ENDSKAMER NIEUWS
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
OALD NI-JS EN NI-J NI-JS<br />
<strong>ENDSKAMER</strong> <strong>NIEUWS</strong><br />
kump oet op tied en plaatse<br />
MEI 2014 NR 18<br />
1
Hanna van de Markt...<br />
In 1940/1941 werd het gemeentehuis<br />
aan de Markt 3 gebouwd op de plek waar<br />
vroeger al eens een gemeentehuis<br />
stond. Ook met trapje en bordesje er<br />
voor. (Hieronder bevond zich de nor.)<br />
Van 1922 tot 1941 was het gemeentehuis<br />
in de Oostenstraat (de latere von Heijdenstraat)<br />
gevestigd. In het nieuwe gemeentehuis<br />
aan de Markt was de opgang<br />
van het bordes voorzien van de vijfpuntige<br />
pentagram (oftewel de Ster, zoals de<br />
meesten het Haaksbergse gemeentewapen<br />
zagen). In 1949 kreeg de beeldhouwster<br />
Corinne Franzen-Heslenfeld uit<br />
Den Haag opdracht de ‘Ster’ te vervangen<br />
door een oorlogsmonument. Zij koos<br />
voor een zittende vrouw 'De moeder van<br />
het verzet' (de moeder die haar armen<br />
uitspreidt om al haar ‘kinderen’ op te<br />
vangen in bange omstandigheden). Zij<br />
had echter buiten de waard (de pastoor)<br />
gerekend. Oorspronkelijk was het bovenlijf<br />
van het beeld ontbloot maar de pastoor<br />
werd gloeiend en eiste, dat ‘moeder’<br />
er fatsoenlijk gekleed bij moest zitten,<br />
anders nam hij maatregelen. En aangezien<br />
een pastoor in 1949 meer macht<br />
had dan het hele gemeentebestuur bij<br />
elkaar (toen nog wel...) ging men al snel<br />
door de bocht. Er werd een tentje rondom<br />
het beeld geplaatst en Corinne toog<br />
weer aan het werk. Zij vertikte het echter<br />
om Hanna van de Markt, zoals het beeld<br />
intussen door de bevolking was genoemd,<br />
in de kleren te steken en daarom<br />
hakte ze een plooi die halvelings de borsten<br />
bedekte. Daar kon uiteindelijk iedereen<br />
mee accoord gaan en zo had<br />
Haaksbergen bij het 5-jarig jubileum van<br />
de bevrijding ook haar monument.<br />
Samen met een metalen plaat in de hal,<br />
waarop de namen waren vermeld van de<br />
Haaksbergse oorlogs-slachtoffers.<br />
En zo heeft Hanna al voor heel wat opschudding<br />
gezorgd terwijl ze toch alleen<br />
maar één ding voor ogen had: al haar<br />
onderdanen veilig in haar schoot.<br />
Henk Oosterholt<br />
Haaksbergen, “De Moeder van het Verzet’<br />
Herdachte groepen: Allen, Militairen in dienst van het Ned. Kon. 1940-1945, Burgerslachtoffers, Vervolgden Nederland,<br />
Verzet Nederland<br />
Ontwerper: Corinne Franzen-Heslenfeld<br />
Onthulling: 26 november 1949<br />
Vorm en materiaal: Het monument 'De moeder van het verzet' in Haaksbergen is een reliëf van witte natuursteen.<br />
In het midden is een vrouwenfiguur afgebeeld.<br />
Tekst: Op het reliëf zijn de jaartallen 1940 en 1945 aangebracht.<br />
Locatie: Het monument is geplaatst tegen de trap van het gemeentehuis te Haaksbergen.<br />
Bronnen:<br />
1 Herinneringsmonumenten in Haaksbergen, uitgegeven in april 2005 door de gemeente Haaksbergen, in<br />
samenwerking met de Historische Kring Haaksbergen;<br />
2 Sta een ogenblik stil... Monumentenboek 1940/1945 van Wim Ramaker en Ben van Bohemen. (Kampen,<br />
Uitgeversmaatschappij J.H. Kok Matrijs, 1980). ISBN 90 242 0185 3;<br />
3 http://www.oorlogsmusea.nl/.<br />
2
Dinie Zegers vetelt...<br />
Het bevrijdingsverhaal van Dinie<br />
Zegers-Leussink.<br />
Haaksbergen werd bevrijd op 1 april<br />
1945, door de Canadezen. Mevrouw Berendina<br />
Henrica Zegers-Leussink verbleef<br />
tijdens die laatste<br />
oorlogsdagen met haar<br />
gezin bij haar broer aan<br />
de Spoorstraat. Veertig<br />
jaar later, zij was toen<br />
80 jaar, besloot zij haar<br />
herinneringen op te<br />
schrijven over de laatste<br />
oorlogsmaanden en<br />
over die dag van de<br />
bevrijding. Zij deed dat<br />
om haar ervaringen<br />
vast te leggen voor<br />
haar zes kinderen en<br />
haar tien kleinkinderen.<br />
Zelf vond ze dat haar<br />
notities maar weinig<br />
voorstelden: "Huismoederverhaaltjes",<br />
zo typeerde ze het in een<br />
interview met de Twentsche Courant.<br />
Kleindochter Annemarie tikte het handgeschreven<br />
document uit en zoon Ben<br />
stelde dit ter beschikking aan de redactie.<br />
Nu het 65 jaarna de bevrijding is, leek het<br />
de redactie toepasselijk om het hoofdstuk<br />
af te drukken dat betrekking heeft op de<br />
bevrijding van Haaksbergen, zoals oma<br />
Zegers die dag beleefde aan de Spoorstraat.<br />
Daar bezaten vier broers Leussink<br />
tegenover het toenmalige hotel Eysink<br />
(later bouwde Te Lintelo hier zijn meubelzaak)<br />
enkele winkelpanden (nu Expert,<br />
Boek en Buro en Dierenspeciaalzaak)<br />
waar zij ook woonden. De familie Leussink<br />
stond aan de wieg van wat in volgende<br />
generaties zou uitgroeien tot de<br />
huidige grote supermarkt van Jumbo.<br />
Maar mevrouw Zegers-Leussink genoot<br />
niet alleen bekendheid als lid van die familie,<br />
maar ook door haar huwelijk met<br />
Martinus Zegers, die de gemeente<br />
Haaksbergen liefst 47 jaar diende als<br />
ambtenaar (tot april 1967).<br />
Mevr. B.H. Zegers-Leussink (1905-1994) foto: familie Zegers<br />
Twee maanden voor het einde van de<br />
oorlog, toonde het echtpaar bijzondere<br />
moed. Zegers moest als ambtenaar van<br />
de burgerlijke stand lijsten maken van alle<br />
mannen van 18 tot 45 jaar. Die zouden<br />
dan in Duitsland tewerk worden gesteld.<br />
In plaats van aan die opdracht te voldoen,<br />
dook hij eind februari onder (in Didam),<br />
met medeneming van de bevolkingsgegevens<br />
van de 2000 mannen die<br />
dit betrof.<br />
Toen op 1 maart een NSB'er zijn opwachting<br />
maakte, werd die door Dina onverschrokken<br />
de deur gewezen. Dat was<br />
aan de Werfheegde 3, waar ze na hun<br />
trouwen een huis hadden gebouwd en<br />
een gezin hadden gesticht. Maar Dina<br />
kon daar na haar dappere actie beter niet<br />
blijven en zocht daarom een veilig onderkomen<br />
bij de familie in de Spoorstraat.<br />
3
Daar bracht ze met haar kinderen de<br />
laatste weken door tot de dag van de bevrijding.<br />
Berendina Henrica Zegers-<br />
Leussink overleed op 26 december 1994.<br />
Ze was toen 89 jaar oud. Hieronder haar<br />
aantekeningen over die dag van de bevrijding,<br />
1 april eerste paasdag.<br />
"Enkele mensen gingen nog naar de<br />
kerk. Ze kwamen gauw terug. Het was<br />
erg gevaarlijk in het dorp. Ik stond een<br />
ogenblik in de winkel, er ging een gepantserde<br />
auto voorbij (ik denk de laatste)<br />
met Duitse officieren, geweer in de<br />
aanslag, ze schoten wat in het wilde<br />
weg. Tien voor elf trokken de bevrijders<br />
binnen. Ze kwamen van Gelderland. De<br />
pastoor kwam uit de kerk, zwaaiend met<br />
zijn witte zakdoek! Ik was in de Spoorstraat,<br />
met z'n allen buiten. En kijk, daar<br />
komen ze!!! Bij slager Brummelhuis ging<br />
de eerste vlag uit. Toen achter elkaar de<br />
hele straat vol vlaggen en mensen en<br />
soldaten, Canadezen. Aan elke kant van<br />
de straat een militair met een geweer<br />
naast zich.<br />
Bij Hotel Eysink stonden de glazen bier<br />
klaar voor de militairen en ook voor de<br />
mensen. Kinderen kregen snoep en chocolade.<br />
Velen kenden geen snoep, ook<br />
muziekinstrumenten als trom en trompet<br />
waren voor de 5- en 6-jarigen vreemd.<br />
Sedert de inval in mei 1940 mocht de<br />
harmonie niet meer spelen. Niet te geloven.<br />
Ongeveer half tien zaten we wegens<br />
bomalarm met 24 mensen nog in de kelder,<br />
een uur later vrij! Tante Marie had<br />
een paastafel verzorgd en nadat we die<br />
verorberd hadden, gingen we kijken op<br />
de Markt: tanks vol met meisjes en jongens,<br />
sigaretten rokende vrije mensen.<br />
Maar er was ook verdriet, door het bombardement.<br />
De landverraders werden<br />
meteen opgehaald en naar het gemeentehuis<br />
gebracht; een dag later naar Enschede<br />
of elders. Die eerste vrije dagen<br />
zijn er nog wel doden gevallen. Ik wilde<br />
graag weer in ons eigen huis aan de<br />
Werfheegde, maar dat mocht niet van de<br />
commandant van de ondergrondse verzetsbeweging,<br />
de heer Barmen 't Loo,<br />
tevens de vervangende burgemeester.<br />
Onze eigen burgemeester was gedood.<br />
Er stond een wacht bij ons huis, er mocht<br />
niemand binnen. Het was bekend dat er<br />
een NSB'er ingetrokken was, en dat heel<br />
veel goederen uitgeladen waren. Zondagmorgen<br />
heeft de ondergrondse<br />
(mannen in blauwe overalls) de inwoners<br />
gesommeerd de deur open te maken.<br />
Toen dat niet gebeurde, schoten ze op<br />
het kelderraam. Toevallig stond daar de<br />
vrouw op de trap. Zij werd geraakt door<br />
een kogel, was onmiddellijk dood en is<br />
toen weggebracht. De man was 's morgens<br />
al weggegaan, is nooit gepakt. Er<br />
was ook een dienstmeisje bij. Die kwam<br />
een paar dagen later met haar vader<br />
haar kleren ophalen. Maandag, tweede<br />
paasdag, mocht ik naar binnen, vader<br />
was nog steeds niet thuis. Wat daar allemaal<br />
stond, onvoorstelbaar: nieuwe,<br />
nog ingepakte meubels, coupons voor<br />
herenpakken, suiker, koffie, soep, vlees<br />
in weckflessen, worsten in flessen, twee<br />
radio's, gordijnstoffen, lucifers, kolen, liters<br />
benzine, twee revolvers, een damesrevolver,<br />
een Hollandse vlag, een hakenkruisvlag,<br />
een tas van katoen met daarin<br />
een dik pak (van wel 10 centimeter) Hollands<br />
geld en Duitse Marken. We mochten<br />
verscheidene dingen houden, waaronder<br />
de vlaggen. De jongens gingen<br />
met de hakenkruisvlag naar het station.<br />
Daar waren Engelsen gelegerd, aan wie<br />
ze de vlag inleverden, in ruil voor sigaretten<br />
voor vader. Dinsdag 3 april waren we<br />
aan het schoonmaken en inpakken, toen<br />
vader weer kwam. In Didam waren ze<br />
pas op tweede paasdag bevrijd. Het geld<br />
is naar het gemeentehuis gebracht!"<br />
(uit: Aold Hoksebarge)<br />
4
Feest met foezel en n varkn...<br />
Na de mislukte luchtlandingsoperatie in<br />
september 1944 kwam er pas in februari<br />
weer schot in de pogingen om Oost en<br />
Noord-Nederland te bevrijden. Dat gebeurde<br />
door Canadese legereenheden,<br />
met uitzondering van de flank ten oosten<br />
van de lijn Terborg, Zelhem, Ruurlo, Borculo<br />
en Neede. Hier opereerden een<br />
Pantserdivisie en de 3e Infanterie Divisie<br />
van het 30e Britse Legercorps onder leiding<br />
van luitenant- generaal Brian Gwynne<br />
Horrocks. Op Goede Vrijdag, 30<br />
maart, raasden deze Engelse troepen<br />
door de Achterhoek en al op de avond<br />
van 31 maart had ook de Haaksbergse<br />
afdeling van de Binnenlandse Strijdkrachten<br />
zich klaargemaakt om haar aandeel<br />
in de bevrijding op zich te nemen. Toch<br />
wachtten de Engelsen nog tot de volgende<br />
dag. De weerstand van de spaarzame<br />
Duitse troepen was van geringe omvang<br />
en slechts enkele fanatici hadden de<br />
moed zich tegen het aanstormende Britse<br />
geweld te keren. Zo hadden zich in<br />
café Bouwman (het tegenwoordige Hotel<br />
Scholtenhagen) nog enkele soldaten verschanst,<br />
die van daaruit de Eibergseweg<br />
onder vuur namen. Het gevolg was, dat<br />
het tankgeschut van de Engelsen een<br />
kort vuur opende, waardoor het daar gelegen<br />
woonhuis van de familie J. ter<br />
Braak, een centrum van illegale activiteiten,<br />
geheel in vlammen opging. Aan<br />
weerszijden van de tanks liepen Engelse<br />
infanteristen op. Zij schoten met hun mitrailleurs<br />
op elke verdachte beweging.<br />
Om 11.12 uur arriveerden de eerste<br />
tanks op de Markt. Van alle kanten<br />
stroomde een ontzaglijke mensenmenigte<br />
het marktplein op. De nu legaal geworden<br />
ondergrondse strijders waren het<br />
middelpunt van grote drommen mensen<br />
en overal verscheen het oranje en roodwit-blauw.<br />
Bijzonder tragisch was dat vlak<br />
daarvoor nog twee Haaksbergenaren waren<br />
omgekomen: onderwijzer Th. Bolmer<br />
stond voor het raam van zijn bovenwoning<br />
naast het gemeentehuis naar de aftocht<br />
van de Duitsers te kijken, toen hij<br />
werd getroffen door een geweerkogel. En<br />
commandant van de B.S. Jan Lottering<br />
werd dodelijk in de rug geschoten bij de<br />
arrestatie van enkele Duitse soldaten. De<br />
uitgelaten Haaksbergse bevolking vierde<br />
op die dag (het was eerste paasdag)<br />
groot feest. De hulpmiddelen hiervoor<br />
waren in ruime mate aanwezig, want op<br />
diverse plekken waren door de Duitsers<br />
grote hoeveelheden Duitse jenever en<br />
levensmiddelen opgeslagen. Een dag later<br />
zou het plunderen daarvan worden<br />
verboden.<br />
Een curieus voorproefje op de bevrijdingsfeestelijkheden<br />
was de avond voor<br />
de feitelijke bevrijdingsdag genomen in<br />
de woning van de familie Mol aan de<br />
Morgensterweg. Daar had tijdelijk een<br />
drietal noabers onderdak gevonden voor<br />
wie het te gevaarlijk was geworden om bij<br />
de aftocht van de Duitsers te verblijven in<br />
hun huizen aan de weg naar Enschede.<br />
Het eigenlijk te kleine huis van de familie<br />
Mol huisvestte hierdoor tijdelijk zeventien<br />
personen. Een van die noabers, G. te<br />
Riet, had vlak voor zijn vertrek een varken<br />
geslacht. Dat was verboden en daarom<br />
had hij het vlees verborgen op zijn<br />
zolder. Ze besloten dat de avond voor de<br />
bevrijding op te halen. Toen hij met Mol in<br />
zijn huis kwam, trof hij daar Duitse militairen<br />
aan die weckflessen met fruit hadden<br />
aangebroken en zich dat goed lieten<br />
smaken. Te Riet was niet bang uitgevallen<br />
en brulde: "Wie is hier de baas in dit<br />
huis. Ik ben hier de meester!" Waarop de<br />
Duitsers afdropen. Het geslachte varken<br />
hadden zij niet ontdekt. In twee keer<br />
brachten Te Riet en Mol het vlees naar<br />
5
Mol's woning. Het eerste transport verliep<br />
zonder problemen, maar bij de tweede<br />
gang werden zij ter hoogte van het Grintenbosch<br />
aangehouden door een aangeschoten<br />
Duitse officier. Of ze even wilden<br />
meehelpen een auto weer op de weg te<br />
krijgen... Dat wilden de beide heren wel,<br />
want dat was de enige kans om nog met<br />
de buit thuis te kunnen komen. Tot hun<br />
verwondering kregen ze als dank enkele<br />
flessen schnaps, sigaretten en chocola.<br />
Het behoeft geen verdere toelichting dat<br />
het op die avond van de 31e maart aan<br />
de Morgensterweg heel gezellig werd!<br />
Die feestelijkheid in huize Mol staat in<br />
schril contrast met de belevenissen van<br />
de toen 9-jarige Albert Leussink. Hij<br />
schrijft: "De hele paaszaterdagmiddag<br />
was de lucht, als gold het een ver verwijderd<br />
maar hardnekkig onweer, vervuld<br />
van het onheilspellende gerommel van<br />
wat later een bombardement op Emmerich<br />
bleek te zijn geweest. Vanaf een uur<br />
of negen op paasmorgen waren er<br />
angstwekkende, felle explosies van tankgeschut.<br />
Het dorp hield de adem in. Niettemin<br />
togen sommigen nog plichtsgetrouw<br />
ter (RK) kerke. Achteraf gezien was<br />
dat levensgevaarlijk: niet alleen wegens<br />
dat tankgeschut, maar ook omdat de allerlaatste<br />
vluchtende Duitsers die ochtend<br />
in het dorpscentrum nog kans zagen<br />
om twee inwoners dood te schieten. Vrijwel<br />
niemand in de Pancratiuskerk heeft<br />
het daar lang uitgehouden. Nog glashelder<br />
herinner ik mij dat mijn vader ons kort<br />
na het 1e Evangelie uit de kerk heeft gehaald,<br />
waarna we gebukt langs de gevels<br />
hollend door een doodstille Spoorstraat<br />
de veilige kelder thuis bereikten. Dat het<br />
ter hoogte van de (voormalige) Coöperatiewinkel<br />
een zooi was van geknakte<br />
vaatjes rode jam, kubussen kunst- honing<br />
en Duitse jenever in de straatgoot, drong<br />
nauwelijks tot je door. Daar was onmiskenbaar<br />
door Duitsers de loods van de<br />
Coöperatie geplunderd. Na ongeveer ‘n<br />
uur werd het onwezenlijk stil. Men waagde<br />
zich aarzelend naar buiten, voor het<br />
huis. En ja hoor: daar verschenen vanaf<br />
ongeveer 11 uur in de bocht bij slagerij<br />
Brummelhuis en drogist Konings de gewapende<br />
infanteristen. De Tommies! Niet<br />
te geloven!<br />
Binnen een paar dagen was er de ongekende<br />
weelde van chocolade, biscuits en<br />
rolletjes vruchtensnoepjes uit legervoorraden<br />
van de bevrijders. Nog vele weken<br />
bleven bewakingstroepen in het dorp gestationeerd.<br />
Je vader stuurde je met eieren<br />
op hun kampementen af. Ruilhandel!<br />
Twee eieren voor tien sigaretten; gaandeweg<br />
liep dat tarief op tot vier voor tien.<br />
Elke avond dromden tegen zeven uur<br />
honderden mensen samen op de Markt.<br />
Winkelier Frans Kleijsen had een grote<br />
luidspreker op het GTW-wachthuisje gezet,<br />
waarmee de nieuwsberichten van<br />
Radio Oranje uit Londen konden worden<br />
gevolgd. Op 5 mei was het weer groot<br />
feest, en ook in augustus toen de Japanners<br />
capituleerden. Ik was een schooljongen,<br />
er leek geen eind te komen aan<br />
het feestgedruis. Over de ontberingen, de<br />
angsten en het leed hoorde je toen even<br />
niemand. Dat kwam pas later."<br />
(uit: Aold Hoksebarge. Bronnen voor bovenstaandstaand<br />
artikel zijn het in 1975 door de Twentsche<br />
Courant uitgegeven boekje 'Het uur der bevrijding'<br />
van H.G.M. Schuiten en Jacques Penris, en een reactie<br />
van Albert Leussink uit Utrecht, die destijds in de<br />
Spoorstraat woonde. Bewerkt door Frans de Lugt.)<br />
Molenstraat<br />
6
Hennie Reimerink...<br />
Burger-oorlogsgetroffenen tellen na 60<br />
jaar nog niet mee. (In 2005 opgetekend<br />
uit de mond van mevr.<br />
Hennie Reimelink)<br />
De gedachten gaan<br />
terug naar 24 maart<br />
1945, zeven dagen<br />
voordat Haaksbergen<br />
door geallieerde troepen<br />
zou worden verlost<br />
van de Duitse<br />
overheersing. Naar die<br />
mooie, zonovergoten<br />
zaterdagmorgen waarop<br />
achttien bommenwerpers<br />
van de geallieerde<br />
troepen hun last van 318 fragmentatiebommen<br />
boven Haaksbergen laten<br />
vallen. Zij veroorzaken dramatische taferelen:<br />
tientallen doden, zowel ouderen als<br />
kinderen, in de omgeving van de Klaashuisstraat,<br />
Buurserstraat, Bevertstraat en<br />
Veldkampstraat. Een veelvoud aan gewonden<br />
en enkele honderden overlevenden,<br />
die in enkele seconden trauma's oplopen,<br />
die ze hun hele leven niet meer<br />
kwijt raken. Chaos en ontzetting zijn<br />
groot. Na anderhalf uur valt het gesprek<br />
stil, tranen krijgen de overhand.<br />
Mevr. Hennie Reimelink<br />
Het exacte aantal doden ten gevolge van<br />
dat bombardement is niet te geven. Natuurlijk,<br />
de officiële cijfers melden 56 1 doden,<br />
maar de later aan hun opgelopen<br />
verwondingen overleden mensen zijn niet<br />
meegeteld. Ook niet meegeteld zijn de<br />
slachtoffers uit andere gemeenten. Het<br />
was immers een mooie dag, die uitnodigde<br />
tot een bezoek aan de natuur rond de<br />
gemeente. Ook zijn dodelijke slachtoffers<br />
van families, die destijds de NSB aanhingen,<br />
niet officieel 2 vermeld. Misschien<br />
moet het dodental ten gevolge van die<br />
ramp wel op 75 worden gezet. Het aantal<br />
overlevenden, dat niet lichamelijk gewond<br />
is geraakt maar door de traumatische<br />
ervaringen wel tot de slachtofferkring<br />
behoort, is bij benadering niet te<br />
schatten. Het kunnen er, alleen<br />
in Haaksbergen, wel<br />
eens enkele duizenden zijn<br />
geweest. Vast staat dat de<br />
gebeurtenis een geweldige<br />
impact heeft gehad op het<br />
nauwelijks tienduizend inwoners<br />
tellende dorp.<br />
De, in 2005, tachtig lentes tellende<br />
Hennie Reimelink, dan<br />
al jaren woonachtig in het<br />
Drentse Sleen, verkeerde<br />
midden in dat drama. Als ze<br />
vertelt, voor de zoveelste<br />
keer wellicht, hoe ze als twintigjarige<br />
met haar zwaargewonde,<br />
hevig bloedende broer op haar rug<br />
van hun ouderlijke huis aan de Buurserstraat<br />
(ongeveer vanaf de plek waar het<br />
appartementencomplex Het Bevert staat)<br />
naar het ziekenhuis aan De Braak is gelopen,<br />
krijgen de emoties korte tijd de<br />
overhand. Beelden van dodelijke slachtoffers<br />
op het land en de in puinhopen<br />
veranderde boerderijen en woningen komen<br />
weer bovendrijven.<br />
Van enkele dodelijke slachtoffers is zelfs<br />
helemaal niets teruggevonden. Beelden<br />
ook van op de kale vloer liggende gewonden<br />
in het ziekenhuis en hotel Weduwe<br />
Eijsink aan de Spoorstraat waar<br />
haar tante Hanna en oom Gerrit, het<br />
echtpaar Tankink, waren opgenomen.<br />
Feilloos weet ze de namen van talrijke<br />
slachtoffers uit de directe omgeving te<br />
noemen. Hennie Reimelink betwijfelt of<br />
het bombardement een jammerlijke vergissing<br />
van de geallieerden is geweest,<br />
zoals soms wordt beweerd. Of dat mist<br />
de reden is geweest de bommen maar<br />
ergens anders dan op de oorspronkelijke<br />
(Duitse) doelen te laten vallen. "Het was<br />
immers een mooie lentedag. Opa zaaide<br />
spinazie. Ook Goor en Nijverdal zijn die<br />
dag gebombardeerd. Trouwens, overal in<br />
7
het grensgebied van Nederland en<br />
Duitsland hebben de geallieerden luchtaanvallen<br />
uitgevoerd voordat de grondtroepen<br />
kwamen. In Limburg, in Gelderland,<br />
in Twente en steeds verder naar het<br />
noorden.<br />
Hier in de buurt zijn ook Dinxperlo, Aalten,<br />
Bocholt en Vreden getroffen door<br />
bombardementen. Het gebeurde dus<br />
systematisch en niet per ongeluk".<br />
Als de tranen zijn opgedroogd is de<br />
voormalige Haaksbergse meteen weer<br />
bij de les en geeft ze af op de overheid,<br />
Bombardements slachtoffers op het Kerkhof aan de Enschedesestraat<br />
die zich nooit iets van het lot van de burgeroorlogsgetroffenen<br />
heeft aangetrokken.<br />
Met name van nabestaanden van<br />
de slachtoffers. Totdat de Wet Burgerslachtoffers<br />
1940-1945 (Wubo) in 1983<br />
werd aangenomen, werd de hulp aan<br />
oorlogsslachtoffers door elke gemeente<br />
zelf geregeld. Met als gevolg een heleboel<br />
verschillende regelingen, die vrijwel<br />
allemaal één uitgangspunt hadden: hulp<br />
werd in principe niet gegeven zolang een<br />
slachtoffer nog eigen bezittingen van<br />
enige financiële waarde had. Menig<br />
slachtoffer heeft daardoor alles wat hij<br />
bezat moeten verkopen. Hennie Reimelink<br />
begon meteen na de oorlog te vechten<br />
voor hulp aan de burgerslachtoffers<br />
en hun nabestaanden. Mensen helpen<br />
was haar van jongs af aan met de paplepel<br />
ingegoten. Ze werd daarin bijgestaan<br />
door haar broer, bij wie als gevolg van<br />
het bombardement een arm moest worden<br />
afgezet. Maar enig resultaat boekten<br />
broer en zus niet.<br />
Ook nu nog bijt ze fel van zich af: "We<br />
kwamen immers op voor arme lui, arbeiders,<br />
boeren en kleine zelfstandigen, ergens<br />
ver weg van Den Haag. Wetenschappelijk<br />
onderzoek leerde ons dat<br />
negentig tot vijfennegentig procent van<br />
de slachtoffers tot deze groepen behoorde.<br />
Als die burgerslachtoffers werden erkend,<br />
zou dat de overheid<br />
veel, heel veel geld gaan<br />
kosten. Want het waren er<br />
vele duizenden, van jong<br />
tot oud, en woonachtig in<br />
alle delen van het land.<br />
Nee, dat kon niet. Het rijk<br />
had toen alleen oog voor<br />
slachtoffers die in het verzet<br />
hadden gezeten".<br />
De invoering van de Bijstandswet<br />
in 1965 bood<br />
echter nieuwe mogelijkheden.<br />
Als hoofd van de gemeentelijke<br />
sociale dienst<br />
in Sleen kende Hennie<br />
Reimelink alle ins en outs<br />
van die wet. "Er kwamen toen<br />
verschillende Rijksgroepsregelingen, onder<br />
andere voor oorlogsslachtoffers. In<br />
1972 kwam er een speciale wet voor de<br />
vervolgden W.U.V. (Wet Uitkeringen Vervolgingsslachtoffers<br />
1940-1945), omdat<br />
de Rijksgroepsregeling niet werkte.<br />
Daardoor werden bijvoorbeeld de Joodse<br />
slachtoffers erkend en konden zij op hulp<br />
rekenen. Maar de gewone burgers bleven<br />
in de kou staan, zij bleven onder de<br />
Rijksgroepsregeling vallen. Dat werkte in<br />
de praktijk van geen kant. Het was zo onrechtvaardig,<br />
't was je reinste discriminatie.<br />
Dat blijf ik de overheid verwijten",<br />
zegt ze strijdvaardig.<br />
Brieven naar Den Haag bleven in die tijd<br />
onbeantwoord. Ook pogingen in gesprek<br />
8
te komen met ambtenaren en leden van<br />
de regering strandden. Onder meer met<br />
de bewering dat Hennie en haar broer<br />
geen groep van enige omvang vertegenwoordigden.<br />
Broer Derk plaatste<br />
daarop een advertentie in een landelijke<br />
krant op zoek naar medeslachtoffers. De<br />
respons was overweldigend. Met Ton<br />
Simons uit Roermond, die als onderduiker<br />
op een landmijn trapte en daardoor<br />
een been verloor, werd de Werkgroep<br />
Burger-oorlogsgetroffenen opgericht. Er<br />
24 RK-slachtoffers liggen begraven op het Kerkhof aan de Enschedesestraat<br />
werden meer advertenties geplaatst om<br />
nog meer mede-slachtoffers te vinden. Er<br />
werden opnieuw brieven naar Den Haag<br />
gestuurd en gesprekken aangevraagd.<br />
Maar Den Haag speelde stommetje.<br />
Ambtenaren en politici wilden niets van<br />
de werkgroep en haar streven weten.<br />
Hennie Reimelink: "Eén keer hebben we<br />
wel een brief gehad. Daarin stond letterlijk<br />
dat onze werkgroep kwalitatief en<br />
kwantitatief niet van dien aard was dat ze<br />
ons konden ontvangen. Wat een arrogantie<br />
van die Haagse ambtenaren en<br />
politici. Maar we gingen door met onze<br />
strijd. We bezochten Kamerleden en<br />
mensen van het kabinet. We waren regelmatig<br />
in de Tweede Kamer en klamp-<br />
ten mensen aan om ons verhaal te doen.<br />
We waren ook vaak gast bij de vaste<br />
Kamercommissie voor Welzijn, waarvan<br />
mevrouw Cornelissen uit Boxtel, een<br />
oud-maatschappelijk werkster, voorzitter<br />
was".<br />
Eerst in het begin van de jaren tachtig<br />
veranderde er iets. Ineens werd bekend<br />
dat een Wet uitkeringen burgeroorlogsslachtoffers<br />
1940-1945 (Wubo) was<br />
voorbereid. Het onderwerp kwam toen<br />
ook voor het eerst op<br />
de agenda van de<br />
Tweede Kamer.<br />
"Maar het kwam er<br />
niet van", zegt Hennie<br />
Reimelink. "Het<br />
kabinet Van Agt werkte<br />
op dat moment<br />
met het begrip Bestek<br />
'81. Bezuinigen<br />
en nog eens bezuinigen.<br />
Er kwam een<br />
commissie, die de<br />
regering moest adviseren<br />
op welke uitgaven<br />
nog bespaard<br />
kon worden. De Wubo<br />
hoefde van die<br />
commissie niet te<br />
worden ingevoerd.<br />
De bestaande regeling<br />
kon wel worden gehandhaafd. Het<br />
probleem zou zich immers met de jaren<br />
vanzelf oplossen".<br />
Op dat moment besloot de werkgroep<br />
een landelijke actiedag te organiseren.<br />
Maar omdat de hele natie naar het Binnenhof<br />
trok om tegen de bezuinigingen<br />
te protesteren en er maatregelen werden<br />
voorbereid om het regeringscentrum voor<br />
actiegroepen te sluiten, zocht de werkgroep<br />
naar wat anders. Het werd een<br />
contactdag in De Flint in Amersfoort, die<br />
in april 1983 werd gehouden. "Die dag<br />
kostte ons 3500 gulden", zegt Hennie<br />
Reimelink zacht. "Dat was toen een heel<br />
kapitaal en zoveel geld hadden we niet.<br />
9
Maar mede dankzij een bijdrage van<br />
Gerrit-Jan Heijn, die ons de laatste 500<br />
gulden schonk, konden we de dag toch<br />
houden. Heijn wist precies wat zich bij<br />
ons afspeelde, want zijn vrouw had in het<br />
Jappenkamp gezeten". En dan weer fel:<br />
"Voordat we die dag hadden, zijn we opnieuw<br />
heel erg tegengewerkt door de<br />
ambtenaren uit Den Haag. Toenmalig<br />
staatssecretaris Van der Reijden presteerde<br />
het zelfs om tot vier keer toe een<br />
afspraak voor een gesprek vlak voor tijd<br />
af te zeggen. Uiteindelijk heb- ben we<br />
wel een keer met elkaar gesproken,<br />
maar dat was toen niet prettig meer. En<br />
van enig begrip van zijn kant voor de<br />
burgerslachtoffers was al helemaal geen<br />
sprake. Overigens hebben veel ministers<br />
De door het bombardement totaal vernielde woning van de familie Noordink. Deze<br />
woning stond op de de plek waar nu de Julianastraat en Bevertstraat elkaar kruisen.<br />
(Foto: Uit "Het uur der bevrijding is thans ook voor u aangebroken")<br />
absoluut geen benul van wat de slachtoffers<br />
hebben doorgemaakt en hoe ze nu<br />
nog daaronder gebukt gaan".<br />
De contactdag werd een groot succes.<br />
Met honderden kwamen slachtoffers naar<br />
De Flint. Uit alle hoeken van het land<br />
kwamen ze, soms met hun hele familie.<br />
Politieke partijen waren er ook, evenals<br />
verschillende ambtenaren. En niet te<br />
vergeten: de media. Eindelijk kwam er<br />
oog voor de nood van de burgerslacht-<br />
offers. Aan het eind van de dag werd<br />
Hennie Reimelink door verschillende<br />
mensen gefeliciteerd. Een Kamerlid gaf<br />
haar te verstaan dat zij het nu voor elkaar<br />
had gekregen dat de politiek aandacht<br />
zou schenken aan de burgerslachtoffers<br />
van de oorlog.<br />
Zij werd vanaf dat moment betiteld als<br />
"Moeder van de Burgerslachtoffers".<br />
Glimlachend: "Ik vond daar eerst niks<br />
aan, maar ben het later gaan zien als<br />
een eretitel". Op dat ogenblik had ze ook<br />
nog heel andere dingen aan haar hoofd.<br />
"Het was een dag vol emoties. En, als ik<br />
heel eerlijk ben, een verschrikkelijke dag.<br />
Ik vond het vreselijk. Maar het was ook<br />
een dag vol hoop. Hoop van mensen op<br />
eindelijk eens de erkenning<br />
dat ook zij<br />
slachtoffer waren.<br />
Veertig jaar lang waren<br />
ze niet serieus<br />
genomen, hadden<br />
de overheid en de<br />
kerken hen links laten<br />
liggen. Ja, ook<br />
de kerken. De geestelijkheid<br />
kon veertig<br />
jaar niets anders<br />
bedenken dan 'je<br />
moet het lot aanvaarden<br />
en bidden<br />
om kracht'. Daar<br />
hadden de slachtoffers<br />
wat aan".<br />
Een jaar na de contactdag<br />
was de Wubo een feit. "Maar het<br />
viel erg tegen. Omdat het land weer eens<br />
in een economische crisis verkeerde,<br />
was de wet niet veel meer dan een opgetuigde<br />
bijstandsuitkering. Daar was op<br />
dat moment niets meer aan te veranderen.<br />
De burgerslachtoffers bleven daardoor<br />
nog de minstbedeelden van alle<br />
oorlogsgetroffenen". Ook nu, zestig jaar<br />
na de bevrijding, is de situatie van de<br />
burgerslachtoffers nog maar zo-zo. Een<br />
10
in januari dit jaar afgesloten onderzoek in<br />
Nijmegen heeft aangetoond dat er ook in<br />
de derde generatie van na de oorlog nog<br />
tientallen, zo niet honderden, mensen<br />
met trauma's rondlopen. "Vooral de psychische<br />
nood is heel erg hoog.<br />
Een van de slachtoffers: Jo Abbink. Zij lag ziek<br />
te bed. Volgens instructies bij bomalarm dook<br />
ze onder tafel. Daar verongelukte ze. Met het<br />
bed was niets gebeurd!<br />
Dat is nog dagelijks te merken, ook bij<br />
die generatie", weet de oud-Haaksbergse.<br />
Volgens haar heeft wetenschappelijk onderzoek<br />
aangetoond dat voor elk overleden<br />
of (zwaar) gewond geraakt burgerslachtoffer<br />
vier 'bijkomende' slachtoffers<br />
zijn te noteren, die op de een of andere<br />
wijze geestelijk zijn getroffen.<br />
Hun nazaten komen daar ook weer mee<br />
in aanraking. De roep om hulp wordt echter<br />
nog steeds niet of maar nauwelijks<br />
gehoord. Het overleg met 'Den Haag'<br />
gaat nog altijd door. Hennie Reimelink<br />
erkent dat de wet in de afgelopen vijftien<br />
jaar wel op onderdelen in gunstige<br />
zin is gewijzigd. In maart is de Wubo<br />
weer in de Tweede Kamer onderwerp<br />
van gesprek geweest. Wat daar is uitgekomen<br />
is op het moment van schrijven<br />
van dit artikel niet bekend. Maar veel<br />
hoop dat de positie van de burger-oorlogsgetroffenen<br />
nu eens duidelijk wordt<br />
verbeterd heeft ze echter niet. De 'Moeder<br />
van de Burgerslachtoffers' dacht in<br />
2002 afstand te kunnen nemen van 'haar'<br />
stichting - "De strijd is in Haaksbergen<br />
begonnen en heeft uiteindelijk geleid tot<br />
een eigen wet en basis- stichting. En<br />
daar ben ik best een beetje trots op" -<br />
maar heeft zich daarin schromelijk vergist.<br />
"Ik dacht dat ik het op dat moment<br />
wel gehad had met de oorlog. Maar dat<br />
is niet zo. De oorlog is wel afgelopen,<br />
maar nog niet voorbij. Ik word er nog<br />
heel vaak mee geconfronteerd.<br />
Want er zijn<br />
nog vele honderden, zo<br />
niet duizenden slachtoffers.<br />
Nee, ik denk dat ik<br />
tot aan m'n dood hiermee<br />
te maken houd".<br />
Willy Rikkers en Hendrik<br />
Scholten<br />
1 Zie: Het uur der bevrijding is<br />
thans ook voor aangebroken<br />
(Haaksbergen 1940-1945)<br />
Burgemeester von Heyden zat buiten te genietenvan het mooie weer, toen hij<br />
door een bomscherf werd getroffen. Op de foto de restanten van het tuinhuisje.<br />
2 Zie: Met een bombardement<br />
op Haaksbergen kwam de<br />
bevrijding in zicht.<br />
11
Kabelwacht...<br />
In de oorlog legden de Duitsers een telefoonkabel<br />
van de Duitse grens via de Oldenkotsedijk,<br />
Morsinkhofweg, Molenweg,<br />
Eibergsestraat en door de Zienesch naar<br />
de Goorsestraat tot voorbij St. Isidorushoeve,<br />
de grens met Ambt Delden. Op<br />
een goede dag bleek de kabel doorgeknipt<br />
te zijn. Dat was voor de Duitsers<br />
een daad van SABOTAGE!!! Direct daarna<br />
werd de Haaksbergse bevolking onaangenaam<br />
verrast door een proclamatie<br />
van de Ortskommandant. De Kabelwacht<br />
werd ingevoerd! Alle mannen van 18 tot<br />
55 jaar werden voor de bewaking aangewezen,<br />
als straf en boetedoening. Het<br />
traject beliep ongeveer 15 km en elke<br />
bewaker moest 200 meter voor zijn rekening<br />
nemen. Het betrof dus heel wat<br />
slachtoffers. Een kabelwacht duurde 4<br />
uur, dag en nacht, zodat er per etmaal 6<br />
ploegen nodig waren. 4 uur stilstaan en<br />
drentelen bij een stukje van 200 meter,<br />
terwijl het weer er ook niet beter op werd.<br />
Het was al herfst. De Proclamatie luidde<br />
als volgt:<br />
Hoofd van Politie HAAKSBERGEN.<br />
In verband met het doorsnijden van een telefoonleiding<br />
der Duitsche Weermacht:<br />
Wordt U in opdracht van de Sicherheitspolizei<br />
bevolen om een nader aan te wijzen gedeelte<br />
te bewaken van de kabel langs de… op…...van<br />
.... uur tot ….uur.<br />
Weigering dezer opdracht zal voor U ingrijpende<br />
gevolgen hebben .Gedurende de bewaking<br />
is U er voor aansprakelijk dat ten aanzien<br />
van deze leiding van het gedeelte dat door U<br />
bewaakt wordt niets bijzonders gebeurd.<br />
Het is verboden :<br />
1. Zich in groepen van of naar de posten te<br />
begeven , tenzij door de politie tijd en plaats<br />
van samenkomst is bepaald en de tocht onder<br />
politiegeleide plaats vind.<br />
2. Zich van zijn post te verwijderen.<br />
3. Op eenige wijze demonstratie te houden<br />
door het voeren van opschriften of andersinds.<br />
4. Gedurende de uren van 22 tot 6 uur wordt<br />
een afstand van 150 Meter met 2 personen<br />
gesurveilleerd.<br />
5. Indien U tusschen 24 en 4 uur op straat<br />
wordt aangetroffen dit Bewijs te tonen.<br />
Dit bewijs geldt alleen indien U aanwezigheid<br />
op straat met het waken verband houdt.<br />
De Burgemeester der Gemeente Haaksbergen,<br />
Von Heijden.<br />
De mensen vonden het maar grote flauwekul,<br />
pesterij om zo te laten voelen wie<br />
er de baas was. Men was des duivels om<br />
zo om de 4 à 5 dagen voor schut te<br />
staan langs de weg, zonder enig doel.<br />
Men kreeg geen instructies en er werd<br />
ook niet verteld waarop gelet diende te<br />
worden. Wel werd er gedreigd, dat als er<br />
tijdens de wacht weer iets zou gebeuren,<br />
er gijzelaars aangewezen zouden worden<br />
met nog veel kwalijker gevolgen.<br />
De organisatie en het toezicht op dit<br />
fraais werd opgedragen aan de gemeente<br />
en de rijkspolitie, aangevuld door de<br />
z.g. landwacht, een soort hulppolitie, gerecruteerd<br />
uit de ergste plaatselijke<br />
N.S.B.ers. De vernedering duurde drie<br />
maanden. De week voor Kerstmis 1941<br />
kwam het verlossende bericht, dat de<br />
kwelling afgelopen was. Er deden zich<br />
geen nieuwe gevallen van sabotage voor<br />
en eigenlijk was er helemaal geen sabotage<br />
gepleegd! Wat was er gebeurd<br />
In het zgn. Zwarte Land, de huidige Zieneschstraat,<br />
woonde in een van de huizen<br />
van Licht en Lucht Henny Leppink,<br />
geboren 8-11-1934, op het moment van<br />
de sabotage nog net geen 8 jaar oud.<br />
Tegenover het huis liep een sloot, waar<br />
de Duitsers die telefoonkabel door hadden<br />
gelegd, maar dat wist Henny niet. Hij<br />
was er aan het spelen en sloeg met een<br />
12
schop in de sloot. Zonder het te weten<br />
sneed hij de kabel middendoor. Binnen<br />
de kortste keren waren de Duitsers ter<br />
plekke en hadden de breuk al gauw gevonden.<br />
De beide einden werden aan<br />
een weidepaal geknoopt. Daarna werd<br />
de buurt afgestroopt om de dader op te<br />
sporen, maar er werd niemand gevonden.<br />
Henny hield de kaken natuurlijk stijf<br />
op elkaar! De Duitsers hielden het vanzelfsprekend<br />
op sabotage.<br />
B.J. Waanders, mede uit de memoires van<br />
ArnoldJ.Leppink (1893- 1986)<br />
De originele proclamatie van de Politie te Enschede<br />
13
Razzia...<br />
Wederwaardigheden uit Duitsland meegemaakt<br />
door G. J. Hofste op Bruinink.<br />
Als de Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog<br />
mannen nodig hadden om<br />
werkzaamheden te verrichten, hielden ze<br />
een razzia. Het ging meestal om mannen<br />
tussen 17 en 55 jaar. Soms moest men<br />
zich melden, maar het kon ook gebeuren,<br />
dat mannen die 's morgens vroeg te<br />
voet of op de fiets op weg waren naar<br />
hun werk lukraak van de weg geplukt<br />
werden en verzameld ergens in het dorp.<br />
Ook Haaksbergen ontsprong de dans<br />
niet. Jan Hofste op Bruinink maakte het<br />
mee en schreef het op. Hier volgt zijn relaas.<br />
Op 27 oktober 1944 was het 's morgens<br />
vroeg al een hele drukte in Haaksbergen.<br />
Het dorp was afgezet, zodat niemand er<br />
in of uit kon.<br />
De Duitsers hielden een razzia en waren<br />
al met huiszoekingen begonnen. Men<br />
ging met luidsprekers door de straten om<br />
te bevelen, dat alle mannen van 17 tot<br />
G.J. Hofste op Bruinink (1927 - 1999)<br />
55 jaar zich voor 11 uur moesten melden.<br />
Degene, die zich niet meldde en bij<br />
huiszoeking gevonden werd, zou doodgeschoten<br />
worden. Tegen half elf naderden<br />
ze ons huis voor de huiszoeking en<br />
toen zijn we zoetjesaan opgestapt. We<br />
gingen ons vol goede moed melden met<br />
een geldig Ausweis en een zak vol andere<br />
papieren. Op de plaats van bestemming<br />
aangekomen, werden we in een<br />
weide gedreven aan de Buurserstraat<br />
tegenover de villa van Dokhorn. (Buurserstraat<br />
183, red.) Na een paar uur<br />
werden we in een rij gezet. Er waren ongeveer<br />
1000 mannen. We waren allemaal<br />
in spanning; werd het blijven of<br />
gaan Je vertrouwde maar op je Ausweis.<br />
Toen de ABTB aan de beurt was, werden<br />
allen naar de weide gestuurd, waar de<br />
meesten al naar toe gestuurd waren. Ik<br />
hoopte ook bij het personeel van de<br />
ABTB te komen, omdat vader daar ook<br />
bij was. Toen ik aan de beurt was stuurde<br />
die Duitser mij door, maar J.D. kwam<br />
mij achterop en vroeg naar de papieren.<br />
Ik deed hem een handvol, maar hij zei:<br />
"Nee" en scheurde de papieren kapot.<br />
"Je moet die kant op." We hebben daar<br />
gestaan tot ongeveer bijna half vier met<br />
mitrailleurs om ons heen.<br />
Op weg<br />
Toen zijn we met zo'n 285 man vertrokken,<br />
maar waar we naar toe gingen wisten<br />
we niet. We werden allemaal nagedragen<br />
met dekens en koffers, met brood<br />
en kledingstuk- ken.<br />
Hartroerend afscheid. We liepen tussen<br />
twee grote rijen huilende mensen die keken<br />
of er ook iemand van het huisgezin<br />
of de familie bij was. Velen wierpen ons<br />
pakjes met boterhammen toe, belegd<br />
met dik spek of worst. Moeder zorgde er<br />
voor dat ik een koffer met spullen mee<br />
kon nemen. Die was loodzwaar. We ver-<br />
14
trokken richting station en dachten mooi<br />
met de trein. Maar nee, we gingen te<br />
voet op weg naar Enschede. Toen begon<br />
het al donker te worden en de bewaking<br />
werd versterkt. Toch zagen sommigen<br />
kans te ontsnappen. Ik wilde ook wel en<br />
toen we wat struiken langs de weg passeerden,<br />
dook ik daar achter. Maar helaas.<br />
Ik kwam bovenop twee Duitsers terecht,<br />
die daar lagen op te letten. Terug<br />
in de rij met twee man bewaking naast<br />
mij.<br />
Om goed tien uur kwamen we aan bij<br />
een school in Gronau. We werden in<br />
groepen van 38 man naar een kamer<br />
gebracht. Doodmoe, blaren onder de<br />
voeten, twee dagen geen nat of droog,<br />
maar mijn zware koffer had ik nog!<br />
Op ‘kamers’<br />
Zaterdagmorgen kregen we papieren<br />
strozakken die we maar halfvol met stro<br />
kregen, per drie man twee zakken. Knipper,<br />
leraar aan de openbare ulo, werd<br />
bevorderd tot Stubeführer. Hij was zo<br />
druk met commanderen en de Duitse<br />
overheid, dat hij vergat om zijn zak te<br />
vullen. Gevolg: vier nachten met de rug<br />
tegen de deur. We hadden twee strozakken<br />
voor drie man. Daar moesten we alles<br />
op doen: slapen, brood smeren, een<br />
brief schrijven, je bagage er op pakken<br />
enz. Binnen de kortste keer was het een<br />
bende! Schildwacht voor de deur. Je<br />
mocht alleen naar de ‘vitrine’ om je behoefte<br />
te doen. Die latrine bestond uit<br />
een paar palen langs een sloot. Achter<br />
de sloot liep een weg en een spoorlijn.<br />
We zeiden tegen elkaar; "Je moet maar<br />
voor je kijken, want van achteren kennen<br />
ze je toch niet." Knipper ging er de eerste<br />
keer verkeerd op zitten... Op het laatst<br />
was die sloot helemaal vol en dan spetterde<br />
het zo lekker. We kregen die zaterdag<br />
niets te eten.<br />
Aan het werk<br />
Zondag om vijf uur op, half zes aantreden<br />
en om zes uur naar de trein. Vertrek<br />
H.A.M. Knipper<br />
om zeven uur via Epe naar Lasterfeld en<br />
van daar anderhalf tot twee uur lopen<br />
naar Graes.<br />
Dunne stammetjes kappen. De opdracht<br />
was uitdunnen, maar aan het eind van de<br />
dag stond er natuurlijk niets meer overeind.<br />
Daarna takkenbossen maken. De<br />
twee mannen die het bos ingestuurd<br />
werden om twijgen te knippen, zijn nooit<br />
meer teruggekomen. Om drie uur op de<br />
zelfde wijze weer terug. De trein had<br />
Duits glas, geen glas dus. Koud, regen,<br />
dik verkouden. Ik en negen andere mannen<br />
‘vergaten’ de volgende dag onze<br />
schop. We moesten nieuwe halen in<br />
Wessum. We kregen de soldaat zo ver,<br />
dat we Wessum in mochten. Eerst een<br />
paar glaasjes donker bier gedronken en<br />
daarna een kopje koffie. Alle winkels afgestroopt<br />
voor brood en lucifers en onze<br />
boterhammen opgegeten. We kwamen<br />
langs een melkfabriek. Toen moest ik er<br />
weer aan geloven, want ik kon mij aardig<br />
goed redden met Duits praten. We kletsten<br />
net zo lang zielig tegen die directeur,<br />
dat hij ons meenam naar zijn huis;<br />
volop boterhammen en melk! De volgende<br />
dag vergaten 50 man hun schop. Die<br />
moesten op het werk de klei met de handen<br />
uit de sloot halen.<br />
15
Naar de dokter<br />
Na veertien dagen was ik niet lekker<br />
meer en ben op de kamer gebleven, samen<br />
met B. Eijsink. Naar de dokter. Een<br />
klein mannetje; z'n hoofd was nog dikker<br />
dan zijn achterwerk en hij liep mank. We<br />
noemden hem altijd de ‘paardendokter’.<br />
Nog 200 anderen probeerden afgekeurd<br />
te worden.<br />
Wij hadden voor die tijd een sigaret met<br />
suiker gerookt en waren er slecht aan<br />
toe. Maar afgekeurd, ho maar. We kregen<br />
binnendienst. Kamers schoonmaken,<br />
soepbakjes reinigen met koud water<br />
(er zat toch geen vet in). Onze soep was<br />
water met een zwemmend koolblaadje.<br />
Als we niets van thuis hadden gekregen,<br />
waren we van honger doodgegaan.<br />
Woensdag 15 november. Toen moesten<br />
34 Haaksbergse jongens op transport, 7<br />
van onze kamer. We huilden bij het afscheid.<br />
De volgende dag moesten we aardappelen<br />
schillen, van die grote veenaardappelen.<br />
Na het schillen waren de aardappels<br />
vierkant en hadden we meer schil dan<br />
aardappelen.<br />
Van de 34 jongens die vertrokken waren,<br />
kwamen er 26 weer terug. In hun plaats<br />
hadden Rotterdamse jongens zich vrijwillig<br />
aangemeld. De anderen werden naar<br />
Breslau gebracht.<br />
We hebben Knipper gedegradeerd als<br />
Stubeführer, want die liet de oren te veel<br />
hangen naar de Duitsers. Hij werd opgevolgd<br />
door B. Eijsink, maar die moest<br />
met de vliegende colonne mee naar Breslau.<br />
Toen ben ik het geworden.<br />
Kok<br />
De volgende dag kwam de burgemeester<br />
van Gronau bulken waar de kok was.<br />
Maar hij was op de verkeerde kamer. Ik<br />
zei toen, dat ik die kok was. Ik moest direct<br />
mee naar de Mittelschule om soep te<br />
koken. Daar kwam ik naast iemand te<br />
staan uit Almelo die echt kok was! Ze<br />
zeiden tegen me, dat ik goed werk geleverd<br />
had, maar dat ik de volgende dag<br />
niet terug hoefde te komen, omdat ik er<br />
geen sikkepit verstand van had. Toch een<br />
mooi dagje.<br />
De volgende dagen was het zout sjouwen<br />
met paard en wagen van het station<br />
naar het lager. In het lager hing een mooi<br />
petje aan de kapstok. Dat kon ik goed<br />
gebruiken want het regende veel. Ik zou<br />
het net pakken, toen er een hele mijnheer<br />
binnenkwam, zijn hoed aan de kapstok<br />
hing en het petje opzette. Dus die<br />
hoed was voor mij! Gestolen Ach de<br />
Duitsers hadden al zo veel gestolen in<br />
ons land.<br />
Naar de bierbrouwerij<br />
Daarna werken bij een bierbrouwerij,<br />
samen met Vossebeld. Ik reed met paard<br />
en wagen en Vossebeld stond achter de<br />
machine. Hij wilde liever binnen blijven,<br />
want hij had de vorige dag een tand laten<br />
trekken. Gammel spul. Kapotte wagens,<br />
slecht tuig, noem maar op. Ik had altijd<br />
een kistje met papiertouw bij me om het<br />
tuig te repareren. Ze dachten, dat ze<br />
daarmee de oorlog ook nog zouden kunnen<br />
winnen! De baas van de brouwerij<br />
had een dochter van 25, die een zoon<br />
had van 9! Dan hoef je niet meer te vragen<br />
met wat voor volk je te doen hebt.<br />
Soms moesten we met 700 man in een<br />
schuilkelder voor 200 man. Benauwd en<br />
stinken, foei. Toen ik dan toch maar liever<br />
op de kamer bleef, kreeg ik klappen met<br />
de kolf van een geweer en niet zo zuinig<br />
ook.<br />
Op transport<br />
We werden met 200 man op transport<br />
gesteld, 's Morgens om 5 uur aantreden,<br />
6 uur appèl in de stortregen, om 7 uur in<br />
de trein zonder glas met 21 man in een<br />
coupé voor 8 personen. We zaten in de<br />
laatste wagon met het oog op beschieting,<br />
maar de locomotief werd na een<br />
uurtje aan de andere kant vastgekoppeld,<br />
zodat we goed verkeerd zaten. Om<br />
5 uur waren we in Rhede. Een uur lopen<br />
naar Vardingholt. Onderweg moesten we<br />
16
dekking zoeken, omdat onze trein in<br />
Rhede beschoten werd. We werden ondergebracht<br />
in een school, met 50 man<br />
in een ruimte voor 20 en dan ook nog<br />
kletsnat stro. Ik was bevorderd tot Sanitäter<br />
(verpleger) en moest voor de deur<br />
liggen met naast mij J. ten Voorde en W.<br />
van Manen. Volgende dag aantreden en<br />
geen brood, want we zouden de volgende<br />
dag pakjes van thuis krijgen. Ik moest<br />
in de buurt naar een ander lager om<br />
Füszkranken te verbinden, maar er was<br />
niemand. Een boer vlakbij vertelde dat ze<br />
verplaatst waren naar de IJssellinie in<br />
Holland. Toen wist ik wel genoeg. Ik heb<br />
later wel gehoord, dat ze de grens niet<br />
overgekomen waren.<br />
Op de vlucht<br />
Terug in het Lager ging ik naar de Führer<br />
om een kamertje te vragen voor het verbinden<br />
van patiënten. Ze waren aan het<br />
vergaderen en ik ving op, dat we de volgende<br />
dag allemaal naar Magdenburg<br />
zouden vertrekken. In dat geval zou ik<br />
nooit meer thuiskomen! Ik besloot om<br />
met drie andere jongens te vluchten. Met<br />
een overall over de kleren begonnen we<br />
onze looptocht, maar we wisten niet precies<br />
welke kant we op moesten. We zagen<br />
lichtjes branden bij een boerderij en<br />
waagden het aan te kloppen. Die Duitse<br />
boer was een ‘goeie’. Hij bracht ons op<br />
een platte boerenkar naar een andere<br />
boerderij. Die boer bracht ons verder<br />
richting Hollandse grens. Hij durfde niet<br />
verder en toen zijn we gaan lopen, uren<br />
lang. We kwamen in Eibergen en moesten<br />
de Berkel nog over. Omdat we hier<br />
WA-mensen verwachtten, besloten we<br />
twee aan twee een poging te wagen. Het<br />
lukte het ene paar, maar wij werden gegrepen<br />
en naar het Gemeentehuis in Eibergen<br />
vervoerd. Schoenen en alles wat<br />
we hadden inleveren en opgesloten in<br />
een klein kamertje. Toen het de volgende<br />
morgen een beetje licht werd, zag ik een<br />
papiertje op de grond liggen. Ik had nog<br />
een stompje potlood in de broekzak,<br />
schreef er mijn naam op en schoof het<br />
papiertje onder de deur door. Je weet<br />
maar nooit. Iemand van het personeel<br />
heeft het gevonden. Dit bleek later de<br />
dochter te zijn geweest van de zaakvoerder<br />
van de ABTB in Eibergen (de<br />
heer Beusink). Ze belde haar vader en<br />
vroeg hem of hem de naam bekend<br />
voorkwam. Hij wist dat ik een zoon was<br />
van zijn collega in Haaksbergen en belde<br />
mijn vader op. Die nam contact op het de<br />
huisarts dokter Scaf, die papieren had<br />
waarop stond, dat ik in Enschede was<br />
doorgelicht voor tbc.<br />
Besmettelijke ziekte<br />
De Duitsers waren heel bang voor besmettelijke<br />
ziektes en daar lag de oplossing,<br />
Politieagent Lucas werd ingeschakeld<br />
en samen, Lucas in uniform, reden<br />
ze op de fiets naar Eibergen.<br />
Na lang praten en wijzen op het grote<br />
gevaar van besmetting mocht ik mee, als<br />
ik me de volgende dag zou melden bij<br />
het ziekenhuis van Vreden. Dat gebeurde<br />
natuurlijk niet. In het huis aan de Molenstraat<br />
werd een bed in de serre gezet<br />
met op het nachtkastje allerlei pillen van<br />
dokter Scaf. Als er gebeld werd lag ik<br />
‘doodziek’ op bed, maar 's nachts lag ik<br />
gewoon op bed in de jongenskamer.<br />
Toen kwam de nacht dat er gebeld werd!<br />
Ik hals over kop naar mijn schuilplaats op<br />
de vliering. De nsb-er J.D. viel met de<br />
deur in huis. “Huiszoeking...Waar is<br />
Jan" Vader ging met hem het hele huis<br />
door, heel rustig en uitleggend waarom<br />
Jan hier niet kon zijn.<br />
Moeder vertelde ondertussen de andere<br />
zeven kinderen dat ze mij zochten. Als<br />
J.D. hen zou vragen waar Jan was,<br />
moesten ze zeggen, dat Jan in Duitsland<br />
was en ze hem al heel lang niet gezien<br />
hadden. Alles is uiteindelijk goed afgelopen.<br />
Uit: Aold Hoksebarge. Samenvatting: Bram van<br />
Leeuwen. Het volledige verslag ligt ter inzage in<br />
het Historisch Centrum.<br />
17
Miene gedachtn goat trugge...<br />
Bijltjesdag in Haaksbergen<br />
In de krant en op de TV wordt in deze tijd<br />
veel aandacht besteed aan de tweede<br />
wereldoorlog en aan de bevrijding. Dat<br />
brengt ook mijn gedachten terug naar de<br />
gebeurtenissen van bijna zeventig jaar<br />
geleden.<br />
Haaksbergen, april 1945, kort na de bevrijding<br />
op eerste paasdag en een paar<br />
weken na het bombardement van 24<br />
maart. Ik sta op het marktplein tussen<br />
honderden anderen. We kijken allemaal<br />
in de richting van het gemeentehuis.<br />
Daar staan twee groepjes mannen: een<br />
groepje wat ouderen die er ongemakkelijk<br />
bij staan, en een groepje jongeren,<br />
met witte armbanden, waarop ‘BS’ te lezen<br />
staat, dat wil zeggen Binnenlandse<br />
Strijdkrachten. Het is niet duidelijk welke<br />
strijd zij gestreden hebben; nou ja, volgens<br />
de laatste berichten zaten er in de<br />
oorlog acht miljoen Nederlanders in het<br />
verzet.<br />
De oude mannen zijn opgepakt, waarschijnlijk<br />
wegens lidmaatschap van de<br />
NSB. Ik weet niet of ze werkelijk iets<br />
‘misdaan’ hebben. De NSB kreeg in de<br />
jaren dertig acht procent van de stemmen.<br />
Dat betekent dat veel mensen<br />
NSB-ers in de familie hadden; ik zelf ook,<br />
maar dat heeft de familieverhoudingen<br />
niet langdurig verstoord.<br />
Eén van de oudere mannen ken ik. Het is<br />
een boer uit de Rietmolen, waar ik in het<br />
laatste oorlogsjaar vaak met mijn tweelingzusje<br />
melk heb gehaald; we liepen<br />
daar deels over een ongebruikte spoorlijn<br />
naartoe. Hij was gesteld op mijn zus; ik<br />
weet niet precies waaruit dat bleek; misschien<br />
kregen we daarom wat meer melk<br />
en soms wat aardappels.<br />
Deze oude man, ik geloof dat hij Te Vrugte<br />
heette, staat er ongelukkig bij; ze hebben<br />
een bezemsteel in zijn broekspijp<br />
gestoken - tegen het weglopen, maar ik<br />
denk dat hij ook zonder bezemsteel niet<br />
ver gekomen zou zijn. Ik geloof niet dat<br />
hij me ziet. Ik zie hem wel, maar ik kan<br />
niets voor hem doen. Ik weet ook niet of<br />
hij wist dat mijn zus, zijn melkmeisje,<br />
door een Amerikaanse bom gedood was.<br />
Ik weet ook niet wat er met die opgepakte<br />
mensen gebeurd is; veel is mij onduidelijk.<br />
Zijn ze afgevoerd naar een ‘NSBkamp’<br />
of tijdelijk opgesloten in een<br />
schoollokaal De NSB-ers zijn soms heel<br />
slecht behandeld, en in het begin zonder<br />
enige vorm van proces. De tijd ging snel<br />
in die dagen en het recht was onzeker.<br />
Fred Steutel<br />
Direct na de bevrijding werd felle<br />
jacht gemaakt op NSB-ers en op<br />
vrouwen die zich met de Duitsers<br />
hadden afgegeven. Haaksbergen<br />
dromde samen voor het bordes van<br />
het gemeentehuis om die gehate figuren<br />
te beschimpen. Op 3 april<br />
werden de NSB-ers die men te pakken<br />
had naar Enschede gebracht.<br />
Anderen (vrouwen) werden later aan<br />
het werk gezet om de gevorderde<br />
scholen schoon te maken. Een drietal<br />
dat ondergedoken was en zich<br />
eerst eind april meldde, mocht de<br />
muur van de fabriek van Frankenhuis<br />
van leuzen zuiveren en moest de gaten<br />
dichten die de Nederlanders onder<br />
Duitse dwang hadden gegraven.<br />
18
Vri-j...<br />
De bevrijding van Overijssel<br />
Op 1 april 2014 was het precies 69 jaar<br />
geleden dat het eerste stukje grondgebied<br />
van Overijssel werd bevrijd. Op 1<br />
april 1945 konden de inwoners van<br />
Haaksbergen als eerste de vlag buiten<br />
hangen. Ruim 2 weken later, op 19 april,<br />
was ook Kampen vrij. Ging de bevrijding<br />
van sommige plaatsen zeer voorspoedig,<br />
op andere plekken is een verbeten strijd<br />
gevoerd. De bevrijding van Overijssel<br />
heeft in totaal 19 dagen in beslag genomen.<br />
Hieronder de eerste 7 dagen van<br />
april 1945.<br />
na, die een marsroute<br />
richting Apeldoorn ontving,<br />
doorkruiste het gehele leger Overijssel.<br />
Het leger bestond uit 2 Canadese<br />
Infanterie Divisies, 1 Canadese Tank Divisie,<br />
1 Poolse Tank Divisie, 1 Britse Tank<br />
Divisie en 1 Britse Infanterie Divisie.<br />
Twente werd ten oosten van de lijn Ootmarsum,<br />
Borne, Hengelo, Enschede,<br />
Haaksbergen en Neede (inclusief de genoemde<br />
plaatsen) bevrijd door de Britten.<br />
Het overige en grootste deel van Overijssel<br />
werd bevrijd door de Canadezen. Een<br />
Poolse tankdivisie trok via Almelo naar<br />
Coevorden om in Noord-Nederland operationeel<br />
te worden.<br />
De ouverture van de bevrijding van Nederland<br />
boven de grote rivieren vond<br />
plaats op 8 maart, toen min of meer bij<br />
toeval en volgens sommige geschiedschrijvers<br />
zelfs per vergissing door een<br />
Amerikaanse verkenningspatrouille de<br />
brug bij Remagen werd veroverd en de<br />
Rijn eindelijk kon worden overgestoken.<br />
Op 29 maart werd bij Dinxperlo de Nederlandse<br />
grens overschreden. Vanuit de<br />
Achterhoek zouden Canadese, Britse en<br />
Poolse legeronderdelen Oost- en Noord-<br />
Nederland gaan bevrijden<br />
om daarna grotendeels<br />
Duitsland in te<br />
trekken en deels het<br />
overgebleven bezette<br />
Nederland te omsingelen.<br />
De bevrijding van Nederland<br />
was geen doel op<br />
zichzelf maar paste binnen<br />
de strategie die<br />
moest leiden tot een opmars<br />
richting het oosten<br />
om een einde te maken<br />
aan Hitler-Duitsland. Op<br />
een Canadese divisie<br />
1 april<br />
Op Paaszondag 1 april rond 8.00 uur kon<br />
St. Isidorushoeve zich het eerste bevrijde<br />
dorp van Overijssel noemen. Even later<br />
trok de 32nd. Guards Infantry Brigade via<br />
Beckum naar Boekelo en bereikte al<br />
vroeg in de morgen de opgeblazen Lonnekerbrug,<br />
waar zware strijd geleverd<br />
zou moeten worden. The 5th. Guards<br />
Armoured Brigade rukte via Haaksbergen<br />
(de eerste bevrijde grotere plaats) op<br />
naar de oostkant van Enschede. Aan het<br />
eind van deze koude, winderige en re-<br />
Duitse krijgsgevangenen die net ten noorden van Haaksbergen gevangen<br />
werden genomen. Onder hen 'soldaten' van amper 15 jaar oud.<br />
19
genachtige dag was Enschede niet zonder<br />
de nodige schermutselingen en onvermijdelijke<br />
verliezen bevrijd. Ook in<br />
Diepenheim konden de vlaggen uit. Het<br />
nabijgelegen Goor moest nog een week<br />
lang de Nederlandse driekleur binnenhouden.<br />
Het Twentekanaal zou een lastige<br />
barrire blijken te zijn.<br />
2 april<br />
Op Tweede Paasdag trok het grootste<br />
deel van het Britse leger richting Oldenzaal,<br />
waar de uitgelaten bevolking een<br />
eindeloze stoet voorbij zag trekken in de<br />
richting van Duitsland met als voorlopige<br />
eindbestemming Hamburg en Bremen.<br />
Men vergat echter Denekamp niet, maar<br />
bijna wel Ootmarsum, dat na aandringen<br />
van de burgemeester twee dagen later<br />
nog even door een kleine eenheid bevrijd<br />
werd.<br />
Een deel van de Britten volgde een route<br />
in de richting van Hengelo maar stuitte<br />
op hevige tegenstand. De bevrijding van<br />
deze plaats werd uitgesteld tot de volgende<br />
dag.<br />
Intussen waren ook de Canadezen op<br />
het Overijsselse strijdtoneel verschenen.<br />
Het Lake Superior Regiment bereikte laat<br />
in de avond het al door de Britten bevrijde<br />
Diepenheim. Er zou hen een zware<br />
taak wachten: het forceren van eenovergang<br />
over het Twentekanaal bij Delden.<br />
Veel belangstelling voor tank in het centrum van Hengelo.<br />
3 april<br />
Op dinsdag 3 april konden de Britten<br />
Hengelo aan het rijtje bevrijde plaatsen<br />
toevoegen. Het Hampshire en het Dorset<br />
Regiment tekenden voor de eer. Het<br />
laatste regiment bereikte in de namiddag<br />
Borne en wist zelfs door te stoten tot<br />
Zenderen, maar keerde toch terug naar<br />
Borne, waardoor Zenderen in een niemandsland<br />
kwam te verkeren. De volgende<br />
dag kon het echter een compagnie<br />
van het Canadese Lake Superior Regiment<br />
begroeten.<br />
In een ander deel van Twente werd<br />
Weerselo (geen Duitser meer te bekennen)<br />
even meegenomen door het Recce<br />
Regiment op weg naar het Kanaal Almelo-Nordhorn.<br />
Ook Losser werd bevrijd, in<br />
dit geval door de Goldstream Guards.<br />
Terug naar de lotgevallen<br />
van de Canadezen.<br />
Al op Eerste Paasdag (1<br />
april) kwamen Britse verkenners<br />
tot aan het Twentekanaal<br />
bij Delden. Zij<br />
werden zwaar onder vuur<br />
genomen door de Duitsers<br />
aan de overzijde van<br />
het kanaal. De 4e Tankdivisie<br />
van het Eerste Canadese<br />
Leger kreeg tot<br />
taak het karwei te klaren.<br />
Op drie plekken probeerden<br />
de Canadezen het<br />
kanaal over te steken. Bij<br />
20
Almen (waar op 2 april een<br />
klein bruggehoofd was gevormd),<br />
Goor en Delden.<br />
Aan de overzijde hadden<br />
zich Duitse Fallschirmjäger<br />
ingegraven.<br />
Op 3 april aan het eind<br />
van de middag begon de<br />
Canadese aanval bij Delden<br />
ter hoogte van de<br />
sluis in Wiene waar het<br />
kanaal het smalst is. Met<br />
boten werd geprobeerd op<br />
verschillende plekken het<br />
kanaal over te steken. De<br />
tegenstand van de jeugdige<br />
Herman Goering Divisie<br />
was hevig en aan beide<br />
zijden moesten flinke<br />
verliezen worden gencasseerd.<br />
Canadese soldaten<br />
die de overkant hadden bereikt raakten<br />
ingesloten en moesten eigen artillerie<br />
vuur trotseren.<br />
4 april<br />
In de nacht van 3 op 4 april barstte de<br />
hel los rond het Twentekanaal bij Wiene.<br />
Ten koste van zware verliezen en dankzij<br />
staaltjes van heldenmoed werd een<br />
bruggehoofd gevormd en een Baileybrug<br />
geslagen over het kanaal. In de<br />
ochtenduren trokken de uitgeputte soldaten<br />
Delden binnen. De Duitsers hadden<br />
zich teruggetrokken achter de zijtak van<br />
het Twentekanaal. De weg via Bornerbroek<br />
naar Almelo lag open.<br />
In Almelo boden de Duitsers op sommige<br />
De zwaar bevochten sluis bij Wiene.<br />
Uit het Parool, ‘2den Paaschdag 1945<br />
plekken felle weerstand en werden de<br />
Canadese troepen opgehouden door<br />
vernielde bruggen. Aan het einde van<br />
deze dag, waarop voor het eerst in april<br />
de zon scheen, was een groot deel van<br />
de bevolking in feeststemming maar was<br />
Almelo ten noorden van het kanaal nog<br />
in Duitse handen. Ook ten westen van<br />
Almelo in Wierden waren de Duitsers<br />
nog nadrukkelijk aanwezig. Het zou nog<br />
5 dagen duren voordat Wierden bevrijd<br />
kon worden.<br />
Aan het Twentekanaal woedde die dag<br />
nog een andere strijd. Op Gelders<br />
grondgebied bij het bruggehoofd Almen<br />
wisten de Canadezen eindelijk uit te breken<br />
en op te trekken naar Laren. Van<br />
daaruit werd koers gezet naar het noorden,<br />
waar het Gelders-Overijsselse<br />
grensriviertje de Schipbeek een nieuw<br />
obstakel vormde. De Duitsers hadden<br />
zich op de noordelijke oever gehergroepeerd.<br />
5 april<br />
Op de 5e april werd bevrijd Twente uitgebreid<br />
met de plaatsen Almelo, Vrie-<br />
21
zenveen, Vroomshoop en Tubbergen. De<br />
weg naar het noorden via Hardenberg en<br />
via de Grafschaft Bentheim richting Coevorden<br />
lag open.<br />
In Tubbergen werden de Canadezen nog<br />
zoals overal elders door een uitgelaten<br />
en juichende bevolking verwelkomd.<br />
Eenmaal de grens gepasseerd leken de<br />
Grafschafter dorpen uitgestorven, de luiken<br />
gesloten. De enige beweging die te<br />
bespeuren was werd veroorzaakt door<br />
de witte lakens die aan de huizen bevestigd<br />
waren.<br />
Voor de soldaten van het Algonquin Regiment<br />
die tot taak hadden vanuit Almelo<br />
richting Wierden op te trekken bracht deze<br />
5e april veel tegenslag. De Duitsers<br />
hadden besloten zo lang mogelijk stand<br />
te houden bij de zijtak van het Twentekanaal,<br />
een strategisch belangrijk punt, dat<br />
bij verovering de Canadezen toegang<br />
zou bieden tot Centraal Overijssel.<br />
6 april<br />
De opmars naar het noorden werd op<br />
donderdag 6 april voortgezet. Den Ham,<br />
Hardenberg en Gramsbergen werden<br />
bevrijd. Coevorden werd deze dag de<br />
eerste bevrijde Drentse plaats.<br />
Daarmee was de gehele Overijsselse<br />
oostgrens in geallieerde handen. In<br />
West-Overijssel moest het spel nog beginnen.<br />
Ten noorden van Schipbeek en<br />
Twentekanaal en ten westen van<br />
een denkbeeldige lijn van Almelo/<br />
Wierden recht omhoog moest de<br />
bevolking nog maar afwachten<br />
wanneer en ten koste van hoeveel<br />
levens en materiele schade<br />
de bevrijding een feit zou worden.<br />
De Duitsers vluchtten met alle soorten rijdend materieel<br />
dat zij konden bemachtigen.<br />
7 april<br />
Tragiek is een woord dat telkens<br />
opduikt bij terugblikken op de bevrijding.<br />
Leden van het verzet maar ook<br />
willekeurige personen die zich op de verkeerde<br />
tijd op de verkeerde plaats bevonden<br />
kwamen in het zicht van de bevrijding<br />
om het leven. Een uit vele voorbeelden<br />
is de bevrijding van Dedemsvaard<br />
en Balkbrug op 7 april. Op 6 april<br />
al verschenen enkele Canadese gevechtswagens<br />
in Dedemsvaart, aanleiding<br />
voor de bevolking om in feeststemming<br />
de straat op te gaan. De Canadezen<br />
gingen weer weg en de Duitsers<br />
kwamen terug. Vijftien mannen werden<br />
opgepakt en een eind verderop in Balkbrug<br />
in de berm van het kanaal neergeschoten.<br />
In de nacht van 7 op 8 april<br />
landden 700 Franse parachutisten in<br />
Midden-Drenthe, de nog in Overijssel<br />
aanwezige Duitsers raakten omsingeld.<br />
bron: Rijnbrinkgroep, bevrijdingskranten<br />
De graven van de geallieerde vliegers op<br />
het kerkof aan de Enschedesestraat.<br />
Op het houten kruis staat de tekst:<br />
‘THANKS FROM HAAKSBERGEN TO THE<br />
ALLIED FORCES WHO GAVE THEIR<br />
LIVES FOR OUR FREEDOM’<br />
22
Beuke um te leazn...<br />
Vuur over Twente : flitsen van oorlog en bevrijding / door Adriaan Buter.<br />
2e dr. - Hengelo : Twentsche Courant, 1970. 108 p.<br />
Aan de hand van vele documenten en fotos wordt een overzicht van de<br />
gebeurtenissen in de oorlog en tijdens de bevrijding gegeven. De<br />
schrijver was journalist en werkte o.a. mee aan het illegale Vrije Volk.<br />
Naast alles wat er over de tweede wereldoorlog en de bevrijding reeds<br />
is gepubliceerd is dit boekje over de oorlogsgebeurtenissen in deze<br />
streken een interessante aanvulling. Temeer, daar Adriaan Buter de<br />
persoonlijke belevenissen mee laat spreken en deze zodanig beschrijft<br />
dat 1940-1945 weer gaat leven voor hem of haar, die de oorlog bewust<br />
heeft meegemaakt.<br />
Het uur der bevrijding is thans ook voor U aangebroken: Haaksbergen<br />
1940 1945 / door H.G.M. Schulten en Jacques Penris. Drukkerij<br />
Twentsche Courant b.v., 1975. 103 p.<br />
Aan de bevrijding van Haaksbergen gaat het droevige verhaal van het<br />
bombardement van 24 maart vooraf. Veel grensplaatsen hadden in de<br />
weken voor de bevrijding te maken met beschietingen van Duitse doelen.<br />
In de ochtend van 24 maart pakte het fataal uit voor 56 Haaksbergenaren<br />
toen de zuidoost kant van het dorp gebombardeerd werd. Begrijpelijk<br />
dat de vreugde van de bevrijding gepaard ging met het verdriet<br />
van de verliezen. Een apart hoofdstuk is ingeruimd voor de rol<br />
van het Rode Kruis dat vlak naar de bevrijding eindelijk weer openlijk<br />
activiteiten kon ondernemen. Het boek gaat over Haaksbergen in oorlogstijd.<br />
Aan de bevrijding wordt ruim aandacht besteed.<br />
Der Streik gegen die Willkür der Macht: Haaksberger Textilarbeiter zahlten hohen Blutzoll<br />
De grote Mei-staking tegen de willekeur van de macht.<br />
In het kader van de 60 jarige herdenking van de bevrijding is op 28 april te Ahaus het boekje<br />
"Der Streik gegen die Willkur der Macht" aan de burgemeesters van Ahaus en Haaksbergen<br />
overhandigd.<br />
Het beschrijft de mei-staking bij Jordaan van 1943 in Haaksbergen. Van de opgepakte inwoners<br />
zijn er acht gefusilleerd.Het tweetalige boekje is het resultaat van een samenwerking<br />
van de Historische Kring Haaksbergen en de Heimatverein Ahaus.<br />
Met een bombardement op Haaksbergen kwam de bevrijding in<br />
zicht<br />
Een publicatie van H. Oosterholt over het bombardement op Haaksbergen,<br />
24 maart 1945, met daarin o.a. een beschrijving van het front<br />
in maart 1945, het bombardement en de gevolgen, de hulpverlening,<br />
de slachtoffers.<br />
23
De slachtoffers...<br />
Plaquette bij het gemeentehuis waarop de namen van de oorlogsslachtoffers.<br />
24
Achtereane...<br />
Klokkenroof<br />
Daar staan ze dan, de drie klokken uit de<br />
Pancratiustoren. in 1911 in de toren gekomen.<br />
Duitsland heeft echter het metaal nodig<br />
voor oorlogsdoeleinden en dus, op 13<br />
maart 1943, werden ze weggehaald, terwijl<br />
ze twee dagen eerder nog luidden bij de<br />
begrafenis van H.W. van Lochem. Links de<br />
klok ‘Wilhelmina’, rechts de klok ‘Pancratius’.<br />
In het midden de brandklok. Met krijt<br />
stond op de klokken geschreven: ‘Wie de<br />
klokken steelt uit de toren, heeft de oorlog<br />
al verloren’. Het roven van de klokken trok<br />
veel bekijks, vooral van de jeugd<br />
Pastoor H.E. Elbersen (1886-1947)<br />
Tijdens de bevrijding op 1 april 1945 werd een<br />
steen uit de steunbeer van de St. Pancratiuskerk<br />
beschadigd. Pastoor Elbersen liet daar een gedenksteen<br />
plaatsen met de tekst:<br />
LIBERATIO A VI TEUTONICA A O MCMXLV.I.IV<br />
(Bevrijd van de Duitsers anno 1945-01-04)<br />
colofon<br />
Endskamer Nieuws is een uitgave<br />
van Sociëteit ‘De Endskamer’<br />
en verschijnt ‘op tied<br />
en plaatse’.<br />
Redactie: Han Brummelman,<br />
Chris Dijkhuis, Herman Ploeg,<br />
Henk Oosterholt, Jan van Tongeren,<br />
Opmaak: Chris Dijkhuis<br />
Correspondentieadres:<br />
Henk Oosterholt<br />
De Akker 24<br />
7481 GB Haaksbergen<br />
henkoosterholt@hetnet.nl<br />
Copy bijdragen en foto’s kunt<br />
u mailen naar Chris Dijkhuis,<br />
email: chj@tip.nl<br />
Verklaringen van Twentse<br />
woorden komen uit het boek:<br />
‘Taal van Haaksbergen’ van<br />
Dinant Dijkhuis<br />
25