05.11.2012 Views

Medicijnen - Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik

Medicijnen - Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik

Medicijnen - Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Deze brochure kunt u bestellen bij:<br />

Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland<br />

kamer H309<br />

postbus 7057<br />

1007 MB Amsterdam<br />

Telefoon/fax: 020 444 32 04<br />

Email: sarcoidose.info@vumc.nl<br />

Website: www.sarcoidose.nl<br />

© SBN en DGV, 2003<br />

<strong>Medicijnen</strong><br />

bij<br />

Sarcoïdose


<strong>Medicijnen</strong><br />

bij<br />

Sarcoïdose


Deze brochure is een gezamenlijke uitgave van de Sarcoïdose Belangenvereniging<br />

Nederland (SBN) en DGV, Nederlands instituut <strong>voor</strong> verantwoord medicijngebruik.<br />

Deze uitgave is financieel mogelijk gemaakt door het Fonds PGO, fonds <strong>voor</strong><br />

patiënten-, gehandicaptenorganisaties en ouderenbonden.<br />

Tekst<br />

Adrie Beyen en Gré Strating<br />

Realisatie<br />

drs. H.M.A. van der Kwaak–van Hout (DGV)<br />

Met medewerking van drs. M.W. Kwakkel (DGV), dr. A. Rothova (oogarts),<br />

drs. P.M. Ossenkoppele (dermatoloog), dr. T.L. Jansen (reumatoloog),<br />

dr. A.P.M. Gorgels (cardioloog), drs. H.E.J. Sinninghe Damsté (longarts),<br />

de leden van het SBN-patiëntenpanel en anderen.<br />

Vormgeving<br />

Keldermans + Van Lieshout, Breda<br />

Drukwerk<br />

Drukkerij Hoekman, Rijssen<br />

© SBN en DGV, 2003<br />

De informatie in deze brochure is met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld.<br />

De SBN en DGV kunnen echter geen aansprakelijkheid aanvaarden <strong>voor</strong> eventuele schade<br />

ten gevolge van het gebruik van de informatie uit deze brochure, of het zonder doktersadvies<br />

wijzigen, stoppen of aanpassen van de bij u ingezette behandeling. Raadpleeg hierover altijd<br />

uw arts.<br />

Inhoud<br />

hoofdstuk titel pagina<br />

1 Inleiding 1<br />

2 Wat is sarcoïdose 2<br />

3 De behandeling 4<br />

4 Het juiste medicijn 5<br />

5 De <strong>voor</strong>keursmedicijnen 7<br />

6 Medicijninformatie 8<br />

7 Zorgvuldig medicijngebruik 24<br />

8 In gesprek met uw arts 25<br />

9 De Sarcoïdose Belangenvereniging<br />

Nederland (SBN) 28<br />

10 Index medicijnen 29


1<br />

Hoofdstuk 1<br />

Inleiding<br />

Bij sarcoïdose leidt een overmatige reactie van het afweersysteem tot ontstekingsreacties.<br />

Deze kunnen in het hele lichaam <strong>voor</strong>komen. De oorzaak<br />

is nog niet bekend en het beloop van de ziekte is on<strong>voor</strong>spelbaar. Deze<br />

brochure geeft informatie over het nut en de werking van medicijnen bij<br />

sarcoïdose.<br />

Hoofdstuk 2 behandelt sarcoïdose in het kort. Hoofdstuk 3 gaat in op de<br />

verschillende behandelingsmogelijkheden. In hoofdstuk 4 kunt u lezen<br />

hoe u samen met uw arts tot het <strong>voor</strong> u juiste medicijn kunt komen.<br />

Hoofdstuk 5 geeft een overzicht van de <strong>voor</strong>keursmedicijnen. Per medicijn(groep)<br />

vindt u in hoofdstuk 6 de belangrijkste bijzonderheden inclusief<br />

eventuele bijwerkingen en waarschuwingen. Via de index achterin deze<br />

brochure kunt u daar makkelijk ´uw´ medicijn vinden.<br />

Hoofdstuk 7 bevat tips <strong>voor</strong> zorgvuldig medicijngebruik en hoofdstuk 8<br />

tips om het gesprek met uw arts goed te laten verlopen.<br />

Tot slot vindt u in hoofdstuk 9 informatie over de Sarcoïdose<br />

Belangenvereniging Nederland (SBN).<br />

Wanneer u de inhoud van deze brochure met uw partner of iemand anders<br />

in uw directe omgeving bespreekt, kan dit u helpen de zaken helder te<br />

krijgen. Goed <strong>voor</strong>bereid en gewapend met informatie kunt u vervolgens<br />

samen met uw behandelend arts kiezen <strong>voor</strong> de <strong>voor</strong> u beste behandeling.<br />

Het is beslist niet de bedoeling dat deze brochure een consult van of een<br />

behandeling door een arts vervangt.<br />

Wat is Sarcoïdose? Hoofdstuk 2<br />

Bij sarcoïdose komt het afweersysteem (immuunsysteem) zomaar in actie.<br />

Op één of meer plaatsen in het lichaam ontstaat een ontstekingsreactie:<br />

het lichaam maakt afweercellen en die hopen zich vervolgens op. Deze<br />

ophopingen worden granulomen genoemd. Na verloop van tijd kunnen de<br />

granulomen spontaan verdwijnen. Maar ze kunnen ook langdurig blijven<br />

bestaan en ontaarden in de vorming van bindweefsel. Dit bindweefsel<br />

heeft dan weer een negatieve invloed op de werking van het desbetreffende<br />

orgaan. Vooral jongvolwassenen en mensen van middelbare<br />

leeftijd kunnen met sarcoïdose te maken krijgen.<br />

Sarcoïdose wordt ook wel de ziekte van Besnier-Boeck of van Besnier-<br />

Boeck-Schaumann genoemd, naar de artsen Ernest Besnier, Caesar Boeck<br />

en Jörgen Schaumann, die deze ziekte als eersten hebben beschreven.<br />

Tegenwoordig gaat de <strong>voor</strong>keur uit naar de naam sarcoïdose.<br />

Sarcoïdose komt <strong>voor</strong>namelijk <strong>voor</strong> in de longen en de lymfeklieren.<br />

Daarnaast kan de ziekte ook andere organen en weefsels aantasten, zoals<br />

het kno-gebied (keel, neus en oren), de ogen, de huid, de gewrichten, de<br />

spieren, de botten, de hersenen, het maagdarmstelsel, de lever, de nieren,<br />

de milt, het zenuwstelsel en het hart. Vaak hebben mensen met gewrichtsklachten<br />

ook spierproblemen, net als mensen met botsarcoïdose.<br />

De één lijdt eraan zonder het te weten en komt er bij toeval achter als er<br />

om een of andere reden een röntgenfoto van de borst wordt gemaakt. Bij<br />

een ander ontstaan de klachten acuut en kunnen ze gepaard gaan met<br />

koorts. Bij weer een ander beginnen de klachten slepend in de vorm van<br />

moeheid in combinatie met vage pijnklachten. Zelfs als de typische<br />

sarcoïdoseverschijnselen zijn verdwenen, kan die moeheid nog jaren blijven<br />

bestaan.<br />

Algemene verschijnselen van sarcoïdose zijn een allesoverheersende moeheid,<br />

een gevoel van onbehagen en/of gewichtsverlies. Verder zijn de<br />

symptomen heel divers, afhankelijk van de plaats en de ernst van het ontstekingsproces.<br />

Als bij<strong>voor</strong>beeld de longen zijn aangetast, kan zich dat<br />

uiten in prikkelhoest en/of kortademigheid. Sarcoïdose van het hart en<br />

De verschillende<br />

vormen<br />

De symptomen<br />

2


3<br />

Hoofdstuk 2<br />

Wat is<br />

Sarcoïdose ?<br />

Het verloop<br />

het zenuwstelsel komt relatief weinig <strong>voor</strong>. Sarcoïdose kan ook gepaard<br />

gaan met oogaandoeningen, zoals glaucoom (verhoogde oogdruk) en<br />

staar. Daarom doen sarcoïdosepatiënten er verstandig aan hun ogen<br />

regelmatig te laten controleren door een oogarts. Bij chronische sarcoïdose<br />

kan de calciumhuishouding verstoord zijn, dit kan leiden tot nierstenen<br />

en botontkalking.<br />

Soms blijft de ziekte beperkt tot één plek, maar meestal zijn meer<br />

organen en weefsels aangetast. Ongeveer 70 procent van de patiënten<br />

herstelt spontaan, na enkele maanden tot één à twee jaar. Zij houden<br />

over het algemeen geen nadelige gevolgen aan de ziekte over.<br />

Bij de overige 30 procent houden de klachten langer aan en soms worden<br />

ze steeds erger. Deze chronische vorm van sarcoïdose kan overgaan in<br />

bindweefselvorming, waardoor een orgaan minder goed kan werken.<br />

Verraderlijk is ook dat de ziekte na schijnbaar herstel soms ineens weer<br />

kan opvlammen.<br />

Voor meer informatie over sarcoïdose kunt u het patiëntenboek, andere<br />

brochures en de website van SBN raadplegen (zie hoofdstuk 9).<br />

Complicatie: stoornissen in de calciumhuishouding<br />

Bij sarcoïdosepatiënten kan de calciumhuishouding verstoord zijn. Kenmerkend hier<strong>voor</strong> is<br />

een te hoge concentratie calcium in het bloed (hypercalciëmie) of in de urine (hypercalciurie).<br />

Waarschijnlijk ontstaat deze verstoring doordat het lichaam extra vitamine D activeert.<br />

Een verhoogde calciumconcentratie in het bloed kan leiden tot een verminderde nierfunctie.<br />

Ook kunnen er klachten met plassen ontstaan, bij<strong>voor</strong>beeld heel veel moeten plassen, doordat<br />

de nieren minder goed in staat zijn de urine te concentreren. Een verhoogde calciumuitscheiding<br />

in de urine kan uiteindelijk nierstenen veroorzaken. Sarcoïdosepatiënten met een<br />

verstoorde calciumhuishouding wordt afgeraden veel in de zon te zitten, omdat vitamine D<br />

wordt gevormd in de huid onder invloed van zonlicht. Ook kunnen ze beter geen vitamine D<br />

in de vorm van tabletten slikken of voedsel rijk aan vitamine D eten.<br />

Een groot aantal sarcoïdosepatiënten krijgt ook te maken met de complicatie botontkalking<br />

(osteoporose). De stoornis in de calciumhuishouding kan hierbij een rol spelen, maar meestal<br />

is de botontkalking het gevolg van langdurig corticosteroïden gebruiken.<br />

De behandeling Hoofdstuk 3<br />

Meestal treedt spontaan herstel op en hoeft sarcoïdose niet behandeld te<br />

worden. Bij een eventuele behandeling nemen medicijnen een centrale<br />

plaats in.<br />

Voor longsarcoïdose bestaat een algemene richtlijn. Deze houdt in dat in<br />

principe zes tot twaalf maanden wordt gewacht met medicijnen. Als er<br />

spontaan herstel optreedt, dan gebeurt dat immers vrijwel altijd binnen<br />

deze termijn. De behandeling met medicijnen wordt eerder gestart bij een<br />

te grote kans op complicaties of als de klachten daartoe aanleiding<br />

geven. Bij ernstige oogproblemen, sarcoïdose in het hart of centrale<br />

zenuwstelsel, een te hoge calciumconcentratie in het bloed of de urine is<br />

het raadzaam direct tot behandeling over te gaan.<br />

Bij sommige vormen van sarcoïdose zijn naast medicijnen ook andere<br />

behandelmethoden mogelijk. Zo worden bij huidsarcoïdose cryotherapie<br />

(bevriezing) en therapie met kunstmatig ultraviolet licht (zoals PUVA) wel<br />

eens toegepast. Bij sarcoïdose van de spieren helpt oefentherapie op<br />

maat de klachten te verminderen. Mensen met gewrichtsarcoïdose krijgen<br />

vaak gedoseerde rust en koudepakkingen <strong>voor</strong>geschreven. Zijn de knieof<br />

enkelgewrichten aangedaan, dan kan de behandeling bestaan uit het<br />

hoog leggen van het desbetreffende been en het dragen van ondersteunende<br />

kousen (bij<strong>voor</strong>beeld Achillotrain).<br />

Voor sarcoïdosepatiënten met een verstoorde calciumhuishouding is het<br />

belangrijk dat ze veel bewegen, de zon zo veel mogelijk mijden en geen<br />

extra kalk en vitamine D slikken.<br />

Treden er andere complicaties op, dan worden die behandeld zoals die<br />

aandoeningen normaal ook behandeld worden. Hierbij kunt u bij<strong>voor</strong>beeld<br />

denken aan glaucoom (verhoogde oogdruk) bij oogsarcoïdose,<br />

hartfalen of ritmestoornissen bij hartsarcoïdose en zenuwpijn bij neurosarcoïdose.<br />

Een beschrijving van al die specifieke behandelingen valt buiten het<br />

bestek van deze brochure.<br />

4


5<br />

Hoofdstuk 4<br />

Merknaam of<br />

stofnaam<br />

Wisselwerking<br />

Het juiste medicijn<br />

Van persoon tot persoon kan het verschillen hoe een medicijn in het<br />

lichaam werkt en welke bijwerkingen zich <strong>voor</strong>doen. Dit heeft te maken<br />

met de werkzame stof en de dosering, maar ook met de patiënt zelf: leeftijd,<br />

geslacht, lichaamsgewicht, lichaamsomvang en de conditie van lever<br />

en nieren. De arts houdt hiermee rekening bij het kiezen van het medicijn.<br />

Voor de behandeling van sarcoïdose hebben bepaalde medicijnen de<br />

<strong>voor</strong>keur, in een bepaalde volgorde (zie hoofdstuk 5). Soms is het een<br />

kwestie van proberen en gaat er enige tijd overheen <strong>voor</strong> het juiste medicijn<br />

en de juiste dosis zijn gevonden. Het komt ook <strong>voor</strong> dat een middel<br />

na verloop van tijd minder goed werkt en daarom moet worden vervangen<br />

door een ander medicijn.<br />

Het is dan ook belangrijk dat u goed in de gaten houdt hoe u op een<br />

medicijn reageert. Bespreek dit regelmatig met uw arts. Voor zijn oordeel<br />

is hij mede afhankelijk van úw informatie.<br />

Over het algemeen zijn er meer middelen met dezelfde werkzame stof.<br />

Zo bevatten bij<strong>voor</strong>beeld de corticosteroïde middelen Prednisolon,<br />

Di-Adreson-F, Pred Forte, Prednisolon Minims en Ultracortenol allemaal<br />

de werkzame stof prednisolon. Ze verschillen niet in kwaliteit, wel in toedieningsvorm<br />

en prijs. Artsen zetten tegenwoordig zoveel mogelijk de<br />

stofnaam op hun recepten, zodat de apotheker het goedkoopste middel<br />

kan leveren.<br />

Gebruikt u verschillende medicijnen, dan kan er een interactie (wisselwerking)<br />

optreden: onder invloed van het ene medicijn werkt een ander<br />

medicijn dan zwakker of juist sterker. Het is daarom belangrijk dat een<br />

arts weet welke medicijnen u nog meer gebruikt. Doordat uw apotheker<br />

een lijst van al uw medicijnen bijhoudt, kan hij bij elk nieuw recept een<br />

eventuele interactie signaleren. Indien nodig zoekt hij in overleg met de<br />

arts die het medicijn heeft <strong>voor</strong>geschreven een oplossing. Ook vrij<br />

verkrijgbare middelen kunnen de werking van een aantal andere medicijnen<br />

beïnvloeden. Informatie hierover is te vinden in de bijsluiter, maar u<br />

doet er goed aan om deze middelen niet zonder overleg met uw arts of<br />

apotheker te gebruiken.<br />

Via de navelstreng en moedermelk kunnen kinderen medicijnen die de<br />

moeder slikt binnenkrijgen. Dit kan schadelijke gevolgen hebben <strong>voor</strong> het<br />

(ongeboren) kind. Als u zwanger wilt worden of bent, overleg dan met uw<br />

arts of u bepaalde medicijnen mag (blijven) slikken.<br />

In ieder geval wordt mannen en vrouwen met klem aanbevolen om<br />

tijdens het gebruik van immunosuppressiva zoals methotrexaat en<br />

gedurende zes maanden erna zwangerschap te <strong>voor</strong>komen.<br />

Hoofdstuk 4<br />

Het juiste medicijn<br />

Zwangerschap<br />

en borstvoeding<br />

6


7<br />

Hoofdstuk 5<br />

De <strong>voor</strong>keursmedicijnen<br />

Dit schema geeft weer naar welk medicijn de <strong>voor</strong>keur uitgaat bij de<br />

behandeling van sarcoïdose.<br />

Sarcoïdose aan de longen, nieren, hart, hersenen, oog, neus en huid:<br />

1e keus: corticosteroïden<br />

2e keus: corticosteroïden + methotrexaat<br />

Middelen die ook worden toegepast:<br />

• longen: chloorambucil, azathioprine, ciclosporine, hydroxychloroquine<br />

• lever: methotrexaat, azathioprine, hydroxychloroquine<br />

• neus: spoelen met fysiologisch zout<br />

• oog: methotrexaat, pupilverwijdende en oogdrukverlagende oogdruppels<br />

• nier: chloroquine, hydroxychloroquine<br />

• huid: chloroquine, hydroxychloroquine, azathioprine, chloorambucil, ciclosporine,<br />

methotrexaat, allupurinol, levamisol<br />

• hersenen: azathioprine, ciclosporine, chloroquine, hydroxychloroquine<br />

• hart: cyclofosfamide<br />

Sarcoïdose aan de spieren, gewrichten en botten:<br />

1e keus: NSAID’s<br />

2e keus: corticosteroïden<br />

3e keus: corticosteroïden + methotrexaat<br />

Complicatie botontkalking:<br />

bifosfonaten<br />

Alleen prednison en prednisolon zijn door de overheid goedgekeurd<br />

(geregistreerd) <strong>voor</strong> de behandeling van sarcoïdose. In het schema vindt<br />

u ook andere <strong>voor</strong>keursmiddelen. Artsen kunnen deze middelen eveneens<br />

<strong>voor</strong>schrijven vanwege hun pijnstillende en ontstekingsremmende werking<br />

of omdat ze het afweersysteem onderdrukken. Soms hebben de <strong>voor</strong>keursmiddelen<br />

niet het gewenste effect of verdragen patiënten ze niet<br />

goed. Dan kan de arts, in het belang van de patiënt, andere middelen uitproberen.<br />

Deze middelen zijn geregistreerd <strong>voor</strong> andere ziekten, maar blijken<br />

soms ook werkzaam te zijn bij sarcoïdose. Meer informatie over de<br />

verschillende medicijnen kunt u vinden in hoofdstuk 6.<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie Hoofdstuk 6<br />

Bij sarcoïdose kunnen verschillende medicijnen worden ingezet om de<br />

klachten te bestrijden en complicaties te <strong>voor</strong>komen. Dit hoofdstuk geeft<br />

per soort weer welke middelen daartoe behoren, welke werkzame stof ze<br />

bevatten en welke bijwerkingen ze kunnen hebben.<br />

Via het register achterin deze brochure kunt u snel ´uw´ medicijn vinden.<br />

Corticosteroïden zijn hormonen die door de bijnierschors worden gemaakt<br />

en afgescheiden. In de menselijke bijnierschors worden onder meer de<br />

hormonen cortisol en aldosteron aangemaakt. Naast deze natuurlijke hormonen<br />

zijn er veel synthetische stoffen met eenzelfde werking. Ook deze<br />

synthetische stoffen worden corticosteroïden genoemd.<br />

Corticosteroïden worden <strong>voor</strong>namelijk <strong>voor</strong>geschreven als de sarcoïdose<br />

opvlamt. Anders dan bij andere aandoeningen is het bij sarcoïdose raadzaam<br />

deze middelen langdurig(er) te gebruiken. Een korte kuur van bij<strong>voor</strong>beeld<br />

een week heeft weinig zin.<br />

Corticosteroïden hebben ontstekingsremmende en afweeronderdrukkende<br />

eigenschappen. Ze kunnen ook de zouthuishouding, de koolhydraat<br />

(‘suiker’)stofwisseling en de eiwitstofwisseling beïnvloeden. Bij sarcoïdose<br />

doen corticosteroïden de granulomen in omvang afnemen of zelfs verdwijnen.<br />

Bovendien kunnen ze soms <strong>voor</strong>komen dat er ter plaatse van<br />

een granuloom bindweefsel ontstaat.<br />

Corticosteroïden brengen ook de verhoogde calciumconcentratie in het<br />

bloed (hypercalciëmie) weer omlaag. Hierdoor wordt de kans op nierstenen<br />

en andere mogelijke effecten van hypercalciëmie kleiner.<br />

In feite is sarcoïdose niet met corticosteroïden (noch met enig ander middel)<br />

te genezen, omdat ze de spontane ontstekingsreacties niet kunnen<br />

verhinderen. Wel onderdrukken corticosteroïden de ontstekingen, verminderen<br />

ze over het algemeen de klachten, <strong>voor</strong>komen ze complicaties en<br />

zorgen ze er<strong>voor</strong> dat mensen zich beter voelen.<br />

Van alle corticosteroïden in tabletvorm worden prednison en prednisolon<br />

het meest <strong>voor</strong>geschreven. Met deze twee middelen is veel ervaring<br />

Corticosteroïden<br />

Werking<br />

Prednison en<br />

prednisolon<br />

8


9<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

corticosteroïden<br />

Zwangerschap<br />

De belangrijkste<br />

corticosteroïden<br />

opgedaan. Prednison wordt in het lichaam omgezet in het werkzame prednisolon.<br />

De behandeling begint veelal met een hoge dosis. Het advies luidt<br />

40 mg, maar soms wordt de dosis aangepast, bij<strong>voor</strong>beeld vanwege de<br />

leeftijd en de ernst van de symptomen. Met name bij sarcoïdose van het<br />

hart, het centrale zenuwstelsel en de ogen is een hogere startdosis niet<br />

ongebruikelijk. Als de ziekte eenmaal is onderdrukt, wordt de dosis geleidelijk<br />

verminderd tot een zo laag mogelijke onderhoudsdosis. Hierbij moet<br />

u denken aan één maal daags 10 tot 20 mg, bij <strong>voor</strong>keur bij het ontbijt.<br />

Het kan soms maanden duren <strong>voor</strong> dit niveau is bereikt. Daarna wordt<br />

bekeken wanneer de onderhoudsdosering kan worden afgebouwd.<br />

Over het algemeen zijn de klachten van sarcoïdose tijdens de zwangerschap<br />

en de zes maanden erna veel minder. Is het toch nodig de behandeling<br />

met corticosteroïden tijdens de zwangerschap of het zogen <strong>voor</strong>t<br />

te zetten, dan wordt de dosis zo laag mogelijk en de duur zo kort<br />

mogelijk gehouden. Overigens kunnen corticosteroïden tijdens de zwangerschap<br />

wel zonder problemen plaatselijk toegediend worden, bij<strong>voor</strong>beeld<br />

in de vorm van crèmes, zalven, oogdruppels en inhalatie.<br />

Oraal (tablet, capsule)<br />

werkzame stof merknaam<br />

prednisolon Prednisolon<br />

prednison Prednison<br />

Op de huid (creme, zalf, lotion)<br />

werkzame stof merknaam<br />

• Klasse I zwak werkzaam:<br />

hydrocortison Hydrocortison 1% creme FNA<br />

Hydrocortison 1% zalf FNA<br />

Mildison<br />

• Klasse II vrij sterk werkzaam:<br />

triamcinolonacetonide Triamcinolonacetonide 0,1% FNA<br />

hydrocortisonbutyraat Locoid<br />

• Klasse III sterk werkzaam:<br />

betamethasonvaleraat Betnelan, Celestoderm<br />

• Klasse IV zeer sterk werkzaam:<br />

betamethasondipropionaat Diprolene<br />

clobetasolpropionaat Dermovate<br />

In het oog (druppels, zalf)<br />

werkzame stof merknaam<br />

dexamethason Decadron, Dexa Pos, Dexamethason<br />

Monofree<br />

fluormetholon Flarex, FML Liquifilm<br />

prednisolon Pred Forte, Prednisolon Minims,<br />

Ultracortenol<br />

rimexolon Vexol<br />

Inhaleren<br />

werkzame stof merknaam<br />

beclometason Aerobec, Becloforte, Beclometason<br />

Cyclocaps, Becotide, Qvar<br />

budesonide Pulmicort<br />

fluticason Flixotide<br />

Combinatiepreparaten met corticosteroiden:<br />

werkzame stoffen merknaam<br />

formoterol/budesonide Symbicort<br />

salmeterol/fluticason Seretide<br />

Injecteren<br />

werkzame stof merknaam<br />

betamethason Celestone<br />

hydrocortison Solu-Cortef<br />

methylprednisolon Solu-Medrol<br />

prednisolon Di-Adreson-F<br />

triamcinolon Ledercort<br />

triamcinolonacetonide Kenacort<br />

triamcinolonphexacetonide Lederspan<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

corticosteroïden<br />

10


11<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

corticosteroïden<br />

Bijwerkingen<br />

Corticosteroïden kunnen veel bijwerkingen geven. Gelukkig treden ze lang<br />

niet allemaal bij iedereen op. Bij een hoge dosering en bij langdurig<br />

slikken neemt de kans op (ernstige) bijwerkingen toe.<br />

De kans op bijwerkingen is relatief klein bij plaatselijke toediening (inhalatie,<br />

crème, druppels, klysma, injectie), omdat dan vaak een lage<br />

dosering voldoet.<br />

Bij een langdurige behandeling houden artsen de dosering zo laag mogelijk<br />

om bijwerkingen te <strong>voor</strong>komen.<br />

Vooral bij een hoge dosering corticosteroïden zijn maagdarmklachten niet<br />

ongewoon en is het verstandig om de maag te beschermen met maagzuurremmers.<br />

Bij langdurig gebruik zijn de belangrijkste bijwerkingen:<br />

•gewichtsvermeerdering door een grotere eetlust en het vasthouden van<br />

water en zouten, te herkennen aan een ‘vollemaansgezicht’;<br />

• stemmingswisselingen, variërend van grote opwinding en euforie tot<br />

somberheid, depressie en gevoelens van onmacht;<br />

• botontkalking als u langer dan drie maanden minimaal 7,5 mg per dag<br />

slikt;<br />

• cataract (staar) en glaucoom (verhoogde oogdruk);<br />

• onderhuidse bloedingen en blauwe plekken door een broze huid en<br />

broos onderhuids weefsel;<br />

•vertraagde wondgenezing;<br />

• spierzwakte;<br />

•verhoogd bloedsuikergehalte;<br />

•verhoogde infectiegevoeligheid;<br />

• hoge(re) bloeddruk door het vasthouden van water en zout;<br />

• uitblijven van de menstruatie;<br />

• een geremde groei bij kinderen.<br />

Bij spiersarcoïdose houden artsen de dosis corticosteroïden vaak laag<br />

met een prednisonbesparend middel als methotrexaat om onder andere<br />

de kans op spierpijn en een verminderde spierkracht te verlagen.<br />

Corticosteroïden onderdrukken de natuurlijke productie van bijnierschorshormonen.<br />

Daarom is het zeer onverstandig om plotseling te stoppen met<br />

het innemen van corticosteroïden. Een geleidelijke afbouw na langdurig<br />

gebruik (langer dan drie weken) bevordert het weer op gang komen van<br />

de natuurlijke productie.<br />

Na een zogenaamde stootkuur (hoge dosering gedurende maximaal drie<br />

weken) kan wel meteen gestopt worden.<br />

Te snel afbouwen of van de ene op de andere dag stoppen kan leiden tot:<br />

• hoofdpijn;<br />

• spier- en gewrichtspijn;<br />

• misselijkheid en gebrek aan eetlust;<br />

• onwel voelen.<br />

Is er sprake van een infectie, ziekte, ongeval of operatie, dan heeft het<br />

lichaam extra veel bijnierschorshormoon nodig. Bij langdurig gebruik van<br />

corticosteroïden kan het lichaam dit zelf niet of niet snel genoeg leveren.<br />

Dan kan het raadzaam zijn om tijdelijk een hogere dosis corticosteroïden<br />

in te nemen, altijd in overleg met uw arts.<br />

• Corticosteroïden kunnen het bloedsuikergehalte verhogen. Hierdoor<br />

kan de behoefte aan insuline en andere bloedsuikerverlagende<br />

middelen toenemen.<br />

•Ook kan de behoefte aan bloedverdunners zoals acenocoumarol<br />

(Sintrom) en fenprocoumon (Marcoumar) veranderen.<br />

•In combinatie met NSAID’s (zie verderop) is de kans op maagdarmklachten<br />

groter.<br />

•Gebruikt iemand ook diuretica (plasmiddelen), dan kan er een kaliumtekort<br />

in het bloed ontstaan.<br />

•Tijdens een langdurige behandeling met corticosteroïden is het belangrijk<br />

om bloeddruk, bloedsuikergehalte, botdichtheid, lichaamsgewicht<br />

en ogen regelmatig te controleren.<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

corticosteroïden<br />

Waarschuwingen<br />

Interacties<br />

Voorzorgsmaatregelen<br />

12


13<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

corticosteroïden<br />

Inhalatie<br />

•Bij gelijktijdig gebruik van bloedverdunners is het raadzaam de<br />

bloedstollingstijd vaker door de trombosedienst te laten controleren.<br />

•Veel bewegen vermindert de kans op botontkalking.<br />

Bij sarcoïdose kan de preventie en behandeling van botontkalking<br />

afwijken van de reguliere behandeling, zie ook hoofdstuk 2 en 3.<br />

Bij ademproblemen kunnen corticosteroïden ook geïnhaleerd worden. Het<br />

medicijn werkt snel, doordat het direct in contact komt met de longen.<br />

Bovendien kan volstaan worden met een lage dosering: eentiende van de<br />

dosis in tabletvorm. Omdat het medicijn nauwelijks in het bloed terecht<br />

komt, ontstaan er zelden bijwerkingen. Bij sarcoïdose wordt deze toedieningsvorm<br />

echter weinig toegepast gezien de beperkte effectiviteit.<br />

Er zijn verschillende spuitbusjes, al dan niet met een <strong>voor</strong>zetkamer, en<br />

poederinhalatoren. Allemaal zijn ze <strong>voor</strong>zien van een nauwkeurige<br />

gebruiksaanwijzing. Daarin staat hoe het apparaatje klaar te maken, te<br />

gebruiken en schoon te maken. Wie deze instructies volgt, kan veel baat<br />

hebben bij deze manier van medicijnen ´innemen´. Maar vaak gaan mensen<br />

na verloop van tijd slordiger inhaleren. Ongeveer de helft van de<br />

gebruikers gebruikt de inhalator niet goed en hierdoor werkt het middel<br />

niet optimaal. Als u uw medicijnen inhaleert, doet u er daarom goed aan<br />

uw techniek van tijd tot tijd bij een arts, apotheker of caraverpleegkundige<br />

te controleren.<br />

Het is niet te <strong>voor</strong>komen dat er van de geïnhaleerde dosis corticosteroïde<br />

iets in de mond en keelholte terechtkomt. Dit kan heesheid of een<br />

schimmelinfectie in de mond en keelholte veroorzaken. Om dit tegen te<br />

gaan is het belangrijk dat u na het inhaleren de mond goed met water<br />

spoelt en het water daarna uitspuugt. Eventuele resten in de keel kunt u<br />

met voedsel of drinken doorslikken. Inhaleer daarom bij <strong>voor</strong>keur kort<br />

<strong>voor</strong> een maaltijd.<br />

Niet Steroïde Anti-Inflammatoire Drugs (NSAID´s) zijn pijnstillers met een<br />

ontstekingsremmende werking.<br />

NSAID’s remmen de vorming van een ontstekingsbevorderende stof<br />

(prostaglandine) in het bloed en de weefsels. Daardoor stillen ze pijn,<br />

dempen ze koorts en gaan ze ontstekingen tegen. Vooral vanwege dit<br />

laatste spelen ze een belangrijk rol in de behandeling van sarcoïdose. Met<br />

name bij spier- en gewrichtsklachten en de huidaandoening erythema<br />

nodosum (blauwrode knobbels in de huid).<br />

Tijdens de eerste helft van de zwangerschap kunnen NSAID´s met enige<br />

terughoudendheid worden gebruikt als paracetamol niet goed genoeg<br />

werkt. Tijdens de tweede helft van de zwangerschap daarentegen mogen<br />

geen NSAID´s geslikt worden.<br />

werkzame stof merknaam toedieningsvorm<br />

acetylsalicylzuur Acetylsalicylzuur tablet<br />

Alka-Seltzer bruistablet<br />

Aspirine tablet<br />

Aspro tablet<br />

celecoxib Celebrex capsules<br />

diclofenac Cataflam dragee<br />

Diclofenac tablet (retard en<br />

enteric coated)<br />

Voltaren injectievloeistof<br />

tablet (retard)<br />

diclofenac/misoprostol Arthrotec tablet (omhuld)<br />

ibuprofen Advil dragees, stroop<br />

Brufen tablet, bruisgranulaat<br />

Femapirin dragee<br />

Ibosure capsules<br />

(slow release)<br />

Ibumetin tablet, retard-tablet<br />

Ibuprofen dragee, tablet<br />

Nurofen bruisganulaat, dragee<br />

Zafen granulaat in zakjes<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

NSAID’s<br />

NSAID´s<br />

Werking<br />

Zwangerschap<br />

De belangrijkste<br />

NSAID’s<br />

14


15<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

NSAID’s<br />

Bijwerkingen<br />

Interactie<br />

indometacine Dometin capsule,<br />

maagsapresistent<br />

Indocid retard-capsule,<br />

suspensie, zetpil<br />

Indometacine retard-tablet<br />

ketoprofen Ketoprofen retard-capsule,<br />

retard-tablet<br />

Orudis, Oscorel capsule (slow release)<br />

meloxicam Movicox tablet, zetpil<br />

naproxen Aleve tablet<br />

Femex tablet<br />

Naprosyne granulaat in sachet,<br />

tablet, zetpil<br />

Naprocoat tablet,<br />

maagsapresistent<br />

Naprovite omhuld tablet<br />

Naproxen tablet<br />

Nycopren tablet (enteric coated)<br />

rofecoxib Vioxx tablet, suspensie<br />

Misselijkheid, braken en maagbloedingen zijn bijwerkingen van NSAID’s.<br />

Deze maagdarmklachten komen met name <strong>voor</strong> bij ouderen en bij mensen<br />

die maagzweren hebben (gehad). De kans op deze bijwerkingen is groter<br />

bij een hoge dosering of in combinatie met corticosteroïden en/of alcoholgebruik.<br />

Gebruik van NSAID´s kan ook leiden tot overgevoeligheidsreacties en<br />

nierstoornissen. Bovendien kunnen deze middelen de werking van bloedplaatjes<br />

remmen, waardoor wonden langer blijven bloeden.<br />

NSAID’s kunnen de werking van sommige bloeddrukverlagende middelen<br />

veranderen en het effect van bloedverdunnende middelen zoals acenocoumarol<br />

(Sintrom) en fenprocoumon (Marcoumar) versterken.<br />

• NSAID´s kunnen de maag- en darmwand irriteren en kunnen het natuurlijke<br />

beschermende laagje van de maagwand aantasten. Tabletten hebben<br />

dit effect meer dan capsules, oplossingen en suspensies. Dit is<br />

enigszins tegen te gaan door de medicijnen bij de maaltijd in te nemen<br />

met een vol glas water of lauwwarme melk. NSAID’s zijn er ook in speciale<br />

tabletvormen die maagklachten helpen te verminderen: slow-release-tabletten,<br />

retard-tabletten en enteric coated tabletten. De eerste<br />

twee geven de werkzame stof geleidelijk en in kleine hoeveelheden vrij.<br />

Bij de enteric coated tabletten lost het buitenste laagje niet op in de<br />

maag maar pas in de dunne darm. De werkzame stof kan de maagwand<br />

dus niet irriteren. Hebt u maagklachten, vraag uw apotheker dan naar<br />

deze speciale tabletten.<br />

•Ondanks alle <strong>voor</strong>zorgsmaatregelen kunt u toch nog maagdarmklachten<br />

krijgen. Dit komt doordat de werkzame stof via het bloed het hele<br />

lichaam door gaat. Zo belandt het medicijn via een omweg dus toch<br />

weer in uw maag en darmen.<br />

•Zo nodig kunnen NSAID’s worden gecombineerd met maagbeschermende<br />

middelen of maagzuurremmers.<br />

•Bij gelijktijdig gebruik van bloedverdunners is het raadzaam de bloedstollingstijd<br />

te laten controleren.<br />

•Vanwege de interactie met bloeddrukverlagende middelen is het ook<br />

raadzaam om de bloeddruk regelmatig te laten meten.<br />

Immunosuppressiva zijn middelen die het afweer- ofwel immuunsysteem<br />

onderdrukken. Hierdoor kunnen ze een positief effect hebben bij verschillende<br />

vormen van sarcoïdose. Deze middelen worden toegepast ter<br />

vervanging van corticosteroïden wanneer deze niet worden verdragen of<br />

te weinig of geen effect hebben. Ook schrijven artsen ze <strong>voor</strong> in combinatie<br />

met corticosteroïden om zo de dosis corticosteroïd te verlagen.<br />

Het immuunsysteemonderdrukkend middel van eerste keuze is methotrexaat.<br />

Daarnaast worden, zij het zelden, ook nog enkele andere<br />

immuunsysteemonderdrukkende middelen gebruikt. Zie ook het medicijnschema<br />

van hoofdstuk 5.<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

NSAID’s / immunosuppressiva<br />

Voorzorgsmaatregelen<br />

Immuno<br />

suppressiva<br />

16


17<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

immunosuppressiva<br />

De belangrijkste<br />

immunosuppressiva<br />

Werking<br />

Bijwerkingen<br />

werkzame stof merknaam<br />

methotrexaat Methotrexaat<br />

Emtrexate<br />

Ledertrexate<br />

chloorambucil Leukeran<br />

cyclofosfamide Endoxan-ASTA<br />

azathioprine Azathioprine<br />

Imuran<br />

ciclosporine Neoral<br />

Sandimmune<br />

Methotrexaat, chloorambucil en cyclofosfamide onderdrukken niet alleen<br />

het afweersysteem maar remmen ook de groei van sneldelende cellen.<br />

Hierbij gaat het <strong>voor</strong>al om de cellen van de huid, haren, geslachtsorganen,<br />

de blaas, het slijmvlies van het maagdarmkanaal en het beenmerg. Omdat<br />

in het beenmerg de bloedcellen worden gevormd, is het raadzaam regelmatig<br />

uw bloed te laten controleren als u één van deze middelen slikt. Een<br />

tekort aan witte bloedlichaampjes kan namelijk leiden tot een verhoogde<br />

infectiegevoeligheid. En door een tekort aan bloedplaatjes treden er eerder<br />

bloedingen op, denk aan een bloedneus en blauwe plekken.<br />

Maagklachten zoals:<br />

• misselijkheid;<br />

• braken;<br />

• diarree.<br />

Na langdurig gebruik kunnen bovendien de volgende bijwerkingen optreden:<br />

• moeheid;<br />

• duizeligheid;<br />

•vermindering of uitblijven van de menstruatie;<br />

•leverstoornissen.<br />

Wie een immuunsysteemonderdrukkend middel slikt, is soms vatbaarder<br />

<strong>voor</strong> infecties.<br />

Methotrexaat is schadelijk <strong>voor</strong> het ongeboren kind, met name in de eerste<br />

drie maanden van de zwangerschap. Er zijn aanwijzingen dat dit ook <strong>voor</strong><br />

chloorambucil en cyclofosfamide geldt. Een kind kan deze middelen via<br />

de moedermelk binnenkrijgen. Geef daarom tijdens de behandeling geen<br />

borstvoeding. Verder wordt zowel mannen als vrouwen met klem aangeraden<br />

zwangerschap te <strong>voor</strong>komen tijdens het gebruik van deze middelen<br />

en gedurende zes maanden erna.<br />

Methotrexaat wordt via een tablet of een onderhuidse injectie toegediend.<br />

De gebruikelijke dosering bij sarcoïdose is één keer per week 7,5 tot 25 mg.<br />

Als er bijwerkingen optreden kan de wekelijkse dosering ook in drie keer<br />

met tussenpozen van 12 uur worden gegeven. Ook kan de dosering<br />

worden verlaagd of foliumzuur worden toegevoegd. Foliumzuur vermindert<br />

de kans op bijwerkingen. Het kan echter ook de effectiviteit van<br />

methotrexaat verminderen. Om die reden wordt soms geadviseerd om<br />

methotrexaat en foliumzuur niet op dezelfde dag in te nemen. Het is echter<br />

nog niet duidelijk hoe belangrijk het tijdsverschil tussen de innamen is.<br />

Uw arts beoordeelt wat <strong>voor</strong> uw situatie het beste is.<br />

Na langdurig gebruik van methotrexaat kunnen naast de al genoemde<br />

bijwerkingen ook nog optreden:<br />

• haaruitval (van <strong>voor</strong>bijgaande aard);<br />

• een verhoogde kans op bloedingen en infecties.<br />

Er zijn medicijnen die de methotrexaatconcentratie in het bloed kunnen<br />

verhogen en daarmee de effecten van methotrexaat kunnen versterken.<br />

Dit kan soms zeer ernstige gevolgen hebben. Tot deze medicijnen behoren<br />

onder andere salicylaten, NSAID´s, sulfonamiden (co-trimoxazol, trimethoprim<br />

en probenecid).<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

immunosuppressiva<br />

Methotrexaat<br />

18


19<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

immunosuppressiva<br />

Chloorambucil<br />

Cyclofosfamide<br />

Azathioprine<br />

Ciclosporine<br />

Naast de al genoemde bijwerkingen kan na langdurig gebruik van<br />

chloorambucil ook huiduitslag als bijwerking <strong>voor</strong>komen.<br />

Naast de al genoemde bijwerkingen, kan na langdurig gebruik van<br />

cyclofosfamide haaruitval als bijwerking <strong>voor</strong>komen.<br />

Bijwerkingen zijn:<br />

•verminderde eetlust;<br />

• misselijkheid, braken, diarree;<br />

• huidafwijkingen;<br />

• bloedarmoede en andere bloedafwijkingen;<br />

• soms ontsteking van de alvleesklier.<br />

Azathioprine kan de werking van het anti-jichtmiddel allopurinol<br />

verlengen.<br />

Bijwerkingen zijn:<br />

• toename van de lichaamsbeharing;<br />

• trillende handen;<br />

• moeheid;<br />

•gezwollen tandvlees;<br />

• misselijkheid;<br />

• braken;<br />

• branderige handen en voeten.<br />

Soms kan er ook sprake zijn van overgevoeligheidsreacties, hoofdpijn,<br />

vocht vasthouden, toevallen, zwelling van de borsten, pijnlijke menstruatie<br />

of uitblijven van de menstruatie. Een enkele keer raakt de alvleesklier<br />

ontstoken.<br />

Omdat ciclosporine de bloeddruk, lever- en nierfunctie beïnvloedt, moeten<br />

deze nauwgezet gecontroleerd worden tijdens het gebruik ervan.<br />

Het anti-jichtmiddel allopurinol kan de ciclosporinespiegel in het bloed<br />

verhogen en dit kan leiden tot een ciclosporinevergiftiging.<br />

Let op: er zijn veel medicijnen die de werking van ciclosporine kunnen<br />

versterken. Ook grapefruit kan dit effect hebben.<br />

Mydriatica hebben een pupilverwijdende werking. Daarom worden ze bij<br />

oogsarcoïdose toegepast.<br />

De meest <strong>voor</strong>komende bijwerkingen zijn lichtschuwheid, stoornissen in<br />

het zien, geïrriteerde ogen en een verhoging van de oogdruk.<br />

werkzame stof merknaam<br />

atropine Atropine<br />

fenylefrine Fenylefrine<br />

homatropine Homatropine<br />

tropicamide Tropicamide<br />

De antimalariamiddelen hydroxychloroquine en chloroquine zijn inzetbaar<br />

bij de behandeling van sarcoïdose.<br />

werkzame stof merknaam<br />

chloroquine Nivaquine<br />

hydroxycloroquine Plaquenil<br />

Bijwerkingen zijn vaak maagdarmklachten als misselijkheid, druk op de<br />

maag en een gebrek aan eetlust.<br />

Andere bijwerkingen kunnen zijn:<br />

• sufheid;<br />

• slapeloosheid;<br />

• onrust;<br />

• hoofdpijn;<br />

•overgevoeligheid <strong>voor</strong> licht;<br />

•huiduitslag;<br />

•verergering van bestaande psoriasis (huidziekte);<br />

• pigmentveranderingen in de huid;<br />

•verbleking van het haar;<br />

• kaalheid.<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

Mydriatica<br />

Antimalariamiddelen<br />

20


21<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

Antijichtmiddelen<br />

Antilepramiddel<br />

Bij langdurig hoge doseringen kan het netvlies tijdelijk of blijvend beschadigd<br />

raken. Daarom doet u er goed aan uw ogen te laten controleren als<br />

u een anti-malariamiddel slikt. Oogartsen maken hierbij gebruik van een<br />

richtlijn waarin staat aangegeven hoe vaak u uw ogen moet laten controleren.<br />

Bij een lage dosering van 200 mg hydroxychloroquine hoeft dit<br />

bij<strong>voor</strong>beeld niet ieder jaar te gebeuren.<br />

Zeer zelden verzoorzaakt een anti-malariamiddel doofheid.<br />

Anti-malariamiddelen moet u bij <strong>voor</strong>keur niet gebruiken in de eerste drie<br />

maanden van de zwangerschap, tenzij uw arts dit heeft <strong>voor</strong>geschreven.<br />

Het anti-jichtmiddel allopurinol wordt bij huidsarcoïdose een enkele keer<br />

met succes toegepast.<br />

werkzame stof merknaam<br />

allopurinol Allopurinol<br />

Apurin<br />

Zyloric<br />

De meest <strong>voor</strong>komende bijwerkingen zijn allergische huidreacties en<br />

maagdarmklachten. Door het middel na de maaltijd in te nemen, kunt u<br />

maagdarmklachten <strong>voor</strong>komen.<br />

Het immunosuppressivum azathioprine kan de werking van allopurinol<br />

verlengen.<br />

Allopurinol kan de ciclosporinespiegel in het bloed verhogen en dit kan<br />

leiden tot een ciclosporinevergiftiging.<br />

Levamisol, dat normaliter bij lepra wordt <strong>voor</strong>geschreven, kan bij huidsarcoïdose<br />

de klachten verminderen.<br />

werkzame stof merknaam<br />

levamisol Ergamisol<br />

De belangrijkste bijwerkingen zijn: nervositeit, slapeloosheid, depressie,<br />

maagdarmklachten, veranderde smaak en/of reuk.<br />

Soms kunnen mensen die levamisol slikken op een gegeven moment<br />

alcohol niet meer verdragen.<br />

Levamisol kan de werking van bloedverdunners van het cumarinetype,<br />

zoals acenocoumarol (Sintrom) en fenprocoumon (Marcoumar), versterken.<br />

Slikt u zowel levamisol als zo´n bloedverdunner, dan doet u er goed<br />

aan dit bij de trombosedienst te melden en uw bloedstollingstijd vaker<br />

dan normaal te laten controleren.<br />

Bisfosfonaten kunnen de botafbraak krachtig remmen en de botdichtheid<br />

doen toenemen.<br />

werkzame stof merknaam<br />

alendroninezuur Fosamax<br />

clodroninezuur Bonefos, Ostac<br />

etidroninezuur Didronel, Didrokit (in combinatie<br />

met Cacit bruistabletten)<br />

risedroninezuur Actonel<br />

tiludroninezuur Skelid<br />

Om hun werk goed te kunnen doen, moet u bisfosfonaten op de nuchtere<br />

maag innemen. ‘Nuchter’ houdt <strong>voor</strong> elk bisfosfonaat weer iets anders<br />

in, lees daarom goed de aanwijzigingen in de bijsluiter of vraag uw arts<br />

of apotheker ernaar.<br />

Sommige bisfosfonaten kunnen maagdarmklachten geven, zoals misselijkheid,<br />

diarree, krampen en winderigheid. Andere bijwerkingen zijn<br />

hoofdpijn, spierpijn en gewrichtspijn. Ook komt het <strong>voor</strong> dat de slokdarm<br />

wordt aangetast. Volg daarom altijd de volgende gebruiksadviezen in de<br />

bijsluiter strikt op, tenzij uw arts anders <strong>voor</strong>schrijft.<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

Bisfosfonaten<br />

22


23<br />

Hoofdstuk 6<br />

<strong>Medicijnen</strong>informatie<br />

Experimentele middelen<br />

Het onderzoek naar sarcoïdose en de medicijnen waarmee de aandoening behandeld kan<br />

worden, gaat <strong>voor</strong>t. Met een <strong>voor</strong> sarcoïdose experimenteel medicijn kan overigens al wel bij<br />

andere aandoeningen goede resultaten zijn geboekt. Over wat zo´n middel precies <strong>voor</strong><br />

effect heeft bij sarcoïdose is dan nog weinig informatie beschikbaar. Zet daarom met uw arts<br />

de <strong>voor</strong>- en nadelen eerst grondig op een rij <strong>voor</strong>dat u een beslissing neemt en tekent <strong>voor</strong><br />

deelname aan zo’n onderzoek.<br />

Op dit moment wordt bij<strong>voor</strong>beeld de mogelijke toepassing van infliximab (Remicade) bij<br />

sarcoïdose onderzocht. Infliximab verhoogt echter het risico op het krijgen van infecties, die<br />

kunnen zich sneller ontwikkelen en ernstiger verlopen. Dit geldt ook <strong>voor</strong> tuberculose.<br />

Patiënten moeten daarom <strong>voor</strong>afgaand aan een behandeling met infliximab worden getest<br />

op (verborgen) tuberculose. Als de patiënt tijdens het experiment klachten krijgt die kunnen<br />

wijzen op een infectie - bij<strong>voor</strong>beeld koorts, aanhoudend hoesten, gewichtsverlies of lusteloosheid<br />

- dan wordt geadviseerd direct medisch advies te vragen. Bij een ernstige infectie<br />

of sepsis (bloedvergiftiging) mag de behandeling met infliximab niet worden <strong>voor</strong>tgezet.<br />

Infliximab mag niet worden toegediend bij mensen met matig tot ernstig hartfalen. Als de<br />

patiënt klachten ontwikkelt van hartfalen (zoals kortademigheid of gezwollen voeten) moet<br />

hij direct contact opnemen met zijn arts. Tot zes maanden na de laatste dosis infliximab<br />

kunnen er nog bijwerkingen optreden.<br />

Zorgvuldig medicijngebruik Hoofdstuk 7<br />

<strong>Medicijnen</strong> zijn geen wondermiddelen. Er zijn veel factoren die bepalen of<br />

een medicijn de juiste uitwerking en al dan niet bijwerkingen heeft (zie<br />

hoofdstuk 4). Hierop kunt u ten dele zelf invloed uitoefenen, namelijk<br />

door uw medicijnen op de juiste manier in te nemen.<br />

1. Neem medicijnen op een vast tijdstip in. Zo <strong>voor</strong>komt u dat u dit vergeet.<br />

Een handig hulpmiddel is de doseerbox die u bij elke apotheek<br />

kunt kopen.<br />

2. Houd u aan de dosering en <strong>voor</strong>schriften die op het etiket staan. Deze<br />

kunnen soms afwijken van de dosering en <strong>voor</strong>schriften die in de bijsluiter<br />

staan.<br />

3. Moet u meermalen per dag een medicijn innemen, verdeel de tijdstippen<br />

dan goed over de hele dag, zoals <strong>voor</strong>geschreven.<br />

4. Gebruikt u verschillende medicijnen, dan is een geneesmiddelenpaspoort<br />

een aanrader. Neem dit altijd mee bij een bezoek aan arts of apotheker<br />

en vraag of hij het bijwerkt.<br />

5. Bewaar medicijnen in de originele verpakking op een droge, koele<br />

plaats, buiten bereik van kinderen en huisdieren, en niet langer dan tot<br />

de uiterste gebruiksdatum. Breng medicijnen die over de datum zijn<br />

terug naar de apotheek of geef ze mee met de chemokar.<br />

6. Neem poeders, tabletten en capsules in met een vol glas water, tenzij<br />

op het etiket een andere instructie staat. Hebt u moeite met het doorslikken<br />

van de medicijnen, vraag dan uw apotheker naar een andere<br />

toedieningsvorm.<br />

7. Voor de behandeling van sarcoïdose zijn alleen de medicijnen<br />

‘prednison’ en ‘prednisolon’ goedgekeurd door de overheid. Daarom<br />

zult u bij andere medicijnen de aandoening sarcoïdose ook niet tegenkomen<br />

in de bijsluiter. Als u hierover vragen hebt, kunt u deze het best<br />

aan uw arts stellen.<br />

8. Hebt u twijfels en geeft de bijsluiter geen antwoord op uw vragen, raadpleeg<br />

dan altijd uw huisarts of apotheker.<br />

Tips <strong>voor</strong><br />

zorgvuldig<br />

medicijngebruik<br />

24


25<br />

Hoofdstuk 8<br />

Informatie<br />

Toestemming<br />

In gesprek met uw arts<br />

Samen met uw arts kiest u de behandeling die <strong>voor</strong> u het beste is. Om<br />

deze beslissing goed te kunnen nemen, moeten zowel u als de arts over<br />

zo volledig mogelijke informatie beschikken. Het informatierecht en de<br />

informatieplicht gelden <strong>voor</strong> beide partijen, maar er zijn ook nog andere<br />

rechten en plichten.<br />

Volgens de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO)<br />

uit het Burgerlijk Wetboek is een arts verplicht om zijn patiënten voldoende<br />

informatie in begrijpelijke taal te geven. Hierbij vormt gelijkwaardigheid<br />

het uitgangspunt: arts en patiënt overleggen en beslissen samen.<br />

Uiteraard moet de arts daarbij zijn professionele verantwoordelijkheid<br />

nemen. U als patiënt hebt een persoonlijke verantwoordelijkheid er<strong>voor</strong><br />

te zorgen dat u over voldoende informatie beschikt.<br />

Voldoende informatie wil zeggen dat u en uw arts in ieder geval over de<br />

volgende punten alle relevante informatie hebben:<br />

• de ziekte of aandoening;<br />

• wat de behandeling inhoudt;<br />

• wat de gevolgen en eventuele risico´s van een behandeling zijn;<br />

•welke andere behandelingsmethoden er zijn en welke <strong>voor</strong>- of nadelen<br />

die hebben;<br />

•welke medicijnen toegediend worden en wat de eventuele bijwerkingen<br />

zijn;<br />

• een eventuele kinderwens.<br />

Zonder toestemming mag een arts u niet behandelen – noodsituaties uitgezonderd.<br />

Bij een ingrijpende behandeling zoals een operatie of behandeling<br />

met een experimenteel medicijn, zal een arts nadrukkelijk om uw<br />

toestemming vragen. In minder ingrijpende situaties gaan artsen en hulpverleners<br />

uit van uw stilzwijgende toestemming.<br />

Niet alleen <strong>voor</strong>af maar ook tijdens een behandeling is het belangrijk dat<br />

u regelmatig met uw arts overlegt. Op basis van uw ervaringen kunt u<br />

samen de behandeling evalueren. Wellicht vormt dit aanleiding om <strong>voor</strong><br />

een andere behandeling te kiezen. Vindt u het lastig zo´n beslissing met<br />

vaak ingrijpende gevolgen te nemen, dan mag u altijd bij een andere deskundige<br />

een second opinion vragen.<br />

Hebt u een afspraak met een arts, bereid u dan goed <strong>voor</strong>. Maak een lijstje<br />

van alle vragen die u wilt stellen, zodat u niet bij thuiskomst nog<br />

steeds met vraagtekens rondloopt.<br />

Bij<strong>voor</strong>beeld:<br />

•Wat is het doel van de behandeling?<br />

•Wanneer kan ik welke resultaten verwachten?<br />

•Zijn er alternatieve behandelmogelijkheden?<br />

•Hoe vaak moet en mag ik het medicijn gebruiken?<br />

•Welke bijwerkingen kan ik verwachten?<br />

•Mag ik het medicijn gebruiken in combinatie met mijn andere<br />

medicijnen, te weten…?<br />

•Mag ik alcohol drinken?<br />

•Welke levensmiddelen kan ik beter niet eten?<br />

•Mag ik autorijden?<br />

•Wat kan ik nog meer doen om de klachten te verminderen?<br />

•Is deze behandeling bezwaarlijk <strong>voor</strong> borstvoeding of zwangerschap?<br />

•Wanneer moet ik terugkomen als een medicijn niet blijkt te werken?<br />

•Wanneer is de volgende afspraak?<br />

Als het gesprek met de arts te kort is om alles goed te bespreken, vraag<br />

dan een dubbelconsult aan.<br />

Soms gaat er iets mis tussen arts en patiënt. Het gesprek hierover aangaan,<br />

is niet altijd makkelijk. Veel patiënten houden er rekening mee dat<br />

de verhouding met de arts (nog) slechter wordt als ze een klacht aan de<br />

orde stellen. Toch is het belangrijk uw onvrede of twijfels te uiten, uw<br />

klacht aan de orde te stellen. Dit kunt u het beste altijd eerst bij de arts<br />

Hoofdstuk 8<br />

In gesprek<br />

met uw arts<br />

Evalueren<br />

Een goede<br />

<strong>voor</strong>bereiding<br />

Dubbelconsult<br />

Klachten<br />

26


27<br />

Hoofdstuk 8<br />

In gesprek<br />

met uw arts<br />

zelf doen. Soms blijkt er sprake te zijn van een misverstand of onvolledige<br />

informatie. Geef uw arts in elk geval wel de kans om iets te herstellen of<br />

te verbeteren. Andere patiënten kunnen daar ook baat bij hebben.<br />

Komt u er samen niet uit, dan zijn er verschillende mogelijkheden om er<br />

officieel werk van te maken. De meeste ziekenhuizen hebben hier<strong>voor</strong> een<br />

klachtencommissie en vaak ook een patiëntenvertrouwenspersoon. Een<br />

volgende stap zou kunnen zijn: contact opnemen met een Informatie- en<br />

Klachtenbureau Gezondheidszorg (IKG) in de regio. Daar kunt u terecht<br />

<strong>voor</strong> advies en begeleiding. Bij het Landelijk Informatiepunt <strong>voor</strong><br />

Patiënten (LIP, 030 266 16 61, www.sokg.nl) kunt u het telefoonnummer<br />

van het IKG in uw regio opvragen.<br />

De Sarcoïdose Belangenvereniging Hoofdstuk 9<br />

De Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland (SBN) heeft als doel:<br />

• informatie aan de patiënt en zijn/haar omgeving;<br />

• het geven van <strong>voor</strong>lichting en informatie over de verschijnselen en<br />

klachten van de sarcoïdosepatiënt aan huisartsen en specialisten<br />

door medisch deskundigen en deskundigen van allerlei andere<br />

disciplines;<br />

• het bevorderen van en meewerken aan wetenschappelijk onderzoek;<br />

• deelnemen aan activiteiten zoals gezondheidsbeurzen, symposia<br />

enz. en het zelf organiseren van regionale bijeenkomsten enz.<br />

De leden van de vereniging kunnen gebruik maken van alle faciliteiten<br />

die de vereniging te bieden heeft en ontvangen vier maal per jaar het<br />

verenigingsblad SARCOÏDOSE NIEUWS.<br />

Voor meer informatie over de ziekte en/of de vereniging is een<br />

uitgebreid informatiepakket beschikbaar.<br />

Dit pakket is te bestellen bij ons secretariaat:<br />

Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland (SBN)<br />

secretariaat p/a VU-ziekenhuis Amsterdam<br />

Hoogbouw kamer H 309<br />

Postbus 7057<br />

1007 MB Amsterdam<br />

telefoon/fax 020 44 43 204<br />

sarcoidose.info@vumc.nl<br />

www.sarcoidose.nl<br />

Doelstelling<br />

28


29<br />

pagina<br />

acetylsalicylzuur 14<br />

Actonel 22<br />

Advil 14<br />

Aerobec 10<br />

Aleve 15<br />

Alka-Seltzer 14<br />

allopurinol 21<br />

Apurin 21<br />

Arthrotec 14<br />

Aspirine 14<br />

Aspro 14<br />

atropine 20<br />

azathioprine 17<br />

Becotide 10<br />

Becloforte 10<br />

beclometason 10<br />

Betnelan 9<br />

Bonefos 22<br />

Brufen 14<br />

Cataflam 14<br />

Celebrex 14<br />

Celestoderm 9<br />

Celestone 10<br />

Decadron 10<br />

Dermovate 10<br />

Dexa Pos 10<br />

dexamethason 10<br />

Di-Adreson-F 10<br />

diclofenac 14<br />

Didrokit 22<br />

Didronel 22<br />

Diprolene 10<br />

Dometin 15<br />

Index medicijnen<br />

pagina<br />

Emtrexate 17<br />

Endoxan-ASTA 17<br />

Ergamisol 21<br />

Femapirin 14<br />

Femex 15<br />

fenylefrine 20<br />

Flarex 10<br />

Flixotide 10<br />

FML Liquifilm 10<br />

Fosamax 22<br />

homatropine 20<br />

hydrocortison 9<br />

Ibosure 14<br />

Ibumetin 14<br />

ibuprofen 14<br />

Imuran 17<br />

Indocid 15<br />

indometacine 15<br />

Kenacort 10<br />

Ketoprofen 15<br />

Ledercort 10<br />

Lederspan 10<br />

Ledertrexate 17<br />

Leukeran 17<br />

Locoid 9<br />

Methotrexaat 17<br />

Mildison 9<br />

Movicox 15<br />

Naprocoat 15<br />

Naprosyne 15<br />

Naprovite 15<br />

naproxen 15<br />

Neoral 17<br />

pagina<br />

Nivaquine 20<br />

Nurofen 14<br />

Nycopren 15<br />

Orudis 15<br />

Oscorel 15<br />

Ostac 22<br />

Plaquenil 20<br />

Pred Forte 10<br />

prednisolon 9<br />

Prednisolon Minims 10<br />

prednison 9<br />

Pulmicort 10<br />

Qvar 10<br />

Remicade 23<br />

Sandimmune 17<br />

Skelid 22<br />

Solu-Cortef 10<br />

Solu-Medrol 10<br />

Symbicort 10<br />

Seretide 10<br />

triamcinolonacetonide 9<br />

tropicamide 20<br />

Ultracortenol 10<br />

Vioxx 15<br />

Voltaren 14<br />

Vexol 10<br />

Zafen 14<br />

Zyloric 21<br />

30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!