Rapportage hernieuwbare energie 2013.pdf#7266 RVO Jaarbericht 01-DEF.indd:
Rapportage hernieuwbare energie 2013.pdf#7266 RVO Jaarbericht 01-DEF.indd:
Rapportage hernieuwbare energie 2013.pdf#7266 RVO Jaarbericht 01-DEF.indd:
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Rapportage</strong> <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
Deel 1 Implementatie 2003-2<strong>01</strong>3<br />
+ jaarberichten SDE+, SDE, OV-MEP & MEP 2<strong>01</strong>3<br />
>> Duurzaam, Agrarisch, Innovatief en Internationaal Ondernemen
Voorwoord<br />
Concurrentie tussen grijze en<br />
groene <strong>energie</strong><br />
16 procent <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in 2023. Dat is het streven van<br />
het kabinet. Om dit ambitieuze doel te halen, ging het SDE+<br />
budget de afgelopen jaren flink omhoog. Van 1,7 miljard euro in<br />
2<strong>01</strong>2 naar 3,5 miljard in 2<strong>01</strong>4. Zo zorgen we dat meer duurzame<br />
<strong>energie</strong> de concurrentie met grijze <strong>energie</strong> aankan.<br />
In 2<strong>01</strong>3 kregen 871 projecten een SDE+ beschikking. Samen zijn<br />
ze goed voor jaarlijks 19 petajoule aan <strong>energie</strong>productie, wat<br />
meer dan 300.000 huishoudens een jaar van <strong>energie</strong> kan<br />
voorzien. Ondernemers kunnen nu aan de slag om hun<br />
duurzame productie-installatie te bouwen. Dat levert niet alleen<br />
extra duurzame <strong>energie</strong> op, maar ook veel economische<br />
bedrijvigheid!<br />
Concurrentie tussen duurzame<br />
ondernemers<br />
Ondernemers die SDE+ steun willen, moeten de concurrentie<br />
met elkaar aan: de goedkoopste oplossing komt het eerst in<br />
aanmerking. Zo stimuleren we efficiency. In 2<strong>01</strong>3 werkte deze<br />
concurrentie goed: veel ondernemers lieten zien efficiënter te<br />
kunnen produceren dan gemiddeld en vroegen voor een relatief<br />
laag bedrag subsidie aan in de vrije categorie. Dat betekent<br />
realisatie van meer duurzame productie-installaties voor<br />
hetzelfde geld. Voor de SDE+ 2<strong>01</strong>4 is opnieuw een hoog budget<br />
beschikbaar. We hopen dan ook op nog meer nieuwe<br />
initiatieven, voor nog meer duurzame <strong>energie</strong>.<br />
Concurrentie op de wereldmarkt<br />
Subsidie van de productie alleen is echter niet genoeg.<br />
We moeten niet alleen steeds meer <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
opwekken, het is noodzakelijk dat we dit ook slimmer doen.<br />
Belangrijk dus dat we financiële ondersteuning van de uitrol van<br />
nieuwe technologie combineren met goed innovatiebeleid.<br />
De overheid stimuleert innovatie via de topsectoren, waarin<br />
bedrijfsleven, onderzoeksinstituten en overheid samenwerken.<br />
Duurzame <strong>energie</strong> is hierbij een belangrijke pijler.<br />
Innovaties verlagen de kosten van <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>opwekking<br />
en versterken onze economische positie op de<br />
wereldmarkt. We kunnen innovatieve technologieën voor<br />
duurzame <strong>energie</strong> immers ook exporteren. Denk aan slimmere<br />
zonnepanelen of technieken om dieper naar warmte te boren.<br />
De uitrol van duurzame <strong>energie</strong> in Nederland betekent minder<br />
afhankelijkheid van andere landen en prijsschokken in fossiele<br />
brandstoffen. Deze combinatie van meer opwek en innovatie<br />
zorgt ervoor dat het <strong>energie</strong>landschap er over tien jaar heel<br />
anders uit zal zien.<br />
Bert de Vries<br />
Plaatsvervangend Directeur-Generaal Energie, Telecom en Mededinging,<br />
ministerie van Economische Zaken<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
2
Leeswijzer<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Verklaring navigatie<br />
Terug naar de leeswijzer<br />
Deze rapportage delen via diverse social media<br />
Naar de begrippenlijst<br />
Een afdruk maken<br />
Een pagina terug<br />
Een pagina vooruit<br />
De Nederlandse overheid stimuleert de uitrol en innovatie van<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> met diverse instrumenten. In deze<br />
rapportage leest u hoe het staat met de implementatie van<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in Nederland en wat de instrumenten<br />
hieraan bijdragen. Een belangrijk onderdeel is een jaaroverzicht<br />
van bestede gelden en resultaten van de SDE+, SDE, OV-MEP<br />
en MEP. Deze gegevens zijn gebaseerd op het subsidie-administratiesysteem<br />
van <strong>RVO</strong>.nl, met als peildatum 1 maart 2<strong>01</strong>4. De<br />
gegevens kunnen afwijken van andere publicaties waarin (ook)<br />
andere bronnen worden gebruikt.<br />
In het najaar verschijnt het tweede deel van de <strong>Rapportage</strong><br />
Hernieuwbare Energie. Dat gaat vooral over innovaties en<br />
marktontwikkelingen rond <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong>.<br />
Deze rapportage geeft eerst het totaalbeeld: hoeveel <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> is de afgelopen 10 jaar in Nederland geproduceerd?<br />
In welke provincies groeit het aantal projecten het hardst?<br />
Hoeveel daarvan kregen SDE+, SDE of (OV)MEP subsidie?<br />
Wat waren de kasuitgaven? Wat droegen andere overheidsinstrumenten<br />
bij aan deze groei? De hoofdstukken 2 tot en met<br />
6 geven een gedetailleerde analyse per technologie. Voor de<br />
herkenbaarheid hanteren we dezelfde volgorde van technologieën<br />
als de jaarlijkse rapportage <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> van het<br />
CBS. Een aantal publicaties uit de afgelopen jaren ging op in<br />
deze rapportage, waaronder het <strong>Jaarbericht</strong> SDE+, SDE en MEP<br />
en het Statusdocument bio-<strong>energie</strong>.<br />
CBS geeft de volledige duurzame <strong>energie</strong>productie per jaar weer.<br />
Niet alle duurzame <strong>energie</strong> wordt gesubsidieerd met MEP of<br />
SDE(+). Bijvoorbeeld productie door warmtepompen wordt niet<br />
met MEP-SDE gesubsidieerd. Windturbines produceren soms<br />
meer dan waar ze subsidie voor krijgen en blijven doorgaans<br />
ook produceren na het einde van de subsidielooptijd.<br />
Interpretatie van de getallen<br />
De historische gegevens komen van het CBS en zijn berekend<br />
volgens de methodiek van de bruto-eindverbruik methode<br />
volgens het Protocol monitoring <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong>, die<br />
uitgaat van de bijdrage aan het eindverbruik. De <strong>energie</strong>productie<br />
is omgerekend naar de ‘menselijke maat’: <strong>hernieuwbare</strong>-elektriciteitsproductie<br />
naar het aantal huishoudens dat<br />
hiermee in een jaar van elektriciteit kan worden voorzien<br />
(verbruik van 3.300 kWh); <strong>hernieuwbare</strong> warmte en groengasproductie<br />
naar equivalent aardgasverbruik van een<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
3
gemiddeld Nederlands huishouden (van 1.600 m 3 per jaar). De<br />
CO 2 -besparing naar het aantal benzineauto’s dat deze hoeveelheid<br />
in een jaar uitstoot (bij jaarlijks 20.000 kilometer 3.300 kg<br />
CO 2 ). (Bron: Milieucentraal)<br />
Energieakkoord<br />
Op 6 september 2<strong>01</strong>3 werd het Energieakkoord voor duurzame groei<br />
gesloten. Hierin staan de afspraken tussen kabinet en<br />
werk gevers, werknemers, natuur- en milieuorganisaties,<br />
<strong>energie</strong> bedrijven, decentrale overheden en vele andere<br />
organisaties om te komen tot meer duurzame <strong>energie</strong> en<br />
<strong>energie</strong>besparing in Nederland. Het Energieakkoord heeft al<br />
veel in gang gezet, maar de resultaten komen uiteraard nog<br />
niet tot uitdrukking in de productiecijfers in dit rapport.<br />
Uitleg bij de begrippen<br />
<strong>Rapportage</strong> <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
Deel 1: Implementatie 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Een nadere toelichting op de begrippen en afkortingen in<br />
deze rapportage vindt u achterin dit document. U kunt vanaf<br />
daar ook doorklikken naar de desbetreffende websites.<br />
Ga naar de begrippenlijst.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
Deze rapportage delen? Kies uit één van<br />
onderstaande social media.<br />
> Deel via Twitter<br />
> Deel via LinkedIn<br />
<strong>Rapportage</strong> <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
Deel 1 Implementatie 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Deel via Facebook<br />
+ jaarberichten SDE+, SDE, OV-MEP & MEP 2<strong>01</strong>3<br />
>> Duurzaam, Agrarisch, Innovatief en Internationaal Ondernemen<br />
4
Totaalbeeld<br />
2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Figuur 1: Bruto eindverbruik <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
uitgesplitst naar <strong>energie</strong>drager - CBS Statline<br />
Eindverbruik (TJ)<br />
100.000<br />
80.000<br />
60.000<br />
40.000<br />
Figuur 2: Bruto eindverbruik <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
uitgesplitst naar <strong>energie</strong>bron - CBS Statline<br />
Eindverbruik (TJ)<br />
100.000<br />
80.000<br />
60.000<br />
40.000<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
20.000<br />
20.000<br />
Biomassa 1 2 3<br />
0<br />
2003 2004<br />
Elektriciteit<br />
Vervoer<br />
Warmte<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3*)<br />
0<br />
2003 2004<br />
Biomassa<br />
Bodem<strong>energie</strong><br />
Wind<strong>energie</strong><br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1<br />
Zonne-<strong>energie</strong><br />
Waterkracht<br />
Overige bronnen<br />
2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Detailcijfers<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig. *) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
Groei van <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> in Nederland<br />
De productie van <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> nam het afgelopen<br />
decennium fors toe: de elektriciteitsproductie verdrievoudigde<br />
en de warmteproductie is verdubbeld. Biomassa levert<br />
70 procent van de <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>productie, gevolgd<br />
door wind<strong>energie</strong> met een aandeel van 19 procent in 2<strong>01</strong>3.<br />
Het totaal bruto eindverbruik kwam daarmee in 2<strong>01</strong>3 op<br />
98.300 TJ, wat resulteerde in een aandeel <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
in bruto energetisch eindverbruik van 4,5 procent.<br />
5
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 3,4 miljoen huishoudens<br />
x 1.000.000<br />
Warmte en groen gas productie gelijk aan:<br />
Verbruik van 647.000 huishoudens<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 2,6 miljoen benzineauto’s<br />
x 1.000.000<br />
x 100.000<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale netto elektriciteitsproductie uit <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong>bronnen was in 2<strong>01</strong>3 gelijk aan 11.849 miljoen kWh.<br />
Hiermee kunnen omgerekend 3,4 miljoen huishoudens een jaar<br />
van elektriciteit worden voorzien. De totale productie van<br />
warmte en groen gas was in 2<strong>01</strong>3 gelijk aan het aardgasverbruik<br />
van 647.000 huishoudens. De totale <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>productie<br />
zorgt daarmee voor een vermeden jaarlijkse<br />
CO 2 -uitstoot gelijk aan de emissie van 2,6 miljoen<br />
benzineauto’s.<br />
SDE+, SDE en (OV)MEP-projecten:<br />
2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Energieproductie<br />
In 2<strong>01</strong>3 produceerden alle projecten die subsidie ontvingen in<br />
het kader van (OV)MEP, SDE of SDE+ samen 36.000 TJ.<br />
Bijna 90 procent van deze productie komt voor rekening van<br />
elektriciteits productie, de resterende productie is warmte +<br />
WKK en groen gas. De grootste bijdrage wordt op dit moment<br />
nog geleverd door biomassa- en windprojecten die subsidie<br />
ontvangen uit de MEP.<br />
Figuur 3: Totale <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong>productie<br />
uitgesplitst naar <strong>energie</strong>drager - SDE+, SDE en (OV)MEP<br />
Energieproductie (TJ)<br />
40.000<br />
35.000<br />
30.000<br />
25.000<br />
20.000<br />
15.000<br />
10.000<br />
5.000<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Elektriciteit<br />
Warmte + WKK<br />
Groen Gas<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
De totale elektriciteitsproductie uit <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>bronnen<br />
was in 2<strong>01</strong>3 voor projecten die SDE en MEP ontvangen<br />
gelijk aan 8.820 miljoen kWh. Dit is ongeveer 75 procent van de<br />
totale <strong>hernieuwbare</strong>-elektriciteitsproductie in Nederland.<br />
Hiermee kunnen omgerekend 2,7 miljoen huishoudens een jaar<br />
van elektriciteit worden voorzien. De totale productie van<br />
warmte en groen gas was in 2<strong>01</strong>3 gelijk aan het aardgasverbruik<br />
van 86.000 huishoudens. De totale <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>productie<br />
met projecten die SDE/MEP-subsidie ontvangen zorgt<br />
daarmee voor een jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot gelijk aan de<br />
emissie van 1,7 miljoen benzineauto’s.<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
6
Figuur 4: Totale <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong>productie<br />
uitgesplitst naar technologie - SDE+, SDE en (OV)MEP<br />
Figuur 5: Totale kasuitgaven uitgesplitst naar<br />
technologie - SDE+, SDE en (OV)MEP<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Energieproductie (TJ)<br />
40.000<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
800<br />
> Groei in Nederland<br />
35.000<br />
30.000<br />
700<br />
600<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
25.000<br />
500<br />
20.000<br />
400<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
15.000<br />
300<br />
10.000<br />
5.000<br />
200<br />
100<br />
Waterkracht<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
Biomassa Elektriciteit<br />
Biomassa Groen Gas + Warmte + WKK<br />
Geothermie<br />
2<strong>01</strong>2<br />
Waterkracht<br />
Wind<br />
Zon-PV<br />
2<strong>01</strong>3<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
Biomassa Elektriciteit<br />
Biomassa Groen Gas + Warmte + WKK<br />
Geothermie<br />
2<strong>01</strong>2<br />
Waterkracht<br />
Wind<br />
Zon-PV<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Kasuitgaven SDE+, SDE, OV-MEP en MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
In 2<strong>01</strong>3 ging bijna de helft van de kasuitgaven voor <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> naar windprojecten. De totale uitgaven uit de<br />
(OV)MEP, SDE en SDE+ bedroegen in 2<strong>01</strong>3 ruim 648 miljoen<br />
euro. Bijna 80 procent van die uitgaven betreft projecten die via<br />
de (OV)MEP worden gesubsidieerd. De hoeveelheid <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> groeit, maar de kasuitgaven daalden de afgelopen<br />
2 jaar. Dit komt doordat de subsidiëring van bij- en meestook<br />
van biomassa en windprojecten de afgelopen jaren afliep. Eind<br />
2<strong>01</strong>3 kregen bijna al deze projecten geen MEP-subsidie meer.<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
Resultaten SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
In de SDE+ 2<strong>01</strong>3 was het beschikbare budget 3 miljard euro.<br />
Er zijn meer aanvragen ingediend dan waarvoor budget<br />
beschikbaar was. In totaal zijn in 2<strong>01</strong>3 1.067 aanvragen met een<br />
bruto maximaal budget van ruim 5,8 miljard euro ingediend.<br />
Het totale beschikbare budget van 3 miljard euro is aan 871<br />
projecten toegekend; 62 procent van het beschikbare budget<br />
gaat naar warmte, 26 procent naar elektriciteit en 11 procent<br />
naar groen gas.<br />
7
Figuur 6: Verdeling beschikte budgetten uitgesplitst naar<br />
<strong>energie</strong>drager - SDE 2<strong>01</strong>0 en SDE+ 2<strong>01</strong>1, 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3<br />
%<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Elektriciteit<br />
Warmte + WKK<br />
Groen Gas<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
De verdeling van beschikte budgetten over de jaren laat zien dat<br />
deze de afgelopen jaren sterk varieerde over de verschillende<br />
bronnen. In 2<strong>01</strong>1 ging bijna 70 procent van het beschikbare<br />
budget naar groengasprojecten, terwijl in 2<strong>01</strong>2 een groot deel<br />
van het budget naar warmteprojecten ging. Dit komt doordat de<br />
SDE+ sinds 2<strong>01</strong>1 voor alle categorieën werkt met één budget, dat<br />
gefaseerd wordt opengesteld.<br />
In 2<strong>01</strong>2 kon <strong>hernieuwbare</strong> warmte voor het eerst als apart<br />
product gesubsidieerd worden (eventueel zonder de combinatie<br />
met elektriciteits opwekking). Warmteprojecten komen in<br />
verschillende categorieën al in fase 1-2 in aanmerking. In 2<strong>01</strong>2<br />
werden in de eerste ronde zoveel warmteprojecten ingediend<br />
waardoor het gehele budget vrijwel direct was uitgeput.<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel 1: Gehonoreerde aanvragen SDE+ 2<strong>01</strong>3.<br />
Categorie Aantal toezeggingen Toegezegd Vermogen Toegezegd budget<br />
MWe<br />
(€ mln)<br />
Wind<strong>energie</strong> 66 404 642<br />
Zon-PV 661 133 121<br />
Biomassa (AWZI/RWZI) 2 5 13<br />
Waterkracht 4 11 13<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit 733 553 790<br />
MWth én MWe<br />
Afvalverbranding 1 155 23<br />
Biomassa 93 762 1.423<br />
Geothermie 16 204 424<br />
Zonthermie 5 2 1<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 115 1.123 1.872<br />
Nm 3 /h<br />
Totaal hernieuwbaar gas 23 7.461 339<br />
Totaal SDE+ 2<strong>01</strong>3 871 3.000<br />
NB In de tabel worden afgeronde waarden getoond. De som van de getoonde individuele waarden kan daarom afwijken van het totaal.<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
8
Andere overheidsstimulering voor<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong><br />
Naast de (OV)MEP, SDE en SDE+ zet de overheid een groot<br />
aantal andere instrumenten in om gebruik van <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong>bronnen te stimuleren. Een aantal daarvan wordt hier<br />
toegelicht. In het tweede deel van de rapportage leest u meer<br />
over instrumenten voor innovatiestimulering.<br />
Energie Investeringsaftrek (EIA)<br />
Bijna de helft van het totaal gemelde investeringsbedrag aan de<br />
EIA over 2009-2<strong>01</strong>2 betrof windprojecten. In 2<strong>01</strong>2 werd voor<br />
263 miljoen euro aan investeringen in <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>technieken<br />
aangemeld voor de EIA. Het grootste bedrag dat jaar<br />
ging naar zonnestroomsystemen. In 2<strong>01</strong>1 was het gemelde<br />
investeringsbedrag ruim 3 keer zo hoog. Dat jaar werd een<br />
aantal grote windprojecten gemeld. In 2<strong>01</strong>3 was een budget van<br />
151 miljoen euro beschikbaar. Hoeveel EIA in 2<strong>01</strong>3 is aangevraagd<br />
is nog niet bekend. Vanaf SDE+ 2<strong>01</strong>4 is het niet langer<br />
mogelijk om voor <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> EIA aan te vragen in<br />
combinatie met SDE+; voor SDE-beschikkingen uit eerdere<br />
rondes kan dit nog wel.<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Waterkracht<br />
Tabel 2: Energie Investeringsaftrek voor <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>projecten<br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2<br />
Aantal meldingen<br />
Totaal 878 1.535 2.728 4.797<br />
Windturbines 81 147 245 53<br />
Fotovoltaïsche zonne-<strong>energie</strong>systeem 292 760 1.737 3.538<br />
Zonnecollectorsysteem 129 210 309 720<br />
Aardwarmtewinningssysteem 46 77 87 137<br />
Biomassa (warmte en elektriciteit) 241 223 222 222<br />
Overig 89 118 128 127<br />
Gemelde investeringen (miljoen euro)<br />
Totaal € 140,1 € 2<strong>01</strong>,6 € 638,0 € 262,8<br />
Windturbines € 54,6 € 78 ,0 € 417,8 € 48,8<br />
Fotovoltaïsche zonne-<strong>energie</strong>systeem € 14,2 € 32,1 € 64,0 € 89,4<br />
Zonnecollectorsysteem € 6,3 € 8,3 € 5,1 € 11,1<br />
Aardwarmtewinningssysteem € 10,3 € 27,1 € 29,7 € 37,3<br />
Biomassa (warmte en elektriciteit) € 24,4 € 14,5 € 50,1 € 40,2<br />
Overig € 30,3 € 41,6 € 71,3 € 36,0<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
9
Regeling Groenprojecten<br />
Het aantal groenverklaringen steeg sterk: van 80 in 2<strong>01</strong>2 naar<br />
339 in 2<strong>01</strong>3. Een groot deel hiervan is voor de projectcategorie<br />
duurzame <strong>energie</strong>. Dit aantal steeg van 49 in 2<strong>01</strong>2 naar 228 in<br />
2<strong>01</strong>3. De meeste groenverklaringen werden afgegeven voor<br />
zonnestroom. Het toegekend projectvermogen voor duurzame<br />
<strong>energie</strong>projecten in 2<strong>01</strong>3 was bijna 365 miljoen euro.<br />
Groenfondsen<br />
Banken halen een deel van hun kapitaal voor de Regeling<br />
Groenprojecten uit zogenoemde groenfondsen. Deelnemers aan<br />
groenfondsen krijgen belastingvoordeel over het gespaarde geld<br />
of het belegde bedrag. Tot en met eind 2<strong>01</strong>3 was dit voordeel<br />
tweeledig: een vrijstelling tot een bepaald maximum op de<br />
1,2 procent vermogensrendementsheffing en een heffingskorting<br />
van 0,7 procent over de waarde van het groen belegde<br />
bedrag. Het totale voordeel ten opzichte van gewoon sparen of<br />
beleggen was dus 1,9 procent. In 2<strong>01</strong>4 is de belastingkorting<br />
afgeschaft, dus resteert een voordeel van 1,2 procent. Een<br />
groenfonds moet ten minste 70 procent van het vermogen<br />
besteden aan projecten met een groenverklaring.<br />
Interventieprogramma Integrale Stimulering<br />
Duurzame Energie<br />
Naast financiering zijn er andere drempels die de opschaling van<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> beperken. De Rijksoverheid werkt actief<br />
aan het slechten daarvan, met aandacht voor onder meer<br />
belemmerende wet- en regelgeving, draagvlak voor <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong>, ruimtelijke ontwikkeling, inpassing van de centrale<br />
<strong>energie</strong>opwekking in de gas- en elektriciteitsinfrastructuur en<br />
duurzaamheidsaspecten. Voor elk van de in dit rapport<br />
genoemde bronnen heeft de Rijksoverheid interventieprogramma’s,<br />
met diverse activiteiten die bijdragen aan de<br />
realisatie van <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>-initiatieven.<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel 3: Aantal groenverklaringen en beschikt vermogen voor duurzame <strong>energie</strong>projecten<br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3<br />
Aantal afgegeven verklaringen<br />
Totaal groenverklaringen Duurzaam 77 65 44 49 228<br />
Biogasopwaardeerinstallatie - - 1 0 2<br />
Wind<strong>energie</strong> 12 10 12 12 21<br />
Zonnecellen 31 30 14 23 182<br />
Zonnecollectoren 7 8 6 1 6<br />
Aardwarmte 0 1 0 0 5<br />
Warmtepompen 27 16 11 13 12<br />
Gemeld projectvermogen (miljoen euro)<br />
Totaal Duurzaam € 61,9 € 74,3 € 112,6 € 119,8 € 364,8<br />
Biogasopwaardeerinstallatie € 0,0 € 0,0 € 2,5 € 0,0 € 2,0<br />
Wind<strong>energie</strong> € 52,4 € 43,4 € 83,7 € 105,1 € 312,4<br />
Zonnecellen € 3,1 € 2,4 € 20,0 € 7,4 € 14,2<br />
Zonnecollectoren € 1,4 € 1,7 € 1,2 € 0,2 € 0,7<br />
Aardwarmte € 0,0 € 4,8 € 0,0 € 0,0 € 29,7<br />
Warmtepompen € 17,0 € 17,0 € 5,3 € 7,2 € 5,8<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
10
Rijkscoördinatieregeling<br />
Windparken met een capaciteit boven de 100 MW vallen<br />
automatisch onder de Rijkscoördinatieregeling. Tot nu toe zijn<br />
4 vergunningstrajecten voor windprojecten onder deze<br />
coördinatieregeling afgerond: 2 offshore windparken en<br />
2 windparken op land. 5 windparken zitten nog in de procedure.<br />
In de Rijkscoördinatieregeling worden de verschillende besluiten<br />
(vergunningen en ontheffingen) die voor een project nodig zijn<br />
tegelijkertijd en in onderling overleg genomen. Het gaat naast<br />
vergunningen en ontheffingen vaak ook om een inpassingsplan<br />
van het Rijk. Dit is een ruimtelijk besluit van het Rijk,<br />
vergelijkbaar met een bestemmingsplan.<br />
De coördinerende minister bepaalt in overleg met de betrokken<br />
overheden wanneer alle ontwerpbesluiten en definitieve<br />
besluiten genomen worden. Als een uitvoeringsbesluit op<br />
problemen stuit, heeft de coördinerende minister de mogelijkheid<br />
om dit besluit zelf te nemen, in overleg met de minister tot<br />
wiens vakgebied het besluit hoort. Hier wordt terughoudend<br />
mee omgegaan.<br />
Alle besluiten voor een project worden in principe tegelijkertijd<br />
in ontwerp ter inzage gelegd. Op dat moment kan iedereen<br />
daarop een zienswijze geven. De overheden nemen daarna de<br />
definitieve besluiten ook weer tegelijkertijd, waarbij ze rekening<br />
houden met de ontvangen adviezen en zienswijzen. Is een<br />
belanghebbende burger of organisatie het niet eens met een of<br />
meer van de besluiten, dan kan hij direct beroep instellen bij de<br />
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (dus niet<br />
meer bij de Rechtbank). In het geval van rijkscoördinatie met<br />
een inpassingsplan van het Rijk gebeurt dit in één uitspraak,<br />
binnen 6 maanden na het einde van de beroepstermijn. Dit kan<br />
zorgen voor een aanzienlijke verkorting van de totale procedure.<br />
> Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
11
Waterkracht<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Waterkracht<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
12
Waterkracht<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Waterkracht<br />
Figuur 7: Opgesteld vermogen en netto<br />
elektriciteitsproductie uit waterkracht - CBS Statline<br />
(MWe)<br />
(mln kWh)<br />
40<br />
35<br />
30<br />
25<br />
20<br />
15<br />
10<br />
5<br />
0<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Opgesteld vermogen<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 35.000 huishoudens<br />
x 10.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 21.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
Netto elektriciteitsproductie<br />
(ongenormaliseerd)<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
Groei van <strong>energie</strong> uit waterkracht<br />
in Nederland<br />
Waterkracht is internationaal gezien de belangrijkste bron voor<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong>. Nederland is weliswaar een waterland,<br />
maar omdat we geen bergen hebben is de mogelijkheid van<br />
<strong>energie</strong> uit waterkracht bij ons veel minder groot. De afgelopen<br />
10 jaar was het opgesteld vermogen constant 37 MWe. De<br />
productie is afhankelijk van de hoeveelheid watertoevoer in de<br />
rivieren in dat jaar. 2<strong>01</strong>3 was een relatief goed jaar, met een<br />
productie van 115 miljoen kWh. Wanneer de productiecijfers<br />
worden gecorrigeerd voor de variatie in watertoevoer is de<br />
zogenoemde genormaliseerde elektriciteitsproductie ook vrijwel<br />
constant, circa 100 miljoen kWh.<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale elektriciteitsproductie door waterkracht was in 2<strong>01</strong>3<br />
voldoende om 35.000 huishoudens een jaar van elektriciteit te<br />
voorzien. Hiermee wordt jaarlijks een CO 2 -uitstoot vermeden<br />
gelijk aan de emissie van ruim 21.000 benzineauto’s.<br />
Marktontwikkelingen rond waterkracht<br />
De meeste waterkrachtprojecten in Nederland winnen elektriciteit<br />
uit de stroming bij stuwen in grote rivieren. De meeste<br />
installaties zijn al langer geleden geplaatst. Vanaf 2<strong>01</strong>0 is er<br />
weliswaar 23 MWe aan nieuw vermogen onder de SDE+<br />
toegezegd, maar deze projecten zijn nog niet gerealiseerd.<br />
Ook zijn er diverse lokale plannen voor renovatie van oude<br />
turbines of voor nieuwe installaties. Maar door diverse barrières,<br />
zoals vergunningverlening en regelgeving, is het gerealiseerde<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
13
vermogen tot nog toe niet echt gegroeid. Naast subsidie voor<br />
nieuwe installaties is sinds 2<strong>01</strong>3 ook SDE+ subsidie beschikbaar<br />
voor de renovatie van bestaande installaties. Voorwaarde hierbij<br />
is dat alle turbines nieuw worden geplaatst. In 2<strong>01</strong>3 werden<br />
4 SDE+ subsidieaanvragen gehonoreerd, waarvan 1 in de nieuwe<br />
categorie van renovatie.<br />
Energie kan ook worden opgewekt met waterturbines die<br />
gebruikmaken van golf- en getijdenkracht. Hiervan zijn in<br />
Nederland nog geen projecten operationeel. In 2<strong>01</strong>3 zijn<br />
2 aanvragen gehonoreerd. Een derde categorie is opwekking<br />
van <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit door gebruik te maken van het<br />
verschil in zoutconcentratie tussen twee watermassa’s (blauwe<br />
<strong>energie</strong>). Hiervoor waren in 2<strong>01</strong>3 geen aanvragen.<br />
Energieproductie van SDE+, SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Sinds 2003 is voor bijna 48 MWe aan waterkrachtvermogen<br />
subsidie toegezegd. Hiervan is 24 MWe (54 procent van het<br />
totaal) in productie genomen. Van de 8 beschikte projecten<br />
onder de SDE/SDE+ zijn er 2 gerealiseerd, 1 is ingetrokken en<br />
5 projecten zitten nog in de pijplijn. De gerealiseerde projecten<br />
zijn beide relatief klein en liggen in de provincies Noord-Brabant<br />
en Limburg. Deze 2 projecten komen uit de SDE 2009-ronde.<br />
Het project dat werd ingetrokken, maar wel is gerealiseerd,<br />
betreft de waterkrachtcentrale aan het Apeldoornse Kanaal in<br />
Hattem. Dit werd gerealiseerd met financiële steun van de<br />
provincie Gelderland. 4 van de 5 projecten in de pijplijn werden<br />
in de SDE+ 2<strong>01</strong>3 beschikt. Het vijfde project werd in de SDE 2<strong>01</strong>0<br />
beschikt. Dit is een project van 12 MWe dat aan de Maas in de<br />
provincie Limburg is gepland.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Waterkracht<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
14
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
Figuur 8: Waterkracht - elektriciteitsproductie<br />
SDE+, SDE en MEP<br />
Elektriciteitsproductie (mln kWh)<br />
Figuur 9: Waterkracht - kasuitgaven SDE+, SDE en MEP<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Waterkracht<br />
80<br />
70<br />
8<br />
7<br />
> Groei in Nederland<br />
60<br />
50<br />
6<br />
5<br />
> Marktontwikkelingen<br />
40<br />
30<br />
4<br />
3<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
20<br />
10<br />
2<br />
1<br />
> Geografische spreiding<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
2<strong>01</strong>1<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
2<strong>01</strong>1<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
SDE 2009<br />
SDE 2009<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
De gesubsidieerde projecten produceerden in 2<strong>01</strong>3 samen<br />
78 miljoen kWh. Hiermee kunnen omgerekend bijna 24.000<br />
huishoudens een jaar van elektriciteit worden voorzien.<br />
De hierdoor jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk aan de<br />
emissie van zo’n 14.000 benzineauto’s.<br />
In 2<strong>01</strong>3 werd in totaal 7,5 miljoen euro aan MEP-subsidie voor<br />
waterkrachtprojecten betaald. Er waren geen uitgaven voor<br />
waterkrachtprojecten in de SDE/SDE+.<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 24.000 huishoudens<br />
x 2.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 14.000 benzineauto’s<br />
x 2.000<br />
15
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Waterkracht<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
Productie waterkracht SDE+, SDE en MEP in 2<strong>01</strong>3<br />
Geografische spreiding<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Waterkracht (mln kWh)<br />
0<br />
>0 - 40<br />
>40 - 80<br />
Friesland<br />
Groningen<br />
Drenthe<br />
De Nederlandse waterkrachtprojecten bevinden zich in de<br />
provincies Gelderland, Limburg en Noord-Brabant. De meeste<br />
gesubsidieerde projecten staan in Gelderland; in 2<strong>01</strong>3 was ruim<br />
99 procent van de totale gesubsidieerde productie uit waterkracht<br />
afkomstig uit Gelderland.<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Noord-<br />
Holland<br />
Flevoland<br />
Overijssel<br />
Detailcijfers<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
Utrecht<br />
Gelderland<br />
77,7<br />
Zeeland<br />
Noord-Brabant<br />
0,1<br />
Limburg<br />
0,3<br />
16
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
17
Inwoners, overheden en ener giebedrijf<br />
samen voor de wind<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
De Nederlandse doelstelling<br />
voor wind<strong>energie</strong> op land is<br />
6.000 megawatt in 2020. Maar<br />
de ontwikkeling van vooral<br />
grote windparken is niet<br />
eenvoudig en wekt soms<br />
weerstand op bij omwonenden.<br />
Bij het Prinses Alexia Windpark,<br />
van in totaal 122 megawatt,<br />
werd een opmerkelijke route<br />
gevolgd. Krachtenbundeling<br />
zorgde hier voor een snelle en<br />
succesvolle realisatie.<br />
Idee van agrariërs<br />
In 1998 hadden 63 agrarische families het idee<br />
voor een windpark in de Flevopolder. Dankzij<br />
hun intensieve samenwerking met overheden<br />
en <strong>energie</strong>bedrijf Nuon ging dit in 2<strong>01</strong>3 open.<br />
Sitemanager Ruben Lindenburg schetst de<br />
voordelen van deze samenwerking: “In 2008<br />
schakelden de agrariërs Nuon in voor de<br />
ontwikkeling. Wij konden onze technische<br />
ervaringen met hen delen. Eerst hielden we ons<br />
vooral bezig met de engineering, later ook met<br />
de financiering en realisatie. De agrariërs<br />
verkochten hun aandelen aan ons. De<br />
financiële injectie in dit gebied was ten tijde van<br />
economische crisis zeer welkom.”<br />
Snelle besluitvorming<br />
“Voor ons was een groot voordeel dat alle<br />
families verenigd waren in één bestuur”,<br />
vervolgt Lindenburg. “Dat zorgde voor snelle<br />
besluitvorming. Ook van de gemeente<br />
Zeewolde – in 2<strong>01</strong>4 uitgeroepen tot duurzaamste<br />
gemeente van Nederland – kregen we alle<br />
steun.” Het Prinses Alexia Windpark was het<br />
eerste windpark in Nederland dat de<br />
Rijkscoördinatieregeling geheel doorliep.<br />
Hierbij neemt het Rijk benodigde besluiten<br />
tegelijkertijd, zoals voor vergunningen en<br />
ontheffingen. Het vergunningstraject duurde<br />
slechts twee jaar: aanzienlijk sneller dan bij<br />
andere windparken. Ook de bouw ging<br />
voorspoedig: 17 maanden na de bouwstart<br />
waren alle 36 windmolens geïnstalleerd.<br />
>Hét toekomstmodel<br />
voor wind<strong>energie</strong> is<br />
actieve samenwerking<br />
met omwonenden en<br />
overheden<<br />
Participatie en draagvlak<br />
Om de doelstelling van 6.000 megawatt te<br />
halen zijn nog veel nieuwe windparken nodig.<br />
“Eenvoudig is dit niet”, aldus Lindenburg.<br />
“Zowel financieel als operationeel zijn er veel<br />
uitdagingen. Voor financiële haalbaarheid is nu<br />
vaak nog de SDE nodig. En voor alle projecten<br />
is actieve samenwerking voor ons een<br />
belangrijke sleutel. Zo doen we het nu<br />
bijvoorbeeld ook bij de ontwikkeling van<br />
Windpark Wieringermeer, waar we een<br />
onafhankelijke omgevingsraad instellen voor<br />
participatie en draagvlak. In een dichtbevolkt<br />
land als Nederland is dit hét toekomstmodel<br />
voor ontwikkeling van windparken.”<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
18
Wind<strong>energie</strong><br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Figuur 10: Opgesteld vermogen en niet genormaliseerde<br />
netto elektriciteitsproductie door wind<strong>energie</strong> - CBS Statline<br />
(MWe)<br />
(mln kWh)<br />
3.000<br />
2.500<br />
2.000<br />
1.500<br />
1.000<br />
500<br />
0<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Opgesteld vermogen<br />
Netto elektriciteitsproductie<br />
(ongenormaliseerd)<br />
6.000<br />
5.000<br />
4.000<br />
3.000<br />
2.000<br />
1.000<br />
Noot: 2<strong>01</strong>0 was een extreem slecht windjaar waarbij het windaanbod 23 procent<br />
lager was dan in een gemiddeld jaar (CBS, 2<strong>01</strong>3). *) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
Groei van <strong>energie</strong> uit wind in Nederland<br />
In de periode 2003-2<strong>01</strong>3 verdrievoudigde het windvermogen<br />
bijna. Het opgesteld vermogen was eind 2<strong>01</strong>3 2.700 MWe<br />
waarvan ruim 90 procent op land. De elektriciteitsproductie is in<br />
dezelfde periode verviervoudigd, tot 5.574 miljoen kWh. Dit<br />
komt vooral doordat nieuwe locaties gemiddeld een hoger<br />
windaanbod hebben, door de plaatsing van hogere molens met<br />
een grotere rotordiameter en door vervanging van slecht<br />
presterende molens (CBS, 2<strong>01</strong>3).<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale elektriciteitsproductie door wind<strong>energie</strong> was in 2<strong>01</strong>3<br />
voldoende om 1,7 miljoen huishoudens een jaar van elektriciteit<br />
te voorzien. Hiermee wordt jaarlijks een CO 2 -uitstoot vermeden<br />
gelijk aan de emissie van 1 miljoen benzineauto’s.<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 1,7 miljoen huishoudens<br />
Detailcijfers<br />
x 100.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 1 miljoen benzineauto’s<br />
x 100.000<br />
19
Marktontwikkelingen rond wind<strong>energie</strong><br />
Lokale (wind)<strong>energie</strong>-initiatieven zijn de afgelopen jaren sterk in<br />
opkomst. HIER opgewekt inventariseerde recent meer dan 300<br />
lokale initiatieven, waarvan circa 20 procent betrekking heeft op<br />
de realisatie van (onder andere) wind<strong>energie</strong>.<br />
Organisatievormen verschillen sterk: van een groep bedrijven<br />
die zich lokaal verenigen en hun eigen <strong>energie</strong> opwekken tot<br />
initiatieven met crowdfunding, waarbij particulieren of bedrijven<br />
investeren in een project en daarmee hun eigen <strong>energie</strong><br />
opwekken.<br />
Draagvlak voor wind<strong>energie</strong><br />
Om draagvlak voor wind<strong>energie</strong> op lokaal niveau te vergroten<br />
werkt NWEA aan een gedragscode ‘draagvlak en participatie’<br />
zoals is aangekondigd in het Energieakkoord voor Duurzame<br />
Groei van de SER. NWEA stelt deze code op in nauwe samenwerking<br />
met onder andere Milieufederaties en de provincies.<br />
Daarbij wordt goed gekeken naar wat er te leren valt van<br />
bestaande participatiemethoden.<br />
Vervanging van windmolens op bestaande locaties<br />
Het aantal windmolens is de afgelopen jaren nauwelijks<br />
toegenomen, het vermogen daarentegen wel (CBS, 2<strong>01</strong>3).<br />
Op bestaande locaties worden molens met relatief kleine<br />
vermogens uit bedrijf genomen en vervangen door molens met<br />
een groter vermogen. Meer dan 90 procent van de geplaatste<br />
molens betrof in de periode 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>2 vervanging van molens<br />
op bestaande locaties (CBS, 2<strong>01</strong>3). Een aantal provincies legt in<br />
het beleid nadruk op de koppeling van vervanging van alleenstaande<br />
(solitaire) molens door nieuwe, ruimtelijk beter<br />
ingepaste lijnopstellingen van molens met een hoger vermogen<br />
(sanering en opschaling). Vanuit ruimtelijk-financieel oogpunt<br />
zijn dit veelal complexe projecten.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
20
Energieproductie van SDE+, SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Eind 2<strong>01</strong>3 is in het kader van de MEP, SDE en SDE+ voor in<br />
totaal 3.563 MWe aan windvermogen subsidie toegezegd. Bijna<br />
75 procent van dit vermogen betreft wind op land; 25 procent<br />
betreft windparken op zee. Meer dan de helft van dit vermogen<br />
is eind 2<strong>01</strong>3 in productie genomen, waarvan 2 windparken op<br />
zee (228 MWe).<br />
Hoge realisatie van windprojecten<br />
Veel van het vermogen dat subsidie krijgt toegezegd wordt ook<br />
daadwerkelijk gerealiseerd. Voor wind op zee is onder de MEP<br />
228 MWe toegezegd en gerealiseerd. In 2009 zijn onder de<br />
SDE-tender 3 windparken op zee beschikt. Ten noorden van<br />
Schiermonnikoog zijn de twee Gemini-windparken gepland,<br />
met een totale capaciteit van 600 MW. Op de Noordzee is het<br />
windpark Luchterduinen gepland, met een totale capaciteit van<br />
129 MW. Wanneer ook de bouw van deze drie parken is<br />
afgerond, is alle capaciteit uit de 2009 SDE-tender voor<br />
offshorewind gerealiseerd.<br />
Ook voor wind op land is de verwachte realisatie hoog.<br />
Ruim 430 MWe van de totaal beschikte 466 MWe uit het<br />
SDE-budget voor 2009 is nog niet gerealiseerd. Het overgrote<br />
deel daarvan betreft echter een cluster van 5 windparken in de<br />
Noordoostpolder van in totaal 429 MWe, waarvan de<br />
bouw werkzaamheden in volle gang zijn. 3 projecten uit het<br />
SDE-budget van 2<strong>01</strong>1 zitten ook nog in de pijplijn.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Tabel 4: Realisatie beschikte projecten wind op land - SDE+, SDE en MEP<br />
Vermogen wind op land MEP SDE 2008 SDE 2009 SDE 2<strong>01</strong>0 SDE+ 2<strong>01</strong>1 SDE+ 2<strong>01</strong>2 SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Toegezegd vermogen (MWe) 1.131 46 466 459 109 2 402<br />
Gerealiseerd vermogen (MWe) 1.131 46 36 431 83 2 5<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
21
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
Figuur 11: Wind<strong>energie</strong> - elektriciteitsproductie<br />
SDE+, SDE en MEP<br />
Elektriciteitsproductie (mln kWh)<br />
5.000<br />
4.000<br />
3.000<br />
Figuur 12: Wind<strong>energie</strong> - kasuitgaven SDE+, SDE en MEP<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
2.000<br />
1.000<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
SDE 2008<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
SDE 2008<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
In 2<strong>01</strong>3 produceerden alle gesubsidieerde windprojecten samen<br />
4.710 miljoen kWh. Dit is voldoende om 1,4 miljoen huishoudens<br />
een jaar van elektriciteit te voorzien. Hiermee wordt jaarlijks een<br />
CO 2 -uitstoot vermeden gelijk aan de emissie van 870.000<br />
benzineauto’s.<br />
In 2<strong>01</strong>3 ging bijna de helft van de kasuitgaven voor <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> naar windprojecten. De totale uitgaven voor<br />
windprojecten vanuit de MEP, SDE en SDE+ bedroegen in 2<strong>01</strong>3<br />
ruim 314 miljoen euro. 83 procent van die uitgaven betreft<br />
projecten die via de MEP worden gesubsidieerd.<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 1,4 miljoen huishoudens<br />
Biomassa 1 2 3<br />
x 100.000<br />
Detailcijfers<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 870.000 benzineauto’s<br />
x 100.000<br />
22
Geografische spreiding<br />
Van alle in 2<strong>01</strong>3 gesubsidieerde elektriciteit uit wind<strong>energie</strong>,<br />
door SDE+, SDE en MEP, werd bijna 30 procent opgewekt in de<br />
provincie Noord-Holland. Daarna volgen de provincies<br />
Flevoland met een aandeel van 19 procent en de provincie<br />
Groningen met een aandeel van 18 procent. In 2<strong>01</strong>3 hebben het<br />
Rijk en de provincies afspraken gemaakt over het aanwijzen van<br />
voldoende locaties om in totaal 6.000 MWe wind<strong>energie</strong> op<br />
land te kunnen plaatsen.<br />
Productie wind<strong>energie</strong> SDE+, SDE en MEP in 2<strong>01</strong>3<br />
Wind<strong>energie</strong> (mln kWh)<br />
≤ 100<br />
> 100 - 700<br />
> 700 - 1.400<br />
Zeeland<br />
566<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
380<br />
Noord-<br />
Holland<br />
1.345<br />
Utrecht<br />
25<br />
Friesland<br />
306<br />
Flevoland<br />
881<br />
Noord-Brabant<br />
205<br />
Gelderland<br />
63<br />
Limburg<br />
23<br />
Groningen<br />
863<br />
Drenthe<br />
7<br />
Overijssel<br />
47<br />
Afspraken volgens Rijk -<br />
Tabel 5: Verdeling wind<strong>energie</strong> op land (MW)<br />
Provincie<br />
Opgesteld vermogen<br />
eind 2<strong>01</strong>2 1) IPO akkoord voor 2020 2)<br />
Flevoland 646 1.390,5<br />
Groningen 377 855,5<br />
Zuid Holland 250 735,5<br />
Noord Holland 347 685,5<br />
Zeeland 241 570,5<br />
Friesland 164 530,5<br />
Noord Brabant 82 470,5<br />
Overige Provincies 100<br />
Totaal 2.206 6.0<strong>01</strong><br />
1) Bron: CBS<br />
2) Bron: IPO<br />
3) Gelderland (230,5 MW), Drenthe (285,5 MW), Utrecht (65,5 MW),<br />
Overijssel (85,5 MW), Limburg (95,5 MW)<br />
Andere overheidsstimulering<br />
voor wind<strong>energie</strong><br />
Wind<strong>energie</strong>projecten krijgen ook veel ondersteuning uit andere<br />
overheidsinstrumenten. De EIA en de Regeling Groenprojecten<br />
zijn de belangrijkste aanvullende financiële instrumenten.<br />
Toepassing van de Rijkscoördinatieregeling kan de doorlooptijd<br />
van wind<strong>energie</strong>projecten aanzienlijk verkorten (zie ook de<br />
uitleg van deze regelingen in de Begrippenlijst).<br />
Energie Investeringsaftrek en Regeling Groenprojecten<br />
In de afgelopen jaren is voor wind<strong>energie</strong> veel gebruikgemaakt<br />
van de EIA. Het totaal gemelde investeringsbedrag bedroeg in<br />
2<strong>01</strong>2 49 miljoen euro en in 2<strong>01</strong>1 418 miljoen euro.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
762,5 3) > Wind<strong>energie</strong><br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
In de afgelopen jaren is voor windprojecten het gemiddelde<br />
projectvermogen per groenverklaring gestegen van 4 tot<br />
5 miljoen euro in 2009-2<strong>01</strong>0 naar 9 tot 15 miljoen euro in<br />
2<strong>01</strong>2-2<strong>01</strong>3. Ook hier is duidelijk te zien dat de windprojecten<br />
gemiddeld groter worden.<br />
23
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Wind<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Prinses Alexia Windpark<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Tabel 6: Aantal meldingen en gemelde investeringen Energie Investeringsaftrek en Regeling Groenprojecten voor wind<strong>energie</strong><br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3<br />
EIA<br />
Gemelde investeringen (miljoen euro) 54,6 78,0 417,8 48,8 *)<br />
Aantal meldingen 81 147 245 53 *)<br />
Regeling Groenprojecten<br />
Toegekend projectvermogen (miljoen euro) 52,4 43,4 83,7 105,1 312,4<br />
Aantal afgegeven verklaringen 12 10 12 12 21<br />
Bron: Jaarverslagen EIA en Groen Beleggen. *) Data EIA voor 2<strong>01</strong>3 zijn nog niet beschikbaar<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
Rijkscoördinatieregeling<br />
Windparken met een capaciteit boven de 100 MW vallen<br />
automatisch onder de Rijkscoördinatieregeling. De regeling<br />
resulteerde in 4 afgeronde vergunningstrajecten – 2 windparken<br />
op zee (Gemini en Luchterduinen) en 2 windparken op land<br />
(Prinses Alexia Windpark en Windpark Noordoostpolder) – en<br />
5 nog lopende trajecten. Vergunningstrajecten kunnen hiermee<br />
aanzienlijk worden teruggebracht. Dit bevestigt ook het<br />
interview over het Prinses Alexia Windpark.<br />
24
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
> Zonne-<strong>energie</strong><br />
><br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1<br />
2<br />
1<br />
Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
25
Crowdfunding voor<br />
zonnepanelen op een<br />
voetbalstadion<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1<br />
2<br />
Banken en andere grote<br />
financiers moeten zich houden<br />
aan strenge regels. Hierdoor<br />
kunnen ze duurzame<br />
<strong>energie</strong>projecten soms lastig<br />
financieren, ook als het gaat<br />
om zonnestroom.<br />
Projectontwikkelaars zoeken<br />
daarom nieuwe geldbronnen.<br />
Een groot zonne-<strong>energie</strong>project<br />
in Groningen zag het levenslicht<br />
dankzij crowdfunding.<br />
Zonobligaties<br />
Het dak van het Groningse voetbalstadion de<br />
Euroborg krijgt in fases 400 kilowattpiek aan<br />
zonnestroomvermogen. Een grote groep<br />
burgers en bedrijven bracht het benodigde<br />
kapitaal bijeen. “In de eerste fase investeerden<br />
200 deelnemers in 531 zonnepanelen door de<br />
aankoop van speciale zonobligaties: zogeheten<br />
ZoNbligaties”, vertelt Sven Pluut van<br />
crowdfundingplatform Zonnepanelendelen.<br />
“Nu loopt de inschrijving voor de tweede fase.<br />
Op deze manier produceren huishoudens of<br />
bedrijven zonder een geschikt dak toch hun<br />
eigen zonnestroom.”<br />
>Zo wekken huishoudens<br />
zonder eigen dak toch<br />
zonnestroom op<<br />
Zonnerente<br />
“Goede partners zijn essentieel voor succes”,<br />
vervolgt Pluut. FC Groningen heeft zich tot<br />
2037 vastgelegd om de groene stroom af te<br />
nemen. Euroborg gaf als stadioneigenaar<br />
toestemming voor het plaatsen van de panelen.<br />
Essent trok via haar klantenbestand crowdfunders<br />
aan en biedt eigen klanten een<br />
aantrekkelijk rendement. Door financiële<br />
ondersteuning van de SDE en de Energie<br />
Investeringsaftrek (EIA) halen deelnemers een<br />
verwacht jaarlijks rendement tussen de 2,4 en<br />
4 procent, afhankelijk van de ontwikkeling van<br />
elektriciteitsprijzen. Dit verrekent Essent als<br />
zogeheten zonnerente via de <strong>energie</strong>rekening.<br />
Opwekken én besparen<br />
Deelnemers kunnen de elektriciteitsopwekking<br />
van ‘hun’ panelen online monitoren, de<br />
productie hiervan vergelijken met het eigen<br />
verbruik en dit afzetten tegen vergelijkbare<br />
deelnemers. “Het doel is om in de toekomst<br />
ook gerichte besparingstips te geven”, aldus<br />
Pluut. “Hiermee willen we naast duurzame<br />
opwek ook besparingen realiseren bij de<br />
deelnemers. Zo zorgt de crowdfunding niet<br />
alleen voor groei in duurzame <strong>energie</strong> maar<br />
ook voor stimulering van <strong>energie</strong>besparing.”<br />
1<br />
Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
26
Zonne-<strong>energie</strong><br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
1. Zonnestroom<br />
Groei van zonnestroom in Nederland<br />
Zonnestroom neemt in Nederland de laatste paar jaar een<br />
enorme vlucht. In 2<strong>01</strong>1 was de groei in productie al 68 procent,<br />
in 2<strong>01</strong>2 was dit 150 procent en in 2<strong>01</strong>3 is het opgesteld vermogen<br />
bijna verdubbeld. De groei komt vooral van lokale, netgekoppelde<br />
projecten. Eind 2<strong>01</strong>3 was het totaal opgestelde vermogen<br />
naar schatting 722 MWe.<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale elektriciteitsproductie uit zonnestroom was in 2<strong>01</strong>3<br />
naar schatting 505 miljoen kWh. Hiermee kunnen omgerekend<br />
153.000 huishoudens een jaar van elektriciteit worden voorzien.<br />
De totale hoeveelheid vermeden jaarlijkse CO 2 -uitstoot is gelijk<br />
is aan de emissie van 93.000 benzineauto’s.<br />
Figuur 13: Opgesteld vermogen en elektriciteitsproductie<br />
met zonnestroom - CBS Statline<br />
(MWe)<br />
(mln kWh)<br />
800<br />
700<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Opgesteld vermogen<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
Elektriciteitsproductie<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 153.000 huishoudens<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
x 10.000<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 93.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
Detailcijfers<br />
27
Marktontwikkelingen rond zonnestroom<br />
De markt voor zonnestroom kent de laatste jaren veel nieuwe<br />
spelers. Ondernemers, burgers, lokale <strong>energie</strong>coöperaties en<br />
woningbouwcorporaties investeren om verschillende redenen in<br />
zonne-<strong>energie</strong>projecten. Bijvoorbeeld om de lokale <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong>voorziening te versnellen, om minder afhankelijk te<br />
zijn van centrale <strong>energie</strong>voorziening of om mee te doen met een<br />
aantrekkelijk lokaal initiatief. Dit laatste stimuleert de overheid<br />
door het meedoen met collectieve projecten eenvoudiger en<br />
aantrekkelijker te maken, met onder andere saldering en<br />
subsidieregelingen (zie ook verderop, onder Realisatie en daling<br />
van kosten en subsidie).<br />
Prijsdaling en onrust op de markt<br />
Ook de prijsdaling van zonnepanelen droeg bij aan de groei. In<br />
2<strong>01</strong>1 en 2<strong>01</strong>2 daalden de prijzen sterk en begin 2<strong>01</strong>3 fluctueerden<br />
ze sterk. Deze fluctuatie kwam vooral door een geschil tussen de<br />
Europese Unie en Chinese producenten van zonne panelen. Eind<br />
2<strong>01</strong>3 bereikten deze partijen een handelsakkoord en kwam de<br />
prijs weer tot rust. De kostprijs van een kWh zonnestroom is nu<br />
circa 15 eurocent. Met een gemiddelde elektriciteits prijs van<br />
21 eurocent voor een huishouden verdient een investering in<br />
zonnestroom zich ruim binnen de levensduur van de zonnepanelen<br />
terug.<br />
Energieproductie van SDE+, SDE en<br />
MEP projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Vanuit de SDE+, SDE en de MEP is subsidie toegezegd voor 221<br />
MWe aan zonnestroomprojecten. Meer dan de helft hiervan is in<br />
2<strong>01</strong>3 toegezegd. Het lage aantal zonnestroomprojecten in 2<strong>01</strong>2<br />
is verklaarbaar door de grote hoeveelheid aanvragen van<br />
projecten voor <strong>hernieuwbare</strong> warmte en biomassa-WKK’s.<br />
Voor deze categorieën kon men in 2<strong>01</strong>2 voor het eerst een SDE+<br />
subsidie aanvragen, wat massaal gebeurde. 97 procent van het<br />
budget werd aan deze categorieën toegewezen. Het subsidiebudget<br />
was daardoor al in de eerste fase uitgeput. In 2<strong>01</strong>3 was<br />
het budget pas in fase 6 uitgeput, wat resulteerde in 661<br />
positieve beschikkingen voor zonnestroomprojecten.<br />
Daling kosten zonnepanelen<br />
Stichting Monitoring Zonnestroom onderzocht de kostprijs van<br />
zonnepanelen in oktober 2<strong>01</strong>1 en oktober 2<strong>01</strong>3. Conclusie: de prijs<br />
van panelen per Wattpiek daalde van 2,29 euro in oktober 2<strong>01</strong>1 naar<br />
1,07 euro in oktober 2<strong>01</strong>3 – een daling van 53 procent.<br />
In 2<strong>01</strong>1 werden zoveel <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>projecten in de eerste<br />
fase van de SDE+ beschikt, dat voor zonnestroom alleen projecten in<br />
fase 1 en 2 werden beschikt, met basisbedragen van respectievelijk<br />
9 en 11 eurocent per kWh.<br />
(Bron: Stichting Monitoring Zonne-stroom)<br />
Realisatie en daling van kosten en subsidie<br />
Veel van de beschikte zonnestroomprojecten uit de eerdere jaren<br />
(voor 2<strong>01</strong>1) zijn inmiddels gerealiseerd. Van de projecten uit de<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 werd tot nu toe 70 procent gerealiseerd.<br />
In 2<strong>01</strong>3 zijn veel van de zonnestroomprojecten in fase 5 en 6<br />
beschikt, met basisbedragen van respectievelijk 13 en<br />
14,8 eurocent per kWh. Naar verwachting zal de realisatiegraad<br />
van de projecten uit dit jaar hoog zijn.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
28
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
Figuur 14: Zonnestroom (zon-PV) - elektriciteitsproductie<br />
SDE+, SDE en MEP<br />
Elektriciteitsproductie (mln kWh)<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
Figuur 15: Zonnestroom (zon-PV) - kasuitgaven<br />
SDE+, SDE en MEP<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
15<br />
12<br />
9<br />
6<br />
3<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Zonnestroom<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Vastgesteld<br />
MEP<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Groei in Nederland<br />
SDE 2008<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
SDE 2008<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
> Marktontwikkelingen<br />
In 2<strong>01</strong>3 was de totale productie van de SDE+, SDE en MEP<br />
gesubsidieerde zonnestroomprojecten ruim 61 miljoen kWh.<br />
Dit is ongeveer 10 procent van de totale zonnestroomproductie<br />
in 2<strong>01</strong>3 in Nederland. Dit kan omgerekend bijna 19.000 huis -<br />
houdens een jaar van elektriciteit voorzien. De jaarlijks<br />
vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk is aan de emissie van bijna<br />
11.000 benzineauto’s. Bijna 80 procent van de zonnestroomproductie<br />
in 2<strong>01</strong>3 komt uit projecten die in de periode 2009-2<strong>01</strong>1<br />
een SDE-beschikking ontvingen. In 2<strong>01</strong>3 is totaal 13,6 miljoen<br />
euro aan subsidie voor zonnestroomprojecten uitgekeerd.<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Verbruik van 19.000 huishoudens<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
x 1.000<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 11.000 benzineauto’s<br />
x 1.000<br />
Detailcijfers<br />
29
Tabel 7: Realisatie beschikte projecten zon-PV - SDE+, SDE en MEP<br />
Zonnestroom vermogen MEP SDE 2008 SDE 2009 SDE 2<strong>01</strong>0 SDE+ 2<strong>01</strong>1 SDE+ 2<strong>01</strong>2 SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Toegezegd vermogen (MWe) 9 10 22 18 23 8 132<br />
Gerealiseerd vermogen (MWe) 9 10 22 17 16 2 3<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Geografische spreiding<br />
De geografische spreiding van zonnestroomprojecten is minder<br />
groot dan voor andere <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>categorieën.<br />
De provinciale bijdrage aan de totale Nederlandse productie<br />
varieert van 2 procent in Zeeland tot 15 procent in<br />
Noord-Brabant.<br />
Productie zon-PV SDE+, SDE en MEP in 2<strong>01</strong>3<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
Zonne-<strong>energie</strong> (mln kWh)<br />
> Groei in Nederland<br />
≤ 3<br />
> 3 - 6<br />
> 6 - 10<br />
Noord-<br />
Holland<br />
7,4<br />
Friesland<br />
6,2<br />
Flevoland<br />
4,3<br />
Groningen<br />
2,3<br />
Drenthe<br />
3,3<br />
Overijssel<br />
5,8<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
6,7<br />
Utrecht<br />
3,4<br />
Gelderland<br />
6,1<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Zeeland<br />
1,4<br />
Noord-Brabant<br />
9,3<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Limburg<br />
5,4<br />
Detailcijfers<br />
30
Andere overheidsstimulering voor<br />
zonnestroom<br />
De overheid stimuleert zonnestroom op diverse manieren.<br />
Naast financiële ondersteuning uit de MEP, SDE en SDE+ is er<br />
onder andere ook stimulering door de Energie Investeringsaftrek<br />
(EIA), de Regeling Groenprojecten, vrijstelling van een deel van<br />
de <strong>energie</strong>belasting en tot 8 augustus 2<strong>01</strong>3 de Subsidieregeling<br />
Zonnepanelen. Daarnaast is er een groot aantal provinciale en<br />
gemeentelijke subsidieregelingen (zie ook de uitleg op p. 9-10).<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Energie Investeringsaftrek (EIA) en Regeling Groenprojecten<br />
Het aantal meldingen voor zonnestroomprojecten nam zowel in<br />
de EIA als de Regeling Groenprojecten de afgelopen jaren fors<br />
toe. Het gemiddelde investeringsbedrag van de projecten<br />
gemeld bij de EIA vertoont daarbij een dalende trend, door een<br />
afnemende kostprijs.<br />
Salderen en vrijstelling <strong>energie</strong>belasting<br />
Huiseigenaren en huurders met eigen zonnepanelen op hun huis<br />
krijgen vrijstelling van <strong>energie</strong>belasting voor de zelf opgewekte<br />
elektriciteit. Ze mogen deze zelfopwekking verrekenen met het<br />
eigen verbruik. Dit noemen we salderen. Een voordeel van<br />
salderen is dat de waarde van de teruggeleverde elektriciteit<br />
wordt bepaald door de elektriciteitsprijs inclusief belastingen en<br />
transportkosten. Voor huishoudens is dit ongeveer 23 eurocent<br />
per kWh, waarvan 11,65 eurocent per kWh <strong>energie</strong>belasting.<br />
Tot eind 2<strong>01</strong>3 was de saldering beperkt tot 5.000 kWh. Een<br />
hogere teruglevering werd verrekend tegen een lagere prijs.<br />
Per 1 januari 2<strong>01</strong>4 mag de opwekking onbeperkt met het eigen<br />
verbruik worden verrekend.<br />
Subsidieregeling Zonnepanelen<br />
Particulieren konden in 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 tot 15 procent van hun<br />
kosten voor de aanschaf van zonnepanelen terugkrijgen via de<br />
Subsidieregeling Zonnepanelen. De Rijksoverheid stelde hiervoor in<br />
totaal ruim 50 miljoen euro beschikbaar. In augustus 2<strong>01</strong>3 sloot<br />
de regeling omdat het beschikbare budget uitgeput was.<br />
1 Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel 8: Aantal meldingen en gemelde investeringen Energie Investeringsaftrek en Regeling Groenprojecten voor zonnestroom<br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3<br />
EIA<br />
Gemelde investeringen (miljoen euro) € 14,2 € 32,1 € 64,0 € 89,4 *)<br />
Aantal meldingen 292 760 1.737 3.538<br />
Regeling Groenprojecten<br />
Toegekend projectvermogen (miljoen euro) € 3,1 € 2,4 € 20,0 € 7,4 € 14,2<br />
Aantal afgegeven verklaringen 31 30 14 23 182<br />
Bron: Jaarverslagen EIA en Groen Beleggen. *) Data EIA voor 2<strong>01</strong>3 zijn nog niet beschikbaar<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
31
Toelichting op btw- en belastingvrijstelling en de postcoderoos<br />
De ontwikkelingen op een rij:<br />
Btw vrijstelling: in juni 2<strong>01</strong>3 heeft het Europese hof bepaald dat de over de aanschaf en installatie betaalde btw kan worden teruggevraagd.<br />
Dit kan omdat iedereen die tegen vergoeding stroom levert wordt gezien als btw-ondernemer. Particulieren moeten vrijstelling vragen op grond<br />
van de Kleine-ondernemersregeling voor de btw over de teruggeleverde <strong>energie</strong>. Hiervoor geldt een vrijstelling van 1.345 euro.<br />
Wijziging van de regeling belastingvrijstelling: de regeling belastingvrijstelling is op dit moment alleen geldig voor huiseigenaren en huurders met<br />
eigen zonnepanelen. Het kabinet is van plan deze vrijstelling per 2<strong>01</strong>5 ook beschikbaar te maken voor huurders met zonnepanelen die de verhuurder<br />
heeft geplaatst. De mogelijkheid tot salderen is door de verantwoordelijke minister gewaarborgd tot 2<strong>01</strong>7. In juni 2<strong>01</strong>3 kondigde de minister aan dit<br />
in 2<strong>01</strong>7 te evalueren.<br />
De postcoderoos: in het Energieakkoord van de SER is een belastingkorting van 7,5 eurocent per kWh afgesproken voor teruglevering van<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> door een coöperatie of door een vereniging van eigenaren (VvE). De afspraak is per 1 januari 2<strong>01</strong>4 ingevoerd. De korting<br />
geldt alleen wanneer de opgewekte <strong>energie</strong> wordt gebruikt door kleinverbruikers waarvan de leden zich binnen de zogenaamde ‘postcoderoos’<br />
(viercijferige postcode plus aangrenzende postcodes) van de coöperatie of VvE bevinden en alleen voor elektriciteit die aan het net wordt geleverd.<br />
Om deze korting te financieren gaat de <strong>energie</strong>belasting omhoog. Tegenstanders van de regeling vinden deze te ingewikkeld of vinden dat de korting<br />
ook voor ondernemers beschikbaar moet zijn. In het Energieakkoord is afgesproken dat wordt onderzocht of de korting ook kan gelden voor<br />
zakelijke kleinverbruikers en voor de huursector.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Zonnestroom<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
32
2. Zonnewarmte<br />
Figuur 16: Warmteproductie met zonnesystemen<br />
- CBS Statline<br />
Netto warmteproductie (TJ)<br />
1.200<br />
1.000<br />
800<br />
600<br />
400<br />
200<br />
0<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
Afgedekte systemen ≤ 6 m 2<br />
Afgedekte systemen > 6 m 2<br />
Onafgedekte systemen<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
Groei van zonnewarmte in Nederland<br />
Zonnewarmte levert 1 procent van de totale hoeveelheid<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in Nederland. De markt groeit gestaag:<br />
de jaarlijkse groei in de afgelopen 10 jaar lag tussen de 3 en<br />
10 procent.<br />
Warmteproductie gelijk aan:<br />
Aardgasverbruik van 21.000 huishoudens<br />
x 10.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 18.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale productie van zonnewarmte was in 2<strong>01</strong>3 1.087 terajoule.<br />
Dit is gelijk aan het jaarlijks aardgasverbruik van 21.000 huis -<br />
houdens. De hierdoor jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk<br />
aan de emissie van bijna 18.000 benzineauto’s.<br />
Marktontwikkelingen rond zonnewarmte<br />
35 procent van de Nederlandse zonnewarmtesystemen zijn<br />
onafgedekte collectoren. Deze dienen vooral voor verwarming<br />
van zwembaden. In de laatste paar jaar gebruikt men onafgedekte<br />
collectoren in Nederland ook voor zonthermische daken. Hierbij<br />
wordt de collector geïntegreerd met de dakbedekking. De kleinere<br />
afgedekte systemen (zonneboilers) gebruikt men meestal bij<br />
woningen, voor levering van warm water voor douchen of<br />
ruimte verwarming. Deze systemen leveren een constante bijdrage<br />
van 55 procent in de totale warmteproductie van zonnecollectoren.<br />
De overige 10 procent van de productie komt van de<br />
grotere afgedekte systemen. Deze past men vooral in de utiliteitsbouw<br />
en de industrie toe, voor warm water, koeling en droging.<br />
Groei zonnewarmte lager dan verwacht<br />
Experts verwachtten voor de afgelopen jaren een hogere groei<br />
van zonnewarmte, onder andere door veel meer toepassing<br />
hiervan in nieuwbouw. Door de economische recessie en de<br />
daardoor stagnerende nieuwbouw bleef deze verwachte hogere<br />
groei echter uit.<br />
Energieproductie van SDE+, SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Sinds 2<strong>01</strong>2 komen zonnewarmteprojecten met een apertuuroppervlakte<br />
van 100 m 2 of meer, in aanmerking voor SDE+<br />
subsidie. 2 projecten zijn in 2<strong>01</strong>2 aangevraagd en beschikt, met<br />
een maximale totale productie van 11 terajoule. In 2<strong>01</strong>3 werden<br />
5 projecten beschikt, voor een maximale subsidiabele productie<br />
van 66 terajoule. In totaal is voor deze projecten een budget van<br />
1 miljoen euro gereserveerd. In 2<strong>01</strong>3 was er nog geen kasuitgave<br />
voor zonnewarmte omdat nog geen van deze projecten is<br />
gerealiseerd.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
2 Zonnewarmte<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
33
Grote zonnewarmteprojecten in Nederland<br />
Zonnewarmte is vooral bekend in de vorm van een zonneboiler op het<br />
dak van een woning. Er is echter ook een groeiend aantal grotere<br />
projecten. Een paar voorbeelden:<br />
• De snoepfabriek van Perfetti van Melle in Breda heeft sinds 1997<br />
een zonneboilersysteem met 2.400 vierkante meter collectoroppervlakte.<br />
Dit verwarmt 125 duizend liter water en bespaart circa 170<br />
duizend kubieke meter aardgas per jaar.<br />
• In 2<strong>01</strong>0 is Zoneiland Almere geopend. Hier leveren 520 zonnecollectoren<br />
circa 10 procent van de warmtebehoefte van 2.700<br />
huishoudens in een nabijgelegen woonwijk. Het Zoneiland heeft<br />
een collectoroppervlakte van 7.000 vierkante meter en levert<br />
gemiddeld 9750 gigajoule per jaar.<br />
• In 2<strong>01</strong>3 is het <strong>energie</strong>systeem van woningcomplex Het Breed in<br />
Amsterdam-Noord verduurzaamd. In totaal 1.200 vierkante meter<br />
aan zonnecollectoren levert nu warm tapwater aan 1.176<br />
woningen.<br />
• Zwembad Overbosch in Den Haag heeft sinds 2<strong>01</strong>0 720 vierkante<br />
meter aan zonnecollectoren op het dak. Dit bespaart circa 100<br />
duizend kubieke meter aardgas per jaar.<br />
Andere overheidsstimulering voor<br />
zonnewarmte<br />
De overheid stimuleert zonnewarmte actief, zowel met subsidie<br />
als door het bewaken van kwaliteit.<br />
Energie Investeringsaftrek (EIA) en Regeling Groenprojecten<br />
In het kader van de EIA is in de periode 2009-2<strong>01</strong>2 31 miljoen<br />
euro aan investeringen gemeld, waarbij het aantal meldingen en<br />
investeringen tussen 2<strong>01</strong>1 en 2<strong>01</strong>2 is verdubbeld. In de Regeling<br />
Groenprojecten zijn in de periode 2009-2<strong>01</strong>3 28 verklaringen<br />
afgegeven voor projecten met zonnecollectoren met een totaal<br />
projectvermogen van 8,3 miljoen euro (zie ook de uitleg op<br />
pagina 9-10).<br />
Kwaliteitsregister installateurs<br />
Sinds 2<strong>01</strong>3 is er een opleidings- en kwalificatiestructuur voor<br />
installateurs. Installateurs die aan de kwaliteitseisen voldoen<br />
kunnen zich registreren als vakbekwaam installateur voor<br />
fotovoltaïsche en thermische systemen op zonne-<strong>energie</strong>. De<br />
registratie richt zich ook op andere technieken, zoals kleinschalige<br />
warmwaterketels en verwarmingsketels op biomassa, bodem<strong>energie</strong><br />
en warmtepompen. Via het kwaliteitsregister is de lijst met<br />
erkende opleidingen, exameninstellingen en gekwalificeerde<br />
installateurs openbaar. Zo kunnen vakbekwame installateurs<br />
eenvoudig worden gevonden. Het register geeft een overzicht van<br />
de verschillende kwaliteitskeurmerken zoals Zonnekeur. Hiermee<br />
werkt de zonnesector actief aan kwaliteitsverbetering.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
2 Zonnewarmte<br />
> INTERVIEW: Zonnepanelen Euroborg<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Tabel 9: Aantal meldingen en gemelde investeringen Energie Investeringsaftrek en Regeling Groenprojecten voor zonnewarmte<br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3<br />
EIA<br />
Gemelde investeringen (miljoen euro) € 6,3 € 8,3 € 5,1 € 11,1 *)<br />
Aantal meldingen 129 210 309 720<br />
Regeling Groenprojecten<br />
Toegekend projectvermogen (miljoen euro) € 1,4 € 1,7 € 1,2 € 0,2 € 0,7<br />
Aantal afgegeven verklaringen 7 8 6 1 6<br />
Detailcijfers<br />
Bron: Jaarverslagen EIA en Groen Beleggen. *) Data EIA voor 2<strong>01</strong>3 zijn nog niet beschikbaar<br />
34
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
> Bodem<strong>energie</strong><br />
><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong><br />
1 2<br />
1<br />
Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
35
Kostenbesparing door lokaal<br />
duurzaam <strong>energie</strong>beheer<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Lokaal netbeheer<br />
Elektriciteit en gas worden al sinds het<br />
openingsjaar van Agriport A7 in 2006 zelf<br />
opgewekt, sinds kort hoort ook aardwarmte<br />
hierbij. “Wij doen wat goed is voor het gebied<br />
voorspelbaar. Subsidies zijn daarom cruciaal:<br />
zonder SDE en Energie Investeringsaftrek<br />
waren deze projecten niet mogelijk. En de MEI,<br />
een innovatiesubsidie voor glastuinbouw, was<br />
doorslaggevend voor de voorfinanciering.”<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong><br />
1 2<br />
Langs de A7 in Noord-Holland<br />
ligt Agriport A7. Dit businesspark<br />
en glastuinbouwgebied<br />
wordt wel het modernste in zijn<br />
soort ter wereld genoemd. Alle<br />
gebruikte <strong>energie</strong> wordt lokaal<br />
opgewekt en via eigen netten<br />
geleverd. Dankzij de lokale<br />
<strong>energie</strong>beheerder ECW gebeurt<br />
dit zo efficiënt en duurzaam<br />
mogelijk.<br />
en wat de individuele bedrijven zelf niet kunnen<br />
of wat wij efficiënter kunnen”, aldus Robert<br />
Kielstra, directeur van Energie Combinatie<br />
Wieringermeer (ECW). “Door <strong>energie</strong>vraag en<br />
-aanbod op elkaar af te stemmen, zorgen we<br />
voor een zo efficiënt mogelijke opwek. We<br />
besparen op de productie- en netwerkkosten<br />
en maken actief gebruik van de reststromen<br />
voor warmte, proceswater en CO 2 .<br />
Kostenbesparing en duurzaamheid gaan<br />
hier hand in hand. Daar profiteren alle<br />
klanten van.”<br />
Aardwarmte is relatief complex<br />
ECW ontving in 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 SDEbeschikkingen<br />
voor vier aardwarmteprojecten.<br />
“De eerste twee doubletten zijn geboord en<br />
sinds kort produceren we aardwarmte”, vertelt<br />
Kielstra. “Zodra we voldoende ervaring<br />
hebben, starten we met de andere twee. Dit<br />
leertraject is belangrijk, want aardwarmte is<br />
technisch complexer dan bijvoorbeeld<br />
wind<strong>energie</strong>. De risico’s, zoals van misboring,<br />
zijn hoger en de opbrengst is minder<br />
Vestigingsklimaat<br />
Eind 2<strong>01</strong>4 kan het centrale handelssysteem van<br />
ECW ook de handel in warmte optimaliseren,<br />
voor verdere efficiencyverbetering. En in de<br />
toekomst wil ECW haar aardwarmteproductie<br />
verhogen. “De technische basis is gelegd. De<br />
uitdaging is financiering”, zegt Kielstra.<br />
>Kostenbesparing en<br />
duurzaamheid gaan hier<br />
hand in hand<<br />
Intussen bouwt Microsoft op Agriport A7 een<br />
van de grootste datacenters van Europa. Een<br />
efficiënte <strong>energie</strong>voorziening was voor dit<br />
bedrijf een belangrijke keuzefactor. “Onze<br />
uitdaging is de voorzieningen nóg duurzamer,<br />
efficiënter en goedkoper te maken. Nieuwe<br />
vragers en aanbieders van <strong>energie</strong> en water,<br />
maar ook een producent van CO 2 zijn daarom<br />
van harte welkom.”<br />
1<br />
Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
36
Bodem<strong>energie</strong><br />
1. Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
Figuur 17: Aantal installaties en warmteproductie voor<br />
geothermie - CBS Statline/<strong>RVO</strong>.nl<br />
8<br />
7<br />
6<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
(TJ)<br />
1.200<br />
1.050<br />
900<br />
750<br />
600<br />
450<br />
300<br />
150<br />
Groei van geothermische <strong>energie</strong><br />
in Nederland<br />
Geothermische <strong>energie</strong>projecten benutten de <strong>energie</strong> die in de<br />
aarde zit opgeslagen. Ze pompen warm water uit de aarde,<br />
gebruiken dit nuttig en pompen het afgekoelde water daarna<br />
terug. De opgewekte warmte is direct bruikbaar voor verwarming<br />
of koeling. Ook is de warmte indirect inzetbaar voor de<br />
opwekking van elektriciteit. Voor geothermieprojecten boort<br />
men in Nederland twee putten door natuurlijke waterhoudende<br />
grondlagen. De ene put is voor het oppompen van het warme<br />
water, de andere voor het terugpompen van het afgekoelde<br />
water.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
0<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Aantal installaties<br />
Netto warmteproductie<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
Warmteproductie gelijk aan: Aardgasverbruik van 23.000 huishoudens<br />
x 10.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot: Emissie van 20.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
Geothermie is in Nederland een relatief nieuwe techniek.<br />
Het eerste project werd in 2008 gerealiseerd. In 2<strong>01</strong>2 waren er in<br />
totaal 6 projecten, die samen 485 terajoule produceren. In 2<strong>01</strong>3<br />
steeg de productie naar 1.200 terajoule en werden in totaal<br />
8 projecten gerealiseerd. 5 van deze projecten liggen in de<br />
provincie Zuid-Holland, 1 project is gerealiseerd in de tuinbouwsector<br />
in Overijssel en 1 gebruikt mijnwater uit ondergelopen<br />
mijnen in Heerlen. In 2<strong>01</strong>4 zal de productie worden uitgebreid<br />
met een aantal nieuwe projecten, waaronder in Noord-Holland.<br />
De totale productie van 1.200 terajoule is gelijk aan het<br />
aardgasverbruik van 23.000 huishoudens per jaar. De hierdoor<br />
jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk is aan de emissie van<br />
bijna 20.000 benzineauto’s.<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
37
Marktontwikkelingen rond<br />
geothermische <strong>energie</strong><br />
Een belangrijke toepassing van geothermie in Nederland ligt in<br />
de glastuinbouw. Deze sector is relatief <strong>energie</strong>-intensief en<br />
heeft een constante en sterk geconcentreerde vraag naar<br />
lagetemperatuurwarmte. Ook de meeste nieuwe projecten<br />
bevinden zich in de glastuinbouwsector. Meer dan 90 procent<br />
van de aanvragen voor ondersteuning van geothermieprojecten<br />
in de SDE+ komt uit de glastuinbouw.<br />
Risico op misboring<br />
Geothermische projecten ziet men als meer risicovol dan veel<br />
andere <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>projecten. Dit is deels te verklaren<br />
doordat er nog relatief weinig ervaring met geothermie in<br />
Nederland is. Risicofactoren zijn de kosten van het boren van de<br />
putten. Deze vormen een groot deel van de totale ontwikkelkosten.<br />
En ook al is de kans op een misboring klein, de financiële<br />
gevolgen zijn groot. Bij een misboring is de gevonden hoeveelheid<br />
warm water namelijk onvoldoende om het project rendabel<br />
te krijgen. Uitgebreid geologisch onderzoek verkleint de kans op<br />
misboring, maar het financiële risico is voor veel marktpartijen<br />
te groot, vooral bij diepe geothermie. De nationale overheid en<br />
verschillende provincies hebben daarom regelingen die een deel<br />
van het risico op misboren afdekken.<br />
Energieproductie van SDE+, SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Geothermie in de SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
In de SDE+ 2<strong>01</strong>3 zijn 3 categorieën geothermische <strong>energie</strong><br />
opgenomen:<br />
• geothermie warmte met een minimale diepte van 500 meter<br />
• geothermie warmte met een minimale diepte van 2.700 meter<br />
(diepere geothermie)<br />
• geothermie warmte in combinatie met een<br />
warmtekrachtinstallatie<br />
Diepere geothermie is een nieuwe categorie in de SDE+ 2<strong>01</strong>3. In 2<strong>01</strong>4<br />
is de minimale diepte voor diepere geothermie verhoogd naar 3.300<br />
meter. De SDE+ 2<strong>01</strong>3 stelt ook een maximum aan de subsidiabele<br />
productie. Dit betekent dat er geen subsidie is voor de productie<br />
boven dit maximum.<br />
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
Figuur 18: Geothermie - warmteproductie SDE+<br />
Energieproductie (TJ)<br />
1.500<br />
1.200<br />
900<br />
600<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Geothermie is pas sinds 2<strong>01</strong>2 in de SDE+ opgenomen. Hierdoor<br />
is nog maar een beperkt aantal projecten gerealiseerd. In totaal<br />
zijn nu 44 projecten beschikt, met een toegezegd vermogen van<br />
521 MW. Hiervan is 93 MW gerealiseerd; diverse projecten zijn<br />
nog in ontwikkeling. Gezien de beperkte ervaring in Nederland<br />
lopen ze soms vertraging op. Belangrijke vertragende factoren<br />
waren een beperkte boorcapaciteit en onzekerheden in de<br />
capaciteitsinschatting van de gevonden bronnen. 2 projecten<br />
met een gezamenlijke capaciteit van 28 MW zijn ingetrokken.<br />
300<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
38
Figuur 19: Geothermie - kasuitgaven SDE+<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
6<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
5<br />
4<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
3<br />
2<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
1<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
> Bodem<strong>energie</strong><br />
1 2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
1<br />
Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
In 2<strong>01</strong>2 is de helft van het SDE+ budget toegezegd aan geo -<br />
thermieprojecten. Al deze projecten werden beschikt in de<br />
eerste fase. In 2<strong>01</strong>3 was 14 procent van het beschikte budget<br />
voor geothermieprojecten. De projecten die met SDE+ subsidie<br />
werden gerealiseerd produceerden in 2<strong>01</strong>3 in totaal 1.200<br />
terajoule aan <strong>hernieuwbare</strong> warmte. De uitgekeerde subsidie in<br />
2<strong>01</strong>3 was ruim 5,8 miljoen euro.<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Geografische spreiding<br />
Nederland heeft een redelijk goed ontwikkelbaar potentieel aan<br />
geothermische <strong>energie</strong>. Geothermieprojecten kunnen een<br />
relatief goedkope vorm van <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> zijn, vooral<br />
bij een constante en geconcentreerde lagetemperatuurwarmtevraag.<br />
Het grootste potentieel dat wordt ontwikkeld<br />
ligt in Zuid-Holland, vooral vanwege de grote concentratie<br />
glastuinbouw. 23 van de 44 beschikte aanvragen komen uit<br />
Zuid-Holland. Dit staat weergegeven op de volgende pagina.<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
39
Productie geothermie SDE+ in 2<strong>01</strong>3<br />
Geothermie (TJ)<br />
0<br />
> 0 - 500<br />
> 500 - 1.500<br />
Zeeland<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
1.035,7<br />
Noord-<br />
Holland<br />
Utrecht<br />
Friesland<br />
Flevoland<br />
Noord-Brabant<br />
De gesubsidieerde projecten die gerealiseerd zijn en in 2<strong>01</strong>3<br />
warmte leverden liggen in Limburg, Overijssel en Zuid-Holland.<br />
Zij nemen respectievelijk 4, 10 en 86 procent van de totale<br />
<strong>energie</strong>productie voor hun rekening.<br />
Andere overheidsstimulering<br />
voor geothermie<br />
Gelderland<br />
Limburg<br />
51,6<br />
Groningen<br />
Drenthe<br />
Overijssel<br />
115<br />
In aanvulling op de SDE+ stimuleert de overheid op diverse<br />
manieren het gebruik van aardwarmte. Voorbeelden hiervan zijn<br />
de Regeling Groenprojecten, het Actieplan aardwarmte, het<br />
beschikbaar stellen van gegevens over de locatie van aard -<br />
warmtepotentieel, het afsluiten van Green Deals en voorlichtingsprogramma’s<br />
zoals het programma de Kas als Energiebron.<br />
SEI aardwarmte<br />
In 2009 startte de Regeling SEI Risico’s dekken voor aardwarmte.<br />
Deze garantieregeling verzekert het risico op misboringen. De<br />
projectontwikkelaar betaalt een premie en krijgt geld uitgekeerd<br />
als het resultaat van de boring lager is dan verwacht. De hoogte<br />
van het uitgekeerde bedrag is afhankelijk van het resultaat van<br />
de boring en de gemaakte kosten. Wanneer de geboorde putten<br />
bruikbaar zijn voor een andere toepassing – bijvoorbeeld voor<br />
warmte-koudeopslag – wordt de uitkering gecorrigeerd voor de<br />
restwaarde van deze andere toepassing.<br />
Begin 2<strong>01</strong>3 is de regeling voor de derde keer opengesteld.<br />
Projectontwikkelaars konden via een tenderprocedure<br />
inschrijven voor de boring van één doublet of een half doublet.<br />
Het maximaal uit te keren bedrag bij een misboring is afhankelijk<br />
van de diepte van de boring: 7,25 miljoen euro bij boringen<br />
tot 3.500 meter diep en 12,75 miljoen euro voor boringen dieper<br />
dan 3.500 meter. Het totaal beschikbare budget was 43,75<br />
miljoen euro, waarbij 12,75 miljoen euro was gereserveerd voor<br />
diepe boringen.<br />
Kas als Energiebron<br />
Het programma Kas als Energiebron is een innovatie- en<br />
actie programma voor de glastuinbouwsector. Het ondersteunt<br />
deze bij het bereiken van de doelen voor <strong>energie</strong>besparing en<br />
vermindering van CO 2 -uitstoot. Het programma werkt ook<br />
aan kennisontwikkeling en -uitwisseling en aan innovatie en<br />
realisatie. In 2<strong>01</strong>3 was onder dit programma de subsidie<br />
Marktintroductie Energie-innovaties (MEI) beschikbaar voor<br />
investeringen in innovatieve <strong>energie</strong>systemen in de glastuinbouw.<br />
Voor projectontwikkelaars was het grote voordeel dat de<br />
financiële steun al in de ontwikkelfase werd gegeven, wat de<br />
investeringskosten en -risico’s heeft verlaagd.<br />
Energie Investeringsaftrek (EIA) en Regeling Groenprojecten<br />
De Regeling Groenprojecten gaf in totaal 6 verklaringen af<br />
voor aardwarmteprojecten. In 2<strong>01</strong>0 betrof dit 1 project met<br />
een vermogen van 4,8 miljoen euro. In 2<strong>01</strong>3 werden 5 groenverklaringen<br />
afgegeven met een totaal projectvermogen van<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
1 Diepe bodem<strong>energie</strong>: geothermie<br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
40
uim 29,5 miljoen euro. Ook in het kader van de EIA worden<br />
aardwarmteprojecten aangemeld. Onderscheid tussen projecten<br />
die betrekking hebben op diepe en ondiepe geothermie is<br />
hierbij echter niet mogelijk (zie ook de uitleg op pagina 9-10).<br />
2. Ondiepe<br />
bodem <strong>energie</strong><br />
Groei van ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
in Nederland<br />
Bij bodem<strong>energie</strong> wordt warmte of koude uit de ondiepe<br />
ondergrond gewonnen. Deze warmt of koelt men bij met een<br />
warmtepomp en gebruikt men voor verwarming of koeling van<br />
een woning of ander gebouw. Een derde, maar beperkte,<br />
categorie is ondiepe bodem<strong>energie</strong> die wordt benut zonder<br />
warmtepompen. Het gaat dan om voorverwarming van<br />
ventilatielucht. De bijdrage van ondiepe bodem<strong>energie</strong> aan<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in Nederland is nog relatief laag, met een<br />
aandeel van rond de 3 procent in totale <strong>hernieuwbare</strong> productie<br />
in Nederland in 2<strong>01</strong>2. De groei is echter sterk: in de afgelopen<br />
10 jaar werd de productie bijna 9 maal zo hoog.<br />
Figuur 20: Warmteproductie met ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
- CBS Statline<br />
Netto warmteproductie (TJ)<br />
6.000<br />
5.000<br />
4.000<br />
3.000<br />
2.000<br />
1.000<br />
0<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
Warmtepompen, woningen<br />
Warmtepompen, utiliteit<br />
Warmte zonder warmtepomp<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
*) Schatting van productie in 2<strong>01</strong>3 op basis van opgesteld vermogen.<br />
2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
De totale productie uit ondiepe bodem<strong>energie</strong> was in 2<strong>01</strong>3<br />
5.436 terajoule. Bijna een derde van de productie wordt ingezet<br />
in de woningbouw en bijna twee derde in de utiliteitsbouw.<br />
De bijdrage van bodem<strong>energie</strong> zonder warmtepompen aan de<br />
totale productie is circa 4 procent. De hoeveelheid van deze<br />
systemen neemt de laatste jaren ook niet meer toe. De totale<br />
productie is gelijk aan het aardgasverbruik van bijna 107.000<br />
huishoudens. De hierdoor jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is<br />
gelijk aan de emissie van bijna 92.000 benzineauto’s.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
2 Ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> Geografische spreiding<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Warmteproductie gelijk aan:<br />
Aardgasverbruik van 107.000 huishoudens<br />
Detailcijfers<br />
x 10.000<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 92.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
41
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong><br />
1<br />
2<br />
2<br />
Ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
Marktontwikkelingen rond ondiepe<br />
bodem<strong>energie</strong><br />
Ondiepe bodem<strong>energie</strong> is het meest rendabel wanneer de<br />
warmte- en koudevraag redelijk gelijk zijn en wanneer het<br />
gebouw geschikt is voor lagetemperatuurverwarming.<br />
Slechts 3 procent van de gebouwen in Nederland gebruikt<br />
ondiepe bodem<strong>energie</strong>, terwijl het potentieel veel groter is.<br />
Open en gesloten systemen voor bodem<strong>energie</strong><br />
De markt onderscheidt open en gesloten systemen. In open<br />
systemen wordt grondwater onttrokken en teruggepompt.<br />
In gesloten systemen wordt geen grondwater onttrokken, maar<br />
een vloeistof in buizen door de bodem geleid. In de periode<br />
2009-2<strong>01</strong>2 zijn jaarlijks tussen de 1.500 en 3.000 open systemen<br />
in gebruik genomen. Deze past men vooral toe bij grote<br />
utiliteitsgebouwen en in de glastuinbouw. Over dezelfde periode<br />
nam het aantal gesloten systemen toe met 5.500 tot bijna 6.000<br />
per jaar. Deze systemen past men vooral toe in de woningbouw.<br />
Andere overheidsstimulering voor<br />
bodem<strong>energie</strong><br />
Ondiepe bodem<strong>energie</strong> wordt niet via de SDE+ gestimuleerd,<br />
maar wel via andere regelingen, zoals de EIA en de Regeling<br />
Groenprojecten (zie ook uitleg pagina 9-10).<br />
In de periode 2009-2<strong>01</strong>2 is in totaal ruim 200 miljoen aan<br />
investeringen gemeld in het kader van de EIA voor verschillende<br />
technieken voor de winning van bodem<strong>energie</strong>.<br />
In de Regeling Groenprojecten is in de afgelopen jaren steeds<br />
tussen de 5 en 7 miljoen euro gefinancierd voor projecten met<br />
warmtepompen. In 2<strong>01</strong>3 waren dit in totaal 12 projecten met een<br />
totaal budget van 5,8 miljoen euro.<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> Geografische spreiding<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
42
Tabel 10: Aantal meldingen en gemelde investeringen Energie Investeringsaftrek en Regeling Groenprojecten voor technieken<br />
ingezet voor winning ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3<br />
Aantal meldingen EIA<br />
Aardwarmtewinningssysteem 46 77 87 137<br />
Warmte- of koudeopslag in de bodem (aquifer) 64 68 52 66<br />
Grondwarmtewisselaar 11 23 11 10<br />
Gemeld investeringsbedrag EIA (miljoen euro)<br />
Aardwarmtewinningssysteem € 10,3 € 27,1 € 29,7 € 37,3<br />
Warmte- of koudeopslag in de bodem (aquifer) € 20,7 € 24,2 € 20,5 € 27,0<br />
Grondwarmtewisselaar € 0,9 € 1,7 € 1,6 € 0,6<br />
Aantal aanvragen Regeling Groenprojecten<br />
Aardwarmte 0 1 0 0 5<br />
Warmtepompen 27 16 11 13 12<br />
Gemeld investeringsbedrag Regeling Groenprojecten (miljoen euro)<br />
Aardwarmte € 0,0 € 4,8 € 0,0 € 0,0 € 29,7<br />
Warmtepompen € 17,7 € 17,0 € 5,3 € 7,2 € 5,8<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
2 Ondiepe bodem<strong>energie</strong><br />
> INTERVIEW: Agriport (Geothermie)<br />
Energieprestatie van bodem-<strong>energie</strong>systemen<br />
Een praktijkonderzoek van <strong>RVO</strong>.nl toonde in 2<strong>01</strong>1 aan dat 70<br />
procent van de systemen een lager rendement heeft dan verwacht.<br />
Een belangrijke oorzaak was de onvoldoende kwaliteit in beheer en<br />
onderhoud van het systeem. Bij open systemen zat een aanvullende<br />
oorzaak in de interferentie tussen naburige systemen: water uit een<br />
koude bron mengt zich met water uit een nabijgelegen warme bron.<br />
Om deze redenen stelde de overheid in 2<strong>01</strong>3 aanvullende<br />
regelgeving in.<br />
Bron: <strong>RVO</strong>.nl<br />
Kwaliteitseisen en vergunningsplicht<br />
Om kwaliteit van ondiepe bodem<strong>energie</strong> te controleren en te<br />
verbeteren zijn in juli 2<strong>01</strong>3 nieuwe regels ingesteld. Kleine,<br />
gesloten bronnen tot 70 kW hebben nu een meldingsplicht en<br />
grotere gesloten bronnen moeten een vergunning aanvragen.<br />
Voor open systemen was de vergunningsplicht al in 2009<br />
ingesteld. Vanaf 1 juli 2<strong>01</strong>3 geldt ook een certificeringsplicht voor<br />
bedrijven die werkzaamheden uitvoeren aan bodem<strong>energie</strong>systemen.<br />
Na 1 juli 2<strong>01</strong>4 mogen ongecertificeerde bedrijven niet<br />
meer in deze branche werken. Voor boorbedrijven was een<br />
certificering al sinds 2<strong>01</strong>1 verplicht. Ten slotte kregen gemeenten<br />
en provincies de bevoegdheid om via gebiedsaanwijzing de<br />
locatie van nieuwe bronnen te verbieden of te sturen.<br />
Geografische spreiding<br />
De Nederlandse ondergrond is heel geschikt voor ondiepe<br />
bodem<strong>energie</strong>. Slechts in zo’n 5 procent van het land zijn de<br />
watervoerende pakketten in de ondergrond te dun of niet<br />
aanwezig. Dit is bijvoorbeeld het geval in het oostelijke deel van<br />
Gelderland, Overijssel en Drenthe, de Peelhorst in Noord-Brabant,<br />
en delen van Limburg (Bron: KWR, 2<strong>01</strong>0). De meeste grote<br />
systemen staan op dit moment in Zuid-Holland, Noord-Holland<br />
en Noord-Brabant.<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> Geografische spreiding<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
43
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa<br />
2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa<br />
1 2 3<br />
1<br />
Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
44
Gebundelde groene<br />
activiteiten duurzamer<br />
dan de som der delen<br />
Grondstoffen optimaal benut<br />
“Sinds de jaren 80 runt de familie Smits hier<br />
een akkerbouwbedrijf en varkenshouderij”,<br />
vertelt de bedrijfsleider. “In de loop der tijd<br />
Het droge digestaat exporteren we met name<br />
als meststof naar Frankrijk. De dunne fractie<br />
gaat naar akkerbouwbedrijven vlak over de<br />
grens in Duitsland.”<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa<br />
1 2 3<br />
Op het historische landgoed<br />
Princepeel in het Brabantse<br />
Wilbertoord bevindt zich de<br />
Smits Groep, een veelzijdig<br />
familiebedrijf. Het verbouwt<br />
onder meer aardappelen en<br />
suikerbieten, houdt varkens,<br />
recyclet levensmiddelen en<br />
produceert biogas. De synergie<br />
tussen deze activiteiten zorgt<br />
voor een duurzame<br />
bedrijfsvoering.<br />
kwamen daar levensmiddelenreclycling,<br />
biovergisters en WKK-installaties bij. Juist met<br />
deze combinatie benutten we de grondstofstromen<br />
optimaal.” De biovergisters draaien<br />
op een mengsel van varkensmest, akkerbouwproducten<br />
en organische restproducten uit de<br />
levensmiddelenrecycling. Smits Groep krijgt<br />
ondersteuning uit de MEP en SDE, die<br />
investering in de biovergisters en WKKinstallaties<br />
financieel mogelijk maken.<br />
Voor eigen gebruik én het<br />
landelijk net<br />
Vijf gasmotoren zetten het geproduceerde<br />
biogas om in elektriciteit en warmte. De groene<br />
stroom gaat grotendeels het landelijk net op,<br />
de warmte gaat naar de eigen activiteiten.<br />
“Deze zetten we weer in voor het verwarmen<br />
van de biovergisters, het pasteuriseren en<br />
drogen van het digestaat – een restproduct dat<br />
overblijft na de vergisting – en voor de<br />
stikstofverwerking van de dunne fractie.<br />
>Juist met deze<br />
combinatie benutten we<br />
de grondstofstromen<br />
optimaal<<br />
Transportkosten gehalveerd<br />
Sinds 2<strong>01</strong>2 ontvangt de boerderij steun uit de<br />
SDE voor uitbreiding van de warmtebenutting.<br />
“Hierdoor kunnen we het vochtgehalte van het<br />
digestaat verlagen van 70 naar 30 procent”,<br />
aldus de bedrijfsleider. “Zo halveren we het<br />
aantal transporten en de transportkosten voor<br />
het fosfaat- en kaliumrijke digestaat dat als<br />
meststof naar Frankrijk gaat. Dat levert een<br />
aanzienlijke milieuwinst op.”<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
45
Biomassa<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
De inzet van biomassa wekt bijna driekwart van onze <strong>hernieuwbare</strong>-<strong>energie</strong>voorziening<br />
op. Men gebruikt biomassa voor het<br />
opwekken van elektriciteit en warmte en voor de productie van<br />
biobrandstoffen voor de transportsector. Ook biogas wordt<br />
ingezet voor zowel de productie van elektriciteit als warmte en<br />
is daarom in beide onderstaande overzichten opgenomen.<br />
1. Elektriciteit uit<br />
biomassa<br />
Figuur 21: Elektriciteitsproductie uit biomassa - CBS Statline<br />
Netto elektriciteitsproductie (mln kWh)<br />
8.000<br />
7.000<br />
6.000<br />
5.000<br />
4.000<br />
3.000<br />
2.000<br />
1.000<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
Groei van elektriciteit uit<br />
biomassa in Nederland<br />
Afvalverbrandingsinstallaties<br />
Bij- en meestoken biomassa<br />
in centrales<br />
Totaal overige biomassaverbranding<br />
Totaal biogas<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
Het gebruik van biomassa voor elektriciteitsopwekking is in de<br />
periode 2003-2005 meer dan verdubbeld. In 2007 volgde een<br />
sterke daling, waarna van 2007 tot 2<strong>01</strong>0 de productie gestaag<br />
toenam. De laatste jaren was de productie vrijwel constant,<br />
maar deze is in 2<strong>01</strong>3 met bijna 20 procent gedaald. Dit is een<br />
gevolg van een daling van de elektriciteitsproductie door bij- en<br />
meestook met bijna 40 procent ten opzichte van het vorige jaar<br />
die verklaard wordt door veranderingen in de stimulering van de<br />
bij- en meestook van biomassa in kolencentrales.<br />
De totale productie (warmte en elektriciteit) in een afvalverbrandingsinstallatie<br />
wordt naar rato van het biogene deel van<br />
het afval aangemerkt als duurzame warmte en duurzame<br />
elektriciteit. Elektriciteitsopwekking uit afvalverbranding is in<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
alle jaren een belangrijk onderdeel in de totale elektriciteitsopwekking<br />
en blijft gestaag groeien: in 10 jaar tijd is de<br />
productie bijna verdubbeld. Deze groei komt zowel uit een<br />
hogere efficiency, een toename van het biogene deel van het<br />
afval en door uitbreiding van de verbrandingscapaciteit.<br />
Elektriciteitsopwekking uit biogas en uit overige biomassaverbranding<br />
droeg in 2003 nog zeer beperkt bij aan de totale<br />
<strong>hernieuwbare</strong> elektriciteitsopwekking, maar nam in 10 jaar tijd<br />
sterk toe.<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
46
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Verbruik van 1,6 miljoen huishoudens<br />
Emissie van 0,9 miljoen benzineauto’s<br />
x 100.000<br />
x 100.000<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
De elektriciteitsopwekking uit biogas verdrievoudigde door de<br />
gestaag toegenomen productie van biogas in het afgelopen<br />
decennium. De stijging kwam vooral door biogasproductie<br />
door co-vergisting van mest en vergisting van reststromen.<br />
De productie lijkt zich op dit moment te stabiliseren.<br />
Elektriciteit door overige biomassaverbranding verviervoudigde.<br />
Grote stijgingen zijn gerealiseerd door de houtverbrandingsinstallaties<br />
gelegen naast de afvalverbrandingsinstallaties in<br />
Alkmaar en Rozenburg, de biomassacentrale bij Twence in<br />
Hengelo en de biomassacentrale Golden Raand in Delfzijl.<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
In 2<strong>01</strong>2 was de totale productie van bio-elektriciteitsopwekking<br />
ruim 6.400 miljoen kWh. Hiermee kunnen omgerekend ruim<br />
1,6 miljoen huishoudens een jaar van elektriciteit worden<br />
voorzien. De hierdoor jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk<br />
aan de emissie van bijna 0,9 miljoen benzineauto’s.<br />
Marktontwikkelingen rond<br />
elektriciteit uit biomassa<br />
Elektriciteitsopwekking uit biomassa reageert sterk op de<br />
hoogte van de marktprijzen voor biomassa en de beschikbaarheid<br />
van subsidie. MEP-subsidies zorgden voor een toename in<br />
aantal aanvragen, vooral voor bij- en meestook van biomassa<br />
in elektriciteitscentrales. Een combinatie van hogere kosten en<br />
lagere opbrengsten door dalende prijzen op de elektriciteitsmarkt<br />
beïnvloedden de inzet van biomassa in elektriciteitscentrales.<br />
Diverse plannen voor bio-elektriciteit centrales<br />
werden daardoor uitgesteld of geschrapt.<br />
Energieproductie van SDE+ SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Figuur 22: Biomassa - elektriciteitsproductie<br />
SDE+, SDE en (OV)MEP<br />
Elektriciteitsproductie (mln kWh)<br />
6.000<br />
5.000<br />
4.000<br />
3.000<br />
2.000<br />
1.000<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Vastgesteld<br />
MEP / OV-MEP<br />
SDE 2008<br />
2<strong>01</strong>1<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
47
Figuur 23: Biomassa elektriciteit - kasuitgaven<br />
SDE+, SDE en (OV)MEP<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
400<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Vastgesteld<br />
MEP / OV-MEP<br />
SDE 2008<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Biomassa<br />
1 2 3<br />
Subsidiëren van bij- en meestook van biomassa<br />
Bij- en meestook van biomassa in kolencentrales levert een grote<br />
bijdrage aan de totale duurzame <strong>energie</strong>opwekking in Nederland.<br />
Onder de MEP werd dit actief gestimuleerd, maar onder de SDE/<br />
SDE+ is er geen subsidie voor bijstook. In het Energieakkoord is<br />
afgesproken dat de stimulering van biomassa in kolencentrales<br />
maximaal 25 PJ zal zijn en beperkt wordt tot nieuwe kolencentrales<br />
en de centrales uit de jaren 90. Regels over stimulering worden nader<br />
uitgewerkt, waarbij vooral wordt gekeken hoe de stimulering vanaf<br />
2<strong>01</strong>5 in de SDE+ kan worden opgenomen.<br />
Bij- en meestook van biomassa ‘loopt uit de MEP’<br />
Projecten die MEP-subsidie toegezegd kregen, konden gerekend<br />
vanaf de ingebruiknamedatum maximaal tien jaar subsidie<br />
krijgen. Wanneer de periode is verstreken krijgen de projecten<br />
geen subsidie meer. In totaal kregen 24 projecten voor bij- en<br />
meestook van biomassa in kolencentrales een MEP-beschikking,<br />
die bijna allemaal in 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 afliepen. Eind 2<strong>01</strong>3 kwamen<br />
22 van de 24 projecten niet meer in aanmerking voor<br />
MEP-subsidie. Voor de 2 resterende projecten verstreek in de<br />
maanden daarna de looptijd.<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
48
Elektriciteitsproductie gelijk aan:<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Verbruik van 1,2 miljoen huishoudens<br />
x 100.000<br />
Emissie van 0,7 miljoen benzineauto’s<br />
x 100.000<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Grote veranderingen bij vergisting<br />
248 MW aan beschikt vermogen voor elektriciteitsopwekking op<br />
basis van biomassa is gerealiseerd. De nog niet gerealiseerde<br />
projecten zijn voornamelijk co-vergistingsprojecten uit de<br />
periode 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>1, waarbij men gebruikmaakt van landbouwproducten<br />
en reststromen uit de levensmiddelenindustrie.<br />
De totale vraag naar die co-producten steeg heel hard waardoor<br />
ook de prijzen van deze producten sterk omhooggingen.<br />
Ten slotte werden banken als gevolg van de economische crisis<br />
terughoudender in de financiering van projecten.<br />
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
In 2<strong>01</strong>3 was de totale productie van gesubsidieerde<br />
elektriciteits opwekking op basis van biomassa bijna 4.000<br />
miljoen kWh. Hiermee kunnen omgerekend 1,2 miljoen<br />
huishoudens een jaar van elektriciteit worden voorzien.<br />
De hierdoor jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk aan de<br />
emissie van bijna 733.000 benzineauto’s.<br />
In 2<strong>01</strong>3 werd 44 procent van de kasuitgaven betaald aan<br />
elektriciteitsopwekking door biomassa. Dit is een daling ten<br />
opzichte van de jaren daarvoor: in 2<strong>01</strong>0 was dit percentage nog<br />
bijna 54 procent. De totale kasuitgaven voor deze bio-elektriciteitsprojecten<br />
bedroegen in 2<strong>01</strong>3 bijna 284 miljoen euro.<br />
Hiervan is 83 procent voor projecten die via de (OV)MEP worden<br />
gesubsidieerd en 17 procent voor projecten gefinancierd uit de<br />
SDE/SDE+.<br />
Geografische spreiding<br />
Productie biomassa elektriciteit SDE+, SDE en MEP in 2<strong>01</strong>3<br />
Biomassa (mln kWh)<br />
≤ 50<br />
> 50 - 400<br />
> 400 - 2.000<br />
Zeeland<br />
291,2<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
230,7<br />
Noord-<br />
Holland<br />
423,6<br />
Utrecht<br />
3,1<br />
Friesland<br />
128,7<br />
Flevoland<br />
59,5<br />
Noord-Brabant<br />
1.805,2<br />
Gelderland<br />
95,5<br />
Limburg<br />
110,9<br />
Groningen<br />
291,1<br />
Drenthe<br />
247,1<br />
Overijssel<br />
283,3<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
49
In totaal 45 procent van de productie van elektriciteit uit<br />
biomassa komt uit Noord-Brabant. Dit zijn grote projecten<br />
zoals de bijstook van biomassa in de Amercentrale in<br />
Geertruidenberg. Maar ook heel veel kleine projecten zoals<br />
vergisting van landbouwproducten in de agrarische sector.<br />
In 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 waren er in de SDE+ 3 aanvragen gehonoreerd<br />
voor elektriciteitsproductie op basis van biomassa, alle 3 voor<br />
waterzuiveringsinstallaties. Die aanvragen waren afkomstig uit<br />
Limburg (2<strong>01</strong>2), Overijssel en Noord-Brabant. De elektriciteitsproductie<br />
uit biomassa WKK-installaties vallen onder de<br />
categorie warmte + WKK en groen gas.<br />
Andere overheidsstimulering voor<br />
elektriciteit uit biomassa<br />
De EIA stimuleert verschillende biomassatechnieken. Het totaal<br />
aantal meldingen lag in de periode 2009-2<strong>01</strong>2 tussen de<br />
250 en 280. De meerderheid daarvan is voor ketels gestookt op<br />
biomassa.<br />
In het kader van de Regeling Groenprojecten zijn er alleen<br />
meldingen van biogasopwaardeerinstallaties. In 2<strong>01</strong>3 betrof<br />
dit 2 meldingen voor een totaal investeringsbedrag van<br />
2 miljoen euro (zie ook de uitleg op pagina 9-10).<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel 11: Aantal meldingen en gemelde investeringen Energie Investeringsaftrek voor biomassa technieken<br />
2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2<br />
Aantal meldingen EIA<br />
Totaal biomassa technieken 251 249 282 246<br />
Aerobe biomassareactor 0 0 0 1<br />
Biobrandstofproductieinstallatie 5 7 27 1<br />
Biogasopwaardeerinstallatie 5 19 33 22<br />
Ketel gestookt met biomassa 218 2<strong>01</strong> 176 198<br />
Vergistingsinstallatie voor droge biomassa 0 0 0 5<br />
Warmtekrachtinstallatie met behulp van een zuigermotor, gestookt met biomassa 0 0 41 19<br />
Warmtekrachtinstallatie met biomassa 23 22 5 0<br />
Gemeld investeringsbedrag EIA (miljoen euro)<br />
Totaal biomassa technieken € 28,6 € 30,2 € 99,2 € 47,8<br />
Aerobe biomassareactor € 0,0 € 0,0 € 0,0 € 0,0<br />
Biobrandstofproductieinstallatie € 0,2 € 9,1 € 24,3 € 0,0<br />
Biogasopwaardeerinstallatie € 4,0 € 6,6 € 24,8 € 7,6<br />
Ketel gestookt met biomassa € 10,2 € 9,1 € 15,1 € 34,5<br />
Vergistingsinstallatie voor droge biomassa € 0,0 € 0,0 € 0,0 € 2,4<br />
Warmtekrachtinstallatie met behulp van een zuigermotor, gestookt met biomassa € 0,0 € 0,0 € 14,0 € 3,3<br />
Warmtekrachtinstallatie met biomassa € 14,2 € 5,4 € 21,0 € 0,0<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
50
Duurzaamheid van biomassa, wettelijke eisen en de Green Deal<br />
Energieopwekking op basis van biomassa in plaats van fossiele <strong>energie</strong>dragers kan de uitstoot van broeikasgasemissies flink verminderen. Maar om<br />
bio-<strong>energie</strong> als duurzaam te beschouwen moet ook naar andere aspecten worden gekeken, zoals impact op biodiversiteit, kwaliteit van bosbeheer,<br />
waterverbruik en bodemkwaliteit. Ook kan de productie nadelige sociale en economische effecten hebben, zoals concurrentie om land ten koste van<br />
voedselproductie. Om de duurzaamheid van biomassa te garanderen zijn daarom duurzaamheidscriteria ontwikkeld.<br />
Voor het gebruik van vloeibare biomassa voor elektriciteitsopwekking en productie van warmte en voor het gebruik van biobrandstoffen voor<br />
vervoer zijn in Europees verband afspraken gemaakt over de duurzaamheidseisen. Deze eisen zijn in Nederland vastgelegd in het Besluit en de<br />
Regeling <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> vervoer. Alleen biobrandstoffen die aan de duurzaamheidseisen voldoen mogen meetellen voor de doelstelling voor<br />
<strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in vervoer. Aanvragers van SDE+ subsidie die vloeibare biomassa gebruiken krijgen alleen subsidie als ze gecertificeerde<br />
vloeibare biomassa toepassen. Beide partijen kunnen dit doen door een erkend Europees duurzaamheidssysteem te gebruiken.<br />
Voor het gebruik van vaste en gasvormige biomassa voor <strong>energie</strong>opwekking bestaan nog geen Europese afspraken over wettelijk verplichte<br />
duurzaamheidscriteria. In het Energieakkoord is afgesproken dat duurzaamheidseisen worden geformuleerd voor bij- en meestook. Deze eisen<br />
moeten uiterlijk 31 december 2<strong>01</strong>4 worden vastgesteld en zullen ook de inzet worden van Nederland voor de ontwikkeling van criteria in Europees<br />
verband.<br />
Vooruitlopend op zulke Europese afspraken is in 2<strong>01</strong>2 de Green Deal <strong>Rapportage</strong> Duurzaamheid Vaste Biomassa afgesloten tussen overheid en<br />
partijen uit de <strong>energie</strong>- en biomassasector. Hierin hebben de marktpartijen afgesproken om jaarlijks te rapporteren over de kenmerken van de vaste<br />
biomassa die zij gebruiken voor <strong>energie</strong>. Ook is een streefwaarde afgesproken van 60 procent voor de reductie in broeikasgasemissies als gevolg van<br />
de inzet van vaste biomassa, ten opzichte van de inzet van fossiele brandstoffen.<br />
In de eerste rapportage over 2<strong>01</strong>2 is gerapporteerd over ruim 2.000 kiloton vaste biomassa. Hiervan bestaat 36 procent uit gebruikt hout en<br />
64 procent uit vers hout. Het gebruikte hout heeft geen duurzaamheidscertificering gehad; de duurzaamheidsrisico’s zijn hier ook gering.<br />
Van de 64 procent vers hout is 71 procent gecertificeerd en is 15 procent een reststroom. De overige 14 procent van het verse hout – of 9 procent van de<br />
totale hoeveelheid gerapporteerde vaste biomassa – is niet gecertificeerd. De gerapporteerde reducties in broeikasgasemissies lagen voor alle<br />
deelnemende bedrijven tussen de 80 tot bijna 100 procent (<strong>RVO</strong>, 2<strong>01</strong>3).<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
1 Elektriciteit uit biomassa<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
51
2. Warmte + WKK en<br />
groen gas<br />
Figuur 24: Warmteproductie en productie van groen gas<br />
uit biomassa - CBS Statline<br />
Netto <strong>energie</strong>productie (TJ)<br />
25.000<br />
20.000<br />
15.000<br />
biomassa. Biogas kan ook worden opgewerkt tot aardgaskwaliteit<br />
en daarna worden geïnjecteerd in het aardgasnet. Dit staat<br />
in de statistieken als biogas voor nuttig finaal verbruik. Voor de<br />
duurzame <strong>energie</strong>doelstelling wordt voor het op het net<br />
ingevoede biogas gerekend met een percentage van 78,5.<br />
Productiecijfers en vermeden CO 2 -uitstoot<br />
In 2<strong>01</strong>2 was de totale warmteproductie met biomassa gelijk aan<br />
bijna 22.000 terajoule. Biogasproductie voor direct eindverbruik<br />
was gelijk aan 1.549 terajoule. Dit is samen gelijk aan het<br />
aardgasverbruik van 494.000 huishoudens. De hierdoor jaarlijks<br />
vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk aan de emissie van bijna<br />
425.000 benzineauto’s.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
10.000<br />
5.000<br />
0<br />
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Energieproductie gelijk aan:<br />
Aardgasverbruik van 494.000 huishoudens<br />
x 100.000<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
2 Warmte + WKK en groen gas<br />
Afvalverbrandingsinstallaties<br />
Bij- en meestoken biomassa in centrales<br />
Houtkachels bedrijven<br />
Houtkachels huishoudens<br />
Overige biomassa verbranding<br />
Biogas warmte<br />
Biogas voor nuttig finaal verbruik<br />
Nog niet gespecificeerd door CBS<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 425.000 benzineauto’s<br />
x 100.000<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig.<br />
> Marktontwikkelingen<br />
Groei van <strong>hernieuwbare</strong> warmte<br />
en groen gas op basis van biomassa<br />
De productie van warmte uit biomassa is de afgelopen 10 jaar<br />
verdubbeld. De restwarmte van afvalverbrandingsinstallaties<br />
levert hieraan een grote bijdrage. Ook bij- en meestook van<br />
biomassa in elektriciteitscentrales levert een bescheiden<br />
hoeveelheid restwarmte. Een andere grote bijdrage is afkomstig<br />
van houtkachels bij huishoudens en bedrijven. Ten slotte wordt<br />
ook warmte uit biogas gewonnen. Het gas wordt gewonnen bij<br />
riool- of afvalwaterzuiveringsinstallaties, op stortplaatsen, door<br />
vergisting van organische restproducten of door vergassing van<br />
Marktontwikkelingen rond<br />
<strong>hernieuwbare</strong> warmte en groen gas<br />
De markt voor <strong>hernieuwbare</strong> warmte kent traditioneel al een<br />
grote diversiteit aan spelers. De eerste categorie is een klein<br />
aantal grotere spelers: de afvalverbrandingsinstallaties en<br />
kolencentrales die biomassa bij- of meestoken. De tweede<br />
categorie zijn de vele huishoudens en bedrijven die een kleine<br />
houtkachel hebben staan voor de eigen warmteopwekking.<br />
De derde categorie zijn de eigenaren van vergistingsinstallaties,<br />
vooral te vinden in de agrisector en bij de waterzuivering. In de<br />
laatste jaren zijn daar veel nieuwe spelers bijgekomen, zoals veel<br />
lokale <strong>energie</strong>bedrijven waarbij gemeenten samenwerken met<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
52
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa<br />
1 2 3<br />
2<br />
Warmte + WKK en groen gas<br />
lokale ondernemers en investeren in een bio-WKK-installatie.<br />
De groeiende toepassing van groen gas brengt ook veel<br />
industriële partijen in deze markt.<br />
Energieproductie van SDE+, SDE en MEP<br />
projecten: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
Lage realisatie van groengasprojecten<br />
De productie van groen gas wordt sinds 2008 gestimuleerd via<br />
de SDE en SDE+. Het aantal aanvragen en de beschikte hoeveelheid<br />
productie was in de eerste jaren hoog. In 2<strong>01</strong>1 werd<br />
70 procent van het totale SDE+ budget voor groengas projecten<br />
beschikt. Hiervan is ruim 13 procent gerealiseerd. In de SDE+<br />
2<strong>01</strong>3 zijn 23 aanvragen voor groen gas positief beschikt.<br />
Groot potentieel <strong>hernieuwbare</strong> warmte<br />
aangeboord vanaf 2<strong>01</strong>2<br />
Hernieuwbare warmte wordt sinds 2<strong>01</strong>2 gesubsidieerd via de<br />
SDE+. In 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 zijn in de categorie <strong>hernieuwbare</strong> warmte<br />
én WKK 171 projecten beschikt, met een toegezegd totaal<br />
vermogen van 1.627 MWth én MWe. Hiervan is tot nu toe<br />
556 MW gerealiseerd. Een groot deel van de aanvragen betrof<br />
verlengde levensduur van MEP-projecten nadat MEP subsidie<br />
afliep en uitbreiding warmte van MEP-projecten. Bij deze laatste<br />
categorie wordt de elektriciteitsopwekking vanuit de MEP<br />
gefinancierd en konden de projecten onder de SDE+ een<br />
aanvullende aanvraag doen voor subsidie voor de warmteopwekking<br />
uit dezelfde installatie. Van de totale hoeveelheid<br />
van 246.800 terajoule aan beschikte subsidiabele productie in<br />
2<strong>01</strong>2 was ruim 74.000 terajoule voor warmte-uitbreiding van<br />
een bestaand project en ruim 20.000 terajoule voor verlenging<br />
van de levensduur van een bestaande installatie. In 2<strong>01</strong>3 was dit<br />
respectievelijk ruim 10.000 terajoule en bijna 13.000 terajoule.<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
53
Daling in de aanvragen voor co-vergisting<br />
In de laatste 2 jaar waren er veel minder aanvragen voor<br />
co-vergisting dan in de jaren ervoor. Een belangrijke oorzaak<br />
daarvan is de stijging in de prijzen van co-vergistingsproducten.<br />
Een andere verklarende factor voor deze daling is de systematiek<br />
van de SDE+, waarin co-vergistingsprojecten in de eerste fasen<br />
moeten concurreren met andere, goedkopere technieken. Ten<br />
slotte moeten projecten voor aanvraag van de SDE+ vooraf een<br />
vergunning aanvragen, waarvan de kosten aanzienlijk zijn. Als<br />
gevolg daarvan is de aanwas van nieuwe co-vergistings projecten<br />
erg klein. De bescheiden opkomst van mono-mestvergisters ving<br />
een deel van de daling weer op. Deze vergisters hebben geen last<br />
van de prijsstijging van co-vergistingsproducten, waardoor de<br />
exploitatiekosten en het risico lager zijn, maar hebben een<br />
bescheiden projectomvang. Mono-mestvergisters worden,<br />
anders dan co-vergistingsinstallaties, gebouwd om de mest van<br />
het eigen bedrijf te vergisten samen met maximaal 5 procent<br />
reststromen van het eigen bedrijf.<br />
Figuur 25: Biomassa Warmte + WKK en Groen Gas<br />
- <strong>energie</strong>productie SDE+ en SDE<br />
Energieproductie (TJ)<br />
3.500<br />
3.000<br />
2.500<br />
2.000<br />
1.500<br />
1.000<br />
500<br />
0<br />
SDE 2008<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Het effect van de verandering in aanvragen was vooral zichtbaar<br />
in 2<strong>01</strong>2, omdat het SDE+ budget toen al in het begin van de<br />
tweede fase was uitgeput. De totaal beschikte subsidiabele<br />
productie dat jaar was een kleine 5.000 terajoule. In 2<strong>01</strong>3 werden<br />
ook projecten tot en met fase 6 beschikt, wat resulteerde in een<br />
totaal beschikte subsidiabele productie van ruim 8.000 terajoule.<br />
Productiecijfers en kasuitgaven<br />
De totale productie van gesubsidieerde groengasprojecten was<br />
in 2<strong>01</strong>3 bijna 40 miljoen Nm 3 . Dit is gelijk aan het jaarlijks<br />
aardgasverbruik van bijna 25.000 huishoudens. De hierdoor<br />
jaarlijks vermeden CO 2 -uitstoot is gelijk aan de emissie van ruim<br />
21.000 benzineauto’s.<br />
De gesubsidieerde projecten voor opwekking van <strong>hernieuwbare</strong><br />
warmte op basis van biomassa produceerden in 2<strong>01</strong>3 bijna<br />
1.900 terajoule aan <strong>hernieuwbare</strong> warmte. Dit is gelijk aan het<br />
jaarlijks aardgasverbruik van bijna 37.000 huishoudens. De<br />
jaarlijkse CO 2 -uitstoot die hiermee vermeden wordt, is gelijk aan<br />
de emissie van bijna 32.000 benzineauto’s.<br />
Aardgasverbruik gelijk aan:<br />
Verbruik van 62.000 huishoudens<br />
Vermeden CO 2 -uitstoot:<br />
Emissie van 53.000 benzineauto’s<br />
x 10.000<br />
x 10.000<br />
De kasuitgaven voor <strong>hernieuwbare</strong> warmte + WKK en groen gas<br />
op basis van biomassa maken samen 3,6 procent van het<br />
kasbudget uit. De groengasprojecten ontvingen gemiddeld<br />
29 eurocent per Nm 3 .<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
2 Warmte + WKK en groen gas<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
54
Figuur 26: Biomassa Warmte + WKK en Groen Gas<br />
- kasuitaven SDE+ en SDE<br />
Kasuitgaven (mln €)<br />
25<br />
20<br />
15<br />
Productie Biomassa Warmte + WKK en Groen Gas<br />
SDE+, SDE en MEP in 2<strong>01</strong>3<br />
Biomassa (TJ)<br />
≤ 150<br />
> 150 - 450<br />
> 450 - 900<br />
Friesland<br />
142,3<br />
Groningen<br />
485,0<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
10<br />
5<br />
0<br />
2<strong>01</strong>0<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2<br />
2<strong>01</strong>3<br />
Noord-<br />
Holland<br />
140,0<br />
Flevoland<br />
194,5<br />
Drenthe<br />
192,8<br />
Overijssel<br />
39,1<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
SDE 2008<br />
SDE 2009<br />
SDE 2<strong>01</strong>0<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Zuid-<br />
Holland<br />
234,2<br />
Utrecht<br />
64,9<br />
Gelderland<br />
741,9<br />
> Biomassa<br />
1 2 3<br />
Zeeland<br />
7,3<br />
Noord-Brabant<br />
722,9<br />
2<br />
Warmte + WKK en groen gas<br />
Limburg<br />
176,7<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
Geografische spreiding<br />
Twee provincies produceerden in 2<strong>01</strong>3 samen meer dan de helft<br />
van het groen gas: Groningen (33 procent van de totale<br />
Nederlandse productie) en Noord-Brabant (24 procent).<br />
Hetzelfde geldt voor de productie van <strong>hernieuwbare</strong> warmte en<br />
WKK: Gelderland (37 procent) en Noord-Brabant (22 procent).<br />
Het aantal aanvragen en beschikkingen voor groengasprojecten<br />
nam het afgelopen jaar weer toe. In 2<strong>01</strong>2 werden slechts<br />
4 groengasprojecten beschikt, afkomstig uit de provincies<br />
Friesland en Utrecht. In 2<strong>01</strong>3 was dat aantal weer gestegen tot<br />
23, waarvan ruim driekwart uit de provincies Overijssel,<br />
Gelderland, Noord-Holland en Friesland. Ruim de helft van het<br />
beschikte vermogen voor duurzame warmte in 2<strong>01</strong>3 is aan gevraagd<br />
vanuit de provincies Noord-Brabant en Gelderland.<br />
Andere overheidsstimulering voor<br />
warmte en groen gas<br />
In vergelijking met het aantal meldingen voor bio-elektriciteit,<br />
biogas en biobrandstoffen is het aantal warmteprojecten op<br />
basis van biomassa dat Energie Investeringsaftrek aanvroeg<br />
bescheiden. De meeste meldingen voor warmteprojecten<br />
betreffen WKK-installaties. Voor biogas zijn er in de periode<br />
2009-2<strong>01</strong>3 79 meldingen gedaan voor opwaardeerinstallaties.<br />
In de Regeling Groenprojecten waren in de gehele periode<br />
2009-2<strong>01</strong>3 geen aanvragen voor warmteprojecten op basis van<br />
biomassa en 3 aanvragen voor biogasopwaardeerinstallaties<br />
(zie ook tabel 11).<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> SDE+, SDE, OV-MEP & MEP: 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>3<br />
> Geografische spreiding<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
55
3. Biobrandstoffen<br />
Groei van biobrandstoffen in Nederland<br />
In 2003 maakten alle Europese landen afspraken over het<br />
gebruik van biobrandstoffen voor vervoer. Zij streefden naar een<br />
aandeel van 5,75 procent biobrandstoffen in 2<strong>01</strong>0. In 2009 werd<br />
dit vervangen door een doelstelling van 10 procent in het jaar<br />
2020. De Europese doelstellingen leidde vanaf 2007 tot een<br />
stijging van het gebruik van biobrandstoffen. Nederland heeft<br />
de Europese doelstellingen geïmplementeerd in de Regeling<br />
‘Hernieuwbare Energie voor Vervoer’, door bedrijven die<br />
brandstoffen op de Nederlandse markt brengen de bijmengverplichting<br />
op te leggen. Het bijmengen van biobrandstoffen<br />
kan bijvoorbeeld door biodiesel toe te voegen aan gewone<br />
diesel of ethanol aan benzine. Partijen die, naast het verplichte<br />
marktaandeel, extra bijmengen of extra biobrandstof op de<br />
markt brengen, kunnen het teveel aan biobrandstof administratief<br />
verhandelen met biotickets aan partijen die geen of een<br />
tekort aan biobrandstof op de markt brengen.<br />
Nederland realiseerde haar doelstelling in de periode 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>2<br />
elk jaar. Hierbij steeg het aandeel <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in het<br />
verbruik van diesel de afgelopen 2 jaar sterker dan voor benzine.<br />
Het aandeel <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> in het verbruik van benzine<br />
toonde zelfs een lichte daling in de periode 2<strong>01</strong>0-2<strong>01</strong>2. De<br />
doelstelling stijgt ieder jaar: in 2<strong>01</strong>3 was dit 5 procent, in 2<strong>01</strong>4<br />
5,5 procent.<br />
Tabel 12: Jaarverplichting en realisaties aandeel<br />
biobrandstoffen in transportbrandstoffen<br />
2<strong>01</strong>0 2<strong>01</strong>1 2<strong>01</strong>2<br />
Jaarverplichting (%) 4,00 4,25 4,50<br />
Gemiddelde realisatie (%) 4,<strong>01</strong> 4,31 4,54<br />
Realisatie voor benzine (%) 4,02 3,78 3,99<br />
Realisatie voor diesel (%) 4,<strong>01</strong> 4,62 4,86<br />
Figuur 27: Energetisch verbruik productie van<br />
biobrandstoffen - CBS Statline<br />
Netto energetisch verbruik (TJ)<br />
20.000<br />
15.000<br />
10.000<br />
5.000<br />
0<br />
2003<br />
Biobenzine<br />
Biodiesel<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
*) Data voor 2<strong>01</strong>3 zijn voorlopig. Bron: CBS Statline.<br />
2<strong>01</strong>0<br />
Marktontwikkelingen rond<br />
biobrandstoffen en certificering<br />
2<strong>01</strong>1<br />
2<strong>01</strong>2 2<strong>01</strong>3*)<br />
Biobrandstoffen worden opgewekt uit uiteenlopende<br />
grondstoffen. Denk aan diverse graansoorten zoals mais,<br />
oliehoudende gewassen zoals koolzaad, dierlijke vetten en talg,<br />
maar ook gebruikt frituurvet. Een deel van de biobrandstoffen<br />
die zijn geproduceerd op basis van afvalstoffen en residuen<br />
worden in de regeling Hernieuwbare Energie voor Vervoer<br />
erkend als dubbeltellende biobrandstoffen. Leveranciers hiervan<br />
mogen deze leveringen dus dubbel meetellen voor hun<br />
jaarverplichting (zie kader pagina 57). Het aandeel van deze<br />
dubbeltellende bio brandstoffen op de Nederlandse markt groeit<br />
snel: in 2<strong>01</strong>1 was dit 40 procent; in 2<strong>01</strong>2 51 procent (bronnen:<br />
Emissieautoriteit en progress report).<br />
De duurzaamheid van biobrandstoffen moet in Nederland<br />
worden aangetoond door certificering met een door de EU<br />
erkent duurzaamheidssysteem. De officiële jaarrapportage van<br />
de Nederlanse Emissieautoriteit (NEa) onderscheidt in 2<strong>01</strong>1<br />
10 verschillende systemen die in Nederland worden gehanteerd<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
3 Biobrandstoffen<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
56
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
en in 2<strong>01</strong>2 11. Sommige systemen gelden voor alle grondstoffen,<br />
andere systemen alleen voor een enkele grondstof, zoals soja,<br />
tarwe of palmolie. Het ISCC – wat geldig is voor alle soorten<br />
grondstoffen – wordt daarbij het meest toegepast. In 2<strong>01</strong>1 werd<br />
het ISCC voor meer dan 60 procent van de gerapporteerde<br />
biobrandstoffen toegepast, in 2<strong>01</strong>2 al voor meer dan driekwart.<br />
Andere overheidsstimulering<br />
voor biobrandstoffen<br />
In de periode 2009-2<strong>01</strong>3 zijn er 40 meldingen gedaan voor<br />
de EIA voor productie-installaties voor biobrandstoffen<br />
(zie tabel 11).<br />
> Biomassa 1 2 3<br />
3 Biobrandstoffen<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
Certificering voor biobrandstoffen<br />
Alleen biobrandstoffen die voldoen aan de Europese duurzaamheidseisen mogen meetellen voor de doelstelling. Een van die duurzaamheidseisen is<br />
de reductie van broeikasgasemissies door biobrandstoffen ten opzichte van fossiele brandstoffen. Gemeten over de gehele keten van productie – van<br />
grondstof tot eindgebruik – moet de reductie ten minste 35 procent zijn. In 2<strong>01</strong>7 zal dit percentage worden verhoogd naar 50 procent en vanaf 2<strong>01</strong>8<br />
geldt voor nieuwe installaties een percentage van 60 procent.<br />
Andere belangrijke eisen zijn dat de productie van biobrandstoffen geen negatief effect mag hebben op de biodiversiteit en het landgebruik. Voor de<br />
realisatie van de doelstelling tellen sommige typen biobrandstoffen zwaarder mee dan andere. Biobrandstoffen op basis van afval, reststromen,<br />
non-food cellulose-materiaal en ligno-cellulose tellen dubbel mee. De <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> die wordt verbruikt door elektrische voertuigen telt<br />
2,5 maal mee. De bijdrage van deze laatste categorie is echter nog heel klein.<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
Producenten van biobrandstoffen kunnen aantonen dat ze aan de duurzaamheidseisen voldoen door hun product te laten certificeren. In Europa zijn<br />
verschillende certificeringssystemen in gebruik, die verschillen in de reikwijdte van duurzaamheidscriteria die ze dekken, maar ook in de kwaliteit van<br />
het auditproces. Het meest gebruikte systeem in Europa is het International Sustainability and Carbon Certification-systeem (ISCC). Alle organisaties<br />
die een door Nederland erkend certificaat bezitten, worden in een register opgenomen, zodat de duurzaamheid van hun activiteiten en producten kan<br />
worden gecontroleerd.<br />
57
Van afvalzak naar<br />
warme douche<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Verdubbelde <strong>energie</strong>opbrengst<br />
AVR wekt <strong>energie</strong> op uit binnen- en buitenlands<br />
afval. Sinds de jaren 70 levert de centrale<br />
elektriciteit aan het net en sinds de vorige<br />
zomer stoom aan de industrie in het havengebied.<br />
Ook realiseert AVR twee aansluitingen<br />
op stadsverwarmingsnetten. Sinds 1 oktober<br />
2<strong>01</strong>3 krijgen 50 duizend woningequivalenten in<br />
hebben extra vermogen, zodat ook omliggende<br />
bedrijven kunnen aansluiten. Zo creëren we een<br />
warmtehub en een oplossing voor kleinere<br />
projecten die op zichzelf te kostbaar zijn.”<br />
Voor de warmtewinning ontvangt de AVR<br />
SDE+ subsidie. Ook gebruikt de centrale de<br />
regelingen WBSO en EOS-IWB (zie hiervoor<br />
de begrippenlijst), voor industriële warmte-<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
> Biomassa<br />
1<br />
2<br />
3<br />
Bij de Rotterdamse haven ligt<br />
een van Europa´s grootste<br />
afval<strong>energie</strong>centrales: AVR<br />
Rozenburg. In 1973 opgericht<br />
om het afvalprobleem op te<br />
lossen. Anno 2<strong>01</strong>4 spreekt<br />
Michiel Timmerije, directeur<br />
Energie en Reststoffen, vol<br />
passie over <strong>energie</strong>rendement,<br />
warme douches en waardevolle<br />
grondstoffen.<br />
Rotterdam-Zuid warmte, op 1 oktober 2<strong>01</strong>4<br />
nog eens 95 duizend woningequivalenten in<br />
Rotterdam-Noord. Door de uitbreiding van de<br />
warmte- en stoomlevering zal het <strong>energie</strong>rendement<br />
minstens verdubbelen. Nu is dat<br />
25 tot 30 procent, straks 55 tot 60 procent.<br />
>Onze ambitie is één<br />
grote <strong>energie</strong>- en<br />
grondstoffenleverancier<br />
te zijn<<br />
Warmtehub<br />
“Onze ambitie: alle <strong>energie</strong> uit restafval op de<br />
meest effectieve manier inzetten”, vertelt<br />
Timmerije. “Elke installatie op ons terrein die<br />
warmte kan leveren, koppelen we aan de<br />
leidingen naar de stadsverwarmingsnetten.<br />
Deze zijn bewust overgedimensioneerd: ze<br />
benutting, en vroeg deze EIA aan. “De subsidies<br />
versnelden het project aanzienlijk. En<br />
belangrijker nog: ze maakten de basis voor de<br />
toekomstige aansluitingen mede mogelijk.”<br />
Schoner Rotterdam<br />
Vergeleken met de huidige fossiele <strong>energie</strong>opwekking<br />
besparen alle warmte- en<br />
stoomleveringen vanuit AVR samen straks<br />
225 kiloton CO 2 per jaar. In het Rotterdam<br />
Climate Initiative is dit het grootste project om<br />
de CO 2 -uitstoot in deze regio terug te dringen.<br />
“Maar we zijn nog niet klaar”, zegt Timmerije.<br />
“AVR wordt de belangrijkste warmteleverancier<br />
van Rotterdam, maar onze ambitie is één grote<br />
<strong>energie</strong>- en grondstoffenleverancier te zijn.<br />
Iedere afvalzak is al goed voor zeven warme<br />
douches, maar bevat óók waardevolle<br />
grondstoffen, die we graag maximaal<br />
benutten. Zo winnen we waardevolle metalen<br />
al volledig terug en werken we hard aan<br />
verdere recycling.”<br />
3 Biobrandstoffen<br />
> INTERVIEW: Boerenbedrijf Princepeel<br />
> Groei in Nederland<br />
> Marktontwikkelingen<br />
> Andere overheidsstimulering<br />
> INTERVIEW: Afval<strong>energie</strong>centrale Rozenburg<br />
Detailcijfers<br />
58
Detailcijfers<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wijzigingen in SDE+ in 2<strong>01</strong>3<br />
• Extra fase van € 0,08 per kWh.<br />
• Differentiatie vollasturen wind op land in de verschillende<br />
vrije categorieën.<br />
• Verdwijnen van het onderscheid in de categorie vergisters<br />
tussen solo-installaties en installaties die deel uitmaken<br />
van een hub.<br />
• Maximalisatie subsidiabele jaarproductie geothermie<br />
per installatie.<br />
• Opsplitsing van de categorie geothermie warmte in een<br />
categorie met een diepte vanaf 500 meter en een categorie<br />
met een diepte van 2.700 meter of meer.<br />
• Categorie renovatie van een bestaande waterkrachtinstallatie.<br />
• Groen gas productie bij afval- en rioolwaterzuiveringsinstallaties<br />
(AWZI en RWZI).<br />
• Mono-mestvergisters.<br />
Toelichting op het totaaloverzicht<br />
• Tabellen geven overzicht van de aanvragen uit de SDE-rondes<br />
2008, 2009 en 2<strong>01</strong>0, de SDE+ 2<strong>01</strong>1, 2<strong>01</strong>2 en 2<strong>01</strong>3 en de<br />
OV-MEP (overgangsregeling tussen de MEP en de SDE) en<br />
nog niet vastgestelde, producerende MEP projecten.<br />
• De peildatum voor dit jaarbericht is 1 maart 2<strong>01</strong>4.<br />
De gegevens zijn samengevat in de totaaloverzichten.<br />
• De peildatum voor SDE+ 2<strong>01</strong>3 projecten is 1 mei 2<strong>01</strong>4,<br />
met uitzondering van de tabel ‘gehonoreerde aanvragen<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3’.<br />
• De producties over het kalenderjaar 2<strong>01</strong>3 hebben betrekking<br />
op de subsidiabele producties die voor 1 maart 2<strong>01</strong>4 zijn<br />
doorgegeven aan <strong>RVO</strong>.nl. Voor installaties die op die datum<br />
nog geen productiecijfers hadden doorgegeven, is de<br />
productieraming opgenomen die gehanteerd is voor de<br />
bevoorschotting over 2<strong>01</strong>3.<br />
• De gegevens in dit jaarbericht zijn gebaseerd op het<br />
subsidie-administratiesysteem van <strong>RVO</strong>.nl. De gegevens<br />
kunnen afwijken van andere publicaties waarin (ook) andere<br />
bronnen worden gebruikt.<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
59
Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
Peildatum 1-3-2<strong>01</strong>4 (NB Voor de SDE+2<strong>01</strong>3 is de peildatum 1-5-2<strong>01</strong>4 gebruikt, omdat toen de afhandeling was afgerond)<br />
Tabel D1. Toegezegd productievermogen en gerealiseerd vermogen voor <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit SDE+, SDE en MEP (MW)<br />
Toegezegd vermogen (MW)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>3<br />
Toegezegd vermogen (MW)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
Gerealiseerd vermogen (MW)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
SDE elektra 2.256 2.741 923<br />
MEP 2.026 1.775 1.775<br />
Totaal elektra 4.282 4.516 2.698<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel D2. Toegezegd productievermogen en gerealiseerd vermogen voor <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK in de SDE+<br />
(MWth én MWe)<br />
Toegezegd vermogen (MWth én MWe)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>3<br />
Toegezegd vermogen (MWth én MWe)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
Gerealiseerd vermogen (MWth én MWe)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
SDE+ <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 1.110 2.150 649<br />
Tabel D3. Toegezegd productievermogen en gerealiseerd vermogen voor hernieuwbaar gas SDE+ en SDE (Nm 3 /h)<br />
Toegezegd vermogen (Nm 3 /h)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>3<br />
Toegezegd vermogen (Nm 3 /h)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
Gerealiseerd vermogen (Nm 3 /h)<br />
op peildatum <strong>01</strong>-03-2<strong>01</strong>4<br />
SDE(+) gas 35.652 40.753 10.381<br />
Tabel D4. Stand van zaken Biomassa<br />
Aantal<br />
toezeggingen<br />
Toegezegd<br />
budget<br />
Toegezegde subsidiabele<br />
productie<br />
Toegezegd<br />
vermogen<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen<br />
Hernieuwbare elektriciteit (€ mln) (GWh) (MW) (MW)<br />
SDE(+) 82 1.472,0 19.617 3<strong>01</strong> 248<br />
(OV)MEP 147 2.575,8 383 383<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit 229 4.047,7 684 630<br />
Hernieuwbare warmte én WKK (TJ) (MWth én MWe) (MWth én MWe)<br />
SDE+ 171 2.229,5 232.580 1.627 556<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 171 2.229,5 232.580 1.627 556<br />
Hernieuwbaar gas (Nm 3 mln) (Nm 3 /h) (Nm 3 /h)<br />
SDE(+) 72 1.699,7 3.737 40.753 10.381<br />
Totaal hernieuwbaar gas 72 1.699,7 3.737 40.753 10.381<br />
Totaal Biomassa 472 7.977,0<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
60<br />
**** Het vermogen voor grootschalige biomassa installaties uit de MEP (installaties > 50 MW) is niet meegenomen.
Tabel D5. Duurzame producties en kasuitgaven Biomassa in 2<strong>01</strong>3<br />
Productie in 2<strong>01</strong>3 Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3<br />
Hernieuwbare elektriciteit (MWh) (€ mln)<br />
SDE(+) 809.666 47,3<br />
(OV)MEP 3.160.190 236,6<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit 3.969.855 283,9<br />
Hernieuwbare warmte én WKK (GJ) (€ mln)<br />
SDE+ 1.882.582 11,7<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 1.882.582 11,7<br />
Hernieuwbaar gas (Nm 3 mln) (€ mln)<br />
SDE(+) 40 11,5<br />
Totaal hernieuwbaar gas 40 11,5<br />
Totaal Biomassa 307,1<br />
Tabel D6. Stand van zaken Geothermie<br />
Aantal<br />
toezeggingen<br />
Toegezegd budget<br />
(€ mln)<br />
Toegezegde subsi diabele<br />
productie (TJ)<br />
Toegezegd vermogen<br />
(MW)<br />
Gerealiseerd vermogen<br />
(MW)<br />
SDE+ 44 1.192,1 164.876 521 93<br />
Totaal Geothermie 44 1.192,1 164.876 521 93<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
Tabel D7. Duurzame producties en kasuitgaven Geothermie in 2<strong>01</strong>3<br />
Productie in 2<strong>01</strong>3 (GJ)<br />
Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
SDE 1.202.317 5,9<br />
Totaal Geothermie 1.202.317 5,9<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
Tabel D8. Stand van zaken Waterkracht<br />
Aantal<br />
toezeggingen<br />
Toegezegd<br />
budget (€ mln)<br />
Toegezegde subsidiabele<br />
productie (GWh)<br />
Toegezegd<br />
vermogen (MW)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen (MW)<br />
SDE 7 67,5 1.227 23 < 1<br />
MEP 6 85,7 24 24<br />
Totaal Waterkracht 13 153,2 48 24<br />
61
Tabel D9. Duurzame producties en kasuitgaven Waterkracht in 2<strong>01</strong>3<br />
Productie in 2<strong>01</strong>3 (MWh)<br />
Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
SDE 14 0,0<br />
MEP 78.059 7,5<br />
Totaal Waterkracht 78.073 7,5<br />
Tabel D10. Stand van zaken Wind<strong>energie</strong><br />
Aantal<br />
toezeggingen<br />
Toegezegd<br />
budget (€ mln)<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele productie (GWh)<br />
Toegezegd<br />
vermogen (MW)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen (MW)<br />
SDE - Wind op Land 224 3.135,9 46.476 1.485 604<br />
SDE - Wind op Zee 3 5.384,8 33.166 719 -<br />
MEP - Wind op Land 495 1.544,7 1.131 1.131<br />
MEP - Wind op Zee 2 778,6 228 228<br />
Totaal Wind<strong>energie</strong> 724 10.843,9 3.563 1.964<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Tabel D11. Duurzame producties en kasuitgaven Wind<strong>energie</strong> in 2<strong>01</strong>3<br />
Productie in 2<strong>01</strong>3 (MWh)<br />
Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
SDE - Wind op Land 1.072.587 53,5<br />
SDE - Wind op Zee - -<br />
MEP - Wind op Land 2.867.131 184,2<br />
MEP - Wind op Zee 771.086 76,6<br />
Totaal Wind<strong>energie</strong> 4.710.804 314,3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
Tabel D12. Stand van zaken Zonne-<strong>energie</strong><br />
Aantal<br />
toezeggingen<br />
Toegezegd<br />
budget<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele productie<br />
Toegezegd<br />
vermogen<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen<br />
Hernieuwbare elektriciteit (€ mln) (GWh) (MW) (MW)<br />
SDE(+) 11.205 347,8 3.079 213 71<br />
MEP 490 5,1 9 9<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit 11.695 353,0 221 80<br />
Hernieuwbare warmte (TJ) (MWth) (MWth)<br />
SDE+ 7 0,9 77 2 -<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte 7 0,9 77 2 -<br />
Totaal Zonne-<strong>energie</strong> 11.702 353,9 80<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
62
Tabel D13. Duurzame producties en kasuitgaven Zonne-<strong>energie</strong> in 2<strong>01</strong>3<br />
Productie in 2<strong>01</strong>3 Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3<br />
Hernieuwbare elektriciteit (MWh) (€ mln)<br />
SDE(+) 57.727 13,1<br />
MEP 3.774 0,4<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit 61.5<strong>01</strong> 13,6<br />
Hernieuwbare warmte (GJ) (€ mln)<br />
SDE+ - -<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte - -<br />
Totaal Zonne-<strong>energie</strong> 13,6<br />
Tabel D14. Totaaloverzicht subsidietoezeggingen en realisatie <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit<br />
Stimuleringsregeling<br />
en<br />
categorie<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Subcategorie<br />
Aantal aanvragen<br />
met positieve<br />
toezegging<br />
Toegezegd<br />
budget<br />
(€ mln)<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele<br />
productie (GWh)<br />
Toegezegd<br />
vermogen<br />
(MW)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen<br />
(MW)<br />
SDE 2008 Wind op land 20 72,0 1.223 46 46<br />
SDE 2009 Wind op land 58 1.351,6 16.952 466 36<br />
Wind op zee 3 5.384,8 33.166 719 -<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Wind op land 68 875,2 12.389 459 431<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Wind op land 11 197,8 2.932 109 83<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Wind op land 1 2,3 61 2 2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Wind op land 66 637,0 12.920 402 5<br />
SDE totaal 227 8.520,7 79.642 2.204 604<br />
MEP Wind op land 495 1.544,7 1.131 1.131<br />
Wind op zee 2 778,6 228 228<br />
MEP totaal 497 2.323,2 1.359 1.359<br />
Totaal Wind<strong>energie</strong> 724 10.843,9 3.563 1.964<br />
Zonnestroom<br />
SDE 2008 4.700 43,8 126 10 10<br />
SDE 2009 2.455 99,8 285 22 22<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 2.932 65,9 224 18 17<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 421 16,4 348 23 16<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 53 1,5 115 8 2<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 644 120,5 1.981 132 3<br />
SDE totaal 11.205 347,8 3.079 213 71<br />
MEP 490 5,1 9 9<br />
Totaal Zonnestroom 11.695 353,0 221 80<br />
> Deel 2 van deze tabel op de volgende pagina.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
63
Deel 2 van tabel D14.<br />
Stimuleringsregeling<br />
en<br />
categorie<br />
Waterkracht<br />
Subcategorie<br />
Aantal aanvragen<br />
met positieve<br />
toezegging<br />
Toegezegd<br />
budget<br />
(€ mln)<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele<br />
productie (GWh)<br />
Toegezegd<br />
vermogen<br />
(MW)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen<br />
(MW)<br />
SDE 2009 2 0,1 1 0 0<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 1 54,3 687 12 -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 4 13,2 539 11 -<br />
SDE totaal 7 67,5 1.227 23 0<br />
MEP 6 85,7 24 24<br />
Totaal Waterkracht 13 153,2 48 24<br />
Biomassa - elektriciteit<br />
SDE 2008 Afvalverbranding 2 169,3 4.250 78 78<br />
Biomassa 3 22,5 354 4 4<br />
SDE 2009 Afvalverbranding 2 123,8 2.805 49 49<br />
Biomassa 22 341,5 2.747 31 19<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Afvalverbranding 5 172,2 3.736 79 74<br />
Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 1 0,5 40 1 1<br />
Biomassa29 427,4 3.127 33 18<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 1 0,2 12 0 0<br />
Biomassa14 199,5 1.986 21 4<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 1 2,0 81 1 1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 2 13,0 480 5 -<br />
SDE totaal 82 1.472,0 19.617 3<strong>01</strong> 248<br />
(OV)MEP Afvalverbranding1 59,7 74 74<br />
Stortgas19 9,6 11 11<br />
Biomassa < 10 MW 120 867,9 137 137<br />
Biomassa 10 - 50 MW 5 1.217,9 160 160<br />
Biomassa > 50 MW 2 420,6 - -<br />
(OV)MEP totaal 147 2.575,8 383 383<br />
Totaal Biomassa elektriciteit 229 4.047,7 684 630<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
Totaal SDE en MEP elektriciteit 12.661 15.397,8 4.516 2.698<br />
NB Voor de SDE+ 2<strong>01</strong>3 is de peildatum 1 mei 2<strong>01</strong>4.<br />
64
Tabel D15. Totaaloverzicht subsidietoezeggingen en realisatie <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK<br />
Stimulerings regeling<br />
en categorie<br />
Subcategorie<br />
Aantal aanvragen met<br />
positieve toezegging<br />
Toegezegd budget<br />
(€ mln)<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele<br />
productie (TJ)<br />
Toegezegd vermogen<br />
(MWth én MWe)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen<br />
(MWth én MWe)<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Afvalverbranding uitbreiding warmte 3 265,6 64.788 413 271<br />
Biomassa 74 517,2 49.372 297 116<br />
Geothermie 28 767,9 112.956 317 93<br />
Zonthermie 2 0,1 11 < 1 -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Afvalverbranding uitbreiding warmte 1 23,3 4.863 155 -<br />
Biomassa 93 1.423,3 113.557 762 169<br />
Geothermie 16 424,2 51.920 204 -<br />
Zonthermie 5 0,8 66 2 -<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 222 3.422,5 397.533 2.150 649<br />
NB Voor de SDE+ 2<strong>01</strong>3 is de peildatum 1 mei 2<strong>01</strong>4.<br />
Tabel D16. Totaaloverzicht subsidietoezeggingen en realisatie hernieuwbaar gas<br />
Stimulerings regeling<br />
en categorie<br />
Subcategorie Aantal aanvragen met<br />
positieve toezegging<br />
Toegezegd budget<br />
(€ mln)<br />
Toegezegde<br />
subsidiabele<br />
productie<br />
(Nm 3 /h mln)<br />
Toegezegd vermogen<br />
(Nm 3 /h)<br />
Gerealiseerd<br />
vermogen (Nm 3 /h)<br />
Biomassa - gas<br />
SDE 2008 Groengas 1 0,3 3 40 40<br />
SDE 2009 Groengas 9 186,1 483 5.808 5.128<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Groengas 9 189,2 446 4.778 2.543<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Groengas 23 879,7 1.833 19.605 2.670<br />
Groengas hub 3 67,1 153 1.591 -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Groengas 4 38 ,5 130 1.470 -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Groengas 23 338,9 689 7.461 -<br />
Totaal Biomassa gas 72 1.699,7 3.737 40.753 10.381<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
NB Voor de SDE+ 2<strong>01</strong>3 is de peildatum 1 mei 2<strong>01</strong>4.<br />
65
Tabel D17. Totaaloverzicht duurzame producties en kasuitgaven <strong>hernieuwbare</strong> elektriciteit in 2<strong>01</strong>3<br />
Stimuleringsregeling en categorie Subcategorie Productie in 2<strong>01</strong>3 (MWh) Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
SDE 2008 Wind op land 100.499 4,8<br />
SDE 2009 Wind op land 100.893 4,4<br />
Wind op zee - -<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Wind op land 782.946 40,5<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Wind op land 85.768 3,8<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Wind op land 2.026 0,1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Wind op land 454 < 0,1<br />
SDE totaal 1.072.587 53,5<br />
MEP Wind op land 2.867.131 184,2<br />
Wind op zee 771.086 76,6<br />
MEP totaal 3.638.217 260,8<br />
Totaal Wind<strong>energie</strong> 4.710.804 314,3<br />
Zon-PV<br />
SDE 2008 8.0<strong>01</strong> 2,5<br />
SDE 2009 19.362 6,2<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 15.232 3,8<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 13.186 0,5<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 1.687 < 0,1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 261 < 0,1<br />
SDE totaal 57.727 13,1<br />
MEP 3.774 0,4<br />
Totaal Zon-PV 61.5<strong>01</strong> 13,6<br />
Waterkracht<br />
SDE 2009 14 -<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 - -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 - -<br />
SDE totaal 14 -<br />
MEP 78.059 7,5<br />
Totaal Waterkracht 78.073 7,5<br />
> Deel 2 van deze tabel op de volgende pagina.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
66
Deel 2 van tabel D17.<br />
Stimuleringsregeling en categorie Subcategorie Productie in 2<strong>01</strong>3 (MWh) Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
Biomassa - elektriciteit<br />
SDE 2008 Afvalverbranding 206.150 6,6<br />
Biomassa 16.<strong>01</strong>0 1,2<br />
SDE 2009 Afvalverbranding 118.336 4,9<br />
Biomassa 128.485 12,5<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Afvalverbranding 217.026 7,7<br />
Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 3.113 < 0,1<br />
Biomassa 97.<strong>01</strong>8 12,4<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 595 < 0,1<br />
Biomassa 20.9<strong>01</strong> 1,9<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI 2.032 0,1<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Stortgas/biogas uit AWZI/RWZI - -<br />
SDE totaal 809.666 47,3<br />
(OV-)MEP Afvalverbranding 256.138 9,5<br />
Stortgas 28.871 0,5<br />
Biomassa < 10 MW 562.372 51,3<br />
Biomassa 10 - 50 MW 929.862 89,8<br />
Biomassa > 50 MW 1.382.947 85,5<br />
(OV-)MEP totaal 3.160.190 236,6<br />
Totaal Biomassa elektriciteit 3.969.855 283,9<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
Totaal SDE en MEP elektriciteit 8.820.234 619,3<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
Tabel D18. Totaaloverzicht duurzame producties en kasuitgaven hernieuwbaar gas in 2<strong>01</strong>3<br />
Stimuleringsregeling en categorie Subcategorie Productie in 2<strong>01</strong>3 (Nm 3 mln) Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
Biomassa - gas<br />
SDE 2008 Groengas - -<br />
SDE 2009 Groengas 16 3,8<br />
SDE 2<strong>01</strong>0 Groengas 17 4,3<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>1 Groengas 6 3,3<br />
Groengas hub - -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Groengas - -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Groengas - -<br />
Totaal Biomassa gas 40 11,5<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
67
Tabel D19. Totaaloverzicht duurzame producties en kasuitgaven <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK in 2<strong>01</strong>3<br />
Stimuleringsregeling en categorie Subcategorie Productie in 2<strong>01</strong>3 (GJ) Kasuitgaven 2<strong>01</strong>3 (€ mln)<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>2 Afvalverbranding uitbreiding warmte 225.679 0,2<br />
Biomassa 1.218.684 8,0<br />
Geothermie 1.202.317 5,9<br />
Zonthermie - -<br />
SDE+ 2<strong>01</strong>3 Afvalverbranding uitbreiding warmte - -<br />
Biomassa 438.218 3,4<br />
Geothermie - -<br />
Zonthermie - -<br />
Totaal <strong>hernieuwbare</strong> warmte én WKK 3.084.898 17,5<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Tabel D20. Budgetplafond per jaarronde<br />
Jaargang Subcategorie Gepubliceerd budget (€ mln)<br />
2008 Hernieuwbare elektriciteit<br />
Wind<strong>energie</strong> op land 796,0<br />
Zon-PV 83,0<br />
Afvalverbranding 187,0<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 10,0<br />
Biomassa 325,0<br />
Hernieuwbaar gas<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 16,0<br />
Biomassa 42,0<br />
Totaal SDE 2008 1.459,0<br />
2009 Hernieuwbare elektriciteit<br />
> Deel 2 van deze tabel op de volgende pagina.<br />
Wind<strong>energie</strong> ≥ 6 MW op land 741,0<br />
Wind<strong>energie</strong> ≥ 3 MW in water 546,0<br />
Wind<strong>energie</strong> op zee 5.384,8<br />
Wind<strong>energie</strong> op land 1.258,1<br />
Zon-PV klein (1,0 - 15 kWp) 86,5<br />
Zon-PV groot (15 - 100 kWp) 56,5<br />
Afvalverbranding 158,0<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 7,0<br />
Biomassa 625,0<br />
Waterkracht < 5 m 60,0<br />
Waterkracht ≥ 5m 15,0<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
68
Deel 2 van tabel D20.<br />
Jaargang Subcategorie Gepubliceerd budget (€ mln)<br />
Hernieuwbaar gas<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 15,0<br />
Biomassa 243,0<br />
Totaal SDE 2009 9.195,9<br />
2<strong>01</strong>0 Hernieuwbare elektriciteit<br />
Wind<strong>energie</strong> op land 937,0<br />
Zon-PV klein (1,0 - 15 kWp) 69,0<br />
Zon-PV groot (15 - 100 kWp) 24,0<br />
Afvalverbranding 238,0<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 13,0<br />
Biomassa 400,0<br />
Waterkracht 63,0<br />
Warmtekrachtkoppeling 168,0<br />
Hernieuwbaar gas<br />
Stortgas of biogas uit AWZI/RWZI 24,0<br />
Biomassa 190,0<br />
Totaal SDE 2<strong>01</strong>0 2.126,0<br />
2<strong>01</strong>1 Hernieuwbare elektriciteit 500,0<br />
Hernieuwbaar gas 1.000,0<br />
Totaal SDE+ 2<strong>01</strong>1 1.500,0<br />
2<strong>01</strong>2 Totaal SDE+ 2<strong>01</strong>2 1.700,0<br />
2<strong>01</strong>3 Totaal SDE+ 2<strong>01</strong>3 3.000,0<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
69
Eenheden en omrekenfactoren<br />
Gebruikte eenheden CO 2<br />
Factor Naam Symbool<br />
10 0 ton ton<br />
10 3 kiloton kton<br />
10 6 megaton Mton<br />
10 9 gigaton Gton<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Eenheden <strong>energie</strong> (kilowattuur)<br />
Factor Naam Symbool<br />
10 3 kilowattuur kWh<br />
10 6 megawattuur MWh<br />
10 9 gigawattuur GWh<br />
10 12 terawattuur TWh<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
> Detailcijfers<br />
Eenheden <strong>energie</strong> (joule)<br />
Factor Naam Symbool<br />
10 9 gigajoule GJ<br />
10 12 terajoule TJ<br />
10 15 petajoule PJ<br />
> Wijzigingen SDE+ 2<strong>01</strong>3<br />
> Toelichting op het totaaloverzicht<br />
> Totaaloverzicht SDE+, SDE, OV-MEP & MEP<br />
Omrekenfactoren<br />
1 kWh = 3,6 MJ<br />
1 Nm 3 groen gas = 31,65 MJ<br />
> Eenheden en omrekenfactoren<br />
70
Begrippenlijst Waterkracht<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Basisbedrag<br />
Som van investerings- en exploitatiekosten, plus een redelijke<br />
winstmarge, gedeeld door de te verwachten geproduceerde<br />
hoeveelheid per <strong>energie</strong> technologie.<br />
Beschikking en realisatie van SDE+, SDE en MEP projecten<br />
De subsidiebeschikking is een maximumbedrag. De uiteindelijke<br />
hoogte wordt per jaar berekend op basis van de hoeveelheid<br />
geproduceerde subsidiabele <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> en het<br />
vastgestelde correctiebedrag. De subsidie geldt tot een<br />
maximum aantal vollasturen en heeft een maximale looptijd<br />
afhankelijk van de categorie van 10 jaar voor MEP projecten of<br />
5, 12 of 15 jaar voor SDE/SDE+ projecten. Vanaf het moment dat<br />
projecten een positieve beschikking hebben ontvangen van de<br />
SDE/SDE+ hebben zij afhankelijk van de categorie 18 maanden<br />
tot uiterlijk 5 jaar de tijd om het project te realiseren.<br />
Bruto eindverbruik - CBS Statline<br />
Het bruto eindverbruik van <strong>hernieuwbare</strong> <strong>energie</strong> volgt de<br />
definitie uit de EU Richtlijn Hernieuwbare Energie van 2009.<br />
Het wordt berekend als de som van 3 componenten:<br />
1. Bruto productie van elektriciteit uit <strong>hernieuwbare</strong> bronnen;<br />
2. Bruto productie van verkochte warmte uit <strong>hernieuwbare</strong><br />
bronnen;<br />
3. Eindverbruik van <strong>energie</strong> uit bodem, buitenlucht, zon en<br />
biomassa.<br />
Niet verkochte warmte uit <strong>hernieuwbare</strong> bronnen (bijvoorbeeld<br />
houtkachels bij huishoudens) telt als eindverbruik van <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong>. De import en export van groene stroom telt niet<br />
mee.<br />
Energetisch eindverbruik - CBS Statline<br />
Het energetische eindverbruik is het verbruik van <strong>energie</strong> voor<br />
verwarming, verlichting of als krachtbron voor auto’s, machines<br />
en andere apparaten.<br />
Dit is exclusief verbruik voor <strong>energie</strong>omzetting. Voorbeelden<br />
van energetisch eindverbruik zijn het verbranden van aardgas in<br />
een warmteketel, het verbruik van elektriciteit door huishoudens<br />
en het verbruik van motorbrandstoffen voor vervoer.<br />
Energie Investeringsaftrek (EIA)<br />
De Energie Investeringsaftrek (EIA) is een fiscale regeling.<br />
Bedrijven kunnen een deel van hun investeringskosten in<br />
<strong>energie</strong>besparende en <strong>hernieuwbare</strong> technologieën aftrekken<br />
van hun fiscale winst. Hierdoor betalen ze minder inkomstenbelasting<br />
of vennootschapsbelasting. Het gemiddelde belastingvoordeel<br />
van de EIA is 10 procent van de investeringskosten.<br />
Energieproductie MEP, OV-MEP, SDE en SDE+<br />
De <strong>energie</strong>productie over het kalenderjaar 2<strong>01</strong>3 heeft betrekking<br />
op de subsidiabele producties die voor 1 maart 2<strong>01</strong>4 zijn<br />
doorgegeven aan <strong>RVO</strong>.nl. Let op: nog niet alle producties over<br />
2<strong>01</strong>3 waren op 1 maart 2<strong>01</strong>4 doorgegeven. Voor deze installaties<br />
is de productieraming in de overzichten opgenomen die<br />
gehanteerd is voor de bevoorschotting over 2<strong>01</strong>3.<br />
EOS<br />
Energie Onderzoek Subsidie (subsidieregeling is gesloten.)<br />
IWB<br />
Subsidieregeling Industriële Warmtebenutting (subsidieregeling is<br />
gesloten.)<br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
71
Kasuitgaven: MEP, OV-MEP, SDE en SDE+<br />
Onder de kasuitgaven over het kalenderjaar 2<strong>01</strong>3 vallen de<br />
voorschotbetalingen, de jaarlijkse bijstellingen en de afrekeningen<br />
bij de vaststelling na afloop van de subsidieperiode.<br />
Dit laatste speelt vooralsnog alleen bij de MEP.<br />
MEI<br />
Subsidieregeling Marktintroductie Energie-Innovaties<br />
(subsidieregeling is gesloten.)<br />
MEP<br />
De regeling Milieukwaliteit van de Elektriciteitsproductie (MEP)<br />
is de voorloper van de SDE en was opengesteld tussen juli 2003<br />
en augustus 2006. De subsidie werd verstrekt voor een periode<br />
van maximaal tien jaar. Er zijn daarom nog steeds projecten die<br />
subsidie ontvangen uit de MEP.<br />
OV-MEP<br />
Subsidieregeling opwekken duurzame elektriciteit in<br />
vergistingsinstallaties (OV-MEP)<br />
RDA<br />
Research en Development Aftrek voor andere kosten en uitgaven<br />
voor het project.<br />
Regeling Groenprojecten<br />
In de Regeling Groenprojecten kunnen investeerders met een<br />
groenverklaring in aanmerking komen voor groenfinanciering.<br />
Met groenfinanciering kunnen zij tegen een lagere rente lenen,<br />
waardoor de financieringslasten van een project dalen.<br />
De regeling is geldig voor diverse projectcategorieën,<br />
waaronder duurzame <strong>energie</strong>.<br />
Rijkscoördinatieregeling<br />
De Rijkscoördinatieregeling biedt de Rijksoverheid de mogelijkheid<br />
om bij projecten van nationaal belang de besluitvorming te<br />
coördineren. Hierbij gaat het om de benodigde vergunningen en<br />
ontheffingen voor een project en in veel gevallen om het<br />
inpassingsplan van het Rijk. De coördinatie kan de besluitvorming<br />
voor een project aanzienlijk verkorten.<br />
SDE<br />
De regeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE)<br />
bestaat sinds 2008. Deze is een exploitatiesubsidie, waarbij het<br />
verschil tussen de kostprijs van grijze (fossiele) <strong>energie</strong> en die<br />
van duurzame <strong>energie</strong> wordt vergoed over een periode tot<br />
15 jaar. De hoeveelheid subsidie is afhankelijk van de soort en de<br />
hoeveelheid geproduceerde duurzame <strong>energie</strong>.<br />
SDE+<br />
Met ingang van 2<strong>01</strong>1 is de SDE overgegaan in de SDE+. Deze<br />
draagt bij aan het creëren van een investeringsklimaat waarin<br />
duurzame <strong>energie</strong> rendabel is en waarbij ondernemerschap<br />
gestimuleerd wordt. De regeling richt zich op een meer<br />
kosteneffectieve invulling van de doelstelling voor duurzame<br />
<strong>energie</strong>. Door verschillende technologieën voor duurzame<br />
<strong>energie</strong> te laten concurreren binnen een integraal budgetplafond<br />
en een gefaseerde openstelling, kunnen projecten met<br />
een laag basisbedrag eerst inschrijven. Hierdoor kan er per euro<br />
meer duurzame <strong>energie</strong> worden gerealiseerd.<br />
Vanaf 2<strong>01</strong>2 is de SDE+ uitgebreid met productie van <strong>hernieuwbare</strong><br />
warmte. Installaties voor biomassa, geothermie en<br />
zonthermie die alleen warmte produceren zijn daarmee ook<br />
subsidiabel geworden. Ook is er subsidie voor de verlengde<br />
levensduur van biomassa-installaties en het nuttig gebruik van<br />
warmte bij bestaande installaties. De SDE+ wordt vanaf 2<strong>01</strong>3<br />
gefinancierd uit een opslag op de <strong>energie</strong>rekening.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
72
SDE-bijdrage<br />
De SDE-bijdrage is gelijk aan het basisbedrag minus het<br />
correctiebedrag (gemiddelde grijze <strong>energie</strong>prijs per categorie.)<br />
SEI<br />
Subsidieregeling Energie en Innovatie, garantieregeling voor boren<br />
naar aardwarmte.<br />
Subsidie SDE+<br />
De hoogte van de subsidie wordt per jaar berekend op basis van<br />
de hoeveelheid geproduceerde subsidiabele <strong>hernieuwbare</strong><br />
<strong>energie</strong> en het vastgestelde correctiebedrag. De subsidie geldt<br />
tot een maximum aantal vollasturen en heeft een maximale<br />
looptijd, afhankelijk van de categorie.<br />
Vastgestelde projecten<br />
In de overzichten met <strong>energie</strong>productie en kasuitgaven is een<br />
aparte categorie “vastgesteld” opgenomen. Dit betreft<br />
MEP-projecten waarvan op peildatum 1 maart 2<strong>01</strong>4 de subsidie<br />
definitief is vastgesteld.<br />
Totaalbeeld 2003-2<strong>01</strong>3<br />
Waterkracht<br />
Wind<strong>energie</strong><br />
Zonne-<strong>energie</strong> 1 2<br />
Bodem<strong>energie</strong> 1 2<br />
Biomassa 1 2 3<br />
Detailcijfers<br />
WBSO<br />
Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk, verlaagt de<br />
loonkosten.<br />
73
Dit is een publicatie van:<br />
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland<br />
Hanzelaan 310<br />
8<strong>01</strong>7 JK Zwolle<br />
Postbus 10073 | 8000 GB Zwolle<br />
Croeselaan 15<br />
3521 BJ Utrecht<br />
Postbus 8242 | 3503 RE Utrecht<br />
T 088 042 42 42<br />
www.rvo.nl<br />
© Rijksdienst voor Ondernemend Nederland | juni 2<strong>01</strong>4<br />
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (<strong>RVO</strong>.nl) stimuleert ondernemers bij<br />
duurzaam, agrarisch, innovatief en internationaal ondernemen. Met subsidies, het<br />
vinden van zakenpartners, kennis en het voldoen aan wet- en regelgeving. Rijksdienst<br />
voor Ondernemend Nederland is onderdeel van het ministerie van Economische<br />
Zaken. De organisatie bestaat sinds 2<strong>01</strong>4 en is ontstaan uit een fusie van Agentschap<br />
NL en Dienst Regelingen.<br />
Hoewel deze publicatie met de grootst mogelijke zorg is samengesteld kan Rijksdienst<br />
voor Ondernemend Nederland geen enkele aansprakelijkheid aanvaarden voor<br />
eventuele fouten. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar<br />
gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook<br />
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.