LR_8_IJmeerlijnpublictie
LR_8_IJmeerlijnpublictie
LR_8_IJmeerlijnpublictie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
De IJmeerlijn<br />
Amsterdam en Almere<br />
krachtig verbonden<br />
voorjaar 2014
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 2<br />
“De Zuidelijke IJsselmeerpolders kunnen tegen de eeuwwisseling een gebied vormen<br />
met een in alle opzichten relatief moderne structuur; een gebied dat infrastructureel is<br />
ingepast in de rest van het land, ten dele door middel van verbindingen over het IJmeer<br />
en de Markerwaard. (…) De te ontwikkelen verkeers- en vervoersstelsels in Almere<br />
zullen allen aansluiting moeten vinden op de stelsels in het omringende gebied.’’<br />
Structuurplan Almere (1983), Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders
De IJmeerlijn<br />
Amsterdam en Almere<br />
krachtig verbonden
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 02<br />
Inhoud<br />
Woord vooraf 03<br />
Inleiding 05<br />
I. De IJmeerlijn als verbinding voor de toekomst (1958 – 2000) 09<br />
II. De IJmeerlijn op de regionale en Rijksagenda (2001 – 2006) 17<br />
III. De IJmeerlijn en metropoolvorming (2007 – 2009) 33<br />
IV. De IJmeerlijn als uitgewerkte metrolijn (2010 – 2013) 51<br />
Epiloog 65<br />
Literatuur 74<br />
Colofon 76
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 03<br />
Woord vooraf<br />
Het oude Amsterdam en het nieuwe Almere liggen zij aan zij in het hart van Nederland; een gebied<br />
dat zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld – en zich nog altijd ontwikkelt – tot vooruitstrevende<br />
metropool. De twee steden zijn van elkaar gescheiden door enkele kilometers water, het IJmeer.<br />
Als goede buren willen Amsterdam en Almere naar elkaar toe groeien, in letterlijk en figuurlijk opzicht,<br />
en daarmee het IJmeer overbruggen. Als de verbintenis (verder) wordt versterkt, kunnen de steden over<br />
en weer optimaal van elkaars kwaliteiten profiteren; kwaliteiten die tot op grote hoogte complementair<br />
aan elkaar zijn.<br />
Sinds de jaren negentig zet de gemeente Amsterdam in op de (her)ontwikkeling van het stedelijk gebied<br />
langs het IJ. Het resultaat is dat er nieuwe stedelijke gebieden aan en in het water ontstaan, met elk<br />
een eigen identiteit. Met IJburg ontwikkelt de stad zich oostwaarts. Parallel daaraan oriënteert Almere<br />
zich op een westelijke ontwikkeling. Waar Almere zich vooral in de beginjaren aan het water toonde<br />
– en Almere Haven is nog steeds een van de meest geliefde delen van de stad –, wordt ook in de<br />
toekomst de combinatie met het water gezocht. Almere Poort en Almere Pampus, twee grootschalige<br />
ontwikkelgebieden, liggen beiden aan het IJmeer.<br />
“De keuze voor een oostelijke ontwikkeling vanuit Amsterdam en een westelijke<br />
ontwikkeling van Almere maakt dat er, midden in de metropool, een<br />
nieuw waterfront ontstaat, met aantrekkelijke, gedifferentieerde woon- en<br />
werkmilieus. Deze ontwikkeling levert een belangrijke bijdrage aan het<br />
regionaal vestigingsmilieu, en daarmee aan de nationale en internationale<br />
concurrentiepositie van de regio. Het hart van Nederland zal zich kunnen blijven<br />
meten met andere stedelijke regio’s, in Europa en elders in de wereld.”<br />
Maarten van Poelgeest, Wethouder Ruimtelijke Ordening, gemeente Amsterdam<br />
De vraag naar nieuwe woningen blijft in het hart van Nederland onverminderd groot. De groei die we<br />
in de afgelopen jaren in de Randstad hebben gezien zal – zo wordt in ieder onderzoek bevestigd – in<br />
de komende decennia doorzetten. Het accommoderen van deze groei is een belangrijke opgave voor
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 04<br />
de Nederlandse economie, en dient zorgvuldig te worden geregisseerd. Amsterdam en Almere streven<br />
naar een krachtige metropool, in nationaal en internationaal opzicht. De vraag die zich daarbij opdringt,<br />
is hoe Almere zich zou moeten ontwikkelen; welke verstedelijkingsrichting draagt het meeste bij aan de<br />
gedeelde ambitie Hoe creëren we een stedelijk gebied in het bestaande Almere, dat de Amsterdamse<br />
metropool versterkt Hoe kunnen de steden adequaat met elkaar worden verbonden Het zijn vragen<br />
die een vooruitziende blik vergen, die verlangen dat we de lange lijnen schetsen.<br />
Aan die lange termijn visie wordt al geruime tijd gewerkt. De studies naar een OV-verbinding over het<br />
IJmeer zijn zo oud als Almere zelf. Ouder zelfs; al bij de creatie van de polder(s) werd er gesproken over<br />
een verbinding tussen Amsterdam en Almere. In deze publicatie wordt ingegaan op de verschillende<br />
verkenningen die in het verleden zijn uitgevoerd, de plannen die zijn gemaakt, de nota’s die zijn<br />
geschreven – en dat zijn er veel.<br />
“De overtuiging dat de IJmeerlijn meer is dan sec een fysieke verbinding loopt<br />
als een rode draad door alle studies heen. De lijn symboliseert voor mij een<br />
grotere ambitie, namelijk de wording van een samenhangende regio of metropool,<br />
die ook buiten de eigen landsgrenzen van betekenis is.”<br />
Henk Mulder, Wethouder Duurzame Ruimtelijke Ontwikkeling, gemeente Almere<br />
Wij hopen met deze geschiedschrijving een systematisch overzicht te bieden van de vele onderzoeken<br />
naar de betekenis van de IJmeerlijn.<br />
Edith de Graaf,<br />
waarnemend directeur Dienst Ruimtelijke Ordening, gemeente Amsterdam<br />
Gerda Blom,<br />
waarnemend directeur Dienst Stedelijke Ontwikkeling, gemeente Almere
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 05<br />
Inleiding<br />
Het jaar 2013 is het jaar van de Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer. Deze structuurvisie<br />
vormt het voorlopige sluitstuk van jarenlang onderzoek, plan- en besluitvorming door regio en Rijk,<br />
over de manier waarop de Noordvleugel van de Randstad – en Almere als onderdeel daarvan – op een<br />
verantwoorde manier kan groeien. De IJmeerlijn, een directe verbinding tussen Almere en Amsterdam,<br />
vormt een centraal onderdeel in dit vraagstuk. De Rijksstructuurvisie noemt deze verbinding de ‘stip op<br />
de horizon’. Met de realisatie van de IJmeerlijn zal Almere daadwerkelijk een integraal onderdeel van het<br />
regionale netwerk van de Noordvleugel vormen, zoals ooit werd beoogd in de Zuiderzeewerken.<br />
De Tweede Kamer heeft op 12 november 2013 in een motie vastgelegd dat de IJmeerverbinding het<br />
voorkeursalternatief is. Nu het Rijk heeft aangegeven wat de gewenste ‘stip op de horizon is’, is het tijd<br />
om de tussenstand op te maken; om terug te kijken op en te leren van een halve eeuw van planontwikkeling.<br />
Wat zijn de stappen die zijn gezet, en hoe krijgen deze stappen betekenis in de praktijk<br />
Leeswijzer<br />
Deze publicatie beschrijft de geschiedenis van de IJmeerlijn in vier tijdsblokken (en vier hoofdstukken).<br />
Ieder tijdsblok wordt gekenmerkt door een eigen focus, een eigen onderzoekssystematiek en een eigen<br />
besluitvormingsproces.<br />
Hoofdstuk 1 gaat in op de periode van 1958 tot 2000. In deze fase staat de IJmeerlijn als reservering<br />
op de kaart, waarbij de toekomstige Markerwaard een grote rol speelt. De verbindingen tussen Almere<br />
en het oude land staan in deze periode in het teken van de oorspronkelijke opgave van Almere, een stad<br />
die 125.000 tot 250.000 inwoners zou gaan tellen.<br />
Hoofdstuk 2 beschrijft de periode die loopt van 2001 tot 2006. Het is de periode waarin op regionaal<br />
en nationaal niveau afspraken worden gemaakt over de manier waarop de voortdurende groei binnen de<br />
Noordvleugel van de Randstad kan worden opgevangen. De IJmeerlijn is één van de centrale onderwerpen<br />
op de regionale en Rijksagenda, en is cruciaal voor de metropolitane ontwikkeling van de regio. In<br />
deze fase ontstaan verschillende modellen voor de verstedelijking van zowel de Noordvleugel als Almere.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 06<br />
Rijk Regio Almere/Amsterdam<br />
1958<br />
-<br />
2000<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
Structuurplan Zuidelijke IJsselmeerpolders<br />
Verkenningen<br />
Structuurplan Almere<br />
Vijfde nota RO<br />
Nota Ruimte<br />
Structuurvisie Zuiderzeelijn<br />
De IJmeerlijn als verbinding voor de toekomst<br />
Structuurplan Almere<br />
De IJmeerlijn op de regionale en rijksagenda<br />
Structuurplan Amsterdam<br />
Integraal Ontwikkelingsplan Toekomst Almere<br />
Derde Noordvleugel-conferentie<br />
Structuurplan Almere<br />
Toekomstvisie IJmeer<br />
Omgevingsplan Flevoland<br />
Atelier IJmeer<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
Noordvleugelbrief<br />
De IJmeerlijn en de metropoolvorming<br />
Ontwerpbeeld Noordvleugel 2040<br />
Structuurvisie Randstad 2040<br />
Masterplan Pampus<br />
Raam-brief Concept Structuurvisie Almere 2.0<br />
De IJmeerlijn als uitgewerkte metrolijn<br />
Structuurvisie Amsterdam 2040<br />
WAA: Het IJmeeralternatief<br />
Structuurvisie RRAAM<br />
Gebiedsagenda<br />
Structuurvisie Almere 2.0<br />
De vier tijdsfasen in planvorming van de IJmeerlijn
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 07<br />
Hoofdstuk 3 geeft een overzicht van 2007 tot 2009. De IJmeerlijn blijkt essentieel voor de (door)<br />
groei van de regio en voor de ontwikkeling van Almere tot een stad met 350.000 inwoners. De groei<br />
van Almere moet ertoe leiden dat de stad (meer) gedifferentieerd en evenwichtig wordt; alleen dan kan<br />
Almere van betekenis zijn voor een krachtige metropoolregio.<br />
Hoofdstuk 4 tenslotte, beschrijft de periode van 2010 tot 2013, waarin de plannen voor de IJmeerlijn<br />
met marktpartijen worden geconcretiseerd. In deze periode blijkt dat het integreren van de IJmeerlijn in<br />
het Amsterdamse metronet de meest optimale oplossing is. Op het gebied van tracékeuze, modaliteit,<br />
vervoerswaarde, kosten en gebiedsontwikkeling worden substantiële optimalisaties doorgevoerd.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 08<br />
1000000<br />
900000<br />
800000<br />
700000<br />
600000<br />
500000<br />
400000<br />
300000<br />
200000<br />
100000<br />
0<br />
1810 1835 1860 1885 1910 1935 1960 1985 2010 2035<br />
Almere Amsterdam<br />
Bevolkingsontwikkeling Amsterdam en Almere (bron: statline.nl, bewerking gemeente Almere)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 09<br />
I De IJmeerlijn als verbinding voor de toekomst (1958 – 2000)<br />
De geschiedenis van de IJmeerlijn begint in 1958. In dat jaar publiceert de Rijksdienst<br />
voor het Nationale Plan het rapport De ontwikkeling van het westen des lands. Het plan<br />
richt zich op de huisvesting van een half miljoen Randstedelingen op nieuw polderland;<br />
op deze manier ontlast het nieuwe land – met de nieuw gebouwde steden – het oude<br />
land. Er ontstaan plannen voor Almere, in de eerste schetsen nog Zuidweststad genoemd,<br />
een stad die op termijn 125.000 tot 250.000 inwoners moet tellen. Een meerkernenstad,<br />
omgeven door water en groen, en goed ontsloten in alle vier de windrichtingen. In eerste<br />
instantie ontwikkelt Almere zich oostwaarts. Voor de langere termijn staat een verbinding<br />
met Amsterdam (als reservering) op de kaart, door het IJmeer dan wel via de nog in te<br />
polderen Markerwaard ten westen van Almere.<br />
Voortdurende groei<br />
Dwars door alle conjunctuurschommelingen heen, is er in de Randstad sprake van een vrijwel continue<br />
groei van inwoners en arbeidsplaatsen. Zo is Amsterdam nooit gestopt met groeien, met een aantal<br />
duidelijke pieken. Na de Tweede Wereldoorlog is de woningnood enorm, en groeit Amsterdam dankzij<br />
omvangrijke wederopbouwprogramma’s uit tot een stad met 870.000 inwoners. Begin jaren ’70 wordt<br />
de Bijlmer gebouwd en komt er nationaal beleid om de groei van Amsterdam in de regio op te vangen.<br />
Met het model van de ‘gebundelde deconcentratie’ wordt enerzijds verstedelijking buiten de centrumstad<br />
toegelaten, terwijl anderzijds wordt geprobeerd deze suburbanisatie te concentreren in de zogenoemde<br />
‘groeikernen’ (Almere, Lelystad, Zoetermeer, Purmerend, Hoorn et cetera). Amsterdam raakt in verval<br />
door het vertrek van gezinnen en middeninkomens naar de groeikernen, mede dankzij het groeiende<br />
autobezit. Maar vanaf de jaren tachtig begint Amsterdam dankzij succesvolle stadsvernieuwing opnieuw<br />
te groeien, naast de explosieve groei die gelijktijdig plaatsvindt in nieuwe steden als Almere. De Noordvleugel<br />
van de Randstad groeit vanaf 1984 aanzienlijk sneller dan de rest van Nederland. In de periode<br />
van 1998 tot 2011 neemt de bevolking in de Noordvleugel toe met 12,2%, terwijl de groei in de rest<br />
van Nederland 5,1% bedraagt. Tussen 1980 en 2012 worden er in de Noordvleugel 520.000 woningen<br />
gebouwd. De toename van de woningbehoefte in de Noordvleugel in de komende drie decennia –
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 10<br />
1950 1960 1970 1980 1990 2000 2010<br />
Voortdurende groei regio Amsterdam<br />
De ontwikkeling van het westen des lands (1958),<br />
Rijksdienst voor het Nationale Plan
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 11<br />
tot 2040 – wordt door ABF Research op 439.000 woningen geschat (2011). Voorlopig wijst niets op<br />
een stagnatie van de groei (zie ook deel III).<br />
De groei vertaalt zich in een toenemende betekenis van het economisch belang van de Noordelijke<br />
Randstad, in nationaal en internationaal opzicht. Anno 2013 behoort het gebied tot de top vijf van Europese<br />
regio’s. Er wordt 25% van het bruto nationaal product verdiend, en de verwachting is dat dit<br />
in 2040 circa 35% zal zijn (met een toename van een miljoen mensen).<br />
De Noordvleugel van de Randstad is en blijft de economische motor van de Nederlandse economie.<br />
Nieuwe steden<br />
Dat de Noordvleugel groeit is, kortom, een gegeven. De manier waarop de groei wordt geaccommodeerd<br />
verandert echter sterk door de jaren heen. Waar aanvankelijk wordt gebouwd in en om de<br />
bestaande steden, zijn er sinds het midden van de 20 e eeuw nieuwe steden nodig, omdat de bestaande<br />
steden de groei niet geheel (meer) kunnen opvangen. In 1958 publiceert de Rijksdienst voor het Nationale<br />
Plan het rapport De ontwikkeling van het westen des lands. Het plan voorziet in een landbouwkundig<br />
ingerichte polder met diverse kernen ten behoeve van de overloop vanuit Amsterdam en het Gooi. Hier,<br />
op dit nieuw gemaakte land, ontstaat ruimte om een half miljoen mensen uit de Randstad te huisvesten.<br />
Almere als overloopgebied<br />
“Een gebied binnen stedelijke sfeer”, zo wordt de zuidwesthoek van de Flevopolder aangeduid in het<br />
Structuurplan voor de Zuidelijke IJsselmeerpolders (1961). Deze zinsnede vormt de start van Almere.<br />
Een suburbane stad, bestaande uit meerdere kernen met daartussen een royale hoeveelheid groen. Van<br />
begin af aan is Almere een atypische stad geweest, ongewoon in de Nederlandse ruimtelijke ordening.<br />
Anders dan een klassieke stad met een duidelijk centrum, is het een ruim opgezette regiostad, bestaande<br />
uit meerdere – door groen van elkaar gescheiden – stadsdelen. Of, in de woorden van ontwerper<br />
Teun Koolhaas: “een landgoed voor 125.000 tot 250.000 mensen”.<br />
De ideeën voor een verbinding tussen Almere en Amsterdam door het IJmeer zijn zo oud als de plannen<br />
voor Almere zelf.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 12<br />
Structuurplan voor de Zuidelijke IJsselmeerpolders (1961),<br />
Dienst der Zuiderzeewerken<br />
Verkenningen omtrent de ontwikkeling van de nieuwe stad Almere in<br />
Flevoland (1971), Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
Tweede nota over de ruimtelijke ordening (1966),<br />
ministerie van VROM<br />
Structuurplan Almere (1983), Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 13<br />
Het plan uit 1961 voorziet in vier verbindingen tussen het nieuwe en het oude land. Naast de twee<br />
gerealiseerde verbindingen over de Hollandse en Stichtse Brug zouden er op termijn verbindingen door<br />
de Markerwaard en het IJmeer moeten komen, ter verbetering van het vervoersnet tussen Almere en<br />
Amsterdam. Eenzelfde beeld zien we op een plankaart in de Tweede nota over de ruimtelijke ordening in<br />
Nederland (1966) van de Rijksoverheid.<br />
Verbinding door de Markerwaard<br />
Op het moment dat Almere wordt bedacht, is het vanzelfsprekend dat ook de Markerwaard wordt<br />
ingepolderd, om zo te voorzien in extra groeiruimte voor de Noordelijke Randstad. Tevens zal de polder,<br />
inclusief de infrastructuur, de omliggende landsdelen (Flevoland, Amsterdam, Waterland) met elkaar<br />
verbinden. De plannen gaan uit van een omvangrijke polderstad, Almere, zonder een ligging aan open<br />
water, maar verkeerskundig stevig ingebed in de omliggende omgeving (in casu de ringstructuur van<br />
Amsterdam).<br />
In 2004 besluit het kabinet echter (definitief) om de Markerwaard niet in te polderen. De beoogde situering<br />
van Almere zal nooit werkelijkheid worden, het fijnmazige netwerk van wegen door de Markerwaard<br />
zal niet worden gerealiseerd. Het is evident dat deze keuze ingrijpende gevolgen heeft: de geplande<br />
opname van Almere in de ringstructuur van Amsterdam wordt, zonder enige compensatie, van tafel<br />
geveegd. Waar eerst sprake was van een substantiële schaalvergroting van de regio, in combinatie met<br />
een alzijdig ontsloten Almere, worden de metropoolregio en de stad met het genomen kabinetsbesluit<br />
feitelijk geamputeerd.<br />
Verbinding door het IJmeer<br />
Een stap terug in de tijd. De daadwerkelijke ontwikkeling van Almere begint in 1976 met de bouw van<br />
enkele honderden woningen in Almere Haven. Nog vóór de gemeentewording van Almere in 1984 stelt<br />
de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders het Structuurplan Almere (1983) op. Dit structuurplan beschrijft<br />
de voorgenomen infrastructurele inbedding van Almere. Naast de twee nieuw aangelegde bruggen, de<br />
Hollandse en de Stichtse Brug, staat een derde verbinding op de kaart aangegeven; een verbinding door<br />
het IJmeer. Almere zal bij een “voortgaande snelle groei een tweede openbaarvervoerslijn met een hoge
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 14<br />
capaciteit nodig hebben via het IJmeer”, aldus het structuurplan. Voor het eerst wordt de IJmeerlijn in<br />
een Rijksnota genoemd.<br />
Met Almere en de andere groeikernen kan de groei van de Randstad in eerste instantie worden opgevangen.<br />
Vanaf 2001 wordt echter steeds duidelijker dat de oorspronkelijke doelstelling van Almere – een<br />
stad met 125.000 tot 250.000 inwoners – moet worden bijgesteld; de Noordelijke Randstad blijft doorgroeien.<br />
Meer ruimte is nodig; ruimte die schaars is door de veelheid aan beschermde natuurgebieden<br />
zoals het Groene Hart en Waterland, en de geluidscontouren rondom Schiphol. In Almere is er echter<br />
(nog altijd) voldoende ruimte, en dus komt er een nieuwe (Rijks)vraag op Almere af.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 15<br />
De IJmeerlijn in het Rijksbeleid<br />
“Gezien de omvangrijke relaties, die tussen Amsterdam, het Gooi, Utrecht en de Zuidelijke IJsselmeerpolders zullen<br />
ontstaan en de aanwezige verkeerscapaciteit op het oude land (met name om en in Amsterdam), is het wenselijk de<br />
structuur van Almere en de ontwikkeling van het railvervoer af te stemmen op dit tekort. In eerste instantie kan de<br />
Almerelijn van Lelystad via Almere met aansluiting op de lijn Amsterdam – Amersfoort/Utrecht (tweezijdig) soelaas<br />
bieden. Bij voortgaande snelle groei in de Zuidelijke IJsselmeerpolder-steden kan een tweede openbaarvervoerslijn<br />
met een hoge capaciteit nodig zijn via het IJmeer.”<br />
Structuurplan Almere (1983), Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
“De Zuidelijke IJsselmeerpolders kunnen tegen de eeuwwisseling een gebied vormen met een in alle opzichten<br />
relatief moderne structuur; een gebied dat infrastructureel is ingepast in de rest van het land, ten dele door middel van<br />
verbindingen over het IJmeer en de Markerwaard. (…) De te ontwikkelen verkeers- en vervoersstelsels in Almere<br />
zullen allen aansluiting moeten vinden op de stelsels in het omringende gebied.’’<br />
Structuurplan Almere (1983), Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
“Met een snelle openbaarvervoersverbinding van Schiphol en Amsterdam naar Almere en Groningen wordt een verbetering<br />
van de bereikbaarheid van het noorden en de Noordvleugel van de Randstad beoogd. Daarmee kan niet<br />
alleen de economische ontwikkeling van het noorden worden bevorderd, maar kan ook Almere een gelijkwaardiger<br />
positie ten opzichte van de andere steden binnen de Randstad krijgen. (…) Het Rijk zal een planstudie starten naar de<br />
ontsluiting van Almere. (…) In de planstudie zal onder andere een IJmeerverbinding worden onderzocht.”<br />
Nota Ruimte (2004), ministerie van VROM<br />
“Rijk en regio zullen de ontwikkeling van de west- én oostzijde van Almere nader onderzoeken. Onderdelen van dit<br />
onderzoek zijn: het mogelijk maken van een groei van 60.000 woningen, integrale ontwikkeling van Pampus binnen-<br />
en buitendijks, Hout en Spiegelhout, aanleg van een IJmeerverbinding en een kwalitatieve opgave voor de stad<br />
als geheel. (…) Op basis van het Masterplan Pampus en de brede Planstudie OV Noordvleugel zal vóór 2010 een<br />
principebesluit worden genomen over een eventuele IJmeerverbinding.”<br />
Noordvleugelbrief (2006), ministerie van V&W, ministerie van VROM
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 16<br />
“Almere is de grootste verstedelijkingslocatie in de Randstad tot 2040. (…) De ontwikkeling van Almere zal integraal<br />
deel uitmaken van de ontwikkeling van de regio Amsterdam en van het IJmeer. Onderdeel daarvan zijn ook de besluiten<br />
over de netwerken van weg en openbaar vervoer. (…) Almere maakt niet alleen deel uit van het metropolitane<br />
gebied van Amsterdam, maar vervult daarin ook een belangrijke functie. Dit vraagt om een verdere verknoping van<br />
beide gemeenten.”<br />
Structuurvisie Randstad 2040 (2008), ministerie van VROM<br />
“Onderzoek naar de IJmeerlijn wijst uit, dat zo’n verbinding in belangrijke mate kwaliteit toevoegt en kan bijdragen aan<br />
het beter verbinden van regionale economische markten, en aan de uitwisseling van wonen, werken en cultuur in de<br />
regio Amsterdam - Almere.”<br />
RAAM-brief (2009), Randstad Urgent<br />
“Het IJmeeralternatief biedt een tweede hoogwaardige ontsluiting tussen Almere en Amsterdam naast de treinverbinding<br />
via de Flevolijn over de Hollandse Brug. Daarmee ontstaat een robuuster netwerk. Omdat de route anders loopt<br />
dan de Flevolijn biedt het voor reizigers een snellere verbinding naar bepaalde bestemmingen.”<br />
Het IJmeeralternatief. Eindrapport Werkmaatschappij Amsterdam Almere (2012), ministerie van I&M<br />
“De verstedelijking in de Noordvleugel is in het toekomstperspectief geconcentreerd in bestaand stedelijk gebied en<br />
langs de bestaande infrastructuurcorridors op de as Haarlemmermeer - Schiphol - Amsterdam - Almere. (…) Almere<br />
is volwaardig onderdeel van het mobiliteitsnetwerk van de Noordvleugel. Een IJmeerverbinding is hierbij de stip op de<br />
horizon, gekoppeld aan de ontwikkeling van de locatie Almere Pampus.”<br />
Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer (2013), ministerie van I&M<br />
“De Kamer (…) verzoekt de regering om in de structuurvisie en de daarop te baseren overeenkomsten op te nemen<br />
dat de IJmeerverbinding als voorkeursalternatief zal worden uitgewerkt zodra er 25.000 woningen in Almere zijn<br />
toegevoegd en er reëel zicht is op de beoogde hoogstedelijke ontwikkeling van Almere Pampus, en gaat over tot de<br />
orde van de dag.”<br />
Motie dhr. A. de Vries (PvdA) en mw. S. van Velthoven (D66), 12 november 2013 door Tweede Kamer aangenomen
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 17<br />
II De IJmeerlijn op de regionale en Rijksagenda (2001 – 2006)<br />
De Randstad groeit door. Vanaf 2001 is de wijze waarop de Randstad zich ontwikkelt dan<br />
ook continu onderwerp van gesprek, zowel in regionaal als in nationaal opzicht. Er ontstaan<br />
verschillende modellen voor de verstedelijking van zowel de Noordvleugel van de Randstad<br />
als voor Almere. Op Rijksniveau worden onder andere de Vijfde nota over de ruimtelijke<br />
ordening, de Nota Ruimte en uiteindelijk de Noordvleugelbrief opgesteld. De regio<br />
onderneemt stappen met de verschillende Noordvleugelconferenties en de Toekomstvisie<br />
IJmeer. Ondertussen leggen Almere en Amsterdam de gebiedsagenda neer in onder meer<br />
het Structuurplan Almere 2010 uit 2003 en het IJmeeratelier. De IJmeerlijn vormt één van<br />
de centrale onderwerpen in het discours over de toekomst van de Randstad. De verbinding<br />
tussen Amsterdam en Almere blijkt cruciaal voor de metropolitane ontwikkeling van de regio<br />
en de groei van Almere.<br />
Regionale visievorming<br />
Vanaf de jaren negentig komen steden meer en meer in trek. Amsterdam groeit sterk en er ontstaat in<br />
toenemende mate behoefte aan meer gevarieerde woonmilieus in de Randstad. Het denken over stedelijke<br />
ontwikkeling verlegt zich van afzonderlijke steden naar de vorming van een krachtige regio, waar<br />
twee miljoen mensen wonen en een miljoen arbeidsplaatsen zijn. Gemeenten in de Noordelijke Randstad<br />
zoeken elkaar op om oplossingen te vinden voor het vraagstuk van de ruimtedruk, de bescherming van<br />
waardevolle landschappen en het creëren van economische kracht.<br />
Dat gebeurt langs de lijn van Noordvleugelconferenties, waarin de toekomst van de Noordelijke Randstad<br />
door de regio wordt verkend, met bijbehorende woningaantallen, economische modellen en<br />
infrastructuurprojecten. De regio zet in op een verdere versterking van de motorfunctie van de Randstad.<br />
Stedelijke massa en dichtheid bieden agglomeratievoordelen. Verknoping van de verschillende onderdelen<br />
binnen de regio is daarom belangrijk; het maakt dat de potenties van aanwezige economische<br />
clusters en de bereikbaarheid van de regionale arbeidsmarkt en woningmarkt optimaal worden benut.<br />
Aanvankelijk zijn de Noordvleugelconferenties sectoraal gericht op woningbouw en op infrastructuur.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 18<br />
Vijfde nota over de ruimtelijke ordening (2001), ministerie van VROM<br />
Noodvleugelconferentie: Woningaantallen 2010 – 2030 in model<br />
‘Van zuidwest naar Almere’
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 19<br />
De bestuurders van de Noordvleugel sluiten de derde conferentie (2003) echter af met integrale besluiten<br />
op het gebied van verstedelijking, natuur en infrastructuur. Het doel van de bestuurders is ruimte<br />
te vinden voor minimaal 150.000 woningen tot 2030, en tegelijkertijd de bereikbaarheid in de regio te<br />
verbeteren en waardevolle landschappen te sparen.<br />
Daarmee bouwen ze voort op de in 2001 verschenen Vijfde nota over de ruimtelijke ordening<br />
(ministerie van VROM). Deze nota gaat uit van bescherming van waardevolle landschappen, zoals het<br />
Groene Hart, Waterland en de Bollenstreek. Almere speelt volgens de nota een belangrijke rol in de<br />
opvang van nieuwe verstedelijking binnen de metropool. De opgave voor Almere bestaat uit de bouw<br />
van circa 65.000 woningen in de periode 2010 - 2030. Die opgave wordt ‘schaalsprong’ genoemd,<br />
een verdubbeling van de stad Almere, zowel in inwonertal als in oppervlakte.<br />
De Noordvleugelconferentie kiest voor een model met een ruimtelijke ontwikkeling vanuit het zuidwesten<br />
naar Almere. Dat is volgens de bestuurders reëel, omdat de meerkosten van het benodigde programma<br />
die bij zo’n ontwikkeling horen niet substantieel uitstijgen boven de kosten die sowieso nodig zijn om<br />
de bereikbaarheid in de Noordvleugel op orde te brengen in de periode tot 2030. Een evenwichtige<br />
ontwikkeling in de richting van Almere maakt een goede fasering mogelijk, en biedt de beste doorgroeimogelijkheden.<br />
Bovendien kan in dit model het beste worden ingespeeld op de economische potentie<br />
van de as Haarlemmermeer - Amsterdam - Almere, en kan de bestaande en nieuwe infrastructuur op die<br />
as optimaal worden benut.<br />
De regio stelt twee voorwaarden aan de groei van Almere: meer banen in de stad, en een verbetering<br />
van de bereikbaarheid via spoor en weg. De Noordvleugelconferentie acht het economisch en<br />
maatschappelijk onverantwoord om 150.000 woningen te bouwen zonder dat er zekerheid is over de<br />
investeringen in de benodigde infrastructuur. Op de vijfde Noordvleugelconferentie in 2005 besluiten<br />
de bestuurders van de regio in te zetten op een IJmeerlijn, voor in ieder geval het openbaar vervoer.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 20<br />
Gefaseerde uitbreiding van het wegennet tussen Schiphol en Almere (bron: Rijkswaterstaat)<br />
OV SAAL: programma ter verbetering van het treinvervoer tussen Schiphol, Amsterdam, Almere en Lelystad
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 21<br />
De centrale ontwikkelingsas<br />
Haarlemmermeer - Amsterdam - Almere<br />
Aanvankelijk wordt de verbetering van de bereikbaarheid via de (bestaande) weg als grootste regionale<br />
opgave gezien. Deze conclusie komt voort uit de Verkenning Haarlemmermeer - Almere van het<br />
ministerie van V&W uit 2004. Volgens deze verkenning zal de weg voor 2020 zwaar overbelast raken.<br />
Mede op basis van deze analyse wordt het project Schiphol - Amsterdam - Almere, kortweg SAA,<br />
gestart. In 2006 kiest het kabinet voor het ‘stroomlijnalternatief’, waarbij 63 kilometer snelweg tussen<br />
Schiphol, Amsterdam en Almere wordt verbreed. Met een aanlegbudget van €4,4 miljard groeit SAA uit<br />
tot het grootste wegenbouwproject van Nederland in de periode 2010 - 2020. De uitvoering van het<br />
project is op 1 maart 2012 formeel gestart door de minister van I&M, Melanie Schultz van Haegen.<br />
De bereikbaarheid over het spoor is een andere opgave; een opgave die in eerste instantie via het<br />
project Zuiderzeelijn wordt verkend. De Zuiderzeelijn is de naam van de niet gerealiseerde spoorverbinding,<br />
die van Schiphol - Amsterdam via Almere - Lelystad naar Groningen zou lopen. De belangrijkste<br />
reden voor de aanleg van de Zuiderzeelijn zou een economische impuls van het noorden van Nederland<br />
zijn. Het kabinet besluit op 28 november 2007 echter (definitief) om geen Zuiderzeelijn aan te leggen;<br />
de investeringen leiden niet tot het gewenste resultaat. De gereserveerde gelden worden geïnvesteerd in<br />
de economie van Noord-Nederland en in beter openbaar vervoer op het traject Schiphol - Amsterdam -<br />
Almere - Lelystad (SAAL), omdat uit het Zuiderzeelijnonderzoek blijkt dat dit een positieve bijdrage levert<br />
aan de economische kracht van de Noordvleugel.<br />
Sinds 2006 wordt onder de noemer OV SAAL nader onderzoek gedaan naar oplossingen voor de<br />
capaciteitsproblemen op het traject Schiphol - Amsterdam - Almere - Lelystad. Voor het oostelijke deel<br />
van de corridor zijn twee hoofdalternatieven:<br />
– Regiorail via de Hollandse Brug: de facto een versterking van de huidige spoorlijn, aangevuld met<br />
nieuwe spooraftakkingen;<br />
– Regiorail via het IJmeer: een rechtstreekse spoorverbinding tussen Schiphol (Noordwest) via het<br />
IJmeer en Almere.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 22<br />
De afwikkeling van de Zuiderzeelijn<br />
De Structuurvisie Zuiderzeelijn (2006) onderzoekt of een verbeterde OV-verbinding tussen<br />
Schiphol en Noord-Nederland nuttig is. Het onderzoek geeft een duidelijke conclusie: alle integrale<br />
bereikbaarheidsalternatieven hebben slechts een beperkt probleemoplossend vermogen voor<br />
Noord-Nederland, maar een behoorlijk probleemoplossend vermogen voor de Noordvleugel.<br />
In 2006 komt de regio met een onderzoek naar het verbeteren van de OV-verbinding tussen<br />
Amsterdam en Almere: de Verkenning Regionale IJmeerverbinding. Hierin wordt de noodzaak van<br />
een OV-verbetering aangetoond en wordt geconcludeerd dat de onderzochte OV-alternatieven die<br />
door het IJmeer lopen bijdragen aan een meer evenwichtig regionaal OV-systeem, en daarmee<br />
aan de groeiambities van de regio.<br />
Structuurplan Almere 2010 (2003), gemeente Almere
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 23<br />
Met deze nationale projecten voor de verbetering van weg en OV komt de economische as Haarlemmermeer<br />
- Amsterdam - Almere steeds prominenter in beeld. De onderzoeken sluiten aan bij de oorspronkelijke<br />
uitgangspunten van het Structuurplan Almere uit 1983, waarin deze as wordt genoemd:<br />
“In grote lijnen wordt de ontwikkeling van Almere aanvankelijk in noordelijke richting geleid, gekoppeld<br />
aan Rijksweg 6, stadsautoweg 1 en de spoorlijn naar Lelystad. Een tweede ontwikkelingsas ligt in oostwest<br />
richting en brengt Almere op langere termijn via het IJmeer in relatie met het hart van Amsterdam.”<br />
Vanaf het begin staat deze tweede ontwikkelingsas symbool voor de integrale ontwikkeling van zowel<br />
Almere als de regio. De as symboliseert niet zozeer een puur functionele ontsluitingsroute; eerder is het<br />
een model voor verstedelijking. Het maakt dat in Almere Pampus hoge(re) dichtheden kunnen worden<br />
gerealiseerd, in aansluiting op de stedelijke woon- en werkmilieus in Amsterdam. Daarnaast zorgt de as<br />
voor de verbinding van arbeidsmarkten, voor het vergroten van het daily urban system van veel mensen,<br />
voor de ontwikkeling van een stedelijk netwerk waarin steden in diverse opzichten complementair aan<br />
elkaar zijn. De inwoners en bedrijven zijn niet langer sec afhankelijk van wat er in de vestigingsplaats<br />
gebeurt, maar kunnen door de verbeteringen in de bereikbaarheid in toenemende mate gebruik maken<br />
van de voorzieningen en kwaliteiten van de omliggende steden.<br />
Integrale ontwikkeling van Almere<br />
Almere legt in 2003 de meest actuele ontwikkelingen vast in het Structuurplan Almere 2010.<br />
Dit structuurplan gaat voor een “bereikbare, complete en evenwichtige stad” en houdt rekening met een<br />
schaalsprong op beide flanken van de stad, een IJmeerlijn richting Amsterdam aan de westkant en een<br />
Stichtselijn richting Utrecht aan de oostkant. Almere kiest in de komende jaren primair voor een westelijke<br />
oriëntatie en de daarbij horende IJmeerlijn: “De huidige positie binnen de Noordvleugel van de Randstad<br />
en de bijdrage die Almere kan leveren aan de oplossing van een aantal verstedelijkingsvraagstukken leiden<br />
tot de conclusie dat de dominante oriëntatie voor Almere het komende decennium aan de westkant ligt.”<br />
De verdere groei biedt daarnaast een kans om de stad gevarieerder en completer te maken, met onder<br />
meer extra werkgelegenheid en sociaal-culturele voorzieningen. Hoge prioriteit ligt bij het op het vereiste<br />
niveau brengen van de infrastructuur en het starten van de ontwikkeling van de stadskern Almere Pampus.<br />
Op de langere termijn zal Almere zich meer op Utrecht oriënteren, en komt de Stichtselijn aan de orde.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 24<br />
De meerwaarde van de IJmeerlijn<br />
Vanuit het perspectief van een hoogwaardige stedelijke ontwikkeling van Almere wordt in het Integraal<br />
Ontwikkelingsplan Toekomst Almere (2003) prioriteit gegeven aan de aanleg van een extra, directe<br />
verbinding tussen Almere en de Amsterdamse regio. Hiervoor wordt de voorkeur gegeven aan een brug<br />
over het IJmeer, zowel voor wegverkeer als voor OV. Voor deze verbinding bestaan vier hoofdredenen.<br />
“Ten eerste is de gewenste doorbraak in het werkgelegenheidsniveau van Almere slechts mogelijk door<br />
optimale aansluiting te zoeken bij de economisch gunstige ontwikkeling van de as Haarlemmermeer –<br />
Schiphol – Amsterdam. Een directe verbinding door het IJmeer zorgt voor de kortst mogelijke verbinding<br />
tussen de belangrijkste centra op deze regionale as: Haarlemmermeer, Schiphol, Amsterdam-Zuidas,<br />
Amsterdam-Zuidoost en Almere.<br />
Ten tweede zal een extra, directe verbinding tussen Almere en de Amsterdamse regio de private investeringen<br />
op gang brengen die nodig zijn voor de ontwikkeling van hoogwaardige woon- en werkmilieus aan<br />
de westkant van Almere (Almere Pampus). Daarvoor is van belang dat de afstand niet alleen in fysieke<br />
zin, maar ook in de beleving van mensen afneemt. De aanleg van een voor Nederland unieke brug tussen<br />
Amsterdam en Almere kan de aantrekkingskracht van Almere vergroten en de milieus aanbieden waar<br />
vraag naar is.<br />
Ten derde biedt een nieuwe IJmeerverbinding goede mogelijkheden om de beoogde ontvlechting van<br />
het regionale en doorgaande verkeer te realiseren. De nieuwe IJmeerverbinding zal worden benut voor<br />
het regionale verkeer, zowel over de weg als voor het openbaar vervoer. Het doorgaande en nationale<br />
verkeer en vervoer kan dan worden afgewikkeld via de bestaande verbinding over de Hollandse Brug<br />
(A6 en spoorlijn).<br />
Ten vierde vermindert een extra verbinding uit een oogpunt van externe veiligheid de kwetsbaarheid van<br />
de regio bij grote ongelukken op de A6/A27 of bij eventuele calamiteiten.”
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 25<br />
Het vraagstuk van de schaalsprong van Almere wordt door het Rijk, de regio en Almere neergelegd in<br />
het Integraal Ontwikkelingsplan Toekomst Almere (IOP), dat ook in 2003 is opgesteld. In voorbereiding<br />
op het IOP zijn drie modellen geschetst voor de positionering van Almere in de regio: een westelijk<br />
ontwikkelingsbeeld, een oostelijk ontwikkelingsbeeld en een verdichtingsbeeld. De referentiebeelden zijn<br />
onderling vergeleken door ze te toetsen aan tien criteria, waaronder economisch profiel, leefbaarheid,<br />
stedelijkheid, flexibiliteit en complementariteit in de regio. In het IOP is een alzijdig voorkeursalternatief<br />
geconstrueerd met een groot Almere Pampus. Het IOP is, zoals de naam al aangeeft, gericht op de<br />
integrale ontwikkeling van Almere en op de daarbij behorende voorinvesteringen. Deze zijn nodig om de<br />
eenzijdige ontwikkeling van Almere te doorbreken en om er zeker van te zijn dat de gemeenschappelijke<br />
visie ook wordt verwezenlijkt. Het gaat om (afspraken over) investeringen in de bereikbaarheid op korte<br />
termijn, in een nieuwe IJmeerlijn en in de groenblauwe structuur. Om het gewenste kwaliteitsniveau te<br />
kunnen halen, “zullen deze investeringen vooraf moeten gaan aan de ontwikkeling van de vraag naar de<br />
centrumstedelijke en landelijke milieus in Almere”.<br />
Een sterke oriëntatie op de Amsterdamse regio, ondersteund door goede regionale verbindingen en<br />
een breed spectrum aan vestigingsmilieus rond centra en knooppunten, levert volgens het IOP een<br />
belangrijke bijdrage aan de groeikansen van de Noordvleugel. Door te investeren in de onderlinge<br />
bereikbaarheid kan een regionale backbone van verbindingen, centra en knooppunten ontstaan. Vooral<br />
een directe verbinding door het IJmeer brengt Almere dichter bij de groeiregio Schiphol - Amsterdam.<br />
Dit zal een behoefte aan hoogwaardige economische locaties, aan centrum-stedelijke en landelijke<br />
woon- en werkmilieus doen ontstaan, wat leidt tot een impuls van de woon- werkbalans van de jonge<br />
stad Almere en een bredere waaier aan woon- en werkmilieus. Het biedt Almere de kans om andere<br />
kwaliteiten aan de stad toe te voegen dan die reeds aanwezig zijn.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 26<br />
Integraal Ontwikkelingsplan Toekomst Almere (2003), gemeente Almere
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 27<br />
Het IOP is duidelijk: bij voortgaande verstedelijking in Almere zonder een IJmeerlijn – en daarmee zonder<br />
een tweede ontwikkelingsas – zal Almere eenzijdig doorgroeien, als bandstad met primair suburbane<br />
woonmilieus. Dit staat haaks op de gewenste metropoolvorming. Als er sprake is van copy/paste ten<br />
opzichte van het verleden, zal Almere zich niet kunnen ontwikkelen als magneet voor (de vestiging<br />
van) voorzieningen, instituten en economische activiteiten. Het Rijk, de regio en Almere onderkennen<br />
gezamenlijk dat dit geen gewenst perspectief is.<br />
Door de val van het kabinet Kok II is het IOP echter nooit formeel door het Rijk vastgesteld, en is dan<br />
ook niet tot uitvoering gekomen. Na het afketsen van het IOP en het uitblijven van investeringen in de<br />
bereikbaarheid, kiest de gemeente Almere voor een gematigd groeitempo. Gezien de toenemende congestie<br />
op de weg en het spoor is het niet langer verantwoord om een hoog groeitempo aan te houden.<br />
De bouwproductie wordt van 3.000 woningen per jaar teruggebracht naar 1.000; dit komt ongeveer<br />
overeen met de autonome groei van Almere.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 28<br />
Gerrit Zalm (toenmalig minister van Financiën) en Annemarie Jorritsma (burgemeester gemeente Almere) bij de werkmaquette van<br />
het Atelier IJmeer<br />
Impressie Waterpark IJmeer 2030 (2005), Toekomstvisie IJmeer
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 29<br />
Het IJmeer als metropolitaan waterpark<br />
Na de focus op de groeimogelijkheden van Almere te hebben gelegd, wordt – langs de lijn van het<br />
Atelier IJmeer (2003 - 2006) door Amsterdam en Almere ingezoomd op de regionale opgave.<br />
De exercities van dit Atelier liggen aan de basis van de latere Noordvleugelbrief, waarin de drievoudige<br />
opgave voor deze regio wordt gedefinieerd: een kwaliteitssprong in groenblauw, verstedelijking en<br />
infrastructuur. Het Atelier laat zien wat de kracht van de verbinding is; Amsterdam en Almere worden<br />
neergezet als dubbelstad. Volgens het Atelier is de IJmeerlijn een opstap naar verdere regiovorming en<br />
de motor achter de gebiedsontwikkeling van Almere Pampus en IJburg. Daarnaast is de IJmeerlijn nodig<br />
als bypass voor een aantal knelpunten in het regionale OV-net. In het Atelier krijgt de IJmeerlijn fysiek<br />
vorm als een lange brug, voor zowel OV als weg, tussen Amsterdam en Almere.<br />
Tegelijkertijd start de Vereniging Natuurmonumenten in 2003 met de ANWB, Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat,<br />
de provincies Noord-Holland en Flevoland en de gemeenten Amsterdam en Almere de<br />
Verkenning IJmeer; een verkenning die in 2005 wordt afgerond met de Toekomstvisie IJmeer. Deze<br />
visie spreekt een voorkeur uit voor een verstedelijkingsmodel waarin een IJmeerlijn (OV en auto) een<br />
essentiële betekenis heeft. Onder de noemer Waterpark IJmeer beschrijft de visie een integrale aanpak:<br />
een blauwgroene schaalsprong van het IJmeer, het verstedelijkingsconcept van de Noordvleugel en een<br />
nieuwe infraverbinding tussen Amsterdam en Almere door het IJmeer.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 30<br />
De Randstad groeit door<br />
Tot zover de regio. Wat gebeurt er op Rijksniveau In 2004 presenteert het ministerie van VROM de<br />
Nota Ruimte. Deze nota onderstreept de grote uitdaging voor de Randstad: tot 2030 moeten er zo’n<br />
440.000 nieuwe woningen worden gebouwd, waarbij 40% van de woningen binnenstedelijk moet<br />
worden geaccommodeerd. Om voor de overige woningbouwopgave potentiële bouwlocaties in de<br />
Randstad met elkaar te vergelijken, worden vier modellen uitgewerkt:<br />
– Vijfde nota-beleid: concentratie rond de vier grote steden, plus een groot Almere met 70.000<br />
woningen, inclusief IJmeerlijn;<br />
– Instraling: locaties in de binnenring van de Randstad, grotere bouwlocaties in en om het Groene Hart;<br />
– Spreiding: vele kleinere locaties verspreid over de Randstad;<br />
– Uitstraling: geconcentreerd bouwen aan de buitenranden van de Randstad (vooral Almere met<br />
40.000 woningen, inclusief IJmeerlijn).<br />
De uitkomst van een uitgevoerde Kengetallen Kosten/Baten Analyse (KKBA) is dat ‘Instraling’ het beste<br />
scoort en ‘Uitstraling’ het slechtst. Modellen die uitgaan van een grote uitbreiding van Almere – waarin<br />
een investering is opgenomen voor een IJmeerlijn – kennen een negatieve kosten/baten verhouding.<br />
Uiteindelijk besluit het kabinet dat de ruimte voor nieuwe uitleglocaties vooral binnen de economische as<br />
Haarlemmermeer - Amsterdam - Almere gevonden moet worden. De Nota Ruimte concludeert dat een<br />
forse uitbreiding van Almere gewenst is. Het kabinet vindt het van grote waarde dat hiermee het Groene<br />
Hart en andere kwetsbare landschappen behouden kunnen blijven. Het kabinet onderkent dat aan deze<br />
keuze een prijskaartje hangt: een minder gunstige kosten/baten verhouding als gevolg van investeringen<br />
in de IJmeerlijn. Het kabinet kiest voor een groei van Almere met 40.000 woningen tot 2030.<br />
Vervolgens noemt de Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht 2015-2030 (Noordvleugel Utrecht, 2006)<br />
de bescherming van waardevolle landschappen (onder andere de Utrechtse Heuvelrug) als een van de<br />
redenen om Almere naar voren te schuiven, als locatie voor de realisering van 15.000 woningen om de<br />
woningvraag uit de regio Utrecht te kunnen accommoderen.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 31<br />
Een forse taakstelling van het Rijk voor Almere<br />
Na een jarenlange zoektocht door Rijk en regio naar de manier waarop de voortdurende groei in de<br />
Noordvleugel kan worden opgevangen, komt het kabinet in 2006 met de Noordvleugelbrief (2006).<br />
Hierin staan de kabinetsbesluiten voor de verdere groei van de regio beschreven. Er komen 150.000<br />
nieuwe woningen in de Noordvleugel Amsterdam. De bijdrage van Almere voor de Noordvleugel is<br />
45.000. Daarnaast krijgt Almere een additionele opgave van 15.000 woningen als overloop uit de<br />
Noordvleugel Utrecht. Daarmee krijgt Almere vanuit het Rijk in totaal een opgave van 60.000 woningen<br />
mee. De schaalsprong van Almere levert een dubbele uitdaging op. Aan de ene kant moet Almere<br />
uitgroeien tot een integraal onderdeel van de Noordvleugel. De stad moet bijdragen aan de economische<br />
structuurversterking van het hele gebied. De gedachte is dat Amsterdam en Almere een dubbelstad<br />
vormen: twee steden die complementair aan elkaar zijn, en op cultureel, sociaal en economisch gebied<br />
met elkaar verbonden. Aan de andere moet de stad een eigen, herkenbare identiteit ontwikkelen, met<br />
economische en maatschappelijke voorzieningen. Almere mag niet enkel worden gebruikt voor een<br />
omvangrijke woningbouwopgave, maar moet de kans krijgen uit te groeien tot een complete, evenwichtige<br />
stad.<br />
Het kabinet geeft aan vóór 2010 een principebesluit te nemen over een IJmeerlijn.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 32<br />
Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040 (2007), Metropoolregio Amsterdam
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 33<br />
III De IJmeerlijn en metropoolvorming (2007 – 2009)<br />
De verschillende doelstellingen voor de Randstad komen uiteindelijk samen in het<br />
programma Randstad Urgent van het kabinet Balkenende IV (2007). Het kabinet vraagt<br />
de gemeente Almere te onderzoeken of en hoe 60.000 nieuwe woningen en 100.000<br />
extra arbeidsplaatsen kunnen worden gerealiseerd. Dit laatste omdat er volgens het<br />
kabinet “binnen het noordelijk deel van de Randstad en Flevoland sprake is van een<br />
onevenwichtige woon/werk balans”. Deze vraag wordt door de gemeente Almere<br />
in 2009 beantwoord met de Concept Structuurvisie Almere 2.0. De IJmeerlijn blijkt<br />
opnieuw essentieel om te komen tot een evenwichtige en gedifferentieerde stad, die van<br />
betekenis is voor de versterking van de regio. Op basis van de structuurvisie spreekt het<br />
kabinet zich in de RAAM-brief (2009) en later – gezamenlijk met de gemeente Almere<br />
en provincie Flevoland – in het Integraal Afspraken Kader Almere 2.0 (2010) positief uit<br />
over de westelijke ontwikkeling van de stad en de aanleg van een IJmeerlijn. Belangrijke<br />
voorwaarde is wel dat de kosten/baten ratio substantieel wordt verbeterd.<br />
Almere essentieel voor metropoolvorming<br />
In 2007 verschijnt het Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040 (Metropoolregio Amsterdam). Voor het<br />
eerst presenteert de regio een visie op metropoolvorming, waarbij de verschillende onderdelen van de<br />
regio moeten samenkomen in een samenhangend geheel. Op welke manier dat ook gebeurt, zeker<br />
is dat dit gebied de grootste bijdrage aan de Nederlandse economie levert. Investeren in de Amsterdamse<br />
metropool betekent, kortom, investeren in Nederland. De schaalsprong van Almere, inclusief een<br />
IJmeerlijn, zijn daarbij “essentieel voor de ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam”, zo wordt in<br />
het Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040 gesteld.<br />
Het Rijk presenteert in 2008 haar lange termijn visie op de Randstad in de Structuurvisie Randstad<br />
2040 (VROM, 2008). Met 60.000 woningen is (en blijft) Almere de grootste verstedelijkingslocatie.<br />
Wat het Rijk betreft concentreert de groei van de Randstad, zowel op het gebied van woningbouw als<br />
economie, zich in de economische driehoek Amsterdam - Almere - Utrecht. Ook is er aandacht voor
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 34<br />
Structuurvisie Randstad 2040 (2008), ministerie van VROM<br />
Variant ‘binnendijks groot’, Masterplan Almere Pampus (2008)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 35<br />
infrastructuur: “Almere maakt niet alleen deel uit van het metropolitane gebied van Amsterdam, maar<br />
vervult daarin ook een belangrijke functie. Dit vraagt om een verdere verknoping van beide gemeenten.”<br />
Vanaf nu staat Almere niet langer als groeikern op de kaart, maar als een niet weg te denken onderdeel<br />
van de metropool.<br />
De IJmeerlijn en Almere Pampus<br />
De Structuurvisie Randstad 2040 stelt Almere voor de vraag hoe de stad 60.000 nieuwe woningen en<br />
100.000 extra arbeidsplaatsen kan accommoderen. Om deze vraag te beantwoorden, wordt in 2008<br />
door Rijk, regio en Almere gezamenlijk onderzoek verricht. Er wordt onder meer gestudeerd op de<br />
verstedelijkingsmogelijkheden aan de west- en oostkant van Almere. Het Masterplan Almere Pampus<br />
(2008) presenteert drie planvarianten voor een westelijke uitbreiding van de stad. De aan- of afwezigheid<br />
van een IJmeerlijn is in de drie varianten een doorslaggevende factor voor de mate van verstedelijking –<br />
en daarmee het karakter – van Almere Pampus. Zonder IJmeerlijn is alleen een binnendijkse variant mogelijk<br />
met maximaal 13.500 woningen in suburbane dichtheden. Met een IJmeerlijn zijn twee modellen<br />
mogelijk: een binnendijkse variant met 20.000 woningen in stedelijke dichtheden, en een buitendijkse<br />
variant met maximaal 40.000 woningen, waarvan 20.000 woningen buitendijks.<br />
Het Masterplan Almere Pampus bevat een voorkeurstracé voor een mogelijke treinverbinding van Almere<br />
Oost, via Almere Centrum en Almere Pampus via het IJmeer naar IJburg. Daar wordt het reeds gereserveerde<br />
tracé van de Diemertak gevolgd richting Amsterdam Zuidoost en de Zuidas. Hierdoor wordt<br />
ook IJburg (met 40.000 inwoners) op het regionale OV-netwerk aangesloten. De grote binnendijkse en<br />
buitendijkse planvariant bieden ruimtelijk en programmatisch maximaal draagvlak voor de genoemde<br />
verbinding. De berekeningen wijzen uit dat er circa 25.000 woningen nodig zijn om voldoende vervoerswaarde<br />
te creëren voor de IJmeerlijn. Met een buitendijkse ontwikkeling zal de vervoerswaarde verder<br />
toenemen.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 36<br />
Het sociaaleconomisch functioneren van Almere en de IJmeerlijn<br />
Vanaf de eerste plannen voor Almere is er aandacht voor de wisselwerking tussen infrastructuur en het<br />
sociaaleconomisch functioneren van de stad. De groei van de stad moet een impuls geven aan het<br />
bestaande Almere, in alle facetten. Al in het Integraal Ontwikkelingsplan (2003) werd de opgave voor de<br />
bestaande stad geagendeerd; in alle studies die later zijn gedaan, is die opgave onderstreept. Groei kan<br />
immers zorgen voor ‘pijnscheuten’. De zorg voor de bestaande stad is van belang voor de gehele regio.<br />
Almere kan alleen dán aan regiovorming bijdragen, als de vitaliteit van de bestaande stad is geborgd.<br />
De sociaaleconomische opgave is, kortom, niet alleen een ‘interne’ aangelegenheid.<br />
De Sociaaleconomische effectverkenning (SEEV) uit 2009 is een speciaal voor de schaalsprong ontwikkelde<br />
– en door het CPB gevalideerde – methode om de sociaaleconomische effecten van groeivarianten<br />
te kunnen beoordelen. Er zijn twee ontwikkelvarianten doorgerekend voor 2030:<br />
– Het voorkeursalternatief: de groei van Almere naar 350.000 inwoners met een sterk westelijke<br />
oriëntatie en een scherpe nadruk op differentiatie in inwoners en woonmilieus (met IJmeerlijn).<br />
– De copy/paste variant: de groei van Almere naar 350.000 inwoners zonder koerswijziging,<br />
dit betekent de bouw van meer suburbane woonmilieus (zonder IJmeerlijn).<br />
De SEEV laat zien dat nieuwbouw aan de randen van de stad per saldo een negatief effect heeft op de<br />
sociaaleconomische situatie in bestaande wijken. Veranderingen in de bevolkingsopbouw zetten door in<br />
beide varianten. In de bestaande stad wonen dan meer kleinere huishoudens, lagere inkomensgroepen<br />
en mensen zonder baan of met een deeltijdbaan. Ook groeit het aantal niet-westerse allochtonen en<br />
het aantal senioren met een bescheiden inkomen. Het voorkeursalternatief draagt het meest bij aan de<br />
diversiteit van Almere (als geheel). Wanneer groei en zorg voor het bestaande hand in hand moeten<br />
gaan, biedt het voorkeursalternatief daar de beste aanknopingspunten voor.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 37<br />
Een treinverbinding door het IJmeer biedt volgens het Masterplan wezenlijke voordelen voor Almere<br />
Pampus; het voorziet in een hechtere en meer directe aansluiting op het regionale netwerk. Een netwerk<br />
dat nationale voorzieningen – waaronder Schiphol, de werkgebieden van Amsterdam Zuidoost en het<br />
centrum van Amsterdam – ontsluit, niet alleen voor de toekomstige inwoners van Almere Pampus maar<br />
voor alle Almeerders. De IJmeerlijn vergroot de aantrekkingskracht van Almere Pampus voor stedelijk<br />
georiënteerde doelgroepen en instellingen; doelgroepen die een aanvulling vormen op het huidige profiel<br />
van Almere. Feitelijk draagt de IJmeerlijn daarmee bij aan een grotere diversiteit in de stad, iets wat grote<br />
prioriteit heeft. Ook voor Amsterdam heeft de IJmeerlijn (als OV-lijn) meerwaarde, door de koppeling<br />
IJburg - Zuidoost en IJburg - Zuidas. Op het schaalniveau van de metropool leidt de IJmeerlijn tot een<br />
duurzame mobiliteitsrelatie tussen Amsterdam en Almere; het accent zal immers verschuiven van auto<br />
naar OV.<br />
Een westelijke oriëntatie van Almere draagt het meeste bij aan de regio<br />
Op basis van het Masterplan Almere Pampus en studies die zijn verricht naar ontwikkelingsmogelijkheden<br />
aan de oostzijde van de stad – de zogenoemde bouwstenen –, wordt een voorkeursvariant vastgesteld.<br />
Om de verschillende verstedelijkingsalternatieven optimaal met elkaar te (kunnen) vergelijken,<br />
stellen Almere en de regio een breed afwegingskader op. Er worden negen hoofddoelen gedefinieerd.<br />
De beoordeling gebeurt door een panel dat bestaat uit vertegenwoordigers vanuit Rijk en regio,<br />
aangevuld met een aantal externe deskundigen. De alternatieven zijn Waterstad (een primair westelijke<br />
ontwikkeling met buitendijkse bebouwing en een IJmeerlijn), Polderstad (een primair oostelijke ontwikkeling<br />
met Stichtselijn) en Stad van Water en Groen (een ontwikkeling naar twee flanken met een alzijdige<br />
ontsluiting, via de Stichtselijn en IJmeerlijn).<br />
Uit de weging blijkt dat het alternatief Waterstad het meeste bijdraagt aan de diversiteit op economisch,<br />
ecologisch en maatschappelijk terrein, zowel voor Almere als voor de regio. Buitendijkse ontwikkeling<br />
kan op regionaal en nationaal niveau een bijzondere toevoeging zijn; het geeft de metropool een zekere<br />
allure, en draagt tegelijkertijd bij aan de ecologische ontwikkeling van het IJmeer. Een primair oostelijke<br />
ontwikkeling wordt door alle partijen afgewezen, omdat dit onvoldoende bijdraagt aan de concurrentiepositie<br />
van de metropoolregio. Op basis van de weging spreekt de regio een unanieme voorkeur uit voor
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 38<br />
Waterstad<br />
Stad van water en groen<br />
Polderstad<br />
Van bouwstenen naar drie alternatieven (2008)<br />
Concept Structuurvisie Almere 2.0 (2009)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 39<br />
Waterstad, later geamendeerd tot Waterstad Plus, met lichte kernvorming in Almere Oost en twee ontwikkelingassen:<br />
de Stichtselijn en – in aanvulling daarop – de IJmeerlijn, samen de dragers voor toekomstige<br />
gebiedsontwikkeling. Bij de behandeling van het voorstel over het voorkeursalternatief in de Almeerse<br />
gemeenteraad in maart 2009, benadrukt de raad nogmaals dat “de IJmeerverbinding de sleutel is om<br />
Almere en de Amsterdamse metropool ruimtelijk, sociaal en economisch aan elkaar te verankeren”.<br />
Het voorkeursalternatief wordt uitgewerkt in de Concept Structuurvisie Almere 2.0, die later in 2009<br />
wordt vastgesteld door de gemeenteraad van Almere. Het basale uitgangspunt dat ten grondslag ligt aan<br />
het voorkeursalternatief – fysieke en mentale inbedding van Almere in het metropolitane netwerk – wordt<br />
in de structuurvisie verankerd. De IJmeerlijn die in de structuurvisie is opgenomen, moet de ongeveer<br />
100.000 tot 150.000 inwoners van Almere IJland, Almere Pampus en IJburg niet alleen met elkaar<br />
verbinden, maar vooral zorgen dat het economisch en culturele centrum van de metropool beter toegankelijk<br />
wordt. Daarnaast vergroot de lijn de betrouwbaarheid van het vervoersnet; vooral voor Almere is dit<br />
van belang, omdat de stad – die nu al tot de grootste steden van Nederland behoort – slechts op één<br />
enkele manier is ontsloten.<br />
De uitbreidingsmogelijkheden van Amsterdam<br />
Terwijl Almere zich primair op het westen oriënteert, breidt Amsterdam zich al enkele decennia richting<br />
het oosten uit. Het is bij uitstek het water waarmee Amsterdam zich onderscheidt van de meeste andere<br />
metropolen, en de ligging aan het water wordt dan ook optimaal benut. Juist omdat de ruimtedruk op<br />
Amsterdam toeneemt, wordt er ingezet op ontwikkeling van de IJ-oevers. Op deze manier fungeert het<br />
IJ meer en meer als waterplein of waterpark, terwijl het tegelijkertijd tot de drukst bevaren binnenvaartroutes<br />
van Nederland behoort. Dankzij het structuurplan De stad centraal uit 1985 hebben er in de<br />
afgelopen jaren indrukwekkende herstructureringsprojecten plaats gevonden, zoals de transformatie van<br />
het Oostelijk havengebied – van oude industrie- en havenactiviteiten tot aantrekkelijke woonmilieus – en<br />
de ontwikkeling van het Oosterdokseiland, de Zuidelijke IJ-oevers, Westerdokseiland, Overhoeks, NSDM,<br />
Buiksloterham en Zeeburgereiland.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 40<br />
Structuurplan De stad Centraal (1985)<br />
Structuurplan Amsterdam. Kiezen voor stedelijkheid (2003)<br />
Structuurvisie Amsterdam 2040 (2011)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 41<br />
Na een lange discussie start eind jaren negentig de aanleg van IJburg, met de eerste 9.000 van de<br />
in totaal 18.000 woningen die er in het IJmeer moeten komen. Het Structuurplan Amsterdam. Kiezen<br />
voor stedelijkheid (2003) legt nadruk op de bouw van IJburg als nieuw stedelijk woon- en werkgebied.<br />
Daarvoor is een goede OV-ontsluiting noodzakelijk. Met een zogenaamde Diemertak wordt ingezet op<br />
een metroverbinding vanaf Station Diemen-Zuid via IJburg naar Almere, de IJmeerlijn. Deze staat volgens<br />
het structuurplan ten dienste van het vergroten van de bereikbaarheid in het algemeen en in de zone<br />
Schiphol - Amsterdam - Almere in het bijzonder. Uiteindelijk beschrijft Amsterdam in de Structuurvisie<br />
Amsterdam 2040. Economisch sterk en duurzaam (2011) welke kansen de oevers van het IJ bieden<br />
voor stedelijke ontwikkeling: “Met de ontwikkeling van IJburg tweede fase en Zeeburgereiland krijgt<br />
Amsterdam er definitief een nieuwe ‘stadslob’ bij, vergelijkbaar met Zuid Oost en Buitenveldert/<br />
Amstelveen. Door al deze ontwikkelingen komt het IJ steeds centraler in de stad te liggen.” In deze<br />
structuurvisie wordt de IJmeerlijn opnieuw opgenomen.
SCHIPHOL<br />
13.500 6.500<br />
25% TBES<br />
0 1 2 3 4 5km<br />
40.000<br />
LELYSTAD<br />
5.000<br />
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 42<br />
figuur 1<br />
Dienstregeling RAAm-brief<br />
RAAMBRIEF<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
CONCEPT STRUCTUURVISIE<br />
STRUCTUURVISIE<br />
TERUGVALOPTIE<br />
TRACÉBESLUIT IJMEERLIJN<br />
UITVOERING TBES EN PAMPUS<br />
WEST + IJMEERLIJN<br />
<br />
<br />
<br />
<br />
NEE<br />
OOST + HOLLANDSE<br />
BRUG + STICHTSELIJN<br />
2009 2010 2012<br />
+10.000<br />
WONINGEN<br />
+20.000<br />
WONINGEN<br />
2014 2017<br />
+60.000<br />
WONINGEN<br />
2030<br />
De voorkeur van het Rijk, RAAM-brief (2009)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 43<br />
Openbaar vervoer tussen Amsterdam en Almere<br />
Terwijl Almere de condities voor een verantwoorde schaalsprong van de stad in beeld brengt, wordt<br />
de opwaardering van de OV-verbinding tussen Schiphol, Amsterdam, Almere en Lelystad onderzocht<br />
in de Planstudie OV SAAL (2008). Op de bestaande OV-verbinding over de Hollandse Brug ontstaat<br />
een capaciteitstekort. Overvolle treinen zijn eerder regel dan uitzondering; soms moeten reizigers zelfs<br />
achterblijven op het perron. De kwaliteit en capaciteit van het OV schieten tekort. Zonder extra maatregelen<br />
kan het OV de ambities voor de Amsterdamse metropool niet waarmaken. De studie focust zich<br />
op regionale verbindingen over het IJmeer en de Hollandse Brug. Alle onderzochte OV-alternatieven<br />
lossen de capaciteitsknelpunten goeddeels op. De kwaliteit van het OV wordt in het bijzonder verbeterd<br />
in de variant met IJmeerlijn. In deze variant is de reistijdwinst het grootst en is er sprake van het<br />
grootste aantal reizigers. Daarbij maakt een extra lijn het totale netwerk minder kwetsbaar. Op een hoger<br />
schaalniveau biedt de IJmeerlijn meer potentie voor de ontwikkeling van nieuwe woon- en werklocaties,<br />
wat weer bijdraagt aan de economische ambities. Met een uitbreiding enkel via de Hollandse Brug is<br />
geen gedifferentieerde ontwikkeling van Almere mogelijk. Tegelijkertijd zijn varianten met een IJmeerlijn<br />
ook duurder dan varianten die lopen via de Hollandse brug: €4,5 tot 5,8 miljard versus €3,7 tot<br />
4 miljard.<br />
Hoe weeg je integrale gebiedsontwikkeling<br />
Op basis van onder meer de Concept Structuurvisie Almere 2.0 en de Planstudie OV SAAL spreekt het<br />
kabinet zich in de RAAM-brief (2009) en later in het Integraal Afspraken Kader Almere (2010) positief<br />
uit over de westelijke ontwikkeling van Almere en de aanleg van een IJmeerlijn, onder voorwaarde van<br />
een verbeterde MKBA. Het Rijk beoogt dat de Noordelijke Randstad in 2030 wordt ervaren als een<br />
samenhangend daily urban system, “waar het goed wonen, werken en recreëren is”.<br />
In het verlengde daarvan wijst het kabinet een bescheiden ontwikkeling van Almere Pampus en een<br />
omvangrijke oostelijke ontwikkeling van Almere – met sec een verbinding via de Hollandse Brug en<br />
Stichtselijn – af. Het Rijk is van mening dat dit alternatief onvoldoende nieuwe kwaliteiten toevoegt aan de<br />
zowel Almere als de Noordelijke Randstad.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 44<br />
Effectenmatrix voor alternatieven Schaalsprong Almere<br />
Doelen<br />
Alternatieven<br />
West Alzijdig Band Oost<br />
01 Sterkere differentiatie woon en werkmilieus 1 2 3 4<br />
02 Leefbaarheid en (metropolitane) voorzieningen 1 2 3 4<br />
03 Meer sociale dynamiek en diversiteit 1 2 3 4<br />
04 Biodiversiteit 1 2 2 4<br />
05 Klimaat (bestendigheid) 1 2 3 4<br />
06 Landschappelijke differentiatie en kwaiteit Behoud 3 3 2 1<br />
Ontwikkeling 1 2 3 4<br />
07 Een internationaal concurrerend bedrijfsleven 1 2 3 3<br />
08 Bereikbaarheid in en van stedelijke netwerk NR 2 1 4 3<br />
09<br />
Versterking Dubbelstad A’dam - Almere en<br />
stedelijke netwerk NR<br />
1 2 3 4<br />
10a Technisch 4 2 1 3<br />
10b Financieel Investeringen infra 2 3 1 3<br />
Risico’s markt 2 1 3 4<br />
10c Juridisch, procedureel 4 2 1 2<br />
Flexibiliteit 4 2 1 3<br />
01<br />
02<br />
03<br />
04<br />
05<br />
06<br />
07<br />
08<br />
09<br />
10a<br />
10b<br />
10c<br />
MKBA systematiek<br />
Alternatieven<br />
West Alzijdig Band Oost<br />
Robuustheid 2 1 4 4<br />
10d Draagvlak Nationaal, bestuur regio,<br />
natuurorganisaties<br />
Oude land,<br />
milieuorganisaties<br />
1 2 3 4<br />
4 3 1 1<br />
IJmeerlijn Hollandse Brug<br />
10d<br />
Multicriteria Analyse versus MKBA
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 45<br />
Met deze uitspraken van het Rijk is de komst van de IJmeerlijn echter nog niet zeker. Waar de Almeerse<br />
gemeenteraad haar besluit wat betreft de IJmeerlijn baseert op een integrale beoordeling van verschillende<br />
aspecten, laat het Rijk (in de RAAM-brief) vooral de Maatschappelijke Kosten/Baten Analyse (MKBA)<br />
domineren. Van de opgestelde Multicriteria Analyse – met aandacht voor kwaliteiten als internationale<br />
concurrentiekracht, regiovorming, differentiatie, duurzaamheid, voorzieningenniveau, natuur en sociale<br />
cohesie – wordt relatief weinig gebruik gemaakt. In de systematiek van de MKBA gaat het primair om<br />
het monetariseren van infrastructurele ingrepen. Daarmee verengt de MKBA in de ogen van de regio de<br />
integrale gebiedsontwikkeling van Almere – en, op een hoger schaalniveau: metropoolvorming – tot de<br />
sectorale beoordeling van een spoorlijn. De samenvatting van het overzicht van Maatschappelijke kosten<br />
en baten van verstedelijkingsvarianten en openbaar vervoer projecten voor Almere, dat in 2009 door het<br />
CPB en het Planbureau voor de Leefomgeving is opgesteld, illustreert dit: “Het westelijk georiënteerde<br />
verstedelijkingsalternatief Waterstad scoort welvaartseconomisch beduidend minder en kent meer financiële<br />
en juridische risico’s dan de middenvariant Stad van Water en Groen en het oostelijk georiënteerde<br />
Polderstad. Alle onderzochte openbaarvervoerprojecten, zoals een nieuwe spoorlijn over het IJmeer<br />
of over de Stichtse Brug en uitbreiding van de bestaande spoorcapaciteit over de Hollandse Brug, zijn<br />
onrendabel.” De beperkte verbetering van de reistijd wordt aangedragen als “de belangrijkste verklaring<br />
voor het feit dat alle onderzochte openbaar vervoer projecten onrendabel zijn.” Maar hoeveel reistijdwinst<br />
valt er te behalen, op een traject van slechts enkele kilometers De samenvatting toont de focus van de<br />
MKBA op infrastructuur, terwijl de opgave in de beleving van een aantal partijen een andere, veel bredere<br />
is: de vorming van een metropool en – in het verlengde daarvan – versterking van de internationale concurrentiekracht<br />
van de Noordelijke Randstad, en een integrale ontwikkeling van een stad die op termijn<br />
bij de vijf grootste van Nederland moet gaan behoren.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 46<br />
AMSTERDAM<br />
ALMERE<br />
AMSTERDAM<br />
ALMERE<br />
UTRECHT<br />
UTRECHT<br />
2010 2030<br />
Een samenhangend daily urban system, RAAM-brief (2009)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 47<br />
Het schisma tussen kwaliteit en kosten<br />
“Onderzoek naar de IJmeerlijn wijst uit, dat zo’n verbinding in belangrijke mate kwaliteit toevoegt<br />
en kan bijdragen aan het beter verbinden van regionale economische markten, en aan de<br />
uitwisseling van wonen, werken en cultuur in de regio Amsterdam – Almere. (…) Echter, alle<br />
alternatieven, inclusief het alternatief dat de keuze van de gemeente Almere en de regio het<br />
meest benadert, leiden tot een fors budgettair beslag en kennen een ongunstige kosten/batenverhouding.”<br />
RAAM-brief, 2009<br />
In de RAAM-brief geeft het kabinet aan dat het voorkeursalternatief Almere 2.0 geoptimaliseerd kan en<br />
moet worden. Er wordt een gezamenlijke werkmaatschappij opgericht, de Werkmaatschappij Amsterdam<br />
Almere (WAA), met als doel de westelijke ontwikkeling van Almere te optimaliseren. Het gaat daarbij<br />
om een combinatie van OV, verstedelijking en natuurmaatregelen in het Markermeer en IJmeer (zie ook<br />
deel IV). Dit besluit van het Rijk leidt ertoe dat er nieuwe fase aanbreekt; een fase van steeds verder<br />
verbeteren van de IJmeerlijn.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 48<br />
Verbindingen en stedelijke regio’s<br />
Verbindingen kunnen niet los worden gezien van de gebieden die zij verbinden. Ruimtelijk adviseur Michiel<br />
van Pelt onderzocht in 2009 diverse nationale en internationale voorbeelden en schreef er een quickscan<br />
over, in opdracht van het programma Randstad Urgent, specifiek gericht op de schaalsprong van Almere<br />
(Quick Scan Verbindingen en Stedelijke Regio’s, 2009).<br />
De quickscan maakt duidelijk dat een verbinding tussen steden of stadsdelen diverse doelen tegelijkertijd<br />
dient. Dit geldt zeker voor de Erasmusbrug in Rotterdam, die gezien werd als een harde voorwaarde voor<br />
de ontwikkeling van het economisch zwakke zuidelijk deel van de stad (de Kop van Zuid). De Erasmusbrug<br />
was nooit bedoeld om sneller vervoer in de stad mogelijk te maken. Ook kan een verbinding een instrument<br />
zijn om de kwaliteit van een stedelijke regio of netwerk op een hoger schaalniveau te versterken.<br />
Wanneer stedelijke kernen onderdeel gaan uitmaken van een groter ruimtelijk verband, vindt ‘opschaling’<br />
van markten plaats. Consumenten, werknemers, bedrijven en overheden kunnen, in een groter gebied, uit<br />
meer opties kiezen. Dat kan de welvaart in het gebied vergroten.<br />
Verbindingen kunnen een grote economische en maatschappelijke impact hebben op steden en stedelijke<br />
regio’s. Een verbinding kan bijdragen aan de ontwikkeling van stedelijke agglomeraties. De Øresund<br />
Link tussen Kopenhagen en Malmö illustreert dit: niet alleen hebben Kopenhagen en Malmö afzonderlijk<br />
voordeel van de verbinding; de verbinding symboliseert tegelijkertijd de eerste – majeure – stap naar<br />
een Øresundregio (een regio die meer dan drie miljoen inwoners telt). Agglomeratievoordelen leiden tot<br />
vestiging van binnen- en buitenlandse bedrijven. Er kan een stedelijk systeem ontstaan, dat bijdraagt aan<br />
een sterkere concurrentiepositie ten opzichte van andere regio’s of het buitenland. Inmiddels bestaat er<br />
een brede stroom literatuur die ingaat op dit punt. Zo schrijft onderzoeker Otto Raspe (Planbureau voor de<br />
Leefomgeving) over het belang van steden voor de economie. Hij geeft aan dat massa en dichtheid binnen<br />
regio’s leiden tot agglomeratiekracht. Juist op dit punt lopen Nederlandse regio’s achter; hier is het beleid<br />
er lang op gericht geweest om géén grote stedelijke regio’s te creëren. Bij een samenhangende regio past,<br />
volgens Raspe, een strategie “waarin excellente verbindingen cruciaal zijn. (…)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 49<br />
Het aantal banen dat binnen dertig minuten kan worden bereikt is een top tien factor van de meest<br />
competitieve regio’s.” Een groot daily urban system binnen de regio is, kortom, een kritische succesfactor.<br />
Ook kan een verbinding psychologische barrières slechten. Vroeger vormde de Maas een psychologische<br />
scheiding tussen Rotterdammers uit Noord en Zuid; nu vormen ‘Noordelingen’ meer dan een derde van de<br />
inwoners van de Kop van Zuid. Terwijl gevreesd werd dat de cultuurverschillen tussen Zweden en Denen<br />
te groot zouden zijn, zijn de contacten juist sterk toegenomen.<br />
Het succes van de onderzochte casuïstiek – de Erasmusbrug en de Øresund Link – komt voort uit het<br />
stimuleren van de stedelijke en regionale economieën en het (ook letterlijk) overbruggen van cultuurverschillen.<br />
Diversiteit tussen de twee stedelijke regio’s rond Kopenhagen en Malmö bleek de voedingsbodem<br />
voor een intensief gebruik van de verbinding en voor initiatieven van markt en overheid om het potentieel<br />
van de verbinding voor de regio te benutten. De maatschappelijke waarde van een IJmeerverbinding (naast<br />
de directe vervoersbaten), zou volgens de quickscan vooral tot uitdrukking moeten komen in een bijdrage<br />
aan de economische en maatschappelijke robuustheid van de Metropoolregio Amsterdam.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 50<br />
De IJmeerlijn als economische verbinding<br />
In eerste instantie legt de Werkmaatschappij Amsterdam Almere het accent op de verkeer- en vervoerskundige<br />
optimalisatie van de IJmeerlijn. Het gaat hierbij om een verbetering van het vervoerssysteem, het<br />
infra-ontwerp, de vervoersexploitatie en daarmee de businesscase en MKBA. Daar komt vervolgens een<br />
ruimtelijke optimalisatie bij, met een focus op een verbetering van de grondexploitatie.<br />
De studies, die worden uitgevoerd in samenwerking met drie consortia van marktpartijen, leiden al snel<br />
tot een metrolijn, aangesloten op het Amsterdamse metronetwerk. Het tracé loopt van Almere Centrum<br />
– via Almere Pampus en IJburg, aantakkend op het metronetwerk bij Diemen Zuid en over de bestaande<br />
metro-infrastructuur – naar de Zuidas. Daarmee sluit de lijn tegelijkertijd aan op de metroringlijn van<br />
Amsterdam, die via de Zuidas, Amsterdam West en Sloterdijk eindigt ten westen van het Amsterdamse<br />
centrum (Isolatorweg). Op deze manier worden niet alleen de centrumgebieden van Pampus en IJburg<br />
ontsloten; ook bestaande woon- en werkgebieden in Diemen (Bergwijkpark), de Zuidas en geheel Amsterdam<br />
West worden verbonden met het oostelijk deel van de metropool. Met één interventie ontstaat<br />
er een kralensnoer van locaties die werkgelegenheid of (boven)regionale voorzieningen bieden, en<br />
belangrijke OV-knooppunten die toegang bieden naar de binnenstad van Amsterdam. Met de IJmeerlijn<br />
worden al deze locaties direct bereikbaar voor Almere; het biedt de stad de kans het gewenste arbeidspotentieel<br />
te leveren.<br />
Verbinding van woon- en werkgebieden in de Metropoolregio Amsterdam
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 51<br />
IV De IJmeerlijn als uitgewerkte metrolijn (2010 – 2013)<br />
In de periode 2010 - 2013 wordt de IJmeerlijn door rijk en regio concreet uitgewerkt,<br />
in samenwerking met marktpartijen. Wat duidelijk wordt, is dat de IJmeerlijn het meest<br />
adequaat en efficiënt functioneert als onderdeel van het Amsterdamse metronet. In tal<br />
van onderzoeken wordt gekeken naar de tracékeuze, vervoerswaarde, onderliggende<br />
techniek, kosten/batenanalyses, gewenste modaliteit en de relatie tussen de IJmeerlijn<br />
en de (mate van) verstedelijking van Almere Pampus, om zo te komen tot de gewenste<br />
optimalisatie.<br />
Wat – door alle onderzoeken heen – een constante is, is de nadruk op de integrale<br />
ontwikkeling van de regio en Almere. De IJmeerlijn dient niet sec als ontsluiting voor<br />
het groeiende Almere, maar is een van de pijlers onder een (economisch) krachtige<br />
Noordvleugel. Uiteindelijk wordt de IJmeerlijn in de Rijksstructuurvisie Amsterdam -<br />
Almere - Markermeer neergezet als de gewenste ‘stip op de horizon’.<br />
Het Integraal Afsprakenkader Almere (2010) tussen het Rijk, de provincie Flevoland en de Gemeente<br />
Almere formuleert de opdracht tot oprichting van de Werkmaatschappij Amsterdam Almere: “De Werkmaatschappij<br />
Amsterdam Almere heeft als doel het alternatief Almere 2.0 ten aanzien van de westelijke<br />
ontwikkeling te optimaliseren. De opdracht voor de werkmaatschappij is het project zo vorm te geven,<br />
dat de MKBA substantieel verbetert ten opzicht van het oorspronkelijke alternatief West met IJmeerlijn<br />
zoals doorgerekend door de planbureaus en dat de budgettaire consequenties aanzienlijk worden<br />
beperkt. Met substantieel wordt bedoeld een kosten/batenratio, die gebruikelijk is bij andere complexe<br />
ruimtelijke ontwikkelingsprojecten, waarover een positief besluit is genomen.”<br />
Grote woningbehoefte in Noordvleugel<br />
Ondertussen heeft de veranderde situatie op de woningmarkt vragen doen rijzen met betrekking tot de<br />
houdbaarheid van de woningbehoefteramingen voor de lange termijn. Met de motie van Kamerlid De<br />
Rouwe (CDA) in 2010 verzoekt de Tweede Kamer de regering “de houdbaarheid van de prognoses voor<br />
de lange termijn woningbehoefte te evalueren”. Naar aanleiding van deze motie publiceren het ministerie
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 52<br />
Faseringsbeeld 2020 - 2030, Structuurvisie Amsterdam 2040 (2011)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 53<br />
van I&M en het ministerie van BZK het rapport Houdbaarheid Woningbehoefteprognoses Noordvleugel,<br />
uitgevoerd door ABF Research (2011). De crisis op de woningmarkt blijkt volgens dit rapport niet of<br />
nauwelijks van invloed te zijn op de woningbehoefte op de lange termijn. De toename van de woningbehoefte<br />
in de Noordvleugel tot 2040 wordt op 439.000 woningen geschat, en de schaalsprong van<br />
Almere wordt opnieuw bevestigd. Sterker: de uitbreiding van de woningvoorraad in Almere wordt zelfs op<br />
(gemiddeld) 72.000 woningen geraamd, met een bandbreedte tussen 37.000 en 111.000 woningen.<br />
Naast Almere zijn ook andere locaties in en rond Amsterdam en Utrecht nodig om de voorziene huishoudensgroei<br />
volledig te kunnen accommoderen.<br />
De IJmeerlijn en Amsterdam IJburg<br />
Amsterdam heeft in de toekomst diverse locaties voor stedelijke ontwikkeling beschikbaar. De ontwikkeling<br />
van de tweede fase van IJburg is onderdeel van de Structuurvisie Amsterdam 2040 (2011).<br />
De tweede fase bestaat uit vier nieuwe eilanden met maximaal 9.200 extra woningen. Met deze tweede<br />
fase is IJburg afgerond. De IJmeerverbinding (OV) kan een kwaliteitssprong in de ontsluiting van IJburg<br />
betekenen. De mogelijke aanlanding van de IJmeerlijn kan de ontwikkeling van aanvullende locaties in dit<br />
deel van de metropool mogelijk maken. Dit is niet alleen profijtelijk voor IJburg, maar ook voor Diemen<br />
met diverse woon- en werklocaties langs de metrolijn waar een IJmeerlijn op aan kan takken.<br />
De optimalisatie van de IJmeerlijn<br />
De WAA – die bestaat uit het Rijk, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de gemeenten Amsterdam<br />
en Almere – gaat voortvarend aan slag. De werkmaatschappij schakelt marktpartijen in middels een<br />
optimalisatie-uitvraag, op basis van een functioneel programma van eisen. Drie (inter)nationaal hooggekwalificeerde<br />
consortia worden geselecteerd om de optimalisatie nader uit te werken; de WAA gebruikt<br />
deze uitwerkingen om te komen tot een geïntegreerd IJmeeralternatief. Dit alternatief wordt beschreven<br />
in de optimalisatiestudie Een metro van Amsterdam naar Almere (2011) en het eindrapport Het IJmeeralternatief<br />
(2012).<br />
De marktpartijen laten zien dat het goed mogelijk is te komen tot een vergaande optimalisatie van de<br />
IJmeerlijn, met een (bij)passend stedenbouwkundig ontwerp. Waar in Nederland vaak wordt gedacht in
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 54<br />
Voorstellen van de marktpartijen, uit de Concept Structuurvisie Almere 2.0 en<br />
van de Werkmaatschappij Almere Amsterdam (IJvenster)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 55<br />
‘zware’ treinsystemen, komt de markt tot de conclusie dat een ‘lichte’ metroverbinding – in aansluiting op<br />
het Amsterdamse metronet – vele malen efficiënter is. Andere maatregelen die leiden tot een kostenreductie,<br />
zijn het kiezen voor een zo kort mogelijke route (geen omwegen), het opzij zetten van buitendijkse<br />
planontwikkeling en het selectief omgaan met tracédelen. Uiteindelijk leidt de optimalisatie-exercitie tot<br />
een substantiële teruggang van de kosten (meer dan een halvering): van €4,5 - €5,6 miljard naar<br />
€1,9 - 2,3 miljard voor de IJmeerlijn (brug respectievelijk tunnel), een verbetering van de vervoerswaarde<br />
en een optimalisatie van de planexploitatie voor de gebiedsontwikkeling van Almere Pampus van<br />
circa €1 miljard.<br />
De metrolijn zoals die wordt voorgesteld loopt, vanuit Amsterdam bezien, via de ringlijn van het bestaande<br />
metronet van Amsterdam Zuid naar Diemen Zuid, vervolgens via het IJmeer naar Almere Pampus en<br />
naar Almere Centrum. De lijn biedt een tweede hoogwaardige ontsluiting tussen Amsterdam en Almere,<br />
en maakt dat er sprake is van multimodaliteit. Een metro in aanvulling op de treinstructuur biedt reizigers<br />
een snellere verbinding naar bepaalde bestemmingen, het levert snellere reistijden op en het maakt het<br />
totale systeem minder kwetsbaar; extra kwaliteit, kortom, reizigers. De berekeningen naar de vervoerswaarde<br />
van de IJmeerlijn – die de WAA in het kader van OV SAAL uitvoert – leveren verder de volgende<br />
interessante uitkomsten op:<br />
– De IJmeerlijn leidt bij een westelijke uitbreiding van Almere tot een reizigersgroei van 10% tot 20%<br />
tussen Flevoland en het oude land;<br />
– De IJmeerlijn leidt tot meer dan 10.000 extra OV-reizigers per etmaal tussen Amsterdam en Almere;<br />
– Naar verwachting zullen tussen de 50.000 en 65.000 reizigers per etmaal gebruik maken van de<br />
IJmeerlijn van en naar Almere. Dit is vergelijkbaar met het aantal reizigers over de Hollandse brug in<br />
2013;<br />
– De IJmeerlijn zorgt voor extra reizigers (meer dan 50% groei) tussen IJburg, Diemen en Amsterdam<br />
Zuid/Zuidoost;<br />
– Zonder de IJmeerlijn zullen circa 110.000 reizigers gebruik maken van de bestaande lijn. Dit heeft<br />
tot consequentie dat te zijner tijd extra investeringen in de Hollandse Brug noodzakelijk zijn.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 56<br />
De ontwikkeling van het Amsterdamse metronetwerk<br />
In 1968 wordt het Stadsspoorplan Amsterdam vastgesteld. Het gemeentebestuur van Amsterdam neemt<br />
hiermee het besluit om een grotendeels ondergronds OV-net aan te leggen. Metroverbindingen tussen<br />
Amsterdam Centrum, West, Noord, Oost, Zuidoost, Amstelveen en Schiphol behoren tot het plan. De<br />
eerste metrolijn die moet worden aangelegd is de Oostlijn (Gein- en Gaasperplaslijn) tussen Amsterdam<br />
Centraal en de nieuw te bouwen Bijlmermeer. Tijdens de bouw worden fysieke reserveringen gerealiseerd<br />
voor de later te bouwen Ringlijn en Oost-Westlijn. In 1977 worden de eerste delen van de Oostlijn in<br />
gebruik genomen. In 1980 worden de Gaasperplaslijn en Geinlijn verlengd naar het Centraal Station en<br />
in 1982 wordt de Geinlijn verlengd naar Gein. De aanleg van de Oostlijn gaat niet zonder slag of stoot,<br />
en bezorgt Amsterdam een trauma als het gaat om aanleggen van metro’s; lange tijd zal niet meer over<br />
metro’s worden gesproken.<br />
Mogelijk toekomstig metronetwerk Amsterdam, Het IJmeeralternatief (2012)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 57<br />
Begin jaren ‘80 presenteert het college van Amsterdam de nota Sneltram. Het concept van het metronet<br />
uit 1968 wordt grotendeels overgenomen, echter zonder de ondergrondse trajecten. De gemeenteraad<br />
van Amsterdam besluit op basis van deze nota tot de aanleg van sneltramlijnen in plaats van metrolijnen.<br />
In 1985 wordt voorgesteld de Amstelveenlijn als combinatie van een gewone tramlijn en sneltramlijn aan<br />
te leggen. In 1987 besluiten de gemeenteraden van Amsterdam en Amstelveen tot aanleg van deze<br />
Amstelveenlijn. In 1990 wordt de eerste sneltramlijn, de Amstelveenlijn, in gebruik genomen als lijn 51.<br />
In 2004 wordt de Amstelveenlijn verlengd naar Amstelveen Westwijk.<br />
In 1992 besluit de gemeenteraad van Amsterdam tot de aanleg van de Ringlijn. In eerste instantie wordt<br />
gesproken van een sneltramlijn, maar nog voor de lijn gereed is blijkt dat deze wordt aangelegd als een<br />
volwaardige metrolijn. In 1997 wordt de Ringlijn in gebruik genomen als lijn 50. Tegelijk met de opening<br />
van de Ringlijn wordt een nieuwe plattegrond van de metrolijnen geïntroduceerd. De uitvoering van de<br />
kaart is vergelijkbaar met die van de metro in London. De Gaasperplaslijn en de Geinlijn worden in het<br />
vervolg respectievelijk als lijn 53 en lijn 54 aangeduid.<br />
Eind jaren ’90 stelt het college van Amsterdam voor om een nieuwe grotendeels geboorde metrolijn aan<br />
te leggen tussen Amsterdam-Noord en Station Zuid/WTC. Op 9 oktober 2002 besluit de gemeenteraad<br />
van Amsterdam definitief tot de aanleg van de Noord/Zuidlijn.<br />
In 2011 legt de gemeente Amsterdam de ambities voor lange termijn ontwikkeling van de stad vast in<br />
de Structuurvisie Amsterdam 2040. Bij een intensiever gebruik van de stad is de verdere ontwikkeling en<br />
integratie van een samenhangend OV-netwerk op metropolitane schaal onontbeerlijk. Amsterdam kiest<br />
voor een systeemsprong in het regionale OV-netwerk. Voor de periode 2020 – 2030 ligt het accent op<br />
de deels nieuw aan te leggen regionale OV-lijnen en knooppunten, zoals de OV-verbinding Schiphol -<br />
Amsterdam - Almere, inclusief de IJmeerlijn. Voor de periode na 2030 worden reserveringen gemaakt<br />
voor OV-lijnen om verdere toekomstige ontwikkelingen te kunnen faciliteren. Het gaat hierbij bijvoorbeeld<br />
om het sluiten van de Ringlijn tussen Isolatorweg en het Centraal Station of van de Ringlijn via Amsterdam<br />
Noord. Een andere optie voor de lange termijn vormt de Oost/Westmetrolijn met de verbinding naar<br />
Schiphol.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 58<br />
Verschil in effecten op het daily urban system van respectievelijk HOV+ (alternatief Hollandse Brug) en de IJmeerlijn (alternatief IJmeerlijn)
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 59<br />
De IJmeerlijn en het daily urban system<br />
Ter voorbereiding van de Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer stelt het Rijk in 2012<br />
onder meer een beoordelingskader op. In dit beoordelingskader staan vier alternatieven centraal, te weten:<br />
- het alternatief Hollandse Brug in combinatie met HOV+ as (een busbaan in Almere);<br />
- het alternatief IJmeerverbinding met brug;<br />
- het alternatief IJmeerverbinding met tunnel;<br />
- het alternatief Zuidelijk Tracé, ook wel bekend als het alternatief van de Stichting Almere Bereikbaar.<br />
Het alternatief Hollandse Brug levert andere kwaliteiten dat het alternatief met een IJmeerlijn. Het is weliswaar<br />
zo dat de verplaatsingen binnen Almere positief worden beïnvloed door de aanleg van een HOV+<br />
systeem – dat overigens veel lijkt op het systeem van vrije busbanen waar Almere reeds over beschikt –,<br />
maar het draagt niet bij aan het vergroten van het daily urban system voor de gehele regio. Het HOV+<br />
systeem is een ingreep om de interne verkeersafwikkeling van Almere te organiseren, terwijl het volgens<br />
een aantal regionale partijen moet gaan om regiovorming. De IJmeerlijn gaat wel in op deze opgave. De<br />
lijn verbindt arbeidsmarkten met elkaar en maakt het mogelijk dat inwoners van de regio beter gebruik<br />
(kunnen) maken van allerhande regionale voorzieningen. Het biedt, zowel voor inwoners en bedrijven,<br />
meer keuzemogelijkheden. Er ontstaat een levendige dynamiek.<br />
De IJmeerlijn als de stip op de horizon<br />
Op 25 april 2013 verschijnt de Ontwerp-Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer. Er wordt<br />
een duidelijke ‘stip op de horizon’ gezet: “Het toekomstperspectief voor Almere is een westelijk georiënteerde<br />
stad met circa 60.000 nieuwe woningen ten opzichte van 2010 en een forse groei van het<br />
aantal arbeidsplaatsen. Het is hier prettig om te wonen, te werken en te recreëren. Almere is volwaardig<br />
onderdeel van het regionale mobiliteitsnetwerk van de Noordvleugel. Een IJmeerverbinding met een<br />
hoogstedelijke ontwikkeling van Almere Pampus is hierbij de stip op de horizon. Deze verbinding is een<br />
metroachtig systeem dat Almere en in het bijzonder Pampus direct verbindt met Amsterdam.” Het Rijk<br />
kiest in de structuurvisie voor een organische ontwikkeling met een gefaseerde aanpak. Almere groeit<br />
in fasen, stap voor stap, op locaties langs de bestaande vervoersassen (A6, A27 en Flevolijn). Door de<br />
verstedelijking langs de bestaande vervoersassen wordt druk opgebouwd die nodig is voor een verdere<br />
westwaartse groei van Almere, en worden de investeringen in deze vervoersassen maximaal benut.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 60<br />
Studies naar wegverbindingen tussen Amsterdam en Almere<br />
Als het gaat over de IJmeerlijn, gaat het primair over het OV. Hoe zit het met een wegverbinding tussen<br />
Amsterdam en Almere<br />
De Verkenning Regionale IJmeerverbinding (2006) gaat uit van een buitendijkse ontwikkeling van Almere<br />
Pampus. Volgens de verkenning is een wegverbinding door het IJmeer wel nuttig voor het regionale verkeersnet,<br />
maar zal het de congestie bij de Hollandse Brug niet oplossen.<br />
De Planstudie Schiphol - Amsterdam - Almere (2005 – 2009) doet onderzoek naar de verbetering van<br />
de wegverbinding tussen Schiphol - Amsterdam - Almere. Er worden onder meer gevoeligheidsanalyses<br />
voor een weg door het IJmeer uitgevoerd. Uit deze studie blijkt eveneens dat zo’n verbinding de congestie<br />
op de A1, A6, A9 en A10-Oost niet zal oplossen.<br />
In 2010 vraagt de Tweede Kamer – met de motie Aptroot/De Mos (VVD/PVV) – om een brug over het<br />
IJmeer (ook) toegankelijk te maken voor (vracht)auto’s en fietsers. De WAA heeft de marktpartijen opdracht<br />
gegeven deze motie in hun onderzoek te betrekken. De wegverbinding is onderzocht door Goudappel<br />
Coffeng (verkeerskundig), MacDonald (ontwerp) en Ecorys (quickscan kosten/baten). De studie toont aan<br />
dat een snelweg met 2 x 2 rijstroken niet goed te realiseren valt; de kosten zijn hoog, en aan de landzijde<br />
sluit de weg niet aan op bestaande snelwegen. Een regionale weg met 2 x 1 rijstrook biedt meer kansen.<br />
Het blijkt echter niet mogelijk de financiering uit tolopbrengsten mogelijk te maken. Uit de maatschappelijke<br />
kosten/batenanalyse van Ecorys volgt dat de baten niet opwegen tegen de kosten, mede doordat<br />
de alternatieve route via de Hollandse Brug sterk wordt verbeterd (planstudie SAA). Vanuit het oogpunt<br />
van Natura 2000 zijn er zorgpunten over de aanleg van een weg op een brug door het IJmeer. Ook is<br />
het regionale bestuurlijke en maatschappelijke draagvlak beperkt. Waar een combinatie van OV en weg,<br />
kortom, weinig kansrijk werd geacht, ziet Jabobs wel mogelijkheden om een fietsverbinding te realiseren;<br />
de onderhoudsstrook kan relatief gemakkelijk worden gebruikt door fietsers.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 61<br />
Een besluit over de IJmeerlijn wordt in de Rijksstructuurvisie niet genomen. Het voorbehoud dat in de<br />
RAAM-brief is gemaakt, is dat de kosten/baten ratio van de IJmeerlijn substantieel zou moeten verbeteren.<br />
Ondanks de optimalisatie van circa €2,5 tot €3,5 miljard voor de infrastructuur en €1 miljard voor<br />
de gebiedsontwikkeling en een verbeterde vervoerswaarde, is sprake van een geringe verbetering van de<br />
kosten/batenratio (een verbetering van de MKBA van 0,2 naar 0,4).<br />
Op basis hiervan wordt in de Rijksstructuurvisie de volgende conclusie getrokken: “De kosten voor infrastructuur,<br />
verstedelijking en natuur zijn flink omlaag gebracht, met behoud van effectiviteit. Dat neemt niet<br />
weg dat er voor een IJmeerverbinding sprake blijft van een zwaar negatief welvaartseffect. Echter, op basis<br />
van het onderzoek kan worden geconcludeerd dat een gefaseerde aanpak haalbaar en realistisch is.<br />
(…) De gemeente Almere stelt positieve besluitvorming over de IJmeerverbinding als voorwaarde voor<br />
de ontwikkeling van Almere Pampus. Indien niet tot een IJmeerverbinding wordt besloten, treden Rijk en<br />
regio met elkaar in overleg over hoe de gedeelde ambitie ten aanzien van de versterking van de regio en<br />
verantwoorde ontwikkeling van de stad kan worden bereikt.”<br />
Pampus kan alleen met IJmeerlijn<br />
“Op het moment dat de locaties in bestaand stedelijk gebied en langs de bestaande infrastructuurcorridors<br />
zijn benut, kan worden gestart met de ontwikkeling van de locatie Almere Pampus.<br />
Een vervolgonderzoek (MIRT-verkenning) naar verdere infrastructuurmaatregelen voor de ontsluiting<br />
van Almere Pampus wordt gestart als er in Almere ten opzichte van 2010 circa 25.000<br />
woningen zijn gebouwd en er zicht is op afronding van Amsterdam IJburg tweede fase. (…)<br />
Na de MIRT-verkenning wordt een go/no-go-besluit genomen, waarbij meerdere alternatieven<br />
voor de ontsluiting van Almere worden meegenomen in de afweging. (…) De gemeente Almere<br />
stelt positieve besluitvorming over de IJmeerverbinding als voorwaarde voor de ontwikkeling van<br />
Almere Pampus. Indien niet tot een IJmeerverbinding wordt besloten, treden Rijk en regio met<br />
elkaar in overleg over hoe de gedeelde ambitie ten aanzien van de versterking van de regio en<br />
verantwoorde ontwikkeling van de stad kan worden bereikt.”<br />
Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer (2013), ministerie van I&M
Ontwerpen van de IJmeerlijn<br />
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 62
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 63
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 64<br />
De gemeenten Amsterdam en Almere geven in hun inspraakreactie(s) aan dat alleen mét een IJmeerlijn<br />
sprake kan zijn van de gewenste sterke regio en een duurzaam Almere.<br />
Bij de behandeling van de rijksstructuurvisie in de Tweede Kamer dienen de PvdA en D66 een motie<br />
in. Zij geven in de motie aan dat een nieuwe IJmeerverbinding die direct aansluit op het Amsterdamse<br />
ov-netwerk veel beter past bij de ambitie van metropoolvorming dan aansluiting op het bestaande<br />
spoornetwerk zoals in de “Hollandse Brug”-variant. Ze vinden dat het RRAAM-project gericht moet zijn<br />
op metropoolvorming en verdere integratie van Almere in het stedelijk netwerk van Amsterdam, opdat<br />
niet twee polen ontstaan maar er een daily urban system ontstaat.<br />
De motie, die op 12 november 2013 is aangenomen, verzoekt de regering om in de structuurvisie en<br />
de daarop te baseren overeenkomsten op te nemen dat de IJmeerverbinding als voorkeursalternatief<br />
zal worden uitgewerkt zodra er 25.000 woningen in Almere zijn toegevoegd en er reëel zicht is op de<br />
beoogde hoogstedelijke ontwikkeling van Almere Pampus.<br />
In reactie op deze motie geeft minister Schultz van Haegen aan dat “de IJmeerverbinding als voorkeursalternatief<br />
kan worden opgenomen omdat in de plannen voor de uitbreiding van Almere ook de<br />
verstedelijking bij Pampus zit.”<br />
In november 2013 verschijnt de definitieve Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer<br />
en worden de Bestuursovereenkomst RRAAM en de Uitvoeringsovereenkomst Almere 2.0 behorende<br />
bij deze Rijksstructuurvisie getekend.<br />
Met de Rijksstructuurvisie komt een voorlopig een einde aan een geschiedenis van onderzoek naar en<br />
planvorming voor een infrastructurele inbedding van Almere; een geschiedenis die 55 jaar terug gaat.<br />
Tegelijkertijd is het een start. Nu de ‘stip op de horizon’ is gedefinieerd, kan daar stap voor stap naartoe<br />
worden gewerkt.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 65<br />
Epiloog<br />
Het Rijk, de regio, Amsterdam en Almere zetten in op een verdergaande verankering van<br />
Almere in de Amsterdamse regio. Op deze manier wordt er niet gebouwd aan separate<br />
steden, maar aan een krachtige metropool. Als het (relatief) nieuwe Almere optimaal<br />
wordt verbonden met het oude land, profiteren de stad en de regio optimaal van elkaar.<br />
De IJmeerlijn, een directe verbinding tussen Amsterdam en Almere, is de drager van deze<br />
wisselwerking. Of, beter gezegd: van deze metropoolontwikkeling. De verbinding maakt<br />
dat de meest krachtige economische motor van Nederland, ook in internationaal opzicht,<br />
wordt versterkt, en dat Almere op een verantwoorde wijze kan (door)groeien tot een stad<br />
waar 300.000 tot 350.000 mensen zullen wonen, werken, leven.<br />
De IJmeerlijn maakt het mogelijk om aan de westzijde van Almere hoogstedelijke woonmilieus te realiseren.<br />
Almere Pampus wordt een voortzetting van IJburg, wat betekent dat de Amsterdamse en Almeerse<br />
woon- en werkmilieus direct op elkaar zullen aansluiten. Tegen deze achtergrond spreekt het Rijk in de<br />
Rijksstructuurvisie Amsterdam - Almere - Markermeer van een ‘stip op de horizon’, wanneer het gaat om<br />
de IJmeerlijn. Het Rijk verkiest het (toekomst)perspectief met een directe verbinding tussen Amsterdam<br />
en Almere expliciet boven andere verstedelijkingsopties. De inhoudelijke logica van deze keuze is evident.<br />
De huidige financiële situatie maakt het keuzeproces echter complex. Deze publicatie biedt een overzicht<br />
van alle argumenten vóór een IJmeerlijn; argumenten die in de halve eeuw die achter ons ligt steeds<br />
opnieuw zijn bevestigd door Rijk en regio.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 66<br />
De kern van deze argumenten:<br />
– De IJmeerlijn draagt bij aan een steviger wisselwerking tussen het centrum van de metropoolregio,<br />
Amsterdam en Almere. Het vergroot het daily urban system van de honderdduizenden mensen die<br />
er wonen, en daarmee de omvang en kracht van de metropool. Op economisch gebied betekent<br />
het dat de arbeidsmarkten (beter) met elkaar worden verbonden. Op sociaal-maatschappelijk gebied<br />
krijgen inwoners een grotere keuzevrijheid waar het gaat om onderwijs, cultuur en recreatie. Met de<br />
aanleg van de IJmeerlijn ondergaat de gehele regio feitelijk een schaalsprong.<br />
– De IJmeerlijn is zowel profijtelijk voor de ontwikkeling van de stadsdelen aan de oostzijde van Amsterdam<br />
als voor de stadsdelen aan de westzijde van Almere. De nu nog perifeer gelegen gebieden<br />
aan weerszijden van het IJmeer (IJburg en Almere Pampus) komen centraal in de regio te liggen.<br />
Hierdoor groeien ze uit tot multifunctionele stadsdelen in de dynamische, economische zone, die zich<br />
uitstrekt van Schiphol naar Lelystad.<br />
– De IJmeerlijn maakt een einde aan Almere als bandstad, waarbij alle activiteiten zijn geclusterd langs<br />
de A6. De lijn draagt – in combinatie met de Flevolijn, de A6 en de A27 – bij aan een alzijdige<br />
ontwikkeling van Almere. Met een dergelijke alzijdige ontwikkeling kan elke kern van Almere (Almere<br />
Haven, Almere Stad, Almere Buiten, Almere Oosterwold, Almere Pampus) zich in eigen tempo en<br />
met een eigen identiteit (door)ontwikkelen. De IJmeerlijn maakt Almere diverser, zowel in economisch,<br />
cultureel als in sociaal opzicht. Het spreekt voor zich dat dit een grotere en ook bredere<br />
groep bewoners en bedrijven aantrekt.<br />
– De IJmeerlijn zorgt ervoor dat er in de komende decennia – wanneer Almere zich verdubbelt –<br />
geen ongewenste concurrentie tussen de Almeerse kernen zal ontstaan, juist omdat iedere kern<br />
de eigen identiteit versterkt dan wel een eigen identiteit ontwikkelt. Er zal geen sprake zijn van<br />
verdringingseffecten tussen de stadsdelen, wat bij eerdere grootschalige uitbreidingen van Almere<br />
soms wel het geval was.<br />
– De IJmeerlijn zorgt dat de kwetsbare verbinding tussen Almere en de regio robuuster wordt. Met een<br />
extra lijn wordt voorkomen dat reizigers letterlijk vast komen te zitten, op het moment dat er sprake<br />
is van een storing op de Flevolijn.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 67<br />
Uit berekeningen blijkt dat de IJmeerlijn in de toekomst circa 50.000 reizigers per dag zal vervoeren.<br />
Dat is vergelijkbaar met het aantal reizigers dat anno 2013 over de Hollandse Brug rijdt (met het OV).<br />
De IJmeerlijn is echter meer dan sec een infrastructurele verbinding; het brengt Amsterdam en Almere<br />
niet alleen in fysiek opzicht, maar nadrukkelijk ook in sociale, culturele en economische termen dichter<br />
bij elkaar. Zoals gezegd: het niveau van losstaande steden wordt overstegen, en in plaats daarvan vormt<br />
zich een samenhangende regio. Illustratief voor het succes van een dergelijke ontwikkeling is de Øresund<br />
Link tussen Kopenhagen en Malmö, of de Erasmusbrug tussen de Kop van Zuid en het hart van Rotterdam.<br />
Hoewel de (economische) impuls van dergelijke projecten vooraf nauwelijks was in te schatten,<br />
heeft het de verwachtingen ruimschoots overtroffen.<br />
Deze publicatie laat zien dat ook de IJmeerlijn als katalysator achter regio- of metropoolvorming kan dienen.<br />
De lijn slaat een fysieke en mentale brug tussen de buren Amsterdam en Almere, en legt daarmee<br />
de basis voor een integrale ontwikkeling van de stad en de regio; voor een verdergaande versterking van<br />
de internationale concurrentiekracht van de Noordvleugel van de Randstad.<br />
Daarom hebben de gemeente Almere, de provincie Flevoland en de gemeente Amsterdam in de<br />
Bestuursovereenkomst RRAAM (2013) besloten tot het periodiek organiseren een evenement dat is<br />
gericht op de stip op de horizon bestaande uit de IJmeerverbinding als verbinding tussen het kerngebied<br />
van de Amsterdamse metropool en Almere.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 68<br />
Jaar Document Afzender<br />
1961 Structuurplan Zuidelijke IJsselmeerpolders Dienst der Zuiderzeewerken<br />
1966 Tweede nota over de ruimtelijke ordening Ministerie van VROM<br />
1971 Verkenningen Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
1983 Structuurplan Almere Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders<br />
2001 Vijfde nota over de ruimtelijke ordening Ministerie van VROM<br />
2001/7 Noordvleugelconferenties Noordvleugel<br />
2003 Integraal Ontwikkelingsplan Toekomst Almere 2030 Gemeente Almere<br />
2003 Structuurplan Almere 2010 Gemeente Almere<br />
2003 Stadsmanifest Almere Gemeente Almere<br />
2003 Structuurplan Amsterdam Gemeente Almere<br />
2004 Verkenning Haarlemmermeer - Almere Ministerie van V&W<br />
2005 Toekomstvisie IJmeer Vereniging Natuurmonumenten, ANWB, Staatsbosbeheer,<br />
Rijkswaterstaat, provincie Noord-Holland, provincie Flevoland,<br />
gemeente Amsterdam, gemeente Almere<br />
2005 Nota Ruimte Ministerie van VROM<br />
2006 Atelier IJmeer Gemeente Amsterdam, gemeente Almere<br />
2006 Omgevingsplan Flevoland Provincie Flevoland<br />
2006 Noordvleugelbrief Ministerie van V&W, ministerie van VROM<br />
2006 Structuurvisie Zuiderzeelijn Ministerie van V&W, ministerie van VROM<br />
2006 Verkenning Regionale IJmeerverbinding Regionaal orgaan Amsterdam<br />
2007 Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040 Gemeente Amsterdam<br />
2008 Structuurvisie Randstad 2040 Gemeente Amsterdam<br />
2008 Masterplan Almere Pampus Taskforce Almere Pampus<br />
2008 OV SAAL lange termijn Ministerie van V&W, ministerie van VROM<br />
2009 Concept Structuurvisie Almere 2.0 Gemeente Almere<br />
2009 RAAM-brief Ministerie van V&W, ministerie van VROM<br />
2011 Structuurvisie Amsterdam Gemeente Amsterdam<br />
2011 Een metro van Amsterdam naar Almere<br />
[optimalisatierapport]<br />
Werkmaatschappij Amsterdam - Almere<br />
2012 Het IJmeeralternatief Werkmaatschappij Amsterdam - Almere<br />
2013 Ontwerp-Rijksstructuurvisie AAM Ministerie van I&M
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 69<br />
Jaar Visie op de IJmeerlijn<br />
1961 Verbindingen via Markerwaard nodig ten behoeve van infrastructurele inpassing Almere in de regio<br />
1966 Verbindingen via Markerwaard nodig ten behoeve van infrastructurele inpassing Almere in de regio<br />
1971 Verbindingen via Markerwaard nodig ten behoeve van infrastructurele inpassing Almere in de regio<br />
1983 Verbinding via IJmeer (OV/weg) nodig ten behoeve van infrastructurele inpassing Almere in de regio<br />
2001 Geen specifieke duiding van IJmeerlijn<br />
2001/7 Verbinding via IJmeer (OV/weg) nodig voor capaciteits-uitbreiding op corridor Haarlemmermeer-Almere<br />
2003 Verbinding via IJmeer (OV/weg) past bij groeiopgave van Almere en de Noordvleugel<br />
2003 Verbinding via IJmeer (OV/weg) nodig voor uitbouw naar bereikbare, complete en evenwichtige stad<br />
2003 Verbinding via IJmeer (OV/weg) nodig voor uitbouw naar bereikbare, complete en evenwichtige stad<br />
2003 IJmeerlijn nodig voor vergroten van bereikbaarheid in zone Schiphol - Amsterdam - Almere<br />
2004 Verkenning voorziet vooral problemen op de weg vóór 2020<br />
2005 Verbinding via IJmeer (OV/weg) past bij verstedelijkingsmodel van Waterpark IJmeer<br />
2005 Rijk kiest voor groei Almere ondanks slechte MKBA en start planstudie naar ontsluiting Almere, inclusief IJmeerlijn<br />
2006 IJmeerlijn als ontsluiting en motor van gebiedsontwikkeling Almere Pampus en IJburg. IJmeerlijn als bypass voor knelpunten in<br />
het regionale OV-net<br />
2006 IJmeerlijn (OV/weg) noodzakelijke voorwaarde voor ontwikkeling waterpark van de Noordvleugel<br />
2006 Kabinet kondigt onderzoek naar IJmeerlijn aan. Principebesluit over IJmeerlijn wordt vóór 2010 genomen<br />
2006 Regionaal deel van Zuiderzeelijn tussen Amsterdam en Almere draagt bij aan ambitie Noordvleugel<br />
2006 IJmeerlijn nuttig voor evenwichtig regionaal OV-systeem<br />
2007 IJmeerlijn essentieel voor de ontwikkeling van de Metropoolregio Amsterdam<br />
2008 Ontwikkeling Almere integraal onderdeel van ontwikkeling regio Amsterdam en IJmeer<br />
2008 IJmeerlijn biedt hechtere aansluiting op regionale netwerk en is beslissende factor voor stedelijkheid Pampus<br />
2008 IJmeervarianten geven het meest invulling aan de opgaven<br />
2009 IJmeerlijn is sleutel om Almere en Amsterdamse metropool ruimtelijk, sociaal en economisch met elkaar te verbinden<br />
2009 IJmeerlijn voegt kwaliteit toe en draagt bij aan verbinden van regionale economische markten, maar is onrendabel<br />
2011 IJmeerlijn (OV) nodig voor ontwikkeling metropool en voor kwaliteitssprong in ontsluiting IJburg<br />
2011 IJmeerlijn als onderdeel van het Amsterdamse metronet leidt tot forse optimalisaties<br />
2012 IJmeerlijn als onderdeel van het Amsterdamse metronet leidt tot forse optimalisaties<br />
2013 IJmeerlijn is stip op de horizon, maar heeft vooralsnog een zwaar negatief welvaartseffect
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 70<br />
Klein Almere Groot Almere<br />
Nota Ruimte, 2003<br />
– Vijfde Notabeleid<br />
– Uitstraling<br />
– Instraling<br />
– Spreiding<br />
Verstedelijkingsmodellen door de jaren heen<br />
Noordvleugelconferentie, 2003<br />
– Een groot Almere<br />
– Van Zuidwest naar Almere<br />
– Verstedelijking Zuidwestflank<br />
Structuurplan Almere, 2003<br />
– Poort van de Randstad<br />
– Groen in de Randstad<br />
– Zelfstandig in de Randstad<br />
2003
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 71<br />
West<br />
IJmeerverbinding brug<br />
IJmeerverbinding tunnel<br />
Zuidelijk tracé<br />
IJmetrotram alternatief<br />
Hoogwaardige OV verbinding via Hollandse brug<br />
Oost<br />
IOP, 2003<br />
– Stad aan het IJmeer<br />
– Het Nieuwe Gooi<br />
– Centrumstad<br />
Almere 2.0, 2008<br />
– Waterstad<br />
– Stad van water en groen<br />
– Polderstad<br />
RAAM-brief, 2009<br />
– West met IJmeerlijn<br />
– West met Hollandse Brug<br />
– Tweezijdig & Hollandse Brug<br />
– Tweezijdig met IJmeerlijn<br />
– Oost met H. Brug & St.lijn<br />
Rijksstructuurvisie AAM, 2013<br />
– IJmeerverbinding brug<br />
– IJmeerverbinding tunnel<br />
– Zuidelijk tracé<br />
– IJmetrotram alternatief<br />
– HOV via Hollandse Brug<br />
2013
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 72<br />
Amsterdam en Almere als twee onderdelen van de metropool
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 73
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 74<br />
Literatuur<br />
ABF Research (2011), Houdbaarheid Woningbehoefteprognoses<br />
Noordvleugel (i.o.v. ministerie van I&M en ministerie<br />
van BZK).<br />
Berg, J., Franke, S. en Reijndorp, A. (2007),<br />
Adolescent Almere. Hoe een stad wordt gemaakt.<br />
Bestuurlijk Overleg Noordvleugel Utrecht (2001),<br />
Verkenningsnota.<br />
Bestuurlijk Overleg Noordvleugel Utrecht (2009),<br />
Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht 2015 - 2030.<br />
Centraal Planbureau, Planbureau voor de Leefomgeving<br />
(2009), Maatschappelijke kosten en baten van verstedelijkingsvarianten<br />
en openbaarvervoerprojecten voor Almere.<br />
Dienst der Zuiderzeewerken (1961), Structuurplan voor de<br />
Zuidelijke IJsselmeerpolders.<br />
Ecorys-NEI (2004), KKBA Verstedelijkingsalternatieven<br />
Randstad.<br />
Ecorys (2012), MKBA RRAAM. Rijks en -Regioprogramma<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer.<br />
Gemeente Almere (2003), Structuurplan Almere 2010.<br />
Gemeente Almere (2003), Stadsmanifest Almere 2030.<br />
Gemeente Almere (2008), Van bouwstenen naar drie<br />
alternatieven.<br />
Gemeente Almere (2008), Afwegingskader Almere<br />
2010 - 2030. Naar een voorkeursalternatief.<br />
Gemeente Almere (2009), Concept Structuurvisie Almere 2.0.<br />
Gemeente Almere (2009), Sociale agenda.<br />
Gemeente Almere (2009), Sociaaleconomische effectverkenning<br />
voor de schaalsprong van Almere.<br />
Gemeente Amsterdam, Gemeente Almere (2009),<br />
Verkenning ruimtelijke inpassing IJmeerlijn.<br />
Trajectdeel IJburg - IJmeer - Almere Pampus .<br />
Gemeente Amsterdam (1985), Structuurplan De stad centraal<br />
Gemeente Amsterdam (2003), Structuurplan Amsterdam.<br />
Kiezen voor stedelijkheid.<br />
Gemeente Amsterdam (2011), Structuurvisie Amsterdam 2040.<br />
Gemeente Amsterdam, Gemeente Almere (2012),<br />
IJ venster (i.o.v. Werkmaatschappij Amsterdam Almere).<br />
Goudappel Coffeng (2011), Tolverbinding Almere - Amsterdam.<br />
Een verkenning naar de kansrijkheid.<br />
Jacobs, APPM en Posad (2011), De Nieuwe Lijn.<br />
Kuik, F., Beuckens, J. en Van der Heijden, B. (2013),<br />
Groeikansen rond de Amsterdamse ring, in Rooilijn #3.<br />
Metropoolregio Amsterdam (2007),<br />
Ontwikkelingsbeeld Noordvleugel 2040.<br />
Ministerie van I&M / Rijks- en Regioprogramma<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer (2011),<br />
Notitie Kansrijke Oplossingsrichtingen.<br />
Ministerie van I&M / Rijks- en Regioprogramma<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer (2012), Beoordelingskader.<br />
Ministerie van I&M / Rijks- en Regioprogramma Amsterdam<br />
- Almere - Markermeer (2013) Uitvoeringsovereenkomst<br />
Almere 2.0<br />
Ministerie van I&M / Rijks- en Regioprogramma Amsterdam -<br />
Almere - Markermeer (2013) Bestuursovereenkomst RRAAM.<br />
Ministerie van I&M (2013), Rijksstructuurvisie<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer.<br />
Ministerie van V&W (2004),<br />
Verkenning Haarlemmermeer - Almere.<br />
Ministerie van V&W, ministerie van VROM (2005),<br />
Nota Mobiliteit.<br />
Ministerie van V&W, ministerie van VROM (2006),<br />
Structuurvisie Zuiderzeelijn.<br />
Ministerie van V&W (2006),<br />
Planstudie Weg Schiphol - Amsterdam - Almere.<br />
Ministerie van V&W, ministerie van VROM (2006),<br />
Noordvleugelbrief.<br />
Ministerie van V&W (2007), programma Randstad Urgent.<br />
Ministerie van V&W (2008), Planstudie openbaar vervoer<br />
Schiphol - Amsterdam - Almere - Lelystad.<br />
Ministerie van VROM (1966),
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 75<br />
Tweede nota over de ruimtelijke ordening in Nederland.<br />
Ministerie van VROM (2001),<br />
Vijfde nota over de ruimtelijke ordening.<br />
Ministerie van VROM (2004), Brief aan de Tweede Kamer over<br />
de Nota Ruimte (o.m. over de KKBA Verstedelijkings-alternatieven<br />
Randstad), 29435 #4.<br />
Ministerie van VROM (2004), Nota Ruimte.<br />
Ministerie van VROM (2008), Structuurvisie Randstad 2040.<br />
Ministerie van VROM en gemeente Almere (2007),<br />
Schaalsprong Almere 2030 (Randstad Urgent contract #27).<br />
Mott MacDonald e.a. (2011), M55 IJmeerlijn.<br />
Movares (2011), Regiometro Amsterdam Almere.<br />
Noordvleugel (2003), Derde Noordvleugelconferentie.<br />
Noordvleugel Utrecht (2006), Ontwikkelingsvisie Noordvleugel<br />
Utrecht 2015 - 2030.<br />
Pelt, M. van (2009), Quick Scan Verbindingen en Stedelijke<br />
Regio’s.<br />
Planbureau voor de Leefomgeving (Otto Raspe) (2012),<br />
Essays Toekomst van de stad. De economie van de stad in<br />
de mondiale concurrentie.<br />
Projectbureau Toekomst Almere (2003), Toekomst Almere:<br />
Integraal Ontwikkelingsplan.<br />
Provincie Flevoland (2006), Provinciaal Omgevingsplan<br />
Flevoland.<br />
Randstad Urgent (2009), Rijks- en regiobesluit<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer (RAAM-brief).<br />
Rebelgroup / Ecorys (2006), Ontwikkelingsopties Almere:<br />
verkennende business case en kengetallen KBA.<br />
Regionaal Orgaan Amsterdam (2006), Verkenning Regionale<br />
IJmeerverbinding.<br />
Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (1971),<br />
Verkenningen omtrent de ontwikkeling van de nieuwe stad<br />
Almere in Flevoland.<br />
Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (1974), Almere 1985.<br />
Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (1983),<br />
Structuurplan Almere.<br />
Rijksdienst voor het Nationale Plan (1958),<br />
De ontwikkeling van het westen des lands.<br />
Rijksoverheid, provincie Flevoland, gemeente Almere (2010),<br />
Integraal Afsprakenkader Almere 2.0.<br />
ROA (Stadsregio Amsterdam) (2006),<br />
Verkenning Regionale IJmeerverbinding.<br />
Stichting cASLa (2001) Peetvaders van Almere.<br />
Interviews met bestuurders en ontwerpers.<br />
Stuurgroep Almere 2030 (2008), Ruimtelijke bouwsteen voor<br />
het bestaand stedelijk gebied.<br />
Stuurgroep Almere 2030 (2008), Van bouwstenen naar drie<br />
alternatieven.<br />
Stuurgroep Toekomstagenda Markermeer IJmeer (2008),<br />
Investeren in Markermeer en IJmeer: ontwikkelingsperspectief<br />
en actieplan.<br />
Stuurgroep Verkenning IJmeer (2005), Toekomstvisie IJmeer.<br />
Taskforce Almere Pampus (2008), Masterplan Almere Pampus.<br />
Vereniging Natuurmonumenten e.a. (2005),<br />
Toekomstvisie IJmeer.<br />
Werkmaatschappij Amsterdam Almere, Rijks- en regioprogramma<br />
Amsterdam - Almere - Markermeer (2011),<br />
Een metro van Amsterdam naar Almere. Optimalisatierapport.<br />
Werkmaatschappij Amsterdam Almere, Rijks- en<br />
regioprogramma Amsterdam - Almere - Markermeer (2012),<br />
Het IJmeeralternatief. Eindrapport Werkmaatschappij<br />
Amsterdam Almere.
De IJmeerlijn – Een halve eeuw van planvorming 76<br />
Colofon<br />
Tekst<br />
Renze Borkent, gemeente Almere<br />
Met bijdragen van:<br />
Bart van der Heijden, gemeente Amsterdam<br />
Thijs van der Steeg, gemeente Almere<br />
Remco Suk, gemeente Almere<br />
Wiebe Oosterhoff, gemeente Almere<br />
Ward de Meulemeester, gemeente Almere<br />
Eindredactie<br />
KoCo – Konings Communicatie<br />
Beeld<br />
Gemeente Almere en gemeente Amsterdam, tenzij anders aangegeven<br />
Vormgeving<br />
TS Design, Almere<br />
Druk<br />
Opmeer Drukkerij bv, Den Haag<br />
Deze publicatie is een uitgave van de gemeenten Amsterdam en Almere<br />
Voorjaar 2014
Almere moet zich richting het oosten ontwikkelen<br />
Aan de oostkant van Almere is ruimte om woningen te bouwen waar de markt om vraagt.<br />
De IJmeerlijn gaat uit van woningbouw in het westen van Almere waar weinig vraag naar is.<br />
Uitbreiding naar het oosten levert economisch hetzelfde op als naar het westen tegen lagere kosten.<br />
De infrastructuur van de Randstad is meer gebaat bij andere investeringen<br />
De IJmeerlijn levert alleen reistijdwinst op voor bestemmingen tussen Almere West en Amsterdam Oost.<br />
Investeren in Almere-Utrecht verbetert de bereikbaarheid in de Randstad meer dan de IJmeerlijn.<br />
De IJmeerlijn lost bestaande knelpunten bij Weesp en Diemen niet op.<br />
De IJmeerlijn vermindert de kwaliteit van leven in Almere<br />
De IJmeerlijn veroorzaakt overlast voor omwonenden van de lijn.<br />
De IJmeerlijn als brug beperkt recreatiemogelijkheden zoals watersport op en rond het IJmeer.<br />
Door snelle verbindingen krijgt Almere vaker ongewenst bezoek, bijvoorbeeld van hangjongeren.<br />
Door een diversere bevolking krijgt Almere meer last van grootstedelijke problematiek.<br />
Met de IJmeerlijn kan Almere zich niet ontwikkelen als zelfstandige stad<br />
argumentenka<br />
economie<br />
leeFbaarheid<br />
Deze Argumentenkaart biedt een ov<br />
tegen de IJmeerlijn. De IJmeerlijn is een<br />
van Almere centrum via het IJmeer n<br />
worden als br<br />
Bij de argumentatie op<br />
van de volge<br />
•<br />
Almere groeit met ze<br />
woninge n en honderdd<br />
tot 2<br />
•<br />
Almere groeit uit<br />
350 duizend<br />
•<br />
De uitbreiding van Al<br />
partijen financieel<br />
De IJmeerlijn geeft Almere een imago als buitenwijk van Amsterdam en niet als zelfstandige stad.<br />
Met de IJmeerlijn zullen Almeerders cultuur zoeken in Amsterdam in plaats van het zelf te ontwikkelen.<br />
De IJmeerlijn bedreigt het IJmeer als natuurgebied<br />
De IJmeerlijn doorkruist een beschermd en Europees erkend natuurgebied.<br />
De IJmeerlijn als brug verstoort de openheid van het IJmeer door horizonvervuiling en geluidsoverlast.<br />
De IJmeerlijn verstoort de bestaande cultuurhistorische eigenschappen van het IJmeer.<br />
Aanleg van de IJmeerlijn is duur<br />
Bereikbaarheid van Almere kan goedkoper gerealiseerd worden via verbreding van de Hollandse Brug.<br />
De IJmeerlijn slokt een groot deel van de investeringsmogelijkheden voor de regio op.<br />
De overheidsfinanciën laten het niet toe om nu vóór de IJmeerlijn te kiezen.<br />
Aanleg van de IJmeerlijn is financieel riskant<br />
Aanleg van de IJmeerlijn is technisch ingewikkeld en kan duurder uitvallen dan geraamd.<br />
De Hollandse Brug biedt meer mogelijkheden voor gefaseerde aanleg dan de IJmeerlijn.<br />
De vervoerswaarde van de IJmeerlijn geldt alleen bij de nog onzekere ontwikkeling van Almere West.<br />
De baten van de IJmeerlijn zijn afhankelijk van onzekere trends, zoals de vraag naar huizen en OV.<br />
natuur<br />
en milieu<br />
Financiën<br />
Wat z<br />
argum<br />
voor en<br />
de iJme<br />
De aanleg van de IJmeerlijn is politiek riskant<br />
Politici zijn kwetsbaar bij vertraging en kostenoverschrijding bij de aanleg van de IJmeerlijn.<br />
Er is maatschappelijke weerstand tegen de IJmeerlijn bij burgers, belangengroepen en bestuurders.<br />
De IJmeerlijn committeert politici aan de bouw van Almere IJland, anders wordt de lijn pas laat rendabel.<br />
Er is te veel onzekerheid om nu een besluit te kunnen nemen over de IJmeerlijn<br />
Alternatieven voor een railverbinding zoals vervoer over water zijn te snel afgevallen.<br />
Kiezen voor de IJmeerlijn getuigt van een megalomane maakbaarheidgedachte.<br />
politiek<br />
tegen<br />
De IJmeerlijn is de eerste stap naar verkwanseling van het IJmeer<br />
Wat begint met de IJmeerlijn kan eindigen met een snelweg over het IJmeer.<br />
De IJmeerlijn zal op den duur leiden tot meer verstedelijking om het IJmeer, of zelfs inpoldering.<br />
Deze Argumentenkaart is gemaa<br />
met deskundigen, waaronder ambtena<br />
en de provincie Flevoland, weten<br />
Wij danken alle deelnem<br />
Deze Argumentenkaart is gemaakt i<br />
ambassadeur ‘Scha
art art iJmeerliJn<br />
iJmeerliJn<br />
rzicht van alle argumenten voor en<br />
geplande erzicht van openbaar alle argumenten vervoer verbinding voor en<br />
aar geplande Amsterdam, openbaar die aangelegd vervoer verbinding kan<br />
aar Amsterdam, die aangelegd kan<br />
g of tunnel.<br />
ug of tunnel.<br />
eze kaart is uitgegaan<br />
deze punten: kaart is uitgegaan<br />
nde punten:<br />
stigduizend nieuwe<br />
izend stigduizend arbeidsplaatsen nieuwe<br />
uizend 30; arbeidsplaatsen<br />
030;<br />
ot een stad met<br />
tot inwoners; een stad met<br />
inwoners;<br />
ere moet voor alle<br />
verantwoord mere moet voor zijn. alle<br />
verantwoord zijn.<br />
jn de<br />
ijn de<br />
enten<br />
enten<br />
tegen<br />
tegen<br />
erlijn<br />
erlijn<br />
voor<br />
voor<br />
economie<br />
economie<br />
leeFbaarheid<br />
leeFbaarheid<br />
natuur<br />
en natuur milieu<br />
en milieu<br />
Financiën<br />
Financiën<br />
politiek<br />
politiek<br />
kt aan de hand van denksessies<br />
ren kt aan van de het hand Rijk, van de gemeente denksessies Almere<br />
chappers, ren van het en Rijk, belanghebbenden.<br />
gemeente Almere<br />
schappers, voor hun en denkwerk. belanghebbenden.<br />
ers opdracht voor hun van denkwerk.<br />
Randstad Urgent<br />
n alsprong opdracht Almere’. van de Randstad Urgent<br />
alsprong Almere’.<br />
De IJmeerlijn versterkt de economische structuur van de Randstad<br />
De IJmeerlijn versterkt de economische structuur van de Randstad<br />
Met de IJmeerlijn ontstaat een economische as Schiphol-Lelystad met Amsterdam in het midden.<br />
Met de IJmeerlijn versterkt ontstaat Amsterdam een economische haar positie as Schiphol-Lelystad als bereikbare metropool. Amsterdam in het midden.<br />
De Met IJmeerlijn de IJmeerlijn versterkt versterkt de concurrentiepositie Amsterdam haar positie van de als Randstad bereikbare als vestigingsplaats metropool. voor bedrijven.<br />
De IJmeerlijn versterkt de concurrentiepositie van de Randstad als vestigingsplaats voor bedrijven.<br />
De IJmeerlijn is goed voor de ontwikkeling van de metropoolregio Amsterdam<br />
De IJmeerlijn is goed voor de ontwikkeling van de metropoolregio Amsterdam<br />
De IJmeerlijn biedt de meeste reistijdwinst van alle alternatieven tussen Almere en Amsterdam.<br />
De IJmeerlijn verhoogt biedt de meeste de waarde reistijdwinst van (toekomstige) van alle alternatieven woningen in tussen Almere, Almere Diemen en en Amsterdam. IJburg.<br />
De IJmeerlijn heeft verhoogt voldoende de waarde capaciteit van (toekomstige) voor een doorgroei woningen van Almere in Almere, na 2030. Diemen en IJburg.<br />
Met De IJmeerlijn de IJmeerlijn heeft worden voldoende congestie- capaciteit en veiligheidsrisico’s voor een doorgroei over van meerdere Almere na verbindingen 2030. verspreid.<br />
Met de IJmeerlijn worden congestie- en veiligheidsrisico’s over meerdere verbindingen verspreid.<br />
De IJmeerlijn is noodzakelijke voorwaarde voor de economische ontwikkeling van Almere West<br />
De IJmeerlijn is noodzakelijke voorwaarde voor de economische ontwikkeling van Almere West<br />
De IJmeerlijn is een noodzakelijke voorwaarde voor aantrekkelijke woningen in Almere West.<br />
De IJmeerlijn verbetert is een noodzakelijke het vestigingsklimaat voorwaarde waardoor voor aantrekkelijke in baanarm woningen Almere arbeidsplaatsen in Almere West. ontstaan.<br />
De IJmeerlijn verleidt verbetert investeerders het vestigingsklimaat zoals vastgoedontwikkelaars waardoor in baanarm te investeren Almere arbeidsplaatsen in Almere West. ontstaan.<br />
De IJmeerlijn verleidt investeerders zoals vastgoedontwikkelaars te investeren in Almere West.<br />
De IJmeerlijn verbetert de kwaliteit van leven in Almere<br />
De IJmeerlijn verbetert de kwaliteit van leven in Almere<br />
Door de IJmeerlijn is Almere goed bereikbaar.<br />
Met Door de de IJmeerlijn hebben is Almere Almeerders goed bereikbaar. meer opties om door de regio Amsterdam te reizen.<br />
Aanleg Met de van IJmeerlijn de IJmeerlijn hebben stimuleert Almeerders meer ontwikkeling opties om van door de IJmeeroevers.<br />
de regio Amsterdam te reizen.<br />
Aanleg van de IJmeerlijn stimuleert de ontwikkeling van de IJmeeroevers.<br />
De IJmeerlijn is goed voor de culturele ontwikkeling van Almere<br />
De IJmeerlijn is goed voor de culturele ontwikkeling van Almere<br />
Door de IJmeerlijn wordt Almere aantrekkelijk om te wonen voor groepen buiten de middenklasse.<br />
De Door IJmeerlijn de IJmeerlijn geeft Almere wordt Almere een culturele aantrekkelijk impuls om door te de wonen aansluiting voor groepen met Amsterdam. buiten de middenklasse.<br />
De IJmeerlijn versterkt geeft Almere de identiteit een culturele van Almere impuls als door volwaardige, de aansluiting zelfstandige met Amsterdam. en bereikbare stad.<br />
Door De IJmeerlijn de IJmeerlijn versterkt wordt de Almere identiteit een van bestemming Almere als voor volwaardige, Amsterdamse zelfstandige watersporters en bereikbare en toeristen. stad.<br />
Door de IJmeerlijn wordt Almere een bestemming voor Amsterdamse watersporters en toeristen.<br />
De IJmeerlijn is goed voor de natuur in de Randstad<br />
De IJmeerlijn is goed voor de natuur in de Randstad<br />
De IJmeerlijn stimuleert investeringen in de ecologische kwaliteit van het IJmeer en het Markermeer.<br />
De IJmeerlijn als stimuleert brug biedt investeringen kansen voor in de de ontwikkeling ecologische kwaliteit van nieuwe van landschappen.<br />
het IJmeer het Markermeer.<br />
De IJmeerlijn beweegt als brug Almere biedt kansen tot uitbreiding, voor de ontwikkeling waardoor natuurgebieden van nieuwe landschappen.<br />
elders behouden blijven.<br />
De IJmeerlijn beweegt Almere tot uitbreiding, waardoor natuurgebieden elders behouden blijven.<br />
Aanleggen van de IJmeerlijn is een stimulans voor het openbaar vervoer in Nederland<br />
Aanleggen van de IJmeerlijn is een stimulans voor het openbaar vervoer in Nederland<br />
De IJmeerlijn creëert een woonlocatie waarbij OV de primaire vervoerswijze is in plaats van de auto.<br />
De IJmeerlijn betekent creëert een woonlocatie overwinning waarbij van het OV openbaar de primaire vervoer vervoerswijze op asfalt. is in plaats van de auto.<br />
De IJmeerlijn betekent een overwinning van het openbaar vervoer op asfalt.<br />
De IJmeerlijn kan financieel verantwoord worden aangelegd<br />
De IJmeerlijn kan financieel verantwoord worden aangelegd<br />
De IJmeerlijn kent de beste kosten/baten-verhouding van alle ontsluitingen van Almere.<br />
De IJmeerlijn maakt kent de de beste uitbreidingsopties kosten/baten-verhouding voor Almere van met alle de hoogste ontsluitingen baten van mogelijk. Almere.<br />
De IJmeerlijn kent maakt van de alle uitbreidingsopties alternatieven de voor minst Almere slechte met OV-exploitatie.<br />
de hoogste baten mogelijk.<br />
Marktpartijen De IJmeerlijn doen kent van makkelijker alle alternatieven mee met de IJmeerlijn minst slechte dan met OV-exploitatie. uitbouw van bestaande infrastructuur.<br />
Marktpartijen doen makkelijker mee met de IJmeerlijn dan met uitbouw van bestaande infrastructuur.<br />
De IJmeerlijn als brug brengt Nederland prestige<br />
De IJmeerlijn als brug brengt Nederland prestige<br />
De IJmeerlijn als brug wordt een (inter)nationaal icoon met een positieve uitstraling voor de regio.<br />
De IJmeerlijn ondersteunt als brug wordt de poging een (inter)nationaal de Olympische icoon Spelen met naar een Nederland positieve uitstraling te halen. voor de regio.<br />
De IJmeerlijn ondersteunt de poging de Olympische Spelen naar Nederland te halen.<br />
Het Rijk is aan Almere verplicht de IJmeerlijn aan te leggen<br />
Het Rijk is aan Almere verplicht de IJmeerlijn aan te leggen<br />
Almere kan zonder IJmeerlijn geen volwaardige stad worden met zestigduizend nieuwe woningen.<br />
De Almere IJmeerlijn kan zonder is sinds IJmeerlijn de jaren zestig geen volwaardige onderdeel van stad de worden ruimtelijke met ordeningsplannen zestigduizend nieuwe voor woningen. Almere.<br />
De IJmeerlijn is sinds de jaren zestig onderdeel van de ruimtelijke ordeningsplannen voor Almere.<br />
Een besluit vóór de IJmeerlijn is nu politiek opportuun<br />
Een besluit vóór de IJmeerlijn is nu politiek opportuun<br />
De IJmeerlijn kent breed bestuurlijk en maatschappelijk draagvlak binnen de regio.<br />
Zonder De IJmeerlijn IJmeerlijn kent weigert breed bestuurlijk de gemeente(raad en maatschappelijk van) Almere draagvlak zestigduizend binnen woningen de regio. te bouwen.<br />
Zonder IJmeerlijn weigert de gemeente(raad van) Almere zestigduizend woningen te bouwen.<br />
gemaakt door: ©2009<br />
gemaakt door: ©2009
Geschiedenis Dam tot Damloop<br />
Op 27 augustus 1959 werd er voor het eerst een Dam-Dam-race<br />
gehouden. De gemeentebesturen van Amsterdam en Zaandam<br />
wilden zo aandacht vragen bij de rijksoverheid voor de realisatie<br />
van de Coentunnel. ‘De Zaanstreek is een tunnel waard…’, was<br />
het motto. Velen waren van mening dat de Zaanstreek veel te<br />
slecht bereikbaar was. Drie dagen lang werd er gestreden om<br />
zo snel of origineel mogelijk de route Amsterdam-Zaandam af te<br />
leggen. Aan de race deden veel prominenten mee, waaronder<br />
Simon Vinkenoog en zangeres Teddy Scholten. Burgemeester<br />
Franken van Zaandam liep in duikerpak over de bodem van<br />
het Noordzeekanaal de route van de toekomstige Coentunnel.<br />
Inmiddels ligt de Tweede Coentunnel er.