23.07.2014 Views

factsheet_trauma__hechting_20140721_def

factsheet_trauma__hechting_20140721_def

factsheet_trauma__hechting_20140721_def

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Factsheet Trauma & Hechting<br />

Hechtingsproblemen<br />

“Emoties en gedragingen van kinderen waaruit blijkt<br />

dat zij geen emotionele veiligheid ontlenen aan de<br />

relatie met vertrouwde opvoeders”<br />

Bron: De Wolff 2012; Schuengel en Oosterman 2010<br />

1. Problematische gehechtheid: relatie opvoeder/kind<br />

2. Reactieve Hechtingsstoornis (RAD): kind specifiek,<br />

klinisch<br />

Chronisch <strong>trauma</strong><br />

“Herhaalde langdurige <strong>trauma</strong>tisering [type 2]”<br />

Bron: Struik 2011<br />

Stressvolle en <strong>trauma</strong>tische gebeurtenissen tijdens de<br />

kind- en jeugdfase:<br />

• Schadelijke biologische gevolgen<br />

• Schadelijke psychologische gevolgen<br />

• Schadelijke sociale gevolgen<br />

Drie typen:<br />

• Onveilig gehecht<br />

• Gedesoriënteerd gehecht<br />

• Gedesorganiseerd gehecht<br />

30% problematisch gehecht<br />

door onveilig werkmodel!<br />

1% ontwikkelt stoornis!<br />

Trauma’s kunnen de kwaliteit van de<br />

<strong>hechting</strong>srelatie aantasten<br />

Grotere kans wanneer:<br />

• Het <strong>trauma</strong> binnen de afhankelijkheidsrelatie met<br />

ouders geschiedt<br />

• De ouder ge<strong>trauma</strong>tiseerd is<br />

Trauma ► onveilig gehecht ► risico op psychische stoornis<br />

Voorkomen kindermishandeling:<br />

3% tot 20%!<br />

Oorzaak<br />

Geringe of verstoorde sensitiviteit (gevoeligheid)<br />

en responsiviteit (reactievermogen) van de ouder(s)<br />

Oorzaak<br />

Aanhoudende, langdurige mishandeling en huiselijk geweld<br />

Oorlogservaringen<br />

Multiple <strong>trauma</strong>tisch verlies<br />

Bedreigende factoren<br />

Alles wat van invloed is/kan zijn op het vermogen van<br />

ouders om sensitief en responsief te reageren op het kind<br />

Kindfactoren:<br />

• Beperking kind (handicap, gebreken, stoornissen)<br />

• Temperament<br />

• Uiterlijk<br />

• Complicaties bevalling<br />

• Adoptie<br />

Ouderfactoren:<br />

• Langdurige scheiding ouder – kind<br />

• Onveilig gehecht<br />

• Psychische of psychiatrische problematiek<br />

• Genoten opvoeding<br />

• Leeftijd (tiener/oudere)<br />

• Opvoedingsonzekerheid/spanning<br />

• Middelengebruik<br />

• Onverwerkte <strong>trauma</strong>’s<br />

Beschermende factoren<br />

Kindfactoren:<br />

• Intelligent, gezond en sociaal kind<br />

• Veerkracht, flexibiliteit en herstelvermogen kind<br />

• Natuurlijke geboorte<br />

• Laag cortisolspiegel kind<br />

Ouderfactoren:<br />

• Hoge sensitiviteit ouder(s)<br />

• Warme opvoedingsstijl<br />

• Borstvoeding<br />

Gezins- en omgevingsfactoren:<br />

• Gewenst kind<br />

• Veilige <strong>hechting</strong> werkt beschermend bij <strong>trauma</strong><br />

• Breed sociaal netwerk<br />

Gezins- en omgevingsfactoren:<br />

• Laag SES (zorgen om financiën, slechte behuizing,<br />

werkloosheid etc.)<br />

• Gering sociaal netwerk<br />

• Verhuizing<br />

• Ongewenste/overgewenste kinderen<br />

• Mishandeling, verwaarlozing of huiselijk geweld<br />

• Oorlog


Waaraan is een <strong>hechting</strong>sprobleem te herkennen?<br />

Gedragskenmerken algemeen<br />

• Affectie: gebrek aan affectieve uitwisseling in sociale<br />

situaties, of juist onaangepaste/promiscue affecties<br />

tegenover relatief onbekende volwassenen<br />

• Troost: zoekt geen troost bij pijn/angst/ziekte, zoekt<br />

juist troost op een vreemde of ambivalente manier<br />

bij een specifieke volwassen verzorger<br />

• Vertrouwen: buitensporige afhankelijkheid, of als<br />

het nodig is juist niet zoeken naar of gebruiken<br />

van de ondersteunende aanwezigheid van een<br />

<strong>hechting</strong>sfiguur<br />

• Samenwerking: voortdurend niet ingaan of niet<br />

nakomen van verzoeken en eisen van de verzorger,<br />

of juist angstige buitengewone meegaandheid<br />

• Exploratie: controleert niet of de verzorger aanwezig<br />

blijft in een onbekende situatie tijdens de exploratie,<br />

of heeft zeer grote tegenzin<br />

• Controle: overbezorgd, niet bij de leeftijd passend<br />

verzorgend gedrag van het kind ten opzichte van<br />

de verzorger of buitengewoon bazig/bestraffend<br />

controleren van de verzorger<br />

• Hereniging: niet in staat om na scheiding contact<br />

te maken met verzorger, negerend/vermijdend<br />

gedrag, intense boosheid, duidelijk gebrek aan<br />

affectie, of de stress die teweeggebracht werd door<br />

de scheiding verdwijnt niet<br />

• Reactie tegenover vreemden: onmiddellijk aangaan<br />

van het contact zonder terughoudendheid, veel<br />

lichamelijk contact zonder op de verzorger te letten<br />

of wil de verzorger zonder protest verlaten en met<br />

een vreemde mee gaan<br />

Gedragskenmerken specifiek<br />

Onveilige gehechtheid:<br />

• Angstig-ambivalent; vastklampen ouder, minder<br />

exploreren, stressreactie bij scheiding<br />

• Angstig-vermijdend; desinteresse ouder,<br />

onaangedaan bij scheiding, vlak, lusteloos,<br />

teruggetrokken, tonen weinig emotie<br />

Gedesoriënteerde of gedesorganiseerde gehechtheid:<br />

• Vertonen tegenstrijdig en onverwacht gedrag<br />

• Verstijven, verstarren<br />

• Bij vlagen angstig en ontregeld<br />

• Afzijdig en stil<br />

• Negatieve manier van aandacht vragen<br />

• Tonen toenadering en vermijdingsgedrag<br />

tegelijkertijd<br />

• Bevreemding en afstand ten opzichte van de<br />

opvoeders<br />

RAD ► specifieke<br />

patronen van afwijkend sociaal<br />

gedrag, zoals sterk geremd, tegenstrijdig<br />

of sterk ontremd gedrag in contact met<br />

vreemden. Deze stoornis begint voor het<br />

vijfde levensjaar


Welke hulp werkt?<br />

Wat werkt bij kinderen met <strong>hechting</strong>sproblemen?<br />

Algemeen:<br />

• Specifiek orthopedagogisch handelen<br />

• Interventies richten zich op het volledige gezinssysteem<br />

• Bij voorkeur wordt de relatie met de ouder(s)/<br />

oorspronkelijke <strong>hechting</strong>sfiguur nooit verbroken<br />

• Ondersteuning ouders is gericht op het blijvend vervullen<br />

van de opvoedersrol<br />

• Er wordt gewerkt aan een solide netwerk van<br />

gehechtheidsrelaties met volwassen familieleden<br />

• Acceptatie van ouders bij plaatsing vervangend gezin<br />

• Een nieuwe gehechtheidspersoon is bij voorkeur iemand<br />

met wie het kind al vertrouwd is<br />

• Een nieuwe gehechtheidspersoon is bij voorkeur iemand<br />

die voor langere tijd en regelmatig beschikbaar is<br />

• Een goede matching tussen de pleeg- of<br />

gezinshuisouders en kinderen<br />

• De (vervangende) opvoeder gaat sensitief en<br />

voorspelbaar met deze kinderen om<br />

• De (vervangende) opvoeder behandelt het kind alsof<br />

het zijn eigen kind is<br />

• Begeleiding voor de pleeg- of gezinshuisouders<br />

• Een lange adem, doorzettingsvermogen en<br />

relativeringsvermogen van de opvoeder is noodzakelijk<br />

• Een klein aantal verzorgers heeft regelmatig contact<br />

met het kind<br />

• Hoe jonger het kind de kans krijgt om een veilige<br />

(vervangende) gehechtheidsrelatie aan te gaan hoe<br />

groter de kans is op herstel<br />

• Er moet zo snel mogelijk beslist worden over een<br />

<strong>def</strong>initieve verblijfplaats van het kind<br />

• Aanwezige biologische kinderen in een pleeggezin of<br />

gezinshuis zijn bij voorkeur niet ouder of jonger dan drie<br />

jaar ten opzichte van het opgevangen kind<br />

Pleeggezin/gezinshuis:<br />

• Pleegouders zijn deskundig op dit type problematiek<br />

en hebben de juiste houding<br />

• Herstel gaat beter wanneer pleegouders niet<br />

problematisch gehecht zijn<br />

• Een combinatie van individuele behandeling en<br />

plaatsing in een gezinshuis<br />

Residentiële setting:<br />

• Orthopedagogische basiszorg naast behandeling<br />

• Een gunstige leefsituatie in de groep<br />

• Een veilige basis kan alleen ontstaan wanneer de<br />

groepsopvoeder de jongere als individu benadert en<br />

een authentieke relatie met hem aangaat<br />

• Er is een mix nodig van grenzen en regels die niet<br />

onderhandelbaar zijn en flexibel<br />

• Training en scholing op interactievaardigheden<br />

en positieve bejegeningsvaardigheden van<br />

groepsopvoeders<br />

• Wanneer de groepsleiding zelf veilig gehecht is,<br />

kunnen zij de jongeren beter ondersteunen en is er<br />

betere communicatie<br />

Wat werkt bij kinderen met chronische <strong>trauma</strong>tisering?<br />

• Het stressniveau mag tijdens de verwerking niet te hoog<br />

zijn, het kind mag geen vermijdend gedrag vertonen<br />

• Er moet consensus zijn over wat er in de therapie gaat<br />

gebeuren en hoe dat in zijn werk gaat<br />

• Interventies zijn gezinsgericht en vinden plaats in de eigen<br />

leefsituatie<br />

• Nabije afgestemde zorg die met liefde wordt gegeven<br />

• Traumaverwerking kan alleen plaatsvinden wanneer een<br />

kind zich veilig voelt en er geen dreiging van buitenaf<br />

plaatsvindt<br />

• Naast veiligheid is er ook rust nodig in het dagelijks leven<br />

• Een (nieuwe) <strong>hechting</strong>sfiguur moet beschikbaar zijn tijdens<br />

de verwerking en het kind hulp bieden bij het reguleren<br />

van stress<br />

• Een goede <strong>hechting</strong>srelatie werkt bevorderend bij<br />

<strong>trauma</strong>verwerking<br />

• Idealiter erkent de pleger (meestal de ouder) zijn<br />

verantwoordelijkheid maar blijft voor het kind zorgen.<br />

Het kind mag niet het gevoel hebben het risico te<br />

lopen de (vervangende) opvoeder te verliezen<br />

• De verwerking van ervaringen kan het beste<br />

chronologisch plaatsvinden<br />

• De combinaties ‘kind en ouder’ en ‘<strong>trauma</strong> en<br />

<strong>hechting</strong>’ vormen veelal de bouwstenen en<br />

kernthema’s voor behandelprogramma’s<br />

Mogelijke interventies <strong>hechting</strong>sprobleem:<br />

• Basic Trust<br />

• Differentiatie- en fasetherapie<br />

• Egoversterkende therapie<br />

• Integratieve Therapie voor Gehechtheid en Gedrag<br />

(ITGG)<br />

• Mentaliserende kindertherapie<br />

• Sensorimotor Psychotherapy<br />

• Dyadic Developmental psychotherapy<br />

• Browndale<br />

• Emerging Body Language<br />

• Horizonmethodiek bij seksueel misbruik<br />

• Eye Movement Desensitization & Reprocessing (EMDR)<br />

• De klinische fasenbehandeling<br />

• Trauma Focused-Cognitive Behavioral Therapy (TF-CBT)


Waaraan is een chronisch <strong>trauma</strong> te herkennen?<br />

Vooraf<br />

Het is onbekend welke kinderen, met welke typen trama’s, welke klachten ontwikkelen:<br />

! Uitingsvormen door <strong>trauma</strong>’s zijn daarom zeer divers<br />

! Er is vaak samenhang met psychische en lichamelijke klachten<br />

! Uitingen van <strong>trauma</strong>’s zijn leeftijdsgebonden<br />

Mogelijke psychische stoornissen en classificaties waaraan <strong>trauma</strong> ten grondslag kan liggen:<br />

• AD(H)D<br />

• Stoornissen in het autistisch spectrum<br />

• Psychotische stoornis<br />

• Angst- en dwangklachten<br />

• Stemmingsklachten<br />

• Overige persoonlijkheidsstoornissen (in ontwikkeling)<br />

• (oppositioneel opstandige) Gedragsstoornis<br />

• Enuresis en encopresis<br />

• Eetstoornissen<br />

• Middelengebruik<br />

• Suïcidaliteit<br />

Baby Peuter Kleuter Puber Adolescent<br />

• Lichamelijke verwondingen<br />

• Groeiachterstand<br />

• Bedplassen<br />

• Regressie duimzuigen<br />

• Separatieangst<br />

• Driftbuien<br />

• Separatieangst<br />

• Niet te kalmeren<br />

• Prikkelbaar<br />

• Ruzies<br />

• Terugtrekkend<br />

• Niet spelen<br />

• Concentratieproblemen<br />

• Verminderde schoolprestaties<br />

• Woede<br />

• Schuldgevoel<br />

• Zelfverwonding<br />

• Angst voor afwijzing<br />

• Concentratieproblemen<br />

• Ruzies<br />

• Nachtmerries<br />

• Angst<br />

• Waakzaamheid<br />

• Schuldgevoel<br />

• Middelengebruik<br />

• Zelfverwonding<br />

Deze <strong>factsheet</strong> is mogelijk gemaakt door:<br />

Provincie Noord-Brabant Stichting Maashorst Oosterpoort Topaze<br />

Herlaarhof Bureau Jeugdzorg CJG K2 Next Generation<br />

Meer weten? Het volledige onderzoeksrapport kunt u vinden op www.k2.nl/nextgeneration/lees

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!