Sluitingsdatum kopij volgende Mourik: 15 februari 2012
Sluitingsdatum kopij volgende Mourik: 15 februari 2012
Sluitingsdatum kopij volgende Mourik: 15 februari 2012
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
MOURIK 2011-3<br />
Dat er onder vogels zogenaamde helpers bestaan, wist ik alleen voor een paar tropische<br />
soorten, maar thuis heb ik meteen opgezocht of dit ook al beschreven was voor het<br />
Waterhoen. Ja, dat was het al in 1927 (Grey 1927 geciteerd in Skutch 1961), er bleek<br />
ook een wereld aan onderzocht te zijn.<br />
Bij Waterhoentjes zijn de helpers doorgaans jongen van een eerder legsel (Eden 1987,<br />
Gibbons 1987, Leonard et al. 1989, Skutch 1961). Als juvenielen volgroeid en zelfstandig<br />
zijn, kan hun verspreiding beperkt worden doordat het habitat verzadigd is. Dit lijkt me<br />
niet het geval bij de Bruuk: er zijn genoeg vrije sloten en drassige plekken rondom dit<br />
territorium waar de juveniel mee uit de voeten kan. Maar het feit dat juvenielen bij hun<br />
ouders blijven kan er wel voor zorgen dat ze gaan helpen met het <strong>volgende</strong> broedsel<br />
(Leonard et al. 1989) zoals dat ook gebeurt bij het Zwarte waterhoen (Putland &<br />
Goldizen 2001). Juvenielen die vroeg in het seizoen zijn geboren, blijven vaak langer bij<br />
hun ouders en helpen hen dan ook intensiever met het opvoeden van het <strong>volgende</strong><br />
broedsel dan juvenielen uit latere nesten dat doen (Gibbons 1987). Naast de<br />
uitkomdatum speelt de conditie van de juvenielen een rol. Een goed voedselaanbod laat<br />
de conditie van de juvenielen toenemen, en dat kan ervoor zorgen dat zij hun ouders<br />
gaan helpen (Eden 1987).<br />
Het gemiddelde aantal helpers bij een paartje Waterhoentjes is 1,125 (Gibbons 1987).<br />
Deze juvenielen helpen hun ouders vooral door het voeden van de jongere kuikens, en<br />
dat kan (zoals de Bruukse juveniel een maal liet zien) ook via een adult gaan (voor<br />
Zwarte waterhoen, Putland & Goldizen 2001). Maar de juvenielen nemen ook het behoud<br />
van het territorium en de verdediging tegen predatoren voor hun rekening (Leonard<br />
1989). Dat verklaart het alarmerende gedrag van de Bruukse juveniel toen ik dichterbij<br />
kwam.<br />
De voeractiviteit van juvenielen is het hoogst als de kuikens twee tot drie weken oud zijn<br />
(Gibbons 1987). Het blijkt dat ouders hun voeractiviteit verlagen als ze helpers aan boord<br />
hebben. Hierdoor is de totale voedselaanbreng naar de kleine kuikens niet verschillend<br />
tussen nesten met en zonder helpers (Eden 1987, Gibbons 1987). Dat geholpen ouders<br />
zelf minder voeren, zag ik ook. Denk aan die ene ouder die eerst ver van de kuikens<br />
was, en ze vervolgens achteloos voorbij zwom. Ik neem aan dat hij dat niet had gedaan<br />
als hij geen helper had.<br />
Over het werkelijke nut van de helpende juvenielen voor het ouderpaar zijn tegenstrijdige<br />
resultaten. Gibbons (1987) vond dat paren met helpers meer kuikens per nestpoging tot<br />
zelfstandigheid wisten op te voeden dan paren zonder helpers. Hiervoor had hij de paren<br />
met een tweede legsel (en helpers van hun eerste legsel) vergeleken met paren die hun<br />
eerste legsel herleggen, in eenzelfde periode in het seizoen. Zelfs na correctie voor het<br />
effect van ouderpaarkwaliteit (hebben ze voorgaande jaren al gebroed?) en<br />
territoriumgrootte, bleef het verschil bestaan.<br />
Leonard et al. (1989) bestudeerden dit experimenteel. Na het uitkomen van het tweede<br />
legsel vingen ze bij tien nesten de helpende juvenielen weg, terwijl ze dat bij een<br />
104