02.11.2014 Views

Veerhaven waterstof - RBV advies

Veerhaven waterstof - RBV advies

Veerhaven waterstof - RBV advies

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART RV/G (13) 13<br />

JWG (13) 8<br />

5 februari 2013<br />

Or. nl fr/de/nl/en, Bijlagen : en/-<br />

WERKGROEP REGLEMENT VAN ONDERZOEK<br />

GEMEENSCHAPPELIJKE WERKGROEP<br />

Aanbeveling voor de <strong>Veerhaven</strong> VIII en IX<br />

Mededeling van de Nederlandse delegatie<br />

____________________________________________________________________________________________________________________________<br />

Geachte heer Pauli,<br />

Hierbij doe ik u een ontwerp toekomen voor een aanbeveling die het mogelijk maakt aan boord van de<br />

<strong>Veerhaven</strong> VIII het ThermoDynamics-systeem te gebruiken. Het systeem is vergelijkbaar met het<br />

eerder goedgekeurde systeem voor het schip Vinotra 10 (aanbeveling 11/2012 van 11 december<br />

2012).<br />

Door het geproduceerde gas aan de verbrandingslucht van de dieselmotor toe te voegen, verbetert de<br />

verbranding van de fossiele brandstof zodanig dat het rendement van de motor verhoogd wordt en<br />

gelijktijdig de motoremissies verminderen. Doordat de verbranding sneller verloopt en vollediger<br />

plaatsvindt daalt de gemiddelde uitlaatgassentemperatuur, waardoor er minder NOx ontstaat.<br />

Bovendien ontstaat minder roet (ppm) doordat de brandstof vollediger verbrandt en is minder<br />

brandstof nodig om hetzelfde vermogen uit de motor te halen, wat ook een reductie van CO2 oplevert.<br />

Het ThermoDynamics systeem ontleedt water in <strong>waterstof</strong> en zuurstof (product gas) door middel van<br />

het elektrolyse proces. Dit gas wordt aan boord “on demand” geproduceerd en wordt direct in de<br />

motor verbruikt bij de verbranding van EN 590. Er is geen opslag van gas aan boord. De unit kan<br />

uitsluitend in bedrijf zijn (functionering voorwaarde) wanneer de motor draait en zal bij calamiteiten<br />

onmiddellijk worden uitgeschakeld. De motor zal door het uitschakelen van deze installatie gewoon in<br />

bedrijf blijven. Het maximale gasvolume van het volledige systeem bedraagt minder dan 5 liter en het<br />

geproduceerde gas zal na afschakelen van de installatie zonder externe invloeden binnen 10 minuten<br />

weer worden omgezet naar water (instabiele gasvormige toestand).<br />

Het voorstel bevat drie bijlagen ter informatie. De bijlagen zijn geen onderdeel van de conceptaanbeveling.<br />

Hoogachtend,<br />

Rens Vermeulen<br />

Dezelfde tekst is van toepassing op de <strong>Veerhaven</strong> IX (jwg13-09nl_1)


- 2 -<br />

CENTRALE COMMISSIE VOOR DE RIJNVAART<br />

AANBEVELINGEN AAN DE COMMISSIES VAN DESKUNDIGEN MET BETREKKING<br />

TOT DE TOEPASSING VAN HET REGLEMENT ONDERZOEK SCHEPEN OP DE RIJN<br />

AANBEVELING Nr. (…)/2013<br />

van (...) 2013<br />

VEERHAVEN VIII<br />

Voor de duwboot “<strong>Veerhaven</strong> VIII’’, uniek Europees scheepsidentificatienummer 02322865, wordt bij<br />

deze de vergunning afgegeven voor het gebruik van het Hydrogen Diesel Enrichement (HDE)<br />

systeem, voor het gebruik van gasvormige toevoeging bij de fossiele brandstof voor de middelste<br />

hoofdmotor.<br />

Op grond van artikel 2.19, derde lid, mag bij genoemd schip worden afgeweken van artikel 8.01 derde<br />

lid, tot 1 juli 2017. Het gebruik van het HDE-systeem wordt geacht voldoende veilig te zijn indien te<br />

allen tijde aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:<br />

1. Voor de installatie van het systeem moet een nulmeting gebaseerd op de EN ISO 8178 (E3)<br />

meting, uitgevoerd door een geaccrediteerd testinstituut, inzicht geven in de motoremissies;<br />

2. Na installatie wordt een tweede emissiemeting gedaan om aan te tonen dat het systeem naar<br />

behoren functioneert;<br />

3. De resultaten van de metingen worden door de scheepseigenaar in een rapportage opgenomen,<br />

en ter informatie aan de bevoegde autoriteit gezonden;<br />

4. De componenten die gas genereren, behandelen en distribueren zijn in een behuizing<br />

samengebouwd waarin een gasdetectiesysteem is aangebracht;<br />

5. Het ontstaan van calamiteiten wordt geïdentificeerd door sensoren die een signaal afgeven<br />

teneinde het systeem uit te schakelen op het moment dat dit niet naar behoren functioneert. Deze<br />

sensoren zijn dubbel uitgevoerd;<br />

6. Bij calamiteiten wordt het systeem onmiddellijk automatisch uitgeschakeld; er is tevens een<br />

voorziening in het stuurhuis en in de machinekamer aangebracht om het systeem handmatig uit<br />

te schakelen.<br />

7. Indien de werking van het systeem niet betrouwbaar blijkt, wordt de installatie van het schip<br />

verwijderd;<br />

8. De eigenaar van het schip doet jaarlijks een verslag aan de bevoegde autoriteit toekomen over<br />

motoremissies, brandstofverbruik, storingen en incidenten.<br />

Bijlagen<br />

Bijlage 1 - Indeling motorkamer VH8-870-7060-021c<br />

Bijlage 2 - Safety_Operations_<strong>Veerhaven</strong>VIII_08-10-2012 (1)<br />

Bijlage 3 - Safety Redundancies_incl_time<br />

a/rvg13_13nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!