Richtlijn: Colorectale levermetastasen (1.0) - NVGIC
Richtlijn: Colorectale levermetastasen (1.0) - NVGIC
Richtlijn: Colorectale levermetastasen (1.0) - NVGIC
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Algemeen<br />
Literatuurbespreking:<br />
Inleiding<br />
In Nederland zijn metastasen de meest voorkomende kwaadaardige tumoren in de lever. De belangrijkste<br />
(qua prevalentie en therapeutische consequenties) daarvan zijn metastasen van het colorectale carcinoom.<br />
Colorectaal carcinoom is een frequent voorkomende tumor en op één na de belangrijkste<br />
kankergerelateerde doodsoorzaak in Nederland met een incidentie en mortaliteit van respectievelijk 9900<br />
en 4400 in 2003. 1<br />
Circa 50 tot 60% van patiënten met colorectale tumoren ontwikkelt uiteindelijk <strong>levermetastasen</strong>. Bij deze<br />
patiënten is een in opzet curatieve resectie van de metastasen de behandeling van keuze met een 5-jaars<br />
overleving van 30 tot 40%. 2 3 4 5 Als gevolg van locale irresectabiliteit (omvang, lokalisatie of aantal<br />
metastasen, ingroei in grote vaten), extrahepatische uitbreiding of door aanwezige co-morbiditeit komt<br />
echter slechts 20% van de patiënten in aanmerking voor een in opzet curatieve resectie. 2 3 4 5<br />
Als een curatieve resectie niet mogelijk is, kan voor andere behandelingsstrategieën worden gekozen,<br />
waaronder locale ablatie, geïsoleerde leverperfusie, chemotherapie of een combinatie van behandelingen.<br />
De meest gebruikte ablatieve technieken zijn gebaseerd op thermo-ablatie, hetzij door te bevriezen<br />
(cryo-ablatie), hetzij door te verhitten (radiofrequentie ablatie of laser ablatie). De meeste centra gebruiken<br />
momenteel radiofrequentie ablatie (RFA) als lokaal ablatieve therapie. 6 7 8 9 Bij geïsoleerde leverperfusie<br />
wordt de lever selectief met een hoge dosering chemotherapeuticum doorspoeld.<br />
10 11 12 13<br />
Chemotherapie (systemisch of regionaal) wordt overwegend toegepast als palliatieve behandeling<br />
14 15 16 17 18 19 20<br />
en in mindere mate als adjuvante of neoadjuvante therapie in combinatie met ablatie of<br />
chirurgie.<br />
Als resectie niet mogelijk is omdat het resterende volume leverparenchym te klein wordt geschat met<br />
dientengevolge risico op postoperatief leverfalen, kunnen patiënten een preoperatieve selectieve porta<br />
embolisatie van het metastasenbevattende leverparenchym ondergaan. 21 22 23 24 Het doel van de porta<br />
embolisatie is het verkrijgen van hypertrofie van het resterende leverparenchym waardoor er alsnog een<br />
resectie kan plaatsvinden.<br />
Bij de keuze van de juiste individuele behandeling voor een patient spelen beeldvormende technieken een<br />
belangrijke rol. Dat geldt zowel voor de detectie en karakterisering van leverlaesies, als voor de detectie<br />
van metastasen buiten de lever. Echografie, computer tomografie (CT), magnetic resonance imaging (MRI)<br />
en positron emission tomografie met FDG (FDG-PET) zijn de beeldvormende technieken van<br />
keuze. 25 26 27 28 29 30 31 32 33 Ook laparoscopie in combinatie met echografie kan een rol spelen bij de<br />
diagnostische work-up.<br />
34 35 36 37<br />
Aanleiding<br />
Diagnostiek<br />
Er bestaat veel discussie over de plaats van CT, MRI en/of FDG-PET bij de detectie van <strong>levermetastasen</strong>.<br />
De discussie wordt beïnvloed door de continue ontwikkelingen, zoals de introductie van multispiraal CT en<br />
MRI contrastmiddelen, en onzekerheid over de diagnostische (meer)waarde van deze modaliteiten.<br />
29 30 31<br />
De plaats van FDG-PET wordt op dit moment in een prospectieve studie onderzocht. De verwachting is dat<br />
FDG-PET een belangrijke rol zal spelen bij het vinden van onverwachte extrahepatische afwijkingen bij<br />
patiënten die op basis van CT lever, CT thorax of X-thorax resectabel worden geacht.<br />
Over de plaats van CT thorax i.p.v. X-thorax bij de detectie van longmetastasen is er geen duidelijkheid. In<br />
een aantal ziekenhuizen wordt CT thorax namelijk als standaard onderzoek toegepast in plaats van<br />
X-thorax. CT thorax blijkt sensitiever te zijn dan X-thorax voor de detectie van longmetastasen, maar levert<br />
ook veel fout positieven op, die consequenties zouden kunnen hebben voor het beleid.<br />
38 39 40<br />
De rol van diagnostische laparoscopie in combinatie met echografie is ook niet eenduidig. Diagnostische<br />
laparoscopie wordt in principe uitgevoerd om patiënten een nodeloze laparotomie te besparen. Het is<br />
echter zo dat bij patiënten die op basis van beeldvormend onderzoek potentieel resectabel lijken, de<br />
prevalentie van extrahepatische afwijkingen laag is en daardoor de waarde van diagnostische laparoscopie<br />
beperkt.<br />
34 35 36 37<br />
Bij patiënten die in aanmerking komen voor resectie, worden geen cytologische/histologische puncties<br />
verricht. Bij patiënten die op beeldvorming irresectabel blijken te zijn, wordt de veronderstelde diagnose<br />
<strong>levermetastasen</strong> over het algemeen wel door middel van punctie bevestigd, met als consequentie het<br />
mogelijk ontwikkelen van entmetastasen. Het is echter niet duidelijk hoe groot het probleem van<br />
entmetastasen is. 126<br />
Behandeling<br />
Er zijn meerdere factoren die een rol spelen bij de bepaling van de resectabiliteit: het aantal metastasen en<br />
10/31/10 <strong>Colorectale</strong> <strong>levermetastasen</strong> (<strong>1.0</strong>) 1