29.09.2013 Views

Klik hier - Alta

Klik hier - Alta

Klik hier - Alta

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

die eerste jaren al een hoogtepunt in het<br />

verenigingsleven. Soms met incidenten<br />

die uit de verte wat komiek aandoen: een<br />

aantal spelers is ontevreden over de beproevingen<br />

van het klimaat. De degelijke<br />

verpakking waarin men in die tijd sport<br />

bedreef, zal vast en zeker een rol gespeeld<br />

hebben.<br />

JEUGD<br />

Bijzonder boeiend is het te zien hoe<br />

de jeugd in de club is doorgedrongen.<br />

Meent u vooral niet, dat onze tennisvoorouders<br />

ruim baan maakten voor de<br />

tennistoekomst. In 1923 werd met een<br />

gedecideerde meerderheid de toelatingsleeftijd<br />

op 20 jaar gesteld, en men<br />

lichtte nooit de hand met dit voorschrift<br />

zolang het geldig was, ook niet als het<br />

bekwame tennissers zou betreffen. Het<br />

eerste voorstel om een juniorenafdeling<br />

op te richten (men denkt daarbij aan<br />

jongelui van een jaar of 18 ). Kwam van<br />

de heer Goekoop, ontelbare jaren onze<br />

voortreffelijke penningmeester. Op de<br />

algemene voorjaarsvergadering van 1926<br />

kreeg hij maar weinig bijval, ondanks zijn<br />

tweeledige motivering (‘omdat dit financieel<br />

voordeliger is en tevens een res. voor<br />

nieuwe leden gevormd wordt’) om aan<br />

jeugdige(r) tennissers te komen, o.a. de<br />

toekomstige voorzitter Mennega.<br />

Als dan eind 1926 een groep jonge spelers<br />

zelf het verzoek doet als juniorenafdeling<br />

toegelaten te worden, krijgen ze toch nog<br />

hun zin, zij het onder strenge voorwaarden.<br />

Ze worden geen lid van ALTA, moeten<br />

fl. 10,- contributie betalen (de helft<br />

van de nieuwe, zo juist verhoogde seniorencontributie),<br />

gezamenlijk minstens<br />

fl. 200,- opbrengen<br />

en ze krijgen maar<br />

twee of drie speeltijden<br />

op een van<br />

de nieuwe banen,<br />

naast drie speeltijden<br />

op een van<br />

de nieuwe banen,<br />

naast drie speeltijden<br />

op de oude.<br />

En <strong>hier</strong>mee komen we op de samenhang<br />

met de afsluiting van ons eerste<br />

tijdperk: de verhuizing naar een nieuw<br />

banencompex waar geld voor nodig<br />

was! Toen in 1924 de twee teams kampioen<br />

waren geworden, ging het bestuur<br />

al uitkijken naar de mogelijkheden om<br />

een tweede baan te krijgen. Met de heer<br />

Sanders, de eigenaar van de Stort-baan,<br />

knoopte men onderhandelingen aan, die<br />

vrij moeizaam verliepen. Toen het bestuur<br />

er lucht van kreeg, dat de gemeente een<br />

terrein aan de Barchman Wuytierslaan<br />

wel voor een tenniscomplex wilde verhuren,<br />

was men <strong>hier</strong> meteen enthousiast<br />

voor. Intussen ook met het Berghotel gevoerde<br />

onderhandelingen – merkwaardige<br />

voorloper van wat later zou gebeuren!<br />

– kon men nu laten rusten, temeer omdat<br />

er geen schot in zat.<br />

Nu nog raak je, de notulen van 1926 en<br />

1927 doorlezend, onder de indruk van het<br />

werk dat toen is verzet, vooral door het<br />

bestuur. Voorzitter Kalt, secretaris Kerling<br />

en penningmeester Goekoop komt over<br />

de jaren heen een dankbaar eresaluut toe.<br />

En daarnaast de vele anderen, die met<br />

werkelijk bewonderenswaardige offervaardigheid<br />

de nieuwe droom tot werkelijkheid<br />

maakten. In een half jaar plaatste<br />

men de totale obligatielening van het<br />

voor die tijd forse bedrag van fl. 7000,<br />

- en daarmee zou men het grootste deel<br />

van de kosten dekken. Voor alles onder, op<br />

en om de banen, inclusief het clubhuis,<br />

bleef men binnen de fl. 10.000, - Maar<br />

daarvoor waren dan ook wel herhaaldelijk<br />

de dubbeltjes omgedraaid, en men had<br />

aan alle kanten offerte laten maken. Een<br />

bezuiniging tot een W.C. werd overigens<br />

op de algemene vergadering door een<br />

snelle bijlap-actie ongedaan gemaakt……<br />

Een bijzonder bewijs besluit werd tenslotte<br />

- de eerlijkheid gebiedt te zeggen<br />

- op financiële gronden genomen om de<br />

banen van gravel te kunnen laten aanleggen.<br />

Eerst wilde men redcover, een soort<br />

asfaltprodukt. De oude betonbaan op ’t<br />

Stort hield men in huur, om een voordelige<br />

exploitatie in onderverhuur voort te<br />

kunnen zetten. <strong>Alta</strong> zou de eigen nieuwe<br />

banen overigens ook gedeeltelijk gaan<br />

verhuren, zo was althans het voornemen.<br />

En zo zou het seizoen 1927 van start kunnen<br />

gaan op het trotse eigen, nieuwe park<br />

met drie fraaie gravelbanen. Het ledental,<br />

in 1926 al gestegen tot 65, zou men proberen<br />

op te voeren tot 100.<br />

ONDER DE ROOK VAN HET<br />

STATION ( 1927-1955 )<br />

(geschreven in 1970)<br />

Op 26 maart 1927, om half drie ’s<br />

middags, opende burgemeester Van<br />

Randwijck met een geestig speechje en<br />

het hijsen van de clubvlag het complex,<br />

dat ouderen onder ons nog met een zekere<br />

weemoed als ‘het oude ALTA’ plegen<br />

aan te duiden. Maar toen was het nieuw,<br />

splinternieuw. Helaas was het door de<br />

bezuinigingen nog niet mogelijk gebleken<br />

boven het toegangshek een fraaie<br />

gesmede boog met de naam ALTA ( bezuiniging<br />

fl. 36, - ) aan te brengen, maar<br />

er bleef nog genoeg over om het park met<br />

gerechtvaardigde trots te tonen.<br />

Een van de eerste dingen die men op de<br />

baan toonde was een ‘exhibition’, waarin<br />

o.a. mej. Rollin Couquerque schitterde,<br />

die velen zich nog als grand old lady van<br />

ons tennis zullen herinneren.<br />

Men pakte de zaken trouwens direct<br />

voortvarend aan. Met gerechtvaardigde<br />

trots en zelfbewustzijn stelde ALTA zich<br />

met een eigen toernooi kandidaat voor<br />

nationale topbelangstelling. Sterren als<br />

Bryan en Timmer waren van de partij en<br />

eerstgenoemde won het herenenkelspel.<br />

Ook buiten de banen was de opzet niet<br />

kinderachtig: op vrijdagavond kwam men<br />

bijeen in het Berghotel, zaterdagavond<br />

een soiree dansante in “Amicitia” en<br />

zondag een slotdiner met prijsuitreiking<br />

in “De Witte”.<br />

In de competitie speelde men met vier<br />

teams en respectievelijk eerste, tweede<br />

en twee maal derde klasse met behoorlijke<br />

resultaten. Het aantal leden groeide<br />

sterk, en financieel bleek men het dan ook<br />

makkelijk te kunnen rooien. De start van<br />

het nieuwe ALTA was in een woord bijzonder<br />

voorspoedig. Het is dan ook geen<br />

wonder dat, toen in 1929 de heer Kalt het<br />

voorzitterschap moest neerleggen en in<br />

1931 de heer Kerling het secretariaat,<br />

beiden tot erelid werden benoemd en<br />

beiden het blijkbaar in die tijd gangbare<br />

geschenk van een luie stoel kregen aangeboden!<br />

Met penningmeester Goekoop, die pas in<br />

1945 uit het bestuur zou treden (eveneens<br />

uiteraard als erelid) hebben zij de<br />

vaste kern gevormd die <strong>Alta</strong> van een<br />

clubje van 20 leden tot een vereniging<br />

van 120 leden met een trotse banencomplex<br />

hebben gemaakt.<br />

CRISISJAREN<br />

Onder voorzitterschap van Mennega koos<br />

<strong>Alta</strong> een vaste koers door de moeilijke<br />

crisisjaren. Men zag kans bij voortduring<br />

batige saldi te kweken, loste op de<br />

obligaties af dat het een lieve lust was,<br />

en zorgde voor goed onderhoud en ook<br />

uitbreiding van de accommodatie. Op<br />

de kleintjes werd intussen goed gelet:<br />

terugkijkend vinden we allerlei touwtrekkereitjes<br />

met de terreinknecht Blackstone<br />

hoogst vermakelijk, maar in die tijd was<br />

het bloedige ernst. Laten we zo’n kwestie<br />

even wat nader bekijken. We kunnen<br />

niet beter doen, dan de notulen van een<br />

bestuursvergadering letterlijk te citeren<br />

(25-1-32):<br />

‘Als 4e punt van bezuinigingsobject wordt<br />

besproken het buffet en het salaris van<br />

Blackstone. Het is opgevallen dat er in het<br />

afgelopen jaar zoo veel handdoeken zijn<br />

gebruikt. Blackstone heeft opgegeven<br />

292 stuks te hebben gewasschen. Waar<br />

de controle <strong>hier</strong>op bijna onmogelijk is,<br />

wordt voorgesteld Blackstone te zeggen<br />

dat hij voor den vervolge de handdoeken<br />

tegen fl. 0,10 kan afgeven, het geld zelf<br />

moet innen, de inkomsten geheel voor<br />

zich kan houden, maar daarvoor de overige<br />

wasch (theedoeken enz.) gratis moet<br />

doen. Hiermede wordt ingestemd, evenals<br />

met het voorstel van den penningmeester<br />

om het salaris van Blackstone voorlopig<br />

niet te verminderen, maar om wel het<br />

percentage dat hem wordt uitgekeerd<br />

van de consumptie te halveren en terug<br />

te brengen tot 10%’.<br />

Tot 1935 blijft Blackstone de <strong>Alta</strong>-pet<br />

dragende van tijd tot tijd onderwerp van<br />

gedachtenwisseling in het bestuur vormen.<br />

Dan verlaat hij, moegestreden de<br />

alta-burcht: hij voelde zich vooral tegen<br />

de opkomende juniores niet meer opgewassen.<br />

Het ontslag wordt hem verleend<br />

met getuigschrift en een cheque van fl.<br />

25,-. Z’n opvolger Gijs (van Diest ) zal het<br />

met de jeugd heel goed gaan rooien.<br />

Het probleem van de aankloppende jeugd<br />

hebben we in de eerste periode al ontmoet.<br />

In de B.W. –laanperiode wordt het<br />

steeds belangrijker. De aankomende tennissers<br />

vonden aanvankelijk vooral in de<br />

heer Goekoop een pleitbezorger. Op zijn<br />

voorstel krijgen ze in 1933 meer speeltijd,<br />

in 1934 worden ze helemaal op het complex<br />

aan de B.W. laan gehaald en krijgen<br />

ze meer begeleiding. In 1938 zijn er 50<br />

juniores en hebben ze al vrij veel speeltijden<br />

en in de naoorlogse jaren vormt de<br />

noodzaak naar een nieuwe behuizing! De<br />

dames Sormani en De Kat hebben zich in<br />

de late dertiger, de hele veertiger en de<br />

vroege vijftiger jaren bijzonder verdienstelijk<br />

gemaakt voor jong-<strong>Alta</strong>, en in de<br />

rest van het bestuur steeds williger oren<br />

gevonden voor de jeugd. Voor problemen<br />

ook, want niet zelden dienden vermanende<br />

vingers geheven te worden. Ouderen<br />

onder ons zullen het beeld van mevrouw<br />

de Kat, waakzaam spiedend over haar<br />

hekje geleund, niet licht vergeten.<br />

Mochten de onderlinge voorjaars- en<br />

najaarswedstrijden, gespeeld met allerlei<br />

systemen van handicap, indeling in klassen,<br />

mixed-systemen, en uitgestreden<br />

om allerlei trofeeën misschien de hoogtepunten<br />

van het clubleven zijn geweest,<br />

naar buiten waren het vooral competitie<br />

en toernooien die het <strong>Alta</strong>-gezicht bepaalden.<br />

Sinds 1926 speelde het eerste in<br />

de eerste klasse. Tot en met 1931 ging alles<br />

vrij florissant. Het eerste handhaafde<br />

zich, in 1930 wisten zelf het tweede en<br />

het derde het bol te werken in de tweede<br />

klasse, en kwam alleen het vierde uit in<br />

de derde klasse. In 1932 ging het echter<br />

bergafwaarts: diverse prominente spelers<br />

waren vertrokken en men schreef in voor<br />

de tweede klasse. In 1934 kon men zelfs<br />

8 P r e s e n t a t i e g i d s 2 0 0 5 9

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!