Verslagenwas ideaal wandelweer. De weg liep doorheeneen rustig en oogstrelend landschap van akkersen weiden. Verspreide bomen, struikjes,hagen en poelen maken er de charme van uit.Opvallend waren de vele meidoornhagen,overladen met donkerrode bessen, afgewisselddoor de helderrode bottels van de Hondsroos.Een bijzonderheid van dit gebied zijn de“gelegde hagen”. Dat zijn hagen waarvan detakken horizontaal worden omgebogen en diedoor de juiste wijze van snoeien een dicht enondoordringbaar vlechtwerk gaan vormen.Deze techniek gaat luidens de beschrijvingdoor Julius Caesar al terug tot op de tijd vande Romeinen. We bestegen de dijk rondomhet Schulensmeer. Veel vogels zaten er niet:hier en daar een Blauwe Reiger, een Fuut,een Aalscholver, een Kleine Mantelmeeuw.Beneden in de wei zat een grote groepGrauwe Ganzen met daartussen een paarNijlganzen en Brandganzen. Als die met hunallen verschrikt opvlogen, keken de vogelaarsreikhalzend uit naar de mogelijke oorzaak vandie paniek. Zou het die verhoopte, maar nogniet opgedaagde Visarend kunnen zijn? Bijdie kleine vijver flitste een IJsvogel voorbij dieechter maar door één gelukkige werd gezien.Over de dijk en het water fladderden af entoe enkele Boerenzwaluwen rond. Na eenaangename middagpauze in Schulen (herbergSint-Jan) vertrokken we richting Zonhoven.Daar wandelden we door een vrij bosrijkgebied tussen de vele visvijvers. Bij iedere vijverspeurden we het water af. Hier zwommeneens een paar Tafeleenden, daar weer een Fuutof een Waterhoen. In de bomen zaten roerlozesolitaire Reigers of hele kolonies Aalscholvers.We waren het er onderweg al over eens dat detocht geen adembenemende waarnemingenopleverde, maar gewoon een fijne dag haddenin een mooi en aangenaam landschap. Totdat… een paar achterblijvers met telescopen derest van de groep nadrukkelijk wenkten enterugriepen. Dààr, aan de overkant van hetmeer, op de top van een kale boom zat hij,onbeweeglijk en majestueus: de VISAREND!Lang hebben we hem staan bekijken: hij zatmet de witte borst naar voor, Soms draaidehij zich een beetje zodat ook de vleugels inbeeld kwamen. Op de terugweg zagen wenog tweemaal een Visarend in de vlucht(dezelfde?). En zo was onze uitstap in alleopzichten geslaagd.Netevallei bij Herenthoutzaterdag 04/10/2008 – 17 dlnmGids: Luc Van SchoorLeiding: Wim VandeweyerVerslag: Rina VredenbregtEen van de mooiste en nog gave landschappenin de zuiderkempen vinden we grosso modobinnen de driehoek Bevel – Herenthout– Itegem. Doorheen wijd en rustiglandbouwland met verspreide bospercelenkronkelt de Grote Nete. Ons vertrekpuntwas de aloude herberg ’t Schipke (zou daterenvan 1830). Vanaf het sierlijk gebogen houtenbruggetje (waar vroeger een overzet was)wandelden we over de Netedijk – langs dekant van het Schipke – richting Itegem. Inde lucht toerd een Havik rond, honderdenHoutduiven vlogen verschrikt de bossenuit. Iets verder, in een langgerekte smallewei, zat een Blauwe reiger, onbeweeglijk.Ongeveer anderhalve km stroomopwaartsvan het Schipke mondt de Wimp uit in deNete, geleid doorheen grote buizen metterugslagkleppen, dit op het waterdebiet in deNete te regelen. Langs een smal, ruig begroeidpad evenwijdig met de Wimp, wandelden wenu richting kasteel Herlaar. Normaal is dit padniet publiek toegankelijk, maar Luc had vooronze groep de toelating weten te verkrijgenvan de eigenaar. Ook hadden Luc en Wim opvoorhand al wat kap- en snoeiwerk verrichtom voor ons een weg te banen tussen debrandnetels en de Japanse Duizendknoop. Hetkasteel van Herlaar, een omwalde waterburcht,dateert uit de 13e eeuw. Het werd herbouwdin 1704. Het eigenlijke kasteel is omringddoor verschillende bijgebouwen. De nogalfantasierijke neogotische stijl doet vermoedendat er ook na 1704 nog flink wat werdgerenoveerd en gewijzigd aan het totaalaspect.Wat de site vooral zo aantrekkelijk maaktzijn de indrukwekkende parkbomen. Eénknoestige, sterk vertakte beuk zou zowat 300jaar oud zijn. De huidige eigenaar bewoonthet huis naast de oude watermolen. Dezewatermolen, een zogenaamde onderslagmolenuit 1439, herbouwd in 1477, zou uniek zijnin onze contreien. Op de grote vijver vóórhet huis laat de IJsvogel zich geregeld goedwaarnemen (vb door Luc en Wim tijdensde voorbereiding). Alleen , onze groep hadvandaag minder geluk. Aangekondigde enverhoopte buitenkansjes doen zich meestalniet voor. Langs het asfaltbaantje wandeldenwe terug naar het Schipke. Op een bepaaldeplaats vestigde Luc onze aandacht op eenopvallende piep- of fluittoon, zoals van eenverroeste poort of een slecht geolied werktuig.Dit was het geluid van een Havik. Ziezo,Havik gezien én gehoord. Op iedere tocht valttoch wat bij te leren. Maar de grootste waardevan deze wandeling was toch wel het uniekelandschapsschoon van heel deze omgeving.FamiliezoektochtZondag 12/10/2008 – 12 dlnmLeiding: Wim Roelant enNancy GeldhofVerslag: NancyHet was een mooie zonnige zondagmiddag enhet fortgebied hing vol kleurige kaartjes. Wehadden veel volk verwacht. Maar het volk hadwat anders te doen, of durfde niet?De afwezigen hadden ongelijk, diegenen diehet wel aandurfden, hebben ervan genoten.Spreuken ontcijferen, met je hand in eenzakje, raden wat dat akelige prikkeding is,geblinddoekt langs een stukje bospad lopenen… gek, maar iedereen dacht dat hij of zijtoch wel meer bomen aan hun bladeren ofvruchten kon herkennen. Ook lastige vragenen doordenkertjes zaten ertussen, opgevrolijktmet hier en daar een spelletje.Achteraf bij een drankje werden deantwoorden en de heksenwafeltjes verwerkt,en heel wat afgelachen.Krijg je al spijt dat je het gemist hebt, maakalvast je kinderen en kleinkinderen warm, dandoen wij het volgend jaar nog eens over.<strong>rAntGroen</strong> - 24
RantNieuwsOvergenomen uit“wijkkrant voor Buizegem, oktober 2008”Tekst Wim Verrelst(schepen leefmilieu en groenbeleid)Over ligweiden en hooiweiden“Ons” park aan de Romeinse Put beschikt over bijzonderveel grasvelden. De meeste wandelaars kennen de groteweide met in het midden de drie treurwilgen als deligweide. Voor 2000 stonden die treurwilgen nog op eeneiland, met daar rond de oude visvijver. Bij de heraanlegvan het park werd de oude vijver gedempt met de gronddie voor de nieuwe vijver werd uitgegraven.Sinds dit jaar wordt er een nieuw maaibeheertoegepast op de ligweide. Het ganse voorjaar werd deweide namelijk NIET gemaaid. dit was geen luiheidof vergetelheid van de Edegemse grasploegen: hetis een bewuste actie geweest. het is de bedoeling datdeze weide voortaan tot ongeveer half juni niet meergemaaid wordt. Na de eerste maaibeurt wordt ze danwel regelmatig kort gezet, zodat ze in volle zomer nogaltijd volop door zonnebaders, picknickers en spelendekinderen gebruikt kan worden.Door deze vlakte in het voorjaar niet te maaien, zullenverschillende bloemen de kans krijgen om te groeien, tebloeien en zaden te vormen. die zaden kunnen dan hetvolgend jaar weer uitkomen. Omdat het maaisel wordtafgevoerd, “verarmt” de grond aan voedingsstoffen,waardoor stilaan het gras zal minderen ten voordelevan de bloemen. Zo moet de weide over enkele jarenevolueren naar een rijk gevarieerde wilde bloemenweidein het voorjaar.Wat hier toegepast wordt, is een vorm van zogenaamdhooiweide-beheer. Verschillende andere parken,bijvoorbeeld Schoten en Schilde, passen dit reeds metsucces toe. De ontwerpers van ons park hadden diteigenlijk al van in het begin willen doen met de ligweide,maar toen kwam er nog te veel ongewild kruid door(distels, netels, ...). De test van dit jaar toont dat wedaar geen schrik meer voor moeten hebben: door hetjarenlange maaien zijn ze verdwenen en ze zullen ookniet terugkomen omdat er in de zomer nog geregeld zalgemaaid worden.In het voorjaar zal in de ligweide naast de padennog altijd een strook van enkele meters kort wordengehouden. Hinderen zal het hoge gras dus niet doen.Vertrouwde wandelaars zullen in het voorjaar dus weleven moeten aanpassen aan het zicht, maar over eenaantal jaren krijgen we er wel een nieuw kleurrijk zichtvol bloemen bij in ons park.Meer naar de Edegemse Beek toe zijn grotere plekkenwaar enkele natte dagen volstaan om de bodem zompigte maken.Niet toevallig vond ik daar vanaf april tot juni een paarhonderd Pinksterbloempjes.Stel je voor hoe deze frele roze pracht zich volgende jarenvermenigvuldigt door het nieuwe maaibeheer.Het Oranjetipje heeft deze Pinksterbloemen alswaardplant en het was dan ook een streling voor het oogom ze in de lente van 2008 boven de hooiweide te zienfladderen.Kunnen we hier in de toekomst ook Echte koekoeksbloemverwachten?In deze zones troffen we ook de gele bloempjes vanGewoon barbarakruid aan.Nog kleurig geel: Paardebloem, Gewoon biggekruid enKlein streepzaad.Aan de bosrand van het elzenbosje groeide Bosandoornen enkele Gewone smeerwortels: ook hommels komenhier aan hun trekken.Op de drogere hogere delen zagen we Madeliefjes,Smalle weegbree, Zachte ooievaarsbek...Als dit gedeelte nog een beetje verarmt, zien we hiermisschien Knoopkruid en Margrieten verschijnen!Dus hondenbaasjes, kakjes opkuisen!Tegen juni konden we merken dat er ook al flink watverschil in grassoorten aanwezig was: het waren nietalleen bruine bloeipluimen van Gewoon struisgras.Er was hier en daar ook al een zode Grote vossenstaartte zien, naast Gestreepte witbol, een paar Kruipertjes,Hooibeestjes en Bonte zandoogjes (vlindersoorten).De Groene specht is regelmatig in de onmiddellijkebuurt te horen en soms te zien. Op een avondwandelingontmoette ik er ook een Egeltje.Er was een broedgeval van Grote bonte specht aan derand van de weide. In de houtwal naast de weide huisteen Eekhoorn.De Blauwe reiger landt al eens op de weide. Opeen kleine oppervlakte is er heel wat natuurlijkebiodiversiteit mogelijk. Ik kijk alvast uit naar nog meernatuur.En dan eind juni: de geur van het hooiland... de lenteweideis gemaaid. Wachten op het volgend voorjaar...Volgende lente verdient deze hooiweide alvast de aandachtvan onze plantenwerkgroep voor een grondigereinventarisatie.Een uitnodiging aan alle parkgebruikers om jullie observatiesvan groeiende en bewegende natuur door tegeven.Johan ClaessensAls vaste bezoeker merkte ik in 2008 reeds volgendezaken:De weide heeft verschillende nattere en drogere zones.<strong>rAntGroen</strong> - 25