Solar - User Manual.pdf - Invacare

INLEIDINGDank voor het vertrouwen dat u in onze producten stelt.U heeft met de Invacare Solar Scooter een goede keuze gemaakt.Hij is geschikt om zowel binnenshuis als buitenshuis te gebruiken.Invacare heeft naam gemaakt als leverancier van veilige, gebruiksvriendelijkeproducten. We doen dan ook ons best om u het product naar volletevredenheid te laten gebruiken. We zijn ervan overtuigd dat u plezier zulthebben van de Invacare Mobility Scooter.Lees de aanwijzingen en veiligheidsvoorschriften in deze gebruikshandleidingaandachtig door alvorens de scooter in gebruik te nemen. Bewaar dit boekjeom zaken later nog eens na te lezen.Heeft u nog vragen, neem dan contact op met:Invacare B.V.Celsiusstraat 46, 6716 BZ EDETel +31 - (0318) 69 57 57Fax +31 - (0318) 69 57 58of met uw eigen leverancier:1

BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELENDe Invacare Solar Scooter is geschikt voor slechts één persoon.De maximale belasting is 115 kilo.Zet het contact uit alvorens op of van uw scooter te stappen.Rijd altijd voorzichtig, met uw voeten op de voetenplank, en houdmensen of obstakels rondom u in de gaten.Maak waar mogelijk gebruik van voetgangersoversteekplaatsen. Weesvoorzichtig met oversteken.Rijd niet op hellingen die steiler zijn dan 8%, en probeer op hellingenniet te draaien.Minder vaart als u scherpe bochten maakt.Controleer voordat u gaat rijden of de zitting en de stuurkolom in derijstand staan.Gebruik de scooter niet als de steunwieltjes achter zijn beschadigd ofgedemonteerd.Matig uw snelheid als u achteruit of helling-af rijdt, een drempel ofstoeprand neemt, en op een onregelmatig wegdek rijdt.Hoge luchtvochtigheid kan de werking van de scooter beïnvloeden.Zet de scooter op hellingen nooit in zijn vrij.Houd u op de openbare weg aan de verkeersregels.Deze aanwijzingen kunnen op sommige punten afwijken van het adviesvan uw dokter of therapeut, aangezien zij beter met uw situatie enbehoeften bekend zijn. Volg dan hun advies; zij zijn beter in staat uit temaken wat voor u wel en niet geschikt is.Gebruik uw scooter niet als u medicijnen gebruikt die de rijvaardigheidkunnen beïnvloeden.De maximum snelheid van de scooter mag onder geen beding wordenverhoogd; dit is strijdig met het Wegenverkeersreglement.Controleer of de zitting en alle bewegende delen goed zijn bevestigdalvorens op de scooter te stappen.Vervoer geen grote of zware voorwerpen met de scooter.Hang geen tassen aan de achterzijde van de rugleuning. Gebruik descooter niet op trappen of roltrappen.2

VEILIGHEID EN ELEKTROMAGNETISCHE STRALING (EMI)Dit elektrische voertuig is overeenkomstig internationale normengetest en voldoet aan de EMI-voorschriften. Elektromagnetischevelden, opgewekt door bijvoorbeeld radio- of televisiezenders enmobiele telefoons, kunnen in theorie invloed hebben op hetfunctioneren van het elektrische voertuig. Ook kan de elektronicavan het voertuig een laag stralingsniveau genereren, dat echteronder de wettelijk toegestane grens blijft. Om deze redenenverzoeken we u om de volgende voorzorgsmaatregelen te nemen:KANS OP STORINGEN DOOR ELEKTROMAGNETISCHE STRALINGGebruik geen draagbare zend-ontvangapparaten of communicatieapparatuurals het voertuig is ingeschakeld.Kom niet te dicht in de buurt van radio- en televisiezenders.Als het voertuig onbedoeld in beweging wordt gezet of van de remschiet,dient u het onmiddellijk uit te schakelen.Het voertuig kan gevoelig worden voor elektromagnetische veldenwanneer extra elektrische accessoires of andere componenten wordengemonteerd. Bedenk dat nooit precies kan worden vastgesteld wat heteffect van deze veranderingen is op de storingsgevoeligheid van hetelektrische systeem.Meld onbedoelde bewegingen van het voertuig of plotselinge ontgrendelingvan de elektrische remmen aan de fabrikant.HITTE- EN BRANDVEILIGHEIDDe scooter is gemaakt van metalen en kunststof materialen en kan, zoalsalle producten,zonnewarmte zon absorberen bij blootstelling aan zonlicht.Daardoor kan het oppervlak van de scooter heet worden. Wees dusvoorzichtig met het aanraken en gebruiken van de scooter als hij in defelle zon wordt geparkeerd of gebruikt.Het materiaal van de zitting en rugleuning is getest op ISO-normen voorbrandbestendigheid op het niveau van een sigaret of een brandende lucifer.Het materiaal is overigens onbrandbaar, maar bij gebruik van sigarettenof andere brandende producten, of hittebronnen, moet er goed op wordengelet dat deze niet beklemd raken op plekken waar de zitting of rugleuningcontact maken met de rest van de scooter.3

ONDERDELENHet is belangrijk dat u eerst leert hoe u de scooter moet bedienenvoordat u een ritje gaat maken.Comfortabel bekleeden opklapbaarOpklapbare ArmleuningBagagemandjeDraaihendel zittingVergrendelknop zittingHoogteverstelling zittingAccu-eenheidVerstelpunt stuurkolomLekvrije bandenAccumeter & waarschuwingslampjesKlepachtercompartimentStelboutenarmleuningDuimhendeSnelheidsregelaarDuimhendeClaxonSleutel (in het contact)SteunwieltjesVrijloophendel4

FUNCTIE VAN DE ONDERDELENBEDIENINGSPANEELSnelheidsregelaarHet konijn betekent snel en de schildpad betekent langzaam. Met dezeknop stelt u de maximale snelheid in die met de duimhendels kan wordenverkregen.WaarschuwingslampjesAls de lampjes knipperen is er een probleem met de scooter. Zie pagina17 voor meer informatieAccumeterEr zijn vijf gele LED-lampjes. De accu's zijn volledig opgeladen als alleLED's aan zijn. Als er nog twee lampjes branden, is het tijd om de accu'sop te laden.NAAST HET BEDIENINGSPANEELDuimhendelDe scooter gaat naar voren als u op de rechterduimhendel drukt en naarachteren als u op de linkerduimhendel drukt. ( Uw leverancier kan defuncties desgewenst omkeren.) De automatische rem wordt ingeschakeldals beide hendels worden losgelaten. Met deze hendels wordt tevens desnelheid geregeld. Hoe verder u de duimhendel indrukt, hoe sneller u zultgaan. (Let op: de maximum snelheid hangt af van de stand van desnelheidsregelaar.)STUURKOLOMVerstelpunt stuurkolomDruk de hendel naar beneden om de stuurkolom te ontgrendelen. Zet destuurkolom in de gewenste positie. U heeft keuze uit drie standen.ONDER DE ZITTINGVergrendelknop zittingDraai de vergrendelknop van de zitting tegen de wijzers van de klok inom de zitting te ontgrendelen. Draai hem met de klok mee om de zittingte vergrendelen.5

Draaihendel zittingTrek de hendel omhoog om de zitting te draaien. Wees voorzichtig methet op - en afstappen van de scooter als de zitting in een gedraaidepositie staat. De stabiliteit van de scooter kan daardoor in gevaar komen.Hoogteverstelling zittingDe zittingbuis bevat 5 gaatjes voor de hoogteverstelling. Zorg ervoor datu de bout na het verstellen van de zittinghoogte steeds goed aandraait.Stelbouten voor armleuningDraai de twee stelbouten los om de breedte tussen de armleuningen aante passen; draai ze weer vast om de armleuningen in de gewenste positiete vergrendelen.ACHTERKANTKlep achtercompartimentOnder de klep van het achtercompartiment bevindt zich de oplader.SteunwieltjesDe steunwieltjes helpen kantelen van de scooter te voorkomen.VrijloophendelAls de scooter over kleine afstanden moet worden geduwd, kan hij in zijnvrij worden gezet door de vrijloophendel naar boven te trekken. Hiermeeschakelt u de aandrijf- en remsystemen uit. Druk de ontkoppelingshendelnaar beneden om de aandrijf- en remsystemen weer in te schakelen; descooter staat dan niet meer in de vrijloopstand.6

BEDIENING VAN DE SCOOTERZorg ervoor dat de scooter op een horizontaal, obstakelvrij vlak staatvoordat u met uw nieuwe scooter uit rijden gaat. U scooter kanhellingen nemen, maar het is veiliger om op horizontale vlakken teoefenen.U kunt uw comfort tijdens het rijden vergroten door het op maatstellen van:Zittinghoogte en -positie.De breedte tussen de armleuningen.De hoek van de stuurkolom.1. Als u gaat rijden, zorg dan dat:de vrijloophendel in de rijpositie staat;de snelheidsregelaar bij het plaatje van de schildpad staat.2. Ga op de scooter zitten en zet het contact aan. Nu moeten alle lampjesvan de accumeter branden. De waarschuwingslampjes mogen niet knipperen.3. Als uw handen ontspannen op de handgrepen rusten, moeten deduimhendels goed te bedienen zijn. Met de rechterhendel gaat descooter naar voren en met de linker naar achteren. Als u de duimhendelloslaat, stopt de scooter.NB: De scooter heeft automatische remsystemen. De scooter stopt alsde duimbediening wordt losgelaten.4. Stuur de scooter door de stuurkolom in de gewenste rijrichting te draaien.5. Oefen met de scooter op plekken waar geen obstakels zijn. Begin opde laagste snelheid en rijd naar voren en naar achteren; maak enkelebochten. Naarmate het u gemakkelijker afgaat, kunt u de snelheidverhogen door de snelheidsregelaar in de richting van het konijn tedraaien.6. Als er nog twee LED-lampjes van de accumeter branden, is het tijd omaccu's op te laden. U kunt dan nog wel even rijden.7

DE SCOOTER DEMONTERENBij het monteren of demonteren van de scooter dient uiterstevoorzichtigheid te worden betracht. Pas op bij bewegende delen enlet erop dat uw vingers niet beklemd raken tussen scharnierendeonderdelen.Door uw scooter te demonteren kunt u ruimte besparen als hij wordtgestald of als hij in de auto wordt meegenomen voor een uitstapje.Het demonteren van de scooter is heel eenvoudig, omdat er geengereedschap voor nodig is. Volg de volgende stappen:Figuur 1.Ontgrendel de zitting door dezwenkhendel (A) omhoog te trekken.Til de zitting vervolgens uit de scooter.Figuur 2.Draai de vergrendelbout (B) los entrek de hoogtestelbuis (E) los.Figuur 3.Pak de accu-eenheid bij de handgreep(F) vast en neem hem uit. Accu's zijnzwaar. Neem de juiste tilhouding aanom letsel te voorkomen. Vraag zonodig hulp.Figuur 4.Pak de zittingstandbuis (G) en dehandgreep(H)op de vloerplaat vast.Druk de ontgrendelingspal (I) in enmaak het frame los.10

Figuur 5.Kantel de zittingbuis naar achteren,zodat het achterste deel verticaalop zijn bumper staat.Figuur 6.Maak de voor-achterkoppelinglos (J).Figuur 7.Pak de handgreep op de vloerplaatvast en til het voorste deel op. Voorenachterdeel kunnen nu wordengescheiden.Figuur 8.Verwijder het bagagemandje (K)Door het op te tillenFiguur 9.Druk de verstelhendel van de stuurkolom(L) omlaag om de stuurkolom naar benedente bewegen. Zet de hendel weer omhoogom de stuurkolom te vergrendelen.11Figuur 10.Na demontage resteren er vijfhoofdonderdelen, namelijk voor- enachterdeel, zitting, mandje en accueenheid.

DE SCOOTER OPBOUWENControleer voor montage of alle stekkers, kabels en handgrepenonbeschadigd zijn. Bij schade de scooter niet gebruiken en contactopnemen met uw leverancier.U kunt de scooter weer opbouwen door de aanwijzingen voordemontage in de omgekeerde volgorde op te volgen. Hieronderworden de aanwijzingen in het kort gegeven. Zie de figuren oppagina 10 en 11 voor de onderdelen.1. Druk de stelhendel van de stuurkolom omlaag, zet de stuurkolom in dejuiste positie en vergrendel hem door de hendel omhoog te trekken.2. Pak de handgreep op de vloerplank en breng de gebogen vergrendelklemmenvan het voordeel ter hoogte van de beugel op het achterdeel.3. Klik de voor-achterkoppelin vast.4. Pak de zittingbuis en kantel het achterste gedeelte langzaam naar vorentotdat de ontgrendelingshendel terugklikt.NB: Controleer stekkers en kabels op eventuele beschadiging ofbeklemming.5. Plaats de hoogtestelbuis van de zitting in de standbuis.6. Installeer de accu-eenheid in het accu-compartiment.7. Zet het bagagemandje weer op zijn plaats.8. Zet de zitting terug en zet hem vast met de vergrendelbout.12

4. De accu is opgeladen als lampje van de acculader groen wordt.5. Trek de kabel eerst uit het stopcontact en dan uit de lader.6. Als het lampje op de acculader meer dan 40 minuten groen knippert, iser iets mis gegaan met opladen. Controleer of:de oplaadstekkers correct zijn geplaatstde zekering niet is doorgebrandhet contact uit staatKunt u niets ontdekken, neem dan contact op met uw leverancier.NB: De oplaadtijd is afhankelijk van de accureserves. Langer ladendan nodig is niet schadelijk voor de accu's. Ze kunnen nietoverladen worden.U kunt de accu's ook los van de scooter opladen.1. Zet de scooter uit met de hoofdschakelaar op de stuurkolom.2. Haal de accuhouders uit de scooter.3. Neem de oplader uit het achtercompartiment.4. Verbind de adapter van de oplader (N) met de oplader.5. Steek de stekker van de accu-oplader (0) in de accu-oplaadpoort (P).6. Zie bovenstaande oplaadprocedure voor de verder te verrichten handelingen.Figuur 13.14

Houd u aan de volgende regels:Laad de accu's minstens een keer per maand helemaal op; vaker als ude scooter regelmatig gebruikt. Laad op na elke rit van meer dan 3 km.Als u de scooter gedurende een bepaalde tijd stalt (een maand of langer)dient u ervoor te zorgen dat de accu's volledig opgeladen zijn. Laad zeopnieuw op voordat u de scooter weer gaat gebruiken.De accu's presteren maximaal nadat de scooter is gebruikt en de accu's tottien keer opnieuw zijn opgeladen.Houd u aan de volgende veiligheidsvoorschriften.1. Gebruik de oplader NIET als het netsnoer is beschadigd.2. Gebruik GEEN verlengsnoer als u de accu's oplaadt. Dit met het oog opbrandgevaar of elektrische schokken.3. De oplader NIET demonteren, want anders vervalt de garantie.4. Probeer nooit de accu-eenheid te openen als de accu's vervangen moetenworden. Laat alle reparaties uitvoeren door een erkende monteur, via uwleverancier.15

VERZORGING EN ONDERHOUDEen goede verzorging van de scooter houdt hem in topconditie. Laatuw leverancier op gezette tijden preventief onderhoud uitvoeren.Hieronder staan enkele richtlijnen voor het onderhoud:DE BUITENKANT: Verwijder vuil met een in water of een sopje gedrenkte,niet-druipende doek. Gebruik geen stromend water om de scooter te wassenof af te spoelen, dit met het oog op kwetsbare elektrische onderdelen. U kuntde scooter poetsen met een poetsmiddel voor auto's.ZITTING EN ARMLEUNING: De bekleding kan worden afgenomen met eenvochtige doek. Bedenk dat het materiaal van de bekleding door zonlicht kanworden aangetast als de scooter buiten wordt gebruikt. Dit wordt beschouwdals normale slijtage en wordt niet gedekt door de garantie.ONDERHOUD: Alle onderhoudsbeurten en reparaties met betrekking totelektronica, accu's, motoronderdelen en banden van uw scooter dienen teworden uitgevoerd door een erkend leverancier.We raden u aan om uw scooter ten minste een keer per jaar te latencontroleren en een onderhoudsbeurt te geven.Stal uw scooter bij voorkeur in een droge omgeving, bij kamertemperatuur.16

STORINGEN OPLOSSENHieronder volgen enkele aanwijzingen voor het oplossen vaneventuele problemen met uw scooter. Het bedieningspaneelbevat 5 waarschuwingslampjes. U kunt de status van de scootercontroleren door het contact aan te zetten en te tellen hoe vaakde lampjes knipperen.AANTALFLITSEN123456789PROBLEEMDe accu moet wordenopgeladenAccuspanning te laagAccuspanning te hoogKortsluiting in motorDefecte remTransmissiehendelniet in neutraalTransmissiehendeldefectMotorproblemenOverige internedefectenOPLOSSENLaad de accu's op.Laad de accu's op.Controleer de accuconditie en deaansluitingen.Controleer de accuconditie en deaansluitingen .Neem contact op met uwleverancier om de accu-oplader telaten controleren.Neem contact op met uwleverancier.Neem contact op met uwleverancier.Neem contact op met uwleverancier.Neem contact op met uwleverancier.Neem contact op met uwleverancier.Neem contact op met uwleverancier.17

Overige problemenDe scooter rijdt niet, terwijl het contact aanstaat.1. Controleer de accumeter op het bedieningspaneel. Alle lampjesmoeten branden.2. Controleer het waarschuwingslampje. Het lampje moet aanhoudendbranden.Als het lampje knippert, kijk dan op pagina 17 voor de oorzaak.3. Controleer alle stekkerverbindingen van de elektrische kabels.Controleer de stekkerverbinding tussen voor- en achterdeel.4. Controleer of de transportstickers aan de onderzijde van de accueenheidzijn verwijderd.5. Als u hiermee het probleem niet kunt oplossen, neem dan contact opmet uw leverancier.Als de scooter langer dan 8 uur staat op te laden en het lampje op deoplader wordt niet groen, is er iets mis. Neem contact op de uw leverancier.18

INFORMATIEFORMULIERISO 7176 DEEL 15VEREISTEN VOOR INFORMATIEVERSTREKKING,DOCUMENTATIE EN ETIKETTERINGMODELAANDUIDING: SOLAR SCOOTERISO TEST-METHODEISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 1ISO 7176Deel 1ISO 7176Deel 1ISO 7176Deel 4ISO 7176Deel 2ISO 7176Deel 10ISO 7176Deel 6ISO 7176Deel 3VEREISTE MIN MAXTotale lengte metvoetsteunTotale breedteLengte ingeklaptBreedte ingeklaptHoogte ingeklaptTotale gewichtStatische stabiliteithelling afStatische stabiliteithelling opStatische stabiliteitzijdelingsActieradiusDynamischeStabiliteit helling opHindernissen(hoogte)Maximale snelheidvooruitMinimale remweg1045mm520mmN.v.tN.v.tN.v.t42.5Kg3015159Km855mm6.2Km/u1.11m1045mm520mmN.v.tN.v.tN.v.t42.5Kg3016.516.59Km865mm6.2Km/u1.11mISO TEST- VEREISTEMETHODE MIN MAXISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 7ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 5ISO 7176Deel 7ZithoekvlakEffectievediepte zittingEffectievebreedte zittingHoogte zittingvoorkantHoek rugleuningHoogte rugleuningAfstandvoetsteun zittingOppervlakzitting tot voetsteunAfstand armleuningtot zittingVoorkant armleuningrugleuningHorizontalepositie asMinimale draaicirkelVereistegangbreedte bij kerenDiameterhandhoepel1380mm270mm480mm10340mm360mmN.v.t230mm275mm30mm1250mm1435mmN.v.t1380mm270mm580mm10340mm460mmN.v.t230mm275mm30mm1250mmN.v.tN.v.tDe rolstoel voldoet aan de volgende normen:ISO 7176 Deel 8ISO 7176 Deel 9ISO 7176 Deel 14ISO 7176 Deel 16Statische, bots- en duurproevenOmgevingsproevenVoedings- en besturingssystemenBrandwerendheidOKOKOKOK19

GARANTIEVOORWAARDENStandaardvoorwaarden Invacare ScooterINVACARE BV biedt een beperkte garantie van twee jaar op uw scooter.1. Alle Invacare scooters zijn gegarandeerd tegen materiaal- enconstructiefouten.2. Indien een defect of gebrek wordt ontdekt, dient de Invacare leverancierbij wie de scooter is gekocht direct in kennis te worden gesteld.3. De fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die veroorzaaktis door onjuist gebruik of het niet opvolgen van de instructies in dezegebruikshandleiding.4. In de garantieperiode zullen alle onderdelen die stuk zijn gegaan vanwegemateriaal- of constructiefouten kosteloos worden vernieuwd of gerepareerddoor de Invacare leverancier.5. De garantie vervalt wanneer aan de scooter of toebehoren veranderingenworden aangebracht waarvoor geen toestemming is verleend.6. Deze garantie laat de wettelijke rechten van de koper onaangetast.BEPERKING VAN AANSPRAKELIJKHEIDDeze garantie strekt zich niet uit tot kosten die voortvloeien uit het herstelvan defecten, met name vracht- en reiskosten, inkomstenderving, onkosten,en dergelijke, alsmede schade als gevolg vanNatuurlijke slijtageOnjuist gebruikVerkeerde montage of opbouw door koper of derdeOnoordeelkundige of slordige behandelingGebruik van verkeerde onderdelenVoor ondersteuning en bij vragen verzoeken kunt u contact opnemen metuw Invacare leverancier. Hij beschikt over de vereiste kennis, kunde enmaterialen om uw scooter in topconditie te houden en hoogwaardigeservice te bieden.U kunt desgewenst rechtstreeks contact met Invacare opnemen. U vindtde contactgegevens op pagina 1 van deze gebruikshandleiding.20

INVACARE INTERNATIONAL:Belgium & Luxembourg: Autoboon 14- B-81 20 LoppemDenmark: Sdr Ringvej 39 - DK-2605 BrondbyDeutschland, Österreich, Switzerland & East Europe:Dehmer StroBe 66 - 0-32549 Bod OeynhausenEspana: c/Areny - sin Poligon Industrial de Celra - E-I 7460 Celro (Girono)France: Les Roches - F-37230 FondettesItalia: Via dei Pini 62 - 1-36016 Thiene (VI)Nederland: Celsiusstroot 46 - NL-6716 BZ EdeNorge: Grensesvingen 9 - N-0603 OsloPortugal: Ruo Senhoro de Componho 105- P4369 00 I PortoSverige & Suomi: Fogerstogoton 9 - POBox 66 S-163 91 SpongoUnited Kingdom & Eire: South Rood - Bridgend Industriol Estote - Bridgend CF31 3PY UK