10.07.2015 Views

121105 in CvB onderwijsvisie UvA vastgesteld pdf met wijzigingen ...

121105 in CvB onderwijsvisie UvA vastgesteld pdf met wijzigingen ...

121105 in CvB onderwijsvisie UvA vastgesteld pdf met wijzigingen ...

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAMBesluitDatum28 augustus 2012Nummer2012cb0341OnderwerpOnderwijsvisieHEX COLLEGE VAN BESTLUR VAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM;gezien:• de Onderwijsvisie <strong>UvA</strong>, versie augustus 2012;• het schrijven van de Centrale Studentenraad d.d. 13 februari 2012, 2012ci0302;• het schrijven van de Centrale Ondernem<strong>in</strong>gsraad d.d. 14 maart 2012, 2012ci0517;BESLUIT:./. de Onderwijsvisie <strong>UvA</strong>, versie augustus 2012, defmitief vast te stellen./Het College van Bestuur,dr. Louise J. Gunn<strong>in</strong>g-Schepers,Gunnm ersvoorzitter


ONDERWIJSVISIEUniversiteit van AmsterdamD. C. van den BoomAugUStUS, 2012


ONDERWIJSVISIEInleidiiigDeze <strong>onderwijsvisie</strong> is een uitwerk<strong>in</strong>g van de hoofdlijnen uit het hoofdstuk Onderwijs van het nieuweInstell<strong>in</strong>gsplan 2011-2014 Oog voor Talent. Daar<strong>in</strong> wordt zowel <strong>in</strong>gezet op cont<strong>in</strong>ui'teit alsvernieuw<strong>in</strong>g. Twee lijnen die worden doorgetrokken vanuit het vorige <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan zijn verhog<strong>in</strong>gvan de kwaliteit van het onderwijs en verbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces. Daarnaast zijn het rapport vande commissie 'Toekomstbestendig Hoger OnderwijsstelseP (commissie Veerman) 1en de strategischeagenda van het m<strong>in</strong>isterie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 'Kwaliteit <strong>in</strong> Verscheidenheid' 2belangrijke uitgangspunten geweest voor het opstellen van deze <strong>onderwijsvisie</strong>. De herbevestig<strong>in</strong>g vanhet b<strong>in</strong>aire stelsel <strong>in</strong> Nederland door de commissie Veerman vraagt om een scherper onderscheid <strong>in</strong>het onderwijsaanbod tussen het hoger beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs. Vanwegede exponentiele groei <strong>in</strong> studentenaantallen lijken beide hoger onderwijsvormen qua niveau te veelnaar elkaar toegegroeid te zijn. Om het onderscheid weer helder te maken, staan <strong>in</strong> de <strong>onderwijsvisie</strong>van de <strong>UvA</strong> thema's als academische vorm<strong>in</strong>g en research-<strong>in</strong>tensief onderwijs centraal evenals deverander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> attitudes van docenten en studenten die dat vraagt.Vernieuw<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het onderwijs heeft alleen kans van slagen als op alle niveaus gerichte<strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gen worden geleverd, te weten op het niveau van het curriculum, de docenten en destudenten.De strategische beleidsontwikkel<strong>in</strong>g op het gebied van onderwijs is opgebouwd als eendrietrapsraket. In het <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan Oog voor Talent staan de strategische hoofdlijnen. Dezehoofdlijnen worden <strong>in</strong> de <strong>onderwijsvisie</strong> nader uitgewerkt. Vervolgens zullen onderdelen uit de<strong>onderwijsvisie</strong> nader worden geconcretiseerd <strong>in</strong> afzonderlijke beleidsplannen.l. Een omgeviiigsanalyseHet hoger onderwijs staat de laatste tijd weer volop <strong>in</strong> de belangstell<strong>in</strong>g. Het bezigen van crisistaaldaarbij is niet nieuw. Toen Clark Kerr, voormalig voorzitter van de universiteit van California, <strong>in</strong> 1973op een bijeenkomst van de American Council on Education sprak, citeerde hij recent gepubliceerdeboeken over de "staat van de academia" <strong>met</strong> <strong>in</strong> de titel de volgende descriptoren: anarchie, bankroet,bl<strong>in</strong>dheid, chaos, confrontatie, crisis, dood, degradatie, destructie, explosie, falen. (Hij stopte na detitels die begonnen <strong>met</strong> de letter "f.") In dat klimaat van extreem taalgebruik riep Kerr op tot matig<strong>in</strong>gen optimisme:"To those who see only gloom and doom, we can say that much that is good is occurr<strong>in</strong>g. To those whosay that everyth<strong>in</strong>g fails, we can say that much is, <strong>in</strong> fact, succeed<strong>in</strong>g. To those who see only problems,we can say that there are possibilities available for their alleviation 3 "Hoewel <strong>in</strong> hoger onderwijsland opnieuw crisistaal vigeert, verschilt de huidige 'crisis' wel vanvoorgaande.De deelname aan het hoger onderwijs groeide <strong>in</strong> de jaren zestig exponentieel. Na een periode vanstabilisatie <strong>in</strong> de jaren tachtig heeft de groei zich vanaf e<strong>in</strong>d jaren negentig tot op heden weer sterkdoorgezet. Deze onderwijsexpansie zet zich de komende jaren nog voort. Verwacht wordt dat hetaantal deelnemers aan het hoger onderwijs ten opzichte van 2010 zal toenemen <strong>met</strong> 18,6 procent en <strong>in</strong>2030 <strong>met</strong> 23,5 procent. 4Commissie Toekomstbestendig Hoger Onderwijs Stelsel. Differentieren <strong>in</strong> drievoud, omwille van kwaliteit enverscheidenheid <strong>in</strong> het hoger onderwijs. TK 31288, nr. 96, april, 2010." Kwaliteit <strong>in</strong> verscheidenheid: Strategische agenda hoger onderwijs, onderzoek en wetenschap. M<strong>in</strong>isterie vanOnderwijs, Cultuur en Wetenschap, Juli, 2011.3C. Kerr. The uses of the university, Fifth Edition. Cambridge: Harvard University Press, 2001, p. 157-158.4Kennisagenda OCW, M<strong>in</strong>isterie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. December, 2010.2


Van het hoger onderwijs wordt veel gevraagd. Het rapport van de commissie Veerman heeft hethele hoger onderwijsveld ervan doordrongen dat er een kwaliteitsimpuls nodig is en dat <strong>in</strong>grijpendeverander<strong>in</strong>gen daarom urgent zijn. Het Nederlandse hoger onderwijs is over het algemeen van goedekwaliteit, maar de ambities van Nederland vragen om verdere kwaliteitsverhog<strong>in</strong>g. De strategischeagenda van het m<strong>in</strong>isterie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap schetst een lange termijn perspectiefvoor het hoger onderwijs dat er kort gezegd als volgt uitziet. De lat moet over de hele l<strong>in</strong>ie van hethoger onderwijs omhoog, zowel <strong>in</strong> de opleid<strong>in</strong>gen zelf als bij de student. Er komt een mogelijkheidvan <strong>in</strong>take en selectie aan de poort. Er moet worden gestreefd naar: meer contacturen en kle<strong>in</strong>ereonderwijsgroepen <strong>in</strong> vooral de eerste jaren van de bachelorfase; uitstekend gekwalifieeerde docenten;excellentie <strong>in</strong> het onderwijs; strengheid op studievoortgang; m<strong>in</strong>der herkans<strong>in</strong>gen en een rotsvasteborg<strong>in</strong>g van de basiskwaliteit. Dat zijn <strong>in</strong> vogelvlucht de maatregelen die tot een betere kwaliteit vanhet hoger onderwijs moeten leiden. De opgave is fors, temeer daar de publieke f<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g geengelijke tred houdt <strong>met</strong> de mate van onderwijsexpansie en de, als gevolg daarvan, toenemendeheterogeniteit <strong>in</strong> de studentenpopulatie.Ondanks dat is er reden tot optimisme, omdat het hoger onderwijs zich <strong>in</strong> een grote belangstell<strong>in</strong>gkan verheugen en het Nederlandse hoger onderwijs <strong>in</strong> het algemeen van goede kwaliteit is. Aan deandere kant is er reden tot matig<strong>in</strong>g, omdat de genoemde ambities gerealiseerd moeten worden onder,<strong>in</strong> elk geval de komende jaren, vrijwel gelijkblijvende publieke f<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g.1.1. Hoger onderwijs van de toekomstEen aantal maatschappelijke ontwikkel<strong>in</strong>gen bepaalt mede het hoger onderwijs van de toekomst. Opde eerste plaats is er <strong>in</strong> de Nederlandse economie sprake van een verschuiv<strong>in</strong>g van landbouw en<strong>in</strong>dustrie naar diensten. Dit is een gevolg van de toegenomen rationalisatie van productieprocessen ende <strong>met</strong> globaliser<strong>in</strong>g samenhangende wereldwijde arbeidsverdel<strong>in</strong>g. Het belang van commerciele enpublieke dienstverlen<strong>in</strong>g en zorg <strong>in</strong> de economie neemt toe. 5Op de tweede plaats neemt door detoename van het aantal hoger opgeleiden de schol<strong>in</strong>gsgraad van de beroepsbevolk<strong>in</strong>g toe. Relatief laagopgeleide ouderen die de arbeidsmarkt verlaten, worden vervangen door relatief hoog opgeleidejongeren. Hoewel het vorige kab<strong>in</strong>et, als onderdeel van de Lissabon-agenda, een streefbeeldformuleerde dat ervan uitg<strong>in</strong>g dat <strong>in</strong> 2020 50% van de Nederlandse beroepsbevolk<strong>in</strong>g tussen 25 en 44jaar hoogopgeleid is, wordt deze doelstell<strong>in</strong>g naar verwacht<strong>in</strong>g niet gehaald. Het percentage zalwaarschijnlijk oplopen tot 44 procent. Figuur 1 geeft de ontwikkel<strong>in</strong>g van de beroepsbevolk<strong>in</strong>g tot2020 weer.io _ _ . _ _ _- - _ • HoogMiddenmm laag864Figuur l. Ontwikkel<strong>in</strong>g beroepsbevolk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Nederland naar opleid<strong>in</strong>gsniveau <strong>in</strong>Bron: CEDEFOP (2009) 6mm.56CPB (2010), B. ter Weel, A. van der Horst, G. Gelauff, The Netherlands of2040.CEDEFOP (2009). Future skills needed <strong>in</strong> Europe, medium term forecast.3


Ten derde hebben technologische ontwikkel<strong>in</strong>gen tot maatschappelijke verander<strong>in</strong>gen geleid, dieniet alleen om een hoger opgeleide beroepsbevolk<strong>in</strong>g vragen, maar ook om meer geavanceerdevaardigheden als flexibiliteit, analytisch vermogen, complex redeneren, kritisch reflecteren,probleemoplossend vermogen, en sociale en communicatieve vaardigheden. Helaas gaan veel publiekeen private non-profit <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen onvoldoende <strong>met</strong> deze ontwikkel<strong>in</strong>gen mee. Het hoger onderwijsmoet veranderen. Er is meer <strong>in</strong>novatie nodig.Bovengenoemde, laatste stell<strong>in</strong>g lijkt <strong>in</strong> te druisen tegen het feit dat Nederland quawetenschappelijke output en kwaliteit tot de wereldtop behoort. Veel van de universitaire rank<strong>in</strong>gs<strong>met</strong>en reputatie echter aan de hand van onderzoeksprestaties, terwijl de research-<strong>in</strong>tensieveuniversiteiten <strong>in</strong> Nederland, die het <strong>in</strong> de rank<strong>in</strong>gs goed doen, m<strong>in</strong>der goed presteren als het omonderwijs gaat. Meer studenten dan ooit starten een universitaire opleid<strong>in</strong>g, maar m<strong>in</strong>der dan de helfthaalt <strong>in</strong> de gestelde tijd een diploma. En velen studeren nooit af. Bovendien zijn de prestaties van niettraditionelegroepen studenten (bijvoorbeeld allochtone studenten), die een groeiend aandeel van destudentenpopulatie vormen, soms nog slechter. Dat komt, omdat het hoger onderwijssysteem nietmeeontwikkeld is om deze groepen studenten op een effectieve, niet-traditionele, wijze te kunnenbedienen. Tevens blijkt dat te veel universitair gediplomeerden onvoldoende over bovengenoemdegeavanceerde vaardigheden beschikken. 7Het hoger onderwijssysteem vertoont ook andersz<strong>in</strong>s een <strong>in</strong>novatie-achterstand. Dit is <strong>in</strong> tallozeboeken aan de orde gesteld. 8Veel van deze literatuur heeft betrekk<strong>in</strong>g op het Amerikaanseonderwijssysteem. In Europa is de situatie echter niet veel anders. In Europe 2020 Flagship InitiativeInnovation Union 9Hoewel gevarieerd en vaak onverbloemd <strong>in</strong> hun kritiek, wordt de fundamentelekoers van het hoger onderwijs zelf <strong>in</strong> deze boeken echter niet ter discussie gesteld. Oploss<strong>in</strong>genworden daardoor sterk afhankelijk gemaakt van de bereidheid van gevestigde <strong>in</strong>stituties tothervorm<strong>in</strong>g. Andere critici zijn m<strong>in</strong>der trouw aan het ideaal van de universiteit zoals we die nu kennen.Zij zien ontwikkel<strong>in</strong>gen op het gebied van de <strong>in</strong>formatietechnologie als de sleutel tot een hele, nieuwehoger onderwijswereld. Ook dit is geen maagdelijk terre<strong>in</strong>. In de beg<strong>in</strong>dagen van de <strong>in</strong>te<strong>met</strong>revolutieverschenen al diverse publicaties over dit onderwerp. 10Strekk<strong>in</strong>g ervan is dat de wereld van het hogeronderwijs een fundamentele shift moet maken van <strong>in</strong>stitutie-gecentreerd naar een model dat mobiel,flexibel, technologisch sterk en meer student-gecentreerd is. Zo'n hoger onderwijswereld zal we<strong>in</strong>iglijken op het hoger onderwijs zoals we dat de afgelopen 500 jaar gekend hebben. Deze ontwikkel<strong>in</strong>genop het gebied van Open Educational Resources en de betekenis ervan voor het onderwijs aan de <strong>UvA</strong>zullen <strong>in</strong> een aparte beleidsnotitie uitgewerkt worden.Het gevaar dreigt natuurlijk dat ervan uitgegaan wordt dat iedere verander<strong>in</strong>g heilzaam is en elketraditie ouderwets. Toch lijkt het hoger onderwijs <strong>in</strong> haar algemeenheid wel enigsz<strong>in</strong>s wars van<strong>in</strong>novatie. Ondanks het feit dat er veelbelovende voorbeelden van <strong>in</strong>novatie zijn, is er niet echt sprakevan een herorientatie <strong>in</strong> het hoger onderwijs." Daarmee groeit de zorg dat universiteiten slecht zijn7R. Arum & J. Roksa. Are undergraduates actually learn<strong>in</strong>g anyth<strong>in</strong>g? Chronicle of Higher Education, January18,2011.8E. L. Boyer. College: The undergraduate experience <strong>in</strong> America. New York, Harper & Row, 1987.D. C. Bok. Our underachiev<strong>in</strong>g colleges: A candid look at how much students learn and why they should belearn<strong>in</strong>g more. Pr<strong>in</strong>ceton: Pr<strong>in</strong>ceton University Press, 2006.R. Zemsky. Mak<strong>in</strong>g reform work: The case for transform<strong>in</strong>g American higher education. Piscataway, NJ,Rutgers University Press, 2009M. C. Taylor. Crisis on campus: A bold plan for reform<strong>in</strong>g our colleges and universities. New York, Alfred A.Knopf, 2010.A. Delbanco. The universities <strong>in</strong> trouble. New York Review of Books, 2009.9European Commission (2010). Europe 2020 Flagship <strong>in</strong>itiative <strong>in</strong>novation union.10D. G. Obl<strong>in</strong>ger& S. C. Rush. The learn<strong>in</strong>g revolution: The challenge of <strong>in</strong>formation technology <strong>in</strong> theacademy. Bolton, MA, Anker Publish<strong>in</strong>g Company, 1997.C. M. Christensen, C. W. Johnson & M. B. Horn. Disrupt<strong>in</strong>g class: How disruptive <strong>in</strong>novation will change theway the world learns. New York: McGraw Hill, 2008.A. Kamenetz. Edupunks, edupreneurs, and the com<strong>in</strong>g transformation of higher education. White River Junction,VT, Chelsea Green Publish<strong>in</strong>g Company, 2010.11B. Wildavsky, A. P. Kelly & K. Carey (Eds.), Re<strong>in</strong>vent<strong>in</strong>g higher education: The promise of <strong>in</strong>novation.Cambridge: Harvard Education Press, 2011.4


toegerust om zich aan te passen aan een snel veranderende omgev<strong>in</strong>g. De noodzaak tot <strong>in</strong>novatiewordt echter steeds groter gegeven het groeiende aantal private onderwij saanbieders dat op de marktkomt.Onderstaand wordt beschreven wat de <strong>onderwijsvisie</strong> van de Universiteit van Amsterdam is b<strong>in</strong>nende hierboven geschetste context.2 . Onderwijsvisie Universiteit van AmsterdamDe Universiteit van Amsterdam zet de komende jaren <strong>in</strong> op doorontwikkel<strong>in</strong>g van een aantal noglopende beleidslijnen, namelijk verdere kwaliteitverhog<strong>in</strong>g en verbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces en op<strong>in</strong>novatie op onderwij sgebied. De volgende doelstell<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan 2011-2014 Oog voorTalent vonnen het uitgangspunt voor het onderwij sbeleid:• Verdere verhog<strong>in</strong>g van de kwaliteit• Verdere verbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces <strong>in</strong> bachelor en master• Verwevenheid van onderwijs en onderzoek <strong>in</strong> de bachelor- en masterfase gericht opacademische vorm<strong>in</strong>g• Een meer ambitieuze studiecultuur• Meer differentiatie en focus <strong>in</strong> het onderwijsIn het <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan wordt een schets gegeven van het klimaat waarbirmen de onderwij sambitiesgestalte krijgen. Dat klimaat wordt hier nog even geschetst:"Hooggespannen verwacht<strong>in</strong>gen kunnen alleen tot ontplooi<strong>in</strong>g komen <strong>in</strong> een gezond klimaat. Een klimaatdat een <strong>in</strong>tellectueel prikkelende, <strong>in</strong>spirerende en stimulerende omgev<strong>in</strong>g om te studeren en te werken alsvanzelfsprekend beschouwt. Het betekent dat studenten en medewerkers gei'nspireerd worden zichpersoonlijk <strong>in</strong> de voile breedte te ontwikkelen, dat ze geprikkeld worden tot maatschappelijk en cultureelengagement, dat ze gestimuleerd worden tot een ondernemende houd<strong>in</strong>g. Voor de <strong>UvA</strong> geldt ook dat eengoed academisch klimaat wetenschappelijke onafhankelijkheid en <strong>in</strong>tegriteit garandeert, waarbijnieuwsgierigheid, authenticiteit en eigenzimiigheid als drijvende krachten worden beschouwd om tekunnen excelleren <strong>in</strong> (fundamenteel) onderzoek en onderwijs." 12De Universiteit van Amsterdam heeft wetenschappelijk onderwijs even hoog <strong>in</strong> het vaandel staan alswetenschappelijk onderzoek. De universiteit neemt de verantwoordelijkheid om generaties ambitieuzestudenten op te leiden tot <strong>in</strong>ternationaal georienteerde professionals, die bovendien verantwoordelijkewereldburgers zullen zijn. Voor het bereiken van dit doel vormt de grote, heterogenestudentenpopulatie een extra uitdag<strong>in</strong>g.Het onderwijs aan de <strong>UvA</strong> heeft het commitment van alle betrokkenen en v<strong>in</strong>dt plaats <strong>in</strong> genoemdacademisch klimaat. Het biedt uitdag<strong>in</strong>g en een stimulerende studieomgev<strong>in</strong>g dankzij uitstekendedocenten en faciliteiten, en dankzij de studenten zelf.Als Amsterdamse universiteit heeft de <strong>UvA</strong> vanzelfsprekend een <strong>in</strong>temationale orientatie.Studenten krijgen daar <strong>in</strong> hun studie vaak mee te maken: ze gaan naar het buitenland, komen uit hetbuitenland en volgen Engelstalig onderwijs. Ondertussen werkt de <strong>UvA</strong> samen <strong>met</strong> specifiekeuniversiteiten <strong>in</strong> en buiten Europa.De Universiteit van Amsterdam wil haar onderwij sambities realiseren vanuit een <strong>in</strong>tensieveonderzoeksorientatie, een weloverwogen en gedifferentieerd opleid<strong>in</strong>genaanbod en een ambitieuzestudiecultuur. In alle typen opleid<strong>in</strong>gen staat academische vorm<strong>in</strong>g centraal <strong>in</strong> een academisch klimaat<strong>met</strong> een goed samenspel tussen studenten en docenten. Deze uitgangspunten worden onderstaandnader uitgewerkt.2.1, Kwaliteitsverhog<strong>in</strong>g onderwijsVerdere kwaliteitsverhog<strong>in</strong>g van het onderwijs is een beleidslijn uit het vorige <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan, dieonverkort wordt voortgezet. Door <strong>in</strong>tegrale kwaliteitszorg werkt de <strong>UvA</strong> cont<strong>in</strong>u aan de verbeter<strong>in</strong>g2Oog voor Talent. Instell<strong>in</strong>gplan Universiteit van Amsterdam, 2011-2014.5


van haar onderwijs. Zij doet dat vooral vanuit de <strong>in</strong>nerlijke drijfveer om goede kwaliteit te leverenvolgens haar eigen kwaliteitsstandaarden, maar ook omdat dit door externe partijen van haar gevraagdwordt. Verbeter<strong>in</strong>gen zijn <strong>in</strong> de eerste plaats gericht op de opleid<strong>in</strong>g. Een opleid<strong>in</strong>g staat echter niet opzich. De kwaliteit van de opleid<strong>in</strong>g wordt ook bepaald door factoren daaromheen (kwaliteit docenten,onderwijsfaciliteiten, <strong>in</strong>zet van middelen). Daarom moeten verbeter<strong>in</strong>gen ook gericht zijn op deorganisatie als geheel. Om dit systematisch, onderbouwd en samenhangend te kunnen doen, gebruiktde <strong>UvA</strong> een kwaliteitssysteem dat de kwaliteit van het onderwijs cont<strong>in</strong>u bewaakt, borgt en verbetert,te weten de verbetercyclus van Dem<strong>in</strong>g, de zogenaamde Plan - Do - Check - Act cyclus (PDCAcyclus).Een systematische PDCA-aanpak leidt tot kwaliteitsbeheers<strong>in</strong>g, kwaliteitsborg<strong>in</strong>g enkwaliteitsverbeter<strong>in</strong>g, zoals is weergegeven <strong>in</strong> onderstaande Figuur 2.•mFiguur 2. Schematische weergave van de PDCA-cyclusB<strong>in</strong>nen de <strong>UvA</strong> kent elk organisatieniveau (Raad van Toezicht, College van Bestuur, faculteit,college/graduate school, opleid<strong>in</strong>g, module) zijn eigen PDCA-cyclus. Om daadwerkelijk totkwaliteitsverbeter<strong>in</strong>g te komen, wordt op elk van de niveaus de cyclus volledig doorlopen. Daarbijmoet er wel een duidelijke beleidsmatige samenhang zijn tussen de verschillende organisatieniveaus.Dit element van samenhang speelt bij de <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gstoets ,die vanaf januari 2011 is <strong>in</strong>gevoerd, een veelbelangrijker rol dan <strong>in</strong> het oude stelsel. In onderstaande Figuur 3 zijn de verschillendeaggregatieniveaus weergegeven.mofacCoGSoplRvTD•Figuur 3. PDCA-cyclus op alle organisatieniveaus6


In de Instell<strong>in</strong>gstoets Kwaliteitszorg wordt via zogenaarade audit trails aan de hand vanbeleidsthema's nagegaan op welke manier de visie van de <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g is doorvertaald naar deopleid<strong>in</strong>gen. In het kader van de voorbereid<strong>in</strong>g op de nieuwe <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gstoets kwaliteitszorg is eenaudit' 3uitgevoerd b<strong>in</strong>nen alle onderwijseenheden van de <strong>UvA</strong> die een rol gaan spelen bij deze<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gstoets, die <strong>in</strong> 2013 zal plaatsv<strong>in</strong>den. Op basis van de resultaten van die audit is eenverbeterplan 14opgesteld, dat <strong>in</strong> uitvoer<strong>in</strong>g is genomen. Het kader kwaliteitszorg vomit daarvan debasis. 152.2. Verbeter<strong>in</strong>g studiesuccesVerbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces <strong>in</strong> de bachelorfase is een beleidslijn uit het vorige <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan, diegedurende de looptijd van het nieuwe <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan onverkort zal worden doorgezet. In demeerjarenafspraak tussen de m<strong>in</strong>ister van OCW en de VSNU zijn de volgende ambities afgesproken.De Nederlandse universiteiten willen zich <strong>in</strong>spannen om:1. de verwijzende en b<strong>in</strong>dende functie van het eerste bachelorjaar te versterkenAmbitie: <strong>in</strong> een zo vroeg mogelijke stadium (veelal het eerste semester) bekijken of de student bij devoor hem/haar best passende opleid<strong>in</strong>g studeert (match<strong>in</strong>g/vroege b<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g), zodat universiteitensuccesvoller doorverwijzen. De <strong>in</strong>stroom, doorstroom, verwijz<strong>in</strong>g en uitval (uit ho-bestel) zal wordengemonitord. Vanwege de orienterende, selecterende en verwijzende functie van bachelor-1 zullen hiergeen streefwaarden aan worden gekoppeld.2. de studie-uitval <strong>in</strong> bachelor-2 en -3 te halveren (her<strong>in</strong>schrijv<strong>in</strong>g na eerste bachelorjaar)Ambitie: de studie-uitval (uit WO) en studie-switchen (b<strong>in</strong>nen WO) <strong>in</strong> bachelor-2 en -3 (anno 2007:14 procent) halveren <strong>in</strong> 2011. Na het (verwijzende en b<strong>in</strong>dende) eerste bachelorjaar zou er <strong>in</strong> bachelor-2 en -3 een aanzienlijke reductie van studie-uitval en studie-switchers mogelijk moeten zijn.3. meer studenten <strong>in</strong> vierjaar de bachelor af te laten ronden (her<strong>in</strong>schrijv<strong>in</strong>g na eerste bachelorjaar)Ambitie: <strong>in</strong> 2014 rondt meer dan 70 procent van de studenten de bacheloropleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> vierjaar af(anno 2007, 45 procent). Het bachelorprogramma is <strong>in</strong> drie jaar nom<strong>in</strong>aal studeerbaar, maar extrastudentactiviteiten (buitenlandervar<strong>in</strong>g of stage) kunnen ertoe leiden dat een extra jaar noodzakelijk is.4. tien procent van de studenten meer dan het standaardprogramma te laten stitderenAmbitie: <strong>in</strong> 2014 neemt 10 procent van de studenten deel aan opleid<strong>in</strong>gstrajecten (zoals honoursprogramma's), die aanmerkelijk meer van studenten vragen dan gemiddelde opleid<strong>in</strong>gsprogramma's.In de afspraken over de reductie van de uitval en studiesnelheid wordt onderscheid gemaakt tussenhet eerste bachelorjaar en de overige jaren van de bacheloropleid<strong>in</strong>g. De fases verschillen pr<strong>in</strong>cipieel.In het eerste bachelorjaar is de opdracht: orientatie, selectie en verwijz<strong>in</strong>g. Dit alles <strong>met</strong> het doel omde juiste student op de juiste plek te krijgen en wel <strong>in</strong> een zo vroeg mogelijk stadium van de studie(liefst <strong>in</strong> het eerste half jaar). In de overige bachelorjaren is dan de opdracht om de overgeblevenstudenten zo goed (en zo snel) mogelijk naar het e<strong>in</strong>ddiploma te leiden. In 2009 heeft de werkgroepStudiesucces 16haar rapportage opgeleverd <strong>met</strong> daar<strong>in</strong> opgenomen een tw<strong>in</strong>tigtal aanbevel<strong>in</strong>gen,waarvan de uitvoer<strong>in</strong>g loopt. Ook de uitvoer<strong>in</strong>g van dit programma wordt gedurende de looptijd vanhet nieuwe <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan onverkort voortgezet.Ook <strong>in</strong> de masterfase blijft verbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces een beleidslijn die wordt gecont<strong>in</strong>ueerdtijdens de looptijd van het nieuwe <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gsplan. Voor de masteropleid<strong>in</strong>gen zijn geenprestatieafspraken gemaakt <strong>met</strong> het m<strong>in</strong>isterie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, maar er blijftaanleid<strong>in</strong>g om aan verbeter<strong>in</strong>g van het studiesucces <strong>in</strong> de masteropleid<strong>in</strong>gen aandacht te besteden. Demasterrendementen zijn op dit moment wat lastig te <strong>in</strong>terpreteren, omdat ze betrekk<strong>in</strong>g hebben opcohorten, die aan de opleid<strong>in</strong>g begonnen voor de <strong>in</strong>voer<strong>in</strong>g van de harde knip. Een aanzienlijk aantal13N1516Audit Instell<strong>in</strong>gstoets <strong>UvA</strong>: Vrij blijven zonder vrijblijvendheid. ACS, Januari, 2011.Programmaplan Voorbereid<strong>in</strong>g Instell<strong>in</strong>gstoets Kwaliteitszorg. Mei, 2011.Kader Kwaliteitszorg Ondenvijs <strong>UvA</strong>, Juni, 2011.Studiesucces aan de Universiteit van Amsterdam. April, 2009.7


studenten heeft bij aanvang van de masteropleid<strong>in</strong>g al een deel van de mastervakken afgerond tijdensde bachelor. Daardoor geven de rendementen een te positief beeld. Het studiesucces van de eenjarigemasters is <strong>in</strong> de meeste faculteiten redelijk stabiel. Bij de tweejarige masteropleid<strong>in</strong>gen daalt hetrendement bij drie van de vijf faculteiten die deze aanbieden. Bij alle faculteiten is verbeter<strong>in</strong>g van hetstudiesucces <strong>in</strong> de masterfase speerpunt van beleid en zij treffen hiertoe passende maatregelen.2.3. Academische vorm<strong>in</strong>gDe commissie Veerman pleit voor een helder onderscheid tussen universiteiten en hogescholen endaarmee voor herbevestig<strong>in</strong>g van het b<strong>in</strong>aire stelsel <strong>in</strong> Nederland. Een scherp onderscheidend profielstelt beide typen hoger onderwijs beter <strong>in</strong> staat <strong>in</strong> te spelen op de verschillende niveaus en leerstijlenvan studenten en op de diverse behoeften van de arbeidsmarkt. Belangrijke onderscheidendekenmerken tussen universiteiten en hogescholen zijn gelegen <strong>in</strong> de undergraduate en graduate fase, deacademische vorm<strong>in</strong>g en de verwevenheid tussen onderwijs en onderzoek.2.3.1. Hoger beroepsonderwijs versus ivetenschappelijk onderwijsHet onderwijs aan universiteiten kenmerkt zich door twee onderl<strong>in</strong>g samenhangende cycli. In deundergraduate fase ligt het accent op de wetenschappelijke basisdiscipl<strong>in</strong>es en basiscompetenties diedoor de student <strong>in</strong> de graduate fase (masters/Ph.d) gecomb<strong>in</strong>eerd worden tot algemene of specifiekeprofessionele orientaties. De academische vorm<strong>in</strong>g is pas afgerond na de graduate fase (master ofPh.D). Bij de specifieke beroepen waarop de universiteit voorbereidt, volgt vaak nog een on-the-jobspecialisatiefase na de universitaire opleid<strong>in</strong>g. In het hoger beroepsonderwijs daarentegen is deundergraduate fase een zelfstandige, afgeronde opleid<strong>in</strong>g die direct toegang geeft tot de arbeidsmarkt.Er is slechts <strong>in</strong> beperkte mate sprake van een graduate fase, die, anders dan op de universiteit, nietdirect aansluit op de undergraduate fase, maar over het algemeen professionele verdiep<strong>in</strong>g levert aanstudenten die vaak al enige jaren praktijkervar<strong>in</strong>g hebben opgedaan.Academische vorm<strong>in</strong>g is het aanleren van kritisch en analytisch denken. Een sterke verwevenheidtussen onderwijs en onderzoek is daarvoor onontbeerlijk. In universiteiten maakt deze academischevorm<strong>in</strong>g zowel <strong>in</strong> de bachelor- als <strong>in</strong> de masterfase deel uit van alle opleid<strong>in</strong>gen, ook van opleid<strong>in</strong>gendie gericht zijn op het uitoefenen van specifieke beroepen zoals arts, leraar, kl<strong>in</strong>isch psycholoog,bedrijfskundige, apotheker en jurist. Op hogescholen zijn de bacheloropleid<strong>in</strong>gen gericht op specifiekeberoepsvelden, waarbij vakkennis, -<strong>in</strong>zicht en -vaardigheden, praktijkleren en praktijkgerichtonderzoek de basis van de opleid<strong>in</strong>gen vormen. In het wetenschappelijk onderwijs zijn onderwijs enonderzoek verweven tot research-<strong>in</strong>tensief onderwijs. Wetenschappelijk onderzoek is, anders dan ophogescholen, een eigenstandig primair proces <strong>met</strong> een eigen dynamiek, fundamenteel van aard engedreven door nieuwsgierigheid. Ook het hoger beroepsonderwijs kan niet zonder een goedeverwevenheid <strong>met</strong> onderzoek. Dit is echter praktijkgericht onderzoek, dat is geworteld <strong>in</strong> deberoepspraktijk en bijdraagt aan de verbeter<strong>in</strong>g en <strong>in</strong>novatie van die beroepspraktijk.2.3.2. Kritisch en analytisch denkenHet onderwijs aan de <strong>UvA</strong> wordt de komende periode weer meer gericht op academische vorm<strong>in</strong>g,waar<strong>in</strong> kritisch en analytisch denken centraal staat. Dit aspect van het onderwijs is de laatste jarenonder druk komen te staan door de toenemende massaliteit <strong>in</strong> het hoger onderwijs. Het hogeronderwijs bereidt studenten voor op een loopbaan <strong>in</strong> een moderne kennissamenlev<strong>in</strong>g, waar<strong>in</strong>paradoxaal genoeg de toename <strong>in</strong> beschikbare kermis niet vanzelfsprekend leidt tot een grotere matevan zekerheid. Deze toegenomen kennisproductie maakt het moeilijk overzicht te houden. Nieuwekennis roept weer nieuwe vragen op en op niet alle terre<strong>in</strong>en bestaat er wetenschappelijke consensus. 17Technologische verander<strong>in</strong>gen doen nog eens een extra beroep op kritisch denken. De vaardigheid omde geloofwaardigheid van een <strong>in</strong>formatiebron te kunnen beoordelen, is een onmisbaar elementgeworden van kritisch denken, dat studenten expliciet moet worden bijgebracht. De modernekennissamenlev<strong>in</strong>g vraagt niet alleen om een hoger opgeleide beroepsbevolk<strong>in</strong>g, maar ook om anderevaardigheden. Basisvaardigheden blijven van belang en nemen door de technologische ontwikkel<strong>in</strong>gennog verder <strong>in</strong> belang toe. Daarnaast wordt <strong>in</strong> een globaliserende wereld de beheers<strong>in</strong>g van het Engels17L. O Fresco. Feiten <strong>in</strong> oven'Ioed. Kohnstammlez<strong>in</strong>g, 25 Maart, 2011.8


een meer vanzelfsprekende vaardigheid. Tevens doet de kennissamenlev<strong>in</strong>g van de toekomst <strong>in</strong>toenemende mate een beroep op geavanceerde, academische vaardigheden.In de loop der tijd zijn er vele def<strong>in</strong>ities gegeven van academische vorm<strong>in</strong>g beg<strong>in</strong>nend bij Dewey <strong>in</strong>1909 tot moderne varianten als die van Ennis (1993). 18 Boulton en Lucas 19 omschrijven academischevorm<strong>in</strong>g als volgt:"Universities serve to make students th<strong>in</strong>k. They do so by feed<strong>in</strong>g and tra<strong>in</strong><strong>in</strong>g their <strong>in</strong>st<strong>in</strong>ct to understandand seek mean<strong>in</strong>g. It is a process whereby young people are taught to question <strong>in</strong>terpretations thatare given to them, to reduce the chaos of <strong>in</strong>formation to the order of an analytical argument. They aretaught to seek out what is relevant to the resolution of a problem; they learn progressively to identifyproblems for themselves and to resolve them by rational argument supported by evidence; and they learnnot to be dismayed by complexity but to be capable and dar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> unravell<strong>in</strong>g it"Kernelementen uit alle def<strong>in</strong>ities van academische vorm<strong>in</strong>g zijn: <strong>in</strong>terpretatie, analyse, evaluatie,<strong>in</strong>ferentie, verklar<strong>in</strong>g en zelfreguler<strong>in</strong>g. Deze vaardigheden helpen studenten om tot een doelgericht,reflectief oordeel te komen. In Tabel 1 wordt de betekenis van de vaardigheden voor kritisch denkenkort toegelicht.Tabel l. Overzicht kritische denkvaardighedenVAARDIGHEID CONCENSUSDEFINITIE ONDERLIGGENDE VAARDIGHEDENInterpreteren . "Het begrijpen en uitdrukken van de bedoel<strong>in</strong>g en het belangvan uiteenlopende ervar<strong>in</strong>gen, situaties, <strong>in</strong>formatie,gebeurtenissen, oordelen, gewoontes, overtuig<strong>in</strong>gen, regels,. procedures of criteria."OrdnienOp waarde schattenVerklaren van bedoel<strong>in</strong>gAnalyserenAfleidenHet identificeien van bedoelde en feitehjke verbanden tussenstell<strong>in</strong>gen, vragen, concepten, beschrijv<strong>in</strong>gen of anderevoorstell<strong>in</strong>gen van zaken die bedoeld zijn voor het uitdrukkenvan overtuig<strong>in</strong>gen, oordelen, ervar<strong>in</strong>gen, motivates <strong>in</strong>lormatie. of men<strong>in</strong>gen.""Het identificeren en vaststellen van elementen die nodig zijnom een waarschijnlijke conclusie te trekken; het opstellen vanspeculaties en hypothesen; het beschouwen van relevante<strong>in</strong>formatie en het afleiden van gevolgen uit gegevens, stell<strong>in</strong>gen,-. pr<strong>in</strong>cipes, bewijzen, oordelen, overtuig<strong>in</strong>gen, men<strong>in</strong>gen,concepten, beschrijv<strong>in</strong>gen, vragen of andere voorstell<strong>in</strong>gen vanzaken."Onderzoeken van ideeenHerkennen van argumentenHerkennen van motivates enbewenngenOnderzoeken van bewijzenKormulcrtm van nlternrit.cvenConclusies trekken volgens de<strong>in</strong>ductieve en deductieve <strong>met</strong>hodeEvalueren' Het vaststellen van de geloofwaardigheid van siwln!,;en ofandete voorstell<strong>in</strong>gen van zaken die een lelaa.s o! bi'schrijv<strong>in</strong>gzijn van lemands opvatt<strong>in</strong>gen, ervar<strong>in</strong>gen, situatie, oordelen.overtuig<strong>in</strong>gen of men<strong>in</strong>gen; het vaststellen van de logischekracht van de feitehjke of bedoelde verbanden tussenstell<strong>in</strong>gen, beschrijv<strong>in</strong>gen, vragen of andere voorstell<strong>in</strong>gen vanBeooidelen van degeloofwaardigheid vanbewenngen. Beoordelen van dekwaliteit van de gebruikteargumenten volgens de <strong>in</strong>ductieveen deductieve <strong>met</strong>hodeUitleggenReflecteren"Het geven van een overzicht en verantwoord<strong>in</strong>g van debewijzen, concepten, <strong>met</strong>hoden, criteria en context waarop eenredener<strong>in</strong>g is gebaseerd; en het presenteren van de redener<strong>in</strong>g<strong>met</strong> steekhoudende argumenten.Eewust controleren van de eigen cognitieve activiteiten, deelementen die deel uitmaken van desbetreffende cognitieveactiviteiten en de behaalde resultaten, vooral door devaardigheden analyseren en evalueren toe te passen op deeigen gevolgtrekk<strong>in</strong>gen tene<strong>in</strong>de de eigen ledener<strong>in</strong>gen ofresultaten te onderzoeken, bevestigen, op waarde te testen ofte comgeren."Beschrijven van resultatenAantonen van juistheid vanproceduresPresenteren van argumentenZelfcontroleZelfcorrectieBron: De gcnoemde bclangrijkstc kritische denkvaardigheden zijn afkomslig uit hel APA Report: Expert Consensus Statementson Critical Th<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g (ERIC ED 315 423)9A. Fisher. Critical Th<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g: An <strong>in</strong>troduction. Cambridge University Press, 2001.G. Boulton, & C. Lucas (2008). What are universities for? LERU.9


De ideale kritische denker beschikt niet alleen over bovengenoemde cognitieve vaardigheden, maarzal die vaardigheden uite<strong>in</strong>delijk <strong>in</strong>ternaliseren tot disposities, waarmee hij/zij <strong>in</strong> het leven staat.Uite<strong>in</strong>delijk moet het kritisch denken de collegebanken overstijgen. Een leefwijze die is gestoeld opkritisch denken wordt gekenmerkt door de volgende disposities:* leergierigheid <strong>met</strong> betrekk<strong>in</strong>g tot een breed palet aan onderwerpen,* begaan zijn <strong>met</strong> goed geihformeerd worden en blijven,* alertheid op gelegenheden om kritisch denken toe te passen,* vertrouwen <strong>in</strong> het proces van beredeneerd onderzoek,* zelfvertrouwen <strong>met</strong> betrekk<strong>in</strong>g tot de eigen redeneervaardigheden,* een open m<strong>in</strong>d <strong>met</strong> betrekk<strong>in</strong>g tot verschillende manieren om naar de wereld te kijken,* flexibiliteit om alteraatieven en men<strong>in</strong>gen te overwegen,* begrip voor andermans men<strong>in</strong>g,* onbevooroordeeldheid bij het wegen van redener<strong>in</strong>gen,* eerlijkheid ten aanzien van de eigen bias, vooroordelen, stereotypen, of egocentrischeneig<strong>in</strong>gen,* prudentie bij het <strong>in</strong> gebreke blijven, vellen of wijzigen van oordelen,* bereidheid standpunten te heroverwegen en te herzien als uit reflectie blijkt dat verander<strong>in</strong>gnoodzakelijk is.2.3.3. Onderwijsprocessen en kritisch denkenDe ontwikkel<strong>in</strong>g van de vaardigheid/dispositie tot kritisch denken, stelt ook eisen aan hetonderwij sproces. In perspectieven op onderwij zen kunnen grofweg twee orientaties onderscheidenworden, te weten docent-gecentreerd/<strong>in</strong>houd-georienteerd en student-gecentreerd/leren-georienteerd.In de docent-gecentreerde orientatie staat het overbrengen van <strong>in</strong>formatie en het doorgeven vangestructureerde kennis centraal. De student-gecentreerde orientatie gaat ervan uit dat onderwij zen hetfaciliteren van begrip en het bevorderen van conceptuele en <strong>in</strong>tellectuele ontwikkel<strong>in</strong>g omvat. Ditbetekent niet dat <strong>in</strong>houd en denken strikt van elkaar gescheiden zijn. Leren om kritisch te denkenbehelst immers het op steeds complexere wijze gebruiken van <strong>in</strong>houdelijke kennis ten behoeve van hetontwikkelen van begrip. Het verwerven van kennis en het ontwikkelen van het vermogen tot kritischdenken zijn daarom onlosmakelijk <strong>met</strong> elkaar verbonden. Het is van belang dat kritisch denkentegelijk onderwezen wordt <strong>met</strong> de overdracht van kennis over discipl<strong>in</strong>es. Dit vraagt van docenten omproblemen vanuit meerdere perspectieven te benaderen en zich te richten op het leggen van verbandenen zoeken naar overeenkomsten <strong>in</strong> die <strong>in</strong>houd. Dat moedigt bij studenten de gevoeligheid en hetbewustzijn aan om vanuit die verschillende perspectieven te denken. Docenten moeten studentendaarbij aanzetten tot bewuste reflectie op hun ideeen en hen aanmoedigen deze ideeen nader teanalyseren. Studenten moeten <strong>met</strong> andere woorden uitgedaagd worden tot nader onderzoek.Bijna 70 jaar nadat Glaser 20de eerste officiele studie verrichtte naar kritisch denken, blijkt er nogsteeds een weg te gaan <strong>in</strong> de daadwerkelijke realisatie ervan <strong>in</strong> het wetenschappelijk onderwijs. Zijnideeen zijn nog steeds <strong>in</strong>vloedrijk, zoals blijkt uit de website van The Critical Th<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g Community. 21Hoewel het koesteren van <strong>in</strong>tellectuele vaardigheden zoals het verzamelen van relevante <strong>in</strong>formatie enhet maken van redelijke <strong>in</strong>ferenties belangrijk zijn, moet vooral het cultiveren van <strong>in</strong>tellectueledeugden centraal staan. Het gaat dan om <strong>in</strong>tellectuele bescheidenheid, <strong>in</strong>tellectuele <strong>in</strong>tegriteit,<strong>in</strong>tellectuele empathie, <strong>in</strong>tellectuele moed, <strong>in</strong>tellectuele autonomic en rechtvaardigheid. Door hetonderwijs te richten op <strong>in</strong>tellectuele disposities, maken we van studenten onafhankelijke denkers,mensen die rout<strong>in</strong>ematig onderscheid maken tussen wat ze weten en niet weten, mensen die begaanzijn <strong>met</strong> de ethische dimensie <strong>in</strong> hun denken en <strong>in</strong>teger zijn.De <strong>in</strong>bedd<strong>in</strong>g van edit kritisch denken <strong>in</strong> het curriculum vraagt om <strong>in</strong>vester<strong>in</strong>gen over de langetermijn en commitment van zowel docenten als studenten. Research-<strong>in</strong>tensief onderwijs is eenonderwijsvorm die uitstekend geschikt is om studenten academische vorm<strong>in</strong>g cq. kritisch denken bij tebrengen. In onderstaande paragraaf wordt hier nader op <strong>in</strong>gegaan.E. M. Glaser. An experiment <strong>in</strong> the development of critical th<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g. Teachers College Record, 43, 1942,409-410.21http: //www. criticalth<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g. or g/<strong>in</strong>dex. cfm.10


2.4- Research-<strong>in</strong>tensief onderwijsEen curriculum wordt opgebouwd op basis van een veelheid aan factoren, zoals beschikbare middelen;wet- en regelgev<strong>in</strong>g; de behoefte aan en belang van employability voor studenten; leven lang leren;voorbereid<strong>in</strong>g op de maatschappelijke rol en; de l<strong>in</strong>k tussen onderzoek en onderwijs. Op dit laatsteaspect wordt <strong>in</strong> deze <strong>onderwijsvisie</strong> het accent gelegd, omdat dit aspect door de toenemendemassaliteit van het hoger onderwijs en de toenemende heterogeniteit van de studentenpopulatie die dat<strong>met</strong> zich meebrengt, onder druk is komen te staan. Tevens zijn de aspiraties van studenten <strong>in</strong> hetwetenschappelijk onderwijs s<strong>in</strong>ds het midden van de jaren 60 beroepsgerichter geworden. Naast hetbieden van academische vorm<strong>in</strong>g wordt van universiteiten ook verwacht dat zij studentenvoorbereiden op hun rol als burger evenals hun professionele rol <strong>in</strong> de maatschappij. De rol van hethoger onderwijs is daarmee tweeledig geworden, namelijk (1) het bevorderen van de persoonlijke en<strong>in</strong>tellectuele ontwikkel<strong>in</strong>g van studenten, evenals (2) het bevorderen van het economische en socialewelzijn van de maatschappij.B<strong>in</strong>nen de marges van wat mogelijk is, wil de <strong>UvA</strong> als research-<strong>in</strong>tensieve universiteit alles doenom zowel <strong>in</strong> de bachelor- als <strong>in</strong> de masterfase de onderwij s-onderzoek nexus <strong>in</strong> stand te houden. Dezeonderwijs-onderzoek nexus onderscheidt het wetenschappelijk onderwijs van het hogerberoepsonderwijs. Een belangrijk doel van wetenschappelijk onderwijs is studenten te leren dat kennisvoortdurend aan verander<strong>in</strong>g onderhevig is, maar ook om hen het belang van en de fasc<strong>in</strong>atie omkennis na te streven bij te brengen. Dit laatste is niet alleen van belang om het wetenschappelijkonderwijs daadwerkelijk op wetenschappelijk niveau te breng en, maar het is evenzeer van belang voorde employability van de student. In een kenniseconomie moeten alle studenten, zeker allemasterstudenten, als het ware 'onderzoekers' zijn. Niet alleen zullen zij op de arbeidsmarkt betrokkenzijn bij de productie van kennis, maar zij moeten ook zo opgeleid worden, dat zij <strong>in</strong> staat zijn derisico's en onzekerheden die de vooruitgang <strong>in</strong> de wetenschap nu eenmaal <strong>met</strong> zich meebrengt tehanteren. Een wetenschappelijke opleid<strong>in</strong>g confronteert studenten <strong>met</strong> lesmateriaal dat hen verlicht enmondig maakt (empowerment), ongeacht het beroep zij uite<strong>in</strong>delijk gaan uitoefenen. 22Student-gecentreerd, research-<strong>in</strong>tensief onderwijs is een veelbelovende, onderwijskundigebenader<strong>in</strong>g om studenten voor te bereiden op hun toekomstige persoonlijke, professionele enmaatschappelijke rol, terwijl het tevens bijdraagt aan academische vorm<strong>in</strong>g. De term onderzoek wordt<strong>in</strong> dit verband gebruikt <strong>in</strong> de brede z<strong>in</strong> des woords en omvat fundamenteel, toegepast, praktijkgerichtonderzoek, alsmede <strong>in</strong>dustriele ontwerpen, enz.. Dit doet recht aan verschillen tussen discipl<strong>in</strong>es.Het curriculum is de centrale plek waar de l<strong>in</strong>k tussen onderwijs en onderzoek gerealiseerd moetworden. Eerst wordt <strong>in</strong>gegaan op het bacheloronderwijs. Niet alleen omdat het de core bus<strong>in</strong>ess is vanhet merendeel van ons onderwijs, maar ook omdat de uitdag<strong>in</strong>g om een effectieve l<strong>in</strong>k tussenonderwijs en onderzoek te realiseren daar het grootst is. De grote vragen van de wetenschap en onsbegrip ervan veranderen voortdurend door nieuwe empirische evidentie en het is een van de taken vanhet wetenschappelijk onderwijs om studenten (ook als burgers en toekomstige professionals) te lerendeze toenemende mate van complexiteit te hanteren. Alle studenten moeten dan ook leren begrijpendat onderzoek ons begrip van de grote wetenschappelijke vraagstukken voortdurend aanpast,ondersteunt en soms juist ondermijnt. Het klassieke 19 deeeuwse Humboldt model van de nexus tussenonderwijs en onderzoek was gebaseerd op het idee van een wetenschapper-docent die onderwijs gafaan kle<strong>in</strong>e groepjes studenten die samen leerden en onderzoek deden, de zogenaamde meester-gezelrelatie. Bij de huidige omvang van het hoger onderwijs kan dit oude ideaal niet overe<strong>in</strong>d gehoudenworden. Wei kan een visie op leren gehanteerd worden, die ervan uitgaat dat leren betrekk<strong>in</strong>g heeft opnog onopgeloste vraagstukken en dus altijd <strong>in</strong> de onderzoeksmodus moet plaatsv<strong>in</strong>den. Het curriculummoet erop gericht zijn de <strong>in</strong>tellectuele ervar<strong>in</strong>g van studenten door en over onderzoek als leerproces teondersteunen. Een curriculum dat opgebouwd is rondom de onderzoeksexpertise van <strong>in</strong>dividuelewetenschappers (het zogenaamde zendtijdmodel) is daarvoor ontoereikend.Een raamwerk ontwikkeld door Griffiths 23 biedt aanknop<strong>in</strong>gspunten om zowel <strong>in</strong> het bachelor- als<strong>in</strong> het masteronderwijs de l<strong>in</strong>k tussen onderwijs en onderzoek vorm te geven. Griffiths onderscheidtC. Christensen & H. Eyr<strong>in</strong>g. How to save the traditional university, from the <strong>in</strong>side out. The Chronicle ofHigher Education, July 24, 2011.23R. Griffiths (2004). Knowledge production and the research-teach<strong>in</strong>g nexus: the case of the built environmentdiscipl<strong>in</strong>es. Studies <strong>in</strong> Higher Education, 29, 709-726.11


drie modi <strong>in</strong> de relatie tussen onderwijs en onderzoek: onderzoeks-ge/e/t/, onderzoeks-georienteerd,onderzoeks-ge/3a.sem/. De eerste modus, onderzoeks-ge/e/c?, houdt <strong>in</strong> dat er kennisoverdracht aanstudenten plaatsv<strong>in</strong>dt over onderzoeksresultaten, die op het expertiseterre<strong>in</strong> van de docent liggen. In detweede modus, onderzoeks-georienteej-d, wordt studenten <strong>in</strong>zicht bijgebracht over het proces vanonderzoek doen, ligt het accent <strong>in</strong> het onderwijs evenzeer op het proces van kennisproductie, en wordtgeprobeerd studenten via het onderwijs een zeker onderzoeksethos bij te brengen. In de derde modus,onderzoeks-gebaseerd, leren studenten als "echte"onderzoekers, zijn zij actief bezig <strong>met</strong> op onderzoekgebaseerde activiteiten en wordt het onderscheid <strong>in</strong> rol tussen docent en student gem<strong>in</strong>imaliseerd.Healey 24heeft dit raamwerk van Griffiths omgewerkt tot onderstaand diagram en heeft er nog eenvierde categorie aan toegevoegd, te weten onderzoeks-gen'c/zz*. In deze laatste modus schrijvenstudenten essays en bediscussieren ze de ideeen die daar<strong>in</strong> vigeren <strong>met</strong> docenten. Vaak omvatten demeest effectieve leerprocessen een comb<strong>in</strong>atie van deze vier modi. In de bachelorfase kunnen erandere accenten gelegd worden dan <strong>in</strong> de masterfase. Figuur 4 geeft de verschillende modi weer.FOCUS OP STUDENTENSTUDENTEN ALS DEELNEMERSNADRUK OP INHOUDVAN ONDERZOEKOnderzoekgerichtCurriculum <strong>met</strong> focus op hetschrijven en bespreken vanessays en scriptiesOnderzoekgeleidCurriculum gestructureerdrond het onderwijzen vande huidige vak<strong>in</strong>houdOnderzoekgebaseerdCurriculum <strong>met</strong> nadruk oponderzoeksgebaseerde studieOnderzoekgeorienteerdCurriculum <strong>met</strong> nadruk op hetonderwijzen van devakgerelateerde processen vankennisvorm<strong>in</strong>gNADRUK OPONDERZOEKS-PROCESSEN ENPROBLEMENFOCUS OP DOCENTENSTUDENTEN ALS PUBLIEKFiguur 4. Curriculum-ontwerp en de nexus onderwijs-onderzoekOntleend aan: M. Healy & A. Jenk<strong>in</strong>sResearch-<strong>in</strong>tensief onderwijs moet de standaard worden en vanaf jaar een <strong>in</strong> de bachelor starten<strong>met</strong> een of meerdere van de modi uit het diagram <strong>in</strong> Figuur 4, en <strong>in</strong> de masterfase e<strong>in</strong>digen <strong>met</strong> eenechte onderzoekservar<strong>in</strong>g <strong>in</strong> een lopend onderzoeksproject. Op de website van The Re<strong>in</strong>ventionCentre 25van de universiteit van Warwick zijn diverse bronnen te v<strong>in</strong>den om de l<strong>in</strong>k tussen onderwijsen onderzoek <strong>in</strong> de bachelorfase gestalte te geven. Het gevolgd hebben van een opleid<strong>in</strong>g, diegekenmerkt wordt door verwevenheid tussen onderwijs en onderzoek, moet effect hebben op devaardigheden die studenten verworven hebben bij het behalen van het diploma. In de bachelor- enmasterfase 26zijn de vaardigheden die studenten ontwikkelen door research-<strong>in</strong>tensief onderwijs globaalals weergegeven <strong>in</strong> Tabel 2.M. Healey. L<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g research and teach<strong>in</strong>g: Explor<strong>in</strong>g discipl<strong>in</strong>ary spaces and the role of <strong>in</strong>quiry-basedlearn<strong>in</strong>g. In: R. Barnett (Ed.), Reshap<strong>in</strong>g the University: New relationships between research, scholarship, andteach<strong>in</strong>g. Maidenhead, United K<strong>in</strong>gdom: Open University Press, 2005.25http.7/www2,wamick.ac.uk7fac/soc/sociologv/re2 6Jacobi, R.K. & Van der Rijst, R.M. (2010), Verwevenheid van onderzoek en onderwijs aan de UniversiteitLeiden; Ontwerppr<strong>in</strong>cipes voor curricula. ICLON Rapport 192, Bijlagen Kerncompetenties WetenschappelijkOnderzoek, pp37-44.12


QJ JDcu a:QJ


De per studiejaar beschreven e<strong>in</strong>dtermen <strong>in</strong> de bachelor- en masterfase <strong>in</strong> Tabel 2 kunnen als richtlijndienen voor de uitwerk<strong>in</strong>g van de e<strong>in</strong>dtermen per opleid<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de faculteiten.In de masterfase wordt de l<strong>in</strong>k tussen onderzoek en onderwijs ten voile tot ontwikkel<strong>in</strong>g gebrachten beschikken masterstudenten op hoog niveau over kenmerken die noodzakelijk zijn om een bijdragete kunnen leveren aan een complexe en onzekere toekomst, waar vaardigheden als twijfel, verifieren,oordelen en presenteren, vaak <strong>in</strong> de context van beperkte of onvolledige <strong>in</strong>formatie, steedsbelangrijker worden. Het gaat kortom om vaardigheden en talenten, die de discipl<strong>in</strong>aire kennisoverstijgen en die toepasbaar zijn <strong>in</strong> een varieteit aan contexten. Onderzoek en een onderzoekendehoud<strong>in</strong>g zijn niet alleen van belang voor studenten die een academische loopbaan nastreven. Elkeprofessional opgeleid op academisch niveau heeft die vaardigheden nodig <strong>in</strong> de complexekennissamenlev<strong>in</strong>g van de 21 steeeuw. Het hoogste niveau wordt bereikt <strong>in</strong> de researchmaster, waarbijstudenten geleerd wordt een complex onderzoeksproject op hoog wetenschappelijk niveau uit tevoeren van de plann<strong>in</strong>gs- tot en <strong>met</strong> de publicatie- en presentatiefase. Aan het e<strong>in</strong>d van deresearchmaster zijn studenten <strong>in</strong> staat hoogwaardige wetenschappelijke kennis en vaardigheden toe tepassen op basis van persoonlijke autonomie en zijn zij <strong>in</strong> staat daarvoor verantwoordelijkheid tenemen.2.5. Activerend lerenIn het kader van het <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g geven aan academische vorm<strong>in</strong>g, research-<strong>in</strong>tensief onderwijs en hetbevorderen van studiesucces staat <strong>in</strong> het onderwijs van de <strong>UvA</strong> activerend leren centraal. Activerendleren kan zowel bevorderd worden door de samenstell<strong>in</strong>g en spreid<strong>in</strong>g van het curriculum over hetstudiejaar als door het gebruik van onderwijsvormen die studenten actief betrekken bij het leerproces.Activerend leren moet worden toegepast op meerdere niveaus, te weten het curriculumniveau, deonderwij s<strong>met</strong>hode en de onderwij sactiviteiten. Deze aspecten komen achtereenvolgens aan de orde.De <strong>in</strong>dent<strong>in</strong>g van het curriculum is een factor bij uitstek om actief studiegedrag van studenten, endaarmee studiesucces te bemvloeden. Het is dan ook een van de 20 aanbevel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het rapport vande werkgroep studiesucces. Leerprestaties worden sterk be'<strong>in</strong>vloed door de <strong>in</strong>zet van de student en dehoeveelheid tijd die aan zelfstudie wordt besteed. Regelmaat <strong>in</strong> studeren kan worden bevorderd doorcontacturen te spreiden over de 5 dagen per week en door studielasturen evenals de verhoud<strong>in</strong>g tussenzelfstudie-uren en contacturen gelijkmatig over het jaar te verspreiden. Het is van belang het juisteomslagpunt <strong>in</strong> contacttijd per week te v<strong>in</strong>den; een toename van contacturen mag niet ten koste vangaan van zelfstudie-uren. Een goede balans tussen beide is van belang. Het is eveneens van belang dat<strong>in</strong> het curriculum reken<strong>in</strong>g wordt gehouden <strong>met</strong> de plaats van zelfstudie-uren <strong>in</strong> relatie tot contacturenen - grote - opdrachten. Een tweede curriculumfactor betreft de programmer<strong>in</strong>g van studieonderdelen.Een goede programmer<strong>in</strong>g bevordert regelmatig studiegedrag. Om concurrentie tussenstudieonderdelen te voorkomen, is het van belang om modulen, tentamens, <strong>in</strong>leverdata voor papers enherkans<strong>in</strong>gen zo goed mogelijk te spreiden en reken<strong>in</strong>g te houden <strong>met</strong> de omvang ervan. Door hetcurriculum zo <strong>in</strong> te richten dat per semesterblok maximaal twee modulen worden aangeboden, maarwel <strong>in</strong> elk blok onderwijs wordt gegeven, volgen studenten het hele jaar door actief onderwijs.Bovendien op een wijze die het mogelijk maakt het gevolgde onderwijs ook <strong>met</strong> succes af te ronden.Door studenten b<strong>in</strong>nen de modulen <strong>met</strong>een actief bij het leerproces te betrekken, bijvoorbeeld middelstussentoetsen en actieve onderwij svormen, wordt voorkomen dat studenten zich pas actief op delesstof gaan richten aan het e<strong>in</strong>d van een module, als zij tentamen moeten doen.Activerend leren verwijst eveneens naar een wijze van doceren die meer student-gecentreerd is.Het zijn die onderwij svormen die van studenten een actieve bijdrage vragen aan het leerproces en henaanzetten tot kritisch denken. Het vraagt van studenten om controle te leren krijgen op het eigenleerproces. En het verwijst naar het proces van gestructureerd toeleiden van studenten naar <strong>in</strong>zicht.Wat activerend leren bij uitstek actief maakt, is de cognitieve verwerk<strong>in</strong>g die nodig is om structuur teontdekken <strong>in</strong> lesmateriaal; deze structuur te organiseren <strong>in</strong> betekenisvolle clusters; te begrijpen onderwelke omstandigheden die kennis bruikbaar is en; die kennis vloeiend te reproduceren. Activerendleren overstijgt dus het eenvoudigweg ter beschikk<strong>in</strong>g hebben van kennis. Het heeft betrekk<strong>in</strong>g op het14


faciliteren van studenten om zelf op zoek te gaan naar kennis, of zelf kennis te produceren en die ookconsequent toe te passen.Activerend leren vraagt om onderwijsmefhoden, waarbij studenten tijdens het onderwijs aan delesstof werken, zodat het onderwijs naar een hoger peil kan worden gebracht en er verdiep<strong>in</strong>g kanplaatsv<strong>in</strong>den. Dit kan bijvoorbeeld middels tussentijdse opdrachten, deeltoetsen en dergelijke. Alduskan ook de zelfstudie worden georganiseerd, zodat het duidelijk is wat er tijdens zelfstudie van destudent wordt verwacht. Het valt zelfs te overwegen zelfstudie-uren op te nemen <strong>in</strong> het rooster. Deonderwij s<strong>met</strong>hode is geen overdrachts<strong>met</strong>hode, zoals het geval is bij college geven, maarbijvoorbeeld probleemgestuurd werken <strong>in</strong> groepen. Als leren uite<strong>in</strong>delijk de collegebanken moetoverstijgen, dan moeten studenten <strong>met</strong> hun ideeen worstelen, ze <strong>in</strong>corporeren <strong>in</strong> bestaandedenkstructuren en de te onderzoeken problemen als relevant ervaren. Authenticiteit is daarbij eenbelangrijk criterium. Die authenticiteit wordt het best bereikt door studenten realistische, complexe,ongestructureerde problemen voor te leggen. Dit motiveert studenten om onderl<strong>in</strong>g en <strong>met</strong> docentende dialoog aan te gaan om naar oploss<strong>in</strong>gen te zoeken.Er zijn diverse onderwijsactiviteiten die bijdragen aan activerend leren. Discussie wordt vaakgezien als een prototypische <strong>met</strong>hode van actief leren. Andere <strong>met</strong>hoden die als zodanig aangemerktworden, zijn visueel geleide <strong>in</strong>structie, het schrijven van papers en essays, probleem oplossen,computergeleide <strong>in</strong>structie, cooperatief leren, debat, drama, rollenspel, simulaties, games en peerteach<strong>in</strong>g. Bij probleemgestuurd werken komt het er vooral op aan dat het niveau van het uitwisselenvan persoonlijke op<strong>in</strong>ies overstegen wordt en er diepgang <strong>in</strong> de analyse zit op basis van empirischefeiten. In de praktijk blijkt dit veel lastiger te organiseren en controleren dan doorgaans wordtaangenomen.Activerend leren wordt vaak geassocieerd <strong>met</strong> een hogere werkdruk. Dat kan voorkomen wordendoor te streven naar oploss<strong>in</strong>gen die de productiviteit en de kwaliteit ten goede komen. Het kan tevensvoorkomen worden door succesvolle maatregelen goed <strong>in</strong> kaart te brengen en <strong>met</strong> elkaar te delen.2.6. Ambitieuze studiecultuurDe centrale uitdag<strong>in</strong>g bij het realiseren van bovenstaande ambities is om zowel bij studenten,docenten, als de universiteit als geheel een ambitieuze studiecultuur te creeren op basis vanwederzijdse verplicht<strong>in</strong>g. Met 'studiecultuur' wordt enerzijds het samenspel bedoeld vanstudiemotivatie, <strong>in</strong>zet en attitude, verbondenheid <strong>met</strong> de opleid<strong>in</strong>g en een gezonde vorm vanprestatiegerichtheid van studenten. Anderzijds betreft het de <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>gen b<strong>in</strong>nen de opleid<strong>in</strong>gen omdeze studentkenmerken maximaal te bevorderen. Aan de <strong>UvA</strong> wordt de studiecultuur <strong>in</strong> belangrijkemate bei'nvloed door het strategisch organiseren van meer kle<strong>in</strong>schalige onderwij svormen b<strong>in</strong>nen defmanciele randvoorwaarden (om de massaliteit <strong>in</strong> grote opleid<strong>in</strong>gen te doorbreken bijvoorbeeld),onderwijs op maat, betrokken docenten, goede begeleid<strong>in</strong>gsvormen en heldere afspraken <strong>met</strong>studenten over studie-<strong>in</strong>zet en studievoortgang. Van de student mag worden verwacht dat deze zichtijdens zijn vooropleid<strong>in</strong>g goed heeft georienteerd op een studie <strong>in</strong> het wetenschappelijk onderwijs,voldoende tijd aan de studie besteedt, betrokken is bij de activiteiten die de universiteit organiseert endaar<strong>in</strong>, vanuit een attitude van medeverantwoordelijkheid, participeert. Bij het bevorderen van eenmeer ambitieuze studiecultuur gelden enkele bijzondere aandachtspunten:• Studiekeuze: betrouwbare en realistische voorlicht<strong>in</strong>g speelt hier een belangrijke rol. Vanbelang is ook dat opleid<strong>in</strong>gen vergelijkbaar zijn b<strong>in</strong>nen de eigen universiteit, maar ook tussenuniversiteiten.• Ondenvijs<strong>in</strong>tensiteit. contacturen en schaalgrootte zijn factoren van belang. Studenten wordenniet altijd uit zichzelf enthousiast van hun studie en zullen vaak door de context geactiveerdmoeten worden, voordat zij zelf een actieve rol gaan spelen. Het is dan ook van belangstudenten te enthousiasmeren, uit te dagen en te b<strong>in</strong>den aan de onderwij somgev<strong>in</strong>g, zodat hun15


prestaties verbeteren. Kle<strong>in</strong>schaligheid en <strong>in</strong>tensieve studiebegeleid<strong>in</strong>g kunnen hieraanbijdragen voor zover passend b<strong>in</strong>nen de bestaande f<strong>in</strong>anciele randvoorwaarden.« De docent op een voetstuk: een <strong>in</strong>spirerende docent maakt hier alle verschil. Ruimte voor eensterke professionele cultuur onder docenten is een belangrijke sleutel tot onderwijsverbeter<strong>in</strong>g.Uitdag<strong>in</strong>g is dat die onderwij sverbeter<strong>in</strong>g geihitieerd en gedragen wordt door docententeams<strong>met</strong> een sterk wetenschappelijk fundament. Waarder<strong>in</strong>g voor onderwijsactiviteiten is hierbijvan cruciaal belang. De <strong>UvA</strong> bevordert dit door docenten specifieke onderwijskwalificaties telaten behalen (bijvoorbeeld BKO, SKO) en deze kwalificaties te verb<strong>in</strong>den aan deloopbaanontwikkel<strong>in</strong>g.2.6.1. DocentprqfessionaliteitDocenten vervullen een sleutelrol <strong>in</strong> het realiseren van onderwij skwaliteit, het verbeteren vanstudiesucces en het werken aan academische vorm<strong>in</strong>g. Professionele ontwikkel<strong>in</strong>g van docentenbev<strong>in</strong>dt zich op het snijvlak tussen twee beleidsterre<strong>in</strong>en: onderwijsbeleid en personeelsbeleid.Docentprofessionaliser<strong>in</strong>g is aan de <strong>UvA</strong> <strong>in</strong>tegraal opgenomen <strong>in</strong> het kader strategischpersoneelsbeleid. Professionaliteit van het docentschap is gebaat bij een goedemix van salaris, ontwikkel<strong>in</strong>gs- en loopbaanmogelijkheden, en mogelijkheden om teexcelleren (onderwijsprijzen e.d.). Docentprofessionaliser<strong>in</strong>g bestaat op dit moment uit deBasiskwalificatie Onderwijs en de Seniorkwalificatie Onderwijs.Met de onderteken<strong>in</strong>g van de Wederzijdse erkenn<strong>in</strong>g Basiskwalificatie Onderwijs (BKO)(januari 2008) zijn de Nederlandse universiteiten en dus ook de <strong>UvA</strong> een professionelestandaard voor academische docenten overeengekomen. Zo worden gecertificeerde docentenzonder nadere toets<strong>in</strong>g door alle deelnemende <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen als gekwalificeerd docent <strong>in</strong> hetacademisch onderwijs erkend. Met de onderteken<strong>in</strong>g beogen wij een verdere impuls te gevenaan de professionaliteit van en de waarder<strong>in</strong>g voor docenten. Formele schol<strong>in</strong>g, zoals eenBKO-traject, is van belang bij het verwerven van (nieuwe) vaardigheden. Het zijn vooraljonge en nieuwe docenten, die de stap naar professionaliteit nog moeten zetten, die gebaatzijn bij <strong>in</strong>itiele schol<strong>in</strong>g om aan de m<strong>in</strong>imumeisen te voldoen. B<strong>in</strong>nen de <strong>UvA</strong> nemen ookervaren docenten deel aan het BKO-traject. Wei worden <strong>in</strong> het geval van ervaren docentenmaatwerktrajecten aangeboden. Docenten ontwikkelen zich daarnaast door collegialefeedback, door systematische reflectie op en evaluatie van het eigen onderwijs, door hetontwikkelen van nieuw onderwijs, en door ontwikkel<strong>in</strong>g en uitvoer<strong>in</strong>g vanonderwij svernieuw<strong>in</strong>gen.De <strong>in</strong> deze notitie beschreven <strong>in</strong>steek op academische vorm<strong>in</strong>g vraagt om een academischegemeenschap, waar<strong>in</strong> docenten en studenten samen werken als community of learners gericht op deexcellence en van studenten en van docenten.2.7. Differ en tia tieDe <strong>UvA</strong> kent een sterk groeiende en heterogene studentenpopulatie. De groei zal waarschijnlijk nogtot 2020 doorzetten. Om beter aan te kunnen sluiten bij de motivatie en het talent van al dezeverschillende studenten worden <strong>in</strong> het bacheloronderwijs, daar waar mogelijk/f<strong>in</strong>ancierbaar, anderedan de bestaande discipl<strong>in</strong>aire bacheloropleid<strong>in</strong>gen ontwikkeld en is er aandacht voorniveaudifferentiatie, bijvoorbeeld door honourstrajecten en selectieve colleges <strong>in</strong> te richten.De <strong>UvA</strong> heeft een dekkend aanbod aan discipl<strong>in</strong>aire bacheloropleid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de sectoren alfa,gamma, beta en geneeskunde. Daarnaast bieden sommige faculteiten brede bacheloropleid<strong>in</strong>gen aan,waarvan het studiesucces hoog is. Voorbeelden van dergelijke programma's zijn de beta-gammabachelor, psychobiologie, algemene sociale wetenschappen, future planet studies. Daarnaast biedt het16


Amsterdam University College, een samenwerk<strong>in</strong>gsverband <strong>met</strong> de Vrije Universiteit, een liberal artsand sciences bachelor aan. Bij de ontwikkel<strong>in</strong>g van nieuwe bacheloropleid<strong>in</strong>gen wordt vooral <strong>in</strong>gezetop brede bachelorprogramma's die de grenzen van discipl<strong>in</strong>es en/of faculteiten overstijgen en daarwaar die ontwikkel<strong>in</strong>g ook <strong>in</strong>ternationaal doorzet. Een voorbeeld hiervan is de opkomst van eenvakgebied op de grens van economie, rechten en gedragswetenschap, dat <strong>in</strong>ternational duidelijkgestalte krijgt. Dergelijke bachelorprogramma's dagen studenten uit om over de grenzen vandiscipl<strong>in</strong>es te kijken. Bovendien bieden zij aan studenten <strong>met</strong> een brede <strong>in</strong>teresse die bij de start vaneen academische opleid<strong>in</strong>g nog geen keuze willen maken voor een specifieke discipl<strong>in</strong>e, demogelijkheid een def<strong>in</strong>itieve keuze uit te stellen tot de masterfase. Aldus dragen deze opleid<strong>in</strong>gen ookbij aan het voorkomen van studievertrag<strong>in</strong>g/-uitval.De heterogeniteit <strong>in</strong> studentenpopulaties vraagt ook om meer differentiatie <strong>in</strong> niveau. Een grootdeel van de studenten wil meer uitdag<strong>in</strong>g. De <strong>UvA</strong> heeft daarvoor honoursprogramma's ontwikkeld.De discipl<strong>in</strong>aire variant van het <strong>UvA</strong>-honoursprogramma bestaat uit extra vakken die tijdens debacheloropleid<strong>in</strong>g gevolgd worden. Iedere opleid<strong>in</strong>g kent een eigen variant van hethonoursprogramma, waar<strong>in</strong> het accent ligt op verbred<strong>in</strong>g van het eigen vakgebied of op<strong>in</strong>terdiscipl<strong>in</strong>ariteit. Naast honoursprogramma's bieden faculteiten excellentieprogramma's aan die demogelijkheid bieden tot verdiep<strong>in</strong>g <strong>in</strong> wetenschappelijke, maatschappelijke, culturele, filosofische enactuele thema's. De <strong>UvA</strong> kent twee soorten van <strong>in</strong>terdiscipl<strong>in</strong>air honoursonderwijs, te wetenlosstaande modules en zogenaamde honoursopties. Een honoursoptie is een extra programma naasteen <strong>in</strong>terdiscipl<strong>in</strong>aire keuzemodule. Het Instituut voor Interdiscipl<strong>in</strong>aire Studies biedt de meeste<strong>in</strong>terdiscipl<strong>in</strong>aire honoursmodules en -opties aan. Maar ook <strong>in</strong> faculteiten wordt naast discipl<strong>in</strong>airtevens <strong>in</strong>terdiscipl<strong>in</strong>air honoursonderwijs georganiseerd. Het valt tevens te overwegen studenten zelfeen honoursprogramma te laten samenstellen bestaande uit een comb<strong>in</strong>atie van honoursmodulen dataansluit bij hun <strong>in</strong>houdelijke <strong>in</strong>terese en dit programma ter goedkeur<strong>in</strong>g te laten voorleggen aan deexamencommissie. Een universiteitsbrede honourscommissie bewaakt de eenheid <strong>in</strong> de programma'sb<strong>in</strong>nen en tussen faculteiten. Het honoursonderwijs is erop gericht om mogelijkheden te creeren voortoptalent <strong>in</strong> het onderwijs.Ook valt te overwegen de diversiteit te organiseren. De <strong>UvA</strong> heeft heel verschillendestudentengroepen. Snelle studenten, ongemotiveerde studenten, studenten die graag structuur krijgenaangeboden en studenten die juist meer vrij willen worden gelaten. Het valt te overwegen omstudenten die achterblijven en matig presteren anders te begeleiden dan studenten die er prima <strong>in</strong>slagen om nom<strong>in</strong>aal te studeren. Deze diversiteit kan beter worden geaccommodeerd door dit tebenoemen en de verschillende groepen ook anders te behandelen. Zoals voor erg goede studentenbovengenoemde honoursprogramma's bestaan, kiezen we er ook voor om de studenten die <strong>in</strong> deachterhoede verblijven meer bij de hand te nemen en hen te dw<strong>in</strong>gen zich te concentreren op hetgestructureerd afronden van de studie. Zo wordt <strong>met</strong> achterblijvende studenten een studieplanafgesproken, waarbij regelmatige controle en begeleid<strong>in</strong>g wordt geboden. Daarnaast worden zeerduidelijke cohortgroepen onderscheiden, waarbij de studenten die de bachelor <strong>in</strong> drie jaar doenworden onderscheiden van de studenten die er vierjaar over doen. We moeten immers voorkomen datstudenten die het allemaal prima zelf kunnen en aantoonbaar op schema studeren zich betutteld voelen.Uiteraard ligt de organisatie van een en ander bij de opleid<strong>in</strong>gen zelf.De differentiatie <strong>in</strong> de opleid<strong>in</strong>gen is dus vooral bedoeld om opleid<strong>in</strong>gen te ontwikkelen dieveeleisend zijn voor de excellente studenten, <strong>in</strong>spirerend voor de goede studenten en structurerendvoor degenen die nu uitvallen. Bovendien helpt verbred<strong>in</strong>g van de bacheloropleid<strong>in</strong>gen studenten <strong>met</strong>een keuzeprobleem, die keuze nader te specificeren tijdens de studie. Deze maximale ontwikkel<strong>in</strong>gvan alle talenten beg<strong>in</strong>t <strong>met</strong> Oog voor talent.17

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!