Download bestand - Duurzaam Organiseren Doen
Download bestand - Duurzaam Organiseren Doen
Download bestand - Duurzaam Organiseren Doen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
WAARDEGEDREVEN EN<br />
CONTEXT GERELATEERDE<br />
WIJZEN VAN DUURZAAM<br />
EN MAATSCHAPPELIJK<br />
VERANTWOORD<br />
ONDERNEMEN<br />
Marcel van Marrewijk<br />
Working Paper nr. 8 in de serie ‘<strong>Duurzaam</strong> <strong>Organiseren</strong> ➾ <strong>Doen</strong>!’<br />
Nijmegen School of Management in samenwerking met Kluwer<br />
april 2012<br />
1
Samenvatting<br />
Bedrijfskundig inzicht leert ons dat instrumenten, methoden en concepten gerelateerd zijn aan specifieke<br />
contexten. Daar buiten zijn ze minder of zelfs geheel niet effectief. Dit geldt ook voor <strong>Duurzaam</strong> Ondernemen<br />
(DO) en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Nog altijd bestaat verwarring over de inhoud van<br />
deze begrippen.<br />
In deze bijdrage wordt ten eerste – op basis van een filosofische redenatie – een duidelijk onderscheid<br />
gemaakt tussen DO en MVO. Vervolgens wordt de Cubrix geïntroduceerd, een integraal, driedimensionaal<br />
raamwerk van ontwikkelstadia, ontwikkelpaden en resultaatgebieden. Zodoende kunnen verschillende interpretaties<br />
van zowel DO als MVO worden afgeleid, passend in een context of ontwikkelstadium. Doordat de<br />
definities aansluiten op een integraal bedrijfskundig raamwerk, kunnen alle betrokkenen heldere richtlijnen<br />
afleiden voor DO en MVO en vaststellen wat betrokkenen van elkaar mogen verwachten.<br />
Inhoud<br />
Samenvatting 2<br />
1. Concepten en definities van duurzaam en verantwoord ondernemen 3<br />
Inhoud<br />
2. De filosofische basis van duurzaam ondernemen 5<br />
Inleiding 3. De conclusies voor MVO en DO: twee kanten van een medaille 47<br />
Agenda 4. De fasegewijze 21 en Rio+20 ontwikkeling mens en organisatie: paradigma’s 8<br />
De 5. De uitdagingen fasegewijze van ontwikkeling duurzaamheid mens en organisatie: waardesystemen 9<br />
De 6. De Rio+20-principes Cubrix: integraal als bedrijfskundig ondersteuning raamwerk van transitie 13 11<br />
Mechanismen 7. Duidingen van voor MVO transitie en DO per waardesysteem 14 13<br />
8. Epiloog: Het ambitieniveau laveren tussen ten Droom aanzien en van Daad MVO en DO 16 14<br />
Bronnen Literatuur en referenties 18 16<br />
Over de auteurs 18 17<br />
2
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
1. Concepten en definities van duurzaam en verantwoord<br />
ondernemen<br />
In de praktijk en het academisch debat doen tientallen definities de ronde over een meer humane, ethische,<br />
transparante, inclusieve en duurzame manier van organiseren. Vanuit een waarderend perspectief is de creativiteit<br />
herkenbaar waardoor ‘honderd bloemen bloeien’, maar waarin onvoldoende helder is wat er met<br />
duurzaam ondernemen en maatschappelijk verantwoord ondernemen (DO en MVO) wordt behelst. In deze<br />
bijdrage volgt geen historisch verantwoord overzicht van de verschillende definities, maar wel een analyse van<br />
de criteria waaraan een adequate definitie van MVO en DO moet voldoen. Helderheid is geboden. De definities<br />
moeten aansluiten op een integraal bedrijfskundig raamwerk, zodat alle spelers kunnen afleiden welke<br />
definitie voor hen van betekenis is. Welke richtlijnen gelden er voor DO en MVO en wat mogen betrokkenen<br />
van elkaar verwachten.<br />
Welbeschouwd is ‘duurzaamheid’ aan de orde sinds het begin van onze beschaving. Zeker sinds de oudste<br />
vormen van samenleving door gebrek aan duurzaamheid ten gronde gingen. De voorspellingen van Malthus en,<br />
van meer recente datum, de Club van Rome en het werk van de commissie Brundlandt zijn belangrijke markeringspunten<br />
in het debat en de ontwikkeling van het concept ‘duurzaamheid’. Een onderstroom van ontwrichting<br />
en crises komt voor steeds meer mensen aan de ‘oppervlakte’. In een recent verschenen boek van de<br />
auteur dezes, de Cubrix, is een deprimerend lange lijst van vormen van crises en ontwrichting opgesomd,<br />
onder meer gebaseerd op de studies van Lester Brown (Plan B). Paulien Assink (in: Karel de Vries, 2011) heeft<br />
de vele vormen van crises geduid aan de hand van vier V’s: vervreemding, versplintering, vereenzaming en<br />
vervuiling. Karel de Vries typeert deze oorzaken aan de hand van vier dimensies van menselijk leven, respectievelijk:<br />
spiritueel, mentaal, emotioneel en fysiek. De conclusie is onontkoombaar: onze huidige manieren van<br />
doen behoeven aanpassing. Meer van hetzelfde maakt enkel de huidige problemen groter en ondermijnt de<br />
basis van ons bestaan. Daarover later meer.<br />
In Macbeth beschrijft Shakespeare:<br />
‘Life is a walking shadow.<br />
A poor player that struts and frets his hour upon the stage,<br />
and than he is heard no more.<br />
It is a tale, told by an idiot,<br />
full sound and fury,<br />
signifying nothing.’<br />
Veel zwarter kan het niet. Shakespeare schetst het beeld van de mensheid dat voortstruikelt naar een uitzichtloze<br />
toekomst. Wat wij mensen doen is zonder betekenis. Wat rest is de schaduw, opgeworpen door de<br />
grootsheid van ons verleden.<br />
Zo zwart is het niet! Wij zijn niet alleen het product van onze geschiedenis, maar ook van ons potentieel.<br />
Van ons verleden en onze toekomst! Een discussie over duurzaamheid impliceert begrip van onze wordingsgeschiedenis<br />
en de vermogens die daarin ontstaan. Vele wetenschappers, waaronder Graves en Wilber,<br />
hebben aangetoond dat het proces van evolutie verre van lineair verloopt. Het gaat schoksgewijs als in een<br />
Echternach-processie naar uiteindelijk nieuwe contexten, nieuwe niveaus van complexiteit en inclusiviteit.<br />
3
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Alles wijst erop dat we ons nu in een overgangsperiode bevinden: een tot voor kort vertrouwd niveau of<br />
ontwikkelstadium breekt ons op, maar een nieuwe fase is nog niet breed verankerd in nieuwe instituties en<br />
vormen van gedrag. Ook hierover later meer.<br />
In perioden van schoksgewijze overgangen bestaat er veel weerstand, onvrede en onzekerheid over de toekomst.<br />
Dikwijls grijpen mensen en organisaties terug op gedrag passend bij oude stadia, zoals in de huidige<br />
politiek waarin de PVV de drang naar het provincialisme, het nationalisme en de xenofobie verwoordt. Dit is<br />
geen constructief antwoord op de spanningen die transities oproepen, wel de opmaat naar het ontwikkelen<br />
van nieuwe instituties en nieuwe perspectieven op een wereld waarin afhankelijkheid en samenwerking centraal<br />
staan.<br />
Deze bijdrage verkent de verschillende contexten, of ontwikkelstadia, en de wijze waarop mensen en organisaties<br />
zich staande houden door per context een set waarden te ontwikkelen die hen in staat stelt adequaat te<br />
reageren op veranderde omstandigheden. Mensen en organisaties handelen dientengevolge vanuit verschillende<br />
niveaus van bewustzijn, beschikken over diverse vaardigheden en houden er verschillende ‘wereldvisies’<br />
op na. Kortom: de werkelijkheid wordt niet hetzelfde beleefd, ervaren en waargenomen.<br />
De consequentie van deze zienswijze is dat er geen unieke definities van MVO en DO kunnen bestaan, anders<br />
dan zeer generieke, zeg maar vage en voor meerdere interpretaties vatbare, beschrijvingen. Of het zijn definities<br />
die juist heel concreet zijn, maar alleen slaan op een specifieke context. Vandaar dat er ook zo veel definities<br />
zijn.<br />
Voordat deze stadia worden geïntroduceerd, volgt nu eerst een uitstapje naar de filosofie, en met name naar<br />
de patronen in de evolutionaire ontwikkeling van mens en organisatie.<br />
4
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
2. De filosofische basis van duurzaam ondernemen<br />
Ken Wilber (1949) heeft als filosoof substantieel bijgedragen aan het vakgebied van evolutionaire ontwikkeling.<br />
In Sex, Ecology and Spirituality (SES, 1995, pg 19) concludeert Wilber dat ‘... Evolution proceeds irreversibly in the<br />
direction of increasing differentiation/integration, increasing organization and increasing complexity’.<br />
Groei voltrekt zich fasegewijs en de stadia zijn gerangschikt in een logische en chronologische volgorde. De<br />
evolutionaire ontwikkeling maakt dat een ‘veelheid’ zich ontwikkelt tot een ‘heelheid’ (heaps into wholes) en<br />
losse, gefragmenteerde structuren tot netwerken van wederzijdse afhankelijkheid. Kijk bijvoorbeeld naar de<br />
ontwikkeling van onze hersenen: het oudste deel van onze hersenen heet het reptiele brein. Het limbisch<br />
systeem omvat dit oudste gedeelte en voegt nieuwe kwaliteiten toe. In een volgend stadium kwam de neocortex<br />
tot ontwikkeling en de prefontale cortex. Klaas de Vries merkt in ‘corporate entity’ op dat deze vier lagen<br />
van onze hersenstructuur respectievelijk het vitale veld, het emotionele veld, het mentale veld en het spirituele<br />
veld herbergen.<br />
In de evolutionaire ontwikkeling van bijvoorbeeld onze hersenen zie je een toename van complexiteit en de<br />
mate van integratie, waarbij iedere fase, ieder ontwikkelstadium, de voorgaande fasen omvat en overstijgt. Een<br />
dergelijke reeks noemen we een holarchie.<br />
In Sex, Ecology and Spirituality vat Wilber de evolutieliteratuur samen in twintig evolutiepatronen. De belangrijkste<br />
vatten wen nu samen. De werkelijkheid is niet samengesteld uit dingen of processen. Zij bestaat niet uit<br />
gehelen of delen en is dus niet te reduceren tot wat dan ook. De werkelijkheid is een compositie van ‘geheel/<br />
delen’ of holons. Koestler definieerde een holon als een geheel in de ene context en tegelijk een deel in een<br />
context van een hogere complexiteit. Dit principe gaat op in de fysica (atomen), de biologie (cellen) en de<br />
psychologie (concepten en ideeën) en omvat matter, body, mind and spirit. Atomen, processen... het zijn allemaal<br />
in essentie holons, ook nadat wij ze specifieke kenmerken toedichten en vervolgens classificeren. Hoe lager<br />
het organisatieniveau van een holon, des te fundamenteler de holon is. Een quark is zeer fundamenteel, want<br />
het is onderdeel van alle andere holons. Een cel is meer significant, want het omvat andere, minder complexe<br />
holons. Significantie kun je ook uitdrukken in ‘diepte’. Hoe meer niveaus een holon omvat, hoe dieper of<br />
bewuster het is.<br />
Holons vertonen vier fundamentele vermogens. Zij vormen de drijfveren van de evolutionaire ontwikkeling:<br />
een holon kan zichzelf behouden (agency), zich aanpassen (communion), uiteenvallen (degenereren) en zichzelf<br />
overstijgen (sublimeren). Het eerste vermogen duidt op het Agency-principe: de relatieve autonomie van het<br />
geheel dat uitdrukking geeft aan zijn essentie en potentie. Agency impliceert de kwaliteit zichzelf uit te drukken<br />
en in stand te houden. Complementair aan Agency staat het Communion-principe – het tweede vermogen – de<br />
tendens om open te staan voor de omgeving, verbinding te zoeken en ontvankelijk te zijn voor de impact die<br />
het op de omgeving uitoefent. Communion benadrukt de afhankelijkheid, het onderdeel zijn van iets groters.<br />
Beide vermogens zijn cruciaal. De principes van Agency en Communion representeren de horizontale drijfveren<br />
van evolutionaire ontwikkeling.<br />
5
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Karel de Vries benadrukt de individualisatie van een persoon als een verdichtingsproces. In essentie is<br />
alles energie. Zo is materie een tijdelijke verdichtingsgraad van energie. Materie is ook een uitdrukking<br />
van vorm, aard en werking, en, ingeval van levende materie, van bewustzijn.<br />
Het verdichtingsproces begint bij het spirituele veld, de eerste verbijzondering van het omnipotente<br />
zero point field. Door middel van meditatie kun je contact maken met dit veld. In Happinez (2008, nr. 6)<br />
was een verslag op genomen van dergelijke ervaringen: ‘Ik zie de dingen zoals ze zijn. Ik oordeel niet.<br />
Alles is perfect, compleet en heel, precies zoals het is. Er bestaat niet zoiets als “fout’ en ‘goed”, er is<br />
geen verschil tussen “jou” en “mij”, “verlicht” en “verward”. Alles is wat het is en dat is volmaakt.’<br />
Pas in de volgende verdichtingsfase – het mentale veld – ontstaan namen, betekenissen, verwachtingen<br />
en plannen. In de daaropvolgende fase – de verdichting van het emotionele veld – ontstaan oordelen,<br />
angst, plezier en vreugde. Met de ontwikkeling van het vitale veld ontstaat het fysieke lichaam, waardoor<br />
je de effecten van de andere velden daadwerkelijk ervaart. Met het bewustzijn van het spirituele<br />
veld ontstaat een ‘gave’. Dit ontwikkelt zich in het mentale veld tot een ‘talent’ en in het emotionele<br />
veld tot een ‘passie’. Niet noodzakelijkerwijze, want een gave kan onbenut blijven. Er is een besluit<br />
nodig talent tot ontwikkeling te brengen. Als een idee als wezenlijk wordt ervaren en de mens zich<br />
ermee verbindt, ontstaat er passie. Het mogelijke talent wordt een bewogenheid. Maar ook passie kan<br />
onvervuld blijven. Het vergt namelijk oefening, heel veel oefening, om een vaardigheid te ontwikkelen<br />
die is ingespeeld op je lichaam en je zintuigen. Hiervoor is wilskracht en discipline nodig en bloed,<br />
zweet en tranen. Het leven van je passie biedt ook de grootste bron van vreugde te kunnen doen wat<br />
ten diepste in je zit.<br />
Het proces van verdichting en individualisatie kent als tegenhanger verdunning en eenwording/ participatie.<br />
Beide processen zijn cruciaal in ons wordingsproces en de vermogens die daarin ontstaan. Jezelf<br />
uitdrukken om indrukken op te doen. Jezelf ontdekken en zo je verworven vaardigheden demonstreren.<br />
En daarvoor gewaardeerd worden, of ten minste reactie op ontvangen. Door participatie word je<br />
meer gewaar van je omgeving. Door empathie ontwikkel je compassie, mededogen voor het leven (lijden)<br />
van anderen. Kortom, wat de omgeving van jouw talent vraagt. De verdunning naar het mentale<br />
veld doet je zien welk idee er achter het verlangen ligt. Je wordt een ingewijde en je talent ontwikkelt<br />
zich verder naar de aanwezige behoeftes. Achter het idee bevindt zich de bestaansgrond en beleef je<br />
de impuls van het ontstaan. Via de levensimpuls maak je contact met de toekomst: je gave stelt zich<br />
ten dienste van datgene wat via jou worden wil. De individuele cocreator van een gemeenschappelijke<br />
wereld. Als elk deel zich volledig geeft in interactie met andere delen, kan dat leiden tot een kwaliteit<br />
van het geheel.<br />
Individualisering impliceert vrijheid, maar zonder gelijkheid en broederschap ondergraaft leven op<br />
aarde zijn eigen bestaan en daarmee ook individuele vrijheid: alleen in samenhang en coöperatie kan<br />
het geheel bestaan.<br />
Uit: Karel de Vries, Corporate Entity, 2011<br />
6
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Enige disbalans kan het functioneren van een holon verstoren: een teveel aan Agency leidt tot bijvoorbeeld<br />
vervreemding en de neiging anderen te willen onderdrukken (repressie), terwijl een disbalans naar Communion<br />
kan leiden tot het volledig opgaan in de ander. Een grote balansverstoring van beide horizontale vermogens<br />
kan leiden tot het uiteenvallen in holons van een minder complex niveau. Het derde vermogen is degeneratie,<br />
het zichzelf vernietigen, waardoor er een organisatie op een lager niveau van complexiteit ontstaat.<br />
Als er een balans bestaat tussen Agency en Communion kan een systeem het vermogen ontwikkelen zichzelf te<br />
transformeren, te sublimeren naar een heelheid op een hoger, meer complex niveau. Het creëert nieuwe<br />
vormen van Agency en Communion en duwt de evolutie naar een nieuwe mijlpaal in de ontwikkeling. Holons<br />
kunnen ook uiteenvallen, degenereren, in dezelfde verticale lijn als waarlangs zij zijn opgebouwd. Degeneratie<br />
en sublimatie zijn daarom de verticale drijfveren van de evolutionaire ontwikkeling.<br />
De consequentie van het voorafgaande is: als een holon niet langer functioneert, worden alle holons hogerop<br />
in de reeks vernietigd, of functioneren sub-optimaal. Immers, gehelen zijn volledig afhankelijk van het gezond<br />
functioneren der delen. De kracht en vitaliteit ontstaan en worden gevoed vanuit de basis, van onderop.<br />
Populair gezegd: gras groeit niet als je eraan trekt, maar bemesten, cultiveren en bewateren helpen wel.<br />
3. De conclusies voor MVO en DO: twee kanten van een<br />
medaille<br />
Een filosofisch uitgangspunt in de ontwikkeling van mens en organisatie is het recht te handelen vanuit een<br />
intrinsieke motivatie, opdat de eigenheid en werkzaamheid (toegevoegde waarde) van ieder mens en iedere<br />
organisatie optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. Tegelijkertijd is iedereen verantwoordelijk voor de<br />
impact van zijn handelen op anderen en dient dus ontvankelijk te zijn voor invloeden vanuit de omgeving. Ieder<br />
mens of iedere organisatie is uniek, staat op zichzelf, én maakt deel uit van een groter geheel. Een mens is een<br />
relationeel wezen en een organisatie is per definitie een maatschappelijke actor: zij maakt deel uit van de<br />
maatschappij als geheel.<br />
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) en duurzaam ondernemen (DO) beschrijven beide een<br />
dimensie van de maatschappelijke rol van organisaties. MVO benadrukt de wijze waarop een organisatie haar<br />
verantwoording aflegt jegens derden, terwijl duurzaam ondernemen duidt op de ‘zelfwerkzaamheid’ van organisaties.<br />
Bij MVO staan begrippen zoals transparantie, een open dialoog met stakeholders, accountability<br />
(rekenschap geven) en rapportage centraal, terwijl bij DO het organisatievermogen centraal staat gericht op<br />
het creëren van waarde, zoals produceren en het voortbrengen van diensten. De inzet van mensen, middelen,<br />
techniek en werkwijzen leidt tot waardecreatie, milieuvriendelijker produceren, integrale ketenaanpak en<br />
betrokken medewerkers. Kenmerkend voor zowel MVO als DO is dat er wordt gewerkt met additionele<br />
beoordelingscriteria, naast de financiële kengetallen. Beter bekend als de de drie P’s van people, planet, profit<br />
(triple bottom line).<br />
7
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Het onderscheid tussen DO en MVO kunnen we ook duiden aan de hand van het Global Excellence Model,<br />
een recent ontwikkelde variant van het beter bekende EFQM-model of het Nederlandse INK-managementmodel<br />
(Van Marrewijk, 2011). DO is gerelateerd aan de organisatiegebieden, zoals leiderschap, strategie, personeels-<br />
en procesmanagement. Dit zijn de zogenoemde enablers, metaforisch de ‘knoppen in de organisatie’,<br />
waardoor een organisatie effectief kan werken aan het realiseren van haar doelstellingen. DO sluit aan op het<br />
eigen regelvermogen en kan worden geassocieerd met het ontwikkelingsprincipe Agency, het uitdrukken van<br />
eigenheid.<br />
De overlap tussen DO en MVO is het woord ‘ondernemen’. Beide begrippen zijn handelingsgericht. Het verschil<br />
is dat MVO zich richt op het effect dat een organisatie in de maatschappij teweegbrengt. MVO is een<br />
resultaatgebied, en kan daarom worden gekoppeld aan het tweede ontwikkelingsprincipe: communion, gericht<br />
op participatie en bereid verantwoording te nemen voor de impact van handelen op derden.<br />
Op basis van deze redenatie zijn MVO en DO dus geen synoniemen. Het zijn metaforisch gezien twee kanten<br />
van een medaille.<br />
4. De fasegewijze ontwikkeling mens en organisatie:<br />
paradigma’s<br />
De volgende stap in de verfijning en concretisering van DO en MVO is de introductie van de fasegewijze oriëntatie<br />
en contextualisering. Net zoals een mens een relationeel wezen is, niet op zichzelf staat, maar altijd<br />
onderdeel is van een sociale gemeenschap, zo staan concepten en instrumenten niet los van de werkelijkheid.<br />
Met andere woorden, de bruikbaarheid van een instrument is afhankelijk van de context waarbinnen het<br />
instrument wordt toegepast. Een leidinggevende kan een opdracht geven binnen een hiërarchie, maar in een<br />
zelforganiserend netwerk zou dit ongepast zijn.<br />
Nu volgt een eerste grove fasering van organisatieontwikkeling aan de hand van paradigma’s. Een paradigma is<br />
in de wetenschap een samenhangend stelsel van opvattingen, methoden en vraagstellingen, die een denkkader<br />
vormen waarbinnen de ‘werkelijkheid’ geanalyseerd en beschreven wordt. Meer algemeen vormen paradigma’s<br />
het referentiekader van waaruit de werkelijkheid kan worden begrepen en geïnterpreteerd.<br />
In de Cubrix (Van Marrewijk, 2011) wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende vier paradigma’s:<br />
1. Het autoriteitsparadigma: de wereld draait om het verkrijgen en uitoefenen van macht en de beheersing over<br />
de bestaansmiddelen.<br />
2. Het beheersingsparadigma: stabiliteit, ordening en structuur zijn de kernwoorden in een wereld waarin mensen,<br />
organisaties en maatschappijen de beschikbare middelen zo effi ciënt en voorspelbaar mogelijk aanwenden<br />
om de gestelde doelen te realiseren.<br />
3. Het betrokkenheidsparadigma: de wereld wordt ervaren als een samenhangend geheel waarbij het relationele<br />
perspectief en het sociaal constructionisme kenmerkend zijn. Onderlinge verbinding, afstemming (consensus)<br />
en instemming (consent) van alle belanghebbenden staan centraal.<br />
4. Het symbiotisch paradigma: mensen ervaren zich als onderdeel van een Geheel. Volledige inclusiviteit en<br />
een duurzaamheidsbewustzijn zijn kenmerkend, waardoor mensen, organisaties en maatschappijen zichzelf<br />
tekortdoen als zij zouden handelen met een negatieve impact op derden.<br />
8
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Elk paradigma creëert een culturele conditionering die weliswaar gelijkwaardig aan elkaar zijn, maar – belangrijker<br />
– elkaar ook opvolgen en bij elkaar aansluiten als in een evolutionair proces, waarbij de meer complexe<br />
ontwikkelfasen de voorafgaande niveaus omvatten en overstijgen.<br />
Gezien ons tijdsgewricht is er veel aandacht voor de transitie van beheersing naar betrokkenheid. In de procesoriëntatie<br />
van het beheersingsparadigma worden medewerkers human resources genoemd en als zodanig<br />
behandeld. In het betrokkenheidsparadigma ontstaat aandacht voor individuele professionalisering en talentontwikkeling.<br />
De humanisering van organisaties impliceert dat er eerst meer ruimte moet ontstaan, door juist<br />
minder te willen beheersen. Hierdoor kan de relatie meer betekenisvol worden, zal er betrokkenheid ontstaan,<br />
raken medewerkers intrinsiek gemotiveerd en zullen zij met meer toewijding hun werk uitvoeren.<br />
Het nadeel van deze transitie is dat het nieuwe paradigma kwetsbaarder en vooral complexer is dan de voorgaande<br />
paradigma’s. Echter, vasthouden aan beheersing in een context waarin minder te beheersen valt, is niet<br />
effectief. De mensen in organisaties zullen eraan moeten geloven beter te leren omgaan met complexiteit.<br />
Het niet alleen erkennen, maar zich ook bekwamen in het omgaan met complexiteit.<br />
5. De fasegewijze ontwikkeling mens en organisatie:<br />
waardesystemen<br />
Voor een beter begrip van organisaties is het van belang een zekere gelaagdheid of fasegewijze ontwikkeling te<br />
veronderstellen, zodat we een integraal inzicht kunnen verkrijgen van de complexiteit en dynamiek van mens<br />
en organisaties.<br />
Spiral Dynamics beschrijft een evolutionair ontwikkelingsmodel dat gebaseerd en geïnspireerd is op het onderzoek<br />
van professor dr. Clare W. Graves naar waarden, waardesystemen en bestaanscontexten. Aanvankelijk<br />
wilde Graves zijn vriend en collega Maslow ondersteunen door diens claim van de behoeftepiramiden empirisch<br />
te onderbouwen, maar weldra ervoer Graves dat het wat ingewikkelder in elkaar zat dan Maslow veronderstelde.<br />
Uiteindelijk kon Graves concluderen dat de mensheid acht verschillende bestaansniveaus, of<br />
ontwikkelstadia, en daaraan gekoppelde waardesystemen heeft ontwikkeld. Een waardesysteem representeert<br />
een ‘wereldbeeld’ en omvat een groep verwante waarden en overtuigingen en daaraan gerelateerd gedrag en<br />
kan aangetroffen worden in mensen:<br />
‘What I am proposing is that the psychology of the mature human being is an unfolding, emergent, oscillating, spiralling<br />
process, marked by progressive subordination of older, lower-order behavior systems to newer, higher-order systems as<br />
man’s existential problems change.’<br />
Het evolutieproces is een niet-lineair, spiraalsgewijs ontwikkelingsproces, waarbij periodiek chaotische perioden<br />
voorwaardenscheppend zijn voor het ontstaan van ingrijpende veranderingen. Ieder volgend stadium biedt<br />
een adequaat antwoord op de problemen die in een vorige ontwikkelfase zijn ontstaan. Graves komt dan ook<br />
op dezelfde conclusie uit als Einstein, als deze stelt: ‘De wereld zal zich niet verder ontwikkelen als we dezelfde<br />
denkwijzen blijven gebruiken die tot de huidige situatie hebben geleid.’<br />
9
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
In figuur 1 zijn de vier paradigma’s en zeven waardesystemen afgebeeld (Van Marrewijk, 2011):<br />
Maatschappijgeoriënteerd<br />
Inclusiviteit<br />
complexiteit<br />
Machtsoriëntatie /<br />
Sociale veiligheid<br />
Shareholder/<br />
Resource<br />
oriëntatie<br />
Stakeholderoriëntatie<br />
Betrokkenheidsparadigma<br />
Symbiotisch<br />
paradigma<br />
Beheersingsparadigma<br />
Autoriteitsparadigma<br />
Ontwikkeling<br />
vrijheidsgraden<br />
Figuur 1. Fasegewijze ontwikkeling (Van Marrewijk, 2011)<br />
Relatief stabiele perioden worden afgewisseld met perioden van chaos en transitie. Evolutie is geen lineair<br />
proces. Ontwikkeling verloopt schoksgewijs en in twee richtingen: opbloeien tot meer inclusieve systemen en<br />
degeneratief, terug naar minder complexe bestaansniveaus. Let op: de waardesystemen rechtsboven in figuur 1<br />
zijn niet ‘beter’, wel complexer. Het meest geschikte waardesysteem kan enkel worden vastgesteld als de complexiteit<br />
van de omgeving bekend is. Het gaat om de fit!<br />
Een waardesysteem helpt mensen een adequaat antwoord te vinden op uitdagingen die de omgeving stelt.<br />
Het creëren en adopteren van waarden is een overlevingsstrategie of een vorm van coping behaviour om je in<br />
specifieke omgevingen te kunnen handhaven. Een transformatie naar een volgend of zelfs nieuw waardesysteem<br />
ontstaat alleen als nieuwe, meer complexe uitdagingen het besef doen groeien – een sense of urgency –<br />
dat vertrouwde waarden en gedragspatronen geen adequaat antwoord meer geven; dat hun wereldbeeld<br />
barsten begint te vertonen; dat nieuwe verhalen inspireren; dat pioniers eindelijk gehoord worden en ingeschakeld<br />
worden om de weg te leiden naar een nieuwe benadering, een nieuwe aanpak. Toch sluiten de direct<br />
betrokkenen pas echt aan als zij de overtuiging hebben dat handhaving leidt tot de ondergang, vergetelheid of<br />
faillissement. Bovendien zullen mensen het vermogen moeten hebben op persoonlijk niveau te kunnen schakelen<br />
naar een meer ontwikkeld denkvermogen en daaraan gerelateerd gedragspatroon.<br />
Als een kritieke groep deze ontwikkelstap heeft gemaakt, ontstaat er een betekenisvolle context, waarbinnen<br />
een specifiek waardesysteem kan gedijen en waar een bepaalde wijze van gedrag en een bepaalde wijze van<br />
cultuur kunnen ontstaan, als uitdrukking van hun dominante waardesysteem.<br />
10
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
In tabel 1 worden de bestaansniveaus kort geschetst:<br />
Kleurcode Duiding Wijze van denken<br />
(mind capacity)<br />
Ervaring ten aanzien van de<br />
levensomstandigheden (life conditions)<br />
Beige Overleving Instinctief, dierlijk De wereld is een staat der natuur<br />
Paars Veiligheid Animistisch, tribaal De wereld is beangstigend en mysterieus<br />
Rood Energie & macht Egocentrisch, slim Het leven is een struggle for life<br />
Blauw Orde Lineair, absoluut De wereld wordt beheerst door een hogere orde<br />
Oranje Succes Meervoudig, berekenend De aarde is ons wingewest<br />
Groen Gemeenschap Sociocentrisch, verbindend De wereld is de woonplaats van de gehele mensheid<br />
Geel Synergie Systemisch, existentieel De wereld als systeem desintegreert<br />
Turkoois Holistisch leefsysteem Holistisch De aarde is een levend organisme<br />
Tabel 1. Mind capacities en life conditions<br />
De kleuren zijn ooit associatief bedacht door Chris Cowan, coauteur van Spiral Dynamics. Ondanks de kleuren<br />
van De Caluwé en De Bono, die jammer genoeg afwijken van de duiding van Spiral Dynamics, herkennen<br />
steeds meer mensen de verschillende waardesystemen als enkel de kleuren worden geduid. Zie tabel 2.<br />
Anderen werken liever met de labels – zoals orde en succes – als kernachtige duidingen van de systemen.<br />
Ieder waardesysteem is ontstaan uit de interactie tussen levensomstandigheden (life conditions) en wijze van<br />
denken (mind capacity). In de minder complexe bestaansniveaus – beige tot en met groen – is de invloed van de<br />
levensomstandigheden zo groot dat we kunnen spreken van omgevingsdeterminisme (structualisme). In meer<br />
complexe systemen is het sociaalconstructionisme dominant. In de eerste groep spelen diverse vormen van<br />
angst een grote rol, zonder urgentie geen beweging, terwijl in de meer complexe systemen de rol van het<br />
menselijk verlangen en verbeeldingskracht aan invloed wint.<br />
Een waardesysteem omvat een cluster aan waarden, gedachten, motieven en overtuigingen waarmee de mens,<br />
organisaties en samenlevingen zich een beeld vormen van de werkelijkheid. How does the mind process reality<br />
Hoe neem je de werkelijkheid waar en wat maakt dat je je adequaat tot die werkelijkheid kunt verhouden De<br />
consequentie hiervan is dat we de dingen niet zien zoals ze zijn: we zien de dingen zoals wij zijn.<br />
Waardesystemen bepalen hoe mensen denken en niet wat ze denken. Het is daardoor mogelijk dat twee personen<br />
met een totaal tegengestelde mening toch denken volgens hetzelfde waardesysteem. Hun verschil in<br />
opvatting is dan alleen inhoudelijk van aard, maar de manier van denken is hetzelfde. Op dezelfde manier kan<br />
het voorkomen dat twee personen eenzelfde actie voorstaan vanuit twee totaal verschillende achterliggende<br />
waardesystemen. Het kan dan lijken alsof ze het met elkaar eens zijn terwijl ze het over de dieperliggende<br />
intenties en drijfveren niet eens zijn. Je kunt dus niet het dominante waardesysteem binnen een individu, organisatie<br />
of samenleving ontdekken door alleen maar naar gedrag te kijken. Wat iemand doet zegt namelijk niet<br />
noodzakelijkerwijs iets over waarom iemand iets doet. Alleen door te achterhalen waarom iemand iets doet,<br />
kunnen we het dominante waardesysteem in de persoon, organisatie of samenleving ontdekken. De intenties<br />
en drijfveren achter getoond gedrag zijn dus zeer belangrijk om te achterhalen volgens welk waardesysteem<br />
iemand denkt.<br />
11
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Duiding Kenmerkende waarden Neiging Leerstijl<br />
Veiligheid<br />
Hechten, geborgenheid, ver-<br />
Verandering zo lang mogelijk<br />
Rituelen in stand houden, deze<br />
(paars)<br />
trouwen, tradities, rituelen,<br />
ontkennen en vasthouden aan<br />
representeren de relevante<br />
symbolen, kamaraadschap,<br />
oude gebruiken en bestaande<br />
kennis<br />
wederkerigheid<br />
patronen<br />
Energie &<br />
Heersen, veroveren, verleiden,<br />
Plek veroveren en verdedigen;<br />
Kopieergedrag, imitatie, doen<br />
macht<br />
exploiteren, wilskracht, strijd-<br />
snel en impulsief handelen; doel<br />
zoals de rolmodellen doen; met<br />
(rood)<br />
vaardig, stoutmoedig, meedo-<br />
heiligt de middelen<br />
wilskracht en doorzettingsver-<br />
genloos<br />
mogen<br />
Orde<br />
Beheersen, doelgericht,<br />
Regels en afspraken borgen sta-<br />
Reproduceren, voldoen aan<br />
(blauw)<br />
gehoorzaamheid, rechtvaardig-<br />
biliteit en beheersbaarheid;<br />
normen, certifi catie; planmatig<br />
heid, deskundigheid, plicht, dis-<br />
geloof (in de voorschriften van<br />
werken<br />
cipline, perfectie, geloven,<br />
de hogere autoriteit)<br />
normen<br />
Succes<br />
Presteren, ondernemerschap,<br />
Onbegrensde mogelijkheden<br />
Investeren in eigen mogelijkhe-<br />
(oranje)<br />
effectiviteit, competitie, verbe-<br />
voor vooruitgang en materieel<br />
den. Prikkelen en uitdagen. Pro-<br />
teren, prestige, imago, winstge-<br />
gewin. Presteren, met name<br />
blem solving. Benchmarken<br />
dreven<br />
door gericht zoekgedrag naar<br />
de beste oplossingen<br />
Gemeenschap<br />
Beheren, zorg, empathie, mede-<br />
Verbinding, inclusiviteit, coma-<br />
Persoonlijke en professionele<br />
(groen)<br />
dogen, harmonie, vriendelijk-<br />
kership, stakeholderengage-<br />
ontwikkeling; lerende organisa-<br />
heid, draagvlak, consensus,<br />
ment; bouwen aan vertrouwen;<br />
ties door afstemming op<br />
dialoog, solidariteit en gelijkheid<br />
relativistisch; confl ict mijdend,<br />
gemeenschappelijk ambities<br />
waarderend onderzoeken (AI)<br />
Synergie<br />
Inzicht, visie, duurzaam, authen-<br />
Zelforganisatie; constante<br />
Leren en innoveren is de kern-<br />
(geel)<br />
tiek, doorbraak, verantwoorde-<br />
afstemming van persoonlijke<br />
activiteit; geen probleem met<br />
lijkheid, subsidiariteit<br />
drijfveren en collectieve ambi-<br />
paradoxen en out-of-the-box<br />
ties<br />
denken<br />
Holistisch<br />
Eenheidsbeleving, wijsheid,<br />
Leven vanuit de stilte en in<br />
Binnenwereld en buitenwereld<br />
leefsysteem<br />
inspiratie, altruïsme, coheren-<br />
verbondenheid met het geheel.<br />
worden voortdurend afgestemd<br />
(turkooise)<br />
tie, integratie, fl ow<br />
Focus op duurzame waardecre-<br />
waardoor bewustzijn en aarding<br />
atie vanuit onvoorwaardelijkheid<br />
worden verdiept c.q. versterkt<br />
Tabel 2. Waardesystemen<br />
Elk waardesysteem kent een reeks positieve en negatieve manifestaties, gezonde en ongezonde elementen.<br />
Een waardesysteem kan ondersteunen en afremmen, vitaliseren en frustreren. Ieder waardesysteem heeft de<br />
potentie specifieke kwaliteiten te genereren, en creëert – door zijn tekortkomingen – zelf de aanleiding voor<br />
de ontwikkeling van een volgend waardesysteem.<br />
Er is geen enkel waardesysteem inherent beter of minder dan de andere. Het gaat om geschiktheid, de ideale<br />
fit, de meest logische combinatie tussen omstandigheden en vermogens. Meer complexe waardesystemen<br />
omvatten en overstijgen de voorgaande systemen. Complexe systemen hebben meer vrijheidsgraden nodig om<br />
complexe levensomstandigheden het hoofd te bieden. Dit maakt ze kwetsbaar. Het heeft geen zin een hoger<br />
waardesysteem te kiezen als een eenvoudige respons vanuit een meer basaal systeem volstaat. Het zou nodeloos<br />
verspillen van middelen en moeite zijn.<br />
12
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Ieder nieuw waardesysteem ontstaat als reactie op nieuwe, steeds complexere uitdagingen waarop individuen<br />
en uiteindelijk de mensheid een effectief antwoord dienen te vinden. Zodoende ontstaat een betekenisvolle<br />
context, waarbinnen een specifiek waardesysteem kan gedijen en waar een bepaalde wijze van gedrag en<br />
cultuur kan ontstaan. Graves onderzocht als psycholoog enkel volwassen individuen. Zijn opvolgers, Beck en<br />
Cowan, lieten al zien dat waardesystemen ook van toepassing zijn op groepen en daarmee ook op organisaties<br />
en samenlevingen.<br />
6. De Cubrix: integraal bedrijfskundig raamwerk<br />
In het boek Cubrix, zicht op organisatieontwikkeling en performanceverbetering ontwikkelde Van Marrewijk een<br />
integraal, driedimensionaal bedrijfskundig raamwerk van ontwikkelstadia, ontwikkelpaden en resultaatgebieden.<br />
De Cubrix<br />
Figuur 2. De Cubrix (Van Marrewijk, 2011)<br />
Figuur 2 toont een kubusvorming raamwerk – de Cubrix – opgebouwd uit zeven ontwikkelstadia en zeven<br />
ontwikkelpaden en in dit geval vier voorbeelden van belanghebbenden. In het Engels geformuleerd: multi-level,<br />
multi-discipline en multi- stakeholders.<br />
13
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Uit de structuur van Cubrix heeft Van Marrewijk diverse bedrijfskundige toepassingen afgeleid, zoals vier<br />
veranderstrategieën (vitaliseren, optimaliseren, heroriënteren en transformeren), zeven organisatietypen en<br />
vier organisatievormen voor projectmanagement. Tabel 3 geeft een beknopt overzicht van de ideaal typische<br />
organisatievormen per waardesysteem.<br />
Organisatietype Focus Cultuur Structuur<br />
Clanorganisatie<br />
(paars)<br />
Machtsorganisatie<br />
(rood)<br />
Bureaucratische organisatie<br />
(blauw)<br />
Wederkerigheid Familie/stamcultuur Kring<br />
Dominantie Machtscultuur Hiërarchie<br />
Doelgericht Bureaucratische cultuur Verticale organisatie;<br />
machinebureaucratie<br />
Effectieve organisatie<br />
Marktgericht en winst-<br />
Prestatiecultuur<br />
Businessunits; matrix<br />
(oranje)<br />
gedreven<br />
structuur<br />
Professionele organisatie<br />
(groen)<br />
Netwerkorganisatie<br />
(geel)<br />
Fluïde organisatie<br />
(turkooise)<br />
Mens/stakeholdergericht Zorgcultuur Platte organisatie;<br />
‘omgekeerde hark’<br />
Synergie en doorbraken Open cultuur Netwerk/vlechtwerk<br />
Holistisch, organisch <strong>Duurzaam</strong>heidscultuur Ecosysteem<br />
Tabel 3. Organisatietypen, cultuurtypen en structuurtypen<br />
In de Cubrix zijn de organisatievormen beschreven aan de hand van vijftien facetten, waaronder de onderstaande<br />
typering van MVO en DO.<br />
7. Duidingen van MVO en DO per waardesysteem<br />
Het bewustzijn van mens en organisatie in de meest basale waardesystemen – beige, paars en rood – is niet<br />
voldoende ontwikkeld om serieus met duurzaam ondernemen bezig te gaan. Daar staat tegenover dat juist in<br />
het paarse waardesysteem mensen zeer respectvol omgaan met de natuur, omdat zij zichzelf als onderdeel<br />
ervaren van die natuur. Inheemse culturen over de gehele wereld zien de natuur namelijk als een levend pulserend<br />
energieveld, een vermogen dat zij verliezen zodra alfabetisering intreedt.<br />
Clanorganisaties, de organisatievorm van het paarse waardesysteem, denken niet of nauwelijks inclusief en<br />
voelen zich niet aangesproken om verantwoording af te leggen aan derden, aan personen of instellingen buiten<br />
de clan.<br />
Voor de daaropvolgende vier waardesystemen wordt telkens een passende beschrijving geformuleerd hoe<br />
vanuit het betreffende waardesysteem over DO en MVO wordt gedacht.<br />
Nu is helder wat MVO en DO is en hoe we deze termen in de verschillende contexten kunnen duiden. Wat is<br />
nu de volgende stap<br />
14
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
<strong>Duurzaam</strong> Ondernemen<br />
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen<br />
Bureaucratische organisatie: maatschappelijk aanvaardbaar<br />
In de bureaucratische organisatie wordt duurzaam<br />
ondernemen geïnterpreteerd als het voortdurend<br />
bijdragen aan de maatschappelijke welvaart, daarbij<br />
opererend binnen de regels die de autoriteiten hebben<br />
gesteld. Daarnaast kunnen organisaties zich uit morele<br />
overwegingen geroepen voelen te handelen vanuit het<br />
rentmeesterschap of liefdadigheid. Dergelijk gedrag<br />
– duurzaam ondernemen passend in het blauwe waardesysteem<br />
– wordt beschouwd als een plicht of als het<br />
invullen van goed burgerschap<br />
De basishouding ten aanzien van verantwoording is<br />
trust me. De organisatie bepaalt zelf welke informatie zij<br />
beschikbaar stelt en aan wie, met een air dat belangstellenden<br />
dankbaar mogen zijn voor de bereidwilligheid<br />
inzicht te verschaffen<br />
Wettelijke toezichtkaders en instanties, zoals de inspectie,<br />
de Belastingdienst en Kamers van Koophandel, waar<br />
de verslagen worden gedeponeerd, krijgen vanzelfsprekend<br />
alle benodigde medewerking<br />
Effectieve organisatie: winstgedreven<br />
In de ondernemende organisatie impliceert duurzaam<br />
ondernemen de introductie van sociale, ethische en ecologische<br />
beoordelingscriteria in de bedrijfsvoering, mits<br />
deze uiteindelijk bijdragen tot betere fi nanciële resultaten.<br />
<strong>Duurzaam</strong> ondernemen wordt geaccepteerd en<br />
toegepast als dit aantoonbaar verbeteringen oplevert op<br />
het gebied van reputatie, arbeidsproductiviteit, consumententrouw,<br />
beurswaarde, besparingen, enzovoort.<br />
Kortom, als er een duidelijke businesscase onder ligt!<br />
Onder het motto Tell me wordt in het oranje waardesysteem<br />
organisaties gevraagd hun prestaties publiekelijk te<br />
verantwoorden. Schoorvoetend gaan de eerste ondernemers<br />
overstag, zeker als deze bereidwilligheid hun status<br />
en betrouwbaarheid groter maakt. Het nadeel is dat weldra<br />
greenwashing en andere goedkope communicatietechnieken<br />
worden ingezet om stakeholders te doen geloven<br />
dat de organisatie het zo goed met de wereld voor heeft<br />
Professionele organisatie: maatschappelijk betrokken<br />
In de context van de professionele organisatie impliceert<br />
duurzaam ondernemen het balanceren tussen de economische,<br />
ecologische en sociale belangen, daarbij voorbijgaand<br />
aan de minimale wettelijke verplichtingen en<br />
fi nanciële overwegingen. <strong>Duurzaam</strong> ondernemen wordt<br />
nadrukkelijk geïnspireerd vanuit menselijke waarden,<br />
sociale verantwoordelijkheid en betrokkenheid bij de<br />
natuurlijke omgeving<br />
De gemeenschap van professionals is zich bewust van de<br />
impact van de organisatie op de samenleving en wenst<br />
hiervoor verantwoording te dragen. Na het trust me en<br />
tell me is show me een passende quote. De professionele<br />
organisatie wil echt accountable zijn, rekenschap geven<br />
en aangesproken kunnen worden op haar impact op de<br />
samenleving en het milieu. Dit kan alleen als zij ook de<br />
dialoog aangaat met belanghebbenden of anders met haar<br />
representanten, organisaties zoals stichtingen en NGO’s<br />
die opkomen voor specifi eke maatschappelijke belangen.<br />
Zonder hun instemming zou een organisatie niet mogen<br />
functioneren<br />
Net(vlecht)werkorganisatie: together win<br />
<strong>Duurzaam</strong> ondernemen in netwerkorganisaties staat<br />
voor de zoektocht naar goed gebalanceerde, functionele<br />
oplossingen die economische, sociale en ecologische<br />
waarde opleveren, zowel bij het eigen bedrijf als bij de<br />
belanghebbenden (together win). <strong>Duurzaam</strong> ondernemen<br />
wordt nagestreefd vanuit de overtuiging dat duurzaamheid<br />
nastrevenswaardig is en wordt beschouwd als de<br />
vanzelfsprekende weg naar progressie. Het duurzaam<br />
denken en handelen is geïntegreerd in alle aspecten van<br />
de bedrijfsvoering<br />
De dialoog met de maatschappij, zelfs voorbij alle belanghebbenden,<br />
vormt een belangrijke bron van kennis en<br />
ervaring, die weer een impuls is voor het duurzaam handelen<br />
in de organisatie<br />
15
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
8. Het ambitieniveau ten aanzien van MVO en DO<br />
De afgelopen eeuw kende een exponentiële versnelling van trends en ontwikkelingen die gepaard ging met de<br />
kortetermijnperformancedrang van het dominante beheersingsparadigma. Dit heeft ontwrichtend gewerkt,<br />
gezien de vele crises die onze levensomstandigheden thans bedreigen. De kortetermijnoriëntatie en behoefte<br />
aan simpliciteit is inherent aan dit paradigma. De waan van de dag en vertrouwde gewoonten houden veel<br />
mensen gevangen in een wijze van werken die niet adequaat aansluit bij de werkelijkheid waar de problemen<br />
zich voordoen. De urgentie wordt niet gezien, ontkend of genegeerd, waardoor zij nalaten uitdagingen constructief<br />
op te pakken. Met het risico dat de wal het schip keert.<br />
Meer focus op controle, nog meer wetgeving en handhaving, heeft slechts een beperkt tot averechts effect.<br />
Door bestaande veronderstellingen los te laten en nieuwe denk- en handelwijzen te ontwikkelen kan een transformatie<br />
plaatsvinden naar een volgend stadium. De schijnbare tegenstellingen die in de ons bekende wereld<br />
onoplosbaar leken en die de problemen deden ontstaan, worden in een volgend ontwikkelniveau overbrugd.<br />
Hoe komt deze beweging op gang Wie neemt daarbij het voortouw Iedereen, naar zijn of haar vermogen!<br />
‘Never doubt that a small group of thoughtful, committed citizens can change the world. Indeed,<br />
it’s the only thing that ever has.’<br />
Margaret Mead, de antropologe van wie dit citaat afkomstig is, geloofde sterk in de kracht van de eenling.<br />
Volgens Winsemius (Trouw, 9-3-2010) kent iedere burger wel vijf rollen van waaruit hij invloed kan uitoefenen<br />
op overheid en bedrijfsleven:<br />
– Als kiezer: naast het uiten van politieke voorkeuren spelen steeds vaker buitenparlementaire acties een grote<br />
rol. In korte tijd weten belangenorganisaties via sociale media miljoenen burgers wereldwijd te mobiliseren,<br />
waardoor zij steeds meer gehoor vinden bij beslissers. Let bijvoorbeeld op www.avaaz.org: een inspirerend<br />
en effectief voorbeeld.<br />
– Als consument: met het al of niet kopen van bepaalde producten geef je uiting aan je voorkeuren, maar met<br />
name gecoördineerde consumentenacties kunnen desastreus uitwerken als bedrijven onvoldoende reageren<br />
op klachten en misstanden.<br />
– Als aandeelhouder: activistische aandeelhouders en ondernemingsraden kunnen de leiding van bedrijven overtuigen<br />
een meer duurzame richting te kiezen.<br />
– Als werknemer: in tijden van een krappe arbeidsmarkt kunnen medewerkers met hun keuze waar en voor wie<br />
zij willen werken het beleid van organisaties beslissend beïnvloeden.<br />
– Als buurman: bedrijven erkennen hun buurtgenoten en omstanders als relevante stakeholders met wie zij<br />
steeds vaker in dialoog gaan.<br />
Nog krachtiger dan de eenling is een sociaal netwerk met een gemeenschappelijk belang en concreet doel,<br />
zoals het bovengenoemde Avaaz, dat in korte tijd miljoenen mensen online kan mobiliseren om sociaal<br />
onrecht aan de orde te stellen en politici onder druk te zetten zich hard te maken voor duurzame oplossingen.<br />
16
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Organisaties hebben een nog grotere potentie dan individuen en sociale netwerken, mits organisaties zich<br />
vormen naar en handelen vanuit het bewustzijn dat correspondeert met de ware complexiteit van de omgeving<br />
en inclusiviteit van alle belanghebbenden, alsmede de ontwikkelingen ‘in de onderstroom’. Als organisaties<br />
en de stakeholders van die organisaties zich meer afstemmen op duurzaamheid en sociale rechtvaardigheid,<br />
zal een nieuw type economie ontstaan waarin wel wordt zorggedragen voor al die zaken die nu ontwrichtend<br />
beginnen te werken.<br />
De focus in deze bijdrage zijn de invloed en de rol van (overheids- en bedrijfs)organisaties in hun maatschappelijke<br />
context. Een organisatie mag primair gericht zijn op het voortbrengen van beleid, producten of diensten,<br />
maar de wijze waarop een organisatie dat doet beïnvloedt direct of indirect allerlei maatschappelijke vraagstukken.<br />
Door economische activiteiten uit te voeren ontstaan allerlei welvaartseffecten, maar organisaties<br />
beïnvloeden ook allerlei sociale, ecologische, psychische en technologische aspecten. Vanuit welbegrepen<br />
eigenbelang mogen organisaties dat niet negeren, en via wet- en regelgeving worden zij hier dagelijks op gewezen.<br />
Het zou nog beter zijn als organisaties nadrukkelijk rekenschap willen afleggen over en verantwoording<br />
willen dragen voor hun invloed. Door hun bedrijfsvoering en werkwijze duurzaam in te richten kunnen zij een<br />
negatief effect verminderen, zelfs voorkomen of juist positief beïnvloeden.<br />
(Bedrijfs)organisaties en individuele professionals zullen hun performance substantieel moeten verbeteren.<br />
Het goede nieuws is: er is ruimte zat voor verbetering! Herman Wijffels stelt namelijk dat wij in Nederland<br />
slechts 50% van onze mogelijkheden benutten! Gezien de huidige inzichten en best practices presteren wij<br />
gezamenlijk zwaar onder de maat. Dit is in andere landen niet veel beter, maar wij kunnen, gezien de lange lijst<br />
van uitdagingen, het ons maatschappelijk en financieel-economisch niet veel langer veroorloven.<br />
Jammer genoeg is met name onder bestuurders het beheersingsparadigma nog altijd dominant. Zij leggen<br />
organisaties een bureaucratisch regime op. Geconstateerde afwijkingen en nieuwe ambities worden in additionele<br />
regels, wetten en procedures aan uitvoerend personeel opgelegd. De regeldichtheid veroorzaakt enorme<br />
handhavings- en uitvoeringskosten, en ondermijnt de creativiteit en betrokkenheid van professionals. Hun<br />
prestaties laten zich raden.<br />
De potentie die Wijffels ziet gloren is gelegen in het opkomende en steeds krachtiger wordende betrokkenheidsparadigma.<br />
Vanuit deze beschouwingswijze kunnen de oplossingsrichtingen ontwikkeld worden voor de<br />
problemen van vandaag.<br />
De uitdagingen zijn groot maar onze potentie is ook groot! De transitie naar een meer duurzame en sociaal<br />
rechtvaardige wereld, is ingezet: wie maakt het mee<br />
17
Waardegedreven en context gerelateerde wijzen van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen<br />
Literatuur<br />
Beck, Don & Chris Cowan (1996), Spiral Dynamics, Mastering Values, Leadership and Change, Blackwell Publishers.<br />
Hardjono, Teun W. (1995), Ritmiek en Organisatiedynamiek: Vierfasenmodel, Kluwer.<br />
Marrewijk, Marcel van (2011), Cubrix, zicht op organisatieontwikkeling en performanceverbetering. www.cubrix.nl.<br />
Vries, Karel de (2011), Corporate Entity – Over het wezenlijke in werken en ondernemen, Uitgeverij Ten Have.<br />
Wilber, Ken (1995, 2000), Sex, Ecology and Spirituality. Shambhala, second edition.<br />
Over de auteur<br />
Marcel van Marrewijk is oprichter en directeur van Research to Improve BV. Dit onderzoeksinstituut biedt<br />
modern, context gerelateerd onderzoek aan, afgestemd op en ten dienste van de leer- en verbeterprocessen<br />
van mens en organisatie. Sinds zijn betrokkenheid bij een internationaal onderzoek naar maatschappelijk<br />
verantwoord ondernemen voor de Europese Commissie in 2001 ontwikkelt Van Marrewijk een visie op de<br />
fasegewijze ontwikkeling van mens, maatschappij en organisatie. De meer traditionele, op macht- en beheersinggerichte<br />
werkwijzen, maken langzaamaan plaats, en ondersteunen een nieuwe manier van werken, waarin<br />
de relaties tussen betrokkenen centraal staan. Niet langer staan problemen en afwijkingen centraal, maar<br />
worden mensen aangesproken op hun kracht en potentie. Zijn kennis en ervaring zijn beschreven in de Cubrix,<br />
zicht op organisatieontwikkeling en performanceverbetering.<br />
Van Marrewijk is betrokken bij het AI-100 actieleerproject over strength based change. Daarnaast is hij<br />
bestuurslid van Stichting Koploperz, actief met koplopers in de zorg en redactielid van SLOW Management.<br />
Voorheen was hij vijf jaar verantwoordelijk voor Great Place to Work Institute Nederland en was hij werkzaam<br />
als kwaliteitskundige bij KDI/Schouten & Nelissen, programmamaker bij Rotterdam School of Management en<br />
plv. hoofd en congresorganisator bij Erasmus Forum.<br />
Hij studeerde in 1988 af als econoom, eveneens aan de Erasmus Universiteit.<br />
18