11.07.2015 Views

Dementie; ook onder allochtone ouderen - ActiZ Kleurrijke Zorg

Dementie; ook onder allochtone ouderen - ActiZ Kleurrijke Zorg

Dementie; ook onder allochtone ouderen - ActiZ Kleurrijke Zorg

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Dementie</strong>; <strong>ook</strong> <strong>onder</strong> <strong>allochtone</strong> <strong>ouderen</strong>Richtlijnen voor bereikbaarheid van <strong>allochtone</strong> doelgroepen voor zorg- en welzijnsinstellingen


De ProfessionalDe AfnemerSamen werken aan een sociaal en cultureelsterk Brabant. Daar is het beleid van de provincieop gericht. Dat vraagt ruimte en respectvoor elkaar en oog voor degenen die de aansluitingdreigen te missen. Zij verdienen <strong>onder</strong>steuningbij het zelf aanpakken van hun problemenen het beter benutten van hun capaciteiten.We willen onze samenleving bijeenhouden door een leefomgeving te creërenwaarin iedereen zich thuis kan voelen. Dat doenwe bijvoorbeeld door zorg voor jong en oud,het leefbaar houden van kleine kernen en hetop peil houden van sociale en culturele voorzieningen.Het realiseren van deze doelen iseen zaak van alle Brabanders, voor alle Brabanders.Want als ieder z’n plek vindt in onzeprovincie, wordt het leven voor iedereen aangenamer.Brabant voor iedereenInleidingTot op de dag van vandaag maakt het merendeelvan de <strong>ouderen</strong> met een <strong>allochtone</strong>culturele achtergrond nauwelijks gebruik vanvoorzieningen voor <strong>ouderen</strong>. De belangrijksteoorzaken lijken te liggen in de onbekendheiden ontoegankelijkheid van en negatievebeeldvorming over voorzieningen.Andersom zijn instellingen en provincialec.q. gemeentelijke overheden vaak niet opde hoogte van de zorg- en welzijnbehoeftenvan deze specifieke groep <strong>ouderen</strong> en hunomgeving. Gevolg is dat vraag en aanbodnog weinig op elkaar is afgestemd.De onbekendheid met, veelal, ouderdomsgerelateerdeziektebeelden zoals dementiemaakt het geheel nog complexer. En datterwijl het aantal <strong>allochtone</strong> 50plussersde komende 20 jaar niet alleen toeneemt,maar <strong>ook</strong> in toenemende mate in aanrakingzal komen met dementie. Daarmee zal <strong>ook</strong>binnen deze kringen de druk op mantelzorgtoenemen. Velen <strong>onder</strong> hen zullen dit echterniet beseffen.Stichting ZetGeïnvesteerd dient te worden in kennisoverdrachtover dementie aan <strong>allochtone</strong>doelgroepen. Het doorbreken van taboesis hierbij een eerste vereiste. Tevens zijninvesteringen nodig in het voorbereidenvan aanbieders van zorg en welzijn op deconfrontatie met deze ‘nieuwe’ doelgroepdementerenden waarvan opvattingen enwensen op het terrein van de zorg zullenafwijken van de huidige groep.Stichting Zet acht dit thema van groot maatschappelijkbelang en houdt zich sinds 2003bezig met het ontwikkelen van kennis overde beleving van dementie en zorg voor <strong>ouderen</strong><strong>onder</strong> <strong>allochtone</strong> doelgroepen. In hetkader van het project <strong>Dementie</strong>problematieken Cultuurspecifieke <strong>Zorg</strong> is <strong>onder</strong>zoekgedaan naar geschikte methoden om <strong>allochtone</strong><strong>ouderen</strong> te voorzien van informatie.Ook de specifieke woonzorgwensenvan verschillende nationaliteiten zijngeïnventariseerd. Het project heeft geresulteerdin een aantal aanbevelingen voorbeleidsmakers van zorg en welzijn.RichtlijnenIn deze brochure zijn de aanbevelingenvertaald in praktische richtlijnen, aangevuldmet interessante cijfers en wetenswaardigheden.Stichting Zet hoopt hiermeeorganisaties <strong>onder</strong>steuning te biedenbij het toegankelijk maken van hun aanbodvoor <strong>allochtone</strong> dementerende <strong>ouderen</strong> enhun mantelzorgers.3


De ProfessionalDe ProfessionalDe AfnemerCijfers in BrabantMidden-BrabantMidden-BrabantWest-BrabantWest-BrabanMidden-BrabantZuidoost-BrabantMidden-BrabantWest-Brabant Noordoost-BrabantWest-Brabant14000Verdeling <strong>allochtone</strong>n in de 12000 Brabantseregio’s1000060006000In nevenstaande grafieken is 4000 te zien hoegroot de aantallen zijn van de 2000vier grootstegroepen <strong>allochtone</strong>n van de 0 eerste en400020000tweede generatie in 2008 en 2025. 2008 2025(Bron: CBS 2008)8000Zuidoost-Brabant1400012000100008000Nederlandse Antillen enArubaSurinameMarokkoTurkije2008 2025Zuidoost-Brabant18000Nederlandse 16000 Antillen en1800016000Aruba 1400014000Suriname 12000120001000010000Marokko 8000800060006000Turkije 4000400020002000002008 2025Noordoost-Brabant2008NedeArubaSurinTurkijMaroNoordoo2025Nederlandse Antillen enArubaSurinameTurkijeMarokko14000160001400012000120001000010000800080006000 60004000 40002000 20000 0140001200010000800060004000200002008 2008 2025 2025Nederlandse Nederlandse Antillen Antillen en enAruba ArubaSuriname SurinameMarokko MarokkoTurkije Turkije2008 202518000 1400018000160001600016000Nederlandse 12000 Antillen en 16000Nederlandse Nederlandse Antillen en Antillen en Nederlandse Aruba14000 Antillen en1400014000Aruba14000ArubaAruba10000120001200012000Suriname12000Suriname SurinameSuriname80001000010000100001000080008000Marokko60008000Turkije Marokko8000Turkije600060006000 400060004000Turkije400040004000Marokko Turkije2000Marokko20002000200020000 00002008 2008 2025 2025 2008 20252008 2025Nederlandse Antillen enArubaSurinameMarokkoTurkije2008 202514000Nederlandse 12000 Antillen enAruba10000Suriname8000Marokko 60004000Turkije20000140001200010000800060004000200002008 20252008NedeSurinMaroTurkij45


De ProfessionalDe ProfessionalDe AfnemerBeleving van zorg en dementie binnen <strong>allochtone</strong> culturenPrognose dementieIn nevenstaande grafieken is te zien hoegroot de aantallen niet-westerse <strong>allochtone</strong>65+ers zijn in 2008 en 2025. Tevens is tezien hoe groot het aantal dementerendenzal zijn <strong>onder</strong> hen.(Bron: CBS 2008)5000niet-westerse <strong>allochtone</strong> 65+ers4000niet-westerse <strong>allochtone</strong> 65+ers met dementie30002000100002008 2015 2020 2025500040003000200010000Zuidoost-Brabant Midden-Brabant West-Brabant500040003000200010000Noordoost-Brabant Zuidoost-Brabant Midden-Brabant West-Brabant50005000 <strong>Zorg</strong> is familieplicht5000 Beleving van Nederlandse zorgvolking een algemeen beeld bij dementie.Van oudsher ziet men de zorg voor ouders als Allochtone <strong>ouderen</strong> willen, net als autochtone<strong>ouderen</strong>, zo lang mogelijk zelfstandig niet-westerse het algemeen <strong>allochtone</strong> 65+ers kent men de term niet: de-Voor oudere migranten geldt dat niet. Over400040004000een traditionele plicht. Als een soort dienst300030003000van wederkerigheid. Kinderen zijn hun ouders blijven wonen. Redenen om niet naar een mentie is een term die binnen veel <strong>allochtone</strong>2000culturen <strong>allochtone</strong> onbekend 65+ers met dementie en onbemind is. Er2000 dankbaarheid verschuldigd en volgens het 2000 verzorgingshuis te willen, zijn het verlies van niet-westerse10001000 traditionele patroon is het dan <strong>ook</strong> vanzelfsprekend1000 zelfstandigheid, de eenzaamheid en de te heerst nog teveel taboe op het ziektebeelddat kinderen de verzorging van hun kleine kamers, waardoor het onmogelijk is dementie. Men spreekt er niet gemakkelijk0002008 2015 2020 20252008 2015 2020 2025zorgbehoevende 2008 2015 ouders 2020 op 2025 zich nemen. om 2008 veel bezoek 2015 te ontvangen.2020 2025over. Een term die men bovendien liever gebruiktEchter, door het leven in het westen waarinVeel oudere migranten hebben het idee datvoor dit fenomeen is vergeetachtigheidde kinderen zich meer en meer hebben Nederlanders hun <strong>ouderen</strong> ‘opbergen’ in en vergeetachtigheid is een onvermijdelijk5000kunnen emanciperen, zijn zij steeds minder verzorgingshuizen en niet meer voor hen bijverschijnsel van de ouderdom, waartegenovermen machteloos staat.afhankelijk van hun ouders. De rollen zijn willen zorgen. Dit negatieve beeld vindt <strong>onder</strong>meer zijn oorsprong in de intramurale4000niet-westerse zelfs <strong>allochtone</strong> eerder omgedraaid. 65+ers Doordat de kinderende taal beter beheersen, zijn de ouders verzorging in het land van herkomst. Daar Bekendheid met extramurale voorzieningen30002000niet-westerse van hen <strong>allochtone</strong> afhankelijk 65+ers met voor dementiecontacten met wonen <strong>ouderen</strong> die heel arm zijn en geen De kennis van extramurale voorzieningen1000de buitenwereld.familie hebben die voor hen zorgt. De opnamevarieert tussen de verschillende groepen.hier in een verzorgings- of verpleeghuis Voorzieningen als maaltijdverstrekking, alar-Gevolg hiervan is <strong>ook</strong> dat de wederkerigheidgedachteniet meer zo sterk leeft bij ervaart men dan als een schande.mering en wijkzorg voor <strong>ouderen</strong> zijn bij02008 2015 2020 20252008 2015 2020 2025de <strong>ouderen</strong>. Ze beseffen dat de omstandighedenTurkse en Marokkaanse <strong>ouderen</strong> over hetveranderd zijn: kinderen werken, Bekendheid met dementiealgemeen onbekend. In mindere mate geldthebben een druk sociaal leven buiten de Veel autochtonen hebben in hun familie of dit <strong>ook</strong> voor de thuiszorg. Surinaamse enfamilie, wonen niet altijd in de buurt, hechtenomgeving te maken (gehad) met (veelal) Antilliaanse <strong>ouderen</strong> zijn doorgaans betersteeds meer waarde aan privacy. <strong>ouderen</strong> die aan dementie lijden. Hierdoor op de hoogte van het aanbod aan extra-heeft een groot deel van de Nederlandse bemuralevoorzieningen.67


De ProfessionalDe ProfessionalDe AfnemerRichtlijnen voor bereikbaarheid van de doelgroep8Hier<strong>onder</strong> staan stapsgewijs de richtlijnen beschrevenom te komen tot een toegankelijk aanbodvoor <strong>allochtone</strong> dementerenden en hunfamilieleden. Deze richtlijnen zijn zowel op detoegankelijkheid van intramurale voorzieningenals welzijnsinstellingen van toepassing.Bereikbaarheid van de doelgroepEen succesvol bereik van de doelgroep <strong>allochtone</strong><strong>ouderen</strong> en hun familieleden vereistinzicht in de werking van het netwerkrondom hen en de positie die instanties vanzorg en welzijn hierin innemen. Movisie,centrum voor kennis en advies voor maatschappelijkeontwikkeling, laat zien dat de<strong>allochtone</strong> (oudere) zorgvrager omgevenwordt door drie cirkels van sociale netwerkenof structuren:• De familieAllochtone zorgvragers zijn vaak afkomstiguit samenlevingen waar familie dehulp en zorg biedt die nodig is, dus <strong>ook</strong>als zij oud zijn. De familie blijft dan <strong>ook</strong> deeerste belangrijke schakel in de zorg.beroepskrachtenzelforganisatiesfamiliezorgvrager• Groep van herkomst, religie- of politiekeverwantenDe tweede sociale structuur waarop veel<strong>allochtone</strong>n zich oriënteren, is de groepwaarmee men zich verwant voelt op grondvan herkomst, religie of politieke overtuiging.De eigen gemeenschap en zelforganisatieszijn deel van deze tweede cirkelom hen heen.• Organisaties van wonen, welzijnen zorgIn het land van herkomst waren de eerstetwee cirkels meestal voldoende om tevoorzien in de zorg die <strong>ouderen</strong> nodig hebben.In Nederland lukt dat niet altijd meerhelemaal. Er ontstaan gaten in de cirkels.Niet de hele familie is in de buurt, kinderenkiezen andere wegen, niet iedereen kan eenvereniging of groep vinden die een rol vanbelang in het eigen leven speelt. Daaromwordt voor <strong>allochtone</strong> <strong>ouderen</strong> de derde cirkelvan belang: organisaties in Nederland opde terreinen welzijn, zorg en wonen. Hiermeeis meteen de positie van de beroepskrachtaangegeven: in de buitenste cirkel.Om de <strong>allochtone</strong> oudere te bereiken zal de beroepskrachthet meeste resultaat boeken doorte werken in de eerste twee cirkels. Dus in decirkels van het familiesysteem, van de gemeenschapen zelforganisaties. De beroepskrachtzal merken dat wanneer hij of zij zich direct9


De ProfessionalDe ProfessionalDe Afnemerricht tot de <strong>allochtone</strong> oudere als individudit minder effectief is. Dit betekent concreetdat de beroepskracht contact dient te zoekenmet <strong>allochtone</strong> <strong>ouderen</strong> via intermediairsen sleutelfiguren binnen een gemeenschapwaarmee men bekend en vertrouwdis. Denk hierbij aan contactpersonen vanzelforganisaties of personen die verbondenzijn aan kerk of moskee.InformatievoorzieningEen bekend gegeven is dat de huidige informatievoorzieningover dementie lang nietiedereen bereikt. Er is weliswaar voldoendeinformatie op papier (folders etc.), maardeze methode werkt meestal niet voor migrantenvan de eerste en tweede generatie.Ook niet als een folder in de ‘eigen’ taal isgedrukt: velen zijn analfabeet of spreken netniet die ene taal waarin de informatie is gedrukt.Daarnaast ziet men Nederland vaakals een land met veel regels en papierwerk,waarmee men doorgaans al meer dan genoegte maken krijgt. Papier met veel teksten op het eerste gezicht ‘onbelangrijk’ vermijdtmen dan <strong>ook</strong> snel. Afgezien van ditpraktische (min)punt werkt persoonlijke informatievoorzieningdoor middel van voorlichtingsbijeenkomstenop een niet al te groteschaal een stuk effectiever omdat deze vormmeer aansluit bij de manier van communicerenbinnen de eigen kringen.Om de doelgroep succesvol te informerenmoeten voorlichtingsbijeenkomsten aan devolgende criteria voldoen:• De bijeenkomst dient geleid te wordendoor een sleutelfiguur waarmee men bekenden vertrouwd is. Iemand met dezelfdeculturele achtergrond en iemanddie dezelfde taal spreekt. Te denken valtaan sleutelfiguren die een religieuze functiebekleden zoals een imam of pastoor.Een beroepskracht die beschikt over kennisvan het ziektebeeld, zoals bijvoorbeeldeen gezondheidsvoorlichter van de GGD,verzorgt het inhoudelijke deel. Deze persoondient bij voorkeur wel op de hoogtete zijn van de beleving van zorg en dementie<strong>onder</strong> <strong>allochtone</strong> doelgroepen.• De locatie moet zorgvuldig gekozen worden,zeker gezien de aard van het <strong>onder</strong>werp.Een bekende en vertrouwde omgeving zalleiden tot een grotere opkomst. Een moskee,een ruimte binnen het gebouw van eenzelforganisatie, een wijkgebouw of zelfs eenkerk zijn geschikte locaties. Een anderemogelijkheid is de keuze voor een voorlichtingsbijeenkomstop zeer kleine schaalzoals bij iemand thuis in de huiskamer.• De aan- en omkleding van de bijeenkomstverdient aandacht. Wanneer een <strong>onder</strong>werpals dementie gekoppeld is aan eenbestaande (maandelijkse) activiteit is deinteresse sneller gewekt dan wanneer heteen ‘losstaande’ bijeenkomst is. Op dezemanier is de aandacht wat meer afgeleidvan het moeilijke <strong>onder</strong>werp. Het creërenvan een luchtige sfeer wordt versterkt doorhet serveren van lekkere hapjes en drankjes!Lotgenotencontact voor mantelzorgersBovenstaande geldt in nog sterkere matevoor het organiseren van lotgenotencontact.Lotgenotencontact is een onbekendbegrip binnen de diverse <strong>allochtone</strong> doelgroepen.Maar niet onbemind, zo blijkt uit<strong>onder</strong>zoek. Er bestaat wel degelijk behoefteaan het kunnen praten over de ziekte en hetkunnen uitwisselen van ervaringen.Hier<strong>onder</strong> volgen enkele tips om lotgenotencontactop te zetten:• Om te kunnen praten over een <strong>onder</strong>werpwaarop nog sterk een taboesfeer rust, ishet creëren van een ontspannen sfeer vanessentieel belang. Dit kan door de deelnemersop de eerste plaats in hun eigen taalte laten spreken, juist <strong>ook</strong> omdat het gaatom emoties. Een ontspannen sfeer kun je<strong>ook</strong> creëren door de bijeenkomst ‘creatief’op te zetten, bijvoorbeeld door middel vaneen spelvorm. Om een gezellige sfeer tecreëren zijn verschillende hapjes en drankjesaan te raden.• Voor mensen met een islamitisch geloofmoeten aparte bijeenkomsten georganiseerdworden voor mannen en vrouwen.• Lotgenotencontact moet kleinschalig enin een vertrouwde omgeving plaatsvinden,het liefst zo dicht mogelijk bij huis.Een optie is om lotgenotencontact bij eenvan de deelnemers thuis te organiseren(de ‘tupperwareformule’).• De bijeenkomst zal geleid moeten wordendoor iemand die gespecialiseerd isin het begeleiden van lotgenotencontactgroepen.Dit kan een medewerker vande GGZ, een plaatselijke mantelzorg- ofwelzijnsorganisatie zijn. Deze persoon behoortde taal van de deelnemers te sprekenof bijgestaan te worden door iemandvan de eigen etnische gemeenschap dieeen religieuze functie bekleedt.DagbestedingWanneer een welzijnsvoorziening wil voorzienin dagopvangmogelijkheden voor <strong>allochtone</strong>dementerende <strong>ouderen</strong>, zullen <strong>ook</strong>hier enige aanpassingen aanwezig moetenzijn. De kans is groot dat de belevingswereldvan de <strong>allochtone</strong> <strong>ouderen</strong>iet aansluit bij de rest van de (Nederlandse)bezoekers. De geschiedenisis anders en de activiteitenwaarmee men opgegroeid is enwaarvan men houdt kunnen anderszijn. Vooral bij dementie,waarbij <strong>ouderen</strong> steeds meerterugvallen op hun verleden kandit een reden zijn voor <strong>ouderen</strong>van <strong>allochtone</strong> afkomst om zichniet thuis te voelen binnen eenNederlandse groep en dus afhakenof bij voorbaat al niet komen.1011


De ProfessionalDe ProfessionalDe AfnemerRichtlijnen voor toegankelijkheid van instellingen<strong>Zorg</strong>voorzieningenAls het gaat om opname in een zorgvoorzieningis <strong>ook</strong> het principe ‘zo thuis mogelijk’uiteraard <strong>ook</strong> van belang voor <strong>ouderen</strong> van<strong>allochtone</strong> afkomst. Dat betekent dat hetaanbod in eerste instantie gebaseerd is oprespect voor- en het herkennen en belevenvan de cultuur en leefgewoonten van debewoners. Dit zegt meteen iets over het tevoeren beleid op de diverse <strong>onder</strong>delen.Het toegankelijk maken van een bestaandezorgvoorziening voor <strong>ouderen</strong> van <strong>allochtone</strong>afkomst houdt in dat een organisatie keuzesmoet durven maken en risico’s moet durvennemen. Dit begint met het herkennen van eigenopvattingen en deze ter discussie kunnenstellen. Het realiseren van de specifiekewoon- en leefwensen zullen namelijk sterkafwijken van het reguliere plaatje.PersoneelOp het gebied van het personeelsbeleidvalt hierbij te denken aan de volgende <strong>onder</strong>delen:• Het personeel heeft kennis van de diverseculturele gebruiken en rituelen Hetis van groot belang dat beroepskrachtenen vrijwilligers kennis hebben van de achtergrondenvan de bewoners. Dit kan uiteraarddoor het aanbieden van scholing aanhet personeel waarbij aandacht is voor deverschillende culturele gebruiken en rituelen.Om onzekerheden weg te nemen bijhet zittend personeel (kan ik deze maniervan zorgen wel aan?) is het belangrijk ommet name <strong>ook</strong> in te zoomen op een anderemanier van communiceren.• Het personeel spreekt de taal van de bewonerMinimaal een deel van het verzorgenden verplegend personeel behoort detaal van de bewoner te spreken. Wanneer<strong>allochtone</strong> <strong>ouderen</strong> verzorgd worden doormedewerkers met dezelfde etnisch-cultureleachtergrond, voelen ze zich doorgaansbeter begrepen. Bovendien verslechterthet spraak- en begripsvermogen van deNederlandse taal naarmate men verderachteruitgaat in het dementieproces.• Het personeel houdt rekening met despecifieke wensen van de familie Dehuidige verpleeg- en verzorgingshuisbewonersvan <strong>allochtone</strong> afkomst wordenvaak nog altijd verzorgd door hun familieleden.Zij bieden <strong>onder</strong>steuning en begeleidingbij belangrijke activiteiten zoalsde persoonlijke verzorging en het gebruikvan de maaltijd. Het personeel dient ditte respecteren maar dient hierbij echter<strong>ook</strong> de belasting van de familieleden inhet oog te houden.Voeding• Ingrediënten en patronen Eten vormtvoor <strong>ouderen</strong> van <strong>allochtone</strong> afkomst eenbelangrijk <strong>onder</strong>deel van de dag waar menvan oudsher veel aandacht aan besteedt.Iedere cultuur kent zijn eigen ingrediëntenen patronen, al dan niet religieus bepaald.Hier moet je als aanbieder serieus rekeningmee houden, over het algemeen ben je erniet met het aanvullen van het keuzemenumet een rijstmaaltijd. Het gaat veel verderdan dat, het is dan <strong>ook</strong> raadzaam om eenkijkje te nemen in de keuken of brasserievan verpleeg- of verzorgingshuizen diespecifiek zijn ingericht op bewoners van<strong>allochtone</strong> afkomst.• Aparte keuken Het toegankelijk makenvan een verzorgings- of verpleeghuis voor<strong>ouderen</strong> en dementerenden met een Islamitischgeloof vergt nog grotere aanpassingen.Dan zal er zelfs een aparte keukenmoeten zijn om halal te kunnen koken.Inrichting• Sfeer De toegankelijkheid een verzorgingsofverpleeghuis wordt mede bepaald doorde sfeer die er binnen heerst. De Nederlandsezijn vaak te ‘klinisch’ ingericht. Dementerende<strong>ouderen</strong> grijpen terug naarherinneringen van vroeger, daarom is hetgoed om gebruik te maken van beeldmateriaalvan de landen van herkomst. Ook ishet goed rekening te houden met aanpassingenop het gebied van inrichting van degemeenschappelijke ruimten. Te denkenvalt hierbij aan rotan meubels voor <strong>ouderen</strong>van Indonesische herkomst, Perzischekleden, Oriëntaalse lampen, mozaïekversieringen,koloniale kasten, boeddhabeelden,religieuze schilderijen, lettertekens (inde islam gebruikt men geen afbeeldingenmaar lettertekens) etc.• Ruime appartementen Binnen verschillendeculturen is de familie heel hecht,men is vaak met grote aantallen bij elkaar.<strong>Zorg</strong>appartementen in de bestaande huizenzijn doorgaans ingericht voor een bezoekersaantalvan maximaal 2 à 3 personen.Hierdoor is het voor bewoners van <strong>allochtone</strong>afkomst onmogelijk om veel bezoekte ontvangen zoals zij dat gewend zijn.• Hygiëne Islamitische <strong>ouderen</strong> geven devoorkeur aan een gescheiden douche entoilet. Tevens is een bidet in de badkamerwenselijk in verband met het vijf keer perdag ritueel wassen (inclusief de voeten).Gebruiken en rituelen• Uiterlijke verzorging Er dienen mogelijkhedente zijn voor de verschillende culturelegebruiken. Te denken valt hierbij aanuiterlijke verzorging zoals de mogelijkheidom iedere dag te kunnen baden. Het opde juiste wijze toepassen van kleder- enhaardracht is voor sommige culturen zoalsde Molukse van wezenlijk belang.• Activiteiten Ook specifieke activiteitenbehoren tot de gebruiken zoals het zingenvan liederen ‘van toen’.1213


De Professional• Religie Uiteraard behoort er ruimte te zijnvoor, letterlijk en figuurlijk, (religieuze) rituelenzodat bewoners met verschillendegeloofsovertuigingen dit dagelijks ofwekelijks kunnen praktiseren. Daarnaastmoet ingespeeld worden op vieringen vanfeestdagen en andere religieuze hoogtijdagen.Ook in de appartementen dientruimte gecreëerd te kunnen worden vooreen eventuele gebedsnis.• Herdenkingen In het verzorgings- of verpleeghuisis het van belang een ruimte in terichten waar wen met verwanten en vriendenvieringen of herdenkingen van een overledenekan houden. Met name Surinaamse<strong>ouderen</strong> vinden dit belangrijk.WelzijnsvoorzieningenIn veel diensten- en buurtcentra werkt mennog met een traditioneel aanbod dat vooralbestaat uit op autochtonen gerichte activiteiten.Ook zij moeten de confrontatie metzichzelf en met de doelgroepen aan durvengaan als zij hun aanbod toegankelijk willenmaken voor <strong>allochtone</strong> (dementerende) <strong>ouderen</strong>.Dit betekent dat instellingen keuzesmoeten maken, die tot gevolg hebben datbepaalde vertrouwde activiteiten uit het verledenniet meer worden aangeboden. Daarvoorin de plaats komen nieuwe activiteitendie (<strong>ook</strong>) voor andere (groepen) <strong>ouderen</strong>aantrekkelijk zijn. Een belangrijk uitgangspuntbij het ontwikkelen van een multicultureelactiviteitenaanbod is een open envraaggerichte benadering van <strong>ouderen</strong> uitdiverse culturen.Bij het aanpassen van het aanbod zal hetpraktisch gezien veelal gaan om <strong>onder</strong>werpenals openingstijden, gebruik van alcoholin het gebouw, het creëren van afz<strong>onder</strong>lijkeruimten voor vrouwen, de inrichting van deruimte met voorwerpen uit de landen vanherkomst en het mogelijk maken van religieuzeactiviteiten in het gebouw door hetcreëren van een gebedsruimte.Movisie adviseert welzijnsvoorzieningen bijhet toegankelijk maken van hun instellingvoor <strong>allochtone</strong> (dementerende) <strong>ouderen</strong>vooral aansluiting te zoeken bij bestaandeinitiatieven. Drie situaties kunnen zich hierbijvoordoen:• Er is in de gemeente een zelforganisatie dieeen brede groep <strong>ouderen</strong> bereikt. In dat gevalkan bijvoorbeeld een Stichting WelzijnOuderen beter niet gaan concurreren metde zelforganisatie. Het is eerder denkbaardat zij zich aansluit bij de activiteiten vande zelforganisatie en aanbod levert.• Er is in de gemeente een zelforganisatiedie een brede groep <strong>ouderen</strong> bereikt, maardie op zoek is naar ruimte. De praktijk leertdat veel groepen niet bekend zijn met defaciliteiten van het welzijnswerk. Het welzijnswerk<strong>ouderen</strong> kan zich mede inspannenom een geschikte ruimte te vinden,zoals in het dienstencentrum, steunpuntof buurthuis. De groep gaat door met deeigen activiteiten, die worden aangevuldmet bijvoorbeeld een spreekuur voor informatieen advies over dienstverlening.• Er zijn in de gemeente geen ontmoetingsactiviteitenof alleen activiteiten voor specifiekegroepen. Vaak zijn er meerdere zelforganisatiesin een gemeente, elk met eeneigen ledenkring. Het welzijnswerk is ervoor alle <strong>ouderen</strong>. De welzijnsorganisatiekan besluiten in zo’n geval in haar ruimteontmoetingsactiviteiten te organiseren,gecombineerd met dienstverlening.ColofonUitgave: Stichting ZetSpoorlaan 460 / Statenlaan 4Postbus 2715000 AG TILBURGTel.: (013) 544 14 40E-mail: info@zet-brabant.nlWebsite: www.zet-brabant.nlDatum : juni 2008Auteur : N. BaasVormgeving : Grafisch ontwerpbureau Kees KantersReferentie : ??ISBN/EAN : ??Certificering© Stichting Zet - 2008: Stichting Zet is gecertificeerd volgens de ISO-normen van hetkwaliteitssysteem CERTIKEDOvername van artikelen is toegestaan, mits voorzien van bronvermelding14De activiteiten van Stichting Zet worden (mede) mogelijk gemaakt door subsidie van Provincie Noord-Brabant.


Stichting ZetSpoorlaan 460 / Statenlaan 4Postbus 2715000 AG TILBURGTel.: (013) 544 14 40Fax: (013) 544 06 05E-mail: info@zet-brabant.nlInternet: www.zet-brabant.nl © 2008

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!