'Iedere gast heeft z'n eigen verhaal' - Horeca Entree
'Iedere gast heeft z'n eigen verhaal' - Horeca Entree
'Iedere gast heeft z'n eigen verhaal' - Horeca Entree
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Proost! Markant<br />
Meest Markante <strong>Horeca</strong>ondernemer van Brabant<br />
‘Iedere <strong>gast</strong> <strong>heeft</strong><br />
z’n <strong>eigen</strong> verhaal’<br />
Ad de Bruyn: “Op deze plek ben ik<br />
thuis. Mijn wieg stond er en ik<br />
leerde hier het horecavak ”<br />
Ad de Bruyn (55) woont, werkt, leeft en geniet in en bij café Herberg In den<br />
Bockenreyder, verscholen op een landgoed bij het dorp Esbeek. De ultieme<br />
<strong>gast</strong>vrijheid die hij en zijn team bieden, leverde hem de titel Meest Markante<br />
<strong>Horeca</strong>ondernemer 2010/2011 van Noord-Brabant op. “Het café en de <strong>gast</strong>en zijn<br />
mijn lust en mijn leven.<br />
14 Proost nr.10 2010<br />
TEKST EN BEELD: KAREL DE VOS
Volop in de schijnwerpers staan,<br />
het hoort <strong>eigen</strong>lijk niet bij<br />
Ad de Bruyn. De vriendelijke<br />
Brabander speelt liever geen hoofdrol<br />
in de publiciteit, daar voelt hij zich te<br />
bescheiden voor. Maar ja, het hoort bij<br />
het winnen van zo’n mooie titel. Ad<br />
vertoeft het liefst tussen de <strong>gast</strong>en,<br />
als een klassieke kastelein. Op het<br />
grote terras of bij de open haard in de<br />
intieme, donkerbruine herberg, die hij<br />
liefkozend ‘mijn kroegje noemt’.<br />
“Op deze plek ben ik thuis”, vertelt Ad.<br />
“Als ik een dag naar een horecabeurs<br />
ga, krijg ik al heimwee. Mijn vakantie<br />
bestaat uit een paar dagen apres skiën<br />
in een wintersportoord, langer blijf<br />
ik niet weg. Mijn wieg stond hier, ik<br />
woon er al mijn hele leven. Opa en<br />
opoe begonnen in 1932 een kroegje bij<br />
de boerderij. Mijn ouders namen het<br />
over. Omdat mijn vader jong overleed,<br />
werkte ik al op mijn veertiende volop<br />
mee. Ik was toen meer in het café dan<br />
op school. Mijn moeder deed de keuken.<br />
Ik geniet het meeste als ik tussen de<br />
<strong>gast</strong>en kan zijn. Mensen in de watten<br />
leggen, dat doe ik graag. Praatpaal zijn,<br />
vertrouwenspersoon soms. Iedere <strong>gast</strong><br />
<strong>heeft</strong> zijn <strong>eigen</strong> verhaal en ik ken al<br />
die verhalen, dat maakt het zo mooi.<br />
Als een echte kastelein, hanteer ik al<br />
veertig jaar lang het credo: horen, zien<br />
en zwijgen.”<br />
De openingstijden bevestigen de<br />
<strong>gast</strong>vrijheid van de uitbater: bijna<br />
iedere dag open vanaf 09.00 (in de<br />
winter 10.00 uur). Van maandag<br />
tot donderdag sluit het café als de<br />
schemering valt, op de overige dagen is<br />
het open ‘tot de kastelein gaat slapen’.<br />
Knetterend vuur<br />
Als we op een winterse dag over<br />
een besneeuwd bospad naar In den<br />
Bockenreyder zijn geglibberd, begrijpen<br />
In den Bockenreyder ademt de sfeer van een klassieke herberg<br />
we wat de ondernemer bedoelt<br />
met <strong>gast</strong>vrijheid. Het welkom door<br />
medewerker Martijn is allerhartelijkst.<br />
Hij adviseert ons een plekje bij het<br />
knetterende vuur, want de snijdende<br />
wind <strong>heeft</strong> behoorlijk vat op het<br />
monumentale pandje. De menukaart<br />
(evenals de website volledig in het<br />
Brabants) geeft goede raad: ‘heddet<br />
kaow, vat dan mar unnen goejen<br />
borrel’. Als even later ouders met drie<br />
kleumende kinderen binnen komen,<br />
worden ze op krukken op een rijtje voor<br />
de kachel gezet. Om even te ontdooien.<br />
“Iedere <strong>gast</strong> telt mee”, zegt Ad. “De<br />
Brabantse gemoedelijkheid druipt<br />
van het bedrijf af, dat is nooit anders<br />
geweest.”<br />
Dat beetje tocht dat we voelen, hoort<br />
bij de charme van de nostalgische<br />
herberg, die vijf jaar geleden werd<br />
uitgebreid met het Kapschûrke. Dat is<br />
een sfeervolle ruimte voor feesten en<br />
partijen. Een economische noodzaak,<br />
licht Ad toe. “Ons team telt ongeveer<br />
70 medewerkers. Om die goed aan het<br />
Jury: ‘Gastvrij en gemoedelijk’<br />
‘Pure <strong>gast</strong>vrijheid en de grote originaliteit’. Dat gaf bij de jury van de wedstrijd<br />
Meest Markante <strong>Horeca</strong>-ondernemer van Nederland de doorslag om Ad de<br />
Bruyn te kronen tot winnaar in Noord-Brabant. Hij weet de <strong>gast</strong>vrijheid en de<br />
gemoedelijkheid perfect over te brengen op zijn team, meldt het juryrapport. En dat<br />
in de bijzondere, natuurrijke entourage<br />
waarin hij opgroeide het horecavak<br />
leerde. De wedstrijd is een initiatief<br />
van Koninklijke <strong>Horeca</strong> Nederland en<br />
vakblad <strong>Horeca</strong> <strong>Entree</strong> (het zusterblad<br />
van Proost!).<br />
www.indenbockenreyder.nl,<br />
www.meestmarkant.nl<br />
Proost! Toppers<br />
werk te houden, was uitbreiding nodig.<br />
Vooral voor de wintermaanden, want in<br />
de zomer loopt ons terras met zo’n 250<br />
zitplaatsen beregoed. Het Kapschûrke<br />
kunnen we op koude dagen bovendien<br />
inzetten als verlengde van het café,<br />
want dat puilt ook vaak uit.”<br />
Terras: mierenhoop<br />
Hoe goed dat terras loopt, weet je<br />
pas als je het hebt meegemaakt. En<br />
dat weten we gelukkig. Hoewel ‘de<br />
Bockenreyder’ midden in de natuur<br />
ligt, is het terrein op zonnige dagen<br />
een soort mierenhoop. Honderden<br />
bezoekers melden zich op het terras;<br />
te voet, op de fiets, te paard of met de<br />
auto. De medewerkers dragen grote<br />
dienbladen, die grotendeels gevuld zijn<br />
met bokalen Leffe abdijbier. Wie geen<br />
officiële zitplaats <strong>heeft</strong>, hangt tegen<br />
een hek of tegen de waterput. Anderen<br />
strijken neer op een van de omgezaagde<br />
boomstammen op het terrein of laten<br />
zich gewoon op het gras zakken. In dat<br />
gekrioel begrijpt iedereen de tekst op de<br />
menukaart: “Ut onmeugelijke probere<br />
we attemukkare te doen, mar op<br />
wondere zulde efkes moete wachte…”<br />
Ad de Bruyn: “Het kan hier inderdaad<br />
een compleet gekkenhuis zijn, maar<br />
wel een gezellig gekkenhuis. Vooral als<br />
op bewolkte dagen plotseling de zon<br />
doorbreekt: dan is het in een mum<br />
van tijd bomvol. Dat betekent stevig<br />
bikkelen, maar ik heb gelukkig een goed<br />
team. Sommige medewerkers lopen hier<br />
al dertig jaar rond, die voelen zich net<br />
zo met ‘de Bockenreyder’ verbonden als<br />
ik. Mooi toch?”<br />
Proost nr.10 2010 15