Hockeykrant Haaglanden

Hockeykrant Haaglanden 23
VOOR BASTIAAN BUNNIK (HCKZ) WAS HET TIJD OP EIGEN BENEN TE STAAN
‘Ik begin bij een club in de top-20
van Nederland, dat is waanzinnig!’
DEN HAAG – Van Utrecht
naar Zwolle, van Zwolle naar
Den Haag en van Den Haag
terug naar Utrecht. De
Nederlandse Spoorwegen
heeft een goede klant aan
Bastiaan Bunnik, technisch
manager van HC Zwolle en
sinds dit seizoen hoofdcoach
bij Dames 1 van Klein
Zwitserland. Bunnik legt in
een hockeyseizoen duizenden
kilometers tussen de
spoorrails af, ‘maar dat stelt
mij wel in staat om gewoon
door te werken. Reizen met
de auto betekent dat je verder
niets kunt doen. Ik klap
mijn laptop open in de trein
en ik kan prima de videoanalyse
doen.’
Dames 1 seizoen 2014/15
Bunnik (33) leidt een druk hockeyleventje.
‘Ik ben er fulltime
mee bezig en de situatie is nog
niet zo dat ik mij volledig aan
één club kan verbinden. Dat zou
ik op den duur wel fijn vinden,
omdat je dan tot een betere focus
kunt komen, maar ik lijd er niet
onder. Ik ben nog jong en tijdens
het reizen kan ik gewoon doorwerken.’
POSITIEVE VERRASSING
Na vier jaar in de rol van assistent
– drie jaar Voordaan H1 en
vorig seizoen bij de mannen van
Klein Zwitserland – werd het wat
Bunnik betreft tijd om op eigen
benen te gaan staan. Er lagen
voorzichtige contacten, maar
eind april begin mei kwam Klein
Zwitserland met het aanbod om
trainer-coach te worden bij
Dames 1.
‘Dat verraste mij positief. De
dames van HCKZ mag je rekenen,
gelet op de eindstand van vorig
seizoen, tot de top-20 van Nederland.
Het is natuurlijk waanzinnig
om daar te mogen beginnen.
Het is mijn eerste job als hoofdcoach.
Het scheelt een stuk dat ik
de afgelopen jaren veel ruimte
kreeg van Peter Kalfsterman om
mij als assistent te ontplooien,
zowel bij Voordaan als bij HCKZ.
Ik was er niet voor de pionnen
en het fluiten van een partijtje
op de training. Ik had serieuze
inbreng bij de videoanalyse, bij
het bepalen van de tactiek en de
individuele begeleiding van spelers.
Dankzij deze vrijheid en verantwoordelijkheid
ontwikkel je je
sneller.’
DIRECTER
De overgang van de mannen
naar de vrouwen valt Bunnik
alleszins mee. Het vergt op
accenten wel een andere aanpak.
‘Ik ben sowieso iemand die
onomwonden vertelt wat ik er
van denk, maar in het vrouwenhockey
moet je je daar nog meer
De technische staf van Dames 1 met v.l.n.r. Craig Peel, Derk Rens en Bastiaan Bunnik.
bewust van zijn. In het mannenhockey
gaat het er in de discussie
wat directer aan toe, maar ik
denk dat ik de juiste aanpak heb
gevonden. Het is wel zo dat je
mening als hoofdcoach meer
gewicht heeft dan die van een
assistent.’
Het moment waarop bekend
werd dat Bunnik de selectie van
Dames 1 zou gaan leiden, leverde
enorme drukte op. ‘We zaten met
Heren 1 middenin de promotie-
/degradatiewedstrijden, ik had
mijn werk bij HC Zwolle en met
de dames ging ik al het traject
van de open trainingen in. Dat
was pittig. Er stonden op een
gegeven moment dertig speelsters
op het veld, ook veel jeugdspeelsters
uit de eigen opleiding.
Ik wilde snel inzicht hebben over
de potentie en de kwaliteit. Daarbij
meldden zich nog verschillende
speelsters van buitenaf.’
TEVREDEN
Bunnik kijkt met tevredenheid
terug op zijn eerste maanden als
hoofdcoach.
‘Bij vlagen laten wij geweldig
hockey zien. Dat is mooi om daar
na afloop van te genieten, maar
natuurlijk zijn er ook veel verbeterpunten.
Wij verloren begin
oktober van HC Rotterdam. Uit
de analyse bleek dat wij verreweg
de meeste kansen en cirkelpenetraties
hadden. Je kunt dan
een keertje verliezen, maar ik
heb tegen de meiden gezegd: als
wij dit elke week presteren, dan
verliezen we geen wedstrijd
meer. Ik ben zeker vier tot vijf
uur per week bezig met videobeelden
en bij HCKZ beschikken
we wat dat aan gaat over prima
faciliteiten. We hebben aanvullende
software waardoor we nog
gerichter per individu kunnen
analyseren.’
AMBITIE
Kortom, uit alles blijkt dat de
Utrechter voorlopig goed op zijn
plek zit aan de Klatteweg.
‘Na dit seizoen heb ik een contract
voor nog een jaar. Samen
met mijn begeleidingsteam bouwen
we aan iets moois. Ik ben
jong en ik ben in de gelegenheid
hier veel te leren. Natuurlijk denk
ik wel eens na over mijn toekomst
in het hockey. Ambitie
vind ik heel gezond, telkens je
doelen verleggen. Dat doe ik ook
en dat hoort bij topsport. Waar
het eindigt, weet ik niet, maar ik
wil in ieder geval in de Hoofdklasse
terechtkomen.’