Pag 207 t/m 246 - Zoeksnoek
Pag 207 t/m 246 - Zoeksnoek
Pag 207 t/m 246 - Zoeksnoek
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
MONIER levert hiervoor nokbeugels met alle<br />
benodigde bevestigingsmaterialen. De nokbeugels<br />
van MONIER zijn ontworpen om de vereiste belasting<br />
van 1000 N/m 1 op te nemen, zie NEN 6707 en<br />
NPR 6708. De vorsten dienen mechanisch te worden<br />
verankerd, de MONIER vorsthaken en schroeven zijn<br />
ontworpen om de vereiste belasting van 1000 N/m 1<br />
op te nemen, zie NEN 6707 en NPR 6708, conform<br />
de eisen van het Bouwbesluit.<br />
NIET-VENTILERENDE NOKCONSTRUCTIE<br />
Bij renovaties of restauraties van bijvoorbeeld monumenten<br />
kan ook de niet-ventilerende (natte) constructie<br />
toegepast worden, waarbij de holten van de dakpannen<br />
zijn volgezet met cementmortel. Holle vorsten<br />
worden overwegend gebruikt bij een niet-ventilerende<br />
constructie. Wanneer de vorsten worden aangesmeerd,<br />
dient er niet meer cementmortel te worden<br />
gebruikt dan nodig is om het bewegen van de vorsten<br />
te voorkomen. De cementmortel moet zoveel mogelijk<br />
loodrecht op de dakpannen (dus naar binnen ten<br />
opzichte van de vorst) worden aangebracht. De cementmortel<br />
mag, om scheurvormingen te voorkomen, niet in<br />
aanraking komen met de onderliggende houten delen van<br />
de dakconstructie. Aanbrengen cementmortel: de mortel<br />
moet vooraf zodanig op de binnenzijde van de vorst en<br />
de bovenste rij dakpannen worden aangebracht, dat bij<br />
plaatsing van de vorsten cementmortel op cementmortel<br />
wordt gebracht. Onmiddellijk terugliggend afwerken en<br />
tijdens de verharding niet stoten of belasten. Vorsten<br />
alleen bij droog weer met cementmortel afwerken.<br />
Bij de niet-ventilerende nokconstructie zijn ventilatiepannen<br />
noodzakelijk. Bij vorsten in de cementmortel<br />
wordt meestal een ruiter toegepast om aan het<br />
Bouwbesluit te kunnen voldoen (mechanische bevestiging<br />
van de vorst). De cementmortel dient vrijgehouden te<br />
worden van houten onderdelen in verband met de<br />
werking van het hout. De bovenste panlat ligt in deze<br />
gevallen altijd zo hoog mogelijk (zie verder de<br />
modelbladen halfronde vorsten).<br />
ZADEL- OF OMLOOPVORSTEN<br />
Zadel- of omloopvorsten worden gemaakt in een<br />
vaste hoek van 90° en worden meestal toegepast op<br />
dakhellingen tussen 40° en 50°. Daar dit vorsttype is<br />
afgestemd op het panprofiel moeten de dakpannen<br />
aan weerszijden van de nok recht tegenover elkaar<br />
liggen. De plaats van de bovenste panlat is aangegeven<br />
op de dakpanmodelbladen (zie ook hoofdstuk 10<br />
Verankering en berekening).<br />
BALLONVORSTEN<br />
Ballonvorsten worden meestal niet gebruikt voor<br />
flauwhellende daken. Voor een goede aansluiting van<br />
de ballonvorsten is het nodig, dat de dakpanprofielen<br />
aan weerszijden van de nok, tegenover elkaar liggen<br />
(strooksgewijs). De plaats van de bovenste panlat is<br />
aangegeven op de dakpanmodelbladen.<br />
HOEKKEPER<br />
Afhankelijk van het dakpanmodel zijn MONIER<br />
vorsten of hoekkeperloketten te gebruiken. Een fraaie<br />
afwerking van de hoekkeper bij de Stonewold, de<br />
Astratto en Tuile Plat is te verkrijgen met bijpassende<br />
hoekkeperloketten. Bij toepassing van hoekkeperloketten<br />
is het bijplaatsen van extra ventilatievoorzieningen<br />
meestal noodzakelijk. Vraag hiervoor advies bij afdeling<br />
Dakservice. De hoogte van de ruiter is afhankelijk van<br />
de gekozen vorst, het dakpanmodel en de hellingshoek.<br />
De ruiterhoogte bij de univorst zodanig kiezen<br />
dat de ruiter maximaal 5 mm vrij blijft van de onderkant<br />
van de vorst, zodat deze op de dakpannen rust.<br />
HV vorsten dienen de ruiter net te raken. Bij toepassing<br />
van hoekkeperloketten blijft de bovenkant van<br />
de ruiter 10 mm onder het snijpunt van de bovenkant<br />
van de panlatten. Pas de zelfventilerende hoekkeperconstructie<br />
toe. De MONIER zelfventilerende<br />
hoekkeperconstructie is flexibel, ventilerend, stuifsneeuwwerend<br />
en voorkomt uitvoeringsfouten.<br />
De regendichtheid van de MONIER hoekkeperrollen<br />
voldoet aan de NEN 2778.Gebruik van de MONIER<br />
LaRol of universele ruiterrol garandeert een ventilerende<br />
en waterkerende oplossing en voldoet aan het<br />
Bouwbesluit (bescherming tegen ratten en muizen).<br />
Bij het passlijpen van de dakpannen de dakpannen zo<br />
strak mogelijk tegen de ruiter aanwerken; slechts een<br />
smalle voeg tussen ruiter en dakpannen openhouden.<br />
Voorkom te kleine stukjes dakpan door te werken<br />
met verspringend gelegde halve of dubbele dakpannen.<br />
Gezaagde panstukken mechanisch bevestigen middels<br />
MONIER hoekkeperklemmen overeenkomstig<br />
NEN 6707. Bij het eventueel verzagen van de<br />
MONIER HV vorst altijd een groter stuk gebruiken<br />
dan een halve vorst.<br />
217