11.07.2015 Views

BOSINFO - Brugse verenigingen

BOSINFO - Brugse verenigingen

BOSINFO - Brugse verenigingen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>BOSINFO</strong>bij metalen omheiningen wel eens uit hetoog verloren. Een houten omheining zoueen zes à acht jaar meegaan, lang genoegdus.Nog een mogelijkheid is het gebruik vanelektrische afsluitingen. Nadeel is dat eenopgejaagd dier hier wel eens durft door testormen. Met één draad op 7cm (en eventueeleen tweede op 27cm) hou je hazen enkonijnen op afstand. Reeën geraken door ofover alle combinaties van draden maar voorherten en everzwijnen zijn elektrische oplossingenmet een drietal draden effectief.Een speciale vorm is de verplaatsbare afsluitingtegen everzwijnen (zie foto). Bij dit systeemstaan de bovenste en onderste dradenniet op eenzelfde lijn. Hierdoor raakt hetzwijn de draden met neus en borst wat heteffect vergroot.rest staan, zodat er voldoende voedsel is.Heel effectief en goedkoop is om een jongeaanplant niet te proper vrij te stellen. Datkan door tussen de aangeplante boompjesde natuurlijke aanwezige verjonging vanbomen, struiken en kruiden zo veel mogelijkte laten groeien en alleen de topscheut vande jonge boompjes vrij te houden (vb. methakmes of sikkel). Wist je dat bramen tot hetfavoriete voedsel van reeën behoren? Ookjonge scheuten van Amerikaanse eik en Wildelijsterbes worden gretig gesmaakt (vb.pas afgezet hakhout). Wie tussen zijn aanplantingalle ‘wilde’ soorten kortwiekt, geeftde reeën en konijnen uiteraard rechte baannaar de geplante boompjes. Als die natuurlijkeverjonging echter te beperkt beschikbaaris, kan de bosbeheerder zelf ‘lekkere’Aangepast bosbeheerHoewel de technische afweermiddeleneen deel van de oplossing blijven, is voorkomennog altijd beter dan genezen. Wildbeschermingkost dikwijls meer dan de aanplanting.Een evenwichtige wildstand blijftdus de voorwaarde nummer één. Maar ookde bosbouwer kan maatregelen nemen dieschade voorkomen of beperken. De basisideedaarbij is genoeg voedselaanbod tevoorzien buiten de waardevolle aanplantingenen verjongingen. Zorg in elk gevalvoor een dynamisch bosbeheer met voldoendevariatie en verjonging. Door opvoldoende plaatsen te verjongen, spreid jede wilddruk. Door bovendien ook regelmatigte dunnen, zorg je voor meer licht in hetbos en dus een beter ontwikkelde struikenkruidlaag. Die biedt extra voedsel. Ditextra voedsel vinden de dieren ook in goedbeheerde bosranden (regelmatig afzetten)en bij vruchtdragende bomen en struikendie worden aangeplant. Door verschillendesoorten te kiezen, die op diverse tijdstippenvruchten dragen, wordt het aanbodgespreid. Belangrijk is ook om in een jongbestand niet te zwaar te dunnen. Doe je datwel, dan riskeer je dat herten net de meestkwaliteitsvolle bomen gaan viseren (bij gebrekaan andere). Stel in zo’n bestand enkelde toekomstbomen goed vrij, maar laat deEen verplaatsbare elektrische schrikdraadkan everzwijnen op afstandhouden.soorten inbrengen via het aanplanten vanjong plantgoed, van stekken of van zaden.Soorten die hiervoor ook in aanmerkingkomen zijn o.a. Brem, Zachte berk, wilgen,Haagbeuk en Vlier. Nog een stap verder isde aanleg van wildakkers met kruidachtigevegetatie. Dit is alleen een optie wanneer ereen verlaten stukje landbouwgrond ter beschikkingligt.14Boomblad JANUARI/FEBRUARI/MAART 2013

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!