51 - Vereniging GEMMA
51 - Vereniging GEMMA
51 - Vereniging GEMMA
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
In dit nummer o.a.<br />
Tanzaniet, een bezoek aan<br />
de mijnen & Optisch teken<br />
Biaxiale mineralen.<br />
Tijdschrift van de vereniging gemma<br />
Nr.<strong>51</strong> - jaargang 20-januari 2012
Programma Gemma<br />
Programma vereniging Gemma voor het eerste halfjaar 2012.<br />
18 januari Workshop refractometer technieken<br />
(inleiding William Wold)<br />
15 Februari ALV. waarna Lezing. Merelani Mijn, Tanzania<br />
Peter Slootweg<br />
21 maart Thema avond fosfaten. Neem uw turkoois, apatiet,<br />
brazilianiet e.d. mee! Inleiding Cyntha Smits<br />
18 april Lezing: Edelstenen en parels in de kroonjuwelen,<br />
George Hamel<br />
16 mei Workshop determineren, voor al uw vragen en moeilijke<br />
gevallen.<br />
Helaas geen excursie dit jaar<br />
De bijeenkomsten beginnen om 19.45 uur, bij de VU,<br />
W&N gebouw zaal C669.<br />
Boelelaan 1085, Amsterdam Buitenveldert.<br />
Let ook op mededelingen op onze website (www.vereniginggemma.nl)<br />
of bij de ingang in de VU voor eventuele wijzigingen.<br />
ALV Woensdag 15 Feb. 2012<br />
Op onze tweede bijeenkomst in het nieuwe jaar besteden we een half uurtje aan<br />
onze jaarlijkse Algemene Leden Vergadering. Het bestuur zal verantwoording<br />
afleggen over 2011, en een begroting voor 2012 ter goedkeuring voorleggen.<br />
De stukken zijn vanaf twee weken tevoren in te zien op onze website.<br />
Inhoud<br />
1 Tanzaniet, het blauwe goud uit Tanzania, Peter Slootweg<br />
15 Puzzel<br />
16 Het optisch teken van biaxiale mineralen, Jaap Bos<br />
23 Persberichten<br />
24 Beursagenda<br />
i
Tanzaniet,<br />
het blauwe goud uit Tanzania<br />
Peter Slootweg<br />
In het noorden van Tanzania, aan de voet van de Kilimanjaro, ligt een unieke<br />
edelsteenvindplaats. Het is de enige vindplaats ter wereld waar tanzaniet wordt<br />
gedolven. In het noordwesten van het Lelatema gebergte, dicht bij het plaatsje<br />
Merelani is in 1962 de eerste steen van dit materiaal ontdekt.<br />
Een lokale arbeider, op weg naar zijn familie, nam een korte route door de<br />
stekelige begroeiing van een klein valleitje. Alles leek normaal totdat hem enige<br />
blauwpaarse stenen opvielen die her en der in de stoffige aarde lagen.<br />
Zich realiserend dat dit wel eens geld kon opbrengen besloot hij de stenen mee<br />
te nemen. Wie weet kon hij de stenen verkopen en had hij weer wat te eten voor<br />
zijn familie.<br />
Nu is het voor Tanzania niet ongebruikelijk dat er edelstenen worden gevonden.<br />
Het oosten van het land is onderdeel van de grote “Mozambique belt” die rijk<br />
aan edelstenen is gebleken. Dit is een breukzone in de aardkorst die zich uitstrekt<br />
van de Middellandse Zee tot het zuiden van Mozambique. Deze zone is<br />
verantwoordelijk voor alle grote edelsteenvondsten in Oost-Afrika de afgelopen<br />
decennia. Korund in alle kleuren, spinel, toermalijn<br />
en zirkoon zijn slechts enkele soorten die worden<br />
gevonden in deze gesteenten.<br />
Maar dit materiaal bleek anders, nieuw, en de<br />
vinder had geen vermoeden van de impact die zijn<br />
vondst de komende jaren op de edelsteenmarkt zou<br />
hebben. De man wist in enige uren ruim 5 kilo van<br />
deze kristallen bij elkaar te rapen en nam ze mee<br />
naar Arusha.<br />
Tanzaniet kristal.<br />
foto. PS<br />
1
Daar bleek niemand het materiaal direct te herkennen en hem werd aangeraden<br />
zijn vondsten naar het noordelijk gelegen Nairobi in Kenia te brengen om het<br />
daar te laten beoordelen door een edelsteeninkoper. Met geleend geld is hij naar<br />
Nairobi vertrokken. Daar aangekomen wisten de mensen ook niet direct wat het<br />
was. Uiteindelijk heeft de man de 5 kilo daar achtergelaten en is met alleen geld<br />
voor de terugreis naar huis gestuurd met de mededeling dat ze zouden laten<br />
weten wat het was. Uiteraard heeft de beste man er niets meer van vernomen en<br />
is ook nooit duidelijk geworden wat er met dit eerste lot is gebeurd.<br />
Twee jaar later was een textielhandelaar uit India de eerste die een<br />
mijnclaim had aangevraagd voor deze afzetting. Het was inmiddels bekend dat<br />
het om het mineraal zoisiet ging en dat de kleur uniek was voor dit mineraal.<br />
Daarmee kwam er vraag naar meer en de eerste pogingen werden ondernomen<br />
om dit materiaal te ontginnen. Zoals het meestal gaat in de Afrikaanse wildernis,<br />
bleek dit een recept voor wild west<br />
taferelen waarbij een “gemrush” ontstond<br />
en er duizenden mensen op af kwamen die<br />
er alles aan deden om een stukje grond op<br />
te eisen. Dit liep uiteindelijk zo uit de hand<br />
dat de regering ingreep en tijdelijk alle<br />
mijnbouw heeft stilgelegd om weer orde<br />
op zaken te stellen. Nu is de vallei waar de<br />
tanzaniet wordt gevonden opgedeeld in 4<br />
delen, of blokken (a,b,c en d-blok), die aan<br />
diverse partijen zijn toegewezen. Aangezien<br />
het beleid is van de Tanzaniaanse regering<br />
om de mijnbouw zoveel mogelijk door de<br />
inheemse bevolking uit te laten voeren,<br />
werden buitenlandse bedrijven geweerd.<br />
Alleen joint ventures met lokale Tanzani-<br />
anen maakten een kans op een mijnvergunning. Uiteindelijk is er maar één<br />
buitenlandse partij die een vergunning heeft gekregen. Dit is het Zuid-Afrikaanse<br />
TanzaniteOne die het C-blok exploiteert. Zij zijn tot nu ook de enige<br />
die de tanzaniet op industriële wijze afbouwen. De overige blokken zijn<br />
toegewezen aan lokale mijnwerkers die met relatief eenvoudige middelen<br />
tunnels in het gesteente graven op zoek naar de zo gewilde edelstenen.<br />
Op dit moment is tanzaniet een van de meest gewilde edelstenen op de markt.<br />
Op de belangrijke Amerikaanse juwelenmarkt is tanzaniet de op 3 na meest<br />
2<br />
De prachtige kleur zette<br />
tanzaniet in één klap op de<br />
kaart van meest populaire<br />
edelstenen.
gewilde edelsteen geworden door de uitzonderlijke kleur. Maar niet alleen een<br />
mooi kleurtje kan een edelsteen zo populair maken. Het succes van tanzaniet is<br />
eigenlijk ook een marketing succesverhaal. In eerste instantie, toen de eerste<br />
tanzanieten op de Amerikaanse markt verschenen, bestond de naam “Tanzaniet”<br />
nog niet . Het mineraal was nog steeds bekend als zoisiet, maar dan met deze<br />
unieke tint. Het beroemde juweliershuis Tiffany zag zonder meer potentieel<br />
in het nieuwe materiaal maar vond destijds dat de naam Zoisiet niet erg mooi<br />
klonk. Sterker nog, het leek erg op het Engelse “suïcide”, dus zelfmoord!.<br />
Om het materiaal aantrekkelijker te maken besloot Tiffany het materiaal te<br />
promoten onder de naam tanzaniet, naar het land waar het is ontdekt.<br />
Dat is net zoals ze enkele jaren daarvoor succesvol de vanadiumgrossulaar uit<br />
de omgeving tsavoriet hadden genoemd naar het Tsavo park in Kenia waar die<br />
edelstenen voor het eerst zijn gevonden.<br />
Dit was een gok voor de industrie. Als je iets heel bekend en gewild wilt<br />
maken, dient er ook genoeg van te zijn om aan de vraag te voldoen. Je kunt nog<br />
zulke mooie stenen willen verkopen, maar als je niets kunt leveren zal het ook<br />
nooit bekend worden onder de gewone consumenten. Gelukkig bleek de<br />
afzetting groot genoeg om aan de vraag te voldoen zonder de markt te<br />
overspoelen. Tanzaniet is tot nu toe een zeldzame edelsteen gebleken met<br />
maar 1 vindplaats met kristallen van edelsteenkwaliteit. Hierdoor is er veel<br />
controle op de handel, wat ervoor zorgt dat het materiaal exclusief zal blijven.<br />
Het nadeel van 1 mijn is dan ook dat, als deze uitgeput raakt en de vraag blijft<br />
bestaan, de waarde van tanzaniet erg zal doen toenemen. Wat dan wel weer de<br />
zoektocht naar een gelijkwaardige afzetting zal stimuleren.<br />
Of deze ooit gevonden zal worden is nog maar de vraag, omdat de geologische<br />
omstandigheden waaronder deze tanzanieten zijn gevormd, uniek te noemen<br />
zijn.<br />
3<br />
Tanzaniet met extreem<br />
Trichroïsme.<br />
Foto: Barlow collection
Blauwe zoisiet<br />
Tanzaniet is feitelijk niets anders dan blauwe zoisiet. Zoisiet is een gesteente-<br />
vormend mineraal uit de epidootgroep. Ze onderscheid zich van epidoot en<br />
clinozoisiet door het lage ijzergehalte en de orthorombische kristalstructuur.<br />
Clinozoisiet is qua samenstelling gelijk aan zoisiet maar heeft een monokliene<br />
kristalstructuur.<br />
Zoisiet is voor het eerst ontdekt in een ijzermijn in Oostenrijk die familie<br />
eigendom was van de familie Von Zois waarnaar het mineraal vervolgens is<br />
vernoemd.<br />
Het komt voor in metamorfe gesteenten, vaak samen met andere “alpine”<br />
mineralen zoals kwarts, albiet, amfibool, calciet en anderen. Ook wordt het<br />
als gesteentevormend mineraal gevonden. Een mooi voorbeeld is de bekende<br />
groene zoisiet met robijn uit Longido in het het uiterste noorden van Tanzania.<br />
Kristallen van zoisiet zijn beduidend zeldzamer dan het massieve mineraal.<br />
Buiten de vindplaats in Merelani zijn er maar enkele plekken op de wereld<br />
bekend waar ook slijpwaardige kristallen worden gevonden. Deze zijn in de<br />
regel bruin/groen met een sterk pleochroïsme, wat een belangrijk<br />
determinatiekenmerk is.<br />
Alleen uit Afghanistan zijn ook kristallen bekend met een natuurlijke paarse<br />
kleur, al zijn deze veel fletser en meer rozeachtig dan het diep paars/blauw uit<br />
Tanzania.<br />
De kleur van tanzaniet is uniek binnen het edelsteenrijk.<br />
Het ligt tussen het korenbloemblauw van de beste saffieren en het warme paars<br />
van amethist. Dit heeft mede te maken met het sterke pleochroïsme waardoor<br />
het blauw en paars op bijzondere wijze worden gecombineerd.<br />
De kunst is dan ook om dit bij het<br />
slijpen van de steen zo goed mogelijk<br />
tot uiting te laten komen. De kleur<br />
is het gevolg van een ongebruikelijk<br />
hoog gehalte aan vanadium. Bij zeer<br />
donker-gekleurde stenen kan dit<br />
gehalte oplopen tot 5000 ppm.<br />
In de regel ligt het vanadiumgehalte<br />
Tanzaniet omringd door diamanten.<br />
De steen weegt 33.55 krt.<br />
Bron: Incolor.<br />
4
tussen de 1500 en 3000 ppm. Kristallen met minder dan 1200 ppm vanadium zijn<br />
niet paars meer, maar geel, groen, roze of kleurloos.<br />
Opmerkelijk is ook dat het overgrote deel van de gevonden tanzaniet helemaal<br />
niet blauw is, maar dit pas wordt na een hittebehandeling. De meeste tanzaniet<br />
heeft van nature een lichtbruine kleur. Door dit type materiaal gedurende enkele<br />
minuten te verhitten tot 520 graden Celsius wordt het aanwezige V3+ omgezet<br />
in V4+. Hierdoor absorbeert de steen een ander deel van het lichtspectrum en<br />
krijgt het de gewilde kleur. Ook stenen die van nature al blauw zijn maar nog<br />
een zweem van bruin bevatten, worden op deze wijze van de ongewenste tint<br />
ontdaan. Het enige nadeel van dit proces is dat het aanwezige pleochroïsme<br />
wordt gedempt. Onverhitte paars/blauwe stenen hebben soms een schitterend<br />
trichoïsme waarbij naast blauw en paars ook een fel rood parallel aan de c-as van<br />
het kristal te zien is. Bij het verhitten verdwijnt deze rode kleur onherroepelijk.<br />
Mocht dit effect zichtbaar zijn dan weet je zeker dat het een onverhitte steen<br />
betreft.<br />
Nu is 95% van alle tanzaniet op de markt verhit en wordt dit niet als een<br />
waarde- verminderende behandeling gezien. Geologen zijn het erover eens dat<br />
de onbehandelde paarse stenen door natuurlijke oorzaak zijn verhit en daar hun<br />
kleur aan te danken hebben. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld saffier en robijn<br />
waarbij het criterium ‘onverhit’ direct een flinke meerprijs betekent. Ook is de<br />
temperatuur waarop de zoisiet wordt verhit relatief laag (520 graden C)vergeleken<br />
met saffieren waarbij veel hoge temperaturen (1800 graden C) zijn vereist om<br />
de steen te laten verkleuren.<br />
Links een partij onverhitte<br />
tanzaniet. Bijna alle tanzaniet<br />
wordt als geelbruine stenen<br />
gevonden.<br />
Rechts een zeldzame<br />
“bicolour” tanzaniet<br />
De insluitsels in tanzaniet worden daarom niet door deze behandeling aangetast,<br />
waardoor het praktisch onmogelijk is om onverhitte van verhitte exemplaren<br />
te onderscheiden, behalve dan door het uitgesproken trichoïsme van sommige<br />
onverhitte tanzaniet.<br />
5
Ontstaan van Tanzaniet<br />
De tanzaniet wordt gevonden in een metamorf gesteente. Het betreft een complex<br />
pakket van diverse gesteenten die door de inwerking van tektonische krachten<br />
vervormd en hergekristalliseerd is. De belangrijkste gesteenten zijn een<br />
grafietgneis in combinatie met marmers en pegmatieten. Dit gesteente dat ooit<br />
begon als een sedimentafzetting in zee is enkele malen langdurig aan hitte en druk<br />
blootgesteld over een periode van honderden miljoenen jaren. Hierbij is in de<br />
contactzone tussen de gneis en de marmers een zone ontstaan die een skarnachtige<br />
mineralisatie heeft voortgebracht. Dit proces is de bron geweest van de<br />
vorming van grossulaar, een calciumgranaat. Deze grossulaar is vervolgens de<br />
bron geweest van de zoisiet die door de afbraak van grossulaar heeft kunnen<br />
ontstaan. Dit verklaart ook waarom de meeste tanzaniet niet in combinatie met<br />
grossulaar wordt gevonden en de beste kwaliteit grossulaar ook in holtes zonder<br />
tanzaniet wordt aangetroffen. Als de twee mineralen samen voorkomen is dit bijna<br />
altijd als een massief gesteente.<br />
De tanzaniet is gebonden aan zogenaamde “boudins”. Dit zijn blokken steen die<br />
door sterke vervorming van het omhullende gesteente van elkaar zijn losgescheurd<br />
en door metamorfose zijn omgezet in andere mineralen. U kunt dit zien als een<br />
laag calciumrijk gesteente (pegmatiet in marmer) die een laag vormt in een pakket<br />
van metamorfe gesteenten. Door de beweging in de aardkorst wordt dit hele pakket<br />
gesteente geplooid en gevouwen. Omdat dit diep in de aardkorst plaatsvindt<br />
waar de druk en temperatuur hoog zijn, is het gesteente enigszins plastisch.<br />
Niet elke laag van het gesteente reageert op dezelfde manier. De kwarts-albietgrafiet<br />
gneis waar de kalksteenlagen in zitten laat zich makkelijker vervormen<br />
dan de brosse pegmatieten. Hierdoor breekt de marmer/<br />
pegmatiet in losse brokken en wordt als losse delen<br />
ingesloten in de massieve gneis. Omdat de beweging in<br />
de aardkorst nog veel verder gaat, raken deze steenblokken<br />
steeds verder van elkaar verwijderd en worden ze<br />
individueel aangetast door het omringende gesteente<br />
waarmee zij reageren en tanzaniet kon ontstaan.<br />
Tanzaniet met tsavoriet in<br />
kwarts met grafiet. Door het hoge gehalte<br />
aan vanadium is het gesteente fel gekleurd.<br />
Foto & collectie, PS<br />
6
1 2 3<br />
vereenvoudigde weergave van boudin vorming. 1. uniform gelaagd gesteentepakket.<br />
2. Brosse lagen breken door tektonische vervorming. 3. Exteme vervorming<br />
laat slechts hier en daar resten van originele laag achter (boudins)<br />
Alle mijnbouw in Merelani is er dus op gericht om deze boudins te lokaliseren<br />
en af te bouwen. Helaas is het vinden van deze boudins geen garantie voor het<br />
vinden van tanzaniet, aangezien niet alle boudins een tanzaniet-mineralisatie<br />
bevatten. Daarbij lijken deze boudins door de extreme vervorming van het<br />
gesteente min of meer willekeurig in de gneis te zitten waardoor het lastig is<br />
voor de mijnwerkers om de richting te bepalen waarin gewerkt moet worden.<br />
Sommige mijnwerkers volgen de sulfide-mineralisatie (pyriet) als mogelijke<br />
aanwijzing voor tanzaniet. Andere mijnwerkers zweren weer bij het volgen van<br />
gipsrijke lagen. Het is maar net waarmee in het verleden het meeste succes is<br />
geboekt. Alleen TanzaniteOne heeft de beschikking over getrainde geologen die<br />
op rationele wijze de tanzaniet- houdende lagen proberen te exploiteren.<br />
Het is ook dankzij deze geologen dat we nu zoveel weten over de vorming van<br />
deze unieke edelsteen.<br />
Bij het geologisch onderzoek is men niet alleen op zoek gegaan naar de oorzaak<br />
van de tanzaniet-mineralisatie. Wat Tanzaniet onderscheidt van de standaard<br />
zoisiet is natuurlijk de kleur. Zoals eerder gezegd, is de kleur te danken aan het<br />
hoge vanadiumgehalte. Bij onderzoek is gebleken dat de metamorfe gesteenten<br />
die deel uitmaken van de Mozambique formatie abnormaal rijk zijn aan sporen<br />
van dit element. Maar niet alleen vanadium komt in grote hoeveelheden voor,<br />
ook strontium en veel zeldzame aarde elementen zijn in flinke concentratie<br />
aanwezig. Bij onderzoek naar de herkomst bleek dit weer gerelateerd aan het<br />
hoge grafietgehalte. De gneis in Merelani bevat 10% grafiet waardoor de locatie<br />
in dat opzicht als een belangrijke grafietmijn zou kunnen worden<br />
geëxploiteerd. Bij onderzoek naar de herkomst van zulke grote hoeveelheden<br />
koolstof, dat grafiet immers is, bleek dat dit afkomstig is van organismen in de<br />
oerzee waaruit het sediment is ontstaan wat uiteindelijk is omgezet in gneis.<br />
Ook het vanadium wat in het gesteente zit zou afkomstig zijn van organismen<br />
die dit opnamen tijdens hun leven in zee. Onderzoek heeft aangetoond dat<br />
de oerzeeën van nature rijk waren aan dit element al is het nog niet helemaal<br />
duidelijk waardoor dit kwam.<br />
7
De TanziteOne installatie<br />
bij Merelani. Foto. PS<br />
Een kijkje in de keuken<br />
Op 27 augustus 2010 waren we (een 13-tal leden van de ACAM op edelsteensafari)<br />
in de gelegenheid om de tanzanietmijnen te bezoeken. Deze unieke kans<br />
werd met beide handen aangegrepen en voor we het wisten waren we onderweg<br />
om eens met eigen ogen te zien hoe tanzaniet gewonnen wordt. Nu is het<br />
niet zo dat je er even langs gaat. De mijnen zijn relatief makkelijk te bereiken<br />
omdat ze dicht bij de belangrijkste doorgaande weg in Noord-Tanzania liggen.<br />
Reizigers die arriveren of vertrekken van Kilimanjaro international airport<br />
kunnen de mijnen goed zien, omdat de vallei slechts 15 km van het<br />
vliegveld af ligt. Maar daarmee ben je nog lang niet binnen of welkom.<br />
Eerst dienen alle vergunningen bij elkaar verzameld te worden wil je überhaupt<br />
een kans maken de mijnen te bereiken. Goede contacten zijn hierbij cruciaal. In<br />
ons geval waren we uitgenodigd door een grote edelsteenhandelaar die in het<br />
verleden een mijn heeft geëxploiteerd in het B-blok en door het hoofd mineralogie<br />
van een Oost-Afrikaans mineralogisch onderzoeksinstituut (SEAMIC).<br />
Met de groep werd eerst een bezoek gebracht aan het ministerie van mijnbouw<br />
in Arusha. Dit is niet alleen een kantoor maar ook een opleidingsinstituut waar<br />
leergierige Tanzanianen op kosten van de staat een cursus edelsteenbewerking<br />
krijgen. Deze duurt maximaal twee jaar en heeft als doel mensen zelfstandig<br />
te maken bij het verdienen van een goed inkomen. Het ruwe materiaal is ruim<br />
voorhanden en door de bewerking van de stenen in Tanzania plaats te laten<br />
vinden, wordt de locale economie hiermee gestimuleerd. Voorheen werden alle<br />
ruwe stenen geëxporteerd. Nu is het lastiger geworden om ruw materiaal het<br />
land uit te voeren. Het uitvoeren van ongeslepen tanzaniet is zelfs helemaal<br />
verboden.<br />
8
Tijdens onze rondleiding in het complex werden elders de nodige papieren<br />
geregeld en na een klein uurtje kwam onze gids trots onze vergunning tonen.<br />
Toegang tot de mijnen! Geen tijd te verliezen. We klommen met z’n allen weer<br />
in de bus op weg naar Merelani. Voor we Arusha uitreden werd er voorin de<br />
bus koortsachtig gebeld. De edelsteenhandelaar die met ons meeging als gids<br />
ter plaatse hoort dat er een groot tanzanietkristal beschikbaar is en de verkoper<br />
informeert of onze groep wellicht een potentiële koper heeft.<br />
Er wordt een afspraak gemaakt en voor we het weten stuurt onze bus van de<br />
weg ergens de berm in. Daar staat een witte jeep met 5 man erin. De gids maakt<br />
een praatje en komt terug met een 8 cm groot tanzanietkristal van ruim 140<br />
gram. Iemand geïnteresseerd? De hele bus kijkt kwijlend naar dit fabuleuze<br />
kristal totdat de vraagprijs bekend wordt. 200 dollar per gram. Snel rekenwerk<br />
komt uit op 28.000 dollar, wow! Niemand in ons gezelschap is bereid om een<br />
dergelijk bedrag neer te tellen. Zelfs na stevig onderhandelen zou de steen<br />
waarschijnlijk niet voor onder de 10.000 dollar te kopen zijn. Onder de indruk<br />
van dit enorme kristal willen we nog maar een ding. Naar de mijnen! Niet lang<br />
daarna verlaten we de chaos van Arusha op weg naar het vliegveld. Gelukkig<br />
gaat dit gedeelte van de rit over asfalt wegen (een luxe in Tanzania) en het duurt<br />
niet lang voor we de afslag naar het vliegveld oprijden. Vlak voor de ingang<br />
van het vliegveld staat een groot bord. TanzaniteOne mijn 15 km. Helaas houd<br />
hier het asfalt op waarna we weer de inmiddels bekende stoffige onverharde<br />
wegen over moeten. Na een paar honderd meter worden we geconfronteerd<br />
met het eerste checkpoint. Militairen willen weten wat we komen doen en alle<br />
papieren zien. Tien minuten later waren we weer onderweg.<br />
De volgende 10 km bleek een waar kuilenparadijs waar met goed fatsoen niet<br />
boven de 40 km per uur gereden kon worden. Dan nog trillen de vullingen uit je<br />
kiezen. Langs de weg staat een groot bord waarop TanzaniteOne trots meedeelt<br />
dat ze deze weg voor de gemeenschap aan hebben gelegd. Ze willen graag laten<br />
zien dat ze ook aan de locale gemeenschap denken.<br />
Na een klein half uurtje komen we aan bij de enorme TanzaniteOne sorteerinstallatie<br />
in het dorp Merelani. Vrachtwagens rijden hier af en aan met erts<br />
en de installatie heeft zijn eigen landingsstrook om de stenen via de lucht af te<br />
voeren. We verbazen ons over de moderne installatie in dit dorre landschap,<br />
maken enkele foto’s en worden weer gesommeerd in de bus te stappen op weg<br />
naar de mijn. De mijnen zelf worden zwaar bewaakt door de autoriteiten en<br />
andere belanghebbenden. Tanzania is een zeer gastvrij land. Maar naarmate je<br />
dichter bij de mijn komt, neemt dit rap af. Buitenlanders en andere pottenkijkers<br />
zijn niet welkom omdat zij de handel kunnen schaden door buiten de reguliere<br />
handel stenen van de mijnwerkers te kopen en omdat de werkzaamheden<br />
9
niet altijd even ethisch verantwoord zijn. Dit wordt vooral door de handelaren in<br />
het dorp Merelani duidelijk gemaakt met vuile blikken en de bekende handgebaren.<br />
We rijden snel door het dorp naar de ingang van de vallei waar het allemaal<br />
gebeurt. Na een kort ritje door de bush arriveren we bij de hoofdingang van het<br />
mijnengebied. De ingang op de top van de omringende heuvels lijkt meer op de<br />
ingang van een militaire basis dan op een mijn. Hoge hekken en rollen scheermesdraad<br />
proberen gelukszoekers en mensen zonder vergunning buiten te houden.<br />
Voor de ingang staat een tiental mensen die meteen proberen ons stukken steen<br />
te verkopen. Het materiaal is van lage kwaliteit. Omdat we niet de indruk willen<br />
wekken hier voor de handel te komen wordt ons in dit stadium verboden dingen<br />
te kopen. Als we direct onze portemonnee zouden trekken, zou van ons bezoek<br />
weinig overblijven aangezien we dan zouden worden bestormd door iedereen die<br />
wat wil verdienen. Voor je het weet staan er 40 opdringerige en soms wanhopige<br />
mijnwerkers om je heen om mijngruis te verkopen. Dat scenario werd voor later<br />
bewaard.<br />
Terug naar de ingang. Ook hier ging na enig bakkeleien de poort open. We rijden<br />
verder de vallei in en zien dat het geheel duidelijk is opgedeeld in 3 delen. Links<br />
en rechts bevinden zich de mijnen van de locale mijnwerkers. Overal staan<br />
ommuurde bouwsels boven de mijnschachten waar de mijnwerkers wonen en<br />
werken. De oudste bouwsels zijn zwart van het grafiet en vooral in het A-blok<br />
staan de mijngebouwtjes dicht op elkaar, waardoor een labyrint van ommuurde<br />
straatjes is ontstaan. In het midden van de vallei ligt een groot stuk wat er nog<br />
ongerept uitziet. Hier staan moderne gebouwen met uitkijktorens en het gehele<br />
complex is weer stevig omheind met hoge hekken en prikkeldraad.<br />
Dit is het C-blok en de mijn van TanzaniteOne waar met moderne technieken de<br />
tanzaniet en andere edelstenen worden gewonnen. TanzaniteOne is de grootste<br />
mijn in de vallei en beslaat meer dan een derde van het gebied waar tanzaniet<br />
wordt gewonnen. Het lijkt een groene oase in de omgespitte en volgebouwde<br />
vallei. De mijningangen van ondergrondse mijnen zijn niet zichtbaar.<br />
Aangezien we geen toestemming hebben om bij TanzaniteOne te komen kijken<br />
rijden we naar het B-blok naar één van de mijnen waar onze gids heeft gewerkt.<br />
We kunnen niet met de bus tussen de<br />
mijngebouwtjes en storthopen door, dus<br />
wordt de bus geparkeerd en gaan we te<br />
voet het B-blok in. Overal ligt donker<br />
gesteente te schitteren. Het gesteente is<br />
In deze mijn in het D-blok was een<br />
staalkabel naar beneden gepannen<br />
om het gesteente makkelijker te kunnen<br />
afvoeren. Foto PS<br />
10
zo rijk aan grafiet met haar metallische<br />
glans dat zelfs het afval<br />
er al aantrekkelijk uit ziet. Het<br />
nadeel is dat het vreselijk afgeeft<br />
en alles in de omgeving is dan<br />
ook zwart van het grafiet. Zelfs<br />
de mijnwerkers lijken van metaal<br />
als ze uit de mijn komen door het<br />
glimmende grafietstof dat aan<br />
de huid blijft kleven. We lopen<br />
De vriendelijke mijnwerkers helpen graag met<br />
verder, gade geslagen door vele<br />
zoeken. Voor cash uiteraard. Foto Cyntha Smits<br />
verbaasde mijnwerkers die<br />
zich afvragen wat deze blanken komen doen. We kloppen aan bij claim 21 en er<br />
gaat een klein deurtje in de omheining open.Binnen staan we op een klein<br />
binnenplaatsje van ongeveer 20 x 20 meter met diverse bouwsels op palen waar<br />
de mijnwerkers slapen en het materiaal wordt bewaard.<br />
In het midden ligt de mijngang zelf. Afgeschermd met een constructie van hout<br />
en kippengaas zodat niemand er per ongelijk in kan vallen of ongemerkt de<br />
mijn in en uit kan. Er wordt door de eigenaar uitgelegd hoe ze te werk gaan en<br />
wat voor materiaal ze ter beschikking hebben. Bijna alle tanzaniet wordt met<br />
eenvoudige middelen afgebouwd. In de meeste gevallen gebeurd dit met hamer,<br />
beitel en dynamiet en is alles handwerk. Het losgemaakte erts wordt in zakken<br />
van geweven plastic naar de oppervlakte gebracht en uitgezocht. De trots van<br />
deze mijn is een relatief nieuwe compressor die het zoeken op grotere diepte en<br />
het gebruik van pneumatische hamers mogelijk maakt. De mijnwerkers krijgen<br />
alleen betaald als ze stenen vinden. Als er niets gevonden wordt krijgen ze alleen<br />
eten en onderdak en moeten ze in diensten van 8 uur de mijn in op zoek naar de<br />
begeerde edelstenen. De omstandigheden waarin de mensen moeten werken zijn<br />
zeer zwaar. Er is weinig zuurstof, de lucht is gevuld met grafietstof wat constant<br />
wordt ingeademd en hun enige verlichting is een LED zaklamp die met een oude<br />
fietsbinnenband aan het hoofd wordt gebonden. Niet alleen instortingsgevaar<br />
ligt op de loer. Het is al twee keer voorgekomen dat tijdens hevige regenbuien<br />
de bodem van de vallei blank kwam te staan en de schachten volliepen terwijl<br />
er ondergronds nog mensen bezig waren. De mijneigenaar vertelde dat tijdens<br />
de eerste overstroming 7 mijnwerkers in zijn mijn om het leven kwamen. Sinds<br />
die tijd hebben ze een 70 cm hoge baksteenrand om de mijnschacht gebouwd<br />
om herhaling te voorkomen. En met succes, tijdens de laatste overstroming is<br />
de mijn niet volgelopen. Er werd verteld dat tijdens ons bezoek de mijn weinig<br />
produceert. Maar niets is zo motiverend als de kans om van het ene op het andere<br />
11
moment schatrijk te zijn. Dus er werd volop gewerkt. De mijnwerkers in deze<br />
mijn volgen de pyrietaders aangezien ze daar het meeste succes mee hebben<br />
gehad. De gangen gaan soms kilometers de grond in, in elke willekeurige richting<br />
en het komt het nog al eens voor dat concurrerende mijnen elkaar ondergronds<br />
kruisen waarbij soms bloedige conflicten ontstaan. De belangen zijn immers<br />
groot.<br />
We krijgen de uitnodiging om zelf de mijn in te gaan. Helaas waren we daar niet<br />
op voorbereid en wisten we uit de ervaring van anderen dat dit niet geheel zonder<br />
gevaar en zeer zwaar is. Afdalen in een mijn is meestal geen probleem. Maar<br />
terug omhoog over smalle ladders in een zuurstofarme lucht kan veel van een<br />
mens vergen. Zeker als je dit nog nooit eerder hebt gedaan. En het laatste wat je<br />
wilt is in Tanzania in een ziekenhuis belanden. Tevens zou dit qua tijd ook lastig<br />
worden. We konden de groep niet een paar uur laten wachten omdat een enkeling<br />
de mijn in wilde. Nadat we de mijn eigenaar uitgebreid hadden bedankt voor de<br />
getoonde gastvrijheid en uitleg<br />
verlieten we de mijn om een<br />
andere mijn te bezoeken aan de<br />
andere kant van de vallei. Ondanks<br />
dat dit best te lopen was,<br />
werd ons toch aangeraden om<br />
terug naar de bus te gaan om met<br />
bus en al de drie kilometer naar<br />
het D-blok gedeelte te rijden.<br />
Voor we de andere mijn zouden<br />
bezoeken werd een half uur ing-<br />
elast om de meegebrachte lunch<br />
te nuttigen. Voor we het wisten<br />
Enorme storthopen domineren het B-blok.<br />
kwamen mijnwerkers met materiaal<br />
langs om te kijken of er iets te verdienen viel. Handen vol gruis<br />
kwamen voorbij met zo hier en daar een interessant stuk. Niets van edelsteen-<br />
kwaliteit maar leuke mineralen voor de verzamelaar. Hierbij veel stukjes zoiziet,<br />
een doos vol pyrietstukjes met nog enkele kristallen, Stukjes kwarts, diopsiet en<br />
ook nog wat stukken moedergesteente met zoiziet. Deze vonden gretig aftrek en<br />
in no time kwamen er steeds meer lui met of zonder stenen op de ontstane handel<br />
af. Net zo snel als dit ontstaan was, werd dit ook weer afgekapt. We moesten nog<br />
naar de tweede mijn en op deze wijze zou dit niet gaan lukken.<br />
Met de bus werd de volgende paar honderd meter afgelegd naar de mijn totdat<br />
we niet verder konden. Iedereen de bus uit en tegen de berghelling omhoog naar<br />
12
de volgende schacht. Hier hadden de mijnwerkers geleerd van de tragedie<br />
van de ondergelopen schachten en hun mijn strategisch boven de valleibodem<br />
gemaakt. In de schuine mijnschacht was een staalkabel gespannen waarlangs<br />
de zakken erts omhoog werden gehesen en het afval simpelweg van de helling<br />
gestort kon worden waardoor er een grote puinhelling was ontstaan waar naar<br />
hartenlust kon worden gezocht. Hier lag veel kyaniet in grafietschist wat een<br />
mooie combinatie vormde. De mijnwerkers uit de omgeving hadden echter snel<br />
door wat je zocht en hielpen maar al te graag waarna het door hun opgeraapte<br />
stuk kon worden gekocht. Dat schoot dus ook niet echt op. Het bijzondere van<br />
deze mijngang was dat de mijnwerkers niet de pyrietaders, maar de gipsaders<br />
volgden, op zoek naar de tanzanieten. Dat er veel gips voorkwam, was ook<br />
terug te zien op de storthopen. We kregen zelfs een stuk met gipskristallen op<br />
grafiet aangeboden van zeker 20 x 7 cm. Een vreemde combinatie.<br />
Helaas waren de kristallen erg beschadigd en zag het stuk er niet stevig uit<br />
waardoor het lastig zou worden om dit mee te nemen. Gezien de vraagprijs is<br />
het ook door niemand gekocht. Gips<br />
voor de prijs van tanzaniet.<br />
Daar trappen we natuurlijk niet in.<br />
Nadat we wederom een<br />
interessante uitleg over de gang van<br />
zaken hadden gehad van de<br />
dagelijkse werkzaamheden rond de<br />
mijn, was de menigte die geïnteresseerd<br />
was in ons bezoek en wilde<br />
kijken of er nog wat te verdienen<br />
viel, flink gegroeid. Iedereen had<br />
Uitzicht over de mijnvallei in het D-blok.<br />
wel een groepje mijnwerkers om zich<br />
heen die na verloop van tijd steeds<br />
opdringeriger werden. De mensen daar verdienen nauwelijks wat en er is vaak<br />
sprake van echte honger. Voor we het wisten, begonnen mensen ruzie te maken<br />
om onze aandacht en ons geld.<br />
Dit was het signaal voor de gidsen om de aftocht te blazen. We werden<br />
gesommeerd om met onze gevonden en gekochte stenen weer de bus in te gaan<br />
om escalatie te voorkomen. Uiteindelijk betekende dit het einde van ons<br />
hectische bezoek waarna we nog vriendelijk door de menigte werden<br />
uitgezwaaid alsof er niets was gebeurd. Onder de indruk van deze wonderlijke<br />
ervaring ging het stuk terug naar het dorp, waar men nog steeds niet kon lachen,<br />
en over de kuilenweg naar het vliegveld.<br />
13
In de bus werden druk de vondsten uitgewisseld en nog lang nagepraat over dit<br />
bezoek aan een mijngebied waar we al zo veel over hadden gehoord en gelezen<br />
en nu zelf hebben gezien, of beter gezegd, ervaren.<br />
Toen we ’s-avonds terugkwamen in Arusha had een van de gidsen zijn Merelani<br />
mineralen in het barretje van het hotel voor de verkoop uitgestald waar we<br />
onder slecht licht nogmaals in de gelegenheid waren om tanzanieten, tsavorieten,<br />
diopsied, pyriet e.d. te kopen, maar dan van een veel betere kwaliteit dan in de<br />
mijn zelf. Ook hier werden weer een aantal mooie kristallen aangeschaft voor de<br />
diverse collecties. Al met al een bijzonder bezoek aan een uniek mijngebied dat<br />
we niet snel zullen vergeten.<br />
Mocht u dit zelf eens willen ervaren, dan kan dit via SEAMIC in Dar-es-Salaam.<br />
Zij organiseren gemsafari’s naar diverse vindplaatsen (Merelani, Morogoro,<br />
Winza, Umba, Mpwapwa e.a.) en combineren dit met de bijzondere natuur van<br />
Tanzania. Wij hebben dit ook gedaan via SEAMIC en kunnen ze van harte<br />
aanbevelen. Voor meer info zie: www.seamic.com of www.free-form.ch<br />
Referenties:<br />
- Tanzanite, the true story.<br />
Door Valerio Zancanella. 2004.<br />
- Mineralogical record. Vol. 40. nr. 5, okt 2009. “ Merelani, Tanzania”.<br />
- The geology and petrology of the Merelani tanzanite deposit, NE Tanzania.<br />
Door Bernard Olivier. 2006.<br />
Universiteit van Stellenbosch, Zuid Afrika<br />
14<br />
Kopen, kopen?<br />
Tanzaniet en<br />
tsavoriet van<br />
lage kwaliteit<br />
aangeboden<br />
in de mijn.<br />
Foto. H. Heldner
e a p u l a o n y x<br />
i n i b d r r a b c<br />
c a d e n i d t o k<br />
s t o l u m i r r w<br />
Puzzel<br />
i a o i r a e o a a<br />
r a t e o r r l g r<br />
a s i t k e i i a t<br />
Hieronder vindt v u l weer a een a nieuwe p opuzzel. e Als e u ahet juiste s antwoord heeft,<br />
kunt u deze ginsturen r naar a ngemmaredactie@gmail.com. a a t t t t Op 18 april wordt dan<br />
de winnaar/winnares getrokken uit de goede inzenders. De winnaar/winnares<br />
ontvangt een bicolor beryl cabochon (aquamarijn en gosheniet) van 3,65 ct.<br />
Veel puzzelplezier. Streep de woorden weg die in het rijtje naast de puzzel<br />
staan. Na afloop blijven een aantal letters ongebruikt. Deze vormen een nieuw<br />
woord. Dat woord is de oplossing van de puzzel.<br />
t b e r y l c c n a<br />
e a p u l a o n y x<br />
i n i b d r r a b c<br />
c a d e n i d t o k<br />
s t o l u m i r r w<br />
i a o i r a e o a a<br />
r a t e o r r l g r<br />
a s i t k e i i a t<br />
v l a a p o e e a s<br />
g r a n a a t t t t<br />
Goede antwoord van de puzzel die in Gemma 50 staat:<br />
rutiel<br />
De goede inzendingen kwamen van Bing-Hie Si, Hans<br />
Kok en Pieter Tavenier. Pieter Tavenier mocht de<br />
geslepen calciet mee naar huis nemen.<br />
15<br />
agaat<br />
anataas<br />
beryl<br />
cordieriet<br />
epidoot<br />
granaat<br />
korund<br />
kwarts<br />
larimar<br />
natroliet<br />
onyx<br />
opaal<br />
robijn<br />
rubeliet<br />
varisciet<br />
agaat<br />
anataas<br />
beryl<br />
cordieriet<br />
epidoot<br />
granaat<br />
korund
Het optisch teken van<br />
biaxiale mineralen<br />
Jaap Bos<br />
Inleiding<br />
Kubische en amorfe edelstenen (spinel, granaat, glas) hebben één<br />
brekingsindex en vertonen op de refractometer maar één schaduwlijn, die een<br />
constante aflezing heeft. Uniaxiale edelstenen (toermalijn, korund) hebben twee<br />
brekingsindices en we zien daarbij dus twee schaduwlijnen . Hierbij geeft de<br />
zogenaamde ‘normale straal’ een vaste refractometeraflezing. De zogenaamde<br />
‘buitengewone straal’ geeft bij het roteren van de steen op de refractometer een<br />
variabele aflezing.<br />
Biaxiale mineralen (topaas, veldspaten, eigenlijk de meerderheid van de<br />
edelstenen) hebben drie brekingsindices, maar omdat de trillingsrichting van de<br />
drie bijbehorende stralen onderling loodrecht op elkaar staat zijn er slechts twee<br />
schaduwlijnen tegelijk op de refractometer zichtbaar. Deze drie brekingsindices<br />
zijn alle drie ‘buitengewoon’, dus hun refractometeraflezing zal variëren bij het<br />
roteren van de edelsteen op de refractometer.<br />
In een drietal artikelen (ref. 1, 2 en 3) is een uitgebreide beschrijving gegeven<br />
over het gedrag van de schaduwlijnen op een refractometer.<br />
De auteurs onderscheiden daarin acht verschillende patronen die in alle<br />
voorkomende gevallen er toe zouden moeten leiden dat de aard<br />
(isotroop, uniaxiaal of biaxiaal) van een mineraal correct kan worden bepaald.<br />
Met behulp van een polaroidfilter kan vrijwel altijd ook het optisch teken<br />
(plus of min) bepaald worden. Dit optisch teken kan een belangrijk determinatiecriterium<br />
zijn, bijvoorbeeld in het geval van het uniaxiale kwarts en<br />
skapoliet, die beide wat betreft de andere constanten een overlap vertonen.<br />
Ook de biaxiale mineralen amblygoniet en montebrasiet verschillen alleen in<br />
optisch teken van elkaar.<br />
16
Het optisch teken<br />
Voor uniaxiale mineralen is het optisch teken als volgt gedefinieerd:<br />
als de brekingsindex met de numeriek laagste waarde behoort bij de normale<br />
straal (dus vaste refractometeraflezing), dan spreken wij van een optisch<br />
positief mineraal, is het echter de buitengewone straal (dus variabele refractometeraflezing)<br />
die de laagste brekingsindex heeft dan spreken wij van een optisch<br />
negatief mineraal. Nemen wij als voorbeeld het uniaxiale toermalijn, bij het<br />
ronddraaien van de steen op de refractometer zien wij in principe twee schaduwlijnen<br />
waarvan die met de hoogste brekingsindex (bijvoorbeeld RI=1.640)<br />
constant is en de variërende schaduwlijn, dus die van de buitengewone straal,<br />
de laagste waarde van RI=1.620 vertoont. Toermalijn is dus een uniaxiaal<br />
negatief mineraal.<br />
Hoe die buitengewone straal zich precies tijdens een rotatie beweegt,<br />
is afhankelijk van de positie van de optische as van een uniaxiaal kristal ten<br />
opzichte van het glas van de refractometer. Ligt die optische as parallel aan<br />
het horizontale vlak van de refractometer dan zal in een bepaalde positie de<br />
buitengewone straal samenvallen met de gewone straal en zien wij dus maar<br />
één schaduwlijn. Draaien wij de steen, dan zal de buitengewone straal weer<br />
zichtbaar worden en na 90 graden roteren van de ‘samenvallende’ positie zijn<br />
hoogste waarde (als het een optisch positief mineraal is) of zijn laagste waarde<br />
(als het een optisch negatief mineraal is) bereiken.<br />
Staat de optische as echter loodrecht op het refractometerglas dan is de situatie<br />
anders. Wij zien twee schaduwlijnen die beiden niet van plaats veranderen bij<br />
de rotatie van de steen. Omdat nu niet duidelijk is wat de normale en wat de<br />
buitengewone straal is, kan het optisch teken niet direct bepaald worden.<br />
In ref. 4 heb ik een methode aangegeven waarmee, met behulp van een polaroid<br />
waarvan de doorlaatrichting bekend is, die beslissing wel valt te maken.<br />
Bij biaxiale mineralen met zijn drie brekingsindices geldt: als de brekingsindex<br />
met de numeriek middelste waarde het dichtst bij die van de laagste brekingsindex<br />
ligt dan noemen wij het een optisch positief mineraal; ligt de middelste<br />
brekingsindex het dichtst bij de hoogste brekingsindex dan hebben wij te<br />
maken met een optisch negatief mineraal.<br />
De eerder in ref. 1 tot 3 genoemde artikelen beslaan in totaal 29 A4 bladzijden,<br />
dus teveel om in hier alle daarin behandelde onderwerpen te bespreken.<br />
In dit artikel ga ik het alleen maar hebben over het optische teken van biaxiale<br />
mineralen.<br />
17
Het optische teken bij biaxiale mineralen<br />
Bij biaxiale mineralen kunnen wij de stralengang van de drie brekingsindices<br />
in een 3-dimensionaal figuur tonen, de zogenaamde optische indicatrix, een<br />
omwentelings-ellipsoïde met drie ongelijke assen.<br />
Die drie assen, X, Y en Z hebben een lengte die gelijk is aan respectievelijk de<br />
numeriek laagste brekingsindex α (alfa), de hoogste brekingsindex γ (gamma)<br />
en een tussen α en γ inliggende brekingsindex β (bèta).<br />
Tijdens het ronddraaien van een steen op de refractometer zal men dus in een<br />
bepaalde positie α vinden en in een andere positie γ. Op andere posities zal<br />
α een hogere brekingsindex vertonen (aangegeven door α’) en γ een lagere<br />
waarde (γ’). De hoogste brekingsindex die α’ vertoont en/of de laagste waarde<br />
van γ’ zal nu de tussenliggende brekingsindex β zijn.<br />
In ref. 5 worden de bewegingen van de schaduwlijnen bij rotatie uitgebreid in<br />
een aantal figuren behandeld.<br />
Maar dit ideale gedrag, dat zowel α’ als<br />
γ’ dezelfde waarde voor β opleveren, zal<br />
alleen voorkomen als een van de drie<br />
assenvlakken van de indicatrix, dus het XYvlak,<br />
het XZ-vlak of het YZ-vlak evenwijdig<br />
loopt aan het facet waaraan gemeten<br />
wordt. Liggen de indicatrix-vlakken niet<br />
evenwijdig aan een facetvlak dan is alleen<br />
als één van de twee stralen voorbij het<br />
punt halverwege de birefringence (γ- α)<br />
komt, het optisch teken nog te bepalen. Als<br />
dat niet het geval is dan zal óf α’ óf γ’ de<br />
goede waarde voor β bereiken, maar niet<br />
beiden. In de volgende figuur wordt dit<br />
verduidelijkt.<br />
Gedurende een rotatie van de steen op<br />
de refractometer bereikt de α’-straal<br />
een hoogste brekingsindex-waarde op<br />
plaats A, dat zou de gezochte waarde<br />
voor β kunnen zijn. Tijdens een<br />
andere positie van de rotatie bereikt<br />
de γ’-straal zijn laagste brekingsindex-waarde<br />
op de plaats G, ook een<br />
mogelijke waarde voor β.<br />
18
Bij biaxiale kristallen zal dit vaak voorkomen, alleen als een gekleurd mineraal<br />
trichroïsme vertoont zal een lapidarist, om de beste kleur uit te laten komen, de<br />
steen zodanig slijpen dat een van de assenvlakken samenvalt met de tafel van<br />
de steen. Bij kleurloze of niet trichroïte stenen zal de oriëntatie meer willekeurig<br />
kunnen zijn en zal het tafelfacet in het algemeen niet evenwijdig lopen met<br />
een van de indicatrix-vlakken.<br />
Maar welke waarde voor β, die op plaats A of die op plaats G, moeten wij nu<br />
kiezen? In het bekende gemmologische handboek ‘Gems’ geeft Webster daarvoor<br />
een nogal eenvoudige oplossing; sommeer de waarden bij de plaatsen A en<br />
G, deel dit door twee en dat is de waarde voor β. De auteurs in ref. 1-3 maken<br />
hier terecht bezwaar tegen; je hebt twee mogelijke waarden voor β, één daar<br />
van is goed, de andere is fout, dus als je het gemiddelde van die twee waarden<br />
neemt dan weet je zeker dat je een uitkomst krijgt die fout is!<br />
In de bovengenoemde referenties wordt dan ook het voorbeeld genoemd dat je<br />
op deze manier een sinhaliet altijd zult determineren als zijnde een peridoot.<br />
Peridoot, een olivijnmengsel van fayaliet (Fe2SiO4) en forsteriet (Mg2SiO4)<br />
heeft een β die vrijwel halverwege tussen de α en de γ in ligt, maar sinhaliet<br />
(Mg{Al,Fe}BO4) heeft een β die zeer dicht tegen de γ-waarde aanligt. Heb je<br />
dus te maken met een sinhaliet, en refractometer-aflezingen als in de bovenstaande<br />
figuur, en middel je de waarden bij A en G, dan zal je altijd de steen<br />
foutief identificeren als : ‘deze steen is een peridoot’.<br />
De oplossing hiervoor is dat in ref. 1-3 gebruik is gemaakt voor computer-simulaties<br />
voor het gedrag van de schaduwlijnen van een biaxiaal mineraal met een<br />
willekeurige oriëntatie van de indicatrix ten opzichte van het refractometervlak.<br />
Hieruit kwam naar voren dat de positie van A of G die overeenkwam met<br />
de ‘ware’ positie van β altijd inhield dat de trillingsrichting van β evenwijdig<br />
is met het vlak van het refractometer-glas. Die evenwijdige positie wordt in de<br />
literatuur vaak aangeduid met East-West (EW), in tegenstelling tot de verticale<br />
richting ten opzichte van het refractometerglas (NZ, North South). Ik zal deze<br />
terminologie in de rest van dit artikel aanhouden. Dus als wij een polaroidfilter<br />
hebben waarvan wij de doorlaatrichting kennen, en wij plaatsen die in de EWpositie<br />
op het oculair van de refractometer, dan zijn er twee mogelijkheden:<br />
1) wij roteren de steen in positie A (dus de hoogst bereikte positie van de α’-<br />
straal), zetten het polaroidfilter in de EW-positie en de hoogste<br />
brekingsindex-schaduwlijn γ’ verdwijnt, dan is de schaduwlijn van α’ in<br />
positie A blijkbaar horizontaal gepolariseerd, dus het geeft de juiste waarde<br />
van β aan;<br />
19
2) als in 1), maar nu verdwijnt de schaduwlijn van de hoogste brekingsindex<br />
γ’ niet, maar de schaduwlijn van de laagste brekingsindex α’ verdwijnt,<br />
dus A is niet de goede plaats om de waarde voor β te bepalen, wij<br />
moeten nu de steen roteren tot positie G om de goede waarde voor β te<br />
vinden (en daar moet de schaduwlijn van de hoogste brekingsindex<br />
γ’ dus nu in de EW-richting gepolariseerd te zijn).<br />
In uitzonderlijke gevallen (de Y-as staat dan vrijwel loodrecht op het refractometerglas)<br />
kunnen beide schaduwlijnen zichtbaar blijven als het polaroid in de<br />
EW-richting geplaatst is. In het volgende figuur wordt dat geïllustreerd:<br />
In positie A, de plaats waar in ‘normale’ gevallen de waarde van β kan worden<br />
bepaald, zijn de trillingsrichtingen van α’ en γ’ niet exact evenwijdig en<br />
loodrecht op het refractometerglas, maar maken daarmee hoeken van respectievelijk<br />
56 en 34 graden. Er zal dus van beide schaduwlijnen wat licht door een<br />
polaroid in de EW-richting kunnen komen, dus geen van de twee lijnen verdwijnt<br />
helemaal. In dit geval brengt meten op de G-positie uitkomst, daar zijn<br />
de trillingsrichtingen wel precies 0 en 90 graden. De polaroid in de EW-positie<br />
zal in positie G nu de schaduwlijn van γ’ laten verdwijnen. Maar omdat wij<br />
weten dat γ’ juist niet moet verdwijnen, indien de G-positie de plaats is waar<br />
de brekingsindex van β is af te lezen is het nu duidelijk dat de waarde van β op<br />
positie A dient te worden afgelezen (in dit geval dus β=1.688, niet de foutieve<br />
waarde 1.697).<br />
Y‘<br />
20<br />
‘<br />
Y
Bepalen van de doorlaatrichting van de<br />
polaroid<br />
In referentie 4 wordt uitgelegd hoe met behulp<br />
van een spiegel de doorlaatrichting van<br />
een polaroid bepaald kan worden. Een wat<br />
nauwkeuriger methode is echter om gebruik<br />
te maken van een plat stukje toermalijn.<br />
Bij dergelijke toermalijnplakken staat de<br />
optische as loodrecht op het vlakke gedeelte<br />
van de steen. Zoals al eerder besproken zal<br />
je dan op de refractometer twee schaduwlijnen<br />
te zien krijgen die tijdens het roteren<br />
niet van plaats veranderen. Nu geldt bij uniaxiale<br />
mineralen dat de trillingsrichting van de ‘normale’ straal loodrecht op de<br />
optische as staat, terwijl de ‘buitengewone’ straal evenwijdig aan de optische as<br />
trilt. Bij toermalijn, dat optisch negatief is, is de straal met de numeriek hoogste<br />
brekingsindex dus de ‘normale’ straal en zal dus in de EW-richting trillen,<br />
terwijl de ‘buitengewone’ straal in de NZ-richting trilt.<br />
Roteren wij nu het polaroid zodanig dat de schaduwlijn met de laagste brekingsindex<br />
niet meer zichtbaar is dan bevindt de polaroid zich precies in de EWdoorlaatrichting<br />
en kan men die richting op het polaroid markeren.<br />
Een tweetal praktijktesten<br />
1) Een steen die ik als amblygoniet gekocht heb geeft een α van 1.608 en een<br />
γ van 1.634 refractometer-eenheden. De hoogst gemeten α’=1.615, terwijl de<br />
laagst gemeten γ’=1.625. Van deze laatste twee waarden komt er geen voorbij<br />
het punt halverwege de birefringence (γ+α)/2=(1.634+1.608)/2=1.621 RIeenheden.<br />
Het optisch teken is dus hieruit niet te bepalen. Maar roteren wij<br />
de steen naar de A-positie, dus de plaats van de hoogste α’ en plaatsen wij het<br />
polaroidfilter in de EW-richting dan blijft de α’-schaduwlijn zichtbaar en de<br />
γ’-schaduwlijn verdwijnt. Dus α’ is op de positie A horizontaal gepolariseerd<br />
en geeft dus de goede waarde voor de brekingsindex β=1.615 aan. Omdat β<br />
dichter bij α ligt (verschil 0.007) dan bij γ (verschil 0.017) is de steen optisch<br />
positief en kan het dus geen amblygoniet zijn, maar moet ik het etiket veranderen<br />
in montebrasiet (ref. 6).<br />
21
2) Een als kornerupien gekochte steen had een α=1.660 en een γ=1.673. De<br />
hoogste α’ was 1.664 terwijl de laagste γ’ 1.669 bedroeg. Op de A-plaats<br />
verdween de α’-schadwlijn met het EW-filter, dus dat was niet de plaats waar<br />
β gemeten kon worden. Op de G-plaats bleef de γ’-schaduwlijn zichtbaar met<br />
het EW-polaroid, dus β=1.669. Omdat deze waarde dichter bij γ dan bij α ligt<br />
hebben wij het hier dus met een optisch negatief mineraal te maken. Dat klopt<br />
goed voor kornerupien en helpt bovendien in de identificatie, omdat een aantal<br />
biaxiale mineralen met vrijwel dezelfde RI en SM (zoals enstatiet) optisch<br />
positief zijn.<br />
Conclusie<br />
Met behulp van een polaroid filter waarvan de doorlaatrichting bekend is, is<br />
het goed mogelijk het optisch teken van biaxiale mineralen te bepalen, mits de<br />
birefringence natuurlijk niet te klein is.<br />
REFERENTIES<br />
1) A new approach to the teaching and use of the refractometer. Darko B. Sturman.<br />
The Journal of Gemmology Volume 32, No. 1-4 2010, blz. 74-89<br />
2) Use of the polarizing filter on the refractometer in determinations of the optic<br />
sign or optic character of a gemstone. Darko B. Sturman and Duncan Parker,<br />
The Journal of Gemmology Volume 32, No. 1-4 2010, blz. 90-100<br />
3) Use of the polarizing filter to improve observations on the shadow edges<br />
on the refractometer. . Darko B. Sturman and Duncan Parker, The Journal of<br />
Gemmology Volume 32, No. 1-4 2010, blz. 101-105<br />
4) Uniaxiaal positief of negatief-een hulpmiddel. J. Bos. <strong>GEMMA</strong> 13 no 1 april<br />
1997, blz 2-5<br />
5) Edelsteinbestimmung mit gemmologischen geräten. Godehard Lenzen.<br />
Verlagsbuchhandlung Elisabeth Lenzen, Kirschweiler Duitsland, 1e druk<br />
blz.76-91.<br />
6) Color Encyclopedea of Gemstones. Joel E. Arem. Van Nostrand Reinhold<br />
New York USA, 2e druk blz. 40.-41<br />
22
Persberichten<br />
Records op veilingen<br />
Met de kerst in aantocht bieden de grote veilinghuizen veilingen aan met een<br />
hoeveelheid prachtige juwelen en edelstenen waar je U tegen zegt. Zo ging op<br />
dinsdag 15 november de 110-karaats gele Sun-Drop diamant over de toonbank<br />
voor het lieve sommetje van CHF 10 miljoen (ruim € 8 mln).<br />
In diezelfde veiling verwisselde een roze topaas van welgeteld 61,6 karaat van<br />
eigenaar voor CHF 206.500. De USD 3.600/ct is absoluut niet duur voor deze<br />
uitzonderlijk briljante en verzadigd gekleurde topaas.<br />
Woensdag 30 november verkocht Christies een diamanten broche met daarin<br />
een 26,2 karaats Kashmir saffier. De uiteindelijke verkoopprijs is de hoogste<br />
karaatprijs ooit voor een Kashmir betaald:<br />
USD 145.000 (totale prijs: USD 3,8 mln).<br />
In december ging ‘La Peregrina’ tijdens de<br />
Elizabeth Taylor veiling voor ruim<br />
€ 9 mln van de hand.<br />
Dit is een recordbedrag voor een<br />
pareljuweel. Dit collier stamt uit de 16e<br />
eeuw en was een geschenk van haar 5e<br />
man Richard Burton voor Valentijnsdag.<br />
Het was ooit onderdeel van de Spaanse<br />
kroonjuwelen. Richard kocht het juweel<br />
destijds voor USD 37 duizend!<br />
CS<br />
‘La Peregrina’<br />
23
Beursagenda<br />
EERSTE halfjaar 2012<br />
Februari<br />
5 Hengelo, Hotel v.d. Valk, Mineralogica 2012<br />
25 en 26 Den Haag, World Forum Convention Center, Churchillplein,<br />
NLC Beurs<br />
25 en 26 Antwerpen, België, IMRA<br />
Maart<br />
10 en 11 Rijswijk, Darling Market<br />
17 Zwijndrecht, Geode<br />
16 t/m 25 TEFAF, Internationale kunstbeurs met topjuweliers<br />
24 Hoevelaken, Koninginneweg 1, Intress<br />
25 Amsterdam, Borchlandhal, GEA-beurs<br />
25 Heerlen, Bureau Evenementen Mondriaan<br />
April<br />
9 Groningen, Het Kristal’ Mineralen en fossielen beurs<br />
Sporthal De Brug<br />
15 Eindhoven, De Lievendaal<br />
Mei<br />
5 en 6 Antwerpen, Minerant<br />
6 Heerlen, Corneliushuis<br />
11 en 12 Zwolle, IJsselhallen, Expo Mineraal Internationaal<br />
20 Venlo, Venlonazaal, Internationale mineralenbeurs<br />
28 Schoonhoven, Nationale Zilverdag<br />
Juni<br />
21t/m 24 Frankrijk, Ste Marie aux mines. 49 e Mineral & Gem show<br />
21t/m 24 Frankrijk, Colmar, Colmar Expo, Euromineral & Eurogem<br />
24
Colofon<br />
<strong>GEMMA</strong> is een zelfstandige vereniging<br />
Bestuur:<br />
Dr A.R. (Tom) Peters,<br />
voorzitter en penningmeester<br />
William Wold, secretaris en vice-voorzitter<br />
adres: De Protter 2, 8502 DG Joure,<br />
t:06-229 55 845, info@werkgroepgemma.nl<br />
Kvk Amsterdam: 53037944<br />
ING-rekening nummer: 47<strong>51</strong>736<br />
ten name van: <strong>Vereniging</strong> Gemma,<br />
Amsterdam<br />
25<br />
Redactie:<br />
Jaap Bos<br />
Leone Langeslag<br />
Cyntha Smits<br />
redactieadres:<br />
Groot Hertoginnelaan 36,<br />
1405 EE Bussum<br />
tel. 035-69<strong>51</strong>422,<br />
e-mail: leone@langeslag.nl<br />
Vormgeving:<br />
Peter Slootweg<br />
Lapidee Gemmologische apparatuur<br />
Lapidee is een begrip in Den Haag als hoogwaardig<br />
edelsmid, Edelsteenkundige en juwelier.<br />
Wij leveren nu ook gemmologische apparauur zoals:<br />
Refractometers, Microscopen, Dichroscopen,<br />
Polariscopen, Diamanttesters.<br />
Beeklaan 33<br />
2562 AA Den Haag<br />
070 345 5436<br />
www.lapidee.nl
UNIVERSAL GEMSTONE<br />
Gespecialiseerd in geslepen en ruwe<br />
edelstenen uit Tanzania<br />
Tanzaniet, Tsavoriet, Robijn, Saffier,<br />
Spinel, Diopsied, Maansteen, Zonnesteen<br />
Rhodoliet, Spessartien, Ioliet, e.v.a.<br />
Joyce van Dronkelaar-Kessy<br />
Transportweg 12<br />
4501 PS Oostburg<br />
Tel. 0117 - 453 168<br />
www.universal-gemstone.com