27.09.2013 Views

Gebruiksaanwijzingen - Makita

Gebruiksaanwijzingen - Makita

Gebruiksaanwijzingen - Makita

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Gebruiksaanwijzingen</strong> (Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing)<br />

BBC4500, BBC4510, BBK4500<br />

BBC5700, BBC5710, BBK5700<br />

Aanwijzingen voor het gebruik, het onderhoud en reserveonderdelen van de motorzeis<br />

LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING AANDACHTIG ALVORENS DE MACHINE IN GEBRUIK TE NEMEN.


1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

2


INHOUD<br />

INHOUD<br />

1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

1.1 VOORWOORD .............................................................................BLZ. 4<br />

1.2 VOORZIEN GEBRUIK ..................................................................BLZ. 4<br />

1.3 ALGEMENE AANWIJZINGEN ......................................................BLZ. 4<br />

1.4 VEILIGHEIDSSIGNALERING .......................................................BLZ. 4<br />

1.5 GESCHIKTE KLEDING EN BESCHERMINGSMIDDELEN ..........BLZ. 5<br />

1.6 BESCHERMINGEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN<br />

VAN DE MACHINE .......................................................................BLZ. 5<br />

2. TECHNISCHE SPECIFICATIES<br />

2.1 OVERZICHT VAN DE TECHNISCHE GEGEVENS ......................BLZ. 6<br />

2.2 BELANGRIJKSTE ONDERDELEN ...............................................BLZ. 6<br />

3. MONTAGE<br />

3.1 MONTAGE ....................................................................................BLZ. 7<br />

3.1.1 MODELLEN MET STIJVE TRANSMISSIE ..................................BLZ. 7<br />

3.1.2 MODELLEN MET FLEXIBELE TRANSMISSIE ...........................BLZ. 8<br />

3.1.3 VOOR ALLE MODELLEN ............................................................BLZ. 8<br />

3.2 BEVESTIGING VAN DE SNIJGARNITUREN ...............................BLZ. 9<br />

4. STARTEN<br />

4.1 VOORWOORD ............................................................................BLZ. 10<br />

4.2 BRANDSTOF ...............................................................................BLZ. 10<br />

4.3 GEBRUIK VAN DE HENDEL ......................................................BLZ. 11<br />

4.4 VÓÓR HET STARTEN .................................................................BLZ. 12<br />

4.5 STARTEN VAN DE MOTOR ........................................................BLZ. 12<br />

4.6 INLOPEN .....................................................................................BLZ. 12<br />

5. GEBRUIK VAN DE MACHINE<br />

5.1 JUIST GEBRUIK ..........................................................................BLZ. 13<br />

5.2 GEBRUIK VAN DE MACHINE .....................................................BLZ. 13<br />

6. ONDERHOUD<br />

6.1 AFSTELLING VAN DE CARBURATEUR .....................................BLZ. 14<br />

6.2 PERIODIEK ONDERHOUD .........................................................BLZ. 15<br />

6.3 STORINGEN, OORZAKEN EN OPLOSSINGEN ........................BLZ. 16<br />

6.4 SCHOONMAKEN EN VERPLAATSEN VAN DE MACHINE NA GEBRUIK ..........BLZ. 16<br />

6.5 STILSTANDPERIODE .................................................................BLZ. 16<br />

6.6 AFDANKEN EN WEGGOOIEN ...................................................BLZ. 16<br />

MAAIKOPPEN “FLASH LIGHT” EN “FLASH RAPID”: AANWIJZINGEN VOOR HET<br />

VERVANGEN VAN DE NYLON DRAAD ...........................................................BLZ. 17<br />

3<br />

NEDERLANDS


1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

1.1 Voorwoord<br />

1.3 Algemene aanwijzingen<br />

- Lees voordat u aan de slag gaat eerst alle aanwijzingen en adviezen<br />

die in deze handleiding staan aandachtig en zorg ervoor dat u<br />

ze goed begrepen heeft. U moet deze handleiding goed bewaren<br />

en hem telkens als er zich een probleem voordoet raadplegen.<br />

- De machine mag alleen door volwassenen gebruikt worden en<br />

door personen die door vakmensen goed geïnstrueerd zijn over<br />

de werking ervan.<br />

- Binnen het werkgebied van 15 meter mogen er geen personen,<br />

dieren of voorwerpen zijn die letsel kunnen oplopen of waar<br />

schade aan berokkend kan worden.<br />

- U als gebruiker bent aansprakelijk voor derden en voorwerpen<br />

binnen de actieradius van de machine.<br />

- Draag altijd geschikte werkkleding en gebruik geschikte beschermingsmiddelen:<br />

nauwsluitende werkoverall, stevige schoenen,<br />

handschoenen, beschermende helm enz.<br />

- Draag altijd een veiligheidsbril of een gezichtsscherm, gehoorbeschermers<br />

of oordoppen.<br />

- Als u aan het werk bent moet u altijd in een goede lichamelijke<br />

conditie zijn, moet u uitgerust zijn en niet onder invloed staan van<br />

alcohol, verdovende middelen of medicijnen.<br />

- Werk alleen bij goed zicht en natuurlijk licht.<br />

- Gebruik nooit andere snijgarnituren dan die door de fabrikant<br />

geleverd worden, gebruik alleen originele onderdelen.<br />

- Gebruik nooit gebroken of versleten snijgarnituren of gereedschappen<br />

of snijgarnituren of gereedschappen die verbogen zijn, waar<br />

deuken, scheuren of barsten in zitten.<br />

- Start de motorzeis niet in gesloten ruimten en laat hem ook niet<br />

in gesloten ruimten draaien.<br />

- Meng en hanteer de brandstof in de open lucht, bij uitgeschakelde<br />

motor en uit de buurt van warmtebronnen, vonken of open vuur.<br />

Als u dit doet mag u niet roken.<br />

- Alle onderhouds-, reparatie- en vervangingswerkzaamheden van<br />

de onderdelen moeten altijd bij uitgeschakelde motor en stilstaande<br />

ronddraaiende onderdelen uitgevoerd worden.<br />

- Alle veiligheidssystemen van de machine en de beschermingsuitrusting<br />

moeten tijdens de hele gebruiksperiode van de motorzeis<br />

in goede staat gehouden worden.<br />

- Pas op voor de gevolgen van de trillingen. Onderbreek het werk<br />

vaak met korte rustpauzes.<br />

- Voorzichtig! Fijngehakt gras en bladeren kunnen de uitstoot van<br />

“aërosol” veroorzaken waardoor allergieën kunnen ontstaan.<br />

- Lees de aanwijzingen met betrekking tot de kleding en de geschikte<br />

beschermingsmiddelen die in volgende paragraaf staan<br />

aandachtig<br />

4<br />

Alle machines en de toebehoren worden continu ontwikkeld: wij behouden ons het recht voor om<br />

zonder voorafgaande kennisgeving de gegevens, het gewicht, de constructie zelf en de uitrusting<br />

op elk gewenst moment te veranderen. Aan de gegevens en de afbeeldingen die in deze handleiding<br />

staan kunnen geen rechten ontleend worden.<br />

1.2 Voorzien gebruik<br />

1.4 Veiligheidssignalering<br />

De motorzeis mag uitsluitend gebruikt worden voor het<br />

1) WAARSCHUWING, GEVAAR, ATTENTIE<br />

maaien van gras en het snoeien van heesters en struiken.<br />

Elk ander gebruik van het apparaat dat niet in deze handleiding<br />

vermeld is kan gevaarlijk zijn.<br />

2) DE DOCUMENTATIE EN DE VOORSCHRIFTEN MET BE-<br />

TREKKING TOT DE VEILIGHEID VAN HET PRODUCT DIE IN<br />

DE HANDLEIDING STAAN LEZEN<br />

3) TIJDENS HET GEBRUIK VAN HET PRODUCT GEHOOR- EN<br />

GEZICHTSBESCHERMINGSMIDDELEN EN EEN HELM DRA-<br />

GEN<br />

4) BESCHERMENDE SCHOENEN EN HANDSCHOENEN<br />

DRAGEN<br />

5) NIET MET DE HANDEN OF DE VOETEN BIJ DE ROTERENDE<br />

ONDERDELEN KOMEN EN ALTIJD UIT DE BUURT VAN DE<br />

KAP VAN HET SNIJGARNITUUR BLIJVEN, DAT OOK NADAT<br />

DE MOTOR AFGEZET IS BLIJFT DRAAIEN<br />

6) GOED OPPASSEN VOOR WEGSLINGERENDE<br />

VOORWERPEN


7) BINNEN HET WERKGEBIED VAN 15 METER MOGEN ER<br />

GEEN PERSONEN, DIEREN OF VOORWERPEN ZIJN DIE<br />

LETSEL KUNNEN OPLOPEN OF WAAR SCHADE AAN BE-<br />

ROKKEND KAN WORDEN<br />

8) GELUIDSVERMOGENNIVEAU GEGARANDEERD VOLGENS<br />

DE RICHTLIJN 2000/14/EG<br />

9) VERGIFTIGINGSGEVAAR<br />

10) BRAND- OF EXPLOSIEGEVAAR<br />

1.5 Geschikte kleding en<br />

beschermingsmiddelen<br />

Lees de aanwijzingen die hieronder staan met<br />

betrekking tot de kleding en de geschikte<br />

beschermingsmiddelen die tijdens het gebruik<br />

van de machine gedragen moeten worden aandachtig.<br />

- Draag een nauwsluitende werkoverall (draag geen wijde shirts of<br />

overhemden of losgeknoopte kleren).<br />

- Draag geen sieraden, ringen, diverse accessoires zoals stropdassen,<br />

sjaals e.d. die aan takken of aan de bewegende delen van<br />

de machine kunnen blijven vasthaken.<br />

- Kam uw haar zodanig dat de haarlengte boven de schouders<br />

valt.<br />

- Trek dichte werkschoenen of hoge laarzen met slipvrije zolen aan,<br />

waarmee u stevig op de grond kunt staan (werk niet blootsvoets,<br />

op slippers of met open lage schoenen).<br />

- Zet de beschermende helm op telkens als het risico bestaat dat u<br />

in aanraking komt met voorwerpen die tijdens het opschonen van<br />

kreupelhout of bij struikgewas op manshoogte kunnen vallen.<br />

- Voor een goede bescherming van uw gezicht en uw ogen is<br />

bovendien een gezichtsscherm en/of een bril die niet beslaat<br />

absoluut onmisbaar; draag deze altijd!<br />

- Bescherm ook uw gehoor tijdens gebruik met oorbeschermkappen<br />

of oordoppen.<br />

- Gebruik altijd stevige handschoenen die bestand zijn tegen kleine<br />

stoten of sneden die vooral veroorzaakt kunnen worden door het<br />

gebruik van snijbladen, messen of andere scherpe delen.<br />

1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN<br />

1.6 Beschermingen en<br />

veiligheidssystemen van de machine<br />

Alvorens de machine te starten moet u weten dat de machine uitgerust<br />

is met een aantal beveiligingen voor uw veiligheid:<br />

- Geschikte beschermkappen om het contact met alle hete delen<br />

van de machine te voorkomen.<br />

- Nylon of rubber bougiekap zodat alle elektrische delen van de machine<br />

met een hoog voltage afgeschermd zijn tegen onverhoeds<br />

contact.<br />

- Verbindingskap boom-motor voorzien van antivibratierubber.<br />

- Kruisstuk van de handgreepbuis of handgreep met antivibratiesysteem.<br />

- Grote afschermingen en beschermbarrières.<br />

- Grote riemen van brandvrij materiaal en voorzien van klikgespen<br />

voor snel losmaken van de machine.<br />

- Gashendel met dubbele beveiliging.<br />

Beschrijving van de veiligheidsonderdelen (afb. 1):<br />

A) Veiligheidshelm<br />

B) Oorbeschermkappen<br />

C) Antisplintergezichtsscherm<br />

D) Riem met snelle loskoppeling<br />

E) Handschoenen<br />

F) Beschermkap<br />

G) Veiligheidsschoenen<br />

H) Stevige werkoverall<br />

I) Antivibratiesteun<br />

L) Gashendel met STOP-schakelaar<br />

M ) Motor met hittebescherming<br />

L<br />

I<br />

H<br />

G<br />

M<br />

A<br />

C<br />

B<br />

D<br />

E<br />

F<br />

afb. 1<br />

5<br />

NEDERLANDS


2. TECHNISCHE SPECIFICATIES<br />

2. TECHNISCHE SPECIFICATIES<br />

2.1 Overzicht van de technische gegevens<br />

MODEL BBC4510 BBC4500 BBK4500 BBC5710 BBC5700 BBK5700<br />

Boomdiameter (mm) 27<br />

Onbelast gewicht (zonder mengsel, snijgarnituur en beschermkap) 7,5 7,7 10,9 7,5 7,7 10,9<br />

Tankinhoud (cm3 – liter) 900 - 0,9<br />

Snijbladdiameter (mm) 255 - 305<br />

Snijbladdikte (mm) 1,4 - 1,6 - 1,8 - 3<br />

Aantal tanden 2 - 3 - 4 - 8<br />

Diameter bevestigingsgat (mm) 25,5<br />

Draaisnelheid snijblad (min-1 ) 8.000<br />

Transmissieverhouding 1,37<br />

Draairichting (gezien vanaf de aftakas) Links<br />

Lengte (mm) 1785 1785 2760 1785 1785 2760<br />

Breedte (mm) 385 560 385 385 560 385<br />

Hoogte (mm) 475 475 420 475 475 420<br />

Cilinderinhoud (cm3 ) 44,9 44,9 44,9 56,5 56,5 56,5<br />

Maximum vermogen (kW) volgens ISO 8893 1,62 1,62 1,62 2,21 2,21 2,21<br />

Motorsnelheid op max. vermogen (min-1 ) 7.000<br />

Motorsnelheid op de max. geadviseerde draaifrequentie van<br />

de as van de conische tandwieloverbrenging (min-1 )<br />

11.000<br />

Snelheid as van de conische tandwieloverbrenging (min-1 ) 8.000<br />

Minimum motortoerental (min-1 ) 2.500<br />

Specifi ek brandstofverbruik op max. vermogen (g/kW*h)<br />

volgens ISO 8893<br />

Geluidsdrukniveau (Lp av) in dB volgens EN 27917<br />

A<br />

Afwijking van de meting: 1 dB(A)<br />

Geluidsvermogenniveau (Lw av) in dB volgens EN 10884<br />

A<br />

Afwijking van de meting: 1 dB(A)<br />

Trillingsniveau op minimum toerental (m/s²) volgens ISO 7916<br />

Afwijking van de meting: 10%<br />

Trillingsniveau op maximum onbelast toerental (m/s²)<br />

volgens ISO 7916 - Afwijking van de meting: 10%<br />

2.2 Belangrijkste onderdelen (afb. 2 – afb. 3)<br />

1 - Brandstoftank<br />

2 - Starthandgreep<br />

3 - Carburateur/Choke<br />

4 - Handgreepbuis/Antivibratiehandgreep<br />

5 - Antivibratiesteun<br />

6 - Gashendel met beveiliging<br />

7 - Transmissieas<br />

8 - Conische tandwieloverbrenging<br />

9 - Snijgarnituur<br />

10 - Beschermkap<br />

11 - Rugdraagstel<br />

12 - Flexibele verbinding<br />

6<br />

9<br />

10 4<br />

898 898 898 852 852 852<br />

92 92 92 93 93 93<br />

112 112 112 113 113 113<br />

0,85 0,85 0,85 0,87 0,87 0,87<br />

7,3 7,3 7,3 7,4 7,4 7,4<br />

afb. 2<br />

8<br />

7<br />

5 3<br />

6<br />

9<br />

10<br />

1 2<br />

3 12<br />

2<br />

11<br />

8<br />

7 4<br />

1<br />

5<br />

6<br />

afb. 3


D<br />

A<br />

C B<br />

E<br />

F<br />

Vaste stang<br />

afb. 4<br />

afb. 5<br />

afb. 6<br />

afb. 7<br />

Snelkoppeling Flexibele as<br />

afb. 8<br />

3. MONTAGE<br />

3. MONTAGE<br />

3.1 Montage<br />

Alvorens aan de slag te gaan moet u controleren<br />

of alle hieronder vermelde onderdelen<br />

goed gemonteerd zijn:<br />

3.1.1 Modellen met stijve transmissie<br />

Boom-motor: (afb. 4). Draai de boom in de juiste richting en bevestig<br />

hem daarna aan het motorblok door hem in het gat van de<br />

koppelingskap te steken. Om ervoor te zorgen dat de boom er op<br />

de juiste manier in gestoken wordt moet u controleren of de rode<br />

streep op het etiket tegenover het profi el van de bevestigingsklemmen<br />

van de boom zit. Nu moet u de boom vastzetten zodat deze<br />

niet uit de motor kan schieten waarbij u de twee schroeven van de<br />

bevestigingsklemmen moet aandraaien.<br />

Handgreepbuis: (afb. 5). Om de handgreepbuis stevig aan de<br />

boom te bevestigen moet u allereerst de twee verbindingshelften<br />

van geperforeerd staalplaat A tussen de handgreepsteun C en de<br />

handgreepbuis B doen. Daarna moet u de handgreepbuis B nemen<br />

en zodanig plaatsen dat hij vastgepakt kan worden met de hendel<br />

met de gaskabel in uw rechterhand en de eenvoudige handgreep<br />

D in uw linkerhand. Plaats de handgreepbuis B op het kruisstuk<br />

C en zet hem met de kap van het kruisstuk en de vier betreffende<br />

bevestigingsschroeven vast. Voordat u de handgreepbuis vastzet<br />

moet u hem zodanig verstellen dat u uw armen iets gebogen zijn en<br />

uw polsen in een zo normaal mogelijke stand staan. Als u namelijk<br />

met gebogen polsen en gestrekte armen werkt dan neemt de belasting<br />

toe en wordt vooral uw rechterhand meer belast doordat u de<br />

gashendel steeds bedient.<br />

Antivibratiehandgreep: (afb. 6). Plaats de antivibratiehandgreep<br />

E in het kruisstuk F, waarbij u de langste kant naar links gedraaid<br />

moet houden (deze dient als beschermbarrière tijdens het werk<br />

om te voorkomen dat uw lichaam per ongeluk in aanraking komt<br />

met het snijgarnituur). Voordat u de schroeven aandraait moet u de<br />

handgreep in een zodanige stand verstellen dat u een ergonomisch<br />

gebruik van de machine kunt maken. Draai daarna de borgschroeven<br />

stevig aan.<br />

Aansluiting van de gaskabel bij machines met een stijve transmissie:<br />

(afb. 7). De gaskabel die uit de gashendel komt is aan<br />

het uiteinde voorzien van een schroefbout, twee moeren die op de<br />

schroefbout gedraaid zijn en de stalen gaskabel die uit de schroefbout<br />

loopt. Pak de gaskabel beet en steek het uiteinde in de draaibare<br />

pal van de klepbediening van de carburateur. Doe de schroefbout<br />

nu in de betreffende opening in de nylon cilinderkap en let erop dat<br />

u de stalen kabel onder de betreffende rail door laat lopen. Bevestig<br />

nu de schroefbout aan de cilinderkap door aan de moeren te<br />

draaien. Stel de schroefbout nu zodanig af dat eventuele speling<br />

tussen de kabel en de beschermmantel opgeheven wordt, zodat u<br />

op de juiste manier en geleidelijk gas kunt geven. Deze schroefbout<br />

is een beveiliging volgens de EG-normen en dient om onverhoedse<br />

inschakeling van de machine doordat men er op de een of andere<br />

manier aan blijft vasthaken te vermijden. Sluit nu de kabelschoen<br />

met oogje van de massakabel aan op één van de vier schroeven<br />

waarmee de cilinderkap die als steun voor de koppelingskap dient<br />

aan de motor bevestigd is en verbind de vrouwtjesaansluiting van<br />

de massakabel met de mannetjesaansluiting die afkomstig is van<br />

de spoel die in de motor geplaatst is. Bij de machines die met een<br />

handgreepbuis uitgerust zijn moet u de gaskabel in de speciale<br />

gleuven aan de zijkant van het kruisstuk en de twee kabeldoorvoeren<br />

op de boom laten lopen zodat het gasblok zo dicht mogelijk tegen<br />

de machine aan geplaatst wordt.<br />

7<br />

NEDERLANDS


3. MONTAGE<br />

8<br />

Knop<br />

Massastekker<br />

Koppelingspal<br />

Carburateur<br />

afb. 9<br />

Kabelaansluitfoedraal<br />

afb. 10<br />

afb. 11<br />

afb. 12<br />

afb. 13<br />

3.1.2 Modellen met fl exibele transmissie<br />

Flexibele transmissie-motor: Bevestig de fl exibele as aan het<br />

motorblok door het uiteinde met het langste zetijzer in het gat van<br />

de koppelingskap totdat het ijzer zich zet. Nu moet u hem vastzetten<br />

zodat hij niet uit de motor kan schieten waarbij u de twee schroeven<br />

van de bevestigingsklemmen moet aandraaien.<br />

Boom-fl exibele transmissie: (afb. 8). Verbind de twee uiteinden<br />

van de boom en de transmissie door middel van de snelkoppeling<br />

met elkaar.<br />

Aansluiting van de gaskabel bij machines met een fl exibele<br />

transmissie: (afb. 9).<br />

Maak de twee haakjes aan elkaar vast en steek ze in de kabelbevestigingsmof;<br />

let er daarbij op dat de gaskabel aan de zijkant van<br />

de hendel in de speciale gleuf van de mof gaat. Doe de kabelbevestigingsmof<br />

dicht en steek de massaverbindingsstekkers erin (afb.<br />

10). Sluit nu de gaskabel, de kabelschoen en de vrouwtjesaansluiting<br />

aan zoals beschreven bij de hierboven genoemde uitvoering met<br />

een stijve transmissie.<br />

3.1.3 Voor alle modellen<br />

Beschermkap: (afb. 11). Deze moet volgens de EG-voorschriften<br />

met de 4 schroeven en 4 moeren die erbij geleverd zijn op<br />

een vaste afstand van het snijgarnituur rechtstreeks op de<br />

behuizing van de conische tandwieloverbrenging bevestigd<br />

worden. Het type kap dat gemonteerd moet worden moet<br />

op basis van het snijgarnituur dat gebruikt wordt gekozen<br />

worden.<br />

Veiligheidsriemen: (afb. 12).<br />

Al naar gelang het type handgreep dat u gebruikt treft u de<br />

juiste veiligheidsriem bij de machine aan.<br />

- Bij de machines die met een handgreepbuis uitgerust zijn<br />

bestaat de veiligheidsriem uit een draagriem met een vaste<br />

gepolsterde schouderband en een heupbescherming met<br />

een steunhaak.<br />

De lengte van de riem moet op basis van uw lichaamslengte afgesteld<br />

worden door middel van de gesp die in de buurt van<br />

de schouderband aangebracht is. Doe de veiligheidsriem<br />

over uw linkerschouder zodat de heupbescherming aan de<br />

rechterkant tegen uw lichaam aan komt te zitten. In geval<br />

van onmiddellijk gevaar kunt u op die manier de machine<br />

snel loshaken door op de gesp aan het uiteinde van de<br />

heupbescherming te drukken, in overeenstemming met<br />

de EG-voorschriften.<br />

- Bij de machines met een antivibratiehandgreep bestaat<br />

de veiligheidsriem uit een vaste schouderband en een<br />

steunhaak voor de machine die rechtstreeks met de klikgesp<br />

verbonden is (zonder heupbescherming), zodat de<br />

machine meteen losgehaakt kan worden. De draagriem<br />

moet zoals bij het vorige model aangebracht en versteld<br />

worden.<br />

Balancering: Voordat u begint te werken moet u de riem zodanig<br />

afstellen dat de machine in balans is waarbij u de hieronder<br />

vermelde aanwijzingen moet opvolgen. Doe de riem om<br />

en maak de machine aan de speciaal daarvoor bestemde<br />

haak vast.<br />

Bij de machines die uitgerust zijn met een draadmaaikop moet u<br />

de riem zodanig afstellen dat de afstand tussen de grond<br />

en het dichtstbijzijnde punt van het snijgarnituur tussen de<br />

0 en de 300 mm is.<br />

Bij de machines die uitgerust zijn met een snijblad moet u de riem<br />

zodanig afstellen dat de afstand tussen de grond en het<br />

dichtstbijzijnde punt van het snijblad tussen de 100 en de<br />

300 mm is.<br />

Rugdraagstel: Bij alle machines die uitgerust zijn met een fl exibele<br />

transmissie is de motor op een speciaal rugdraagstel geplaatst.<br />

Dit rugdraagstel is voorzien van twee riemen die<br />

op de schouders versteld kunnen worden. De linkerriem is<br />

voorzien van een klikgesp waardoor het rugdraagstel en<br />

dus ook de machine in geval van gevaar snel losgemaakt<br />

kan worden.


3<br />

5<br />

6<br />

7<br />

8<br />

1<br />

2<br />

5<br />

4<br />

optiekit<br />

afb. 14<br />

1<br />

2<br />

3<br />

afb. 15<br />

afb.16<br />

afb. 17<br />

afb. 18<br />

3. MONTAGE<br />

3.2 Bevestiging van de snijgarnituren<br />

Om op een rendabele en veilige manier te werken moet het<br />

snijgarnituur zoveel mogelijk afgestemd zijn op het gebruik<br />

dat u ervan wilt maken (afb. 13). Al naargelang het model<br />

dat u gekocht heeft kunt u het juiste snijgarnituur bij de<br />

machine aantreffen of als optie los aanschaffen.<br />

ATTENTIE: Voor elk gereedschap dat u gebruikt moet u<br />

de juiste door de EG-normen (afb. 14) vereiste beschermkap<br />

monteren en in geval van de draadsnijkoppen mag u alleen de<br />

nylon draad die door de fabrikant geadviseerd wordt gebruiken<br />

(gebruik geen ijzerdraad of ander materiaal). Controleer ook of<br />

de gereedschappen origineel, gemarkeerd en geadviseerd zijn<br />

door de fabrikant.<br />

Bij de machines die uitgerust zijn met een draadmaaikop met nylon<br />

draad kan de machine zowel in de uitvoering met antivibratiehandgreep<br />

als in de uitvoering met handgreepbuis gebruikt worden.<br />

Bij alle andere snijgarnituren moet u de machine in de uitvoering<br />

met handgreepbuis gebruiken.<br />

Om de snijgarnituren met de betreffende beschermkappen te monteren<br />

moet u als volgt te werk gaan:<br />

Maaikoppen met nylon draad (afb. 15):<br />

- Bevestiging: draai de kop tegen de klok in (linksom) op de schroefdraadas<br />

die uit de behuizing van de conische tandwieloverbrenging<br />

komt (detail 1) en houd de as tegen door de inbussleutel of<br />

een schroevendraaier (detail 3) in de gleuf van de antioprolkapje<br />

(detail 5), de ring (detail 2) en de behuizing van de conische<br />

tandwieloverbrenging (detail 1) te steken totdat de kop (detail 4)<br />

helemaal op de centreerring vastzit.<br />

- Beschermkap: gebruik de beschermkap met de zwarte strook<br />

erop die voorzien is van een draadsnijblad waardoor de juiste<br />

draadlengte verkregen wordt.<br />

Maaikoppen met slagmessen voor het maaien van gras en het<br />

snoeien van struikgewas:<br />

- Bevestiging: zie datgene wat bij de draadmaaikop beschreven is.<br />

- Beschermkap: gebruik de beschermkap zonder de zwarte strook.<br />

Snijbladen van staal en nylon met 2 of meer tanden:<br />

- Bevestiging: draai de blinde moer, de zelfborgende moer, de fl ens<br />

en de ring van de behuizing van de conische tandwieloverbrenging<br />

af. Houd afb. 16 aan en schuif het snijblad (detail 5) op de<br />

schroefdraadas die uit de behuizing van de conische tandwieloverbrenging<br />

(detail 1) komt en doe hem in de centreerring (detail<br />

2), breng daarna de bevestigingsfl ens van het snijblad (detail 6)<br />

en de steunschotel (detail 7) aan en zet alles met de zelfborgende<br />

moer (detail 8) vast.<br />

- Beschermkap: gebruik de beschermkap zonder de zwarte<br />

strook.<br />

De vrije steunschotelset (detail 9) is leverbaar als OPTIE<br />

(zie afb. 16).<br />

Om de onderdelen te vergrendelen moet u verhinderen dat de as<br />

draait (zie afb. 13) door de meegeleverde inbussleutel of een<br />

schroevendraaier (zie detail 3) in de gleuf van de behuizing<br />

van de conische tandwieloverbrenging en het gat van de ring te<br />

steken; zo kunt u alle elementen met behulp van de meegeleverde<br />

sleutel stevig vastdraaien (aandraaimoment 3 kgm ± 0,25) (afb.<br />

9<br />

NEDERLANDS


4. STARTEN<br />

10<br />

BEDRIJFSPOSITIE<br />

DRUKKNOP<br />

STOP<br />

ACCELERATIEHENDEL<br />

SEMI-ACCELERATIE<br />

VEILIGHEIDSTREKKER<br />

afb. 19<br />

afb. 20<br />

afb. 21<br />

17). Controleer of het snijgarnituur op alle punten zoals hierboven<br />

beschreven goed vastzit en zodanig geplaatst is dat als u er van<br />

bovenaf naar kijkt de pijl van de draairichting en de veiligheidsopschriften<br />

goed te zien zijn (afb. 18).- Voor zaagbladen moet u een<br />

riem om allebei de schouders doen.<br />

Als het snijblad niet op de juiste manier geplaatst<br />

en vergrendeld is dan kan dit ERNSTIG LETSEL AAN<br />

PERSONEN EN SCHADE AAN VOORWERPEN<br />

VEROORZAKEN.<br />

De vaste schotel of de vrije schotel die als OPTIE verkrijgbaar is<br />

ondersteunt als hij op de grond gezet wordt het snijgarnituur tijdens<br />

het werk en maakt het mogelijk om op gelijke hoogte te snoeien<br />

mits de boom constant in dezelfde schuine stand gehouden wordt;<br />

bovendien voorkomt hij dat de gereedschappen de grond of kleine<br />

uitstekende stenen raken.<br />

Cirkelzaagbladen voor ontbossen:<br />

gebruik uitsluitend cirkelzaagbladen die aan de EG-normen voldoen<br />

en monteer de juiste en geschikte stamaanslagbescherming die<br />

eveneens aan de EG-normen voldoet. Deze artikelen zijn leverbaar<br />

als OPTIES.<br />

- Bevestiging: volg de aanwijzingen op die bij de bevestiging<br />

van de stalen snijbladen beschreven zijn.<br />

- Beschermkap: monteer altijd de juiste en geschikte stamaanslagbescherming<br />

die aan de EG-normen voldoet.<br />

Zowel het cirkelzaagblad als de stamaanslagbescherming die<br />

aan de EG-normen voldoet zijn leverbaar als OPTIE.<br />

Gebruik nooit messen, snijbladen of snijgarnituren die afwijken<br />

van die door de fabrikant geleverd worden. Gebruik altijd gereedschappen<br />

die in goede staat zijn, d.w.z. zonder deuken,<br />

scheuren, barsten, verbogen gedeelten of met gebroken of versleten<br />

tanden waardoor breuk van het snijgarnituur in de hand<br />

gewerkt kan worden: door ze op hoge snelheid te laten draaien<br />

kunnen er stukken in erg gevaarlijke splinters veranderen met<br />

mogelijke ernstige gevolgen voor personen of voorwerpen:<br />

de fabrikant kan op geen enkele wijze hiervoor aansprakelijk<br />

gesteld worden.<br />

4. STARTEN<br />

4.1 Voorwoord<br />

De machine is uitgerust met een aantal beveiligingen die voor<br />

uw veiligheid dienen; alvorens de machine te starten moet u<br />

altijd controleren of zij intact zijn.<br />

4.2 Brandstof<br />

De motorzeisen Blue Bird zijn ontwikkeld om zowel op super als<br />

op loodvrije benzine (groen) te functioneren. Bij het gebruik van<br />

loodvrije benzine (groene benzine) wordt het aanbevolen om<br />

specifi eke synthetische olie voor sterk belaste tweetaktmotoren te<br />

gebruiken die in het percentage dat op de verpakking aangegeven<br />

is gemengd moeten worden (over het algemeen 2%).<br />

Indien er minerale of semi-synthetische olie gebruikt wordt moet het<br />

oliepercentage 5% zijn.<br />

Het gebruik van specifi eke synthetische olie voor tweetaktmotoren


1<br />

A B<br />

2<br />

3<br />

3<br />

1<br />

afb. 22<br />

CLOSE<br />

OPEN<br />

afb. 23<br />

CLOSE<br />

OPEN<br />

afb. 24<br />

afb. 25<br />

afb. 26<br />

4. STARTEN<br />

vermindert de vorming van as en aanslag in de bougie, op de<br />

zuiger, in de cilinder en in de uitlaat en de uitstoot van uitlaatgassen.<br />

Dit komt bovendien de smering ten goede als gevolg waarvan de<br />

levensduur van de motor verlengd wordt.<br />

Verder is het belangrijk om uitsluitend benzine en olie van een<br />

kwalitatief goed merk te gebruiken en het mengsel nadat u het<br />

klaargemaakt heeft binnen drie weken te gebruiken.<br />

Meng de benzine met de olie voordat u het in de tank<br />

giet. Doe dit in de open lucht, uit de buurt van niet<br />

elektrische lichtbronnen, zonder te roken, uit de<br />

buurt van vonken of open vuur en bij uitgeschakelde<br />

motor.<br />

- Nu kunt u de tank van de machine vullen: draai de dop van de<br />

tank er langzaam af en giet het mengsel erin waarbij u op moet<br />

passen dat u niet morst, anders moet u de motor goed droog<br />

maken. Voorkom dat uw kleren nat worden door het mengsel.<br />

- Start de motor op een afstand van minimaal drie meter van de<br />

plaats waar u de tank gevuld heeft om eventueel brandgevaar te<br />

voorkomen.<br />

- Vul de tank niet als de machine warm is.<br />

4.3 Gebruik van de hendel<br />

Om de hendel (afb. 19) op de juiste manier te gebruiken moet u<br />

eerst de functies ervan kennen waarmee u de machine aan kunt<br />

zetten en de werksnelheid ervan kunt regelen.<br />

HALF GAS VOOR AANZETTEN<br />

- Pak de hendel beet en druk met de palm van uw hand de rode<br />

veiligheidsknop aan de bovenkant van de hendel in.<br />

- Druk de gashendel tot aan het einde van de slag in.<br />

- Zet de rode knop op de START stand en laat de hendel daarna<br />

los.<br />

- Nu kunt u de machine starten. De veiligheidsknop is absoluut<br />

noodzakelijk om gevaarlijk gas geven door onvoorzichtige of<br />

onverhoedse manoeuvres te vermijden. Als de hendel niet<br />

vastgehouden wordt en de knop niet ingedrukt wordt kan de<br />

gashendel hierdoor namelijk niet gebruikt worden.<br />

NB: Als de motor aangeslagen is gaat de knop als er de eerste<br />

keer gas gegeven wordt weer automatisch in de middelste<br />

stand staan.<br />

GAS GEVEN ALS DE MACHINE AANSTAAT<br />

- Pak de hendel beet en druk de veiligheidsknop in.<br />

- Druk al naargelang de snelheid die u wilt toepassen op de<br />

gashendel.<br />

STOP (OM DE MOTOR AF TE ZETTEN)<br />

- Laat de hendel en de knop los. Zet de knop op de STOP stand.<br />

- Om de machine weer te starten moet u de rode knop weer in de<br />

MIDDELSTE stand zetten, daarna weer een paar keer half gas<br />

en gewoon gas geven zoals hiervoor toegelicht.<br />

11<br />

NEDERLANDS


4. STARTEN<br />

4.4 Vóór het starten<br />

Alvorens de machine te starten moet u erop letten dat u de machine<br />

voorzichtig op een vlakke en schone ondergrond zonder obstakels<br />

neerlegt. Leg de machine horizontaal neer zodat het snijgarnituur de<br />

grond noch enig ander voorwerp raakt. Controleer of alle schroeven<br />

en dit geldt vooral voor de bevestigingsschroeven van de boom, de<br />

beschermkap en het snijgarnituur goed aangedraaid zijn. Ga na of u<br />

zowel de juiste beschermkap als de snijgarnituren zoals toegelicht<br />

gemonteerd heeft.<br />

Maak indien mogelijk het gebied vóór elk werk schoon: verwijder<br />

alle voorwerpen zoals stenen, gebroken glas, spijkers, metaaldraden<br />

of touwtjes die kunnen wegschieten of vast kunnen raken in<br />

het snijgarnituur.<br />

12<br />

Het is niet toegestaan om de machine in gesloten<br />

ruimten of gebouwen te starten: het inademen van<br />

uitlaatgassen kan vergiftigingsgevaar opleveren.<br />

Houd er rekening mee dat het gebruik van de maaikop met nylon<br />

draad de emissie van “aërosol” met zich meebrengt door het<br />

fi jnhakken van de gemaaide en gesnoeide gewassen.<br />

Wees bijzonder voorzichtig met giftige grassoorten.<br />

Gebruik de juiste bescherming voor de ademhaling.<br />

4.5 Starten van de motor<br />

Om de motor te starten moet u zoals hieronder beschreven te werk gaan.<br />

1) Nadat u alle voorbereidingen zorgvuldig uitgevoerd heeft en de tank<br />

gevuld heeft moet u de gashendel en de rode knop op de START<br />

stand zetten.<br />

2) Pak de motorzeis met uw linkerhand beet door op de transmissieas te<br />

drukken om hem goed stil op de grond te houden (afb. 20) en trek met<br />

uw rechterhand langzaam aan het startkoord totdat de haakjes op het<br />

vliegwiel vasthaken.<br />

3) Volg de aanwijzingen met betrekking tot de carburateur, die hieronder<br />

vermeld zijn op en trek krachtig aan het startkoord totdat de machine<br />

start. Trek het startkoord nooit helemaal tot aan het einde van de slag<br />

om het haakmechanisme niet te beschadigen.<br />

De motorzeisen met een cilinderinhoud van 45 c.c. en hoger zijn<br />

uitgerust met een decompressieklep waardoor de motor makkelijker<br />

aanslaat en waardoor de kracht die op het startkoord tijdens<br />

het aanzetten van de machine verminderd wordt.<br />

Om deze motorzeisen aan te zetten moet u de knop van de decompressieklep<br />

(afb. 21) die op de cilinder aangebracht is op start<br />

drukken en moet u verder gaan zoals aangegeven in punt 1).<br />

Al naargelang het model carburateur dat bij uw machine geleverd is<br />

moet u de hieronder vermelde handelingen uitvoeren.<br />

Carburateur met primersysteem en zwarte startknop<br />

(afb. 22/A):<br />

- Druk bij een koude motor 5-6 keer op het primersysteem 1 op de<br />

carburateur totdat het mengsel uit het betreffende afvoerslangetje<br />

3 komt (zodat alle kamers van de carburateur volledig gevuld<br />

worden).<br />

- Druk één-twee keer op de zwarte startknop 2 die dient om de<br />

juiste hoeveelheid mengsel voor het starten erin te laten lopen.<br />

- Trek 1 tot max. 4 keer aan het startkoord totdat u het eerste puffen<br />

van de motor hoort. Als de motor niet aanslaat probeer het dan<br />

nog een keer.<br />

Carburateur met primersysteem zonder zwarte startknop<br />

(afb. 22/B):<br />

- Druk bij een koude motor 5-6 keer op het primersysteem 1 totdat<br />

het mengsel uit het betreffende afvoerslangetje 3 komt (zodat alle<br />

kamers van de carburateur volledig gevuld worden).<br />

- Zet de chokehendel (afb. 23-24) op de stand CLOSE, trek 1 of<br />

max. 2 keer aan het startkoord totdat u de eerste puffen hoort. Ook<br />

als u geen puffen hoort moet u de chokehendel weer op de stand<br />

OPEN zetten.<br />

- Trek weer aan het startkoord totdat de motor start. Als de motor na<br />

de vierde keer trekken niet start dan moet u de handelingen vanaf<br />

het eerste punt herhalen.<br />

Als de motor ondanks herhaaldelijke pogingen niet start dan betekent<br />

dat dat de verbrandingskamer verzopen is. In dat geval moet u de<br />

bougie losdraaien en droog maken en een paar keer zonder bougie<br />

aan het startkoord trekken zodat de verbrandingskamer gereinigd<br />

en doorgelucht wordt.<br />

BELANGRIJK: Bij een warme motor hoeven de hierboven<br />

vermelde handelingen niet uitgevoerd te worden maar hoeft<br />

u terwijl de knop in de middelste stand staat slechts aan het<br />

startkoord te trekken totdat de motor aanslaat.<br />

4.6 Inlopen<br />

Werk tijdens de eerste 10 werkingsuren op een gematigd toerental,<br />

in ieder geval wordt geadviseerd om de motor niet op het maximum<br />

toerental te laten draaien, omdat alle bewegende onderdelen zich<br />

moeten zetten. Pas na deze periode zal de motor het maximum<br />

vermogen bereiken.<br />

Controleer na de eerste 2 uur dat u de machine gebruikt heeft of<br />

alle schroeven en moeren goed bevestigd zijn: draai ze eventueel<br />

aan.


1<br />

afb. 27<br />

afb. 29<br />

A<br />

3<br />

3 B<br />

2<br />

NO!<br />

1<br />

afb. 28<br />

2<br />

afb. 30<br />

5. GEBRUIK VAN DE MACHINE<br />

5. GEBRUIK VAN DE MACHINE<br />

5.1 Juist gebruik<br />

De motorzeis dient uitsluitend voor het maaien van gras<br />

en het snoeien van heesters en struiken (stammen<br />

met een diameter van max. 100 mm kunnen met een<br />

krachtige machine die voorzien is van een snijblad en<br />

een stamaanslagbeveiliging in overeenstemming met<br />

de EG-normen gesneden worden).<br />

- Doe de riemen om en verstel ze.<br />

- Als de motor gestart is laat hem dan 2-3 minuten op het minimum<br />

toerental draaien.<br />

- Haak de motorzeis aan de veiligheidshaak van de riemen vast<br />

of als het een motorzeis in ruguitvoering is doe hem op uw<br />

schouders.<br />

- Controleer of het gewicht van de machine gelijk verdeeld is en<br />

goed in balans is op de boom zodat het snijgarnituur evenwijdig<br />

is met de grond en niet door middel van de handgreep ondersteund<br />

hoeft te worden (afb. 25).<br />

- Geef een paar keer gas in onbelaste toestand maar nooit op<br />

het maximum toerental om te controleren of alles goed functioneert.<br />

- Met een stilstaand en goed zichtbaar snijgarnituur dat u altijd<br />

onder controle heeft moet u naar de werkplek gaan waarbij u<br />

hem onder de lijn van uw taille moet houden en uit de buurt<br />

van uw lichaam en waarbij u moet controleren of er binnen<br />

een straal van 15 meter geen andere mensen zijn (afb. 26).<br />

5.2 Gebruik van de machine<br />

Nu bent u klaar om met het werk te beginnen: ga in een houding<br />

staan waarin u uw evenwicht goed kunt bewaren en waarin u stabiel<br />

en stevig op uw voeten staat.<br />

Het maaien van gras moet gedaan worden alsof u zich in gangen van<br />

ongeveer 1,5 meter breedte bevindt, waarbij u stap voor stap vooruit<br />

moet lopen en van rechts naar links moet maaien en omgekeerd.<br />

Bij elke stap moet u er altijd als u in een nieuwe houding gaat staan<br />

weer voor zorgen dat u stevig op uw voeten staat (afb. 27).<br />

Als u grassnijbladen gebruikt en u het gras wilt opvangen moet u<br />

altijd van rechts naar links maaien zodat het gemaaide gras aan uw<br />

linkerkant opgehoopt wordt.<br />

Als u de machine daarentegen voor snoeien of snijden van takken<br />

gebruikt monteer dan het zaagblad dat aan de EG-normen voldoet<br />

en de speciale beschermkap die ook aan de EG-normen voldoet:<br />

de machine bereikt zijn maximum snijcapaciteit als er tot op het<br />

maximum toerental gas gegeven wordt en als gevolg daarvan heeft<br />

het zaagblad in deze werkomstandigheden minder kans om vast te<br />

lopen of te stoppen. Om dit soort gereedschap op de juiste manier te<br />

gebruiken moet u het zaagblad niet in het kritieke gedeelte gebruiken<br />

(afb. 28), met het oog op het gevaar van terugslag of stoten van<br />

het blad (kick-back genoemd). Hierdoor kunt u de controle over de<br />

machine en uw evenwicht kwijtraken en als gevolg daarvan kunt u<br />

zich verwonden.<br />

Wij adviseren om met zijde A van het cirkelzaagblad te zagen om een<br />

optimale controle op de handeling te hebben; het is ook mogelijk om<br />

13<br />

NEDERLANDS


6. ONDERHOUD<br />

met zijde B te zagen maar in dat geval heeft u een kleinere controle<br />

vanwege het feit dat het zaagblad tegen de klok in draait.<br />

De valrichting van de omgezaagde stam hangt af van het gebruikssegment<br />

van het cirkelzaagblad, een bepaalde hoek van het<br />

zaagblad en de diameter van de stam.<br />

- Voor stammen met een diameter tot 3 cm kan het cirkelzaagblad<br />

als bijl gebruikt worden, d.w.z. door de stam in de tegenovergestelde<br />

richting dan de verwachte valrichting om te hakken.<br />

- Voor stammen met een diameter van 3 tot 7 cm mag u het cirkelzaagblad<br />

nooit in de horizontale stand gebruiken maar moet u het<br />

altijd een beetje schuin houden en van boven naar beneden gericht<br />

houden om te vermijden dat het zaagblad vastloopt. De hoek moet<br />

vergroot worden naarmate de diameter toeneemt (afb. 29).<br />

- Stammen met een diameter van meer dan 7 cm kunt u ook<br />

omhakken met de krachtigere motorzeis maar dit mag alleen af en<br />

toe gedaan worden en niet om een kettingzaag te vervangen.<br />

Probeer voorzover mogelijk stenen ook als het om kleine stenen<br />

gaat, grondhopen, kleine stukjes hout en al het andere materiaal dat<br />

verborgen of slecht zichtbaar kan zijn in het gras te vermijden.<br />

Als u per ongeluk tegen een groot obstakel aanstoot of als het<br />

snijgarnituur vastloopt, plotseling blokkeert door overbelasting of<br />

doordat er gras, plantendraden of boomschorsen om heen gewikkeld<br />

zijn moet u de snelheid tot het minimum beperken om de koppeling<br />

uit te schakelen.<br />

Controleer of het mes dat door naloop nog draait tot stilstand is<br />

gekomen; als dit niet het geval is moet u het mes afremmen door<br />

middel van wrijving op de grond op een plaats die niet gevaarlijk<br />

is; zet de motor nu af. Haak de motorzeis nu van de draagriem af<br />

en leg hem op de grond: controleer of het snijgarnituur beschadigd<br />

is, zoals bijvoorbeeld barsten, gebroken tanden enz., in dat geval<br />

moet u het snijgarnituur vervangen. Als het snijgarnituur daarentegen<br />

bedekt is met materiaal dat er om heen gewikkeld is moet u met<br />

uw handen beschermd met werkhandschoenen en met behulp van<br />

gereedschap het snijgarnituur hier volledig van ontdoen.<br />

14<br />

ALLE VEILIGHEIDSSYSTEMEN VAN DE MACHINE EN<br />

DE BESCHERMINGSUITRUSTING MOETEN TIJDENS<br />

DE HELE GEBRUIKSPERIODE VAN DE MOTORZEIS<br />

IN GOEDE STAAT GEHOUDEN WORDEN.<br />

De motorzeis brengt de trillingen die door de werking van de ééncilinder<br />

verbrandingsmotor veroorzaakt worden en door het gebruik<br />

dat er van de machine gemaakt wordt op de gebruiker over. Door<br />

deze trillingen kan de gebruiker oververmoeid raken en het is dus<br />

raadzaam om de werktijd met pauzes af te wisselen.<br />

Om dit euvel te verhelpen is de machine uitgerust met enkele speciaal<br />

ontwikkelde rubber antivibratiesystemen. Controleer altijd of<br />

deze antivibratiesystemen in goede staat zijn, laat ze anders door<br />

een vakhandel vervangen.<br />

VOER ELKE EVENTUELE REPARATIE OF MONTAGE<br />

ALLEEN UIT ALS DE MOTOR UITGESCHAKELD IS<br />

(BEHALVE HET AFSTELLEN VAN DE CARBURA-<br />

TEUR).<br />

Nadat u een paar uur onder belasting gewerkt heeft wordt geadviseerd<br />

om de motor niet af te zetten maar de motor nog een paar<br />

minuten op het minimum toerental te laten draaien zodat de motor<br />

afkoelt dankzij de door het vliegwiel voortgebrachte lucht.<br />

6. ONDERHOUD<br />

6.1 Afstelling van de carburateur<br />

Tijdens het normale gebruik kan de inregeling van de carburateur<br />

enkele veranderingen ondergaan, met name als er van werkhoogte<br />

veranderd wordt, na vele uren werken of door temperatuur- en<br />

drukveranderingen in de omgeving.<br />

Als de carburateur opnieuw afgesteld moet worden, moet u het<br />

volgende doen:<br />

Het MINIMUM TOERENTAL afstellen:<br />

- Draai de schroef van het minimum toerental die met de letter “L”<br />

gemarkeerd is (detail 1, afb. 30) zonder te forceren aan totdat hij<br />

tegen de onderkant aan komt.<br />

- Draai de schroef vanuit deze stand bij carburateurs van de serie<br />

WT 1 slag los en 4 slagen bij carburateurs van de serie WYK.<br />

- Start de motor en zoek zonder gas te geven het punt waarop de<br />

motor op het maximum toerental is op door de schroef “L” telkens<br />

1/8 slag vaster of losser te draaien.<br />

- Zodra u het punt van het maximum toerental bereikt heeft moet<br />

u de schroef “L” 1/8 slag losdraaien (verrijken).<br />

- Draai aan de stelschroef van de vlinderklep (detail 3, afb. 30)<br />

totdat de motor ongeveer op 2800 toeren per minuut is. Door<br />

deze afstelling is het draaien op het minimum toerental mogelijk,<br />

net onder de inschakeling van de koppeling op de kap.<br />

Controleer of het snijgarnituur niet draait als de motor<br />

op het minimum toerental draait.<br />

Het MAXIMUM TOERENTAL afstellen:<br />

- Draai bij ingeschakelde motor en volgas aan de schroef<br />

van het maximum toerental die met de letter ”H” gemarkeerd<br />

is (detail 2 afb. 30) en zet de schroef op een opening van<br />

ongeveer 1 slag door de schroef vaster of losser te draaien<br />

totdat u het punt van het maximum toerental gevonden heeft.<br />

Houd er rekening mee dat als u deze schroef aandraait het<br />

mengsel verarmd wordt en als u deze schroef losdraait het<br />

mengsel verrijkt wordt.<br />

Om de juiste afstelling te verkrijgen moet u dit met een warme<br />

motor doen.<br />

De afstelling kan variëren als dit alleen op de motor, op de machine<br />

met snijblad, op de machine met nylon kop met 2 of meer draden<br />

gedaan wordt.<br />

Wij adviseren u dus om het afstellen door een vakman of door<br />

één van onze vakhandelaars te laten doen.


9<br />

7<br />

6<br />

8<br />

7<br />

6<br />

9<br />

8<br />

10<br />

1<br />

5<br />

5<br />

2<br />

4<br />

4<br />

3<br />

2<br />

3<br />

afb. 31<br />

afb. 32<br />

afb. 33<br />

afb. 34<br />

afb. 35<br />

6.2 Periodiek onderhoud<br />

6. ONDERHOUD<br />

Beschrijving van de motoronderdelen (afb. 31 - 32):<br />

1) Bougiekap<br />

2) Cilinderafdekking<br />

3) Uitlaat<br />

4) Tank<br />

5) Startcarter<br />

6) Tankdop<br />

7) Starthandgreep<br />

8) Carburateur<br />

9) Choke<br />

10) Decompressieklep<br />

Luchtfi lter. Is in de roodkleurige mof op de carburateur geplaatst en<br />

heeft de taak om het stof van de voor de verbranding aangezogen<br />

lucht tegen te houden. Om het fi lter te demonteren moet u het lipje<br />

dat zich onder de fi lterkap bevindt indrukken. Telkens na gebruik<br />

moet u het fi lter en de mof met benzine en een kwast schoonmaken<br />

en ze daarna droog maken. Het verstopte fi lter leidt tot daling van<br />

het vermogen van de motor, toename van het brandstofverbruik en<br />

maakt het starten moeilijk (afb. 33-34).<br />

Bougie. Maak de bougie minimaal om de 25 uur grondig schoon en<br />

verwijder eventuele aanslag, controleer eventueel de afstand van<br />

de elektroden die 0,5 mm moet zijn (afb. 35). Als de elektroden sterk<br />

gecorrodeerd of verbrand zijn, vervang ze dan.<br />

Een vuile bougie zorgt ervoor dat de verbranding van het brandstofmengsel<br />

onregelmatig is en kan er ook voor zorgen dat de machine<br />

niet meer start. Deze verontreiniging is te wijten aan een verkeerde<br />

carburatie, een onjuiste olie-benzineverhouding van het mengsel,<br />

een verstopt luchtfi lter of aan werkomstandigheden met verminderde<br />

belasting.<br />

Schroeven en moeren. Controleer de schroeven en de bevestigingsmoeren<br />

minimaal om de 25 uur en draai ze aan.<br />

Uitlaat. Demonteer de uitlaat minimaal om de 50 uur van de cilinder<br />

en verwijder de aanslag uit de uitlaatpijp van de machine waarbij u<br />

goed op moet letten dat er geen afval in de cilinder terechtkomt.<br />

Koppeling. Maak de koppeling en de kap minimaal om de 50 uur met<br />

een kwast en benzine schoon en droog daarna alles af. De centrifugale<br />

koppeling begint rond de 3000-3500 t.p.m. tegen de kap aan te<br />

liggen. De klauwen komen boven de 5000 t.p.m. op een doeltreffende<br />

manier tegen de kap aan te liggen; het is verstandig om te werken<br />

met de gashendel op het maximum toerental. Langdurig gebruik op<br />

lage toerentallen leidt tot slippen van de koppeling en snelle slijtage<br />

van de klauwen.<br />

Conische tandwieloverbrenging. Smeer om de 25 uur de conische<br />

tandwieloverbrenging. Om dit te doen moet u de schroef die als dop<br />

fungeert aan de zijkant van de behuizing van de conische tandwieloverbrenging<br />

eruit draaien en er met de speciale drukspuit vet in<br />

spuiten totdat hij vol is en de schroef er daarna weer in draaien. Er<br />

wordt geadviseerd om geschikt vet voor hoge temperaturen tussen<br />

de 120° en de 170 °C te gebruiken (afb. 36).<br />

Flexibele as. Als u een motorzeis in ruguitvoering heeft moet u om<br />

de 25 uur de fl exibele as die in de kap geplaatst is smeren.<br />

15<br />

NEDERLANDS


6. ONDERHOUD<br />

Grassnijblad slijpen. De slijtage van het blad is vooral te zien aan<br />

de afronding van de tanden, als deze meer bedraagt dan 1 mm dan<br />

moet het snijblad geslepen worden door het een paar maal te vijlen<br />

waarbij de hoek van de snijkant op 30° gehouden moet worden.<br />

Onderhoud door vakmensen of onze servicedienst.<br />

Carburateur. Laat om de 50 uur de carburatie nakijken en laat<br />

daarbij het minimum en het maximum toerental controleren.<br />

6.3 Storingen, oorzaken en oplossingen<br />

- Als u ONGEWONE TRILLINGEN OF GELUIDEN bespeurt moet<br />

u de motor meteen afzetten en proberen te achterhalen waar ze<br />

vandaan komen.<br />

In geval van MOEILIJK STARTEN (bijv. als het trekken aan het startkoord<br />

moeizaam gaat) moet u de volgende punten checken:<br />

- lagers defect of vastgelopen;<br />

- zuiger en cilinder vastgelopen;<br />

- belemmering, contact tussen aandrijfas en carter;<br />

- startveer gebroken of startkoord vastgelopen.<br />

Indien de ONTSTEKING of de VERBRANDING NIET PLAATSVIN-<br />

DT, moet u de volgende punten checken:<br />

- elektrische installatie (spoel levert geen stroom, bougie vuil,<br />

elektrode gebroken of afstand van de elektroden te groot);<br />

- massakabel losgeraakt of gebroken;<br />

- bougiepijp losgeraakt of maakt massa.<br />

In geval van VERMOGENSVERLIES of PLOTSELING AFSLAAN<br />

van de motor moet u de volgende punten checken:<br />

- brandstof op;<br />

- mengsel komt niet bij de carburateur (als u het mengsel niet door<br />

de benzineslang ziet stromen);<br />

- brandstoffi lter in de tank verstopt;<br />

- benzineslang verstopt, bekneld of losgeraakt;<br />

- carburateur ontregeld of storing aan de binnenzijde (bijv. membranen<br />

gebroken), in dat geval komt het mengsel niet bij de<br />

cilinder;<br />

- water in het mengsel, in dat geval moet de hele toevoerinstallatie<br />

schoongemaakt worden;<br />

- ontluchting van de tankdop verstopt;<br />

- verstuiver op het maximum toerental van de carburateur verstopt;<br />

- luchtfi lter vuil of verstopt;<br />

- voorontsteking juist;<br />

- aanslag in de uitlaat van de cilinder of de uitlaatdemper.<br />

In geval van een SLECHT of MOEIZAAM MAAIRESULTAAT moet<br />

u de volgende punten checken:<br />

- overbelasting tijdens het maaien (bijv. te hoog of te groot onkruid<br />

ten opzichte van het vermogen van de motor of bladeren vastge-<br />

16<br />

raakt in het snijgarnituur);<br />

- snijblad niet scherp of versleten;<br />

- koppelingsklauwen of -kap versleten.<br />

6.4 Schoonmaken en verplaatsen van<br />

de machine na gebruik<br />

Maak na afl oop van het werk de machine en het snijgarnituur schoon<br />

en verwijder eventuele grasresten en bladeren, dek het snijblad of<br />

de cirkelzaagbladen met de meegeleverde bescherming af om uzelf<br />

en anderen tijdens het vervoer niet te verwonden (afb. 37).<br />

Pas op dat u de tank niet beschadigt door stoten of snijden. Bij het<br />

opbergen van de machine moet u oppassen dat u er nergens mee<br />

tegenaan stoot en hem niet laat vallen omdat de machine hierdoor<br />

beschadigd kan worden.<br />

6.5 Stilstandperiode<br />

Als u de motorzeis lange tijd niet gebruikt moet u de volgende<br />

voorzorgsmaatregelen nemen:<br />

- Verwijder het brandstofmengsel uit de tank.<br />

- Verwijder de bougie, laat enkele druppels olie voor brandstofmengsels<br />

in de cilinder lopen, trek 2-3 keer aan het startkoord om de<br />

olie gelijk te verdelen en breng daarna de bougie weer aan.<br />

- Bescherm de motor en alle blanke metalen delen tegen corrosie<br />

met een dun laagje olie.<br />

- Bewaar de machine op een droge plaats, bescherm de machine<br />

tegen stof en houd de machine buiten het bereik van kinderen.<br />

- Het is in ieder geval raadzaam om na elke 60 dagen dat u de machine<br />

niet gebruikt heeft de motor een paar minuten te starten.<br />

6.6 Afdanken en weggooien<br />

Neem de geldende voorschriften in acht.<br />

afb. 36<br />

afb. 37


Kop “fl ash light” en “fl ash rapid”:<br />

instructies voor het vervangen van de nylondraad


EG-Verklaring van Overeenstemming<br />

Wij <strong>Makita</strong> Corporation, als verantwoordelijke producent, verklaren dat de volgende <strong>Makita</strong> Machine(s):<br />

Produkt-type <strong>Gebruiksaanwijzingen</strong><br />

Modellen BBC4500, BBC4510, BBK4500<br />

Zijn een serieproduktie en overeenstemmen met de volgende Europese Richtlijnen:<br />

2004/108/EG<br />

2000/14/EG<br />

98/37/EG tot 28 December 2009 en dan met 2006/42/EG van 29 December 2009<br />

en ze worden geproduceerd in overeenstemming met de volgende normen of geharmoniseerde documenten:<br />

EN ISO 11806, ISO 14865, ISO 14740, EN 12100-1, EN 12100-2<br />

In overeenkomst met Richtlijn 2000/14/EG (De onderzoekprocedure van overeenkomstigheid is in overeeenstemming met<br />

Bijlage V) is het:<br />

Gemeten geluidsvermogensniveau: 112 dB<br />

Gegarandeerd geluidsvermogensniveau: 114 dB<br />

Datum: 02-11-2009<br />

Mr Tomoyasu Kato - Director<br />

<strong>Makita</strong> Corporation, 3-11-8 Sumiyoshi-Cho, Anjo, Aichi, 446-8502, Japan<br />

De Technische Documentatie is in bezit van onze geautoriseerde vertegenwooordiger in Europa, namelijk:<br />

<strong>Makita</strong> International Europe Ltd,<br />

Michigan, Drive, Tongwell,<br />

Milton Keynes, MK15 8JD, England<br />

EG-Verklaring van Overeenstemming<br />

Wij <strong>Makita</strong> Corporation, als verantwoordelijke producent, verklaren dat de volgende <strong>Makita</strong> Machine(s):<br />

Produkt-type <strong>Gebruiksaanwijzingen</strong><br />

Modellen BBC5700, BBC5710, BBK5700<br />

Zijn een serieproduktie en overeenstemmen met de volgende Europese Richtlijnen:<br />

2004/108/EG<br />

2000/14/EG<br />

98/37/EG tot 28 December 2009 en dan met 2006/42/EG van 29 December 2009<br />

en ze worden geproduceerd in overeenstemming met de volgende normen of geharmoniseerde documenten:<br />

EN ISO 11806, ISO 14865, ISO 14740, EN 12100-1, EN 12100-2<br />

In overeenkomst met Richtlijn 2000/14/EG (De onderzoekprocedure van overeenkomstigheid is in overeeenstemming met<br />

Bijlage V) is het:<br />

Gemeten geluidsvermogensniveau: 113 dB<br />

Gegarandeerd geluidsvermogensniveau: 114 dB<br />

Datum: 02-11-2009<br />

Mr Tomoyasu Kato - Director<br />

<strong>Makita</strong> Corporation, 3-11-8 Sumiyoshi-Cho, Anjo, Aichi, 446-8502, Japan<br />

De Technische Documentatie is in bezit van onze geautoriseerde vertegenwooordiger in Europa, namelijk:<br />

<strong>Makita</strong> International Europe Ltd,<br />

Michigan, Drive, Tongwell,<br />

Milton Keynes, MK15 8JD, England


<strong>Makita</strong> Corporation<br />

Anjo, Aichi, Japan Constructievariatie zonder mededeling

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!