstallaties facultatief te<br />
maken.<br />
Reactie: De bussen die door Activa BV worden aangeschaft zijn standaard voorzien <strong>van</strong> een<br />
knielinstallatie. De <strong>Stadsregio</strong> wil dat deze ook gebruikt worden en niet dat het<br />
gebruik afhankelijk is <strong>van</strong> de bereidwilligheid <strong>van</strong> een chauffeur. Vandaar deze eis<br />
in het ontwerp PvE, waarbij wij opmerken dat het knielen <strong>van</strong> materieel voor alle<br />
in- en uitstappende reizigers een meerwaarde heeft.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om deze eis in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
19 De gemeente Diemen pleit ervoor dat er aandacht blijft bestaan voor handhaven<br />
<strong>van</strong> de plekken voor mindervaliden;<br />
De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor dat chauffeurs rekening<br />
moeten houden met minder valide personen; en<br />
Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen pleit ervoor dat de conducteur moet omroepen dat<br />
mensen moeten opstaan voor ouderen, invaliden en chronisch zieken.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de gemeente Diemen dat het reserveren <strong>van</strong><br />
zitplaatsen voor mensen die slecht ter been zijn alleen niet voldoende is om te<br />
garanderen dat deze mensen daadwerkelijk kunnen zitten. In de eerste plaats<br />
zouden medereizigers zich hier<strong>van</strong> bewust moeten zijn, maar de ervaring leert dat<br />
medereizigers niet altijd bereid zijn voor deze groep reizigers op te staan. Daarom<br />
zullen wij in het definitieve PvE eisen dat het personeel beter rekening houdt met<br />
minder valide reizigers door er onder andere op toe te zien dat mensen die goed ter<br />
been zijn plaatsmaken voor hun mindervalide medemens.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in hoofdstuk 8 <strong>van</strong> het definitieve PvE als aanvullende eis<br />
opnemen dat het personeel erop toe moet zien dat mensen die slecht ter been zijn<br />
gebruik kunnen maken <strong>van</strong> de voor hen bestemde zitplaatsen.<br />
7.3.4 Kinderwagens, (vouw)fietsen, e.d.<br />
20 Stadsdeel Zeeburg en de gemeente Ouder-Amstel pleiten voor een duidelijkere<br />
definiëring <strong>van</strong> de eis betreffende het vervoer <strong>van</strong> fietsen, zodat de<br />
concessiehouder niet alleen fietsen mag toestaan, maar zich ook moet inspannen<br />
om het materieel daarvoor geschikt te maken, in ieder geval in tram 26;<br />
De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert dat de eis betreffende het toestaan aan<br />
reizigers <strong>van</strong> het meenemen <strong>van</strong> hun fiets op bepaalde trajecten pas na de<br />
resultaten <strong>van</strong> de proef in de IJtram kan worden beoordeeld. Wel pleit de<br />
Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> om het aantal fietsplekken op de IJtram tot 7 uit te<br />
breiden; en<br />
De Adviescommissie Amstelland-Meerlanden merkt op dat de gegeven omschrijving<br />
niet aansluit op de behoefte die nu al in de praktijk blijkt te bestaan. De commissie<br />
adviseert om de eis te stellen dat de concessiehouder bij de keuze <strong>van</strong> het metro-<br />
c.q. sneltrammaterieel met deze praktische behoefte rekening houdt.<br />
Reactie: Allereerst moet worden opgemerkt dat Activa BV en niet de concessiehouder<br />
primair belast is met de keuze <strong>van</strong> het metro- c.q. sneltrammaterieel. Daarbij is er<br />
een continue discussie over de wens om meer fietsen toe te staan in relatie tot<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 73 <strong>van</strong> 99
veiligheid en capaciteit in het voertuig. De <strong>Stadsregio</strong> acht het ongewenst om zich<br />
vooruitlopend op de uitkomsten <strong>van</strong> deze discussie al vast te leggen door een<br />
duidelijker definiëring <strong>van</strong> de eis betreffende het vervoer <strong>van</strong> fietsen in het PvE op<br />
te nemen. Zeker ook omdat er op dit moment nog een proef met het vervoer <strong>van</strong><br />
fietsen op de IJtram loopt, waar<strong>van</strong> de resultaten nog niet bekend zijn.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het te vroeg om in het definitieve PvE de eis betreffende het<br />
vervoer <strong>van</strong> fietsen verder uit te werken.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 74 <strong>van</strong> 99
7.4 Comfort en netheid<br />
21 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> vindt dat het streven moet zijn dat trams, bussen<br />
en metro’s iedere dag gecontroleerd en schoongemaakt worden, waarbij graffiti<br />
direct wordt verwijderd, opdat de dienstregeling iedere ochtend begint met propere<br />
en graffitivrije voertuigen;<br />
Eén lid <strong>van</strong> de Regioraadscommissie Verkeer & Vervoer en Economie geeft aan<br />
teleurgesteld te zijn in de reinheid <strong>van</strong> de <strong>Amsterdam</strong>se metro.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> dat reizigers er<br />
<strong>van</strong>uit moeten kunnen gaan dat zij in schone en nette voertuigen vervoerd worden.<br />
In paragraaf 7.4 <strong>van</strong> het ontwerp PvE hebben wij daarom ook de volgende eis<br />
opgenomen: “De Concessiehouder zorgt ervoor dat reizigers in schone en nette<br />
voertuigen kunnen reizen die in een goede staat <strong>van</strong> onderhoud verkeren.” Naar<br />
aanleiding <strong>van</strong> het advies <strong>van</strong> de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> zal de <strong>Stadsregio</strong><br />
deze eis in het definitieve PvE op de volgende manier aanscherpen: “Dit betekent in<br />
ieder geval dat in principe alle voertuigen bij aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> hun eerste rit <strong>van</strong> binnen<br />
schoon en <strong>van</strong> binnen en buiten graffitivrij zijn.” Hoe de concessiehouder deze eis<br />
precies gaat naleven, vindt de <strong>Stadsregio</strong> een bedrijfsinterne aangelegenheid .<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE met bovenstaande bepaling<br />
aanvullen.<br />
22 De gemeente Amstelveen adviseert om eisen te stellen ten aanzien <strong>van</strong> de reinheid<br />
<strong>van</strong> het interieur <strong>van</strong> het metromaterieel dat op lijn 51 rijdt.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> eist <strong>van</strong> de concessiehouder dat op alle metro-, tram- en buslijnen<br />
nette en schone voertuigen worden ingezet. Wij vinden het daarbij niet gepast om<br />
op dit punt onderscheid te maken tussen de verschillende (typen) lijnen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE ten aanzien <strong>van</strong> deze eis geen onderscheid<br />
maken naar verschillende (typen) lijnen.<br />
23 De gemeente Amstelveen suggereert om het project ‘kunst in de metro’ ook toe te<br />
passen in het materieel <strong>van</strong> lijn 51.<br />
Reactie: Het project kunst in de metro is een project dat is opgezet om de graffiti in de<br />
oudste metrostellen M2/M3 tegen te gaan en de tijd te overbruggen tot de komst<br />
<strong>van</strong> de nieuwe metrostellen M5/M6. De <strong>Stadsregio</strong> is <strong>van</strong> mening het<br />
metromaterieel op lijn 51 lang niet die overlast heeft <strong>van</strong> graffiti door het andere<br />
kleur- en materiaalgebruik in deze metrostellen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE toepassing <strong>van</strong> het project<br />
‘kunst in de metro’ in het materieel <strong>van</strong> lijn 51 voor te schrijven.<br />
7.5 Communicatieapparatuur<br />
24 GVB Activa BV waarschuwt ervoor dat de overstap <strong>van</strong> Vecom/Vetag naar KAR een<br />
verschuiving <strong>van</strong> verantwoordelijkheden, kosten en beheertaken <strong>van</strong> de<br />
infrabeheerder naar Activa BV met zich meebrengt.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> deze waarschuwing. In het ontwerp PvE hebben<br />
wij aangegeven dat bussen en trams alleen <strong>van</strong> goedwerkende KAR-apparatuur<br />
voorzien moeten zijn wanneer wij dit zinvol achten. Wij zullen deze eis alleen<br />
stellen op het moment dat de meerwaarde <strong>van</strong> KAR-apparatuur in onze ogen<br />
opweegt tegen de eventuele meerkosten. Overigens gaat het hierbij om een eis die<br />
ook voor de meeste aanbestede concessies <strong>van</strong> kracht is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de betreffende eis in het definitieve PvE af te<br />
zwakken.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 75 <strong>van</strong> 99
7.6 OV-chipkaartapparatuur<br />
25 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor de mogelijkheid dat reizigers op haltes<br />
kunnen uitchecken wanneer zij dat bij het verlaten <strong>van</strong> een voertuig vergeten zijn.<br />
Reactie: Bij bus en tram wordt de berekening <strong>van</strong> de kosten <strong>van</strong> de reis in het voertuig<br />
gedaan en daarna afgeschreven <strong>van</strong> de kaart. Het OV-chipkaartsysteem zoals dat<br />
nu in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> is opgezet voorziet niet in het in- en<br />
uitchecken <strong>van</strong> bus- en tramreizigers op de halte. Aanpassing <strong>van</strong> het systeem<br />
waardoor dit wel mogelijk wordt, is technisch gezien zeer lastig en daardoor zeer<br />
kostbaar, zeker bij haltes waar meerdere lijnen aankomen en vertrekken. Daarom<br />
moet iedere reiziger zich de gewoonte aanleren om in het voertuig in en uit te<br />
checken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> houdt vast aan de gekozen procedure waarbij bus- en tramreizigers<br />
in het voertuig in en uit moeten checken.<br />
7.7 Reclame<br />
26 Een inwoner <strong>van</strong> Utrecht pleit ervoor om de huidige situatie waarin geen reclame op<br />
trams en bussen is aangebracht te continueren (eventueel enkele speciale<br />
gelegenheden uitgezonderd). Dit met het oog op de uitstraling <strong>van</strong> het<br />
stadsvervoer.<br />
Reactie: De bussen en trams zijn eigendom <strong>van</strong> Activa BV en worden door Activa BV aan de<br />
concessiehouder beschikbaar gesteld. De <strong>Stadsregio</strong> verbiedt reclame in of op de<br />
voertuigen niet, maar heeft in het ontwerp PvE wel een aantal eisen over dit<br />
onderwerp opgenomen. Gegeven deze eisen kan Activa BV een afweging maken<br />
tussen de voor- (o.a. extra inkomsten) en nadelen (uitstraling <strong>van</strong> het<br />
stadsvervoer) <strong>van</strong> reclame op en in de voertuigen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE de mogelijkheden tot het<br />
aanbrengen <strong>van</strong> reclame in en op de voertuigen te beperken.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 76 <strong>van</strong> 99
8 PERSONEEL<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen beklaagt zich over het feit dat trambestuurders <strong>van</strong>af<br />
de halte “Onderuit” vertrekken ook wanneer zij zien dat er nog reizigers aan komen<br />
rennen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> eist <strong>van</strong> de concessiehouder dat haar personeel klantvriendelijk<br />
optreedt maar ook dat zij zich zo goed mogelijk aan de dienstregeling houdt. Het is<br />
aan de concessiehouder om chauffeurs/bestuurders zo op te leiden dat zij de<br />
afweging tussen het belang <strong>van</strong> de reizigers in het voertuig en de reiziger die op<br />
dat moment aan komt rennen op een juiste manier maken. Merk daarbij op dat wij<br />
de naleving <strong>van</strong> de punctualiteitseisen uit hoofdstuk 5 <strong>van</strong> het ontwerp PvE maar op<br />
een selectie <strong>van</strong> haltes/knooppunten en niet op alle haltes zullen controleren om de<br />
chauffeurs/bestuurders de mogelijkheid te geven een kleine vertraging opgelopen<br />
bij één halte tijdens het vervolgtraject weer in te lopen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om op dit punt aanvullende eisen te stellen.<br />
2 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen mist in het ontwerp PvE eisen die voorschrijven dat<br />
het personeel zich vriendelijker en attenter richting reizigers opstelt; en<br />
Stadsdeel Zeeburg pleit ervoor dat er beter toezicht wordt gehouden op de eisen<br />
aan het personeel.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening dat het personeel <strong>van</strong> de concessiehouder zich<br />
richting reizigers vriendelijk en attent moet opstellen. Vandaar dat wij in hoofdstuk<br />
8 ook eisen dat het personeel zich klantgericht, betrokken en correct gedraagt. Wij<br />
leiden uit bovenstaande opmerking af dat de naleving <strong>van</strong> deze eis in de toekomst<br />
extra aandacht <strong>van</strong> zowel de concessiehouder als de <strong>Stadsregio</strong> verdient. Enerzijds<br />
is hierin voorzien door de klachtenprocedure verder aan te scherpen (zie ook<br />
hoofdstuk 10 <strong>van</strong> het ontwerp PvE). Anderzijds vraagt dit wellicht om een<br />
(tijdelijke) verschuiving <strong>van</strong> het accent bij het beheer <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong><br />
2012. Omdat concessiebeheer de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> zelf is,<br />
komen eisen ten aanzien <strong>van</strong> het concessiebeheer niet terug in het PvE of in het<br />
bestek.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit aan te scherpen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 77 <strong>van</strong> 99
9 INFORMATIE AAN DE REIZIGER<br />
9.1 Algemeen<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor betere reisinformatie over nachtbussen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft in het ontwerp PvE de eisen op het gebied <strong>van</strong> reisinformatie<br />
aangescherpt in vergelijking met de huidige situatie. De precieze invulling hier<strong>van</strong><br />
is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder. Wel dient de concessiehouder<br />
de vormgeving en inhoud <strong>van</strong> alle reisinformatie voor advies aan de Reizigers<br />
Advies Raad en ter goedkeuring aan de <strong>Stadsregio</strong> voor te leggen. Uitzondering is<br />
de actuele reisinformatie die op termijn op een selectie <strong>van</strong> haltes getoond zal gaan<br />
worden; de vormgeving <strong>van</strong> deze informatie valt onder de verantwoordelijkheid <strong>van</strong><br />
de <strong>Stadsregio</strong> en de betrokken infrabeheerders. Wel stellen wij regels aan de wijze<br />
waarop de concessiehouder de hiervoor benodigde informatie moet aanleveren. De<br />
<strong>Stadsregio</strong> verwacht hiermee de wens <strong>van</strong> betere reisinformatie over nachtbussen<br />
voldoende te hebben geborgd.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen.<br />
2 Viziris pleit ervoor om de memo <strong>van</strong> 26 februari 2009 “Horen is weten” te<br />
incorporeren in deze paragraaf, zodat visueel gehandicapten ook de informatie<br />
kunnen gebruiken.<br />
Reactie: Het PvE bevat algemene bepalingen ten aanzien <strong>van</strong> de toegankelijkheid <strong>van</strong> het<br />
openbaar vervoer voor mensen met een auditieve, visuele en/of<br />
mobiliteitsbeperking. In het bestek worden deze eisen in meer detail uitgewerkt,<br />
waarbij de <strong>Stadsregio</strong> rekening zal houden met de inhoud <strong>van</strong> genoemde memo.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen,<br />
maar zal de inhoud <strong>van</strong> de memo betrekken bij het opstellen <strong>van</strong> het bestek.<br />
3 Viziris wijst erop dat het gebruik <strong>van</strong> visuele informatie d.m.v. LED-verlichting niet<br />
werkt voor slechtzienden. Bij de aankoop <strong>van</strong> DRIS panelen moet rekening<br />
gehouden worden met de leesbaarheid <strong>van</strong> de letters.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> de waarschuwing. Voor zover het DRIS panelen<br />
betreft die op haltes worden geplaatst zullen wij deze waarschuwing meenemen bij<br />
de besluitvorming over de aanschaf <strong>van</strong> deze panelen. Verder zullen wij in het PvE<br />
voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 eisen dat bij de aanschaf <strong>van</strong> beeldschermen<br />
ten behoeve <strong>van</strong> de voertuigen rekening gehouden moet worden met de<br />
leesbaarheid <strong>van</strong> de letters voor slechtzienden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE een aanvullende eis opnemen met<br />
betrekking tot de leesbaarheid <strong>van</strong> letters op de beeldschermen in de voertuigen.<br />
9.2 Informatiedrukwerk<br />
4 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat de contactgegevens <strong>van</strong><br />
ROVER, Vereniging Stadsvervoerbelang en de Geschillencommissie Openbaar<br />
Vervoer worden vermeld in de folder <strong>van</strong> het Nachtnet.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft ervoor gekozen om algemene informatie met betrekking tot het<br />
openbaar vervoer in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>, waaronder de gevraagde<br />
informatie, op de lijnennetkaart te laten vermelden. De lijnfolders en de folder <strong>van</strong><br />
het nachtnet die als een uitgebreide lijnfolder gezien kan worden, bevatten deze<br />
informatie niet en wij zien geen reden om dit te wijzigen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aanpassen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 78 <strong>van</strong> 99
9.3 Informatie op internet<br />
5 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat de tariefinformatie via het<br />
internet aangeboden wordt.<br />
Reactie: Zoals in paragraaf 9.3 valt te lezen, eist de <strong>Stadsregio</strong> <strong>van</strong> de concessiehouder dat<br />
hij alle informatie die via lijnfolders, de lijnennetkaart en de folder <strong>van</strong> het nachtnet<br />
wordt aangeboden ook via internet moet worden aangeboden. Hieronder valt ook<br />
de gevraagde tariefinformatie.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> constateert dat de tekst <strong>van</strong> het ontwerp PvE al aan bovenstaande<br />
wens tegemoet komt.<br />
6 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat de informatie over<br />
dienstregeling, lijnennet en tariefinformatie ook in het Engels beschikbaar wordt<br />
gesteld.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> acht het eveneens wenselijk dat reizigersinformatie in meerder talen<br />
beschikbaar komt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de eis opnemen dat de informatie op de<br />
website <strong>van</strong> de concessiehouder in ieder geval ook in het Engels beschikbaar is.<br />
9.4 Informatie in en op de voertuigen<br />
9.4.1 Informatie in de voertuigen<br />
7 Een inwoner <strong>van</strong> Utrecht vraagt zich af waarom de aanwezigheid <strong>van</strong> een display in<br />
de metro’s niet gewoon geëist wordt.<br />
Reactie: De aanwezigheid <strong>van</strong> displays wordt alleen in nieuw materieel geëist. Gelet op de<br />
spoedige ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> metromaterieel acht de <strong>Stadsregio</strong> het niet gewenst om<br />
nog in bestaand materieel te investeren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen in het PvE op dit punt aan te scherpen.<br />
8 GVB pleit ervoor om de eis betreffende het aanbrengen <strong>van</strong> beeldschermen of extra<br />
displays alleen te laten gelden in nieuw aan te schaffen materieel;<br />
GVB Activa BV merkt op dat voor het tonen <strong>van</strong> reisinformatie op eenregelige<br />
displays in metro’s de software moet worden aangepast.<br />
Reactie: Het pleidooi <strong>van</strong> GVB is in lijn met de eisen die de <strong>Stadsregio</strong> in het ontwerp PvE<br />
heeft opgenomen. Gelet op de lage rapportcijfers <strong>van</strong> reizigers voor de kwaliteit <strong>van</strong><br />
de informatie bij verstoringen, hechten wij er belang aan dat alle communicatiemogelijkheden<br />
die in een voertuig aanwezig zijn, benut worden om reizigers <strong>van</strong><br />
actuele reisinformatie te voorzien. Net zoals dat nu ook in de door ons aanbestede<br />
streekconcessies het geval is en ook wanneer daarvoor een eenmalige investering<br />
in de software voor noodzakelijk is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te<br />
passen.<br />
9 De Reizigers Advies Raad adviseert dat om verplicht te stellen dat de Centrale<br />
Verkeersleiding bij plotselinge stremmingen en omleidingen inbreuk pleegt in het<br />
omroepsysteem om de reiziger te informeren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt de wijze waarop reizigers geïnformeerd worden bij<br />
stremmingen en omleidingen de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de concessiehouder. Wel<br />
zal de concessiehouder worden gevraagd om in het uitvoeringsplan, zoals bedoeld<br />
in hoofdstuk 5 <strong>van</strong> het ontwerp PvE, aan te geven op welke wijze hij zijn reizigers<br />
zal informeren. Deze laatste eis zal in het definitieve PvE worden opgenomen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 79 <strong>van</strong> 99
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de tekst ten aanzien <strong>van</strong> het informeren<br />
<strong>van</strong> reizigers bij stremmingen en omleidingen in hoofdstuk 5 aanscherpen.<br />
10 De gemeente Amstelveen adviseert om bij halte-afroep in lijn 5 op de<br />
overstappunten op buslijnen met Amstelveen, met name de Zuidtangent op de<br />
halte Oranjebaan, dit om te roepen en aan te geven.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de gemeente Amstelveen dat het omroepen <strong>van</strong><br />
informatie in het voertuig over overstapmogelijkheden <strong>van</strong> toegevoegde waarde is<br />
voor de reizigers. Daarom zullen wij in het definitieve PvE de eis opnemen dat het<br />
automatische halteomroepsysteem niet alleen de eerstvolgende halte maar ook de<br />
belangrijkste overstapmogelijkheden <strong>van</strong>af deze halte vermeldt, zoals nu al in de<br />
metro het geval is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE de informatie die via automatische<br />
halteomroepsystemen verstrekt moet worden uitbreiden met informatie over<br />
belangrijke overstapmogelijkheden <strong>van</strong>af een halte.<br />
9.5 Informatie op de haltes<br />
11 De Reizigers Advies Raad adviseert om op alle knooppunten en overstaphaltes de<br />
overstapverbindingen inclusief lijnnummers te vermelden. Tevens dienen op haltes<br />
belangrijke attractiepunten vermeld te worden.<br />
Reactie: Dit advies is in lijn met de eisen in paragraaf 9.5.1 <strong>van</strong> het PvE. Extra ten opzichte<br />
<strong>van</strong> de eisen is de vermelding <strong>van</strong> belangrijke attractiepunten.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het PvE de aanvullende bepaling opnemen dat belangrijke<br />
attractiepunten op de omgevingskaart getoond moeten worden.<br />
12 De gemeente Ouder-Amstel vraagt zich af hoe, met het op 29 september 2008<br />
geadviseerde punt m.b.t. de onderlinge verwijzing tussen overstaphaltes, is<br />
omgegaan.<br />
Reactie: In subparagraaf 9.5.1 eist de <strong>Stadsregio</strong> dat de concessiehouder op de<br />
haltes/stations een omgevingskaart aanbrengt waarop alle haltes in de omgeving<br />
<strong>van</strong> de halte zijn aangegeven inclusief de lijnen die <strong>van</strong>af iedere halte vertrekken.<br />
Wij denken dat deze eis tegemoet komt aan het eerdere verzoek voor onderlinge<br />
verwijzingen tussen overstaphaltes.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te passen.<br />
13 De gemeente Ouder-Amstel vraagt zich af hoe, met het op 29 september 2008<br />
geadviseerde punt m.b.t. een duidelijke aanduiding waar men zich met de fiets<br />
moet opstellen op metroperrons, is omgegaan.<br />
Reactie: De inrichting <strong>van</strong> de metrostations is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de betreffende<br />
infrabeheerder. Daarmee valt het advies buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE voor de<br />
Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2010. Dit neemt niet weg dat de <strong>Stadsregio</strong> er belang aan<br />
hecht dat voor reizigers op een metrostation, waaronder reizigers met een fiets,<br />
tijdig duidelijk is waar de eerstvolgende metro zal stoppen en hoe lang deze metro<br />
zal zijn. Wij voeren met de desbetreffende infrabeheerder en de concessiehouder<br />
overleg over de wijze waarop dit element <strong>van</strong> de informatievoorziening in de<br />
toekomst verbeterd kan worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te<br />
passen.<br />
9.5.1 Statische informatie<br />
14 GVB waarschuwt ervoor dat het toevoegen <strong>van</strong> de omgevingsplattegrond voor een<br />
erg drukke lijnenkaart zorgt.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 80 <strong>van</strong> 99
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> de waarschuwing, maar vindt de informatie die op<br />
een omgevingsplattegrond getoond kan worden <strong>van</strong> duidelijke toegevoegde waarde<br />
voor de reiziger. Wij dagen de toekomstige concessiehouder dan ook uit om met<br />
een passende oplossing te komen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE aan te passen.<br />
15 De gemeente Amstelveen adviseert om de lijnennetkaarten te voorzien <strong>van</strong> een<br />
duidelijke opvallende Zuidtangentverbinding tussen station <strong>Amsterdam</strong><br />
Bijlmer/ArenA en Amstelveen Oranjebaan/Busstation.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> deelt de mening <strong>van</strong> de gemeente Amstelveen dat lijnennetkaarten<br />
ook (belangrijke) lijnen <strong>van</strong> andere concessiehouders moeten tonen. In<br />
subparagraaf 9.5.1 <strong>van</strong> het definitieve PvE zullen wij dit alsnog aangeven. De<br />
vormgeving <strong>van</strong> de lijnennetkaart is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE aangeven dat de concessiehouder op zijn<br />
lijnennetkaarten zowel de lijnen <strong>van</strong> de concessiehouder zelf als lijnen <strong>van</strong> andere<br />
concessiehouders in het concessiegebied dient te tonen.<br />
9.5.2 Actuele Reisinformatie<br />
16 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om op iedere halte een luidspreker aan te<br />
brengen om reizigers te kunnen informeren bij vertragingen en calamiteiten.<br />
Reactie: Het plaatsen <strong>van</strong> luidsprekers op haltes is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
desbetreffende infrabeheerder en valt daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> verwacht wel dat de concessiehouder optimaal gebruik maakt <strong>van</strong> de<br />
mogelijkheden die andere partijen creëren om reizigers in geval <strong>van</strong> vertragingen<br />
en calamiteiten te informeren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE als eis opnemen dat de concessiehouder<br />
geacht wordt <strong>van</strong> alle beschikbare mogelijkheden, waaronder eventuele<br />
luidsprekers op haltes, gebruik te maken om reizigers te informeren bij<br />
vertragingen en calamiteiten.<br />
17 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat actuele reisinformatie<br />
beschikbaar wordt gesteld via (mobiel) internet en sms.<br />
Reactie: Met het oog op de uniformiteit <strong>van</strong> actuele reisinformatie heeft het de voorkeur <strong>van</strong><br />
de <strong>Stadsregio</strong> dat systemen voor verspreiding <strong>van</strong> actuele reisinformatie, informatie<br />
verspreiden over alle vervoerders die in een gebied actief zijn. De <strong>Stadsregio</strong> werkt<br />
daarom zowel op regionaal als landelijk niveau aan de ontwikkeling <strong>van</strong> centrale<br />
systemen die actuele reisinformatie voor al het openbaar vervoer binnen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> beschikbaar kunnen stellen. Vanuit deze centrale systemen wordt een<br />
methode ontwikkeld om reisinformatie via mobiel internet en sms beschikbaar te<br />
stellen. Op dit punt zien wij geen taak voor de concessiehouder weggelegd. De<br />
concessiehouder moet de informatie doorgeven zoals in paragraaf 9.8 <strong>van</strong> het PvE<br />
beschreven is.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het definitieve PvE ten aanzien <strong>van</strong> dit punt<br />
aanvullende eisen te stellen.<br />
18 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen vraagt of op station Zuid op een geschikte plaats<br />
aangegeven kan worden welke tram het eerst komt, lijn 5 of lijn 51; en<br />
De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor om op drukke haltes en<br />
knooppunten twee informatiepanelen per rijrichting (zie HTM Den Haag), DRIS en<br />
wellicht nood-/informatiezuilen te plaatsen.<br />
Reactie: Het op een halte aangeven <strong>van</strong> actuele reisinformatie op een daarvoor geschikte<br />
plaats is een zaak <strong>van</strong> de infrabeheerder en niet <strong>van</strong> de concessiehouder. In de nog<br />
op te stellen beleids<strong>nota</strong> over actuele reisinformatie op haltes zal een beleidskeuze<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 81 <strong>van</strong> 99
gemaakt worden ten aanzien <strong>van</strong> de plaats <strong>van</strong> de panelen. Dit valt echter buiten<br />
de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende<br />
bepalingen in het PvE op te nemen.<br />
19 De gemeente Amstelveen adviseert om in deze paragraaf toe te voegen dat de<br />
actuele reisinformatie op perrons werkend functioneren.<br />
Reactie: Het functioneren <strong>van</strong> de panelen op de haltes is de verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />
betreffende infrabeheerder en valt daarmee buiten de reikwijdte <strong>van</strong> het PvE. De<br />
concessiehouder dient ervoor te zorgen dat de juiste informatie <strong>van</strong>uit voertuigen<br />
wordt verzameld en wordt doorgestuurd aan een centrale database <strong>van</strong> waaruit<br />
deze informatie naar de panelen op de haltes wordt verzonden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende<br />
bepalingen in het PvE op te nemen.<br />
20 De NS Regiodirectie Randstad Noord pleit ervoor om bij OV-knooppunten ook<br />
vertrektijden <strong>van</strong> treinen in de dynamische reisinformatie op te nemen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is verheugd over het pleidooi om op OV-knooppunten ook actuele<br />
vertrektijden <strong>van</strong> treinen te tonen en maakt uit de reactie op dat NS bereid is deze<br />
informatie beschikbaar te stellen. Afspraken hierover vallen echter buiten de<br />
reikwijdte <strong>van</strong> het PvE omdat de concessiehouder geen rol speelt bij de realisatie en<br />
uitvoering <strong>van</strong> de afspraken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen noodzaak om ten aanzien <strong>van</strong> dit punt aanvullende<br />
bepalingen in het PvE op te nemen.<br />
9.6 Informatieloketten bij OV-knooppunten<br />
21 De Reizigers Advies Raad adviseert om op de volgende locaties<br />
informatie/verkooppunten te realiseren:<br />
- CS<br />
- Leidseplein<br />
- Station Bijlmer Arena<br />
- Station Zuid<br />
- Station Sloterdijk<br />
- Amstelstation<br />
- Kruising Linnaeusstraat/Wijttenbachstraat<br />
- Buikslotermeerplein.<br />
Hier<strong>van</strong> dienen de eerste vier locaties in het weekeind geopend te zijn en de eerste<br />
twee locaties in de avonduren tot ten minste 23:00 uur.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> eist in het ontwerp PvE dat de concessiehouder in ieder geval<br />
informatieloketten inricht op de OV-knooppunten die in subparagraaf 3.2.2<br />
genoemd zijn. De <strong>Stadsregio</strong> acht het bij nader inzien wenselijk om de<br />
concessiehouder ten aanzien <strong>van</strong> dit punt meer ruimte te geven om de locaties <strong>van</strong><br />
de informatieloketten naar eigen inzicht in te vullen (= ontwikkelruimte). Dit geeft<br />
de concessiehouder de mogelijkheid om desgewenst een deel <strong>van</strong> de 7 geëiste<br />
informatieloketten niet op OV-knooppunten, maar op andere drukbezochte locaties<br />
(bijv. winkelgebieden) te realiseren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het definitieve PvE opnemen dat de concessiehouder<br />
voorstellen mag indienen om een deel <strong>van</strong> de informatieloketten op andere<br />
drukbezochte locaties in te richten. De concessiehouder dient hierbij te zorgen voor<br />
een goede geografische spreiding <strong>van</strong> de informatieloketten over het<br />
concessiegebied.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 82 <strong>van</strong> 99
9.7 Wijziging <strong>van</strong> de dienstregeling<br />
22 De gemeente Amstelveen verwacht dat de concessiehouder verplicht wordt<br />
publicaties ten aanzien <strong>van</strong> (tijdelijke) wijzigingen, marketing en overige informatie,<br />
te blijven publiceren in de Amstelveense weekmedia.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> verplicht de concessiehouder om publicaties in Huis aan Huisbladen<br />
te zetten die het gehele concessiegebied afdekken. Het concessiegebied bevat een<br />
aantal uitlopers zoals genoemd in bijlage 1 <strong>van</strong> het ontwerp PvE waarmee de<br />
verplichting tot publicatie in Amstelveense weekmedia impliciet vereist is. Wij zullen<br />
deze eis in het definitieve PvE ook nog expliciteren.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in het PvE aan de zinsnede ‘hele concessiegebied’ de tekst<br />
‘inclusief uitlopers’ toevoegen zodat deze verplichting ook expliciet uit het PvE naar<br />
voren komt.<br />
9.8 Landelijk/regionaal reisinformatiesysteem<br />
23 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat statische en actuele gegevens<br />
beschikbaar worden gesteld aan andere partijen (op verzoek).<br />
Reactie: Bij het opstellen <strong>van</strong> het ontwerp PvE is aangesloten bij de huidige marktsituatie<br />
waarin er één landelijk reisinformatiesysteem is. Hierdoor wordt ten onrechte de<br />
indruk gewekt dat de <strong>Stadsregio</strong> de bestaande situatie wil continueren. De titel <strong>van</strong><br />
de paragraaf geeft echter aan dat wij zowel landelijke als regionale<br />
reisinformatiesystemen willen ondersteunen. Wij zullen de tekst <strong>van</strong> deze paragraaf<br />
hierop aanpassen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal in paragraaf 9.8 <strong>van</strong> het PvE de zinsnede ‘een<br />
reisinformatiesysteem’ ver<strong>van</strong>gen door ‘door de concessieverlener te benoemen<br />
reisinformatiesystemen’.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 83 <strong>van</strong> 99
10 CONSUMENTENBESCHERMING<br />
1 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> constateren dat het onderwerp “gevonden<br />
voorwerpen” niet aan de orde komt in het PvE. Zij pleiten ervoor om de<br />
concessiehouder te verplichten hier een regeling voor te laten ontwerpen.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft in het PvE op hoofdlijnen aan willen geven wat <strong>van</strong> de<br />
concessiehouder wordt verwacht. Daarnaast zijn de Algemene voorwaarden<br />
Openbaar stads- en streekvervoer <strong>van</strong> toepassing, waardoor het niet nodig is alle<br />
bepalingen in deze algemene voorwaarden in het PvE over te nemen. Deze<br />
algemene voorwaarden zijn contractuele bepalingen tussen de vervoerder en de<br />
reiziger. De <strong>Stadsregio</strong> is daarbij geen partij. De <strong>Stadsregio</strong> meent dat de<br />
onderwerpen die deel uitmaken <strong>van</strong> de algemene voorwaarden niet alle in de<br />
concessie behoeven te worden geregeld. Het onderwerp 'gevonden voorwerpen' is<br />
één <strong>van</strong> die onderdelen die het beste in de algemene voorwaarden kunnen worden<br />
geregeld. Dat is ook geschied in artikel 16 <strong>van</strong> de algemene voorwaarden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal het definitieve PvE op dit punt niet aanpassen.<br />
2 De Reizigers Advies Raad adviseert om een gratis telefoonnummer voor het<br />
inwinnen <strong>van</strong> informatie of het doorgeven <strong>van</strong> een klacht in te voeren.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> wil de drempel voor reizigers om een klacht bij de concessiehouder<br />
in te dienen laag wil houden. Wij willen de concessiehouder echter niet verplichten<br />
hiervoor een gratis telefoonnummer open te stellen, omdat dit oneigenlijk gebruik<br />
<strong>van</strong> het telefoonnummer in de hand kan werken. Daarbij kunnen reizigers te allen<br />
tijde via internet hun klacht gratis indienen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt dit advies niet over en zal de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt<br />
dan ook niet wijzigen.<br />
10.1 Klachtenafhandeling<br />
3 De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert dat de afhandeling <strong>van</strong> reizigersklachten<br />
plaatsvindt conform de afspraken die de gemeenteraad <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> hierover zal<br />
maken n.a.v. het rapport <strong>van</strong> de <strong>Amsterdam</strong>se ombudsman dat dit najaar moet<br />
verschijnen.<br />
Reactie: Zoals de <strong>Stadsregio</strong> in paragraaf 10.1 <strong>van</strong> het ontwerp PvEheeft vermeld vinden wij<br />
het belangrijk dat een reiziger er <strong>van</strong>uit moet kunnen gaan dat, wanneer zijn reis<br />
onverhoopt niet verloopt zoals gepland, zijn klacht op een zorgvuldige wijze worden<br />
afgehandeld. Onze insteek daarbij is om aan alle concessiehouders die in onze<br />
opdracht werken vergelijkbare eisen ten aanzien <strong>van</strong> de klachtenafhandeling te<br />
stellen, zodat het voor een reiziger niet uitmaakt met welke concessiehouder hij<br />
reist.<br />
Omdat de <strong>Stadsregio</strong> heeft gemerkt dat de klachtenafhandeling soms nog beter<br />
kan, hebben wij de eisen ten aanzien <strong>van</strong> de klachtenafhandeling in het ontwerp<br />
PvE aangescherpt. Mochten de uitkomsten <strong>van</strong> het onderzoek <strong>van</strong> de ombudsman<br />
naar de afhandeling <strong>van</strong> reizigersklachten over het <strong>Amsterdam</strong>se Openbaar Vervoer<br />
tijdig beschikbaar zijn en aanleiding geven tot een verdere aanscherping <strong>van</strong> de<br />
eisen dan zullen wij deze verscherpte eisen opnemen in het definitieve PvE of het<br />
bestek. Zolang de uitkomsten <strong>van</strong> dit onderzoek en de daaruit voortvloeiende<br />
afspraken niet bekend is, kunnen wij nog niet aangegeven of en zo ja, op welke<br />
wijze deze afspraken een plaats in het definitieve PvE of het bestek zullen krijgen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> zal de tekst <strong>van</strong> het definitieve PvE op dit punt (vooralsnog) niet<br />
wijzigen ten opzichte <strong>van</strong> het ontwerp PvE.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 84 <strong>van</strong> 99
4 De provincie Flevoland geeft in overweging om een termijn <strong>van</strong> veertien dagen voor<br />
de afhandeling <strong>van</strong> klachten toe te passen. Verder vraagt de provincie zich af hoe<br />
de <strong>Stadsregio</strong> zekerheid krijgt over de juistheid <strong>van</strong> de informatie die de vervoerder<br />
verschaft over het aantal en de aard <strong>van</strong> de klachten, aangezien de klachten bij de<br />
vervoerder moeten worden ingediend.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft bewust gekozen voor een wat langere afhandelingstermijn.<br />
Enerzijds om andere organisaties de gelegenheid te geven om een doorgestuurde<br />
klacht te beantwoorden en anderzijds om de concessiehouder de gelegenheid te<br />
geven om chauffeurs/bestuurders persoonlijk te benaderen naar aanleiding <strong>van</strong> een<br />
klacht. Gedetailleerde eisen over de verantwoording <strong>van</strong> het aantal klachten en de<br />
afhandeling er<strong>van</strong> zullen te zijner tijd in het bestek worden opgenomen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden de tekst <strong>van</strong> het PvE op dit punt aan te scherpen.<br />
10.2 Klachtenoverzicht<br />
Geen opmerkingen<br />
10.3 Landelijke/regionale geschillencommissie<br />
Geen opmerkingen<br />
11 POSITIE CONSUMENTENORGANISATIES<br />
Geen opmerkingen<br />
12 MARKETING<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 85 <strong>van</strong> 99
13 TARIEVEN EN VERKRIJGBAARHEID<br />
VERVOERBEWIJZEN<br />
13.1 Algemeen<br />
Geen opmerkingen<br />
13.2 Tarieven<br />
1 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat de strippenkaart of OV-chipkaart al<br />
<strong>van</strong>af 1 zone en niet pas <strong>van</strong>af 3 sterren geldig is in de treinen binnen <strong>Amsterdam</strong>.<br />
Reactie: De geldigheid <strong>van</strong> de strippenkaart of OV-chipkaart in de treinen binnen <strong>Amsterdam</strong><br />
is een zaak <strong>van</strong> het Ministerie <strong>van</strong> Verkeer & Waterstaat en de NS en kan derhalve<br />
niet in het PvE voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 geregeld worden.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen meerwaarde om in het definitieve PvE eisen ten aanzien<br />
<strong>van</strong> dit punt op te nemen.<br />
2 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de Indische buurt in het Zonegebied<br />
5700 te voegen.<br />
Reactie: De zone-indeling is geen onderwerp dat binnen een PvE geregeld wordt, omdat<br />
voor een herziening <strong>van</strong> de zone-indeling goedkeuring <strong>van</strong> het Ministerie <strong>van</strong><br />
Verkeer en Waterstaat noodzakelijk is. Wensen ten aanzien <strong>van</strong> de zone-indeling<br />
kunnen separaat bij de <strong>Stadsregio</strong> worden ingediend. Overigens houden wij<br />
rekening met de mogelijkheid dat bij aan<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de nieuwe concessie als gevolg<br />
<strong>van</strong> de beschikbaarheid <strong>van</strong> de OV-chipkaart niet langer met zones wordt gerekend.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen mogelijkheden en noodzaak om in het PvE een bepaling op<br />
te nemen ten aanzien <strong>van</strong> de afbakening <strong>van</strong> het zonegebied 5700.<br />
3 De Reizigers Advies Raad adviseert om de extra kilometers bij omleidingen,<br />
stremmingen of andere calamiteiten niet door te rekenen in het kilometertarief <strong>van</strong><br />
de OV-chipkaart;<br />
Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijst erop dat het reizen met een OV-chipkaart<br />
duurder is dan met een strippenkaart. Een strippenkaart kan, <strong>van</strong>wege de<br />
overstaptijd, gebruikt worden als retourtje en met een OV-chipkaart moet er<br />
tweemaal het instaptarief betaald worden. Tevens geeft een inwoner <strong>van</strong><br />
Amstelveen aan dat reizen met lijn 51 duurder is met de OV-chipkaart <strong>van</strong>wege de<br />
omweg;<br />
De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit voor tariefintegratie in het nachtnet;<br />
en<br />
Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor een eis die betrekking heeft op de tarieven<br />
voor het nachtnet, bij voorkeur het kilometertarief voor het dagnet met een opslag.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is zich bewust <strong>van</strong> het feit dat bepaalde reizen met de OV-chipkaart<br />
duurder worden, zoals in het genoemde voorbeeld waarin een reiziger binnen een<br />
uur heen en terugreist. Daar staat tegenover dat andere reizen juist goedkoper<br />
worden. Bij het opstellen <strong>van</strong> de Tariefverordening Wp2000 <strong>Stadsregio</strong> <strong>Amsterdam</strong><br />
zijn deze effecten meegewogen. Zoals we in het ontwerp PvE hebben aangegeven is<br />
de Tariefverordening uitgangspunt voor het ontwerp PvE. Dit betekent dat we in het<br />
PvE in principe geen aanvullende eisen op het gebied <strong>van</strong> tarieven opnemen.<br />
Opmerkingen, suggesties en wensen op dit vlak, waaronder nadere bepalingen ten<br />
aanzien <strong>van</strong> de gevolgen <strong>van</strong> omleidingen en de tarieven voor het nachtnet, worden<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 86 <strong>van</strong> 99
meegenomen bij de evaluatie <strong>van</strong> de Tariefverordening en krijgen mogelijk een<br />
plaats in een volgende versie <strong>van</strong> de Tariefverordening.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> is niet voornemens op dit punt aanvullende bepalingen in het PvE op<br />
te nemen.<br />
13.3 Verkrijgbaarheid (Distributie)<br />
4 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat abonnementen voor het stadsvervoer<br />
net als NS-abonnementen in een blanco envelop worden toegestuurd.<br />
Reactie: Uitgangspunt voor het PvE is dat op het moment dat de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
ingaat de OV-chipkaart is ingevoerd en de abonnementen voor het stadsvervoer op<br />
een persoonlijke OV-chipkaart ‘verchipt’ zijn. De wijze waarop deze persoonlijke<br />
OV-chipkaart aan de reizigers verstrekt wordt is een zaak <strong>van</strong> de concessiehouder.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om hierover in het PvE aanvullende bepalingen op te<br />
nemen.<br />
5 Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat abonnementen het formaat <strong>van</strong> een<br />
creditcard krijgen zodat zij minder ruimte in een portemonnee innemen.<br />
Reactie: Uitgangspunt is dat op het moment dat de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 ingaat de<br />
OV-chipkaart is ingevoerd. De OV-chipkaarten hebben het formaat <strong>van</strong> een<br />
creditcard, waarmee automatisch aan bovenstaande wens voldaan wordt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om het PvE op dit punt aan te passen.<br />
6 Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor dat er minimaal één OVchipkaartautomaat<br />
per metrostation, busstation of OV-knooppunt geplaatst wordt.<br />
Reactie: Voor zover op dit moment bekend is, zal tot 2012 op elk metrostation en OVknooppunt<br />
minimaal 1 OV-chipkaartautomaat aanwezig zijn. Of deze situatie wordt<br />
gecontinueerd hangt mede af <strong>van</strong> de vraag welke kanalen reizigers in de toekomst<br />
gaan gebruiken om hun OV-chipkaart te verkrijgen en op te laden. Dit zal tijdens<br />
een evaluatie <strong>van</strong> distributiebeleid moeten blijken.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> vindt het op dit moment nog te vroeg om concrete eisen te stellen<br />
aan de locaties en het aantal OV-chipkaartautomaten per locatie <strong>van</strong>af 2012.<br />
7 Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen pleit ervoor om de OV begeleidingskaart te voorzien<br />
<strong>van</strong> een chip.<br />
Reactie: Uitgangspunt is dat op het moment dat de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 ingaat de<br />
OV-chipkaart is ingevoerd. Om gebruik te kunnen maken <strong>van</strong> het OV zal de OV<br />
begeleidingskaart of opvolger hier<strong>van</strong> voorzien moeten zijn <strong>van</strong> een chip. Hierover<br />
zijn landelijk afspraken gemaakt.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de landelijk geldende afspraken ten aanzien <strong>van</strong><br />
de OV-chipkaart in het PvE te herhalen.<br />
13.4 Mobiele kaartverkooppunten<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 87 <strong>van</strong> 99
14 INFORMATIE EN MONITORING<br />
14.1 Algemeen<br />
Geen opmerkingen<br />
14.2 Informatieverstrekking door de Concessiehouder aan de<br />
<strong>Stadsregio</strong><br />
1 GVB pleit voor een praktische oplossing voor het aanleveren <strong>van</strong> actuele gegevens<br />
over de uitvoering <strong>van</strong> de dienstregeling.<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> verwacht dat aanlevering <strong>van</strong> actuele gegevens over de uitvoering<br />
<strong>van</strong> de dienstregeling in toenemende mate in digitale vorm zal plaatsvinden. Dit<br />
hebben wij in het PvE niet verder uitgewerkt, omdat het PvE met name bedoeld is<br />
om richting reizigers duidelijk te maken wat zij <strong>van</strong> de concessiehouder mogen<br />
verwachten. Wij zullen de gedetailleerde eisen ten aanzien <strong>van</strong> de aanlevering <strong>van</strong><br />
gegevens in het bestek opnemen.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om in het PvE aanvullende bepalingen ten aanzien<br />
<strong>van</strong> de aanlevering <strong>van</strong> gegevens op te nemen.<br />
2 GVB Activa BV waarschuwt dat voor het monitoren <strong>van</strong> rituitval en punctualiteit met<br />
behulp <strong>van</strong> EBS een aanpassing <strong>van</strong> dit systeem vereist en vraagt zich af of EBS in<br />
staat zal zijn alle actuele gegevens over de uitvoering <strong>van</strong> de dienstregeling (=<br />
realtime data) te leveren..<br />
Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> neemt kennis <strong>van</strong> deze waarschuwing. Wij vertrouwen erop dat de<br />
benodigde aanpassingen de komende twee jaar gerealiseerd zullen worden, mede<br />
gelet op het feit dat deze aanpassingen ook noodzakelijk zijn om reizigers <strong>van</strong><br />
actuele reisinformatie te kunnen voorzien zoals geëist in hoofdstuk 9 <strong>van</strong> het<br />
ontwerp PvE.<br />
Conclusie: De <strong>Stadsregio</strong> ziet geen reden om de eisen in het definitieve PvE af te zwakken.<br />
14.3 Informatie uit eigen waarnemingen<br />
Geen opmerkingen<br />
15 IMPLEMENTATIE<br />
Geen opmerkingen<br />
16 ONVOORZIENE ONTWIKKELINGEN<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 88 <strong>van</strong> 99
BIJLAGEN<br />
Bijlage 1: Uitlopers <strong>van</strong> de Concessie<br />
Geen opmerkingen<br />
Bijlage 2: De OV-knooppunten en hun invloedsgebieden<br />
Geen opmerkingen<br />
Bijlage 3: Het Stedelijk gebied binnen het Concessiegebied<br />
<strong>Amsterdam</strong><br />
Geen opmerkingen<br />
Bijlage 4: Samenstelling Reizigers Advies Raad<br />
Geen opmerkingen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 89 <strong>van</strong> 99
MODULES<br />
Bij het opstellen <strong>van</strong> het ontwerp PvE heeft de <strong>Stadsregio</strong> ervoor gekozen om<br />
mogelijke verbeteringen <strong>van</strong> het openbaar vervoer in het Concessiegebied<br />
<strong>Amsterdam</strong> in de vorm <strong>van</strong> modules voor advies en inspraak voor te leggen. Het<br />
ging daarbij om kwaliteitsverbeteringen, zoals uitbreidingen <strong>van</strong> het<br />
voorzieningenniveau en investeringen in duurzaamheid, sociale veiligheid, actuele<br />
reisinformatie in voertuigen, tarievenbeleid en materieel & infrastructuur. De<br />
kwaliteitsverbeteringen zullen <strong>van</strong>uit het inbestedingsresultaat gefinancierd moeten<br />
worden.<br />
De <strong>Stadsregio</strong> maakt op dit moment nog geen definitieve keuze voor bepaalde<br />
modules, omdat er nog onvoldoende zicht is op de om<strong>van</strong>g <strong>van</strong> de beschikbare<br />
middelen. Wel heeft de <strong>Stadsregio</strong> op basis <strong>van</strong> de ingediende adviezen en<br />
<strong>zienswijzen</strong> en de digitale peiling die gehouden is, een eerste onderverdeling<br />
gemaakt <strong>van</strong> modules waarvoor wel of geen deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat<br />
bestemd zal worden. De <strong>Stadsregio</strong> constateert echter ook dat uit de adviezen,<br />
<strong>zienswijzen</strong> en de digitale peiling geen absolute voorkeur voor een bepaalde module<br />
blijkt. Dit is voor de <strong>Stadsregio</strong> reden geweest om ook andere factoren mee te<br />
wegen bij de eerste selectie <strong>van</strong> modules. Waar dit <strong>van</strong> toepassing is, is dit<br />
hieronder duidelijk aangegeven.<br />
Kwaliteitsverbeteringen die nog steeds in beeld zijn en waaraan mogelijk een deel<br />
<strong>van</strong> het inbestedingsresultaat besteed gaat worden, zijn:<br />
- Tarievenbeleid: Bij de invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart heeft de <strong>Stadsregio</strong><br />
indertijd voor de eerste jaren voor de gehele <strong>Stadsregio</strong> één uniform<br />
kilometertarief vastgesteld (€ 0,10). Omdat voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> een<br />
hoger kilometertarief nodig is om na invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart<br />
vergelijkbare reizigersopbrengsten te genereren als voor die tijd (=<br />
opbrengstneutraliteit), ont<strong>van</strong>gt GVB op dit moment een aanvullende bijdrage<br />
<strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong>. Deze aanvullende bijdrage is vooralsnog gereserveerd tot en<br />
met 2011. Wij gaan er op dit moment <strong>van</strong> uit dat deze bijdrage in de nieuwe<br />
concessie niet wordt gecontinueerd, omdat we niet vooruit willen lopen op de<br />
uitkomsten <strong>van</strong> een evaluatie <strong>van</strong> de huidige tariefverordening die wij enkele<br />
jaren na invoering <strong>van</strong> de OV-chipkaart hebben voorzien. Mocht op basis <strong>van</strong><br />
deze evaluatie worden besloten het uniforme kilometertarief te continueren, dan<br />
kan het nodig zijn hiervoor een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat te reserveren<br />
wanneer blijkt dat de reizigersopbrengsten in de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
hierdoor lager uitvallen.<br />
- Uitbreidingen <strong>van</strong> het voorzieningenniveau: Door diverse personen en<br />
organisaties is gereageerd op de voorgestelde uitbreidingen en zijn suggesties<br />
gedaan voor alternatieve uitbreidingen <strong>van</strong> het voorzieningenniveau.<br />
Uitbreidingen die op veel steun kunnen rekenen, zijn de verlenging <strong>van</strong> de<br />
dagdienst tot 01.00 uur, hogere frequenties, uitbreiding <strong>van</strong> het lijnennet met<br />
extra verbindingen en geen lagere frequenties op metrolijnen en verbindende<br />
lijnen tijdens de zomerdienst. Wanneer de hoogte <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat<br />
dit toelaat, ligt het dan ook in de rede om een deel <strong>van</strong> het<br />
inbestedingsresultaat voor dergelijke uitbreidingen te bestemmen. De<br />
daadwerkelijke bestemming hangt daarbij af <strong>van</strong> de kosten in termen <strong>van</strong><br />
aantallen DRK’s/DRU’s en de verwachte opbrengsten/effecten <strong>van</strong> de<br />
uitbreidingen. Deze afweging zal in een later stadium worden gemaakt.<br />
- Investeringen in het kader <strong>van</strong> Amsys (= <strong>Amsterdam</strong>s metrosysteem):<br />
De grote investeringen in de metro, waaronder investeringen in materieel en<br />
infrastructuur die het automatisch laten rijden <strong>van</strong> de <strong>Amsterdam</strong>se metro<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 90 <strong>van</strong> 99
mogelijk moeten maken en investeringen in nieuwe metro’s voor bestaande en<br />
nieuwe metrolijnen, betekenen een forse aanslag op de financiële middelen <strong>van</strong><br />
de <strong>Stadsregio</strong>. Omdat het hierbij om een kwaliteitsverbetering <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer in het concessiegebied <strong>Amsterdam</strong> gaat, achten wij het redelijk om een<br />
deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat voor deze kwaliteitsverbetering te reserveren<br />
en zo te voorkomen dat de investeringen ten koste gaan <strong>van</strong> bijvoorbeeld het<br />
openbaar vervoer in andere concessiegebieden.<br />
- Investeringen in voorzieningen voor actuele reisinformatie in<br />
voertuigen: De informatievoorziening tijdens calamiteiten en verstoringen is<br />
het kwaliteitsaspect waarop het openbaar vervoer in klanttevredenheidsonderzoek<br />
het slechtste scoort. Dit geldt ook voor het openbaar vervoer in het<br />
concessiegebied <strong>Amsterdam</strong>. Dit is dan ook één <strong>van</strong> de redenen dat steeds<br />
meer bussen, trams en metro’s in Nederland worden voorzien <strong>van</strong> visuele en<br />
auditieve voorzieningen voor het verstrekken <strong>van</strong> actuele reisinformatie (een<br />
andere reden is de verbetering <strong>van</strong> de toegankelijkheid <strong>van</strong> het openbaar<br />
vervoer voor bepaalde groepen reizigers). Daarnaast heeft de <strong>Stadsregio</strong><br />
recentelijk het besluit genomen om een groot aantal haltes binnen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> de komende jaren te voorzien <strong>van</strong> displays waarop actuele<br />
reisinformatie getoond kan worden. En hoewel hier in de adviezen, <strong>zienswijzen</strong><br />
en digitale peiling geen duidelijke voorkeur voor is uitgesproken, achten wij het<br />
wenselijk om, indien de financiële middelen dit toelaten, alle bussen, trams en<br />
metro’s die voor de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 ingezet worden te voorzien <strong>van</strong><br />
beeldschermen met actuele reisinformatie zodat reizigers binnen de <strong>Stadsregio</strong><br />
te maken hebben met één uniform, marktconform niveau <strong>van</strong> actuele<br />
reisinformatie.<br />
Modules die niet langer in beeld zijn, zijn:<br />
- Sociale veiligheid: Uit de behandeling <strong>van</strong> het ontwerp PvE in de<br />
<strong>Amsterdam</strong>se gemeenteraad maakt de <strong>Stadsregio</strong> op dat het reëel is te<br />
veronderstellen dat de gemeente <strong>Amsterdam</strong> zijn financiële bijdrage ter<br />
bevordering <strong>van</strong> de sociale veiligheid in en rond het openbaar vervoer na 2012<br />
zal continueren. Daarbij komt uit de adviezen, <strong>zienswijzen</strong> en digitale peiling<br />
niet naar voren dat een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat gereserveerd zou<br />
moeten worden voor extra maatregelen ter bevordering <strong>van</strong> de sociale<br />
veiligheid. Dit sluit aan bij de resultaten <strong>van</strong> klanttevredenheidsonderzoeken in<br />
de afgelopen jaren waaruit blijkt dat reizigers zich veiliger zijn gaan voelen in<br />
het <strong>Amsterdam</strong>se openbaar vervoer. Op basis hier<strong>van</strong> concludeert de <strong>Stadsregio</strong><br />
dat er geen reden is om een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat voor deze<br />
module te reserveren.<br />
- Gratis OV voor doelgroepen: In de OV-visie heeft de <strong>Stadsregio</strong> aangegeven<br />
terughoudend te zullen zijn waar het gaat om het subsidiëren <strong>van</strong> initiatieven op<br />
het gebied <strong>van</strong> gratis OV. Alleen wanneer dergelijke initiatieven bijdragen aan<br />
de realisatie <strong>van</strong> de algemene mobiliteitsdoelstellingen kan een bijdrage<br />
overwogen worden. Dit geldt naar de mening <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong> niet voor gratis<br />
OV voor 65+’ers waar enkele personen en organisaties waaronder de<br />
Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> om vragen. Daarbij kan deze groep reizigers<br />
sowieso met korting reizen. Omdat er verder geen kansrijke suggesties zijn<br />
gedaan, achten wij het niet nodig een deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat voor<br />
deze module te reserveren.<br />
- Duurzaamheid: Het Programmabureau Luchtkwaliteit <strong>van</strong> de gemeente<br />
<strong>Amsterdam</strong> heeft aangegeven dat de inzet <strong>van</strong> bussen die aan de E.E.V.emissienorm<br />
voldoen de busgerelateerde problemen op het gebied <strong>van</strong><br />
luchtkwaliteit niet oplossen Hiervoor is het nodig dat de bussen aan de<br />
strengere Euro 6-emissienorm voldoen. Deze bussen komen naar verwachting<br />
in 2014 beschikbaar. Voor bussen die de komende jaren ver<strong>van</strong>gen moeten<br />
worden, is het nodig om een strengere norm ten aanzien <strong>van</strong> de uitstoot <strong>van</strong> NO<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 91 <strong>van</strong> 99
en NO2 te hanteren dan de E.E.V.-norm. In dat verband achten wij het niet<br />
verstandig om bussen versneld af te schrijven, maar de gebruikelijke<br />
afschrijvingstermijnen te handhaven en met de ver<strong>van</strong>ging zoveel mogelijk te<br />
wachten tot bussen beschikbaar komen die aan de Euro 6-emissiennorm<br />
voldoen.<br />
De definitieve besluitvorming zal in een later stadium plaatsvinden. Op dat moment<br />
bestaat meer duidelijkheid over de hoogte <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat en de<br />
kosten, opbrengsten en effecten <strong>van</strong> de verschillende modules.<br />
Hieronder volgt nog een overzicht <strong>van</strong> de verschillende reacties die met betrekking<br />
tot de modules bij de <strong>Stadsregio</strong> zijn binnengekomen.<br />
Algemeen<br />
1. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> spreekt een voorkeur uit voor de volgende<br />
modules:<br />
- Tarievenbeleid: uniform kilometertarief en gratis OV voor 65+;<br />
- Voorzieningenniveau: volwaardiger nachtnet, uitbreiding tramnetwerk en<br />
nieuwe verbindingen en frequentie ontsluitende buslijnen;<br />
- Duurzaamheid: versnelde afschrijving en gezondere bussen.<br />
Verder geeft de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> aan <strong>van</strong> het eventuele<br />
inbestedingsresultaat ten hoogste 30% te willen aanwenden voor automatisch<br />
rijden op het metronet. Daarbij vindt de Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> het<br />
belangrijk dat de in de toekomst te realiseren reductie <strong>van</strong> de exploitatiekosten<br />
ook werkelijk gerealiseerd wordt en vervolgens ingezet gaat worden voor de<br />
exploitatie.<br />
2. Diverse leden <strong>van</strong> de Regioraadscommissie Verkeer & Vervoer en Economie<br />
pleiten ervoor om meer geld voor de concessie <strong>Amsterdam</strong> beschikbaar te<br />
stellen.<br />
3. Stadsdeel Oud-Zuid geeft aan dat de focus moet liggen op voorzieningenniveau<br />
en duurzaamheid.<br />
4. De provincie Flevoland geeft de voorkeur aan de modules Betere ontsluiting <strong>van</strong><br />
bedrijventerreinen, Duurzaamheid en Sociale Veiligheid.<br />
5. De gemeente Diemen geeft haar voorkeur aan de volgende modules, in<br />
volgorde <strong>van</strong> belangrijkheid: module waarin extra middelen voor de ontsluiting<br />
<strong>van</strong> nieuwe woongebieden gerealiseerd worden, module Betere ontsluiting <strong>van</strong><br />
bedrijventerreinen en module om oudere GVB-bussen versneld af te schrijven.<br />
Voorzieningenniveau<br />
6. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om tot 01:00 uur het dagnet aan te<br />
bieden en eventueel te beperken tot metro en verbindende bus- en tramlijnen.<br />
7. Stadsdeel Oud-Zuid pleit ervoor om de P+R terreinen beter te ontsluiten. Het<br />
Museumplein moet via een P+R bereikbaar zijn.<br />
8. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> constateert dat de genoemde maatregelen in de<br />
module ten bate <strong>van</strong> P+R terreinen het autogebruik stimuleren.<br />
9. Stadsdeel Oud-Zuid pleit ervoor om een deel <strong>van</strong> het aanbestedingsresultaat in<br />
te zetten om de bereikbaarheid <strong>van</strong> de werkgebieden te verbeteren, maar ook<br />
voor een betere serviceverlening op de P+R terreinen.<br />
10. Stadsdeel Osdorp geeft aan in een later stadium de ruimtelijke<br />
inpassingsmogelijkheden te zullen toetsen aan de uitvoering <strong>van</strong> het<br />
vernieuwingsplan voor het CAN.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 92 <strong>van</strong> 99
11. Stadsdeel Zuideramstel pleit voor een verhoging <strong>van</strong> de frequentie <strong>van</strong> buslijn<br />
62 als invulling <strong>van</strong> de module ‘hogere frequenties op de ontsluitende lijnen’.<br />
12. De Reizigers Advies Raad adviseert om de frequenties in de zomermaanden<br />
overdag niet te verlagen tot onder de 12 minuten.<br />
13. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> adviseert om de mogelijkheden te onderzoeken<br />
om de metro tot 01:00 uur te laten rijden aan te vullen met een tramlijn die het<br />
Leidseplein ontsluit. Verder adviseert de Adviescommissie om te onderzoeken of<br />
het nachtnet nog een grotere rol kan spelen in het begin <strong>van</strong> de nacht.<br />
14. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat de onderwerpen ‘nieuwe<br />
verbindingen’ en ‘ontsluiting <strong>van</strong> nieuwe woongebieden’ al voldoende in het PvE<br />
zijn beschreven en hier geen aanvullende module voor nodig is.<br />
15. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat de voortzetting <strong>van</strong> de Stop & Go<br />
bij een positieve uitkomst <strong>van</strong> de evaluatie op basis <strong>van</strong> het PvE aangeboden<br />
kan worden.<br />
16. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de Opstapper/Stop & Go te<br />
handhaven in de vorm <strong>van</strong> een ringlijn.<br />
17. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de Opstapper/Stop & Go te<br />
handhaven. Echter, de gedachte om er een volledige ringlijn <strong>van</strong> te maken zal<br />
de regelmaat <strong>van</strong> dienst niet ten goede komen.<br />
18. De gemeente <strong>Amsterdam</strong>, Stadsregisseur pleit ervoor om de exploitatietijd <strong>van</strong><br />
de metro te verruimen waarbij de laatste rit niet eerder dan om 01.30 uur <strong>van</strong><br />
de knooppunten vertrekt.<br />
19. Het stadsdeel Geuzenveld-Slotermeer kiest ervoor om het extra budget voor de<br />
module voorzieningenniveau in te zetten; dit met het oog op de bereikbaarheid<br />
en leefbaarheid binnen het concessiegebied en <strong>van</strong>wege de sociale functie die<br />
het openbaar vervoer in het stadsdeel vervult.<br />
Duurzaamheid<br />
20. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> acht een versnelde ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> onderdelen<br />
<strong>van</strong> de huidige busvloot door materieel dat aan hogere normen voldoet<br />
gewenst. Dit gezien het grote belang <strong>van</strong> luchtkwaliteit in <strong>Amsterdam</strong>.<br />
21. De provincie Flevoland en de gemeente Diemen adviseren de module met<br />
betrekking tot de versnelde invoering <strong>van</strong> meer milieuvriendelijke bussen op te<br />
nemen in het PvE.<br />
22. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om geen maximumeisen aan de<br />
leeftijd en de milieuaanduiding, maar in plaats daar<strong>van</strong> maximale<br />
uitstootwaarden vast te leggen.<br />
23. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om de concessiehouder meer ruimte te<br />
geven wat betreft CO2 uitstoot door het vastleggen <strong>van</strong> een efficiëntienorm.<br />
Tevens pleit hij ervoor om de concessiehouder toe te laten om rechten op CO2<br />
uistoot uit de markt te kopen als alternatief voor het behalen <strong>van</strong> de opgelegde<br />
normen.<br />
24. Stadsdeel Oud-Zuid vindt dat de aanwending <strong>van</strong> een positief<br />
aanbestedingsresultaat een dekkingsbron is voor de financiering <strong>van</strong> duurzame<br />
ontwikkelingen.<br />
Sociale veiligheid<br />
Geen wensen<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 93 <strong>van</strong> 99
Actuele reisinformatie in voertuigen<br />
Geen wensen<br />
Tariefbeleid<br />
25. De Adviescommissie <strong>Amsterdam</strong> vindt dat uniform kilometertarief binnen de<br />
<strong>Stadsregio</strong> geen aparte module hoeft te zijn. De vervoerder ont<strong>van</strong>gt een<br />
bijdrage die gebaseerd is op de kosten <strong>van</strong> het voorzieningenniveau en een<br />
inschatting <strong>van</strong> de opbrengsten, het tariefniveau is daarbij een gegeven.<br />
26. Een lid <strong>van</strong> de Regioraad pleit ervoor dat het tarief <strong>van</strong> losse kaartjes hetzelfde<br />
zou moeten zijn als het tarief met een OV-Chipkaart.<br />
27. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om 65+’ers buiten de spits gratis met<br />
het openbaar vervoer te laten reizen.<br />
28. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor een vervolg op de drie maanden <strong>van</strong><br />
gratis OV aan 65+.<br />
29. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om niet te investeren in gratis OV voor<br />
doelgroepen.<br />
30. Een lid <strong>van</strong> de Regioraadscommissie Verkeer & Vervoer en Economie is <strong>van</strong><br />
mening dat moet worden aangegeven wie er voor ‘gratis’ OV gaat betalen. Het<br />
is in principe een gemeentelijke taak om doelgroepen te benoemen en te<br />
ondersteunen.<br />
31. De Adviescommissie Amstelland-Meerlanden wijst erop dat het PvE een opening<br />
biedt voor de financiering <strong>van</strong> Gratis openbaar vervoer, die in andere concessies<br />
niet geboden wordt. Het tarievenbeleid bij het onderdeel “Gratis OV voor<br />
doelgroepen” is naar hun mening in strijd met het in de OV-visie <strong>van</strong> de<br />
<strong>Stadsregio</strong> geformuleerde beleid.<br />
32. De Adviescommissie Zaanstreek is verbaasd dat er een module “Gratis OV voor<br />
doelgroepen” is, aangezien de <strong>Stadsregio</strong> tot op heden terughoudend beleid<br />
heeft gevoerd ten aanzien <strong>van</strong> gratis OV.<br />
33. Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen pleit voor een chronische ziekenkaart waarmee ze<br />
gratis kunnen reizen met het openbaar vervoer.<br />
Materieel en infrastructuur<br />
34. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> geeft aan dat er dringend behoefte is naar een<br />
andere mogelijkheid tot bijsturing <strong>van</strong> de IJtram, als de lus bij CS niet kan<br />
worden bereden. Mogelijke oplossingen zijn het creëren <strong>van</strong> een keerdriehoek<br />
aan de achterzijde <strong>van</strong> het station of het toegankelijk maken <strong>van</strong> de lus bij de<br />
passagiers terminal <strong>van</strong> en naar de richting IJburg (Reactie: De optie <strong>van</strong> het<br />
gebruik <strong>van</strong> de lus bij de PTA wordt momenteel onderzocht en beoordeeld in het<br />
kader <strong>van</strong> het streven naar verbetering <strong>van</strong> de dienstverlening op lijn 26).<br />
35. Stadsdeel Oud-Zuid vindt de keuze bij deze module niet helder. Zo te zien is de<br />
keuze al gemaakt en gaat het om het vinden <strong>van</strong> financiële dekking.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 94 <strong>van</strong> 99
INDICATIEVE LIJNENNETKAARTEN DAGNET EN<br />
NACHTNET<br />
In de toelichting bij het ontwerp PvE heeft de <strong>Stadsregio</strong> aangegeven dat de<br />
indicatieve lijnennetkaarten dienden ter verduidelijking <strong>van</strong> het ontwerp PvE, maar<br />
geen deel <strong>van</strong> het ontwerp PvE uitmaakten. Niettemin hebben vele personen en<br />
organisaties wensen en voorstellen ingediend ter verbetering <strong>van</strong> de kwaliteit <strong>van</strong><br />
het dag- en nachtnet. Wij hebben met belangstelling kennis genomen <strong>van</strong> de<br />
wensen en voorstellen. Wij zullen deze meenemen bij de uitwerking <strong>van</strong> het PvE in<br />
een definitieve lijnvoering die deel zal uitmaken <strong>van</strong> het bestek. Of wensen en<br />
voorstellen gehonoreerd kunnen worden zal daarbij mede afhangen <strong>van</strong> de om<strong>van</strong>g<br />
<strong>van</strong> het verwachte inbestedingsresultaat en het deel <strong>van</strong> het inbestedingsresultaat<br />
dat voor uitbreiding <strong>van</strong> het voorzieningenniveau gereserveerd wordt. Zoals in de<br />
toelichting op de modules is aangegeven is het op dit moment nog niet mogelijk<br />
hierover al uitspraken te doen.<br />
Hieronder volgt nog een overzicht <strong>van</strong> de verschillende wensen en voorstellen die<br />
naar aanleiding <strong>van</strong> de lijnennetkaarten bij de <strong>Stadsregio</strong> zijn binnengekomen:<br />
1. De gemeente Amstelveen adviseert om de locaties Leidse- en Museumplein op<br />
te nemen in de gedefinieerde tramlijn 5 route.<br />
2. Stadsdeel Oud-Zuid pleit voor een frequentieverlaging <strong>van</strong> de streekbussen over<br />
de De Lairessestraat/Cornelis Krusemanstraat.<br />
3. Stadsdeel Osdorp wijst op het ontbreken <strong>van</strong> openbaar vervoer in (i) het gebied<br />
tussen Allendelaan en de Sloterplas en (ii) het Airport Business Park Osdorp<br />
(bedrijvenpark in de Lutkmeerpolder). Het stadsdeel pleit voor een<br />
tramverbinding over de Allendelaan tussen Geuzenveld en Osdorp-Centrum als<br />
onderdeel <strong>van</strong> een optimaal functionerende TramWest in Nieuw West.<br />
4. Stadsdeel Osdorp geeft aan de uitslag <strong>van</strong> het onderzoek met betrekking tot de<br />
definitieve keuze en route <strong>van</strong> de (voorloper) <strong>van</strong> de HOV Westtangent en de<br />
ruimtelijke inpassing hier<strong>van</strong> af te wachten voordat het stadsdeel reageert op<br />
het voorgestelde lijnennet.<br />
5. De Reizigers Advies Raad benadrukt dat de voorgestelde lijnnetkaart<br />
onvoldoende vertrouwen geeft dat met dit PvE wordt gekomen tot<br />
verbeteringen in het openbaar vervoer.<br />
6. GVB geeft aan zorgen te hebben over de toekomstige beschikbaarheid <strong>van</strong> de<br />
eindpuntvoorziening Olof Palmeplein <strong>van</strong> lijn 32.<br />
7. GVB wijst er m.b.t. buslijn 62 op dat de Rijnstraat niet geschikt is voor<br />
busverkeer.<br />
8. De gemeente Ouder-Amstel pleit ervoor om de invoering <strong>van</strong> bus 67 met de<br />
ingangsdatum <strong>van</strong> de Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012 of eerder in te laten gaan, om<br />
aldus het openbaar vervoer op Amstel Businesspark te verbeteren.<br />
9. De gemeente Diemen vraagt zich af of lijn 41 niet langer de wijk Biesbosch<br />
aandoet (Reactie: Met de in de indicatieve lijnennetkaart opgenomen lijnvoering<br />
wordt de wijk Biesbosch inderdaad niet meer door lijn 41, maar nog wel door<br />
lijn 46 aangedaan).<br />
10. GVB vraagt zich af of buslijn 44 in Diemen in beide richtingen een gestrekte<br />
route krijgt en of de infrastructuur hier inmiddels geschikt voor is.<br />
11. GVB vraagt zich af of het de bedoeling is om korttraject ritten op lijn 44 tot<br />
station Diemen te rijden. (Reactie: Met de in de indicatieve lijnennetkaart<br />
opgenomen lijnvoering wordt inderdaad uitgegaan <strong>van</strong> korttraject-ritten <strong>van</strong> lijn<br />
44 tot Station Diemen).<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 95 <strong>van</strong> 99
12. De gemeente Diemen vraagt bevestiging of lijn 46 naast maandag tot en met<br />
zaterdag, na 2012 ook op zondag en doordeweekse avonden de wijk Biesbosch<br />
aandoet (Reactie: De ontsluiting <strong>van</strong> de wijk Biesbosch zal ook ’s avonds en op<br />
zondag conform het PvE moeten zijn. Met de in de indicatieve lijnennetkaart<br />
opgenomen lijnvoering zal deze ontsluiting inderdaad worden gerealiseerd door<br />
lijn 46 ook ’s avonds en op zondag te exploiteren).<br />
13. GVB geeft aan twijfels te hebben bij de exploiteerbaarheid <strong>van</strong> de voorgestelde<br />
spitstramlijnen 11 en 17. Het is niet mogelijk om op het Surinameplein richting<br />
Osdorp de dienstregelingvertrektijd af te wachten. Hoewel het drukste punt in<br />
de bezetting op tramlijn 1 de afgelopen jaren <strong>van</strong> de Overtoom naar Station<br />
Lelylaan verschoven is, denkt GVB dat de bezetting op Overtoom nog zo groot is<br />
dat de tramlijn 11 veel reizigers dupeert. (Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> zal dit<br />
exploitatiemodel alleen hanteren op die tijden dat hiermee het beste bij de<br />
vervoervraag wordt aangesloten en aan de inzetnormen kan worden voldaan.<br />
Wij zullen rekening houden met de (on)mogelijkheden die de aanwezige<br />
infrastructuur biedt).<br />
14. GVB geeft aan dat de nieuw te realiseren keerlus op het Amstelstation<br />
voldoende capaciteit (3 sporen) zal moeten bieden om 2 tramlijnen te kunnen<br />
afhandelen. (Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> is zich hier<strong>van</strong> bewust en heeft dit<br />
ingebracht in de discussie over de herindeling <strong>van</strong> het Amstelstation).<br />
15. Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen tekent bezwaar aan tegen het inkorten <strong>van</strong><br />
tramlijn 5 tot de Strawinskylaan (Reactie: De <strong>Stadsregio</strong> heeft geen plannen om<br />
tramlijn 5 in te korten tot de Strawinskylaan).<br />
16. De gemeente Diemen adviseert om lijn 46 nog niet (gedeeltelijk) op te heffen<br />
voordat de evaluatie heeft plaatsgevonden (Reactie: Er heeft inderdaad geen<br />
officiële evaluatie <strong>van</strong> lijn 46 plaatsgevonden. De <strong>Stadsregio</strong> heeft in 2007 bij de<br />
start <strong>van</strong> lijn 46 aangegeven deze lijn voor een proefperiode <strong>van</strong> twee jaar in te<br />
kopen en het continueren <strong>van</strong> de inkoop te laten afhangen <strong>van</strong> een evaluatie.<br />
Deze evaluatie is niet uitgevoerd, omdat wij nadien hebben besloten de beide<br />
lijnen zonder meer tot het eind <strong>van</strong> de huidige concessie te continueren. Wel<br />
hebben wij het gebruik <strong>van</strong> lijn 46 geanalyseerd).<br />
17. Stadsdeel Oud-Zuid pleit ervoor dat lijn 2 minstens tot aan het Stadionplein<br />
moet doorlopen.<br />
18. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijst erop dat door de aanpassing <strong>van</strong> lijn 22 de<br />
Van Lohuizenlaan en de Indische Buurt een rechtstreekse verbinding naar<br />
Centraal Station verliezen.<br />
19. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> geven aan dat de ontsluiting <strong>van</strong> het Science<br />
Park door lijn 22 niet wenselijk is omdat dit voor lijn 22 een behoorlijke omweg<br />
zou betekenen. Zij pleiten ervoor om de huidige lijn 40 te handhaven met de<br />
ritten <strong>van</strong> lijn 240 onder hetzelfde lijnnummer voor een eenduidige<br />
dienstuitvoering. Verder pleiten zij ervoor om lijn 22 <strong>van</strong>af Amstelstation te<br />
laten rijden via Wibautstraat en de Eerste Oosterparkstraat naar de<br />
Pontanusstraat, langs nieuw aan te leggen haltes. In de tegenrichting kan deze<br />
bus de Ruyschstraat bedienen, aangezien de Eerste Oosterparkstraat niet in<br />
twee richtingen te berijden is.<br />
20. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om lijn 29 Buikslotermeerplein – AMC<br />
te herstellen, zodat reizigers Diemen en Duivendrecht kunnen bereiken en er<br />
iets gedaan wordt aan kwaliteitsverbetering.<br />
21. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor om lijn 32 aan lijn 60 te<br />
koppelen zodat er een lijn ontstaat die verschillende toeristische trekpleisters<br />
verbindt.<br />
22. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijzen erop dat het weghalen <strong>van</strong> lijn 35 <strong>van</strong><br />
de Kamperfoelieweg voor capaciteitsproblemen aldaar zal zorgen.<br />
23. GVB pleit ervoor om lijn 36 in te korten tot het nieuwe busstation<br />
Buikslotermeerplein of eventueel het Olof Palmeplein.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 96 <strong>van</strong> 99
24. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijzen erop dat het inkorten <strong>van</strong> lijn 37 een<br />
verslechtering is <strong>van</strong> de verbinding tussen het westelijke deel <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong>-<br />
Noord en het Buikslotermeerplein.<br />
25. GVB pleit ervoor om lijn 37 te verlengen tot het eindpunt bij het Boven IJziekenhuis.<br />
26. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor om lijn 41 in Zuidoost te<br />
verleggen via de Gooiseweg. De voorgestelde route <strong>van</strong> deze lijn in Zuidoost<br />
wordt gedekt door andere buslijnen.<br />
27. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om lijn 41 net voor de brug rechtsaf te<br />
laten slaan, een halte te maken bij de brug naar het stadsdeelkantoor, om<br />
vervolgens via de Linnaeuskade, Archimedesweg en de Molukkenstraat de oude<br />
route te laten vervolgen.<br />
28. GVB wijst erop dat de verlenging <strong>van</strong> buslijn 41 naar de KNSM-laan weinig<br />
toevoegt.<br />
29. De gemeente Ouder-Amstel pleit ervoor om lijn 41 door de dorpskern <strong>van</strong><br />
Duivendrecht te laten rijden.<br />
30. De stichting Coherente, werkgroep RBOVV wijst erop dat de wijziging <strong>van</strong> de<br />
route <strong>van</strong> lijn 41 niet zal leiden tot een verbetering <strong>van</strong> de betrouwbaarheid <strong>van</strong><br />
de dienstregeling. De verstoringen treden op voor Duivendrecht in <strong>Amsterdam</strong><br />
Zuidoost en na Duivendrecht in Oost Watergraafsmeer.<br />
31. GVB pleit voor een heroverweging <strong>van</strong> de omleiding <strong>van</strong> buslijn 42.<br />
32. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijst erop dat door de samenvoeging <strong>van</strong> lijn 42<br />
en 43 de rechtstreekse verbinding tussen het KNSM Eiland en Zeeburg en het<br />
Centraal Station verloren gaat.<br />
33. Een inwoner <strong>van</strong> Diemen en een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten voor het<br />
behoud <strong>van</strong> lijn 46 AMC – Buikslotermeerplein. Ze verwachten dat door de<br />
nieuwbouwwijk De Sniep het aantal passagiers op deze lijn zal toenemen.<br />
34. De Haven <strong>Amsterdam</strong> pleit voor een andere lijnvoering voor lijn 48. De kosten<br />
die gemoeid gaan met de aanleg <strong>van</strong> deze nieuwe ontsluiting wegen niet op<br />
tegen de zeer beperkte winst <strong>van</strong> de vervoerswaarde <strong>van</strong> deze wijziging. De nu<br />
voorgestelde route voor lijn 48 leidt ertoe dat de werknemers tot maximaal<br />
1000 meter zullen moeten lopen <strong>van</strong>af de dichtstbijzijnde halte.<br />
35. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor dat indien buslijnen 62 en 63 naar<br />
station Lelylaan te weinig mensen vervoeren, het herstel <strong>van</strong> buslijn 23<br />
verplicht te stellen.<br />
36. GVB waarschuwt dat de route <strong>van</strong> buslijn 65 met de voorgestelde lijnvoering<br />
onnodig gecompliceerd wordt.<br />
37. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor om de nieuwe lijn 66 te<br />
verlengen naar het Buikslotermeerplein, via de Zeeburgertunnel, zodat<br />
stadsdeel Noord zijn directe verbinding met Zuidoost behoudt.<br />
38. Een inwoner <strong>van</strong> Diemen pleit ervoor om lijn 66 <strong>van</strong> IJburg – Station Bijlmer<br />
Arena via Diemen Centrum te laten rijden.<br />
39. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleiten ervoor om <strong>van</strong> lijn 67 een ringlijn te<br />
maken door de voorgestelde route te verlengen naar het Amstelstation via de<br />
Wenckebachweg.<br />
40. GVB pleit ervoor dat de corridor <strong>van</strong> het streekvervoer 91, 92 en 94 wordt<br />
verlegd via de Ridderspoorweg. Hierdoor kan de huidige bediening op de<br />
Kamperfoelieweg/Mosplein gehandhaafd worden.<br />
41. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> wijzen erop dat door het inkorten <strong>van</strong> lijn 192<br />
de verbinding tussen het westelijk deel <strong>van</strong> Geuzenveld (omgeving Den<br />
Uylstraat/Ruys de Beerenbrouckstraat) en Station Sloterdijk verslechtert.<br />
42. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om een directe tramverbinding tussen<br />
Centraal Station en het Javaplein (lijn 7 of 14) of Centraal Station en<br />
Muiderpoort (lijn 3) te maken.<br />
43. De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor om de tramlijnen over de<br />
Cornelis Lelylaan niet op te splitsen.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 97 <strong>van</strong> 99
44. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit ervoor om tramlijn 9 op te splitsen naar een<br />
sneltram lijn 9a en een tram 9b die wel halteert op Chr. Huygensplein.<br />
45. Stadsdeel Zuideramstel en de ORAM pleiten voor het behoud <strong>van</strong> de<br />
trambediening door lijn 25 op het zuidelijke deel <strong>van</strong> de Rijnstraat.<br />
46. Stadsdeel Zeeburg pleit voor een betere ontsluiting <strong>van</strong> IJburg. Dit kan door het<br />
verlengen <strong>van</strong> de IJtram naar een eindpunt in het centrum <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong>.<br />
47. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor het doortrekken <strong>van</strong> lijn 26 (IJtram)<br />
voorbij het CS naar de Dam, met gebruikmaking <strong>van</strong> de lus rond het Paleis.<br />
48. Een inwoner <strong>van</strong> Amstelveen pleit ervoor om nachtlijn 354 weer in het dagnet<br />
op te nemen (de oude lijn 67).<br />
49. Een inwoner <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> pleit voor een betere verbinding tussen de<br />
westkant <strong>van</strong> de stad (Bos en Lommer) en <strong>Amsterdam</strong> Noord<br />
(Buikslotermeerplein).<br />
50. Enkele inwoners <strong>van</strong> <strong>Amsterdam</strong> constateren dat het traject Kadoelenweg en<br />
Landsmeerderdijk/Buiksloterdijk niet ontsloten wordt door openbaar v ervoer.<br />
51. De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit ervoor dat de <strong>Stadsregio</strong> de<br />
beslissing inzake alternatieve routes nader motiveert.<br />
52. GVB geeft aan dat met de voorgestelde lijnvoering de bediening <strong>van</strong> de P+R<br />
Olympisch Stadion sterk wordt verminderd, terwijl er een sterke groei is in het<br />
gebruik <strong>van</strong> P+R voorzieningen in <strong>Amsterdam</strong>.<br />
53. Stadsdeel Zuideramstel pleit voor een verbetering <strong>van</strong> de bediening door bussen<br />
in Buitenveldert, wellicht door de uit het zuiden komende buslijnen <strong>van</strong><br />
Connexxion te betrekken bij de bediening <strong>van</strong> Buitenveldert.<br />
Naar aanleiding <strong>van</strong> het nachtnet zijn de volgende wensen en opmerkingen<br />
ont<strong>van</strong>gen:<br />
54. GVB geeft aan dat de lijnvoering op N3 te gecompliceerd lijkt te worden. De<br />
route over Weteringschans naar het Leidseplein zal tot ernstige vertragingen<br />
leiden, <strong>van</strong>wege oponthoud door taxi’s op het Leidseplein (Reactie: De<br />
indicatieve lijnennetkaart is op dit punt niet geheel correct. Indien de<br />
voorgestelde lijnvoering ongewijzigd in het bestek wordt opgenomen, kiest de<br />
<strong>Stadsregio</strong> voor een route over de Stadhouderskade).<br />
55. GVB vraagt zich af hoe in de lijnvoering <strong>van</strong> N3 in de zomermaanden wordt<br />
ingespeeld op de grote vraag naar nachtvervoer richting Camping Vliegenbos in<br />
<strong>Amsterdam</strong> Noord (Reactie: De in de indicatieve lijnennetkaart opgenomen<br />
lijnvoering maakt het de concessiehouder naar de mening <strong>van</strong> de <strong>Stadsregio</strong><br />
niet onmogelijk om versterkingsritten in te leggen als dat nodig is om aan de<br />
inzetnormen te voldoen).<br />
56. GVB geeft aan dat m.b.t. lijn N6 het fysiek niet mogelijk is om <strong>van</strong>uit westelijke<br />
richting via het busstation Haarlemmermeerstation te keren.<br />
57. GVB vraagt zich af of het de bedoeling is de lijnen N8 en N9 gedurende de hele<br />
week met een frequentie <strong>van</strong> 60 minuten te laten rijden (Reactie: Met een<br />
frequentie <strong>van</strong> eens per 60 minuten op deze lijnen wordt aan het PvE voldaan.<br />
De definitieve frequenties zullen worden opgenomen in het bestek).<br />
58. GVB geeft aan dat de route <strong>van</strong> N5 nadelig is voor passagiers <strong>van</strong> Westerpark,<br />
Bos en Lommer en Geuzenveld-Slotermeer.<br />
59. Stadsdeel Zuideramstel pleit voor de handhaving <strong>van</strong> de bestaande routering<br />
<strong>van</strong> de N5.<br />
60. GVB vraagt zich af of N8 een toegevoegde waarde heeft. Een alternatief is om<br />
de bediening <strong>van</strong> een daglijn aan de randen <strong>van</strong> de dag beter te laten<br />
aansluiten op de trein.<br />
61. De gemeente Diemen adviseert om de route naar Diemen Noord op te nemen in<br />
het nachtnet. Hoewel op voorgestelde wijze de nachtnetbus sneller door Diemen<br />
rijdt, wordt naar de mening <strong>van</strong> de gemeente niet voldaan aan de eis dat <strong>van</strong>af<br />
elke woning op 800 meter een halte zou moeten zijn. (Reactie: Met de in de<br />
indicatieve lijnennetkaart opgenomen lijnvoering wordt aan het PvE voldaan,<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 98 <strong>van</strong> 99
omdat in paragraaf 3.5.1 een uitzondering voor de bediening <strong>van</strong> Diemen met<br />
het nachtnet is opgenomen).<br />
62. De Verkeersgroep Westelijke Tuinsteden pleit voor de invoering <strong>van</strong> een<br />
ringlijnachtige nachtlijn.<br />
63. GVB geeft aan dat de bediening <strong>van</strong> Badhoevedorp met de voorgestelde<br />
lijnvoering niet eenvoudig te realiseren is (Reactie: In het indicatieve<br />
nachtlijnennet wordt Badhoevedorp inderdaad niet meer bediend door een<br />
nachtlijn uit de concessie <strong>Amsterdam</strong>).<br />
64. De Reizigers Advies Raad adviseert om het noordelijke deel <strong>van</strong> Diemen op te<br />
nemen in het nachtnet.<br />
65. De gemeente Ouder-Amstel is het niet eens met het voornemen om de<br />
nachtbus in te korten en over de Spaklerweg te laten rijden i.p.v. over de Van<br />
der Madeweg en Joan Muyskenweg.<br />
Nota <strong>van</strong> Zienswijzen Programma <strong>van</strong> Eisen Concessie <strong>Amsterdam</strong> 2012<br />
29 oktober 2009 99 <strong>van</strong> 99