Toelichting - Gemeente Rucphen

vleermuis en laatvlieger kunnen gebruik maken van het het woonhuis en, al is de kans klein,
een aangrenzende stal. Effecten op vleermuizen kunnen door de beperkte aard van de ingrepen
redelijkerwijs worden uitgesloten.
Vogels
De huidige bebouwing is op de uitgebrande stal na mogelijk geschikt voor aan bebouwing
gebonden soorten. Het betreft huismus, huiszwaluw, boerenzwaluw, maar ook uilen zoals
steenuil. De uitgebrande stal is op voorhand géén leefgebied voor deze soorten. Daar de ingrepen
op de plaats van een recent afgebrande stal plaatsvinden zijn effecten op voorhand uit
te sluiten. Wél wordt geadviseerd rekening te houden met het broedseizoen en de mogelijkheid
dat vogels zich alsnog kunnen vestigen. Door delen die nog overeind staan ongeschikt
te maken voor broedvogels wordt dit voorkomen.
Vissen, amfibieën en reptielen
In het plangebied en de nabije omgeving ontbrak open water, zodat de aanwezigheid van
vissen en strikter beschermde amfibieën redelijkerwijs kan worden uitgesloten. Het plangebied
bevindt zich buiten het verspreidingsgebied van strikter beschermde reptielen en is met
zekerheid géén geschikte leefomgeving van reptielen zodat het voorkomen deze soortgroep
eveneens kan worden uitgesloten.
Overige beschermde soorten
Van de overige beschermde ongewervelden, waaronder vlinders en libellen ontbreekt geschikte
habitat. Specifieke waardplanten ontbreken in het plangebied.
Effecten van de ingrepen op de EHS
De sloop van de bestaande bebouwing en nieuwbouw hebben door de beperkte aard van
de ingrepen géén effect op de EHS ten noorden en oosten en zuiden van het plangebied.
Soorten die in deze omgeving voorkomen zijn al reeds gewend aan menselijke activiteit en het
overgrote deel is nachtactief.
Schijf Scherpenbergsebaan 55
Memo Flora- en faunawet