12.07.2015 Views

Vervolg kwartierstaat.pdf - nicovanderwoude.nl

Vervolg kwartierstaat.pdf - nicovanderwoude.nl

Vervolg kwartierstaat.pdf - nicovanderwoude.nl

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Generatie V16. Meindert van der Woude, geb. Haren (Helpman) 25-8-1881,stratenmaker, aannemer, overl./begr. Rotterdam 5/8-12-1948, tr.Groningen 9-1-190217. Berendina Vos, geb. Muntendam (Duurkenakker) 25-8-1881, lerares,overl./begr. Almelo 11/15-9-1937.Meindert van der Woude en Berendina Vos


23-9-1937, begrafenisdienst Berendina van der Woude-Vos vanuit hetLeger des Heilsgebouw aan de Boompjes te Almelo, rechts van de kistA. Kuik, links kapiteine Van VeenCa. 1935 muziekkorps Leger des Heils Almelo, staand: 5e Niko vander Woude, 8e Hein van der Woude, zittend 1e Minne van der Woude,2e Meindert van der Woude, 4e Jan van der Woude18. Gerrit Jan Kortman, geb. Almelo 28-8-1895, wever bij het Almelose


textielbedrijf H. ten Cate Hzn. & Co. (1908-1962), overl. Almelo23-3-1960, begr. Almelo 26-3-1960, tr. Almelo 5-1-191819. Christina Schoenmaker, geb. Rheine (D) 19-12-1896, spoelster,overl./begr. Almelo 3/8-10-1962.Gerrit Jan en Christina zijn in hetzelfde graf begraven: 4 4398AA2.Over het leven en de voorouders van Gerrit Jan heb ik een artikelgeschreven: De Beerzer komaf van Gerrit Jan KortmanTijd van leven in de Twentse textiel. In: Gens Nostra. Maandbladder Nederlandse Genealogische Vereniging, jrg. 60, nr. 4/5,april/mei 2005, pp. 276-298. Citeren staat vrij, maar dan uiteraardmet bronvermelding.Gerrit Jan Kortman en Christina Schoenmaker.20. Leonardus Johannes van Haaff, geb. Tiel 28-4-1869, ged. RK Tiel28-4-1869, tolk/boekhouder, overl. Amsterdam 3-9-1911, (o)tr.Amsterdam 19/30-3-190521. Johanna Dorothea Elizabeth Smitt 4 , geb. Amsterdam 10-3-1882,overl. Hardenberg 2-4-1945, begr. Hardenberg, tr. (2) Kalamazoo(VS) 1922 Johannes van Dijk en tr. (3) Arnhem ca. 1925 AndriesPieter de Ridder.Doopheffers van Leonardus waren Johannes en Cecilia de Poorter.22. Bote Cornelis Radsma, geb. Berlikum 22-12-1877, steenhouwer,overl. Haarlem 4-3-1964, begr. Velsen begraafplaatsDriehuis/Westerveld, tr. Haarlem 22-11-190523. Paulina Allegonda van Amstel, geb. Voorburg 12-11-1884, overl.Haarlem 25-7-1964, begr. Velsen begraafplaats Driehuis/Westerveld.


Over het leven en de voorouders van Bote Cornelis Radsma en deherkomst van zijn voornaam heb ik een artikel geschreven: Bote! In:Genealogysk Jierboek 2005, pp. 7-57. Citeren staat vrij, maar danuiteraard met bronvermelding.In 1915 staat deze vermelding in het telefoonboek van Haarlem: 130,Radsma, B.C. en L., Steenhouwerij, Kampersingel 8. 5Ook in 1930 staan de broers nog in het Haarlemmer telefoonboekvermeld Later werkte Bote in de steenhouwerij die hij “Vrede-Hof”noemde.Het begon echter allemaal ongeveer een eeuw geleden aan deKampersingel. Het pand waarin de broers Luuk en Bote Radsmadestijds hun steenhouwerij dreven bestaat overigens nog altijd.De ingang van de poort is inmiddels dichtgemetseld, waarbij eenraam en deur zijn geplaatst. In de gevel op de eerste etage prijkentwee stille getuigen van voorbije tijden en naarstigesteenhouwerarbeid: “anno” en “1906”.


Haarlem, Kampersingel 8 anno 2005.Beiden zijn begraven op begraafplaats Westerveld te Driehuis. Degraflocatie is KI 054 000. Anno 2008 trof ik het graf nog in goedestaat aan.


Uit dit huwelijk (allen geb. Haarlem):1. Bote Cornelis, geb. 17-1-1908, overl. (als dwangarbeider 6 ) KampRees (D) 1-1945, begr. Bienen (D), tr. Catharina Frankfort.2. N.N., geb. 27-11-1908 (leve<strong>nl</strong>oos geboren zoon).3. Pauline Allegonda, (= nr. 11).4. Dirkje, geb. 2-12-1910, overl. Ouderkerk a.d. Amstel 1-7-1998.5. Willem Adriaan, geb. 10-1-1912, tr. Agnes van Eyk de Lange, geb.Leiden 11-6-1919, overl. Den Haag 26-11-2004.6. Waltje, geb. 24-12-1913, overl. Haarlem 17-9-2003.7. Anna, geb. 1914, overl. Haarlem 20-12-1918.8. Ludolf, geb. 21-12-1915, musicus, overl. Geleen 19-4-1994,trouwt Hubertina Gertruda Geerts, geb. Geleen 17-5-1921.9. Jan, geb. 27-10-1917.Jan leefde anno 2005 nog in Zuid-Afrika en heeft nageslacht.24. Johannes Wegter, geb. Almelo 21-10-1869, wever, metselaar (1905),overl./begr. Almelo 15/19-12-1944, otr./tr. Almelo 28-9/2-10-189025. Hanna Niphuis, geb. Almelo 21-8-1867, weefster, overl./begr.Almelo 10/13-6-1949.Huwelijkse bijlagen: Johannes was van lichting 1889, nr. 61,uitgeloot voor daadwerkelijke dienst.Woonadressen: Poulinkstraat 6, Oude Vriezenveenseweg 156, 84, 38.‘Heden overleed tot onze diepe droefheid onze lieve moeder, behuwd-, groot-, en overgrootmoeder Hanna Niphuis, wed. van J. Wegter, inde ouderdom van ruim 81 jaar. Kinderen, behuwd-, klein- enachterkleinkinderen. Almelo, 10 juni 1949. Oude Vriezenv. weg 38.De teraardebestelling zal plaats vinden Maandag 13 juni, des v.m.10.30 uur van het sterfhuis.’Graflocatie van beiden: 4 2552 C6,Uit dit huwelijk:1. Aaltje Hendrika, geb. Stad Almelo 14-4-1891, spoelster, overl.Almelo 16-10-1918, begr. Almelo (graflocatie: 4ne 4610 g5)19-10-1918, otr. Almelo 31-10-1914, tr. Almelo 14-11-1914 GerritHendriksen, geb. Stad Almelo 11-11-1888, wever, gemeente-arbeider.2. Antonia Hermina, geb. Stad Almelo 22-6-1892.3. Anna, geb. Stad Almelo 31-5-1897, weefster, otr. Almelo(afkondigingen) 23-7-1921, tr. Almelo 1921 Jan Hendrik Arend Eshuis,geb. Ambt Almelo 14-10-1898, landbouwer, overl. Almelo 5-4-1927, zn.van Jan Hendrik Eshuis en Gerritdina Hammink.4. Hendrik, geb. Stad Almelo 13-6-1899, (= nr. 12).5. Harmannus, geb. Stad Almelo 18-8-1902, wever/straatmaker.


6. Johannes, geb. Stad Almelo 21-3-1905, overl. Stad Almelo28-8-1905, begr. Almelo (graflocatie: 4nek 1102) 29-8-1905.7. Johannes, geb. Stad Almelo 28-6-1909.26. Jacob Spin, geb. Havelte 24-2-1880, ged. Havelte, arbeider,grondwerker, koopman, overl. Deventer na 1950, otr./tr. Almelo7-9/11-9-1902, echtsch. Almelo 4-3-1936, inschr. Almelo 4-4-193627. Woutera van Dockum, geb. Sliedrecht 7-5-1883, weefster,overl./begr. Almelo 6/10-9-1960.Graflocatie van Woutera: 4 4434 AA2.Uit dit huwelijk:1. Jan, geb. Enschede 4-11-1902, arbeider, tr. Almelo 18-2-1922Willemina Bolhoeve, geb. Ambt Almelo 31-7-1902, breister, dr. vanBerend Jan Bolhoeve en Maria Biester (echtscheiding Almelo 14-1-1941).2. Renske, geb. Almelo 19-12-1904, tr. Stad Delden 18-9-1926Adrianus Leonardus Nijhuis, geb. Haaksbergen ca. 1904, grondwerker,zn. van Hendrik Nijhuis en Johanna Geertruida Nijenhuis.3. Grietje, geb. Ambt Almelo 21-5-1906, overl. Ambt Almelo 12-10-1906, begr. Almelo 15-10-1906 (graflocatie: 4NEK 16-12).4. Hendrikje, (= nr. 13).5. Grietje, geb. Almelo 31-10-1909, perster, overl. Almelo 17/21-9-1938 (graflocatie: 4 1697 C9), tr. Almelo 23-5-1931 TheodorusKoopman, geb. Stad Almelo ca. 1908, badknecht, zn. van JohannesHendrikus Koopman en Johanna Maria Schrijver.6. Adriana Maria Elisabeth, geb. Almelo 31-7-1911.7. Woutera, geb. Almelo 12-10-1913, overl. Overdinkel 25-10-1965.8. Frederika, geb. Borne 27-11-1915.9. Hanna, geb. Borne ca. 1917, overl. Borne 12-8-1918.28. Wijnand Albert Horstman, geb. Lonneker 21-9-1882, wever,fabrieksarbeider overl./begr. Almelo 4/8-10-1943, tr. Enschede4-2-190429. Johanna van Laar, geb. Ambt Hardenberg 7-7-1881, dienstbode,overl./begr. Almelo 10/14-1-1947.Huwelijkse bijlagen: militaire dienst: loting 1902, nr. 190; geendienst. Er zijn akten van onvermogen uitgedeeld.Huwelijksafkondigingen: Enschede 24/31-1-1904.‘Heden overleed, zeer onverwacht, onze lieve Man, Vader, Behuwd- enGrootvader Wijnand Albert Horstman, in den ouderdom van 61 jaar.Uit aller naam: J. Horstman-van Laar. Almelo, 4 October 1943. Zij,die den overledene den laatste eer willen bewijzen, worden verzochta.s. Vrijdag 8 October, des namiddags 12.30 uur, aan het sterfhuis,Schoolstraat 82.’‘Heden overleed onze lieve moeder, behuwd- en grootmoeder Johannavan Laar, wed. van W.A. Horstman, in den ouderdom van 65 jaar.Namens de familie: E. Horstman. Almelo, 10-1-1947, Schoolstraat 82.De teraardebestelling zal plaatsvinden Dinsdag 14 Januari, desvoormiddags half elf van het sterfhuis.’Graflocatie van Wijnand en Johanna: 4 2379 B6 en 4 2380 B6.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Gezina Christina, geb. Stad Almelo ca. 1905, knipster, tr.Almelo Johan Jan Drees, geb. Stad Almelo ca. 1899, wever, zn. vanKarel Hendrik Drees en Hendrika Broekhuis.2. Martinus Johannes, geb. Stad Almelo ca. 1906, drosser,overl./begr. Almelo (graflocatie: 4 1742 B7) 5/8-2-1939.3. Egbert, (= nr. 14).4. Christina, geb. Stad Almelo ca. 4-1911, overl. Stad Almelo


18-10-1911, begr. Almelo 21-10-1911 (graflocatie: 5NE 21-05 D1).5. Albert, geb. Almelo 1918, overl./begr. Almelo (graflocatie: 4NEK65-07) 12/15-1-1919.30. Johannes Smit, geb. Ambt Hardenberg 23-3-1879, arbeider, tr. StadAlmelo 8-9-190431. Sina Hinnen, geb. Almelo 8-7-1883, overl./begr. Almelo 5/8-6-1940.Johannes kreeg bij de loting voor militaire dienst te Vriezenveenin 1899 lot 17; hij werd echter afgekeurd vanwege `gebrek nr. 3 vanhet geneeskundig reglement Staatsblad van 02-11-1883, nr. 151'. Bijnalezing blijkt dat een `te geringe algemeene lichaamsontwikkeling'te zijn.De afkondigingen van het huwelijk waren in zijn woonplaats,Vriezenveen, op 14/21-8-1904. Een bewijs daarvan is opgenomen in dehuwelijkse bijlagen.‘*** Heden, den 5 juni, ontsliep zacht en kalm, in den leeftijd van56 jaar onze lieve Vrouw, Moeder, Behuwd- en Grootmoeder Sina Smit,geb. Hinnen. J. Smit, Kinderen, Behuwd- en Kleinkinderen. Almelo,Braakweg 25.’Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Gesina Smit, geb. Stad Almelo ca. 1907, naaister, tr. Almelo 20-1-1928 Jannes Wezenberg, geb. Harderwijk ca. 1907, slager, zn. vanJannes Wezenberg en Maartje Karssen.2. Klaasje, geb. Stad Almelo (volgens haar overlijdensakte, maardaar is geen inschrijving van te vinden), overl. Stad Almelo 31-8-1909, begr. Almelo 3-9-1909 (graflocatie: 4NEK 39-06).3. Gerrit Jan Smit, geb. Almelo ca. 1916, opperman, overl.Harderwijk 22-5-1949, tr. Ida van Veldhuizen.4. Gerritdina, (= nr. 15).5. N.N. (leve<strong>nl</strong>oos geboren) Almelo 27-9-1922.Op 30-9-1922 wordt te Almelo begraven het kind: J. Smit,graflocatie: 4NEK 77-09.6. N.N. (leve<strong>nl</strong>oos geboren) Almelo 16-2-1925.Op 20-2-1925 wordt te Almelo begraven het kind: J. Smit,graflocatie: 4NEK 083 F3.Generatie VI32. Minne Meinderts van der Woude, geb. Bergum 11-10-1857 ‘in eenschip, toevallig’, arbeider/polderwerker/stoker/schippersknecht,overl./begr. Groningen 8/12-1-1942, tr. (2) Groningen 9-11-1914Jansje Goverts, geb. Groningen 14-8-1872, overl. Drachten24-10-1935, otr./tr.(1) Groningen/Haren 31-7/11-8-188133. Jantina Vos, geb. Borger 24-3-1860, dienstmeid, overl./begr.Groningen 7-1/10-1-1914.


Minne was ten tijde van zijn huwelijk in dienst. Hij wasingeschreven te Tietjerksteradeel in 1876, kreeg daarbij lot 114 enwas van de lichting 1877.‘Maat en signalement van den loteling’: 1 meter en 720 millimeter,ovaal aangezicht, laag voorhoofd, blauwe ogen, gewone neus en mond,ronde kin, bruin haar en bruine wenkbrauwen en geen ‘merkbaareteekenen’. Minne werd goedgekeurd en op 22-3-1877 tot de dienstaangewezen. Zijn stamboeknummer is 48.061. Op 29-11-1877 werd hij(als achtergebleven loteling van de lichting van 1877 in de plaatsvan iemand anders) ingelijfd bij het 1e Regiment Infanterie,destijds hoofdzakelijk te Leeuwarden gelegerd. Hij ging op 1-3-1879met groot verlof, kwam 14-8-1880 terug en ging op 18-9-1880 metgroot verlof. Op 28-11-1882 is hij ‘met paspoort wegens geëindigdemilitie diensttijd afgegaan’, met bewijs van goed gedrag.Dat laatste lijkt een puur formele omschrijving, want op 21-6-1878 7spreekt de Krijgsraad te Leeuwarden vonnis over vier militairen,waaronder Minne (dan consequent ‘Minnes’ genoemd).Hermannus Buurlage, oud 21 jaren, geboren te Groningen, soldaat bijde 5de compagnie, 3e bataljon, 1e Regiment Infanterie; BonnoWigboldus, oud 20 jaren, geboren te Loppersum, milicien bij de 4ecompagnie, 3e bataljon, 1e Regiment Infanterie; Minnes Meinderts vander Woude, oud 20 jaren, geboren te Bergum, milicien bij de 4ecompagnie, 3e bataljon, 1e Regiment Infanterie en BernardusAnthonius Eising, oud 20 jaren, geboren te Groningen, milicien bijde 2e compagnie, 3e bataljon, 1e Regiment Infanterie. Allen zijngedetacheerd te Veenhuizen, maar op dit ogenblik gedetineerd in hetHuis van Burgerlijke en Militaire Verzekering te Leeuwarden.Op zaterdag 25 mei 1878, ‘s avonds tussen 9 en 10 uur is een aantalmilitairen met elkaar van Westerveld naar Veenhuizen teruggekeerd.Het viertal is daarbij baldadig geweest: men heeft ‘eenigeriggelhouten afgebroken’ en van een bruggetje liggend over dewaterleiding die door de weide loopt zijn ook planken afgebroken. Erzijn getuigen bij; ze verklaren alles gezien te hebben en hetviertal zelfs gewaarschuwd te hebben.De vier worden schuldig bevonden en de Krijgsraad vonnist: elk vande soldaten wordt veroordeeld tot een ‘correctionele gevangenisstrafvoor den tijd van drie maanden en in de plaats van geldboete iedertot eene militaire detentie voor den tijd van acht dagen.’ Bovendienmoeten de mannen geld ophoesten ‘in de kosten en misère der justitieen die van den processe’.Bij hun huwelijk waren Minne en Jantina onvermogend. Bij dehuwelijkse bijlagen van Minne en Jantina is een document opgenomen,waaruit blijkt, dat de minderjarige Jantina, woonachtig teGroningen, door het kantongerecht twee voogden toegewezen had


gekregen: Meindert van der Sande en Hendrik Wijma. Er stond in deakte werkelijk `Van der Sande', maar het lijkt natuurlijkaannemelijk, dat er `Van der Woude' had moeten staan.Minne Meinderts van der Woude en Jansje GovertsWoon- en verblijfplaatsen (officieel en officieus) van MinneMeinderts en zijn gezin met Jantina Vos en met Jansje Goverts:* Leeuwarden (29-11-1877 tot 1-3-1879; militaire dienst)* Leek (1-1-1880 tot 11-12-1880)* Haren (8-1881-19-11-1881)* Termunten (medio 1884)* Leeuwarden (2-12-1885).* Deventer (maart 1887) 8* Groningen (19-11-1881 tot 1-9-1891)* Velsen (1-9-1891 tot 6-12-1897)* Haren (6-12-1897 tot 8-12-1899)* Groningen (8-12-1899 tot 2-5-1925)* Drachten (2-5-1925 tot 7-11-1935)* Groningen (7-11-1935: Billitonstraat 74a; vanaf 11-3-1938Timorstraat 14).


Uit het eerste huwelijk:1. Meindert, geb. Haren (Helpman) 25-8-1881 (= nr. 16).2. Frouwkje, geb. Haren (Helpman) 25-8-1881, overl. Rotterdam8-7-1942, tr. Groningen 24-11-1904 Harke Bakker, geb. Groningen


5-6-1881, overl. Den Haag 8-4-1945. zn. van Hindrik Bakker en AntjeElderman.3. Gerardus, geb. Groningen 17-4-1883, overl. Groningen 3-3-1884.4. Geert, geb. Termunten 10-7-1884, winkelier in aardewerk, overl.Den Haag 23-1-1949, tr. Assen 28-11-1906 Hendrika Adriana Mulder,geb. Assen 19-7-1885, overl. Assen 18-4-1970, dr. van HendrikusFranciscus Mulder en Aaltje Krikke. Huwelijk door echtscheidingontbonden Assen d.d. 9-11-1923, inschr. Assen 20-3-1924.5. Leve<strong>nl</strong>oos kind (dochter), overl. Leeuwarden 2-12-1885.6. Tjalling, geb. Deventer 7-3-1887, stokerhulpvakman gasfabriek,overl. Groningen 6-1-1961, tr. Groningen 10-12-1911 Johanna MariaElizabeth Jonkman, geb. Groningen 29-6-1890, overl. Leek 15-12-1981,dr. van Harmannus Jonkman en Antonia Jeanette Dossing.7. Hannes, geb. Lemmer 23-7-1888 ‘in een schip’, overl. Groningen9-8-1889.8. Swaantje, geb. Groningen 31-12-1889, overl. Groningen 5-3-18909. Hendrik, geb. Velsen 14-9-1892, mattenmaker, overl. Rotterdam17-9-1962, tr. Margreta Gesina Lehkamp, geb. Groningen 11-12-1892,overl. Rotterdam 9-8-1985.10. Hannes, geb. Velsen 14-9-1892, verpleger baddienst (AZGr.),overl. Groningen 5-5-1964, tr. Groningen 22-4-1918 Grietje Post,geb. Groningen 21-9-1894, overl. ald. 2-8-1975, dr. van Adriaan Posten Anna Hoekstra.11. Jan, geb. Groningen 24-4-1900, incasseerder/expediteur,overl./begr. (Selwerderhof) Groningen 9/13-4-1955, tr. Groningen29-3-1923 Johanna Arends, geb. Groningen 14-7-1901, overl./begr.Zuidlaren/Groningen 8/12-10-1982.34. Jan Jurjen Vos, geb. Muntendam 22-4-1856, schipper, overl.Groningen 2-6-1929, tr. Muntendam 20-9-187935. Nijklaassien Kuiper, geb. Wildervank 26-1-1857, overl. Groningen23-8-1923.Jan Jurjen was blijkens de gegevens van de Nationale Militie in dehuwelijkse bijlagen vrijgesteld van dienst `uithoofde van te zijneenige wettige zoon'.Bij het trouwen was hij afkomstig van Muntendam, zijn ouders warenbeiden al overleden. Zij was afkomstig van Groningen. Haar moederwas al overleden.Bij de bijlagen van het huwelijk was een akte van onvermogenopgenomen.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Zwaantje Vos, geb. Muntendam 6-2-1880, dr. van Jan Jurjen Vos,schipper, en Nijklaassien Kuiper, overl. Almelo 13-2-1933, tr.Groningen 3-7-1902 Hilbrand Vroom, geb. Winsum 10-9-1880, schipper,zn. van Geert Vroom en Dieuwkje van der Leest, echtscheidingGroningen 4-7-1919.2. Berendina, (= nr. 17).36. Dikus Kortman, geb. Den Ham 12-9-1848, vervener, turfschipper,arbeider, overl./begr. Almelo 19/22-3-1920, tr.(1) Den Ham23-1-1869 Hendrikje Bosch, geb. Den Ham 27-12-1848, overl. Den Ham4-3-1884, dochter van Gerrit Bosch en Johanna Ensink. Dikus tr.(2)Den Ham 16-1-188537. Jentje Post, geb. Staphorst 10-7-1855, overl./begr. Almelo1/4-10-1918. Jentje tr. (1) Den Ham 31-8-1876 Wolter Dragt,turfmaker, geb. Ambt-Hardenberg 6-11-1845, overl. Hellendoorn13-8-1883, zoon van Gerrit Dragt en Jantjen Oort.


Jentje PostDikus was wegens broederdienst vrijgesteld voor de NationaleMilitie.Inschrijving Den Ham op 7 maart 1885, afkomstig uit Hellendoorn,alwaar uitgeschreven op 5 maart van dat jaar. Het gezin van Dikusvertrok op 26-9-1889 naar Almelo.Dikus is begraven op de gemeentelijke begraafplaats te Almelo.Graflocatie: 4 NE 5904 G5. Jentje is teraardebesteld op dezelfdebegraafplaats: lokatie 4 NE 4312 G5. Bij navraag in december 1996bleken de graven reeds geruimd.Uit het eerste huwelijk:1. Johanna, geb. Den Ham 17-5-1870, tr. Den Ham 30-7-1909 DirkBakker, geb. Den Ham 16-10-1870, zoon van Klaas Dirks Bakker enGeertje van de Bul.2. Derk Willem, geb. Den Ham 7-10-1873, tr. Lonneker 21-8-1903Trijntje Arends, geb. Ambt Ommen 14-9-1881, overl. Almelo 14-10-1921, dochter van Jan Arends en Marrigje Post.3. Gerrit, geb. Den Ham 11-8-1876, tr. Almelo 20-10-1904 ArendinaVoorthuis, geb. Ambt Delden 4-11-1880, overl. Almelo 31-12-1961,dochter van Jannes Voorthuis en Geertrui Frielink.4. Jennigje, geb. Den Ham 17-12-1878, overl. Almelo 15-7-1967.5. Grietje, geb. Den Ham 13-7-1881, tr. Den Ham 12-8-1921 Hendrikde Leeuw, geb. Den Ham 25-7-1890, zoon van Harm de Leeuw enHermiena Vlierjans.6. Hendrik, geb. Den Ham 1-3-1884, overl. Ambt Ommen 1-4-1884.Uit het tweede huwelijk:7. Hendrikje, geb. Den Ham 6-11-1885, tr. Almelo 16-6-1910 TijmenKollen, geb. Coevorden 3-6-1885, zoon van Jan Kollen en Geertje deRuiter.8. Gerrit Jan, geb. Den Ham 22-12-1888, overl. Den Ham 30-12-1889.9. Gerrit Jan, (= nr. 18).38. Hendrik Schoenmaker, geb. Wierden 3-7-1867, fabrieksarbeider,overl./begr. Almelo 25/28-6-1945, tr.39. Gerritje Johanna Heino, geb. Almelo 27-11-1872, overl./begr.Almelo 8/11-4-1936.Graflocatie van beiden: 4 1421 C10.


Hendrik Schoenmaker en Gerritje Johanna Heino40. Henricus Johannes van Haaff, geb./ged. RK Boxmeer 10-5-1839,modelmaker, beeldhouwer, stucadoor, overl. Amsterdam 22-5-1915,tr. Tiel 29-6-186641. Maria Helena Petronella de Poorter, geb./ged. RK Tiel 4/5-6-1845,overl./begr. Amsterdam 30-9/3-10-1903.Peter en meter van Johannes waren A. Molmans en M. Zweeren.Doopheffers van Maria waren Franciscus Petrus de Poorter enPetronella Catharina van Pelt.Maria is geboren op het adres Botermarkt 2, Wijk C, om 20.00 uur.Uit: Het nieuws van den dag: kleine courant, d.d. 3-10-1903.42. Pieter Smitt, geb./ged. Amsterdam 24-10/9-11-1856, timmerman,


overl. Bussum 24-4-1924, begr. Bussum, tr. Voorschoten 20-4-187943. Jansje Petronella Johanna Kreek, geb./ged. Amsterdam 17/29-6-1856,overl. Amsterdam 28-12-1941, begr. Amsterdam.Pieter werd geboren op het adres Schipperstraat 166, Buurt U, om12.00 uur 's middags.Jansje werd geboren op het adres Korte Leijdschedwarsstraat 144,Buurt JJ, om 20.00 uur 's avonds.44. Rienk Jeltes Radsma, geb. Franeker 7-8-1847, grofsmid/wagenmaker,overl. Köln-Ehrenfeld (D) 9 22-2-1900, tr. Franeker 20-2-187045. Dirkje Douwes van der Veen, geb. Franeker 1-3-1849, overl. Haarlem8-12-1894Het overlijden van Rienk Jeltes blijkt uit huwelijkse bijlagen vanzijn zoon Bote (= nr. 22). 10In de akte doet een zekere Gertrud Schreier, kloosterzuster,woonachtig te Ehrenfeld in het Sint Franciscushospitaal, aangiftevan het overlijden van ‘Radsma Rinks, echtgenoot van Derkje van derVeen, oud 51 jaren van den hervormden eredienst, woonachtig inEhrenfeld, Kornerstraat 36’.Hij blijkt overleden te Ehrenfeld in het St Franciscus hospitaal opden 22sten februari 1900 des middags om 2 uur’.Bedoeld is hier ongetwijfeld Köln-Ehrenfeld, Nordrhein-Westfalen,waar in die tijd inderdaad een ‘Körnerstraße’ en een ‘Franziskus-Hospital’ voorhanden zijn.De voormalige stad Ehrenfeld werd in 1888 opgenomen in de stadKeulen. In datzelfde jaar werd trouwens het Franziskus-Hospitalgeopend. 11Uit dit huwelijk:1. Jelte, geb. Franeker 29-9-1867 (bij het huwelijk van zijn oudersin 1870 gewettigd), steenhouwer, overl. Haarlem 1-5-1933, tr.Haarlem 14-5-1890 Elisabeth Schrier, geb. Haarlem 23-9-1869, overl.Haarlem 6-8-1958.Uit dit huwelijk nageslacht.2. Waltje, geb. Franeker 13-1-1870, dienstbode, overl. Haarlem 18-4-1958.Zij krijgt een zoon, Jan Radsma, geb. Haarlem 13-1-1890.3. Douwe, geb. Franeker 10-12-1871, steenhouwer (vertrokken naarIndonesië).4. Baukje, geb. Franeker 16-8-1873, overl. Den Haag 29-1-1965.5. Catharina, geb. Franeker 15-10-1875, overl. Haarlem 1-1-1945,tr. Haarlem 13-2-1895 12 Johannes Bossink, zn. van Willem Bossink enWilhelmina Maria Helena Kortenaar.6. Bote Cornelis, (= nr. 22).7. Ludolph, geb. Huizum 21-12-1879, steenhouwer, overl. Haarlem 18-9-1955.8. Anna, geb. Haarlem 8-3-1885, overl. Haarlem 26-9-1972.9. Aukje, geb. Haarlem 9-2-1890, overl. Haarlem 12-2-1890.46. Godschalk Wzn. van Amstel, geb. Heemstede 30-12-1848, hovenier,overl. Haarlem 1-3-1917, tr. Vrijenban 1-11-187647. Paulina Allegonda Sarlet, geb. Vlaardingen 6-5-1854, overl.Haarlem 9-5-1934.


Godschalk is geboren als eerste van een tweeling. Hij kwam om halfnegen 's avonds ter wereld, zijn zusje de volgende dag om twee uur's middags.Godschalk overleed aan de Rustenburgerlaan 7, om 16.30 uur 'smiddags.


Uit: Het nieuws van den dag: kleine courant, d.d. 17-10-1876.48. Hendrik Wegter, geb./ged. Neuenhaus (D) 10-4/4-5-1837, dagloner,fabrieksarbeider, overl./begr. Almelo 8/11-11-1911, (o)tr. StadAlmelo 27-11/3-12-185949. Aaltje Gorel, geb. Stad Almelo 28-11-1836, overl./begr. Almelo11/14-10-1918.Bij de huwelijkse bijlagen was een formulier van de NationaleMilitie opgenomen. Daaruit bleek, dat Hendrik, geboren op 10-4-1837, deel uitmaakte van de lichting 1856. Hij was ingelijfd bijhet 7e Regiment Infanterie en had in 1859 zojuist drie jarengediend. Daarna was hij `behoorlijk' ontslagen. Er was geenpersoonsbeschrijving opgenomen.Het echtpaar woonde dus aan het Schokland. Later woonde Aaltje alsweduwe in de Poulinkstraat, op nummer 8.Graflocatie van Hendrik: 4NE 80-05 C2 en van Aaltje: 4NE 45-06 G5.Uit dit huwelijk:1. Johanna, geb. Stad Almelo wijk 4 10-3-1859, overl. Stad Almelo inhet huis, staande aan het Schokland 24-10-1866. Erkend en gewettigdbij het huwelijk van haar ouders, d.d. 03-12-1859. De aangevers vanoverlijden noemen Johanna per abuis 'oud ruim negen jaar'.2. Jansje, geb. Stad Almelo wijk 4 29-9-1860, overl. Enschede 1929,otr. Stad Almelo afkondigingen te Stad Almelo en Enschede3/10-10-1886, tr. Stad Almelo 14-10-1886 Derk Jan Zenderink, geb.Ambt Almelo 8-9-1861, fabrieksarbeider, zn. van Jannes Zenderink enHendrika Wanschers.3. Alberta, geb. Stad Almelo wijk 4 18-5-1863, begr. Almelo(graflocatie: 4 0276 f4) 6-11-1923, otr. Stad Almelo afkondigingen11/18-6-1882, tr. Stad Almelo 22-6-1882 Berend Kleefman, geb.Vriezenveen ca. 1858, stoffenverver, overl. Almelo 21-1-1938, zn.van Gerhardus Kleefman en Johanna Schipper. Huwelijk doorechtscheiding ontbonden 29-8-1907(inschrijvingsdatum in de registers van Stad Almelo; het vonnis derArrondissementsrechtbank te Almelo werd uitgesproken op 10-4-1907).4. Piet, geb. Stad Almelo wijk 4 30-12-1865, overl. Stad Almelo inhet huis, staande op het Schokland 24-12-1866.5. Piet, geb. Stad Almelo wijk 2 5-9-1867, overl. Stad Almelo wijk 47-9-1868.6. Johannes, geb. Stad Almelo 21-10-1869 (= nr. 24).7. Hendrikus, geb. Ambt Almelo 25-3-1872, overl. Enschede14-10-1892.8. Piet, geb. Ambt Almelo 1-11-1876 (op zijn grafsteen staat foutiefals geboortejaar: 1879), metselaar, overl./begr. Almelo (4de kl.2076 c7) 7/10-5-1941.9. Arend, geb. Ambt Almelo 26-2-1879, wever, overl./begr. Almelo15/18-8-1950 (graflocatie: 4 3405 g7), otr. Ambt Almeloafkondigingen Stad en Ambt Almelo 26-11/3-12-1905, tr. Ambt Almelo9-12-1905 Hanna van den Bosch, geb. Ambt Almelo 9-9-1882, weefster,


overl. Almelo 23-10-1957, dr. van Willem van den Bosch en GerritdinaSlaghuis. Woonadres bij overlijden: Rozenstraat 79.50. Harmannus Niphuis, geb. Vriezenveen 9-1-1827, dagloner,landbouwer, overl./begr. Stad Almelo 30-8/2-9-1887, tr. Almelo4-12-185851. Antonia Oostendorp, geb. Almelo 5-10-1835, dienstmeid,overl./begr. Stad Almelo 21/24-2-1910.Uit dit huwelijk:1. Dieka, geb. Vriezenveen ca. 1865, fabriekarbeidster,overl./begr. Almelo 23/26-8-1947 (graflocatie: 4 2244 B6), tr. StadAlmelo 5-4-1888 Bernardus Broedersen, geb. Stad Almelo ca. 1865,fabriekarbeider, overl./begr. Almelo 16/21-10-1942 (graflocatie: 42243 B6), zn. van Johannes Broedersen en Maria Willemina Kuiper(zie bij nr. 76).2. Gerrit, geb. Vriezenveen ca. 1866, wever, overl. Stad Almelo 11-4-1904, tr. Stad Almelo 21-5-1896 Antje de Leeuw, geb. Avereest ca.1861, dienstbode, overl. Almelo 28-5-1944, dr. van Eltje de Leeuwen Wichertje Nijman.3. Hanna, (= nr. 25).4. Dina,; geb. Vriezenveen ca. 1870, weefster, overl. Ambt Almelo17-2-1876.5. Hermannus, geb. Ambt Almelo ca. 20-12-1871, overl. Ambt Almelo30-12-1871.6. Hermannus, geb. Ambt Almelo ca. 1873, overl. Ambt Almelo 27-10-1877.52. Jan Spin, geb. Steenwijkerwold 22-6-1858, boerenknecht, arbeider,overl. Steenwijkerwold 13-11-1937, tr. (2) Havelte 4-2-1899 AaltjeKrist, geb. Havelte 2-12-1873, overl. Steenwijkerwold 23-4-1941,dr. van Jan Krist en Trijntje Bijker.Jan Spin tr. (1) Havelte 3-8-187853. Grietje Doeven, geb. Steenwijk 22-1-1854, overl. Steenwijkerwold14-4-1898.54. Hendrik van Dockum, geb. Hedel 3-4-1852, (polder)arbeider,fabriekswerker, overl./begr. Almelo 7/11-2-1933, tr. Hellendoorn2-8-187955. Renske Faber, geb. Steenwijkerwold 25-6-1857, fabrieksarbeidster,overl./begr. Almelo 22/25-9-1944.Huwelijkse bijlagen: vader onbekend; in militaire dienst van 10-5-1872 tot 9-5-1877; opgenomen zijn ook twee bewijzen van onvermogen.Graflocatie naast elkaar: resp. 4 1069 B10 en 4 1070 B10.*** Heden overleed, zacht en kalm, onze lieve man, vader, groot enovergrootvader H. van Dokcum (sic!). Uit aller naam: wed. R. vanDokcum-Faber (sic!). Almelo, 7-2-1933.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Keimpe van Dockum, geb. Utrecht 17-9-1880, arbeider, begr.Almelo (graflocatie: 3 1621 E6) 17-7-1967, tr. Stad Almelo 7-8-1902Roelofje Kats, geb. Assen (Aardscheveld) 29-4-1880, dienstbode,overl./begr. Almelo 11/15-4-1949, dr. van Jan Kats en HendrikjeBrouwer.Graflocatie van Roelofje Kats: 3 1620 E6.2. Woutera, (= nr. 27).3. Adriana Maria van Dockum, geb. Zutphen ca. 1886, naaister, begr.Almelo (graflocatie: 4 4358 AA2) 21-10-1959, tr. Stad Almelo 6-5-1910 Gerrit van den Elst, geb. Stad Almelo ca. 1884,spoorwegarbeider, rangeerder te Almelo, begr. Almelo (graflocatie:


4 4358 AA2) 16-12-1963, zn. van Hendrikus van den Elst en JohannaAbbink.4. Hendrik Mattheus van Dockum, geb. Stad Almelo ca. 1889,fabriekswerker, begr. Almelo (graflocatie: 3NE 087 F5) 21-12-1954,tr. Almelo 8-1-1916 Adriana Klomp, geb. Loon op Zand ca. 1891,dienstbode, begr. Almelo (graflocatie: 4 0843 D3) 16-6-1966, dr.van Antoon Klomp en Gerdina Ligtenberg.5. Johannes van Dockum, geb. Stad Almelo ca. 1892, wever, tr.Almelo 20-04-1918 Johanna Nijhoff, geb. Stad Almelo ca. 1896, dr.van Diederik Nijhoff en Berendina Wolters.6. Piet van Dockum, geb. Stad Almelo ca. 1894, wever, tr. Almelo 2-2-1918 Hermina Kalkhaar, geb. Stad Almelo ca. 1895, keurster, dr.van Albertus Kalkhaar en Berendina Bokhove.7. Mietje Maria Elizabeth van Dockum, geb. Stad Almelo ca. 1897,overl./begr. Stad Almelo 24-4-1900.Graflocatie: 4NEK 52-01 (ingeschrven als: Nietje M. E. van Dockum).8. Jacobus van Dockum, geb. Stad Almelo ca. 1899, agent van politiete ’s-Gravenhage, tr. Almelo 13-9-1924 Hendrika Klein Nulent, geb.Ambt Almelo ca. 1898, dr. van Engbert Klein Nulent en HendrikaWolters.56. Derk Engelbertus Horstman, geb. Enschede 25-10-1860,fabrieksarbeider, overl. Lonneker na 2-11-1931, tr. Lonneker30-6-188257. Christina Reudink, geb. Lonneker 18-8-1862, overl. Lonneker(Twekkelo) 2-11-1931.58. Tiemen van Laar, geb. Hasselt 11-3-1838, arbeider, opperman,overl. Almelo 1-3-1913, tr. Avereest 23-11-186159. Annigje Klos, geb. Avereest 19-8-1840, overl. Almelo 25-4-1923.Ingeschreven Almelo vanuit Ambt Hardenberg 3-5-1893, uitschrijvinguit het bevolkingsregister naar Rheine (D) 6-3-1897,herinschrijving Almelo 5-4-1898.Te Almelo woonachtig aan het Hodenpad 2 en Schalderoi 22.*** Heden overleed na een geduldig gedragen lijden onze geliefdeEchtgenoot en zorgdragende Vader, Tiemen van Laar in den ouderdomvan bijna 75 jaar. Diep betreurd door ons allen. A. van Laar-Klos,M. van Laar, A. van Laar-Richtering, J. Compagne-van Laar, M.T. vanLaar-Dijkman, J. Blok-van Laar (Enschede). Almelo, maart 1913. Uit:Twentsch Zondagsblad/Almeloosche Courant.60. Klaas Smit, geb. Ambt Hardenberg 5-7-1840, arbeider, overl. AmbtAlmelo 13-8-1904, tr. Ambt Hardenberg 29-4-186561. Gezina Kuipers, geb. Hardenberg 20-3-1845, overl. Den Ham9-9-1898.Afkondigingen van het huwelijk op 16/23-4-1865.Huwelijkse bijlagen: Klaas en zijn ouders wonen in Ambt Hardenberg.Daar zijn zijn ouders niet overleden. Klaas was ingeschreven voorde Nationale Militie voor de lichting van 1859, hij had lot 63 enhoefde niet in dienst. Ook in 1879 was het echtpaar woonachtig teAmbt Hardenberg.62. Hendrik Hinnen, geb. Ambt Almelo 27-5-1846, stoomwever,overl./begr. Stad Almelo 29-4/3-5-1911, tr. Stad Almelo 13-10-186563. Johanna Letteboer, geb. Stad Almelo 22-9-1843, overl. Almelo20-12-1915.Graflocatie van Hendrik:4 NE 7605 C2.*** Vrijdag den 14 October hopen onze geliefde ouders HendrikHinnen en Johanna Letteboer hunnen 40-jarige Echtvereeniging te


herdenken. Dat de Heer hun nog lang moge sparen is de wensch vanhunne Kinderen, Behuwd- en Kleinkinderen. B.J. Schollink-Hinnen, G.Kuiper-Hinnen, G. Jurjens-Hinnen, Hermina Hinnen. Almelo, October1905. Uit: Twentsch Zondagsblad/Almeloosche Courant.Uit dit huwelijk:1. Maria, geb. Ambt Almelo ca. 1869, overl. Termunten 17-1-1934,tr. Ambt Hardenberg 5-11-1897 Berend Jan Schollink, geb. AmbtHardenbergh ca. 1869, zn. van Berendina Schollink.2. Gerritdina Hermina, geb. Ambt Almelo ca. 1878,fabriekarbeidster, overl. Almelo 21-4-1948, tr. Stad Almelo 19-10-1899 Gerrit Kuiper, geb. Stad Almelo ca. 1877, opperman, zn. vanGerrit Kuiper en Dietje Gorel.3. Eva, geb. Stad Almelo ca. 1882, overl. Borne 26-11-1946, tr.Stad Almelo 6-4-1905 Gerrit Jurjens, geb. Den Ham ca. 1875,voermansknecht, overl. Losser 5-9-1936, zn. van Jan Willem Jurjensen Hendrika Rolleman.4. Sina, (= nr. 31).5. Hermina, geb. Stad Almelo ca. 1888, weefster, tr. Stad Almelo29-10-1908 Gerrit Wever, geb. Hellendoorn ca. 1885, machinepoetser,overl. Almelo 4-10-1918, zn. van Gerrit Wever en Jantjen Koopman.Generatie VII64. Meindert Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 8-11-1822,arbeider (1841), schipper (vanaf 1848), potschipper, overl.Glimmen 14-2-1896, begr. Noordlaren (perk B2, slag 17, grafnummer11), tr. Veenwouden 11-5-184865. Froukje Minnes Weima, geb. Drachten 11-6-1824, overl. Groningen17-4-1908.Meindert is binnen de gemeente Dantumadeel ingeschreven voor deNationale Militie, bij de loting van 1841 viel hem het nummer 100ten deel; uiteindelijk hoefde hij niet in daadwerkelijke dienst.Signalement van Meindert: smal aangezicht, rond voorhoofd, blauweogen, ordinaire (gewone) neus en mond, blonde haren en wenkbrauwenen verder geen `merkbare teekenen’.De afkondigingen zijn op 16/23-4-1848 teDantumadeel/Smallingerland. Froukje’s moeder ontbreekt bij dehuwelijksvoltrekking, wel wordt gewag gemaakt van haar toestemming.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033021 repertoire nr.140, d.d. 25 november 1848: huurcontract tussen Hendrik Johannesvan der Meulen te Drachten als verhuurder en Meindert Tjallings vander Woude te Veenwouden als huurder.Het schippersgezin was overigens weinig honkvast. Kijk er degeboorteplaatsen van de kinderen maar op na. Heel lang bleef menofficieel ingeschreven te Veenwouden. In het bevolkingsregister vanDantumadeel staat vermeld dat er op 28-10-1869 ten behoeve van hetgezin een getuigschrift is afgegeven. Het gezin is rond die tijdovergeschreven naar Kollumerland. Men vestigde zich nog later metde kinderen Minne (dan militair), Hielkje, Tjalling en Hendrik op1-1-1880 in Leek. De `huizing' was ook in Leek `in 't schip'. Op29-9-1880 verhuisde Hielkje naar Groningen, terwijl de rest van hetgezin op 11-12-1880 naar Norg in Drente verhuisde. Op 31-1-1882vertrekken zij naar Groningen. Op 19-11-1886 werd de familie, mettwee kinderen, uitgeschreven naar Lemsterland. Op 10-9-1890 werdenMeindert en Froukje en zoon Hendrik weer te Groningen ingeschreven.Vader en moeder werden op 16-5-1894 uitgeschreven naar Haren.Hendrik vertrok op 5-9-1891 naar Velsen.


Froukje woonde als weduwe van 11-4-1901 tot haar overlijden in deBarestraat te Groningen bij haar kleinzoon Hannes van der Woude endiens pleegouders Hannes Hielkema (1860-1909) en Geziena Hielkema-Vos (1854-1935).Potschip in het Nederlands Ope<strong>nl</strong>uchtmuseum (foto door de auteur)Uit dit huwelijk:1. Froukje Meinderts, geb. Leeuwarden 6-4-1849, overl. Groningen13-9-1904, tr. Kollum 19-11-1869 Hendrik Johannes Hielkema, geb.Bovenknijpe (Heerenveen) 14-7-1842, overl. Groningen 19-8-1917, zn.van Johannes Hendriks Hielkema en Johanna Foppes (de) Vries.2. Sjoerdje Meinderts, geb. Britsum 29-3-1851, overl. Velsen8-10-1926, tr. Termunten 5-4-1876 Adriaan de Back, geb. Goes19-2-1850, arbeider, overl. Velsen 26-6-1920.3. Minne Meinderts, geb. Akkerwoude 17-4-1853, overl. Kollumerzwaag24-1-1855.4. Antje Meinderts, geb. Akkerwoude 4-8-1855, overl. Groningen3-9-1909, tr. Beerta 31-10-1874 Gerardus de Munck.5. Minne Meinderts (= nr. 32).6. Hijlkje Meinderts, geb. Lemmer 9-12-1859, overl./begr. IJmuiden11/14-1-1922, tr. Norg 29-12-1880 Josephus Dobbelaar, geb.Stoppeldijk 10-4-1852, overl. Haarlem 18-12-1917, grondwerker, zn.van Pieter Dobbelaaar en Apolonia Vaal.7. Tjalling, geb. Termunterzijl 19-3-1862, grondwerker/heibaas,overl. Groningen 6-3-1929, begr. Groningen (Zuiderbegraafplaats),tr. (1) Lemsterland 21-12-1888 Geertje de Vries, geb. Lemmer02-10-1863, overl. Velsen 27-3-1895, dr. van Johannes de Vries enRoelofje Duim. Tjalling otr. (2) Groningen/Haren 24-11/1-12-1895,tr. Groningen Aaltje Bruins, geb. Bellingwolde 12-10-1872,huisvrouw, overl./begr. Groningen 26/29-9-1927, dr. van GunsterBruins en Henderika Reineman.8. Hendrik, geb. Hardegarijp 25-9-1865.9. Hendrik Meinderts, geb. Assen 15-7-1868, machinist/heibaas,overl. Leeuwarden 25-7-1900, tr. Assen 29-4-1891 Henderkien Talens,geb. Assen 1-2-1870, overl. Wedde 27-1-1924, dr. van Freerk Talensen Frederika Wolfgram.


Achter: Tjalling en Hendrik van der Woude. Voor: (vermoedelijk)Geertje de Vries en Henderkien Talens.Tjalling van der Woude en Hendrik van der Woude.66. Geert Vos, geb. Onstwedde 25-1-1827, schipper, overl. Borger4-3-1875, tr. Borger 7-5-185267. Zwaantje Vos, geb. Onstwedde 30-5-1831, arbeidster, overl.Muntendam (Galgenklap) 14-8-1861.68. = nr. 66.69. = nr. 67.70. Gerrit Kuiper(s), geb. Winschoten 22-10-1832,


varensgezel/dagloner, overl. Groningen 11-6-1882, tr. Wildervank10-5-185671. Berendje van Veen, geb. Gieten 2-12-1827, overl. Wildervank10-6-1875.Gerrit was van de lichting 1852 en diende bij het derde RegimentInfanterie.Beide huwelijkspartners waren, volgens de opgenomen akten vanonvermogen, niet in staat de benodigde kosten voor het huwelijkzelf te betalen. Haar ouders leven nog bij de voltrekking van hethuwelijk.72. Derk Willem Kortman, geb. Ambt Ommen (buurtschap Beerze)15-11-1815 13 , akkerbouwer, overl. Ambt Ommen 10-1-1879, tr. AmbtOmmen 26-10-183873. Jennigje Nijhuis, geb. Den Ham (Magele) 13-5-1817, dienstmeid,overl. Den Ham (Vroomshoop) 20-1-1898.Uit Den Ham in maart 1871 (weer) vertrokken naar Ambt Ommen,daarvoor woonachtig in het buurtschap Magele en in Vroomshoop(allebei in de gemeente Den Ham).Derk Willem is bij het tweede huwelijk van zijn zoon Dikus reedsoverleden. Vreemd genoeg is er geen extract van dat overlijdenopgenomen in de huwelijkse bijlagen van 16-1-1885.De geboorte-akte vermeldt als vader Derk Neyhuis. Zo'nverschrijving lijkt verklaarbaar. Als moeder wordt opgevoerdGeertje Nijhuis. Dat moet, gelet op de latere vermelding van demoeder van Jennigje, berusten op een misverstand, of een ambtelijkeblunder.Op 16-1-1885, bij het tweede huwelijk van haar zoon Dikus, blijktJennigje woonachtig te Ambt-Hardenberg.Uit dit huwelijk:1. Geertjen, geb. Ambt Ommen 14-3-1839, overl. Ambt Ommen 16-3-1839.2. Gerrit, geb. Ambt Ommen 24-8-1840, overl. Ambt Ommen 3-1-1888,tr. Den Ham 4-11-1865 Grietje Nooij, geb. Lemsterland 23-12-1840,dochter van Hendrik Timens Nooij en Lammigjen Wolters Oordt.3. Jennigje, geb. Ambt Ommen 1-2-1843, overl. Den Ham (Vroomshoop)19-7-1922, tr. Den Ham 28-12-1865 Klaas Knol, geb. Tjalleberd 3-5-1835, overl. Den Ham 8-2-1883, zoon van Hans Harmens Knol enArendje Klazes Dragt.4. Hendrikje, geb. Ambt Ommen 25-3-1845, overl. Den Ham 5-10-1852.5. Dikus, (= nr. 36).74. Jan Post, geb. Ambt Vollenhove 9-11-1827, arbeider/turfmaker,overl. Ambt Hardenberg 27-7-1883, tr. Ambt Vollenhove 20-11-185275. Trijntje Klaver, geb. Wanneperveen 18-10-1833, dienstmeid, overl.Ambt Hardenberg 7-3-1895.April 1871 van Ambt-Ommen naar Hellendoorn, 23 februari 1878 weernaar Ambt-Ommen terug.Jan diende volgens opgave 5 jaar bij de Nationale Militie. hij wasingekwartierd bij het 1e Regiment Vesting Artillerie.Het gezin woont te Ambt Vollenhove en vertrekt van daaruit op 12-7-1862 naar Ommen. Men woonde ook nog te Staphorst en IJsselmuiden.Bij de geboorte van dochter Jentje was Trijntje afkomstig van AmbtVollenhove, in 1855 tijdelijk verblijf houdende te Rouveen,gemeente Staphorst.Bij het tweede huwelijk van haar dochter Jentje, is Trijntjewoonachtig te Ambt-Hardenberg. Daar is zij echter niet overleden.


Van 1-5-1850 tot 21-8-1852 is Trijntje dienstmaagd bij Leffert vanDijk, koperslager in de Hoofdstraat 484 te Meppel. Na haar huwelijkvertrekt ze op 17-12-1852 naar Vollenhove.76. Hendrik Schoenmaker, geb. Wierden 27-5-1828, wever, arbeider,overl. Stad Almelo 8-11-1879, tr. (2) Ambt Almelo 16-9-1871 MariaWillemina Kuiper, geb. Stad Almelo 28-1-1830, overl. Stad Almelo15-11-1888, dr. van Bernardus Kuiper en Aaltjen Schotveld.Maria Willemina tr. (1) Ambt Almelo 12-6-1852 Gerrit Jan Bokhove,geb. Ambt Almelo ca. 1829, wever, overl. Stad Almelo 21-5-1857,zn. van Jannes Bokhove en Geertruid Hemmink.Maria Willemina tr. (2) Stad Almelo 18-6-1859 Johannes Broedersen,geb. Amsterdam ca. 1828, stukadoor, zn. van Hannes Broedersen enGeesken Koersen.Hendrik tr. (1) Wierden 18-12-185177. Aaltje Broekhuis, geb. Ambt Almelo 26-1-1826, overl. Ambt Almelo22-7-1869.Bij het tweede huwelijk bleek uit de bijlagen (RAO, Huwelijksebijlagen Stad Almelo, 1871 akte 40), dat beide partners eencertificaat van onvermogen hadden gekregen. Hendrik kon bovendienniet voldoende schrijven om de akte te ondertekenen.Bij de huwelijkse bijlagen is o.a. een overlijdensextract opgenomenvan de vader van de bruid. Abuisievelijk staat daarin ene JohannaLetteboer als moeder van Aaltje vermeld. Men verklaart onder ede,dat dit op een fout berust en dat Lammigjen Hendriks de moeder vanAaltje is.78. Derk Heino, geb. Losser 13-1-1848, smidsknecht, smid, winkelier,overl. Losser 18-11-1907, tr. Ambt Almelo 28-10-187179. Christina Nusmeijer, geb. Losser 22-12-1842, overl. Losser7-7-1924.Afkondigingen van het huwelijk Losser 1/8-10-1871.Militare dienst: nummerwisseling; loting 1868, nr. 20, op 7-5-1868ingelijfd bij het 8ste Regiment Infanterie. Hij dient nog op 13-9-1871.*** Door eene hevige ziekte van ruim twee maanden, overleed hedenmiddag onze innig geliefde oudste zoon Adolf Heinrich, in denouderdom van 17 jaren en 8 maanden. Rheine, 9 Nov. 1888. D. Heino.C. Heino-Nusmeijer. Uit Twentsch Zondagsblad d.d.18-11-1888.80. Cornelis Wilhelmus van Haaff, geb./ged. RK Boxmeer 26-7-1792,bouwman, particulier, overl. Boxmeer 15-5-1842, tr. Boxmeer8-11-182581. Maria Mechtildis Molmans, geb./ged. RK Boxmeer 5-7-1797, overl.Arnhem 18-1-1861, tr. (1) Boxmeer 3-5-1824 Theodorus Bouwmans,geb. Mook 1775, verwer, overl. Boxmeer 7-1-1825, zn. van TheodorusBoumans en Hendrina Martens.Peter en meter van Cornelis waren Johannes van Bree, Wilh. Mandersen Wihelmina Sweeren.Maria woonde te Boxmeer aan de Keistraat 8 (Bevolkingsregister1850, p. 9). Ze verlaat, als weduwe, met haar twee kinderen Boxmeerop 20-11-1857 en verhuist naar Arnhem.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Henricus Johannes, (= nr. 40).2. Gertrudis Petronella, geb. Boxmeer, tr. Boxmeer 30-4-1852Gerardus Martinus Werson, geb. Utrecht, zoon van Gerardus MartinusWerson en Joanna van der Porte.


82. Leonardus de Poorter, geb./ged. RK Tiel 22-11-1804, schrijnwerker,koopman, overl. Tiel 12-12-1887, tr. Tiel 16-5-183083. Johanna Hermina Netelbeek, geb./ged. RK Tiel 3-9-1808, overl. Tiel6-3-1858.Uit: Arnhemsche courant, d.d. 24-2-1839.Peter en meter van Leonardus waren Johannes van Hirlum en AnnaMaria de Poorter.Persoonsbeschrijving van Leonardus: lengte 1 el en 720 strepen,hoog voorhoofd, bruine ogen, kleine neus, ronde kin, zwart haar enwenkbrauwen, gewone mond en rond aangezicht. Op 27-11-1879 herroeptLeonardus zijn testament (Not. Arch. nr. 4314).Uit dit huwelijk (allen geb. Tiel):1. Franciscus Petrus, geb. 7-2-1831.2. Wolterina Johanna, geb. 21-6-1832.3. Johannes Josephus, geb. 3-6-1837, tr. Druten 26-4-1865 Theodorade Kadt.4. Cecilia Annetta, tr. Tiel 9-5-1871 Marinus Johannes Teunissen.84. Jan Pieter Smitt, geb. Amsterdam 14-4-1829, timmerman, milicien,overl. Ede 1-3-1896, tr. Amsterdam 21-2-185685. Willemina Boon, geb. Amsterdam 6-1-1833, overl. Amsterdam18-8-1877.86. Pieter Coenraad Kreek, geb. Amsterdam 3-3-1826, zilversmid, overl.Amsterdam 19-1-1898, begr. Amsterdam, tr. Amsterdam 19-4-184887. Dorothea Elizabeth Rogge, geb. Amsterdam 3-4-1827, overl.Amsterdam 7-5-1893.88. Jelte Minnes Radsma, geb./ged. Harlingen 1/17-2-1805, wagenmaker,winkelier, overl. Franeker 4-6-1890, tr. Leeuwarden 24-11-183389. Boukje Botes Zuidema, geb./ged. Westergeest/Oudwoude 7-2/3-3-1811,dienstmeid, wasvrouw, overl. Franeker 14-11-1885.Bij een memorie van successie wordt Minne Jeltes Radsma genoemd alsbroer van de minderjarige Bote, Aukje, Grietje, Hendrik, Rienk,Ludolph, Berber en Cornelis Jeltes Radsma. 14


Leeuwarder Courant, d.d. 22-11-1883.In de huwelijkse bijlagen is onder meer deze vermelding vervat: opverzoek van de vader van de bruidegom, Minne Radsma, zijn er teHarlingen op 19 november 1833 bij notaris S.S. Wijma huwelijksevoorwaarden opgemaakt. Nader onderzoek in Tresoar toonde aan, dathet in dit geval om een brevetakte ging, zodat de notaris geenafschrift bewaard heeft.Uit het huwelijk van Jelte Minnes Radsma en Boukje Botes Zuidema(behalve het oudste kind allen geb. Franeker):1. Grietje, geb. Herpen (NB) 18-5-1834, overl. Franeker 16-11-1839.Bij de aangifte van de geboorte van Grietje is haar vader Jelte 29jaren oud en van beroep “mobiel schutter”, zijn woonplaats isLeeuwarden. De moeder van Grietje is Boukje Botes Zuidema, zij isvolgens de akte ook 29 jaren oud (dat kan gelet op haargeboortedatum niet kloppen), zij is van beroep wasvrouw.2. Bote, geb. 17-5-1836, wagenmaker, overl. Franeker 24-1-1868, tr.Franekeradeel 16-5-1861 Trijntje Douwes Hoitinga, geb. Achlum 5-11-1842, overl. Franeker 28-4-1867, dr. van Douwe Douwes Hoitenga enHinke Joukes de Vries.Bote heeft nageslacht; te Smilde: 16 augustus 1889, Douwe , geb.Franeker; oud 25 jaren, zn. van Bote Radsma en Trijntje Douwes


Hoitinga, tr. Jitske de Jonge, geb. Smilde, 22 jaren, dr. vanWietse de Jonge en Sietske Krans.3. Aukje, geb. 5-11-1837, overl. Franeker 24-3-1920, tr. Franeker12-5-1861 Thijs Steensma, geb. Franeker 16-6-1839, koopman,korenfactor, overl. Franeker 28-4-1909, zn. van Romke RegnerusSteensma en Aafke Tjallings Reitsma.4. Minne, geb. 12-9-1839, overl. Franeker 19-8-1856.5. Grietje, geb. 10-7-1841, overl. Franeker 22-11-1843.6. Hendrik, geb. 30-9-1843, overl. Franeker 15-6-1877.7. Grietje, geb. 4-9-1845, tr. Franeker 3-3-1870 Jurjen Jans vander Leest, geb. Franeker 4-8-1844, hoofdonderwijzer, zn. van JanJurjens van der Leest en Jantje Sjoerds van der Laan.Het echtpaar krijgt in de periode 1875-1878 te Hoogeveen tweekinderen.8. Rienk, (= nr. 44).9. Ludolph, geb. 26-5-1849.10. Berber, geb. 4-10-1851, overl. ’s-Gravenhage 21-1-1934, tr.Franeker 28-5-1874 Yge Pars 15 , geb. St. Annaparochie 23-12-1846,olieslager, overl. ’s-Gravenhage 13-3-1921, zn. van JohannesWiltjes Pars en Catharina Yges Mulder.11. Cornelis, geb. 6-1-1855, overl. Franeker 5-11-1869.90. Douwe Dirks van der Veen, geb. Franeker 12-8-1821,scheepstimmerman, overl./begr. Franeker 24/26-2-1872, tr. Franeker21-5-184891. Nammentje 16 /Waltje Jelles Donia, geb. Zweins 23-12-1821, overl.Franeker 21-1-1864.


Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen geb. te Franeker):1. Dirkje (= nr. 45).2. Antje, overleden 18-2-1851, oud 2 maanden.3. Antje, geb. 27-3-1852.3. Catharina/Trijntje, geb. 5-1-1856.4. Dirk, geb. 24-1-1858.5. Catharina, geb. 26-12-1860.6. Jelle, geb. 18-9-1862.92. Willem Godschalkzoon van Amstel, geb. Haarlem 6-10-1813,meester-timmerman, overl. Heemstede 7-3-1884, tr. Beverwijk11-11-184793. Adriana Hagen, geb. Beverwijk 20-6-1818, overl. Heemstede15-8-1903.Bij zijn overlijden woonde Willem te Heemstede op de Glip, daaroverleed Adriana ook.Uit dit huwelijk:1. Anna Cornelia van Amstel, geb. Heemstede 2-1-1849, overl.Heemstede 26-2-1931.2. Godschalk, (= nr. 46).3. Willem Adrianus van Amstel, geb. Heemstede 16-4-1851, overl.Heemstede 28-4-1852.4. Jan Hendrik van Amstel, geb. Heemstede 1852, overl. Heemstede1934, tr. Heemstede 6-2-1879 Anna Catharina Santing, geb. Heemstede1856, overl. Heemstede 20-7-1887, dr. van Klaas Santing en JohannaCatharina Juliana Wilkes.5. Bartha Adriana van Amstel, geb. Heemstede 29-8-1853.6. Willem Adrianus van Amstel, geb. Heemstede 22-6-1855, timmerman,overl. Heemstede 30-6-1916, tr. Haarlem 8-12-1881 Francina CorneliaSerné, geb. Haarlem ca. 1859, overl./begr. Heemstede 2/5-8-1926,dr. van Willem Serné en Maria Welsenaar.94. Jan Sarlet, geb. Amsterdam 2-8-1827, onderwijzer, overl. Vrijenban19-11-1877 tr. (2) Vrijenban 21-11-1859 Elisabeth Teunissen, geb.Westervoort ca. 1826, dr. van Jan Willem Teunissen en PetronellaFlorussen/Florissen, otr./tr. (1) Vlaardingen 29-10/15-11-184895. Maartje van der Snoeck, geb. Vlaardingen 1-3-1825, naaister,overl. Vrijenban 30-5-1859.Het echtpaar is in 1856 uit Vlaardingen vertrokken naar Delft.Uit het eerste huwelijk:1. Poulina Allegonda Sarlet, geb. Vlaardingen 6-1-1849, overl.Vlaardingen 30-1-1849.2. Kornelia Katharina Sarlet, geb. Vlaardingen 20-4-1850.


3. Gille Joseph Sarlet, geb. Vlaardingen 17-4-1852.4. Paulina Allegonda Sarlet, (= nr. 47).5. Pieter Sarlet, geb. Vrijenban 29-1-1857, overl. Vrijenban 8-7-1857.6. Pieter Sarlet, geb. Vrijenban 26-1-1858.Uit het tweede huwelijk:1. Anna Louise Christine Sarlet, geb. Vrijenban 11-10-1860, overl.Vrijenban 5-12-1860.2. Anna Louise Christiane Petronella Sarlet, geb. Vrijenban 11-8-1862, overl. Vrijenban 1-7-1877.3. Gille Joseph Charles Sarlet, geb. Vrijenban 21-1-1865.4. Bernardina Margaretha Sarlet, geb. Vrijenban 26-1-1868.96. Albertus Wegter, geb./ged. Rotterdam 14/21-1-1802 17 , wolkammer,wever, overl. Stad Almelo 27-3-1849, otr./tr. Stad Almelo20-5/25-5-182797. Janna Gosselink, ged. Neuenhaus (D) 26-7-1801, overl. Stad Almelo11-6-1862.Getuigen bij de doop van Albertus waren Aaltje Nipkens en MariaOutshoren.De familie Wegter moet op de een of andere manier een verbindinghebben gehad met die familie Nipkens. Later namelijk krijgtAlbertus hulp van een luitenant Nipkens te Nieuwendam (ziehieronder). Op 18-11-1797 gaat een Maria Nipkens te Rotterdam inondertrouw met ene Jacobus Horevos. Hij is dan afkomstig vanRotterdam, zij van Brielle, maar ze woont wel te Rotterdam. Er iseen verklaring opgenomen, waaruit af te leiden valt, dat zemogelijk te Oostijsselmonde getrouwd zijn.Als kleine jongen werd Albertus als verlatene opgenomen in hetAalmoezeniersweeshuis te Amsterdam. Dat was het weeshuis voor demensen die geen poorter van de stad waren. Het weeshuis is in 1663gesticht. Het stond aan de Prinsengracht. In 1825 kwam hetAalmoezeniershuis leeg en werd het verbouwd tot het Paleis vanJustitie 18 . De administratieve gegevens van het weeshuis en allerleistukken die op de wezen zelf betrekking hadden, zijn altijd zeerzorgvuldig bijgehouden en bewaard. Ook over Albertus is dus hetnodige te vinden. Er bestaat een lijvig dossier ‘Almelo’ genaamd 19 .Albert’s naam is terug te vinden in het boek der verlatenen.Daaruit blijkt dat hij is binnengekomen op 2-11-1811 20 , hij is dantien jaar oud. Hij krijgt in het Groothuisboek nr. 1734. Hijvertrekt (dat betekent: komt terug) op 5-4-1813 en gaat naar Almeloop 9-11-1812 21 . Hij blijkt niet alleen: er is nog een zus, AlminaCharlotta Wegter, op dezelfde dag genoteerd, 11 jaar, Groothuisboeknr. 119. Terug (= nr. vertrek) op 5-4-1813, uitgang op 4-2-1812naar De Bilt.De moeder, de wed. Wegter, die den kinderen heeft verlaten volgenseen verklaring op 1-11-1811 22 voor den vredesrechter AdrianusCornelus Fabricius, vrederechter in het zesde kanton van hetarrondissement Amsterdam, departement van de Zuiderzee. Dan leggenElizabeth Vermeer, oud 61 jaar, weduwe van Hendrik van Kouteren,naaister, wonende in Amsterdam in de Palmstraat en Hendrica van derLinden, 23 jaren, huisvrouw van Jan Fris, eveneens woonachtig in dePalmstraat een verklaring af. Zij zeggen dat ‘zekere vrouw, zichnoemende de weduwe Wegter, doch welker name haar comparanten nietbekend is.’De weduwe heeft vier weken in hun buurtschap gewoond en zij hadtoen twee minderjarige kinderen, Alemina Charlotta Wegter enAlbertus Wegter. De weduwe Wegter heeft de kinderen acht dagengeleden, op 24 oktober, verlaten. Zij heeft niet meer naar de


kinderen omgezien en ook haar tegenwoordige verblijfplaats isonbekend.Verder: ‘Ik ondergetekende bekenne uit hande van heren regenten tehebben ontvangen mijne bovengenoemde kinderen, belovende dezelvenimmer weder ten laste van ‘t godshuis te laten komen, alsmede vanal het nodige te voorzien en goede opvoeding te geeven, Amsterdam22-1-1813, Johanna de Vries, weduwe Wegtter.’De correspondentie tussen de administrateurs van het weeshuis en‘Almelo’ is goeddeels bewaard geleven 23 . Hendrik Jan Colmschatevoert de pen in het Almelose. Albert komt er enkele malen in voor.Colmschate zal ongetwijfeld handelen in opdracht, maar uit zijnbrieven blijkt duidelijk de onwaarschij<strong>nl</strong>ijke moraal: het weeshuisbetaalt kostgeld en alle andere kosten, terwijl de wezen voornagenoeg voor niets werken bij boeren of in de fabrieken in en rondAlmelo. Voor werkelijk alles eisen de Almeloërs een vergoeding enals er eens iets mis gaat, weigeren zij steevast daarvoor(financieel) op te draaien.Albertus is dus eind 1812 24 naar Almelo overgekomen. Hij staat opeen lijst over de jaren 1811-1813 vermeld: ouderdom 12 jaren,lengte 4 voet en 2 duim. Achter zijn naam staat een kruisje, watzoveel betekent als ‘vrijwilliger’. Daarbij staat overigensaangetekend: ‘ofschoon er onder zijn, die te jonk en te kleinzijn.’Op 2-5-1813 schrijft Colmschate aan J. Berntz: ‘Albert Wagter is opUE: aanschrijven overgezonden. Twijfele niet, of hij is wel overgekomen. De bode voor transport betaald f 6(..)’. In een later,ongedateerd schrijven 25 wordt duidelijk wanneer en wat zich heeftafgespeeld. Op 11 maart heeft Comschate een brief van het weeshuisontvangen en daarom is Albert op de 19de teuggezonden naarAmsterdam. Hij is van de lijst (denkelijk ‘werknemers’)afgeschreven. Tot een ieders verbazing blijkt Albert op de 8ste(mei?) weer terug in Almelo. Hij vertelde dat zijn vader hem nietkan en zijn moeder hem niet wil onderhouden en dat zij zelfs eenvan zijn borstrokken heeft verkocht. Zij heeft daaarna tegen hemgezegd: “Gaat nu heen, daar gij vandaan gekomen zijt.’ Albert isdaarna door een man ‘van Nieuwendam’ aan het schip gebracht. Hijheeft ook de overtocht naar Zwolle betaald. Albert heeft daar ‘proDeo’ gelogeerd en is vervolgens met twee soldaten naar Almelo toekomen lopen. Hij was, zo schrijft Colmschate, afgemat enuitgehongerd. Hij kon weer bij zijn oude hospes terecht en hij isweer op de lijst ingeschreven.Klaarblijkelijk wil het weeshuis niet helemaal meegaan in deregeling die Colmschate voortstelt: Albertus gewoon tegen de oudeafspraken opnieuw aannemen. Dat betekent dat hetAalmoezeniersweeshuis kostgeld voor hem overmaakt: want terwijl dewezen voor niets of bijna gratis werkten krijgen de fabrikantengeld toe. In een brief op 5 juni 1813 zegt Colmschate dat degemeente Almelo Albert niet voor haar rekening zal nemen ‘zodat wijdezen jongen na Amsterdam moeten teruggezenden en aan zijn lotoverlaten.’In een brief, gedateerd 6 november 1814 blijkt dat Albertonverminderd de zorg van de fabrikanten heeft: ‘(...), maar waarblijven wij nu met Albert Wegter? Van de luitenant Nipkens teNieuwendam ontvangen wij geen kostgeld voor dien jongen. Waar moetdit eindelijk heen met hem? Ten laste van onze gemeente kunnen enzullen wij hem niet brengen, veel minder houden wanneer zig niemandom hem bekommerd, hem aanneemt, dan moeten wij hem overzenden(...)’. Daarmee is de geschiedenis nog niet gedaan, want op 20-12-1817 komt Albert nogmaals voor in een brief van Colmschate: menblijkt te Almelo geld van het weeshuis, dat eige<strong>nl</strong>ijk bestemd wasvoor scholing van de wezen, anders besteed te hebben. Er is o.a.


een wolkaart voor W. van Hoek voor gekocht: ‘indien hij ditwerktuig niet had, moest hij leeg lopen? UE kent de historie vanAlb. Wegter’.Op 12-11-1816 is Albert nog steeds een zorgenkindje, want dan wordthij nog vermeld: ‘Albert Wegter nog ten onzen laste, waarof diteindelijk op uitloopt weet ik niet.’Bij zijn inschrijving voor de Nationale Militie trok Albertus hetlot met het nummer 21. Dat getal heeft hem `tot geenen dienstverplicht'. Het signalement van Albertus luidde in 1827: lengte: 1el 746 str., aangezicht: rond, voorhoofd: rond, oogen: grijs, neus:ordinair, mond: idem, kin: rond, haar: blond, wenkbrauwen: idem enmerkbare teekenen: geene. Hij werd geregistreerd onder nummer 555.Woonadressen: 1840 Knoopshöfte 167, Ambt Almelo. Kinderen: Fenneken,geb. Almelo, 10 jaar; Hendrika, geb. Neuenhaus, 5 jaar; Hendrik,geb. Neuenhaus, 2 jaar (Register Volkstelling Ambt Almelo, 1840).Bij de geboorte- en doopinschrijving van hun eerste dochter Hendrikate Neuenhaus deze aantekening: ‘Wegter, Albertus en Janna Gosseling,wonende te Almelo: hier werd het kind geboren, terwijl de moedereenigen tijd hier vertoefde, hebbende het voornemen weer naar Almeloterug te keren’.Uit dit huwelijk:1. Johanna, geb. Stad Almelo 12-10-1827.2. Fenneken, geb. Stad Almelo 18-12-1830, overl. Stad Almelo5-6-1905, begr. Almelo 4ne 5305 c3 8-6-1905, tr. Stad Almelo30-10-1857 Dirk/Derk Beverdam.3. Hendrika, geb. Neuenhaus (D) 9/23-4-1834.4. Hendrik, (= nr. 48).5. Hendrika, geb. Stad Almelo ca. 1845, overl. Stad Almelo15-5-1849.98. Piet Gorel, geb. Stad Almelo, ged. Almelo 17-1-1811, spinner,dagloner, overl. Ambt Almelo ‘gevonden op den WestelijkenKanaaldijk in de Aalderinkshoek' 11-11-1858, tr. Stad Almelo18-12-183499. Johanna Witvoet, geb. Stad Almelo 17-6-1814, overl. Stad Almelo,1-8-1857.Uit dit huwelijk:Aaltje (= nr. 49).Gerritdina, geb. Stad Almelo ca. 1840, overl. Ambt Almelo 16-2-1859.100. Derk/Dirk Niphuis/Heilenhuis, ged. Almelo 2-4-1779, landbouwer,tapper, overl. Vriezenveen 18-10-1846, otr. Almelo (noodgericht)4-11-1804 26101. Dina Velten/Veltens/Veltenshuis, ged. Almelo 26-1-1786, overl.Vriezenveen 17-6-1851.Derk overleed in de ouderdom van 67 jaren, hij was woonachtig op deAa te Vriezenveen. In 1813 woonde hij nog op de Schelfhorst.Derk Heilenhuis en Dina van Veltenshuis worden op 11-10-1804lidmaat te Almelo.Op 24-11-1807 27 wordt een hypotheekakte opgemaakt door Derk en Dinaten gunste van Gerrit Hagedoorn Lzn., het bedrag was 498 gulden enals onderpand gold een hooimate genaamd Bekkersmate en een stukland bij Heilenhuis.IHA 2 310 nr. 1724: Stukken betreffende het proces tussen de heervan Almelo en Derk Niphuis te Vriezenveen, als eigenaar van dekaterstede De Aa te Vriezenveen, over betaling van tien jaarachterstallige betaling van een jaarlijkse tins uit dezekaterstede. 1839.


Bij aangifte van overlijden wist men niet wie haar ouders waren. Eris een Dina Velten ged. als dochter van Abraham Velthuijs/Velten enLena Kortenvoort. Die doop, te Almelo, grijpt plaats op 26-1-1786.Er is dan wel een belangrijk leeftijdsverschil met `onze' Dina, dievolgens de gegevens op haar eigen overlijdensakte rond 1779 geborenzou moeten zijn. Nader onderzoek!Uit dit huwelijk (niet helemaal bekend):1. Roelof, geb./ged. Almelo 16/20-10-1805.2. Abraham, geb./ged. Almelo 15/17-11-1808.3. Abraham, geb. 16/23-5-1811.4. Lambert, geb. Vriezenveen 1818, boerwerker, tr. Vriezenveen 14-3-1846 Johanna Alberts, geb. Vriezenveen 1820, dochter van JanAlberts en Jennichje Slijkhuis.5. Gerritdina, geb. Vriezenveen 1821, overl. Vriezenveen 1822.6. Gerrit, geb. Vriezenveen 1823, overl. Vriezenveen 1845.7. Harmannus (= nr. 50).8. Geesjen.102. Antoni/Tony Oostendorp, geb./ged. Almelo 18-1-1771/29-1-1775,wever, overl. Stad Almelo 8-7-1847, (o)tr. (1) Almelo13-4/16-5-1801 Johanna Buters, ged. Vriezenveen 29-9-1764, overl.Ambt Almelo 22-11-1832, dr. van Gerrit Buters, tr. (1) Almelo5/30-10-1791 Hendrik Smit, ged. Almelo 17-11-1762, zn. van AbrahamSmit en Willemina Oeink/Eunk/Oink.Antoni tr. (2) Stad Almelo 7-1-1836103. Geertruid Alberts/Albers/Tukkert, geb./ged. Almelo 7-1/9-1-1803,boerwerkster, overl. Stad Almelo 7-7-1848, tr. (1) Ambt Almelo28-10-1824 Jannes Mieghoop, geb./ged. Almelo 19/20-8-1797,boerwerker, daghuurder, overl. Ambt Almelo 2-9-1827, zn. van JanMieghoop en Harmina Kamphuis.Volgens een latere vermelding in het Bevolkingsregister van StadAlmelo 28 is hij geboren op 18-1-1774.Op 4-9-1806 29 nemen Anthony en zijn eerste vrouw, Johanna Buters,een hypotheek op van 100 gulden ten gunste van Mozes Salomon, metals onderpand huis en land in de Schalderooi naast de woning vanDerk Bruins.104. Frerik Spin, geb. Onna 12-8-1826, arbeider, overl. Onna25-12-1894, tr. Steenwijk 2-4-1851105. Elsje ten Veen, geb. Steenwijk 30-9-1828, overl. Onna 7-1-1893.106. Jacob Doeven, geb. Steenwijk 14-12-1818, arbeider, overl.Steenwijk 24-11-1870, tr. (1) Willempje Lammerts, geb. ca. 1822,overl. Steenwijk 29-8-1849, tr. (2) Steenwijk 1-6-1850107. Lammigje Beverwijk, geb. Steenwijk 6-12-1825, naaister, overl.Steenwijk 25-1-1895.Bij overlijden volgens de akte oud 51 jaren en 11 maanden engeboren in 1818. Hij heeft gediend bij het 7de Regiment Infanterie.108. N.N., verwekt een kind bij109. Woutera van Dockum, arbeidster, overl. v. 7-2-1933.Duidelijk is dat zoon Hendrik (= nr. 54) buitenechtelijk is. Wie isde vader? Het is mogelijk niet meer te achterhalen. Bovendien ishet oppassen geblazen, want er is in ieder geval een naamgenotevoorhanden. Die Woutera van Dockum, geb. Hedel 1-3-1829, tr. (1)Hedel 12-5-1865 Roelof Dekkers, tr. (2) Hedel 8-7-1880 Johannis vanWeelden.110. Keimpe Faber, geb. Steenwijkerwold 8-6-1824, arbeider, overl.


Hellendoorn (Nijverdal) 14-10-1898, (o)tr. Steenwijkerwold26-6/9-7-1853111. Adriana Maria Geytenbeek/Geitenbeek, geb. Lisse 6-11-1825,winkelierster, overl. Hellendoorn (Nijverdal) 9-1-1894.Bij zijn huwelijk is Keimpe militair bij het derde RegimentInfanterie, gelegerd te Arnhem. Zijn commandant verleent detoestemming (opgenomen in de huwelijkse bijlagen).Op 16-11-1852 bevalt Adriana Maria van te Steenwijkerwold van eendoodgeboren kind. Een van de aangevers is Keimp Faber. Gelet op hetlatere huwelijk kan hij heel wel de niet genoemde vader van hetkind zijn.Ondertrouwdata op 26-6/03-7-1853.112. Wijnand Gerhard Horstman, geb. Enschede 11-12-1835,fabrieksarbeider, wever, overl. Enschede 13-5-1899, tr. Enschede15-12-1859113. Janna Buddeke, geb. Lonneker 1-10-1822, overl. Lonneker 8-1-1894.114. Albert Reudink, geb. Lonneker 2-5-1830, wever, fabrieksarbeider,overl. Lonneker 15-9-1869, tr. Lonneker 11-11-1856115. Willemina Huiskes, geb. Diepenheim 11-6-1829, overl. Enschede27-1-1902.Albert diende volgens de bij de huwelijkse bijlagen opgenomenverklaring van de Nationale Militie 5 jaar bij het 3e RegimentInfanterie. Ook bij het overlijden van Willemina staat alleen denaam van haar moeder vermeld.116. Gerrit Jan van Laar, geb./ged. Zwollerkerspel/Zwolle 29-12-1809,arbeider, overl. Avereest 10-3-1886, tr. Hasselt 8-7-1829117. Derkje Bonsink, geb. Hasselt 17-8-1810, dienstmeid, overl.Avereest 12-11-1875Uiterlijk van Gerrit Jan: 1 el 634, ovaal aangezicht, kleinvoorhoofd, blauwe ogen, gewone neus en mond, ronde kin, bruin haaren wenkbrauwen, kenmerken: pokdalig, kan niet schrijven.Het echtpaar verliest een zoontje, Jan, overl. Ambt Ommen 7-7-1830(oud circa vier maanden).118. Albert Klos, ged. Hoogeveen 25-8-1805, arbeider, overl. Hoogeveen9-2-1866, tr. Assen 27-1-1839119. Aaltje Moes, arbeidster, geb. Smilde 27-1-1817, overl. Stad Ommen28-6-1847.De afkondigingen van het huwelijk waren te Assen op 16/23-12-1838en te Smilde op 6/13-1-1839.De geboorte van Aaltje is in de huwelijkse bijlagen: 27-1-1817, viaGe<strong>nl</strong>ias vond ik 26-1-1817.Ten tijde van haar huwelijk was Aaltje afkomstig uit Smilde.120. Gerrit Smit, arbeider, overl. Ambt Hardenberg 23-2-1878, tr.121. Jantje Loeken (ook: Van Zoelen), arbeidster, geb. Oldemarkt,overl. Kinholt (Zuidwolde, Dr.) 13-6-1869.Bij het huwelijk van hun zoon Gerrit woonde het echtpaar nog inAmbt Hardenberg.Overlijdensakte (1878, aktenr. 30):‘Op heden den vijf en twintigsten Februarij achttien honderd achten zeventig, verschenen voor ons Jan Berend Bolks wethouder enAmbtenaar van den Burgerlijken stand der Gemeente Ambt Hardenberg


Roelof Hoogeveen oud vijfendertig jaren en Hendrik Keinken? ouddrie en twintig jaren beide arbeiders wonende te Ambt Hardenberghdewelke ons hebben aangegeven, dat Gerrit Smit weduwnaar van Jantjevan Zoelen oud acht en tachtig jaren zonder beroep geboren teDordrecht, wonende te Ambt Hardenbergh, zijnde aan comparantenonbekend de namen en voornamen der ouders van de overledene dochbeide overleden op den drie en twintigsten dezer maand desnamiddags te elf ure, in het huis staande te Lutten is overleden.Van welke aangave wij deze akte hebben opgemaakt, die, na gedanevoorlezing, is geteekend door ons en den eersten comparantverklarende de tweede niet te kunnen tekenen of schrijven hebbendezulks niet geleerd.Bij Jantje’s overlijden wisten de aangevers degeboorteplaats, maar de ouders waren onbekend’.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Roelofje, geb. Ambt Hardenberg 17-7-1833, overl. Ambt Hardenberg10-8-1925, tr. Ambt Hardenberg 16-2-1856 Jan de Lange.2. Gerrit, geb. Ambt Hardenberg 21-4-1837, tr. Ambt Hardenberg 27-4-1864 Jantje Sloothaak.3. Klaas (= nr. 60).122. Gerrit Jan Kuipers, geb./ged. Wierden 15-5/6-7-1806, wever, overl.Ambt Hardenberg 6-6-1858, tr. Ambt Hardenberg 11-5-1844123. Berendina Nijkamp, geb. Ambt Ommen (Bestmen) 13-4-1825, overl.Ambt Hardenberg 13-1-1884, tr. (2) Ambt Hardenberg 27-5-1859Aalbert van de Riet, geb. Wierden 21-7-1815, soldaat, overl. AmbtHardenberg 2-11-1883, zn. van Jan van de Riet en Janna de WildeBij huwelijk waren akten van onvermogen opgenomen. Berendina wasdestijds woonachtig te Lutten, Ambt Hardenberg. De afkondigingenvan het huwelijk waren op 14/21-4-1844. Bij zijn huwelijk bleekGerrit Jan ‘behoorlijk’ ontslagen te zijn uit de vervulling vanzijn dienstplicht. Hij had vijf jaren gediend bij het 7de Reg. Inf.Bij het tweede huwelijk van Berendina waren beide echteliedenwoonachtig te Dedemsvaart. De afkondigingen waren op 15/22-5-1859.In de bijlagen is vermeld dat zijn ouders al overleden zijn, maardat blijkt verder nergens uit. Er zijn geen bewijzen van opgenomen.Gerrit Jan Kuiper staat vermeld in de gemeenteboeken van AmbtHardenberg 30 :Geboorteplaats: WierdenGeboortejaar: 1806Huwelijkse staat: gehuwd met Berendina NijkampHuwelijksplaats: Ambt HardenbergHuwelijksjaar: 1844Ouders: Hendrik Kuiper en Gesina OldhuisBijzonderheden: De vrouw van G.J. Kuiper is reeds lang sukkelendeen onder geneeskundige behandeling….; in 1858 was de man lijdendeaan koortsen en aan het water.Uit dit huwelijk ook (in dezelfde bron van de armenzaken):Lubbigjen Kuiper, ouders: Gerrit Jan Kuiper en Berendina Nijkamp.In dezelfde bron komt ook de tweede man van Berendina voor: Albertvan de RietGeboorteplaats: WierdenGeboortedatum: 15-6-1815 (wijkt dus af van zijn trouwgegegevens).Beroep: gepensioneerd Oost-Indisch militairHuwelijkse staat: ongehuwdOuders: Jan van de Riet en Janna … (beiden overleden)124. Johannes Hinnen, geb. Almelo 24-9-1824, dagloner, stoomwever,overl. Ambt Almelo 5-4-1871, tr. Almelo 5-2-1846125. Jenneken Poorten, geb. Almelo 3-7-1823, overl. Stad Almelo


11-12-1896.Johannes woonde in 1860 op de Schans en in 1862 in de Visschedijk.126. Jan Letteboer, geb. Almelo 24-6-1813, wever, overl. Ambt Almelo30-6-1848, tr. Stad Almelo 21-1-1843127. Marigien Jans (van Dijk), geb./ged. Wijhe 3-8/18-8-1811,dienstmeid, overl. Ambt Almelo 24-1-1872, tr. (2) Stad Almelo14-4-1860 Gerrit Jan Hinnen, geb. Stad Almelo 18-8-1803, wever,dagloner, overl. Ambt Almelo 11-4-1864, zn. van Albert Hinnen enHendrica van den Mieghoop, tr. (1) Ambt Almelo 24-10-1828 MariaHilbrink, geb. Hengelo ca. 1803, dienstmeid, overl. Stad Almelo22-6-1857, dr. van Gerrit Hilbrink en Elisabeth Esselink.Marrigje voerde ook de familienaam Van Dijk, o.a. op deoverlijdensakte van haar eerste man, Jan Letteboer. Bij haar tweedehuwelijk is in de bijlagen omstandig uitgelegd, dat zij die naam tedanken heeft aan het feit, dat haar vader te Wijhe op de dijkwoonde.Bij de huwelijkse bijlagen is een document opgenomen waaruit blijktdat Jan vijf jaren ingelijfd is geweest bij het 7de RegimentInfanterie. Overigens tonen die bijlagen aktes van onvermogen.Generatie VIII128. Tjalling Sierks Woudstra/Walstra/Van der Woude, geb. Veenwouden8-10-1797 ged. Veenwouden 29-10-1797, overl. Oostermeer ‘desmorgens ten tien ure, te Oostermeer in een schip’ 23-1-1866,schippersgezel (1819), boerenknecht (1819), arbeider (1822, 1828en 1837), dagloner (1834, 1839), potschipper (1848, 1857, 1858,1866), tr. Veenwouden 21-3-1819129. Sjutje/Sjoerdje Meinderts Leij, geb. Veenwoudsterwal (Hardegarijp)29-3-1799 31 , dienstmeid, schippersche, overl. Bergum 24-7-1888‘des namiddags ten negen ure`.Tjalling Sierks is de man, die om (nog) onbekende redenen defamilienaam definitief veranderd en verankerd heeft. ‘Woudstra’wordt via ‘Walstra’ uiteindelijk tussen november 1822 en oktober1825 ‘Van der Woude’ 32 . Nog in de huwelijkse bijlagen van zijn zoonMeindert (1848) staat expliciet vermeld: ‘Zijnde de in de stukkengenoemde Tjalling Sierks Walstra of Tjalling Sierks van der Woudeeen en dezelfde persoon.’ In zijn overlijdensakte heeft allesdefinitief zijn beslag gekregen, want zelfs zijn vader wordt vermeldals ‘Sierk Sijes van der Woude’.Blijkens de overlijdensaangifte van Tjalling’s vader waren Tjallingen Sjutje buren. Haar vader, Meindert Gerrits Leij, is een van deaangevers van het overlijden. Hij wordt in die akte `gebuur`genoemd.Sjoerdje schonk al op 9-1-1819 het leven aan hun dochter Antje. Hethuwelijk van de jonge ouders liet behoorlijk lang op zich wachten:de huwelijkse bijlagen geven onder andere een verklaring vanonvermogendheid voor Sjoerdje, gedateerd 31-8-1818. Vanwege deinschrijvingsperikelen rond het overlijden van Tjalling’s vader,


Sierk Sijes, duurde het enige tijd, voor de trouwerij doorgang konvinden. De afkondigingen van het huwelijk hadden al eerderplaatsgevonden: op de vierde en vijfde zondag van november 1818 voorhet grietenijhuis van Dantumadeel te Rinsumageest en op de eerste entweede zondag van december 1818 voor het grietenijhuis vanTietjerksteradeel.Signalement van Tjalling Sierks: lang aangezicht, breed voorhoofd,blauwe ogen, ordinaire (gewone) neus en mond, kleine kin, blondeharen en wenkbrauwen en verder geen `merkbare teekenen`.Op 20-12-1831 sluit Tjalling met ene Lambert Willems Sipkens eennogal verrassende overeenkomst 33 . Te Leeuwarden wordt vastgelegddat:‘Lambert Willems Sipkens, meerderjarig, van beroep boerenknecht,wonende in de Rottevalle onder het behoor van de grietenijAchtkarspelen, schutter van den eersten ban der mobiele schutterijvan opgemelde grietenij, requirant ter eenre enTjalling Sierks van der Woude, arbeider onder den dorpe Veenwouden,grietenij Dantumadeel, requireerde ter anderen zijde (...)De requireerde verbindt zich den schutterlijken dienst voor denrequirant waar te nemen en al deszelfs plichten als zoodanig tevervullen, zoolang namelijk deze schutterij in eenen mobielen staatverkeert (...).De requirant daarentegen, neemt aan, voor het waarnemen dezerdienst, aan den requireerde te betalen zoodra dezelve alsplaatsvervanger zal zijn goedgekeurd en aangenomen ineens de somvan vijfenzestig g.s, voorts zoodra deze schutterij van harenmilitaire diensten zal zijn ontslagen en binnen haren gewonenwerkkring teruggekeerd, en de requireerde aan zijne verplichtingenzal hebben voldaan, de som van zeventig g.s, terwijl de requirantzich daarenboven verbindt tot aan dat tijdstip van ontslagwekelijks aan des requireerdes huisvrouw Sjoerdje Meinderts Ley tebetalen de som van vier g.s, waarvan de eerste betaling zal moetengeschieden eenen week na de goedkeuring des plaatsvervangers en zoovervolgens telkens ten huize van Tjibbe Jippes Hoekstra, winkelieronder Veenwouden.De requirant verbindt zich bovendien, en neemt aan, om gedurendeden geheelen diensttijd van den plaatsvervanger te zullen zorgenvoor het onderhoud van deszelfs huisgezin, zoodanig, dat hetzelvegedurende diensttijd in geenen deele komt ten laste van eenigenarmenadministratie (...).Voorwaar geen kleinigheid. Tjalling vervangt dus Lambert WillemsSipkens, ongetwijfeld een beslissing, die is ingegeven door denijpende armoede. Opmerkelijk genoeg zegt het beroep van Lambertveel over de pecuniaire toestand van het gezin Van der Woude-Leij.Tjalling vervangt immers een boerenknecht. Het was daarenbovenallemaal niet van gevaar ontbloot, zeker in die roerige dagen:i.v.m. de Belgische opstand was daadwerkelijke uitzending nietondenkbaar.Op 5-5-1837 34 stuurt Tjalling Sierks van der Woude, arbeider, wonendeop de Veenwoudsterwal onder Veenwouden samen met zijn naastegeburen, Sijbe Hendriks Wijnsma en Alle Uilkes van der Wal, een


verzoek aan de gouverneur van de provincie. Hij bevindt zich in zeerziekelijke omstandigheden, zodanig dat hij al geruime tijd te bedheeft moeten blijven. De situatie wil er maar niet beter op worden.Zijn ziekte wordt zo erg dat ‘zijne vrouw en zes kleine kinderenbijna van honger moeten omkomen.’ Hij heeft bij de armvoogden vanVeenwouden om bijstand gevraagd ‘en wel in de eerste plaats om eenenMedicijne Dokter ter herstellinge zijner ziekte, doch door hen isgeweigerd geworden en mij en mijn armoedig huisgezin aan het noodlotovergelaten.’ Daarom wendt Tjalling zich tot de gouverneur.Op 16-5-1837 krijgt hij een afwijzing terug uit Leeuwarden. Dat isniet zo verwonderlijk, want de kerkvoogden van Veenwouden (i.c. W.de Boer) hebben dan de gemeente Dantumadeel al ingelicht 35 en dieheeft op haar beurt advies uitgebracht aan de gouverneur 36 . Deuiteindelijke afwijzing mag Tjalling wellicht teleurgesteld hebben,voor de onderzoeker is al snel duidelijk, dat hij geen kans heeft optoewijzing. De klacht is volgens De Boer ‘overdreven en metopgeraapten leugen vermengd’. Er blijkt de kerkvoogden vanVeenwouden geen daadwerkelijk verzoek om ondersteuning bereikt tehebben. Lieden uit de buurt hebben wel iets in die richtingopgemerkt, maar dat blijkt geen grond voor actie te zijn geweest.Bij een nader onderzoek heeft men gevonden, dat Tjalling en zijnoudste zoon (Meindert) weer aan het werk en zelfs ‘genoegzaam’ vanarbeid voorzien zijn. De hulp van een dokter ‘zoude ontijdig wezen’.Daarom hopen de kerkvoogden, dat het verzoek van Tjalling van dehand zal worden gewezen. De Boer sluit korzelig af met op te merken,dat Tjalling zich -indien dat echt nodig mocht blijken- altijd bijde armvoogden kan melden. De gemeente neemt dat advies over.Woonaanduidingen van het gezin Tjalling-Sjoertdje:1819/1822/1825/1828: Veenwouden.1829: Veenwouden, huisnr. 34, 2 gezinnen in dit huis, 12 peronen.1830/1834: Veenwouden.1837: Veenwouden/Veenwoudsterwal.1839: Veenwouden, huisnr. 141, 1 gezin, 10 personen.1865: Bergum (naar Tietjerksteradeel vanuit Dantumadeel).Uit dit huwelijk:1. Antje Tjallings Woudstra/Van der Woude, geb. Veenwouden 9-1-1819,overl. Murmerwoude 6-3-1855, tr. Dantumadeel 24-4-1842 BernardusHendriks Blumers, geb. Hardegarijp 28-7-1818, zn. van HendrikBlumers en Susanna Bernardus Duif.2. Neeltje Tjallings Woudstra, geb. Veenwouden 15-10-1820,dienstmeid, overl. Hallum 28-2-1858, tr. Ferwerderadeel 18-5-1850Pieter Ouwes Terpstra, geb. Lichtaard 3-6-1824, zn. van Ouwe HylkesTerpstra en Janke Hedsers van der Kooi.3. Meindert Tjallings Walstra/Van der Woude, (= nr. 64).4. Baukje Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 17-10-1825,overl. Rijperkerk 11-12-1906, tr. Tietjerksteradeel 15-5-1852 AlleAlles van der Wal, geb. Hardegarijp 1-5-1830, zn. van Alle Aukes vander Wal en Lolkjen Doekes Miedema.5. Sierk Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 13-2-1828,potschipper op ‘De Hoop’, overl. Bergum 3-8-1898, begr. Bergum.Sierk is ongehuwd gebleven.


6. Fokje Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 20-9-1830, overl.Oostermeer 13-2-1862, tr. Tietjerksteradeel 31-3-1858 RykeleHoeksma, geb. Drogeham 22-6-1835, zn. van Johannes Fokkes Hoeksma enGrietje Rykeles van der Merk.7. Sijke Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 14-1-1834,potschippersche, koopvrouw, winkelierster, overl. Garijp 7-11-1907.Sijke is ongehuwd gebleven.8. Aaltje Tjallings van der Woude, geb. Veenwouden 13-3-1837, overl.Oostermeer 15-7-1867, tr. Bergum 16-5-1857 Melle Jacobs Zwerver,geb. Drachten 19-12-1830, overl. Drachten 25-6-1909, zn. van JacobMelles Zwerver en Trijntje Gerrits Reitsma, tr. (2)Tietjerksteradeel 25-1-1871 Gertje Engberts Stelwagen, echtsch. 4-4-1878, tr. (3) Smallingerland 10-10-1908 Wikje Hiemstra.130. Minne Hendriks Weima/Weimanheer, geb. Drachten ca. 1789, schipper,overl. Drachten 25-1-1868, otr. Drachten 7-5-1820 (afkondigingen30-4/07-5-1820), tr. Drachten 13-5-1820131. Froukjen Hendriks Doele, geb./ged. Drachten 19-3/20-4-1794,dienstmaagd, overl. Britsum 16-12-1861.Bij zijn huwelijk werd Minne geregistreerd als `Weimanheer'. Datberust zeker niet op een ambtelijke fout, want hij ondertekent ookmet die naam.Bij zijn huwelijk was hij 30 jaren oud en geboren en woonachtig teDrachten.De vader van de bruidegom gaf volgens de akte zijn toestemming bijakte, getekend bij de notaris Jan Daniël van der Plaats en PieterAndreae te Leeuwarden. De akte werd opgemaakt op 13-5-1820 en isgeregistreerd op de veertiende. Bij diezelfde notaris werd op 13april ook een akte van huwelijkstoestemming opgemaakt. 37 Minne isdan inwoner van Leeuwarden.


Weima, Minne Hendriks, geb. 1788 zoon van Hendrik Minnes Weima enFroukje Jentjes Veenbaas was loteling van de lichting 1808 mairieDrachten; plaatsvervangerFrançiscus Pieters Weesen, dagloner te Harlingen; tr. (Bronnen:Tresoar toegang 8/4054.099).Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032014 repertoirenr. 1196, d.d. 10 april 1818, borgtocht: Jentje Wopkes Veenbaas teDrachten als borg; er is sprake van een schuld fl. 1000.-. MinneHendriks Weima te Drachten is schuldenaar, samen met Anne HendriksBijlsma. Het Rijk is schuldeiser.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033003 repertoire nr.12, d.d. 14 februari 1829, koopcontract betreffende de verkoop va<strong>nl</strong>and te Drachten, koopsom fl. 480 door Minne Hendriks Weima teDrachten en Jentje Hendriks Weima te Drachten aan Anne Jeens deBoer te Drachten.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033010 repertoire nr.12, d.d. 23 januari 1837, boedelscheiding door Hendrik Minnes Weimate Leeuwarden als divident; Tjitske Berends Weima te Drachten alsdivident; Fokje Berends Weima, gehuwd met Luitzen Klazes van derMolen te Drachten als divident; Liepkjen Berends Weima te Drachtenals divident; Minke Berends Weima, gehuwd met Tjeerd Pieters Roordate Drachten als divident; Minne Berends Weima te Drachten alsdivident; Fokjen Haaikes van der Werf, gehuwd met Hans Jakobs vander Kamp te Drachten als divident; Minne Haaikes van der Werf teDrachten als divident; Hinke Ates van Veen, gehuwd met TjibbeleWietzes Kamp te Drachten als voogd over Haaike, Sietske, Ate,Pieter en Froukjen Pieters van der Werf.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033011 repertoire nr.15, d.d. 5 februari 1838, verklaring (akte niet aanwezig) door:Taeke Pieters Meter te Drachten als attestant, Riekele Harmens vander Zee te Drachten als attestant, Minne Hendriks Weima te Drachtenals attestant, Gepke Pieters Meter te Drachten als attestant,Aukjen Ates Veenstra; betreft het overlijden van haar grootouders.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032047 repertoirenr. 4480, d.d. 21 maart 1840: obligatie ; Minne Hendriks Weima teDrachten als schuldenaar; schuld van fl. 1200, Remkjen Jeens Boerte Drachten als schuldeiser.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033013 repertoire nr.135, d.d. 9 augustus 1840, koopcontract betreffende de verkoop va<strong>nl</strong>and en maden te Boornbergum en Wartena, koopsom fl. 300.Verkopers: Minne Haaikes van der Werf te Kootstertille, MinneHendriks Weima te Drachten, Jentje Hendriks Weima te Drachten.Koper was Klaas Franzes Schuurman te Ureterp.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032050 repertoirenr. 4820, d.d. 9 februari 1843, koopcontract betreft de verkoop vanhuis en tuin te Drachten. Minne Hendriks Weima te Drachten alsverkoper; koopsom fl. 200; samen met Jentje Hendriks Weima. Koperis Jan IJsebrands van Dijk te Drachten.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032052 repertoirenr. 5035, d.d. 8 april 1845: hoopcontract betreffende een gedeeltevan een bos te Drachten. Minne Hendriks Weima te Drachten alsverkoper; koopsom fl. 65; samen met Jentje Hendriks Weima. Koperszijn Liekele Kornelis Bosma te Drachten en Berend Kornelis Bosma.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032054 repertoirenr. 5199, d.d. 1 mei 1847, royement van hypotheek (akte nietaanwezig), Romkje Jeens de Boer te Drachten als schuldeiser;betreft een inschrijving ten kantore te Heerenveen ten laste vanMinne Hendriks Weima als schuldenaar.Bij overlijden was Minne 79 jaren oud. Hij was geboren enwoonachtig te Drachten. Hij stierf des namiddags ten twee ure.


In de overlijdensakte van de gemeente Smallingerland staat telezen, dat de ambtenaar een missive van 17 december heeftontvangen, waarin verklaard wordt, dat Froukjen op de 16e isoverleden te Britsum, gemeente Leeuwarderadeel. Zij is gestorven`'smorgens ten 7 ure aan boord van een schip'. Op het moment vanoverlijden was zij volgens de aangifte 66 jaar en bijna 9 maanden.132. Jan Jurjens Vos, geb. Emmen (Roswinkel), ged. Roswinkel 1-1-1784,arbeider, boerennecht, otr. Emmen 10/16-3-1822, tr. Nieuwe Pekela16-4-1822133. Kornelia Geerts Docter, geb. ca. 1788.Huwelijkse bijlagen, formulier Nationale Militie: bijzonderekenmerken: `stijve vinger aan de linkerhand'.Bij zijn huwelijk was Jan woonachtig te Roswinkel, 38 jaar oud,boerenknecht, zoon van wijlen Jurrien Jurriens Vos en ZwaantjeHindriks, arbeidster te Roswinkel.Bij aangifte van overlijden van Johannes Pasveer (Onstwedde 20-2-1831) blijkt Jan Jurjens 49 jaren oud. De vraag is dus, of diedoop- en geboortedatum wel in orde zijn. Nader onderzoek! Overigenskon, zo staat in die akte van overlijden, Jan nietschrijven.Over een familie Dokter zie Gen. Jierboek 1975.Bij huwelijk 34 jaar oud, afkomstig van het Stadskanaal, gemeenteNieuwe Pekela, dr. van wijlen Geert Derks en Elsien Alberts Dokter,aldaar woonachtig.134. Jan Teijen Jurjens Vos, geb. Vlagtwedde 8-1-1798, ged. Vlagtwedde(kerkgemeente Ter Apel) 21-1-1798, arbeider, overl. Onstwedde11-9-1840, tr. Onstwedde 23-6-1829135. Geessien Johannes Pasveer, geb. A<strong>nl</strong>oo (Annerveensche Compagnie)1-11-1799, naaistersche, overl. Muntendam 1-8-1868.Bij overlijden was Jan Teijen 42 jaar oud, zijn ouders waren beidenoverleden, beiden volgens de akte te Roswinkel/Emmen. De akte vanoverlijden maakt gewag van Emmen als plaats van geboorte.136. = nr. 132.137. = nr. 133.138. = nr. 134.139. = nr. 135.140. Berend Wilkes Kuiper, geb. Winschoten 7-9-1794 38 , ged. Winschoten7-9-1794, boerenknecht, arbeider, kuiper, overl. Wildervank7-6-1857, tr. Winschoten 23-7-1827141. Nijklaassien Tholens/Tholenga, geb. Winschoten, ged. Winschoten24-1-1791, arbeidster, overl. Wildervank 15-6-1866.Bij zijn huwelijk was Berend afkomstig van Beerta. Hij was 32 jarenoud; zijn vader was reeds overleden en zijn moeder leeft nog.Bij overlijden wordt Berend 64 jaren oud genoemd.Bij haar huwelijk was Nijklaasien 36 jaren oud, geboren enwoonachtig te Winschoten. Haar ouders waren beiden overleden.Bij overlijden noemt men haar `Tholenga' (de tienjaarlijkse tafelsgaven `Tholinga'). Zij was bij haar verscheiden volgens de akte 75jaren oud. Bij het overlijden van hun zoon Gerrit (= nr. 70) zijnde familienamen van zijn ouders: Kuipers en Totinga.142. Gerrit Lukas van Veen, ged. Kolderveen 26-6-1796 39 , overl.Wildervank 1-1-1867, tr.143. Arentje Jans Groten, ged. Veendam 13-6-1794, overl. Wildervank


13-10-1863.Uit dit huwelijk:1. Lukas, geb. ca. 1822, tr. Wildervank 3-7-1847, dan 25 jaar oud;ouders vermeld)2. Jeltje, geb. Gieten 1-11-18233. Beerendje, geb. Gieten 5-7-1825, overl. Gieterveen 13-4-1827.4. Hilligje, geb. Gieten 6-8-1831 (ouders per abuis: Gerrit Jansvan Veen en Aaltje Jans Groote), overl. Gieterveen 17-9-1833.5. Berendje (= nr. 71).144. Hannes Jansen Kortman, geb. Beerze, ged. Ommen 28-8-1774,landbouwer, overl. Ommen (Beerze) 1-10-1849, otr./tr. Ommen3-4/19-4-1801 40145. Jennigje Willems Huisjes, geb. Archem, ged. Ommen 10-1-1773,landbouwersche, overl. Ommen 9-2-1844Hannes Jansen wordt bij zijn huwelijk genoteerd als `geboren enwoonachtig op Kotmans te Beerze'. Jennigje is geboren op erveHuisjes te Archem, maar is `tans woonende bij Klein Marsink teBeerse'.Hannes komt op 29 april 1800 voor als lidmaat te Ommen.Het lijkt er sterk op, dat Hannes rond 1801 op het erf Kortman isgekomen. Ten tijde van zijn huwelijk wordt het één en andergeregeld rond het erf: op 8 april 1801 41 wordt namelijk een akte vancontract en alimentatie opgesteld tussen Jan Derks op Kortmans teBeerze, zijn vrouw Maria Hendriks en hun zoon Hannes Jansen en zijnvrouw Jennigje Willemsen. Het bruidspaar krijgt nu de helft van hunerfdeel en na het overlijden van de ouders de rest.De zussen van Hannes, Jennigje Jansen, getrouwd met HendrikDunnewind, en Johanna Jansen, de vrouw van Hendrik Hendriks,ontvangen het geld dat nu nog uitstaat bij Vedder te Meer. De broervan Hannes, Hendrik Jansen, ontvangt het geld dat Gerrit Zwiers teMagele verschuldigd is.Hannes Jansen wordt bij zijn huwelijk genoteerd als`geboren enwoonachtig op Kotmans te Beerze'.Bij haar huwelijk wordt vermeld, dat Jennigjen geboren is op erveHuisjes te Archem, `tans woonende bij Klein Mansink te Beerse'.De overlijdensakte noemt haar ouders onbekend. Verder is deleeftijd geschat. Op 10-1-1773 wordt Jennigje immers ged., alsdochter van Willem Huisjes en Aaltje Huisjes, van `Archum'. Deovereenkomsten van namen en de herkomst van de ouders weegtruimschoots op tegen het tijdsverschil, bovendien wist de aangeverniet wie haar ouders waren. Het heeft er dus alle schijn van, datook de leeftijd niet helemaal nauwkeurig geschat was.Uit dit huwelijk:1. Maria, geb. Beerze 11-4-1802, ged. Ommen 16-4-1802, overl. AmbtOmmen 14-7-1867, tr. Ambt Ommen 29-9-1826 Gerrit Willems, geb./ged.Den Ham 2/9-5-1802, boerenknecht, arbeider, overl. Beerze 2-6-1891,zoon van Arend Willems Jutten en Berendina Hendriks van Laar.2. Jan, geb. Beerze 28-12-1803, ged. Ommen 1-1-1804, tr. Ambt Ommen6-1-1838 Everdine Westenberg, geb. Emlichheim 18-9-1809, overl.Gramsbergen 19-12-1892, dochter van Gerrit Westenberg en JannaMeyerink.3. Janna, geb. Beerze 7-5-1806, ged. Ommen 11-5-1806.4. Jannes, geb. Beerze 1-10-1808, ged. Ommen 2-10-1808, overl. AmbtOmmen 10-10-1885, tr. Ambt Ommen 3-6-1836 Carolina Olthuis, geb.Dalfsen 1-3-1814, overl. Ambt Ommen 29-10-1890, dochter van GerritJan Olthuis en Marrigje Jansen.5. Albert, geb. Ambt Ommen 17-9-1813, overl. Ambt Ommen 5-3-1864.6. Derk Willem, (= nr. 72).


7. Hendrik, geb. Ambt Ommen 18-5-1819, overl. Ambt Ommen 1-5-1885,tr. Ambt Ommen 6-6-1861 Dina Fokkert, geb. Ambt Ommen 1-4-1836,dochter van Albert Fokkert en Teuntje Derks Huisjes.146. Derk Berendsen Nijhuis/Nijenhuis/Nienhuis, geb. Marle, ged.Hellendoorn 20-4-1766, landbouwer, overl. Den Ham (Magele)14-10-1835, otr./tr. Hellendoorn 26-2/4-2-1804147. Geertje Jannessen (Nije) Blokvoort, geb. Hulsen, ged. Hellendoorn22-1-1786, landbouwersche, overl. Den Ham 20-9-1835.De (Nije) Blokvoort is een boerderij in de buurtschap Hulsen(Hellendoorn). Blijkens een uit omstreeks 1775 daterendeaantekening (RAO, Huisarchief Rechteren, nr. 544) was de Blokvoorteen andere naam voor het goed Zwanenborch 42 .Het Nijenhuis ligt in het buurtschap Marle.Bij huwelijk jongeman en jongedochter. Hij blijkt woonachtig teWierden, zij woont op dat moment te Hulsen, maar was in hetvoorafgaande jaar ook woonachtig te Wierden.148. Teunis Post, geb./ged. Vollenhove 4/5-2-1792, landbouwerarbeider, overl. Ambt Vollenhove 18-1-1862, otr. Vollenhove30-7/16-8-1815, tr. Vollenhove tussen 6/21-8-1815 43149. Jentjen Abrahams Baukes, geb./ged. Ambt Vollenhove 19/24-9-1797,overl. Ambt Vollenhove 15-1-1876.Bij de doop van Teunis staan zijn ouders vermeld: zn. van Kees JansPost en Trijntjen Klaas Zouman, in Barsbeek.Bij ondertrouw, op 28-7-1815, was Teunis 23 jaren oud en Jentje 17jaren.Ondertrouwinschrijving Vollenhove: `zoon van wijlen Kees Post enTrijntje Klaas Zouwman'. Ook Jentjes' vader is dan al overleden:volgens de akte te Vollenhove op 20-2-1801, toen getrouwd aanAaltjen Alberts Meilof.150. Nettert Jans Klaver, geb./ged. Wanneperveen 22-10/3-11-1809veehouder, turfmaker, overl. Wanneperveen 10-1-1851, tr.Wanneperveen 9-3-1833151. Marrigjen Gerrits Stam, geb. Wanneperveen 7-11-1813, arbeidster,overl. Wanneperveen 23-11-1899.Bij de doop woonden Nettert’s ouders te Wanneperveen, getuige waszijn eigen moeder. Uiterlijk van Nettert: 1 el en 720 str., rondaangezicht en voorhoofd, bruine ogen, gewone neus en mond, rondekin, donkerbruin haar en wenkbrauwen en geen `merkbaare teekenen'.152. Jan Schoenmaker/Schoemaker 44 , geb./ged. Vriezenveen 12/17-6-1804,boerwerker, landbouwer, overl. Wierden 17-11-1878, tr. Wierden12-5-1827153. Jenneken/Jenne Mullink/Möllink., geb. Wierden 22-1-1801, ged.Wierden 25-1-1801, dienstmeid, overl. Wierden 19-10-1873.In het bevolkingsregister van Wierden van rond 1869 staat vermelddat Jenneken geboren is te Wierden op 16-11-1796. Dit moet onjuistzijn. Bij haar huwelijk in 1827 is zij 26 jaar, bij de geboorte vanzoon Hendrik in 1828 is zij 27 jaar en bij haar overlijden in 1873is zij 72 jaar. Ze moet dus te Wierden geboren zijn rond 1801.Bij overlijden te Wierden woonachtig in huis 511a.In de huwelijkse bijlagen staat het uiterlijk van Jan: hij was 1 elen 598 strepen lang, had een rond aangezicht en voorhoofd, blauweogen, een lange neus, een gewone mond, een ronde kin en blond haaren wenkbrauwen. Hij hoefde niet in dienst. Merkwaardig genoeg is


ook een afschrift opgenomen van de naamsaanname door zijn vader.Die had toen twee kinderen: Jan, 8 jaar en Dina, 4 maanden.Mogelijk heeft de opname van dat bewijs te maken met de vreemdesituatie rond de familienaam: eerst Jansen, toen Schoenmaker.Bij zijn huwelijk wordt vermeld dat Jan sedert een jaar te Wierdenwoont. De afkondigingen van het huwelijk waren op 22/29-4-1827.Uit dit huwelijk (allen geb. en getr. te Wierden):1. Hendrik (= nr. 76).2. Johannes, geb. 1836, tr. Johanna Keyser.3. Hendrikus, geb. Vriezenveen 1839, tr. 1866 Jenneken Lamers.154. Gerrit Broekhuis (alias Bellinkhof?), geb. Almelo 15-8-1782,landbouwer, wever, overl. Ambt Almelo 27-3-1850, tr. Meppel16-4-1813155. Lammegien/Lammertyne Hendriks alias Roelofs, Morris, Murris, ged.Meppel 2-1-1791, dienstmeid, overl. Wierden 22-3-1846.Bij het huwelijk: Bruidegom: Gerrit van Broekhuis, geboren teAlmelo, 30 jaren oud, zoon van Berend van Broekhuis en Tije Smit ende bruid: Lammegien Roelofs, geboren te Meppel, 22 jaren oud,dochter van Hendrik Roelofs en Jentien Roelofs.Volgens lidmatenboek N.H. Kerk te Almelo lidmaat vanaf 16-7-1807,vertrekt 19-4-1810 met attestatie naar Meppel, woont 1830 weer in(Ambt) Almelo. Woont in 1840 aldaar Aalderinkshoek nr. 252.Overleed in de Sligte, zogenaamd als weduwenaar van JohannaLetteboer. Dit abuis wordt herroepen bij het huwelijk van zijndochter Aaltje met Hendrik Schoenmaker te Wierden, d.d. 18-12-1851(akte nr. 51).Lammegien woonde begin 1813 als dienstmeid in De Wijk (Dr.). Zijoverleed te Wierden in het huis nr. 4.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Hendrik, geb. Meppel 2-3-1817.156. Gerrit Jan Heino, geb. Den Ham 11-8-1809, ged. Den Ham 20-8-1809,veldwachter, overl. Losser 1-2-1869, tr. Losser 9-8-1846157. Gerritdina Bos, geb. Losser 22-6-1824, overl. Vriezenveen20-12-1904, tr. (2) Vriezenveen, 7-9-1871 Johannes de Witte, geb.Vriezenveen 1807, wever, winkelier, zn. van Jan de Witte enJannigjen Smelt. Johannes de Witte tr. (1) Vriezenveen 27-8-1836Fina Juliana van ’t Rot, geb. Vriezenveen ca. 1800, naaister,overl. Vriezenveen 1836, dr. van Gerrit van ’t Rot en JannaJansen.Johannes de Witte tr. (2) Vriezenveen 18-8-1860 Margreta Schipper,geb. Vriezenveen ca. 1800, winkeliersche, overl. Vriezenveen 1865,dr. van Willem Schipper en Clasina Jansen Stik. Margreta Schippertr. (1) Vriezenveen 24-12-1831 Gerrit Jan Reuvekamp, geb. Wierdenca. 1796, wever, overl. Vriezenveen 1842, zn. van Derk Reuvekampen Janna Folbrink.Margreta Schipper tr. (2) Vriezenveen 10-6-1854 Nicolaas Beker,geb. Amsterdam ca. 1812, winkelier, overl. Vriezenveen 1858, zn.van Hendrik Beker en Agata Lega.Huwelijkse bijlagen Gerrit Jan Heino: militaire dienst:ingeschreven Vriezenveen, lichting 1828, nr. 24; geen dienst.158. Adolf Heinrich Nusmeijer, geb. Ladbergen (D) 17-9-1804, timmerman,overl. Losser 27-9-1863, tr. Losser 1-12-1838159. Hendrina Kosters, geb. Losser 11-11-1820, weefster,fabrieksarbeidster, overl. Losser 25-6-1877.160. Hendrikus Wilhelmus van Haaff, geb./ged. RK Boxmeer 21-11-1751,


schepen en president-schepen van Boxmeer, herbergier, bouwman,overl. Boxmeer 20-10-1823, tr. RK Boxmeer 31-7-1788161. Petronella Johanna Sweeren, geb./ged. RK Boxmeer 28-7-1765, overl.Boxmeer 23-3-1795.Doopgetuigen: Joanno Hendrico van Dijck, Joanna Vermaeseren.Getuigen bij het huwelijk: Rutgero Raab en Wilhelmina Sweeren.Aangesteld tot schepen van Boxmeer op 16-3-1800 en op 27-1-1801wordt hij gekozen tot president 45 .Op 13-8-1801 is Hendrikus nog schepen van Boxmeer, want hij komtdan in die functie voor in het RA van Vierlingsbeek 46 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Cornelis Wilhelmus, (= nr. 80).2. Jacoba Johanna, geb. Boxmeer, tr. Boxmeer 27-4-1823 MartinusCruijsen, geb. Linden, zoon van Peter Cruijsen en Maria Martens.162. Hendrik Molmans, ged. Boxmeer 9-12-1762, overl. Boxmeer 13-2-1826,tr. Boxmeer 19-11-1786163. Anna Gertrudis Klabbers, ged. (RK) Sambeek 10-5-1763.Doopgetuigen van Hendrik: Herberto Hendrik Thomese, AleijdaHonsteijn, Maria Joanna Hendrick Thomese.Getuigen bij het huwelijk: Caspar Molmans en Aldegunda Jansen.Dit echtpaar is met regelmaat terug te vinden in de archieven: aanenverkopen, momberschappen, volmachten. Ik neem slechts een aantalaktes op.Op 11-8-1788 koopt het echtpaar een huis in de Steenstraat teBoxmeer, dat naast hun eigen huis ligt 47 .Op 23-6-1789 dient hun huis als onderpand bij een schuldbekentenisvoor 1000 gulden 48 .Op 13-11-1795, 12-12-1795, 4-2-1796, 5-8-1796, 12-12-1796 koopt hetechtpaar bezit te Boxmeer 49 .Op 28-10-1796 verkoopt Willem Molmans namens de kinderen en alleverdere erfgenamen van Maria Anna Thomese, weduwe van Jan vanOutvorst (zijn schoonzus dus), bezit te Boxmeer 50 .Op 13-11-1805 verklaart het echtpaar een slordige 500 guldenschuldig te zijn aan Maria Catharina Theonville 51 .Op 1-3-1809 verklaart het echtpaar een kleine 500 gulden schuldigte zijn aan ‘de Gilde van het Heilig Bloed tot Boxmeer’ 52 .Op 22-12-1810 verkoopt het echtpaar nog bezit te Boxmeer 53 .Is dit (hieronder) de vermelding van haar overlijden? De naam vanmoeder is anders, maar het jaartal klopt en de plaats van degeboorte ook.Bron Burgerlijke stand - Overlijden Archieflocatie Gelders ArchiefAlgemeen Toegangnr: 0207Inventarisnr: 2975Gemeente: UbbergenSoort akte: overlijdenAktenummer: 31Aangiftedatum: 16-08-1852 Overledene Anna Gertrudis ClabbersGeslacht: VOverlijdensdatum: 14-08-1852Overlijdensplaats: Kekerdom Vader Casper Clabbers Moeder JoannaOlders Partner Nadere informatie Geboorteplaats: Sambeek; oud : 89Jaar; beroep ovl.: geen beroep vermeld; beroep vader: geen beroepvermeld; beroep moeder: geen beroep vermeldHet kan ook deze vrouw zijn:


Gertruda ClabbersOverlijdensplaats: SambeekOverlijdensdatum: 5-5-1848Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Wilhelmina Mechelina, geb. Boxmeer 4-5-1795, tr. Breda 18-5-1824Theodorus Eugenius van Opstal, geb. Tilburg 25-7-1788, zn. vanGeorg van Opstal en Johanna Hansberg.2. Maria Mechtildis (= nr. 81).3. Caspar Henricus, geb. Boxmeer, brouwer (1826), azijnmaker(1839), tr. Boxmeer 24-4-1826 Elisabeth Johanna Horn, ged. RKAmsterdam 29-5-1789, dr. van Wilhelmus Josephus Horn en MariaJacoba Cornelia Wannaar.4. Arnoldus Henricus, geb. Boxmeer, tr. Sambeek 8-4-1837 PetronellaJacoba Collet, geb. Sambeek, dr. van Christophorus Collet enPetronella Hijdaars5. Catharina Antonia Hermina, geb. Boxmeer 18-5-1803, tr. Breda 10-11-1825 Johannes Nicolaas Delfontaine, geb. Bassenge (B) 24-6-1802,zn. van Josephus Delfontaine en Maria Johanna Mathot.6. Johanna Christina, geb. Boxmeer, tr. Breda 2-10-1826 CornelisVermeulen, geb. Ginneken, zn. van Roeland Vermeulen en Maria vanHooijdonck.164. Franciscus (ook: Francis) de Poorter, schrijnwerkers-affaire, ged.Sint Oedenrode 10-10-1764, overl. Tiel 1-12-1827, tr. Tiel31-7-1796165. Petronella Catharina van Pelt, ged. RK (Leeuwenstraat) Rotterdam11-4-1766, overl. Tiel 29-6-1852.Bij de doop van Franciscus: ouders: Joannis de Porter en HenricaConelii der Kijnderen. Doopgetuigen: Joannes der Kijnderen enTheodora de Metser.Huwelijk Tiel 31 Julius 1796, voltrokken door Pastor H. Carels,bruidegom Francis de Poorter, bruid Petronella van Pelt, testes:Michiel Belders en Anna van Pelt en de weduwe Van Pelt.Bij het overlijden van Francis: kind van Jan de Poorter en Hendrinavan Heestum (dat moet dus foutief zijn), partner PetronellaCatharina van Pelt. Bij nadere informatie doopplaats: Sint-Oedenrode; oud 63 jaar; beroep overledene: schrijnwerker.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen geb. te Tiel):1. Hendrina Leonarda, geb. Tiel 6-4-1797, overl. Tiel 1-6-1883, tr.Tiel 6-5-1819 Hendrik van Baars, geb. Tiel 3-10-1794, zoon vanFrancis van Baars en Anna Hendrika Kniest.2. Joannes Leonardus, geb. Tiel 30-4-1802, schrijnwerker, overl.Tiel 11-12-1860, tr. Tiel 14-5-1829 Gerarda van der Sijp, geb. Tiel29-11-1808, dochter van Jacobus van der Sijp en Jantje Hakkenberg.3. Leonardus (= nr. 82).4. Franciscus Petrus, schrijnwerker, geb. Tiel 7-10-1808, overl.Tiel 9-6-1865, tr. Tiel 6-7-1839 Joanna van Haren, geb. Tiel 1-6-1810, overl. Tiel 3-2-1871, dochter van Jacobus van Haren,klompenmaker, metselaar, kastelein, koopman, en Elizabeth Dekkers.5. Theodora Johanna, geb. Tiel ca. juli 1811 (bij overlijden 9maanden oud), overl. Tiel 15-4-1812.6. Theodora Johanna, geb. Tiel 11-3-1813, overl. Tiel 27-10-1876,tr. Tiel 18-11-1852 Henricus Marijne, geb. ca. 1806 te Heusden,Noord-Brabant, zoon van Laurentij Marijne en Maria Buijs.166. Wouter Netelbeek 54 , geb./ged. Kranenburg (D) 11-8-1778, kuiper,


overl. Tiel 17-6-1854, tr. Tiel 19-2-1807167. Johanna de Kadt (ook: Kat), ged. Druten ca. 1776, overl. Tiel16-8-1846, tr. (1) Johannes Teunissen.Uit dit huwelijk (allen geb. te Tiel):1. Johanna Hermina (= nr. 83).2. Theodorus, geb. Tiel 28-12-1810, tr. Johanna Catharina vanLieshout.3. Johanna, geb. Tiel 28-10-1813, overl. Tiel 7-6-1876.4. Bernardus, geb. 3-4-1816, tr. Tiel 11-4-1839 Maria TheodoraNollen.168. Pieter Smitt, geb. Amsterdam 13-10-1796, ged. Amsterdam (NieuweKerk) 16-10-1796, otr./tr. Amsterdam 20-4/3-5-1826169. Helena Carolina Brettschneider, geb./ged. LU Amsterdam29/31-5-1801.Doopheffers van Pieter waren: Pieter Smitt en Elisabeth Julia vanOverveldt. De getuigen bij de doop van Helena waren: HendrikLeonard Mom en Helena Harting.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Anna Margaretha, geb. Amsterdam ca. 1828, tr. (1) Dirk van denBurg, tr. (2) Amsterdam 28-8-1878 Frans Kiepe, geb. Amsterdam ca.1824, boekdrukker, koopman, tr. (1) Anna Catharina Merkelijn(gescheiden Amsterdam 19-1-1870), zn. van Johannes Christiaan Kiepeen Johanna van Nederhorst.2. Jan Pieter, (= nr. 84).3. Karel, geb. Amsterdam ca. 1835, slachter, tr. Amsterdam 13-9-1871, Johanna Elisabeth Leck, geb. Amsterdam ca. 1848, dienstbaar,dr. van Heinrick Diedrick Fiedrick Leck en Sijgje Menkemper.4. Catharina Christina Smitt, geb. Amsterdam ca. 1838, overl.Enschede 28-4-1913, tr. Heinrich Mathias Kammeijer genaamdBergfeld.5. Geertje, geb. Amsterdam ca. 1839, tr. Amsterdam 20-7-1871 WillemFrederik Winter, geb. Amsterdam ca. 1846, onderwijzer, zn. van JanGerardus Winter en Trijntje Saavies.6. Pieter, geb. Amsterdam ca. 1846, onderwijzer, tr. Amsterdam 20-4-1871 Antje Lamers, geb. Amsterdam ca. 1841, dr. van Dirk Lamersen Johanna Gerhardina Hillers.170. Simon Boon, geb. Amsterdam 2-2-1800, ged. Amsterdam (Zuiderkerk)5-2-1800, timmerman, scheepsbeschieter, overl. Amsterdam 8-9-1853,tr. Amsterdam 5-5-1830171. Grijtje Bohne, geb./ged. Dokkum 20-3/3-4-1799, dienstbode, overl.Amsterdam 14-2-1846, begr. Amsterdam.Getuigen bij de doop van Simon waren: Simon Boon en Willemina vander Speck (zijn grootouders van vaderszijde) 55 .Signalement van Simon: lang 1 el, 7 palm, 4 duim en 5 streep; rondaangezicht en voorhoofd; blauwe ogen; spitse neus; ordinaire monden blond haar. Vrijgesteld van dienstplicht uit hoofde vangebreken.Trouwgetuigen: Jan Boon, Hendrik Overeem, Georg Moritz Heis en JanLoots.172. Jacobus Kreek, geb./ged. Amsterdam (Noorderkerk) 9/11-1-1797,turfdrager, kistenmaker, overl. Amsterdam 3-5-1853, tr. Amsterdam20-9-1815173. Jannetje Benninck, geb./ged. Amsterdam 28-7/4-8-1793.


Getuigen bij de doop van Jacobus: Jacobus Daaldorp en GrietjeVeltman 56 . Getuigen bij Jannetje: Jan Koerszen en JannetjeNieuwland 57 (haar stiefgrootvader en grootmoeder).Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jacobus Andries, geb. Amsterdam 27-3-1821.2. Pieter Coenraad (= nr. 86).174. Gerrit Hendrik Rogge, geb./ged. Buiksloot 6/23-1-1798,schoenmakersknecht, metselaar, overl. Amsterdam 20-9-1871,otr./tr. Amsterdam 16/26-11-1817175. Maria van Elten, geb./ged. LU Amsterdam 21/24-5-1796, koopvrouw,fruitverkoopster.Doopgetuige van Gerrit: Elizabeth Houting, wonende te Broek inWaterland.Gerrit ondertrouwd op 16-11-1817 te Amsterdam, gehuwd op 19-jarigeleeftijd op 26-11-1817 te Amsterdam (bron: GA nr 4 blz 161v,brontekst:‘Gerrit Hendrik Rogge van Buiksloot, schoenmakersknecht, oud 19jaar, zoon van Gerrit Hendrik en Maria Houting, naayster en Mariavan Elten, 21 jaar dochter van Adrianus van Elten en DorotheaKoninck.’Gerrit woont 1817 in de Lindestraat. Signalement: lengte, 5 voet, 3duim en 1 streep; aangezicht ovaal; laag voorhoofd; bruine ogen;opwippende neus; ordinaire mond; haar en wenkbrauwen bruin.Vrijgesteld van militaire dienst omdat hij kostwinner was voorzijn moeder.Maria woont 1817 op het Leidsche Plein.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Johannes Tobias, ged. 26-7-1774, getuigen: Tobias Grieper enCatharina Grieper.176. Minne Jeltes Radsma, geb./ged. Harlingen 11-7/1-8-1780, werkman,mr. wolkammer (1819) overl. Harlingen 28-3-1834, tr. Harlingen20-5-1804177. Grietje Joekes Bierma, geb./ged. Harlingen 12-2/2-3-1773, overl.Harlingen 14-6-1833.Minne Jeltes Radsma en Grietje Joekes Bierma stammen ook duidelijkuit dezelfde sociale kringen van Harlingen.Grietje is een dochter van Joeke Jans Bierma, gedoopt te Harlingenop 17 januari 1736. Hij is vaandrig (1773), hopman van het vierdekwartier (1773), hopman van het tweede kwartier (1777) en bankiervan lening ten voordele van het Stadsweeshuis (vanaf 1770). 58 Hijhertrouwt te Harlingen op 25 mei 1783 Mincke Eykhout. De moeder vanGrietje is echter de eerste vrouw van Joeke, Jeltje Sijboldts. Datechtpaar trouwt te Harlingen op 15 mei 1763.Wapen van Joeke: I: de Friese adelaar op zilver. II: doorsneden: a:in blauw drie gouden korenschoven op een grond, de beide buitensterustende tegen de middelste; b: in rood twee schuinsgekruistezilveren schrijfveren. Dekkleden: zilver en rood. 59Begin 1804, op 1 maart, blijkt Minne Jeltes Radsma nog woonachtigbij zijn moeder, de weduwe Radsma: in het tweede kwartier, nummer77. Hij is dan 23 jaren oud en nog ongehuwd. 60Bij de opmaak van de memorie van successie na het overlijden vanMinne treedt Joeke Radsma, koopman te Harlingen, op voor zichzelfen namens zijn broer Jelte, schutter in militaire dienst, van wiehet verblijf op dat moment onbekend is. 61


Vader Minne bewoonde een huis bij de Franekerpoort, genummerd D 42.Notaris Hanekuyk: jaar 1819, akten 146 en 159: huisverkoop doorMinne Jeltes Radsma en Grietje Joekes Bierma.Uit het huwelijk van Minne Jeltes Radsma en Grietje Joekes Bierma(allen geb. Harlingen):1. Jelte, (= nr. 88).2. Joeke, geb./ged. 22-6/19-7-1807, boekdrukkersknecht (1831),koopman (1834), bode bij een begrafenisfonds (1855), overl.Harlingen 18-12-1878, tr. (1) Harlingen 26-5-1831 Nancy van Hoften,geb. Harlingen 9-2-1804, overl. Harlingen 15-12-1854, dr. vanBarend Martens van Hoften en Jantje Oeges Leeman.Joeke tr. (2) Harlingen 24-5-1855 Sara Gyas, geb. Leeuwarden 7-1-1813, overl. Harlingen 14-11-1884, dr. van Machiel Gyas en BerendjeMulders.Joeke heeft nageslacht.3. Feikje, geb. 15-5-1812, overl. Harlingen 20-8-1812.4. Jeltje, geb. 31-8-1814, overl. Harlingen 18-9-1814.178. Bote Pieters Zuidema, ged. Oudwoude 4-9-1767, arbeider, overl.Westergeest 17-11-1826, (o)tr. Oudwoude/Westergeest 25-4/16-5-1790179. Aukjen Gerrits de Vries, ged. Oudwoude 30-3-1771, arbeidster,overl. Westergeest 3-11-1826.Bij overlijden weduwnaar van Aukjen Gerits de Vries en zoon vanPieter Aukes en Hinke Botes.Hinke was volgens het extract van haar overlijden uit de huwelijksebijlagen van haar dochter Boukje een dochter van Gerrit Waatzes(sic!) en een onbekende moeder.Bij huwelijk was Bote afkomstig uit Kollummerzwaag en Aukje vanOudwoude.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070003 repertoire nr. 36 en37, d.d. 29 april 1812; twee akten van notoriteit, getuigen EgbertErnst Feenstra en Bote Pieters Zuidema te Westergeest.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070003 repertoire nr. 161,d.d. 17 oktober 1812; koopcontract, betreft de verkoop van bouwlandte Westergeest door Lolke Johannes Groenia te Oudwoude, koopsom fl.62 aan Bote Pieters Zuidema te Westergeest.Notaris L. Faber te Kollum , inv. nr. 070004 repertoirenrs. 208 en215, d.d. 11 maart 1813; provisionele en finale toewijzing, betreftde koop van bouwland te Westergeest door Tjebbe Fokkema teDamwoude, Klaas Hendriks Oost te Westergeest en Martjen Wytzes teWestergeest en Bote Pieters Zuidema als kopers. Verkoper HiltjePieters Zuidema, gehuwd met Hemke Harmens van der Zwaag te Kollum.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070004 repertoirenrs. 262 en266, d.d. 29 mei 1813; provisionele en finale toewijzing, betreftde koop van bouwland te Oudwoude door Cecilia Johanna van Heemstrate Dalzen; koopsom fl. 1747, van Bote Pieters Zuidema teWestergeest.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070005 repertoire nr. 435,d.d. 27 juni 1814; een koopcontract, betreft de koop van land doorDoede Jochums Lavermans te Driesum; koopsom fl. 40, verkoper BotePieters Zuidema te Westergeest.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070005 repertoire nr. 438,d.d. 9 juli 1814; een verkoping door Johannes Meinderts Beintema enBote Pieters Zuidema. De opbrengst van het roerend goed bedroeg fl.590.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 625 en632, d.d. 27 december 1815: provisionele en finale toewijzing,betreft de verkoop van huis en bouw en grasland te Westergeest.Verkopers: Aukje Gerrits, gehuwd met Bote Pieters Zuidema te


Westergeest, koopsom fl. 1120; Halbe Gerrits Noordman teWestergeest; Nieske Gerrits te Grootegast; Pieter Gerrits de Vrieste Oudwoude. Koper zijn: Jarig Wytzes, Pieter Fokkes Zijlstra enWybe Beerents de Vries te Grootegast.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 631 en634, d.d. 9 januari1816; provisionele en finale toewijzing, betreft de verkoop vanbouwland te Oudwoude door Bote Pieters Zuidema te Westergeest;koopsom fl. 708 aan zijn zwager Pieter Gerrits de Vries teOudwoude.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoire nr. 666,d.d. 27 maart 1816; obligatie : Bote Eskes te Kollum als crediteur;kapitaal fl. 2475 en Bote Pieters Zuidema te Westergeest alsdebiteur.Bij de naamsaanneming in 1811 noemt Bote zich “Sudema”. Kinderen opdat moment zijn: Luitjen (19), Gerrit (15), Pieter (12), Hylke(10), Fokke (5), Hendrik (3), Baukjen (1). Klaarblijkelijk is denaam uiteindelijk vernederlandst tot “Zuidema”.Met de familienaam van Aukje Gerrits ligt dat zo: men neemt voor dekinderen van Gerrit Watses en Baukje Pieters: (Nieske (45), Pieter(43), Aukjen (40) en Halbe (38) de familienaam “De Haan” aan.Toch komt Aukje telkens voor met de achternaam “De Vries” 62 en ookhaar zus en broers voeren andere namen.Veelzeggend is in dat verband een akte uit 1815, over eengezame<strong>nl</strong>ijke verkoop van een huis en bouw- en grasland teWestergeest. 63De genoemde verkopers zijn: Aukje Gerrits, gehuwd met Bote PietersZuidema, Halbe Gerrits Noordman te Westergeest, Nieske Gerrits teGrootegast en Pieter Gerrits de Vries te Oudwoude.De namen zijn hier dus verre van eensluidend. Op zich schijnt hettrouwens geen unicum te zijn. Nieuwland concludeert dat defamilienamen in 1811 zeker nog niet voor altijd vastgelegd werden. 64Bote Pieters Zuidema ondertussen, komt met een zekere regelmaatvoor in allerhande notariële akten en in allerlei hoedanigheden:koper en verkoper, getuige, debiteur en crediteur. 65Uit dit huwelijk (behalve nr. 10 allen geb. Westergeest):1. Baukjen, geb. 30-7-1791.2. Luitzen, geb. 11-11-1792, dagloner, overl. Leeuwarden 23-4-1844,tr. Kollumerland 29-1-1822 Rixtje Sieses de Wolde, ged. Oldeberkoop26-11-1797, overl. Leeuwarden 23-1-1878, dr. van Sies Jacobs vander Woude/de Wolde en Rinske Dirks Akkerman of Jobstra.3. Gerrijt, geb. 5-2-1796.4. Pieter, geb. 29-9-1799, kasteleinsknecht, tr. Leeuwarden 23-5-1834 Antje Tjallings Buursma, geb. Ferwerd 20-12-1796, dr. vanTjallings Douwes Buursma en Froukje Hemmes Berg.5. Hylke, geb. 29-9-1799.6. Hylke, geb. 28-5-1802, overl. Oudwoude 14-7-1868, tr.Kollumerland 13-5-1834 Hinke Tabes Hogerwerf, geb. Kollum 16-1-1804, overl. Kollum 26-2-1894, dr. van Tabe Jacobs enCuniera/Knierke Dirks.7. Fokke, geb. 8-2-1805, voermansknecht en ‘schutter bij hetopgerigt wordende tweede batallion der eerste afdeling mobileschutterij in Vriesland’, tr. Leeuwarden 5-12-1830 Grietje Jakobsde Vries, geb. Gorredijk 8-12-1803, dr. van Jacob Sikkes de Vriesen Durkjen Mients.8. Hendrik, geb. 13-1-1808, voermansknecht, overl. Leeuwarden 27-8-1826.9. Baukjen, (= nr. 89).10. Hinke, geb. Oudwoude 6-2-1815, overl. Kollum 31-1-1896, tr.Kollumerland 11-11-1843 Anne Wesselius Gansevoort, geb. Kollum 4-3-


1820, olieslagersknecht (1843), doodgraver (1882), overl. Kollum 3-12-1882, zn. van Wesselius Minderts Gansevoort en Geertje PietersWiersma.180. Dirk Douwes van der Veen, geb./ged. Franeker 24-9/27-10-1784,arbeider, koopman, stadscommies, overl. Franeker 23-11-1857, tr.Franeker 8-5-1814181. Dirkje Jans Jansma, geb./ged. Franeker 5/20-8-1788, overl.Franeker 4-2-1855.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen geb. Franeker):1. Catharina/Trijntje, geb. 5-6-1817, overl. Franeker 9-11-1879,tr. (1) Franeker 11-10-1840 Sjeuwke Aukes Steensma, geb./ged.Franeker 7/22-6-1810, overl. Franeker 15-6-1843, zn. van AukeSieukes Steensma en Wypkje Jelles, tr. (2) Franeker 4-6-1852 RinzeHarings Kragt, geb./ged. Leeuwarden 19-11/11-12-1805, schipper teLeeuwarden, overl. Leeuwarden 17-3-1854, zn. van Haring Jans enClaaske Douwes.2. Maaike, geb. 11-5-1819, overl. Barradeel 14-3-1843, tr. Franeker8-5-1842 Watse Pieters Coopmans, geb. Bolsward 17-7-1816, overl.Franeker 2-3-1860, zn. van Pieter Abels Coopmans en Doetje WatzesBokma, tr. (2) Franeker 30-7-1848 Antje Pieters Vlietstra, geb.geb. Franeker 27-9-1817, overl. Franeker overl. 10-11-1898, dr. vanPieter Jans Vlietstra en Renske Jentjes Weidema.3. Douwe (= nr. 90).4. Jan, geb. 9-11-1824.5. Tjepke, geb. 21-9-1827, ongehuwd, overl. Kubaard 30-5-1854.182. Jelle Jochums Donia, geb./ged. Oosterbierum 26-3/1-5-1791,dienstknecht, landbouwer, huisman, overl. Achlum 24-1-1849, tr.(2) Franekeradeel 7-12-1833 Wikje Lefferts Wiersma, geb. Workum,overl. Franekeradeel 5-5-1842, dr. van Leffert Taekes Wiersma enBaukje Eelkes Wouters.Jelle Jochums Donia tr. (1) Tzum 3-4-1814183. Antje Nammens Sytsma, geb. Wartena 15 of 21-12-1790 66 , dienstmeid,boerin, overl. Zweins 10-3-1828.Bij de opmaak van een memorie van successie 67 blijkt dat Jelleopnieuw getrouwd is: met Wikje Lefferts Wiersma.Uit het eerste huwelijk:1. Jochum, geb. Franekeradeel (mairie Tzum), 9-3-1815.2. Hiske, geb. Zweins 20-6-1816, overl. Barradeel 6-10-1888, tr.Franekeradeel 17-12-1836, Foeke Lieuwes Wynia, geb. Menaldumadeel(mairie Dronrijp) 15-8-1815, kooltjer te Welsrijp, overl. Harlingen27-12-1892, zn. van Lieuwe Heeres Winia en Geiske Foekes Winia.2. Jochum, koopman te Dronrijp.3. Wytske, geb. Franekeradeel 30-10-1817.tr. Klaas Haantjes Salverda, kooltjer te Baijem.4. Eelke, geb. Franekeradeel 6-10-1819.4. Waltje (= nr. 91).Uit het tweede huwelijk:5. Baukje, geb. Franekeradeel 26-1-1835.Voogd over haar is Jakkele Feddes, vrederechter te Zweins.184. Godschalk van Amstel, geb./ged. Haarlem 31-8/2-9-1787, tuinbaas,overl. Heemstede 19-4-1870, tr. Amersfoort 2-12-1812185. Barbara Jacobs, geb. Groningen ca. 1789, overl. Heemstede14-3-1870.Godschalk van Amstel was tuinman, wonende in Amersfoort, maargeboren in Haarlem. Hij had een akte van consent van zijn ouders


gepasseert voor notaris Jacob Scholting d.d. 17-10-1812 te Haarlem.Zijn vader Willem van Amstel, 73 jaar was zoutwerker, zijn moederNeeltje van Rijn, 60 jaar, beide wonende te Haarlem.Barbara Jacobs was dienstmeid wonende te Amersfoort, geboren teKalkwijk, kan niet schrijven.Haar vader Hans Jacobs, 72 jaar, is landbouwer en haar moeder,Elisabeth Magchiels, 63 jaar, beiden wonende te Kalkwijk, zij heefteen akte van consent van haar ouders d.d. 6-10-1812 te Hoogezandvoor notaris Mr. Wiardus Hora Siccama."Werd ons hart 14 maart j.l. diep bedroefd door het overlijden vanonze geliefde moeder, wederom trof ons dezelfde droefheid l.l. doorhet overlijden van onze geliefde vader, Godschalk van Amstel, inden ouderdom van bijna 83 jaren. W. van Amstel, A. van Amstel-Hagen, G. van Amstel en wed. Tibboel. Heemstede, 26 april 1870."Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Willem, (= nr. 92).2. Cornelia Elisabeth van Amstel, geb. ca. 1815, overl. Heemstede30-8-1847, tr. Johan Carel Munk, geb. Heemstede 23-11-1813,timmerman, overl. Heemstede 19-10-1875, zn. van Albertus Munk enCatharina Wilhelmina Bos, tr. (2) Bennebroek 6-5-1849 JanettaMargaretha van Lith, geb. Bennebroek ca. 1817, overl. Heemstede 25-11-1875, dr. van Jan van Lith en Maria Catharina van Alkemade.3. Johannes van Amstel, geb. Haarlem 2-8-1817, overl. Haarlem 28-11-1818.4. Gezina van Amstel, ged. Heemstede 16-11-1819, overl. Heemstede28-3-1874, tr. Heemstede 28-6-1840 Roelof Tibboel, geb. Heemstede4-4-1816, broodbakker, overl. Haarlem 10-5-1868 zn. van JoostTibboel en Anna Wilderink.5. Johannes van Amstel, geb. Heemstede 26-10-1826, overl. Heemstede1-11-1826.186. Jan Hagen, ged. Meppel 18-2-1784, broodbakker/bouwman, overl.Beverwijk 23-12-1857, (o)tr. Beverwijk 20-4/6-5-1810187. Antje Schingen, geb./ged. Beverwijk 8/16-5-1784, overl. Beverwijk8-5-1856.Bij overlijden wonende aan de Breestraat 109.Doopgetuige bij Antje: Marijtje Schingen (een tante?).Uit dit huwelijk (allen geb. Beverwijk):1. Isaac Schingen Hagen, geb. 9-5-1812, overl. Beverwijk 11-5-1812.2. Isaac Schingen Hagen, geb. 18-7-1813, tr. Beverwijk 5-8-1841 A.Schuitemaker.3. Aaltje Hagen, geb. 10-01-1815 in Beverwijk, tr. Beverwijk 10-1-1844 Jan van der Sluis, geb. Heemskerk ca. 1813, zn. van Nicolaasvan der Sluis en Anna Wouters Duin.4 Gerrit Hagen, geb. 24-12-1816.5 Adriana Hagen, (= nr. 93).6 Barend Hagen, geb. 1-5-1820, tr. Beverwijk 26-7-1843 GeertruiCornelia Tijssen, geb. Beverwijk 17-2-1821, dochter van Jan Tijssenen Jansje Knegjes.7 Hendrik Hagen, geb. 9-11-1823, overl. Beverwijk 28-9-1830.8 Klaas Hagen, geb. 25-10-1826, overl. Beverwijk 30-12-1826.9 Rensie Hagen, geb. 14-11-1839, overl. Beverwijk 19-10-1921.188. Gille Josephus Sarlet, geb./ged. Haarlem 30-10/23-11-1800,deurwaarder dir. belastingen, commissionair van het Bureau vanBuite<strong>nl</strong>andsche Paspoorten, overl./begr. Amsterdam 23/30-9-1835,tr. Haarlem 1-5-1822189. Paulina Allegonda Stasse 68 , ged. Grave 14-5-1797, dienstbode,overl. Haarlem 29-4-1832.


Poulina Allegonda Stasse doet belijdenis te Haarlem, Pasen 1814,dienstbode, woont aldaar aan het Spaarne (1814 en 1822), Amsterdam(1832). Zij overleed te Haarlem tussen de Jansbruggen "aan eeneuitteerende ziekte".Gille was deurwaarder der directe belastingen te Amsterdam encommissonair van 't bureau van buite<strong>nl</strong>andse paspoorten. Hij woontDonkere Spaarne (1822), overl. Amsterdam 23-9-1835.Signalement van Gille: lengte 1 el, 6 palm, 3 duim en 6 streep,ovaal aangezicht, voorhoofd ordinair, blauwe ogen, neus en mondordinair, kin rond en haar en wenkbauwen bruin.“Na eene allergenoegelijkste Echtverbintenis van tien jarenoverleed te Haarlem Paulina Allegonda Stasse, aan eene uitterendeziekte, in de ouderdom van 35 jaren, mij nalatende zes kinderen, tejong om hun groot verlies nog te kunnen beseffen.”190. Pieter van der Snoeck, ged. Vlaardingen 11-1-1789, timmerman,stadsarchitect, overl. Vlaardingen 7-1-1847, tr. Vlaardingen19-1-1815191. Cornelia Ligtermoet 69 , ged. Maassluis 2-3-1788, dienstbode, overl.Vlaardingen 30-7-1866.Doopheffers van Pieter: Maria van der Snoeck en Maria WesterdijkPieter is overleden om zes uur 's morgens, in het huis, staande aande omring der kerk, Wijk H. nr. 116.Cornelia is overleden 's avonds om 9 uur, in het huis aan hetHofje, Wijk F, nr. 152.192. Hendrik Wächter/Wachter/Wegter, geb. Gambach, ged. Gambach5-5-1761, miltair, tr. Elburg 19-6-1794193. Johanna/Anna de Vries 70 , geb. Elburg, ged. Elburg 21-11-1771,werkster, overl. Amsterdam 19-11-1814.Bij huwelijk noteert men in Elburg ‘Kambach’ een fonetischeverschrijving voor gambach, in Hessen.Extract uit de huwelijkse bijlagen van zoon Albertus Wegter : burg.st. Amsterdam, noordelijk gedeelte, uit het sterfregister: nr.5,f.127 in verso, A. 1818, dat ‘Anna (!) de Vries, oud vier enzeventig jaren (74!) op den 29sten augustus des jaars 1818 isoverleden’. Afgegeven 10 mei 1827. Dit is zeker niet de moeder vanAlbertus. Zij moet dan bij zijn geboorte (21-1-1802 zo'n 58 jarenoud zijn geweest!Deze vermelding is de juiste: in het overlijdensregister wordt op25 november 1814 (nr 9 blz 70) het volgende aangetekend 71 : "Den 25-ste dag dezer maand November 1814 ten tien uren voor de middagwordt het overlijden aangegeven van Johanna de Vries, overleden den19-de dezer, oud 36 jaren van beroep werkster, geboren te Elburg,weduwe van Hendrik Wechter. Zijnde voornoemde lijk op verzoek vande vrederechter van het 4-de kanton de 22-ste dezer uit deGouwenaarssteeg (Centrum Amsterdam tussen nieuwendijk en deStromarkt) gehaald en naar het binnengasthuis overgebracht. Ingevolge proces-verbaal van gemelde gasthuis den 24 dezer.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Reijntje, ged. Elburg 21-12-1794.2. Geertruij, ged. Elburg 1-9-1796.3. Almina Charlotta/Charlotta Wilhelmina, geb. Petten ca. 1800, tr.(Amsterdam?) Antonie Frederik Jansen.Charlotta Wilhelmina Wegter tr. Amsterdam (GA nr 3 fol 60v.) 17-7-1839 Anthoni Fredrik Jansen, schoenmaker, geb. en wonende alhier,


oud 32 jaren, meerderjarig zoon van Jan Willem Jansen en AaltjeHobars, beiden overleden.Zij is zonder beroep en geboren te Petten in het arrondissementAlkmaar, wonende alhier en oud 39 jaren, meerderjarig dochter vanHendrik Wegter en Johanna de Vries, beiden overleden. De acte isslecht leesbaar. Op de acte wordt vermeld dat er bij het huwelijkeen aantal kinderen worden geëcht. Namelijk: Wilhelmina Weg,geboren 25-12-1837; Antonie Frederik Jansen, geboren 18-1-1832;Nicolaas Jansen, geboren 29-4-1834 en Gerardus Johannes Jansen,geboren 5-4-1836.Charlotta Wilhelmina Wegter komt voor bij de Amsterdamse bedeling:de huiszittende stadsarmen 72 met als echtgenoot Antonie FrederikJansen.4. Albertus (= nr. 96).194. Hendrik Gosselink, ged. (ER) Neuenhaus (D) 23-2-1772, timmerman,overl./begr. Neuenhaus (D) 3/7-11-1831, tr. Neuenhaus (D)17-10-1800195. Fenna Haverdink, geb./ged.(ER) Veldhausen (D) (D) 21/25-1-1778,overl. Neuenhaus (D) 28-10-1809.Ged. als `Hindrik', zoon van Jan Gosling. De moeder staat in de DTBregisters niet vermeld.Fenna overleed volgens de gegevens uit het dodenregister van deHervormde Gemeente te Neuenhaus in de ouderdom van 33 jaren. Haardoop heeft dan niet meteen na haar geboorte plaatsgevonden. Het kannatuurlijk ook zijn, dat de door de kerkelijke autoriteitenopgegeven leeftijd niet helemaal juist is.Ged. als `Fenna Haveding', een dochter van Hindrik Haverding. Denaam van de moeder staat niet vermeld.Bij het huwelijk is Hendrik afkomstig uit Neuenhaus, Fenna staatvermeld als `jd. van Velthuisen'.196. Piet Gorel, ged. Almelo 28-2-1776, dagloner, fabrieksarbeider,overl. Ambt Almelo 1-7-1855, (o)tr. Almelo 20-5/10-6-1803197. Gerritdina Post, ged. Almelo 18-3-1779, overl. Stad Almelo4-1-1861.Uit dit huwelijk:1. Willemina Gorel, geb. Stad Almelo, ca. 1803, daghuurster, overl.Stad Almelo 29-6-1830, tr. Ambt Almelo 8-12-1827 Lambert Boom, geb.Ambt Almelo ca. 1806, wever, overl. Ambt Almelo 8-10-1874, zn. vanHermannes Boom en Geertruid Bokhoeve, tr. (2) Stad Almelo 12-7-1832Johanna te Wierik, geb. Zwolle ca. 1807, overl. Stad Almelo 18-3-1889 dr. van Jan te Wierik en Gergjen Kreinders (bij haar overl.staan als ouders vermeld: Jannes te Wierik en Janna Lucas).2. Daniel, geb. Stad Almelo ca. 1806, overl. Stad Almelo 3-3-1832.3. Gerrit, geb. Stad Almelo ca. 1809, wever, fabrieksarbeider,overl. Ambt Almelo 21-11-1849, tr. Ambt Almelo 8-8-1842 JoannaHendrika Terwehr/Van de Weer/Ter Weer, geb. Uunk (Pruissen) ca.1814, (bij haar overl. staat Winterswijk vermeld), overl. StadAlmelo 5-12-1882, dr. van Bernard Terwehr en Joanna AlexandrinaGeuting.4. Piet (= nr. 98).5. N.N. (leve<strong>nl</strong>oos geboren zoon), geb. en overl. Stad Almelo 22-6-1815.6. Barend/Berend, geb. Stad Almelo ca. 1813, fabrieksarbeider,overl. Stad Almelo 7-2-1841, tr. Stad Almelo 23-5-1833 AlberdinaTusveld, geb. Stad Almelo ca. 1813, overl. Stad Almelo 13-8-1881,dr. van Gerrit Tusveld en Hermina Langenhof.


7. Hendrica Gorel, geb. ca. 1817, overl. Stad Almelo 4-12-1897, tr.Stad Almelo 29-4-1842 Johannes Elferink/Elfering, geb. Stad Almeloca. 1818, wever, overl. Stad Almelo 02-02-1855, zn. van JanElferink en Geertruid van Putten.8. Aleida, geb. Stad Almelo ca. 1822, overl. Stad Almelo 24-2-1874,tr. Stad Almelo 8-12-1848 Gerrit Jan Witvoet, geb. Stad Almelo ca.1821, wever, overl. Stad Almelo 5-3-1866, zn. van Abraham Witvoeten Janna Hinnen (= nr. 198/199).9. Gerritdina, geb. Stad Almelo ca. 1819, overl. Stad Almelo 1-12-1880, tr. Ambt Almelo 14-5-1842 Johannes Hendrikus Tiesselink, geb.Stad Delden ca. 1818, fabrieksarbeider, overl. Stad Almelo 17-11-1889 zn. van Jan Tiesselink en Barta Bee.198. Abraham Witvoet 73 , geb. Almelo 5-3-1783 74 , ged. Almelo 6-3-1785,wever, overl. Stad Almelo 13-11-1832, (o)tr. Almelo26-10/15-11-1810199. Janna Hinnen, ged. Almelo 29-6-1788, overl. Ambt Almelo 18-1-1845.3-9-1811: ‘Trina Peppels als toezigt hebbende over de begrafenis:Gerrit Jan Witvoet, zijnde een kind van Abraham Witvoet en JannaHinnen, oud drie weken’.1. Gerrit Jan Witvoet, geb. Almelo ca. 13-8-1811, overl. 3-9-1811.2. Johanna Witvoet, (= nr. 99).3. Hendrika/Hendrica Witvoet, geb. Stad Almelo ca. 1818, overl.Stad Almelo 18-11-1890, tr. Ambt Almelo 20-7-1836 Willem Tusveld,geb. Stad Almelo ca. 1811, wever, overl Stad Almelo 22-5-1845, zn.van Gerrit Tusveld en Harmina Langenhof.Hendrika tr. (2) Stad Almelo 24-1-1850 Jan Hendrik Hannink, geb.Stad Almelo, wever, fabrieksarbeider, overl. Stad Almelo 8-8-1870,zn. van Berend Hannink en Hendrina Hambrugge.200. Roelof Niphuis/Heilenhuis/Van den Kortenvoorden., geb./ged. Almelo24-2-1737 75 , wever, landbouwer, roder, overl. Vriezenveen1-12-1823, (o)tr. (1) Jenneken van 't Heilenhuis, dr. van Lucasvan 't Heilenhuis, (o)tr. (2) Almelo 2/31-5-1772201. Geesken 76 /Geze Heilenhuis/Van 't Kamphuis, overl. Almelo 1810.Roelof komt als `Heilen Roelof' uitgebreid voor in de boeken van deRentmeester van Huize Almelo. Hij werkte dan als roder, het best teomschrijven als landarbeider, voor de graaf (o.a. over de jaren1782-1799). Bij de doop van Roelof staat als moeder vermeld`Derckien Hendricks'.Het Heilenhuis lag in het noordelijk deel van de tegenwoordigeSchelfhorst. Eshuis (1976, p. 52 en 59) vertelt hoe op het land datbij het Heilenhuis behoorde nog twee keuterhuisjes stonden: dePielekater en Nieuwsgait. Het erf lag in een waterrijke omgeving,waardoor het gelegenheid bood voor de eendenhouderij.Uit het eerste huwelijk:1. Geertruid, ged. Almelo 5-1-1772.Uit het tweede huwelijk (allen ged Almelo):2. Jenneken, ged. 28-7-1773.3. Hermannus/Mannes, ged. 3-11-1776, overl. Vriezenveen 3-2-1855.4. Albert, ged. 1-11-1778.5. Derk (= nr. 100).202. Abraham van Veltenhuis/Velten/Vichtenhoes/Van het Rot/Van hetKleine Rot, ged. Almelo 1-1741, otr. Almelo 30-3-1771203. Lena van den Kortenvoorde.Mogelijk zijn er toch andere voorouders bij Abrham: Abraham tr.vermoedelijk (1) 9-5-/14-6-1761: Abraham van ’t Meulenbeld,


nagelaten zoon, in de Heerlijkheid van Geerlink van ’t Meulenbeldmet Baerendina van de Schelfhorst, in de Heerlijkheid, nagelatendochter van Hendrik Vrielink van de Schelfhorst en Swenne van deSchelfhorst.Uit dit huwelijk 77 :1. Geerlich van het Meulenbelt, * Almelo 18-12-17612. Hendrik van het Meulenbelt, * Almelo 28-09-1763, † vóór 17683. Gesina Veltenhuis, * Almelo 24-08-1766, † Almelo 21-06-18434. Hendrik van het Meulenbelt, * Almelo 28-08-17685. Jan van het Meulenbelt, * Almelo 14-10-17706. Steven van het Meulenbelt, * Almelo 09-10-17727. Hendrica van het Meulenbelt, * Almelo 27-11-177430 Mar 1771; ; ; Abraham; van den Kortenvoort; nagelaten zoon, inde Heerlijkheid; Geerlig; van den Kortenvoort; ; ; Lena; van denKortenvoort; in de Heerlijkheid; Gerrit; van den Kortevoort;Broers en zussen:13 Apr 1771; ; ; Frederikus; van 't Meulenbelt; nagelaten zoon, inde Heerlijkheid; Hindrik; van 't Meulenbelt; ; ; Swaantje; van denKortenvoort; in de Heerlijkheid; Gerrit; van den Kortenvoort;15 Jan 1768; 03 Feb 1768; ; Roelof; van den Kortenvoorden;nagelaten zoon, in de Heerlijkheid; Geerling; van denKortenvoorden; ; ; Jenneke; van 't Heijlenhuis; nagelaten dochter,in de Heerlijkheid; Lucas; van 't Heijlenhuijs; ;Op 3-8-1780 78 wordt een transportakte opgemaakt: Berend Bokhoeve enzijn vrouw Jenneken transporteren aan Abraham en Leena en hunerfgenamen een stuk hooiland, gelegen bij Schuttenhuis. Opdiezelfde dag doet Abraham Veltenhuis aangifte van de aankoop 79 .Uit dit huwelijk (in ieder geval; door de familienaamswisseling isvoorzichtigheid geboden; allen ged. Almelo):1. Geerlich, ged. 15-3-1772 (ouders: Abraham van het Kleine Rot enLena).2. Geertruit, ged. 7-7-1776 (ouders: Abraham van het Rot en Leenavan de Kortenvoort).3. Gerrit, ged. 31-10-1782 (ouders: Abraham van het Vichtenhoes enLena.4. Dina (= nr. 101).204. Adam Oostendorp, ged. Almelo 4-9-1740, wever, overl. Almelo7-12-1812, (o)tr. Almelo 11-12-1773/4-1-1774205. Hendrika van der Weijde (ook: van der Weide), ged. Almelo9-12-1742, overl. Almelo `aan het Schuttenpad' 26-7-1817.De familienaam bij de doop van Adams zoon Tony in 1775 wasOestendorp.Dochter van Hendrik van de Weide en Maria Zwierink.Haar geboortejaar is afkomstig uit de Oostendorp-kwartieren van hetRectorshuis. De vraag is, of dat jaar wel juist is. Ik heb (nog)geen doop te Almelo kunnen vinden. Wel echter laten Hendrik van deWeide en Maria Zwierink op 04-1-1741 een kind dopen:-1-Is zij laterdat jaar geboren? Nader onderzoek!In het Rectorshuis staat in de mappen onder Schuttenpad, - gang en-straat: ‘Hendrika van de Weide, overl. 1817, weduwe van AdamOostendorp en haar dochter Maria Oostendorp (zie de vernoeming),woonde bij haar Fenne Stokkelaar, weduwe Hermanus Nijkamp, overl.1818’.206. Jan Alberts (ook: (van/uit den) Tukkert), ged. Ambt Almelo


21-8-1765, overl. Ambt Almelo 7-2-1831, (o)tr. Almelo6-7/12-8-1792207. Lena Grobben/Grobbenhuis, geb. Almelo ca. 1769 80 , ged. Almelo23-1-1771, spinster, overl. Ambt Almelo 25-4-1825.Uit het huwelijk (in ieder geval):1. Hendrik, geb. ca. 1793 (in 1731 aangifte overlijden van zijnvader, 38 jaar oud).2. Geertruid, (= nr. 103).3. Janna, geb. Ambt Almelo ca. 1806, spinster, tr. (1) Ambt Almelo22-5-1839 Jannes van Leushuis, geb. Ambt Almelo ca. 1800, wever,zn. van Hendrik van Leushuis en Geertruid Vrielink. Janna tr. (2)Ambt Almelo 26-6-1847 Karel ten Cate, geb. Stad Almelo ca. 1823,zn. van Lambertus ten Cate en Hendrika Costers.4. Gerrit Jan, geb. Ambt Almelo ca. 1808, wever, tr. Ambt Almelo24-12-1835 Zwaantje Meulenbeld, geb. Ambt Almelo ca. 1815,boerwerkster, dr. van Hendrik Jan Meulenbeld en Stiene Poorte.208. Berend Jans Spin, ged. RK Steggerda 8-11-1797, arbeider, overl.Onna 2-10-1873, tr. Steenwijkerwold 21-7-1826209. Trijntje Freriks Bult, geb. Onna, ged.(GR) Steenwijk 9-12-1798,arbeidster, overl. Steenwijkerwold 12-3-1872.210. Wolter Peters ten Veen, geb. 81 /ged. Steenwijk 29-3-1786, arbeider,overl. Steenwijk 17-7-1856, otr. Steenwijk 3-4-1810211. Aaltje Goorholt/Goorhout, ged. Meppel 29-9-1789, overl. Steenwijk14-2-1873.Getuige bij de doop van Wolter was Luytjen Wolters.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Dirk, geb. Steenwijk 1-11-1826, overl. Vledder 25-5-1896, tr.(1) Geertje van der Knokke, tr. (2) Vledder 2-7-1875 Margje Bijker.2. Elsje, (= nr. 105).212. Pieter Doeven, geb. Steenwijkerwold, ged. Steenwijk 9-7-1786,arbeider, overl. Steenwijk 22-8-1849, tr. Steenwijkerwold3-11-1815213. Grietje de Ruiter, geb. Steenwijk ca. 1791, ged. Steenwijk7-11-1790, overl. Steenwijk 29-4-1863.Bij overlijden was Pieter 64 jaren oud en woonachtig te Steenwijk.Bij haar overlijden was Grietje 72 jaren oud en woonachtig teSteenwijk.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Pieter de Ruiter Doeve, geb. Steenwijk 16-7-1816.2. Jacob (= nr. 106).214. Christiaan/Kristjaan/Krist Beverwijk, ged. Steenwijk 13-1-1782,bezembinder, arbeider, overl. Steenwijk 16-11-1840, otr. Steenwijk14-2-1802215. Aaltje Jan Sietsen van Lubek, geb. Steenwijk ca. 1781 82 , overl.Steenwijk 2-2-1834.Bij zijn overlijden stond in de te Steenwijk opgemaakte akte:`geboren alhier, onder de gemeente Steenwijkerwoud'. In haaroverlijdensakte is vermeld, dat zij 10 kinderen nalaat.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Jan, ged. 30-5-1804.2. Berend, geb./ged. 19/20-8-1806, getuige: Jantje Fransen.3. Jan de Groot, geb./ged. 15/25-11-1807, getuige: JantjeBeverwijk.4. Rensje, geb./ged. 20/29-10-1809, getuige: Elisabeth Sietsen.


5. Evert, geb./ged. 7/10-2-1811, getuige: Jantje Beverwijk.6. Johannes, geb./ged. 30-6/5-8-1812, getuige: Jantje Beverwijk.218. Wouter van Dockum, geb./ged. Driel 19/25-12-1803, bakker, tr.Ammerzoden 9-7-1826219. Maria van de Werken, geb./ged. Well 26-1/17-2-1805, overl. Well.Bij het huwelijk worden de grootouders van de bruidegom vermeld.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet helemaalduidelijk):1. Woutera (= nr. 109).2. Jenneken, geb. Well 6-9-1830, tr. Zuilichem 22-8-1856 Aart vanWoerkom.3. Mattheus, geb. Ammerzoden 23-9-1832, tr. Kerkwijk 1-6-1871Aaltje de Groot.4. Maria, geb. Ammerzoden (Well) 21-9-1838, overl. Sliedrecht 12-3-1910.5. Elizabeth, geb. Ammerzoden 23-9-1844, tr. Kerkwijk 1-6-1871 Janvan Genderen.220. Bauke Keimpes Faber, geb./ged. Sneek 3/17-7-1777, kolonist teWillemsoord, arbeider, overl. Steenwijkerwold 29-3-1852, tr. (2)Steenwijkerwold 22-7-1830 Catharina Adams, geb. Den Haag31-7-1780, dr. van Mattheus Adams en Elisabeth de la Pierre,(o)tr. (1) Sneek 4/19-5-1805221. Renske Wopkes Zandstra/Sandstra, geb./ged. Sneek 20/25-8-1785,overl. Steenwijkerwold 19-3-1826.Naamsaanname Mairie Sneek, fol. 68; kinderen: Betje, 6 jaar enSyke, 1 jaar.Notaris J. Klaasesz te Dokkum, inv. nr. 028003 repertoire nr. 69,d.d. 20 maart 1812: bij een procuratie (akte niet aanwezig) komtBauke Faber te Sneek voor als geconstitueerde tegenover TaetskePieters Leetsma en Evert Leetsma te Dokkum als constituanten.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Betje, geb. ca. 1805.2. Syke, geb. ca. 1810.2. Baukje, geb. Sneek 13-2-1820, tr. Steenwijkerwold 19-1-1843Andries Johannes Hoomvedt, geb. ’s-Gravenhage 3-2-1816, zoon vanAlbertus Jacobs Hoomvedt en Johanna van Putten.4. Keimpe, (= nr. 110).222. Jan/Johannes Geytenbeek, geb. Hillegom, ged. Hillegom 10-4-1791,arbeider (1815), daggelder (1818), aardewerker/grondwerker (1822),kolonist, overl. Steenwijkerwold (Willemsoord) 20-10-1834, tr.Lisse 13-8-1815223. Maria Elisabeth Nieuwenhuis/(zen), ged. (LU) Leiden 16-9-1790,overl. Steenwijkerwold (Willemsoord) 24-1-1851.Jan komt drie keer als veroordeelde voor bij de Rechtbank vaneerste aa<strong>nl</strong>eg te Leiden 83 . Op 19-7-1816 wordt Jan Geytenbeek,geboortig van Hillegom, wonende te Lisse, veroordeeld tot 6 maandenhechtenis vanwege een diefstal op 10-5-1816; op 2-6-1818 moet hijopnieuw zes maanden brommen vanwege een diefstal, gepleegd op 25-1-1818 en op 22-2-1822 krijgt hij 20 gulden boete vanwege hetovertreden van de jacht- en visserijwet.Bij overlijden liet hij volgens de akte na: 'een vrouw en zeskinders'.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Maria Catharina Gijtenbeek, geb. Lisse 16-12-1815.


2. Geertrui Henrietta Geijtenbeek, geb. Lisse 22-3-1817,arbeidster, tr. Steenwijkerwold 26-10-1843 Harmen van der Bil, geb.Schiedam ca. 1813, zn. van Paulus van der Bil en Johanna vanSeeventer.3. Johannes, geb. Lisse 30-5-1819, kolonist, tr. (1)Steenwijkerwold1-4-1841 Hiske Atsma, geb. Workum 8-1-1820, dr. van Jeke JurjensAtsma en Aukjen Hendriks Brouwer. Johannes tr. (2) Stad Hardenberg16-1-1847 Geertje Atsma, geb. Workum ca. 1817 , dr. van JekeJurjens Atsma en Aukjen Hendriks Brouwer.4. Henderik Geitenbeek, geb. Lisse 14-1-1821.5. Adriana Maria, (= nr. 111).6. Maria Catharina Geitenbeek, geb. Lisse 16-3-1828.224. Derk Horstman, geb. Zwolle 19-7-1812, koperslager, overl. Enschede14-11-1842, tr. Enschede 4-4-1835225. Janna Kosters, geb./ged.(ER) Nordhorn (D) 20/29-5-1808, overl.Enschede 2-1-1865, tr. (1) Ootmarsum 3-10-1829 Jan Knoop, geb.Gorinchem ca. 1803, koperslager, overl. Enschede 10-9-1831, zoonvan Jan Knoop en Lena van der Leden.Uiterlijk van Derk: 1 el, 610 str.; ovaal aangezicht; rondvoorhoofd; blauwe ogen; dikke neus; gewone mond; ronde kin; bruineharen en wenkbrauwen; geen merkbare tekenen.Derk was bij overlijden 30 jaren oud; bij overlijden was Janna 56jaren oud.226. Hendrik Buddeke/Budde, geb. Wesel 84 (D) 1791 85 , kleermaker, overl.Lonneker 2-12-1868, tr. (1) Enschede 28-10-1809 Janna LutjeSchiphorst/Schiphold, geb. Eschmarke 18-12-1782, overl. Enschede23-9-1813, dr. van Jan (lutke) Schipholt en Geesken (ook:Jenneken) Kwekkeboom.Hendrik tr. (2) Enschede 18-10-1816227. Enneken Kwekkeboom, geb. Lonneker 10-5-1792, ged. Enschede20-5-1792, overl. Lonneker 26-10-1854.Data van huwelijksafkondigingen: 8/15-9-1816.228. Engbert Reudink, geb./ged. Enschede 17/20-10-1805, katoenspinner,landbouwer, overl. Lonneker 12-9-1864, otr. Enschede 22/29-4-1827,tr. Enschede 7-5-1827229. Christina Nijhuis, geb. Haaksbergen `in het dorp' 29-10-1804,ged. Haaksbergen 4-11-1804, dienstmeid.Volgens de verklaring van de Nationale Militie, opgenomen in dehuwelijkse bijlagen, had Engbert een lengte van 1 el en 618 str,,een ovaal aangezicht, hoog voorhoofd, grijze ogen, gewone neus enmond, ronde kin (gespleten? slecht leesbaar!), blond haar en ditowenkbrauwen en verder geen `merkbare teekenen'. Hij hoefde niet indaadwerkelijke dienst.Bij haar huwelijk woonde Christina 5 jaar in Enschede.230. N.N.231. Gezina Huiskes, ged. Ambt Delden 29-5-1791, landbouwster, overl.Lonneker (Zuidesmarke) 13-1-1871, tr. Kampen 12-3-1812 GerritHolst, geb. ca. 1786, trijpwever, overl. Kampen 28-10-1820, zoonvan Hendrikus Holst en Gesina van den Bosch.Bij het huwelijk in 1812 is Gerrit Holst 25 jaar, trijpwever enzoon van Hendrikus Holst en wijlen Gesina van den Bosch. GezinaHuiskes is 21 jaar, dienstbaar en dochter van wijlen Gerrit Huiskes


en Anna Sophia Wirtz, werkvrouw, woonachtig op de Deldener Brink,in het kanton Delden. Zij geeft toestemming voor het huwelijk,blijkens een akte van de griffier van het vredegerecht Delden, d.d.14-12-1811. Deze akte blijkt niet meer te bestaan; in de Deldenerbescheiden is geen afschrift aanwezig, terwijl ook de huwelijksebijlagen van Kampen uit 1812 niet bewaard zijn gebleven.De geboorte-aangifte van dochter Willemina (= nr. 115), geschieddedoor drie mannen. Aron Andries Muller, 73 jaar, zonder speciaalberoep; Stoffer Nijhuis, 58 jaar, landbouwer. Zij waren getuigen,maar de eige<strong>nl</strong>ijke aangever was Carel van den Berg, oud 52 jaar,werkman. Een vader wordt in de akte niet genoemd, maar de geboortevanWillemina heeft in het huis van Carel plaatsgevonden.De vader van Willemina (= nr. 115) is vooralsnog niet teachterhalen. Hij wordt niet genoemd in de geboorteaangifte en debijlagen bij het huwelijk. Op 29-1-2003 stelde ik een vraag op hetForum van het Historisch Centrum Overijssel over de mogelijke vadervan Willemina. Uit een antwoord 86 bleek dat Gezina te Diepenheim nogtwee kinderen heeft gekregen.Uit het huwelijk van Gezina en Gerrit Holst:1. Hendrica Barta Holst, geb. Kampen 16-3-1816, overl. Diepenheim17-1-1846, tr. Diepenheim 25-2-1840 Jan van den Berg, geb. ca.1805, van Amsterdam, ouders onbekend (vondeling).Verdere kinderen van Gezina (en onbekende vader(s)):2. Carolina, geb. Diepenheim 25-12-1827, tr. Diepenheim 3-7-1851Jan van den Berg.In de huwelijkse bijlagen is o.a. een ‘koninklijke toestemming’opgenomen, met daarin de goedkeuring d.d. 9-4-1851 van hetvoorgenomen huwelijk van Jan met Carolina, een ‘zuster van halvenbedde’ van zijn overleden vrouw, Hendrica Barta Holst.Uit Caroline: Hendrikus, geb. Diepenheim 12-5-1849.3. Willemina (= nr. 115).4. Gerrit, geb. Diepenheim 23-3-1832, tr. Diepenheim 18-12-1855Johanna Boevink.232. Jan van Laar, ged. Veessen 11-1-1784, arbeider, boer, (o)tr.Zwolle 15-4-1808, tr. gerecht Zwollerkerspel 16-4-1808, tr. Zwolle(Bethlehemkerk) 2-5-1808233. Gergien Berends Meijer, ged. Hasselt 25-2-1787, overl. Avereest12-9-1849.Bij huwelijk waren zij jm. en jd. wonende te Berkum. Getuigen: zijnvader, Tiemen van Laar en namens Gerrigje: Claas Meijer, voogd.Jan van Laar, wonende te Berkum, doet op 18-6-1804 belijdenis.Bij het huwelijk van hun zoon Gerrit Jan (= nr. 116) woont hetechtpaar te Ommen.Die voogd bij het huwelijk, Claas Meijer is zeer waarschij<strong>nl</strong>ijkidentiek aan Claas Hendriks 87 , woonachtig te Herfte, gehuwd aanGesina Meijer. Klaas Hendriks, jm. te Wietmen, bouwknecht, (o)tr.Zwolle 28-12-1776/12-1-1777 Gesina Engberts, weduwe van LaurensHofman. Getuigen zijn: Johannes Stelploeg namens Klaas en voorGesina Engberts getuigt haar moeder, Gerrigje Rouwenhorst, danweduwe genoemd van Engbert Berends.Klaas Meijer en Gesina Engberts (Meijer) laten te Zwolle kinderendopen:1. Lubbigjen, 8/9-10-1777.2. Engbert, 10/14-2-1779; doopgetuige is dan een zus van Gesina,Berendina Engberts; Klaas heet dan ‘Meijer’.3. Hendrik, 21/23-1-1782.4. Hendrik, 4/7-6-1783.


Gesina Engberts wordt ged. Zwolle 29-11-1741 als dochter vanEngbert Meijer en Gerrigjen Rouwenhorst. Gesina (o)tr. (1) Zwolle17-5/8-6-1766 Laurens Hendriks, jongeman van Haarst. Getuigen zijn:Philip Hofman en de niet met name genoemde moeder van de bruid. Uithet eerste huwelijk van Gesina en Laurens Hendriks Hofman: Aaltjen,Gaye en Hendrikjen Hofman 88 .De tweede man en de kinderen uit het eerste huwelijk van GesinaEngberts laten op 7-6-1806 gezame<strong>nl</strong>ijk een akte op maken 89 .Gerrigjen is vernoemd naar haar oma, Gerrigje Jansen Rouwenhorst,begr. Zwolle (Bergkloosterkerkhof) 15-10-1779, tr. Engbert BerendsMeijer, begr. Zwolle (Bergkloosterkerkhof) 14-7-1763. Dat echtpaarlaat te Zwolle dopen (mogelijk zijn er nog meer kinderen):1. Berendina, ged. 1-1-1753.2. Gesina, ged. 29-11-17413. (?) Janna Egberts.De latere voogd van Gerrigje Meijer, Klaas Hendriks zou dan eenaangetrouwde oom zijn, die zijn familienaam ontleend zal hebben aande familie van zijn vrouw.Gesina Engbers, de vrouw van Klaas Hendriks Meijer is op 23/30-4-1786 getuige bij de doop van Gerrigje, dochter van Hendrik Olef enJanna Engbers, te Dieze.Uit het huwelijk tussen 232 en 233 (in ieder geval):1. Gerrit, geb./ged. 5/11-12-1808; doopgetuige Jennigje Tiemens;moeder: Gerrigjen Berends; overl./begr. 6/10-1-1809(Bergkloosterkerkhof).2. Gerrit Jan, geb./ged. 29-12-1809/1-1-1810 (= nr. 116).3. Hermina, geb. Zwollerkerspel 26-10-1811, tr. Avereest 8-6-1850Arnold Swaving, geb. Veldhausen (D), zoon van Geerd Swaving enGriete Bookholt.4. Philip, geb. Zwollerkerspel 15-1-1817, tr. (1) Avereest 5-5-1848Margje Geerts, dochter van Berend Geerts Strik en Trijntje Jans Up,tr. (2) ) Avereest 5-5-1848 Grietje Geerts, dochter van BerendGeerts Strik en Trijntje Jans Up, tr. (3) Avereest 7-8-1858 JantjeOkken, geb. Hoogeveen, overl. Gramsbergen (als Jantje Hokken) 12-10-1869, dochter van Frister Okken en Reina Jans Visser, tr. (4)Gramsbergen 11-4-1874 Margaretha Benjamins, geb. Hoogeveen, weduwevan Koert van Nuil, dochter van Jan Goossens Benjamins en WubbigjenHarms Meiboom.5. Berend Jan, geb. Zwolle 15-7-1819, tr. Avereest 23-3-1849,Grietjen Looberts, geb. Ruinerwold, dochter van Koop GerritsLooberts en Anna Wilhelmina Schiphof.6. Petertjen, geb. Zwollerkerspel 11-10-1821, tr. Avereest 5-4-1851Jan Witpaard, geb. Nieuwleusen 7-7-1821, zoon van Berend HermsWitpaard en Jantjen Jans.7. Jennigjen, geb. Hasselt 12-10-1824, tr. (1) Avereest 11-8-1854Albert Sagger, geb. Emlenkamp, zoon van Albert Sagger en HinderkienBongen, tr. (2) Ambt Hardenberg Roelof Deuzeman, geb. Giethoorn,zoon van Klaas Deuzeman en Grietje Teunis Bos.8. Gezina, geb. Hasselt 13-9-1827, tr. Avereest 4-5-1861 AlbertGritter, geb. Hoogeveen 6-1-1825, zoon van Jan Alberts Gritter enJantien Geerts Oelen.234. Hermanus/Manus Bonsink, geb. Genne 13(of 14)-1-1788 90 , ged. Zwolle20-1-1788, kleermaker, overl. Hasselt 24-9-1832, otr./tr. Hasselt28-9/18-10-1809235. Berendina Ridderinkhof, geb. Hasselt, ged. Hasselt 24-3-1784,overl. Hasselt 27-11-1871 91 .Bij huwelijk was Manus geboren te Genne (buurtschap tussen Zwolleen Hasselt) en afkomstig van Rouveen 92 . Bij zijn overlijden wordt


opnieuw die plaats van geboorte genoemd. Zijn ouders worden nietvermeld.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Stevendina Bonsink, geb. Hasselt ca. 1817, overl. Emmen 29-1-1905, tr. Jan Muskee.2. Johanna Bonsink, geb. Hasselt ca. 1822, koloniste, overl.Veenhuizen (Norg) 7-9-1849, tr. Lucas van Eijken.236. Jan Jans Klos, ged. Hoogeveen 3-5-1772, overl. Ambt Ommen 1833,schipper, arbeider, tr.237. Annichje Hendriks Vos, ged. Hoogeveen 18-12-1774, overl. Hoogeveen6-1811.Jan was ten tijde van het huwelijk van zijn zoon niet langerwoonachtig te Hoogeveen, maar verbleef in Dedemsvaart, dat in diedagen onder Ambt Hardenberg viel.Uit dit huwelijk (allen ged. Hoogeveen):1. Jan, ged. 27-7-1800, begr. Hoogeveen 22-3-1806.2. Hendrik, ged. 9-1-1803, tr. Ambt Ommen 12-4-1828 TrijntjeEgberts Smit, geb. Zuidwolde ca. 1803.3. Albert, (= nr. 118).4. Geugje, ged. 20-3-1808, tr. (1) Ambt Ommen 5-5-1832 JantienWolters, ged. Hoogeveen 3-3-1811, dochter van Jan Wolters enHilligjen Arends, tr. (2) Avereest 7-1-1848 Johanna Edelijn, geb.Zwolle ca. 1816.5. Jan, geb. 30-6-1811.238. Willem Harms Moes, geb. Kloosterveen, ged. Beilen 24-8-1777,overl. Smilde 1-1-1840, tr.239. Annechien Jacobs Heins/Overzee, geb. Hoogeveen 21-9-1761, overl.Assen (Kloosterveen) 3-7-1841.Willem was bij overlijden 70 jaar oud, geboren te Beilen als zoonvan Harm Willems en een onbekende moeder. Annechien lijkt voor tekomen als: Annechien Jacobs, als Annechien Jacobs Heins en alsAnnechien Jacobs Overzee. Nader onderzoek.Voor gegevens over een familie Moes uit Smilde: GN 34 (1979), p.210 (mededeling van M.F. Niezing, Rijen):1. Grietjen Moes, geb. Smilde 16-4-18152. Willem Berents Moes, ged. Smilde 15-5-1769, tr. Diever 9-12-18043. Jantje Jans Moes, ged. Smilde 24-5-17784. Berent Hendriks Moes, ged. Smilde 8-10-1724, tr. Diever 20-12-17615. Margjen Willems, jd. van Diever6. Jan Harms Moes, ged. Smilde 20-10-1737, tr. Diever 6-4-17667. Willemtien Berents, van Smilder Velthuizen8. Hendrik Harms, ged. Smilde 20-1-1689, tr. (trouwboek begint pas1751)9. Roelefyen Geerts12. Harm Jans, tr.13. Aaltien Harms16. Harm Jans(en) Moeskoker17. Aeltyen Hindricks.Kerkelijk behoorde Smilde tot Diever.Uit dit huwelijk (in ieder geval):Jacob Willems Moes, tr. Smilde 6-4-1821 (ouders genoemd).Christiaan Hein Moes, geb. ca. 1803, tr. Smilde 31-5-1822 (ca. 19jaar, ouders genoemd).Grietje Willems Moes, tr. De Wijk 9-4-1830 Wolter Everts Otten(ouders genoemd). Henderikus, geb. Smilde 19-11-1812.


242. Klaas Jacobs Loeke/Loekken, geb./ged. Giethoorn 20-1/10-2-1760,turfmaker, overl. Oldemarkt 19-6-1812, tr. (o)tr. Giethoorn28-12-1798, (o)tr. Oldemarkt 29-12-1798/13-1/16-2-1799243. Roelofje Jans Jurriens/Groenewoud, geb./ged. Kalenberg/Oldemarkt7/8-7-1773, overl. v. 20-11-1857.Bij het huwelijk in Giethoorn wordt de trouwdatum van het huwelijkte Oldemarkt (dat in een bijschrift bij de inschrijving teGiethoorn vermeld staat) anders vermeld dan te Oldemarkt zelf.Klaas was afkomstig van Giethoorn, Roelofje van Kalenberg.Bij overlijden was Klaas afkomstig van Giethoorn, en 49 jaar oud,en woonachtig te Kalenberg onder Paaslo in de gemeente Oldemarkt.DeUit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):1. Albert, geb. 27 e van bloeimaand 1810, tr. Oldemarkt 20-11-1857Margjen Oord (zijn moeder wordt vermeld als Roelofje Jans Jurriens;zijn ouders zijn beiden overleden).2. Jantje (= nr. 121).3. Grietje Klazen Loeken, van Oldemarkt, tr. Giethoorn 29-5-1827Wieger Theunis Scholten (zij 27 jaar, dr. van Klaas Jacobs Loek enRoelofje Jans Groenewoud).244. Hendrik Kuipers, tr.245. Siena Olthuis.Sientjen Olthuis geboren 04-02-1787 te Wierden dochter vanHendrikus Olthuis tr. Wierden 18-6-1786 Jenne Krommenhoff ofKromhof, van Enter, ‘gewoont hebbende te Almelo’,: nader onderzoek.Het overlijden van Siena heb ik niet in Wierden kunnen vinden: inieder geval is zij niet de persoon met die naam die daar overlijdtin 1826.246. Derk Nijkamp, geb./ged. Ambt Ommen (Archem) 2/7-3-1790,boerenknecht, landbouwer, overl. Ambt Hardenberg (Lutten)31-5-1841, tr. Ambt Ommen 20-11-1824247. Lubbigjen Lubberts/Berends, geb./ged. Hardenberg (Heemse)20/28-..-1798, overl. Ambt Hardenberg 5-12-1851De huwelijkse bijlagen melden dat beide echtelieden niet kunnenschrijven. Derk werd ingeschreven voor de Nationale Militie, maarhoefde niet in dienst. Uiterlijk: 1 el-700 str., ovaal aangezicht,rond voorhoofd, bruine ogen, grote neus en mond, ronde kin, bruinhaar en geen merkbare tekenen. Verder is een bewijs opgenomen vanhet overlijden van zijn vader, waarbij aangetekend wordt, dat diensouders in ‘Gietel’ wonen.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Berendina (= nr. 123)2. Jennigje. Zij staat vermeld in de gemeenteboeken van AmbtHardenberg 93 :Geboorteplaats: Besthmen (gem. Ommen)Geboortedatum: circa 1825Huwelijkse staat: ongehuwd doch leeft met Teunis Batink bij wienzij drie kinderen heeftOuders: Dirk Nijkamp en Lubbegje LubbersBijzonderheden: in 1857 leden Jennigje en haar dochtertje Dina aantyphus of zenuwzinking- koortsen248. Hendrik Hinnen, geb. Almelo 5-10-1792, dagloner, wever, tuinier,overl. Ambt Almelo 3-4-1866, tr. Almelo 14-7-1817249. Johanna Maria Dupont (du Pont), geb. Nijmegen 2-6-1796, overl.Almelo 27-11-1863.


250. Steven uit de Poorte/Poorten, geb./ged. Almelo 12-7/23-8-1795,wever, overl. Almelo 31-12-1858, tr. Ambt Almelo 29-8-1822251. Geertruid Wanscher/Grobben, geb./ged. Almelo 6/9-1-1794, overl.Almelo 12-4-1870.Steven woonde 1823 op de Zwanenbeld.Geertruid woonde 1865 in de Bunsing.Steven trouwt als militair van de Nationale Militie.252. Jan Hendrik Letteboer, geb. Almelo mogelijk 9-6-1773, ged. Almelo19-6-1774, wever, dagloner, overl. Stad Almelo 28-11-1833, tr. (2)Almelo 3-1-1823 Johanna Vellekate, spinster, weduwe van Gerrit JanVrielink, geb. c. 1772, overl. 7-6-1832, dr. van Gerrit JanVellekate en Geertruid Hambrugge. Jan Hendrik (o)tr. Almelo26-4/19-5-1805253. Johanna/Anna Ernst, ged. Almelo 13-4-1777, overl. Ambt Almelo12-11-1821.Bij overlijden 38 jaren oud, dr. van Wolter Ernst en JannaLindenboom254. Kornelis Jans van Dijk, geb. Olst, mogelijk ged. Olst 16-1-1780,dagloner, (o)tr. Wijhe 14-1/6-2-1803255. Janna Hendriks Holthuis, ged. Olst 11-11-1781.Kornelis was bijgenaamd `Van Dijk', omdat hij volgens de huwelijksebijlagen bij het tweede huwelijk van zijn dochter Marrigje `teWijhe woonde op den dijk'.Nader onderzoek: bij de huwelijksinschrijving (ondertrouw) op 14-1-1803 te Wijhe, staat hij te boek als `JM. geboren onder Olst,wonende onder Wijhe, zoon van Hk. Koning en Hendrika Oordijk'. Devadersnaam moet op een misverstand berusten: zijn vader moet immersJan heten.Bij ondertrouwinschrijving `JD. geboren onder Olst, wonende onderWijhe, dr. van Hk. Holthuis en Harmina Hendriks'Bij het huwelijk van haar dochter Marrigje blijken haar ouderswoonachtig te zijn in Ambt Ommen. Ze zijn daar niet overleden.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Hendrik, ged. Veessen 11-7-1803.2. Hendrikje, ged. Veessen 19-8-1804.3. Jan, geb. ca. 1806, tr. Heerde 14-6-1831 Aaltjen Hendriks vanHattem (bij huwelijk was Jan afkomstig van Wijhe, 25 jaar oud).2. Margjen (= nr. 127).3. Jannes, geb. ca. ca. 1824, tr. Heerde 16-3-1850 Jantje IJzerman(bij huwelijk was Jannes 24 jaar oud).4. Egberdina, geb. ca. 1825, tr. Heerde 24-12-1852 Arend Langenberg(bij huwelijk was Egberdina 27 jaar oud).Generatie IX256. Sierk Sijes Woudstra/Walstra, geb. Veenwouden 1772 94 , schipper,veenbaas, overl. Veenwouden 26-4-1813, tr. Veenwouden 29-10-1797257. Neeltje Tjallings Huizinga, geb. Veenwouden v. 29-8-1772,daglonersche, overl. Veenwouden 28-8-1833.De afkondigingen van het huwelijk tussen Sierk en Neeltje waren op8/15/22-10-1797. Beiden waren van Veenwouden afkomstig.


Op 2-5-1802 95 kopen Sierk Sijes en Neeltje Tjallings, echtelieden teVeenwoudsterwal van Dirk Botes en Froukjen Abrahams, echtelieden teVeenwouden, huis en hovinge te Veenwouden. Te aanvaarden 12-5-1802,bezwaard met een jaarlijkse grondpacht van 3 cgl. en 3 st.Naastleggers: Folkert Willems erven ten oosten, Hoite Sipkes tenwesten en de Oude Lykwei ten noorden. De prijs bedraagt 260 cgl.,Hoite Sipkes houdt een vrije opslag in de opvaart van ‘LytsmoijFenne’. De speciekohieren van Dantumadeel over datzelfde jaar 96bevestigen de verhuizing.Jurjen Tjeerds, veenbaas te Veenwouden, verkoopt op 1-2-1805 97 aanSjirk Sijes, coffeschipper te Veenwouden ‘twee en een tweede partklij<strong>nl</strong>and in een stuk van 10 pondematen’ (de andere eigenaar isMeindert Gerrits) ‘de helfte en de verkoper een vierde daarvantoebehorende, gelegen in het Reidland onder Rinsumageest. Tenoosten de verkoper, ten zuiden Harmen Clases, ten westen RinseTjallings en ten noorden de Mooie Vier(?). De prijs bedraagt ruim287 cgl.Meindert Gerrits, veenbaas te Hardegarijp, verkoopt op 13-10-1805 98aan Sierk Sijes, veenbaas en Neeltje Tjallings te Veenwouden 1/4edeel van 10 pondematen klij<strong>nl</strong>and gelegen op het Reidveld onderRinsumageest. Ten westen Hotze Egberts, ten zuiden Harmen Klazes,ten westen Rinze Tjallings en ten noorden de Mooije Vier(?). Deprijs bedraagt 254 cgl. De proclamaties waren op 26-9/7-10/24-11-1805.In 1811 verklaart Sierk Sijes dat hij de naam ‘Woudstra’ alsfamilienaam aanneemt. Hij heeft op dat moment 4 kinderen; 2 zonenen 2 dochters, te weten: Tjalling (14), Sije (10), Sjoukje (12) enBaukje (7). Is de naam een verwijzing naar Veenwouden of speelt deafkomst uit Opsterland (De Wâlden) nog een rol?Overlijdensaangifte van Sierk gedaan op 20-3-1819, bijna 6 (!) jaarna het feitelijke overlijden. Declaranten waren Rinse TjallingsHuizinga, 51 jaar, boer te Akkerwoude, schoonbroer van deoverledene en Meindert Gerrits Leij, 46 jaar, schipper teVeenwouden, gebuur van de overledene.Die late inschrijving gebeurde niet per toeval. Bij zijnvoorgenomen huwelijk met Sjoerdje Meinderts Lei had Sierk’s zoon,Tjalling, vanzelfsprekend een bewijs nodig van het overlijden vanzijn vader. Daartoe ging hij begin februari 1819 naar het


grietenijhuis. De ambtenaren van Dantumadeel konden de zaaknatuurlijk niet in der minne schikken. Er moest een officiëleafhandeling komen. Daar is correspondentie van bewaard gebleven.Op 7-2-1819 99 vervoegde Tjalling zich bij de assessor (bijzitter),S. Sikkema. Die verving op dat moment de absente grietman, Bergsma.Sikkema schrijft een brief aan ‘den heer Officier bij de rechtbankter 1sten Instantie te Leeuwarden’. Daarin wordt het hele verhaaluit de doeken gedaan: Tjalling geeft aan dat zijn vader in april1813 overleden is. Er blijken dus geen gegevens van voorhanden tezijn. Onderzoek door ambtenaar Sikkema heeft echter uitgewezen, dater destijds door de nabestaanden wel aangifte is gedaan, maar dat‘de inschrijving is verzuimd geworden’. Hij wil de officier hiervanop de hoogte brengen en dient het verzoek in, het overlijden vanSierk Sijes alsnog in te mogen schrijven in het register van hetlopende jaar 1819. Hij vervolgt: ‘Aangenaam zoude het mij tevenszijn indien zulks spoedig konde geschieden, wijl bij het nietvoorhanden zijn der bewijzen van ‘t overlijden van Sjerk Sijes hethuwelijk van zijn zoon tot op het bekomen der in dezen verzochtenautorisatie is uitgesteld geworden.’De zaak is daarmee nog niet af, want op 10-2-1819 schrijft deofficier van justitie 100 dat er eerst een stuk dient te komen, metdaarin een verklaring van vier getuigen, die het overlijdenbevestigen.Op 16-2-1819 is, zo blijkt uit de afschriften, dat schrijven vanuitde grietenij verzonden naar Leeuwarden. Op 1-3-1819 wordt de zaakvanuit Leeuwarden geregeld, want bij de inschrijving in hetoverlijdensregister van Dantumadeel van de 20ste maart staatvermeld: ‘het vonnis van de rechtbank van eersten aa<strong>nl</strong>eg van deneersten dezer maand’. Tjalling kan trouwen: na bijna zes jaren iszijn vader, Sierk Sijes Woudstra, dan eindelijk ook officieeloverleden. Het huwelijk grijpt plaats de dag na de inschrijving.Uit dit huwelijk:1. Tjalling Sierks (= nr. 128).2. Sjoukje Sierks, geb. Veenwouden 17-4-1799 101 , tr. Drachten26-5-1830 Kornelis Arjens Franken, boerenknecht, geb. Drachten23-2-1806, overl. Surhuisterveen 29-1-1887, begr. Opeinde, zn. vanArjen Kornelis Franken en Klaaske Douwes.3. Sije Sierks 102 , geb. Veenwouden 1801, overl. Veenwouden27-9-1817.4. Baukje Sierks, geb. Veenwouden 1805, arbeidster, overl. Bergum16-12-1874, tr. Dantumadeel 22-5-1831 Willem Hendriks van der Woude(sic!), geb. Hardegaryp, arbeider, overl. Tietjerksteradeel 7-3-1866, zn. van Hendrik Johannes van der Woude en Marijke Willems.258. Meindert Gerrits Leij, geb. Veenwouden 10-4-1770 103 , DG, schipper,dagloner, diaken Doopsgezinde gemeente te Veenwouden, overl.Hardegarijp 9-8-1847, tr. Veenwouden 18-5-1794259. Antje Jans Leij, geb./ged. Veenwouden 21-3/17-4-1774, overl.Hardegarijp 20-8-1834.Op 18-3-1792 wordt een akte geregistreerd van twee dagen daarvoor,waarin Meindert Gerrits, vrijgezel te Veenwouden, te Dokkum,verklaart schuldig te zijn aan Sjoerd en Piter Fransen, mr.scheepstimmerlieden, 473 cg. als restant van een groter bedragn.a.v. de aankoop van een turfschuit.Naamsaanname: Mairie Hardegarijp fol. 19v. Kinderen: Evert, 17;Jan, 15; Sjoerdtje, 12; Fokje, 10; Gerrit, 8; Pyter, 6; Gerk, 3;Gerben, 1.Volgens de belastingkohieren verhuist Meindert in 1796 vanVeenwouden naar Hardegaryp (denkelijk Veenwoudsterwal).


1815 * Leeuwarden, notaris J. D. Hanekamp van HarinxmaInv. nr. 079009 repertoire nr. 189 d.d. 8 november 1815Transport; betreft klij<strong>nl</strong>and te Hardegarijp, betrokkenen: LolkeGerrits Jansma, koopman te Leeuwarden, Pieter Tjeerds Veeninga,koopman te Hardegarijp en Meindert Gerrits Ley, veenbaas teHardegarijp. Tjerk Romkes Viersen te Veenwouden als borgMeindert wordt vlak voor zijn dood nog verpleegd te Amsterdam. Eris onenigheid op gemeenteniveau over wie voor de kosten moetopdraaien: de armenvoogden van Wouterswoude worden geacht tebetalen 104 .Op 27-8-1834 105 wordt een memorie van successie opgemaakt door deerfgenamen van Antje: Evert, Jan, Sjoerdje, Gerrit, Pieter, Gerk,Gerben, Aaltje en Syke Meinderts Leij. Als bezit wordt genoemd: dehelft van een huis en werf te Hardegarijp, nr. 6; de helft vanenkele pollen vergraven land onder Veenwouden; de helft van stukjesland onder Oenkerk; de helft van enkele pollen petland onderHardegarijp; de helft van land te Rinsumageest, groot een bunder,47 roeden. Ook Tjalling Sierks is aanwezig bij de opmaak van deakte; hij ondertekent mede.260. Hendrik Minnes Weima, ged. Drachten 11-9-1757, schipper, overl.Drachten 11-6-1839, tr. (2) Rottevalle 22-3-1801 Geertje GerbensNijdam, geb. ca. 1754, overl. Leeuwarden 29-1-1838.Hendrik tr. (1) Drachten 25-3-1787261. Froukjen Jentjes Veenbaas, overl. v. 22-3-1801.Hendrik verdwijnt uit de speciekohieren van Smallingerland vanaf1787. Vanaf 1801 komt hij voor onder nr. 110 te Opeinde, in hetgedeelte dat later deel uit zal maken van Rottevalle. In 1803vertrekt Hendrik naar Appingedam, waarna hij uit beeld raakt.Bij het huwelijk van zijn zoon Minne woonde Hendrik als weduwnaarte Leeuwarden.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032007 repertoirenr. 417, d.d. 22 februari 1815, procuratie: Hendrik Minnes Weima teLeeuwarden als constituant, Berend Minnes Weima te Drachten alsconstituant, Sietske Minnes, weduwe van Haaike Pieters van der Werfte Drachten als constituant. Het betreft een procuratie door deweduwe van Alle Migchiels Zandstra te Drachten als constituant enMeine Fokes Wieland te Drachten als gelastigde.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032014 repertoirenr. 1144, d.d. 28 januari 1818, koopcontract, betreft de verkoopvan huis te Rottevalle door Geertje Gerbens Nijdam, gehuwd metHendrik Minnes Weimanheer te Leeuwarden; koopsom fl. 350.-Koper isEgbert Roels de Vries te Rottevalle.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032028 repertoirenr. 2517, d.d. 29 april 1825: Jittje Jakobs, in leven weduwe vanJentje Wopkes Veenbaas als erflater. Het betreft een boelgoed doorde erven Jentje Wopkes Veenbaas, in leven gehuwd met Jittje Jakobs.Betrokkenen zijn: Wopke Jentjes Veenbaas te Drachten, Anne Jeens deBoer te Drachten, Minne Hendriks Weima te Drachten en JentjeHendriks Weima te Drachten als verkoper; opbrengst fl. 179.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):Minne, (= nr. 130).Jentje, geb. Drachten ca. 1797, overl. 15-3-1864, tr.Smallingerland 23-11-1822 Berber/Baukjen Melles Zwerver, geb.Oudega ca. 1797, dochter van Melle Menzes Zwerver en BerberWietzes.262. Hendrik Willems Doele, geb. Drachten 1764, blokkenmaker,pompmaker, tapper, overl. Drachten 11-8-1821, tr. Drachten13-5-1792


263. Hylkje Hendriks Overal, ged. Drachten 3-2-1765, tapster, overl.Drachten 23-12-1843.Bij het overlijden van zijn schoonmoeder was Hendrik een van deaangevers; hij was pompmaker en toen 53 jaar oud.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032020 repertoirenr. 1736, d.d. 26 juni 1820: obligatie waarin Hendrik Willems Doelete Drachten voor komt als schuldenaar; schuld fl. 700.-; samen metzijn vrouw Hielkjen Hendriks Overal aan Grietje Wopkes Landmeter,weduwe van Hendrik Gjalts Landmeter te Drachten als schuldeiser.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033001 repertoirenrs.73 en 78, d.d. 23 november 1826: provisionele en finale toewijzingbetreft de verkoop van een huis te Drachten, ingehouden voor fl.777, Hielkjen Hendriks Overal te Drachten als verkoper. NotarisJ. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033001 repertoire nr. 9, d.d.14 februari 1827, koopcontract betreft de verkoop van een huis enhovinge te Drachten,koopsom fl. 500. Hielkjen Hendriks Overal, weduwe van HendrikWillems Doele te Drachten als verkoper en Grietje Wopkes, weduwevan Hendrik Gjalts Landmeter te Drachten als koper.Zeer opmerkelijk is deze akte, verleden voor notaris J. G. van Blomte Drachten, inv. nr. 033005 repertoire nr. 132, d.d. 12 december1831: huwelijkstoestemming (akte niet aanwezig) voor Jan HendriksDoele als bruidegom; huwelijkstoestemming door Hielkjen HendriksQuant te Drachten. Is dit soms zijn moeder, die eige<strong>nl</strong>ijk defamilienaam ‘Overal’ voerde.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Blijke, geb. ca. 1792.2. Froukje (= nr. 131).3. Willem, geb. ca. 1796, overl. Smallingerland 16-6-1822.4. Aukje, geb. ca. 1801.5. Hendrik, geb. ca. 1803, overl. Smallingerland 13-9-1826.6. Feikjen, geb. ca. 1805, overl. Smallingerland 2-9-1852.7. Jan, geb. ca. 1808, tr. Gaasterland 22-1-1832 Johanna HalbesDrijfhout.264. Jurrien Jurriens Vos, ged. Wedde 26-7-1739, arbeider, overl. TerApel 11-5-1799, begr. Ter Apel, otr. Sellingen 5-4-1778, tr. Emmen(Roswinkel) 6-5-1778265. Swaantjen Hindriks, arbeidster, overl. na 23-6-1829.11 mei 1799: overlijden of begraven? Nader onderzoek!Bij huwelijk afkomstig van Ter Wisch, kerspel Sellingen (Gr.). Geendoop van Jurrien te Sellingen gevonden.Swaantje is overleden na het huwelijk van haar zoon Jan Jurjens,zij woonde toen te Roswinkel (Emmen). Mogelijk is ze daaroverleden. Nakijken of ze bij het huwelijk van Jan Teijen ook nogleefde.Proclamatie gegeven op attestatie van Roswinkel, vertrokken metattestatie naar Roswinkel (aantekeningen bij het huwelijk inkerkboek Sellingen).Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jurjen, ged. 29-4-1781.2. Jan, (= nr. 132).266. Geert Derks (Lubben), geb. ca. 1719, begr. Wildervank 23-6-1806,tr. (1) Swaantje Jans, tr. (2) Wildervank 21-3-1784267. Elsjen Alberts Dokter, geb. Wildervank 1750, overl. Onstwedde(Stadskanaal) 11-5-1830.


Geert was eerder weduwnaar van Swaantje Jans. Bij zijn overlijde<strong>nl</strong>iet hij vier kinderen en en hij was rond de 87 jaar oud.Bij het huwelijk van haar dochter was Elsje woonachtig op hetStadskanaal, gemeente Nieuwe Pekela.Bij huwelijk waren Geert en Elsjen afkomstig uit Wildervank.Vll (Veendam) fol. 350, Nummer 124, 7 mei 1800. Pieter GeertsKnigge, namens zijn moeder Kornelisje Pieters, wed. Albert HindriksDocter [x (1) Anna Catharina Jongbloed x (2) Aaltje Lammerts x (3)Cornelisje Pieters], aan de ene kant en Eerke Alberts [EerkeAlberts Bakker, zoon van Albert HindriksDocter en Anna Catharina Jongbloed], Elsjen Alberts met haar manGeert Derks, Elisabeth Alberts met haar man Roelf Freerks en BerentLukas Krans, voor zijn vrouw Grietje Alberts, te samen kinderen enerfgenamen van genoemde Albert Hindriks Docter, mede namens hunbroer Hindrik Alberts, aan de andere kant, regelen dezenalatenschap. De eerste partij verkrijgt de gehele boedel,inclusief de door haar bewoonde behuizing en de behuizingbewoond door Geert Derks Lubben en Elsjen Alberts. Daarentegen zalzij 240 gld. uitkeren aan de tweede partij. Getuigen: koopman E.Uneken en Hindrik H. Bontjer268. = nr. 264.269. = nr. 265.270. Johannes Klaassen Pasveer, geb. ca. 1765 Kielwindeweer, ged.Windeweer 5-10-1766, schipper, overl. Onstwedde 20-2-1831, tr.Windeweer 25-5-1788271. Marchien Jans, geb. ca. 1771, schippersche, overl. Onstwedde12-8-1849.Overlijden van Johannes o.a. aangegeven door Jan Jurjen Vos.Bij huwelijk beiden van Windeweer afkomstig.Bij overlijden was marchien 78 jaar oud.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jelle, geb. Gieten 11-9-1803, overl. Nieuw Buinen (Borger) 29-4-1860, tr. Borger 9-11-1857 Jantje Norders.272. = nr. 264.273. = nr. 265.274. = nr. 266.275. = nr. 267.276. = nr. 264.277. = nr. 265.278. = nr. 270.279. = nr. 271.280. Wilke Berends, geb. 18-3-1763, ged. 20-3-1763, overl. Winschoten,begr. Winschoten 6-8-1806, (o)tr. Winschoten 27-10/22-11-1793281. Fokje Gerrits Kraker, geb. Heiligerlee 29-12-1763, ged.Westerlee-Heiligerlee 1-1-1764, daglonersche, overl. Winschoten22-11-1830.Wilke werd ged. in de kerkgemeente van Westerlee-Heiligerlee. Zijnouders waren woonachtig in 't Kloosterholt. Het lijkt aanvaardbaarom aan te nemen, dat Wilke daar ook wel geboren zal zijn.Uitzoeken, onder welke van de twee gemeenten Kloosterholtvalt en waar de kerk precies stond (i.v.m geboorte en doopplaats).Fokjen was bij overlijden ruim 71 jaren oud, geboren te Westerlee,gemeente Scheemda. Zij trouwde (2) Jan Klaassen Timmer. Bij haarhuwelijk was zij al afkomstig van Winschoten.


Bij de doop van Fokje stond vermeld, dat haar ouders afkomstigwaren van `Hilligerlee'; daar zal zij dus wel geboren zijn. Wilkewas bij het huwelijk al weduwnaar.282. Nicolaas Tholens, ged. Winschoten 4-10-1754, begr. Winschoten27-8-1790, (o)tr. Winschoten 20-5/3-6-1781283. Elsien Kaspars Jagers, ged. Winschoten 4-6-1758, begr. Winschoten6-1-1804.De familienaam is via het patroniem `Tooles', afkomstig van devoornaam `Toole'. Uiteraard leidt de geschreven hoofletter `T' totverwarring; meermaals herschrijft men als `F'.Begraven, aldus de huwelijkse bijlage van haar dochter, als `Preens(?) Elsyn'.Bij huwelijk waren beiden afkomstig van Winschoten.284. Lukas Gerrits van Veen, ged. Kolderveen 22-10-1768, overl.Avereest 13-3-1830, otr. Giethoorn 24-4-1795, tr. Kolderveen(attestatie 13-5-1795) 17-5-1795285. Berendje Klasen Heite, ged. Giethoorn 14-1-1770, overl. Gieten(Gieterveen) 23-2-1821.Uit dit huwelijk:1. Gerrit, ged. Kolderveen 16-8-1795.2. Gerrit, (= nr. 142).3. Hillechien, ged. Kolderveen 4-3-1798, overl. Meppel 18-4-1843.tr. Nijeveen 29-4-1820 Harm Arends Heuving, geb. Beilen ca. 1797,overl. Meppel 3-1-1849, zn. van Arend Heuvink en Jacobjen Obbing.4. Grietje, geb. Nijeveen 17-1-1800, ged. Kolderveen 19-1-1800,overl. Avereest 27-6-1861. tr. Nijeveen 12-4-1823 Frederik Jans deLange, geb. Havelte 30-10-1796, ged. Havelte 19-11-1796, overl.Avereest 10-2-1879, zn. van Jan Engberts de Lange en VrouwtjeFreriks Lenten.5. Geertjen, geb. Meppelernijveen 1-3-1802, ged. Kolderveen 19-12-1802, overl. Gieten (Gieterveen) 23-2-1821.6. Klaas, ged. Kolderveen 29-9-1805, overl. Avereest 2-5-1876, tr.Avereest 16-6-1837 Antien Boeles Holvast, geb. Meppel 12-1814,overl. Avereest 24-6-1897, dochter van Boele Geerts Holvast enAafjen Jans Klasen.7. Jan Lukas van Veen, ~ Kolderveen 27-11-1807, overl. Meppel 27-8-1829.8. Fennechien van Veen, * Kolderveen 21-4-1810, ~ Kolderveen 29-4-1810, overl. Gieten 6-3-1821.286. Jan Tiessen Grooten, geb. Veendam 27-6-1755, overl. Gieterveen(Gieten) 2-6-1835, tr. Veendam 5-5-1782287. Jeltje Wolters Roossien, geb. Veendam 17-6-1758, overl. Gieten(Gieterveen) 16-9-1841.Gegevens afkomstig van GenLias. Aldaar worden ook zijn oudersgenoemd (overlijdensakte). De gegevens over zijn voorouders komenvan Familysearch (en aanvullingen).Uit dit huwelijk (allen ged. Veendam):1. Ties Jans, ged. 29-8-1784, tr. Derkina Jurjens Lula.2. Hilligje, ged. 13-4-1788.3. Egbertje, ged. 22-1-1792, overl. Ommelanderwijk (Veendam) 7-8-1850, tr. Roelof Jannes Vegter.4. Arentje (= nr. 143).288. Jan Derks Kortman, geb. (mogelijk Ambt Ommen) ca. 1742 106 ,landbouwer, overl. Ommen (wonende in de buurtschap Beerze)


12-4-1816, tr. Ommen 9-4-1768289. Maria Hendriksen van Beerze, ged. Ommen 2-2-1749, landbouwersche,overl. Ommen 8-6-1819.Bij het huwelijk: `Jan Derx, jm. op Kortmans en Maria Hendrix, jd.,beyde te Beerse'.Jan deed belijdenis in 1767, Maria in 1769.Op 27-2-1769 107 neemt Geertje Jansen, vrouw van de overleden HendrikJansen Vedder te Meer, geassisteerd met Hannes Jansen te Junne(denkelijk de oom van van Jan Derks), een hypotheek op t.g.v. JanDerks Kortman, man van NN te Beerse. Onderpand: een hoekje land, DeAppelhof, gelegen bij het huis van de rentgever in Meer in Den Ham.De akte vermeld dat Vedder in 1757 een schuldbekentenis heeftopgemaakt.Op 28-10-1770 108 sluiten Jan en Maria een lening af t.g.v. GerritHendriks Grotenhuis van het Grotenhuis te Varsen en zijn vrouwJennigje Derksen (de zus van Jan). De laasten doen tegen betalingafstand van de gehele boedel van Derk Jansen (die dan nog leeft) ende overleden Jennigje Hannesen.Op 27-1-1786 109 dragen Hendrik timmerman en Berentje Hannesen teJunne aan Jan Cotman en Maria Hendriksen te Beerse een derde deelin de vierdagwerken hooiland Den Pas, gelegen in de boerschapLinde.Op 19-12-1786 komt Jan een tweetal malen voor 110 . In de eerste aktewordt hij genoemd als belender bij De Zwolsche Mate: ‘waarvan deoverige drievierendeel aan Jan Cotman verkocht zijn’. In de tweedeakte gaat het om een overdracht door Zwaantje Zwijsen,gevolmachtigd door Berend Oeverman aan Jan van diezelfdedrievierendeel dagwerk hooiland in de Zwolsche Mate.Op 18-6-1787 111 wordt een akte van hypotheek opgemaakt door HarmVedder, van Meer en Grietje Harms ten gunste van Jan, AlbertusRamerman te Beerse en Hendrik ten Kottelaar te Wijhe. Onderpand:alle roerende goederen, vee en gewassen in de katerstede ‘t Vedderste Meer.Op 13-9-1787 doet NN Cotmans te Beerse (dat moet Jan Derks zijn)aangifte voor de 50e penning vanweg de aankoop van een hooiland HetZwolsche Maatjen, gelegen bij Den Ham, gekocht van Jan Hoften, teBeerse.Op 3-11-1787 112 maakt Jan Gerritsen, te Beerse een akte vanoverdracht op aan Jan van datzelfde hooiland.Op 23-2-1790 113 komt Jan bij een akte van testament voor alsassistent van ene Gerrit Hessels.Op 8-4-1801 114 wordt een akte van contract en alimentatie opgemaakttussen Jan Derks op Kortmans te Beerze, zijn vrouw Maria Hendriksen hun zoon Hannes Jansen en zijn vrouw Jennigje Willemsen. Hetbruidspaar krijgt nu de helft en na het overlijden van de ouders.De dochters van Jan en Maria, Jennigje Jansen, de vrouw van HendrikDunnewind en Johanna Jansen, de vrouw van Hendrik Hendriksontvangen het geld dat nu nog uitstaat bij Vedder te Meer. Detweede zoon, Hendrik Jansen, ontvangt het geld dat nu nog uitstaatbij Gerrit Zwiers te Magele.Bij het overlijden van Hannes Kortman wordt een Maria van Beerzeals moeder genoemd. In Ommen is geen overlijden terug te vinden vaneen persoon van die naam. Wel blijkt Jan Kortman, volgens zijnoverlijdensakte, getrouwd aan een Maria. Die staat dan te boek alsMaria Hendriksen. Zij zal dus identiek zijn aan Maria van Beerze.1811: Jan Derks neemt officieel de naam Kortman aan (al tekent hijals ‘Kotman’). Kinderen op dat moment: Hannes, 37 jaar, Beerze;Hendrik, 28 jaar, Beerze; Jennigje, 41 jaar, Hardenberg;kleinkinderen: Maria, 9 jaar, Beerze; Jan, 8 jaar, Beerze; Jannes,3 jaar, Beerze .


Uit dit huwelijk:1. Jennigjen, ged. Ommen 23-7-1769, overl. Rheeze 13-8-1827, (o)tr.Ommen 22-7/14-8-1791 Hendrik Dunnewind, ged. Ommen 15-6-1766,overl. Rheeze 15-3-1834, zoon van Jan Geerts Dunnewind enHendrikjen Zielmans.2. Janna, ged. Ommen 8-9-1771, overl. v. 1-3-1806, tr. Ommen 8-3-1801 Hendrik Hendriks Alen, geb. Den Ham ca. 1775, overl.Bergentheim 15-2-1843, tr. (2) 1-3-1806 Jennigjen Hendriksen, zoonvan Hendrik Bergland en Willemina Bergland.3. Hannes, (= nr. 144).4. Hendrikje, ged. Ommen 13-2-1780.5. Hendrik, ged. Ommen 24-10-1784, overl. Ambt Ommen 18-2-1863, tr.Ommen ca. 1813 Hendrikje Warmink, ged. Ommen 8-11-1789, overl. AmbtOmmen 29-1-1830 dochter van Hendrik Warmink en Jennigje Berends.290. Willem Willems Huisjes, ged. Den Ham 27-7-1738, overl. Ommen23-7-1817, tr. Ommen 2-6-1765291. Aaltje Derks (Huisjes), overl. Ommen (Archem) 26-4-1810 115 .Willem heeft gediend op Woertink te Arrien. Hij woont later opHuisjes onder Archem. Op 28-2-1778 116 verklaren Willem en zijnschoonmoeder Jennigje Lamberts dat hij niet schuldig is aan hetlaten opmaken van een testament waarin de schoonmoeder haar dochteren schoonzoon tot erfgenaam benoemd heeft.Op 26-1-1803 117 leggen Willem Willems en Aaltjen Derks op Huisjes teArchem voor de schepen van Ommen vast, dat hun zoon Derk Willems enzijn wederhelft, Hendrika Egberts Antonissen alle goederen erven.Hun dochters Maria Willems, gehuwd met WillemFlierjans te Magele, Jennegien Willems, gehuwd met Hannes Kotman enWillemina Willems krijgen hun part in geld uitgekeerd. Uit dithuwelijk (allen ged. Ommen):1. Derk, ged. 19-2-1766, overl. 24-2-1838, tr. Hendrika Anthonis.2. Maria, ged. 17-4-1768, tr. Willem Jansen Vlierman.3. Jennigje (= nr. 145).4. Willemina, ged. 8-2-1777.292. Berent Jansen Nienhuis/Braakmans/Hannis, ged. Hellendoorn24-5-1722, overl. v. 1811, tr. Hellendoorn 5-4-1749293. Hermina Hendriksen van Nijenhuis, van Marle, ged. Hellendoorn9-1-1729.Bij huwelijk was Berent jongeman, van Braakmans te Rhaan, zij wasafkomstig van het Nijenhuis te Marle.294. Jannes Jansen Dollen/Nije Blokvoort, ged. Wierden 10-11-1748, tr.Wierden 10-5-1778295. Jennigje/Jenna/Janne Derksen Schapink, geb. ca. 1752.296. Kees Jans Wind Post, ged. Vollenhove 1-11-1761 118 , turfboer, overl.Steenwijkerwold 5-12-1812 119 tr.297. Trijntje Klaas Zouman 120 , ged. Vollenhove 1-1-1764, spinster,overl. Stad Vollenhove 23-8-1827.Over de familienaam bestaat voor de naamsaanname geeneenduidigheid. Bij overlijden heet Kees gewoon Post. Daarvoor ishij terug te vinden als Wind Post. Bij zijn doop heet zijn vaderJan Ceesen van der Winde. Bij de naam van de zoon, Cees Jansen,staat weer de familienaam Post, maar de predikant heeft dat weerdoorgehaald.Kees was bij overlijden 51 jaren oud.Bij doop van zoon Luite, in 1814, woonachtig op de Kluitenberg.Uit dit huwelijk:


Luite.Geertje, geb. Ambt Vollenhove 8-2-1808, overl. Stad Vollenhove 26-12-1886, tr. Stad Vollenhove 15-9-1827 Tiemon Schurink.298. Abraham Baukes/Bauwkes, ged. Beulake 11-10-1761, overl. Vollenhove20-2-1801, (o)tr. Vollenhove 9-4-1792299. Aaltje Alberts Meilof, overl. Ambt Vollenhove (in de Leeuwte)10-1-1829, (o)tr. (2) Vollenhove 27-3/12-4-1807 Jan HendriksDoevendans, turfboer, geb. Leeuwte, ged. Vollenhove 30-8-1741,Turfboer, overl. 10-11-1827, zoon van Hendrik Teunis Duijvendansen Janna Lamberts van Elen, tr. (1) Albertien Jans van der Wijk.Bij de dopen van hun kinderen vermeld ‘in de Leeuwte’ en ‘op hetBeulakerpad’.Bij overlijden staat vermeld dat Aaltje vier kinderen naliet. Erzijn ook kinderen geboren uit het tweede huwelijk. Zij was bijoverlijden 60 jaar.Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Jentje, ged. 16-9-1792.2. Bauke, geb./ged. 11/13-101-793.3. Albert, geb./ged. 30-101-1795.4. Jentje (= nr. 149).5. Hermen, ged. 7-4-1799.300. Jan Hansen Klaver, ged. Wanneperveen 9-4-1773, turfmaker,turfboer, veehouder, overl. Wanneperveen 21-10-1851, tr.Wanneperveen 23-2-1798301. Trijntje Netters de Jonge, ged. Wanneperveen 6-11-1774, overl.Wanneperveen 8-12-1853 121 .RAO, Not. Arch. Vollenhove 1811, nr. 294, 26-5-1811: Jan HansKlaver koopt van Kees Arriens voor 190 gulden enige hooi-, riet- enturfakkers met water te Wanneperveen. RAO, 1825 SchaderegisterWatervloed Wanneperveen, G.A. Brederwiede: Jan Hans Klaver leed alsgevolg van de watervloed van 4 en 5 februari 1825 een totale schadevan 280 gulden.RAO, Register Civique 1811: Jan Hans Klaver komt voor als nr. 7188.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Wanneperveen):1. Hans, geb./ged. 20/23-12-1798, ‘op de Zandbeld’, getuige:Jentjen Hansen Klaver.2. Hans, geb./ged. 18-2/9-3-1800 ‘op de Zandbeld’, getuige: demoeder zelf.3. Annegjen, geb./ged. 22-12-1803/1-1-1804,getuige: Jantjen Nettersde Jonge.4. Elizabeth, geb./ged. 2/5-10-1806 ‘op de Zandbeld’, getuige:Jantjen Netters de Jonge.5. Hendrikjen, geb./ged. 1/7-3-1813, ‘op de Zandbeld’, getuige:Neeltjen Netters de Jonge.302. Gerrit Leenderts Stam, geb./ged. Wanneperveen 27-3/16-4-1785,veehouder, overl. Wanneperveen 13-5-1865, (o)tr. Wanneperveen24-12-1810/6-1-1811303. Jentjen Hilberts de Goede, ged. Wanneperveen 21-11-1790, overl.Wanneperveen 19-1-1867.Bij aangifte van geboorte van dochter Marrigjen, op 8-11-1813,daags na de geboorte, was Gerrit 28 jaar oud.Getuige bij de doop van Gerrit was Immigjen Gerrits.Bij overlijden was Gerrit 80 jaar oud.Doopgetuige bij de doop van Jentje was Neeltje Aarts.Bij overlijden was Jentjen 85 jaren oud.


`Gerrit Leenderts Stam, jm. zoon van Leendert Klaas Stam enMarrigjen Gerrits en Jentjen Hilberts, jd., dochter van HilbertAarts en Neeltje Gerrits', in ondertrouw gegaan op 42 vanwintermaand 1810 en in de huwelijkse staat bevestigd op 6 va<strong>nl</strong>ouwmaand 1811.304. Hendrik Schoenmaker alias Jansen, ged. Vriezenveen 20-10-1776,landbouwer, wever, overl. Vriezenveen 6-11-1822, tr.305. Hendrika Waanders, ged. Vriezenveen 1781, huiswerkster, overl.Vriezenveen 2-12-1841.Bij het huwelijk van zijn zoon Jan op 12-5-1827 wordt in de aktevermeld dat zijn vader, Hendrik Schoenmaker, ook de familienaamJansen gevoerd heeft. Bij de naamsaanname heeft hij toen de naamSchoenmaker aangenomen., geb. Vriezenveen. Bij aangifte vanoverlijden wordt een akte ingevuld, die op zijn minst onnauwkeuriggenoemd mag worden. Het gaat om de Hendrik Schoenmaker die getrouwdis met Hendrika Waanders. Zijn leeftijd wordt geschat op `bijna48'. Hij is de zoon, zo meldt de akte, van wijlen Jan Schoenmakeren Willemina (N.N.). Dat houdt in, dat hij dus geborenmoet zijn rond 1774.Bij overlijden wordt haar leeftijd gesteld op 64 jaar. Haar vaderwordt genoemd als Waander ..ans (moeilijk leesbaar) de naam van demoeder is bij de aangevers onbekend. Op 25-9-1774 wordt er teVriezenveen een Hendrika ged. als dochter van Waander Janzen enMaria Alberts.Naamsaanname Vriezenveen: Hendrik Jansen noemt zich ‘Schoenmaker’.Twee kinderen: Jan, 8 jaren, Dina, 4 jaren.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Vriezenveen):1. Jan (= nr. 152).2. Wicher, 1808-1810.3. Wicherdina, 1812-1814.4. Wicherdina, 1815-1883, tr. Vriezenveen 1833 Johannes Zomer.306. Jannes Mullink, ged. Wierden 15-7-1764, landbouwer, overl. Wierden4-10-1836, tr. Wierden 13-8-1785307. Hendrika Alberts Landman alias Jansen, ged. Wierden 2-8-1767,overl. Wierden 16-1-1839Bij het huwelijk: Jannes Mollink, jongeman, zoon van HendrikMollink en Hendrika Abersen Landman, nagelaten jongedochter vanAlbert Jansen Landman.De meeste van de persoonsgegevens zijn afkomstig uit deoverlijdensakte van Jannes Mullink. Opmerkelijk is dat hij getrouwdzou zijn met Hendrika Jansen. Dat meldt althans de akte. Bij hethuwelijk van Jenneken Mullink staat echter dat zij een dochter isvan Jannes Mullink en Hendrika Landman. Klaarblijkelijk is ersprake van een naamsverwisseling – of het heeft even geduurd, voorde familienaam vast vorm aannam. Zijn overlijdensakte vermeldt, datJannes de zoon is van Hendrik Mullink, de naam van zijn moeder weetmen dan niet. De leeftijdsopgave bij het overlijden op onwaarheid.De gevonden doopdatum komt dus eige<strong>nl</strong>ijk te vroeg. Meerwaarschij<strong>nl</strong>ijk is overigens, dat de aangevers van het overlijdenniet precies wisten hoe oud Jannes precies was.308. Berend Broekhuis (alias Bellinkhof), ged. Almelo 29-8-1751,landbouwer, wever, overl. Almelo 8-3-1820, otr./tr. Wierden22-5/19-6-1778309. Sophia Juliana Smid/Smit, geb. Wierden 29-10-1752, spinster,overl. Ambt Almelo 13-6-1819.


Berend was in 1816 woonachtig aan `den Wierdenschendijk'. Hijstierf in het huis staande in de Bellinckhof, naast nr. 107.De voornamen van Fije zijn precies gelijk aan die van S.J. Gravinzu Castell R denhausen (1673-1758), die de toren van de Grote Kerkte Almelo liet verbouwen i.v.m. heimwee naar haar geboorteland. Devader van Fije had inderdaad banden met de Gravin. In ieder gevalhandelde hij een keer in haar naam.310. Hendrik Roelofs Murres/Morris/Murris/Morries, landbouwer,arbeider, daghuurder, overl. Meppel v. 22-3-1846, tr. (1) Diever27-12-1782 Lammigje Jans Alberts, (o)tr. (3) Meppel1/6-2-1793 IJhorst/De Wijk 3-3-1793 Hendrica Roelofs Weerzinge,van Groningen, otr. (2) Meppel 2-3-1787 IJhorst/De Wijk 2-3-1787.311. Jenneken/Jentien Roelofs/Jenneke Lokken, ged. Meppel 19-10-1760,landbouwster, overl. Meppel ca. 6-11-1792 (overluid te Meppel),tr. (1) Meppel 15-9-1779 Hendrik Everts Nip.Opmerkelijk is, dat dochter Lammegien in akten de familienaamHendriks toebedeeld krijgt. In de overlijdensakte van Lammegienstaat haar vader ook vermeld als Hendrik Roelofs. Hij komt echterook onder andere benamingen voor. Duidelijk is, dat het patroniemRoelofs meer dan eens is aangezien voor de familienaam. Die waszelf overigens ook weer vaak verbasterd. Hendrik woonde tot zijnderde huwelijk in 1793 met Hendrica Roelofs Weerzinge uitGroningen, in De Wijk ‘onderde Schiphorst’. Dat lag ruim twee kilometer ten westen van De Wijk.Hij woonde waarschij<strong>nl</strong>ijk op de boerderij `De Lokkerij', vlakachter `De Havikshorst'.Uit het Burgerboek van Meppel 30-5-1787: Hendrik Roelofs Murrevestigt zich aldaar vanuit Carspel De Wijk. Was de bijnaamafkomstig van de boerderij `De Lokkerij'? Daar woonde het echtpaarJenneken Roelofs/Hendrik Roelofs Murre in De Wijk waarschij<strong>nl</strong>ijk.Bij het eerste huwelijk woont Hendrik Roelfs in De Wijk en LammigjeJans Alberts te Nieuwveen.Bij zijn tweede huwelijk meldt het trouwboek van Meppel: HendrikRoelofs, weduwnaar van Lammigjen Jans Albertz en woonachtig teIJhorst, bruid Jentjen Roelofs is weduwe van Hendrik Wip. Hettrouwboek van IJhorst/De Wijk geeft echter: Hendrik Roelofs,weduwnaar van Lummegin Jans Arends, woonplaats Schiphorst, debruid, Jentien Roelofs, is weduwe van Hendrik Nip, haar woonplaatsis Meppel.Bij het eerste huwelijk van Jentje Roelofs is haar woonplaats:Houtenklinke (Colderveen). Haar voormalige woonplaats was echterRuinerwolt.Op 2 mei 1812 overlijdt te Stapel (De Wijk) Hendrik Morris, zoonvan een onbekende vader Geesje Hendriks Morris; zou het om dezeHendrik Roelofs kunnen gaan?Uit het huwelijk van Hendrik Roelofs en Lammegien Jans:1. Geesje, geb. Den Hoeven/ged. IJhorst/De Wijk 5/7-11-1784.Uit het huwelijk van Hendrik Roelofs en Jentjen Roelofs (in iedergeval, allen ged. Meppel):1. Roelofje, ged. 22-3-1788, getuige: Aaltjen Roelofs.2. Lammegien, (= nr. 155).Uit het huwelijk van Hendrik Roelofs en Hendrica Roelofs Weerzinge(in ieder geval, allen ged. Meppel):1. Roelof, ged. 17-11-1793, getuige: Hendrikjen Koerts Zeinen.2. Roelof Hendriks Murris, ged. Meppel 26-5-1796, tapper, overl.Meppel 8-4-1855.3. Peter, ged. 7-11-1798.3. Jan, ged. 5-8-1804.4. Hendrik Lukas, ged. 25-6-1809.


312. Derk Heino, geb. Den Ham, ged. Den Ham 30-5-1773, overl.Vriezenveen 21-12-1846, tr.313. Maria van Essen, geb. Steenwijk, ged. Steenwijk 15-1-1786, overl.Vriezenveen 17-6-1850.Getuige bij Maria's doop: Elsjen Hendriks.Bij de doop van dochter Grietje, te Steenwijk 2-12-1804, was hetechtpaar afkomstig "van 't Verlaat", doopgetuige Jantien van Essen.Uit dit huwelijk (mogelijk onvolledig):1. Grietje, ged. Steenwijk 2-12-1804, overl. Den Ham 30-6-1807.2. Jan, geb./ged. Den Ham 11/19-10-1806, overl. Den Ham 11-2-1809.3. Jantje, geb./ged. Den Ham 05/11-8-1811.4. Gerrit Jan, geb./ged. Den Ham 11/20-8-1809 (= nr. 156)5. Hendrikje, geb. ca. 1825, weefster, tr. Vriezenveen 18-2-1854Jan de Witte, geb. Vriezenveen ca. 1820, wever, zn. van Jan deWitte en Jenneken Smelt.Derk Heino doet op 30-6-1807 te Den Ham aangifte van het overlijdenvan zijn dochter Grietje, 3 jaren oud.Op 11-2-1809 wordt het overlijden aangegeven van Jan, het kind vanDerk Heino, oud 2 ¼ jaar.314. Berend Bos, geb. Gildehaus (D) ca. 1786, ged.(ER) Gildehaus (D)1-10-1786, landbouwer, overl. Losser 6-12-1863, otr. Enschede9-1-1809315. Jenne Welberg, geb. Haaksbergen ca. 1784, huiswerkster, overl.Losser 1-2-1845.Bij de aangifte van overlijden worden geen ouders genoemd. Bijaangifte van overlijden wordt de leeftijd van Berend zo geschat,dat 1786 als geboortejaar uitgerekend kan worden. Alsgeboorteplaats wordt Gildehaus genoemd. In dat jaar is erinderdaad te Gildehaus inderdaad een echtpaar Bos dat een zoon laatdopen. Henrick Bos en Ahle `Wolters, oder Wolbers' laten op 01-10-1786 hun zuigeling dopen. De doopnaam is volgens het register danwel Jan Berend. Een Hindrik Bos trouwt (Gildehaus?) 10-3-1772Heleen Wolbers uit het kerspel Schüttorp. Gaat het omdezelfde personen?Jenne is bij ondertrouw afkomstig van Breukheurne (Enschede).Het echtpaar krijgt op 6-5-1809 te Borne een dochter, Hermina.Berend en Jenne waren toen afkomstig uit Zenderen.316. Hermann Wilhelm Nusmeier, landbouwer, overl. Ladbergen (D) na1809, tr. Ladbergen 1796 122317. Anna Elserbein/Elsabena Hooge/Hove, geb. Ladbergen (D) 18-3-1776(volgens overlijdensakte), spinster, overl. Bentheim (D) 7-7-1845.318. Lodewijk Carel Frederik Kosters, geb. 19-12-1777, veldwachter,overl. Losser 6-6-1864, tr.319. Christina Kwekkeboom, geb. Gronau (D) 3-12-1777, overl. Losser11-3-1869, tr. (1) Johann Ahlers, kleermaker.Geboortedatum volgens apocriefe familiepapieren. Meer betrouwbaaris ws. zijn overlijdensakte. Daar wordt Mussel (mogelijk Nussel ofNuffel) te Pruisen genoemd als plaats van geboorte). Degeboorteplaats is dan mogelijk Mussum bij Bocholt (volgens een oudDuits postcodeboek 4290 Bocholt).320. Jacobus Johannes van Haaff, geb./ged. RK Vierlingsbeek 30-12-1727,gezworene, herbergier, overl. v. 1798, tr./tr. RK Vierlingsbeek


30-1/16-2-1751321. Anna Mathea Molmans, geb./ged. RK Boxmeer 26-9-1727, waardin,overl. Boxmeer 17-6-1816.Doopheffers van Jacobus: Petrus van den Hoff (van Haaff), Matthiasvan den Wijenbergh en Joanna van den Wijenbergh.Jacobus is mogelijk overleden te St. Anthonis, in ieder geval niette Boxmeer.Doopgetuigen van Anna Mathea: Joes Mollemans en Maria Wintiens.Waarschij<strong>nl</strong>ijk beheert het echtpaar Van Haaff—Molmans de herberg"het Hof van Boxmeer".Het wapen Molmans: van zilver met een rechtstaand zwart anker(volgens zegel). Anna had een broer, Caspar Molmans, "pastor hujusparochio (St. Anthonius) ac decanus et officialis districtusCuykensis". Hij overlijdt 18—10—1799 aldaar.Trouwgetuigen: Joes van Haaff, Caspar Molmans, Petrus van Haaff enHendrijn van Haaff.Jacobus van Haaff treedt op 26-1-1761 te Vierlingsbeek op alscurator van Johanna van Sticht, maar ook in daaropvolgende aktesverkoopt hij namens anderen 123 .Jacob van Haaff en Anna Mathea Molmans verkopen op 22-4-1772 aanChristiaan Claassen en Elisabeth Stevens een huis, schuur, moeshofen boomgaard, groot een kleine mergen en nog een stuk bouwland teVierlingsbeek: Jacobus van Haaff en Anna Mattija Molmansechtelieden hebben verkocht aan Christiaen Claassen en ElisabethStevens echtelieden huis, schuur, moeshof en boomgaard grenzend aanhet erf van Jacobus Huijbers. Krijgt jaarlijks van Martinus Jetteneen halve sester rogge en perceel bouwland grenzend aan het erf vanHendrik Aerts en Jacobus Huijbers. 124 . In de daarop volgende aktesverkopen ze weiland en bouwland: Jacobus van Haaff en Anna MattijaMolmans echtelieden hebben verkocht aan Heijliger Heijligers enPetronella Dekkers echtelieden een perceel weiland grenzend oost enzuid de heer Lom, noord Christiaen Claassen. Jaarlijks belast aande erfgenamen van wijlen Peter Gerrits en Jan Steevens 125 . HendrikAerts en Jenneke Reijnen echtelieden perceel bouwland den Sprockelgenaamd, grenzend aan het erf van Jacob Coppes; perceel weiland deVennekis genaamd grenzend aan erf van Hermanus Wegh en weduwe Dirckvan den Wollenbergh en zuid Jacobus Huijbers (fol. 205). Kortdaarop (fol. 217) verkopen ze een visvijver aan de schepen JohanVolckman 126 .Kort daarna, op 12-1-1774, is er sprake van een door een zekereJohanna Rodermans ‘gedirigeerde executie aen de goederen’ van Jacoben zijn vrouw, waarbij het gaat om de gedwongen verkoop van land teVierlingsbeek: Jan van den Bosch schout, vanwege executie vanJohanna Rodermans van de goederen van Jacob van Haaff en AnnaMatheija Molmans echtelieden hebben verkocht aan Hermanus Toebartsen Agnes Jaspers echtelieden een perceel bouwland op de Lap,grenzend aan het erf van de heer Lom. 12730-12-1775: de Heer en Mr. L.F. de Raet Drossard en Schout verkooptnamens de Heer van den Lande aan de Heer Vicarus Casp. Molmans: 1.Een stuk land aan het Steil grenzend o.a. Floris Brienen, grootongeveer een mergen en 53 roeden. 2. Een stuk land grenzend o.a.Jan Bekkens groot ongeveer twee mergen. 3. Twee lopen land. 4. Eenstuk land aan het Wolfstraatje, groot ongeveer twee mergen en 27roeden. 5. Een mergen land bij de Sambeeksche Paal. 6. Een stukland groot ongeveer een mergen in het Neerveld. Het land was ineigendom van J. van Haaf en Anna Matthea Molmans 128 .Op 5-1-1805 cedeert en transporteert Anna Matthea Molmans, weduwevan Jacob van Haaff, al haar bezit aan haar zoon, Hendrik Willem en


aan haar kleinkind, Helena Manders, de dochter van Willem Mandersen de overleden Jacoba van Haaff 129 .Uit dit huwelijk:1. Hendrikus Wilhelmus, (= nr. 160).2. Jacoba, ged. Vierlinsgbeek 9-4-1753 (getuigen: pastoor AnthonaC. Molmans, Henricus Gudden, Maria Croef, Anna van Trist), overl.v. 5-1-1805, tr. Willem Manders.3. Wilhelma Catharina, ged. 6-9-1754 (getuigen: Casparus Molmans,Henricus Gudden, Mechtildis van Haaff, Joanna van Haaff.4. Wilhelma Catharina, ged. 12-4-1756 (getuigen: Casparus Molmans,Henricus Gudden, Mechtildis van Haaff, Joanna van Haaff.5. Henrica, ged. 15-3-1757 (getuigen: Joannes van den Wijenbergh,Henricus Gudden, Henrica van Haaff).6. Henrica, ged. 12-1-1759 (getuigen: Joannes van den Wijenbergh,Henrica van Haaff).Op 8-12-1798 overlijdt te Sambeek een Henrica van Haeff (ze isgehuwd, de naam van haar man staat er niet bij). Hiet is echteronduidelijk of het om onze Henrica gaat.322. Cornelis Sweeren, ged. Boxmeer 6-11-1735, overl. Boxmeer7-11-1778, (o)tr. Boxmeer/Sambeek RK/NH 24-4-1762 8/9-5-1762323. Theodora Verhaert/Verhaard, ged. RK Sambeek 8-11-1739, overl.Boxmeer 8-3-1824, (o)tr. (2) Sambeek 15/30-6-1782 Joannes/Jan vanBree, tr. (1) Maria van Kempen 130 .Getuigen bij de doop van Cornelis: Antonio Peters en JoannaFransen.Bij het huwelijk was hij J.M. van Boxmeer, zij J.D. van Sambeek.De getuigen zijn: Tillemans Verhaaren en Catharina Sweeren.Cornelis Sweeren is op 6-8-1764 te Sambeek (Boxmeer) getuige bij dedoop van Theodora, dochter van Petrus Jansen en Anna Verhaard. Deandere getuige is Anna Vermaseren.Cornelis Sweeren is op 6-8-1764 te Sambeek (Boxmeer) getuige bij dedoop van Theodora, dochter van Petrus Jansen en Anna Verhaard. Deandere getuige is Anna Vermaseren.Theodora is zelf getuige bij de doop van Joanna op 12-10-1759; zijis eveneens een dochter van Petrus Jansen en Anna Verhaard. Bijandere dopen van kinderen van dit echtpaar komen als getuigen voor:Janna Vermase; Tilman Vermaese, Catharina Vermaese en AldegondaCox.Op 7-1-1766 koopt het echtpaar ca. drie morgen bouwland gelegen`ontrent de heirstraat' te Sambeek: Joseph de Paula Hofraad vanZijne Keurvorstelijke Doorlughtigheid van Keulen met volmacht vanErnst Ludwig grave van Hatzveld, Vrij Heere van Hatzveld, Heere totWansum etc. (gepasserd voor doctor Linden ampt verwalter der hooften residentie Stad Dusseldorp te Dusseldorp d.d. 20 februari 1765,zie Comptoire Landschrijver Cuijk folio 146) draagt op aan CornelisSweeren & Theodora Verhaard e.l. bouwland op het Boxmeerse Veld aande Heirstraat, groot 3 kleine morgen, belast met 6 sester rogge aande pastorie en 1 sester aan de custerie van Sambeek, voorts vrijallodiaal erf. Coopspenning: 291 – 0 – 0; 7 sester rogge 122 – 10 –0; 12 hoogen 36 – 0 – 0; 449 – 10 – 0. 40ste penning: 11 gulden 4stuiver 12 penning, d.d. 30 december 1765 131 .Op 5-4-1768 verkoopt het echtpaar een huis c.a. te Boxmeer:Cornelis Sweeren en Dorothea Verhaard echtelieden verkopen aanPeter van den Berg en Gertruid van Gulik echtelieden een huis,achterhuis en schuur of pakhuis met een hof en zes roeden hoflandvan Nicolaas Hartmans aangekocht, aan de Steenstraat alhiergrenzend de weduwe Jaspars en Arn. Krouwers 132 .


19-6-1770: Guilleaume Gillet verklaart te accepteren dat CornelisZweeren en Jan Willems beslag leggen op zijn goederen 133 .Op 27-3-1772 verkoopt het echtpaar bouwland in het Neervelt teBoxmeer: Cornelis Zweeren en Dorothea Verhaerd echtelieden verkopenaan Peter van den Bongerd en zijn vrouw een stuk bouwland grootongeveer 80 roeden in het Neerveld grenzend Jan Eujen 134 .Op 3-7-1772 volgt een aankoop van een allodiaal goed, het zogeheten‘Ermertiendje’: Adolph Pauli, Licentiaat in de Rechten, als gelastevan Baron van Hatzveld verkoopt aan Cornelis Zweeren en zijn vrouwhet goed “het Ermertiendje”. De akte is gepasseerd in het bijzijnvan en getekend door L.F. de Raet T. Hermans, Rutgerus A. Biedijckxen F.W. de Both landschrijver 135 .Dorothea Verhaard koopt op 24-6-1780 als weduwe van CornelisZweeren land aan de `heerstraat' te Boxmeer 136 .Jan van Bree laat op 3-2-1796 ‘ziek van lighaem’ een testamentopmaken. Hij benoemt daarin Dorothea Verhaard als zijn erfgenaam 137 .Uit dit huwelijk (allen ged. Boxmeer):1. Hermannus Josephus, geb./ged. Boxmeer 30-5-1763, getuigen:Tilleman Verhaert, Petronella van Zeelandt, Joanna CatharinaSweeren Boxmeer, overl. 1833, Boxmeer, tr. Boxmeer 25-10-1785 AnnaMaria Nab, tr. (2) Boxmeer Henrica Creemers, geb. Vierlingsbeek 18-2-1792, dr. van Johannes Creemers en Maria Catharina van 'tWallenaar.Getuige bij het eerste huwelijk is onder meer Petronella Sweeren.Het echtpaar verkoopt in 1809 bezit te Boxmeer aan Caspar Molmansen zijn vrouw 138 .2. Petronella Joanna Sweeren, (= nr. 161).3. Wilhelmina Catharina Sweeren, ged. 14-2-1768, getuigen: HenricoVerhart en Joanna Catharina Sweere, ongehuwd, overl. Boxmeer 29-5-18574. Maria Petronella Sweeren, ged. 30-4-1771, getuigen: PetroDierickse, Willemina Verhaart, Joanna Vermaseren, overl. Boxmeer19-11-1851, tr. Theodorus Johannes Herman.5. Joannes Constatinus, ged. 26-6-1777, getuigen: Johannes vanDijck, Constantini Verstraeten, Anna Verhaert, Petronella Verhaert.324. Willem Molmans, ged. Boxmeer ged. 26-11-1730, overl. Boxmeer7-2-1799, tr. Boxmeer 27-11-1753325. Johanna Harraets/Harits Thomassen (ook: Joanna Hendriks Thomasen),ged. Boxmeer 31-1-1724, overl. Boxmeer 30-11-1793.Getuigen bij de doop van Wilhelmus: Guilelmus Crof en WilleminaMollemans.Doopgetuigen van Petronella: Allardo Jans en Gertrude Hubbers.Getuigen bij het huwelijk: Joannes Molmans en Catharina Thomasen.Op 8-8-1783 deelt het echtpaar mee in de nagelaten boedel van Janvan Outvorst en Marianna Thomesen, een zus van Joanna. Er is ondermeer sprake van een aandeel in een half huis c.a. in de Steenstraatte Boxmeer 139 .Op 18-3-1786 is het echtpaar 400 gulden schuldig, waarbij sprake isvan onderpand, onder meer een stuk land achter de hof van wijlen H.Harits 140 . Op 20-8-1786 zijn Wilhelmus Molmans en Joanna HarritsThomesen 1000 gulden schuldig 141 .Op 17-2-1787 koopt het echtpaar een elfde deel van een huis aan deBrest te Boxmeer 142 .Op 30-8-1783 verklaart het echtpaar 1000 gulden schuldig te zijn 143 .Op 3-5-1787 komen de kinderen Thomese voor: Hendrina en haar man,Jan van Meerwijk en hun zoon Willem van Meerwijk, hebben bij eenverkoop toestemming van haar zussen Joanna en Petronella 144 .


Op 5-5-1787 verkoopt Willem bezit te Boxmeer 145 . Het gaat om eenweide van wijlen Harit Thomesen.Op 17-6-1788 koopt het echtpaar een helft van weiland (de anderehelft is al in hun bezit) uit de boedel van Heriberty Thomesen enMaria Vullings 146 . Dat echtpaar had kort daarvoor, op 15-11-1786huwelijkse voorwaarden op laten maken 147 . Overigens verkoopt hetechtpaar Molmans-Thomesen diezelfde 17 de juni 1787 een weiland teBoxmeer 148 .Hun huis ‘daar het vergulde rat uithangd’ aan de markt te Boxmeeris onderpand bij een schuldbekentenis van 1000 gulden op 13-11-1789 149 . Dit huis wordt in 1755 aangekocht door de weduwe van ArnoldMolmans 150 .Op 13-4-1791 verklaart het echtpaar 1200 gulden schuldig te zijn 151 .Dat is ook het geval op 31-10-1792 152 .De kinderen van Willem en Johanna komen op 19-2-1802 voor onder deerfgenamen van Hendrik Harits 153 . Dan treden aan: P. A. Theonville,als volmacht van H. Molmans, J. van Meerwijck, Matthijs Theonville,C. J. Molmans, Hendrina Thomesen, J. van den Bergh, JoannaPetronella Molmans en Catharina Molmans; zij verkopen bezit vanwijlen Hendrik Harits (= nr. 650).Uit dit huwelijk (allen ged. RK Boxmeer):1. Maria Petronella, ged. 27-11-1754, getuigen: Henrico Harits enMaria, vidua (weduwe) Molmans, non in het Klooster ’t Hulst teGelder, overl. na 14-12-1802.2. Joanna Petronella, ged. 22-1-1757, getuigen: Joanna Molmans enPetronella Hubers.3. Arnoldus, ged. 19-5-1758, getuigen: Joanna Molmans, Bernardusvan Beccum en Petronella Hubers.4 Joanna Petronella, ged. 26-9-1760, getuigen: Stephano Willems enMaria Thomasen, overl. Boxmeer 30-7-1838, tr. Johannes van denBergh, overl. Boxmeer 12-3-1825, zn. van Peter van den Bergh enGertrudis van Gulick.5. Henricus, (= nr. 162).6. Anna Catharina, ged. 4-1-1765, getuigen: Joanna van Houtvorst enMaria Cornelia Thomase, overl./begr. (als Catharina, ongehuwd)Boxmeer 27-2/1-3-1808.Op 14-12-1802 maakt Anna Catharina Molmans, ‘ongehuwdemeerderjarige dochter’ haar testament op. Erfgename is haar zuster,Maria Petronella Molmans, ‘als religeus gewoont hebbende in hetthans gesupprimeerde klooster ‘t Hulst geleegen in de stadGelder’ 154 .7. Casparus Joannes, ged. 6-4-1768, getuigen: Godefrido Theonvilleen Catharina Arith Thomassen.326. Casparus/Gasparus/Gaspar/Jasparus/Jasper Clabbers, ged. Sambeek(als Gaspar Kerstens) 21-10-1713, overl. Sambeek 6-5-1773, (o)tr.(1) Sambeek 19-4/4-5-1738 Maria Peters, van Overloon, (o)tr. (2)Sambeek 25-1/9-2-1744327. Mechtildis Aelders/Alders/Alaerts/Alars, ged. Sambeek 12-10-1722,overl. Sambeek 23-9-1778.Gaspar Kerstens, gedoopt als kind van Gerardus Kerstens enGaugerica Aarts, getuigen: Mattheus Jaspers, Petrus Cremers, AremkeMooren.Getuigen bij de doop van Mechtildis: Winandus Verhaert enPetronilla Claessen.Bij het eerste huwelijk was Jasper Clabber afkomstig van Mullem enMaria Peters van Overloon.


Op 5-12-1771 laten Jasper en zijn vrouw een landaankoop te Boxmeerregistreren 155 .Op 16-8-1760 koopt het echtpaar van Jan Aelders bouwland teSambeek 156 .Op 15-5-1762 kopen ze van Pieter Aelders een hof c.a. te Sambeek,tegenover de kerk 157 . Kort daarop is er weer een landaankoop teSambeek 158 .Op 25-4-1804 treden alle erfgenamen van Jasper en Mechteld aan 159 .In de akte worden veel familierelaties aangeduid.Het gaat om erfgoederen afkomstig uit de familie van MechteldAlders/Alerts, zodat ook van die familiekant mensen aanwezig zijn.Aanwezig zijn dan Johannes Jansen, weduwnaar van Jacomina Vink,zoon van Jacobus Jansen en Clasina Alerts, Peter Jans van Issem enAldegonda Clabbers; Geurt Stevens en Clasina Clabbers; Jan Gerritsen Theodora Ebben, zij is een dochter van Henricus Ebben en MariaJansen; Johanna Clabbers, weduwe van Geradus Jansen; HendrikMolmans en Anna Gertruda Clabbers. Verder volgt een indrukwekkendeopsomming van verwanten: families als Ebben, Bloemerts en meer. Hetgaat om de vraag, wie er recht heeft op de erfenis van AnnaMargaretha Smit. De vraag is of haar volle nicht, Wilhelmina vander Vugten, weduwe De Riet recht heeft op de nalatenschap. Enindien dat zo is, dan kunnen alle eerdere genoemde familieleden meegaan delen in de erfenis. Daartoe is zelfs een ‘geslachtsboom’overhandigd.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sambeek):1. Christianus, ged. 16-1-1744, ouders: Jasparus Clabbers enMechtildis Alaers, getuigen: Andreas Alaers en Gertrudis Moore.2. Joanna, ged. 11-4-1749, ouders: Gasparus Clabbers en MechtildisAlars, getuigen: Gerardus Clabbers, Theodora Claasen, ElisabethKerstiens.3. Aldegonda, ged. 10-2-1747, ouders: Gasparus Clabbers enMechtildis Alars, getuigen: Petrus Alars, Joannes de Hoogh,Nicolasina Alars en Theodora Claesen.Aldegonda tr. Peter Jansen van Issem.4. Clasina, ged. 7-1-1751, ouders: Jasparus Clabbers en MechtildisAlars, getuigen: Joannes Alars, Joannes de Hoogh, Christina Berens.5. Joannes Baptista Andreas, ged. 11-3-1756, ouders: JasparusClabbers en Mechtildis Alars, getuigen: Joannes Baptista de Monte,Joannes de Hoogh, Michalina Alars. De eerste getuige is graaf vanBergh.6. Andreas Joannes, ged. 13-7-1758, ouders: Jasparus Clabbers enMechtildis Alars, getuigen: Arnoldus van Wijlick en JoannaVermaese.7. Anna Gertrudis, (= nr. 163). Doopgetuigen: Henricus Clabbers enPetronilla Giben.328. Joannis Gijsbertii (meestal: Jan) de Poorter, ged. Sint Oedenrode(als Joes) 14-9-1733, verpachter, mr. timmerman, herbergier teSint Oedenrode, overl. Sint Oedenrode na 1807, tr. Sint Oedenrode(schepenen) 14(29)-1-1758329. Hendrina der Kinderen, overl. Sint Oedenrode 1816.De archieven van Sint Oedenrode zijn zeer goed ontsloten. Ik hebhier bijzonder veel gegevens uit akten overgenomen die bewerkt zijnen via internet beschikbaar gesteld zijn door Willie Damen van deMosselaer Archiefcollectie (zie:http://home.hccnet.<strong>nl</strong>/w.mosselaer/).Getuigen bij de doop van Jan: Jacobus Verhagen en Clara de Poorter.


RA Sint Oedenrode Inventaris 189 jaar 1768 folio 240 Attestatiedoor de heer Guillielmus van Baar, medicine doctor alhier enHendrik Abbenes en Johannes Petrus Antonius de Cocq, chirurgijnsmeede binnen deese vrijheit woonagtig. Dewelke verklaerdegevisiteerd te hebben het dode lichaam van Jan van Stratum, alhieroverleden op 21 september 1768. Wijders verklaerde de heer vanBaar, dat hij op dinsdag bij Jan van Stratum is geroepen geweestdes avonds circa elf uuren, wanneer hem door den baas waerbijvoornoemde Jan van Stratum voor knegt diende met name Jan dePoorter, wierde verhaalt, dat deese sijn knegt met nog een andervan sijne knegts in het huijs van wijlen de heere quartierschoutJonkheer Willem van Haren uit een doosje hadde genomen boontjesgelijkende na suijkerboontjes daer de suijker was afgeraakt, en datsij beijde daer na seer siek en altoos brakende waren.18 junij 1769 Gemeente archief toegang 7633 inventaris 7 folio 88Is gelesen het besteck door den timmerman Jan de Poorter gemaecktvan eenige te doene reparatie en vernuwinge aen de pastorije. Itemis alnog geresolveert de defecten die er sijn aen het schoolhuijsen school in de straet, te doen visiteeren en door den timmermanJan de Poorter een bestecq doen formeren en voorts het selve meedepublicq en voor alle man te besteeden.RA Sint Oedenrode Inventaris 4974, Notaris Jan Willem van Nouhuijs7 meij 1770: Goort Hurx, Jan de Poorter, Jan Kemps, Jan vanHeeswijk, Adriaantje van Erp weduwe Johannes van Hirtum, AntonijBrox, Peter van Wijk, Peeter van Dijk, Jan Teulings, AntonijHabraken, Salomon Mosis, Jan van den Boomen, Anna Teulings weduwevan Nicolaes van Hout, Peeter van den Oever, Jan Verhoeven, JanFabri, Gijsbert van Hirtum, Frederik van Homberg, Peetre Snellensende Joseph van den Dungen alle inwoonders alhier, uitgenomen JanKam welke woont te Oostelbeers. Crediteuren van den boedel vanwijlen de Heer Willem van Haren. Dewelke verklaren magtig te makenin hunne plaats de persoon van Petris Wiersma Notaris teLeeuwarden.RA Sint Oedenrode Inventaris 4975 Notaris Jan Willem van Nouhuijs 1julij 1775Willem Raijmakers out omtrent drie en taghentig jaren, Antonij Broxout omtrent vijf en seeventig jaren, Jan Coolen out omtrent een enseventig jaren, Cornelis Versantvoort out omtrent twee en sestigjaren, Jan de Poorter out omtrent twee en veertig jaren, HendrikCluijtmans out omtrent agt en sestig jaren, en Nicolaes van denHeuvel out omtrent vijftig jaren. Alle luijden van eere staande totgoeder naam en faam en inwoonders alhier. Dewelke ter instantie enrequisitie van Dirk Versantvoort wonende alhier en eijgenaer van deHoeve genaamd de Bijnderse Hoeve alhier te Olland geleegen, voordeopregten en suijvere waerheid hebben getuijgt en verklaert voor deoprechte waerheid dat den eerste deponent Willem Raaijmakers, dathij verscheijde malen is geweest pagter en ook medestander van devlees, vlas en saad tiende, vanden clamp waeronder de Hoeve van derequirant gehoort. En den tweede in ordine deponent, dat hijverscheijde malen is geweest pagter van de vleestiende vandenvoorschreven clamp. Item den derde in ordine deponent Jan Coolendat hij geweest is pagter van de vlees, vlas en spurrie tiende vande voorschreven clamp. Item den vierde in ordine deponent CornelisVersantvoort dat hij al meede geweest is pagter van de vlees ensaad tiende van de voorschreven Clamp. Item den vijfde in ordinedeponent Jan de Poorter dat hij verscheijde reijsen geweest ispagter van de vlees tiende van de clamp waer onder de bovengemeldeBijnderse Hoeve gehoort. Item Hendrik Cluijtmans en Nicolaes van


den Heuvel sesden en seevenden in ordine deponenten, dat sijgeweest sijn pagter van de spurrijtiende van bovengemelde Clamp.Ende verklaren sij comparanten wijders gesamentlijk, dat sij vanhaere voorgaande respectieve gepagte Clampen Tienden soo verre deHoeve van de Requirant betreft noijt anders dan het twintigste inplaetse van het tiende van vlees, en saad, en spurry hebbengenoten, en dat sij ook altijt gehoorde hebben dat de BijnderseHoeve het twintigste in plaatse van het tiende van de voors.goederen geeft. Dat sij ook seer wel weten, dat soo verre hengeheugen strekt, op de gem. Hoeve, van de voors. goederen noijt hettiende maar altoos het twintiste is betaalt, en mede dat sij vanoude lieden wel hebben gehoort dat sulx van voorgaande enonheugelijke tijden af, altijd soo is geweest en hen ook wel bekentte sijn. Dat dit tot op de huijdige dag alsoo nog geschiet.RA Sint Oedenrode Inventaris 4975 Notaris Jan Willem van Nouhuijs2 januarij 1779: Alsoo er op maandag den een en twintigsten dergepasseerde maand december 1700 acht en zeventig tusschen Cornelisvan Dijk en Jan de Poorter beijde alhier woonachtig, ten huijse vande laatstgen. woorden gereesen waeren, en Jan de Poorter aanCornelis van Dijk soude hebben gesegt, onder andere woorden, ikwilde dat gij uit mijn huis bleeft, want gij brengt mijn Herberg inschanden. Waerop genoemde Cornelis van Dijk onder meer andere Jande Poorter soude hebben uitgemaakt voor een verrader, hetwelk inkennis, en daer van door Antonij de Vroom en sijne zoone Jan deVroom gegeven attestatie onder eede. Zij verklaerde dat door Jan dePoorter aan genoemde Cornelis van Dijk gewisselde woorden alleenmaaar uit drift en haestigheid sijnde voortgekomen, en geneegensijnde met malkanderen in vriendschap te leeven. Cornelis van Dijken Jan de Poorter verklaerde also bij deesen, dat sij berouw hebbenteegen malkanderen in soodanige woorden te sijn uitgevaren enmalkanderen over en weder te kennen en te houden voor mannen vaneere en goede reputatie.RA Sint Oedenrode Inventaris 4975 Notaris Jan Willem van Nouhuijs7 maart 1779: Jan de Poorter, Willem Craanen, Johannes de Poorter,Helena van de Mosselaer huijsvrouw van Gerit van Dincten endeAnnmie Auker huijsvrouw van Dirk van de Brand, alle luijden vaneere en van competente ouderdom, en wonende alhier. Dewelkeverklaerden en sulx ter requisitie van Catharina Vlemmings weduwewijlen Cornelis van der Haagen meede wonende alhier. Dat sijcomparanten als naaste buuren van de requirante, seedert meer daneen jaer herwaerds hebben gesien de handel en wandel van derequirante dogter met name Maria, (bij wijlen haere voornoemde manin egte verwekt), en ook dikwijls hebben gehoort haere gesprekken,uit welke alles den comparanten volkomen overtuijgt geworden sijndat voorn. Maria van der Haagen met kranksinnigheid is besogt.Verklaerde de vier laeste in ordine comparante wijders, dat sij inde maand Maart jonstleden sonder de juijsten dag te hebbenonthouden, te hebben gesien en gehoort dat voorschreven Maria vander Haagen buijten op straat staande teegen haere moeder derequirante in deesen met veele scheldwoorden uitviel en in eeneraam aen deselve huijs alle de glasen insloeg. Verklarende de tweelaest genoemde vrouwen comparanten alnog dat sij eenige tijt tevoren, des Maria van de Haage de glasen bij haer moeder insloeg,sonder de juiste tijt te kunnen bepalen, gehoort te hebben desselveMaria van der Haage tegen haer moeder in veele scheldwoordenuitviel, en onder andere seijde uw huijs sal nog boven uwen kopafgestookt worden. Waer meede de comparanten haere verklaringeijndigde, gevende voor reden van wetenschap hetgeene voors. alsnaaste buuren alsoo te hebben gehoort en gesien, belovende des


gerequireerd deese haere verklaring met heilige eede te sullensterken. Aldus gedaan en gepasseert op heeden binnen de vrijheidSint Oedenrode den seevende meert 1700 negen en seeventig tenoverstaan van Evert van Erp en Willem de Poorter als geloofwaerdigegetuijgen hier toe versogt.RA Sint Oedenrode Inventaris 191 jaar 1783 folio 200 Soo sal Jande Poorter als collecteur der Borgemeesters lasten, publicq en vooralle man verkoopen een stukje land van deeze gemeente met hetnieuwe dijkje, geleegen onder Bosch en Varrenhout bij deCrommewiel, sijnde het overige van het gecogte van de doorsnijdingvan de rivier aldaer. Verkocht aan H. P. Wierts. Borgen is J. W.van Nouijhuijs.RA Sint Oedenrode Inventaris 192 jaar 1788 folio 19 Verklaring doorJan de Poorter oud 56 jaren inwoonder alhier. Dewelke verklaardedat hij in qualiteit als collecteur der Burgemeesterlijke lastenover de vrijheid Sint Oedenrode in den jaare 1787, aan Willem vander Hoeven vorster alhier ter hand hebbende gesteld de jaarlijkselijst. Kwestie over het niet betalen van belasting. Genoemdpersonen: Andries Cluijtmans. De vijf kinderen van Ruth Cluijtmans.Juffrouw Gelijna Zijnen weduwe wijlen den Heer van Ginkel. GeertAnthonij der Kinderen, Goijaard van der Braak.RA Sint Oedenrode Inventaris 193 jaar 1792 folio 34 Declaratoirbetreffende doodslag op Antonij Jansen van de Besselaar doorLambert Hendrik Rovers. Ten huijse en herberg van Laurens Clomperstot Olland. Door Jan de Poorter, geboortig en woonende alhier, oudsestig jaaren. Verer genoemde personen: Jan Teunisse van deMosselaer en Arnoldus Habraaken bij de inwoonderen alhier.14 junij 1795 Gemeente archief Toegangsnr. 7633 inventarisnr. 9folio 106v. Worden in de vergadering voorgeleze en kennis genomedat hede morgen bij den Borgem. Jan de Poorter sijn ontvangen vierexemplaren, waarvan er twee de verkondiging van het tractaat vanvreede, vriendschap en alliantie den 16e meij deezes loopende jaarsin S’Hage tussen de republiecq van Vrankrijk ter eenre enderepubliecq der vereenigde provincien ter andere zijde in dato 5junij 1795. Mitsgaders twee exemplaren van de staten generaal dervereenigde Nederlanden, inhoudende erkenning van de generaliteitslanden tot de zeeven vereeingde gewesten in dato 8 junij 1795.Waarop geresolveert is die heeden morge bijde onder het luijden derklokken te publiceeren en wel om elf uuren. Zullen de lieden welkede klokken sullen trecken op eene ordentelijke wijse met jenevertijde van het geluij voorsien worde. <strong>Vervolg</strong>ens is gearesteert devolgende publicatie o.a. de handhaving van de goede policie om degoede ingesetene het volgende te waarschuuwen, dat sij lieden zeerwel begrijpen dat ten tijde of dage van eenen afkondiging, waarbijieder zoo veel belang heeft, men ook zeer genege is om soortgelijke gebeurenissen met gepaste vrolijkheiden te voeren, en daardoor sijn genoegen aan den dag te leggen, ’t welk, die aldusgeschiedende ten hoogste te prijsen is. Dan dat in soort geljkegevallen ook veele saake kunnen gebeuren waar door de ingezetenonrust en zelvs in gevaar gesteld word, als onder andere met hetafschieten van het geweer op de publieque weegen, straaten, hetontijdig en onnodig luijden, en het pleegen van baldadigheeden aanhuijsen of persoonen. Soo is het dat sij lieden daar in willendevoorkomende, niet alleen voor den dag van heede, maar voor hetvervolg verbieden van het schieten met eenig geweer, pistolen ofkannonnetjes op de publieque weegen of straaten, het branden vanvuuren en meer soortgelijke zaaken, waarvan reeds de ondervinding


ons geleert heeft dat er brand doo veroorsaakt is. Alsmeede hetontijdig en onnodig luijden met de klokken etc.RA Sint Oedenrode, Inventaris 4977 7 januarij 1800 Notaris JanWillem van Nouhuijs: Testament van Jan de Poorter en Hendrina derKinderen egte luijden en inwoonderen alhier. Zoo verklaren sijcomparanten de een met consent des anderen over en wederover, deeerststervende de langstlevende van hun beijden te maken tot zijneof haere eenige universeele erfgenaam. Zij verklaerden dat hunnebesittingen geen duijsent guldens waerdig zijn.RA Sint Oedenrode Inventaris 4984 over het jaar 1816. Notaris,Akte 778 en 786 1816 Provisionele inzet door 1. Johannis dePoorter, timmerman en Anna Maria van Erp. 2. Willem de Poorterhoefsmid en Petronella van de Laak. 3. Anna Maria de Poorternaaijster, weduwe van Johannis van Hirtum. 4 Godefridus van Houtum,smid, en zijn huisvrouw Cornelia de Poorter, alle wonende te SintOedenrode. 5. Willem de Poorter, Francis de Poorter en Petronellavan Pelt, zijn huisvrouw. 6. Jan van Hombergh burgemeester te SintOedenrode, gemachtigd voor Jacobus de Poorter hoefsmid. 7. Jan dePoorter Gijsbertzoon, meestersmid, wonende te Schijndel en Hendrinade Poorter, desselfs zuster, dienstmaagd wonende te Sint Oedenrode,uit de nalatenschap van Hendrina der Kinderen, moeder engrootmoeder, in 1816 overleden te Sint Oedenrode.Het gaat om een huis te Sint Oedenrode onder de oude vrijheid opden Dijk van ouds genaamd de Drie Kronen nummer 19. Aan een zijdeoost Johannes de Kinderen, west de kinderen Dirx van de Laak, zuidde rivier de Dommel, noord de gemeene straat. Verkocht aanLambertus Habraken kuiper te Sint Oedenrode.Oud Rechterlijk Archief Sint Oedenrode Inventaris 198 jaar 1807folio 99 Verklaring van Jan van Hirtum, Gijsbert van Hirtum, J. H.A. von Schmidt auf Altenstad. Dat J. H. A.von Schmidt auf Altenstadzig bevonden heeft ten huijze en herberge van Jan de Poorteralhier, dat de personen Verhoekx genaamd en van Driel zo beschonkenzijnde en scheldende waren en dat niemand zou kunnen beweeren dater nog een geus een ordentelijke man was. En dat prins Willem denvijfde in de hel lag te branden.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. RK Sint Oedenrode):1. Wilhelmus, ged. 12-7-1762, (ouders: Joannis Gijsbert de Porteren Henrica Nelis der Kinderen), doopgetuigen: Fernandus Leefdael enMaria Hendrik van Hirtum.2. Franciscus, (= nr.3. Anna Maria, ged. 26-11-1765, (ouders: Joannis de Porter enHenrica der Kijnderen), getuigen: Franciscus der Kijnderen en Clarade Porter.1. Johannis de Poorter, timmerman en Anna Maria van Erp.2. Willem de Poorter hoefsmid en Petronella van de Laak.3. Anna Maria de Poorter naaijster, weduwe van Johannis van Hirtum.4 Godefridus van Houtum, smid, en zijn huisvrouw Cornelia dePoorter, alle wonende te Sint Oedenrode.5. Willem de Poorter,6. Francis de Poorter en Petronella van Pelt, zijn huisvrouw.7. Jan van Hombergh burgemeester te Sint Oedenrode, gemachtigd voorJacobus de Poorter330. Leonardus van Pelt, ged. Maaseik (B) 24-4-1724, (o)tr. Rotterdam15-4/1-5-1757331. Maria Helena Hanssen, ged. Rotterdam 15-8-1732.


Bij het huwelijk was Leonardus afkomstig van ‘Maseijk’, watgelijkgesteld kan worden aan Maaseik (B) (provincie Limburg), ziedaarvoor nr. 660.Maria Helena Hansen, dochter van Dirck Hansen en Maria van Hick,getuigen: Peeter Hansen en Adriaentie Schouten. Opmerkingen:moeder: acatholica.Bij huwelijk was Leonard dus afkomstig van Maaseik, Helena was jd.wonende te Rotterdam. Haar naam is bij haar huwelijk ‘Helena’, maarbij de doop van bijna alle kinderen: ‘Maria Helena’.Uit dit huwelijk (allen ged. RK Rotterdam, Leeuwenstraat):1. Theodora, ged. 1-7-1758, getuigen: Helena Swildens en DirkHansen.2. Theodorus, ged. 22-9-1760, getuigen: Maria Hansen en LeonardusSwillens.3. Maria Helena, ged. 28-5-1763, getuigen: Petrus van Pelt en MariaCatharina de Brenkel, tr. Tiel 12-5-1788 Dirk van Aken.4. Petronella Catharina, (= nr. 165), getuigen: Leonardus Swildensen Maria Catharina de Breuker.5. Petronella Machtildis, ged. 19-5-1768, getuigen: LeonardusSwillens en Machtildis van Pelt.6. Johanna Maria, ged. 13-5-1771, getuigen: Leonardus Swillens enJohanna Maria van Pelt.7. Petronella, ged. 13-6-1774, getuigen: Leonardus Swillens enMaria Catharina de Beuker.332. Hermannus/Hermen Netelenbeek, geb. 1729, kleermaker, overl.Kranenburg (D) 21-8-1799, tr. Groesbeek 11-6-1764333. Maria Rosenboom, geb. Kranenburg 21-2-1745.Uit dit huwelijk:1. Joanna Gertruda, geb. Groesbeek 21-4-1765.2. Joanna, geb. Kranenburg 21-5-1766.3. Maria Netelenbeek, geb. Groesbeek 2-11-1768.4. Dorothea (Theodora, geb. Groesbeek 8-4-1771, overl. Kranenburg28-10-1783.5. Theodorus, geb. Groesbeek 22-3-1773.6. Gertrudis, geb. Groesbeek 21-1-1775.7. Theodorus, geb. Kranenburg 17-9-1777.8. Walterus (= nr. 166).9. Clemens, geb. Kranenburg 6-10-1780.10. Wilhelmus, geb. Kranenburg 6-4-1783.11. Theodora, geb. Kranenburg 16-4-1785.334. Johannes/Jan de Kadt (ook: Kat), tr.335. Johanna Smits.Mogelijke ouders van Johanna: Jan Smits, begr. Druten 10-2-1774,tr. N.N., begr. Druten 26-9-1778.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Gerardus de Kadt, geb. Druten ca. 1761, overl. Druten 10-8-1846,tr. Geertruida van de Wielen, ged. Druten ca. 1776, overl. Druten28-12-1863, dr. van Gerardus van der Wielen en Wilhelmina Coenen.2. Poulus de Kadt, geb. Druten ca. 1768, commissionair (1838),gemeenteraadslid te Druten, overl. Druten 17-4-1843, tr. TheodoraKuijpers, geb. Druten 10-2-1769, overl. Druten 10-1-1842, dr. vanGeurt Kuijpers en Johanna Legrand.3. Jan de Kadt, geb. Druten ca. 1771, overl. Druten 3-6-1840.4. Johanna, (= nr. 167).


5. Antonetta de Kadt, geb. Druten ca. 1780, herbergierster, overl.Druten 3-2-1852, tr. Engel Derks,ged. Druten ca. 1774,commissionair, overl. Druten 21-8-1823, zn. van Derk Engelen enJohanna van den Hof.336. Jan Smitt, ged. (EL) Amsterdam 4-1-1754, otr. Amsterdam 19-8-1784337. Antje/Anna Margreta Hummen, van Deventer.Getuigen bij de doop van Jan: Hendrik Mijselbagh en Anna Bol.Bij het huwelijk: (bron: GA nr 629 blz 329): Jan Smit vanAmsterdam, gereformeerd. oud 29 jaar bij de Weesperpoort,geassisteerd met sijn moeder Geertje Woedelok en Anna Maria Hummenvan Deventer, geref. oud 25 jaar op 't Hekelveld met consent vanhaar vader Pieter Hummen te Deventer. Hij zet een kruisje, zijondertekent met haar volledige naam.Jan is overleden na 1826, niet te Amsterdam.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Giertje, ged. 19-8-1787 (Zuiderkerk). Getuigen: Dirk Smit enGiertje Woudelok.2. Aaltje, ged. 17-4-1789 (Oude Kerk). Getuigen: Pieter Hummen enAaltje van 't Hof.3. Caatje, ged. 2-12-1792 (Oude Kerk). Getuigen: Jan Soff en CaatjeHageman.4. Pieter, (= nr. 168).5. Hendrik, ged. 28-10-1798 (Zuiderkerk). Getuigen: Hendrik Hummeen Roelofje Ruijl.338. Carel Benjamin Brettschneider, geb. Jauer (D) ca. 1775,keurslijfmaker overl. Leeuwarden 30-7-1824, tr. Amsterdam10-10-1800339. Carolina Christina Henriëtte Wagner/Wagener, geb. Menninghausen(D) ca. 1779, overl. Amsterdam 15-9-1811, begr. Amsterdam.Getuigen bij het huwelijk: Catharina Godschalk en de moeder van debruid: Johanna Linseling. Bij zijn huwelijk blijken Carel's oudersbeiden overleden.Carel Benjamin Bretschneider en Carolina Christina Wagener zijn op12 juli 1801 getuige bij de doop van Carel Hendrik, zoon vanLeonard Mom en Helena Harting.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Helena Carolina, (= nr. 169).340. Jan Boon, ged. Amsterdam 13-9-1772, scheepstakelaar, tr. Amsterdam15-7-1796341. Maria Stokkers, ged. Rijssen 8-11-1772, overl. Amsterdam15-7-1820.Getuigen bij de doop van Jan: Jan Boon en Giertje Nagtegaal.Trouwgetuigen: vader Symen Boon en de moeder van de bruid, HarminaHofman, wonende te Rijssen.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Amsterdam):1. Willemina, ged. 18-6-1797, getuigen: Arend Stokkers en HarminaHofman.2. Gerrit, geb. 14-10-1798, getuigen: Simon Boon en Willemina vander Speck.3. Simon, (= nr. 170).4. Gerret, geb. 27-3-1802, getuigen: Harman Bijvang en GeertruijStokkers.5. Cornelis, geb. 24-7-1803, getuigen: Cornelis Boon en Aagje Boon.6. Maria, geb. 30-11-1804, getuigen: Simon Boon en Willemina vander Speck.


7. Jan, geb. 9-5-1806, getuigen: Cornelis Boon en Aagtje Boon. Degeboortedatum is in de acte gewijzigd van 9 april naar 9 mei).8. Jan, geb./ged. 21/26-12-1807, getuigen: Arie Stokker en AagieBoon.9. Albert, geb. 25-9-1809, getuigen: Albert Stokkers en AagtjeBoon.342. Michiel/Michael Bohne, ‘soldaat onder ‘t Bataljon van ’t Regimentvan de Fürst van Waldeck’, tr. Dokkum 1-2-1789343. Lutske Broers, ged. Munnekezijl 7-10-1751, overl. Dokkum31-8-1815, ws. begr. Dokkum (als Lutske Boon) ‘op ‘t kerkhof aande westzijde van de kerk’ 5-9-1815 (Graf C 68 160 ).Afkondigingen van het huwelijk op 11/18/25-1-1789. Zij was bijhuwelijk van Dokkum afkomstig.Op 21-9-1745 komt een Mighiel Boon voor als soldaat in het ‘Boeckvan de Compagnie van den heer Captein van den Klooster’ 161 . Hij isop dat moment 18 jaren oud en afkomstig van Zutphen. Verder staatvermeld dat hij van beroep kleermaker is en een contract heeft van8 jaar en 4 maanden. Zijn religie staat vermeld als ‘RK’. DezeMighiel zou identiek kunnen zijn aan de Mighiel die hierondergenoemd wordt: hij is op 16-11-1789 begraven in hetzelfde graf alsLutske Broers.Mogelijk is Mighiel Boon de vader van nr. 342. Strikt genomen zouhet overigens ook dezelfde man kunnen zijn.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen geb./ged. Dokkum):1. Johan Jacob, geb./ged. 12/25-11-1789 (doopheffer is YbeltjeFolkerts, gehuwd met Hendrik Douwes).2. Grytje, geb./ged. 20-3/3-4-1791.3. Martalena, geb.ged. 2/26-1-1794, overleden Leeuwarden 9-12-1871,tr. Eelke Jacob Postma.344. Michiel Kreek, ged. Amsterdam (Noorderkerk) 23-7-1769, begr.Amsterdam Karthuizer Kerkhof 27-5-1798, otr. (1) Amsterdam18-4-1794 Hendrikje Tak, begr. Amsterdam Karthuizer Kerkhof8-1-1796.Michiel Kreek otr. (2) Amsterdam 22-7-1796345. Lea Veltman/Veldman, ged. Amsterdam (Nieuwekerk) 4-6-1769, tr. (2)Andries Christiaan Warnar/Warnaar, ged. EL Amsterdam 26-7-1772,zn. van Jan Warner en Bartha Louwrens.Getuigen bij de doop van Machiel: Pieter Knakenhoven en Margrietjevan Schevelingen 162 . Getuigen bij de doop van Lea waren Jan Veltmanen Lea van Nuns (ongetwijfeld: ‘Van Nuijs).Eerste huwelijk: otr. (1) op 18-4-1794 te Amsterdam (bron: GA nr639 blz 43, brontekst: ‘Machiel Kreek van Amsterdam, gereformeerd,oud 24 jaren in de Anjelierstraat, ouders dood, geassisteerd metconsent van Regenten van het Burgerweeshuis en Hendrikje Tak, vanAmsterdam, gereformeerd, oud 31 jaren op de Bloemgracht, oudersdood, geassisteerd met Margaretha Daaldorp in de Anjelierstraat.Tweede huwelijk: GA nr 641 blz 227, brontekst: ‘Machiel Kreek, vanAmsterdam, gereformeerd, weduwnaar van Hendrikje Tak, in deNoorderstraat en Lea Veltman van Amsterdam, gereformeerd, oud 27jaar, woont als boven, geassisteerd met haar moeder Anna ElisabethMinke, woont als boven.’Dat tweede huwelijk is in Amsterdam nog niet gevonden. Doopgetuigenvan Andries Christiaan: Coenraadt Engel en Geertruij Luetges.Uit het huwelijk tussen Machiel Kreek en Lea Veltman (allen ged.Amsterdam):1. Jacobus (= nr. 172).Uit het huwelijk tussen Andries Christiaan Warnar en Lea Veltman:


2. Jan Warnar, geb./ged. (EL) 16/18-7-1800.3. Maria Warnar, geb./ged. (EL) 13/17-4-1803.4. Andries Christian Warnar, geb./ged. (EL) 27-6/2-7-1804.5. Andries Christian Warnar, geb./ged. (EL) 30-10/1-11-1805.6. Carel Warnar, geb./ged. (EL) 21-2/6-3-1808.7. Carel Warnar, geb./ged. 12/23-6-1811.346. Coenraad Benning, ged. Amsterdam 18-9-1768, tr. Amsterdam23-5-1790347. Maria Sara Cobet, ged. Amsterdam 16-3-1759.Getuigen bij de doop van Coenraad waren: Coenraad Bennink enWeijntje te Winkel. Getuigen bij de doop van Maria Sara (Oudekerk): Daniel Cobet en Sara Richard (bron: GA nr 27 blz 46).Ondertrouwd op 7-5-1790 te Amsterdam (bron: GA nr 635 blz 167,brontekst:‘Coenraad Bennink van Amsterdam, gereformeerd, oudt 23 jaar op deAnjelierstraat bij de laasten dwarsstraat, geassisteerd met sijnmoeder Jannetje Nueland en Maria Sara Cobet van Amsterdam,gereformeerd, oudt 25 jaaren in de Anjelierstraat bij deTiggelbrug, geassisteerd met haar vader Pieter Cobet, woont alsboven’.Coenraad en Maria komen voor bij de Amsterdamse bedeling: dehuiszittende stadsarmen 163 .Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Jan Coersen, ged. (HE) 20-3-1791, getuigen: Jan Coersen enJannetje Nieuwland.2. Deliana, ged. (HE) 9-4-1792, getuigen: Pieter Cobet en DelianaVermeij.3. Jannetje, (= nr. 173).4. Pieter, geb./ged. 22/28-2-1796, getuigen: Jan Koersen enJannetje Nuwland.5. Maria Gesina, geb./ged. 23-1/5-2-1800, getuigen: Jan Koersen enJannetje Nieuwlant.6. (?) Pieter, geb./ged. 7/11-8-1797.348. Gerrit Hendrik Rogge, geb. Amsterdam, ged. (EL) Amsterdam17-12-1769, begr. Amsterdam St. Anthonius kerkhof 27-10-1806,(o)tr. Buiksloot 15/31-5-1795349. Maria Houtingh, ged. Oldenzaal 24-7-1763, naaister, overl./begr.Amsterdam 25/28-11-1820.Ondertrouwd op 15-05-1795 te Buiksloot (bron: GA nr 173 blz 87,brontekst:‘Gerrit Hendrik Rogge, meerderjarig jongman van de LutherscheGemeijnte alhier tot Buiksloot woonachtig en Maria Houtingminderjarige dogter van de gereformeerde Godsdienst, wonende totNieuwendam, versoeke mits deezers de intekening van hunne drieagtereen komende zondaagse Huwelijks Geboden ingevolge deordonnantie van de Politie declarerende met niemand anders eenigeIngagemente te hebben aangegaan nog te malkanderen in graden vanBloede ofter ...... te bestaan.’Een Maria Houting en Gerrit Hendrik Rogge komen voor bij deAmsterdamse bedeling: de huiszittende stadsarmen 164 .Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Gerrit Hendrik, (= nr. 174).2. Maria Johanna, geb./ged. 18/29-8-1800, getuige: Jenneken Koenen,overl. Buiksloot 26-3-1856, tr. ald. 3-9-1826 DirkVogel, arbeider, geb. Giessendam 24-1-1800, overl. Buiksloot 28-5-1836, zn. van Leendert Vogel en Annigje de Rouwe.


3. Pieter Johannes, geb./ged. 1/14-3-1804, getuige: Maria ElisabethKoster, schilder, overl. Amsterdam 11-10-1875, tr. (1) ald. 11-11-1829 Clara Bormeester, ged. ald. (Luthers) 6-1-1790, weduwe vanLudovicus Hermanus Wedouw, dr. van Casper Bormeester Junior enSusanna Catharina Rietel, tr. (2) ald. 7-10-1852 Elisabeth MarthaKlypool, ged. ald. (R.K. De Liefde) 17-1-1806,weduwe van Michael Brugman, dr. van Casparus Klypool en Joanna deHit, tr. (3) ald. 2-5-1866 Elizabeth Risch, geb./ged. (Luthers)Rotterdam 21-11/1-12-1810, weduwe van Reindert Jacobus Tolkamans,dr. (onecht) van Gerrit Baarling en Jannetje Risch.350. Adrianus/Arie van Elten, ged. (RK) Amsterdam 7-8-1745, kruier,otr. (1) Amsterdam 24-10-1765 Johanna Margaretha Hasterik/Harstig,ged. EL Amsterdam 18-4-1749, begr. Amsterdam Westerkerkhof15-1-1778, dr. van Jurriaan Hasterik en Grietje Burgers/Borgers.Adrianus van Elten otr. (2) Amsterdam 15-12-1778351. Theodora Elisabeth/Dorothea/Doortje Koninck/Kooning, ged.Amsterdam (RK) 25-10-1752.Adrianus is gedoopt (RK) op 7-8-1745 te Amsterdam in de Fransekapel. Getuigen: Adrianus van Elten en Machteld Lubertus (bron: GAnr 334 blz 315).Johanna Margareta Hasterik is gedoopt als dochter van JurgenKarstick en Grietje Burgers. Doopgetuigen: Casper KarstickGrietje Lisseveen.Ondertrouwd (1) op 24-10-1765 te Amsterdam (bron: GA nr 610 blz263, brontekst:‘Adrianus van Elten van Amsterdam, gereformeerd, oud 21 jaar op deElantsgragt, geassisteerd met sijn vader Harmanus van Elten enJohanna Margaretha Hasterik van Amsterdam, gereformeerd, oud 29jaar in de Blomstraat, geassisteerd met haar vader JurriaanHasterig’.Ondertrouwd (2) op 27-11-1778 te Amsterdam (bron: GA nr 623 blz391, brontekst:‘Adriaan van Elten van Amsterdam, gereformeerd, weduwnaar JohannaMargaretha Herstrig in de Rosedwarsstraat en Dorothea Kooning vanAmsterdam, gereformeerd, oud 26 jaar, woont alsvoren, geassisteerdmet haar vader Dirck Kooning.’Arie en Doortje komen voor bij de Amsterdamse bedeling: dehuiszittende stadsarmen 165 .Uit het eerste huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Herremanus, ged. 18-3-1768, getuigen: Herremanus van Elten enKathrina Hoeding.2. Johanna, ged. 6-7-1770, getuigen: Harmanus van Elten en CatrinaHoeding.3. Johanna, ged. 10-3-1776, getuigen: Adrianus van Elte en JohannaElstrik.4. Pieter, ged. 10-1-1781.Uit het tweede huwelijk:3. Arie, ged. 6-3-1785.4. Catrina, ged. 13-05-1788, getuigen: Harmanus van Elten enCatrina Hoeding.5. Maria, (= nr. 175).352. Jelte Harmens Radsma, ged. Harlingen 12-4-1744, mr. wolkammer(1778), (burger)vaandrig (1781, 1784), sous-luitenant (1785),luitenant van het eerste kwartier (1786) overl. Harlingen15-11-1787, tr. Harlingen 11-6-1775353. Feikje Minnes Tuininga, ged. Minnertsga 2-4-1752, overl. Harlingen10-5-1814.


De ouders van Feikje behoren eveneens tot het Harlinger patriciaat.Haar vader is Minne Jacobs Tuininga, gedoopt te Harlingen op 22april 1725. Hij was mr. chirurgijn (vanaf 20 juni 1749) 166 , oldermanen assesor van het Harlinger chirurgijnsgilde, collecteur van delakenen en tabak (vanaf 29 oktober 1777), diaken (1771), lid van devroedschap van Harlingen (vanaf 14 december 1770 tot zijn dood).Minne Jacobs Tuininga overlijdt te Harlingen op 28 juni 1792.Hij trouwt te Midlum op 29 maart 1750 167 met Klaaske Hanses de Jong,gedoopt te Midlum 31 augustus 1721 en overleden te Harlingen op 3augustus 1787. 168Minne voerde een wapen: gedeeld: I: de Friese adelaar; II: in blauwdrie groene klaverbladeren. 169Het eerste overgeleverde teken van Jelte mag er direct zijn: hetGemeentemuseum Het Hannemahuis te Harlingen bezit een mes, metdaarop de inscriptie: “Jelte Harmz Rätsma Ao 1761”. 170Het zilveren mesheft is een schildhoudende leeuw. In hetwapenschild is een afbeelding gegraveerd, die veel weg heeft vaneen rad van fortuin, het symbool van de veranderlijkheid, deonbestendigheid van het geluk.Jelte doet op 30 januari 1772 te Harlingen belijdenis als jongemanvan de Voorstraat. Feikje doet belijdenis te Harlingen op 16november 1775, ze is dan woonachtig aan de Kleine Bredeplaats.Jelte Harmens Radsma is lid geweest van de Harlinger schutterij.Uit eigentijdse bron is bekend, dat de schutterij van Harlingen“sedert veele jaaren in merkelyk verval geraakt zynde” rond 1785 opeen andere leest geschoeid werd. 171 Jelte moet daar getuige van zijngeweest. Als sous-luitenant zal hij na 1785 met het eerste kwartierdeel uitgemaakt hebben van het “witte Vaandel”.Die Harlinger schutterij schijnt overigens in 1787 een rol vanenige importantie te hebben gespeeld bij de ongeregeldheden teFraneker rond patriotten en prinsgezinden.Zo ontvangt de schutterij van Harlingen in januari 1788 tientrommels “als eereblijk voor hun gedrag in de troubles van 1787”.Klaarblijkelijk is dat nog niet voldoende eerbetoon, want inseptember van dat jaar besluiten de vroede vaderen van Harlingentot het laten slaan van een medaille, vanwege de onvoorwaardelijketrouw van de stedelijke schutterij tijdens de o<strong>nl</strong>usten van het jaardaarvoor. 172Die gedenkpenning draagt onder meer dit opschrift:“De vrijheid, staat en stad, Door muitzugt aangerand, Ontstak derschutt’ren moed, Voor ’t kwijnend vaderland”.Gelet op het tijdstip van zijn overlijden is het niet ondenkbaar,dat Jelte Radsma betrokken is geweest bij het optreden van deHarlinger schutterij.In 1777 zijn Jelte en Harmen Radsma curatoren over Lucia Radsma teAmsterdam, kleindochter van de overleden Harmen Radsma. 173In 1784 kopen Jelte en Feikje een “neringrijke huizinge” en “vooreenige jaaren nieuw gebouwde gruttenije aan de Hoogstraat”. 174In februari 1795 maakt Feikje Tuininga, de weduwe van Jelte Radsma,bezwaar tegen de verkoop van ¼ deel van het huis, waarvan zij al¾de part in bezit heeft. Verkopers zijn de curatoren over defailliete boedel van wijlen Dirk Feddema, schoolmeester, en zijnvrouw, Geertje Tuininga. 175In 1803 woonde Feikje in de Hoogstraat. Zij verkoopt in 1809 eenhuis.Bij de naamsaanname in 1811 bevestigt Feijkje Tuininga, weduwe vanJelte Radsma de familienaam “Radsma”.


Haar kinderen zijn: Itske, Klaaske, Menno, Trijntje. De ook in deakte genoemde kindskinderen zijn: van dochter Itske: Feikje, Jelteen Catherina, van dochter Klaaske: Sytske, Jetske, en Feikje, vanzoon Menno: Jelte en Joeke, en ten slotte van dochter Trijntje:Grietje.Ook van Jelte Harmens Radsma is een familiewapen bekend: gedeeld;I: de Friese adelaar; II: in zilver een zwart merk, bestaande uiteen 4 en een omgekeerde en een omgewende 4, de verticale potenverbonden. 176Dat huismerk verwijst ongetwijfeld naar voorouders, want TjeerdRadsma, vaandrig (1745), hopman van het zesde kwartier (1769)voerde een nagenoeg identiek wapen. 177 Dat deed ook Harmannus Radsmain 1786, met over het midden van de verticale poot eenschuinsgeplaatste, zwarte pijl met gouden dekveren. 178De afbeeldingen hangen tegenwoordig in de hal van het Harlingerraadhuis.Uit dit huwelijk (allen ged. Harlingen):1. Ytske, geb./ged. 9/31-3-1776, overl. Harlingen 17-11-1844, tr.Harlingen 10-5-1801 Johan Adam Reinius, geb. Stad Wetzlar ca. 1767,trekschipper, overl. Harlingen 17-8-1843, zn. van Johan FredrikCassiodorus Reinius en Maria Catharina Ruhlin.2. Klaaske, geb./ged. 31-3/20-4-1777, overl. Harlingen 25-2-1832,tr. Harlingen 2-5-1802 Jan Bierma van den Brug, geb. Harlingen 30-11-1778, blikslager, overl. Harlingen 29-6-1839, zn. van SytseRoelofs en Liskje Bierma.3. Trijntje, geb./ged. 28-1/2-3-1779.4. Minnea, (= nr. 176).5. Harmanus, geb./ged. 14/29-4-1783.6. Trijntje, geb./ged. 13-4/6-5-1787, overl. Harlingen 3-3-1844,tr. Harlingen 24-6-1810 Hemmes Johannes van der Meulen, geb.Harlingen 19-9-1787, zadelmaker, overl. Harlingen 25-6-1864, zn.van Johannes van der Meulen en Grietje Rientzes.354. Joeke Jans Bierma, ged. Harlingen 17-1-1736, vaandrig (1773),hopman van het 4de kwartier (1773), hopman van het 2de kwartier(1777), bankhouder, makelaar, overl. Harlingen 1799 (voor 12-9),tr. (2) Harlingen 14/25-5-1783 Mincke Eykhout, otr./tr. (1)


Harlingen 30-4-/15-5-1763355. Jeltje Sijboldts, overl. v. 14-5-1783.Wapen van Joeke 179 : I: de Friese adelaar op zilver; II: doorsneden:a: in blauw drie gouden korenschoven op een grond, de beidebuitenste rustende tegen de middelste;b: in rood twee schuingekruiste zilveren schrijfveren. Dekkleden:zilver en roodBij huwelijk was Joeke afkomstig van Harlingen.Jeltje Sibouts is vermoedelijk van doopsgezinde huize, want zij isgedoopt op belijdenis op 15 november 1765 in Harlingen. Daar staande namen van haar ouders niet vermeld, wel is de dopeling gehuwd.Joeke werd op 16-12-1770 benoemd tot bankier van lening tenvoordele van het Stadsweeshuis 180 .Op 28-4-1773 wordt Joeke benoemd tot vaandrig van het 4dekwartier 181 en op 26-5-1777 volgt de benoeming tot hopman vandatzelfde 2de kwartier 182 .Tussen 17-10 en 13-11-1784 183 zijn de proclamaties van de aankoopvan een huis en tuin bij de havenbrug voor 1300 cg. door JoekeBierma en Menke Eykhout, echtelieden binnen Harlingen. Verkoopsteris Anna Nieuwenhuis, weduwe Folkert Schellingwou.Joeke is in waarschij<strong>nl</strong>ijk in augustus of september 1799 overleden.Dat is mogelijk gebeurd in het hierboven vermelde huis aan dehavenbrug. In de Leeuwarder Courant van 28 september 1799: ‘eenehuizinge, staande omtrent de havensbrug binnen Harlingen, door denmakelaar Joeke Bierma o<strong>nl</strong>angs met ‘er dood ontruimd, den 12November 1799 vrij te aanvaarden’.Uit dit huwelijk (allen ged. Harlingen):1. Jan, ged. 5-6-1764 (Westerkerk).2. Rinske, ged. 22-4-1766.3. Tjeerdtje, ged. 26-4-1768.4. Klaaske, ged. 24-7-1770.5. Grietje (= nr. 177).356. Pieter Aukes, ged. Dantumawoude 14 jan. 1742, boer opWestergeest/Triemen stem 18, overl. v. 16-11-1795 184 , tr. (2)Westergeest 12-1-1777 Maaike Simens, ged. Westergeest 18-7-1758,dr. van Symen Jans en Trijntje Meinderts, tr. (3) Westergeest10-1-1790 Nieske Gerrits Noordman 185 , geb. 12-1766, ged.Twijzel/Kooten 1-2-1767 (ca. 6 weken oud), overl. Tolbert14-1-1850, dr. van Gerrit Watses en Baukjen Pieters (= nr.358/359).Nieske Gerrits tr. (2) Westergeest 21-8-1796 Wybe Berends deVries, ‘voormaals dienstbaar’, geb./ged. Westergeest6-9/11-10-1772, landbouwer, vervener, wonende te Westergeest,Kooten, Grootegast en Tolbert, overl. Tolbert 18 okt. 1833, zn.van Berent Egberts de Vries en Jetske Wytses de Vries. 186Pieter Aukes tr. (1) Oudwoude/Damwoude 3-6-1764357. Hinke Luitjens 187 , ged. Oudwoude 2-6-1743, boerin onderWestergeest, overl. 1776. 188Bij huwelijk was Pieter afkomstig van Driesum en Hinke vanOudwoude.In de speciekohieren van Kollumerland en Nieuw Kruisland over 1776staat bij Westergeest nummer 51 vermeld, dat Pieter Aukes zijnvrouw heeft verloren.In 1789 staat Pieter borg voor Wybe Bartels en Hiltje Pieters,echtelieden te Kollumerzwaag. 189


In 1790 verklaart Pieter 500 cg. schuldig te zijn aan Jan EgbertsLammering en Antje Gerrits, vanwege verschoten penningen. Als borgtreedt op zijn schoonvader, Luitjen Botes. 190Op 16 november 1795 zijn Jan Lulofs, huisman onder Oudwoude, enHeine Aukes Tolman onder Wouterswoude curatoren over Auke Pieters(17), zoon van wijlen Pieter Aukes en Mayke Symens, in levenechtelieden op De Triemen. 191In de speciekohieren over 1796 staat bevestigd dat Pieter isoverleden. Zijn weduwe is dan vertrokken naar nummer 42 en zijnzoon Bote Pieters (= nr. 9) is van nummer 42 naar 52 gebracht. Opdatzelfde nummer 42 staat dan vermeld, dat zijn weduwe opnieuwgetrouwd is.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 625 en632, d.d. 27 december 1815: provisionele en finale toewijzing,betreft de verkoop van huis en bouw en grasland te Westergeest.Verkopers: Aukje Gerrits, gehuwd met Bote Pieters Zuidema teWestergeest, koopsom fl. 1120; Halbe Gerrits Noorman teWestergeest; Nieske Gerrits te Grootegast; Pieter Gerrits de Vrieste Oudwoude. Koper zijn: Jarig Wytzes, Pieter Fokkes Zijlstra enWybe Beerents de Vries te Grootegast.Uit het huwelijk van Hinke Luitjens en Pieter Aukes (allen geb.Triemen/ged. Oudwoude):1. Hiltje, ged. 17-3-1765, boerin, overl. Kollum 17-2-1814, tr. 1.Oudwoude 14-5-1786 Wijbe Barteles, tr. 2. Kollumerzwaag 24-5-1790Hemke Harmens van der Zwaag, landbouwer en koopman, overl.Dantumadeel 27—9-1817, zn. van Harmen Hemkes en Gertje Willems.Uit het eerste huwelijk werden te Kollumerzwaag twee kinderengedoopt: Bartel (1787) en Henke (1788). Die zoon Bartel Wybes neemtin 1811 overigens te Westergeest de familienaam “Visser” aan,terwijl Henke Wybes later “Wiersma” geheten wordt. 192Bij het tweede huwelijk is Hiltje Pieters afkomstig vanKollumerzwaag en Hemke Harmens van Wouterswoude.Het kerkelijk trouwregister van Dantumawoude/Driesum/Wouterswoudemeldt, dat het echtpaar op 21 mei 1790 met attestatie naarKollumerzwaag is gegaan.Hemke Harmens neemt in 1811 de familienaam ‘Van der Zwaag’ aan.De genoemde kinderen op dat moment zijn: Harmen (19), Gertje (17),Pieter (10) en Bote (7).2. Bote, (= nr. 178).3. Antje, ged. 9-2-1770.4. Auke, ged. 21-11-1772.5. Antje, geb. 5-9-1774.Uit het huwelijk van Pieter Aukes en Maaike Symens:6. Aucke, geb. Westergeest 28-4-1778, landbouwer, overl.Kollumerzwaag 26-10-1827, tr. Antje Berends de Vries 193 , geb./ged.Westergeest 29-4/21-5-1779, boerin, overl. Kollumerland 28-7-1837,dr. van Berent Egberts en Jetske Wytses.Auke Pieters neemt in 1811 te Kollumerzwaag de familienaam“Suidema” aan. De genoemde kinderen op dat moment zijn: Pieter (4)en Maayke (1).Auke komt ook voor in de notariële archieven van Kollumerland envan Achtkarspelen. 194Enigszins verrassend is deze vermelding: Auke Pieters Suidema(sic!), huisman te Kollumerzwaag, wordt in 1817 te Ferwerd genoemdin een testament, als zoon van de zuster van wijlen Beitske Symons(zijn tante, dus). 195In die laatste akte komt opmerkelijk genoeg ook een zekere SymenPieters Suidema voor. Hoewel de naam anders doet vermoeden, gaathet hier met zekerheid niet om een broer.


Symen Pieters Suidema werd namelijk geboren te Marrum rond 1785 enis overleden te St. Jacobiparochie op 21 oktober 1852 als man vanAntje Eylderts Posthumus en zoon van Pieter Thysses Zuidema enJantje Pieters de Groot.Uit het huwelijk van Pieter Aukes en Nieske Gerrits 196 :7. Gerrit, geb. Westergeest 18-12-1790.8. Gerben, geb. Westergeest 19-10-1793, overl. na 26 febr. 1820.Gerben komt op 26 februari 1820 als verhuurder van grasland teWestergeest voor in een akte, opgemaakt door notaris L. Faber teKollum. In diezelfde akte komt ook de hierboven al gememoreerdeHeine Aukes Klaver te Westergeest voor als verhuurder en voogd. 197Op 10 april 1844 vindt een verkoop plaats van bouwland op deTriemen te Westergeest. Daarbij wordt Gerben Pieters Zuidemagenoemd als erflater, in leven woonachtig te Grootegast en vooroverleden verklaard. Verkoper is Nieske Gerrits Noordman teTolbert, weduwe van Wybe Berends de Vries, eerder weduwe van PieterAukes Zuidema. 198Uit het huwelijk van Wybe Berends en Nieske Gerrits (allengeb./ged. Westergeest):1. Baukjen, geb./ged. 23-9/8-10-1797.2. Jitske, geb./ged. 14-3/6-4-1800.358. Gerrit Watses 199 , ged. Twijzel/Kooten 16-12-1733, kastelein,landbouwer onder Oudwoude, overl. Westergeest 29-4-1807, (o)tr.Twijzel (3e proclamatie) 26-5-1765359. Baukjen Piters, ged. Oudwoude/Westergeest 29-3-1744, overl.Oudwoude 30-3-1815.Op 1-8-1779 deed Baukje belijdenis te Oudwoude/Westergeest. BijGerrit staat dan vermeld: overleden, maar vermoedelijk is dat laterbijgeschreven, want hij komt met regelmaat voor in de archieven. Zozijn Gerrit Watses en Heine Aukes op 8-5-1797 200 curatoren overGerben Pieters, nagelaten minderjarige zoon van Pieter Aukes, i<strong>nl</strong>even huisman te Westergeest (= nr. 356). In de speciekohieren van1795 staat Gerrit onder Oudwoude nummer 55. In 1796 staat vermeld:‘een zoon getrouwd’.Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 625 en632, d.d. 27 december 1815: provisionele en finale toewijzing,betreft de verkoop van huis en bouw en grasland te Westergeest.Verkopers: Aukje Gerrits, gehuwd met Bote Pieters Zuidema teWestergeest, koopsom fl. 1120; Halbe Gerrits Noorman teWestergeest; Nieske Gerrits te Grootegast; Pieter Gerrits de Vrieste Oudwoude. Koper zijn: Jarig Wytzes, Pieter Fokkes Zijlstra enWybe Beerents de Vries te Grootegast.Uit dit huwelijk (behalve Nieske allen ged. Oudwoude):1. Nieske, geb. 12-1766, ged. Twijzel/Kooten 1-2-1767 (ca. 6 wekenoud).2. Pieter, ged. 3-4-1768.Naamsaanname 1811: Vries, Pieter Gerrits de, Oudwoude. Kinderen:Gerrit 9, Euwe 5, Boukjen 3, Hendrik 1 (Mairie Oudwoude, fol. 60).3. Aukje, ged. 30-3-1771.4. Halbe Gerrits Noorman, geb. ‘Huis ter Noord Oudwoude’ 3-5-1773,ged. 23-5-1773.Naamsaanname 1811: Noorman, Halbe Gerrits, Westergeest. Kinderen:Aaltje 15, Gerrit 12, Jan 10, Mark 7, Baukjen 4, Watze 2 (MairieOudwoude, fol. 81v).5. Hylke, geb. ‘Huis ter Noord Oudwoude’ 20-9-1775, ged. 15-10-1775.


360. Douwe Gerrits Veen/van der Veen, geb. 2-10-1756 201 , ged. 24-6-1803,beurtschipper van Franeker op Amsterdam (‘en vice versa’), vadervan het Claarcampster weeshuis, overl. Franeker 18-8-1830,otr./tr. Franeker 26-7/10-8-1783361. Trijntje Dirks, geb. Tzum ca. 1767, overl. Franeker 14-10-1835.Bij huwelijk beiden afkomstig van Franeker.Trijntje blijkt op 2-9-1774 7 jaar oud.Uit dit huwelijk, althans te Franeker, verder geen kinderen.Naamsaanname Mairie Franeker, fol. 33v: Douwe Gerryts Veen,Franeker, behoudt zijn naam. Hij heeft een zoon, Durk, 27 jaar oud.362. Jan Sytses Jansma, waarschij<strong>nl</strong>ijk ged. Franeker 28-10-1741,varensgezel op ‘t Vliet te Franeker, overl. Franeker 23-3-1807,(o)tr. Franeker 14-3/12-4-1772363. Maaike Durks, geb. ca. 1755, overl. Franeker 4-3-1790.Bij het huwelijk waren beide echtgenoten afkomstig uit Franeker.Elisabeth Jans Jansma komt voor als overledene in de memorie vansuccessie te Franeker (7022/2774). Zij is dan weduwe van AdamJacobs Hoek en moeder van de overleden Wikje (tr. Jan Hylkes deVries, arbeider te Harlingen) en Maaike Lucas Hildema.Bij het huwelijk van hun dochter Dirkje (= nr. 181) worden in debijlagen de overlijdensdata van haar ouders vermeld vermeld.Getuigen zijn Rinnert Aukes Vlietstra (46, wolkammer) en SymonSybouts Jager (63, metselaar).Ook in de huwelijkse bijlagen van het eerste huwelijk van dochterLysbeth is vermeld dat Jan is overleden op 23-3-1807, 65 jaar oud.Bij het tweede huwelijk van Elisabeth is een akte opgenomen. Op 29-3-1831 wordt voor notaris Andries Stinstra te Franeker door eenaantal mensen (onder wie Dirk Douwes van der Veen,= nr. 180)verklaard dat de grootouders van vaderszijde zijn: Sytse Jans enElisabeth Arjens, echtelieden te Franeker en van moederszijde DirkDirks en Rigtje Pieters, echtelieden te Oosterbierum, alle vier aloverleden. Opmerkelijk is dat men het jaar van doop van de bruid(Elisabeth dus) op 1783 stelt. Dat is foutief en ik heb ook zo mijntwijfel over de juistheid van de patroniemen van Elisabeth, Dirk enRigtje. Nader onderzoek bracht geen mensen met die vadersnamen aanhet licht. Wel zijn er andere kandidaten met kinderen die Jan enMaaike heten.Zo is er te Oosterbierum wel een Dirk Dirks voorhanden (quotisatie:‘gemeen visscher’), maar zijn vrouw heet anders (er is ook eengelijknamige smid in Sexbierum). Wel is er een echtpaar dat heet:Dirk Jans en Rigtje Durks. Dat lijkt er wel heel erg op enbovendien hebben zij een dochter Maaike. Zij laten te Oosterbierumdopen:1. Jan, ged. 27-3-1740.2. Dirk, ged. 28-4-1743.3. Maycke (sic!), ged. 16-2-1746, dit zou 363 kunnen zijn).4. Hiltie, ged. 7-9-1749.5. Jancke, ged. 1-7-1753.6. Rinske, ged. 24-6-1759.Uit dit huwelijk:1. Rixtje, ged. Harlingen 4/18-8-1773.2. Rixtje, ged. Harlingen 4-11/4-12-1774.3. Antje, ged. Harlingen 9/24-11-1776.4. Sytse, ged. Harlingen 28-11/13-12-1778.5. Rigtje, ged. Harlingen 22-1/6-2-1780.6. Dirkje, ged. Harlingen 11/28-8-1781.7. Elisabeth, geb./ged. Franeker 15/28-6-1782.


8. Lysbeth, ged. Harlingen 5/20-1-1784, overl. Franeker 21-3-1853,tr. (1) Franeker 9-5-1813 Lucas Pieters Hildema, tr. (2)Franekeradeel 3-4-1831 Adam Jacobs Hoek.9. Richsje, geb./ged. Franeker 15-3/5-4-1786.10. Dirkje (= nr. 181).364. Jochum Harmens Donia, geb./ged Oosterbierum 17-10-1757/4-5-1780,boer, overl. Oosterbierum 10-9-1826, otr. Oosterbierum23/30-11/7-12-1788, tr. (1) N.N. (ws. Trijntje Pieters), overl.1779/1780 202 , tr. (2) Oosterbierum 21-12-1788365. Wytske Jelles, geb. Oosterbierum 26-3-1767, ged. Oosterbierum5-2-1791, boerin, overl. Oosterbierum 25-1-1821.Jochum is een, maar wellicht ook twee keer eerder getrouwd geweest.Op 14-6-1778 tr. Jochum Harmens, van Oosterbierum Trijntje Pieters,Oosterbierum.Op 9-11-1783 tr. Jochum Harmens, van Oosterbierum Jeltje Sikkes,van Oosterbierum.Jochum komt uiteraard voor in de speciekohieren van Barradeel, teOosterbierum. Hij is daar lange tijd te vinden op nr. 11.Bijzonderheden: het overlijden van zijn niet met name genoemdevrouw (1780); in 1790 heeft hij een nieuw huis laten bouwen (eenhalve schoorsteen minder).Jochum en Wytske werden ged. als volwassene, op belijdenis desgeloofs. De geboortedata en -plaatsen staat dan vermeld. Bij hem ishet jaartal zeer slecht te lezen. Er lijkt 1755 te staan. Op zijnoverlijdensakte staat dat hij ongeveer 74 jaar was en geboren inhet klooster Lidlum. Dan kom je terugrekenend op circa 1748.Bij huwelijk beiden afkomstig van Oosterbierum.Na het overlijden van Jochum volgt op vrijdag 20 april 1827boelgoed, zoals aangekondigd in de Leeuwarder Courant van 3 april1827.Uit dit huwelijk (allen ged. Oosterbierum):1. Jacobje, geb./ged. 1-10/1-11-1789.2. Jelle, geb./ged. 26-3/1-5-1791 (= nr. 182).3. IJzakje, geb./ged. 25-2/25-3-1792.4. Harmen, geb./ged. 14-5/2-6-1793.5. Idske, geb./ged. 6-5/7-6-1795.6. Pietje, geb./ged. 17-1/17-3-1799.7. IJtte geb./ged. 28-3/5-6-1803.8. Aaltje, geb./ged. 20-7/18-8-1805.9. Trijntje, geb./ged. 21-3/9-4-1809.10. Trijntje, geb./ged. 10-7/19-8-1810.366. Namme Sytses Zytsema/Sytsema, geb. 2-3-1763, landbouwer/huisman teWartena, overl. Grouw 18-9-1823, tr. Wartena 24-5-1790367. Hiske Halbes, geb./ged. Wartena/Warga 26-12-1767/17-1-1768,boerin, overl. Spannum 30-10-1847.Uit dit huwelijk:1. Antje (= nr. 183).2. Sytse, geb. Wartena 17-3-1792.3. Gertje, geb. 1793.4. Ybeltje, geb. Wartena 20-1-1797.5. Ruurdje, geb. Wartena 11-8-1799.6. Hinke, geb. 4-2-1802.7. Dochter, geb. 16-1-1805.8. Trijntje, geb. 22-9-1806.9. Ype, geb. Wartena 13-12-1809.368. Willem van Amstel, geb. en ged. Haarlem 28-5-1741, zoutwerker,


overl./begr. Haarlem 1/5-3-1814, tr. (1) Haarlem CathalijntjeVerschuren, ged. Haarlem 20-10-1740, overl./begr. Haarlem29-7/1-8-1780, dr. van Isaac Verschuren en Lijsje Mesan, otr./tr.(2) Haarlem 26-11/10-12-1780369. Cornelia van Rijn, geb. Haarlem, ged. Haarlem 31-10-1753,overl./begr. Haarlem 1/4-2-1833.Doopheffers van Willem waren: Jan van Amstel en Marijtje Jansen(oma van vaderszijde).Datum van overlijden van Cornelia onzeker. Neeltje komt bij haarhuwelijk uit de Barteljorisstraat, Willem uit de Bogertstraat.Trouwgetuigen: Janneke van Damme en Geertruy Catharina Schouten.Willem van Amstel was bij het huwelijk van zijn zoon Godschalk vanAmstel (= nr. 184), 73 jaar, zijn moeder Neeltje van Rijn, 60 jaar,beiden wonende te Haarlem.370. Hannes Jacobs Cousy/Cousijn, geb. Hoogezand ca. 1740, landbouwer,overl. Lula (Hoogezand) 20-3-1830, tr.371. Elisabeth Michiels Ruischer, geb. ’t Zandt ca. 1748,landbouwersche, overl. Lula (Hoogezand) 16-8-1837Bij het huwelijk van hun dochter (= nr. 185) was vader Hans Jacobs72 jaar moeder Elisabeth Magchiels, 63 jaar, beiden wonende teKalkwijk.Elisabeth was bij overlijden 85 jaren oud.372. Gerrit Hagen, ged. Meppel 29-11-1752, binnenvader van hetarmhuijs, overl. Meppel 13-5-1808, (o)tr. Meppel 19-7/7-8-1776373. Aaltje Tijssen, geb. ca. 1755, overl. Meppel 12-6-1808.Bij de doop: Garrit, zoon van Berent Hagen en Rindse Gadrijs,getuige: Jentje Claasjen.Bij overlijden: Gerrit Haagen, 56 jaar, binnenvader, gehuwd geweestmet Aaltje Tijssen, nalatende 3 kinderen. Aaltje Tijssen, 53 jaar,gehuwd geweest met G. Haagen. Overige genoemde personen: KlaasKnijper (relatie tot overledene: schoonzoon), nalatende 3 kinderen.Bij huwelijk is Aaltje afkomstig van Amsterdam.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Rensjen, ged. 2-7-1777, getuige: Lutje Hagen, overl. Meppel 9-9-1808, tr. Meppel 3-5-1797 Klaas Kuiper.2. Barent, ged. 21-1-1780, zoon van Gerrit Hagen en Aaltjen Tissen,getuige: Lutje Hagen.3/4. Jan/Hendrik, ged. 18-2-1784, zoons van Gerrit Hagen en AaltjenTissen.374. Isaac Schingen, ged. Alkmaar 16-8-1753, overl. Beverwijk 3-1-1816tr.375. Adriana Phaar, overl. Beverwijk 4-1-1816.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Beverwijk):1. Margaretha, geb./ged. 8/14-10-1781, ouders Isaac Schingen enAdriana Phaar. Getuige Marijtje Schingen.2. Antje, geb./ged. 8/16-5-(1782 of 1783?), ouders Isac Schingen enAdriana Phaar. Getuige Marijtje Schingen.3. Antje, geb./ged. 8/16-8-1784.4. Grietje, geb./ged. 16/25-03-1787, ouders Isaac Schingen enAdriaana Phaar. Getuige Diewertje Leij.Aangegeven op 08-10-1783 door Isaac Schingen, 't lijk van GerritjeSchingen, in de classis van pro deo.376. Gille Joseph (ook: Egidius) Sarlet/Charlet, geb. geb./ged. Siron,


in het Lunenburgse ca. 1765, pruikenmaker, overl. Haarlem (alsCiele Joseph Sarlet) 8-5-1812, tr.377. Margaretha Davidson, geb./ged. Haarlem 13/15-1-1766, uitdraagster,overl. Haarlem 29-6-1844.Ik heb twijfels bij ‘Siron, in het Lunenburgse’; wellicht is deplaats van herkomst Soiron, Luik (Liège). Er is daar namelijk eengrote familie Sarlet voorhanden. Er zijn (24-2-2011) op dit momentnog geen DTB-gegevens via internet beschikbaar van het dorpje datook viel onder Herve en tegenwoordig onder Pepinster.Ruwe verkenning via internet:Te Soiron genoemd:SARLET Jean, fs Gilles x 23-9-1714 RAHIER Catherine, fe Gauthier2001/3/p41 IV.F-4, Soiron.Sarlet, Gilles, le tailleur de Soironx (13-2-1757?) Lemoine, Maried'Olne 2003/4/p99 IV.B-1 Olne 13-févr 1757.’ (N.B. Olne ligt ook inde provincie Luik)Nader bewijs is natuurlijk noodzakelijk, maar let eens op die namenGiles, Maria en de doopnamen van de kinderen van Gilles (nr. 376).In deze bron staan meer leden van die familie Sarlet te Soiron:http://perso.infonie.be/sdcsdc/sources/banherve/notaires/haurej1.htmOp 23 mei 1797 wordt te Haarlem een akte van borgtocht opgemaaktvoor Gilles, van Bartel Davidson, wonende in de Achterstraat overde Barnesteeg, en Antonie Boogaart, eveneens te Haarlem. 203Getuigen bij de doop van Margaretha waren Bartel Davidson enMargaretha van Rijn.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1/2. Maria en Johanna, ged. Haarlem 12-10-1796.3. Gille Joseph, (= nr. 188).4. Leopold Arend Casimir Sarlet, geb. Haarlem ca. 1802, overl.Haarlem 6-4-1812.5. Charles Louis Sarlet, geb. Haarlem ca. 1804, kantoorbediende,tr. Haarlem 21-10-1829 Amelia Elisabeth Velthuijzen, geb.Rhijnsburg ca. 1800, dr. van Hendrik Velthuijzen en Marretje vanVreeswijk.6. François Louis Sarlet, geb. Haarlem ca. 1806, overl. Haarlem 25-3-1812.378. Jan Stasse, ged. NG Grave 28-4-1751 (als Johannes), beurt- enmarktschipper, begr. Grave 6-6-1804, otr./tr. Grave/Escharen24-6/11-7-1779379. Catharina van Woelderen, geb./ged. Grave 17/30-1-1757, beurt- enmarktschipperse, met attestatie naar Haarlem 14-7-1810,overl./begr. Haarlem 27/31-7-1827.Doopgetuige (NG) van Catharina: Petronella Klein, huisvrouew van deschepen J. van Woelderen.In oktober 1779 wordt Jan Stas door de magistraat van Graveaangesteld tot marktschipper van deze stad op Rotterdam.Johannes Staats en Catharinia van Woelderen bekennen op 28-8-1786schuldig te zijn aan Nicolaas van Dijk.Jan bezat een huis in de Maasstraat te Grave, waarvan hij voor 1792eigenaar werd, na zijn dood diens weduwe en waarvan de belastingtot 1805 betaald werd.Zij transporteren op 9-5-1794 als mede-erfgenamen van haar ouderseen huis en erf gelegen in de Hamstraat te Grave, genaamd DenBonten Osch voor 700 gulden aan Everardus de Haas en MariaElizabeth Simons.


Op 21-3-1795 lag het schip van Jan Stassen, beurtschipper van Graveop Rotterdam en ‘s-Gravenhage, met bestemming Grave te Nijmegen bijde overgang van de Waal ‘bij forme van pressing’.Van 13 tot 15-11-1795 had Jan Stassen te Muiden 145 tonnen meel en360 zakken haver ingeladen voor de keizerlijke, koninklijke armee.Te Arnhem aangekomen is hij genoodzaakt zijn reis te staken, alsgevolg van ijsgang en de naderende Franse troepen. Zijn ladingwordt hem door de Fransen ontnomen.Op 4-5-1804 testeren Jan en Catharina. Jan ligt dan ziek te bed enzal kort daarna overlijden.Zijn wederhelft wordt, als weduwe van Jan Stasse, op 12-6-1804 doorhet bestuur van Grave aangesteld tot beurt- en marktschipperse vanGrave op Bommel, Gorcum, Dordecht, Rotterdam, Delft, Den Haag,Batenburg en Oijen en vice versa. Haar vaste ligplaats was aan dezuidzijde van de Nieuwe Haven, ten oosten van de Rode Brug aan hethoofdje aldaar.Op 9-8-1808 verklaarde zij, wonende te ‘s-Hertogenbosch, 330 guldento 20 stuivers Hollands geld schuldig te zijn aan HenriettaVerhellouw, weduwe van Johan Versfelt. Op 3-7-1810 gaf hetgemeentebestuur van Grave een akte van indemniteit af voorCatharina en haar dochter Poulina Allegonda.Uit dit huwelijk (behalve nr. 7 allen ged. Grave):1. Paulus, ged. 7-5-1780.2. Catharina, ged. 21-10-1781.3. Geertruij, ged. 23-6-1784.4. Hendrik Johannes, ged. 1-10-1786.5. Berendina Johanna, ged. 28-9-1788.6. Johanna, ged. 19-12-1790.7. Leendert Johannes, geb./ged. Schiedam 25/27-2-1795.8. Poulina Allegonda (= nr. 189).380. Aart van der Snoek, ged. Vlaardingen 8-7-1753, timmerman,bedienaar ter begrafenis (1788), hoofdman/commissaris van hettimmermans- of Sint Jozefsgilde, stemopnemer (1803), beëdigdtaxateur voor de verpondingen (1808), opzichter der deuren envensters (1810), stadsfabriek-directeur gemeentewerken,stadsarchitect, overl. Vlaardingen 1-7-1827, tr. Vlaardingen23-9-1781381. Lena Boerdam, ged. Vlaardingen 5-5-1754, overl. Vlaardingen22-7-1830.Getuigen bij de doop van Lena waren: Ariaentje van der Gaag enPietertje van Alphen.382. Jan Dirks Ligtermoet, ged. Maassluis 23-10-1763, koopman,straatwerker, herbergier, groottapper, overl. Maassluis 24-8-1826,tr. Maassluis 25-11-1787383. Isabel Neelemaat, ged. Maassluis 4-3-1764, overl. Maassluis6-4-1851.Woonadressen te Maassluis: Vanaf 1806 H59, N33, vanaf 1810 H52,E106Herbergiers, Sleijters of kleijne Tapperjaenen:Op deze lijst van de gemeente Maassluijs komen voor:Jan Ligtermoet (groottapper)Maartje Ligtermoet (groottapper)Lijsbet Ligtermoet (winkelier in zout,zeep,koffie en thee)Gerrit Ligtermoet (groottapper)Jan Ligtermoet versoekt om wijn, bier, brandewijn en gedistileerdewateren als groottapper te mogen verkopen 't welke is geacordeert


April 1790 (bevat gegevens tot 1809): naamlijst van de personenbehoorende tot de vier Brandspuijten van Maassluijs (…):In deze lijst komen de volgende namen en titels voor:Groep A: Jan Ligtermoet als SlangeleiderGroep C: Jan Ligtermoet als SlangeleiderGroep D: Leendert Ligtermoet als Hoofdman, Gerrit Ligtermoet alspomper, Klaas Ligtermoet als pomper, Pieter Ligtermoet als pomper,Maarten Ligtermoet als pomper.13 april 1798: Register van de Stemgeregtigen burgers te Maassluiswelken door de agenten van het administratief bestuur van ditgewest de burger Johannes Nooten en Johannes van der Kolk op den 13april 1798 zijn georganiseert en de navolgende verklaring in handenvan de milipalstart hebben afgelegt.Ik verklaare mijnen onveranderlijken afkeer van het stadhouderlijkbestuur het gotderalisnus, de aristocratie en regeringloosheid,mede ondertekend door Maarte Ligtermoet, 21 mei 1798Jan is een van de velen die de verklaring voor het Bataafse Volkaflegt, ingevolge het XIe artikel der tweede titel van de acte vanStaatsregeling voor het Bataafse Volk:‘Ik houde het Bataafsche Volk voor een vrij en onafhankelijk Volken beloof aan hetzelve trouw. Ik verklaar mijnen onveranderlijkenafkeer van het stadhouderlijk bestuur, het foederalismus, dearistocratie en regeringloosheid. Ik beloof dat ik in alle mijneverigtingen, het zij als kiezer, alle de voorschriften derStaatsregeling getrouwelijk zal opvolgen en nimmer mijne stem gevenaan iemand wien ik houde te zijn een voorstander van hetStadhouderlijk of Federatief Bestuur van de aristocratie ofRegeeringloosheid. Dit verklaar ik op mijne Burgertrouw’.mede ondertekend door: Jan Ligtermoet, Maarten Ligtermoet, KlaasLigtermoet, 8 maart 1803.Uit dit huwelijk (allen ged. Maassluis);1. Cornelia, ged. 2-3-1788 (= nr. 191).2. Dina, ged. 27-12-1789.3. Dirk, ged. 16-10-1791.4. Jacoba, geb./ged. 19/28-4-1793. Doopgetuige: Jaapje Neelemaat.Jacoba verlaat na haar huwelijk het ouderlijk huis in wijk H nummer31. Op 14 mei 1816 vertrekt zij naar Brielle, tr. Brielle 11-11-1812 Magdalenus Leenmans, geb. Brielle ca. 1790, zoon van JoostLeenmans en Hendrina (de) Zoet.5. Neeltje, geb./ged. 28-10/8-11-1795.6. Isaack, geb./ged. 29-8/3-9-1797.7. Fietjen, geb./ged. 14/20-10-1799. Doopgetuige: AriaantjeKloppenburg.8. Pieter, geb./ged. 4/13-6-1802, beurtschipper.Gegevens uit het Ambachtenboek van het Gemeentearchief Rotterdam:(periode 1826-1840/45) In dit boek staat de datum 29 mei 1827:‘Schipper Pieter Ligtermoed bij acte van Burgemeester en Wethoudersder stad Maassluis in dato dezer aangesteld tot Beurtschipper vangenoemde stad op Rotterdam is deze aanstelling geapprobeert en hetVice Versa geconsenteert. Legplaats aan de Noordblaak voor deMolensteeg.’9. Jannetje, geb./ged. 10/19-8-1804, tr. Jan van der Windt.10.Annetje, geb./ged. 19/23-3-1806.11.Pieter, geb./ged. 18/24-4-1808, overl. Maasluis 3-5-1808.Doopgetuige: Jannetje Vrijland.De eerder bij Cornelia (= nr. 191) vermelde internetsite geeftverder nog (zonder bronvermelding):Fransje, geb. ca. 1793.Daan, geb. ca. 1797.Trijtje, geb. ca. 1798.Lijsje, geb. ca. 1799.


384. Johannes Wächter, ged. Gambach 11-9-1725, overl./begr. Gambach12/13-5-1800, tr. Gambach 8-12-1758385. Charlotta Mohr, ged. Gambach 26-3-1728, overl. Gambach 30-12-1779.Uit dit huwelijk (allen ged. Gambach):1. Henrich, (= nr. 196), ‘5ten Maij wurde Johannes Wächter u.dessen Hausfrau ein Söh<strong>nl</strong>ein getauft u. Henrich genannt. Gevatterwar Henrich Mohr’ (hij is een broer van de moeder).2. Anna Elisabetha, ged. 21-8-1763getuige: A.E Mohr (zus van demoeder).3. Johannes, ged. 9-8-1767, schoenmaker, tr. Anna Elisabetha Grieb.Uit dit huwelijk acht kinderen, van wie er 7 als kind ofjongvolwassenen overleden zijn. Alleen een dochter overleeft, zijtrouwt Nicolaus Ratz.386. Teunis Abrahams de Vries, geb. ca 1735, otr. Elburg 7/21-1-1759387. Geertruij Hoog-Gordel/Hooghordel, ged. Elburg 23-7-1741Teunis Abrahams wordt op 19-10-1763 ingeschreven in het burgerboekvan Elburg. Hij betaalde 12-10-.Begin dat jaar was hij nog betrokken bij een vechtpartij: op 12februari is aangegeven dat op 9 februari Teunis Abrams en WigmanWestenbroek ten huize van Aart Top elkaar met vuisten geslagenhebben. 204Teunis en Geertruij hebben uiteraard hun sporen nagelaten in deElburger archieven 205 . Zo komen zij voor in de Inventaris van hetrechterlijk archief der stad Elburg.Op 7-4-1764 206 (p. 12): staat en inventaris opgemaakt door GijsbertNuboer en Beert Jansen als mombers van Eybert Nuboer onmondige zoonvan Jan Eybertsen Nuboer en Dieverje Dibberts in echt gewonnen enwegens de nalatenschap van grootmoeder Driesje Prins wed. vanEybert Jansen Nuboer. Met o.a. een obligatie ten laste van TeunisAbrahams, groot f 400,-.Op 9-10-1764 (p. 31): verschenen Evert Vos en Weintje Gerritsechtel. Jan van der Maten en Geurtje Peters echtel. en GerritHengeveld verkopen voor f 155,- aan Teunis Abrahams en GeertruidHooghordel echtel. ¼ van een huis en schuur in de westerBloemstraat.Op 15-2-1792 207 (p. 383): verschenen Jan Reinders Exterveld enHendrica Cloosterman echtel. verkopen aan Johan de Fluiter enChristina Kerckhof echtel. 2 huizen naast elkaar met een openplaats en kamer daaraan staande in de Vischpoortstraat en bewoondbij Abraham Hengeveld en Teunis Abrahams de Vries.Op 19-6-1795 208 (p. 147): de burger represanten van de stad Elburgter instantie van de secretaris D. Hoefhamer en burgemeesterTulleken te hebben verkocht als verwinhebberen van Teunis Abrahamsde Vries en Geertruida Hooghordel echtel. bij executie verkocht eenkofscheepje groot 12 a 13 last zoals het nu in de stadshaven ligten gekocht door Jurrien van Someren voor f. 100,-.Zelfde datum (p. 147): verschenen Jurrien van Someren bovenvermeldkofschip voor f. 150,- aan Hendrik Alberts Windhouwer hier in dehaven liggend en laatst door Teunis Abrahams de Vries bevarengeweest.Zelfde datum (p. 147): verschenen Hendrik Albert Windhouwerverkoopt het bovenvermelde kofschip voor f. 200,- aan Willem Dijkerwonende op Texel tevoren door Aart Tijssen en Teunis Abrahams deVries bevaren geweest.Bij huwelijk waren beide partners van Elburg afkomstig.Uit dit huwelijk (allen ged. Elburg:1. Abraham, ged. 17-2-1760.


2. Antony, ged. 26-7-1761.3. Antony, ged. 1-5-1763.4. Dirk, ged. 25-10-1764.5. Peter, ged. 20-4-1766.6. Rijntje, ged. 9-2-1769.7. Johanna, (= nr. 193).8. Antonia, ged. 25-3-1773.9. Eijt Goukes, ged. 27-10-1776.10. Dirk, ged. 3-12-1778.11. Dirkje, ged. 24-9-1780.388. Jan Gosling/Gosselink, ged. Neuenhaus (D) 9-3-1721, overl. ald.16-5-1810, tr. (1) Geerdjen Molt, ged. Veldhausen (D) 28-4-1716,overl. Neuenhaus (D) 13-11-1762, dr. van Mense Molt en GeseJanning.Jan Gosselink tr. (2) Neuenhaus (D) 29-1-1763389. Swenne Egbers, geb. Esche (D) 27-9-1737, overl. Neuenhaus (D)5-8-1807.In Twente Genealogisch 2005 209 laat Helmoed Boom onder meer dekwartieren optekenen van Geertruide Gosselink, geb. Neuenhaus 7-4-1765, overl./begr. ald. 28-1/2-2-1843, tr. Neuenhaus 10-9-1790Gerrit van Almelo, ged. Neuenhaus 26-9-1751, overl. ald. 7-4-1812,zn. van Harm van Almelo en Swenne Steen. Zij is een dochter van JanGosselink (en dus een zus van nr. 194).Uit dit huwelijk (allen ged. Neuenhaus) 210 :1. Geertruida, ged. 1764.2. Geertruida, ged. 1765, overl. Neuenhaus 1843.3. Jan, ged. 1768, over. Neuenhaus 1836.4. Hendrik, (= nr. 194).5. Anthoni, ged. 1775, overl. Neuenhaus 1825.6. Harmen, ged. 1779, overl. Neuenhaus 1847.7. Janna, ged. 1779.390. Hendrik Flentjen (ook: Flinties) 211 , geb. Eldagsen ca. 1740,soldaat, overl./begr. Veldhausen 20/23-11-1804, tr. Veldhausen22-5-1775391. Janna Haveding, ged. Veldhausen 5-5-1743.Bij het huwelijk: Hendrik Flentjen zu Eldagsen im Amte Calenberg,Soldat, mit Zustimmung des Kapiteins, Sohn des Herman HendrikFlentjen zu Eldagsen und Janna Haveding zu Veldhausen, Tochter deswijlen Jan Hendrik Haveding, zu VeldhausenUit dit huwelijk (allen geb. Veldhausen (D)):1. N.N. Flentjen, ged. 8-02-1787, begr. ald. 11-2-1787. Kind desHendrik Flentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen.2. N.N. Flentjen ged. 27-5-1787, begr. ald. 31-5-1787. Kind desHendrik Flentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen3. Anna Maria Flentjen, geb./ged. 23-7/2-8-1775. Tochter desHendrik Flentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen.4. Jenne Flentjen, geb./ged. 15/16-3-1777. Tochter des HendrikFlentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen.5. Fenne (= nr. 195).6. Hendrika Flentjen, geb./ged. 9/10-10-1779. Tochter des HendrikFlentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen.7. Herman Hendrik Flentjen, geb./ged. 23/25-11-1781. Sohn desHendrik Flentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen.8. Janna Flentjen, geb./ged. 12/15-8-1784, overl. ald. 20-7-1794.Tochter des Hendrik Flentjen, ehemals Soldat, zu Veldhausen, luth.392. Daniël Gorel, ged. Almelo 5-8-1753 212 , linnenwever, overl. Almelo


27-5-1835, (o)tr. Almelo 18-2/22-3-1775,393. Berentdina Wanschers, geb. Wierden 1744, overl. Almelo 30-12-1822.Personenregister Rectorshuis te Almelo: in 1817 vraagt Daniël Gorelondersteuning, waarbij hij verklaart dat zijn dochter haspelt bijJ. Vreeman , dat zij maar één oog heeft, niet vast van natuur enniet goed voor de kost is. Hij krijgt 12 stuivers en 8cent per maand. Op 2-6-1777 woont Daniël in een half huis, dateigendom is van de drie dochters van wijlen Jurriën Jurrissen 213 .Er wordt een Berendina ged. Wierden op 31-10-1745 als dochter vanWillem Jansen en .. Het gaat hier waarschij<strong>nl</strong>ijk om iemand anders.Nader onderzoek!Bij haar ondertrouw staat overigens vermeld dat zij laatstwoonachtig was tot Amsterdam.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Piet Gorel, (= nr. 196).2. Janna Gorel, ged. 9-9-1778.3. Jan Hendrik Gorel, ged. 11-3-1781, dagloner, overl. Stad Almelo25-12-1846, tr. (1) Almelo 6-9-1805 Johanna Welvaart, geb. Almelo,ged. Almelo 18-1-1864, overl. Stad Almelo 25-1-1832, dr. van JannesWelvaart en Hendrina Piepenbroek. Jan Hendrik tr. (2) Stad Almelo7-6-1833 Jenneken Landman, geb. Rectum (Wierden) ca. 1798, overl.Ambt Almelo 16-1-1864, dr. van Gradus Landman en Geeze Landman.4. Mannes Gorel, ged. 1-1-1783, weversknecht, wever, overl. StadAlmelo 16-1-1864, tr. (1) Almelo 17-8-1812 Anna Uitslag, ged.Almelo 23-11-1786, spinster, overl. Stad Almelo 6-1-1839, dr. vanBernardus Uitslag en Maria Baarschers. Mannes tr. (2) Stad Almelo14-11-1839 Jenneken Koedijk geb. Stad Almelo 9-5-1793, overl. StadAlmelo 24-5-1855, dr. van Hendrik Jan Koedijk en Anna Boom.5. Martinus Gorel, ged. 25-9-1785, weversknecht, overl. Stad Almelo23-9-1855, tr. Almelo 9-1-1813 Jenneken Boom, ged. Almelo 10-10-1784, daglonerse, overl. Ambt Almelo 9-4-1864, dr. van Abraham Boomen Geesken van de/ter Kooij.6. Janna Gorel, ged. 24-8-1788, spinster, overl. Stad Almelo 10-2-1858, tr. Almelo 14-7-1814 Harmannus Boom, ged. Almelo 12-3-1777,wever, overl. Stad Almelo 8-5-1854, zn. van Lambert Boom en LutgertLuikes.7. Maria Gorel, ged. 7-8-1791.394. Gerrit Post, ged. Almelo 7-8-1740, kapoener, dagloner, wever,overl. Almelo 25-4-1813, (o)tr. Almelo 26-1/13-2-1771395. Willemina Bruggink 214 , geb. 1747, ged. Almelo 25-12-1747, spinster,overl. Almelo 18-5-1820.Huisarchief Almelo Inv.nr. 2614: 14-11-1794 de diaconie van Almelobesluit dat Gerrit Post, die herhaald verzocht heeft om meerondersteuning, minder huishuur hoeft te betalen. De huur wordtverlaagd tot fl. 12,- per jaar.In 1817 in de Armenstaat opgenomen. Ze wordt gesteund door deGereformeerde Diaconie en van't Klooster: 3 gulden 6 stuivers 8cent per maand.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk, allen ged. Almelo):1. Gerritdina, ged. 20-2-1771.2. Hendrik, ged. 17-6-1772, rietenmakersknecht, overl. Almelo 9-5-1815, (o)tr. Almelo 27-8/13-9-1802 Aaltje van den Bosch 215 , overl.Almelo 22-5-1816.3. Gerritdiena, ged. 4-12-1776.4. Gerritdina, (= nr. 197).5. Alberdina, ged. 7-2-1782, tr. Almelo 18-1-1811 Jan Krommendijk,ged. Almelo 12-1-1786, schipper, overl. Stad Almelo 6-7-1839, zn.van Jan Krommendijk en Zwenne Dekker.


6. Derk Post, ged. 12-8-1784.7. Noldus Post, ged. 7-6-1787.8. Derk Post 216 , ged. 20-7-1788, wever, tr. Almelo 7-12-1811Lambertina van den Mieghoop (later: Bakhuis), ged. Almelo 29-1-1789, spinster, overl. Stad Almelo 22-12-1861, dr. van Gerrit Janvan den Mieghoop (later: Bakhuis) en Aale Grobben.9. Wilmina Post, ged. 21-8-1791.(?) Geerlig Post, ged. 21-9-1774 (vader: Gerrit Post, moeder:Hermine).396. Gerrit Jan Witvoet, (o)tr. (1) Almelo 25-4/20-5-1779 Aalken vanDen Voskamp, ged. Almelo 23-7-1749, dr. van Gerrit van den Voskampen Janna van den Biggen, (o)tr. (2) Almelo 28-9/31-10-1782397. Jenne/Janna Nijland, ged. Almelo 2-8-1750.Bij huwelijk van hun zoon Abraham, op 26-10-1810, waren beideouders overleden.Uit het eerste huwelijk:1. Gerrit van Witvoet, ged. 14-7-1782.Uit het tweede huwelijk:2. Aaltjen Witvoet, ged. 27-7-1783.3. Abraham Witvoet, (= nr. 198).398. Hermannus/Mannes Hinnen/Hinnenhuis, wever, overl. v. 1797, otr.(1)Almelo 22-4/14-5-1747 Janna Grobben (ook: van het Broekhuis), dr.van Jan Grobben.Mannes (o)tr.(2) Almelo 30-3-1781 Jenneken Hopster (het huwelijkWerd 15-4-1781 gedissolveert), (o)tr. (1) 24-5/22-6-1755 Derk(van) Stenvers, weduwnaar van Geertruijd Hobbelings, afomstig vanVriezenveen, dr. van Harmen Baerents Hopster.Mannes (o)tr. (3) Almelo 24-1/14-2-1782399. Hendrika Mekenkamp, geb. ca. 1755, spinster, overl. Almelo (alsDika) 13-5-1825, tr. (2) Almelo 1797 Jannes Letteboer, ged. Almelo6-2-1743, zoon van Willem Frederiks Letteboer en Jenneken JansenAbbink tot Lambertshuis.Volkstelling 1748: `Mannes Hinnen en Janna Grobben, syn vrou, 1kind Hendrina.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Almelo):1. Hendrina, ged. 29-11-1747.2. Jan, ged. 19-2-1749.3. Hendrik Jan, (= nr. 496).4. Hindrina, ged. 20-10-1752.5. Jannes, ged. 27-3-1754.6. Jannes, ged. 14-12-1755.7. Hendrina, ged. 18-12-1757.8. Geertruij, ged. 3-10-1760.9. Jannes, ged. 14-3-1762.10. Jannes, ged. 1-1-1764.11. Gerrit Jan Hinnen, ged. 16-10-1765.11. Harmanna, ged. 24-2-1768.12. Hermannus, ged. 7-7-1773.Uit het derde huwelijk (allen ged. Almelo):13. Jan, ged. 12-12-1782.14. Jan, ged. 12-2-1784.15. Jannes, ged. 1-12-1785.16. Janna, (= nr. 199).17. Hendrik, ged. 3-10-1790.


18. Hanna, geb./ged. 20/24-11-1791, spinster, overl. Stad Almelo20-3-1855, tr. Stad Almelo 11-11-1819 Mannes Bolk, geb. Almelo ca.1793 (niet ged. ald.), wever, overl. Stad Almelo 1-12-1856, zn. vanLambert Bolk en Margaretha Prinsen, tr. (1) Stad Almelo 23-7-1818,Anneken Baarschers, ged. Almelo 2-7-1790, naaister, overl. StadAlmelo 7-3-1819, dr. van Bernardus Baarschers en Anna Elst.400. Geerlich Jansen Niphuis, alias Nip Geerlich, overl. na 1748, otr.Almelo 20-7/18-8-1726401. Derkien Janssen Zenderink, ged. Wierden 10-5-1705.Volkstelling Almelo 1748 `Nip Geerlich en Derkien sijn vrouw'. Zijhadden twee zoons, Roelof en Abraham, en twee dochters, Janna enJenneken. Het gezin woonde op de Schelfhorst.Geerlich is een zoon van Jan van 't Niphuis.Derkien was een dochter van Jan Zenderink uit Wierden.Derkien staat bij de doop van haar zoon Roelof, op 24-2-1737, teboek als Derckien Hindricks.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Janna, ged. 2-2-1735 (ouders: Geerligh Jansen van de Schilfhorsten zijn huisvrouw).2. Roelof, (= nr. 200) (moeder: Derckien Hindricks).2. Abraham, ged. 23-3-1740.3. Abraham, ged. 24-2-1743.4. Jenneken, ged. 7-10-1746.5. Jan, ged. 6-8-1749.402. Hermen Hendricks van 't Camphuis alias Heylen Harmen Kamphuis,overl. v. 2-5-1772 217 , tr. (1) Almelo 1724 Geessien Hendriks, otr.(2) Almelo 7-1-1731403. Lijsbeth Janssen Bolshove/Bolshoeve.Bij huwelijk genaamd Harmen Hendriks van het Heilenhuis. Bij devolkstelling van 1748 heeft hij 6 zoons.Uit dit huwelijk (in ieder geval; allen ged. Almelo):1. Eule, ged. 16-7-1734 (ouders: Harmen Hindricks van de Bockhoeveen Liesebeth Jansen).2. Jannes, ged. 11-1-1736.3. Jan, ged. 19-3-1738.4. Jan Hendrik, ged. 9-1-1740.5. Frederik, ged. 7-11-1742.6. Geeske, ged. 22-11-1744.7. Hendrikus, ged. 16-12-1746.8. Gerrit, ged. 3-7-1750.404. Geerlig Arents van ’t Meulenbelt (ook: Mollenbelt)/Van denKortenvoort, overl. v. 30-3-1771, tr. (1) Almelo 17-11-1726Fenneken Berents van de Kooj tr. (2) Almelo 21-8/10-9-1735405. Jenneken Derksen Senderink, (o)tr. (2) Almelo 15-10/12-11-1741Hendrik Harmsen Mighoop, zoon van Harmen Mighoop.Geerlig Arends van ’t Meulenbelt, jm. in de Heerlijkheid en FennekeBerends van de Kooije, jd. in de Heerlijkheid.Bij het tweede huwelijk was Geerlig weduwnaar, in de Heerlijkheiden Jenneken Derksen is van Sendrink, nagelaten dochter van DerkSendrink. Zij is afkomstig uit de Gemeente Wierden, laatst wonendein Notter, onder de kerk van Rijssen behorende.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Almelo):1. Frederik, ged. 14-10-1736.2. Frederik, ged. 19-3-1738.3/4. Jan en Abraham, ged. 1-1741.


406. Gerrit van den Kortenvoort.408. Gerrit Adams Oostendorp, landbouwer, (o)tr. Almelo 19-7/23-8-1739409. Triene Gerrits van de Elshof.Eshuis (1939 p. 45) noemt een erve Elshof, meestal de Elsboergenoemd, dat gebouwd zal zijn als lijftuchthuis voor de oude boervan het Noordik. Het erf moest wijken voor de aa<strong>nl</strong>eg van deNoordikslaan.Triene zou een dochter kunnen zijn van Gerrit Jansen, tr. Almelo30-11-1704 (als jm. in de Heerlijkheid, zoon van Jan te Noordijk)Jenneken Berens, jd. in de Heerlijkheid, dochter van Berend teElshoffUit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Adam, (= nr. 204).2. Jannes, ged. 3-11-1743.3. Gerrit, ged. 20-3-1746.4. Janna, ged. 20-4-1749.410. Hendrik Jansen van der Weide, wever, otr. Almelo 18-5-1738411. Maria Hendriks Zwierink, ged. Wierden 14-12-1711, huiswerkster.Hendrik is bij zijn huwelijk een `nagelaten' zoon van Jan van derWeide. De <strong>kwartierstaat</strong>gegevens van het Rectorshuis vermelden ookeen Jan van der Weide als vader van Hendrik. Dan volgt er een korteopzet voor mogelijke voorouders. Na Jan komt als mogelijke vaderAntony Jansen van de Weyde. Die trouwt (1) Willemtje Mens en(2) Fenneke Alberts Harms. Hij was een zoon van Jan Geerdsen van deWeyde. Als het patroniem van Hendriks vader Jan Antonissen (o.i.d.)was, kan deze reeks kloppen. Nader onderzoek!Hendrik was bij zijn huwelijk `JM. tot Almelo'. Bij haar huwelijkwas Maria `JD. van Wierden'. Het echtpaar woonde wel te Almelo.Maria was een nagelaten dochter van Hendrik Swierink uit Wierden.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Hendrica, ged. 12-4-1739.2. Jan, ged. 4-1-1741.3. Hendrika, ged. 9-12-1742.4. Maria, ged. 11-11-1745.5. Gerrit, ged. 20-9-1747.6. Gerrit Jan, ged. 21-10-1750.7. Maria, ged. 1-1-1754.412. Hendrik Alberts van den Tukkert en Kif(?) 218 , landbouwer,overl./begr. Almelo rond 1800, (o)tr. (2) Almelo 28-9/31-10-1764413. Ale/Aaltje Jansen van het Koningshuis/Konings/Tukkert, ged. Almelo28-12-1738, overl. Almelo 12-2-1814.Bij het huwelijk van hun zoon (= nr. 206) in 1792 zijn beideechtelieden nog niet overleden, want de inschrijving vermeldt hunnamen.Hendrik was bij zijn huwelijk met Aaltje weduwnaar op de Tukkert.Mogelijke ouders van Hendrik: Albert Kif/Kieft, alias Albert vanhet Hulshuys/Hulshorst x Maria Jansen van het Wierik, weduwe vanAlbert Geertsen Aalderink en van Gerrit van het Getkate.In 1748 staat Albert vermeld als weduwnaar, inwonend twee kinderen:Aele en Hendrik, woonachtig in de Achterhoek.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo) 219 :1. Jan Hendrik, ged. 26-12-1767.2. Jan Hendrik, ged. 31-1-1770.3. Abraham, ged. 1-9-1773.4. Berendina, ged. 20-11-1776.


5. Dijka, ged. 17-2-1780.6. Gerrit, ged. 11-9-1783.414. Gerrit Grobben/Grobbenhuis, landbouwer, overl./begr. Almelo rond1800, tr.415. Geertruid (van den) Tooren, overl./begr. Almelo rond 1800.Bij het huwelijk van hun dochter (= nr. 207) in 1792 zijn beideechtelieden nog niet overleden, want de inschrijving vermeldt hunnamen.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Hermina, ged. 8-3-17692. Helena (= nr. 207).3. Gerrit Jan, ged. 21-10-1772.4. Frederik, ged. 1-4-1774.5. Gerrit Jan, ged. 6-5-1778.416. Jan Alberts Spin, ged. RK Zuidveen 1-12-1765, arbeider, overl.Paaslo 26-6-1809, tr. RK Steggerda 3-6-1792417. Regina Berends Wensink, ged. RK De Blesse 29-4-1770, arbeidster,overl. Onna 21-3-1852.418. Frerik Raggers Bult, geb. 220 /ged. Steenwijk 17-9-1762/21-10-1763,overl. Steenwijkerwold (Onna) 19-1-1848, otr./tr. Steenwijk1/22-6-1788419. Klaasjen Alberts Scheper, geb. Steenwijkerwold (Onna) 14-6-1767,arbeidster, overl. Steenwijkerwold (Onna) 11-4-1836.Bij huwelijk jm. te IJsveen.Bij huwelijk jd. van Onna. Bij overlijden liet zij 4 kinderen na,ze was 69 jaar oud.420. Pieter/Peter ten Veen, ged. Steenwijk 8-9-1745, overl. Steenwijk15-4-1822, otr./tr. Steenwijk 13-4/4-5-1783421. Hendrikje Wolters Piest, geb. Nijesleek ca. 1752, ged. Vledder6-7-1755422. Derk Goorhout, ged. Meppel 18-4-1736, otr. Meppel 22-5-1774423. Hilligje Jans Wolters.Hilligje Jans Wolters is bij huwelijk jd., geboortig en afkomstigvan Zuidveen.Bij de doop van Aaltje is een Luitjen Wolters getuige.Een Hilligje Wolters overl. Ruinerwold 31-12-1816, 70 jaar oud.Een Hilligje Wolters overl. Dwingelo 7-5-1839 (memorie vansuccessie 01119.05, inv.nr. 51, kant. pl. Meppel, memorie nr. 179,d.d. 28-8-1839, cassette nr. 101, opname 89 (2).Derk Goorholt, oud 50 jaren, komt in 1785 voor op een lijstgetuigen n.a.v. de ongeregeldheden bij het bezoek van prins WillemV aan Meppel op 11 november 1785 221 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Meppel):1. Aaltje, (= nr. 211).2. Elsje, ged. 24-6-1781.424. Jacob Pieters Doeven, overl. Steenwijkerwold 23-10-1809, tr.Steenwijkerwold 12-6-1775425. Margien Jans Bont, overl. Stad Vollenhove 24-6-1811.Bij huwelijk JM. en JD., beiden afkomstig van Steenwijkerwold.426. Pieter Freriks de Ruiter, geb. Kuinre, ged. Kuinre 2-10-1760,koopman, overl. Steenwijk 12-12-1826, (o)tr. Kuinre 8/31-7-1785427. Elisabeth van Oenen, ged. Steenwijk 15-6-1760, overl. Steenwijk


10-4-1833.Pieter en Elisabeth overleden beiden in het huis aan de Wachtstraat204. Zij was 73 jaren oud, geboren in Steenwijk en `nalatende driekinders'.Bij huwelijk `JM. van Kuinre en J.D van Steenwijk, nu beidealhier'.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Jantje, ged. 13-1-1788 (getuige: Jantjen de Weelde).2. Trijntje, ged. 28-9-1785 (getuige: Klaasjen van Oene).3. Grietjen (= nr. 213; getuige: Jantjen van Oenen).4. Klaasje, ged. 20-10-1793 (getuige: Jantje Klaassen).5. Petronella, ged. 15-3-1797 (getuige: Jantje van Oene).428. Berend/Barend Christiaans Beverwijk, otr./tr. Steenwijk13/27-5-1781429. Jantien Jans 222 .In tijden woonachtig te Zuidveen. Bij huwelijk was hij daarvanafkomstig, zij van Steenwijk.430. Jan Sietsen van Lubek, ged. Steenwijk 4-5-1755 223 , otr./tr.Steenwijk 28-1/2(of 11)-2-1776431. Rensje/Renske Jans, ged. Steenwijk 28-3-1751, overl. Steenwijk28-8-1806 224 .In 1776 speelt een zaak tussen Rensje Jans te Zuidveen en haarmoeder Aaltje Geerts, weduwe Jan Wolters en A. Veldkamp en devoogden van Jan Sytse Andries van Lubek, Jacob Cornelis en JanSantink over bezwangering en huwelijksbeloften 225 .Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Sietze, ged. 31-7-1776.2. Jan, ged. 24-10-1777.3. Andries, ged. 21-3-1779.4. Grietje, ged. 22-10-1780.5. Aaltje (= nr. 215); geen doop overgeleverd.6. Arent, ged. 9-3-1785 (getuige: Geesjen Jans).7. Elisabeth, ged. 18-3-1787 (getuige: Barbara van Oort).8. Elisabeth, ged. 12-101-1788.9. Jan Kornelis, ged. 13-10-1793 (getuige: Geesjen Jans).436. Matheus van Dockum, ged. Driel 1-1-1764, overl. Maasdriel16-11-1819, (o)tr. Driel 6/30-6-1799437. Christina van den Boom, ged. Driel 2-3-1766, overl. v. haar man.Uit dit huwelijk (allen ged. Driel):1. Goosen, geb./ged. 31-1/2-2-1800, getuige: Anneke van Zoelen.438. Marcelis van de Werken, geb. Delwijnen, ged. Kerkwijk12-8-1764, overl. Ammerzoden 23-9-1832, (o)tr. Well28-11/21-12-1794439. Ariaantje van Genderen 226 , geb. Well, ged. Well 27-5-1763, overl.Ammerzoden 19-10-1850.Marcelis is gedoopt te Kerkwijk, als buitenechtelijk kind.Bij de doopinschrijving staat vermeld: ‘vader, naar het opgeven vande moeder, een onbekend persoon te Vlijmen woonachtig, wiens naamzij niet weet, en dien zij te voren of naderhand nimmer gezienheeft. Moeder Jenneken van de Werken, die bij den doop van haar


kind in het openbaar voor de gemeente over haar verfoeilijk gedragbestraft en tot ware boetvaardigheid vermaand is.’Bij zijn overlijden staat in de akte nog steeds geen naam vermeldbij zijn vader.Getuige bij de doop van Ariaantje was Kaatje de Noo.Marcelis van de Werken wordt op 30 maart 1792 aangenomen alslidmaat te Well. Ariaantje van Genderen werd aangenomen op 14 april1791.Bij huwelijk zijn zij J.M en J.D.; hij geboortig van Delwijnen enzij van Well, beiden woonachtig te Well.Mogelijk verdere gegevens over Van der Werken vermeld in GN 1993 p.319-320 en 1994, p. 499 (dit is een verwijzing naar een andergenealogisch tijdschrift).Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jenneken, geb./ged. Well 14/17-7-1796, getuige: Pieternella vanOort, huisvrouw van Joh. Kellen.2. Lambertus, geb./ged. Well 7/14-1-1798, getuige: Maaike vanGenderen. Lambertus tr. Ammerzoden 2-12-1821 Neelke van Hees.Maria (= nr. 219).440. Keimpe Annes Faber, ged. Sneek 15-2-1739, beluid Sneek 5-6-1788,begr. Sneek 8-6-1788, otr./tr. (gerecht) Sneek 25-3/9-4-1769441. Sijke/Sike Baukes, geb. ca. 1733, overl. Sneek 11-12-1818.Bij huwelijk beiden van Sneek.Sijke deed op 4-1-1769 belijdenis te Sneek. Bij overlijden was zij85 jaar oud.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek):1. Anne, ged. 4-5-1769.2. Bauke, ged. 17-3-1771.3. Grytje, geb./ged. 10-10/4-11-1773.4. Bauke, (= nr. 220).442. Wopke Ypes Sanstra/Zandstra, geb. Sneek, ged. Sneek 17-10-1756,roggedrager, overl. Sneek 29-5-1822, (o)tr. (2) Sneek27-10/11-11-1787 Susanna Pieters van Loo, otr./tr. (1) (gerecht)Sneek 30-12-1780/14-1-1781443. Beertje Ruurds, ged. Sneek 3-11-1754, begr. Sneek 29-6-1786.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Sneek):1. Ype, geb./ged. 25-11/6-12-1781.2. Rinske, (= nr. 221).444. Gerrit Geitenbeek, geb. Hillegom, ged. Hillegom 7-6-1744, begr.Hillegom 30-7-1798, otr. Hillegom 29-10-1768, tr. Hillegom 11-1768445. Ariaantje Cornelisdr. Swaan/Zwaan, geb. Rijnsburg, ged. Rijnsburg31-1-1745Bij huwelijk respectievelijk ‘JM.’ geboren en woonachtig teHillegom en ‘JD.’ geboren en woonachtig te Rijnsburg (maar ze isnaar Hillegom verhuisd).Uit dit huwelijk (allen ged. Hillegom):1. Marretje, ged. 25-2-1770.2. Cornelis, ged. 26-12-1771.3. Jacobus, ged. 19-12-1773.4. Antje, ged. 2-2-1777.5. Jan, ged. 4-2-1781.6. Gerritje, ged. 29-9-1782.7. Cornelia, ged. 14-8-1785. Getuigen: Cornelis en Ansje Zwaan.8. Cornelis, ged. 4-11-1787. Getuigen: idem.


9. Jan, ged. 10-4-1791 (= nr. 222). Getuigen: Jan Zwaan en LijsjeZwaan.446. Johan Hendrik Nieuwenhuis/(zen), overl. v. 24-1-1851, tr.447. Maria Catharina Herbers, mogelijk afkomstig van Elbersfeld, overl.v. 24-1-1851.448. Wijnand Horstman/Hosman, RK, ged. Kampen 6-10-1785, tuinier,daghuurder, overl. Zwolle 1-9-1846, (o)tr. Zwolle 1/17-6-1810449. Jennegien Hersevoort/Harsevoort, geb./ged. Zwolle 22/23-8-1789,overl. Zwolle 24-4-1865.Getuigen bij het huwelijk: zijn vader Jan Horsman en haar moeder,Hermine Neuteboom, weduwe J. (sic!) Harsevoort.Bij de doop van de oudste zoon was het ectpaar woonachtig buiten deSassenpoort. Hij staat te boek als RK, zij als ‘acatholica’. Dedoop is tweemaal overgeleverd: in de Siegelsteeg en de Boogenkerk.Bij overlijden in 1846 was hij 61 jaren oudOver de familienaam van Johanna valt wel het nodige op te merken.Ik tref in akten de meest uitee<strong>nl</strong>opende en vooral onduidelijkeschrijfwijzen aan. Bij overlijden heette zij Jennegien Hersevoorten was zij 79 jaar oud.Uit dit huwelijk:1. Joannes, ged. Zwolle 29-9-1810 (peter: Jan Horsman, van Campen).2. Derk (= nr. 224).450. Gerhard/Geerd Kosters, ged. Nordhorn (Stadt) 2-9-1766, overl.Nordhorn 7-7-1830, tr. Nordhorn 26-9-1797451. Janne Mensink.Bij overlijden was Geerd 64 jaren oud, woonachtig in de stad enzoon van Jan Kosters en Trine Weduwen.452. Berend Budde, soldaat, leeft in 1816 nog te Gildehaus 227 .453. Johanna/Anna Huiberts/Höpers, leeft ook nog in 1816.In maart 1794 laat het echtpaar Budde/Höpers te Gildehaus eendochter Gezina dopen. Denkelijk is Johanna’s naam verbasterd.454. Geerlich Kwekkeboom, alias Geerlich op de Wagt, alias GeerligScholte Honniglo 228 , ged. Losser 20-6-1736, landbouwer, overl.Losser 2-9-1800, tr.455. Geesken/Gezina Walhof, ged. Eschmarke 5-3-1752, boerwerkster,overl. Lonneker 2-12-1828, otr. (2) Losser 3/23-7-1801 SanderSchouwink, landbouwer te Lonneker, wed. Fenne Lippinkhoff.In 1794 vorderen de lidmaten van de gereformeerde gemeente vanLosser dat de hoeve Scholte te Honiglo onder Losser zal wordenverpacht aan de protestantse hoogste bieder op die pacht. Dezetters en de vele inwoners van het merendeels katholieke Losserverzetten zich daartegen 229 .Uit dit huwelijk 230 :1. Fenneken, ged. Eschmarke 31-3-1773.2. Willemina, ged. Echmarke 27-3-1774.3. Gerrit, ged. Lonneker 14-4-1775.4. Gerridina, ged. Eschmarke 5-10-1777.5. Hendrina, ged. Eschmarke 2-4-1779.6. Jan, ged. Eschmarke 21-5-1780.7. Jan Harmen, ged. Eschmarke 28-7-1782.8. Janna, ged. Eschmarke 17-8-1783.9. Janna, ged. Eschmarke 16-3-1785.10. Jan Harmen, ged. Eschmarke 20-8-1786.


11. Gerades, ged. Eschmarke 14-6-1789.12. Enneken, ged. Lonneker 8-12-1790.13. Enneken, (= nr. 227).14. Fenne.456. Gerrit Reudink, geb. Enschede, ged. Enschede 5-5-1782,molenaarsknecht, molenaar, fabrieksarbeider, (o)tr. Enschede16/23-10-1803/11-11-1803457. Gezina Waalderik/Woolderik, geb. Lonneker (Eschmarke), ged.Enschede 15-5-1780, dagloonster, werkvrouw.Bij overlijdensaangifte van zijn zoon Engbert wordt GerritReuderink genoemd.Bij ondertrouw:`zoon van wijlen Jurriaan Reudink en BerendinaLasonder, Enschede en Gezina Waalderik. JD. van Engbert Waalderiken Anna Nijhof uit de Eschmarke'. Bij huwelijk opnieuw devermelding van de ouders.Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede):1. Judith, ged. 6-4-1804, tr. Deventer 2-2-1828 Jacob Hendriks,geb. Deventer 30-11-1803, zn. van Derk Hendriks en Hendrika Staats.2. Engbert, 1805 (= nr. 228).3. Jurjen, 1807.4. Susanna, 1809.5. Jurrien, geb. Enschede ca. 1812, tr. Enschede 11-11-1840Christina Hasebroek, geb. Bentheim (Hannover) ca. 1817, dr. vanAlbert Hasebroek en Christina Bollen.458. Jan Hendrik Nijhuis, ged. Haaksbergen 8-4-1770, daghuurder, overl.Haakbergen 8-2-1840 otr. (1) Haaksbergen 28-10/25-11-1792 AaltjeWansink, dr. van Lambert Wansink en Janna Hijink, van denHonens/Hohenes, tr. (2) Haaksbergen 19-4-1801459. Catharina Deesekes/Wansink/Kips, geb. Eibergen ca. 1762, overl.Haaksbergen 8-11-1821, tr. (1) Gerrit Jan Smit/Smid/Smits, ged.Haaksbergen 8-10-1752, zn. van N.N. en Luberta Smid.De ‘echte’ familienaam van Catharina is onduidelijk: zeker is, datzij de moeder is van Christina (= nr. 229).Catharina komt vervolgens met deze drie achternamen voor. Is ersprake van verwantschap met Jan Hendrik’s eerste vrouw?In de overlijdensakte van Jan Hendrik staat vermeld dat hij wed.was van Aaltje Wansink en Catharina Kips, beiden te Haaksbergenwoonachtig en overleden.Eibergen 25.05.1771 Teunis Dezeker , j.m.z. van Arend Deseker, enHenders Wansink, j.d. van wijlen Teunis Wansink, beijde onder Nede,alhier in den echt bevestigt.Neede 15.06.1748 een zoon van Arend Deeseker en zijn vr. AeltjenGarritzen, genaemt TEUNISUit het huwelijk van Jan Hendrik Nijhuis en Aaltje Wansink (inieder geval):1. Willem, geb./ged. Haaksbergen 16/22-12-1793.2. Janna, ged. Haaksbergen 6-1-1797.Uit het huwelijk van Gerrit Jan Smit en Catarina Wansink (in iedergeval):1. Gerhardus, geb. Haaksbergen 12-3-1784.2. Gerrit, ged. Haaksbergen 27-7-1788, landbouwer, overl. Neede 28-5-1818, tr. Neede 23-11-1811 Hinders ten Damme (ook: Te Veldhuis),geb. Neede ca. 1766, dr. van Jan ten Damme en Jenneke Assink.Hinders tr. (1) Egbert Nijhuis.3. Hermannus Smits, geb. Haaksbergen 14-11-1790.


4. Bartha, geb./ged. Haaksbergen 3/4-9-1793, tr. Neede 1-10-1814Gerrit Jan Nijhof, geb. (Buurse (Neede)) ca. 1792, zn. van WillemNijhof en Berendina Morsink.Uit het huwelijk van Jan Hendrik Nijhuis en Catarina Wansink (inieder geval):1. Jan Nijhuis, geb. Haaksbergen ca. 1798, landbouwer, tr.Haaksbergen 11-5-1822 Hendrica te Rijdt, geb. Haaksbergen ca. 1797,dr. van Jannes te Rijdt en Catarina Weegerink. Jan tr. (2)Haaksbergen 9-12-1831 Hendrika Molenveld, geb. Haaksbergen ca.1806, dr. van Gerrit Molenveld en Willemijna Verhoff.Jan tr. (3)Haaksbergen 23-7-1840 Gerridina Bennink, geb. Haaksbergen ca. 1813,dr. van Gradus Bennink en Janna Mensink.2. Christina, (= nr. 229).462. Gerrit Huiskes, geb. ca. 1758, overl. Delden 12-1808, (o)tr. (1)Delden 7-3/2-4-1779 Aale ten Hulshof, (o)tr. (2) Delden23-10/11-11-1781463. Anna Sophia Wirtz/Wierts, overl. Delden 26-9-1818Bij het eerste huwelijk was Gerrit ‘jm. in den Esch’; bij hettweede huwelijk waren beiden afkomstig van Delden.Gerrit was bij zijn overlijden rond de 50 jaar oud, hij liet vierkinderen na. Hij woonde onder de stad Delden. De exacte datum isonduidelijk: de inschrijving is ingevoegd tussen anderevermeldingen op 18 en 21 december. De aangifte werd gedaan door eneJan Mulder.Over de voorouders: ik vond nergens te Delden een familie Wirtz; de(voor)naam klinkt overigens erg Duits.Voor wat betreft Gerrit: hij zou identiek kunnen zijn aan de manmet die naam die samen met zijn broer Berend voorkomt als kind vande niet met name genoemde weduwe van Jan Huiskes 231 . Op 14-10-1772transporteert die weduwe namelijk een half huis, mede namens haarniet aanwezige zonen Berend en Gerrit, samen met Fenne Huiskes,beiden geassisteerd door Jan Huiskes en samen met diezelfde JanHuiskes namens zichzelf. In de akte wordt een half huis met tuingetransporteerd, gelegen op het Zeldam, zijnde vrij, allodiaal enonbezwaard. Koopster is Jenne ter Horst, weduwe van Jan ter Horst.De prijs bedraagt 324 gulden en de andere helft van het huis mettoebehroen was al in eigendom van de koopster.Deze akte zou wel eens louter familieleden kunnen bevatten; er isnamelijk iets aan de hand met die familienamen Huiskes en Terhorst. De gevonden gegevens op een rijtje (let op; dit bevataannames):Op 20-6/18-7-1728 (o)tr. Delden Jan Huiskes Swier(ken) Berends terHorst; zij zijn ‘jm.’ en ‘j.d’’, beiden op het Seldam. In dedoopboeken komnt dit echtpaar waarschij<strong>nl</strong>ijk voor als Jan ter Hosten Zwierken N.N., genoemd te Kortwijk of Seldam; zij laten teDelden in ieder geval dopen:1. Berendina, ged. 14-6-1729.2. NN, ged. 1733.3. Berend, ged. 28-8-1735.4. Berend, ged. 15-3-1737.5. NN, ged. 8-2-1739.Aanname: wellicht is de Jan Huiskes (van de weduwe en twee zonen op14-10-1772), ook een telg uit het huwelijk van Jan ter Horst enSwierken N.N.Aaname: wat de naamgeving betreft kan dat wel kloppen: volkstelling1748: boerschap Weddehoen en Cottwijk, nr. 11: Jan en Swier terHorst. Kinderen: Berindina (20, dienstbaar), Hermine (13), Berend(10), Jan (8), Fenna (5) en Jan (1).


In 1743 is Horts Jan, of Camp Jan, als gedaagde betrokken bij eenproces over ‘injurie’ 232 .Op 3-10-1741 233 nemen Horst Jan en Zwier ter Horst een hypotheek opvan de echtelieden Joan Borcherts en Engeltje Jalink. Onderpand ishun huis en hof en hooigrond genaamd het Slagh en het bijliggendbouwland, alles op het Zeldam. De hypotheek was nodig voor debetaling van een hypotheek d.d. 27-7-1701 aan Jan Tankink alszaakgelastigde van de erfgenamen Stuurs (n.b.: waarom moet hetechtpaar dit betalen; komen hier voorouders in voor?). Later komtSwier Horst als weduwe van Jan ter Horst voor in eenhypotheekakte 234 , haar voogd is dan J.Schutte. Geldgever is GerritHerebaart; onderpand is een huis, hof, bouwland en een ‘maate’,genaamd het Slagh. Aangetekend is dat de schuld is voldaan op 29-4-1779.Uit het eerste huwelijk:1. Maria, ged. Delden 2-2-1780.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Delden):2. Aaltje, ged. 12-5-1782.3. Aaltje, ged. 24-1-1784.4. Harmine, ged. 11-3-1787.5. Jan Hendrik, ged. 15-3-1789.6. Gezina, (= nr. 231).464. Tiemen Jans van Laar, ged. Heerde 2-2-1755, tapper, overl. Zwolle13-6-1840, tr. (2) Zwolle 22-3-1821 Hendrina Kaak, (o)tr. (1)Vorchten 1/16-5-1779465. Jannigje Tiemens van Tongeren, overl. Zwollerkerspel (Berkum)16-11-1816Bij zijn eerste huwelijk was Tiemen j.m. uit Wapenveld, wonende teVorgten. De doopgegevens van Tiemen - en de gegevens over zijnouders - komen ook voor in de huwelijkse bijlagen bij zijn tweedehuwelijk. Daar staat overigens ‘1754’ vermeld.De optekening in het Registre Civique Arr. Zwolle meldt echter:Tiemen van Laar, boer, geb. Berkum (Zwollerkerspel) 3-8-1745 .Bij de volkstelling van 1795 te Zwollerkerspel/Berkum, op deVelthoek, nr. 6 is vermeld: Tymen van Laar; 5 personen.Een Jennigje Tiemens is getuige bij de doop van Gerrit en GerritJan van Laar (zie 232); zij is in 1810 woonachtig te Berkum en devrouw van Tiemen van Laar. Op 4/7-3-1802 is Jennigje Tiemensgetuige bij de doop van Tiemen, zoon van Jan Meulenbelt en Gergienvan Laar, in Berkum. Zij is op 15/21-10-1810 ook present bij dedoop van Assien, zoon van Jan Meulenbelt en Geziena Lambers.Jennigje wordt bij haar overlijden inderdaad vermeld met diefamilienaam en als vrouw van Tiemen van Laar.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jan, ged. Vorchten 18-11-1781.2. Gerbrich, ged. Vorchten 27-10-1782.3. Jan, (= nr. 232).466. Berend Engberts Meijer, ged. Zwolle 24-4-1740, overl. Hasselt10-10-1795, (o)tr. Hasselt 22-12-1779/30-1-1780467. Hermina Hofman, ged. Hasselt 18-6-1760, begr. Hasselt 28-4-1807,tr. (2) Teunis Gerrits.Bij het huwelijk: Berent Engberts, jm. te Haarst onder Zwolle,thans wonende te Streukelen, zoon van Engbert Berends en GerrigjeJans Rouwenhorst; Hermina, jd. geb. en wonende in Streukelen,dochter van Philip Hofman en Geertje Jans.Een Teunis Gerrits overlijdt 9 van sprokkelmaand 1809, oud 65jaren, weduwnaar met een kind.


Uit dit huwelijk (allen ged. Hasselt):1. Engbert, ged. 22-1-1781, tr. (1) Gerritje Albers, tr. (2) AaltjeUiltjes.2. Henderica, ged. 21-8-1782, overl. ca. 29-8-1782 (begr. in dekerk: f 1-4-0.3. Filip, ged. 9-4-1784.4. Gerrigje, (= nr. 233).5. Hendrikje, ged. 6-9-1789.6. Sientjen, ged. 20-2-1791.7. Petertje, ged. 1-3-1795.Uit het tweede huwelijk van Hermina:1. Gerrit, ged. 25-3-1799.2. Berend, ged. 24-11-1802.468. Jacob Bonsink, baas kleermaker, (o)tr. Zwolle 11-6/4-7-1785469. Steventien/Steverdine Herms, ged. Zwolle 20-10-1765, van Dalfsen,leeft nog te Haarst (Zwollerkerspel) in 1830.Bij huwelijk was Jacob kleermaker, afkomstig van Haarst. Getuigewas zijn broer, Isaak Bonsink.Volkstelling Genne 1795: Jacob Bonsink, baas kleermaker, 7personen.Kinderen van J.Bonsink, snieder, begraven Bergkloosterkerkhof(namen niet genoemd): 7-6-1792, 8-4-1795 en 29-8-1797.Steverdina staat in het bevolkingsregister van Zwollerkerspel van1830 nog vermeld. Vermeld is dat zij geboren is te Dalfsen en 66jaar oud is. Ik heb haar geboorte/doop daar niet gevonden en haaroverlijden niet te Zwollerkerspel.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Hermen, geb./ged. 24/27-4-1786.2. Mannes, (= nr. 234).3. Klaas, geb./ged. 25/28-8-1791.4. Herm, geb./ged. 28-10/3-11-1793.5/6. Petertien/Herremine (tweeling), geb./ged. 20/29-1-1797, ouderste Genne. Hermina overl./begr. 6/19-3-1809.7. Derk, geb./ged. 5/17-3-1799, ouders te Haarst.8. Herm, geb./ged. 6/12-4-1801, ouders te Haarst.9. Jan, geb./ged. 24-2/16-3-1803.10. Frederika, geb./ged. 10-17-3-1805, overl./begr. 7/12-3-1807.470. Derk Ridderinkhoff 235 , ged. Hasselt 4-8-1734, timmermansknecht,overl./begr. Hasselt 13/17-9-1807, otr./tr. (1) Nieuwleusen 2361/19-2-1760 Stientje Jans van Dijk (Van de Ruiten), overl. Hasselt6-5-1773, otr./tr. (2) Hasselt 26-1/13-2-1774 GeesjeLouberg/Langenberg, overl. Hasselt 13 juli 1775, otr./tr. (3)Hasselt 10/31-1-1776471. Johanna Bregman(s), ged. Dalfsen 7-4-1743, overl. Hasselt8-7-1821.Bij overlijden was Derk 75 jaar oud, hij liet 6 kinderen na.Johanna overleed in het ArmenhuisUit het eerste huwelijk:1. Gerrit, ged. Hasselt 14-6-1761.2. Jan Derks, ged. Hasselt 5-4-1765.3. Berent, ged. Hasselt 4-2-1767, begr. Hasselt 3 maart 1767.4. Grietje, ged. Hasselt 29-9-1768, overl. Zwollerkerspel 12-2-1827, tr. Hasselt 22-9-1790 Lambert Bogman, j.m., laatstelijk teMastenbroek.5. Anna, geb. Hasselt 30-12-1770, overl. Zwartsluis 2-1-1826, tr.(1) Hasselt 5-2-1792 Jan Ridderinkhof (ook: Jan Jansen), begr.Zwartsluis 5-4-1809, tr. (2)


12-5-1815 Jacob Musschie, ged. Zwartsluis 7-2-1793, overl.Zwartsluis 27-8-1846, zn. van Hendrik Jan Musschie en HendrikjeJans Brouwer, wedn. van Trijntje Jans Mast, tr. (3) Zwartsluis 28-2-1819 Jan Peters van Zuidbroek.Uit het tweede huwelijk:6. Tiemertje, ged. Hasselt 28-5-1775.Uit het derde huwelijk:7. Johannes, ged. Hasselt 24-9-1778, begr. Hasselt 19-10-1778.2. Johanna, ged. Hasselt 10-10-1779, overl. Zwollerkerspel 1-2-1864, tr. Hasselt 14-3-1808 Dries Derks van der Kolk, ged. Hasselt25-5-1777, landbouwer te Streukel (onder Hasselt), overl.Zwollerkerspel 4-6-1859, zn. van Derk Driessen en Hendrine Derks.3. Willempje, ged. Hasselt 4-11-1781, overl. Zwolle 29-1-1843, tr.Zwolle 6-7-1805 Pieter Wolbers.4. Berendina (= nr. 235).5. Derk, ged. Hasselt 17-5-1787, begr. Hasselt 4-6-1787.472. Jan Klos, te Hoogeveen.474. Hendrik Hendriks Jongevos, geb. Hoogeveen 28-10-1731, overl.Hoogeveen 31-12-1805, tr.475. Trijntje Geugies Schonewille, geb. Hoogeveen 27-3-1740, overl.Hoogeveen 23-11-1814.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Hoogeveen):1. Hendrik, ged. 17-9-1758.2. Hendrik, ged. 14-9-1760.476. Harm Willems Moes, tr.477. Hillegjen Jans.478. Jacob Heins, tr.479. Grietje Hendriks.Vermeld bij de overlijdensakte van hun dochter Annechien (1841).484. Jacob Alberts Kloot, (o)tr. Giethoorn 23-2/7-4-1748485. Grietjen Tiemens (Mink).Bij huwelijk waren beiden van Giethoorn afkomstig. Grietje heeft inieder geval een zus, Annigje. Zij zijn soms met vermelding van derelatie doopgetuigen bij elkaars kinderen. Grietje tr. Jan EvertsMichiels; bij de doop van een van haar kinderen wordt zij vermeldmet de familienaam ‘Flodde(r)’. Ook Grietje heeft een dochterLummigje. Wellicht heetten hun ouders dus: Tiemen en Lummigje.Verder is bij de dopen van kinderen van Grietje ook een AaltjeTiemens getuige (nog een zus?) en ook hier een Nelligje Coops. Dienamen komen ook terug bij de dopen van de kinderen van CoopTimens 237 .Bij de volkstelling in 1748 was het echtpaar woonachtig aan de‘Duynsater Kluft’.Uit het huwelijk (allen ged. Giethoorn):1. Tiemen, ged. 16-2-1749; getuige N.N. Timens.2. Jantje, ged. 26-9-1751; getuige Nelligje Coops.3. Lummigjen, geb./ged. 8/12-8-1753; getuige Nelligje Coops.Lummigje, jd. ‘op de Dwarsgracht’ (o)tr. (1) Giethoorn 1/17-2-1793Frederik Berends Kelderhuis, (o)tr. (2) Giethoorn 10-3/29-4-1797Hendrik Jans Wind.4. Reintje, geb./ged. 25/30-11-1755, getuige Cornelis BerendsMienk.5. Albert, geb./ged. 22/28-5-1758; getuige Annigje Tiemens.


6. Klaas (= nr. 242; (doopgetuige Annigje Tiemens; vermeld: zustervan Grietje).7. Hendrikje, geb./ged. 12/18-10-1761; getuige Annigje Tiemens;vermeld: zuster van Grietje).8. Aaltjen, geb./ged. 7-10-1764; getuige Annigje Tiemens.9. Hendrik, geb./ged. 23-31-8-1772.486. Jan Jurriens/Jurriaans, geb. Kalenberg, ged. Oldemarkt 2-8-1744,tr. Oldemarkt 3/18-1-1767487. Jantjen Hendriks (Polak?)Bij de doop van Geesje wordt de moeder vermeld met de familienamPolak. Ik ga er daarbij vanuit dat het om hetzelfde echtpaar gaat.Nader onderzoek.Bij de naamsaanname in 1812 neemt Jan te Oldemarkt de naam‘Groenewoud’ aan. Kinderen: Hendrik, 40 jaar; Jurrien, 30 jaar;Geesjen, 43 jaar en Roelofje, 38 jaar.Uit het huwelijk (allen geb./ged. Kalenberg/Oldemarkt):1. Geesjen, geb./ged. 7/11-10-1767; moeder vermeld met familienaam‘Polak’.2. Roelofje, geb./ged. 30-11/3-12-1769.3. Hendrik, geb./ged. 23/26-12-1770.4. Roelofje, (= nr. 243).5. Femmigje, geb./ged. 15/22-6-1777.6. Jurriaan, geb./ged. 31-10/5-11-1780.492. Dirk/Derk Hendriks Nijkamp, geb. Ambt Ommen ca. 1740 238 , overl.Ambt Ommen (Archem) 12-9-1806 tr. (1) v. 15-10-1772 HendrinaGerrits, dr. van Gerrit van Beerse. Derk (o)tr. (2) Ommen16-4/26-3-1780493. Berendina Lubberts Potheine, geb. Ambt Ommen (Archem), ged. ald.1-5-1762 239 , landbouwster, overl. Ambt Ommen 28-8-1826.Derk moet niet onbemiddeld geweest zijn. Het ging hem in iedergeval redelijk voor de wind, want zijn naam valt vaak terug tevinden in de rechterlijke archieven.Op 13-7-1765 240 wordt Derk samen met Jan Hannes van het Lintert teSeese benoemd tot voogd over Marijgje, Jan en Dina Jansen, kinderenvan de overleden Jan Nijenhuis en de overleden Jennigje Hannes,gewoondf hebbende te Eerde. Hij blijkt een volle neef vanvaderszijde. Ruim een jaar daarna treden zij een aantal keren op indie hoedanigheid.Op 16-8-1765 241 worden een drietal aktes opgemaakt, waarin zakengeregeld moeten worden: Jan Gerrits en Hendrina Gerrits, de vrouwDerk Nijkamp geven een volmacht aan hun vader, Gerrit van Beerse,om hun aandeel in het erve Weelink, gelegen in de boerschap OosterDalfsen en de tiende te transporten aan ene kapitein Turnbull. Inde daaropvolgende akten worden aktes van volmachten opgemaakt doorJan en Hendrina aan hun vader, en vervolgens van allen aan Dr. D.Thomassen a Thuesink, advocaat te Zwolle, om ze vertegenwoordigenten einde toestemming te verkrijgen van het ‘Hof van Salland’ voorde verkoop aan kapitein Turnbull van het erf de Brinkskamp,eveneens gelegen in de Ooster Dalfsen.Op 16-6-1766 242 staat Derk samen met onderscholtus Berend Nagel borgvoor Gerrit Nagel, in verband met diens aanstelling tot collecteurvan het hoofdgeld van Ommen en Den Ham over 1766.Op 19-12-1767 243 wordt een akte van overdracht opgemaakt voor Dr.Herman van Muijden, scholtus van Ommen en Den Ham en Derk enHendrina, vanwege de overdracht van twee stukken zaailand, gelegenin de Archemer-esch, behoord hebbende tot het erve Boomhuis aanHendrik Lucassen of Vegterlo, man van Jenne Herms.


Op 15-10-1772 244 sluiten Derk Nijkamp en zijn vrouw HendrinaGerritsen een hypotheek af, t.g.v. mevrouw A. Greeven, weduwe vanH. van der Muijden, in leven scholtus van Ommen en Den Ham.Onderpand: erve en goed Nijcamp; de lage landerijen genaamd DeKnoeve; 3 dagwerk in De Slaagen; 1 ½ dagwerk op Het Oortland,genaamd De Broekmaatjes; Het Hoekjen, eveneens op het Oortland,alles gelegen te Archem.Op 20-1-1775 245 sluit Derk Nijkamp, zoon van Hendrik Nijkamp en manvan Hendrikje Gerrits een lening af bij Heer Joan van Muyden, lidvan de gezworene gemeente der stad Zwolle. Onderpand is hunkeuterplaatsje Het Blooten te Lemele en de daarbij behorende hogeen lage landerijen. Het blijkt dat vader Hendrik Nijkamp HetBlooten gekocht heeft op 21-9-1752.Op 1-3-1777 246 doet Jan Blooten te Lemele aangifte voor de 50stepenning. Hij heeft op St. Petri de boerderij Het Blooten gekochtvan Derk Nijkamp.Op 7-1-1780 247 doen Hendrik Joan van der Wijck en N.G. van Muijdenaangifte van de verkoop van hooiland, gelegen in de Slagen bij Rot-Derkshuis te Archem, gekocht van Derk Nijkamp.Op 24-3-1780 248 wordt een akte opgemaakt die moet dienen alshuwelijkscontract en erfuiting. Weduwnaaar Derk, bruidgom vanBerendina, gassisteerd door haar vader en verder Jan GerritsHöftink te Beerze en Egbert Jans de Boone, voogden over WilleminaDerksen. Bepalingen: de bruid neemt Willemina aan als haar eigenkind; het kind ontvangt geld en goederen uit de moedersnalatenschap; het bruidspaar vermaakt alles over en weer op delangs levende; zij ontvangen de hele boedel.Op diezelfde dag 249 doen de voogden van Wilemina Derksen, dochtervan Derk Nijkamp en de overleden Hendrina Gerritsen, aangifte voorde 50e penning. Berendina Lubberts, de tweede vrouw van Derkadopteert Willemina tegen een vergoeding van 400 gulden en watroerende goederen. Uit deze akte blijkt dat Hendrina een broer had,Jan Gerrits van het Olde Egberts te Varsen. De akte wordtgepasseerd op 29-3-1781.Bij het tweede huwelijk was Derk weduwnaar op Nijkamp en Berendinawas jongedochter van het erf Potheine.Op 19-10-1780 250 doen Dr. H. J. van Wijck en zijn vrouw aangiftevoor de 50e penning vanwege de koop van de boerderij Het KleineLugtenbeld of Lap-Jans en gaarden en groengrond en een weiland, DeKnoeve, alles te Archem en gekocht van Derk Nijkamp en BerendinaLubberts.Op 26-10-1780 251 : opnieuw een akte van accoord tussen hetnieuwbakken echtpaar en de voogden in verband met de verkoop vanhet Klein Lugtenbeld.Op 11-6-1781 252 volgt dan een akte van schikking tussen dezelfdepartijen. Het gaat om een overdracht door Derk en Berendina aanhetzelfde echtpaar Van Wijck-Muijden van drie dagwerken hooiland inDe Slagen (reeds verkocht in 1779); de katerstede Klein Lugtenbeldof Lap-Jans en de bijbehorende goren en groe<strong>nl</strong>anden; de koeweide DeKnoeve, alles te Archem. In de boeken staan vervolgens de akten vanoverdracht 253 .Op 31-1-1782 254 : akte van hypotheek door het echtpaar ten gunste vanAnna Maria Schrader, vrouw van de overleden heer Voyer, apothekerte Zwolle. Onderpand: twee dagwerken in de Grote Mate; anderhalfdagwerk op Oostland te Archem (in de maarge: afgelost 23-2-1793).Op 1-11-1783 255 : aangifte voor de 50e penning door Jan Weevers,vanwege de aankoop van de tiende uit het land van het Sogencamp,gekocht van Derk Nijkamp. Op 7-11-1783 volgt de overdracht.Op 4-5-1785 256 doen Hendrik en Gerrit Hoekman, beiden van Lemele,aangifte voor de 50e penning vanwege de koop van een stuk hooiland,


De Hunen, gelegen in Archem, gekocht van Derk Nijkamp en zijnvrouw. Op diezelfde dag dragen zij het ook over.Op 14-1-1786 257 : akte van vernieuwing verwinning door het echtpaarten gunste van Jan Nijenhuis. De beide verwinningen van oktober1782 worden met een jaar verlengd.Op 21-5-1786 258 doet Hendrikus Smit te Ommen hetzelfde vanwege dekoop van tiendes uit het erve Louverink of Lonverink te Archem,gekocht van Derk en Berendina.Op 12-4-1788 259 : akte van hypotheek door Derk en Berendina tengunste van Jan Jansen wonende in het Mastenbroek. Onderpand:anderhalf dagwerk hooiland in de Archemermaten genaamd hetMiddelste Maatje (in de marge: afgelost 18-6-1789).Op 2-6-1789 260 : akte van hypotheek door Derk ten gunste van GuigjenWarnars te Avereest, man van N.N. Onderpand: huis, schuur enschapenschot; vijf mudde zaailand, huiswaarts aan het huis; halfdagwerk hooiland; drie mudde zaailand, Het Nieuwe Land (in demarge: afgelost 5-5-1802).Op 14-9-1792 261 wordt een akte van hypotheek opgemaakt door Derk enBerendina ten gunste van Hendrik Luigjes te Archem. Als onderpandbrengt men in: twee dagwerk hooiland, het Zeebroek onder Archem (inde marge: afgelost 22-4-1800 door Harm Luigjes, zoon van Hendrik).Op 24-5-1792 262 verkoopt het gerecht van Stad Ommen enkele zaken aande niet met name genoemde vrouw van Derk Nijkamp te Archem.Op 24-11-1792 263 doet Hendrik Miscotte te Noordmeer aangifte voor de50e penning vanwege de aankoop van een hooiland, gelegen op hetOortland te Archem, gekocht van Derk Nijkamp te Archem.Op 23-2-1793 264 wordt een akte van overdracht opgemaakt door hetechtpaar: men draagt aan Gerrit Jan Miskotte, te Notmeer, anderhalfdagwerk hooiland over, gelegen op het Oortland.Op 24-5-1793: akte van hypotheek door het echtpaar ten gunste vande diaconie van Avereest. Onderpand: twee dagwerk hooiland in deArchemermaten: de Groote Mate en een mudde zaailand, De Telle (inde marge: afgelost d.d. 14-5-1798).Op 3-12-1796 265 doet mevrouw Van Muijden, weduwe Van Wijck, aangiftevoor de 50e penning vanwege de aankoop van hooiland, genaamdMiddelstemaatje te Archem. Zij heeft dat gekocht van Derk en zijnvrouw.Op 8-12-1793 266 : akte van overdracht door het echtpaar aan N.G. vanMuijden, vrouw van de overleden H.J. van Wijck van anderhalfdagwerk hooiland, het Middelste Maatje.Op 15-1-1798 267 doet Herman Luiges te Archem aangifte voor de 50epenning vanwege de aankoop van hooiland in de Archemermeden,gekocht van Derk Nijkamp.Op 14-5-1798 268 : akte van overdracht door het echtpaar aan HarmenLuigjes te Archem en Jentje Gerrits van twee dagwerk hooiland in deArchemermaten.Op 1-10-1798 269 akte van hypotheek door het echtpaar ten gunste vanJan Hoften te Beerze. Onderpand is een mudde zaailand, hetLeystukke.Op 29-12-1799 270 doet Hendrikus Smit, wonende te Ommen aangifte voorde 50e penning vanwege de aankoop van een stuk land, de Tellen teArchem, gekocht van Derk Nijkamp. Op 22-4-1800 271 : akte vanoverdracht door het echtpaar aan Hendrik Smit, koopman te Ommen enJanna Stigh van een thiendbaar stuk zaailand, groot ongeveer eenmudde, De Tellen genaamd. Op diezelfde datum vindt ook overdrachtplaats van een hooimate, genaamd Zaaibroek en twee dagwerk inArchem aan Hendrik Grondman te Lemele en Harm Luigjes.Begin 1803 doet Derk de boerderij definitief van de hand: op 13-1-1803 doet Jan Berends, gevolmachtigd door zijn zwager Jan Berends(sic!), aangifte voor de 50e penning vanwege de aankoop van hetboerderijtje het Nijcams te Archem, bestaande in: huis, hoge en


lage landen, reeds door de koper bewoond. De prijs bedraagt 1300gulden en twee schapen.Bij zijn overlijden was Derk volgens opgave 73 jaren oud en hijliet 4 kinderen na.Uit het eerste huwelijk (allen geb./ged. Archem/Ommen):1. Wilemina, ged. 7-7-1764.2. Hendrik, ged. 5-3-1766.3. Gerrit, ged. 17-1-1768 (vader: Derk Gerrits).4. Hendrik, ged. 22-4-1770.5. Wilmine, ged. 9-10-1774.Uit het tweede huwelijk (allen geb./ged. Archem/Ommen):1. Hendrik, ged. 25-3-1781.2. Hendrikje, ged. 9-2-1783.3. Derk, ged. 19-6-1785.4. Henricus, ged. 16-12-1787.5. Derk, (= nr. 246).6. Willemina, geb./ged. 16/18-11-1792.7. Willemina, geb./ged. 7/15-5-1796.8. Hendrik, geb./ged. 1-12-5-1799.494. Berend Lubberts, op het Agterveld te Rheeze, ged. 11-11-1753,overl. 1-4-1812, (o)tr. Heemse 19-5/10-6-1792495. Jennigjen Derksen, overl./begr. Hardenberg ca. 1804 272 .Bij huwelijk was hij jongeman op het Rheezerveen en zij wasjongedochter te Rheeze: Berend Lubberts, zoon van Lubbert Berendsen Maria Hermssen, j.m. op het Rheeserveen en Jennigjen Derks,dochter van Derk Janssen en Geese Janssen, j.d. te Rheese. Hiergetrouwt den 10 Junij, naa drie voorafgegaane gewoone proclamatien.Jennigje Derks wordt op 19-3-1796 aangenomen als lidmaat te Heemse;zij is dan vrouw van Berend Lubbers en woonachtig te Rheezerveen.Op 26-3-1801 wordt een Berend Lubbertz te Rheeze lidmaat te Heemse.Bij zijn overlijden was Berend 57 jaren oud en al weduwnaar.496. Hendrik Jan Hinnen, ged. Almelo 5-7-1750, wever, overl. AmbtAlmelo `in het Schalderooy' 22-2-1811, (o)tr. Almelo13-11/16-12-1778497. Elsjen/Elsche Boom, geb. 1750, spinster/spoelster, overl. AmbtAlmelo ‘in het Schalderooi’ 20-12-1818.Aangifte van het overlijden van Hendrik Jan geschiedt door ‘Isaacten Bruggencate als boekhouder van de gereformeerde armstaat’, ‘HkJan Hinnen, ong. 60 jaar, gehuwd geweest met Elsje Boom ennalatende drie kinderen uit dit huwelijk’.In de Armenstaat van 1817 staat vermeld: `zij gaat op krukken';haar zoon Hendrik, die ondersteuning voor haar vraagt, verklaartdat zij sedert 10 weken ziek is 273 .498. Wilhelmus du Pont/Dupont, geb. Nijmegen? ca. 1753, overl.Vriezenveen 18-1-1810, tr. (mogelijk Nijmegen)499. Anna Catharina Stevens, geb. Nijmegen? ca. 1755, overl.Vriezenveen 12-2-1811.Op 6-4-1775 wordt te Almelo een Athony Du Pon genoemd (REC RA STADALM 2620 458-459).Dit echtpaar laat te Vriezenveen (RK) op 18-11-1798 een dochterdopen. Als de doop van hun dochter Johanna Maria inderdaad te


Nijmegen plaatsgegrepen heeft, moet het gezin tussen ca. juni 1796en november 1798 van Nijmegen naar Vriezenveen verhuisd zijn.Bij aangifte van overlijden te Vriezenveen, door zijn eigen vrouw,wordt Wilhelmus, als Willem Dupon, ongeveer 57 jaar oud genoemd.Hij liet zes kinderen na.Aangifte van overlijden als Anna Catharina Jansen, weduwe vanWillem Dupon. Overleden de 12de van Sprokkelmaand 1811, oudongeveer 56 jaar, nalatende 6 kinderen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, geb./ged. Nijmegen):Anna Maria Dupont, ged. (RK Statie der Augustijnen) 31-7-1794.Getuigen Henricus Voght, Maria Hopman.500. Willem uit de Poorte/Poorten, ged. Almelo 5-3-1755, wever, overl.Stad Almelo 16-8-1816, otr. (1) Almelo 24-10-1782Swenne/Swaantje van het Stegehuis, dr. van Arent van hetStegehuis, (ot)r. (2) Almelo 3-12-1793/9-1-1794501. Aleida Schuttenhuis, geb. Ambt Almelo, ged. Almelo 12-9-1770,overl. Stad Almelo 26-6-1845.502. Roelof Wanscher, ged. Almelo 22-9-1734, wever, overl. Almelo ca.1797 274 , (o)tr. (1) Almelo 27-8/5-10-1766 Janna Leveld of Lieveld,dr. van Otto Jansen Leveld en Jenneken Harmsen, (o)tr. (2) Almelo2/22-3-1787503. Jenne Koersen, ged. Almelo 21-3-1756, spinster, overl. Almelo21-1-1814Bij het eerste huwelijk: Roelof Wanschers, nagelaten zoon, inAlmelo, thans wonende in Meppel van Berent Wanschers en JannaLeevelt, nagelaten dochter, in Almelo van Otto Leevelt.Bij het tweede huwelijk: Roelof Wanschers, weduwnaar Janna Leveld,in Almelo en Jenneken Coers, nagelaten dochter in Almelo van DolfCoers.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Janna, ged. 31-8-1788.2. Geertruid, (= nr. 251).504. Jan Letteboer, ged. Almelo 9-12-1739, dagloner/loyersknecht,overl. Almelo 1804, (o)tr. Almelo 11-4/19-5-1765505. Swenneken Letteboer, ged. Almelo 17-8-1740, spinster, overl.Almelo 5-4-1809.Bij het huwelijk: Jan Letteboer, in de Heerlijkheid, zoon vanWillem Letteboer en Swenneken Letteboer, nagelaten dochter in deHeerlijkheid van Jan Letteboer.Op 7-4-1809 doet Albertus Mollink, boekhouder van de gereformeerdearmenstaat aangifte van haar overlijden. Zij is ongeveer 75 jaaroud, weduwe van wijlen Jan Letteboer, nalatende vier kinderen.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo, volgorde niet geheelduidelijk):1. Jan Hendrik, (= nr. 252).2. Frederik, ged. 15-11-1781.3. Maria Willemina, ged. 6-11-1785.4. N.N.506. Wolter Jans Ernst (ook: Erentsen), slagter, geb. 14-12-1738 275 ,ged. Almelo 14-12-1738, (o)tr. (1) Almelo 20/24-10-1770 Hendrinavan het Reve, dr. van Jannes van het Reve, tr. (2) Almelo14-5/20-6-1773 Judith Koning, dr. van Egbert Koning, otr./tr. (3)Almelo 21-4/17-5-1775507. Janna Lindeboom/Verlinden/Van der Linde, geb. Uelsen (D), overl.Almelo (als Johanna van der Linde) `in het Schalderoy' 4-8-1829.


Janna is wellicht ged. Uelsen 15-11-1746, vader: Hendrik Verlindeuit’t Dorp.Uit het eerste huwelijk (ged. Almelo):1. Jan, ged. 31-10-1770.Uit het tweede huwelijk (ged. Almelo):2. Hendrik, ged. 15-6-1774.Uit het derde huwelijk (beiden ged. Almelo):3. Johanna, (= nr. 253).4. Hendrik, ged. 18-11-1779.508. Jan Hendriks Koning (ook: Slijkhuis), ged. Olst 22-1-1749 276 ,overl. Olst 26-9-1808, meijer op Het Slot, ook wel Koningsplaatsgenoemd, een katerstede in de buurtschap Duur onder Olst, tr. (1)Jantje Jacobs, (o)tr. (2) Olst 17-1-1777509. Hendrikje Oordijk/Overdijk, waarschij<strong>nl</strong>ijk identiek aan HendrikjeCnelis/Cornelis/Hente CornelisBij het tweede huwelijk wordt Jan vermeld te ‘Duir’. Hij is danweduwnaar van Jantje Jacobs, Hendrikje is j.d. te Olst. JanHendriks laat te Olst een aantal kinderen dopen, waarbij de namenvan de moeder verschilt. Strikt genomen zou het dus omverschillende echtparen kunnen handelen. Wel past de doop vanKornelis - waarvan bekend is dat hij te Olst geboren is - heelgoed: qua tijd, plaats en vernoeming. Bovendien worden zijn oudersgenoemd bij zijn eigen huwelijksinschrijving in 1803.Op 15-1-1777 277 , dus vlak voor het tweede huwelijk, worden JanGerrits aan de Meente en Hermen Berents aangesteld tot voogden overJanna, Berentien en Jacob Jans, onmondige kinderen van Jan Hendriksop Slot in Duir en de overleden Jantjen Jacobs. De kinderen krijgenhet moederlijk deel en ieder twee gulden; de vader krijgt de restvan de boedel.Het Slot, ook wel Koningsplaats genoemd, is een katerstede in debuurtschap Duur. Jan Hendriks komt in ieder geval twee keer alsmeier voor op die boerderij 278 .Uit het eerste huwelijk (volgorde niet zeker):1. Janna, geb. Olst, (o)tr. Olst 17-11-1798 (en volgensinschrijving ook Deventer) Jan Engberts, JM. van Deventer.2. Berentien.3. Jacob.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Olst):1. Albert, ged. 15-2-1778, dagloner, tr. (1) Lutje Smeenks, overl.Epe 23-12-1815, tr. (2) Epe 4-5-1817 Janna Berends van Emst,dienstmeid, geb./ged. Epe 16/19-2-1786, dr. van Berend Gerrits vanEmst en Gerrigjen Jans Hoegen.2. Cornelis (= nr. zeer waarschij<strong>nl</strong>ijk 254).3. Henderkien, ged. 9-6-1783.4. Derk, ged. 16-4-1786.510. Hendrik Jans Holthuis, (o)tr. Vorchten 5/27-5-1776511. Hermina Hendriks Rietberg 279 , ged. Wijhe 2-5-1751Bij de doop van haar dochter Janna, op 11-11-1782, wordt als moedervermeld Hermina Harms. Bij de doop van een ander kind, te Olst op28-3-1779 is haar naam wel weer Hermina Hendriks en dat is ook hetgeval in 1803 bij de ondertrouwinschrijving te Wijhe van haardochter Janna.Bij huwelijk was Hendrik j.m. van Veessen en Hermina jd. van Wijhe,beiden zijn woonachtig te Vorchten.


Harmina was lidmaat van de hervormde kerk te Wijhe, ze deedbelijdenis in 1772. Aangetekend is dat ze op 18-11-1776 metattestatie naar Olst gegaan is.Hendrik zou een zoon kunnen zijn van Jan Holthuis en ZwaaneGerrits. Zij laten te Olst kinderen dopen: Jan Willem, ged. Olst 2-2-1738; Janna, ged. 11-10-1739. Andere mogelijke kinderen van ditechtpaar; te Veessen komen voor: Gerrit Jan Holthuis, tr. JannaGerrits; Geertjen Jans Holthuis, tr. Willem Luierts Schraat.Mogelijk voorgeslacht: een Jan Jansen Holthuijs, tr. (1) Luijtienvan Werven, in Terwolde, otr. (2) Veessen 1-5-1705 MagtheltEngbers, jongedochter van Veessen.Uit dit huwelijk:1. Hendrik, ged. Olst 22-9-1776.2. Eijnbert, ged. Olst 28-3-1779.3. Janna (= nr. 255).4. Aaltjen, ged. Olst 18-1-1784, overl. Oene 27-12-1851.5. Derkje, ged. Veessen 15-10-1786, tr. Heerde 25-4-1819 BesselRijks.6. Gerrit, ged. Veessen 14-9-1788.7. Willem, ged. Veessen 22-1-1792, tr. Epe 6-5-1820.Generatie X512. Sije Harmens, geb./ged. Buitenpost 28-3/2-4-1741, arbeider,veenbaas, bollepraamvoerder, schuiteschipper, overl. 1798-1799(voor 6-4-1799) 280 , tr. (2) Veenwouden 8-9-1782 Sijke Pieters, tr.(1) 13-11-1763513. Sjoukje Eelkes, leeft nog op 19-4-1779 281 , overl. v. 8-9-1782.Sije is geboren op dinsdag 28 maart en ged. in de kerkdienst van dedaaropvolgende zondag, 2 april 1741: ‘Het Soontje van Harmen Sjirksen Claaske Siës is van den vader selver ten h:Doop gepresenteert Den2 April 1741 en is benoemt Siës oud 5 dagen.’.Op 21-9-1762 282 treedt Sije, dan in het 22ste jaar, op als getuigerond de gebeurtenissen bij een steekpartij. Hij is met anderenaanwezig geweest in de herberg ‘op het huis ter heide’, Hij heeftmet Romke Sijbrens gezien hoe Johannes Pijtters ‘het mes bloot in dehand hadde, zonder dat wist of imant daar meede wilde quetsen’ Eve<strong>nl</strong>ater verlieten Doede Egberts en zijn vrouw de herberg, maar zijkwamen vrijwel meteen terug: Doede had een grote snee in hetaangezicht. Hij zei dat Johannes Pijtters dat had gedaan. Sije enanderen hebben toen Johannes ‘ter schuil in de sloot gevonden’achter Jan Sijmens huis. Sije ondertekent zelf deze akte. Later datjaar, op 15-12-1762 283 bevestigt hij dat verhaal nog eens en vult hetaan: zij hadden de verdachte gezien ‘in de sloot sitten of duykenonder een groote stobbe van een oude boom, waarop veel jong houtweer was uitgewasschen, en daar uit hadden sy beslooten dat sig daarwilde verschuilen, gelovende voortnaast dat de gev: al watbeschonken was geweest.’ Opnieuw ondertekent hij zelf.


Op 19-4-1779 284 verklaren Sije Harmens en Sjoukjen Eelkes,echtelieden op de Veenwoudsterwal, 46 cg., 18 st. en 2 p. schuldigte zijn aan Claes Sybrens, coopman aldaar, wegens geleverdewinkelwaren. De registratie volgt eerst op 23-7-1798.De overgeleverde doopinschrijving van Sije is natuurlijk al een‘bewijs’ op zich, maar erbestaat een expliciete vermelding van de relatie tussen HarmenSierks en Sije 285 . In die akte neemt Froukje Fockes, weduwe vanwijlen Harmen Sierks, in leven veenbaas te Veenwouden, aan wegens‘overwinst’ 88 cg. en 10 st. te betalen aan Sije Harmens. De relatieis zonneklaar: ‘des impts. wl. vader’.Eind 1785 is wordt er turf gestolen uit het veen van Sije 286 . Op 7-10-1785 vaart hij met zijn zoon Edse Sijes naar huis. Dan zien zij,dat Gerrit Beens, tolman op de Veenwoudsterwal de turf uit het veenvan Sije in zijn scheepje smijt. Ze proberen er uit alle macht bijte komen, maar Gerrit is ze te vlug af. Volgens vader en zoon moetGerrit de turf daarna in het water hebben gesmeten, omdat ze laterbij de brug van Veenwoudsterwal constateren, dat het scheepje vanGerrit Beens leeg is. Ook Edse doet zijn verhaal, al staat in demarge vermeld, dat deze verklaring niet officieel overlegd is.Logisch, want hij blijkt ‘oud in het 13e jaar’. Dat betekentoverigens dat hij nog dertien moet worden: is hij een tweelingbroervan Sierk Sijes? Het verhaal krijgt natuurlijk een officieelvervolg. Gerrit Beens wordt gevangen gezet en er volgt een proces.Daarbij volgt uiteindelijk vrijspraak.Op 3-3-1787 287 verklaren Sije Harmens, schuiteschipper en SijkePijtters, echtelieden te Veenwouden 450 cg. schuldig te zijn aanAlbert Jans, mr. scheepstimmerman te Veenwouden, vanwege ‘coop e<strong>nl</strong>everantie van een nieuwe coffeschip, lang over steven 40 voet, wijd9 voeten.’ In de marge van de orinele schuldbekentenis is vermeld,dat Sije en Sijke op diezelfde dag de eerste 100 cg. afbetaaldhebben, vanwege de levering van een oude bollepraam met toebehoren,ter waarde van 30 cg. De overige 70 cg. worden contant betaald.Op 6-1-1790 288 verklaart Sije 21 cg. schuldig te zijn aan KlaasHarmens, diaken van de gereformeerde gemeente te Veenwouden, wegensdrie ‘halfjaaren agterstaligen huishuur’. Het gaat om een huis ‘opde wal’, Veenwoudsterwal dus.Op 9-12-1790 289 wordt een akte geregistreerd, d.d. 10-12-1790, waarinSije verklaart 85 cg. te hebben ontvangen van Lieuwe Johannes.De exacte overlijdensdatum van Sije Harmens blijft onvindbaar. Op despeciekohieren staat hij in 1798 nog gewoon vermeld. In 1799 staatnaast de reguliere belastinggegevens vermeld: `overleeden nudesselfs wedue'. Overigens blijkt die weduwe, Sijke Pytters, in1801, zo vermeldt het speciekohier van dat jaar, `vertrokken zonderte weten waarheen'.


Speciekohieren Dantumadeel1765-Feenwolden LQ-nr. 50 Marten Sierks1766-Feenwolden LQ-nr. 50 Sije Harmens-2 h(alve) h(oofden)1767-Feenwolden LQ-nr. 50 Sije Harmens-2 hh (gebr. op nr. 35, nuHans Sipkes van nr. 55)1768-Feenwolden LQ-nr. 35-Harmen Sierks (Sije Harmens is gebracht opnr. 118 alhier)1769-Feenwolden LQ-nr. 118-Sije Harmens-2 hh1771-1779 idem.1780-Feenwolden LQ-nr. 118-Sije Harmens-2 hh (gebr. nr. 129, nuHenne Sijmens v. nr. 37)1781-Feenwolden LQ-nr. 129 Sije Harmens-2 hh1782-Feenwolden LQ-nr. 129A Sije Harmens-2 hh, 129B Oene Sierks-1 hh1783-Feenwolden LQ-nr. 129A Sije Harmens-2 hh + 1 rier, 129B OeneSierks (Oene overl. 290 )1784-1785 Feenwolden LQ- nr. 129 Sije Harmens- 2 hh1786-Feenwolden LQ- nr. 129 Sije Harmens- x (gebracht op nr. 133)1787-1789-Feenwolden LQ- nr. 133 Sije Harmens- 2 hh + 1 koe1790-Feenwolden LQ- nr. 133 Sije Harmens- x (is gebr. op nr. 14, nuBalling Martinus)1791-Feenwolden LQ- nr. 14 Sije Harmens- x (geb. op nr. 17, nu GeertSipkes)1792-Feenwolden LQ- nr. 17 Sije Harmens- 2 hh1793-Feenwolden LQ- nr. 17 Sije Harmens- x (geb. op nr. 34, nu FeijeClaases)1794-Feenwolden-nr. 34 Sije Harmens- 2 hh1795-Feenwolden-nr. 34 Sije Harmens- x (de hoofden als vooren)1797-Feenwolden LQ-nr. 35A Harmen Sierks wed.- x 35B Sije Harmens- x1798-Feenwolden LQ-nr. 35A Harmen Sierks wed.- x 35B Sije Harmens- x1799-Feenwolden LQ-nr. 35A Harmen Sierks wed.- x 35B Sije Harmens- x(overl., nu des. wed.)Uit het eerste huwelijk:1. Harmen Sijes Wouda, geb./ged. Veenwouden 6-11/9-12-1764 arbeider,overl. Menaldum 20-1-1812, otr. Engelum (procl. 11/18/25-5-1794),tr. Engelum 1-6-1794 Baukje Kerstes, geb. Beetsterzwaag ca. 1761,werkvrouw, overl. Vrouwenparochie 7-11-1832.2. Eelke Sijes Wouda, geb./ged. Veenwouden 3-1-1766/12-4-1767,overl. Beetgum 26-4-1810, otr. Marssum 12-5-1799, tr. Marssum 19-5-1799 Aukjen Ypes de Haan, geb./ged. Beetgum 6-2/31-3-1776,arbeidster, overl. Beetgum 17-11-1854, dr. van Ype Alberts de Haanen Sjoukje Harmens.3. Klaas Sijes van der Woude, geb./ged. Veenwouden 14-3/12-4-1767,werkman, overl. Finkum 15-1-1814, tr. (1) Boksum 19-5-1793Korneliske Sijnes, overl. Leeuwarden 6-1802, dr. van Seine NN enLysbeth Gerrits. Klaas tr. (2) Leeuwarden (Galileërkerk) 11-7-1802Adriaantje Jacobs Hoekstra, overl. Het Bildt 30-1-1851.4. Edse Sijes van der Woude, geb. ca. 1772/1773, op belijdenis ged.Veenwouden 2-3-1800, arbeider, overl. ‘Houmel’/’Houwel’ (Haule?) 29127-5-1813, tr. Veenwouden/Dronrijp 14/25-12-1800 Lysbert Jans,overl. Dronrijp 26-1-1812.5. Sierk Sijes Woudstra (= nr. 256).514. Tjalling Rinzes, geb. Bergum, boer op zate 9 Veenwouden (1768),arbeider, kerkvoogd te Veenwouden, overl. Veenwouden 1782, otr.Bergum 13-4-1753, tr. Veenwouden 6-5-1753515. Baukje Oedses, ged. Veenwouden 31-8-1732, overl. Veenwouden12-1804.


Bij zijn huwelijk was Tjalling, evenals zijn vrouw Baukje Oedses,afkomstig van Bergum.Leeuwarder Courant van 18 oktober 1766: Tjalling Rinzes komt hijbij een verkoop voor als kerkvoogd, samen met predikant ds. Joh.Folktersma.In 1778 komt hij voor in de Floreenkohieren Dantumadeel, Veenwoudennrs. 7 en 21.Op 29-11-1798 292 wordt een akte geregistreerd van 17-3-1776. Daarinverklaart het echtpaar wegens ‘verschotene penningen’ 267 cg, 15st. schuldig te zijn aan Jouwert Harmens.In de Floreenkohieren Dantumadeel van 1798, Veenwouden nr. 7, 9, 21is sprake van de erven van Tjalling Rinses.Op 22-2-1802 293 wordt een akte geregistreerd van 15-7-1777, waarinhet echtpaar verklaart 350 cg. schuldig te zijn aan Jetse Alles,huisman op Bergumerveen, wegens verschoten penningen.De dopen van de kinderen zijn niet gevonden. Een mogelijkeverklaring is, dat vader Tjalling van doopsgezinde huize is.In 1811 nemen in Dantumadeel drie mannen de naam ‘Huisinga’ aan:Oeds Tjallings, mede voor zijn kinderen Grietje (15), Baukje (13),Jeltje (11), Tjalling (8) en Aaltje (4); Rinze Tjallings, mede voorzijn kinderen Baukje (14), Akke (12), Tjalling (9), Daniel (7),Rienk (4) en Marten (1); Johannes Tjallings, mede voor zijnkinderen Tjaling (7), Frans (5), Janke (3) en Rinse (1).Uit dit huwelijk (volgorde niet geheel zeker):Marten, 1754.Rinse, 1766.Oeds.Neeltje, 1772 (= nr. 257).Johannes, 1776.Antje.516. Gerrit Everts, ged. Veenwouden 17-6-1742, mr. linnenwever 294 ,schippersknecht, schipper, visser, beurtschipper op Dokkum enLeeuwarden, begr. Veenwouden 17-4-1793, tr. Veenwouden december1765517. Sjoerdtje Gerks Visser, geb. Veenwouden 1740, DG, arbeidster,overl. Veenwouden 13-6-1813.518. Jan Pieters Leij, geb. Veenwouden 1742, schipper, overl.Veenwouden 1801, tr. Veenwouden 7-11-1765519. Fokje Jacobs, ged. Driesum 2-6-1737, overl. Veenwouden 1803.520. Minne Berends, ged. Drachten 15-5-1722, schuytvaarder, boer,overl. Drachten 1802, tr. Drachten 4-5-1749521. Fokjen Hendriks, overl. Drachten in of na 1804.Na het huwelijk vertrok het echtpaar naar Ureterp, in 1754 weer,naar Drachten in 1766 weer naar Ureterp en tenslotte in 1774 weernaar de Zuiderdrachten. In 1779 verhuisde men naar deNoorderdrachten 141, aan de Noorderdwarsvaart.Bij de speciekohieren van 1804 staat Fokje vermeld: de weduwevertrokken en woont bij een ander. Mogelijk leeft zij dus nog na1804.1815 Drachten, notaris K.J. van der Veen inv. nr. 032007 repertoirenr. 417 d.d. 22 februari 1815, procuratieBerend Minnes Weima te Drachten als constituantHendrik Minnes Weima te Leeuwarden als constituantMeine Fokes Wieland te Drachten als gelastigdeAlle Migchiels Zandstra te Drachten als constituantSietske Minnes, weduwe van Haaike Pieters van der Werf te Drachtenals constituantUit dit huwelijk:


1. Sytske, geb. 1754, overl. (als Sietske Minnes van der Werf) 18-1-1834, tr. Drachten 11-11-1787, Haike Pieters van der Werf, vanNoorderdrachten (zij van Ureterp).2. Hendrik, (= nr. 260).3. Berend, geb. 1760, overl. Smallingerland 24-8-1826, tr. Drachten16-6-1793, Sytske Ljippes, van Noorderdrachten.522. Jentje Wopkes Veenbaas, geb. ca. 1735, veenbaas, koopman, overl.Drachten 21-5-1818, tr. Drachten 12-10-1760523. Jitske Jacobs Weima, geb. ca. 1736, overl. Drachten 13-4-1825.Bij huwelijk waren beiden afkomstig van Noorderdrachten.De geboortejaren zijn afgeleid van de overlijdensleeftijd, datgeldt ook voor de hier opgenomen ouders. Men was mogelijkdoopsgezind; van geen van beiden, noch van hun kinderen is een doopovergeleverd in de regio waarin ze woonachtig waren.In de overlijdensakte van Jentje worden zijn oudersgenoemd alsarbeiders, echtelieden te Drachten. In de overlijdensakte vanJitske worden haar ouders omschreven als echtelieden te Drachten.Jentje komt vanaf begin jaren 60 voor op de speciekohieren vanSmallingerland: Noorderdrachten, nr. 165, 1762: ‘Jan GeertsSchriemer, vertrocken, in plaats Jentie Wopkes, tevoren vrijgeselgeweest’. In 1776 verhuist hij naar nr. 171, in 1777 naar nr. 179,in 1784 weer naar nr. 171 en in 1785 naar nr. 185. Vermeld is in1787: een dochter getrouwd en nu buiten Friesland (dat moet dusgaan om Froukje (= nr. 261). In 1788 op nr. 167, in 1792 naar nr.108, in 1796 naar nr. 98 en in 1799 naar nr. 59.Jentje is een man geweest van vele zaken. Hij was ongetwijfeldactief in de vervening rond Drachten.Op 10-3/24-3/7-4-1772 295 proclameren Sytse Oenes, Geert Fookes enJentje Wopkes de aankoop van hoogveen in de Volgeren onderNoorderdrachten. Zij kopen het van de gecommiteerden van deVolgeravenen. De koopbrief dateert van 3-5-1772.Op 19-2/14-3/4-4-1780 296 proclameert Jentje de aankoop van eenperceel grond te Noorderdrachten van Marten Rommerts en ClaasSybes, curatoren van de kinderen van Klaas Feitses.Op 14-3/4-4/18-4-1780 297 proclameren Jentje Wopkes, Geertje Fookes,Sytze Oenes en Janke Jans de aankoop van een perceel teNoorderdrachten van de ‘gecommiteerden van de Volgera Veenen’.Op 3-1/13-2/6-3-1781 298 proclameren Jentje Wopkes en Janske Jans deaankoop van een perceel hoogveen in de Volgeren van RommertHarmannus.Op 20-1/3-2/24-2-1795 299 proclameren Jan Feitzes en Jentje Wopkes deaankoop van greidland met bomen en plantage, gelegen onderBoornbergum. Zij kopen het van Gurbe Hanses en Gjalt Jaspers,curatoren over de kinderen van Albert Arents. De koopbrief isgedateerd op 6-3-1794.Op 5-3/5-4/6-4-1796 300 maakt Jentje openbaar dat hij van KlaaskeHendriks en Martien Oenes een perceel hoogveen in de Volgeren heeftgekocht. De koopbrief is opgesteld op 6-2-1796.Op 5-4/19-4/3-5-1796 301 proclameren Jan Feitzes en Jentje Wopkes deaankoop van 2 lopenstal hoogland te Smallingeropeinde, gekocht vande secretaris Reiding. De koopbrief is van 16-4-1796.Op 20-12-1796/7-1/23-1-1797 302 proclameren dezelfde mannen deaankoop van een huis, door Jan Symens bewoond.De filiatie met Froukjen is niet via een doop in Smallingerlandovergeleverd, maar het bewijs komt hier uit een memorie vansuccessie, opgemaakt na het overlijden van Jentje 303 . De aangiftegeschiedt in het kantoor Gorredijk. Jitske Jacobs, in deNoorderdrachten en haar zoon Wopke Jentje Veenbaas, arbeider in deZuiderdrachten en Trijntje Jentjes Veenbaas (met haar man, Anne


Jeens de Boer) en Minne (= nr. 130) en Jentje Hendriks Weimanheer,arbeiders aldaar, kinderen van de vooroverleden dochter van Jentjeen Jitske, Froukjen Jentjes Veenbaas en Hendrik Minnes Weimanheer.Hun vader en opa is overleden te Drachten op 21-5-1818.In de inhoud is o.a. sprake van een testament in augustus 1803 enop 10-6-1808 te Gorredijk opgemaakt.Bij het landbezit: een huis c.a. Noorderdrachten nr. 331; een kamplands, mandeling met Jan Feitzes Heida, Noorderdrachten nr. 226;een huis, Noorderdrachten nr. 191; een huis, Noorderdrachten nr.189; 200 roeden veen te Noorderdrachten; een kamp bouwland aldaar;een bos te Noorderdrachten; een kamp bouwland ‘in de Kompagnieonder Noorderdrachten’ en de helft van een kamp lands onderBoornbergum, mandelig met Jan Feitzes Heijda.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032028 repertoirenr. 2517, d.d. 29 april 1825: Jittje Jakobs, in leven weduwe vanJentje Wopkes Veenbaas als erflater. Het betreft een boelgoed doorde erven Jentje Wopkes Veenbaas, in leven gehuwd met Jittje Jakobs.Betrokkenen zijn: Wopke Jentjes Veenbaas te Drachten, Anne Jeens deBoer te Drachten, Minne Hendriks Weima te Drachten en JentjeHendriks Weima te Drachten als verkoper; opbrengst fl. 179.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Froukje (= nr. 261).2. Wopke, geb. ca. 1766, overl. Smallingerland 4-12-1837.Wopke komt op 19-11-1796 voor bij het Hof van Friesland 304 .3. Trijntje, geb. ca. 1780, overl. Smallingerland 3-3-1852, tr.Smallingerland 19-5-1814 Anne Jeens de Boer, geb. Zuider Drachtenca. 1774, zoon van Jeen Jelles de Boer en Iekjen Kornelis.524. Willem Hendriks, tr. Drachten 18-6-1758525. Froukje Feitses.Er is te Smallingerland een aantal ‘Feitzes’ voorhanden. Naderonderzoek bracht nog niet aan het licht of een van hen de vader vanFroukje zou kunnen zijn. Niet aannemelijke vaders: Feitse Aukes,tr. Lamkje Liekeles; deze familie noemt zich later Heida: naar JanJansen Heyda, huisman te Mildam. Lamkje is namelijk een van zijnerfgenamen 305 .Ook niet aannemelijk: Feitse Seies, mr. schoenmaker, tr. AaltjeJans: zij krijgen wel: Feye en Marten.Idealiter zou Feitze getrouwd moeten zijn met een Joukje. Naderonderzoek.Een Willem Hendriks, van Drachten, verklaart op 5-12-1772 306 namenszijn broer, Jan Hendriks, wonende in de Rottevalle, 600 korf volaardappelen geladen te hebben. Jan had het gekocht van HendrikTaekes Reghtop. Nergens wordt duidelijk dat het om ‘onze’ man gaat.Dat geldt ook voor een akte d.d. 19-4-1773 (ingeschreven 8-5-1773) 307 , waarin Willem Hendriks, schuitevoerder in de Rottevalleverklaart 78 cg. schuldig te zijn aan Ate Ypes Faber, mr. zeilmakerte Grouw, vanwege de aanschaf van een zeil. Uit dit huwelijk (inieder geval):1. Hendrik, geb. ca. 1764, overl. Smallingerland 11-8-1821 (57 jaaroud).2. Joukjen, geb. ca. 1768, overl. Smallingerland 6-11-1848 (80 jaaroud).526. Hendrik Jans Overal, ged. Garijp 3-1-1734, schipper, overl.Drachten 11-10-1816, tr. Drachten 12-2-1764527. Blijke Sybrens, geb. 1743, overl. Drachten 19-9-1818.Bij de vermeldingen in de speciekohieren van Noorderdrachten is hijin 1764 vermeld op nr. 39. In 1766 staat hij al vermeld met de


familienaam ‘Overal’. In 1790 is hij vertrokken en in 1803 komt hijterug van de plaats Zutphen; hij is dan gebracht op nr. 37/38.Bij overlijden was zij een dochter van Siebren Jelkes en HylkjenKornelis, in leven huislieden te Drachten. Aangever was HendrikWillems Doele, 53 jaar, pompmaker, schoonzoon.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032012 repertoirenr. 926 d.d. 19 maart 1817: Blijke Jans (sic!), weduwe van HendrikJans te Drachten als requirant; opbrengst fl. 119,85; te harenhuize, Hendrik Jans Overal, in leven gehuwd met Blijke Jans;betreft boelgoed door de weduwe.Notaris K. J. van der Veen te Drachten, inv. nr. 032013 repertoirenr. 1081 d.d. 19 september 1817, boedelscheiding: Blijke Sieberens,weduwe van Hendrik Jans Overal te Drachten; betreft de nalatenschapvan Jan Hendriks Overal; tegen fl. 300.-. Hendrik Jans Overal, i<strong>nl</strong>even gehuwd met Blijke Sieberens; betreft boedelscheiding door deweduwe. Verder: Sietske Bordses Bordzinga, weduwe van Jan HendriksOveral te Drachten; betreft de nalatenschap van Jan HendriksOveral.Uit dit huwelijk (allen ged. Drachten):1. Hylkje (= nr. 263).2. Jan, ged. 5-10-1766.3. Wybkjen, ged. 3-4-1768.4. Jan, ged. 23-4-1769, tr. Sietske Bordses Bordzinga.5. Wybkjen, geb. Noorderdrachten 22-9-1771, ged. 8-10-1775.Notaris J. G. van Blom te Drachten, inv. nr. 033012 repertoire nr.21, d.d. 11 februari 1839, obligatie: Wiepkjen Hendriks Overal teSurhuisterveen als schuldenaar en Grietje Wopkes te Drachten alsschuldeiser6. Aukjen, geb. Noorderdrachten 7-9-1775, ged. 8-10-1775.7. Trintie, geb. Noorderdrachten 4-11-1777, ged. 30-11-1777.8. Syberen, geb. Noorderdrachten 5-1-1783, ged. 2-2-1783.528. Jurjen Jurjens Vos, geb. ca. 1705, tr. Wedde 30-5-1728529. Jantje Harms.Gegevens afkomstig van P. Bos, Zwolle. Hij geeft aan dat de trouwenoverlijdensboeken van Wedde (vanaf 1712) wel bij het CBGaanwezig zijn. Mogelijk zijn zij in Wedde getrouwd voor 1740. Naderonderzoek.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Wedde):1. Maria, ged. 27-3-1729.2. Gepke, ged. 25-12-1730.3. Grietje, ged. 31-8-1732.4. Geertjen, ged. 17-10-1734.5. Jurjen, (= nr. 264).6. Jan, ged. 12-5-1743.530. Hindrik N.N.531. N.N.532. Derk N.N.533. N.N.P. Bos te Zwolle doet in een aan mij gerichte brief enkelesuggesties over deze mensen. Nader onderzoek.534. Albert Hindriks Docter, geb. Wildervank, diaken van de Luthersegemeente te Veendam (1783), overl. v. 8-3-1800, tr. (2) Wildervank29-11-1770 Aaltje Lammers, van Wildervank, tr. (3) Wildervank14-10-1781 Cornelisje Peters, weduwe van Geert Hendriks Knigge,tr. (1) v. 1748535. Anna Catharina Jongebloed, overl. v. 5-10-1770.


Gegevens afkomstig van P. Bos te Zwolle. Advies: neem het RA vanWildervank (V mm 7) door vanaf december 1744 (eventueel zonderfamilienamen). Hij geeft meer sugggesties. Nader ondezoek.Op 15-4-1757 308 kopen Albert Hindrix en Anna Catharina Jongebloedeen huis en tuin aan het Oosterdiep te Wildervank nr. 36 voor 351cg.Op 13-10-1781 309 wordt een huwelijkscontract opgemaakt. Aanwezignamens Albert: Elsjen, Lisabeth en Grietje Alberts, dochters; EerkeAlberts, zoon; Peter Geerts, voormond en Berend Roelofs,sibbevoogd.Op 8-3-1800 310 wordt te Wildervank in het huis van Albert enCornelisje een inventaris opgemaakt.Uit het eerste huwelijk (allen geb. te Wildervank):1. Hendrik, geb. ca. 1748, praamschipper, tr. Wildervank 18-3-1781Hendrikje Derks, van Nieuwe-Pekela.2. Elsien, (= nr. 267).3. Elisabeth, tr. (1) Wildervank 18-12-1789 Jacob Derks, tr. (2)Wildervank 11-1799 Roelf Freerks, weduwnaar Teelke Cornelis.4. Eerke Alberts Bakker, ged. Wildervank 26-2-1764, overl.Gasselterboerveenschemond 30-5-1852.5. Grietje, tr. (hc) Wildervank 19-12-1788 Berend Lucas Crans.536. = nr. 528.537. = nr. 529.540. Klaas Hebelen/Hebbels 311 , geb. 1718, tr.541. Barder/Barber Jans.Klaas neemt samen met Harmen Jans voor 1171 gulden de vergravingvan een stuk veengrond in de Kyl Compagnie aan.542. Jan Douwes, tr.543. Geesien Jans.Bij het overlijden van dochter Marchien als ouders genoemd. Klopthet ook? Nader onderzoek!544. = nr. 528.545. = nr. 529.550. = nr. 534.551. = nr. 535.552. = nr. 528.553. = nr. 529.558. = nr. 542.559. = nr. 543.560. Berend Wilkes, ged. Bellingwolde 15-6-1732, tr. mogelijk (2)Westerlee (hc) 25-10-1779 312 Geeske Jans, tr.561. Trijntje Wessels, ged. Bellingwolde 21-8-1734Bij de doop van zijn zoon Wilke was Berend Wilkes afkomstig uitKloosterholt (kerk Wester- en Heiligerlee). Aldaar geen huwelijkgevonden!562. Gerrit Geerts de Kraaker, ged. Nieuw Beerta 22-4-1736, landbouwerte Heiligerlee, tr. (hc) Nieuw Beerta 24-6-1759563. Alke Okkes, ged. Nieuw Beerta 26-11-1741.In tijden woonachtig te Westerlee, gemeente Scheemda.Bij huwelijk beiden van Nieuw Beerta afkomstig.


Huwelijkscontract 313 vertekent op 24-6-1759. Aanwezig namens Gerrit:de grootouders, Pieter Onnes (ook principaal voormond) en LysabethAlders; zijn stiefvader, Aapko Jacobs; zijn zusters Lysbeth enGeertje; zijn grootmoeders neef en diens vrouw,Jochum Franssen en Jantje Beernts; Hindrik Andries Croon,sibbevoogd en Jan Hindriks, vreemde voogd. Aan bruidszijde:Swaantje Okkes, zuster; Klaas Geerts en Wija Jans, aangetrouwde oomen volle tante; Aaltjen Hindriks, oude tante; Willem Korsjens,neef; Jantje en Remke Korsjens, nichten; Hendrikjen Aabels, vadersnicht; Kampo en Hilbrand Geerts, vaders neven; Tamme en GeeltieJacobs, vaders halve neven; Anje Jacobs, vaders halve nicht; TjapkoPoppes, principaal voormond en Derk Roelfs, vreemde voogd.Getuigen: Bronno Hendriks en Daniel Dirks.Uit het huwelijkscontract van Gerrit en Alke kan afgeleid worden,dat drie van de vier ouders niet meer leven; beiden hebben voogdenen alleen Ocke Ockes is nog aanwezig.Hindrik Andries Kroon was blijkens het huwelijkscontractsibbevoogd. Dat waren meestal familieleden van de overlevende,mogelijk is er dus een band met Hilke Pieters geweest. Croon zelfwerd in 1731 chercher bij de molen van Nieuw-Beerta.Gerrit Geerts de Kraker is van 1761 tot 1790 landbouwer geweest opde inmiddels afgebroken boerderij Trekweg 1 te Heiligerlee. Hij hadca. 29 deimt (= nr. ca. 14 ½ ha.) provincieland, waarvoor hij 22g., 10 st. per jaar huur betaalde aan de provincie. Later kochtSune Tiddes het, terwijl Gerrit huurder bleef. Er stond een huisjeop het land, waarvoor hij 4 g. huur ontving. Zijn opvolger was dekastelein Jan Teyen de Vries, afkomstig van Nuttermeer. Gerrit hadhet huis met de beklemming op 17-6-1761 gekocht voor 2650 g. 314564. Toole Niklaas, ged. Winschoten 9-4-1717, (o)tr. Winschoten9/25-12-1741565. Sanne Bonnekes/Bonties/Bontes, ged. Bellingwolde 3-2-1715.De voornaam Toole is zeldzaam; bijgevolg worden er nogal eensverschrijvingen aangetroffen. Bij zijn huwelijk bijvoorbeeld staatduidelijk `Toone'; over de verwarring bij de achternaam staat hetnodige opgetekend bij Toole's nageslacht.Toole was als bruidegom `JM. van Winschoten', Sanne `JD. vanBellingwolda'.Uit dit huwelijk (allen ged. Winschoten):1. Bonske, ged. 21-12-1742.2. Niclaas, ged. 12-9-1745.3. Albertijn, ged. op 9-6-1748.4. Maegdalenaen, ged. 26-3-1752.5. Nicolaas, (= nr. 2828).6. Hindrik, ged. 7-8-1757.566. Kaspar Klasen, tr. Groningen 10-6-1757567. Trientien/Trijntje Harms, ged. Westerlee en Heiligerlee 4-4-1734.Caspar komt bij het huwelijk ‘van Groningen’ en Trijntje ‘vanWesterlee in den Oldambte’.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Elsien, (= nr. 283).2. Marieke, ged. Winschoten 9-8-1761, tr. Groningen 3-1-1786 JanLans, geb. Groningen 22-9-1762, soldaat in de Compagnie van deLuitenant Kolonel Lewe.568. Gerrit Lucas, van Wanneperveen, tr. Kolderveen 4-1-1767569. Grietje Jans Karsten.


Bij het huwelijk: ‘Gerrijt Lukes, j.m. van Wanneperveen, nu teMeppelte en Grietie Jans, j.d. van Colderveen, laatst te Meppelte.’570. Klaas Wichers Heite, geb. Giethoorn 25-8-1745 315 , doopsgezind, ged.Giethoorn 2-2-1772, turfleverancier, (o)tr. 23-11/9-12-1770571. Hilligjen Hendriks Pute/Puite, geb. Giethoorn ca. 1749, DG, ged.Giethoorn 2-2-1772, overl. Giethoorn 9-5-1815.Uit dit huwelijk:1. Berendje, (= nr. 285).2. Femmigje, geb. Giethoorn 6-9-1773, ged. Giethoorn 3-2-1793.(o)tr. 1 Giethoorn 4/20-1-1793 Hendrik Jans Meister, zoon van JanTijmens Meister en Aaltje Gerrits Bispeling, tr. (2) Giethoorn 8-5-1813 Alten Jans Lange, geb./ged. Giethoorn 26/28-8-1774, zoon vanJan Althen Scherp en Aaltjen Jacobs Meister (Smeeng).3. Hendrik, geb. 3-4-1778. tr. Giethoorn 23-3-1800 Jantje AndriesBaas.4. Gesien, geb. Giethoorn 27-1-1779, tr. Giethoorn 18-11-1804Hendrik de Graaf.5. Wijcher, geb./ged. Giethoorn 12/29-1-1782, tr. Giethoorn 7-12-1815 Grietje Hendriks Schipper,geb. ca. 1791, dochter van HendrikKoops Schipper en Hendrikje Jacobs Krikke6. Roelof, geb. 19-1-1787, ged. Giethoorn 29-1-1815 (doopsgezind),tr. Giethoorn 30-7-1813 Wiegertje Wolters Meister, geb. Giethoorn16-9-1794, overl. De Wijk 23-2-1868, dochter van Wolter VolkensMeister en Niesjen Tiemens Maat.7. Jantijn, ged. Giethoorn 4-2-1810. tr. Albert Jacobs Mol.8. Albertje, geb. Giethoorn 25-2-1793, ged. Giethoorn 2-2-1817(doopsgezind), tr. Giethoorn 17-1-1817 Hendrik Roelofs Wuite, geb.ca. 1792, zoon van Roelof Roelofs Wuite en Geesje Wieggers Petter.572. Teijs Jans Grooten, tr. Veendam 16-10-1749573. Egbertien Jans Kater, geb. Nieuwe Pekela ca. 1723, tr. (1) Veendam16-3-1743 Hindrik Jacobs.Uit het eerste huwelijk van Egbertien (allen ged. Veendam):1. Engel Hindriks, ged. 14-6-1744.2. Jannes Hindriks, ged. 12-9-1745, overl. Veendam 16-11-1820, tr.Wildervank 4-1780 Hilligjen Klaassens Klatter.3. Albertje, ged. 10-3-1748.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Veendam):1. Annichje, ged. 9-4-1751, overl. Veendam 16-11-1819, tr. HindrikKoerts Bouwman.2. Jan (= nr. 286).3. Grietje, ged. 2-10-1757.4. Geertje, ged. 17-2-1760, tr. Jannes Garrelts Tobias.5. Albert, ged. 19-6-1763.574. Wolter Pieters Roosje 316 , tr. (1) Veendam 28-10-1736 GrietjenEgberts, ged. Veendam 6-2-1718, dochter van Egbert Derks enHindrikjen Jacobs. Wolter tr. (2)575. Arentjen Jacobs.576. Derk Jansen Kortman, overl. na 16-4-1773, tr.577. Jennigje Hannessen Kortman, overl. v. 3-7-1758.Op 4-12-1746 bij de doop van dochter Jennigjen vermeld als `DerkJanszen op Kortmans te Beerse'.Derk Jansen Kortman is ongetwijfeld ingetrouwd op het erf. Ook zijnschoonouders komen enkele keren voor in de archivalia van hetschoutambt Ommen en Den Ham.


Dat gebeurt mogelijk voor het eerst op 23 september 1726. Danverklaren de erfgenamen van wijlen Jan Bos, dat zij aan hunverplichtingen hebben voldaan jegens hun ‘broeder en neve’ GerritJansen Vrijlinck 317 .Het gaat om: Arjen in ‘t Holt en zijn huisvrouw, Willem Hekhuis enzijn vrouw Hendrikje Hendriks, Albert en Derk Jansen en ten slotteGeesjen Jansen en Hannes Jansen.Omdat in deze akte slechts namen en patroniemen genoemd worden, isechter wel uiterste voorzichtigheid geboden, zeker bij het leggenvan nadere familierelaties.Bij de volkstelling van 1748 woont het echtpaar Hannes Cotman enGeesje Jansen met hun dochter Jannigje, gehuwd met Derk Jansen op't Erve Cotmans in de boerschap Beerze. Twee kleinkinderen onder 10jaar, Jan en Jannegje, worden meegeteld. Verder worden genoemd: JanJansen (scheper) en Geesje Jansen (meid).Bij de personele quotisatie van 1750 valt Hannes Jansen Cotman inde 11de klasse (onder 200) en hij betaalt 4 (gulden).Hannes Jansen Kotman, oude boer op het Kotmans te Beerze, testeertop 3 juli 1758 318 , ziek te bed liggende. Universele erfgenamen zijnde drie kinderen van zijn overleden dochter Jannegien Hannesen:Jan, Jannegien en Frederika Derks.Kleinzoon Jan krijgt 100 gulden en een enterpeerd of 40caroliguldens, daarnaast krijgt hij een stuk linnen. De tweekleindochters krijgen ieder 45 gulden en na zijn dood vijf van debeste schapen, ieder een goede koe, twee stuk linnen en elk een‘bedde met zijn toebehoren en gestopt met veren, mitsgaders hetgeld voor de wolle, so onder de heer burgermeester Egb. Friesendorpberustende is’.Verder begeert de testator dat zijn landheer, Baron van Voerst teBergentheim, in de toekomst één van de kinderen op het erve Kortmanzal laten wonen.De eerste keer dat Derk Jansen (= nr. VI) zelf geboekstaafd is inde archieven is op 16 september 1746. Dan wordt een akte vanmomberstelling opgemaakt tussen Hannes Jansen, op het Timmermans teJunne, man van de overleden Hendrina Teunissen, en Hendrikje Jansenvan het Reinders te Arrien.Hannes heeft een dochtertje uit het eerste huwelijk. Zij heetJennigje en Derk Kotmans van Beerze, oom van vaderszijde, is haarvoogd 319 . Hij is een oom van vaderszijde. Hannes Jansen is dus eenbroer van Derk Jansen Kortmans. Heeft Derk ook banden met hetTimmermans te Junne? Merk op dat zowel Hannes als Derk hun oustedochter Jennigje noemen: toeval, of een verwijzing naar hun moeder?Enkele jaren na hun huwelijk kopen zijn zoon, Derk Jansen en diensvrouw, Maria Hendriks de erfdelen van de beide zussen af.Bij de volkstelling van 1748 is Hannes Jansen in de buurtschapJunne vermeld op het erf Aule (ook wel: Ale, Alen): Hannes Aule enzijn vrouw Hendrikje N.N., twee kinderen onder tien jaren: Jannigjeen Hendrine. Inwonend is ene Jan Hannes: voorwaar een interessantenaam. Het zou immers om de vader van Hannes Jansen kunnen gaan.Enig direct bewijs voor een familierelatie ontbreekt echter, zodatik hier met de vermelding zou willen volstaan.Op 18 november 1760 wordt in Stad Ommen een akte van overdrachtopgemaakt door Jan Vrijlinck te Versen en Hendrikje Rotgers aanDerk Jan Kortman van twee dagwerken hooiland in het tweede blok vanhet Ommer Broek 320 .Op 28-10-1770 wordt een akte van afkoop opgemaakt door Jan en Mariaten gunste van Gerrit Hendriks Grootenhuis en zijn vrouw JennigjeDerksen. Zij krijgen een geldbedrag en na de dood van hun vaderhebben zij nog recht op een kwart van de aanwezige iemen.


Tegelijkertijd laten Jennigje en haar man een akte van afstandopmaken 321 .Op 11 juni 1772 kopen Jan Derksen Kortman en zijn vrouw voor 125gulden het erfdeel af van zijn zus Frederica Derks, getrouwd metBernardus Gerrits Klein Nijenhuis 322 .Hun vader, Derk Kortman, leeft dan nog en dat is eveneens het gevalop 16 april 1773, als Frederika Derksen optreedt in een akte vanakkoord, waarbij zij geassisteerd wordt door haar vader 323 .Uit het huwelijk tussen Derk Jansen Kortman en Jennigje Hannessen:1. Jan Derks (= nr. 288).2. Jennigje Derks, ged. Ommen 4-12-1746, tr. Ommen 30-9-1770 GerritHendriks Groten.Jennigje komt in 1788 als lidmaat te Ommen voor. Zij vertrokvolgens die bron op 22 december 1797 naar Heemse. Op 24 december1797 wordt daar een Jennigjen Janssen, afkomstig van Ommen, alslidmaat ingeschreven. Uiteraard is het niet zeker, of het omdezelfde vrouw gaat.In 1805 woont het echtpaar op het Achterbroek te Hersen in hetschoutambt Ommen, maar men laat te Ambt Hardenberg op 15 juni 1805een akte van testament registreren.3. Frederika Derks, ged. Ommen 21-2-1751, tr. Ommen 14-4-1771Bernardus Gerrits Kleijne Nienhuis, ged. Den Ham 31-3-1747, zoonvan Gerrit Gerrits Kleine Nienhuis en Zwaantje Berends.Dit echtpaar laat te Den Ham in de periode 1773-1784 vier kinderendopen.Bij de volkstelling van 1795 staat in de buurtschap Linde vermeld:‘Bernardus Gerrits, boer’ (dus zonder familienaam). De aangifte isgedaan door ‘Hendrica Derks’ en er wonen negen mensen in dat huis.578. Hendrik Jans van Beerze, geb. ca. 1727, schipper, overl. v.8-6-1819 324 , tr.579. Margje Gerrits (Volkerink 325 ).In 1748 woont het gezin in het huis de Goevrouw, met een kind, Jan,onder 10 jaren en een maagd, Hendrikje. Alle kinderen worden in hethuis de Goevrouw onder Beerze geboren.In 1795 wordt Hendrik vermeld als schipper. Bij de akte vannaamsaanneming van 20-12-1811 worden twee zoons, drie dochters envier kleinkinderen genoemd: Marten, 58 jaren, te Beerze, Egberdina,55 jaren, te Beerze en Gerrit, 51 jaren te Gieten. In Coevordenwonen Gerrit, 32, Hendrik, 28 en Jennigje, 29 jaren oud. Verderworden nog genoemd: Hendrik, 3 en Egbert, 3/4 jaar oud, te Gieten.Vanwege de opgelopen markeschulden te Bergentheim worden op 20-6-1767 stukken veen verpacht ter grootte van 500 bij 12 meter.Hendrik Jans koopt de pacht van de stukken 27 tot en met 30 326 .580. Willem Arents Bijster, geb. Den Ham 25-11-1708, ged. Den Ham, tr.(2) Den Ham ca. 12-1-1743 Grietjen Jans Hofman, dr. van JanHendriks Hofman en Aaltje Derks, tr. (1)581. Maria/Marije Gosens, ged. Den Ham 23-11-1706, overl. tussen6-3-1742 en 12-1-1743 327 .Het echtpaar woont op Bijster onder Linde (Den Ham).Op 6-3-1742 328 dragen Willem en Marije een dagwerk hooiland over aanJan Hendriks Tighelhof en zijn vrouw, Geertien Roelofs, op ‘tHankotte te Rhaan.Op 10-6-1742 wordt Gerrit gedoopt. Kort daarvoor of daarna moet zijoverleden zijn, want op 12-1-1743 329 wordt de akte vanmomberstelling opgemaakt over de drie kinderen van Willem enMarije: Gesien, Willem en Gerrit. Deze akte is ook meteen het


huwelijkscontract tussen Willem Arents, gesterkt met zijn vader enzijn nieuwe echtgenote Grietje Jans. Wilem Arents wordt bij zijntweede huwelijk bijgestaan door Arent Henrix Knippers, zijn vaderen Grietje wordt bijgestaan door haar stiefvader, Dirk Jans Hofmanste Egede. De kinderen uit Willems eerst huwelijk: Gesien, Willem enGerrit hebben Henrik Henrix op het Marsmans te Rhaan, aangehuwdeoom van moeders zijde en hun grootvader als voogd. Maria's zwageris Henrik Henriks op het Marsmans te Rhaan.Op 28-11-1755 330 neemt het echtpaar een obligatie met hypotheek op,t.g.v. Jan Ronhaar en Gerrit Alberts aan de Nieuwe Brugge, mombersover de kinderen van Jan Hoenink, te Egede. Als onderpand brengenzij een mudde stuk zaailand in van de Bijster. In de akte staatvermeld dat de schuld dateert van 1-5-1755.Op 12-12-1774 maakt Willem zijn testament op. Alle kinderen vijfworden daarbij genoemd.Uit het eerste huwelijk (allen geb. Den Ham):1. Gesien, geb. 12-7-1733, overl. Den Ham 5-5-1809, tr. LucasHendriks Tumeler.2. Willem (= nr. 290).3. Gerrit, geb. 10-6-1742, overl. Den Ham 18-7-1808, tr. (1)Geertje Hermens, tr. (2) Maria Willems Neuring.Uit het tweede huwelijk:4. Mannus, geb. 29-12-1743.5. Jan, geb. 18-11-1746.582. Derk Huisjes, overl. v. 18-2-1777, tr. v. 1748583. Jannigjen Lamberts, overl. na 23-2-1778.Bij de volkstelling van 1748 woont het gezin met dochter Aaltjeonder 10 jaren op 't Erve Huijsjes te Archem.Op 18-2-1777 331 maakt Jannigjen haar testament op. Daarin staatvermeld, dat haar man reeds is overleden. Het echtpaar had driekinderen: Aaltje Derks, Jan Derks en Hendrik Derks. De laatstewoonde in leven op Polmans te Noordmeer en was bij opmaak van hettestament al overleden.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):1. Aaltje.2. Jan, mogelijk ged. als ‘Jannes’, geb. 1-10-1730 (als zoon vanDerk Huijsjes, moeder niet vermeld).3. Hendrik.584. Jan Janssen Schuttevaar/Braakman, van Rhaan, geb. Hellendoorn(Elen) 22-2-1685, landbouwer, overl. na 1748, tr. Hellendoorn14-4-1715585. Geertjen Jans Braakmans, geb. Hellendoorn (Rhaan), ged.Hellendoorn 11-9-1692, overl. na 1748.In 1715 belijdenis.586. Hendrik Harms Nijenhuis, jongeman op het Nijenhuis te Marle, ged.Hellendoorn 13-4-1704, landbouwer, overl. na 1748, tr. Hellendoorn29-6-1727587. Heiltjen/Heijle Gerritsen, ged. Wierden 22-3-1705, j.d. teWierden, hebbende gewoond te Notter onder Rijssen, overl. na 1748.588. Jan Harmsen Reetgers (in de Koelen), ged. Wierden 22-7-1708, tr.Wierden 11-4-1734589. Janna Jannissen/Johannes in de Koele, ged. Wierden 7-5-1713.590. Derk Jans Schapink, landbouwer, tr.591. Geertje Hendriksen Halder/Haller.


592. Jan Ceesen/Cornelissen van der Winde (ook: ook Jan Ceesen van derWende/Jan Keesjen van der Winde(n)/Jan Wind Post, ged. Vollenhove12-12-1734, overl. Vollenhove 22-3-1801, tr. Wanneperveen2-11-1759593. Annigje Jans Lock, geb. Wanneperveen ca. 1735, belijdenisVollenhove 30-3-1760, begr. Wanneperveen 24-10-1780Bij het huwelijk: hij van 't Land van Vollenhove en zij van deZandbelt.594. Klaas Teunis Souwman, ged. Ambt Vollenhove (Barsbeek) 20-4-1735,overl. Vollenhove 28-3-1817, tr. (1) Geertje Hendriks Bovendeur,ged. Vollenhove 21-2-1742, overl. Vollenhove 1762, dr. van HendrikLens Bovendeur en Evertje Goosens de Graaf. Klaas tr. (2)Vollenhove 2-12-1762595. Annigje Jans Rook, ged. Vollenhove 14-2-1740, overl. Vollenhove30-3-1813.Bij haar overlijden staat Annigje vermeld als dochter van JanJochums Rook en Trijnje Vis (sic!).Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove, ouders vermeld inBarsbeek) :Trijntje (= nr. 297).2. Jantje, ged. 24-3-1765, wonende te Heetveld (1790), Op 't Zwolin Barsbeek en te Kluitenberg, tr. Hendrik Jans Post, ged.Vollenhove 3-9-176, overl. 16-12-1831, zoon van Jan Kornelis Posten Jacobje Jans van der Linde.3. Klaesje, ged. 8-2-1767.4. Teunis, ged. 29-1-1769.5. Grietje, ged. 16-12-1770.6. Grietje, ged. 21-2-1773.7. Jannetje, ged. 22-3-1775.8. Weyntje, ged. 19-10-1777.9. Wijntje, ged. 21-2-1779, wonende te Barsbeek en op 't Zwol,overl. 3-9-1861, tr. Reint Jans Haasjes, geb. Staphorst 8-12-1765,ged. Rouveen 1-1-1766, wonende te Barsbeek en op 't Zwol, overl.Ambt Vollenhove 17-4-1817, zoon van Jan Jans Haasjes en AaltjeReints Jans.10. Teunisje, ged. 18-2-1781, wonende te Barsbeek, overl.Zwartsluis 19-6-1814, tr. 15-7-1804 Jacob Roelofs Weerd, geb.Wanneperveen 22-3-1772, wonende te Barsbeek, zoon van Roelof Weerden Jantje Lok.11. Marrigje, ged. 20-10-1782.596. Bauke Abrahams, tr. ca. 1766597. Jentje Jans.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Abraham (= nr. 298).Grietje, tr. Jacob Jacobs van Hattem.598. Albert Hermens Meijlof, ged. Beulake 16-8-1739, overl. ws. Leeuwte(Vollenhove) 2-1-1796, otr. Wanneperveen 3-12-1763599. Lammichjen Jans Wind, ged. Beulake 22-9-1739, overl. ws. Leeuwte(Vollenhove) 21-11-1800.Uit dit huwelijk:1. Aaltjen, (= nr. 299).2. Hermen, tr. Geesjen Arents Borrel, geb. ca. 1771, dr. van ArentWolters Borrel en Geesje Peters.


3. Jentjen, ged. Beulake 30-1-1774, getuige: Annigjen Jans Wind,overl. Ambt Vollenhove 18-7-1852, (o)tr. Vollenhove 4-4/20-5-1798Johannis Stoffels Wijs, landbouwer, geb. Suurbeek, ged. Vollenhove13-1-1762, overl. Ambt Vollenhove 17-1-1847, zn. van ChristoffelJohannes Wijs (Stoffel Jannes) en Hilligje Berens.4. Grietjen, ged. Beulake 5-3-1777, getuige: Annigjen Jans Wind.5. Trijntje, geb. Beulake ca. 1781, overl. De Leeuwte 11-2-1813,(o)tr. Ambt Vollenhove 27-11/13-12-1795 Koop Jans Moraal, ged.Wanneperveen 31-3-1766, turfboer/schipper, overl. Vollenhove 7-5-1804, zn. van Jan Jannes Moraal en Neeltje Hendriks Roeper, tr. (2)Vollenhove 17-2-1805 Hendrik Jans de Olde, ged. Beulake 23-8-1767,zn. van Jan Pieters de Olde en Aeltjen Jans Corthoeff.600. Hans Roelofs Klaver, ged. Zwartsluis 11-1-1733, tr. Wanneperveen13-1-1760601. Elizabeth Arriens.Uit dit huwelijk (allen ged. Wanneperveen):1. Hendrikjen, ged. 14-9-1760, getuige: Hendrikjen Sijmons.2. Jantjen, ged. 25-7-1762, getuige: Trijntjen Alberts.3. Roelof, ged. 2-12-1764, getuige: Nellegjen Roelofs Klaver.4. Arrien, ged. 27-9-1767, getuige: Hendrikjen Leenderts.5. Nellegjen, ged. 16-07-1769, get: Nellegjen Roelofs Claaver.6. Jan, (= nr. 300).7. Jentjen, ged. 10-03-1776, getuige: Nellegjen Roelofs Klaver.602. Nettert Klaas de Jonge, ged. Vollenhove 29-8-1744, overl.Wanneperveen 28-10-1827, tr. Wanneperveen 2-3-1766603. Annegjen Roelofs Knobbe, ged. Wanneperveen 31-6-1746, overl.Wanneperveen 11-1-1812.Controleren! Van der Linde (p. 196) noemt als mogelijke oudersKlaas de Jonge x Wanneperveen 17-12-1740 Neeltje Huigen (Zie RA 9-4-1779). Als eventuele grootouders Jan J. x Beulake Grietje Meihof.Nader onderzoek!Mogelijk overleden 11-1-1812 W.veen: nader onderzoek!Uit dit huwelijk (allen ged. Wanneperveen):1. Neeltjen, ged. 20-9-1767, getuige: Neeltjen Gerrits.2. Hendrikje, ged. 10-9-1769, getuige : Henderkijn Leenderts.3. Grietjen, ged. 29-3-1772, getuige: Neeltjen Gerrits.4. Trijntje, (= nr. 301).5. Klaas, ged. 6-4-1776.6. Roelof, ged. 30-5-1779, getuige: Hendrikjen Leenders.7. Roelof, ged. 18-8-1782, getuige :Neeltjen Netterts de Jonge.8. Netterts Jan, ged. 20-3-1785, getuige: Neeltjen Netters deJonge.9. Jantjen, ged. 30-9-1787, getuige: Hendrikjen de Jonge (NB. erstaat 28 dito: wellicht toch in oktober?).604. Leendert Klaas Stam, geb./ged. Wanneperveen 10/19-8-1759, overl.Wanneperveen 21-1-1832, (o)tr. Wanneperveen 21-2/16-3-1783605. Mergjen Gerrits de Goede, ged. Wanneperveen 14-5-1760, overl.Wanneperveen 4-1-1819.Bij de doop was een Marrigjen Gerrits getuige. Zij is mogelijk eenoudtante, waarschij<strong>nl</strong>ijk te Wanneperveen op 29-10-1721 getrouwd metJan Klaas Lok.Getuige bij de doop van Mergjen was Mergjen Thyes, mogelijk eenzuster van haar vader.Bij overlijden was Marrigjen 59 jaren oud.Bij het huwelijk waren beiden afkomstig van `de Schutsloot'.


Er is mogelijk een relatie met de familie van Geert (Jans?) deGoede x Marrigje Thyssen Boxen/Boxem (mog identiek aan dedoopgetuige hierboven?). Hij was mogelijk een zoon van Jan Geerts x1-1695 Beulake Lammigje Teunis, ged. Beulake 26-2-1661, dr. vanTeunis Jans en Wijchertje Willems; zie RA Wanneperveen 4-1-1707.Nader onderzoek.606. Hilbert Aarts, ged. Wanneperveen 19-10-1766, overl. Wanneperveen2-5-1802, (o)tr. Wanneperveen 15-1/7-2-1790607. Neeltje Gerrits de Goede, ged. Wanneperveen 16-4-1765, overl.Wanneperveen 20-4-1845, tr. (2) Gerrit Jans Knobbe.Hilbert wordt ged. als `Aarten'. De doop lijkt de juiste te zijn.De belangrijkste reden is natuurlijk het tijdstip, maar bovendienis de getuige ene Ummigjen Gerrits. Dat zou heel wel dezelfdekunnen zijn als de getuige bij de doop van Gerrit Leenderts Stam,in 1785.Als `jonkman en jonge dochter' beiden afkomstig van Wanneperveen.608. Jan Harmsen Schoemaker, ged. Vriezenveen 1712, nachtwaker, overl.Vriezenveen ca. 1775, tr. (1) Vriezenveen Jennigjen Schuurman, tr.(2) Vriezenveen 11-8-1759609. Armina Hof Harmientje/Mientje Hendriks), ged. Vriezenveen31-1-1734, tr. (2) Vriezenveen 1776 Hendrik Lamberts ten Cate.Uit het eerste huwelijk (allen geb./ged. Vriezenveen):1. Trientjen, ged. 1741.2. Berent, ged. 1746.3. Trijntjen, ged. 1748, overl. 1824, tr. 1766 Jan Derks.4. Berend, ged. 1751.5. Berendina, ged. 1754, overl. 1812.6. Jannes, ged. 1757.Uit het het tweede huwelijk (allen geb./ged. Vriezenveen):7. Jennigjen, ged. 1762, overl. 1833, tr. 1792 Hermannus Gerritsen.8. Henderica, ged. 1766.9. Hendrik, (= nr. 304).610. Waander Janzen Bos, ged. Vriezenveen 25-12-1743, tr. Vriezenveen5-3-1768611. Maria Alberts Berkhof, ged. Vriezenveen 7-2-1740.Vindplaatsen volgens Jonker: XXV 7.`Waander Janzen, zoon van Jan Lucassen en Maria Albertsen, dochtervan Albert Berkhof, beyde alhier, zijnde deze ondertrouw geschiedzonder consent van des bruids moeder, woonachtig te Alkmaar, omdatde bruid reeds 28 of 29 jaren oud was en daarom van zijne Hoog.Graaftl. Excell. A.P.Z. Graaf van Rechteren is gepermitteertgeworden volgens een toegesonden handschrift van zijn. Excell. 332 .De moeder van Maria wordt niet met name genoemd. Belangrijk is wel,dat zij afkomstig blijkt van Vriezenveen en dat haar vader en haarleeftijd genoemd worden. Zo vallen doop en moedersnaam eenvoudig tededuceren.Uit dit huwelijk (allen ged. Vriezenveen):1. Albert, ged. 1768, overl. 1835, tr. 1793 Johanna Otten.2. Gerhardina, ged. 1771, overl. 1836, tr. 1795 Gerrit Tijhof.3. Hendrica, ged. 1774.4. Hendrica, ged. 1777.5. Hendrica, ged. 1781 (= nr. 305).6. Johanna, ged. 1784, overl. 1846, tr. Fredrik Jan Goosink.612. Hendrik Jansen Mullink/Mollink/Möllink, ged. Den Ham 18-1-1739


(o)tr. Wierden 6/23-2-1760613. Maria Lamberts Westerik.Bij de doop van Hendrik staat zijn vader vermeld als Jan Muellinkop 't Nije Muellink te Daarle.Bij het huwelijk was Hendrik Jansen Mollink, jm, nagelaten zoon vanJan Mollink en Maria was een dochter van Lambert Westerik.614. Albert Janssen Janninck, ged. Wierden 8-10-1724, landbouwer,overl. Wierden tussen 1782 en 1787, tr. Wierden 5-11-1752615. Cunera Willemsen Coertsen, ged. Wierden 21-12-1732,landbouwersche, overl. Wierden ca. 1773.616. Hendrik Berentsen van het Broekhuis, otr./tr. (1) Almelo28-6/27-7-1732 Hendrikjen Egberts van de Bellinkhoff, nagelatendr. van Egbert van de Bellinkhoff. Hendrik otr./tr. (2) Almelo10-6/15-7-1742617. Harmijne Gerrits Kosters (alias Olthuis).Uit het eerste huwelijk:1. Jan Willem.2. Abraham.De volkstelling van 1748 vermeldt: Hendrik Broekhuys, Harmine sijnvrou, Fenneken (1 kind onder de tien jaar), inwonend 1 meid, Geseen 1 vrij persoon, Gerrit.Twente Genealogisch, januari 1994, p.12: mogelijke vader;uitzoeken.In de Almelose huwelijksakte van 1742 wordt Harmijne/Harmkengenoemd als `Harmijne Gerrits Holthuys, jonge dogter van Wierden'.Brilman 333 meent dat de vermelding van haar naam onjuist moet zijn,omdat er geen geboorte van een Harmken Gerrits (H)olthuysvoorhanden is. Ik neem zijn gegevens, die hij zelf overigens ookvan vraagtekens voorziet, vooralsnog over, maar hier moet zeker nogonderzoek aan besteed worden!Harmijne is waarschij<strong>nl</strong>ijk grootgebracht in het gezin van haartanta Nenne Kosters. Die was in 1727 te Wierden gehuwd met GarritOlthuys Veldkremer. Volgens deze op zich prima, maar onbewezenredenering, zou Harmijne bij haar huwelijksinschrijving dus vermeldstaan als kind van haar pleegvader.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Almelo):1. Hendrina, ged. 17-2-1743.2. Berent, ged. 16-5-1745.Bij de volkstelling van 1748 worden beide kinderen al niet meergenoemd, ze zullen dus vermoedelijk jong overleden zijn.3. Fenneken, ged. 13-11-1746.4. Geese, ged. 17-11-1748.5. Barent (= nr. 308).6. Gerrit, ged. 7-2-1753.7. Jan, ged. 19-1-1755.8. Jan, ged. 24-7-1757.618. Gerrit Smid/Smit), ged. Wierden 5-2-1699, setter 334 /smid, overl.tussen 8-6-1767 en 22-5-1778 335 , otr./tr. (1) Wierden 19-4/4-5-1727Jenneken Abrahams Meijer, ged. Wierden 1-9-1700, overl. na22-10-1738 336 , dr. van Abraham Henricks Meijer en Nenne Roelofs,tr. (2) Wierden 18-6-1741619. Jenneken Hendriksen Knoef, ged. Wierden 10-12-1724.Gerrit treedt o.m. bij de volkstelling van 1748 op als `setter' teWierden. Ook handelt hij eenmaal uit naam van de Gravin van


Rechteren, Sophia Juliana, naar wie zijn jongste dochter dusvernoemd is 337 .Uit dezelfde volkstelling van 1748 blijkt dat Gerrit en JennekenSmit een huis bewonen, samen met de kinderen Harmine (boven 10jaar), Bartelt en Jenneke. De dochter Nenne is meid bij JannesGreven en zijn vrouw Judith Langmaat. Gerrit ondertekent als settereigenhandig.In 1750 wordt hij aangelagen over 150 gulden. Zeven jaar laterkoopt het echtpaar 4 schepel bouwland onder erve Zenderink, genaamdde Hondenbrink. Daarvoor verkopen zij 3/4de deel van een dagwerkhooiland, de Haarmate 338 . Op dat stuk land rustte nog een hypotheekuit 1730, die vervolgens werd overgezet op de Hondenbrink 339 . In datjaar was Gerrit met zijn eerste vrouw (in de akte per abuisHendrickje Abrahams genoemd) een schuld aangegaan van 200 guldenonder verband van hun halfhuis, de gaarden de Haarmaat en 3 schepelin Het Nieuwland 340 .Het jaar 1756 schijnt nogal roerig te zijn geweest. Op 29 juni vandat jaar vindt er een gerechtelijke verkoop plaats van 18‘plaatsen’ te Wierden, alsmede een aantal stukken grond, doorrichter en ontvanger Gerhard Boom als ontvanger van de verpondingen contributie van het kerspel Wierden en Hoge Hexel, waaronder deplaats van Gerrit Smid 341 . Op 9 augustus en 16 november vanhetzelfde jaar worden worden van de boermannen van Wierden en HogeHexel als ontvanges van de personele landsmiddelen door deontvanger-generaal van Twente wegens onbetaalde personele middelenpaarden koeien en schapen verkocht 342 . Het valt daarbij op, dat inhet eerste geval geen kopers werden gevonden, zodat de goederendoor de provincie werden ‘aangehouden’. Opmerkelijk was verder datde veroordeelden bij de verkoop van de levende have elkaars veekochten en voor elkaar borg stonden.624. Harmen Derks ter Heijno, geb. Den Ham 8-7-1742, smit, overl. DenHam 30-10-1816, tr.625. Grietjen Jans Lutteken, geb. Den Ham 10-1-1745, overl. Den Ham23-2-1809.Grietje is ingeschreven in de doopboeken als dochter van Jan Jansen Hermentien Jans. Zij komt bij de doop van maar liefst vierkinderen voor als ‘Grietje Harms Jans’. Mogelijk is dat ‘Harms’afkomstig van haar man en wordt het gebruikt ter onderscheiding vanandere vrouwen met dezelfde naam.Bij de volkstelling van 21 tot 31-10-1795 woonde het gezin in hetkerkdorp Den Ham. Herm Heino is smid van beroep, het huisgezinbestaat uit 7 personen. De opgave is gedaan door Grietjen Janssen.Het overlijden van Grietje is opgenomen in het Register vanaangegeven doden van Den Ham 1806-1811. Zij staat vermeld alsGrietjen Janssen, de vrouw van Harm Heino, 63 jaar oud, te Den Ham,gehuwd en nalatende 5 kinderen. In dezelfde bron staat ook eenWillemina Heino, overleden Den Ham 11-4-1809, 28 jaar oud enongehuwd.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Den Ham-Kerkdorp):1. Derk (= nr. 312).2. Willemina, geb./ged. 27/29-6-1777.3. Willemina, geb./ged. 27/29-101-1780.4. Hendrik, geb./ged. 31-7/3-8-1783.5. Gerrit, geb./ged. 28-12-1785/1-1-1786.626. Jan Lammerts van Essen, ged. Steenwijk 19-1-1755, overl. v.17-6-1850, (o)tr. Steenwijk 17-4/5-5-1785627. Jantien Hendriks, overl. v. 17-6-1850 (overl. dochter Maria).


Afkomstig "Zuidveen" (1786) en "van 't Verlaat" (1787, 1789 en1793).Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Hendrik, ged. 4-11-1787 (getuige: Griteje Lamberts van Essen).2. Marya (= nr. 313; getuige: Elsjen Hendriks).3. Hendrik, ged. 22-3-1789 (getuige: Elsjen Hendriks).630. Gerrit Jan Nijhuis/Welberg, landbouwer, overl. v. 24-5-1795 343 ,tr. (1) Jenneken ter Weele, (o)tr. (3) Haaksbergen 24-5/3-7-1791Gezina Wegerink, wed. Gert Kuipers, (o)tr. (2) Haaksbergen11-11/2-12-1764631. Anna/Enneken ter Höfte, ged. Haaksbergen 25-9-1740.Bij zijn tweede huwelijk was Gerrit Jan afkomstig van Boekelt(Enschede), Enneken kwam van Buurse. In Enschede is hij ook tevinden als ‘Nijhuis’. Bij het derde huwelijk kwamen beide partnersuit Haaksbergen.Uit dit huwelijk (allen ged. Haaksbergen):1. Geertrui, ged. 22-12-1765, overl. Twekkelo 10-7-1816.2. Jan Harmen, ged. 18-10-1767.3. Jan Willem, ged. 24-9-1769.4. Hermina, ged. 16-8-1772.5. Jan Harmen, ged. 12-6-1774.6. Hendrica, ged. 1-12-1776.7. Christina, ged. 9-1-1780.8. Jenne, doop niet gevonden.634. Hindrik Hooge, tr.635. Elisabeth Fenger.638. Lodewijk KostersBij de overlijdensakte van Christina Kwekkeboom wordt deze naamgenoemd. Het is mogelijk een verschrijving.640. Wilhelmus van Haaff, geb./ged. RK Goch (D) 6-2-1695, schepen,gesubst. landschrijver, herbergier, overl. Vierlingsbeek24-10-1738, tr. 1727641. Wilhelmina van den Wijenbergh, geb./ged. RK Vierlingsbeek18-4-1696, waardin, overl. Vierlingsbeek 14-11-1741.15-9-1728: de weduwe Catharina Hendricx geassisteerd met Willem vanHaeff als gekozen momboir, Nanningh van Overscheij, Pieter vanStights en zijn vrouw Anna Maria van Overscheij verklaren schuldigte zijn Fl. 500,-- aan kapitein George Joseph de Fraiture,luitenant van de cavallerie in dienst van de staat Holland en aanJoanna Maria van Wevelinckhoven, welk geld gebruikt is teraflossing van Fl. 450,-- aan juffrouw Zeller. Als waarborg stellenzij een huis, schuur, boomgaard en moeshof; drie morgen bouwland opden Weijenbergh; drie morgen bouwland aan het Hammerven en driemorgen bouwland in het Mackerveld 344 .16-3-1734: Peter Raaijmakers en zijn vrouw Johanna Mosters verkopenaan Willem van Haaff en zijn vrouw Wilhelmijna van Weijenbergh eenstuk bouwland in het Staatse Veld voor Fl. 104 345 .10-2-1735: Jacob Gerrits en zijn vrouw Arnolda Huijbers verkopenaan Willem van Haaff en zijn vrouw Wilhelmijna van de Weijenbergeen stuk bouwland grenzend aan de Herstraat en een weiland genaamdin het Venneke voor Fl. 275 346 .16-6-1735: Mighiel Wijnen en zijn vrouw Marie; Peternel Wijnengeassisteerd met Willem Huijbers als haar gekozen momboir; Decomparanten maken zich mede sterk voor hun absente broer welkebuitenslands is, met name Jan Wijnen en zuster Marie Wijnen; Derk


Jacobs en zijn vrouw Thunniske Jans; Hendrik Jacobs mede alsgevolmachtigde van zijn vrouw Hendrin Straatman volgens volmachtvan 6-6-1735 te Huijsen gepasseerd; Marie Jacobs geassisteerd metJohan Zeelen als haar gekozen momboir; Peter Martens vanCruijsstraat en zijn vrouw Maria Schouwenburgh alsmede alsgevolmachtigde van zijn broer Anthonij Martens (volmacht van 10-5-1735 gepasseerd te ’s Hertogenbosch voor notaris Sevenhoven) en alsgevolmachtigde van Derk Martens en zijn vrouw Hermijna Thonisse(volmacht gepasseerd te Heteren 11-5-1735); Jan Martens metvolmacht van zijn vrouw Jenneke Thonissen gepasseerd te Heteren op15-06-1735; Anna Maria Martens mede volmacht hebbend van haar manJacob Stuaart gepasseerd te Oosterhout, ampt Overbetuwe 06-05-1735;Huibert Schinck mede voor zijn moeder Thoniske Schinck; Arnoldus deQuay; Arnoldus van Boeckholt en Hendrik van Mekere verkopen aanWillem Huijbers en Willem van Haaff de hoffstadt van Mels Henskensgekomen met aangelegen weiland grenzend aan de Herstraat en hetKerkelandt voor Fl. 70 347 .18-7-1736: Anneke Vermasen weduwe van Johan Capteijns geassisteerdmet W. van Haaff haar gekozen momboir; Jan en Christina Capteijnsverkopen aan Eva van Berghom een huis en moeshof te Vierlingsbeekgrenzend aan de Weem en aan de Herstraat voor Fl. 250 348 .Jacob van Haaff ‘en consorten’ verkopen op 13-6-1761 hun erfdeel,dat aangekomen is van de weduwe van Hendrik Rutten 349 . Het gaat omeen viertal stukken bouwland en weiland c.a. onder Vierlingsbeek eneen huis met boomgaard te Maashees.Op 24-7-1761 verkopen Jacob van Haaff en Anna Mattheija Molmans,Peter van Haaff en Beatrix Reinders, Johan Bockmuelen en Hendrijnvan Haaff, en Mechtelt en Johanna van Haaff, kort en goed: de dannog levende kinderen van Wilhelmus en Wilhelmina, samen grond teVierlingsbeek. Het gaat om een stuk bouwland in de Windmortel en inhet Hamerveen 350 .Op 21-1-1763 treden zij weer aan voor een drietal verkopen vanbouwland onder Vierlingsbeek, inmiddels is ook Mechteld van Haafgetrouwd, aan N. Wegman: Jacobus van Haaff en Mathea Mollemansechtelieden voor zich en de eerste als gelaste van N. Wegman enMeggel van Haaff echtelieden, P. van Haaff en Beatrix Reijndersechtelieden, Johan Bockmeule en Hendrina van Haaff echtelieden, J.Jansse en Johanna van Haaff echtelieden hebben verkocht aan P.Vonck en Dina de Neve echtelieden een stuk bouwland inVierlingsbeek op de Leeuw grenzend aan het erf van Jan van denWijenbergh en Jan Valkx.Jacobus van Haaff en Mathea Mollemans echtelieden voor zich en deeerste als gelaste van N. Wegman en Meggel van Haaff echtelieden,P. van Haaff en Beatrix Reijnders echtelieden, Johan Bockmeule enHendrina van Haaff echtelieden, J. Jansse en Johanna van Haaffechtelieden hebben verkocht aan P. van den Bosch en Anna Maria vanElst echtelieden een stuk bouw- en weiland in de Spitten onderGreuninge grenzend het Huijstervoort en het erf van J. Ambrosius.Jacobus van Haaff en Mathea Mollemans echtelieden voor zich en deeerste als gelaste van N. Wegman en Meggel van Haaff echtelieden,P. van Haaff en Beatrix Reijnders echtelieden, Johan Bockmeule enHendrina van Haaff echtelieden, J. Jansse en Johanna van Haaffechtelieden hebben verkocht aan de armen een stuk bouwland aan deDellen grenzend aan het erf van Jan van Bree en Hendrick van Gemerten nog anderhalve kleine morgen boven de Vennekes grenzend aan heterf van Willem Hubers en de weduwe Jan Claassen. 351Uit dit huwelijk (allen ged. Vierlingsbeek:1. Jacob van Haaff (= nr. 320).


2. Peter Matthias van Haaff, ged. ?-12-1729 (als ‘Van den Hôff’getuigen: Joannes van den Wijenbergh, Theodorus Dercks, JohannaJans, Mechtildis van de Wijenbergh).Peter van Haaff leeft te Gennep, tr. Beatrix Reinders, ged. Gennep31-1-1733, dr. van Joannes Reijnders en Derske Arentz 352 .3. Mechtildis/Mechtelt van Haaff, ged. 4-9-1731 (als ‘Van denHaaff, getuigen: dominee Henricus van den Haaff, Theodorus Dercks,Mechtildis van den Wijenbergh), tr. Goch 1762 Johann Weghman.Mechteld leeft Goch, in het land van Kleve, tr. JohanWeegman/Wegman, overl. v. 23-9-1768.Mechteld verkoopt op 23-9-1768, als weduwe van Johan Weegman,‘borger en provisor’ te Goch, in het land van Kleef, nog bezit teVierlingsbeek. Er volgt ook een akte in oktober: 2-11-1768,Godefriedus van den Borggraaff gelaste van Meggeldis van Haaffweduwe van Johan Weeghman hebben verkocht aan Heijliger Heijligersen Petronella Dekkers echtelieden een stuk bouwland in hetStaetsche Veld, grenzend aan het erf van de heer van Makken en deschout Jan van den Bosch. 353 .4. Henrica, ged. 26-8-1733 (getuigen: ‘D. Henricus Rutten, vietorin Geijsteren’ Alldegundis van Haaff, Joanna Hugen).Omdat ik geen andere dopen heb gevonden, neem ik aan dat Henricadezelfde is als Hendrijn van Haaff, tr. JohanBockmuelen/Bockmeulen.Op 5-11-1770 verkoopt het echtpaar bezit te Vierlingsbeek: JanBoekmeulen en Henderina van Haaff echtelieden hebben verkocht aanHermanus Weg en Mechteld Aerts echtelieden perceel weiland deVennekes genaamd, grenzend oost weduwe Hendrik Rutten en kinderenArnoldus Linsen en zuid Jacobus van Haaff 354 .31-5-1774: Hendrik van Leunen weduwnaar van Elisabeth Smits,geadsisteerd met haar kinderen Zweer, Cornillis en Johanna vanLeunen; Gossewinus van Leunen en Chatarina Linsen echtelieden; Janvan Leunen en Henderina van de Staaij echtelieden; Mattijs Reijnenmomboir van de kinderen van Gijsbertus van Irsel en Henderina vanLeunen in leven echtelieden, met name: Mattijs en Gossewinus vanIrsel; Elisabeth Peters weduwe van Cornillis Sissevan; haarmeerderjarige kinderen Theodorus en Maria Sissevan; H.N. vanElswijck en L. van Eldwijck; Jan Boekmoolen weduwnaar van Henderinavan Haaff hebben verkocht aan Jan Martens een perceel bouwlandgrenzend oost Hendrik van Leunen, west en noord Christiaen Martensen een perceel bouwland grenzend oost Peter Smits, west JacobusHuijbers en zuid weduwe Gerardus Horsten en noord Martien Jetten 355 .5. Joanna, ged. 29-5-1735 (als ‘Van den Hôff’ getuigen: Albertusvan Haaff en Marianna Bufflee).Joanna van Haaff tr. Jacobus Jansen.Op 26-11-1771 verkoopt het echtpaar bezit te Vierlingsbeek: JacobusJansen en Johanna van Haaff echtelieden hebben verkocht aan JacobusRodermans en Allegonda van Maane weduwe van Hermanus Rodermans eenstuk bouwland grenzend oost en zuid Jacobus van Haaff, noordJacobus Huijbers en west Hermanus Wegh en de helft van een perceelweiland de Vennekus genaamd, grenzend aan het erf van Hermen Weghen de weduwe van Dirck van den Wollenbergh 356 .In de aktes daarna (193-199) verkrijgt Jacobus van Haaff als vollebroeder van Johanna, het bezit te Vierlingsbeek:Jacobus van Haaff verklaart dat hij terugkoopt een stuk bouwlandongeveer twee kleine morgen en de helft van een perceel weiland deVennekus genaamd. Johanna van Haaff en Jacobus Jansen echteliedenhadden deze percelen verkocht aan Jacobus Rodermans en Allegondavan Maane weduwe van Hermanus Rodermans.26-2-1772: Jacobus Rodermans en Allegonda van Maane weduwe vanHermanus Rodermans hebben gekocht van Johanna van Haaff en Jacobus


Jansen echtelieden een stuk bouwland en de helft van een perceelweiland de Vennekus genaamd.Jacobus Rodermans en Allegonda van Maane weduwe van HermanusRodermans verklaren dat zij hebben verkocht aan Jacobus van Haaffen Anna Mattija Mollemans echtelieden een stuk bouwland grenzendaan het erf van Jacobus Huijbers en west Hermanus Weg en de helftvan een perceel weiland de Vennekus genaamd, grenzend aan het erfvan Hermen Wegh en de weduwe Dirck van den Wollenbergh 357 .6. Joannes, ged. 20-12-1737 (getuigen: Joannes van den Bosch,Gerardus Wermmerskercken, Maria Catharina Schaffers, JoannaGertruda Schaffers), overl. Vierlingsbeek 23-6-1738 (niet bij naamgenoemd, maar omdat de andere kinderen volwassen worden moet het omJoannes van Haaff gaan.642. Henricus Molmans, ged. Boxmeer 18-8-1686 (als Johannes Henricus),tr. Boxmeer 21-8-1725643. Maria Willems Croef.Getuigen bij de doop van Henricus: Petrus Sam, Judith Joanna Ebben.Getuigen bij het huwelijk: Lamberto .h..dus, Joanna Croef.Het echtpaar koopt op 9-5-1730 een stuk land in het ‘SambeckseVeldt’ onder Boxmeer 358 .Op 6-2-1733 kopen Hendrik Molmans en Maria Croef land te Boxmeer 359 .Op 25-2-1733 verkopen Peter Egberts en Machteld Clasen, AndriesJans en Aldegonda Clasen (dat zijn de nrs. 654/655) weiland, ‘denvoorsten drie mergen’ genaamd aan Hendrik en Maria 360 .Op 15-5-1734 kopen ze weer een deel van dat weiland 361 .Hendrik Molmans en zijn vrouw kopen op 6-3-1738 land te Boxmeer,gelegen op de Lichtenberg ‘neffens het Wolfstraatje’ 362 .Het echtpaar koopt op 6-11-1741 een stuk bouwland ‘op Raaland’ teBoxmeer 363 .Op 3-2-1746 is Hendrik momboir over Aldegonda Jans, de weduwe vanHendrik Peters Berens 364 .Op 8-8-1747 koopt het echtpaar een stukje bouwland ‘aen de Lins’ teBoxmeer 365 .Op 3-1-1750 wordt een akte opgemaakt die vooralsnog vragen oproept.Hendrik Molleman en Maria Croeff, Peter Hopmans en AldegondaHermens, Wolter Vogelsanck en Joanna Gijsberts, geassisteerd metPeter Hopmans als momber over de onmondige kinderen van LamertHermens bezit te Sambeek, in de akte is ook sprake van MariaLinssen, weduwe van Gerard Croeff, zij wordt geassisteerd door JanAerts, haar schoonzoon en Hendrikus Mollemans. Verder zijnaanwezig: Luijtien jans, weduwe Jan Hermens, geassisteerd met Evertvan Gelcum, Peter en Jan Hermens, Willem en Pouwel Martens. Hetgaat klaarblijkelijk om de familie van Maria Croefs, maar hoe dieverhoudingen liggen is, blijft onduidelijk. Het gaat om bezit teSambeek, waaronde ‘de Kleijne Hegh, aen den Sambeekschenhoeck’ en‘Den Heijkamp. Opgenomen zijn ook de handtekeningen van Hendrik enMaria: Hendrick Molleman & Maria Croef e.l., Peter Hopmans &Aldegonda Hermens e.l. tevens als momboir over de 2 onmondigekinderen van Lamert Hermens (octrooi 8 december 1749), WolterVogelsanck & Joanna Gijsberts e.l., Maria Linssen weduwe GerardCroeff geassisteerd met Hendrick Molleman en haar schoonzoon JanAerts, Luijtien Jans weduwe Jan Hermens geassisteerd met Evert VanGelcum, Peter en Jan Hermens, Willem en Pouwel Martens, eenpaarlijkzich fort en sterk makende voor Hermanes Hermens die in hetbuite<strong>nl</strong>and is, dragen op aan Barbara Thijssen de weduwe Derck JansLemmen zalr.: * een bouwhoff genaamd de Kleijne Hegh aan deSambeeksenhoeck met een geerhoek, heggen en plantagien, groot 8½kleine morgen bouwland en 2 kleine morgen weiland, belast met 18stuiver 1 duit chijns aan het Huijs Boxmeer; een stuk land genaamd


den Heijkamp in de Sambeeksenhoeck, groot 3 kleine morgen, belastmet 5 duit chijns aan het Huijs Boxmeer. Coopspenning: 1170 – 0 –0; 45 hoogen 135 – 0 – 0; 18 st. 6 d. chijns 17 – 5 – 0; 1322 – 5 –0 . 40ste penning: 33 gulden 1 stuiver 2 penning, d.d. 22 januari1750. 348: Coopsvoorwaarde d.d. 23 december 1749. 366 .Maria Croef is in 1753 aanwezig bij de doop van haar kleindochterJacoba.Op 8-1-1754 kopen Hendrik Mollemans en Maria Croef van GerritPeters, weduwnaar en boedelhouder van wijlen Hendrin Thomesen eenstuk bouwland, groot 1 mergen en ongeveer 50 roeden in het Steijl(of Heijl?) 367 .Uit dit huwelijk (allen ged. Boxmeer):1. Anna Mathea, (= nr. 321).2. Guilelmum, ged. 1-12-1729, getuigen: Guilelmus Crof en WilleminaMollemans, (= nr. 324).3. Jacomina, ged. 21-9-1731, getuigen: Arnoldo Molleman enAldegonda Hermens.4. Caspar, ged. 14-1-1737, getuigen: Caspar Mollemans, pastor inSt. Athonius, Joanna Willems.644. Hermannus Sweeren, ged. Boxmeer 14-11-1699, overl. v. 3-7-1738 368 ,wellicht Boxmeer 29-10-1736 (dan als Assuerus Sweeren), tr.Boxmeer 14-5-1726645. Petronella van Zeelandt, ged. Boxmeer 14-5-1701, overl. Boxmeer3-12-1763.Getuigen bij de doop van Hermanus: Gerrit van Meghen, Sibilla vanSas.., Jan Otten en Catharina Hendrix.Getuigen bij de doop van Petronella: Jan Dircks en Esther Jansen,Jan Dircks en Catharina Jansen.Getuigen bij het huwelijk: Guilelmo Sweeren en Godefrida van Dijk.Op 13-11-1727 is Hermanus Sweeren aanwezig met Cornelia Sweeren(ook als haar momboir) en met volmacht van hun broer, AssuerusSweeren. Zij verkopen dan twee morgen land uit de hofstad ‘op deoverbist’ gelegen en in de akte daarop een stuk bouwland ‘op dewinckelpat’ 369 . In beide aktes wordt Assuerus expliciet haar broergenoemd.Op 19-11-1759 komen de weduwe van C. van Zeelant en de weduwe Herm.Sweeren voor als crediteuren 370 .Op 29-4-1762 koopt de weduwe Zweeren een huis aan de Steenstraat,met een achterhuis, een pakhuis, met een hof en nog enig land 371 .Hermanus is overleden tussen 6-11-1735 (doop zoon Cornelis (= nr.322) en 3-7-1738 (dan komt zijn vrouw als weduwe in een akte voor).Ik ga ervanuit dat hij te Boxmeer overleden is; er overlijden indie tijd in die plaats een Bertina Sweeren (25-11-1734) en eenAssuerus Sweeren (29-10-1736). Omdat Hermanus ook al bij een van dedopen van zijn kinderen voorkomt met die naam Assuerus, is dielaatste overlijdensinschrijving de juiste – zij het met enigetwijfel, want er is een broer met die naam.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Boxmeer):1. Assuerus, ged. 7-4-1727, getuigen: Henrico Sweeren en MariaGuerts.2. Johannes ged. 8-7-1729 (als ‘Joem’, ouders: Assuerus Sweeren enPetronella van Zeelandt), getuigen: Cornelio van Zeelandt en AgnetePeters).3. Joanna Catharina, ged. 23-6-1730, getuigen: Anthonio vanZeelandt, Joanna van Zeelandt.


4. Henricus Cornelius, ged. 24-12-1732, getuigen: LeonardusSweeren, Catharina van Zeelandt, Anthonio van Zeelandt, Joanna vanZeelandt.5. Cornelis, (= nr. 322).646. Guilielmus/Wilhelmus Verhaert, ged. Sambeek 4-2-1696, overl. v.8-4-1758, (o)tr. Sambeek 7/29-4-1731647. Joanna Vermaeseren, ged. Sambeek 10-8-1708,Doopgetuigen van Joanna: Joannes Hermens, Petrus Cremers, ElisabethArts, Barbara Jans.Bij het huwelijk waren beiden afkomstig van Sambeek. Er wasdispensatie verleend wegens bloedverwantschap in de vierde graad.De lijn zo kunnen lopen via ene Wynaldus Vermaseren, die in de 17 eeeuw met regelmaat voorkomt te Sambeek: hij combineert de namen vanbeide partners.Op 12-3-1739 koopt het echtpaar twee kampjes weiland ‘De Perenboom’genaamd onder Sambeek: Catharina Melsen Criffs weduwe Teus Jasperszalr. geassisteerd met haar zoon Jan Theussen, draagt op aan WillemVerhaert & Joanna Vermaesen e.l. 2 kempkens weiland genaamd denPerenboom aan de Swijndelerse Straete, samen groot 3 morgen 89roeden, belast met ½ malder rogge Sambeekse maat aan Geijsteren..Coopspenning: 375 – 0 – 0; ½ malder rogge; 105 – 0 – 0 ; 480 – 0 –0 . 40ste penning: 12 gulden 0 stuiver 0 penning, d.d. 11 maart1739 372 .Op 4-3-1741 kopen ze weer wat land, De Claptes geheten: Marten Jans& Lijsbeth Bongaerts e.l., Willem Jans, Huijbert Bloemers &Aldegonda Jans e.l., Peter Claes & Henderina Jans e.l., dragen opaan Willem Verhaert & Johanna Vermaesen e.l. een hooi- of weikampgenaamd de Claptes, groot 3¼ morgen waarvan een halve morge<strong>nl</strong>eenroerig is aan Boxmeer, belast met 40 sester even Sambeekse maataan Geijsteren. Coopspenning: 440 – 0 – 0; 40 sester eve: 150 – 0 –0 ; 590 – 0 – 0 . 40ste penning: 14 gulden 15 stuiver 0 penning,d.d. 25 februari 1741 373 .Op 1-5-1758 (de akte zelf is geregistreerd 8-4-1758), 1-4-1760 en15-4-1761 worden aktes gregistreerd waarin sprake is JoannaVermasen, weduwe van Willem Verhaard 374 .13-4-1761: Leopoldina Jansen weduwe Osewolt Vinck zalr. met haarkinderen Martinus Daniels & Oswoldina Vinck e.l., Albertus Vinck,Gerard Arts met volmacht van Nicolaus Vinck (Amsterdam, d.d. 26maart 1761) en van Maria Vinck (Emmerick, d.d. 16 maart 1761)dragen op aan Johanna Vermaesen weduwe Willem Verhaart zalr. eenbouwkamp aan het Vlak genaamd Beijers Camp, groot 5 morgen 19roeden, een gedeelte tiendvrij en de rest vrij allodiaal erf.Coopspenning: 820 – 0 – 0; 21 hoogen 63 – 0 – 0 ; 883 – 0 – 0 .40ste penning: 22 gulden 1 stuiver 8 penning, d.d. 13 april 1761 375 .28-12-1762: Marten Tillemans draagt op aan Joanna Vermaesen weduweWillem Verhaart zalr.: * bouwland bij 't Geestelijk Land, groot 2morgen, vrij erf; * bouwland, groot 1½ morgen, vrij erf.Coopspenning: 640 – 0 – 0. 40ste penning: 16 gulden 0 stuiver 0penning, d.d. 14 december 1762. 348: Coops Conditie d.d. 1 december1762 376 .29-8-1768: Geurt Smits met volmacht van Joanna Gossens weduweHendrik Linders van Vlaenderen en haere mondige kinderen(Vrijheerlijkheid Horssen d.d. 17 augustus 1768) draagt op aanJoanna Vermaesen weduwe Willem Verhaerd zalr. bouwland, groot 1kleine morgen, vrij allodiaal erf. Coopspenning: 177 – 0 – 0; 4hoogen 12 – 0 – 0; 189 – 0 – 0. 40ste penning: 4 gulden 14 stuiver8 penning, d.d. 13 augustus 1768 377 .


Uit dit huwelijk (allen ged. Sambeek; volgorde niet helmaalduidelijk):1. Anna, ged. 28-2-1732, getuigen Guinando Verhaert en Theodora vanOs, tr. Petrus Jansen.2. Tilmannus, ged. 3-5-1734, getuigen Tilmannus Vermaes enWillemina van Os.3. Theodora (= nr. 323).4. Wilhelmina, ged. 19-9-1741.5. Petronella, ged. 1-1-1750, getuigen Arnoldus Peters, Joannes deHoogh, Margaretha Vermasere, Anna Vermaseren.Sambeek (NB) - 21 april 1774 - Brief en schema van J. Verstraaten,pastoor in Sambeek, als aanvraag voor dispensatie vanwege 4e graadbloed-verwantschap in verband met voorgenomen huwelijk tussen:Josephus Coppers, parochiaan van Vierlinxbeek, zoon van JacobusCoppers en Gertruij Huijbers, Gertruij dochter van Willem Huijbersen Margarita H...kens, Willem zoon van Hendrik Huijbers en Joannavan Osch; en Petronella Verhaard, parochiane van Sambeek, dochtervan Wilhelmus Verhaard en Joanna Vermaasen, Willem zoon van WinandVerhaard en Wilhelmina van Osch, Wilhelmina dochter van Henricusvan Osch en Aldegonda Jans. Joanna van Osch en Henricus van Oschzijn zus en broer. Schema gevonden in supplement boek, belangrijkevondst door Jos Dirks. RHCL Maastricht (27-1774-10 plus S-1774-110- foto 1420a+b+c) 378 .648. Arnoldus Godefridus Molmans, ged. Boxmeer 9-12-1691, overl.Boxmeer 2-5-1747, tr. Boxmeer 4-7-1719649. Maria Willems, ged. Boxmeer 3-9-1695 (als Maria Stevens), overl.Boxmeer 3-4-1774.Getuigen bij de doop van Maria waren: Claes Aerts en Maria Peters.Getuige bij de doop van Arnoldus Godefridus: Henricus Eijckermans,pastor te Eij.., Cornelia Sam, Joannes Jacobs, Elisabeth Schinck.Getuigen bij het huwelijk: Gerardus Jans en Petronella Willems.Op 5-2-1732 kopen Arnoldus en Maria een huis c.a. te Boxmeer 379 .Op 21-2-1739 koopt het echtpaar land te Boxmeer 380 . Op 15-1-1746 enin oktober van dat jaar gebeurt dat opnieuw 381 .Na het overlijden van Arnoldus blijft Maria actief: zij koopt op27-6-1747 weiland te Boxmeer, ‘het Lange Campke’ genaamd 382 .Ik ben voor 99% zeker dat de zaken zo lopen als hier gepresenteerd.Een beetje academische twijfel kan geen kwaad. Er bestaat namelijkeen kleine, theoretische kans dat Willem Molmans (= nr. 324) eenzoon is van Henricus Molmans (= nr. 642). Om de zaken nogingewikkelder te maken: de namen van de vrouwen van beide broerszijn gelijkluidend: Maria Willems, al gaat de vrouw van Henricusvaak getooid met de familienaam Croefs.Doorslaggevend voor mijn kwartieropstelling is het bezit van hethuis ‘Het Vergulde Rad’ aan de markt te Boxmeer 383 . Het wordt in1755 gekocht door Maria Willems, weduwe van Arnold Mollemans en in1789 is het onderpand bij een lening van Willem Molmans. In theoriebestaat de mogelijkheid dat hij het gekocht heeft van de erven vanzijn oom, Arnoldus, maar een meer logische verklaring is dat hijhet van zijn ouders in erfenis bekomen heeft. Aanvullend bewijs:Willem vernoemt eerst een zoon naar Arnoldus, pas daarna naarHenricus.Mocht ik mij toch vergissen, dan lost het zich vanzelf in devolgende generatie op: Henricus en Arnoldus zijn namelijk broers.Draaipunt was een akte waarin hun zus (niet bij naam genoemd, maarhet is Wilhelma/Willemina Molmans) als de weduwe Raab bijstaanwordt.Op 20-4-1731 laat de weduwe Raab (verder niet bij naam genoemd) een


schuld registreren. Zij laat zich daarbij vergezellen door eenmomber: haar broer Hendrik Mollemans. Onderaan de akte treedt ooknog eens Arnoldus Mollemans samen met Hendrik Mollemans als borgop 384 .Genealogisch gezien is dit een akte van doorslaggevend belang. Diezus is namelijk zonder twijfel identiek aan Wilhelmina (gedoopt alsGuilelma) Mollemans.Zij komt met haar zoon als doopgetuige voor te Gemert: Anna enMaria Duck worden op 29-1-1757 en 2-7-1751 gedoopt te Gemert alsdochter van Nicolaus Duck en Anna Matthiae Raab. Getuigen daarbijzijn onder meer Rabanus Raab en Wilhelma Mollemans.Ook andere leden van de familie Molmans treden op als doopgetuigebij dit gezin Duck: op 6-2-1759 zijn Casparus Mollemans en MariaMollemans getuige bij de doop van weer een Anna in dat gezin Duck.Op 8-8-1763 wordt te Gemert gedoopt Joanna Duck, waarbij GuiljelmusMollemans getuige is. Hij komt nog een keer voor, op 21-5-1762, metzijn vrouw, Maria Croef: Joannes Duck, zoon van Nicolaus Duck enAnna Matiae Raab. Getuigen: Guiljelmus Molmans en Maria Kroof.De genealogische boodschap is zonneklaar: Wilhelma, Hendrik,Arnoldus en Caspar Molmans zijn broer en zus (kinderen van JohannesMollemans en Thijsken Hendriks).Uit het huwelijk (allen ged. Boxmeer):1. Johannes Henricus, ged. 8-5-1729, getuigen: Joes Mollemans enAnna Thijssen Thunissen.2. Willebrordus Guilielmus, ged. 26-11-1730, getuigen: StephanoWillems en Wilhelmina Raab.3. Anna Mathea, ged. Boxmeer 9-1-1733, getuigen: Caspar Mollemans,pastor in St. Athonius, Margareta Boemans.4. Joannes Petrus, ged. 16-1-1736, getuigen: Joes Mollemans en AnnaThunissen.650. Hendrik Harits, ged. Boxmeer 25-4-1689, schepen van Boxmeer,hoflaat der Hooggrafelijke Bergze hofkamer van Boxmeer, landmeter,overl. Boxmeer 16-8-1783 ‘anno aetatis 95’, tr. Boxmeer 5-5-1715651. Petronella Huberts/Huijberts (ook: Petronella Evers), overl.Boxmeer 28-2-1773.Doopgetuigen van Hendrik: Albertus Ansems en Petronilla Alarts.Getuigen bij het huwelijk: Thomâ Harits en Gertrude Huberts.In 1729 (er is geen datum vermeld) koopt het echtpaar een stuk land‘den Toogten Camp’ genaamd 385 .Op 11-8-1731 koopt het echtpaar samen met Gerrit Harits en zijnvrouw land aan te Boxmeer 386 .Op 6-6-1732 treedt Hendrik Harits op als momboir voor de kinderenvan Hermen Cup en Aldegonda Harits 387 . Op 30-6-1732 koopt hetechtpaar land aan de ‘Vheerstraat’ te Boxmeer 388 .Op 9-1-1739 koopt het echtpaar een weiland te Boxmeer 389 .Op 14-1-1747 treden Hendrik en Petronella aan voor zichzelf ennamens Hendrik Jansen en Catharina Huijberts. Hendrik en Peter vanden Bergh ‘als oomen en bloetmomboiren’ over de drie onmondigekinderen van Gertrudis Huijberts ‘gewesene Eghtl.’. In de margestaat in een aantekening dat Peter van den Bergh en DorotheaHuijberts man en vrouw zijn. Verder is er nog Peter EvertsHuijberts. Zij verkopen samen land te Boxmeer, ongetwijfeld van hunouders afkomstig 390 .Op 25-8-1750 koopt het echtpaar stukken land te Boxmeer 391 .20-09-1754: Ik, ondertekende landmeter Hendrick Harits, getuig datik voor Jan ter Vooren op 15 juli 1754 heb ingemeten het gedeeltevan zijn huis dat staat onder één kap met het huis van Anthonis


Bufflee en ook aangelegen hof aan de Gemeene Straat en de Velgert,omdat voornoemde ter Vooren zijn huis heeft verkocht aan Antoni vanNuijs 392 .Op 8-2-1760 koopt het echtpaar bouwland in het Neervelt onderBoxmeer 393 .21-4-1760: Hendrik Harits, landmeter Boxmeer als gelaste vanWillemke Peters en Mechteld Peters volgens volmacht voor schepenenvan Bree 11-3-1760 verkoopt aan Thijs Jans van de Voort en DirskeBarten e.l. bouwland op de Haart voor Fl. 40 394 .13-11-1762: Petrus Hengst hofrichter, Hendrik Harritsen, Jan vanMerwijk hoflaten der Hooggrafelijke Bergze hofkamer van Boxmeerverklaren dat voor ons verschenen is Matthijs Jans van de Voortvoor zich en mede namens zijn vrouw Derreske Barten welke verklaartte verkopen aan Jan van Oudvorst en Maria Anna Harrits Thomessenechtelieden een huis, schuur en aangelegen land groot ongeveer 106roeden aan de Steenstraat alhier. Volgens testament van Peter vanBree wordt vermeld dat Elisabeth van de Staeij levenslang een kamermag blijven bewonen met gebruik van een gedeelte van de hof. Nahaar dood zal deze kamer en het hofgedeelte vervallen aan Jan vanOudvorst en zijn vrouw 395 .Op 9-11-1771 vesten Jan van Meerwijck en Hendrine Thomesen,echtelieden, verklaren dat zij tot schadeloosstelling, voor haarvader Hendrik Harrits en haar broer, zwager en zusters HarritThomesen, Godefridus Theonville en Petronella Thomesen echtelieden,Willem Molmans en Joanna Thomesen echtelieden, Maria Anna Thomesenweduwe van Jan van Oudvorst en Catharina Thomesen, verbinden hunerfdeel van haar vader Henr. Harrits en Petronella Eversechtelieden en het erfdeel van haar moeder Dorethea Huibers wat aanhun zal worden nagelaten na hun overlijden.In de daaropvolgende akte: Jan van Merwijk en Hendrina Thomesenechtelieden verklaren zich neer te leggen bij de beslaglegging ophun goederen door de landschrijver F.W. de Both en GodefridusTheonville namens H.Harrits en zijn zwager Harrits Thomesen. 396 .Op 8-5-1772 verkopen Henr. Harrits en Petronella Evertsechtelieden, Jacob Kup als voogd over de minderjarige kinderen vanThomas Kup en Aldegonda Theunisse echtelieden en Mattheus Theusenen Aldegondis Kup echtelieden aan Peter van den Bongerd en zijnvrouw een stuk bouwland in het Neerveld, groot ongeveer 146 roedenen nog een stuk bouwland in ’t Neerveld in de Rijsselaar grootongeveer 147 roeden 397 .Op 21-4-1773 verkoopt Hendrik Harrits een weilandje aan de Maas 398 .Hendrik Harits, oud-schepen van Boxmeer, verkoopt op 28-11-1778 eenweidje land aan de Veerstraat en een bouwland in de IJspan aan hetSteegse Pad te Boxmeer 399 .25-11-1778: Hendrik Harits weduwnaar van Peternel Evers Huijbers;haar schoonzoon en dochter Oswald Simon Tillemans en CorneliaThomesen e.l.; voornoemde Hendrik Harits als gelaste van zijnoverige kinderen, met name Harit Thomesen, meerderjarig jongman;Godefridus Theonville en Petronella Thomesen e.l.; Willem Molmansen Johanna Thomesen e.l.; Jan van Merwijck en Hendrijn Thomesene.l.; Maria Anna Thomesen weduwe Outvorst en Catharina Thomesen,meerderjarige dochter volgens volmacht 14-11-1778 voor gericht vanBoxmeer verkopen aan Michiel Jansen en Johanna van de Voord e.l.weiland genaamd de Maarbroeken voor het bedrag van Fl. 400 400 .Op 25-6-1782 verklaart Hendrik Harits dat zijn kindskinderenGeradus Theonville en Arnoldus Molmans, ‘beijde mijnderbroeders’,paters dus, de inkomsten mogen trekken van een weidje in deVeerstraat te Boxmeer. Zij zullen op de sterfdag van zijn vrouw enzijn eigen sterfdag een mis moeten lezen 401 .


Uit dit huwelijk (volgorde niet geheel duidelijk, allen ged.Boxmeer):1. Harit Thomesen.Op 12-2-1784 is Harit Hendriks nog ongehuwd, want dan komt hij als‘meerderjaarige jongmans’ in een akte voor 402 .Harit Hendriks en Berendina Berens verklaren op 30-1-1794 geldschuldig te zijn 403 .Op 12-7-1798 maakt Harit Hendriks zijn testament op. Enigeerfgenaam is zijn ‘beminde ehevrouw Berendina Berens’ 404 .Op 5-10-1802 wordt een akte opgemaakt voor Bernardina Berens,weduwe van Harit Hendriks 405 . Niet lang daarna blijkt ze in een akteook de moeder van Anthoon Linsen en Geradus Linsen. Dat zijnkinderen uit haar eerste huwelijk: Hermanus Linssen tr. Boxmeer 20-4-1762 Bernardina Berens.Zij overl./begr. Boxmeer 7/10-6-1803 (als weduwe van HeribertiHendrikx).Op 6-2-1804 blijkt Berendina Berns, laatst weduwe van HaritHendriks, inderdaad overleden. Haar andere zoon Johannes Linsenverkoopt dan bezit dat van haar afkomstig is aan zijn broer,Anthoon Linsen 406 .2. Maria Anna Thomesen, ged. 23-10-1718, getuigen: Nicolaus Evers,Hendrina Allaerts, overl. Boxmeer 8-11-1786, tr. Jan van Outvorst,schipper, overl. Boxmeer 15-11-1766.Jan van Outvorst en zekere Peter Sours ‘met hun beijdemaesschippers in compagnie’, meerderjarig en dan nog ongetrouwdlaten op 20-2-1751 te Boxmeer hun testament registreren 407 . In deakte staat onder meer dat de moeder van Jan nog leeft en dat zijnvader al overleden is.Op 23-2-1767 verkoopt Maria Anna Thomesen, weduwe van Jan vanOutvorst, gesterkt met haar vader, Hendrik Harrits, het schipwaarmee zij en haar man op de Maas hebben gevaren: Maria Anna H.Thomassen weduwe van schipper Jan van Oudvorst geassisteerd doorhaar vader Henrik Harrits als haar momboir verklaart te verkopenaan Pieter de Ruiter het schip met toebehoren, waarmee wijlen haarman en voornoemde Maria Anna H. Thomassen de Maas hebben bevaren.408 .3. Petronella Thomesen, ged. 28-3-1721, getuigen: Gerardo Harits enTheodora Graet, overl. Boxmeer 8-12-1795, tr. GodefridusTheonville, overl. Boxmeer 16-9-1786.Het echtpaar koopt op 24-8-1772 een nieuw erf ‘alhier aan deheide’, maar er zijn veel meer vindplaatsen 409 .4. Joanna Thomesen, (= nr. 325).5. Hendrine, ged. 5-12-1726, getuigen: Petro Huberts en HendrinaAllaerts, overl./begr. Boxmeer 7/9-4-1808, tr. Jan/Joannes vanMeerwijck, overl./begr. Boxmeer 11/14-2-1804.Hendrina Thomesen, tr. Jan van Meerwijck.Op 22-10-1803 verkoopt het echtpaar bezit te Boxmeer aan CasparMolmans en Cornelia Linsen 410 .Harit Thomasen en zijn huisvrouw kopen op 21-8-1784 land te Boxmeer‘aan de Steegsche Pad en de IJspan, neven het land van wijlen Henr.Harits’ 411 .Op 8-3-1785 is Harit Thomesen volmacht voor zekere Maria ElisabethBoumans 412 .6. Catharina, ged. 21-8-1729, getuigen: Thoma Haerits en TheodoraHuijberts.7. Cornelia, (mog. ged. als Maria Cornelia 7-1-1734, getuigen:Francisco de Raet, Cornelia de Raet), overl./begr. Boxmeer 7-10-1794, tr. Oswald Tillemans, overl./begr. Boxmeer 18/20-1801.Alhoewel zij in enkele aktes niet voorkomt bij de kinderen vanHendrik Harits is zij wel degelijk zijn dochter. Dat blijkt uit eenakte d.d. 9-11-1770, wanneer zij en haar man en haar vader


voorkomen: Osw. Tillemans en Cornelia Harrits echtelieden verklarente accepteren dat haar vader Henrik Harrits beslag heeft gelegd ophaar goederen om te kunnen opeisen een kapitale schuld vanachthonderd zesennegentig gulden. 413 .8. Harit.652. Gerardus/Gerrit Kersten Clabbers, geb. Mullum, ged. Sambeek20-12-1676, overl. na 3-12-1733, (o)tr. Sambeek 22/30-3-1704653. Gertrudis Aarts Mooren (ook: Gaugerica Aarts en ook: GeurtjeAerts), ged. Sambeek 5-4-1679, overl. na 10-10-1747, otr. (1)Sambeek 7-6-1698 Joannes/Jan Jansen van Wijlick, zoon van JanAerts van Wijlick en Elisabeth Gerits.Doopgetuigen van Gerardus: Coenrardus Linsen, Gertrudis Gerits,Aldegunda de Hoogh. Zijn geboorte moet gevaarlijk geweest zijn,want er is sprake van een nooddoop door de vroedvrouw; later volgtde ceremonie.Gertrude had als doopgetuigen: Raijnerus de Wilt en Anna Willems.Op 16-2-1700 kopen Jan Jansen van Wijlich en Geurtjen Aerts eenhuis te Sambeek van zijn ouders 414 .Op 18-9-1701 koopt het echtpaar een derde deel van een weikamp ‘denCrebbelingh’ van Jeuxken Aerts Mooren, weduwe van Marten Simons,gesterkt met haat zoon Geurt Martens en haar schoonzonen Jacob Jansen Jan Martens. Naastligger is ook Maria Aerts Mooren, zodat hetdenkelijk afkomstig is van Aert Mooren en zijn vrouw en dat die inider geval drie dochters hebben: Jeuxken, Maria en Geurtje AertsMooren 415 .Op 3-2-1708 kopen Gerrit Kerstens en Geurtjen Aerts bouwland teSambeek 416 . Op 13-8-1709 gebeurt dat opnieuw: Elisabeth Michels methaar zoon Ludolph van Steenhuijsen dragen op aan Gerit Keerstens &Geurtien e.l. bouwland, groot 1 kleine morgen 20 roeden, belast met9 ½ sester rogge en een kapoen aan Grave. Voor 10 gulden. 40stepenning: 3 gulden, d.d. 10 augustus 1709 417 .Op 13-12-1725 neemt het echtpaar Clabber-Mooren een lening van 300gulden. 418 Onderpand: hun ‘hofsteij’, gelegen te Sambeek‘tussenbeijde de straeten’, groot 65 roeden, verder wat land op de‘Sandstiegh’, wat aan de ‘Smidtsheckens’, een derde part van eenkamp weiland, ‘Den Crebbelingh’ genaamd en een stuk hooiland aan de‘Weerdtse Straete’.22-8-1738: opdracht door Jan Peters gehuwd met Geurtjen Gerrits,Geurt Peters , Willem Peters gehuwd met Metjen Jordens, MariaPeters, Aart Moren gehuwd met Gertruijd Jans, Jan Mooren, MartenMooren gehuwd met Enneken Kerstens, Gerrit Clabbers gehuwd metGeurtjen Moren, Hermke Moren, Peter Aarts Elberts en GerritClabbers als momb. over Gerrit Peters. Allen erfgen. van PeterJans. Aan Peter Hendrix van Bergen gehuwd met Meghteldt Peters, vana. van een huijs, moeshof en een holl. mergen bouw-, dries- enhoffland onder Wanroij, oost en zuid de gemeene straat, west PeterJans Nielen, noord Wijn Jans. b. een stuk bouw- en weijland groot ½mergen onder Wanroij, oost Peter Jans Nielen, west Jan vanDommelen, zuid erfgen. Marten Hermens, noord Peter Aarts engeweeght over het erf van de erfgen. van Geurt Bongers. Voor de somvan f. 405.-, t.o.v. Anthony Hermens sub.schout, Jan Peters enReijn Hendrix, schepenen 419 .25-6-1738: op verzoek van de gezame<strong>nl</strong>ijke erfgenamen van PeterJans, met name: Jan Peters gehuwd met Geurtje Gerrits; GeurtPeters; Willem Peters gehuwd met Metje Jordens; Gerrit Petersgeass. met Peter Aerts Elbers en Gerrit Clabbers als zijn momb.;Maria Peters; Aart Moren gehuwd met Gertruij Jans; Jan Mooren;Marten Mooren gehuwd met Enneke Kerstens; Gerrit Clabbers voorn.gehuwd met Geurtje Mooren en laatstelijk Hermke Mooren, in het


openbaar te verkopen meubilaire goederen. Betreft huisraad,gereedschap, kleding, maar ook partij leer en 16 koeijvellen. Voortotaalbedrag van f. 153.13.0. Voor ontvangst tekenen Willem Petersen Jan Mooren 420 .Op 10-10-1747 is Gertrudis getuige bij de doop van Matthias Opheij,zoon van Martinus Opheij en Anna Maria Clabbers. Getuigen:Christianus Clabbers, Joannes de Hoogh, Gertrudis Moore.Uit dit huwelijk (allen ged. Sambeek):1. Joanna, ged. 21-1-1705 (ouders: Gerardus Kerstiens en GodefridaMooren), getuigen: Arnoldus Arts, Henricus Cremers, Maria Jaspers.2. Christianus, ged. 30-9-1707 (ouders: Gerardus Kerstiens enGodefrida Mooren), geen opgave van peetouders.Christiaan Gerardus Clabbers, tr. Sambeek 26-9/4-10-1733 MargaritaBiermans, dr. van Rein Biermans en Geesken Gerrits 421 , tr. (1)Hendrick Verhaart.Bij de opmaak van de huwelijkse voorwaarden, Boxmeer op 3-12-1733,blijkt Wijnant Verhaert (uit deze <strong>kwartierstaat</strong>) momboir over deonmondige kinderen van Margarita Biermans en Hendrik Verhaart.Zijn patroniem wordt niet altijd gebruikt, maar het is ChristiaanGerards/Gerrits Clabbers. Dat blijkt eenduidig uit die akte vanhuwelijkse voorwaarden tussen Christaan en Margarita op 3-10-1733te Sambeek. Aanwezig is dan ook zijn vader, Gerrit Kersten. Defamilienaam ontbreekt overigens in deze akte 422 .Er is verwarring mogelijk met een gelijknamige neef: ChristiaanJaspers Clabbers, ged. Sambeek 30-10-1706 als zoon van CasparusKerstiens en Joanna Hendrix. Getuigen: Henricus Slipenbeeck,Antonia Nillesen.Chrsitiaan Jaspers Clabbers (o)tr. (1) Boxmeer 14/29-4-1736Elizabeth Maas/Maeze, (o)tr. (2) Sambeek 10/25-8-1757 ElisabethSmits, van Venray.3. Joannes, ged. 5-12-1710 (ouders: Gerardus Kerstens en GertrudisArt), getuigen: Gaspar Kerstens, Cecilia Meere, Maria Meere.4. Gaspar, (= nr. 326).5. Henricus, ged. 20-3-1716 (ouders: Gerardus Kerstens en GaugericaAarts), getuigen: Joannes Aarts Mooren, Antonius Cremers, MariaPeeters, Maria Mooren.6. Anna Kerstens, ged. 3-9-1719 (ouders: Gerardus Kerstens enGerarda Aarts), getuigen: Martinus Aarts Mooren, Antonius Piters,Jacoba Jans en Maria Mooren.7. Gerardus, ged. 25-9-1725 (ouders: Gerardus Kerstens en GertrudisMooren), getuigen: Arnoldus Peters, Anna Kerstens.Uit het huwelijk van Joannes Jansen en Gertrudis Arts Mooren (allenged. Sambeek):1. Arnoldus, ged. 22-3-1699 (ouders: Joannes Janssen en GodefridaArts), getuigen: Joannes den Roofert, Maria Arts Mooren (devroedvrouw diende de nooddoop toe, nu volgt de doop in de kerk).2. Anna, ged. 3-9-1701 (ouders: Joannes Jans en Godefrida Arts),getuigen: Godefridus Martens, Elisabetha Gerits.654. Andreas Jans Alders (ook: Andreas Jans en Andreas Allarts, ged.Boxmeer 7-3-1695 overl. v. 15-9-1749, tr. Boxmeer 26-101-1713655. Aldegonda Claessen (ook: Aleijdis Claessen en Aldegonda Peters),overl. v. 7-11-1735.Doopgetuigen van Andreas: Henrico Thijssen en Margaretha Willems.Getuigen bij het huwelijk: Henrico Jansen en Joanna Claessen.Op 12-6-1715 koopt het echtpaar Jan van Leunen en Mechteld Jans enHendrik Jans, geassisteerd met Hendrik Hendriks Huijbters en JacobPouwels als momboiren over Hester, het onmondige kind van Hendrik


Jans. Zij verkopen aan Andreas en Aldegonda een ‘seecker huijs,brouwketel ende buen met haer toebehoor, daerin staende destellingen in de kelders, het ledikant in de kleijn camer, denbacktrog, ses stuck schabellen en bancken, het tictaxbort, de langetaffel met de schragen in de groote camer, de taffel in de cleijncamer, den bierboom met de kettings, den trechter, gietketel enbrouwrieck, black en schelfholter’ 423 . Er volgen nog enkelebijzonderheden, maar duidelijk is wel, dat Andreas en Aldegonda dekost verdienden met het brouwen van bier.Op 16-9-1720 koopt het echtpaar een hooi- of weikampje ‘aen debrugge’ te Sambeek 424 .Op 28-1-1728 volgt de aankoop van bowland te Sambeek 425 .Op 15-2-1735 verkoopt het echtpaar aan Hendrik Jans Allerts enMaria Brienen enkele stukken bouw- en weiland te Boxmeer426 .Op 10-3-1732 kopen Andries en Allegonda ‘sekere hoffsteij offbeijde de Hoven’ c.a. te Sambeek en op 23-6 van dat jaar koopt hetechtpaar bouwland 427 .Op 6-5-1734 verkopen ze land in het Schaerbroeck onder Sambeek 428 .Op 7-11-1735 verkoopt Andries land te Sambeek. Aanwezig zijn ookzijn broer en zwagers: Hendrik Jans Alardts, Derk Ebben en PeterAnthoon Smits als momboirs over de onmondige kinderen van Andries,verwekt bij Allegonda Claessen 429 .Bij de uitvoering van het testament van Aldert Jans, op 10-5-1752te Boxmeer staan ook de kinderen uit dit gezin vermeld (omdat vaderAndries al is overleden erven zij mee) 430 . Aanwezig zijn BernardusBerens, Jasper Clabbers namens hun schoonzus Clasina en hun zwagersPeter en Jan Aelders.Uit dit huwelijk (allen ged. Sambeek):1. Petrus, ged. 24-9-1716 (ouders: Andreas Jansen en AldegondaPeeters), getuigen: Albertus Jansen, Joannes Els, Margareta Jans,Joanna Claesen.2. Joannes, ged. 23-8-1718, getuigen: Henricus Jans, AntoniusCremers, Maria Claessen, Margareta Jans.3. Joannes, ged. 27-9-1720, getuigen: Petrus Claesen, Maria Roelofsvan Els, Margareta Hendericks.4. Mechtildis, (= nr. 327).5. Nicolasina, ged. 7-7-1724, getuigen: Joannes Claesen, Joannes deHoogh, Hendrina Jans, Margareta Hendrix.6. Nicolasina, ged. 8-8-1726, getuigen: Joannes Claessen,Guilielmus Verhaert, Wilhelmina van Osch.7. Nicolaus, ged. 10-7-1728, getuigen: Henricus Jans, Joannes deHoogh, Theodora Claessen, Margareta Jans.8. Petronella (doop niet gevonden), overl./begr. Boxmeer 25/28-11-1801, tr. Bernardus Berens, overl./begr. Boxmeer 21/23-9-1806.N. B. let op de doopgetuigen: er is zeker een relatie tussen deouders van Mechtildis en de familie Verhaert (zie elders in deze<strong>kwartierstaat</strong>, o.a. nr. 646).656. Gijsbertus Willems de Poorter, geb. ca. 1702, begr. Sint Oedenrode15-12-1757, tr. Sint Oedenrode (schepenen) 8-2-1727657. Wilhelma/Willemijn Egidij/Delisse Vercuylen (ook: Vercoulen), ged.Schijndel (RK) 17-2-1706, begr. Sint Oedenrode 11-3-1758.Bij de doop van Wilhelma:Guilielma Vercuijlen, ouders: Aegidius Arnoldi Vercuijlen en IdaChristiani Ariaen Goijers, getuigen: Antonius Francisci van derKeer en Alegunda Aegidii Arnoldi Vercuijlen.


Bij het huwelijk was Gijsbert de Poorter geboortig van SintOedenrode, 24 jaar oud; Willemijn was 20 jaar oud, geboortig vanSchijndel, maar woonachtig te Sint Oedenrode.Inventaris 172 jaar 1719 folio 357 Jan Denisse van Lieshout outomtrent agt en twintig jaeren. Arnoldus Berinx out omtrent 19jaeren en Gijsbert de Poorter out omtrent 16 jaeren, dewelcke terinstantie van de heer Baltasar Repelaer quartierschout van Peelanthebben verclaert, dat sij op verleden tussen sondag en maendagsnagts sijnde geweest den negen en twintigste october deses jaers1719, omtrent elff of twalff uren op haer toer, waekende dat geenerundvee door dese gemeente soude werden gedreven, ook op anderevagebonden of lantlopers die hier mogte passeren ende gecomensijnde omtrent het huijs van Jan van Herentum den Oude is haer naercomen lopen Hendrik van de Stroom met een bloot mesch in de hant,roepende, staat, waer op sij deponent sijn blijve staen, wanneerhij voorschreven Hendrik van de Stroom tegen haer deponente sijde,bent gij lieden dat soo ik geweeten hadde ik sou u niet vervolgthebben, waer op sij deponente weder sijde blijft dan te rug enwerpt het mesch van u off steekt het op. Waerop Peeter LendertSmits ene de vrouw vande selve van de Stroom sijn toecomen ende denvoorschreven van de Stroom het mesch hebben ontweldigt waerop nogheenige woorden resen tusschen de voorschreven deponenten, en dathij van de Stroom evenwel op haer toe quam dringen ende tegens hemals wederom sijde, dat hij te rugh soude blijve want wij willen uniet aen ons lijf hebben, dat des niet tegenstaende dievoorschreven van de Stroom op den eerste deponent is aengevallen,die daer op genootsaekt wierde hem met sijn sabel af te weren enden voorschreven van de Stroom te slaen soo dat den sabel uijt dehande van hem eerste deponent sprong. Waerop Hendrik van de Stroomden eerste deponent verders is aen gevalle en bij het hoofft endehaire vatte twelk de twee ander deponente siende hebben sij om haercameraet den eerste deponent te ontsetten genootsaekt gewesen metgewelt en slaen hen Hendrik van de Stroom afweren, die daer op isweg geloopen. Ende verclaerde wijders dat in wijnig tijts daer naeter plaetse voorschreven beneffens haer is comen gaan den gemelteHendrik van de Stroom met een snaphaen inde hant, gaende den weghop naer Eerschot. Eijndigde hier mede haer sincere ende waeragtigeverclaeringe.Inventaris 183 jaar 1749 folio 297 Soo sal Jan Wellens,gebruijkende meede de magt hem gegeeven bij weijle sijne geweesenehuijsvrouw bij testamente verkoopen, een woonhuijsinge, schuur enhoff, tegenswoordig genaamt de Drie Swaantjes gestaan en geleegenbinnen deese vrijheijdt Sint Oedenrode aan het Merktveld, neevenserve deen sijde en een eijnde de Pastorij, dander sijde Hendrik vander Flaas, dander eijnde de straat. De kooper sal profiteren eenjaar huur van Cornelis der Kinderen. O.a. ook cijns aan de heerenvan Helmond. Kooper Gijsbert de Poorter. Koop is opgehouden. Wertalnog ten beurde gebragt een huijs en hoff gestaan ende geleegenbinnen deese vreijheijd Sint Oedenrode, neeven de Sluijsdijk, aanerve een sijde en aan eijnde den heere van Ekart, dander sijdeAntonij van den Laak, dander eijnde den Sluijsdijk. Den kooper salprofiteren een jaar huur van Dirk van Heessel. Kooper Gijsbert dePoorter.Inventaris 183 jaar 1750 folio 616 Soo sal Gijsbert de Poorterinwoonder alhier verkoopen een woonhuijs en hofke gestaan endegelegen binnen de Oude Vrijheijd aan de Meulen, soo en gelijk bijden vercoper thans in gebruijk is en bewoont wort, nevens ervendeen seijde Cornelis van der Haagen, de ander seijde Antonie van de


Laack, het een eijnde en ander eijnde de gemeente. Verkoop isopgehouden.Inventaris 184 jaar 1751 folio 221 Questie omtrent een rekening.Zeger van Aerle, Willem Raijmakers, Gijsbert de Poorter en Jan deLa Court alle inwoonderen alhier. Dewelke ter instantie van Rut vande Wijdeven, meede woonende alhier. Zij hebben verklaert en wel deeerste comparant dat sij sijnde geweest ten huijse van de derdecomparant, alwaer in arrest was den persoon van Hendrik Noijenswoonende binnen den dorpe van Mierlo, gearresteert door ofte vanweegens den requirant benevens Adriaen van de Rijt. Dat sijdeponenten gehoort hebben dat Hendrik Noyens seijde tegen Adriaenvan de Rijt op reekeninge ende in minderinge van de pretensien,welke den requirant en Adriaen van de Rijt ten sijnen lasten haddenaen Adriaen van de Rijt te hebben betaelt, omtrent een somma vanseeventig gulden etc.Inventaris 185 jaar 1753 folio 333 Interrogatoria gedaen maken bijWillem Jan Gualtheri. Kwestie over de tiende. Teunis van Boxele outvijf en seeventig jaeren. Jan van de Laek segt out te weesen seevenen vijftig jaeren. Gijsbert de Poorter segt out te weezen een envijftig jaeren. Corstiaen van den Brandt segt out te weesen drie enseeventig jaeren. Peeter van den Brandt out twee en sestig jaeren.Lambert van den Brugge out vier en vijftig jaeren. Jan Vogels outsestig jaeren. Peeter van Erp out vijf en veertig jaeren. MatijsVersantvoort out dertig jaeren. Cornelis van der Loo out vijf enveertig jaeren. Jan de Roij out vijf en veertig jaeren. WillemRaijmakers out sestig jaeren. Cint de Gruijter out vier en veertigjaeren. Wouter Cluijtmans out sestig jaeren. Jacob van den Oeverout sestig jaeren. Gerit Sendrik out vier en veertig jaeren. DirkWilber Verhagen out omtrent vijftig jaeren. Willem Raijmakers outsestig jaeren. Peeter van Bakel out een en dertig jaeren. Gijsbertvan Boxtel out negen en seventig jaeren. Peeter van de Laak outnegen en sestig jaeren.Op 9-12-1757 maken Gijsbert en Willemijn te Sint Oedenrode eentestament op. Hij is ziek en ligt te bed en het echtpaar benoemt delangstlevende tot erfgenaam. Zijn ondertekening is bibberig en zijverklaart niet te kunnen schrijven. Niet lang daarna is hijoverleden, want op 18 februari 1758 maakt Willemijna opnieuw eentestament op – nu als weduwe en zelf ook ziek. In de akte is sprakevan drie minderjarige kinderen van wie Maria en Clare met namegenoemd worden. Haar zoon Jan de Poorter wordt voogd over deminderjarigen 431 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sint Oedenrode):1. Egidius, ged. 9-8-1731, getuigen: Theodorus Voets en ClaraWilhelmi de Poorter.2. Johannes/Jan (Joes), (= nr. 328).3. Ida, ged. 31-1-1736, getuigen: Arnoldis Vercuijlen en AnnaRoels.4. Sebastianus, ged. 26-1-1739, getuigen, Joes Kilsdonk en Adrianvan ..gelen, tr. (schepenen) Sint Oedenrode 25-4-1761 Theodora deMteser, geb. Oorschot.5. Clara, 1748-1817, tr. Boxte 3-6-1787 Petrus van Empel.658. Cornelis/Nelis Fransen der Kinderen, ged. Sint Oedenrode21-1-1698, ‘heijheer’ te Sint Oedenrode, overl. ca. 1764, tr. SintOedenrode RK 30-5-1723659. Helena Petri Vermeulen/van der Meulen (ook: Heijlke PeeterFranse), geb. ca. 1698.


Bij de doop van Cornelis waren de ouders: Franciscus Antonij enMaria, getuigen: Joannes Antonij en Oda Matijsen.Sint Oedenrode: Inventaris 175 jaar 1728 folio 455 Aart van deMorsselaar out 48 jaar, Hendrik van de …. out omtrent jaaren DirkHendrik van de Ven out 26 jaaren, Heijlke Peeter Franse huijsvrouwNelis der Kinderen out 30 jaaren, Marie Janse van Deurse out 29jaaren, alle inwoonderen alhier en geloffbaare persoonen, welke terinstantie ende requisitie van Teunis Janse van Roij hebben getuijgten wel de eerste deponent, dat omtrent eenige dagen doen SintMatijsdag jongst leden dat Jan soone Jan Janse Kemps althanssoldaat onder regiment van de heer Haarsolle bij hem is gecomentegens den deponent te kenne gevende dat Teunis Janse requirant indesen bij hem souw dienst genomen hebben etcInventaris 182 jaar 1746 folio 424 Adriaan Olijslagers oudt omtrent60 jaaren ende Cornelis der Kinderen out omtrent 50 jaar bijdeinwoonderen alhier. Dewelke ter instantie van Hendrik de Kempenaar,rentmeester der geestelijke goederen, dat sij comparante verscheidejaaren hebben gepagt en ingesamelt de vlastiende en deselve noijtanders getiendt dan na dat het vlas alvoorens en eerst tot rootewas opgebonden en gelegt, als waanneer sij comparanten, den tiendenroodt daar uijt hebben getient en genomen.Sint Oedenrode: Inventaris 185 jaar 1752 folio 17+20 (Akte is heelvaag) ….. Hendrik van der Meulen, Gijsbert van der Meulen, Jennekeen Christina van der Meulen, Nicolaas Voets een huwelijk hebbendeAnna Maria van der Meulen ende Antonij van Worckom als man enmomboir van Adriana van der Meulen, inwoonderen van Sint Oedenrodeals van Schijndel. Alle kintskinderen en kinderen van wijlen PeterFranse Vermeulen soone wijlen Francis Denis Vermeulen in huwelijkverwekt bij Hendrina Spierincx. Dewelke verklaren magtig te makende heer Antonij van der Meulen Rooms Priester, wonende tot Bedafende Cornelis der Kinderen in huwelijk hebbende Helena van derMeulen wonende alhier, meede kinderen en erfgenamen van PeterFranse Vermeulen voorschreven. Verder nog te lezen de namen van :juffrouw Barbara Gielis, Hendrik Spierincx, …. Denise Vermeulen,Onderaan deze akte zijn te lezen de namen van : Handrick van derMeulen, Francis van der Meulen, … Hijcoop, Gijsbert van der Meulen,Christina van der Meulen Anthoni van Worckom, Claas Voets.Inventaris 185 jaar 1752 folio 56 Willem Raijmakers en Cornelis derKinderen, heijgezwoorens te Sint Oedenrode. Dewelke hebbenverklaert dat sij zedert den jaare 1700 tien van tijt tot tijthebben gezien, dat het water het welck door regen komt te vallen inde heijde de Donte en op den dijck tussen Sint Oedenrode enLieshout, alsoo sijn afwatering heeft genomen door twee grippelswelcke loopen van den dijck door de laege heijde, opde witte bleeken vandaar in een sloot vergadert die verder in de graaf of slootvan Jeckschot etc.Inventaris 185 jaar 1753 folio 154 Jan Verhoeven out omtrent dertigjaren en Willem Raijmakers out omtrent sestig jaren, jagers van denheere Willem Baron van Haren en inwoonderen alhier. Dewelke terrequisitie van de heer Willem Jan Gualtheri hebben verklaart en welden eerste deponent dat hij komende met den tweede deponent WillemRaijmakers en Cornelis der Kinderen meede jager van den heere Baronvan Haaren, komende van Son heeft gehoort dat er tussen Cornelisder Kinderen en Willem Raijmakers welke agter hem deponent quaamenaangaan woorden waren dog niet precies te hebben konnnen horen wat


voor woordenwisselingen, dat hij deponent daar op bleef staan enverder daar op heeft gezien, dat Cornelis der Kinderen sijnensnaphaan met de cardon van sijn hals heeft genomen met vloekwoordenop Willem Raijmakers etc.Inventaris 185 jaar 1754 folio 410 Franciscus van der Meulen,Hendrik van der Meulen, Gisbert van der Meulen, Christina van derMeulen getrouwt met Paulus Gerits van der Eerde. Anna Maria van derMeulen met Nicolaas Voetz haren man en momboir. Adriana van derMeulen met Antonij van Woerkom haren man en momboir. Alle susters,broeders, zwagers ende zwagerinnen, respective filias Francisca etHendrina Spierings. Frans van der Meulen, Dirk van der Meulen.Frans Hendricus en Joannis van de Wijdeven, Willems kinderen wijlendaar moeder af was, Helena van der Meulen filia Francisci etHendrina Spierings. Simon van de Wijdeven, des voorschrevenFransisci, Hendrici et Joannis broedere. Christiaan, Jan en Adrianavan der Crommert, Gisbert bejaarde kinderen, daar moeder af wasAnna van der Meulen, Christiaans dogtere wijlen, welcke Christiaansone was van wijlen Frans Denisse van der Meulen ende HendrinaSpierings. Frans van der Meulen en Joseph Ansems van der Eerdebeide als voogden over Jenneke van der Krommert, des voorschrevenChristiani Joannis et Adriani minderjarige sustere. GeritVerwetering, Frans Verwetering en Adriana Verwetering getrouwt metHendrik van Boerdonk. Peter en Nicolaas Smulders en ElisabethSmulders in huwelijk met Jan Dirk Santvoort haren man, alle driebroers en susters van de nabeschreven Jan Smulders, Hendrikskinderen van wijlen daar moeder af was Maria Verwetering. AnnaMaria van Geffen weduwe wijlen Willem van de Rijt, Lamberts dogterewijlen die zone was van wijlen Adriaan van Geffen ende MariaSpierings. Jenneke Vorstenbos in huwelijk met Justus Jacobs van derAa haren man en momboir. Adriaana dogtere wijlen daar moeder af wasMaria van Geffen ook des voorschreven dochtere wijlen Anna MariaVorstenbosch, bejaarde dogter des voorschreven Jenneke Vorstenboschsustere. Wijnant Dirk van der Heijden weduwe van Lamberdina vanHeertum, Wilms dogtere,wijlen daar moeder af was Clasina van Geffendie ook wijlen Lamberts dochtere was. Nicolaas van Erp, Maria vanErp in huwelijk met Jan Dirk de Leest, haren man ende momboir desvoorschreven Nicolaas sustere. Alle alsoo te saamen beneffens hunnehier naar geconstitueerden, eenige desendenten van derepreesentanten soo van wijlen Voorschreven Hendrina als MariaSpierings, soo sij ten deese getrouwelijk sijn verclaarende. Welckecomparanten mits deeser verclaarde volmachtig te maken Cornelis derKinderen man ende momboir van Helena Peters van der Meulen en JanHendrick Smulders. Omme met recht te innne en te ontfangen eenderde part in het legaat van wijlen de heer Gratianus de Smit In dezijlijn staat: de heer Antonij van der Meulen, pastoor tot Bedaf,soo voor hem selven als in qaliteit als mombers benevens de nabeschreeve Cornelis der Kinderen over de onmondige kinderen Jan vander Meulen in echte verwekt bij Hendrien van Schijndel broeder ensusters van de nabeschreven Jan Smulders. Jan Simons van der Hagenals testamentaire ergenaam. Hendrik zone wijlen daar moeder af wasMaeijken van Geffen … Lamberts doctere wijlen.Inventaris 186 jaar 1755 folio 102 Jacobus van Homberg out seven ensestig jaeren, Frans Verhagen out negen en sestig jaeren, JanWellens out seeven en sestig jaeren, Jan Cluijtmans out neegen ensestig jaeren, Corstiaen van den Brand out vijf en zeventig jaeren,Arnoldus Voogels ot twee en sestig jaeren, Cornelis der Kinderenout ses en vijftig jaeren, Peeter van den Brand out drie en sestigjaeren alle luijden van eere. Verclaeren dat Dielis de Rooijaengestelt sijnde tot eijkmeester en keurmeester, dat Dielis de


Rooij deese wereld aflijvig geworden. Arnoldus de Rooij eijkmeesterder vrije heerlijckheijt Oorschot als meede Lambert Proeningseijkmeester tot Son en Breugel en Antonij van Deuren nu eijkmeestertot Sint Oedenrode.Inventaris 186 jaar 1756 folio 293 Wij schepenen van Sint Oedenrodehebben ons begeven ten woonhujse van Willem Raijmakers inwoondersalhier, dat wij denselven hebben bevonden, gequetst te beddeleggende, dat door den vorster Jan de Lacourt gevraagt sijnde doorwien hij was gewond of gekwetst geworden is. Dat den voorschrevenWillem Raijmakers als doen op leeven en sterven voor de opregtewaerheid heeft verklaert, dat hij op sondag teegens den avond isgegaan over de weg van Olland om naar huijs te gaan met Cornelisder Kinderen. Dat sij gekomen sijnde even aan deese sijde het huijsvan Claes van den Heuvel op de gemeene straat, den voorschrevenCornelis der Kinderen hem Willem Raijmakers, (alsoo beijde alsjagers een snaphaan hadde), sijn snaphaan heeft ontweldigt enverder hem tegens den grond geslage ofte gestooten en tegens dengrond leggende nog verschijde stooten en slagen heeft ontfangenwaer na hij Willem Raijmakers van den grond opkomende sijde, Neliswat heb ik gedaan, ik meende wij waren goede cameraten, waeromslaat gij mij, waer op hij Cornelis der Kinderen hem WillemRaijmakers andermael in de grond heeft geslagen, seggende verderschelm verrader wat moveer mij dat ik u niet en vermoordde. Aldusgedaan en gepasseert te Sint Oedenrode.RA Sint Oedenrode Inventaris 188 jaar 1763 folio 151: Joost vanErp, president scheepen deser vrijheit, out omtrent agt en sestigjaren. Huijbert Janse van de Wijdeven out schepen, out vijf entagtig jaren. Aert Janse van Breugel out omtrent een en seventigjaren. Peter Janse van Breugel oud omtrent negen en sestig jaren.Cornelis der Kinderen out omtrent seven en sestig jaren, geweestheijheer, en Willem Raijmakers out omtrent seven en sestig jaren,heijheer van dese vrijheid. Alle luijden van eere en inwoonderenalhier. Dewelke hebben verklaart dat sij altijd hebben gehoort enook van haere voorouders als andere oude lieden in deese gemeente,verstaan dat de gemeente van Breugel van alle oude tijden vijftienguldens sjaerlijx weegens en voor het meede gebruijk der heijdegehorende aan deese vrijheid hebben betaat etc.RA Sint Oedenrode Inventaris 188 jaar 1765 folio 468 Francis JanseDekkers out omtrent seventig jaren, Frans van der Meulen outomtrent seeven en sestig jaren, Adriaan van der Eerden out ses enveertig jaren, Helena van der Meulen weduwe Cornelis der Kinderenout omtrent vijf en sestig jaren, alle luijden van eere eninwoonderen alhier. De welke ter instantie en requisitie van sijnexellentie den heere Grave van Maldeghen, verklaren waer enwaeragtig te sijn dat soo ver hem comparanten geheugen isstrekkende, sig altoos gesien en ondervonden hebben, dat dehoevenaers de Hoeve gemeenelijk genaamt de Weijhoeve ofte hetHartveld, geleegen binnen deese Vrijheit en de Heere Requiranttoekomende, haere peerden, beesten en ander vee hebben geweijtgehadt op de gemeente van Schijndel, sonder eenige oppositie ofstoringe van imande ter wereld, dat ook de comparanten van haereouders en andere luijden menigmael hebben gehoort dat voorschrevenhoeve geregtigt was in het weijde van peerden, beesten en ander veevan deselve hoeve etc.13 januarij 1768 Gemeente archief toegang 7633 inventaris 7 folio60 Helena van der Meulen weduwe wijlen Cornelis der Kinderen,benevens Jan der Kinderen, Peeter der Kinderen, Hendrik van Hirtum


man en momboir van Maria der Kinderen, Jan de Poorter getrouwt metHendrina der Kinderen ende Willem van de Kerkhof als in huwelijkhebbende Jennemaria der Kinderen, alle kinderen van voorgenoemdeHelena van der Meulen weduwe Cornelis der Kinderen. Daerbij tekennen gevende dat de eerste suppliante in togte is besittende eenhuijs en hof staande op den Heuvel, waarvan de het erfregt aan demeede supplianten benevens Francis der Groov getrouwt met Francijnader Kinderen en haere minderjarige soone en broeder Francis derKinderen is competeerende. Verkogt aan Rogier van de Boom.RA Sint Oedenrode Inventaris 4975 Notaris Jan Willem van Nouhuijs24 julij 1779: Maria der Kinderen ten desen geassisteert metHendrik van Hirtum haren man en momboir, ende Johanna Maria derKinderen meede met haeren man en momboir Willen van de Kerkhof.Benevens Hendrina der Kinderen getrouwt met Jan de Poorter wonendealhier. Kinderen van wijlen Cornelis der Kinderen ende HelenaVermeulen ende alsoo meede erfgenamen van wijlen hunne susterFrancisca der Kinderen, o<strong>nl</strong>angs overleden onder de markgrave Leijebuiten de Sint Joris Poorte des Stadt Antwerpen, dewelkeverklaerden magtig te maken henne swager Jan de Poorter meedealhier wonende, om in henne naam en voorseijde qualiteit, te helpenvereffenen de sterfhuise van wijlen de voorseijde Francisca derKinderen, de meubilaire en erffelijke goederen door deselvenagelaten 't sij publicquélijk of uit de hand te verkoopen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sint Oedenrode):1. Maria 8-3-1724, ouders: Cornelis Fransen der Kinderen en Helena,getuigen: Antonius Franse der Kinderen en Wilmke Peters vder Mulen(N.B. is hier sprake van een eerste huwelijk – en komt zijn lateretweede vrouw als doopgetuige voor?).Ioanna, ged. 20-9-1725, ouders: Cornelis der Kinderen en Helena,getuigen: Nicolaus der Kinderen en Ioanna Ian Fransen.Johannes (Joes), ged. Sint Oedenrode 18-9-1731, getuigen: Hyacintusder Kinderen en Maria Francisci Vermeulen.2. Johanna, ged. 2-10-1733, getuigen: Johannes Petri van der Muelenen Wilhelma Nicolai der Kinderen.3. Johanna Maria, ged. 15-8-1735, getuigen: ds. Antonius Petri vander Meuelen en Maria Joes der Kinderen.660. Theodorus van Pelt 432 , tr. (1) Maaseik 7-1-1711 Gertrudis CatharinaLeurs, tr. (2) Maaseik 27-6-1715661. Helena/Lina (denkelijk ook: Maria) Swillens.Het heeft er alle schijn van, dat het bij ‘Helena’ en ‘Maria’Swillens om dezelfde persoon gaat. Dat verschijnsel valt overigensook waar te nemen bij haar gelijknamige schoondochter (= nr. 331).Uit het eerste huwelijk (ged. Maaseik):1. Joanna, ged. 5-2-1714.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Maaseik):2. Mechtildis, ged. 8-4-1716 (vader: Van Peelt, moeder: HelenaSwillens).3. Petrus, ged. 22-6-1717 (vader; Van Peldt, moeder: HelenaSwillens).4. Petrus, ged. 23-4-1721 (moeder: Maria Swillens).5. Paulina, ged. 19-?-1723 (moeder: Maria Swillens).6. Leonardus, (= nr. 330) (moeder: Maria Swillens).7. Paulina, ged. 18-8-1727 (moeder: Maria Swillens).8./9 Sophia/Paulina (tweeling), ged. 16-6-1729 (moeder: HelenaSwillens).10. Mathias, ged. 14-8-1731 (moeder: Maria Swillens).11. Egidius, ged. 26-6-1734 (moeder: Maria Swillens).


662. Dirck Hansen, j.m. van Erkelens, (o)tr. Rotterdam 29-4/14-5-1731663. Maria van Eck (ook: Van Hick), j.d. van WageningenErkelenz (Nederlands: Erkelens) is een plaats in de Duitsedeelstaat Noordrijn-Westfalen, gelegen in het district Heinsberg;mogelijk gaat het om deze plaats.Uit dit huwelijk (in ieder geval):Maria Helena (= nr. 331).664. Theodorus/Derk Neterenbeck.666. Clemens Roosen/Roosenboom 433 , ged. Cranenburg 14-9-1706,klompenmaker, overl. Leuth 20-3-1781, tr. (1) Cranenburg 1729 AnnaCatharina van Dunningen, tr. (2) Kranenburg 18-11-1736667. Sybilla van Dorn (ook: Van Doorn), ged. Cranenburg 9-6-1712,overl. Leuth 1-12-1793.Een Clemens Rosenboom komt in die contreien tussen 1730-1733 voorals man van Anna Catharina van Dunningen en rond 1734 als man vanPetronella van Dunningen. Clemens leeft mogelijk nog op 7-2-1769,wanneer een Clemondt Rosenboom voorkomt in de Pachtboeken van hetStift Kranenburg. 434 Hij wordt daar zeker genoemd op 22-12-1756.678. N.N. Wagner, tr.679. Johanna Linseling, overl. na 1779.Johanna is mogelijk geb. Menninghausen (D).672. Dirk Lodewijk Smit/Dirck Lüdewig Schmidt, geb. ca. 1719, vanBücken, begr. Amsterdam St. Anthonis Kerkhof (als Dirk LodewijSmit) 25-2-1767, tr. Amsterdam (pui en kerk) 19-10-1747673. Giertje/Geertje Woedelok/Woudelok, begr. Amsterdam (St. AnthonisKerkhof) 8-2-1789.Bij het gemeentelijke huwelijk (bron: GA nr 729 blz 219: ‘DirkLodewijk Smit van Bukken oud 28 jaar op Cattenburg, (consent) sijnvader Dirk Smit tot Bukken en Giertje Woedelok van Amsterdam oud 23jaar (?), woonende als voors. geassisteerd met haar vader PieterWoedelok’. Hij ondertekent Dirck Lüdewig Schmidt en zij GertenWoedelok.Gehuwd voor de kerk op dezelfde dag (bron: GA nr 591 blz 15: ‘DirkLodewijk Smit van Bukken, oud 28 jaar op Catteburg, sijn vaderconsent tot Bukken en Giertje Woedelok van Amsterdam, oud 39 jaar(?) op Catteburg, geassisteerd met haar vader Pieter Woedelok.’Bücken zou kunnen liggen in Niedersachsen (maakt deel uit van hetdistrict Nienburg/Weser), Bucken in Sleeswijk-Holstein of wellichtNoorwegen.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam (EL):1. Anna, ged. 25-8-1748. Getuigen: Dirk Smit en Anna Sleef.2. Pieternella Geertruij, ged. ca. 1750. Getuigen: Pieter Woudelochen Geertruij van der Burgh.3. Dirk, ged. 8-3-1752. Getuigen: Tomas Kamp en Jannetje Woedelok.4. Jan, (= nr. 336).5. Anna Geertruij, ged. 24-8-1757. Getuigen: Pieter Woedelok enGeertruij van der Burg.6. Pieter, ged. 10-12-1758. Getuigen: Pieter Woedelok en Geertruijvan der Burgh.674. Pieter Hummen/Humme, ged. Deventer 30-11-1735, overl. Deventer31-12-1798, tr. (1) (o)tr. Deventer 8/30-10-1757,675. Aaltje Wenthoff (ook: van ‘t Hoff, ’t Hoff, van ‘t Hoof), j.d. in


de Polstraat, overl. Deventer 17-8-1795.Pieter woont in de Waterstraat en koopt een huis in de Bursesteeg.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Deventer):1. Harmina, ged. 20-8-1758.2. Heiltjen, ged. 12-7-1772.3. Hendrika, ged. 29-9-1773.680. Simon Boon, overl. na 11-6-1809, otr. Amsterdam 27-4-1770681. Willemijntje/Willemina van der Spek, ged. Amsterdam (Noorderkerk)14-10-1742, overl. na 11-6-1809.Ondertrouwd op 27-4-1770 te Amsterdam (bron: GA nr 615 blz 571:‘Simon Boon, van Amsterdam, gereformeerd, oud 28 jaren opOostenburgh, geassisteerd met sijn vader Jan Boon en Willemijntjevan der Speck, van Amsterdam, gereformeerd, oud 27 jaren op de....., ouders doot, geassisteerd met Geertruij van der Berg.’Op 30-11-1804 is het echtpaar nog getuige bij de doop van hunkleinkind Maria. Dat geldt ook op 11 juni 1809, wanneer zijdoopgetuige zijn bij de doop van Arie, zoon van Arie Hoogedoorn enGiertje Boon.Uit dit huwelijk:1. Giertje, ged. Amsterdam 6-2-1771. Getuigen: Jan Boon en GiertjeNagtegaal. Giertje tr. Arie Hoogedoorn.2. Jan, (= nr. 340).3. Willem, ged. Amsterdam 30-11-1774 Getuigen: Jan Boon en GiertjeNagtegaal4. Cornelis, ged. Amsterdam 4-1-1778. Getuigen: Simon Hettes enStijntje Boon5. Aghie, ged. Amsterdam 30-7-1780. Getuigen: Roelof Kop enMarretje van der Speck682. Gerrit Stokkers, ged. Rijssen 17-9-1724, overl. na 1773, tr.Rijssen 11-10-1767683. Harmina Hofman, ged. Rijssen 20-3-1744, overl. na 1773.686. Broer Jans, ged. Kollum 2-8-1716, koopman, tr.687. Grietje Jans (ook: Harmens)Broer Jans en Grietje Jans, echtelieden, kooplieden te Munnikezijlverklaren op 18-4-1747 435 200 cg. schuldig te zijn aan HenricusWarn, koopman te Groningen, vanwege geleverde winkelwaren.Bij de quotisatie wordt een Broer Jans vermeld te Burum: ‘gemenewaagenmaker’, 2 + 12/ 2 - 12; aanslag 12-0-0. Niet duidelijk isoverigens, of dit onze man is. De gezinssamensteling wijst wel indie richting.Een Broer Jans tr. Oudwoude 23-5-1772 Wikke Geerts. Uit dithuwelijk (ged. Augsbuurt): 1. Grytie, geb./ged. 15-10/18-11-1778.2. Geert, geb./ged. 22-4/11-5-1783. Onduidelijk is, of het omdezelfde Broer Jans gaat. Dat geldt ook voor zijn doop: naderbewijs noodzakelijk.Alleen bij de doop van Uilke is de moeder vermeld: als GrietjeJans. Bij overlijden van hun dochter Lutske (= nr. 343) heten deouders Broer Jans en Grietje Harmens. Dat laatste is mogelijk een‘logische’ verschrijving: mogelijk heet haar vader Jan Harmens.Uit dit huwelijk (allen ged. Munnekezijl):1. Jan Broers Zijlstra, ged. 26-6-1746, overl. Kollumerland 31-11-1813, tr. Burum 16 april 1786 Sytske Rutgers, ged.Burum/Munnekezijl 20-3-1761, dochter van Rutger Hendriks enTrijntje Johannes. Naamsaanname 1811: Zijlstra, Jan Broers, Burum,k. Grijtje 24, Trijntje 20, Geeske 17, Lutsche 13, Lauke 10, Broer7, Mairie Burum, fol. 50v.


2. Luitske, ged. 17-7-1749.3. Lutske (= nr. 343).4. Uilke, ged. 13-10-1754. Mogelijk is hij identiek aan de UilkeBroers die in 1811 te Driesum de familienaam Radema aanneemt. Dezeman overl. Dantumadeel 16-4-1826, oud 71 jaar, ongehuwd.688. Gerrit Kreek, begr. Amsterdam Noorder Kerk en Kerkhof 7-1-1783,otr. (1) Jannetje van Nuennink (ook: Van Neuning), begr. AmsterdamKarthuizer Kerkhof 30-12-1762, otr. (3) Amsterdam9-3-1780 Angenietje Eijkeduijn, ged. Amsterdam 14-5-1742, begr.Amsterdam Noorder Kerk en Kerkhof 3-11-1801, dr. van AdrianusEijkeduijn en Willemina Kuene/Keuning/Koning.Gerrit Kreek otr. (2) Amsterdam 9-5-1766689. Anna van Staveren, ged. EL Amsterdam 19-12-1736, begr. AmsterdamNoorder Kerk en Kerkhof 23-12-1779.Getuige bij de doop van Anna is haar tante, Cornelia Machielse.De eerste vrouw van Gerrit is overleden als Jannetje van Neuning,huis- en kraamvrouw van Gerrit Krook.Bij het tweeede huwelijk: ondertrouwd (2) op 9-5-1766 te Amsterdam(bron: GA nr 611 blz 204, brontekst: ‘Gerrit Kreek van Amsterdam,gereformeerd, weduwnaar van Jannetje Nuennink in de Houtuijnen enAnna van Staveren, van Amsterdam, luters, oud 30 jaar op het SmallePad, ouders doot, geassisteerd met haar broer Jacob van Staveren.’Doopgetuigen van Agnietje Eijkeduin: Abram Marsman en Anna Kuene.Bij het derde huwelijk: oOndertrouwd (3) op 9-3-1780 te Amsterdam(bron: GA nr 624 blz 491, brontekst:‘Gerrit Kreek van Amsterdam, gereformeerd, laatst weduwnaar vanAnna van Staveren in de .....straat en Angenietje Eijkeduijn vanAmsterdam, gereformeerd, oud 38 jaren met haar vader AdrianusEijkeduijn.’Uit het tweede huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Michiel (= nr. 344).2. Claasie, ged. 9-2-1772, getuigen: Willem Spaargaren en ElisabethJans.3. Willem, ged. 20-6-1773, getuigen: Willem Spaargaren en ElisabethJans.4. Sara, ged. 22-10-1775, getuigen: Willem Spaargaaren en ElisabethJans.5. Anna, ged. 25-12-1776, getuigen: Willem Spaargaaren en ElisabethJans.Uit het derde huwelijk:6. Sara, ged. 18-7-1781, getuigen: Adrianus Eijkeduijn en WilleminaKuenen.690. Jan Veltman, ged. (EL) Amsterdam 8-9-1750, otr. Amsterdam 4-3-1768691. Anna Elisabeth Minke/Menken, ged. Amsterdam 4-10-1741, begr.Amsterdam Karthuizer Kerkhof 2-11-1808.Ondertrouwd op 4-3-1768 te Amsterdam (bron: GA nr 613 blz 325,brontekst:Jan Veltman van Amsterdam, gereformeerd, oud 19 jaren in deTuijnstraat, geassisteerd met sijn vader Jan Veltman en AnnaElisabeth Menken van Amsterdam, gereformeerd, oud 25 jaren, woontalsvoren, geassisteerd met haar moeder Gerritje Kamphuijsen.’Uit dit huwelijk:1. Lea (= nr. 345).2. Jan, ged. Amsterdam 25-10-1772 (Eilandskerk). Getuigen: JanSchevel en Neeltje Bleij.3. Elisabeth, ged. Amsterdam 10-3-1775 (Westerkerk).


4. Neeltje, ged. Amsterdam 7-4-1780 (Westerkerk). Getuigen: NeeltjeHarms.692. Pieter Benning, ged. Amsterdam 12-6-1743, otr. Amsterdam 23-4-1767693. Jannetje Nieuwland, otr. (2) Amsterdam 9-1-1784 Jan Casse Korze.Via Familysearch doet zich te Amsterdam een hele reeks voorudersvoor, zonder dat Pieter direct te linken valt. Hij zou eenkleinzoon kunnen zijn van Coenraad Benning, ged. Aalten 15-7-1688,tr. Amsterdam 18-11-1711 Sara Adriaanse. Uit dit huwelijk o.a. eenzoon Coenraad (maar nog meer kinderen), die daar nog ‘tussen’ zoukunnen zitten. Uiteindelijk stammen allen mogelijk af van FrederikBenning, tr. Aalten 19-7-1674 Lijsbeth Kempinck. Nader onderzoek.Ondertrouwd op 23-4-1767 te Amsterdam (bron: GA nr 612 blz 316,brontekst:‘Pieter Bennink van Amsterdam, gereformeerd, oud 25 (?) jaren op dePrinsegragt, geassisteerd met sijn vader Coenraad Bennink enJannetje Nuwland van Steenwijk, gereformeerd, oud 26 jaren op deBlomgragt, ouders doot, geassisteerd met Jan Schreuder.’Uit het eerste huwelijk:1. Coenraad, ged. (GE) Amsterdam 18-9-1768 (= nr. 346).2. Johannes, ged. Amsterdam (GE) 26-8-1770 (Noorderkerk). Getuigen:Johannes Bennink en Henderikie van Loon (bron: GA nr 57 blz 108).3. Gesina Wendelina, ged. Amsterdam (GE) 6-1-1773 Getuigen:Koenraad Bennink en Wendelina te Winkel (bron: GA nr 57 blz 235).4. Gesina, ged. Amsterdam (GE) 23-8-1778 Getuigen: Jan Bennink enGertje Bos (bron: GA nr 58 blz 135).694. Pieter Cobet, ged. Amsterdam 15-3-1733 (Westerkerk), (o)tr.Amsterdam 11/27-4-1755695. Deliana Vermeij/Vermey, ged. Amsterdam 23-5-1731, begr. Amsterdam(Karthuizer Kerkhof) 6-3-1802.Ondertrouwd op 11-4-1755 te Amsterdam (bron: GA nr 598 blz 323,brontekst:‘Pieter Cobett van Amsterdam, gereformeerd, oud 23 jaar in deEgelantierstraat, geassisteerd met sijn vader Daniel Cobett enDeliana Vermeij van Amsterdam, gereformeerd, oud 24 jaar, woont alsvoornoemd, geassisteerd met haar vader Cornelis Vermeij.’Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Tontje, ged. 4-6-1756.2. Pieter, ged. 22-1-1758, getuigen: Pieter Jeswiet en PieternellaNederveen.3. Maria Sara (= nr. 347).4. Engeltien, ged. 27-2-1761, getuigen: Pieter Jeswit enPieternella Nederveen.5. Daniel, ged. 24-10-1762, getuigen: Daniel Cobet en TontieRichard.6. Deliana, ged. 2-1-1765, getuigen: Abram Cobet en JannettieCobet.7. Annatje, ged. 1-12-1765, getuigen: Daniel Cobet junior enWillemijntje van Schoendrager.8. Johannis, ged. 17-5-1767, getuigen: Johannis Muller en JannetjeCobet.9. Pieter, ged. 16-4-1769, getuigen: Pieter Jeswiet en PeternellaNederveen.10. Abram, ged. 2-11-1770, getuigen: Abram Cobet en Jannetje Cobet.11. Abram, ged. 8-11-1772, getuigen: Abram Cobet en Geertruij vander Hoeff.696. Gerrit Hendrik Rogge, geb. ca. 1713, overl. Amsterdam 7-2-1794,


tr. (1) Anna Catharina Gradonk/Radoms, van Wittmund, Hannover,Pruissen, tr. (2) Amsterdam 19-2/7-3-1762697. Sara Greuper, geb. Amsterdam 1-11-1737, overl. Amsterdam 2-9-1799.Gerrit werd mogelijk geboren te Oldenburg (D) (mededeling G. vanHaaff, mogelijk ingegeven door burgerinschrijving). Op Familysaerchtrof ik een Gerrit Hendrik Rogge, van Oldenburg, overl. Amsterdam7-2-1794, tr. Anna Catharina Gradonk, van Wittmind, Hannover,Pruissen. Ik denk dat het heel goed om dezelfde man kan gaan. Naderonderzoek.Mogelijk staat er relevante informatie in deze publicatie: Büsing,Wolfgang, Stammliste des Geschlechts Rogge aus Hammelwarden (Oldb.)Oldenburg 1970. (Oldenburgische Familienkunde, 1970: heft 4.)Op internet vond ik: http://home.t-o<strong>nl</strong>ine.de/home/irmiGS/roggeahnen.htm.:o.a.:8. HINRICH ROGGE, geboren am September 1746 in Norderfeld; getauftam 24. 9 1746 in Hammelwarden, gestorben am 10 September 1822 inSürwürderdeich. Hinrich Rogge war Hausmann in Sürwürderdeich Erheiratete am 9 Februar 1781 in Rodenkirchen.9. WÜBKE MARGRETE ADDIX, geboren am März 1756 in Norderfeld;gestorben am 14 November 1818 in Sürwürderdeich.16. OTTO RUNGE, geboren am August 1711; gestorben am 2 Februar 1778in Norderfeld. Otto Rogge:war Köter in Norderfeld Er heiratete am23 Juli 1749 in Hammelwarden.17. ANNA METTA OHMSTEDE, geboren im Oktober 1718; gestorben amOktober 1759 in Norderfeld. Sie wurde am 20.10. 1759 inHammelwarden bestattet.32. OTTO RUNGE33. BECKE KUHLMANN34. HINRICH OHMSTEDE35. METTE LOSEVerdere internetvondst: http://home.to<strong>nl</strong>ine.de/home/j.rode/ahnen.htm#kek164ROGGE LeverentzEv Heuerköter, Einwohner* 28.12.1713 Hammelwarderaußendeich † 12.01.1793 Frieschenmooroo 27.11.1738 Hammelwarden165 KOHLMANN Anna ElsabeEv * 20.10.1713 Harrierwurp † 07.03.1796 Frieschenmoor328 ROGGE HinrichEv Einhäusling* um.1662 Hammelwarden † 10.11.1727 Hammelwardenoo 27.04.1708 Hammelwarden329 ICKELS HamtEv * 24.10.1680 Hammelwarderaußendeich656 ROGGE JohannEv Köter† um.1690 Hammelwarden658 ICKELS LeverentzEv Köter* 13.04.1654 Hammelwarden † 16.03.1730 Hammelwardenoo 15.01.1679 Hammelwarden659 BOKELS GescheEv * um.1660 † 06.05.1729 HammelwardenROGGE GertEv Köter1316 ICKELS LeverentzEv* um.1630 † 17.10.1677 Hammelwarden


oo um.1650 Hammelwarden1317 N.N. HamtEv * um.1631 † 18.12.1677 Hammelwarden2624 ROCKE EylertEv KöterVerder nog (in diezelfde) omgeving:http://home.t-o<strong>nl</strong>ine.de/home/j.rode/ahnen.htm#kek353698. Pieter Houtingh, ged. Monnickendam 14-6-1736 (get. Nisa Houting),schepen van Monnickendam (1754-1761), vroedschap ald. (1763-1788),commissaris van convoyen en licenten te Oldenzaal (1763),huwelijkscommisaris te Monnickendam (1764),commies teOldenzaal, begr. Monnickendam 7-5-1791, (o)tr. Monnickendam26-9/11-10-1761699. Catharina/Trijntje Blaauw, ged. Monnickendam 16-2-1738 (get.Tryntje Pieters), overl./begr. Monnickendam 12/14-3-1808.9-2-1764 De WeEdelGestr. Heer Mr. Pieter Houting, Raad in deVroedschap der stad Monnickendam, hier present had, van den HeerMr. Willem Houtingh, President Burgemeester en Raad der stadMonnickendam den boedel van vrouwe Eva van Saanen is opgezegd op18/3 1728 voor den Heer Johan van Campen. (Pieter Houtingh) 436 .Zijn commissie te Oldenzaal vermeld in borgtocht door Hendrik JanNahuys en Pieter Boon voor Pieter Houtingh, d.d. 1 aug. 1763, ONAMonnickendam, notaris Nicolaas Bruijn, inv. nr. 3537:485. Mutueeltestament van Pieter Houtingh en Tryntje Blaauw, d.d. 27 okt. 1767,ONA Monnickendam, notaris Jan Smit, inv. nr. 3552:34. Kinderenvermeld in transport, d.d. 14 en 20 nov. 1793, Vrouwe ElisabethHoutingh, huysvrouw van Dirk Claus ter eenre, en Vrouwe TryntjeBlaauw, weduwe van wylen Pieter Houtingh, (hun testament 9 juni1769 voor Schepenen van Monnickendam), en kinderen … ter andere,ONA Monnickendam, notaris Age Volkerse, inv. nr. 3567:133.Het standsverschil tussen het echtpaar Houtingh-Blaauw is vermeldin “Trouwen in Monnickendam vóór 1811 in historisch perspektief,”door C.A.E. Groot in Vereniging Oud Monnickendam Jaarboek, 1997.Een Pieter Houting komt voor op een lijst van de afgezette enbenoemde regeringsleden van Hollandse steden in 1787 437 . Op 29 juliblijkt hij met enkele collega’s afgezet te zijn. Onduidelijk isoverigens of het om onze Pieter gaat.Kinderen begraven: 20.9.1764, 29.11.1770, 31.12.1781, 2.12.1783.Uit dit huwelijk:1. Elisabeth, ged. Monnickendam 27-4-1760 (voorkind, getuigeNietsje C. Schut),), lidm geref. 1778, begr. Amsterdam (SintAnthonies Kerkhof) 15-4-1807, tr. (1) Broek in Waterland 13-5-1787Gerrit Dekker, overl./begr. ald. 7/9-3-1799, tr. (2) Broek inWaterland 30-3-1800 Hermanus Smeenk, “zynde Sergeant by deBataafsche Armee (na vertoon van behoorlyke Permissie van de Raadvan Administratie van ’t 3. Bataillon der 2. halve Brigadeom te mogen trouwen),” ged. Deventer (R.K.) 14-11-1756, overl.Deventer 26-5-1814, zn. van Tilmann Smeenk en Henrina Scheppinks2. Maria, 13.8.1761 (get. Niesje Claas Schut), begr. ald. 23-9-1761.3. Maria, (= nr. 349).4. Willem, ged. Monnickendam 13-9-1674(get. Elisabeth Houtingh),begr. ald. 20-9-1764.5. Willemina Catherina, ged. Monnickendam 31-10-1765 (getuigeLudewina van Wallend geb. Teengs), overl. voor 1797, otr.Nieuwendam (gerecht) 30-10-1790 (geboden 31-10-1790, 2-1-1791 en 9-3-1791) Dirk Dekker, ged. Nieuwendam (R.K.), 6-2-1771, zn. vanCornelis Dekker en Margareta van Brugge.


6. Eva, ged. Monnickendam 4-2-1768 (getuige Catharina Boon), overl.ald. 13-4-1844, tr. Monnickendam 27-1-1793 Klaas Valentijn,preposee der vastgestelde regten en octrooi der stad Monnickendam(1812) en deurwaarder van het Vredegerecht van het KantonMonnickendam (1835), geb. Zaandam 25-5-1770, ged. Oost Zaandam 31-5-1770, overl. Monnickendam 22-9-1835, zn. van Roelof Samuelsz.Valentijn en Aaltje Jans Boon.7. Anna Christina, ged. Monnickendam 12-8-1770(get. Tryntje Wever,huisvrouw van de Heer Jan Bent), begr. ald. 29-11-1770.8. Willem, ged. Monnickendam 26-11-1775(get. Elizabeth Houtingh),begr. ald. 31-12-1781.9. Christina, 26-3-1778 (get. Wyntje Boon), begr. ald. 2-12-1783.700. Harmannus van Elten, ged. (RK) Amsterdam 16-8-1709, begr.Amsterdam (St. Anthonis Kerkhof 27-10-1778, (o)tr. Amsterdam19-4/5-5-1737701. Katrina Hoeding, ged. Amsterdam 13-12-1719, begr. Amsterdam (St.Anthonis Kerkhof, als weduwe van Hermanus van Elten) 29-12-1807.Getuige bij de doop van Hermannus is Elisabeth Prauwels. Bij dedoop van Katrina treden als getuige op: Lammert van der Kruis enCatrina van der Kruis.Het echtpaar is ondertrouwd op 19-4-1737 te Amsterdam (bron: GA nr579 blz 319 en nr 722 blz 318, brontekst:‘Harmanus van Elten van Amsterdam, oud 26 jaar op de Lindegragt,geassisteerd met zijn moeder Catrina Doesburg en Catrin Goedink vanAmsterdam, oud 18 jaar, woont alsvoren, geassisteerd met haar vaderReijnier Goedink(?)’Uit dit huwelijk:1. Reijnier, ged. (RK) 8-12-1740, getuigen: Reijnier Hoeding enGrietje van der Kruijs.2. Reinerus, ged. (RK) 31-1-1742, getuigen: Reinier Hoeding enGerritje van Elt.3. Barent, ged. (RK) 12-6-1744, getuigen: Barent van Elten enCathrina van Elten.4. Adrianus (Arie) (= nr. 350).5. Hermanus, ged. (RK) 8-1-1754, getuigen: Lambert van Blokland enAnna Grandjean.6. Petrus, ged. (RK) 5-2-1756, getuigen: Pieter Pieters en MariaPieters.7. Rijndertie, ged. 27-5-1759, getuigen: Rijnier Hoeding en Gertievan der Kruijs.702. Dirck Kooning, tr.703. Maria Ternee/Therne/Ter Née, ged. (RK) Amsterdam 29-10-1721, begr.Amsterdam (Wester Kerkhof) 26-6-1774.Getuigen bij de doop van Maria zijn: Dirck Speet en Cat. vanLengerick.In 1775 wordt een Dirk Kooning genoemd bij de verkoop van een huisen erf aan de Singel tussen de Paleisstraat ("Gasthuismolensteeg)en de Raadhuisstraat (Huiszittensteeg".Uit dit huwelijk (allen ged. (RK) Amsterdam):1. Cornelius, ged. 27-9-1750, getuigen: Hendrik Terne en CorneliaMaria van Affen.2. Theodora Elisabeth, (= nr. 351).3. Bernardus, ged. 7-3-1755, getuigen: Bernardus ter Née en AnnaCatharina ter Née.4. Theodorus, ged. 6-6-1758, getuige: David Lodiso, Anna Driesman.5. Nicolaus, ged. 13-1-1764, getuige: Maria Witschee.


6. Johanna Maria, ged. 27-3-1765, getuigen: Klaas de Bok en JoannaTerné.704. Harmen Jacobs Radsma, geb. ca. 1697, mr. horlogemaker, lid van devroedschap van Harlingen (vanaf 21-11-1735 tot zijn dood in 1777),collecteur van de oude stadswijnen en verkleinde wijnmaat(1750 438 ), collecteur van de lakenen en tabak (tot zijn dood),overl. v. 29-10-1777, tr. (1) Harlingen 7-6-1722 Lietske/LutskeFreerx Schotsman, ged. Harlingen 10-11-1700, overl. v. 20-5-1741,dr. van Freerk/Frederik Jacobs Schotman, boekdrukker en TrijntjeDirks.Harmen tr. (2) Harlingen 20-5-1741 (gerecht) otr. 22/28-5/4-6-1741(proclamaties) tr. (2) 4-6-1741 Sjoertje Harmens, overl. vlak v.7-10-1742 439 .Harmen tr. (4) Harlingen 29-7-1764 Antje Tjerks de Boer, overl. na1778.Harmen tr. (3) (gerecht) Harlingen 20-4-1743, tr. Harlingen12-5-1743705. Ytske Jeltes.Van Harmen is vreemd genoeg geen doop gevonden te Harlingen. Opbasis van het patroniem, de familienaam en de latere vernoeming vanJacob en Trijntje lijkt het vooralsnog gerechtvaardigd, om JacobHarmens Ratsma en Trijntje Tjeerds als ouders te zien.Bij het tweede huwelijk wordt Sjoerdje Harmens bijgestaan door haarneef, Jan Bierma. Hij zou identiek kunnen zijn aan nr. 708 uit deze<strong>kwartierstaat</strong>.Het overlijden van Sjoerdje Harmens, de tweede vrouw van HarmenJacobs Radsma, moet rond de geboorte van hun dochter gebeurd zijn,want het doopboek vermeldt het verscheiden van de moeder.Quotisatie: “vroedsman, mr. Horlogiemaker, bestaet wel”. Er warendrie personen ouder en twee personen jonger dan twaalf jaren. Deaanslag beliep 45-0-8.In 1751 komt een eind aan een jare<strong>nl</strong>ang juridisch steekspel voorhet Hof van Friesland over een accijnskwestie tussen Harmen alscollecteur en Sjoerd Talma, distillateur en koopman te Harlingen. 440Harmen Ratsma komt op 29 september 1747 zelf als getuige voor in debijlagen van de sententies van datzelfde Hof van Friesland. Hij isdan “oudt 50 jaren” en bijgevolg geboren rond 1697.Harmen heeft zeker zaken gedaan samen met zijn broer Tjeerd.In de nagelaten boedelpapieren 441 van Marten Radsma (1758-1844),nazaat van Tjeerd, is een koopbrief opgenomen, waarin de beidebroers op 11 november 1758 de kopers zijn van een huis in deOdolphisteeg te Harlingen. 442Bij de beschrijving van de locatie van het aangekochte huis wordthun vader opgevoerd als naastligger.Voor 29 oktober 1777 is Harmen overleden. 443 Dan blijken Jelte enHarmen Radsma curatoren over Lucia Radsma te Amsterdam,kleindochter van de overleden vroedsman Harmen Radsma. 444Bovendien wordt op diezelfde dag de vroedsman Menno Tuininga inplaats van Harmen aangesteld tot collecteur van de lakenen entabak. 445In 1778 verkopen Antje Tjerks, weduwe van de vroedsman HarmenRadsma, voor een derde part, Harmen Radsma als administrator overLucia Radsma en Jelte Radsma onroerend goed van hunrespectievelijke man en (groot)vader.In een drietal akten verkoopt men achtereenvolgens een huis aan dezuidkant van de Voorstraat (dat hierboven al eerder ter sprake kwambij Jacob Harmens Radsma), een huis aan de Grote Kerkstraat en eenkamer in de Odolphisteeg. In de derde akte wordt Jelte Radsmaoverigens “mr. wolkammer” genoemd. 446


Harlingen, stadhuis met Raadhuistoren rond 1785. 447Uit het eerste huwelijk (allen ged. Harlingen):1. Jacob, ged. 18-4-1723.2. Trijntje, ged. 10-6-1726.3. Jacob, ged. 1-10-1730, mr. chirurgijn te Amsterdam (vanaf 2-7-1756), overl. vóór 29-10-1777, otr. Amsterdam 13-2-1756 (Walekerk)Christina Jans Bogaard, ged. Amsterdam 12-9-1734, dr. van JanKarels Bogaart en Christina de Vries. 448Uit het tweede huwelijk (ged. Harlingen):4. Sjoerdtje, ged. Harlingen 7-10-1742.Uit het derde huwelijk (allen ged. Harlingen):5. Jelte, (= nr. 352).6. Willem, ged. 29-3-1746.7. Trijntje, ged. 27-5-1749.706. Minne Jacobs Tuininga, ged. Harlingen 22-4-1725, mr. chirurgijn(vanaf 20-6-1749), olderman en assessor van het Harlingerchirurgijnsgilde, collecteur van de lakenen en tabak (vanaf29-10-1777), diaken (1771), lid van de vroedschap van Harlingen(vanaf 14-12-1770 tot zijn dood), overl. Harlingen 28-6-1792, otr.Harlingen 14-3-1750, otr. Midlum 29-3-1750707. Klaaske Hanses de Jong(e), ged. Midlum 31-8-1721, overl. Harlingen3-8-1787Wapen van Minno 449 : gedeeld: I: de Friese adelaar; II: in blauw driegroene klaverbladeren.Minne doet belijdenis Harlingen 19-4-1770, bij de Grote Sluis.In de boeken van het Harlinger chirurgijnsgilde is terug te vindendat Minne op 19-6-1749 getenteerd is en de dag daarop geëxamineerd,waarbij is aangetekend dat hij ‘bequaam bevonden’ is. Hijverrichtte klaarblijkelijk al medische handelingen, want op 15-7-1745 wees het Hof van Friesland vonnis in een zaak tussen (o.a.)Minne, gesteund door zijn vader en de Harlinger chirurgijnen. Eenafschrift van die uitspraak staat in datzelfde gildeboek 450 . Hetexamen kostte Minne overigens 167 g. en 10 st. 451


Eenmaal in functie vervult Minne als lid van dat gilde metregelmaat en tot in lengte van jaren de functie van olderman enassessor van datzelfde chirugijnsgilde.Uit dit huwelijk:1. Jacob, ged. Minnertsga 8-11-1750.2. Feikje, (= nr. 353).3. Jetske, ged. Minnertsga 9-9-1753.4. Lysbeth, ged. Minnertsga 15-5-1755.5. Jacob, ged. Harlingen 14-2-1758.6. Martje, ged. Harlingen 19-6-1759.7. Hans, ged. Harlingen 23-5-1762.8. Gertje, ged. Harlingen 18-12-1763.708. Jan Joekes Bierma (ook: Buruma), ged. Harlingen 3-7-1707,cantoorknegt, otr./tr. Harlingen 13/28-11-1734709. Hinke 452 Arnoldus.Bij huwelijk waren beide echtelieden afkomstig van Harlingen. Bijzijn huwelijksvoltrekking staat hij vermeld als Jan Jochems Bierma.Dat kan een ‘logische’ verschrijving zijn. Alhoewel in Harlingenrond die dagen een familie Bierma ‘op het kussen zit’, lijkt mijvooralsnog een relatie tussen die mensen enerzijds en Jan en Joekeanderzijds twijfelachtig.Werkhypothese: Jan is mogelijk een zoon van Jouke Jelles enTrijntje Jans (vandaar de doopdatum). Zij laten tussen 1705 en 1726maar liefst 12 kinderen dopen (waaronder overigens nog een zoonJan, op 27-11-1712: twee identieke namen, of was de eerste tochjong overleden?). Op basis van vernoeming kan er een filiatie zijn: nader onderzoek.Een Hinke Arnoldi staat op 24-1-1732 vermeld als lidmaat teHarlingen, afkomstig van Harich (Gaasterland). Aldaar heb ikvooralsnog geen gegevens kunnen traceren.Wel wordt te Harich vemeld een Liesbeth Arnoldus, tr. (1)Gaasterland 19-7-1747 Berent Koers (zij is dan 33 jaar en geboortigvan Sloten), tr. (2) 24-5-1752 Geert Geerts. Lysbeth overl. v. 12-2-1766 453 , kinderen: Arnoldus en Marijke.Een Jan Bierma is in 1733, 25 jaar oud, collecteur te Harlingen.Op 22/28-5/4-6-1741 is een Jan Bierma als ‘neef’ getuige namensSjoerdje Harmens, die dan trouwt met Harmen Jacobs Radsma (= nr.704). Het is niet zeker of het om dezelfde persoon gaat. Dat geldtook voor de man met die naam, Jan Bierma, die op 22-8-1739 teHarlingen als ‘zwager’ optreedt als getuige bij het huwelijk vanJan Jylts en Geertie Wessels.Op 30-8-1748 454 laat het echtpaar twee akten registreren: de aankoopvan een huis (de koopbrief dateert al van 12-9-1738) aan dewestkant van de Turfhaven van Antje Mooij, weduwe van JanChristoffels, voor de prijs van 900 cg. Daaropvolgend verklaart hetechtpaar 200 g. schuldig te zijn aan de kleermaker Jan WybrensWyngaarden.Quotisatie: ‘Jan Bierma, cantoorknegt, gemeen, 22-13-4, (3 + 12/ 4- 12).Uit dit huwelijk (allen ged. Harlingen):1. Joeke, (= nr. 354).2. Antonius, ged. 20-7-1738.3. Jelle, ged. 6-3-1740.4. Liskjen, ged. 30-4-1742.5. Johannis, ged. 26-5-1744.6. Johannis, ged. 29-8-1745.712. Auke Pieters, ged. Driesum 6-3-1718, huisman onder Kollumerzwaag,Oudwoude en Driesum, overl. Driesum 1796/7, (o)tr. Augsbuurt


24-10-1745713. Antien Fockes, ged. Kollumerzwaag 9-11-1725.Op 8-3-1746 (registratie op 14-3-1746) 455 verklaren Auke en zijnvrouw 159 cg. schuldig te zijn aan de diakenen van Kollumerzwaag.In de daaropvolgende jaren komt het echtpaar met zekere regelmaatvoor in de proclamatie- en hypotheekboeken van Kollumerland. Zijkopen in 1748 456 7 pondematen greidland, de Grote Zeven genaamd.Verkopers: de Dokkumer burgemeester Thijs de Haan, voor 600 cg. en1 gouden ducaat. Verder zijn er proclamaties van landaankoop rond1750 457 .Op 21-5/18-6/2-7-1754 458 proclameren Auke Pieters en Wytze Jans deaankoop van 10 pondematen bouwland onder Kollumerzwaag van TietskeEgberts voor 250 gg.Op 30-1/13-2/6-3-1759 459 proclameren Jan Gelts en Auke Pieters,huisman onder Oudwoude, de aankoop van 8 pondematen greidland,gelegen bij de Wygeest onder Oudwoude, van Grietje Jans, huisvrouwvan Ype Tjeerds, voor 105 cg. In margine staat een niaarnemingvermeld.Op 26-3/3-4/24-4-1759 460 proclameert het echtpaar de aankoop van 3pondematen land, gelegen op de Lage Hammeren, van Wikjen Minnema,huisvrouw van Jan de With, voor 215 gg.Op 22-8-1759 461 is Auke Pieters, ‘naaste bloedverwant’ samen metHeine Meinderts en Gelt Lieuwes, huislieden onder Driesum, curatorover de kinderen van de overleden Gerben Pieters en BauckjenMeinderts. Kinderen: Meindert (in het 25ste jaar); Pytter (21e);Marten (18e); Sjouckien (16e); Antie (11e); Pyttie (9e); Bauckjen(5e) en Wytske (2e) Gerbens.Speciekohieren Kollumerland: 1756 Kollumerzwaag 32 Wybe Rinses,Auke Pieters vertrokken naar Oudwoude 42: 3 halve hoofden. In 1760wordt hij vermeld voor 2 halve hoofden en blijkt hij vertrokkennaar Driesum in Dantumadeel. Aldaar wordt hij in 1779 op vermeld.In 1783 is er een dochter getrouwd. Hij moet tussentijds ook nogverhuisd zijn naar Wouterswoude; in 1796 wordt komt hij althans vandaar op Driesum 1796. Hij komt in huis bij zijn dochter aldaar enoverlijdt al snel, want in 1797 staat zijn verscheiden vermeld.Op 20/26-1-1767 462 kopen Auke Pieters, te Driesum en de schipperGeert Romkes, ook van Driesum, het Stoppeland, van Geeske Arents enJan Sjoerds en van Wytske Arends , huisvrouw van Thijs Clasen voor242 cg.Op 5-9/19-9/3-10-1775 463 proclameert Auke Pieters te Driesum deaankoop van 6 pondematen greidland, gelegen onder Westergeest, vanHaye Gerrits, voor 770 cg.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Kollumerzwaag/Augsbuurt):1. Pieter.2. Trijntje, ged. 6-2-1746.3. Trijntje, ged. 10-3-1747.4. Heine Aukes Tolman/Klaver, ged. 2-11-1749, tolman, tr. TeetskeHessels, overl. Kollumerland 17-3-1811, dr. van Hessel Meinderts enAntje Thomas.4. Baukje, ged. 19-3-1752.5. Wytske, ged. 10-11-1754.6. Fokje.7. Froukje, overl. Kollumerland 2-2-1835, tr. Wybe Rudmers (Koop).714. Luitjen Botes, huisman op de Triemen onder Westergeest op stem 18,boer te Oudwoude, koopman te Oudwoude, geb. ca. 1722, overl.1793/1794 464 tr. Oudwoude 19-5-1743715. Antje Sjoerds, overl. 1797/1798 465 .


Bij huwelijk was Luitjen afkomstig van Westergeest, Antje vanOudwoude.Quotisatie: ‘redelijk welgestelde boer’ 4 + 12/ 2 - 12; aanslag:55-0-0.Op 5-10/19-10/9-11-1745 466 proclameert het echtpaar, woonachtig opde Triemen onder Westergeest de koop van een huis c.a. te Oudwoude,gekocht van Minke Roelfs, vrijgezel op Kollumerzwaag voor 68 cg.Luitjen Botes, huisman op de Triemen en Sierk Gerrits als curatorover Teekle en Barber Roelofsdr. proclameren op 17-10/14-11/28-11-1747 467 de aankoop van bouwland onder Oudwoude, gekocht van HarmenTijssen, huisman onder Westergeest.Op 21-1/9-2/25-2-1749 468 proclameren Klaas Haukes, mr. smid enLuitjen Botes de aankoop van huis en land te Collumerveen onderKollum. Zij kopen het voor 210 cg. van Grietje Hendriks, huisvrouwvan Pijter Janspers, mr. Wagenmaker.Op 6-10/20-10/1757 en 17-1-1759 469 proclameert Luitjen Botes, dankoopman te Oudwoude een huis en hovinge te Westergeest van HendrikJaspers en Sibbeltje Rinses voor 151 cg.Op 20-3/3-4/24-4-1759 470 proclameren Luitje Botes te Oudwoude enWybren Feddes de gezame<strong>nl</strong>ijke aankoop van een aantal stukken landonder Oudwoude, waaronder zes pondematen bouwland met roggetoegezaaid.Op 18-1/1-2/22-2-1763 471 proclameren Luitjen en Antje, echtlieden teOudwoude, de aankoop van vijf pondematen grasland onderWestergeest, gekocht van Gerben Jeens, huisman te Westergeest;Romkjen Jeens, huisvrouw van Johannes Wybes; Gerrit Freerks;Joukjen Egberts; Klaas Harkes, vader van Gertie Klasen, bij GertieEgberts in echte verwekt voor de somma van 42 gg., 7 st. perpondemaat. Gerben en Romkjen zullen ongetwijfeld verwanten vanLuitjen zijn van vaderskant. Mogelijk geeft een van de andere namenuitsluitsel over zijn tot dusverre onbekende moeder.Op 6-5/3-6/17-6-1766 472 proclameert Luitjen, huisman op de Triemenonder Westergeest de aankoop van land op de Triemen van RingerMients en Haukjen Sijbes, echtelieden aldaar voor 65 en een vierdegg. Ook Ringer Mients is familie van Luitjen van vaderszijde.Op 11-11/25-11/9-12-1766 473 proclameren Luitjen en Antje,echtelieden op de Triemen de aankoop van bouwland aldaar, deOosterkamp genaamd. Zij kopen het voor 270 gg. van Henke Jans,huisvrouw van mr. Hendrik Ronner te Kollum; Frouw Harmens,huisvrouw van Rink Alles en Rinse Tjeerds, als vader voor dekinderen bij Martjen Harmens in echte getogen. Dezelfde partijenkopen en verkopen op dezlfde proclamatiedata bouwland op deTriemsterakkers voor 184 gg., 15 st.Op 19-10/9-11/23-11-1773 474 proclameert Luitjen de aankoop vanbouwland in de Triemen onder Westergeest van Pijtter Sjoerds, mr.smid te Kollumerzwaag voor 414 cg.Voor 1776 komt Luitjen voor op nummer 52 van de speciekohieren vanWestergeest, op nummer 51 staat dan zijn schoonzoon, Pieter Aukesvermeld. In 1776 heeft Pyter zijn vrouw verloren en in datzelfdejaar staat Mient Ringers vermeld op nummer 52. Nog later wordtLuitje wel weer op dat nummer vermeld. In 1794 staat aangegeven dathij is overleden. In de speciekohieren over 1798 staat bij nummer52 vermeld dat Luitjen Bootes weduwe is overleden.Op 20-1-1777 475 treedt Luitjen Botes, huisman onder Oudwoude op alsgrootvader van Hiltje, Bote en Antje Pieters, de kinderen van zijnoverleden dochter Hincke en Pieter Aukes, die zich nu ten tweedemale in de echt begeven heeft. Er wordt een scheiding gemaakt;daaruit blijkt onder andere dat er aan geld 375 cg. is, een goudenoorijzer, een bijbel met zilver beslag, een zilveren beugel, eengouden ring en lijfgoed. Verder een gouden boord met vier strengbloedkoralen; een zilveren mesje en een half zilveren scheer. De


kinderen zullen, wanneer zij achttien geworden zijn hun deel vanhet geld krijgen. Pieter zal onder andere het huismannengereedschapkrijgen. De kinderen wonen bij hun grootouders. Hiltje zal tot haarachttiende bij hen blijven wonen en kost en kleding krijgen. OokAntje blijft bij de grootouders, Luitjen en Antje. Dat zal in iedergeval zo zijn tot zij de leeftijd van tien jaar heeft bereikt;verder zal zij leren lezen en schrijven. Voor al die zaken betaaltPieter per jaar 34 cg. Bote blijft tot zijn achttiende bij zijnvader; hij zal ook ‘een werkswijse’ leren.Op 4-6/18-6/3-9-1782 476 volgt de proclamatie van twee pondemate<strong>nl</strong>and, genaamd de Reidkamp, voor 117 gg. gekocht van Rinse Alles,arbeider onder Oudwoude, Trijntje Alles, huisvrouw van AnneJilderts van de Burgh; Tjetske Alles; Fenne Louwes en Eelke Sijbes;Jr. H.L. van Heemstra als curator over de kinderen van wijlen AlleJans.Op 21-9/5-10/19-10-1784 477 proclameert Luitjen de aankoop van driepondematen land op Kollumerzwaagmaden, gekocht van Egbert Edsesvoor 136 gg., 14 st.Op 29-4-1785 wordt een koopbrief opgemaakt, waarvan de proclamatieslater dat jaar volgen op 6-9/20-9/4-10-1785 478 dan laten Luitjen enAntje twee aankopen bekend maken; in beide gevallen is EgbertJilles de verkoper. Hij verkoopt allereerst vier pondematenbouwland op de Triemen en zes pondematen miedland op de Anjen voorde somma van 666 cg. Daarna verkoopt hij voor 810 cg., 19 st. nogmeer land aan dezelfde kopers.Op 5-9/19-9/3-10-1786 479 koopt Luitjen land aan op de Triemen vanAntje Egberts, weduwe van Jelle Jans, voor 200 gg.Bij huwelijk was Luitjen afkomstig van Westergeest en Antje kwamvan Oudwoude. Naspeuringen naar haar ouders leverden vooralsnoggeen resultaat op. Afgaande op haar plaats van herkomst ten tijdevan het huwelijk zou zij een dochter kunnen zijn van Sjoerd Gosses.Een Sjoerd Gosses, afkomstig van Kollum, trouwt te Metslawier op 27november 1718 met Aaltje Jans, van Metslawier.In 1728 is Sjoerd Gosses boer op stem 42 Ter Bosch-Veenklooster.Bij de quotisatie van 1749 woont hij te Oudwoude: hij is dangeboekstaafd als een “gemene boer”, er zijn twee volwassenen enverder geen kinderen (maar die kunnen – gelet op het tijdstip vanhet huwelijk van Sjoerd en Aaltje - natuurlijk al uithuizig zijn).Ieder verder bewijs voor een filiatie tussen Antje Sjoerds enSjoerd Gosses ontbreekt echter, zodat ik hier met een summierevermelding zou willen volstaan.Uit dit huwelijk (allen ged. Oudwoude/Westergeest):1. Hinke Luitjens (= nr. 357).2. Bote Luitjens, ged. 26-7-1745.Hij leeft – gelet op de vermelding bij het gezin van zijn vader -vermoedelijk nog ten tijde van de quotisatie in 1749.716. Watse Halbes, koopman te Kootstertille, tr. v. 1734717. Nieske Gerrits Posthumus.De echtelieden worden genoemd bij Cootstertille, op 25-1/8-2/22-2-1734 480 . Dan willen zij een huis c.a. kopen, gelegen teKootstertille, onder de Kooten. Het is bewoond door Geert Dirks engekocht van Symon Cornelis en Taetske Hillebrants te Drogeham voor306 cgl.Op 6-6/20-6/4-7-1735 481 proclameren Halbe Watses en Watse Halbes(overigens zonder vermelding van hun vader-zoonrelatie) de aankoopvan een huis c.a. bij Kootstertille, bewoond door Hendrik Ringers.Het is gekocht van Harke Lieuwes te Augustinusga voor 204 gg., 7st.


Waetse Halbes, woonachtig bij Cooten is op 6-6-1737 curator over dekinderen van Jan Anders en Wytske Ulbes 482 .Op 4/8-6/2-7-1742 wordt het echtpaar genoemd in deproclamatieboeken van Achtkarspelen 483 .Quotisatie: ‘Waatse Halbes, coopman te Kooten’, nr. 78, 3 + 12/ 1 -12; aanslag: 24-6-0.Watse is in april 1758 lidmaat te Kooten.Uit dit huwelijk (allen ged. Twijzel/Kooten) 484 :1. Aaltje, ged. 22-5-1726.2. Symen, ged. 22-12-1727.3. Jenke, ged. 22-11-1729.4. Halbe, ged. 28-2-1731.5. Gerrit (= nr. 358).6. Tjitske, ged. 18-3-1736.7. Hylke, ged. 3-5-1738.8. Trijntje, ged. 18-3-1741.9. Jeltje, ged. 27-10-1743.718. Pytter Hendriks, arbeider te Westergeest, tr.719. Aukjen Beerends.Quotisatie: ‘sobere arbeider’ 2 + 12/ 3 - 12; aanslag: 11-13-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Oudwoude/Westergeest):1. Hendrik, ged. 6-6-1740.2. Baukjen, (= nr. 359).3. Barber Pieters, geb. ca. 1756, overleden Westergeest 11 december1825, 69 jaar, zonder beroep, weduwe van Jan Akkerman, dochter vanPieter Hendriks en Aukje Berends. Mogelijk gaat het om dithuwelijk: 11 juni 1780, Oudwoude, Jan Klaases, Ameland en BarberPytters, Oudwoude. Het huwelijk is bevestigd door het nedergerechtKollumerland.720. Gerrit Dirks, geb. Oostermeer, ged. Oostermeer 24-10-1723,Schipper (1789), tr. Welsrijp 11-2-1748721. Dieuwke Douwes.Bij het huwelijk kwam hij met attesttie van Oostermeer, zij was vanWelsrijp.Quotisatie: Welsrijp (Hennaarderadeel): ‘gemeen schuitevoerder’; 2volwassenen en 1 kind; 11-13-0.Uit dit huwelijk ook nog:Janke, geb. Welsrijp 7-4-1751 (doop op belijdenis te Franeker 22-6-1776).Gerrit Durks schrijft zich op 11-6-1759 in als burger van Franeker.Hij is dan geboortig van Oostermeer. Alle feiten wijzen erop, datdit de juiste Gerrit is. Dat geldt ook voor de hier opgevoerdevoorouders: de bewijzen lijken in orde, maar nader onderzoek isnoodzakelijk.Een Duike (= Dieuwke) Douwes komt op 22-6-1755 voor te Franeker,van Pingjum. Zij woont dan te Kie (denkelijk een plaatsaanduidingte Franeker). In 1789 485 wordt Gerrit Dirks, schipper te Franeker,genoemd als erfgenaam van Oene Dirks. Op basis hiervan kan defiliatie met Dirk Ruurds (= nr. 1440) redelijkerwijs bewezenworden.722. Dirk Hoytes, schoenmaker, overl. v. 23-1-1774, tr. Tzum 11-4-1751723. Neeltje Tjepkes, overl v. 23-1-1774.Quotisatie: “schoenmaker’ 1 + 12; aanslag: 7-17-0.Bij het huwelijk zijn de echtelieden beiden afkomstig van Tzum.


Het echtpaar was waarschij<strong>nl</strong>ijk doopsgezind. Dat blijkt uit eenauthorisatie op 2-9-1774 486 : dan verschijnen Douwe Hoites,beurtschipper van Franeker op Amsterdam en vice versa (verg. nr.360) en Sybrand Takes, koopman. Zij voeren een testamentairedispositie uit van wijlen Andrijs Hoites, opgemaakt op 23-1-1774.Zij worden benoemd tot curatoren over: Hoite Durks, oud 23 jaar;Tjepke Durks, oud 20 jaar; Rients Durks, oud 16 jaar; Jacob Durks,oud 14 jaar en Trijntje Durks, oud 7 jaar, nagelaten weeskinderenvan wijlen Durk Hoites. Douwe en Take beloven ‘op den doopsgezindenwijse’ alles goed uit te voeren.Uit dit huwelijk:1. Hoyte Durks, geb. ca. 1751, mr. bakker te Achlum, overl. v. 16-3-1789, tr. Achlum 26-10-1777 Maaike Gerbens.2. Tjepke Durks, geb. ca. 1754.3. Rients Durks, geb. ca. 1758.4. Jacob Durks, geb. ca. 1760.5. Trijntje Durks (= nr. 361).724. (?) Sytse Jans, wolkammer, (o)tr. Franeker 16-4/1-5-1740725. (?) Lysbeth Reinders, (o)tr. (2) Franeker 29-4/22-5-1747 SyberenAenes, mr. hoedenmaker.Quotisatie: Sietse Jans; wijk: Eerste West; beurtschipper;reedelick, 3 volwassenen en 1 kind; 30-0-0.Uit dit huwelijk (ged. Franeker):1. Jan, ged. 6-10-1740.2. Jan, ged. 28-10-1741 (= wellicht nr. 362).728. Harmen Pieters, ged. Oosterbierum 8-11-1709, overl. Oosterbierum1767/1768, tr.729. Jacobje/Japikje Alefs, overl. 1782/1783.Quotisatie: ‘schoenmaker, redelijk’ 1 + 12; aanslag: 14-0-3. (Hetis niet zeker, of het om onze man gaat). Datzelfde geldt voor dezeHarmen Pieters: een man met die naam proclameert als winkelier teOosterbierum op 6-5/20-5/3-6-1739 de aankoop van een huis aldaar 487 .Op 8-1-1722 488 is Harmen Pieters erfgenaam van Ymck Dircks, in levente Midlum en weduwe van Hermen Obbes. Harmen is dan in het 12e jaaren zoon van Pieter Jochums en Froukje Hermens. De testatrice heeftop 14-5-1721 een testament op laten maken; daaruit krijgt Harmen nuzijn part. Curatoren zijn Albert Jellema, schoolmeester endorpsrechter van Midlum en Meindert Sjoerds, koopman teOosterbierum.Bij de overlijdensakte van haar zoon Jochum staat duidelijk`Janckje Ales'.Het paar was denkelijk doopsgezind, want ook de dochter, Ympkjen,werd later op belijdenis gedoopt.De speciekohieren laten zien dat Harmen zowel te Klooster Lidlumals te Oosterbierum voorkomt. Als er al twee mannen van die naamzouden zijn, overlijden ze ook nog eens in hetzelfde jaar. Daaromgeloof ik dat het om dezelfde man gaat. Soms staan erbijzonderheden vermeld. Dat is zo in 1767 (Oosterbierum nr. 51):een dochter uit huis (getrouwd?). In 1768 staat vermeld: HarmenPieters overleden, in 1783 (Oosterbierum 71: ‘Harmen Pieters weduweoverleeden’.Op 19/23-2-1784 489 is sprake van de verkoop van land te Oosterbierumen Sexbierum door de erven van de weduwe van Harmen Pieters.Kopers: E.M. van Beyma e.a. Die erfgenamen zijn: Ymkje Harmens enDurk Pieters te Oosterbierum; Tjitske Harmens en Schelte Anes; JanJochums als vader en voorstander van zijn kinderen bij ItskeHarmens; Jochum Harmens, huisman te Oosterbierum en Dirkje Harmens,


meerderjarig wordende dochter; ieder voor een vijde part erfgenaamvan de niet met name genoemde weduwe van Harmen Pieters.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):1. Tjitske, geb./ged. Klooster Lidlum/Tzummarum 25-1-1748/14-5-1773tr. Schelte Anes.2. Ympkjen, geb./ged. Oosterbierum 19-9-1750/2-5-1773, tr. DirkPyters.3. Itske, tr. Jan Jochums4. Jochum (= nr. 364).5. Dirkje.(?) Pieter. In de speciekohieren ((Oosterbierum nr. 51; = nr.Harmen Pieters): ‘Pieter Harmens uit dienst’. Mogelijk gaat hethier om een zoon van Harmen.730. Jelle Gerrits, ged. Oosterbierum 19-8-1725, arbeider, boer teOosterbierum, overl. ca. 1783, tr. (1) N.N., overl. ca. 1756 490 ,tr. (2)731. Yzaakje Jans van Asperen, ged. Oosterbierum 8-6-1738, overl.Oosterbierum 20-12-1811, tr. (2) Oosterbierum 8-6-1783 PieterPaludanus, dorpsontvanger van de floreenrente te Oosterbierum,schoolmeester, overl. v. 7-7-1789, tr. (1) Tzummarum/Firdgum15-4-1749 Teetje Gerrits, overl. 1782 491 .Jelle c.s. komen voor in de speciekohieren van Barradeel. Eenenkele keer is daarbij een bijzonderheid vermeld. Zo staat in 1756(Oosterbierum nr. 12) opgetekend dat ‘de vrouw overleden’. In 1763(Oosterbierum nr. 11): een dochter overleden. Zo zijn ook deoverlijdensjaren van de echtelieden terug te vinden.Vermelding van ondertrouw van gerecht Harlingen 28 augustus 1751:Hendrik Jansen, Harlingen en Aaltje Gerryts, Harlingen. De bruidwordt gecompareerd door haar broer Jelle Gerryts. Dit zou de juisteman kunnen zijn: de beoogde ouders hebben inderdaad een zoon endochter van die naam (zie bij 1460/1461). Mogelijk verder onderzoekte Harlingen, waar Jelle wellicht als borg of curator optreedt.Quotisatie: ‘gemeen arbeider’ 2 + 12/; aanslag: 10-4-2.Izaakje Jans van Asperen deed belijdenis te Oosterbierum op 3-5-1772.Op 18-5-1775 492 verklaren Jelle en Yzaakje, huislieden onderOosterbierum 300 cg. schuldig te zijn aan Jelle Jans en zijn vrouw,wegens geleend geld tot betaling aan Johannes Gerlofsma, vanwege‘loon’ van een gedeelte in een zathe en landen te Sexbierum, doorSyds Rienks als huurder gebruikt.Op 16-1-1779 493 is het echtpaar eveneens 3000 cg. schuldig aan AneJelles, huisman onder Sexbierum, wegens de koop van 10 pondematenbouwland te Oosterbierum. Opgenomen zijn afschriften van enkelerelevante, verwante akten.Op 27-4-1781 494 wordt een akte geregistreerd van 3-5-1775, waarinhet echtpaar verklaart 3500 cg. schuldig te zijn aan JohannesGerlofsma vanwege een stemdragend hor<strong>nl</strong>eger van rond de 32pondematen te Sexbierum. Opmerkelijk is dat in margine vermeldstaat dat de restschuld is afbetaald door Pieter Paludanus.Daarvoor staan de afbetaalde interesten; in december 1780 is er noggewoon afgelost.Op 15-8-1782 495 wordt een akte geregistreerd vana 3-5-1775; JelleGerrits heeft een schuld aan Gerben Fokkes Bolta, huisman onderAlmenum, van 1450 cg., vanwege de aankoop van 5 pondematen landonder Sexbierum, door Syds Rienks gebruikt.Op 7-7-1789 496 verkoopt Ysaakje Jans van Asperen, weduwe van P.Paludanus, een huis c.a. te Oosterbierum aan Julius Matthijs vanBeyma thoe Kingma. Verdere verkopers zijn: Yte, Antje, Gerrit enWytske Jelles (en haar man Jochum Harmens), elk voor 1/12e deel en


Jan Jelles, voor 1/12e, en Bottje Jelles en haar curatoren. Hetgaat om Oosterbierum stem nr. 6, de prijs bedraagt 1200 gg.Iedereen ondertekent het stuk. Opmerkelijk is de handtekening vanIzaakje: zij schrijft zich opmerkelijk genoeg een keer met en eenkeer zonder ‘van’.Kinderen van Jelle (volgorde niet duidelijk):Yte Jelles.Antje Jelles.Gerrit Jelles.N.N. (dochter), overl. ca. 1763.Uit dit huwelijk:1. Wytske Jelles, 26-3-1767/5-2-1792.2. Bottje Jelles.732. Sytse Nammens, geb. Goïngahuizen ca. 1713, boer te Boornburgum opplaats 63, te Wartena, overl. Grouw v. 1780, tr. Wartena 12-6-1763733. Antje Jisk, overl. Wartena 10-3-1781.Quotisatie: Grouw ‘gemeen boer’ 3 + 12/ 0 - 12; aanslag: 33-4-5.734. Halbe Holst, ged. Warga 21-11-1738, tr. (1) Grouw mei 1757 PietjeHeerkes, van Hempens, (o)tr. (2) Hempens/Grouw 14-5/4-6-1758735. Geertje Taekes, ged. Goutum/Swichum 24-10-1734.Geertje was bij haar huwelijk afkomstig van Teerns, Halbe vanGrouw. Het echtpaar ging op 28-5-1758, tussen beide huwelijksdatain, met attestatie naar Grouw.Uit het tweede huwelijk:1. Holst, ged. Huizum 13-5-1759.2. Trijntje, ged. Warga 23-11-1760.3. Holst, ged. Warga 6-11-1763.4. Taeke, ged. Warga 29-9-1765.5. Hiske (= nr. 367).6. Jeltje, ged. Wartena 28-4-1770.736. Jacob van Amstel, ged. Haarlem 30-12-1707, overl. Haarlem24-5-1784, otr./tr. (2) Haarlem 17/31-7-1763 Hendrikje Beekmans,geb. Harderwijk ca. 1720; otr./tr. (3) Haarlem 24-4/8-5-1774Egbertina Vakman, geb. Zwolle ca. 1730; otr./tr. (4) Haarlem3/17-9-1780 Willemijntie Smit, geb. Haarlem ca. 1730; tr. (1)(schepenbank/kerk) Haarlem 28-6-1733,737. Janneke van Damme, geb./ged. Haarlem 6/8-4-1710, overl.Haarlem 4-8-1759, begr. Haarlem (Grote Kerk) 8-8-1759.Getuigen bij de doop van Jacob zijn: Jacob Barents van Amstel enAaltje Jacobs van Amstel.Getuige bij de doop van Jannetje van Dam is Jannigje .clazenb..738. Jan van Rijn, geb. Amsterdam ca. 1725, overl. Haarlem, (o)tr. (1)Haarlem 12/26-6-1746 Maaijke Marchand, geb. Haarlem ca. 1710,overl./begr. Haarlem 08/11-8-1750.otr./tr. (2) Haarlem10-12/24-12-1752739. Geertruy Schouten, ged. Haarlem 5-1-1731, overl./begr. Haarlem8/12-9-1813.Meerdere personen met de naam Jan van Rijn overlijden in dezelfdetijd te Haarlem. Welke is de juiste?: 19-9-1759; 4-6-1781; 15-12-1781 en 22-6-1782.740. Jacob Hansens Couzy/Couzyn, geb. Gontenschwyl (Zwitserland),landbouwer te Kalkwijk/Hoogezand, overl. Kalkwijk/Hoogezand ca.


1774, tr. Sappemeer 13-11-1741741. Annigje Jurjens Gruben742. Michiel/Melchior Ruischer, geb. Zwitserland circa 1684, 1711-1759predikant/ouderling van de zogenaamde "Nieuwe Zwitsers" inHoogezand/Sappemeer, tr.743. Lisabeth Jans Mulder744. Berend Jans Hagen, begr. Meppel 11-1-1796, tr. Heerenveen11-5-1738745. Rinske Gatses, begr. Meppel 10-5-1786.Bij het huwelijk waren beiden afkomstig van Heerenveen.Berend is momber over de twee minderjarige zoons van Harm Hagen enJentijn Claas (mogelijk zijn broer).Op 9-6-1738 is de inschrijving in het burgerboek van Meppel voorhem en zijn vrouw: ‘Den 9 junij heeft Berent Haegen van hetHeerenveen de Burgerschap voor hem en zijne vrouwe Rentske Gatsisde ........... met agt gold guldens’ 497Op 1 januari 1764 is Rinske Gatses getuige bij de doop van Antjen,dochter van Harmanus Voogt en Maike de Vries.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Meppel):1. Jan, ged. 21-2-1739 (zoon van Berent Jans Hagen en RenscheGoetse), doopheffer: Jentjen Claesen.2. Luttijn, ged. 23-4-1741, (dochter van Berent Jans Hagen enRenske Gawhuis), getuige: Jentjen Hagen.3. Gatze, ged. 3-6-1743, getuige: Jentje Klaas.4. Lutjen, ged. 11-12-1746, getuige: Jentje Klaas, tr. Meppel 7-1-1789 Sake Berkenbos, afkomstig van Wanneperveen.5. Gerrit, (= nr. 372).748. Hendrik Schingen, begr. Alkmaar 16-12-1782, tr. Alkmaar 12-3-1747749. Grietje/Margaretha Harpers, begr. Alkmaar 20-1-1781Uit dit huwelijk (allen ged. Alkmaar):1. Isaac, ged. 10-12-1747, begr. Alkmaar 14-10-1749.2. Jan, ged. 26-4-1750, begr. Alkmaar 29-12-1804, tr. Alkmaar 30-4-1780 Dieuwertje Leij.3. Isaac, (= nr. 374).4. Marijtje, ged. 3-12-1758, tr. Alkmaar 2-8-1789 Klaas JanszNierop.750. Johannes Phaar, tr. Tiel 10-5-1744751. Anna van Munster.754. Pieter Davidson, ged. Haarlem 5-7-1741, otr./tr. Haarlem8-2/22-2-1761755. Anna Saris, ged. Haarlem RK (statie St. Bavo) 20-10-1738.Getuigen bij de doop van Pieter waren: Pieter de Vries en Liesbethvan Brandenburg.Getuigen bij de doop van Anna waren Jacobus Laverdon en Antje JansSaresUit huwelijk (allen ged. Haarlem):1. Cornelia, ged. 22-4-1761, getuigen: Jacob Davidson en LenaDavids.2. Cornelis, geb./ged. 4-12-1763, getuigen: Jan de Vriend enCatharina de Vrind.3. Margaretha, (= nr. 377).4. Jacob, ged. 13-9-1767, getuigen: Jacob Davidson en JannetjeBakker.


5. Nicolaas, geb./ged. 5/7-1-1770, getuigen: Nicolaas van der Wolen Marijtje Molenaar.756. Paulus Stass, geb./ged. RK Grave 23-5-1717, (beurt)schipper,korporaal van de ponten, koopman, overl./begr. Grave 24/28-6-1785,tr. Grave 26-10-1746757. Geertruid Teunissen, ged. Nijmegen 22-3-1724, winkelierster,overl./begr. Grave 5/9-4-1791.Paulus werd op 6-2-1748 door het stadsbestuur van Grave aangesteldals beurtschipper van Grave op Dordrecht, Rotterdam, Delft, Gorkum,'s-Gravenhage, Bommel, Batenburg, Oijen en vice-versa.Op 14-10-1748 testeert het echtpaar 498 .Op 16-8-1751 wordt hij vermeld als schipper van Grave op Rotterdam.Vanaf 18-7-1754 staat Paulus te boek als lid van het kramersgildete Grave.Paulus was voor 1791 samen met ene Pepelaar eigenaar van een huis'Agter 't Gasthuijs' te Grave, waarvan de belasting tot 1803betaald werd. Schipper Staats bezat te Grave ook een huis in deMaasstraat, waarvan zijn erfgenamen voor 1792 eigenaar werden; debelasting werd tot 7-10-1800 betaald.Uit huwelijk (allen ged. Grave):1. Johanna, ged. 20-10-1748.2. Jan, (= nr. 378).3. Metje, ged. 9-5-1753, getuige: de weduwe Heijmans.4. Paulus Albertus, ged. 25-3-1761.758. Hendrik van Woelderen 499 , geb. Cuijck, ged. Cuijk 4-10-1730,schepen te Grave, tr. Grave 24-4-1756759. Catharina van Oijen, ged. Grave 9-11-1729, overl. Grave 5-10-1791.Bij het huwelijk zijn beiden van de NG religie. Ze wonen allbei teGrave, maar zijn op 9-5-1756 met attestatie naar Beers vertrokken.Is er een relatie met de Hendrik van Oijen die op 21-3-1711 teVierlingsbeek optreedt als ‘Stadthouder van den Lande vanCuijck’ 500 ?Uit dit huwelijk (de doopgetuigen zijn niet altijd vermeld, allenged. NG Grave):1. Catharina, (= nr. 379).2. Agniet Johanna, ged. 10-9-1758, getuige: Johanna Amalia vanOijen.3. Hendrik, ged. 14-11-1759.4. Gerardus, ged. 13-9-1761.5. Amelia, ged. 12-10-1763, getuige: Anna van Oijen, weduwe Huijs.6. Johan, ged. 24-4-1765, getuige: Johan Ragaij.7. Pieteronella, ged. 18-11-1767, getuige: Petronella Klein, overl.Grave 26-4-1771.8. Johan Israel, ged. 24-9-1769.9. Petronella Jacoba, ged. 17-1-1773, getuige: Petronella Klijn.10.Johanna Amilia, ged. 12-5-1774, getuige: Johanna Amilia vanOijen.760. Pieter van der Snoek, ged. Vlaardingen 1-4-1717, tuinman,arbeider, tuinier, vlasbouwer, overl. Vlaardingen 1-1789 (aangifte6-1), tr. v. 1753761. Adriana van der Berg, overl. Vlaardingen 1-1779.Mogelijk gevens te Vlaardingen.762. Thijs Boerdam, ged. Vlaardingen 24-11-1723, timmerman, begr.


Vlaardingen 12-4-1805, tr. Vlaardingen 8-6-1749763. Maartje/Maria van Alphen, ged. Vlaardingen 9-1-1725, begr.Vlaardingen 16-2-1804.Uit dit huwelijk, in ieder geval, ged. Vlaardingen:1. Jan, ged. 1-1-1750, getuigen: Ariaentje Boerdam en AlidaBoerdam 501 .2. Lena, ged. 16-4-1752, getuige: Leena van Schie.3. Leena, (= nr. 381).4. Ariaentje, ged. 31-7-1757, getuigen: Grietje Boerdam enPietertje van Alphen.5. Paulus, ged. 15-5-1763, getuigen: Cornelia van Rodenburg enGrietje Boerdam.764. Dirk Jansz. Ligtermoet, ged. Maassluis 5-4-1737, schipper, begr.Maassluis 20-8-1789, tr. Maassluis 25-1-1761765. Dina van Delft 502 , ged. Zevenhuizen 20-5-1736, overl. Zevenhuizen28-4-1801 503 .Bij huwelijk was Dina ook nog afkomstig van Zevenhuizen.ORA Schiedam, nr 884,p 955. Minuten van allerlei aard, Notaris Janvan Lijken, 1757-8: Betaald aan Dirk Ligtermoet tot restitutie vant' geen denselven voor en ten behoeven van de zoon, Dirk, Kaptein,heeft verschoten en verstrekt des somma van 18:17:--.Uit dit huwelijk (allen ged. Maassluis):1. Lena, ged. 23-7-1761, overl./begr. Maassluis 1/4-11-1811, tr.Maasluis 10-4-1785 Gerrit Leenderts Post, geb. Maassluis 23-11-1760, zoon van Gerrit Leenderts Post en Cornelis PhillipseBu(s)seleijn.Lena woont in wijk 2 N18A en na 1806 in pand 1-57 te Maassluis.Zij is op 1-5-1806 getuige bij de doop van Dirk Kouwenhoven, zoonvan haar zuster Cornelia Ligtermoet en Arij Kouwenhoven.2. Jan (= nr. 382).3. Cornelia, ged. 22-6-1766.4. Maarten, ged. 2-8-1767.5. Pieter, ged. 11-10-1769, schipper, overl. Maasluis 4-11-1838.Pieter was ongehuwd. Op 26-4-1820 is hij getuige bij het huwelijkvan Barthelomeus Ligtermoet, in 1823 getuigt hij bij de doop vaneen kind van Jan Ligtermoet.6. Cornelia, ged. 13-9-1771.7. Geraart, ged. 15-12-1773, schipper, koopman en groottapper,begr. Maassluis 11-3-1856, (o)tr. Maasluis 24-4/9-5-1802 Aagje Bos,van Alblas.Akte 115/154 gemeentearchief Rotterdam. Hierin wordt een remplacantaangewezen voor Gerrit Ligtermoet Koopman te Maassluis.Gerrit is getuige bij het huwelijk van Barthelomeus, geb. 1820Op 21 april 1819 is Gerrit getuige bij een contract vanplaatsvervanging van de Nationale Militie provincie Zuidholland,gemeente Rotterdam. Hierin wordt vastgelegd dat Hendrikus Zwaardmande vervanger wordt voor Hendrik Kouwenhoven.Na zijn overlijden regelt Notaris Reeser Gerards’ nalatenschapblijkens onderstaande tekst in een advertentie:‘Alle degenen, welke iets te vorderen hebben van, of verschuldigdzijn aan Wijlen den Heer Gerrit Ligtermoet, in leven Koopman teMaassluis en aldaar o<strong>nl</strong>angs overleden, gelieve daarvan voor den15den april aanstaande, opgaaf of betaling te doen, ten kantore vanden Notaris Reeser, aldaar.’8. Claas, ged. 15-10-1775.9. Maartje, ged. 29-8-1777, cafehoudster, groottapper, overl.Maassluis 11-2-1847, (o)tr. Maassluis 13/22-4-1798 Jan Aries vander Gaauw, ged. Maassluis 11-7-1773, overl. Maassluis 5-4-1812,


zoon van Arij Jansen van de Gaauw en Willemtje Willemse van derKruijs. Maartje tr. (2) Maassluis 8-6-1815 Arij Vroegop,straatwerker, geb. Maassluis 10-3-1782, zoon van Pieter Vroegop enGeertrui Scheepen.10. Leendert, ged. 1-11-1782.766. Jacobus Nelemaat 504 , ged. Krimpen aan de Lek 20-12-1739, tr.767. Cornelia van der Sluys/Versluijs.Uit dit huwelijk (allen ged. Maassluis):1. Abraham, ged. 2-5-1762.2. Isabella, ged. 4-3-1764 (= nr. 383).3. Jacoba, ged. 12-3-1766.4. Izaack, ged. 30-10-1768.5. Jaapje, ged. 7-4-1771.768. Dietrich Wächter, geb. Gambach ca. 1688, overl. Gambach 22-9-1746(58 jaren oud), tr. ca. 1709769. Anna Maria N.N. (Wetz?), geb. ca. 1687, overl. Gambach 2-12-1759(72 jaren oud).Dietrich verkrijgt in 1725 de ‘Hofseite’ Enggasse 4, hettegenwoordige huisnummer 18.Uit dit huwelijk (allen ged. Gambach):1. Maria, ged. 26-3-1713, ‘Gevatter: des Krämers Weib zu Nieder –Wiesel’, overl. Gambach 29-3-1715.2. Anna Elisabeth, ged. 28-2-1716 ‘Gevatterin: A.E. Wetz, Griedel’.3. Kaspar, ged. 1-10-1718, overl. Gambach 12-3-1721.4. Johann Georg, ged. 14-4-1719, overl. Gambach 13-4-1766, tr. 5-12-1743 Maria Scheid, ged. Gambach 8-8-1721, overl. Gambach 24-3-1789, dr. van Christian Scheid en Catharina N.N.5. Johann Jacob, ged. 28-11-1721, ‘Gevatter: Joh. Jacob Wetz,Griedel’, overl. Gambach 26-9-1807, tr. (1) ca. 1754 Anna KatharinaPetri, ged. Gambach 8-2-1733, overl. Gambach 18-8-1762, dr. vanCaspar Petri en Barbara N.N, tr. (2) Gambach 19-7-1763 AnnaElisabeth Kuhl.6. Johannes, (= nr. 384), ‘Gevatter: Johannes Sch…, Griedel’.7. Henrich, ged. 27-4-1728, overl. Gambach 27-4-1728.8. (?) N.N., ‘Dietrich Wächters Kind’, overl. Gambach 5-7-1728.770. Caspar Mohr, ged. Gambach 7-7-1695, overl. Gambach 15-5-1760, tr.771. Margaretha Catharina, geb. ca. 1702.Uit dit huwelijk (allen ged. Gambach):1. Charlotta, (= nr. 385).2. Johan Georg, ged. 9-9-1731.3. Dorothea, ged. 1733.4. Henrich, ged. 8-1-1734, overl. Gambach 12-9-1803.5. Elisabeth, ged. 6-3-1737, overl. Gambach 28-2-1787.6. Anna Elisabeth, ged. 2-10-1740, overl. Gambach 19-2-1801.7. Caspar, ged. 8-3-1748, overl. Gambach 3-9-1791.774. Anthonie Hochgürtel/Hoog-Gordel/Hooghordel, geb. Bonn ca. 1713,schoenmaker, gildemeester van het St. Crispijns- ofschoenmakersgilde, begr. Elburg 5-9-1777, (o)tr. Elburg10/31-5-1733775. Anthonia van Dulken, ged. Wageningen 6-5-1714, begr. Elburg23-9-1788.Anthonij Hoog-Gurdel, jm. van Bon, laatst te Zwolle, beide teElburg, Anthonia van Dulken, jd., van Wageningen, wonend te Elburg.


Antony Hooggurtel laat zich op 3-6-1733 registreren als burger vanElburg. Hij betaalde 12-10-.Op 2-5-1739 505 (p. 6): verschenen Gorris Kuypers en Grietje van derHorst, echtelieden, verkopen aan Antonie Hooghordel en Antonia vanDulken, echtelieden, een huis staande tussen Catharina Greve wed.van Meinhard Wolfsen en burgemeester Hoff in de Vischpoortstraatvoor f. 450,-.Op 23-1-1749 506 (p. 18): verschenen Jan Lipke en Maria van Emst,echtelieden, verkopen voor f. 1100,- aan Antonie Hooghordel enAntonia van Dulleken, echtelieden, 2 huizen naast elkaar staande inde Vischpoort straat tussen de stadssteeg en Jan Buitenhuis.Zelfde datum: verschenen Antonie Hooghordel en Antonia vanDulleken, echtelieden, verkopen voor f. 300,- aan Jan Lipke enMaria van Emst, echtelieden, een huis in de Vischpoortstraatstaande tussen de huizen van mevrouw Wolfsen en burgemeester Hoffenz.Op 29-10-1750 (p. 105): verschenen Teunis Hendriksen en BeertjeGerrits, echtelieden, verkopen voor f. 100,- aan Antonie Hooghordelen Antonia Dulleken, echtelieden, een hof voor de Goorpoort.Op 25-1-1751: verschenen Jan Buitenhuis en Gerritje de Gans,echtelieden, verkopen voor f. 1432,- en 2 zilveren ducatons aanTeunis van der Salm en Petronella de Poter, echtelieden, een huisaan de Beekstraat op de hoek van de Vischpoortstraat omtrent deVischmakt waaraan in de Vischpoortstraat Antonie Hooghordel en aande Beekstraat Reyn Stuurman gehuyset zijn.Op 15-10-1756 507 (p. 31): verschenen Hendrikje Vierhout wed. vanRijn Stuurman geass. met de roeydrager Top verkoopt aan JohannesStuurman en vrouwe Theodora Mechteld van Dam, echtelieden, een huisaan de Beekstraat tussen Teunis van der Salm en Menso van der Heidestaande schietende tijndens de schuur van Antonie Hooghordel voorde som van f. 1500,-.Op 20-2-1758: verschenen Jacob Brouwer en Antonie Hooghordel alsdiaconen van de kerk alhier, verkopen aan Gerrit Veldkamp en AaltjeHeimens, echtelieden, een huisje op hoge Soeren staande tussenGerrit Reyersen en Wichman Joosten voor de som van f. 152,-.Op 6-5-1771 508 (p. 101): verschenen Aart den Groten en Barbara Nuis,echtelieden,lenen f. 100,- van Hendrik Beertsen en Jacobje Peelen(Coops), echtelieden, onderpand hun huis op de Beekstraat staandetussen de wed. Hengeveld en Antonie Hooghordel.Op 7-2-1772 (p. 125): verschenen Gerrit Hengeveld en MariaBoeduinx, echtelieden,en Teunis Abrahams en Geertruid Hooghordel,echtelieden, verkopen voor f. 600,- aan Evert Vos en WeimpjeGerrits, echtelieden,en aan Jan van der Maten en Geurtje Peters,echtelieden, de halfscheid van een huis schuur en plaats in deZuiderbloemstraat tussen Annigje Egberts en Willem Sassenbergstaande.Op 1-6-1773 (p. 164): verschenen Menzo van der Heide en Alberthaf.eith, echtelieden, verkopen voor f. 2150,- aan Jacob Koops eendoorgaand huis aanm de Beekstraat tussen de huizen van koper teneenre en Johannes Stuurman Jr. en Antonie Hooghordel ten anderezijde.Op 12-1-1774 (p. 188): verschenen Antonie Hooghordel en Antonia vanDulken, echtelieden, betuchtigen elkander over al hun na te latengoederen.Op 25-4-1775 (p. 223): verschenen Aart den Groten en Barbara Muis,echtelieden,lenen f. 50,- van Jannes van Vaassen en JannigjeWitteman, echtelieden,onderpand hun doorgaand huis aan deBeekstraat tussen de wed. Hengeveld en Antonie Hooghordel gelegen.Op 18-5-1778 (p. 350): verschenen Antonia Hooghordel als wed. vanwijlen haar man Antonie Hooghordel verklaart wegens door haar man


opgenomen geld schuldig te zijn aan Dr. van Manen de som van f.1000,-onderpand haar beide huizen in de Vischpoort straat naastelkaar staande.Op 14-8-1780 509 (p. 150): verschenen Antonia van Dulken weduwe vanAnthonie Hooghordel als boedelhoudster van wijlen haar manverklaarde schuldig te zijn aan Gerrit Vos en Trijntje Veldkamp,echtelieden, de som van f. 450,- nader gespecificeerd onderpandhaar beide huizen nader omschreven, enz.Op 4-5-1781 510 (p. 4): verschenen Hendrik Benekamp en LambertusBenekamp en Gerrigje van der Goot, echtelieden, Rutgerus vanEibergen en f.ennigje Benekamp (absent) echtel te Mijdrecht verderKlaas en Petronella Benekamp wed. Westerveen en Jacobus vanDoesburg en Annegien Denekamp, echtelieden, allen erfgenamen vanwijlen Hendrik Benekamp en Heiltje van Hulsen, echtelieden,verkopen voor f. 300,- aan Tijs van Hulsen en Johanna vanOomelingen , echtelieden, een huis en stal aan elkaar staande in destege bij de Mheenpoort achter het huis van de wed. Hooghordel.Op 22-10-1781 (p. 33): verschenen Jacobus van Sittert, Hendrik Vos,Jan Munnik en Hendrik Veldkamp tijdelijke diaconen alhier verkopenvoor f. 771,- aan Jan Lipke en Trijntje Gerrits, echtelieden, eendoorgaand huis op de Beekstraat tussen de wed. Dries Berghuis en dewed. Hooghordel gelegen get.Op 24-1-1782 (p. 62): verschenen David Meilsma en Maria Stuurman,echtelieden, lenen f. 800,- van Dr. C. van Manen en vrouweSchrassert, echtelieden, onderpand hun huis in de Zeepoort naast dewed. Hooghordel get 24 jan 1782.Op 9-2-1784 (p. 285): verschenen Andries van Gelder Mzn en Matjef.eith, echtelieden, verkopen voor f. 280,- aan Koert Westerink enWeimpje van Gelder, echtelieden, een hof buiten de Goorpoort tussenTjibbe de Vries en de wed. A. Hooghordel get 9 f.ebr 1784.Op 6-9-1790 511 (p. 249): verschenen Teunis Abrahamsen de Vries enGeertrui Hooghordel, echtelieden, Jan Hooghordel en AleidaBrugmans, echtelieden, Cornelis Snel en Deliana Hooghordel,echtelieden, en Pieter Brug en Antonia Ringers, echtelieden, verderMinse de Jong en Geertruid Ringers, echtelieden, erfgenamen vanwijlen de wed. Hooghordel verkopen aan Jan van Hulsen en PetertjeVierhouten, echtelieden,een huis en erve op de hoek van deBeekstraat aan de Mheenpoort staande naast Jan Lipke en dat allesvoor de som van f. 547,-.Uit dit huwelijk (allen ged. Elburg):1. Johannes, ged. 11-9-1735.2. Johanna, ged. 26-12-1736.3. Geertruij, ged. 26-1-1740.4. Geertruij, (= nr. 387).5. Deliana, ged. 16-4-1744.6. Elisabeth, ged. 3-4-1746.7. Peter, ged. 23-4-1747.8. Deliana, ged. 14-1-1751.9. Peter, ged. 1-1-1753.10. Willemina, ged. 18-8-1754.11. Caatje, ged. 22-2-1756.776. Hendrik Gosselink, burger van Neuenhaus (D), overl. ald. 1727, tr.777. Kunnichje Daniels, overl. Neuenhaus (D) 1728.Jan Gosselinck, naegelatene eheliche Soon van sal. Herman Gosselinkuit de Brogh, ende Kunnichjen Daniâels, naegelatene ehelicheDochter van sal. Berent Daniâels, in sijn Leven geweesen Borgeralhier 512 .Uit dit huwelijk (allen ged. Neuenhaus (D):


1. Berent, ged. 7-1-1682. Hendrik Gosselinks Kint, Berent,gevadders: Lucas Gosselink, Jan Gosselink, Borgemeester AlbertMeijers Vrouw.2. Anna, ged. 30-1-1684. Hendrik Gosselinks Kint, Anna, gevadders:Lucas Gosselink, Jennichien Frantsen, De Gosselincksche uijt deBorch.3. Lucas, ged. 29-12-1686, over. Neuenhaus 26-3-1688. HendrikGosselinks Soon, Lucas.4. Lucas, ged. 2-1-1689, overl. Neuenhaus 26-10-1762. HendrikGosselinks Soon, Lucas, gevadders: Gerrit Gosling van Ulsen, JanKlippink junior, Anna Gosling.Lucas tr. (1) Neuenhaus 1723 Wilhelmina Maria Metting, overl.Neuenhaus 13-6-1733, tr. (2) Neuenhaus 29-7-1736 Alberta Riemsdijk,van Gramsbergen.5. Hendrik, ged. 24.6.1691, over. Neuenhaus 21-3-1759. HendrikGoslings Soon, Hendrik, gevadders: Lucas Gosling, Arent Frantsen,Vrouw Borgm. Frantsen.Hendrik tr. Neuenhaus 18-5-1732 Swenne Bogenmaker, geb. Schüttorf(D) ca. 1706, overl. Neuenhaus 12-6-1803.6. Janna, ged. 1711, overl. ald. 1719.7. Jan, (= nr. 388).778. Jan Egbers zu Esche, van Bimolten (D), tr. Veldhausen (D)11-5-1732779. Aleida Rakers, van Veldhausen (D).Jan Egbers zu Bimolten, Sohn des Herman Egbers zu Bimolten, KerspelNordhorn, und Aleida Rakers zu Wietmarschen, Tochter des Jan Rakerszu Wietmarschen.Uit dit huwelijk (allen geb. Esche (D), ged. Veldhausen (D)):1. N.N., begr. 17-1-734 in Esche, Tochter des Herman Egbers zuEsche, sine baptismo (zonder doop).2. Swenne, (= nr. 389).3. Herman, ged. 18-3-1742, overl. Alte Piccardie 16-2-1814, beg.Veldhausen 20-2-1814, getauft in Veldhausen, Sohn des Herman Egberszu Esche.4/5. Fenne en Jan, ged. 8-9-1745, getauft in Veldhausen, Tochterdes Herman Egbers zu Esche, gemini (tweeling).780. Herman Hendrik Flentjen, te Eldagsen.782. Jan Hendrik Haveding, ged. Veldhausen 18-7-1697, overl. v.7-5-1775 (huwelijk dochter), tr. Veldhausen 30-4-1730783. Janna Rakers, geb. in 't Hankorve ca. 1705, overl./begr.Veldhausen 1/4-12-1776 inBij het huwelijk: Jan Hindrik Haveding, van Veldhausen, zoon vanwijlen Hindrik Haveding van Veldhausen en Janna Rakers van ’tHankorve, dochter van wijlen Geert Rakers van ’t Hankorve.Uit dit huwelijk (allen ged. Veldhausen (D)):1. Hendrik, ged. 9-3-1731, overl./begr. ald. 10/13-3-1807.2. Jan, ged. 6-4-1732.3. Hendrikjen, ged. 19-9-1734, overl. ald. 25-2-1736.4. Hendrikjen, ged. 5-9-1736.5. Gese, ged. 4-6-1739, overl. ald. 31-5-1796, tr. Veldhausen 2-4-1769 Lucas Selers, ged. Esche 8-9-1737, overl. Veldhausen 7-3-1777,zn. van Jenne Zeller/Zelder, te Veldhausen.6. Janna, (= nr. 391).784. Pieter Gorel/Goreel, soldaat, overl. v. 12-11-1768 513 , tr.Hellendoorn 29-2-1744785. Maria Gerrits Slot.


Bij huwelijk resp. soldaat in het regiment van de generaal-majoorDe Guy, 'leggende in Deventer' en jd. uit Marle (Hellendoorn).Uit dit huwelijk:1. Gerritdina, tr. Almelo 12-11-1768 Jacobus Bolmeijer, zoon vanJan Hendrik Bolmeijer. Dit echtpaar laat in 1769 en 1773 kinderendopen te Almelo.2. Daniel, (= nr. 392).3. Jan, (o)tr. Almelo 27-6/29-8-1778 Ida Vloetgraven, uit Den Ham.786. Jan Hendrik Wanschers, tr.787. Maria van den Graven.788. Dirk Hendriksen Post, otr./tr. (2) Almelo 3-3/19-4-1753 GeertruidBruins, van Almelo, dr. van Evert Bruins, (o)tr. (1) Almelo13-9/15-10-1740789. Gerritdina Gerritsen, van Wierden, overl. v. 3-3-1753.Bij huwelijk in 1740 is Dirk jm. afkomstig uit Almelo.Op 8-8-1748 514 woont Dirk in een half huis bij de Gruttersbrug,naast het halve huis van Gerrit de Nachtwaker. Het huis wasgehuurd, want het werd op die datum verkocht door de erfgenamen vandr. Joachim Rutger Kers aan Johanna Bolk, weduwe van Lambert Boom.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Gerrit, (= nr. 394, de vader heet Gerrit Post, de moeder:Gerredina Gerrits).2. Neeltje, ged. 7-11-1742.3. Neeltje, ged. 25-10-1744.4. Neeltje, ged. 21-6-1747.5. Neleken, ged. 12-11-1749.6. Neeltje, ged. 3-4-1752.790. Gerrit Bruggink, soldaat onder de compagnie van kapitein Greve,otr./tr. Almelo 6-5/11-6-1747791. Geesje Janssen.Bij het huwelijk: Gerrit Bruggink, soldaat onder de Compagie van deHeer Captein Greve, in Almelo, zoon van Lambert Bruggink en GeesjeJanssen, jd. in Almelo, nagelaten dochter van Albert Janssen.IHA 3 463 nr. 2780: Volmacht, gegeven met toestemming van de heervan Almelo, van W.R. van Voorst voor Gerrit Bruggink en Johan H.Palthe tot het werven van personen binnen de heerlijkheid, 1747.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Willemina, (= nr. 395).2. Margrita, ged. 1-1-1751 (moeder: Geesken Jansen).3. Lambert, ged. 16-6-1754 (moeder: Gese Jansen).792. Gerrit Witvoet, otr. Almelo 22-5-1745793. Maria Albers, ged. Vriezenveen 24-8-1721.Bij ondertrouw `nagelaten zoon' van Jan Witvoet, afkomstig uit deHeerlijkheid Almelo. Bij de volkstelling van 1748 woont hetechtpaar te Vriezenveen: op p. 20 onder nr. 12 a., overigens zonderfamilienaam. Vermeld is een dochter onder 10 jaar: Janna Gerrits.Maria is een dochter van Albert Harmsen uit Vriezenveen. Ze was bijhaar ondertrouw geboren en wonende te Vriezenveen en kwam op 18-6-1745 met attestatie naar Almelo.Maria werd ged. als `Marijtjen'.Op 2-6-1777 515 wordt een Gerrit Witvoet in een hypotheekakte genoemdals momber over de drie minderjarige kinderen van wijlen JurrienJurrissen: Catharina, Geese en Fenne.


794. Arent Janssen Nijland/Van het Nielant, otr./tr. (2) Almelo12-3/1-4-1763 Maria Willemsen , weduwe van Jan Derksen van deKrabbenhuis, (o)tr. (1) Almelo 5/30-8-1747795. Janna Willemsen Hondebrink, overl. v. 12-3-1763.Arent Jansen komt twee keer voor als huurder van het Nilant 516 . Bijhet tweede huwelijk staat echter vermeld: ‘weduwnaar van deSchoppe’.Volkstelling 1748: geen kinderen, wonende in de Boomshoek.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Fenneke, 22-11-1747.2. Jenneken, (= nr. 397).3. Jan, ged. 6-5-1753, tr. Almelo 8-4-1781 Geese van de Schoppe,ged. 28-8-1746, dochter van Berend van de Schoppe.796. Hendrik Lamberts van het Hinnenhuis, tr.797. Geesje Zwiersen of Griete Lubberts van het Holscher.Hendrik tr. (1) Almelo 6-11-1701 Geesje Zwiersen, weduwe vanHendrik Kremer, (o)tr. (2) Almelo 19-6/22-7-1722 Griete Lubbertsvan 't Holscher, weduwe Gerrit Vetketel. Gelet op de leeftijd bijzijn eerste huwelijk (1747) kan Hendriks zoon Hermannus (= nr. 398)van beide vrouwen een zoon zijn.Mensema, A.J., de Raet, R.M., van der Woude, C.C. Inventaris vanhet huisarchief Almelo 1236-1917 (19330, Zwolle, RijksarchiefOverijssel, 1993 (voortaan afgekort als `IHA'), 2 p. 361 nr. 2112:Akte van verkoop door Hendrik Hinnen en zijn vrouw aan de heer vanAlmelo van een stuk land bij het huis van de erfgenamen van LucasBouw, wegens achterstallige huur, 1748. Is dit de juiste Hendrik,staat er wetenswaardige informatie in? Nader onderzoek!798. Hendrik Mekenkamp (mogelijk Muller), overl. v. 14-2-1782 517 , tr.799. Geertruid/Geertjen MekenkampAfkomstig uit Ypelo.800 Jan van ‘t Niphuis.Is hij een nazaat van ‘Nap Arent’, genoemd te Almelo in diversebelastingregisters aan het eind van de 17de eeuw?802. Jan Kleissen Senderinck, tr. (1) Wierden 22-1-1688 GerritjeJansen, tr. (2)803. Aeltjen Egberts Nijsinck.Een Jan Senderick komt in 1709-1710 voor in de possessoireprocesdossiers van het huisarchief Almelo 518 . De zaak speelt tussenJan en Derk van Haarst en gaat over een vordering wegens het kopenvan een paard.Het erf Zenderink wordt al vermeld in 1400 519 . Het St.Catharineklooster te Almelo was toen eigenaar. In 1675 worden ertwee vuursteden aangetroffen en in 1681 een. Het Senderinck wordtin 1694 en 1701 aangeslagen voor resp. 20 en 22 stuiverszoutgeld 520 .806. Jan op de Bolshoeve, overl. v. 1695, tr.807. Geertje Lamberts van 't Rengelink, otr. (2) 26-5-1695 Jan Henricksvan Senderen, nagelaten zoon van Hendrik van Senderen, jm. VanWierden.


Eshuis (1976, p.19 e.v.) vertelt dat het erve Rengelink behoordetot de Vissedijk. Het was het eerste grote erf als men vanuit destad de Vissedijk inging. Het wordt al genoemd in 1455, als bezitvan het klooster te Albergen. In 1661 blijkt het volgens een lijstmet namen van eigengeërfden of goedsheren in bezit te zijn vanHendrik Swam. Het vuurstedenregister van 1751 noemt als eigenaar deweduwe Schimmelpennink. Een inscriptie in de put voor het erf luidtJ anno 1770 R (de middelste woorden onder elkaar), waaruit af teleiden is, dat in dat jaar het erf eigendom is van JacobusRevius, een van de vier burgemeesters van Almelo.In het testament van de weduwe van Jan Nijland, Geesken Kamp,voorheen Schoppenboer, uit 1829 is sprake van Groot Rengelink.Inderdaad blijkt er ook een Klein Rengerink bestaan te hebben.Eshuis situeert het op de plaats waar in de jaren 1960 deopslagloods van de kapokfabriek `De Nijverheid' opgetrokken werd.816. Adam Oostendorp, otr. Almelo 28-9-1710817. Aaltjen Tusveld.Over de voorouders van Aaltje valt ongetwijfeld behoorlijk watinformatie te verkrijgen;: zie voor verdere Tusveldnamen: HA, Gen.Index p.257.Bij huwelijk beiden van Almelo.818. Gerrit van den Elshof, overl. na 1747, tr.819. N.N.Rechtsgeding tussen Thomas Stromeijer en Gerrit van den Elshof overde kwaliteit van een stuk linnen, 1747 521 .820. Jan van de Weijde.822. Hendrik Sweerinck, overl. v. 18-5-1738 522 , tr.823. Maria Willems.826. Jan Hendriks Konings/ Jan Coninks, otr. Almelo 13-11-1729827. Alberdina/Dina Jansen Roelofs, van Enter.Bij het huwelijk: Jan Hendriks, zoon van Hendrik Konincks, jm. inde heerlijkheid Almelo en Alberdina Jansen, dochter van JanRoelofs, onder Enter.Volkstelling 1748: Jan Conincks en zijn vrouw Dina. Er worden vijfkinderen vermeld: Janna, Elsken, Aele, Hendrina en Hendrika.Mogelijke ouders van Jan: Hendriks Alfsen Koning, tr. (1) Almelo1695 Reijntje Jansen ten Elshof, tr. (2) Wierden 1712 GeesjenEgberts Dozij, dr. van Egbert Derks Dozij tot Wierden.832. Albert Hendriks Dammeijer, dagloner, overl. Steenwijkerwold14-2-1812, tr. (RK) Steenwijkerwold 18-4-1762833. Roelofjen Jansen , ged. RK Zuidveen 31-1-1738, overl. Steenwijk2-3-1787.Uit dit huwelijk (allen ged. RK te Steenwijkerwold):1. Maria Elisabeth, ged. 16-5-1763, ouders ex Zuitveen, getuigeAaltje Jansen.2. Johannus, ged. 1-12-1765, getuige Geertje Jansen.3. Henricus, ged. 3-6-1768, getuige Geertje Jansen, ouders: van hetVerlaat.4. Lambertus, ged. 5-12-1771.5. Arnoldus, ged. 7-7-1777.834. Berend Berns Wensing/Wentzing 523 , ged. (RK) Blesdijke 16-2-1738,tr. (RK) Steggerda 21-4-1765


835. Albertje Wibbels (Egbertjen Wikbels).Getuigen bij het huwelijk waren Jan Schutter, Gerrit Albers, JosephAndries en Bernd Berns.Uit dit huwelijk:1. Lucia (ook genaamd Elisabeth en Luskia), ged. Blesdijke 15-2-1766 (rooms katholiek), overl. 28-4-1841, tr. (1) Douwe Joannes deVries, geb. in de Scharren, ged. Huis ter Heide 1-3-1757 (roomskatholiek)Jan Arents en Idske Douwes. Lucia tr. (2) met Jan Schouten.2. Anna, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 2-4-1768 (rooms katholiek),overl. Zijpe (NH) 2-6-1841, tr. Scharren 21-1-1802 (getuige wasRoss Ykes) Aant/Arends de Vries, geb. in de Scharren, ged. Huis terHeide 10-1-1760 (rooms katholiek) (doopgetuige was Douwe Pieters),wonende in Zijpe (NH) en in Oldeholtpade (FR), overl. aldaar 6-7-1821, zoon van Jan Arents en Idske Douwes.3. Regina, (= nr. 417).4. Johanna, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 29-3-1772 (roomskatholiek) (doopgetuige was Jantjen Jorgens).5. Aaltje, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 10-3-1774 (roomskatholiek) (doopgetuige was Jeltje Jans).6. Wilmtje, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 12-2-1776 (roomskatholiek) (doopgetuige was Ofje Claassen).7. Anna Maria, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 16-11-1777 (roomskatholiek) (doopgetuige was Aaltje Gerrits).8. Bernardus, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 15-2-1780 (roomskatholiek) (doopgetuige was Willem Jans), wonende Blesdijke, begr.Steggerda 22-9-1805, tr. Steggerda 28-3-1803 (rooms katholiek)Aaltje Jan Henders, wonende Blesdijke, begr. Steggerda 19-5-1805.836. Ragger Geerts.837. Hillegien Klaasen.Afkomstig van IJsveen.838. Albert Jacobs.839. Trijntje Hendriks.In tijden woonachtig ‘tot Onna’.Uit dit huwelijk (in ieder geval; allen ged. Steenwijk):1. Hilligje, ged. 26-2-1758.2. Klaasje, (= nr. 419).840. Dirk Frans ten Veen, geb./ged. Zuidveen/Steenwijk 19-1-172.,overl. v. 8-2-1780, (o)tr. Steenwijk 9/30-4-1741841. Jantje Peters ten Wolde, ged. Steenwijkerwold 13-3-1715, overl.Steenwijk 8-2-1780.Derk ten Veen komt enkele keren voor in de rechterlijke archievente Stad Steenwijk 524 , waarbij het regelmatig over tabak gaat.842. Wolter Jans Piest, jm. te Vledder, tr. Vledder 1-1-1749843. Jacobjen Thymes, van Nieuwenschlijk.Uit dit huwelijk (in ieder geval):Jan Wolters Piest, geb. Vledder 16-2-1758, landbouwer, overl.Nijensleek (Vledder) 7-1-1829.844. Coenraad Goorholt, tr. Meppel 13-5-1733845. Elsjen Jans.


Bij het huwelijk staat bij de bruidegom vermeld dat zijn voormaligewoonplaats Hergen is en bij de bruid is dat Emmelenkamp (dat isEmmlichheim).Uit dit huwelijk (allen ged. Meppel):1. Derk (= nr. 422).2. Gerrit, ged. 3-1-1740, getuige: Marritjen Claes.3. Jan, ged. 3-8-1738, getuige: Marrighje Lubberts.852. Frederik/Freerk Peters, ged. Kuinre 16-2-1727, (o)tr. Kuinre24-10/9-11-1755853. Trijntje Anders.Bij het huwelijk was hij afkomstig uit Kuinre, zij uit ‘IJslamme’,d.i. IJsselham.Uit dit huwelijk (allen ged. Kuinre):1. Grietje, ged. 17-10-1756.2. Neltje, ged. 10-9-1758.3. Peter, (= nr. 426).4. Jan, ged. 23-9-1764.854. Klaas Berends Venen (van Oenen), overl. v. 1795, (o)tr. Steenwijk21-4/12-5-1754, otr. Wanneperveen 20-4-1754855. Jantje de Weelde, spinster, overl. na 1795.Bij het huwelijk was Klaas afkomstig van Wanneperveen; Jantje vanSteenwijk.Zij was op 13-1-1788 nog getuige bij de doop van haar kleindochterJantje.‘Den 14 Meij 1754 heeft Claas Berens Venen geboortigh vanEesveen getrouwt aan Jantjen de Weelde een Grootburger dogter hetgroote burgerschap deser stadt versogt en daervoor in minderingeaen den heer Thesaurier de burgemeester Vogelsang aengetelt desomma van twaalf Carolus guldens aannemende het resterendeburgergeld te betalen in twee termijnen als op aenstaendeAllerheiligen dese en den 1 Meij den volgenden jaars waarnadeselve den borgereedt heeft afgelegt en voor groot borger deserstadt is erkent en aengenomen mits blijvende gehouden tot betalingevan voorsegde resterende borgergelt’ 525Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Klaasje, ged. 12-2-1755 (zij is denkelijk de doopgetuige bij dekinderen van 426/427).2. Hilligjen, ged. 20-9-1758.3. Liesabeth (= nr. 427).856. Christijaen Abrahams Beverwijk, ged. Steenwijk 19-11-1730,bezemmaker, (o)tr. Steenwijk 4/20-11-1753857. Geesje Berends, begr. Steenwijk ca. 2-12-1781.Bij huwelijk respectievelijk ‘jongeman’ en ‘jongedochter’.Op 2-12-1781 staat in de boeken vermeld dat er op 2-12-1781 geldbetaald is voor het delven van een graf voor de vrouw van KristjaanAbrahams.Een Kristjaan Beverwijk uit Zuidveen overlijdt volgens de boeken op29-4-1804.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Berent, ged. 9-10-1754.2. Berent, (= nr. 428).3. Everdinna, ged. 15-2-1758.4. Abram, ged. 2-11-1760.


5. Vrouwgen, ged. 16-4-1763.6. Jan de Groot (sic!), ged. 13-3-1765.7. Everdt, ged. 15-11-1769.860. Sytze Jans, ged. Steenwijk 21-10-1718, overl./begr. Steenwijk ca.27-10-1767, otr./tr. Steenwijk 12-3/3-4-1747861. Grietje van Lubeck, ged. Steenwijk 1-7-1718, overl./begr.Steenwijk ca. 13-1-1774.Bij huwelijk J.M en JD. Hij is afkomstig van Steenwijk (maar geletop vernoeming denkelijk van Friese komaf).Volkstelling 1748 Steenwijk (nr. 330): alleen Zytse Jans en Grietjevan Lubek staan vermeld: er zijn geen kinderen, dus klaarblijkelijkis hun eerste zoontje vroeg overleden.De genoemde data van overlijden en begraven hierboven zijn bijbenadering, omdat dit de genoteerde dagen zijn van de betaling voorhet openen van het graf. Het kan dus strikt genomen ombetalingsdata gaan.Onduidelijk is of hun zoon Jan (= nr. 430) inderdaad de op diedatum gedoopte zoon is. Er zijn namelijk maar liefst 4 andereJannen in dat gezin ged. (allen Steenwijk):1. Jan van Lubeck (sic!), ged. 18-2-1748.2. Jan van Lubeck ged. 26-10-1749.3. Jan van Lubeck 4-7-1751.4. Jan (sic!) ged. 4-5-1755 (= ws. nr. 430).5. Jan Cornelis, ged. 3-8-1760.Verder nog: Vroukjen, ged. 7-4-1754.Vroukjen/Annigjen, ged. 29-9-1756.862. Wolter Jans, overl. v. 1776, otr. Steenwijk 26-11-1741863. Aaltje/Ale Geerts, overl. na 1776.Bij het huwelijk was Wouter, jm. van Ruinen, wonende te Nijensleek;Aaltje was jd. te IJsveen.Volkstelling 1748: Schoutambt Steenwijk, IJsveen: Jan Wolters, AleGeerts; kinderen: Wolter, Grietje, Hille, Geert en een knecht.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Wolter, ged. 9-12-1742.2. Grietje, ged. 29-3-1744.3. Hilligje, ged. 13-6-1745.4. Geert, ged. 21-1-1747.5. Jan, ged. 7-4-1749.6. Rensjen, (= nr. 431).7. Geesjen, ged. 10-12-1752.8. Annechien, ged. 6-10-1758.872. Wouter van Dockum 526 , ged. Driel 6-7-1727, heemraad van de HoogeSchouw in de Bommelerwaard, begr. Driel 9-3-1807, tr. Driel20-4-1749873. Maria Jansdr. de Gier 527 , ged. Driel 2-2-1728, begr. Driel3-1-1799.Op 2-2-1791 testeren Wouter en Maria (loofsignaat Driel). Zevermaken o.a. aan hun zoon Jan het door deze bewoonde huis, schuuren kruidhof bij de kerk te Driel, vanouds genaamd ‘De Engel’.Uit dit huwelijk (in ieder geval, ged. te Driel):1. Matheus, ged. 21-8-1749.2. Johannes, ged. 2-7-1752.3. Gerardus, ged. 4-8-1754.Hendrijn, ged. 3-8-1755.Elisabeth, ged. 3-12-1758.


Elisabeth, ged. 17-2-1760.Elisabeth, ged. 1-2-1761.Gradus, ged. 1-12-1765.Elisabeth, ged. 11-1-1767.Gerardus, ged. 3-7-1768.Henricus, ged. 3-2-1771.Wouter, geb./ged. 27/28-4-1776, getuige: Willemijn van Staal.874. Goossen van den Boom, ged. Driel 30-11-1732, ouderling te Driel,overl. Driel 3-5-1813, tr. Driel 13-5/5-6-1763875. Catharina van den Ende, ged. Driel 25-7-1734.Getuige bij de doop van Catharina was Aaltje van den Dungen.Bij huwelijk waren beide echtelieden afkomstig van Driel.Het echtpaar komt nog voor op een lidmate<strong>nl</strong>ijst van Driel van 12april 1773.Uit dit huwelijk (in ieder geval, ged. te Driel):1. Christina, (= nr. 437).2. Geertrui, ged. 4-10-1767.3. Gijsbert, ged. 18/22-3-1772, getuige: Anna van Hekese.4. Gradus, geb./ged. 14/19-3-1775, getuige: Mathijske van Hekese.876. ‘een onbekend persoon, te Vlijmen woonachtig’, verwekt eenbuitenechtelijk kind bij877. Jenneken van de Werken.Wie is Jenneken van de Werken? Zij laat dus te Kerkwijk in 1764dopen: Marcelis. Jenneken zou identiek kunnen zijn aan JennekenPeters van de Werken. Zij is afkomstig van Gameren en trouwt teKerkwijk op 24-4/17-5-1767 met Cornelis van Driel, ged. Kerkwijk13-2-1735 als zoon van Jochum van Driel en Grietje de Bie. Jennekenen haar man leven nog in Kerkwijk bij de volkstelling van 1810.Jenneken is een dochter van Peter Peters van de Werken en Jennekenvan Engelen. Hun voorgeslacht is opgenomen in Tijdschrift voormidden- en west-Noord-Brabant en de Bommelerwaard, jrg. 18, 1994,nr. 3, p. 105. (zie van dat tijdschrift ook de nrs. 1994-4 en 1995-1).Deze Jenneken wordt bij een aantekeing zonder datum, maar na haarhuwelijk zo rond 1767 ingeschreven als lidmaat te Kerkwijk, alshuisvrouw van Cornelis van Driel.Dat maakt het onwaarschij<strong>nl</strong>ijk dat zij de gezochte moeder vanMarcelis is; waarom zou zij dan haar kind in 1764 niet te Gamerenhebben laten dopen?Er is nog een kandidaat. Mogelijk is op basis van de namenMels/Marcelis (aangenomen dat het inderdaad dezelfde naam is)Jenneken een naast familielid (zuster?) van Mels van de Werken.Mels is een zoon van Hendrik van de Werken en Jantje Vermaas. Zijtrouwen Kerkwijk 13-6-1723 als j.m. en j.d.In de daaropvolgende jaren laten zij te Kerkwijk kinderen dopen:1. Mels, ged. 4-3-1725, getuige: Neeltje van de Werken.2. Johanna, ged. 13-10-1726, getuige: Adriaantje Vermaas. Johannatr. Kerkwijk 22-1-1747 Dirk Kellen.3. Jesina, ged. 27-1-1732, getuige: Adriaantje Vermaas.4. Jacobus, ged. 27-1-1737, getuige: Adriaantje Vermaas.Een Jantje Vermaas tr. Kerkwijk 29-3-1744 Peter Vermaas, j.m.Het oudste kind, Mels van de Werken tr. Kerkwijk ca. 1750?Uit dit huwelijk (allen ged. Kerkwijk):1. Elisabeth, ged. 19-9-1751, getuige: Margretha Akkermans.2. Margaretha, ged. 12-5-1754, getuige: Jenneken van de Werken.


3. Marcelis, ged. 23-5-1756, getuige: Johanna van de Werken, nuKellen.Op 8 december 1754 laten Dirk Kellen en zijn vrouw Johanna van deWerken hun tweeling dopen: Marcelis en Josina, getuigen: AaltjeAkkermans, nu van de Werken en Jenneken van de Werken.Op 28 december 1755 laat datzelfde echtpaar een zoon dopen:Marcelis, getuige is nu alleen Aaltje Akkermans, nu van de Werken.Op 16-1-1763 laat het echtpaar Kellen weer een zoon Marcelis dopen,er zijn geen getuigen vermeld.Melis Hendriksen van der Werken, j.m. van den Hil, tr. Kerkwijk 2-6-1689 Jenneken Ariens Struijck, j.d. van Delwijnen en aldaarwoonachtig.Uit dit huwelijk (allen ged. Kerkwijk):1. Elisabeth, ged. 29-6-1690.2. Arien, ged. 28-8-1692.3. Hendrik, ged. 15-12-1695.4. Hendrik, ged. 29-5-1698.5. Neelken, ged. 14-5-1702, tr. Kerkwijk 2-4-1724 Peter de Gier.5. Ariaantje, ged. 27-4-1704.Een Jenneken van de Werken treedt op 7 en 14-9-1721 te Kerkwijk alsdoopgetuige aan, waarbij een familieverband niet direct voorhandenis.878. Lammert van Genderen, ged. Well 10-11-1730, woonachtig op deKoningshof in de Lenshoek te Wellseind, heemraad van de hogeheerlijkheid Ammerzoden, Well en Wordragen, buurmeester van Well,overl. ca. 1794, tr.879. Maria de Noo 528 , geb. Nederhemert 1732, overl. Wellseind 10-4-1815.880. Anne Roelofs Faber, roggedrager, otr. Sneek 28-2-1722/28-3-1722,tr. (gerecht) Sneek 15-4-1722881. Grietje Symons Bleeker, ged. Sneek 4-1-1699.Grietje deed te Sneek belijdenis op 4-4-1731.Quotisatie: Sneek, te Scharn, 3 + 12/ 1 - 12; aanslag: 22-13-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek):1. Roelof, ged. 3-1-1723.2. Symen, ged. 22-12-1724.3. Breghie, ged. 26-5-1726.4. Symen, ged. 19-8-1729.5. Aefke, ged. 1-9-1730.6. Symen, ged. 17-12-1734.7. Keimpe, (= nr. 440).884 Ype Oetses, ged. Sneek 19-5-1728, (o)tr. Sneek 2/17-5-1750885. Antje Wopkes, beluid Sneek 1-6-1793.Bij het huwelijk waren beide echtelieden afkomstig uit Sneek.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek):1. Buike, ged. 26-12-1750.2. Nieske, ged. 28-9-1753.3. Wopke, (= nr. 442).4. Jeltie, ged. 24-10-1762.5. Ruurd, geb./ged. 17/25-5-1772.886. Ruurd Annes, ged. Oldeboorn 9-2-1715, mr. kuiper, begr. Sneek25-8-1781, (o)tr. Sneek 19-12-1744/3-1-1745887. Marike Pieters Rynsbergen, overl./begr. Sneek 11/15-4-1793.


De filiatie tussen Beertje, mogelijk Bettje of Elisabeth moet meerbewijs hebben.Quotisatie: Ruird Annis, Sneek, Kleinzand, ‘cuipersknegt’, volw: 2en kind: 3, aanslag: 15-0-0.Op 3-7-1750 is Ruurd Annes, mr. kuiper, curator over de vijfminderjarige kinderen van Geertje Pieters en Coenraad Hartmans.De zoon van Ruurd Annis en Marijke, en de broer van Beertje,genaamd Pijter Ruurds - neemt in 1811 de familienaam Van Akkerenaan.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek):1. Anne, ged. 7-5-1745.2. Bettje, ged. 21-10-1746.3. Pieter, ged. 27-10-1748.4. Benedixs, ged. 1-11-1750.5. Jan, ged. 3-12-1752.6. Bettje (= nr. 443).7. Anne, ged. 12-12-1756.8. Rinske, ged. 20-11-1757.9. Ybeltje, ged. 30-3-1760.10. Anne, ged. 8-8-1762.888. Jacobus Geitenbeek, ged. Breukelen 12-6-1701, ‘JM.’ van Breukelen,tr. ‘s-Graveland 529 1-4-1734889. Marretje Bonje, ‘JD., geb. en woonachtig te ‘s-Graveland’.Uit dit huwelijk (allen ged. Hillegom):1. Cornelis, ged. 2-3-1737.2. Judik, ged. 6-12-1739.3. Gerrit, ged. 18-3-1742, jong gestorven.4. Gerrit, ged. 7-6-1744 (= nr. 444).890. Cornelis Swaan, ged. Rijnsburg 7-10-1708, tr. Rijnsburg 30-3-1739891. Antje Jans Oudshoorn, ged. Zoeterwoude 5-5-1715.896. Jan Hendriks Horstman, geb. ca. 1754, van Hengvorden (Olst),daghuurder (1795), overl. Kampen 7-10-1819, (o)tr. (2)Kampen/IJsselmuiden 17-5-1789 Joanna van den Berg, geb. ca. 1757,overl. Kampen 9-12-1830. Jan (o)tr. (1) Olst 4-9/19-9-1779897. Aleida Martens, begr. IJsselmuiden 7-10-1788.Bij het eerste huwelijk is bij de ondertrouw ingeschreven: JanHendriks Horstman, jm. in Hengvorden en Leida Martens, jd. te Olst.Bij het huwelijk zijn de getuigen: Joanna, ex. Smitskamer enElizabeth Tönisse. Vermeld is verder ‘Waakolk’. De Waa is blijkenseen vernoeming bij een aankoop (los van deze familie) op 26-9-1763 530 een huis aan de Waakolk, met de drie kolken, de (Waa?)kolk,de (Gasten?)kolk en de Langekolk.Op 1-5-1789 531 regelen Jan Horstman, weduwnaar van Lyda Martens, enhun kinderen de verdeling van de goederen. De kinderen zijn: Janna,Hendrik en Wynand. Voogden zijn: Hendrik Hollander, ‘der kinderenoudoom van moederszijde’ en Jan Wesenbarg (mogelijk is dit JanJansen Wesenberg, die in 1782 trouwt met Hendrina Jacobs van denBerg: denkelijk dus een aanstaande zwager van Jan Horstman).Hun zoon Wijnand wordt in 1812 te Zwolle vermeld 532 . Hij is dan dezoon van Jan Horsman en de overleden Lijda, beiden afkomstig vanKampen. Jan was ook present bij het huwelijk van Wijnand.Jan Horsman is overleden op 7-10-1819 te Kampen. In deoverlijdensacte wordt zijn burgerlijke staat (ongehuwd, weduwnaarvan, gehuwd met) niet genoemd.Twee niet met name genoemde kinderen van Jan Hosman worden begravente IJsselmuiden op respectievelijk 30-11-1792 en 29-5-1802.


Volkstelling IJsselmuiden oktober 1795: Jan Horsman, daghuurder, 4personen.Jan ondertrouwt (2) op 17-05-1789 te Kampen (bron: DTB), gehuwdvoor de kerk te Kampen (RK) (getuige(n): Jan Hendrik Beernink,Geertruy Berends) (bron: DTB RK Pastoorskerk te Kampen) met Joannavan den Berg, geboren circa 1757, overleden op 9-12-1830 om 07:00uur te Kampen (BS tekst: BS acte d.d. 9 dec 1830 Kampen .. JohannesDegenhart, oud 40 jaren, kleermaker & Johan GerhardKerver, arbeider, oud 61 jaren, beide alhier wonende .. dat Jannavan den Berg, oud 73 jaren, geboortedag onbekend, weduwe van JanHorsman, wonende te Kampen, heden is overleden .. huis staande opde Vloedyk No. 15 W4 .. w.g.J. Degenhardt, GJ Kerver 533 .Uit het eerste huwelijk (allen ged. (RK) Kampen):1. Johanna, ged. 27-9-1780 (getuige Aleida Hendriks).2. Henricus, ged. 17-4-1783 (getuige Henrica Horstman), begr.IJsselmuiden 13-11-1804 (zoon van Jan Hosman in de Nieuweweg).3. Wynandus, ged. 6-10-1785 (= nr. 448); getuige Henrica Horstman.Uit het tweede huwelijk (allen ged. (RK) Kampen (Patoorskerk)):4. Catharina, ged. 8-8-1790; getuige: Henrica Horsman.5. Jacobus Michael, ged. 29-9-1792; getuige: Maria Toons.6. Hendrina, ged. 7-6-1794; getuigen: Maria Toons, Henrica Horsman.7. Jacobus, ged. 6-3-1796; getuige: Berta v.d. Berg.8. Henrica, ged. 25-2-1799; getuige: Willemina v.d. Berg.9. Albertus, ged. 30-4-1800 (getuige: Maria Tonis), begr.IJsselmuiden 29-5-1802.898. Derk Derksen Harsevoort, boer buiten de Sassenpoort, overl. Zwollev. 29-10-1793, (o)tr. Zwolle 13-4/5-5-1782899. Hermine/Miena Neuteboom, ged. Zwolle (Bethlehemkerk) 19-1-1761,(o)tr. (2) Zwolle (Bethelehemkerk) 17-5/2-6-1794 Hermen denGelder.Bij het huwelijk was zij afkomstig van voor de Sassenpoort, doende‘huishoudend werk’. Getuige voor hem was Stoffer van Ankum (geenrelatie vermeld), namens haar trad haar moeder Janna Abrahams vanEpe op.Op 29-10-1793 komt Hermine voor als weduwe in een transportergister(p. 411).In 1794 534 vindt er taxatie plaats van het goed van wijlen DerkHarsevoort door Stoffer van Ankum en Derk Neuteboom, voogden overde vijf nagelaten kinderen: Derk (9), Hendrik (7), Jannetje (5),Janna (2 1/2) en Derkje (9 weken).Derk is boer geweest, want er is o.a. sprake van akkerpacht, eenboerenwagen, een koebeest en huismannengereedschap. De voogden zijnaangesteld op 13-5-1794 535 .Bij het tweede huwelijk is Hermina afkomstig van buiten deSassenpoort, Hermen is jongeman aldaar, doende boerenwerk. Getuigenzijn Athony van den Gelder en namens Hermina Aaltien Maats,huisvrouw van Hendrik Neuteboom, in Diese.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Derk, geb./ged. 24/25-12-1784.2. Hendrik, geb./ged. 2/3-5-1787.3. Jannigje (= nr. 449).4. Johanna, geb./ged. 26/29-9-1791.5. Derkjen, geb./ged. 2-3-1794 (‘de vader ruijm een half jaaroverleden.’)900. Jan Kösters, metselaar, (o)tr. (1) Nordhorn 1-1754/11-2-1754Berentin Sandschulten, dr. van wijlen Derk Sandschulten van de


Hare, (o)tr. (2) Nordhorn 1-1762/7-4-1762901. Trine Wedduwen/Weduwen, van Bakelt.Bij het eerste huwelijk: zoon van Hindrik Kösters uit de Stadt endochter van wijlen Derk Sandschulten van de Hare. Bij het tweedehuwelijk vermeld: Jan Köster, wed. uit de Stadt ende TrineWedduwen, jongedochter van Harmen Wedduwen, van Bakelt. Alhoewelniet expliciet vermeld staat, dat Jan dezelfde is, ga ik ervoorzichtig van uit, dat dit wel het geval is.908. Willem Jansen Queckeboom, geb. ca. 1706 536 , tr. Losser 15-8-1734909. Fenneken Lippinkhof.Uit dit huwelijk (allen ged. Losser):1. Geerlich (= nr. 454).2. Gesina, ged. 9-2-1738.3. Lukas, ged. 27-12-1739.910. Jan Walhof, tr. Eschmarke 22-3-1742911. Enneken ten Cate, overl. Eschmarke 16-05-1808.Uit dit huwelijk:1. Jenneken, ged. Eschmarke 22-3-1744.2. Jenneken, ged. Eschmarke 11-7-1745, overl. Enschede 9-2-1823.3. Gerrit, ged. Eschmarke 30-10-1746.4. Geesken, ged. Eschmarke 8-3-1749.5. Geertjen, ged. Eschmarke 16-8-1750.6. Geesken, (= nr. 455).7. Janna, ged. Eschmarke 27-7-1755.8. Hendrina, ged. Eschmarke 9-10-1757.912. Jurriaan Reudink, ged. Enschede 11-12-1746, molenaar, overl.Enschede v. 6-11-1795, tr.913. Berendina Lasonder, ged. Enschede 11-4-1762.Jurriaan is al overleden bij de volkstelling van 1795: bij de`andere helft van de stad na de Espoort' staat op nr. 464 de wed.Jurriaan Reudink, molenaar, vermeld. Het aantal bewoners is dan 8.Dat komt precies overeen met de gezinsgrootte volgens dedoopboeken: Gerrit (1782), Laurens (1784), Lambert (1784), FenneMargarete (1788), Lucia (1789), Jan (1792) en Aleide Hendrikje. Datzijn 7 kinderen en natuurlijk nog hun moeder, Berendina Lazonder.De familie Reudink was een echte molenaarsfamilie. In 1820 werddoor drie leden van de familie in de es een stenderkast gebouwd,die bekend werd als `Reudinks molen' In de molen stond `Jurriaan'gebeiteld. Het gaat hier waarschij<strong>nl</strong>ijk om een neef, maar een vande drie bouwers was Laurens en dat zal wel de Laurens uit het gezinvan Jurriaan en Berendina zijn. In 1888, bij het verdelen van degoederen van de Reudinks, werd de molen publiekelijk verkocht enmet 4 ha. grond aangekocht door de zoon van Laurens, Frederik. Deprijs was fl. 7120,-. Laurens had ook de Noordmolengekocht en deze stilgelegd, zodat klanten wel naar Reudink toemoesten. Bij de stadsuitbreiding van 1897 werd de molen afgebroken.De straat die er langs liep kreeg de naam Reudinkstraat.Een afbeelding van de Reudinksmolen staat in L.A. Stroink, `Stad e<strong>nl</strong>and van Twente', Hengelo, 1962, p. 410.Dat de Reudinks echte molenaars waren mag blijken uit het feit, datook (een, of de) Gerrit Reudink in 1795 als molenaar bij devolkstelling geregistreerd stond; hij had het nummer 463, het gezinbestond uit drie personen).


Bij de doop van hun zoon Gerrit woont het gezin, volgens deaantekening in het doopboek, in de Stad (Enschede).Over de Lasonder-familie is (incl. kwartierstaten) al het nodigegeschreven in Twente Genealogisch (TG) 1991, p. 70 e.v, de familieleverde veel burgemeesters. Overigens staan in die afleveringenmeer gegevens over andere Enschedese families.Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede):1. Gerrit, (= nr. 456).2. Laurens, ged. 1-1-1784.3. Lambert, ged. 6-8-1786.4. Fenne Margerete, ged. 20-1-1788.5. Lucia, ged. 27-12-1789.6. Jan, ged. 7-2-1792.7. Aleida Hendrika, ged. 12-4-1794.914. Engbert Waalderik/Wooldrink in het Fortuin, uit de Eschmarke, ged.27-1-1737, overl. Enschede (Eschmarke) 19-11-1815, tr.915. Anna/Anneke/Enneken Nijhof in het Fortuin, ged. Enschede(Eschmarke) 25-6-1741, overl. Enschede (Eschmarke) 1811.Op 30-12-1780 537 doet Egbert, man van Anneke Nijhof in het Fortuin,aangifte voor de 50ste penning wegens de aankoop op 24-2-1780 vanHendrik Keilvers; Gerrit Schutte; Derk Becker en hun vrouwen vaneen losse gaarde in het Kempken bij het Fortuin in de Eschmarke.Op 10-1-1786 538 doet Egbert Woolderik in het Fortuin aangifte van deaankoop van 2 spind grond bij zijn eigen huis, gekocht van degecommiteerden van de Esmarke.Op 5-2-1790 539 meldt hij de aankopen van respectievelijk 1900 en1200 treden grond achter zijn schöppe (schuur), gekocht van demarkerichter en de gecommiteerden van de Eschmarke.Bij overlijden liet Anna zes kinderen na, zij was 70 jaar oud.Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede):1. Janna, ged. 9-10-1763.2. Willemina, ged. 19-2-1766.3. Hendrina, ged. 13-8-1769.4. Hermijna, ged. 9-8-1772.5. Abraham, ged. 29-1-1775.6. Willemina, ged. 29-1-1777.7. Gezina, (= nr. 457).8. Jan, 15-5-1785.916. Anthony/Toone Kraanenborg/Kraanenburg/Nijhuis, (RK), ged.30-6-1743, overl. Haaksbergen 3-1-1828, tr. (2) Haaksbergen10-5-1795 (NH)/24-5-1795 (RK) Hendrika Belderinck, otr. (1)Haaksbergen 17/21-4-1765917. Christina/Stine Morssink (NH), ged. 25-11-1736.Getuigen bij de doop van Toone: Jan Geltink en Joanna Bopers. Bijhet huwelijk van Toone en Stine staat vermeld: ‘deze beiden hebbenden eed op ongelijke huwelijken staande voor den Heer verwalterdrost gepresenteerd.’Bij huwelijk beiden afkomstig van Buurse.Een Stine Morsinck is in 1754 lidmaat (NH) te Haaksbergen.Bij het tweede huwelijk weer twee kerkelijke voltrekkingen. Zij waseen dr. van Berent Belderinck. Getuigen bij het RK huwelijk: AleidaTrapman en Euphemia ter Hueren. In de DTB-registers krijgt degeleidelijke naamsverandering gestalte: o.a. ‘Toone Kraanenborg op‘t Nijhuis’.Uit dit huwelijk (allen ged. Haaksbergen):1. Jenneken, ged. 2-6-1765.


2. Geertjen, ged. 1-3-1767.3. Jan Hendrik, ged. 6-11-1768.4. Jan Hendrik (= nr. 458).5. Willem, ged. 7-2-1773.6. Janna, ged. 3-8-1777.7. Harmannus, ged. 20-2-1780.918. Teunis Wansink, landbouwer, overl. Eibergen v. 8-11-1821, tr.919. Maria ter Drescher, landbouwersche, overl. Eibergen v. 8-11-1821.928. Jan Hannes van Laar, te Heerde, overl. Heerde 9-9-1769, (o)tr.Heerde 22-4/17-5-1746929. Aaltje Tiemens, ged. Epe/Vaassen 10-10-1723, overl. Heerde18-4-1765.De overlijdensgegevens van dit echtpaar zijn afkomstig uit dehuwelijkse bijlagen bij het tweede huwelijk van hun zoon Tiemen (=nr. 464).Uit dit huwelijk (allen ged. Heerde):1. Johannes, ged. 28-1-1748.2. Janna, ged. 2-3-1749.3. Johannes, ged. 17-10-1751.4. Willem, ged. 13-2-1754.5. Tijmen (= nr. 464).6. Jennigjen, ged. 18-11-1759.7. Jennigjen, ged. 11-3-1761.8. Harmen, ged. 26-3-1764.930. Tijmen Dirks, tr.931. Gerbrich Gerrits.Uit dit huwelijk (allen ged. Vorchten):1. Janna, ged. 22-2-1739 (= nr. 465).2. Dirk, ged. 6-6-1740.3. Gerrit, ged. 24-12-1741.4. Gerrit, ged. 13-6-1745.932. Engbert Berends Meijer, ged. Zwolle 12-8-1708, begr. Zwolle(Bergkloosterkerkhof, als ‘Meijers Engbert’) 19-2-1771, (o)tr.Zwolle 25-4/11-5-1739933. Gerrigje Jansen Rouwenhorst, ged. Heino 29-10-1709, begr. Zwolle(Bergkloosterkerkhof) 15-10-1779.In 4-1730 doet Gerritje Rouenhorst belijdenis te Zwolle. Op 22-9-1738 komt zij met attestatie naar Zwolle.Getuige bij het huwelijk waren voor Engbert: Jan GerritsBouwmeester en voor Gerrigje: de vrouw van Teunis Vrijthof.Diezelfde vrouw van Teunis op de Vrijhof is op 25-4-1744 getuigebij de ondertrouw van Gesina Rouwenhorst.Reg. 50e penning boek 652, folio 62:Op 4-4-1739 heeft Engbert Berends te Herfte bekend gemaakt dat hijvan zijn twee zusters, Aaltjen en Geesjen Berents, getrouwd aan JanGerrits te Herfte en Jan Lubbers in Mastebroek, alsmede van HermenPeters en Jan Lubbers als mombers van de kinderen van Arend Petersen zijn overleden zuster Berentje Berends, en eindelijk van ArendPeters en gemelde Jan Lubberts als momberen van de 'kinderen vanzijne overledene broeder, Hillebrand Berents, aangekogt heeft opmorgen 4 weken 4½ mudde gezaaij, 2½ morgen hooijland en ongeveer 2morgen weijdeland in Herfte gelegen voor 1600 gulden.Bij de volkstelling in 1748: Zwollerkerspel, Herfte: nr. lO:Engbert Berends en Gergjen Rouwenhorst, kinderen onder de 10 jaar:


Berent, Gesina, Seintien, Janna en Jan Lubbert, verder tweeknechten en twee meiden.Op 18-8-1742 is de vrouw van Egbert Berends getuige bij deondertrouw van Aaltje Hillebrants.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Berend, ged. 24-4-1740.2. Gesina, ged. 29-11-1741, tr. Klaas Hendriks Meijer.3. Seintien, ged. 24-3-1743.4. Janna, ged. 25-3-1745, tr. Hendrik Olef.5. Jan Lubbert, ged. 25-11-1746.6. Jan Lubbert, ged. 2-12-1748.7. Berendina, ged. 1-1-1753.934. Philip (Hendriks?) Hofman, (o)tr. Zwolle 18-12-1751/3-1-1752935. Geertje Jans.Getuigen bij het huwelijk: voor hem: Willem Jansen en voor haar deniet met name genoemde moeder. Beide echtelieden zijn afkomstig vanHaarst.Uit dit huwelijk:1. Hendrikje, ged. Hasselt 25-12-1756.2. Hermina, (= nr. 467).3. Jan, ged. 3-7-1767.936. N.N. Bonsink.De broers zijn getuigen bij elkaars huwelijk, over hun ouders wordtniet gesproken. Ik vond op internet de geboorteplaats van Michiel.Het wil niet zeggen dat allen daar geboren zijn.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Michael/Michiel Bonsink, geb. Burbach, Nassau-Weilburg,kleermaker, begr. Dalfsen 11-3-1785, tr. Dalfsen 16-12-1770 HerminaDerks Timmermans, ged. Dalfsen 8-10-1751, overl. Dalfsen 18-6-1832,dr. van Derk Hendriks Hamer en Martina Harmens.2. Isaak Bonsink, geb. ca. 1750, overl. Holten (Zwolle) 26-9-1806(56 jaar oud), begr. 2-10-1806, (o)tr. Zwolle 22-4/7-5-1780 DerkienTiesselink, getuige (o.a.) zijn broer, Michael Bonsink. Kinderenvan Isaak: Catrina, Arend, Elsje, Maria, Willem. Bij overlijdenheeft hij zes kinderen nagelaten: er moet dus nog een kind zijn.3. Jacob Bonsink (= nr. 468).938. Hermen Berends Luitman/Loetman, overl. v. 18-6-1769, otr. Zwolle3-51765, (o)tr. Mastenbroek 4/25-5-1765939. Hendrikjen Wolters, overl. na 4-7-1785, tr. (2) Dalfsen1/17-12-1769 Frederik Jansen, jongeman in Emmen (onder Dalfsen).Bij huwelijk: jongeman, wonende te Frankhuys. Zij was ‘o<strong>nl</strong>angs teSpoolde, nu wonende te Mastenbroek’.Bij de doop van Steventje (= nr. 469) is het echtpaar woonachtig opde Oude Wetering.Op 10-4-1779 is Hendrikje, de vrouw van Frederik Jansen, te Emmen,in Zwolle nog als getuige aanwezig bij de ondertrouw van StientjeBerends.Bij het huwelijk van hun dochter Steverdina (= nr. 469) is haarmoeder aanwezig.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Berend, ged. 18-6-1769 (moeder: nagelaten vrouw van HarmenBeerents Luitman; ‘de moeder heeft te Dalfsen gewoond’).940. Gerrit Berends Ridderikhof, ged. Hasselt 11-11-1694,riviervisser, begr. Hasselt 30-1-1749, tr. Hasselt 2-2-1724


941. Annegien Gerrits Mooijendans, begr. Hasselt 16 okt. 1771.Over het voorgeslacht van Annegien: te Hasselt is rond die tijd ookeen Jan Mooiendans aanwezig, die eveneens een dochter Janna laatdopen (hij tr. Hasselt 1711 Grietjen Frederiks.Op 2-8-1663 laten Jan Gerritsen en Anna Janbettenhof (ic!) teHasselt een dochter dopen, Gerrijgien.Op 26-2-1662 laten Jan Gerritsen en Anna Jan Bettenhofs (sic!) teHasselt een zoon dopen, Jan Bettenhofs (sic!).Op 12-4-1665 laten Jan Gerritsen, linnenwever, en AnnegienBottenhofs/Bettenhofs te Hasselt een dochter dopen, Geesien.Op 6-5-1666 laten Jan Gerrits en Anna Joriaens te Hasselt een zoondopen, Gerrit.Op 2-2-1668 laten Jan Gerrits en Anna Joriaens te Hasselt een zoondopen, Joriaen, getuige is Claesien van Wedde/Wedden.Op 1-3-1669 laten Jan Gerritsen, linnenwever, en Anna Jans(mogelijk dus een andere vrouw, zie hieronder)te Hasselt eendochter dopen, Gesien.Op 21-9-1670 laten Jan Gerritsen en Annegien Joriaens te Hasselteen zoon dopen, Willem.Op 8-3-1674 laat Jan Gerritsen, linnenwever, en Anne Jorijaens teHasselt een zoon dopen, Roelof.Op 30-10-1678 wordt te Hasselt ged. Roelof, zoon van Jan Mooiedans,linnenwever en Annegien Jurriaans. Het zou heel goed om de opa enoma kunnen gaan; zie er de familienaam Mooiendans en de voornaamAnnegien maar op na. De tusse<strong>nl</strong>iggende schakel zou dan Gerrit Jans(Mooiendans) moeten heten.Rond 22 maart 1695 laten een Gerrit Jans en Hermentien Jans teHasselt een dochter Anne dopen.Op 9-4-1694 wordt te Hasselt een Annegien gedoopt als dochter vanGerrit Gerritsen en Annegien Jans; onduidelijk is of het omAnnegien Gerrits Mooijendans gaat.Uit dit huwelijk:1. Berent, ged. Hasselt 5-6-1724.2. Marta, ged. 2-6-1726.3. Marta, ged. Hasselt 29-8-1728, begr. Hasselt 26-10-1792, tr.Hasselt 22-8-1770 Claas Markel Ridderinkhoff, ged. Hasselt 17-3-1714, overl. Hasselt 12-1-1793, begr. 18-1-1793, zn. van HarmenGerrits Ridderinckhoff en Margrite Huijning, laatst wedn. vanJannigje Bos, eerder wedn. van Hendrikje Ooosten.4. IJanna, ged. 11-11-1731.5. Dirk, ged. Hasselt 4-8-1734.6. Janna, ged. Hasselt 26-7-1739, begr. Hasselt 31-7-1778.942. Willem Jansen Bregman, schoolmeester te Emmen, begr. Dalfsen22-12-1780, tr.943. Hendrietta/Henriette (ook: Jette) Jansen.De herkomst van het echtpaar is vooralsnog niet duidelijk. Wel zouWillem afkomstig kunnen zijn uit Rotterdam: daar wordt op 15-10-1715 gedoopt: Willem Johannes Bregman, zoon van Johannes Bregman enFijtie Willems. Getuigen zijn: Jan de Lange, Aplonia Bregman enAnna Bregman. De ouders zijn woonachtig ‘bij de Schotse kerck’.Misschien zijn de ouders identiek aan de mensen bij deze doop op20-9-1707 te Rotterdam: Arij, vader: Johannes Ariensz Bregman,moeder: Sijtie Willems de Keijser, getuigen: Arie Leendersz enNeeltie Claes. Wonende in de Prinsestraet.Fijtje de Keijser, huisvrouw van Johannes Brugman, begr. Rotterdam(Westerkerkhof) 10-5-1732.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Rotterdam):


1. Elijsabet, ged. 10-9-1704, ouders: Johannis Breggeman en Fijtiede Keijser. Wonend: Westwagestraat.3. Arij, ged. 22-5-1712, ouders: Johannes Bruggeman en Fijtje deKeijser, getuigen: Neeltje Claas en Mathijs van Bergen. Wonende inde Wagestraat op den hoeck van de Mostertsteegh.4. Elisabet, ged. Rotterdam 24-7-1718, vader: Johannes Bregman,moeder: Fijtje de Keijser, getuigen: Jan de Langen en ElisabetHuijgen De Keijser. Wonende in de Lombertstraat bij deLombertsebrug.Elisabeth (o)tr. Rotterdam 9/25-3-1749 Anthonij Wikkelikshoffweduwnaar van Arnhem, wonend: Pannekoekstraat. Zij is jongedochtervan Rotterdam, wonend: Botersloot.Johannes Arijens Breggeman, jongeman van Rotterdam, wonend:Crooswijk, (o)tr. Rotterdam 16/30-10-1701 Fijtje Willems deKeijser, jongedochter van Rotterdam, wonend: Lombertstraat.Johannes Bregman weduwnaar, van Rotterdam, wonend: Lombertstraat,(o)tr. Rotterdam 9/23-11-1732 Lena Keete, jongedochter vanRotterdam, wonend: Oppert, bejaarde dochter.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged. Rotterdam):1. Pieter Breggeman, ged. 6-3-1735, ouders: Johannes Breggeman enLena Keeten, getuige: Plonia Breggeman. Wonende: Lommerstraat.2. N.N. (kraamkind van Johannis Breggeman), begr. Rotterdam 29-3-1735, Lommertstr. bij de Brug.3. Geertie Breggeman, ged. 13-5-1736, ouders: Johannes Breggemanen Leena Keete, getuigen: Arij Breggeman, Elisabet Breggeman enTrijntie Keete, begr. Rotterdam (Geertje Breggeman, kind van HannisBreggeman) 7-7-1736. Opmerkingen: oud 8 weken; in de SintCrispij<strong>nl</strong>aan onder Cool.4. Maarte Breggeman, ged. Rotterdam 4-1-1739, ouders: JohannisBreggeman en Lena Keete, getuigen: Arij Breggeman en TrijntjeKeete. Wonende: Slagvelt buijten de Delfsepoort, begr. Cool (alsMaarten Breggeman, kind van Johannes Breggeman) 9-11-1741.Opmerkingen: oud 3 jaar; in 't Catshoek onder Blommersdijk.Klaarblijkelijk heeft Johannes Ariens Bregman een zus, Apolonia.Over haar: begr. Rotterdam (als Pleuntie Breggeman) 5-2-1748.Pieter, ged. Rotterdam 4-4-1717, ouders: Cornelus Pieterse Vermeeren Plonia Arijens Breggeman, getuigen: Maartie Pieterse Vermeer,Gerret Janse Vermeer, Jannetie Cornelus Kruijt. Wonende: aan 'tOost Eijnd.Een ander zus: Johanna Breggemans, begr. Rotterdam 24-5-1754, tr.Pieter Elsemans. St. Janskerkhof; Goudse weg, aan 't eind;overledene liet na 2 meerderjarige kinderen.Pieter Elsemans, otr. (2) Rotterdam 6-4-1755 (als weduwnaar vanJohanna Breggemans), van Ridderkerk, wonend: Goudseweg Lena Goor,weduwe van Johannes van der Kolk , van Nieuwerkerk aan den IJssel.Een Willem Bregman is op 3-9-1733 getuige bij de doop van MaertenJohannes Bregman, zoon van Johannes Bregman en Lena Keete. Deandere getuige is Trijntie Keete.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Dalfsen):1. Sophia Willems, ged. 1-8-1739 (ouders dan woonachtig te Lente,eveneens als het hierboven genoemde Emmen een buurschap onderDalfsen, overl. Dalfsen 1825.2. Johanna, (= nr. 471).3. Jennigje, ged. 1744.4. Willem, ged. 1746.5. Elisabeth, ged. 1748.


6. Wilhelmina, ged. 1751, overl. Zwollerkerspel 5-9-1814.7. Derkje, ged. 1753.8. Jan Willem, ged. 1756.944. (?) Jan Egberts Klos, tr.945. (?) Grietjen Berends Vlugt.948. Hendrik Hendriks Jongevos, tr. (1) Beertje Hendriks Lunenborg, dr.van Hendrik Derks Lunenborg en Trijntje Stoffers Vos, tr. (2)Hoogeveen 25-2-1756 Femmigje Everts ten Klei, tr. (3)949. Aaltje Jans Strijker ten Hoorn.950. Geugien Hendriks Schonewille, ged. Hoogeveen 2-1710, overl.Hoogeveen 8-5-1778, tr. Hoogeveen 1732951. Arentjen Jans Strijker ten Hoorn, ged. Hoogeveen 12-9-1709, overl.Hoogeveen 9-3-1779.968. Albert Jacobs Kloot, tr. Giethoorn 1712969. Jantjen Wychers.De filiatie tussen 968/9 en 484 verdient nader bewijs, maar isgebaseerd op de vernoeming, de tijd en de plaats.Over de naam Kloot/Loek te Giethoorn: duidelijk is dat de naamKloot was en veranderde in Loek. Toch komt die naam Loek al eerdervoor in Giethoorn: op 6-3-1692 tr. Roelof Jans Loek ald. HilligjenJans Brouwer.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde onduidelijk):Wyger Alberts Kloot (nageslacht te Giethoorn).Reintje Alberts Kloot, (o)tr. Giethoorn 25-12-1740/15-1-1741 KlaasHarmens Smith.Jacob (= nr. 484).970. Tiemen Roelofs.972. Jurjen Claasen, ged. Blokzijl 9-6-1710, tr. Oldemarkt/Blokzijl2/9-10-1739973. Geesjen Albers.Bij het huwelijk te Oldemarkt: Jurriaan Klaassen, j.m. van deWetering, wonende Kalenberg en Geesje Albers, j.d. te Kalenberg. InBlokzijl noteert men: Jurjaan Claasz J.M. van de Wetering meGeertjen Alberts J.D. van Kellenberg, attestatie afgegeven na deOldemarkte.Volkstelling 1748, schoutambt Oldemarkt, Calenberg: Jurrien Claasen Geesje Albers. Kinderen onder 12 jaren: Claas, Albert, Jan,Wolter. Inwonend: Harmtje, wort van de diaconie besteedt.Uit dit huwelijk:1. Claesz, ged. Blokzijl 7-8-1740, (o)tr. Oldemarkt 26-9/11-10-1795Swaentjen Peters, wed. Albert Klasen d.v. Peter Roelofs Poepjen enIJdigien Joghems.2. Albert, geb. Kalenberg, ged. Oldemarkt 22-4-1742, (o)tr.Oldemarkt 13-4/5-5-1793 Aaltjen Peters d.v. Peter Everts enGrietjen Jans, wed. wijlen Hassel Koops.3. Jan, (= nr. 486).4. Wolter, geb. Kalenberg, ged. Oldemarkt 17-9-1747.5. Jacob, geb. Kalenberg, ged. Oldemarkt 4-10-1750.6. Jochum, geb. Kalenberg, ged. Oldemarkt 1-1-1752.974. Hendrik Jacobs Polak, tr. Oldemarkt 20-1-1736975. Roelofjen Wijchers, (o)tr. (2) Oldemarkt 13-2/2-3-1755 HenkeTeunis.


Bij het huwelijk: Hendrik Jacobs Polak, j.m. van Kalenberg enRoelofje Wychers j.d. van Wanneperveen.Volkstelling 1748, schoutambt Oldemarkt, Calenberg: Hendrik JacobsPolak en Roeloffje Wichers. Kinderen boven 12 jaren: Jacob,Tryntje, onder 12 jaren: Jantjen, Aaltjen, Wicher.Bij het tweede huwelijk van Roelofje: Henke Teunis J.M. en RoelofjeWichers, wed. Hendrik Jacobs Polak, beide te Kalenberg.Uit dit huwelijk (allen ged. Oldemarkt):1. Aaltje, ged. 9-9-1742, (o)tr. Oldemarkt 9/26-12-1763 HarmenWillems.2. Wijcher, ged. 1-11-1744.3. Wicher, ged. 14-1-1748.4. Hilligjen, tr. Oldemarkt 24-12-1780/14-1-1781 Hendrik Hendriks.984. Hendrik Willemsen Huissien/Timmerman/Nijkamp/Niecamp, timmerman teArchem, overl. v. 18-6-1765, tr. Ommen ca. 28-1-1735985. Geesje Jansen Nijkamp.Op 28-1-1735 wordt een akte opgemaakt, die dient als momberstellingen erfuiting. Jan Egberts Nijkamp te Archem, man van de overledenDerckien Jans heeft uit dat huwelijk in ieder geval twee kinderen,Jan Jans en Geesien Jans. Zij is kort daarvoor getrouwd met HendrikWillems, zoon van Willem Jans Huissien. Tot voogden over dekinderen worden benoemd: Gerrit Gerrits op het Kleine Laar,aangtrouwde oom van moederszijde en Gerrit Egberts Hooijer teJunne, aangetrouwde oom van vaderszijde. De zoon, Jan Jansen, is 21jaar oud. Hij krijgt een geldbedrag, mag leren lezen en schrijvenen krijgt de beste koe uit de stal. De dochter en haar man komen ophet Nijkamp te wonen. Zij trekken bij de vader in, maar daar staattegenover, dat zij hem tot zijn dood moeten onderhouden.Op 16-12-1736 540 draagt Wennemer Willems, man van Marie Egberts aanhet Blick te Archem, geassisteerd door Hendrik Velthuis,schoolmeester te Archem over aan zijn broer Hendrik WillemsNijkamp, man van Geesje Jansen. Het gaat om ¾ deel dagwerk hooilanduit het erve Soogen te Archem.Op 14-6-1742 541 wordt een akte van erfuiting opgemaakt door HendrikHendriks Papecamp, man van de overleden Hendrikje Jans, die op haarbeurt gehuwd geweest was met Jan Jansen Papecamp op hetgelijknamige erve. Een van de genoemde kinderen is Fenne, diegesterkt wordt met haar oom, Wennemer Willems. In deze akte wordtook Hendrik Willems genoemd, als Hendrik Nijkamp Timmerman. Hijheeft een doodskist getimmerd, maar er moet ook een familiebandzijn, want hij krijgt naast een geldelijke vergoeding ook nog vijfschapen en een behoorlijke uitzet ‘van kledinge en sijn vaderskiste’.Op 12-7-1743 542 dragen Luicas Kamphuis en zijn vrouw GertienHendriks aan Hendrik Nijkamp en zijn vrouw en erfgenamen een stukhooiland over, genaamd De Grote Mate aan het Rosgen Matien en nogeen hoekje in Sap Brok, uit het erf Luevelink.Op 22-4-1747 543 wordt een akte van hypotheek opgemaakt door JanHendrik van Lemele of Jan Hendrik op het Sooge, t.g.v. HendrikWillems Nieukamp te Archem. Onderpand is een tiende uit het Sooge,gelegen aan de noordzijde van het huis, aan de noordzijde grenzendaan Jan Berents land, groot vier en een half mud land, omvattendevijf stukken. In de marge van de akte is aangetekend dat de schuldvoldaan is op 25-7-1749.Volkstelling Ommen 1748: ‘t Erve Niecamp: Hendrik Niecamp en zijnvrouw Geesjen Jansen; twee kinderen onder tien jaar: Derk enFrederik; inwonend: Jan Egberts (de laatste is dus haar vader).


Op 16-3-1752 544 wordt een akte van overdracht opgemaakt: door ArentWestenberg, scholtus van Holten en Bathmen voor zichzelf en medenamens wijlen Arent van Muijden, ontvanger, aan Hendrik Willems,timmerman te Archem en zijn echtgenote, van een stuk bouwland,gelegen bij de Lugtenbeld te Archem.In datzelfde jaar, op 21-9-1752 545 draagt Swier Jans van het Blotenhet gelijknamige keuterplaatsje het Bloten te Lemele over aanHendrik Nijkamp te Archem. In de akte staat ook vermeld dat er eenminderjarige zoon is,-1-Die zal het plaatsje in 1777 weerterugkopen van Derk Nijkamp, de zoon van Hendrik. Op dezelfde dagin 1752 546 sluiten Hendrik en Geesje bij Leffert Lohuis, eveneens teArchem, een obligatie met hypotheek af. Als onderpand brengen zijin: het plaatsje Het Bloten en een mud land op de Leuvelkamp teArchem. In de marge is de afwikkeling van deze obligatieopgetekend. In een verklaring van 20-1-1775 zegt Egbert Lohuis,erfgenaam van Leffert Lohuis, dat de schuld is afgelost; DerkNijkamp laat de akte zien, waarna de obligatie wordt geroyeerd.Op 14-5-1754 547 wordt een akte van overdracht opgemaakt. Arent vanPraasvelt, heer tot Den Doorn, enz., gevolmachtigd door mevrouwE.S. van Raasveld, douairière Sloet tot Pekkendam, dragen over aanDerk Klein Marsink en Hendrik Willems ieder voor de helft, het erfKlein Marsink te Beerse. De beide mannen dragen vier dagen latergezame<strong>nl</strong>ijk land uit Klein Marsink over, die akte wordt op de 18emei opgemaakt 548 . Dan dragen zij en hun respectievelijke huisvrouwenHendrikje Jansen en Geesje Jansen over aan Gerrit Hesselink enHerman Wunnink een stuk hooiland uit de Herkemate aan de rivier deVecht, uit Klein Marsink. Ten noordwesten ligt Cotmansland, tenzuiden land uit het Grote Marsink.Op 9-4-1756 549 Derk Jansen en zijn vrouw Hendrikje Jansen en HendrikWillems Timmerman, man van Gesien Jansen twee stukken zaailand, hetSwarte Land, uit Klein Marsink over aan Jan Willems en WibbigjeJans.Op 2-10-1760 550 wordt een akte van overdracht opgemaakt door Hendriken Geesje. Zij dragen hun helft van Klein Marsink over aan DerkKlein Marsink, met landerijen, etc. Op 17-3-1763 551 draagt H. VanMuijden, scholtus van Ommen en Den Ham, aan Hendrik WillemsNijkamp, timmerman te Archem de helft over van het erf Boomhuis teArchem. De verkoper houdt de andere helft zelf in eigendom. Opdiezelfde dag vinden een aantal overdrachten plaats 552 , door beidemannen samen aan derden: ze dragen aan Hendrik Huisjes te Archem(denkelijk familie van Hendrik Willems) eeen stuk zaailand, deBlauwe Akke(r?) over. Daarna volgt de overdracht aan LeffertJohannes Schotman van twee stukken zaailand: den Kunnekamp en denBolle. <strong>Vervolg</strong>ens de overdracht aan Jan de Boone te Archem van eenstuk zaailand, genaamd het Leijstuk en tenslotte aan GerritPapecamp te Archem een stuk zaailand, genaamd het Lange Stuk.Op 18-6-1765 553 blijkt Hendrik te zijn overleden: dan wordt zijnzoon genoemd als eigenaar - na het overlijden van zijn vader - van(delen) van de tiende uit Leuvelink.986. Lubbert Teunissen Potheine/Lubbert Hutters 554 , ged. Hellendoorn5-3-1719, schuitevoerder, landbouwer, overl. na 27-12-1795, tr.(1) v. 1748 Derkje Roelofs, overl. tussen 24-8-1750 en 23-4-1754,dr. van Roelof Derks Teusink, te Bestmen en Wibbigien Hendriks.Lubbert tr. (2) Ommen ca. 23-4-1754987. Jennigje Hendriks Lomes, ged. Den Ham 20-1-1732, overl. na2-7-1783.De geschiedenis van De Potheine is goed te achterhalen. Deboerderij is afkomstig uit de familie van Lubbert’s eerste vrouw,Derkje Roelofs.


Wubbigjen Hendriks was een dochter van Hendrik JansTeussink/Toessink en Berentien Wijnolts. Die hadden deze kinderen:1. Wubbigjen.2. Hendrikje, tr. ca. 1713 Gerrit Hendriks (Potheine).3.-1-Het geschiedenis van De Potheine loopt zo:Op 1-4-1713 555 maakt vader Hendrik Jans, geassisteerd met GerritJans uit ‘t Schot zijn testament op. Erfgenamen zijn zijn kinderen:Hendrikje en haar toekomstige man, Wibbigje, vrouw van Roelof Derksen-1-De zoon ontvangt o.a. de Tapmaate in Den Ham en het land bijde Nieuwe Brugge in het carspel Ommen, genaamd Potheine.Op 22-2-1720 556 wordt een transportakte opgemaakt door moederBerendje Wijnolts, nu weduwe. Zij draagt aan haar schoonzoon GerritHendriks en haar dochter Hendrikje Hendriks over: een stuk land, dePoortheine in de boerschap Archem en hooiland, den Tappengoren ofmaate genoemd, in Noordmeer, onder Den Ham.Gerrit en Hendrikje komen dus in 1720 in het bezit van het landPotheine. Niet lang daarna moeten ze er dus een boerderij op hebbe<strong>nl</strong>aten bouwen.Zij zal het eerst overlijden, maar leeft nog wel op 12-10-1747 557 ,als beide echtelieden elkaar benoemen tot erfgenaam. Kort daarna isze overleden, want bij de volkstelling te Ommen (Archem) in 1748staat dit vermeld: ‘t Erve Potheyne: Gerrit Potheine, weduwnaar,geen kinderen. Inwonend: Lubbert en zijn vrouw, Derkje Roelofs.Op 24-8-1750 558 leeft Derkje Roelofs nog, want op die dag komt hetechtpaar voor in de gerechtsboeken.Op 28-4-1752 559 maakt Gerrit Hendrikse Poortheine zijn testament op.Kort daarna moet Lubbert het erf opgegaan zijn. Gerrit Potheine isoverleden voor 26-11-1753 560 .Op 3-2-1753 561 verschijnt Lubbert als assistent voor ChristinaHendriks, vrouw van de overleden Jannis Companje.Op 23-4-1754 562 wordt Lubbert aangeduid als ‘Lubbert Teunissen opPotheine’. Op deze dag wordt een akte van momberstelling opgemaaktdoor Lubbert, man van de overleden Derkje Roelofs, als bruidegom enJennegien Hendriks, gesterkt met haar broer Jan Hendriks Lomans,bruid. De begunstigde is het zoontje van Lubbert en Derkje, TeunisLubberts. Mombers zijn Jan Teunissen, oom van vaderszijde, enHendrik Roelofs, oom van moederszijde. Ook gecompareerd isWibbegien Hendriks, vrouw van de overleden Roelof Teusink. Zijdraagt over aan Lubbert Teunissen en zijn erfgenamen 1/5 deel vanPotheine.Op 15-6-1757 563 wordt een akte van overdracht opgemaakt, waarinWibbegien de moeder blijkt van vier kinderen: Hillegien, Berentien,Hendrikje en Hendrik. Zij draagt aan Lubbert en Jennigje ¼ van dePotheine over. Die boerderij wordt bewoond en gebruikt door Lubberten zijn vrouw. Op diezelfde dag 564 sluiten Lubbert en Jennigje eenakte van obligatie en hypotheek af, ten gunste van Jan HendriksPapecamp, scheper op de Heide te Rechteren. Als onderpand geven zijhet zojuist verworven kwart van Potheine.Over de herkomst van Jennigje Hendriks: mogelijk is zij identiekaan de Jennigjen Hendriks van Schipper Geerligs te Meer. Zij wordtin een akte 565 genoemd met haar broers Jan (zie hierboven?) enGerrit, haar zussen Marigje en Hendrikje en haar halfbroer.Op 26-11-1764 wordt vanwege het overlijden van Hendrik RoelofsTeusink, de momber van Teunis Lubberts, zoon van Lubbert Teunissenen de overleden Derkje Roelofs, een nieuwe momber benoemd. Het isRoelof van der Weide, molenaar te Bestmen, oom van moederszijde. Deander momber, Jan Teunissen, oom van vaderszijde en dus een broervan vader Lubbert Teunissen, woont dan in de boerschap Marle, onderHellendoorn.


Op 2-7-1783 566 verklaren Lubbert en Jennigjen schuldig te zijn aanRoelof Hageman, man van Jennigje Gerrits te Stegeren als erfgenamenvan Jan Hendriks Papecamp, i.v.m. aflossing van de hypotheek d.d.15-6-1757. Onderpand is ¼ deel van het plaatsje Potheine te Archem.Op diezelfde dag 567 wordt een akte van hypotheek opgemaakt door hetechtpaar ten gunste van H.J. van der Wijck, man van N.G. van derMuyden. Als onderpand: een kwart van het plaatsje Potheine. Met hetontvangen geld is een schuld afgelost aan Roelof Hageman, erfgenaamvan Jan Hendriks Papekamp.Op 27-12-1795 568 leeft Lubbert nog, dan verschijnt hij bij in eenakte van alimentatie als assistent van ene Ebbegen Egberts.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Ommen):1. Wijna, ged. 9-2-1749, overl. v. 23-4-1754.2. Teunis Lubberts, geb. Archem 13-2-1751, ged. 21-2-1751,schuitevoerder, landbouwer, overl. Zwolle 29-10-1820, (o)tr. Zwolle21-4/14-5-1781 Jennichjen Oldemans, dr. van Hendrik Harms Oldemansen Geesje Velthuis.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Ommen):3. Derk, ged. 31-8-1755.4. Hendrikjen, ged. 5-3-1758.5. Teune, ged. 10-2-1760.6. Berendina, (= nr. 493).7. Hendrina, ged. 22-7-1764.8. Janna, ged. 5-11-1766.9. Hendricus, ged. 9-4-1769.10. Wina, ged. 2-5-1773.988. Lubbert Berends Keisers, ged. 7-11-1725 569 , bij huwelijk afkomstigvan Getelo, onder Uelsen (D), tr. Hardenberg 1-5-1751989. Maria Hermsen Plaggemars 570 , ged. Den Ham 17-5-1728.Bij huwelijk was hij afkomstig van ‘Gietel’ onder Ulsen (= nr.Getelo) en zij van Den Ham.Bij de doop van zijn kinderen wordt hij genoemd als ‘Lubbert Berensin Engelandt onder Ane’.Overdracht van het Huis Keisers Hof te Ane, nu bewoond doorLubbert Berends, met de gooren, een kampje van ongeveer drieschepel zaailand, twee dagwerken hooiland, en een vierendeelDriftwhaere in de Anermarke zijnde oorspronkelijk uit het ErveVassen, door Barend van Borne, burgemeester van de Stad Hardenberg,als gevolmachtigde van de Heer M.W. van den Appell en zijn ehevrouwAdriana van den Appell geboren van de Merwede luid procuratie op 30juli 1771 in dit gericht, aan Hendrik Alberts en zijn huisvrouwJannegien Claassen. Bij publieke verkoping is dit op 24 juli 1770aangekocht.Actum Hardenberg, 26 maart 1771 571 .Mogelijk leven er in Hardenberg ook familieleden met de familienaam‘Reinders’: Huwelijkse voorwaarden van Jan Waterink, weduwenaar vanwijlen Jannegien Jansen, en Grietien Reinders, jongedochter,geadsisteerd met haar oom Lubbert Reinders als haar verkorenMomboir. Het dochtertje van de bruidegom en wijlen JannegienJansen, genaamd Jannegien Waterink krijgt in voldoening van haarmoederlijke nalatenschap op heden over een jaar een somma van 250guldens, van de somma van 400 guldens die de ouders van haaroverleden moeder aan de bruidegom verstrekt hebben, waarna de ander150 guldens aan de bruidegom tot een gedachtenisse van zijnoverleden vrouw verblijven. Verder zal het dochtertje van debruidegom nog erven en profiteren al het geen de ouders van haaroverleden moeder wegens haar verdere moederlijke goederen aan haargemaakt en bewezen zal worden, gelijk mede haar overleden moederskast en kist met al haar klederen. Het dochtertje van de bruidegom


zal tevens op haar ouderlijke erf mogen introuwen, en als zij 20jaar oud is vier stukken gebleekt linnen krijgen van ieder van 20dubbele ellen lang. Het voornoemde dochtertje wordt tevenserfgename, samen met eventueel uit dit huwelijk te geborenkinderen.De akte wordt ondertekend door Jan Waterink, Grijetijen Reijnders,Engbert Reinders, Geertruit Habers, Hermen Konijgh, LubbertReiders, Roelef Huerenk, Jan Bosman, Willem Loshaar, HannesWaterink, Annegjen Berents, Yan Hindrick Balhaar, Berentien Harmsende vrouw van Jan Hendrik Balhaar, en Teunis Hannes Waterink.Actum Hardenberg, 20 mei 1774.Uit dit huwelijk (allen ged. Hardenberg):1. Berend (= nr. 494).2. Geertjen, ged. 26-12-1762.3. Anna, ged. 25-3-1764.990. Derk Jansen, ged. 11-11-1731, op de Reserkamp, (o)tr. Hardenberg5/27-11-1757991. Geesje Jansen Stuten/Stoeten, ged. Hardenberg 26-9-1734.Bij huwelijk was Derk jongeman te Reese, zij jongedochter op deResercamp. De doop van Jennigje Derksen is niet vermeld. Zij is welzeker de dochter van Derk en Geesje, dat staat expliciet vermeldbij haar trouwen: ‘Berend Lubberts, zoon van Lubbert Berends enMaria Hermssen, j.m. op het Rheeserveen en Jennigjen Derks, dochtervan Derk Janssen en Geese Janssen, j.d. te Rheese. Hier getrouwtden 10 Junij, naa drie voorafgegaane gewoone proclamatien’.Uit dit huwelijk (allen ged. Hardenberg):1. Hendrikje, ged. 9-4-1758.2. Jan, ged. 9-10-1760.992. Hermannus/Mannes Hinnen/Hinnenhuis, (= nr. 398), (o)tr. (1) Almelo22-4/14-5-1747993. Janna Grobben.Volkstelling 1748: `Mannes Hinnen en Janna Grobben, syn vrou, 1kind Hendrina.Uit het eerste huwelijk (ged. Almelo):1. Hendrina, ged. 5-12-1747.2. Jan, ged. 19-2-1749.3. Hendrik Jan, (= nr. 496).4. Hindrina, 20-10-1752 (moeder: Janna van ’t Brookhuis).5. Jannes, ged. 27-3-1754.994. Hermannus Boom `dienaar van het landsgericht', overl. v.24-4-1792, (o)tr. Almelo 12-1/6-2-1743995. Hendrika Velten, geb. v. 26-7-1721.RHA Persoonsklappers: na de opstand van 1786 probeerde Mannes samenmet Gerardus Rhee en onder-richter Abraham Vrielink goederen inbeslag te nemen bij Berend Leus, die geen belasting meer wildebetalen aan de heer van Almelo. Boom werd echter met de doodbedreigd en moest onverrichterzake vertrekken.Beide partners waren bij huwelijk afkomstig uit Almelo.Uit dit huwelijk:1. Lambert, ged. Almelo 8-5-1746.2. Els, (= nr. 497).1000. Abraham Gerritsen uit de Poorte alias Grobbe, (o)tr. (2) Almelo9-5/4-6-1777 Dina van de Klomphof, weduwe Arent van ’t Steeghuis.Abraham (o) tr. (1) Almelo 30-10/5-12-1751


1001. Stiena Jansen (van het) Ruvekamp, geb. Wierden, overl. v. 1777.Bij het tweede huwelijk: Abraham Gerritsen Grobbe, weduwnaar StieneJanssen, in de Heerlijkheid en Dina van de Clomphoff, weduwe Arentvan 't Steeghuis, in de Heerlijkheid.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Almelo):1. Willem, ged. 11-5-1752.Janna, ged. 18-11-1753.Willem, (= nr. 500).2. Janna, ged. 28-7-1756.3. Jan, ged. 23-12-1757.4. Gese, ged. 17-6-1759.5. Gerrit, ged. 30-7-1764.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Almelo):6. Steven, ged. 28-1-1778 (ouders: Abraham Gerritse Grobben en DinaKlomphof).1002. Jannes Jansen (van het) Schuttenhuis/Schutten, overl. v.13-12-1793, (o)tr. Almelo 4/6-10-7-17571003. Griete Lamberts (van den) Strol, ged. Wierden 9-2-1738.Het erve Schuttenhuis zal denkelijk niet altijd in handen van dezefamilie zijn geweest. Dat neemt niet weg, dat het een heel oud erfis; al op 09-2-1533 wordt een erve Schuttenhuis vermeld (RGA 2 295R.895). Dat is eveneens het geval op 10-12-1561 (RGA 2 379 R.1166).Mogelijk was ook Griete al overleden bij de ondertrouw van haardochter. Daarbij staat vermeld dat zij een `nagelaten dochter' wasvan Jannes van Schuttenhuis en Griete Strol. Bedoelde men hier datalleen de vader overleden was, of dient gelezen te worden dat beideouders reeds gestorven zijn?Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Janna, ged. 9-10-1757 (alleen vader vermeld: Jannes van ’tSchuttenhuis).2. Janna, ged. 22-4-1759 (alleen vader vermeld: Jannes Jansz van ’tSchuttenhuis).3. Hendrine, ged. 8-12-1761.4. Getruit, ged. 19-9-1764.5. Hendrik Jan, ged. 2-4-1769.6. Leijda, (= nr. 501).1004. Berent Wanscher, tr. Almelo 2-7-17281005. Hendrina Roelofs Bolk.Bij het huwelijk: Berend Wanschers, nagelaten zoon, jm. tot Almelovan Jurrijen Wanschers en Hendrina Bolck, jd. tot Almelo, dochtervan Roelef Bolck.Uit dit huwelijk (allen ged. Amleo):1. Roelof, (= nr. 502).2. Jan, ged. 29-6-1739.1006. Adolf/Dolf Koersen/Coerts, overl. v. 3-1787, (o)tr. (1) Almelo2-10/10-11-1751 Jenneken Hendriks Post, tr. (2) Almelo3-5/1-6-17551007. Geertruid Kienhuis, van Ootmarsum, ged. Ootmarsum 12-12-1731.Bij het eerste huwelijk: Adolph Coertsen, nagelaten zoon in Almelovan Coert Coersen en Jenneken Post, nagelaten dochter in Almelo vanHendr. Post. Jenneken zou heel wel een dochter kunnen zijn van nr.1576, Hendrik Jansen Post.


Bij het tweede huwelijk: Adolph Courtzen, weduwnaar van JennekenPost, in Almelo en Geertruijd Kienhuis, van Ootmarsum, wonende teAlmelo.Op 6-12-1756 is een gerechtelijke verkoop geweest, waarna op 24-1-1757 een transportakte wordt opgemaakt. Het gaat om de woning vanAdolf Coertsen, door hem zelf bewoond en bezwaard met eenjaarlijkse uitgang aan de kerk van Almelo van 6 g., 8 st., 9duiten.IHA 3 550 nr. 3465: Akte van levering door het stadsgericht Almelo,na toewijzing bij executoriale verkoop, aan de kerk van het huis,bewoond door Adolf Coerts, 1757.Uit dit huwelijk:1. Catharina, ged. Almelo 23-9-1753.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Almelo):2. Jenneken, (= nr. 503).3. Harmen Koertzen, ged. 26-5-1760 (o)tr. Almelo 26-11/19-12-1790Janna ter Morsch, dr. van Jan ter Morsch.3. Fenneken Koersen, ged. 23-5-1762.1008. Willem Freriks Letteboer, overl. v. 1753, (o)tr. Almelo2/30-9-17361009. Jenneken Jansen Abbink tot Lambertshuis, tr. (2) Almelo 1753Hendrik van de Hambrugge.Bij zijn huwelijk was Willem een `nagelaten' zoon van FrerikLetteboer: Willem Letteboer, nagelaten zoon, in de Heerlijkheid vanVrerik Letteboer en Jenneken Janssen Abbink, nagelaten dochter, inde Heerlijkheid van Jan Abbink.Willem zou op basis van tijd, plaats en vernoeming een zoon kunnenzijn van deze mensen: 15-5/13-6-1698: Frerik Willemsen van ’tCluppelshuis, in de Heerlijkheid en Fenneken Gerritsen Letteboer,in de Heerlijkheid.Bij de volkstelling van 1748 heeft het echtpaar een dochter,Fenneken, en drie zonen: Frerik, Jannes en-1-Men woonde in deomgeving Sluitersveld.Uit dit huwelijk (allen ged. Amleo):1. Vrerijck, ged. 7-7-1737.2. Jan (= nr. 504).3. Jannes, ged. 6-2-1743 (ouders: Willem Frederikz Letteboer enJenneke Jans Lambertshuis), tr. Almelo 1797 Hendrika Mekenkamp (=nr. 399).4. Fenneken, ged. 17-12-1745.5. Gerrit, ged. 29-4-1750.6. Gerrit Jan Letteboer, ged. 17-8-1755.7. Lambert Letteboer, ged. 12-9-1759.1010. Jan Geertsen (ook: Gerritsen) Letteboer, (o)tr. Almelo 8/29-9-17261011. Janna Jansen Roelofs, (o)tr. (2) Almelo 23-11/10-12-1760 LambertHarmsen, weduwnaar van Fenne Letteboer.Bij het huwelijk: Jan Geertsen van ’t Letteboer, in de Heerlijkheiden Janna Janssen Roelofs, in de Heerlijkheid.Dochter Swenneken was bij haar huwelijk een `nagelaten' dochter vanJan Letteboer.Bij het tweede huwelijk van Janna: Lambert Harmsen, weduwnaar vanFenne Letteboer, in de Heerlijkheid en Janna (Janszen of Arensen),weduwe van Jan Gerritsen Letteboer, in de Heerlijkheid.Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):1. Swenneken, (= nr. 505) (moeder niet vermeld).2. Abraham, ged. 18-12-1744.


1012. Jan Wolters Ernst, (o)tr. Almelo 25-1/1-3-17331013. Stijntje Berends HiffenBij het huwelijk: Jan Eerentsen, jm. tot Almelo, zoon van WolterEerentsen en Stijntien Hiffen, jd. tot Almelo, nagelaten dochtervan Berend Hiffen.Jan heeft een zus, Maria, zij tr. Emanuel Lulofs.Verdere vermeldingen van mogelijke familieleden: Geertruid Ernst,weduwe Harmen ten Bruggencate (RA ALM 2620 555-556, 557-558);Leonard Ernst (RA ALM 2620 723); Hendrik Anthony Ernst, zilversmid,tr. Johanna Meijer (REC RA STAD ALM 2619 635 d.d. 24-5-1754, 638d.d. 1-6-1754 en 2620 458-459 d.d. 16-1-1769, 485-486 d.d. 30-9-1776).Uit dit huwelijk (allen ged. Almelo):(?) Barend Wolters, geb. ca. 1733, overl. 5-11-1810, tr. ClasinaKuipers.1. Jenneken, ged. 25-3-1736 (Jan Erentsen en zijn huisvrouw).2. Wolter (= nr. 506).3. Gesina, ged. 25-2-1742.4. Fenneken, ged. 6-12-1744.5. Abraham, ged. 12-5-1748.1014. Hendrik Verlinden, overl. v. 6-4-1775, tr. Uelsen 17421015. Janna Swarten, ged. Veldhausen (D) 17-4-1717, tr. (2) Uelsen3-8-1755 Berend Slatman, geb. Haftenkamp ca. 1705Een Hindrik van Linden trouwt Uelsen 1742 Janna Swarten. Mogelijkzijn zij de ouders van Janna.Hendrik blijkt overleden bij de ondertrouw van zijn dochter Janna.Bij het huwelijk: ‘Kobus Linde sijn Soon Hendrik, alhier enwijlen Willem Swarten Dogter Janna uit Veldhausen’.Bij het tweede huwelijk: ‘Berend Slatman, Oud Weduwenaar en HendrikVan der Linden Weduwe Janna, beide alhier’.1016. Hendrik Jansen Koning, tr.1017. Janna Albers Koning.Zowel Hendrik als Janna komen voor met de familienaam Koning.Vanwege de namen van de kind 1 en 3, zou ‘onze’ Jan ook nr. 1kunnen zijn. Ik acht het waarschij<strong>nl</strong>ijker dat hij nr. 3 is.Uit dit huwelijk (allen ged. Olst).1. Jan Derks, ged. 22-10-1741.2. Jacob, ged. 23-5-1745.3. Jan (= nr. 508).4. Janna, ged. 30-6-1754.1022. Hendrik Gerritsen Rietberg ‘in de Grond’, tr. (1) Wijhe 27-2-1733Hermina Jansen Veerman, dr. van Jan Gerrits Veerman, tr. (2) Wijhe5-5-17481023. Aaltjen Engberts, verm. ged. Olst 7-5—1710, overluid Wijhe23-4-1772, tr. (1) Wijhe 7-1-1735 Berent Gerrits, j.m teWindesheim.Berend Gerrits, wonende te Herxen en Aaltje Egberts doen belijdenisin april 1735. Vermeld is verder dat zij met attestatie naar Wijhevertrokken zijn op 24-9-1735.Bij het eerste huwelijk: ‘Hendrik Gerritsen Rietberg, JM., zoon vanwijlen Gerrit Rietberg, tegenwoordig tot Windesheim en HerminaJansen Veerman, dochter van Jan Gerrits Veerman, in Wijnvoordenonder Wijhe’.


Hendrik kwam dus op ‘De Grond’, in de buurtschap Wijnvoorden onderWijhe door zijn eerste huwelijk. Harmina Jansen Veerman was eendochter van Jan Gerrits Veerman, alias Jan Gerrits op De Grond. Hijstaat vermeld bij het Hoofdgeld van 1723 in Wijnvoorden, oud 70jaar en zijn vrouw in de 60 jaren. Hij is lidmaat in 1737.Op 13-5-1748 572 verschijnt Hendrik voor Cornelis Dwars, Scholus vanOlst, Verwalter, Richter van Wijhe en de keurnoten Claas Gerrits enHendrik Gerrits. Tot voogden over zijn twee onmondige kinderenworden benoemd Jannes Stoffers en Berent Engbers. De vader bewijstaan elk van zijn kinderen voor hun moeders goed 4 g.Op diezelfde datum 573 verschijnt Aaltje Egberts met haar man enmomber, Hendrik Rietberg. Tot voogden over haar minderjarigedochter, Gerrigjen Berends, worden benoemd Hendrik Egberts enHendrik Gerrits. Het kind krijgt 41 g. en zilveren knopen.Onduidelijk is of Gerrigje Berends, het kind van Aaltje nog langleeft (mogelijk, maar niet waarschij<strong>nl</strong>ijk woont zij ergens anders),want later dat jaar 1748, bij de volkstelling staan vermeld in deboerschap Wijnvoorden: ‘Hendrik Rietberg in de Gront, Aaltijen zijnvrouw’. Vermeld worden twee kinderen: Derkje (+10) en Gerrit Jan (-10).Op 25-2-1766 574 heeft Hendrik Rietberg aangegeven dat zijn zwager,Evert Egberts, ‘in deze maand februari’ overleden is. Zij hebbeneen deel van de erfenis gekregen: een vierde in een huis, schuren,De Kleyakker. Er is in de akte verder sprake van een JannaHendriks, huisvrouw van wijlen Hendrik Egberts. Die blijkt te zijnoverleden in februari 1762, ook dan is sprake van zijn broer enzuster en de Kleyakker te Olst 575 .Op 5-7-1779 576 wordt een akte van transport opgemaakt door: HermenHendriks Timmerman, Jan Alferingen en Barta Kolkmans; Dik Assendorpen Jenneke Rietberg; Hendrik Holthuis en Hermina Hendriks; HendrikJohannes Kiesebrink en Gerrit Berends Logtenberg, namens dekinderen van wijlen Jan Dijk en Janna Hendriks, aan: Hermen Jacobsen Jennichjen Teunis van een huis, Hendrik Timmermanshuis genaamd,gelegen aan de IJsseldijk.Al met al is duidelijk dat Aaltje Egberts in ieder geval tweebroers had: Evert en Hendrik, mogelijk was de Berent die in 1748voogd over haar kinderen was ook nog een broer.Bij een vermelding is het - meer nog dan anders - oppassengeblazen: er zijn naamgenoten voorhanden.Een Hendrik Rietberg wordt in 1778 genoemd op het Slot. Anna MariaKlumpers, weduwe van Hendrik Jan Dijkhuizen transporteert dan aanHendrik Rietberg op het Slot een kamp zaailand genaamd de Gere,gelegen onder het dorp Wijhe, achter het Weyendal 577 . Blijkensdiezelfde bron is het ‘volschuldige hofhorige erve de Rietberg’gelegen in de Wijher buurtschap Tongeren.Op 14-11-1794 wordt te Wijhe een Hendrik Rietberg begraven.Uit het eerste huwelijk van Hendrik (ged. Wijhe):1. Derkjen, ged. Wijhe 14-2-1734.2. Gerrit Jan, ged. Wijhe 20-11-1740.Uit het eerste huwelijk van Aaltje:1. Gerrichijn, ged. Wijhe 19-2-1735, tr. Jan Dijk, overl. v. 5-7-1779.2. Jan Willem, ged. Olst 18-8-1737 (bij ouders vermeld: ‘teWijhe’).3. Jan Willem, ged. Wijhe 14-9-1738.(?). Jannigie, ged. Vorchten 1-7-1736, ouders: Berent Gerrits enAaltie Egberts.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Wijhe):1. Jennechien, ged. 9-2-1749 (moeder Aaltjen Derks).2. Hendricus, ged. 1750.3. Hermiena, (= nr. 511).


4. Berent, ged. 25-3-1753 (moeder Aaltjen Berends).Generatie XI1024. Harmen Sierks, geb. Bakkeveen 1713, ged. Duurswoude 578 26-3-1713,veenbaas, overl. Veenwouden 1778/1779 579 , tr. (2) Veenwouden 58017-6-1742 Froukjen Fookes van Veenwouden, ged. Veenwouden18-11-1714, overl. Veenwouden na 5-10-1801 (ws. 1803/1804 581 ), dr.van Focke Melles en Aaltje Pieters. Harmen tr.(1) Ureterp2-10-17351025. Claaske Sijes, geb. Twijzel ca. 1712, overl. Buitenpost v.17-6-1742.Bij het eerste huwelijk is Harmen afkomstig van ‘Siegerswolde’ enKlaaske van ‘OpTwijzel’.Bij zijn tweede huwelijk is Harmen afkomstig van Buitenpost en zijnvrouw van Veenwouden.Op 16-2-1743 582 betaalt Harmen een schuld van 17 cg. en 5 st. aan debijzitter S. Westerhoff te Buitenpost.Op 26-4-1745 583 betalen Harmen en Froukje 36 cg. 4 st. 12 p. aan dekoopman Jan Reins, even buiten Dokkum, wegens geleverd hout enkalk.Op 26-11-1746 584 verklaren Harmen, schipper en veenbaas, en FroukjeFockes 75 cg. schuldig te zijn aan Marten Gerbens, huisman teVeenwouden onder de klokslag van Bergum, wegens ‘verschoottenepenningen. Harmen ondertekent (maar die ondertekening is nietopgenomen in de akte zelf), Froukje zet een kruisje.Bij de quotisatiekohieren (Dantumadeel 117) wordt Harmen vermeldals `een arbeider'. Het gezin bestaat in totaal uit 6 personen,waarvan drie boven en drie onder de twaalf jaar zijn 585 . Deaanslag in de quotisatie bedroeg 16-17-0.Op 23-10-1748 586 koopt Harmen een mud klij<strong>nl</strong>and gelegen in de ZuiderSippen Fenne onder Veenwouden (overigens samen met ene LieuweWatzes). De prijs bedraagt 122 gg.Op 17-10-1754 587 verklaren Harmen Sierks en Froukjen Fookes,echtelieden te Veenwouden, 265 cg. schuldig te zijn aan JarigPijtters, mr. schipstimmerman, en Jetske Pijtters, echtelieden teBirdaard. Jarig heeft een nieuwe bollepraam voor Harmen en Froukjegemaakt.Het geboortejaar van Harmen is zeker 1713 geweest. Op 1-7-1756wordt Harmen als getuige gehoord in een zaak tussen de procureurgeneraalen Harmen Michiels, van Veenwouden en zijn wederhelftAafke Sierks 588 . Op die datum wordt Harmen Sierks `oudt in 43stejaer' genoemd. Overigens staat bij zijn getuigenis vermeld: ‘sijndede getuigens en des gevangenens vrouw volle nichten’. Er is dus eenfamilieband tussen Aafke Sierks en Frouckjen Fockes.Op 12-12-1764 589 koopt Harmens Sierks, veenbaas te Veenwouden, tweepollen land onder Veenwouden voor 50 g.Speciekohieren Dantumadeel 1750-1804:1750-Feenwolden Laag Quartier-nr?-Harmen Sierks-2 hh1751-1752 Feenwolden Laag Quartier-nr41-Harmen Sierks-2 hh1753-Feenwolden Laag Quartier-nr34-Harmen Sierks-2 hh1754-Feenwolden Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks-2 hh1755-1766 idem


1767-Feenwolden Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks-2 hh (Sije Harmensvan nr. 50 alhier)1768-Feenwolden Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks-2 hh (Sije Harmensgebr. op nr. 118 alh.)1769-1778 idem1779-Feenwolden Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks-2 hh (HarmenSjerks is overleden, nu desselfs wed.) -1 hh1780-Feenwolden Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks wed. -1 hh1781-1795 idem1796-Feenwoude Laag Quartier-nr35-Harmen Sierks wed. - (het hoofdals voren)1797-1803 idem.1804-Feenwoude Laag Quartier-nr35-Siebe Sjoerds.Uit het eerste huwelijk (in ieder geval):1. Sjirk Harmens, geb./ged.(ned.herv.) Buitenpost 3/6-7-1738.2. Sije Harmens (= nr. 512).1026. Eelke Beins 590 , boer Hardegarijp, Bergum (1741, 1749), Veenwouden(1752), tr. Rijperkerk 27-8-17301027. Trijntje Edses.De filiatie tussen Eelke/Trijntje en Sjoukje (= nr. 513) valt nietvia een doopinschrijving te bewijzen, omdat men doopsgezind was.Wel kloppen alle vernoemingen en het is aannemelijk, dat Sjoukjevernoemd is naar een zus van Eelke: Sjoukje Beins, van Bergum, otr.(1) Bergum 20-11-1729 Fokke Metskes, van Kooten, zij tr. wellicht(2) Veenwouden 6-6-1740 Cornelis Wybes, beiden van Veenwouden.Bij hun huwelijk waren Eelke en Trijntje afkomstig uit Hardegarijp.Quotisatie: Bergum ‘gemeen boer, swaar huisgesin’ 4 + 12/ 6 - 12;aanslag: 41-15-0.1028. Rinse Johannes, geb. Veenwouden ca. 1699, boer onder Bergum (1753)en op stem 9 te Veenwouden (1758), overl. Veenwouden 1-1767, tr.Veenwouden 2-2-17311029. Antje Tjallings, geb. v. 1700, overl. ca. 1739, tr. (1) Veenwouden4-7-1716 Gerrit Jouwerts 591 , boer, geb. v. 1698, wonende teVeenwouden, overl. Veenwouden v. 1728, zn. van Jouwert Harmens enSijbrig Bienses.Belijdenis Veenwouden op 26-2-1747. Diaken aldaar op 25-6-1747 en5-8-1752. Vindplaatsen: Hof civ. bijl. 1004-3, Tie s21 297.Quotisatie: ‘welgestelde boer’ Veenwouden 4 + 12/ 0 - 12; aanslag48-17-0.Floreenkohieren Veenwouden 1758: Rinze Johannes. In 1768 is hijoverleden. Speciekohieren Bergum: komt in 1751 op nummer 15 vanuitVeenwouden. In 1754 vertrekt hij weer terug naar Veenwouden.Op 3-7-1724 koem Antje en haar eerste man, Gerrit Jouwerts, voor ineen niaarneming 592 .Op 27-3-1730 wordt een koopbrief opgemaakt, waarvan de proclamatieszijn op 3-4/29-4/8-5-1730 593 ; het echtpaar koopt dan land.In 1731 594 worden Biense Deddes, in de Valom en Willem Ruirds,huisman te Veenwouden en een oom van moederskant, Wybe Auckes,huisman in de Kuikhorne aangesteld tot voogden over Sybrigh (14),Antie (7) en Jouwert (4), wezen van wijlen Gerrit Jouwerts en AntieTjallings.In 1759 595 worden Rinse Johannes en Eybert Hotses, huislieden teVeenwouden aangsteld tot voogden over Tjebbe (21) en Claes (16), denagelaten kinderen van Melle Dirks, in leven veenbaas teVeenwouden, en Sijke Theunis.


Speciekohieren 1767 nr. 49: 'Rinse Johannes is overleeden en deboerkerij opgehouden (= nr. voortgezet, N.L. van der W.) doorTjalling Rinzes.'Uit dit huwelijk (allen ged. Rinsumageest/Sybrandahuis:1. Jan, ged. 13-1-1737.2. Wyke, ged. 15-3-1739.3. Elske, ged. 1-7-1742.4. Johannes, ged. 8-3-1744.1030. Oeds Gerbens, boer onder Bergum aan de kant van Veenwouden, overl.Veenwouden ca. 1755, otr. Bergum 15-4-1725, tr. Veenwouden13-5-17251031. Neeltje Lieppes, ged. Eestrum 15-1-1698, overl. Veenwouden 5-1758.Op 9-10-1724/16-1/12-2-1725 596 proclameren Marten en Oeds Gerbens,gebroeders, beiden onder Bergum, de aankoop van een huis onderVeenwouden, voor 80 cg.Belijdenis Akkerwoude 10-6-1731, lidmaat Veenwouden 1743 (nr. 71).Quotisatie: Bergum ‘welgestelt boer’ 4 + 12/ 0 - 12; aanslag: 35-9-0.Bij de belastingvermelding in 1753 staat `dochter getrouwd'.Blijkens de speciekohieren leeft Oeds van 1748 tot 1755 op nummer21 van Bergum. Men verhuist in 1756 naar Bergum nummer 36. Daarbijstaat de aantekening dat Oeds overleden is.Floreenkohieren Dantumadeel 1768 de helft van nr. 21: de erven OedsGerbens. In 1758 staat nog gewoon Oeds Gerbens vermeld. Opdatzelfde nummer staat Oeds ook al vermeld in 1738, maar in 1728blijken de erven van ene Claas Wynsen eigenaar. Marten en OedsGerbens te Veenwouden worden op 4-3-1747 597 in de proclamatieboekenvan Dantumadeel genoemd. Zij deden overigens vaker samen zaken 598 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, beiden ged. Veenwouden):1. Jetske, 31-3-17262. Baukje (= nr. 515).1032. Evert Klazes, geb. 1696, mr. grofsmid, overl. tussen 21-6-1747 en6-12-1748, tr. Akkerwoude 30-5-17231033. Elske Jacobs, ged. Murmerwoude 12-9-1706, overl. na 12-1-1749.Op 29-5-1724 599 wordt een akte geregistreerd van 6 mei van dat jaar,waarin Evert en Elske, echtelieden te Veenwouden, verklaren 200 cg.met een rente van 5% schuldig te zijn aan Ant Doedes te Akkerwoude.Op 9-6-1724 600 laat het echtpaar een akte registreren van eenschuldbekentenis d.d. 16-5-1724 aan Anna Grabius, weduwe Faber teLeeuwarden, van 100 cg. van ‘ons vader Claas Everts’.Op 22-5/19-6/3-7-1724 601 koopt Evert een huis met aanbehoren, vanzijn vader, voor 500 cg.Evert wordt op 15-7-1741 genoemd in de klappers op de bijlagen vande civiele sententies; hij is dan 45 jaar.Het echtpaar doet belijdenis op 25-9-1729 te Veenwouden.Op 17-5-1747 602 wordt een akte geregistreerd van 19-2-1747. Evert enElske verklaren dan schuldig te zijn aan Oeds Gerbens en NeeltjeLieppes (= nr. 1030/31), eveneens echtelieden te Veenwouden, ‘dochonder de klokslag van Bergum’, de somma van 50 cg. wegens‘verschoottene penningen’.Op 21-6-1747 603 wordt een akte geregistreerd van 19-12-1743: Evertis 400 cg. schuldig wegens verschotene penningen aan DouweJohannes, huisman in de Valom, als curator over Jan HendriksRitskes nagelaten zoon en boedel. Borg is Hendrik Jacobs, mogelijkeen broer van Elske?Op 27-1-1749 604 laat Elske Jacobs, weduwe van Evert Klases, teVeenwouden een akte registreren van 6-12-1748. Zij is dan 113 cg.


schuldig aan haar zwager, Hattum Pieters te Veenwouden, vanwegeverdiend arbeidsloon. De akte heeft te maken met de afhandeling vanEverts overlijden, want zij heeft bijvoorbeeld huisraad ontvangen.Quotisatie: Veenwouden ‘Evert Claasses weduwe’ , arm, 1 + 12/ 3 -12; aanslag: 5-4-0.1034. Gerk Pieters, veenbaas, koemelker, winkelman, koopman, overl.Veenwouden 1763, otr. Leeuwarden 31-5-1722, tr. Hardegarijp7-6-17221035. Aaltje Meinderts, DG, overl. Veenwoudsterwal na 1773.Bij zijn huwelijk was Gerk afkomstig uit Hardegarijp, Aaltje vanLeeuwarden. De geboden werden te Leeuwarden afgekondigd op 17-5/24-5/31-5-1722.Hij blijkt op 18-2-1727 605 samen met Wybe Wybes voor 1/9 erfgenaamvan Froukje Gerks, wed. Andries Gerks, in leven te Kollumerzwaag.Hun zoon Gerk Andries was in 1708 44 jaar oud en boer teKollumerzwaag , in 1715 woonde hij op het veen, onder de klokslagvan Westergeest. Hij tr. Geertie Jetses.Op 30-7-1700 606 is hij samen met Gerben Wiegers curator overTrijntje (21), Bouck (13) en Tierck Popkes (10), de kinderen vanPopke Gerks en Lysbeth Tierxs.Op 16-12-1704 is hij curator over Antie Gerbens (21), dochter vanGerben Eyses.Op 6-7-1706 is hij curator over Folckert (19) en Tietske (14), dekinderen uit het eerste huwelijk van zijn vrouw, Gertie Jetses teKollumerzwaag met Egbert Clases. Jetse Claases, huisman teHardegarijp en grootvader en voogd over de kinderen maakt bezwaartegen de aanstelling. Op 12-4-1707 wordt Albert Lieuwes, rechter enontvanger te Kollumerzwaag curator zolang Jetse en Gerck het nieteens kunnen worden.Nieuwland vermeldt een aantal vindplaatsen van Gerk: Dan K 13, 164tm. 168 en 170 en dat hij in 1724 een vordering op Gerrit Sjoerdsheeft wegens arbeidsloon.Gerk Pieters is dus in 1727 samen met Wybe Wybes voor 1/9 erfgenaamvan Froukje Gerks, wed. Andries Gerks. Wybe Wybes was veenarbeiderte Bergum, hij tr. Tjitske Cornelis. De zaak speelt versus Folkerten Tiets Egberts gesterkt met haar man, Anne Binnes. Zij zijnkinderen uit het eerste huwelijk van Gertie Jetses. Uit de aktekomen veel zaken naar voren en er zijn zeker indirecte aanwijzingenover de afkomst van beiden t.o.v. Froukje Gerks en Andries Gerks;de familierelatie wordt uiteindelijk niet duidelijk.Het draait allemaal om een obligatie van Gerk Andries en GertieJetses, d.d. 12-10-1695; Gerk en Wybe eisen 2/9e deel van 325 gg.Wybe heeft een zus, Sybrig Wybes; er is sprake van veenen,afkomstig van Rienk Gerks. Die Rienk heeft een broer, Popke Gerksgehad, want er komt een dochter van hem voor, Antie Popkes, dieRienk Gerks haar oom noemt.Stemkohier 1698 Kollumerzwaag (Kollumerland), stem nr. 18, TiepkePieters, eigenaar voor ¼, Gertje Jetses, vrouw van Gerk Andries,uit naam van haar kinderen bij wijlen Egbert Claeses, eigenaar voor¾, Geele Wygers, gebruiker.Stemkohier 1728 Kollumerzwaag (Kollumerland), stem nr. 18, AnneBinnes, uit naam van zijn vrouw, eigenaar, Meyndert Alberts,gebruiker.Stemkohier 1698 Kollumerzwaag (Kollumerland), stem nr. 28, GertieJetses, vrouw van Gerk Andries, uit naam van haar kinderen bijwijlen Egbert Klases, eigenaar en gebruiker.


Stemkohier 1728 Kollumerzwaag (Kollumerland), stem nr. 28, AnneBinnes, uit naam van zijn vrouw, eigenaar en gebruiker.Stemkohier 1698 Westergeest (Kollumerland), stem nr. 46, op 'tVeen, Gosse Martens, uit naam van zijn vrouw, eigenaarBuwe Fockes, gebruiker.Stemkohier 1728 Westergeest (Kollumerland), stem nr. 46, gelegen op't Veen, Antje Pyters, weduwe van Gerk Andries, eigenaar, MartenGosses, gebruiker.Stemkohier 1698 Westergeest (Kollumerland), stem nr. 56, op 'tVeen, Jeen Pyters, eigenaar en gebruiker.Stemkohier 1728 Westergeest (Kollumerland), stem nr. 56, AntjePyters, weduwe van Gerk Andries, eigenaar, Pyter Gosses, gebruiker.Mogelijke ouders van Aaltje: op 23-1-1719 607 worden genoemd MeindertSjoerds en Neeltje Eelties, echtelieden te Rinsumageest, later teBirdaard. Hij heeft een broer, Gerrit Sjoerds (wellicht dezelfdeals hierboven) zij is een dochter van Eeltie Tjisses.Andere kandidaten: Meindert Borman, soldaat in de lijfcompagnie van‘SFDt te voet’ (o)tr. Leeuwarden 3/18-12-1692 Stijntje Jacobs, vanLeeuwarden. Bij een bezoek aan het HCO te Zwolle vond ik een CoertBorman en zijn vrouw, een Meindertsdr.Andere kandidaten: Meindert Tjitzes/Tjessis, tr. Stijntje Bouwes.Kinderen ged. Veenwouden: Bouwe, 29-8-1706; Folkje, ged. 9-11-1708.Op 20-8-1743 608 laten Gerke Pieters, koopman en veenbaas en AaltjeMeinderts voor het gerecht van Dantumadeel een akte vastleggen,opgemaakt te Leeuwarden op 25-1-1743 bij notaris W.G. van Lamminga.Zij verklaren daarin 489 cg. schuldig te zijn aan Johannes Jenties,koopman te Leeuwarden, wegens geleverde winkelwaren. Gerke zet zijnmerk, Aaltje ondertekende volgens het afschrift wel.Op 22-3-1746 609 wordt een akte geregistreerd van 4-1-1741 waarinGerk en Aaltje 200 cg. schuldig zijn aan Wytse Oenes, veenbaas teHardegarijp ‘ter saake gerede en verschootene penningen’.Quotisatie: Veenwouden ‘coemelker’ 4 + 12/ 1 - 12; aanslag: 22-9-0.GAD Speciekohieren: 1752 nr. 32, 1757 nr. 28, heeft 2 dochtersminder in huis, 1763 is overleden, er zijn 2 koeien, 1768 weduwe isverhuisd naar nr. 129, heeft een dochter uitgetrouwd aan GerritEverts; 1773, Gerrit Everts is vertrokken, zonder dat men weetwaarheen, Gerk Pytters weduwe idem.Uit dit huwelijk (allen ged. Hardegarijp):1. Stijntje, ged. 24-9-1724 (36 wkn.).2. Pieter, ged. 13-2-1729 (8 wkn).3. Taetske, ged. 18 mei 1732 (21 wkn).4. Sjoerdje (= nr. 517).1036. Pieter Jans Leij, geb. Finkum 610 ca. 1709, veenbaas, schipper,overl. Veenwouden 1782/1783, doopsgezind, tr. Veenwouden 28-1-17421037. Beitske Jurjens, geb. ca. 1709, ged. Rijperkerk 12-10-1710, overl.Veenwouden 1787.Op 15-12-1748 611 wordt een akte geregistreerd van 9-4-1746 waarinPieter Jans en Beitske Jurjens, echtelieden te Veenwouden 100 cg.schuldig zijn aan Jacob Hessels te Veenwouden. Pieter ondertekenten Beitske zet een kruisje.Quotisatie: Piter van der Ley (de enige naam die in aamerking komt)2 + 12/ 4 - 12; aanslag: 19-17-0.Op 5-4-1753 612 laat het echtpaar een akte registreren van 29-3-1753,waarin zij verklaren 296 cg. schuldig te zijn aan Grietje Ruirds,weduwe Hibbe Hessels te Veenwouden en Goffe Ruirds, huisman onderMurmerwouden.


Op 16-2-1778 613 betaalt Pieter, dan woonachtig op deVeenwoudsterwal, Hendrik Beernts te Dokkum 5 cg., 17 st. voor eenbraamzijl.GAD Speciekohieren: 1752, nr. 85 eveneens 1753-74, daarna 76.Heeft een huis gebouwd in 1746; 1780, heeft een zoon, GerbenPytters uitgetrouwd; 1783 overleden ; 1789 Gerben Pytters woont nogsteeds op nr. 76.1038. Jacob Rinnerts, ged. Driesum 24-4-1701, boer, overl. Driesum 1780,tr. (2) Driesum 20-6-1756 Trijntje Metskes van Driesum, tr. (1)1039. Baukje N.N. (?) Andries, overl. Driesum 1755 614 .Een Jacob Rinnerts van Driesum doet belijdenis te Wouterswoude op30-4-1741.Quotisatie: Driesum ‘welgesteld boer’ 5 + 12/ 4 - 12; aanslag: 60-10-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Dantumawoude c.a.):1. Rinnert, ged. 1-11-1733.2. Andries, ged. 10-4-1735.3. Fockjen, (= nr. 519).4. Trijntje, ged. 3-5-1739.5. Geert, ged. 14-1-1742.6. Sijke, ged. 20-10-1743.7. Aefke, ged. 27-5-1746.8. Claas, ged. 16-2-1749.1040. Beern Boodses, ged. Oostermeer 26-6-1695, schipper, veenbaas,boer, overl. Drachten 1779, tr. Drachten ca. 18-10-17181041. Sytske Minnes, ged. Drachten 10-7-1701, overl. Drachten 1773.Meermalen genoemd in: Turf, o.a. p. 102 'Minne Jans Kortewijk' enMinse Jans Korte of Berend BordzeswijkOp 18-10-1718 615 wordt notaris Marcus Offringa curator over Sytske(dan 17 jaar), op verzoek van Geeske Abels. ‘des bruids moeder’.Op 1/15-5/5-61736 616 proclameert Trijntje Roels, gesterkt met haarman, de aankoop van veen, gelegen in de Nieuwe Dragster Compagnie.Gekocht van Sytske Minnes, gesterkt met haar man voor 370 cg. Dekoopbrief was opgemaakt op 11-1-1736.Op 13-12-1736 617 verkoopt Beern Bodses een zeilboot met zeil entreil aan Johannes Freerks, voor 420 cg. De akte is groyeerd op 29-10-1765. Op ziezelfde dag wordt ook een schuld geroyeerd uit 19-9-1743 618 . Het gaat om een scheiding met ene Sint Jans van eengezame<strong>nl</strong>ijke aankoop op 7-5-1735.De Wijma/Weima onderzoekers vonden de volgende opmerkelijkeaantekening in het kerkarchief van Drachten. `Zeven weken voor mei1719 of 1720 syn getrout Beern Bootses en Sytske Minnes'. Het gaathier om een vermelding in een supplement op de Drachtsterdoopboeken. Een deel van de gegevens was namelijk verloren gegaanen men heeft geprobeerd te herstellen wat gerepareerd kon wordendoor de gegevens direct uit de mond van de betrokkenen te vernemen.Mogelijk is de ondertrouw rond 18-10-1718 geweest en het huwelijkbegin 1719.Turf p. 104: Beern Bodses is 'gecommiteerde van het CompagniesterVallaat in de Noorder Dragten'.Quotisatie: Noorderdrachten, boer 7 + 12/ 2 - 12; aanslag: 73-19-0.Beern komt voor in de speciekohieren te Noorderdrachten: nr. 147(1761). Dat blijft lange tijd zo. In 1779 staat vermeld: ‘nu vrije,uit de boerkerie gescheiden en twee hoofden vertrocken naOpsterland met naame Claas Beernts en syn vrouw, de beidedienstboden vertrocken, in plaats Hendrik Beernts van no. 217’.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):


1. Minne (= nr. 522).2. Klaas, ged. 30-1-1724.3. Jan, ged. 28-9-1727, overl. v. 11-10-1804 619 .4. Bodse, ged. 9-7-1732, verl. v. 11-10-1804.5. Hendrik Berends de Boer, geb. ca. 1739, overl. Smallingerland 1-1-1824.6. Geeske, overl. v. 11-10-1804, tr. Jochum Willems. Op 1-9-1718 620zijn haar drie broers curatoren. Jochum Willems is namelijk doorhet Hof van Friesland tot ‘prodigus’ verklaard. Enkele jareneerder, op 8-6-1791, vond er een inventarisatie plaats ten huizevan Geeske en Jochum 621 .1044. Wopke Clases, tr.1045. Trijntje Johannes, overl. 1771/1772.De speciekohieren van Smallingerland noemen Trijntje Johannes voorhet eerst bij naam in 1764. Dan is zij gebracht op Noorderdrachtennr. 156. Zij zou identiek kunnen zijn aan de ‘weduwe van ClaasGerkes’, die daar al eerder op genoemd wordt en in hetzelfde huiswoonde als Douwe Tjeerds, die in 1764 op nr. 176 gebracht is.In ieder geval is Trijntje overleden rond 1771/1772, want dan staatvermeld: ‘Trijntje Johannes, overleden, de zoon Claas Wopkes,vrijgesel’. Klaas is dus een broer van Jentje.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):1. Claas.2. Jentje(= nr. 522).1046. Jacob Ottes, tr.1047. Froukjen Hendriks.Mogelijk gaat het hier om Jacob Atses en Froukje Gaukes. Zij wordenvermeld in een aantal hypotheekaktes, in 1719 voor het eerst, teNoorderdrachten als veenbaas en doopsgezind (op d.g. lidmate<strong>nl</strong>ijsten bewonerslijst van Berend Fabricius). Hun zoon Gauke neemt in1811 de naam Hoogeveen aan. Hendrik Minnes (Weima) x FroukjeJentjes, dochter van Jentje Wopkes (Veenbaas) x Jitske Jacobs(Weima). Het blijft lastig connecties zoeken, omdat devermoedelijke ouders van Jitske, Jacob Atses en Froukje Gaukesdoopsgezind waren. Jitske wordt bij haar trouwinschrijving 'Jitje'genoemd. Het aardige is, dat ik als vermoedelijke vader van Froukjeeen Gauke Harmens gevonden heb, die is hertrouwd in Drachten in1697 met Ietje/Jitje Ryckles 622 .Mogelijk voorgeslacht: Jacob Ottes, van Drachten, tr. Opsterland 3-3-1642 Siouck Hylckes.1052. Jan Joukes, mog. ged. Oostermeer/Eestrum, 21-9-1704, boer op ’tZwartveen onder Opeinde, overl. 1770/75, tr. Suameer 8-3-17331053. Wypkien Hendriks, ged. Suawoude 23-3-1710.Bij huwelijk waren beide echtelieden afkomstig van Suameer.Nieuwland meldt: dat Jan in 1770 nog curator is over zijn kleinzoonJan Sybes (M 17) Verdere vindplaatsen: SMA N2 1888 (1775); TIE S 19382, 445.Uit dit huwelijk:1. Hendrik, (= nr. 526).2. Jouke, ged. Suameer 4-1-1739.3. Aukje.1054. Sybren Jelkes 623 , geb. Selmien, ged. Wynjeterp/Duurswoude/Bakkeveen2-12-1703, huisman te Selmien, Lippenhuizen en Ureterp, overl. na1776, tr. v. 12-5-1734


1055. Hylkje Cornelis.Uit de speciekohieren van Smallingerland en opsterland valt op temaken dat Sybren vanaf de jaren 60 en 70 van de 18 e eeuw regelmatigheen en weer pendelde tussen beide grietenijen. Zo is hij in 1764op Zuiderdrachten nr. 4, afkomstig van Ureterp.Vermeld is verder dat zijn huis in 1760 is afgebrand en dat het in1761 weer is opgebouwd.In 1768 komt hij voor op Zuiderdrachten nr. 188, in 1772 naarZuiderdrachten nr. 4, in 1774 naar Ureterp, in 1775 opZuiderdrachten nr. 193 en in 1776 weer naar Ureterp, Daar heb ikhem echter niet terug kunnen vinden.Sybren Jelckis en Hylckjen Cornelis, echtelieden, en Binne Jelckesen Sybren Goitses, allen woonachtig te Lippenhuizen, proclameren op20-5/27-5/10-6-1734 624 de aankoop d.d. 12-5-1734 van een huis c.a teLippenhuizen. Het is op een ‘auctie’ voor ruim 349 gg. gekocht vanMarten Berends, Jelcke Allis en Douwe Martens, eveneens afkomstigvan Lippenhuizen.Op 27-5/10-6-1734/22-9-1735 625 proclameert het echtpaar een aankoopd.d. 12-5-1734 van een huis c.a. te Terwispel, bij de weg. Zijhebben het gekocht van D.B. Lyclama a Nijeholt.Op 21-4/28-4/16-6-1735 626 proclameert het echtpaar, dan teLippenhuizen, een landaankoop (‘grasinge’) van Saco van Teyens.Op 27-3-1749 627 staat Sybren Jelckes, huisman te Selmien, borg bijeen schuldverklaring van zijn broer, Binne Jelckes en diens vrouw,Fimke Gosses. Quotisatie: ‘boer’; 4 volwassenen, 3 kinderen; 54-19-0.Uit dit huwelijk (in ieder geval(:1. Jelke, ged. Ureterp/Siegerswoude 10-11-1737.1056. Jurjen Jurjens van Cappelen, van Kappeln (D), begr. Wedde2-10-1739.1068. Hindrik Alberts Docter, van Wildervank, tr. Veendam 8-5-17011069. Roelofjen Menses, van Veendam, ged. Veendam 3-4-1681.Huwelijkscontract Veendam 6-6-1701 628 : aan de bruidegoms zijde:Albert Hindriks, vader; Ryckent Alberts, broer; Hindrik Lucas enGretien Alberts, zwager en zuster. Aande zijde van de bruid: MensoEylerts, vader; Jan Arents, Wycher Arents, Remmert Arents, ooms (denamen van de eerste twee zijn doorgehaald: wellicht toch nietverschenen).De vraagtekens zijn absoluut noodzakelijk. Wellicht zijn zij nietde vader en moeder van ‘onze’ Albert Hindriks (= nr. 534). Zie ookGN 54 (1999), p. 616 (alwaar ook verdere voorouders van HindrikAlberts Docter en Roelofje Menses). Opmerkelijk: daar wordt ‘onze’Albert Hindriks niet genoemd bij de kinderen van Hindrik enRoelofje Menses. Mogelijk ook loopt de naam via een vrouwelijkelijn: de oudste dochter, Hindrikje Hindriks tr. (hc) Veendam AlbertHarms.Wanneer ik deze informatie vergelijk met enkele gegevens, die ikvan dr. P. Bos mocht ontvangen, dan kom ik tot de volgendetussentijdse conclusie: er lijkt in het gezin van Hindrik Albertsen Roelofje Menses ook een Albert Hindriks Docter te moeten zijn.Verder vernoemt onze Albert Hindriks zijn (vermeende) moeder,Roelofje, niet. Nader onderzoek.1070. Mr. Eerke Hindriks Jongebloed, tr.1071. Catarina Lysebeth N.N.


Op 17-1-1742 629 verkopen zekere Claas Clasen en Geertrui Daniels aanMr. Eerke Hindriks Jongebloed en zijn vrouw Catrina Lysebeth.Kan er een relatie zijn met deze mensen?Annigjen Erekes, gedoopt op 14-08-1698 te Veendam, trouwde metHindrik Jacobs en kreeg de volgende kinderen:02-10-1718 Ereke, 25-02-1720 Aaltjen, 28-02-1723 Wije, 11-06-1724Wije, 13-03-1726 Jacobjen, 18-04-1728 Frouwke, 26-11-1730 Erekjen,10-01-1734 Maria, 30-12-1736 Jacob, dochter van Eerke Jansen enWije Harmens. 6301080. Hebel Klaassens 631 , geb. 1686, olderman van het schippersgilde inde Kyl/Lula, overl. 1752, tr. 17121081. Jeltje Johannes, geb. Lula 1681.Op 9 september 1714 staat in de lidmateboeken van Hoogezandvermeld: ‘Jeltjen Johannes H.vrouw van Hebel Claessen uijt deLula’.Uit dit huwelijk zes kinderen te Kiel-Windeweer, waaronder:1. Klaas (= nr. 540).2. Johannes, geb. 1729, tr. Gouke Hanssens, nakomelingen noemenzich Van Klinken.3. Hindrik, geb. 1736, tr. Hilletje Lues (zijn nicht); hun zoonHebel kiest voor de achternaam Van der Klap, hun zoon Lue Hindrikskiest voor De Vries.1120. Wilke Berends tr. Bellingwolde 1-5-1729 Grietje Harms, tr. (2)Bellingwolde 14-5-17311121. Sanne Jans.Mogelijk is Wilke gedoopt te Bellingwolde op 8-2-1705 als zoon vanBerent Hinders en Grietje Wilkes.P. Bos te Zwolle meent, dat Sanne (op basis van haar aldaar weinigvoorkomende naam, via een vooralsnog hypothetische Jan (Hindriks?))af zou kunnen stammen van de hierboven genoemde Hinderk JansTimmerman en Susanna Bontjes (= nr. 2260/61).Uit het eerste huwelijk:1. Berend, ged. Bellingwolde 13-11-1729.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Bellingwolde):2. Berend (= nr. 560).3. Geertjen, ged. 4-10-1733.4. Grietje, ged. 2-10-1735.5. Jantje, ged. 27-7-1738.6. Trijntje, ged. 24-4-1740.7. Jan, ged. 23-3-1742.8. Fennechien, ged. 16-2-1744.1122. Wessel Wessels, tr. Bellingwolde 15-4-17311123. Elsken JansOp 5-6-1735 staan op de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Bellingwolde genoteerd:‘241 Teubke Jans h.v. v. Albert Harms’ en ‘242 Elske Jans h.v. v.Wessel Wessels’.Uit dit huwelijk (allen ged. Bellingwolde):1. Hille, ged. 17-2-1732.2. Trijntje, (= nr. 561).3. Harm, ged. 22-9-1737.4. Jan, ged. 28-2-1740.5. Zwaantje, ged. 5-5-1743.6. Teubke, ged. 25-6-1747.


1124. Geert de Kraker, overl. 1741 (v. 14-1-1742), tr. (hc) Nieuw Beerta19-12-17341125. Hilke Pieters, ged. Finsterwolde 6-5-1714, overl. v. 24-6-1759,tr. (1) (hc) Nieuw-Beerta 18-5-1730 Jacob Engelkes, ged.Nieuw-Beerta 1-4-1703 zn. van Engelke Jacobs en Hilcke Peters,tr. (3) (hc) Nieuw-Beerta 28-2-1744 Aapko Jacobs.Mogelijke doop?: Nieuw Beerta 12-10-1713, zn. van Derk Jans enGeesken Jans.Geert is volgens een aantekening in het kerkboek overleden voor dedoop van zijn dochter Geertje.Bij het eerste huwelijk 632 :Hilke trouwde met Jacob Engelkes, zoon van Engelke Jacobs en HilckePeters, op 18-05-1730 in Nieuw-Beerta. (Jacob Engelkes werd geborencirca 1703 in Nieuw-Beerta, gedoopt op 01-04-1703 in Nieuw-Beertaen overleed vóór 1734 in Nieuw-Beerta.)Namens de bruidegom: Rijko Engelkes, broer; Abraham Engelkes,broer; Grietje Geers, halve schoonzuster; Jan Harmens en JantjenRijkes, half broer en halve schoonzuster; Harmen Rijkes en AntieRijkes, vaders half broers kinderen evenzo Luppe Haijkens en FroukeRijkens en Grietie Rijkens; Epko Hannes en Lupke Fockens,bruidegoms vader half zusters kinderen; Eebel Rijkens, bruidegomsvaders half zuster dochter; Geert Onnes en Weije Renkes, bruidegomsvaders half broers kinderen.Namens de bruid: Pieter Onnes en Lijsabeth Alders, vader en moeder;Jochum Franssen en Fockje Harms, bruids moeder volle neef enaangetrouwde nicht.Bij het tweede huwelijk van Hilke: huwelijkscontract Nieuw Beerta17-12-1734 (RAG, ORA, T. 731, inv. nr. 7135, fol. 63v). Daaruitblijkt, dat de ouders van Geert niet meer in leven zijn. Er issprake van twee curatoren: Hendrik Abbas, oud kapitein en pastorFrederik Beckering. Ook is een aangetrouwde tante aanwezig,Geertjen Jans. Zij is weduwe van Gerhard Claus. De laatste moet duseen oom van vaders- of moederszijde zijn. Verder waren aanbruidszijde aanwezig: haar ouders, Pieter Onnes en Lysabeth Alders(haar naam is overigens doorgehaald en ze ondertekent ook niet; zeleeft zeker nog wel, want op 24 juni 1759 ondertekent ze nog hethuwelijkscontract van haar kleinzoon, Gerrit Geerts Kraaker);Jochum Franssen, bruids moeders volle neef. Getuigen zijn DerkThomas en Jan Jans Pijpker.De oom, Gerard Claus, had een huwelijkscontract met Geertje Jans teNieuw-Beerta op 2-7-1723 (en ze komen als getuigen in veelhuwelijkscontracten voor). 633Fol.531 - 26 november 1739 - Geert Kraker en Hilke Pieters (ehel.),in de Beerta, lenen van Rijke Engelkes, als diaken in de Beerta,200 car.gld. à 42%. Getuigen: Wigbolt Pieters en schoolmeesterW.Houwink.Bij het derde huwelijk van Hilke: zij trouwt Aapko Jacobs. Dieondertekent als stiefvader van Gerrit Geerts de Kraker dienshuwelijkscontract.Bij huwelijk beiden afkomstig uit Nieuw Beerta.Getuigen bruidegom: Tettje Waldricks, halfzuster; Tiddo Egberts enSieke Hindriks, oudzwager en aangetrouwde schoonzuster; JoostPieters en Jacob Pieters, volle neven. Getuigen bruid: Pieter Onnesen Lijsabeth Alderts, ouders.In 1752 wordt te Nieuw-Beerta de boedel geinventariseerd van Hilkeen haar derde man, Aapke Jacobs 634 .Uit het huwelijk van Jacob Engelkes en Hilke Pieters (ged. Nieuw-Beerta):1. Engelko, ged. 21-12-1732


Uit het huwelijk van Geert de Kraker en Hilke Pieters (ged. Nieuw-Beerta):1. Gerrit Geerts Kraker(= nr. 562).2. Lysbeth Geerdes Kraker, ged. 2-8-1739, tr. Finsterwolde 6-4-1764Ebo Römeling, wedman en collector te Finsterwolde, overl.Finsterwolde 11-1785.Bij het huwelijk: bruidegom, collector te Finsterwolde: WillemRoemelingh, volle broer, Jan Tiddes en Frouwina Roemelingh, zwageren volle zuster, Anna Roemelingh, volle zuster, Driewes en HenrikusJans, zusters zoons, Dideri-cus Harms en Elske Harms, zusters zoonen dochter, Pieter Fokkes en Jantje Jans, aangetrouwde zusters zoonen zusters dochter, Meinard Harms, zusters zoon, Ebo Jans, volleneef, Anje Jans, volle nicht, Jan Korne-lis en Renske Geerts, neefen aangetrouwde nicht, Jan Rotgerts, halve neef.Bruid: Aapko Jakobs, stiefvader, Gerrit Geerts de Kraker en AlkeOkkes, volle broer en schoonzuster, Oest Jurriens en Geertje Geertsde Kraker, zwager en volle zuster, Aaltje Aapkes, halve zuster, JanHarms Haken en Woltje Jochums, aangetrouwde halve neef en halvenicht, Lies-beth Jochums, halve nicht.3. Geertje Geerts Kraker, ged. 14-1-1742, tr. Nieuw-Beerta 25-4-1762 Oest Jurjens, schatbeurder, zn. van Jurjen Oesten en HeijltjeRimpts, (tr. (1) Nieuw-Beerta 11-2-1748 Alberdina Jans.Geertjes grootmoeder, Lijsbeth Alderts, is getuige bij het huwelijktussen Geertje en Oest.Op 5-6-1770 Pinksterdag zijn te Nieuw-Beerta ‘Na belijdenisaangenomen (…) Geertien Geerts de Kraker huisvrouw van OestJurjens, schatbeurder’.Bij het eerste huwelijk van oest Jurjens: zijn namens de bruidegomaanwezig: Hoijte Rimpts, moeder; Rimpt Jurjens, broer; Janna enHilke Jurjens, zusters; Ames Harms en Lijzabeth Rimpt, aangetrouwdeoom en tante; Derk Geerts, aangetrouwde oom; Ludewe Jans, nicht;Jurjen Pieters, neef; Jan Harms Haken, halve neef.Namens de bruid: Harm Jans, stiefvader; Jan Harms, stiefgrootvader;Alberdina Hindriks, nicht; Anna Jurjens, nicht1126. Okke Okkes, geb. Wagenborgen ca. 1715, overl. tussen 24-6-1759 en19-5-1765 635 tr. (2) 11-6-1751 Lamme Alles 636 , zij tr. (2) (hc)19-5-1765 Roelf Everts, uit Eexta, Ocke tr. (1) (hc) Nieuw Beerta17/20-2-17371127. Fokje Jans, geb. Eexta, ged. Scheemda 25-2-1714, overl. v.11-6-1751.Bij zijn huwelijk was Okke afkomstig van Wagenborg (gemeenteTermunten). Bij haar huwelijk was Fokje afkomstig van Eexta.Huwelijkscontract Nieuw Beerta, d.d. 17-1-1737 637 . Aanbruidegomszijde: Geert Hindriks en Wijje Campen, volle oom (zeerwaarschij<strong>nl</strong>ijk ook voormond) en diens vrouw; Aaltje Hindriks enAbel Luppes, volle tante en haar man; Anje Geerts, volle nicht;Harmen Egberts, halve neef en sibbe voogd (die overigensondertekent met een slecht leesbare familienaam: `Kluige?'). Aan debruidszijde: Jan Scheltes en Swaantie Jans, ouders; Karsjen Willemsen Epke Jans, zwager en zuster; Jan Freerks Jans, broer en EltjeJans, zus. Getuigen waren Roelof Geerts en Andries Rijkens.Bij het huwelijkscontract (in 1751) tekenden namens Ocke: AaltjeHendriks, volle moei; Jacob Geerts, volle neef en sibbevoogd overbruidegoms voorkinderen; Hindrik en Fenje Geerts, neef en nicht;Hindrikje Abels, volle nicht; Jan Freerks, principaal voormond;Tjapke Poppes, vreemde voogd; Swaantje Jans, moeder van Ocke'seerste vrouw; Luitjen Beerents en Auwe Jans, zwager en zus vanOcke's eerste vrouw; Pieter Jans, broer van Ocke's eerste vrouw;


Karsien Willems, zwager van Ocke's eerste vrouw. Voor de bruidtekenen o.a. Trijntje Harmens, moeder.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Nieuw Beerta):1. Hindrik , ged. 11-9-1739.2. Alke (= nr. 563).3. Swaantje, ged. 20-12-1744, begr. Westerlee 4-10-1771, tr. (hc)Westerlee 10-3-1763 Sunne Tiddes Westing, begr. Westerlee 26-8-1774, zn. van Tidde Fekkes en Jantien Jans.1128. Nicolaus/Niklaas/Klaas Hindrix , tr.1129. Helena/Magdalene/Leentjen Tholens/Tholes/Tooles/Toles, ged.Winschoten 4-3-1681.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Winschoten):1. Hindrik, geb. ca. 1710, afkomstig uit Winschoten, begr. ald.1-6-1742, tr. Winschoten 15-11-1733 Stijntien Wolters, afkomstiguit Westerlee, tr. (2) Winschoten 11-10-1744 Jan Jans, afkomstiguit Winschoten.2/3. (tweeling) Fennigjen, jong overleden, en Geesjen, ged. 10-1-1712, begr. Winschoten 27-10-1755, tr. Sicko Mekkes, schoenmaker,begr. Winschoten 24-6-1753.3. Fennegien, ged. 2-9-1714.4. Thole, (= nr. 564).1130. Bontje Hindriks 638 , overl. Bellingwolde na 1726, tr. Bellingwolde9-3-17101131. Albertje Alberts, geb. Bellingwolde, overl. Bellingwolde ws. na1726.Uit dit huwelijk (allen ged. Bellingwolde):1. Hinderk, ged. 1-2-1711.2. Jan, ged. 15-1-1713.3. Sanne, (= nr. 565).4. Albert, ged. 22-1-1719.5. Diurt, ged. 13-3-1722.6. Marten, ged. 29-10-1724.7. Jurt, ged. 4-8-1726.1134. Harm Jans, chercher, tr.1135. Marieke Jans.Mogelijk is dit dezelfde man:Jovis den 5 October 1724. Toegangsnummer 1, inventarisnummer 167 Isin actis geteikent dat Harm Onneken als nieuws angestelde Cherchertot Westerlee, den Eedt daar toe staande ter Vergaderinge heeftaffgelegt 639 .1136. Lucas Egberts, tr.1137. Fygjen Gerrits.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Westerkluft:Huisgezin: Lucas Egberts en huisvrouw Fygjen Gerrits.kinderen boven 10 jaar: Gerrit, Tryntjen.kinderen beneden 10 jaar: Willem, Egbert.knechten en meiden ---.inwonenden en kostgangers ---.Uit dit huwelijk:1. Gerrits, (= nr. 568).2. Tryntjen.3. Peter, ged. Wanneperveen 23-12-1742, getuige:Barber Jans.


4. Willem, ged. Wanneperveen 23-1-1746, getuige: Trijntjen Luikas.1138. Jan Karsten (ook: Jan Kerst), ged. Wapserveen 24-10-1717, overl.Kolderveen 21-12-1806, tr. Wapserveen 4-10-17401139. Geertijn Roelofs Harms (ook: Geertjen Roelofs), ged. Kolderveen1716 (doopdatum onvolledig overgeleverd).Uit dit huwelijk (in ieder geval):Geertje Jans Karsten, ged. Kolderveen 1-11-1741 (er staat in hetdoopboek inderdaad ‘Geertje’, maar op basis van devernoemingsregels zou een dochter ‘Grietje’ veel logsicher zijn:beide grootmoeder zijn getooid met die naam. Ik heb de doop van nr.569 niet kunnen vinden, maar op basis van die vernoemingsregels ende tijd denk ik, dat zij de hier gedoopte Geertjen is).2. Hendrikje Jans Karsten.3. Roelof Jans Karsten.4. Peter Jans Karsten.5. Hendrik Jans Karsten.6. Kier Jans Karsten, ged. Wapserveen 23-4-1752.7. Geertruijt Jans Karsten, ged. Wapserveen 1-2-1755.8. Hendrik Jans Karsten, ged. Kolderveen 19-3-1756.9. Roelof Jans Karsten, ged. Wapserveen 24-12-1758.10. Aaldert Jans Karsten, ged. Wapserveen 11-4-1762.11. Bate Jans Karsten, ged. Wapserveen 31-3-1765.1140. Wyger Gerrits Heite, doopsgezind, (o)tr. Giethoorn 2/20-12-17391141. Berendje Claasen Knol, overl. v. 21-12-1764, (o)tr. (2) Giethoorn26-12-1756/14-1-1757 Klaas Wychers Zwier, wonende te Giethoorn,afkomstig uit Zuidveen. Klaas (o)tr. (2) Giethoorn 31-5/22-7-1765Aaltje Jans, van Giethoorn.Volkstelling 1748 nr. 2352 Huisgezin: Wicher Gerris en vrouBerentien Klasen. Kinderen boven 10 jaar: ---. Kinderen beneden 10jaar: Gerrit, Klaas en Gesien Wichers. Knechten en meiden: ---.Inwonenden en kostgangers: ---. Schoutambt Giethoorn.Uit dit huwelijk:1. Gerrit, geb. Giethoorn 11-11-1740, overl. Giethoorn 25-3-1824.(o)tr. Giethoorn 2/18-12-1763 Margje Roelofs Bollen, geb. Giethoorn15-5-1740, dochter van Roelof Peters Bollen en Kersten Harms.2. Klaas (= nr. 570).3. Geesje, geb. Giethoorn 8-1747, overl. Giethoorn 31-12-1816.(o)tr. Giethoorn 13/29-11-1767 Gerrit Hendrik Schreur, geb.Giethoorn 2-2-1745, overl. Giethoorn 28-1-1825.1142. Hendrik Wygers Puite, tr.1143. Fennigje Roelofs.1144. (?) Jan Derks Groot/de Groote, ged. Veendam 19-9-1697, begr.Zuidbroek 13-4-1735, tr. Veendam 14-4-17201145. Annichjen Thies 640 , ged. Veendam 11-8-1700, begr. Zuidbroek15-6-1770, tr. (2) Siddeburen 5-4-1738 David Derks, begr.20-7-1798, tr. (2) Hilke Ayelts.In 1738 wordt de boedel beschreven van Jan Derks en AnnigjeThies 641 .Uit het tweede huwelijk:Johannes Davids Suk, geb. Muntendam 1739, ged. Zuidbroek 1739.Abraham Davids, ged. Zuidbroek 1741.1146. Jan Alberts Kater, tr. Nieuwe Pekela 8-10-17191147. Engeltje Willems.


Uit dit huwelijk (allen ged. Nieuwe Pekela):1. Albert, tr. Nieuwe Pekela 18-1-1756 Hindrikje Roelofs.2. Egbertje (= nr. 573).3. Willem, tr. Nieuwe Pekela 4-2-1753 Beertje Jurjens .4. Grietje, overl. Nieuwe Pekela 16-4-1822, tr. Nieuwe Pekela 26-6-1757 Garrelt Jans.5. Evert, overl. Nieuwe Pekela 9-8-1819, tr. Nieuwe Pekela 23-5-1762 Antje Jans Garrelts ((hc). 21-5-1762).1148. Peter Roelefs, tr.1149. Jantje JacobsUit dit huwelijk:1. Roelf Pieters, tr. (1) Antje Karses; tr. (2) Anje Aukes, ged.Zuidbroek/Muntendam 24-6-1726.2. Jacob Peters Roosien, tr. Veendam 17-2-1726 Trijntjen Rijkents,overl. Veendam 31-10-1781.3. Aagje Peters, ged. Veendam 3-1727, overl. Veendam 2-1-1783, tr.Veendam25-1-1722 Uge Jans.4. Timen Pieters Roossien, tr. Veendam 17-12-1724 Aaltjen Berents,overl. Veendam 26-10-1782, dochter van Berent Jacobs en NieseLubberts.5 Frans Peters Roosje, tr. Veendam 24-8-1722 Claasjen Rijckents,dochter van Rijkent Rijkents en Petertje Clasens.6. Wolter Pieters Roosje (= nr. 574).7. Andries Pieters Rosijn/Roosjen, geb. Veendam 1715, tr. (1)Veendam 26-7-1739 Jantjen Jacobs, geb. Hellum 1719, otr. (2)Veendam 20 juni 1751 Annechjen Jans, geb. Veendam 1730.1150. Jacob Jacobs, tr. Wildervank 13-2-17241151. Hillegien Jacobs.Uit dit huwelijk:1. Sijbrich Jacobs ± 1725-????2. Nn Jacobs ± 1729-????3. Arentje (Ook Arentjen) Jacobs ± 1730-????4. Ubbe Jacobs ± 1732-????5. Jacob Jacobs1154. Hannes Jansen Cotman/Kotman, overl. na 3-7-1758, tr. v. 23-9-17261155. Geesje Jansen, overl. tussen 8-1748 en 3-7-1758.Op 23-9-1726 642 komen de efgenamen van wijlen Jan Bos bijeen, omvast te laten leggen, dat zij aan hun verplichtingen hebben voldaanjegens hun ‘broeder en neve’ Gerrit Jansen Vrijlinck. Het gaat om:Arjen in ‘t Holt en zijn huisvrouw A... Alberts; Willem Hekhuis enzijn vrouw Hendrikje Hendriks; Albert en Derk Jansen; GeesjenJansen en Hannes Jansen. Vermoedelijk zijn dit ‘onze’ Hannes enGeesje.Bij de volkstelling van 1748 woonde het echtpaar Hannes Cotman enGeesje Jansen met hun dochter Jannigje, gehuwd met Derk Jansen op't Erve Cotmans in de boerschap Beerze. Twee kleinkinderen onder 10jaar, Jan en Jannegje, werden meegeteld. Verder is er een scheeper,Jan Jansen en een meid, Geesje Jansen.Personele quotisatie 1750: Hannes valt in de 11de klasse (onder200) en betaalt 4 (gulden). Vuurstedengeld 1751: Jan Kotmans,eigenaar Vrouw douarière Van Raasfelt tot Heemse. De post isdenkelijk jare<strong>nl</strong>ang ongewijzigd overgeschreven.


Hannes Jansen Kotman, oude boer op het Kotmans te Beerse, testeertop 3-7-1758 643 , ziek te bed liggende; universele erfgenamen zijn dedrie kinderen van zijn vooroverleden dochter Jannegien Hannesen:Jan (= nr. 288), Jannegien en Frederika Derks. Jan krijgt 100gulden en een enterpeerd of 40 caroliguldens, daarnaast krijgt hijeen stuk linnen. De twee dochters krijgen ieder 45 gulden en nazijn dood 5 van de beste schapen, ieder een goede koe, twee stuklinnen en elk een ‘bedde met zijn toebehoren en gestopt met veren,mitsgaders het geld voor de wolle’. Verder begeert de testator datzijn landheer, Baron van Voerst te Bergentheim, één van de kinderenop het erve Kortman zal laten wonen.Van Kots via Cotmans naar Kortman.‘Naar deze kant van de weg overgestoken, aan de ene kant van debrink, bevinden zich twee erven van mindere stand, al zijn ze nogzo mooi en oud: het zijn de twee woningen van Ko(r)tman (nr. 22 en24) die - de naam duidt het al aan - vroeger keuterboeren waren engeen gewaarden van de marke. Ze hoorden er dus van oudsher nietecht bij; toch boerden deze keuters soms beter dan de gewaarden,omdat ze vrij waren van allerlei gemeenschappelijke verplichtingen.De laatste Kortman is in 1959 op 89-jarige leeftijd overleden. Hijwas een rasverteller, door wiens toedoen vele oude verhalen van destreek zijn blijven leven.’ 644 De naam Kortman is inderdaad in datjaar van het erf verdwenen, maar nog in maart 2001 sprak ik met eenkleindochter van deze man. Haar moeder was een Kortman. Tot in dezedagen woonde er dus nog een Kortman op het erf, al heeft die stamKortman uiteindelijk plaats moeten maken voor de families Willeringen Hierink.Het moet inderdaad een oeroud erf zijn. Het zal er niet ver van afzijn, als we de ouderdom op circa 500 jaar stellen. Er zijnnamelijk wel aanwijzingen over de bouwtijd. Op 9-11-1974 645besteedde de journalist G.J. Eshuis - bezig met een reeks artikelenover Beerze en omgeving - in het Dagblad van het Oosten aandachtaan het erf Kortman. Hij meldt het volgende - en ik heb dat horenbevestigen door de zojuist genoemde kleindochter. “Al wordt heterve Kotman nog niet genoemd in het schattingsregister van 1457,het kan toch bogen op een respectabele ouderdom. Toen - jarengeleden - de bedsteden in deze behuizing plaats moesten maken voorslaapkamers, werd ook een ‘stekbaand’ (verbinding tussen verticaleen horizontale gebintbalk) met het jaartal 1512 er in gebeiteld,uitgezaagd. De oude baas wilde deze echter nog “in weerde” houdenen zodoende heeft deze “oudheid” in de schuur weer een plaatsjegekregen.’Dat jaartal geeft wel een aardige aanwijzing over de bouwtijd, wantin 1557 wordt het erf `Cotmans' wel genoemd 646 .Vuurstedengeld 1682, Beerse nr. 4: gebruiker Jan Kotmans, eigenaar:Juffer Schaaps. Een Jan Geertsen van Beerse is op 17-6-1689 647 eencrediteur in de inboedel van Trijne Jansen, de vrouw van wijlen JanWillemsen aan den Bisschop te Linde.Op 12-10-1704 648 compareren Jan Geerts, zijn vrouw Gesien Hendriksen hun zoon Hendrik Jans en diens huisvrouw Geertien Hendriks,beiden van het Kotman te Beerse. De eerstgenoemden zijn‘meyerluiden’ op ‘‘t Kots’ te Beerse. Men legt vast, dat dejongelui - uiteraard met tegenprestatie - het erf Kotman op zullengaan.Nog geen vier jaren later blijkt Geertien Hendriks te zijnoverleden. Op 1-5-1708 649 zijn Gerrit Jans, oom van vaderszijde, enHendrik Hendriks Welinck, oom van moederszijde, mombers over dekinderen van wijlen Geertien Hendriks: Aaltje en Hendrik Hendriks.


Op 15-5-1731 650 worden de huwelijkse voorwaarden opgemaakt tussen:Hendrik Egberts, in de Brake tot Junne, en zijn zoon Jan Hendriks,bruidegom en Derk Jans van het Vrijlinck te Stegeren, aan de anderekant compareren Hendrik Jans Kotman en zijn dochter AaltjeHendriks. Aaltje blijkt woonachtig op het Vrijlinck. De echteliedenbrengen beiden have en goed in en ze gaan het erf Vrijlinck op. Zijkrijgen het vruchtgebruik maar moeten dan wel de oude boer, DerkJans, onderhouden. Aaltje blijkt al eerder gehuwd te zijn aan JanJansen. Uit dat huwelijk heeft zij één dochter, Eefse Jans.Op 3-7-1729 651 leefde Jan Jannisen nog, want dan wordt het echtpaargenoemd in een akte van cessie. Aaltje is dan dochter en enigeerfgename (haar broer Hendrik Hendriks leeft dan dus niet meer) vanwijlen Geertien Hendriksen, in leven getrouwd geweest aan HendrikJansen uit het Kotmans tot Beerse.Op 8-6-1735 652 geeft Geertuid Derksen van Holthieme een volmacht af.Zij is afkomstig uit het kerspel Hardenberg, maar is nu ‘de oudevrouw’ op het Cotmans te Beerse. Haar man (denkelijk HendrikKotmans) moet overleden zijn, want haar schoonzoon Jan HendriksCotman is momber.Mogelijke voorouders van Hannes of Geesje: op 31-10-1706 trouwen teHeemse Jan Hanssen j.m. van Diffelen en Hendrikien Geertsen j.d.van Beerse. Uit dezelfde bron: 15-01-1713 Egbert Hendriks j.m. vanVolkerink tot Beerse en Geesje Jansen j.d. van Archum beidedienende bij Buijtink te Archum onder Ommen.1156. Jan Egberts van Beerze, tr. (2), (huwelijkse voorwaarden) Ommen19-2-1743 Jennigjen Gerrits, dochter van Gerrit Jans, tr. (1)1157. Jennigje Hendriks, overl. v. 19-2-1743.Als ooms van de kinderen uit het eerste huwelijk worden Hendrik vanEerten en Willem Wilms Kartier genoemd.Jan woont op 19-2-1743 in de Goevrouw onder Beerze.1160. Arent Hendriks Knippers/Knipper Arends alias Geerlig alias ArentHendrix op ‘t Huijsjen, overl. na 4-3-1755, tr.1161. Willemtjen Berents, overl. v. 1748.Arent woonde eerst in 't Huijsjen in de Lindemars en vanaf 1714 opGeerlich onder Magele. Hij komt van 1717 tot 1743 voor alsKnippers, maar wordt bij de volkstelling van 1748 als weduwnaarArent Geerlig genoemd. Bij hem woonden 5 kinderen boven 10 jaren:Hendrik, Claas, Egbert, Harmina en Geesje. Arent is op 1-9-1753momber van Geesien Menschen, weduwe van Gerrit Anthoni ten Brinke.Hij neemt op 4-3-1755 een hypotheek op het halve plaatsje ‘HetGeerlig’ in Magele. Bij de dopen van zijn 1e, 2e en 3e kind staathij vermeld als Arent Hendriks op het Huijsjen; bij de ander vierals Arent Knippers. De moeder wordt nergens genoemd.Uit dit huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Willem, ged. 7-8-1707.2. Willem (= nr. 580).3. Aaltien, ged. 1-2-1711.4. Hendrik, ged. 25-2-1714.5. Derk, ged. 6-6-1717, tr. Marije Lubberts.6. Klaas, ged. 12-5-1720, tr. Elisabeth Derks.7. Geesien, ged. 5-9-1723.8. Egbert, ged. 17-2-1726, tr. Geesje Derks.9. Fennigje, ged. 19-12-1728.10. Hermina, ged. 22-5-1729, tr. Seine Hendriks Toeters.1162. Gosen in den Bijster.


Nog geen expliciet bewijs voor de filiatie tussen Gosen en Maria.Gosen laat in Den Ham in ieder geval vier kinderen dopen. De moederwordt nergens vermeld. Op 24-10-1704 laat hij een dochter dopen:Anna Marijnen. Op 21-11-1706 laat hij een kind dopen, waarvanverder geen gegevens opgenomen zijn. Op 17-2-1709 laat hij een zoondopen: Femmes en op 1-9-1715 wordt er weer een kind vermeld zonderverdere bijzonderheden. Mogelijk is Maria (= nr. 581) ged. als AnnaMarijnen, of is zij een van de verder niet met name genoemdekinderen. Op basis van de boerderij-vermelding ‘Bijster’, en defrappante naam ‘Gosen’, ga ik er vooralsnog vanuit, dat deze Gosende vader is van Maria.Op 26-5-1697 653 is een hypotheekakte geregistreerd ten laste vanRoelof Jansen en Fennighen Jansen op de Bijsterije te Linde, DenHam, ten gunste van Gerrit Mollink te Bergentheim.Op 7-7-1721 654 wordt een Willem Roelofs van het Bijster te Lindegenoemd als bruidegom van Geertien Hendriks.1168. Jan Hermsen Schuijtevaarder/Schuttevaar, van Elen, geb. ca. 1655Hellendoorn (Elen), landbouwer, schipper, tr.1169. Berentjen Jans.Uit dit huwelijk (allen ged. Hellendoorn (Elen):1. Harmen, ged. 25-12-1683.2. Jan (= nr. 584).1170. Jan Jansen Braakmans, tr.1171. Hadewigh Freriks.Uit dit huwelijk (allen ged. Hellendoorn (Rhaan):1. N.N., ged. 8-12-1683.2. Gerrit, ged. 23-8-1685.3. Geertjen (= nr. 585).1172. Harmen Jansen van Nijenhuis te Marle, tr. Hellendoorn 15-5-16811173. Derksken Hendriks Hemminck, van Marle.Uit dit huwelijk (allen ged. Hellendoorn (Marle):1. Jenneken, ged. 25-2-1683.2. Wijten, ged. 22-10-.3. Gerrit, ged. 12-10-1690.4. Zwaantje, ged. 11-3-1694.5. Hendrik (= nr. 586).1174. Gerrit Dercks in Stegehuis, tr.1175. Geesien Hendriks.1176. Hermen Joannis Reetgers, landbouwer, geb. Wierden ca. 1658, overl.v. 1725, tr. (1) Wierden 20-7-1686 Hermken Alberts Meyerink, geb.ca. 1662, dr. van Albert Jansen Meyerink en Hendrikjen Jansen teWolthuis, tr. (2) Wierden 28-6-16961177. Geesje Jansen Greven.Hermen blijkt bij het huwelijk van zijn dochter Albertien in 1725al overleden.1178. Johannes in het Nije Huis bij de Koele, tr.1179. Lubbeken Arents Beverdam, ged. Wierden 15-4-1683.1184. Kornelis/Kees Jansen Post, geboren Ambt Vollenhove ca.1702, op ‘De Kluytenberg’ overl. Barsbeek 1-8-1749 begr.Vollenhove 4-8-1749, tr. v. 25-2-17231185. Beertje Jans Wind/Wint, begr. Vollenhove 31-5-1774.


Op 25-2-1723 worden beiden aangenomen als lidmaat van de NederduitsGereformeerde Kerk te Vollenhove.In het archief te Vollenhove staat een koopacte 655 :Den 30 september 1726 compareren in desen Gerigte Jan Dirks de Boeren Aeltjen Willems, egteluiden sijnde, sij Aeltjen Willemsgeassisteerd met haar voornoemde Eheman dewelke bekenden eeuwiglijken erfelijk vercoft te hebben aan en ten behoeve van Kees Jans Posten Berentjen Jans Wint en deszelfs erfgenamen, een seker ervegenaemt "De Kluitenberg", gelegen in het 't Carspel Barsbeekebestaende in Huijs, Hof, Weij en Hooijlant waeraen ten oostenSchenkensloot, ten westen de Gemiene Steege, ten noorden GijsbertDirks en tuin zuiden Hendrik Herms Moedertjens naestaen gelandet engelegen zijn.Schoutambt Vollenhove 22-06-1738:erschenen in desen Edelen Gerichte Peter Derks en AeltjenClaes,ehelieden, sijnde sij Aeltjen Claes in desen gesterkt methaar voornoemde Eheman, welke bekenden voor en hare erfgenamen ineen vaste erfkoop verkogt te hebben aan Kees Jan Post, deszelfshuisvrouw en erfgenamen drie campen lands genaamt de "Arme Campen",gelegen op den Cluitenberg, waaraan ten westen de erfgenamen van deHeer Scholtus Bernars, ten oosten de gemeeneweg, ten zuiden de Heeren Tengnagels tot Hogehuis en Olthuis en tennoorden de Steege gelandet en gelegen zijn, met zijn regt engeregtigheid, raad en onraad, steegen en weegen, dijken, dammen enweteringen.Volkstelling Kwartier van Vollenhove 1748, Schoutambt Vollenhove,Barsbeek:Huisgezin: Cees Jans Post en Beertje Jans.kinderen boven 10 jaar: Jan, Jan Windt.kinderen beneden 10 jaar: ---.knechten en meiden: Meidt Margje Knelis.inwonenden en kostgangers: ---.Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Marrigjen, geb. Ambt Vollenhove op de Kluytenberg, ged. 10-12-1724, tr. Kees Hendrix Klaver, zn. van Hendrik Jans KLaver enGrietje Jans Baars.2. Geertje, geb. op Kluijtenberg, ged. 31-3-1726.3. Jan, geb. Barschop, ged. 14-9-1727.4. Jan, geb. Barschop, ged. 20-2-1729, doet belijdenis Pasen 1746,landbouwer/turfsteker, wonende op de Kluitenberg en op het erf ‘DeHulsebos’, begr. Vollenhove 17-3-1792, tr. Vollenhove 1749 JacobjeJans van der Linde, geb. Leeuwte, ged. Vollenhove 16-5-1728, opeerste Pinksterdag, dienstmaagd bij de wed. Ten Napel, begr. 10-4-1795, dr. van Jan Hermens van der Linde en Judith Jans Bouwmeester.5. Dirk, geb. op Kluijtenburg, ged. 24-9-1730.6. Jantje, geb. Barsbeek, ged. 11-5-1732.7. Jan, (= nr. 592).8. Hendrik, geb. op 't Zwol, ged. 15-1-1741.1186. Jan Stoffels Lok (ook: Lock), geb. Wanneperveen ca. 1710,belijdend lid Wanneperveen 4-4-1754 en in 1756, tr. (1)1187. Annigje Luiten.Volkstelling Kwartier van Vollenhove 1748, Schoutambt Wanneperveen,Sandbeld.Huisgezin: Jan Stoffels Lok en huisvrouw Annigjen Luiten.kinderen boven 10 jaar: Tryntjen, Stoffel,Annigjen.kinderen beneden 10 jaar: Luite, Jan, Thyssjen, Jentjen.knechten en meiden: Albert Gerrits Noy.


inwonenden en kostgangers: ---.Uit dit huwelijk:1. Stoffel, geb. Wanneperveen ca. 1734, overl. Vollenhove 7-1-1812, otr. Wanneperveen 4-12-1762 Aagtjen Dirks ten Napel, geb.Barsbeek, ged. Vollenhove 10-2-1737, overl. Ambt Vollenhove 11-10-1825, dr. van Dirk Peters ten Napel en Aeltien Geerts Maaskamp.Volkstelling Kwartier van Vollenhove 1748, Schoutambt Vollenhove,Barsbeek, huisgezin: Dirk Peters en Aaltje Geerts, kinderen boven10 jaar: Peter, Henrik, dient bij Geert Roelofs, Aagte, kinderenbeneden 10 jaar: Geert, Evert, Jochem, Margje, knechten en meiden:knegt Berent Henrix, meidt Veleke Roelofs, inwonenden enkostgangers: ---.2. Annigien, (= nr. 593).3. Trijntje, geb. Wanneperveen ca. 1736, (o)tr. Wannepeveen 30-7/22-8-1756 ‘beide van de Sand Beldt’ Lubbert Frantzen Tromp,4. Jantje, ged. Beulake 23-6-1739.5. Jantjen, ged. Beulake 1-1-1741 (o)tr. Wanneperveen 3/19-1-1766Roelof Jacobs Weert, ged. Beulake 26-12-1736, zn. van JacobHendriks Weert en Geertjen Roelofs.6. Luite, ged. Wanneperveen 28-10-1742, getuige: Jantjen Luiten.7. Jan, ged. Wanneperveen 24-5-1744, getuige: Jantjen Kees.8. Teijsjen, ged. Beulake 5-12-1745, (o)tr. Wanneperveen 13/29-11-1767 Cornelis Jans Upper.9. Geertjen, ged. Wanneperveen 13-10-1748, getuige: Trijntjen JansLok.10. Geertjen, ged. Wanneperveen 23-5-1751, getuige: Trijntjen JansLok.11. Geertjen, ged. Wanneperveen 25-6-1752, getuige: Trijntjen JansLock, tr. (1) Jan Keesjen de Jonge ged. Wanneperveen 19-1-1744,getuige: Grietjen Klaas, zn. van Kees Jansen de Jonge en JantjenEgberts Huijsman.Volkstelling Kwartier van Vollenhove 1748, Schoutambt Wanneperveen,Sandbeld: huisgezin: Kees Jans en huisvrouw Jentjen Egberts,kinderen boven 10 jaar: ---, kinderen beneden 10 jaar: Egbert, Jan,knechten en meiden ---, inwonenden en kostgangers -.Geertjen Jans Lock tr. (2) Jan Luiten Sok, ged. Wanneperveen 27-11-1768 te Wanneperveen, getuige: Arriaantjen Cornelis, zn. van LuiteHendriks Sok en Aaltjen Gerrits Nooij.12. Margjen, ged. Wanneperveen 5-10-1755, getuige: Trijntjen JansLok, (o)tr. Wanneperveen 10-9/10-10-1779 Christiaan Hendriks tenKleij, van Hoogeveen, (o)tr. (2) Wanneperveen 10-1/9-2-1783 RoelofJans Klinken.1188. Teunis Souwman, ged. Heino 4-4-1694, begr. Vollenhove 28-4-1772,tr.1189. Annigje Klaassen Top, ged. Vollenhove 21-2-1712, begr. Vollenhove1-7-1785.Volkstelling 1748: Schoutambt Vollenhove, Barsbeek Teunis Assies enAnnigje Claas, kinderen boven 10 jaar: Assien, Claas; kinderenbeneden 10 jaar: Jan, Grete, Jantje. Knechten en meiden: knegtEymbert Berents, meidt Angenis Dirks. Teunis Asjes Souman,Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Klaas, (= nr. 594).2. Jantje, ged. 17-2-1737.3. Jan, 30-11-1738, wonende te Barsbeek, overl. 16-1-1781, tr.Hendrikje Egberts Vis, ged. Vollenhove 13-10-1743, wonende teBarsbeek, overl. 20-3-1817, dochter van Egbert Jans Vis en AnnigjePeters Scheer.4. Jannes, ged. 14-6-1741.


5. Grietje, ged. 2-2-1744.6. Weijntje, ged. 30-10-1746.7. Jentje, ged. Vollenhove 7-4-1748 656 .8. Jantje, ged. 18-10-1750, overl. 21-8-1826, tr. Kees Jans Post,ged. Vollenhove 14-12-1749, wonende te Barsbeek, overl. 9-6-1794,zoon van Jan Kornelis Post en Jacobje Jans van der Linde.1190. Jan Jochums Rook, ged. Vollenhove 28-3-1703, begr. Vollenhove11-7-1763, tr.1191. Trijntje Peters Scheer, ged. Vollenhove 6-3-1709, overl. na medio1748.Het echtpaar was woonachtig te Barsbeek.Volkstelling 1748 Vollenhove (nr. 797): Jan Jochems en TrijntjePeters. Kinderen boven 10: Jochem, Peter, Claasje. Kinderen onder10: Anne, Aaltje, Margje.Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Jochem, ged. 12-2-1730, wonende te Barsbeek (1761), te Leeuwteen te Kadoelen (1774 en 1779), begr. 7-12-1784, tr. (1) met GrietjeTeunis Doevendans, ged. Vollenhove 11-9-1735, wonende te Barsbeek(1761), begr. 29-1-1766, dochter van Teunis Teunis Duijvendans enKlaasje Klaasen Borgers, tr. (2) 19-7-1766 Janna Stevens, ged.Vollenhove 1-4-1742, wonende te Barsbeek (1769), te Leeuwte en teKadoelen (1774 en 1779), overl. 5-8-1819, dochter van Steven Koertsen Leentje Jans.2. Peter, ged. 2-12-1731, wonende te Barsbeek, begr. 22-11-1797,tr. Vollenhove1-10-1760 Aaltje Jans Post, wonende te Heetveld en te Barsbeek,begr. 11-10-1791, dochter van Jan Cornelis en Geertien Hendriks.Zij is eerder getrouwd voor 1739 met N.N. en ze is eerder getrouwdrond 1739 met Klaas Hendriks Boes, ged. Vollenhove5-8-1711, wonende te Heetveld, begr. 1412-1745, zoon van HendrikJans Boes en Aaltje Klaas Gasthuijs.3. Klaasje Jans Rook, ged. 30-9-1733.4. Albert Jans Scheer, ged. 30-11-1735. Albert volgt de achternaamvan zijn moeder.5. Annigje, ged. 16-1-1737.6. Annigje, (= nr. 595).7. Aaltje, ged. 25-3-1742, wonende te Leeuwte (1769) en te KleijneLeeuwte (1770-1771), begr. 13-6-1806, tr. Hendrik Arriens Dikken,ged. Vollenhove 14-9-1738, wonende te Leeuwte (1769) en te KleijneLeeuwte (1770-1771), overleden op 13 januari 1807, zoon van ArriënJans Dikken.8. Marrigje, ged. 31-5-1744.9. Marrigje, ged. 6-11-1746, wonende te Leeuwte, overleden op 13oktober 1784, tr. Klaas Arriens Dikken, ged. Vollenhove 1-1-1733,wonende te Leeuwte, overleden op 8 november 1779, zoon van ArriënJans Dikken.Volgens v.d. Linde boek is deze Marrigje gedoopt op 31-4-1744, maardat lijkt onwaarschij<strong>nl</strong>ijk omdat op 6-11-1746 weer een Marrigje vandezelfde ouders gedoopt wordt.10. Albert, geb. Barsbeek, ged. 28-7-1751, wonende te 'tKlooster(1776), te Kadoelen (1777 en 1779) en te Barsbeek (1782),overl. Ambt Vollenhove 16-3-1837, tr. Hilligje Jans Ziel, ged.Beulake 9-9-1753, overl. 19-11-1851, dochter van Jan Hendriks Zielen Vroukjen Geugies.11. Jan Rook.1196. Harm/Hermen Meijlof, ged. Beulake 29-8-1717, tr.1197. Trijntje Egbers Huisman.1198. Jan Wolters Wind, ged. Beulake 13-11-1712, overl. ws. Leeuwte


(Vollenhove), 12-3-1801, tr. Beulake 28-11-17361199. Aaltje Ziel, geb. ca. 1717, overl v. medio 1748.Volkstelling 1748: Ambt Vollenhove (nr. 928): Jan is weduwnaar.Kinder boven 10: Lammetje (= nr. 599). Onder 10: Trouwt, JanHendrik, Cornelis.1200. Roelof Hans Klaver, overl. na 5-5-1764, tr.1201. Hendrikjen Symens Sok, overl. na 5-5-1764.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Sandbeld (nr. 1692):Roelof Hans Klaver en huisvrouw Hendrikjen Simens. Kinderen boven10 jaar: Jentje en Hans, kinderen beneden 10 jaar: Simen, Nelligjeen Annigje. Knechten en meiden: Lucas Koerts.RAO Register Vuurstedengeld Vollenhove 1751, deel 1, subdeel 4,Wanneperveen: de Belt, pers. nr. 286, 1 vuurstede.RAO, 16-6-1747, Schoutambt Vollenhove 2784: Roelof Klaver heeftland gekocht van Peter Dirks en Aaltje Klaas in Bentinks Erve,Lokker genaamd, en twee stukjes land in Het Mulligjes.RAO, 5-5-1764, Schoutambt Vollenhove 2786: Roelof Hans Klaververkoopt, namens zijn huisvrouw Hendrikje Simons een tiende deelvan een stuk hooiland.1202. Arrien Peters, tr.1203. Jentje Jans.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Sandbeld (nr. 1704):Arrien Peters en Jentjen Jans. Kinderen boven 10 jaar: Lisebeth,Peter, Cornelis, Jacob. Kinderen onder 10 jaar: Jan, Merrigjen,Annigjen, Teunis.Bij het Vuurstedegeld te Sandbeld van 1726 staat daar vermeld:‘Arijen Keesen, nu Pieter Ariens’. Dit kunnen zijn vader engrootvader zijn.1204. Klaas Jans de Jonge.1205. Neeltje Gerrits Huigen.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Sandbeld (nr. 1709):Klaas Jans en Neeltje Gerrits. Kinderen (o.a.) Grietje, Nettert.Mogelijk voorgeslacht van Neeltje (1): Dirk Arends Huigen, tr. (1)Gijsje Cornelis, uit Blokzijl, tr. (2) Woltertje Voerman. Hij iseen zoon van Arend Huigen, in 1582 buger van Vollenhove; zij eendochter van Hessel Wolters Voerman, tr. Vollenhove 14-2-1618Lubbigje Jans. Mogelijk voorgeslacht van Neeltje (2): GerritBartelds Huigen, geb. 1697 x Ariaantje Arriaans; Barteld Huigen x23-4-1699 Grietje Jans; ook nog Huig Gerrits x Marrigjen Bartels(zie RA 23-8-1730; Uit: Van der Linde). Nader onderzoek.1206. Roelof Gerrits Knobbe, veenbaas, overl. 6-3-1762 657 tr. (1) EvertjenCoops, tr. (2)1207. Hendrikje Leenders, tr. (2) Arrien Peereboom.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Sandbeld (nr. 1706).Roelof Gerrits en Hendrikjen Leenders. Kinderen boven 10 jaar:Gerrit, Trijntjen, Coop. Kinderen onder 10 jaar: Leendert, Jan,Annigjen. De eerste drie waren uit zijn eerste huwelijk, de laatstedrie kinderen uit de tweede echtverbintenis. Er waren ook nog tweeStoffels, mogelijk is er nog een Annigje geweest.1208. Klaas Hendriks Stam, (o)tr. Wanneperveen 13-12/29-12-17481209. Aaltje Leenders, geb. 1724, overl. Wanneperveen 21-7-1808.


Ik heb geen doopgegevens van Klaas kunnen vinden. Wel lijkt hetlogisch, om de Hendrik Stam, die in 1717 te Wanneperveen trouwt metAaltje Lassche, als vader te beschouwen. Klaas Hendriks trouwtimmers als `jongeman' in 1748. Hij was toen dus nog niet eerdergehuwd en waarschij<strong>nl</strong>ijk vrij jong. Dat zou een geboorte rond 1720absoluut niet onmogelijk maken, integendeel; het lijkt allemaalprecies te passen.Bij huwelijk beiden afkomstig van de `Schutsloot', hij als jm., zijals jd.Afgaande op de plaats van herkomst van Klaas bij zijn huwelijkzouden zijn ouders kunnen zijn: Hendrik Hans x Aaltje Klaas. Zijwonen medio augustus 1748 te Wanneperveen op de Schutsloot enhebben 2 kinderen boven de 10 jaar: Krijn en Klaas. De inwonendemeid heette Lammigjen Willems.1210. Gerrit Theys, (o)tr. Wanneperveen 19-11/12-12-1756.1211. Aaltjen Geerts.Uit dit huwelijk (allen ged. Wanneperveen):1. Ummigjen, ged. 11-9-1757, overl. Wanneperveen 20-2-1817.2. Marrigjen, (= nr. 605).3. Thijs, ged. 26-9-1762, overl. Wanneperveen 7-7-1827.4. Neeltjen, (= nr. 607).5. Geert, ged. 9-5-1773, overl. Wanneperveen 17-9-1814.1212. Aart Keessen, (o)tr. (1) Wanneperveen 8-24-12-1747 LammigjenHendriks, tr. (2) Wanneperveen 27-11-17541213. Jentjen Jans, van Kolderveen.Bij het eerste huwelijk waren beiden afkomstig van de Schutsloot.Bij het tweede huwelijk was zij afkomstig van Kolderveen, inDrenthe.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Schutsloot (nr. 1672):Aart Keesen en Lammigjen Hendrix. Geen kinderen.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Wanneperveen):1. Nieltje, ged. 20-7-1749 (getuige Ariaan Hendriks).2. Nieltje, ged. 18-4-1751 (getuige Ariaan Hendriks), tr. JanHendriks Post.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Wanneperveen):3. Hendrikje, ged. 14-9-1755 (getuige Geertruid Jans).4. Kees, ged. 23-9-1759 (getuige Grietje Jans), tr. Marrigjen Jansde Goede.5. Jan, ged. 17-10-1762 (getuige Geertruy Jans).6. Hilbert (= nr. 606).1214. = nr. 1210.1215. = nr. 1211.1216. Hermen Jansen Schoemaker, geb. ca. 1684, overl. 1728, tr.1217. Berendje Berends.Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Vriezenveen):1. Jan, ged. 1710.2. Jan (= nr. 608).3. Grietjen, ged. 1716, tr. Engbert Lucassen Hospes.4. Jannes, tr. Janna Hendriks.5. Jenneken, ged. 1720.1218. Hendrik Jansen Hoff, ged. Vriezenveen, overl. v. 18-3-1767 658 , tr.1219. Berendjen Jansen, ged. Vriezenveen.


Uit dit huwelijk (allen geb./ged. Vriezenveen):1. Jan, ged. 1730, tr. 1767 Geertjen Roelofs.2. Armine (= nr. 609).3. Vennegjen, ged. 1737, tr. 1762 Hendrik Willems.4. Grietjen, tr. 1759 Hendrik Berkhof.5. Janna, ged. 1742, overl. 1809, tr. 1767 Albert Broertjen.6. Frederika, ged. 1745, tr. 1767 Coert Willems.7. Aaltje, ged. 1751, 1773 Jan Hopster.1220. Jan Lucassen Bos, ged. Vriezenveen 22-7-1708, tr.1221. Hendrikje Hendricks , ged. Vriezenveen 28-11-1710.Bij de volkstelling van 1748 staat dit echtpaar geregistreerd teVriezenveen op p. 22, nr. 1 a-e. Kinderen boven tien jaar: LuicasJansen. Kinderen onder tien jaar: Albert, Geese, Gerrit, Waender enStijntje Jansen. Er is geen familienaam vermeld.Vindplaatsen volgens Jonker: XI 11; X11 23 (keurnoot, 1762); XXVI71 (mogelijk samen met zijn vader).Uit dit huwelijk (allen ged. Vriezenveen):1. Lukas, ged. 1736.2. Albert, ged. 1738.3. Gerrith, ged. 1741.4. Waander (= nr. 610).5. Stientjen, ged. 1746, overl. 1823, tr. 1771 Hermen Boltwedde.6. Hendrikje, ged. 1748, overl. 1809, tr. 1774 Hendrik Gerrits.7. Geesje.8. Aaltje, ged. 1750.9. Jasper, ged. 1753.1222. Albert Berends Berkhof, ged. Vriezenveen 7-7-1711, tr.1223. Janna Lammers.Vindplaatsen volgens Jonker: XXIV 33,34,36; XXVI 51; X 15. Jannawoont in 1768 te Alkmaar.Uit dit huwelijk (allen ged. Vriezenveen):1. Berendina, ged. 1738.2. Maria (= nr. 611).3. Berendina, ged. 1742.4. Jannes, ged. 1744.1224. Jan Janssen Mollink/Möllink/Mollinck/Muellink alias Jan Scholtenalias Jan Jans vulgo SwartJan, geb. tussen 1701 en 1705, boer op(Nieuw) Mollinck te Daarle, overl. v. 6-2-1760 (huwelijk zoonHendrik), tr. (1) Hellendoorn 28-1-1724 Wychertjen Jacobs,afkomstig van van Emmen onder Dalfsen, ged. ald. 28-10-1703, dr.van Jacob Wychers en Aaltien Janssen.Jan Jansen Mollink tr. (2) Hellendoorn/Wierden 23/24-6-17251225. Maria Geeligs.Bij het eerste huwelijk was Jan Janssen jongman op Mollinck teDaarle en Wychertjen Jacobs jongedogter van Emmen onder Dalfzen, nuook op Mollink woonende. [Getrouwd te] Hellendoorn.Bij het tweede huwelijk staat respectievelijk te Hellendoorn enWierden vermeld: Jan Janssen, weduwenaar van wijlen WychertjenJacobs, op Mollink te Daarle en Marygjen Pauls jongedogter teWierden en: Jan Janssen, weduwenaer van Wychertien Jacobs, op hetMollinck te Daerle met Maria Geeligs jongedogter van Pauwel Geeligsalhier.Volkstelling 1748 Daarle - Scholten: Jan Scholten; huysvrouw MariaPauwels; kinderen onder de 10 jaar. Hendrik en Jannes.Uit het eerste huwelijk:


1. Jan, ged. Den Ham 28-5-1724.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Den Ham):2. N.N. ged. Den Ham 14-7-1726.3. Jennigje, ged. Den Ham 11-12-1729.4. Mariegen, ged. Den Ham 15-6-1732.5. Jan, ged. Den Ham 27-1-1737.6. Hendrik, (= 612).7. Jannes, ged. 4-8-1743.8. Jannes, ged. 15-11-1744.1226. Lambert Westerik/Westerick/Westerinck, (o)tr. (2) Wierden15-7/22-8-1751 Hendrikien Beerninck, geb. Wierden ca. 1726,dr. van Hendrick Beerninck.Lambert Westerink (o)tr. (1) Wierden 4/19-1-17381227. Maria Hendriksen, ged. Wierden 31-12-1713.Bij het huwelijk was Lambert een nagelaten zoon van BerentWesterick en Maria was jd van Hendrik Hendriksen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Wierden):1. Berendina, ged. 15-6-1738.2. Maria, (= nr. 613).1228. Jan Nijland alias Janninck, geb. voor 1700, tr.1229. Geertien N.N., geb. voor 1700.1230. Coert Willems/Willemsen, ged. Wierden 20-11-1698, tr. Wierden19-3-17241231. Harmina Stokkers, geb. Wierden v. 1705.1232. Berent van het Broekhuis, geb. ca. 1675, overl. na 28-6-1732, tr.1233. N.N.Brilman meent, dat Berent mogelijk identiek kan zijn aan BerentHendriks van het Voorbroek, die te Rijssen ged. wordt 3-9-1658. Deerven `Voorbroek' en `Broekhuis' lagen dicht bij elkaar.Het oude `Broekhuis' lag in de Heerlijkheid Almelo, juist op degrens met Bornerbroek (Borne) en Ypelo (Wierden). De boerderijwordt al in 1652 bij een `laakgang', een grenscorrectie, genoemd.Tussen 1742 en 1752 moest het jaarlijks 35 gulden en 4 stuiverspacht opbrengen.1236. Bartelt Gerrits Smid 659 , geb. Wierden ca. 1668 660 , smid, verm.overl. na 31-5-1733 661 tr. Wierden 28-7-16951237. Hermken Hendriks, verm. overl. na augustus 1748.In 1708 koopt Bartelt samen met Frerick Jansen ongeveer 2 dagwerkhooiland, genaamd de Veerenmathe 662 . In 1711 en 1715 gaat hetechtpaar schulden aan van 700 car. gld., respectievelijk 310 car.gld. en 20 st., onder verband van hun huis en gaarden, smitse,gereedschappen en groe<strong>nl</strong>and 663 . Van de graaf en gravin Van Rechterenpachten ze in 1719 een hooimaat ‘in de Schuimer’ 664 .Het huis dat het echtpaar bewoonde is blijkbaar gerdeeld door hunkinderen. Behalve zoon Gerrit (= nr. 618) is er nog een dochterHarmken volwassen geworden. Zij trouwde op 31-5-1733 met DerckAlberts Meijer, zoon van Albert Dercks en Fenneken Stamans. In 1748wordt het huis van Derk en Hermken Meijers vermeld als belendendaan Gerrit Smid. Bij hen woont dan als kostgangster de oude vrouwHermken, mogelijk de moeder, Hermken Hendriks. Als kinderen van hetechtpaar worden genoemd; Hardewigh (vernoemd naar HadewichHendricks Godtschalck = nr. 2475), Albert en Fenneken.1238. Henrick Harmsen Knoef, jm. van 't Knoefshuis, overl. na augustus1748 665 , otr. Almelo 23-10-1713


1239. Janna Berends, jd. van de Bellinkhof, overl. na augustus 1748.Dit echtpaar is afkomstig uit de Heerlijkheid Almelo. Het erveKnoef was eigendom van de Heer van Almelo en wordt in 1601 vermeldals het Knuf, groot 8 mud gezaai en 3 dagmaten hooiland. Op 5-6-1450 wordt het al vermeld als het Knuveshues 666 . De Bellinckhof waseen voornaam huis, gelegen tussen Almelo en Wierden. Bij de doopvan dochter Gesina wonen de ouders in op het Maathuis.In 1748 bewonen Henderick Cnoef en de vrouw Janna, oude luiden, enJannes en Mette, jonge luiden, een huis.In 1751 wordt dezelfde Jannes genoemd als eigenaar van de ‘Quaat’.Vermoedelijk is er sprake van een verschrijving en bedoelt men de‘Maat’.1248. Derk Harmsen ter Heino/van der Heino/ter Heijne Smit, ged. Den Ham17-7-1712, overl. v. 15-6-1764, tr.1249. Grietjen/Greetien Jansen, ged. Den Ham 28-1-1708, overl. na18-1-1768.Volkstelling 1748: Derk Smit en sijn Vrouw Grietjen Jansen, 2kinderen, Harmen en Jan, onder de 10 jaren en een knecht, JannesHarms.Op 4-5-1751 draagt Berend Wolters, man van Hendrina Reuvers aanDerk Harmens van der Heino een half mud zaailand te Den Ham over 667 .Op 18-1-1768 668 is wordt melding gemaakt van de overleden Derk. Danwordt namelijk een akte van volmacht en overdracht opgemaakt.Tobias Tobis als curator over de nagelaten goederen van HendrikBruins draagt dan over aan Grietje Jansen, vrouw van de overledenDerk Heino 1/5 in een half mudde, gelegen tegenover Mennegishavenen 1/5 en een half schepel gezaai op het Laar te Den Ham.Denkelijk is Derk al tien jaar daarvoor overleden, want op 10-10-1758 669 wordt een Derk Heino genoemd als overleden man van een nietmet name genoemde vrouw i.v.m. een begrenzing.Uit dit huwelijk ook:1. Jan Assies, 9-4-1744.2. Jan Assies, 13-3-1746.3. Willemtien, 21-7-1748.1250. Jan Jans Lutteken/Jan Janssen in ‘t Lutkenhuis in ‘t Dorp/JanLutken in ‘t Dorp, ged. Den Ham 11-4-1706, overl. tussen 12-2-1746en 8-1748, tr. (1) Grietje Mathiassen (Kriggel), tr. (2)1251. Hermpje/Hermentien Jansen, overl. na 1-3-1776.Jan is mogelijk een zoon van Jan Jansen Lutteke, in het Kerkdorp.Die laat aldaar een zoon Jan dopen op 11-4-1706. Jan vulgo hetLutteke uit het Kerkdorp laat op 27-3-1715 een zoon Gerrit dopen.Het Lutteke is een plaatsje te Meer, want op 24-5-1706 laat HendrikGerritsen op Lutteke aldaar een zoon Jan dopen.Op 12-2-1746 leeft Jan nog, want dan komt hij voor in een akte vanhuwelijk en erfuiting 670 tussen Janna Nijenhuis, weduwe vanMathijssen Chriggel Brouwer, geassisteerd met haar broer, Hendrik,mulder te Hardenberg en haar overleden mans zwager, Jan Janssen.Zij zijn mombers over de kinderen uit haar eerste huwelijk metThijs Brouwer: Dina en Hermens Thijensen. Die Thijs MathhijssenKrighel/Chriggel alias Thijs Brouwer is brouwer in Den Ham.Bij de volkstelling in 1748 staat vermeld: 3 en 4 rot, de weduwevan Jan Jans; 3 kinderen boven de tien aar: Egbert, Jannigje enGeesje; een kind onder de tien jaren: Grietje. Inwonend Hendrikje.... Hermentien Jans.Op 1-3-1776 671 maakt Hermpje Jansen, weduwe van Jan Luttiken, zieken bedlegerig, haar testament op. Zij wordt geassisteerd door P.


Hoefman. Er zijn vier begunstigde personen. Ten eerste haarstiefdochter Jennigje Jansen; ten tweede haar dochter GrietjeJansen; ten derde haar stiefzoon Egbert Jansen en ten vierde haarstiefdochter Geesje Jansen. Grietje is dus een dochter uit ee<strong>nl</strong>ater huwelijk van vader-1-Zij krijgt in dit testament dertiggulden toebedeeld.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Egbert, ged. 31-10-1734, tr. (1) Marijgen Hendriks, tr. (2)Fennigje Jansen Poelakker.2. Jennigje, ged. 8-1-1736.3. Jan, ged. 20-10-1737.4. Geesje, ged. 20-10-1737, tr. Geurt Willems.Uit het tweede huwelijk:5. Grietje (= nr. 625).1252. Lambert Jans van Essen, ged. Steenwijkerwold 13-1-1726, boer,diaken Steenwijkerwold, overl. Steenwijk 20-12-1804, tr.(1)Steenwijkerwold 3-4-1747 Hilligje Alberts, van Wapserveen. Lambertotr. (2) Steenwijk 23-3-17491253. Maria Alberts.Bij haar huwelijk is het patroniem van Maria ‘Jans’. Zij is dan‘jongedochter’ en afkomstig van Zuidveen.Volkstelling 1748, Schoutambt Steenwijk, Steenwijkerwold, Westeinde(nr. 2831): Lambert Jans van Essen en Hilligien Willemsz (sic!).Het echtpaar heeft geen kinderen.Uit het tweede huwelijk:1. Harmpje, ged. Steenwijk 8-2-1750.2. Geesjen, ged. Steenwijk 25-2-1753.3. Jan, ged. Steenwijk 19-1-1755.4. Grietje, ged. Steenwijkerwold 27-9-1757.5. Albert, ged. Steenwijkerwold 4-6-1759.1262. Harmen ter Hofte, (o)tr. Haaksbergen 2/..-10-17291263. Stijntjen ten Westendorp.Uit dit huwelijk (allen ged. Haaksbergen):1. Berent, ged. 15-11-1733.2. Geertjen, ged. 7-4-1730.3. Anna (= nr. 631).4. Leferd, ged. 8-7-1745.1280. Petrus/Peter van Haeff, geb. ca. 1665, overl. na 1717, tr. ca.16901281. Johanna Jansen, overl. na 1729.Johanna Jans is nog te Vierlingsbeek aanwezig als getuige bij dedoop van haar kleinzoon Peter Matthias, in december 1729.Geboorte-, doop-, trouw-, overlijdens- en begraafgegevens van beideechtelieden mogelijk te Goch.Is dit mogelijk familie? Jelis van Haeff, j.m. van Gogch, (o)tr.Vierlingsbeek 23-5/5-6-1697 Willemke Lovendael. J.d. van Groeningen(dat is onder Vierlingsbeek).1282. Jacobus van den Wijenbergh, overl. Vierlingsbeek 17-11-1721, tr.ca. 16961283. Mechtildis van Leunen, overl. Vierlingsbeek 29-5-1724.Op 7-10-1672 is Jacob met een zekere Maria Gijsberts getuige bij dedoop van Theodorus, zoon van Floris Hendrix en zijn vrouw, Helena.


Jacobus is op 3 april 1693 te Vierlingsbeek samen met een zekereSibilla van Elderom ‘ejus loco Agnes Gooswini’ getuige bij de doopvan Gooswinus, de zoon van Henricus van Leunen en Johanna Theodori.Mechtildis is op 19 september 1683 te Vierlingsbeek getuige bij dedoop van Matthias, zoon van Georgius Theomphiel en Gerarda vanLeunen. Getuigen: Gooswinus van Leunen ejus loco Henricus vanLeunen, Mechtildis van Leunen.Op 28 november 1684 komt zij voor bij de doop van Matthias, zoonvan Henricus van Leunen en Joanna Dercks. Getuigen: GodefridusThemphile ejus loco Henricus Derks, Mechtildis van Leunen ejus locofilia Mechtildis.Mechtildis wordt op 9 april 1698 te Vierlingsbeek genoemd bij dedoop van Guilielmus, zoon van Joannes Willemsen en Alegunda Valx.Getuigen zijn Guilielmus Valx ejus loco Godefridus Valx en Anna Ritejus loco Mechtildis van Leunen.Op 12 februari 1687 wordt gedoopt Mechtildis, dochter van Henricusvan Leunen en Joanna Dercks. Getuigen zijn: Jacobus Dercks enMechtildis van Leunen. Dit zouden Jacobus van den Wijenbergh enMechtildis van Leunen kunnen zijn.Op 20-9-1708 koopt het echtpaar bouwland te Sambeek, ‘de Veluwe’geheten 672 .Op 5-10-1714 krijgt Jacobus geld van het onderpand van een woningin de Brugstraat te Grave, op dat moment bewoond door de schepen DeFeu 673 .Uit dit huwelijk (allen ged. Vierlingsbeek):1. Johanna, ged. 29-7-1685, getuigen: Theodorus van Middegaall ejusloco Jan van Hoeck, Catharina Linders Ebben.2. Mechtildis, ged. 18-3-1687 Mechtildis, getuigen: Henricus vanLeunen, Alegunda Ebbe, Guielmina van den Wijenbergh.4. Theodora, ged. 17-2-1689, getuigen: Theodorus Theonphiel ejusloco Arnoldus Lindemans, Sibilla Gooswini.5. Mathias, ged. 1-3-1691, getuigen: Generosus Dnus Joes Albertusab Elshout ejus loco Joes Franssen, Egberdina van den Wijenberghejus loco Agnes Henrici.6. Theodorus, ged. 5-4-1693, getuigen: Joannes Franssen, Theodoravan Berchom.7. Guilielma (= nr. 641), getuigen: Petrus van Berchom, AgnesFranssen.8. Joannes, ged. 31-3-1699, getuigen: Leonardus Liefkens ejus locoGooswinus Casparis Loovendaal, Joanna Cremers.1284. Johan Molleman (ook Molemans), mogelijk overl. Boxmeer 2-4-1744,tr.1285. Thijsken Hendricks (ook: Theodoria Mathia Hendricx).13-12-1689: Gossen Hendericx en Nelisken Jans zijn huisvrouw,verkopen voor de ene helft en Jan Henderix weduwnaar van TrijnekenJans, met Johannes Moleman en Hermen Alerdt als momboiren over deonmondige kinderen uit dit huwelijk( benoemd d.d. 9-4-1689 bijambtman en schepenen), verkopen voor de andere helft, aan Lauwerensvan Berchom schepen alhier en zijn huisvrouw Trijneken Ebben, eenstuk bouwland genaamd het Oover Stuck. Dit perceel is geweegd overde erven hergekomen van de erfgenamen van de Staij zaliger. Devoornoemde Gossen Henderix en Nelisken Jans, verkopen aanvoornoemde Lauwerens van Berchom en Trijneken Ebben een stukbouwland gelegen in het Staertsche Velt grenzend aan de gemeijnestraet. De voornoemde Jan Hendericx, met Johannes Moleman en HermenAlerts als momboiren over de onmondige kinderen, verkopen aanLauwerens van Berchom en Trijneken Ebben, een stuk erf genaamd hetHammer Veen Boos 674 .


8-10-1700: Thijsken Hendrickx, last en procuratie hebbende van haarechtgenoot Joannes Molleman, verkoopt aan Johan van Overschij enCatharina Hendrickx, een stuk bouwland gelegen aan de Hammerven,met een einde grenzend aan den Raetsen Wegh 675 .Op 7-11-1704 verkoopt Joannes Molleman als procuratiehouder vanWillemina Verhaegh land te Sambeek. De volmacht is afgegeven op 17-11-1703 te Emmerich: Joannes Molleman met volmacht van joffr.Wilhelmina Verhaegh (d.d. 17-11-1703 Emerick) draagt op aan dejoffr.s Wilhelmina en Joanna Criffs een waard hooiland, groot 2½morgen aan de Maese, vrij erf. Tevens 4 malder rogge erfpacht, tevoldoen door: Jan Jans Muyen 1 malder en de weduwe van Jacob Ebbenzal. te Mullem 3 malder. Voor 900 gulden. 40ste penning: 24 gulden15 stuiver, d.d. 22 oktober 1704 676 .Op 10-8-1705 is sprake van het erf van Joannes Molleman in het‘Boxmeerse veldt’ onder Sambeek 677 .Op 14-4-1707 verklaart het echtpaar 100 gulden schuldig te zijn.Onderpand is hun huis c.a. ‘op t Sant’, waarbij ook een brouwerijvermeld wordt 678 .Op 19-9-1715 koopt het echtpaar een perceel bouwland te Boxmeer‘onder Gemmert (of Gemmet) gelegen’ 679 .Op 4-6-1699 (de akte is later ingeschreven, rond 1716, maar dechronologie in het boek is even zoek) verklaart het echtpaar 150gulden schuldig te zijn aan de Paters Carmelieten te Boxmeer.Onderpand is hun huis c.a. ‘op t Sandt gelegen, neffens MartenJacobs erff ende naer sijde t wolfs straetjen’ 680 .Uit dit huwelijk (allen ged. Boxmeer):1. Gaspar, ged. 21-10-1683, getuigen: Henricus Molemans, MariaVerheijen, Franciscus Griops en Isabella Blommarts.2. Joannes Henricus, (= nr. 642).3. Maria Elisabeth, ged. 7-11-1688 (tweeling), getuigen: Leonardusvan der Staij en Anna Mechtildis Vogel, Jacobi (Neuersom?) enJoanna de Hoogh.4. Guilielma, ged. 7-11-1688(tweeling), getuigen: Leonardus van derStaij en Anna Mechtildis Vogel, Jacobi (Neuersom?) en Joanna deHoogh, tr. Boxmeer 13-7-1720 Rutgeris Raab, trouwgetuigen: HenricoMollemans en Anna Raab.5. Arnoldus Godefridus, (= nr. 648).1286. Willem Croef, tr. v. 17-6-17171287. Jacomijna Wijnandts.Zij zijn de mogelijke ouders, nader bewijs is noodzakelijk. Wel iser een kleindcohter Jacomina.Op 19-8-1717 en op 10-4-1726 is een Willem Croef schepen vanSambeek 681 .Op 17-6-1717 kopen Willem Croef en Jacomina Wijnants een bouwhof,genaamd ‘De Cleijne Hegge’: Guillaume Francois Baron de SteenhuijsVrijheere van Herne ende Cappelle samen met Johan Willem de Man'der beijden Reghter Doctor ende righter vande hooge Jurisdictieende Heerlijckheijdt van Herne' en Lubertus van WassenborghLantschrijver van de Heerlijckheijdt Panderen, Millingen, Homvetende Zeelandt als momboirs over het onmondige kind verwekt bijVrouwe Isabelle Baronesse van Lichtewelde, met speciaal octrooi (28februari 1717) van de Graaffel. Excell.tie Leopoldina Douariere vande Grave vanden Bergh en Ritbergh in zijn leven Vrijheer totBoxmeer / tevens van Walraad Baron de Steenhuijs Vrijheer vanHeumen, Malden ende Oploo Amptman der stadt Grave inde Lande vanCuijk (17 maart 1717) geratificeerd door de Raden des FürstendomsGelre ende Graaffschap Zutphen residerende binnen Arnhem (24 april1717) ende tot meerdere securiteijt octrooi verleend door DiderickRipperbant Drossart ende Scholtus der Vrijheerlijckheijt Boxmeer,


St.Antonis ende Sambeeck. Comparant draagt op aan Willem Croeffs &Jacomijna Wijnandts e.l.: * en bouwhof in de Sambeecksche Hoeck,genaamd de Cleijne Hegge; * bouwland een Geerhoeck met hethoutgewas daarop staande, in gebruik door Gerrit Aerdts; groot 8½kleine morgen bouwland en 2 kleine morgen weiland, belast met 3hoender en 3 Brabandts of 2¼ stuiver aan de Grave van Boxmeer, voor1285 gulden en 40 hogen. 40ste penning ende 10e verhoging: 39gulden 14 stuiver 0 penning, d.d. 14 juni 1717 682 .Kinderen:Maria, (= nr. 643).(?) Aaltje Willems Croef, tr. Peter Hofmans 683 .1288. Henricus Thijssen Sweeren, ged. Sambeek 9-3-1665, tr.1289. Agnes/Agnietje Peters Pits (ook: Spits).Getuigen bij de doop van Henricus: Joannes Hendrix, Anna Dericx.Op 17-9-1715 verklaart het echtpaar 300 gulden schuldig te zijn aanCatharina Beckers 684 .Op 17-9-1715 koopt het echtpaar (opnieuw heet zij: Agnes Pits)bouwland te Boxmeer, ‘Thunnis Koenen Camp genaamd’ 685 .Hendrik Sweeren en Agnes Smits (sic!) verkopen op 8-3-1727 eenelfde deel van een weide `feijkes ofte allemans Camp' genaamd 686 .Op 16-8-1729 verklaart het echtpaar 400 gulden schuldig te zijn aanhun zwager, Job Griesvecht. De akte is afgelost door HermanusSweeren en zijn vrouw – zo blijkt uit een bijschrift d.d. 4-7-1734 687 .Op 13-11-1727 verkoopt Cornelia Sweeren bezit te Boxmeer zij wordtbijgestaan door Hermanus Sweeren. Ook haar broer, Asuerus Sweerenis present.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Boxmeer):1. Assuaerus, ged. 6-9-1698, ouders: Henricus Thijssen en AgnetePeters, getuigen: Reijnerus Assueri, Maria Assueri, CatharinaHendrix.2. Henricus, (= nr. 644).3. Wilhelmus, ged. 20-7-1701, getuigen: Petrus Jansen en SibillaDassen, Joannes Trip en Catharina Hendrix.1290. Cornelis Jans van Zeelandt, overl. Boxmeer 30-8-1731, tr.1291. Maria Peters Siepkens, overl. na 19-11-1759 688 .Cornelis van Zeelandt en Maria van Gogh zijn op 6-10-1696doopgetuigen bij de doop van een kind van Anthony Peters en Joannavan Gorkum.Op 19-5-1707 (de akte is ernstig beschadigd) laat Cornelis vanZeeland met zijn buurman Hendrik Peters van Elderom een contractopmaken over een erfscheidingskwestie. Ze wonen aan de ‘gemeijnesteen straete’ te Boxmeer en er is iets fout gegaan bij eenverbouwing 689 .Op 22-7-1710 kopen Cornelis van Zeeland en Maria Peters een deelvan een ‘camer, schuir, hoft en opvaert’ 690 .Op 29-8-1718 koopt het echtpaar land te Sambeek, De Lange Balckengenoemd:Hendrick Jaspers ook namens zijn afwezige broer Jacobus Jaspers,draagt op aan Cornelis Van Zeelandt & Maria Peters e.l. bouwlandgenaamd de Lange Balcken, groot 1 morgen 1½ roede, belast met 6gerven in de tiend, voorts vrij erf. Coopspenn: 100 – 0 – 0; 20hoogen 60 – 0 – 0; 160 – 0 – 0. 40ste penning ende 10e verhoging: 4gulden 8 stuiver, d.d. 26 augustus 1718 691 .


Op 23-4-1727 is een aantal mensen, onder wie Cornelis van Zeelandgeld schuldig 692 .Op 3-7-1738 treden de erfgenamen van Cornelis van Zeeland samenaan: Maria Peeters, weduwe van Cornelis van Zeelandt, Petronellavan Zeelandt, weduwe van Hermanus Sweeren, Catharina van Zeelandten Joanna van Zeelandt 693 .15-11-1746: Monsr. H:J: Van Anraij & Anna Ansems e.l., schepenCorn: Braber die volmacht heeft van Agnes Ansems (Boxmeer, 22september 1746) en samen met schepen Godefridus Van Dijck alsvoogden van de minderjarige kinderen van wijlen schepen JohanAnsems, dragen op aan Maria Siepkens weduwe wijlen Corn: VanZeelandt bouwland genaamd de Grijpsael opt Meerse Veldt, alsmede dehalfscheid van het land over de weg daarlangs, samen groot 2¼kleine morgen 3 roeden, vrij allodiaal erf waarvan 'het streepke<strong>nl</strong>andt neffens den wegh thiendvrij is uijtgenomen drij gerven aenhet eijndt'. Coopspenning: 235 – 0 – 0; 15 hoogen 45 – 0 – 0 ; 280– 0 – 0 . 40ste penning: 7 gulden 0 stuiver 0 penning, d.d. 31oktober 1746 694 .Op 24-12-1748 koopt de weduwe van Cornelis van Zeelandt een vijfdedeel van een ‘weykamp’ te Boxmeer 695 .Uit dit huwelijk (allen ged. Boxmeer):1. Joannes, ged. 3-9-1698, ouders: Cornelis Jansen en Maria Peters,getuigen: Theunis Jansen, Hermina Peters, Joanna van Batenburch enPetronella Abels.2. Catharina Joanna, ged. 12-6-1704, getuigen: Anthonius Peters enJoanna Theunisen, Sibilla van Aekhoven(?).3. Joanna, ged. 10-2-1709, (ouders: Cornelis Jansen en MariaPeters, getuigen: Anthonij Jansen, Joanna van Gogh.1292. Wynandus Jans Verhaert, schepen van Sambeek, (o)tr. Sambeek3/18-7-16881293. Wilhelmina Hendriks van Os, overl. v. 9-10-1742.Zekere Guinando Verhaart is getuige bij de doop van Anna, heteerste kind van 646/7. Guinando is volgens mij gewoon Wynand.Verder is een Wilhelmina van Os later doopgetuige: zij is identiekaan Wilhelmina Hendriks. Bovendien komen de hieronder genoemdekinderen enkele malen bij elkaar voor als getuigen bij dopen vanhun eigen kinderen. Op 25-2-1697 krijgen ene Jacobus Verhaert enElisabeth Verhoeven ook een dochter Allegonda. Zouden deze mensenvoorouders kunnen zijn: Henricus Willems, (o)tr. Sambeek 15-4/17-6-1657 Aldegondis Jans. Nader onderzoek.Dit echtpaar verschijnt met regelmaat in de Sambeekse archieven:aan- en verkopen.Op 15-3-1700 koopt het echtpaar land te Sambeek ‘Den Reuver’genaamd, gelegen in de Aembeten 696 .Op 27-11-1700 volgt de aankoop van een stuk bouwland in deAembeten, ‘de vlas saelen’ genaamd 697 . De aankoop zelf was overigensal in 1697, maar nu wordt de akte geregistreerd.Op 25-5-1706 en 2-12-1706 volgt de aankoop van bouwland 698 . Devolgende aankoop is op 4-12-1708: een stuk bouwland ‘den NimmeghsenRaeij’ 699 .Zo kopen zij op 23-8-1715 bouwland, genaamd ‘het Overen’ teSambeek 700 .Op 26-9-1718 kopen zij stukken bouwland te Sambeek op hetBoxmeersevelt 701 .Op 6-9-1721 volgt de aankoop van een hooi- of weilandje aan deBeeckbrugge te Sambeek 702 .


Op 11-1-1724 volgt de aankoop van land ‘De Mallert; geheten 703 . Devolgende aankoop is op 3-6-1726 704 . Op 19-4-1728 de aankoop vanbouwland, De Rijssense Bosch, in de Aembeten onder Sambeek 705 .Op 9-3-1729 is Wynand geldschieter voor een bedrag van 200gulden 706 . Op 3-4-1730 volgt de aankoop van en huis c.a teSambeek 707 . Op 17-4-1731 is er de aankoop van land in de Aembeten,‘Goet schaeps landt’ geheten 708 .Op 9-10-1742 koopt Wynand alleen land aan, zodat ik aanneem datWilhelmina overleden is 709 .Uit dit huwelijk (allen ged. Sambeek):1. Catharina, ged. 20-8-1689, getuigen Wolterus Jan en ImmeliaJans.2. Henricus, ged. 14-3-1691, getuigen Joannes Willems en AleidaJans.3. Johannes, ged. 5-12-1693, getuigen Winandus van Schaijk enBaetrix Wolters.4. Wilhelmus (= nr. 646; getuigen Melchior Arts, Joanna Willems.5. Alardus, ged. 26-9-1701, getuigen Joannes Allarts, de koster,Immelia Jans.6. Catarina, ged. 23-4-1705, getuigen Theodorus Arts, de koster,Joanne Verhaerdt, Jacoba Mooren, otr. Sambeek 1404-1742 (metdispensatie wegens bloedverwantschap in de derde en vierde graad)Albertus van Els.Sambeek (NB) - 13 oktober 1767 - Brief en schema van J.Verstraaten, pastoor in Sambeek, als aanvraag voor dispensatievanwege 4e graad bloed-verwantschap in verband met voorgenomenhuwelijk tussen: Joannes van Kempen, parochiaan van Vierlinxbeek,zoon van Jan van Kempen en Margarita Huijbers, Margarita dochtervan Henricus Huijbers en Joanna Anssems, Henricus zoon van HendrikHuijbers en Joanna van Os; en Joanna van Els, parochiane vanSambeek, dochter van Albertus van Els en Catharina Verhaard,Catharina dochter van Winand Verhaard en Wilhelmina van Os,Wilhelmina dochter van Henricus van Os en Aldegonda Hendrix.Volgens getuigen zijn Joanna van Os en Henricus van Os zus enbroer. RHCL Maastricht (24-1767-5 - foto 1415a+b) 710 .7. Aldegunda, ged. 1-10-1707, getuigen niet vermeld, mog. overl.Boxmeer 8-12-1738.8. Gertrudis, ged. 18-5-1711, getuigen Henricus van Bon, CatharinaVerhaert, Barbara Jans, tr. Geurt Havens.1294. Tilmannus Jans Vermasen/Vermaeseren, ged. RK Sambeek 19-2-1666,overl. v. 14-9-1717, (o)tr. RK Sambeek (Boxmeer) 4/19-9-16881295. Deriske Jans van Os (ook: Theodora Jans), overl. na 19-4-1728Bij het huwelijk waren beiden afkomstig uit Sambeek.28-6-1707: Hermanus Swart, deurwaerder van de Raed van Brabant,draagt op namens Commis E. De Greve, aan Tilman Jans Vermaesenbouwland, groot 1¼ morgen aan het Haegelcruijs, belast met 6 sesterrogge geestelijken pacht. Voor 37 gulden. 40ste penning: 1 gulden11 stuiver, d.d. 28 april 1707 711 .Op 14-9-1717 koopt Derisken Jans van Os, weduwe van TillemansVermaseren een stuk bouwland te Sambeek: Jan van Leunen & MechelJans e.l. dragen op aan Deriske Jans van Os weduwe TillemanVermaesen zalr. een bouwland, groot 1 kleine morgen, vrij erf.Coopspenn: 125 – 0 – 0; 4 hoogen. 40ste penning ende 10e verhoging:1 gulden 19 stuiver 14 penning, d.d. 9 september 1717 712 .De weduwe is ook nog actief op 19-4-1728, wanneer ze land aankooptin het Meerseveldt: Geret, Jan en Alardt Jans Michiels, Geritie enJenneke geassisteerd met Jan Coenen en Jan Remmen, dragen op aanDeriske Van Os weduwe Tilleman Vermaesen zalr. bouwland in het


Meerse Veldt aan de Heijde, groot 2¼ morgen, belast met 4 sesterrogge Sambeekse maat en ¾ hoen chijns aan Lindert Van Vlaenderen.Coopspenn: 186 – 0 – 0; 4 sester 70 – 0 – 0; ¾ hoen 4 – 13 – 12;260 – 13 – 12. 40ste penning: 6 gulden 10 stuiver 6 penning, d.d.14 april 1728 713 .Uit dit huwelijk (allen ged. Sambeek):1. Catharina, ged. 20-12-1688, getuigen Henricus Tijssen, AnnaMichiels, Gijsberta Gerits.2. Margaretha, ged. 3-12-1690, getuigen Alardus Michiels,Margaretha Heijsen.3. Tilmannus, ged. 5-10-1692, getuigen Joannes Tilmans Vermasen enPhiliberta Heijsen.Tilleman Vermasen overl. Sambeek 31-5-1747.Zijn nalatenschap wordt verdeeld over zijn zussen en zwagers:Jenneken Vermaesen, Jan Aerts en zijn vrouw Catharina Vermaesen,Gerard Aerts en zijn vrouw Anneken Vermaesen, Hermen Aerts enMargareta Vermaesen en Willem Verhaert en Joanna Vermaesen 714 .4. Gisberta, ged. 8-12-1694, getuigen Hermannus Tijssen, JoannaDerix.5. Joanna, ged. 16-10-1696, getuigen Henricus Alarts Michels,Gertrudis Jans.6. Andreas, ged. 5-10-1698, getuigen Joannes Tijssen, GodefridusArts, Sibylla Jacobs.7. Anna, ged. 10-9-1700, getuigen Hesigius Jans, Gisberta Gerits,Gertrudis Jans.8. Margaretha, ged. 6-9-1702, getuigen Mathias Jans, Joanna Peters,Elisabetha Jans.9. Joannes, ged. 12-6-1704, getuigen Joannes Heurkens, HesichiusJans (ook genaamd Henricus; tr. Elisabet Arts: ook dr. Margaretha)Barbara Jans.10. Margarita, ged. 12-7-1705, getuigen Godefridus Arts (tr.Catharina Gerits: ook dr. Margaretha)., Joanna van Slempen,Mechtildis Lamers.11. Joanna, (= nr. 647).1296. (= nr. 1284).1297. (= nr. 1285).1298. Guielmus Stevens, wellicht overl. Boxmeer 29-10-1729, tr. Boxmeer7-4-16841299. Anna Thijssen Theunissen (ook: Thomesen).Deze ouders zijn waarschij<strong>nl</strong>ijk de juiste, gelet op tijd, plaats endoopgetuigen bij nr. 648/649. Meer bewijs is natuurlijk welnoodzakelijk.Trouwgetuigen: Joannes (of Joanna) Smits en Christiano Stevens.Willem is op 22-8-1684 te Boxmeer zelf getuige bij het huwelijk vanPetrus Jacobs en Steijn Stevens.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Boxmeer):1. Stephanus, ged. 19-7-1686, getuigen: Petrus Stevens, MariaPieters, Anthonij Jans, Bertina Stevens.2. Petrus, ged. 24-3-1688, getuigen: Gerardus Jansen, BarbaraStevens, Christiani Stevens en Joanna Segers.Petronella, ged. 4-8-1690, getuigen: Jacobus Peters en JoannaSegers, Martini Jacobs en Maria Peters.3. Joannes, ged. 14-2-1692, getuigen: Petrus Crifts en HermkenDerks.4. Petrus, ged. 19-2-1694, getuigen: Jacob Drieseenen en Elisabeth..nssens.5. Maria, (= nr. 649).


1300. Harit Thomessen (ook: Arnoldus Thomessen), overl. Boxmeer25-12-1699, (o)tr. Boxmeer 5-1/17-3-16761301. Henrica/Hendersken Alarts.Een van de doopgetuigen bij kinderen van dit echtpaar is PetronellaAlarts. Een vrouw met die naam tr. Boxmeer 12-1-1689 HenricusThijssen (die ook voorkomt bij de doopgetuigen). Een van degetuigen bij dat huwelijk is zekere Alardo Jans. Zou hij de vaderkunnen zijn van Petronella (en van Henrica)?Er is ook een Joannes Alarts, die met enige regelmaat kinderen laatdopen, waarbij dan Petronella en Henrica Alarts als getuigeoptreden. Ik denk dat hij identiek is aan nr. 1308 uit deze<strong>kwartierstaat</strong> en dat Henrica en Joannes Alarts dus broer en zuszijn – en kinderen van Alart Jans/Joannes.Getuigen bij de ondertrouw: Joanne Theunissen en Henrico Lammerts,bij het huwelijk waren Henrico Lammerts en Gerardo Jans degetuigen.Op 14-2-1691 tr. Boxmeer Joannes Thomesen met Maria Simons.Getuigen: Thomas Hendriks en Leonarda van Staeij. Zou Thmoas devader kunnen zijn (van Joannes en van Harit?).Op 27-2-1691 tr. Anna Thomesen met Gerardus Brouwers (getuigenBarthelomeus Bastiaans en Theodora Thomesen).Op 14-11-1706 koopt Hendrica Allarts, weduwe van Harit Thomesen,samen met Catharina Thomesen land ‘aen het Elderoms hecken’, haareigen erf is naastligger 715 .Op 8-2-1712 koopt Hendersken Allers, weduwe van Harit Thomesen,enkele kampjes weidegrond ‘op het ham’ te Boxmeer 716 .Misschien is Hendrick Harits, die te Sambeek enkele keren aantreedtals ‘stadthouder van den Lande van Cuijck’ een familielid – ofzelfs de vader 717 ?Uit dit huwelijk: (in ieder geval, allen ged. Boxmeer):1. Antonia, ged. 6-8-1677, getuigen: Henricus Damen en CatharinaThomesen (overigens kan de doop ook op 16 of 26-8 zijn geweest; hetpapier vertoont een vouw).2. Aldegunda, ged. 4-7-1679, getuigen: Joannes Theunissen,Catharina Thomesen, Nicolae Gerarts, tr. Hermen Cup.Op 6-6-1732 treedt Hendrik Harits op als momboir voor de kinderenvan Hermen Cup en Aldegonda Harits 718 .3. Petrus, ged. 23-10-1682, getuigen: Gerardus Helfkens, Arnoldivan Meer en Petronella Alarts.4. Anna, ged. 6-11-1685, getuigen: Henricus Nieuwenhuijse, Echbertivan Meer, Petronella Alarts.5. Hendrik, (= nr. 650).6. Gerardus, ged. 16-8-1694, getuigen: Henricus Thijssen enMargareta Hendrix, Gerardus/Gerrit Harrits Thomassen, overl.Boxmeer 12-4-1776, tr. Boxmeer 17-5-1726 Petronella Hendriks.Trouwgetuigen: Arnoldo Jacobs en Margarita N.N.Op 7-9-1772 koopt Gerrit Harits land te Boxmeer 719 .Het echtpaar koopt op 17-7-1726 een huis c.a. te Boxmeer 720 .7. Thomas Harits, ‘geswooren landtmeeter’ 721 , tr. Doreken Gudden.Hij is wellicht gedoopt (maar dan had de pastoor bij deinschrijving een slechte dag): Boxmeer 18-11-1680, zn. van HenriciThomesen en Henrice Alberts (of Allerts?), getuigen: JoannesJacobs, Joanna Huberts, Henrica Luijs.Op 22-2-1734 kopen Thomas en Doreken twee percelen bouwland in deIJspan gelegen. Verkopers zijn Harit Heurkens en Hermijn van Els.Ik denk overigens, dat hij ook nog ergens familie is 722 .8. Nicolaus/Claas, overl. Boxmeer 29-4-1775, tr. Hermijn Huggers.


De weduwe (Hermijn Hugger) en kinderen van Claas Harits verkopen op15-5-1778 bezit te Boxmeer (Jacobus, Hemijn en Maria, getrouwd metWillem Jans 723 . Zij verkopen dan aan Hermanus Linsen en BerendinaBerns, die we nog terug zullen zien als vrouw van Hendrik Harits.Later heet de vrouw van wijlen Claas Harits echter ‘HubertjeHugger’ 724 .1302. Everdus/Evert Huiberts/Hubers (ook: Everardi Peters), overl.Boxmeer 13-6-1712, tr.1303. Jenneken Gerrits (ook: Joanna Geraerts Claijssens), wellichtoverl. Boxmeer 21-11-1724 (dan als Joanna Gerits).Op 14-12-1714 maakt zekere Peter Claessen ‘kranck in een stoelsittende’ te Boxmeer zijn testament op. Erfgenaam is zijn vrouw,Claeske Egberts, maar onder de verder erfgenamen worden ook dekinderen genoemd van zijn nicht, Jenneken Gerrits, vrouw van EvertPeters 725 . In een onderschrift d.d. 3-1-1715 wordt verder gestelddat Jenneken Gerrits levenslang het profijt van ‘de tochte’ van heterfdeel dat haar kinderen krijgen van Peter Claessen en zijn vrouw.Jenneken is zelf aanwezig, samen met Thomas Claessen momboir overhaar kinderen. Overigens had Claeske Egberts al eerder haartestament op laten maken; daaruit blijkt geen enkele relatie metEvert en Jenneken 726 .Op 23-12-1712 koopt Jenneken Gerits, weduwe van Evert Peters,bouwland op ‘de barkel’ te Boxmeer 727 .Dit gezin erft vaker. Op 13-4-1713 testeren Albert Anselms en AgnesLob (ondertekening op 14-1-1714). Zij benoemt tot haar erfgenamen(naast enkele legaten) Claes en Thunnisken Lob en de kinderen vanhaar neef, wijlen Evert Peters en van Jenneken Gerrits 728 . Op 13-6-1715 wordt het testament na het overlijden van Albert Ansemsgeopend – hij is begraven te Boxmeer op 21-8-1714. Later, op 8-7-1716, herroept de weduwe, Agnes Lob, dat testament overigens. Dekinderen krijgen nog wel een deel in de vaste goederen. Ooklegateert Agnes aan de kinderen van neef Evert ‘mijnen bestengouden rinck en 25 pondt tinn tot eene gedachtenisse en vijftiggulden hollants’ 729 .Op 9-6-1719 komen de erfgenamen van Jan Wormbs en Derresken Lob bijelkaar, om enkele geldelijke zaken te regelen. Hendrik Wormbs,Claes Lob, Roelof van Els en zijn vrouw, Tunnisken Lob en ookJenneken Gerrits, weduwe van Evert peters en de voornoemde ClaesLob als haar momboir. Verder is schepen Johan Ansems aanwezignamens Agnes Lob, weduwe van Albert Ansems 730 .Op 13-7-1720 is er na de dood van Agnes Lob (ze is overleden teBoxmeer op 29-4-1720) een verdeling van haar aardse goederen.Aanwezig zijn dan: Johan Anselms, Claes Lob, Roelof van Els, manvan Tunnisken Lob. Ook aanwezig: Hendrik Harits, man van PetronellaEverts en Thomas Harits als momboir over de andere kinderen vanEvert Peters en Jenneken Gerrits 731 .Op 14-1-1747 treden Hendrik Harrits en Petronella Huijberts aanvoor zichzelf en namens Hendrik Jansen en Catharina Huijberts.Hendrik en Peter van den Bergh ‘als oomen en bloetmomboiren’ overde drie onmondige kinderen van Gertrudis Huijberts ‘geweseneEghtl.’. In de marge staat in een aantekening dat Peter van denBergh en Dorothea Huijberts man en vrouw zijn. Verder is er nogPeter Everts Huijberts. Zij verkopen samen land te Boxmeer,ongetwijfeld van hun ouders afkomstig 732 .28-2-1749: Hendrik Harits en Petronella Evers Huijbers e.l.; PeterEvers Huijbers, meerderjarige jongman; Peter van den Bergh enTheodora Evers Huijbers e.l.; Gerrit Harits als momboir overonmondige kinderen van wijlen Arnoldus de Bruijn en Gertruijd


Huijbers e.l. verkopen aan Jacob Graat senior en Anneke Ebben e.l.uiterwaard Beugen voor het bedrag van Fl. 1025 733 .25-11-1749: Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.; CornelisReijnen en Margaretha Lamers e.l.; Antoon Peskes en PetronellaLamers e.l.; Willem Rutten en Judith Lamers e.l.; Barbara Lamers,meerderjarige dochter; Huijbert Peters en Elisabeth Barten e.l.;Jan Huijberts voor zich en zich sterk makend voor de kinderen vanElisabeth en Catharina Huijberts; Maria Simons weduwe van JanHuijberts en haar meerderjarige kinderen, met name Peter, Marten enWendelina Huijberts zich tevens sterk makend voor absente zusPetronella Huijberts; Hendrik Harits voor zich en zich sterk makendvoor gezame<strong>nl</strong>ijke kinderen en erfgenamen van Evert Peter Huijbertsen de kinderen en erfgenamen van Jacob Peter Huijberts en denagelaten kinderen en erfgenamen van Anna Peter Huijberts, allenerfgenamen van Jan van Merwijk en diens 1e vrouw Catharina PeterHuijberts verkopen aan Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.huis, schuur en aangelegen land aan de Schijsteeg, land in hetHaasewinkel voor Fl. 702.Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.; Cornelis Reijnen enMargaretha Lamers e.l.; Antoon Peskes en Petronella Lamers e.l.;Willem Rutten en Judith Lamers e.l.; Barbara Lamers, meerderjarigedochter; Huijbert Peters en Elisabeth Barten e.l.; Jan Huijbertsvoor zich en zich sterk makend voor de kinderen van Elisabeth enCatharina Huijberts; Maria Simons weduwe van Jan Huijberts en haarmeerderjarige kinderen, met name Peter, Marten en WendelinaHuijberts zich tevens sterk makend voor absente zus PetronellaHuijberts; Hendrik Harits voor zich en zich sterk makend voorgezame<strong>nl</strong>ijke kinderen en erfgenamen van Evert Peter Huijberts en dekinderen en erfgenamen van Jacob Peter Huijberts en de nagelatenkinderen en erfgenamen van Anna Peter Huijberts, allen erfgenamenvan Jan van Merwijk en diens 1e vrouw Catharina Peter Huijbertsverkopen aan Antoon Peskes en Petronella Lamers e.l. hooiland in deMaarbroeken voor.Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.; Cornelis Reijnen enMargaretha Lamers e.l.; Antoon Peskes en Petronella Lamers e.l.;Willem Rutten en Judith Lamers e.l.; Barbara Lamers, meerderjarigedochter; Huijbert Peters en Elisabeth Barten e.l.; Jan Huijbertsvoor zich en zich sterk makend voor de kinderen van Elisabeth enCatharina Huijberts; Maria Simons weduwe van Jan Huijberts en haarmeerderjarige kinderen, met name Peter, Marten en WendelinaHuijberts zich tevens sterk makend voor absente zus PetronellaHuijberts; Hendrik Harits voor zich en zich sterk makend voorgezame<strong>nl</strong>ijke kinderen en erfgenamen van Evert Peter Huijberts en dekinderen en erfgenamen van Jacob Peter Huijberts en de nagelatenkinderen en erfgenamen van Anna Peter Huijberts, allen erfgenamenvan Jan van Merwijk en diens 1e vrouw Catharina Peter Huijbertsverkopen aan Jan Heijsen en Petronella Hendrix e.l. bouwland in hetHoofken, land aan de Maasweg en aan het Hellebroek, bouwland tegende Mandersteegh, weiland genaamd de Goede Koop voor Fl. 435.Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.; Cornelis Reijnen enMargaretha Lamers e.l.; Antoon Peskes en Petronella Lamers e.l.;Willem Rutten en Judith Lamers e.l.; Barbara Lamers, meerderjarigedochter; Huijbert Peters en Elisabeth Barten e.l.; Jan Huijbertsvoor zich en zich sterk makend voor de kinderen van Elisabeth enCatharina Huijberts; Maria Simons weduwe van Jan Huijberts en haarmeerderjarige kinderen, met name Peter, Marten en WendelinaHuijberts zich tevens sterk makend voor absente zus PetronellaHuijberts; Hendrik Harits voor zich en zich sterk makend voorgezame<strong>nl</strong>ijke kinderen en erfgenamen van Evert Peter Huijberts en dekinderen en erfgenamen van Jacob Peter Huijberts en de nagelatenkinderen en erfgenamen van Anna Peter Huijberts, allen erfgenamen


van Jan van Merwijk en diens 1e vrouw Catharina Peter Huijbertsverkopen aan Jan Bongers weduwnaar van Anna Huijberts bouwland aanJan Verheessteeg voor Fl. 101.Willem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l.; Cornelis Reijnen enMargaretha Lamers e.l.; Antoon Peskes en Petronella Lamers e.l.;Willem Rutten en Judith Lamers e.l.; Barbara Lamers, meerderjarigedochter; Huijbert Peters en Elisabeth Barten e.l.; Jan Huijbertsvoor zich en zich sterk makend voor de kinderen van Elisabeth enCatharina Huijberts; Maria Simons weduwe van Jan Huijberts en haarmeerderjarige kinderen, met name Peter, Marten en WendelinaHuijberts zich tevens sterk makend voor absente zus PetronellaHuijberts; Hendrik Harits voor zich en zich sterk makend voorgezame<strong>nl</strong>ijke kinderen en erfgenamen van Evert Peter Huijberts en dekinderen en erfgenamen van Jacob Peter Huijberts en de nagelatenkinderen en erfgenamen van Anna Peter Huijberts, allen erfgenamenvan Jan van Merwijk en diens 1e vrouw Catharina Peter Huijbertsverkopen aan Jan Thijssen en Judith Ebben e.l. voor de ene en aanWillem van Merwijk en Maria ter Vooren e.l. voor de andere helfthooiland genaamd Elserskampke voor Fl. 266 734 .Wellicht is er een relatie met Peter Huijberts, te Boxmeer 735 .Uit dit huwelijk (volgorde niet geheel duidelijk, allen ged.Boxmeer):1. Petronella, (= 651).2. Gerardus, ged. 14-9-1695, getuigen: Petrus Jans en DeriskenTheunissen.3. Theodora, ged. 25-2-1703, getuigen: Joannes Huijberts, DierickenLobb, tr. Peter van den Bergh.4. Catharina, nog geen doop gevonden, maar volgens een akte zijnzij en haar man de schoonzus en zwager van Hendrik Harits 736 .5. Catharina tr. Hendrick Jansen, leven 1740 te Rotterdam.6. Peter Everts Huijberts, overl. na 14-1-1747.1304. Kersten/Christiaan Gerrits, overl. v. 20-3-1706, (o)tr. Sambeek1/21-2-16751305. Marij Jaspers, ged. Sambeek 26-6-1651, overl. na. 20-3-1706Doopgetuigen van Maria: Jan Peters, Catharina N.N. en de vrouw vanJoannes Teuwen.Een opmerkelijke verkoop door dit echtpaar in 1688. Op 20-5 van datjaar verkopen Kersten Gerrits en Marij Jaspers bezit in dieplaats 737 . Zo verkopen zij de hofstad te Mullum waar zij dan nogzelf op wonen, gelegen ‘neffens de Luijenbeeck de andere sijde hetAckervoortsestraatjen ende de Ackervoortseweg ende voorhoofs deGroenelandsestraat’. Verder wordt er aardig wat land verkocht; intotaal ontvangen ze van de koper, Anna van Randtwijk, baronesse,douariere Van Steenhuijs ruim 1359 gulden: , 20-05-1688Beschrijving: Kersten Gerits & Merij Jaspers e.l. dragen op aan dehoogwelgeboren mevrouw Anna van Randtwijck Baronesse, ‘douagiere’van Steenhuijs, vrijvrouwe tot Heumen, Malden en Oploo hun hofstadwaar zij op wonen, gelegen in Mullem, bestaande uit huis, schuur,schop, hof, bouw- en weiland aan de Luijnbeeck, het Ackervoortsestraatje, de Ackervoortse wegh en de Groenelandse straat, groot 3morgen, vrij erf bouwland in de Hetsche Camp, afkomstig vanRavenswaij, groot 3 morgen 88 roeden, vrij erf behalve een ½ hoenaan advocaat van Elderom, bouwland in de Ackervoort aan deStalenbergse wegh en de beek, belast met 10 sester rogge aan dekosterij van Sambeek, groot 2½ morgen, vrij erf bouwland, afkomstigvan Michiel Verhees, gelegen aan de beek een de Heerstraat, groot 2morgen, vrij erf behalve drie sester rogge in Pierlincks pacht oor


1359 gulden 3 stuiver, wegens een schuld van 700 gulden plusintrest, die Kersten & Merij schuldig waren aan de vrouw vanHeumen, en ook nog 250 gulden wegens 2 malder erfpacht die op 28februari 1678 ontvangen waren aan hooggemelde mevrouw maar die nietgeleverd konden worden. Daarvan zijn Kersten, Merij en hun erven‘onterfft ende ontgoed, nu en ten eeuwigen dage’.Saillant detail: de hofstad en veel meer van genoemde bezittingenverkoopt Anna van Randtwijk op 24-5-1695 weer aan de broer vanMarij, Teeuws Jasper en zijn vrouw, Catharina Criffs 738 .Zij verkopen op 28-2-1678 te Vierlingsbeek een aantal bezittingen.Op 2-3-1672 komt Kersten Gerrits toch weer voor als inwoner vanMullum.Kersten Gerrits en Maria Jaspers verkopen op 4-9-1677 en 24-2-1678(zelfs twee keer) bezit te Sambeek 739 .Op 20-3-1706 wordt een akte geregistreerd van 10-3-1706 740 . Daarinverkopen Gosen Jans en Marij; Jan Tijsen en Jenneken; Lisabeth Jansen Jan Remmen, haar momboir; Teeuwes Jaspers en Catharina; MarijJaspers en , haar zoon; Teeuwes Jaspers als momboir over deonmondige kinderen van Claes Jans de Hoogh zaliger; en WillemGijsberts en Jenneken samen bezit te Sambeek. Genealogisch gezienis het meest interessant dat Marij Jaspers geassisteerd wordt doorhaar zoon: haar man moet dan dus overleden zijn.Interessant: mogelijk tr. Kersten Gerrits (1) Anna vanSlypenbeeck/Sliepenbeek. Op 13-7-1667 laten zij, te Mullum, tenhuize van zekere Jacob Deynen een testament opmaken: op die dag om11 uur ’s morgens begeven schepenen van Sambeek zich naar Mullemalwaar ten huize van Jacop Deynen aanwezig zijn: Kersten Geerits &Anna van Slypenbeeck e.l., ‘beyde gaende ende staende kloeck endegesondt’ die verklaren: beiden willen begraven worden op hetkerkhof en op de begrafenis zal de langstlevende 2 malder rogge totbrood bakken en uitdelen aan de Armen; de langstlevende zal hebbenalle goederen, roerende en onroerende, actien ende crediten, gouten silver, gemunt ende ongemunt, tevens een bouwkempke over de weghlangs de Hoochwechse stradte en een sael bouwlandts op Cuppenkuijlangs de Holtesse steege, 5½ vierdeel vrij erf 741 . Anna stamt uiteen familie waarvan de familieleden al in de 15e eeuw te Sambeekvoor komen 742 .Op 28-11-1657, 20-4-1659, 9-7-1661, 9-5-1665 en 4-2-1667 is eenKersten Gerrits schepen van Sambeek .Het lijkt erop dat er een naamgenoot voorhanden is, want op 17-1-1656 kopen Kersten Gerrits en zijn vrouw, Mettijen land te Sambeek:Hendrick Jansz. van Schindel & Hermken e.l. met Ruth Hendricx,voorzoon van Hermken en haar eerste man Hendrick zal. hebbenopgedragen aan Kersten Geerits & Mettijen e.l. 4½ vierdeelbouwland, vrij erf. Als borg stelt Hermen Jansz. al zijn goederente Mullem. 743 . Zij komt voor bij de dopen van Sambeek: JoannesDeinen, ged. Sambeek 1-10-1644, zoon van Jacobus Deinen (dat iszonder twijfel dezelfde als de buurman bij wie het testamentopgemaakt wordt van Kersten Gerrits en Anna van Slypenbeek, teMullum; zie hierboven) en Anna van Rijsen. Getuigen: Guilielmus vanRijsen, Metta N.N. (N.B. in de marge: baptista, dus voor eenmeisje, maar dit was niet veranderd in de naam. Getuige 1 is depastoor ter plaatse, getuige 2 is de vrouw van Christianus Geridts.Metta N.N. komt ook bij deze dopen voor als getuige:Gerarda, ged. Sambeek 10-9-1645, dochter van Henricus Jacobs enTheodora N.N. Getuigen: Henricus Gossens, Metta N.N. (vrouw vanKersten Geridts).Andreas, ged. Sambeek 2-12-1642, zoon van Matthias Henrici Deinenen Metta N.N. Getuigen: Andreas Curten, Metta N.N. (de vrouw vanKersten Geridts).


Op zijn beurt is Christianus Gerrits ook doopgetuige:Jacobus, ged. Sambeek 9-4-1645, zoon van Petrus Alerts en JoannaN.N. Getuigen: Christianus Geridts, Joannes N.N., Joanna N.N.,Thijsken N.N. (de vrouw van Alardus Deinen, in plaats van haardochter Joanna).Op 23-3-1639 wordt te Sambeek een akte opgemaakt waarin een GerritKerstiens en Kerstien Gerrits aantreden, overigens zonder verdereaanduiding van een familierelatie 744 .Kinderen van Kersten Gerrits en Metta N.N.:Gerarda, ged. 14-2-1645 (ouders: Christianus Geridts en MettaN.N.), getuigen: Matthaeus Peeters, Metta N.N. Opmerkingen: devader is afkomstig van Oploo; de laatste getuige is de vrouw vanMatthias Deinen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sambeek):1. Gerardus Gerits, (= nr. 652).2. Gaspar, geb. Mullum, ged. 5-8-1679, ouders: Christianus Geritsen Maria Jaspers, getuigen: Nicolaus Jans, Aleijdis Gerits,Catharina Gerits.Jasper Kersten en Willemken Peters kopen op 29-11-1713 een hofstadte Sambeek: Aert Ansems met zijn kinderen dragen op aan JasperKerstiens & Wilmken Peters e.l. een hofstad met huis en schuur,groot 1 kleine morgen 51 roeden, belast met 1 Sambeeks malder roggeaan de Sinte Cornelis Capell tot Mullem en 3 stuiver of ¼ sesterrubsaet aan de kerck van Sambeeck. Coopspenn: 300 – 0 – 0; 1 malderrogh. 40ste penning ende 10e verhoging: 11 gulden 15 stuiver 7duiten, d.d. 31 oktober 1713 745 . Op 31-10-1719 kopen zij bouwland ophet `Hessels Veldt' 746 . Op 21-3-1731 verkoopt Jasper, metondersteuning door de mombers over zijn kinderen (Willemken isoverleden): Gerret Kersten, Joannes Classen de Hoogh, weer land ophet Herssels Veldt: Jasper Kerstens geassisteerd met Geurt Kerstensen Joannes Classen De Hoogh als momboir over zijn onmondigekinderen verwekt bij Willemina Peters (octrooi 25 januari en 15februari 1731), draagt op aan Monsr. Oswolt Bufflee & Juffr.Barbara Verheijen e.l. bouwland opt Hersels Veldt te Mullem tussenden Herselsen Wegh en de Beeckbroecken, groot 2 kleine morgen, vrijallodiael erf. Coopspenn: 86 – 0 – 0. 12 hoogen 36 – 0 – 0; 122 – 0– 0. 40ste penning: 3 gulden 1 stuiver 0 penning, d.d. 24 februari1731 747 .3. Elisabetha, ged. 1-8-1682, ouders: Christianus Gerits en MariaJaspers, getuigen: Gerardus Peeters, N.N. Stevens, Joanna Jans,Meth Lamers.4. Anna, ged. 21-3-1686, ouders: Christianus Gerits en MariaJaspers, getuigen: Cornelius Claessen, Maria Claessen, MechtildisGerits.5. Joannes, ged. 27-9-1689, ouders: Christianus Gerits en MariaJaspers, getuigen: Henricus Jans, Gerarda Jans, Mechtildis Lamers.1306. Arnoldus Geurts (Mooren, ook: Moren), overl. Sambeek 20-1-1699,tr. Sambeek 10-7-16781307. Maria Aerts Mooren, overl. Sambeek 7-1730.30-11-1694: de echtelieden Aert Geurts en Maria Aerts Moren,verkopen aan Reijnder Hendrickx en Geusken Gerits zijn huisvrouw,een hooi- of weicamp, met een zijde neffens den Mullumschen Dijcken met een eind op de gemeene Beeck 748 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sambeek (Boxmeer)):1. Godefrida, (= nr. 653).


2. Hermanna, ged. 14-5-1682, (ouders: Arnoldus Geurts en MariaMooren), getuigen: Arnoldus Mooren, Jacoba Mooren (het kind isgedoopt door de vroedvrouw en wordt nu onder voorwaarde gedoopt).3. Arnoldus, ged. 16-2-1685, (ouders: Arnoldus Geurts en MariaArts), getuigen: Petrus Jans, Joanna Jans, Jacoba Arts.4. Anna, ged. 6-9-1687, (ouders: Arnoldus Geurts en Maria Mooren),getuigen: Wilhelmus Geurts, Lucia Mooren, Jacoba Mooren.5. Anna, ged. 3-9-1688, (ouders: Arnoldus Geurts en Maria Mooren),getuigen: Joannes de Wilt, Cecilia Mooren, Jacoba Mooren.6. Joannes, ged. 22-8-1689, (ouders: Arnoldus Geurts en MariaArts), getuigen: Franciscus de Bordt, Mechtildis Lamers.7. Martinus, ged. 22-4-1692, (ouders: Arnoldus Geurts en MariaMooren), getuigen: Arnoldus Hermers, Balthazar Cremers, HenricaMartens).8. Arnoldus, ged. 21-5-1699, (ouders: Arnoldus Geurts en MariaMooren), getuigen: Joannes de Wilt, Cecilia Mooren, Jacoba Mooren(diversen: de vader was inmiddels overleden; het kind was wettig).1308. Joannes Alarts, otr. Sambeek 6-1-16851309. Margareta Hendrix.Mogelijk is Joannes identiek met het kind van die naam dat teSambeek gedoopt is 22-5-1660 (ouders: Alardus Michils en JoannaDericx; zie nrs. 5178 en 5179 uit deze <strong>kwartierstaat</strong>).Waarschij<strong>nl</strong>ijk is er een gelijknamige man in Sambeek (hij isalthans getrouwd met een Willemken; hij lijkt me zeker een zoon vanAllardt Michiels): 16-5-1709: Reijnder Biermans & Geesken e.l.,Tilman Gerits & Percken e.l., Jan Alardts Michels & Willemken e.l.,Pouwel Alardts Michels, Gerit en Maria Jans, geassisteerd met PeterLaex hun stiefvader, dragen op aan Geurt de Wildt & Lisabeth e.l.een wei- of hooikamp, groot 2 kleine morgen 88 roeden gelegen overde Brugh, vrij erf. Voor 525 gulden. 40ste penning: 14 gulden 8stuiver 9 denier, d.d. 11 mei 1709 749 .Op 16 en 18-9-1710 zijn te Boxmeer overleden: Hendrick Deijnen enPeterken Alarts. Jan Alarts en Roelof Jans zijn de erfgenamen 750 .Maria is wellicht overl. Boxmeer 12-9-1727 (dan als Margarita JansAllaerts), wellicht is die overledene echter nr. 1311 uit deze<strong>kwartierstaat</strong>.Bij het huwelijk is sprake van dispensatie wegens bloedverwantschapin de derde en vierde graad.Op 15-9-1749 laat Allert Jans te Boxmeer zijn testament opmaken.Daarin noemt hij zijn drie broers en een zuster (of hun erven) toterfgenaam. Bij de opening van het testament komt ook JasparClabbers voor 751 .Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Hendrick Jans Aelders.2. Aeldert Jans, tr. Boxmeer 8-1-1711 Maria Roelofs vanEls/Elsen 752 . Zij tr. (1) Hendrick Lob.Het echtpaar laat op 7-1-1711 huwelijkse voorwaarden opmaken.Aldert wordt bijgestaan door zijn vader, Jan Allers. Maria isweduwe van Hendrick Lob (begr. Boxmeer 8-7-1710); ze wordt ondermeer geassisteerd door haar zwager, Peter Claes.Getuigen bij het huwelijk: Bartel Jans en Helena Pieters.3. Bartholdus/Bartel/Bart Jans Aelders, ged. Boxmeer 31-10-1687,getuigen: Joannes Derloe, Anthonij Jansens, Petronella Alarts.overl. v. 29-12-1741 (mog. overl. Boxmeer 22-12-1724 (dan alsAlbertus Jans Allaerts), tr. Boxmeer 18-6-1715 Helena Peters.Op 21-4-1716 koopt het echtpaar land te Boxmeer 753 .


Op 29-12-1741 transporteert Helena Peters, weduwe van Bart JansAlders, met haar familie (deels van Sambeek afkomstig) een huis enhofstad te Boxmeer 754 .4. Andries Jans Aelders, (= nr. 654).5. Hendrina Aelders.Op 4-12-1741 transporteert Hendrina Jans Aelders, op dat momentniet gehuwd, want de schepen J. Ansems treedt op als momboir, een‘holtgewas genaempt de Elsbosch’ en wat land aan haar broer,Hendrik Jans Aelders 755 .1310. Nicolaus (ook: Claas) Peters, overl. Boxmeer 13-11-1723 (alsNicolaus Peters), (o)tr. Sambeek 24-4/9-5-16881311. Margarita Jans.Bij het huwelijk was Nicolaus afkomstig van Boxmeer, Margareta kwamuit Sambeek.Op 18-2-1716 verkoopt en koopt het echtpaar bouwland te Boxmeer 756 .Op 25-2-1733 verkopen de erfgenamen van Claas Peters en MargaritaJans bezit te Boxmeer. Peter Egberts en Machteld Clasen, AndriesJans en Aldegonda Clasen, Peter Geurts als volmacht voor Fransisvan der Vught en Joanna Clasen, Peter Claasen, ook als volmachtvoor Derk van Reeven en Petronella Clasen, Derk Ebben en MariaClasen en ten slotte Jan Clasen verkopen aan hun zus, TheodoraClasen een huis, met een brouwerij c.a. aan de Steenstraat teBoxmeer 757 . Ook in de daaropvolgende akte wordt bezit verkocht doorMachteld en Aldegonda en hun partners.Op 23-9-1740 verkopen de gezame<strong>nl</strong>ijke erfgenamen (dan is overigensook een Hendrina Jans aanwezig) een ‘vehr ende visscherije in deMaese’ 758 . Dat was al lang bezit van hun voorouders en laatstelijkin het bezit van hun overleden vader. Allen ondertekenen de akte.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Machteld, tr. Peter Egberts/Ebbers.2. Aldegonda (= nr. 328).3. Joanna, tr. Boxmeer 18-1-1720 Fransis van der Vught.Trouwgetuigen: ‘patre guidone’ en Joanna van Kalkar.4. Peter, schepen van Boxmeer.5. Maria Clasen, tr. Derk Ebben.Op 25-6-1730 tr. Boxmeer Theodorus Ebben met Maria Peters. Getuigenbij het huwelijk: Joanna Peters en Theodora Peters. Op basis vandie opmerkelijke overeenkomst in namen zou het om Maria en DerkEbben kunnen gaan.6. Petronella, tr. Derk van Reeven.7. Jan.8. Theodora/Dorothea, tr. Boxmeer 19-4-1733 Peter Anthoon Smits.Trouwgetuigen: Joanna Claessen en Joanna Allaerts.Op 6-5-1737 verkopen Petronella Claesen en Derk Reeven land aanhaar (inmiddels getrouwde) zus en zwager, Peter Anthoon Smits 759 .1312. Willem Bastiaans de Poorter, geb. ca. 1671, overl. v. 1746, tr.1313. Clara Gijsberts van Roij, overl. na 1732.Inv. 4969 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 1685 folio 99 vInventaris 163 jaar 1693 folio 383 De heer Philip Lopla aut omtrenteen en dartich jaeren, Anthoni de Poorter aut omtrent vijff endartich jaeren ende Willem de Poorter out omtrent twee en twintichjaeren, inwoonderen alhier. Die welcke verclaerde waer endewaerachtich te weesen, als dat de heer Frederick Aelbert Baron deLeeffdael binnen deeser vrijheijt is gecomen inde maent october?1692 ende alhier verbleven tot den 23e februarij 1693, sijnde den


dagh voorde merckt dagh, alhier van half vasten, ende als doensmorgens omtrent ten tien van hier vertrocken naer Hollandt, sooals hij gemelte heere Baron verclaerde ende dat hij gemelte heerebaron sich ten tijde alhier heeft onthouden ende daghelijckx alhierbij deponenten ende veel geselschap heeft geconverceert ende bijsijne broeder de heer Rogier van Leefdael alhier mede woonachtich,op sijne adelijck huijs de Bocht heeft onthouden, dam ondertusschen eenen dagh a drij tsij naer de heerlijckheijt Beeck naerde residentie van sijne broeder heer van Beeck etc. als naer destadt van Bosch heeft verkeert ende als dan wederom in gecomen endeonthouden tot den tijt voorschreven van sijn vertreck. Gevende sijdeponenten redenen van hunder wel wetenheijt als dat sij deponententen tijde voorschreven bij gemelte Frederick Albert baron vanLeeffdael, dagelijck hebben verkeert.Compareerde voor mij Gerit Stanssen etc. de loffwaerdige getuijgennaer genoempt Jonker Lambert van Gerven woonende alhier ten huijsevan Elias van Heeswijck out omtrent 13 jaren welke heeft terrequisitie van Heer Aelstius predicant deeser vrijheijt heeftverclaert ende getuijght mits deesen opde echte waerheijt dat hijbij ende present is geweest als Jan soone Claes Hooftmans, Hendricksoone van heere requirant selv stiet ende schopten met de voet endeomdat de voorschreven Henrick van lackens rol in stucken scheurde,sijnde sulcx geschiet den eersten deeser voorde huijsinge Elias vanHeeswijck voornoemt. Compareerde noch Andries Peeter de Roij outomtrent 13 jaeren die welcke verclaert ende confirmeert met deboven gestelde verclaeringe. Compareerde Willem soone Bastiaen dePoorter die welcke verclaerde dat hij aen ende present is geweestsoo wanneer als Jan soone Claes Hooffmans questie ende verschilhadde (in zijlijn staat: met Hendrick soone des voorschrevenrequirant) dat hij dan mede heeft gesien dat de voorschreven JanHooffmans den voorschreven heer requirant voorschreven soone haddegeslage als doen de voornoemde soone claegde dat hij Jan hem soohadde gestooten dat hij sulcke pijn aen sijn gemacht hadde etc.1698: De Oude Vrijheijt. Willem de Porter en Clara sijn vrouw, metsin vrouwe moeder.Inventaris 172 jaar 1720 folio 417 Lambert van der Sande surigijnende Gerart de Roij, die welcker ter instantie van AnnemarieHombergh jonge dochter hebben verclaer dat sij omtrent inde maentvan november int jaer seventienhondert achtien savonds sijn geweestten huijse van Willem de Poorter in sijn leven herbergier alhier,beneffens Matijs Huijskens ende Annemarie Hombergh requirante indeesen. Alwaer onder veel andere discoerse wierde gesproocken soovan vrije als trouwe. Sij deponente gehoort ende gesien hebbendedat Matijs Huijskens ende Annemarie voorschreven hen onderlingentot den huwelijcken staat hebben verbonden. Seggende den voornoemdeMatijs Huijskens deese of diergelijcke woorde, want gij mijn soolief hebt als ik u heb, soo sal ick u houwen, maer dat is geloge.Waer op sij requirante antwoorde, o ja. Waer opde vader ende moedervande requirante is gecomen ende hij Matijs Huijskens het selveaende vader ende moeder affvragende ende seijde, geefde mijn udochter niet, waer op daer vader ende moeder is geantwoord, ja soonende heeft den voorschreven Matijs Huijskens daer op gelt uijtgeworpen 't geene ten deele of wel int geheel is verdronkengeworden ende den voorschreven Matijs Huijskens het aende moedervan de requirante toe brengen seggende a voes moeder ende moederrepliceerende ende seggende danck u seer soon. Waer mede soo hetscheen dat de vader ende moeder genoechsaem met het huwelijk tevreden waeren.


Inventaris 167 jaar 1705 folio 319 Soo sal Gerart de Roij endeWillem de Poorter man ende momboir van Clara sijne huijsvrouwe, soovoor hem selve als mede lasthebbende van de weduwe Gijsbert de Roijvoor haer tochte, als mede lasthebende van henne broeder endesuster, soo sij verclaerde vercoopen een hooffke ackerlants, terplaetse achter de huijsinge Wouter de Gruijter. Neffens erffveMaijke Coppens aen eene sijde, de andere sijde Anthoni Himbergenmetten eene sijde ende eene eijnde, met den ander eijnde de rivierede Dommel. Cooper Jan de Leuw.Inventaris RA 137 folio 187 jaar 1732 Schuldbekentenis doorGijsbert de Poorter aan Clara weduwe Wilem de Poorter sijnecomparante moeder.Inventaris RA 139 folio 288 jaar 1746 Jenneken Nicolaasse van deVen weduwe wijle Gijsbert van Strijp, geassisteert met Nicolaas vanStrijp haaren zoon, heeft getransporteert aan Matthijs van denHeuvel, een huijs en hoff gelegen ter plaatse op den Heuvel enaldaar aan erve deen sijde en een eijnde de gemeene straat, dandersijde Jan van Son, dander eijnde Antonij van Ansem. Haartransportante aangekomen bij versterff en erffenisse van Willem dePoorter haaren neeve. Hieruijt te vergelden o.a. vijff duijtenchijns aan de heere van Helmont.Inventaris 139 folio 290 jaar 1746 Jenneken Nicolaasse van de Venweduwe wijle Gijsbert van Strijp, geassisteert met Nicolaas vanStrijp haaren zoon, heeft getransporteert aan Maria van Boxtelweduwe Hendrik van de Laar, een camp teullandt geleegen onderNijnsel op den Hout. Hem transportant aangekomen bij versterf enerffenisse van Willem de Poorter haaren neef.Inventaris 139 folio 291 jaar 1746 Jenneken Nicolaasse van de Venweduwe wijle Gijsbert van Strijp, geassisteert met Nicolaas vanStrijp haaren zoon, heeft getransporteert aan Huijbert Jan Adriaansvan de Wijdeven, een agste part in een hoijvelt, gelegen onder Bosen Varrenhout in de Donderdonk. Hem transportant aangekomen bijversterf en erffenisse van Willem de Poorter.1314. Aegidius Aert Delissen Vercuijlen (ook: Van der Cuijl en AegidiusAert Delissen Vercuijlen de Jonge), tr. (1) Aldegundis N.N., tr.(2)1315. Ida Coorst Ariaen Eijmers Voets.Momboirseed van Claes Janssen Boer die Willem Smits zijn zwagervervangt en Heester dochter van Hendrick Vercuijlen de zus van zijnvrouw en Hendrick Bevers voor Maria en Anneken zijn zussen, SijmonJanssen van der Haigen, Tonis Dircx van der Heijden,, minderjarigekinderen van Hendrick van der Haigen, vervanging van Hendrick PeterHellincx, Andries van Kessel, Adriaen Hendrick van de Laerschot manvan Ida, , Corstiaen Arien Voets met vier minderjarige kinderenverwekt bij zijn vrouw Maria ook een dochte rvan Jan Verhaigen,Delis Aerts de jonge man van Ida dochter van Corstiaen Voets, MariaSijmons namens Jenneken van Bergem [dubieus] allen erfgenamen vanHendrick Jans Vercuijlen [folio 151 verso op 8 april 1701]Afstand van tochtrecht door Delis Aerts de jonge nagelatenweduwnaar van Luijcas Verweteringe betreffende een akker van 8lopensen onder het Lutteleind in de Straat ene zijde Hendrik vanden Oever, andere zijde de kinderen van Claes de Klompenmaker, ene


einde Anneken Luijcas Verwetringe en het andere eind de straat[folio 62 verso 26 januari 1703]Verklaring door Peter [37] en Claes [24] broers zonen van Gerritvan der Loo verwekt bij Jenneke Verweteringe zijn vrouw dat hunmoeder als langstlevende in1701 is komen te overlijden en alsvoogden over hen heeft aangesteld Delis Aerts den Ouden en ClaesJans Verweteringe [folio 218 op 3 juni 1708].Verklaring der schepenen en chirurgijn dat ze om 6 uur in denamiddag ‘gevisiteert’ hebben het dode lichaam van Adriaen zoon vanPeter Mathijssen van Dijck liggende ten huize van Delis Aerts denOuden waar door chirurgijn Bernuly twee steekwonden zijngeconstateerd waarvan een is doorgedrongen tot in de lever en demaag en de andere in de darm [folio 175 op 2 mei 1711].Uit het eerste huwelijk (in ieder geval, allen ged. RK Schijndel):1. Petrus Delissen, ged. 22-12-1690, ouders: Egidius Aert Delissenen Aleydis N.N., getuigen: Mathias van Dijck en Maria AertDelissen.Verklaring namens het hoog officie dat men in het huis van PeterDielis Vercuijlen het dode lichaam heeft gevonden van diensdriejarig zoontje dat is verdronken in een sloot welk kind doorchirurgijn Innocentius Bernuly is gevisiteerd die deverdrinkingsdood constateert [folio 117 verso op 30 april 1719].2. Arnoldus Delissen, ged. 23-11-1694, ouders: Aegidius AertDelissen en Alegundis N.N., getuige: Arien Delissen.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged. RK Schijndel):2. Maria Andriesse, ged. 27-6-1701, ouders: Aegidius Aert Andriesseen Ida Corst Ariaen Voets, getuigen: Adrianus Drijssen van derCuijl en Elisabeth Corst Ariaen Voets.Helena Jansen, ged. 28-4-1703, ouders: Aegidius Aert Jansen en IdaCorst Ariaen Lamers, getuigen: Antonius Theodori van der Heijde enMaria Aert Delissen.3. Emerentiana Delissen, ged. 6-2-1705, ouders: Aegidius AertDelissen en Ida Coorst Ariaen Eijmers Voets, getuigen: AegidiusAert Delissen en Maria Cornelii Voorstenbos (is weduwe).4. Wilhelma, (= nr. 657).5. Adrianus Delissen, ged. 3-12-1708, ouders: Aegidius AertDelissen en Ida Coorsten Ariaen Voets, getuigen: Adrianus Delissenen Maria Aert Delissen.6. Joanna Aerts, ged. 16-3-1711, ouders: Aegidius Aerts en IdaChristiani Ariaen Voets, getuigen: Adrianus Aegidii Aerts en MariaChristiani Voets.7. Arnoldus Vercuijlen, ged. 23-10-1716, ouders: Egidius ArnoldiVercuijlen en Ida Christiani Voets, getuigen: Henricus Willebrordusvan den Oetelaer en Anna Antonii van de Keer.Is dit vroege familie?FICHE 7 inventarisnummer 648 periode 1569-1576fol.189AERT JANSSEN VAN DER CUYLEN wonende te Schijndel en belast met dezorg voor vrouw en kinderen heeft een verzoekschrift ingediend. Op25 october 1570 is zijn moeder ‘ter kermissen gegaen’ te HEESCH enze had Aert belast, omdat ze in die nacht verder niet thuis zoukomen, te zorgen voor en toezicht te houden op het huis. ‘sAvondsis hij met DIERICK LAMBERTS, knecht en dienaar van de familie,thuis gekomen en die heeft toen de dienstmaagd des huizes of ‘hetjonckwyff’vastgepakt, wat Aert zag en zei: “Laet onse maerte gaenende haer dingen doen”. Daarop antwoordde Dierick, ‘datmen hem


teten soude voir setten’, wat Aert beval te doen aan dedienstmaagd. Nadat ze dat gedaan had, zei Dierick dat er ook nogeen pot bier getapt zou moeten worden. Dat horende is Aert met dedienstbode, die hem bijlichtte, naar de kelder gegaan en ze hebbendaar een pot bier getapt en aan Dierick gegeven. Met z’n drieëngingen ze gezame<strong>nl</strong>ijk eten en drinken en tenslotte heeft Dierick,die niet alleen met de huishoudster in huis mocht blijven, genoemdeAert ‘zeer tirannich ende onverladich gelaetende metten selven potgeslagen inder vuegen dat de voirs. maerte tot hem suppliant seyde:“Dierick sal den pot breken”. Om Dierick ‘in vrede te houden’ zeiAert daarop: “Laet hem den pot houden den pot en heeft gheen noot”.De huishoudster, die bij Dierick weg wilde, is naar buiten gegaanen Aert heeft haar gevolgd. Hij zei tegen haar, dat ze terstond inhuis naar haar slaapkamer en naar bed moest gaan en voegde er aantoe: “Ick sal Dierick wel van u keeren want want hy in meyninge isdesen nacht by u te slapen”. Dierick had hem gevolgd en hoorde dewoorden die hij tegen de dienstbode zei. Toen riep Dierick henbeiden toe: “Ten sal u niet baten ende ick sal evenwel mynen willedoen”. Samen weer in huis teruggekeerd en aan tafel etende endrinkende, benadrukte hij nogmaals dat hij die nacht bij dedienstbode zou slapen en ‘ zynen wille met haer doen’. Toen zeiAert tegen de huishoudster: “Gaet ghy vry in uwe slaepcamere tebedde; Dierick en zal u nyet misdoen ende ick sal hem wel keeren”.Na die woorden nam Dierick een volle kan bier in zijn hand en zeitegen Aert: “Ick brenge u die volle canne biers vuyt”, waar Aert opzei: “Ick en begeer nyet meer te drincken dan eenen goeden dronckoft een halff potteken”. Dierick wilde echter dat hij de hele potzou uit drinken. Hij dronk hem zelf haastig leeg en liet hem Aertonder dwang weer vol tappen. De pot op tafel zettende heeft Dierick‘gedroncken zyn geliefte’ en is daarop uit huis gegaan en datziende vroeg Aert hem: “Wat wildy deestyts snachts vuyten huysegaen” en hij is Dierick gevolgd, maar Dierick liep ‘met grootenhaesten omme het huys’ in de veronderstelling via een andere deurbinnen te kunnen komen. Aert was inmiddels al weer binnen enDierick klopte op de deur. Aert liet hem vervolgens binnen en deedhet voorstel te gaan slapen, maar Dierick wilde eerste weten waarde meid gebleven was. Hij liep daarop naar de kaars en zei: “Ickwille die maerte sien metten lichten weder u lieff off leet is”.Met de kaars in de hand voegde hij eraan toe: “Ick wil gaen sienwaer die maerte is”. Aert stond er op dat Dierick naar zijn eigenbed zou gaan en de huishoudster zou laten slapen en deed het lichtuit. Dierick, ziende dat hij ‘zyn voirs. quaet voirnemen mettevoirs. maerte nyet conde volbringen heeft vuytgetrocken zynenopstekere ende daermede seer furieuselyck naer den suppliantgesteken in meyninge wezende hem daermede te evelen van den lyve’.Aert, die dat zag, is uitgeweken naar een kamer en Dierick riep hemnog toe: “Ick sal u in die camer wel vinden; ghy meynt dat ick uontsien sal; ick en wil u en nyemant ontsien”. Nu bemerkte Aert datin de kamer waar hij gevlucht was geen slot of grendel had en erwas ook niets waardoor hij hem van binnen kon afsluiten. AlsDierick daar zou komen binne<strong>nl</strong>open, had hij dus geen plaats om tevluchten en zichzelf te redden. Dierick dwong Aert uit die kamer tekomen en die heeft moeten beloven dat hij de kaars weer zouaansteken. Uit vrees voor verder geweld heeft Aert dat gedaan.Dierick heeft wederom zijn opsteker in zijn hand genomen en omdathij ‘zyn quaden wille nyet en conde volbringhen’ fulmineerde hij endreigde Aert en wilde hem doorsteken. Aert, die dit zag, nam eenstoel in de hand om zichzelf te redden zonder daarmee te slaan ofte gooien. Dierick hield niet op en bleef steken. Aert, beseffendedat hij moeilijk zou kunnen ontkomen , liet de stoel achter en nameen stok in zijn hand om daarmee de steken van Dierick af te weren.


Ziende dat hij Dierick ‘qualyck conde gekeeren heeft in denvuytersten noot den voirn. Dierick metten voirn. stocke gegeveneenen slach op zyn hooft, de welcke achterweerts deysende is tereerden neder gevallen ende bynnen sekeren tyt daernae deser wereltoverleden tot groot ende bittere leetwesen van den armen suppliantdie daer peys gemaect heeft met partye geinteresseerde ende is oyckanderssins van goede fame name ende conversatie; nochtans vrezenderigeur ende strangheyt van justicie en soude hem nyet vryelyckdorven vinden int openbaer sonder ierst ende alvoirens van onsverworffven te hebben onse behoirlycke brieffven van gratie enderemissie, om de welcke hy ons zeer oitmoedelyck gebeden heeft’.Schout en schepenen tonen zich genegen het verzoek te ondersteunenen ze hebben hem de straf voor deze doodslag kwijtgescholden –maart 1572 760 .1316. Franciscus/Frans Tunisse der Kinderen, tr. Sint Oederode 25-9-16951317. Mariken Cornelissen van de Oever.Inventaris 164 jaar 1695 folio Huwelijk 25 september 1695 FransThonisse der Kijnderen jonghman ende Mariken Cornelissen van deOever jonge dochter beijde van deeser vrijheijt.Inventaris 169 jaar 1710 folio 121 Joost Marten Sanders endeHendrick Thomas Willems als beedigde momboiren over de drieonmondighe kinderen van wijlen Jan Tonis Franssen verwekt bijdenselve ende bij wijlen Jenneken Thomas Willems sijne geweesenehuijsvrouwe ende Frans Tonis Franssen, die welcke verclaerde metmalcanderen aengegaen te hebben eene erffscheijdinge ende deijlingevan de goederen hen luijden mits doode van henne ouders erffelijckaengecomen soo als sij seijden ende verclaerde. O.a. aen FransTonissen een huijs, torfschop ende lant teijnde den hof. Gelegenbinnen deeser vrijheijt Sint Oedenrode ter plaetse Vressel, de eenesijde neffens efve Ruth van Herentum, de andere sijde de weduweThonis Tonissen, de eene eijnde de voorschreven onmundige, de andereijnde Ruth van Herenthum voorschreven. Genoemd in deese akte deSint Oedenbergh te Vressel.Inventaris 171 jaar 1716 folio 248 Hendrick Cornelisse van denOever ende Jan Marten Sanders inwoonderen alhier. Momboiren van devijf onmundige kijnderen van wijlen Frans Teunisse der Kijnderenverweckt bij de selve ende bij wijle Marie Cornelisse van den Oeversijne gweesene huijsvrouw.1698: Neijnsel ende Vressel. Frans Thonissen ende Marie sijn vrouw.Jen de meijt boven de 16 jaer. 2 kinder Tonis ende Cornelis.Inventaris 171 jaar 1716 folio 249 Soo sal Hendrick Cornelisse vanden Oever ende Jan Marten Sanders als momboire van de vijfonmundige kijnderen van wijle Frans Teunisse der Kijnderen verwecktbij de selve mede bij wijle Marie Cornelisse van den Oever sijnegeweesene huijsvrouwe, openbaarlijck ende voor alle man verhuereneen huijs, hof, teul, weij ende hoijlant, soo ende gelijck denonmundige van haer eijge in gebruijck is hebbende. Gestaen endegelegen binnen de vrijheijt Sint Oedenrode ter plaetse Vressel.Gepacht door Jan van Roij. Borgen zijn: Willem Willems denRaijmakers ende Jan van Roij den Oude sijne borge.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sint Oedenrode):1. Thonis.2. Cornelis, (= nr. 658).3. Ioannes, ged. 19-2-1701, ouders: Franciscus Tunissen en Maria,getuigen: Nicolaus Tunissen en Ale Phli.


4. Nicolaus, ged. Sint Oedenrode 30-9-1703, ouders: FranciscusTunissen en Maria, getuigen: Tunis Nelisse van den Oever en IoannaIan Tunisse.5. Maria, ged. 11-7-1706, ouders: Franciscus Tunisse en Maria,getuigen: Philippus Gorts en Ioanna Cornelisse.6. Hiacintus, ged. 11-2-1709, ouders: Franciscus Tunis der Kinderenen Maria, getuigen: Rut van Heretum en Ioanna Tunissen.7. Francisca, ged. 18-8-1713, ouders: Franciscus Tunisse derKinderen en Maria, getuigen: Henricus Wauters en Maria Ian Lammers.1318. Peter Frans Denissen van der Meulen, van Schijndel, tr. Dinther7-8-16941319. Willemken Mattheuwes Hanegraeff (ook: Van Dinther), ged.Dinther 13-2-1675, afkomstig van Dinther.Bij de doop van Willemina: Guilielma, ouders: Mathheus Godefridi enHelena N.N., getuigen: Joannes Arnoldi en Joanna Henrici.Schijndel: Inv. 4966 Notaris Huijbert van Bree october 1684 folio258v.Jan Aertssen van Ravesteijn mombaer over Maria doghter Jacob vanHees dewelcke bekent in beleeninghe overgegeven te hebben aenGeraert Martens huijs hof met het aengeleghen landt gelegen indeparochie van Schijndel. In de marge staat: Peter Claessen metHendersken Frans Denissen ende Peter Franssen dewelcke bekennenvoldaen te sijn van dese geloofte 23 apprillis 1688.Momboirseed van Peter Frans Denissen en Lambert Ariens overCorstiaen en Jan broers zonen van Frans Denissen verwekt bijHendricxken dochter van Jan Huijberts Spierincx [folio 125 op 3januari 1695]Deling van goederen onder Peter zoon van Frans Denissen en Heijlkezijn zuster, Lambert Ariens en Jan Jacob Denissen voogden overCorstiaen en Jan [folio 125 in 1695]Momboirseed van Peter Lamberts van der Haigen en Peter FransDenissen over Maria onmondige dochter van Hendrick Lamberts van derHaigen en diens vrouw Lijsken Denissen [folio 154 verso op 21 juni1695].Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Schijndel):1. Helena, (= nr. 659).2. Joannes Francisci, ged. 24-1-1703, ouders: Petrus Francisci enGuilielma Petri, getuigen: Joannes Francisci (uit Vechel) en AnnaAnthonii (uit Dinther).3. Gisbertus van der Muelen, ged. Schijndel 21-3-1705, ouders:Petrus Francen van der Muelen en Guilielma Theuwens van Dinter,getuigen: Joannes Theuwens en Joanna Lamert Spirincx.4. Maria van der Meulen, ged. 11-11-1706, ouders: Petrus Franciscivan der Meulen en Guilielma Theuwens, getuigen: Joannes Theuwens(uit Dinther) en Maria Christiani.5. Antonius van der Meulen, ged. Schijndel 8-11-1708, ouders:Petrus Francen van der Meulen en Guilielma Petri, getuigen:Adrianus Theuwens en Maria Coorstiaens van der Muelen.6. Gisbertus Francisci, ged. 1-10-1710, ouders: Petrus Francisci enGuilielma Teuwens van Dinter, getuigen: Henricus Gisberti en MariaJan Jacobi.1322. (?) Leonardus Swillens/Swilliens, ged. Maaseik 28-11-1660 761 , tr.Maaseik 1-11-16841323. Mechtildis Nelisen.Uit dit huwelijk: (allen ged. Maaseik):1. Petrus, ged. 1-8-1685.


2. Mathias, ged. 23-8-1687, overl. 3-1-1721.3. Maria, ged. 7-9-1689 (= denkelijk nr. 661).4. Anna, ged. 19-1-1692.5. Anna, ged. 22-10-1694.6. Joannes, ged. 22-3-1697.7. Mechtildis, ged. 2-4-1699.8. Leonardus, ged. 23-9-1701.9. Gisbertus, ged. 4-4-1704.1332. Petrus Rosenboom, te Cranenburg, tr. (1) Kranenburg 21-1-1695Elijsabeth van Beeck, tr. (2) Cranenburg 4-5-1698 MargarethaJansen, tr. (3) Cranenburg 11-2-17031333. Maria Jansen.1334. Bartholomeus Gelichs van Doorn, misschien afkomstig vanDonsbrüggen (D), tr. Sint Anthonis 2-12-1679 Maria Abrahams,tr.1335. Gertrudis Hermans.Uit dit huwelijk (allen ged. Cranenburg):1. Hermanus, ged. 26-11-1696.2. Theodorus, ged. 19-2-1699, overl. Wyler 11-11-1772, tr. Wyler 3-5-1757 Elisabetha Valcks.3. Sybilla, (= nr. 667).1344. Dirk Smit, te Bücken, tr.1345. (?) Anna SleefDe herkomstplaats bij het huwelijk van zijn zoon Dirk is Bücken.Dirk is overleden na 17-4-1789, dan is althans iemand van die naamsamen met Anna Sleef getuige bij de doop van zijn kleinkind Anna.Vanwege de doopgetuigenis en de naamsovereenkomst zou Anna Sleef devrouw kunnen zijn van Dirk Smitt. Uiteraard kan het ook om eenander familielid gaan en is meer bewijs nodig.1348. Hendrik Hummen, j.m. van Twello, kruidenier, (o)tr. (1) Deventer5-5/3-6-1725 Heijltje Tengnagels, tr. (1) Berend Rosenvoords.Hendrik Hummen tr. (2) Deventer 24-12-17301349. Harmina Aarsen, j.d. in de PolstraatHendrik Hummen en zijn Heijltje woonden in de Waterstraat teDeventer. Hendrik (kruidenier) koopt ook nog een hof aan de Hoven,een huis en erf in de Waterstraat en een huis in de Assenstraat.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Deventer):1. Gerrit Hummen, ged. 7-7-1726.2. Elsebe, ged. 16-12-1729.3. Hendrike, ged. 14-3-1728, tr. Deventer 27-2-1752 JacobusArensen.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Deventer):4. Gerrit, ged. 18-1-1732.5. Jacoba, ged. 25-5-1733.6. Pieter, (= nr. 674).Hendik Hummen zou deze kwartieren kunnen hebben 762 :Generatie I1. Hendrik Peters Hummen, ged. Twello 1-1-1699Generatie II2. Peter Gerrits Hummen, geb. ca. 1673, tr. Twello 29-10-1697, hijj.m., soon van wijlen Gerrit Hummen in ’t Nijbroek, zij wed. vanHendrik GerritsWelberg, alhier tot Twello


3. Engeltje Jans, geb. ca. 1675, tr 1) Hendrik Gerrits Welberg.Uit het tweede huwelijk:1. Hendrik Peters, (= nr. 1).2. Gerrit Peters, ged. Twello 24-12-1702.3. Joanna Peters (Janna Hummen), ged. Twello 26-12-1706, tr. WanderBerents (Pannekoek), geb. ca. 1690, zn. van Berent ReindersPannekoek alias BerentReinders op den Blaasbalg.Generatie III4. Gerrit Hummen, schepen van Nijbroek, geb. ca. 1635, tr. (1)N.N., tr. (2) Twello 10-4-1670, als weduwnaar, wonende en schepenin ’t Nieuwbroek, zij van Twello5. Aaltjen Willems Bömers (ook: Boemer) (zie 5 op blz. 1).Uit het tweede huwelijk:1. Humme Gerrits, schepen, burgemeester van Nijbroek, geb. ca.1672, tr. (1) Zwaantje Jans, tr. (2) Nijbroek 16-11-1715 TeunisjeBarthels (getuige(n): Berent van Werven en Jan van Oemne,secretaris te Nijbroek), zij (tr) 1 Geurt Aalberts, van Apeldoorn.2. Peter Gerrits, (= nr. 2).3. Geertruid Gerrits Hummen, tr. Twello 26-7-1704 Geerlig Janssens,zn. van wijlen Jan Wilms, zij j.d. van wijlen Gerrit Hummen,wonende tot Vorden.Generatie IV8. N.N. HummenKinderen:1. Harmen, tr. Gerritjen Aelberts, tr. (2) Twello 1662 TruickenJansen, hij is weduwnaar van Gerritjen Aelbertse en zij is weduwevan Hermen Jochums, tot Twello.2. Gerrit, (= nr. 4).10. Willem Bömers, kerkmeester in TwelloKinderen:1. Aaltjen Willems Boemer, (= nr. 5).2. Jacob Willems, kerkmeester te Twello, tr. Voorst 1670 Gerritjenter Meulen (ook: Meulemans), dr. van Peter ter Meulen (Meulemans).3. Barta Willems, tr. Twello 23-8-1668 Peter Stevens, hij wedr.wonende tot Deventer1346. Pieter Thomas Woedelok/Woudelok/Woudeloch, begr. Amsterdam (ZuiderKerk) 17-11-1773, tr.1347. Petronella Geertruij van der Burg, begr. Amsterdam (Zuider Kerk)27-10-1773Het echtpaar is op 8 september 1737 in de hervormde Zuiderkerkgetuige bij de doop van Pieter, zoon van Dirk Thomasz Woedelock enMitie Burgard.Pieter is overleden na 10-12-1758, dan is hij samen met Geertruijvan der Burg getuige bij de doop van zijn kleinkind Anna Geertruij.Mogelijk voorgeslacht:Thomas Woddelock, begr. Amsterdam (St. Anthonis Kerkhof) 23-3-1710,tr. Amsterdam 18-9-1701 Aefje/Agie Dirckse, begr. Amsterdam (St.Anthonis Kerkhof) 29-5-1744, weduwe van Tomas Tomasz Woedelok.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Amsterdam):1. Fredrick, ged. 13-5-1699, ouders: Thomas Thomasz en EefieDircks.2. Piter, (= nr. 1346), ged. 3-6-1703, ouders: Thomas Thomasse enAfie Dircks, getuigen: Harmen Jans en Pitertie Dircks.Verdere voorouders?Mels Woedelok, begr. Amsterdam (St. Anthonis Kerkhof) 29-6-1727.


1360. Jan Simonse Boon, begr. Amsterdam (St. Anthonis Kerkhof)28-8-1777, tr. Amsterdam 10-9-17471361. Giertje Nagtegaal, denkelijk overl. Amsterdam (St. AnthonisKerkhof als Giertie Jacoba Naghtegaal) 22-11-1779.Bij het huwelijk: Jan Sijmense en Geertje Nagtegaal.Op 30 november 1774 is het echtpaar nog doopgetuige bij hunkleinkind Willem.Uit dit huwelijk (allen ged. te Amsterdam):1. Jacob, ged. 23-6-1748.1362. Krijn van der Spek, karreman, vermoedelijk begr. Amsterdam(Karthuizer Kerkhof) 8-1—1747, tr. Amsterdam 10-4-17351363. Aagje/Agatha Sijmens Boon, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof,als Agatha Sijmens, huisvrouw van Krijn van der Spek) 13-2-1759Bij het huwelijk: Crijn Van Der Speck en Aagje Sijmonsz.Krijn werd op 9-4-1738 poorter van Amsterdam (nr. 18, p. 140), zijnberoep was toen karreman.Er overlijden rond die tijd in Amsterdam meer mensen met de naamKrijn van der Spek. Ik neem aan dat hij op dezelfde locatie isbegraven als zijn vrouw, vandaar deze begraafdatum. Het is dus nietuitgesloten dat het om een andere man gaat.Uit dit huwelijk (allen ged. te Amsterdam):1. Martie, ged. 22-1-1736, getuige: Martie Jans.2. Wouter, ged. 23-6-1737, getuige: Maria Jans.3. Marretje, ged. 19-8-1739, getuige: Marretje Jans.4. Marretje, ged. 28-9-1740, getuigen: Aldert Egberse en GesinaGerrits.5. Wilmina, (= nr. 681), getuige: Martje Jans.6. Aagje, ged. 21-10-1744.7. Grietje, ged. 2-10-1746.8. Grietje, ged. 2-8-1750, getuigen: Marten van der Speek enGrietje van der Speek.9. Grietje, ged. 24-9-1752.1364. Bartelt Stokkers, ged. Rijssen 19-9-1686, tr.1365. Aaltien Bulners, ged. Rijssen 27-2-1681.1366. Bartelt Hofman, tr. Rijssen 3-2-17421367. Maria Baan, ged. Rijssen 20-8-1713.Gegevens denkelijk te Rijssen.1372. (?) Jan Broers, te Kollum.1376. N.N. KreekWellicht is N.N. een nazaat (zoon?) van: Gerrit Adriaansz Kreek,begr. Amsterdam Karthuizer Kerkhof 1-3-1718.1378. Claas Jacobszn. van Staveren, ged. Amsterdam 21-2-1706,lijndraaier, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof) 16-2-1749,tr. Amsterdam 1-11-17311379. Claasje Michiels/Machiels, ged. (EL) Amsterdam 26-12-1704.Getuige bij de doop van Claasje is Annetje Machiels. Getuige bij dedoop van Claas is Tryntje Sybrens.Bij zijn huwelijk wordt Klaas met de familienaam "Van Staveren"vermeld. Hij woont dan op de Santhoek en hij wordt vergezeld doorzijn zuster, Trijntje Jacobs van Staveren.


Op 1 mei 1732 wordt Claas Jacobs van Staveren ingeschreven alspoorter, zijn beroep is lijndraaier.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Jacob, ged. 28-1-1733, getuigen: Sietje Jacobs en CorneliaMachielse.2. Dievertje, ged. 24-11-1734, getuige: Ariaantje Jacobsz.3. Anna, (= nr. 689).4. Gerritje, ged. 14-12-1740, getuigen: Davit Machiels en CorneliaMachiels.5. Jacob, ged. 28 augustus 1743, getuigen: Jacob Sietjes enCornelia Machielsen.1380. Jan Veltman, ged. Amsterdam 28-1-1723, otr. Amsterdam 30-4-17451381. Lea van Nuijs, geb. ca. 1720.De getuigen bij de doop van Jan waren Jan van Santen en Geertruidde Bie.Jan en Lea zijn ondertrouwd op 30-4-1745 te Amsterdam (bron: GA nr727 blz 460, brontekst: ‘Jan Veltman van Amsterdam, oud 24 jaar opde Lindegracht, geassisteerd met sijn moeder Catrina van Santen enLea van Nuijs van Amsterdam, oud 25 jaar op de Blomgracht,geassisteerd met haar vader Abraham van Nuijs.’Jan Veltman en Lea van Nuijs zijn op 4 juni 1769 getuige bij dedoop van Lea, dochter van Jan Veltman en Anna Elisabeth Minke. Op13 juni 1770 zijn Jan en Lea getuige bij de doop van Jan, zoon vanKlaas Veltman en Jannetje Aannewart en dat gebeurt opnieuw op 27maart 1772.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Albert, ged. 8-10-1745, getuigen: Klaas van Elm en Katrina vanZanten.2. Klaas, ged. 30-12-1746, getuigen: Klaas van Elm en Katrina vanZanten. Klaas tr. Jannetje Aannewart.3. Jan, ged. 31-1-1749, getuigen: Klaas van Elm en Katrina vanZanten.4. Jan, (= nr. 690).5. Margrieta, ged. 31-1-1751, getuigen: Jan Willem Urkhuijsen enFransijntje de Munnik.6. Catrina, ged. 30-7-1752, getuigen: Klaas van Elm en Kaatje vanSanten.7. Abraham, ged. 29-9-1754, getuigen: Abraham van der Spran enJannetje Abrahams.8. Adrianus, ged. 31-10-1756, getuigen: Katje Vonk en Abraham vanNuijs.9. Dirck, ged. 1-3-1758, getuigen: Antonie Trion en Lea van Nuijs.10. Dirck, ged. 20-1-1760, getuigen: Antonie Trion en Lea vanNuijs.11. Sara, ged. 26-6-1761, getuigen: Maghiel van Hansweijk enHilletje Kaarels.12. Grietje, ged. 27-7-1763, getuigen: Daniel van der Spruijn enMarritje Anderijs.1382. Albertus Minken/Mencke, geb. ca. 1709, tr. Amsterdam 26-9-17381383. Gerritjen Camphuijsen, geb./ged. RK Amsterdam 1-12-1706, begr.Amsterdam (Karthuizer Kerkhof, als wed. van Albertus Minken)4-12-1776.Albertus is geboren te Hessink. Ligt dat in Duitsland?Ondertrouwd op 26-09-1738 te Amsterdam (bron: GA nr 581 blz 217,brontekst:‘Albertus Menken van Hessink (?), oud 29 jaar op deEgelantiersgracht, ouders doot, geassisteerd met Harmanus Terwijs


en Gerritje Camphuijsen van Amsterdam, oud 33 jaar in dePalmstraat, geassisteerd met haar moeder Lijsbet Klander.Een Albertus Minke wordt begraven (Karthuizer Kerkhof) Amsterdam3-11-1743.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Harmanus, ged. 26-7-1739, getuigen: Andries Woesthove enElisabeth Klander.2. Engeltje, ged. 6-7-1740, getuigen: Jacobus Stork en AnnetjeKamphuizen.3. Anna Elisabeth, (= nr. 691).1384. Coenraad Bennink, ged. Zutphen 16-7-1710, begr. Amsterdam(Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof) 16-10-1763, otr. Amsterdam9-3-17361385. Wijntje/Wendelina te Winkel, ged. Zutphen 31-5-1709, begr.Amsterdam (Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof, als WendelenaTwinkel) 16-2-1780.Ondertrouwd op 9-3-1736 te Amsterdam (bron: GA nr 578 blz 157,brontekst:‘Coenraad Bennink, van Zutphen, oud 24 jaar in de Driekoningstr.,ouders doot, geassisteerd met sijn motje (?) Anthonija Meijers enWijntje te Winkel van Zutphen, oud 27 jaar in de Loojerstraat,ouders doot, geassisteerd met haar night Hillegonda Sinninga.’Op 18-1-1758 verkopen de Erven Cornelia van Poelenburg, de ErvenJan Ahuis echtgenoot Beatrix van Poelenburg aan Coenraad Benningeen huis en erf. Straatnaam: Nieuwmarkt, omschrijving:De Trouwring in de gevel, huis en erf zijnde een wijntappersnering,tussen Bloedstraat en MonnikenstraatOp 14-3-1776 verkopen de Erven Coenraad Benning aan Jan PieterBenning datzelfde huis en ef.Uit dit huwelijk:1. Maria, ged. Amsterdam (GE) 20-6-1736 (Zuiderkerk) (bron: GA nr101 blz 158).2. Gerrit, ged. Amsterdam (GE) 2-7-1737 (Nieuwekerk), getuigen:Hendrik Bennink en Maria Bennink.3. Jannes, ged. Amsterdam (GE) 25-1-1739 (Westerkerk) (bron: GA nr110 blz 313).4. Yda, ged. Amsterdam (GE) 11-5-1741 (bron: GA nr 110 blz 335v).5. Pieter, (= nr. 692).6. Hendrik, ged. Amsterdam (GE) 16-5-1745 (bron: GA nr 52 blz135v).7. Ida, ged. Amsterdam (GE) 7-2-1748 (Nieuwekerk), getuigen:Hendrik Bennink en Pieternel ter Winkel.1388. Daniel Caubet/Cobet, geb./ged. Amsterdam (WH) 20/25-5-1710,lintwerker, otr. Amsterdam 8-10-17281389. Jannetje van der Velde, ged. Amsterdam 20-3-1709.Getuigen bij de doop van Jannetje zijn: Rageltje Voogt en DanielTabet.Op 27-11-1731 werd Daniel poorter van Amsterdam (nr 17, p 120) metals beroep lintwerker en als schoonvader Michiel van der Velde.Ondertrouwd op 8-10-1728 te Amsterdam (bron: GA nr 568 blz 169,brontekst:‘Daniel Cobet, van Amsterdam, oud 19 jaar op de Roosegragt,geassisteerd met sijn vader Daniel Cobet en Jannetje van derVelden, van Amsterdam, oud 18 jaar in de Rosestraat, geassisteerdmet haar moeder Annetje de Lange.’Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):


1. Pieter, (= nr. 694).1390. Cornelis Vermeij, tr.1391. Cornelia van der Mij (Nederberg?).Mogelijk is de familienaam van Cornelia Nederberg.Cornelis Vermij tr. Amsterdam 23-11-1732 (dus na de doop vankinderen) Cornelia Nederborgh.Cornelia Nederberg, huisvrouw van Cormeils Vermeij begr. Amsterdam(Karthuizer kerkhof) 13-2-1752.Op basis van die begraafplaats is Cornelis denkelijk overleden in1759: Cornelis Vermeij, begr. Amsterdam (Karthuizer kerkhof) 2-9-1759.Dit kunnen andere dopen zijn: Exsardus, ged. Amsterdam (NieuweKerk) 17-8-1727, ouders: Cornelis Vermeij en Cornelia Nederberg,getuige: Maria Nederberg.Wellicht is dit ook een kind van dit echtpaar: Mina, ged. 27-9-1729(Nieuwe Kerk), ouders: Cornelis Vermeij en Cornelia N.N., getuige:Mijnsie Heijlandt.Miena Vermeij tr. Amsterdam 21-5-1752 Nederberg.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Deliana, (= nr. 695).1394. Jan Greuper, ged. (EL) Amsterdam 6-5-1689 , overl. na 1762, tr.Amsterdam 25-4-17231395. Femmetje Hulk, ged. (EL) Amsterdam 11-7-1703, overl. Amsterdam27-6-1778.Getuigen bij de doop van Femmetje zijn: Hans de Jonge en MarikeHulk.Jan Greuper komt enkele malen voor bij de verkoop van onroerendgoed.In 1723 bij een huis op de Spuistraat ("Achterburgwal,Nieuwezijds"). In 1737 rond 1/4 huis en erf genaamd ‘Admiraal vanDenemarken’, in de Hasselaerssteeg. Eveneens in dat jaar rond 5/32 edeel van een huis en erf genaamd ‘Het Koning van BohemensHuisgezin, op de Brouwersgracht, hoek Korte Prinsengracht.Op 24-8-1730 verkopen Erven Zacharias Meijer echtgenoot FemmetjeBlijdesteijn, aan Jan Greuper, Dieuwertje Pieters Hulk, AbrahamJacobsz Hulk en Maria Pieters Hulk een huis en erf in deHasselaerssteeg. Omschrijving: De Admiraal van Denemarkenuithangend, huis en erf.Op 31-10-1731 verkopen de erven van Gerrit Hulk aan Abraham Hulk,Jan Greupers, Jan Kannewet en Dieuwertje Hulk. Straatnaam:Langestraat (OZ). Omschrijving: Het Witte Paard, 1/4 huis en erf,bij Brouwersgracht op zuidhoek Wijdegang.In 1762 komt een Jan Greuper voor bij de verkoop van 3/32 huis enerf op de Brouwersgracht, westhoek Prinsengracht (het gaat hier duswaarschij<strong>nl</strong>ijk om hetzelfde huis) 763 .Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) te Amsterdam):1. Aldert, ged. 19-7-1724, getuigen: Aldert Greuper en TrijntjeCameel, overl. Amsterdam 30-7-1724.2. Jannetje, ged. 13-11-1725.3. Trijntje, ged. 15-6-1727.4. Pieter, ged. 20-5-1729, overl. Amsterdam 1-6-1729.5. Catharine, ged. 13-12-1730.6. Maria, ged. 2-11-1732.7. Pieter, ged. 26-6-1735, overl. Amsterdam 26-8-1746.8. Sara (= nr. 697).9. Johannes, ged. 6-12-1739, overl. Amsterdam 22-3-1763.


10. Tobias, ged. 3-5-1741.Op 9-1-1745 wordt melding gemaakt van een overleden kind van Jan enFemmetje.1396. Mr. Willem Houtingh, ged. Monnickendam 29-6-1698, burgemeester envroedschap van Monnickendam, overl. “ab intestate” ald. 3-7-1763,begr. ald. 7-7-1763, tr. Monnickendam (gerecht) 25-5-1722(huwelijkse voorwaarden 15 apr. 1722)1397. Elisabeth Klaas Bent (DG), ged. (op latere leeftijd) Monnickendam27-5-1723 overl. ald. 6-8-1738.Uit dit huwelijk (allen ged. Monnickendam):1. Pieter Houtingh, ged. 13-8-1722 (get. Nisa Houting), begr. ald.21-8-1722.2. Maria Houtingh, ged. 19-11-1724 (get. Eva van Sanen), begr. ald.7-7-1745, tr. ald. 5-7-1744 Mr. Pieter Boon, ged. Monnickendam 18-7-1720, begr. ald. 8-7-1784, zn. van Dirk Boon, vroedschap vanMonnickendam, en Wempje Backer, tr. (2) Monnickendam 26-3-1747Hillegond Minne, ged. Monnickendam 19-4-1722, begr. ald. 30-8-1788,dr. van Dirk Minne, vroedschap van Monnickendam, en Geertje Bloem.3. Pieter Houtingh, ged. 4-4-1728 (get. Vrouwe Eeva van Saanen),begr. ald. 23-8-1728.4. Pieter Houtingh, ged. 10-7-1729 (get. Vrouwe Eva van Saanen),begr.ald. 12-8-1729.5. Elisabet Houtingh, ged. 25-6-1733 (get. Neeltje Bent), overl.ald. 9-4-1815, tr. ald. 17-6-1759 Dirk Claus, burgemeester envroedschap van Monnickendam (1760-1788), ged. Amsterdam 11-7-1734,begr. Monnickendam 14-6-1800, zn. van Hendrik Claus en Hampje Dirksvan Getelo6. Pieter Houtingh, (= nr. 698).1398. Jan Andries Blaauw, ged. Monnickendam 21-2-1704, korenmolenaar,begr. Monnickendam 5-1-1764, tr. Monnickendam 26-7-17331399. Semmetje Klaasdr. Mooij, ged. Monnickendam 9-12-1706, begr.Monnickendam 16-5-1754.Het echtpaar maakt een testament te Monnickendam op 6-8-1744 nr.26, bij notaris J. Kerk, NA Monnickendam 3517.1400. Adrianus Barentse van Elten, begr. Amsterdam (Wester Kerkhof)12-7-1722 tr. Amsterdam 15-11-16991401. Catrina Doesburg, begr. Amsterdam (Wester Kerkhof, als CatharinaDeressenberg, vrouw van Adrianus Barentz van Elten) 22-10-1743.Bij het huwelijk: Ariaan Barentsz en Catrina Doesburg.Op 12 oktober 1701 is Catrina samen met Egbert Worst getuige bij dedoop van Jense, zoon van Thomas Doesburgh en Maria Egbertse Worst.Op 28 februari 1703 geldt hetzelfde bij een dochter Gesina.Op 16 maart 1708 is Catharina Doesburg samen met een JohannesDoesburg getuige bij de doop van Catrina, dochter van ThomasDoesburgh en Maria Egberts.Op 21 augustus 1726 zijn Adriaen van Elten (maar dat is degelijknamige zoon) en Catharina Doesburg te Amsterdam getuige bijde doop (RK) van Adriana, dochter van Arnoldus Coenen en Lijsbethvan Elten. Op 10 december 1728 zijn Ari van Elten en CatharinaDoesborgh getuige bij de doop (RK) van Adriana, dochter vanArnoldus Coenen en Lijsbeth van Elten. Op 4 juni 1736 zijn zij datopnieuw bij Adrianus, de zoon van Dirk Stobbe en Catharina vanElten.Uit dit huwelijk (allen ged. (RK) te Amsterdam):


1. Adrianus, ged. 11-7-1701, getuige: Willem Cramer.2. Catharina, ged. 23-8-1708, getuige Elisabeth Prouwels.3. Hermanus, (= nr. 700).4. Catharina, ged. 25-10-1711, getuigen: Hieronimus Doesbourgh enElisabeth Prauwels. Catharina tr. Dirk Stobbe.1402. Reijnier Hoeding, geb. ca. 1693, overl. na 11-3-1761, otr.Amsterdam 4-9-17161403. Gerritje van der Kruijs, ged. Amsterdam 25-4-1696, begr. Amsterdam(Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof, als vrouw van Rijnier Hoedingh)28-12-1762.Ondertrouwd op 4-9-1716 te Amsterdam (bron: GA nr 552 blz 518,brontekst:‘Rijnier Hoeding van Amsterdam, oud 23 jaar in de Restraat,geassisteerd met sijn vader Laurens Hoeding en Gerritje van derKruijs van Amsterdam, oud 21 jaar op de Prinsegragt, geassisteerdmet haar vader Lambert van der Kruijs.’In 1756 wordt Reijnier Hoedingh genoemd bij de verkoop van tweehuizen en erven in de Delversgang (‘Delverssteegje’) 764 . Uitdiezelfde bron blijkt dat hij daar al in 1751 een huis en erf bezat(ingaande op de Elandsgracht).Rijnier Hoeding en Gertie van der Kruijs zijn op 14 november 1749getuige bij de doop van Reijnier, zoon van Lourens Hoeding enMarietje Duijtera. Op 18 januari 1750 zijn Reijnier en Gerritjegetuige bij de doop van Gertie, dochter van Jan Wars en LijsseHoeding. Het echtpaar is op 27-5-1759 getuige bij de doop van hunkleindochter Rijndertie. Rijnier Hoeding en Gertie van der Kruijszijn op 11 maart 1761 getuige bij de doop van Mietje, dochter vanJacobus Hoeding en Maria ter Weijden.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Laurens, ged. 11-8-1717, getuigen: Laurens Hoeding en Grietjevan der Horst. Laurens tr. Amsterdam 19-4-1739 Marie Duijtera.2. Katrina, (= nr. 701).3. Lambert, ged. 3-5-1722, getuigen: Lammert van der Kruijs enKaatje Beeldhouwer.4. Casper, ged. 27-9-1724, getuigen: Caspar van der Kruijs enLijsbeth Jans.5. Leijsje, ged. 12-2-1727, getuigen: Jacobus Ballast en en Leijsjevan der Kruijs. Liesbeth tr. Jan Wars.6. Gerritje, ged. 13-10-1730.7. Alida, ged. 22-3-1733, getuigen: Hendrik Gers en Alida van derKruijs.8. Jacobus, ged. 17-11-1735, tr. Maria ter Weijden.1406. Bernard Jacobus Ternee, ged. Nijmegen 5-8-1684, tr. Nijmegen29-6-17121407. Anna van Langerick/Lengerick.Bernard en (...) van Leggerinck zijn op 27 december 1722 getuigebij de doop van Anna Maria, dochter van Henricus Cloostermeijer enMaria le Grand. Op 11 april 1732 is Bernardus getuige bij de doopvan Nicolaa, onwettig kind van Claes Willink Luthers en GrietjeWiltvanger. Annetje van Langerick is samen met Wilm van Langerickop 29 april 1730 getuige bij de doop van Joanna, dochter van JanKoning en Christina van Langerick. Anna van lengerick is op 24februari 1750 getuige bij de doop van Anna Maria, dochter vanNicolaus Hardenberg en Theodora Ternee.Uit dit huwelijk (allen ged. (RK):1. Theodora, ged. Nijmegen 11-10-1713, tr. Amsterdam 21-4-1747Nicolaas Hardenberg.


2. Anna Catharina, ged. Amsterdam 22-1-1716, getuigen: Adolp. vanLengerick en Anna van Lengerick.3. Joanna Elisabeth, ged. Amsterdam 1-1-1718, getuigen: Steven vanLengerick en Joanna Kerckmans.4. Bernardus, ged. Amsterdam 7-6-1719, getuigen: Barent Dijckman enGeertruij Beslingh.5. Maria, (= nr. 703).6. Joannes Adolphus, ged. Amsterdam 18-8-1723, getuigen: Adolph vanLennerick en Maria Langevelt.7. Joannes, ged. Amsterdam 25-5-1725, getuigen Jan Gabriel Voet enAnna Claes.1408. Jacob Harmens Ratsma, ged. Harlingen 17-12-1665, klokkenist, mr.slotmaker, mr. uurwerkmaker, “Voogd van de Kamer der HuissittendeArmen” van Harlingen (1712), overl. in of na 1760 765 , tr. Harlingen30-4-16931409. Trijntje Tierdts/Tjeerds, overl. na 27 mei 1737. 766Over de afkomst van Jacob bestaat nog steeds onduidelijkheid(vandaar het “denkelijk” bij zijn doop). Hij kan in theorie overalvandaan gekomen zijn, want zijn naam geeft ook geografisch gezienweinig houvast.Als hij toch van Harlingen geboortig is, dan komt een ouderpaar inaanmerking.Een belangrijk uitgangspunt daarbij is de leeftijd van Jacob. Hijkomt namelijk in 1725 twee keer als getuige voor in de bijlagen vandezelfde zaak bij het Hof van Friesland. 767 Hij is dan “mr.uirwerkmaeker”, de eerste keer, in maart 1725, is hij “oud int 53 ejaer” en in november blijkt hij in zijn 54ste jaar te leven. 768Als je terugrekent, kom je uit op een geboorte rond 1672. Rond dietijd leeft er te Harlingen een Harmen Jacobs. Hij is afkomstig vanDokkum en trouwt in Harlingen op 28 juni 1671 met Claske Wyllems,van Harlingen.Het echtpaar laat te Harlingen drie kinderen dopen:1. Jacob, ged. 8 april 1672.2. Trijntie, ged. 14 maart 1675.3. Willem, ged. 6 juli 1679.Harmen Jacobs, mr. slotmaker, en zijn wederhelft, Claeske Willemskopen in 1682 een huis in de Odolphisteeg. 769 Elders komen zij voorbij een schuldbekentenis, waarbij hij mr. slotmaker en trekschippervan Harlingen op Dokkum wordt genoemd. 770 Zij zijn daar ook burgersvan Harlingen, maar een inschrijving van Harmen in het burgerboekvan Harlingen is niet voorhanden.Harmen slotmaker wordt in januari 1691 genoemd als naastligger bijde verkoop van een woning in de Sint Odolphisteeg. 771


Harlingen, detail met de Sint Odolphisteeg. 772Harlingen, detail met daarop de Sint Odolphisteeg. 773


Harlingen, St. Odolphisteeg, 2007. Op de voorgrond het pand waarinde Radsma’s hun klokken maakten. Foto door de auteur.In 1704 wisselt datzelfde huis van Harmen Jacobs cum suis weer vaneigenaar. 774 De namen van de betrokken partijen zijn uiterstopmerkelijk.Dan namelijk kopen “onze” Jacob Harmens, mr. slotmaker, en TrijntjeTjeerdshet huis c.a. van Harmen Jacobs, trekveerschipper van Harlingen opDokkum en Claeske Willems, echtelieden binnen Harlingen. Harmen enClaeske hadden dat huis op hun beurt in 1682, voor 300 cgls. vanGerrit Willems, huistimmerman te Harlingen 775 . Harmen blijkt dan mr.slotmaker te zijn. Het echtpaar komt vaker voor: o.a. bij deregistratie van een schuldbekentenis 776 aan Albert AlbertsPottebacker en Trijntje Pieters.


Wijzerplaat, gesigneerd “Iacob Harmens Harlingen”. 777De mogelijke ouders en kinderen komen dus in 1704 samen in een aktevoor.Maar de filiatie blijkt niet uit dat gerechtelijke stuk en ookelders heb ik geen direct bewijs voor een familierelatie kunnenvinden. Prudentie is dus alleszins gepast, vandaar dat HarmenJacobs en Claaske Willems niet bovenaan deze stamreeks staan.Ontwijfelbare duidelijkheid valt op dit moment dus niet te geven,maar toch zouden zij heel wel de ouders kunnen zijn van JacobHarmens Radsma.Ik baseer die voorzichtige veronderstelling op deze argumenten:1. Tijd: de filiatie is aannemelijk in termen van ouder-kindverhouding. Jacob Harmens is geboren in 1672, tussen maart ennovember. Harmen Jacobs laat in april van dat jaar een zoon Jacobdopen.2. Plaats: alle gebeurtenissen spelen zich af in Harlingen, meerprecies in de Sint Odolphisteeg.3. Milieu: de filiatie is aannemelijk in termen van afkomst. HarmenJacobs en Jacob Harmens oefenen beiden het toch vrij zeldzameberoep van mr. slotmaker uit.4. Vernoeming: de filiatie is aannemelijk in termen van naamgevingdoor volgende generaties. We zien in deze familie de volgende namenterug: Jacob, Harmen en - in een latere generatie – Willem.5. (Erf)bezittingen: een mogelijk latere generatie verkrijgt (in1704 door koop) bezittingen van een eerdere generatie.Op basis van de drie vernoemingen van een Afke (zie hieronder) zouHarmen Jacobs wellicht identiek kunnen zijn aan het kind, dat teDokkum wordt gedoopt op 16 juni 1650 als zoon van Jacob Douwes enAfke Jarichs. Zij ondertrouwden te Dokkum op 9 november 1639.De bespiegeling rond het bewijzen van die mogelijk verdere filiatievalt echter buiten het bestek van deze publicatie, zodat ik hethier bij een vermelding zou willen laten.


Staande klok van Jacob Harmens Ratsma, aanwezig in hetGemeentemuseum Het Hannemahuis te Harlingen.Jacob Harmens doet op 20 november 1696 te Harlingen belijdenis. Hijis dan “mr. slot- en horlogiemaker”, woonachtig aan de Olofsteeg.In 1707 breiden Jacob en Trijntje hun bezit in de Odolphisteeguit. 778 Zij kopen dan een oude school van Jan van Swieten,schoolmeester van het stadsweeshuis, en Elisabeth de Maber.De familienaam Radsma heeft natuurlijk alles te maken met hetberoep van Jacob. De naam werd denkelijk gevoerd vanaf ongeveer1720, passend bij de tijd en toch ook wel in de lijn van demaatschappelijke opgang, al kan de onderscheiding van naamgenotenvanzelfsprekend ook een rol gespeeld hebben. 779Daarnaast vermoed ik dat het verblijf in Amsterdam (zie hieronder)bij het voeren van die familienaam een belangrijke invloed heeftgehad.Op 10 april 1720 zijn Jacob Ratsma en Trijntje Tjeerds in deAmsterdamse Nieuwe Kerk getuige bij de doop van hun kleinkind,Jacob, de zoon van Tjeerd Ratsma en diens vrouw, GeertruiHeiligringh. 780Dat gebruik van een familienaam in de IJstad komt vervolgensredelijk overeen met de Harlinger gegevens.In december 1718 namelijk komt Jacob daar nog voor als JacobHarmens 781 , maar in januari 1721 782 heet men hem Jacob HarmensRadsma, bij de koop van een huis aan de zuidkant van de Voorstraat(dat overigens tot 1778 familiebezit zal blijven).Niet lang daarna, in januari 1723, wordt hij ook met diefamilienaam vermeld als naastligger bij de verkoop van een huis. 783


In 1737 kopen Jacob en zijn eega een “huisje ter nering”. 784 Dekoopbrief wordt opgemaakt op 27 mei 1737, zodat het overlijden vanTrijntje na die datum moet liggen.In 1741-1742 legt Jacob als naastligger het niaar op de verkoop vaneen huis aan de zuidkant van de Voorstraat, omtrent de Vismarkt. 785Bij de quotisatie in 1749 staat hij te boek als Jacob Radsma, “mr.horlogiemaker”. Twee personen boven de twaalf jaren. De aanslagbeliep 23-15-4.Het overlijden van Jacob Harmens Radsma ligt in ieder geval na 11november 1758, wanneer hij nog als naastligger vermeld wordt. 786Waar zou Jacob Harmens het ambachtelijke vak van uurwerkmakergeleerd hebben? Deze tantaliserende vraag rechtvaardigt bijkans eenonderzoek op zich. Bekend is wel, dat zijn zoon Tjeerd geruime tijdte Amsterdam woont. In 1731 komt hij met zijn vrouw, GeertruyHeiligringh, met attestatie van Amsterdam naar Harlingen. Bij hunhuwelijk in 1719 is zij trouwens ook afkomstig uit de IJstad.Het is zeker niet ondenkbaar, dat Tjeerd zijn verdere opleiding totklokkenmaker ontvangen heeft in Amsterdam – in die dagen een gekendcentrum op uurwerkmakersgebied. 787Maar wellicht ligt het antwoord op die scholingsvraag voor JacobHarmens dichter bij huis. Er wordt in de literatuur namelijk ee<strong>nl</strong>ink gesuggereerd tussen het werk van de Leeuwarder klokkenmakerJacob Barritius en de Harlinger uurwerkmakers (waarbij explicietsprake is van “de bekende familie Radsma”). 788Jacob Barres, zoals hij eige<strong>nl</strong>ijk heet, werkt aanvankelijk teLeeuwarden, maar hij verkoopt in 1664 bezittingen aldaar en hijwordt tussen 1673 en 1693 te Harlingen vermeld.Het is vervolgens enigszins verleidelijk, om te speculeren: omdater dus pregnante stilistische overeenkomsten in werk en werkwijzeschijnen te zijn, zou Jacob Harmens het vak geleerd kunnen hebbenvan (of via) Barritius.Ik wil hierbij echter het fabuleren niet de overhand laten nemen:het gaat om een voorzichtige poging tot een reconstructie, want eeneenduidige verklaring blijkt voorlopig spijtig genoeg nietmogelijk.Terug dus maar naar de feiten. Jacob heeft rond 1709 een uurwerkvervaardigd voor het Raadhuis. Hij schijnt dat aan de stadgeschonken te hebben.Nader onderzoek in het gemeentearchief van Harlingen bracht evenwelniet aan het licht, wanneer en hoe dat zijn beslag heeft gekregen:er zijn bijvoorbeeld in de Ordonnantie- en Resolutieboeken geensporen van gevonden.Maar het feit ligt er: in 1835 en 1882 wordt in een tweetal aktendoor zijn nazaten nogmaals de aandacht gevestigd op dat uurwerk inde Raadhuistoren, de maker en de rol van stadsklokkenist. 789In november 1882 schrijft Tjeerd Martens Radsma 790 , de Harlingerstadsklokkenist, bij een beschrijving van de Harlingerstadsuurwerken over de Raadhuistoren:“(...) het uurwerk is vervaardigd in 1709 door Jacob Harmz,denkelijk mijn overgrootvader en aan de stad present gegeven ondervoorwaarde dat zijn nageslagt altijd de post van klokkenist zouuitoefenen; hetwelk ook heeft plaats gehad, behalve in den tijd derpatriotten, zijnde mijn vader om zijn Prinsgezindheid afgezet, maarnaderhand bij verandering der politieke toestand weder in zijn posthersteld, welke hij tot zijn dood heeft bekleed.”Bijna een halve eeuw daarvoor, in 1835, had de vader van Tjeerd,Marten Tjeerds Radsma 791 , iets soortgelijks aan het papiertoevertrouwd.


Hij meldt: “(...) Het voornaamste openbaar uurwerk te Harlingen isin de Raadhuis Toren, alles wort naar dat uurwerk geregeld,uitgenomen het affaren van de Trekschuiten, dit Torenuurwerk is inhet jaar 1709 nieuw gemaakt door Jacob Harmens Radsma, toenKlokkenist, en voldoet op den duur door wel te gaan”. 792Dat het ambacht letterlijk van vader op zoon overgeleverd werdblijkt ook uit deze zinsnede uit diezelfde bron:“(...) De Klokkenist te Harlingen is door zijn vader (wiens kundeniet betwijveld wort, men zie van Swinden beschrijving van hetHemels gestel door Eisinga eerste druk Paragraaf 80) onderwesen inhet herstellen en regelen van Torenuurwerken, van af zijn elfdejaar tot zijn twintigste jaar heeft hij de stads uurwerken in ordergehouden onder het bestuur van zijn vader, toen zijn gestorvenvader opgevolgd nu vier en vijftig jaren zelfs beoefend, datonderwijs met de beoefening van zo lang een tijd, heeft genoegkunde aangebragt om de Stads uurwerken naar den middelbaren tijd teregelen.”Er is een zeer summiere vermelding uit de achttiende eeuw van deklok in de Raadhuistoren: “In den toren heeft men een Slagwerk entwee klokken, waarvan de eene ten dienste van het slagwerk trekt(…)”. 793In de jaren dertig van de vorige eeuw is er te Harlingen veel tedoen rond de klok in de Raadhuistoren. 794 Er is een heus actiecomitéaan het werk, waarbij het denkelijk om de klok en niet om hetuurwerk gaat. 795In de bewaard gebleven stukken zijn onder meer rekeningen metkwijtingen opgenomen, want de mensen konden geld storten, getuigeeen bij de stukken bewaard gebleven originele aankondiging:“Laat de klok toch luiden. Harlingers, hier kunt gij daarom uwbijdrage geven, door teekening op de lijst of door storting in eenbus. Bijdragen kunnen ook worden gestort op postrekening no.111.109 t.n.v. P. Dekker, Harlingen.”Van Jacob Harmens (Ratsma) zijn enkele klokken en fragmenten vanuurwerken bewaard gebleven. 796Uit het huwelijk tussen Jacob Harmens en Trijntje Tjeerds (allenged. Harlingen):1. Aafke, ged. 31-1-1694.2. Tjeerd, (zie hieronder).3. Harmen, (= nr. 704).4. Afke, ged. 15-9-1700.5. Feddrick, ged. 22-7-1703.6. Aafke, ged. 11-1-1705 (Westerkerk).7. Aafke, ged. 25-8-1707 (Westerkerk).Tjeerd Jacobs Radsma, ged. Harlingen 5-1-1696, mr. uurwerkmaker,stadsklokkenist van Harlingen ‘Stads klockstelder’ (1743 tot 1758),vaandrig (1745), hopman van het zesde kwartier (1769) 797 , presidentvoogdvan het Harlinger Weeshuis (1752-1753) 798 , begr. Harlingen(Westerkerk, regel 3, nummer 15) 16-6-1781 799 , zn. van Jacob HarmensRadsma en Trijntje Tjeerds, (o)tr. 1. Amsterdam/Harlingen 5/29-5-1719 Geertrui Jans Heiligringh/Heiligrink, geb. ca. 1689, afkomstiguit Ootmarsum. Zij is mogelijk ged. Ootmarsum 28-6-1685 als JannaGeertruida, dr. van Jan Hilgerink en Trientje N.N.Tjeerd Jacobs Radsma tr. (2) Harlingen 16-11-1749 Alida (ook:Alijt, Aaltje) Martens Tjaarda, geb./ged. Bolsward 2/8—10-1719,overl. Harlingen 5-4-1798, dr. van Martinus Lolkes Tjaarda (ookSjaarda) en Attje Hoijtes Wagenmaker, tr. (1) Harlingen 8-10-1743Salomon Stapert, van Harlingen.Tjeerd Radsma is ondertrouwd te Amsterdam en bij die gelegenheidwordt hij geassisteerd door zijn vader, Jacob Harmens. Tjeerd is


dan 23 jaren oud en woonachtig op de Nieuwe Zijds Achterburgwal.Zijn eega, Geertruij Heijligrink, is afkomstig uit (bedoeld iswaarschij<strong>nl</strong>ijk haar geboorteplaats) het Twentse Ootmarsum. Zij isdan dertig jaren oud en ze wordt geassisteerd door haar zuster,Lemmetje Heijligrink. Geertrui is op het moment van haar huwelijkwoonachtig op de Amsterdamse Lelydwarsstraat.Het verblijf van Tjeerds Radsma te Amsterdam is van langdurige aardgeweest, want Tjeerd en Geertrui worden eerst op 2 augustus 1731geboekstaafd als lidmaat te Harlingen en ze zijn dan inderdaadafkomstig uit Amsterdam.De herkomst van Geertrui ligt, getuige de inschrijving van hethuwelijk, in Ootmarsum, maar ze woonde al langere tijd in deIJstad. Daar laat het echtpaar Radsma-Heiligrink zelf drie kinderendopen, maar Geertrui komt ook al in 1705, 1705 en 1708 te Amsterdamvoor als doopgetuige. 800 Op 18 oktober 1720 zijn Tjeerd Radsma enzijn vrouw getuige bij de doop van Jacob, de zoon van BarentHeiligrinck en Gese Kelderbargh.Jacob Harmens Radsma en zijn zoon Tjeerd treden op 5 juni 1743samen aan:‘Geeven met Eerbied UEd: Achtbh: te kennen Jacob Harmens, slotmakeren Stads klockstelder mitsgaders T. Ratsma uirwerkmaker, beidebinnen deese Stad woonagtig, dat eerst gemelde gaerne geneegen is,deese zijn bedieninge op laetstgenoemde te transporteeren, 't welkdie insgelijks van herten wenscht; dog sulx niet als met consent engoede gratie van UEd: Achtbh: kunnende geschieden, soo addresseerensij hen beide tot UEd: Achtbh: ootmoedig versoekende dat UEd:Achtbh: in dit versogte transport gelieven te accordeeren, en T.Ratsma in plaets van Jacob Harmens tot klockstelder binnen deeseStadt aen te stellen, op lasten pligten profijten engehoorsaemheeden daer toe staende en aenbehoorende’. In de margestaat het positieve besluit van de magistraat vermeld. 801Bij de quotisatie in 1749 staat Tjeerd vermeld als: Tjeerd Radsma,Harlingen, 6e Kwartier, mr. Horlogiemaeker. Het gezin bestaat uittwee volwassenen en de aanslag beloopt 32-15-0, terwijl er eenverhoging van 5 gulden is.In de nagelaten boedelpapieren 802 van Marten Radsma, zoon vanTjeerd, is ook een koopbrief opgenomen, waarin Tjeerd en zijn broerHarmen op 11 november 1758 de kopers zijn van een huis in deOdolphisteeg te Harlingen. 803Alida Martens Tjaarda doet op 3 augustus 1769 te Harlingenbelijdenis, zij is dan woonachtig aan de Bredeplaats en vrouw vande hopman Radsma.Alida is geboren als Alijt, dochter van Marten Sjaarda en nietgenoemde moeder, waarbij aangetekend is dat hij als executeur zijnbrood verdient. Op 18 januari 1735 wordt Alida genoemd als dochtervan Marten Tjaarda, executeur van Wonseradeel, en Attie HoitesWagenmaker. Alida is dan inderdaad oud in het zestiende jaar, dusze is vijftien. 804Tjeerd Radsma is waarschij<strong>nl</strong>ijk de bekendste uurwerkmaker uit defamilie. 805In juni 1780 heeft Tjeerd Radsma dan ook hoog bezoek: de Franekerprofessor J. H. van Swinden (1746-1823) komt ‘met eenigeLiefhebbers uit Leeuwarden en Harlingen’ naar Harlingen om van deoude meester zelf tekst en uitleg te krijgen over de achtbijzondere uurwerken die Tjeerd heeft vervaardigd. Het bijzondereaan deze klokken is dat er ‘de dagelyksche en jaarlykschebeweegingen der Zon vertoond worden’. De hooggeleerde ziet in zijngedrukte beschrijving van de door Tjeerd uitgedachte en gewrochteklokken overeenkomsten en verschillen met het werk van EiseEisinga. De wetenschapper is vol lof over de prestaties van Tjeerd


en hij noemt hem dan ook in het stuk maar liefst twee keer een‘kundig Horologiemaaker’.Niet zonder enige verbazing over de prestatie van Tjeerd besluitVan Swinden met dit op te merken: ‘De Vroedsman Eisinga had, evenweinig als ik, ooit iets van die Konst-stukken van den Heer Radsmagehoord, of eenige derzelver gezien; hoewel deeze kundigeHorologie-Maaker er zeederd veele jaaren reeds agt gemaakt, en zote Harlingen als te Amsterdam geleeverd hebbe. Schoone Uitvindingenhebben zomtyds het ongeluk lang onbekend te blyven.’ 806Uit het huwelijk van Tjeerd Jacobs Radsma en Geertrui Heiligringh1. Jacob, ged. Amsterdam (Nieuwe Kerk) 10-4-1720 (get. Jacob Ratsmaen Trijntje Tjeerds).2. Jacob, ged. Amsterdam (Nieuwe Kerk) 26-6-1722 (getuigen: JacobRatsma en Trijntje Tjeerds), mr. horlogemaker, stadsklokkenist vanHarlingen ‘Stads klockstelder’ (vanaf 1758), overl. Harlingentussen 22-1-1780 en 29-1-1781, tr. Harlingen/Bolsward 18-10-1744Hinke Jans Bylsma, geb./ged. Bolsward 8/10-2-1718, dr. van JanJacobs en Aafke Hoites Wagenmaker. 8073. Trijntje, ged. Amsterdam (Westerkerk) 15-6-1725.Uit het huwelijk van Tjeerd Jacobs Radsma en Alida Martens Tjaarda:4. Harmannus (ook: Harmen, Harmanus en Hermanus), ged. 8-12-1750,mr. horlogemaker, lid van de vroedschap van Harlingen (van 1778 tot1795), lid van de municipaliteit van Harlingen (van 1795 tot 1796),lid van het gerecht (1796), lid van het gemeentebestuur vanHarlingen (van 1802 tot aan zijn dood in 1804), zoutbrander,vennoot van de ‘Firma Jarig Westra & Comp.’, overl. Harlingen 30-4-1804, tr. (1) Harlingen 26-5-1771 Aafke Stephani, ged. Harlingen30-3-1749, overl. Harlingen 29-7-1793, dr. van Teeke Stephani (ook:Stephanus), wijnhandelaar, lid van de vroedschap van Harlingen (van1746 tot 1750 en in 1756), gezworen gemeensman van Harlingen (van1751 tot 1755 en van 1757 tot 1760), burgemeester van Harlingen (in1761 en 1763), en Tryntje Annes.Harmen tr. (2) Heerenveen 9-2-1794 Magdalena Vos, van Heerenveen,geb. Joure 28-3-1755, ged. Joure/Westermeer/Snikzwaag 31-3-1755,overl. Leeuwarden 3-4-1820, dr. van Johannis Vos, rector te Joure,en Rinske Munnik.5. Tryntie, ged. 26 april 1754.6. Marten, ged. Harlingen 3-12-1761, uurwerkmaker, overl. Harlingen16-10-1835, tr. (1) Harlingen 10-2-1793 Tietje Minks, ged. Workum23-12-1768, overl. Harlingen 23-2-1810, dr. van Mink Jacobs enGeertje Geerts.Marten tr. (2) Harlingen 4-7-1819 Trijntje Ruurds van der Geest,overl. Harlingen 1-9-1830, geb./ged. Harlingen 1/24-4-1781, dr. vanRuurd van der Geest, mr. zilversmid, en Geesje Klaases Wagenaar. 8081410. Jelte Jans, tr.1411. N.N.1412. Jacob Minnes Tuininga (ook: Tuyninga, Tuinenga, Thuininga,Tuinyga), geb. Dronrijp, ged. ald. 14-2-1689, procureur-postulant,notaris, burgervaandrig en hopman te Harlingen, tr. Sexbierum8-6-17211413. Jetske Bartels.Mogelijk ingeschreven als student te Franeker in 1710, nr. 10634:‘Jacob Minnes, math.’.Na het overlijden van zijn ouders was Frans Binnert Aebinga Glinsvan Humalda 809 curator over Jacob Minnes 810 . Zijn curator was ondermeer eigenaar van Dronrijp plaats 1, Hobbemastate (waar in 1698 deweduwe van Minne Jans (dus de moeder van Jacob) nog gebruiker is.Jacob deed op 5-11-1719 te Sexbierum belijdenis.


Hij werd later ingeschreven in het burgerboek van Harlingen: ‘den18den meij 1722 heeft de pr. Jacob Tuininga, geboortigh vanDronrijp, het burgerschap gewonnen en betaald 10 gulden en 10stuivers.’ Hij werd te Harlingen als lidmaat ingeschreven op 29-7-1723, afkomstig van Sexbierum.Met zekere regelmaat komt Jacob voor in de archieven van het Hofvan Friesland 811 : op 14-7-1731 is hij eiser; op 27-5-1732 eiserersus Johannes Reinalda; op 15-7-1732 versus Arnold van Idsinga; op26-10-1743 versus de Harlinger fiscaal; op 15-7-1744 is hij eiserversus Bocke Sickes Rienstra; op 6-4-1745 is hij eiser versus deHarlinger magistraat (het proces dat bij zijn zoon Minne beschrevenstaat).Jacob was in ieder geval als procureur in functie in 1725 en ooknog in 1762. In 1763 wordt zijn zoon Bartele als procureur vermeld.Quotisatie: ‘old hopman, procureur-postulateur, bestaet wel, 53-9-9, (3 + 12/1 - 12). Op 4-7/5-9/26-9-1736 812 wordt een verkoop d.d.1-6-1736 geproclameerd, waarbij Jetske Bartels, gesterkt met haarman land aankoopt te Barradeel, in Wijnaldum. Het is gekocht vanJetske Symens en haar man, Joecke Sickes; Sjoerd Symens; JanSymens; Lolke Symens en Yme Symens, erfgenamen van wijlen SymenSymens (hun broer, in leven mr. bakker op Grettingabuiren onderAlmenum; Rienk Symens, Take Symens en Gatske Symens. Het staat nietin de akte, maar het gaat om familieleden van moederskant vanJetske Bartels. Een eerste aanwijzing daarvoor is dat in de aktestaat ‘de weduwe van Bartle Dirx is eigenaar van de wederhelfte’.Die weduwe blijkt Geertje Symens te zijn.Op 5-9/26-9/10-10-1736 813 wordt een akte opgesteld naar aa<strong>nl</strong>eidingvan een op 29-2-1736 opgemaakte koopbrief tussen dezelfde partijen,van greidland te Wijnaldum.Uit dit huwelijk:1. Minne, ged. 13-2-1724.2. Minne, (= nr. 706).3. Geertie, ged. 4-4-1730.4. Gertie, geb./ged. 14-2/104-1731.5. Geertie, ged. 3-6-1732.6. Bartel, geb. 20-10-1733 (44 dagen oud).7. Bartel, geb./ged. 25-8/18-10-1735.8. Jan, geb./ged. 2-9-/14-10-1738.1414. Hans Hansen de Oude 814 , ged. Midlum 3-12-1676, houtmolenaar teLuinkerk onder Midlum, diaken te Midlum (1723), overl. na. 1738,tr. Midlum 2-6-17001415. Feick Hobbes, ged. Winsum 14-5-1680, overl. na 1738.Hans en Feick komen nog voor op een limate<strong>nl</strong>ijst van Midlum dieopgemaakt wordt in 1738. Bij beiden is vermeld dat ze overledenzijn, maar een datum is niet opgegeven.Van Hans en Feick is een memortie lepel bewaard gebleven:De Franequer vaart is geslat yn 't jaar 1732 - HH FH 815 .Zie voor meer informatie en afbeeldingen ook:http://members.home.<strong>nl</strong>/jan.schipper/bio/harlingen/onbekharlklaver/onbekharlklaverkom1695.htmGaat dit om Hans de Oude of om Hans de Jong: Quotisatie:houtmolenaar 3 + 12/ 0 - 12; aanslag: 57-19-8?Er bestaat meer informatie over de molen waar deze familie opwerkte: http://www.molendatabase.org/molendb.phpUit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Midlum):1. Hans, ged. 26-3-1702 (kind van Hans Hansen en niet genoemdemoeder), tr. (1) Midlum 8-5-1735: Hans Hansen de Jong, afkomstigvan Midlum en Antie Rinties, afkomstig van Midlum.


Hans Hansen de Jong tr. Midlum 3-2-1737 Jents Cornelis, afkomstigvan Midlum.2. Tettie, ged. 7-9-1704 (dochter van Hans Hansen en niet genoemdemoeder).3. Rink, ged. 28-11-1706 (kind van Hans Hansen en niet genoemdemoeder).4. Abe, ged. 16-6-1709 (kind van Hans Hansen en niet genoemdemoeder).5/6. Martyen/Tryntje, ged. 22-4-1714 (dochter van Hans Hansen enniet genoemde moeder).7. Martjen, ged. 1-7-1715 (dochter van Hans Hansen en niet genoemdemoeder).8. Martien, ged. 24-1-1717 (kind van Hans Hansen en niet genoemdemoeder).9. Claaske, (= nr. 707).1424. Pieter Heines, geb. 1675, boer te Wouterswoude en te Driesum, stem19, overl. v. 12-9-1735, tr. (2) Fookeltje Jelles, geb. Driesumca. 1674, overl. 28-10-1728, mog. dr. van Jelle Ouwes.Pieter tr. (1) 17051425. Trijntje Gerbens, overl. 14-10-1718.Nieuwland meldt (bij vader Heine Doedes) dat de zoon Pieter Heinesgeboren is rond 1675. Vindplaatsen: HvF (crim. Sent.) 9-7-1701;vrijgezel, 25 jaar.Op 30-3-1714 816 zijn de handtekeneningen van Pieter Heines en zijnbroer Doede Heines te vinden onder een inventarisatie.Op 10-11-1723 817 zijn Pieter en Meindert Heines curatoren over dekinderen van hun overleden broer Doede Heines. Kinderen: Bauckje(in het 18e jaar) en Heyne (13e).Op 27-3-1726 wordt een koopbrief opgemaakt, waarvan de proclamatiesgedaan worden op 6-5/29-5/3-6-1726 818 . Freekje Hedmans, weduwe vanDoede Heines heeft dan een half huis c.a. gekocht van PieterHeines, huisman te Driesum, voor 50 gg.Op 8-3-1732 wordt een koopbrief opgemaakt, waarvan de proclamatieszijn op 31-3/21-4/5-5-1732 819 ; Pieter Heines is dan curator overHeine Doedes.Stemkohier 1728 Driesum (Dantumadeel), stem nr. 19, Mevr. JulianaDorothea van Aylva weduwe Schratenbach, eigenaar en Pieter Heins,gebruiker.Pieter is vaker curator, ook op 6-12-1727 komt hij als zodanigvoor 820 . Later wordt Geert Heines vervangen door Heine Pieters 821 ,die dan curator wordt over zijn halfbroers en -zus. Nog iets later,op 3-11-1746 822 , vervult Gerben Pieters, huisman onder Wouterswoude,een zelfde rol. Kinderen: Doede en Pieter (19e).Wanneer Meindert Heines overlijdt zijn Pieter en Geert Heines, oomsvan vaderskant, curatoren over zijn kinderen: Hessel (in het 24ejaar) en Baukjen (14e) 823 .Kort daarop, moet Pieter zijn overleden, want op 12-9-1735 824 wordenGeert Heines en Claas Wytses, huislieden onder Wouterswoudecuratoren, bij testament bij wijlen Pieter Heines opgemaakt. Zijdragen zorg voor de kinderen van wijlen Pieter Heines en zijn nietmet name genoemde vrouw. Kinderen: Auke (in het 17e jaar); Jelle(12e); Henke (10e) en Doede (7e). Er zijn zeker meer(meerderjarige) kinderen, want wanneer Heine Pieters overlijdt,zijn de ooms van vaderswege: Gerben en Aucke Pieters curatoren overde kinderen van hun broer Heine en diens vrouw Lysbeth Jelles:Jelle (18e); Pytter (11e); Antie (8e) en Geert (6e) Heines 825 .Uit het eerste huwelijk:1. Heine, bijzitter van Dantumadeel, overl. v. 10-3-1760 826 , tr.Lysbeth Jelles.


2. Baukje.3. Dieucke.4. Gerben.5. Gerben.6. Auke.7. Auke (= nr. 712).Uit het tweede huwelijk:8. Jelle, meerderjarig op 10-3-1760.9. Henke.10. Doede, minderjarig op 3-11-1746.11. Pieter, geb. ca. 1727.1426. Focke Wibbes, huisman te Kollumerzwaag, Westergeest, Twijzel enOudwoude, overl. Oudwoude 1762-1763 827 , tr.1427. Trijntje Sierks.Een Fokke Wibbes doet belijdenis te Kollumerzwaag op 15-2-1728.Quotisatie: Westergeest, ‘gemene boer’, 4 volwassenen, 2 kinderen;36-0-0.Op 19-1-1742 kopen Atze Gooitzens, huisman te Twijzel en OlphertOlpherts voor 550 gulden ‘sekere twee klijndobben of poelen,gelegen in een uitgang van verkopers gebruikende plaats onderKollumerzwaag’ met ‘een klijndobbe ofte poel, gelegen in de zatheen landen bij Fokke Wibbes op Kollumerzwaag gebruikt’ 828Focke wordt in ieder geval vanaf 1718 tot 1742 te Kollumerzwaagwoonachtig. In 1749 is hij dus te Westergeest. In 1753 komt hijtoch weer voor in de speciekohieren van Kollumerzwaag (nr. 21);daar is dan Minse Roelofs op gebracht, terwijl Focke Wibbesvertrokken is naar Twijzel. In de speciekohieren van Achtkarspelenis hij inderdaad tot 1758 te vinden (dan op Optwijzel nr. 50), metin 1758 de vermelding dat hij weer vertrokken is naar Oudwoude.Daar komt hij vanaf 1758 voor op nr. 72 en dat loopt zo door tot1763. Dan komt Wibbe Fockes (zijn oudste zoon) op die post voor,terwijl vermeld is dat Focke Wibbes is overleden.Uit dit huwelijk (allen ged. Kollumerzwaag):1. Wibbe, ged. 22-5-1718.2. Sirck, ged. 31-8-1721.3. Antien (= nr. 713).4. Sierck, ged. 23-2-1731.5. Sierck, ged. 14-11-1732 (later: Fockens).6. Marten, ged. 10-6-1737.7. Wytske, ged. 4-12-1740.1428. Bote Luitjens, geb. ca. 1684, boer op Westergeest stem 18,Armvoogd te Westergeest, overl. v. 25-9-1725, tr.1429. Hencke/Hinke Teekes 829 , geb. ca. 2-1694, overl. Oudwoude v.10-5-1741, tr. (2) v. 10-6-1727 Roelof Minses, ged. Drogeham11-9- 1687, landbouwer, wonende te Kollumerzwaag en te Oudwoude,overl. Oudwoude vóór 10-5-1741, zn. van Minse Roelofs en BarberMients. Roelof Minses trouwt 1. Kollumerzwaag 10 juni 1717 BontjeJans. 830Bote is op 8-4-1706 door het Hof van Friesland meerderjarigverklaard 831 .Bote en zijn broer Jeen, woonachtig op de Triemen, proclameren op7-6-1707 832 de aankoop van een derde van 9 pondematen grasland ophet west van de Triemen onder Kollumerzwaag, blijkens een koopbriefvan 4-3-1707 gekocht van Boote Jeens, huisman op de Triemen voor 32gg.Op 15-5-1708 833 wordt de derde proclamatie bekend gemaakt van deaankoop door Bote, Mient en Jeen Luitjens van vier 1/2 pondematen


land op de Triemen onder Westergeest. Op 27-1-1708 is een koopbriefopgemaakt, samen met de verkoper, Bote (?)Idses. De koopprijsbedroeg in totaal 93 gg., 10 st.Bote en Mient proclameren op 24-2-1711 834 samen de aankoop van eenakker bouwland op het west van de Triemen onder Westergeest.Naastliggers ten oosten zijn de jongste kinderen van hun overledenvader. De broers hebben het gekocht van Jan Jeltes, wonende teGrootegast voor in totaal 57 gg., 14 st.Op 25-3-1721 en 8-7-1721 835 wordt Bote genoemd als curator over dekinderen van wijlen Lutske Annes en Beint Berends. Hij komt in dietijd overigens met regelmaat voor als curator 836 .Op 25-1-1724 837 is Bote curator over Hinke Gerrits, het nagelatenweeskind van Gerrit Jacobs en zijn vrouw. Gerrit zou een broerkunnen zijn van zijn schoonvader, Teeke Jacobs, die inderdaad eenbroer met die naam had.Bote Luitjens zelf is ad patres gegaan vóór 9 maart 1725. 838Op die dag worden zijn erfgenamen namelijk genoemd bij deboedelbeschrijving van zijn broer Mient (zie hierboven).Naspeuring naar een inventarisatie of curatorbenoeming rond Botesverscheiden liepen op niets uit – eige<strong>nl</strong>ijk vreemd genoeg, wantbezittingen zijn er zeker wel.In de tijd daarna handelt zijn weduwe de lopende curatorbesognesaf. Dat gebeurt in september 1725. 839Hinke Teekes verantwoordt zich dan mede namens haar overleden man,die in leven curator was. Dat gebeurt ook op 10 juni 1727, waarbijzij gesterkt wordt met haar tweede man. 840In 1728 wordt in de stemkohieren Bote’s halfbroer Wieger bijWestergeest 18 vermeld als curator over Luitjen Botes (= nr. 714),voor de helft eigenaar. De andere helft behoort toe aan Bote Rinsesals curator over de zes minderjarige kinderen van Jeen Luitjens(broer van nr. 1428). Die Bote Rinses, geboren ca. 1683 was de zoonvan Martien Botes (zus van Luitjen Botes (= nr. 2856)) en RenseMennerts, hij was ook gehuwd aan Eelkjen Idemae, zij leefden teKollum. Kinderen: Lutske en Martjen 841 .Bote Luitjens zelf is ad patres gegaan vóór 9 maart 1725. 842Op die dag worden zijn erfgenamen namelijk genoemd bij deboedelbeschrijving van zijn broer Mient (zie hierboven).Naspeuring naar een inventarisatie of curatorbenoeming rond Botesverscheiden liepen op niets uit – eige<strong>nl</strong>ijk vreemd genoeg, wantbezittingen zijn er zeker wel.In de tijd daarna handelt zijn weduwe de lopende curatorbesognesaf. Dat gebeurt in september 1725. 843Hinke Teekes verantwoordt zich dan mede namens haar overleden man,die in leven curator was. Dat gebeurt ook op 10 juni 1727, waarbijzij gesterkt wordt met haar tweede man. 844In 1728 wordt in de stemkohieren Botes halfbroer Wieger bijWestergeest 18 vermeld als curator over Luitjen Botes, voor dehelft eigenaar.De andere helft behoort toe aan Bote Rinses als curator over de zesminderjarige kinderen van Jeen Luitjens.Hinke Teekes is overleden vóór 10 mei 1741, want op die dag isSierk Gerrits, huisman op Kollumerzwaag, curator over Barber (11)en Teeke Roelofs (9), de nagelaten kinderen van Roelof Minses enHencke Teekes, beiden overleden te Oudwoude.Enkele jaren later worden Luitjen Botes en Minse Roelofs aangesteldtot curatoren over Teeke Roelofs (17). 845 Op diezelfde dag in 1741wordt een inventaris opgemaakt ten sterfhuize van Roelof Minses enHinke Teekes. 846


De genoemde kinderen zijn: Minse Roelofs (25), Luitjen Botes (19),Barber Roelofs (11) en Teeke Roelofs (9).Uit de akte valt op te maken, dat het echtpaar woonde in een nieuwgebouwde woning, maar dat het oude huis en de grond eigendom warenvan Hinke.Bij het zilver en goud onder andere: een zilveren haak en oog,gemerkt “H.T.”, een zilveren lepel, gemerkt “T.J.”, een zilverenoorijzer, gemerkt “G.B.”, een zilveren onderriem, gemerkt “H.T.”,een haak en kettingen, gemerkt “Hincke Teeckes, 1725” (mogelijk isdat een verwijzing naar het tweede huwelijk?), een bijbel, gemerkt“H.T.” en een testament met zilveren krappen en kettingen, gemerkt“G.M.A. 1683”, “Luitjen Botes toebehorende”.De hierboven genoemde Minse Roelofs is uiteraard een zoon uit heteerste huwelijk van Roelof Minses.Overigens lijkt de in de akte opgegeven leeftijd van 25 jaren niethelemaal te kloppen, want Minse Roelofs is gedoopt te Kollumerzwaagop 18 april 1718.Hij is bij zijn huwelijk in 1752 woonachtig te Westergeest, maarhij komt lange tijd voor te Kollumerzwaag. Daar woont hij in iedergeval ten tijde van de quotisatie in 1749 als ‘welgesteldvrijgezel’ en hij overlijdt er rond 1758.Hij trouwt te Westergeest op 23 januari 1752 met Sytske AlbertsPostma, die gedoopt wordt te Kollumerzwaag op 19 juni 1735 alsdochter van Albert Alberts Postma en Trijntje Harmens. 847Uit het huwelijk van Bote Luitjens en Hincke Teekes:1. Luitjen Botes, (= nr. 714).Uit het huwelijk van Roelof Minses en Hincke Teekes (allen ged.Westergeest):1. Taeke, ged. 2 nov. 1727.2. Barber, ged. 10 april 1730, overl. Zwagerveen 1 april 1807, tr.Wybren Taedes, huisman te Twijzel en te Veenklooster onderOudwoude, zoon van Taede Taedes en Naantje Jurks.3. Taeke, ged. 16 maart 1732, overl. 1749.1432. Halbe Watses, ged. Boornbergum 12-5-1676, koopman, diaken vanOptwijzel en Kooten, overl. Kooten 1755, tr. Garijp 9-5-17001433. Aaltje Symens.Bij huwelijk beiden afkomstig van Garijp.Op 28-4/7-5/11-6-1708 848 proclameren Halbe en zijn niet met namegenoemde vrouw de koop van een huis c.a. bij Kootstertille, onderde Kooten. Gekocht van Doedtie Fockes en haar man voor de somma van209 cg., 14 st.Later dat jaar wordt die vrouw wel genoemd: Aeltie Symens en haarman, Halbe Watses proclameren op 10-10/1-11/15-11-1708 849 zekereafgebroken huizinge en schuur, De Witte Hannes genaamd, land en hetrecht van tapperie, laatst bij Reyn Sytses cum uxore te Optwijzelgebruikt. Halbe en Aaltje kopen het van Ebel(?) Syuwerds, molenaarte Ferwerd en Wytske Bruchts voor 285 cg.Rond 1711 850 proclameert Halbe Watses, bij Kootstertille samen metEmke Jui... te Eestrum landaankoop te Drogeham.Op 9-6/28-6/7-7-1732 851 proclameert Halbe, wonende te Koostertille,de aankoop van een huis, door Uble Hepkes weduwe bewoond. Gekochtvan Halbe Watses en Rykle Hidsers, diakenen van Optwijzel enKooten, voor de prijs van 37 gg., 7 st. Er volgt een niaarnemingdoor Aeltje Watses, weduwe van Wylt Andries, eveneens woonachtigbij de Koostertille. Denkelijk is zij een zus van Watse. De koopkrijgt uiteindelijk wel zijn beslag: het bijschrift sluit af meteen laatste proclamatie, nu wel als 7 juli vermeld.


Een identieke proclamatie volgt op diezelfde dagen, evenals deinschrijving 852 van een huis en hovinge, gekocht van dezelfdediakenen (waarvan hij er zelf een is), voor 66 gg.Op 6-6/20-6/4-7-1735 853 proclameren Halbe Watses en Watse Halbes(overigens zonder vermelding van hun vader-zoonrelatie) de aankoopvan een huis c.a. bij Kootstertille, bewoond door Hendrik Ringers.Het is gekocht van Harke Lieuwes te Augustinusga voor 204 gg, 7 st.Quotisatie: Kooten ‘coopman’ 3 + 12/ 0 - 12; aanslag: 27-19-0.1434. Gerrit Jans Posthumus, geb. Hardegaryp 1660, mr. chirurgijn enbarbier, tr. Oostermeer 28-10-16941435. Jenke Hylkes, geb. 1670.Bij huwelijk waren beide echtelieden afkomstig van Oostermeer.Op 12/19/26-10-1705 komt Gerrit Postumus, mr. chirurgijn totOostermeer, voor in de proclamatieboeken van Tietjerksteradeel 854 .Op 21/??-11/19-12-1711 komt het echtpaar samen voor in deproclamatieboeken 855 .Uit dit huwelijk (allen ged. Oostermeer):1. Nieske (= nr. 717).2. Hylke.3. Jan, ged. 10-11-1695.4. Wibrandus, ged. 3-7-1702.5. Tjetske.1440. Dirk Ruurds, ged. Oostermeer 22-11-1685, schipper en veenbaas teOostermeer, overl. in of na 1763 856 , tr. Oostermeer 10-6-17141441. Jansen Jurjens, van Oostermeer.Quotisatie: Oostermeer ‘schuitevoerder, wint de cost’ 6 + 12/ 0 -12; aanslag: 33-4-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Oostermeer):1. Grietje, ged. 2-6-1715.2. Ruurd, ged. 26-9-1717.3. Grietje, ged. 2-2-1720.4./5. Gerrit (= nr. 720)/ Sieuke, ged. 24-10-1723.6. Oene, geb. 1725, ged. 12-12-1730 (is 5 jaar; mogelijke doopdatum17 i.p.v. 12; zie hieronder).7. Jurjen, geb. 1727, ged. 17-12-1730 (3 jaar min 7 weken oud).8. Sjouke, geb. 1730, ged. 17-12-1730 (12 weken oud)1444. Hoyte Luitjens, geb. ca. 1675, DG, overl. v. 4-8-1728, (o)tr.Franeker 5/20-8-17021445. Acke Andries, overl. na 4-8-1728.Bij het huwelijk zijn beiden afkomstig ‘onder de klokslag vanFraneker’.Op 4-8-1728 857 is Acke Andrijs, weduwe van wijlen Hoite Luitjens,wonende te Tzum betrokken bij de verkoop van 12e deel van een zatelands met de huizinge en schure te Tzum.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Luytjen Hoytes, tr. Dongjum 23-4-1753 Lolkje Obbes.2. Douwe Hoytes, testeert 18-2-1780, overl. 28-3-1780 858 .3. Durk Hoytes.4. Andries Hoytes.1456. Pijter Jochums, tr.1457. Frouk Harmens, ged. Midlum 2-3-1684.Op 17 december 1714 zijn de broers Pieter en Claas Jochums, beidente Oosterbierum, curator over Jacob (in het 21 e ) en Sippe (in het


19 e ) Anthonis, kinderen van Anthonys Jacobs en Geertje Sippes, intijden echtelieden te Oosterbierum. 859Op 22 januari 1726 wordt Tjeerd Jelles, huisman te Oosterbierum,samen met Claas Jochums curator over de kinderen van Freerk Nannes.Mogelijk is Pieter Jochums, die de taak eerder op zich nam, danoverleden. 860Uit dit huwelijk (allen ged. Oosterbierum):1. Saack, ged. 10-5-1706.2. Jochum, ged. 31-7-1707.3. Harmen (= nr. 728).4. Jochum, ged. 5-7-1711.5. Tjeerd, ged. 8-1-1713.6. Tjeerd, ged. 8-4-1714.7. Tjeerd, ged. 3-5-1715.1460. Gerrit Jelles 861 , ged. Oosterbierum 6-10-1700, huisman opOosterbierum stem 9, mog. overl. Oosterbierum 1766 862 , tr.1461. Antje Tanes, ged. Dongjum 25-9-1698.Stemkohier 1728 Oosterbierum, stem nr. 9, oud-raad-fiscaal Alef vanIdzinga, eigenaar en Gerrit Jelles, gebruiker.Gerrit Jelles en Antje Tanes verklaren 700 cg. schuldig te zijn aanTjapke Hylkes Abbema, oud-ontvanger van de boelgoederen teFraneker, als administrator over de goederen van Ytske BeernsSalverda 863 .Op 19-2-1741 864 zijn Gerrit Jelles, huisman te Oosterbierum en AneJelles, huisman te Sexbierum, als volle ooms curator over Jelle enTrijntje Tjeerds, de kinderen van wijlen Tjeerd Jelles, in levenhuisman te Oosterbierum.Op 7-6-1743 865 verkopen Gerke Johannes Gerkema, mederechter vanFranekeradeel, te Dongjum, als vader van de twee minderjarigekinderen bij Jente Tanes voor 1/6e en Antie Tanis en haar manGerrit Jelles, huisman te Oosterbierum, eveneens voor 1/6e deel enYpe Tanes, huisman onder de stad Franeker voor de resterende 2/3epart gezame<strong>nl</strong>ijk voor ruim 587 cg. 5 pondematen bouwland onderDongjum aan Grietje Jochums, weduwe van Pieter Piebes Tolsma.Uit dit huwelijk (allen ged. Oosterbierum):1. Jelle, ged. 19-8-1725.2. Tane, ged. 14-8-1729.3. Aaltje, ged. 21-5-1730.4. Tane, ged. 16-8-1733, tr. Froukjen Pieters.5. Hebbe, ged. 19-2-1736.6. Botje, ged. 30-3-1738.1462. Jan Jans van Asperen, ged. Oosterbierum 1-12-1715, mr. bakker teOosterbierum, huisman te Tzummarum, overl. 1755, tr.(2) Tzummarum/Firdgum 25-1-1750 Trijntje Pieters, tr. (1)1463. Wytske Tjerks Swijnstra, ged. Oosterbierum 11-7-1717, overl. 1749.In 1746 komt Jan Jansen een aantal malen voor als koper bij eenboelgoed, uiteindelijk bedraagt de op 4-12-1748 866 geregistreerderestschuld 196 gg. te bedragen.Op 11-12-1748 867 wordt een schuldbekentenis geregistreerd van 29-5-1747, waarin het echtpaar, huislieden tot Tzummarum, verklaart 225cg. schuldig te zijn aan Meynert Sjoerds, vanwege een lening.Op 18-6-1748 868 wordt een soortgelijke akte opgetekend,oorspronkelijk opgemaakt op 1-5-1744. Jan is dan mr. bakker en hetechtpaar woont dan te Oosterbierum. Zij verklaren 205 cg. schuldigte zijn aan Johannes Eidsma, burgemeester te Franeker, vanwegegeleverde rogge. In margine is genoteerd dat de akte geroyeerd isop 9-7-1781.


Trouwregister Hervormde gemeente Tzummarum/Firdgum, 1750Bevestiging huwelijk van 25 januari 1750, TzummarumMan: Jan Jansen Asperen, Tzummarum; vrouw: Trijntie Pijters,TzummarumUit het eerste huwelijk (allen ged. Oosterbierum):1. Isaakje (= nr. 731).2. Jan, ged. 21-2-1740.3. Jan, ged. 7-7-1743.4. Trijntje, ged. 5-12-1745.5. Wytse, ged. Tzummarum 5-1-1749.Uit het tweede huwelijk:6. Jantje, ged. Tzummarum 26-10-1755, vader is overleden.1464. Namme Sytses, boer te Goïngarijp, boer op Boornbergum stem 33,overl. Goïngahuizen onder Boornbergum v. 23-5-1738, tr. (2) Grouw14-2-1734 Rixtie Wijbes, van Grouw, overl. v. 23-5-1738, dr. vanWybe Jelgers, te Langweer.Namme tr. (1) Boornbergum 7-4-17091465. Jaaike Aukes overl. 1725.Stemkohier 1728 Boornbergum (Smallingerland), stem nr. 33, eigenaarraadsheer Hector Livius van Haarsma’s weduwe en erfgenamen enNammen Sytses, gebruiker.Op 23-5-1738 869 wordt de inventaris opgemaakt in het sterfhuis vanNamme Sytses, te Goïngahuizen onder Boornbergum. Aanwezig zijnSytse Ruurds, man van Trijntje Nammens; Ybeltje Nammens; SytseNammens, allen voljarig. Verder zijn er ook minderjarige kinderen:Nieske, Marten, Andries en Lieuwkje Nammens. Curatoren over dielaatste kinderen zijn: Hotse Sytses te Goïngahuizen, Jelle Andrieste Deersum en Goslingh Pieters te Grouw. Deze zeven kinderen zijnafkomstig uit het eerste huwelijk van Namme Sytses, met Jay Auckes.Uit het tweede huwelijk zijn ook kinderen geboren, die nu gesterktworden door hun opa van moederszijde als curator, Wybe Jelgers, vanLangweer. De levende have wordt geschat op 819 cg. Van de eerstevrouw is er een zilveren mes, koralen met een gouden kroontje, 2gouden spelden en een paar zilveren gespen. Er is verder ruim 146cg. aan liggend geld. Het sterfhuis vertegenwoordigt een waarde vanruim 1074 cg. Er is verder onder andere sprake van 1/6e deel va<strong>nl</strong>and te Grouw met de andere erfgenamen van Sytse Hotzes. Ook wordter /15e deel genoemd van land met de andere erfgenamen van AuckeJelles.Uit het eerste huwelijk (volgorde niet duidelijk):Trijntje Nammens, tr. Sytse Ruurds.Ybeltje Nammens.Sytse Nammens (= nr. 732).Nieske Nammens.Marten Nammens.Andries Nammens.Lieuwkje Nammens.Uit het tweede huwelijk:Jaeycke Nammens.Jelger Nammens.1466. Ysk/Jisk Sjoerds 870 , geb. Wartena ca. 1715, wonende ald. en Warga,overl. Wartena 6-10-1805, tr. ca. 17351467. Antje Everts.Quotisatie: te Wartena ‘een gemeen boer die de kost kan winnen enniet meer’ 3 + 12/ 2 - 12; aanslag: 30-5-0.1468. Holst Halbes, geb. ca. 1710 871 , veenbaas, overl. na 1765, tr.


Oldeboorn 28-5-17341469. Hiske Aukes, geb. ca. 1711, overl. Grouw 6-2-1787.Belijdenis te Wartena 12-11-1738.Quotisatie: ‘koter, groot huisgezin’ 3 + 12/ 4 - 12; aanslag: 22-9-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Wartena):1. Halbe, (= nr. 734).2. Jeltje, ged. 15-10-1741.3. Rommert, ged. 19-1-1744, later ‘Feenstra’.4. Auke, ged. 10-10-1745, later ‘Van der Wal’.5. Sake, ged. 22-10-1747.6. Sake, ged. 20-4-1749, later ‘Van der Wal’.7. Bauke, ged. 12-12-1751.8. Binnert, ged. 3-3-1754.1470. Taecke Herres/Heeres 872 , geb. 1700/01, boer op stem 5 te Hempens,arbeider te Suawoude, overl. Wartena 22-3-1789, tr. Hempens6-4-17221471. Okjen Oeges, ged. (op belijdenis) Hempens 11-4-1721, overl.Wartena 29-3-1789.Stemkohier 1728 Hempens (Leeuwarderadeel), stem nr. 5, Stadsbestuurvan Leeuwarden, eigenaar en Taeke Heris, gebruiker.Bij huwelijk waren beiden afkomstig van Hempens.In 1728 is Taecke dus boer op stem 5 te Hempens, in 1740 en 1741wordt hij genoemd als huisman aldaar. Hij leent dan wat koeien ‘omde melk’. In 1741 wordt hem de huur van een zate op het Goutumerland opgezegd door zijn zwagers, Hette en Tjerk Oeges. In 1744woont Taecke te Huizum en in 1749 is hij arbeider te Suawoude ophet Hooghiem, in 1758 wordt hij genoemd te Oude Miede en opRustenburg (onder Tietjerk). Quotisatie: ‘kan bijnaa de cost nietwinnen’. Nieuwland meldt verder: S 22, 14/127 (akte van precario,1758).Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Pieter, ged. Hempens/Teerns 26-5-1723.2. Trijntje, ged. Hempens/Teerns 2-5-1726.3. Sytske, ged. Hempens/Teerns omstreeks Sint Jacob 1730.4. Gertje (= nr. 735).5. Fokke, ged. Hempens/Teerns 1-5-1740.6. (?) Dieuwke Teackes.7. (?) Akke (aldus Nieuwland).1472. Hendrik Jacobszn. van Amstel, ged. Haarlem 18-2-1680, overl./begr.Haarlem 9/12-5-1774, tr. Haarlem 18-2/4-3-17031473. Marijtje Jans.Getuigen bij de doop van Hendrik waren: Abraham Barents van Amstelen Sijntje Abrahams.Bij het huwelijk is geen sprake van een familienaam. Op basis vande plaats, tijd, de namen en de patroniemen lijkt het wel kloppend.Bij de latere vermeldingen heb ik Marijtje overigens nooit met eenfamilienaam aangetroffen.Hij is j.m., afkomstig van Haarlem, zij is j.d. afkomstig vanAmsterdam.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Haarlem 873 ):1. Jacobus, ged. 16-3-1704, getuigen: Jacob Barents van Amstel enSara Jans.2. Jacob, (= nr. 736).3. Aaltje, ged. 20-8-1713, getuigen: Dirk van Amstel en Aaltje vanAmstel.


4. Hendrik, ged. 28-5-1718, getuigen: Pieter van Amstel en TrijntjeHendriks Nollius.1474. Andries Fransse van Damme, ged. Haarlem 8-8-1685, otr./tr. (2)Haarlem 6/20-10-1726 Cornelia Jansdr. van Appeldoorn, tr. (1)Haarlem 4-10-17051475. Marijtje Dirksdr. de Koning, ged. Haarlem 19-8-1670, overl./begr.Haarlem 30-4/2-5-1721, tr. (1) Haarlem 16-9-1694 Pieter Boogaart.Uit dit huwelijk (allen ged. Haarlem):1. Frans, ged. 16-5-1706, getuigen: Jan van de Bosch enMagdaleentje de Koning.2. Dirk, ged. 21-3-1708, getuige: Frans Andries van Damme.3. Jannetje, (= nr. 737).4. Eva, ged. 27-9-1711, getuigen: Dirk Hendriks en Sanneke Dirks.5/6. Anna en Eva, ged. 15-3-1713, getuigen: Dirk Hendriks en AnnaDirks.1478. Daniël Scholde, overl./begr. Haarlem 26/29-7-1756, (o)tr. Haarlem2/17-5-17171479. Sara Gerrytse de Paauw, ged. Heemstede 14-10-1691, overl./begr.Haarlem 26/30-1-1754.Getuigen bij de doop van Sara: Corstiaan Paauw, Pietertie Jacobs.1480. Hans Gautschi, geb. Zwitserland ca. 1679, tr.1481. Barbara Haefele/Hebber.1488. Jan Hagen, tr.1489. N.N.Uit dit huwelijk:1. Harmen Hagen, tr. (1) Meppel 7-2-1717 Gesina Daelhoff, tr. (2)Meppel 1731 Jentjen Claes.2. Berend Hagen (= nr. 744).1502. Jan Aarts van Munster, tr.1503. Adriana van Kessel/Kassel, van Echteld.1508. Jacob Davidson, ged. Haarlem 24-8-1710, otr./tr. (1) Haarlem2/20-1-1732 Trijntje Dirksen Vriend, otr./tr. (3) Haarlem23-121764/6-1-1765 Marietje van Wigge, wed. van Jan Molenaar,otr./tr. (2) Haarlem 3-7/17-7-17351509. Cornelia de Vries, geb. ca. 1715, tr. (1) Haarlem 1/15-8-1728 JanJansen Steendam, weduwnaar van Haarlem.Getuigen bij de doop van Jacob waren: Jacob Ydes Kruit en JannetjeJans Varel.Bij het huwelijk zijn Jacob en Trijntje j.m. en j.d., beiden zijnafkomstig van Haarlem.Cornelia is afkomstig van Dordrecht.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Haarlem):1. Helena, ged. 19-12-1732, getuigen: Jan Fransen en FemmetjeDirks.2. Bartel, ged. 22-11-1733, getuigen: Willem Olfis(?) en Liesbethden Brabander.3. Anna, ged. 20-2-1735, getuigen: Dirk Vriend en Anna vanHerms(?).Uit het tweede huwelijk (allen ged. Haarlem):4. Pieter, (= nr. 754).5. Bartel, ged. 27-3-1743, getuigen: Pieter de Vries en Liesbethvan Brandenburg. 874


Uit het derde huwelijk:6. Sara, geb./ged. Haarlem 27/29-6-1766, getuigen: Jacob Davidsonen Sara Stiphout.1510. Bartel Jans Saris/Zaris, tr. Haarlem (schepenen) 13-10-17371511. Marijtje Kam, ged. Haarlem RK (statie St. Bavo) 30-5-1718.Een Marijtje Kam tr. Haarlem 13-4-1738 Jan van Veen; er is duswaarschij<strong>nl</strong>ijk een naamgenote voorhanden. Wellicht is zij ook degedoopte in 1718. Op basis van de vernoemingen lijken degenealogische lijnen te lopen zoals hier gepresenteerd.Getuigen bij de doop van Marijtje waren Pieter Willemse enWillempie Willemse.Bij het huwelijk waren beiden afkomstig van Haarlem.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Anna, (= nr. 755).2. Klaas, ged. (RK) Haarlem 24-2-1741, getuigen Jacobus Lameldon enAntje Jans.1512. Jan Stassen, luitenant van de ponten, overl. Dordrecht (impost)16-2-1739, begr. Dordrecht (Nieuwkerk) 18-2-1739, tr. Grave14-1-17141513. Alegonda van Riemsdijck, begr. Dordrecht (Nieuwkerk) 18-11-1748,tr.(1) Grave 14-12-1704 Jan Jansen.Mogelijk is Jan identiek aan ‘Jan Staas’, die in 1697 gildebroederwerd van het schippersgilde te ‘s-Hertogenbosch.Uit dit huwelijk (allen ged. Grave):1. Geertruy, ged. 7-7-1715).2. Paulus (= nr. 756).3. Reymiesius, ged. 31-1-1720.4. Christiaan, ged. 6-5-1723.1514. Jan Teunissen, tr. v. 17241515. Metje Roukus.1516. Hendrik van Woelderen, ged. Gennep 23-7-1679, schepen van Cuijk1718-1749, overl. v. 29-4-1749, (o)tr. Cuijk/Gennep 18-8/16-9-17081517. Catharina Croon(en), jd. van de Milsbeek, ged. Gennep 16-9-1684,overl. v. 29-4-1749.De predikant van Cuijk vertelt in het doopboek van Cuijk waarom dedoop te Gennep plaatsvond: ‘Is wegens mijne sieckte en swackheijteen kint gedoopt ter Gennep van Israel Lamberts en HenderskenWijnen, gent. Hendrickus’.In NL 1908 enkele vermeldingen van dit echtpaar:‘Verbetering <strong>kwartierstaat</strong> Carel Louis van Woelderen. (XYIV, 283,284). - Volgens mededeeling vau den heer A. F. van Beurden teRoermond werd 16 Sept. 1684 te Gennep gedoopt : Catharina, dochtervan Peter Croon en Alida Haeck.Mijne opgave ‘Catharina Thiessen genaamd Croon(en)’ was dus nietjuist en moest luiden ‘Catharina Croon(en)’. Hare moeder AlidaHaeck is bijkbaar na den dood van Peter Croon hertrouwd met AlbertThiessen. De heer v. B. teekende aan, ‘dat men later,de Thiessen’sook Croon noemde naar het huis, dat thans nog bestaat’.Ik heb mijne opgave indertijd afgeleid uit eenige in mijn bezitzijnde stukken, waaronder een huurcontract betreffende het huis ‘deCroon’ gelegen aan de Milsbeeck onder. Ottersum, welks aanhef luidtals volgt: ‘Te weten sij mits desen, dat op heden den 1 Martij 1725tussen ons onderschreven Albert Thiessen en sijne huijsvrouw AlidaHaeck met bewilliging haerer met onderschrevene grootjaerige


kinderen, naementlick Fritz Ditz, Hendrick van Woelderen, Hendrickde Katt, Johan Otto Hardtman en Hendrick Wesselman als,,verhuyrdere ende Hendrichs Thiessen en sijne huijsvrouwe HendrineWillems als huijrdere ter anderen zijde (..)’.‘Erfmagescheid bij den dood van Hendrik van Woelderen schepen vanCuyk.In het Rijksarchief te ‘s Hertogenbosch vond ik onder deMagescheiden en accoorden Cuyk 1707-1758, no. 418, het volgendeErfmagescheid no 32 van 29 April 1749.De hierin genoemde Israel van Woelderen en Hendrik van Woelderenwerden later beiden schepen van Grave, de laatste gehuwd metCatharina van Oyen. Peter van Woelderen teekent zelf als schepen.Hendrik van Woelderen schepen van Cuyk was door het huwelijk vanzijne zuster Maria met Jacobus Smits, schepen van Grave, verwantmet de familie Smits.Henricus Joannes Reepmaker (zie blz. 97. Genealogie der familieReepmaker was lieutenant in ‘t Regiment dragonders aan den HeerGeneraal Trips”, zie Protocollen1749 enz. blz. 23 Grave, 10 Juni1749:Wij Rutger de Haan, gesubst. Scholtis, Jacobus Wichmans ende GerritThomassen, schepenen der Hoofdbanke van Cuyck doen hiermede Condende tuijgen, dat voor ons gecompareerd ende verscheenen zijn denHeer Pieter Smits, in qualiteyt als volmagtiger van den WelEd.Gestr Heere Lieutenant Henricus Johannes Reepmaker,die gemunieert was met procuratie inhoudende de potestassubstituendi van deszelfs ehevrouwe Alida van Woelderen dd. 14Marty 1749 voor den Notaris Jacob Thielen ende getuygen binnenMaastrigt gepasseerd uytwijsens volmagte gepasseerd voor onsbovengemelte gerigtspersoonen en dat den 23 Marty laatstleedenalhier in originali geexhibeerd ende ten comptoire deslandschrijvers geregistreerd folio 122. Item Sr. Israel vanWoelderen, meedeschepen deeser Hoofdbancke, mitsgaders den HeerLambertus Johannis Brouwer in qualiteyt als van ‘8 Heerenweegegeconstitueerde momboir over de drie minderjarige kinderen van Sr.Hendrik van Vastrik in huwelijk bij mejuffrouw Hendrina vanWoelderen verwekt;Item de Heer Cornelis van der Lee, mede in qualiteyt van ‘sHeerenwegen geconstitueerde momboir over den stom en dooffgeborenen Gerardus van Woelderen en laatstelijk Mons: Derck DanielSchut insgelijx geconst. momboir over den nog minderjarigen Hendrikvan Woelderen: alle kinderen ende erffgenamen van den ScheepenHendrik van Woelderen ende juffr Catharina Croon in leeven eluyden;dewelcke met speciael octrooi van den amptman G. Tersinck dd. 22Marty 1749 ons gerichtspersonen meede in originali gebleeken endeten Comptoire alsboven geregistreerd folio 1-3 verclaarden metmalcanderen te hebben gemaakt ende opgerigt dit navolgendemagescheijd voor alle zodanige gereede en ongereede goeden activeende passive effecten als bij wijlen de laatstgenoemden met terdood zijn ontruymt nagelaeten en zulks in maniere als volgt.Volgt eene zeer uitvoerige en gedatailleerde verdeeling van hetvermogen en de nagelaten goederen, waaronder o.a.: twee huyzen aande Maasstraat binnen den dorpe van Cuyk, een hof den Maashoffgenaamd, aan den Maasoever. Het veer of de overvaart op de Maes metveerpont en toebehooren, De Swanen Camp groot 272 Holl. morgenonder Heeswijk bij Cuyk (…) 875 .De hierboven beschreven akte uit 1749 waarin de kinderen vanHendrik en Catharina de boedel verdelen is inderdaad de moeitewaard 876 .Henricus Joannes Reepmaker en Alida van Woelderen hebben op 14-3-1749 te Maastricht voor de notaruis Jacob Thielen een akte latenopmaken, waarin zij Peter Smits tot zaakwaarnemer benoemen; die is


dan ook aanwezig; Israel van Woeleren en Petronella Cleijn; Pietervan Woelderen’ Lambertus Johannes Brouwer namens de drie onmondigekinderen van Hendrik van Vastrik en Hendrina van Woelderen;Cornelis van der Lee als momber over de ‘stom en doof geboorenen’Geradus van Woelderen en ten slotte Derk Daniel Schut als momberover de minderjarige Hendrik van Woelderen (= nr. 758).Uit dit huwelijk (in ieder geval):Alida van Woelderen, tr. Henricus Joannes Reepmaker, luitenant.Israel van Woelderen, tr. Petronella Cleijn.Pieter van Woelderen, schepen van Cuijk.Hendrina van Woelderen, tr. Hendrik van Vastrik.Gerardus van Woelderen, in 1749 doof en stom.Hendrik, (= nr. 758).1518. Gerardus van Oijen, ged. Cuyk 3-10-1700, otr. Grave 3-8-17201519. Agnes van Diependael 877 , ged. Grave 10-3-1700.Agnes deed belijdenis te Grave op 26 maart 1717, vertrok metattestatie naar ’s-Hertogenbosch op 24 februari 1730, lidmaataldaar Pasen 1730.Hij deed belijdenis te Grave op 19 december 1720. Van beroepwas hij achtereenvolgens schoolmeester en voorzanger teGrave, notaris aldaar, geadmitteerd zijnde door de Raad vanBrabant op 13 september 1724 en procureur te 's-Hertogenboschin 1735. Van deze stad werd hij burger op 19 janauri1733. Vermoedelijk werd hij te Grave begraven op 19 december1750.Op 18-12-1722 wordt een akte van volmacht opgemaakt, waarbijGerardus volmacht krijgt van Jacobus van Oijen en Cornelis Atkins,erfgenamen van Jacob Linders, oud-schepen van Grave 878 .Uit dit huwelijk (allen ged. NG Grave, de doopgetuigen zijn nietaltijd vermeld):1. Amilia, ged. 26-3-1721, getuige: ‘Joffrou Mueleman in plaats vande Hoog Ed: Wel. Geb: Fruele Amelia Steenhuijs’.2. Henrikus, ged. 6-9-1722.3. Walraad, ged. 20-2-1724.4. Joanna Amilia, ged. 10-3-1726.5/6. Amilia en Anna, ged. 24-8-1727.7. Catharina, (= nr. 759).1520. Cornelis Claeszn. van der Snoeck 879 , geb. Maasland ca. 1685, ged.Maasland, tr. Vlaardingen 26-11-17121521. Neeltje Willemsdr. Rodenburg, ged. Vlaardingerambacht 28-10-1685.1524. Jan Boerdam, geboren ‘Windesteijn’, begr. Vlaardingen 7-1761, otr.Vlaardingen 2-8-17211525. Adriaantje Baras.Jan Boerdam komt voor in het archief te Schiedam (ONA inv.nr.: 827blz.: 751).Jan werd poorter van Vlaardingen op 10 februari 1727.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Vlaardingen):1. Jan Boerdam, ged. 10-9-1722.2. Thijs, (= nr. 762).3. Grietje, ged. 4-11-1725.4. Willemijntje, ged. 28-3-1728.5. Jan, ged. 28-5-1730, getuige Jannetje Valkenburg; doorgehaaldbij de inschrijving zijn het tweede en laatste woord bij moederAdriaantje vermeld: ‘Ariaentje Tijsen Baras Bernards’


6. Willemijntje, ged. 26-11-1732, getuige: Agatha Vink.7. Willemijntje, ged. 24-2-1734, getuigen: Ariaentje Langstraten enAgatha Langstraten.8. Johanna, ged. 30-11-1736, getuigen: Adriana van Assendelft enMaritje Langstraten.9. Niesje, ged. 11-2-1739, getuigen: Adriana van Assendelft enMaritje Langstraten.1526. Paulus van Alphen, geboren Vlaardinger-Ambacht, ged. Vlaardingen24-1-1694, begr. Vlaardingen 2-1777, otr. Vlaardingen 1-4-17241527. Leentje Philips van Schie, overl. na 16-4-1752.Paulus van Alphen werd poorter van Vlaardingen op 22 december 1725.Hij is overleden tussen 7-9-1776 en 28-5-1778 toen hijrespectievelijk zijn testament maakte en de verdeling van zijnerfenis 880 : Abraham Stam, rekening en quitantie, 13-5-1786, akte 29.Compareerden Abraham Stam en Jan Jacobsz.Bijl, woonende teVlaardingen als met en beneevens Jan Leendertsz.van der Plaats,gewoond hebbende en overleeden te Vlaardingen, voorn. door wijlenPaulus van Alphen bij testament den 7e sept. 1776 voor notarisPhilippus de Heer te Vlaardingen verleden, aangesteld zijnde totvoogd over de minderjarige nagelatene erfgenamen en totadministrateurs van dezelver goederen ter eenre en AriaantjeBoerdam, meerderjarige dogter, mitsgaders Paulus Boerdam tansmeerderjarig jongman, woonende alle insgelijks te Vlaardingen. Deerfgenamen van Paulus van Alphen: Ariaantje Boerdam en PaulusBoerdam (Scheiding van de boedel 28-5-1778 voor notaris Phillippusde Heer te Vlaardingen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, ged. Vlaardingen, volgorde nietduidelijk):Magtelt, ged. 23-5-1734, getuige Adriana Dircks van der Gaag (? =nr. 763).Pietertje, tr. Abraham Stam.1528. Jan Dircks Ligtermoet, ged. Charlois 24-2-1704, van Charlois,schipper en groottapper, begr. Maassluis 3-10-1775, (o)tr.Maassluis 5/20-1-17321529. Cornelia Pieters de Bruin, geb. Middelharnis 31-10-1706 tr. (1)Willem Hendriks Luijders/Luysters.Voor het huwelijk is een attest afgegeven door gemeente Charloisaan Maassluis. Vanaf 1732 woont Cornelia in de Hoogstraat teMaassluis.Uit dit huwelijk (allen ged. Maassluis):1. Aletta, ged. 3-10-1732, begr. Maassluis 21-3-1798, tr. Maassluis2-3-1760 Jan van der Beek, geb. Bleiswijk ca. 1730.2. Maartje, ged. 24-9-1734, groottapper in een herberg teMaassluis, begr. Maassluis 10-8-1799, tr. Maassluis 25-1-1761Huijbregt Prins, herbergier, geb. Drimmelen ca. 1730.Bij de volkstelling van 1761 woont zij op de Zuiddijk.Op 17-10-1775 krijgt zij van de gemeente Maassluis vergunning omzichzelf groottapper te mogen noemen. Zij beheert van 1776-1801 deherberg die eigendom is van haar vader Jan Ligtermoet (bron:Gemeentearchief Maassluis).3. Dirk, ged. 5-4-1737 (= nr. 764).4. Pietertje, ged. 14-6-1739, tr. Maaassluis 25-7-1762 Adrianus vander Gaagh, geb. Maassluis 25-1-1739, zoon van Heindrik van derGaagh en Grietje Alenbeek.Pietertje woont volgens de volkstelling van 1761 aan de Zuijddijkte Maassluis. Adrianus en Pietertje krijgen 5 kinderen.


5. Lijsbeth, ged. 1-10-1741, eigenaresse kruidenierszaak,overl./begr. Maassluis 16/19-9-1807, tr. Maassluis 27-10-1765Arnoud Rebel, geb. Brielle ca. 1740.Uit een document van de gemeente Maassluis blijkt dat zij op 28juni 1777 toestemming krijgt om als winkelierster zout, zeep,koffie en thee te mogen verkopen.Volgens de Volkstelling van 1761 woont zij op de Zuijddijk.6. Ariaentje, ged. 28-8-1744, begr. Maassluis 20-02-1783, tr.Maassluis 14-8-1768 Arij Bregman, ged. Maassluis 19-10-1736, zoonvan Cornelis Bregman en Appolonia (Pleuntje) van Waaij.Volgens de volkstelling van 1761 woont zij op de Noorddijk teMaassluis7. Sara, ged. 16-9-1746.8. Cornelia, ged. 29-12-1748, begr. Maassluis 3-8-1795, tr.Maassluis 20-3-1768 Cornelis Treus, geb. Maassluis 20-5-1742, zoonvan Willem Treus en Bregta Keijser.Cornelia woont op het hoekje van de wip te Maassluis.De internetsite over Ligtermoet (zie: 191) geeft ook nog:Jan, ged. Maassluis 29-12-1748.Uit de dagtekening in het doopregister blijkt dat hij op 29-12-1748wordt gedoopt als zoon van Cornelia de Bruijn. Zijn vader wordtniet in het register vermeld.1530. Maarten Philips van Delft, overl. Zevenhuizen ca. 1-2-1772 881 , tr.Zevenhuizen 19-10-17271531. Leena Klaasdr. Knegt, ged. Zevenhuizen 14-10-1703, overl.Zevenhuizen 16-10-1786.Uit dit huwelijk (allen ged. Zevenhuizen) 882 :1. Dina, ged. 20-5-1736 (= nr. 765).2. Philippus, ged. 18-8-1737.3. Marija, ged. 1-3-1739.4. Pieter, ged. 31-7-1741.5. Pijtertie, ged. 23-5-1743.6. Catie, ged. 20-6-1745.7. Jan, ged. 16-4-1747.1532. Abraham Isaacks Nelemaat, ged. Overschie 16-1-1707, mog. overl.Krimpen aan de Lek 16-5-1742, tr. Krimpen aan de Lek/Berkel22-2-17331533. Pleuntje Noorlander, ged. Ouderkerk aan de IJssel 28-10-17081536. Johann Peter Wächter, overl. Gambach 7-3-1706, tr. (2) 13-6-1695Elisabeth Catharina, tr. (1) ca. 16821537. Anna Maria Buß, geb. ca. 1663, overl. Gambach 18-4-1693 (30 jarenoud).Johann peter vestigt zich in 1688 op het complex van detegenwoordige Hauptstraße 3 en 5 in Gambach en hij bouwt daar eennieuwe ‘Hofseite’.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Gambach):1. Matthias, geb. ca. 1683, overl. 1690.2. Dietrich, (= nr. 768).3. Johann Martin, ged. Gambach 24-12-1690, ‘Gevatter sind gewesenJohann Craft, Einwohner zu Wölfersheim, u. Martin Arch, Einwohnerzu Holzheim.’, overl. Gambach 16-1-1718.4. Anna Margaretha, ged. Gambach 13-9-1692, overl. Gambach 10-10-1693.Uit het tweede huwelijk:


5. Maria Elisabetha, ged. 17-3-1696, overl. 8-5-1749, tr.ca. 1720Johannes Nicolaus Schmidt, geb. 30-1-1698, overl. 27-3-1759, zoonvan Johann Jacob Schmidt en Anna Elisabetha N.N.6. Johann Georg, ged. 16-11-1697.7. Anna Charlotta, ged. 15-12-1699, overl. 27-6-1700.8. Hans Jacob, ged. 30-3-1700, overl. 1-4-1700.1540. Henrich Mohr, geb. Gambach ca. 1668, timmerman (Schreiner), overl.Gambach 6-1-1733 (65 jaren oud), tr.1541. Dorothea N.N., geb. Gambach 1675, overl. Gambach 7-7-1727 (52jaren oud)Uit dit huwelijk (allen ged. Gambach):1. Anna Elisabetha, ged. 16-10-1692, overl. Gambach 13-3-1707.2. Caspar, (= nr. 770).3. Henrich, ged. 18-12-1698, timmerman, overl. Gambach 17-1-1701,tr. Dorothea N.N.4. Johann Henrich, ged. 16-5-1701.5. Johann Georg, ged. 12-6-1702, overl. Gambach 16-12-1740.6. Catharina Dorothea, ged. 13-2-1716, overl. Gambach 14-1-1808,tr. Gambach 1742 Johannes Mattheis, ged. Gambach 10-05-1705, overl.Gambach 24-1-1787, zn. van Adam mattheis en Veronica N.N.1550. Jan Paulus van Dulken, tr.1551. Deliana Anthonisdr. van Rekhaan, tr. (1) Antony Stevens.Deliana is in 1707 lidmaat te Wageningen, wonende ‘Buijten deNuport’.17-11-1725: 1725-11-17, vestenisse t.l.v. Willem Jansen en LijsbetRijcaen, echtelieden van 50 g. t.b.v. Pauwel en Toona Jansen vanDulcken. Onderpand is een huis aan de Beuningerstraat teWageningen. 883Jan zou een zoon kunnen zijn van Paulus van Dulcken, tr. Arnhem6-6-1668 Annecke Peters.1552. Herman Gosselink.1554. Berend Daniels, overl. Neuenhaus 13-8-1679, tr.1555. N.N., overl. Neuenhaus 10-8-1680.1556. Hermand Egbers, rond 1680 te Bimolten.1558. Jan Rakers.Kinderen:1. Aale, geb. Veldhausen ca. 1675, overl., begr. ald. 11-4-1742,tr. (1) Veldhausen 25-2-1700 Jan Freriks, overl. Veldgaar 2-12-1710, zn. van Lambert Freriks, van Veldgaar.Aale tr. (2) Veldhausen 28-6-1711 Hendrik Büter, overl. Veldgaar19-4-1746, zn. van Hendrik Büter.2. Jan Herman, ged. Veldhausen 24-2-1686, tr. Veldhausen 16-9-1707Gese van Hopsteren, ged. Veldhausen 26-1-1681, dr. van Bartholt vanHopsteren en Fenne Borg.3. Hille, geb. ca. 1690, overl./begr. Veldhausen 10/15-7-1764, tr.Veldhausen 15-1-1713 Berend Harten, ged. Veldhausen 14-5-1691,overl. ald. 22-4-1764, zn. van Berend Harten en Swenne Buitkamp,tr. (1) Veldhausen 7-2-1712 Gese Rodewever, van Veldhausen, ged.Veldhausen 27-11-1689, overl. ald. 30-10-1712, dr. van JanRodewever, van Veldhausen.4. Swenne, ged. Veldhausen 3-10-1694.5. Jan, ged. Veldhausen 28-3-1697.6. Lambert, ged. Veldhausen 7-12-1701.7. Aleida, (= nr. 779).8. Klaasjen, ged. Veldhausen 27-12-1705.


1560. Hindrik Haveding, geb. Veldhausen (D) ca. 1670, overl. Veldhausen(D) 25-6-1725, tr. Veldhausen (D) 11-11-1695 8841561. Swenne Hermsen Deters, geb. ca. 1670, overl. Veldhausen (D)14-6-1727Mogelijke ouders van Jan Hendrik volgens Theo Davina 885 :1. Hendrik Haveding und Swenne Deters van Osterwald2. Hendrik Haveding und Hendrikjen Luichjenbroer van Osterwald3. Hendrik Haveding und Swenne Hermsen van Osterwald4. Hendrik Haveding und Triene Goosen van Osterwald).Uit dit huwelijk (allen geb. Veldhausen):1. Jennechien, geb. 6-5-1696.2. Jan Hindrik, (= nr. 780).3. Hindrik.1562. Geert Rakers, in 't Hankorve.1576. Hendrik Jansen Post, overl. na 13-9-1740 886 , (o)tr. (1) Almelo23-2/22-3-1696 Fenneken Janssen Tijhoff, dr. Jan Tijhoff, tr. (2)Almelo 15-3-17041577. (?) Neeltje Averink.Op basis van de tijd van de huwelijken en de meervoudige vernoemingvan Neeltje (zie 788/789) zal zij waarschij<strong>nl</strong>ijk de moeder zijn.Voorzichtigheid is echter geboden: zij kan evengoed de vernoemdestiefmoeder zijn.Het huis van een Hendrik Post wordt genoemd op 04-8-1759 (RHA 2619fol. 779-780).Mogelijk relaties met: Jan PostRHA 2618 fol. 47-49: op 10-5-1713 woont Jan naast het huis datGeertjen Molenbelt, weduwe van Egbert Dirks met haar kinderen Jan,Maria en Jenneke Egberts verkopen aan Lucas Prinsen en zijnhuisvrouw Anna Roelofs.Mogelijke voorouders?: Johannes Post x Aalken N.N. REC RA STAD ALM2618; op 20-3-1663 verkoopt hij aan Jan Ernst (Erensen) het halvehuis gelegen tussen dat van Hendrik Swam en dat van Jan Palthen.Hendrik Jansen Post de Olde en Grete transporteren op 5-5-1668 hunhuis aan Gerrit Backer en Aeltien (REC RA STAD ALM 2618 1-2).op 14-12-1668 van Jan Alberts, koopman te Zwolle, 100 daalder (RECRA STAD ALM 2618 19).Hendrik Jansen Post, tr. Jenneken N.N. REC RA STAD ALM 2618 83: 18-12-1671 lenen zij 170 cg. van Jan Willem Fronten, koopman teZwolle. Onderpand: hun halve huis en hof en alle mobiele enimmobiele goederen .1580. Lambert Berentsen Bruggink tr. Almelo 2-3-17041581. Wilmijne Janssen van SenderenBij het huwelijk: Lambert Berentsen, nagelaten zoon, jm. totAlmelo, vader: Berend Bruggink en Wilmijne Janssen, nagelatenjongedochter, tot Almelo, dochter van Jan van Senderen.Mogelijk is dit familie: Lucas Hendriksen Bruggink, tr. v. 7-12-1671 Marijke Jansen Kuyper.Op 7-12-1671 887 transporteren Gerrit Palthe en Abraham ten Cate aanLucas en Marije een huis en hof, gelegen tussen het huis van derentmeester Gotz en dat van Barthold Barent. Het was eigendom vande overleden vader van Marije, Jan Cuyper en het werd bewoond doorde kopers.


Op 8-6-1677 888 is sprake van een Court Cuyper en zijn huisvrouwAele; zij laten een hypotheekakte registreren t.g.v. zijn zwagerLuyck Hendriksen Bruggink.Mogelijk voorgeslacht:Een Hendrik Bruggink wordt op 3-7-1677 889 genoemd als vader vanLucas Bruggink.Over het mogelijke voorgeslacht van Hendrik zelf: in hetRectorshuis te Almelo is een kopie aanwezig van het zogenoemde‘Register van straffen’ van de Stad Almelo (dat loopt van 1621 tot1630) en daarin is sprake van een Hendrik Bruggink, zoon van OttoBruggink en Berentjen. In de klappers in datzelfde Rectorshuis op‘Bruggink’ is verder op 27-3-1637 nog sprake van een Luycken (= nr.Lucas) Bruggink. Nader onderzoek.1582. Albert Jansen, overl. v. 6-5-1747 890 .1584. Jan Alberts van het Witvoet, overl. v. 22-5-1745 891 , tr.1585. Maria Egberts van het Hinsenveld of Jenneken Koersen.Jan Alberts tr. (1) v. 1691 Maria Egberts van 't Hinsenveld. tr.(2) Almelo 3-12-1713 Jenneken Kourtsen, weduwe van Gerrit Tijhoff.Beide vrouwen kunnen de moeder van zoon Gerrit zijn. Naderonderzoek!Eshuis, G.J. Van boere<strong>nl</strong>and tot stadsrand, Enschede 1976 p. 154:`Op een lijst opgesteld in 1683 (...) vinden we onder de ruim 100namen van personen, die vanwege hun armoede vrijstelling vragen vande vuurstedenbelasting, ook een Jan Witvoets en een Albert tenWitvoet vermeld, waarvan laatstgenoemde zeker op het Witvoetservezal hebben gewoond'. Dat erf heeft tot 1924 gestaan op de plaats,waar in Almelo de Witvoetstraat aansluit op de Nieuwstraat. Het erfzelf moet toen al eeuwenoud geweest zijn, want al op 23-2-1549 iser in een akte sprake van `Wytvotesland' (RGA 2 325R.989). Op 23-1-1557 wordt een `pachter Witvoet' genoemd (RGA 2 360R.1104). In 1567 (na 3 december) wordt een Aernt Witvoet en zijnvrouw Suet genoemd. Zij pachten voor 8 jaar het erve en goedWitvoet.1586. Albert Hermsen, tr.1587. Janna Jansen.Mogelijk voorgeslacht: op 12-1-1690 trouwt te Vriezenveen eenJenneken Alberts met Arent Jansen. Zij was bij haar huwelijk eendochter van Albert Hermsen van Albergen. Zij is dan mogelijk eentante (zus van vader) van Albert Hermsen. Die vader moet danHarmen Alberts heten. Nader onderzoek!1588. Jan Hendriks Nijland, tr. (2) Almelo 1753 Elsjen Berendsen, weduwevan Jan van het Reuvekamp, otr. (1) Almelo 9-3-17211589. Geertruid Janssen van de Weijde, overl. v. 1753.RHA <strong>kwartierstaat</strong> Nijland: als mogelijke vader wordt opgevoerdHendrik Hendriksen Nijland, maar die zou geboren zijn in 1695. Datlaatste staat, als het waar is, een filiatie in de weg; de zoontrouwt immers al in 1721. Hendrik Hendriksen Nijland was getrouwdmet Derkjen Gerritsen van 't Ypelo, uit het gerichte Rijssen.Geertruid is een dochter van Jan van de Weijde. Ze is dus mogelijkeen zus van Hendrik Jans van der Weide (= nr. 410). Zie aldaar voorvoorouders.1590. Willem Hendriksen Hondebrink alias Willem Hendriksen Hondebrink opSchoppenhuis, otr. Almelo 11-3-17081591. Jenneken Janssen op de Peppel.


1604. Kleis Dercksen Senderinck 892 , landbouwer op erve Zenderink, overl.v. 22-1-1688, tr.Het patroniem Dercksen kan slechts worden ontleend aan het hethuwelijk van zijn zoon Jan (= nr. 802), die met Gerritje Jansentrouwt als Jan Kleissen, nagelaten zoon van Kleis Dercksen. Bij dedoop van zijn zoon Hendrick op 24-7-1697 wordt Jan vervolgens ‘JanSenderinck’ genoemd.1606. (?) Egbert Jansen Nisinck 893 , overl. v. 20-8-1693 894 , tr.1607. (?) Berentjen Gerritsen Buyinck, overl. na 21-3-1724 895 , tr. (2)Wierden 20-8-1693 Hermen Dercksen (na dit huwelijk Nijsinck),landbouwer op erve Nijzink, keurnoot Kedingen, overl. na21-3-1724, zn. van Derck Alberts Meijer.Hermen Dercksen trouwt in in 1693 in op het horige erf Nijzinck endraagt vanaf dat moment ook die naam. Voor versterf en opvaartbetaalt hij dan 57 gulden 896 .1632. (?) Gerhardus/Gerrit Oostendorp, tr.1633. (?) Janna Hendriks Bolk, (o)tr. (2) Almelo 14-2/6-3-1697 HermenJansen Schotveld, weduwnaar van Lambertje Berntsen.Bij haar tweede huwelijk was Janna weduwe van Gerhardus. Nergenswordt duidelijk, dat zij de ouders zijn van Adam Oostendorp. Opbasis van de naam Adam en Gerrit loopt zo mogelijk de lijn naarAdam Oostendorp (= nr. 3264). Strikt genomen zou ook een van debroers van Gerhardus/Gerrit de vader kunnen zijn. Nader onderzoek.1654. Jan Roelofs, te Enter.1666. Jan Lambers, overl. na 8-1748, tr. RK Steenwijkerwold 5-2-17251667. Arendje Antoni, overl. na 8-1748.Volkstelling 1748, Schoutambt Steenwijk, Zuitveen, Westerkluft.Kinderen boven de 10: Geertje, kinderen onder 10 jaar: Lambert,Anthony, Roelofje.Uit dit huwelijk (allen ged. RK Steenwijkerwold):1. Aaltje, ged. 4-11-1725, getuige Roelfjen Hendriks, ouders teZuidveen.2. Lambertus, ged. 10-1-1741, getuige Geertje Fransen, ouders teZuidveen.3. Antonius, ged. 11-3-1745, getuige Arendje Jans, ouders teZuidveen.4. Aaltje, ged. 29-12-1728, getuige Roelfjen Hendriks, ouders teZuidveen.5. Gertrude, ged. 30-9-1731, getuige Mette Geerts, ouders teZuidveen.1668. Bernardus Berns Wensing (ook genaamd de Jonge) 897 , wever, wonendeOosterwolde en Blesdijke, tr. Steggerda 18-2-1724 (RK)1669. Lucia/Lutske/Luidje/Lutgardis Andries, wonende Jonkersland, bijGorredijk, Blesdijke en Oosterwolde.Getuigen bij het huwelijk waren Jacobus Jacobs, Barbara Vos enRomula Remmels.Uit dit huwelijk:1. Anna, geb. Oosterwolde, ged. Elsloo 27-11-1724 (roomskatholiek).2. Regina, geb. Oosterwolde, ged. Steggerda 14-3-1726 (roomskatholiek).3. Regina, ged. Oosterwolde 6-1727 (rooms katholiek).


4. Bernardus, geb. Oosterwolde, ged. Steggerda 22-7-1729 (roomskatholiek) (doopgetuige was Henricus Remmeler).5. Aleijda, ged. Blesdijke 27-3-1733 (rooms katholiek; doopgetuigenwaren Catharina Piers en Johanna Berns).6. Bernardus, geb. Blesdijke, ged. Steggerda 29-4-1735 (roomskatholiek).7. Catharina, ged. Blesdijke 1-11-1736 (rooms katholiek)(doopgetuige was Catharina Andries).8. Bernardus/Barend, (= nr. 834)9. Andreas, ged. Steggerda 16-3-1740 (rooms katholiek).10. Andreas Josephus, ged. Blesdijke 19-3-1742 (rooms katholiek;doopgetuige was Andreas Otten).11. Joannes, geb. Blesdijke, ged. Overbeeke 20-11-1743 (roomskatholiek; doopgetuige was Joannes Lucas).12. Otto, geb. Blesdijke, ged. Overbeeke 4-6-1745 (doopgetuige wasAndries Otten).1680. Frans Dirks, geb./ged. Zuidveen/Steenwijk 5-4-1672, otr. Steenwijk13-3-17121681. Geesje Jans, van Eemster.1682. Peter Wijben ten Wolde, ged. Oldemarkt 24-9-1682, overl. Steenwijk22-4-1751, (o)tr. Steenwijkerwold/Oldemarkt 9/24-1-17061683. Geesje Jans.Volkstelling 1748: Stad Steenwijk, Oosterstrate, Oosterkluft: PeterWyben en Geesjen Jans: inwonend Lumme (boven de 10 jaar).Peter komt in verschillende jaren voor in de rechterlijke archievenvan Stad Steenwijk 898 .1684. Jan Wolters Piest/Pijst/Pijster, jm. van Noordwolde, tr.Wapserveen 20-10-17081685. Luitjen Jans.1704. Pyter Freerx Ruiter, ged. Kuinre 11-11-1694, overl. tussen9-11-1737 en 29-7-1739, (o)tr. Kuinre 29-8/13-9-17221705. Grietjen Freerx de Ruige, ged. Kuinre (als Grietje Jans)26-12-1691 899 , overl. Kuinre v. 1764 (o)tr. (1) Kuinre 7/22-11-1711Olke Andringa, handelaar in hout en bouwmaterialen, verwalterscholtus van Kuinre 16-9-1718, overl. Kuinre 1720.Op 9-11-1737 900 wordt Pieter Frederiks genoemd in een akte rond hetontslag van de mombers van Frederik Andringa (Pieter wordt daar‘oom’ genoemd).Op 29-7-1739 901 verklaren Marigje Andries en momber GerwertFrederiks 300 cg. schuldig te zijn aan Pietertje (sic!) Frederiks,weduwe van Pieter Frederiks.Op 10-3-1742 902 wordt een akte opgemaakt, waaruit degezinssamenstelling van Grietje’s ouders (althans op dat moment)duidelijk wordt: Romke Dirks en Metje Frederiks; Ynse Reinders enAaltje Frederiks; Jan Rayers en Petertje Frederiks; Jan de Ruige enAagje Jans Sterdeg(...) en Grietje Frederiks, weduwe van PieterFrederiks, geassisteerd met haar zwager Jan Rayers verkopen sameneen huis in de Cuinre.Volkstelling 1748, Kuinre: Grietje Frerix, weduwe van PieterFrerix. Kinderen boven 10 jaar: Jan, Jantje.Op 20-5-1749 903 is sprake van een erfkoop in deze familie; HilkeOlkes Andringa en zijn vrouw, Aukjen Sakes worden daarbij genoemd,evenals zijn moeder, Grietje.Uit het eerste huwelijk van Grietje:


1. Frederick, ged. Kuinre 23-10-1712, overl. v. 1760, tr. Enkhuizen3-3-1743 Jantjen de Vries, ged. Enkhuizen 16-8-1709.2. Hilke, ged. Kuinre 2-12-1714.3. Hilke, ged. Kuinre 1-1716.4. Hilke, ged. Kuinre 4-4-1717, handelaar in hout en bouwmaterialente Kuinre, begr. Enkhuizen 7-3-1782, tr. Kuinre 18-9-1740 AukjeSakes, Blankenham, begr. Enkhuizen 13-12-1796.5. Jan, ged. Kuinre 23-7-1719. ged. Kuinre 23-7-1719, overl. v.1761.1710. Hendrik Hendriks de Weelde, ged. 1-3-1689, overl. na medio 1748,tr. 12-17111711. Lysebeth Gijsberts Oosterholt, ged. 3-7-1687, overl. na medio1748, mogelijk overl. 1763.Volkstelling 1748; Stad Steenwijk, Moolestrate, Oosterkluft;Hendrik de Weelde en Lysabeth Oosterholt; kinderen boven de tienjaren: Jantjen.Opmerkelijk genoeg is de doop van Jantje niet onder de familienaam‘De Weelde’ overgeleverd. Zij is dus wel een dochter van Hendrik enLiesbeth. De andere kinderen staan niet vermeld, ze moeten dusgetrouwd of overleden zijn. De familienaam van Liesbeth‘Oosterholt’ heb ik verder nog niet aangetroffen.Hendrik zou mogelijk een broer kunnen hebben: Berend de Weelde laatrond 1715 te Steenwijk kinderen dopen: o.a. een Marijke en ook eenAaltje. Rond die tijd laat eeen Vrougjen de Weelde, getrouwd metLambert Poelijn ook te Steenwijk kinderen dopen Onder wie een dr.Lammigjen, zodat dat wel de moedersnaam zal zijn), evenals eenAaltje de Weelde, getrouwd met Berent Lamberts.Een Aaltjen Hendriks de weelde tr. Steenwijk 28-4-1720 HendrikTeunis Rothuis, weduwnaar van Oldemarkt. Aeltjen Hendriks is weduwevan Steenwijk.In de overlijdensboeken van Steenwijk staan de volgende ‘De Weelde’vermeldingen:1719: Jantjen de Weelde.1722: Hendrik Jochums de Weelde.1749: Vrouwgjen de Weelde.1763: de weduwe van Hendrik de Weelde.Uit dit huwelijk (allen ged Steenwijk):1. Lammigje, ged. 8-1712.2. Dirk, ged. 12-8-1714.3. Annigje, ged. 16-8-1716.4. Aaltje, ged. 3-7-1720.5. Dirk, ged. 26-7-1722.6. Hendrik, ged. 9-3-1729.7. Gijsbert, ged. 18-4-1731.8. Jantje, (= nr. 855).1712. Abraham Christiaan Beverwijk, overl. na medio 1748, otr. Steenwijk15-10-17191713. Everdina/Evertje Everwijns Broekhuis, overl. na medio 1748, otr.(1) Steenwijk 2-1-1707, als ‘jongedochter’ van Zwolle, RoelofBoeles, in Zuidveen.Een Abraham Christiaans, van Zuidveen laat te Steenwijk in 6-1729een niet met name genoemd kind dopen, ook de vrouw wordt nietgenoemd. Ook bij de doop van Christiaan (= nr. 856) is de moederniet genoemd.Volkstelling 1748 Steenwijkerwold (nr. 2667): Abraham Christiaansen Everdina Everwijns. Kinderen boven 10: Christiaen, Trijntje.


1720. Jan Cornelis, otr. Steenwijk 5-5-17091721. Frouckien/Vrougjen Sydses.Bij het huwelijk waren beide partners afkomstig van Steenwijk.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Cornelis, ged. 9-3-1710.2. Sydse, ged. 13-9-1711.3. Geesjen, ged. 29-11-1713.4. Sydse (= nr. 860).5. Rensjen, ged. 22-12-1720.1722. Jan van Lubeck, ged. Steenwijk 4-11-1674, overl. Steenwijk v.1755, (o)tr. Steenwijk 22-8/5-9-17061723. Anna/Annigje Lampe, ged. Steenwijk 21-5-1676.Bij huwelijk jongeman en jongedochter van Steenwijk.Volkstelling 1748 Steenwijk (nr. 306): Jan van Lubeck, weduwnaar.Kinderen boven 10: Arent, Andries, Christiaen.Jan is overleden voor 1755, wanneer zijn zoon Christiaan voorkomtals erfgenaam van wijlen Jan van Lubeck 904 .Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Jan, ged. 19-5-1707.2. Andries, ged. 15-9-1710.3. Arent, ged. 16-5-1712.4. Christiaen, ged. 28-11-1714.5. Grietjen (= nr. 861).1744. Matheus van Dockum, ged. Driel 9-5-1696, landbode, buurmeester enschout te Driel, overl. Driel 16-3-1763, tr.1745. Elisabeth Woutersdr. de Gier, ged. Well 17-3-1695, overl. Driel22-3-1768.Op 6-11-1738 testeren Matheus en Lysbet (Loofsignaat Driel).1746. Jan Gerrits de Gier, kerkmeester te Driel (1735), overl./begr.Driel (kerk) 15-4-1762, tr. (2) Driel 19-10-1749 Maria Reuvers,tr. (1) Driel 4-5-1727.1747. Hendrina van der Sluys, ged. Driel 23-9-1703, overl. Driel10-11-1744.Uit het eerste huwelijk (naast enkele jong overleden kinderen):1. Maria (= nr. 873).2. Alexander, ged. Driel 12-7-1731, armmeester en diaken (1775) teDriel, overl. Driel 8-11-1804, tr. Willemijn van Staal, overl.Driel 27-6-1805.Uit dit huwelijk nageslacht.3. Gerardus, ged. Driel 16-8-1739, otr./tr. Den Haag 22-7/25-11-1764 Christina Heydens, (RK), jd. van Gorinchem, beiden woonachtigte Den Haag.Op 11-7-1753 compareren Floris van der Sluys, Johan van der Sluys,Wouter van Dockum, gehuwd met Maria de Gier, Jan de Gier als vaderen momber over zijn nog onmondige kinderen bij Hendrina van derSluys, Wouter Noagh Bellingan en Floris Bellingan, samen enige enuniversele erfgenamen van wijlen Noagh Bellingan, dijkschrijver ensecretaris te Rossum (Dingsignaat Driel).Op 5-11-1761 testeren Jan en zijn tweede vrouw, Maria Reuvers(Loofsignaat Driel).


1748. Gijsbert van den Boom, ged. Driel 26-9-1697, overl. na 12-4-1773,otr. Kolijnsplaat, (o)tr. Driel 12-7/11-8-17261749. Christina van Dockum, ged. Driel 13-5-1686, tr. Driel 13-7-1710Loef van Hekese, ged. Driel 28-10-1683, zn. van Anthonis vanHeekesen en Anneken Loeffen van Thiel.Bij de doop van Christina is een aantekening gemaakt: ‘daar ookover stonden Martin Hacourt? (slecht leesbaar) en Metgen H..(slecht leesbaar) van Hermannus van Dockum’.Christina is overigens een zus van Matheus van Dockum (= nr.1744). Gijsbert staat rond 1722 in de lidmatenboeken van Driel teHeusden Driel vermeld.Hij komt nog voor op een lidmate<strong>nl</strong>ijst van Driel van 12 april 1773,waarbij vermeld is: obiit.1750. Willem van den Ende, ged. Driel 15-4-1703, (o)tr. Driel29-5/15-6-17321751. Geertruid Juijnen, ged. Driel 28-4-1689.Willem staat rond 1722 in de lidmatenboeken van Driel te HeusdenDriel vermeld.Bij het huwelijk waren beiden afkomstig van Driel.Willem en Geertruid zijn op 26 februari 1736 getuigen bij de doopvan Weijntje, het kind van Weijndrick van den Ende en Mathijske vanHekesen. Vermeld is dat het is geboren na het overlijden van devader.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Driel:Catharina, (= nr. 875).1756. Gerrit/Gerard Ariens van Genderen, schepen Nederhemert (1743),overl. tussen 25-3-1730 en 1743, tr. v. 17241757. Elisabeth Ottodr. van der Steeg, overl. v. 1751Uit dit huwelijk:1. Otto, minderjarig d.d. 13-9-1746.2. Lammert (= nr. 878).3. Jenneke, tr. (1) Willem van Goor, tr. (2) Teunis Vernooij.4. Jan, minderjarig d.d. 13-2-1751.5. Heijlken, minderjarig d.d. 13-2-1751.6. Marijken, minderjarig d.d. 13-2-1751.7. Lijsken, minderjarig d.d. 13-2-1751.1758. Arien de Noo, geb. Wellseind ca. 1703, woonachtig op deSteenenkamer te Nederhemert, schepen ald. 1741-1794, kerk-, zetenbuurmeester ald., tr. (1) Nederhemert 22-3-1727 AriaantjeGijsbertdr. Craay, tr. (2)1759. Lijntje van Goor, overl. Nederhemert 28-10-1770.Wapen gevoerd (zonder boordsel) door Arien en zijn vader: in rood,geboord van zilver, een zilveren zwaan staande op een grond,vergezeld boven van een gouden ster. Helmteken: de ster van hetschild. Dekkleden: rood, gevoerd van zilver.1760. (?) Roelof Everts, (o)tr. Sneek 18-2/10-3-17021761. (?) Aefke Sipkes.Bij huwelijk waren de echtelieden beiden afkomstig van Sneek.1762. Symen Douwes Bleeker, ged. Sneek 25-2-1670, bleker, mogelijkBeluid Sneek 29-5-1732, otr. Sneek 1/4-10-1721 (kerk en gerecht)Anna Brand, van Amsterdam, Symen (o)tr. (1) Sneek 2/17-4-1698


1763. Brechtie Romkes Seilstra/Zijlstra, ged. Sneek 25-11-1663, begr.Sneek 5-5-1713.Symen Douwes Bleeker doet op 18-10-1688 belijdenis te Sneek, hij isdan afkomstig van het Grootzand.De echtelieden zijn bij hun huwelijk beiden van Sneek afkomstig.In de authorisatieboeken van Sneek 905 spreekt Age Binses Looxma op22-8-1704 het echtpaar Bleeker aan op een schuld wegens eengeregistreerde obligatie. Brechtje treedt dan ook namens haar manop, hij is namelijk ‘op zee’. Haar broer Pytter Romckes Seilstra,vroedsman en burgervaandrig, is curator van de rekening van een op13-4-1703 gehouden boeldag.Op 29-5-1732 wordt een Symen Douwes (zonder familienaam Bleeker) teSneek beluid.Uit het huwelijk van Symen Douwes Bleeker en Anna Brands (allenged. (EL) Amsterdam):1. Marten, ged. 9-10-1722, getuigen: Cornelis Lelij en MargretaBrant.2. Sijmen, ged. 26-1-1724, getuigen: Houwelis Janse en AnnaHerkerson.3. Marten, ged. 25-11-1725, getuigen: Vedde Japesk en MargretaBrant.4. Otte, ged. 7-9-1727, getuigen: Poulus Janse en Margreta Brant.1768. (?) Oeds Ypes, mogelijk overl. v. 1748, (o)tr. Sneek 16/31-10-17231769. (?) Jeltie Willems.Quotisatie Sneek: Jeltje Willems (zonder vermelding vanweduwenstaat, o.i.d.; dus het is niet helemaal duidelijk of het omde goede persoon gaat): Koornmerk; ‘arm’; 2 volwassenen, geenkinderen; 10-0-0.Mogelijk is Oeds eerder gehuwd geweest: een Oeds Ypes tr. GeertieWillems. Uit dit huwelijk: Ype, ged. Sneek 26-11-1724.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek; merk op, dat het huwelijk latervalt dan de dopen van de kinderen.1./2. Ype en Jeltie, ged. 19-5-1728.3./4. Tyttie en Fettie, ged. 28-9-1731.1770. (?) Wopke Ruurds, (o)tr. Sneek 20-5/5-6-17241771. (?) Nieske Wytses.Quotisatie: Sneek, Koornmerkt ‘arm’ 3 + 12/ 1 - 12; aanslag: 20-0-0.Bij huwelijk was Wopke afkomstig van Sneek, Nieske kwam van Loenga.Wopke doet belijdenis te Sneek op 13-2-1732 ‘Achter de Broeren’.1772. Anne Ruurds (Babler), schuitenvoerder, tr. Oldeboorn 29-1-17021773. Beertje Benedix, ged. Oldeboorn-Nes 28-10-1677.Het echtpaar komt voor op de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Oldenboorn/Nes van1706. In 1754 komt een Anne Ruurds ook nog voor, maar het kan gaanom een gelijknamige kleinzoon.Beertie Benedix is op 8 april 1714 als zuster doopheffer bij dedoop van Benedix, een zoon van Anne Benedix.Op 8-4-1717 is sprake van de verkoop van een boerderij door Annec.s. bewoond. 906Uit dit huwelijk (allen ged. Oldeboorn-Nes):1. Ruurd, (= nr. 886).? Benedix2. Ybel, ged. Oldeboorn-Nes 29-10-1702, ouders wonend op de Waese.


3. Janke, ged. Oldeboorn-Nes 9-11-1704. Dochter van niet genoemdevader en Beertie Benedix.4. Yke, ged. Oldeboorn-Nes 19-8-1707. Kind van niet genoemde vaderen Beertie Benedix5. Sijdske, ged. 14-5-1710. Dochter van Anne Babler en BeertieBenedix.1774. Pieter van Rijnsbergen.Kinderen (volgorde niet zeker):1. Pieter Pieters, geb. ca. 1713/1714, schoolmeester te IJlst enSneek, molencherger te Sexbierum, (o)tr. Sneek 26-10/15-11-1737Elina Pauwels Haarsma, van Heerenveen.Een Pieter Pieters van Rijnsbergen, van Sneek, komt in 1733 als 20-jarige voor bij het Hof van Friesland (595-17, oude notatie). In1749 is een Pyter Rijnsbergen te IJlst schoolmeester: ‘seer slegtbestaan’, twee volwassenen en twee kinderen, 11-13-0.In 1759 zit Pijter Pijters Rijnbergen, voorheen schoolmeester teIJlst, 45 jaar oud en molencherger te Sexbierum, gevangen. 907 Pieterzit vast op het stadhuis te Sneek, nadat hij een testament metzilveren haken van Barre Wybes, mr. brouwer te Sneek, bij de bankvan lening heeft aangeboden. Hij had dat in handen gekregen via hetzoontje van Barre, dat bij hem in de klas zat. Pieter is nuschoolmeester te Sneek en was dat voordien te IJlst, maar hij wasdaar ‘wegens slordig gedrag in dronkenschap uit de dienst geraakt’.Er zit voor Pieter niets ander op dan te bekennen en hij wordt op3-7-1759 veroordeeld tot twee jaar straf in het ‘Landschaps Tugt enWerkhuis’.2. Marike (= nr. 887).3. Doede Pyters, tr. Sneek (gerecht en kerk) 16-1-1745 SyntieClases, van Bolsward.4. Grietje Pieters, (o)tr. (1) Sneek 12/27-11-1735 CoenraadHartmans, (o)tr. (2) Sneek (gerecht en kerk) 9/17-4-1746 SytseAlberts de Vries, (o)tr. (3) Sneek 9/24-12-1746 Reinier Schiffer,ruiter, van Bolsward (in garnizoen aldaar), van Sneek afkomstig.1776. Gerrit van Geytenbeek, mr. timmerman en waarsman (ambtenaar) vande dijkgraaf, overl. na 4-6-1734, tr. Breukelen 23-10-16891777. Gerritge Castelijn, overl. Breukelen 16-6-1717.Gerrit blijkt met regelmaat voor te komen in de archieven 908 .Op 12-11-1717 909 wordt voor notaris T. Vosch van Avezaat te Utrechteen akte opgemaakt. Het gaat om een voogdbenoeming. Gerrit vanGeytenbeek, weduwnaar van Gerrigje Casteleyn te Breukelen enHendrik van Geytenbeek, broer van Gerrit te Woudenberg en Gerritvan Geytenbeek, de oudste zoonDe twee laatsten worden voogden over de minderjarige erfgenamen. Eris sprake van een verwijzing naar een testament opgemaakt d.d. 20-11-1715 voor notaris J. van der Horst te Breukelen.Voor de bewijsvoering naar oudere generaties Geytenbeek is dit eenbelangrijke akte. Alhowel de familie te Breukelen leeft en werktzijn er dus toch onmiskenbaar banden met de Woudenbergse familieVan Geytenbeek. De in deze akte genoemde broer Hendrik moet –simpelweg bij ontstentenis van een andere kandidaat - identiek zijnaan Hendriks Gerrits van Geytenbeek.Die Hendrik Gerrits van Geitenbeek woonde in 1710 te Woudenberg inhet ‘Grote Huis op den Hoeck’, waar hij herberg hield en woondemet vrouw en 9 kinderen waaronder de kleine Maria (geb. 1698 enEmmitje (geb.1710) 910 .Van hem zijn voorouders bekend en hij heeft in die bronneninderdaad een broer Gerrit, die daar niet verder uitgewerkt wordt.


Dat is natuurlijk te verklaren, doordat die onderzoeken zich opWoudenberg concentreerden. Ook daar wordt overigens al gewaggemaakt van de conncetie Woudenberg-Breukelen: een dochter vanHendrik trouwt met een Gerrit van Geytenbeek uit Breukelen. Zijwaren denkelijk neef en nicht 911 .Op 23-8-1721 912 worden voor dezelfde notaris nadere bepalingent.a.v. de erfenis opgemaakt door Gerard van Geytenbeecq, meestertimmerman te Breuckelen. Opnieuwe is er een verwijzing naar hettestament d.d. 20-11-1715 voor notaris J. van der Horst.Op 4-5-1726 913 wordt voor notaris T. Vosch van Avezaat te Utrechteen overeenkomst gesloten tussen Ryck Otten Castelyn en Gerrit vanGeytenbeek, zwager. De inhoud van de akte van afstand geeft eenovereenkomst inzake gezame<strong>nl</strong>ijke belening met hofstede teBreukelen, leenroerig aan het huis Nyenrode. Verwijzingen: aankoop15-11-1698, leenverlei d.d. 18-5-1699 voor het leenhof vanNyenrode. Gerrit van Geytenbeek stemt toe in transport van dehofstede aan Benjamin Wilkes.Op 18-7-1726 914 vindt een voogdbenoeming plaats. Aanwezig zijnGerrit van Geytenbeeck, weduwnaar van Gerrichje Casteleyn, teBreuckelen en zijn zoons Gerrit van Geytenbeeck en Cornelis vanGeytenbeeck. Verder is aanwezig: Arnoldus van Geytenbeeck, notariste Woudenberg (en een zoon van Hendrik van Geytenbeek).De broers worden benoemd tot voogd over de onmondige erfgenamen. Eris een verwijzingen naar de voogdbenoeming d.d. 12-11-1717 voornotaris Th. Vosch van Avesaet en er is een verwijzingen naar hettestament d.d. 20-11-1715 voor notaris J. van der Horst teBreukelen. Arnoldus van Geytenbeeck wordt toeziend voogd.OP 17-10-1726 915 laat Arnoldus van Geytenbeek (niet te verwarren metzijn neef, de hierboven genoemde notaris te Woudenberg) eenkwitantie voor notaris W. van Vloten te Utrecht vastleggen. Net alszijn vader is deze Arnoldus meester-timmerman. Aanwezig is verderzijn vader, Gerrit van Geytenbeek, weduwnaar van GerrigjeCasteleyn. In de akte bevestigt Arnoldus de ontvangst van zijnmoederlijk erfdeel.Op 25-3-1727 916 laat Gerrit van Geytenbeek, meester-timmerman teBreukelen, voor notaris W. van Vloten te Utrecht een testamentopmaken.Verder zijn aanwezig: Gerrit van Geytenbeek, zoon; Cornelis vanGeytenbeek, zoon; Jacobus van Geytenbeek, zoon; de voogden van hetonmondige kind van de overleden Johannis van Geytenbeek, en dekinderen van Arnoldus van Geytenbeek, kleinkinderen van Gerrit dus.De akte geeft ook de benoeming van Gerrit van Geytenbeek enCornelis van Geytenbeek als voogden en executeurs. Bijzonderheidis, dat Arnoldus van Geytenbeek lijftocht aan 1/5e deel van denalatenschap krijgt.Op 22-4-1730 917 wordt voor notaris T. Vosch van Avezaat te Utrechteen akte opgemaakt. Gerard van Geytenbeek den jongen, weduwnaar vanDirckje van Geytenbeeck (een dochter van Hendrik uit Woudenberg),te Breukelen. Borg staat zijn vader Gerard van Geytenbeek denouden. De andere partij zijn de erven Dirckje Geytenbeek. Eenperceel te Breukelen Nyenrode en obligaties worden aangewezen alszekerheid voor restitutie van goederen, waaraan comparant lijftochtheeft.Op 25-9-1731 918 laat Gerrit opnieuw een codicil voor notaris W. vanVloten te Utrecht vastleggen. Gerrit van Geytenbeek, meestertimmermante Breukelen regelt de erfeniszaken met Gerrit vanGeytenbeek, zoon. Overigens worden ook de andere kinderen genoemd.Er is spraken van een ‘leege werf met schuur c.a.’ (denkelijk dewerkplaats), te Breukelen.Belendingen onroerend goed: aan de ene zijde Gerrit van Geytenbeek,aan de andere kant de Watersteegh.


Op 25-3-1734 919 wordt voor notaris T. Vosch van Avezaat te Utrechtopnieuw een testament opgemaakt door Gerrit. De andere partijbestaat uit zijn zoons Gerrit en Jacobus van Geytenbeeck. Er is eenverwijzing naar het testament d.d. 25-9-1731 voor notaris W. vanVloten met de benoeming van Gerrit van Geytenbeeck en Jacobus totvoogden. Bijzonderheden: het huis c.a. in Breukelen komt toe aanGerrit van Geytenbeeck, mits hij daarvoor in de boedel eengetaxeerde som brengt.Op 3-6-1734 920 leeft Gerrit nog, want dan wordt Gerrit vanGeytenbeek den ouden genoemd als belender bij een verkoop vanonroerend goed te Breukelen.Die vermelding Gerrit Geytenbeek ‘de oude’ en ‘de jonge’ isnatuurlijk alleen maar noodzakelijk, zoalng er twee zijn.Op 12-4-1735 921 vindt voor notaris H. Dons te Utrecht een openbareverkoping plaats. Anna Antonetta Wilkes, onmondige dochter van deoverleden Benjamin Wilkes en Aletta Hellius en haar voogden:Abraham Veerom en Paul le Maitre staan tegenover Gerrit vanGeytenbeek (dus zonder vermelding van ‘de jonge: mogelijk is vaderGerrit dan al overleden) en Ryk Castelyn junior, secretaris vanBreukelen. Borg voor de tweede partij is Pieter van Rossum.Het gaat om onroerend goed: huysinge, erf en grond met eenververye, gelegen: oz Clapstraet of Heerenstraet. Belendingenonroerend goed: zw: de overleden Benjamin Wilkes; nw: N.N., wed.Bastiaan van Odyk; achter: de VegtVerder: huysinge, erf en grond, tuyn en tuynhuys aan de Clapstraatof HeerenstraatBelendingen onroerend goed: achter: de Vegt; zw: Jan Carshof; nw:voorschreve huysinge en ververye, alles te Breukelen. Er is eenverwijzing naar een appointement d.d. 4-3-1735 van het hof vanUtrecht.Op 5-9-1735 922 wordt voor notaris J. van den Doorslag te Utrecht eenakte van voogdbenoeming opgemaakt. Gerrit van Gytenbeeck teBreukelen en Jacobus van Gytenbeeck te Hillegom tegenover RyckCasteleyn (jr.), secretaris te Breukelen.De broers Geytenbeek worden benoemd tot voogd over Gerrit vanGytenbeeck en Albert van Gytenbeeck, de onmondige kinderen vanbroer Arnoldus van Gytenbeeck. Er is een verwijzing naar eentestament, d.d. 25-3-1734, voor notaris Th. Vosch van Avesaet teUtrecht. Tevens is er acceptatie van deze voogdij door RyckCasteleyn jr.Getuige bij de doop van enkele kinderen is Annetje Rimans. Zij isblijkens een akte van kwitantie d.d. 28-5-1751 923 de vrouw te zijnvan Ryk Castelein, de broer van Gerrigje Castelein. Ryk Castelyn,secretaris tot Breukelen en Ryk Castelyn, vader, weduwnaar vanAnnetje Riemans, moeder, te Breukelen. Er is een verwijzing naareen akte d.d. 4-6-1731 voor notaris E. Mooy te Kortenhoef. Genoemdworden onroerende goederen onder Breukelen Orttsgerecht enBreukelerwaard.Uit dit huwelijk (allen ged. Breukelen; volgorde niet helemaalduidelijk):1. Gerrit, ged. 30-8-1690.2. Otto, ged. 27-9-1694, overl. Breukelen 4-12-1716.3. Arnoldus, ged. 1-4-1696.4. Cornelis.5. Johannes, ged. 23-1-1698.6. Jacobus, ged. 12-6-1701 (= nr. 888). Getuige: Annetje Rimans.7. Rijck, ged. 12-6-1701. Getuige: Annetje Rimans.8. Otto, ged. 6-12-1705. Getuige: Marretje Kasteleijn.1778. Cornelis Gijsberts Bonje, denkelijk begr. ’s-Graveland18-8-1747, tr. (1) ’s-Graveland 14-4-1702 Annetje Jacobs (Hagen),


tr. (2) ’s-Graveland 19-10-17031779. Judith Hendricks (? Houtman)De filiatie tussen 1778 en 889, dus tussen Cornelis en Marretje isop basis van familienaam, tijd en plaats. Nader onderzoek zekergewenst: Marretje venoemt wel een Cornelis, maar geen Annetje. Ookdaar dus nader onderzoek. De gegevens zijn uit trouw enbegraafboeken (internet) en behoeven zeker onderbouwing.Vanwege die vernoeming van een Judith bij 889 (volgens de regelsheette de eerste dochter naar moederskant) zou het zo kunnen zijn:Annetje Jacobs, die dus trouwde met Cornelis Gijsberts Bonje zouidentiek kunnen zijn aan Annetje Jacobs Hagen, die ongeveer tweemaanden na haar huwelijk overleed. In ieder geval trouwt er op 19-10-1703 een Cornelis Gijsberts (zonder familienaam) met JudithHendriks. Over haar mogelijke familienaam valt dan nog op te merkendat er op 28-9-1733 een Judik Houtman begraven wordt. Naderonderzoek.Verder wordt er op 20-8-1697 te ’s-Graveland nog een GerritGijsberts Bonjez (!) (een broer?) begraven.Kinderen (niet zeker):(?) Gijsbert Cornelis Bonje, tr. ’s-Graveland 6-10-1719 (dat iserg vroeg!) Krijntje Philips.Jannetje Bonje, begr. ’s-Graveland 17-3-1752, tr. ’s-Graveland 18-8-1719 (dat is erg vroeg!) Jan Jansz.Niesje Cornelis Bonje, tr. ’s-Graveland 28-9-1731 Lambert CornelisPloos.Marretje (= nr. ? 889).1780. Cornelis Jacobs Swaan, begr. Rijnsburg 12-11-1716, tr.1781. Ariaantje Fennis.1782. Jan Oudshoorn, mogelijk te Zoeterwoude, tr.1783. Geertje Koster.1792. (?) Hendericus aan de WaaBij de volkstelling van 1748 te Olst, woont in de buurtschapHengvorden ene ‘Hendericus aan de Waa’ met zijn vrouw en twee nietmet name genoemde kinderen beneden de tien jaar. Verder is er eeninwoonder met een kind. Op basis van tijd, vernoeming en bovenal despecifieke plaatsaanduiding zou dit de vader van 896 kunnen zijn.Op 26-12-1732 wordt bij de dopen te Olst een Jan aan de Waavermeld, getrouwd met Jennigje op ’t Scholtengoed: zij laten eenzoon Jan dopen.1794. Marten Wynands Eenschooten 924 , ged. Zwolle 23-4-1722 (RK kerkHoornsteeg), otr. Mastenbroek en Zwolle 23-4-1745, tr. Zalk10-5-17451795. Janna Lamberts van ‘t Moer.Volkstelling 1748 te Veecaten: Marten Wynands en zijn vrouw, JannaLamberts. Kinderen beneden de tien jaar): Jan en Wynand. Dedienstbode is Gerritdina Teunis.Vuurstedengeld Veecaten, huis nummer 9: ‘het huis op Bossems(?)gront’. Vermeld in 1711: Wynand Eenschooten. In 1750: MartenWynands.Getuige bij de doop van Marten was Maria Magdelena Eenschoot.Bij het huwelijk: ‘9-5-1745 attest gegeven om te Zalk bevestigd teworden’; ‘Joanna o<strong>nl</strong>angs gewoond hebbende aan de Vecht; nu inVeecaten.’"Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle RK Hoornsteeg):1. Jan, 6-3-1746, begr. Mastenbroek-Zwollerkerspel 22-09-1810,doopgetuige Gerritje van den Wildenberg.


2. Winand, ged. 4-12-1747, getuige Hermina Bos.3. Hermen, ged. 2-6-1749.4. Hermannus, ged. 31-3-1752, getuige Willemtje Herms.5. Hermen, ged. 16-8-1753, getuige Johanna Gerrits.6. Lambertus, ged. 18-5-1755, getuige Hermina Bos.7. Aleida (= nr. 897).1798. Hendrik Neuteboom, touwslagersknecht, begr. Zwolle(Bergkloosterkerkhof) 25-5-1772, (o)tr. Zwolle 2/18-5-17501799. Janna Abrahams van Epe, ged. Zwolle 2-7-1724, begr. Zwolle4-8-1794.Janna van Eepe, wonende buiten de Kamperpoort doet belijdenis op 4-4-1746.Bij het huwelijk was Hendrik afkomstig van ‘buiten de Sassenpoort’zij van de Kamperpoort. Getuigen: voor Hendrik: zijn niet met namegenoemde vader en namens Janna: Geertje Jans, huisvrouw van Willemvan Stegeren.Hendrik was op 26-5-1753 getuige bij het huwelijk van Derk Derksen.Op 3-5-1755 is een Hendrik Neuteboom getuige bij de otr. van EvertNeuteboom.Hendrik Neuteboom, wonende buiten de Sassenpoort werd begraven op25-2-1772. Janna komt daarna nog enkele malen voor: onder anderebij een doop op 3-9-1784 (van ene Johannes Beumer), zij is danwonende voor de ‘Zassenpoort’.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Henricus, ged. 25-2-1751.2. Derk, ged. 9-1-1754.3. Abraham, ged. 21-1-1757.4. Jan, ged. 7-5-1758.5. Hermijna, (= nr. 899).6. Janna, ged. 6-5-1764.7. Berendina, ged. 10-4-1766.1800. (?) Hindrik Kösters.Op basis van de vermelding van Jan (= nr. 900) als weduwenaar bijzijn tweede huwelijk en de vondst van slechts één ander huwelijk(zie bij 900), ga ik er voorzichtig van uit, dat het om de goedevader (= nr. 1800) gaat. Nader onderzoek.1802. Harmen Wedduwen, te Bakelt, bij Nordhorn.1816. Jan Willemsen Queckeboom alias de Cremer, geb. ca. 1675 925 , tr.1817. Jenneken Walhof.Jan wordt ook wel ‘De Cremer’ genoemd omdat hij te Losser inCremershutte woont. Later woont hij in een klein huisje, maar na deerfenis van zijn broer Lucas kan hij een groter huis zetten 926 .Jan Willemsen heeft twee broers: Hermen trouwt Hille Oosterveld;Geerdink-van der Worp noemt ook nog hun kinderen: Enneken, Willemen Janna.De tweede broer is Lukas. Hij ondertrouwt Amsterdam 11-5-1719, 27jaar oud, Hilletje (Engberts) Rompelman van Raalte. Zijn ouderszijn overleden, zijn getuige is een neef, Gerrit Rending of Reuding(vgl overigens nr. 1824). Lukas woont aan het water bij deOudenbrug, het huidige Damrak. Hij laat te Amsterdam een dochterdopen: Anna. Hij is burger en koopman. Op 26-4-1726 koopt hij in deEschmarke het Claeskate. Op 01-5-1733 wordt hij in de Oude Kerk teAmsterdam begraven. Zijn beide broers erven van hem 927 .Jenneken vertrekt in 1709 met attestatie naar Losser.Uit het huwelijk tussen Jan en Jenneken :


1. Willem (= nr. 908).2. Stiene, ged. Losser 6-4-1711.3. Berend, ged. Losser 27-8-1713.4. Lukas, ged. Losser 12-1-1716.1822. Gerrit ten Cate, tr.1823. Hendertjen Nijhof.Uit dit huwelijk:1. Jan.2. Willem, overl. 1803.3. Gerrit.4. Enneken, (= nr. 911).5. Geerdjen ten Cate alias Kateman, ten Dijke, ged. Eschmarke 18-5-1725, overl. Eschmarke 19-5-1813.6. Berend ten Cate alias Kateman, ged. Eschmarke 9-5-1728.7. Jenneken, ged. Eschmarke 4-5-1732.8. Hendrik, ged. Eschmarke 28-3-1734.9. Hermen, ged. Eschmarke 13-5-1736.10. Janna, ged. Eschmarke 19-10-1738.1824. Gerrit Reudink/Rödink, overl. na 15-5-1787, tr.1825. Lucia Nijhuis.Bij de volkstelling van 19-8-1748 woont het gezin van GerritReudink en Lucia Nijhuis op de Labbedijk nr. 198a bij GerritNijhuis. De laatste is mogelijk haar vader, al kan het evengoed eenbroer zijn. Het gezin heeft dan twee kinderen: Jan en Jurrien (=nr. 912).Mogelijke familie: op 13-10-1750 928 doet Hendrik Nijhuis ‘in destad’ aangifte namens zijn zoon Gerrit, vanwege een aankoop van eenstuk bouland bij de Zegelerbrinck, van de erfgenamen van TobiasDircksen en zijn vrouw. Op 21-4-1719 doet ene Aelbert Nijhuisaangifte 929 . Op 13-10-1737 930 doet een Jan Nijhuis aangifte van eenverkoop n.a.v. de dood van zijn broer Albert. Op 31-12-1738 931 doetene Gerrit Beckers, weduwenaar van Hendrina Nijhuis, aangiftvanwege de aankoop van haar 2 broers, 1 zuster en de kinderen vanhaar zuster.Op 2-5-1787 932 doet Gerrit Swijnepol aangifte vanwege de aankoop vanen losse Gaarde op de Boddenkamp van Gerrit Reudink.Op 15-5-1787 933 doet ene Gerrit Horst aangifte vanwege de aankoopvan Gerrit Reudink en zijn minderjarige kinderen van een lossegaarde in de Korte Gaardens.Op 1-5-1787 934 komt in de archieven ene Jacob Reudink voor. Hij isweduwnaar van Dina Nijkamp, die overleden is op 12-3-1787 en eentestament opgemaakt heeft op 24-1-1786. Jacob komt voor in eenaangifte van Gerrit Swijnepol en zijn vrouw.Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede):1. Jan, ged. 11-10-1744.2. Jurrien (= nr. 912).3. Aalbert, ged. 9-11-1749.4. Gerdina, ged. 20-8-1752.5. Gerrit, ged. 29-9-1754.6. Wessel, ged. 29-8-1756.7. Abram, ged. 22-10-1758.8. Hendrik, ged. 18-10-1761.9. Hendrik, ged. 25-11-1764.1826. Laurens Lasonder Jzn., ged. Enschede 26-10-1738, grutmolenaar,overl. (aangifte) Enschede ca. 17-6-1808, tr.1827. Fenna Margaretha Ottenhof, ged. Enschede 11-6-1736, overl.


Enschede 2-4-1813.Bij de volkstelling van 1795 is Laurens vermeld onder nr. 334‘andere helft van de stad na de Espoort’, hij is dan grutter en hethuisgezin telt 4 bewoners.Fenne geeft het overlijden van haar man zelf aan, hij zal kortdaarvoor gestorven zijn. Zij blijkt woonachtig in de Haverstraat.Bij haar overlijden was Fenna 77 jaar oud, weduwe van LaurensLasonder, dochter van Egbert Ottenhof en Janna Tegelaar.Op 31-3-1787 935 testeert Tobias Bossier. Hij schenkt een legaat aanJohanna Lasonder, zijn kleindochter: zij krijgt de gehelenalatenschap. Verder is er sprake van een legaat aan Anna Bossier,vrouw van Laurens Lasonder Jurriaanszoon. Bij overlijden vangenoemde personen erven de kinderen van Gerrit Lasonder Janszoon,de kinderen van Lourens Lasonder Janszoon, de kinderen van AaltjeLasonder en haar man Arnold Ripman te Steinfurt en de kinderen vanGerrit Reudink Jacobszoon. De verhoudingen blinven vrij diffuus.Het lijkt er in ieder geval op, dat de mogelijk ervende kinderen,allemaal kleinkinderen zijn van 3652 en 3653.Kort daarna testeert Anna Bossier 936 . Zij is de vrouw van LauernsLasonder Jurriaanszoon. Na anderen komen als uiterste erfgenamenvoor: de kinderen van Gerrit Lasonder Janszoon en de kinderen vanLourens Lasonder Janszoon, man van Fenneken Ottenhof.Uit dit huwelijk (allen ged Enschede) 937 :1. Bernardus, ged. 19-5-1757, overl. 1776.2. Johanna, ged. 23-4-1758.3. Egbert, ged. 25-3-1761, overl. 1765.4. Berendina, (= nr. 913).5. Egbert, ged. 21-10-1764, overl. Enschede 18-7-1828.6. Hermannus, ged. 6-4-1766, overl. 1785.7. Hermanna, ged. 7-6-1767.8. Laurens, ged. 12-5-1769.9. Aleida, ged. 20-2-1771.10 Laurens, ged. 24-1-1773.11.Laurens, ged. 12-6-1774.1828. Willem Wooldrink, tr.1829. Hermken Schreurs.Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede):1. Berendina, ged. 15-4-1740.2. Engbert (= nr. 914).3. Harmen, ged. 4-8-1743.4. Hendrik, ged. 16-2-1746.5. Swenneken, ged. 6-7-1749.1830. Jacob Nijhoff, tr.1831. Assele Hofstee.Jacob werd 23-3-1731 op latere leeftijd ged Enschede.Assele heeft een naamgenote, die getrouwd is met Arent Gerritsen 938 .Uit dit huwelijk (allen ged. Enschede, woonachtig Eschmarke):1. Anneke (= nr. 915).2. Willem, ged. 12-4-1743.3. Henricus, ged. 10-3-1745.1832. Willem ten Kraanenburg, tr. Haaksbergen (RK) 6-1-1735 en (NH)19-12-17351833. Geertjen (Klein) Swerink.Uit dit huwelijk (allen ged. (RK) te Haaksbergen):


1. Reindt, ged. 9-4-1735, getuigen: Jan Kraanenborg en HarmkenSwerink.2. Jan, ged. 30-1-1737, getuigen: Berend ten Kraanenburg en AntjeSwerink.3. Gerrit, ged. 19-10-1738, getuigen: Hendrik ten Kraanenburg enGerritje van NN4. Reind, ged. 25-10-1741, getuigen Jan ten Kraanenburg en HarmkenSwerink.5. Anthony/Toone (= nr. 916).1834. Hendrik Morsink, tr.1835. Jenneken Gerrits.Uit dit huwelijk (allen ged Haaksbergen):1. Arend, 1-8-1728.2. Jan, ged. 31-12-1730.3. Jan Hendrik, ged. 30-9-1733.4. Stijne, (= nr. 917).5. Berend, ged. 14-12-1738.1856. (?) Hannes Jansz Larinck, tr.1857. Jennigjen N.N.Bij het huwelijk van Jan Hannes van Laar (= nr. 928) en AaltjeTijmens was hij j.m. van Den Ham en zij j.d. van Vaassen.Den Ham zou hier ook een buurtschap of boerderij in Epe kunnenzijn. Jan is dan mogelijk gedoopt te Vaassen op 8 januari 1708 alszoon van Jannes van Laar.Meer waarschij<strong>nl</strong>ijk is echter, dat het om Den Ham in Overijsselgaat.Daar zijn de volgende dopen bekend, waarbij de jongste zoon degezochte Jan van Laar (= nr. 928) zou kunnen zijn. Naderonderzoek.Uit dit huwelijk (allen ged. Den Ham):Fenne, ged. 17-10-1706 (Larink Hannes in Geurts huijs in 'tkerkdorp een kint).Fenne, ged. 22-4-1708 (Larinck Hannes in Geurts huijs in 'tkerkdorp een kint).Fennechien, ged. 23-3-1710 (Larink Hannes in Lindermars een kint).Geurt, ged. 4-9-1712 (Larink Hannes in Lindermars een kint).Jan, ged. 16-9-1714 (Larink Hannes an den Bisschop, = nr. mogelijk928).1858. Tijmen Hermens, tr.1859. Janna Willems (van den Beld?), overl. Apeldoorn 25-2-1781, tr. (2)Evert Teunissen Vos, overl. Apeldoorn 28-8-1811.1864. Berend Hilberts, alias Berend (Nij)meijer, overl. na 24-4-1714,boer te Herfte, otr. (1) Zwolle 28-11-1674 Aaltje Berends, otr.(1) Zwolle 27-10/27-11-1660 Hendrik Hendriks.Berend tr. (2) Zwolle 17-7-16941865. Sijntien Berends, overl. na 15-3-1727.Het is niet zeker of de Berend Hilberts uit 1674 hetzelfde is alsde latere man van Sientje Berends. Wel hebben die laatsten eendochter Aaltje..In 12-1696 doet Berend Hilberts belijdenis.Sientje Berends, vrouw van Berend Hilberts, is op 12-12-1716getuige bij de ondertrouw van Harmen Berends, zij is op 14-2-1722getuige bij de bruiloft van Grietje Berends en op 15-3-1727 is zijgetuige bij de ondertrouw van Wichertje Jans.


Bij het Vuurstedengeld uit 1675 939 wordt te Zwollerkerspel onderHerfte geen Berend Hilberts vermeld, maar wel een Berend Nijmeijeren aan de overige namen is te zien, dat de opteking in omgekeerdevolgorde is gebeurd. Daaruit valt af te leiden dat het om dezelfdeman gaat. Berend staat dan vermeld met een schoorsteen en eenvervallen oven.Berend komt ook voor in de Registers van het Hoofdgeld uitdatzelfde jaar 940 . Bij het Vuustedenregister van 1682 941 is vermeldop plaats 3 onder Herfte: Berend Hilberts, eigenaar is de stadZwolle, er is 1 vuurstede.Zeer opmerkelijk – en zeker een dwingend aanvullend bewijs voor defiliatie – is dat bij het Vuurstedengeld uit 1751 op Herfte nr. 3Engbert Berends als gebruiker staat vermeld. Voor wat het waard is:bij de volkstelling van 1795 staat onder Herfte nummer 3 KlaasMeijer, met een huisgezin van acht personen.Berend komt met enige regelmaat voor in de archieven van het StiftEssen. Toegangsnummer: 197.1Archieftitel: A.J. Mensema, Repertorium op de leen-, tinsenhofhorigegoederen van het Stift Essen2. Leenregisters2.497. Stadsgericht Zwolle / buurschap Dieze:Eenen camp landes, groot ongeveer drie mudden geseys, gehoorendeonder 't weyde- ende saeylandt toe Diese, gelegen in de vryheyt vanZwolle. In 1681: "... aldernaest 't Binnengasthuis to Zwolle tereenre ende de gemene wegh ter andere syden".Hij koopt het in 1717: Derck Veltwik, Jan Arents en Willem Hendriksverkrijgen goedkeuring van de openbare verkoping van het goed op 23november 1717 aan Berent Hilberts.Op 30 april 1718: Berent Hilberts, mede voor zijn vrouw SeyntienBerents, na opdracht door Derck Veltwyck, diens vrouw GeertruidVierdagh, Jan Arents, diens vrouw Hermina Jacobs, JacobCornelissen, Swaantien Arents, Willem Hendriks, diens vrouwGeessien Arents, Jacob Arents, Egbert Arents, diens vrouw AaltjenWillems, Hendrick Berents, diens vrouw Jannechien Arents en AlbertArentsOp 30 april 1718 (aflossing op 2 november 1726): Berent Hilberts enzijn vrouw Seyntien Berents vestigen ten behoeve van Arnoldus Wyereen hypotheek van 1150 gulden à 3 3/4 % 's jaarsOp 2 november 1726 verkoopt het echtpaar weer: Theodorus Beuns,mede voor zijn vrouw Anna Maria Rees, na opdracht door BerentHilbers en diens vrouw Zeintien Berents; tevens verkrijgen zijtoestemming om het goed te verkopenUit het huwelijk van Aaltje Berends en Hendrik Hendriks (in iedergeval, allen ged. Zwolle):1. Grietje, ged. 6-3-1664.2. Claes, ged. 6-11-1670.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged. Zwolle):Berentje, ged. 7-2-1697.Aaltje, ged. 13-8-1699.Gerrit, ged. 25-8-1705.Geesje, ged. 25-8-1711.Engbert Berends, (= nr. 932). Bij zijn doop is in margine vermeld‘onegt’, als zoon van Berend Helberts en Seyna Berends.Aaltje Berends, tr. Jan Gerrits.Geesjen Berends, tr. Jan Lubbers.Berendje Berends, tr. Arend Peters.Hillebrand Berends, begr. Zwolle (Bergkloosterkerkhof) 31-1-1738,(o)tr. Zwolle 7/24-4-1714 Hendrikje Lubberts, begr. Zwolle(Bergkloosterkerkhof) 31-1-1738. Getuigen bij het huwelijk zijn:zijn vader en haar bestemoeder (beiden niet met name genoemd).


Kinderen (in ieder geval, allen ged. Zwolle): Aaltje, ged. 26-1-1716; Berend, ged. 7-2-1718; Gerrit, ged. 8-1-1720; Egbert, ged.31-12-1724; Egbert, ged. 27-2-1727; Berendje, ged. 1-4-1731;Egbert, ged. 17-5-1734; Egbert, ged. 29-11-1737.1866. Jan Lubberts Rouwenhorst, ged. Windesheim 1-10-1671 (in ’tBroeck), tr. Zwolle 23-4-16991867. Geesje Jansen, ged. Wijhe 2-5-1675 (in ’t Lierderbroeck)Bij het huwelijk: jm. in ’t Broeck en zij: nagelaten dochter vanJan Gerrits, beiden op attestatie van Wijhe.Op 23-12-1696 doet Jan belijdenis.Op 30-4-1714 wordt vanuit Heino in Windesheim de attestatiebijgeschreven van Jan Lubberts en zijn vrouw Gesien Jansen.Uit dit huwelijk:(geb. op den Rouwenhorst in ’t Broeck en ged. Windesheim):1. Reintje, ged. 18-2-1700.2. Reintje, ged. 17-4-1701, tr. 10-4-1719 Harmen Jansen Dijk.(geb. op de Vrijhof en ged. Heino):3. Grietje, ged. 14-1-1703.4. Jan, ged. 27-4-17045. Jan, ged. 10-5-1705, tr. Windesheim 25-7-1734 Elsjen Gerits.Jan doet in maart 1742 te Windeheim belijdenis 819/210Kinderen allen ged. Windesheim: Janna, ged. 22-4-1735; Gesina, ged.22-7-1736; Gerridina, ged. 30-03-1738; Jan Lubberts, ged. 8-5-1740;Wilm, ged. 30-1-1743; Gerrit Jan, ged. 12-3-17456. Janna, ged. 20-9-1706, tr. Windesheim 22-2-1728 Teunis WichemsSchrijver (ook Teunis Vrijhof of Van de Vrijhof)7. Gerrit, ged. 9-11-1708.8. Gerritje, (= nr. 933).9. Lubbertus, ged. 26-10-1711.Geb. op ’t Klooster en ged. Windesheim:10. Anna, ged. 15-7-1714.11. Harmannus, ged. 6-9-1716.1876. Berend Harms Luitman, (o)tr. Zwolle 20-4/14-5-17421877. Steventje Berends.Bij huwelijk jongeman en jongedochter, zij was woonachtig teMastenbroek.Uit dit huwelijk (allen ged Zwolle (Mastenbroek)):1. Harmen (= nr. 938).2. Berent, ged. 3-5-1744, ouders wonend in de Bredestege.3. Stijntje, ged. 17-10-1745, ouders wonende aan de NieuweWetering.4. Christina, ged. 25-8-1748, vader vermeld als ‘Luiftman’.1880. Berend Gerrits Ridderikhof, ged. Hasselt 24-8-1659, visser, tr.Hasselt 9-3-16881881. Martha Jans van Goor.Albert Kroes uit Hasselt, verbonden aan de werkgroep genealogie vanHasselt Historael geeft ook nog dit: Berend Gerrits Ridderinckhoff,geb. Hasselt, overl. v. 22-3-1721, tr. Hasselt 4 juni 1688, gesch.levend 23-6-1719 van Marta Jans van Goor, overl. na 5-6-1725.Uit dit huwelijk:1. Gerrit, ged. Hasselt 7-3-1689, overl. v. 5-6-1725.2. Lutgertien, ged. Hasselt 18-8-1690.3. Aaltien, ged. Hasselt 25-9-1692, overl. v. 5-6-1725.4. Gerrit, ged. Hasselt 11-11-1694.5. Harmen, ged. Hasselt 31-1-1697.


6. Claas Markel, ged. Hasselt 22-1-1699, overl. v. 5-6-1725.7. Dirk, ged. Hasselt 16-3-1701.8. Geertruit, ged. Hasselt 20-4-1704.1888. (?) Egbert Wieldraaijer Klos.1896. Hendrik Harms Schonewille, overl. Hoogeveen 11-5-17691897. Jantje Willems.1898. Jan Arends (Bakker) Strijker ten Hoorn, van Amsterdam, overl.Hoogeveen 20-12-1758, tr. 8-16951899. Fijgjen Peters Kramer.1900. Hendrik Hendriks Lunenborg, geb. Pesservelt, ca. 1680, tr. (1)1735 Femmetje Jans Hagen, tr. (2) 21-6-17051901. Suzanna Geugjes.1902. (= nr. 1898).1903. (= nr. 1899).1936. Jacob Cloot, overl. na 4-6-1723.1944. Claes Jurjens tr.1945. Grietje Wouters (ook: Grete Wolters).Uit dit huwelijk:1. Femtje, ged. Blokzijl 9-9-1708.2. Jurjen, (= nr. 972).3. Jantje, ged. Blokzijl 29-5-1712.1968. Willem Jans Huissien, keurnoot (1704), overl. na 28-1-1735.Op 6-6-1702 942 wordt Willem tot voogd benoemd over de kinderen vanMarrighein Luighies, vrouw van de overleden Willem ten Kaate.Op 18-1-1704 943 komt Willem Jans Huissien voor als keurnoot.Mogelijk voorgeslacht: op 25-9-1711 944 wordt ene Jan Huissiengenoemd in een akte van overdracht.Op 10-10-1715 945 blijkt Willem voogd over de kinderen van Jan JansBouhuis van Beerse en de overleden Hendrikjen Derksen. Hij is eenaangetrouwde oom van vaderszijde.Op 3-4-1733 946 wordt een akte van momberstelling opgemaakt door JanWillems Bone, man van de overleden Henrikjen Lamberts over hundochter Aaltje. Tot voogden zijn benoemd Lambert Jans Stapelberg enWillem Jans Huissien, grootvaders van Aaltje.Op 29-11-1755 947 komen Jan Willems van het Blik te Archem en devrouw van de overleden Wennemer Willems (die met regelmaat terug tevinden is in het rechterlijk archief en eveneens op dat erf) samenvoor in een akte.Uit deze vader (volgorde onbekend):1. Wennemer Willems.2. Hendrik Willems (= nr. 984).3. Jan Willems Bone.1970. Jan Egberts Nijkamp, leeft nog 8-1748, tr.1971. Derckien Jans, overl. v. 28-1-1735.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):1. Jan, geb. ca. 1714.2. Geessien Jans (= nr. 985).1972. (?) Teunis Roelofs, otr. Hellendoorn 24-9-17131973. (?) Theune TheunissenVan dit echtpaar is bekend, dat zij in de Hutte te Marle onderHellendooorn gewoond hebben. Zij laten er inderdaad een zoon


Lubbert dopen, maar nergens wordt duidelijk dat zij de ouders zijnvan nr. 986. Wel zijn er meer aanwijzingen in die richting:Lubberts broer Jan Teunissen woont inderdaad in de buurtschap Marleonder Hellendoorn. Bovendien wordt Lubbert genoemd bij deondertrouw van zijn dochter Janna bij haar tweede huwelijk te Ommenop 19-4-1811. Hij heet dan opmerkelijk genoeg ‘Lubbert Hutterts’,later wordt dat gewijzigd in Lubbert Teunis.Uit dit huwelijk (allen ged. Hellendoorn):1. Jan, ged. 1-7-1714.2. Jan, ged. 23-8-1716, otr. Hellendoorn 26-5-1748 Fennigje Esse.3. Lubbert (= nr. 986).4. Gerrit, ged. 10-8-1721.5. Marten, 1-8-1723, otr. Hellendoorn (1) 8-6-1749 Jenneken Jansen,otr. (2) Hellendoorn 20-7-1765 Eefse Jansen.6. Tone, ged. 1-9-1726 (of 1-8): 1-8 wordt als datum opgegeven,terwijl 4 en 18 augustus hieraan vooraf gegaan zijn.7. Geertjen, ged. 18-12-1729.1974. Hendrik Jansen Loman, tr.1975. Berendje Jansen.Volkstelling 1748 te Den Ham/Meer: ‘Hendrik Jansse en zijn vrouwBerentje Jansse’. Drie kinderen boven de tien jaren: Jan, Hendrineen Geesje een een scheper: Roelof Gerrits. Opmerkelijk genoegontbreekt Jennigje bij deze telling.Uit dit huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Jan, overl. na 23-4-1754 (dan assisent bij zus Jennigje).2. Hendrina, ged. 3-7-1729.3. Jennigje (= nr. 987).4. Geesje, ged. 21-2-1734.5. Hendrik, ged. 22-7-1736.1976. Berend Jansen Reinders, tr. Uelsen 30-3-17211977. Grietje Lubberts Imhof.Berend was bij zijn huwelijk afkomstig van ‘Ennevelt in ‘t karspelHardenberg’.1978. Harm Berends Reuver(s), onderscholtus van Ommen en Den Ham.1979. (?)Jennechien Bergland.Er moet nog het nodige onderzocht worden aan de identiteit vanHarmen. Ik vermoed dat hij in zijn tijd in Den Ham en omstrekenbekend stond als Harmen Berends (Reuvers), de onderscholtus. Denaam Plaggemars duikt slechts op bij Maria, zijn dochter. Naderonderzoek.De onderscholtus komt natuurlijk zeer vaak en in allerlei functiesin de aktes voor.Uit dit huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Hermen Lambert, ged. 20-2-1718.2. Jennigien, ged. 13-101-1720.3. Maria (= nr. 989).4. Berent, ged. 9-12-1731. Ouders: Harmen Reuvers en JennechienBergland in 't Dorp.1980. Jan Derks van Bakelte, overl. v. 6-7-1738, tr. Heemse 11-4-17281981. Fennetje Alberts Paf, afkomstig van Dalen, tr. (2) Heemse 6-7-1738Hendrik Jansen Voerhuis.Fenne had een broer, Albert Alberts Paf, eveneens afkomstig vanDalen; hij tr. Heemse 18-8-1725 Fennetje Luggers.


Volkstelling Hardenberg Reese 1748: Hendrik Jansen en Fenne.Kinderen: Derk en Jennigjen (boven tien jaar); Janna, Jan enGeertien (onder tien jaar).Uit het eerste huwelijk (allen ged Heemse):1. Aaltje, ged. 8-1-1730.2. Derk (= nr. 990).3. Jannegje, ged. 9-8-1733.Uit het tweede huwelijk (allen ged Heemse):4. Janna Hendriks Voerhuis, ged. 18-10-1739.5. Geertje, ged. 7-6-1745.1982. Jan Jansen Kraijnennost/Stoeten/Stuten/Stouten, ged. Heemse1-1-1698, otr. Heemse 20-4-17321983. Hendrikje Hermsen Stoeten.Bij huwelijk was hij jongeman uit Heemse, zij jongedochter uitReese, ‘beide thans wonende bij de Hwgb. Heer van Heemse.’Volkstelling Hardenberg Reese 1748: bij het Stuten: Jan enHendrikje. Kinderen: Gese (boven tien jaar), Jennigje en Harmine(onder tien jaar), inwonende knechten: Egbert en Arend.Hendrikje kwam vermoedelijk van het erf Stuten. In de boeken vanHardenberg komt een Reiner Harms Stuten voor, tr. 1725 AeltjeLambrechts. Bij de telling van 1748 is er geen spake meer vanReiner of zijn wederhelft. Mogelijk was hij een broer vanHendrikje.Uit dit huwelijk (allen ged. Heemse):1. Gese (= nr. 991).2. Hendrikje, ged. 23-9-1736.3. Jennigje, ged. 6-9-1739.4. Harmine, ged. 11-5-1746.5. Jan, ged. 2-5-1751.1984. = nr. 796.1985. = nr. 797.1986. Jan Grobben, overl. v. 22-4-1722 948 , tr.1987. N.N.1988. Lambert Boom, tr.1989. N.N.Wie is Lambert? Er komen twee mensen in aanmerking. Het zou kunnenzijn, dat hij de man is, die gehuwd was aan Janna Bolk. Zij komenveelvuldig voor in de diverse archieven. Er bestaan diverse aktenwaarin kinderen van het echtpaar genoemd worden, daar is geenHermannus bij.De andere kandidaat is Lambert Derksen Boom, die ook wel genoemdwerd Lambert Derksen van het Vree. Hij trouwde mogelijk met eenvrouw, die Else (van het Tusveld) heette. De vernoeming lijkt alduste kloppen. Nader onderzoek!Lambert D. Boom; IHA 3 501 nr. 3111: Onderzoek door het gerichtnaar de belediging van Geertje Rompelman, vrouw van Lambert D.Boom, door Stijntje Colmschate, 1721. Lambert Boom; IHA 3 495 nr.3018 tegen Beatrix Bloemendal op beschuldiging van prostitutie voorhaar man en schoonvader, resp. Pieter en Lambert Boom, 1725.Idem; IHA 2 269 nr. 1526: akte waarin aan Lambert Boom, Gerrit tenCate en Jan Bakker een concessie wordt verleend om een weg teleggen met een vlonder over het water over een hoek grond eigendomvan de heer van Almelo ten zuiden van de allee, tegen eenjaarlijkse recognitie, 1731.1990. Hendrik Velten alias Velten Hendrikse alias Velten op deSchelfhorst, overl. v. 12-1-1743 949 ,


1991. Aaltje Jansen van het Beverdam.Bij huwelijk: Hendrik Velten, van de Schelfhorst, jm. in deHeerlijkheid en Aaltje Janssen, van ’t Beverdam, jd. in deHeerlijkheid.Eshuis (1939, p. 48) situeert het erve Beverdam in hettegenwoordige noordoostelijke deel van de Haghoek. De preciezelocatie van het erf was rond 1820 dicht bij het huidige kruispuntKolthofsingel-Tijhofslaan. Het Beverdam was eenkeuterboerderijtje.Rond 1750 was een Jannes Beverdam boer op het gelijknamige erf. Hijwas getrouwd met Fenne van het Rot, eige<strong>nl</strong>ijk Beverdam geheten.Jannes heette eige<strong>nl</strong>ijk Arendsen en was ook koopman (Eshuis, 1976,p. 49).Op 26-7-1721 950 wordt een testament opgemaakt door Gerrit Hendriksen Geese Hermsen en haar momber, dr. Liens. De langstlevende krijgthet bezit over alle goederen en na het overlijden van dielangstlevende erven de kinderen van hun broer, Velten Hendriks (=nr. 1990) en Geertruid Hendriks. Genoemd wordt de oudste dochtervan Velten Hendriks, Hendrikje Hendriks (= nr. ongetwijfeld 995);zij krijgt de beste rok en twee hemden en de andere twee meisjeskrijgen ook twee hemden.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Hendrikje, geb. v. 26-7-1721.2. N.N. (dochter).3. N.N. (dochter).2000. Gerrit Jansen uit de Poorte vermoedelijk alias Gerrit Jan van 'tGrobbenhuijs, (o)tr. (2) Almelo 29-7/12-8-1742 Aaltje JansenWillemsen, tr. (1) Almelo 19-3-17302001. Willemina Jansen van de Banis, tr. (1) Almelo 14-4-1726 AbrahamArents van het Stegehuis, weduwnaar van Jenneken Harmsen.Er is geen doop overgeleverd van Abraham (= nr. 1000), maarwaarschij<strong>nl</strong>ijk is hij vernoemd naar de vooroverleden man van zijnmoeder, dat is althans de meest plausibele verklaring. Uiteraardzou hij theoretisch zeker ook wel uit het tweede huwelijk van zijnvader kunnen stammen.Bij het eerste huwelijk: Gerrit Jansen Grobben, jm. in deHeerlijkheid, zoon van Jan Grobben en Willemina Jansen, weduwe vanAbraham Arents, in de Heerlijkheid.Bij het eerste huwelijk van Willemina: Abraham Arentsen, weduwnaarvan Jenneke Harmsen, in de Heerlijkheid en Wilmina Jansen van deBanis, jd. in de Heerlijkheid.Op 3-4-1718 was Abraham Arendsen van ’t Stegehuis getrouwd metJenneken Harms, van ’t Winkelhuis, bij Goor, tegenwoordig op deGladbeke.Bij het tweede huwelijk: Gerrit Jan van ’t Grobbenhuijs, weduwnaarvan Willemijne van den Banis, in de Heerlijkheid en Aelken Jansen,jd. tot Wierden, in de Heerlijkheid, dochter van Jan Willemsen.Volkstelling 1748: Gerrit heeft 1 zoon, Abraham, 1 dochter, Janna.Bij hen woont ook een Harmen `van de armen besteet', men woonde opde Reigershöfte 951 .Uit het eerste huwelijk:1. Geese, ged. 13-3-1737 (ouders: Garrit Grobben en Wilmina Banis).Uit het tweede huwelijk (allen ged Almelo):2. Willem, ged. 22-12-1743 (ouders: Gerrit Jansen in de PoorteAaltjen Jansen Willem.3. Willem. ged. 13-6-1745.4. Janna, ged. 11-5-1747.5. Jan, ged. 7-3-1751.


6. Gerrit Jan, ged. 26-8-1753.2004. Jan Schutten, overl. v. 10-7-1757 952 , tr.2005. N.N.2006. Lambert Janssen in den Strol, overl. na 10-7-1757, otr. Wierden9-4-1724, tr. Wierden 14-5-17242007. Hendrikien Hendriksen Besteman.Bij huwelijk was Lambert `jonckman van het Kolthof in deHeerlijkheid Almelo'. Zijn voorgeslacht zal denkelijk onder de naamvan dat erve voorkomen.Hendrikien was eerder weduwe van Jan Strol. Lambert is dus later opdat erf ingetrouwd.Uit dit huwelijk in ieder geval (volgorde niet duidelijk):Grietje, (= nr. 1003).Geesje, (o)tr. Almelo 15/27-3-1754 Jan van ’t Weerhuis, weduwnaarvan Barentje van den Elshof, won in de Heerlijkheid.2008. Jurrijen Wanscher, tr.2009. N.N.Op 5-5-1729 953 is een Jurrien Wanscher momber over HendrinaDenkelman, dochter van Aalken Wolters en de overleden GerritDenkelman.Op 22-9-1671 954 verkoopt Jan Swam samen met zijn Griete tenKinckhuis aan Geerlich Wessels en diens huisvrouw Anna Hendrix hunhuis en hof, gelegen tussen het huis van Jan Pastoor en dat vanJurrijen Wanschers, vanaf de straat tot achter aan de Graven.IHA 3 508 nr. 3185: rechtgeding tussen Jurjen en Jan Wanschers enJohan Studich, burgemeester van Hasselt, inzake eenschadevergoeding van hun schip, dat met Hasseltse goederen beladente Zwolle in beslag genomen is, 1660-1664. Mogelijk is het dat eente vroeg tijdstip, maar wellicht gaat het hier om een voorvader.Nader onderzoek!2010. Roelof BolkRoelof is vermoedelijk Roelof Berends Bolk, (o)tr. (1) Almelo 25-10/29-11-1696: Roelof Berentsen Bolk, tot Almelo, zoon van BerendBolk en Geertruid Hendriksen, jd. tot Almelo, dochter van HendrikGerritsen. Roelof tr. (2) Almelo 21-12-1704: Roelof Bolk, weduwnaarvan Geertruijd Hendriks, tot Almelo en Berendje van ’t Swierent,jd. tot Wierden (Berendjen van het Swierink/Swerink?).2012. Coert Coersen2014. Harmen Jan Kijnhuis, (o)tr. (1) Ootmarsum 9-4/15-5-1724 FenneBruninck, (o)tr. (2) Ootmarsum 16-1/2-2-17292015. Berentje Berentsen.Bij het eerste huwelijk zijn beiden afkomstig van Ootmarsum en datgeldt ook voor het tweede huwelijk.Volkstelling Ootrsum 1748, in Hogelinden Vierendel: Hermen Kijnhuisen vrouw. Kinderen boven de 10 jaren: Geertrui en Berent, benedende 10 jaren: Anna en Trijne.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Ootmarsum):1. Gerrit Jan, ged. 29-11-1724.2. Lucas, ged. 8-1-1727.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Ootmarsum):3. Fenne, ged. 27-11-1729.4. Geertruid, (= nr. 1007).5. Lucas, ged. 16-11-1733.


6. Berent, ged. 11-12-1735.7. Anna Margareta, ged. 1-9-1738.8. Katrijne, ged. 5-2-1741.9. Aaltje, ged. 21-4-1743.2016. Frederik Letteboer, overl. v. 2-9-1736 955 .Frederik zou op basis van tijd, plaats en vernoeming (zie1006/1007) identiek kunnen zijn aan deze man: Frerik Willemsen van’t Cluppelshuis, in de Heerlijkheid, (o)tr. Almelo 15-5/13-6-1698Fenneken Gerritsen Letteboer, in de Heerlijkheid.2018. Jan Abbink, overl. v. 2-9-1736 956 .Er is getuige de dubbele naam bij zijn dochter klaarblijkelijk ietsaan de hand met de erven Abbink en Lambertshuis. Jan zou op basisvan tijd, plaats en vernoeming (zie 1006/1007) identiek kunnen zijnaan deze man: Jan Lamberts, weduwnaar van Gerritjen Berends van 'tLambertshuijs, tr. Almelo 3-12-1713 Jenneken Janssen van ’tHambrugge, jd. in de Heerlijkheid.2024. Wolter Ernst/Erenst, (o)tr. Almelo 24-3/1-5-16932025. Jenneken Frederiks.In 1693 trouwt een Wolter Ernst (als Erenst) met Jenneken Hendriks.Het is onduidelijk of zij de goede personen zijn. Hij is jm. en eenzoon van Erenst Jorrisen, zij is een dochter van Frederik Everts.Nader onderzoek.2026. Berend Hiffen.2044. Gerrit Rietberg, overl. v. 27-2-1733 957Een interessante familie, met vele vertakkingen. Er wordt dan ookveelvuldig onderzoek naar gedaan. Met zekere regelmaat wordt erover gepubliceerd 958 . Tot op heden kan ik ‘onze’ familie nietinpassen, al zijn er wel hoopvolle aanwijzingen. Zo zou deze Gerritidentiek kunnen zijn met de Gerrit, die genoemd wordt in kolom 176in NL 1966 (zoon van IIc). Nader onderzoek.2046. (?) Egbert Everts, tr.2047. (?) Jenneken Henriks.Generatie XIIUit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Olst):1. Henrijck, ged. 9-10-1701.2. Swaantjen, ged. 20-9-1702.3. Hendrik, ged. 23-9-1703.4. Evert, ged. 24-1-1706.5. Derckjen, ged. 1-1-1708.6. Aaltje, (= nr. 1023).7. Derk, ged. 23-9-1714.2048. Sierk Pieters, geb. ca. 1668 959 , overl. ca. 1738 960 , huismanSiegerswoude plaats 4, tr. Duurswoude 7-16942049. Imme/Emke/Emane Rintses, geb. ca. 1669 961 , leeft nog in 1738 962 .Op 18-5-1702 verschijnt Sierk voor het gerecht 963 . Hij wordtbeschuldigd door Jan Heris en zijn vrouw Reinsck Eelsis, eveneensvan Bakkeveen. Sierk heeft de twee onheus bejegend. Hij `heeftgescholden een die twee vrouwen had, voor een gauwdief, item voor


een schelm, voorts, dat deszelfs vrouw een hoer was', bovendien iszij zelfs door Sierk geslagen. Men eist nogal wat: betaling -in 5termijnen- van resp. 200, 150, 8, 200 en 8 gg. <strong>Vervolg</strong>ens doet devrouw haar beklag voor het gerecht. Ook daar wordt een aanzie<strong>nl</strong>ijkesomme gelds gevorderd. Sierk moest niet alleen betalen, maar deboete werd tevens verhoogd vanwege `contumacio', minachting dus, vanhet gerecht.Sierk Pieters, op Bakkeveen woonachtig, komt voor in deproclamatieboeken van Opsterland 964 . Hij wil voor ruim 150 cg. eenperceel veen kopen van Tjaard van Aylva, grietman van Dantumadeel.Gelegen op Bakkeveen, ten noorden van Teye Miesk(?), hebbende tenwesten Pieter Karsten als koper, ten zuiden de Wijk, ten noorden hetLaweisgat en strekkende oostwaarts tot op 5 en een halve roeden nade Middeldijk of de Grave<strong>nl</strong>ei. Groot ruim 189 roeden; te betalenin november 1703-1706. Proclamaties 15-3/29-6/12-7-1703.Dezelfde koper en dezelfde verkoper komen nogmaals voor 965 : eenperceel veen gelegen op Bakkeveen, groot ruim 55 roeden. Aan denoordkant van de Modderige wijk, hebbende Boele Baukes als koper tenwesten, de Modderige wijk ten zuiden, de Wijk ten noorden en tenoosten Hendrik Nitters. De prijs bedraagt 399 cg., te betalen innovember 1703-1706. Proclamaties 15/29-3/12-7-1703.Op 23-1-1710 966 staat Sierk Pijters woonachtig te Bakkeveen tegenoverTjaard van Aylva, die protesteert tegen de opzegging door Sierk. Dieheeft van Van Aylva huis en land in gebruik.Op 14-1-1712 967 protesteert Sierk Pijters tegen de effecten van eenopzegging door Tjaard van Aylva, grietman van Dantumadeel.Bij de ondertekening van een getuigenis voor het Hof van Friesland,in een zaak tussen Seppina van Aylva en Epo van Aylva, op 18-1-1716 968 blijkt Sierk de schrijfkunst niet machtig, maar Emke juistwel. Ze ondertekent met ‘Emcke Rentses’.De zate te SiergerswoudeIn de reeëlcohieren van Opsterland uit 1713 en 1718 wordt Sierkvermeld 969 . Hij woont dan te Baccaveen, dat valt onder Duirswolt. Hijbewoont daar huis en land, waarvan hij nietde eigenaar is. Uit dekohieren blijkt, dat vrijwel alle huizen in het bezit zijn van defamilie Van Aylva. Sierk betaalde 55 g. per jaar aan huur enverdiende klaarblijkelijk genoeg, om voor de belasting van de 6epenning te mogen betalen: 9-3-6.In 1718-1719 komt Sierk eveneens voor op Duirswolde nr. 25. Hijbetaalde 60 g. huur. Hij wordt aangeslagen voor de 5e penning:12-0-0.Van 1720 tot en met 1738 staat Sierk vermeld als meier van plaats 4te Siegerswoude. Die plaats liep van de Veenscheidinge tot aan hetKoningsdiep. In 1720 is grietman Lycklemaeigenaar en Sierk betaalt 80 g. huur, hij betaalt 16-0-0 voor de 5depenning. In 1721 en latere jaren blijft de huur steeds 80 g.Betaalde belastingen: 1721 13-610 (6de peN.N.); 1736: 13-6-12(idem); 1737: 10-0-0 (8e peN.N.); 1738 (met andere handbijgeschreven: ‘weduwe’): 10-0-0 (idem); 1739: 10-0-0 (idem). Zijn


zoon Pijtter Sierks volgt hem op als gebruiker van de plaats, maarduikt eerst na 1739 op als belastingbetaler aldaar. Hij blijft ertot en met 1768.Op 27-11-1731 verschijnt Sierk voor het gerecht van Opsterland 970 :Sierck Pyters, huisman te Siegerswoude, als man en voogd over zijnhuisvrouw en zich sterk makende voor zijn huisvrouws zustersdochter, zijnde Aet Sipckes, wonende te Dokkum. Er is een geschilgerezen tussen hen en Jelke Franckis en Johannis Lolckis alsdiakenen van Wijnieterp, gesterkt met dominee Thomas Muicherus. Hetgaat over ‘seeckere huisinge, schuire, plaatse vandien, hovinge,bomen en plantagie cum annexis, afcompstig van Rinse Sipckes,staande en gelegen tot Wijnieterp.’ Sierk heeft het door eengerechtelijk decreet d.d. 1-2-1731 het spul in koop bekomen. De zaakwordt in der minne geschikt: Sierk c.s. zullen de gemelde behuizingc.a. behouden. Zij zijn dan wel verplicht Jancke Lourensis, Emke’smoeder, te onderhouden. Daar staat tegenover dat Sierk zijn gemaaktekosten krijgt vergoed. De kerkvoogden krijgen ook hun zin: er issprake geweest van een boelgoed, gehouden na de dood van FokkeBottis, de tweede man van Janke Lourensis. Op 2-4-1731 zijn deboelgoedspenningen door de diakenen ‘opgebeurt, die sijnvoortgecomen van de nagelatene goederen van (..) Fokke Bottis.’Woonplaatsen Sierk Pijters x Emke Rintses:7-1694: ‘op het Voorwerk’ (Sierk) en ‘uyt de Meule bure’ (Emke)1695-1713 Bakkeveen (dopen van de kinderen)18-1-1716 Bakkeveen1719 Bakkeveen (onder Duurswoude)1720 Siegerwoude27-11-1731 SiegerswoudeUit dit huwelijk (allen geb./ged. Bakkeveen/Duurswoude):1. Sijtske Sierks, ged. 10-1695.2. Tet(tie) Sierks, ged. 5-1698, overl. Ureterp ca. 1767, tr. FongerHylkes, overl. vóór25-5-1736.3. Rinse Sierks, ged. 24-7-1701, overl. Lippenhuizen ca. 1784, tr.Ureterp 31-12-1752 Baukjen Jans.4. Janke Sierks, ged. 17-2-1704, overl. Oostermeer 26-7-1753, tr.Siegerswoude/Oostermeer 22/29-5-1746 Ruurd Hendriks, boer teOostermeer, overl. Oostermeer 17-9-1773, zn. van Hendrik Binnes enAntje Ruurds.5. Pieter Sierks, ged. 30-1-1707, boer, overl. Siegerswoude ca.1775, tr. Siegerswoude 1753 Janneske Harmens. Uit dit huwelijknageslacht (o.a. een familie De Jong).6. Geesje/Geeske Sierks, ged. 24-11-1709, overl. Oostermeer 1784,tr. Oostermeer 11-4-1734 Binne Hendriks, boer te Oostermeer bij hetHoogzand, overl. Oostermeer 1759/1761, zn. van Hendrik Binnes enAntje Ruurds.7. Harmen Sierks (= nr. 1024).2050. Sije Clases, geb. ca. 1687, kerkvoogd te Twijzel, overl.Buitenpost v. 1749, tr. (2) Drogeham/Harkema-Opeinde (eersteprocl.) 17-6-1731 Jantien/Jantzen Jans, tr. (1) ca. 17102051. Aukjen Meints, overl. Twijzel v. 11-8-1731.Sije wordt in 1700 en 1708 niet vermeld in de belastingregistersvan Kollumerland en Nieuw-Kruisland. Bij de personele kohieren vanTwijzel blijkt Sije aldaar in 1726 nieuw opgesteld te zijn voor 520cg.


Op 22-2/31-3/5-4-1723 971 proclameert Hemcke Clasas de aankoop va<strong>nl</strong>and te Kollumerzwaagwesteinde voor 75 cg.; hij heeft het gekochtvan zijn broer, Sije Clases.In 1728 is Sije meier op de plaatsen 25, 26 en 27 te Twijzel.Sije Clases hertrouwt rond begin 1731 na de dood van Aukjen Meintsmet Janke Jans. Hij had uit zijn eerste huwelijk drie kinderen:Claaske, Janke en IJtske. Het gezin was in goeden doen en dus moester een inventarisatie gemaakt worden over wat de dochters rechtenstoekwam. Dat gebeurt op 11-8-1731 972 , dan wordt in het sterfhuis vanAukjen Meints een inventarisatie gedaan. Sije is opnieuw getrouwd.Uble Binnerts van Oostermeer en Nanne Uwes te Eestrum zijn decuratoren van Klaaske, Janke en Ytske Sijes. Vastigheden: 9pondematen grasland in het west van Buitenpost, 2 stukjes veen opKollumerzwaag. Bij inschulden: Sije krijgt van de weduwe van LijkleKlases op Kollumerzwaag 5-10-0, van Tjeerd Ulkes op Rinsmageest,van Pieter Pieters op Surhuisterveen en hij krijgt van zijn broerHemke Klases 4 car.gld. Er is verder een wapen vermeld: een ‘arenten drie klavers’.Curatoren in 1731: Oeble Binnerts 973 , ged. Oostermeer 16-12-1694,zn. van Binnert Sipkes en Pietje Oebles, schoenmaker bij de Wal(1725), 1736 boer op Klein Hornst, dorprechter (1760, 1769)kerkvoogd (1746), overl. Oostermeer 1785, tr. Minke Aukes;belijdenis Oostermeer 21-5-1719; 1736 curator over kinderen vanWobbe Liebbes en Ymkjen Meints; 1769 voorspr. kind broer Sjoerd;1748 quot. een welgesteld boer, 5+1, 63-3; pers. kohieren 17681000, 1774 1500, 1786 de weduwe, 1793 haar erven. Vindplaatsen:(Tie) B1 20, 26, 75, 199; S20 273, 415; S24 225. Kinderen: (ged.Oostermeer) Binnert 01-4-1725, Auke 17-11-1726, Atse 04-11-1736.Nanne Uwes is waarschij<strong>nl</strong>ijk identiek aan Nanne Ouwes Oosterhof,ged. Eestrum 29-3-1696, zn. van Ouwe Jouwerts en Trijntje Nannes;boer te Eestrum, dorprechter en ontvanger aldaar, bijzitter(mederechter) Tietjerksteradeel 1747 en 1759; is in 1753 nog welontvanger te Eestrum; heeft een broer, Jouwert, dorpsrechter enfloreenontvanger van Oostermeer; 1729 curator kinderen van JanPieters en Sipkje Ruurds; 1734 curator over de kinderen van WobbeLiebbes en Ymkjen Meints (vermoedelijk de zus van Aukjen Meints (=nr. 2051)); belijdenis te Eestrum 15-3-1750; stemkohier 1728, 1756gebruiker nr. 10; quotisatie: ‘de bisitter N. Oosterhof,welgestelt, 1, 22-5; Vindplaatsen: Hof van Friesland civ. bijl.668-13 (1738); TIE B 1 174; S 19 137, 211; S 20 280; S 21 308; S 2228, 227, 261, 266, 268.Ymkje Meints, overl. Oostermeer 1734; tr. (1) Auke Bartels; tr. (2)Wobbe Liebbes; woont 1710 in Kooten, komt 14-8-1718 te Oudega cx.a.met attestatie van .... (woont te Rottevalle); Vindplaatsen: ACH L1 d.d. 16-11-1716; TIE M 15 136v, 139 (inv. 13-4-1734, akkoord 12-10-1734); S 17 3; kinderen uit het eerste huwelijk: Minke Aukes(zij tr. Oebele Binnes, zie hierboven); uit het tweede huwelijk:Folkert (1717) en Jan Wobbes (1719).De exacte verhouding van de curatoren tot de overleden AukjenMeints en haar man Sije Klases blijft vooralsnog onduidelijk:Oebele Binnerts is in ieder geval de schoonzoon van Ymkje Meints,denkelijk de zus van Aukje. Volgens goed gebruik is er van deandere ‘partij’, de langstlevende (hier dus Sije Klases) ook eencurator, maar dat hoeft niet. Nanne Uwes kan evengoed van de kantvan Aukje afkomstig zijn.Op 12-2/2-3/8-3-1734 974 proclameren Sije en Janse te Twijzel deaankoop van land te Buitenpost, gekocht van Sixtus Westerholt voor400 cg.Op 8-4/6-5/3-6-1737 975 proclameert het echtpaar samen met Jan Nannesen vrouw de aankoop van een stuk bouwland te Drogeham, gekocht vanSjoukje Theunis, weduwe van Jan Reyds voor 255 cg., 5 st.


`Ontvangen als kerkvoogd van Optwijzel in de jaarlijkse ommegangdien ik en mijn mede kerkvoogd hebbe gedaan in 1736; Sije Klazes 0-10-0' 976 .Bij de quotisatiekohieren van 1749 blijkt Sije overleden. Zijnweduwe , Janke Jans staat dan vermeld. Er zijn drie personen bovende twaalf jaar en 1 persoon onder de twaalf jaar. De hoogte van deaanslag bedraagt 25-10-0.Sije Clases, huisman te Optwijzel, proclameert op 11-4/25-4/3-5-1740 977 de aankoop van land te Buitenpost van Hans Hendrik vanHaersma, voor 120 gg.Later dat jaar, op 27-6/11-7/12-9-1740 978 volgt een zelfde aankoopvan Daniel Bouricius, voor 190 cg. Dr. Eppinga legt er het niaarop.Op 21-1-4-2-18-2-1743 979 proclameert het echtpaar de aankoop van eenhuis en hor<strong>nl</strong>eger en vier pondematen lands te Buitenpost, gekochtvan Daniel Rineman te Leeuwarden.In 1748 wordt zijn vrouw als weduwe vermeld. In 1755: Jantzen Jans,weduwe Sije Klaessen 233-7-0. In 1757: komt niet meer voor. Ze isverhuisd naar Buitenpost, waar ze opgevoerd wordt voor 233-7-0. In1760: Sije Clasen weduwe en erven: 233-7-0. In 1761 Sije Clasenerven 233-7-0. In 1762 te verdelen. In 1763: Tettie Sijes 77-17-0(1774 onvermogend) en Antie Sijes 77-16-0 (1779 gehuwd met MetskeAtes, naar Augustinusga). In 1755 is klaarblijkelijk een regelinggetroffen tussen de twee overgebleven dochters uit Sije's eerstehuwelijk: Jetske en Janke.Beide dochters wonen dan in de gemeente Tietjerksteradeel, ze zijnopgenomen in de personele kohieren aldaar. Jetske, huisvrouw vanOeds Tjebbes, erft van Sije Clasen te Twijzel (toen dus al langoverleden!) 233-7-0. Janke, huisvrouw van Egbert Tjebbes, erft vanSije Clasen te Twijzel eveneens 233-7-0. De erfenis is dusverdeeld in drie gelijke delen tussen tweede vrouw en dochters uitSije's eerste huwelijk. Overgebleven dochters, want de oudste,Claaske, was toen al lang overleden.GRAFschriften tussen Flie en Lauwers (I) Achtkarspelen, Koten,p.43: Sije Klases op Floreenkohier 1728-1738 x 1ste Aukjen Meintes(procl. boek R14 (= nr. 92) f.120, 22/10/1727) x 2de Twijzel 1731Jantjen Jans van Harkema-Opeinde, kinderen ged. 13-5-1732 en 08-12-1736. Op de avondmaalsbeker van de NH-gemeente Koten (z. T. no.186) met inscriptie: Domenei Johannes Heerma Bedienaer desGodddelijcken woorts op Twijsel en Kooten anno 1720. FeddeRommerts, ouderling. Ibble Annes, ouderling. Jan Ites, diaken, SijeKlaeses, diaken. Anno 1720.Sije had een broer, Hemke. Een Hemke Claassen tr. Buitenpost 21-7-1737 Trientje Jelkes.Uit het eerste huwelijk.1. Claaske (= nr. 1025).2. Janke.3. Itske, ged. Twijzel 26-9-1724.4. Klaas, ged. Twijzel, 13-5-1732.5. Fetje, ged. Twijzel 23-6-1734.6. Antje, ged. 8-12-1736.2052. Bein Hinnes, boer onder Bergumerveen 1727, tr. (1) Oostermeer3-2-1695 Minke Gaukes, van ‘t Witveen onder Oostermeer, overl.tussen 1719 en 1726. Bein tr. (2) (1e proclamatie) Bergum27-4-17262053. Antje Tjeerds, van Oudega (Sm.).


Het (uitgebreide) nageslacht noemt zich Westra. Die naam isafkomstig van de boerderij van Bein, die gelegen was ten westen vanhet Bergumermeer.Antje was afkomstig van Oudega. Nieuwland meldt als vindplaats TIES 17 460 (huwelijkse voorwaarden, 10-6-1727). Pieter Thomas, tr.Bergum 22-11-1732 Eetske Sipkes is een ‘bloedverwant’ van AntjeTjeerds.2054. Edse Jochums, boer te Oostermeer (Zwartveen 1704; Witveen 1722),Garijp 1726, Hardegarijp 1728-1741, overl. v. 1749, tr. (1)Oostermeer 4-2-1703 Dieucke Aebes (beiden van Oostermeer), tr. (3)Oostermeer 18-3-1714 Asseltje Bouwes (beiden van Oostermeer), tr.(4) Grietje Egberts, tr. (5) Oostermeer 21-5-1741 Miens Errits,tr. (2) Oostermeer 1-2-17112055. (?) Aatje Egberts.Nieuwland neemt met enige voorzichtigheid aan, dat hij de vader isvan Trijntje Edses en met nog meer vraagtekens stelt hij, dat Aatjede moeder van Trijntje kan zijn. Omdat Trijntje trouwt in 1730, zouzij inderdaad geboren kunnen zijn rond 1712.Edse laat zich op belijdenis dopen te Oostermeer 25-2-1703.Quotisatie: Oostermeer, ‘Edse Jochums weduwe, kan ternauwernood decost winnen’ 1 + 12/ 0 - 12; aanslag: 3-12-0.Jurjen Grijpstra geeft in een e-mail aan mij als mogelijke ouders:Eetse/Edse Douwes, afkomstig uit Bergum, geb. 1679, belijdenis teAkkerwoude op 14-11-1723, overleden na 1755.In 1749 'oud bijekorvemaaker'. Diverse malen ouderling vanVeenwouden tussen 1729-1755. tr. (2) Veenwouden 14-9-1727 TjeerdjeTjeerds, afkomstig uit Veenwouden. (Zij is eerder getrouwd teVeenwouden op 27 september 1711 voor de kerk met Sierd Haaijes,afkomstig uit Veenwouden.))Edse otr. (1) Bergum 8-3-1700 Rinske Eelkes, afkomstig uitVeenwouden, overleden voor 1727.Uit dit huwelijk:1. Antje, ged. Bergum 30-1-1701, belijdenis te Eestrum 20-8-1730,overleden na 1749.Zij tr. (1) ca. 1725 Sjoerd Thijsses, overl. v. 13-5-1733, tr. (2)Eestrum 6-4-1733 Hielke Wierds, schoenmaker, overleden na 1749;'schoenmaker, gering' te Veenwouden.2. Douwe, afkomstig uit Veenwouden, zie 2.3. (?) Aukje, afkomstig uit Veenwouden. Kinderen: Rinske (1759),Meindert (1763), tr. Tietjerk 15-4-1742 Sake Gerbens, afkomstig uitTietjerk, ged. Bergum 26-10-1710.(Hij is eerder getrouwd te Tietjerk op 10 mei 1733 voor de kerk metSipkje Bartels, zoon van Bartele Pieters en Janske Jans.)- waarschij<strong>nl</strong>ijk Grietje, overleden te Tietjerk voor 11 mei 1762.Kinderen: Jan, Jacob, Aafke, Antje, Trijntje, Eelkje, Aagje.Vermeld als zuster van Aukje Eetses.Zij is getrouwd te Tietjerk op 14 mei 1731 voor de kerk met HarmenJans, boer, overleden voor 11 mei 1762.In 1749 'gemeen boer, goed reeuw en beslagh' te Tietjerk.- waarschij<strong>nl</strong>ijk Trijntje, afkomstig uit Hardegarijp.Zij is getrouwd te Rijperkerk op 27 augustus 1730 voor de kerk metEelke Beins, boer, afkomstig uit Hardegarijp.2056. Johannes Rinses, geb. ca. 1674, ged. Veenwouden 9-11-1708, boer opstem 5 te Veenwouden (1708-1748), overl. tussen 1749-1758, tr.2057. Sjoukje Gosses, overl. v. 1743.


Op belijdenis ged. Veenwouden 9-11-1708.Lidmaat aldaar in 1721 en 1743 (op nr. 53, dan als weduwenaarvermeld).Quotisatie ‘redelijk welgesteld, oud’, 1 + 12, aanslag: 15-15-0.De relatie tussen dit echtpaar en hun vermoedelijke (schoon)vader,Gosse Jenses, loopt via het bezit van de stemdragen zate 5 teVeenwouden. In 1699 980 namelijk ruilt Tjaardt van Aylva, grietmanvan Dantumadeel, bezit te Veenwouden. Het gaat hier vermoedelijk omdie zate nummer 5. Johannes Rinses zelf ruilt kort daarna eenstemdragend hor<strong>nl</strong>eger tegen een stuk land, het Molenblock. In 1708is Van Aylva eigenaar van zate nummer 5.Uit dit huwelijk (ged. Veenwouden):1. Rinse, 1699.2. Gosse 11-11-1712.3. Marten 6-11-1716.2058. Tjalling Joeckes, geb. Veenwouden ca. 1660, huisman onder Bergumaan de kant van Veenwouden, armvoogd, overl. Veenwouden tussen29-6-1722 en 23-8-1723, tr. ca. 16902059. Antie Tjipkes, geb. Kollumerzwaag, overl. Bergum v. 3-6-1719Tjalling leeft en heeft eigendommen te Veenwouden, hij komtregelmatig voor in de reeëlkohieren rond 1713 e.v.Auke de Vries geeft bijzonderheden over Tjalling en zijnvoorouders 981 . Op 9-11-1689 koopt hij 3 mad maden onder Ryptsjerk,hij is dan woonachtig te Veenwouden. Op 24-1 en 1-9-1690 koopt hijopnieuw land. Op 23-4-1694 kopen Tjalling en Antje een deel van eenhuis en land te Veenwouden. Ze hadden al 1/8e in bezit, een AntjeClasen is voor 1/4e eigenaar. Samen zijn ze dus voor 3/8e deeleigenaar. Ze kopen op genoemde datum het overige 5/8e deel: vanHendrik Hattums te Garijp 1/8e, van de kinderen van Lammert Hattums1/8e, van Lourens Keimpes 1/4e en van Goitsen Foockes te Garijp1/8e deel. De oorsprong van het gemeenschappelijk bezit is De Vriesonduidelijk.Op 22-4-1700 komt Tjalling twee keer voor als koper, wonend aan dekant van Veenwouden onder Bergum, met zijn broer Romcke, ieder voorde helft van bouwland onder Bergum, verkocht door Reitse Romckesonder Hardegarijp, een vierde part van zate en landen, waar hij deandere 3/4e deel van al in zijn bezit had.Op 9-3-1705 koopt het echtpaar, wonend onder Bergum, land teHardegarijp.Op 18-5/15-6/29-6-1722 982 proclameert Tjalling Joekes de aankoop va<strong>nl</strong>and van de armvoogden van Veenwouden, voor 55 gg.Op 23-8-1723 zijn de echtelieden beiden overleden, want dan wordthun nalatenschap beschreven.Op 8-5-1724 proclameert Thomas Clasen te Veenwouden de verkoop va<strong>nl</strong>and, mandelig met de erven Tjalling Joeckes. Antie Tjallings,weduwe Gerryt Jouwerts, legt er ‘ratio sanguinis’ het niaar op.Op 6-4-1731 maken de erfgenamen de erfdeling op. Het zijn: AntjeTjallings (= nr. 1029), weduwe Gerryt Jouwerts (dat zij al weerhertrouwd was met Rinse Johannes staat niet vermeld); TiepkeTjallings, Romke Tjallings; Joecke Tjallings; Aeltie Tjallings, op25-10-1722 te Murmerwoude getrouwd met Wybe Auckes; JansenTjallings, geboren rond 1708. Antje en Tiepke krijgen de zate landmet de huizing onder Bergum aan de kant van Veenwouden; twee madmaden op het zouden van de Houtwiel; 3 en een half mad maden en nogeens 3 en een half mad maden; 3 mad maden bij het Reidveld (naderonderzoek: is het deze grond die later eigendom wordt van SierkSijes en Neeltje Tjallings?) en nog een mad maden. Romke krijgt eenbehuizing en wat daar bij hoort, gebruikt door Been Hendriks;anderhalve mad maden noordelijk van het Muizeried; 1 mad maden


aangeerf van Romke Joekes en 2 mad maden, liggend bij de Sijtsepol.Joecke krijgt een behuizing en toebehoren onder Veenwouden en drieakkers; een akker, gbruikt door Johannes Folkes; 3/8e part van eenveen, gebruikt door Balling Hayes; anderhalve mad maden ten noordenvan het Dwarsmeer; 3 mad maden onder Rijpskerk. Aeltie krijgt eenkamp land , 4 en een half pondematen onder Veenwouden bij deFroskepôle; land, de Pompfinne genaamd, te Kollumerzwaag-westeinde;2 mad mieden bij de Mear en bij de Sanje; 2 en een half maad madenin de Boomrieden en 1 mad maden noordelijk van Tjeerd Hayes. Jansenkrijgt een kamp land, Melle-kamp genaamd op de Heidestreek onderBergum, een venne land in het westen van Kollumerzwaag; 2pondsmaten mieden in het oosten van de Mear; 2 en een half madmaden in de Boomrieden; anderhalf mad maden, mandelig met MartenSybes en een zogenaamde ‘swannepôle. Gezame<strong>nl</strong>ijk blijft er watbezit in het ‘Feanwâldster miensker’. Aan roerende goederen wordtverkocht voor 548 carg., 14 stuivers en aan baar geld is 289 carg.,5 stuivers. Over de dochter Jansen is curator Gjalt Cornelis teBergum; zijn weduwe Dieuke Douwes rekent af op 28-8-1732. Jansenwordt daarbij gesterkt door haar man, Sierk Reins, meerderjarig enwoonachtig op het Vliet te Leeuwarden. Ook voor Romke wordt op diedag afgerekend. Hij krijgt als nieuwe curator zijn zwager, WybeAuckes. Op 16 maart 1735 verkopen de erven.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):1. Antje Tjallings (= nr. 1029).2. Tiepke Tjallings.3. Romcke Tjallings.4. Joecke Tjallings.5. Aaltje Tjallings 983 , tr. Murmerwoude 25-10-1722 Wybe Aukes, zn.v. Auke Wybes en Maaike Alberts.6. Jansen Tjallings, geb. ca. 1708, tr. Sierk Reins.2062. Lieppe/Liebbe Tjallings, geb. Eestrum ca. 1656, mr. timmerman teEestrum, overl. ald. na 1709, tr. Eestrum 4-7-16802063. Baukje Andries, overl. Eestrum na 1709.Bij huwelijk waren beiden afkomstig van Eestrum. De geboden van hethuwelijk werden op 5-6-1680 aanvankelijk verspierd door een zekereKlaas Pieters.Lieppe deed belijdenis te Eestrum op 25-2-1683, Baukje op 5-2-1681.Het echtpaar komt voor op de lidmate<strong>nl</strong>ijst aldaar in 1682 en 1709.Lieppe komt voor in de bijlagen van het Hof van Friesland: 320-37.Uit dit huwelijk (allen ged. Eestrum):1. Andries, ged. 1684.2. Antje, ged. 18-10-1685.3. Andries, ged. 26-12-1688.4. Aucke, ged. 9-11-1690.5. Neeltje (= nr. 1031).6. Se(s?)ke, ged. 19-3-1699.2064. Klaas Everts, geb. ca. 1673 984 , mr. grofsmid te Veenwouden, tr. (2)Veenwouden 16-11-1721 Rinske Hylkes, van Makkum, woonachtig teLeeuwarden) 985 . Klaas tr. (1) v. 17-7-16942065. Baukje Ruurds 986 , overl. v. 16-11-1721, tr. (1) Bouwe Symens,schoenmakersknecht, afkomstig uit Tietjerk, wonende aldaar, overl.v. 17-7-1694, waarschij<strong>nl</strong>ijk zoon van Symen Douwes en NeeltjeBouwesClaes deed belijdenis voor 1721 en was woonachtig te Veenwouden.Bouwe Symens, de eerste man van Boukje Ruurds, was op zijn beurteerder getrouwd te Oenkerk op 20-9-1685 met Antie Hanses, afkomstig


uit Oenkerk. Hij woonde in 1676 te Suawoude. Hij was vermoedelijkeen zoon van Symen Douwes en Neeltje Bouwes 987 .Op 17-7-1694 wordt er in het sterfhuis van Bouwe Symens eeninventarisatie opgemaakt omdat zijn weduwe hertrouwd is aan KlaasEverts. Curator over de drie kinderen: Gerben, Cornelis en BuweBuwes is Reyn Jetses te Veenwouden. Het echtpaar had een huis teVeenwouden, waar de weduwe in woonde. De profijtelijke staat kwamuit op 648 gg., 6 st. en 4 p., niet meegeteld de ‘rijgh silverenknopen’, de zilveren hemdeknoop en het ziveren oorijzer. Deuitschulden bedroegen 63 gg., 18 st. De totale waarde van de boedelbedroeg 584 gg., 26 st., 4 p.Op 1-6-1722 988 wordt een akte geregistreerd, opgemaakt d.d. 28-5-1718, waarin Klaas verklaart vanwege een lening 240 cg. schuldig tezijn aan Jouwke Dirks en Antie Ruirds, te Roodkerk.Op 10-12-1722 989 wordt een boedelscheiding opgemaakt tussen Klaas ende drie kinderen uit Baukje’s eerste huwelijk: Gerben, Cornelis enBouwe Bouwes en de twee kinderen uit het huwelijk van Klaas enBaukje: Evert (= nr. 1032) en Jeltie. Op 6-5-1724 wordt deafrekening bevestigd.Op 10-12-1722 990 ondertekent Klaas eigenhandig een akte.Op 8-6-1723 991 wordt Klaas genoemd bij een boelgoed.Op 20-6-1723 992 is hij getuige bij een staat van goederen van zijntweede vrouw. Die akte is opgemaakt te Leeuwarden op 15-11-1721. Inde daaropvolgende akte van die dag zijn de huwelijkse voowaardentussen beide echtelieden vermeld.Op 15-9/29-9/13-10-1723 993 komt Claas Everts, mr. smid teVeenwouden, voor al landverkoper in de proclamatieboeken.2066. Jacob Gerryts, veenbaas, ontvanger te Veenwouden, tr.2067. Sjoerdje Rienks.Op 22-11-1734 994 is Jacob Gerrits, veenbaas, eiser versus DerkHessels, meesterbakker op Kollumerzwaag. Enkele bladzijden later iser sprake van een Jacob Gerrits, timmerman te Veenwouden; bij eenvolgende vermelding van die naam wordt er een zaak bij het Hof vanFriesland aangekaart.Hier valt dus uit af te leiden, dat er in die dagen mogelijk eennaamgenoot voorhanden is.Op 18-9-1747 995 treedt een Jacob Gerrits uit Veenwouden op in eenschuldbekentenis voor notaris D. Oskamp te Utrecht. Hij verklaarteen schuld te hebben aan Gerrit van der Schroef en Roemer vanOostveen. Het gaat om f 175-0-0 vanwege achterstallige impost. Alsbijzonderheid is opgenomen: aflossing uit aangenomen werken deBrakken aan Nieuwersluis. Jacob ondertekent de akte eigenhandig.Quotisatie: Veenwouden, ontvanger van het dorp, 4 + 12/ 1 - 12;aanslag: 35-12-0.Jacob was mogelijk een zoon van Gerrit Jacobs.Uit dit huwelijk:Gerrit Jacobs, schipper en veenbaas, tr. Tjetske Ballings.2072. Jan Pieters, van Finkum, tr. Finkum 22-1-17082073. Aaltje Gerbens, van Finkum (Oude Leije), ged. 2-11-1685.2074. Jurjen Wybrens, overl. v. 28-8-1724, tr.2075. Tjitske Pieters, overl. v. 28-8-1724.Jurjen werd op oudere leeftijd ged. Rijperkerk 25-5-1708, terwijlzijn vrouw op die datum belijdenis deed.Het echtpaar ging naar Veenwouden op 13-8-1712.Op 14-12-1717 996 was Jurjen curator over de kinderen van Wybe Tammesen Beitske Pieters, mogelijk een zuster van Tjitske.


Op 28-8-1724 997 is Gerrit Tjitses, oom van vaderswege, curator overde kinderen van de overleden Jurjen en Tjitske: Pieter (in het 20ejaar); Wybren (17e); Beitske (15e); Jetske (10e).Uit dit huwelijk:1. Pieter, geb. ca. 1704/5.2. Wybren, geb. ca. 1707/8, ged. Rijperkerk 27-5-17083. Beytske, geb. ca. 1709/10, ged. Veenwouden 12-10-1710.4. Wybe, ged. 21-8-1712, overl. v. 28-8-1724.5. Aedske/Jetske, geb. ca. 1714/15, ged. 14-4-1715.2076. Rinnert Klazes, hospes te Driesum, tr. v. 7-2-16952077. Foeck Ritserts.Op 7-2-1695 998 verklaart het echtpaar, woonachtig te Driesum, 50 cg.schuldig te zijn aan Baucke Jeppes en Antie Feijes, mede aldaarwoonachtig.Op 11-5-1715 komt Rinnert voor bij het Hof van Friesland 999 . Hetblijkt dat hij het jaar daarvoor gevangen zat vanwege‘sluyckerijen’. Hij was op 13-6-1714 veroordeeld tot anderhalf jaartuchthuis. In de nacht tussen 23 en 24 april 1715 is hij met enkeleanderen uitgebroken. De onverlaten hebben een mes als zaag gebruikten een houten tralie verwijderd. Ze hebben met een ‘scheer’ een gatnaar de zolder gemaakt en zijn ontsnapt. Rinnert is al snel weer inde kraag gevat. Rinnert verdedigt zich door te zeggen dat FolkertLenses, Jelke Jans en Reinier Thomas hem geld hebben geboden om teontsnappen. Het vonnis is echter niet mild: hij wordt door descherprechter op het schavot ‘strengelyck gegeeselt’ en moetopnieuw het werkhuis in, voor de tijd van een jaar.Uit dit huwelijk (allen ged. Dantumawoude c.a.; moeder nietgenoemd):1. Jacob Rinnerts (= nr. 1038).2. Klaas Rinnerts, ged. 2-3-1704.3. Pier Rinnerts, ged. 25-4-1707.(?) 4/5 Foocke en Ritske (tweeling): ged. 24-6-1714. (Uit tweedehuwelijk?).2080. Boodse Ritserts, te Oostermeer op ‘t Witveen, tr. (2) Oostermeer25-8-1720 Aukje Pieters, tr. (1) Oostermeer 19-3-16822081. Liepck Beerns, overl. v. 25-2-1720.Bij het eerste huwelijk beiden in ‘t Kattegat bij ‘t Bildt.Uit dit huwelijk (allen ged. Oostermeer):1. Ridzert, ged. 11-10-1685.2. Tetje, ged. 9-9-1688.3. Beern (= nr. 1040).2082. Minne Jans, mr. timmerman, houtkoper, vervener, boer, overl.Noorder-Drachten v. 21-5-1706, tr. (1) v. 5-4-1667 Sytske Feikes,tr. (1) Wijcher Wijchers.Minne Jans tr. (2) Drachten 22-3-16962083. Geeske Aebeles, tr. (2) Drachten 22-11-1705 Joannes Gerrits.SMA 35 498: op 5 april 1667 laat de notaris Hanso Harmannides zichtot curator benoemen over het weeskind van Wijcher Wijchers enSytske Feickes, die nu hertrouwd is met Minnen Jans. Deontscheiding (SMA 35 503) meldt een aantal interessante gegevens:de wees (niet bij naam genoemd, maar men spreekt van hem en zijn,dus het is een jongen) zal voor zijn twaalfde leren lezen enschrijven en hij zal het ‘timmer Decker en metseler ampt’ leren. Deakte is ondertekend door Minne Jans, Sytske Feickes zet eenkruisje.


Een Minne Jans en ‘syn wyf’ zijn lidmaat te Drachten op 24-5-1674.Geeske deed belijdenis te Drachten op 1-12-1693. Minne Jans, mr.timmerman en Sytske Feikes, echtelieden te Drachten proclameren op10-4/29-5/25-10?-1684.Op 24-3/7-4-1685 en 22-3-1687 1000 proclameert Minne met Wytse enFoocke Upkes de aankoop van 2 pondematen land ten westen vanOudega, van Lippe Gabriels, mr. schoenmaker aldaar.Op 27-8/10-9/17-9-1689 1001 proclameren Minne en zijn niet met namegenoemde vrouw de aankoop van veen in de Noorder-Drachten. Dekoopbrief werd opgemaakt op 17-4-1689.Zij proclameren met zekere regelmaat een aankoop 1002 . Interessant isde aankoop door Minne en Joucke Jans te Oostermeer van een perceelland te Smallingeropeinde. De proclamaties daarvan waren op 9-5/30-5/5-9-1676 1003 . Gaat het om de goede Minne Jans en is hij dan eenbroer van Joucke Jans en is die dan identiek aan nummer 2104 uitdeze <strong>kwartierstaat</strong>? Nader onderzoek.Op 6-10/13-10/17-11-1674 1004 proclameert Minne Jansen, mr. timmermanen houtkoper in de Noorderd-Drachten de aankoop van land. In deakte is sprake van een Lambert Minnes. Verdere aankopen van Minneen Sytske volgen in 1675 en 1676 1005 .Op 21-5-1706 1006 zijn Jan Lieuwes, te Boer en Wyger Wygers, teNoorder-Drachten curatoren over Sytske, omtrent 5 jaar oud. Haarmoeder Geeske 1007 is nu opnieuw getrouwd. Op diezelfde dag 1008 wordtde inventaris van Minne Jans opgemaakt in het sterfhuis in deNoorder-Drachten. Er zijn vier koeien, 2 hoklingen, 3 hennen en eenhaan; huismannengereedschap; verder o.a. een zilveren kop; liggendgeld ‘in een witte zack’ en in een ‘dooske’; aan vastigheden: eenveenplaatske lands met een huis en een schuur, bij de Dwarsvaart inNoorder-Drachten, strekkende van de Dwarsvaart tot zover derichting van Geeskewijck is strekkende. Er wordt veel meer landgenoemd; o.a. in diezelfde wijk en er worden veel turfpercelengenoemd (zo is er sprake van Minne Jans cortewijck). Verder is bijde inventarisatie een testamentaire dispositie opgenomen, d.d. 28-2-1703 en een verklaring van Minne Jans dat zijn huisvrouw bij hethuwelijk 6oo cg. heeft ingebracht. Minne blijkt al lang actief ophet gebied van verveningen: zo is bij de inventaris een reversaalgenoemd, d.d. 2-4-1684, waarbij Minne zich ruim 425 gg. schuldigverklaart aan de heer Teyens, vanwege een perceel veen te Ureterp.Verder is er o.a. sprake van een scheiding, d.d. 20-10-1695 tussenMinne en Wyger Wygers en Ebeltie Minnes. Minne blijkt opnieuwgetrouwd te zijn voor 15-2-1695, zo blijkt uit een obligatie bij deinventarisatie. Uit een soortgelijke akte blijkt dat hij voor 5-5-1668 al getrouwd was met zijn eerste vrouw.Op 18-10-1718 1009 wordt notaris Marcus Offringa curator over Sytske(dan 17 jaar), op verzoek van Geeske Abels. ‘des bruids moeder’.Uit het eerste huwelijk:Ebeltie Minnes, tr. Wyger Wygers.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Drachten):1. Jan, ged. 27-12-1696.2. Antje, ged. 2-1-1698.3. Sytske, ged. 10-7-1701.2104. (?) Jouke Jans 1010 , te Eestrum en te Oostermeer, kramer, overl. na1725, tr. (1) Eestrum 26-10-1684 Aukje Hardes, tr. (2) Eestrum21-4-1695 Ymkje Folkes, tr. (4) Boornbergum 3-1-1706 Jancke Alles,wellicht ged. Boornbergum 14-12-1679 (een paar jaar oud), tr. (3)Oostermeer 20-5-17032105. Saapke Geerts.


Een Joucke Jans van Eestrum wordt op 30-7-1708 1011 als curatorgenoemd. De benoeming van de ouders is voorlopig; nader bewijsgewenst.Kinderen (allen ged. Oostermeer/Eestrum, moeder niet genoemd:1. Jan, ged. 15-11-1685.2. Aeltie, ged. 7-11-1686.3. Jan, ged. 28-1-1688.4. Harde, ged. 2-3-1690.5. Ymckje/Eemck, ged. 26-4-1696.6. Jan/Iaen, 21-9-1704.7. Alle, ged. 10-10-1706.8. Johannes, ged. 28-3-1712.2106. Hendrik Dirks, ged. Suawoude 24-3-1672, boer aldaar op stem 9,overl. Suawoude 1720 (doodkist betaald door de diaconie), tr.2107. Trijntje Wybes, mog. ged. Rinsumageest 1-1673, verkoopt land teDamwoude (1705), lidmaat te Suawoude 1711.Stemkohier 1698 Suawoude (Tietjerksteradeel), stem nr. 9, oudgrietmanHector van Glinstra, eigenaar en Hendrik Dircx, gebruiker.Uit dit huwelijk (allen ged. Suawoude/Tietjerk):1. Wopkje, ged. 11-12-1707.2. Trijntje, ged. 23?-12-1713.3. Wypkjen (= nr. 1053).2108. Jelke Sybrens 1012 , huisman te Selmien, mede-eigenaar vanLippenhuizen stem 3 en Ureterp stem 22 (1708), overl. v.25-5-1713, tr.2109. Fokje Girbes, tr. (2) Gjalt Piers Madhuizen, zoon van Pier MartensMadhuizen en Antje Wiegers, tr. (2) Terwispel 1726 (attestatieOldeboorn 6-5-1726) Antje Jelles, afkomstig uit Oldeboorn.OPS 93 599: inventaris van Jelcke Sybrens.Stemkohier 1728 Lippenhuizen (Opsterland), stem nr. 3, GoytseSybrens, voor zichzelf en als curator over Jelcke Sybrens wezen,eigenaar voor 1/3; Girbe Oedses zeven erfgenamen, eigenaar voor2/3; Jelcke Sybrens drie wezen, eigenaar. Curator: Goytse SybrensMinnert Cornelis, gebruiker.Stemkohier 1728 Ureterp (Opsterland), stem nr. 22, Alle Janskinderen, eigenaar voor 1/12; Goitse Sybrens, voor zichzelf en alscurator over zijn broer Jelke Sybrens kinderen, eigenaar voor 1/2;Hinne Jeens, uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor 5/12, engebruiker voor 1/2; Jelke Sybrens kinderen, eigenaar. Curator:Goitse Sybrens, Roel Engberts, gebruiker van de helft van GoitseSybrens c.s.Uit dit huwelijk (allen ged. Wynjeterp/Duurswoude/Bakkeveen, bijdoop steeds woonachtig te Selmien):1. Sybren (= nr. 1054).2. Binne, ged. 29-11-1705, boer te Lippenhuizen (1738/1739) enHemrik (1749), tr. Fimke Gosses, dochter van Gosse Sietses enAaltje Luitsens.Op 27.3.1749 leende hij 400 caroligulden van Lykele Fokkes,veenbaas te Noorderdrachten. Borg was zijn broer Sybren Jelkes.In 1738 bruiker van stem 40 te Lippenhuizen, in 1748/1758 van stem14 te Hemrik, in 1768/1778 van stem 5 aldaar.3. Bontie, ged. 17-3-1709, tr. Girbe Harmens.4. Girbe.Uit het tweede huwelijk van Fokje:1. Tjeerd Gjalts Madhuizen.2. Jan Gjalts Madhuizen.3. Pier Gjalts Madhuizen.


2136. Albert Hindriks Dokter, geb. Zuijdveen (Meppel) 9-8-1635, overl.Wildervank 1726, tr. (2) Veendam 2-2-1699 Geesjen Jans, tr. (1)Veendam 13-12-16682137. Hindrickjen Rijcken, geb. Gieterveen 1650, overl. Veendam 1697.Uit dit huwelijk:Grietje Alberts Dokter.Hindrik Alberts Dokter.Rijckent Alberts Dokter.2160. Claes Hebelen 1013 , geb. ca. 1660, tr. (2) Hoogezand 1709 WijkeOnnes, weduwe van Kalkwijk, Claes tr. (1) Hoogezand v. 13-3-16872161. Hilligje Luies, geb. 1664.Claes komt in 1686 met attestatie van Eesveen, een oudewegveenkolonie bij Steenwijk, naar Hoogezand om in het huwelijk tetreden met Hilligje. Zijn afkomst is vooralsnog niet te achterhalente Steenwijk en ook niet in de archieven van Overijssel enFriesland. Mogelijk kwam hij echter gewoon uit de buurt vanHoogezand, waar wel wat bekende namen voorkomen: zo laat een EbelClaesens daar in 1646 een dochter dopen en een Jan Ebels in 1654een zoon Klaas.Hilligje komt op 13 maart 1687 in de lidmatenboeken van Hoogezandvoor als vrouw van Claas Hebels.Uit dit huwelijk:1. Hebel (= nr. 1080).2. Luitien, geb. 1689.3. Luie, geb. 1692, tr. Roelfien Jans.4. Trouwt.5. Pieter, geb. 1700.6. Harmen, geb. 1702.7. Beeltjen, geb. 1706.2244. Wessel Geerts, tr.2245. Hille HarmsH.C. Bellingwolde 13-4-1731Wessel Wessels en Elske JansBruidegom: Wessel Geerts, vader, Derck Jans, zwager.Bruid: Harmen Robbes, stiefvader, Daniel Kranenborg, aangetrouwdeoom.Uit dit huwelijk (allen ged. Bellingwolde):1. N.N., ged. 3-6-1694.2. Harm, ged. 8-1-1699.3. N.N., ged. 26-8-1703.2246. Jan Wilkes, van Bellingwolde , tr. Oudeschans 8-5-16982247. Trijntje Wubbes, van Bellingwolde, tr. (2) Harmen Robbes.Uit dit huwelijk (allen ged. Bellingwolde):1. Harmke, ged. 10-3-1699, tr. 26-3-1728 Bellingwolde GeertEijlderts.HC Bellingwolde 8-3-1728:Bruidegom: ...Bruid: Harmen Robbers en Trijntie Wubbes, stiefvader en moeder,Wilcke Jans, broer, Teubke Jans en Elske Jans, zusters, DanielKranenborgh, aangetrouwde oom..


2. Teube, ged. 2-10-1701, tr. Bellingwolde 28-3-1728 Albert Harms,beiden van Bellingwolde.HC Bellinwolde 8-3-1728:Bruidegom: Jan Harmens, zwager, Ebe Habbens, zwager.Bruid: Harmen Robbers en Trijntie Wubbes, stiefvader en moeder,Wilcke Jans, broer, Harmke Jans en Elske Jans, zusters, DanielCranenborgh, aangetrouwde oom, Jurjen Koers, voormond.3. Elsje, ged. 15-5-1707.4. Geeske, ged. 24-11-1709.5. Wilcke, tr. Bellingwolde 20-4-1732 Geertruid Alberts, vanBellingwolde.H.C. Bellingwolde 17-4-1732:Bruidegom: Harmen Robbes en Trijntie Wubbes, stiefvader en moeder,Albert Harmens, zwager, Cornellis Boelens, zwager, DanielCranenborgh, aangetrouwde oom.Bruid: Jacob berents, oom en voormond, Pieter Creuter en AnnaBerents, aangetrouwde oom en moei.2250. Pieter Onnes, overl. na 24-6-1759, tr.2251. Lysabeth Alders, overl. na 25-4-1762.Lidmatenboek Finsterwolde: Ao 1716 den 26 febr. Zijn naevolgendepersoonen nae voor gaende onderwijsing tot des Hr. heijl. Avontmaalangenomen Albert Sticker, Derck Rolefs, Harmen Tjarks en Jan Tjarksals mede Lisabeth Allerts huisvrou van Peter Onnen Greetjen OnnenWijbe Jans en Geesjen Peters De Heere vermeerde sijn kerke ingenaden Amen.Limatenboek Nieuw-Beerta, September 1720: Tot ons overgekomen,Pieter Onnes en sijn huisvrou. Lijsabeth Alders met attestatie vanFinsterwolt 1014 .Lijsbeth is op 25-4-1762 te Nieuw-Beerta getuige bij het huwelijkvan haar kleindochter Geertje Geerts de Kraker en Oest Jurjens. In1762 wordt van dit echtpaar een boedelinventaris opgemaakt 1015 .Uit dit huwelijk:1. Hilke, (= nr. 1125).2. Aldert, ged. Finsterwolde 30-1-1718.3. N.N., ged. Nieuw-Beerta 21-12-1721.4. …ltien, ged. Nieuw-Beerta 12-11-1724.5. Eijltie, ged. Nieuw-Beerta 10-03-1726.2252. Ocke Hindriks, ged. Beerta 29-12-186, overl. v. 27-11-1716, tr.(1) (hc) Wagenborgen 31-8-17142253. Alke Luitjens, geb. Wagenborgen, overl. v. 24-2-1726, tr. (1) (hc)Wagenborgen 22-1-1712 Popcke Tides, tr. (3) (hc) Wagenborgen27-11-1716 Willem Hebels.Zij komen beiden voor op de lidmate<strong>nl</strong>ijsten van Wagenborgen, op 14december 1714.Bij haar eerste huwelijk waren Alke en Popke beiden afkomstig uitWagenborgen. Haar derde man, Willem Hebels was van Beerta; hijhertrouwt Wagenborgen 24-2-1726 Kunne Jans.Andere familieleden in die contracten: Luitjen Redmers, vader;Peter Harmens en Okke Bavinck, oom en moei; Wypke Julles, oom;Redmer Sjaddes en Grietje Febes, Bartelt Gerrits en Alke Sjaddes,Fokke Sjaddes en Aafke Lefferts, neven en nichten.Huwelijkscontract Wagenborgen 22 januari 1712 - H.V.Popke Tiddes, van Wagenborgen, Alke Luitjes, van Wagenborgen. Samenbrengen ze in 500 car.gld. Brg.: Hitje Tiddes, broer; Abel Hitjes,moei; Peter Jakobs en Abel Eltjes, en Hitje Fokkes en TeetjeFokkes, en Frouwe Fokkes, neven en nichten. Br.: Luitje Redmers,vader; Wijven Jakobs, grootmoeder; Haike Frerix en Imme Redmers


(ehel.), Peter Bavink en Anje Remkes, Peter Harmens en Okke Bavink,en Wijpke Julles, ooms en moeis; Redmer Sjaddes enGrietje Febes, Bartelt Gerrijts en Alke Sjaddes, Fokke Sjaddes,Aafke Lefferts, neven en nichten. Getuigen: Aldert Jans en JanGeerts.Huwelijkscontract Wagenborgen 21-8-1714. Aanwezig namens debruidegom: Gard (Geert?) Hindriks, broer ; Aaltje Hendriks, zuster.Zijn ouders zijn dus al vooroverleden.Namens de bruid tekenen: Wyven Jacobs, bestemoeder; Haycke Vreerksen Imme Redmers, oom en moey; Peter Bavinck en Anje Remkes, oom enmoey; Peter Harrems en Oktjen Jacobs, oom en moei; getuigen warenPeter Jacobs en Jan Geerts.2254. Jan Scheltes, ged. Scheemda 9-7-1682, landbouwer teScheemderzwaag, overl. Scheemda 30-1-1749, otr. `op 't Swaag' ente Midwolda 16/23/30-9-1708, tr. Scheemda, tr. (hc) Midwolda12-10-1708 1016 .2255. Swaantie Jans, ged. Nieuw Beerta 9-1693, overl. na 11-6-1751.Huwelijkscontract te Midwolda. Voor de bruidegom tekenden: HindericChristopher en Remke Scheltes, zwager en zuster; Hinderic Peters,aangehuwde neve; Koopman Nanno Elties en Deuwer Eukes, aangehuwdeoom en tante. Aan bruidszijde: Jan Freriks en Hilje Bartels, vaderen aangetrouwde moeder; Eede Freriks en Tonco Pheebes en AalkeEmmes als ooms en aangetrouwde moei.Jan en Swaantje worden op 3 juni 1712 vermeld als nieuwe lidmatente Scheemda.Het echtpaar werkte en woonde op boerderij nr. 17 in hetBoerderijenboek van het Wold-Ambt, dat is Scheemderzwaag 11,momenteel ‘Roozeboomhoeve’ geheten. Het land was van de kerk vanEexta. Zijn vader had het destijds al gepacht, maar het inonderhuur gedaan aan Harm Jans. Op de boerderij naast het echtpaarwoonde hun zwager en haar zuster: Jan Philippus en Emke Scheltens.In 1721 werd Jan in de verponding aangeslagen voor 31 deimt (datwat men in een dag maait; ca. ½ ha.) Eexterkerke<strong>nl</strong>and en voor 3 ½Eexter organiste<strong>nl</strong>and. In datzelfde jaar had hij ook 3 deimt Eexterkerke<strong>nl</strong>and onder Nieuw-Scheemda (dat grenst aan Scheemderzwaag)Op 23-10-1732 huurt hij nog 8 deimt land van de schoolmeester vanEexta, voor de duur van zijn leven, voor 50 g.Jan Scheltes heeft jare<strong>nl</strong>ang processen gevoerd tegen de kerk vanEexta, omdat hij meende dat er reeds sinds 1683 sprake geweest zouzijn van een vaste beklemming. Hij is uiteindelijk in het gelijkgesteld 1017 .Na de dood van Jan volgt hun schoonzoon Klaas Geerts het echtpaarop. Zwaantje Jans, weduwe Jan Scheltens verkoopt dan op 1/15-6-1756aan Klaas Geerts de behuizing met beklemming van het Eexterkerlandvoor een huur van 170 g. voor een bedrag van 2500 g.Mogelijke begraven te Scheemda 1018 :18-1-1718 Jan Scheltes kint 2 1 513 okt. 1730 Jan Schelts kint 221 dec. 1736 Jan Scheltes soon 1 17 531-1-1749 Jan Scheltes 5 17 5Uit dit huwelijk (allen ged. Scheemda):1. Epke, geb. Eexta, ged. 22-9-1709, tr. 12-10-1732 Karsje Willems.2. Jan Frericks, ged. 9-8-1711.3. Fokje, (= nr. 1127).4. Schelto, ged. 11-10-1716.5. Eltie/Ellie, ged. 27-11-1718.6. Auwe, ged. 12-2-1722, tr. Luitjen Berends.7. Schelto, ged. 19-11-1724.8. Pieter, ged. 2-11-1727.


9. Wya, ged. Eexta 24-3-1730, tr. Eexta 21-8-1750 Klaas Geerts(Wieringa).2258. Thole Jans, LU (1677), tr.2259. Geeske Harmens, RK.Uit dit huwelijk (allen ged. Winschoten):1. Jan, ged. 8-8-1675.2. Harmen, ged. 26-8-1677.3. Geert, ged. 26-9-1679.4. Magdalena, (= nr. 1129).5. Aeltjen, ged. 4-3-1681.I. Thole Jans, van Stigt Osnabrug (Dld), tr. 1e Scheemda 19 april1675 Geeske Harmens, van Lengerich (Dld); tr. 2e(ondertr.Winschoten 28 juni) 1691 Hille Lucas, van Westfalen (Dld).Uit het eerste huwelijk:1. Jan Tholes, ged. Winschoten 8 aug. 1675.2. Harmen Tholes, ged. Winschoten 26 aug. 1677.3. Geert Tholes, ged. Winschoten 26 dec. 1679.4. Aeltjen Tholes, ged. Winschoten 4 maart 1681.5. Magdalena, volgt II.II. Magdalena Tholes, ged. Winschoten 4 maart 1681, begr. ald. 26juli 1748, tr. Nicolaus Hindriks, soldaat, begr. Winschoten 21 aug.1750.Uit dit huwelijk:1. Hindrik, volgt IIIa.2. Fennigjen Nicolaus, ged. Winschoten 10-1-1712.3. Geesjen, volgt IIIb.4. Fennigien Nicolaus, ged. Winschoten 2 sept. 1714.5. Thole, volgt IIIc.IIIa. Hindrik Nicolaus, geb. omstr. 1710, begr. Winschoten 1 juni1742, tr. Winschoten 15 nov. 1733 Stijntien Wolters, van Westerlee;zij hertr. Winschoten 11 okt. 1744 Jan Jans.Uit dit huwelijk:1. Wolter Hindriks, ged. Winschoten 27 aug. 1734.2. Magdalena Hindriks, ged. Winschoten 25 maart 1736.3. Anje Hindriks, ged. Winschoten 12 dec. 1738.4. Hinderkijn Hindriks, ged. Winschoten 19 okt. 1742.IIIb. Geesjen Nicolaus, ged. Winschoten 10-1-1712, begr. ald. 27okt. 1755, tr. Sicko Mekkes, ged. Niekerk 26 maart 1693,schoenmaker, begr. Winschoten 24 juni 1753, zn. van Mecke Sickes enMaijke Thomas.Uit dit huwelijk:1. Maijke Sickes, ged. Winschoten 20 febr. 1739.2. Niklaas Sickes, ged. Winschoten 5 okt. 1742.3. Nicklaas Sickes, ged. Winschoten 12 maart 1745, tr.(ondertr.Winschoten 7mei) 1775 Hillegijn Hindriks, dr. van Hindrik Geerts en NantjeJans.4. Hindrick Sickes, ged. Winschoten 19 mei 1748.5. Sicko Meckes, ged. Winschoten 8 juli 1753.IIIc. Thole Nicolaus, ged. Winschoten 9 april 1717, begr. ald. 13nov. 1765, tr. Winschoten 25 dec. 1741 Sanne Bontjes, ged.Bellingwolde 3 febr. 1715, † na 25 nov. 1771, dr. van BontjeHinderks en Albertje Alberts.Uit dit huwelijk:


1. Bonke Toles, ged. Winschoten 21 dec. 1742.2. Nicolaus Toles, ged. Winschoten 12 sept. 1745.3. Maegdalena Toles, ged. Winschoten 26 maart 1752, begr. ald. 12mei 1769.4. Nicolaas, volgt Toles, ged. Winschoten 4 okt. 1754.5. Hindrik Toles, ged. Winschoten 7 aug. 1757. 10192260. Hindrick Jans Timmerman, timmerman te Bellingwolde, overl. v.1697 1020 , tr. v. 16922261. Susanna Bontjes, geb. ws. Bellingwolde ca. 1670.Nomen est omen. Hindrick was inderdaad timmerman; hij wordt in derekeningen van de kerkvoogdij van Bellingwolde (nr. 209-29, deel 2)genoemd van 1677 tot 1704, meestal in verband met arbeidsloon voorverricht werk aan de kerk 1021 .Het echtpaar komt voor in de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Bellingwolde vanrond 1692.Er is vermoedelijk een indirecte relatie met deze mensen: HindrikBonties, boomsluiter (wachtmeester) te Oudeschans, overl. na 1726,tr. Vlagtwedde 1692 Frerickjen Jans, geb. Vlagtwedde ca. 1670. Hijwas een zoon van Christoffer/Stoffer Bontjes en Antie HindricksVictors, overl. v. 6-6-1692, wanneer het (hc) van Hindrik vertekendwordt. Zij was een dochter van Jan Klaessen en Frieske Hommes,beiden eveneens overl. v. 6-6-1692. Het huwelijk tussen Hindrik enFrerickjen werd denkelijk gesloten te Vlagtwedde rond 06-6-1692. Opdie datum wordt althans een huwelijkscontract getekend 1022 .Duidelijk is, dat de naam ‘Bontjes’ op te vatten is als familienaam(al hoeft het natuurlijk niet in alle gevallen zo te zijn; het kanom een patroniem gaan).De ouders van beiden zijn dus al vooroverleden: `saelige Eeluiden'.Voor Hindrik ondertekenen: zijn voogd, Duirt Bonties (oom); HarmJurriens als oom; Hindrik Victoor als neef. Aan bruidszijde: BerentMettinck, sibbevoogd; Jan Willems, vreemde voogd; Jan Jansen Smidt,oude oom (broer van grootvader of -moeder; op basis van de namenvan de ouders zou haar opa van vaderszijde wel eens Claes Jansen(Smidt) kunnen zijn); de executeur Berend Willems; Albert Lamberts(H/sui?)merinck en Geebe Jans, neven. Getuigen waren scriba PetrusRustebij en Geert Alverinck.Over de relatie meldt P. Bos in een aan mij gerichte brief:‘opvallend is dat Bontje Hindriks (= nr. 1130) en Albertje Alberts(= nr. 1131) twee kinderen Diurt/Jurt noemen. Genoemd naarSusanna’s vader? Inderdaad wordt in de genoemde kerkrekeningen van1692 tot 1694 een Diurt Bonties vernoemd; hij was kerkvoogd enwaarschij<strong>nl</strong>ijk ook timmerman. Diens weduwe krijgt op 12-3-1695 2daler en 12 stuivers uitbetaald voor het leveren van vier kroeswijn ten behoeve van het heilige avondmaal. En in 1668 is er sprakevan een Bontke Diurts (...)’.2276. Karst Stevens, ws. ged. Steenwijk (als Karst de Goe) 20-1-1669,afkomstig van Steenwijk, otr. Wapserveen 25-11-16992277. Grietien Geerts, ged. Wapserveen 26-3-1682.Uit dit huwelijk (allen ged. Wapserveen):1. N.N, ged. 23-7-1703.2. Hendrikjen Karst, ged. 16-12-1714.3. Jan, (= nr. 1138).4. Berent Karst, ged. 9-12-1725.2278. Roelof Harms, tr.2279. Grietje Peters.


2280. Gerrit Gerrits Hayte, overl. v. 18-11-1767, tr. Giethoorn21-4-17092282. Geesjen Jacobs Braan.Zie ook GN 1976 p 15/16; hij zou heel goed af kunnen stammem van dedaar genoemde personen: (aldaar nr. 219: Geesje Wychers Hayte, dr.van Wycher Hayte, tr. Giethoorn 24-11-1689 Ale Klosse. Detusse<strong>nl</strong>iggende schakel zou dan wellicht Gerrit Wychers Hayte kunnenheten.Mogelijk is hij identiek aan Gerrit Wychers Hayte (of Otter),afkomstig uit Giethoorn (mennist), tr. (1) Jantje Floris Poorte,tr. (2) Giethoorn 7/25-2-1739 Albertje Jacobs Messelaar, afkomstiguit Giethoorn.Volkstelling 1748 nr. 2335 Huisgezin: Gerrit Wichers Hoyte en vrouAlbertien Jacobs. Kinderen boven 10 jaar: ---. Kinderen beneden 10jaar: Wicher en Jacob Gerris Hoyte. Knechten en meiden: ---.Inwonenden en kostgangers: Nelle Gerris, inwoonder. SchoutambtGiethoorn.Uit dit huwelijk:1 : Trijntje Gerrits, geb./ged. Giethoorn 3-10/20-11-1729(doopgetuige was Willempje Kiers (vrouw van Jan Floris Poorte).Uit dit huwelijk:1 Wyger Gerrits Heite (= nr. 1140).2 Jantjen Gerrits Hayte, geb. Giethoorn ca. 1712. tr. Giethoorn 10-2-1732 Albert Hendriks Holtkamp, geb. Giethoorn ca. 1705.Volkstelling van 1748: de Swarte Kluft, schoutambt Giethoorn:Albert Hendriks Holtcamp en vrou Jantien Gerrits.3 Trijntje Gerrits Haite. tr. (otr. Giethoorn 2-4-1746) Giethoorn23-4-1746 Albert Hendriks.2282. Klaas (Dircks?) Knolleboer.Er zijn enkele mogelijke kinderen voorhanden 1023 . Zij kunnenaanwijzingen geven over de afkomst van Klaas; mogelijk luidde zijnpatroniem Dirks en leefde zijn vrouw nog in 1748:Een van die mogelijke kinderen is namelijk Dirk KlaasKnol/Knolleboer:Volkstelling 1748 nr. 2443 Huisgezin: Dirck Klasen Knol en vrouKopien Roelofs Backer. Kinderen boven 10 jaar: ---. Kinderenbeneden 10 jaar: Femmegien Dircks. Knechten en meiden: ---.Inwonenden en kostgangers: de weduwe Klaas Dircks, inwoonder.Schoutambt Giethoorn.2284. Wijcher Hindriks Pute, (o)tr. Giethoorn 20-11/17-12-1719.2285. Grietjen Jans.2288. Derk Hindriks 1024 , afkomstig uit Hilten, Osnabrueck (D), tr.Veendam 16892289. Hille Wigbolts, ged. Veendam 27-12-1668.Uit dit huwelijk (allen ged. Veendam):1. Wigbold Derks, ged. 19-4-1691.2. Remke Derks, ged. 13-11-1692.3. Hindrik Derks, ged. 22-1-1695.4. Jan Derks Groot (= nr. 1144).5. Harmen Derks, ged. 1-4-1700.6. Trijntje Derks, ged. (16? onduidelijk)-12-1702.7. Trijntje Derks, ged. 28-3-1706.8. Pieter Derks, ged. 27-1-1709.2290. Thies Alberts Ligger 1025 , geb. Zuidveen, overl. 5-1709, otr.


Veendam 22-1/13-2-16812291. Geertje Ottens, van Smilde, overl. na 1724.Uit dit huwelijk (allen ged Veendam):1. Lammigje, ged. 25-12-1681.2. Aaltjen, ged. 21-10-1683, overl. v. 1747, tr. Veendam 16-12-1703Kier Peters, ged. Diever 19-1-1679, tr. (2) Veendam 18-9-1718Albert Jacobs, overl. na 1765, zoon van Jacob Otten en AnnigjeAlberts. Hij tr. (2) 1747 met Gerbrigt Jacobs, te Wildervank.3. Albert, ook genaamd Albert Thies, Ties, Theijs, Thijess,Ligger/Lijggers, ged. 10-1-1686.4. Otte, ged. 4-7-1688, overl. v. 5-1697.5. Grietjen, ged. 2-10-1692.6. Aafjen, ged. 26-5-1695, tr. Veendam 4-12-1718 Jan Jans(Oortjen), ged. Veendam 27-9-1691, begr. Zuidbroek 17-3-1735, zoonvan Roelef Oortjes en Beerte Alberts. Hij tr. (1) Veendam 29-1-1713Jantje Simons.7 Otte, ged. 13-5-1697.8 Annigjen (= nr. 1145).2296. Roelof Fransen Roosje, tr. Steenwijkerwold 29-6-16562297. Jantijn AelersUit dit huwelijk:1. Arentjen Roelefs, tr. Veendam 11-2-1694 Coop Hindriks.2. Frans Roelefs, tr. Veendam 8-9-1699 Trijntjen Jans.3. Peter (= nr. 1148).2314. Hendrik Egberts, tr.2315. Aaltjen Geerts.2320. Hendrik Arents, overl. v. 30-5-1716, tr.2321. Willempje Egberts.Willempje had waarschij<strong>nl</strong>ijk broers en zusters: Derk; Idaagje, tr.Jan Frederiks Verver; Jacob; Jennigje, tr. Willem Berends;Marijgien.1716 Derk Egberts van de Geerlich en zijn zuster Marregien Egbertsvermaken hun boedel (Derk zit ziek bij 't vuur) aan Arent Hendriksen Willempje Berents, kinderen van hun zuster zaliger YdegienEgberts door Jan Vrerix Verver verwekt, 100 Rijndaalders ad 50stuiver stuk. Aan Hendrik Arents, man van wijlen hun zusterWillempje 100 Rijndaalders. Aan de kinderen van hun overleden broerJacob Egberts 100 Rijndaalders. Aan hun nicht Elsje Willems,dochter van zuster Jennigje Egberts door wijlen de meester WillemBerents chirurgijn verwekt ook 100 Rijndaalders en 6 spint land opde Vrettekamp en nog land te Meer.Bron: RAO, RAS Ommen en Den Ham.2336. (?) Jan Janssen Braeckman, van Rhaan, tr. Hellendoorn 5-5-16782337. (?) Fennegien Gerritsen, van Rhaan.2344. Jan Samson op Nijenhuis, overl. v. 1689, tr.2345. Hille Harmsen Nijenhuis.2346. Hendrick Hemminck.2352. Johannes Harmsen Reetgers, landbouwer2358. Arent Hermsen van ‘t Beverdam 1026 , tr. (1) Wierden 4-3-1677Lubbetje Hermsen, jd., beiden wonend met Berkelman, tr. (2Wierden 3-12-16822359. Jenneken Jansen, tr. (2) Wierden 4-1-1691 Derck Coertsen, zn. vanCoert Geertsen.


Van Arent Herms is weinig meer te vinden dan de gegevens in de DTB.Hij woont met zijn eerste vrouw bij hun huwelijk op erve Barkel,mogelijk als knecht en meid. In de bijlagen bij hetvuurstedenregister uit 1682 wordt genoemd: Jan Dercx, nu ArentHarms in Hanses huis.Het Beverdam wordt in 1475 vermeld als een katerstede. In de 17eeeuwsekohieren wordt het niet vermeld. In 1748 wordt het Beverdameen half erf genoemd en bewoond door de oude luiden Jan en GeeseBeverdam en de jonge luiden Harmen en Geesken Landhuis met vijfkinderen en een meid. Jan tr. 1708 Geeske Hermens, als nagelatendochter van Hermen Hendriks Beverdam (en Engele Egberts). In 1766is Herman te Beverdam bouwman, volgens een erfwinningsbrief. Heterf wordt vermeld als leenhorig aan de Provincie.2368. Jan Keesz Post (ook: Jan Kornelis), ged. Zwartsluis 15-8-1661, metattestatie in 1697 van Beulake naar Wanneperveen, tr. Zwartsluisca. 16902369. Geertjen Hendriks.Uit dit huwelijk: 7 kinderen.2370. Jan Hendricks Wint, tr.2371. Marrigje Cornelis.Uit dit huwelijk:1. Hendrik, veenbaas, op 31-2-1720 als lidmaat ingeschreven inGiethoorn, met attestatie van Wanneperveen, overl. 22-6-1760,wonende te Beulake op den Hoever en Giethoorn, tr. GrietjenGerrits.2. Geertjen, tr. Barteld Jans Driesen, zn. van Jan Pieters Driesenen Annigje Bartels.3. Beertje, (= nr. 1185).4. Kornelis, veenboer, is op 1-9-1756 lidmaat van de kerk teWanneperveen, woonde op de Zand-Belt, Schoutambt Wanneperveen.In 1732 werd hij aangeslagen voor roedengeld over 281 roeden turf,in de volkstelling van 1748 woont in de Sandbeld onder het rot vanKrijn Arents het huisgezin van Kornelis Jans Wint en zijn huisvrouwMarrigjen Jacobs, met de kinderen, boven de 10 jaar, Lubigjen,Beertjen en Lammigjen, tr. Wanneperveen 1735 Merrigjen JacobsPlump, dr. van Jacob Plump en Lubbegjen N.N.5. Rutger.2376. Asse/Esien Souwman/Sauman, tr.2377. Weyntje N.N.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Teunis, (= nr. 1188).2. Reintje, wonende te Leeuwte, tr. Teunis (Antonie) RoelofsHaverslag, ged. Wijhe 26-12-1683, wonende te Leeuwte, zoon vanRoelof Goossens.3. Neeltje, begr. 25-1-1775, tr. Hendrik Teunis Belt, wonende teLeeuwte, begr. 13-12-1764, zn. van Teunis Hendriks Belt enJannegien Jaspers.2378. Klaas Klaassen Top, ged. Vollenhove 14-3-1669, overl. Vollenhove1713, tr.2379. Margje Arends Kwast, ged. Vollenhove 26-4-1674.Uit dit huwelijk (allen ged Vollenhove):1. Trijntje, ged. 11-10-1699, begr. 24-6-1758, tr. Gerrit RutgersJongman, ged. 20-7-1690, wonende te Heetveld (1731,1733,1735), te


Quadoelen (1734) en te Barsbeek, begr. 29-8-1756, zoon van RutgerJongman en Annegien Dikken.2. Annigje, ged. 11-10-1699.3. Grietje, ged. 15-3-1702, tr. 30-3-1730 Jurjan Everts Hulsebos,ged. 22-9-1699, wonende te Quadoelen (1731) en te Wendelo (1733),zoon van Evert Hulsebos en Trijne Schaart.4. Jan, ged. 26-9-1704.5. Annigje (= nr. 1189).2380. Jochim Arriens Roeck/Rook, geb./ged. Vollenhove 2-10/2-12-1666 tr.2381. Claesje Jans Drok, ged. Rouveen 23-1-1672.Het echtpaar was woonachtig in de Leeuwte (Vollenhove).Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Geertje, ged. 10-9-1693 (in de Leeuwte).2. Arrijen, ged. 17-3-1695, begr. 4-5-1772, tr. (1) 1722 KlaasjeKlaassen, tr. (2)5-1-1747 Harmpje Jans Vis, geb./ged. Vollenhove 5/19-1-1721,wonende te Leeuwte, begr. 19-3-1793, dochter van Jan Egbers Vis.3. Aaltje, ged. 7-10-1696.4. Jan (= nr. 1190).2382. Peter Alberts Scheer, ged. Vollenhove 22-10-1676, tr.2383. Trijntje Harmens d’Haas/Haasje, op ‘t Swol, ged. Zwartsluis19-3-1683, overl. Vollenhove 12-6-1756, tr. (2) Vollenhove13-4-1725 Wicher Goosens Bouwmeester, ged. Vollenhove 25-8-1697,wonende te Barsbeek, overl. 12-5-1761, zoon van Goosen RoelofsBouwmeester en Annigje Wiegers Schilder.Volkstelling 1748, Schoutambt Vollenhove, Barsbeek: Wycher Goos enTrijntje Harms; kinderen boven 10 jaar: Gosen; inwonenden enkostgangers Peter Gerrits, bij hem onderhouden.Uit het tweede huwelijk van Trijntje Herms:Gosen.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Albert, ged. 26-12-1704 (in het Klooster).2. Merretje, ged. 29-8-1706 (in Barschop), tr. Gerrit EvertsSchaart, ged. Vollenhove 27-12-1696, wonende te Barsbeek en teQuadoelen, overl. 29-4-1747, zoon van Evert Hulsebos en TrijneSchaart.3. Trijntje (= nr. 1191).4. Femmetje, ged. 19-6-1711 (op ‘t Zwolle).5. Harmina, ged. 15-5-1715 (in het Klooster), overleden 16-7-1770,tr. Meilof Jans Tuin, ged. Vollenhove 27-11-1712, wonende teQuadoelen, overleden op 6-7-1771, zoon van Jan Hendriks en KlaasjeMeilof Tuin.6. Annigje, ged. 23-10-1718 (in Barsbeek), overleden Vollenhove 3-3-1780, tr. (1) Egbert Jans Vis, ged. Vollenhove 18-10-1705,wonende te Barsbeek, overleden 20-6-1764, zoon van Jan Egbers Visen Hendrikje Kiers.6. Albert, ged. 19-3-1721.2392. Albert Meijlof, ged. Beulake 24-2-1675, turfboer, overl. v. 1732,tr. (1) Beulake 15-12-1704 Neeltje Pieters, tr. (2) Beulake 17172393. Grietje Harms Stam.2394. Egbert Jochems Huisman, tr.2395. Marrigje Frantzen.2396. Wolter Vasten, ged. Beulake 4-4-1687, tr. Beulake 15-1-17122397. Lammigje Jans Wind.2398. Hendrik Ziel, ged. Beulake 25-11-1688, tr. Beulake 21-11-17162399. Hilligje Berends.


2400. Hans Klaver, tr.2401. Jentje Roelofs.2402. Symen Sanders Sok, tr.2403. Nelligje Luiten de Lange, overl. v. medio augustus 1748.Volkstelling 1748, Schoutambt Wanneperveen, Westerkluft. (nr.1625): Symen is weduwnaar.Mogelijk voorgeslacht: Sander Jans Sok, overl. Beulake 1660, tr.Beulake ca. 1630 Clara Peters, geb. 1604, overl. Beulake 5-1663.Kinderen van: Jan Sok, overl. v. 1631, tr. Anna Harms, overl.Beulake 1645, zij tr. (1) Gerrit NN.N., tr. (3) Arent JansBrabander. Clara Peters is een dochter van Pieter Adriaensz., geb.Delft, steenhouwer.2412. Gerrit Roelofs Knobbe, ged. Zwartsluis 2 of 9-12-1677 1027 ,veenbaas, overl. najaar 1748-voorjaar 1749, tr. Giethoorn5-11-16992413. Annigje Jans.2416. (?) Hendrik (Gerrits?) Stam, tr. (R.A. Wanneperveen) Wanneperveen30-7-17172417. (?) Aaltje Lassche.Van der Linde (zie fam. Stam) noemt dus deze Hendrik Stam. Hij zouheel goed, gelet op de tijd en de vernoeming de vader van KlaasHendriks en de broer van Marrigjen Gerrits Stam kunnen zijn. Naderonderzoek!2436. Jan Berends Hofman, tr. Vriezenveen 16902437. Armken Egberts.Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Jennegjen, ged. 1702.2. Hendrik (= nr. 1218).3. Jennegjen, ged. 1704.4. Egbert, ged. 1709, tr. Berendjen Rutgers.2440. Lukas Warners Boshoven/Bolshoven, (o)tr. Vriezenveen 11/21-9-17002441. Geesje/Geertje Jaspers.Vindplaatsen volgens Jonker: XXII 35 en XXV(I?) 71. Mogelijk washij afkomstig van de Bulshoeve. Een erf met die naam lag in detegenwoordige woonwijk Aalderinkshoek te Almelo. Nog altijdbestaande restanten van het Zwarte Laantje voerden in betere tijdennaar een aantal erven, waaronder de Buls- of Bo(l)shoeve.Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Werner, ged. 1702.2. Stientje, ged. 1705.3. Jan (= nr. 1220).4. Werner, ged. 1713, tr. Fenneken Berends.2442. Hendrik Grobben, tr.2443. Geesje Jansen .2444. Berend Harmsen Berkhof, overl. v. 9-4-1740, tr. Vriezenveen2445. Jennigje Berends Faijer.Vindplaatsen volgens Jonker: XXIV 33 (mog.53); XXVI 51 (mog. XXV151): heeft mogelijk te maken met de bepaling van zijnoverlijdensdatum.Uit dit huwelijk (allen ged. Vriezenveen):1. Albert, ged. 1709.2. Albert (= nr. 1222).


3. Henrickjen, ged. 1712, tr. Lambert Harms Spijker.4. Aaltjen, ged. 1714.5. Hermen, ged. 1716, tr. Aaltje Jansen.6. Gerrit, ged. 1719.7. Aaltje, ged. 1721.2448. Jan Derksen Mollink, (o)tr. Hellendoorn 26-6-1701, tr. Den Ham2449. Maria/Marrytje Jans Camphuis.Bij het huwelijk: Jan Derkzen, jongman te Mollink en MarrytjenJanss jongedogter te Camphuis, beyde te Daarle [getrouwd te] DenHam.Uit dit huwelijk:1. Grietje, ged. Den Ham 24-5-1706 (Jan Derks op Mollinck te Daerleeen kint).2. Hendrikjen, ged. Hellendoorn 10-6-1708 (Jan Mollink te Daarle).3/4. Derk en Hendrickjen, ged. Den Ham 21-2-1712 (Jan Derks opMollinck te Daerle twee kinderen genaemt Derk en Hendrickjen).5. Derk, ged. Den Ham 2-7-1713 (Jan Derksen op 't Mollinck teDaerle een kint).6. Hendrikje, ged. Den Ham 7-2-1717 (Jan Mollink te Daerle).2450. Pauwel Roelofs Geeligs, overl. Wierden na 2-12-1734, (o)tr.Wierden 23-1/21-02-16862451. Jenneken Jansen.Pouwel Roelofs komen we vrijwel uitsluitend in de DTB tegen endaarin nooit met de naam Geerligs: die ziet men pas bij zijnkinderen. Zijn dochter Janna wordt af en toe van Geerligs genoemd.in 1694 en 1701 wordt Pau Geerlichs vermeld als pauper. In 1748wordt de katerstede van zoon Hendrik Geerlighs vermeld. Uit hetvuurstedenregister van 1751 blijkt dat de eigenaar in 1682 eveneenseen Hendrik Geerlighs was, waarvan de relatie met Pouwel Roelofsnoch met zijn vader Roelof Pauwels duidelijk is.Uit Gens Nostra 1996.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Wierden):1. Roelof, ged. 13-6-1686.2. N.N., ged. 18-11-1688.2452. Berent Westerick alias Berent Jansen Velthuis, geb. Wierden ca.1669, tr. (1) Wierden 3-4-1699 Harmine Frericks Westerick, (o)tr.(2) Wierden 13-2/13-3-17072453. Wilmken Roelofs Bockdam.Uit het tweede huwelijk:1. Hermanna Westerink, geb. Rijssen 27-11-1707.2. Lambertus Westerink, (= nr. 1226).3. Rudolphus Westerink, geb. Rijssen 1-9-1709.4. Euphemia Westerink, geb. ca. 1711, tr. ca. 1736 met BernardusBerckelman.5. Margaretha Westerink, geb. Rijssen 27-3-1712, (o)tr. Wierden 28-121730/28-1-1731 Joannes Heerdink, geb. Rijssen 7-2-1706, zn. vanHendrik Janssen Heerdink en Theodora Ariaans Berckelman.6. Joannes Westerink, geb. Rijssen 30-9-1714, (o)tr. Wierden/Delden6/31-3-1748/24-3/19-4-1748 Bernardina Spoeler/Ten Spoolder, geb.Deldenerbroek 22-10-1724l, dr. van Berend Schulten Oosterhof(Spoolder) en Hermina Spoolder.2454. Hendrik Hendriksen van Helderen in Scholten/Schotten Schoppe, tr.Wierden 13-2-17122455. Berentien Evers.


Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Wierden):1. Maria, ged. 11-11-1712.2. Maria, (= nr. 1227).2460. Willem Lamberts, geb. voor 1670, tr.2461. Henrickjen Coertsen , geb. voor 1670.Hendrikje is mogelijk een zus van Geesjen Coertsen (= nr. 2463). Indat geval is Coert Geertsen, geb. voor 1640, ook haar vader.Uit dit huwelijk (allen ged Wierden:1. Lambert, ged. 28-5-1688.2. Lambert, ged. 14-12-1690, (o)tr. Wierden 14-3/28-4-1716Lubbigien Hendriks, dr. van Hendrick Derks.3. Hermen, ged. 5-11-1693, wordt genoemd in de volkstelling van1748, (o)tr. Wierden 1/30-04-1719 Jenneken Jans, (o)tr. (2)Vriezenveen/Wierden 12-8/2/21-9-1753 Berendina Kosters, ged.Wierden 16-10-1718, dr. van Roelof Kosters en Elisabeth Eshuis.4. Hermken, ged. 22-12-1695.5. Coert (= nr. 1230).6. Jenneken, ged. 16-10-1701, (o)tr. Wierden 9-4/17-5-1722 EgbertHendriks ter Stal, ged. Wierden 3-11-1697, zn. van Hendrick Janssenter Stal en Jenneken Hendriks.7. Jan, ged. 13-7-1704.2462. Gerrit Stockers, geb. voor 1660, burgemeester (Wierden?), tr.Wierden 6-10-16952463. Geesjen Coertsen , geb. voor 1675, dr. van Coert Geertsen.2472. Gerrit Egberts Smid/Smit 1028 , overl. v. 10-2-1720 1029 , tr.2473. Gerritje Bartelds.Dit echtpaar wordt op 20-7-1684 vermeld in het doopboek vanWierden. Een Gerrit Egberts wordt in 1682 genoemd als diaken 1030 .In 1686 verzoekt de predikant van Wierden om vrijstelling van debetaling van de schoorsteengelden voor o.m. Gerrit Egberts Smit,vanwege ‘slechte staat’. In het oorspronkelijke kohier uit 1682staat bij de Smit: daarbij wonen een paar arme oude luiden. Ook in1694 wordt de Smit nog vermeld als pauper, maar in 1701 wordt hijaangelagen voor 10 stuivers. Het is overigens niet duidelijk, wiede Smit is: Gerrit of zijn zoon Bartelt. In 1751 woont BerentKoster in het pand dat in 1682 door de Smit werd bewoond. Eigenaaris dan de kerk van Wierden.2474. Henrick Arents Ipeloe 1031 , ‘uit Rekdim’ 1032 , ged. Rijssen 24-6-1649,overl. tussen 3-6-1668 1033 en 10-10-1670 1034 , otr./tr. Rijssen/Almelo20-10/17-11-16672475. Hadewich Henricks Godtschalck (alias Hadewich in 't Schuijtie 1035 )(= nr. 3265), ‘weduwe Adam Ostendorp toe Almelo’ 1036 , overl. tussen4-12-1671 en 6-7-1674 1037 , tr. (1) voor 10-12-1656 1038 Adam (van)Oostendorp (= nr. 3264)Van haar broers en zusters koopt het echtpaar in 1669 ‘hetSchuijtien’ met de brouwerij, op voorwaarde dat GodtschalckHendricx c.s. de brouwerij mocht gebruiken om bier te brouwen voorde eigen huishouding, maar niet om door te verkopen aan tappers.Dit heeft geleid tot onduidelijkheden, met een rechtszaak alsgevolg 1039 .Blijkbaar is het Schuijtien niet definitief in Hadewichs bezitgekomen, want in 1678 verkopen Jan Roelofs, de weduwe GeseStockelers, Godtschalck Henricx met zijn huisvrouw Geertien Jansen,Willem Wildemans met zijn huisvrouw Fenneken Henricx en Lambert


Braakman als momber over Hermcken Henricx (= nr. 1236), dochter vanwijlen Henrick Ipelo en zijn hun ouderlijk huis, genaamd ‘hetSchuitjen’, alsmede de stalling en brouwerij met bijbehorendegrond 1040 .2476. Hermen Knouff, vermeld 1690 1041Ook in het Huisarch. Almelo zijn er diverse vermeldingen van eenHermen Knoef. Mogelijk gaat het hier om een voorvader. Uit devermeldingen -lopend van 18-3-1555 tot 24-6-1578- valt in iedergeval op te maken, dat deze Hermen Knoeff/Knueff getrouwd was metGrete en een natuurlijke zoon had, Albert genaamd. Herman had eenbroer, Lubbert.2496. Harm/Hermen Derks Smit/van der Heino, tr.2497. N.N.Hermen van der Heino heeft een blijkens een akte 1042 een tweetalneven: Berents Zwiers Taschart, man van Aaltje Kremers, en SwierLucassen. Mogelijk geven hun namen aanwijzingen over zijnvoorouders.Uit dit huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Geertjen, ged. 25-1-1711.2. Derk (= nr. 1248).3. Jan Arents, 12-8-1714.4. Berent, ged. 16-8-17165. Jannes, ged. 1-1-1719.?6. Geurt, ged. 1-1-1719.?7. Hendrik, ged. 18-5-1721.2498. Jan Assies Oldenzeel, overl. na 10-4-1775, tr. (1) N.N., tr. (2)2499. (?) Hendrikjen Gosen Oldenzeel, overl. v. 10-4-1775.Als het om dezelfde Jan Assies gaat, die dus twee keer gehuwd isgeweest, dan moet hij in ieder geval stokoud geworden zijn.Voorzichtigheid is geboden. Op basis van de vernoeming, durf ik destelling aan, dat de dochter Grietje uit het eerste huwelijkidentiek is aan Grietje Jans (= nr. 1249). Nergens blijkt datHendrikje de moeder is van Grietje.Op 11-5-1724 1043 wordt Jan Assies genoemd als echtgenoot vanHendrikjen Gosen, dochter van Gosen Hendriks Oldenzeel. Het gaat omeen akte van overdracht door Joan Westenberg als advocaat vanRoelof Telvoren en Jan Woelderink, beiden te Zwolle. Zij dragenover aan Gosen en Jan Assies een gedeelte uit het erf Rosendaal teNoordmeer dat Gerrit Hermsen Schultink heeeft bezeten. Er blijkt op9-2-1724 een executoriale verkoop geweest te zijn.Op 31-7-1733 1044 dragen Jan ten Kotte en zijn vrouw Lubbigje Berendsdrie schepel gezaai, met een stukje hooiland genaamd het Eindensover aan Jan Assies Oldenzeel en Hendrikje Gosens.Op 15-4-1735 wordt Jan Assies tot voogd benoemd over zijn nichtje,Hendrikje Gerrits, dochter van zijn broer Gerrit Assies en diensoverleden vrouw Henrickien Lefferts. Gerrit Assies is nu hertrouwdmet een hier niet met name genoemde vrouw.Drie jaar later blijkt zij ook overleden te zijn. Haar naam isHendrikje Wolters, want op 25-7-1738 wordt een akte vanhuwelijkscontract en een maagscheid opgemaakt. Gerrit trouwtopnieuw een vrouw met dezelfde voornaam, namelijk Hendrikje Jansen.De bruid is afkomstig van het Vreulink te Bestmen en zij wordtgeassiteerd door Wijcher Buitenhelt. Ook uit het tweede huwelijkblijkt er een dochter te zijn, Swaentje Gerrits. Tot voogden overhaar worden benoemd zijn broer, Jan Oldenzaal en Hendrikje Gosens.


Volkstelling 1748 te Noordmeer: Jan Oldenseel en vrouw HendrikjeGosen. Drie kinderen boven de tien jaren: Jannigje, Asse enTrientje. Inwonend: Hendrik Assies, 1 scheper, Hendrik Jansen en 1kind, Gerrit Alberts, ‘dat van de Diakony bestaet’.Op 2-10-1761 sluit Asjen Jans Oldenzeel een hypotheek af, tengunste van de minderjarige kinderen van Hermen Koster,vertegenwoordigd door hun voogd Thomas ten Cate, van Almelo. Alsonderpand geeft Assien Jans het erve Oldenzeel, met grove en smalletienden uit het erf Moordmerink, tevens de bloedtiende en vier mudrogge sloptiende, beide uit Mink Jans plaatsje. Zijn ouders stellenzich in deze akte borg voor hem.Op 10-4-1775 1045 wordt een akte van contract en alimentatieopgemaakt tussen Jan Assies op Oldenzeel, man van de overledenHendrikje Gosens en hun zoon, Asse Jans en zijn vrouw Janne Geerts.Zij krijgen alle roerende en onroerende goederen en in ruildaarvoor moeten zij hun (schoon)vader tot zijn dood onderhouden.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Den Ham):1. Jennigje Jansen, tr. Herm Jansen, alias Camp Hermen.2. Aaltjen, ged. 28-3-1705, tr. Derk Jansen (alias Derk Jan Assiesof Derk Jan in ‘t Laar in het kerkdorp Den Ham).3. Greetje Jansen, ged. 28-1-1708.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Den Ham):4. Jennigje, ged. 15-3-1720.5. Seute, ged. 7-2-1723.6. Asse, geb. 1726, ged. 19-4-1726, tr. Janna Geerts.7. Trijntje, ged. 12-11-1730.2504. Jan Alberts Reurink, tr.2505. Maria van Essen, ged. Steenwijkerwold 5-6-1701.Waarschij<strong>nl</strong>ijk had Jan een broer, Volker Alberts Reurink. Die komtop als zodanig voor in de registers van een particuliereleenkamer 1046 . Daar worden ook genoemd Hielkje of (later ookGrietje) Volkers en haar man, Klaas Luitjens. Zij krijgt iets vanhaar overleden broer, Albert Volkers, die op zijn beurt werdbeleend na het overlijden van hun oom, Jan Alberts. Het lijkt erop, dat Hielkje/Grietje en Albert Volkerts kinderen waren vanVolkert Alberts Reurink, die een broer Jan Alberts Reurink had.Albert JansenFolckert, ged. Steenwijkerwold 3-9-1687, ouders: Albert Jansen enN.N.Folckert Alberts, tr. Steenwijkerwold 22-4-1714 (als Volken AlbersRurink, j.m. van Steenwijkerwold Jantien Egbers, j.d. vanBlesdijke.Uit dit huwelijk:1. Hijllekien, ged. Steenwijkerwold 5-5-1715, ouders: FolckerAlbers en N.N.2. Albert, ged. Steenwijkerwold 7-3-1717, ouders: Folcker Albers enN.N.3. Grietjen, ged. Steenwijkerwold 15-2-1722, ouders: Folcker Albersen N.N.2524. Leffert ten Hofte2526. (?) Jan ten Westendorp, (o)tr. Haaksbergen 3/25-7-17062527. (?) Anne Schrotmans.Hij is bij huwelijk een zoon van ‘Jan op de Rijt’, zij een dochtervan Willem Schrotmans. Deze ouders gekozen op basis van dedoopdatum. Nader onderzoek.


2560. Wilhelmus van Haeff, geb. ca. 1620, rentmeester van de stad Goch,overl. na 1685, tr.2561. Anna Cryfs, overl. na 1700.Gegevens waarschij<strong>nl</strong>ijk te Goch.2564. Derck van den Weijenbergh, overl. v. 10-5-1674, tr.2565. Catharina/Trinneken Linders/Leenderts Ebben, overl. v. 2-8-1713,tr. (2) v. 10-5-1674 Laurens van Berchom, overl. v. 2-8-1713.9-2-1640: Baltus Jacobs en Derick vande Wijenberch als mombers vande onmondige kinderen nagelaten door wijlen de echtelieden Reijndervanden Broeck den alden en Sibilla Jacop Aelboutsdochter enReijnder vanden Broeck den jongen voor zichzelf en als momber vanhet onmondige kind nagelaten door Hanrick Reijnders vanden Broeckverwekt bij Rijxken zijn huisvrouw, transporteren aan deechtelieden Peter van Berchom en Geritien, een stuk hooi- ofweiland genaamd de Mars, van weerszijden grenzend aan de gemeijneberch 1047 .Op 13/26-6-1679 is er een ‘erfmaegescheijt’ tussen Laurens vanBerchom en Catarina Ebben 1048 . Zij is dan dus hertrouwd en er wordteen verdeling gemaakt met de kinderen uit haar eerste huwelijk, metDerk van den Weijenbergh. Aanwezig zijn dan: Leonarda van denWeijenbergh en haar man, Derk Aertsen en de twee momboiren over deoverige vier kinderen van Derck van den Weijenbergh en CatharinaEbben. Er is onder meer sprake van een inventarisatie van 22-11-1675. Op 10-5-1674 zijn er huwelijkse voorwaarden opgemaakt tussenLaurens en Catharina. Het bezit van de familie staat omstandiggenoteerd, daaronder ook de vermelding dat er goederen zijnaangekomen van Jan van den Weijenbergh (er is onder meer sprake vaneen huis met hof en een brouwerij, die men in 1713 de hofstad ‘ DenSpijcker’ heet; het gaat zonder twijfel om een eerdere generatie).Aansluitend is er sprake van een akte van 2/3-8-1713 (fol. 236 en290). Dan is Catharina Ebben overleden en haar erfgenamen worden inde akte genoemd: Jacobus van den Wijenbergh en zijn wederhelft,Mechteld van Leunen, Leonora van den Wijenbergh, weduwe vanTheodoor van den Middegael (gesterkt met haar zoon, Hermanus, en demombers over haar andere kinderen), Barthelomeus Verborcht,scholtus te Grubbenvorst en secretaris te Horst, man van Wilhelminavan den Wijenbergh en ten slotte zijn aanwezig Johan Crebber enzijn huisvrouw, Egberdina van den Wijenbergh. Aanwezig zijn ook dekinderen uit het tweede huwelijk van Catharina Ebben: Peter vanBerchom, advocaat voor de Raad van Brabant te ‘s-Gravenhage, enzijn vrouw, Hermina Zeelen, Ludovicus Emondus Roeffs, scholtus vande Heerlijkheid Well en zijn vrouw, Theodora van Berchom.Bij de scheiding wordt het gehele (omvangrijke) bezit in twee delengesplitst. Het eerste lot gaat naar de kinderen Van Berchom-Ebben,het tweede naar de kinderen Van den Wijenbergh-Ebben. Daarbij isook sprake van bezit ‘op den Wijenbergh’, zodat de familienaameenvoudig te verklaren is als een geografische aanduiding. De akteis overigens geschreven door de landschrijver Jacobus van denWijenbergh.Mogelijk voorgeslacht:12-2-1604: de echtelieden Jan vanden Wijenberch en Willemkentransporteren aan Arnt Palinck en Alitken zijn huisvrouw een stukteulland, eertijds toebehoord hebbende aan de kinderen van GeritKrimpen 1049 .6-9-1620: Jan Goossens van Wijenberch heeft commerslach gedaan aanalle goederen van Kersten Verblackt 1050 .


20-04-1629: Jan vanden Wijenberch als man en momber van Willemkenzijn huisvrouw, dochter van Jan Ebben zaliger alsmede Jan Brienenzoon van Jan Ebbens zoon (=kleinzoon) hebben zich doen i<strong>nl</strong>eiden inde te Vorthem gelegen goederen, die Jan Hanrijcx, Willem Heijtracxen anderen in pacht hebben van jonker Godert van Erp. De goederenzijn hun door voornoemde Jan Ebben nagelaten. Hiervan is berichtgegeven aan jonker Godert van Erp als gemachtigde van de kinderenvan Wolter van Stalbergen 1051 .25-03-1632: Copie van testament gemaakt door de echteliedenReijnnier vanden Broeck en Elizabeth Aernts, nu inwoners vanVierlingsbeek. Zij willen in de kerk of op het kerkhof vanVierlingsbeek begraven worden volgens hun stand. Zij legateren aande huisarmen aldaar 2 malder rogge op elk van hun beidermaandstond, tot reparatie van den hoogen altaer 12 gulden eens ende pastoor krijgt een rijksdaalder. Aan haar naaste erfgenamenvermaakt Liebeken de huisvrouw 2 malder rogge, tussen hen allen teverdelen en verder niets. Dit o.a. omdat zij testatrice hebbengeaffronteerd in het verkopen van haar goederen te Heuckelumgelegen en deze verkoop hebben willen verhinderen. De echteliede<strong>nl</strong>egateren aan Reijnner, de zoon van testateur, een stuk land aanhet Hullender gelegen en aan testateurs dochters Neesken enCatharina samen een stuk land, genaamd die Voirste Montel, voor huntrouwe dienst. Deze kinderen zullen daarna gelijk met hun anderebroers delen. Testatrice legateert aan de zoon van Jan Rovers,Nelis genaamd en vernoemd naar haar voorman 50 gulden, te ontvangenvan zijn vader, in mindering op wat deze testatrice schuldig is.Aan een jonge zoon van Jan Bantz koster te Zevenum ook genaamdNelis legateert testatrice 10 gulden. Verder vermaken zij alles aande langstlevende en na hun beider dood aan de kinderen enerfgenamen van Reijnnier vanden Broeck testateur voorschreven. Hettestament wordt ondertekend door Reijnner vanden Broeck, JohanDecker pastoor van Vierlingsbeek mede namens Liebeken Aerts,landschrijver Gerart Claessen Crebber, Jan op den Wijenberch, AerntHenricx, Dirck van Langen en Jacob Janssen schepenen 1052 .11-6-1636: Jan vanden Wijenberch heeft commerslach gedaan aan allegoederen nagelaten door wijlen Reijnder vanden Broeck. Hiervan isbericht gegeven aan Arnt Hanricx en Goessen Lovendael die denagelaten goederen in gebruik nemen 1053 .Uit het huwelijk tussen Derk van den Wijenbergh en CatharinaLeenderts Ebben (in ieder geval, volgorde niet geheel duidelijk,allen ged. Vierlingsbeek (maar niet alle dopen zijn overgeleverd):1. Jacobus (= nr. 1282).2. Leonarda/Leonora, tr. v. 13-6-1679 Theodoor van den Middegael 1054(ook: Derk Aertsen).Leonarda Wijenbergh is op 22-4-1677 getuige bij de doop vanCatharina, dr. van Joannes Goossens en Aldegunda Linders.Zij komt op 29-1-1714 in een akte te Cuijk voor als weduwe 1055 .3. Wilhelmina/Wilmken, ged. 29-9-1658 (ouders: Derck Wijenbergh enTrienike, getuigen: Peter Jans, Neeske Jans).2. Henderske, ged. 30-11-1661 (ouders: Derck Wijenbergh, Trijneke,getuigen: Jan de Hoogh, Meritje Linders).3. Joannes, ged. 13-12-1665 (ouders: Derck van de Wijenbergh,Trineke, getuigen: Hermen Alards, Nilliske Aarts).4. Henricus, ged. 3-3-1669 (ouders: Theodorus van Wijenbergh,Catharina Linnaarts, getuigen: Henricus van de Wijenbergh, MathiasFranse, Henrica Linnaarts).5. Egberdina, ged. 8-2-1671 (ouders: Theodorus van de Wijenbergh,Catharina, getuigen: Godefridus van de Staij, Elisabeth vanWijenbergh), tr. Johan Crebben 1056 , overl. v. 15-9-1715.


Egberdina van den Wijenbergh leeft nog als weduwe op 15-9-1715,wanneer haar kinderen ook namens haar bezit te Cuijk verkopen 1057 ;Overigens komen zij te Cuijk veel vaker voor in de archieven.Uit het huwelijk tussen Laurens van Berchom en Catharina LeendertsEbben (allen ged. Vierlingsbeek):1. Petrus, ged. 15-5-1675 (ouders: Laurentius van Berchom,Catharina Wijenbergh, getuigen: Guilielmus Liefkens, MariaLenardts), tr. Hermina/Hermana Zeelen, overl. Vierlingsbeek 24-4-1738.2. Theodora, ged. 22-11-1676 (ouders: Laurentius van Berchom,Catharina, getuigen: Wilhelmus Liefkens, Maria Linders).2566. Thijs/Mathias van Leunen, schepen van Vierlingsbeek, tr. v.4-12-16412567. Metgen/Metta/Mathia Peters (alias Handricks).Op 4-12-1641 komen Arnt Jacobs en Jenneken, zijn huisvrouw; Thijsvan Leunen en Metgen, zijn huisvrouw; Thijs maakt zich ook sterknamens de kinderen van zijn overleden broer en schoonzuster,Goossen van Leunen en Jenneken; ook in die rol zit Johan Suermontsen Peter Claessen, ‘scholtissen’; Jan Versleijen en Jenneken, zijnhuisvrouw. Zij dragen een kamp land over te Sambeek 1058 .Thijs is een man met aardig wat bezit en besognes.20-2-1664: Nillis Willems Timmerman, jonckman, aan de SambeekseHoek, verklaart geleend te hebben van Thijs van Leunen & Metta e.l.uit Groeningen, een som van 400 Carolus gulden, Graeffsche valeut,tegen 5%, te betalen op 1 maart 1665 enz., met een ¼ jaar opzeg.Als onderpand: huis, schuur, bouw- en weiland aan de SambeekseHoek, gekocht van de erfgenamen van Jan Geerits Heghmans, groot 14mergen vrij erf behalve jaarlijks 2½ malder rogge Graefse maeteerfpacht 1059 .Op 13-5-1668 koopt Thijs van Leunen, wonende te Groeningen onderVierlingsbeek te Sambeek goederen van een zekere Nillis Willems 1060 .Op 30-5-1668: Thijs van Leunen uit Groeningen, heeft eengerechtelijke commerslag gedaan tot een maal, twee maal, drie maalen vier maal over recht met gerecht en vervolgens gepand op deerfelijke goederen toebehorende aan Nillis Willems in de SambeekseHoek, wegens 400 gulden plus intrest en kosten. 1668 juni 23.Transfixbrief: Thijs van Leunen heeft zich doen i<strong>nl</strong>eiden in zijngewonnen goed etc. 10612576. Assuerus/Sweer Thijssen (ook: Sueris Mathijse), (o)tr. Sambeek21-1/7-2-16572577. Beatrix Willems Brienen.Kinderen: (mondig): Hendrik, Brien, Reynder, Jan Sweeren. Onmondigekinderen: Willem, Thijs, Gerardt, Lijsbeth. Marij en WendelSweeren.Christiaan Sweeren, j.m. van Vierlingsbeek, tr. Vierlingsbeek 2/29-2-1687 Anneke Hendriks, j.d. van Vierlingsbeek.4-1-1698: Hendrik Sweeren als last en procuratie hebbende van zijnbroeder Brien Sweeren (Doesburgh, d.d. 05-08-1697), ReijnderSweeren en Jan Sweeren, allen kinderen en erfgenamen van SweerThijssen en zijn huisvrouw Beatrix Willems zaliger, item LambertWillems aangetrouwd oom als momboir van de verdere onmondigekinderen m.n. Willem, Thijs, Aert, Gerardt, Lijsbeth, Marij enWendel Sweeren (octrooi ambtman, d.d. 07-06-1697), verkopen aanHendrik Zeelen en Catharin Cuijpers zijn huisvrouw, een huis,schuur en hofstad moeshof en land te Vortum gelegen, oost- en


westwaarts grenzend aan de gemeene straten. Zie ook akte 102 t/m106.Daarna verkopen ze aan Jan Verhaagh twee stukken bouwland teVierlingsbeek aan de Beekbroeken gelegen.<strong>Vervolg</strong>ens aan Martijn Baltussen en Gerartjen Derckx zijn huisvrouween hooicamp te Vierlingsbeek genaamd de Lijspasch.Daarna verkopen ze aan Geurt Verhees en Neesken Ebben zijnhuisvrouw, een stuk bouwland te Vierlingsbeek, genaamd denVinckennest, zuidwaarts grenzend aan de Holtheesche Steegh.Dan aan Willem Lamberts een stukje hooiland aan de Maas teVierlingsbeek gelegen en aan Jan Verhaagh, een weicamp teVierlinxbeek genaamd de Gijsh, westwaarts grenzend aan de MullumseBerg 1062 .17-2-1699: de erfgenamen van Henderske Thijssen zaliger, m.n.Huijbert Jans en Altjen Tijssen zijn huisvrouw, Claas Swijen medenamens zijn huisvrouw Hilleken Jans en zijn zwager Jan Jans, DerkAerts en Marij de Bruijn zijn huisvrouw, Hendrik Spronk en DeriskenAerts zijn huisvrouw, Jacob Everts en Lijsbeth Aerts zijnhuisvrouw, Frans Jans en Wendel Aerts zijn huisvrouw, MichielWillems als momboir van het onmondig kind van Tijsken Aertszaliger, Tijs Sweeren, Willem Sweeren mede namens zijn huisvrouwLuijtjen Peters, Hendrik Sweeren mede namens zijn huisvrouw AgnesPits, Jan Sweeren en Aert Sweeren, de laatste 5 mede namens hunonmondige broeders en zusters , met als momboir Lambert Willems(Heumen octrooi ambtman, d.d. 07-06-1697), mede namen hun zwager enzuster Jan Michiels en Lijsbet Sweeren, Laurens van Berchom alsgevolmachtigde van de weduwe en kinderen van Mathijs Schilt,Lijntjen Hendrix weduwe van Derk Tijssen geassisteerd met JanAerts, verkopen aan Tijs Jaspers Lovendaal en Johanna Smits zijnhuisvrouw, een huis en hofstad gelegen te Vierlingsbeek, genaamd deHuth, met het aangelegen land, noordwaarts grenzend aan deHerstraat. Zie ook de akten 132 en 133.Daarna verkopen ze aan Johan van Overschij en Trijneken Hendrixzijn huisvrouw een stuk bouwland te Vierlingsbeek in het MackerVelt gelegen.<strong>Vervolg</strong>ens verkopen ze aan Kerst Gijsberts en Jenneken zijnhuisvrouw een stuk bouwland te Vierlingsbeek inÆt Staetse Veltgelegen, oostwaarts grenzend aan den Staatsen Wegh 1063 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sambeek);1. Britius, ged. 24-11-1657 (ouders: Assuerus Thijsen en BeatrixWilms), getuigen: Lamert Wilms, Geesken Paelings, JennekenThijssen.2. Matthias, ged. 4-10-1659 (ouders: Siber Thijssen en BeatrixWilms), getuigen: Arnoldus Derickx (van Lienden), Anna Wilms.3. Henricus, (= nr. 1288).4. Elizabetha, ged. 11-3-1667 (ouders: Assuerus Thijssen en BeatrixWillems), getuigen: Cornelius Jacobs, Henrica Thijssen.5. Rijnerus, ged. 6-5-1669 (ouders: Assuerus Thijssen en BeatrixWilms), getuigen; Joannes Eckers, Joanna Thijssen.6. Joannes, ged. 25-12-1670 (ouders: Assuerus Tijssen en BijtienWillems), getuigen: Rudolphus Coene, Joannes Hermers, TijskenTijssen, Mari Arts.Jan Sweeren tr. (1) Sibilla Reijners, tr. (2) Geertruida Peters 1064 .Jan Sweeren en Geertruida Peters kopen op 21-8-1706 een stuk (9mergen) bouw- of weiland "De Galgenkamp geheten' .Het echtpaar verklaart op 21-6-1707 geld schuldig te zijn.Onderpand is hun huis c.a gelegen aan de ?mierbreste (onduidelijk)Op 30-4-1710 is sprake van de kinderen van wijlen Jan Sweer. Hethuis uit de vorige akte wordt weer genoemd, het ligt aan op hetElderom aen de `gemeijne bieste' (o.i.d.).


7. Arnoldus, ged. 6-11-1672 (ouders: Assuerus Tijssen en BeatrixWillems), getuigen: Bernardus Daemen, Henricus Jans, GerardaLammers, Catharina Scheefbecks.8. Maria, ged. 23-1-1675 (ouders: Assuerus Tijssen en BeatrixWillems), getuigen: Gerardus Tijssen, Catharina van Beijsen, ArienJanssen.9. Wendelina, ged. 26-5-1680 (ouders: Assuerus Tijssen en BeatrixBrienen), getuigen: Matthias Hendrix, Gertrudis Haesen, overl. na4-10-1760, tr. Mathijs Thijssen 1065 .4-10-1760: Wendel Sweeren weduwe Mathijs Thijssen en haarnakomelingen <strong>nl</strong>. Leendert Thijssen en Eerke Simons e.l.,GerritThomassen als gelaste van Jan Thijssen en Christina Companje e.l.(volmacht voor notaris Hendrik Jan van den Pavoor in den Bosch d.d.3 September 1760). Idem: Dirk Roeffen en Thomas Peters alslasthebbers van Maria Roeffen weduwe Matthijs Thijssen en haar 2dochters Adriaana en Johanna Thijssen, Hermen Jacobs als gelastevan Jantje Jacobs weduwe van Peter Thijssen (volmacht voor hetgerecht van Boxmeer d.d. 30 Juni 1755),nog Jan Ernst en BeatrixThijssen e.l., Johanna Alberts weduwe van Dirk Thijssen,geassisteerd met haar zwager Leendert Thijssen als voogd over haarminderjarige kind bij Dirk Thijssen en gemunieerd met toestemmingvan de magistraat en weeskamer van Grave d.d. 2 September 1760 entenslotte Dirk Jans en Mechteld Minten e.l. de laatste eerst weduwevan Daniel Thijssen en nu weer hertrouwd met genoemde Dirk Jans,geassisteerd door Gerrit Thomassen en de voorheen genoemde LeendertThijssen als voogden over haar minderjarig kind bij Daniel Thijssenen bovendien voorzien van de toestemming van de Ambtman van hetLand van Cuijk d.d. 28 Augustus 1760 en met de genoemde autorisatieen 2 volmachten hebben verkocht aan Gerrit Jans Ebben schepen vande Dingbank van Beers: een huis, klein huisje en 2 moeshoven bij deRoomse pastorie te Cuijk, palende Oost: Landschrijver van Hoijtema;West: de gemene straat; Zuid: de Roomse pastorie en Noord: degemeente, idem: bouwland onder Cuijk 1066 .10. Willem.Kinderen van Willem verkopen op 14-10-1745 bezit te Sambeek 1067 .2586. Henricus van Os, tr.2587. Aldegonda Hendrix.2588. Johannes/Jan Tilmans Vermaes/Vermasen, armmeester van Sambeek(1677), otr. Sambeek 17-1-16652589. Anna/Johanna Alardts Michiels, ged. Sambeek 17-10-1646.Bij de doop van Anna waren haar ouders: Alardus Michels en JoannaDericks. Getuigen: Wilhelmus Dericks, Gertrudis N.N.Joannes Vermasen is op 19-9-1697 aanwezig bij de doop van Gerarda,dochter van Joannes Michels en Wilhelma Jacops. Getuigen: JoannesTilmans Vermaesen, Balthazar Cremers, Petronilla Gerits, MechtildisLamers.Op 9-2-1677 is Jan Tilmans armmeester van Sambeek (als het niet denaamgenoot is, zie hieronder) 1068 .20-3-1696: Hendrick Alberts & Maria Huijberts e.l. dragen op aanJan Tilman Vermaesen & Anneken e.l. bouwland, groot 1 morgen 25roeden op het Herris Veldt aan den Kerckpath, vrij en onbezwaarderf. Voor 160 gulden. 40ste penning: 4 gulden, d.d. 18 maart 1668.Protocol van 10 december 1700 1069 .06-7-1696: Joffr. Sibbilla Evers, met volmacht van haar neefHermanus Weeren, gepasseerd voor het Gericht van de stad Emerick(d.d. 17 april 1696) draagt op aan Jan Tilmans Vermaesen & Annekene.l. weiland de Muelencamp, bij de Armen Camp en de Heghse Straet.


Voor 1240 gulden. 40ste penning: 31 gulden 1 stuiver, d.d. 10 juni1696. Protocol van 10 december 1700 1070 .Jan Tilmans Vermaesen en zijn huisvrouw Anneken kopen op 10-12-1700een stuk bouwland op ‘het Herris Veldt’ 1071 . De eige<strong>nl</strong>ijke aankoopwas overigens al in 1696, maar nu wordt de overdrachtgeregistreerd. In de akte daarna staat de aankoop beschreven doorhet echtpaar van ‘de Muelencamp’. Ook die aankoop was overigens alin 1696.Op 28-4-1707 koopt Jan van de deurwaarder Hermanus Swart bouwland‘aent haegel cruijs’ te Sambeek 1072 .Op 15-5-1709 koopt hij weer bezit te Sambeek 1073 .Op 7-2-1710 koopt Jan Tilmans Vermasen land aan in de Aembeten teSambeek 1074 .Op basis van de zeldzame voor- en familienaam worden deze oudersopgevoerd. Meer bewijs is absoluut noodzakelijk. Toch zijn er welaanwijzingen. Bij de doop van Tilmannus (2) wordt Anna Michielsvermeld. Zij komt later (bij de doop van Catharina, dochter van1292, op 20-12-1688) voor als doopgetuige. Ik vermoed dat Annaidentiek is aan Anna N.N., die als moeder opgevoerd wordt bij dedoop van een eerdere Tilmannus (1). Gees Jansen zou de moeder vanJohannes Tilmans kunnen zijn, omdat een Geesken de vrouw vanTilmannus Jans is bij de doop van Henrica komen getuigen voor metde familienaam Brouwers: Johannes Brouwers jr. en Anna Brouwers.Johannes is op 17-7-1689 getuige bij de doop van Henrica, dochtervan Raijnerus Hendriks en Gisberta Gerits.Het is oppassen geblazen, want er lijkt een naamgenoot voorhandente zijn, zie er de doopdata hieronder maar op na. Denkelijk is eenvan de twee nog een keer getrouwd.Uit het huwelijk tussen Joannes Tilmans en Joanna Peters (in iedergeval, allen ged. Sambeek:1. Tilmannus, ged. 7-6-1655 (ouders: Jan Tilmans en Johanna),getuigen Henrick van Rickelt en Geesje Jansen (zij is mogelijk deoma van vaderszijde; zie hieronder).2/3. Petrus en Henricus, ged. 18-3-1660 (ouders: Joannes Tilmans enJohanna Peeters), getuigen: Joannes Ansems, Elisabetha Tilmans.Nota: Op deze dag werd de vrede bekend gemaakt tussen de koning vanSpanje en Frankrijk in Brabant, Vlaanderen enz.Uit het huwelijk tussen Joannes Tilmans en Aldegundis Simons (inieder geval, allen ged. Sambeek):1. Petrus, ged. 31-1-1667 (ouders: Joannes Tilmans en AldegundisSimons), getuigen: Martinus Simons, Hendrica Tilmans.Uit het huwelijk tussen Jan Tilmans en Anna Michiels (in iedergeval, allen ged. Sambeek):1. Tilmannus, ged. 19-2-1666 (ouders; Jan Tilmans en AnnaMichiels), getuigen Theodorus Brouwers, Catharina Wolters.2. Henricus, ged. 27-10-1668 (ouders: Joannes Tilmans en AnnaMichils), getuigen: Godefridus Michils, Henrica Tilmans.2608. Gerrit Kersten?Hij zou identiek kunnen zijn aan de doopgetuige Gerardus Clabbers.Hij is op 2-2-1625 te Sambeek getuige bij de doop van Anna, dr. vanArnoldus Crefs en Gertrudis N.N. Getuigen: Gerardus Clabbers,Henneken N.N., Aleidis N.N. (de vrouw van Joannes de oliehandelaar)en de laatste getuige was de vrouw van Arnoldus van Brochum.Hij is op 30-11-1631 te Sambeek getuige bij de doop van Hubertus,zn. van Joannes Jordina en Henneken N.N. Getuigen: Arnoldus


Versevelt (de kapelaan van deze parochie), Gerardus Clabbers,Catharina N.N. (de vrouw van Paulus Emmerici).2610. Gaparus/Jasper Teeuwens, tr.2611. Elizabetha Peeters (ook: Lijsken Jans).In februari/maart 1677 komen de erfgenamen van Jasper Teeuwsen enLijsken Jans (beiden zijn dan overleden) bijeen voor een scheidingvan de ouderlijke goederen. De secretaris maakt er een beetje eenpotje van, maar aanwezig zijn in ieder geval Kersten Gerrits enzijn vrouw Marij Jaspers en een niet bij voornaam genoemde zoon vanJasper en Lijsken (maar dat moet gelet op latere vermeldingenTeeuwus Jaspers zijn). Hij is nu vermeld als ‘jongheman’ en NielZegers en zijn oom, Jan Theeuwens zijn zijn momboirs.Beschrijving:(Akte niet volledig, abrupt einde) De kinderen van Jasper Theuwens& Leijske Jans e.l. zal: met name Kersten Gerritz & Maria Jasperse.l., N.N. & N.N. Jaspers e.l. en N.N. Jaspers, jongeman met NielZegers en Jan Theuwens zijn oom gaan de volgende deling aan: Heteerste lot bestaande uit: * De hofstee bestaande uit huis, schuur,hof, boomgaard en aangelegen bouwland, groot 2 morgen 36 roeden engelegen te Mullem aan de Heerstraet en Ackervoortsche wegh. Hetaldaar aanwezige eikenhout mag Kersten Gerritz kappen voor deeerstvolgende maand mei. Belast met 17 sester rogge Sambeekse maataan de Kerk van Sambeek; * Bouwland, het Cortemaeckers stuck, groot1 morgen 68 roeden, gelegen aan de Ackervoortsche wegh en HandrickHuijberts padt, vrij erf; * Bouwland op het Herscelsche, groot 1morgen, gelegen aan de Herschelsche wegh en het Beeckbroeck, vrijerf; * Bouwland in het Herristvelt, afkomstig van Jurrien Zegers,groot 1 morgen, gelegen aan de Mullemsche Lickwegh, vrij erf; *Bouwland in de Aenbeten boven 't Buijske, groot 1 morgen 81 roeden,vrij erf; * Bouwland genaamd Nieuw Erff, groot 115 roeden, vrij erfbehalve de thijns aan beide Heren. Dit lot zal ontvangen van hettweede lot 27 gulden, en betalen aan het derde lot 4 gulden, 7stuivers en ¼ duit. Lot nr. 1 is voor ??, Lot nr.2 voor TheuwesJaspers en Lot nr.3 voor Kersten Gerritz & Mareij e.l. Het tweedelot bestaande uit: 1.) Twee kampkens weiland genaamd den Peereboom,groot 3 morgen 89 roeden, gelegen aan de Swindelersche straet,belast met 6 sester rogge aan de heer van Geijsteren. Behalve heteikenhout, want dat is voor lot drie. 2.) Bouwland in hetHerristvelt, afkomstig van Jacop Vermeulen, gelegen aan de Grootewegh, de Buijskens wegh en de Stalenberghse wegh, groot ?? 1075 . Deakte is niet af en ongedateerd, maar de twee ‘buuraktes’ zijngedateerd op 27-2 en 27-3-1677.Uit dit huwelijk: (allen ged. Sambeek):1. Anna, ged. 29-7-1647, getuigen: Noije de Rouw, Arnoldus Moeren(= nr. 2614), Marij N.N. (vrouw van Tomas Jaspers), MargaretaTimmermans.2. Jaspar, ged. 8-11-1648 (de datum was 'ongeveer in deze tijd',ouders: Casparis Teus en Elisabetha N.N., geen getuigen vermeld).3. Maria, (= nr. 1305).4-5-1695: Hendrick Harits, stadhouder van het Land van Cuijk enscholtis van de Heerlijkheid Oploo, als gevolmachtigde van Anna vanRandwijk, baronesse douariere de Steenhuijs enz. volgens schrijvenvan 2 januari 1695, draagt op aan Theeuws Jaspers & CatharinaCriffs e.l. een hofstad, bestaande uit huis, schuur, schop, moeshofmet bouw- en weiland, gelegen te Mullem aan de Luenbeeke, hetAkkervoortse straatjen, de Akkervoortse weg en de Groe<strong>nl</strong>andsestrate, groot 3 morgen vrij erf bouwland, afkomstig vanRavenswaaij, gelegen in de Hitsen Kamp, groot 3 morgen 88 roeden en


elast met een ½ hoen aan advokaat van Eldrum bouwland in deAkkervoort, aan de Stalenberhgsen weg en de beek, belast met 10sester rogge aan de kosterij van Sambeek of aan het comptoir teGrave bouwland, afkomstig van Michiel Verhees, gelegen aan de beekeen de Herstraat, groot 2 morgen vrij erf behalve 3 sester rogge inPierlings pacht Uit alle goederen jaarlijks een rente van 25Carolus gulden aan voornoemde Anna van Randwijk wegens een kapitaalvan 500 Carolus gulden. Voor 300 gulden. Eerste vervaldag 3 januari1696 1076 .4. Joanna, ged. 3-9-1657 (ouders: Gasparus Teuwens en ElizabethaJans), getuigen: Joannes van Meuwen, Berta Jans.5. Gerardus, ged. 12-11-1659, getuigen: Gerardus de Rouwe (priesteruit Roermond), Alardus van Eldrum, Matthia Peeters.6. Anna, ged. 18-12-1660 (ouders: Gasparus Teeuwens en ElizabethaJans), getuigen: Cornelius Segers, Matthia Peeters.2614. Aert Mooren (ook: Arnoldus Moren) Arnoldus Mooren, schoenmaker,lid St. Antoniusgilde Sambeek 1637, overl. na 24-1-1683, tr.2615. Hermanna de Wilt (ook: de Wildt).De doop van Maria (= nr. 1307) heb ik niet te Sambeek (Boxmeer)kunnen vinden. Mogelijk is dat haar doop:Maria, ged. Roosendaal 4-5-1649, ouders: Arnoldus Aertsen enHermanna Willemsen.6-3-1677: Thoniske Moren geassisteerd met Aert Mooren, Jan Ariens &Trijneke e.l., Kersten Ariens en zijn zoon Jan Kersten dragen opaan Handrick Jans & Heijltje e.l. * huis, schuur, hof, boomgaard e<strong>nl</strong>and met de daarbij behorende heggen, wilgen, fruitbomen engewassen, groot 3 morgen 10 roeden aan de Warantsche wegh, hetBroeck, de Warande en de Broexse wegh of Meulenpadt, belast met 1malder gerst Sambeekse maat aan Jan Aertz; * 42 roeden bouwland,tesamen met nog 1½ roede van de hofstee aan de Warantsche wegh,genaamd het Cluijtje, belast met 6 sester rogge aan het comptoir teGrave; * bouwland aan de Warande bij het Meule Landt, het voornoemdbouwland en de Heerstraet, groot 1 morgen 28 roeden, vrij erfbehalve de gewone lasten. Geldbedrag niet ingevuld 10773-8-1679: Kersten Ariens & Jenneke Gerrits e.l. geassisiteerd metThonisken Mooren, de moeder van Kersten, zijn broer Jan Ariens enAernt Mooren als momboir van voornoemde Thoniske, dragen op aan deEersamen Goossen van Leunen & Sibilla Goossens van Leunen, bouwlandin de Aenbeten aan de Groenenwegh, groot 1¾ morgen, vrij erf,tiendvrij, behalve de gemeyntslasten. Voor 350 gulden, volgenskoopcedule van 29 juni 1679 1078 .Arnoldis Mooren is een aantal keren te Sambeek (Boxmeer)doopgetuige.9-6-1641, gedoopt: Joannes, zoon van Renerus de Wilt en WendelN.N., getuigen: Arnoldus Moiren en Vrouw Van N.N., (diversen:getuige 3: vrouw van Godefridus Thijssen).29-7-1647, gedoopt: Anna, dochter van Casparus Teuwens enElisabetha N.N. (nrs. 2610 en 2611), getuigen: Noije de Rouw,Arnoldus Moeren, Marij N.N. (vrouw van Tomas Jaspers), MargaretaTimmermans.12-3-1651, gedoopt: Maria, dochter van Adrianus Jans en AntoniaN.N., getuigen: Arnoldus Moiren, Sara Moiren.21-5-1661, gedoopt: Egbertus, zoon van Godefridus de Wildt enCatharina Reijneri, getuigen: Arnoldus Mooren en HildegundisReijnen.1-08-1672, gedoopt: Sijbilla, dochter van Martinus Simens en JacobaArts, getuigen: Christianus Linders, Arnoldus Mooren, Joanna Arts,Maria Arts.


26-5-1682, gedoopt: Joannes, zoon van Jacobus Hovens en JoannaHendrix, getuigen: Arnoldus Mooren en Catharina Gerits.24-1-1683, gedoopt: Hermannus, zoon van Joannes Franciscus de Bordten Joanna Peeters, getuigen: Arnoldus Mooren, Arnoldus Geurts,Maria Janssen, Maria Arts.Ook Hermanna de Wilt is een aantal keren te Sambeek (Boxmeer)doopgetuige.28-8-1640, gedoopt Henricus, zoon van Jan Simons en CatharinaEmerix, getuigen: Joannes Emerici van Eldrum en Hermanna N.N.(vrouw van Arnoldus Moren).16-2-1648, gedoopt: Jacobus, zoon van Jacobus van Bergen en JoannaN.N., getuigen: Willem Schurkens (van Gennep) en Hermanna N.N.(vrouw van Art Mooren).26-2-1652, gedoopt: Mechtildis, dochter van Hermannus Jans enMargareta N.N., getuigen: Emerentiana Maret Jans en Hermanna deWilt.28-7-1675, gedoopt: Joannes, zoon van Jacobus van den Bergh enJoanna Hendrix, getuigen; Joannes Huijchels, Jacobus van den Berghen Hermanna de Wilt (diversen: de vader heet junior, getuige 2:senior).9-9-1677, gedoopt: Henricus, zoon van Joannes van Bom en ImmelieJans, getuigen: Joannes van Bom, Balthazar Cremers en Hermanna deWilt.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet geheel duidelijk,allen ged. RK Sambeek):1. Maria, (= nr. 1307).2. Hermannus Moren, ged. 19-5-1641, (ouders: Arnoldus Moren enHermanna N.N.), getuigen: Joannes Crouwers, Cornelia Schinck.3. Joanna Moren, ged. 27-12-1643, (ouders: Arnoldus Moren enHermanna N.N.), getuigen: Jacob van Bergen, Wendel Reni de Wilt.4. Lucia Mooren, ged. 15-12-1645, (ouders: Arnoldus Mooren enHermanna N.N.), getuigen: Henricus Jans en Antonia van Kampen.5. Joannes Moeren, ged. 11-11-1647, (ouders: Arnoldus Moeren enHermanna N.N.), getuigen: Ruth Theunissen, Aleijten Maes, WeijndelSimons (van Venray).2624. Bastiaan de Poorter, geb. ca. 1630, vorster te Sint Oedenrode,pachter der wijnen ende bieren, pachter van den groote wage dervrijheijt van Sint Oedenrode, ‘borgemeester’ van Sint Oedenrode,procureur, herbergier, bierbrouwer en deurwaarder te SintOedenrode, overl. v. 7-3-1691, tr.2625. Alegonda (ook: Aeltje) dochtere Hendrick van Hooff, geb. ca. 1631.Inventaris 115 jaar 1646 folio 109 t/m 117 Wouter sone wijlenAnthonis Wouterssen voor sijn selven voor een gedeelte, endedieselve Wouter alnoch met Hendrick Cornelissen van Hove secretaristot Breugel, als momboiren ende curateuren ende vuijt crachte derprocuratie voor schepenen des corps van Portugael Overmase, gelegenint Baljuschap van de lande? van der Putten int Graefschap vanHollant, de voorschreven Hendrick verleent bij Dirck Janssen Roefsende Handrick Dirck Lagerwers? als bloetvoogden van het onmundighkijnt van Peter Handrick Adriaens verwekt bij Jenneken dochtereDirck Jans Heesackers. Sophia dochter wijlen Handrick Adriaenswettige huijsvrouw van Jasper Booms? wonende binnen der stad vanBreda. Adriaen Aert Coolen soo voor sijn selve ende mede voorGovert? sone Aert Coolen soldaet binnen der stadt 's-Hertogenbosch.Jan Joost Adriaens ende Wouter Anthonis Wouters voorschreven alsmomboiren over Marije dochter Aert Coolen bij den selve ende wijlen


Margriete dochter Handrick Adriaens wettelijck verweckt. Ende dievoorschreven Wouter Anthonissen Wouters momboir over den drijeonbeijaerde natuerlijcke kijnderen Lijsbeth dochter HendrickAdriaen bij deselve verweckt bij heer Nicolaes .. saligher. JanAntonij Wouterssen ende Jan Peeter Joosten als momboiren over deseven onbeijaerde kijnderen Joost Peter Joosten bijden selven endewijlen Margriete sijne huijsvrouw, dochter Anthonis Wouterssenverweckt bij Marije dochter Adriaen Wouterssen wettelijck verwecktende Margriete dochter wijlen Thomas Anthonis Wouterssen met LucasAnthonis Wouterssen tot desen haeren vercoren momboir voor deresterende gedeelte. Alle erffgenaemen van wijlen Jan AdriaenWouterssen. O.a. een huijs, hoff, schuer ende erffenisse daerae<strong>nl</strong>iggende ende daertoe behorende, vuijt gescheijden 't cleijnhuijsken metten hoff soo dijen affgepaelt, ende sijn wech vanvoeren vuijtganck ende andersints sal hebben over deser erffenisseten naesten velde etc. gelegen ter plaetse genoempt Vressel,tusschen erffenisse Jan Anthonis Wouterssen voorschreven tottergemeijnte ende erffenisse Arnolda Meijden. Hen vercoopere bij dodeende afflijvicheijt wijlen Jan Adriaens Wouterssen ende het affgaender tochte bij Luijtgarde sijne weduwe ter behoeve der voorschrevenvercoperen aengecomen. Heben sij vercocht Jannen sone wijlenAnthonis Wouterssen voor deene helft ende Jannen Joosten derKijnderen voor dander helft. Hieruit te vergelden o.a. veertienvaten rogge aen convente der susteren van Orten, chijns aan hetboeck van Helmont. Die voorschreven vercoperen alle in qualiteitende naeme voorschreven, een stuck weijvelts soo groot ende cleijntselve binnen der parochie van Sint Oedenrode ter plaetse Vresselaende Wolffswinckelsche brugge is gelegen, aldaer tusschen SintOedenberch deen sijde ende den gemeijn Dommelstroom dande sijde,streckende metten enen eijnde opden Meulenstraet. Legitimus etc.Jannen sone wijlen Willems Willemssen. Etc. Etc.Inventaris RA 125 folio 335 jaar 1660 Heden november 1660compareerde voor schepenen deser vrijheijt van Sint Oeden Rodeinden quartiere van Peelant Meijereije der stadt Shertogenbosch,deersaemne Aert Cornelis van Dinther out ontrent 75 jaeren, JanLamberth vander Heijden out ontrent 74 jaeren, Wouter Jansen deGruijter out ontrent 74 jaeren, Lambert Gijsbert Spierincx outontrent 55 jaeren, Anthonis Lambert Francken out ontrent 59 jaren,Jan Leenders vanden Horck out ontrent 60 jaren, Jacob JanssenKeijsers out ontrent 59 jaren, Lambert Janssen Kemps out ontrent 51jaren, Roeloff Leenderts vanden Horck out ontrent 50 jaren, WouterJoost Colen out ontrent 45 jaren, Jacob Janssen die Smit outontrent 35 jaren, Gijsbert Denis Gijsberts out ontrent 30 jaren,Margriet Janssen weduwe Denijs Gijsbers out ontrent 68 jaren endeJudit Aertssen weduwe Jan Joosten van Herethum out ontrent 45jaren. Alle ingeseten ende inwoonderen naebueren binnen desvoorschreven vrijheijt ende richtelijck gedaecht omme getuijgenisseder waerheijt te geven voor Sijmon Janssen van Oisterijckondervorster alhier, hebben ten instantie van de heere JohanSchoock out schepen ende raedt der stadt Shertogenbosch rentmeestervanden capittele binnen deser vrijheijt. Dat de huijsen van drijBeneficie te weten van Sint Nicolaes, Sint Marten ende SintLamberts beneficie waerinne nu respectieve sijn woonende RoelantLeenders van den Horck enen der deponenten ende waer inne heeftgewoont Bastiaen de Poirter vorster alhier. Item noch een huijs vanSint Achten altaar daar Gerardt Laureijnssen van Lieshout in woont,alle gelegen alhier inde oude vrijheijt. Mitsgaders de tweehuijsingen deen gelegen inde oude straet ende dander genoempt hetCofferen, gehoorende aen het beneficie van ons lieve vrouwe altaer.Insgelijck het huijs vanden schoollaster waerinne Sijmon den


schoolmeester woont, alle gelegen ter plaetse voorschreven voor denjaeren 1650. Deselve huijsinge ware liggende geheel vervallenongerepareert, dackloos onbewoonbaer ende alsoo hooch noodichgerepareert ende onderhouden diende, offte dat andersints deselveop eenen hoop souden hebben gevallen ende vergaen.Inventaris RA 125 folio 243 jaar 1661 Nicolaes Frans Danielshoevenaer in Jexschodt oudt ontrent 50 jaeren gedaecht sijnde terinstantie ende requeste van Bastiaen den Poorter als pachter derwijnen ende bieren. Verder vermelding van: Jan Dircx van Leijenbrchheeft geweest ende aldaer ten voorschreven huijsse beneffens meeranderen heeft gedroncken seecker bier ’t geene bijde voorschrevenJan Dirckx werden geschoncken ofte … vuijt eene copere werck kannende quantiteijt ofte groote der voornoemd kannen hen onbekentInventaris 4965 februari 1665 verklaringKwestie over boter, genoemde personen: Nicolaes Janssen van denHorck poorter ende inwoonder der voorschreven vrijheijt van SintOedenrode. Jan Lambers Kemps als collecteur van de kleine specie,over de voornoemde vrijheijt van Sint Oedenrode. Claes Janssen vande Horck. Jan Thomas van de Morsselaer inwoonder der voorschrevenvrijheijt. Goossen Geraedts van Helmont inwoonder der voornoemdevrijheijt. Bastiaen de Poorter als pachter van den groote wage dervoorschreven vrijheijt.Gemeente archief toegang 7633 inventaris 2 folio 72 Schepenenordonneren Aert Sleurs prompt te betaelen aen de weduwe MaijkenKempts de somme van negen gulden vijff stuijvers van gelevert bier,opden 27e februarij 1677 opde 18e april als opden tienden meij aenverscheijde partijen ruijters als soldaeten gelevert. Opden tiendemeij 1677 Bastiaen de Poorter gelevert 5 broode gewoogen hebbende72 pondt en noch bijde ruijters vertert tien stuijvers beloopt drijgulden tien stuijvers. Item te betaelen aen Willem LambertSpierings van geleverde booter opden 10e meij aen een partijruijters gedaen voor eenen gulden, 19 stuijvers, 4 penningen.Inventaris RA 126 folio 7 jaar 1674 Bastiaen de Poorter vorsteralhier out omtrent 44 jaeren gerichtelijck gedaeght sijnde doorSijmen den onder vorster. Heeft ter instantie van Daniel Mackkelenstadthouder des quartiers van Pellant verclaert waer te wesen dathij deponent opden 24e augustus in sijne huijse hebben sittendrincken verscheijde persoonen, waer onder waeren opde keldercamerThonis Francisse, Wouter soone Peter Brock, Thonis soon LambertPeters van de Laeck ende Jacob Tholofs. Waer onder malcander grootrumoer ende gevecht was ontstaen opde voorschreven camer etc.Inventaris RA 126 folio 45 jaar 1676 Andries Handrickx de Leuwinwoonder alhier ende backer, verclaerde waer te wesen dat demarckt van rogge is gweest 14 dage voor lichmisse 1676, 28stuijvers ider vadt ende 14 dage naer lichmisse 1676, 27 stuijversider vadt. Compareerde alnoch Bastiaen de Poirter herbergier endebierbrouwer die verclaerde omtrent lichmisse 1676 de garst heeftgecofft 15 stujvers ider vadt.15 october 1678 Gemeente archief toegang 7633 inventaris 2Schepenen ordonneren Bastiaen de Poorter borgemeester promt tebetalen aen Jan Kempts de somme van seven gulden tien stuijvers tersaecke van verteringe soo in wijn ende bier, soo wanneer als devictorie van de speijs tot sijn huijse gedaen. Item alnoch aenMaijken Kempts de somme van seven gulden negentien stuijvers tersaecke gelevert bier aende luijers als bij vrij schutten gelevert.


Item alnoch aen Claes Hooftmans ter somme van vier gulden vijftienstuijvers ter saecke van pectonnen buscruijt etc. ende aen GjsbertJansse de Roij een gulden mede van …. Etc. noch aan Gerit Stansenvoor gelevert pectonne als eenen grooten els tot den staeck tweegulden tien stuijvers. Item alnogh meester Aert Hulstmans voormacken van de vuerwercke vijf gulden.Inventaris RA 127 folio 24 jaar 1679 Claes Handrick Merckx wonendetot Best onder Oirschot ende Evert Heijmens? wonende alhier hebbenmachtich gemaeckt Bastiaen de Poorter procureur alhier om in tevorderen alsulcke borgtocht ofte gelooft, die sij hebben gedaen aenJan van der Eckart saligher voor Jan Heijmen in dato 7 januarij1667 etc.Inventaris RA 129 folio 462 jaar 1680 Handrick Kempts gewesenepachter van de clamp thiende genoempt de Veetse hoeve over de oist1680, gedaght sijnde door Bastiaen de Poorter ten versoecke vanHandrick Handrick Smits om getuigenisse der waerheijt te geven datPauwels Handrick dienstknecht van de voorschreven Handrick Smitsopden 22 julij 1680 etc.Inv. 4969 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 1685 folio 99 vCompareerde voor mij Gerit Stanssen etc. de loffwaerdige getuijgennaer genoempt Jonker Lambert van Gerven woonende alhier ten huijsevan Elias van Heeswijck out omtrent 13 jaren welke heeft terrequisitie van Heer Aelstius predicant deeser vrijheijt heeftverclaert ende getuijght mits deesen opde echte waerheijt dat hijbij ende present is geweest als Jan soone Claes Hooftmans, Hendricksoone van heere requirant selv stiet ende schopten met de voet endeomdat de voorschreven Henrick van lackens rol in stucken scheurde,sijnde sulcx geschiet den eersten deeser voorde huijsinge Elias vanHeeswijck voornoemt. Compareerde noch Andries Peeter de Roij outomtrent 13 jaeren die welcke verclaert ende confirmeert met deboven gestelde verclaeringe. Compareerde Willem soone Bastiaen dePoorter die welcke verclaerde dat hij aen ende present is geweestsoo wanneer als Jan soone Claes Hooffmans questie ende verschilhadde (in zijlijn staat: met Hendrick soone des voorschrevenrequirant) dat hij dan mede heeft gesien dat de voorschreven JanHooffmans den voorschreven heer requirant voorschreven soone haddegeslage als doen de voornoemde soone claegde dat hij Jan hem soohadde gestooten dat hij sulcke pijn aen sijn gemacht hadde etc.Inventaris RA 129 folio 547 jaar 1682 Dierck Sijmens out ontrentses en veertich jaeren ende Anthoni soone des voorschreven DierckSijmes out ontrent 23 jaeren, gerichtelijck gedacht sijnde doorBastiaen de Poorter vorster alher. Ten versoecken van Jan JanssenCrabben ende mulder tot Son ende Jan Frans Rovers. Hebben verclaertdat sij Geerard van Lit secretaris van Son ende Breugel nu welveertien dage gelegen ende tot dese huijdige dage toe verscheijdemaelen te voet van Son naer deser vrijheijt hebben sien gaen endevan gelijcke wedeom naer Son, soo als een gesont mensch soudeconnen ofte mogen doen. Sonder itwas ter contrarie gesien tehebben. Dat gemelte secretaris verscheijde maelen te voet aen haerhuijse is gecomen, soo als hij van Son quam ende naer Rodevoorschreven was gegaan. Ende hem deponent versocht om een meripertaen hem te willen vercoopen. Welcke sij gemelte secretaris haddegelooft maer den coop niet connen over comen.Inventaris RA 131 folio 221 jaar 1690 Bastiaen de Poorterdeurwaerder heeft vercofft aen Dierck Lenarts woonende tot Stratumhuijs, hoff met noch een huijs ende hoff met noch een cleijn


huijsken ende hoff, gelegen ter plaetse Nenssel ende Veressel opdenHaseput. Tusschen erffve de eene sijde ende eenen eijnde, aendehoeve de Bonefanten van den Bosch, ende met den anderen sijde degemeijnt, ende met den andere eijnde Vekens Ven. Soo ende gelijckThonis Pauwels Jan de Scheper, Hanrick van den Bosch in haergebruijck sijn hebbende.Inventaris RA 131 folio 244 jaar 1691 Bastiaen de Poorte heeftvuijt crachte op hem gegeven bijde heer Frans van Heurn rentmeestervan de geestelijcke goederen van Peelant ende mede van de Clarissenbinnen den Bosch, sijnde van dato 1689. Heeft in die qualiteijtvercofft aen Frans Peeter woonende binnen der heerlijckheijt vanBeeck bij Arle een huijs, hoff met aengelach ter plaetse aendeBeeckerheijdeInv. 4970 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 7 maart 1691 folio 18Verpachting door Jacob van Duppen ende Handrick Smits als momboirenvan de onmondige kijnderen Jan Handrick Smits verweckt bij MariaGerits van Duppen sijne gewesen huijsvrouw, openbaerlijck ende vooralle man verpachten een huijs, hof ende schuer daerbij, gestaenende gelegen binnen deeser vrijheijt alhier aen de plaetse genaamtDe Prins soo ende gelijck dat de weduwe Bastiaen de Poorter in haergebruijck is hebbende. Op 14 maart 1691 soo is Anthoni de Poorteraen de huer gebleven. Borgen zijn: Jan Kempts en Peeter Dierx.Inv. 4970 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 14 maart 1693 folio66vMaijken weduwe Jan van Brant geassisteert met Peeter van de Sandehaere swager, aen Anthoni Bastiaens de Poorter ende aen Aeltienweduwe Bastiaen de Poorter sijne moeder. Een huijs hoff vuijtgenomen een cleijn hoofken soo als is afgepaelt ende aengeweese diesij verpachteresse heeft gere.... met de hellicht van de voorstalmet de huijsinge daer sij tegenwoordich woont ende in gebruijck ishebbende, gestaen ende gelegen aende mercktvelde genoempt deWerelt, welcke de heer Colen tegenwoordich in sijn gebruijck ishebbende.Inventaris 166 jaar 1702 folio 383 Alegonda dochtere Hendrick vanHooff secretaris der dorps van Son als hij leefde, weduwe wijlenBastiaen de Poorter als nu woonende binnen deser vrijheijt engeboortigh van Son out omtrent 71 jaer een persoon van goedegelove, heeft ter instantie ende rquisitie van Aert Jan Willemspresident schepen der dorps van Son en Breugel, verclaert alsdatter seecker pat offt wech is liggende offte lopende beneffenshet huijs van de weduwe Dielis Vogels, en soo voorts beneffens deprochiekerck van Son en alsoo over de Aelst? beneffens den hoff vande pastorije, ende soo over de erffenisse van Freijns Willems,opden hoeck vuijt vant huijs van Willem Corn. van de Aelst opdegemeijne straet, welcke wech ofte voetpat bij haer deponent en bijider een in is gebruijckt gewerden en gegaen naar de prochie kerck,naerde watermolen ofte naer andere plaetse, sonder dat sijdeponente oijt heeft gehoort dat van imande werde geturbeert, maaraltijt soo langhe sij deponente sij geheught vrij en ongemolsteertvoor ieder eene soo als gemeine voetpat is gebruijckt.Inventaris 172 jaar 1720 folio 432 Soo sullen de gelijckeerffgenamen van wijlen Bastiaan de Poorter ende Aaltje van Hooffgewesene huijsvrouwe vercoopen o.a. een hoijbeempt ter plaetse indeLokstraat. Kooper Hendrik Kivits. Item een parceel teullant terplaetse Vressel. Kooper Martien van Kilsdonk president tot Veggel.Gereserveert de huijsinge met schop als andersints die Peeter


Hendrix opt voorschreven teullant getimmert heeft, wanneer devoorchreven jaere van heure geexipireert sijn, vant selve lant datmogen afbreeken sonder eenig tegen seggen van den cooper.Inventaris 172 jaar 1720 folio 455 Jacobus Bastiaens de Poorter.Cornelis Bastiaens de Poorter gegaseerde sergant. FredericusMasman, metselaer tot Boxtel man ende momboir van Anna Bastiaens dePoorter. Hendrik Kivits woonende tot Liempt man ende momboir vanCatharina eenige dogter Jan Boons verwekt bij den selve ende bijwijle Cathalijn Bastiaens de Poorter. Peeter de Bresser momboir vande vier onmondige ende minderjarige kinderen van wijle PieterBastiaens de Poorter in egte verwekt bij Cathalijn Corst de Bresserhaer voorschreven vier eerste comparants voor de selve onmondigeende momboir, mede fort ende sterk makende ende Martien de Cort alsbij heere schepenen der vrijheijt Sint Oedenrode voornoemtaengestelde momboir over de twee onmondige kinderen van wijleWillem de Poorter in egte verwekt bij Clara Gijsbers de Roij, allekinderen behouden kinderen ende kintskinderen van wijle Bastiaen dePoorter ende Aeltje van Hooff als sij leefde egte lieden. Dievoorschreven Martien de Cort in sijn qualiteijt uijt kragte vanappointement ende authorisatie van de heere schepen, die welckeverclaerde magtig te maken, soo als sij comparanten ider in haereopgemelte qualiteijt met sterk makinge als voor, sijnde deselveende mits desen Martien van Kilsdonk president schepen tot Veggelende Jacobus Homberg inwoonder der voorschreven vrijheijt haereswager ende ooms respective omme te verkoopen alle sulcke goederenals bij Bastiaan de Poorter en Aeltje zijn achtergelaten. O.a. eenhoeve met d'huijsinge, scheur, stallen ende ander timmeragien daerop staende genaamt Valkenbergh, gelegen onder Gilse en Ginnekebijde stat Breda. Soo als haer constituante ende geconstitueerdensvoorouders is aengecomen vande Heer Anthonius Krok. En goederengelegen te Son als elders.Inventaris RA 135 folio 481 jaar 1720 Jacobus de Poorter, Cornelisde Poorter, Martien van Kilsdonk president tot Veggel man endemomboir van Hendrien Bastiaens de Poorter, Jacobus Homberg man endemomboir van Maria Bastiaens de Poorter, Fredrik Mosman metselaer enwoonende tot Boxtel als man ende momboir van Anna de Poorter,Peeter de Bresser als momboir van de onmondige ende minderjarigekinder van wijle Pieter de Poorter en Catalijn Corsten Bosserssijne gewesene huijsvrouw. Ende Martien de Cort als momboir van detwee onmondige kinderen van wijle Willem de Poorter verwekt enClara Gijsbers de Roij sijne gewesene huijsvrouw. Alle kinderenbehoude kinderen ende kinskinderen van wijlen Bastiaen de Poorterende Aeltje van Hooff als sij leefde egte lieden. Hebben sijvercoght aen Hendrik Kivits woonende tot Liempt het resterende eenagste part in een hoijbeempt, gelegen ter plaetse inde Lokstraat.Inventaris RA 135 folio 483 jaar 1720 Jacobus Bastiaens de Poorter,Cornels Bastiaens de Poorter, Hendrik Kievits woonende tot Liemptals man ende momboir van Catriena Bo… , Jacobus Homberg als manende momboir van Maria Bastiaens de Poorter, Fredrik Mosmanmetselaer woonende tot Boxtel als man ende momboir van AnnaBastiaens de Poorter, Peeter de Bresser als momboir van deonmondige en minderjarige kinderen van wijle Pieter de Poorterverwekt en bij Catalijn Corsten Bressers sijne gewesene huisvrouw.Ende Marien de Cort als momboir over de twee onmondige kinderen vanwijle Willem de Poorter verwekt bij den selve ende bij ClaraGijsbers de Roij sijne gewesene huisvrouw. Alle kinder endebehouden kinderen ende kintskinderen van wijlen Bastiaen de Poorterende Aeltje van Hoof als sij leefde. Soo hebben sij vercogt aen


Martien van Kilsdonk president tot Veggel, seven agste partewaervan den verkrijger het agste part is competeerende in eenparceel teulland gelegen op Vressel.Uit het huwelijk tussen Bastiaen de Poorter en Allegonda van Hooffzijn twaalf kinderen gesproten:‘Bastiaan de Poorter werd door de Staten na de Vrede van Munsterals ambtenaar (Vorster) eerst te Zon geëmployeerd en in 1655 naarSint Oedenrode verplaatst en verwekte alhier bij zijn huisvrouwAlida, dr. van hendrik van Hove, in leven secretaris van Zon enBreugel, twaalf kinderen allen in de Prot. Kerk gedoopt, waarvan eracht tot de gehuwde staat gekomen tot hun moeders religie, het RKgeloof wedergekeerd zijn. Een, zijn dochter Maria, tr. SintOedenrode 1694 baron Frederik-Albert van Leefdaal en werd daarbijmoeder van zes kinderen. In 1712 ging Maria de Poorter een tweedehuwelijk aan met Jacobus van Hombergch, zn. van Hendrik enMechtildis Vermandel.’ 1079Uit het huwelijk (in ieder geval, volgorde niet zeker, afgeleid uiteen akte van verkoop door (enkele van) de kinderen):1. Jacobus Bastiaens de Poorter, overl. v. 1735, tr. Anneke vanDinter.Inventaris 169 jaar 1710 folio 77 De weduwe Bastiaen de Poorter,die welcke verclaerde machtigh te maecke Jacobus de Poorter haeremeerderjarige soone omme te inne ende ontfangen soodanige penningenals haer comparante als tochteresse is competerende van het achtstepart off wel soo veel als haer daer in is competerende in tweehoeven. Gelegen onder de Baronie van Breda genaampt Ginneken.Inventaris RA 137 folio 370 jaar 1735 Peeter van Dinter soo voorsig selven als momboir beneffens Lambert Sigmans over de onmundigekinderen Francis van Dinter ende Marie Sigmans. Joost van Dinter,Tijs Janssen als in huwelijk hebbende Jenneke van Dinter, PauwelsAriaans als in huwelijk hebbende Marie van Dinter, Elisabeth vanDinter weduwe Jan Aarts ende Anneke van Dinter weduwe Jacobus dePoorter, de helft in een parceel hoijlant onbedeelt, gelegen terplaatse opt Varrenhout. Transportant erffelijk aangecomen mitsdoode en afflijvigheijt van Lambert van Dinter ende Marie Janssehenne ouders. Vercogt aan Ariaan van de Rijt.2. Cornelis Bastiaens de Poorter, geb. ca. 1665 ‘gegaseerdesergant’, overl. tussen 1724 en 1726, tr. Helena Claasse van deVen.Inventaris 170 jaar 1712 folio 65 Soo sal Jacob van Duppen metsijne meerderjarige kijnderen genaempt Cornelis ende Gerit. EndeFrancis de Cort als man ende momboir van Selie van Duppe sijnehuijsvrouwe, de voornoemde Jacob van Duppe ter tochte ende sijnekijnderen ten erfrech, openbaerlijck ende voor alle man vercoopeneen huijs ende hof met het teullant daer aengelegen ter plaetseopde Coeveringh, neffens erffe de eene sijde Toni van Eijck, deandere sijde de weduwe Jan Raijmakers, de eene eijnde Jan van deSande, de andere eijnde de gemeijne straet. Kooper Cornelis dePoorter.Inventaris 170 jaar 1712 folio 80 Soo sal Jacob van Duppen metsijne meedere jarige kijnderen genoempt Cornelis, Gerit endeFrancis de Cort als man ende momboir van selve van Duppen sijnehuijsvrouwe, den voornoemde Jacob van Duppen ter tochte ende sijnevoornoemde kijnderen ten erfrechte, sullen wederom de novepublickelijck end voor alle man vercoopen, een huijs ende hoff methet teullant daer aengelegen. Gestaen ende gelegen binnen deeservrijheijt Sint Oedenrode ter plaetse op de Koevering. Neffens erfvede eene sijde Toni van Eijck, de andere sijde de weduwe JanRaijmakers, de eene eijnde Jan van de Sande, de andere eijnde de


gemijne straet. Welck huijs ende hoff met het teullant daer aengelegen is gemijnt geweest bij Cornelis de Poorter, waervan dengemelte de Poorter is gebleven in gebreecke om de conditie tevoldoen. Oversulcx sal men het selve wederom op last van dengemelten de Poorter publieck ende voor alle man vercoopen hetvoorschreven huijs, hof als lant. Kooper is Willem Jan Aerts.Inventaris 171 jaar 1715 folio 216 Cornelis de Poorter out omtrentvijftig jaer ende Ferdinand Leefdael out seventien jaeren,loffwaerdige persoonen ende inwoonderen alhier. Diewelckeverclaerde ter instantie van Johan van Neerven burger der stat 's-Hertogenbosch, alsdat sij comparanten hebben sijn geweest tenhuijse van Antoni Wilbers, mede inwoonder alhier onder den hoeckvan Eerdt, ende dat sij Antoni hebben hooren seggen dat hij sijnepachtinge der goederen alwaer hij is opwoonende betaelt heeft endenog ten huijdigen dagen is betalende aen Anthoni ende Cornelis vanBreugel woonende ten Bosch ende aen Ariaen Donckers woonende totVechel.Inventaris 173 jaar 1722 folio 171+172 Henders Peeters weduwe ClaasGielen van de Ven, die welck verclaarde affte gaan terenuntieerende te derven haar togt regt actien ende toesegginge diehaar is competerende in alle erff haaff ende erffelijke goederendie den voorschreven Claas Gielens ende sij comparante te samenhebben beseten, aan en ten behoeve van Cornelis de Poorter als inhuwelijk hebbende Helena dogtere des voorschreven Claas Gielen alsuniverseele erffgename van de gemelte henne vader ende moeder uijtcragte van de voorschreven acte van renuntatie.Inventaris 174 jaar 1724 folio 164 Testament van Cornelis Bastiaansde Poorter ende Helena Claasse van de Ven, egteluijden inwoonderenalhier.Inventaris RA 136 folio 262 jaar 1726 Helena Claasse van de Venweduwe wijlen Cornelis de Poorter inwoonde alhier.Haar bij magtevan testament verleent een parceel teullant genaamt de Saagstelling met een parceeltje teulland genaamt de weijstreep, gelegenonder Bos en Varenhout tot Goijendonk. Haar aangecomen bij doode enafflijvigheijt van haare ouders etc. Opgedragen aan Jan Willemcoopman in wijn.3. Anna Bastiaens de Poorter , tr. Fredericus Masman, metselaer totBoxtel.4. Hendrien Bastiaens de Poorter, tr. Martien van Kilsdonk‘president tot Veggel’.5. Maria Bastiaens de Poorter, tr. (1) Frederick van Leeffdael, tr.(2) Jacobus Homberg.Inventaris 170 jaar 1713 folio 290 Juffrouw Maria de Poortergewesene huijsvrouw van de heer Frederick van Leeffdael endeJenneke van Heeswijck huijsvrouwe van Johannis Berincx, bijdewoonachtigh binnen deeser vrijheijt. dewelcke gedaeght wesende tothet geven van getuijgenisse der waerheijt. Ende verclaert dat deheer Philips Jacob van den Boetselaer eenige tijt voor sijn trouwensigh alhier binnen deese vrijheijt van Sint Oedenrode heeftopgehouden bij ende op de huijsingen van de heer Rogier vanLeefdael, dat ondertusschen mevrouw van Boetselaer met haer soontiePhilip en haer moeder met een Hollantse wage alhier mede gecomenwesende naer eenigh verblijff van hier naer Veghel sijn gaantrouwen, soo sij hebben hooren segge, waer naer van hier naerOirschot sijn gaan woonen.4. Cathalijn Bastiaens de Poorter, overl. v. 1720, tr. (1) JanBoons, tr. (2) Hendrik Kivits ‘woonende tot Liempt man’.5. Pieter Bastiaens de Poorter, tr. Cathalijn Corst de Bresser.6. Jan Bastiaens de PoorterInventaris 174 jaar 1725 folio 216 De heer Gerardus van de Renneden jonge als in huwelijk hebbende juffrouw Maria Anna Coolen ende


juffrouw weduwe de heer en meester Hendrik Colen, ende verclaartden eerste comparant aan sijn handen te sijn afgelost eene sommevan een hondert caroli guldens met den intrest van dien doorHendrik Kivits, soo als den selve was gelden uijt seekere hoijveltgecogt vanden erffgenamen Jan Bastiaan de Poorter etc.7. Anthoni Bastiaens de Poorter, geb. ca. 1658.Inventaris 162 jaar 1689 folio 335 Anthoni Bastiaan de Poorterinwoondere alhier aut omtrent 31 jaeren. Verder vermelding van:Jacob Tholoffs, Johan Craen inwoonder alhier, beneffens hem Willemsijne soon ende Willem Janssen. Akte is niet afgemaakt. Zie de aktedaaronder.Inv. 4970 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 7 maart 1691 folio 18Verpachting door Jacob van Duppen ende Handrick Smits als momboirenvan de onmondige kijnderen Jan Handrick Smits verweckt bij MariaGerits van Duppen sijne gewesen huijsvrouw, openbaerlijck ende vooralle man verpachten een huijs, hof ende schuer daerbij, gestaenende gelegen binnen deeser vrijheijt alhier aen de plaetse genaamtDe Prins soo ende gelijck dat de weduwe Bastiaen de Poorter in haergebruijck is hebbende. Op 14 maart 1691 soo is Anthoni de Poorteraen de huer gebleven. Borgen zijn: Jan Kempts en Peeter Dierx.Inv. 4970 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 14 maart 1693 folio66v.Maijken weduwe Jan van Brant geassisteert met Peeter van de Sandehaere swager, aen Anthoni Bastiaens de Poorter ende aen Aeltienweduwe Bastiaen de Poorter sijne moeder. Een huijs hoff vuijtgenomen een cleijn hoofken soo als is afgepaelt ende aengeweese diesij verpachteresse heeft gere.... met de hellicht van de voorstalmet de huijsinge daer sij tegenwoordich woont ende in gebruijck ishebbende, gestaen ende gelegen aende mercktvelde genoempt deWerelt, welcke de heer Colen tegenwoordich in sijn gebruijck ishebbende.Inventaris 163 jaar 1693 folio 383 De heer Philip Lopla aut omtrenteen en dartich jaeren, Anthoni de Poorter aut omtrent vijff endartich jaeren ende Willem de Poorter out omtrent twee en twintichjaeren, inwoonderen alhier. Die welcke verclaerde waer endewaerachtich te weesen, als dat de heer Frederick Aelbert Baron deLeeffdael binnen deeser vrijheijt is gecomen inde maent october?1692 ende alhier verbleven tot den 23e februarij 1693, sijnde dendagh voorde merckt dagh, alhier van half vasten, ende als doensmorgens omtrent ten tien van hier vertrocken naer Hollandt, sooals hij gemelte heere Baron verclaerde ende dat hij gemelte heerebaron sich ten tijde alhier heeft onthouden ende daghelijckx alhierbij deponenten ende veel geselschap heeft geconverceert ende bijsijne broeder de heer Rogier van Leefdael alhier mede woonachtich,op sijne adelijck huijs de Bocht heeft onthouden, dam ondertusschen eenen dagh a drij tsij naer de heerlijckheijt Beeck naerde residentie van sijne broeder heer van Beeck etc. als naer destadt van Bosch heeft verkeert ende als dan wederom in gecomen endeonthouden tot den tijt voorschreven van sijn vertreck. Gevende sijdeponenten redenen van hunder wel wetenheijt als dat sij deponententen tijde voorschreven bij gemelte Frederick Albert baron vanLeeffdael, dagelijck hebben verkeert.Inventaris 166 jaar 1700 folio 27 Anthoni de Poorter inwoonderalhier, tegens Willem Handrick Willem Luijcas ende mits hetoverlijden van des selfs Willem tegens sijne kijnderen endeerffgenaemen.Inventaris 166 jaar 1702 folio 341 Meester Johan Berincx Curegijnalhier en Johannes van Herentum inwoonder alhier, gerichtelijk doorden vorster alhier gedaght om getuijgenisse te geven ten versoeckevan Anthoni de Poorter als pachter van de korenwijn ende brandewijnover de dorpen van de Dunghen. Dat oock sij deponenten sijn


gevaeren met de schuijdt van Bosch naer den Dungen waervan schipperwas Peeter Capiteijns, ende dat sij als doen hebben gesien dat indevoornoemde schuijt waeren liggende twee tonnen met bier, soo hijschipper selfs seijde dat het bier was ende dat den voornoemderequirant met hen deponenten ten Dungen aent lant aengecomensijnde, als doen tegen den voorschreven schipper Peeter Capiteijnsheeft geseijt, dat hij pachter over Den Dungen was, ende hemaffvraghde voor wie dat hij die twee tonnen ofte amen biere haddegeladen ende mede gebracht etc.8. Willem, (= nr. 1312).9. (?) Corstiaan de Poorter.Hoofdlijsten 1698: De Oude Vrijheijt Corstiaen de Poorter, Antonide soon, Anneken de dochter boven de 16 jaar.2626. Gijsbert Janssen de Roij, overl. v. 1695, tr. v. 16792627. Geertruijt dochtere Aert Cornelis Verwijst, overl. na 15-11-1707.RA Sint Oedenrode: Inventaris RA 127 folio jaar 1679 Jan Janssenvan Heritum heeft over gegeven aen Gijsbert Janssen de Roijalsulcken kints gedeelte soo in landt, huijs ende hoff soo endegelijck in voegen soo als de voorschreven Jan van Heritum bij coopeende opdrachte tegens sijne moeder op gisteren aengecomen.Inventaris 122 jaar 1685 folio 307 Gijsbert Janssen de Roij manende momboir van Geertruijt dochtere Aert Cornelis Verwijst sijnehuijsvrouwe soo voor sijn selve als mede voor sijne vrouwe sustersende broeders. Dielis ende Gerit gebroederen kijnderen PeeterJanssen de Roij verweckt bij Ida dochtere der voorschreven AertCornelisse Verwijst. Die welcke verclaerde met malcanderenaengegaen te hebben eene erffscheijdinge ende deijlinge van degoederen hen luijden vermits der doot ende afflijvicht van henneauders, grootvader ende grootmoeder aen gecomen soo als sij seijdeende verclaerde. Aen Gijsbert de Roij o.a. een huijs, hoff met hetlant daer teijnen aengelegen, gestaen ende gelegen binnen deeservrijheijt ter paletse aende Mercktvelt, tusschen erffve GeritStanssen Molemakers aende eene sijde ende metten anderen sijde aenerffve Cathalijn weduwe Gijsbert van Lieshout ende den voorschrevenGerit de Roij aende andere sijde, streckende voor van de gemeijnemercktvelde tot opde weijde de Neul. Cijns aen het boeck vanHelmondt. Aen Dielis ende Gerit een stuck teullant, welck parceelint midde is affgepaelt, welcke gedeelte sal hebben, houden endeerffelijck besitten den voorschreven Dielis de Roij, neffens hetNeulsteeghde ende het ander parceel, gelegen neffens denvoorschreven Dielis ende Gijsbert de Roij, sal hebben, houden endeerffelijck besitten de voorschreven Gerit de Roij soo ende gelijcksij dat huijden hebben affgepaelt.Inventaris 122 jaar 1685 folio 310 Gijsbert Janssen de Roij, Dielisende Gerit kijnderen Peeter Janssen de Roij hebben wettelijck endeerffelijck opgedragen ende overgegeven Gerit Stanssen Molemakers degerechticht van de wech ofte voetpat tweeten voor vuijt het Neulsteegde over het hecken met een stapken daer over trede ende soovoorts over de voorschreven erffve van de voorschreven GijsbertsDielis ende Gerit te gaen naer het nuwt huijs van voorschrevenMolemakers gecomen van Gijsbert Handricx. Onder conditie noghtansdat hij voorschreven Gerit sal gehouden sijn het hecken endestapken over het hecken nu ende ten eewige dage sal moetenonderhouden tot sijne lasten.Inventaris RA 132 folio 29 jaar 1698 Roelof Kievets borger derstadt van Shertogenosch, een renthe van twaelff gulden. Jaerlijckx


gaende vuijt een huijs, hoff ende erve, gelegen ter plaetse aen deMerktvelde, tusschen erffve als nu Caspart van de Broeckschirurgijn alhier en met de ander sijde een erffve Geertien weduweGijsbert de Roij, streckend van erffve (niet ingevuld in akte) totvoor opde Merktvelde. Heeft hij de voorschreven renthe overgegevenaen Daniel van Kilsdonck. Alnoch een schaer coijweijde intHaverlant alles volens de opdrachte daer van sijnde ende gepasseertvoor heeren schepenen der stadt van Shertogenbosch de dato den 7ejunij 1658, gelijck dat de heer ende meeser Hendrick Nagelmakersende Cornelis Jacobx van Vechel in haere qualitijt aen Jan RoeloffKievets des voorschreven vercooper grootvader hadde vercofft enopgedragen.Inventaris 133 folio 323 jaar 1703 Alsoo Gijsbert de Roij op den 7eaugustus 1686 hadde gelooft te betalen aen Goot Thomas Wijcx eenesomme van hondert vijff en tweintich gulden. Compareerde GoortThomas Wijcx ende heeft overgegeven den voornoemde gelooften tenbehoeve vanden armen alhier.Inventaris 167 jaar 1705 folio 319 Soo sal Gerart de Roij endeWillem de Poorter man ende momboir van Clara sijne huijsvrouwe, soovoor hem selve als mede lasthebbende van de weduwe Gijsbert de Roijvoor haer tochte, als mede lasthebende van henne broeder endesuster, soo sij verclaerde vercoopen een hooffke ackerlants, terplaetse achter de huijsinge Wouter de Gruijter. Neffens erffveMaijke Coppens aen eene sijde, de andere sijde Anthoni Himbergenmetten eene sijde ende eene eijnde, met den ander eijnde de rivierede Dommel. Cooper Jan de Leuw.Inventaris 168 jaar 1707 folio 309 (d.d. 15-11-1707) Geertruij vanSchoonhoven weduwe Gerit Stans Molemakers ende hunne erfgename opden 15 november 1707 voor de middag de klock omtrent elf ure endedoen te sien openen sekere besloten testament van Gerit StansMolemakers ende Geertruij sijn huijsvrouw, gemaeckt 26 julij 1702.Aen de oudste soone een seeckere huijsken gestaen aende Eerschotsekerckhof, gecomen van de testatuere eerste vrouwe ouders. Aen Peteren Antoni Molemakers, kinderen van dese tegenwoordige bedde, eenwoonhuijs, schuer, schop, hof en bogaert soo heij, weij endeteullande, een deels gecomen van testateure eerste vrouwe ouders,gelegen binnen deeser vrijheijt ter plaetse aende heijde indeEversche beemde, in sulcke voegen als Jan van de Wiel dattegenwoordigh in sijn gebruijck is hebbende. Item een huijs,schuer, teullande en driesse aen malcanderen gelegen ter plaetseaende heijde. Item een huijs en hoff, gestaen ende gelegen aen demercktvelde alhier, neffens erffve Peeter Audenhoven de huijssingede Swaen aen een sijde, de andere sijde de weduwe Gijsbert deRoeij, streckende van de weijde de Neul tot voor op de Mercktvelde,Item een huijs, hoff, schuer, teul, hoij ende weijlanden, gestaenende gelegen tot Ollant daer Jan van Dinter dat tegenwoordigh insijn gebruijck is hebbende, soo sij dat van Jacob van Duppen hebbenvercregen. Item prelageert aen voor genoemde Peeter alleen debrauwerije die sij stervende sullen nalaten, soo van ketel,cuijpen, koelbacken, troch cuijpen, tonne, vaten en verder allebraugereedschappen.Verder genoemde personen: Dresken van Duerengewesene halve suster van hem testateuren ierste vrouw. Catharinavan Heessel getrouwt met Johan Leijten haere kinderen. De kinderenJan van Heessel verweckt bij Maria Kerckhoff sijne gewesenehuijsvrou. De kinderen van Elisabeth van Heessel verweckt bijJochum Bossers en Johan Kemps. Ook genoemd de secretarije van Rodeen Vechgel. Het opbouwen van de vervallen huijsinge daer sij


tegenwoordich in woonen ende van den eerste huwelijck gecoomen, welheeft gecoft twee duijsent gulden.2630. Corstiaen (ook: Christianus/Christiaen) Adriaen Eijmbert Voets,collecteur te Schijndel (1711), testeert ‘op de Ceur onderLutteleind’ te Schijndel 5-10-1725, begr. Schijndel 31-10-1725,tr. Schijndel 29-10-16732631. Maria Verhagen (ook: Verhaigen), overl. v. 5-10-1725Bruidegom: Corst Voets, bruid: Marijcken van der Hagen, trouwen RK,met dispensatie wegens vierde graads verwantschap.Corstiaen Voets en Maria Simons van der Hagen zijn op 23-2-1674 teSchijndel getuige bij de doop van Henricus, zoon van Joes Joes vander Hagen en Gerarda.Voorouders Voets te Schijndel:Adriaen Eijmbert Voets, begr. NG Schijndel 3-9-1680 ‘laet achter 3kinderen aen den Heijkant’29-5-1692: akte van verkoop voor Schijndelse schepenen door Marten,Dirck, Eymbert, Jan en Thuenis broers zonen van Hendrick EymbertsVoets, Lambert Thielens man en momboir van Dircxken zijn vrouw,dochter van Hendrick Eymberts Voets voorschreven, Eymbert HendrickVoets en Claes Janssen als momboirs over Hendrick, Jan enHendricxken onmondige kinderen van Mathijs Hendrick Voets verwektbij Maria Jan Tonissen zijn vrouw. Ze zijn allen testamentaireerfgenamen volgens een acte van decreet en authorisatie van deschepenen van Berlicum dd. 15 april 1692. Ze hebben wettelijk enerfelijk verkocht Corstiaen Arien Voets ten behoeve van GijsbertJan Smits twee stukken teulland aan elkaar gelegen met houtwas,rechten en andere toebehoren groot een morgen grond binnen deparochie van Schijndel onder de hoek Lutteleijnde ter plaatse op deCeur belend door Gijsbert Jan Smits, de gemeynte, Hugo Hubens totaan het erf van beide eersten. Lasten waarmee dit teulland isbezwaard: drie blanken grondcijns aan de Heer van Helmond en degebruikelijke dorpslasten. Getuigen waren de schepenen ClaesSmulders en Christiaen Huybens. Ondertekening door G. de Jong,secretaris 1080 .Eedsaflegging door Gerit Jacob Geerits, Jan Bastiaen van de Ven,Dirck Willem Rutten collecteurs uit 1710, Claes Jan ClaessenVercuijlen, Corstiaen Adriaen Voets, Jan Evers, Lambert RijndersVerhaigen en Jacob Staffels collecteurs van 1711 [folio 176 8 mei1711]Testament van Corstiaen Adriaen Eijmbert Voets nagelaten weduwnaarvan Maria Verhaigen, Adriaentje hun dochter als vrouw van Hendrik.Testateur op de Ceur onder Lutteleind folio 287 op 5 oktober 1725.Deling van goederen onder Dirck Laurens Hendrix man van Lijsbeth,Mathijs Hendrix van Dijck, man van Emmerens, Adriaan Tijs AdriaanLamers man van Maria, Hendrik Wilborts van den Oetelaer man vanAdriaantje, allen dochters van Corstiaen Adriaen Voets en zijnvrouw Maria Verhagen, Delis Aartss. Vercuijlen de oude en HendrikJansse Verhaigen voogden over de kinderen van Delis AartsVercuijlen de jonge verwekt bij Yda, dochter van Corstiaen Voets enMaria Verhaigen [folio 353 verso op 7 december 1725 – zie ook folio359 verso].Niet lang daarna is Corstiaan overleden: Corstiaen Adriaen Voets,begraafakte (NG), weduwnaar, heeft kinderen.Is dit zijn vrouw?: Marie Adriaens Verhagen, overl. (NG) Schijndel,begr. 12-10-1724.


Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. RK Schijndel):1. Elisabetha, ged. 9-3-1674, ouders: Corst Ariaen Eymerts en MariaN.N.. getuigen: Henricus Eymerts Voets en Merijcken Lamberts Beurts(Bevers?).2. Ida, (= nr. 1315). ged. Schijndel 4-8-1675 Doopgetuigen: HendrikCorsten van de Laerschot en Anneke Jansen van der Hagen.Maria Voets, ged. 26-3-1687, ouders: Christianus Adriani Voets enMaria N.N., getuigen: Embertus Adriani Vorstenbosch en MariaJoannis van Oetelaer.2. Adrianus Voets, ged. 20-3-1690, ouders: Christianus AdrianiEmberti Voets en Maria N.N., getuigen: Cornelis Servatii en JoannaTheodori.Misschien is dit het zelfde kind: Adriaen Voets, begr. Schijndel27-4-1690, relatie: Corstiaen Eijmbert, opmerking: ‘hebben noch 6kinderen in de Elt’.3. Adriana Voets, ged. 25-2-1693, ouders: Christianus Adriani Voetsen Maria N.N., getuigen: Petrus Adriani van der Hage en CatharinaTheodori Voets.2632. Anthonis Frans Joosten der Kijnderen, geb. ca. 1629, overl. v.1697, tr. (schepenen) Sint Oedenrode 7-7-16652633. Jenneke Claes van Cuyck, geb. ca. 1633, overl. na 1697.Bij het huwelijk was Anthonis/Teunis 36 oud en Jenneken 32 jarenoud. De anduiding van de dag van het huwelijk is slecht genoteerd:mogelijk is de huwelijksdatum 1-7-1665. Zij wordt geassisteerd doorhaar broer, Jan Claessen.Inventaris RA 132 folio 202 jaar 1697 Schuldbekentenis door deweduwe Thonis Franssen met Frans ende Jan haere meerderjarigesoonen, aen Thonis Thonisse van Rijsinge armmeester ten behoeve vande taffele des H. Geest van Eerschodt. Ider als schuldenaerprincipael ende specialijck opt verbant van de goederen gecomen vanEvert Claessen van Cuijck etc.Inventaris RA 134 folio 25 jaar 1704 Willem Handrick Kempts als manende momboir van Mariken Evert Claessen eene heijcamp. Gelegen terplaetse Vressel. Heeft hij vercofft aen Frans ende Jan gebroederenkinderen Thonis Frans … der Kijnderen.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Claes Teunis der Kijnderen.2. Frans Teunis der Kijnderen, (= nr. 1316).2634. Cornelis Aerts van de Oever (ook: Cornelis Aerts opde Oever), tr.2635. Jenneken Ariaen Jan Claes van de Nieulaer, overl. v. 1692.Inventaris 119 jaar 1668 folio 246 Jan ende Peter gebroederen soonewijlen Adriaen Jan Claes bijden selven Ariaen ende bij wijleJenneken dochtere wijlen Peter vande Wiel te samen verweckt.Cornelis Aerts als man ende momboir van Jenneken sijne huijsvrouwende Jan Claessen Vosch als man ende momboir van Cathalijn sijnehuijsvrouwe, gesusteren dochteren wijlen Ariaen Jans ende JennekenPeters voornoemt. De gerechten helfft onbedeijlt in een stucxkenhoijlants, gelegen ter plaetse Geenenbosch, genoemt inde Oirschotsescheeken. Hen aengecomen door doode van henne voorschreven ouders.Hebben sij vercocht aen Willem ende Jan gebroederen kinderen wijlenJan der Kinderen.


Inventaris 119 jaar 1671 folio 430 Alsoo de naergebueren van dehoeck Ollant ende Houtem resorteerende onder deser vrijheijt SintOedenrode, hadde gelooft aen Jan Claes Gerits gewesene borgemeestervan de voorschreven hoeck, van alsulcke drij hondert gulden als devoorschreven Jan Claes Gerits hadde op genomen aen Boudewijn deMesmaker wonende binnen der stadt 's-Hertogenbosch ende hebben devoorschreven naergebueren der hoeckx gelooft aende voorschreven JanClaes Gerits te ontlasten. Verder vermelding van Cornelis Aertsende Jan Ariaen Claessen hen mede fort ende sterck maeckende voorPeter Ariaens ende Jan Claessen haere absente swagers. Willem endeJan gebroederen ende kinderen Jan der Kijnderen.Inventaris 119 jaar 1672 folio 517 Jan Janssen van de Nieulaer,Jenneken weduwe Pauwels Habraken geassisteert met Jan Pauwels haeresoone, Jan Goors Vogels man ende momboir van Angenesken van deNieulaer sijne huijsvrouwe. Jan Ariaens van de Nieulaer, PeterAriaens van de Nieulaer tot sijne mondige jaere gecomen sijnde,Cornelis Aerts opde Oever man ende momboir van Jenneken Ariaens vande Nieulaer sijne huijsvrouwe, Jan Claes Vos man ende momboir vanCathalijn Ariaens van de Nieulaer sijne huijsvrouwe. Een stuckackerlant wesende een hoffstadt gelegen binnen deser vrijheijt terplaetse Houtem. Hem vercoopere bij secker testamet ofte codicillevan Cathalijn dochter Jan Jan Claessen wittige naergelaeten weduwevan Dirck Jan Jordens aengecomen. Vercocht aen Jaspert JanssenScheutiens.Inventaris 120 jaar 1675 folio 172 Peter Ariaens van de Niuwelaerende Jan Claes Vos, die welcke hebben geapprobeert ende gelaudeertin alsulcke transport ende overgeven als Cornelis Aerts ende JanAriaen Claessen opden 28e meij 1671 voor schepen alhier gepasseert,nopende alsulcke actie ende pretensie die sij mochten hebben inseckere hondert gulden aen haer was competerende van de gehuchtevan Ollant ende Houtem.Inv. 4970 Notaris Gerard Stanssen Molemakers 24 december 1692 folio54: testament van Cornelis Aerts van de Oever weduwnaer van wijlenJenneke Ariaens sieck te bedde liggende. Genoemde personen: Tonis,Alegonda, Jenneke ende Maria gesusters ende broeder kijnder desvoorschreven testateur in huwelijk verwekt bij wijlen desvoorschreven Jenneke Ariaens.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker, afgeleid uit de vernoemingin een akte):1. Tonis, geb. ca. 1666, tr. Sint Oedenrode 31-10-1694 EijckenThijssen van Breugel, dr. van Matijs Peters van Breugel.Inventaris 164 jaar 1694 folio 19 Huwelijk 31 october 1694. TonisNelissen van den Oever jonghman out omtrent 28 jaeren ende EijckenThijssen van Breugel jonge dochter out 30 jaeren beijde van deesesvrijheijt.Inventaris RA 134 folio 131 jaar 1706 Jan ende Joost gebroederenende Cristijn henne suster meerderjarige kijnderen Mauweris Luijcasvan de Ven, verweckt bijden selven ende bij wijlen Lijsebethdochtere Willem Franssen der Kijnderen sijne geweesene huijsvrouwe.Mede hem fort ende sterck maeckende voor Mauwerens voornoemtabsent. Peeter Cornelisse van de Huerck …, mede voor als man endemomboir van van Cathalijn dochtere Mauris voornoemt. Hebben ingerechte beleeninge vuijt gegeven voorde tijt van vier jaeren aenMathijs Peeters van Breugel o.a. een koijweijke genoempt Jan vanSon weijke, gelegen ter plaetse Vressel. In de marge vermeldingvan: Jan Matijssen van Breugel ende Tonis Cornelis van de Oever alsman ende momboir van van Oijken Matijs Peeter van Breugel, kinderen


ende erffgenamen van wijlen Matijs Peters van Breugel. Jan MauwerisLuijcas van de Ven.2. Alegonda/Aeltje, tr. 29-1-1696 29 januari 1696 Flip GoortVogels.Inventaris 164 jaar 1696 folio 214 Huwelijk 29 januari 1696 FlipGoort Vogels jonghman ende Aeltien dochtere Cornelis van de Oeverjongedochter beijde van deeser vrijheijt.3. Jenneken.4. Maria/Mariken, (= nr. 1317).Wellicht ook:Handrick Cornelissen van den Oever.Inventaris 162 jaar 1686 folio 57+69 Huwelijk 19 meij 1686.Handrick Cornelissen van den Oever jongman gebortich van deeservrijheijt out omtrent dartich jaeren ende Mariken Thonissen weduwevan wijlen Ariaen Ruth Cluijtmans.Inventaris RA 134 folio 28 jaar 1704 Jan Jan Ariaen Gerit Willemsals man ende momboir van Anneke dochtere Thonis Aerts sijnetegenwoordige huijsvrouw Sijn aenpart ofte gedeelte in eenenhoijbeempt genoempt den Laersen beempt. Soo ende gelijck hemvercooper dat mits doode van Aert Thonis Aerts ende daer naer bijdeijlinge is aengecomen met Handrick Cornelisse vande Oever als manende momboir van van Maria sijn huijsvrouwe. Heeft hij vercoft aenJan Anthonis Canenberch. In de marge vermelding van Goort CornelisCouwenberg 1730.2636. Frans Denissen Jansen van der Meulen, begr. Schijndel 7-12-1683,tr.2637. Hendricxken Jan Huijberts Spierincx.Inv. 4966 Notaris Huijbert van Bree 10 januarius 1674 folio 45Jan Jan Verweteringhe den Ouden inwoonder der parochie vanSchijndel dewelcke in beleeninghe heeft overgegeven aen FransDenisse (Janssen) van der Meulen seecker stuckxken teulants gelegenin de parochie van Schijndel aen Deerde.Bij de begafenis: Frans Denissen (NG) ‘laet achter sijne huisvrouwende 4 kinderen in de Eerdt’ te Schijndel.Inventaris 185 jaar 1752 folio 21 Francis Janse Vermeulen soone vanwijlen Jan Franse Vermeulen sijnde geweest soone wijlen FrancisDenisse Vermeulen en Hendrina Spierincx als sij leefde echteluijden, soo voor zig selve en meede las wettige voogd en momboirover de onmondige kinderen wijlen Anneke Corstiaan Franse Vermeulenin egte verwekt bij Gijsbert van de Crommert. VoorschrevenCorstiaen Franse Vermeulen als hij leefde, zoone wijlen HendrinaSpierings ende Franciscus Denisse Vermeulen voornoemt, mitsgadersFancis van de Wijdeven, Hendrik van de Wijdeven ende Johannis vande Wijdeven, Sijmon van de Wijdeven, alle kinderen van wijlenWillem Sijmons van de Wijdeven in echte verwekt aan Heleena FranseVermeulen, als sij leefde dogter van bovengemelde FranciscusDenisse Vermeulen en Hendrina Spierincx. Alle inwoonderen te SintOedenrode als van de dorpe van Veghel. Dewelke verklaren magtig temaken Dirk Janse van der Meulen, de heer Antonij van der Meulen enCornelis der Kinderen, broeder en neeven der comparanten. Omme teontvangen sodanige legaeten als bij testamenten van wijlen …. deSmit out deeken van het Cuijpers ambagt tot Antwerpen ende juffrBarbara Gilles sijne wettige huijsvrouwe te Antwerpen gepasseertaan de wettige decendenten van wijlen Hendrina Spierincx enFranciscus Denisse Vermeulen.


Inventaris 185 jaar 1753 folio 207 Boom genealogicq van dedescendenten van wijlen Hendrina Spierings in huwelijk verwekt metwijlen Frans Denisse van der Meulen, dewelke naar gelaten heeftvier kinderen met name Peter, Jan, Helena en Christiaen Franse vander Meulen. Peter Franse van der Meulen heeft nagelaten neegenkinderen, waarvan nog agt in leven sijn met namen Hendrik woont totSchijndel, Helena getrouwt met Cornelis der Kinderen woont totRooij, Frans van der Meulen woont tot Rooij, Ariaantje van derMeulen getrouwt met Antonij van Woerkom woont tot Rooij. De heerAntonij pastoor tot Bedaf, Gijsbert woont tot Veghel, Annamariegetrouwt met Klaas Voets woont tot Schijndel, Christien getrouwtmet Paulus van der Eerde woont tot Veghel, Jan is tot Dinthergestorven en heeft nagelaten ses kinderen met namen Antonij,Marteus, Peter Hendrik, Joannes en Ariaantje wonende tot Dinter.Alle minderjarig waarvan momboir sijn de voorschreven heer Antonijvan der Meulen en Cornelis der Kinderen. Jan Franse van der Meulen,heeft in huwelijk verwekt twee sonen met namen Francis en DirkJanse van der Meulen beijde wonende tot Veghel, Helena Franse vander Meulen is getrouwt geweest met Willem Sijmons van de Wijdeven,heeft nagelaten vier soonen met namen Hendrik getrouwt woont totVeghel, Simon getrouwt woont tot veghel, Joannis getrouwt woont teVeghel en Francis Willems van de Wijdeven woont tot Veghel.Christiaan Franse van der Meulen heeft in wettig huwelijk verwekteen dochter met name Anna die in huwelijk is geweest met Gijsbertvan der Krommert heeft nagelaten vier kinderen met name Christiaanwoont te Schijndel, Jan woont te Veghel, Ariana bejaarde ongehuwdedogter tot Schijndel ende Joanna Gijsberta van den Crommertminderjarige dochter tot Veghel waarvan mombers sijn Francis vander Meulen en Josep Ausems. Boom genealogicq van de descendentenvan Maria Spierings wijlen voorts gecomen van wettige huwelijkenmet Ariaan van Geffen die nagelaten heeft twee kinderen met nameLambert en Elske van Geffen bijde overleden, Lambert van Geffenheeft nagelaten vijf kinderen met namen Annamaria die nog in levenis en weduwe van Willem van de Rijt woont tot Veghel, Maria dieoverleden is en getrouwt geweest met Ariaen Vorstenbosch heeftnagelaten twee kinderen, die bijde nog leeven met name Jennekegetrouwt met Justinus Jacobs van der Aa tot Schijndel en Anna MariaVorstenbos bejaarde ongehouwde dogter woont te Schijndel, Clasinais overleden en getrouwt geweest met Willem van Heertum heeftnagelaten een dogter met name Lamberdina van Heertum getrouwt metWijnant Dirk van der Hijde, overleden 1752 en heeft drie kinderen,en nagelaten Maaijke is overleden en getrouwt geweest met HendrikaLambers van Erp, en heeft drie kinderen nagelaten waar van nog tweein leven met namen Nicolaes bejaarde ongehuwd jongman en Mariegetrout met Jan Dirks de Leest, bijde wonende tot Veghel en AriaanLamberts van Geffen is overleden wijlen het voorschreven Elske vanGeffen als in huwelijk geweest met Jan Gerits Verwetering heeftnagelaten vier kinderen met namen Francis, Marie, Geraerdt enAriane Verwetering, Francis leeft nog en woont te Veghel, Marie isoverleden, getrout geweest met Hendrik Smulders heeft nagelatenvier kinderen met namen Nicolaas, Peeter, Jan en Elisabeth, allebejaard en leven nog en Elisabeth is getrout met Jan DirkVersantvoirt tot Schijndel en Peter Hendrik Smulders wonende totErp, Gerit woont te Veghel leeft nog, Ariaantje leeft nog getroutHendrik van Boerdonck tot Veghel.Boom genealogicq van Jan Spierings die was getrout geweest metLijske Lambers Verhagen en daerbij verwekt vijf kinderen, welkekinderen sonder wettige descendenten sijn gestorven en wel hetlaaste kint overleden in den jare 1747. Soo dat door sijn doot destaak van Jan Spierings wel soude doot te sijn, dog dewijl AriaanSpierings langer geleeft heeft als heer Gratianus de Smidt tot


Antwerpen gestorven maar overleden voor Barbara Gillis, soe wortdoor Jan Jacobs van der Meulen en Jan Aarts van der Hijden, alsexecuteuren over de nalatenschap bij descendenten van Lambert enAriaan Spierings gebroederen in bedenken gegeeven of sij alsexecuteuren wijl Ariaan Spierings langer geleefd heeft alsGratianus de Smit of sij in de nalatenschap van deselve voor denderde staak niet behoere te komen en deelen, dan of de executeurendoor het vooroverlijden van Ariaen Spierings voor Barbara Gillishuijsvrouw van Gratianus de Smit uijt de nalatenschap uijtgeslootensouden moete worden.2638. Matheus/Teeuwen Godefridi/Goorts Hanegraeff, ged. Dinther8-4-1636, tr. Bedaf 16-3-16652639. Helena Johannis (Luca/Luce?).Bij de doop van Matheus: Matheus N.N., ouders: Godefridus N.N. enGuilhelma N.N., getuigen: Anthonius Huberti en Arnolda Gerardi.Bij het huwelijk: Mattheus Godefridi en Helena Joannis, bruid uitDinther. Getuigen: Joanna Godefridi en Petrus Godefridi.De achternaam van Helena is mogelijk: Luce. Zij zou samen met haarman getuige kunnen zijn bij de doop van Joannes, ged. Dinther 7-5-1678, ouders: Wilhelmus Henrici en Maria N.N., getuigen: MattheusGodefridi en Helena Luce.Gelet op de achternaam en haar patroniem is er wel een kandidaatvader:Joannes Gijsbertus Luca is getuige bij de doop van: TheodoraTimmers (te Heeswijk), ged. Dinther 24-5-1669, ouders: WillebrordusAdriani Timmers en Anna N.N., getuigen: Joannes Gijsberti Luca enJoanna Luca Timmers. Additioneel bewijs: zie de doopgetuige bijkind nummer 6: Gijsbertus Joannes; is hij haar broer? Defamilienaam Luca komt in Heeswijk al rond 1595 voor.Dinther, Hoofdlijst 1695:Teuwen Goorts Hanegraeff, Henrick Gijsberts, Anneken zijn vrouw,Jan Teuwens, Grietjen de meid, Arien, Heijlken en Helena kind.Wellicht is dit familie: Gijsbert Hanegraeff, Lenartje zijn huisvr.Peerken Jan Goorts, Goort haar zoon, Marij, Jenneken en Goortjekind. minderj.Uit dit huwelijk (allen ged. RK):1. Wilhelma, ged. Bedaf (woonachtig te Heeswijk) 13-3-1667,ouders: Mattheus Godefridi en Helena N.N., getuigen: HenricusArnoldi en Henrica Henrici Melchioris.2. Anthonius, ged. Bedaf 10-4-1668, ouders: Mattheus GodefridiMelchioris en Helena N.N., getuigen: Arnoldus Adriani Aerts enHelena Anthoni.3. Petrus Godefridi, ged. Dinther 2-2-1670, ouders: MattheusGodefridi en Helena N.N., getuigen: Joannes Arnoldi en MariaWijnandi.4. Anna, ged. Heeswijk 4-3-1671, ouders: Mattheus Godefridi enHelena N.N., getuigen: Wilhelmus Henrici Gerarts en Joanna JudociGodefridi.Guilielma, (= nr. 1319).5. Gertruda Godefridi, ged. Dinther 24-9-1677, ouders: MatheusGodefridi en Helena N.N., getuigen: Petrus Godefridi en MariaHenrici.6. Joannes Godefridi, ged. Dinther 31-12-1678, ouders: MattheusGodefridi en Helena N.N., getuigen: Gijsbertus Joannis en HelenaGodefridi.Johannes Teeuwens, tr. Joostine Aelberti Spierincx.


Doop: Helena Teeuwens, ged. Schijndel 17-9-1701, ouders: JoannesTeeuwens en Joostine N.N., getuigen: Matheus Goorts (haargrootvader) en Henrica Joosten.7. Adrianus Godefridi, ged. Dinther 10-1-1681, ouders: MattheusGodefridi en Helena N.N., getuigen: Adrianus Arnoldi en MargarethaPetri (de tweede getuige komt uit Veghel).8. Adrianus/Adriaen Teeuwens Hanegreaff (o)tr. Dinther (schepenen)16/29-4-1703 Jenneke Jan Mensel, van Gemert, geb. ca. 1682 (en:Dinther RK 29-4-1703 Adrianus Mathei Hanegraeff, geb. Dinther, enJoanna Jacops Mensel.Met speciaal verlof van de pastoor uit Gemert.Getuigen: Antonius Mathei Hanengraeff en Joannes Mathei Hanegraeff.Doop: Petrus Teeuwens, ged. Dinther 9-11-1708, ouders: AdrianusTeeuwens en Joanna N.N., getuigen: Matheus Goorts (haar grootvader)en Joanna Henrici Gijsbers.9. Catharina Godefridi, ged. Dinther 19-12-1682, ouders: MatheusGodefridi en Helena N.N., getuigen: Henricus Joannis en MariaJoannis.2644. Gijsbertus Swillens, ged. Maaseik 13-10-1633, overl. Maaseik13-3-1718 1081 , tr. Maaseik 19-2-16642645. Barbara van den Bergh.Uit dit huwelijk (allen ged. Maaseik):1. Anna, ged. 30-5-1664.2. Jacobus, ged. 9-6-1666.3. Leonardus (= nr. 1322).4. Petrus, ged. 9(?)-1-1670, tr. Maaseik 19-4-1701 Maria Houbee.5. Cornelius, ged. 19-11-1672.6. Sibilla, ged. 30-3-1675.2724. Wouter van der Spek, viskoper.Vermeld bij de poorterinschriijving van zijn zoon Krijn. Op 22maart 1710 wordt te Amsterdam gedoopt (RK) Quirinus, zoon vanArnoldus Creijn Speck en Eva Harmes. Getuigen zijn dan WouterCreijn Spek en Willemijntje Harmers. Zou dit de gezochte vader (enmoeder) kunnen zijn?Naast Krijn zijn er mogelijk nog meer kinderen:Maria van der Speck, tr. Barend Winter.Martinus van der Speck.2728. Gerrit Arendsen Stockers, tr. Rijssen 5-8-16662729. Marija ter Weel.2730. Henricus Bullener, ged. Rijssen 29-3-1657, tr.2731. Fennegien N.N.2734. Jan Baan, ged. Rijssen 2-6-1689, tr.2735. Hermken Elseboom.2756. Jacob Sietses, lijndraaier, geb. Amsterdam 27-2-1675, overl.na 13-7-1721, tr. Amsterdam 4-5-16972757. Dieuwertje Klaas Schotte, ged. Amsterdam 1671, begr. Amsterdam22-3-1725.Jacob en Dieuwertje zijn op 13 juli 1721 getuige bij de doop vanIzaak, zoon van Abraham Klases en Annaatje Schristoffels.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Trijntje, ged. 20-7-1698.Bij de huwelijksgegevens van haar broer Klaas, wordt Trijntje metde achternaam ‘Van Staveren’ vermeld.2. Arjaentje, ged. 2-12-16993. Sietje, ged. 4-9-1701, getuige: Stijntje Wouters. Sietse Jacobstr. Amsterdam 11-4-1721 Cornelia Machiels (zus van 1379),


4. Annetje, ged. 7-10-1703, getuige: Trijntje Sybrens Kleijn.5. Klaas (= nr. 1378).6. Jan, ged. 20-1-1709, getuige: Grietje Jans.7. Gerretje, ged. 25-12-1710, getuigen: Abraham Claasen en TrijntjeSybrens.2758. Machiel Jochums, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof) 24-2-1728,tr. Amsterdam 21-12-16862759. Catharina/Trijntje Cornelis, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof,als weduwe van Michiel Jochemsz) 15-7-1742.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Jochem, ged. 15-10-1690.2. Cornelia, ged. 26-12-1698, tr. Sietse Jacobs (broer van nr.1378).3. Claas, ged. 21-11-1692.4. Catharina, ged. 22-2-1696.5. Cornelia, ged. 26-12-1698. Cornelia Machiels is op 19 december1736 getuige bij de doop van Anna, dochter van haar zus ClaasjeMachiels6. Marretje, ged. 9-10-1701, getuige: Jacob Jacobsen en AnnetjeJansen.7. Claasje (= nr. 1379).2760. Albert Bode/Veltman, ged. Amsterdam (EL) 14-6-1697, otr. 19-6-17222761. Catharina van Santen, geb. ca. 1699, otr. (2) Amsterdam 14-9-1736Claas van Elm.Wellicht is dit de doop van Catharina (maar dan klopt er van devernoeming niets):Catrina Van Santen, ged. Amsterdam 14-9-1698, dr. van Abraham vanSanten en Cornelia Boson/Beson. Ook: Lourens van Santen, ged. 6-7-1707.Dit zijn betere kandidaten (let op de doopnamen van de kinderenvan Catharina en we weten ook dat Catharina een zus heeft, die Saraheet):Sara van Santen, ged. Amsterdam 21-8-1703, dr. van Jan van Santenen Geertruij De Bie.Ondertrouwd op 19-6-1722 te Amsterdam (pui) (bron: GA nr 713 blz193, brontekst:‘Albert Veltman van Amsterdam, oud 24 jare, op de Noordermarkt,geassisteerd met sijn moeder Annitje Dircks en Catharina van Santenvan Amsterdam, oud 22 jaar op de Brouwersgracht, Vidi huwelijxrolle in dato 19.06.1722.Huwelijk aan de pui aangegeven en toestemming verleent elders (indit geval vermoedelijk de roomse kerk) te trouwen.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Jan, ged. (OK) 28-1-1723 (= nr. 1380).2. Albert, ged. (OK) 13-3-1724, getuigen Gerrit van Santen en Saravan Santen (overigens zijn hier de namen van de moeder en devrouwelijke doopgetuige per abuis omgedraaid).3. Helena, ged. (EL) 12-5-1725, getuigen Annetje Dirks en BarendVeltman.4. Juriaen, ged. (OK) 17-9-1727 (ouders: Albert Bode en Caetje vanSanten), getuigen: Juriaen Gorgas en Grietje van Santen.4. Geertruit, ged. (OK) 4-2-1730, getuigen Jurian Gorgas en Mariade Bie.5. Barent, ged. (OK) 10-12-1731, getuigen Barent en Helena Veltman.6/7. Anna en Geertrui, ged. (OK) 10-3-1733, getuigen Gerrit Bakkeren Sara van Santen.


8. Geertrui, ged. (OK) 18-4-1734, getuigen Gerrit Bakker en Saravan Santen.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Margrit, ged. (OK) 11-11-1740, getuigen: Gerrit Jacobs Bakker enSara van Zanten.2762. Abraham van Nuijs.Een Abraham van Nuijs komt in 1749 voor bij de verkoop van 1/3 huisen erf aan de Keizersgracht zuidzijde tussen Leidsestraat enLeidsegracht 1082 .Voorouders?:1. Abraham, ged. Amsterdam Noorder Kerk 13-8-1687, ouders: Coenraetvan Nuijs en Aegje Pieters.2. Jannetje, ged. Amsterdam Noorder Kerk 11-9-1689, ouders:Koenraet Abs van Nuijs en Aefje Pieters.3. Niesje, ged. Amsterdam Noorder Kerk 2-4-1692, ouders: CoenraetAbrahamse van Nuijs en Aegje Pieters.4. Antje, ged. Amsterdam Noorder Kerk 28-10-1696, ouders: CoenraetAbrahamsz van Nuijts en Aegje Pieters.5. Abraham, ged. Amsterdam Noorder Kerk 29-10-1698, ouders:Coenraet Abrahamsz van Nuijs en Aegje Pieters.6. Tuentje, ged. Amsterdam Noorder Kerk 7-9-1701, ouders: Coenraetvan Nuijs en Aegje Pieters, getuigen: Isaacq Philips en JacomijntjeDircx.7. Geertruij, ged. Amsterdam Noorder Kerk 16-12-1703, ouders:Koenraet van Nuijs en Aegje Pieters, getuigen: Abraham van Nuijs enGeertruij Blankevoort.8. Isaacq, ged. Amsterdam Noorder Kerk, 20-2-1707, ouders: Koenraetvan Nuijs en Aegje Pieters, getuigen: Isaacq Flips en JacomijntjeDircx.Dit ouderpaar leeft nog op 20 april 1718 als ze optreden alsgetuigen bij de doop van Aagje, dr. van Pieter van Dijll enPieternelletje van Nuijs.Hun zoon Abraham zou de gezochte kandidaat kunnen zijn. Hij krijgtin ieder geval een dochter: Susanna Cornelia Nieuwezijdskapel 24-11-1719, dr. van Abraham van Nuijs en (tr. 1719) Anna WilhelmusSijlvius, getuigen: Gijsbert van Nuijs en Susanna Cleijnhens.Van dit echtpaar is in het gemeentearchief een testament bewaardgebleven: T. 197, inv, nr. 60: Testament van de hr. Abraham vanNuijs en juffr. Anna Sylvius, egteluijden, gepasseerd voor NotarisJeremias Oxford d.d. 17 Juli 1719. Auth. afschrift, 1736 October24.Er zijn voorouders beschikbaar van Coenraad Abrahams van Nuijs.Abraham Coenraetsz van Nuijs tr. 16-9-1668 Niesje Claessen/Claes;zij laten tussen 1655 en 1672 te Amsterdam diverse kinderen dopen.Andere kandidaten: Abraham Jacobse van Nuijs en Maria CornelissePonstien laten op 30 december 1707 een dochter Lidija dopen,getuigen: Pieter Jacobse van Nuijs en Jannetje Jans van Buere. Op 2februari 1711 laat het echtpaar een zoon Jacob dopen. Een Jacob vanNuijs en Lijdea Pieters laten op 4 augustus 1686 een zoonChristoffel dopen.Een Abraham Jacobse van Nuijs en Catrijn Abrahamse laten op 21 juli1713 een zoon Jacobus dopen, getuigen zijn Cornelis Burggraaff enJannetje Arijaense.2766. Harmen Jans Camphuijsen, overl. v. 31-7-1732, tr. Amsterdam14-4-1697


2767. Elisabeth/Lysbeth Andries Klander, ged. Amsterdam 19-7-1676,begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof, als weduwe van HarmanusKamphuijsen) 17-2-1745.Bij het huwelijk: Harmanus Jans Kamhuijsen en Elisabet AnderiesKlander.Lijsbeth Clander is op 26 januari 1719 met Jacobus Clander getuigebij de doop van Moses, zoon van Cornelis Barense en Maria Clander.Op 31 juli 1732 koopt Elisabeth Clander, weduwe van HarmanusKamphuysen, wonende te Amsterdam, te Haarlem een huis en erf in deOude Rosestraat. Verkoopster is Gerritje Jans Lankhuysen, namenshaar echtgenoot, Dirk van Oosten. 1083Liesbeth Klander wordt in 1732 genoemd bij de verkoop van een huisin de Tuinstraat 1084 . In 1739 komt zij voor bij de doop van haarkleindochter Willemijntje, dochter van Jacobus Storck en AnnaKamphuise.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Anna, ged. 30-3-1698.2. Harmannus, ged. 9-10-1705, getuigen: Jan Jacobse Kamphuizen enJannetje Andriese Klander.2768. Gerrit Bennink, (o)tr. Zutphen 29-12-1709/14-1-17102769. Maria Gerrits Meijers, j.d. van Bathmen.De ouders van Gerrit zijn ongetwijfeld (maar meer bewijs isdienstig): Coenraad Bennink en Willemken Eekink uit Dinxperlo.Coendert Benninck 1085 , geb. circa 1640 te Dinxperlo?, overl. v. 13-2-1698, zn. van w. Jan Benninck, tr. (1) Dinxperlo 3-10-1669Willemken Ekink (ook: Ekinck), wonende aen de Esthijser, dr. vanTeube Eekink.Coenraad tr. (2) Dinxperlo 27-2-1681 Stijne Overkempink wonende"onder Aelten", geb. circa 1658, dr. van Nellis Overkempink, (o)tr.(2) Dinxperlo 22-5/5-6-1698 Derck Rensinck j.m. zn. van w. ThijsRensinck wonende in Lintelo en Christijne Overkemminck wed. vanCoenraed Benninck.Trouwboek Aalten: 26-9-1669/15-10-1669 [attestatie naar Dinxperlo]Coenraet Benninck, zv wijlen Jan B. in Dinxperlo, en WillemkenEkinck(s), dv Tobe E. op den Estijser [IJzerlo] 1086 .11-12-1693: Jan Grootenhuijs, Coendert Benninck en Jan Alers,bouwlieden in 't Ampt Bredevoort kerspel Dinxperlo, verklaren dathet erve en goed Grootenhuijs in dat kerspel wel omtrent 6000daalders Cleefs waard is en dat het de Heer vander Empel toekomt,wetende niet dat het met schulden en kapitalen bezwaard is […][Volontaire protocollen Bredevoort 432] 1087 .Uit het eerste huwelijk (allen ged. Dinxperlo):1. Jan Herman, ged. 22-1-1671 (getuigen: Hendrik te Grotenhuis,Essel Eekink en Henrisken te Hoonhorst).2. Jan, ged. 13-12-1674, (o)tr. Dinxperlo 23-6/25-7-1700 JennekenTammels j.d. van w. Arend Tammel, wonende in Linteloo.3. Trijne, (o)tr. 13-2/8-3-1698 Jacob Bulsinck j.m. zn. van WillemBulsinck (zij: j.d. van w. Coendert Benninck).4. Elsken, ged. 6-10-1678 (getuigen.: Teunis Welink, Aaltien teHoonhorst en Berentien Bennink).Uit het tweede huwelijk (allen ged. Dinxperlo):5. Willem, ged. 13-11-1681 (getuigen: Hendrik Overkempink, TeubeEekink en Trijne Wensink).6. Nellis, ged. 29-5-1683 (getuigen: Jan Overbeek, Berend Sijbelinken Dirske te Hoonhorst).


7. Geert, ged. 10-5-1685 (getuigen: Gerrit Overkempink, MeijneEekink en Elsken Ruesink).8. Gerrit, ged. 10-4-1687 (getuigen: Otto te Grotenhuis, Gerrit teMebel en Janmatien Overbeek).9. Dirk, ged. 22-12-1689 (getuigen: Jan Hoenhorst, Dirk te Rietstapen Fijken Overkempink).Uit dit huwelijk (allen ged. Zutphen):1. Coenraad, (= nr. 1384).2. Jan Hendrik, ged. 3-1-1712.3. Stijntje, ged. 28-12-1713 (ouders: Gerrit Bennink en MarieMeijers).4. Jan Hendrik, ged. 1-11-1716 (ouders: Gerrit Bennick en MarieMeijers).5. Fenneke, ged. 31-1-1719 (ouders: Gerrit Bennink en MarijaMeijijers).6. Frederik Jan, ged. 26-6-1722 (ouders: Gerrit Bennink en MariaMeijers).7. Jenneken, ged. 14-6-1724 (ouders: Gerrit Bennik en MariaMeijers).8. Willem, ged. 8-5-1726 (ouders: Gerrit Bennink en Maria Meijers).2770. Jan/Joan te Winkel, ged. Zutphen 13-7-1670, otr. Zutphen 21-4-17002771. Ida Vos, afkomstig van Deventer.Bij het huwelijk is Joan j.m. afkomstig van Zutphen en Ida is j.d.afkomstig van Deventer.Uit dit huwelijk (allen ged Zutphen) 1088 :1. Anna, ged. 28-3-1701.2. Helena, ged. 6-8-1702.3. Helena, ged. 8-10-1704.4. Wendelina, ged. 18-1-1707.5. Wendelina (= nr. 1385).6. Cornelia, ged. 16-12-1710.7. Petronella, ged. 24-4-1712.8. Willemina, ged. 27-8-1715.2776. Daniel Caubet/Cobet begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof)22-3-1744, tr. Amsterdam 14-5-1690.2777. Rachel Mambour, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof, als RachelMaimbourg), 11-2-1744.Bij het huwelijk: Daniel Caubet en Rachel Manbour.Is dit familie: Pierre Bourdier, schoonvader van Daniel Caubet, enbegr. Amsterdam (Wester Kerkhof) 31-5-1699.Het echtpaar is mogelijk afkomstig uit Clerac, Guyenne, Frankrijk.Nader onderzoek.Op 6 maart 1701 en op 31 augustus 1704 zijn Daniel en Rachelgetuigen bij de doop van Daniel, zoon van Jean Mambour en Sara deFervac. Op 21 november 1706 zijn ze doopgetuigen van Daniel, zoonvan Francois Olivier en Anne Wansein. Op 30 december 1714 zijnDaniel en Rachel getuige bij de doop van Rachel, dochter van JeanCaubet en Marie Wegers. Op 15 augustus 1723 is Rachel Mambourgetuige bij de bij de doop van Marie, dochter van Jean Daufin enMadeleine Caubet. Op 26 februari 1741 zijn Daniel Kobet en RaghelMamboer getuigen bij de doop van Pouwelus, zoon van Emanuel van derSande en Marta Kobet.Uit dit huwelijk (allen ged. (WH) Amsterdam):1. Magdeleine, ged. 15-2-1691, tr. Jean Dauphin.2. Jean, ged. 21-12-1692, tr. Marie Wegers.


3. Sara, ged. 12-12-1694.4. Bernard, ged. 31-1-1697.5. Abraham, ged. 31-8-1698.6. Daniel, geb./ged. 16/23-10-1701.7. Marthe, ged. 8-6-1705, getuigen: Jacob Chamoy en Marthe Geleé.Martha tr. Emanuel van der Sande.8. Daniel, (= nr. 1388).2778. Michiel/Maghiel van de(r) Velde(n), van Antwerpen, geb. ca. 1671,zijdemaker, begr. Amsterdam Karthuizer kerkhof (woonachtig in deRoosestraat bij de baangragt) 27-10-1726, tr. Amsterdam 18-10-16922779. Annetje de Lange, geb. Amsterdam ca. 1673, begr. Amsterdam(Karthuizer Kerkhof, als weduwe van Maghiel van der Velden in deNieuwe Lelijstraat voorbij de laatste dwarsstraat laat 6 kind na)5-11-1739.Bij het huwelijk: (ondertrouw) de bruidegom is zijdemaker oud 21jaren van de Blomgracht met als getuige Annetje Engel en de bruidoud 19 jaren met als getuige haar vader Jan de Lange.Machiel en Annetje zijn op 11 februari 1705 getuige bij de doop vanJannetje, dochter van Johannes van der Velden en Seijtje Jacobs.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Anna, ged. (RK) 30-4-1693.2. Barbara, ged. (RK) 14-3-1695, ged. 23-3-1695.3. Machiel, ged. 29-7-1701, getuigen Jacob Sweeres Calverlagen enAnnetje Jacobs Calverlagen.4. Rachel, ged. 12-1-1703, getuigen: Rachel Vooght en AnthonijDaniels.5. Maria, ged. 10-9-1704, getuigen: Jan van der Velden en MarretjeJacobse.6. Joannes, ged. 3-2-1706, getuige: Annetje Jans.7. Catrina, ged. 25-3-1707, getuigen: Jan van der Velden en Catrinavan Hulst.8. Jannetje, (= nr. 1389).9. Engeltje, ged. 18-6-1710, getuigen: Gerrit van Groen en Engeltjevan Groen.10. Jannetje, ged. 17-9-1711, getuigen: Frans Fransen en AnnetjeJansz.11. Engeltje, ged. 23-9-1714, getuigen: Aswerus van Kalverlagen enGeertruij de Vogel.2788. Aldert Jans Greuper/Grobber, begr. Amsterdam (Nieuwe LutherscheKerk) 4-2-1726, tr. (2) Amsterdam 22-6-1692 Catharina/TrijntjeIsaacs Cameel, begr. Amsterdam (Nieuwe Luthersche Kerk, als weduwevan Aldert Greuper) 1-3-1728 (er bestaat ook een datum: 1-5-1728).Aldert Greuper tr. (1)2789. Gerritje/Grietje Jansen Jagtvelt/Jaegvelt/Jachtschut/Gavet, begr.Amsterdam 4-3-1692.Op 9 januari 1639 laat een Jan Alderts te Amsterdam (EL) een zoonAldert dopen. Gelet op het tijdstip, de naam, de plaats en dekerkelijke gezindte zou het om deze familie kunnen gaan. Datzelfdeis het geval met een Jan Elderts op 18 april 1647 en er zijn welmeer kandidaten: op 1 augustus 160 laten Jan Elders en TrijntjeCornelis een zoon Eldert dopen (EL).Aldert Jans Greuper wordt enkele keren genoemd bij de verkoop vanonroerend goed te Amsterdam: rond 1691-1693 rond een huis aan deSpuistraat ‘Achterburgwal, Nieuwezijds’, zuidoostzijde. In 1702 bijeen huis aan de Eerste Passeerdersdwarsstraat‘Passeerdersdwarsstraat. In 1704 bij een huis in de Tichelstraatoostzijde. In 1709 bij een huis in de Sloterdijksteeg en in 1712


ij een huisverkoop aan de Tweede Boomdwarsstraat,‘Karthuizerskerkstraat’ 1089 .Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Annetje, ged. 5-5-1682.2. Metje, ged. 19-10-1687.2. Joannes/Jan (= nr. 1394).3. Marria, ged. 5-9-1690.(?) Sara. In 1723 wordt een Sara Greuper genoemd bij de verkoop vaneen huis in de Psalmboekgang bij de Langestraat 1090 . Het kanuiteraard ook gaan om een zus of tante van Aldert; voorzichtigheidis geboden.2790. Pieter Pietersz. Hulk 1091 , ged. (EL) Amsterdam 4-1-1665,boekvergulder, overl. Amsterdam 10-11-1730, tr. Amsterdam18-8-16972791. Diewertje Claasdr. Luijt, geb. ca. 1673, begr. Amsterdam (NieuweLuthersche Kerk) 16-4-1715.Pieter Pietersz Hulk wordt in 1707 genoemd bij de verkoop van eenkwart huis aan de Brouwersgracht 1092 . Pieter Hulk en Jannetje Hulkzijn op 13 oktober 1709 getuige bij de doop van Jannetje, dochtervan Gerrit Hulk en Katrina van Varel.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Annetje, ged. 10-12-1698.2. Pieter, ged. 9-11-1701, getuigen: Hans de Jonge en Marike deHulk. Pieter is overl. 26-8-1702.3. Femmetje, ged. 21-3-1700, overl. Amsterdam 21-4-1700.4. Femmetje, (= nr. 1395).5. Pieter, ged. 4-3-1705, overl. 11-5-1705. Getuigen bij de doop:Isaak Pieters Hulk en Aaltje Isaak Hulk.6. Jannetje, ged. 27-6-1706, getuigen: Isaak Pieters Hulk enGeertje Wouters Huijsman.7. Dieuwertje, ged. 17-5-1708, getuigen: Gerrit Pieterse Hulk enKatrina van Vaarel.8. Maria, ged. 2-3-1710, getuigen: Hans de Jong en Maria PietersHulk.9. Maria, ged. 15-4-1712, getuigen: Hans de Jong en Maria PietersHulk.2792. Pieter Willemsz. Houtingh 1093 , geb. Monnickendam ca. 1645,Promoveerde aan de Universiteit Utrecht 28-9-1670 met jurisdoctoraat, ‘Burgemeester en Raed tot Monnickendam, mitsgaderssecretaris van ’t Ed: Mogende College ter Admiraliteyt in WestVrieslandt ende ’t Noorderquartier’, vroedschap van Monnickendam(1690-1699), begr. ald. 12-12-1699, tr. (1) Naarden 21-10-1674Emerentia de Rijck ged. ald. 17-9-1653, dr. van N.N. de Rijck,dokter, en Lambertje Westervelter, tr. (2) als “weduwenaar enadvocate” (zijn nicht) Monnickendam (gerecht) 11 okt. 16822793. Eva Pieters van Sanen, ged. Monnickendam 18-9-1661, begr. ald.5-1-1732.Uit dit huwelijk (allen ged. Monnickendam):1. Willem, ged. 9-6-1684, begr. ald. 22-6-1684.2. Willem, ged. 30-9-1685, begr. ald. 15-10-1685.3. Pieter, ged. Monnickendam 19-1-1687, begr. ald. 24-3-1687.4. Christina, ged. 3-6-1688, overl./begr. ’s-Gravenhage 7/11-7-1752, tr. ald. (Klooster Kerk) 29-7-1708 Hugo van Bleyswyck,secretaris ter auditie van des gen. lants reeckeningh (1708),secretaris van de Rekenkamer van Holland (1714, 1716, 1728), geb.’s-Gravenhage 5-4-1677, ged. ald. (Nieuwe Kerk) 7-4-1677,


overl./begr. ald. 5/11-11-1755, (“doodsoorzaak: verval vanKolnsfeesten”), zn. van Adriaan Bleyswyck en Pierina van der Well.5. Willem, ged. 26-10-1690, begr. ald. 4-2-1691.6. Niesie, ged. 10-2-1692, begr. ald. 27-9-1774, tr. ald. (gerecht)11-8-1714 Nicolaas Klaasz. Teengs, burgemeester en raad totMonnickendam, geb./ged. ald. 1516-11-1688, begr. ald. 28-11-1752,zn. van Klaas Teengs, koopvaarder, en Luydewyn Kock.7. Maritie, ged. 20-10-1695, begr. ald. 9-1-1723, otr. (1) ald.(gerecht) 2-8-1721 Pieter Butenius, burgemeester, schepen envroedschap van Monnickendam (1725-1753), ged. Monnickendam 6-9-1691, overl./begr. ald. 25-2/3-3-1753, zn. van dr. NicolaasButenius en Ludewina Bloem, hij otr. (2) ald. (gerecht) 30-10-1723Clasina Ketel, ged. ald. 9-7-1702, begr. ald. 31-12-1733, dr. vanPieter Ketel en Trijntje Gerrits Roemer.8. Willem Houtingh, (= nr. 1396).26-05-1682 EEN STUCK LANT TOT PURMERLANT FOLIO 80 RVerkoper: Pieter Laeckeman, oud burgemeester van Monnickendam; Mr.Nicolaas Houting en Mr. Pieter Pietersz Houting, schepenen vanMonnickendam, als voogden van Pieter Cornelisz Laeckeman.Koper: Jan Sijmonsz in den Ilp.Transactie: Een stuk land te Purmerland, genaamd "Pieter 't JongesWerven", 2 deijmt, Pieter Sijmonsz Slapger ten Z en Jan DirckszBiersteker ten N. Prijs: F. 500-00-00. 109426-02-1686 EEN STUCK LANT BENOORDEN ILPENDAM FOLIO 263 VVerkoper: N. Lakeman en C. van Zanen, regenten van het NieuweWeeshuis te Monnickendam voor drie vierde deel; Griet Jans, weduwevan Thomas Pietersz uit de Purmer voor een vierde deel.Koper: Pieter Dircksz Moolenaar te Ilpendam. (Mogelijk demolenaar!)Transactie: Een stuk land even benoorden Ilpendam aan de wegslootvoor dijckcamp, 1 deijmt 287½ roeden, Dirck Jansz Necq ten Z en deweduwe van Willem Gout ten N. Prijs: F. 180-00-00.04-08-1682 EEN STUCK LANT GELEGEN IN DEN ILP FOLIO 97 RVerkoper: Pieter Pietersz Houting en Jan Buijes, uit naam vanLobberich Buijes, weduwe van zaliger Pieter Houtingh en NeeltjeBarckhout.Koper: Pieter Jacobsz te LandsmeerTransactie: Een stuk land in den Ilp, genaamd "Het Lammersland",950 roeden, Claas Marsz ten Z en Jan Cornelisz ten N. Prijs: F.405-00-00. Custinghbrief van F. 250-00-00.2794. Klaas Jacobs Bent, koopman, kaashandelaar, overl. v. 1733, tr.Monnickendam 20-1-16972795. Maritje Jans Kneel, overl. na 1733.‘Op 23 februari 1713 wordt gedoopt Jan Gerrits, hij is 23 jaar.Ouders worden niet genoemd.Op 27 mei 1723 worden Lijsbeth en Neeltje Bent gedoopt, kinderenvan Klaas Bent, de kaashandelaar (overleden in 1713), in 1697getrouwd met Maria Jans Kneel (overleden in 1738). Beiden kinderenworden 'bejaard' genoemd.Op 26 februari 1732, negen jaar later, worden er opnieuw tweekinderen van het echtpaar Bent/Kneel gedoopt, Jan en Maria. Ook nuheten beide kinderen 'bejaard'.Uit het lidmatenboek blijkt dat de doop in 1723 van Lijsbeth(getrouwd met Willem Houtingh) en Neeltje (getrouwd met Jan Bruijn)en de doop van Jan en Maria (1732) verband houdt met het doen vanbelijdenis in de Gereformeerde gemeente. 1095 ’


Bij de opmaak van de Verpondingskohieren in 1733 staat vermeld: ‘In‘t Noord-end aen de Westzijde’, de weduwe Claas Bent, huis, met hetkaashuis, op de de Oudezijdsburgwal uitkomende.2796. Andries Leenderts Blauw, van Hoorn, begr. Monnickendam 14-4-1728,otr. Monnickendam 24-12-17012797. Annetje Jans Vos, van Hoorn, begr. Monnickendam 7-4-1744.11-12-1726 Proc. ad Lites v.d. Eers. Andries Leendersz Blauw,wonende tot M'dam, op de E. Joan Veldhuijsen, Procur.tot Hoorn.26-1-1727 idem de Eers. Gerrit Lambertsz van der Boom meelmolenaarte P'rend op v.v. 26/1 Andries Leendersz Blauw. 1096 .2798. Claes Dirksz Mooy (ook: Mooij), begr. Monnickendam 11-3-1732 1097 ,tr. Monnickendam 15-10-17012799. Trijntje Pieters Bakker, tr. (1) Monnickendam 4-11-1690 Jan JanszEngel de Jonge.11-11-1708 de Eers. Claes Dircksz Moij en diens huijsvr. TrijntjeBackers woonende tot Monnickendam, gesondt, testeeren. Erfgenamenzijn haer 2 kinderen uit 1ste huwelijk met Jan Jansz Engel de Jongete weten Pieter en Frederick Engel en verder hun eigen kinderen 1098 .De familienaam van Trijntje lijkt inderdaad een beroepsnaam tezijn, want zij komt voor in een artikel over bakkers inMonnickendam: ‘Trijntje Pieters Backer, die na het overlijden vanJan Engel de Jonge, op 15 october 1701 met Claes Dircksz Mooijtrouwde, verkocht op 22 november 1725 het bedoelde bakkersbedrijf(toen verpondingsnr. 108) aan haar zoon Pieter Jansz Engel.Wanneer Jan Jansz Engel overleed of begraven werd weten we niet,maar omdat zijn vader Jan Jansz Engel d'oude op 11 augustus 1698bij zijn verkieszing niet meer "d'oude" genoemd werd, moet het kortvoor deze datum gelegen hebben. De bakkerij werd op 29 april 1695door Jan Jansz Engel d'jonge gekocht en was derhalve, toen Hilletjedeze op 29 mei 1813 verkocht, 118 jaren en een maand in handen vandeze familie . Een grote zeldzaamheid in de bakkersgemeenschap (ziebijlage bakkerij nr 8) 1099 .’In diezelfde bron is een lijst opgenomen waarin de herkomst vanKlaas Dirks Mooy staat: Edam.Uit het huwelijk tussen en Trijntje Pieters Bakker (in ieder geval,allen ged. Monnickendam):1. Pieter, ged. 28-2-1694.2. Frederick. ged. 2-11-1698.Staat van de goederen van Semmitje, Pieter en Jan Claasz Mooij,kinderen van Claas Mooij en Trijntje Pieters Bakker tot Monnikendamwoonachtig.23-03-1728 De vader Claas Mooij laat de goederen registreren dekinderen aanbestorven van hun neef Pieter Mooij, alhier overleden.22-12-1733 Semmitje en Pieter Mooij, de eerste getrouwd en de tweedemondig, ontvangen hun portie in de goederen.02-08-1735 Jan Claasz Mooij, mondig geworden, ontvangt met consentvan zijn broeder Dirk Mooij zijn goederen 1100 .2804. Laurens Hoeding, overl. na 9-6-1726.2805. Grietje van der Horst, overl. na 9-6-1726.Op 26 juli 1716 zijn Lourens en Grietje getuige bij de doop vanLourens, zoon van Isaac de Jong en Gerritje Hoeding. Op 27 maart1720 laat datzelfde echtpaar een dochter Grietje dopen en opnieuwzijn Laurens en Grietje getuige. Op 19 augustus 1721 zijn Laurensen Grietje getuige bij de doop van Laurens, zoon van Mathijs


Hoeding en Elisabeth van de Water. Op 9 juni 1726 zijn zij getuigebij de doop van hun kleinkind Jacobus, zoon van Izaak de Jonge enGeertje Hoeding.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Baerent, ged. 27-3-1701.2806. Lambert Karsten (ook: Caspers) van der Kruijs, tr. Amsterdam28-12-16922807. Catharina Arents Beelthouwers.Bij het huwelijk: Lambert Kersten en Catrina Arents.Lammert Karstensz en Catrina Beelthouwer zijn op 1 juli 1711getuige bij de doop van Lammert, zoon van Arend RoelofszBeelthouwer en Jannetje Dausi. Op 26 augustus 1712 zijn LammertKruijs en Catrijntje Beelthouwer getuige bij de doop van Lammert,zoon van Gert Roelofse Beelthouwer en Jannetje Davids. Op 17februari 1713 zijn Lammter van der Kruijs en Catrina Beelthouwersgetuige bij de doop van Catrina, dochter van Casparus Lambert vander Kruijs en Lijsbet Jans Hoeket. Lammert en Katrina zijn op 15januari 1723 getuige bij de doop van hun kleinkind Catrina, dochtervan Kobus Ballast en Lijsbeth van der Kruijs. Op 15 juni 1725 zijnzij getuige bij de doop van Jacobus, zoon van Jacobus Ballast enLiesbeth van der Kruijs. Op 6 oktober 1730 zijn Lammert en Caatjete Amsterdam getuige bij de doop van Cobes, zoon van Cobes Ballasten Lijbe van der Kruijs. Op 8 november van dat jaar zijn Lammert enKaatje getuige bij de doop van Lammert, zoon van Pieter van derKruijs en Geertruij Jans. Op 30 december 1733 zijn Lambert enCatrina getuige bij de doop van Lambert, zoon van Pieter van derKruijs en Anna Lourens. Dat gebeurt nogmaals op 5 december 1734. Op30 januari 1735 zijn Lambert van der Krus en Catrina Beelthouwergetuige bij de doop van Aefje, dochter van Hendrik Gerretse enAlida van der Krus.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Casparus, ged. 16-8-1693, tr. Lijsbet Jans Hoeket.2. Lijsbet, ged. 29-6-1698.3. Pieter, ged. 9-1-1705, getuige: Johanna van den Abeele. Pietertr. Anna Lourens.4. Alijda, ged. (NH) 18-11-1707, getuigen: Harmanis de Vos enJeltjen Govers. Alida trouwt Hendrik Gerritse (Gers). Dit echtpaaris op 22 maart 1733 getuige bij de doop van Alida, dochter vanReijnier Hoeding en Gertje van der Kruijs.5. Arent, ged. 23-3-1710, getuigen: Pieter de Sibber en GrietjeBelthouwer.2812. Hendrik Ternee, geb. ca. 1652, tr. Nijmegen 29-10-16822813. Theodora van Driel.2816. Harmen Jacobs, tr.2817. Klaaske Willems.Bij huwelijk was zij afkomstig van Harlingen en hij van Dokkum.2818. (?) Tierd Fedrichs, tr. Harlingen 2-1-16612819. (?) Styntje JansBij huwelijk waren beiden afkomstig van Harlingen.Op basis van de geboortedatum en de naamsovereenkomst kunnen dit deouders zijn. Pas op de plaats, want klopt het ook?: onderzoek in denedergerechts- , hypotheekboeken en wat dies meer zij. Als defiliatie een feit is, kunnen we nog best een stukje verder terug:er zijn kandidaten te over.


2824. Minne Jans, ged. Welsrijp 30-9-1649, gebruiker Hobbemastate teDronrijp (plaats 1), overl. 1694, tr. Welsrijp 8-5-16812825. Lijsbet Rommerts, ged. Wommels/Hidaard 11-4-1651, overl. Dronrijp8-9-1708.Bij het huwelijk: Minne Janzen, van Welsrijp en Lysbeth Rommerts,van Dronrijp.Lijsbeth deed te Dronrijp belijdenis op 11-11-1681, Minne deed datop 21-4-1682. Zij komen als lidmaat voor op respectievelijk 1-3-1685 (Kleyne Laen); 7-2-1686; april 1686 (Kerkbuyren).Stemkohier 1698 Dronrijp (Menaldumadeel), stem nr. 1, Mevr. Deitzenvan Roorda, eigenaar en Minne Jans weduwe, gebruiker.Van het overlijden van Lijsbeth is melding gemaakt 1101 : ‘s nachtstusschen den 7. en 8. dito is gesturven de oude weduwe LijsbethMinnes. Zij woonde op mijn buyren in de wijde steeg, in de HeerHumalda huysinge, St. Matheusdag, den 21. dito is van haaregoederen boelgoederen gehouden.’Uit dit huwelijk (allen ged. Dronrijp):1. Jan, ged. 19-3-1682.2. Sitske, ged. 15-3-1685.3. Rommert Minnes Tuininga (ook: Tuyninga), ged. 21-11-1686,timmerman, (o)tr. Leeuwarden 22-12-1708/6-1-1709 Anna Maria Roese.Bij het huwelijk zijn beiden afkomstig van Leeuwarden.4. Jacob, ged. 14-2-1689 (= nr. 1412).5. Roelof, ged. 24-7-1691.2826. Bartele Dirks 1102 , ged. Achlum/Hitzum 21-6-1663, huisman opPietersbierum stem nr. 16 (Groot Marnstra) en ontvanger tePietersbierum, overl. 4-4-1721, tr. v. 19-4-16932827. Geertje Symens 1103 , geb./ged. Wijnaldum 19/22-10-1665, overl.Pietersbierum 19-5-1740, tr. (1) Pietersbierum 23-5-1681 IemeSjoerds, huisman te Pietersbierum, overl. v. 1691, zn. van SjoerdJacobs en Jouck Lolckes.Op 20-6-1677 1104 worden Jan Gerbens, huisman te Wijnaldum en zoonvan Gerben Jansen en Inte Wynses, te Tjum, zwager van Gerben Janscuratoren over Geertie (12) en Symen Symens (9), de kinderen van deoverleden Symen Jansen en Jetske Gatses. Vader Symen was in levenhuisman te Wijnaldum. Aanwezig zijn verder Gerben Jansen, huismante Schingen en naaste vrienden: Andries Gatses te Hitsum; FrouckGatses te Franeker en Pyter Wybes, te Wijnaldum.Geertje en haar broer Symen komen ook voor in het testament van hunoom, Rinze Jans, de volle broer van hun vader, op 14-3-1668 1105 :‘soo legatere ik testator aan Geertie en Sijmon Sijmons, mijn vollebroeders kinderen, t’saem een pondemate landts (...).Bartle en Geertje zijn getrouwd voor 19-4-1693 1106 , want op die dagproclameren Jan Gerbens, huisman onder Wijnaldum en zijn vrouwPijttrick Sjoerds de aankoop van ‘seeckere seven pondematen lant,leggende over hooge en leege in de sate en landen bij deproclamanten bewoont en gebruyckt, groot 56 pondematen,resorterende onder Wijnaldum voors. (...) gekocht van GeertieSijmens, tegenwoordige huysvrouw van Bartle Dircks, huysman totPijttersbierum’ voor de ene helft en Symen Symens, huisman teWijnaldum, voor de andere helft. De koopsom bedraagt in totaal 578gg., 16 penningen.Stemkohier 1698 Pietersbierum (Barradeel), stem nr. 16, GrootMarnstra, Vrouw Isabella Susanna barones toe Schwartzenberg,echtgenote van graaf Carlson, eigenaar en Bartle Dirks, gebruiker.Vanaf 13 maart 1708 1107 is Bartle Dirks, huisman te Pietersbierum,oom van vaderswege, samen met Gerben Anes, huisman tePietersbierum, vaders zwager en met Pieter Anes, huisman te


Sexbierum, vaders zwager, curator over de kinderen van Jouke Dirks,Ane (omstreeks 15), Attie (omstreeks 13), en Leuicke Jouckes(omstreeks 10). Bij de uitgaven staat ondere vermeld dat er op 29-4-1708 aan Jan Pyters geld betaald is ‘voor het luiden van JoukeDirks’.Op 9-12-1712 1108 is Bartele Dirks curator over Symen (23e) en Sjoerd(16e) Symens, kinderen van wijlen Symen Symens en Knierke Sjoerds,in tijden echtelieden onder Wijnaldum. Bartele is dan huisman tePietersbierum en aangetrouwde oom van moederszijde. Op diezelfdedatum is Bartele Dirks samen met Jacob Sjoerds curator over deandere kinderen van het echtpaar Symen Symens en Knierke Sjoerds:Jan, Lolke en Yme Symens.Op 27-11-1713 1109 wordt een akte geregistreerd, opgemaakt teHarlingen op 16-6-1697, waarin Bartle Dirks, te Pietersbierumverklaart 500 cg. schuldig te zijn aan Symen Ypes te Sexbierum,wegens een lening. De akte is geroyeerd op 26-5-1718.Kort daarop, op 2-12-1713 1110 laat het echtpaar een akteregistreren, oorspronkelijk opgemaakt op 29-5-1708; Bartele, danontvanger en Geertje, echtelieden, huislieden te Pietersbierum zijn550 cg. schuldig aan Jacob Epkes, ‘olde ontvanger’ en huisman teTzum.Op 31-3-1716 1111 doet het Hof van Friesland uitspraak in eenslepende zaak tussen Anna Geertruid van Zanten, weduwe van Casparvan Feugen, versus Bartele Dirks. Haar eis, over belastingperikelenin de jaren voor 1700, wordt uiteindelijk niet ontvankelijkverklaard en zij moet ook de proceskosten betalen.Op 15-7-1718 1112 wordt Eelco Offringa, oud-secretaris van Barradeeldoor het Hof van Friesland in het ongelijk gesteld versus BarteleDirks, huisman te Pietersbierum en ontvanger aldaar. Er wasonenigheid over de floreenschatting rond de jaren 1715-1716. HetHof verklaart de eis van Offringa niet ontvankelijk.Op 26-5/7-7/21-7-1734 1113 proclameert Geertje Simons, weduwe vanBartele Dirks te Pietersbierum de aankoop van een huis c.a. tePietersbierum ten noorden van het kerkhof, gekocht van GovertReinerts, te Harlingen voor 250 cg.De overlijdensgegevens van Bartele en Geertje komen uit delidmatenboeken van Pietersbierum; daar was hun dochter Jetske bijhuwelijk ook van afkomstig. Bartele wordt genoemd als lidmaat in1719; Geertje in 1724.2828. Hans Hansen, ged. Harlingen 14-10-1642, houtmolenaar te Midlum,overl. Midlum 8-3-1693 ’smorgens vroech omtrent 4 uiren’, tr.Harlingen 5-7-16632829. Martien Sipkes.Bij huwelijk waren beiden afkomstig van Harlingen. Het echtpaarwordt ingeschreven als lidmaat te Midlum op 8 mei 1664. Zij zijnafkomstig van Harlingen en hij is ‘hout mollenaers knecht’.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Hans, ged. Midlum 21-12-1667.2. Trijntje, ged. Midlum 24-7-1670.3. N.N., ged. 10-1672. In het doopboek is slechts vermeld: ‘HansHansens kindt’. De voorgaande en volgende doop zijn op 6 en 26oktober van dat jaar.4. Hans, (= nr. 1414).5. Rinske, ged. Midlum 6-5-1681.2830. Hobbe Abes, van Winsum, tr. Winsum 29-3-16782831. Claaske Doekes, van Winsum.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):


1. Doeke, tr. Winsum 18-12-1707 Auckjen Adams.2. Feik, (= nr. 1415).2848. Heine Doedes, DG, overl. 1698, huisman te Wouterswoude, tr.Wouterswoude 9-12-16712849. Baukje Pieters, overl. 1702.Op 20-2-1693 is Heine Doedes curatoren over Luitjen, Antje, Jan enHette Sydses 1114 . Kort daarna 1115 , op 13-12-1695 is Heine Doedes,samen met Bauke Jeppes, oom van moederskant, curator over dekinderen van zijn overleden broer, Gabe Doedes. Kinderen: Doede (inhet 25e jaar); Sicke (21e) en Sjoerd Gabes (18e).Nieuwland meldt dat Baukje een dochter is van Pieter Geerts enAntje Harmens te Wouterswoude en dat zij een kleindochter is vanGeert Thijses; haar stiefvader is Hattum Tabes. Vindplaatsen: DAN I13 168 (1672).Uit dit huwelijk:1. Doede Heines, huisman te Driesum, overl. v. 10-11-1723.2. Pieter Heines (= nr. 1424).3. Geert Heines, overl. na 12-9-1735.4. Meindert Heines, overl. na 10-11-1723, tr. (1) Doetie Jelles,tr. (2) Martien Adsers.2856. Luitjen Botes, geb. ca. 1655, boer op Westergeest stem 18 enontvanger te Westergeest, woonachtig op de Triemen, overl. v.16-2-1706, tr. (2) v. 6-4-1695 Antie Wiegers, overl. na8-4-1706. 1116Luitjen Botes tr. (1) (mogelijk 1683)2857. Gertie Mients, geb. ca. 1666, overl. v. 6-4-1695.Luitjen Botes komt in de archivalia meerdere keren voor alscurator. Luitjen 1117 is op 6-10-1680 voogd over zijn (half)broer. Op17-12-1695 is hij curator over de kinderen van Johannes Mients(denkelijk zijn zwager) en Aafke Claasen; op 25-1-1704 1118 doet hijrekening.Gertie is geboren rond 1665. Dat blijkt uit een inventaris,opgemaakt in 1671, na het overlijden van haar vader, MientPoppes 1119 . Dan wordt de leeftijd van de kinderen genoemd: JohananesMients (in het 11e jaar); Gertie Mients (in het 6e jaar) enFolckert Mients (in het 5e jaar).Het huwelijk tussen Luitjen en Geertje zou mogelijk in 1683 geweestkunnen zijn, omdat bij de beschrijving van het zilver van Geertjesschoondochter (Hinke Teekes, zie hieronder) in 1741 sprake is vanzilveren kettingen, gemerkt “G.M.A. 1683, Luitjen Botestoebehorende”. Gelet op de geboorte van het eerste kind (circa1684) lijkt dat toch een niet al te gewaagde veronderstelling.


WestergeestOp 6 april 1695 blijkt Gertie Mients overleden en er volgt eeninventarisatie in het sterfhuis. 1120De genoemde kinderen zijn: Bote (12de), Mient (10de) en JeenLuitjens (8ste). Er is onder andere sprake van land te Augsbuurt,Buitenpost, Kollum en Westergeest. De levende have vertegenwoordigteen totale waarde van ruim 1475 cg.In de marge is een verklaring van de drie broers opgenomen uitmaart 1713, waarin zij de goede afhandeling bevestigen.Verder worden enkele persoo<strong>nl</strong>ijke bezittingen van Geertje opgesomd,die een goed beeld geven van haar afkomst en voorouders.Zo is er sprake van een zilveren onderriem, gemerkt “RomcktienJohannes, 1651”. Dat kleinood is zonder twijfel afkomstig vanGeertjes moeder.Verder is er een zilveren “roocker”, gemerkt “Gertie Reins”. Zij isGeertje Mients’ grootmoeder van moederskant. Er is ook nog een haakmet kettingen, gemerkt “Hiltie Johannes, 1665”. Die zal Geertjewaarschij<strong>nl</strong>ijk gekregen hebben van haar tante van moederskant.Daarna wordt het allemaal wat minder zeker, want er is sprake vangegraveerde initialen. Zo is er een zilveren lepel, gemerkt“M.A.A.M”. Het meest waarschij<strong>nl</strong>ijke is, dat de lepel met dieinitialen ooit toebehoord heeft aan Geertjes overgrootmoeder, AsMetskes en haar tweede man Metske Auckes.Verder is er de hierboven genoemde zilveren priem, gemerkt “RomckHalbesma, 1601”. Die zou afkomstig kunnen zijn van eenovergrootmoeder van Geertje: Romck Geerts, die inderdaad bandenheeft met de familie met die naam.Ten slotte is er nog een zilveren oorijzer en een psalmboek,gemerkt “G.M.”. Dat boekje zal denkelijk van Geertje zelf geweestzijn.Verder is er ook sprake van zilver en goud van Luitjen Botes, vanzijn ouders geërfd.Luitjen blijkt overigens op deze datum in 1695 al hertrouwd tezijn. Zijn tweede vrouw, Antje Wiegers, brengt bij haar huwelijk140 cg. in. Op 24-3-1696 is Oene Pytters, ontvanger te Kollumcurator over de kinderen van Luitjen Botes en de overleden GertieMients. Tussen 13-10 en 31-12-1696 zou Luitjen overleden zijn (NT.13.113 nr. 352), maar op 13-6-1697 is hij curator over GertieClaases, dochter van Claas Luitjens en Gertie Wiegers (denkelijk dezus van zijn tweede vrouw, Antie Wiegers).


In de floreenkohieren van 1700 en 1708 komt Luitjen met regelmaatvoor. 1121 Vaak is dat als naastligger, maar hij heeft zelf ook veelbezittingen.Zonder volledig te willen zijn: hij is terug te vinden teWestergeest nummer 54, 55, 58, 81. Ook onder Oudwoude heeft Luitjenbezittingen op de nummers 88, 91 en 92. In Augsbuurt ten slotte,komt hij voor op de nummers 50, 51 en 58.In september 1702 komt Luitjen voor in de bijlagen van het Hof vanFriesland. 1122 Hij is dan “46 of 47 jaren” oud en is huisman onderWestergeest.Vóór 16 februari 1706 is Luitjen Botes overleden, want dan is MarkSierks curator over Mient en Jeen. 1123Op 23 februari 1706 is Jelle Wiegers curator over de kinderen uithet tweede huwelijk: Wieger, Frouw en Martien.Op 26 februari 1706 vindt er een inventarisatie plaats in hetsterfhuis van Luitjen Botes. 1124Uit de akte wordt duidelijk dat hij in zijn leven letterlijk enfiguurlijk goed geboerd heeft. Bij de goederen van wijlen GertieMients is onder meer sprake van een part van Metske Auckes huizingete Kollum.Bij het zilver wordt opnieuw de lepel vermeld, gemerkt “M.A.A.M.”en een zilveren lepel, gemerkt “T.J.”, “Luitjen van Jan Botesaangeerft”.Kort daarop volgen twee akten waarin de finale scheiding zijnbeslag krijgt. 1125Op 10 mei 1707 wordt Sibrandi Wybo, vice-secretaris vanKollumerland, curator over de kinderen van Antje en de overledenLuitjen.In 1728 zijn de kinderen van Luitjen en Antie Wiegers, te wetenWieger, Frouck en Martjen Luitjens, eigenaars van stem 17 teWestergeest. Meier is dan de weduwe van hun halfbroer JeenLuitjens.Uit het huwelijk van Luitjen Botes en Gertie Mients:


1. Bote, (= nr. 1428).2. Mient, geb. ca. 1686, huisman, overl. Westergeest vóór 9 maart1725.Op 9 maart 1725 wordt de inboedel van Mient beschreven. 1126 Hij isop dat moment ongehuwd, want de erfgenamen zijn de kinderen vanzijn overleden broers Bote en Jeen (hun weduwen worden in de aktezelf genoemd). Bij de beschreven bezittingen is onder meer sprakevan een testament met zilveren beslag met daarop “G.M. 1683” en ookhet derde deel van een zate op De Triemen, door Bote Luitjens’weduwe gebruikt.3. Jeen, geb. ca. 1688, overl. vóór 9 maart 1725, tr. BarberAndries.Jeen heeft nageslacht. In 1728 wordt in de stemkohieren bijWestergeest stem 18 Bote Rinses als curator genoemd over de zesminderjarige kinderen van Jeen Luitjens.Uit het huwelijk van Luitjen Botes en Antje Wiegers:4. Wieger, geb. ca. 1697, huisman op de Wijgeest onder Oudwoude 1127 ,kerkvoogd te Oudwoude 1128 , bijzitter van Oudwoude, nog vermeld op 25maart 1738 1129 , overl. Oudwoude vóór 3 april 1745, tr. HenckeJans. 1130Op 30-5-1729 1131 zijn Wieger Luitjens, huisman te Wijgeest, en JacobMeinderts, huisman te Westergeest, curatoren over Lutske (14), hetkind van Jacob Harmens.Op 25-3-1738 1132 is Wieger Luitjens, huisman te Wijgeest onderOudwoude, curator over Lutske (13), Trijntje (11), Jancke (8) enJan Pyters (5), kinderen van wijlen Pieter Jansen en Eetske Jans.5. Frouw, geb. ca. 1699, overl. na 1728.6. Martien, geb. ca. 1701, overl. na 1728.2858. Teeke Jacobs, overl. v. 6-11-1694, tr. v. 10-12-16932859. Grietje Libbes, geb. 1669/70, overl. 1701, tr. (2) 1696 GerritSierks, zn. van Sierk Harmens en Grietje Rodmers. 1133Teeke Jacobs en Grietje Libbes, echtelieden te Oudwoude proclamerenop 10-12-1693 1134 de aankoop van 5/7e deel van een huis c.a. teOudwoude, mandelig met Eetske/Yetske Jacobs van Sape Jacobs opWygeest onder Oudwoude; Sierk Jacobs; Aefke Jacobs, huisvrouw vanUilke Hendriks; Gerrit Jacobs; Hiske Jacobs, huisvrouw van MeindertEltses. Zij zijn allen kinderen van Jacob Harmens, te Oudwoude.Teecke is overleden voor 6-11-1694, want op die dag worden SapeJacobs en Sierk Jacobs curator over Hinke, ongeveer ¾ jaar oud. Op29-11-1699 is zij in het 5de jaar en op 4-4-1700 wordt Sierk Jacobsop het Veen, volle oom van vaderskant, haar curator 1135 .Op 20-11-1694 1136 wordt de inventaris opgemaakt in het sterfhuis vanTeeke Jacobs. Zijn vrouw is inmiddels hertrouwd en Hinke is oud inhet 1e jaar. Er is sprake van landen te Wygeest onder Oudwoude;5/7e part van een huis; er is sprake van Teeke’s vader, wijlenJacob Harmens. Aan ingebracht geld: van Teeke ruim 699 cg. enGrietje 124 cg. Bij de daaropvolgende scheiding is o.a. eenhandtekening van Grietje Libbes opgenomen.Op 5-7-1701 1137 worden de inventaris en de scheiding opgemaakt vande overleden Gerrit Sierks en Grietje Libbes. Kinderen zijn: HinkeTeekes (‘old in het 6e jaar’); Sierk Gerrits (in het 4e jaar) enLibbe Gerrits (een half jaar oud). Op 7-1-1702 1138 volgt nog eenscheiding van Teeke Jacobs’ goed.Uit dit huwelijk: Hencke Teekes (= nr. 1429).2864. Watze Pieters, molenaar te Boornbergum, overl. Smalle Ee 1686, tr.(1) N.N., tr. (2) Boornbergum-Kortehemmen 26-12-16742865. Neeltje Halbes.


Uit het eerste huwelijk:1. Aaltje, ged. Oudega (S) 24-2-1669.Uit het tweede huwelijk:Halbe (= nr. 1432)/Aaltje, ged. Boornbergum 12-5-1676.2866. Symen Romkes, tr.2867. Saakjen Everts, ged. Rijperkerk 13-1-1661 (samen met haar oudstedochter).Nieuwland meldt: Symen Romkes, mogelijk zoon van Romke Symens, tr.Saakje Everts: DAN I 14 (of 114) 298; zusters Ankje (tr. LieuweOebeles; Bieuke, tr. Tjeerd Lieuwes; Dieuke.Uit dit huwelijk (allen ged. Rijperkerk):1. Trijntje, ged. 13-1-1661.2. Klaaske, ged. 10-5-1663.3. Aukje, ged. 26-3-1671.4. N.N., ged. 14-8-1672.2868. Jan Jansen Posthumus, tr. Rijperkerk 28-11-16592869. Jeltie Gerrits van der Werff.2870. Hylke Haijes 1139 , boer te Oostermeer, DG, overl. v. 6-2-1694, tr.(1) Jenke Rinses, tr. (3) Antje Wierds, van Oudega, dochter vanWierd Martens 1140 en Joukje Rinnerts. Hylke tr. (2)2871. Tjitske Liebbes.(?) Stemkohier 1728 Bergum (Tietjerksteradeel), stem nr. 6, HylkeHayes, eigenaar voor 1/3, en gebruiker voor ’t geheel; Binne Wilts,uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor 1/3; Fooke Hayes, eigenaarvoor 1/3.(?) Stemkohier 1728 Bergum (Tietjerksteradeel), stem nr. 48, BinneWilts, uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor 1/3; Fooke Hayes,eigenaar voor 1/3 en Hylke Hayes, eigenaar voor 1/3, en gebruikervoor ’t geheel.Uit het huwelijk tussen Hylke Haijes en Tjitske Liebbes:1. Jenke Hylkes (= nr. 1435).Uit het huwelijk tussen Hylke Haijes en Antje Wierds:2. Frytsen Hylkes 1141 , geb. Oostermeer ca. 1680, overl. De Tsjoeleonder Stiensga 1761, tr. Oostermeer 3-5-1696 Wytse Folkes, zn. v.Folke Wierds en Sytske Jans.3. Jouck Hylkes, geb. 1682, tr. Oostermeer 31-3-1700 AndriesOebeles2880. Ruurd Ruurds alias Jonge Ruurd, schipper te Oostermeer bij deWal/Snakkerburen 1692, tr. Oostermeer 25-11-16832881. Sieuke Oenes.Uit dit huwelijk (allen ged. Oostermeer):1. Antje, ged. 31-8-1684.2. Dirk, ged. 22-11-1685 (= nr. 1440).3. Nieske, ged. 6-5-1688.4. Sjoukje, ged. 2-11-90.5. Sjoukje, ged. 20-3-1692.6. Nieske, ged. 1-1-1695.7. Gerrit, ged. 4-4-1697.2888. (?) Luitjen Hoytes, geb. ca. 1636, overl. v. 27-7-1691, tr.Schingen 17-3-16722889. (?) Tjal Epckes, (o)tr. (2) Franeker 30-12-1682/26-1-1683 AndriesHendriks, van Tzummarum.


Het huwelijk van Luitjen is ingeschreven te Welsrijp, denkelijk dusde ondertrouw, vermeld is dat het huwelijk gesloten is in zijnwoonplaats, Schingen dus. Zij is van Welsrijp afkomstig.Op 27-7-1691 1142 zijn Doytse Lieuckes en Douwe Hoytes curatoren overde kinderen van de overleden Luitjen Hoytes en Tjal Epckes: Attie(18), Hoyte (16) en Grietje Luitjens. Uit dit huwelijk:1. Attie Luitjens, geb. ca. 1673.2. Hoyte Luitjens, geb. ca. 1675 (= nr. mogelijk 1444).3. Grietje Luitjens.2912. Jochum Pieters 1143 , ged. Sexbierum 26-8-1638, tr. Hallum 7-12-16622913. Saack Claeses, van HallumBij het huwelijk is Jochum Pyters afkomstig van Tzummarum en SaeckClaeses van Hallum.Stemkohier 1698 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 1, Jacob RomckesBraem, uit naam van zijn dochter, eigenaar; Saekjen Jochums,gebruiker.Stemkohier 1728 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 1, FroukjenBraam, weduwe Hindelopen, eigenaar; Claas Jochums, gebruiker.Stemkohier 1698 Klooster Lidlum (Barradeel), stem nr. 8,ploeggangen, Jacob Romckes Braem, uit naam van zijn dochter,eigenaar; Saekjen Jochums, gebruiker.Stemkohier 1728 Klooster Lidlum (Barradeel), stem nr. 8, eenploeggang, secretaris Braam, eigenaar; Claas Jochums, gebruiker.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Loijck, ged. Hallum 6 september 1663.2. Pieter, (= nr. 1456).3. Claas, gebruiker van Midlum stem 8 en Oosterbierum stem 1, tr.Sexbierum 30-3-1710, afkomstig van Oosterbierum, Antie Hansen,afkomstig van Sexbierum, tr. mogelijk (2) Trijntje Jelles.Onduidelijk is, of het om dezelfde man gaat. Dit echtpaar teOosterbierum dopen: 1. Saakjen, ged. 27-11-1718; 2. Bottje, ged.14-12-1721; 3. Antje, ged. 7-2-1723; 4. Jochem, ged. 10-6-1725; 5.Jochem, ged. 15-12-1726; 6. Jelle, ged. 23-10-1729; 7. Reintje,ged. 15-6-1732.2914. Harmen Hobbes/Obbes Donia, te Midlum, overl. Midlum 1-5-1689 ‘nade middags’ 1144 , tr. (1) Sexbierum 18-4-1669 Froukjen Aetis,afkomstig van Sexbierum, otr. (2) Welsrijp 28-6-16812915. Ymck Dircks, afkomstig van Welsrijp, gebruikster Midlum stem 9,overl. tussen 1-8-1721 en 8-1-1722.Op 9 februari 1670 verklaart Harmen, dan huisman te Midlum, geldschuldig te zijn aan de secretaris van Franekeradeel, SibrandusBrunia. Zijn broer Hein Hobbes Donia is borg 1145 .Op 17 maart 1670 verklaart Harmen, dan huisman te ‘Tiomarum’ (deakte zelf is van 30-5-1668) dat hij 1000 cg. Heeft ontvangen vanzijn broer, Doede Hobbes Donia en diens vrouw, Petertie Geerts 1146 .Op 25 maart 1670 wordt een akte geregistreerd van 6-5-1669, waarbijsprake is van de aankoop van een plaats te Midlum, in koop bekomenvan Aeltien Reniers. Aanwezig zijn dan ook zijn broers, Hein, teOosterbierum en Alle, ‘bij de Hoge Wier onder Almenum’ 1147 .Het echtpaar Harmen/Froukje wordt op 9 november 1677 te Midlumingeschreven als lidmaat.Stemkohier 1698 Midlum (Franekeradeel), stem nr. 9, TjaartTjaartsen, uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor 1/2; gereformeerdProf. Mathaeus, eigenaar voor 1/2; gereformeerd, Ymckjen Dirckx,gebruiker.Op 1 augustus 1721 komt Ymck als weduwe van harmen, met attestatieuit Oosterbierum terug naar Midlu.


8-1-1722 1148 is Harmen Pieters erfgenaam van Ymck Dircks, in levente Midlum en weduwe van Hermen Obbes (moet zijn: Hobbes). Harmen isdan in het 12e jaar en zoon van Pieter Jochums en Froukje Hermens.De testatrice heeft op 14-5-1721 een testament laten opmaken.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Midlum):1. Froukje, (= nr. 1457).2. Hobbe, ged. 2-3-1684.3. Dirckje, ged. 19-12-1686.2920. Jelle Tjeerds, voljarig in 1684, boer op stem 9 te Oosterbierumoverl. v. 1728, tr.2921. Bottje Anes, overl. in of na 1728.Op 19 juli 1692 is Jelle Tjeerds, mr. bakker te Oosterbierum,curator over de kinderen van Rienck piers en Antie Herckes. 1149Stemkohier 1698 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 9, Haerda, VrouwEverhardina van Lindenau, weduwe van jr. Douwe van Hoytema,eigenaar en Jelle Tjeerdts, gebruiker.Stemkohier 1698 Tzummarum (Barradeel), stem nr. 6, Stedda, ClaesGerrits, uit naam van zijn vrouw Froukjen Anes, eigenaar voor ¼;Gerben Anes, eigenaar voor ¼; Jelle Tjeerdts, uit naam van zijnvrouw Bottje Anes, eigenaar voor ¼; Wopke Anes, uit naam van zijnvrouw, eigenaar voor ¼, gebruiker voor ’t geheel.Stemkohier 1728 Tzummarum (Barradeel), stem nr. 6, Ytte Wopkes, uitnaam van zijn vrouw, eigenaar voor ¼ en gebruiker voor ’t geheel;Wopke Anes, uit naam van zijn dochter, eigenaar voor ¼; GerbenAnes, eigenaar voor ¼ en Bottje Anes, weduwe van Jelle Tjeerds,eigenaar voor ¼.Op 25-11-1711 koopt het echpaar bouwland te Oosterbierum vanAdriaan Witten van der Aa, heer van Cronenburg, Loonen, Grijsoord,etc, woonachtig te Leiden 1150 . Er volgt een niaarneming door ‘raadviscaal’Idsinga, later wordt er betaald door Gouke Zuringar.Uit dit huwelijk (allen ged. Oosterbierum):1. Tjeerd Jelles, ged. 26-5-1695, huisman te Oosterbierum op stem13, overl. v. 19-2-1741, tr. Antje Tjepkes, ged. Oosterbierum 26-12-1701, dr. van Tjepke Jetses en Trijntje Jochems. 1151Stemkohier 1728 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 13, de heerSuffridus Westerhuys, te Franeker, eigenaar, Tjeerd Jelles,gebruiker.Op 8 april 1737 is Tjeerd Jelles curator over Aaltje (in het 21 e ),kind van Tjepke Jetses en Trijntje Jochems. Zij laten teOosterbierum dopen: 1. Antje, ged. 26-12-1701 en 2. Aaltje, ged.14-6-1716. 1152Op 5 juni 1737 is Tjeerd Jelles, huisman onder Sexbierum, curatorover de innocente Bottje Ruurds, meerderjarige innocentevrijster. 1153 Vanaf 4-6-1738 wordt zijn broer Ane (zie hieronder)curator. Bottje is een dochter van Ruurd Haantjes en Trijntje Anes(op 22-3-1729, nr. 506).Op 19-2-1741 zijn Ane en Gerrit Jelles, huismannen te Oosterbierumen volle ooms, curator over Jelle (in het 17 e jaar) en TrijntjeTjeerds (in het 12 e jaar)2. Ane Jelles, ged. 18-7-1697.3. Gerrit Jelles, (= nr. 1460).4. Riemer Jelles, ged. 3-2-1704.2922. Tane Ypes, geb./ged. Wijnaldum 16/17-9/25-10-1665, boer op Dongjumstem 5, bijzitter van Franekeradeel, overl. v. 10-6-1720, tr.2923. Aeltie Hebbes Tyesma, ged. Menaldum 2-5-1669, overl. 21-9-1727,begr. Menaldum (kerk).


Stemkohier 1698 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 25, Coehool,groot 88 pondematen, Dirck Johannes, eigenaar van 19 pondematen;Tane Ipes, uit naam van zijn vrouw, eigenaar van 12,5 pondematen;Trijntie Hebbes, eigenaar van 12,5 pondematen; Tiomme Hanses, uitnaam van zijn vrouw, eigenaar van 12,5 pondematen; Ige Hebbes,eigenaar van 12,5 pondematen, gebruiker voor ’t geheel; SibbelMartens, uit naam van zijn vrouw, eigenaar van 19 pondematen.Stemkohier 1728 Oosterbierum (Barradeel), stem nr. 25, Yge Hibbes,eigenaar voor ½, en gebruiker voor ’t geheel en Tane Ypes, eigenaarvoor ½.Stemkohier 1698 Dongjum (Franekeradeel), stem nr. 5, grietman SiccoGoslinga, eigenaar (gereformeerd) en Tane Ypes, gebruiker.Op 25-11-1716 is Tane Ypes, mederechter van Franekeradeel, als oomvan vaderswege curator over Ype en Jan Symens, de kinderen van deoverleden Symen Ypes en Tiettie Jans. Op 10-6-1720 is Tane aloverleden, dan wordt Ype curator over zijn broer Jan (dan 24) 1154 .Uit dit huwelijk:(?) Jan Tanes, geb. ca. 1696.2. Jente, ged. Oosterbierum 24-1-1697, tr. Gerke Johannes Gerkema.3. Antje, (= nr. 1461).4. Trijntie, ged. Dongjum 11-9-1701.5. Ype, ged. Dongjum 10-2-1704, in 1728 gebruiker van Dongjum stem5, in 1743 huisman onder Franeker.6. Hebbe, ged. Dongjum 10-2-1704 (tweeling met voorgaande).7. Hebbe, ged. Dongjum 22-5-1707.2924. Jan Jansen van Asperen, ged. Tzummarum 29-11-1685, mr. bakker teOosterbierum, tr.2925. Isaackje Isaacks, ged. Tzummarum/Firdgum 30-12-1688 (als IJckjen),overl. na 15-2-1756, tr. (2) Gerloff Hessels.Op 17-1/4-2/14-3-1714 1155 proclameert het echtpaar de aankoop va<strong>nl</strong>and te Sexbierum, gekocht van dr. Titus Sloterdijk.Op 5-2/?/5-3-1721 1156 koopt het echtpaar, wonende te Oosterbierum,bouwland aldaar, voor 660 cg. van Thomas Rinties.Enkele jaren later, op 10-3/24-3/7-4-1728 1157 verkopen Jan Jansenvan Asperen, mr. bakker en zijn vrouw, wonende te Oosterbierum,voor ruim 159 gg. een huis aldaar, van Tjeerd Willems en GoyckSybrens. De eige<strong>nl</strong>ijke aankoop geschiedde op 6-3-1728.Op 20-12-1746 1158 voert Jan een proces tegen Johannes Gerlofs,ontvanger te Dronrijp. Er blijkt een zaak in juli 1745 bij hetnedergerecht Barradeel aan voorafgegaan te zijn. Er is onenigheidover verschillende zaken; o.a. over een zwerm bijen. Jan wordtuiteindelijk in het gelijk gesteld.Ysaakje Isaaks komt enkele malen voor als weduwe van GerloffHessels, te Oosterbierum 1159 .Op 15-2-1756 1160 verkoopt zij een huis met de bakkerij c.a. (zijleeft overigens in een latere akte in hetzelfde boek ook nog op 18-2-1757).Uit dit huwelijk (allen ged Oosterbierum):1. Bauckjen, ged. 15-12-1709.2. Isaac, ged. 25-10-1711.3. Bauckjen, ged. 16-7-1713.4. Jan (= nr. 1462).5. Ybeltjen, ged. 19-2-1719.6. Ybeltjen, ged. 21-4-1720.7. Ybeltjen, ged. 5-12-1723.2926. Mr. Tierck Tiercks Swijnstra, ged. Schalsum 11-10-1686, ontvangeren schoolmeester te Oosterbierum, overl. tussen 9-2-1736 en17-4-1737, tr. begin 1717


2927. Trijntje Hessels Fopma, geb./ged. Oosterlittens 3/24-9-1686,overl. na 1749.‘In dat jaar 1713 werd evenwel mr. Tierck Tiercks tot schoolmeesterberoepen; zijn vader mr. Tierck Freercs zullen we te Sexbierumontmoeten. Weldra ging de jongeman nu trouwen metTrijntje Hessels Fopma; hij noemt zich meestal Tierck Swijnstra(waarschij<strong>nl</strong>ijk van Zweins afkomstig). Ook hij was weer tevensontvanger en dorprechter. In febr. 1737 was hij hier nog;in april 1737 evenwel was de genoemde Trijntje Hessels weduwe vanwijlen Tjerk Swijnstra, in leven ontvanger en schooldienaar inOosterbierum.In de kerkvoogdij-rekeningen van 1737 komen kosten voor wegens deberoeping van de nieuwe schoolmeester: "kosten wegens 't beroepenvan den nieuwen schoolmr.: 23 gl., ook wegens scheepsvragten vanschoolmrs. meubelen en aan Jan Swart wegens stemminge tot denieuwe schoolmr., ontvr. en dorpr.". Die nieuwe meester wasJohannes Gerlofs, die in mei 1737 kwam van elders (want er wordenverhuiskosten betaald) en die in febr. 1739 ook weervoorkomt als ontvanger en dorprechter te Oosterbierum. Hij stondhier in juli 1745 nog, maar daarna werd hij "gesworen clerq" tersecretarie van Barradeel en in 1749 secretaris der grietenij. Hijnoemt zich dan Johs. Gerlofs Gerlofsma. In 1762 deed hij afstandvan dat ambt en in 1775 is sprake van zijn erfgenamen.Op 5 aug. 1745 wordt aan de hospes Sijmen Yges 10 gulden betaaldwegens "verteringe door de stemdragende ingesetenen gedaan soo teroccasie van het opnemen der Kerkrekeninge als van het stemmen vande nieuwe schoolmeester P. Paludanus in plaats van mr. JohannesGerlofs". In sept. was hij er reeds: hij kreeg toen 3 guldenvergoed, "als bij hem verschoten voor 't schoonmaken van hetschoolmrs. huis". Hij was tevens dorprechter, organist encollecteur van de speciën. In maart 1747 huwde mr. PieterPaludanus, geboren omstreeks 1722, met Tijtje Gerrits. Hij is hierop 8 juni 1783 hertrouwd met Yzakje Jans van Asperen, ook vanOosterbierum. Hij komt hier op 30 april 1788 nog voor, dochoverleed vóór 7 juli 1789, want toen was Yzakje Jans zijn weduwe;zij verkocht toen een huis in Sexbierum. 1161Op 10-2-1714 doet de jongedochter Trijntje Hessels (zonderfamilienaam) belijdenis te Oosterlittens.Eind 1715, begin 1716 komt deze familie Fopma voor in de archievenvan het Hof van Friesland in een zaak tegen Theotardus DavidAcronius 1162 . De bijlagen geven veel familierelaties en naderegegevens. Dr. Julius Fopma heeft een volmacht van Hessel Fopma teOosterlittens en zijn vrouw, Mayke Hendriks Adema, als universeelerfgenaam van haar vader, Hendrik Pieters Adema en als volmachtvoor: Jildert, Jelle, Trijntje (= nr. 2927) en Grietje Fopma. VoorPieter Fopma te Britswerd en Pyttie Fopma en haar man, BenedictusBanga te Jorwerd en voor Franske Fopma en haar man, Seerp Douwes teScharnegoutum en voor de moeder van Mayke Hendriks Adema, EelkjeGosses. Uit de papieren kan onder andere geconcludeerd worden datTrijntje welhaast getrouwd moet zijn tussen 26-11-1715 en 3-3-1716,omdat zij eerst alleen voorkomt en later ‘gesterckt met haar nieuwgetrouwde man, ontfanger en schoolmeester tot Pijtersbierum’.Op 9-2-1736 1163 zijn Pieter Hessels Fopma, huisman te Britswerd enTjerk Swijnstra, ontvanger te Oosterbierum (dus denkelijk toch devader en niet de gelijknamige zoon) curatoren over de kinderen vanwijlen Benedix Eeltjes Banga te Jorwerd.Op 17-4-1737 1164 treedt Jan Roorda, van Harlingen, ontvangergeneraalvan Barradeel, op als schuldeiser bij het faillisement vanTrijntje Hessels Fopma, weduwe van Tjerk Swijnstra, in levenontvanger en schoolmeester te Oosterbierum. Curator over de


failliete boedel is Johannes Ritskes Stellingwerf, dijkopzichtervan Oosterbierum.Quotisatie: ‘Trijntje Tjerks, weduwe, gering’ 1 + 12; aanslag: 4-6-14.Vermoedelijk heeft Trijntje met haar stiefdochter Jeltje een winkelgedreven, want ‘Jeltje en Trijntje Tjerks’ komen als winkeliers teSexbierum voor 1165 .Uit het huwelijk (allen ged Oosterbierum):1. Wytske (= nr. 1463).2. Tjerk, ged. 22-10-1719.2928. Sijtse Hotses, boer op Sytebuoren (1698), later naar Goïngahuizen,lidmaat van de Vlaamse menniste gemeente ‘Het nieuwe huis’ teGrouw, overl v. 1728, tr. Oudega (Sm.) 24-2-1719 11662929. Lieuwke Nammles.Bij huwelijk was hij afkomstig van Grouw, zij van Warga.Stemkohier 1698 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 62, Groot Jetsma,groot 65 pondematen, schiet 3 floreen 24 stuivers, Sipke Jochems teSmalle Ee, uit naam van zijn vrouw, eigenaar (aandeel niet vermeld,moet zijn: 8,5 pondematen); Sytse Hotses te Goëngahuizen, eigenaarvan 28 pondematen; Aern Aenes, uit naam van zijn kinderen, eigenaarvan 19 pondematen; Mirk Romkes te Irnsum, eigenaar van 9,5pondematen en Tiete Willems, gebruiker.Stemkohier 1728 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 62, groot 66pondematen, Ate Anes erven, eigenaar van 9,5 pondematen; FeikeYmes, eigenaar van 9,5 pondematen; Sipke Jochums erven, eigenaarvan 9,5 pondematen Sytse Hotses erven, eigenaar van 28 pondematen;Tjepke Jillerts, eigenaar van 9,5 pondematen en Douwe Sipkes,gebruiker.Stemkohier 1698 Boornbergum (Smallingerland), stem nr. 36, VrouwAurelia van Glinstra, vrouw van de heer Arnoldus van Haersma,eigenaar en Sytse Hotses, gebruiker.2930. Aucke Jelles Jeltes, veerschipper en eignr. en bruiker stem 17Grou, Feddema (1698 t/m 1746), afkomstig uit Grouw, doopsgezindvermaner, overleden rond 1738, tr. (1) Grouw 28-8-1681 (3 eproclamatie) Engel Jans, afkomstig uit Leeuwarden/op ’t Vliet, tr.(3) Grouw 9-12-1692 Ibel Lases, afkomstig uit Oldeboorn, tr. (2)(3 e proclamatie) Grouw 19-4-16852931. Nieske Martens, overl. in of na 1728.Stemkohier 1698 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 17, Feddema, grootongeveer 94 pondematen, schiet 10 floreen 10 stuivers, Aucke Jellesmet zijn vrouw, eigenaar en gebruiker.Stemkohier 1728 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 17, Auke Jelles metzijn vrouw, eigenaar en gebruiker.Jaaike Aukes en de overige kinderen van Auke Jelles schenken op 14-4-1746 1167 het stemrecht van hun state te Grouw aan Aurelia vanHaarsma.Zie voor Aucke 1168 : "De Doopsgezinden te Grouw" door Ds F.H. Pasma,blz 10 en 11.Procl.Ida 556a/10-4-1693: Aucke Jelles veerschipper, te Grou enIJbel Laeses e.l. als kopers van een huis te Grouw.Ida 77/R8/Hypoth.fol 188/18-4-1738/2-1-1738: Jelle Auckes huismante Deersum, Nammen Sijtses als wettige voorst. van sijn kinderenbij Jaay Aukes dr, Harmen Sijtses Huisman tot Oldeboorn als man envoogd over Ytje Auckes, Pijter Pijters huisman Grou als man envoogd over Pijtje Auckes en Goslijck Pijters als vader envoorstander over zijn kinderen bij Jeltje Auckes in echte verwekt,in die qlt gezame<strong>nl</strong>ijke eigenaars van een sate lands tot Grou


"Feddema" genaamd (92 1/2 pm) bekennen te hebben verhuurt en inbruickema voor 8 jaren aan Harmen Jelgers tot Grou reeds op de satewoonachtig. Huijsinge schuur watermolen bomen en plantagie alsmedede karnmolen Bargehok hovinge 2.445cg sinds Petrij en Meij 1732.Procl.Ida 59/fol4/28-11-1746: Mevr.Aurelia wed.Haarsma wed.TjallingKamstra koopt een zate en landen onder Grou Cohier nr.17, meijerBauke Wijtses, 94pm, 10 florenen + 10 strs, excempt het hor<strong>nl</strong>egeren de stemgeregtigheid dat de verkopers aan zich behouden, dekopers hebben het gebruik van het hor<strong>nl</strong>eger. Verkopers zijnGoslijck Pijtters in qlt als vader over zijn dochter AntjeGoslijcks, Pijtje Auckes gesterkt met haar man Pijter Pijters onderGrou, Ytje Auckes gesterkt met haar man Harmen Sijtses c.soc voorde somma van 11.940cg 14str en 8 penn. Coopbrief van 14-4-1746.Uit het huwelijk van Aucke Jelles en Nieske Martens:1. Jelle Auckes, huisman te Deersum, afkomstig uit Grouw, tr. Grouw24-4-1718 (3e procl.; att.n.Deersum, Catolyk Bruidspaar?) metJetske Sijtses, afkomstig uit Deersum.2. Jaay Auckes, (= nr. 1465).3. Ytje Auckes, afkomstig uit Grouw, otr. Grouw 22-9-1715 (3eprocl. Mennist bruidspaar!) met Harmen Sijtses, huisman, afkomstiguit Oldeboorn.4. Pijtje Auckes, afkomstig uit Grouw, tr. Grouw 4-4-1723 (Mennistbruidspaar!) met Pijter Pijters de Oude, timmerman en huisman in deBurd, Grou No 64 Bennema 1738/1778, afkomstig uit Grouw(doopsgezind (F)), overleden op 21 augustus 1781 (Gr.Almanak +lidm.lijst D.G.), waarschij<strong>nl</strong>ijk zoon van Pijter Wilties en JayPijtters.Procl. Idadl 21-2-1724: Pijtter Pijtters mr timmerman en PijtieAukes e.l. en Goslijk Pijtters insgelijk mr timmerman en gebroedersbijde tot Grou etc.Zie ook: Speciekohieren Grou 1764/No 65 Pijtter Pijtters de oude, 1zoon minder{ieter Pieters tr. (2) Aegum 8-10-1752 Klaske Sipkes, afkomstig uitAegum, overl. 21-9-1781 (Gr.Almanak: Pyter Pyters onder Grou synwiddou), dochter van Sipcke Karstes (boer 1708/1728 te Grouw No 27,Minia, Gr.+ Kl.Roo en in 1738 boer op No 1 Aegum, Rollema) en YttieSijbrens (boerin op No 1 te Aegum, Rollema in 1748-1761).5. Jeltje Auckes, afkomstig uit Grouw, overl. v. 2-1-1738 (Ida77/fol 188 Hypoth), tr. Grouw 17-12-1724 Goslijck Pijtters,timmerman, afkomstig uit Grouw (doopsgezind lidm. lijst-1-1737;leraar), overleden ald. 23-4-1767 (Gr.Almanak: preker (F)),waarschij<strong>nl</strong>ijk zoon van Pijter Wilties en Jay Pijtters.Personele Kohier Grouw 1768: Goslijq Pijters versturven, nu TeijeMartens noe ux. 1100.-.- / 12-2-Ida 78/R9/fol 3v/1746/46: Goslig Pijters en Pijter Pijtersidem blz 13v + 30v en 81.Goslik Pieters tr. (2) Grouw 29-11-1739 Baukjen IJskes, oldcoopvrouw (1781), afkomstig uit Akkrum (doopsgezind lidm.lijst 1740(F)), wonende te Grouw, overleden aldaar op 11-9-1781 (Gr.Almanak:F).)2932. Sjoerd Clases, wonende Wartena, boer op Groot Tjallinga, overl. na1738, tr. (1) Jeltje Pyters, dr. van Pyter Doedes en FrouckHarmens, tr. (2) v. 29-6-17122933. Antje Yskes, geb. 1692.Stemkohier 1698 Wartena (Idaarderadeel), stem nr. 28, GrootTjallinga, groot 100 pondematen, Opm. Schiet 5 floreen, KapiteinLoë te Sneek, uit naam van zijn vrouw, eigenaar en Sjoerd Klases,gebruiker.


Stemkohier 1728 Wartena (Idaarderadeel), stem nr. 28, Kapitein Loë(LOE) weduwe te Sneek, eigenaar en Sjoerd Claases, gebruiker.Uit dit huwelijk:1. Wybren Sjoerds, geb. Wartena 1712/1713, tr. Wartena 29-4-1742Berber Gerbens.2. Ysk Sjoerds (= nr. 1466).2934. Evert Douwes, overl. v. 1728, tr. Grouw 30-9-17032935. Antje Taekes.Stemkohier 1698 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 44, Hottingawier,groot 60 pondematen, Opm. Schiet 3 floreen 21 stuivers, Yda Siccamate Leeuwarden, eigenaar van 27 pondematen (papist); Taco Joanneskinderen, eigenaar voor ¼, Opm. Curator: Sybren Sybrens te Grouw;Tjara te Oosterend, eigenaar van 10 pondematen (papist); Petrus vanNysten, uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor ¼;Baucke Gerbensweduwe, gebruiker.Stemkohier 1728 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 44, groot 72pondematen, Dr. Nicolay, eigenaar van 24 pondematen; grietmanScheltinga, eigenaar van 12 pondematen; de heer B. Nysten, eigenaarvan 18 pondematen; Evert Douwes erven, eigenaar van 18 pondematenen Marten Baukes, gebruiker.Trouwt Evert voor de tweede keer? Trouwregister Hervormde gemeenteGrouw, 1715Bevestiging huwelijk van 3 november 1715, GrouwMan: Evert Douwes, Grouw; vrouw: Oentje Symens, Grouw. NB: de bruiden bruidegom zijn DoopsgezindBij huwelijk waren Evert en Antje beiden afkomstig van Grouw.2936. Halbe Holstes, tr.2937. Antje Baukes.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):Holst (= nr. 1468).Bauke.2940. (?) Heere Lieuwes, geb. ca. 1670, boer op stem 4 en van stem 9 teHempens, tr. Hempens 24-3-16952941. (?) Dieuwke Jentjes.In 1698 woont Heere te Hempens, ook in 1728 is hij nog boer op stem4, 50 pondematen groot, en van stem 9, 64 pondematen groot.Bij huwelijk is Dieuwke afkomstig van Hempens. Volgens Nieuwlandheeft Heere mogelijk een broer, Pieter Lieuwes, tr. GrietjeJohannes, van Rypstjerk. Kinderen: Lieuwe, Berber, Johannes en AkkePieters.Uit dit huwelijk (waarschij<strong>nl</strong>ijk onvolledig):1. Lieuwe Heeres, ged. 8-12-1695.2. Ate Heres, ged. 3-4-1698.3. Aatie Heres, ged. 15-10-1702.2942. Oege Hettes, geb. 1655, boer te Huizum op stem 19 en te Hempens opstem 13, overl. na 1728, tr. Irnsum 24-10-16802943. Trijntje Willems.Stemkohier 1698 Huizum (Leeuwarderadeel), stem nr. 19, Juffr. Annavan Ytsma, eigenaar voor 1/3; de heer Feyo van Ytsma, eigenaar voor1/3; overste luitenant Jurrien Kock, eigenaar voor 1/3 en OegeHettes, gebruiker.Stemkohier 1728 Hempens (Leeuwarderadeel), stem nr. 13, groot 86pondematen, Jr. Julius Ritske van Sixma, uit naam van zijn vrouw,


eigenaar van 70 pondematen; Jacob Clasen erven, eigenaar van 16pondematen en Oege Hettes, gebruiker.Nieuwland meldt dat Oege geboren is rond 1655. Hij is boer teHuizum (1698, gebruiker van stem 19 aldaar) en later te Hempens(1716). In 1713 is hij gebruiker van stem 13 te Hempens. Hijtesteert 1722 (Hof EEE 7, p. 600). In 1710 is hij curator over dekinderen van Jan Willems en Grietje Doedes. Vindplaatsen: TIE M14110; S18 210.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Hette Oeges.2. Antje Oeges.3. Okje Oeges (= nr. 1471).4. Tjerk Oeges, geb. 1697.5. Pietje Oeges.6. Tjebbe Oeges.7. Fokke Oeges.2944. Jacob Barentsz. van Amstel, ged. Haarlem 4-5-1653, overl. na1-1708, (o)tr. (2) Haarlem 6/20-3-1695 Sanneke Salomons, otr./tr.(3) Haarlem 11/26-12-1707 Saartje Paulusdr. Wijtooge, weduwe Joostde Kooning. Jacob tr. (1)2945. Teunisie Hendriks Kranenburgh.Getuigen bij de doop van Jacob waren Willem Jans en Maijke Martens.De kinderen (en aangehuwden) van Barent Tybouts en JosijntjeZachariasdr. komen in de loop van de jaren veelvuldig bij elkaarals doopgetuige voor. Zo is Jacob in ieder geval zelf actief bijhet doopvont als getuige bij de doop van Jan, zoon van AbrahamBarents van Amstel en Aaltje Jans van der Aa.Te Haarlem komt in deze dagen een zekere Jan Hendriks vanKranenburg voor, afkomstig van Rijnsburg. Is er een familierelatie?Uit het eerste huwelijk (in ieder geval, allen ged Haarlem):1. Jesina, ged. 25-10-1678, getuigen: Abraham Barents van Amstel enSijntje Abrahams.2. Henrik, (= nr. 1472).3. Josijntje, ged. 10-11-1682, getuigen: Clemens Isaacs van der Walen Catalijntje Barents.4. Maijke, ged. 15-8-1692, getuigen: Pieter Gerrits en Maijke Pie..Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged Haarlem):5. Salomon, ged. 7-3-1696, getuigen: Woueter Hendriks en GrietjeGillis.6. Anna Elisabeth, ged. 22-11-1697, getuigen: Pieter van Amstel enAnna ...7. Maijke, ged. 3-3-1702, getuige: Maijken Hendriks.2948. Frans Andries van Dam/Damme, afkomstig van Gent, overl. na21-3-1708 (doopgetuige), (o)tr. (1) Haarlem 27-10/10-11-1675Marijtje Jans de Meijer, begr. Haarlem 2-6-1680 (vrouw van Fransvan Damme), tr. (2) Haarlem 18-8-1680 Neeltje Dirks Boot, begr.Haarlem 28-10-1683 (vrouw van Frans van Damme), tr. (3) Haarlem11/25-6-16842949. Eva Jans, j.d. van Haarlem.Bij het eerste huwelijk is Frans j.m. van Gent en Marijtje j.d. vanHaarlem. Bij het tweede en derde huwelijk heet men hem weduwnaarvan Gent. Dat laat de mogelijkheid open dat er een naamgenoot inhet spel is, maar doorgaans vond ik dat in de Haarlemse kerkelijkevermeldingen de plaats van herkomst van iemand altijd dezelfdeblijft. Daarom ga ik ervan uit, dat het om dezelfde Frans Andriesvan Dam gaat.


Eva Jans zou een dochter kunnen zijn (nog geen verder bewijsgezocht) van Jan Adams, j.m. van Gelebbeck/Gelebbirk (uit het landvan Gullick), (o)tr. Haarlem 20-9/4-10-1654 Machteld/MargrietWillems, j.d. van Kampen. Kinderen: Adam (1657), Jannetje (1659),Eva (ged. 19-1-1661), Marritje (1664), David (1667) en Sara (1670).Andere mogelijke ouders:Jan Gerrits, tr. Saertje Jans, dr. Eva, ged. Haarlem 4-7-1656.Jan Stevens, tr. Martha Oliviers, dr. Eva, ged. Haarlem 24-2-1658.Op 29-1-1684 en 26-10-1692 werd te Haarlem een kind begraven vanFrans van Damme.Uit het eerste huwelijk (in ieder geval, ged. Haarlem):1. Barbara, ged. 1-11-1676, getuige: Lambertie Fouque.2. Marijtje, ged. 18-10-1678, getuigen: Barbara Fouké.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, ged. Haarlem):3. Engeltje, ged. 13-10-1683.Uit het derde huwelijk (in ieder geval, ged. Haarlem):4. Andries, (= nr. 1474).2950. Dirk Jacobszn. de Koning/Keuningh, (o)tr. Haarlem 12/26-7-16652951. Sijntijen Claes.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged Haarlem):1. Jacob, ged. 17-3-1666, getuige: Lysbeth Jacobs.2. Maria, (= nr. 1475).3. Liesbeth, ged. 30-12-1672, getuige: Liesbeth Jacobs.4. Cathalijntje, ged. 17-7-1675, getuigen: Claas Hebrants enCathalijntje Pieters.5. Dirk, ged. 22-4-1678, getuige: Lysbeth Jacobs.6. Joost, ged. 22-9-1680, getuigen: Henr. Jacobs en Lysb. Jacobs.7. Magdaleentje, ged. 4-7-1683.2958. Gerrit Corstiaans (de) Pauw, arbeider op de Glip, otr. Heemstede5-4-16872959. Neeltje Pieters, begr. Heemstede 23-11-1720.Uit dit huwelijk (allen ged Heemstede):1. Jacob, ged. 24-10-1688, getuigen: Thys Jacob Corze Paeuw, SaraCorstiaanse Paeuw.2. Sara (= nr. 1479).3. Pieter, ged. 22-12-1692, getuigen: Jacob Pieters.4. Aaltje, ged. 22-1-1696, getuigen: Maritie Abrahams.5. Jannetje, ged. 27-10-1697, getuigen: Barent Gerrits, StyntieCorstiaanz de Pauw.2960. Adam Gautschi, schoenmaker Gontenschwyl, (Graafschap Lentzburg)Op 13-7-1711 in Bern ingescheept op 72-jarige leeftijd met vrouw(60 jr.) en zoon Hans Gautschij (32 jr.) en schoondochter BarbaraHebber (26 jr.) en twee kleinkinderen, tr.2961. Elisabeth Bokzer.3004. Aart Jans van Munster, tr. (1) Neeltje Jans, tr. (2) Tiel 4-3-16993005. Anneken Hendriksdr. van Meel.3016. Bartel Willem Davidson/Davidse/Davidszoon, (o)tr. (2) Haarlem6/20-3-1718 Christina Monsangu, van Deventer, (o)tr. (1) Haarlem30-6/14-7-17093017. Helena/Leena de Vries, ged. Amsterdam 11-9-1689, over. v. 1718.Bij het huwelijk was Bartel afkomstig van Haarlem en Leena vanAmsterdam.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Haarlem):


1. Jacob, (= nr. 1508).2. Willem, ged. 21-11-1714, getuigen: Egbert de Ridder en Maritjede Vries.3020. Jan Bartelie/Bartelse Zaris/Zarras, j.m. van Tongeren, tr. Haarlem(schepenen) 28-12-1698 en RK (statie St. Maria) 29-12-16983021. Annetje Dirks van Deurne, j.d. van Deurne.Getuigen bij het huwelijk waren Hendrikje Buuren en Lysbeth H....Uit dit huwelijk (in ieder geval):Jannetje, ged. RK (statie St. Anna) 7-1-1700.Bartel, (= nr. 1510).3022. Klaas Kam, tr.3023. Theuntje Jans.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Anna, ged. RK (statie St. Bernardus) 28-6-1712.2. Marijtje, (= nr. 1511).3. Jacobus, ged. RK (statie St. Bernardus) 20-7-1710.3024. Paulus Staessen, poorter van ‘s-Hertogenbosch, handelaar,maasschipper, begr. Dordrecht (Grote Kerk) 25-10-1682, tr. (1)Tijssie Jillisdr., overl./begr. Dordrecht 16/19-8-1667, tr. (2)Dordrecht 23-3-16683025. Geertruijd Vervel, geb. Luik (B), overl. Dordrecht 1-8-1688, begr.Dordrecht (Grote Kerk) 4-8-1688.Paulus en zijn eerste vrouw testeren 1-11-1663, op 22-5-1669 doethij dat met Geertruid.Op 10-7-1669 is hij 646 g. en 3 st. schuldig aan de Dordtse koopmanJohan Stricker vanwege koop en leverantie van 154 vaten zout. Kortdaarop loste hij zijn schulden af.Paulus bezat een pont, groot 16 lasten en op de laatste dag vanfebruari 1674 verkocht hij een maaspont voor 400 gulden aanCorstiaen Gijsen, outraet van Dordrecht.Op 15-9-1679 verkoopt Hendrick Jans van Werkhoven, koopman vanwijnen, wonende te Culemborg, als gemachtigde van Sr. PaulusStaessen, zeven en een half hont land, gelegen op de Goilbredingeweert aan Bartholomeus Vervel, apothecaris te Dordrecht. Op 11-10-1688 wordt in het dodenregister van de weeskamer te Dordrechtingeschreven: ‘Geertrij Vervel in de Krommenelleboog, laet naer 3kinderen, waarvan twee sijn int H. Geesthuis en de een bij degrootmoeder oock sonder goed volgens de verclaringe van Sr PieterVervel.’Uit het tweede huwelijk (allen ged. Dordrecht):1. Aaltje, ged. 6-6-1669.2. Jenneken, ged. 19-7-1670.3. Jenneke, ged. 11-5-1673.4. Antoni, ged. 24-10-1675.5. Aeltje, ged. 7-8-16796. Jan (= nr. 1512).3026. Remigius/Remisius Gillisz. van Riemsdijck, te Grave, overl. v.14-3-1724, tr.3027. Sibilla Hillac(q).Gegevens vermoedelijk te Grave. Op 30-3-1639 wordt een Johan vanRiemsdijck in het oud-notarieel archief van Rotterdam genoemd alsoud-burgemeester van Grave 1169 .


In 1729 1170 treedt Sibilla als weduwe van Remigius van Riemsdijckvoor het gerecht contra Pieter Anthony Meuleman, rentmeester vanhet Catharina Gasthuis te Grave, als curator over de boedel vanwijlen Gilles van Rijmsdijck.Remmit/Remmet/Remigius van Rijmsdijck, wachtmeester, tr. SibillaHillac(q)/Hollax. Zoon van Gillis van Rijmsdijck, gerechtsbode enherbergier te Gassel, waldgraaf van het Land van Cuyk, overl. 1684,tr. Alegonda van Os. Kleinzoon van Johan van Riemsdijck enWillemken Gielisdr.Gilles komt in 1672 voor als herbergier te Gastel, land van Cuycken is elders ‘Waltgraaf Gilles van Rijmsdijck’ 1171 .Mogelijk voorgeslacht: Gelders Archief, Toegangsnummer: 0012,Archieftitel: Gelderse Rekenkamer, inv. nr. 391:Correspondentie met den ambtman JACOB MOM, den momber en anderen(oorspr. en minuut) over de lossing van het ambt van Maas en Waalen de verplichting van de erfgenamen en rechtverkrijgenden vanGILLIS VAN RIEMSDIJCK, die het indertijd in pand verkregen had, omrekening af te leggen, 1604-1613, Met desbetreffende stukken,waaronder retroacta, 1564-1572, en een katern. houdende afschriften(c. 1610) van pand-en commissiebrieven van 1463-1545Idem: inv. nr. 2680 Tolboek van den Middelaarschen tol, gehoudendoor de pachters Jan van Riemsdijck en Johan Haenene, van 1603October 11 tot 1605 October 9Rekeningen van Johan van Riemsdijck, 1624-1626, afgehoord 1626,1629Inv. nr. 2681 4de rekening, 1624/25.Inv. nr. 2682 5de rekening, 1625/26.Gelders Archief, Toegangsnummer: 0012 (Gelderse Rekenkamer),391 Correspondentie met den ambtman JACOB MOM, den momber enanderen (oorspr. en minuut) over de lossing van het ambt van Maasen Waal en de verplichting van de erfgenamen en rechtverkrijgendenvan GILLIS VAN RIEMSDIJCK, die het indertijd in pand verkregen had,om rekening af te leggen, 1604-1613, Met desbetreffende stukken,waaronder retroacta, 1564-1572, en een katern. houdende afschriften(c. 1610) van pand-en commissiebrieven van 1463-1545, 1463 - 1613Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), Toegangsnummer: 19(Raad van Brabant, 1586 – 1811):788.1843 Gillis van Rijmsdijk, herbergier in Gastel, land vanCuijk, contra dijkgraaf en heemraden Eschaarse Polder: som geld,1672.788.2011 Jan van Dijk in 's-Hertogenbosch, als man van WilhelminaBijl / Isabella Burvene, weduwe Dirk Bijl, in leven kleermaker inDen Haag / en Maarten Bijl junior in Dordrecht, allen kinderen vanMaarten Bijl senior contra Gillis van Rijmsdijk in Gassel (Land vanCuijk), gewezen voogd van eisers: rekenschap over beheer goederen,nagelaten door ouders van eisers, 1678.788.2306 Maria Florissen van Gemert, weduwe Willem de Decquere,contra gebruikers landerijen van wijlen Waltgraaf Gillis vanRijmsdijk, 1685.Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL),Toegangsnummer: 16.0521, 2154 Acte van schepenen te Maasbommel,waarin zij verklaren dat voor hen gekomen is Gelys van Rymsdyck dieverklaard heeft schuldig te zijn aan Sereffaes van Leeuwen 5philipsgulden en 3 goudgulden jaarlijks, en stelt als onderpand "..den bollick .." en verder alle goed dat Gelys en Alert van Rymsdyckverklaren asl waarborg te hebben op het moment. Serreffaes vanLeeuwsen verklaart dat Jelys van Rymsdyck deze rente altijd kan


aflossen voor 80 philipsgulden en 50 goudgulden, 1532, altera dieMaurycydetails...Over de familie Van Riemsdijk is wel het een en ander gepubliceerd.Zo is er in NL 1928 1172 sprake van een stamvader met een voornaamdie in dezelfde richting komt: Arien Reymetsz. of Remboutsz.Wellicht is de naam een aanwijzing. Nadert onderzoek.In een bewerking van het archief van de Ambtman van het Land vanCuijk vande genealogische werkgroep Land van Cuijk en Ravenstein komt hetvolgendevoor 1173 :In 1665 wordt in opdracht van de Ambtman een kohier opgemaakt voorhetinstellen van een kapitale heffing.Blz. 8: Heeswijck onder Cuijck: Aert van Gassel woonende op denhoff vanden ontfanger Rijmsdijck hem generende met de bouwerije met tweepeerdenop gepacht lant.Blz. 19: Escharen: Japer Sijmons gepacht hebbende het goet vanGillis van Rijmsdijck hem generende mette bouwerij met tweepeertijens belast metdrie kinderen.Blz. 22: Gassel: Gillis van Rijmsdijck hem generende mettebouwerije mettwee peerden ende met brouwen ende tappen beswaert met negenkinderen endemet groote schulden soodanich dat sijn goet soo wel beswaert is als't canuijtbrengen.Blz. 23 Aldus geschiet op huyden desen twaelffden junij 1665 tenoverstaenvan den scholtes Ruther de Haen ende den Landtschrijver MelchiorMaes de Loeckere, Hermen Jordens en Geerit Thijssen neffens Gillisvan Rijmdijck als geauthoriseert sijnde van de Hooch EdelWelgeboorne heere Frijbergh ende etc. Actum Gassel datum ut supra.In de regesten o het notariaat Cuijk van notaris Rutger de Haen :Blz. 38 d.d. 25.02.1709 Procuratie Anthony Meuleman,gasthuismeester te Grave, machtigt Johan Boon, procureur te Graveom namens hem op te treden inzake de boedel van Gillis vanRijmsdijck.De naam Van Riemsdijk komt ook voor in een latere publicatie in NL1931:‘Geslagttafelen der Riemsdijken’ (een 18e eeuwsch handschrift),door Dr. Th. R. Valck Lucassen: In het jaar 1784 heeft Jacobus vanRiemsdijk Arn. zn., in leven secretaris der stad Hardenberg enbehoorende tot de Overijsselsche familie van dien naam,‘Geslagttafelen der Riemsdijken’ opgesteld, waarvan in lateren tijdmeerdere afschriften blijken te zijn vervaardigd, die weergedeeltelijk werden bijgewerkt. Toevallig kwam ons hiervan eentweetal, in hoofdzaak vrijwel gelijkluidend, onder de oogen. Naasteen aantal losse gegevens, betreffende niet aan te sluiten vanRiemsdijk’s uit vroegeren en lateren tijd, geven de hier bedoeldetabellen een genealogisch overzicht van een viertal geslachten vandien naam, die ten tijde van hare opstelling naast elkanderbloeiden, zonder dat de onderlinge verwantschap destijds kon wordenaangetoond.Het waren:


I. De Riemsdijk’s te Grave en Ravestein, welke - waarschij<strong>nl</strong>ijk oponvoldoende gronden - door den samensteller werden vastgehecht aande oud-adellijke Riemsdijk’s, heeren van Maasbommel enz.,II. De tegenwoordig ten deele in den Nederlandschen adel opgenomenfamilie van Riemsdijk.III. De Riemsdijk’s te Gramsbergen, Hardenberg en elders inOverijssel, waartoe de samensteller der tabellen zelf behoorde enover wie hij dan ook het volledigstis. Aan hen geeft hij tot stamvader Jacob van Riemsdìjk, ‘Capiteinvan eene compagnie in dienst van den Staat der VereenigdeNeederlanden en Major te Coevorden’, leefde 1670, dien hij zondernader bewijs voor ean afstammeling houdt van eengelijknamigen Jacob, telg uit het onder I genoemde geslacht derheeren van Maasbommel.IV. De familie van Riemsdijk, waarvan het meest bekende lid was degouverneur-generaal van N.I. Jeremias van Riemsdijk, over wien ‘promemoria’ wordt opgeteekend: ‘Deze heeft in desselvs jonge jaarenbij abuijs een zilveren griffioen op een groen veld in zijn wape<strong>nl</strong>aten snijden, in plaats van het familiewapen den roden dubbelenarend op een goud veld, bij desselvs vader gevoerd, en dit eenigentijd gevoerd hebbende naderhand welstaans halven niet kunnenveranderen.’Aan dezen tak wordt tot stamvader gegeven ‘. . . . van Riemsdìjk,een voornaam officier in dienst van den Staat der Vereen.Nederlanden, gesneuveld in de Belegering van Breda 1637, omdesselves bewezen diensten is zijn nagelaten zoon door de Prins vanOranje met een pensioen van 600 gulden jaarl. voor al zijn levenbegiftigt.’Hoewel deze ,,Geslagttafelen” zonder twijfel gegevens inhouden, dievoor den samensteller van genealogieën der desbetreffende familiesnuttige aanwijzingen kunnen inhouden, achten wij ze toch teonvolledig en te spaarzaam van data voorzien om ze - gelijk onsaanvankelijk in overweging was gegeven - voor publicatie in ditmaandblad in aanmerking te doen komen. Bovendien bevatten ze in deoudere generaties gegevens, die op grond van later archiefonderzoekals onjuist of onbewezen ter zijde moeten worden gesteld.Zoo vangt de stamreeks van het tegenwoordig ten deele geadeldegeslacht van Riemsdijk (zie hierboven onder 11) evenals inVorsterman van Oyen’s Stam- en Wapenboek, dl. 111, p. 446, nog aanmet Rombout van Riemsdijk, levende in 1490, overgrootvader van Arievan Riemsdijk ‘die geleeft heeft 1687’ en met welken laatste wijeerst op vasten bodem belanden, voorzoover wij hem althans mogenvereenzelvigen met den in Ned.Adelsboek 1916 als bewezen stamvader vermelden Arien Reymetsz?z.(Remboutsz.).In jaarg. 1928, k. 171 van dit Maandblad heeft – naar men zich zalherinneren - Jhr. Dr. W. A. Beelaerts van Blokland, naar aa<strong>nl</strong>eidingvan het feit dat laatstgenoemde Arien nooit anders dan met eenpatronymicum voorkomt en de naam van Riemsdijk eerst na zijn dooddoor zijn beide zonen Hanrick en Aart blijkt te zijn aangenomen, opde onmogelijkheid gewezen om, zoolang hiervoor geen verklaarbarereden kon worden aangevoerd, uit te maken of de afstammelingen vandien Arien Reymetszn. al of niet op eenigerlei wijze met de oudadellijkeRiemsdijk’s samenhingen. Het bestaan te Varik in hetmidden van de 16e eeuw van een Hendrik van Riemsdijk (in de‘Geslagstafelen’ zonder verdere toevoeging als oom van ArienReymetszn. vermeld), die uit twee huwelijken kinderen blijkt tehebben nagelaten, deed intusschen bij hem de - o.i.gerechtvaardigde - vraag oprijzen of genoemde Hanrick en Aert vanRiemsdijk wellicht niet in de vrouwelijke lijn van dezen Hendrikafstamden.


Is de hier besproken tabel dus niet geheel betrouwbaar, toch bevatzij enkele gegevens, die voor de redactie van Nederl. Adelsb.wellicht aa<strong>nl</strong>eiding kunnen zijn tot het instellen van een naderonderzoek en die wij hier daarom mededeelen.Zoo vermeldt dat jaarboek als ouderen broeder van den sub 111genoemden Remmit Aertsz. van Riemsdijk: ‘Arien Aertse, waaruit eennog levende niet-adellijke tak van Riemsdijk te ‘s-Gravenhage enelders’. In afwijking hiervan wordt deze tak, die in de 19e eeuween aantal hoofd-officieren, zoowel hier te lande als inN. 0. I., heeft opgeleverd, in de tabel van J. van Riemsdijk echteruitdrukkelijk opgegeven als stammende uit Arzen van Riemsdijk (geh.met Grietje Visscher), den tweeden zoon van een ouderen broeder vanden sub IV genoemden Jan van Riemsdijk t. w. Hendrik van Riemsdijken diens echtgenoote Hester Pelters.Het zou ons niet verwonderen, indien bij nader onderzoek ook zoublijken dat uit dit geslacht, behalve de zoo juist genoemde nietadellijketak en de door Vorstermanvan Oyen behandelde en van den in Ned. Adelsb. Sub IV, 2 vermeldenJohannes van Riemsdijk, schoolmeester en secretaris te Ochten,afstammende van Riemsdijk’s,nog andere takken tot op den huidigen dag voortbloeiden. Ten tijdevan het opstellen van de ‘Geslagttafelen’ waren immers nog vrijveel mannelijke familieleden uitandere takken in leven, over wier lotgevallen verder niets werdopgeteekend. Dit was o.a. het geval met de takken, gevormd door eendrietal zoons van den sub Vvermelden Rombout van Riemsdijk, omtrent wien Ned. Adelsb. nietvermeldt dat hij schoolmeester (en ook secretaris ?) was teOphemert, uit diens huwelijk metLucia Winderlingh (in de tabel Wildelingh genoemd) t.w.: Jan vanRiemsdijk, schoolmeester en secretaris te Zoelen, overl. 1762, geh.met Johanna Voorthuyren (3 zoons), Arie van Riemsdijk,schoolmeester te Elst, geh. met Anna Heyman (één zoon) en Cornelisvan Riemsdijk, schoolmeester te St. Andries, geh. met Christina vanIperen (3 zoons).Omtrent de in Ned. Adelsb. sub VI en VII vermelde Gerrit enAdrianus van Rìemsdijk wordt nog opgegeven dat zij kooplieden warente Tiel. Naar analogie hiervan zullen ook de overige tabellen welgegevens bevatten, die, ondanks hunne onvolledigheid,als leiddraad zouden kunnen dienst doen bij de samenstelling vangenealogie% van de desbetreffende geslachten. De onderlingesamenhang dier verschillende families van Riemsdijk, welke naaralle waarschij<strong>nl</strong>ijkheid hetzij in den manstam of in de vrouwelijkelijn, in wettigen bloede of door bastaardij zal hebben bestaan,zou - mede gezien het groot aantal bekende dragers van dezen oudenGelderschen naam – een ernstig onderzoek overwaard zijn.’Zeer interessant zijn in deze publicatie in de NL 1928 nog devermeldingen in het notenapparaat, met daarin de verwijzingen naareerdeere publicaties in: Navorscher jg. 1880, p. 317 e.v.; jg.1882, p. 126 e.v.; (en met name): jg. 1885, pp. 52, 119, 181.Bovendien is er een verwijzing naar het Nederlands Adelsboek van1916. Nader onderzoek.Mogelijk voorgeslacht: in NL 1964 1174 staat deze vermelding: ‘in dezaak over het ambtmanschap van Maas en Waal is een brief van 1565van een aantal ridderschappen, onder wie drie leden van hetgeslacht Van Beynhem, n,l.-1-Gerrit toe Druten en Gerit, ook eenbrief, waarbij een aantal ridderschappen verklaren gestaan tehebben in 1566 over het contract tussen Gijsbert van de Poll enHenrica van Aller, weduwe van Jelis van Riemsdìjck, ten aanzien vanhet ampt, waarbij Gerridt van Beijnhum Janss en Johan van Beynumzijn, beide keren dus de twee reeds als broers genoemden.’


Allegonda en Remigius van Riemsdijk komen samen voor in een akte:Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), Toegangsnummer 19,inv. nr. 825, vonnisnummer 6580.3028. Hendrick Teunissen, ged. Nijmegen 21-6-1668, schipper, overl.tussen 1716 en 1721, tr. Wesel 17-5-16893029. Anneken Biben.Uit dit huwelijk (allen ged. Nijmegen):1. Henrik, 26-5-1691.2. Jan, (= nr. 1514).3. Lucretia, ged. 18-10-1695.4. Lucretia, ged. 6-11-1696.5. Hermanus 8-4-1699, mr. schoenmaker, overl. Nijmegen 1-8-1785,tr. Nijmegen 13-6-1723 Belia Heijligers, ged. Nijmegen 22-2-1699,dr. van Peter Heijligers en Hendrina Raukus.6. Aaltje, ged. 25-2-1701.7. Anthonij Aart, ged. 31-3-1702.3030. Roukes Dirks Roukens, ged. NG Nijmegen 21-12-1647, (o)tr. Nijmegen11-7/10-8-16753031. Geertruijdt Kraak, ged. Nijmegen 21-12-1647Bij de doop van van Geertruijt heette zij Geertruijt Kreuck,dochter van Abram Peterzen Kreuck en Belitjen Jeuriens, getuigen:Christoffel Tijssen, Geertruijt Stevens, Rutgertje van Welij.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Abram, ged. NG Nijmegen 24-2-1682, begr. 16-9-1747, (o)tr.Nijmegen 22-3/5-4-1705 Anneke Keer, begr. Nijmegen 3-3-1762.3032. Israel Pelgrim Lamberts van Woelde/Woelderen (ook: IsraelLamberts), ged. Nijmegen 20-2-1642, kerkmeester te Cuyk, overl. na9-1-1717, (o)tr. Cuyk 2/29-6-16643033. Henderske/Hendrica Wijnen (van) Hoffen, (ook: Hendrikske HendriksHoffen), geb. Cuyk ca. 1642, overl. Cuyk v. 12-1712.Op 19-3-1700 kopen Israel Lamberts van Woelden en Lambert vanWoelden een huis en een moeshof te Cijk. 1175Bij het huwelijk geeft Lambert Israels, vader van de bruidegom,zijn consent en Hendrik Wynen en Merritje Peters, de ouders van debruid, zijn bij de ondertrouw aanwezig.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Cuijk:1. Margriet, ged. 15-12-1669, overl. ald. 9-3-1670.2. Maria, ged. 8-3-1671.3. Margriet, ged. 1673, overl. 1676 (geen exacte data: ‘ten tydevan de fransche Regering’.4. Wynant, ged. 26-5-1675.5. Petrus, ged. 28-3-1677.3. Hendrik, (= nr. 1516).3034. Peter Croon, geb. ca. 1630, grootgrondbezitter te Milsbeek bijGennep, overl. Gennep 22-6-1689, tr. (1) Theodora Preustingh, tr.(2) 16803035. Alida Haeck, geb. Goch ca. 1655, overl. na 1725, tr. (2) AlbertThiessen.3036. Hendrik Christoffel (meestal: Hendrik) van Oijen, stadhouder teCuijk, tr.3037. Amelia van den Bosch.


Op 26-7-1700 kopen Hendrik van Oijen en Amalia van den Bosch eenhuis te Cuijk, gelegen aan de Maas, en een schuur en moeshof in de‘Maestraat’, van Peter Hacksteen en Lambertus van Woelden 1176 .Als stadhouder van Cuijk was Hendrik opvolger van HendrikHarits/Haritz. Hendrik van Oijen treed aan namens de vrouw van zijnoverleden voorganger, Geertruid van den Reijnaerdt 1177 .Hendrik leeft nog op 10-3-1710, wanneer hij in functie is en dat isook het geval op 11-12-1714 1178 .De Brabantse Leeuw, 1981, blz. 35.Verder onderzoek leverde de volgende van Oijen op. Deze zijn nu alsvolgt:1. Gerardus van Oijen, gedoopt (geref.) Cuijk 3 oktober 1700,schoolmeester en voorzanger te Grave, begraven Grave 19 december1750, trouwt Grave of elders 3 augustus 1720 Agnes van Diependaal,gedoopt (geref.) Grave 29 april 1696, dochter van Henricus enJohanna van Hee(de)l.2. Hendrik Christoffel van Oijen, stadhouder te Cuyk, trouwt vóóroktober 1697.3. Amelia van den Bosch. Beiden worden in 1704 nog vermeld alsdoopgetuigen.Volgens De Navorscher, 1876, blz. 619-621, is Hendrik Christoffelvermoedelijk een kleinzoon van dr. Hendrick van Oven, richter vanTiel 1628, overleden 1654. Als dit juist is, dan behoort HendrikChristoffel tot het Tielse geslacht Van Oyen, welk o.a. beschrevenis in Nederland's Patriciaat, jrg. 54(1968).M.i. kan Hendrik Christoffel ook een zoon zijn van Hendrick vanOyen, houtkoper en weesmr. van Tiel, overleden augustus 1710.Wie kan mij duidelijkheid geven over de afstamming van HendrikChristoffel en verdere aanvullingen geven op bovenstaandekwartieren?A. J. Stasse, Waterpoortstraat 9,3221 XT HellevoetsluisVan hem verscheen in 2009:Titel boek / artikel Een schoolmeestersfamilie Van Oijen in Cuijken Grave. In: DE BRABANTSE LEEUW.Jaar uitgave 2009 Jaargang / Nr/ Maand 58 / / 3 Blz 156 Overige p. 129-192.3038. Henricus van Diependael, ged. Cuijk 19-2-1662, bakker, choordekenvan het bakkersgilde 1702, lid van het kramersgilde 1704, diaken1694-1695, 1697-1698, ouderling 1700, 1708, 1712-1713, 1716-1717,gezworene 1702-1715 en schepen van Grave 1716-1729, begr. Grave(onder zerk 25 in de St. Elisabethskerk) 5-7-1731, tr. (1) Beers21-1-1685 Jenneken de Wilt, weduwe van Peter van Tongelaar.Henricus otr. (3) Grave 17-4-1701 Helena Welters, ged. Grave7-10-1668, overl. Grave 13-1-1705, weduwe van Henderick Ibens, dr.van Dirck Welters en Geertjen Roelofs.Henricus otr. (2) Grave 4-3-1690, tr. Cuijck 3-16903039. Johanna van Heel (ook: van Hedel), ged. Grave 10-10-1670.Op 21 februari 1686 verkocht Johan van Eldrum aan Henricus enJenneken de Wild een huis met erf in de Hamstraet.Henric van Diependael, laatstelijk weduwnaar van Johanna van Hedel,van wie drie kinderen in leven zijn, m.n. Johannes, Johanna Mariaen Agnes, compareerde op 30 ... 1701 voor de weeskamer te Grave,tesamen met Jacobus Linden, behuwd grootvader en Willem ...,behuwdoom.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Grave):1. Johannes, ged. 21-2-1691, aldaar diaken 1717-1718, gezworene1727-1730, schepen 1730-1752, 1756, secretaris 1742, scholtis1745,stadsburgemeester 1753-1756, overl./begr. Grave 8/13-10-1756,


otr. Grave 2-2-1715 Catharina Welters, dr. van Derck Welters,overl./begr. Grave 25/30-8-1752.2. Johanna Mary, ged. 9-11-1692, overl. na 26-9-1736.3. Arnoldus, ged. 20-2-1695.4. Agnes, ged. 29-4-1696.5. Agnes, (= nr. 1519).Uit het derde huwelijk (allen ged. Grave):6. Derck, ged. 8-2-1702, deed belijdenis te Grave 22-12-1721,overl. Grave 24-4-1722.7. Arnoldus, ged. 19-12-1703, overl. Grave 17-3-1704.8. Arnoldus, ged. 26-12-1704.3040. Claas Leenderts van der Snoek/Decker, tr. (2) Trijntje MaertensVrijmoet, tr. (1)3041. Annetje Corpershoek, ged. Kethel 5-12-1665, begr. Kethel 5-6-1702.Claes Leenderts van der Snoeck maakt te Schiedam zijn testament op(O.N.A. inv.nr.: 803 blz.: 837).Uit dit huwelijk verder nog:Aaltje Claasse van der Snoek, geb. Kethel, overl. Naaldwijk 8-12-1769.3042. Willem Leendertsz. Rodenburgh, geb. 1643, bouwman/schepen (1668-1718), overl. Maasland 3-4-1725, begr. Vlaardingen, tr. (1)Vlaardingen 17-4-1666 Zijtje Jorisdr, Suijtmaesland, tr. (2) mog.Vlaardingen 16853043. Dirckje Ariendr. Schellingerhout, begr. Vlaardingen 9-1718.3052. Jan Andriesz. van Alphen, geb. Vlaardinger-Ambacht ca. 1665, begr.Vlaardingen 1-1726, tr.3053. Maartje Paulusd. van der Lely, van Sint Maartensregt.3056. Dirk Jansz. Ligtermoet 1179 , ged. Schiedam 24-7-1669, schipper,begr. Charlois 9-4-17366.3057. Aletta Ariens Welgeboren/Welboren, ged. Barendrecht 13-7-1670,begr. Charlois 12-5-1746.Getuigen bij doop van Dirk: Cornelis Jilpersz, PieternelletjeDircx, Annitje Leenders).‘Op heden de 29 november 1704 compareerden voor mij Adriaan van derMeer Notaris Publicq voor de naegenoemde getuigen: Jan Joolinghmandemaeker, Lijsbeth Joolingh sijn huisvrouw wonend binnen desenstad ende verklaarde hij op versoeck van Gerrit Duyveleijen enJohannes Grotenhoeck, pachters van den Zuidpoort binnen dese stadende den rofort van deszels binnen Zuidpoort.’Primo april 1704 ..... dat op vrijdag 21 november 1704 dess'morgens omtrent te halff tien uijren ten haerer huisse gekomen isDirck Jan Lightermoet wonend omtrent hij tot overmaes, en dat hijaen haer comporante heeft verkogt, vijf mandens voor appelen diehij van overmaes hadden gebragt. Om hij voor de Sommum van vijfgulden de stuk Steuvers, mits dat hij Dirck Jan deszelven vrij mogtleveren in de Zuidpoort, dat van betalen gelijck hij verklaarde dathij de voorschrevene vijf manden appelen voor haren huissing heeftgebragt en gelevert gelijck hij melde.Dat hij Dirck Jan op de leverantie en de voorgeschreven vijf guldende stuk stuivers voor dese appelen heeft ontfange.Wijders verklaarde hij nog dat gemelde Dirck Jans meerdere appelenen peren aen haer Comparants heeft verkogt en gelevert te ..... dathij Dirck Jans de Zuidpoort , doch van betale niet en eindigend


hare getuigenisse voor dese hof van wetenschap als judicieel enpligtegheid deswelks naer hij verpligt was in geval.Gepasseert in presentie van Bonifaas van Geyt en Jan van Lijken alsgetuigen.Dit merk is gesteld bij Adrianus van der MeerJan Joolingh Mandemaeker, Notaris Publicq.Bonifaas van Geyt, Jan van Lijken.(Bron ORA Schiedam, nr 935, p.457).ORA, Schiedam, Notaris Jan van Lijken, Schiedam, mv no. 876 (akte69), pp. 502-504 d.d. 13-7-1743:Samenvatting van onderstaand testament:Uit het testament blijkt dat Aletta bij de ondertekening van deakte in Charlois woont. Haar man Dirk is reeds overleden.Aan haar vier dochters laat zij het volgende na; Het linnen,wollen, zijde en andere stoffen. Zo ook het ongemunte goud,silverwerck en sieraden.Aan zoon Jan het schip met toebehoren en vanaf nu alle winst met 'tschip.Aan haar vijf kinderen Maritie, Jan, Sara, Dirkje en Ariaentie al't roerende en onroerende goed waaronder het huis.De originele tekst luidt:‘Op heden den 13e july 1743 compareerde voor mij Jan van Lijken,Notaris Publycq bij den Ed. Hove van Hollant, geadmiteert binnen destad Schiedam residerende, en voor de nagenoemde getuijgen, AlettaWelboorn, weduwe van Dirk Ligtermoet wonende onder de jurisdictievan Charlois, Overmaas, mij notaris bekent, te kennen gevendegenegen te wesen over de van haer tijdelijke nae te laten goederente willen disponeren, dog eerst en alvorens revocerende ente ditdoende bij desen alle Testamenten, Codicilen en andere acten vanuijterste wille bij haer Comparante, t' zij alleen of met wijlenhaer voornoemde man voor dato deses in eenige manieren gemaekt enverleden zonder en alle deselve en yder van dien voor kragteloos envan onwaarden in sulker voegen off die nooyt gemaekt of gepasseerdzijn geweest ende bij desen op nieuw te komende tot haarvoorgenoemde dispositie, zo verklaerde zij Comparante op haeroverlijden te prelageteren en voor uytemaken aan haer vier dogters,of bij vooroverlijden van een of meer van desen als zo vooroverledene natelatene afkomelingen bij reprealle haer ComparantesLinne, rolle zijde en andere stoffe kleederen als mede alle hetongemunt goudt en silverwerck ten lijfs en versieringe van haercomparante gedient hebbende soodanig die op haer overlijdenbehouden sullen wesen. Ook mede te prelageteren en voor uyt of bijvooroverlijden van zijn natelaten afkomelingen ....... van haerzoon Jan Ligtermoet haer van Comparantes hebben getuygt niet alledeszelfs toe behooren van dien zo van ankers, zeylen, touwen enandere niet uytgesondert ende verklaarde en bekende zij, Comparantebij desen dat haer voorgenoemde zoon ter zijner tijt van zijntrouwen off tot heden toe de geregte helft van de winsten envoordeelen met varen vangen dezes schuyt van die tijt afgewonnenaen haer Compoarante deugdelijk heeft uytgeheert en goet gedaan enzonder dat deszelfs hare zoon op haer Comparantes overlijden zoanders van de winsten en voordelen die hij met varen, vangen dezesschuyt van heden off tot op haer overlyden toe mogte houden zalgehouden zijn uytteheeren off van de comparantes natelaten Boedelintebrengen of zo te doen, veel van eenige Huyspenningen van de tebetalen, als dat zal zelve aan haer gemelde zoon of bij zijnvooroverlijden van zijn natelaten afkomelingen bij representatiemede prelageteren ende vooruytmakende bij desen Ende in all haerComparantes andere ende vrije goederen zo onroerende als roerenddat inde crediten geen uytgesondert, die zij Comparante op haeroverlijden boven de voorschreven Prologatie mogte houden en


natelaten verklaarde zij haar eenige ende algeheele erffgenamen bijhaer te noemen en te stellen haar 5 kinderen met namen: MaritieDirks Ligtermoet huysvrouw van Claas Speck, de voorgenoemde JanDirkse Ligtermoet, Sara Dirks Ligtermoet wed. van Inge Dame Spui,Dirkje Ligtermoet huysvrouw van Cornelis Cornelis Verschoor enAriaantie Dirks Ligtermoet huysvrouw van Jan Gillesz Soeteman yderbij legale portie en hare yder voor een geregtigeyden parts of tebij overlijden van een of meerdere deszelfs, dezes vooraldusnatelaten en afhoudingen bij representatie en dat met volle regtvan justitutie of van scoluderende en uitsluytende zij Comparantezoo veel het nodig mogte wesen uyt haer Boedel en de naetelatengoederen die van de Ed. Agtbare geregte alsmede weesmeesteren endeweeskamer van Charlois voorschreven, alsmede van alle andere stedenen plaetse waar haar sterfhuys mogten komen vallen eenige goederengelegen ofte minderjarige van haer wierde. Alle hetgeenvoorgeschreven staat verklaarde zij Comparante nadat het selve haerperfect en duydelijk was voorgelezen te wesen haer testament endeUijterste wille oversulcks begerende dat het selve op haeroverlijden volkomen agtervolgt en nagehouden sal werden, mitgadersstaat grijpen t' zij als testament, codicil of zo anders zal kunnenbestaan. Versoeckend tot dien met behulp van allen regten enderegteren. Aldus gedaen en gepasseert binnen Schiedam voorschreven.In presentie van Jan Hooning en Jan Deurhoff.Dit merk is bij de voorn. Aletta Welboorn selfs gesteltGetekent door Jan Hooningh, Jan Deurhoff en Jan van Lijken Not.s.Pub.’ Uit de ondertekening van het testament blijkt dat Aletta nietkon schrijven.Aletta is op 1-2-1733 getuige bij de doop van haar gelijknamigekleinkind: dochter van Inge Dames Spuij en Saartje DirksLigtermoet.De begrafenis van Dirk kostte f. 3-0-0.; die van Aletta ook. Zijwerd ‘Weboore’ genoemd.Naast de genoemde en af te leiden (wederzijdse dopen) kinderen, iser rond die tijd ook nog een Lijsbeth Ligtermoet; zij is weduwe vanJan Gerrits Slot en zij tr. Rotterdam 6/22-10-1748 Roelof Peterse.Uit dit huwelijk (allen ged. Charlois, volgorde niet geheelduidelijk):1. Johannes, ged. 24-2-1704, getuige Annetje Lichtemoet (= nr.1528).2. Sara, ged. 20-12-1705, getuige Marytje Ariens, begr. Charlois15-5-1755, (o)tr. (1) Charlois 22-3/14-4-1726 Inge Dame Spuij, geb.Charlois ca. 1705, begr. Charlois 9-3-1738. Sara (o)tr. (2)Charlois 30-12-1746/22-1-1747 Barent Pieterze van der Graeff,scheerder, geb. Charlois ca.1705, begr.Charlois 15-5-1755.3. Dirckje, ged. 26-2-1708, getuige Maertje Leenderts, dienstbode,begr. Maassluis 18-10-1776, otr. Maassluis 13-5/5-6-1735 CorstiaanCornelis Verschoor, geb. Maassluis ca. 1710. In het AlgemeenNederlands familieblad 4/138 staat het geslacht Verschoorbeschreven. Vermeld staat: Christiaan of Korstiaen CornelisseVerschoor, zoon van Cornelis Verschoor op 5-6-1735 huwt teMaaslandsluis met Dirckje Dirckse Ligtermoet geboren te Charlois.Dirkje (o)tr. (2) Maassluis 29-12-1748/19-1-1749 is Gerard van Os,winkelier, geb. Drongelen ca. 1700.Dirkje woonde in 1748 in de Nieuwstraat te Maassluis.4. Maria Margaretha, geboren Zwartewaal ca. 1710, begr. Schiebroek14-9-1772, otr. Ketel 13-4-1725 Claes Ariens van der Spek.In 1738 is Maria getuige bij het huwelijk van haar zuster Ariaantjeen Jan Soeteman.In 1747 is zij getuige bij de doop van haar nichtje Letje Soeteman.Letje is een dochter van haar zuster Adriaentje (1712).


In 1757, 1759 en 1762 is zij geuige bij de doop van resp. Maria,Klaes en Ariaantje van der Voet, dochter, zoon em dochter vanCornelis Leendertsz van der Voet en Klaesje Klaesse van der Spek.In het notarieel archief te Rotterdam bevinden zich de volgendeakten:akte 1967/26Testament van Claes Ariensz van der Speck en Maria Dirx Ligtermoetde dato 18-1-1726. Hij was weduwnaar van Annigje Huijge Herfst enzij is dochter van Dirk Ligtermoet en Aeltje Ariens Welbooren. Hettestament is gemaakt op de langstlevende.akte 2199/264Testament van Kornelis Leendertse van der Voet en Klaasje ClaasSpek de dato 3-2-1756. Haar ouders zijn Maria Dirks Ligtermoet enClaas Spek te Schiebroek.akte 3265/345Dit is een akte van volmacht d.d. 1-3-1770 waarin Klaas van derSpek, bouwman, wonende aan de Kleiweg te Schiebroek, zijn vrouwMaria Ligtermoet machtigt zijn belangen te behartigen in denalatenschap van zijn ongehuwde broeder Gerrit van der Spek teAbtsregt onder Schipluiden.In Ons Voorgeslacht van 1957 worden Overschiesche acten vanIndemniteit beschreven. Hierin wordt op p. 52 vermeld Marya Dirks,zij komt van Kralingen, nr. OV 22 mei 1755.Maria Dirkx Lightermoet is bij huwelijk afkomstig van Zwartewaal enwoont te Kehtel. Klas is weduwnaar van Annetje Huygen Herst enwoont te Kralingen.5. Ariaentje: ged. 26-4-1711, getuige Marijtje Ariens.5. Adriaantje, ged. 28-8-1712, getuige Marijtje Ariens, begr.Katendrecht 10-1-1788, (o)tr. Charlois 2/25-5-1738 Jan JilliseSoeteman,Volgens het blad Gens Nostra deel 33 uitgave 1978 p. 174 is zijbezitster van het familiewapen van de fam. Ligtermoet. Een en anderstaat beschreven in de <strong>kwartierstaat</strong> van Constantius Roodenburg. Dekwartiernummers van Jan en Ariaentje zijn 230 en 231. De vader enmoeder van Ariaentje, Dirk Jans Ligtermoet en Aletta Ariens hebbennummer 462 en 463.Zowel de <strong>kwartierstaat</strong> van Constantius Roodenburg als de genealogievan Soeteman bezitten dezelfde verkeerde doopdatum. De genoemdedoopdatum 26-4-1711 van Ariaentje is van haar jong overleden zusterAriaentje. Een en ander is ontstaan doordat de gehuwde Ariaentjeniet als Ariaentje Ligtermoet maar als Ariaentje Jansen is gedoopt.Op 14-6-1741 maakt het echtpaar Jan Gillisse Soeterman en AriaentieDirks Ligtermoet een testament op bij notaris Jan van Lijken teSchiedam, getuigen zijn Nicolaas Muys en Leendert Verboom. De akteis gemaakt op de langstlevende.3058. Pieter Jaspers de Bruijn, begr. Middelharnis 26-8-1717, tr. (1)Middelharnis 7-6-1681 Annetje Pietersdr. van den Tol, tr. (2)Middelharnis 2-8-16963059. Maartje Jansdr. van Halsbergen, begr. Middelharnis 3-1-1713.Pieter is begraven op 26-8-1717 te Middelharnis in de classe vanf.6.-.- en Maa(r)tje op 3-1-1713 in de classe van f.3.-.-Er komen wel meer De Bruijnen voor in Dirksland en Sommelsdijk,maar vooralsnog is er geen aansluiting.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Middelharnis):1. Jasper, ged. 14-1-1685.2. Pieter, ged. 28-7-1686.3. Jasper, ged. 26-8-1691.


4. Lijsbeth, ged. 1-4-1695.Mogelijke voorouders van Maartje: Jan Jansz van Halsbergen huwtvoor 1670 (hiaat DTB's van Middelharnis) met Neeltje Simons(Hoppin), doopsgezind.Uit dit huwelijk bekend (allen ged. Middelharnis):1. N.N., ged. 23-9-1672, geen getuigen.2. Maatje, ged. 23-6-1675, getuigen: Leendert Jans van Halsbergen.3. Hubert, ged. 31-1-1676, getuigen: Aren Pieters van den ....Andries Jans van Halsbergen, kinderen (allen ged. Middelharnis):1. Jan, ged. 10-9-16562. Neeltje, 1-8-1660.3. Leentje, ged. 18-3-1663.Jan Jansz van Halsberge, (o)tr. Middelharnis 3/18-10-1629 MarijtjeAndries.Uit dit huwelijk bekend (allen ged. Middelharnis):1. Andries, ged. 22-8-1632.2. Jan, ged. 5-3-1634.3. Ariaentje, ged. 29-2-1636.3060. Phillipus Pietersz. van Delft, ged. Zevenhuizen 25-12-1680,overl./begr. Zevenhuizen 9/14-9-1759, tr. (2) Zevenhuizen 6-8-1724Piterje Kornelis Bleijswijk, weduwe van Arie Ariense Muscapat, tr.(1) Zevenhuizen 1-3-17053061. Jannetje Maartensdr. van der Hout, ged. Zevenhuizen 7-6-1682,begr. Zevenhuizen 11-3-1724Uit dit huwelijk:1. Pieter Philippusz.2. Maarten Philippusz.3. Catharina Philippusz.4. Dirck Philippusz.5. Pieter Philippusz.6. Neeltje Philippusz.7. Neeltje Philippusz.8. Dina Philippusz.9. Neltje Philippusz.10. Jan Philippusz.11. Neltje Philippusz.3062. Klaas ‘Jongeleen’ Knegt, begr. Zevenhuizen 8-7-1730, (o)tr.Zevenhuizen 9/25-1-16993063. Annitje van der Snel, begr. Zevenhuizen 9-9-1719.Mogelijke familie van Annitje: Snel, Dirck Ariensz. van der Wonendein Bleijswijck. Zie Willem Ariensz. van der Snel, zijn broeder,gehuwd met Pleuntgen Jans van Rijt, wonende in het ambacht vanKethel, benoeming van voogden. 14 sept. 1679. (Schiedam, O.N.A.inv. no.: 785 blz.: 59)Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Maartje.2. Teuntje.3. Leena (= nr. 1531).3064. Isaak Pleune Nelemaat, ged. Overschie 14-11-1677, begr. Overschie30-1-1726, (o)tr. Overschie 20-3/5-4-17063065. Maria Ariens van Krimpen.


Bij het huwelijk was hij jongeman, afkomstig van Overschie en zijjongedochter uit diezelfde plaats. Begraven Isaak: kerk, klasse: f.11-8-0.Uit dit huwelijk (allen ged. Overschie):1. Abraham (= nr. 1532, getuige doop is Maartje Abrahams).2. Jacobus, ged. 9-4-1707, getuige Maartje Ariensdr. van Krimpen.3066. Claas Jans Noorlander, ged. Ouderkerk aan de IJssel 24-10-1677,tr. Ouderkerk aan de IJssel 22-5-17003067. Pietertje Pieterse Ligthart, ged. Lekkerkerk 30-10-1675.3072. Johann Henrich Wächter, te Gambach, geb. ca. 1625, overl. ca.1688, tr. 16513073. Juliana, aus Wölfersheim.Geen bewijs, mogelijk wel een aanwijzing: wellicht is defamilienaam van Juliana ‘Craft’. In 1690 wordt te gambach gedooptJohann Martin Wächter, zoon van Johann Peter Wächter (= nr. 1536)en Anna Maria (= nr. 1537). ‘Gevatter sind gewesen Johann Craft,Einwohner zu Wölfersheim, u. Martin Arch, Einwohner zu Holzheim.’Johan Henrich bezit nog steeds de Hofseite in de Borngasse endaardoor 21 morgen land en 2 percelen hout. Na zijn overlijden in1688 raakt dit bezit uit de familie.3074. Johann Caspar Buß, tr.3075. Anna Regina N.N.3100. Pauwel van Dulcken, tr.3101. Toona Jansen3102. Anthony Egberts van Rekhaan (ook: Van Rockaen, Van Roekaar, VanRaecaer), tr.3103. Geertje Woutersdr. van der Horst, wonende WageningenBenningstraat, overl. Wageningen 1712.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Egbert.2. Deliana, (= nr. 1551).3. Antonia, tr. Hendrik te Dennenbrink.4. Geertrui, tr. Laurens Dadeans.3104. Herman Gosselink.3120. (?) Hindrik Haveding, tr,3121. Gese N.N.Een Gese Haveding, geb. Piccardie ca. 1661, tr. 8-3-1705 PeterHagedorn, zij komt voor als dochter van deze ouders. Zij zouden ookde ouders van Hindrik kunnen zijn; dan zou Gese een zus kunnen zijnvan onze Hendrik. Nader onderzoek.3122. (?) Detert Hermsen 1180 , geb. ca. 1630 in Piccardie.Hij was in 1687 57 jaar oud.Das Kolonat Deters gehörte in 1687 zum Kabel Coevorden. Die Pachtmußte an den Kaptitän Leutnant von Coevorden gezahlt werden. AlsPächter ist Detert Hermsen genannt. In 1689 wurde der Sohn desKapitän Leutnants, Junker Heinrich von Coevorden, Gutsherr.In 1707 mußte Hindrik Deters den Pachtanteil vom Kolonat Deters(Detert Hermsen) an das gräfliche Rentamt abführen.Kinderen:1. Jan (~1661-


2. Hindrik (~1663-1725)3. Derck (~1665-1712)4. Swenna (~1668-)5. Herm (~1670-


Wanneer zij in 1667 hertrouwt met Henrick Arents Ipeloe (= nr.2474) verzoekt zij momberstelling over de kinderen uit het eerstehuwelijk 1197 .Uit dit huwelijk (volgorde willekeurig):1. Jan.2. Gerhardus.3. Derk.3336. Bernardus Berns Wensing 1198 .Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Johanna Berns Wensing.2. Allegonda Berns Wensing, tr. Steggerda 1-5-1725 GerardusBeekman, van Nykichen (Westfalen, Duitsland). Zij is vanOosterwolde.3. Bernardus (= nr. 1668).4. (?) Elkje Berns, tr. Steggerda 19-1-1723 Joannes Hendricks, vanSloot (Westfalen); zij van Oosterwolde. NB: getrouwd te Duurswoude.getuigen: Joachimus Wybe, Joane Wybe en Bernardus Berns (mogelijkhaar vader?).5. (?) Margaretha, tr. Steggerda 19-11-1730 Joannes Hendricks,"Westfaalse wever"; zij van Oosterwolde.3360. Dirk Lubberts, tr. (1) Steenwijk 26-2-1662 Harmtje Jans, tr. (2)Steenwijk 7-10-16883361. Lysbeth Frans.3364. Wijbe Lebberts, ged. Steenwijkerwold 15-7-1660, tr. Oldemarkt1-2-16823365. Jantien Heerties, ged. Oldemarkt 21-1-1659.3408. Frederik Gerwerts/Garbens Ruiter, (o)tr. Kuinre 14/29-8-16863409. Jantje Gerrits Wijns, tr. (1) N.N..Bij het huwelijk zijn beiden afkomstig van Kuinre: zij is weduwevan een niet genoemde man.Op 18-9-1692 is Jantien Wyns, huisvrouw van Federik Gerwerts,getuige bij de doop van Grietje, dochter van Jacob Hendriks enCornelisien Gerwerts. De laatste is ongetwijfeld een zuster vanFrederik.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):1. Pieter (= nr. 1704).2. Gerwert Frederiks, ged. Kuinre 17-10-1688.3. Grietje, 22-4-1691.3410. Frederik Jans de Ruige, overl. v. 26-4-1721, tr. Kuinre 4-12-16873411. Jantjen Peters Wyns Kater(s), overl. v. 26-4-1721.Bij huwelijk jm en jd van Kuinre: hij als Frederik Jansen en zijals Jantien Pieters Wijn.Op 26-4-1721 1199 zijn Andries Andringa en Peter Jansen Bakkervoormonden over Jan en Metjen, nagelaten kinderen van het overledenechtpaar Frederik Jansen de Ruige en Jantien Wyns. Opgenomen is ookeen inventaris, waaruit op te maken valt dat het echtpaar zekerniet onbemiddeld was. Daarin vervat zijn o.a. 4 huizen (waaronder2/3 e parten van een huis, De Drie Roemers, door de kinderenbewoond. Verder is er sprake van zilver en goud. Het echtpaar liet,kortom, nogal wat goederen na.Op 12-10-1722 1200 wordt Gerwart Frederiks (waarschij<strong>nl</strong>ijk familievia 1704/1705) momber over de kinderen van Federik en Jantjen, inplaats van Andries Andringa. Gerwert is doopsgezind, want hijverklaart ‘bij handtastinge’.Uit dit huwelijk (allen ged Kuinre):


1. Grietjen Jans (!), ged. 14-3-1689.2. Grietjen Frederiks, ged. 16-7-1690.3. Grietjen Jans (!) (= nr. 1705).4. Aaltje, ged. 2-12-1694, tr. Ynse Reinders.5. Jan, ged. 14-7-1700.6. Pietertje, ged. 3-9-1702.6. Jan, ged. 22-7-1708, tr. Aagje Jans Sterdeg(…).7. Mettjen, ged. 6-7-1712; getuige: Grietje Frederiks, tr. RomkeDirks.3420. ? Hendrik Hermens Mond, tr. Vollenhove 18-7-16693421. Jantje Arents.Bij het huwelijk: Hendrick Hermens, j.m. van Steenwijk en JantjenArents, j.d. van Vollenhove.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Margreet, ged. 9-2-1671.2. Marigjen, ged. 30-7-1676.3. Hermen, ged. 23-2-1679.4. Marij, ged. 25-6-1682.5. Gijsbert, ged. 14-10-1685.6. Aaltje, ged. 28-11-1686.7. Hendrik, (= nr. 1710).3422. Gijsbert Dirks, soldaat, tr. Steenwijk 31-12-16763423. Annigje/Anne Japiks.Bij het huwelijk is hij ‘soldaet’, en zijn plaats van herkomststaat niet vermeld, zij is j.d. van Steenwijk.Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Dirk, ged. 5-11-1682.2. Margre-, ged. 12-3-1684.3. Japik, ged. 20-1-1686.4. Lijsbeth, (= nr. 1711).5. Gerri-, ged. 8-1690.6. Japik, ged. 9-3-1692.7. Jan, ged. 19-7-1695.8. Japik, ged. 18-8-1697.3424. (?) Christiaan BeverwijkMogelijke kinderen:Abraham, (= nr. 1712).Willem Christiaan Beverwijk, tr. (1) Trijntje Peters, otr. (2)IJhorst/De Wijk 5-6-1738/Steenwijk Willemtje Harms. Bij het tweedehuwelijk was hij afkomstig van Steenwijk en zijn vrouw van IJhorst.3426. Everwijn Broekhuis, ged. Zwolle 11-2-1666, overl. Zwolle v.25-8-1731, tr.3427. Aaltje Dirks, begr. Zwolle (Bethlehemse Kerkhof) 1-5-1744.In de kwintanties en rekeningen van de armenkamer 1201 te Zwollewordt vermeld dat aan Everwijn een doodskist geleverd is op 12-3-1699 en op 29-10-1700. Op 20-2-1711 wordt een niet nader genoemdkind van hem Everwijn begraven.Op 25-8-1731 is de weduwe van Everwijn getuige bij de ondertrouwvan Margarita Nijhof.Uit dit huwelijk (in ieder geval; allen ged Zwolle):1. Everdina (= nr. 1713)


2. Egberdina, ged. 31-8-1693.3. Jacobus, ged. 27-9-1698.4. Engeltje, ged. 28-1-1700.5. Jan, ged. 6-2-1711.6. (?) Harmannus; op 27-11-1729 wordt te Zwolle ged.: Everwijn,zoon van Harmannus Broekhuis en Geesje Bartels.3444. Jan Arends van Lubeck, tr. (1) Steenwijk 13-12-1657 CatrinaLouhuijs, jongedochter van ‘Gitsel’, otr. (2) Steenwijk 5-8-16603445. Annetje Jans van Ruynen.De vraag is of de twee Jannen dezelfde zijn. Bij het eerstehuwelijk was Jan weduwnaar en soldaat onder zijne excellentie vanPortugal. Zij was afkomstig van ‘Gitsel’. Bij het tweede huwelijkstaat vreemd genoeg niet vermeld dat het om dezelfde Jan van Lubeckgaat, sterker nog, die Jan staat zelfs vermeld als jongeman. Ikgeloof dat het dezelfde zou kunnen zijn, maar nader bewijs isuiteraard gewenst. In dezelfde tijd wordt ook een Arend van Lubeckin Steenwijk genoemd. Hij tr. Margjen Jans en krijgt twee keer eendochter Elizabeth; op 8-12-1667 en 3-9-1669.3446. Andries Lampe, ‘jongeman van Hoornberg uit het vorstendomHalberstadt 1202 ’, koopman, overl. na 1728, otr. Steenwijk 23-3-16733447. Grietje Egberts, jongedochter van Steenwijk.Andries leeft nog in 1728, wanneer hij voorkomt in deprocesdossiers te Stad Steenwijk 1203 .Uit dit huwelijk (allen ged. Steenwijk):1. Annigje (= nr. 1723).2. Egbert, ged. 26-1-1679.3. Hermetjen, ged. 5-6-1681.4. Andries, ged. 1-2-1685.5. Jan, ged. 30-9-1688.3488. Gerardus van Dockum, ged. Rossum 22-5-1664, koopman, brouwer enherbergier te Driel, landbode aldaar, overl. tussen september 1710en maart 1719, otr. Driel 11-7-1685, tr. Rossum 26-7-16853489. Matthijsken van Andel, ged. Zuilichem 13-12-1657, overl. v. 1718.3490. Wouter Mauritsz. de Gier, ged. Wel1 21-9-1656, diaken, buurmeester(1696), schepen (1683-1703) van de hooge en vrije heerlijkheidAmmerzoden en Well, tr.3491. Neeltje Matheus van Empel.Op 21-10-1685 doet Wouter de Gier ‘den eed der tapperen’(Loofsignaat Ammerzoden).In 1694 voeren G. van Dieden en Gijsbert Jansse Craeij eenrechtszaak contra W. Mouerissen de Gier. 1204In 1698 zijn de eisers de erven van G. Stelt contra W. Maurissen deGier 1205 en in 1701 Jacob van Cempen contra W. Maurissen de Gier,1701. 1206Op 17-12-1716 testeert Wouter de Gier, gehuwd met Neeltje Matheusvan Empel (Loofsignaat Ammerzoden).Niet lang daarna is Wouter overleden, want in 1718 voert N.Mathijssen van Empel, weduwe van W. de Gier een rechtszaak contraJ. Aryense Neth. 1207Op 17-12-1729 compareert Neeltie van Empel, weduwe van Wouter deGier met haar zoon, Maurits de Gier, weduwnaar van Grietje de Kempeen thans gehuwd met Sweera de Wijs en hare dochters; Johanna deGier gehuwd met Rudolph Voltelen, Dirkje de Gier, gehuwd met Aartvan Genderen en Elisabet de Gier, gehuwd met Mattheus van Dockum(Loofsignaat Ammerzoden).


Op 25-4-3715: Wouter de Gier, krachtens volmacht van zijn huisvr.Neeltje Mathijs van Empel, verleden voor schepenen van Ammerzodentot vervreemden van hun eigendommen inde Tielerwaard en in de Betuwe, verkoopt een schaar weide op denNederbosverlorensen weerd onder Lienden (Signaat van bezwaarLienden).Uit dit huwelijk:1. Maurits, ged. Wel1 17-3-1692, lidmaat ald. 1722, tr. (l) Grietjede Kempe, tr. (2) Wel1 23-1-1728 Sweera de Wijs, j.d. vanDelwijnen.2. Johanna, ged. Wel1 14-12-1690, (o)tr. Gorinchem/Hedel 14-5/29-5-1719, Rudolph Voltelen, geb. Babiloniënbroek, zoon van ds. SalomonVoltelen en Anna Bol1.3. Dirkje, ged. Wel1 12-10-1693, otr. Wel1 15-2-1721 Aert vanGenderen Dirks, jm. Van Nederhemert, lidmaten te Wel1 1724.4. Elisabet, (= nr. 1745).5. Mathijs Melsen, ged. Wel1 17-1O-1700.3492. Gerrit/Gerard Peters de Gier, geb. Driel, overl. v. 1723,otr. Driel 14-2-1674, tr. Alem 21-3-16743493. Marijcken Hendricks Holl, overl. v. 13-11-1723.Bij het huwelijk: ‘Ondertrout den 14 Febr. Geeraert de Gier,geboortigh van Driel en Marijken Hendricks Holl, J.d. van Driel,beijde aldaer woonende. Getrout tot Alem met attestatie den 21Martij.’Op 8-1-1661 testeert Gerardt de Gier (Loofsignaat Driel).Uit dit huwelijk (allen ged. Driel):1. Christine, ged. 14-2-1675.2. Maria, ged. 24-12-1676.3. Hendrik, ged. 2-2-1679.4. Agnees, ged. Driel 1-4-1683, tr. Peter Ringelandt.Op 13-11-1723 renuncieren Peter en Agnees op de nalatenschap vanwijlen haar moeder, Maria Hol (Loofsignaat Driel).5. Jan (= nr. 1746).3494. Aart Jans van der Sluys, ouderling te Driel, tr. (1) Driel9-4-1694 Marijken/Maria Holl, (o)tr. Driel 1701, (o)tr. (2) Rossum28-8/4-9-17013495. Mayke Bellingan, ged. Rossum 31-8-1676.Aart en Maria trouwen te Driel in 1694 als JM en JD: zij is dusniet identiek aan nr. 3493 uit deze <strong>kwartierstaat</strong>.3496. Goossen Hendriks, (o)tr. (1) Driel 28-3/9-4-1679 Maria ArriensBaijens, otr. (2) Hurwenen 17-10-1685, tr. (2) Rossum 8-11-16853497. Yken Meertens, ged. Hurwenen 19-9-1658, tr. (1) Hurwenen 13-5-1683Hendrik Wolff, tr. (1) Teuniske Jans.Bij het eerste huwelijk: ‘Ondertrout den 28 Meert, GoossenHendricksz, J.m. en Marijken Ariensz Bayjens, J.d., beijde totDriel. Getrout den 9 April.’Goossen en Maria staan op een lidmatelijst van Driel op 25 december1680.Bij het tweede huwelijk was Gossen woonachtig te Driel en Yken vanHurwenen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Driel):1. Lysbet, ged. 7-11-1686.2. Maarten, ged. 26-9-1693.3. Gijsbert, (= nr. 1748).


3498. = nr. 3488.3499. = nr. 3489.3500. Aart van den EndenHij staat rond 1722 in de lidmatenboeken van Driel te Heusden Drielvermeld samen met zijn niet met naam genoemde vrouwUit het huwelijk:1/2. Willem, (= nr. 1750)/Weindrick, ged. Driel 15-4-1703, overl.vlak voor 26-2-1736 (overlijden voor geboorte dochter Weijntje),tr. Driel Mathijsken van Hekesen.3502. Dierck/Dirck Jacobs Juinen (ook: Juijnen), (o)tr. Driel11-7/2-8-16853502. Jenneke Gerrits/Geeraerts van den Ham, tr. (1) Driel 3-8/1-9-1678Jan Loeffen van Thiel.Jan Loeffen is bij het huwelijk j.m. van Driel, Jenneken j.d. van‘Crevecoer (slecht leesbaar, maar wellicht is er een verband meteen Gerrit Jaspers; zie hieronder); beiden zijn woonachtig teDriel. Ze staan op een lidmate<strong>nl</strong>ijst van Driel van 12 oktober 1678.Dierck Jacobs is bij het tweede huwelijk j.m. van Hedel. In delidmatenboeken van Driel staat op 25 december een Dirck Jacobsvermeld. Onduidelijk is, of het om onze man gaat.Bij de lidmaten van Driel op 7 juni 1674 staat een Gerrit Jaspersz,met attestatie afkomstig van ‘Crevecoer’. Zou hij de vader vanJenneken zijn?Crèvecoeur of Crève-coeur is een militair oefenterrein in degemeente 's-Hertogenbosch.Het gebied was vroeger een fort: Fort Crèvecoeur dat in 1587 in deTachtigjarige Oorlog als (eerst nog naamloze) schans gesticht wasdoor het Staatse leger onder Filips van Hohe<strong>nl</strong>ohe om descheepsvaart op de Dieze te controleren. Hoewel het in de vorm vaneen gehucht terug te vinden is op oude kaarten, is het dat nietgeweest, ook al was er wel een kerk. Op kaarten staat vaak : FortCrèvecoeur, tegenwoordig is de plek enkel te herkennen aan dealdaar gelegen stuw Crèvecoeur. Het lag op de plek waar de Dieze inde Maas uitmondt en belemmerde dus de scheepvaart vanuit 's-Hertogenbosch naar het noorden. Vandaar volgens het AardrijkskundigWoordenboek van A.J. van der Aa in 1841 de naam: "Fort Hartepijn".Een ander verhaal wil dat de naam verwijst naar het feit dat deSpaanse bevelhebber Claude van Barlaimont, Heer van Hautepenne,hier in juli 1587 dodelijk in het hart getroffen werd. Dit isechter onwaarschij<strong>nl</strong>ijk omdat crève-coeur een meer algemene naamwas voor vestingwerken die nabijgelegen vijandelijke steden schademoesten toebrengen door ze in een permanente staat van beleg telaten verkeren.In de jaren 1589-1590 wisselde de locatie meermalen van bezitter omtenslotte in Staatse handen te blijven, ondanks een poging totoverrompeling door graaf Peter Ernst von Mansfeld in 1593. Datveranderde in 1599 toen de Spanjaarden de schans veroverden en ereen echt fort aa<strong>nl</strong>egden. Op 14 maart 1600 wist Maurits van Oranjede Waalse bezetting van dit fort (zo'n honderd man sterk) en vanFort St. Andries, die al maande<strong>nl</strong>ang geen soldij had ontvangen, met125.000 guldens te bewegen de Staatse zijde te kiezen. Maurits liethet fort met zeven bolwerken uitbreiden; in 1601 en 1603 diende hetals uitvalsbasis voor vergeefse aanvallen op 's-Hertogenbosch. Pasvanaf dit moment duikt de naam Crève-coeur op.Het fort had na de verovering van 's-Hertogenbosch in 1629, toenhet als aanvoerhaven diende voor de belegeraars, als functie deverdediging van de stad vanuit het noorden.


Tijdens de Hollandse oorlog gaf het fort, dat in een nogalverwaarloosde toestand verkeerde, zich op 19 juli 1672 na zevendagen beleg over aan de Franse troepen onder Henri Turenne; de stad's-Hertogenbosch hield echter stand. In 1673 trokken de Fransenzich terug en bliezen bij hun aftocht het fort op met vijfhonderdpond buskruit. De Staten-Generaal, overwegende dat het werk in detoekomst eerder een bedreiging dan een hulp voor de stad zoubetekenen, bevalen het helemaal te slechten. Dat gebeurde in 1674:boeren werden uit de hele Meierij van 's-Hertogenbosch opgeroepenom dit werk te verrichten, waartoe slechts weinigen bereid warenomdat het op het grondgebied lag van het Graafschap Holland en dereisduur erg lang was; uit vrees voor boetes deed men hetuiteindelijk toch. 1208Jenneken staat rond 1722 in de lidmatenboeken van Driel te VeldDriel vermeld als de weduwe Juinen. Bij haar staat dan ook GeertruiJuinen vermeld, waarbij later aangetekend is dat zij Van den Endeheet – vanzelfsprekend na haar huwelijk.3512. Arien Gerardsz. van Genderen 1209 , schepen en burgemeesterNederhemert, overl. 24-12-1733, tr.3513. N.N.Uit het huwelijk:1. Gerard Ariensz. (= nr. 1756).2. Roeleken Ariensdr., overl. v. 1731, tr. (1) Hendrik Dircksz. vanAalst, tr. (2) 1726 Hendrik van Dijck.3. Govertje Ariensdr., overl. v. 6-2-1742, tr. Hendrik Arienszn. deCock, buurmeester van Nederhemert (1732), overl. tussen 16-6-1738 en 6-21742, zn. van Ariaen Sweeren de Cock, kerkmeester enschepen van Nederhemert en Elsken Geurtsen van Hausselt. Uit dithuwelijk nageslacht.4. Gesina/Josijntje Ariensdr., overl. v. 23-4-1753, tr. Govert vande Laer.5. Gertje Ariensdr., overl. v. 25-3-1779, tr. Wouter Ariensz. deCock, zn. van Ariaen Sweeren de Cock, kerkmeester en schepen vanNederhemert en Elsken Geurtsen van Hausselt. Uit dit huwelijknageslacht.3516. Jan Gijsbertsz. de Noo, geb. Well 1669, woonachtig in de Lenshoekte Wellseind, schepen van de hoge heerlijkheid Ammerzoden, Well enWordragen (1714-1733), buurmeester, ouderling en diaken te Well,overl. januari 1735, tr. Well 12-4-17003517. Marike Hendrikdr. Kellen, overl. augustus 1754.Op 5 februari 1696 wordt hij in een overeenkomst van zijn vaderGhijsbert Gijsbertsz de Noo cum liberis genoemd als vierde enjongste der dan nog in leven zijnde kinderen van Gijsbert uit dienseerste huwelijk met Aertje Willems de Wijs (ORA Zl LS 678). 1210Op 22 maart1706 komt hij voor in een civiel proces. De eiser, Dirckvan Dieden, en erfgenamen eisen van Jan Gijsbertse, die in dewandelingh genoemt wort Jan van Hemert, schadevergoeding tenbedrage van f 85:9:8 voor een geleend paard (ORA Zl Civ Processen127).Op 26 maart 1706 koopt Jan voor f 270 van Dr Louis Ingenhousz 4hont zaailand, genaamd Teeuwkens hoffken, onder Delwijnen (ORA ZlLS 679).Op 29 maart 1707 koopt hij voor f 200 van Ghijsbert Anthonisz eenperceel land, groot 3 1/2 morgen, genaamd Den Uijl op Delwijnen,"mits dat hij, Jan de Noo daer noch toe sal hebben twee off drieparceelkens lant in ´t Welsebroeck, soo en gelijck hem comp ´t


selve bij deijlingh uijt den boedel van wijlen Gijsbert Gijsbertsende Noo is toegedeijlt" (ORA Zl LS 679).10 april 1709. Jan Gijsbertse de Noo nom ux is onder de erfgenamenvan Hendrick Dirckse Keilen ende Maeijke van Dieden, echtelieden.Hem is ten deel gevallen huis en hof groot 4 hont, staande engelegen "op ´t Welseijnt, met noch 1 1/2 hont bogert ende bosdaerbij gelegen; item noch 1 1/2 morgen op de Riemers, genaamdde botterpott ende noch 5 1/2 hont in ´t Welsebroeck aen deOensioot gelegen" (ORA AZ LS 253).Op 14 januari 1710 krijgt Jan bij transport voor f 200 4 1/2 hontland, zijnde wilgen- en elsenbosch, gelegen in de lange campen opWelll (ORA Az LS 253).14 november 1712. Jan Gijsbertsen de Noo en Dirck Hend. Keilenhebben elkaar wederzijds gemachtigd aangaande de nalatenschao vanAdriaen van Dieden Zaliger, gewezen schout van Ophemert (ORA Az DS20).Op 16 november 1712 compareert hij met anderen als erfgenamen vanArien van Dieden, in leven schout te Ophemert, en transporteertvoor f 185 aan Peter Jansen van Womberg 4 hont bouwland onderOphemert (ORA Tl LS 1259).25 november 1712. Interrogatoria. Jan en Gijsbert de Noo,gebroeders, hebben in de lente of voorzomer van 1712 woorden gehadten huize van Aert Evertsen over de huur en het gebruik van eenstuk weiland op Delwijnen, groot 5 1/2 hont en toebehorende aanGijsbert Gijsbertse de Noo (ORA Az Ds 20).Op 3 mei 1713 compareert Gerart van Dieden voor zich zelf alsgemachtigde voor zijn zuster Mariken van Dieden; Arien van Genderenvoor zich zelf en als gemachtigde voor zijn zwagers Willem Woutersevan Goor en Arien Otten van der Steegh; Dirck Hendrickse Keilen,voor zich zelf en als gemachtigde van Jan Gijsbertse de Noo; ArienSweeren de Cock voor zich zelf en als gemachtigde van Jan Sweerende Cock en Arien Aertsz Hedel en Wouter voor de Wint, zijnde allenerfgamen van Arien van Dieden, heemraad en scholtus te Ophemert.Zij transporteren voor f 361 2 morgen 3 hont bouwland en bos teOphemert; voor f 1350 een huis, hof en boomgaard, groot 4 hont plus11 hont bouwland te Ophemert aan Rombout van Riemsdijck; en voor f160 7 hont bouwland te Ophemert aan Louis Verweij; en voor f 1449 4morgen bouwland met nog 2 hont boomgaard te Ophemert aan HendrickVercuijll (ORA Tl LS 1259).16 mei 1713. Meriken Cornelis, weduwe van Claes Aertsz Rooijen,verkoopt voor f 170 aan Jan Gijsbertsz de Noo 1 morgen bos opDelwijnen genaamd den Mau (ORA Zl LS 679).Op 6 oktober 1713 koopt Jan Gijsbertse de Noo van LijntjenAnthonis, weduwe van Peter Marcelissen de Gier en haar dochterGeurtjen Peters de Gier voor f 250 drie percelen land aan hetWelseijnt, 1 hont hopland, nog 4 hont genaamd de Woerd, en 1 hontop den beemt (ORA Az LS 253).Op 22 nov 1713 koopt hij van Maeijken Dircx, weduwe van GijsbertJansz Decker voor f 280 drie perceeltjes land op ´t Welseijnt: 2/3hont bogert in Dirck Vormershoff; 1/2 hont hopland; 1/2 hontboomgaert (ORA Az LS 253).Op 16 maart 1716 koopt hij voor f 265 van de weduwe van AertHandrickse Brouwer, Lijntje Aertsz 2 morgen land op Delwijnen,genaamd den Buick (ORA Zl LS 679).Op 21 september 1716 koopt hij voor f 270 van Mariken Cornelis,weduwe van Claes Aertsen Rooijen, 4 hont hopland en bos op ´tWelseijnt, genaamd Counenhoff (ORA Az LS 253).Op 14 juni 1719 koopt hij voor f 10 van Jan Heijmense van de Grinteen cleijn stucksken lant van soogenaemde Jan de Waelshoff, totaenbreijdingh van den werff van Jan de Noo sijne schuur (ORA Az LS253).


Op 17 oktober 1720 koopt hij voor f 305 van Arijen Groenevelt 1 1/2hont hopland op ´t Welseijnt (ORA Az LS 254).Op 3 februari 1721 koopt hij voor f 15:15 van Hendrick AertseCraeij c.s. 3 1/2 hont weiland genaamd de Woert aan het Welseijntgelegen (ORA Az LS 254).Op 3 maart 1721 koopt hij voor f 90 van Anthonij Vesters een stukjehopland van 1 1/2 hont op ´t Welseijnt (ORA Az LS 254).Op 23 februair 1725 koopt hij voor twee gouden ducatons van AntonijVesters en Josina van den Braek de geregte helft van 6 morgen hetSpijk onder Delwijnen (ORA Zl LS 680).14 november 1725. Bij de verkoop van goederen afkomstig vanjuffrouw Maria van Hesse verkrijgt hij 3 morgen 3/4 hont hopland teNederhemert voor f 540 (ORA Nh DS 36).Op 5 maart 1727 koopt hij voor f 159 van Anthonij Vesters 7 hontland van ´t Casteels Landt onder Delwijnen (ORA Zl LS 681).Op 10 april 1727 koopt hij voor f 130 van Hendricus van Driel cummat. (die moeder is Jenneken Gijsbertsen de Noo,(Jan´s oomzegster)een perceel weiland onder Delwijnen, genaamd de aght hondt ofkoppenbos (ORA Zl LS 681).Op 23 mei 1727 krijgt hij overgedragen krachtens verkoopcedulled.d. 14 nov 1725 3 3/4 hont hopland te Nederhemert binnendijks (ORANh LS 219).Op 19 mei 1728 koopt hij voor f 520 van Anthonij Vesters cumliberis 3 morgen weiland op Delwijnen genaamd den Gorten en de<strong>nl</strong>angen Engh (ORA Zl LS 681).Op 18 december 1728 doet hij aanspraak op goederen van Aert vanGenderen om schadeloos gehouden te worden voor een borgtocht van f200 plus rente, als d.d. 24 april 1722 voor hem van Genderen tenbehoeve van de heer Martinus Mels heeft gepresteert (ORA Az DS 21).Op 19 mei 1729 koopt hij voor f 188 van Jan Ariense van Tiel c.s. 2morgen weiland te Delwijnenw op de Riemers gelegen (Oud Archief Zb1256/176).Op 9 juni 1729 betaalt hij voor zijn zoon Arien de Noo, weduwnaarvan Ariaenje Craeje, f 677, die Arien aan Gertruijt Betmaer volgenserfhuijscedulle en erfdeling schuldig was (ORA Nh LS 219).Op 9 juni 1729 doet hij aanspraak op goederen van zijn zoon Ariende Noo, gelegen in Nederhemert en speciaal op seeker huis genaamdde Steene Caemer, en dat over de somma van f 677, spruitende tercausa van geleende penningen (ORA Nh DS 37).Op 9 mei 1731 koopt hij voor f 590 van Laurens de Noo en Johannavan den Bogaerd, echtelieden, 3 morgen den Berentregter naast hetRoth op Delwijen (ORA Zl LS 681).Op 14 juli 1731 koopt hij voor f 715 van Gijsbert Aertse Craij enJenneken Doorn, echtelieden, huis en hof op ´t Welseijndt, groot 11/2 hont (ORA Az LS 254).26 juli 1731. Aanspraak van de heer Martinus Mels voor f 99 metrente d.d. 24 april 1722 geloofft, onder aftrek van gedanebetalingen op Aert van Genderen en JanGijsbertse de Noo, den eersten als gelover en den anderen als borgeprincipaalvan gemelte capitael cum intrest (ORA Az DS 21).1 november 1731. Fredrick van Hausselt doet aanspraak van f 6:8wegens besaeijt 1710 over Kerkwijk, mitsgaders van f 26:8 opgoederen van Jan Gijsbertse de Noo, als borge principael voorCornelis van Oijen, wegens landpacht 1719 (ORA Zl DS 18).24 maart 1732. Eis van Jan Gijsbertse de Noo tegen Aert vanGenderen. Op 24 april 1722 is eiser borg gebleven voor eenobligatie van f 199, die de gedaagde en zijn huisvrouw MartinusMels heeft geloofd. Als borg is hij "genootsaeckt" geworden d.d. 29februari 1732 f 187:18 te betalen. Gedaagde had beloofd hem ditbedrag met 5% rente terug te betalen. Omdat gedaagde nalatig blijft


te betalen, spreekt eiser hem nu aan. Gedaagde wordt conform de eisveroordeeld d.d. 28 juli 1732 (ORA Az Civ Processen 165; DS 22).Op 27 juni 1732 dragen de erfgenamen van Maijken Gijsbertse de Noo,gewezen huisvrouw van Gijsbert Antonisse Kakebeen hun rechten op deerfenis over aan Kakebeen voor f 200. Onder de erfgenamen zijn o.a.Jan Gijsbertse de Noo en Marike Henderische Kelle, echtelieden, enLaurens Gijsbertse de Noo en Johanna van den Bogaerd, echtelieden(ORA Zl LS 681).Op 1 september 1732 koopt Jan Gijsbertse de Noo voor f 115 vanArien Cornelisse en Adriana van Gendere 1 morgen bouwland denBerentrechter, op Delwijnen (ORA Zl LS 681).Op 27 oktober 1732 hebben schepen Jan Gijsbertse de Noo cooperatiefgeadjudiceert in goederen voor non-voldoening van de verschuldigdef 187:18 (ORA Az DS 21).Op 29 oktober 1733 doet Jan Gijsbertse de Noo aanspraak op goederenvan Aert van Genderen te Nederhemert en aan hem competerendevolgens erfrecht uit de nalatenschap van Gerrit Dirkse van Genderenen speciaal op seecker stuck leengoet genaamd Schnijdershoff, endat wegens een somma van f 200 en daerboven spruitende ter causavan geleende penningen, intrest, onkosten (ORA Nh DS 37).Op 11 september 1734 renuntieert hij van de gedane aanspraak opgoederen van Aart van Genderen (ORA Nh DS 39).In januari 1735 ontfangen voor het begraven van Jan de Noo in dekerck van Well f 6 (AHGW1 Rek kv 1735).Op 8 september 1736 koopt Maria Keilen, weduwe van Jan Gijsbertsede Noo, voor f 1700 9 1/2 morgen weiland onder Delwijnen, afkomstigvan Walraven van Haatten, heer van Ophemert en Zonnewijnen c.s.(ORA Zl LS 681; Oud Aren Zb charter nr 7262/201).20 februari 1737. Kinderen en erfgenamen van Jan Gijsbertse de Nookrijgen bij nadere scheiding en deling ieder een zevende deel vande helft van de nalatenschap van hun vader (ORA Az LS 254).Op 21 maart 1738 koopt Marike Keilen, weduwe van Jan Gijsbertse deNoo, voor f 550 van Lourens de Noo et uxor 3 morgen weiland denBerentregter op Delwijnen. Met de kooppenn wordt hun crediteurNicolaas van Ravesteijn schadeloos gesteld (ORA Zl LS 682).Op 25 juli 1746 testeert Marike Hendrick Keilen en bepaalt, dat"haere ongeluckige en onwijse doghter Elisabeth de Noo bij haercomparant overlijden voor en in plaats van haer gerechtekintsgedeelte en erffportie sal trecken en genieten 17 hont landgenaamd den langen Engh; 4 hont boomgaard genaamd Teeuwkenshoff; 3morgen weiland genaamd den Beerentrechter, afkomstig van Laurens deNoo, alle op Delwijnen gelegen, mitsgaders nog een kapitaal van f453, "soo comparant te laste van het dorp Delwijnen is hebbende,omme van ´t een en ander de revenues haar leven langh te trecken.Komt Elisabeth te overlijden dan komen deze goed aan comparantsandere kinderen en erfgenamen. Zij machtigt haar zoon Peter de Nooom voor schepen te compareren (ORA Az Zl LS 256; ORA Zl LS 683).25 juli 1746. Tevens bepaalt zij, dat haar zoon Willem Jansse deNoo uit haar na telaten goederen zal trekken huis en hof aan het Wellseind door haarbewoond, groot 5 1/2 hont met berg, schuur en hopest; "item 1 hontop ´t Welseijnt genaamd Geertruije stuck, den bogert met het bosdaer aen steeckende", alles onder deze voorwaarde, dat comparantdochter Elisabeth de Noo haar leven lang in dat huis zal mogenblijven wonen of bewaard worden, alsook dat comparant dochterMaeijke de Noo almede haar leven lang of zo lang zij zal willen "invoors huijs en op die camer bij Willem de Noo zal mogen blijvenwonen, zonder dat beide dochters daarvoor aan Willem enige betalinghoeven te doen (ORA Az LS 256).Op 10 maart 1752 gelast het gericht van Nederhemertt Wouter voor deWijnt uit naam van Gerart van Dieden en Marike weduwe van Jan de


No, erfgenamen van Neeltie de Cocq, gewezen huisvrouw van Woutervoor de Wijnt, om binnen zes weken over te leveren een staat van deinboedel (Giedeboek Nh 191).Op 13 april 1752 wijst Marike Hendriks Keilen, weduwe van Jan deNoo, als haar gevolmachtigde aan haar zoon Hendrik de Noo in zakede nalatenschap van Neeltijen Jans de Cocq (ORA Nh DS 42).Op 11april 1752 stelt Wouter Hendrikse Voor de Wijnd de gevraagdeinventaris van de boedel in handen van Gerard van Dieden en MarikenHendrix Keilen, weduwe van Jan de Noo, erfgenamen van Neeltje Jansde Kok. Zij maken op onderdelen bezwaar en eisen aanvulling enkorrektie van de tekst (Giedeboek Nh 192).Op 24 mei 1752 aanvaardt Wouter de ingebrachte bezwaren en zal dieter harte nemen (Giedeboek Nh 192).Op 24 augustus 1754 betalen de kinderen van vrouw de Noo voor hetbegraven van haar moeder in de kerck tot Wel l f 6 (AHG Wl, Rekkv).Overige notities: Beroepen: Landbouwer. vanaf 07-12-1702:Buurmeester van Ammerzoden. vanaf 1714tot 1715: Schepen vanAmmerzoden. vanaf 03-07-1717: Diaken te Well. vanaf 1720tot 1721:Schepen van Ammerzoden. vanaf 1724tot 1725: Schepen van Ammerzoden.vanaf 1728tot 1729: Schepen van Ammerzoden. vanaf 30-05-1728tot1730: Ouderling te Well. vanaf 1732tot 1733: Schepen vanAmmerzoden.Uit dit huwelijk (allen ged. Well):1. Hendrik Dirksen (Janse) de Noo, ged. 6-3-1701 in Well.2. Arien Janse de Noo, geboren in 1703 in Well.3. Willem Janse de Noo, gedoopt op zondag 14 december 1704 in Well.4. Gijsbert Janse de Noo, geboren in 1706. ( zie verder 64 )5. Elisabeth (Lijsbeth) Janse de Noo, geboren in Well.6. Maaijken Janse de Noo, gedoopt op zondag 7 mei 1713 in Well.7. Peter Janse de Noo (Noy, Noig), gedoopt op zondag 22 maart 1716in Well.3518. Willem Woutersz. van Goor, woonachtig te Wellseind, tr. v.21-4-16873519. Catalijn Gerarddr. van Genderen.3524. Douwe Ockes Bleecker, (o)tr. Sneek 25-6/13-7-16643525. Acke/Auckjen Symens.Bij het huwelijk beiden afkomstig uit Sneek.Douwe Ockes Bleecker is op 25-10-1677 1211 curator over Simen Hannes,14 jaar oud, kind van de overleden Hanne Symens. Douwe is dan mr.Bleker, oom van vaderszijde. De gestorven Hanne zal dus Douwe’szwager geweest zijn. Hanne Symens otr. Sneek 15-3-1663 AntjeSjoerds, van Terwispel.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):Rinske Douwes Bleecker, (o)tr. (1) Sneek (gerecht en kerk) 7/22-1-1688 Ruurd Sybes Bossert, (o)tr. (2) Sneek 4-4-1710 Oege YpesFeenstra, vroedsman.Symen Douwes (= nr. 1762).Ocke Douwes, (o)tr. (1) Sneek 11/29-9-1686 Gatske Doeidses, otr.(2) Sneek 23-12-1706 Maryke Hermans.3526. Romcke Pyters, ged. Sneek 6-3-1636, (o)tr. Sneek 4/24-6-16593527. Grytje Jans.Een Romcke Pyters tr. Sneek 15-1-1675 Auckien Melcherts, beidenafkomstig van Sneek. Uit dit huwelijk: Pieter, ged. Sneek 14-4-1676.Bij hun huwelijk waren de echtelieden beiden van Sneek afkomstig.


Romcke is op 25-7-1673 curator over personen en goederen van dekinderen van wijlen Romcke Binses, man van Richt Hanses.Uit dit huwelijk (allen ged. Sneek):1. Dieuwke, ged. 26-10-1660.2. Pyter, ged. 24-9-1662.3. Brechtie, (= nr. 1763).4. Pyter, ged. 14-1-1666.5. Jan, ged. 15-10-1673.3546. Benedictus Sijbolts, wever, tr.3547. Ybel Isses.Ybel Issedr. doet belijdenis te Oldenboorn/Nes op 26-12-1667 enkomt in 1683 nog op de lidmate<strong>nl</strong>ijst voor.Uit het huwelijk van Benedictus Sybolts (allen ged. Oldeboorn-Nes):1. Siouck, ged. 8-12-1661.2. Dicke, ged. 7-2-1664. Mogelijk is dit de Yke Benedix, otr.Oldeboorn-Nes 28 juli 1702 Johannis Jans, van Terhorne.3. Taepke, ged. 12-1-1666.4. Isse, ged. 21-11-1669, doopgetuige: Beerta Isses. Ysse tr.Oldeboorn-Nes 3-3-1709 Sijbrig Harmens, eveneens van Oldeboorn.5. Anne, ged. 17-12-1671, otr. 6 juli 1710 Langezwaag-Kortezwaag-Luxwoude, tr. Oldeboorn-Nes 27 juli 1710 Sytske Giolts, vanLangezwaag.6. Jetze, ged. 5-10-1673, doopgetuige: Beerta Isses. Opmerking:Beerta Isses haar zwagers kind.7. Beertje, (= nr. 1773).3552. Gerrit Aartsz. van Geytenbeek 1212 , tr.3553. Emmetje Gerrits van Blotenburg 1213 , geb. 1617, overl. Woudenberg1698, tr. (2) 1674 Claas Gijsbertsz.3554. Otto Rijcksz. Castelijn/Kasteleijn, schepen van het gerechtNijenrode tot Breukelen 1676-1702.3588. Wynand Eenschoten/Eenschaten, ged. omstr. 1690, overl. Veecaten,begr. Zalk/Veecaten 16-4-1751 ‘pontificia’, (o)tr. Zwolle R.K.Kerk Spiegelstraat 27-4/14-5-1715 (en NG 14-5-1715)3589. Joanna Jans van den Wildenberg, ged. omstr. 1690, overl. Veecaten,begr. Zalk/Veecaten 4-12-1736 ‘pontificia’Bij het huwelijk was Wynand met attestatie afkomstig van Zalk.Getuigen: Hermtje van den Wildenberg en Gosina? Janssen.Bij de inschrijving van het hervormde huwelijk: Wijnand vanEenschaten j.m. in Vekaten met Janna van den Wildenberg j.d.De proclamatien gaan mede tot Zallik alwaar de inschrijvinge isgeschiet op attestatie van Zallik alhier getrouwt.In 1716 trouwt te Zalk zekere Teunis Jansen van der Coule jmVekaten met Gerritje Jans van de Wildenberg jd Vekaten. Is zij enzus? Het bewijs daarvoor komt op 4-7-1747, want dan komen MartenEenschoten, mede namens zijn vader Wynand Eenschoten, en Lamb. Stalals oom en neef van moederszijde van wijlen Teunis Jans in de Hagenen Gerrigjen Jans van de kinderen Gerrit Teunis (18) en TeunisTeunis (14). Marten en Lambertus zijn mombers 1214 .Bij de Kohieren van het Hoofdgeld over 1723 en 1724 1215 komt teVecaten voor: Wynand Eenschaten en vrouw, ‘de knegt en maegt’.Daaropvolgend: Jan Schaep (doot) en vervolgens: Anna van denWildenbergORA Zalk 1751/1752 blz./akte 159; in schuldbek. destijds get. door"Wijnant Eenschaten" verklaart "Marten Wijnants" dat rente isvoldaan tot 1752.


ORA Zalk jaar 1736 inv.nr. 15 blz.akte 419-420; in akte wordtgenoemd "Lambertus Stal, door des selfs oom en moeij WijnandEenschaten en Janna Jansen van de Wildenberg benoemt tot momberover het onmundige kind Marten Wijnand Eenschaten." Ook werd eenniet presente Willem van Megen vermeld. Voor hem in de plaats wordtals momber verzocht door Wijnand en Janna ene Harmen HendriksHoogebeen (?).Wijnant komt ook nog voor in de nog te onderzoeken aktes waarin ineerste oogopslag geen familierelatie duidelijk werd:Inv. 15 fiche 2 folio 229 en 230 als momberidem folio 203 en 204 als momberidem folio 163 3n 164 als executeur testamentairidem fiche 3 folio 339 en 340 als adm. voogd over HendrikjenHendrik Garrits Windidem folio 332 en 333 als momberidem folio 328 en 329 als momber van Jan Gerrits en ex. test. vanwijlen Berend Wind (Wijnand doet schriftlijke opgave van deinkomsten en uitgaven).idem folio 304 en 305 als momberidem folio 387 en 388 als momber.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jannetje, ged. Zalk/Veecaten NG 15-5-1718.2. Marten (= nr. 1794).3596. (?) Albert (Everts) Neuteboom, overl. na 6-2-1731, ws. overl. kortvoor 29-9-1747, tr.3597. Jannegje Jans, begr. Zwolle (Kruiskerk) 4-10-1730.Het is nog niet zeker of Albert de vader is van ‘onze’ Hendrik. Welis een Hendrik Neuteboom in 1755 getuige bij het huwelijk van eenEvert Neuteboom.Een Albert Everts en Janntje Jans krijgen op 1-9-1716 een zoonEvert. Zijn dit dezelfde ouders. Er is voorts nog een AlbertNeuteboom, zoon van Hendrik Neuteboom, tr. Evertien Harms. Verdervond ik nog een Joan Hermsen Notteboom, zoon van Herman UlrixNotteboom en diens weduwe Egbertien 1216 . Zijn dit voorouders? Naderonderzoek.Albert Neuteboom wordt op 6-2-1731 te Spoolde als weduwnaar vanJannegje Jans vermeld.Op 26-3-1736 doet een Albert Neuteboom van Spoolde belijdenis en op29-9-1747 wordt iemand met die naam van Spoolde begraven in deKruiskerk.Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Hendrik Neuteboom, (= nr. 1798).2. Evert Neuteboom, ged. 27-8-1715.(?) 3. Evert Neuteboom, ged. 1-9-1716.Voorgeslacht?Vader Evert Jansen Neuteboom, geb. 15 MAR 1705, ZwollerkerspelSchelle (Ov)Moeder Grietje GerritsGezinsblad F1259097567Gezin 1 Jannigje JansenKinderen1. Jan Alberts Neuteboom, geb. 17 FEB 17042. Roelof Neuteboom, geb. 9 JUN 1711, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)3. Hendrik Neuteboom, geb. 29 JAN 1713, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)


4. Wibbegien Neuteboom, geb. 6 SEP 1714, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)5. Evert Neuteboom, geb. 27 AUG 1715, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)6. Evert Neuteboom, geb. 1 SEP 1716, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)Vader Jan Arents, geb. 1665, Zwollerkerspel Schelle (Ov)Moeder Aaltje Everts, geb. 17 AUG 1679, Zwollerkerspel Spoolde(Ov)Gezinsblad F1259099272Gezin 1 Grietje GerritsGetrouwd 22 MAR 1728 Zwolle (Ov)Kinderen1. Albert Everts NeuteboomZie voor meer informatie:http://www.ngv.<strong>nl</strong>/genealogie/getperson.php?personID=I11495&tree=B2411093598. Abraham Jacobs van Epe, begr. Zwolle 7-2-1776, (o)tr. Zwolle20-4/12-5-17203599. Hendrikje Jans van de LuijrBij huwelijk zijn beiden afkomstig uit de Kamperstraat.Getuigen bij het huwelijk: zijn stiefvader (of toch die van haar?)en de vrouw van ‘Roulof van (Itgenes/Hogenes?). Een zekere jannaWessels maakt op 27-4 bezwaar, maar op 4-5 komt er toch toestemmingvoor het huwelijk.Stadsarchief Zwolle, T. 700b, inv. nr. 2946: Marietje Alberts,pleegdochter van Teunis Willems, tegen Berend op de Lure wegensmishandeling, 1660.Stadsarchief Zwolle, T. 700c, inv. nr. 12512: akte van verpachtingdoor de gecommitteerden tot de Administratie aan Berend Lubberts opde Lure van een erve en goed in de buurschap Schelle, schoutambtZwolle, 1592. Met een bijlage Hendrikje komt meestal voor zonderfamilienaam, maar zij wordt op 30-11-1745 met die toenaam (en haarman) genoemd in het testament van Derkje van de Luijr, die in deakte haar zus wordt genoemd 1217 .Uit dit huwelijk (allen ged. Zwolle):1. Janna (= nr. 1799).2. Derkjen, ged. 20-1-1730.3. Catrina, ged. 4-10-1733.3632. Willem Queckeboom, tr.3633. (?) Enneken/Anna NN 1218 .3652. Jan Lasonder, geb. tussen 1710-1713, molenaar, overl. Deventer1763, tr.3653. Berendina Reyger/Reiger, overl. na 19-8-1748Het echtpaar is bij de volkstelling van 1748 woonachtig ‘Buiten deVeldpoort’, onder nr. 279.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):1. Gerrit.2. Margareta.3. Lourens (= nr. 1826).4. Judit.5. Aaltje.


3654. Egbert Ottenhof, overl. v. 19-8-1748, tr.3655. Janna Tegelaar/Tegeler, overl. v. 19-8-1748.Op 25-11-1739 1219 doet Jan Hofsté namens zijn zoon Gerrit aangiftevanwege de aankoop door hem van Hermen Tegeler en Egbert Ottenhofvan een schepel bouwland, genaamd het Weversstuk.Bij de volkstelling van 19-8-1748 blijken bij Hermen Tegeler tweekinderen in te wonen van zijn overleden dochter: Aaltjen enFenneken Ottenhof (= nr. 1827). Zij zijn woonachtig in deHaverstraat, en zijn vermeld onder nr. 131.Fenne is mogelijk vernoemd naar een gelijknamig familielid vanvaderszijde. Op 30-12-1745 1220 doet ene Gerrit Swartkate aangiftenamens Fenne Ottenhof wegens een erfenis van haar in 1745 overledenbroer. Ook genoemd wordt hun zus Hermyna. Tpt de bezittingen,waarvan Fenne 1/5de erfde, behoorden o.a. de woning of TruinHermens Kotten; twee stuk land bij de Kreemers Maaden; een huisjeen gaarde aan het Getveld, bewoond door Frans Collenbeek; deLoonsmathe en nog wat grond.Mogelijk voorgeslacht: in de periode 1724-1738 is te Lonneker 1221sprake van een Arent Ottenhof en - later - zijn weduwe. Arentblijkt onderrichter van Enschede en vraagt bij de Holtinck van 19-10-1724 of de marke hem - vanwege zijn verdiensten voor de marke -bij zijn ‘hutte’, gelegen in de marke Lonneker een weinig grond kantoewijzen. Dat is klaarblijkelijk gebeurd, want in de periode 1736-1738 wordt op een Holtinck vermeld dat die toestemming aan zijnweduwe al een tijdje bestaat. Arend zou heel wel af kunnen stammen(een zoon?) van Jan Ottenhof, geboren Stad Delden ca. 1640,bierbrouwer te Enschede, overl. Enschede 1693/94, tr. ca. 1670Berentjen Almesick, dochter van Claes Almesick, burgemeester teDelden.3728. Hilbert N.N., tr.3729. Hendrikje Albers.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Enghbert.Gerrit.Wessel, tr. Grietje Hendriks?Merghjen, tr. Jan Jansen?.Gergjen.Berent.3730. Berent Engberts, tr.3731. Gerrechien Lubbers.Gerrigjen komt enkele keren voor in het Repertorium op de leen-,tins- enhofhorige goederen van het Stift Essen:Schoutambt Zwolle/buurschap Berkum: T. 197.1, 2.539:Gerrichien Lubberts, weduwe van Claas Henriks te Berkman, onderhulderschap van procureur Jan Jacob Wylinck, na opdracht door degebroeders Egbert Egberts en Lubbert Egberts (datering 1712 okt 1)De helfte van de Leegencamp, oostwaerts naest de Duite, syndeweleer gemeente geweest, westwaerts aen Kokkershof gelegen,gesproten uit het erve Naminck tot Berkman in 't carspel van Swollegelegen, waervan Berent Janssen Posjen en Jan Engberts Bouwmeester,gebroeders, de wederhelfte toebehoort.Afgespleten van nr. 537; naderhand vereend met de nrs. 513, 514,515, 538, 550, 551, 555, 569 en 570 tot nr. 571.Egbert Egberts in 't Buiten Gasthuis na de dood van HermanEngbertsen Bouwmeester te Berckman, mede voor zijn broer LubbertEgberts


Gerrichien Lubberts, weduwe van Claas Henriks te Berkman, onderhulderschap van procureur Jan Jacob Wylinck, na opdracht door degebroeders Egbert Egberts en Lubbert EgbertsBerent Hilberts cum suis, gelijk eertijds Gerrichien Lubberts,weduwe van Claas Henriks, werd beleendSeintien Berents met haar schoonzoon Jan Gerritsen Bouwmeester alshaar voogd, draagt het goed op aan de ambtman van het stift tenbehoeve van Carel Vennebrugge (datering 1725 mrt 31).Schoutambt Zwolle / buurschap BerkumBij nummer 531:Nabenoemde perceelen van het erve Naminck in 't carspel van Zwollin de buyrschap Berckman gelegen, te weten: de helffte van hetwaartall ende geregtigheyt van 't dryven in de merckte, van 'taenwas aen een catersteede tot voorschreven erve gehoorende, vanseven ende een halve schaaren op den Marsch ofte achtersteMeeckeler, van 't land op de voorste Meeckeler; item, een van detwee ackeren voor op de Hondesch ende dannoch met twee ackeren vanden hoogen camp achter de hoffsteede gelegen.Afgespleten van nr. 530; naderhand vereend met nr. 532 tot nr. 533.Geessien Jansen onder hulderschap van haar man Henrick Adrianssen,gelijk haar overleden vader Jan Thyssen uit naam van zijn vrouwHermtien Dercksen er mee was beleend.Claes Henricksen te Berckman, mede voor zijn vrouw GeessienLubbertsen, na opdracht door Geessien Janssen met haar hulder enhaar broer Jan Adrianssen (datering 1699 dec 16).Gerrichien Lubberts, weduwe van Claas Henriks, met de ledige handonder hulderschap van Evert Voorthuys. (Datering 1719 aug 27)Bernt Hilberts cum suis, gelijk eertijds Gerrichien Lubberts,weduwe van Claas Hendricksen, werd beleend.Berentien Buiters, weduwe Reusink, onder hulderschap van haarschoonzoon Gerrit Venebrugge, na opdracht door Berent Hilberts cumsuis; tevens verkrijgt zij toestemming om dit leen te verenigen metdat, waarmee zij op 2 maart 1722 werd beleend, tot één leen.(Datering 1723 nov 6).3732. Lubbert Jansen van de Rouwenhorst, in ’t Broeck, otr. (2) Zwolle5/15-10-1673 Stijntje Jansen, tr. (1) Gerrit Hendriks Meenhorst.Lubbert tr. (1) 2-6-16673733. Reintjen Harms.Bij het huwelijk: zoon van Jan Harms op Meusbelt; Reintje is daneen nagelaten dochter van Harmen op de Boerdijck, ze is op datmoment afkomstig van Windesheim, zij komen op attestatie van Wijheen Heino.De Meeuwsbelt (en spelvarianten) en Boerdijck zijn erven te Heino.Op 25-12-1674 doet het echtpaar, dan ‘op de Ruenhorst’ belijdeniste Windesheim.Het erf Rouwenhorst komt al eind 14e eeuw voor en staat vermeld inhet Repertorium op de Overstichtse en Overijsselse leenprotocollen1379-1805 1222 Schoutambt Wijhe, Buurschap Herxen:Nummer 1444:Seven morghen lants, gheleghen in Lyrrebroec tusschen Douvelle endeGerd Scipper.** "Lijst leenmannen", blz. 745-746.Z.d. [1379-1382] (BA1 fol 53)Mechtelt van den Rutenberghe. Hulder Berner van Alberghe.1395 feb 13 (BB fol 26)Mechtelt van den Rutenberghe. Hulder Steven van den Rutenberghe.* Dat guet then Ruwenhorst, gelegen voir seven mergen inLeerrebruyck.


1408 jul 17 (BB fol 66)Gertrude, vrouw van Gert Cute, na opdracht door Mechteld van denRutenberge. Hulder Roeloff de Swarte van Wyndesem.1433 aug 6 (BC fol 19)Geertruyt des Zwarten. Hulder Geerloch Kuyt.* Mechteldengoet van den Rutenberge, dat hoir plach te wesen,gelegen toe Herxen.1452 nov 30 (BC fol 14a)Geerlich Kuit.* Die Ruwenhorst in Wyer kerspel ende Mechteldeguet ter Hoegen,gelegen in Wyerkerspel ende in Heinrekerspel.** Fol 14a is een strook papier, die ingeplakt is bij fol 14. Vóór"Kuit" staat "Zwa", doorgehaald.3734. Jannes Gerrits, timmerman, in ‘t Lierderbroeck tr.3735. Aaltje Roelofs.3760. Gerrit Ridderikhof, scheepstimmerman, ged. Hasselt 3-7-1636, tr.3761. Anna Bene.Uit dit huwelijk (allen ged Hasselt):1. Berend, (= nr. 1880).2. Tjiske, ged. 30-12-1660, overl. na 4-9-1725, otr. Hasselt 17-7-1700, tr. Amsterdam 31-8-1700 Hermannus Janssen d'Olde, ged.Hasselt 2-11-1668, begr. Hasselt 10-4-1751, zn. van Jan Mattheusd'Olde en Wobbegje Jans.3. Gerrit, ged. 16-11-1662.4. Aaltje, ged. 28-10-1664, tr. Cornelis van Hattum, wonende teIngen in de Betuwe. 5. Willem, ged. Hasselt 25-11-1666, varensman,begr. Zwolle 11-3-1727, tr. Amsterdam 14-11-1698 Woutertje van denOldenhof, ged. Zwolle, begr. Zwolle 22-10-1739, dr. van Jan Jakobsen Grietjen Jans.6. Harmen, ged. 11-11-1668.7. Annetien, ged. 12-2-1671, begr. Amsterdam 19-11-1706.3792. Harm Alberts Schonewille, tr.3793. Geesje Geerts.3796. Arend Pouwels ten Hoorn, tr.3797. N.N. Strijker.De moeder van de kinderen nog niet gevonden, maar op basis van detoevoeging van de familienaam zou zij een Strijkerdr. kunnen zijn.Die familienaam komt met regelmaat voor in die Hoogeveensecontreien.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jan Arends ten Hoorn/Strijker ten Hoorn, geb. Amsterdam.2. Roelof Arends Strijker.3798. Peter Harms Kramer, ged. Vollenhove 21-7-1639, tr. Vollenhove1-2-16613799. Aaltje Beenen, ged. Beulake 30-1-1635.3800. Hendrik Derks Lunenborg.3801. Trijntje Stoffers Vos.3802. Geugien Reints, tr. (1) De Wijk 31-1-1674 Aaltje Hilberts, tr. (2)IJhorst 21-4-16973803. Annechien Mentincks.3888. Jurriaen Claes, tr.3889. Geesje Wessels.


Mogelijk is dit het huwelijk: te Steenwijkerwold tr. 00-10-1675Jurrien Claessen Hollander, j.m. van De Wetering, Femme Wessels,j.d. van Steenwijkerwold.Te Steenwijk tr. 25-4-1677 Jan Claessen Hollander, wedr. vanScheerwolde Femme Lambers, van Scheerwolde. Is hij een broer?In 1682 is Jurriaen Claessen, te Scheerwolde (dat is in de buurtvan de Wetering) lidmaat te Oldemarkt, met attestatie van Blokzijl.Ook op die lijst staat zijn vrouw, Geessien Wessels.Uit dit huwelijk, allen ged. Blokzijl:1. Claes, ged. Blokzijl 12-12-1676.2. Wessel, ged. Blokzijl 29-6-1679.3. Herman, ged. Blokzijl 23-1-1681.4. Wessel, ged. Blokzijl 13-7-1684.3944. (?) Roelof Jans, otr. (2) Hellendoorn 20-11-1707, tr. Hellendoornof Dalfsen 4-12-1707 Fennigje Harms, tr. (1) Hellendoorn 6-9-16853945. (?) Jennigjen Teunis, overl. tussen 23-3-1704 en 20-11-1707.Namen der lidmaten Anno 1689 bevonden in Marle. In de hutte:Geertjen Teunis, w. Roelof Jans, m., Jennichjen Teuniss, vr.Uit een tweede vermelding in het lidmatenregister blijkt, dat hetechtpaar in juli 1689 vertrokken is naar Dalfsen. Daar moeten ze aleerder naar toe gegaan zijn, want in 1696 laten zij er een dochterdopen.Uit het eerste huwelijk:1. Fenne, ged. Dalfsen 21-3-1696.2. Marrije, ged. Hellendoorn 23-3-1704.3952. Jan Reiners.3954. Lubbert Ymhof/Imhof, overl. v. 30-3-1721 (huwelijk dochterGrietje).Lubbert Ymhoff, geb. Wielen (Uelsen) ca. 1635, koopt in 1686 samenmet Jan Stubben het erve Stubben te Radewijk 1223 .3956. (?) Berent Reuvers, herbergier en onderscholtus te Den Ham,pachter van het dienstbodes gelt ald., tr. (1) Hermtjen BerendsNeverseel, dochter van Berend Hermsen Neverseel, tr. (2) v.22-5-16973957. (?) Maria Bovenmars.Berent Reuver, herbergier in Den Ham, oud 43 à 44 jaar (maar in deakte hieronder geeft hij enkele jaren later min of meer dezelfdeleeftijd op).Berent heeft van Jannes Brouwer in 1790, 10 halve anker brandewijnontvangen. Reuver verklaart nooit per Jannes Brouwer uit Zwollebrandewijn of gedisteleert gekocht of bestelt te hebben.Egbert Hendrix Brouwer en herbergier in Den Ham, oud 45 jaar of hijvan de wijncoopers uit Zwolle wijn heeft gekocht of ontvangenverklaart geen wijn te hebben ontvangen.Peter Jansen, 48 jaar, verklaart van zijn laate leven geen wijn tehebben gekocht of ontvangen van deze wijnkoper uit Zwolle.Hans Wolter Brouwer, 43 jaar, ook geen wijn gekocht.Berent Reuver, Hans Wolters en Egbert Hendrix alle 3 herbergier inDen Ham.Parochie-Meer 7/2/1695 (no. 4)Meer, NiemansDe Heeren van het capittel te Deventer citeeren Berend Reuver enHans Wolters (1650): Reuver 44 à 45 jaar. Wolters 44 à 46 jaar.


Off. getuigen wel niet kennen de Meer mars bij Den Ham gelegen enof in deze mars niet een zeker campien is gelegen genaamd Niemanscampie. (veldnaam)B. Reuvers zegt den Meermars te kennen en dat daar is gelegen zijnkampie waarop een huis staat genaamd de Niemans woninge. (de Meer)Hans Wolters dito.Off. de getuigen niet de pachters zijn geweest van de capitteltiende van Ham en Dam en hoe vele jaren dit geleden is.B. Reuvers verklaart de kapittels 10-den in maatschappelijk welgepagt te hebben maar weet niet hoelang dit geleden is.H. Wolters deze in pagt gehad met anderen voor 15 à 16 jaargeleden.Off. getuigen toen niet mede de 10-den gehaalt hebben uit Nijemanscampjen.Reuvers zegt nee H. Wolters zegt nee nooit.B. Reuvers zegt dat toen hij de 10-den van Ham en Dam in pagte hadmet Schreurs Harms deze hem op zekere tijd zeijde hier heb ik nog10-den van Nijmans campjen. Hans Wolters weet er niets van tezeggen. 1224Hermtjen Berends leeft nog op 21-1-1690 1225 . Zij blijkt overleden op22-5-1697 1226 . Dan wordt Wolter Berends te Den Ham genoemd in eenakte van borgstelling voor zijn zwager, Berent Reuvers, die nugehuwd is aan Maria Bovenmars. Wolter voogd over de voorkinderenvan Berend. Die blijkt een pachtschuld te hebben en een schuld aanzijn voorkinderen, waarop een hypotheek rust op zijn huis en hof,gelegen ‘aldernaast de koster en de straate’ te Den Ham Kerkdorp.De namen van de kinderen staan niet vermeld. Evenmin gebeurt dat ineen latere akte 1227 , waarin Wolter Berends Kapitein uit Den Ham envoogd over de kinderen van Berend Reuvers, borg staat voor zijnzwager, diezelfde Berend.Berent Ruever komt ook voor in de deze Bron: HCO, T. 197.1 (A.J.Mensema, Repertorium op de leen-, tins- en hofhorige goederen vanhet Stift Essen), 2. Leenregisters, 2.324. Schoutambt Ommen en denHam/buurschap Magele:“Berent Roever, mede ten behoeve van zijn vrouw Hermtien BerentsenNeverseel, na de dood van haar vader Berent Hermssen Neverseel,datering 1674 okt 27.”3964. Jan Jansen Creiennest, tr. Heemse 12-10-16843965. Hendrikje Jansen Velsinck.Bij het huwelijk was hij een nagelaten zoon van Jan Creiennest, totHeemse; zij een dochter van Jan Velsinck tot Heemse.Uit dit huwelijk (allen ged Heemse):1. Jannechien, ged. 1-11-1685.2. Derck, ged. 31-7-1687.3. Fennechien, ged. 10-2-1690.4. Aeltje, ged. 28-3-1692.5. Hendrikje, ged. 13-5-1695.6. Jan (= nr. 1982).7. Grietje, ged. 1-9-1700.8. Aaltje, ged. 10-6-1703.3966. Hermen Reiniers Stuten/Stoeten/Stuiten, van Ane, woonachtig teZuidwolde en te Rheeze, tr. Heemse 5-4-16913967. Geesje Egberts Stuten.In de periode 1693-1713 laat deze man een aantal kinderen dopen teHeemse. Op basis van het patroniem en de boerderijvermelding in


1748 is Hermen mogelijk de vader van Hendrikje (= nr. 1983):voorzichtigheid is echter wel geboden.Bij huwelijk: ‘Hermen Reiners j.m. van Ane wonaghtig op Suitwoldeen Geesien Eghberts j.d. van Eghbert Stuten tot Reese’.Uit dit huwelijk (allen ged. Heemse):1. Egbertien, ged. 10-12-1693, tr. Hermen Jansen Splijtlof.2. Reiner, ged. 5-3-1699.3. Egbert, ged. 6-11-1701.4. Geesje, ged. 5-9-1706.5. Hendrik, ged. 3-11-1709.6. Derk, ged. 8-3-1713.3980. (?) Velten Hendriksen, (o)tr. Almelo 9-4/10-5-17023981. Aaltjen Janssen Veldhuijs, jd. uit gericht Borne.Bij huwelijk: Velten Hendriksen, jm. tot Almelo en Aaltjen JanssenVeldhuijs, jd. uit gericht Borne. Nergens wordt duidelijk dat zijde ouders zijn van 1990, maar op basis van de tijd, plaats envernoeming zou het om een filiatie kunnen gaan.4000. Jan uit de Poorte.4028. Lucas (ten) Kijnhuis, van Ootmarsum, (o)tr. Ootmarsum 8/15-1-16934029. Anna Margareta Keijsers, van Tilligte.Uit het huwelijk (allen ged. Ootmarsum):1. Lambert Jan, ged. 30-7-1693.2. Steffen, ged. 18-9-1695.3. Valentijn, ged. 1-10-1699.4. Steven, ged. 11-1-1702.5. Arent, ged. 7-5-1704.6. Jan, ged. 12-9-1706.7. Hendrik, ged. 4-11-1708.8. Jurrien Jan, ged. 18-3-1711.9. Janna Christine, ged. 2-4-1713.10/11. Fenneken/Janna, ged. 5-2-1716.4048. Erenst Jorrisen.Kinderen (in ieder geval volgorde niet duidelijk):Wolter, (= nr. 2024).Jan Erenstsen, tr. Almelo 1-11-1696 Eva Freriks, dochter van FrerikEverts (= nr. 4050).4050. Frederik Everts.Kinderen (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):Jenneken, (= nr. 2025).Eva, tr. Almelo 1-11-1696 Jan Erenstsen, zoon van Erenst JorrisenEverts (= nr. 4049).Generatie XIII4096. Pieter Sierks, geb. ca. 1645 1228 , overl. tussen 24-6-1706 1229 en3-2-1707 1230 , o)tr. (2) Kortezwaag 1-1-1680 1231 Welmoed Haijes, geb.Rond 1660 1232 , overl. na 12-5-1737 1233 , dr. van Mr. Haye Andries enN.N. 1234 .Pieter tr.(1) Langezwaag 1-1-16684097. Sijts/Sytske Hendriks 1235 , geb. ca. 1646, leeft nog op 2-8-1676 1236 ,


overl v. of in 1679 1237 .Op 21-4-1673 1238 moeten Pyter en Sytske nog 68-17-8 aan het gerechtbetalen vanwege de afhandeling van een boelgoed van St. Peter 1670.Een dag later, op 22-4-1673 1239 verklaren Pyter en Sytske,echtelieden te Kortezwaag, aan Folckert Jans en huisvrouw 42 cg.schuldig te zijn, vanwege geleverde ‘coopmanswaren’.Op 17-3-1675 1240 zijn Pyter en Sytske, echtelieden te Kortezwaag, aanBenedictus van Teyens en Lucia van Fockens 44 cg. en 13 st. schuldigvanwege een obligatie d.d. 10-7-1672.Op 18-3-1675 1241 bekent het echtpaar 116 cg. schuldig te zijn aanMelle Jans, mr. kleermaker.In diezelfde tijd worden er in Opsterland wat aktes opgemaakt, diebetrekking hebben op de afhandeling van de erfenis van SaeckeSiercx. Een enkele keer komt Pyter alleen voor het gerecht 1242 , vaakhandelen de broers Manglius, Pyter en Jurjen Siercx samen deverrekeningen af. 1243Op 11-6-1676 1244 verklaart Pyter Sircx, wonende in de Kortezwagen, ineigendom overgedragen te hebben aan Aijso Hemminga en JoachimusLaurentius, beiden op Beetsterzwaag woonachtig, de gerechte derdepart van twee derde parten van een halve zate lands, gelegen tot Nesin West-Dongeradeel, groot honderd en tien pondematen, bewoond doorGoijtse Siverts als meier. De koopprijs is 30 gg. van 28 st. perpondemaat. Daarenboven krijgt hij ook een bedrag voor zijn huisvrouwen voor ‘mijne kinders’. Hij geeft dus aan, meer dan één kind tehebben. Zowel zijn huisvrouw als de kinderen worden niet met namegenoemd, maar weer geldt: het gaat om Sytske Hendricx en om Egberten Sierk Pytters (mogelijk zijn er nog meer kinderen). De hiergenoemde zate was afkomstig uit de nalatenschap van Saecke Sierks enHaeske Roelofs. Uit de bescheiden rond die erfenis 1245 blijkteenduidig, dat het hier gaat om de Jan Pieters Peima plaats.Maar ook voor het Hof zijn er diverse akten die betrekking hebben opdie afhandeling. Zo doet het Hof van Friesland op 1-2-1676 uitspraakin een zaak, waarin Leonard Flasmans van Manglius en zijn vrouw geldeist: zij moeten uiteindelijk 400 cg. en de proceskosten betalen.Korte tijd later, op 17-10-1676 1246 , zijn de drie broers, ‘aan deGorrdeijck’, eisers versus Flasmans.Op 29-7-1676 1247 verkoopt Piter aan Tzibbe Jelles en SijbrantSijbrants, veenbazen in de Kortezwagen en Folckert Jans, koopmanaldaar, een deel van een plaats gelegen onder de klokslag van Nes,West-Dongeradeel, gebruikt door Jacob Pieters. Ook dit deel (6pondematen groot) is afkomstig uit de erfenis van zijn pake. Dekopers betalen 169 gg. en nog een aantal lopen rogge. De hiergenoemde zate was afkomstig uit de nalatenschap van Saecke Sierks enHaeske Roelofs. Uit de bescheiden rond die erfenis 1248 blijkteenduidig, dat het hier gaat om de Philippus Adsers plaats.In datzelfde jaar 1249 verklaart Pieter schuldig te zijn aan Antie vanTerwischa en haar minderjarige zoon de somma van 150 cg. SiertPiters (sic!), woonachtig in de Langezwagen, stelt zich borg. Is hijgewoon een bekende, of is er een familierelatie? Mogelijk is hij eennazaat van Pieter Hendriks, de overgrootvader van moederszijde vanPyter Sierks.


Op 28-3-1682 1250 verkoopt Pyter Sierks, wonende te Kortezwaag, zijnerfdeel van wijlen zijn bestevader Saco Sircx aan JoachimusLaurentius, notaris publicus te Beetsterzwaag en diens vrouw,Eelckien Arents. De prijs bedroeg 200 cg. van 20 st. Daarnaast kreegzijn huisvrouw een dukaat tot 5 cg. ‘tot een geschenck’. Bovendienkrijgen Pyter’s voorkinderen vier zilveren dukatons. Er vallen eenaantal interessante gegevens uit deze akte te peuren. Allereerst iser sprake van voorkinderen. Dat betekent, dat Egbert, waarvan dedoop bekend is, dus tenminste één broer of zus heeft. De namen staaner weliswaar niet bij, maar het is weer een indirecte bevestigingvan de filiatie tussen Sierk Pyters en Pyter Sierks.De (verre) familie van Pyter zou de verkoop van zo’n erfdeel aan eenvreemde zeker verspierd, tegengehouden hebben. Er zou dan een beroepworden gedaan op het niaarrecht. Dat hoeft hier niet te gebeuren,want Joachimus is een achterneef van Pyter 1251 .Op 21-6-1683 komt Pieter Sierks voor in de recesboeken vanOpsterland 1252 . Goytien Douwes moet hem dan ruim 7 cg. betalenvanwege de koop van een ‘bolle’, een stier dus. De zaak krijgt eenvervolg op 18-10-1683. Een verdere vermelding volgt 30-8-1683 1253Pieter Sierks vs. Cornelis Schulting. Op 15-1-1685 protesteert IdtsEntzes tegen de effecten van een opzegging door Pieter Sierks 1254 .Op 1-11/15-11-1683 en 19 .. (o<strong>nl</strong>eesbaar) 1255 proclameren JoachimLaurentius en zijn huisvrouw de hierboven beschreven verkoop van 28-3-1682. Opnieuw is er sprake van ‘voorkinderen’. In de marge isaangetekend, dat de ‘Heere nederregter Hemminga’ protesteert. Ergebeurt overigens niets, er is althans geen verdere afhandelingvermeld.Op 17-11-1687 1256 neemt Pieter Sierks aan ruim 7 cg. te betalen aanRinse Mennerts, curator over Egbert Roels wezen, wegens geleverdewinkelwaren. Op 19-1-1688 1257 protesteert Dirk Bauckes tegen deeffecten van een opzegging door Pieter Sierks. Het gaat om twee madmaden verhuurd land.Op 7-2-1690 1258 verkopen Welmoet Haijes, huisvrouw van Pyter Sierks,en Siouck Haijes, huisvrouw van Roel Hendricks, allen wonende teKortezwaag aan Claes Wijgers en Tjiets Liebbes van Gorredijk degerechte twee achtste parten, tezamen een vierde part van eenperceel land, gelegen ‘tot Ter Wispele’, op de uitgang van hethor<strong>nl</strong>eger van de kopers. Het resterende deel van het land is vanGriet Hayes en haar kinderen. De prijs bedraagt 24 cg. van 20 st. Inmargine verklaren Pyter en Roel, dat de schuld op 1-6-1690 volledigis afbetaald. De akte is ondertekend door notaris Poutsma. Sijoucken Roel ondertekenen, Welmoed en Pyter zetten een kruisje.Op 5-5-1692 1259 komt Pieter samen met zijn zwager, Roel Hendriks, inde recesboeken van Opsterland voor. Zij verschijnen namens hunvrouwen, de mede-erfgenamen van hun vader en schoonvader Mr. HayeAndries. Ook bij dezelfde partij der eisers is dan aanwezig AuckjenStijfsand, wed. van wijlen notaris Abelus Andrea.Op 16-1-1696 1260 komt Pieter voor in de recesboeken van Opsterland.Saecke Goijtses protesteert dan tegen een opzegging door PieterSierks per 1-5-1696.1696 1261 : Pieter Sierks komt voor in de proclamatieboeken vanOpsterland: hij wil van de voorstanders van de mennisten armen eenhuis kopen te Kortezwaag, op Hans Oenesplaats, gebruikt door Jacob


Thomas, bezwaard met 3 cg. grondpacht. De prijs is 36 cg., tebetalen in mei 1696. Proclamaties 26-3/2-4/9-7-1696.Welmoed Hayes komt na Pyter’s dood met zekere regelmaat voor in degerechtsboeken: het gaat in alle gevallen om relatief ‘kleine’zaken: protesten over en weer tegen huuropzeggingen, achterstalligebetalingen, beledigingen etc.: op 3/10-2-1707 1262 vs. Trijn Eyses,wed. Berent Jans, op 19-1-1708 1263 vs. Hans Oenes, veenbaas in deKortezwagen en 17-1-1709 1264 vs. Saacke Goijtsens. Op 16-1-1710 1265‘voor haar nabuur’ vs. Bruin Hendrix; op 10-7-1710 1266 vs. SjoerdWybes ‘als moeder en tutrix’ over haar zoon Andries Pytters. Hijmoet schoenen en bodegeld betalen; op 14-7-1712 1267 vs. DouweFolckerts. Hij protesteert tegen de opzegging door Welmoed. Zijhuurt van hem ‘sodanige huising cum annexis’; op 2-2-1713 1268 tegenWybe Jans: er moet 3 ¾ ‘switsers tractement’ betaald worden 1269 . Eindaugustus 1711 arriveren te Gorredijk een twintigtal gezinnen vanvoor geloofsvervolging gevluchte Zwitsterse doopsgezinden. DeGorredijkster doopsgezinde leraar Foocke Eyles had eerder aan deVerenigde Doopsgezinde Gemeente van Amsterdam het adviesuitgebracht, om de vervolgde geloofsgenoten onder te brengen oplanderijen in het Gorrefeen - het gebied tussen de Dwarsvaart en degrens met Schoterland onder Kortezwaag 1270 . De Zwitsers blijven nietlang: in mei 1712 gaan ze naar familieleden in Kampen en de Pfalz.Klaarblijkelijk heeft Welmoed iets kunnen verdienen aan het verblijfvan de Zwitsers.Op 18-1-1714 1271 : Welmoed vs. Wybe Feyckes, over een opzegging; op28-5-1715 1272 vs. Harcke Riencx, zij is uitgescholden. Nog geen maandlater, op 20-6-1715 staan beide partijen weer tegenover elkaar 1273 ;dat is ook het geval op 18-2-1717 1274 : Harcke Riencks, distillateurte Meppel eist dat zij aantoont, waar ze woonachtig is. Op 16-1-1716 1275 treedt zij op namens haar niet met name vermelde dochter vs.Wybe Feickes.Op 1-7-1719 komt Welmoed Haijes met haar kinderen Wijts en Andriesen diens vrouw voor in een sententie van het Hof van Friesland 1276 .Zij is dan woonachtig ‘bij het Gorrefeen onder de dorpe Kortezwaag’.Dat is ook nog het geval op 23-2-1723 1277Woonplaatsen Pytter Sierks (x Sijts Hendriks of Welmoed Haijes):3-8-1669 Kortezwaag11-6-1676 Kortezwaag19-7-1676 Kortezwaag1-5-1677 Gorredijk 127828-3-1682 Kortezwaag17-11-1687 Kortezwaag7-2-1690 Kortezwaag1-7-1719 bij het Gorrefeen onder Kortezwaag23-3-1723 bij het Gorrefeen onder KortezwaagUit het eerste huwelijk:1. Sierk Pyters. (= nr. 2048).2. Egbert Pijters, ged. Kortezwaag 5-3-1676, jm. van Bakkeveen,(o)tr. Bakkeveen juni 1705 Neeltie Tydens, jd. van Oosterwolde.Egbert Pijtters komt op 30-11-1702 1279 samen met zijn vader, PieterSierks, voor in de nedergerechtsboeken.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Kortezwaag):1. Andries Pijters, ged. 6-2-1681.2. Jurrien Pijters, ged. 27-4-1684.3. Lourins Pijters, ged. 18-12-1687, tr. Kortezwaag 7-9-1727 LamkeEises.4. Elske Pijters, ged. 27-10-1688.


5. Jurrien Pijters, ged. 26-10-1690.6. Andries Pijters, ged. 14-5-1693, tr. Gorredijk 5-3-1719 ReinskKornelis.7. Girbe Pijters, ged. 5-1-1696.8. Wijts Pijters, ged. 4-9-1701, leeft op 10-3-1722.9. (H/J)ans/(Haye?) Pijters, geen doop overgeleverd, leeft(minderjarig) op 10-2-1707 1280 .4098. Rinse Sipkes, 'onder de klokslag van Wijnjedorp', overl. tussen25-5-1683 en 23-10-1687, tr.4099. Janke Lourens (ook: Jancke Lourensis), overl. na 27-11-1731.Samen met Janke Lourensis verklaart Rinse Sipkes 59 goudguldensschuldig te zijn aan Jan Hendrix en Jacobien Feikes, e.l. inDuurswolde 1281 .Janke komt na 1687 met regelmaat voor als de weduwe van RinseSipkes. 1687 en 23-10-1687 1282 Janke Lourensis voor haar dochterEmane Rinses versus Cornelis Hessels c.u., over een half jaarbodeloon.Op 8-3-1689 1283 komt zij voor in de recesboeken versus Hemminga. Op17-2-1691 1284 wordt zij genoemd te Duurswoude versus Jan Hendricx,mede aldaar. Op 5-3-1691 1285 versus Hermannus Idema.In de daaropvolgende tijd, direct na 21-3-1695 verschijnt JanckeLourensis, mede voor haar kinderen bij wijlen Rinse Sipkes, eenaantal malen in de recesboeken 1286 in verband met een zaak tegenGeertsen Wytses, weduwe Aeble Eyses. Het gaat over de betaling vanenkele uitstaande obligaties uit de jaren 1691-1693.Op 3-2-1718 1287 komt Jancke weer voor in de nedergerechtarchieven.In de proclamaties en processen-verbaal van decretale verkopingenvan die datum staan interessante zaken in over de opbouw van hetgezin waaruit Emke Rinses kwam; er waren broers: Sipke, Lourens,Harmen en er was een zus, Geeske. Dat zijn namen, die allemaal doorvernoeming in het gezin van Emke en Sierk terugkomen. Janke leedtoen aan de `vallende siecte': Auk Annes wedu. Hotse Thomas, wasgetrouwd (1) met Sipke Rinses. Sipke was voor 1/6 part erfgenaamvan wijlen Rinse Sipkes (= nr. 4098) en voor 1/6 part erf. vanLourens Rinses, die voor 1/6 part erfg. was van zijn vader RinseSipkes, en ook van Harmen Rinses, eveneens voor 1/6 part erfg. vanzijn vader Rinse Sipkes en verder erfg. voor 1/4 part van GeeskeRinses, een dochter van Rinse Sipkes. Inventaris opgemaakt tenhuize van Jancke Lourens, wedu. van w. Rinse Sipkes, getr. (2) metFocke Bottes. Vastigheden: twee huizen, schuur en tuin.Uit dit huwelijk (volgorde willekeurig):1. Imme Rintses, geb. ca. 1669 (= nr. 2049).2. Sipke Rinses, gehuwd met Aukje Annes. Zij tr. (2) ca. 1714 HotseThomas, hij tr. (1) Wijnjeterp 11-1699 Jeltje Alles, geb. Drachten18-3-1681, dochter van Alle Sytses en Ael Jans; Hotse tr. (2) 1-1711 Wesseltje Jans.3. Lourens Rinses.4. Harmen Rinses, overl. v. 22-9-1704 1288 : opmaak inventaris vanHarmen Rintses, ten huize van Bouwe Freerks, ten verzoeke vandesselfs vrinden ter presentie van enige dess. als JanckeLourenses, Focke Bottes, Freerck Pyters en Jan Aates;5. Geeske Rinses.4100. Klaas Hemckes, huisman te Optwijzel, overl. v. 12-6-1713, tr.4101. Tet Sytses, overl. na 12-6-1713.Op 12-6-1713 1289 komt het tot een verdeling van de vaderlijkegoederen. De gezinssamenstelling valt daar uit af te leiden. SytseClases, te Optwijzel. Siouck Clases met haar man Jan Egberts en


Sije Clases te Optwijzel zijn allen ‘major annes’. Jacob Sytses,huisman te Driesum is curator over: Hemcke Clases (rond de 25jaar), Pieter Clases (rond de 20 jaar), Boontie Clases (rond de 15jaar) en Antje Clases (rond de 12 jaar). Uit de opgesomde zakenblijkt o.a. dat Klaas Hemckes boerde; er is sprake van‘huismannengereedschap’. Tet is woonachtig op de plaats, waarvanMejontsma de eigenaarse is. Opgenomen zijn de handmerken van allebetrokkenen.Een broer van Klaas is Foppe Hemkes, overl. voor 1720. Kinderen:Sjoukje, Antje, Hemke, Jetske, Sije, Bontie en Grietje 1290 .Uit dit huwelijk:1. Sytse, geb. ca. 1683 (geschat).2. Siouck, geb. ca. 1685 (geschat).3. Sije (= nr. 2050).4. Hemcke, geb. ca. 1688.5. Pieter, geb. ca. 1693.6. Boontie (Bontje), geb. ca. 1698.7. Antie, geb. ca. 1701.4102. Meinte Boeles, ged. Kooten 26-2-1637, eigenaar van stem te Kooten,overl. v. 1715, tr. Twijzel 15-6-16774103. Jetske Jouwerts.Het huwelijk is ingeschreven in de kerkboeken vanOostermeer/Eestrum. Meinte was afkomstig van Opperkooten, Jets vanEestrum. Er was attestatie afgegeven van Oostermeer.Stemkohier 1698 Kooten (Achtkarspelen), stem nr. 23, Meinte Boeles,eigenaar en gebruiker.Volgens Nieuwland 1291 is Meinte overleden voor 1715. Hij geeftverder als vindplaats TIE S 16 162. Vanaf 1662 was Meinte curatorover Meint Gerkes. Het echtpaar was woonachtig te Kooten.Uit dit huwelijk (in ieder geval; volgorde niet duidelijk):1. Martjen (volgens Nieuwland).2. Ymkje.3. Aukje (= nr. 2051).4104. (?) Hinne Douwes 1292 , van Hardegarijp, boer, veenbaas, overl.Bergum tussen 1706 en 1710, tr. (1) Frouck Jelles, otr. (2) Bergum21-4-1314105. (?) Auck Beijnts, van Kollumerzwaag.Ondertrouw op 21 april 1731 in Bergum: Hinne Douwes afkomstig vanBergum en Aukjen Beins, afkomstig van Bergum4108. Jochum Jacobs, woonachtig op ‘e Pein’, Opeinde (Sm.), tr.4109. Trijntje Edses.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Edse Jochum.2. Jacob Jochum.3. Fintje Jochums.4112. Rinse Johannes, boer, overl. Veenwouden v. 24-10-1690, tr. ca.16744113. Sytske Douwes, geb. ca. 1644 overl. Veenwouden v. 24-10-1690, tr.(1) Jacob Rutgers, overl. v. 6-2-1674, zn. van Rutger Doeyes.Woonachtig te Veenwouden.Ned. ger. Dan I 6, 305, d.d 28-6-1648 ouders overleden, Sytske 4jaar, haar broer, Marten 2 jaren oud.


Weesboeken DanI13, 312, d.d. 06-2-1674 en I,15, 142 d.d. 24-10-1690. Bij de eerste datum wordt een akte opgemaakt, omdat de eersteman van Sytske, Jacob Rutgers, is overleden. Bij de tweede blijkenSytske en Rinse zelf overleden.4114. Gosse Jenses, boer, tr. v. 1-5-16654115. Hylck Theunis.Stemkohier 1698 Veenwouden (Dantumadeel), stem nr. 5, Gosse Jenses,eigenaar en gebruiker.Het echtpaar was woonachtig te Veenwouden.Op 1-5-1665 1293 is het echtpaar al getrouwd, want dan verklaart menvanwege verschotene penningen 200 gg. schuldig te zijn aan FockeJans.Op 29-2-1682 1294 verklaren Gosse en zijn huisvrouw, Hylck, vanwegeverschotene penningen 60 gg. schuldig te zijn aan Buwe (Frouks?) enFockje Everts, echtlieden aldaar.Mogelijk dr. van Theunis Pieters.(nader onderzoek!)Stemkohier 1698 Veenwouden (Dantumadeel), stem nr. 5, Gosse Jenses,eigenaar en gebruiker.Stemkohier 1728 Veenwouden (Dantumadeel), stem nr. 5, mevr. JulianaDorothea van Aylva weduwe Schratenbach, eigenaar en JohannesRinses, gebruiker.4116. Joecke Wytses, tr. (2) Driesum 15-5-1681 Goyck Jans, van Giekerk,4117. Antie Romkes, overl. Veenwouden overl. tussen 26-4-1669 en16-5-1681.Op 26-4-1669 1295 koopt het echtpaar, wonend op de Wal onderVeenwouden. Op 5-10-1681 vindt er bij Joecke een inventarisatieplaats, omdat hij opnieuw gehuwd is. Er waren twee zonen: Tjallingen Romke, waarover Hendrik Jacobs curator ‘ad actum divisiones’ is.De beide jongens krijgen 48 goudgulden toebedeeld. Verder is er nogeen huis en schuur, anderhalve akker land en 2 pondematen landonder Veenwouden.Op 6-4-1731 is Romke al overleden, want dan worden mieden vermeld,door Tjalling geërfd van zijn broer Romke.Antje is waarschij<strong>nl</strong>ijk een dr. van Romcke Gertzen en Saeck Dioerts4118. Tjipke Pieters, DG, boer op Zwaagwesteinde stem 4, 5 en 7, overl.Zwaagwesteinde rond 1707-1708, tr. (1) Bieuck Lupckes, overl. ca.1667-1668, dr. van Lupcke Gaeles en Lolck Jans.Tjipke otr. (3) Nedergerecht Dantumadeel 12-3-1683 Jouck Harmens,weduwe van Sijbrand Hansen. Tjipke tr. (2) v. 16804119. Aaltje Keimpes.Stemkohier 1698 Zwaagwesteinde (Dantumadeel), stem nrs. 4, 5 en 7:de heer Tjaerdt van Aylva, grietman over Dantumadeel, eigenaar enTjepke Pieters, gebruiker.4124. Tjalling Lieppes, otr. Drogeham 12-10-1650, tr. Drogeham4125. Tjitske Sjoerds, overl. Eestrum v. 1674.Woonachtig te Drogeham en Eestrum.4126. (?) Andries Johannes, overl. v. 1674, tr.4127. (?) Berber Pieters, tr. (2) Oostermeer 30-5-1680 Meinert Feijckes,afkomstig uit Oostermeer, tr. (3) Oostermeer 11-1-1685 GerritJans, schipper, afkomstig uit Oostermeer, wonende aldaar.Andries was woonachtig te Eestrum.


4128. Evert Minnes, smid, overl. v. 12-2-1694, otr. Hardegarijp 1669,tr. Tietjerksteradeel 16694129. Jeltie Ydes.Ewert Minnes, afkomstig van Hardegarijp en Jeltie Ydes, afkomstigvan Veenwouden. Opmerking: attestatie van Veenwouden.Op 15-5-1670 1296 verklaren Evert Minnes en Jeltie Ydes, getrouwd enwoonachtig te Driesum, schuldig te zijn aan Hendrik Jansen, mr.smid te Veenwouden en Antie Jans, echtelieden te Veenwouden 540 gg.en 3 rijksdaalders, vanwege de aankoop van een huis, inclusiefsmidsgereedschap, te Veenwouden. Evert koopt dan dus een smidse enzal vanaf die tijd werkzaam zijn geweest te Veenwouden.Op 12-2-1694 1297 zijn Ale Jelles, oom van moederskant en MinneMinnes, oom van vaderszijde, curator over de 7 kinderen van Everten Jeltie. Minne was inderdaad een broer van Evert 1298 . Hij tr. (1)Hardegarijp 31-5-1663 Beitske Gerbens, geb, Grouw, dr. van GerbenOenes en Wyts Riemers, tr. (2) ca. 1673 Antje Roords. Uit heteerste huwelijk: Frouck, Gaatske; uit het tweede: Beitske, Dieucke,Minne. Beide broers hadden dus een zoon Minne, en dochters genaamd:Gaatske/Gatz en Frouck. Er was overigens nog een broer, KeimpeMinnes (mogelijk is hij identiek aan de mr. Smid met die naam, dieals getuige voorkomt bij het testament van Antje van Andringa,opgemaakt te Beetsterzwaag op 29-5-1683 1299 ).Uit dit huwelijk:1. Minne, geb. 1671-72.2. Claes, geb. 1673-74.3. Ymck, geb. 1675-76.4/5/6. Gatz, Vrouck, Mincke, geb. 1683-84.7. Yde, geb. 1688-89.4130. Ruurd Sjoerds,Ruurd was woonachtig te Suawoude.4146. Gerben Brandts, kuiper te Oude Leye onder Finkum, tr. (1) Finkum19-11-1664 Grietje Bartholomeus, afkomstig van Oude Bildtzijl, tr.(2) Hijum 3-5-16724147. Yttie Pyters, DG, ged. op belijdenis Finkum 10-2-1693.Bij haar doop was Yttie volwassen en dochter van niet genoemdevader en niet genoemde moeder. De dopeling is gehuwd met GerbenBrandts, hij is kuiper in Oude Leye onder Finkum.Uit dit huwelijk (allen ged. Finkum/Hijum):1. Brant, ged. 14-1-1683.2. Aaltje, (= nr. 2073).3. Meijnske, ged. 8-4-1688.4148. Wybren Jurjens, geb. ca. 1641, boer op Veenwouden stem 3,arbeider, tr. (1) Impk Hettes 1300 , tr. (2) ca. 16734149. Sierdye Meinerts, geb. voor 1647, tr. (1) Tiesse Sjuks, zoon vanSjuk Tiesses en Yed Gerrits.Wybren was woonachtig te Veenwouden, zijn geboortejaar is geschat:in 1658 is hij bij een inventarisatie 17 jaren oud (zie 8296/8297).Stemkohier 1698 Veenwouden (Dantumadeel), stem nr. 3, de heerTjaerdt van Aylva, grietman over Dantumadeel, eigenaar en WybrenJurriens, gebruiker.4150. Pieter Wybes, tr. voor 19-2-16674151. Jetske Riencks.


Zij hadden eigendom te Oenkerk.4160. Ritsert Jelles, overl. na 6-10-1678, tr. ca. 16574161. Trijntje Bootses, overl. v. 22-9-1678.4212. Dirck Hendriks, van Garijp, later te Suawoude, overl. 1675/1676,tr. Garijp 14-10-16554213. Wopck Egberts, van Garijp, ged. (belijdenis) Suawoude 8-4-1664,weduwe op de lidmate<strong>nl</strong>ijst van 1676.4214. (?) Wybe Jans, schipper te Rinsumageest.4216. Sybren Jelkes, eigenaar Lippenhuizen stem 3 en Ureterp stem 22,overl. v. 27-11-1682, tr.4217. Bontje Oedses, overl. v. 27-11-1682.Op 27-11-1682 1301 vindt er een inventarisatie plaats in hetsterfhuis van Sybren Jelkes. Uit de vermelding van een obligatiebij de profijtelijk inschulden valt in ieder geval op te maken datSybren op 4 mei van datzelfde jaar nog in leven was. Er zijn aardigwat bezittingen en er is sprake van een Goytse Jelkes.Op 29-11-1682 1302 wordt een autorisatie opgemaakt vanwege hetoverlijden van beide echtgenoten. Curator van vaderskant is SierdMichiels te Pein; van moederszijde wordt Girbe Oedses (= nr. 4218)benoemd. Op diezelfde dag 1303 wordt een inventaris opgemaakt. Denamen van de kinderen worden aanvankelijk nergens genoemd, maar uitde akte wordt gaandeweg duidelijk dat er in ieder geval een JelckeSybrens en een Goytsen Sybrens zijn.Uit dit huwelijk:1. Jelke (= nr. 2108).2. Goytse, in 1707-1728 mede-eigenaar van Lippenhuizen stem 3 enUreterp stem 22 en kerkvoogd van Lippenhuizen.4218. Girbe Oedses, boer, molencherger, mede-eigenaar Lippenhuizen stem4 (1698-1728), overl. v. 1728, tr.4219. Jeltje Sierds.Stemkohier 1698 Beets (Opsterland), stem nr. 28, Gialt Tjercx,eigenaar voor 1/6, gebruiker voor ’t geheel; Sybe Gerbes, eigenaar,met Grietje Hinnes, voor 1/8; de twee weeskinderen van SybrenJelckes en zijn vrouw, eigenaar. Opm. Curator: Girbe Oedses. GirbeOedses, eigenaar Grietie Hinnes, eigenaar; Joannes Schulting,eigenaar voor 1/6 (papist), Mr. Meynte Jeyps, eigenaar voor 5/12;Bijzitter Tjeerd Oedsma, eigenaar, met familie, voor 1/8.Stemkohier 1728 Beets (Opsterland), stem nr. 28, bijzitter ArpWybis, eigenaar voor 2/3; Gialt Tjercx, eigenaar voor 1/6 engebruiker voor ’t geheel; de heer Augustinus Lycklama â Nijeholt,oud-grietman over Opsterland, eigenaar voor 1/6.Stemkohier 1698 Lippenhuizen (Opsterland), stem nr. 3, SybrenJelckes twee wezen, eigenaar voor 1/3. Opm. Curator: Gerben Oedses.Gerbe Oedses, eigenaar voor 1/3, gebruiker voor ’t geheel;bijzitter Tjeerd Oedsma, eigenaar voor 1/3.Stemkohier 1728 Lippenhuizen (Opsterland), stem nr. 3, GoytseSybrens, voor zichzelf en als curator over Jelcke Sybrens wezen,eigenaar voor 1/3; Girbe Oedses zeven erfgenamen, eigenaar voor2/3; Jelcke Sybrens drie wezen, eigenaar. Opm. Curator: GoytseSybrens en Minnert Cornelis, gebruiker.Stemkohier 1698 Lippenhuizen (Opsterland), stem nr. 4, FedtieSakema erfgenamen, eigenaar voor 1/8; Gerbe Oedses, eigenaar voor1/8; Wytse Ubles, eigenaar voor 3/8; kolonel Ammema, eigenaar voor1/8; luitenant-kolonel Bouricius, eigenaar voor ¼ en Sytse Gosses,gebruiker.


Stemkohier 1728 Lippenhuizen (Opsterland), stem nr. 4, de heerAugustinus Lycklama â Nijeholt, oud-grietman over Opsterland,eigenaar voor 5/8; Girbe Oedses zeven erfgenamen, eigenaar voor 3/8en Alle Gerbes, gebruiker.Uit het huwelijk van Girbe Oedses en Jeltje Sierds (volgorde nietgeheel zeker):1. Fockje (= nr. 2109).2. Alle, tr. Tjaltje Sjoerds, weduwe van Johannes Heerkes.3. Sjoerd, tr. (1) Ymckje Tjallings, tr. (2) (2) met Griet Andries,in 1749 te Lippenhuizen 'wed. Sjoerd Girbes, arm'.4. Oeds, in 1708 gebruiker van stem 2 te Lippenhuizen, in 1718 vanstem 4 (eigenaar Sietse Wietses 3/8, Girbe Oedses 3/8, oud-grietmanWyckel 1/8 en generaal-majoor Ammamma 1/8), tr. Hiltje Sietses (zijtr. (2) Minnert Cornelis.5. Bontje, tr. Wybe Piers Madhuizen, glasmaker, zoon van PierMartens Madhuizen en Antje Walters.Saap, tr. Cornelis Folkerts. boer, geboren in het jaar 1642,overleden tussen 1718 en 1728.6. Trijntje, tr. Teye Wobbes.7. (?) Sierd.8. (?) Binne.4272. Albert Hendricks, geb. Oosterboer (Drente) 1610, tr. Meppel 16284273. Jantien Jansen.Uit dit huwelijk (in ieder geval):Albert Hindriks Dokter.Jacob Hindriks Dokter4504. Hindrick Ockes, tr. Beerta 18-11-16774505. Fenna Mennes.Uit dit huwelijk (allen ged. Beerta):1. Anje, ged. 29-11-1678.2. Menno, ged. 27-6-1680.3. Geert, ged. 26-11-1682.4. Jan, ged. 31-8-1684.5. Anje, 29-12-1686.6. Ocke, (= nr. 2252, tweeling met kind nr. 5)6. Jelle, ged. 6-2-1689.7. Aaltjen, ged. 2-11-1690.4506. Luitjen Redmers, geb. Wagenborgen, overl. na 1703, tr. Wagenborgen(hc) 10-10-16884507. Frouwe Jacobs Bavingh 1304 , geb. Wagenborgen, overl. na 1703Huwelijkscontract Wagenborgen 10-10-1688 1305 . Voor de bruidegomtekenden: Sjadde Redmers en Frouwe, broer en schoonzus; ImmeRedmers, zuster; Harmen Carstjens en Trijne Bontckes, HarmenMelchers en Jantjen Harmens, neef en nicht. Namens de bruid: WyvenJacobs, moeder; Jacobus Jacobs, broeder; Focko Harmens en WijeRotgers, Tjacko Rotgers en Anje Tammes, Jacob Bronds en BouweRotgers, neef en nicht.Het echtpaar staat in 1703 nog vermeld op de lidmate<strong>nl</strong>ijst vanWagenborgen.4508. Schelte Geerts, brouwer te Scheemda, overl. v. 12-10-1708, begr.Scheemda (kerk), (o)tr. Scheemda 19/26-10/9-11-1673, (hc)10-10-16734509. Epke Jans, geb. Finsterwolde, overl. v. 12-10-1708.


Huwelijkcontract Eexta 10-10-1673 1306 Aan bruidegomszijde: TemmoBroyls, Jan Ockes (ook vreemde voogd van de bruid). Namens debruid: Reint Tonnis en Jan Thomas, zwagers; Derk en AilckeLubberts, neven; Eppo Ebels, voormond.Epke Jans komt op 2 juni 1675 als huisvrouw van Schelte Geerts voorin de lidmatenboeken van Scheemda.Schelte Geerts en zijn vrouw Epke Jans worden niet genoemd in hethuwelijkscontract van hun zoon Jan, Midwolda 12-10-1708 1307 . Datbetekent nagenoeg zeker, dat zij toen al niet meer leefden.Schelto 1308 pacht 40 deimt Eexter kerkland. Maar hij gebruikt datland niet zelf; hij was immers brouwer. Hij verhuurt het land aaneen zekere Harm Jans, die dan ‘losse’ huurder is.Al op 17-1-1670 komt Schelte voor in de archieven (V z 7, fol.46v): hij leent 90 daalder uit aan Egberts Herberts en Sara.Op 22-2-1675 (v bb 3, Eexta) koopt hij van Ocktien Elties, weduwevan hopman Tammo Broijls (die ook getuige was bij Schelteshuwelijk) een huis in Scheemda. Eige<strong>nl</strong>ijk had hij het al tijdenshet leven van Tammo gekocht, maar de akte werd later opgesteld.Schelte en Epke worden op 11-9-1674 genoemd in het (hc) (V z 7) vanFrouwe Jans en Eppe Engelkes, als zwager en zuster.Op 2-6-1675 werd Epke lidmate te Scheemda.Op 26-5-1688 (V z 7, fol. 130) verkoopt het echtpaar hun huis. P.Bos merkt op, dat hem opvalt, dat het - financieel gezien -waarschij<strong>nl</strong>ijk niet zo goed ging met het echtpaar: op 12-3-1691werden zij gedwongen een deel van hun land te verkopen (Groningen,gerechtelijke verkopingen).Uit dit huwelijk (allen ged. Scheemda):1. Geert, ged. 17-3-1676.2. Remke Scheltes, ged. 24-2-1678, otr. (1) Scheemda 9/16/23-10-1707 Hindrik Christoffers, (o)tr. (2) Scheemda 14-9-1710 JanPhilippus.3. Eetie, ged. 11-1-1680.4. Jan (= nr. 2254).5. Ellighjen, ged. 21-9-1684.4510. Jan Freriks, overl. na 12-10-1708, tr. (2) (hc) Beerta 29-8-1708Hilje Bartels, weduwe Rigto Udens, tr. (1) (hc) Nieuw-Beerta13-10-16924511. Fockje Emmes, overl. v. 29-8-1708.Huwelijkscontract Nieuw Beerta 13-10-1692 1309 . Voor de bruidegomtekenden: Jan Eedens, stiefvader; Eede Frericks en AechtjeJurriens, broer en schoonzus. Namens de bruid: Emmo Luppes en OuweJans, ouders; Tonco Phebus en Aelke Emmes, zwager en zuster; GeeskeJans, moeye; Egbert Egberts en Pieter Sypkes, aangetrouwde neven.Bij het huwelijkscontract van zijn dochter Swaantie 1310 , d.d. 12-10-1708 tekent Jan Freriks nog. Hij is dan al hertrouwt met HiljeBartels. Dat huwelijk vond plaats rond29-8-1708, op die datum wordt althans een contract opgesteld teBeerta 1311 . Hilje wordt daar weduwe van Rigto Udens genoemd. Namensde bruidegom tekenden: Edo Frederiks, broer; Tonko Phoebes, `oudeswager'; Jan Edes, `naeneve'. Voor de bruid: Onne Bartels enElisabeth Geers, broer en schoonzus; Boelo Reents en MarikeBartels, Hero Jans en Foske Bartels, zwages en zusters; HindrikJans Brouwer, oom van vaderszijde.4522. (?) Bontcke Diurckens.4552. (?) Steven Willems Hoffing (ook: Hoffink), soldaat, te Steenwijk.


Kinderen (in ieder geval, moeder niet genoemd, allen ged.Steenwijk):1. Karst de Goe, (= ws. nr. 2276, vader: Sold't).2. Margreet, ged. 27-11-1670.3. Willem, ged. 19-8-1681.4553. Geert de Goes, tr.4554. Aeltien N.N.4568. (?) Hendrik Wychers Puijten, overl. v. 4-6-1723 (vuurstedengeld,weduwe leeft nog).4578. Wigbolt Edskens, van Muntendam, overl. v. 27-2-1681, (o)tr.Veendam 5/27-1-16674579. Trijntje Michielsen, van Finsterwolde, overl. v. 16-7-1708, (o)tr.(2) 22-5/12-6-1681 Veendam Jan Jansen Groote, geboren te ‘Rahen’Op 27 februari 1681 komt Trijntje op de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Veendamvoor als weduwe en in 1687 staat zij nog vermeld als lidmaataldaar.731/7235-7236, Veendam, 15-02-1682:Den vijfthienden februarij sesthien honderdt twee ende sestightachtentigs compareerden persoo<strong>nl</strong>ick Roelof Janssen, Sicco Johannisende Roelof Roelofsen in qualité als voormondt, sibbe ende vreemdevoogden over Trine Michielsen naergelaetene onmondige kinderen bijWigboldt Edskens geprocreeert ter eenre ende Jan Janssen Groote enTrine Michielsen sijne tegenwoordige huisvrouwe ter andere sijdebekennende een lieflick vriendtlick accoort ende afcoop gemaekt tehebben van soodanige goederen als de voorschrijvende WigboltEdskens met sijn doodtlick deces heeft naegelaeten.In den eersten staen de voorseijden voormondt en vooght aen devoorseijde ecghteluijden den voornoemde naegelaetene gooderen metd'in en uijtschulden euwigh ende erflick toe.Hiertegen nemen de voorseijde ecghteluijden aen de voorseijdepupillen naer standts gelegentheijdt in cost en klederen totsesthien jaereen toe, t'onderhouden oock ter schoole laeten gaen omlesen ende schrijven te leren, ende sesthien jaaren oudt gewordenzijnde , eens voor all in goeden gangbaren gelde uijt te keren endevolgen te laetende summa van sesthien Caroli gulden, vijfthigbrabandtsche stijvers.Getuigen: Homme Wijers ende Lambert JanssenActum in Veendam den xv february anno 1682Er tekenen: roelef ijans, Sicko Jannes, roelof roelofs, Jan JansGroote's handmerk, trine micghels, homme wiejies, lammert ijanse(transcriptie van Dick Kuipers)731/7359; Wildervank,16-07-1708Anno 1708 den 16 Julij sijn persoo<strong>nl</strong>ijck gecompareerd d'E. JanJansen Grote beneffens d'E. Derck Hindrix en desselfs hijsvrouwHilligjen Wigbolts als meede d'E. Willem Roelfs als kinderen enerfgenamen van wijlen Trijntjen Micchiels bekennende voor haer enhaer erfgenamen in der minne geschet en gedielt te hebben allesodanige goederen als Trijntje Micchiels saliger op haer dodelijckdeces heeft naergelaten, invoegen dat Jan Jansen voornoemt aen sijnswagers wegens haer moederlijck goet euwigh en erflijck mits deesencedeert en overdraagt haer behuisinge cum annexis met alles …daerinen omeerd en nagelvast bevonden mochten worden, als meede hetgroe<strong>nl</strong>ant soo goet en quaet, groot en kleijn als tusschen sijneijndig en swetten bevonden wort, met alle desselfs servituten engerechtigheeden als door haer kan verdediget worden, gelegen op


Louwensplaets an t'Westerdiep in Veendam waervan t'huijs mandeeligen t'lant alleen eijgen sal zijn an Willem Roelfs, waer tegensDerck Hindrix en aen haer stiefvader voorschreven mits deeseniedereen en transporteeren alle sodanige verzegele, rentebrieven enpapieren obligatjen als in deesen boedel bevonden zijn om oock derenten daervan verschijnende tot sijne profite te genieten.Actum WildervanckGetuigen: de Heer Hopman, Lucas Hamminck en de Heer pastorMeijnardus TidemanEr tekenen: handmerk van Jan Jansen Grote, handmerk van DerckHindricks, hellegijn wijgbelts, Willem Roelfs, LJ Hamminck, Mein:Tideman (transcriptie van Dick Kuipers) 1312 .Uit het huwelijk tussen Wigbolt Edskens en Aeltjen Janssen (allenged. Veendam):1. en 2. Edschke Wigbolts en Jan Wigbolts, ged. 14-7-1661.Uit het huwelijk tussen Wigbolt Edskens en Trijntje Michiels (allenged. Veendam):1. Hilligje Wigbolts (= nr. 2289).2. Hemke Wigbolts, ged. 5-3-1671.3. Engeltjen Wigbolts, ged. 15-2-1674, tr. Willem Roelfs.4. Aeltjen Wigbolts, ged. 12-11-1676.Uit het huwelijk van Trijntje Michielsen en Jans Jans Grooten(allen ged. Veendam):1. Metje, ged. 14-5-1682.2. Michiel, ged. 27-7-1684.3. Jan, ged. 30-8-1685.4. Remcke, ged. 26-9-1686.5. Remke, ged. 1-7-1688.4580. Albert Herman(nu)s Ligger, geb. Zuidveen, lidmaat Veendam4-9-1669, komende van Steenwijk, tr. (2) Veendam (hc) 7-10-1681Trijne/Trijntjen Egberts, tr. (1)4581. Lammichje Thiessen(s), van Steenwijk, lidmaat Veendam 4-9-1669,komende van Steenwijk.Uit dit huwelijk:1. Thies/Thijs/Tijes (= nr. 2290).2. Geesje/Geeske, geb. Zuidveen, otr. 8/30-1-1676 Hindrik Jacobs,jm. van Nieuwveen.3. Annigje, otr. Veendam 29-11-1674 Jacob Otten(s), van Smilde,diaconieboekhouder, overleden na 1724.4. Aeltjen, jd van Veendam, otr. 11-12-1680/2-1-1681 Roel(o)fDer(ric)x, jm van Zuidveen.5. Jan, overl. v. 28-2-1692, otr. Veendam 3-12-1670/8-1-1671Wendeltjen Jacobs, ged. Veendam 16-12-1655 (oudt 3 jaren), dr. vanJacob Jacobs en Janneke Stelling.6. Hilligjen, geb. Leggelo.4592. Frans Fransen, tr.4593. Merretien WijchenVermoedelijk stamt Frans weer af van Jan Fransen Roosje. Destamvader van dit van oorsprong doopsgezinde geslacht wordt in 1618vermeld als verkoper van een deel van een huis aan de GiethoornseZijl 1313 . Hij zou de opa van Frans Fransen kunnen zijn. Naderonderzoek.Uit dit huwelijk:1. Jan Franssen Houwer, tr. Veendam 24-8-1656 Jacobjen Pieters.


2. Jantje Fransen Suis, tr. Steenwijkerwold 28-12-1655 AlbertHindrik Heetekeel, zoon van Hindrik Hindriks en AnnechienRoelfsema.3. Roelof Fransen (= nr. 2296).4672. Jan Braeckman, van Rhaan.4716. (?) Hermen Jansen op ‘t Beverdam, otr. Rijssen 5-9-16464717. (?) Eesse Tönissen van Wilgerink.Of zij de ouders zijn van Arent Hermsen is niet bewezen. De weinigvoorkomende naam Eesse vindt men echter naderhand terug bij eenEesse Hermens Beverdams, die tr. Wierden ca. 1710 Berend AlbertsGeerveld en bij de dochter van Arent Herms (= nr. 2358), die inmaart 1703 te Wierden in otr. gaat.4718. Boo Jan, overl. v. 3-12-1682.De gegevens rond personen met de toenaam Boo of Boe zijn nog niethelder. In 1682 woont Arent Herms (= nr. 2358) in Hanses huis, datvoorheen werd bewoond door Jan Dercx. Arent is dan net getrouwd metJenneken Jans, Boo Jans nagelaten dochter. Mogelijk zijn Boo Jan enJan Dercx dezelfde persoon. In 1653 wordt er een Jan, Boo Berentszoon genoemd. Omstreeks 1655 wordt genoemd Jan Schomaker, de Boe,in 1665 de weduwe Boo Aelken en in 1668 Boo Hendrik. In 1675 wordtSchoemaeckers als pauper genoemd met als belender de Fijt. In 1682staat op die plaats Hendrik Derkcx’ weduwe. In d periode 1695-1717worden in de kerkelijke stukken de ‘Boo-lieden’ genoemd en in 1748is er een Jan de Boe, die samen met zijn zuster Alken en Swenne eenhuis bewoont, en een Boe-Hendrick met de vrouw, Machtelt. Jan,Aaltje en Swenne zijn kinderen van Engbert Alberts Ibbenhorst enGeesken Geerts. Deze Geesken was een dochter van Geert Jansen vanhet Meijerink, tr. Swaantje Jansen, dochter van Boo-1-Nadien komthij voor als Boo Geert. Engbert Albert wordt bij de doop van zijnkinderen ‘Bode’ genoemd.4736. Kornelis Jans Post (ook: Jan Keesen), tr.4737. Jentjen Roelofs.Uit dit huwelijk:1. Kornelis, ged. Zwartsluis 2-5-1658.2. Jan, (nr. 2368).3. Roelof, ged. Zwartsluis 15-3-1663.4756. Claes Claessen Top, uit de Leeuwte, tr. (1) Vollenhove 30-3-1655Lijsje Jans, uit Mastenbroek, tr. (2) Vollenhove 10-5-16574757. Trijntje Hansen, van Wanneperveen.4758. Arend Peters Kwast, ged. Vollenhove 24-9-1641, overl. 1703, tr.Vollenhove 5-4-16684759. Annigje Geerts.Uit dit huwelijk (allen ged Vollenhove):1. Marchje (= nr. 2379).2. Hermen, ged. 4-10-1682, wonende te Leeuwte, overleden 16-10-1773, tr. Geesje Egberts Sinnigh, ged. Vollenhove 29-1-1687,wonende te Leeuwte, overleden op 13 juli 1752, dochter van EgbertHoegen Sinnigh en Aefje Bouwmeester.4760. Arrien Rook, wonende te Tweenijenhuijsen, tr. (1) 22-5-1642Jannetje Willems, tr. (2) 28-10-16604761. Marregien Jochums, weduwe van Lubbert Peters, van Mastenbroek.


Arrien is mogelijk een zoon van Jan Rook, tr. 2-1605 Geertje Evers.Uit dit huwelijk (allen ged Vollenhove):1. Geertje, ged. 8-9-1664, tr. 3-5-1685 Tijmen Hendriks Nooy(Thijmen Hendricx Stumpertjen (hun zoon Arriën noemt zich "Roeck"naar zijn moeder).2. Jochem, (= nr. 2380).3. Rotger, ged. 27-5-1667.4. Jorgen, ged. 12-5-1670.5. Annetje, geb. 1672, wonende te Quadoelen (1697,1701) en te 'tClooster (1699), tr. Rutger Gerrits, geboren rond 1672, wonende teQuadoelen (1697,1701) en te 't Clooster (1699).Uit het eerste huwelijk:Arrien.4762. Jan Drok, ged. Beulake 29-5-1636, tr. Beulake 27-7-16614763. Aaltje Hendriks, afkomstig uit Rouveen.Uit dit huwelijk:1. Hendrik, ged. Beulake 14-6-1665, tr. (1) Beulake 6-1688 (1)Grietje Koops, afkomstig uit Rouveen, tr. (2) N.N.2. Albert, ged. Beulake 11-1-1669, wonende te Suurbeeck, tr. 29-6-1694 Hilligje Everts, zij tr. (1) 9-9-1683 Arend Baver, zoon vanJan Baver en Annigje Jans, zij tr. (3) Karst Willems.3. Claesjen, (= nr. 2381).4764. Albert Arriens Scheer, ged. Vollenhove 10-4-1641, tr. Vollenhove17-2-16654765. Marrigje Martens Prins.Uit dit huwelijk:1. Arriën, ged. Vollenhove 22-6-1673, wonende te 't Klooster,overleden voor 1720, tr. (1) Beulake 2-1695 Hendrikje GerritsSuick, dochter van Gerrit Jan Suick en Evertje Hendriks, tr. (2) na1706 Geertruit Jans Hoving.2. Peter (= nr. 2382).4766. Harmen Haasjes, tr.4767. Trijntje Jans.4784. Klaas Jan Meijlof, ged. Staphorst 8-12-1667, tr.4785. Marregien Cornelis Schutsloot.4788. Jochem Huisman, tr.4789. Margriethe Egbers.4792. Jasper Vasten, ged. Vollenhove 3-12-1648, tr.4793. Willemtien Roelofs Doggenaar.In het vuurstedenregister van Vollenhove (Beulake) 1675 en 1682staat Jasper vermeld. Bij de eerste vermelding wordt ook zijn vrouwgenoemd, overigens niet met naam. Zij hadden een schoorsteen engeen over.Op 6-9-1694 1314 komt Jasper wel voor in de kohieren van de 1000stepenning van Beulake. In deze taxatie werd men aangeslagen uithoofde van eigendom van onroerende goederen in of buiten deprovincie, die de waarde van 500 gulden te boven gingen. Werdiemands bezit tussen de 500 en 1000 gulden getaxeerd, dan moest eengulden worden betaald. Bij een waardering van 1000 tot 2000 moest30 gulden worden betaald en boven de 2000 gulden werd voor iedere1000 gulden een gulden ingevorderd 1315 .Jasper hoefde hierover geen geld af te dragen, maar wel komt hijvoor in de bijgevoegde registers van het zoutgeld. Hij moest 1-5betalen. Dat bedrag moet hij ook betalen in 1701 1316 .


4796. Jan Hendriks Ziel, van Apeldoorn, tr. Beulake 2-16884797. Jantje Philips, ged. Giethoorn 9-12-1656, tr. (1) Vollenhove19-12-1679Cornelis Luitjes.4800. Jan Beene Klaver, ged. Giethoorn 16-7-1648, overl. na 1674, v.2-9-1694 1317 , tr.4801. Kunnichje (Kunne) Hans, ged. Giethoorn 3-9-1637, overl. na2-9-1694.RAO, Register Lidmaten Wanneperveen: 23-12-1674, ingekomen metattestatie: Jan Beene en Cunnichje Hans, zijn huisvrouw.4824. Roelof Gerrits Knobbe, veenbaas, overl. tussen 1680 en 2-1682, tr.v. 16784825. Trijntje Pieters.4872. Berend Roelofs Hofman.4874. Egbert Hermsen Decker.Kinderen:1. Hermen, tr. 1686 Jennigjen Jansen Broer.2. Armken (= nr. 2437).4880. Werner Berends Bolshoeve, overl. v. 11-9-1700 1318 , tr.4881. N.N. (Lucasdr.?).Uit dit huwelijk (allen te Vriezenveen):1. Aaltje, tr. 1688 Hendrik Hermsen Pley.2. Berend, tr. 1690 Hendrikje Gerrits.3. Lucas (= nr. 2440).Mogelijk voorgeslacht (let ook op de combinatie van erf envoornamen!): IHA 2 335 nr.1918: akten van verpachting door de heervan Almelo aan Hendrik en Werner ten Bulshove, van het erveBulshove, 1570 en 1617. RGA 2 427 R.1327: 13-2-1570; Agnes vanWesterholt, wed. Van Rechteren, Vrouwe tot Almelo, verklaart,bijgestaan door haar broer en gekozen voogd, Herman van Westerholtter Kappel, drost van Diephenhem en Haxberge, levenslang verpachtte hebben aan Henrick ter Bultzhaven en diens vrouw Aleide dekaterstede `De Bueltzhave', tegen een pacht, die vermeld is in eenhiervan zijnde eerdere akte, op voorwaarde dat als een derechtelieden overlijdt, de andere slechts mag hertrouwen, wil diepachter blijven, met toestemming van de Vrouwe van Almelo of haarbroer (origineel charter, inv. nr. 1918, met zegel .De akte met Werner als pachter is dus in 1617 opgesteld. Op basisvan de naams- en plaatsovereenkomst kan een mogelijk afstamminggevonden worden.Werner leeft nog op 28-6-1690. dan trouwt te Vriezenveen zijn zoonBerent. Bij diens huwelijk staat althans niet, dat hij eennagelaten zoon is.4882. Jasper Teunis.Kinderen:1. Teunis, tr. 1696 Geertje Hermsen.2. Geesjen (= nr. 2441).4888. Harmen Berends Berkhof, tr.4889. Berendje Alberts Jonker, geb. ca. 1663, overl. na 1743.Vindplaatsen volgens Jonker: 1747 VII 11, VII 14 (Recht. ArchiefVriezenveen): Berendje is getuige in een proces tussen de heer van


Almelo en enkele Vriezenveners en zij blijkt in 1743 ruim 80 jaaroud te zijn..Vindplaatsen volgens Jonker: XXVIII 4, testament 1718.Uit dit huwelijk (allen ged. Vriezenveen):1. Jenneken, tr. Jan Hendriks Bouman.2. Berend (= nr. 2444).3. Aaltje, tr. Derk Jansen Faijer.4. Jennigjen, tr. (1) Jan Lucassen Fronten, tr. (2) HendrikGerritsen Koster.5. Albert, ged. 1702.4890. Berend Jansen Faijer, overl. v. 7-2-1719, tr.4891. Grietje Geertsen , overl. v. 7-2-1719.Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Jennken, tr. Klaas Harmsen.2. Jennken (= nr. 2445).3. Geertje, tr. Jannes Jansen Cleyne.4. Berend, tr. Fenneken Frericks.4908. Hendrik Jansen.4910. Evert Berendsen, tr.4911. Aeltjen Coertsen.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Wierden):1. Berentien, (= nr. 2455).2. Jan, ged. 19-7-1696.4926. Coert Geertsen.4944. Egbert Smit 1319 , geb. na 1590, voor 1614.Een Egbert Smit komt voor in de pachtboeken van Huize Almelo, diebetrekking hebben op de Wierdense kerkelanden 1320 . Hij wordt dan alsmr. vermeld in de ‘Kerckenboecken’ van Wierden in 1634 en 1642 1321 .4948. Arent Ipeloe 1322 , woont Rectum, overl. v. 29-4-1674.4949 N.N. te Vree, van Almelo.Van Arent Ipeloe ‘tot Rekdim’ worden in de periode 1649-1662 teRijssen vier kinderen ged.. Bij de doop van zoon Hendrik is de naamvan de moeder vermeld (zonder voornaam). Zij is afkomstig van heterve het Vree te Almelo. Het Vree, Vrede of Vredeman is een erf,dat aan het Huis van Almelo toebehoorde. In 1419 wordt het alvermeld 1323 . In 1601 bestond het uit 7 ½ mud bouwland en 5 dagmaathooiland.De familie Ten Vree had banden met de familie van HendrickGodtschalck (= nr. 4950): diens zoon Godschalck Hendricx zaltrouwen met Geertien Jansen ten Vree 1324 ; Derck Schutemaker (detweede echtgenoot van Fenneken Roloffs (= nr. 4951)) was voogd overde weeskinderen van Johan ten Vree en Geese en zijn vader Gerlichover het weeskind van Bertelt Ariaens en Geese ten Vree, samen metGert ten Stockeler 1325 , mogelijk de latere echtgenoot van HendrickGodtschalcks dochter Geese 1326 .4950. Hendrick Godtschalk 1327 , geb. ca. 1591 1328 , herbergier 1329 , keurnootlandgericht Almelo 1619, 1623, 1630-31, 1633-34, overl. tussen 6-4en 8-12-1635, tr.4951. Fenneken Roloffs, overl. tussen 6-11-1671 en 24-1-1676, tr. (2)ca. 1-1636 Derrick Gerlichs Schuitemaker, wedr. van HendrickienN.N., provisor gasthuis Almelo 1631, 1635, keurnoot landgerichtAlmelo 1640, 1644, pachter schuitgeld 1640 , overl. tussen


21-11-1653 en 30-4-1655.Hendrick Godtschalck wordt vermeld vanaf 1616, wanneer hij blijktte wonen naast Frerick Aleffs (en naderhand diens broer, JorijenAleffs).Op 17-6-1618 1330 wordt Hinrich Gottschalk genoemd als hulder vanPetrus Cleis, pater van het convent te Almelo, namens de zustersvan het convent te Almelo, zoals Johan Grubbe de hulder geweestwas.Hij bewoonde het Schuttenhuis, waarin hij herbergier en mogelijkook brouwer was. Herbergen waren (ook in die dagen) regelmatig hettoneel van vechtpartijen. Zo ook het Schuttenhuis. Herhaaldelijknam Godtschalck zelf deel aan een handgemeen. Begin 1632 is erbrand bij hem, wat tot groot rumoer en een volksoploop leidt.In de loop van dat jaar verkopen Hendrik en zijn vrouw Fenneke hungaarden bij de Rönneboom aan de Heer van Almelo en gaan ze eenschuld aan, waarop hun kinderen tientallen jaren later wordenaangesproken 1331 . Mogelijk was dit geld nodig om hun huis na debrand weer te kunnen opbouwen.Begin 1636 wordt te Almelo het magescheid geregistreerd, dat isopgemaakt tussen Fenneke Roloffs, huisvrouw van Derrick Schutemakeren tevoren weduwe van Hindrick Godtschalck, enerzijds en de voogdenvan de zes weeskinderen, Derrick Gottschalck en Hindrik Post teRijssen anderzijds. De kinderen valt onder meer toe, wat hun vadervan zijn vader heeft geërfd, namelijk ¼ deel in een huis en eenhalf mud land in Rijssen. Het is niet uitgesloten dat ook deonderhandelingen over dit magescheid met geweld gepaard zijngegaan. In 1635 wordt namelijk melding gemaakt van een gevechttussen Derrick Gottschalck, Derk Schutemaker en Fenneke Roloffs,waarbij de laatste twee een hoofdwond hebben opgelopen.Op 9-11-1637 1332 wordt Joachim Blanken genoemd als hulder van hetconvent te Almelo, na de dood van Hendrick Gottschalk. Blancken isrichter van Almelo en rentmeester van het zusterconvent te Almelo.Op 26 maart 1655 verklaart ene Stine Hindricks dat ze enige dagendaarvoor is aangesproken door Fenne Roloffs’ volk vanwege onkosten.Ze meende daarop, volgens landrecht, niet te hoeven ingaan, medeomdat ze voor het gerecht een verklaring had ondertekent, waarin zebekende ‘in een haastig woord’ en in drift te hebben gesproken,omdat ze door Gese ten Stockeler uitgescholden was voor dronkenvarken, dronken vod en een ‘Speck Willems Hoer’. Gese was Fennekesdochter. Wat er precies gebeurde wordt pas naderhandduidelijk. Allereerst wordt er een verklaring van Fenneke, medenamens haar zus Anna Swissen, ingeschreven waarin zij melden Stinevoor het gerecht te hebben gedaagd wegens belediging, ten einde inhun eer hersteld te worden. Dat is inderdaad gebeurd, maar Fennekeheeft daartoe onkosten moeten maken en vindt het billijk, wanneerdeze op Stine verhaald worden. Stine weigert echter te betalen,waarop Fenneke zich tot de burgemeester van Almelo wendt. Hoeernstig die ‘injuriën’ waren, wordt duidelijk, wanneer al zeerspoedig de Richter van Almelo in opdracht van de Heer van Almelozich ermee gaat bemoeien: Stine Hendricks dient te bewijzen, dat debelasterde personen inderdaad de moeder van de Heer van Almelohebben doodgetoverd en andere kwalijke praktijken hebbenuitgevoerd. Indien ze dit niet kan, dient er een voorbeeld teworden gesteld tot afschrikking van anderen, om te voorkomen, datdit soort kwalijke laster wordt rondgestrooid zonder bewijs,hetgeen frequent gebeurt, of, als er enig bewijs is, dat het nietbij het gerecht wordt gemeld. De moeder van de Heer van Almelo wasJoachima van Wijhe, die 23-2-1636 overleden was. De zaak sleeptruim een jaar voort en eindigt in het stadsprotocol op 23-6-1656wanneer Claes Levelt, de man van Stine, tegen de sententie van


Fenneke Roloffs in beroep gaat bij het hoogadellijkappelatiegerecht van huize Almelo.In NL 1982 1333 staat opmerkelijk genoeg vermeld dat niet JohanRolofs, maar Hindrik Rolofs (Vos) de vader is van Fenneken (= nr.4951). Dat lijkt mij – alleen al op basis van de tijd – onjuist.Wel is de hierboven genoemde Stine Rolofs (de vrouw van ClaesLevelt) wel familie van Fenneken. In die jaargang van NL staat ditvermeld:Bijlage F. Vos.Hindrik Rolofs (Vos), wonende te Almelo, waarsch. tapper,belastingcollecteur (1641, 1645, 1653), tr. Marie Billix, dood1660.Uit dit huwelijk, volgorde onbekend:1. Stine Hindriksdr. Vos (ook genaamd Stine Rolofs), tr. v. ca.1652 Claes Hendriks Levelt.2. Dirk Hindriks Vos, genoemd 1652-1662.3. Fenna Hindriksdr. Vos (ook genaamd Fenneke Rolofs), in leven1659, tr. (l) v. ca. 1628 Hendrik Gotschalk; tr. (2) v. ca. 1636Dirk Schuitemaker, tapper.15-9-1628: Getuigenverklaring van Fenneken Rolofs, huisvrouw vanHendrick Goetschalk.8-11-1632: Hindrick Gottschalk en Fenneken Rolofs, zijn huisvrouw,verkopen aan Johan van Rechteren, heer van Almelo, een gaarden,gelegen bij de ronneboom te Almelo.14-9-1635: Hindrick Rolofs vraagt betaling van een rekening vanverteringen.1-2-1636: Fenneken Rolofs, huisvrouw van Dirck Schutemaker, vraagtbetaling van 31 g.1636. Enkele personen ‘hebben ,,moetwilligheit angerichtet”ten huize van Derck Schutemaker, waar een ‘ehrlich geselschchap tegelage satt’.1641. Hindrick Rolofs Vos zegt dat hij wegens ‘heeren middelen’ eenaanmerkelijk bedrag heeft te vorderen van Henrick ten Gettecotte,van wie in deze een paard wordt verkocht voor 30 daalders.11-6-1645. Jan Knoop spreekt Hindrick Roelofs aan om betaling van369 gl. achterstallig geld van het gemaal van het 1andgericht vanAlmelo, welk gemaalop eisers naam staat ingeschreven en waarvan Roeloffs enkele jaren,,het collect” heeft gehad. Deze laatste antwoordt dat hij ditbedrag nog niet heeft kunneninnen.24-5-1652. Stine, de huisvrouw van Claes Lievelts, spreekt haarbroeder Dirk Vos aan om betaling van 10 gl. 5 st.28-6-1653. Henrick Rolofs Vos verklaart van de heer van Almelo tehebben aangenomen de impost van de bieren van de stad Almelo en dievan de paarden van het (1and)gericht van Almelo te collecteren. Hijstelt daarvoor zijn zoon Derrick (Vos) en zijn schoonzoon Joan.Kreeckenbosch tot borgen.21-1-1656 (er staat 1655). Hendrick Busch procedeert tegen deweduwe Fenneken Roloffs alias Schutemakers.3-10-1666. De kinderen en erfgenamen van Hindrick Rolofs Vosspreken Geert ten Ebbenhorst aan.4992. Derk Jansen van der Heino4993. (?) Gerbrichje Hermens Bosch.Het is vooralsnog niet zeker of de stamreeks Heino zo loopt alshier geschetst, maar uiterst waarschij<strong>nl</strong>ijk is het natuurlijk wel.Ik ga daar vooralsnog van uit, omdat Derk Hermsen van der HeinoSmit (= nr. 1248) bij het vuurstedengeld van het dorp Den Hamvermeld staat op het perceel dat aangeduid wordt als ‘Jan van der


Heino’. Derk is dan smid. Dat beroep nu, staat in devuurstedenregisters van 1675 en 1682 ook bij Jan van der Heinovermeld.Het vermoeden is dus alleszins gerechtvaardigd. Zeker ook, als jede namen in de volgende akte beschouwt.Op 24-10-1703 1334 geeft Lucas Smit een volmacht aan zijn broer, JanSmit; Jenneken van der Heino, mede voor haar vader Jan van derHeino geeft een volmacht aan haar broer Derk van der Heino. Zijmogen de afhandeling verzorgen van hun aandeel in de erfenis vanJan Hermsen van Coeverden, voor hun te quiteren, te Amsterdam.(onduidelijk is, of ‘van Coeverden’ een familienaam is (die in diecontreien wel voor komt), of een verwijzing naar de plaats vanherkomst).4998. (?) Gosen Hendriks van het Oldensael, tr. (2) Hellendoorn22-4-1702 Soete Gerrits Neuring, tr. (1) Asse Hendriks Beernink,dr. van Gerrit Lamberts Neuring, landbouwer.4999. (?) Jennechien Hermsen, overl. v. 22-4-1702Zij zijn wel zeker de ouders van Hendrikje, maar ik waag het tebetwijfelen, of Hendrikje wel de moeder is van Grietje (= nr.1249).Op 25-4-1702 1335 wordt Hendrikjen Gosen genoemd als dochter vanGosen Hendriks, als man van de overleden Jennechien Hermsen, op hetOldensael te Noordmeer.Op 19-3-1716 1336 wordt een akte van overdracht opgemaakt doorHendrick van der Wijck, schout van Raalte, gevolmachtigd doorLuicas van Marrienberg. Laastgenoemde is tevens cessionaris voorClaes Schipkotte, man van Hille Jansen. Men draagt over aan GosenOldenzaal te Noordmeer een stuk land aldaar achter Slijckhuis ophet Rodt.5008. Albert Janssen Reuring, tr.5009. Luijtien Wijchers.5010. Lambert Jans van Essen, overl. v. 1-5-1712, tr. Steenwijkerwold23-12-17015011. Hilligjen Geerts, tr. (2) Steenwijkerwold 1-5-1712 HendrikHendriks, j.m. van Kallenkote.Op 15-12-1650 wordt te Steenwijkerwold gedoopt: Lambert, zn. vanJan Clasen Frans, getuige is Marija van Essen.Lambert Jans van Essen wordt aangenomen als lidmaat teSteenwijkerwold op 10-4-1688 en aldaar genoemd als ouderling in1695.Hilligien Geerts doet als vrouw van Lambert van Essen belijdenis in1703.5176. Tilmannus Jans Nauta/Vermasen, tr.5177. Geesken (Johannes/Jans?) (Brouwers?).Naast de hieronder gegeven dopen is er nog een doop van belang: op12-5-1615 wordt te Sambeek een Johannes ged. als zoon van TilmanJohannes en Hendrica NN; getuigen zijn: Andreas Vermasen, vanMaashees; Johannes Ebben, van Venray; Joanna Matthiae, JoannaSmits. Vanwege de tijd valt uit te sluiten dat het om de oudersgaat. Ik interpreteer het als volgt (en daar is dus meer bewijsvoor nodig): Tilmannus Jans (Nauta) is eerder getrouwd met HendricaN.N. Bij een kind uit zijn tweede huwelijk (met Geesken) vernoemthij zijn overleden eerste vrouw.


Familie? Op 5-3-1622 wordt te Sambeek een Johannes ged. alsonwettige zoon van Johannes Vermasen en Petronela Gualteri.Geesken is denkelijk dezelfde als Geesken Brouwer, die tussen 1633en 1647 enkele keren als doopgetuige voorkomt: o.a. op 28-8-1633bij de doop van Henricus, zoon van Guilielmus Milt (zie hieronder).Uit dit huwelijk in ieder geval (ged. Sambeek) :1. Henrica, ged. 5-3-1628, dochter van Tilammus (!) Jans enGiesken, getuigen Wilhelmus Milt, Mechtildis (de vrouw van JoannesArnoldi), Elisabeth Eindt.2. Joannes, ged. 13-11-1633, zoon van Tilmannus Nauta en Geesken,getuigen Henricus Brouwers, Anselmus Huberti.3. Henrica, ged. 28-10-1636, dochter van Tilmannus Jans en Geesken,getuigen Johannes Brouwers en Anna Brouwers.5178. Alardt Michels, schepen van Sambeek, tr. Sambeek 1-2-16435188. Joanna Dericks Custers.Op 10-1-1664 verklaren Alart Michels en zijn huisvrouw Jenneken(dus geen Joanna: is het een alledaagse naam of toch een tweedevrouw?) 300 gulden schuldig te zijn. Onderpand is een kamp weilandte Sambeek ‘over de brugh’ gelegen: Alert Michels & Jenneken e.l.verklaren ‘deughdelijck ende wel schuldich te wesen aen’ Jan deHooch en zijn erfgenamen een som van driehonderd gulden, hollandsgeld met een jaarlijkse intrest van ‘vijfftenhondert’; de eerstebetaaldag zal zijn op 10 januari 1665 met als opzegtermijn een ¼jaar van te voren; als onderpand een kamp weiland, gelegen over deBrugh 1337 .Bestuur van Sambeek, interveniërend voor Allard Michels, en zijnzonen, en voor Simon Jansen en Aart de Hoge, als man van weduweAlbert Brouwers, contra (substituut-)schout, schutters, schepenenen ingezetenen van Oploo: heien, weien en turf steken op de Peel,1682 1338 .4-1-1699: Idem als 334/024. Jacob Hermens & Lijntjen e.l. lenen 170gulden tegen 4½ % van Alart Michels & Jenneken e.l., met alsonderpand een hooi- of weiland, groot 2 morgen 83 roeden. De eerstevervaldag zal zijn 1 januari 1700. Met quitantie van de 40stepenning. Op diezelfde dag: Jacob Hermens & Lijntjen e.l. lenen 170gulden tegen 4½ % van Alart Michels & Jenneken e.l., met alsonderpand een hooi- of weiland, groot 2 morgen 83 roeden. De eerstevervaldag zal zijn 1 januari 1700. Met quitantie van de 40stepenning 1339 .Mogelijk voorgeslacht:Als van het beroep (vast in deeltijd) koster de familienaam Custersafgeleid kan worden, dan zou Joanna een dochter kunnen zijn vanJoanna Theodorus N.N. (hij is koster) en Anna N.N., gedoopt teSambeek op 22-7-1617, getuigen: Antonius Veren, Henrica Verhaeg,Joanna Huberti (uit Beugen).Ook:1. Martinus, ged. 7-8-1611 (ouders: Theodorus N.N. (de vader waskoster) en Anna N.N.), getuigen: Joannes Arnoldi, ArnoldusSmullers, Catharina Joannis (getuigen 1 en 3 komen uit Gennep).2. Guilelmus, ged. 21-12-1614 (ouders: Theodorus N.N. (hij iskoster) en Anna N.N.), getuigen: Godefridus Joannis (uit Beugen),Joannes Bol (uit Sambeek), Joanna van Rotten.Volgens mij zijn er meer dopen van dit echtpaar Theodorus/Anna, hetis echter niet geheel duidelijk of het om dezelfde mensen gaat.Bij de doop van de kinderen van Alardt en Joanna komt enkele kereneen familie Van Rijsen voor. Mogelijk loopt die lijn via GoossenMichiels, te Sambeek (zou hij dan een broer zijn van Alardt?):


Johanna, ged. Sambeek 19-11-1659, dochter van Goosen Michiels enMargareta van Rijsen. Getuigen: Theodorus Jans, Gerardus JoannesPar, Reijncke van Rijsen, Joanna Dirix (zij zal dan wel identiekzijn aan nr. 5188).Ook: Jacoba, ged. 4-9-1646, dochter van Gosuinus Michael enMargareta van Rijsen. Getuigen: Gosuinus van Rijsen, AnnaMichaelis.Ook: Gertrudis, ged. 2-10-1644, dochter van Gossuinus Michaelis enMargareta van Rijsen. Getuigen: Gossuinus Michaelis (uit Gennep),Gertrudis Levins (van Scherpenisse).Ook: Maria, ged. Palmzondag 1640, dochter van Gossuinus Michels enMargareta van Rijsen. Getuigen: Guilielmus van Rijsen (de pastoor),Sibijlla N.N. (de vrouw van Antonius Jacobs).15-3-1706: Hendrick Alardts Michels leent 400 gulden van ReijnderBiermans & Geesken e.l. tegen 5%, met als eerste vervaldag 1 maart1707, en als waarborg huis met aangelegen hof aan de gemeijneStraete, groot 1½ kleine morgen weikamp over de Brugh, groot 2morgen 88 roeden 40ste penning: 11 gulden, d.d. 13 maart 1706 1340 .18-03-1706: Peter Laex & Enneken Alardts, Derick Peters en JacobVermeulen als momboiren over de onmondige kinderen van Enneken enJan Vermeulen zal. dragen op aan Hendrick Alardts Michels eenhofstad met steen, hout, schop en erf, aan de gemeijne Straete,groot ½ kleine morgen. Voor 330 gulden. 40ste penning: 22 gulden 1stuiver 6 denier, d.d. 22 februari 1706 1341 .22-3-1709: Voor Jan en Pouwel Alarts en erfgenamen over denalatenschap van Hendrick Alarts, overleden 1 februari 1709 en zijnzus Catharina Alarts, overleden 6 februari 1709. huis met hof aande Heerstraet, groot 75 roeden, vrij erf 250-0-0; weikamp aan deBrughse Straet, groot 2 kleine morgen 88 roeden, vrij erf 350-0-0;bouwland opt Meerse Veldt, groot 1 kleine morgen 42 roeden enbelast met 15 sester rogge geestelijcken pacht en is daarenbovenniets waard 0-0-0; bouwland opt Meerse Veldt tussen de Beeck en degemeijneHei, groot 4 kleine morgen 71 roeden en belast met 8 sesterrogge en 1½ hoen thijns aan Doctor Odenhoven 225-0-0; totaal: 825-0-0. De boedel is bezwaard met een veste aan Reijnder Biermans,Mullem 400-0-0-; aan Jan Tilmans Vermaesen 260-0-0-; aan JanTunnisen Smith, Boxmeer 100-0-0-; aan Geurt van Meelder 100-0-0-;totaal: te kort 35-0-0 20ste penning: 45 gulden 7 stuiver 6denier 1342 .25-4-1709: Jan Alardt Michels met volmacht van zijn mede erfgenamendraagt op aan Gerit Gossens & Tunisken e.l. huis en hof, groot 75roeden gelegen aan de Heerstraet en de Kreupelstraet. Voor 525gulden. 40ste penning: 14 gulden 9 stuiver 1343 .16-5-1709: Reijnder Biermans & Geesken e.l., Tilman Gerits &Percken e.l., Jan Alardts Michels & Willemken e.l., Pouwel AlardtsMichels, Gerit en Maria Jans, geassisteerd met Peter Laex hunstiefvader, dragen op aan Geurt de Wildt & Lisabeth e.l. een weiofhooikamp, groot 2 kleine morgen 88 roeden gelegen over de Brugh,vrij erf. Voor 525 gulden. 40ste penning: 14 gulden 8 stuiver 9denier, d.d. 11 mei 1709 1344 .Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Sambeek):1. Henricus, ged. 2-12-1643 (ouders: Alardus Michaelis en JoannaN.N.), getuigen: Joannes Drijssen, Juditha Michelsen.2. Gerardus, ged. 8-5-1645 (ouders: Alardus Michels en JoannaN.N.), getuigen: Gossuinus Tunnisen, Joanna van Rijsen.3. Anna, (= nr. 2589).4. Joannes, ged. 26-1-1648 (ouders: Alardus Mijchels en JoannaN.N.), getuigen: D. G. van Rijsen (pastoor van deze kerk), LyskenMijchels, Margareta van Rijsen (uit Goch).


5. Catharina, ged. 13-2-1650 (ouders: Alardus Michels en JoannaN.N.), getuigen: Theodorus Coenen, Anna Michels.22-3-1707: Catharina Alardts Michels geassisteerd met BalthasarCremers, leent 260 gulden van Jan Tilmans Vermaesen met alswaarborg 4 kleine morgen 71 roeden bouwland aan de heide langs dePeelgraeff, belast met 8 sester rogge en 1½ hoen thijns aan DoctorOdenhoven te Boxmeer. 40ste penning: 7 gulden 3 stuiver, d.d. 19maart 1707 1345 .6. Theodora, ged. 31-1-1652 (ouders: Alardus Michels en JoannaN.N.), getuigen: Catharina N.N. (weduwe van Wolter Jacobs).7. Theodorus, ged. 31-12-1657 (ouders: Alardus Michils en JoannaDierix), getuigen: Goosen Michils (staat twee keer vermeld, bij dietweede keer staat genoteerd dat hij van Gennep afkomstig is),Margareta van Reijsen.8. Joannes, ged. 22-5-1660 (ouders: Alardus Michils en JoannaDericx), getuigen: Otgerus Michils (uit Goch), Johanna de Best (uitBeugen). Mogelijk is Joannes identiek met nr. 1308 uit deze<strong>kwartierstaat</strong>.5250. Hendrick Cornelissen van Hove (ook: Van Hooff), secretaris totBreugelInventaris 115 jaar 1646 folio 109 t/m 117 Wouter sone wijlenAnthonis Wouterssen voor sijn selven voor een gedeelte, endedieselve Wouter alnoch met Hendrick Cornelissen van Hove secretaristot Breugel, als momboiren ende curateuren ende vuijt crachte derprocuratie voor schepenen des corps van Portugael Overmase, gelegenint Baljuschap van de lande? van der Putten int Graefschap vanHollant, de voorschreven Hendrick verleent bij Dirck Janssen Roefsende Handrick Dirck Lagerwers? als bloetvoogden van het onmundighkijnt van Peter Handrick Adriaens verwekt bij Jenneken dochtereDirck Jans Heesackers. Sophia dochter wijlen Handrick Adriaenswettige huijsvrouw van Jasper Booms? wonende binnen der stad vanBreda. Adriaen Aert Coolen soo voor sijn selve ende mede voorGovert? sone Aert Coolen soldaet binnen der stadt 's-Hertogenbosch.Jan Joost Adriaens ende Wouter Anthonis Wouters voorschreven alsmomboiren over Marije dochter Aert Coolen bij den selve ende wijlenMargriete dochter Handrick Adriaens wettelijck verweckt. Ende dievoorschreven Wouter Anthonissen Wouters momboir over den drijeonbeijaerde natuerlijcke kijnderen Lijsbeth dochter HendrickAdriaen bij deselve verweckt bij heer Nicolaes .. saligher. JanAntonij Wouterssen ende Jan Peeter Joosten als momboiren over deseven onbeijaerde kijnderen Joost Peter Joosten bijden selven endewijlen Margriete sijne huijsvrouw, dochter Anthonis Wouterssenverweckt bij Marije dochter Adriaen Wouterssen wettelijck verwecktende Margriete dochter wijlen Thomas Anthonis Wouterssen met LucasAnthonis Wouterssen tot desen haeren vercoren momboir voor deresterende gedeelte. Alle erffgenaemen van wijlen Jan AdriaenWouterssen. O.a. een huijs, hoff, schuer ende erffenisse daerae<strong>nl</strong>iggende ende daertoe behorende, vuijt gescheijden 't cleijnhuijsken metten hoff soo dijen affgepaelt, ende sijn wech vanvoeren vuijtganck ende andersints sal hebben over deser erffenisseten naesten velde etc. gelegen ter plaetse genoempt Vressel,tusschen erffenisse Jan Anthonis Wouterssen voorschreven tottergemeijnte ende erffenisse Arnolda Meijden. Hen vercoopere bij dodeende afflijvicheijt wijlen Jan Adriaens Wouterssen ende het affgaender tochte bij Luijtgarde sijne weduwe ter behoeve der voorschrevenvercoperen aengecomen. Heben sij vercocht Jannen sone wijlenAnthonis Wouterssen voor deene helft ende Jannen Joosten derKijnderen voor dander helft. Hieruit te vergelden o.a. veertienvaten rogge aen convente der susteren van Orten, chijns aan het


oeck van Helmont. Die voorschreven vercoperen alle in qualiteitende naeme voorschreven, een stuck weijvelts soo groot ende cleijntselve binnen der parochie van Sint Oedenrode ter plaetse Vresselaende Wolffswinckelsche brugge is gelegen, aldaer tusschen SintOedenberch deen sijde ende den gemeijn Dommelstroom dande sijde,streckende metten enen eijnde opden Meulenstraet. Legitimus etc.Jannen sone wijlen Willems Willemssen. Etc. Etc.Hendricus van Hove compareert als „Hendrick van Hoof" in Son enBruegel R 18, f. 98, dd. 23-8-1659, en f. 121, dd. 8-5-1660.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Joannes van Hove, geb. 1641, huwt Engelberta van deScrijfcamere, dr. v. Geerlich Willemsz.In Son en Breugel R 49, dd. 14-2-1711, heet hij als „Jan van Hooftot Son" oud omtrent 70 jaar. In Rentm.Gen. R 191, f. 16, zijn hetnog 5 kinderen, die hun goed verwerven. Met haar zuster, Willemke,schijnt Engelberta de enige kinderen hunner ouders geweest te zijn: in N 7240, dd. 4-5-1702, althans komt deze „Willemke, dr.Geerlich Willemse van de Schijfcamere, weduwe van Joorden Willemse,ingesetene tot Son" tot een accoord met de „gelijcke kinderen vanJan Hendricks van Hoof, verweckt bij Engelken, oock dochter vanGeerlich Willemse", waarbij Willemke aan die kinderen van Engelkeneen huis, genaamd „de Schrijfcamer", gelegen op Esponder Son, cedeert, welke acte behalve door „Willemke Joordens" ookdoor „Jan Hendricks van Hooff' ondertekend wordt 1346 .5252. Jan Luijcas de Roij, tr. Sint Oedenrode 14-11-16215253. Marije Gijsbert Frans Goyarts van Lieshout.Inventaris 112 jaar 1630 folio 448 Jan soene wijlen LuijcasHendrickx als man ende momboir van Mariken zijn huijsvrouwe dochtewijlen Gijsbert Franssen van Lieshout ende Hendricxken zijnhuijsvrouwe. Heeft vercooft aen heer ende meester Goeijairt dePulser canoninck der collegiale kercke van Sint Oeda tot Roedeeenen losrente. Van ende vuijt een stuck een teullants gelegen terplaetssen genoempt d’aude vrijheijt. Tussen erffenisse AertCornelissen aan deen zijde dander zijde een gemeijne steghde, deeneijnt aen erffve Lambert Anthonis Vrancken, streckende mettenanderen eijnde den Nuel. Item noch van ende vuijt een schaercoeijweijde gelegen ter plaetssen genoempt den Neul. Vercooperaengecomen ende aenverstorven van wijlen zijne huijsvrouwe.Inventaris 112 jaar 1633 folio 689 Jan soene Luijcas Henrickx deRoeij als man ende momboir van Mariken zijn huijsvrouwe dochterewijlen Gijsbert Franssen van Lieshoudt vande zelven Gijsbert endeHenrickxsen zijn huijsvrouwe. Heeft vernaedert een stuckheijbeemtken gelegen ter plaetssen omtrent de Hoegwonder inde audevrijheijt, als heer Dielis Gijsberts beneficiaet der collegialekercke van Sint Oeda aen heer ende meester Dirck Segers canoninckende licentiaat in beijde rechten april 1632 hadde vercooft.Inventaris 112 jaar 1633 folio 693 Jan soene wijlen Luijkas Henrickde Roeij als man ende momboir van Mariken zijn huijsvrouwe dochtewijlen Gijsbert Franssen van Lieshoudt heeft vercooft Aert Cornelisvan Dinter eenen ecker teullants gelegen binnen der prochie vanSint Oeden Roij ter plaetssen genoempt daude vrijheijt. Tussenerffenisse deen sijde Aert Cornelis, beneffens eene steghdegenoempt de Nuelsteghde aen dander seijde deen eijndt aen erffveAelcken weduwe wijlen Lambert Anthonis Vrancken, streckende metteneijnde aende Leghen Nuel.


1649 RA 115 folio 372 Jan sone wijlen Lucas de Roij man endemomboir Marije sijnder huijsvrouw dochter wijlen Gijsbert Franssvan Lieshout voor een gerichte hellichte ende die selve alnog alsmomboir, voor een gerichte hellichte ende dieselve alnoch alsmomboir met Nicolaes Jan Nicolaes Mercx als toesiende over Jannen,Gijsberden ende Denijssen met Marije onbeijaerde kijnderen wijlenDenijs Gijsbert Franss van Lieshout, in presentie desselffs Jansende Gijsbrechts bij naer mundich ende tot henne volcomen jaerengecomen sijnde ende bijden voirschreven wijlen Denijs wettelijckverweckt bij Margrieta sijne huijsvrouwe dochter wijlen Jan JacobGoijarts vander Heijden, voor dander hellichte. Eenen hoff,hoffstadt ende timmerplaetse waer eertijts eene huijsinge plach testaen, gelegen ter plaetse inde oude vrijheijt aende straete ofMercktvelde, aldaer tusschen erffenisse Anna weduwe wijlen PeeterLenaerts van Ham met haeren kijnderen deen sijde ende tusschenerffenisse Jan Marten Scheutkens dander sijde, streckende vandenschoolwiel totter gemeijnen mercktvelde of plaetse voirschreven,hem vercopere aengecomen ende verstorven van wijlen heer GielisGijsbertssen, priester ende beneficiaet alhier. Hebben sij vercochtaen Lucassen ende Marije broeder ene suster kijnderen wijlen Petersvan Ham ende Anna voirgenoemde, deselve ten erffrechte ende dievoirschreven Anna ter tochte. Hieruijt te vergelden de helft invier stuijvers cijns aen het boeck van Helmont.1654 RA 116 folio 132 Gijsbert sone wijlen Denijs Gijsberts vanLieshout bijden selve ende Margrita sijne huijsvrouwe wettelijckverweckt. Heeft vernaedert een huijs, hoff ende ae<strong>nl</strong>iggendeerffenisse gestaen ende gelegen binnen der vrijheijt Sint Oedenrodeinde oude vrijheijt aldaer. Beneffens erffenisse Aert Cornelissdeen sijde ende een eijnde ende erffgenaemen Lambert AnthonisFrancken Hoffstadt dander sijde, streckende metten anderen eijndeop den gemeijne Merckt velde als Jan Lucas de Roij als man endemomboir Marie sijne huijsvrouwe dochtere wijlen Gijsbert Franssenvan Lieshout heeft vercocht aen Anthonis Lamberts Francken. Dievoorschreven Anthonis copere buijten deser vrjheijt is vereijst.1654 RA 116 folio 134 Alsoo Gijsbert sone wijlen Denis Gijsbertsvan Lieshout bijde selve ende Matrita sijne huijsvrouw wettelijckgeprocreert. Heeft vernaedert alsulcke hellichte van een huis endehoff ende ae<strong>nl</strong>iggende erffenisse, gestaen ende gelegen binnen deservrijheijt Sint Oedenrode inde oude vrijheijt aldaer. Beneffenserffenisse Aert Cornelis deen sijde ende een eijnde, ende deerffgenaeme Lambert Anthonis Francken Hoftstadt dander sijde,streckende metten anderen eijnde op den gemeijne Merktvelde als JanLucas de Roij als man ende momboir Marije sijne huijsvrouwedochtere wijlen Gijsbert Franssen van Lieshout, hadde vercocht aenAnthonis Lambert Francken ende alsoo de penninghen die devoorschreven Anthonis Lambert daer voor hadde gegeven totvoltreckinghe van de voorschreven naerderinghe, alreede mitsdabsentie van de voorschreven Anthonis onder schepen deservrijheijt waerde geconfigueert ofte gedepositeert, dat oock denvoorschreven Gijsbrechts soo voor sijn selve als mede voor sijnemede sustere ende broedere voor de andere hellichte, als hem mitsdoode ende aflijvicheijt van Henricken Gijsberths henne grootmoederaengestorven ende op hem gedevolueert, tegen de voorschrevenAnthonis Lambrechts hadde gecontendeert tot effectuele aff stantvan de voorschreven huijsinge metten aengelaghe van dijn. So istdat de voorschreven Gijsbrecht Denis Gijsbrechtse mettenvoorschreven Anthonis Lamberts Francken met malcanderengeaccodeert, soo heeft die voorschreven Anthonis Lambrechts totbehoeve vande voorschreven Gijsbert Denis Gijsbrechts als voor, de


voorschreven huijsinge metten aengelach van dijn getransporteertende overgegeven, soo ende gelijck hij het selve vandenvoorschreven Jan Lucas in coope heeft ontfanghen etc.1655 RA 116 folio 248 Jan Luijcas de Roij soo voor sijn selve alsmede voor Denis sone Denis Gijsberts als curateur ende momboir overde selve Jan en Maijken kijnderen des voorschreven Denis Gijsberts,hebben met consent van Anthonis Lambrechts Vrancken wettelijck endeerffelijck overgegeven aen Gijsberts sone Denis Gijsberts seeckerehuijs, hoff ende ae<strong>nl</strong>igende erffenisse, gestaen ende gelegen indeoude vrijheijt, neffen erffenisse Aert Cornelisse de eenen sijdeende eene eijnde, ende derffgenaemen Lambert Anthonis VranckenHoffstadt dander sijde, streckende metten andere eijndeopdegemeijne merckt velde. De welck den voorschreven Jan Luijcassoo voor sijn selven als mede de onmundige kijnderen van wijlenDenis Gijsberts met Peeter van Heessel in qualiteit als momboirvande voorschreven onmundige vercoct hadde, nocgtans nijetopgedragen, soo ende gelijck de voorschreven huijsinge mettenaengelage hen transportanten van wijlen heer Dielis Gijsberts isaengestorven ende gesucedeert.Inventaris 119 jaar 1664 folio 44 Jan Luijcas de Roij ende PeeterJoosten, als momboiren ende curateuren over de drie onbejaerdekinderen van Peeter Janssen de Roij bij de selve ende bij weijlenIJessken dochtere Aert Cornelissen van Dinter sijne geweesenehuijsvrouwe wettelijck verweckt.Inventaris 116 jaar 1654 folio 132 Gijsbert sone wijlen DenijsGijsberts van Lieshout bijden selve ende Margrita sijne huijsvrouwewettelijck verweckt. Heeft vernaedert een huijs, hoff endeae<strong>nl</strong>iggende erffenisse gestaen ende gelegen binnen der vrijheijtSint Oedenrode inde oude vrijheijt aldaer. Beneffens erffenisseAert Corneliss deen sijde ende een eijnde ende erffgenaemen LambertAnthonis Francken Hoffstadt dander sijde, streckende metten andereneijnde op den gemeijne Merckt velde als Jan Lucas de Roij als manende momboir Marie sijne huijsvrouwe dochtere wijlen GijsbertFranssen van Lieshout heeft vercocht aen Anthonis LambertsFrancken. Die voorschreven Anthonis copere buijten deser vrjheijtis vereijst.Inventaris 116 jaar 1655 folio 248 Jan Luijcas de Roij soo voorsijn selve als mede voor Denis sone Denis Gijsberts als curateurende momboir over de selve Jan en Maijken kijnderen desvoorschreven Denis Gijsberts, hebben met consent van AnthonisLambrechts Vrancken wettelijck ende erffelijck overgegeven aenGijsberts sone Denis Gijsberts seeckere huijs, hoff ende ae<strong>nl</strong>igendeerffenisse, gestaen ende gelegen inde oude vrijheijt, neffenerffenisse Aert Cornelisse de eenen sijde ende eene eijnde, endederffgenaemen Lambert Anthonis Vrancken Hoffstadt dander sijde,streckende metten andere eijnde opdegemeijne merckt velde. De welckden voorschreven Jan Luijcas soo voor sijn selven als mede deonmundige kijnderen van wijlen Denis Gijsberts met Peeter vanHeessel in qualiteit als momboir vande voorschreven onmundigevercoct hadde, nocgtans nijet opgedragen, soo ende gelijck devoorschreven huijsinge metten aengelage hen transportanten vanwijlen heer Dielis Gijsberts is aengestorven ende gesucedeert.Inventaris 162 jaar 1686 folio 90 Borgbrief. Luijcas Janssen deRoij inwoonder alhier, die welcke heeft sich gestelt als borgevoorde somme van hondert vijfftich gulden dat den arme ofte heilige


geest met de kijnderen die Handrick Janssen de Roij bij MarikenAriaen Tempelaers sijne tegewoordige huijsvrouw sal comen teverwecken niet belast noch beswaert sal werden in egeender handemanieren, daer onder verbindende hij comparant sijne persoon endealle sijne goederen hebbende ende vercrijgende.Inventaris 162 jaar 1687 folio 206 Evert Handrick Denisse vanHerentum aut omtrent twee en veertich jaere. Luijcas de Roij automtrent drij en veerich jaer bijde inwoondere deeser vrijheijt,loffwaerdige peroonen. Die welcke hebben ten versoecken van PeeterJan Maes verclaert dat sij hebben geweest nu omtrent acht jaerengeleden sonder de presisie tijt onthouden te hebben ten huijsen vanGoijert van Dinther woonende alhier binnen deeser vrijheijt terplaetse Houtem, ende als doen gesien ende gehoort dat PeeterJanssen requirant in deesen aen Jan Willem Everts hadde getelttwintich gulden aen silvere gelt op een schepen ordonnantie die denvoorschreven Jan Willems Evers tot lasten van de voorschrevenrequirant was hebbende, ende dat den voorschreen Jan Willem naerdat hij het voorschreven gelt hadde ontfangen voor haer deponentenende noch aen anderen persoonen ten beste gaeff, een halft canbrandewijn, die sij mede hebben helpen drincken.Inventaris 162 jaar 1689 folio 421 Jan Adams van der Hage automtrent 66 jaeren ende Peeter Janssen de Roij aut omtrent 64 jaerenbeijde inwoonderen deeser vrijheijt. Die welcke ten versoecke vanJan Peeters pachter van de goederen als nu toebehorende dekijnderen joncker Stee<strong>nl</strong>age gelegen alhier opde Veetse Hoeff,tuijgen ende verclaeren bij deese, alsdat sij deponente noch goedekennisse sijn hebbende, dat sij hebben gegraven de graff liggendetusschen de goederen van gemelte kijnderen joncker Stee<strong>nl</strong>agen endede erffve Nicolaes van Cappelle met meer anderen ter plaetse opdeVeetse Hoeff ende dat sij aldaer hebben den graeff geleijt endegegraven halff opde erffve van Nicolaes van Capelle met meeranderen ende de ander hellichte opde erffve als nu de kijnderenjoncker Stee<strong>nl</strong>agen, liggende alsoo halff en halff. 29 december1689.Inventaris RA 132 folio 65 jaar 1695 Peeter, Luijcas ende Peterkengebroederen ende suster kijnderen Jan Luijcas de Roij bijden selveende bij wijlen Mariken Gijsbert van de Lieshout, Geetruijt weduweGijsbert Janssen de Roij, Mariken Ariaen Tempelaers weduwe wijlenHandrick Janssen de Roij. Hebben getransporteert aen Dielis Peetersde Roij een stucke teullant, gelegen ter plaetse inde Vloijackers.5254. Aert Cornelissen van Dinther (ook: Verwijst), geb. ca. 1585, teSint Oedenrode, afkomstig van Dinther, tr. v. 16-9-16385255. Gertruijt dochtere Claes Buijs (ook: Geertruit Aertsen), overl. v.1660.Het aantal aktes in Sint Oedenrode waarin Aert Cornelis van Dinther(met en zonder achternaam) aantreedt is te groot om hier op tenemen; ik heb dan ook geen volledigheid nagestreefd.Inventaris 114 jaar 1638 folio 42 Alsoo opden 16e september 1638sijn geresen eenighe kijvelijcke woorden tusschen Maijcken Willemseter eendere zijde ende Geertruijt Aertsen getrouwde huijsvrouw vanAert Cornelis van Dinther ter andere sijde.Kadaster artikel 146 sectie G 64 eigenaresse de weduwe Jan van DijkIn vroegere tijde ‘Het Wit Cruijs’.Nu 2010 bij benadering Markt 12


1649 GA 790 Verponding. Aert Cornelis van Dinter huijs en hof1672/1673 GA 797 Verponding. Gijsbert Janssen de Roij eijgenaerhuijs en hoff1685 GA 1334 de weduwe Gijsbert Jansse uijt haer huijs het WitCruijs, over een pont payements, seven stuijvers1685 RA 122 folio 307 Gijsbert Janssen de Roij man ende momboir vanGeertruijt dochtere Aert Cornelis Verwijst sijne huijsvrouwe soovoor sijn selve als mede voor sijne vrouwe susters ende broeders.Dielis ende Gerit gebroederen kijnderen Peeter Janssen de Roijverweckt bij Ida dochtere der voorschreven Aert CornelisseVerwijst. Die welcke verclaerde met malcanderen aengegaen te hebbeneene erffscheijdinge ende deijlinge van de goederen hen luijdenvermits der doot ende afflijvicht van henne auders, grootvader endegrootmoeder aen gecomen soo als sij seijde ende verclaerde. AenGijsbert de Roij o.a. een huijs, hoff met het lant daer teijnenaengelegen, gestaen ende gelegen binnen deeser vrijheijt terplaetse aende Mercktvelt, tusschen erffve Gerit Stanssen Molemakersaende eene sijde ende metten anderen sijde aen erffve Cathalijnweduwe Gijsbert van Lieshout ende den voorschreven Gerit de Roijaende andere sijde, streckende voor van de gemeijne mercktvelde totopde weijde de Neul. Cijns aen het boeck van Helmondt.Inventaris RA 127 folio 201 jaar 1652 Testament van Aert Cornelisinwoonder alhier ende Geertruijdt sijn huijvrouw.1685 RA 122 folio 310 Gijsbert Janssen de Roij, Dielis ende Geritkijnderen Peeter Janssen de Roij hebben wettelijck ende erffelijckopgedragen ende overgegeven Gerit Stanssen Molemakers degerechticht van de wech ofte voetpat tweeten voor vuijt het Neulsteegde over het hecken met een stapken daer over trede ende soovoorts over de voorschreven erffve van de voorschreven GijsbertsDielis ende Gerit te gaen naer het nuwt huijs van voorschrevenMolemakers gecomen van Gijsbert Handricx. Onder conditie noghtansdat hij voorschreven Gerit sal gehouden sijn het hecken endestapken over het hecken nu ende ten eewige dage sal moetenonderhouden tot sijne lasten.Inventaris 116 jaar 1655 folio 267 Aert Cornelis van Dinter eenzeecker huijsplaets met den aengelach van dien, gelege terplaetsche genaemt de oude vrijheijt, met deen sijde beneffenserffenisse Jan Roeloffs van Haestricht mette andere sijde neffenerffenisse Hendrick Marten Dobbelijns, streckende metten eeneneijnde op erffenisse Anthonis Lamberts gelegen op den Veetschehoeve, metten anderen eijnde opden gemeijne mercktvelden van SintOedenrode. Hem Aerden bij coope voor schepenen deser vrijheijt SintOedenrode aen gecomen soo hij seijde. Heeft hij wettelijck endeerffelijck getransporteert opgedragen ende overgegeven aen ThomasWillems Goortsen van Breugel sijne swager. Chijns aen het boeck vanHelmondt. Ende sal die voorschreven Thomas gehouden weesen alle devoorschreven lasten pachten ende chijnssen aen te verden met eenenstaende ende lopende pacht ende voorts gelovende opt verbant vanhet voorschreven huijsplaets metten aengelach van dien, ende daerenboven opt verbant vande huijsinge die hij daer op sal comen tesetten.Inventaris RA 125 folio 335 jaar 1660 Heden november 1660compareerde voor schepenen deser vrijheijt van Sint Oeden Rodeinden quartiere van Peelant Meijereije der stadt Shertogenbosch,deersaemne Aert Cornelis van Dinther out ontrent 75 jaeren, JanLamberth vander Heijden out ontrent 74 jaeren, Wouter Jansen deGruijter out ontrent 74 jaeren, Lambert Gijsbert Spierincx out


ontrent 55 jaeren, Anthonis Lambert Francken out ontrent 59 jaren,Jan Leenders vanden Horck out ontrent 60 jaren, Jacob JanssenKeijsers out ontrent 59 jaren, Lambert Janssen Kemps out ontrent 51jaren, Roeloff Leenderts vanden Horck out ontrent 50 jaren, WouterJoost Colen out ontrent 45 jaren, Jacob Janssen die Smit outontrent 35 jaren, Gijsbert Denis Gijsberts out ontrent 30 jaren,Margriet Janssen weduwe Denijs Gijsbers out ontrent 68 jaren endeJudit Aertssen weduwe Jan Joosten van Herethum out ontrent 45jaren. Alle ingeseten ende inwoonderen naebueren binnen desvoorschreven vrijheijt ende richtelijck gedaecht omme getuijgenisseder waerheijt te geven voor Sijmon Janssen van Oisterijckondervorster alhier, hebben ten instantie van de heere JohanSchoock out schepen ende raedt der stadt Shertogenbosch rentmeestervanden capittele binnen deser vrijheijt. Dat de huijsen van drijBeneficie te weten van Sint Nicolaes, Sint Marten ende SintLamberts beneficie waerinne nu respectieve sijn woonende RoelantLeenders van den Horck enen der deponenten ende waer inne heeftgewoont Bastiaen de Poirter vorster alhier. Item noch een huijs vanSint Achten altaar daar Gerardt Laureijnssen van Lieshout in woont,alle gelegen alhier inde oude vrijheijt. Mitsgaders de tweehuijsingen deen gelegen inde oude straet ende dander genoempt hetCofferen, gehoorende aen het beneficie van ons lieve vrouwe altaer.Insgelijck het huijs vanden schoollaster waerinne Sijmon denschoolmeester woont, alle gelegen ter plaetse voorschreven voor denjaeren 1650. Deselve huijsinge ware liggende geheel vervallenongerepareert, dackloos onbewoonbaer ende alsoo hooch noodichgerepareert ende onderhouden diende, offte dat andersints deselveop eenen hoop souden hebben gevallen ende vergaen.Inventaris 117 jaar 1660 folio 464 Aert Cornelis weduwnaer vanwijlen Gertruijt dochtere Claes Buijs sijne huijsvrouwe als langhstlevende vuijt crachte van testamente van 12 augustus 1652. Met henAnthonis Willem van Breugel als man ende momboir van Catharinasijne tegenwoordige huijsvrouwe. Peeter Janss van Roij alsweduwnaer van Eva sijn overledene huijsvrouwe. Gijsbert de Roij manende momboir van Gertruij sijne huijsvrouw. Alle dochters endewittige swagers des voorschreven Aert Cornelis ende Gertruijtvoornoemt. Haer fort ende sterck maeckende voor Judich weduwe JanJan Joosten haere geweesene man, oock dochtere Aert ende Gertruijdevoor verhaelt absent sijnde. Jan ende Jenneken oock soone endedochter van voorschreven Aerden ende Gertruijden voor verhaelt,meede absent sijnde. Hebben vercocgt Peeter Albert Haubraeckenseeckere huijsinge met den hoff daer aen gelegen met degerechticheijt van dien onder deser vrijheijt van Sint Oedenrodeinde oude Vrijheijt bijden waetermoolen opden Dijck. Gelegentusschen de een sijde erffenisse Meester Michiel Deckers, dandersijde Andries Cornelis met eenen eijnde de gemeijne straet, dandereijnde een gemeijne voetpadt.Inventaris 122 jaar 1685 folio 307 Gijsbert Janssen de Roij manende momboir van Geertruijt dochtere Aert Cornelis Verwijst sijnehuijsvrouwe soo voor sijn selve als mede voor sijne vrouwe sustersende broeders. Dielis ende Gerit gebroederen kijnderen PeeterJanssen de Roij verweckt bij Ida dochtere der voorschreven AertCornelisse Verwijst. Die welcke verclaerde met malcanderenaengegaen te hebben eene erffscheijdinge ende deijlinge van degoederen hen luijden vermits der doot ende afflijvicht van henneauders, grootvader ende grootmoeder aen gecomen soo als sij seijdeende verclaerde. Aen Gijsbert de Roij o.a. een huijs, hoff met hetlant daer teijnen aengelegen, gestaen ende gelegen binnen deeservrijheijt ter paletse aende Mercktvelt, tusschen erffve Gerit


Stanssen Molemakers aende eene sijde ende metten anderen sijde aenerffve Cathalijn weduwe Gijsbert van Lieshout ende den voorschrevenGerit de Roij aende andere sijde, streckende voor van de gemeijnemercktvelde tot opde weijde de Neul. Cijns aen het boeck vanHelmondt. Aen Dielis ende Gerit een stuck teullant, welck parceelint midde is affgepaelt, welcke gedeelte sal hebben, houden endeerffelijck besitten den voorschreven Dielis de Roij, neffens hetNeulsteeghde ende het ander parceel, gelegen neffens denvoorschreven Dielis ende Gijsbert de Roij, sal hebben, houden endeerffelijck besitten de voorschreven Gerit de Roij soo ende gelijcksij dat huijden hebben affgepaelt.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Ida/Eva/IJessken dochtere Aert Cornelissen van Dinter, tr.Peeter Janssen de Roij (broer van nr. 2626).Inventaris 119 jaar 1664 folio 44 Jan Luijcas de Roij ende PeeterJoosten, als momboiren ende curateuren over de drie onbejaerdekinderen van Peeter Janssen de Roij bij de selve ende bij weijlenIJessken dochtere Aert Cornelissen van Dinter sijne geweesenehuijsvrouwe wettelijck verweckt.2. Judich dochtere Aert Cornelisse, tr. Jan Janssen van Herentum.Inventaris RA 127 folio 166 jaar 1679 Judich dochtere Aert Cornelisweduwe van wijlen Jan Janssen van Heritum voor her tochte, Michielende Claes gebroederen, kinderen des voorschreven Jan van Heretumende Judich voornoempt, mede voor haer selve als mede hen fort endesterck maeckende voor meester Henrick schirurgijn man ende momboirvan Jenneken dochtere des voorschreven Jan ende Judich voornoemptvoor de erffrechte, een stucxken teulant ofte hoff gelegen terplaetse Eerschodt. Tusschen erffve de kinderen Handrick Jans aendeeen sijde ende metten anderen sijde aen erffve Jan van de Sande,streckende van de gemeijne straet tot op de gemeijne voetpat.Hebben sij vercofft aen Jan Janssen van Herentum hunne broeder endesoone.Inventaris 121 jaar 1679 folio 304 Judich dochtere Aert Cornelisseweduwe wijlen Jan Janssen van Herentum, heeft wettelijck vercofftaen Jan Janssen van Heretum haere soone, alsulcke kints gedeelteals haer is competerende in huijs en hoff ende teullandt. Te saemenalhier gestaen ende gelegen aende plaetse, soo ende in voegen haervercoopersse vermits der doot ende afflijvicht van haerevoorschreven ouders in haere weduwelijcke staet aen gecomen ende ophaer verstorven.3. Geertruit, (= nr. 2627).5264. Frans Joosten der Kijnderen, ‘mede gecommmiteerde des hoecxNeijnsel ende Vressel’, overl. v. 1658, tr.5265. Lijsbet Goossen Dircxssen, overl. v. 1658.Inventaris 111 jaar 1622 folio 133 Jan soene wijlen JanssenSandersse heeft vercooft Jan Claes Merckx o.a. huijs, hoff,hoffstadt, schuur ende boomgaert gelegen ter plaetsse genoemptVressel gemij<strong>nl</strong>ijck genoempt Kijnderstraat, beneffens erffenisseJan Mathijs Vogels deen zijde, dander sijde beneffen erffenisseWillem Gerits Henrickx, streckende vande gemeijn straet operffenisse Frans Joosten. Hem aengecomen ende aenverstorven vanwijlen sijne audere ende voirts in coope ende opdrachten vercregenheeft tegens Claes Willem Daniels.Inventaris 111 jaar 1622 folio 138 Cornelis Aertssen ende FransJoosten als momboiren ende curateuren van Cathalijn dochtere wijlenJan Vrancken ende Aelcken sijn huijsvrouwe, hebben vercooft aen JopMarten Anthonis Nuenen eenen jaerlijcken ende erffelijcken pacht


vande quantiteijt van een … mudde rogge, welcke mud rogge denvoirschreven Jop jaerlijckx moest gelden vuijt een stuck teullandtsgelegen ter plaetsse genoempt Vuelkensvenne.Inventaris 111 jaar 1622 folio 139 Jop soene wijlen Marten AnthonisNuenen heeft vercooft aen Cornelis Aertssen ende Frans Joosten alsmomboir ende curateuren van Cathalijn dochtere wijlen Jan Vranckenende Aelcken sijn huijsvrouwe ende tot behoeff der zelver eenechijns, van ende vuijt een stuck teullants gemeij<strong>nl</strong>ijck genoemptVuelkensvenne.Inventaris 111 jaar 1625 folio 389 Frans soene wijlen Jost JanGerlinck als man ende momboir van Lijsken dochter Gossen DirckJoosten zijn huijsvrouwe, heeft vercooft aen Jan Janssen vanHeessel secretaris deser vrijheijt tot behoeff van Jan Goort JoostJanssen Rossems eenen los chijns. Van ende vuijt o.a. een stuckteullants gelegen ter plaetssen genoempt Ostaijen.Inventaris 111 jaar 1625 folio 404 Jan soene Otten Postelijns heftvercoft alsulcke tachterheijt als de voirschreven Jan Otten ispretenderende aen verscheijde persoene naer genoempt: HenrickMathijs Vogels, Claes Willem Thonis, Mathijs Vogels, de weduwe JanAert Luijcas, Jan Willem Luijcas, Willem Henrick der Kijnderen,Thonis Dirckx, Frans Joosten, de kijnderen Jan Daemen.Inventaris 112 jaar 1627 folio 188 Rut Hendrickx ende JanHendrickxssen gebroederen ende Rut Rutten van Herithem ende FransJoosten der Keijnderen als momboiren ende curateuren vandeonbejaerde kijnderen wijlen Hendrick Rutten van Herithum vandezelven Hendrickx ende Jennesijssen zijn huijsvrouwe. Hebbenvercooft Nicolaes soene Hendrick van D… o.a. een stuck teullandt,gelegen ter plaetssen genoempt Vressel.Inventaris 112 jaar 1627 folio 190 Rut Hendricx van Herithem endeJan Hendrickxssen gebroederen ende Rut Rutten van Herithem endeFrans Joosten der Kijnderen als momboiren ende curateuren vandeonbejaerde kijnderen wijlen Hendrick Rutten van Herithem vandezelve Hendricken ende wijlen Jenesijsken zijn huijsvrouwe. Hebbenvercooft Hendrick Aert Willem gerits een stuck teullandts, gelegenter plaetssen Vressel.Inventaris 112 jaar 1627 folio 192 Die voirschreven Rut ende Jangebroederen ende Rut Rutten van Herithem ende Frans Joosten derKijnderen als momboiren ende curateuren vande onbejaerde kijnderenwijlen Hendrick Rutten van Herithem vande zelve Hendricken endewijlen Jeneshijsken zijn huijsvrouwe. Hebben vercooft aen Hendricksoene Aert Willem Gerits Haubraecken o.a. een stuck teullandts meteen heijdtveldeken gemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt t’streepken aen Sint Oedaberch tot Vressel.Inventaris 112 jaar 1632 folio Rutt Hendrickx van Herithem voir hemzelve. Rut Rutten van Herithum ende Rut Hendrickx voirschreven alsmomboiren ende curateuren vande onbeiaerde kijnderen wijlenHendrick Rutten ende Jenoveva zijn huijsvrouwe. Hebben vercooftFrans Joosten der Kijnderen een coeijweijde met een hoeijveldekendaer teijnen aengelegen. Gelegen ter plaetssen genoempt Vressel.Inventaris 114 jaar 1639 folio 92 Jan Joosten van Herenthum, AertLambrechts Colen ende hem mede fort ende sterck maeckende voor Annanaer gelaeten weduwe wijlen Lambert Michielsen, Jan JoostAdraenssen ende hem fort ende sterck maeckende voor Jenneken zijner


sustere, Dierck ende Jan kijnderen wijlen Hendrick Adriaens endehaer mede fort ende sterck maeckende voor Adriaen Hendricken haerlieden broeder ende Andries Peters vijt crachte van procuratie hengegeven ende verleent bij Maricken weduwe Peter Jacopsen de dato 7emeij 1627 ons schepen gebleken van zijne respective moeder. Hebbensamentelijcken vercoft alle haeren actien portien ende gedeeltegelijck haere vercopers is aen gecomen ende verstorven van wijlenGijsbrecht Dierckx . Gelegen binnen deser prochie van SintOedenrode, aen Frans Joosten der Kijnderen.Inventaris 114 jaar 1642 folio 440 Joncker Hendrick van Mheer endePeter Jan Rutten inwoonderen deser vrijheijt als gemachtigde totsgeens naervolgende is inne besegelde procuratie brieven voirschepenen der voirschreven vrijheijt gepasseert in dato den 10efebruarij deses jaers 1642. Verder vemelding van: Jan Mathijssenvande Santvoirt schepen, Adriaen Jan Michielssen, Frans Joosten,Geraert Dielissen, Dirck Mathijssen, Jan Mathijssen ende HandrickWillem Lucas alle vercoren thienmannen beneffens de comparanten deshoecx Neijnsel ende Vressel. Juffrouw Catharina van Eijnhouts weduewijlen Joncker Goijaert van Lanckvelt wonende tot Ghemert. EtcInventaris 114 jaar 1642 folio 458 Joncker Hendrick van de Mheer,Jan Matijssen Versantvoort, Frans Joosten, Peter Jan Rutthen,Adriaen Jan Michielssen, Jan Mathijssen, Dirck Mathijssen, GeraertDielis, Handrick Willem Lucas ende Rutger Jan Rutten van Herenthum,ale thienmannen ende naergebueren des hoecx Neijnsel,representerende de gemeijnen ingesetene des hoecx Neijnsel endeVressel. Verder vermelding van wijlen Handrick Martenssen van de …, heere ende meester Jacob van Duppen canonick der collegialekercke van Sint Oeda binnen Sint Oedenrode. Jan Willems derKijnderen.Inventaris 115 jaar 1647 folio 176 Jan Willem ende Adriaengebroederen, sone wijlen Rutger Rutten van Herenthum. Peter MathijsDircxss Versantvoort man ende momboir Catharina sijne huijsvrouwende Marije onbeijaerde dochter gesusteren, sijnde die voorschrevenMarije geassisteert met Frans Joosten der Kijnderen ende RutgerJanssen van Herenthum als haere vercoren momboiren. Alle kijnderenwijlen Rutger voorschreven ende Marije sijne huijsvrouw dochterwijlen Jacob Willem Geraerts wettelijck verweckt. Ende hebben metmalcanderen aen gegaen en deijling van de goederen van wijlen henneouders aengecomen. O.a. aen Adriaen ende Marije sijne suster o.a.een huijs metten schuere, schop, hoff ende aengelach gestaen endegelegen ter plaetse Vressel, tusschen erffenisse Adriaen JanMichielss deen sijde, ende de wech Jan Martens Vogels dander sijde,streckende van de Kijnderstraet totter gemeijnt van Sint Oedenrode.Inventaris 115 jaar 1647 folio 189 Jan sone Peter Joosten hetgerechte vierde gedeelte onbedeijlt in eenen rijende beempt,gelegen ter plaetse inde Vresselsche beempden, aldaer den geheelenbeempt rijende met Frans Joosten der Kijnderen ende de kijnderenRutger van Herethum. Hen vercopere vercregen tegen den erffgenamenwijlen Jan Adriaen Maessen. legitima etc. Arnolda dochtere wijlenCornelis Meijden.Inventaris 115 jaar 1650 folio 418 Alsoo Rutger Janssen vanHerenthum, Jan Willems der Kijnderen, Geraert Dielissen, DirckMatijs Roocxkens ende Frans Joosten der Kijnderen, als last endeprocurate hebbende vande hoeck ofte naebueren des hoecx Neijnsel.


Inventaris 115 jaar 1650 folio 422 Rutger Janssen van Herenthum,Geraert Dielissen, Dirck Mathijs Roocxkens ende Frans Joosten derKijnderen als mede gecommmiteerde des hoecx Neijnsel ende Vresselmet Peteren Dirck Mathijss Roocxkens, Rutger Peter Janssen, JanRutten van Herenthum ende Jan Jan Willem Lucas.Inventaris 115 jaar 1650 folio 462 Alsoo Hendrick van de Mheer endewijlen Peeter Jan Rutten als gemactigde bijden thienmannen deshoecx Neijnsel ende Vressel ten behoeven van de gemeijne ingesetenenaerbueren desselfs hoeck. Vermelding van de jaeren 1642 ende 1622,saligher joncker Goijaert van Lancvelt, Rutger Janssen vanHerenthum, Gerit Dielissen, Jan Willems der Kijnderen, FransJoosten der Kijnderen ende joncker Hendrick van Mheer voirgenoemde,inplaetse van Dirck Matijs Rooxkens tegenwoordich overleeden. Deheere Jan Baptista Leijten ten behoeve van Johan Seelant endedesselfs wettige kijnderen.Inventaris 117 jaar 1658 folio 124 Willem Jan ende Anthonisgebroederen soone wijlen Frans Joosten der Kijnderen, Lambert JanAerts Vervoort, man ende momboir van Marij sijnder huijsvrouwe,Marten Jan Sanders man ende momboir van Marij sijne huijsvrouwe,gesusteren oock kijnderen wijlen Frans Joosten voornoemt. WillemRutgherus van Herenthem ende Mathijs Peeters, sijnde voorschrevenMathijs tot deesen allee<strong>nl</strong>ijk gestelt in plaetsche van devoorschreven Willem als geordonnerde momboiren ende curateuren overRutger onmonde soone Jans Ruthten van Herenthem, bij den selveJannen ende wijlen Catharina oock dochtere wijlen Frans Joosten derKijnderen wettelijck verweckt. Alle kijnderen ende erffgenaemenwijlen der voorschreven Frans Joosten der Kijnderen verweckt bijwijlen Lijsbeth dochtere Goossen Dircxss. Hebben mits deesen metmalcanderen aen gegaen een deijlinge van de erffgoederen, bijdenFrans Joosten ende Elisabeth voorschreven achter gelaeten. AenWillem Fransse o.a. de groote scheur ende schaapskoij, gelegen terplaetsche Vressel. Aen Jan Frans Joosten o.a. huijs, schop, hoff,bomgart ende aen gelegen landerijen soo saij als weijlant gelegenter plaetsche Vressel, een sijde de weduwe Jan ThijssenVersantvoort, dander sijde Handrick Jan Lamberts ende de kijnderenJan Ruthen, deen eijnde van der gemeijn straet tot op de gemeijneDommelle aldaer vlietende. Item noch eene acker onder deservrijheijt ter plaetsche voorschreven gemeij<strong>nl</strong>ijck genoemt hetverbrant huijs. Aen Anthonis Frans Joosten o.a. huijs, hoff,bomgart, dries ende aengelegen landrijen. Gelegen onder den hoeckVressel aldaer, deen sijde Willem Rutten, dander sijde ende eeneeijnde het onmondigh kijndt, dandere eijnde Lambert Jan Aerts meedecondivident. Aen Lambert Jan Aerts Vervoort o.a. het veurhuijs temidden op te deijlen tegens het achterste, den halffe hoff endehalve bomgaert daer aengelegen, gelegen onder Vressel, deen sijdeAnthonis Frans meede condivident, dander sijde ende eenen eijnde deerffgenaemen Willem Gijsbert Hendricx, de andere eijnde de gemeijnkijnderstraet. Aen Marten Jan Sanders o.a. de pertstallen met denhalffen hoff ende boomen aende suijden sijde, daer de pertstalle opis staend. Aen Rutgher onbeiaerde soone van Jan Rutten vanHerenthem o.a. het achterste huijs tot de middelwant aff te deijlenaff te deijlen, geruimpt te moeten worden deese helft dervoorschreven huijs binnen den tijt van die ierst comede jaren,gestaen onder de hoeck Vressel, Item back huijs met deverckenscooij ter plaetsche voorschreven oock binnen den drieierstcomende jaeren te moeten ruijmen.Uit dit huwelijk (in ieder geval):


1. Joost Frans Joosten der Kijnderen, overl. (vermoord) Son ca.1615.Inventaris 115 jaar 1645 folio 32 Alsoo seecker ongeluck (Godtbetert) van manschap of dootslaen over de dertich jaeren gelegenbinnen den dorpen van Sonne is begaen ende geweest, bij toedoen vanLamberden sone Jan Jan Goortss tot dijen tijt wonende bij sijneouders binnen Sint Oedenrode, ende over des persoon van wijlenJoost sone Frans Joosten der Kijnderen oijck ter dijer tijt wonendebij sijne ouders binnen Sint Oedenrode. Ende onenicheijt isopgestaen ende nu soo lange ende tot nu toe heeft geduert, endenoch geschapen was naerde ongeluck, questie ende verschil tegerijsen ende dat die voorschreven Lambrecht tsedert tot noch toeheeft moeten wijcken ende vluchten voor de ouders, broeders,susters ende vrienden des voorschreven afflijvige etc. Verdervermelding van: Frans Joosten der Kijnderen wettich vader desvoorschreven wijlen Joost afflijvige ter eenre ende Cornelis Petersvan der Haegen met Adriaen Jan Coppens swagers.2. Willem Frans Joosten Geerlincx der Kijnderen.3. Jan Frans Joosten Geerlincx der Kijnderen, tr. Sint Oedenrode26-3-1650 Catharina dochtere Jan Wouter Vogels.Inventaris 119 jaar 1665 folio 92 Jans, Wouter, Marten endeHendrick gebroederen kinderen van Jan Wouter Vogels met Jan FransJoosten als wettich man ende momboir van Catharina zijnehuijsvrouw, ende Anneken gesusteren, oock kinderen des voorschrevenJan Wouters hebben saementlijck vercocht opgedragen endeovergegeven aen Jacob Dijssel.. borger der stadt 's-Hertogenbosch,een hoijbeemp, gelegen ter plaetse Spreuwelaer.4. Anthonis (= nr. 2632).5. Marij Frans Joosten der Kinderen, tr. Lambert Jan Aert Vervoort.6. Marij Frans Joosten der Kinderen, tr. Marten Jan Sanders.Inventaris 171 jaar 1715 folio 218 Jan Claes Vos out vier entachtig jaeren, lofwaerdighe persoon. Die welcke tuijght endeverclaert ten versoecke van Jan Martens Sanders bijde inwoonderenalhier. Als dat Huijbert Sanders in sijn leven een inwoonder totBreugel heeft geweest, die welcke heeft gehadt drie vrouwe, bij deeerste heeft hij gehadt heer Willem Sanders. Bij de tweede heefthij gehadt Jan ende Peeter Sanders, Jan Sanders is getrouwt geweestmet Marie Martens ende daer bij verweckt twee soone met name Martenende Jan Sanders, Marten Sanders is getrouwt geweest met MarieFranssen der Kijnderen ende heeft daer bij verweckt vijff kinderenmet name Joost, Jan, Cathalijn, Jenneke ende Lijsbeth gevende hijdeponente redenene van wel wetenheijt als dat hij bijde selve vanjonghs af op gekent ende daer bij verkeert heeft gehadt.7. Catarina Frans Joosten der Kijnderen, tr. Rutger Jan Rutten vanHeertum.5266. Nicolaes/Claes Jansen van Cuijk, tr.5267. Agneet.Inventaris 113 jaar 1635 folio 153 Caterina naer gelaeten weduwewijlen Jans Aert Luijcas de jongen heeft vuijt zekertestamentelijcke dispositie, tuschen des voirschreven wedue endeJan Aertsen haere overleden man saligher te saemen gemaeckt de datoden derde januarij anno 1619, vercoft aen Luijcas Lambers de Roijeen hoij veldeken. Gelegen ter plaetse genoempt op het Espendonck.Vercoperse aengecomen van wijlen haere ouders. Dat die voorschrevencoper zijne wech zall mogen nemen altijt des nodich zijnde over deerfenisse de voorschreven vercoperse, te weten beneffen PeterWemmers vuijt door het hecken. In de marge vermelding van: EvertAdriaen Everts, Nicolaes Janssen van Cuijck ende Jan Peter van ….


Jenneken dochter Jan Aert Lucas de Raijmaecker, Jan Willem vanHeeswijck, Adriaen Danels. Peter Janssen Custers.Inventaris 115 jaar 1649 folio 311 Evert Adriaen Everaerts man endemomboir Ermgarde sijne huijsvrouw. Nicolaes Janssen van Cuijck manende momboir Agneete sijner huijsvrouw. Peter Handricx Custers manende momboir Lijsbeth sijnder huijsvrouw. Jan Peters van Venroijman ende momboir Marije sijne huijsvrouw. Jenneken dochter wijlenJan Aert Lucas geassisteert met Andries Heijmans Zegers, als haerenvercoren voocht ende momboir ter desen ende Jan Thomas vandenMorselaer in plaetse vande voirschreven Peeter Custers als momboirmet Jannen Willemssen van Heeswijck als toesiender over JannenHandricken ende Everden gebroederen ende Marije, Agneete, Catharinaende Wilmijna gesusteren. Allen onbeijaerde kijnderen wijlenAdriaen Daniels verweckt bij wijlen Geertruije sijne huijsvrouw.Allen kijnderen ende erffgenaemen van wijlen Jan Aerts Lucasverweckt bij wijlen Catharina sijne huijsvrouwe, dochter wijlenEverts Adriaens. Ende hebben eene erffscheijdinge endeerffdeijlinge met malcanderen aengegaen, van alle de erffelijckegoederen hen gelijcke condividenten van wegen den voirschreven JanAert Lucas Rademaecker ende Catharina voirschreven henne respectiveouders ende voorouders aengecomen ende op hen verstorven. AenEverden Adriaens Everaerts o.a. het oudt woonhuijs met de hoff endeboomgaert ende sijne aengelegen erffenisse tegen Jenneken medecondivident aff te paelen. Gestaen ende gelegen ter plaetse indenGoijendonck, aldaer tusschen erffvenisse Jenneken mede condivident,alwaer den cant tegenwoordich tot groes liggende, mede aen deseerffenisse gepaelt sal worden deen sijde, ende de kijnderen WouterEeltkens oijck de sijde van de gemeijne straet dander sijde, endealsoo ter enen drije hoeck gelegen. Chijns in het boeck vanHelmont. Aen Nicolaes Janssen van Cuijck o.a. een woonhuijskenmetten grond ende erffenisse daer ae<strong>nl</strong>iggende ende daertoebehorende, gestaen ende gelegen ter plaetse opt Schoor, aldaerneffens erffenisse Jan Dirck Sijmons deen sijde, ende Catharinawedue Aert Jan Aert Lucas met haere kinderen dander sijde,streckende vande erffenise der kijnderen Hans Claessen van de Loototter gemijne straete. Aen Peeter Hendricx Custer o.a. saijlants.Aen Jan Peters van Venroij o.a. de gerechte hellichte in een stuckbeemdken. Aen Jenneken o.a. het cleijn huijsken met de plaetse daertselve op staet ende hoff, gestaen ende gelegen ter plaetseGoijendonck, aldaer tusschen erffenisse Evert Adriaen Everts medecondivident, aldaer aff te paelen deen sijde, ende tusschenerffenisse Joncker Outelaer dander sijde, streckende vandererffenisse der kijnderen Wouter Eeltkens totter gemeijne straete.Twee oort aent het boeck van Helmond. Aen de onmondige kijnderenwijlen Adriaen Daniels o.a. de hellichte in een beempden.Inventaris 118 jaar 1661 folio 37 Jan Jan Gerits voorschreven heeftwettelijck ende erffelijck getransporteert opgedragen endeovergegeven in voldoeninge van verteerde montcosten in sijnesieckte gedaen aen Heijlwich Gerit Sanders, des voorschreven JanGerits moeder, o.a. alsulcke gerechte vierde part als hem wascompeterende in huijs, schuer, scop, ende boomgaert mettelanderijen aldaer gelegen onbedeijlt met Peeter Herincx ende ClaesJanssen van Cuijck. Gelegen onder de vrijheijt Sint Oedenrode terplaetse Vressel.Inventaris 118 jaar 1662 folio 110 Peter Herincx voor een helffteende Jan Jan Gerits voor een vierde part met Jan PeeterHoppenbrouwers, ende Jan ende Evert gebroederen soonen NicolasJanssen van Cuijck ende Jenneken henne sustere tot haere mondige


jaere gecomen sijnde nochtans geassisteert met Lambert GijsbertSpierincx tot deesen haeren vercooren momboir ende vocht, voor hetresterende vierde part ter anderen sijde. Ende bekende metmalcanderen eene deijling aen gegaen te hebben over seeckere hoevelants, bestaende in huijs, schuer, verckenskoije, hoff, boomgaert,acker, ende weijlanden met den heijlanden. Gestaen ende gelegen terplaetse genaemt Vressel den voorschreven heer Herincx bij coopeaengecomen, deen helft onbedeijlt tegen de weduwe Gijsbert Heerincxende den voorschreven Jan Jan Gerits oock bij coope tegens AdriaenJacobs van Tongelren voor een vierde part, den voorschrevenHoppenbrouwer bij versterff van sijne ouders voor een achtste part,ende de voorschreven kijnderen Nicolaes Janssen van Cuijck oock vanhenne ouders aengecomen, voor het resterende achtste part, die 'tselve in coope hadde vercregen van de kijnderen Willem Claes Daemensoo sij seijde. O.a. aen Jan Jan Gerits voor een vierde part metJan Peeter Hoppenbrouwers ende Jan ende Evert sone saligherNicolaes van Cuijck met Jenneken haere susteren geassiteert alsvoor, te saemen voor dander resterende vierde part. Het huijs,hoff, neffens erve de voorschreven mede condividenten, dander sijdeneffens erffve Aert Jasper Tielemans met de sijne, streckende vanerffenisse Adriaen van Herethum tot opde gemeijnte etc. etc.Inventaris 118 jaar 1663 folio 155 Jan Jan Geritssen met Heijlkensijne moedere, ende hen mede fort ende sterck maeckende voor Janende Evert gebroederen met Jenneken henne sustere met LambertGijsbers tot deesen haere vercooren momboir alle drie kinderenClaes Jansen van Cuijck. Zij hebben aengegaen eene deijlingegoederen haer bij scheijdinge ende deijlinge aengecomen tegensPeeter Herincx wonende tot Cuijck. O.a. Aen Jan Jan Geritssen driegebont huijsinge, een gebont suldere met veertigh gespannen? endede scauwe staende inde selve huijsinge ende het achterhuijs,gelegen ter plaetse Vressel aldaer, met deen sijde neffens erffveden voorschreven kinderen Claes Jan Cuijck mede condivident, dandersijde neffens erffve Aert Jaspers, streckende vande gemeijnte vanRode tot op erve des voorschreven Aert Jaspers. Item noch etc.Chijns in het boeck van Helmond. Aen de drie kijnderen ClaesJanssen van Cuijck, de twee voorste gebonden ende een gebondtsolderinge in de voorschreven huijsinge etc.Inventaris 119 jaar 1664 folio 49 Evert sone Claes Janssen vanCuijck ende Jenneken sijne suster, geassisteert met Jan Claessenende Evert voorschreven, hebben vercocht aen Hendricken JanRoeloffs een huijs ende hoff met het aengelach van dijen, gelegenter plaetse op Schoor. Aldaer met deen sijde neffens Willem Jacob,dander sijde Jan Dirck Sijmonts, streckende vande gemeijne straettot op effve Peeter Hanssen? Hem vercoopere van henne oudersaengecomen soo sij seijde.Inventaris 119 jaar 1666 folio 150 Johannes van Schoonhoven heeftvercocht aen Johan van Heessel sijnen swager, sestiende gedeelteinde groese gehoorende aen de hoeve van de kijnderen endeerffgenamen van saligher Claes van Cuijck gelegen onder den hoeckvan Neijnsel ende Vressel ter plaetse aldaer.Inventaris 121 jaar 1680 folio 408 Handrick Heijmans man endemomboir van Aeltien dochtere Jan Peeters sijne huijsvrouwe. SanderGerits man ende momboir van Mariken sijne huijsvrouwe. Jacob JanPeeters, Jan, Handrick ende Evert gebroederen kinderen PeeterHandrick bijden selven ende bij wijlen Lijsken Jan Raijmakers sijnegewesene huijsvrouwe wettelijck verweckt. Evert Ariaen Daniels soovoor sijn selven als mede voor Thomas Jan Peeter Maes ende Claes


Janssen sijne respectieve (s)wagers. Cathalijn ende Willemkegesusteren meerderjarige kijnderen des voorschreven Ariaen Daniels.Evert Claessen soo voor sijn selven als mede voor Thonis FransJoosten. Alle erffgenamen van wijlen Jenneken Jan Aert Luijcas. Eenstuck teulants gelegen in de Goeijendonck vercofft aen GeritCorstiaens.Evert Claesen is geboren rond 1638:Inventaris 166 jaar 1702 folio 400 Mathijs Peeter van Breugel outschepenen deser vrijheijt out 77 jaeren, Gerit Dielissen out 63jaeren out borgemeester, Maurits Luijcas van de Ven outborgemeester deeser vrijheijt out omtrent 73 jaeren gebortich vanSon. Jan Thijssen out omtrent 76 jaeren gesworen deeser vrijheijt,Jan der Kijnderen out schepen ou omtrent 56 jaeren, Jan Jan Luijcasout borgemeester out omtrent 56 jaeren, Dierck Aerts gebortich vanBeugen? geswooren deeser vrijheijt out omtrent 48 jaeren, EvertClaessen out omtrent 64 jaeren, Jan Claes Vos out omtrent 68Jaeren, Jan Willems van de Ven out omtrent 42 jaeren, Jan JanVogels gewesene borgemeester deeser vrijheijt, alle respectievewoonachtich binnen deeser inde gehuchte Nenssel ende Vressel, naestde dorpen van Son en Breugel aengelegen. Die welcke samentlijck tenversoecke van Aert Jan Willems president van Son en Breugelverclaerde waer ende waeachtich te wesen dat haer deponentengenochsaem bekent is dat van de gemeijne straet over den kerckhofvan Son, neffens het schoolhuijs eenen voetpath ofte kerckwech isliggende en lopende over de ackers genoempt de Aelst, en soobeneffens den hoft van Pastorije van Son, en vorts over de erffveFreijns Willems opde hoeck vuijt van erffve Corn. Willems van derAelst, tot opde gemeijne straet. Vuijt welcke wech bij haerdeponent leven en van noode hebbende, altijt bij haer is gebruijcktgeworden om aldaer over te gaen tsij naer de stadt Eijnthoven ofteelders, soo als dat vereijsten en soo gebruijckt als ene gemeijnewech, soo bij haer deponenten als bij ider is begaen, sonder datsij voor deese hebben gehoort over voornoemde wech gaende eenichhinder ofte beletsel is aen gedaen. Dat nu eenige tijt verstaen datheer Mina predicant van Son en Breugel den gemeijne wech soeckt teverhinderen.5268. Aert Cornelis, tr.5269. ? Eulcken? Wouterssen.De familielijn tussen de ouders en de zoon van Aert Cornelis looptzeker zo. Wel is het oppassen geblazen met vermeldingen. Er zijnnaamgenoten voorhanden: met name Aert Cornelissen van Dinther (=nr. 5254 in deze <strong>kwartierstaat</strong>) komt vaak in akten voor.Wellicht is dit onze man: Inventaris 111 jaar 1623 folio 249 Jansoene Jan Jacobs als man ende momboir van Mariken dochter AertCornelissen zijn huijsvrouwe ende Willem soene Jan RuttenCluijtmans als man ende momboir van Oeijcken dochter AertCornelissen verweckt bij Eulcken? Wouterssen zijn huijsvrouwe, endehem mede fort ende sterck maeckende voir Cornelis ende Seijckehenne susteren. Hebben in beleninghen overgeven aen JonckerWolffgangck Entevoes de helfte van eenen beempt, gelegen terplaetssen genoempt Everse beemden, waervan de ander helffttoebehoert Willem Lamberts de Autssen.5270. Adriaen Jan Claes van de Nieulaer (ook: Van de Nieuwelant), tr.5271. Jenneken dochtere Peter vande WielInventaris 110 jaar 1614 folio 114 Thomas soene wijlen Hanrickvande Morsselair soo voir hem selve fort ende sterck maeckende ende


geloevenen voir Hanricken sijne wettigen broeder, oijk soene wijlenHanricxssen. Jan soene wijlen Claes Gerartssen vande Nieuwelant alsman ende mombair van Heijlwich sijnde huijsvrouwe. Lenart soenewijlen Huijbert Jans vande Goijendonck als man ende mombair vanJenneken sijnder huijsvrouwe. Dirick soene Peter Janssen mombairsijnder huijsvrouwe. In scheijdinghe ende deijlinghe tegen sijnemede erfgenaemen bij loothe te deel gevallen?Inventaris 110 jaar 1615 folio 166 Thomas ende Jan gebroederen soovoir hen selven als mede voir Willemen henne wettighe broeder endevoir Mariken hen suster, simpel ende onnosel voir een gedeelte. Jansoene Claes Geraertssen van Nieuwelant ende Daniel AnthonisWillemssen man ende mombair van Elijsabeth sijn huijsvrouwe.Erffgenaemen wijlen Claes Geraertssen ende wijlen Angeneeskensijnder huijsvrouwe dochter wijlen Gerit Geerlincx. DierickPeterssen van Dormaelen als procuratie hebbende van JannenDiericxssen sijne soene als bij coope vercregen van Jannen JanPlatienhouwers ende Lijsken dochter wijlen Jan Platienhauwers aliasHulsen. Jan soene Jans die Gruijter als man ende mombair vanBarbara sijn huijsvrouwe ende Heijlken dochtere wijlen Jans Thomasvan Bruchel ende mede voir Cathalijnen ende Jenneken hen suster,also oock wittighe kijnderen ende erffgenaemen van wijlen JansThomas van Breugell. Willem soene Jan Thomas van Bruegel als bijcoope vercregen van Mariken naergelaeten weduwe wijlen Dierick vanWissel oijck dochtere wijlen Geerlincx Thomassen van Breugell. Endebekent dat sij hebben gescheijden ende gedeelt huijs, hofstadt,hoff metten landen daer aen gelegen ende toebehoirende in dieprochie van Sint Oeden Roede achter die capelle tot Ollant. AenJannen soene Claes Gerartssen vande Nieuwelant ende Daniel AnthonisWillemssen man ende mombair van Elijsabeh sijne huijsvrouwe, eenenhofstadt, ende hoff metten lant daer aengelegen in die prochie endeplaetsen voirschreven. Tusschen erffenisse Willem Jan Thomas medecondivident deen sijde, dander sijde erffenis Thomas Thomassen vanBreugel oijck mede condivident ende de gemeijnte.Inventaris 110 jaar 1616 folio 331+332 Die voirschreven LauvrijnsJanssen Hanricxssen heeft wederome overgegeven Jannen soene wijlenNijclaes Gerartssen vande Nieuwelaer het voirschreven stuckackerlants. Aen Danielen Anthonis Willemssen van Rijsinghenvercooft een stuck ackerlants.Inventaris 111 jaar 1620 folio 41 Pauwels Thomassen als man endemomboir Mariken sijnder huijsvrouwe dochter wijlen Gerit Mathijssenende wijlen Lijsken sijn huijsvrouwe. Heeft vercooft aen Jan Claes?Gerits van de Nieuvelaer? eenen acker teullandts gelegen terplaetssen genoempt Houtem, gemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt de Sort ecker.Inventaris 112 jaar 1632 folio 677 Jan soene Corstiaen Verkujlenheeft vercooft aen Arien Jan Claessen eenen ecker teullant, gelegenter plaetssen genoempt Houthem. Vercooper in coope vercregen tegensCorstiaen Corstiaenssen zijnen broeder.Inventaris 116 jaar 1656 folio 359 Lambert sone wijlen PeeterAnthonissen heeft in beleeninge opgedragen ende overgegeven aen deheer Isack Battem een schaer koeijgeweijt inde Neul. Inventaris 116jaar 1656 folio 360 Pauwels Willems Haubraecken, een stuckenteulants, gelegen ter plaetse onder Houtem. Heeft hij vercocht aenAriaen Claessen vander Nieuwelaer ten behoeve van Luijntken RuthEvers dochter wijlen Ruth Evers ende bij Lijsken sijne geweesenehuijsvrouwe wettelijck verweckt.


Inventaris 114 jaar 1639 folio 126 Adriaen zoone wijlen Jan ClaesGeraert, Catharina naergelaeten weduwe wijlen Jan Jan Claessen met… Hendrick Lambers ende Adriaen de Heese als mombor hier toevercore metten heere vercopere. Elisabeth natuerlijcke dochterwijlen Jan Niclaes Gerits voorschreven, naergelaeten weduwe wijlenRut Eversen, ende Dierck Jan Joordens als wittige man ende momborvan Catharina zijne wettige huijsvrouwe. Ale wittighe kijnderenende erfgenamen wijlen Jan Niclaes Geritsen welcke bij HeijlwichHendricken vanden Morselaer zijne .. rechte huijsvrouwe. Hebbenbekent dat sij hebben gescheijden ende gedeijlt seeckere henneerfgoederen, gecomen ende verstorven van haere oudere voorschreven.O.a. aen Lijsken Jan Claessen, o.a. het oude huijs metten hoff endeerffenisse daer aen gelegen, het eenen eijnde beginnende aen erveder erfgenamen Gerit Jacops ende op het tweede lodt streckende ophet schoereenden? grave alzoo genoemd, met de eene zijde aen ervehet Convent van Bijnderen, dander zijde Jan Daendel Thonis. Alsoois de dezelfde nog ten deel gevalen de schuere staende aen hethuijs metten grondt ende appendentie daer de zelve op is staendeetc. etc.Inventaris 114 jaar 1644 folio 604 Dirck Janssen Jordaens, AdriaenJan Claes Gerits ende Catharina wedue Jan Jan Claes Gerits, soovoir hem als mede fort ende sterck maeckende voir Lijsbeth wedueRuth Evertssen. Hebben gesaemender hant elck als schuldenaergelooft te betaelen aen Lijsbeth wedue Jan Janssen van Osch soolange die Lijsbeth in leven is, de quantiteit van ses vadt roggeende drije vaten boecweijts etc.5274. Jan Huijberts Spierincx (den Ouden), overl. Schijndel 30-12-1696,tr.5275. Elisabeth dochtere Lambert Reijnders van der HaigenInv. 4966 Notaris Huijbert van Bree 27 october 1676 folio 120 vJan Huijbert Spierinckxs inwoonder tot Schijndel welcke bekentschuldich te wesen aen Handerken weduwe Hendrick Jan Gijsbertsvanden Bogaert ter somme van twee hondert vijftich guldens.Gijsbert van den Bogaert hem fort en sterck maeckende voor sijnesusters ende broeders de welcke bekent van de obligatie geheelijckte sijn voldaen 24 martij 1686.Inv. 4966 Notaris Huijbert van Bree 6 martij 1677 folio 133Jan Huijbert Spieringhs jonghman inwoonder tot Schijndel welckebekent in verpachtinge overgegeven te hebben aen Claes Paulssenseecker huijs esthijs hof bomgaert met het land daar bij gelegen,soo ende gelijck het selve tegenwordich wort gebruijckt bij JoostDielissen gelegen aen het Wijbos.Inv. 4966 Notaris Huijbert van Bree 9 september 1679 folio 186Testament van Paulus Janssen ende Anneke dochter Jan HuijbertSpierinxs sijne wettige huisvrouw inwoonderen tot Schijndel.Genoemde personen: Gijsbert Peters hare dienskneght. EngeltienLuijkussen. Peterken dochter Hendrick Paulssen. Jan soone JanHuijbert Spieringhs woonende aen Deerde sijn testateurs peteren.Peter hare kneght. Gepasseert inde parochie van Schijndel tenwoonhuijse vande voorschreven testatrice gestaen ende gelegen indeBorne.Jan Huijbert Spierincx den Ouden overleden op 30 december 1696;huis + schaapskooi te Eerde.


Afstand van recht door Elisabeth de dochter van Lambert Reijndersvan der Haigen nagelaten weduwe van wijlen Jan Huijbert Spierincx[folio 15 op 13 februari 1697]5276. Godefridus Melchioris, molenaar te Heeswijk, tr. Dinther11-10-16335277. Guilhelma/Wilhelmina Matthei Adriani.Getuigen bij het huwelijk: Elias Joannis en Henricus Melchioris.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Joannes, ged. Dinther 22-8-1631 (dan dus voorechtelijk?),ouders: Godefridus Melchioris en Guilhelma N.N., getuigen: JoannesPetri en Hanrica Hanrici Melchoris.2. Magdalena, ged. Dinther (wonende Heeswijk) 11-1-1644, ouders:Godefridus Melten en Wilhelma N.N., getuigen: Henrica Adriani enGodefrida Teuwens.2. Judocus, ged. Dinther (wonende Heeswijk) 20-11-1645, ouders:Godefridus Melten en Lucia N.N., getuige: Mechtilda Henrici Costen.3. Adrianus, ged. Dinther (wonende Heeswijk) 25-8-1647, ouders:Godefridus Melten en Guilhelma N.N., getuigen: Guilhelmus Petri enMaria Adriani.4. Joannes Godefridi Mechiors/Melten Haenegraef, tr. PetronellaN.N.5288. Petrus Swilliens, tr. Maaseik 16285289. Anna Geelissen.Petrus zou een zoon kunnen zijn van Leonardus Swiliens, die samenmet zijn vrouw Wilhelma/Guilielma aan het begin van de 17 e eeuw teMaaseik kinderen laat dopen: 1. Elisabeth, ged. 1-11-1606; 2.Petrus, ged. 26-6-1609; 3. Helena, ged. 21-2-1610; 4. Mathias, ged.17-2-1617. Vreemd blijft dan wel, dat de beoogde ouders, Leonardusen Wilhelma, niet vernoemd worden. Dat is toch wel opmerkelijk.Uit dit huwelijk (allen ged. Maaseik):1. Egidius, ged. 26-11-1628.2. Gertrudis, ged. 3-9-1630.3. Egidius, ged. 15-4-1632.4. Gisbertus, (= nr. 2644).5. Catharina, ged. 29-1-1636, tr. Maaseik 31-10-1670 TilmanusThelen.5460. Jan Bulner, tr. Rijssen 15-9-16555461. Aaltien Loohuis.5468. Jan Baan, tr.5469. Geeske N.N.5512. Cijttie/Sytze Jans, tr.5513. Catrijntie Jellis.Uit dit huwelijk:1. Jan, ged. Stavoren 6-4-16652. Ariaen, ged. Amsterdam 11-10-16713. Jacob (= nr. 2756).4. Louris, ged. Amsterdam 2-2-16785514. Claes Jansz. Schotte, tr.5515. Ariaantje Jans.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Annetje, ged. 28-7-1666.2. Dieuwertje, ged. 11-9-1669.


5520. Joan/Jan Veltman, tr.5521. Annetje Dircks.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Magdalene, ged. 22-7-1689.2. Barent, ged. 5-10-1691.3. Magdaleena, ged. 3-9-1694.4. Albert, (= nr. 2760).5534. Andries Kalander/Klammer, begr. Amsterdam (Wester Kerkhof)29-8-1686, tr. Amsterdam 13-11-16675535. Grietje Gerrits.Gelet op de naam Liesbeth bij zijn kinderen zou Andries een zoonkunnen zijn van Johannis Klander, tr. Amsterdam 20-12-1643Elijsabet Borandeel.Op 8-7-1683 koopt Andries Calander van de erven Lucas Gerrits enEva Jans wed. Jan Gerritsz, een huis en erf in de Weteringgang(ZZ). omschrijving: huis en erf, bij de Bloemgracht.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Marritje, ged. 16-1-1671.2. Jantien, ged. 3-7-1673.Jannetje Andriese Klander is op 20 januari 1701 getuige bij de doopvan Anna, dochter van Lieve Machielse en Leena Andriesse.3. Lijsbet, ged. 17-4-1675.4. Leijsebet, (= nr. 2767).5. Grietje, ged. 13-10-1682.5540. Jan Tonnissen te/toe Winkel, afkomstig van Hengelo (Gld.), overl.v. 9-7-1681, (o)tr. Zutphen 6/26-5-16665541. Wendelina/Wendel Jans Weimelinck/Wijmelinkx, afkomstig van Hengelo(Gld.), (o)tr. (2) Zutphen 25-12-1681/15-1-1682 Pieter van Olphen,j.m. van Breda.Uit het eerste huwelijk (in ieder geval, allen ged. Zutphen):1. (?) Willemken (1667, alleen de vader vermeld).2. Janna, ged. 14-3-1669.3. Jan, (= nr. 2770)4. Teuniske, ged. 4-12-1672.5. Margriet, ged. 1-8-1675.6. Wendeline, ged. 4-7-1677.7. (?) Teunis.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged. Zutphen):1. Anna Elizabeth, ged. 9-7-1681.5580. Pieter Jacobsz. Hulk, overl. Amsterdam 29-6-1697, tr. Amsterdam2-10-16495581. Annetje Schutt/Schutten/Schuit.Pieter Jacobsz Hulck wordt op 20-4-1676 genoemd bij de aankoop vaneen huis aan de Brouwersgracht, hoek Prinsengracht 1347 .Verkoper: Annitge Hendrix, wed. Pieter Jans Crabbendam, koper:Pieter Jacobsz Hulck. Straatnaam in de bron: Brouwersgrachtomschrijving: Het Huisgezin van de Koning van Bohemen in de gevel,huis en erf, hoek Korte Prinsengracht.Overigens is in diezelfde bron al in de 16 e eeuw sprake van een JanIJsbrantsz Hulck i.v.m. de verkoop van een huis aan de SintAntoniespoort. Hij zou een voorouder kunnen zijn.Uit dit huwelijk (allen ged. (EL) Amsterdam):1. Jannetje, ged. 9-10-1650, overl. Amsterdam 7-6-1738.2. Annetje, ged. 20-3-1653.


3. Jacob, ged. 23-5-1655.4. Isaak, ged. 17-10-1656, overl. Amsterdam 8-7-1743.5. Marija, ged. 7-4-1658.6. Abraham, ged. 7-12-1659, overl. Amsterdam 20-7-1677.7. Gerret, ged. 23-10-1661.8. Gerret, ged. 11-3-1663.8. Pieter (= nr. 2790).9. Elias, ged. 17-4-1667.5582. Claes Gerritszn. Luijt, begr. Amsterdam (Noorder Kerk en Kerkhof)19-10-1729, tr. Amsterdam 14-1-16575583. Femmetie Bastiaens.Claas wordt enkele keren genoemd bij de verkoop van onroerend goedte Amsterdam: in 1694 bij een huis aan de Binnen Brouwersstraat enin 1702 bij een huis aan de Houttuinen 1348 .5584. Willem Pietersz. Houtingh, burgemeester en raad van Monnickendam(1656-1670), tr.5585. Niesje Pieters Lakeman.5586. Pieter van Sanen, advocaat, vroedschap van Monnickendam(1661-1682), tr.5587. Styntje Pietersdr. Lakeman.Mogelijk is er een relatie met Pieter Pietersz. Laackeman (dejonge), overl. 2-1653, lid Vroedschap van Monnickendam (- 1653),gecommitteerde namens Monnickendam Rekenkamer ter Auditie vanHolland in het Noorderkwartier (van 26-10-1626 - 16-10-1627),gecommitteerde namens Holland en Monnickendam bij de Admiraliteitin het Noorderkwartier (6-9-1630 - 30-9-1632, 10-9-1642 - 14-11-1644 en 1-10-1650 - 17-9-1652), lid namens Monnickendam van deGecommitteerde Raden van Holland in het Noorderkwartier (30-8-1638- 31-8-1640)..Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Eva, (= nr. 2793).2. Meynsjen van Sanen, tr. Monnickendam (gerecht) 11-10-1682 SimonAdmiraal, advocaet (1682), president van de Hoogen Raad in Holland(1723).5590. Jan Hansen Kneel, tr.5591. Grietje Pieters Oomes.5596. Dirck Claesz Moij, overl. na 28-8-1699, tr. Edam ca. 20-2-16715597. Lieutje/Luw/Luuwtie Jans Veerman, overl. na 30-9-1715, tr. (1)Edam ca. 21-11-1665 Dirck Harmensz, zn. van Harmen Jansz Backer enGriet Dircks.21-11-1665: Huw. voorw. van Dirck Harmensz j.m. en van LieutjeJans. Hij wordt geass. door zijn broer Jan Jacobsz Wits, sch. enraet. Haar vader is Jan Cornelisz Backer 1349 .2-3-1666 Luw Jans, geassisteerd met haar man Dirck Harmensz,ontvangt met consent van haar man en van haar vader Jan Corneliszhaar goederen 1350 .Bewijs van 's moeders erfenis van Dirck Harmensz, nagelaten zoontjevan Griet Dircks, geteeld bij Harmen Jansz Backer.13-02-1652 Harmen Jansz Backer is met de voogden Jan Jacobsz enFloris Stevensz, schepen, moeders erfenis overeen gekomen.05-01-1666 Dirck Harmensz, getrouwd, ontvangt met consent van zijnbroeder en voogd Jan Jacobsz Wits zijn goederen 1351 .


20-12-1667 Dirck Claesz (teekent: Moij) woonende tot Edam, testeert.Univers. erfgen. is zijn vader Claes Dircksz 1352 .20-2-1671 Dirck Claesen Moij j.m. enige zoon van Claes Dircksz dieassisteert (anders gend. Claes Sijmons) en Lieutje Jans wed. geass.door Cornelis Heertses, Goutsmit maken huw. voorw.. Hij testeert 23-1-1672 1353 .28-8-1699 de Eers. Dirck Clase Mooij en diens huijsvr. Luwtje Jans,woonende o/d Kl. Bult, hij sieck te bedde, testeren mutueel.30-9-1715 Proc. v.d. Eerb. Luwtje Jans (teekent met kruisje) wede v.Dirk Claesz Mooij op haar soon Sr. Jan Mooij om van haar soon Sr.Claes Mooij woonende tot M'dam quitantie te vorderen, etc. 1354 .Uit het huwelijk tussen Luuwtie Jans en Dirck Harmensz (in iedergeval):1. Harmen Dircks Kuijper, overl. Edam v. 8-5-1696, tr. Edam ca. 1-6-1690 Niesje Theunis Walravens, overl. v. 22-2-1707 dr. van TeunisJacobs Walraven en Marij Jacobs Pieteijs, tr. (2) JohannesHendriksz van Wijhe, ‘brootbacker’ in de Hooghstraet te Edam.Mogelijk was Harmen Dircks ook bakker:25-8-1695: Verkl. v. Bartholomeus Dircksz Groot en Harmen Dirckszbeijden backers en Gildemeesters van t backersgilde 1355 .Bewijs van 's vaders erfenis van Harmen Dircksz, nagelaten zoon vanDirck Harmensz, daar moeder af is Luuwtie Jans.10-03-1671 Luuwtie Jans, geassisteerd met haar man Dirck ClaeszMoij ter eenre en de voogden Jan Jacobsz Wits en Cornelis JanszBacker ter andere zijde zijn de uitkoop van vaders erfenis overeengekomen, o.a. een obligatie van f 1000.- tegen 3 1/2 % ten lastevan Geert Jans Backers, laatst weduwe van Jan Fredericksz Hop, inzijn leven backer hier ter stede.27-06-1690 Harmen Dircksz, geassisteerd met zijn voogden JanJacobsz Wits, raad en oud burgemeester dezer stad en Dirck ClaseMooij zijn behuwd vader, getrouwd, ontvangt de goederen 1356 .Bewijs van 's vaders erfenis van Dirck Harmensz, nagelaten kind vanwijlen Harmen Dircksz, daar moeder van is Niesje Theunis Walravens.08-05-1696 De moeder Niesje Theunis Walravens ter eenre en devoogden Dirck Claasz Ruijgh en Jacob Theunisz Walraven ter anderezijde zijn de uitkoop van vaders erfenis overeen gekomen.19-10-1700 De voogden Dirck Clasen Mooij en Jacob Walraven brengenf 400.- boven het kind aanbestorven door het overlijden van zijnmoeder.18-03-1710 De voogden laten f 91.18.13 registreren het kindaanbestorven door het overlijden van zijn oom Heijn Putoor en f41.13.5 door het overlijden van zijn peet Catelijn.03-06-1713 Dirck Hermensz, getrouwd, ontvangt met consent van devoogden zijn goederen 1357 .1-6-1690: Huw. voorw. v.d. Eers. Harme Dircksz Kuijper j.m. geass.met sijn behuwtvader Dirck Claesen Mooij en moeder Luwtie Jans,mitsgaders sijn oom en vooght Jan Jacobsz Wits en van de Eerb.Niesie Teunis(dr) Walravens j.d. geass. met haar moeder MarijJacobs(dr) Pieteijs en haar oom en vooght Heijn Putoor 1358 .22-2-1707 de Eers. Johannis Hendricksz van Wij(h)e, brootbacker i/dHooghstraet, sieck te bedde, testeert. Univers. erfgen. zijn zijn 2kinderen geteelt bij sijn overl. huijsvr. Niesie TeunisWalravens 1359 .25-1-1709 de Eerb. Marij Jacobs(dr) Pieteijs (teekent metonduidelijk merk) wede van Teunis Walraven, siek te bedde,testeert. Zij legat. aan haar soon Jacob (Teunisz) Walraven al haarporseleijn en een graf in de Groote Kerk in de Zuijderkap waar haarvader in begraven is en haar moeder wil worden begraven, verder aanDirk Harmensz Kuijper het soontje van haar dochter Niesje(Teunisdr) Walraven een silveren beeker waarin de naam Teunis


Walraven. Univers. erfgenamen zijn haar soon Jacob Teunisz Walravenvoor 1/5de; Trijntje Cornelis(dr) Bordingh huijsvr. v. JanBreemburgh dochter van haar dochter Lijsbet (Teunis(dr) Walravenbij Cornelis Bordingh, ... voor 1/5de; Stijn Jans Breed huijsvr.van Jan Haringman, geteelt bij de Hr Jan Breed bij haar dochterTrijntje Teunis(dr) Walraven 1/5de; Cornelis en Aaghje Dobberkinderen van haar overl. dochter Hillegont Teunis(dr)Walraven geteelt bij de Hr. Harmen Dobber, tesamen voor 1/5de; DirkHarmensz Kuiper, Lijsbet en Hendrik Jansz van Weije kinderen vanhaar overl. dochter Niesje Teunis(dr) Walraven verwekt bij HarmenDirksz Kuijper en in eerder huwelijk aan Johannes Hendriksz vanWeije, tesamen voor 1/5de. Tot vooghden stelt zij aan haar soonJacob Teunisz Walraven en haar neef Jan Breemburg. Get.: PieterDekker en Dirk Reijndersz Pont (goede handteekening) 1360 .11-6-1716: De Eerb. Marij Jacobs Pieteijs (teeken met soort merk)wede v. Teunis Walraven, gesont, testeert. Zij revoceert eerderetestamenten bepaaldelijk die van 5/2 1701 en 25/1 1709 voor NotrsJan Brasker. Zij praelegat. aan haar soon Jacob (Theunisz) Walraveno.a. al haer porceleijn en het graf i/d Zuider-Kap v/d Gr. Kerkwaarin haar vader begraven is en waarin zij zelf ook begraven wilworden; aan Trijntje Jans Haringman(s), kintskint van haar overl.dogter Trijntje Teunis (Walraven) 2500 gld aan obligaties. Univers.erfgen. zijn haar soon Jacob (Teunisz) Walraven voor 1/4 part;Trijntje Cornelisdr Bordingh huijsvr. v.d. Hr. Jan Breemburgh bijhaer dogter salr Lijsbet Teunis (Walraven) verwekt bij CornelisBordingh voor 1/4 part; Cornelis en Aaghje Harmensdrs Dobberkinderen van haer overl. dogter Hillegont Teunis (Walraven)gewonnen bij den Hr. Harmen Dobber voor 1/4 parttesamen; 't kint ofte kinderen van Dirk Harmansz Kuijper soon vanhaar overl. dogter Niesje Teunis (Walraven) verwekt bij HarmanDircksz Kuijper voor 1/3 in 1/4 part; Lijsbet en Hendrik Jansz vanWeije meede kinderen van haar overl. dogter Niesje Teunis(Walraven) verwekt bij Johannes Hendriksz van Wijhe, tesamen voor2/3 in ¼ part. Get.: Hees van der Laan 1361 .18-3-1713 Huw. voorw. v.d. Eers. Dirk Harmansz Kuijper j..m. geassmet Monsr. Jacob Walraven en Jan Mooij zijn wettige vooghden en vande Eerb. Wellemoet Abrahams Kopperses j.d. geass. met den Hr.Cornelis Koppersz, Raad en oud-sch. en de Eers. Jacob Heermans haarwettige vooghden 1362 .Uit het huwelijk tussen Dirck Clase Mooij en Luwtje Jans (in iedergeval):1. Jan, broodbakker, tr. ca. 30-4-1695 Grietje PietersEijersoekers, dr. van Pieter Pieters Eijersoecker, veerschipper, enGelbrigh Pouwels.30-4-1695 Huw. voorw. v.d. Eers. Jan Dircksz Mooij j.m. geass. doorzijn ouders Dirck Clase Mooij en Luwtje Jans en van de Eerb.Grietie Pieters j.d. geass. met haar vooght de Hr. PieterPietermaet, Raedt en Secretaris 1363 .Staat van de goederen van Pieter Mooij, nagelaten zoon van wijlenJan Mooij en Grietje Pieters Eijersoekers, hier ter stede overleden.Staat van de goederen van de kinderen van zaliger PieterEijersoecker en Gelbrigh Pouwels, namelijk Neeltje en GrietjePieters.13-06-1684 De voogden Pieter Outclaes, raad en regerend weesmeesterdezer stede en Pieter Olij laten de goederen registreren.27-05-1695 Grietje Pieters Eijersoeckers, geassisteerd met haar manJan Dircksz Moij, ontvangt met consent van haar voogd PieterPietermaat de goederen.8-5-1696 Proc. v. gezamelijcke backers onder wie Jan Jansz Kips,Juriaen Putoor, Claes Jansz Vogel, Jan Roelfs Benten etc. op o.a. de


Eers. Gerrit Prinsen, Jacob van der Wolf en Jan Dircksz Moijinsgelijks backers 1364 .19-1-1696 de Eers. Jan Dircksz Moij (teekent Mijsof) en dienshuijsvr. Grietje Pieters woonende i/d Gr. Kerckstr., beijde gesondt,test. mut. 1365 .6-2-1706 verklaring v/d Eers. Claes de Vogel 40 jr, Jacob Wit 38 jr,Hendrick van Wij(h)e 38 jr en Jan Dircksz Mooij 33 jr, brootbackers,over granen etc 1366 .1-12-1703 Proc. ad lites v.d. Eers. Claes Jansz (de) Vogel, GijsbertJansz Sinnigh, Erasmus Pietersz Richter (teekent: Reghter), BastiaanStevensz Wit en Jan Dirksz Moij (teekent: Mooij) allen brootbackers,op Mr. Jan Brasker, adv. Get.: Frederik Thee en Cornelis Thee.(idem: 29/1 1704) 1367 .23-03-1723 De voogden Mr. Pieter Pietermaet en Dirk HarmenszKuijper, Claes Dirksz Mooij absent, laten de goederen registrerenhet kind door het overlijden van zijn vader en moeder anbestorven.03-02-1728 Mr. Pieter Pietermaet, Claas Mooij en Dirk HarmenszKuijper ontvangen f 200.- om de doodschulden van Pieter Mooij tevoldoen.23-03-1728 Claas Dirksz Mooij ontvangt de goederen en heeft inplaats hiervan enige effecten boven gebracht die in het nieuweregisater op dato als boven zijn geregistreerd 1368 .4-2-1710 De Eers. Erasmus Pietersz Richter, Jan Dirksz Moij en Claesde Vogel, overluijden v/h Bakkersgilde leggen verkl. af o.v.v. denHooftofficier Mr. Anthonij Houttuijn over rustverstoring hunnervergadering door den backer Mens Harmensz Vos, daarbij geassisteerddoor de backers Claes Taalman, Jacob Pietersz Kat en Dirck Plecker.Get.: Pieter Dekker en Frans Pont 1369 .26-1-1728 de Eers. Pieter Jansz Mooij, siek te bedde, testeert.Univers. erfgen. zijn de jongste 3 kinderen van zijn oom Claas Mooijgeteelt bij Trijntje Pieters Bakker te weten Semmetje, Pieter en JanClaasz Mooij, woonende te Monnickendam 1370 .5624. Jan Ternee, tr. Nijmegen 16-2-16525625. Lijsbeth Jans Leesten.5648. Jan Jacobs, tr. Baijem 26-3-16495649. Antje Minnes.Bij het huwelijk was hij afkomstig van Hallum, zij van Welsrijp.Bij het huwelijk wordt zij overigens ‘Trijntje’ genoemd. Defiliatie met Minne Jans behoeft wel nader bewijs. Voorlopig neem ikde filiatie aan op basis van plaats, tijd en vernoeming.Een Jan Jacobs, herbergier, tr. Doetje Ipes; zij doen op 30-3-1679belijdenis te Welsrijp. Uiteraard kan het om een andere man gaan.Uit dit huwelijk (allen ged. Welsrijp):1. Minne, (= nr. 2824).2. Foeck, ged. 30-9-1649.3. Jacob, ged. 30-9-16494. Claes, ged. 18-8-1652.5. Berber, ged. 19-6-1655.5650. Rommert Roelofs, overl. v. 30-11-1663, otr. (1) Wommels/Hidaard1-3-1640 Tietje Clases, van Menaldum, overl. 1648 ‘in de craem’,tr. (2) Wommels/Hidaard 19-5-16505651. Sytske Lolkes, van Menaldum, overl. na 30-11-1663.Op 30-11-1663 1371 is Rommert overleden, want dan wordt deze akteopgemaakt: Reyloff Rommerts, 21 jaar, mede vanwege zijn twee (!)zusters, als kinderen van Rommert Roelofs en zijn eerste vrouw TiedClases. Curator over hen is Douwe Riurdts, dorpsrechter te Wommels.Het gerecht heeft bepaald dat er een decretale verkoop moet komen,


ook om tot een scheiding te komen met hun niet met name genoemde‘stypmoeder’ (het moet overigens gaan om Sietske Lolkes).Die gerechtelijke verkoop heeft zijn beslag gekregen voor 20-5-1664 1372 , want dan komt Roelof, 21 a 22 jaar oud, vanwege zijnzusters en gesterkt met zijn curator Douwe Ruirdts, om de eerstetermijn van verkochte huizinge van de kopers te ontvangen endaarvan de kwitantie te laten passeren.Uit het eerste huwelijk (allen ged Wommels/Hidaard; moeder genoemdin 1641, overlijden vermeld in 1648):1. Claes, ged. 16-5-1641 (genoemd: grootvader: Reilef Egberts).2. Reilif, ged. 11-2-1643 (genoemd: grootvader: Reilef Egberts).3. Tiettie, ged. 31-3-1648 (moeder overleden ‘in de craem’).Uit het tweede huwelijk (allen ged Wommels/Hidaard; moeder nietgenoemd):4. Lysbet (= nr. 2825).5. Antie, ged. 5-4-1657.6. Lolcke, ged. 13-11-1659.7. Riemcke, ged. 14-12-1662.5652. Dirck Ysbrands, geboren Midlum, ged. Wijnaldum op belijdenis desgeloofs 8-1-1643, boerenknecht bij Sierck Jarichs, overl. Achlum1666, tr. (1) Wijnaldum 17-1-1652 Jets Jans 1373 , geb. ca. 1600,overl. Wijnaldum 20-12-1655, dochter van Jan Cornelis (= nr.11308) en Anna Gerbens. Jets Jans tr. (1) Barradeel (gerecht)28-6-1626 Sierk Jarichs, geb. ca. 1590, boer op plaats 7 teWijnaldum, Tietse of Tjitsma genaamd, steenkoper namens deVolmachten Buitendijks (ca. 1629), ouderling en kerkvoogd van deHervormde Kerk te Wijnaldum, overl. Wijnaldum 19-1-1648.Dirck Ysbrands tr. (2) Wijnaldum 5-2-16605653. Tietje Joukes, DG, ged. op belijdenis Wijnaldum 9-12-1656, overl.v. 1677.Een Tietje Joukes wordt gedoopt op belijdenis op 9 december 1656 inWijnaldum als kind van Jouke Joukes en een niet genoemde moeder.Jets Jans is volgens de lidmate<strong>nl</strong>ijst van de Herv. Kerk teWijnaldum "van nyeus aangekomen 5-1-1632 ende is in den Heeregerust den 20 dec. 1655 's morgens en op het zuyd van 't kerckhofbegraven" (te Wijnaldum). Zij tr. (1) 28-6-1626 voor het gerechtvan Barradeel met Sierck Jarichs; alleen Sierck tekent de acte,Jets kan niet schrijven. Hij was geboren omstreeks 1590 enouderling en kerkvoogd der Herv. kerk te Wijnaldurn, alwaar ookzijn naam voorkwam op de in 1637 opgehangen kerkklok.Sierck was boer op plaats nummer 7 te Wijnaldum, Tietse of Tjitsmagenaamd. Als zodanig komt hij voor op het stemkohier van 1640;eigenaar is dan de overste Liauckema. Omstreeks 1629 werd Sierckdoor de Volmachten Buitendijks gekozen als steenkoper. Volgensgenoemde lidmate<strong>nl</strong>ijst is Sierck op 27-1-1632 "van nyeus aangekomenmet sijn wijff; hij is verstorven 19-1-1648 op een woensdagavond omnegen uur, oud 57 jaar" (te Wijnaldum).Jets tr. (2) 17-1-1652 te Wijnaldum met Dirck Ysbrandts, van Midlum(= nr. 5652); volgens de lidmate<strong>nl</strong>ijst van de kerk te Wijnaldum washij aldaar geboren als zoon van Ysbrand Melchers. Op 8-1-1643 werdDirck te Wijnaldum op belijdenis des geloofs gedoopt. Hij wasboerenknecht, aanvankelijk bij Sierck Jarichs, en stierf in 1666 teAchlum "naa 't o<strong>nl</strong>eegen van de hooytijt".Op 29-12-1655 werd de inventaris opgemaakt van het sterfhuis vanJets Jans 1374 . De inboedel werd op papier gezet op verzoek vanGerben Jansen, broer van Jets, Schelte Symons, wegens zijn kinderenbij Dirckien Jans; Cornelis Cornelissen, van Jellum, ‘eenbroerderszoon’, allen erfgenamen ab intestato van wijlen Jets.


In deze inventaris werden o. a. genoemd: een uyttrekkende taeffel,een boeckkas, een glascas, twee blauwe losse bancken, negen stoelenin 't sael, twee spiegels, een schilderije, drie spinwielen,veertien oorcussens, twaalf deeckens, zeven bedden, twee en dertigtaeffellakens die bij de erffgenaemen gedeelt sullen worden, eenkeesketel, een coperen panne, een mescken candelaer, acht mesckenblaeckers, een vogelkoy, een schuymspaen, een vuyrtest, twee tinnenbeeckers, vier en twintig tinnen lepels, twee tinnen candelaers,twee tinnen pispotten, elf bierglasen, twee steenen roompotten,veertig pannen met de schalen, vijf koppen, tien halsdoeken, eencappe, vier mutsen, een silveren knoop, een vingerhoedt, eenbrandewijncroeske, zes en veertig groene koekeesen, vierschapekeesen, achttïen melckkoeyen, drie enterrieren, vierhocklingen, een bolle, vier peerden, vijf schapen, een bargh,achttien eynden, zes hennen, een grote foliante bijbel, een testament,een acte van de huysinge en ontruyminge sodanich aen SierckJarichs is overgedragen bij de Ed. G. Heere Liauckema voor 5800 g.gld. de dato 21-12-1627, een obligatie tot laste van Gerben Jans enPijttie Ruerts.Bij het huwelijk was hij afkomstig van Achlum, zij van Wijnaldum.Er was attestatie afgegeven naar Achlum.Uit het tussen Dirck Ysbrands en Tietje Jouckes (allen ged.Achlum/Hitzum):1. Bets, ged. 31-3-1661.2/3. Bartele, (= nr. 2826)/Jouke, ged. 21-6-1663.4. Jouke, ged. 5-5-1665, mr. bakker te Sexbierum, overl. tussen 10-3 en 13-3-1708, tr. Sexbierum19-1-1690, afkomstig van Sexbierum, Loike/Leyck Anes, afkomstig vanSexbierum, ged. Sexbierum 15-2-1663, dr. van Ane Gerbens en AtjePieters. Jouke en Leyck laten te Sexbierum dopen: 1. Dirk, ged. 1-2-1691, 2. Ane, ged. 23-4-1693, 3. Attie, ged. 9-6-1695, 4. Dirck,ged. 7-2-1697, 5. Leuike, ged. 2-1698.5654. Symen Jansen 1375 , geb. Wijnaldum aan de Oude dijk na 1613, ged. opbelijdenis des geloofs Wijnaldum 10-8-1645 aldaar, huisman teWijnaldum, overl./begr. Wijnaldum 28-1/1-2-1667, tr. Wijnaldum26-4-16575655. Jetske Gatses, overl. Wijnaldum 13-5-1677 (een zondag), begr.Wijnaldum, tr. (2) Wijnaldum 9-5-1669 Pieter Wybes.Bij hun huwelijk is Symen afkomstig van Wijnaldum, Jetske vanHitsum.Op 5-3-1662 1376 is Symen Jansen, huisman te Wijnaldum, curator overde kinderen van Aene Tiepckes en Attie Sirckes.In 1656 kwam Symen weer met attestatie van Harlingen. Hij stierf28-1-1667 te Wijnaldum en werd aldaar op 1 febr. d.a.v. "op 't zuydvan de kerk bij sijn kinderen begraven". Hij tr. Wijnaldum 26 april1657 Jetske Gatses, van Hitsum, overl. Wijnaldum 13 mei 1677; zijhertr. Pijter Wijbes.Op 8 maart 1670 werd de inventaris van het sterfhuis van SijmenJans opgemaakt. Hierin komen o. m. voor: een eecken kist, achttienstoelen, een glas met een boeckcas en kackstoel, negen en dertigslaepiakens, kindergoedt, twaalf stoelcussens, een slaghwerck enwecker, zestien koeyen, drie rieren, twee hocklingen, een enter,een bolle, twee kalven, drie paerden, een bargh, drie wagens, drieen dertig manshembden, zes vrouwenhembden, twaalf neusdoecken, eenswart lakens mantel (Rinse Jans voor de helfte toebehoorende en hemin 't geheel toegestaen), twee silveren lepels daerop boven demercke geïngraveert G T, S I en I G (monogrammen van Sijmensschoonvader (?), van Sijmen zelf en van zijn vrouw), nog tweezilveren lepels daerop de mercken gesneden SF en G C (mogelijk


afkomstig van Sipke Freerks en Geertie Claesdr.), een silverenkaeisel (= nr. sleutelketting) met zeven mesken (= nr. koperen)sleutels op de haeck, geteekent ‘Geert Jans 1613’, vier p.m. losselandt - der kinderen oom Rinse Jans een p.m. toebehorende - gelegenonder Wijnaem aan de buyrefenne, nog zeven p.m. over hooge en leegegelegen in Sipke Freerks gebruykende plaats toe Wijnaem, vier halverosenobels, drie stuckies gold, zes en twintig schellingen; ook is‘aen wijlen Sijmen Jans aenbeervet van sijn moeder aen brieven engoldt, sampt cooppenningen van de aenpart der affcoop van de satebij Sipke Freerks en Rinse Jansen gebruyckt werdende de somma van3667 g. gld.’.7. Geertie Sijmens, (= nr. 2827Van de acht kinderen van Sijmen Jans bleven uiteindelijk alleenGeertie (= nr. 2827) en Symen in leven. Deze bezaten, gezame<strong>nl</strong>ijkmet hun neef Jan Gerbens, stukken land te Wijnaldum. Een deeldaarvan verkochten zij op 21-10-1710 voor 1248 cg. aan Attie JansOngeboer, weduwe van jonge Dirk Ypes Hollander (Barr. Q 11).Symen vervulde jare<strong>nl</strong>ang aalerhande kerkelijke functies inWynaldum 1377 .Uit dit huwelijk (allen ged Wijnaldum, moeder niet genoemd):1. Jan, geb./ged. 2/7-3-1658.2. Trijntje, geb./ged. 14/16-10-1659, overl. 27-11-1659.3. Jan, geb./ged. 1/7-10-1660, overl. 8-11-1660.4. Trijntje, geb./ged. 19/20-10-1661, overl. 19-11-1661.5. Jan, geb./ged. 10/11-1-1663, overl. 1-2-1663.6. Geertje, geb./ged. 6/7-8-1664, overl. 19-9-1664.7. Geertje (= nr. 2827).8. Symen, geb./ged. 27-28(!)/31-3-1667, huisman op Wijnaldum plaats7, Tjitsma genaamd, overl. Wijnaldum 12-1712, tr. (1) Wijnaldum 29-1-1688 Kniercke Sjoerds, geb. Pietersbierum, overl. Wijnaldum 1703,dr. van Sjoerd Jacobs en Jouck Lolckes, Symen tr. (2) Wijnaldum 20-10-1709 Afke Rienks.Bij zijn doop te Wijnaldum 27 op 28 maart 1667 was aanwezig RinseJansen, volle oom, ("is naa sijn eygen vader genoemt, alsoe hij eenwijle tijts voor sijn geboorte is gestorven"), ten doop gehoudendoor zijn oom Rinse Jans.In het huisarchief van Liaukema komt onder no. 121 een memorie voorbetreffende de plaats Tjitsma. De plaats werd in 1713 na de doodvan Sijmen Sijmens getaxeerd en bleek toen te bestaan uit eenhuisinge, schuire, watermolen, etc. met de plantagie.Uit de twee huwelijken van Sijmen Sijmens werden negen kinderengeboren, die in leven bleven. Deze tak is niet verder uitgewerkt.5656. Hans Sickes, tr. ws. als ‘Hans Vrijman’, soldaat, Harlingen24-8-16285657. Syts Hansedr., van Harlingen.Uit dit huwelijk (allen ged. Harlingen):1. en 2. (tweeling) Ebe en Stijnke, ged. 26-2-1637.3. Tyetske, ged. 17-6-1638.4. en 5. (tweeling) Hans (= nr. 2828) en Sytske, ged. 14-10-1642.6. Styntie, ged. 8-10-1643.5696. Doede Gabes, geb. ca. 1616, overl. v. 3-3-1690, tr. 16385697. Taets Meinderts.Bij het opmaken van de weesrekening van zijn vader (zie hieronder)is hij, in een bijschrift uit 1642 ‘ouer de ses en twintig jaren’.Ook op 3-3-1690 is sprake van de erfgenamen van Doede 1378 .Op 23-2-1691 1379 maken de kinderen van wijlen Doede en Taets eenscheiding op. Het zijn: Gabe Doedes, huisman onder Wouterswoude;


Hein Doedes, huisman onder Wouterswoude; Sjoerd Doedes, huismanonder Wouterswoude; Meindert Doedes, huisman onder Driesum enRinnert Pieters, man van de overleden Martien Doedes. De kinderenkrijgen elk 803 cg., 16 st.; in de akte is ook sprake van een SierdDoedes; iedereen zet een handtekening.Op 31-3-1696 1380 is Sjoerd Doedes, man van Wytske Hoppers,overleden. Curatoren over zijn kinderen zijn dan zijn broers, Heine(= nr. 2848) en Meindert Doedes, ooms van vaderszijde. Kinderen:Doede (in het 11e jaar) en Betske Sjoerds (6e).Uit dit huwelijk:1. Gabe Doedes.2. Heine Doedes (= nr. 2848).3. Sjoerd Doedes, overl. v. 31-3-1696, tr. Wytske Hoppers.4. Meindert Doedes.5698. Pieter Geerts, overl. ca. 1672, tr.5699. Antje Harmens, overl. 1702, tr. (2) 1672 Hattum TabesEr zijn in 1672 twee kinderen: Aucke en Bauckje Pieters. De dochteris dan al getrouwd met Heine Doedes. Bij de scheiding is onderandere sprake van hun bestevader; Geert Thijsses. Opgenomen is ookeen handtekening van Heine Doedes.5712. Boote Luitjens, geb. ca. 1628, boer op De Triemen te Westergeest,dorprechter en ontvanger te Westergeest,overl. Westergeest(Triemen) tussen 19-1-1678 en 2-12-1679, dorpsrechter en ontvangerte Westergeest, tr. (2) v. 20-6-1668 Trijn Jans, overl. v.26-10-1673, dr. van Jan Pijters, te Twijzel en TrijntjeHarings 1381 , tr. (1) Johannes Lubbes Meetlum/Metelen.Bote Luitjens tr. (1) v. 3 mei 16545713. Vrouw/Froucke Jeens, overl. v. 20-6-1668.Op 21-6-1652 wordt Bote Luitjens genoemd als erfgenaam van LuitjenBotes.Op 3-5-1654 1382 doet Bote rekening als man van Frou Jaens, zij zijnerfgenamen van Jeen Gerbens.Op 10-5-1654 wordt hij genoemd als crediteur in een autorisatie.Op 9-8-1665 wordt Bote, oom van vaderszijde, curator over Sijcke enMartien Johannes, nagelaten dochters van wijlen Johannes Luitjensen Hiltie Saepes.Op 20-6-1668 zijn Focke Jennis (Jeens?) en Egberts Jans, beiden opKollumerzwaag, curatores divisiones over de kinderen van wijlenFrou Jeens, bij Bote Luitjens in echte verwekt. Hij is nu hertrouwdaan Trijntje Jans.Diezelfde dag wordt de inventaris van Vrouw opgemaakt 1383 . Haarkinderen zijn Luitjen Botes (in het 13e jaar); Martien Botes (inhet 10e jaar) en Jeen Botes (in het 7e jaar). Er is onder anderesprake van landen te Kollumerzwaag en genoemd wordt een obligatiemet Egbert Luitjens d.d. 7-11-1668. De profijtelijke staat bedraagtruim 9405 cg. Op 14-5-1671 volgt dan de scheiding, waarbij blijktdat Bote bij het huwelijk ruim 2099 cg. ingebracht heeft en Vrouw1719 cg. De kinderen krijgen uiteindelijk ieder ruim 992 cg.Op 26-4-1673 is Bote voormomber over zijn nichtjes Martien enSijcke Johannes. Op 15-5-1667 is er een scheiding geweest en meneist nu van hem dat hij ‘rekeninge, bewijs, reliqua’ doet van zijnadministratie.Op 24-10-1673 is er een scheiding tussen de twee kinderen uit detwee huwelijken van Trijn Jans. Bij wijlen Johannes Lubbes kreegzij Lutske, oud 8 jaar; bij Bote kreeg zij Jan.Op 26-2-1675 is Bote curator over Lutske, dochter van de overledenJohannes Meethum en Trijntje Jans, de tweede vrouw van Bote.


Op 14-11-1676 is hij curator over Grietje en Haye Gerrits, dekinderen van de overleden Gerrit Hayes en van Eelts Jans en AntieFoppes.Op 19-1-1678 blijkt Johannes Luitjens, man van Hiltie Saepes tezijn overleden. Tot curator wordt dan benoemd Fedde Jansen,ontvanger en dorpsrechter te Oudwoude, in plaats van Bote Luitjens,oom van de kinderen. Onduidelijk is, waarom die aflossing komt,wellicht was Bote al overleden, maar dat is in ieder geval zo op 2-12-1679, als Folckert Jellis, te Wetzens en Brucht Bruchts, teAugustinusga curator worden over de kinderen.Op 3-12-1679 1384 wordt een inventaris opgemaakt in het sterfhuis vanBote Luitjens, rechter en ontvanger te Westergeest. De kinderenzijn: Luittien Botes, meerderjarig; Martien Botes (in het 23ejaar); Jeen Botes (in het 21e jaar) en uit het tweede huwelijk: JanBotes (in het 9e jaar) 1385 . Het beschreven sterfhuis bestaat uit eenbinnenhuis en een acherthuis ‘sampt hovinge’, en een derde part vande ‘zate landen daaronder behorende’ (de rest is in handen vankapitein Hanekroot, namens zijn vrouw). Er is een deel van eenklein plaatsje, gebruikt door Harmen Johannes (het overige deel isin bezit van de kinderen van Johannes Luitjens); twee pondematenmieden op Oldwoldemeer, met Bote Ballings; land op de Langebroeck;er is sprake van bouwland te Westergeest. Opgenomen zijn verderenkele aankopen van Bote en Vrou; er wordt gerefereerd aan eeneerdere scheiding en er zijn aankopen van Bote en Trijntje. Er zijn12 koeien, 3 vaarzen, 1 entervaars, 5 paarden, 4 schapen, 3varkens. De levende have is getaxeerd op 2200 cg. Aan liggendzilvergeld: ruim 118 cg.; aan goudgeld ruim 294 cg. Bij deinschulden staat een obligatie vermeld op Trijn Ebsedr. en RomckePyters, d.d. 6-5-1679. Bij boeken worden genoemd een bijbel en eentestament. Bij de uitschulden staat vermeld dat Sybren Jans Cuipervoor het maken van de doodkist van Bote Luitjens 40-12-0 krijgt;aan leedbier is 26-9-0 opgedronken; aan leedbrood is 12-0-0opgegaan en aan diverse winkelwaren voor de begrafenis is nog eens5-18-0 besteed.In totaal krijgen de drie voorkinderen ruim 3117 cg. en Jan Boteskrijgt ruim 309 cg. Kort daarop volgt de scheiding 1386 waarbij onderandere opgemerkt wordt dat Martien en Jeen door het Hof vanFriesland meerderjarig verklaard zijn 1387 .Op 22-9-1680 wordt Pytter Meinaerts curator over de nagelatenkinderen van Bote en Trijntje.Op 2-2-1686 1388 maken de erfgenamen van Bote Luitjens en de kinderenvan zijn eerste en tweede vrouw een scheiding van de ouderlijkegoederen. Martien Botes en haar man Rinze Minnes; Ymck Wybes alsmoeder van Bote Jeens, vrouw en kind van wijlen Jeen Botes: LuitjenBotes voor zichzelf en als curator over Jan BotesUit het eerste huwelijk:1. Luitjen, (= nr. 2856).2. Martien 1389 , geb. ca. 1657, overl. v. 5-7-1694, tr. Rinse Minnes,overl. v. 3-6-1694. 1390Op 5 juli 1694 wordt de inventaris opgemaakt in het sterfhuis vanMartien Botes, op verzoek van Thomas Hedts en Luitjen Botes. 1391Zij is overleden op de “Weerdebuiren”. Bij de uitgebreidebezittingen staan bij het aanwezige zilver onder meer de hierboven


al genoemde twee kettingen vermeld, met daarop gegraveerd de naamvan haar moeder, Vrouw Jeens, en het jaartal 1652.Het echtpaar Martien Botes en Rinse Minnes heeft een zoon, BoteRinzes, die geboren is rond 1683.Die Bote laat in de periode 1710 tot 1717 te Kollum vier kinderendopen, waarvan er twee in leven blijven: Lutske en Martjen. 1392Martjen wordt gedoopt op 15 september 1715. Zij trouwt te Kollum op25 mei 1738 Focke Hylkes Eskes. Over zijn familie is eerdergepubliceerd. 1393 Daarbij wordt opgemerkt, dat een substantieel deelvan de puissante rijkdom van de familie Eskes afkomstig is uit defamilie van Martjen Botes. Van die geldelijke overvloed van Martjenis een glimp bewaard gebleven: een zogenaamde châtelaine, of inrond Fries het “sydsulver”. De gordel is vervaardigd door deDokkumer zilversmid Thomas Sibrand Hicht en heeft op de achterzijdeeen inscriptie: “Martien Bootes anno 1679”. 13943. Jeen 1395 , geb. ca. 1660, overl. v. 2-2-1686, tr. Imke Wybes, tr.(2) v. 4-5-1686 Heine Rempts.Uit het huwelijk tussen Jeen Botes en Imke Wybes in ieder geval eenzoon, Bote Jeens, die geboren is rond 1683. Zijn curator is in 1686zijn oom, Luitjen Botes. 1396Uit het tweede huwelijk:4. Jan, geb. ca. 1664, overl. Triemen tussen 9-2 en 3-3-1703.Op 3 maart 1703 wordt de inventaris van Jan Botes opgemaakt. 1397Uit die akte valt op te maken, dat hij – althans op dat moment -ongehuwd was. Bij het beschreven zilver onder andere een beker,gemerkt “B.L.T.J. 1670” en vier zilveren lepels, waarvan er ééngegraveerd is: “L.B.M.J.”.5714. Mient Poppes, geb. ca. 1616, huisman op ‘t west van Kollum, overl.v. 18-8-1671, tr. (1) Neeltje Jans, overl. v. 2-4-1644, tr. (2) v.16-3-1649 Lolck Siercxdr, tr. v. 24-10-1631 Eylert Lous, dr. vanSierck Wybes en His Jacobs. 1398Mient Poppes tr. (3)5715. Romckjen Johannes, overl. v. 6-1674, tr. (2) v. 18-8-1671 JanBrants.


Meent Poppes (sic!) is in 1640 deels eigenaar van Kollumerzwaagstem 8: ‘Meent Poppes zelfs met zijn zusters en broeders voor deene helfte, en de erven van Hendrik Mients voor de andere helfte’.In 1728 is Rodmer Sierks eigenaar en bruiker.Op 20-6-1645 en 16-3-1649 1399 komen Mient en zijn vrouw Lolck samenvoor en op 2-4-1644 1400 is sprake van Jan Mients, het kind vanNeeltje Jans bij Mient Poppes.Op 6-3-1661 1401 zijn Tamme en Sape Folkerts, gebroeders, onderKollum, curatoren over Hiltie en Tierck Johannes, kinderen vanwijlen Johannes Folckerts en Geertje Reins, echtelieden, in tijdenonder Augsbuur. Hun broer Folckert Johannes is o<strong>nl</strong>angs overleden ende curatele geschiedt op het verzoek van Mient Poppes en JacobEesges, aangehuwde zwagers.Op 11-4-1662 1402 is Mient Poppes, huisman op ‘t west van Kollum,cur. div. over Poppe Gerrits, zoon van zijn zus, Antie Poppes enGerrit Hayes.Op 26-8-1665 1403 is Mient Poppes, op het west van Kollum curator encurator calculi over Tierk Johannes (16), zoon van wijlen JohannesFolckerts en Geertje Reins, in tijden echtelieden, wonend enoverleden op de Utterdycken. Auckjen Rinses, weduwe van SapeFolckerts moet bewijs doen van de administratie van hetcuratorschap van haar overleden man, Sape Folckerts. Hij is sedert18-11-1661 curator geweest over zijn jongere broer Tierk.Op 18-8-1671 1404 is Mient Hayes cur. div. over de weeskinderen vanwijlen Mient Poppes en Romkjen Johannes, die opnieuw getrouwd ismet Jan Brants.Uit het eerste huwelijk:1. Jan Mients.Uit het derde huwelijk:2. Johannes Mients, geb. ca 1661.3. Gertie Mients (= nr. 2857).4. Folckert Mients, geb. ca. 1667.5716. Jacob Harmens, huisman te Oudwoude, overl. Oudwoude v. 3-7-1693,tr.5717. Hendrikje Sapedr.Jacob woonde in 1659 met Hendrikje te Veenklooster.Op 3-7-1693 1405 vindt een inventarisatie plaats in het sterfhuis vanJacob Harmens; zijn vrouw is dan ook al overleden.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Sape Jacobs.2. Sierck Jacobs.3. Teeke Jacobs (= nr. 2858).4. Aefke Jacobs, tr. Uilke Hendriks.5. Gerrit Jacobs.6. Hiske Jacobs, tr. Meindert Eltses.7. Yetske Jacobs, geb. ca. 1677.5718. Libbe Taeckes, geb. ca. 1635, overl. v. 24-9-1673, tr. v.24-3-16635719. Hiske Poppes, tr. (2) Hendrik Minses.Op 22-4-1663 is hij gebruiker van de huizinge, sate en landen,gelegen aan de zandweg onder Oudwoude, die door hem en de verdereerfgenamen van zijn moeder wordt verkocht.Op 24-3-1663 koopt het echtpaar, dan onder Veenklooster samen metJacob Harmens en Hendrikje Sapedr (= nr. 5716/7), echtlieden ‘op ‘tFeen’ onder Westergeest, gezame<strong>nl</strong>ijk de helft van twee akkers land.In deze aankoop ligt een aanwijzing dat Hiske Poppes een dochter is


van Popcke Waelckes en Lysbeth Jacobs, de oom en tante van JacobHarmens, zoon van Harmen Jacobs.Op 30-1-1666 is Libbe Taeckes medekoper van de state, sate e<strong>nl</strong>anden ‘Feenklooster’ genaamd, van de erven Fogelsangh.Op 25-4-1667 koopt het echtpaar, dan te Kollumerzwaag, een half madmieden.Op 24-9-1673 vindt er inventarisatie plaats in verband met hethertrouwen van de weduwe van Libbe Taeckes. Curatoren zijn PieterFoeckes op ‘t Veen en Femme Jargs te Kollumerzwaag. De laatste zaleen volle neef zijn van de overledene. Moeder en stiefvader moetende kinderen onderhouden, als zij 16 jaar zijn, moet aan ieder 25cg. worden uitbetaald.Uit het huwelijk:1. Trijntje, geb. 1661/2, tr. Jelle Tjeerds.2. Dirckien, geb. 1663/4.3. Teeke, geb. 1665/6, tr. Dedtie Teekes.4. Grietje (= nr. 2859).5740. Haye Hayes, tr.5741. Frytsen Hylkes.In 1640 is Haye boer op stem 9 te Oostermeer en eigenaar van destemmen 22 (voor de helft) en 24 (een deel).5762. (?) Oene Dirks.5776. (?) Hoyte Annes, te Peins, overl. v. 12-12-1650, tr. (gerecht)Franekeradeel 5-8-16335777. (?) Jets Luitjens, overl. na 12-12-1650.Bij het huwelijk is hij afkomstig van Peins, zij van Tzum.Opmerkelijk is dat aan het huwelijk een verklaring van het Hof vanFriesland voorafgegaan is.Op 12-12-1650 1406 zijn Sjoerd Pijters tot Driels(?), aangetrouwdeoom en Rienck Pijters en Watse Siercx, beiden naburen, curatorenover de kinderen van de overleden Hoyte Annes en zijn (levende)vrouw, Jets Luitjens (in de daaropvolgende akte worden zij weervermeld, doch dan slechts alleen in een aanhef). Kinderen: Sydts(17); Luitjen (14); Antie (12); Gerlts (9); Grietje (6) en Douwe(4).Uit dit huwelijk:1. Sydts Hoytes, geb. ca. 1633.2. Luitjen Hoytes (= nr. mogelijk 2888).3. Antie Hoytes, geb. ca. 1638.4. Gerlts Hoytes, geb. ca. 1641.5. Grietje Hoytes, geb. ca. 1644.6. Douwe Hoytes, geb. ca. 1646.5778. (?) Epke Jans, te Ried, tr. Schalsum 1-1-16505779. (?) Atje Rienks.TRE FRD 125 288:Epcke Jansen en Atie Riencx te Rijed verklaren op 2-5-1650 geldschuldig te zijn aan zekere Sijbe Sijbrens en Hiltie Heijns.Bij huwelijk was hij afkomstig van Tzummarum; zij van Schalsum. Hetis onzeker, of het om de goede ouders gaat; ze zijn voorlopigopgenomen op basis van tijd, plaats en vernoeming. Nader onderzoek.5824. Pieter Johannes, geb. Wons, landbouwer te Ludingakerk, overl.Tzummarum ca. 1665, tr. Harlingen 8-16275825. Luick Thomas.


Bij het huwelijk was Pieter afkomstig van Midlum en Luick vanSexbierum.Een Pieter Johannes en een onbekende moeder laten op 26-9-1647 eendochter Alijt dopen.5828. Hobbe Timens Donia, geb. ca. 1611, afkomstig van Midlum,gedeputeerde vijf deelen dijken buitendijks te Midlum (1655),overl. Midlum 1667, v. 10-11, tr. (2) Kimswerd 24-5-1659 TrijntjeHarmens, afkomstig van Kimswerd.5829. Hiltje Heins, van Witmarsum.NT 13.100: WON S 4 nr. 59 15-4-1602Invent en scheid ten sterf van Hil Jans, overl. Witm.wed is HeinFolckerts, huisman ald. Kinderen: Rints en Wybe (7 en 4jaar)Voorkinderen eerste huwelijk: Wybe Aetez: Jan, Rienck en TethWybes (21, 14 en 17 jaar( scheiding tegel. Tussen voornoemdekinderen en de wed. Hein.Ooms/cur. Olfert Jans en Duede Aetes.NT 13.103: WON S 27 nr. 82 4-1-1631Weesrekening vanaf 13-6-1627 door Jelbe Alles en Wybe Heins, beidente Witmarsum, curatoren over Fokert, Hiltje en Tetke Heijns,kinderen van Hein Folckerts en Teth Alledr, in leven echtelieden teWitmarsum.NT 13.103: WON S 27 nr. 83 27-3-1627Inventarisatie en scheiding van van ten sterfhuize van HeinFolcerts, in leven huisman te ‘Gernseraburen’. Weduwe is TethAlles.af 13-6-1627 door Jelbe Alles en Wybe Heins, beiden teWitmarsum, curatoren over Hiltje (13), Folckert (6) en Tetke (3)Heijns, kinderen van Hein Folckerts en Teth Alledr, in levenechtelieden te Witmarsum.Voorkinderen bij eerste vrouw Hill Jans: Rins (32) en Wybe (28)Heins. Scheiding: 13-6-1627 tussen kinderen en de weduwe.Mogelijk zijn dit de ouders van Hein en Teth:Registers van de personele impositie:Wonseradeel, Witmarsum, Folckert Heijn z, 3 cg.Wonseradeel, Witmarsum, Alle Baucke z, 1.5 cg.Rekken oer it boekjier 1606/1607 fan deûntfanger-generaal fan de kleasteropkomsten yn Fryslân,Joannes Henrici Rhala, útjûn troch P. Nieuwland en J.A. Mol:* 905 Aengium clooster Folckert Heyns 7 pond. saedlandt,Rollingawier, à 50 st. 17-10-0WON S 31 (= WON 128 oid), nr. 29 17-4-1632:Weesrekening vanaf 27 maart 1627 door Jelbe Alles en Wybe Heins,beiden te Witmarsum, curatoren over Hiltje Heijns (x Hobbe Timens),kind van Hein Folckerts en Teth Alledr, in leven echtelieden teWitmarsum.WON S 33 nr. 34 18-2-1634Weesrekening vanaf 27 maart 1627 door Jelbe Alles en Wybe Heins,beiden te Witmarsum, curatoren over Folckert en Tettie Heijns,kinderen van Hein Folckerts en Teth Alledr, in leven echtelieden te‘Gemseragebuirte’ onder Witmarsum.Hobbe ontleende de familienaam Donia aan de gelijknamige zate teWijnaldum, die vanaf circa 1642 tot 1668 in zijn bezit was.‘GESCHIEDENIS VAN DONIA-STATE TE WIJNALDUM 1407 .


Reeds in het Register van Aanbreng van 1511 is sprake van eenzekere Gerit Doynghe, die te Wijnaldum 55 pondematen grond in pachtheeft.Qok in de Nieuwe Aanbreng van de Buitendijksteren landen van 1546wordt gesproken van Doenge State, waarvan Sircken Donije‘lantvrouw’ is.Het goed is dan 58 pondematen groot en werd ten noorden begrensddoor Aldehuystere saete en Nijehuysteresaete.Bruikers van ‘fennen, saetlandt, greydlandt, Doenge huijssteedt,mieden en nog een huyssteedt’ waren Ulbe Wijnarezoon en BauckeUthezoon.Het is duidelijk, dat Doenghe-state of Doenghe-huijssteedt identiekis met Donia-state. Temeer daar als eigenaar Sircken Donije ofDonia genoemd wordt.Het is interessant om na te gaan wie deze Sircken Donia was.Voor zover ik kon nagaan komt in de genealogie Van Donia slechtseenmaal in deze periode een Sierckjen van Donia voor.Zowel het Wapenboek van Abraham Ferwerda als het Stamboek van deFriese Adel van De Haan Hettema stemmen daarin overeen.In beide gevallen betreft het de dochter van Sierck Donia en BeytsPijbes Haerda.Laatstgenoemde stamde uit het eveneens in Barradeel gelegen Haerdas1ot,waarvan thans nog resten in Oosterbierum te vinden zijn.Vermoedelijk was de in 1511 genoemde Gerit Doynghe dezelfde alsSierck Donia, de vader van Sierckjen.Het is nu eenmaal niet uitgesloten, dat men het oude en dikwijlsonduidelijke schrift uit 1511 niet zo goed kon ontcijferen.Bovendien komt in de genealogie Van Donia geen Gerit voor; althansik vond er geen.Sierckjen van Donia huwde met Gosse Gosses van Aebinga. Zijoverleed in 1524, hij in 1515.Ondanks haar overlijden in 1524 werd Sierckjen in 1546 nog‘lantvrouw’ genoemd.Mogelijk hadden haar nakomelingen of andere familieleden Doniastatenog in hun bezit.Geruime tijd is over deze state te Wijnaldum geen enkel gegeven tevinden.Uit het Proclamatieboek van Barradeel is bekend, dat Jan Cornelis(de grootvader van Jan Gerbens Laansma) in 1619 stukken grond teWijnaldum bezat, die behoord hadden tot ‘Donia-sate’.Deze grond had hij gekocht van Sjuck van Burmania, wiens vooroudersook Gratingaslot te Almenum in eigendom hadden.Voor 1640 moet een zekere Meiner Saves eigenaar geworden zijn.Het is niet uitgesloten, dat hij een zoon was van en behoorde totde erven van Saeff Hendricks, die voorkomt in een transportakte uit1623 betreffende een verkoping te Wijna1dum.In dat geval kan Donia circa 162O reeds eigendom zijn geweest vande ouders van Meiner Saves.Pachter in 1640 was Hobbe Tijmens volgens het stemkohier van datjaar. Over Hobbe is wel het een en ander bekend.Uit een hypotheekacte van 1639 weten we, dat hij gehuwd was metHiltie Heijns en dat hij in Midlum woonde.Uit hun huwelijk werden zeker zeven kinderen geboren, die hiernazullen worden genoemd in een transportacte.Hobbe Tijmens was Gedeputeerde van de Noorderzeedijk, een onderdeelvan de Vijf deelen Zeedijken Buitendijks.Alszodanig was hij door de volmachten van Franekeradeel gekozen,wat tevens betekende, dat hij een invloedrijk man was in Midlum enomgeving.Hij bekleedde deze functie in elk geval tussen 1644 en 1655.


Vermoedelijk heeft hij nimmer op Donia gewoond, aangezien hij, nochzijn kinderen in de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Wijnaldum voorkomen.Bovendien woonde hij bij alle door hen verrichte handelingen, zoalskoop en verkoop, in Midlum.Aangezien er na zijn overlijden sprake was van een koopbrief uit1642 zal hij in dat jaar de grond behorende bij Donia van MeinerSaves of diens erfgenamen gekocht hebben.De state zelf werd kennelijk bewoond en was eigendom van LijsbethAllerts, die echter evenmin in de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Wijnaldum tevinden is.Ik moet hier bij vermelden, dat zij behoord kan hebben tot dedoopsgezinden, die in deze omgeving veelvuldig voorkwamen.Na het overlijden van zijn vrouw hertrouwde Hobbe Tljmens, die zichinmiddels Donia noemde, met Trijntje Harmens uit Kimswerd.Dit vond in 1659 plaats : de ondertrouw in Kimswerd, het huwelljkhoogstwaarschij<strong>nl</strong>ijk in Midlum, aangezien Trijntje op 31 juli 1659aldaar tot lidmaat werd aangenomen.De trouwboeken van MidIum beginnen pas in 1675, d.w.z., dat zesindsdien zijn bewaard gebleven.Omstreeks 1668 is Hobbe Tijmens Donia in Midlum overLeden.Zijn kinderen, die of geen interesse in Donia-state hadden ofliever geld wilden zien, verkochten het bezit van hun vader op 20mei 1668 voor 3256 goudguLdens aan Saco van ldsinga, Ontvangergeneraalvan het College der Edele Mogende Heren Raden terAdmiraliteit in Friesland, en diens echtgenote Coeniera vanFranckena.Uit de verkoopacte blijkt, dat Hobbe de volgende kinderen had :Hein Hobbes Donia, die boer in Oosterbierum was, Alle, Ids enHarmen Hobbes Donia, die in Midlum woonden, Tijmen en Doede HobbesDonia, die in het buite<strong>nl</strong>and vertoefden, en Tetje Hobbes Donia, diemet haar man Hans Garrits in Delfzijl woonde.Zij verkochten van Donia de helft van het 22 pondematen grotebezit, dat uit bouw- en greidland bestond en gelegen was aan dewestkant van de Halle (tegenwoordig Hauleweg) te Wijnaldun.De andere he1ft, waarbij blijkbaar de state behoorde, was eigendomvan Lijsbeth Allerts.Bij de koop van dit goed was mede bepaald, dat de koper de Tille (=brug) over de Wijnamervaart moesten helpen onderhouden,evenals hetpad daaroverheen en het kerkepad "oldergewoonte” .Een deel van de grond, namelijk 121 pondemaat, was tot 29 juni (=Sint Petrus) 1669 verhuurd aan Tonis Tonis.’Op 13 juli 1636 verklaren Obbe/Hobbe Timens en Hiltie Heijns 300gg. ontvangen te hebben van Sipcke Dircks en Hijlck Martens (deakte is geregistreerd 29 oktober 1645) 1408 .Op 18 mei 1639 verklaren Hobbe Timens en Hiltie Heijns 300 gg.schuldig te zijn aan Sipcke Dircks en Hijlck Martens vanwege eenobligatie (de akte is geregistreerd 29 oktober 1645) 1409 .Op 1 mei 1644 verklaart Hobbe Tymens Donia, ‘mede gedeputeerdevande Noorder Zeedijcken’ 200 gg. schuldig te zijn aan Jelbe Alleste Schettens, wegens ‘gereede verschotene penningen’ 1410 .Op 29 april 1647 wordt een akte geregistreerd waarin Hobbe Timens,te Midlum, verklaart 200 gg. schuldig te zijn aan Jelbe Aelles enWijbe Heijns. De laatsten zijn de curatoren over de onmondigekinderen van Heijn Folckerts. In de akte worden de twee jongsteweeskinderen genoemd: Folckert en Tettie Heijns 1411 .Op 3 juni 1634 (maar de akte wordt later geregistreerd) laat HobbeTijmens met zijn vrouw, Hiltie Heijns, optekenen geld schuldig tezijn aan Jelbe Aelles en Wijbe Heijns. De laatsten zijn decuratoren over de onmondige linderen van Heijn Folckerts 1412 .


Op 28 juni 1655 is Hobbe Timens Donia, gedeputeerde vijf deelendijken buitendijks te Midlum, curator over de kinderen van deoverleden Wopke Sjoerds en Trijn Gerbens: Gerben, Lijsbeth enSioerd 1413 .Op 31 juli 1659 wordt Trijntje als huisvrouw van Hobbe Timens Doniaingeschreven als lidmaat te Midlum. Zij is met attestatie afkomstigvan Kimswerd.Op 9 mei 1675 wordt Johannes a Marck, de nieuwe predikant vanMidlum. Na visitaties maakt hij later dat jaar de lidmate<strong>nl</strong>ijst op.Daarop staat een Trijntje Harmens, maar zij is de vrouw van HaantjeHiddes. Zij zijn vertrokken naar Achlum. Het echtpaar trouwt teHarlingen op 24 februari 1664. Hij is later, bij dopen van dekinderen te Franekeradeel ‘kalklasscher’ en bij huwelijk afkomstigvan Harlingen, zij komt uit Herbayum. Onduidelijk is, of zijdezelfde vrouw is.Op 19 november 1659 wordt een akte opgemaakt van verdeling van eenzathe land, gelegen te Midlum, door Hobbe Tymens Donia en PytterPytters Ackersloot.In de jaren daarna is er een geschil tusschen Hobbe Tymens DoniateMidlum eenerzijds en Pytter Ackersloot Tichlaer te Harlingenanderzijds betreffende een dam bij land, gelegen te Midlum. 1414Op 20 mei 1668 wordt een verkoopakte opgemaakt door de erven vanHobbe Tymens Donia. De kinderen verkopen hun helft van Doniazatheaan de Halle te Wynaldum. De andere helft is in bezit van LysbethAllerts 1415 .Opgenomen is ook een afschrift van een akte waarin Tymen en DoedeHobbes Donia en hun zus, Tetje Hobbes Donia, met haar man, HansHarrijts (of Gerrits?), te Delfzijl, hun broer Harmen machtigen alszaakwaarnemer bij de verkoop van de zate. In deze akte is sprakevan wijlen Hobbe Tymens Donia, hun vader.Kinderen (volgorde niet duidelijk, naar een vernoeming in eenakte):1. Hein Hobbes Donia, huisman te Oosterbierum.2. Alle Hobbes Donia, woonachtig te Midlum.3. Ids Hobbes Donia, woonachtig te Midlum.4. Harmen Hobbes Donia, (= nr. 2914).5. Tymen Hobbes Donia, in 1667 uitlandig.6. Doede Hobbes Donia, in 1667 uitlandig.7. Tettie Hobbes Donia, tr. Hans Harrijts/Gerrits, leven 1667 teDelfzijl.5840. Tjeerd Jelles, mr. bakker te Oosterbierum, overl. tussen 24-5 en16-6-1684, DG, tr.5841. (?) Reintje N.N.Een Tjeerd Jelles komt op 3 april 1631 te Barradeel voor als manvan de overleden Impck Rioerdts, curator is dan Teye Rioerdts. 1416Onduidelijk is, of het om dezelfde familie gaat. Dat geldt ook voordeze vermelding: een Tjeerd Jelles, te Minnertsga, is op 24september 1651 als ‘een van de oudste’ curator over de kinderen vande overleden Jelle Andries en Tyeets Eepes, in leven echtelieden teMinnertsga. Genoemde kinderen zijn: Jetse (in 22 e ), Elbrigh (in21 e ), Trijn, Bottie en Sioert Jelles. 1417Op 21 januari 1680 is Tjeerd Jelles, mr. bakker te Oosterbierum,aangetrouwde oom en doopsgezind, curator over de kinderen van deoverleden Jelmer Tierks en Lolck Siouckes. 1418 Dat echtpaar tr.Franeker 20-10-1660: Jelmer Tyerx, wagenmaker, afkomstig vanTzummarum en Lolck Syouckes, afkomstig van Franeker, maar geborente Winsum.Op 16 juni 1684 is Sipke Johannes, smakschipper te Oosterbierum,curator over Geertje Tjeerds, dochter van de overleden Tjeerd


Jelles, in leven mr. bakker te Oosterbierum. Hij maakte op 25 meivan datzelfde jaar een testament. Aanwezig bij de benoeming van decurator is ook de voljarige zoon Jelle Tjeerds. 1419Op 30 maart 1698 is Jelle Tjeerds, te Oosterbierum, oom vanmoederszijde, curator over Meindert Meinderts, ca. 16 jaar oud enzoon van Meindert Wybes en Trijntje Tjeerds. 1420Op 31 december 1714 is Jelle Tjeerds, huisman te Oosterbierum, alsvolle oom van moederszijde curator over het kroost van FreerkNannes, huisman te Oosterbierum, en de overleden GeertjeTjeerds. 1421Op basis van de doop op belijdenis van dochter Geertje Tjeerds ishet aannemelijk dat we hier van doen hebben met een familie vandoopsgezinde huize. Dat wordt bevestigd door een vermelding vancuratorschap van Tjeerd Jelles: hij is op 21 januari 1680 alsaangetrouwde oom curator over de kinderen van de overleden JelmerTiercx en Lolck Siouckes; hij is doopsgezind. 1422Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde van 2 en 3 nietduidelijk):1. Jelle Tjeerds, in 1684 voljarig, (= nr. 2920).2. Geertje Tjeerds, ged. op belijdenis op 4-2-1698 in Oosterbierum,als kind van niet genoemde vader en niet genoemde moeder, tr.Freerk Nannes tr. (2) Sexbierum 27-3-1712, afkomstig vanOosterbierum Grijtie Jans, afkomstig van Sexbierum.Geertje en Freerk laten te Oosterbierum enkele kinderen dopen: deoudste dochter heet Reintje: een verwijzing naar haar moeder?3. Trijntje Tjeerds, overl. v. 30-3-1698, tr. Meindert Wybes,overl. v. 30-3-1698.Mogelijk is Trijntje bvoor de tweede keer getrouwd met Jan Freerks:dat echtpaar laat ook een dochter Reintje dopen: gedoopt op 13januari 1695 in Oosterbierum als kind van Jan Freerks en TrijntjeTjeerds.5842. Ane Riemers, huisman te Tzummarum, mederechter van Barradeel,overl. v. 30-3-1698, tr. Wijnaldum 18-6-1665, afkomstig vanTzummarum Aafke Jelles, afkomstig van Wijnaldum.Ane Riemers tr.5843. Botje Gerbens.Vermelding van Botje Gerbens en haar voorouders (evenals de vadervan Ane) gevonden op internet 1423 , al staat eigen onderzoekcentraal.Op 30-3-1698 1424 wordt Jelle Tjeerds genoemd als curator over enkelenagelaten kleinkinderen van Ane Riemers. Het gaat om Brechttie (15)en Bottie Ruurds (14), kinderen van Ruurd Haantjes en TrijntjeAnes. Ook aanwezig is Wopke Anes, schoonzoon (sic!, volgens detekst in nadere toegang) van Ane Riemers. Het gaat om Trijntje (23)en Doutzen (22) Gerrits, kinderen van Gerrit Anes en Hycke Doeckesen de kinderen uit het tweede huwelijk tussen Gerrit Anes en GatskeDouwes: Vrouck (14), Douwe (13) en Gatske (10) Gerrits.Op 6-10-1684 wordt hij bij een scheiding genoemd. Op 28-4-1655wordt Aene Riemers, mederechter van Barradeel, genoemd als curator.Rond februari 1648 is Aene Riemers curator over Eme Riemers (17).Op 13-5-1619 is Hill Olpherts, vrouw van Riemer Aenes overleden;zij hebben een kind, Aene Riemers. Er worden verder broers enzussen van haar genoemd. Wellicht zit er in deze gegevens eenstamreeks.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Gerrit, huisman te Midlum, later te Tzummarum, overl. v. 30-3-1698, tr. (1) Minnertsga 26-5-1669, afkomstig van Tzummarum,Hijlck/Hyke Doeckes, afkomstig van Minnertsga, tr. (2) 5-8-1683,afkomstig van Midlum, Gaatske Douwes, afkomstig van Wijnaldum.


2. Trijntje, overl. v. 30-3-1698, tr. Ruurd Haanties.3. Wopke, overl. na 30-3-1698.4. Botje, (= nr. 2921).5844. Ype Taenes, overl./begr. Wijnaldum 2/5-9-1676, tr.5845. Tryn Simens.Het echtpaar werd in 1655 als lidmaat aangenomen te Wijnaldum,komende van Oosterwierum. Ype is begraven op 5 september 1676 om 12uur bij de zuidhoek van de toren.5846. Hebbe Jans Tyesma, boer te Menaldum, tr. (1) Reynsck SimckesBrunia, geb. ca. 1630, overl. 22-4-1661 (grafsteen te Menaldum,oud ongeveer 30 jaar).Hebbe tr. (2) Franekeradeel 25-12-16615847. Jents Dircks (Dooma?), geb. ca. 1632, van Koehool onderOosterbierum overl. 15-5-1695, bijna 63 jaar oud, begr. Menaldumin de kerk.Zou dit een mogelijk eerste huwelijk van de eerste vrouw van Hebbekunnen zijn? Wonseradeel, bevestiging huwelijk op 10 maart 1649:Ruuyrdt Douues, afkomstig van Arum en Reinsch Simpckedr., afkomstigvan Welsrijp. Zij is een dochter van Simpcke Jenties, hij is eenzoon van Douue Riencks.Bij het tweede huwelijk: Hebbe Jans Tijesma, afkomstig van Menaldumen Jent Dirckx, afkomstig van Koehool onder Oosterbierum.Uit dit huwelijk (allen ged. Menaldum):1. Jan, ged. 16-12-1666.2/3. Aaltje (= nr. 2923)/Reinsck, ged. 2-5-1669.4/5. Trijntie/Jeltie, ged. 1-10-1671.5848. Jan Tzietzes (van) Asperen, kuiper, ontvanger te Tzummarum, tr.Grouw (3 e proclamatie) 10-3-16675849. Bauck Watzes Gravius.Jan en Bauck zijn in 1678 lidmaten te Tzummarum/Firdgum. Ze wonendan aan de Buren Zuidzijde; hij was kuiper en dorpsontvanger.In 1686 1425 proclameren Jan Tzietzes van Asperen, ontvanger teTzummarum en Sijtse Clasen de aankoop van een huis en land teTzummarum, aan de Hooidijk, voor 350 gg. gekocht van Sent Jelles.Op 19-9/3-10/17-10-1694 1426 proclameren Jan Tzietzes van Asperen,ontvanger te Tzummarum en Bauck Gravius, echtelieden de aankoop vaneen huis aldaar, voor ruim 108 gg. van Frouck Duires, weduwe vanSjoerd Jeltes. Op diezelfde dag volgt de aankoop van een huis inTzummarum, gebruikt door Sybren Harckes; gekocht voor 550 gg. vanSchelte Sybrens, koopman te Franeker en Mincke Jackles Hobbema,echtelieden.In Wirdum en Jelsum, in de gemeente Leeuwarderadeel leefdeeen Tzietze Jans van Asperen 1427 , die vier keer trouwde: Tyetse JansAsperen, schooldienaar, met attestatie naar Jelsum, tr. (1) EetsJasper, otr. (2) Wirdum 29-11-1663 Jetzke Ides Sinnema, tr. (3)Jelsum 18-8-1667 Hijlk Wijgers, tr. (4) Jelsum 3-8-1673 TrijntjeFeijes.De tijd klopt niet, maar hij kan best lang daarvoor nog eens gehuwdzijn. De naam Tjitze is toch vrij zeldzaam, er lijkt een verbandmogelijk. In ieder geval nader onderzoek te Leeuwarderadeel.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Tzummarum):1. Jan, ged. 25-3-1677, moeder niet vermeld, vader: Jan Tjietzes.2. Trijntje, ged. 23-2-1679.3. Jentck, ged. 15-5-1681.4. Grietje, ged. 24-2-1684.


5. Jan (= nr. 2924).(?) Watze Jans van Asperen, tr. Aaltje Abes. Zij doet belijdenis teTzummarum/Firdgum 6-2-1705.5850. Izaak Jans, ged. op belijdenis Tzummarum 23-4-1680, tr. (2)5851. Ybel Siouckes.Ybel doet belijdenis te Tjummarum/Firdgum 23-4-1686.Isaak Jans, meester bakker komt op 23-4-1680 te Tjummarum bij zijndoop voor als weduwnaar en meesterbakker. Zijn ouders worden nietgenoemd.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Tjummarum:1. Jan, ged. 10-10-1686.2. IJckjen (= nr. 2925).5852. Mr. Tjerck Freercks Swijnstra, schoolmeester te Suawoude(1677-1682), te Schalsum (1682-1703), te Sexbierum (1703-1713),overl. Sexbierum 1713 (tussen 2-2 en mei), tr. Schalsum 13-5-16835853. Ytje Abes, ged. (als Jetske) Oenkerk 4-10-1668.Tjerk deed in 1677 belijdenis te Suawoude, hij werkte van 1677 tot1682 in die plaats, waarna hij naar Schalsum vertrok. Vanaf 14-4-1682 is hij daar lidmaat. Itje Abes deed er op 16-11-1683belijdenis.Stemkohier 1698 Schalsum (Franekeradeel), stem nr. 15, Vicarie ofSchool van Schalsum, eigenaar Mr. Tjerck Freerx, gebruiker.Tjerk Freerks komt, overigens zonder familienaam, voor in delidmatenregsiers van Sexbierum: in augustus 1703 wordt hijingeschreven, afkomstig van Schalsum.In mei 1703 kwam de nieuwe meester: mr. Tierck Freerks, vanSchalsum, met zijn huisvrouw IJtie Abes. Op 13 sept. 1713 werd hierhun zoon Abe gedoopt. In okt. 1711 tekent hij als mr.Tierk Freerks Swijnstra. Hun zoon Tierck Tiercks Swijnstra wasschoolmeester te Oosterbierum. Mr. Tierck te Sexbierum ontving op 2febr. 1713 (Lichtmis) nog traktement; in mei van hetzelfde jaarontving IJdtje, zijn weduwe, het geld. In mei 1713 was in functiegetreden als schoolmeester en dorprechter: mr. Sicke Clasen. 1428In 1709 1429 komen Tierck Freerks, schoolmeester te Sexbierum en zijndochter Wytske voor bij het Hof van Fiesland.H. Sannes 1430 noemt Ytje de dochter van schoolmeester Abe Tiercks teCornjum.In dezelfde bron 1431 staat informatie over mr. Tjerk Freerks: in mei1703 de nieuwe schoolmeester te Sexbierum. Hij geeft dezeinformatie: ‘mr. Tierck te Sexbierum ontvangt ‘Ligtmis’ (= nr. 2-2)1713 nog tractement, in mei van hetzelfde jaar wordt Ytje zijnweduwe genoemd’.Op gladder ijs begeeft Sannes zich in mijn visie, als hij stelt datTjerk vanwege zijn familienaam waarschij<strong>nl</strong>ijk wel afkomstig zalzijn van Swijns. Dat is zeker niet onmogelijk, maar Tjerk kan denaam namelijk evengoed aan een zate ontleend hebben.Op 8-10-1711 1432 wordt Tjerk genoemd (‘olde oom’) bij eenautorisatie.Uit het huwelijk (allen ged. Schalsum):1. Wytske, ged. 10-8-1684.2. Tierk (= nr. 2926).3. Johannes, ged. 15-7-1688.4. Freek, ged. 14-3-1691.5. Maria, ged. 20-9-1693.6. Jeltje, ged. 20-4-1702.7. Trijntje, ged. Sexbierum 16-10-1707.8. Abe, ged. Sexbierum 13-9-1711.


5854. Hessel Jilderts Fopma, geb. ca. 1646, boer op Ademazate te Schrins(onder Oosterlittens), ontvanger te Schrins en te Oosterlittens,overl. 1719, tr.5855. Mayke Hendriks Adema, overl. 7-9-17..Het echtpaar woonde op Ademazathe in de boerschap Schrins, onderOosterlittens. Dat valt op te maken uit een akte 1433 , waarin(Hessels neef) Hessel Hiddes Fopma en zijn wederhelft JacominaSlijp als verkoper voorkomen bij een proclamatie door Claas Sytsescum uxore van 36 pondematen land te Oosterlittens in Ademazathe,bewoond en gebruikt bij Hessel Fopma en zijn vrouw. ‘Onze’ Hessellegt er het niaar op.Op 15-7-1684 komt Hessel Jilderts voor in de archieven van het Hofvan Friesland 1434 , voor hem en namens zijn broer, Roorda Jilderts.Daar is ook sprake van wijlen Hessel Hiddes Fopma, man van MeinseHayes en Jacomina Slijp.Het echtpaar is in 1692 lidmaat te Oosterlittens, deoverlijdensdata zijn daaraan later toegevoegd. Het jaartal vanoverlijden van Mayke is niet bewaard gebleven.Eind 1715, begin 1716 komt deze familie Fopma voor in de archievenvan het Hof van Friesland in een zaak tegen Theotardus DavidAcronius 1435 . De bijlagen geven veel familierelaties en naderegegevens. Dr. Julius Fopma heeft een volmacht van Hessel Fopma teOosterlittens en zijn vrouw, Mayke Hendriks Adema, als universeelerfgenaam van haar vader, Hendrik Pieters Adema en als volmachtvoor: Jildert, Jelle, Trijntje (= nr. 2927) en Grietje Fopma. VoorPieter Fopma te Britswerd en Pyttie Fopma en haar man, BenedictusBanga te Jorwerd en voor Franske Fopma en haar man, Seerp Douwes teScharnegoutum en voor de moeder van Mayke Hendriks Adema, EelkjeGosses.Op 26-5-1716 15-7-1717 1436 zijn de uitspraken van de rechtszaken dieHessel c.s. voerden tegen Suffridus Westerhuis. Bij de tweede zaakwordt schoonzoon Tjerk Swijnstra vermeld als ‘Tierk Tierks, teOosterbierum’.In het boek "Uit de geschiedenis van Oosterlittens staan de diverseboerderijen en hun geschiedenis en de respectievelijke bewonersvermeld. Daarin: boerderij nr. 21 te Skrins, Adema state, eerstehuisnr. 12, eerste kad. nr. C 458. Overige perceelnrs. vlgs.floreenkohier 1858: C 397, 428, 429, 430, 431, 432, 454, 455, 456,457, 459 en 482, vanouds groot 74 pondemaat. De boerderij is in1847 geheel herbouwd in de toestand zoals die nu is. In 1861 is het“lytshûs” aangebouwd.Gebruikers: Ruurd Tjommes (in 1511/1514-na 1543), His Jetse wed.(voor 1579-na1584), Dirk Dirks (in 1640), Hessel Hiddes Fopma (voor 1678-na1719), JelleHessels Fopma, zoon van vorige (voor 1725-1748), IJmkje Pijters(1748-1752),Bauke Jans en Pier Jans, broers, (1755-1762), Bauke Jans (1762-1769), Gerrit Pijters van Tuinen (1769-1770), Sjoukje Tjipkes, wed.van vorige (1770-1772), Keimpe Lolkes,(1772-1781), Sjoukje Tjipkes, wed. van vorige, eerder gehuwd metgenoemdeGerrit Pijters van Tuinen (1781-na 1805), Jacob Tjipkes de Vries(voor 1818-1838), Louw Hendriks Palsma (1839-1876), Tietje PietersSiderius, wed. van vorige (1876-1878), Hendrik Louws Palsma, zoonvan vorigen (1878-1906), Pieter Hendriks Palsma, zoon van vorige(1906-1924), Jan Jans Buwalda (1924-1926), Dirk Adams van der Woude(1926-1961), Bokke Dirks van der Woude, zoon van vorige (vanaf1961).


Uit dit huwelijk (leeftijd van 1 en 2 onduidelijk: doop nietgevonden, anderen ged. Oosterlittens):1. Antie.2. Jildert.3. Pijttje, geb./ged. 16/26-10-1684.4. Trijntje ( = nr. 2927).5. Franske, geb./ged. 1-2-1688/4-2-1691.6. Jelle, geb./ged. 24-11-1690/4-2-1691.7. Grietje, geb./ged. 14-6/23-7-1693.8. Gosse, geb./ged. 10-7/7-8-1698.5856. Hotse Yes, geb. ca. 1617, boer te Goïngahuizen op plaats 36overl. v. 9-8-1676, tr.5857. Antje Jacobs, overl. v. 9-8-1676.Op 9-8-1676 wordt de inventaris opgemaakt en daarom zijn beideechtlieden dus al overleden.Uit dit huwelijk:1. Walle Hotses, boer te Goïngahuizen, ongeh. overl. v. 1676.2. Jacob Hotses, tr. Grouw 1677 Feik Sybes, van Grouw.3. Japke Hotses, tr. (1) Idaarderadeel (ger.) 5-5-1667 FeiteEverts, van Grouw, tr. (2) Idaarderadeel (ger.) 2-6-1680 ReinertTjallings.4. Ruurd Hotses.5. Sytse Hotses (= nr. 2928).6. Agniet Hotses, overl. v. 1676, tr. Karst Foockes vanGoïngahuizen, zn. van Foock Karsts en Eelck Hendriks, tr. (2)Agniet Riencx Winia.5858. Nammle Clases, van Birdaard, tr. (gerecht) Idaarderadeel 24-5-16475859. Trijn Freerx.Op 13-4-1646 1437 is Nammle Clases, te Grouw koper van een huis eneen plaats voor 375 gg en 1 rijksdaalder. Uit diezelfde bron(nummer 87a) valt op te maken dat Nammle afkomstig was vanBirdaard, terwijl Trijn uit Grouw stamde. Nummer 133b uit die brongeeft de aankoop van een huis te Grouw met een plaats en een loodsvan Pouel Jacobs op 2-11-1649. De prijs bedroeg 375 gg. en 2rijksdaalders. Nummer 150 uit die bron noemt hem op 29-11-1650 alsnaastligger. Op 10-2-1662 (nummer 349b) verkoopt Nanne een huis teGrouw (ten noorden: de haven) voor 330 gg. aan Douwe Mattheus.Op 16-11-1663 koopt het echtpaar een huis met een loods (tennoorden: de haven) voor 183 gg., 14 st. van Dirk Claesen (nummer392b).5864. Claas Thomas, boer te Wartena op plaats 27 (Siensma), overl. v.6-4-1696, tr.5865. Sioerdtie Rienks, boerin, overl. na 22-4-1697.Claas wordt op 18-3-1678 1438 genoemd als meier van stem 27. Datblijkt een plaats van 59 pondematen en 11 einsen land te zijn. Dehuur was 40 gg. Verkopers bij die decretale verkoop zijn Jan Simonsen Eelke Jackelaes, curatoren over de minderjarige kinderen vanPieter Jackeles.Stemkohier 1698 Wartena (Idaarderadeel), stem nr. 27, Siensma,groot 100 pondematen, Opm. Schiet 7 floreen, Harmen Sipkes,eigenaar voor ¼; Ruurd Wartena, eigenaar voor 1/12; Wyger Hylckeste Wartena, eigenaar voor ¼ (papist); Pyter Douwes weeskinderen,eigenaar voor 1/12; Cornelis Douwes Wartena in Oost-Indië, eigenaarvoor 1/12; Ruird Rienx te Wartena, eigenaar voor ¼; Rinse Rienx,gebruiker; Ruird Klases, gebruiker.


Sjoerdje Rienks wordt op 6-4-1696 weduwe genoemd en op 22-4-1697ontvangt zij (als Sjoerdje Clases) de opbrengst van het gehoudenboelgoed, groot 713 cg., 19 st., 8 p. Zij zette toen als merk eenster, terwijl haar schoonzoon Hendrik Meynes ook als getuigeondertekende.Uit dit huwelijk:1. Sjoerd Clases (= nr. 2932).2. Eelck Clases.3. Bauck Clases.4. Sybren Clases.5866. Ysk Haites, wonende Warga, huisman op plaats 28, overl. v.19-5-1707, tr. (2) Grouw 30-1-1678 Gert Dirks, (o)tr. (2) Grouw21-8/8-11-1682 Antie Gerrits, (o)tr. (3) 14/21-12-1685Idaarderadeel (gerecht)5867. Wypk Sjoerds, boerin, overl. v. 19-5-1707.Bij zijn tweede huwelijk was hij afkomstig van Grouw, zij vanWarga. Bij het derde huwelijk was hij van Warga en Wypk van Grouw.Zij wordt een dochter genoemd van Sjoerd Cornelis.Stemkohier 1698 Warga (Idaarderadeel), stem nr. 28, groot 85pondematen, Opm. Schiet 9 floreen, oud-grietman Haersma te Oudega,uit naam van zijn vrouw, eigenaar van 18 pondematen Attie Piersmate Leeuwarden, uit naam van zijn vrouw, eigenaar van 67 pondematenJesck Haytes, gebruiker.Uit dit huwelijk:1. Antie Yskes (= nr. 2933).2. Ock Yskes.3. Geertie Yskes.4. Haite Yskes.5. Gerrit Yskes.6. Cornelis Yskes.5868. Douwe Bartles, afkomstig van Grouw, later te Wartena, tr.Idaarderadeel (gerecht) 2-9-16745869. Antie Everts.Bij het huwelijk waren beide echtelieden afkomstig uit Grouw.5870. Teeke/Taco Johannes, eigenaar van Grouw stem nr. 44(Hottingawier), overl. v. 1698, tr. Leeuwarderadeel (gerecht)25-6-16705871. Teetske Everts, afkomstig van Wirdum.Teeke otr. mog. (1) Wirdum 21-1-1666 (afkomstig van Wirdum) SioukSijdses, afkomstig van Veenwouden.Idaarderadeel inv. 42, folio 453, 15-12-1692: inventaris tensterfhuize van Taecke Joannes en Teets Everts, ‘te Grouwversturven’. Kinderen zijn: Marten, 19 jaar, Gerben 16, Joannes 12,Antie 7.Idaarderadeel inv. 48, folio 263, 5-4-1704: Rekening van decuratoren Sijbren Sijbrens en Sijtse Annes over Antie Taeckes, nugetrouwd met Evert Douwes. Gerben Taeckes is dan al †. 1439Stemkohier 1698 Oldeboorn (Utingeradeel), stem nr. 47, de driekinderen van Taco Johannes en Teetz Evertz, eigenaar. Opm.Curatoren: Sybren Sybrens en Dirk Jacobs; Halbe Willems, gebruiker.Stemkohier 1698 Grouw (Idaarderadeel), stem nr. 44, Hottingawier,groot 60 pondematen, Opm. Schiet 3 floreen 21 stuivers, Yda Siccamate Leeuwarden, eigenaar van 27 pondematen (papist); Taco Joanneskinderen, eigenaar voor ¼, Opm. Curator: Sybren Sybrens te Grouw;


Tjara te Oosterend, eigenaar van 10 pondematen (papist); Petrus vanNysten, uit naam van zijn vrouw, eigenaar voor ¼;Baucke Gerbensweduwe, gebruiker.Kinderen van Teeke/Taco Johannes (in ieder geval drie, onder wie):Antje Taekes, tr. Grouw 30-9-1703 Evert Douwes, overl. v. 1728.5872. Holst Gerbens, boer tussen Eernewoude en Wartena, overl. in of na1694, tr.5873 Jell Halbes, een zuster van Gepke Halbes.In 1663 is Holst curator over de kinderen van Douwe Eelkes en GepkeHalbes, denkelijk is hij een zwager van haar. Later is hij curatorover de kinderen van zijn broer, Uilke Gerbens. Nieuwland geeftenkele vindplaatsen van Holst 1440 , daaruit blijkt onder meer, dathij in 1694 nog leefde.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):Teed, ged. Eernewoude 9-8-1659Halbe (= nr. 2936).Rommert.5886. Willem Pieters, boer op Suawoude stem 16, op Oude Miede, overl. na1703, tr. 16585887. Geertje Jans, overl. na 1693, tr. (1) Tjerk N.N.Stemkohier 1698 Suawoude (Tietjerksteradeel), stem nr. 16, oudgrietmanHector van Glinstra, eigenaar voor ½ en Willem Pyters,gebruiker.Nieuwland meldt dat Willem boer was onder Suawoude; in 1698 is hijgebruiker van stem 16. In 1693 is hij curator divisionis bij dekinderen van Oege Sybrens en Pietje Tjerks. Vindplaatsen: LWL M 3616. Op 18-10-1658 is er sprake van een scheiding tussen moeder enkind (uit het eerste huwelijk) voor het gerecht vanTietjerksteradeel.Uit het eerste huwelijk van Geertje:1. Pietje Tjerks.Uit het huwelijk van Willem en Geertje (volgorde onbekend):1. Jan Willems.2. Trijntje Willems (= nr. 2943).5888. Bernaert/Barent Tyboutsz van Weert 1441 , over. na 14-1-1666, otr.Haarlem (schepenen) 25-1-16365889. Josyna/Sijntje Zachariasdr., ged. Haarlem 19-1-1614, overl.Haarlem 15-12-1666.Op 10 januari 1630 machtigt Bernaert Tibouts te Weert zijn zwagerBarthelomeus Moriaens van Beringen om zijn aandeel in zijn moedershuis te verkopen (RA Weert 152, fol. 123).Barent vertrekt uit Weert in 1630. Hij woont te Haarlem in hetGroot Heiligland en wordt lidmaat van de geref. gemeente ald. (opbelijdenis) op 10 juli 1643.Uit dit huwelijk (allen ged. Haarlem):1. Pieter, ged. 1636.2. Catalijntje, ged. 1637.3. Catalijntje, ged. 1638.4. Tibaut, ged. 1639.5. Tibaut, ged. 1641.6. Zacharias, ged. 1642.7. Geertruid, ged. 1644.8. Abraham, ged. 1645, (o)tr. Haarlem 3/18-5-1671 Hendrikje Albertsvan Otterbeek, tr. (2) Aaltje Jans van der Aa..9. Geertruid, ged. 1648.


10. Catalijntje, ged. 1651.11. Jacob, (= nr. 2944).5916. Corstiaen Jacobsz Pauw. j.g. van Wassenaer, tr. Bennebroek 16595917. Jannetjen Tomans, van Heemstede, wonende in Bennebroek.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Gerrit, (= nr. 2958).2. Styntie Corstiaanz de Pauw.3. Thomas Corse Pauw, tr. Anna Jans.4. Frans/Franq Christiaanz Corse Paeuw, tr. Annetie Gerrits.5. Jacob/Japik Corse Paeuw, tr. Maritie Cornelis.6. Sara Corstiaanse Paeuw, tr. (1) Barent Gerrits, otr. (2)Heemstede 20-9-1702 Theunis Voet, weduwnaar van Grietie de Bruyne,“woonende onder ‘t gebied der Stad Haarlem. Dese sijn met haarattestatie elders gegaan. Echtgenote is Sara de Pauw weduwe vanBarent Gerrits woonende binne dese heerlijkheyd.”6008. Johan van Munster, tr. Tiel 17-4-16706009. Janneken Joostens van Segen.6034. Jacob de Vries, te Amsterdam, tr. Amsterdam ws. 10-6-16856035. Helena Jans van der Heus, begr. Amsterdam (Karthuizer Kerkhof, alsweduwe van Jacob de Vries) 13-10-1747.Uit dit huwelijk (allen ged. Amsterdam):1. Sara, ged. 6-3-1686.2. Anna, ged. 30-7-1687.3. Helena, (= nr. 3017).4. Marike, ged. 22-2-1692.5. Jacob, ged. 24-4-1695.6. Joannes, ged. 6-3-1697.7. Sara, ged. 28-1-1699.6048. Jan Pauwels Staes, maasschipper, burger van Roermond 31-8-1617,overl. v. 19-8-1681, tr.6049. Aeltgen Jans/Aleth Cathon, overl. v. 19-8-1681.Hij is mogelijk identiek met Jan Staesen, maasschipper, die op 19-3-1650 poorter van Den Bosch werd.Op 19-8-1681 transporteren Paulus, Margriet, Gertruijt Stassen enCornelia Vos als erfgenamen van Jan Stassen land, gelegen teEijsden en Breust aan Matthijs Stassen, gehuwd met ElisabethJorissen.Uit dit huwelijk (voor zover bekend te Dordrecht ged., volgordeonzeker):1. Geertruid, ged. mei 1621.2. Margriet.3. Paulus (= nr. 3024).4. Jan.5. Sijmen, ged. mei 1629.6. Matthijs, ged. december 1631.7. Jelis, ged. september 1634.6050. Anthonis Anthoniszn. Vervel, tr.6051. Jenneken Bartholomeusdr. Labeen (de Lambermont).Ik vond dit op internet; ongetwijfeld: op basis van tijd, plaats,vernoeming en bovenal beroep gaat het hier om familie van Jenneken.Beste medegenealogen,


Wie weet iets over de Maasschippersfamilie Labeen de Lambermontvóór 1694?Kortheidshalve werden zij vaak ook alleen Labeen genoemd. Lateregeneraties komen voor onder de naam (de) Lambermont. Hierondervolgt hetgeen ik tot nu toe gevonden heb:Bartholomeus (ook genoemd Bartholomé of Bertholet) Labeen deLambermont, maasschipper, schipbesiender (Ve<strong>nl</strong>o 1661), visitateurdes droits de sa Majesté in Navagne (1674), officier, begr. Visé(B) 3-12-1697, tr. Catharina Houbin, begr. Visé (B) 28-1-1707.Uit dit huwelijk:1. Marguérite, ged. Maastricht (Waals ger.) 22-6-1651, begr. Visé(B) (vermoedelijk) 28-4-1723.2. Bartholomeus (Bertholet), ged. (Waals ger.) 20-07-1654 teDordrecht,goudsmid, begraven Visé (B)17-10-1725 te Visé (B).3. Louis, begraven Visé (B)15-11-1714 te Visé (B).4. Casparus, advokaat, notaris, schepen van Elsloo en Schinnen,begr. Elsloo 20-6-1748, tr. Elsloo 22-10-1694 Catharina Hendriks,ged. (rk) Elsloo 13-2-1668, begr. Elsloo 25-12-17185. Cathérine, ged. (rk) 13-08-1659 te Ve<strong>nl</strong>o, begraven Visé (B)21-01-1710 te Mons (B).6. Marie Marguérite, ged. (rk) 03-02-1662 te Ve<strong>nl</strong>o, begraven Visé(B) 19-03-1695 te Visé (B).7. Anna, ged. (rk) 21-10-1664 te Ve<strong>nl</strong>o.8. Matthias, ged. (rk) 14-06-1666 te Ve<strong>nl</strong>o.Graag zou ik willen weten waar deze familie oorspronkelijk vandaankwam. Waar werd Bartholomeus geboren? Waar trouwde hij? Waar enwanneer werden de zoons Casparus (Jasper) en Louis ged.?Bij voorbaat dank en met vriendelijke groet,Marijke Lambermontrodehart@worldo<strong>nl</strong>ine.<strong>nl</strong>homepage: http://home-1.worldo<strong>nl</strong>ine.<strong>nl</strong>/~rodehart6052. Gielis van Riemsdijck, genoemd als richterbode van Gassel 1659,Genoemd als waldgraaf Land van Cuijk periode 1669-1679, herbergierte Gassel, overl. 1684, tr. v. 10-8-16456053. Allegonda van Os, overl. na 20-6-1684, dr. van Roelof van Os,waldgraaf, en Grietke Reynen.Gielis van Riemsdijck is een zoon van Jan van Riemsdijck endiens tweede vrouw Wilmken Gielis. Gielis is vernoemd naar zijngrootvader van moeders kant.Op 8-2-1667 verkopen Gilles en zijn vrouw, ook namens zijn broer,Wolter van Riemsdijk, een vierde part van een klein huisje in het‘Visterstraetjen’ te Grave 1442 .Uit dit huwelijk 1443 :1. Rudolph (Roeloff), geb. circa 1653, j.m. van Gassel, schepen vanGassel1683-1686, richterbode van Gassel 1690-1691, 1698, gesubst.scholtis 1701-1714, pachter van de Graafse molens 1699-1701, overl.na 4-3-1718, otr. 's-Hertogenbosch (schepenen) 23-3-1675 Maria vanSoon, vermeld 28-7- en 14-11-1684, overl. na 14-4-1696. Tr. eerderJasper van Vorst (van Voort?), won. in de Hintemerstraet.2. Elisabet(h), overl. tussen 5-6-1704 en 1725; tr. (1) voor 6-3-1676 Jan Aert Lamberts, zn. van Aert (Aert Jans?) Lamberts; tr. (2)voor 20-5-1693 Peter van den Heuvel, overl. tussen 5-4-1698 en 5-6-1704; tr. 3? Gillis Brouwers


3. Catharina, overl. voor 21-1-1701, tr. voor 6-1-1697 ArnoldusBloemarts, overl. na 21-11-1714. Hij otr./tr. (2) Grave 23-1/7-2-1706 Johanna Vermeulen.4. Maria, overl. na 4-3-1718, otr. (1) Grave 26-7-1689, tr. GasselJan van den Grondenberg( h) (van den Rondenberg), overl. voor 5-4-1698; tr. (2) Johannes Brouwers, overl. voor 24-9-1697; tr. (3)voor 29-7-1716 Jan (Rommen?) van den Haselenbergh.5. Judith, tr. voor 24-11-1694 Johan Geens.6. Remisius (Rijmbout, Remigius), wachtmeester in het regiment vande heer van Obdam, overl. voor 15-5-1723, tr. Sibilla Hillac(q),overl. na 17-5-1730.7. Willemijn, j.d. begr. Grave in de kerk 25-9-1696, otr./tr. Grave14-5/3-6-1672( ng) Reijnier van Tongeler, burger van Grave, begr.Grave 1-10-1678. Hij tr. eerder Willemken Gerrits.8. NN, tr. NN Wollarts.9. NN.6056. Jan Teunissen, tr.6057. Luijtje Hendriks.Uit dit huwelijk (allen ged. Nijmegen):1. Hendrick, (= nr. 3028).2. Hendrica, geb. ca. 1670.3. Johannes, ged. 29-2-1671.4. Johanna, ged. 22-2-1681.5. Hermanus, ged. 4-5-1683.6060. Derrick Rokens, geb. Elst, kuiper, burger van Nijmegen 5-7-1643,otr. Nijmegen 24-7-16426061. Metjen Gerrits, geb. Stevensweert.6062. Abraham Peterssen Kraeck, tr. (1) Fijtje van Lentorp, tr. (2)Peterken Dercx, tr. (3)6063. Belijtjen Jeuriens,Op basis van de naam en van de doopgetuige Geertruit Stevens houdik het erop dat Abraham drie keer gehuwd was. Ik denk dat GeertruidStevens wel eens de moeder kan zijn van Abraham.Dan zouden dit zijn ouders kunnen zijn (huwelijk en dopen NijmegenNG):Peter Thönis (militair) Bruid: Getrut Stevens Locaties: Datumdocument: 14/12/1599 Opmerking Hij: soldaat onder kapitein Foliou.Zij: weduwe van Gatten. Datum 1e afkondiging 11/1599 Trouwdatum14/12/1599.Dan is dit waarschij<strong>nl</strong>ijk haar vorige huwelijk: Anthonij Gatu(militair) Bruid: Gertruit Stevens Locaties: Datum document:10/06/1599 Opmerking Hij: soldaat onder kapitein Foiliou. Zij: van's-Hertogenbosch, weduwe van Bastiaen Belling. Datum 1e afkondiging05/1599 Trouwdatum 10/06/1599.1. Jenneken Tonniss Vader: Peter Tonniss Moeder: Stevens, GeertgenLocaties: Datum document: 07/01/1610 Getuigen Jan Mispel, JanRokens, Frans Pampes, Hees Jans, Truij Janss, Fijke Gerrits2. Geertgen Tonnissen Vader: Peter Tonnissen, Moeder: Stevens,Gerdruijt Locaties: Datum document: 19/01/1612 Getuigen Arnt Poel,Grietge Reijnen, Maijken Jonckhans.Dan naar Abraham: wellicht was er nog een vierde huwelijk (dan hetderde in de rij), of is er een naamgenoot voorhanden?Lampert Craeck, ged. Nijmegen 21-1-1638, ouders: Abraham Craeck enMarie Lampers, getuigen: Engelbert Stoelsen, Aelt van Beck,Catharina van Eesbach.


Uit het eerste huwelijk (in ieder geval, allen ged. NG Nijmegen):1. Agness, ged. 6-9-1631 (ouders: Abraham Peterssen en Fijtje vanLentorp, getuigen: Stoffel Tijs, Lennart van Waldniel, GertruijdStevens.2. Peter, ged. 9-2-1634 (ouders: Abraham Peterss en Feijert vanJonterops, getuigen: Jan Hermans, Evert Scholten, Heijltge Peters,Hendersken Schellink.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, allen ged. NG Nijmegen):1. Judith Krack, ged. 28-9-1641 (ouders: Abraham Krack en PeterkenDercx, getuigen: Gies van Kronenborgh, Gertruijt Stevens, WilhemkenJanssen.Uit het derde huwelijk (in ieder geval, allen ged. NG Nijmegen):1. Geertruit, (= nr. 3031, getuigen: Christoffel Tijssen,Geertruijt Stevens, Rutgertje van Welij).2. Jeurjen, ged. 12-8-1649 (ouders: Abraham Kraeck en BeeltjenJeurjen), getuigen: Jan Jeuriens, Arnt Krijef, Baijken Otten.3. Steven, ged. 4-6-1652 (ouders: Abram Kraeck en BelijtjenJeuriens), getuigen: Elbert Stouden, Hans Christoffel Tijets,Neleken Jans, Geertruijt Stevens.6064. Lambert Israels van der Wout/van Woelderen, geb. Terwolde ca.1612, bakker, burger van Nijmegen sedert 1639, overl. Nijmegen na3-1685, tr. (2) Nijmegen 23-1-1648 Anneken Olyslagers, j.d vanWesterholt, (o)tr. (3) Nijmegen 19-1/2-2-1662 Christijn Vrij,(o)tr. (1) Nijmegen 10-2/6-3-16396065. Margarieta/Grietje Adriaens van Heusden, geb. Emmerik ca. 1612,overl. Nijmegen eind 1647, tr. (1) Cornelis Dirks Nab/Naab.Getuigen bij het eerste huwelijk waren: Gerrit Teuniss, PierreGuyon, Hendrik Teuniss, Anneken Adriaens. Bij het tweede huwelijkwaren de getuigen: Gerrit Smit en Mechteld Tennickhof. Bij hetderde: Willem Jansen en Elsken Jansen.Volgens het ‘Quoier ofte register van de huyseren ende ervengehorende tot het Hopmanschap van Arnt van Gendt van 1649’ woondeLambert in de Lange Burgtstraat en bezat hij daar twee huizen.Onder de getuigen bij zijn kinderdopen komen voor: Steven Israelsen Jan Israels, vermoedelijk zijn broers.Uit het eerste huwelijk (allen ged. Nijmegen):1. Israel Pelgrum (= nr. 3032), getuigen: huisvrouw Van Lennep,Gertje van de Velde, vrouw Van Dael.2. Cornelis, ged. 15-12-1644, getuigen: Gerrit Smit, TrynekeAdriaens, Aleitje Stevens.3. Johannes, ged. 12-9-1647.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Nijmegen):4. Anneken, ged. 4-3-1649, getuigen: Mery Roelens, Mechteldje tenHary.5. Hermen, ged. 24-9-1650, getuigen: Jacob Corten, Steven Israels,Ida Ernestus.6. Margriet, ged. 14-5-1652.7. Anneken, ged. 15-10-1654, getuigen: vrouw Van Santvoort,Mechteld Tennickhoven en Adriaen Cornelisz.8. Megteld, ged. 24-5-1657, getuigen Jan Israels en MaykenOlyslagers.6066. Hendrik Wijnen van Hoffen, geb. Sambeek ca. 1600, schepen van Cuyk1647-1675, overl. Cuyk na 12-3-1675, tr. (1) Geertruid Beumers,tr. (2) Cuyk v. 31-1-16356067. Maria/Meritjen Peters Puyn, geb. ca. 1610, overl. na. 1668.


Hendrick was tussen 1647-1675 onafgebroken schepen van Cuyk. Bijscheiding van 18-4-1650, waarbij de regeling van de verdeling vande baten van het veer te Cuyk onveranderd blijft, ontvangt hij dehelft van den Veerhof (ook Maeshof genaamd) en de Swaenscamp, toenanderhalf morgen groot en langzamerhand vergroot, blijkens descheiding tussen de erven van Hendrik van Woelderen op 29-4-1749.De Swaenscamp was oorspronkelijk in het bezit van zijnschoonfamilie, de familie Van de Laer, blijkens een akte van 29-8-1615, waarbij de erfenis verdeeld wordt van Jan Hendriks van deLaer en Lijsken Segers.Wellicht is Maria ook afkomstig uit Sambeek. Daar is een JacobPuijn schepen rond 1616 (is hij een familielid?) 1444 . Er zijnoverigens meer aktes waarin hij aantreedt:14-3-1596: Jacop Puyn en Jaexken echtelieden, dragen op aan SybertPeters en Styntien echtelieden, een camp hooiland, groot 2½ morgen,belast met 1 malder garst en 7 gulden 4 stuiver 1445 .Jacop Puyn, Jan Creefts, Willem Clomps, Thomas Vergelt en JasperClomp als erfgenamen van Willem Verheijen verklaard hebben dat ArntRaets krachtens volmacht van St.Thomasdag 1610 ten overstaan vanschepenen van Vierlincxbeeck verkocht heeft aan Cornelis Gerits enBeelken echtelieden en Hermen Dericx en Derisken echtelieden, dehelft van een stuk land, genaamd Barten Engelaer, belast met dehelft van 9 sester gerst per jaar, waarbij voornoemde vijferfgenamen zich borg stellen 1446 .12-5-1612: schepenen oorkonden dat Hans Gerits en Grietkenechtelieden een rente opdragen aan Jacop Puyn en Jaecxkenechtelieden 1447 .6068. Peter Croon, geb. Ambt Doetinchem, tr.6069. N.N. Wijnbergen, geb. Ambt Doetinchem.6070. Johann Haeck, geb. Xanten, kurfürstlich Brandenburgs rentmeesterte Gennep en Goch, ouderling te Gennep, overl. Gennep 22-6-1689,tr. (2) Goch 26-5-16506071. Alida/Aeltgen Johansdr. van Heukelum, geb. Goch.Johan Haeck, "Churfurstlich Brandenburgischer Rentmeister zu Gochund Gennep" (1677), tr. Goch Aeltgen van Heuckelum "Johan vanHeuckelum, schepen sehliger nachgelassende dochter" 1448 .Mogelijk is zij in te passen in de familie Van Hoekelum, die in NL1907, pp. 7-10 wordt genoemd. Nader onderzoek.6067. Johannes van Diependael, j.m. van Geertruidenberg, deurwaarder vande Raad van Brabant en procureur te Cuijk, tr. (2) Cuyk 24-1-1698Anna Houwaert, j.d. van Gorinchem, overl. v. 19-6-1726.Johannes van Diependaal tr. (1) ’s-Gravenhage 5-7-16546068. Maria T(h)its, j.d. van Geertruidenberg,Joahnnes was in 1698 pachter van een hofke aen de kerk totCuyk.Op 19-6-1703 vindt de boedelscheiding plaats van Joahnnes Houwaertzaliger. Erfgenamen zijn Johannes van Diependael, procureur fiscaelvan Cuyk en Anna Houwaert, echtelieden,wonende Cuyk en Abraham van Emmerseel, zijn schoonzoon, wonend te’s-Gravenhage.Johannes blijkt op 25 april 1712 al overleden te zijn. Op die dagcompareerden zijn kinderen en erfgenamen, <strong>nl</strong>. Margaretha vanDiependaal, bejaarde dochter, Abraham van Immerseel, erfgenaamvan wijlen Johanna van Diependaal, allen wonende in Den Haagen Henrick van Diependaal, schepen van Grave.


Op 31-3-1707 verkopen de erfgenamen een huis c.a. te Cuijk aan demeester-smid Anthony Jaspers 1449 .Op 19-6-1726 blijkt Anna Houwaert overleden, men verklaart dan datzij geen testament had. Aanwezig is ook schepen Hendrik vanDiependaal, die spreekt over zijn moeder (lees: stiefmoeder). Welis sprake van een erfdeel van 2000 gulden voor Margarita vanDiependaal. Voor de rest zijn er efgenamen de kinderen enkindskinderen van haar man zaliger, Johannes van Diependaal 1450 .Uit het eerste huwelijk:1. Margriet, ged. ’s-Gravenhage 13-2-1656.Haar doopgetuigen waren Pieter Melchior, Maria Maes deLoockere en Dyna Smout. Op 25 april 1712 is zij een bejaardedochter.2. Arnoldus Johannes, ged. Cuyk 24-2-1658, tr. Cuyk 10-12-1680Aeltje van Dockum, afkomstig van Nijmegen.Op 21 april 1680 werd hij burger van Nijmegen.3. Aleda, ged. Cuyk 18-4-1660.4. Henricus, (= nr. 3038).5. Johanna, j.d. van Cuyk, overl. 's-Gravenhage (impost)21-12-1706, ondertr. aldaar 22-2-1699 Abraham van Emmerseel, j.m.van Leyden.6. Aleda, ged. Cuyk 6-11-1667, zij woont in 1712 te Den Haag.7. Maria, ged. Cuyk 8-9-1669, (o)tr. Cuijk/Weurt 5/30-10-1695Hendrick van Limburg, j.m. van Beughen. Getuigen waren Joh. vanLimburg en Johannes Diependael, hun vaders.8. Catharina, ged. Cuyk 15-2-1671, overl. ald. 19-12-1700.9. Melisa, ged. Grave 13-5-1672.10. Melchior, ged. Cuyk 6-3-1675, overl. ald. 1675.11. Adriana, ged. Cuyk 4-11-1676, overl. ald. 8-1677.6078. Johannes/Jan van Heel (ook: Van Hedel, ook: Heel), ‘capteijn derarmee onder de Heer Capteijn Rijswijk’ (o)tr. (2) NG Mill/Grave28-10/2-11-16676079. Jenneken Jacobs, tr. (1) NG Grave 9-4-1660 Jan Willemsen, soldaatonder de compagnie van kapitein Braeckel.Bij het tweede huwelijk is hij weduwnaar van Ravestein, zij weduwevan Grave, zij is bij het eerste huwelijk j.d. van Grave.Op 31-1-1670 koopt het echtpaar een huis in de Hoofdstraat teGrave 1451 . Op 3-8-1671 volgt de aankoop van een huis achter dekerk 1452 .Uit het tweede huwelijk (allen ged. NG Grave):1. Wilhelmina, ged. 17-8-1668.2. Johanna, (= nr. 3039).3. Gerritjen, ged. 22-5-1672.4. Gerrit, ged. 7-7-1673.5. Neesken, ged. 17-3-1675.6. Dirck, ged. 31-1-1677.7. Dirck, ged. 14-4-1679.8. Jacobus, ged. 20-9-1680.9. Johannes, ged. 7-5-1682.6080. Leendert Jans Decker, begr. Kethel 5-9-1679, tr. Kethel 26-2-16456081. Maertje Pieters Post, geb. ca. 1620.RA Ambacht Kethel en Spaland, nr. 289, folio 228v. d.d. 25-7-1670:Arijen Jacobsz. Coppert wonende alhier heeft verkocht aan LeendertJansz. Decker een woning als huis, schuur, barg en geboomte, zijdeerfpacht van de heer van Wassenaar. Belend ten Z: de schout Jacob


Jansz. de Jonge en ten N: voor de weduwe van Jan Cornelisz. Specken achter de Vlaardingerweg. Strekkende van de straat tot achteraan de boomgaard door de verkoper verkocht aan Leendert Pietersz.van Velde. De jongste opdrachtbrief in dato 07-06-1665. De woningis belast met 15 st. per jaar, zijnde een gedeelte van een erfpachtvan 29 st. per jaar, waarmee de woning en boomgaarden daarachtergelegen tezamen zijn belast. De koper neemt de last van 15 st. totzich.Prijs f 1.000, contant geld.RA Ambacht Kethel en Spaland, inv. nr. 85, , nr. 203, folio 88v.d.d. 18-06-1670: de diaconie van Kethel arrestanten op de penningenberustenden onder Leendert Jansz. Decker en Leendert Pietersz.Pathijn, aankomende Arijen (Jacobsz?) Coppert eiser contra dezelveCoppert, gedaagde, om te kennen of ontkennen de obligatie door degedaagde en deszelfs borg op 24-06-1665 voor schepenen alhierverleden tot de somme van f 300 kapitaal en de intrest van dien.Leendert Jansz. Decker, wonende te Kethel. Zie rekening, bewijs enreliqua van het beheer over de goederen van de twee nagelatenweeskinderen van Jan Ariensz. Suijckerbosch en Grietgen Jans. 29november 1660. O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 283 O.N.A. inv. no.: 774blz.: 455, in dato 27 april 1671 1453 .Gaat het hier om een naamgenote, of zijn er toch andere ouders?:Maertge Pieters Post, gehuwde dochter van Pieter Cornelisz. Post,en van Grietgie Jansdr., die ziek te bed ligt, wonende in deKethelpolder in de Ambachte van Kethel, zie aldaar, in dato 16november 1663. O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 8776082. Cornelis Cornelisz. Corpershoek, geb. Schipluiden, bouwman teNoord-Kethel/schepen, otr. Kethel 11-1-16426083. Aeltgen Cornelis Verhoeck/Verhouck.6084. Leendert Jacobsz. Rodenburch, geb. Naaldwijk, ged. Naaldwijk13-3-1611,overl. v. 1659, otr. Vlaardingen 8-11-16426085. Neeltje Pieters Poot, van Kethel, begr. Vlaardingen 1-1671.6104. Andries Jansz. van Alphen, geb. Berkel, tr. Vlaardingen/Berkel enRodenrijs 26-3/16-4-16516105. Pleuntje Jansd. van Rijt, geb. Zouteveen 1627.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Berkel en Rodenrijs):1. Maertje, ged. 28-4-1650, tr. Joris Boone Kleijwegh.2. Pietertje, ged. 22-11-1654, overl. na 693.Gemeentearchief Schiedam: Pietertje Andries van Alphen:wonende te Vlaardingen. Verklaart dat Pleuntje Jans van Rijt za.,haar moeder, in leven gehuwd met Willem Arijensz.van der Snel, haartot erfgenaam voor een wettelijk erfdeel heeft benoemd, waarvoorzij de helft van 4 morgen land in Babberspolder, belend Van derLelij en de Kethelseweg plus 300 gld. kon ontvangen, en verklaarddit land met dit geld aan te nemen i.p.v. haar wettelijk erfdeel.27 december 1693 1454 .3. Sijmon, ged. Bergschenhoek 24-8-1665, overl. na 1730, tr.Stompwijk 16-1-1707 Maertje Jans Warmenhove, ged. Noordwijk 27-3-1650 Noordwijk, overl.Zegwaard 2-6-17414. Jan, (= nr. 3052).6112. Jan Rutgers Luchtermoet, bierwerker en herbergier, ged. Deventer28-5-1646, otr. Schiedam 8-3-1668, tr. Rotterdam 2-4-16686113. Maartje Dirks, van Schiedam.


Bij het huwelijk is Jan ‘jongeman’, afkomstig van Deventer enwoonachtig te Schiedam en Maartje ‘jongedochter’ van Schiedam.Op 10-6-1681 zijn Jan Lichtermoet en Maartje Dirks getuigen bij dedoop van Ida, dochter van Jacob Leenderts en Pieternelletje Dirks.Op 19-7-1702 is Jan Ritsert Lugtermoet getuige bij de pacht of koopvan een woning voor Huig Groenedijk. De akte is opgemaakt doornotaris v.d. Meer. Zie ORA Schiedam nr 797, pp. 537-538Aan het teken dat Jan onder de akte zet, blijkt dat hij niet konschrijven.ORA Schiedam nr. 799, p. 457. Notaris van de Meer, 29 november1704.In deze akte is vastgelegd dat de buiten de stad wonende Jan 4manden met appels heeft verkocht op 4 november en al eerder appelsen peeren aan Gerrit Duyvesteijn en Johannis Geitenbroeck. Die 4manden hadden gekost 4:13:- Gerrit en Johannis zijn "pagters van deimport" Jan is zelf niet aanwezig.Uit een place-mate van Le Bistro Hosman Frères te Schiedam blijktdat Jan datzelfde pand dat dateert van circa 1547 in 1685 voor 160guldens kocht van Maertie Cornelis in de Nobel, dochter vanCornelis Ieper. In 1660 was er een herberg of eethuis in gevestigdonder de naam Nobel. De place-mate toont een foto gemaakt rond1810.Zijn zoon Ruth Ligtermoet erft dit pand in 1705 en verkoopt hetpand in 1715 aan Gerrit Kruideling voor F 450,-Getuigen bij het huwelijk: Thijs Leendertz. en de moeder van debruid en Jan GilpersUit dit huwelijk:1. Dirck (= nr. 3056)).2. Annetie (Anna) Lochtermont, ged. Schiedam 11-1-1673, begr.Schiedam 15-4-1749, (o)tr. Schiedam 27-12-1704/14-1-1705 JorisHuygen Goutsblom.Op 23-5-1700 vermeldt het boek ‘In en uit Schiedam van deGereformeerde kerkeraad’ dat zij vertrekt naar Charlois, op 21-5-1702 keert zij weer terug naar Schiedam.In het Repertorium register van het Sint Jacobs Gasthuis staatvermeld dat Annetje Ligtermoet, commensaal, opgenomen 10-6-1746, isoverleden op 15-4-1749 (bron C.B.G. Den Haag).3. Pieter Lichtermucht/Lichtermont, begr. Amsterdam 6-11-1727, tr.Amsterdam 19-5-1702 Magdalena Claasze (Clausius), dr. van LijsbethBruins.Getuigen bij het huwelijk: ‘sijn broeder’ Clement Ligtermoet, haarmoeder Lijsbet Bruijns.In zijn overlijdensakte staat vermeld dat hij bij zijn overlijdenwoonde in de Weesperstraat.Bij de doop van zijn zoon Nicolaus 09-11-1710 wordt hij Lichtermontgenoemd en zijn vrouw Claessen. Bij de doop van zijn zoon Martinusblijkt dat de familie relaties heeft met familie in Coesveld. Bijhet huwelijk van neef Dirk met Heijltje Cromvinger blijkt datinmiddels ook "neef" Martinus in Coesveld woont.4. Ruth/Rutger, mandenmaker en herbergier, begr. Schiedam 3-4-1737,(o)tr. Schiedam 8/24-3-1704) Annetje Dirks Capteyn, ged. Schiedam19-8-1672, dr. van Dirk Arends Capiteyn en Neeltje Cornelis.Getuigen bij het huwelijk: Jan Lichtermoet zijn vader en de oudersvan Annetje.5. Ida, ged. Schiedam 5-8-1678.6114. Arij Cornelisz. Hordijck, geb. IJselmonde, overl. Barendrecht7-1-1707, tr. (2) Barendrecht 5-5-1675 Sara Jacobs Cuijthaen, jd.van Rotterdam, tr. (1) Barendrecht 25-5-16546115. Maaike Leenders Slickerveer.


Bij het eerste huwelijk is Arij jm. van IJselmonde en MaijkeLeenders is jd. in Barendrecht, laatst gewoond in Charlois.Uit het eerste huwelijk (ged. Barendrecht):1. Arijaentie, ged. 15-10-1656.2. Aert, ged. 21-10-1657, getuige: Lijntje Cornelis.3. Sara, ged. 1-8-1660.4. Maria, ged. 10-8-1664, getuige: Aechie Cornelis.5. Cornelia, ged. 29-8-1666.6. Heijletta, (= nr. 3057), getuige: Grijntie Theunis.Uit het tweede huwelijk (ged. Barendrecht):7. Maeijke, ged. 5-7-1676, getuige: Marijtie Ariens.8. Jacobus, ged. 22-10-1679, getuigen: Jaepje Geene, i.p.v. GrietjeJacobs.9. Cornelis, ged. 22-2-1682, getuige: Saertje Ariens Hordijck.10. Marijtie, ged. 22-10-1684, getuige: Neeltjen Ariens Hordijck.6120. Pieter Dirksz. van Delft 1455 , ged. Gorinchem 10-9-1653, overl.Zevenhuizen ca. 1699-1701, tr. ‘s-Gravenhage 3-4-16786121. Francina Philipse du Planc, begr. Zevenhuizen 15-6-1729.Het in rechte lijn terugzoeken in de familie Van Delft, kom jezonder veel problemen bij Pieter Dirksz. van Delft uit Zevenhuizen(Zuid-Holland), die daar op 25 december 1680 zijn zoon Phillipuslaat dopen. Aangezien zijn vrouw het patroniem Philipse draagt ligthet voor de hand aan te nemen dat dit kin naar haar vader isgenoemd. Uiteraard ga je dan in de doop- en trouwboeken vanZevenhuizen op zoek naar aanvullende gegevens van Pieter Dirksz.van Delft, maar noch zijn doop- noch zijn trouwdatum is aldaar tevinden, wel de doop van de kinder 3 t/m 5, waarbij het opvalt datogenschij<strong>nl</strong>ijk eerst de jongste zoon wordt vernoemd naar zijn vaderen niet de oudste, zoals dat gebruikelijk was. Uit een notarieleacte uit 1688, die Pieter voor notaris Cornelis van der Meer teZevenhuizen laat opmaken, lezen we dat hij dan 35jaar oud is,waaruit valt af te leiden dat hij in circa 1653 geboren moet zijn,mar de vraag blijft: waar? De betreffende acte geeft daarover geenuitsluitsel. Bij controle van andere bronnen in het Rijksarchief teDen Haag valt dan het oog op de klapper van de dopen uit Gorinchem,alwaar op 10 september 1653 het echtpaar Dirk Jansz. van Delft enHuijbertien Gerritse Verborch een zoon Pieter laten dopen. Het isdan wel erg verleidelijk om aan te nemen, dat we hiermee de oudersen de doop van Pieter gevonden hebben, zeker als je ook nog eenslet op de naam van Pieters oudste dochter: Huijbertje. Waterdichtis het bewijs echter niet, want Hubertje kan ook best vernoemd zijnnaar Francina's moeder; immer ook de eerste zoon is naar haar vadervernoemd zo lijkt het althans.Een vondst in het Centraal Bureau voor de Genealogie werpt echternieuw licht op de zaak. Uit microfiches van de doopboeken van DenHaag blijkt dat Pieter en Francina aldaar op 6 december 1678 eenzoon Dirk laten dopen, dus twee jaar voordat zij in Zevenhuizen huntweede kind late dopen ergo de eerstgeborene is toch naar Pietersvader genoemd. Doopgetuige bij deze doop is Francina's zusterNeeltje Philipse de Planc, die ook getuige is bij de doop vanPhilippus in Zevenhuizen. Een bezoek aan het gemeentearchief vanDen Haag levert dan ook al snel de ondertrouw van Pieter enFrancina op, namelijk op 3 april 1678. Bij de inschrijving van deondertrouw ontbreekt het gebruikelijke "geboren alhier", er staatslechts dat beiden in Den Haag wonen. Waar ze geboren zijn wordtechter niet vermeld, dus is er nog egeen bewijs dat Pieter uitGorinchem komt. Dan echter blijkt het belang van de doopgetuige,zij huwt enkele jaren later eveneens te Den Haag en bij haarinschrijving staat vermeld "j.d. van Gorinchem". Dat betekent dat


de familie toch een verbinding heeft met Gorinchem; onderzoekaldaar brengt het huwelijk met Francina's ouders aan het licht. Op19 februari 1645 gaan daar in ondertrouw Philip de Planse enJannetje Lowijs, het huwelijk wordt gesloten op 7 maart 1645.Hiermee is de naam van Francina's moeder dus bekend en is het dusduidelijk dat de oudste dochter van Pieter en Francina naar zijnmoeder genoemd moet zijn, de tweede dochter is duidelijk vernoemdnaar haar moeder, evenals de tweede zoon vernoemd is naar haarvader, met ander woorden in het vernoemen van hun kinderen zijnPieter en Francina heel traditioneel en wijst alles erop dat DirkJansz. van Delft en Huybertien Gerritse Verborch de ouders zijn vanPieter. Dat ook de familie van Delft uit Gorinchem banden heeft metDen Haag blijkt uit het gegeven dat aldaar in 1699 Huybertje Jansevan Delft, jongedochter uit Heusden in het huwelijk treedt. Zijblijkt een dochter te zijn van Jan Dirksz. van Delft, die in 1669in Heusden in ondertrouw gaat, waarbij dan wordt aangegeven dathij afkomstig is van Gorinchem. Hij is de oudste zoon van Dirk enHuijbertien.Van het leven van Pieter in Zevenhuizen is gelukkig iets meerbekend dan van zijn jeugd. Zo weten we dat hij meester Zeilmakervan beroep is, een beroep dat nauw verwant is met de scheepvaart.Mogelijk heeft hij van huis met de scheepvaart te maken gehad, wantook zijn broer in Heusden is in de scheepvaart werkzaam alsbinnenschipper.Pieter is als lidmaat van de Nederduits Gereformeerde kerk teZevenhuizen ingeschreven op 7 oktober 1679. Hieruit kan wordenafgeleid dat hij zich in dat jaar vanuit Den Haag in Zevenhuizenheeft gevestigd. Dankzij het gegeven dat hij lidmaat van de kerk,is ook iets meer bekend over de plaats waar hij in Zevenhuizenwonde. De predikant van Zevenhuizen David van Hingst bezocht degemeenteleden regelmatig en hield daar aantekeningen van bij.Hieruit blijkt dat Pieter in de periode van 1689 tot 1696 aan dewestzijde van het dorp woont. Bij zijn rondgang in 1701 tekent depredikant bij Piet aan 'obiit', hetgeen latijn is voor overleden.In al die jaren komen we Pieter slechts een keer tegen alsdoopgetuige en wel op 29 augustus 1688 bij de doop van Jan, zoonvan Dirk Janse en Elisabeth Nicolaas.Op en andere manier komen we Pieter nog wel een keer tegen. In hetoud archief van Zevenhuizen komt in de resolutien van het Ambachtsengemeentebestuur een acte voor, waarin het Ambacht zich garrantstelt voor ".......zeeker bevrugt vrouwpersoon, jegenwoordighwoonende tot Pieter van Delft, mitsgaders haar te baaren kind ofkinderen." Deze acte wordt opgemaakt op 11 augustus 1688 (Voor devolledige acte en de hedendaagse vertaling zie bijlage 1)Waarschij<strong>nl</strong>ijk wordt met de "zeeker bevrugt vrouwpersoon" uit deacte Elisabeth Nicolaas bedoeld.Uit een notariele acte van 1686 kunnen we afleiden dat Pieter totde meer bemiddelden van het dorp behoort. Hij leent van de diaconievan Zevenhuizen een bedrag van f 400,= nr. tegen 5% rente perjaar, waarbij hij een vordering op de Catgis Polder en deSwa<strong>nl</strong>asche Polder bij Zevenhuizen als zekerheid inbrengt. Devordering is op de molenaar, waarschij<strong>nl</strong>ijk voor het leveren vanzeilen voor de molens in de genoemde polders. Voor onze begrippenis f 400,= nr. misschien niet zoveel, maar voor die tijd is heteen behoorlijk groot bedrag, vergelijkbaar met f 80.000,= nr. nu.Een fragment van de acte is hiernaast afgebeeld de volledige tekstis in bijlage 2 weergegeven.Oud-Notarieel Archief, Zevenhuizen; RA Den Haag:‘Op heden den 4e februari 1686 compareerden voor mij, Corn. van derMeer, bij den R. Hoove van Holland geadmitteerd notaris, teZevenhuizen residerende en of ondergenoemde getuigen Pieter van


Delft , woonende alhier, mij notaris bekend, dewelke wel endeugdelijk schuldig te zijn aan de diaconale armmeester van depublieke kerke van Zevenhuizen ten behoeve van dezelve armen, ensomme van vier honder Carolus guldens ter saake van geleende en opheden uit hant van Claes Burgersz. Ongebleykt, gewesen diaconiearmmeester van de Zevenh. kerke ontvangen penninge renuntierendemitsdien d'exeptie a costie acummeratie pecunie, beloovendederhalve de voornoemde somme van vier honderd guldens volledig aande houder of houders deses te zullen restitueren en voldoen over detijd van een jaar met den intresse van den tegen vijf guldens percento en de incas van langen onderhoudinge en intresse te sullengeven naar beloop des tijds, dogh indien hij comparanten devoornoemde intresse binnen drie maanden naar yder verschijndagebetaelende, dat hij zulks gevallen zal moge volstaan met tebetalen tegen vier gulden van 't honderd in jaar geduyrende soovervolgens tot de volle en effectieve rente en aflossinghe toe,wlke lossinge tot believe van de houders sal moeten en ook totgenoegen van de comparanten moge geschieden, mits dan ander driemaanden te vooren waarschouwende.Tot nacomminge en voldoeninge van 't geene voornoemd staat,verklaarde comparanten specialyk te opsignoren en verbinden allesodanige penninge als dan comparanten op het invordere dervoornoemde penninge te laste soo van Caties als de Zwa<strong>nl</strong>aschepolder beide alhier Zevenhuizen zoude mogen hebben te pretenderen.Authoriserende en versoekende den schout en meulemeester van deZevenhuise polders, respectivelijk bovengemelde schuldige pecunia't zij op wat tijd en jaar het selve soude moge wese te begeere vande houders deses voor sijne rekeninge 't zij in minderinge ofvoldoeninge van desen aan deselve te betalen onder belofte van alledeselve persone voornoemd betalt te late vordere, alles onderverband van zijne persoon en generaelijck sijne verdere goederen tebedwange specialyck van de voornoemde R. Hoove van Holland en alleandere regt en regt en regteren te vrede sijnde en overgedaan hijcomparant ommehem in de inhoude dese vrijwilliglijk sobij den selveHoove, hooge rade en den geregte van Zevenhuisen te doen en latencondemneren daar toe behorende regten constituerende en magtigmaake Dienaar van geregten. Joh. Houttuijne en Abraham Gerhart vanWouw, procedures voor de voornoemde regtelijke Hooven, recit bijJoest van Zevenhoven en Albertus van Brakel procureur voor dengemelde geregte te Zevenhuizen en elk int bijsonder soo omme devoornoemde comparanten te versekeren alsdaar inne te consenterenregte mette kosten ondergetekend verband en willighe comparanten.Als vooren gedaan te Zevenhuizen, ter presentie van Corn. Jansz.Schipper en Gerrit Jansz. Vermeulen, woonende alhier, alsgetuygen.w.g. Pr van DelftCorn. Jansz. SchipperGerrit Jansz. VermeulenCorn. van der Meer 1686De exacte overlijdensdatum van Pieter Dirksz. van Delft is nietbekend. De begraafboeken van Zevenhuizen zijn pas na 1703bijgehouden en zoals uit de aantekening van de predikant blijkt ishij in 1701 reeds overleden. Het laatste levensteken van Pieterdateert van 5 februari 1699. Op die datum gaat hij met zijn vrouwFrancina naar de notaris om een testament te laten opmaken (voor detekst zie bijlage 3). Dit is een testament op de langstlevende,waarbij uitdrukkelijk de gebruikelijke rol van de schout bijvoogdijschappen wordt uitgesloten. In de praktijk betekende dit datde langstlevende partner zonder bemoeienis van de bestuurders denalatenschap kon ontwikkelen. In het testament wordt ook gesprokenvan onroerende bezittingen, hetgeen ook weer op een zekere


welstand wijst. Aangezien het in die tijd vrij gebruikelijk was datmen een testament liet opmaken op het moment dat een van departners vewachtte niet lang meer te leven, is het aannemelijk datPieter vrij kort hierna is overleden.Oud Notarieel Archief, Zevenhuizen; RA Den Haag:"Op de 5den februari 1699 compareerden voor Michiel Bontenbal bijden hoove van holland geadmitteert notaris tot Zevenhuysenresiderende en voro de getuygen ondergenoemd, Pieter van Delft enFrancijntje Philips de Blanse, egte man en vrouw, woonende op dendorpe alhier, mij notaris bekent, dewelken bij dezen tot voogd oftevoogdesse over haare te laten minderjarige kind ofte kinderenverklaarden te hebben gestelt en gecommitteert de eerst stervendede langstlevende van hun beijde, met magt soo wel de vast als deroerende goederen der boedele sonder consent van voornoemde hoovevan holland of eenige andere geregte of regteren te raadplegen oftenoodig te acten 't sy public ofte onder de hand te mogen vercoopenen aan de coopers transporteren ofte andersinds......., soo sijnofte hare goede raad gedrage sal meede met magte omme anderebequaame persoonen tot meedevoogden te mogen assumeren om in desafgestorvenen plaatse surrogeren met gelycke magt als voorensuccessivelyck en tot soo lange als eenige voogdye en administratievereyst sal werde alles met expresse seclusie en exonsatie vanschout en geregte ofte weeskamer van Zevenhuysen voornoemd,mitsgaders alle anderen plaatse daar haar sterfhuys mogte coome tevalle ofte eenige minderjarige bevonden worden als haar daar vanontlastende en exonserende gedaan en gepasseert te presentie vanJohannis Houttuyne, Schout en Gerrit Jansz. Smeulders, schepenalhier als getuygen ter plaatse.Uit dit huwelijk:1. Dirck Pietersz.2. Philippus Pietersz.3. Nicolaas Pietersz.4. Hubertje Pietersz.5. Jannitje Pietersz.6. Dirck Pietersz.6122. Maarten Ariensz van der Hout, van Moordrecht, tr. (1) MachteltjeJans, tr. (2) Moordrecht 11-02-16746123. Neeltje Willemsdr. Mul 1456 , overl. Zevenhuizen 28-12-1719.6124. Leendert Jongeleen, tr.6125. Maartje Cornelisdr., begr. Zevenhuizen 2-3-1698Uit dit huwelijk:1. Klaas Jongeleen.2. Pleun Jongeleen.3. Marijtje Jongeleen.6128. Pleun Fransse Nelemaat, impost begr. Overschie 18/19-2-1714, tr.Overschie 27-11-16676129. Maartje Abrahams Heckenhouck 1457 /Hekkenhoek/Hekkenhoven, ged.Kethel 1-12-1647, impost begr. Overschie 20-5-1737.Bij het huwelijk waren zij jongeman en jongedochter van Overschie.De inschrijving van de begrafenis van Pleun valt op tweeonderscheiden dagen: de eerste is de gaardervermelding, de tweedede kerkelijke notitie. De begrafenis van Maartje kostte f. 9.8.0.Uit dit huwelijk:1. Cornelis, ged. Hillegersberg 20-1-1669, getuige: Ariaantje Fransen Cornelis Frans2. Jan, ged. Hilligersberg 1-1-1671, getuige: Ariaentje Frans.3. Maertie, ged. Overschie 18-9-1672, getuige: Crijntje Franse.


4. Pieter, ged. Overschie 18-11-1673, getuige: Pieter Franse enTeuntje Frans, tr. Maritje Jans Broekhuijse.5. Frans, ged. Overschie 23-2-1676, getuige: Pieter Franse enCrijntje Fransen, begr. Overschie 1-6-1743, (o)tr. Hillegersberg10/26-2-1708 Claasje Dirks Schoonder.6. Isaak (= nr. 3064), getuige: Jan Neelten.7. Maria, ged. Overschie 10-9-1679, getuige: Ariaentje Franse.8. Marijtje, ged. Overschie 10-8-1681, getuige: Trijntje Franse,(o)tr. Overschie 1/24-31709 Leendert Jans Berckel.9. Aegtie, ged. Overschie 3-10-1683, getuige: Neeltje Jans, tr.Overschie 25-3/10-4-1707 Jan Commerse Huijsman.10. Abraham, ged. Overschie 4-8-1686, getuige: Jannetje Abrahams.11. Trijntje, ged. Overschie 13-6-1688, getuige: Ariaentje Franse.12. Trijntje, ged. 23-7-1690, getuige: Crijntje Franss.6132. Jan Claesz. Noorlander, woonachtig in ‘de Cromme’ onder Ouderkerkaan de IJssel, waarsman (1718), overl. Ouderkerk aan de IJssel21-2-1728, tr. ca. 16776133. Adriaantje Cornelisdr. Ouwejan, ged. Ouderkerk aan de IJssel12-3-1656, begr. Ouderkerk aan de IJssel 6-3-1692.6134. Pieter Jansz. Ligthart, ged. Lekkerkerk 1-7-1651, begr. Lekkerkerk7-5-1704, tr.6135. Marchje Cornelisdr., begr. Lekkerkerk 4-8-1713.Pieter wordt genoemd als landpoorter te Dordrecht op 23 mei1690. 14586144. Johannes Wächter/Wechter, tr. v. 11-11-16196145. Küngündt N.N.Een eerste vermelding van het echtpaar is in het MünzenbergerKircheninventer (o.i.d) nr. 122 op 11-11-1619. Daarna komt Johannesvoor in de Beedheften vanaf 1635.6206. Wouter Jans, alias Wouter de Weever.6344. (?) Albert Hermsen.Albert was bij het huwelijk van zijn dochter Jenneken afkomstig vanAlbergen.6416. (?) Jan Derksen Senderman 1459 geb. ca. 1570 1460 , landbouwer op erveZenderink.In 1627 ondertekent Jan Dercksen mede het protest dat de gemeentevan Wierden indiende bij de classis van Deventer tegen deaanstelling van calvinistische koster van bedenkelijk allooi en hetverzoek van de nieuwe predikant Abraham Nijhoff 1461 om de inkomstenuit een halve vicarie voor zijn kinderen aan te wenden, waardoor deoude koster het brood uit de mond gestoten zou worden 1462 .Jan Dercksen Senderman wordt op 21-4-1630 gehoord als getuige ineen geschil tussen de inwoners van Vriezenveen en de Heer vanAlmelo 1463 .6428. Derck Boinck, landbouwer te Notter (1646), tr.Derck wordt genoemd als vader bij het huwelijk van zijn zoonGerrit. Drie dochters van hem worden vermeld in het Rijssensedoopboek: Gertien op 12-2-1654, Geseken op 31-7-1659 en Jenneken op27-3-1664.6430. Gert ten Stover 1464 , landbouwer op erve Stover (te Azelo onder


Delden), overl. v. 10-11-1670, tr.6431. (?) Anna NN 1465 .Het Stover te Azelo wordt in 1436 vermeld in een leenbrief 1466 . In1475 wordt ‘dat Stover’ genoemd : ‘is een denstman’. In 1601 is heterf Stoever een leengoed en kathe, leenroerig aan het klooster vanAlmelo en 6 mud gezaai groot. In 1953 heet het erf Stovelaar. In1670 blijkt het goed te worden beleend door de Heer van Almelo.Leenman is Jan te Stover, na de dood van Geerdt ten Stover, zijnvader 1467 .In 1675 werd het Stover voor de 500ste penning aangeslagen over1000 gulden.Aan Geert Stover en zijn huisvrouw Anna wordt op 27-5-1630 het erfen goed ‘t Stover te Azelo getransporteerd door Berent ten Welberchuit naam van zijn vrouw Merrie, zoals het toebehoorde aan Geertsouders en aan Welberchs huisvrouw. Geert heeft zijn zwager enzuster hun erfdeel reeds uitbetaald en is nu enig eigenaar 1468 .Trine Jansen, gehuwd met Geert Wantschers te Almelo, en JenneJansen, dochter van Jan ten Stoever, verklaren op 1-10-1618 datGeert ten Stover, wonende op ‘t Stover, zijn schuld aan hen heeftvoldaan 1469 . Of het hier om die zwager en zuster gaat, blijftonduidelijk. In deze akten wordt verwezen naar huwelijksvoorwaardenvan 24-5-1589. Deze worden ook aangehaald in het testament vanBerent ten Stover, wiens dochter Geese toen trouwde met Geert teStover en aan wie Berent zijn goederen nalaat.Die Berent had een zoon Johan, overleden te Almelo, die kinderennaliet 1470 . In 1614 wordt melding gemaakt van een Geert ten Stoverjr. 1471 Hoe nu de precieze familieverhoudingen liggen, wordt nietduidelijk.6530. = nr. 4950. Hendrick Godtschalk, tr.6531. = nr. 4951. Fenneken Roloffs.6728. Lebbert Wijben, tr. (1) v. 26-11-1648 N.N., (o)tr. (3)Steenwijk/Steenwijkerwold 3/29-3-1678 Geertje Teunis, tr. (2) ca.16576729. N.N.6730. Heertien Luytties, tr.6731. (?) Wytske N.N.6852. Egbert Hermsen Broeckhuys, (o)tr. (1) Zwolle 8-27-9-1646 VrouckenDercks Roever/Cunnechien Dercks, overl. v. 12-1688, (o)tr. (2)Zwolle 31-12-1658/18-1-16596853. Jannigje Jans Grasdorp 1472 .Bij het eerste huwelijk was Egbert Hermsen Broekhuis j.g. wonendebij de Vispoorte. In september 1648 doet zijn vrouw, dan genaamdCunnechien Dercks belijdenis te Zwolle. Ik ga er van uit dat het omhetzelfde echtpaar gaat.Bij het tweede huwelijk was Egbert weduwnaar, woonachtig bij deDieserpoort. Janneke was als jd. woonachtig bij de muntmeesterRumunde.Op 17-11-1663 1473 maakt Engele Grasdorp te Zwolle haar testament op.Zij is een zuster van Janneke en het echtpaar en hun kinderenkrijgen hun deel. Ook wordt genoemd: de dochter van Lindenhovius,pastor in Den Ham; wellicht zit daar nog een relatie.Jannetje kwam in december 1658 met attestatie van Amsterdam (enkeert later weer terug). In december 1688 keert zij – als weduwe -weer terug naar Zwolle.Op 28-4-1679 wordt een dode uit zijn huis begraven 1474 .Op 17-11-1663 laat het echtpaar te Zwolle een testament opmaken.Uit het eerste huwelijk (in ieder geval; ged Zwolle:1. Gretien, ged. 3-2-1647.


Uit het tweede huwelijk (in ieder geval; allen ged Zwolle:2. N.N., ged. 25-11-16593. Joannes, ged. 26-12-1660.4. Grietjen, ged. 25-11-1663.5. Everwijn (= nr. 3426).6. Willem, ged. 11-4-1671.6888. Arent van Lubecq, wordt burger van Steenwijk 12-1644Arent van Lubecq betaelt 6 golt gulden. De plaast van herkomststaat niet vermeld.6976. Johan Gerrits van Dockum, geb. Nijmegen 1625-1635, ruiter onderOtto, graaf van Limburg Stirum, rentmeester, dijkgraaf en schoutte Rossum, schepen in de Hoge Bank van Driel, stadhouder der lenenvan Rossum, overl. kort v. 27-8-1689, tr. (1) Nijmegen 7-11-1655Beatrix van den Reynaert, ged. Heusden 5-6-1629, overl. tussen8-1662 en 7-1663, dr. van Peter Petersz. van den Reynaert enGeertrui Petersdr.Johan otr. (2) Rossum 18-7-16636977. Josina van Hausselt, ged. Rossum 23-6-1639, begr. Driel 3-11-1722.In NL 1962 1475 , jrg. 79, kol. 395-397 wordt deze familie besproken:‘van Dockum-van Hausselt, Indertijd heeft de Heer D. van Baalen te‘s-Gravenhage gegevens, verzameld voor een genealogie Van Dockum(in de vorige eeuw o.a. te Weesp).Deze genealogie is thans vrijwel rijp voor publicatie, dochalvorens daartoe wordt overgegaan, is het van belang om te trachtennog aanvullingen en verbeteringen te verkrijgen ten aanzien van deoudste generaties, benevens inzicht betreffendeeventueel verband met de 17de-eeuwse naamgenoten. Een en anderspeelt zich af in de militaire sfeer, weshalve ik mij met mijnverzoek speciaal wend tot kenners van het Nederlands leger in diedagen.De oudste bekende voorvader van de betreffende familie, die zichVan Dockum noemde, was: Jan Gerrits van Dockum, schout te Rossum,tr. (otr. Nijmegen 30-9-1655) 1655 Beatrix van den Reynaert,vermoedelijk ged. te Heusden 5 juni 1629 als dochter van PeterPeters van den Reynaert, bakker te Heusden, en Geertruy Peters; tr.(2) (otr. Rossum 18-7-1663 Josina van Hausselt, begr. Drie1 3 nov.1722, dr. van Matthijs Gerrits van Hausselt, eigenaar van eenbrouwerij en rosmolen te Rossum, en Aelken Sander Gijsberts deBije.Bij zijn eerste huwelijk was Jan Gerrits, die toen nog niet VanDockum werd genoemd, ruiter onder de Graaf van Styrum; getuigenwaren Gerrit Jans, Christina van Duren, Marten Harbout en TrijntjeReynards. Bij de inschrijving van zijn ondertrouw te Heusden wordtJan Gerrits met de naam ‘Van Groenveldt’ vermeld. (…) De doop vanJan Gerritx, die bij eerste huwelijk ‘van Nijmegen’ wordt genoemd,is daar niet gevonden. Gelet echter op de omstandigheid, dat bijzijn huwelijk Gerrit Jansen een der getuigen was en dat Jan later‘van Dockum’wordt genoemd, is aan te nemen, dat zijn ouders waren:Gerrit Jansen, van Ottenstein (vermoedelijk Ottenstein in WestfalenbijGroe<strong>nl</strong>o), soldaat onder kapitein Zelst, en Stijn Aernts van Dockum,die te Nijmegen 13 mei 1632 ondertrouwen; Gerrit is weduwnaar,Stijn wèduwe; zij was te Nijmegen op 3 mei 1629 ondertrouwd metHans Velfen (Welten), soldaat van Lauteren. Volgens overeenkomstigeconstructie kunnen als ouders van Stijn worden aangemerkt AerdtEmondts, soldaat van Maaseik, en Anna Tacodr. van Dockum, weduwe


van Bestekindt van Noorthorn, die te Nijmegen op 7 juli 1594ondertrouwen.De familie Van Dockum zou dus haar naam ontlenen aan deze Taco,overgrootvader van moedermoederszijde van Jan Gerrits, die bij zijneerste huwelijk nog slechts een patronym voerde.Er rijzen de volgende vragen: l: klopt deze constructie?; 2:bevinden we ons hier inderdaad in een eenvoudig gezelschap vansoldaten en ruiters of hebben Gerrit Jansen uit Ottenstein, HansVelt uit Lauteren, Aerndt Emondts uit Maaseik en Taco van Dockumhet tenslotte verder gebracht, zoals Jan Gerrits, die schout werden goede huwelijken deed, en Hendrik Haritz (met wie de van Dockumsgeregeld zaken doen), die kapitein-luitenant was en een ambtelijkefunctie te Cuyk had?; 3: is er verband tussen Stijn Aernts vanDockum en een familie Van Dockum, die in ieder geval wel eenmilitaire carrière heeft gemaakt? Is het de glans van de carrièrevan die familieleden geweest, die de afstammelingen van GerritJansen uit Ottenstein en Aerdt Emondts uit Maaseiker toe heeft gebracht zich Van Dockum te noemen?Hieronder enige gegevens omtrent deze militair geslaagde VanDockums:Marten van Dockum, luitenant, wordt in het schepenprot van Groe<strong>nl</strong>o1604-08 op 31-9-1606 genoemd als gevolmachtigde van Graaf Joost totLimborgh en Bronckhorst;Maerten van Dockum is majoor in 1677 en kolonel commandant in 1688(Het Staatsche Leger, dl. VI blz. 127, 193, 199). Hij kan identiekzijn met de majoor Doccum, genoemd in het Memorie en Resolutieboekvan Groen10 op 24 maart 1685 inzake een obligatie, waarvoor namensde weduwe Doccum op 14 aug. 1703 kwijting wordt verleend. In hetGerichtsprotocol van Groe<strong>nl</strong>o no. 15 is op 1-9-1710 sprake van deoverleden overste brigadier Marten van Dockum, wiens zoon MartinArent van Dockum dan luitenant kolonel is in het Regiment van deGraaf van Albemarle.Ik stel me voor, dat de lezers mij wel kunnen helpen met deafstamming van Maerten, de kolonel, en Martin Arent, de luitenantkolonel;van Jan Gerrits zullen zij niet afstammen; weliswaar deeddeze op 8 april 1660 te Rossum een zoon Marten dopen, maar majoorzal deze in 1677 niet zijn geweest en hij overleed kennelijk tejong, gelet op de omstandigheid, dat ook uit het tweede huwelijkvan zijn vader in 1670 een Marten wordt gedoopt. De voornaam, dieverder onder de voorouders niet werd gevonden, kan o.a. slaan opMarten van Dockum, de luitenant uit 1606, op Marten Harbourt,huwelijksgetuige in 1655, en op Maarten van Rossum. Ook de voornaamArent van de luitenant kolonel van 1710 brengt maar een zeer vageaanwijzing in de richting vanStijn Aertzds van Dockum, de bruid uit 1629 en 1632. Overigens komtde militaire carrière wel voor onder de afstammelingen van JanGerrits, de schout te Rossum: zijnkleinzoon Dirk Hermans van Dockum, ged. Rossum 9-12-1688, bijhuwelijk soldaat onder kapitein Sonneman, in garinizoen teKlundert, later dijkgraaf enz. te Rossum, had alszoons Johannes, cornet, en Stephanus, vaandrig.Ik ben voorts bezig met een genealogie Van Hausselt (Houtschilt,Huizel, Hoesel, enz.) en zal gaarne met belangstellenden, diegegevens hebben of willen verkrijgen, corresponderen; hier slechtsdat Matthijs Gerrits van Hausselt, zoon van Gerrit Dirks enJoostgen Matthijsen, een broer van Dirk Gerrits van Hausselt (…).Velp (Gld.). Mr. R. A. Rueb.’In het jaar daarop nomaals een vermelding 1476 :‘Van Dockum-van Hausselt, (LXXIX 395-397). Van Mr. H. J.Steenbergen ontving ik nog de onderstaande aanvullende interessantegegevens, welke wellicht aa<strong>nl</strong>eiding geven tot verdere vondsten:


Schepenprotocol Groe<strong>nl</strong>o, no. 42, Morgengave 12 juni 1604: Gosselichter Bucht genand Anfingh, tr. Arend the Gaspenfelt; deze laatsteheeft als voorkinderen bij Arndt Emundfz van Maijseick: 1. Emundten 2. Griten.Hieruit blijkt, dat de in mijn vraag vermelde Arendf Emundtz eenrelatie had met Groe<strong>nl</strong>o, gelegen vlak bij Ottenstein, waar wasgeboren zijn vermoedelijke schoonzoon Gerrit Jansen, dewaarschij<strong>nl</strong>ijke stamvader der huidige Van Dockum’s.Tevens maken deze gegevens meer aannemelijk, dat Arndt Emundtz destamvader is van de militairen Van Dockum te Groe<strong>nl</strong>o. (…) Velp(G.). Mr. R. A. Rueb.’ NL 1962, jrg. 79, kol. 395-3976978. Matthijs Huiberts van Andel.6979. Petronella Breus, tr. (2) ds. Guil. van Nieuwerveen,in leven predikant te Zuilichem, otr. (3) 22-9-1677 Dirk de GierPeters, overl. 5-1710, Pachter van het vesayt en hoorngeld onderDriel, Maanmeester der consumptien aldaar, Diaken, armmeester enkerkmeester te Driel, Substituut schout aldaar, Schepen in dehooge bank van Driel 1678-1709, testeert 29-8-1662 (LoofsignaatDriel) zoon van Peter de Gier Peters en Neesken Gerit Janssens =nr. (6984/5), tr. (1) Driel (Kerkdriel) Aeltje Jacobs van Thiel,dr. van Jacob Roelofsen van Thiel en Lysbeth van Aelst.Op data den 27 Mei 1710 naer de Bank spanninghs naemiddaghs deklocke drie ueren is met eenparige stemmen in plaats van Dirck deGier tot schepen vercooren Gerardus Bellingan (LoofsignaatDriel) 1477 .6980. Maurits Adriaens de Gier Adriaens 1478 , overl. ca. 1677,heiligegeestmeester (1658), schepen van de hooge en vrijeheerlijkheid Ammerzoden en Wel1 (1657-1668), tr. Wel1 19-2-16436981. Jenneke Willemse de Cock, jd. van Nederhemert.19-4-1677: Jenneken Cocken, wed. Mauris de Gier doet transport(Loofsignaat Ammerzoden).Uit dit huwelijk:1. Adriaen, ged. Wel1 1-2-1644, tr. Wel1 8-5-1670 Aeltje Gysberts,jd. van Delwijnen.16-5-1692 Aeltje Gysberts, wed. Adriaen Mouris de Gier doettransport (Loofsignaat Ammerzoden)2. Joosje, ged. Wel1 9-5-1647, (o)tr. Wel1/Kerkwijk 15/30-7-1671,Pouwel Tonis, jm. van Kerkwijk.3. Lyske, ged. Well, tr. Well lO-12-1665 Cornelis Willemse van deGrient Willem Janse, schepen van Ammerzoden en Well.4. Wouter, (= nr. 3490).5. Peter, ged. Wel1 6-11-1658.6. Willem, diaken 1690, ouderling 1695, armmeester van Wel1 1701,schepen van de heerlijkheid Ammerzoden en Wel1 1688-1713.Op 5-5-1677: Willem Mauris de Gier, boedelhouder van wijlen zijnvader, transporteert het dezen aangekomen versterf van diens nicht,Styntje Jans aan haar echtgenoot Hendrik Hendriks, schout teKerkwijk (Loofsignaat Ammerzoden).6984. Peter Peters de Gier, overl. v. 1653, buurmeester van het dorpDriel (1641-1649, bewoond huis en hof aan de kerk te Drie1, tr.(schepenen) Drie1 16-4-163?6985. Neesken Gerrit Janssens, tr. (2) Drie1 6-4-1656 Jan Gerits vanHausselt, geb. 1611 weduwnaar van Lysken Joosten Brant, overl.12-1673, deken van het St. Anthonygilde, armmeester te Driel,directeur van de Drielsche hoofden en kribben, heemraad van deHooge Schouw in den Bommelerwaard, schepen in de hoge bank van


Driel.7-12-1638: Peter de Gier, eenig zoon van za. Peter de Gier en za.Agnees de Burchgraef verklaart als universeel erfgenaam den boedelontvangen te hebben (Dingsignaat Drie]).29-7-1646 Peter de Gier verklaart als getuige voor schepenen oud tezijn drieënveertig jaren. (Dingsignaat Drie]).9-5-1641 Dirk Aartsen Stout, inwoonder van Drie1 verklaart adinstantiam van Peter de Gier Peters als dat des heeren JanHermensen in zijn leven deken te’s-Hertogenbosch bestemoeder en des voors. Peter de Giersbestemoeder syn geweest twee gezusters van vader en van moeder(Dingsignaat Driel).1-5-1653 Comp. Neeske, weduwe van Peter de Gier (Dingsignaat Driel).5-S-1655 Magescheid tussen Neesken wed. Peter de Gier en harekinderen, aangegaan door Adriaen Hendrikse als oom der kinderen enGerrit de Gier Peters voor zich zelfen voor zijn andere broers en zusters krachtens accoord van Quirijnde Cocq lantschrijver ampts Tieler- en Bommelerwaard, der voors.kinderen neve (Loofsignaat Drie]).1-2-1665 Onderlinge magescheid tusschen de kinderen van wijlenPeter de Gier en Neesken de Gier, met namen Dirk, Gerrit, Peter,Marie cn Peter Schoemans als man en momber syner huisvr. de Gier.(Loofsignaat Driel).1-10-1672, 29-9-1675 en 7-8-1677: testeert Neesken Gerits wed.Peter de Gier nu getrout met Jan Gerrits van Hausselt, onzemedeschepen. (Loofsignaat Driel).10-5-1679 Dirk de Gier krijgt volmacht inzake den boedel van wijlenzijn moeder Neesken Peters de Gier (Dingsignaat Driel) .6986. Hendrik Ariense Hol.6990. Floris/Floran Bellingan, geb. Hellouw 23-1-1643, overl. Rossum9-6-1721, tr. Rossum 6-3-16686991. Margrita van Housselt, overl. Rossum 20-6-1727.Uit dit huwelijk:1. Cuijneira, geb./ged. Rossum 26/29-9-1669, overl. Driel 16-2-1747, tr. Gerrit van Goor.2. Aaltje, geb./ged. Rossum 21/24-4-1672, overl. Rossum 29-3-1738.3. Mattheus, geb./ged. Rossum 23-2/1-3-1674, overl. Driel 10-1-16934. Maaike, (= nr. 3495).5. Noach Florus, geb. Rossum 28-7-1678, overl. Rossum 3-8-1678.6. Noach Florus geb. Rossum 5-9-1679, overl. Rossum 14-9-1679.7. Abraham Florus, geb./ged. Rossum 22/28-11-1680, overl. Meenen16-8-1706.8. Noach, geb./ged. Rossum 23/26-11-1682, overl. Rossum 24-9-1751,tr. Cornelia van Housselt.9. Gerrardus, geb./ged. Rossum 10/11-1-1685, overl. Driel 5-9-1747,tr. Aaltje Jans Rovers.10. Sander Florus, geb./ged. Rossum 13/14-8-1687, overl. Bochijn 6-9-1711.6994. Mehrten Frederikse, tr.6970. Jantie Roelofs.Zij staan als JM en JD onder elkaar op de lijst van lidmaten die teHurwenen opgemaakt wordt. Klaarblijkelijk zijn ze dan dus nog nietgeuwd. De trouwregisters van Hurwenen lopen vanaf 1648, maar tochis er in die plaats geen huwelijk overgeleverd.Uit dit huwelijk (in ieder geval, allen ged. Hurwenen):


1. Roelof, ged. 24-9-1654.2. Iken, (= nr. 3497).3. Frederik, ged. 15-2-16574. Jacob, ged. 11-11-1660.5. Judigh, ged. 29-3-1663.6. Anneken, ged. 14-11-1667.7. Janneke, ged. 8-12-1669.8. Lijsberdt, ged. 21-1-1672.7024. Gerard Dircksz. van Genderen, schepen (1654-1672), buurmeester(1658), zetmeester (1660) van Nederhemert, overl. v. 29-11-1677,tr. v. 25-2-16547025. Govertje Adriaensdr. de Cock, overl. v. 21-4-1687.Uit dit huwelijk:1. Dirk, schepen (1685-1701), buurmeester (1689) en borgemeester(1689) van Nederhemert, overl. v. 12-9-1710, tr. Cathelijn Aertsdr.(Rooyen?), weduwe van Lambert Godersen. Uit dit huwelijknageslacht.2. Arien (= nr. 3512).3. Maria Gerarsdr., tr. v. 21-4-1687 Arien Otten van der Steegh.4. Cathelijn Gerardsdr., (= nr. 3519).5. Jan Gerardsz., minderjarig op 21-4-1687.6. Geertje Gerardsdr., minderjarig op 21-4-1687.7032. Gijsbert Gijsbertsz. de Noo, geb. ca. 1635, overl. Kerkwijk 1707,tr. (2) Kerkwijk 25-6-1671 Ariken Jansdr., tr. (3) Kerkwijk20-2-1678 Anna Maria Lourense van der Weijen, tr. (1) Kerkwijk25-5-16567033. Aartje Willemdr. de Wijs, van Delwijnen (gem. Kerkwijk).Gijsbert Gijsberts de Noo behoorde tot de geërfden van Kerkwijk,die te zijnen huize vergaderden d.d. 18 oktober 1700, 28 november1701. Hij wordt d.d. 22 november 1700 als buurmeester gekozen.Op 21 november 1663 gelooft Gijsbert Gijsbersen de Noo te KerkwijkAris van Essen ten behoeve van Nelieken, dochter van HendrickAlersen thijns f 31:5. In margine staat: in 1704 voldaan (ORA 21 LS676).Op 14 februari 1671 koopt Gijsbert Gijsbertsz te Kerkwijk vanzaliger Aerdt Willemsen Vos 5 hont bos onder Kerkwijk op hetParadijsblok (ORA Zl LS 677).9 juni 1675. Eis van Arien Jansen van Hemert tegen GijsbertGijsbersen te Delwijnen (ORA Zl DS 12).30 november 1675. Thomas Cretier stelt zich borg voor GijsbertGijsbersen ter zake van het proces van Arien Jansen van Hemerttegen hem (ORA Zl DS 12).Op 8 juni 1676 moet Gijsbert Gijsbersen aan Arien Jansen van Hemertbetalen f 22:5 en de proceskosten voldoen (ORA Zl DS 12).26 april 1681 Gijsbert Gijsbertsen tekent de verpondingskohierlijstvan Kw. Hijwordt aangeslagen naar zijn grondbezit (SA Zb 228), afb 11, biz 97Op 6 juli 1681 wijst Willem Kalff als ontvanger van de verpondingin de Bommelerwaard Gijsbert Gijsbertsz toe 8 hont bos opDelwijnen, afkomstig van Capitain Cops voor achterstedigheverponding over 1677 en 1678 ter somme van f 4 met de onkosten (ORAZl LS 678).


Op 25 juli 1682 koopt Ghijsbert Ghijsbertsen 3 1/2 morgen landgenaamd den Uijl onder Delwijnen en 1 1/2 morgen genaamd denKerckenhoff aldaar van de Capitain Johan van Gelre (ORA Zl LS 678).Op 9 november 1682 verkoopt Nicolaes Maximiliaen de Vooght Lt. voorf 725 9 morgen weiland genaamd den Berentrechter onder Delwijnenwaan Ghijsbert Ghijsbertsz van Kerkwijk en diens huisvrouw, iedervoor de helft (ORA Zl LS 678).Op 19 mei 1685 verkoopt Sophia Willems, weduwe van MatthijsAntonissen, 2 morgen land, genaamd d´overste weij, aan GijsbertGijsbertsz (ORA Zl LS 678).Op 25 januari 1687 verkoopt Noij de Swart, borger en coopman binnenBommell, voor f 65:9 plus f 43:7:12 van gerichtskosten, een akkerland van 5 1/2 hont onder Delwijnen aan Gijsbert Gijsbertsz teKerkwijk (ORA Zl LS 678).Op 8april 1690 verkoopt Maria van Ham voor f 84 een weijcamp,genaamd den Steckert, onder Kerkwijk, groot 2 morgen, aan GhijsbertGhijsbertsz te Kerkwijk (ORA Zl LS 678).Op 19 juni 1690 heeft de rentmeester der stad Bommel in possessiegenomen van Gijsbert Gijsbertsz 4 morgen bouw en hopland met deopstaande vruchten, wegens non voldoening van een thijns van f 16:5jaarlijks, die hij c.s. sedert 1672 uit verschillende percelen landonder Kerkwijk verschuldigd zijn (ORA Zl DS 14).Op 4 oktober 1692 verkoopt Wouter de Cocq 1 morgen land onderKerkwijk op ´t Paradijs, genaamd de Kulder, aan GhijsbertGijsbertsen de Noo (ORA Zl LS 678).Op 17 januari 1694 verkoopt Lijntje Ariens 11 hont bouwland onderKerkwijk met 2 morgen weiland op Kerkwijk aan Ghijsbert Ghijsbertszte Kerkwijk (ORA Zl LS 678).Op 3 september 1695 transporteren de Erven Catharina van Duyssellaan Gijsbert Gijsbertsz van Noo het recht van een thijnsbrief van f300 kapitaal, met de vervallen renten (ORA Zl LS 678).Op 4 sep 1695 verkrijgt Gijsbert Gijsbertsz de Noo krachtenskoopbrief d.d. 4 dec 1694 van de erfgenamen van Juffrouw Catharinavan Duyseel 7 hont land, voor dezen hopland, bij de Delwijnensebrug, genaamd Mollenhoff, item een perceel land ten dele beplantmet fruitbomen en ten dele met hop, ong 1/2 morgen, genaamd denhoogen hoff op Delwijnen (ORA Zl DS 14).5 februari 1696. Overeenkomst met de kinderen uit de huwelijken vanGhijsbert Gijsbertsz de Noo. Elisabeth, Gijsbert den jonghen,Maeijken en Jan zullen gelijkedelen uit de nalatenschap ontvangen als de drie kinderen uit zijnderde huwelijk, zowel uit de nalatenschap van hun overleden moedersals van hun vader (ORA Zl LS 678).Op 1 december 1696 transporteert Jan de Neth voor f 129 5 1/2 hontbouwland op Kerkwijk, genaamd het paradijs, aan GijsbertGhijsbertsz de Noo (ORA Zl LS 678).Op 1 december 1696 transporteert Joachim Ploegh, nom ux juffrouwAletta van Enschede, voor f 130 een tijnsbrief van f 12 jaarlijks,wezende in kapitaal f 200, aan Gijsbert Gijsbertsz (ORA Zl LS 678).


Op 13 apr 1697 transporteert jofferen Geertruyt Vos van Avesaet enIsabella Ingenhousz, huisvrouw van Diderick Stout, voor f 230 eenperceel land onder Delwijnen, genaamd den Berentrechter, groot 3morgen, aan Gijsbert Gijsbertsz de Noo (ORA Zl LS 678).Op 17 mei 1698 transporteren de dorperen Bruchem, Kerkwijk enDelwijnen voor f 144 aan Gijsbert Gijsbertsz de Noo 1/2 morgenhopland onder Delwijnen (ORA Zl LS 678).Op 5 november 1698 hebben Gijsbert Gijsbertse de Noo te Kerkwijk enGeeraert van Dieden te Nederhemert, als erfgenamen van Maeijken vanDiden, gelooft Arijen Matthijsse van Zeelst te indemneren van eenschepenbrief groot f 500 d.d. 5 mei 1687. De som is aan comparantenbetaald (ORA Az LS 252).Op 5 maart 1700 koopt Gijsbert Gijsbertsz de Noo voor f 92 vanGerrit van Loon 2 3/4 morgen land op Kerkwijk op ´t paradijs, metlasten van f 1:11:8 jaarlijks aan de Stad van Bommell (ORA Zl LS678).Op 5 maart 1700 verkoopt Gijsbert Gijsbertsz de No voor f 82 aanPeter Lenshoeck2 1/3 part hont bos (ORA Zl LS 678).Op 25 februari 1701 verkoopt Gijsbert Gijsbertsz van Kerkwijk voorf 31:10 een perceel land te Kerkwijk, groot 7 1/2 hont, genaamd deneersten weij (ORA Zl LS 678).Op 8 juli 1704 verkoopt Gijsbert Gijsbertsz de N00 voor f 150 aanWouter Jochemsz een stuk land onder Kerkwijk, 2 1/3 part hont (ORAZl LS 678).20 januari 1706. Condschappen (getuigenverhoor) voor de Schepenbankvan Zuilichem. Comparanten Jan Gijsbertse en Handerske Paulusseende hebben ter requisitie van Gijsbert Gijsbertsz de Noo, nabuijrtot Kerckwijck, verklaard, dat op 16 januari 1706 ten huijse van deRequirant eenighe Engelse soldaten, gewapent met pistolen enzijdgeweer, sijn comen invallen, den Requirant ruckende enpluckende, voor sijn deur stieten en sleepten, met bedreijgingh,van hem naar den Bosch te willen vervoeren. Dat dien na eenighedier soldaten des nachts ten huijse van Requirant sijn verbleven.Dat des anderen daaghs weder eenighe Engelse soldaten, bij de inhuijsgeblevene sijn gecomen, en den Requirant, te bedde leggende, wederaengevat, en hem trachteden van ´t bedt te lichten, verderseggende, van hem mede naer den Bosch te willen nemen. Edogh datden Scholtus Peter Lenshoeck daerop in quam en de gemeltehostiliteijt belette.23 januari 1706. Comparant d´Heer Daniel Coenen, commissaris van deEngelse artelerije ten dienste deser Landen, en heeft alsgevolmachtigde aangewezen de procureur Johan Goris.2 februari 1706. Interrogatoria (getuigenverhoor) tergerichtelijcker instantie van deHoogh Edele Welgeboren Heer Barthold van Gendt, Heere vanMeijndersweijck, verwalter Amptman van Bommel, Tielre enBommelreweerden, ten ooverstaan van schepenen te horen enexamineren Hendrick Aertsen Brouwer en Dirck Joosten Valkenburghbeijde naburen Dorps Kerkwijck.


Hun wordt gevraagd of ze op 15 januari in de herberg te Kerkwijkniet enige Engelse ruiters of soldaten hebben gezien, of ze hunnaam en onderdeel (regiment en garnizoen) weten. Getuige 1 zegt,dat enige Engelsen bij hem aan huis waren,maar hij weet noch hun naam noch hun onderdeel. Garnizoen? DenBosch.Getuige nr. 2 ignorat (weet het niet).Of ze de Engelsen niet hebben horen zeggen, dat ze GijsbertGijsbertsz de Noo hadden gezien aan de Maas te Ammerzoden met tweepaarden. Getuige nr 1 affirmat (bevestigt). Getuige nr.2 heeft hetvan horen zeggen maar weet niet van wie.Of ze de Engelsen niet hebben horen zeggen, dat Gijsbert Gijsbertszdie peerden in de Maes heeft gejaeght en met een gard verscheijdemalen geslagen. Antwoord als voren.Of getuige nr 1 van nr 2 gehoord heeft, dat Ghijsbert Ghijsbertszoff desselffs huijsvrouw met de Engelse had geaccordeert en voorhoe veel?Getuige nr. 1 zegt: ja, maar ik weet niet voor hoe veel. Getuigenr. 2 zegt van iemand gehoord te hebben, dat de huijsvrouw vanGijsbert Gijsbertsz heeft geaccordeert met de Engelse voor eensomma van f 75.Ze leggen hun getuigenis onder ede af. Daarop doet eodem dato (opdezelfde dag) Daniel van Lande, gemachtigde van de verwalterAmptman aanspraak op goederen van Gijsbert Gijsbertsz de N00 (ORAZl DS 15).16 januari 1707. Testament Gijsbert Gijsbertsz de Noo et uxoris (envan zijn vrouw). Zij hebben hun goederen getransporteerd aan JacobDircks Vos, die mede compareert en heeft alle goederen wederomuijtgegeven den echtelieden voors ofte de langstlevende van dien,te hebben en gebruijcken voor eene huijre van eenen alden swartenjaerlicx op paesen te betalen, enz (ORA Zl LS 679).27 oktober 1716. Testament Anna Maria Verweij, weduwe van GijsbertGijsbertsen de Noo. Na haar dood zal haar zoon Laurens de Noo "vooral uijt haere nalatenschap trecken het huijs en hoff daer sijtesteert in en op is wonende te Kerkijk, groot 2 hont met bergh,schuur en esthuijs, met nog 1 morgen bouwland genaamd den Koldertegenover het huijs en hoff op ´t paradijsbock gelegen, alsmede degereede meubilaire en haeffelicke goed en gereede penningen inharen boedel bevonden wordende, uijtgesondert het gout, silver,wollen en linnen tot haren lijve met nogh het verdere linnen salhebben haere dogter Jenneken, getrouwd met Egon van Driel.... dengemelten soone (<strong>nl</strong>: Laurens) daermede legaterende voor sijnediensten. De verdere vaste goed, schulden en lasten van de boedelzullen tussen Laurens en zijn zuster in egaele portien naarlandrecht worden gedeijlt (ORA Zl LS 679).Op 15 januari 1718 verkoopt Anna Maria van de Weij voor f 265 aanArien van Tiel te Ammerzoden 7 hont bos op Delwijnen in ´t Roth(ORA Zl LS 679).Op 21 mei 1719 compareert Anna Maria van der Weij, weduwe vanGijsbert Gijsbertse de Noo, sijnde sieckelijck van lichaem enbepaalt, dat na haar dood haar zoon Laurens de Noo in volleneigendom zal hebben al haar na te laten goederen, mits dat hij daarvan moet uitkeren aan haar dochter Jenneke de Noo, weduwe van Egonvan Driel f 500 vrij en zonder enige belasting (ORA ZL LS 679).


Op 20 augustus 1722 transporteert Anna Maria Verweij, weduwe vanGijsbert Gijsbertse de Noo, voor f 150 aan Petrus Loenen 5 hont boste Kerkwijk op ´t blok ´t paradijs (ORA Zl LS 680).Op 14 december 1724 compareert Anna Maria van der Weijde, weduwevan Gijsbert Gijsbertse de Noo, en heeft om alle disputen na haardood te vermijden verklaard, dat zij na de dood van haar manboedelhoudster is gebleven en al haar zaken heeft behartigd "sonderdat haren soon Laurens de Noo noijt sig daermede heeft bemoeijt".Verder dat zij haar dochter Jenneke niets schuldig is en dat denavolgende goederen niet haar toekomen, maar haar zoon Laurens deNoo en zijn huisvrouw Johanna de Kruijff, die zij voor zich privéhebben gekocht of verkregen, <strong>nl</strong>. 1/2 morgen boomgaard van LeijntienBrouwers; 1 1/2 boomgaard van Walraven van Herwijnen te Zaltbommel,beide op Kerkwijk gelegen; 4 morgen land in de Delwijnense Steeg; 4morgen den Rampert aan de blinde Steegh; 3 morgen heuffkens; samen11 morgen van de Heer van Wadenoijen; "mitsgaders de geredegoederen bij mijn soon ten huwelijk ingebragt en bij haer beijdeaengewonnen" (ORA 21 DS 17).21 januari 1726. Testament Anna Maria Verweij, weduwe van GijsbertGijsbertse de Noo. Zij herroept al haar vorige testamenten eninstitueert tot haar erfgemaam haar dochter Jenneke de Noo, eerstweduwe van Egon van Driel, nu huisvrouw van Claes de Cock, en haarzoon Laurens de Noo, zo dat deze alle gereede en ongereede goederenzal hebben en aan Jenneke zal uitkeren voor haar erfportie f 500vrij geld binnen een jaar na haar dood, dat daarenboven Jenneke zalbehouden 4 hont bouwland, genaamd de Leeuw op Heesselt; nog zalJenneke trekken de helft van al het goud, zilver, linnen, pellen enwollen "so tot lijff behooort", enz. Mede compareren Laurens enJenneke, die op ernstigverzoek van hun moeder hierin geconsenteerd hebben (ORA Zl LS 681).Hij trouwde op ongeveer 21-jarige leeftijd, op donderdag 25 mei1656 in Kerkwijk met:257 Aartje Willems de Wijs, geboren in Delwijnen.Aartje Willems is overleden vóór zondag 5 februari 1696 inDelwijnen.Kinderen van Gijsbert Gijsbertse en Aartje Willems:I Lijntje de Noo, gedoopt op donderdag 25 juli 1658 in Kerkwijk.II Willem Gijsbertse de Noo, gedoopt op zaterdag 3 juli 1660 inKerkwijk.III Gijsbert Gijsbertse de Noo, gedoopt op donderdag 22 februari1663 in Kerkwijk.IV Elisabeth (Lijsbet) Gijsbertse de Noo, gedoopt op donderdag22 februari 1663 in Kerkwijk.V Gijsbert Gijsbertse de Noo ´den Jongen´, gedoopt op donderdag16 juli 1665 in Kerkwijk.VI Maijke Gijsbertse de Noo, gedoopt op donderdag 29 september1667 in Kerkwijk.VII Jan Gijsbertse de Noo, geboren in 1669 in Well. ( zieverder 128 )7034. Hendrik Dircksz. Kellen, woonachtig te Wellseind, schepen hogeheerlijkheid Ammerzoden, Well en Wordragen 1665-1695, tr. 16607035. Maijke Gerards van Dieden, J. D. van Nederhemert.7036. Wouter Willemsz. van Goor , woonachtig te Wellseind, tr. Well14-5/16-6-16597037. Lijske Aertdr. Vermaes, van Nederhemert7038. = nr. 7024.


7039. = nr. 7025.7048. Ocke Douwes, tr.7049. Imck Buwes.Een Ocke Douwes wordt op 15-5-1629 ingeschreven als burger vanSneek. Hij is dan afkomstig van Haskerdijken.7050. (?) Symen Hannes, (o)tr. Sneek 13/28-1-16387051. (?) Antje DirksBij huwelijk beiden afkomstig van Sneek. De filiatie tussen Symenen Auckje (= nr. 3525) behoeft nader bewijs, al is de vernoemingvan haar broer, Hanne Symens, veelzeggend. De tijd, plaats envernoeming kloppen.7052. Pieter Romckes, overl. v. 14-1-1642, otr. Sneek 8-7-1621, tr.Bozum 22-7-16217053. Dieuwke Jans, (o)tr. (2) Sneek 2/22-10-1641 Pier Piers Winia.Bij huwelijk is hij afkomstig van Heerenveen, zij van Bozum. Bijhaar tweede huwelijk waren beide partners van Sneek.Pieter Romckes wordt op 30-4-1630 ingeschreven als burger vanSneek, afkomstig van Heerenveen.In de authorisatieboeken van Sneek wordt melding gemaakt van haartweede huwelijk 1479 .Uit dit huwelijk (ged Sneek):1./2. Romcke en Symen, ged. 6-3-1636.7054. (?) Jan Jans, (o)tr. Sneek 7/29-2-16247055. (?) Bregtje Jans.Bij huwelijk was Jan afkomstig van IJlst, Bregtje van Sneek. Defiliatie tussen Jan en Grietje (= nr. 3527) behoeft nader bewijs.De tijd, plaats en vernoeming kloppen.7094. Isse Jetses, tr.7095. Beert Jetses.Beert doet belijdenis te Oldenboorn/Nes op 31-3-1648.Isse Jetses komt op 22-8-1662 voor in de rechterlijke archieven,vergezelschapt van zijn broer, Symen Jetses. Isse ondertekent daarmet een huismerk. 1480Zijn drie dochter komen samen voor op 16-5-1678. 1481Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk)1. Saep Ysses, van Oldeboorn tr. Oldeboorn-Nes 22-3-1674 WijbrenSijdses, van Akkrum.2. Sioertie Isses, van Oldeboorn otr. Oldeboorn-Nes 31-3-1666Hendrik Jochems, van Joure.3. Ybel, (= nr. 3547).7104. Aart Hendricks van Geytenbeek, tr.7105. Betje Meesen.Uit dit huwelijk:1. Hendrik Aartsz 9 van Geitenbeek, tr. Willempje vanBlootenburg dochter van Rijck Gerritsz van Blotenburg en ReyertjeMattheusdr. van Langelaar. Mogelijk heette Hendrik Aartsz vanGeitenbeek ook wel ‘Van Nieuwenhuyze’. Willempje overleed na 17-7-1693 te Zoelen 1482 . Op 19-6-1675 1483 wordt voor notaris W.Zwaerdecroon te Utrecht een testament opgemaakt door Gerardus van


Blotenburch, gehuwd met Weyntgen Wachters. Hij is ‘bedienaar desGoddelicken woorts tot Leerdam’ De andere partij betreft dekinderen van Willemtjen van Blotenburch, zuster, gehuwd met HenrickAertsz van Geytenbeeck. Er blijkt nog een andere, vooroverledenzuster te zijn, Adriaentgen van Blotenburch.2. Gerrit (= nr. 3552).3. Cunertje Aerts van Geitenbeek.4. Jan Aertsz van Geitenbeek.7106. Gerrit Rijcksen van Blotenburg 1484 , geb. ca. 1570, overl. na6-9-1636, tr. (2) Helena van Blootenburg, tr. (1) Woudenberg ca.16097107. Adriaentgen Fransd. van Triest.Uit dit huwelijk:1. Rijck Gerritsz van Blotenburg, tr. Reyertje Mattheusdr. vanLangelaar, dochter van Mattheus Gerritsz van Langelaar en AriaantjeSander Marcelisdr van Wolfswinkel.2. Jan van Blootenburg, geb. ca. 1605, overl. ’s-Hertogenbosch 15-5-1674, tr. 's-Hertogenbosch 23-1-1633 Ida van Roy, overl. 18-10-1677.3. Jacob Gerritsz van Blootenburg (= nr. 28418).4. Cornelis van Blootenburg, geb. ca. 1615, overl. Amersfoort 13-5-1674, tr. Woudenberg 2-1674 Maria van Couwenhoven.5. Jan Gerritsz. van Blootenburg de Jonge, geb. ca. 1621,overl. 1687/88, tr. Buren 2-2-1662 Rijkje Jansen de Loos,ged. Buren 18-1-1629, dr. van Jan Cornelissen de Loos LambertjeLambertsen van Orincx.6. Adriaen van Blootenburg, overl. v. 1672.7. Gijsbertje van Blootenburg.8. Emmitgen van Blootenburg (= nr. 3553).7178. Jan van den Wildenberg 1485Kinderen (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Joanna (= nr. 3589).2. Hermtjen, "cloppien", vrouw die bij RK gezinnen rondging datde (verboden) mis ging beginnen. Zij woonde in Emanuels armenhuizenen werd begraven op 16-11-1747 op 't Grote Kerkhof.3. Gerarda, tr. Antonius/Teunis Jansen van Laar4. Euphemia/Femmetjen, tr. Joan/Jan Stal.5. (?) Anna (mogelijk dezelfde als de eerder genoemde Joanna).7264. (?) Willem Queckeboom, tr.7265. (?) Jenneken N.N.7304. Laurens Lasonder/Lazonder 1486 , geb. Enschede tussen 1670-1680,grutter, gemeensman (1708), overl. v. 1737,7305. Judith Stroink, geb. 1681, overl. na 19-8-1748.Bij de volkstelling van 1748 staat Judith vermeld als de weduweLazonder, woonachtig in de Langestraat, onder nr. 85. Inwonend iseen zoon, Engbert.Richterambt Enschede, buurschap Lonneker : een tiende ter Hole toLoninghe.23-4-1726 : Judith Stroink na de dood van haar vader Jan Stroinkdie deze tiende op 23-7-1714 had gekocht. Hulder haar man LaurensLasonder.23-3-1737 : Judith Stroink met ledige hand. Hulder Derk Rampen,boekdrukker te Zwolle, na de dood van Judiths man Laurens Lasonder.21-4-1751 : Ursela Lazonder na de dood van haar moeder JudithStroijnk, wed. van Laurens Lasonder. Hulder haar man Hendrik ten


Kate.19-3-1781 : Herman ten Cate na de dood an zijn moeder UrsulaLasonder. (484)Verdere vermeldingen Lasonder waarvan het verband met bovenstaandekwartieren nog niet duidelijk is :Richterambt Enschede, buurschap Enscheder Esch , het halve erve deHorst, gelegen in de karspel Enschede in de Eschmarkt :10-11-1710 : Henrick Steenbergen als gemachtigde van de erfgenamenvan Albert Rodink (zie mogelijk kwartieren Reudink!).1-9-1728 : Albert Lasonder, na de dood van Hendrik Steenbergen.(Het erve ende goed de Horst in de haaresch, gerigte Enschedegelegen)26-5-1764 : Hermen op de Horst Hermenzn, na de dood van AlbertLasonder, die leendrager van dit goed was geweest.[E.D. Eijken,Repertorium op de Overstichtse en Overijsselse leenprotocollen,1379-1805, Zwolle, 1995, nr. 332]Richterambt Enschede, buurschap Enscheder Esch, die Mate ende Horstende Schurinck die gelegen zijn in den kerspell van Enschede.19-1-1777 : Geesken Mensinck, wed. van Jan Schukking, die hertr.was met Jannes Kwekkeboom, na opdracht door haar schoonzoon GerritLasonder en zoon van Geertruijd Schukking, enige dr. en erfgenaamvan genoemde Jan Schukking, alles na herstel van de verzuimen vanhulder Hendrik Swiers. (485)Richterambt Delden, buurschap Woolde : drie vierde parten van deerven Langdaers genaamd, gelegen in het gericht van Delden,buurschap Woolde :25-2-1771 : J.W. Cramer, die dit goed samen met BenjaminBlijdenstein en J.B. Lasonder had gekocht na opdracht door ErnstHerman baron van Delwick tot Nieuborgh. (486)idem het vierde part :10-2-1771 : Jan Willem Cramer, richter van Delden, die dit part op14-6-1771 samen met Benjamin Blijdenstein en Jan Berend Lasonderhad gekocht van O.E. van Hoevel to Haagenhoeven, namens diens vaderde heer Hoevel tot Wesevelt.Uit dit huwelijk (allen geb. te Enschede):a. Fenne Lasonder, geb. 1700-1709, overl. 13-12-1730, tr. v. 1727Andries van Goch, geb. 1686-1707. N.B. Volgens Mr. Walkate zou ergeen dochter Fenne geweest zijn, maar een Judith.b. Jan Lasonder, geb. 1710-1713, overl. Deventer november 1763.c. Ursula Lasonder, geb. 1712-1714, overl. Enschede 9-12-1779, tr.Enschede 17-5-1730, Hendrik ten Kate, geb. Enschede 1698, overl.Enschede na 1783, zn. van Herman Abrams ten Cate en Aaltje vanLochem.d. Jurriaan Lasonder, geb. 1710-1720, overl. Enschede na 1789.e. Laurens Lasonder, geb. 1715-1719, overl. Enschede 1755.f. Hermina (Willemina) Lasonder, geb. 1722, overl. Enschede 1-7-1796, tr. ca 1745, (491) Gerrit Becker, geb. Enschede 1719, overl.Enschede 10-4-1795, zn. van Laurens Gerritsen Becker en AnnaMargaretha Lasonder, fabrikeur en postcommissaris van de postwagennaar Deventer.g. Engbert Lasonder, ged. 4-8-1725, overl. Enschede na 1797.7306. Nicolaas/Claas Reyger, overl. v. 19-8-1748, tr.7307. Aalken/Aaltje Bussier/Bossier, overl. na 29-12-1751.Lucas Hendriksz. Bekker vordert handhaving in zijn bezit van eenturfkuil en twee akkers land, gelegen in het Aamsveen in hetrichterambt Enschede, waarin hij door Berend Bussier wordtgestoord. Incompleet, geen vonnis, 1689-1690. 1487Op 11-5-1738 doet Claas aangifte van de erfenis van zijn zwagerHerman Bussier, overleden ‘in het laatst van april 1738’. Tot de


genoemde zaken behoren o.a. een maat in de Elssen en 2½ schepelzaailand gedeeld met hun zwager, Jacobus Bussier.Aaltje had in ieder geval drie broers: Herman, Jan en Jacobus. JanBossier, oud-burgemeester, c.s. komen voor in het rechterlijkarchief van Ambt Delden in een rechtszaak versus LambertGetkate 1488 .Op 3-12-1748 1489 wordt de weduwe Claas Reyer (sic!) vermeld, evenalsde ook niet met name genoemde weduwe van (haar broer) JacobusBussier.Op 29-12-1751 1490 doet ene Gerrit Goolkate aangifte voor de 50stepenning vanwege een aankoop van de weduwe Jan Bussier en de weduweNykolaas Reyger, als erfgenaam van Jacobus Bussier.Bij de volkstelling van 1748 staat Aaltje vermeld in deLangestraat, onder nr. 35 als de weduwe Reiger. Inwonend blijkennog: Jan en Antoni.7308. Hermen Tegeler, overl. na 1748.Op 25-11-1739 1491 doet ene Jan Hofsté namens zijn zoon Gerritaangifte vanwege de aankoop door hem van Hermen Tegeler en EgbertOttenhof van een schepel bouwland, genaamd het Weversstuk.Bij de volkstelling van 1748 wonen twee kinderen van zijn overledendochter bij hem in (zie aldaar).7464. Jan Harms op Meusbelt, te Heino.7466. Harmen op den Boerdijck, te Heino, overl. v. 2-6-1667.7520. Willem Gerrits Ridderikhof 1492 , visser en schipper, geb. 1612, tr.7521. Tjitske (Tijssie) Tiebbes.Uit dit huwelijk (allen ged Hasselt):1. Swaentien, ged. 17-2-1633, begr. Amsterdam 10-1-1706, tr.Amsterdam 6-1-1661 Hermanus Herckmans.2. Gerrit, (= nr. 3760).3. Jan.4. Catharina.5. Grietje, ged. 9-12-1649, ongehuwd overl. Hasselt tussen april1724 en 13 juni 1726.6. Auchjen (Auke?), ged. 18-3-1653.7. Willemtien, ged. 14-12-1655.8. Tiebbe, ged. 17-2-1661, begr. Hasselt 25-5-1746, tr. (1) Hasselt3-6-1703 Jantien Herms, ook genoemd Jantien Roelofs, tr. (2) 27-2-1709 Trijntje Caspers.7596. Harmen Jansz. Cramer, tr.7597. Trijne Geerts7598. Beene Teunis, tr.7599. Fye Jansdr.7604. Reynt Roeloffs, tr.7605. Aaltje Jans.7606. Lambert Mentinck, ged. Hasselt 16-8-1657, overl De Wijk 1730, tr.7607. Suzanna Paladanna Karstens.7908. (?) Berent Ymhoff 1493 , geb. Wielen (Uelsen) ca. 1605, overl. verm.Wielen (Uelsen) na 1664.7928. Jan Creiennest, tot Heemse.In 1669 trouwt te Heemse een Jan Derks, zoon van Lucas Derk (sic!)met Trijne Hendriks, j.d. van Hendrik Creijenest, beiden te Heemse.7930. Jan Velsinck tot Heemse.


Een Jan Velsinck tr. Heemse 1670(?), als nagelaten zoon van HendrikVelsijck Berendjen Jansen (Ripperingh), ‘nagelaten dochter vanwijlen Jan Ripperingh ‘tot Manderen, gelegen in T Carspel vanOotmarsum, won. beide tot Heemse’.Mogelijk heeft hij een zus, die tr. Heemse 1667? EghbertRuitenbergh en soone van Jan Ruitenbergh en Jenne Hendriksen nag.d. van Hendrik Velsink beide tot Heemse.Dan is nog een huwelijk waarbij een broer van Jan en een zus vanBerendjen voor het altaar staan: 1678? Rotger Hendrik nag. soon vanwijlen Hendrik Velsink won. tot Achteler en Aele Jansen nagl. dr.van Jan Ribberingh tot Mander.7934. Egbert Stuten, te Rheeze, tr. 16687935. Hendrikjen Alberts Vrielink.Hij is mogelijk identiek aan Eghbert Derks Stoeten, tr. 1668Hendrikjen Alberts Vrielink. Hij is een nagelaten zoon van DerkAlberts, zij een dochter van Albert Vrielinck, beiden te Rheeze.Het echtpaar laat te Heemse dopen op 19-2-1671 Derk EgbertsStoeten.Generatie XIV8192. Sierk Saeckes Juesma 1494 , geb. ca. 1614, overl. tussen 5-11-1663 en19-1-1665, tr. (2) 21-9-1662 Jacobien NN (van Oldeberkoop), tr.(1)8193. Sanne Mangels/Manglius 1495 , overl. v. 21-9-1662.15-5-1632 1496 : Mr. Pieter Hendriks versus Saecke Sierks. Pieterblijkt de bestevader te zijn van Sierk Saeckes, de zoon van zijnoverleden dochter Hendrikjen Pieters en Saecke Sierks. Het kind isonwettig; Saecke en Hendrikjen waren niet getrouwd. Over de filiatiebestaat geen twijfel: Saecke erkent dat het zijn kind is. Er is ooiteen contract opgesteld, waarin een schikking over de `alimentatie'gemaakt is. Het probleem is nu, dat Saecke `sedert St.Petri adcathedram (Sint Pieter: 22-2-1624), sijnde de tijd van expiratie dereerste tien jaeren' tot 1630 niet meer betaald heeft. Hij is dus 6jaar in gebreke gebleven.Uit deze feiten kunnen een aantal belangwekkende conclusiesgetrokken worden. Saecke heeft dus tien jaren lang wel betaald.Zijn zoon moet dus geboren zijn omstreeks 1614. De akte geeft ookinformatie over de jonge Sierk: hij heeft wel een tijdje bij zijnvader gewoond; onduidelijk is, wanneer zijn moeder is overleden.Mogelijk is zij zelfs al snel na de geboorte overleden en is hetdaarom nooit tot een huwelijk gekomen. Natuurlijk betreden wehiermee het rijk der verbeelding; er moet echter welhaast zoietsvoorgevallen zijn. Die bruiloft had er wel kunnen komen:onoverbrugbare maatschappelijke standsverschillen waren er inprincipe niet.Verder blijkt de jonge Sierk `op het smidsambacht bestedet', eeninteressante vraag is dan natuurlijk, of hij ook als zodanig de kostverdiend heeft. Pieter Hendriks eist 100 Ph.g. en daarnaast nog 20g. voor de smid. De uitspraak van het Hof veroordeelt Saecke Sierkstot het betalen van 50 Ph.g. gedurende 6 jaren en een somma van 20Ph.g.Op 10-9-1659 1497 verschijnt Sierk voor het gerecht van Opsterland.Hij is eiser versus Tiebbe Foockes. Op 1-10-1663 1498 komt Sierk eenaantal malen voor in de recesboeken van Opsterland. Meijne Jans eistdan betaling van drie cg. en 6 st. ‘als reste van salaris’. In een


aantal daaraan voorafgaande akten van die zitting wordt Sierk inpersoon geciteerd. Hij komt ook nog voor op 29-10 en 5-11-1663 1499 .In de periode daarna moet hij overleden zijn, want op 19-1-1665 1500komt zijn vrouw voor als Jacobien Sierk Saeckes weduwe. Eva Voscuyl,weduwe van dominee Harmannus Wisman protesteert tegen een opzeggingdoor Jacobien. Dat gebeurt bijna een jaar later opnieuw 1501 , nu gaathet om Jacobien Sierk Saeckes weduwe en zijn erven. Eva huurt een‘woninge en huizinge’. Overigens heeft het echtpaar wel meer zakenverhuurd, want er zijn meer perikelen rond huur en verhuur,bijvoorbeeld in een drietal akten versus Jantie Meijntedr.,huisvrouw van wijlen Hendrik Jacobs, wegens betaling van huishuur enversus Reijner Tammes; Sierk heeft zijn verhuring van een behuizingopgezegd . 1502Op 1-2-1666 1503 komt Jacobien opnieuw voor in de boeken: Wijbe Wijbesen Jannes Wijbes willen geld van haar zien.Over de afkomst van Sanne Mangliusdr. bestaan wel aanwijzingen, maargeen zekerheden. De relatie is daarom vooralsnog te omschrijven als‘preferabel’.Magnus Martens, passementwerker te Leeuwarden, tr. ald. 18-8-1611Trijntje Lamberts. Bij huwelijk was hij afkomstig van Groningen, zijvan Leeuwarden. Manglius Martinus, wed. van Trijntje Lamberts,Manglius tr. (2) Leeuwarden 26-5-1622 Nieske Nannedr., van Wommels.Beide echtelieden waren bij hun huwelijk afkomstig uit Leeuwarden.Uit het eerste huwelijk van Manglius: Aeltie, ged. Leeuwarden 23-9-1612.Uit het tweede huwelijk (allen ged. Leeuwarden): Nanna, ged. 29-2-1624; Tryncke, ged. 30-12-1625; Niecke, ged. 3-6-1626.Uit het eerste huwelijk van Sierk en Sanne (moeder alleen bijManglius vermeld):1. Manglius Sierks Jousma 1504 , geb. ca. 1642 1505 , ged. Sneek 24-4-1642,koopman 1506 , leeft nog op 23-3-1680 1507 , tr. Langezwaag 9-12-1666Douwtien Feickes.2. Pyter Siercx (= nr. 4096).3. Jurjen Sierks, geb. ca. 1649 1508 , overl. tussen 26-4-1681 1509 en 28-3-1682 1510 tr. Langezwaag 8-3-1674 Taab Bientses, geb. Kortezwaag ca.1652, overl. Ureterp na 1737, dr. van Bientse Feddes en TrijnLuytiens. Taab tr. (2) Langezwaag 22-4-1683 Poppe Rintses, geb.Opeinde. Taab tr. (3) Opeinde 24-6-1687 Lieppe Gabriels, schoenmakeren veenbaas, geb. Oudega rond 1642, wonende aldaar, te Ureterp en teRottevalle, overl. Ureterp tussen 1731 en 12-11-1737, zoon vanGabriël Offkes en Ypck Lieppes.4. Trijn Sierks Juesma, ged. Langezwaag 8-10-1654, overl. vóór 13-2-1667 15118194. (?) Hendrik Egberts, tr.8195. (?) Tet Liebedr.


OPS 108 208: Hendrik Jans en Tiet Liebbes dr. e.l. 2/20 zate teUreterp, Pieter Diemers ten Westen Egbert en Eeuwe Liebbes: gekochtvan Hendrik Barelts en Hendrickien Lubberts, 10 jun 1630OPS 110 242.Roeloff Beerns en Frouck Sijgers dr e.l.; BB&C op 2 mad marschen inWijniedorp; eerder van Reynsch Carste dr nu gekocht van HendrikEngberts en Tieth (?) Liebbe dr. e.l.; te Nieuwe Haske. Voor 280 Phsgld., 28 april 1642.OPS 109 236aHendrik Engberts en Teth Liebbe dr e.l.; op Beetsterzwaag, kopenalzulke goederen landen huizinge etc als gekocht van Jetse Pietersen Eelck Sybbelts, e.l.in de Hemrik; waar de goederen ook liggen,ten oosten Wln Wilt Jouckes erfgenamen, en Pier Jans ten westen; vande veenscheiding in het koningsdiep; voor 1250 Phs gld, en een pondgroot tot geschenk, de (237) kosten half om half, te betalen op mei'37 400 gld en de resterende '38 , '39, '40. een 1/3e 2 febr 1637.Prot: Aete Jans nopens een verschot van 150 Phs gld met interesten.Giolt Sijbes wegens een hypt. van 140 Phs gld.Giet Gielts wegens het ten achte wezen van 84.- 9.- gls.OPS 109 268.Hendrick Egberts en Teth Liebbedr; BBen C op 5 mad maden gelegen inde Muehemmen onder Terwispel, mandelig met nog 5 mad, van dedwarssloot on het Olt Diep. ten oosten Siurt Takes, ten westen,St... Sippes en Doeije Rienks ten westen, gekocht van Sytse Feddesc/ux; voor 845 phs.gld; 11 mei 1637 prot: door Jelle Jans, wegenseen tenachterwezen.... Aeble Annes wegens 100 Phs gld. Eelke Jochumsc/ux, wegens het ten achter wezen van 100 Pha gld. (269) Op 4 junidesisteren de voornoemden van hun protest.OPS 66 174. = 5e stel 1e foto.Authorisatie: op 10 maart 1651 is Willem Pieters tot voormondgeauthoriseerd over Siert Engberts wezen i.p.v. Wln HendrikEngberts.Autorisatie: op 10 maart 1651 is Roeloff Engberts in plaats vanSierd Engberts tot vm geauthoriseerd over wln Liebbe Engbertsnagelaten wezen bij Take Hendriks (?)Eed tot bedieninge van het vm-schap, door Alle Hendriks en BruinDouwes, Bij wijze van proces geeist door Hendrick en Goytse Sierdscontra Albert Auckes in Smallinger Oppeyndt.OPS 64 22Rekening: Hendrik Jans als voormond van Bonne Paeskes wezen genaamdAnne en Gaucke Bonnes; Egbert Hendriks vanwege zijn moeder GebHendriks wed van Hendrik Egberts; voormonden Contra Claes Liebes alserfg van de helft van de wezen goederen Jets, de wd van Jan Bonnes,geassisteerd met Rebbe Reenks, de mede voormond van Jan Bonnieswezen.OPS 106 279 B.: Engbert Jans en Foeck e.l. doen oproepen tweeakkers land gelegen in Opper Sijgerswolde; met bomen en plantagiedaarop staande; met gelijke brede veen; bezwaard met een oordlasten; de kopers ten oosten en de verkopers ten westen; van deveenscheiding in de Fennesloot; gekocht van Geb Allerts dr. wed vanHendrik Egbarts; en Egbart Hendriks haar zoon; voor 314 ½ Ph gld.11 mei 1621.106 98: Geb Allerts dr. weduwe van wln. Hendrick Egberts; EgbertHendricks en Aett e.l.; doen oproepen zeven roeden lands in


Sijgersswolt gelegen; in de oosteregge van de proclamanten zate; 8okt 1616.106 115 B.Egbert Hendriks met Geb Allerts zijn moeder, doet oproepen zekerezate lands in Sijgerwolde; met huizinge geboomte en plantage c.a.;niets uitgezonderd, met 8 mat maden, Boote Bootes gelegen daaraffvijf mat in de Coldehorne liggen en drie mad in de Zuidergaren,gekocht van Marten Sweytties weduwe, met haar kinderen voor 1850 Phsgld.13 maart 1617.OPS 108 276 Jelleis Jans en Griet Lamberts dr e.l. kopen een huis inDuurswoude van Hendrik Engberts en Tet Liebbe dr.108 361 Sybrant Wijbes en zijn huisvr kopen een venne land enheidkamp te Ureterpvan Bruyn Douwes, Aernt Tiebles en Douwe Wijbes c/u, c/u, c/u volgenhierna:Hendrik Engberts en Tet Liebbedr. kopen een heidkamp van Auck, Imme,en Frouck Gaucke dr bij cons van de mannen uit de vorige procl108 370 doorgehaald een eerder te boek gestelde proclHendrik Engberts en Tet Liebbe dr e.l. een zeker deel van maden inBexterwarren van Aeltien Carste dr met consent van Allert Jans e.l.prot/ Reynsch Carst dr.OPS 165 209/210: Eeu Hendriks en Barber Hendriks e.l., Sie, DirckEngberts en Teth Liebbe dr.OPS 165 338 Frouck Goyties, Wed Joh Hessels, Wij - Hendrik Egbertsen Tet Liebbe dr DuuOPS 165 329 Egbert Tiebles en Auck Molle dr. Hem - Hendrik Egbertsen Tet Liebbe drOPS 110 122: Wijttie Roeleffs, dorprechter tot Nieuwehaske en TrijnSijbrants e.l.; BB&C op 10 morgen veen en grond in de Hemrick, WijltJouckes erfg. ten oosten, Jacob Bouwes ten westen, aan het einde vannagenoemde verwandelaars zate; van de oosterhoek aff te meten bovende bouw. Met vrije menninge en waterlossinge langs op uit deverwandelaars landen, in wandelkoop van mr. Hendrick Engberts enTeth Liebbe dr e.l.; te Bantsterschans, tegen zeker roodpannen huisin de dorpe Corteswagen, bij de nieuwe Opstervheenster Brugge met deplaets (erf) daer het op is staende, bezwaard met 6 goudguldensgrondpacht, bij Pieter Jans gebruikt, gegeven voor 440 g.gld; ddesdat de verwandelaars op de huizinge zullen toegeven op drie meijedagen te betalen 180 glds de kosten half en half. 2 sept 1641.OPS 110 123: Mr Hendrick Egberts en Teth Liebbe dr e.l BB&C op eenroodpandekte huizinge in de Kortezwagen bij de nieuwe Opstervheensebrugge met de plaets daer hetselve op staet; bezwaard met 6 g.gldjaarl grondpacht; bij Pieter Jans tegenwoordig gebruikt, inwandelkoop van Wyttie Roeloffs als boven tegen 10 morgen veen met detoehake van 180 g.gld. 2 sept 1641.OPS 108 411 Hessel Liebbes te Ureterp alle zaken in wijle<strong>nl</strong>n LiebbeEwes zate van zijn vader Eeuwe Lieuwes (Nico: moet zijn: LiebbeEwes) en zijn moeije Jeen Ewe dr. gekocht van Eeuwe Liebbes en WytsTeye dr. idem zelfde koper een part land van Jeen Eeuwe dr gekocht,de moije van Tet Liebbe dr. met cons v Hendrik Egberts haar e.h.


108 485 Jellies Jans en Griet Lamberts dr e.l. huis en gebruikvandien van de plaatsin Duurswoude, op Alle Eedes zate; van Hendrik Egberts en TetLiebbe dr107 208: Pieter Diemers en Gees Liebbe dr e.l. zekere zate land, minhet deel dat Anne Iwes toebehoort; met bomen c.a. Ten oosten SierdtGauckes; ten westen Allert Barels; van de veenscheiding tot hetKoningsdiep; en ook niet datgene wat de wed van Otte Cornelis enJeyp Heynes en de erven van Claes Philips in de zate toebehoort;gekocht van Wilt Egberts dr wed van Liebbe Iwes voor de helft enInne Lieuwes en Wyts e.l. en en Egbert Liebbes en Ancke e.l. TetTiebbe dr bij cons van Hendrick Engberts en Assel Liebbe dr bijConsent van Wobbe Bouwes haar e.m. Jay Liebbes , Hessel Liebbes, enAuck Liebbe dr wed van .... Idskes; met de proclamant voor de anderehelfte en Tiamme Luitiens en Foeck e.l. voor de vierdepart van eenzevende part te zamen gekocht voor 602 Phs gld. zullende deproclamant zullen de proclamanten haar eigen somma in de koopschatkorten; en hen van Jeen haar moeder aanbeerfd is. 31 mrt 1625.Tet Liebbedr – dr. van Liebbe Iwes en Wilt EgbertsOPS 107 211: Hindrick Egberts en Tet Liebbe dr. e.l. te Duurswoude;8 mad maden in de Zuidergaren; in het noorden tot de Leppedijksslootlopend; en ten zuiden aan de Kweernsloot; ten oosten Liuwe Euwes;ten w. Brucht Douwes; van de erven van Arent Saeckes; voor 860 Phsgld, protest: Lykle Annes verzoekt de niaarkoop.OP 107 354. Egbert Liebbes; en Auke Minnerts dr. en Hessel Liuwes(alleen) op zeker goed, dat de verkopers van zijn vader Lieuwe Iwesis aanberfd; in zekere zate te Ureterp, ten oosten Buwe Allerts; enten w. Girbe Broers; van de veenscheiding in het Koningsdiep. VanTett Liebbe dr met consent van Hendrick Ewerts en Assel Liebbes bijconsent van Wobbe Buwes haar echte man. voor 222 Phs gld. 8 juni1626.107 523 Gielt Lamberts en Tiet Lense dr. e.l in Duurswolde; huis enplaats aan de noordzijde van de Heerenweg; op Geert Jans Landen;bezwaard met jaarlijks 2 g.gld steepacht; met ook de koopmansmaten,gewichten mustermuelen en andersins tot het koopmanschap te behoren;van Hendrik Egberts en Tet Liebbe dr. e.l.; voor 306 g.gld; doch eris in bedongen dat de verkopers in Duurswoude, noch in het westeindevan Wijnjeterp opnieuw een dergelijks zaak (koopmanschap) mogenbeginnen. 2 mei 1628.8196. Sipke Rinses, overl. tussen 20-5-1658 en 30-10-1658, tr.Opsterland (gerecht) 20-3-16288197. Imke Egberts.OPS 107 491: Sijpcke Rijties en Im Egberts dr. zich in de echtestaat hebben begeven, d.d. 20 mrt 1628 het laatste gebod.Op 16-2-1637 1512 proclameren Sipke en Imke als echtpaar een aankoopvan 1/3 deel van een zate lands, met alle annexen, die de verkopervan zijn moeder heeft geerfd, in Rense Michiels zate, nu bij MeyneRoels bewoond, ten oosten Wijbe Foockes en ten westen EngbertGosses; van de veenscheidinge in het Koningsdiep; gekocht vanBeernt Rinses en Eebel e.l.; voor 175 Phs gld.Kort daarop komt het echtpaar voor in een akte waarvan de laatsteproclamatie plaatsvindt op 16-3-1637 1513 . In de akte is sprake vanAyse Symers en Giel Rinsedr.; zij kopen met Sipke en Imke bouwland


te Wijnjeterp van Bot Carstedr.; zij is een zus van Imke’s moeder,Aaltje Karstedr. (mogelijk gaat het om deze vrouw: Harmen Eijssesc/ux BB&C op een akker bouwland in Duurswolde, in wln Uble Jeensverkofte zate; gekocht van Bott Carste dr bij advijs van Jan vanLuybick haer man voor de somma van 100 dalers, 20 september 1649(OPS 111 589).Op 30-5/20-6-1639/21-5-1640 1514 proclameert het echtpaar samen metRoelof Lyckles en Frouck Jans te Wijnjeterp de aankoop van 2/18eparten van een zate lands aldaar, door Alle Thomas bewoond engebruikt. Het is gekocht van Ayse Wybes, voor 315 ph.g. en nog watgeld ‘tot een geschenk’.Op 17-2-1642 1515 proclameert het echtpaar voor de derde keer deaankoop van land te Wijnjewoude, door Lieuwe Roosma gebruikt. Hetis gekocht van Aeff Hommes en Albert Sybrens, voor 25 gg.Op 21-8-1645 1516 is de laatste proclamatie van landaankoop doorSipke en Imke. In de marge staat aangetekend dat Alle Thomasprotesteert.Autorisatie: op 11 nov 1650 zijn Sipcke Rinthies in Duirswolde vanvaders wegen en Botte Jeens en Broer Minties van moederswegen totvm over Beern Takes en Antie Jeens weeskinderen geauthoriseerd. InMarge: op 30 okt zijn de erfg. van Sipcke Rinthies exonereert, ontlast en ontslagen van het voormomberschap vs. (OPS 66, fiche 5).Op 21-8/4-9/25-9-1656 1517 proclameren Sipke Rinses en Im Egberts,echtelieden te Wijnjeterp de aankoop van land en een huizing, inBotmoers zate; strekkende zuidwaarts van de weg tot noordwaarts aande ...iebe Wal (Nijbe wal?), Harmen Eijsses en Sijbren Peeters tenwesten, ten oosten Frouck Roel Lykeles en Harmen Eijsses, mandeligmet de kopers; in kope bekomen van Bodtmoer's erfgenamen voor 100g.glds. N.B.: Bodtmoers erfg,; Siouck Pieters dr, wed van wijlenEvert Cornelis als voorstanderse van haar kinderen Antie en SiouckClaas dr maiores zijnde.Op 30-10-1658 1518 : Im Egberts, weduwe van wijlen Sipcke Rinties, methaar beide oudste kinderen Rintse en Carst Sipckes, was curator vande kinderen van Beerent Taeckes, contra Taecke Beerents, JeenBeerents, Michiel Beerents, meerderjarig en Wytie Beerents,minderjarig, sampt Jouck Botte Jeans wed. en Jeen Broers, noiepatris, impotent sijnde, die ook curator was.Op 2-9-1660 1519 wordt een akte geregistreerd van 20-5-1658, waarinSipke en Imke verklaren geld schuldig te zijn aan Jan Wolters enJouck Jelkedr., echtelieden te Langezwaag. Hieruit kan dus afgeleidworden dat Sipke Rinses is overleden tussen 20-5-1658 en 30-10-1658.Een Sipke Rintses wordt overigens genoemd 1520 als zeer welgesteldhuisman te Smallinger Oppeinde, deelnemer aan eenverveningskompagnie (o.a. broer Hendrik). Hij leeft volgens diegegevens nog in 1659, dat zou dus in tegenstrijd zijn met devermelding in 1658 van zijn weduwe. Het gaat dus niet om dezelfdeSipcke Rinses.Over de afkomst van het echtpaar:OPS 60 123: Op huiden de 2 juli 1599 zijn gecompareerd RintieMichiels en Hendrik Jeens als curatoren over de wezen van EngbertJouckes bij Wim echtelijken getogen. om aan te geven wat de wezenis aanbeerft.Ten eerste de derdepart van een zate gelegen te ? Selmien? daarRintie zelf op woont, met de derdepart van vier mad bij Bruijnzijl.met de derdepart van 2 pondemat in de Leyen boven de Gau, met nogde derdepart van Engbert Joukes zate met de derdepart van 11 madmaden in Bexterwarren. Verder: 4 koeien, 2 rieren, enters; tweeperden, twee bargen, en een olde met een half...., item , Joucktiende huisvrouw van cornelis Wyties, .. rintie Eysses; Doutien


Sweities weduwe, Jan Carst zn; Reyner Allerts, Pieter Claaszn.,Otte Cornelis, Folkert Lubberts, Wisse Aysses, Houck Pybes?; Mr.Wijbrant 2 lopen boekweit, Martjen, Goucke Claes huisvrouw, JanHarmens, Leffert Claes, Jan Smit, Siert Bennes, Foppe Feyties,Hendrik Jans, Folkert Lubberts 2 koeien 42 Phs gld.OPS 60 125: Op huiden 17 januari 1600 zijn Engbert Jouckes tereenre zijde en Hendrik Jans en Rintie Michiels ter andere zijde,als de curatoren van de wezen bij Wim Syedts dr, Engbertsoverledene huisvrouw nagelaten, door toespreken van Hepcke Fockens,grietman, veraccordeert, nopens de schulden, de somma van 225 phsgld opgenomen en ontvangen van Rintie v.s. Naschrift. Op 22 nov1602 hebben Hendrik Jans en Rintie Michiels de vier koeiengeleverd, de vierde aan Sybe Halbes gelevert en Syedts een derkinderen,.... – op huiden de laatste dec. 1603 hebben de vs.voogden van Engberts wezen voor de ontvang en uitgaaf, ...ontvangen 60 Phs gld.OPS 61 9: Op de derde nov. is gecompareerd, Rentie Michiels als curover Engbert Jouckes wezen bij Wijm echtelijk getogen; en terpresente van Engbert Jouckes en Hendrik Jans; als mede opsichtervan de kinderen; en hebben pertinente rekening gedaan.OPS 61 10: Op huiden 17 mrt 1603 heeft Engbert Jouckes terpresentie van Rentie Michiels en Hendrik Jans van de onjarigekinderen door toespreken van Henne Roeloffs en Im Wijlts dr. ...dat de geboomte half staande op de grond van de wezen en Engbertvs. competerend, in Duurswold, de wezen altoos zullen competeren,en ten profijte van haar zullen zijn.Op huiden de 3 jul 1614, Rentie Michiels en Hendrik Joukes als curover Engbert Joukes wezen opgesteld en ontvangen hebben 42 ½ Phsgld.8198. (?) Lourens Harmens 1521 .8204. Boele Klazes, tr.8205. Martje Harmens.8206. Jouwert Sybrens, eigenaar van stem 12 te Eestrum, overl. Eestrumtussen 1678 en 1682, tr.8207. Wick Ouwes, overl. na 1698.Stemkohier 1698 Eestrum (Tietjerksteradeel, stem nr. 12, WickienUwes, weduwe van Jouwert Sybrens, eigenaar en Rein Jans, gebruiker.Nieuwland geeft deze gegevens: het echtpaar woonde volgensdezelfde bron in 1648 te Veenwouden en in 1652 te Suawoude, in 1666te Eestrum. Het echtpaar is lidmaat te Eestrum in 1667, 1674 en1678. Jouwert is curator over de kinderen van Gerk Meints en SaakjeSybrens (mogelijk een zus?). Vindplaatsen: ACH V 7 866; TIE S 14145v.In 1698 is Wick dus eigenaar van Eestrum stem 12; de zoons Sybrenen Uwe zijn in 1698 eigenaar van Eestrum stem 17.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Sybren.2. Ouwe.3. Saakje.4. Jetske (= nr. 4103).8210. Beijnt Tjeerds, winkelier, lakenkoopman op ‘e Westerein, tr.Kollumerland (gerecht) 4-5-16378211. Frouck Eelskes.8226. Douwe Martens, overl. v. 28-6-1648, tr.8227. Aachtie Joords, overl. v. 28-6-1648.8232. Wytse Joeckes, tr.8233. Jansen Tiallings.


Vermeld als koper te Veenwouden op 29-1-1659 1522 . Zij verkopen op18-5-1663 een vierde part van een huis te Veenwouden aan ClaasJoorts, aldaar.8234. Romke Gerties, overl. v. 20-4-1668, tr.8235. Saeck Dioerdts.Woonachtig te Veenwouden (1656) en Hardegaryp (1660).8236. Pyter Tabes, boer, overl. v. 13-3-1665, tr.8237. Wyts Tiepkes.Pyter was woonachtig te Zwaagwesteinde 1523 .8238. Keimpe Lourens, overl. Bergum na 1662, tr. (2) Trijntje Wopkes,tr. (1) ca. 16258239. Antie Oeges, overl. Bergum v. 1646.Woonachtig te Bergum, aan de kant van Veenwouden.Keimpe huwde later Trijntje Wopkes, die op haar beurt weduwe wasvan Wytse Buwes. Zij overleed in 1648.Nieuwland meldt dat hij in 1650 curator is over de kinderen vanNanne Lourens en Baukje Riemers. Vindplaatsen: DAN I13 en 277; TIEM3 235; M4 121.Uit het eerste huwelijk:1. Aaltje (= nr. 4119).2. Lourens.3. Reinou.4. Klaas.5. Pope.8248. (?) Leppe Tyallings, tr.8249. (?) Sytske Jetses.8258. Yde Clases, mederechter te Wouterswoude, tr. (1) Jeltie Willems,tr. (2) ca. 16448259. Ymck Bientses, overl. v. 27-2-1671.Yde was woonachtig te Wouterswoude, hij was weduwnaar van JeltieWillems, overleden voor 2-8-1644.Op 6/27-5-1656 1524 verklaren Yde en Ymck vanwege verschotenepenningen 100 gg. schuldig te zijn aan de curator van de nagelatenweeskinderen van Pieter Dirx.8296. Jurrien Wybrens, geb. Veenwouden ca. 1610, tr. (2) Sjoerdje Jans,tr. (1) ca. 16398297. Geb Geerts, DG, overl. Veenwouden v. 1-3-1669, tr. (1) Binne Jans.Jurrien woonde in 1663 te Veenwouden en in 1669 te Zwaagwesteinde.Geb was eerder gehuwd met haar neef, Binne Jans, geboren rond 1616(DG), zoon van Jan Binnes en Griet Harmens. Het echtpaar had eendochter Grietje.Op 19-11-1667 blijkt Jurjen debet in een aantal boelgoederen, eener is sprake van een afrekening van zijn boelgoed.Op 20-4-1658 1525 , is er een inventarisatie ten sterfhuize van GeertHarmens, wagenmaker en Ded Ritsckes te Surhuisterveen. Kinderen:Harmen Geerts, wagenmaker te Bergum, Jed Geerts wed. Jurk Metskeste Twijzel, de kinderen van wijlen Engbert Geerts, de kinderen vanwijlen Geb Geerts bij Benne Jansen (Griet) en Jurjen Wybrens(Wybren, in het 17de jaar, en Benne, in het 15de jaar), de kinderenvan wijlen Auck Geerts bij Steffen Jurjens. Vaste goederen: het


sterfhuis, bestaande uit een kamer, winkel en achterhuis, sampthovinge bomen en plantagie te Surhuisterveen.Uit het huwelijk tussen Benne Jans en Geb Geerts:Griet.Uit het huwelijk tussen Benne Jans en Geb Geerts:1. Wybren, geb. ca. 1641.2. Benne, geb. ca. 1643.8302. Rienck Sytses, koopman te Leeuwarden (1642), tr. Leeuwarden17-5-16398303. Beitske Jetses.8320. Jelle Minnerts, schuytvaerder, 1640 veenbaas op het Witveen,Oostermeer, overl. ca. 1650, tr. Oostermeer 16258321. Lolck Thijsses, overl. 1640.8432. Jelke Goytsen, boer, overl. na 19-5-1674, samen met zuster Wietskeeigenaar van stem 22 te Ureterp (1640), otr. Opsterland (gerecht)20-3-16288433. Auckje Sierds, overl. na 19-5-1674.OPS 108 46: Jelcke Goyties en Antke Sierts dr., Terw, 4 voogdenover Siert Oedses kinderen.OPS 108 557 Jelcke Goyties en Auck Sierts dr., heidland als voren.Van grietman Fockens.OPS 109 59: Jelcke Goeijtties en Auck Syerds dr. e.l.; 1 madmarschen onder Olterterp, .ten oosten de procl. zelf; te pastlanden ten westen, van de Dwarssloot of Hoogescherne in hetKoningsdiep; gekocht van Jan Jacobs en Agnieta Harckema, e.l. voor165 g.gld., 15 jan 1635.OPS 109 296: De vorige kopers BBen C op zekere kamp, de Galle kampgenaamd, gelegen in de Silmijen, (297) naast de fenne van GoeitijenSijerts en en de nagenoemde vekopers gewezene zate, in koop bekomenvan Jelcke Goeitties, en Auck Sijerds dr. e.l.; voor de ene helften Wijts Goeittie dr, voor de andere helft, voor 12 g.gld en 14str. 9 nov 1637.OPS 111 141: Saeke Teyens BB&C op op 4 roede en 1/3 deel van eenroede veen, in Sparriebird, mandelig met Andries Pieters, en KeympeJelckes erven, en Auck, Siert Uutses haere kinderen; gekocht vanJelcke Goitses en Auck Sierts dr e.l., 16 okt 1645.OPS 111 142: Jelcke Goytses en Auck Sierts dr e.l.; BB&C op eenperceel weidland, de Galle kamp genoemd, gelegen tussen dezelve enOlterbuire Slachte, ten westen ten naasten; aan de procl. zate, opde zuidkant van de Heere Weg, door verkopers eerdern van de hrFockens en Wyts Goytse dr gekocht; nu van Secr Teyens en A.vAndringa. 16 okt 1645.OPS 111 189: Jan Hansis en Wyts Teye dr e.l.; BB&C op een deel vaneen perceel leyen, zonder de klijnen daaronder. Welke de verkoperzal mogen graven, tot zijn believen en vervoeren op de Heereweg,zoals eerder van Fockens en Teyens in wandelkoop verkregen, vanJelcke Goities cum sorore; in in niaarkoop van Jan Jans Nidingaverkregen, nu gekocht van Boelardo Boelens en Hiltie Claes dr e.l.;voor 468 g.gld, 19 maart 1646.Niaar: door Jelcke Goities c/ux en Wyts Goitie dr met Jochum Janshaar man verzoeken de niaarkoop, (190) Jan Jansen prot. Dat deniaarneming hem onschadelijk zal zijn omdat in de verkoop zijnrecht tot overmenninge niet is opgenomen; De Pastorije mach lijdendat de verkochte leege landen haar voortganck nemen mits dat demits dat de kopers en de niaarnemers de pastorie laten volgen demenninge en drifte uit de pastorie marschen.OPS 111 267: Jelle Sierdts doet oproepen een halve zate lands inWijniedorp, gekocht van Auck Sierdts gesterkt met Jelcke Goitieshaar echte man, 17 dec 1646.


Op 19.5.1674 leent hij met zijn vrouw 700 cg. van Jan Alles enWietske Jans te Lippenhuizen 1526 .Misschien is dit dezelfde Antje Sierds die met de kinderen eigenaaris van stem 43 te Wijnjeterp in 1640.Uit dit huwelijk:1. Sybren Jelckes (= nr. 4216).2. Goytsen Jelckes, tr. Jeltje Uitses.3. (?) Wietske, tr. (1) met Jorrit Rebbes, overl. v. 1640, zoon vanRebbe Jorrits, tr. (2) Rinse Rienks, overl. v. 1698, waarschij<strong>nl</strong>ijkzoon van Rienk Rienks en Fokje Arjens.In 1640 is Rinse Rienks voor 1/3 eigenaar en voor het geheelgebruiker van stem 10 te Terwispel. In 1698 zijn Rinse Rienkserfgenamen (met name genoemd) voor 5/13 eigenaar van stem 9 teTerwispel. Gebruikers zijn Wietse en Jolke Rinses. Tevens zijnRinse Rienks erfgenamen voor 1/4 eigenaar van stem 20 teLippenhuizen, naast o.a. Jentje Rienks.In 1678 is Rinse met Reitse Cornelis vermeld als voormond overWietse Rienks' weeskinderen.Op 18-8/1/29-9-1664 kopen 1527 Rinse Rienks en Ebele Jans en hunrespectievelijke echtgenoten gronden van B. Boelens als crediteurvan Sjoerd Rebbes64).4. (?) Lutske, tr. Opsterland (gerecht) 1648 Jacob Eijntes.8434. Oeds Alles, geb. v. 1614, kerkvoogd van Lippenhuizen, overl. najanuari 1667, tr.8435. Foock Gurbes.OPS 110 138: Jeen Jelckes als vader en voorstander van zijnkinderen bij Rints Gerbe dr, en hem sterkmakende voor MintseGerbes, ende Aucke Rinnerts dr. e.h. van Syoerd Girbes, voor hemzelven, Oedts Alles en Foock Girbe dr, e.l. en Henne Sijbes en TethGirbe dr e.l. tesamen voor 1/5 deel BB&C op 1/7 part van een zateen landen met huizinge schuur bomen en plantage te Leppenhuisenexempt een kamer aan de huizinge ende 2 koegang hooi en het grasbuiten het gekofte zal blijven; Ten oosten Mintse Girbes, tenwesten Jeen Wallis, mede procl; uit de veenscheidinge in hetKoningsdiep, met gelijke part van 8 haed grasinge gekocht van AuckGirbe dr geass. met Folkert Hendriks haar echte man, voor 810 Phsgld. En een gouden ducaat tot geschenk. Te betalen op mei 1641 en1642, 28 dec 1641.PROTESTEN: Doorgehaald Boelardus Boelens wegens verschotenpenningen; Aug. Lyklema á Nijeholt secr. v. Ooststellingwerf.wegens een schuld van wln Girbe Minties. Op 9 sept 1657 van hunprotesten gedisisteerd. (S. Fockens in eigen handschrift).OPS 110 298: Oedts Alles en Foeck Girbe dr e.l.; wonend terWispelle, BB&C op de gerechtigheid van verkopers inneen zate teLeppenhuisen, van de veen scheiding tot het K-Diep. Door verkopervan zijn vader aanbeerfd, en voor dezen van Auck Girbe dr gekocht.ten oosten: Mintie Girbes; ten westen Jeen Wallis, nu gekocht vanMintie Girbes en Antie Rinnerts dr. e.l voor 495 Phs gld; op mei1642 200 gld en daarna 2 jr de helfte. 26 mei 1642. PROT: deingezetenen van het Westerscheer van Hemrijck protesteren en dat dezate niet loopt tot Olterterper landen. Doch nader te deduceren.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Girbe (= nr. 4218).2. Tjeerd (Theodardus Oedses), geb. Lippenhuizen, mederechter vanOpsterland, in 1698 voor 1/3 eigenaar van stem 3 te Lippenhuizen.3. Bontje (= nr. 4217).8436. (= nr. 8434) Oeds Alles, tr.


8437. (= nr. 8435) Foock Gurbes.8438. Sierd Jans, overl. v. 9-4-1663, tr.8439. Sierdje Binnes (ook: Sioertie Binnes), afkomstig uit Lippenhuizen,tr. (2) Opsterland (gerecht) 19-11-1663 Jacob Bonnes, afkomstiguit Lippenhuizen, tr. (1) Opsterland (gerecht) 30-10-1656 FokjeRienks, afkomstig uit Lippenhuizen.OPS 111 327: Aesge Wijdtses en Jouck Binne dr. e.l en Sierdt Jansen Sierdts (?) Binne dr. e.l te Leppenhuissen, BB&C op een halvezate lands aldaar, mand met de andere helft, met gelijke deel vande opstallen etc.; bij de mede procl. bewoond; ten oosten LammertCornelis Schulting, ten westen Eeble Sijdses, van de veenscheidingin het Koningsdiep; met de helft van 3 haed grasinge in deKoefenne, en verkopers aandeel van een Reydpolle in de Muehemmengelegen, gekocht van Sijdse Binnes en Simpck Wijbe dr ; Sybe Bennesen Wijdts Rienks dr; en Jelle Giels en Auck Benne dr; e.l. elk eenderdepart, totaal voor 2500 Phs gld. Op vier meidagen te betalen,met de Conditie dat Wyts Wobbe dr hun moeder de uitkamer aan dehuizinge tot haar lijfstonde zonder enige huringe mag gebruiken. 2febr 1643.Op 11.11.1658 werden Jan Tjeerds en Sierd Jans geautoriseerd totcurator over Minse Jans' wezen.(Volgens weesrekening van28.4.1663) 1528 .OPS 115 221: Siert Jans en Sioertie Binne dr e.l.; te LeppenhuisenBB&C op 2/12 part van een zate lands, als deel van de procl zate;met de gerechtigheid van de kamer, staande op Aele Wytses landen,alsmede de overgrasinge met de mande Reitpolle; Gekocht van UbleJeens en Fedde Wobbes, gesterkt met Cornelis Hanses haar echte man.Voor 610 c.gld op 3 eerstkomende allerheiligen dagen vanaf 1660. 1november 1660.OPS 116 129: Men laat een ijder weeten, dat Jan Tierts alsgeauthoriseerde voormond over wln Mintse Jans wezen .... gedenkt teverkopen..... een vierdepart van een huis staande aan deGoeredijck; aan de westkant van de brugge, met de vrije plaatsevandien; met opslag op de vaartswal pro quota; mandelig met WijtseHanses, Feijtse Eijles cum libr. Sierd Jans erfg. ten oosten WijtseHanses ten westen, Lourens Hayes, ten zuiden de tuinsloot, tennoorden de Heereweg, 9 april 1663.In 1698 waren Binne Sierds de Jonge met zijn 5 mede-erfgenamen vanSierd Jans voor 1/4 eigenaar van stem 14 te Lippenhuizen. Zijnmoeder Sierdtie Bennes ook voor 1/4. (Samen de helft, in gebruikbij Binne) Luitenant Boelardus Boelens, nomine uxoris, voor 1/8,Wietse Ates wezen voor 1/8, secr. Lycklama en notaris Sinnema voor1/6 en ds. Nicolaides nom. ux. en Giele Sierds samen de rest.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jeltje, (= nr. 4219).2. Binne.3. Sietske, tr. Jouke Ates (nageslacht De Groot).9008. Ocke Rinnelts (ook: Rindelts) 1529 , schoolmeester te Beerta, tr.(2) Anneke Emkes, dr. van Emko Tiddens en Grietje Heerens, tr. (2)9009. Anje Geerts, DG, overl. v. 22-3-1684.Ocke was misschien ook timmerman.731-7075 - fol.829 - Beerta - 7 februari 1661 - Ocke Rijnneldts enAnje Geerts (ehel.) lenen van Gijse Remkes en Anneke (ehel.) 100car.gld. à 6%.731-7076 - fol.514 - Beerta - 16 mei 1670 - Ocke Rijnneldts enAnnek (ehel.) lenen van IJmel Geerts, pr.vmd., Albert ten Camp enOcke Rijnneldts, voornoemd, voogden over Jan Hilwerts 75 daler,rente 3 daler 22 st en 4 pl.


731-7132 - fol.59 - Nieuw Beerta - 2 mei 1671 - Lamme Jans, weduwevan Jan Geerts, neemt 55 daalder op van Juicke Geerdts, Epke Febesen Tonckert Hindricks voogden van Hinderick Ockes , rente: 2 daler18 st.731-7132 - fol.108v - Nieuw Beerta - ca.1675 - Ocke Rijnneldtsverkoopt aan Hindrick Hommes Kammingha en Diewertjen van Lingen(ehel.) zijn deelland van de Scbuttenheerd op de Haen, so als vanBotte Hendriks drie akkeren in de Beerte tusschen twee slootengelegen, strekkende van de Tjamme aan de Heerensloot, ten oostenHillebrant Baukes' erfgenamen, ten westen Eppe Aijlkes' erfgenamen,en door Douwe Phebens naderhand naar- koop gedaan. Prijs: 25car.gld. 10 st.731-7077 - fol.175 - Beerta - 26 maart 1679 - Frerick Haickens, opde Meeden, heeft bij strijkgeld verkocht aan Ocke Rijnneldts enRoelef Jans, de oostelijke helft van 4 akker veen, ten noorden deFinsterwolder scheiding, ten oosten Hero Boukes, ten zuiden MensoTiabbes, ten westen Cornelis Vecbters. Groote 3 deimt 6 1/2 roeden.Prijs: 158 car.gld.731-7077 - fol.346 - Beerta - Ocke Rijnneldts en Anneke (ehel.)lenen van Jan Luitiens, als boekhouder der armen, 30 car.gld. à 5%731-7077 - fol.512 - Beerta - 22 maart 1684 - Ocke Rijnneldts enAnneke Emkes (ehel.) ter ener en Hindrick Ockes, zoon van OckeRijndelts ter andere zijde. Het betreft een scheiding van denalatenschap van de overleden moeder van Hindrick Ockes, AnjeGeerts, gewezen vrouw van Ocke Rijndelts. Evenals de erfenis vanHindrick Ockes' oom, Jelle Geerts. Ocke Rijndelts is scbuldig aanHendrick Ockes 74 daler, dit geld neemt bij op rente à 5% .OckeRijndelts dient tegen mei Hindrick Ockes een jonge koe te geven.Bovendien krijgt Hendrick Ockes "een tuten boor."GAG-321 rnr - 6 oktober 1693 - Ocke Rinneldts komt wel voor op delijst van personen die dienen te betalen voor de nieuweschoolmeester maar hij betaalt niet.731-7078 - fol.388 - Beerta - 30 september 1697 - Anneke Emkes,weduwe van Ocko Riendels, geassisteerd door baar beide oudstezoons, Emko en Riendelt Ockes, ter ener, en haar jongste zoon EdsoOckes ter andere zijde. Ze maken een afhandeling. Edso verkrijgthaar behuizing, zoals ze bewoont. Tevens bet timmergereedscbap enalle hout, en het huisraad. Edso betaalt biervoor 200 car.gld., eenbed met toebeboren en 12 pond vlas. Anneke blijft met Edso samenwonen. Ze zal 18 car.gld. per jaar verteren en niet meer. Edsobeboeft het bedrag van 200 car.gld. niet aan te vullen wanneer zijnmoeder overlijdt.731-7078 - fol.461 - Beerta - 28 apri1 1699 - Ancke Emckes, weduwevan Ocke Rijnneldts, ter ener, en Edso Ockes, Annekes zoon, enRenske Tammes (ehel.) vernietigen met beiderlei instemming eencontract dat ze hebben opgesteld d.d. 30 september 1697 in deBeerta.Beerta: Fol.804 - 16 juni 1660 - Geert Jans en Elue Geerts (ehel.)maken een afkoop met Juicke Geerts, Ocke Rindelts en Anje (ehel.),Jan Geerts en Jelle Geerts, samen kinderen van Geert Jans en wijlenRenske. De kinderen worden afgekocht met 400 car.gld. Getuigen:Albert Arents en Joannes Wijnolt.Beerta: Fol.881 - 3 december 1661 - Geert Jans en Elue (ehel.)maken een afkoop met Juicke Geerts, Ocko Rinnolts en Anje (ehel.),Jan en Jelle Geerts van de roerende goederen als onse bestemoederFenne Alberts heeft nagelaeten. Juicke, Jan en Jelle Geerts, metOcko Rindelts en Anje (ehel.) krijgen alle roerende goedereninclusief de schulden. Geert en Elue worden daarmee niet belast.Eeen brief welke Geert Jans zou hebben van Fenne Alberts wegens


haer verteerde kostpenningen wordt geannuleerd. Getuigen: GaltjoEdtskes en Harman Roelefs.Fol.495 - 20 december 1683 - Ocke Rijndels en Anne (ehel.) lenenvan Sibrant Nomdes en Wijchert Wormelts, diakenen in de Beerta, 70car.gld. à 5%. Getuigen: Menso Wiltes en Peter Matteus.Uit het eerste huwelijk:1. Hindrik, (= nr. 4504).Uit het tweede huwelijk:2. Emko, tr. Beerta 31-1-1690 Jantjen Goossens.RA Beerta: Fol.11 - 31 januari 1690 - H.V.Emko Ockes en Jantje Goossens. Jantje krijgt van haar nicht GrietjeTonnis, weduwe van Menso Wiltes, 50 car.gld. Brg.: Ocko Rindels enAnje Emkes, ouders; Harm Riendels, oom van vader; Hero Melles, oomvan moeder; Jan Jans Kal en Teetje Riendels, als aangehuwde oom enmoei; Riendelt en Hindrick Ockes, volle en halfbroer; Br.: JanJans, zusters man; Grietje Tonnis, nicht; Getuigen: Derck Geerts enOcko Jans.3. Riendelt, tr. (1) Beerta 26-2-1696 Grietje Simons, tr. (2) 18-1-1703 Elske Heerens.H.C. Beerta - 26 februari 1696 - Fol.323Riendelt Ockes en Grietje Simens. Voor de bruidegom: Ocko Riendelsen Anneke Emkes (ehel.), ouders; Emko Ockes en Jantjen Goossens(ehel.), broer; Herman Rindels, oom; Tietje Rindels, moei.Voor de bruid: Aefke Haijes, moeder; Riempt Hindricks en AnjeSimens (ehel.), zuster; Roelf Roelfs, pr.vmd., Fecko Wigboldts,sibbevoogd en Jan Slijm, vreemde voogd.Getuigen: Ocko Jans en Keer RoelfsRA Beerta Fol.116 - 29 december 1702 - Roelf Roelfs, Emko Okkes enJan Jans, voogden over het minderjarige dochtertje van RindeltOckens bij Grietje Simons ter ener, en Rindelt Okkes ter anderezijde. Ze maken een afhandeling. Rindelt behoudt de gehelenalatenschap aan zich, zowel het huis als het ingoed. Het kindkrijgt op zijn 16e 500 car.gld. van Rindelt. Getuigen: HindrikCornelius en Goossen Hindrix.HC Beerta - 18 januari 1703, Fol.123 - H.V.Rindelt Ockes en Elske Heeres. Brg.: Anneke Emkes, moeder; EdzoOckes en Renske Tammes (ehel.), broer; Herman Rindels, oom; Br.:Emko Ockes en Jantjen Goossens (ehel.), sibbevoogd en de bruidegomsbroer!; Anje Jans, weduwe van Jan Autjes,aangetrouwde moei; Lamme Claassen, weduwe van Heddo Sibels, nicht;Getuigen: Herman Bontkens en Oomke Fockens.Limaten Beerta 1530 : 3e Avondmaal van 1702 Nieuwe ledematen waeren(…) Rindelt Ockes’ en: ‘29-05-1710 Nieuwe ledematen hadden sichaangegeven nae voorgaende belijdenisse (…) Elske Heerens huisvrouwvan Riendelt Ockes’.Fol.36 - Beerta 5 mei 1710 - Mons. Geert Tonnis Hesse en mevrouwCenske Huninga (ehel.) lenen van Menso Tjabbes en Haiko Luppes(ehel.), in de Beerta, 1150 car.gld. De rente valt weg tegen dehuur van een stuk land ter grootte van 9 deimt gelegen in deBeerta. Getuigen: Rindelt Ockes en Marcus Marcus 1531 .4. Edso, tr. Beerta 7-11-1697 Renske Tammes, tr. (2) Beerta 2-12-1721 Geert Ammes, afkomstig uit Bellingwolde.Fol.326 - Beerta 30 juni 1707 - Menso Tjabbes en Haicke Luppes(ehel.), in de Beerta, lenen van Jan Hermans en Abe Wigboldts(ehel.), in de Beerta, 100 daler à 5«%. Getuigen: Siv.FabiusOrnatolerius en Edso Ockes 1532 .RA Beerta: Fol.464 d.d. 27 juli 1716: Jan Hindrix en Aeltjen Geers(ehel.) dragen aan hun broer en schoonzuster, Hindrik HindriksTimen en Etjen Ariens (ehel.) hun ouderlijk huisje te Noordbroekmet de eigen grond waar het op staat.


De waarde van het overgedragen deel is 55 gld. Bovendien isovergedragen al het weversgereedschap. De schulden zijn eveneensovergenomen door Hindrik Hindriks Timen en Etjen Ariens (ehel.).Getuigen: Berent Berents en Edzo Ockes9010. Menno Mennes, tr. 16459011. Aaltije Gerdts.Uit dit huwelijk:1. Lukke, Reinder Berentz Feltman.2. Focko Mennes3. Metje Mennes4. Eppe , tr. Beerta 12-3-1676 Ipo Hermans, afkomstig uit Beerta,tr. (2) Beerta 27-3-1698 Trijntje Claessen 1533 .5. Fenna Mennes, (= nr. 4505).6. Eluwe, begr. Winschoten 10-9-1731, otr. Winschoten Reinder Jans,afkomstig uit Winschoten.9012. Redmer Mennes 1534 , overl. v. 25-3-1686, tr. Wagenborgen ((hc))4-12-16389013. Alke Syaddes.Huwelijkscontract Wagenborgen 4-12-1638 1535 . Getuigen namens debruidegom: Menne Luitjens, vader; Luitje Mennes, broer. Namens debruid: Harco Hindrix en Bauke Jacobs Zijn erfgenamen worden genoemdd.d. 25-3-1686: Tette, Syadde, Menne, Imme en Luitje Bij hethuwelijkscontract van dochter Feite (Tetje) te Oterdum, d.d. 10-6-1668 1536 met Jan Tiarcks, wordt alleen Alke Redmers (sic!), moedervan de bruid, genoemd. Zeer waarschij<strong>nl</strong>ijk was Redmer Mennes toendus al overleden.Uit dit huwelijk:1. Syadde, tr. Frouwke Remmers, dr. van Remme Cornelis en GrietjeArends.2. Tetje, geb. Wagenborgen, tr. 10-6-1668.3. Menne.4. Luitje (= nr. 4506).5. Imme, tr. (1) (hc) 29-9-1686 Reiner Fockes, van GrijzeMunnikenklooster onder Termunten, tr. (2) (hc) Schildwolde 20-2-1689 Jan Scheltens van Gennep, zn. van Schelte Wierts en BouweEppes, tr. (3) (hc) 3-6-1694 Harke Freerks.9014. Jacob Bavingh, ged. Noordbroek 21-10-1632, brouwer te Wagenborgen,overl. v. 10-10-1688, tr. Nieuwolda 30-11-16629015. Wyven Jacobs, geb. Midwolderhamrik, overl. na 31-8-1714.1-2-1661 1537 : Jacob Bavingh koopt een huis in Midwolderhamrik(Nieuwolda) van Geeske Hittiens, weduwe van Hittien Arends en haarzonen Arent en Memme.RA Wagenborgen, V O d.d. 8-4-1704 1538 . In de akte wordt de verkoopbeschreven door Wijven Jacobs en drie dochters met echtgenoten aanPeter Jacobs Bavink en Anje Remkes (hun broer en schoonzus) van'behuizinge en behovinge als van hun vader zal. Jacob Bavink toteen brouwerije bewoont en gebruikt is geweest, staende op pastorijegront op de Gast te Wagenborgen'. Bij het (hc) van zijn dochterFrouwe, op 10-10-1688 blijkt Jacob al overleden te zijn.Het aangehaalde artikel in Gruoninga stelt haar overlijdensdatum na20-4-1704, maar Wyven leeft ook nog op 31-8-1714: zij wordt alsbestemoeder genoemd bij het huwelijkscontract van haar kleindochterAlke Luitjens.Huwelijkscontract Nieuwolda d.d. 20-10-1662 1539 ; aanwezig namens debruidegom: Frouwe Bavingh, moeder; Keer, Focco en Hendrik Bavingh,


oers; Geert Blom, swager. Aan de zijde van de bruid: RotgerTjackes en Martje, stiefvader en moeder; Frerik Arents, oom envoormond; Luitjen Mennes, Emme Luppens en Krijn Luitjens, ooms(doorgehaaldis Claes Jansen, vreemde voogd).Uit dit huwelijk:1. Jacobus, ged. Noordbroek 1-11-1663, overl. tussen 10-10-1688 en8-4-1698.2. Martje, geb. Wagenborgen, overl. v. 14-3-1713, tr. Wagenborgen8-4-1698 Wipke Julles, hij tr. (2) Antje Jans van Nieuw Scheemda.3. Vrouwke (= nr. 4507).4. Egbert, geb. Wagenborgen, waarschij<strong>nl</strong>ijk jong overleden.5. Ocko, geb. Wagenborgen, tr. 29-12-1698 Peter Harmens.6. Peter, geb. Wagenborgen, overl. v. 27-3-1722, tr. Wagenborgen20-4-1704 Anje Remkes, geb. Midwolderhamrik, overl. Wagenborgen 24-4-1748, dr. v. Remke Jannes en Imme Luitjens, zij tr. (2)Wagenborgen 27-3-1722 Willem Roelfs van Gieten.9018. Jan Dercks, tr.9019. Remke Edtzkens.Zie o.a. RAG, V gg p. 180, d.d. 22-1-1671 1540 en V gg 1 p. 21: hetechtpaar koopt land in Veenhuizen onder Finsterwolde.Het echtpaar krijgt in ieder geval deze kinderen: Antie, Wije,Geertien en Epke. Reuvers geeft van de eerste drie het h.c.In het (hc) van dochter Antie staan haar neven Eppo Ebels en WillemEbels; hun moeder was een Derksdr. Het gaat dan om Anna Derksdr.Zij tr. (1) (hc) Noordbroek 5-5-1635 Onno Edzens. Bij haar: DerkJans, vader, Bunno Elties en Jan Gerdts, zwagers. Antie tr. (2)(hc) Noordbroek (V ij 6) 16-1-1637 Ebelo Eppens. Bij haar: DerkJans, vader, Jan en Lubbert Derks, broers; Bonno Ebbes, zwager.R.A. Finsterwolde 22-5-1667, fol. 68. - Jan Dercks en Remcke,Frouwe Edtzkens, Jurrien Hannens en Trine, Henrick Ubbens en Eppe,Hero Nantkens voor zichzelf en mede als voormond, Henrick Albertssibbe voogd en Egbert Hindricks vreemde voogd over de kinderen vanzal. Galtio Edtzkens, Frerick Tiapkens en Henrick Lamberts sibbevoogd en vreemde voogd over de kinderen van zal. Nantko Heerens enMenste, erfgenamen van Edtzko Galtiens en Aelcke, bekennen datSicco Edtzkens en Imke van de 1000 gld., die zij als bruidschathadden ontvangen van hun ouders, 596 gld. weer uitgegeven enteruggekeerd hebben wegens de "mande" (gemeenschappelijke) schuldenvan de ouders en henzelf, voor zover zij die als eigen schuldenaangenomen hadden te betalen. Daarvan spruit 500 gld. uit het feitdat Sicco meer aan bruidschat had ontvangen dan zijn zusters, engeldt 96 gld. als hun aandeel van wat hun overleden broeder BonnoEdtzkens meer ontving dan de zusters.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Antie, tr. (hc) (V gg p. 139v) 14-12-1669 Eppo Jemmens.2. Wije, tr. (hc) (V gg p.100) 18-3-1668 Reindt Tonnis. Aanwezignamens de bruid zijn dan: Jan Derks en Remke, ouders; Antie Jans,zuster; Hendrik Sibens, oom en Egbert Jans, zwager. Bij hem: TonnisTiackens, mr. Tiacko Tonnis, broer en Bonneke Benners, dedigsman.3. Geertien, tr. (hc) (V gg p. 184) 17-2-1672 Jan Tomas.4. Epke.5. Frouwe.9020. Frederick Nombdes, tr. (hc) Beerta 19-12-16579021. Swaentien Jans, tr. (2) Beerta 1-11-1674 Jan Edens.Huwelijkscontract Beerta 1541 . Aan de zijde van de bruidegom: zijnouders, Nomdo Folckerts en Anna, verder Jan Arents en N.N.


Folckerts als oom en moeije; Focko Feies, vedder. Aan de kant vande bruid: Jan Jacobs, vader en Lucke Jansen, zuster.Op 22-12-1657 1542 maken Swaantjes vader, Jan Jacobs samen met haarzwager en zuster Jan Hindriks van Westerlee en zijn huisvrouw LuckeJans een afhandeling met Freerick Momdes en Swaantje. De laatstenbehouden het huis op Beetsterhoogen van vader Jan Jacobs.Op 3 maart 1676 staat vermeld bij de nieuwe lidmaten te Beerta:‘Swaentie Jans uxor van Jan Edens op de Hoogen’.Van Swaantjes en Luckes moeder vooralsnog geen spoor; P. Bos geeftals advies: zoek naar Jan Jacobs op Beetsterhogen en zijn vrouw inV ee.9022. Emme/Emmo Luppes, overl. tussen 13-11-1692 en 11-1696, diaken enouderling te Nieuw-Beerta, tr. (1) (hc) Midwolda 6-7-1650 GeertienArents, wed. Geert Willems, tr. (2) (hc) Beerta 20-5-1664 FockjenTiackes, dr. van Tiacko Aeisses en Syben Buntkes, tr. (3) v.3-3-16699023. Ouwe/Aume Jans, overl. na 13-11-1692.Emme trouwt (1) h.c. Midwolda 6-7-1650 Geertien Arents, wed. GeertWillems; namens de bruidegom tekenden: Ebbel Epkes en Focktien,stiefvader en moeder; Claes Geerts, zwager en voormond; LambertEmmes en Eltie Heres, sibbe- en vreemde voogd.Emme en Ouwe overlijden na 13-11-1692, want dan zijn zij te Nieuw-Beerta aanwezig bij het (hc) van hun dochter Fockje.Emme Luppes en zijn vrouw Fockje Tiackes komen voor op delidmate<strong>nl</strong>ijst van Nieuw-Beerta uit 1665.Ook op die lijst: 12-01-1668: Emme Luppes verkozen tot diacon inplaats van de afgaande Jan Tammes. Hij wordt op 09-02-1668bevestigd.Op 3-3-1669: Op belijdenis aangenomen (…) 91 Aume Jans huisvrouwvan Emme Luppes diacon alhijr.Op 20-3-1670: Jan Jans Hoving wordt als diacon bevestigd in plaatsvan de afgaande Emme Luppes.Op 13-05-1677: Tjark Melles treedt af als diacon. Op nominatiestaan Schelte Edskes, Emme Luppes en Hanne Jeuriens. Op 04-06-1677(Pinkstermaandag) wordt Emme Luppes gekozen.21-9-1679: Emmo Luppes is afgaand diaken. Op nominatie om hem op tevolgen staan Claas Geerts, Focco Hovingh en Meerten Ebres. MeertenEbres wordt gekozen.Op 7-10-1688: bevestiging van Emmo Luppes in plaats van deoverleden Jurrien Willems als ouderling. Op nominatie stonden ooknog Jan Tammens en Hanno Jurriens.In november 1696: met attestatie overgekomen van de Wildervanckjongman Berent Harmens. Bij hetzelfde nachtmaal is Hanno Jurriensbevestigd als ouderling in plaats van de overleden Emmo Luppes.Uit dit huwelijk:1. Aelke, tr. Nieuw Beerta 3-7-1687 Toncko Phebens ((hc) NieuwBeerta 27-5-1687; V ff).9156. Edtske Feckes, tr. v. 28-5-16569157. Hille Wigbolts.Dit echtpaar komt op 28 mei 1656 voor in de lidmatenboeken vanVeendam. Overigens komt op die lijst in 1657 ook Aaltjen Jansenvoor als huisvrouw van Wigbolt Edskens.9158. Michiel Geerts, tr.9159. Remcke Jacobs.


Op 2-12-1656 komt dit echtpaar voor onder lidmaten van Veendam: ‘2xbr, Michiel Geerts (doodt), Remcke Jacobs sijn huijsvr. (doot)’.9512. Claes Geerts.9516. Peter Arends, tr. (2) Vollenhove 18-7-1659 Berentien Gerrits, tr.(1) Vollenhove 20-3-16369517. Marregien Berends.9518. Geert Helprichs.9520. Jan Jochems Roeck, tr. 2-16059521. Geertje Evers.9524. Harmen Drok, tr. 17-3-16339525. Bette Jans,9528. Arrien Kleis, tr.9529. Haze Hillebrands.9530. Marten Martens Prins, tr. Vollenhove 6-16309531. Vroukjen Roelofs.9568. Meijlof Alberts, tr.9569. Hilligje Arends.9584. Vast/Vas/Vaes/Faes Jans, tr. Beulake 23-12-16409585. Jannetje Tymens.Vast leeft nog in 1675, want dan komt hij voor in de registers vanhet hoofdgeld van Vollenhove/Beulake. Hij woont dan alleen en heefteen dienstbode. Hij leeft ook nog in 1682, want dan wordt hijvermeld in het vuurstedengeld te Leeuwte/Beulake. Bij dievermelding staat opgemerkt: ‘geveilt en voor de provintieingetrocken en de gebruiker nog arm’. Vast is mogelijk overledenvoor 6-9-1694. Dan wordt hij althans niet meer vermeld in de op diedatum opgemaakte ‘Kohieren van de 1000ste penning en van hetzoutgeld’ 1543 . Ik stel met nadruk ‘mogelijk’, want het kan zo zijn,dat hij niet genoeg bezit (meer) had, om in die registers voor tekomen.Uit dit huwelijk (allen ged. Vollenhove):1. Tymen, ged. 5-9-1641 (‘in de Beulake’, moeder: Emmetien Tymens).2. Jannetien, ged. 28-11-1642 (‘in de Beulake’, moeder: ImmegeinTymes).3. Jan, ged. 27-9-1646 (‘in de Beulake, vader: Vas Jans, moeder:Neeltien N.N.).4. Jasper (= nr. 4792).5. Wolter, ged. 15-9-1650.6. Aaltien, ged. 27-9-1654 (dochter van ‘Vas uyt de Beulacke).9586. Roelof Wolters Doggenaar, tr. (2) Vollenhove 9-9-1677 AaltieRutgers, (o)tr. (1) Vollenhove 11-3/11-4-16429587. Annegien Teunis.Annegien is mogelijk een dochter van Teunis Goossens.9594. Philip Luiten, tr. (1) Giethoorn 30-12-1654 Jantje Jans, tr. (2)Giethoorn 8-3-16569595. Beertje Roelofs.9600. Beene Hendricks Claver, overl. na 4-7-1686 1544 , tr. (2) Giethoorn9-3-1672 Beertien Roelifs (= nr. 9594), weduwe van Filips Luyties,dr. van Jan Teunys, zij was afkomstig uit de Beulake.Beene otr./tr. (1) Vollenhove/Giethoorn 28-10-1645/22-8-16479601. Aeltien Jans, geb. ca. 1624, ged. Giethoorn 8-3-1648, overl. v.9-3-1672 1545 .RAO Volkstelling 1675 Wanneperveen; wonende te Beulake. RAORegister Hoofdgeld .... Beulake: Beene is goed voor 500 gulden,


geen dienstboden. RAO Register Lidmaten Beulake 475a/2: BeneHenriks Claver, met attestatie op 4-7-1686.RAO, Trouw Giethoorn : `Beene Hendricks Claver, weduwnaar vanAeltien Jans uit de Beulaecke en Beertien Roelifs, weduwe van FlipsLuyties.'.RAO, Doop Giethoorn: ged. 8-3-1648: `Lambert Janss, J.G. uit uit debeulaecke, out omtrent 20 jaer en Aeltjen Janss, sijn suster dehuisvrouwe van Beene Hendricks, out omstreeks 24 jaer.'RAO, Trouw Vollenhove; de ondertrouw van Beene en Aeltien: ` BeeneHenricks, soone van Hendrick Wichers tot Geithoorn, Aeltien Janssdogter van Jan Theunis uit de Beulake.'RAO, Trouw Giethoorn; het huwelijk: `de 22 August (1647) BeeneHendricks van Geijthorn en Alie Jans van 't hoge veen.'.9602. Hans Alberts.9776. Berend Berends Berkhoff, tr.9777. Jenneken N.N.Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Berend, tr. Jennigjen Jansen Smelt.2. Harmen (= nr. 4888).3. Jan, tr. 1683 Fennigjen Hermsen.9778. Albert Freriks (de) Joncker, tr.9779. Jenneken N.N.Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Frerik, tr. Hendrikje Derksen.2. Berendjen (= nr. 4889).9780. Jan Berendsen Faijer, geb. ca. 1635, overl. 19-3-1692, tr.9781. N.N.9900. Godtschalck Tonijssen Post 1546 , geb. ca. 1568, woonde te Rijssen,overl. na 6-5-1623, tr. (1) Henrick N.N., zij leeft nog op10-2-1585 1547 . tr. (2) v. 19-10-1592.9901. Fenne Dercks, overl. na 17-10-1627.Op 19 oktober 1592 wordt aan Gosgalk Tonnijsen en zijn vrouw Fenne1 mud bouwland verkocht op de Rijssense Es. De verkoper bedankt henwegens goede betaling 1548 . Enkele maanden later kopen HendrickTonnijsen anders Post en Wisse, zijn vrouw een huis te Rijssen 1549 .Op 2-3-1596 wordt vanwege de schepenen en meente van het stadjeRijssen een lijst opgemaakt van schulden die burgers hebben teRijssen, Goor en Deventer. Op deze lijst, die door het aantalnevenschriften nogal chaotisch is geworden, worden ook deafbetalingen vermeld. Godtschalck Post blijkt zijn 20 goudgulden in1623 te hebben voldaan aan Albert en Derck Peters 1550 .In 1601 wordt Godschalck in de stad Rijssen vermeld met 2½ mudland.Op 27-9-1608 wordt Gottschalk Tonissen Post genoemd in hetrechterlijk archief van Wijhe. Hij verklaart dan omtrent 40 jaaroud te zijn en verklaart dat de inwoners van Rijssen, gewapend metroren, vorken en bijlen, onder klokgelui hun beesten hebbenopgehaald die geschut waren te Enter.Op 17-10-1627 maakt Fenne Dercks te Wijhe haar testament op.Daarbij noemt zij haar drie kinderen.Uit het tweede huwelijk (volgorde onbekend):1. Hendrick Godtschalk (= nr. 4950).2. Derck Godtschalk.3. Heijle Godtschalk.


9902. Johan Roloffs 1551 , overl. v. 23-10-1626 1552 , tr. voor 7-5-1584 15539903. Stijne N.N.Op 7-5-1584 kopen Jan Roloffs en zijn vrouw Stine het vierde deelin een stuk gaarde<strong>nl</strong>and in de slagen op de Nijestat 1554 en op 15-6-1592 van de erfgenamen van Roloff Schutten een huis en hof naasto.m. Aleff Jorriëns 1555 . Dit huis is in de tijnsregisters van Almelote vinden als het Schuttenhuis, gelegen in de Nieuwstad, waaruit in1621 Aleff Jorrijens en Johann Rollefs samen 2 ‘braemsche’ (eenmunt) moeten betalen. In 1627 worden als betalers van de tijnsenuit het huis Jorijen Aleffs en Hindrick Gottschalk (= nr.4950) genoemd en uit de ene gaarden Stine Roloffs. Haar tijns wordtdan betaald door Hans Swissen, ongetwijfeld haar schoonzoon, diegehuwd was met haar dochter Anna 1556 .Op 15-9-1594 testeert Griete Roloffs, huisvrouw van Jan vanBathmen, kremer. In haar testament noemt ze haar broers en zus Jan,Geert en Helle Roloffs en haar schoonzuster Stine 1557 .In 1608 verschijnen Jan Roloffs met Stine zijn huisvrouw; GeertRoloffs, burgemeester, met Alijd, zijn huisvrouw en HelleRoloffsdr., weduwe van Jan Goissens, geassisteerd met haar broerGeert, voor burgemeesters, schepenen en raad der stad Almelo alserfgenamen van hun zwager en zuster 1558 .Op 26-2-1627 verzoekt Johan Huijsken om gerechtelijke i<strong>nl</strong>eiding ineen gaarden, die voor ¼ deel wordt gebruikt door Stijne Roloffs.Op 2-4-1627 vindt overdracht plaats door Hindrick Gottschalkshuisvrouw (= nr. 4951), dochter van Stijne Roloffs 1559 .9984. Jan Jansen van der Heino, leeft nog op 24-10-1703 1560 , tr.9985. (?) Marrigje Jansen.Bij de vuurstedenregisters van 1675 en 1681 staat een Jan van derHeino vermeld in het kerkdorp Den Ham. Bij de laatste notatie staatvermeld ‘smitte’, hij is zelf eigenaar en gebruiker.Een Jan van der Heino komt voor in een akte, d.d. 8-9-1689 1561 teDen Ham.In 1691 1562 verklaart Jan Jansen van der Heino dat in 1683 op eenzondagavond in Den Ham een vaandrig gekomen is met een compagnie,groot 58 koppen. Alleen op basis van het patroniem Jansen ofDerksen valt eenduidig op te maken, of het in de aktes om de vaderof de zoon gaat.Op 24-10-1703 1563 geeft Lucas Smit een volmacht aan zijn broer, JanSmit; Jenneken van der Heino, mede voor haar vader Jan van derHeino geeft een volmacht aan haar broer Derk van der Heino. Zijmogen de afhandeling verzorgen van hun aandeel in de erfenis vanJan Hermsen van Coeverden, voor hun te quiteren, te Amsterdam(onduidelijk is, of ‘van Coeverden’ een familienaam is, of eenverwijzing naar de plaats van herkomst). Kan het zijn dat JanHermsen de vader is van Jan?10500. Cornelis Willems van Hove, secretaris van Son.Rentmr. Gen. R 190, i 43v, en R 189, f. 61v, noemen hem alsbezitter van cijnsplichtig goed in Son in de jaren 1646-'51, zulksals ‘Cornelis Willem van Hove’ 1564 .10504. Luijcas Henricks de Roeij (ook: De Roij), schepen van SintOedenrode, tr.10505. Catalijn.Wellicht moet het zijn: Luycas Aert Luycas DE ROY, tr. Adriana JanJan Joordens.


Luycas Aerts Luycas de Roy was in de jaren 1611, 1621, 1622, 1623,1625, 1626 schepen van Sint-Oedenrode.Blijkens een acte van scheiding en deling van 26-10-1613 scheidingen deling goederen Jan Jan Joirdens en Aeltken Jan Hanricks vanWolfswinkel) was Aert Luycassen toen reeds overleden.Op basis van de acten14 juli 1634 en 5-6-1635 (scheiding en delingvan de goederen van de kinderloos overleden Catharina Jan JanJoordens) concluderen we dat Luycas Aerts (Luycas de Roy), gehuwdmet Arike Jan Jan Joordens, voor 1634 is gestorven. In zijn plaatskwamen in deze acte 8 kinderen:1 Agnes, gehuwd met Corstiaen Jan Jan Hulsen2 Jenneke, gehuwd met Hendrick Lamberts (Hendricks)3. Mariken, op 4-7-1607 te Sint-Oedenrode gehuwd met AelbertAdriaens(Albert Goyert, later: van de Jexit en/ofvan de Rijt)4. Catharina, op 15-2-1615 gehuwd met Jan Jan Claes Gerits(Keysers)5. Dercken, gehuwd met Jan Jan Rutten van Hees (de cuijper)3 Elisabeth, weduwe Rutger Jan Wijnans4 Jenneken weduwe Jan Rutten (van Roey?)5 Johan, wonende in Frankrijk, (op 14-11-1621 gehuwd met MarikeGijsbertus van Lieshout) .Inventaris 109 folio 23 jaar 1612 Wij Luijcas soene HanrickLuijcassen ende Goijart Jan Gijsbertssen schepen Sint Oeden Roededoen condt eenen ijgelijcken dat voir ons coemen is Jan soenewijlen Jan Jacobssen als man ende mombair van Ermgard sijnehuijsvrouwe dochter wijlen Jan Danielssen. Ende heeft vercooft aenGerart soene Wil… Willem Loedewijcxss een stuck saijlants, gelegenter plaetsche Hauthem.Inventaris 109 folio 55 jaar 1612 Luijcas soene wijlen HanrickLuijcas de Roij heeft overgegeven aen Nijclaessen soene Hanricx vanDursen tot behoeff van heer Johan Verscheijll? coopman o.a. eenecamp lants, genoempt die Heijhoeve gelegen in die prochie van SintOeden Roede tot Vressel. Ende die voirschreven Luijcas in coopevercregen hadde tegens den mombairen ende curateuren vandeonmundighe kijnderen wijlen Meus Artssen.Inventaris 109 folio 57 jaar 1612 Luijcas soene wijlen HanrickLuijcas de Roij heeft vercooft Marten Huijbertssen ende LauvrijnsHanricxssen beijde schepenen der heerlijckheijt der prochie vanLiemde tot behoeff der ierste missen gecelebreert ofte celebrereninde voirschreven kercke, eenen jaerlijcken ende erffelijckenrenthe. Van ende vuijt een stuck ackerlants gelegen tot Nijnselinde Vloeijacker.Inventaris 112 jaar 1630 folio 461 Catalijn weduwe LuijcasHendrickx de Roeij. Jan Luijcas, Roeloff Janssen als man endemomboir van wijlen Catalijn zijn huijsvrouwe. Peter Martens vanVechel als man ende momboir van Jenneken zijn huijsvrouwe endeJenneken weduwe wijlen Hendrick Luijcas met Jan Luijcas ende MartenLuijcas Dirckx als momboiren ende curateuren vande onbeijaerdekijnderen wijlen Hendrick Luijcas voirschreven. Zij hebben vercooftaen Lambert soene Janssen de Raijmaecker eenen acker teullants.Gelegen ter plaetssen genoempt inde Verwe. Vercooperen aengecomenende aenverstorven van wijlen Luijcas Hendrickx ende Catalijnvoirgenoempt.


Inventaris 112 jaar 1630 folio 463 Cathalijn weduwe wijlen LuijcasHendrickx de Roeij. Jan Luijcas, Roelof Janssen als man endemomboir van wijlen Cathalijn zijn huijsvrouwe. Peter Martens vanVechel als man ende momboir van Jenneken zijn huijsvrouwe endeJenneken weduwe wijlen Hendrick Luijcas met haer Jan Luijcas endeMarten Luijcas Dirckx als momboiren ende curateuren van deonbeiaerde kijnderen wijlen Hendrick Luijcas ende Jennekenvoirgenoempt. Hebben vercooft aen Peter Anthonis Hendrickx eenenacker teullants. Gelegen ter plaetssen genoempt d’aude vrijheijtgemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt Thuelker?Inventaris 112 jaar 1631 folio 523 Cathalijn weduwe LuijcasHendrickx de Roeij. Jan Luijcas Roeloff Janssen van Kelsdonck alsman ende momboir van wijlen Catharina zijne ierste huijsvrouwe.Peter Martens van Vechel als man ende momboir van Jenneken zijnhuijsvrouwe. Ende Jan Luijcas ende Marten Luijcas voirschreven alsmomboiren ende curateuren vande onbeiaerde kijnderen wijlenHendrick Luijcas en Jenneken sijne huijsvrouwe dochter wijlen PeterJacop Goeijarts. Hebben vercooft aen Jenneken weduwe wijlenHendrick Luijcas een stuck teullandts ofte hoffstadt gelegen terplaetssen genoempt daude vrijheijt tot Erschodt.Inventaris 112 jaar 1633 folio 717 Jan soene wijlen Luijcas Henrickde Roeij. Jenneken dochtere wijlen Luijcas Henrick ende wittighenaergelaten weduwe Peter Martens van Vechel met haer Joost Martensvan Vechel ende Jan soene Luijcas Henrick als momboiren endecurateuren over de onbeiaerde kijnderen wijlen Peter Martensvoirschreven ende Jenneken zijn huijsvrouwe. Willem Henrick Wemmersende Cornelis Thonissen als momboiren ende curateuren over deonbeiaerde kijnderen wijlen Henrick Luijcas de Roeij ende Jennekendochter Jacop Gorts? zijn huijsvrouwe. Roeloff Jan Dandels vanKilsdonck als vader ende momboir van zijne wittighe kijnderenverweckt bij wijen Cathalijn dochter wijlen Luijcas Henrick deRoeij. Zij hebben vercooft aen Gijsbert Jan Rutten Cluijtmans eenenecker teullants, gelegen ter plaetssen genoempt de Vloeijecker.Gelegen tussen erffenisse deen zijde meester Rogier van Griensvenraetheer deser stad vande Bos ende beneffens eenen gemijne wech aendander zijde, streckende van zecker erffenisse toebehorende decusterije van Eerschodt tot op erffenisse Joncker Gijsbert Heijm.Ende welcke voirschreven ecker landts in leen is hangende aen deheere van Rixtel soo zij verklaerde. Voirschreven vercooperaengecomen van Anthonis Henrickx henne oom, naerder blijckende bijschepen brieven der stadt vande Bos van dato 17 julij 1617.10506. Gijsbert Frans Goyaerts van Lieshoudt, overl. v. 1626, tr.10507. Henricksken dochtere wijlen heer Dielis Beckx, overl. na 1629.Inventaris 108 folio 155 periode 1558 – 1562. Jacop soene wijlenLambert Bersen ende heeft erffelijck vercoft heeren Gielissoensoen wijlen Jooris Becx eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijnsVuijt den auden huijse, hoff, hofstat met drie malder saet lantsofte daer omtrent geheijten den Pijnhorst, gelegen binnen derprochie van Sint Oeden Roede aen die heijde. Deen sijde Jan vanCueringe, dande sijde Hanrick Emonts, streckende vander gemeijnteop erffenis Jan soen Jan Wijlems. In de marge vermelding van: deserente gequeten doir handen van Jan Willems van Heeswijck aen handemJoris Dielis ende Henrickxken achtergelaten weduwe wijlen GijsbertFranssen van Lieshout.Inventaris 110 jaar 1617 folio 381 Leonart Anthonis Ruttencleermacker woenende inde aude vrijheijt opten Heuvell. Die welcke


verclaerde waer te wesen dat die doornhegge liggende tusschen ervehem Leonarts ende Goijart Fransen Producent? Tusschen henne ervenrespective opten voirschreven Heuvell int … ende alsoe voirts aenerffenisse Gijsbert Frans Goijartssen metten eene eijnde,streckende metten anderen eijnde Peter Arnt Tijbos. Waerbijverclaerde hij Leonart voirschreven dat hij de leste reijssen alsde voirschreven doornhegge geleijt werdende, die voirschrevenLeoart Anthonis versocht aen hem Goijart Producent dat hij de<strong>nl</strong>eijdt der selver haegge van sijnent twegen soude geven voirsijnent arbeijt seven stuijvers, Gevende die selve oijck gedaenhadde ende betaelt.Inventaris 112 jaar 1626 folio 99 Henricksken weduwe wijlenGijsbert Franssen van Lieshoudt voir haer tochte heer Gielisbeneficiaet der collegiale kercke van Sint Oeda tot Rode ende Denissoene wijlen Gijsbert Franssen gebroederen ende Jan soene LuijcasHenrick de Roeij als man ende momboir van Mariken zijnehuijsvrouwe. Alle kijnderen ende erffgenaemen wijlen desvoirschreven Gijsbert Franssen ende Henricken voirgenoempt voirdeerffelijckheijt. Hebben in die qualiteit vercoft aen Wouter Willemsvan Thelaer eenen hoffstadt, groot omtrent int geheel verthienroeijen ofte soo groot ende cleijn de zelve hoffstadt geegen isende bevonden wordt binnen den prochie van Sint Oeden Rode terplaetsen genoemt daude vrijheijt gemeij<strong>nl</strong>ijck genoemt opten Heuvel,beneffens erffenisse Goirt Franssen deen zijde, deen eijndt aenerffve de voirschreven coopers, streckende metten anderen zijdeende dander eijndt aende gemeijnte. Gelijck end einder vuegen dievoirschreven vercoopere aengecomen ende aenverstorven van wijlenhenne auders voirschreven. Hieruijt jaerlijckx te vergelden aenCornelis Jan van Roeij drije gulden thien stuijvers. Chijns aen deheilihe geest tot Erschot, item noch seven stuijver chijns aen descholasterje van Roeij.Inventaris 112 jaar 1629 folio 297 Hendricxken weduwe wijlenGijsbert Franssen van Lieshoudt dochtere wijlen heer Dielis Beckx,heeft gerenuncieert op alle haere goederen die zij van wijlen haerevader ende wijlen haren voirschreven man is aengecomen endeaenverstorven blijckende bij de testamenten daer van gemaeckt. Endedat tot behoef van haere voirschreven drije kijnderen verweckt bijde voirschreven Gijsbert Franssen haeren overleden man.Inventaris 112 jaar 1629 folio 297 Heer ende meester DielisGijsberts van Lieshoudt ende Denis Gijsberts gebroederen ende JanLuijcas Hendrickx als man ende momboir van Mariken zijn huijsvrouwedochtere wijlen Gijsbert Franssen voirschreven, hebben alle gelooftals schuldenaren jaerlijckx te gelden aende voirschrevenHendricxken haere moeder voirschreven, elck de somme jaerlijckx vantwelf carolus gulden. Dat zij haer leeffdachen geduerende zalhebben ende genieten de voorste camer ofte achterste camer met eenhoeck vande schuer daer zij haeren torff brant ende een vercken zalconnen hebben. Gelegen inde prochie van Sint Oedenrode aen daudevrijheijt aende kerckstraet.Uit dit huwelijk:1. Dielis Gijsberts Fransen, ‘beneficiaet der collegiale kercke vanSint Oeda tot Rode’.2. Denis Gijsbert Franssen.3. Mariken, (= nr. 5253).10528. Jost Jan Gerlinck (der Kijnderen), te Sint Oedenrode, overl. v.1625.


Inventaris 111 jaar 1625 folio 389 Frans soene wijlen Jost JanGerlinck als man ende momboir van Lijsken dochter Gossen DirckJoosten zijn huijsvrouwe, heeft vercooft aen Jan Janssen vanHeessel secretaris deser vrijheijt tot behoeff van Jan Goort JoostJanssen Rossems eenen los chijns. Van ende vuijt o.a. een stuckteullants gelegen ter plaetssen genoempt Ostaijen.Kinderen:1. Jan Joosten Geerlincx der Kijnderen.2. Frans Joosten der Kijnderen (= nr. 5264).3. Merike d'oude Joost der Kijnderen.10530. Gossen Dirck Joosten.Gaat dit over zijn voorouders (let op de geografische overeenkomstvan bezit en de persoonsnamen):Inventaris 109 folio 1 jaar 1612 Aen Corstiaen zoon van Jan Justenalias Cuppens man ende mombair van Oeiken sijne huijsvrouwe dochtervan wijlen Aelbert Jacob Aelbertssen heeft vercooft aen Peter zoonvan wijlen Jost Horricxssen, sijne allinghe portie ende gedeelteals die selve als man ende mombair sijnder huijsvrouwe iscompeterende in seeckere erffenisse van lant, sant, weijvelt,hoijlant etc. Gelegen in Sint Oeden Roede op Oistaijen. Endedeselve aengecomen ende aenverstorven van wijlen Mariken Jacopshenne moije. In de marge vermelding van: als oijck desen selveaengecomen ende aenverstorven van wijlen Elijsabeth Dirckx Joosten?sijne huijsvrouwe voirschreven moije.Inventaris 109 folio 68 jaar 1613 Wouter soene wijlen AelbertJacopssen ende ..wijlen Mariken sijnder huijsvrouwe dochter wijlenDirck Joost Horricx, heeft vercooft aen Corstiaen soene JansCoppens sijn alinghe portie ende kijnsgedeelte als die selvevercopere is competerende ende toebehoorden in seeckere erffenissevan lant, sant, weijvelt, hoijlant ende hautwas. Gelegen opOstaijen ende den selve aengecomen ende aenverstorven van wijlenMariken Jacops sijns vercoopere moije saligher.Inventaris 109 folio 76 jaar 1613 Fragment. Hanrick soene wijlen….. verweckt bij wijlen Mariken dochter……….. Corstiaen Marcelisheeft vuijt crachte hem Hanricken gegeven van Cammerken?Cristiaenssen des voirschreven Hanricx grootmoeder, vercooft aenheeren ende meestere Nijclaes Hanrick Spierincxssen pastor derheerlijckheijt van Uuden Een mauwer rogh, maten van Roede. Tevergoeden vande erffgenaemen of kijnderen Diricx Joosten vuijthoeve, goederen ende onderpanden gelegen ter plaetschen genoemptOstaijen, tegenwoordich in culture ende gebruijck hebbende JanJannen Goijartsen.Inventaris 110 jaar 1613 folio 50 Thomaes soene wijlen AalbertJacopssen verweckt bij wijlen Mariken sijn huijsvrouwe dochterwijlen Dirick Jost Horricxssen? Heeft vercoft aen Peteren soeneJoost Horricxssen? sijn alinghe portie, van lant sant weijvelthoijlant ende hautwas, gelegen op Ostaijen. Ende deselve aengecomenende aenverstorven van Mariken dochtere Jost Horricx naegelaetenweduwe Aelbert Jacops des voirschreven vercoopers vaeder.Inventaris 111 jaar 1621 folio 95 Peter soene Joost Joosten heeftvercooft Marcelis Huijberts twee stuckxsses landt, gelegen terplaetssen genoempt op Ostaijen.10536. Cornelis Aert Everts (ook: Cornelis soene Arnt Evert Snijders),


tr.10537. Elisabeth dochtere Handrick Willemsen, overl. v. 1632.Inventaris 109 folio 33 jaar 1612 Cornelis soene Arnt EvertSnijders belooft te betaelen Heijlken naergelaten weduwe MatijsEverarts.Inventaris 111 jaar 1621 folio 78 Jan soene wijlen Meeus Janssen,Aert Peter Willems als man ende momboir Catharina ende HenrickMathijssen als man ende momboir van Elcke sijnder huijsvrouwe. Endehen fort ende sterck maeckende voir Meriken henne suster. Allekijnderen ende erffgenamen wijlen Meeus Janssen ende Lijskensijnder huijsvrouwe dochter wijlen Wouter Jans van Erp, hebbenvercooft aen Marten Peter Henrickxssen, huijs, hoff, bomgart etc.gelegen ter plaetssen genoempt opt Spreeuwelaer. Deen sijdebeneffen erffenisse Gerit Lambert Meeussen, dander zijde beneffenerffenisse Jan Lambers, streckende metten eene eijnde op erffenisseNelis Aertssen ander sijde opte gemeijn strate.Inventaris 111 jaar 1621 folio 111+113 Jan Lamberts Wouters als manende momboir Mariken Evert Delis sijn huijsvrouwe heeft vercooftaen Lambert Everts van Oirschodt, huijs, hoff, bomgairt, gelegenter plaetssen genoempt het Spreuwelaer, deen zijde beneffenserffenisse Evert Janssen de Quster, dander zijde beneffenerffenisse Margrit Lambert Meeussen, streckende van erffenisseCornelis Aert Evert opte gemeijnte van Roeij. Chijns aen het boeckvan Helmont.Inventaris 111 jaar 1622 folio 139 Jop soene wijlen Marten AnthonisNuenen heeft vercooft aen Cornelis Aertssen ende Frans Joosten alsmomboir ende curateuren van Cathalijn dochtere wijlen Jan Vranckenende Aelcken sijn huijsvrouwe ende tot behoeff der zelver eenechijns, van ende vuijt een stuck teullants gemeij<strong>nl</strong>ijck genoemptVuelkensvenne.Inventaris 111 jaar 1623 folio 240 Soo heeft Margriet dochtereMathens Goirts vande Huerck nu weduwe wijlen Lambert Ariensgerenuntieert mits desen van huijs, hoff, hoffstadt etc. gelegenter plaetssen genoempt Bos ende Vaerhout opt Spreuwelaer, beneffenserffenisse Lamberts Eeverts deen zijde, dander zijde beneffenserffenis Cornelis Aertssen ende Hens Wouters, streckende mettenanderen eijnde aende gemeijn straet tot behoeff van Cornelis,Arien, Andries, Dirck Corstiaen gebroederen, Marten Janssen als manende momboir van Mariken zijn huijsvrouwe. Alle kijnderen endeerffgenamen van wijlen Lambert Ariens ende Margriet zijnderhuijsvrouwe. Soo hebben die voirschreven erffgenaemen vercoft aenMarten, Peter Goirtssen huijs, hoff, hoffstadt etc. gelegen terplaetsse voirschreven. Een stuijver ende twee penninck chins aenhet boeck van Helmondt.Inventaris 112 jaar 1630 folio 381 Cornelis Aert Everts heeftvercooft aende kijnderen ende erffgenaemen van wijlen Jan WoutersVergoeijendonck, een huisplaetsken, gelegen ter plaetse genoemptSpreuwelaer.Inventaris 112 jaar 1630 folio 413 Dirck Jooste van Buere heeftvercooft aen Lambert Everts seldreijers, huijs, hof bomgairt metontrent een sestersaet landts, gelegen ter plaetssen genoemptt’Speuwelaer, gemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt Evers ecker. Tussen erffenisseWillem van Eckeren deen zijde, dander zijde ende deen eijndterffenisse Cornelis Aert Everts c.s., streckende metten anderen


eijnde aent gemeijn Broeck. Vercooper in coope ende opdrachtevercregen heeft tegens de keijnderen ende erffgenaemen LaureijnsJan Wouters. Cijns aen het boeck van Helmont.Inventaris 112 jaar 1631 folio 506 Cornelis zoene Aert Eeverts,Hendrick Cornelisse, Jan ende Aert gbroederen wittighe kijnderenende erffgenaemne des voirschreven Cornelis Aerts Everts hebbenvercooft aen Thomas Handrick vande Moirsselaer een alinghehoijbeempt, gelegen ter plaetssen genoempt Bos ende Vaerenhout optSpreeuwelaer.Inventaris 112 jaar 1632 folio 596 Cornels soene Aert Everts voirsijn tochte, ende Willem Jan Aerts als momboir ende curateurenvande onbejaerde kijnderen wijlen Aert Vervoirt verweckt bijEijcken zijn tweede huijsvrouwe. Hendrick, Jan, Marten ende Thonisgebroederen. Alle kijnderen ende erffgenaemen Conelissenvoirschreven ende wijlen Eelisabeth zijn huijsvrouwe, ende hem medefort ende sterck maeckende voir Aerden ende Cathalijn henne broederende suster. Hebben vercooft aen Arien Jan Ariens van Casteren eenelosrente. Van ende vuijt huijs, hoff etc. gelegen ter plaetssengenoempt in Genen Bos gemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt het Spreuwelair. Chijnsin het boeck van Hellemont.Inventaris 112 jaar 1632 folio 613 Cornelis soene Aert Everts diewelcke heeft bekent dat Aert Everts zijne overleden vaederjaerlijckx vuijt eenen ecker teullants gelegen ter plaetssengenoempt Spreeuwelaer genoempt Eeversse ecker.Inventaris 112 jaar 1632 folio 651 Jan Jan Faessen als man endemomboir van Hillegonda zijn huijsvrouwe dochtere Jan Wouters endeGoirt Aert Delis als man ende momboir van Jenofiffa? zijnhuijsvrouwe oijck dochter wijlen Jan Wouters voir hem zelve endehem mede fort ende sterck maeckende voir Jenneken onmundighedochter van wijlen Jan Jan Wouters verweckt bij Ida zijnhuijsvrouwe hebben vercooft aen Jan Aertssen Vervoort als heijligegeest meester der toffelen des heijllige geest eene rente, als hijvercooperen jaerlijckx zijn heffende vuijt onderpanden toebehorendeCornelis soene Aert Eeverts naerder blijckende bij schepenprotocolle dato 4 maart 1613.Inventaris 113 jaar 1635 folio 113 Handrick Cornelis Aertsen endeAert Cornelis, Marten Cornelisse, Eevers ende Andries Peters alswettig man ende mombor van Catharina Aertsen alle wettighekijnderen ende erfgenamen wijlen Cornelis Aerts Evers verweckt bijwijlen Elisabeth dochter wijlen Handrick Willemsen hebben vercochtaen Aert Aertsen Vervoort den jonghen met Jan Daendels van Rijsingeende Jan Tomas van Morselaer als momboiren ende curateuren van hetonbeijaert kijnt wijlen Aert Aerts Vervoort den oude, verweckt bijMariken Daendels van Rijsingen des voirschreven Aerts den jongenbroeder. Een stuck teullants gelegen ter plaetse genoempt aen deMorgensop.Inventaris 113 jaar 1635 folio 115 Handrick Cornelis Aertsen, AertCornelis Aertsen, Marten Cornelis Aertsen. Tonnis Cornelis Aertsenende Andries Peters als wettich man ende mombor van CatharinaCornelis Aertsen verweckt bij wijlen Elisabeth dochter wijlenHandrick Willems. Alle wettighe kijnderen ende erfgenamen wijlenCornelis Aerts Evers ende Elisabeth sijne huijsvrouwe voirschreven.Hebben samenderhandt vercocht aen Aert Cornelis Aertsen harenrespectieve broeder, huijs, hoff, boomgaert etc. gelegen terplaetse genoempt op het Spreuwelaer, beneffen erfenis Lambert


Eevers deen zijde, dander zijde beneffen erve Lambert voirschreven,deen eijnde aen erve des voirschreven vercopers, streckende mettenanderen eijnde aen erve Lenert Jansen. Cijns aen het boeck vanHelmont.Inventaris 113 jaar 1635 folio 116 Handrick Cornelis Aert, AertCornelis Aerts, Marten Cornelis ende Tonni Cornelis gebroederen,Andries Peters als man ende mombor van Caterina sijne wittighehuijsvrou. Alle wettighe kijnderen ende ergenamen wijlen CornelisAert Evers verweckt bij Elisabeth dochtere wijlen Handrick Willems.Hebben vercocht aen Jan Cornelis Aertsen voor zijne actie portieende kijnsgedeelte eenen acker teulants, gelegen ter plaetsegenoemt ophet Spreuwelaer gemeij<strong>nl</strong>ijck genoemt den Rietacker. Folio118+119 vercocht aen Jan Jan Claesen vande Nieuwenhuizen een stuckackerlant, gelegen tot Ollant ter plaetse genoempt de Heijnsels.Alnoch een houtvelt tot Ollant genoempt den Boschacker. Folio 120vercocht aen Dierick Daniels van Rijsingen de helfte in eenhoijbeempt genoempt den Beeckcamp, gelegen tot Schijndel terplaetse genoemt aende Beeck.Inventaris 113 jaar 1635 folio 124 Jan zoone wijlen Cornelis AertEvers heeft vernaedert een stuck teulant ter plaetse genoempt aende Morgensop. Heeft Jan wederom overgegeven aen Aert AertsenVervoort de jonge ende Jan Daniel van Rijsingen met Jan Thomas vande Morselaer als momboir ende curateuren van het onmondighe kijntwijlen Aert Aertsen Vervoort den ouden verweckt bij Marikendochtere wijlen Daniel Antonis van Rijsingen zijne huijsvrouw.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet zeker, afgeleid uitvernoeming in een akte):1. Handrick Cornelis Aertsen.2. Aert Cornelis Aertsen, (= nr. 5268).3. Marten Cornelisse.4. Catharina Aertsen, tr. Andries Peters, zoon van Peter Jacopsenen Maricken.Inventaris 114 jaar 1639 folio 92 Jan Joosten van Herenthum, AertLambrechts Colen ende hem mede fort ende sterck maeckende voor Annanaer gelaeten weduwe wijlen Lambert Michielsen, Jan JoostAdraenssen ende hem fort ende sterck maeckende voor Jenneken zijnersustere, Dierck ende Jan kijnderen wijlen Hendrick Adriaens endehaer mede fort ende sterck maeckende voor Adriaen Hendricken haerlieden broeder ende Andries Peters vijt crachte van procuratie hengegeven ende verleent bij Maricken weduwe Peter Jacopsen de dato 7emeij 1627 ons schepen gebleken van zijne respective moeder. Hebbensamentelijcken vercoft alle haeren actien portien ende gedeeltegelijck haere vercopers is aen gecomen ende verstorven van wijlenGijsbrecht Dierckx . Gelegen binnen deser prochie van SintOedenrode, aen Frans Joosten der Kijnderen.5. Tonni Cornelis Aertsen.6. Jan Cornelis Aertsen.10550. Lambert Reijnder Hendricx Verhagen (ook: Van der Haegen), tr.10551. Appolonia (ook: Laentken) dochter van Peter Huijgen van Berckel.RA Sint Oedenrode: Inventaris 113 jaar 1634 folio 90 LambertReijnders Verhaegen wittich man ende momboir van Aboloenthus? sijnehuijsvrouw dochter Peter Huijgens van Berckel. Anneken oock dochterPeeter Huijgens voorgenoempt verweckt. Elisabeth … Jans ver… sijnehuijsvrouw. De voorschreven Lambert ende Jenneken hen mede fortende sterck maeckende voorde absente susteren met namen Merike endeGilleken. Hebben vercocht aen Lijsbeth dochter Jan Jan Willems een


stuck teullant, gelegen binnen de prochie van Sint Oeden rode, terplaetse genoempt aent Deerde gemeij<strong>nl</strong>ijck genoempt Thooffken.Tusschen erfensse deene sijde Willem Welten, dander sijde degemeene straet, deen eijnt aende Groodonckse hoeve, streckendemetten anderen eijndt aende gemene straete. Die voirschrevenvercoperen aengecomen ende aenverstorven is vander voirschreven …van Berckel ende … genoempt.26-8-1652: Testament van Lambert Reijnders van der Haegen en zijnvrouw Laentken (Apolonia) dochter van Peter Huijgen van Berckel,inwoners van Schijndel. Actum Weijenbosch te Schijndel 1565 .Hij is op dat moment ziek te bed, zij is ‘gaende en staende’. Dekinderen worden genoemd.10552. Melchior Goedefridi, geb. ca. 1568, molenaar, overl. na30-11-1633, tr. (1) Schijndel 6-8-1594 Agnes Johannis Wilhelmi,overl. 1599, tr. (2) Heeswijk 21-7-159910553. Joanna Henrici Petri.Getuigen bij het huwelijk: Joannes Christophori koster en AleijdaMarceli van Vessem.Melchior Goyaerts is doopgetuige van Hendrik Geraerts van Elswijck30-11-1633 te Dinther.Uit het tweede huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Agnes Melchior Goyaerts Hanegraeff, ged. Heeswijk 16-4-1600, tr.Heeswijk 27-6-1624 Joannes Peters Dobbelsteen, ged. Heeswijk 8-10-1597, vorster.2. Henrica Melchior Goyaerts Hanegraeff, ged. Heeswijk 8-4-1602,getuigen: Cornelis Adriaans en Beatrix de vrouw van Simon Jansz,overl. ca. 1632, tr. Heeswijk 5-11-1623 Geraert Rutten vanElswijck, geb. 1594, overl. 1645, tr. (2) Dinther 27-11-1632(huwelijksgetuigen: Henricus Costonis en Adrianus Joannis) JacobaGijsberts.3. Godefridus Melchiors Hanegraeff, (= nr. 5276).4. Hanricus Melchioris, tr. Dinther 2-2-1629 Hanrica JoannisGodefridi. Diversen: Op Maria Lichtmis. Getuigen: heer JoannesSchenkens en Godefridus Joannis.10920. Henricus Bulner.11080. Toenis te Winkel.11082. Jan Wijmelinck.Lidmaten Hengelo 1647 (Op het Pinxterenfeest): Toenis Janssen,alias Wijmelinck op den Plesbrink en sijn hvr. Essele.In het Oostgelders Tijdschrift voor Genealogie enBoerderijonderzoek (OTGB) 92.104 - 92.110 heeft Jarich Renema eenartikel gepubliceerd over het Erve Wiemelink te Hengelo (G.). Oppag. 92.106 staat dat Jan Wijmelinck waarschij<strong>nl</strong>ijk tussen25/2/1663 en 21/6/1665 is overleden. De weduwe van Jan hertrouwtmet Hendrick Teunissen uit Ruurlo die verder als HendrickWijmelinck door het leven zal gaan. Dit echtpaar is tussen 1677 en1686 naar het erve Winkel in de Dunsborg (Hengelo) vertrokken.Over de familie Wijmelinck/Wiemelink uit Vorden, Hengelo (G.),Zelhem, Doetinchem is in het Oostgelders Tijdschrift voorGenealogie en Boerderijonderzoek in de negentiger jaren eenuitgebreide artikelenreeks verschenen van de hand van Dr. Th. Hartde Ruijter.In de i<strong>nl</strong>eiding op de artikelenreeks Wijmelinck van Dr. Th. Hart deRuyter op pag. OTGB 91.66 kun je verwijzingen vinden naar zekervijf boerderijen Wiemelink. Deze boerderijen hebben gelegen inZelhem, Langen (Lochem), Vorden, Hengelo, buurtschap Noortdijck(G.) en Doetinchem.


Misschien is Wendele/Wendeline een dochter van Jan Wimelinck (ged.Vorden 1638 - overl. voor 1724).De ouders van Jan zijn Jasper Theunisszen (Wymelinck) (ged. ca.1605 - overl. Vorden 1683 als ´de oude Jasper in ´t Dorp). Jaspertrouwt te Vorden 1637 met Hermken Willems.Jaspers vader is Thonis (geb. ca. 1580, overl. voor 1664). Bron:OTGB pag. 91.67.11168. Pieter Willemsz Houtingh, vroedschap van Monnickendam (1628-1656)Op 7 oktober 1628 (GA nr 2 pag 297) "versoeckt Pieter WillemszHoutingh (vroedschap van 7 februari 1628 tot april 1656) om op heterff van de kinderen v. Arent Claesz Crood met consent van deregierders deser stede een soutkeet te mogen timme ren. Daerop isverstaen de voornoemde Houting sijn versoeck te consentern (in tewilligen). Tot het royen van de plaets, daer de Soutkeetopgetimmert sal werden, sijn gecommitteert (belast) de heerenBurgemrn". Oorspronkelijk was dit de helling van Jan Heeren (Ao1588 nr 190) gelegen ten noorden van de Mary Heertgensteegh, nutegenover de rechterhelft van het Gouwzeemuseum op de Haringburgwalnr 1 en het huidige huisnr 2 (zie jaarverslag O.M. 1982 pag. 21).De overdracht vond officieel plaats op 2 januari 1630 (ORA 3572) ende zoutkeet kreeg de naam "'t Cromhout" (Ao 1688 verp. nr 202) .Bij de vaststelling van dit verp. nr blijkt deze keet nog steedshet eigendom te zijn van de familie Houtingh. 1566 .Op 11 october 1640 (NA 3413 nots. Jan Jansz Pranger) sluiten devier keetmeesters een overeenkomst :"d'Heeren Sijmon Reijnsz Rijser (van "de 3 Kronen") reg. burmr,Pieter Willemsz Houtingh (van "'t Cromhout") out. burgmr, JacobJansz Baen (van "de Oranjeboom") weesmeester ende Heijn Adamsz Gort(van "de Son") out schepen deser stede alle keetmeesteren ofpanneluijden verclaerden datse van tijt tot tijt grote schadegelden hebben ende noch dagelijcks sijn lijdende aende levering vansout aen de buijten luijden, soo in waterlandt als elders, mitsdienvele saecken verduijstert werden.Metten anderen overeengekomen alleen sout te leveren in saecken,tobbens ofte vaten welcke de huijslieden (bewoners van hetplatteland) selver toebehorende".Het huis en erf (verp. nr 208) dat hij op 22 april 1678 (ORA 3574)kocht van Niesgen Pietersdr Laeckeman weduwe van Burgmr Houtingh,had zij op haar beurt geërfd van haar vader Pieter Laeckeman, oudBurgmr. Als eigenaar van het belendend perceel ten noorden (verp.nr 207) werd Cornelis Outgersz Groot opgegeven.11192. Claes Dircksz Moij, alias Claes Dircksz Moije Dirck, alias ClaesSijmons Moij, te Edam, overl. na 20-2-1671, tr. Edam ca. 8-5-162611193. Loberich Jans de Clees.‘Claes Dirckszoon en Lobberich Jansdochter legden op 8 mei 1626 vastdat als er geen kinderen zouden zijn, de langstlevende al het goedzou behouden. Claes bracht in het huwelijk 'alle goederen die bijdoode van zijne vader aanbestorven sijn, sonder enighe belastingeofte schulden'. Na het huwelijk zouden de bruid en bruidegom in hethuis van de vader van Lobberich hebben 'een halff jaer de cost endeeen bed ende sijn toebehoren'. Dit is opvallend omdat het in deRepubliek niet de gewoonte was dat kinderen na het huwelijk ingingen wonen bij één van beide families. Een reden zou kunnen zijn


dat het stel nog niet genoeg geld had gespaard om een eigenhuishouden op te zetten. 1567 ’8-5-1626 Huw. voorw. v. Claes Dircksz moije Dirck geseijt ClaesSimons geass. door zijn moeder Eeft Jans en v. Lobberich Jans geass.door haar vader Jan de Clees 1568 .6-1-1634 Test. v. Eeff Claesdr wed. v. Dirck Jansz Moije Dirck o/dLingerzijde. Zij heeft een dochter Geert Dirks en een zoon ClaesDircks genaamt Claes Sijmes 1569 .9-1-1639 Mut. test. v. Claes Dircksz Moije Dirck ges. Claesz Simonszi/d Kerkstraat en van Lobberich Jansdr. Get.: Thijs Evertsz, Mr.timmerman en Simon Claesz Huigh 1570 .Op 20-12-1667 Dirck Claesz (teekent: Moij) woonende tot Edam,testeert. Univers. erfgen. is zijn vader Claes Dircksz 1571 .20-2-1671 Dirck Claesen Moij j.m. enige zoon van Claes Dircksz dieassisteert (anders gend. Claes Sijmons) en Lieutje Jans wed. geass.door Cornelis Heertses, Goutsmit maken huw. voorw.. Hij testeert 23-1-1672 1572 .11194. Jan Cornelisz Veerman/Backer, tr. (1) Trijn Pieters, overl. v.30-1-1646, tr. (2) Edam ca. 25-1-164711195. Luw Jans Sloot (ook: Sloots), tr. (1) Pieter Claesz Clomp, overl.v. 30-1-1646.Via internet zijn de notarissen en de weesboeken te raadplegen.Daar blijkt na enig gepuzzel uit, dat Jan Cornelis Backer weldezelfde moet zijn als jan Cornelis Veerman. Het toeval wil ook nogeens dat zijn dochter en zijn tweede vrouw dezelfde voor- envadersnaam hebben: Luw Jans.Bovendien is aan het eind van de eeuw in Edam een naam- entijdgenoot voorhanden: de mr. metselaar Jan Cornelisz Backer. Hijkomt regelmatig voor in de archieven.5-4-1672 Neel Pieters, bejaarde dochter, Griet Pieters,geassisteerd met haar man IJsbrandt Pietersz en Geert Pieters,geassisteerd met haar man Jan Cornelisz Backer, ontvangen metconsent van de voogd Cornelis Brommers, regerend schepen enraad dezer stede, hun goederen.Terug naar onze Jan Cornelis Veerman/Backer.Op 25-1-1647 worden de huwelijkse voorwaarden opgemaakt van JanCornelisz Veerman, weduwnaar en van Luw Jan Sloots, wed. van PieterClaesz (Clomp). Getuige is Teunis Simonsz Veerman 1573 .Staat van de goederen toebehorende Jan Claesz Sloot, nagelatenweeskind van Dieuw Dircksdr zaliger, daar vader af is Claes JanszSloot.06-02-1635 Claes Jansz Sloot heeft ter presentie van de voogdenDirck Claesz en Pieter Claesz Clomp zijn kind zijn moeders erfenisbewezen.30-01-1646 Claes Jansz Sloot ontvangt als vader en erfgenaam vanzijn overleden zoon Jan Claesz Sloot de goederen.Bewijs van 's moeders erfenis van Annatje Heerts, Cornelis Heertszen Jan Heertsz, daar vader af is Heert Rompkes, geprocreëerd bijWem Cornelis zaliger.17-01-1640 Heert Rompkes heeft zijn kinderen ter presentie van devoogden Cornelis Pietersz Vinck en Jan Cornelisz Veerman hunmoeders erfenis bewezen.19-09-1650 Annetje Heerts, geassisteerd met haar man GijsbertFransz Ems, ontvangt ter presentie van haar gewezen voogd JanCornelisz Veerman haar goederen van haar vaders, moeders en broederJan Heertses erfenis.


13-08-1652 Cornelis Heertsz, mondig en getrouwd, ontvangt terpresentie van zijn gewezen voogd Jan Cornelisz de goederen van zijnmoeders, vaders en broeder Jan Heertses erfenis 1574 .Bewijs van 's moeders erfenis van de drie kinderen van JanCornelisz Veerman, daar moeder af geweest is Trijn Pieters, zijndede kinderen Cornelis Jansz, Geert en Luw Jans.30-01-1646 Jan Cornelisz Veerman heeft ter presentie van de voogdenClaes Claesz Houtthuijn, oud burgemeester en Cornelis PieterszVinck zijn drie kinderen hunmoeders erfenis bewezen. Ook laat hij f 300.- registreren dekinderen aanbestorven van hun moeije Trijn Claes Houtthuijns.04-01-1656 Geert Jans, geassisteerd met haar man Jan Jansz Bapes,ontvangt haar goederen in het bijwezen van Jan Cornelisz Backer,vader.30-03-1656 Cornelis Jansz, getrouwd, ontvangt zijn goederen.02-03-1666 Luw Jans, geassisteerd met haar man Dirck Harmensz,ontvangt met consent van haar man en van haar vader Jan Corneliszhaar goederen 1575 .Bewijs van 's vaders erfenis van Claes Pietersz, nagelaten weeskindvan Pieter Claesz Clomp, daar moeder af is Luw Jan Sloots.30-01-1646 Luw Jan Sloots heeft haar zoon Claes Pietersz zijnvaders erfenis bewezen ter presentie van de voogden Claes JansSloot en Pieter Martsz Paris, oudoom.28-04-1654 Claes Pietersz, getrouwd, ontvangt met consent van devoogden Claes Jansz Sloot en Pieter Martsz Paris de goederen 1576 .Bewijs van 's moeders erfenis van Claes Cornelisz, nagelaten zoonvan Geert Claes, geteeld bij Cornelis Jansz Backer.28-12-1655 Cornelis Jansz Backer heeft ten overstaan van de voogdenJan Cornelisz Backer en Thijs Pietersz het kind van zijn moederserfenis als uitkoop bewezen o.a. f 300.- in een timmerwerf gelegenhier ter stede op de Nieuwe haven en een lijfrentebrief ten lijvevan Neel Jans in dato 22-08-1622 en f 100.- in een obligatie van f200.- liggende in de doos van Claes Huijchs kinderen.05-03-1658 De voogden Jan Cornelisz Backer en Thijs PieterszHellebaert brengen geld boven gekomen uit de erfenis van debestevader Claes Heijnsz.23-03-1666 De voogd Thijs Pietersz Hellebaert laat ee<strong>nl</strong>osrentebrief en geld registreren het kind aanbestorven door hetoverlijden van zijn bestevader Claes Heijnsz.26-03-1669 Cornelis Jansz Backer ontvangt f 60.8.- wegens deaankoop van een graf in de Grote Kerk toebehorende aan zijn zoon.04-11-1670 Cornelis Jansz Backer als vader van zijn overleden zoonClaes Cornelisz en Maritje Abrahams geassisteerd met haar manTijmon Claesz ontvangen de goederen 1577 .18-10-1656 Trijn Claesdr wede v. Claes Jansz Sloot ter eenre enPieter Martsz Paris als man van Trijn Dircksdr, dochter v. AeffJansdr (Sloot ?) en Jan Cornelisz Veerman als geh. hebbende LieuwJans (Sloot ?) ter andere zijde, verkl. van waarde te houden detestam. dispositie van Jan Claesz (Sloot) overl. zoon van zal.Claes Jans Sloot voornd v. 5/2 1639 voor Notrs Hendrick Schaep teAmsterdam enz. enz. Get.: Willem Claesz Sloot reg.-sch. en WillemClaesz Sloot schoenmaecker 1578 .16-4-1658 Cornelis Jansz Backer, vader en voogd van Claes Jansz,geteelt bij Geert Claesz, Jan Cornelisz Backer en Thijs PieterszHellebaert,wettelijke voogden, alsmede Geert Palms weduwe van ClaesHeijnsz zal., geass. met Cornelis Dircksz Pieteijs en Jan JanszToorn? gekozen voogden, verklaren dat Gert Palms op haar goederenzal blijven zitten 1579 .7-6-1661: Jan Hillebrantsz te A'dam, Jan Cornelisz Backer geh. metLuwe Jans alsmede Trijn Dircx wede v. Pieter Martsz Paris


erfgenamen v. Claes Jansz Sloot en Trijn Claes echtelieden, treffendoor tusschenspreecken v. E. Willem Claesz Sloot reg.-sch. en JanJacobsz Groot als hun gekozen voogden een accoord 1580 .Staat van de goederen van Pieter en Claes Claesz, nagelaten zonenvan Claes Garbrantsz en Trijn Pieters.25-05-1666 De voogden Cornelis Claesz Backer en Cornelis Jacobszlaten de goederen registreren de kinderen aanbestorven door hetoverlijden van hun ouders.geen datum Noch bevonden de voorn: Claes Claesz door het overlijdenvan zijn moeije Trijn Jaap Jaaps aanbestorven te zijn f 100.-voortgekomen uit de verkochte tuin.20-09-1672 Pieter Barentsz ontvangt f 25.- die hij geërfd heeftdoor het overlijden van Pieter Backer voornt:.16-02-1677 Pieter Backer, voogd van Claes Claesz, ontvangt metconsent van de medevoogd Jan Cornelisz Backer f 50.8.- om voor descheepsuitrusting te gebruiken.18-12-1685 Claes Claesz, getrouwd, geassisteerd met zijn voogdenPieter Mojertsz en Jan Cornelisz Backer, ontvangt zijn goederen 1581 .21-2-1665 Invent. der goederen v. Lieuw Jans Sloots laatst huijsvr.v. Jan Cornelisz Backer 1582 .21-11-1665 Huw. voorw. van Dirck Harmensz j.m. en van Lieutje Jans.Hij wordt geass. door zijn broer Jan Jacobsz Wits, sch. en raet.Haar vader is Jan Cornelisz Backer 1583 .1-6-1667 Lien Jan Sloots x Jan Cornelisz Backer, veerschipper,wonende o/d Bult, testeert. Erfgen. is zijn zoons zoon PieterClaesz en bij vooroverl. Jan Claesz en Claes Claesz (broers) 1584 .Staat van de goederen van Baart Pietersz, Neel, Claes, Geert enGriet Pieters, nagelatenkinderen van Pieter Baertsz en Trijn Hillebrants, mitsgaders detwee kinderen van de overleden dochter Anna Pieters en een kind vande overleden zoon van Hillebrant Pietersz. 15-01-1669 CornelisBrommersz en Pieter Jansz Admirael als voogden van de voorn:minderjarige kinderen laten de goederen registreren aanbestorvendoor het overlijden van hun vader en moeder en grootvader engrootmoeder voor zoveel de kinds kinderen aangaat, uitgezonderd datde vier jongste kinderen vooraf uit de boedel bij de deling zullengenieten ieder f 200.- volgens testament door demoeder gemaakt.1-3-1669 Jan Cornelisz Backer, veerschipper, testeert. Zijn dochterGeert Jans is gehd. met Jan Fredericksz Hop 1585 .16-3-1678: de Heer Pieter Jansz Veen, Raedt en Jan CorneliszBacker, metselaer leggen verkl. af o.v.v. curateurs over deninsolv. boedel v. Dirckje Heijmens wede v. Cornelis Sijmensz Quant,dat zij wel hebben gekend eenen Pieter Meusz i.z.l. woonachtig o/dZuijtzijde v/d Voorhaven bij de 1ste houten brugh, kistemaker vansijn ambacht en tevens diens kinderen die met hun handen de kostverdienen. Get.: Pieter Pont en Cornelis Munckendam 1586 .Uit het huwelijk tussen Luw Jans Sloot en Pieter Claesz Clomp (inieder geval):1. Claes Pieters.Bewijs van 's vaders erfenis van Claes Pietersz, nagelaten weeskindvan Pieter Claesz Clomp, daar moeder af is Luw Jan Sloots.30-01-1646 Luw Jan Sloots heeft haar zoon Claes Pietersz zijnvaders erfenis bewezen ter presentie van de voogden Claes JansSloot en Pieter Martsz Paris, oudoom.28-04-1654 Claes Pietersz, getrouwd, ontvangt met consent van devoogden Claes JanszSloot en Pieter Martsz Paris de goederen 1587 .


Uit het huwelijk tussen Jan Cornelisz Veerman en Trijn Pieters (inieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Cornelis Jansz.2. Geert Jansz.16-6-1694 de Eers. Dirck Clase Mooij (teekent Moij) verkl. o.v.v.Geert Jans, dat zij een dochter is van wijlen Jan CorneliszBacker 1588 .3. Luw Jansz, (= nr. 5597).11248. Hendrik Ternee, tr. Nijmegen 20-3-160511249. Rulleske Draecks.11300. Roelof Egberts, overl na 11-2-1643.Roelof is getuige bij de doop van zijn gelijknamige kleinzoon,Reilif, ged. 11-2-1643; grootvader: Reilef Egberts.11304. Ysbrand Melchiors/Melchers.Een Ysbrand Melchers, van Midlum, tr. Oosterend/Hidaard 12-1647Rinck Heres. Mogelijk is het dezelfde man en gaat het om een tweedehuwelijk. Wellicht is er dan iets van een autorisatie bewaardgebleven. Nader onderzoek.Zie FRD 125 65: Isbrand Melchiors te Midlum, heeft zoon: Epke, teWynaam.11306. Jouke Joukes, tr. Harlingen/Wijnaldum 4-4-163011307. Trijntje Bartels.Bij huwelijk was hij afkomstig van Dronrijp, zij van Wijnaldum. Mr.J.T. Anema leverde de informatie over Jouke en Trijntje aan met deopmerking dat de gegevens afkomstig zijn van R. Poelstra-Faber.11308. Jan Cornelis 1589 , geb. omstr. 1570, huisman op Laenseynd teWijnaldum, volmacht van Wijnaldum (1600, 1612 en 1614) 1590 ,Volmacht van de Vijf deelen buyten dijcx (1614), overl. v. 1633,tr. (1) Anna Gerbens, overl. v. 1613, tr. (2) Barradeel (gerecht)28-5-161311309. Geert Claesdr, van Tzummarum, overl. v. 1668, begr. Wijnaldum,voor de toren, tr. (2) v. 1633 Sipke Freerks, geb. ca. 1602,huisman en kerkvoogd te Wijmaldum, overl. Wijnaldum 10-1-1684,begr. Wijnaldum (kerk).In december 1600 komt Jan voor als meier van een stuk grond aan deOude dijk te Wijnaldum. (Barr. Q 1); in 1609 koopt hij "een stuckbraack saedlant mit wintercoorn besaeyt" (Barr. Q 2, 15. nov.1609); in 1619 koopt hij aldaar "geploegt saedlandt" (Q 3, 5 mei1619) en in het zelfde jaar verkoopt hij enkele stukken grond teWijnaldum, waarvan de opbrengst hem en de kinderen uit zijn eerstehuwelijk ten goede komt (Q 3, 1 sept. 1619). Tijdens en voor hetproces om Houkema-Ieen (zie hieronder) komt hij voor als volmachtvan Wijnaldum, o. a. in 1600, '12 en '14. In laatstgenoemd jaarworden nieuwe instructies gemaakt omtrent de vijf delen binnen- enbuitendijks. Voor Wijnaldum treedt dan Jan Cornelisz. op alsvolmacht van de Vijf deelen buyten dijcx (zie Winsemius, Chroniquevan Vrieslant, p.898). Hij stierf vóór 1633, waarschij<strong>nl</strong>ijk teWijnaldum.De akte bij het tweede huwelijk luidt als volgt:‘Jan Corneluszn. thoe Wijnnaldum ende Geert Claesedr. van Tiemarumworden vercondicht ende geproclameert hen in de heyligen echtenstaet met malkanderen vereenicht hebben, isser iemant diederteegens heeft te Heggen waerdoer 'tselve niet wettelijck can


geschieden, mach dese gijn reeden van oppositie bij de secretarisvan Barradeele aengeven ofte swijgen hiernaemaels. De 21e aprilis1613 de 1e proclamatie, de 5e maij 1613 de 2e proclamatie, de 12emaij 1613, de 3e proclamatie.Alsoo nae voirgaende huwelijcxgebooden op drie ordinarigenrechtdagen over de staende gerechte van Barradeele geschiet sonderimants oppositie offte verscheininghe, in de secretarye van voors.gerechte perso<strong>nl</strong>ijcken gecompareert sijn Jan Cornelisz. thoeWijnnaldum ende Geert Claesedr. van Tiemarum in voirige actegemeldet, verclaren ende betuygen voir ons ondergeschrevenmederichter ende secretaris, dat sij met vrijen onbedwongen willeende gij Geert bij consent haerer olderen elcanderen voir Gott endemenschen thoesage ende belofte van trouwe gedaen hadden, 'tselvealsnoch doende deur crachte dezes, vermeendende ende onthietendesich tegens elckanderen alsoo te draegen ende in de huwelijckenstaet melkanderen soo te bejegenen als Christelijcke echteluydenthoestaet ende Godt d'Heere in sijn Woordt van denselvigen iseysende,. alles nae hen beste kennis se ende vermooghen, welckenbij mij commissarys alsoo verstaen ende geaccepteert weesende, soohebbe ick deselvigenin de voirs. echte staet befesticht ende daeroppe gaergegeeven,alles oprecht, des t'oirconde mijn Jan Cornelis merkteyken alsanders niet schrijven connende hieronder gestelt, gelijck wijdersvoir ons Jan ende Geert bij de handen van voirs. commissarys endesecretaris vertijckend. Actum in de secretarye deesen 28en maij1613.’In 1633 blijkt Geertie Claesdr hertrouwd te zijn en wel met SipkeFreerks, die in dat jaar optreedt als haar man en voogd. Geertiewoonde sinds haar eerste huwelijk op Laenseynde, in 1640 wordtSipke Freerks o. m. genoemd als bruiker van plaats no. 25 teWijnaldum (dus Laenseynde, zie hierboven) en in 1660 wordt dezeplaats met name genoemd als Sipke en Geertie 14 pondemaat kopen vande plaats, waar ze reeds als bruiker woonden, Laenseyndt genaamd.Dat deze plaats reeds bewoond was door Jan Cornelis en GeertieClaesdr blijkt ook uit het feit, dat de kinderen uit dit huwelijkrecht hadden op een gedeelte van deze grond (0 4, fol. 607).Geertie stierf voor 1668, want zij komt niet meer voor in hettestament van haar zoon Rinse (zie hieronder); Sipke Freerksoverleed op 10-1-1684 te Wijnaldum in zijn 83e jaar. Bij hetvernieuwen van de vloer van de Ned. Herv. kerk te Wijnaldum legdemen in 1930 zijn grafzerk bloot en werd het opschrift genoteerd.Ook kwam zijn naam voor op de klok, die in 1637 in de kerktorenwerd opgehangen; hij wordt dan vermeld als kerkvoogd.Uit het eerste huwelijk (van Jan Cornelis en Anna Gerbens):1. Cornelis Jans, geb. ca. 1600, op het geloof ged. 1630 teWijnaldurn, overl. Wijnaldum kort na zijn huwelijk, tr. Wijnaldum1630 Brecht Heyns, van Engelum, ook in 1630 op belijdenis van hetgeloof gedoopt.Na de dood van haar man ging zij terug naar Engelum en hertrouwdealdaar.Uit het huwelijk van Cornelis en Brecht werd slechts één kindgeboren: Cornelis, ged. (na de dood van zijn vader) Wijnaldum 8april 1631.2. Jets Jans, (zie: 5652).3. Dirckie Jans, geb. verm. na 1600; de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Wijnaldumvermeldt "Dirck, een dochter van Jan Cornelis, het wijff vanSchelte Sijmens, op 't geloof gedoopt 15 febr. 1629". Dezelfdelijst deelt mee: "Antie, een dochter van Schelte Sijmens, gedoopt15 febr. 1629" en als we het trouwboek van Wijnaldum ernaast


leggen, dan lezen we dat Dirckie Jans op 15 febr. 1629 (!) teWijnaldum huwde met Schelte Sijmens. Op 22 april 1630 werd Schelteopnieuw te Wijnaldum aangenomen, op 1 mei 1631 vertrokken Dirckieen Schelte naar Wons, korte tijd later keerden ze weer terug inWijnaldum en tenslotte vertrokken ze naar Sexbierum aan de Oudedijk. Zowel Schelte als Dirckie stierven in 1662 te Sexbierum(Barr. 0 2).Uit de inventaris van het sterfhuis (Sexbierum 1 april 1662, Barr.02,4,6 en 8) blijkt dat zij, behalve de 1629 gedoopte Antie, diewaarschij<strong>nl</strong>ijk betrekkelijk jong stierf, nog de volgende kinderenhadden:a. Jan Scheltes, geb. ca. 1638, huisman te Wijnaldum, overl. ald.1676, tr. 1. Sexbierum Antie Bauckes, overl. ca. 1668; tr. 2.Brecht Foppes.b. Teetscke Scheltes, geb. 1640, innocent, overl. tussen 1662 en1668, aangezien zij in de inventaris van 1662 nog wèl en in hettestament van haar oom Rinse Jans van 1668 (zie hieronder) nietmeer wordt genoemd.c. Trijntie Scheltes, geb. 1640, innocent, overl. Sneek v. 15-5-1699.Bij de inventarisatie in 1662 waren curatoren van Trijntje: RinseJans, wonend te Wijnaldurn, en Gerben Jans, wonend op de Schingen,resp. broer en halfbroer van haar moeder.d. Sijmen Scheltes, geb. 1644, woonde in 1668 te Achlum en was in1698 mr. wagenmaker te Sneek (Barr. 08, fol. 210 e. v. en 259).4. Gerben, woonde na 1630 te Ried. Hij was daar bruiker van dekerkelanden, plaats 7, groot 63 pondemaat. Blijkens het stemkohierwoonde hij daar in 1640 ook nog, evenals in 1652, toen een JanGerbens te Wijnaldum hem 50 g. gld. vermaakte.In de inventaris van zijn zuster Jets Jans (Barr. 0 1, 29 dec.1655) komt een obligatie voor ten laste van Gerben Jans en PijttieRuerts ter somma van f 500, gedateerd 12 mei 1634. In 1662 was hij,huisman op de Schingen, curator over de kinderen van zijn vollezuster Dirckie Jans en in 1667 over die van zijn halfbroer SijmenJans (= nr. 5654). Hij overleed na 1677, tr. ca. 1634 PijttieRuyrts. Zij komt in de lidmate<strong>nl</strong>ijst van Ried van omstreeks 1640 enin die van 1652 voor; haar man wordt niet vermeld, zodat hij gee<strong>nl</strong>id der Herv. kerk geworden zal zijn.Uit dit huwelijk:a. Trijntie Gerbens, ged. Ried 27 maart 1636, tr. Wijnaldum 17maart 1660 Tjallingh Buwes, van Pingjum; zij vertrokken in 1661naar Pingjum.b. Jan Gerbens, ged. Ried 26 aug. 1638, st. jong.c. Antie Gerbens, ged. Ried 20 oct. 1639, tr. aId. 18 dec. 1663Inte Wijntsens; zij vertrokken met attestatie naar Tzum. Inte wasvolgens het stemkohier van 1698 bruiker van plaats 8 te Hitsurn.Hij was 1667 curator van de kinderen van Sijmen Jans (= nr. 5654).d. Ruertie Gerbens, ged. Ried 22 mei 1643, woonde 1668 ongehuwd opde Schingen.Uit het tweede huwelijk (van Jan Cornelis en Geertie Claesdr):5. Trijn Jans, geb. na 1613 te Wijnaldum aan de Oude dijk, op hetgeloof ged.19-8-1645 aldaar.Bij het bezoeken van een tante te Stavoren aldaar plotselingoverleden 29-5-1660 en te Harlingen bij haar man begraven. Zij tr.Wijnaldum 27-6-1652 Dirck Jacobs, wedr., mr. schoenmaker, overl. 6-11-1659, begr. Harlingen 10-11-1659.6. Sijmen Jans, (= nr. 5654).7. Rinze Jans, geb. na 1613 te Wijnaldum aan de Oude dijk, opbelijdenis des geloofs ged. 10-8-1645 aldaar.


Hij zal enigen tijd te Harlingen vertoefd hebben, want op Lichtmis1656 kwam hij weer van Harlingen aan te Wijnaldum. Hij was boeraldaar en met zijn stiefvader Sipke Freerks bruiker van Laenseynde.Hij was 1662 curator over de kinderen van zijn halfzuster DirckieJans en 1667 over die van zijn volle broer Sijmen Jans (= nr.5654). Hij testeerde 14 maart 1668, overl./begr. Wijnaldum 10/14-2-1671 (begr. om 12 uur voor de toren, naast zijn moeder).11392. Gabe Doedes, overl. v. 28-6-1632.In december 1633 1591 zijn Jan Fetzes en Rykle Sybes curatoren overhet weeskind van Doede Gabes, met name Doede Gabes. In de akte issprake van sterfhuisgoed op 28-6-1632. In een naschrift van 9-5-1642 tekent Doede, dan over de 26 jaren oud, met een driehoek alshandmerk. In GJ 1979, p. 44 wordt een wapen Beima geregistreerd,van nageslacht van Doede. Dat wapen gaat (o.a.) terug op hethandmerk uit deze akte.Al eerder, op 28-6-1632 1592 , werd een akte opgemaakt, waarin ooksprake is van een dochter van Gabe Doedes: Gees. Ook is er sprakevan een Sjoerd Gabes.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Doede Gabes (= nr. 5696).2. Gees Gabes.11396. Geert Thijsses.11424. Luitjen Botes, geb. ca. 1597, boer ‘oppe Triemen’ te Westergeest,ontvanger van Westergeest, overl. Westergeest (Triemen), tussen13-3 en 31-5-1650, tr. (2) ca. 1648 Trijn Ebsedr., overl. na6-5-1679, mogelijk dr. van Ebdie Johannes, tr. (2) Romcke Pyters.Luitjen Botes tr. (1) ca. 162311425. Martien Johannesdr. Metelen, geb. ca. 1601, overl. Westergeest(Triemen) v. 12-5-1640.Op 10-101-1626 1593 is Minno Hettinga curator over Foock, dochter vanwijlen Folckert Gercks. Er is sprake van een zaak versus ‘LuyttienBootes oppe Triemen’.Luitjen wordt op 27 juli 1627 in Achtkarspelen benoemd tot curatorover de vier kinderen van Romck Eededr, zijn halfzus. 1594Op 10 augustus van datzelfde jaar wordt hij opnieuw als curatorgenoemd, waarbij enkele nadere gegevens over de kinderen opgenomenzijn. Er blijken te Buitenpost vier onmondige kinderen te zijn:Griet, Antke, Lurck en Foock Lous. Verder is er nog een vijfdekind, Syts Lousdr, gesterkt met haar man, Buwe Sakes. 1595In de periode tussen 1637 en 1641 is Luitjen Botes curator overRixt en Sijcke Jansdochters. In 1645 is hij voormond over dekinderen van Benne Lubbes (dat is denkelijk de stiefvader van zijnvrouw).Uiteraard heeft ook Luitjen Botes de nodige bezittingen in hetKollumerlandse. Bij de opmaak van de stemkohieren in 1640 isLuitjen samen met Jelis Stoffels (zijn zwager) eigenaar vanWestergeest stem 16. In 1698 is Anne Jans, weduwnaar van LutskeJohannes, eigenaar. In 1728 is stemnummer 16 uit de familie.Vermeld is dan, dat het op De Triemen ligt. In 1778 ten slottewordt de grootte van stem 16 gesteld op 21 pondematen. 1596Verder is Luitjen Botes in 1640 met zijn zus Geertje eigenaar vanstem 17. Ruim een halve eeuw later, in 1698, is zijn gelijknamigekleinzoon eigenaar. Stem 17 is in 1728 in het bezit van zijnnazaten Wyger, Frouck en Martjen Luitjens. In 1778 is het bezit uitde familie, het is dan 21 pondematen groot.Luitjen Botes is in 1640 in het bezit van een derde deel van stem18 (het overige deel behoort dan toe aan de heer Sminia). In 1698


is het ook nog voor een derde deel eigendom van zijn kleinzoonLuitjen (= nr. 5). In 1728 zijn de eigenaars: Wyger Luitjens alscurator over Luitjen Botes voor de helft en Bote Rinzes als curatorvan de zes onmondige kinderen van Jeen Luitjens voor de anderehelft. In 1778 is dit stemnummer nog steeds familiebezit. Eigenaaris dan Luitjen Botes (= nr. 7), terwijl diens schoonzoon PieterAukes de gebruiker is. De grootte van de stem bedraagt danoverigens 60 pondematen.Ten slotte wordt Luitjen Botes in 1640 ook nog genoemd als eigenaarvan stem 25. Die stem is in 1698 eigendom van Epo van Aylva. In1728 blijkt het goed gelegen op De Triemen, terwijl het in 1778 20pondematen groot genoemd wordt.Op 18-2-1645 zijn Luitjen Botes en Geert Kornelis voormonden overde kinderen van wijlen Benne Lubbes en Jetske Wigbolts.Bij een registratie d.d. 18-5-1640 1597 komt Luitjen Botes enkeledagen daarvoor, op 12-5-1640, voor als weduwnaar van MartienJohannes.Op 13-6-1648 zijn mr. Wybe Wybes en Lubbe Jans curator over deweeskinderen van wijlen Martien Johannes, bij Luitjen Botes inechte verwekt.Op 17-6-1648 1598 wordt een inventaris opgemaakt van de goederen vanwijlen Martien Johannes. Uit de akte valt onder andere op te makendat Luitjen bij het huwelijk 1900 gg. en Martien 700 gg. ingebrachtheeft. Zeer opmerkelijk is een opgenomen verklaring van Luitjen. Eris een afschrift van een verklaring; op 6-1-1630 verklaart LuitjenBotes in het huis van de secretaris te Buitenpost dat hij ongeveerzeven jaar geleden in het huwelijk getreden is met Martien JohannesMeetelen. Het huwelijk is destijds niet deugdelijk voltrokken, maarinmiddels is er wel een kind en wellicht komen er nog meer. Detoedracht lijkt wel duidelijk: om problemen te voorkomen(kwaadwillenden zouden de onvolkomen huwelijksvoltrekking kunnengebruiken) verklaart Luitjen zijn kind (en eventuele anderekinderen) tot erfgenaam. Bij de daaropvolgende scheiding tredenWybe Wybes, schoolmeester te Westergeest en Lubbe Johannes, medealdaar op als curatoren bij de scheiding van de drie nagelatenweeskinderen van Martien Johannes.Op 31-5-1650 treden Jelys Eelckes, mede-assessor van Kollumerlanden Jan Pyters, kuiper te Kollum, op als curatores divisiones overBoote Luitjens en zijn twee broers, nagelaten kinderen uit hethuwelijk tussen Luytien Bootes en Martien Johannes, echtelieden opde Triemen.Op 31-5/1-6-1650 1599 wordt een inventarisatie opgemaakt van deoverleden Luitjen Botes.De kinderen zijn: Bote (22); Johannes (17) en Egbert (in het 14ejaar) en Sycke Luitjens (1½ jaar; uit het tweede huwelijk).De akte zelf biedt uiteraard een goed beeld van het hebben enhouden van Luitjen en zijn gezin. Het sterfhuis is gelegen op deTriemen; het bestaat uit een binnenhuis (4 vak lang); een keuken (2vak); een achterhuis (8 vak) en een schuur ‘alles met dackegedeckt’. Er is onder andere sprake van een aankoop van een madlands ‘van Jeen Gerbens nom. curatoris gekocht’ en een perceel veenop Swagerveen, afkomstig van Luitjens ouders. Ook wordt eenkoopbrief van Luitjen en Trijn Ebsedr. genoemd, d.d. 13-3-1650.Er komt op 10-4-1651 1600 een scheiding tussen de drie kinderen uithet eerste huwelijk van Luitjen Botes en Martien Johannes en hetweeskind uit vader Luitjes tweede huwelijk met Trijn Ebsedr.Trijn wordt gesterkt door haar broer, Jan Ebses; Bote Luitjensnamens zichzelf; Jellis Eelkes en Jan Pyters zijn de curatoren vanJohannes en Egbert Luitjens; Focke Annes is de curator over Sycke.De kinderen maken daarna onderling een scheiding 1601 , waarbij de


inventarisatie 4893 gg. uitwees, terwijl de uitschulden 3256bedroegen. Ieder kind ontvangt derhalve 409 gg., 7 st.Op 17-3-1655 1602 volgt dan nog de akte van liquidatie. In de margeis een verklaring opgenomen van Trijn Ebsedr., dat Bote Luitjenshaar betaald heeft. Trijn ondertekent met een merk. Ook opgenomen(o.a.): de handtekening van ‘Boote Lútsens’. Uit de akte valt op temaken dat Syke Luitjens nog leeft.Kort daarna, op 24-12-1655 1603 volgt een verdere verdeling tussenBote Luitjens als administrator van zijn moeder, wijlen MartienJohannes en zijn broers Johannes en Egbert. Allen ondertekenen deakte.Op 13-3-1669 1604 is er een scheiding tussen de erfgenamen vanLuitjen Botes. Daar wordt gesproken over wijlen Sycke Luitjens enook worden Martien en Sijke Johannesdochters genoemd als medeerfgenamenvan Luitjen Botes, hun bestevader.Uit het eerste huwelijk:1. Bote, (= nr. 5712).2. Johannes 1605 , geb. ca. 1633, overl. v. 9-8-1665, tr. HiltieSaepes. 1606Op 9 augustus 1665 wordt Bote Luitjens, oom van vaderszijde,curator over Sijcke en Martien Johannes, dochters van JohannesLuitjens en Hiltie Saepes. Rond die tijd volgt ook deinventarisatie en in 1667 krijgt de scheiding van de goederen vanJohannes Luitjens definitief zijn beslag. 1607Op 26 april 1673 is Bote Luitjens voormomber over zijn nichtjesMartien en Sijcke Johannes. Men eist van hem dat hij “rekeninge,bewijs, reliqua” doet van zijn administratie.3. Egbert, geb. ca. 1637, op 9-8-1665 1608 genoemd te Oostwolde onderDriesum, leeft nog op 7-11-1668. 1609Uit het tweede huwelijk;Sycke, geb. eind 1648/begin 1649, overl. tussen 17-3-1655 en 13-3-1669.11426. Jeen Gerbens, van Kollumerzwaag, overl. tussen 16-3-1652 en3-5-1654, tr. v. 18-1-164011427. Bets Cnellisdr., geb. ca. 1616Frouck Jeens (= nr. 5713) is een dochter van Jeen Gerbens en BetsCnellisdr. De relatie tussen Frouck Jeens en Bets Cnelisdr lijktniet geheel zeker. Het is in principe mogelijk, dat Vrouck eendochter is uit een eerder huwelijk van Jeen Gerbens. Bewijs vooreen vroeger huwelijk heb ik echter niet kunnen traceren en eeneenvoudig rekensommetje leert, dat Bets Cornelisdr wel degelijk demoeder van Vrouck zou kunnen zijn.


Om te beginnen zou Bets op jonge leeftijd moeder (van Vrouw) moetenzijn geworden. Hypothetisch zou dat rond 1635 - rond haarachttiende jaar - gebeurd kunnen zijn.In een inventaris uit 1694 (zie hieronder) van Vrouws eigen dochterMartjen, is sprake van twee zilveren kettingen, met daaropgegraveerd “Vrouw Jeens, 1652”. Dat jaartal is vanzelfsprekend eenverwijzing naar een mijlpaal in het leven van Vrouw.Het blijft natuurlijk gissen naar de toedracht, maar het zou hetjaar kunnen zijn, waarin Vrouw zestien of achttien werd. Het iszelfs niet ondenkbaar (maar evenmin bewezen) dat 1652 verwijst naarhet huwelijksjaar van Vrouw en Bote. In beide gevallen is eenouder-kindrelatie tussen Bets en Vrouck mogelijk.Kort en goed: de filiatie tussen Bets en Vrouw is allerminst zeker,maar zo ik mij niet bedrieg toch ook niet helemaal onmogelijk.Jeen Gerben en Bets Cornelisdr komen voor als echtelieden in deautorisaties 1610 van Kollumerland, maar nergens wordt explicietduidelijk dat zij de moeder is van Vrouck.Jeen Gerbens komt enkele malen voor als curator. Dat is het gevalin 1636. 1611 Bij deze akte is een aantekening opgenomen, waarin BoteLuitjens op 3 mei 1654 als man van Vrouw Jeens optreedt alserfgenaam van Jeen Gerbens.Op 21-1-1651 1612 zijn Jeen Gerbens en Focke Jennes als neven vanwijlen Foecke Foockes curatoren over zijn vier jongste kinderen,t.v.v. de weduwe, Lolck Jacobsdr.Op 16-3-1652 1613 zijn Sijemme Jans en Jeen Gerbens, beiden vanKollumerzwaag, voormonden over Claes Foeckes (20) en Antie Foeckes(18).In 1640 is Jeen Gerbens met zijn kinderen eigenaar vanKollumerzwaag 36.In 1698 zijn de bezitters van deze stem: Jenne Gerrits, curatorover Bote Jeens, het weeskind van Jeen Botes (voor een derde part),daarnaast worden genoemd: Thomas Heds en Luitjen Botes alscuratoren over Bote Rinzes, het weeskind van Martjen Botes (voorhet resterende deel). In 1728 is de stem eigendom van Bote Rinzesen in 1778 van zijn schoonzoon, Fokke Hylkes Eskes. 1614Die Bote Rinzes is een zoon van Martien Botedr. Er zijn in 1728 dusnog steeds erfbezittingen in de familie aanwezig.11428. Poppe Sjoerds, overl. v. 1656, tr. (2) Geb Wijmeren/Wijmers,overl. v. 8-8-1662, tr. (1)11429. Antie Mientdr., overl. Kollumerzwaag v. 12-2-1628.Op 12-2-1628 1615 zijn Haeie Hedmans en Minse Eemckes curator over dekinderen van de overleden Antie Mientsdr. en haar man, PoppeSjoerds. Op 25-2-1628 1616 wordt een inventarisatie opgemaakt in hetsterfhuis van Antie Mients, gelegen ‘oppe swaegh’. Kinderen zijn:H.... Poppes (17e); Mient Poppes (12e); Gerrit Poppes (9e) en AntiePoppes (5e).Poppe Sjoerds komt enkele malen voor als curator 1617 : op 24-2-1618is hij samen met Waelcke Popckes op verzoek van de bestevader,Hendrik Lammerts, curator over de kinderen van wijlen LieuweHendriks en Garst Albertsdr. Op 21-12-1624 is Lyuwe Popkes, op ‘tVeen onder Westergeest curator over Lammert Lieuwes en zijn broersen zusters; er is o.a. sprake van een rekening van Waelcke Popkesweduwe en Poppe Sjoerds. Op 7-11-1628 is Hille Pieckes voormomberover de kinderen van wijlen Arent Mients, ten verzoeke van PoppeSjoerds, Haye Hedmans en Minse Eemckes; er is verder sprake van eenHindrik Mients. Op 19-11-1639 zijn Poppe Sjoerds en Eylert Louws,beiden van Kollum, curator over de kinderen van Hendrik Roelofs enJelck Jipedr.; op 21-4-1640 is Eilert vervangen door Wybe Wybes. Op1-2-1642 is Poppe curator over de kinderen van wijlen Luitjen Auts


en Neeltje Cornelisdr. (zij tr. (2) Arys Thees). Op 17-10-1643 zijnMinne Hillebrants en Poppe Sjoerds curatoren over de kinderen vanHendrik Roelofs en Jelck Jipedr.Op 8-8-1662 1618 is sprake van een inventarisatie van de goederen vanwijlen Geb Wijmers, weduwe van Poppe Sjoerds. Geb heeft denkelijkeen broer, Michiel Wymers, te Nijbert in de Ommelanden vanGroningen 1619 .Uit het eerste huwelijk:1. H..... Poppes, geb. ca. 1611.2. Mient Poppes, geb. ca. 1616.3. Gerrit Poppes, geb. ca. 1619.4. Antie Poppes, geb. ca. 1623, tr. Gerrit Hayes.11430. Johannes Folckerts, geb. ca. 1608, overl. 6-3-1661, tr.11431. Geertje Reins, geb. ca. 1614.Op 20-12-1633 1620 zijn Johannes en Jacob Folckerts curatoren overAlcke, het kind van Rein Alckes, ten verzoeke van Hed Rintyes enJan Alckes. Er is sprake van een Geertje Reins en een TrijntjeReins.Op 28-6-1642 en 18-1-1648 1621 is Johannes Folckerts curator over dekinderen van Lieuwe Wybes en Hiltie Folckerts. In 1642 zijn Tammeen Johannes Folckerts curatoren (Hiltie is dan overleden).Op 6-3-1661 1622 zijn Tamme en Sape Folkerts, gebroeders, onderKollum. Curatoren over Hiltie en Tierck Johannes, kinderen vanwijlen Johannes Folckerts en Geertje Reins, echtelieden, in tijdenonder Augsbuur. Hun broer Folckert Johannes is o<strong>nl</strong>angs overleden ende curatele geschiedt op het verzoek van Mient Poppes en JacobEesges, aangehuwde zwagers.Op 15-3-1661 1623 wordt een inventaris opgemaakt ten sterfhuize vanJohannes Folckerts. Er is onder andere sprake van 2 pondematen landte Buitenpost (denkelijk dezelfde grond als bij Gertie Mients in deinventaris); genoemd worden verder o.a. Mient Poppes, Jacob Eesges,Tamme Folckerts en Rintie Folckerts.Op 18-11-1661 1624 volgt de scheiding; daarbij worden Romck Johannesen haar man Mient Poppes genoemd. Ook Geertje Reins is dan aloverleden, want er staat ‘in tijden echtelieden’ en zij wordt ookniet genoemd als aanwezig bij de inventarisatie en de scheiding. Op26 augustus 1665 is Mient Poppes curator over Tierk Johannes (16),zoon van wijlen Johannes Folckerts en Geertje Reins, wonend enoverleden op de “Utterdycken”. 1625 Auckjen Rinses, weduwe van SapeFolckerts moet bewijs doen van de administratie van haar overledenman. Die is sedert 1661 curator geweest over zijn jongere broerTierk.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Hiltie.2. Tierck, geb. ca. 1649.3. Romckjen, (= nr. 5715).11432. Harmen Jacobs, geb. 28-2-1604, overl. v. 27-3-1678, tr. (2) AefLyuwes, zij tr. (2) v. 9-12-1680 Pytter Harryts Bennema, overl. v.9-5-1682. Harmen tr. (1) v. 9-10-162711433. Aeff Sierksdr., DG, tr. (1) Waelcke Popkes 1626 , tr. (2) v.25-1-1623 Buwe Buwes, overl. v. 9-10-1627.Op 9-10-1627 verzoekt Harmen Jacobs voor zichzelf en als man envoogd van Aeff Sircxdr. Het gerecht van Kollumerland om GerbenAetes en Romcke Buwes te benoemen tot curatoren over het kind(later is er sprake van kinderen) van Aeff bij haar man Buwe Buwes.Romcke is een broer van Buwe, zoals blijkt uit de erfenis van hun


zuster Anna Buwedr., gehuwd met Anne Jans. Gerben Aetes was de manvan Saap Buwedr.Aeff was eerder weduwe van Waelcke Popkes, toen zij kort voor 25-1-1623 met Buwe Buwes hertrouwde. Uit een inventarisatie van diedatum blijkt dat het sterfhuis te Veenklooster acht vakken grootwas, met een opgaande gevel en nog een gevel tot aan de bovenstezolder, zijnde twee zolders hoog, eiken werk met dikke muren,waarbij een schuur van drie gebinten. Bij het sterfhuis behoortongeveer 16 pondematen land. Verder is er nog een kamer in hetklooster, groot ongeveer twee vakken, door een zuster en een zwagerbewoond. Ook nog twee akkers bouwland en een kleine kamp eige<strong>nl</strong>and, samen groot ongeveer vier pondematen, onder Oudwoude. Erworden drie kinderen genoemd: Popke, His en Sirck Waelckes. Aa<strong>nl</strong>evende have wordt genoemd 4 trekpaarden, 9 koeien, 2 enterrieren,3 hokkelingen, 3 winterzwijen, 10 hennen en 1 haan. Aeff bevestigtde aangifte bij haar waarheid in plaats van eed, dus waarschij<strong>nl</strong>ijkwas zij doopsgezind.Op 5-7-1623 volgt de scheidingsakte tussen moeder en kinderen.Eylert Lous, gehuwd met Lolck, een zuster van Aeff, treedt op alscurator divisionis. Aan de akte wordt ontleend dat de kinderenmoesten leren lezen, schrijven en naaien.Buwe Buwes te Veenklooster leeft nog op 29-6-1624, want dan heefthij een geschil met Sije en Teeke Allema.Eind februari 1628 wendt Harmen Jacobs, geassisteerd door zijnstiefvader Willem Sippesz. en zijn oom Laurens Gerrits, zich tothet gerecht van Kollumerland om veniam aetatis(meederjarigheidsverklaring). Hij verklaart dat hij blijkens eenaantekening van zijn vader, Jacob Gerrits is geboren op 28-2-1604.Hij is dus nog geen 25, maar wil toch graag met zijn curatorenafrekenen, mede omdat hij in het huwelijk is getreden met AeffSierkdr. Op 1-3-1628 verklaren Laurens Gerrits en Willem Sippes,beiden te Veenklooster, dat Harmen in hun beider nabuurschap heeftgeleefd, als een goed en verstandig en bekwaam jongman, en dat hijtot zijn 25e jaar gekomen, zich in echte staat begeven heeft methun ‘nabuursche’, Aeff Sircx, weduwe Buwe Buwes. Op 1-4-1628 wordtHarmen inderdaad veniam aetatis verleend.Op 6-10-1628 volgt dan de scheiding tussen Aeff Sierks en haarbeide ook nu niet met name genoemde kinderen bij Buwe Buwes. Deinventarisatie d.d. 9-10-1627 ontbreekt in de weesboeken. De moederen haar toenmalige man krijgen het huis met inboedel en baten e<strong>nl</strong>asten toegewezen, met de verplichting om aan de kinderen, als zij17 zijn, uit te keren een bedrag van 1164 gg., met twee goudenringen, hun vaders zilveren knopen en een kist. Zij zullen verderonderhoud krijgen: kost en drank, kleedinge en ‘reedinge’, linnenen wollen, enz.Op 19-1-1633 is Harmen Jacobs voormond over de kinderen van zijnoom Gerrit Laurens.Op 1-4-1638 verklaren Harmen en Aeff, echtelieden te Veenklooster,dat zij schuldig zijn aan Wyger en Bote Lourens, blijkbaar zoonsvan Lourens Gerrits, de oom van Harmen.Op het stemkohier van 1640 wordt Harmen Jacobs vermeld alsgebruiker van Oudwoude nr. 44, eigendom van de secretarisVogelsangh. Dit is de zate Starkenburg, staande in de zogenoemdeBrink te Veenklooster. Dr. Theodorus Vogelsangh kocht het in 1639ton de Staten van Friesland overgingen tot verkoop vankloostergoederen, ook bij die verkoop wordt Harmen als gebruikeraldaar genoemd. In het testament van Josina van Aysma (gehuwd metPiebo van Doma) d.d. 24-3-1664 wordt een plaats onder Oudwoudegenoemd, door Harmen Jacobs gebruikt.Onduidelijk is, wanneer Harmen Jacobs naar Kollum is verhuisd. Welis er sprake van een boelgoed op 24-3-1668 bij Harmen Jacobs te


Veenklooster en op 3-12-1641 wordt melding gemaakt van een voordienbij Harmen Jacobs gehouden boelgoed.Op 9-12-1641 is er sprake van een vordering van Harmen en Aeffke,echtelieden te Veenklooster van 102 gg, 19 st. Op Wybe Annes enAntie Andles Hoytsma als rest van een reversaal van koop van dehuizinge, door laastgenoemden bewoond, met ontruiming van landen.Op 15-5-1644 komen de erven van Buwe Buwes en Harmen Jacobs, namenszijn vrouw, voor onder de uitschulden bij de inventarisatie tenbehoeve van de weeskinderen van Eylert Lous en Lolck Siercxdr.,laatst gewoond hebbende te Kollum.Op 8-6-1648 verkopen Harmen Jacobs en Jacob Jacobs te Triemen, elkvoor zichzelf, voor 112 gg. twee akkers bouwland, hen van hunouders aangeërfd, met de rogge daarop staande. Blijkens eenkanttekening vroeg Lysbeth Jacobs (= nr. 11439), gehuwd met PopckeWaelckes (= nr. 11438) als zuster en naaste bloedverwante hetniaar, maar dat ging na veel vijven en zessen niet door.Op 29-4-1678 vindt er een inventarisatie plaats in het sterfhuisvan Harmen, op verzoek van de beide meerderjarige zoon uit zijneerste huwelijk, Jacob, huisman te Oudwoude en Sierk, huisman teWestergeest, en van Jacob Vomelius, predikant te Oudwoude, alscurator over de vier kinderen uit het tweede huwelijk van HarmenJacobs.Harmen woonde op het laatst op Boickema (Bootsma) op het west vanKollum, ook omschreven als ‘aan de Kollumerlaan’. Uit denalatenschap krijgen Jacob en Sierk bij lotinge en drietal akkerstoegewezen en hun drie halfbroers en halfzuster een zestal akkers.De levende have bevatte onder ondermeer 9 koeien en 3 merries. Bijde inboedel worden vermeld twee testamenten met een psalmboek(blijkbaar in dezelfde band) en een ander psalmboek. De gezinsledenkunnen blijkbaar lezen. Het op 27-3-1678 gehouden boelgoed brachtruim 538 cg. op. Daarbij kwam een ‘verschot’ op de huizinge van 750cg., aan uitschulden noteerde men 220 cg. Op 24-5-1678 volgt descheiding. De weduwe krijgt de levende have, huismannengereedschap,meubilair, enz. toegewezen, maar moet aan elk van de kinderen op 1-5-1679 ruim 200 cg. betalen en aan haar eigen vier kinderen elk nogeens 15 cg. In margine van de akte staan de kwijtingen van Jacob enSierk Harmens genoteerd, d.d. 12-5-1679.Op 9-12-1680 blijkt Aeffke Lyuwes te zijn hertrouwd aan PytterHarryts Bennema. Zij wonen op Boickema te Kollum. Haar nettoinbrengis 1905 cg., 18 st., 6 p. Die van haar man 189 cg., 5 st.De stiefzoon Sierk Harmens is voormomber over haar vier kinderenuit haar huwelijk met Harmen Jacobs. Het echtpaar zal deze kinderenuit de profijten van haar bezit alimenteren en onderhouden; dekinderen zullen moeten leren lezen en schrijven, werk en werkwijzeleren, totdat zij 14 jaar zullen zijn.Op 9-5-1682 is Aeff Lyuwes opnieuw weduwe. Zij wordt dan bijgestaandoor haar broer Jacob Lyuwes te Veenklooster.Uit het huwelijk van Aeff Sierks en Waelcke Popckes (volgordeonbekend):1. Popcke Waelckes, geb. 1609/10 (= nr. 11438).2. His Waelckes, geb. 1611/12.3. Sirck Waelckes, geb. 1618/19.Uit het huwelijk van Aeff Sierks en Buwe Buwes (volgorde onbekend):1. N.N.2. N.N.Uit het huwelijk van Harmen Jacobs en Aeff Sierks (volgordeonbekend):1. Jacob Harmens(= nr. 5716).2. Sierk Harmens, tr. Grietje Romers 1627 .Uit het huwelijk van Harmen Jacobs en Aeff Lyuwes (volgordeonbekend):


3. Gerrit Harmens, geb. 1669/70, 1693 te Burum.4. Lyuwe Harmens, geb. 1671/72, 1693 te Kollum.5. Louwerens Harmens, geb. 1673/74.6. Hiltie, geb. 1675/76.11436. Taecke Libbes, overl. v. 29-5-1659, tr.11437. Trijn Dircksdr., overl. v. 8-1662, tr. (1) Jacob Eyses.In 1640 is Taecke Libbes voor zijn vrouw eigenaar/gebruiker vanOudwoude nr. 43.Op 29-5-1659 verkoopt Trijn Dirks, weduwe van Taco Lippes, eenperceeltje land aan de trekvaart onder Oudwoude voor 20 daalders.In augustus 1662 heeft er inventarisatie plaats in haar sterfhuis,gelegen bij de zandweg onder de klokslag van Oudwoude, door LibbeTeackes (de zoon) als meijer bewoond. Deze inventarisatie heeftplaats op verzoek van de drie kinderen uit haar eerste huwelijk metJacob Eyses, en van de twee kinderen uit haar tweede huwelijk.Blijkbaar zijn de vaderlijke erfdelen reeds afgewikkeld. Hetsterfhuis en de bijbehorende landen worden verkocht aan secretarisFogelsangh voor 2500 gg plus 5 dubbele ducaten. De totale erfenisbedroeg ruim 4671 cg. Trijntje Dirks was mogelijk een zuster vanOrsell Dirksdr., gehuwd aan Jarigh Gerrits, en van Jacob Dirks, dieop 29-4-1651 curator is over de kinderen van Orsell Dirxdr. Uit hethuwelijk tussen Jacob Eyses en Trijn Dirksdr. (volgorde nietzeker):1. Ibel Jacobs, tr. Reid Jans op de Wijgeest.2. Saep Jacobs, tr. Claes Siegers te Veenklooster.3. Gerbrich Jacobs, tr. (1) Else Johannes, tr. (2) Sioerd Wytzes(Algera) te Tietjerk.Uit het huwelijk tussen Taecke Libbes en Trijn Dirksdr. (volgordeniet zeker):1. Antie Teackes, tr. Nanne Foppes te Eestrum.2. Libbe Taeckes (= nr. 5718).11438. Popcke Waelkes, geb. 1609/10, tr.11439. Lysbeth Jacobsdr.Dit echtpaar stond financieel niet sterk. In de jaren 1633 en 1634,eerst wonende te Veenklooster onder Oudwoude, later te Akkerwoude,horen we van schulden ten bedrage van in totaal bijna 800 gg. In1640 is Popcke gebruiker van Akkerwoude nr. 23.Op 24-4-1640 blijkt het echtpaar 530 gg. schuldig te zijn wegensachterstallige landhuur.Op 19-5-1643 hebben zij een schuld van 370 gg. aan zijn oom entante Eylert Lous en Lolck Siercksdr., echtelieden bij Kollum.Op 5-6-1701 wordt een huis te Oudwoude gebruikt door Buwe Popckes,terwijl het eigendom is van Grietje Libbes, dochter van LibbeTeekes en His Popckes (= nr. 5718/19).11480. Haye (?) Jelckes 1628 , overl. Oostermeer ca. 1594, tr.11481. Bauck Wybedr., woont in 1615 te Noorder-Drachten.11482. Hylke Wytses, volmacht voor Oostermeer in 1610, 1614 en 1624,overl. na 1630, tr.11483. Jent Bennedr., van Kooten, overl. Oostermeer na 1625.Op 10-2-1603 1629 proclameren Hielke en Jent de aankoop van eeneeuwige jaarlijkse rente uit een zate te Buitenpost, bij BuweMeints als eigenaar tevoren bewoond. Zij kopen het van ThomasJelgers, burger van Harlingen voor de prijs van 20 gg.


Op 16-12-1620 1630 proclameert het echtpaar de aankoop van een zatelands te Optwijzel ‘Boetsma’, gekocht van Thomas Jelgers. Er volgteen niaar door naastligger Roelof Roelofs.Op internet (<strong>kwartierstaat</strong> Andries Stienstra) staat: Jent Bennedr.Tr. (1) ca. 1585 Sijcke Folckes, geb. Oostermeer, overl. v. 1588,zoon van Folcke Utses en Foop Sjoerdsdr. Itsma. Jent tr. (2) ca.1588 Hylke Wytses, zoon van Wijtthie Foeckes. Nader onderzoek.11648. Johannes Eeckess (ook: Yckess), landbouwer te Wons 1604 en teLudingakerk ca. 1615, tr. ca. 159611649. Atje Tjaarts.11650. Thomas Jochums, tr.11651. Baukje Martens.11656. Tijmen Hobbes/Obbes, van Harlingen, later te Franekeradeel, tr.11657. Dued Bartelsdr.Timen Hobbes burger in Harlingen contra Jan Cornelis burger inLeeuwarden. In Factis (d.d. 8-2-1603) 1631 .Op 12-7-1606: Tyaard Dirks burger in Franeker; als het rechthebbende van Joucke Taedes. Impt., contra Timen Obbes, burger inHarlingen. ged. en gecontumaceerde. .. verstekt degedaagde en het overgelegde instrument d.d. 14 jan 1605 voor bekendzijnde cond. de ged. de impt. te betalen de somma van 44 car.gld. 1632TRE T. 269, inv. nr. 4 (of toch 3?):Archieftitel: Doopsgezinde gemeente Harlingen3. Inventaris3.1. Gemeenten die later zijn gefuseerd tot de VerenigdeDoopsgezinde Gemeente3.1.2. Hoogduitse gemeenteDoopsgezinde gemeente Harlingen4. Stukken betreffende de verkoop van een aantal woningen en eenpakhuis aan de Zoutsloot, door Tijmen Hobbes en Doedtje Bartels aanPieter Sijmonsz. Slachter als vertegenwoordiger van de Hoogduitsegemeente, 1614-1615. In 1614 werd door de Hoogduitse gemeente eenpakhuis gekocht aan de Zoutsloot. Dit pakhuis werd verbouwd totkerkgebouw of "vermaning".Op 30 januari 1615 komen Tiemen en Dued voor in een obligatie d.d.10 maart 1613 rond de aankoop van een zate lands. 1633 In de akte iseen merk van Tiemen opgenomen en er is ook sprake van een zekereBartel Jans: is er een relatie met Dued? Nader onderzoek.Op 3-2-1623 verkoopt het echtpaar, dan te Midlum, een zate, groot35 pondematen te Achlum, aan Pijtter Jacobs Coepman en PietertjenJans, echtelieden te Harlingen (de naam van de zate isCrumcloster) 1634 . Zie ook: Stadsarchief Amsterdam T. 255 (Archiefvan de familie De Clercq en aanverwante families), inv. nr 212(Achlum): akte van verkoop van een zathe, genaamd Cromclooster,gelegen te Achlum, door Thymen Hobbesz. en Doedke Barteltsdr,echtelieden te Midlum aan Pieter Jacobsz. en Pietertien Jansdr,echtelieden te Harlingen, benevens renversaalbrief. 1623. Metbijlage 1635 .Op 13 augustus 1626 komt het echtpaar voor in de archieven vanFranekeradeel, daarbij is sprake van bezit te Harlingen 1636 .Op 31 januari 1628 is Harmen Hobbes, te Leeuwarden, inFranekeradeel curator over Jents Timens (ca. 19) en Hobbe Timens(ca. 17). 1637Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Jents, geb. ca. 1609.2. Hobbe, (= nr. 5828).11684. Riemer Anes, te Firdgum, otr. (2) Wommels 6-1629, tr. Firdgum


Tetske Imes, tr. (1)11685. Hill Olpherts, overl. v. 13-5-1619.Rond februari 1648 is Aene Riemers (= nr. 5842) curator over EmeRiemers (17).Op 13-5-1619 is Hill Olpherts, vrouw van Riemer Aenes overleden;zij hebben een kind, Aene Riemers. Er worden verder bij deautorisatie broers en zussen van haar genoemd.11686. Gerben Gerrits, te Dronrijp, tr.11687. Griet IJsbrands.11692. Jan Yges Tyesma, boer, in 1640 te Menaldum op stem 24,Fleringastate, tr.11693. Aeltie Wybedr. Tieppenboer, geb. ws. 1608,11694 (?)Dirck Douwes, afkomstig van Koehool onder Oosterbierum, tr.Franekeradeel 13-9-162711695. (?) Trijntie Jenties afkomstig van Tzum11696. (?) Tzietse Jans van Asperen, schooldienaar te Oosterbierum,Kubaard en Jelsum, overl. 1673, otr. (2) Wirdum 29-11-1663 JetzkeIdes Sinnema, tr. (3) Jelsum 18-8-1667 Hijlk Wijgers, tr. (4)Jelsum 3-8-1673 Trijntje Feijes, tr. (1) Tzummarum 3-11-163911697. Eets Jaspers.‘In 1639 ontmoeten we weer iemand, van wie we met zekerheid wetendat hij hier schoolmeester was: op 3 nov. 1639 trouwde mr. TijtzeJans (Asperen) , schooldienaar te Oosterbierum, met IJtsJaspersdochter van Tzummarum. Ze waren in 1649 te Kubaard, later teJelsum; ook in die plaatsen bediende hij de scholen.Bij het eerstehuwelijk: Tytze Janszn, afkomstig van Oosterbierum en IJtsJaspersdr., afkomstig van Tzummarum.’ 1638Opmerking bij het huwelijk: getrouwd te Oosterbierum, hij isschoolmeesterDe filiatie is hier opgenomen op basis van de familienaam, de tijd,de plaats en de vernoeming. Nader onderzoek is uiteraard gewenst.Dat geldt ook voor de mogelijke moeder: op basis van de tijd vanhet huwelijk van de beoogde zoon lijkt de eerste vrouw het meestaannemelijk.H. Sannes 1639 geeft onder Jelsum en Kubaard enkele gegevens overschoolmeester Van Asperen. Tzietze kwam te Jelsum in op 1-3-1657,hij had een broer, Theunis Jans Asperen, die schoolmeester was teGoutum en ontvanger te Swichum. Sannes geeft als jaar vanoverlijden op: 1673. Ik heb van dat laatste na een verkennendonderzoekje nog geen direct bewijs kunnen vinden.‘In juli 1649 Tyetse Jans hier als schoolmeester; in 1654 was hijhier nog. Zijn vrouw heette Eets Jaspers. Zij vertrokken begin1657 naar Jelsum; hij werd toen Tzietze Jans Asperen genoemd.’ 1640‘Op 1 maart 1657 zijn ingekomen met attestatie van Kubaard: mr.Tzietse Jans Asperen, schooldienaar, en Eets Jaspers zijnhuisvrouw, die echter spoedig stierf. Lang bleef menevenwel gewoo<strong>nl</strong>ijk in die dagen geen weduwnaar en mr. Tzietsehertrouwde op 29 nov. 1663 met Jetske Ides Sinnema uit Wirdum; in1667 opnieuw met Hylck Wygers, weduwe van Nanne Sickes en in aug.1673 nog eens met Trijntie Feijes uit Jelsum. En wie weet waar heteind gebleven was als hij in hetzelfde jaar niet was overleden. Hettraktement bedroeg toen 156 c.g. per jaar. Zijn broer wasschoolmeester te Goutum.’ Over die broer meldt dezelfde bron: ‘Dochin sept. 1654 was mr. Theunis Jans Asperen hier als schoolmeester;evenzo werd hij genoemd in jan. 1657.e Hij was ook voorzanger teSwichum, dat echter een eigen schoolmeester had. (Zie aldaar). Uitde kerkvoogdij-rekeningen, die hier bewaard zijn sedert 1674,blijkt, dat zijn traktement 150 c.g. bedroeg, welk bedrag hij in


vier termijnen van 37 gulden en 10 st. beurde. Hij stierf in 1676,tussen mei en nov.; zijn weduwe was Tziets Pijters. Hun zoon Pijterheeft de school waargenomen ten bate van de weduwe.’ 1641Uit het eerste huwelijk (in ieder geval; allen ged.Kubaard/Waaksens):1. Tryn, ged. 29-7-1649.2. Tryn, ged. 18-5-1651.3. Jasper, ged. 11-8-1654.11698. Watze Sents Gravius 1642 /Valerius Vincenti Gravius,procureur-fiscaal (1649) en secretaris van Idaarderadeel, tr.11699. Grietje Jans.De familienaam Gravius komt vermoedelijk voort uit eenverlatinisering van Grouw. Daar is al rond 1500 ene IdzardusGravius pastoor. Bekend is dat hij nageslacht heeft. Later in de16 e eeuw wordt te Grouw een Jan Oenes Gravius vermeld, hij had eenzoon, Hieronymus Gravius, die op zijn beurt weer twee zonen had:Ambrosius, tr. Anna Bauma (1580 te Kollum) en Isbrandus 1643 .Watze heeft mogelijk een broer, Oene Vincenty Gravius, notaris teLeeuwarden, (o)tr. Leeuwarden 16-4/1-5-1636 Trijntje Lieuwes, vanLeeuwarden. Een Oene Gravius is van 1671-1674 lid van de magistraatvan Leeuwarden. Een Oene Martens Gravius, van Grouw wordt in 1628burger te Leeuwarden.Watse komt uiteraard vanwege zijn functie met regelmaat voor in derechterlijke archieven van Idaarderadeel. Hij komt dus ook voor inde geklapperde proclamatieboeken 1644 .Op 27-5-1650 1645 verklaart Willem Douwes, woonachtig te Grouw, 200cg. schuldig te zijn aan Watze, namens Pieter Gerrits te Harlingen.Op 10-9-1649 (nr. 131b) is hij als fiscaal van Idaarderadeelverkoper als curator over de geabandonneerde boedel van een huis teGrouw. Op 4-8-1651 (nummer 166a) als procureur-fiscaal vanIdaarderadeel, bij nummer 167a idem, bij nummer 171a, op 22-9-1651idem. In 1654 is hij dan secretaris: op 22-5-1654 (nummer 206c) ishij dan namelijk met Sytse Gravius, executeur te Grouw, koper vanWartena stem 29.Op 17-3-1662 (nummer 355b) kopen secretaris Watse Gravius en zijnvrouw Grietje Jans een halve zate te Grouw (stem 39) van kapiteinDirk van Wygara.Op 13-4-1668 (nummer 484b) is sprake van Grietje Jans, de weduwevan secretaris Gravius. Zij protesteert met de erfgenamen tegen eenbuurman, vanwege een ‘houten lootske’, waarvan de afwateringterechtkomt op hun ‘hiem’. Er is sprake van een koop d.d. 8-10-1661.Op 1-2-1669 (nummer 520a) leeft Grietje nog. Zij is in ieder gevaloverleden voor 27-2-1699 1646 (nummer 739a). Dan koopt Minse Jans eendwarshuis c.a. op het zuidereind van Grouw van de erfgenamen. Datzijn: Hitje Gravius en haar man Pieter van Asperen; DieuwkeGravius, die de bewoner van het huis is; Jouck Gravius en haar manClaes Jansen, mr. bakker te Leeuwarden; Bauck Gravius en haar manJan Asperen, ontvanger te Tzummarum, allen voor 1/5e part en BuweSaeckes, man van de overleden Antie Gravius (twee kinderen) voor1/10e deel en Ytje Douwes, getrouwd aan Hendrik Oedses, voor 1/20edeel en Maaike Douwes, eveneens voor 1/20e deel.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Hitje Watzes Gravius, tr. Pyter van Asperen (kinderen: Sent,Sybren, Jan, Trijntje, Watze, Teunis Pyters van Asperen).Dieucke Watzes Gravius, tr. Grouw 11-9-1664 Wabe Rienx.Antie Watzes Gravius, tr. Grouw 21-2-1669 Douwe Eelkes, tr. (2)Buwe Saeckes.


Jouck Watzes Gravius, tr. Grouw 10-5-1674 Claas Jans.Bauck Watzes Gravius (= nr. 11698).11706. Mr. Abe Tiercks, schoolmeester te Cornjum (1670-1720), tr. Goutum1-5-166411708. Maria/Maaike Hansedr.Abe is schoolmeester te Oenkerk. Het echtpaar komt daar als lidmaatvoor op 4-8-1668.H. Sannes geeft ook over Abe informatie 1647 : Abe Tjerks werdberoepen op 7-11-1670 en was in functie in december van dar jaar.Sannes heet zijn vrouw Marijke Hanses, zij komen met attestatiekerkelijk in te Cornjum in maart 1671. Tjerk heeft het schoolant teCornjum meer dan een halve eeuw bediend. In 1720 was hij ziekelijken krijgt hij een opvolger, Claas Swart.Op 27-11-1678 1648 wordt schoolmeester Abe Tjerks genoemd als curatorover de kinderen van Antje Lieuwes, te Cornjum.Op 22-11-1680 1649 hoort ‘mr. Abe, schooldienaar te Cornjum’ bij deondertekenaars van de instelling van een weduwenpensioenfondstussen schoolmeesters van 6 grietenijen.Uit dit huwelijk:1. Jetske (= vermoedelijk Ytje, nr. 5853).2. Tjerk, ged. Cornjum 23-5-1675.3. Wytske, ged. Cornjum 8-5-1681.4. Wytske, ged. Cornjum 1-6-1684.11708. Jildert Hessels Fopma, ontvanger te Oosterlittens, overl. v.15-5-1670, tr. V. 164411709. Antie Fransdr. Rheen/Rheenstra, geb. ca. 1619/1620, overl. na.2-2-1676.Genoemd als echtelieden te Oosterlittens 1644, 1652 1650 .Het echtpaar komt met enige regelmaat voor in de rechterlijkearchieven van Baarderadeel. Dat is het geval op 1 november 1663 1651 ,maar ook op 15-5-1670 1652 , wanneer sprake is van wijlen JildertHessels Fopma.Antie wordt in 1709 - waarschij<strong>nl</strong>ijk posthuum, want in copia vanongeveer 35 jaar eerder - genoemd in de bijlagen van een zaak voorhet Hof van Friesland tussen Foeckjen Wiersma en Sjoerd IdsesRheenstra 1653 .Feiten uit die bijlagen: Dirk Pierius Stellingwerff, ontvanger,verklaart op 21-5-1671 van (o.a.) Antie Fransdr. Reenstra,nagelaten weduwe van wijlen Jildert Hessels Fopma, in levenontvanger te Oosterlittens, 2964 cg., 6 st. te hebben ontvangen.Het afschrift dateert van 21-1-1709. Op 2-2-1676 wordt Antiegenoemd als gebruikster van een zate lands te Oosterlittens,terwijl zij op Martini 1675 294 cg. achterloopt met de betaling vanhaar huishuur.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Hessel Jilderts Fopma (= nr. 5854).2. Roorda Jilderts Fopma 1654 , geb. ca. 1658, vrijgezel teOosterlittens (1701), leeft nog in 1717.3. (?) Jelle Jilderts Fopma, brouwer, burgervaandrig te Bolsward,tr. Tietske Bornaeus.4. (?) Frans Fopma 1655 .11710. Hendrik Pieters Adema, overl. 1710, mr. kuiper te Oosterlittens,overl. 1710 (v. 7-10) 1656 , tr. v. 10-4-1673 165711711. Eelkje Gosses Adema, ged. Harlingen 2-9-1636, overl. tussen 26-11en 31-12-1715.


Duidelijk is dat de familienaam Adema afkomstig is van de kant vanEelkje Gosses.Hendrik en Eelkje komen met enige regelmaat voor in de rechterlijkearchieven van Baarderadeel. 1658Zij zijn in 1692 lidmaat te Oosterlittens, hun overlijdensjarenzijn daar aangetekend.Eind 1715, begin 1716 komt deze familie Fopma voor in de archievenvan het Hof van Friesland in een zaak tegen Theotardus DavidAcronius 1659 . De bijlagen geven veel familierelaties en naderegegevens. Dr. Julius Fopma heeft een volmacht van Hessel Fopma teOosterlittens en zijn vrouw, Mayke Hendriks Adema, als universeelerfgenaam van haar vader, Hendrik Pieters Adema en als volmachtvoor: Jildert, Jelle, Trijntje (= nr. 2927) en Grietje Fopma. VoorPieter Fopma te Britswerd en Pyttie Fopma en haar man, BenedictusBanga te Jorwerd en voor Franske Fopma en haar man, Seerp Douwes teScharnegoutum en voor de moeder van Mayke Hendriks Adema, EelkjeGosses. Uit de papieren kan geconcludeerd worden dat Eelkje Gosseszelf begint met de rechtszaak, maar is overleden tussen 26-11-1715en 26-2-1716.In 1728 zijn Pyter Fopma (3/7), Jelle Fopma (1/7), Benedictus Banga(1/7), Tjerk Swijnstra namens zijn vrouw (1/7), Seerp Douwes namenszijn vrouw (1/7). Meier is Jelle Fopma. In 1640 is ene Dirk Dirks‘voor ‘t meerendeel’ eigenaar. Is deze plaats, Oosterlittens nummer21, Adema en is er een relatie tussen het echtpaar Hendrik/Eelkjeen de voornoemde Dirk Dirks.11712. Yes Ruurds, tr.11713. N.N. Sibolts.In 1631 woonde Yes op de Flearbosk. Hij was toen curator over dekinderen van Tiaerske Sibolts en van Lijbrich Sibolts. Zij zijnwaarschij<strong>nl</strong>ijk zusters van zijn niet met name genoemde vrouw. Diehad ook nog twee broers, Jetse en Jelle Sibolts.Uit dit huwelijk:1. Hotse Yes (= nr. 5856).2. Sibolt Yes, boer te Grouw, tr. Tryn Wigles.3. Ruurd Yes, tr. (1) Rinck Wytsedr.11728. Thomas Clases, geb. v. 1606, boer, wonende Grouw en Wartena opplaats Siensma, overl. ca. 1673, tr. v. 5-5-163911729. Sjoerdje Wybrands, overl. v. 15-12-1673Op 3-3-1662 1660 wordt Thomas Clases (nummer 354a) genoemd als meijervan Seijensma sate (Wartena stem 27); groot 70 pondematen met eenwatermolen.Op 15-5-1671 (nummer 596a) verkoopt het echtpaar aan Sybrant Hayeste Grouw 1/10e part van 22 pondematen land, voor de prijs van 108gg.Op 6/20-4-1696 (nummers 668a en 675a) is Sjoerdje Clases meijersevan Wartena stem 27.Uit dit huwelijk, behalve Claas (= nr. 5864), nog twee anderekinderen.11732. Haite Gerrits, boer, wonende Grouw plaats 48, overl. v. 2-3-1666,tr. v. 8-5-164111733. Ymck Hartmans, boerin.Op 29-5-1643 1661 wordt Hayte Gerrits genoemd als naastligger.Kinderen (mogelijk ook iemand alleen van Ymck?) 1662 :1. Jets, tr. Hermen Hoytes.2. Gerrit.


3. Syds, tr. Jets Willems,4. Jisk (= nr. 5866).5. Hinne.11734. Sjoerd Cornelis, boer, wonende te Grouw, Friens en Grouw, overl.ca. 1700, tr. (2) v. 1-5-1680 Gerbrich Annes, tr. (3) 20-11-1682Idaarderadeel (gerecht) Reinou Gerbens, tr. (1) v. 31-8-166211735. Ock Sjoerds.Op 16-3-1663, 21-9-1663 en 1-2-1664 1663 (respectievelijk nummer379a, 389a en 395a) is Sjoerd Cornelis meier op stem 9 te Friens.Uit dit huwelijk:Wypk Sjoerds (= nr. 5867).Sjoerd Sjoerds.Ype Sjoerds.11738. Evert Rommerts, boer en kooiker in de 'Wildlanden' onder Wartena.11742. (= nr. 11738).11744. Gerben Rommerts, (o)tr. (2) Eernewoude 2-5-1672 Sjoukje Minnerts,weduwe, van Drachten, otr. 19-6-1636, tr. (1) Eernewoude mei 1651.11745. Marij Holstes.Gerben heeft ws. een broer Taeke 1664 .Uit het eerste huwelijk (volgorde onbekend):Holst (= nr. 5872).Here.Uilke.Frids.Taeke, ged. Eernewoude 9-4-1654.11776. Tybout Petersz. van Amstel, geb. Gemert ca. 1563, woont nog ald.in 1591 en gaat dan ws. in militaire dienst, is in 1596 teHelmond, woont later te Weert, bezit een huis in de Molenstraatald. en een moeshof buiten de Beekpoort, overl. na 11-1618, tr. v.159311777. N.N.Tybout wordt voor het eerst vermeld in het testament van zijnouders (op 12 december 1578) als jongste van drie onmondige broers,bij de deling van het goed van zijn ouders (20 juli 1581). Op 6maart is hij meerderjarig (boven de 24).1589 nov. 12: Gemert. ". . . baptisavi Annam filliam Thomae JoannisThomae. Patrini: Tibolidus (toenaam niet ingevuld) necnon Mariauxor Henrici Templars".(Gemert, doopboek 1586-90. Die "Tibolidus" kan niemand anders zijndan Tybout Petersz., als peter van een kind van zijn zuster).1591 jan. 8: Gemert. Tybout Petersz., ingezetene van deheerlijkheid Gemert, sterk en gezond van lichaem, maakt testament.Hij legateert aan Aryaen Petersz., zijn broeder, en Thomas Janssen,zijn zwager, ieder 150 gulden. Zijn overige goederen vermaakt hijaan Hanrick en Wijnand, zijn broeders.(Gemert R 111, fol. 24. Zo'n testament op jonge leeftijd werdgemaakt wanneer iemand in militaire dienst of naar zee ging).1596 mei 18: Helmond Henrick Peters van Ampstel, Wijnant Peters vanAmpstel en Tybalt Peters van Ampstel, gebroeders, doen afstand vanhun rechten in het proces, dat door Henrick Voigels in beroep wasaangespannen bij het Hof van Brabant tegen heer Henrick vanEynatten als rector van het O.L.V. altaar te Gemert. (Helmond R242.fol. 172 v. Dit is de tweede akte waarin de naam Van Amstel weer tevoorschijn komt).


1597 febr. 5: Gemert, Tybout Peeter Aryaenssen verklaart betaald tezijn door Thomas Jansz., schoenmaker, zijn zwager voor zijn derdedeel in huis, hof en land, dat hij aan Thomas heeft verkocht enwaarin deze nu woont (Gemert R 111, fol. 167.1601 aug. 17: Helmond, Tybout Peeters van Ampstel vernadert alsnader van den bloede zijnde tot de verkoper dan koper, een rentevan 2 gulden 8 stuiver, die Huybert Adams van Buel (op 11 jan.1601) gekocht had van Adriaen Peeters, zijn broeder. Hij machtigtAdriaen Brouwers (de notaris) om Huybert te betalen (Helmond R 244,fol. 215v; B.L. 1974, 36).1601 sept. 22: Weert, Thyboudt Peeters van Amstel mombert (geeftprocuratie aan) Thijs van Haelen. (R.A. Weert 144).1601, Weert. Jaargeding begonnen 28 aug. Thijs van Haelen, alsmomber van Thyboudt Peeters, de zoon van Mr. Peeter Amstelen, eistvan Wylm Aeriaens en Peeter Loeckemans c.s. als erfgenamen vanFrans Loeckemans en Elsken, zijn huisvrouw, en van MerthenSchreeven, gewezen man van Elsken Aeriaens, de som van 52 gulden, 2stuiver, 3 oort, door zijn (Thybouts) vader voorgeschoten toenFrans Loeckemans, zijn zwager, in de gevangenis te Grave doodgebleven is. Frans was door vrijbuiters gevangen genomen en opkosten van Peter Adriaensz. is zijn lijk naar Gemert gebracht endaar begraven.1602 juni 18: Oordeel. De drie verweerders moeten betalen.(r.a. Weert 91. 1601, fol. 27).1606 sept. 4: Weert. Bij de overdracht ven een huis en hof in deMolenatraat, lastgoed (leen), worden als laten vermeld heer JacobusGroenen, pastoor. Aert Pasteyckens en Tybout Peters.(r.a. Weert 145, 1606 fol.. 17 v).Blijkens de registers van "ophaldingen" van Weert, waarin allehuizen en erven met hun eigenaars en gebruikers om de vijf of tienjaar werden genoteerd, stond in de Molenstraat binnen de poort innovember 1606: "Tibout Peters huys, met den moeshoff buiten dieBeeckpoorte, comende van Lem Moren".Ook in november 1616 wordt Tybout Peters nog als eigenaar vermeld.In 1623 zijn huis en moeshof in het bezit van Geertruyt Peters(misschien Tybouts weduwe?). In 1645 - het eerstvolgende register -is Willem Mellen eigenaar (oud-archief Weert, 1633 t/m 1635).Kinderen, voor zover bekend, volgorde onbekend:1. Hester, vermeld in 1613.1613 nov. 11, Gemert. Gedoopt: Martinus, zoon van Lambert PeterLamberts. Peter en meter: Arnold Jansz. en "Hester TheobaldiPetri".2. Sophia Tybouts, overl. tussen 11-10-1634 en 5-7-1636, tr. (1)Huybert Verkinder (van Kinner), tr. (2) Bartholomeus Moriaens vanBeringen, overl. tussen 10-1-1630 en 18-1-1633.1633 jan. 16, Weert. De schout heeft namens de heer tot mombersgesteld Jan Verwers en Cornelis Offermans over de onmondige kinderenvan Fiken Tibouts, namelijk Tibout, Huibert en Trijn VerKinderen over Peter Bartolomeus Moriaens.(r.a. Weert 152, fol. 262 v).1634 okt. 11, Weert. Gedoopt Margareta, dochter van Dionysius vanden Heuvel en Ida. Peter en meter: Jacobus Jaspers en SophiaTibouts.(Gemeentearchief Weert, o.a. 401, 402; diverse lijsten metbevolkingsgegevens ca. 1550-1794. w.o. uittreksels uit eendoopboek; microfilm CBG, fiche 22).1636 juli 5, Weert. Claes Morien als voormunder der kinderen vanBartholomeus Morien van Beringen, machtigt Mr. Hubert Lenaert om inzijn naam de mombers van de kinderen van Fycken Tibes, laatstgewezen huisvrouw van Bartholomeus, gerichtelijk te verzoeken reke-


ning te doen van de meubelen en inboedel van het sterfhuis. (r.a.Weert 153, fol. 211v).3. Bernaert/Barent, (= nr. 5888).11778. Zacharias Hendricksz., tr.11779. Josyna Ariensdr.12018. Joost Jans van Segen, geb. Tiel 26-2-162712128. Israel Andriessen, te Terwolde.12130. Arien van Heusden, tr.12131. N.N. Storms.Zie voor deze personen en hun (mogelijke) afstamming: NL 1921 (jrg.39), kol. 62-64. Nader onderzoek.12132. Wynand Gerrits, tr.12133. Dericxken Hendricx van de Laer.In NL 1910 zijn de volgende vermeldingen van dit echtpaaropgenomen:‘Door de medewerking van den Heer A. F. van Beurden te Roermondzijn afschriften van een vrij groot aantal acten uit het oudarchiefvan Cuyk en Grave in mijn bezit, betrekking hebbende op‘Van Woelderen” en aanverwante familiën , waarvan de naar mijnemeening meest belangrijke volgen:Zie Protocol der Hoofdbank Cuyk n0 318 van 1596-1642 (Rijksarchiefte ‘s-Hertogenbosch) blz. 111 en 112. Deeling:Voor schepen van Cuyk compareeren 29 Aug. 1615I. Henrick Henriax van Wollenberch X Jenneken dochter Willem Moorensaliger ter eenreII. Wijnant Gerrits X Derisken dochter Henricx van de LaerIII. Lenart Thilmans X Aefken dochter Henricx van de LaerIV. Jan Aerts X Willemkem dochter Henricx van de LaerV. de Wed. Jan Martens gend. Aelken dochter Henricx van de LaerVI. Jan van Rijn voor hem selven endede man van Iken van Rijn gend Peeter de Groot voor sich cn voorhaar broeder Henrick van Rijn, wonende in Spagnien ende de onmund.kind Billiken van Rijn X Peeter WisStijntken Jans van Rijn X Stoffel Henricxde wed. Henrick van Rijn thans gehd. met Herman van Beokum, genaamdMetken ter andere syde; sijnde erven wijlen Jan Henricx van de LaerX Lysken Segers syn huysfrouw te samen deelende derselver goederenonder Cuyk worden toegeweesen:Aan Henrick Henricx van Wollenberch X Jenneken een stuk lantGrietken Caelslant achter Rijck Verbetens camp een holt morgen eneen stuk erf, de Spaerstege, groot 1½ Holl. morgen, een camp aan deSaelberg groot l½ morgen ens. enz.Aan 11: Erven Jan Henrickx van de Laer gesametijk.a. de Piccard groot 18 morgen.b. de Swaensche kamp, belast met 100 philipsgulden.c. een stuk lants de Preuteldijk, 1 morgen.Verder wordt in de acte gezegd, dat men een einde wil maken aan hetverschil, dat geweest is over de validiteit van het testament vanJan Henricx (van de Laer).Verder wordt besloten, om Henrick van de Wollanberch toe te wijzenhet huis tot Bommel staende aan de Gamersche Atraet; item eenerente van 600 gulden capitael;item eene rente van 400 gulden capitael; item eene rente van 1000gulden capitael;item de schulden op den heer van Hemert, met nog 100 gulden in eencofferken gevonden, verder: den eigendom van het huis te Cuyk,welverstaande, dat gedelgd


zullen zijn de 25 gld. capitael, die Jan Henricx (van de Laer)daarop is hebbende ;dat voorts hij sal hebben ½ van de schulden op Cramersheym en vande schulden op Willem Tollers ieder de helft.Item de schulden op de erven van Joost van Minnen sal. en deobligatie op Henrickde Swart. Nopens het Veer wordt besloten, dat de penningen,waarvoor het overgedragen is, zullen zijn ten profijte der Erven.’Transporten Cuyk R. A. den Bonk 1644-1654 w 13 blz. 117: JanVerheijen wonende tot Venray X Willemken Reyniers hebben gevest tenbehoeve aan Jutken Wijnen (eene voordochter van Wynant Gerrits, zieakte van 5 April 1616 blz. 46 Prot. Hoofdbank Cuyk Na 318 van 1596-1642) en haeren erven eenen Weycamp tot Sint Agatha naest JoBaexen, Claes Willems 16 Nov. 1649.Register Cuyk 1644-1655 blz. 156 Erffmaechgescheyt, 18 April 1650.Wij, Peter van der Gheest ende Jan Verheyen, schepenen derhoofdbanck Cuyck doen cent ende getuygen bij desenerffmaegescheytbrief, dat voor ons als in gerichte is gecompareertende verscheenen Hendrick Wijnen ende Meriken Peters, sijnhuysfrouw ende Peeter Meuwssen ende Heylken Wijnen sijn huysfrouwter anderen sijde ende verclaerden de voors. comparanten reciprockeover end weder, dat sij luyden naer voergaande weerderinge ,estimatie, equipatie, schichtinge, scheydingh ende deylinghvriendelijck ende minnelijck metten anderen egalijck gepaert,geschieden ende gedeylt te hebben alle desulcke gronden endeerffgoederen als hun comparant van Wijnant Geerits ende DerickskenHendricx ehel. - hun gewesene vader ende moeder nagelaten endeaanbestorven sijn ende oversulcx tot desen jegenwoordigen daegentoe onverdeylt gebleven sijn, dienvolgende daervan gemaecht tweeegale stukken, lotten,welcken volgende ten deel gevallen is: Peeter Meeuwsen ende HeylkenWijnen sijn huysfrou. 1. eenen bouwcamp groot anderhalven morgenongereed liggende metten eenderzijden nevens het kerckelandt en deander sijde nevens Hendrik Wijnen erf, mitten eenen eyndeschietende op den Bottercamp ende metten lesten eynde op HermenGijssen erff; voorts metten heggen ende eenen eynd van de heghnsest de meulen ofte de Veluw sall comen bij den voors. bonwcamp enhet holgewasch enz. met tweeboomen buyten den voors. bouwcamp.II. ½ van den Heycamp dwars doorgedeelt ende guter gegraven sijnde,waarin de schey steenen sijn gestelt, het eynt naar Cuyk gelegen ismede ten deel gevallen den Voors. Peeter Meeuwsen.III. de helft van den Hoff, geneamt de Veerhoff, suytwarts naestAnthony de Pessohers erff, mitsgaders: de helft van huys en hoffnaest ‘t Westen gelegen schietendevoorhoofs tot achter op het erf van Jan Verheyen met al wat aerdende nagelvast.Het veer aan de Maese sal blijven soe ende gelijck ‘t selve gedeylten bij speciale opdragt opgedragen ende overgegeven is.Ende den voors. Hendrik Wijnen ende Meriken sijn huijsfrou sijn tendeel gevallen:A. eenen weycamp genaemt den Swaensencamp, gelegen neffens denvoors. bouwcamp groot ongererlijck anderhalven mergen metten heggenende het, houtgewasch enz.B de helft van den Veerhof Oostwaerts neffens Hendrik Thonissenerff.Mitsgaders de helft van ‘t huis enden Hoff daer Peeter Meeuwsen opwoont de Oostzijde naest Jan van Rijns erff ende overmits het,eerste lot beeter is dan het tweede loth, soo is veraccordeert enversproken dat het eerste lot aan het tweede uitkeert 206 cg.,waervoor Hendrik Wijnen en Meriken syn huysfrouw verklaren voldaan


te zijn enz. enz. Samen zullen zij een scheidsmuur bouwen. Ook isgeconditionneerd, dat de Swaenscamp het bouwland zal wegen. Na nogeenige onbeteekenende voorwaarden volgtsluiting der acte 18 April 1650.Transp. reg. Cuyk 1644-1654 nr. 13 blz. 75 worden op 5 Febr. 1648in het testament van Mr Marten Robbers genoemd als schepenenHendrick Wijnen, Peeter van der Gheest , Jan Verheyen en JacopThonissen.Ibid. blz. 76 Hendrik Wijnen en Meriken Peeters verkoopen aan PeterWillems X Peeterken een stuk bouwland onder Cuyk naast ScholtisRutger de Heen andere zijde Peeter Meeuwsen 1 October 1658.Ibid. blz. 152. Rentebrief van 15 Aug. 1668 van Hendrik Wijnen enMeriken op hun huys in den Swaenscamp van 63 gl. voor GodefridusBodinckhuysen ende Hendrickscen Velter eheluyden.Protocol 1669-1682 Cuyk R. A. den Bosch blz. 95. Rentebrief van 9Sept 1671 ten laste van Heyltje Weynen op den Swaenscamp naestgedeelte van Hendrik Wijnen Oost, naest het Kerkecaelke, schietendemetten eenen einde op den Botterkamp.12152. Aert Jansen van Diependael, afkomstig van ...heyde, overl. v.11-12-1636, tr. (1) Geertruidenberg 29-6-1614 Cornelia HertogsAriensen, tr. (2) Geertruidenberg 10-5-162612153. Margriet (van der) Maes, weduwe van N.N., tr. (3) Geertruidenberg11-12-1636 Gerret Willemsz Croon, j.m. hier gebooren en wonagtig.In Nederland woonden verschillende families (van) Diependaal,o.a. te Hoorn, Leiden, Geertruidenberg, Princenhage, Grave enMill. Het is zeer goed mogelijk dat enkele aan elkaar verwantzijn. In deze bijdrage treedt de Geertruidenbergse/Graafse familievan Diependaal voor het voetlicht. Dit protestantse geslacht isvermoedelijk uitgestorven of het moet zich elder hebben voortgezet.Mogelijk dat Geertruidenbergse archivalia meer gegevens aan hetlicht kan brengen voor wat betreft de oudste generaties.De naam komt in Brabant al vroeg voor. Op 3 mei 1389 wordteen erf gelegen onder Mill van Aleyt van Dyependael vermeld.WapenHet zegel van schepen Johan van Diependaal, dat aan een loscharter hing van 22 november 1741, droeg het volgende wapen:1. drie burchten2. een weegschaal vergezeld van vier wielen3. een zeer smal schuinkruis vergezeld van vier keer drievoorwerpen, mogelijk blokjes4. vier dwarsbalken en in een schildhoofd drie dieren naastelkaar, mogelijk eekhoorns.Uit het eerste huwelijk:1. Aernout, j.m., ruijter onder de heer ritmeester Slavata, tr.Geertruidenberg 18-11-1640 Catalijn Michiels, j.d. geboren enwonagtig te Geertruidenberg.Uit het tweede huwelijk:2. Johannes, (= nr. 6076).(?) Aleda, (o)tr. (1) Cuijk 22-7/6-8-1656 Joannes Hacksteen (beidenafkomstig van Cuijk), (o)tr. (2) Cuijk 28-5/19-6-1667 Reijnier deHaan, bij huwelijk 'j:m: van Kuyk’, schepen van Cuijk, notaris enprocureur te Cuijk, zoon van Rutt/Rutger de Haan en MargaretaGerrits (zij getuigen op zijn bruiloft).Op 26-7-1694 verkoopt Aleda als weduwe van haar beide mannen,namens haar kinderen en voorkinderen bezit te Cuijk 1665 .Aleda is overleden voor 16-6-1696, want dan komen haar erfgenamensamen voor 1666 .


12162. Pieter Adriaansz. Post, geb. 1570, tr. ca. 159512163. Maartje Lenerts, geb. ca. 1575.12164. Cornelis Ockersz. Corpershoek, alias Cornelis Ockersz. Molenaer,te Delft, korenmolenaar, begr. Delft 20-2-1625, tr.12165. Annetgen Jacobsdr. van der Hoof, overl. Delft 27-2-1625.Begin 1625 werd deze familie getroffen door een ramp. Er moet eenof andere besmettelijke ziekte in het spel geweest zijn in hetgezin van Cornelis en Anna: in enkele weken tijd overlijdennamelijk vader, moeder en enkele kinderen.Zo wordt het genoteerd:Dochter van Cornelis Ockersz., begr. 25-1-1625 (Oude Kerk).Dochter van Cornelis Ockersz. Molenaer, begr. 28-1-1625 (OudeKerk).Zoon van Cornelis Ockersz. begr., 30-1-1625 (Oude Kerk).Dochter van Cornelis Ockersz., begr. 6-2-1625 (Oude Kerk).Cornelis Ockersz. Molenaer, begr. 20-2-1625 (Oude Kerk).Huisvrouw van Cornelis Ockersz., begr. 27-2-1625 (Oude Kerk);vermeld staat: ‘beroep van haar baas was molenaar’.Voorzichtigheid is bij deze vermeldingen wel geboden, want er is indie dagen waarschij<strong>nl</strong>ijk nog een Cornelis Ockersz. te Delftvoorhanden.Ter onderscheiding wordt onze man – maar wellicht niet steeds –vermeld met de toevoeging ‘Molenaer’. Wanneer het toch wel omdezelfde man gaat, tr. hij (1) Delft 9-5-1604 Susanna Jacobsdr.(met wat eenvoudige verhaspeling is haar naam te transformeren totAnna/Annetgen!); hij is dan timmergezel. Een Cornelis Ockersz.(o)tr. (2) Delft Bersabea Samuels 24-8/7-9-1624; hij is danweduwnaar en zijn beroep is houtzager.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Cornelis (= nr. 6082).Korsge, ged. Delft 3-9-1617, getuigen: Pieter Claes en Anna Claes.12168. Jacob Leenderts Rodenburch, huysman, tr.12169. Maritje/Maartje Willems van Waermont, begr. Naaldwijk 11-8-1626.Jacob wordt in 1645 genoemd als lidmaat te Hondholredijk.12170. Pieter Pieterse Poot 1667 , geb. ca. 1577, bouwman onder Spaland, ente Vlaaringerambacht, schepen Spaland (1613-1640), overl. Kethelv. 7-10-1641, tr. ca. 160212171. Marijntgen Cornelisdr. Verhouck, geb. ca. 1580, begr. Spaland7-5-1653.RA Ambacht Kethel en Spaland 92, inv. nr. 3, folio 2, d.d. 23-12-1654: Huijbrecht Pietersz. en Dirck Pietersz. Poot zonen enerfgenamen van Pieter Pietersz. Poot en Martijntje Cornelisdr.,beiden zaliger, voor hunzelf en vervangende de andere kinderen enkindskinderen en erfgenamen, hebben verkocht op 01-12-1654 aan Ds.Abrahamis Swalmius te Kethel, een perceel land verongeld voor 3morgen 3 hond, bij meting bevonden zonder de uiterdijk met de weg 3morgen 1 hond 95 roeden. Gelegen in Kethel-noord, belend ten O: deweduwe van Joris Arijensz., ten Z: dezelve weduwe, ten W: deHarreweg met de uiterdijk over dezelve weg en ten N: CornelisClaesz. Abswoude. De jongste brief in dato 14-06-1630. Na opveilingin het openbaar verkocht op 17-01-1653. Prijs f 1.828-15-00. Er isonenigheid over de grootte van het land.


De familie Poot komt regelmatig voor in het rechterlijk archief vanSchiedam. Het gemeentearchief heeft een zoekmogelijkheid viainternet 1668 . De volgende vindplaatsen komen uit die digitale bron.Poot, Dieuwertje Pieters gehuwd met Joris Cornelisz. Suderend,wonende in het ambacht van Schipluiden, dochter van PieterPietersz. Poot en Martijntje Cornelis, beiden overleden, zie WillemCornelisz. Bijll, haar zwager, gehuwd met Lijsbeth Pieters Poot,wonende te Schiedam, verklaring over de erfenis van haar moeder, indato 6 november 1665. O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 289Poot, Dirck Pietersz. testamentaire voogd over Lijsbeth DircksPeurman, de huisvrouw van Joris van Eeckeren, notaris binnen deBrielle, zie aldaar, in dato 8 september 1666. O.N.A. inv. no.: 762blz.: 627Poot, Dirck Pietersz. echtgenoot van Maertge Jacobsdr., die ziek tebed ligt, wonende aan de Groenewegh in de Ambachte van Kethel, ziealdaar, in dato 21 januari 1670. O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 249echtgenoot van Maertje Jacobs, de moeder van Aeffjen Heijndricxsvan Dijck, overleden in de Ambachte van Kethel zie aldaar, in dato29 juni 1674. O.N.A. inv. no.: 764 blz.: 638Poot, Hubrecht wonende in de Noord-Kethel, zie Johan Duneveld,deurwaarder van de gemenelands-middelen te Schiedam, verklaring, indato 14 april 1666. O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 361Poot, Hubrecht Pietersz. voogd over de kinderen van CornelisPietersz. Poot en Ariaentjen Andries Kleijweg, zie WillemCornelisz. Bijl, verklaring over de verdeling van de erfenis vanMartijntje Cornelis, in dato 6 november 1665. O.N.A. inv. no.: 781blz.: 289Poot, Huijbrecht Pietersz. voogd over de onmondige dochter vanDirck Gerritsz. Peurman, zie scheiding van de nagelaten boedel vanJannetge Cornelisdr., in haar leven weduwe van Gerrit Dircxsz.Peurman, in dato 10 januari 1664. O.N.A. inv. no.: 769 blz.: 583zie reeckeningh, bewijs ende reliqua van wijlen JannetgeCornelisdr., in haar leven weduwe van Gerrit Dircxsz. Peurman, indato 16 november 1662. O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 385 Testamentairevoogd, zie rekening, bewijs ende reliqua van wijlen JannetjeCornelisdr., in haar leven weduwe en boedelhoudster van GerritDircksz. Peurman. 27 nov. 1663. O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 889Poot, Huijbrecht Pietersz. gewezen testamentaire voogd enadministrateur van de goederen van wijlen Jannetge Cornelisdr., inhaar leven weduwe en boedelhoudster van Gerrit Dircxsz. Peurman,zie Cornelis Jacobsz. Doelman, in dato 10 januari 1664. O.N.A. inv.no.: 761 blz.: 953 zie reeckeningh, bewijs ende reliqua van wijlenJannetge Cornelisdr., in haar leven weduwe en boedelhoudster vanGerrit Dircksz. Peurman, in dato 19 november 1664. O.N.A. inv. no.:761 blz.: 1309 testamentaire voogd, zie reekening, bewijs endereliqua van wijlen Jannetge Cornelisdr., in haar leven weduwe enboedelhoudster van Gerrit Dircksz. Peurman. 8 sept. 1666. O.N.A.inv. no.: 762 blz.: 603Poot, Huijbrecht Pietersz. testamentaire voogd over Lijsbeth DircksPeurman, de huisvrouw van Joris van Eeckeren, notaris binnen deBrielle, zie aldaar, in dato 8 september 1666. O.N.A. inv. no.: 762blz.: 627Poot, Cornelis Pietersz. gehuwd met Ariaentje Andries Kleijweg,overleden, zie Willem Cornelisz. Bijll, gehuwd met Lijsbeth PietersPoot, wonende te Schiedam, verklaring over de verdeling van deboedel van Martijntje Cornelis, in dato 6 november 1665. O.N.A.inv. no.: 781 blz.: 289Poot, Lijsbeth Pietersz. gehuwd met Willem Cornelisz. Bijll,wonende te Schiedam, dochter van Pieter Pietersz. Poot en


Martijntje Cornelis, beiden za., zie Willem Cornelisz. Bijllvoorn., verklaring over de erfenis van haar moeder, in dato 6 nov.1665. O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 289Poot, Pieter Pietersz. gehuwd met Martijntje Cornelis, overleden,vader van o.a. Lijsbeth en Dieuwertje Pieters Poot, zie WillemCornelisz. Bijll, zijn schoonzoon, wonende te Schiedam, verklaringover de verdeling van de nagelaten goederen van Martijntje Cornelisvoorn., in dato 6 november 1665. O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 289Poot, Pieter Pieters Belending van een stuk land, gelegen in deNoordketel aan de Groeneweg, zie Trijntgen Jacobsdr., weduwe vanCornelis Pieters Groenewegen, in dato 18 februari 1636. O.N.A. inv.no. : 755 blz. : 312Poot, pieter Pietersz den Ouden, koopt een negende part van eenmarge lant, gelegen in Spalant, van Claes Louwris Schans c.s. indato 1 october 1633, zie O.N.A. inv. no. : 755 blz. : 155Uit dit huwelijk:1. Lijsbeth Poot, geb. ca. 1605, tr. Willem Cornelisz.2. Cornelis Pieterszn Poot, geb. ca. 1608, bouwman Korte BuurtMaasland, ovl. na 1655, tr. (1) Jopjen Jopjesdr, overl. v. 1655,tr. (2) Arjaantje Andriesdr Cleywegh, ovl. na 1660.3. Huibrecht Pieterszn Poot, geb. ca. 1610, bouwman Kethel Spaland,overl. Kethel ca. 1-1692, begr. Kethel, tr. (1) Kethel 29-12-1635Neeltje Pietersdr, overl. 1644.4. Neeltje Poot, (= nr. 6085).5. Diewertje Pietersdr Poot, geb. ca. 1616, overl. Schipluiden,otr. Vlaardingen 12-11-1644, tr. Kethel 4-12-1644 Joris CorneliszSuiderend, geb. te Maasland, bouwman, begr. Vlaardingen 20-9-1682.6. Annetje Pietersdr Poot, geb. ca. 1618, tr. (1) Jan Jansz op deVaert, geb. 's-Gravenzande, zeeman, overl. na 1644, tr. (2) JanPieters, zeeman.7. Simon Pieterszn Poot, geb. ca. 1620, bouwman, overl. Schipluidenna 1680.8. Dirk Pieterszn Poot, geb. Kethel ca. 1622, bouwman Kethel, begr.Kethel 13-4-1682, tr. Vlaardingen 10-8-1647 Maartje Jacobsdr,overl. Kethel v. 1682.12210. Jan Willemsz (van Overrijt, schepen van Souteveen) van Rijt, tr.12211. Aeltgen Ariens Olijslager (Oliman?).12224. Rutger Ligtermoet, ged. Deventer 24-2-1611 te Deventer,vastbinder, (o)tr. Deventer 28-1/12-2-163712225. Anneken Wolters.Uit dit huwelijk (allen ged Deventer):1. Wolter, ged. 6-12-1637.2./3. Elsken/Jan, ged. 21-4-1639.4. Goddert, ged. 27-10-1640.5. Arent, ged. 23-6-1642.6. Jan (= nr. 6112).7. Geertrui, (o)tr. (1) Deventer 10-4/2-5-1675 Berent Jansen, vanTwello, tr. (2) Deventer 17-9-1692 Aelbert Jansen, van Twello.12228. Cornelis Louwen Welghebore/Cleermaecker, tr.12229. Maritge Ariensdr.12230. Leendert Ariens Slickerveer, ged. Rijsoord 17-3-1595, (o)tr.Ridderkerk 14-8-162212231. Swaentje Jansdr., ged. Ridderkerk 13-2-1600.


12240. Dirck Jansz. van Delft, ged. Gorinchem 19-1-1620, begr. Gorinchem16-9-1654, tr. Gorinchem 6-9-164212241. Hijbertien Gerritse Verborch.Uit dit huwelijk:1. Jan Dircksz.2. Grietien Dircksdr.3. Cornelis Dircksz.4. Peter Dircksz.5. Pieter Dircksz.12242. Philip du Planc, tr. Gorinchem 7-3-164512243. Jenneke Lowijs.12244. Arij van der Hout, te Moordrecht, tr.12245. Emmigje Fransen.12246. Willem Jacobsz. Mul, geb. Zevenhuizen 1619, overl. na 1682, tr.(1) Zevenhuizen 15-1-1640, tr. (2) 16-3-1651 Jannetgen AalbertsBoon, geb. Moordrecht 1609, dochter van Aelbert Cornelisz Boon enLenertsdr. Aeltgen (Aeltje).12247. Leentje Roke.Uit het eerste huwelijk:1. Marrigje, geb. Zevenhuizen, tr. Zevenhuizen 20-1-1669 GerritGerrits.2. Neeltje, (= nr. 6123).Uit het tweede huwelijk:3. Lijsbeth Willems, geb. Zevenhuizen, tr. Zevenhuizen 13-3-1678Cornelis Maertens van der Wilt, ged. Moordrecht 19-11-1656, overl.Zevenhuizen 23-10-1716.12256. Frans Cornelisse Nelemaet, (o)tr. Hillegersberg 14-9/13-10-1633,(o)tr. Zevenhuizen 18-9/16-10-163312257. Maertge Cornelisdr.Een Frans Cornelisse komt op 3-2-1633 1669 en 18-3-1634 voor in hetrechterlijk archief van Zevenhuizen; onduidelijk is, of het onzeman betreft. Dat geldt ook voor vermelingen als getuige bij tweeakten, opgemaakt bij notaris P. Pits: op 11-10-1634 en 14-3-1635 1670 .Ongetwijfeld is hij wel dezelfde man met die naam die op 31-1-1670– zonder patroniem - als belender voorkomt in het rechterlijkarchiefvan Overschie 1671 .In het Rotterdamse archief komt op 13-2-1634 een Claus Nelemaatvoor als schuldeiser 1672 .Nergens wordt duidelijk, of Maertge/Maartje Cornelis nu de moederis van de kinderen; op basis van de vernoeming lijkt het welaannemelijk.Kinderen (vermoedelijk; op basis van doopgetuigen bij zijn zoonPleun en vernoemingen bij hun eigen kinderen; volgorde nietduidelijk):Crijntje Frans, tr. Overschie 15-5-1667 Dirck Willems Kerkhoff(Dirck Admiraal).Pleun (= nr. 6128).Cornelis Frans Nelemaat, tr. Neeltje Willems Terbregge.Teuntje Frans Nelemaat, begr. Hilligersberg 27-8-1708, tr.Hillegersberg 15-3-1665 Dircks Jacobse van Alphen.Bastiaan Frans.Ariaentje Frans.Trijntje Frans.Pieter Frans Nelemaat, jongeman, afkomstig van Schiebroek, wonendete Krooswijk, (o)tr. Rotterdam 11/25-8-1675 Marij Jans van Breda.


12258. Abraham Jansz. Heckenhoeck/Heckenhouck 1673 , ged. Kethel 23-3-1625,bode en schepen op ’t Dorp (Kethel), medestander van de pachtervan het hoorngeld over Delft en Delfshaven, pachter van de impostop de zeep over Schiedam, pachter van de impost op de wijnen overSchiedam, pachter van de impost op brandewijn, en gedistilleerd,pachter van de impost op bier over Vlaardingen, pachter van deimpost op brandewijn over Vlaardingen, pachter van de impost ophet gemaal, pachter van het hoorngeld in de dorpen van Overmaes,gaarder van de verpondingen over Kethel en Kethel-ambacht,kapitein in Kethel, heilige geestmeester van Kethel, geb. ca.1625, overl. na 31-7-1696, tr. (2) Kethel 4-12-1650 LijsbethJansdr. van Neck, in ’t Ambacht van Vlaardingen, otr. (3)12-4-1662 Trijntje Pietersdr. Maerleveld, van Kethel, tr. (1)12259. Aechtgen Jansdr.Abraham komt zeer vaak voor in het rechterlijk archief: op 10-11-1682 1674 tekent hij een kwitantie, hij blijkt afkomstig uit Kethel.Op 4-6-1683 1675 is hij aanwezig als getuige wanneer Margaretha deVos haar testament wijzigt. Op 23-6-1687 1676 blijkt hij voogd tezijn over Teunis Quirijnse Verhoeck, kind van Quirijn JacobsVerhoeck en Magdaleentje Outraet. Op 23-7-1687 1677 wordt hij tweekeer genoemd als medestander van de pachter van het hoorngeld overDelft en Delfshaven.Abraham komt ook zeer vaak voor in het rechterlijk archief vanSchiedam. Het gemeentearchief heeft een zoekmogelijkheid viainternet 1678 . De volgende vindplaatsen komen uit die digitale bron.Abraham Heckenhoeck, Jansz. gehuwd met (1) Aeltge Jans, (2)Lijsbeth Jansdr., gerechtsbode, wonende te Kethel. Maakt met zijntweede echtgenote een testament, waarbij hij aan haar legateertkleren, 4000 gulden en het ongemunte goud en zilver, terwijl hijtot zijn erfgenaam benoemt, Maertgen Abrahams, geboren uit zijneerste huwelijk, en de kinderen uit zijn tweede huwelijk, terwijlhij tot voogden over zijn minderjarige erfgenamen benoemt Arien enIsaacq Jansz. Heckenhoeck en waarbij de vrouw hem tot universeelerfgenaam benoemt, mits deze aan haar familie 6 gulden uitkeert,terwijl hij aan de kinderen bij meerderjarigheid of eerder huwelijktezamen 2000 gulden moet uitkeren en hij haar kleren na haaroverlijden zal moeten laten verkopen door de voogden over haarkinderen Cornelis Poldervaart en Arien Dircxsz., Jonghste. 1oktober 1661 O.N.A. inv. no.: 778 blz.: 177Abraham Heckenhoeck, gehuwd met Trijntge Pietersdr., gerechtsbode,wonende in het dorp Kethel. Maken hun testament, waarbij de man totzijn erfgenamen benoemt de kinderen uit zijn eerste huwelijk enzijn huidige echtgenote voor een kindsgedeelte, terwijl de vrouwhaar echtgenoot tot haar universeel erfgenaam benoemt, mits dezeaan haar kinderen bij meerderjarigheid of eerder huwelijk 1000gulden uitkeert, en benoemen tot voogden over hun minderjarigeerfgenamen voor de man Arien en Isaack Heckenhoeck, zijn broeders,terwijl de vrouw haar echtgenoot tot voogd benoemt. 15 dec.1662O.N.A. inv. no.: 778 blz.: 313Zie: Crijn Jacobsz. Verhoeck, bakker, testament. 26 juli 1660O.N.A. inv. no.: 778 blz.: 49.Zie Dirck Bisdommer, verklaring. 22 sept. 1671 O.N.A. inv. no.: 774blz.: 626.Zie Pieter Courisz. van der Schans, 8 nov. 1673 O.N.A. inv. no.:774 blz.: 1270


Abraham Heckenhoeck, gerechtsbode te Kethel.Zie Jan Cornelisz. Cleij. 25 augustus 1668 O.N.A. inv. no.: 773blz.: 1005.Zie Joris Jorisz. Broeck, wonende in het ambacht Kethel, transportvan enige dieren. 10 april 1671Abraham Heckenhoeck, gerechtsbode te Kethel, en Johan Duneveld,deurwaarder van de gemenelandsmiddelen te Schiedam, verklaren opverzoek van Nicolaes Bovens, gemachtigde van Willem Coenraetsz. vanLin, pachter van de impost op wijn te Schiedam, dat zij metNicolaes Bovens voorn., Nicolaes Breda, plaatsvervanger van dehoogbaljuw van Delfland, en Leendert Pietersz. Patijn, schepen vanhet dorp en de ambacht van Kethel, bij Adriaen Adriaensz. van derHout, zijn geweest alwaar zij een tonnetje wijn hebben gevonden,waarin goede wijn had gezeten. 31 okt. 1666 O.N.A. inv. no.: 781blz.: 465 Zie: Johan Duneveld voorn. verklaring inzake een verhoor.12 nov. 1666 O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 485Abraham Heckenhouck, pachter van de impost op de wijnen overSchiedam, zie Cornelis Pietersz. Swanshouck, gerechtsbode vanSchiedam, in dato 28 juni 1664 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 1149wonende in de dorpe van Kethel. Zie: Willem post, wonende totDelft, in dato 13 maart 1665 O.N.A. inv. no.: 762 blz.: 33. Zie:Arijen Bastiaensz. Spruijt, wonende in de heerlijkheid van Rhoon,in dato 25 aug. 1665 O.N.A. inv. no.: 762 blz.: 169 pachter van deimpost op de Waegh. Zie: Johan Duijnevelt, deurwaerder van desgemee<strong>nl</strong>ants middelen binnen Schiedam, in dato 8 mei 1666 O.N.A.inv. no.: 762 blz.: 427Pieter Huibrechtsz. Poot, diaken van de diaconie-armen te Kethel.En Johan Heckenhoeck, mede-diaken, verklaren als gemachtigden vande kerkeraad tesamen met Dirck Pleunen Jonghste, gemachtigde vanAbraham Heckenhoeck, heilige geestmeester van Kethel, MathijsPietersz. Verbeeck en Claes Cornelisz. Schoute, kerkmeesters vanKethel, te machtigen Maerten Kouwenhove de jonge, secretaris vanKethel, om van Arijen Arijensz. Jonghste te vorderen 300 gld., vanGerrit Pietersz. van 't Slot 500 gld., van Arijen Arijensz.Jonghste voorn. nog 100 gld., en nog 200 gld. en nog van LijsbethAbrahams, weduwe van Heindrick Arijens Ackersdijck 130 gld. 22-1-1687. O.N.A. inv. no.: 791 blz.: 13.Abraham Heckenhouck, testamentaire voogd over de twee nagelatenkinderen van wijlen Quierijn Jacobsz. Verhoeck, zie aldaar, in dato30 november 1668 O.N.A. inv. no.: 762 blz.: 1523 Zie: Inventarisvan de nagelaten goederen van wijlen Cornelisz. Poldervaert, indato 8 april 1670 O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 350. Zie Rekening,bewijs ende reliqua van wijlen Cornelis. Cornelisz. Poldervaert,overleden in de Ambachte van Kethel, in dato 29 september 1670O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 660Abraham Heckenhouck, pachter van de impost op de zeep overSchiedam, zie Matheeus Timmers, wijnkoper en cruijdenier binnenSchiedam,in dato 28 januari 1671 O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 777pachter van de impost op de olie en traan binnen Schiedam, zie JanDuijnevelt, deurwaarder, wonende binnen Schiedam, in dato 27februari 1671 O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 813 Zie: Inventaris van denagelaten boedel van wijlen Pieter Maertensz. Carel, overleden inde Ambachte van Ketel, in dato 29 september 1671 O.N.A. inv. no.:763 blz.: 928


Abraham Heckenhouck, zie rekeninge, bewijs ende reliqua van wijlenArent Jaspersz. Uittendoorn, in dato 18 juni 1663 O.N.A. inv. no.:761 blz.: 672 pachter van de impost op de wijnen over Schiedam.Zie: Jonas Pieter Jonasz. Bailliu en Schout van Schiedam, in dato19 december 1663 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 937 wonende in de Dorpevan Kethel. Zie: Willem Post, wonende tot Delft, in dato 28 maart1664 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 1037 voogd over het nagelatenweeskind van wijlen Crijn Jacobsz.Verhoeck, zie aldaar, in dato 26juni 1664 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 1145Abraham Heckenhoeck, zie: Adriaen Bruel, deurwaarder van degemenelandsmiddelen, wonende te Schiedam, verklaring.Abraham Heckenhoeck, wonende in de Dorpe van Kethel, heeft te innenvan Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck, medewonende in de Dorpe vanKethel, de somma van 1400 Car. guldens, in dato 30 october 1671O.N.A. inv. no.: 763 blz.: 973 Zie: Rekening, bewijs ende reliquavan wijlen Abraham Leendersz. Buijck, in zijn leven Schout vanVlaardingen Ambacht, in dato 9 januari 1674 O.N.A. inv. no.: 764blz.: 440Abraham Heckenhoeck, zie: Pieter Arentsz. Heijmondt, verkoop vanhuis ter delging van schuld. 11 juni 1665 O.N.A. inv. no.: 779blz.: 83Abraham Heckenhouck, pachter van de impost op het gemaal. Zie:Verklaring van Leendert Ariens van der Werve, bakker te Schiedam.20 oktober 1671 O.N.A. inv. no.: 774 blz.: 642 Zie: Jacob Beijensz.18 juni 1658 O.N.A. inv. no.: 771 blz.: 638 Zie: Johan Blauecamer.6 feb. 1662 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 898 Zie: Mathijs Cool. 20maart 1662 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 962 Zie:Cornelis Swanshoeck.16 aug. 1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1474 Zie: Jacob Bernou. 6okt. 1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1494 Zie: Jacob Bernou. 30okt. 1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1506 Zie: Jacob Bernou. 6 nov.1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1522 Zie: Lourens Cluppelholt. 1dec. 1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1564 Zie: Lourens van derWiel. 17 dec. 1663 O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1568Abraham Heckenhouck, pachter, zie Michiel Back, wonende teSchiedam, machtiging tot behartiging van belangen, 20-1-1690.O.N.A. inv. no.: 791 blz.: 821 zie Johannis Heckenhoeck, gehuwd metMaertje Jacobs de Jong, wonende te Kethel, borgstelling voor hembij de verpachtiging der Imposten, 13 maart 1699. O.N.A. inv. no.:795 blz.: 697Abraham Heckenhouck, pachter van de impost op brandewijn, engedistilleerd, zie Abel Cneppelhout, wijnroeijer te Schiedam,verklaring over een onderzoek naar brandewijn, in dato 30 dec.1689. O.N.A. inv. no.: 789 blz.: 1075Abraham Heckenhouck, wonende in de dorpe Kethel, zo voor zich alsvoor Willem Post, wonende tot Delft, beide pachters op de bierenover Vlaardingen, verlenen acte van procuratie aan Jan Benier,procureur voor de Gerechte van Vlaardingen, in dato 18-1-1687.O.N.A. inv. no.: 767 blz.: 1127 zie inventaris van de nagelatenboedel van wijlen Leendert Jansz. Sterrenburg, in dato 20 mei 1688.O.N.A. inv. no.: 768 blz.: 156Abraham Heckenhouck, echtgenoot van Lijsbeth Jans, zie inventarisvan de nagelaten boedel van Grietge Pietersdr., in leven weduwe vanTheunis Bastiaensz. Outraedt, in dato 28 mei 1658 O.N.A. inv. no.:769 blz.: 393 Zie: Sommiere staet van de boedel van wijlen CornelisWillemsz. Bijll, in zijn leven Schout van Kethel, in dato 24


februari 1661 O.N.A. inv. no.: 769 blz.: 438 Zie: Inventaris van denagelaten boedel van wijlen Crijn Jacobsz. Verhouck, in levenechtgenoot van Magdaleentge Thonis Outraet, weduwe, in dato 4 juni1663Abraham Heckenhoeck pachter van de impost op bier te Schiedam. Zie:Cornelis Gerbrantsz., biersteker, wonende te Hoogvliet, machtiging12 feb. 1667 O.N.A. inv. no.: 779 blz.: 289 Zie: Jacob Default,deurwaarder van de gemenelandsmiddelen te Vlaardingen, verklaringinzake een verkeerde opgave over de impost op het bier. 13 augustus1667 O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 559Abraham Heckenhoeck, pachter van het hoorngeld in de dorpen vanOvermaes. Zie: Jan Dircxsen Goedtbier, landbouwer, wonende teHoogvliet, machtiging. 19 augustus 1667 O.N.A. inv. no.: 779 blz.:445Abraham Heckenhoeck, Pachter van de impost op wijn over Schiedam,zie Adriaen van den Elaert, gerechtsbode te Schiedam, verklaringover een visitatie, in dato 19 juni 1684. O.N.A. inv. no.: 789blz.: 301 voorm. impostmeester, zie Hendrick van der Burgh,herbergier te Schiedam, schuldbekentenis, 7-1-1685. O.N.A. inv.no.: 790 blz.: 559Abraham Heckenhoeck, wonende in het dorp Kethel, pachter van deimpost op bier over Vlaardingen, mede als gemachtigde voor WillemPost, wonende te Delft, mede-pachter, machtiging Jan Benier,procureur voor het Gerecht van Vlaardingen, 18-1-1687. O.N.A. inv.no.: 767 blz.: 1127Abraham Heckenhoeck, pachter van het hoorngeld over Vlaardingen,zie Maerten Claesz. van der Meer, schepen van Babberspolder,verklaring, in dato 21 september 1676. O.N.A. inv. no.: 775 blz.:511Abraham Heckenhoeck, kapitein in Kethel, geeft machtiging aanCornelis van Gesel, notaris en procureur te Schiedam, 6 juni 1682.O.N.A. inv. no.: 766 blz.: 1209Abraham Heckenhoeck, Gerechtsbode, wonende te Kethel, zie AdriaenCruijck, regent van het weeshuis te Schiedam, akte van insinuatiein dato 11 april 1684. O.N.A. inv. no.: 790 blz.: 381Abraham Heckenhoeck, wonende te Kethel, zie reeckeningh, bewijsende reliqua van Abraham Leendersz. Buijck, 12 april 1677. O.N.A.inv. no.: 765 blz.: 109 zie Joris Jacobsz. van der Valck, 24 mei1675. O.N.A. inv. no.: 764 blz.: 1040 geeft machtiging aan Hendrickde Man, procureur, in dato 19 februari 1678. O.N.A. inv. no.: 765blz.: 557 zie Gerrit Cornelisz. Post, wonende te Kethel, voor wiehij borg staat, in dato 18 dec. 1675. O.N.A. inv. no.: 764 blz.:1317Abraham Heckenhoeck, gaarder van de verpondingen over Kethel enKethel-ambacht, zie Arien Ariensz. Jonghste, bouwman in Kethelambacht,transport van koeien ter delging van schuld aan deverponding etc., in dato 28 dec. 1683. O.N.A. inv. no.: 789 blz.:245Abraham Heckenhoeck, pachter van de impost op brandewijn overVlaardingen. Zie Adriaan van Bruel, deurwaarder van degemenelandsmiddelen te Schiedam, verklaring inzake een valseaangifte voor de impost op brandewijn. 3 feb. 1670 O.N.A. inv. no.:781 blz.: 807


Abraham Heckenhoeck, wonende te kethel, zie reeckeningh, bewijsende reliqua van Abraham Leendersz. Buijck, 12 april 1677. O.N.A.inv. no.: 765 blz.: 109 zie Joris Jacobsz. van der Valck, 24 mei1675. O.N.A. inv. no.: 764 blz.: 1040 geeft machtiging aan Hendrickde Man, procureur, in dato 19 februari 1678. O.N.A. inv. no.: 765blz.: 557 zie Gerrit Cornelisz. Post, wonende te Kethel, voor wiehij borg staat, in dato 18 dec. 1675. O.N.A. inv. no.: 764 blz.:1317Abraham Heckenhoeck, gehuwd met Trijntje Pieters (Maerlevelt),wonende te Kethel, zie Trijntje Pieters Maerlevelt voorn., in dato30 maart 1679. O.N.A. inv. no.: 765 blz.: 953 vader van JohannisHeckenhoeck, zie Pieter Heckenhoeck, zijn zoon, wonende teVlaardingen, testament, 31 juli 1696 O.N.A. inv. no.: 794 blz.: 253zie Cornelis Jansz. van der Bijll, herbergier te Kethel,verklaring, in dato 30 mei 1681. O.N.A. inv. no.: 780 blz.: 1243Abraham Heckenhoeck, pachter van het hoorngeld in de dorpen vanOvermaas. Zie: Jacob du Fault. 28 mei 1667 O.N.A. inv. no.: 773blz.: 539 Zie: Adriaen van Bruel. 12 juli 1667 O.N.A. inv. no.: 773blz.: 559 Akte van transport door Jacob Cornelisz.en Jan Cornelisz.van der Burch ten behoeve van en aan voorn. Abraham Heckenhoeck. 11mei 1669 O.N.A. inv. no.: 773 blz.: 1343 Zie: Adriaen van Bruel 1juni 1669 O.N.A. inv. no.: 773 blz.: 1409 voorn. AbrahamHeckenhoeck, wonende in Kethel Ambacht, legt op verzoek van AdriaenHodenpijl, pachter wo. te Amsterdam, een verklaring af over eengeschil tussen hem, Hodenpijl, en Isaac Heckenhoeck, pachter vanhet zout en het hoorngeld voor Vianen, wonende te Dordrecht. Ook devrouw van Abraham Heckenhoeck, Trijntge Pieters, is daarbijtegenwoordig geweest en ondersteunt de verklaring van haar man. 9augustus 1669 O.N.A. inv. no.: 773 blz.: 1487Abraham Jans Heckenhouck, oud omtrent 31 jaren, bode van de Dorpeende Ambachte van Kethel, Cornelis Cornelisz. Poldervaert, ouomtrent 36 jaren, en Jacob Jansz., oud omtrent 35 jaren, beidenwonende in de Ambachte van Kethel, compareerden 23 september 1656,en legden ten verzoeke van Diederich van Schagen, Vrijheer vanGoudriaen etc. een verklaring af betreffende het betalen van delandpacht ende impost op de hoorengelden en besaeijde landen overde stad Schiedam. Zie ook in dit verband Maerten Arijensz.Soetermeer en Dirck Cornelisz. Bijll O.N.A. inv. no.: 759 blz.:1135Abraham Jans Heckenhouck, bode in de Kethel, en zijn huisvrouwElisabeth Jansdr., compareerden 10 mei 1651 tot het maken van huntestament, waarin ten eerste de testateur bepaalt, dat zijntegenwoordige huisvrouw zal genieten een legaat van 2000 cg., en inde andere goederen, welke hij met de dood zal komen te ontruimen,benoemt hij tot zijn universele erfgenamen zijn dochter MaertgenAbrahams Heckenhouck, gewonnen bij zijn eerste huisvrouw AechgenJans, mitsgaders de kind of kinderen, die uit Elisabeth Jansdr.zullen worden geboren, benoemt tot voogden zijn vader Jan Dircxsz.Heckenhouck en zijn swager Steffen Pietersz., de Testatrice benoemttot haar universele erfgenaam haar man van alle goederen, enwanneer er kind of kinderen komen, zal haar man deze moetenalimenteren enz. en bij mondige dage of huwelijk 200 Car. guldensuitkeren O.N.A. inv. no.: 776 blz.: 279Abraham Jans Heckenhouck, zoon van Jan Dircxsz. Heckenhouck,wonende in de dorpe van Kethel, zie aldaar in dato 22 september1660 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 1003 benoemde tot voogd, broedervan Isaac Jansz. Heckenhouck, wonende in de dorpe van Kethel. Zie


aldaar, in dato 20 april 1662 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 109 Ziereeckening, bewijs ende reliqua van wijlen Arent Jaspersz.Uijttendoorn, in dato 7 juni 1662 O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 195Pieter Heckenhoeck, gehuwd met Arentje van Epenhuijsen, wonende teVlaardingen maken hun testament, waarbij de man zijn vrouw toterfgenaam benoemt voor een kindsdeel, en als er geen kinderen bijzijn overlijden in leven zijn, tot universeel erfgenaam, mits zijdan aan zijn broeders en zusters 1000 gld. uitkeert, en waarbij devrouw de man tot universeel erfgenaam benoemt, mits hij aan hunkinderen bij meerderjarigheid of eerder huwelijk 1200 gld.uitkeert, en indien zij kinderloos als eerste overlijdt, aan haarouders, indien deze nog leven, 1200 gld., terwijl de vrouw de mantot voogd over haar minderjarige erfgenamen benoemt en de man zijnvrouw, terwijl hij tot voogden over zijn voorkinderen benoemtAbraham Heckenhoeck, zijn vader, Johannis Heckenhoeck, zijnbroeder, en Jacobus van der Kemp, zijn zwager, in dato 31 juli1696. O.N.A. inv. no.: 794 blz.: 253Uit het eerste huwelijk:Maartje (= nr. 6129).Uit de andere huwelijken (volgorde niet duidelijk):Jannetje Abrahams; doopgetuige bij een kind van Maartje Abrahams.Marijtje Abrahams; doopgetuigen bij een kind van haar en GerritDirks zijn Maartje en Jannetje Abrahams.Pieter Heckenhoeck, van Ketel, (o)tr. Hillegersberg 15-11/2-12-1691, tr. Rotterdam 18-11-1691 Arentje van Epenhuijsen.12264. Claas Abrahamsz. Noorlander, tr. (1) Gouda 25-4-1641 MarritjeJansdr., tr. (2)12265. Annitje Pieterdr. Versloot 1679 , geb. ca. 1625, overl. Stormpolder,begr. Ouderkerk aan de IJssel 28-9-1679Klaas woonde in de polder De Cromme onder Ouderkerk aan de IJssel.Hij komt aldaar voor in het RA, inv. 21 en 22, d.d. 5-5-1671, 3-12-1674 en 18-1-1679.Annetje testeert Gouda 16-3-1673.Uit het tweede huwelijk:1. Abraham (1652-1734).2. Jan (= nr. 6132).3. Barber (1656-1689).4. Leendert (1659-1734).5. Cornelis (1662-1740).6. Willem, ca. 1665.7. Isaak, ca. 1668.12266. Cornelis Jansz. Ouwejan, tr.12267. Marrigje Jacobsdr.12268. Jan Aertsz. Ligthart, van Krimpen aan de Lek, tr.12269. Pleuntje Pieters.Het echtpaar was woonachtig te Lekkerkerk, vermeld in 1651. 168012270. Cornelis Pietersz, tr.12271. Annigje AriensdrWoonachtig te Lekkerkerk. 168112288. Conrad Wechter, vermeld te Gambach in 1608-1610.


In 1587 is er in de ‘Einwohnerverzeichnis’ van Gambach nog geesnsprake van de familienaam Wechter, maar in 1608 komt Conrad voor inhet oudst bewaard gebaleven ‘Beedheft’, belastingregister. Hijbetaalt 6 Thurnos (Frankfurter Thurnos/Turnos) en valt daarmee inde middelklasse. Waarschij<strong>nl</strong>ijk woonde Conrad in de Hofseite nr.59, tegenwoordig: Bornegasse 19. In de Beedheften van 1610 komt hijnog voor, maar daarna ontbreken de jaargangen tot 1635, zodatonduidelijk is, wanneer hij overleden is.12412. Myster Jan de Pellewever, te Wageningen.Hij huurt in 1668 een huis in de ‘Buenegestrat’ te Wageningen.Omdat zijn vermoedelijke kleindochter, Geertje Woutersdr. Van derHorst, daar ook woonachtig is, ga ik er opbasis van de tijden, denamen en de woo<strong>nl</strong>ocatie vanuit, dat het om deze filiatie gaat.13456. Wybe Jacobs, tr.13457. (?) Swaantje N.N.13704. Hermen Broeckhuis.In oktober 1618 wordt te Zwolle een Herman Broeckhuys vermeld; bijhem op ‘die Luir’ woont dan ene Lucas Lubberts 1682 .Kinderen (verwantschap onderling niet zeker; volgorde onduidelijk):1. Hendrik. Hendrik, zoon van wijlen Hermen Broeckhuijs (o)tr.Zwolle maart/15-4-1645 Marijke Matthias van Beynem (o.a zoonHermen, ged. 16-1-1646).2. Aaltien. Aaltje, nagelaten dochter van Hermen Broeckhuis (o)tr.Zwolle februari/19-4-1635 Jan Jansen van Schutdrop (sic!).3. Egbert (= nr. 6852). Op 23-7-1626 wordt te Zwolle ged.: Egbert,zoon van Hermen Egberts. Er is geen familienaam vermeld, dus het isonduidelijk, of het om de goede zoon Egbert gaat. Nader onderzoek.13706. Jan/Joan Grasdorp, tr. 162713707. Merretien Freeriks.Joan woont bij zijn huwelijk on de Luttekestraat te Zwolle.Uit dit huwelijk:1. Engele, overl. 1663.2. Janneke (= nr. 6853).13952. (?) Gerrit Jansz., afkomstig van Ottenstein (bij Ahaus Westfalen),soldaat onder kapitein Holst, tr. (1) N.N., tr. (2) Nijmegen13-5-163213953. (?) Stijn Aerndtsdr. van Dockum, tr. (1) Hans Velten.13954. Matthijs Gerritsz. van Hausselt, eigenaar van een brouwerij en eenrosmolen te Rossum, tr.13955. Aelken Sandersdr. de Bije.13960. Adriaen Wouters de Gier, gegoed in Brakel., tr.13961. N.N.Op 7-10-1598: Adriaen Wouters, broeder van Jan Wouters wonende teKerkwijk, koopt hofstad binnen Brakel (Loofsignaat Zuilichem).Uit dit huwelijk:1. Wouter de Gier Adriaens, schout van Herwijnen 1649-65, tr.Baetgen van Bijsterveld, (dochter van David van Bijsterveld enHenderske Martens). 2.2. Huibert de Gier Adriaens, schepen van de hooge en vrijeheerlijkheid Ammerzoden en Wel1 1649, tr. (1) Marike Jans, tr. (2)Marike Mathijs van Valkenburg, dochter van Mathijs Hendriks,burgemeester van Ammerzoden en Arike Dirks)).


3. Peter de Gier Adriaens, geb. Well, overl. 1658, nabuur teGameren, (o)tr. (1) Wel1/Garneren 18-3/1-4-1638, Grietje Jans, wed.Gerard Walravens, tr. (2) Grietje Tonisse van Hooff, wed. PieterHoos.4. Lysken de Gier Adriaens, tr. Wel1 17-12-1643 Otto Janse van derSteegh, wewnaar Jenneke Dirks,5. Maurits, (= nr. 6980).6. Jan de Gier Adriaens, overl. v. 1714, vorster der vrijheidOisterwijk, tr. N.N.13968. Peter Peters de Gier, geb. 1558, overl. medio 1636, buurmeesterVan het kerkdorp Driel (1590-1591), schepen in de Hoge Bank vanDriel (1596-1636), tr. (1) Heesken Jan Saersensdr. van Lith 1683 ,overl. (kinderloos) 1581, Peter tr. (2)13969. Agnees Dirksdr. de Burchgraef.21-8-1581 Jan van Lith Jans als volmacht van Cornelis Jans zijnbroeder en als voogd van Mariken Jans onmundig nagelaten kindvoldoet Peter de Ghier Peters zijn zwager,volgens den huwelijkse voorwaarden aangegaan met Heesken, synsuster. (Dingsignaat Driel)24-1-1582 Jan van Lith en Cornelis de Joede, erfgenamen van NeeskenJans hun zuster (Dingsignaat Driel).23-4-1583 Peter de Ghier Peters ter eenre en Johan van Lith Jansvoor hemself en als momber over Ot Claesz. nagelaten kinde en JanBrantsz als volmachtich Cornelis Janszde Jeude met Hillebrant de Ghier Dirks als bloetverwant ter anderezijde verzoeken schepenen van Drie1 een uitspraak over eenmisverstand nopens tocht- en huwelijksenotule tusschen Heesken JanSacrszdr. echtehuisvr. van Peter de Ghier Peters in haar leven enen Peter de Ghier gemaeckt en opgericht (Dingsignaat Drie]).13-7-1600 Metken Dirks de Borggreeve vermaeckt een kraemkleed enhul aan haar zuster Neesken. (Loofsignaat Drie]).16-6-1593 Peter de Ghier Peters en Agnies de Borghgreve Dirksbeleend met tienden onder Almkerk en Uitwijk (Navorscher XLVIII,650).1619 Peter de Gier, oud omtrent 61 jaren en 26 jaren, schepengeweest van Drie1 getuige in civiel proces Hof van Gelre. (Inv.1619 no. 10).13980. Noach/Noel Bellingan, schoolmeester, overl. Driel 15-11-1691, tr.Hellouw 164213981. Maaijken Abrahams Rosa, overl. Woudrichem 16-11-1648.1. Floris, (= nr. 6990).2. Mariken/Maria, geb. Uitwijk 18-3-1645, lidmaat te Driel 25-12-1661, overl. Driel 1-12-1673, otr. Deil en Driel 15-9-1667, tr.Driel 6-10-1667 Henricus van Holten, overl. 1682. 16843. Abraham, geb. Woudrichem 23-7-1647, overl. Woudrichem 16-1-1649.13982. = nr. 13954.13983. = nr. 13955.14048. Dirck Gerardsz. van Genderen, geb. ca. 1590, schepen (1627-1639),weesmeester (1631), manhuismeester (1639) en richter (1642-1643)van Nederhemert, overl. v. 25-4-1649, tr. ca. 162014049. Catalijn Jandr. van Hemert, overl. tussen 4-12-1656 en 16-5-1665Uit dit huwelijk:1. Aart Dircksz. van Genderen, manhuismeester (1650), borgemeester(1658), buurmeester (1653), schepen 1648-1660 en dijkgraaf vanNederhemert, overl. tussen 29-9-1677 en 21-12-1681, tr. v. 16-5-


1665 Geertruid van Rheenen Goossendr., overl. na 21-12-1681, weduwevan de vaandrig Jacques Mannaert. Uit dit huwelijk nageslacht.2. Gerard (= nr. 7024).3. Geertgen Dircksdr. van Genderen, tr. v. 1658 Wouter Woutersz. deCock, manhuismeester (1660) en schepen (1661) van Nederhemert,woont 1707 te Driel, overl. na 17-5-1707. Uit dit huwelijknageslacht.4. Lijsbeth Dircksdr. van Genderen, tr. Rotterdam 8-7-1664 MaartenRotshoeck, ged. aldaar 22-3-1639, garentwijnder, hopfactor, zoonvan Hieronymus Woutersz. Rotshoeck en Neeltje Cornelisdr. vanProoijen en weduwenaar van Geertruijt Rotshoeck.14050. Adriaen Sweersz. de Cock, schepen, keurmeester van Nederhemert,overl. na 1637, tr.14051. Lijske Jans Sijmonsdr. van Sprangh, tr. (2) Gerard van Dieden(= nr. 14070).14070. Gerard van Dieden, schout 1648-1671 en manhuismeester teNederhemert, overl. tussen 4-7-1671 en april 1674, tr. Nederhemertca. 164014071. Lijske Jandr. van Sprangh (= nr. 14051).14076. = nr. 14048.14077. = nr. 14049.14208. Hendrik Aertsz. van Geytenbeek, tr.14209. Cunera N.N.14212. Rijk Cornelissen van Blootenburg, boer te Hoogland, in Seldert ophet Hoghelant, overl. na 10-1605, tr.14213. Claesgen Dirksen.Octrooi om te testeren samen met echtgenote, 15 Okt 1603. Testeertmet zijn vrouw te Amersfoort op 15 Okt 1605 1685 .Uit dit huwelijk:1. Cornelis Rijcks (Van Rossem) van Blootenburg, overl. v. 1633.2. Jan Rijcks (Kruyff) van Blootenburg, overl. v. 1633.3. Gerrit Rijcksen van Blotenburg (= nr. 7105).4. Claes Rijcks van Blootenburg, overl. v. 1633, tr. TruitghenGerrits van Langelaar, dochter van Gerrit Matheusz vanLangelaar and Reyertje N.N.5. Geertgen Rijcksdr. van Blootenburg, tr. Hendrik Gerritsz deCruyff.6. Emmitgen Rijcks van Blootenburg.14214. Frans Adriaansz. van Triest, geb. Woudenberg ca. 1567, overl.Woudenberg 1652, tr ca. 159014215. Jannichjen Fransdr. van Ravesloot.Uit dit huwelijk:1. Anthonis van Triest.2. Gijsbertje van Triest, overl. na 1648, tr. Helmert Frans vanOvereem, zoon van Frans Hendriksen van Overeem en Dirkgen Franszen.3. Meijntje Fransdr. van Triest, tr. Evert Lambertsz., zoon vanLambert Gerritsz en Aaltje Meeuws.4. Adriaentgen Fransd. van Triest (= nr. 7106).5. Marijke Frans van Triest, tr. Adriaen Matheeusen vanLangelaer, zoon van Mattheus Gerritsz van Langelaar en AriaantjeSander Marcelisdr van Wolfswinkel.6. (?) Govertgen van Triest.7. Geertgen Fransdr. van Triest, tr. Amersfoort 15-4-1618 HendrikJansz. van Couwenhoven , tr. (2) 5-4-1632 Anthoni van Houf.14528. (?) Luijcken, Lubbert, Leffert ten Queckeboom, tr.14529. (?) Swenne N.N.


14608. Gerrit/Gerhard Lasonder 1686 , geb. Gronau tussen 1638 en 1641,burgemeester van Enschede (1679-1710), overl. tussen 1715 en 1722,tr. Gronau 29-6-166914609. Geesken Peek/Peck, geb. Gronau tussen 1637 en 1650, overl. na1-1-1722.Op 18-2-1698 compareren voor het Stadgericht te Enschede PeterGrevinck en Catharina Beckers, zijn huisvrouw, en bekennenopgenomen te hebben van Burgermeester Gerhard Laarsunder en GesinaPeck zijn huisvrouw.Uit dit huwelijk (geb. te Enschede):1. Christina Lasonder, geb. 1665-1675, overl. Enschede voor 1748,tr. voor 1690, Martijn ten Bouwhuijs, geb. Enschede 1660-1670,overl. Enschede 1744-1748, zn. van Goossen ten Bouwhuijs en Hilleketen Schipholt, olderman van het kleermakersgilde, assessorLandgericht.2. Barthold Lasonder, geb. 1670-1680, overl. Enschede 1738-1748,koster van de Geref. Kerk te Enschede, tr. Margaretha Matthaei,geb. Enschede 1678-1685, overl. Enschede v. 1748, dr. van GerritHzn. Matthaei, schoolmeester, en Fenneken Wolters Pothoff.Uit dit huwelijk geboren te Enschede:a. Rudolf Lasonder, geb. 1696-1710, overl. Enschede 1748-1755.b. Wolter Lasonder, geb. 1705-1715,, overl. Enschede na 1774.c. Margaretha Lasonder, geb. 1700-1710, overl. Enschede na 1764,tr. Utrecht (schepenen) 13-5-1741, Balthasar Greve, geb. 1695-1705,overl. Enschede 1748-1755.d. Christina Lasonder, geb. 1707, overl. Enschede na 1737, otr.Amsterdam 31-5-1737 Willem Wegman, geb. Munster 1700-1710, overl.na 1737, weduwnaar van Catharina Pais.e. Gerhard Lasonder, geb. 1705-1715, overl. Oldenzaal na 1774.Gerhardus Lasonder, met een kind jonger dan 10 : Jannes Lasonder,en Regina Lasonder, en de dienstbode Christina Bekker, vermeldvolkstelling van ambt en stad Oldenzaal (1748).f. Fenne Geertruid Lasonder, geb. 1710-1720, overl. Enschede na1748, tr. voor 1738, Herman Scholten, geb. Enschede 1705-1715,overl. Enschede na 1748.g. Gesina Lasonder, geb. 1715-1725, overl. Enschede na 1764, tr.(1) v. 1753, Anthoni Reiger, geb. Enschede 1715-1725, overl.Enschede 1755-1758, zn. van Jan Reiger en Aaltje Bossier, tr. (2)Willem Wikke.h. Jan Berend Lasonder, geb. 1723, overl. Enschede 22-12-1808.3. Gesina Judith Lasonder, geb. 1675-1685, overl. Enschede 1738-1748, tr. Nicolaas Stoltenkamp, geb. Gronau 1675-1685, overl.Gronau 1749-1760, chirurgijn, procureur, burgemeester te Enschede.4. Laurens Lasonder, geb. 1680-1690, overl. Enschede voor 1748.5. (?)Anna Margaretha Lasonder, geb. 1670-1685 overl. Enschedevoor 1748,14610. Jan Stroink/Stroynck 1687 , geb. Enschede ca. 1646, burgemeester vanEnschede, overl. tussen 1714 en 1726, tr.14611. Ursula Becker, geb. Enschede 1645-1650, overl. tussen 1708 en1715, tr. (2), Engbert/Engelbert Lodewijk Laersonder, geb.Enschede 1645-1649, overl. Enschede voor 1721, zn. van LodewijkLasonder en Fenne ten Tije.Hij tr. v. 1715 Anna Jorissen, geb. Enschede 1665-1675, overl.Enschede na 1718, dr. van Pelgrom Jorissen en Aleida Brix.Jan treedt in 1699 op als momber van de kinderen van zijn zusterHarbertje Stroink en Jan Leurink.In de kwartieren Lapikas worden twee mogelijke vaders van Ursulavermeld: zij is mogelijk een dochter van Jan Becker, maar mogelijk


ook van Lucas Gerritsen Becker en Berta Schouwink (men denkt delaatste).Op 3-2-1698 compareren Willem van Lier en Aeltjen Paschen om geldop te nemen van Jan Stroinck en Arsele Beckers.Op 28-11-1709 compareren te Enschede Engbert Lodewijk Laersonder enOrsele Beckers syn huysvrouw.Richterambt Enschede, buurschap Lonneker: een tiende ter Hole toLoninghe.23-4-1726 : Judith Stroink na de dood van haar vader Jan Stroinkdie deze tiende op 23-7-1714 had gekocht. Hulder haar man LaurensLasonder.Uit haar eerste huwelijk (geb. te Enschede):1. Georgius Stroink.2. Rutger Stroink, geb. ca. 1675.3. Judith Stroink, geb. 1681.4. Janna Stroink, tr. Hendrik van Coesfeld.Uit het tweede huwelijk (geb. te Enschede:a. Aleida Lasonder, geb. 1652-1667, overl. Oldenzaal na 1734, tr.Oldenzaal v. 1685, Jacob Tegelaer, geb. Oldenzaal 1632-1667, overl.Oldenzaal voor 1734, zoon van Jacob Tegelaer.b. Engbert Lasonder, geb. 1683-1700, overl. Enschede 1748-1755.15040. Gerrit Lubbertsen van Ridderinckhof, van Arriën (Ambt Ommen),overl. v. 30-4-1626, vestigt zich als landbouwer te Hasselt, tr.15041. Griethe Claesdr. van Marckel.In de genealogie Ridderinkhof noemt A. Kroes te Hasselt ook demoeder van Gerrit: Jenneke Frijlink.Repertorium op de leen-, tins- enhofhorige goederen van het StiftEssen Schoutambt: Hasselt, buurschap Hoenbroek Erve und guede,gehieten ende genandt Isselham, gelegen in den gerichte unndkerspell van Hasselt. In 1619: "Het Langeslach t' Hasselt".Claes van Marckell na de dood van zijn vader Lubbert van Marckel(13-12-1580).Johann van Marckell na de dood van zijn vader Claes van MarckellGerryt Lubbertsen van Ridderinckhof als hulder voor zijn vrouw,gelijk eertijds daarmee Johan Claessen van Marckel beleend wasHendrick Gerrytsen Ridderinckhoff na de dood van zijn vader GerrydtLubberts Ridderinckhoff (op 30 april 1626).Uit dit huwelijk:1. Hendrick, tr. v. 1-1642 Sara Willemsen.2. Willem (= nr. 7520).3. Marckel, overl. verm. v. 1-1642.4. Lubbert, ged. Hasselt 2-2-1617, overl. verm. v. 1-1642.5. Armgartjen, ged. Hasselt 5-9-1619, overl. v. of in juni 1659,tr. v. 1-1642Sijbrant Tiebbes, overl. v. 10-1666.6. Jan, overl. verm. v. 1-642.7. Gerrit, meerderjarig tussen 10-1644 en 6-1648, tr. MetjeLamberts, van Amersfoort.15196. Teunis Wynersz., te Beulake.15198. Jan Roelofsz., te Beulake.15212. Jan Gijsbertsz. Mentinck, ged. Hasselt 13-12-1629, overl.Hoogeveen 1678, tr.15213. Anna Bonsjens.15214. Karst Petersz.15816. (?) Lubbert Ymhoff 1688 , geb. verm. Wielen (Uelsen) ca. 1580.


Generatie XV16384. Saco/Saecke Siercks, adelborst onder hopman Hans van Oldensloo(1621), rustmeester 1689 onder hopman Oldensloo (1623), pachter vande vijf speciën 1690 in Kollumerland, Achtkarspelen, Eestrum,Oostermeer en de meulen onder Kuikhorne, overl. Leeuwarden tussen18-1 en 13-2-1667 1691 , tr. v. 14-6-1628 Haescke Roeliffs 1692 , overl.Leeuwarden 27-11-1656 (`het wijf van Saecke Siercx, bij deVijs-marckt op de hoeck van de Conincxstraet’, ‘nae de Tuinen omna Becxterswaegh te brenghen') 1693 . Hij verwekt een voorechtelijkkind bij16385. Hendrikien Pieters, overl. (waarschij<strong>nl</strong>ijk ver) v. 15-5-1632 1694Op 31-7-1620 en 4-6-1621 1695 voert Sako Siercx, adelborst onderhopman Hans van Oldensloo, mede namens de andere erfgenamen vanwijlen Sierck Saeckes, hun vader, een juridisch gevecht tegen JanHarmens. Die was ‘adsistent van den Grietenie van Obsterlant’.De zaak gaat over de betaling van ruim 40 cg. van gekochte zaken bijhet boelgoed 1606, waarvan een extract bij de bijlagen (niet bewaardgebleven) geleverd is. Wel komt Jan Harmens een aantal malen alskoper voor bij het boelgoed (zie hieronder).Op 5-9-1623 1696 wordt te Leeuwarden een inventaris opgemaakt doorRinicus Atsma, burgemeester van die stad. Het gaat om de inhoud vaneen kist, staande ten huize van Jan Martens, toekomende aan SaackeSiercks, rustmeester van de compagnie van hopman Oldensloo. In deakte komen een aantal namen voor, waarbij de exacte verhouding nietdirect duidelijk wordt. De kist is door Trijntje Jarichs, huisvouwvan Gerrit Pieters, gelicht uit het huis van de voornoemde JanMartens. Er gaat waarschij<strong>nl</strong>ijk een rechtszaak aan vooraf, wantArent van Loon is de procureur van Saacke Siercks en Mr. Jacob vanCampen neemt zaken waar voor Trijntje en haar man. Duidelijk is wel,dat de kist afkomstig is uit het milieu van de Leeuwarderkleermakers: behalve Jan Martens zelf treden al getuigen op WillemHenricx en Henrick Hans, meester-snijders. Verdere getuigen Ebel..urus(?), evenals de beide voornoemde kleermakers gebuur van JanMartens, verder nog Lijsbethie Hans Oldensloo dr. en Dirk Gerbens.Wie zij zijn en wat hun verhouding is tot Saecke of de anderepersonen, blijft diffuus.De inhoud van de kist bestaat voornamelijk uit stoffen envervaardigde kleding en bevat tevens de ‘conterfeitsels van SaeckeSiercks en zijn huisfou’ 1697 . Na inventarisatie zijn de goederen weerin de kist gelegd, waarna twee zegels aangebracht zijn.Op 30-9-1623 is de kist ten huize van Trijntje Jarichs weer geopend.Dat gebeurt met consent van Arent van Loon, procureur van SaackeSierks. Denkelijk is er dus een vergelijk geweest tussen of JanMartens, of Trijntje Jarichs en Saecke Sierks.Op 14-2-1628 1698 blijkt Saecke land te hebben verkocht aan JohannesMartini (zijn zwager). De erfgenamen van wijlen Baereltie Baereltstekenen protest aan tegen de verkoop van ‘eenige landen voor 1300cg’. Zij blijken nog een vordering te hebben op Saco ‘seekere sommevolgens obligatie’. Er lijkt ook een gerechtelijke procedure over telopen (onduidelijk geschreven lijkt er ‘bij den hove’ te staan. Ookene Jan Jans protesteert als erfgenaam van Hijltie Jans. Saco laathet er niet bij zitten, want in een derde geschreven stuk in de akteprotesteert hij (in april dat jaar). Er is klaarblijkelijk eenuitspraak geweest (‘peremptorije volgens de ordonantie’), waarbij deeis ongeldig verklaard is.De zaak rond de verkoop van het land is op de één of de anderemanier nog niet duidelijk afgesloten, want eerst op 17-12-


1628 1699 verklaart Magdallena Barelts voor het gerecht vanSmallingerland af te zien van verdere verspiering (die zij in het‘boode boeck der gerechte Opsterlant’ heeft laten noteren).In de twintiger jaren van de 17e eeuw moet Saecke de overstap naarKollumerland gemaakt hebben 1700 . Hij is dan woonachtig te Kollum. Ookhier duikt zijn naam weer met regelmaat op in de gerechtelijkestukken. Zo komt hij vaak voor in de hypotheekboeken 1701 ; hij pachtdan steeds (voor stevige bedragen als 5000 cg.) voor een bepaaldetijd de belastingen.Aan het begin van 1632 speelt weer zo’n geval van protest. Op 19-1-1632 1702 tekenen Weemel Saeckedr. en haar zoon Boele Broers bezwaaraan tegen de verkoop van land door Saecke Sierks aan Jan Martens(zijn zwager). Zij blijken nog een vordering te hebben (wegens oldholt?) Ook hier protesteert Saecke weer tegen het bezwaar.Op 15-5-1632 1703 is mr. Petrus Hendriks, procureur-generaal voor hetgerecht van Opsterland de eiser in een zaak voor het Hof vanFriesland. Hij treedt op namens zijn kleinzoon, Syrck Saeckes, dezoon van zijn dochter Hendrickien. Zij worden vertegenwoordigd doordr. Albertus Monckhuys. Gedaagde is Saecke Syrcx te Kollum,vertegenwoordigd door dr. Focco Feijckens. De eis is dat de gedaagdegeld betaalt voor kost, drank, kleding, voeding sinds Petri adCathedram 1624 tot Petri (ad cathedram) 1630 van 100philippusguldens jaarlijks. Bovendien moet er geld op tafel komenals vergoeding van twee jaar onderhoud en leergeld van hetsmidsambacht, 20 philippusguldens in twee termijnen, de eerstetermijn voor(?) en de tweede termijn na ommekomst van de twee jaren,verder moet er betaald worden voor onderhoudskosten gedurende dietwee termijnen.Ook in Kollum laten Seacke en Haescke hun sporen na in de(rechterlijke) archieven. Zo proclameren zij op 2-4-1633 1704 deaankoop van een huis gelegen ‘binnen Kollum neffens het kerkhof’.Harmen Wygerts, man van Lupck Lubbertsdr. legt er het niaar op.Verkopers zijn Jan Freercx en zijn huisvrouw Antie Siercx.Onduidelijk is overigens, of dit de gelijknamige zus van Saecke is.Deze verkoop komt ook voor in NL 1925 1705 :‘In 1633 ‘b.(egeeren) b.(od) en c.(onsent)’ (aldus de vaste formule)Saecke Sircxz. en Haescke Roeloffsdr. e.1. te Kollum, van een huismet put c. a. naast het kerkhof aldaar, in koop bekomen van JanFreercx en Antie Siercxdr., e.l. mede aldaar. Tegen deze proclamatiewordt protest aangeteekend door: Harmen Wygers (vgl. deinventarisatievan 1622!), gehuwd met Lupck Lubhedr., Jidt Freercx, wed. GerrijtBerends en Jan Abrahams als geauthoriseerde voormond over deweeskinderen van Sipcke Lubbesz., allen medeërfgenamen van hun(groot-)moeder Wyts Sìpckedr., en wel krachtens een hypotheek,vermeld in het oude reversaal van het huis.Op 10-12-1641 1706 is de uitspraak in het proces tussen de procureurgeneraalen Sierk Siccama te Kollum. Hij heeft op 18-7-1639 DouweTjerks zwaar mishandeld met een stuk hout. Sierk is beklaagde engevangene. Het blijkt voorwaar geen lieve jongen geweest te zijn. Inde akte komen aardig wat ondeugden naar voren. Omdat hij gevangenzat op het Blokhuis te Leeuwarden is er ook een vermelding bij decriminele sententies. Hij wordt in ieder geval voorlopig op vrijevoeten gesteld, omdat er 300 gg. borg betaald wordt door Saecke Sirxte Kollum 1707 . Het blijkt niet uit deze akte, maar Saecke is de oomvan Sierk Siccama, die een zoon is van Wigger Sickma en Antje


Sierksdr., de zus van Saecke. Dat blijkt uit een niaarneming doorSaecke Sircxz op 7-2-1637 1708 .Saco was in 1640 in het bezit van grond te Nes, West-Dongeradeel. Inieder geval bezat hij toen (delen van ) de stemdragende zaten nr. 5en 21. Waarschij<strong>nl</strong>ijk heeft hij, na 1640, in Nes meer bezittingengehad. In ieder geval krijgen zijn erfgenamen vijf boerenplaatsen(en bijbehorende landen) te verdelen.In 1640 was Saecke eigenaar van plaats nr. 32 te Kollum, teKerkebuyren, aan 't West van de Piepe. In 1698 is die plaats inhanden van Ybeltie Wessels, weduwe van Sybren Jans, kuiper. Zijwordt ook als bruiker opgevoerd.Plaats 21 te Nes, genaamd Munkehuys, was in gedeeld bezit van Sacoen Sjoerd Wybes. Ook bij nr. 5 , genaamd Jelkema, deelden die tweehet eigendom.Boelens 1709 beschrijft dat er vlak voor de Hervorming te Nes eenzekere Anderas Jelckama to Nes genoemd wordt. Plaats 21, GreatMuontsehús, schijnt eveneens een zeer oude plaats te zijn. Dr. J.B.Schepers schreef er zelfs een gedicht over 1710 .Op 2-3-1641 1711 wordt de uitspraak opgeschreven van het juridischgeschil tussen Saecke Sierks en Dieucke Luipkedr., weduwe van dedeurwaarder Ritske Radijs.Op 15-7-1643 1712 speelt een zaak tussen eiser Rutgerus Fongeri enSaecke Siercx en diens vrouw Haescke Roelofs.Saecke heeft in 1644 grond en boerderijen gekocht bij een verkoopvan de kloostergoederen (door de Friese Staten), o.a. te Nes, West-Dongeradeel: de boerderij van Ate Jacobs, groot 59 pondematen, wordtgekocht door Sake Syercx á 30 gg. per pondemate, totaal 1770 gg. Deboerderij van Gerrijt Gosses, groot 113 pondematen, wordt gekochtdoor Sake Syercx á 38 gg. per pondemate, totaal 4294 gg. 1713Op 15-4-1645 1714 koopt Saecke samen met Nicolaus Viersma een huis inde Putstraat te Kollum.Op 8-7-1645 wordt Saecke Siercx te Kollum genoemd als curator overGerryt Martens 1715 . Het curatorschap was van bijzondere aard, wantkort daarna, op 2-9-1645 en 9-10-1645 1716 blijkt hij curator ad huncactum (zeg maar: voor de gelegenheid) over Gerrit Martens de zoonvan Martene Meinderts en Jantje Harmens. In de akte wordt deafrekening opgemaakt van de gewone curatoren, Tjeerd Berents enDouwe Jans. Die waren al op 15-3-1631 benoemd 1717 . De aktes uit 1645laten een rij handtekeningen zien, waaronder die van Saco, in zeergeoefend schrift.Saco was woonachtig te Kollum (in ieder geval in 1628 en 1632 1718 ) e<strong>nl</strong>ater te Leeuwarden.Te Leeuwarden worden Saecke en zijn vrouw Haescke op 4-1-1650 alslidmaten van de NH-kerk ingeschreven.


Saecke is woonachtig in Leeuwarden. maar blijkt ook bezittingen inAchtkarspelen te hebben, zo verkoopt hij aan Trijntje Dircx een huiste Surhuizum voor 178 gg. 1719Alhoewel Saecke wel voorkomt als ‘burger binnen Leeuwarden’ 1720 .Vreemd genoeg is hij nergens terug te vinden bij deburgerinschrijvingen van de stad. Hij heeft er op zijn minst wel eenpied à terre gehad, want in 1656 wordt duidelijk vermeld, datHaescke daar woonde: ‘(...) en heeft in leeven gewoont bij de Vijsmarcktop de hoeck van de Connincs straet’ 1721 . Ook bij de vermeldingin de autorisatieboeken na zijn dood 1722 is sprake van een sterfhuis;omdat deze akte in Leeuwarden is opgemaakt, ga ik er van uit, dathij daar overleden zal zijn.Op 29-4-1661 1723 laat Saecke voor de laatste keer de aankoopproclameren van de gerechte 5de part van de sate landen gelegenonder de klokslag van Surhuizum, destijds bij de erfgenamen van DirkTjiardts in gebruik en bewoond. Hij heeft het voor 105 gg. gekochtvan Saacke Geerts, woonachtige te Groningen ‘buiten de Cranepoort’,die het op zijn beurt gekocht had van Warner Lamberts, zijn zwager,en zijn niet met name genoemde zuster.Op 15-7-1663 1724 treedt Saecke op als eiser in een zaak tegen JanHarmens. Saecke eist betaling van 82 cg. en ‘18 gelycke guldens ineen andere partij’. Na wat heen en weer gereken krijgt hij 41 cg.toegewezen. Zijn advocaat is overigens Gerhardus Nicolaides. Die zallater terugkomen in de laatste akte waarin Saecke in leven blijkt,d.d. 18-1-1667 (zie hierboven), zodat eenduidig is, dat het om‘onze’ Saecke gaat.Op 24-5-1664 1725 is Saecke eiser versus Keimpe Johannes te Minnertsgavoor hem en als vader en voorstander voor zijn kinderen bij wijlenHotske Breuticxdr., ‘ter causa verschoottene penningen’. Het gaat omeen obligatie d.d. 19-4-1660, waarin het echtpaar verklaaart 1000cg. schulig te zijn aan Saecke. Keimpe moet betalen, zo oordeelt hetHof, met de schaden en de interesten.Op 20-12-1664 1726 is hij eiser in een proces versus Pieter Lieuwes teTernaard. Die wordt uiteindelijk veroordeeld tot het betalen van 51cg., de schade en interesten en de kosten van het proces.Op 27-10-1668 1727 behandelt het Hof van Friesland ook zaak 39. Debetrokken partijen zijn aan de ene kant Manglius Siercx c.s. (i.c.zijn broers Pieter en Jurrien) `tot Gorredyck', gesterkt metLeonardus Flasman, curator ad lites en aan de andere zijde ValeriusRenici voor Taetske Siercx, weduwe van Nicolaus Schuiring, in 'tleven predikant tot Beetsterzwaag en haar kinderen, Wytske Jochums,huisvrouw van Joachim Scheck, Hepke Jochums, ook te Beetsterzwaag,voor henzelf optredend, mede namens Wytske Jans, de huisvrouw vanHendrik Jacobs, tezamen erfgenamen ab intestato (bij het ontbrekenvan een testament) van Saco Siercx, hun wijlen broeder enrespectievelijke oom. De strijdvraag is, of de drie broers alserfgenaam van hun bestevader Saecke Siercx gezien moeten worden. Hetblijkt dat hun vader, Sierk Saeckes, een buitenechtelijk kind was.Taetske meent dat zij als zus van de overleden Saco meer recht heeftop de erfenis. Uit het stuk blijkt nogmaals, dat hij de vader wasvan een `ligterzoon, geteeld bij eenen Hendrikien Pieters', SierkSaeckes genaamd. Manglius, Pieter en Jurrien Siercx zijn dus dekleinkinderen van Saecke. Sierk Saeckes, de vader van de eisers (dedrie broers), had zich `nooit anders gekwalificeerd als ee<strong>nl</strong>igterzoon'. Sake heeft, ook dat staat in het stuk, al op 28-4-1655een testament opgemaakt. Saecke had echter bij het maken van het


testament een ‘pure nulliteit’ (een ongeldigheid) begaan, waardoorhet testament ‘ipso jure nul, invalyd en crachteloos moeste comen tevervallen.’ Daardoor zouden de kindskinderen automatisch erfgenaamworden. Het testament was toch al ongeldig, omdat de geïnstitueerdeerfgenaam al tijdens het leven van de testator was overleden. Alleswijst erop, dat dit wel zijn enige zoon, Sierk Saeckes Juesma, moetzijn geweest. Immers; de `officiële' genealogie 1728 was Saco `sinelib:', d.w.z. zonder kinderen. Deze bron maakt wel melding van een`in onegte geprocreerde' zoon, Sierk. Er waren dus verder geenkinderen uit het huwelijk met Haeske. De erfenis komt ons toe, zoluidt ongeveer de motivatie van de drie broers. Ze willen heterfgoed dan ook in bezit gaan nemen, maar de gedaagden hebben hetlaten verzegelen. Hun belangrijkste argument bij deze rechtszaak isuiteraard, dat Sierk Saeckes, de vader van de drie broers, ee<strong>nl</strong>ichterzoon is.Uit de bovenvermelde rechtsstukken blijkt ook, dat al op 15-7-1667een zaak tussen dezelfde partijen over diezelfde problematiekgespeeld heeft.Het Hof stelt de broers in het gelijk, maar er komt wel een nadereverdeling. Overigensgaan Taetske c.s nog niet meteen accoord: er volgt op 16-2-1669 nogeen zaak, een soort‘hoger beroep’, waarin zij de uitspraak aanvechten 1729 . Het Hofbevestigt hier uiteindelijk het eerdere vonnis. Ook onderling wordener de nodige aktes opgemaakt: Zo eisen Manglius en Jurjen Sierks,gebroeders aan de Gorredijk, op 20-12-1675 1730 van Leonard Flasmansdat hij oplossinge, rekeninge, bewijs en reliqua’ van het ontvangenen uitgegeven geld van zijn curatorschap, waaruit hij per 1-3-1673ontslagen is. Eerder dat jaar 1731 , was Flasmans juist de eiser in eeninterlocutoire sententie versus Manglius en zijn wederhelft, DoedtieFeickes.Verdere vindplaatsen: Hypotheekboeken Opsterland 1732 : Sake Sierks enHaescke Roelofs, woonachtig te Kollum lenen 425 Ph. gs. aan GoytseSijtses en Gees Luitsens in Olterterp. TLR, HvF, T. 14, Inv. nr.16501, nr. 24, d.d. 15-5-1632: Pieter Hendriks als bestevader vanSierk Saeckes, bij zijn dochter nagelaten.25-4-1640 1733 : Saecke Sierks te Kollum is te Dokkum borg voor depachter Ritske Frericx. 11-1-1651 1734 : Saco Siercx te Leeuwardencontra Reytse Jans te Kortezwaag. 27-10-1648 1735 : Saecke Sierks,wonende te Kollum is. Hij voert samen met Reytse Jans, eveneensbelastingpachter, een proces tegen Gedeputeerde Staten vanFriesland; Saecke en Reytse worden in het ongelijk gesteld.Saecke komt ook wel voor in de Leeuwarder archieven, in 1665 inieder geval twee keer 1736 . Uit die vele vermeldingen komt een mannaar voren, die tot op het laatst actief deelgenomen heeft aan het(maatschappelijke) leven. Hij is overleden tussen 18-1 en 13-2-1667. Op die achttiende januari komt hij voor in de recesboeken vanLeeuwarden versus Frederik Claes Colthof ‘om geen penningen tebetalen aan dr. Nicolaides’, terwijl in februari Leonard Vlasmanscurator wordt over zijn drie nagelaten kleinkinderen.16386. Manglius Martinus/Magnus Martens, passementwerker te Leeuwarden,tr. (2) Leeuwarden 26-5-1622 Nieske Nannedr., van Wommels.Manglius tr. (1) Leeuwarden 18-8-161116387. Trijntje Lamberts.Bij het eerste huwelijk was hij afkomstig van Groningen, zij vanLeeuwarden. Bij het tweede huwelijk waren beide echteliedenafkomstig uit Leeuwarden.


Mogelijke kinderdopen (allen ged. Leeuwarden):Uit het eerste huwelijk:Aeltie, ged. Leeuwarden 23-9-1612.Uit het tweede huwelijk:Nanna, ged. 29-2-1624 (= nr. mogelijk 8193).Tryncke, ged. 30-12-1625.Niecke, ged. 3-6-1626.16392. Rintse Michiels?, tr.16393. N.N.Mogelijk gaat het om Rinse Michiels. Het bewijs daarvoor wordtgeleverd door de verkoop van diverse delen in Rinze Michiels zate:daar is Wybe Fockens in 1620, 1634 en 1637 naastligger ten oostenen ten westen Sjoerd Syebbes en later Engbert Gossen en TietkeSiurdt (dochter van Sjoerd Tiebbes: OPS 107 275 en 276). Zij kopenhet: (OPS 108 57): Engbert Gosses koopt delen land in Wijnjeterpvan Gees Siurdts en Jetthie Coenes. Op 2 juli 1640 zijn de ervenvan Rintie Michiels inderdaad naastliggers ten westen t.o.v. hetland van Wybe Fockes (OPS 110 39): Sijger Wijbes en Aucke Eeble dr.e.l te Wijniedorp, op de gerechte deel van eigendom van een zatealdaar; bij de procl. bewoond, Claes eebles erven ten oosten;Rintie Michiels erven ten westen. Ten zuiden de veenscheiding tennoorden het Koningsdiep. Gekocht van Take Sytties en GrijetMeinerts dr. e.l.; Syttie Sytties en Luits Pieters dr; e.l en roelSytties voor hemzelf en Trijn Sytties geass met Jochum Wolters haarman en Matien Syttie dr geass met Hendrik Egberts, e.l.; alserfgenamen van Wijbe Fockes hun bestevader, elk voor 1/5 e part voor140 Phs gld.Meyne Roelofs en Wim Rintie dr e.l., kopen 1/14 part huizinge enschuur te Wijnjeterp op Rintie Michiels zate, van Sypcke Rinties inkoop bekomen, van Beern Rinties en Eebel Jans dr. e.l; deproclamant zal Sypcke's moeder onderhouden. 1737Vindplaatsen: OPS X1 f.326 d.d. 28-4-1631: Meyne Roelofs teWijnjeterp en Wimme Rintses, e.l..OPS 110 254, d.d. 28-4-1642: Meyne Roelofs en Wym Rintsedr., e.l.wonende te Wijniedorp kopen een deel van een huis en schuur, doorde proclamant bewoond, ten oosten Sijger Wijbes, ten westen EngbertGossis, gekocht van Tako Rinses en Fin Alberts dr e.l; en SipckeRintses en Im Engberts dr e.l.; en Syouck Rintse dr voor haar zelvevoor 1/3 deel, en Aysse Symers en Giel Rintse dr voor vooranderhalve part der gemelte huisinge voor 92 Phs.gld.OPS 110 257: Sytske, Teye Engberts weduwe te Beetsterzwaagproclameert de aankoop van 3 roeden in zekere zate te Wijniedorp,in wln. Rintie Michiels zathe; van de veenscheidng in hetKoningsdiep, ten oosten Sijger Wijbes, ten westen Engbert Gosses,van Meyne Roels voor 450 g.gld. Er volgt protest van Sipcke en TakoRinties wegens landhuur en de begrafenis van partijen wijlenmoeder.OPS 60 123: op huiden de 2 juli 1599 zijn gecompareerd RintieMichiels en Hendrik Jeens als curatoren over de wezen van EngbertJouckes bij Wim echtelijken getogen. om aan te geven wat de wezenis aanbeerft.Ten eerste de derdepart van een zate gelegen te ? Selmien? daarRintie zelf op woont, met de derdepart van vier mad bij Bruijnzijl.met de derdepart van 2 pondemat in de Leyen boven de Gau, met nogde derdepart van Engbert Joukes zate met de derdepart van 11 madmaden in Bexterwarren. Verder: 4 koeien, 2 rieren, enters; tweeperden, twee bargen, en een olde met een half...., item , Joucktiende huisvrouw van cornelis Wyties, .. rintie Eysses; Doutien


Sweities weduwe, Jan Carst zn; Reyner Allerts, Pieter Claaszn.,Otte Cornelis, Folkert Lubberts, Wisse Aysses, Houck Pybes?; Mr.Wijbrant 2 lopen boekweit, Martjen, Goucke Claes huisvrouw, JanHarmens, Leffert Claes, Jan Smit, Siert Bennes, Foppe Feyties,Hendrik Jans, Folkert Lubberts 2 koeien 42 Phs gld.OPS 60 125: op huiden 17 januari 1600 zijn Engbert Jouckes tereenre zijde en Hendrik Jans en Rintie Michiels ter andere zijde,als de curatoren van de wezen bij Wim Syedts dr, Engbertsoverledene huisvrouw nagelaten, door toespreken van Hepcke Fockens,grietman, veraccordeert, nopens de schulden, de somma van 225 phsgld opgenomen en ontvangen van Rintie v.s. Naschrift. Op 22 nov1602 hebben Hendrik Jans en Rintie Michiels de vier koeiengeleverd, de vierde aan Sybe Halbes gelevert en Syedts een derkinderen,....– op huiden de laatste dec. 1603 hebben de vs. voogden van Engbertswezen voor de ontvang en uitgaaf, ... ontvangen 60 Phs gld.OPS 61 9: op de derde nov. is gecompareerd, Rentie Michiels als curover Engbert Jouckes wezen bij Wijm echtelijk getogen; en terpresente van Engbert Jouckes en Hendrik Jans; als mede opsichtervan de kinderen; en hebben pertinente rekening gedaan (ws. 1602 of1601).OPS 65 81, 82, 171 en 188: Reyntie Michiels en Coene Tiebbes totvoormond over Jan Michiels en Trijn Roeloffs weeskinderen.Mogelijk de ouders van Rintie Michiels:OPS 65 100: inventarisatie en deling van roerende goederen uitMichiel Eewerts sterfhuis en Trijn e.l.; Jan Pieters en LutgertMichiels, Foeck Tieerts wed Frans Michiels en Coene Tiebbes v. dejongste kinderen van Jan Michiels en Bouwe Jans.OPS 65 178: opbrengst van goederen van de grootouders wln MichielEverts en Trijn Jans dr, in handen van Jan Pieters als voorst vd knbij Lutgert Michiels van Michiel Juriens, Geert Jans, RijntieMichiels en Pieter Jans (notitie) op 3 okt 1641 een eindafrekening.OPS 107 512, 3 april 1628: decretale verkoping: Ewert Michiels voorzich en Jan Pieters als vader en voorstander van zijn knn. bij bijLutgert Michijels ; Wijbe Michijels voor hem zelven; Foeck Tiertsdr. als moeder en voorstandersche van haar kinderen bij FransMichiels getogen; Hijll Michijels dr. gesterkt met Pieter Jans haarman; Rijntie Michijels voor hem zelven; Bouwe Jans voor hem enCoene Tiebbes en Rijntie Michijels als voor mond over Jan Michijelswezen en Qlt. erfgenamen van Michijel Ewerts en Trijn Jans dr.;gedenken te verkopen een zate land te Olterterp; eerst bij percelenen later voor het geheel.OPS 108 293: Sake Fockens grietman etc koopt 7 mad maden in hetooosten van Olterterp, in wandelkoop van Jan Jansen de jonge,herbergier en Wempcke Martens dr e.l., tegen 5 m maden in deBexterwarren van de Oude Dijk int Koningsdiep. Sako Fockens begeertconsent op de bovenstaande 5 mad. Niaar van Rintie Michiels vanwegede erfgen van Michiel Everts, staat het vervolgens weer af d.d. 7dec 1631.Kinderen van Rintie Michiels (in ieder geval volgorde nietduidelijk):1. Sipke, (= 8196).2. Siouck, in 1642 vrijgezel.3. Giel, tr. Ayse Symers.OPS 108 481: Aysse Symens en Geel Rintie dr huis met plaats en tuinte Duurswoude in Wble Eedes zate aan de noordzijde van de Heerenwegvan Hanne Fockes en Aeltie Wisse dr.


OPS 108 501: Aysse Suwers en Geel Rintie dr e.l. in Duurswoudeproclameren 1/7 van 1/3 van een zate in Wijnjeterp, met gelijkepart v.d opstallen etc; ten oosten Wybe Fockes en ten westenEngbert Gosses, gekocht van Meyne Roelofs en Wim Rintie dr, 27 febr1634.4. Taecke, tr. Fin Alberts.5. Wim, tr. Meyne Roelofs, wondende te Hoornsterzwaag en teWijnjeterp.OPS 108 74: Meyne Roelofs en zijn vrouw kopen een deel van een zatete Wijnjeterp van Syt Rinties en Jay Pieters dr. ten oosten WybeFockes, ten westen Engbert Gosses, v. verk vader Goyts(e) Sydts(Salf Meyne Sytt competeert).OPS 106 241: Rijntse Michiels begeert bode en consent op zekeregerechte vierdepart van een derdepart van een zate lands teWienieterp; Wijbe Fockes ten oosten; en Syurdt Syebbis ten westen;strekkende van de veenscheiding in het Koningsdiep; gekocht vanJoucke Ingberts voor 100 Phs gld., volgens de koopbrief; 12 april1620Teye Engberts als volle broeder verspiert de niaarkoop en is hemgeconsenteerd.OPS 107 512. Decretale verkoping: Ewert Michiels voor zich en JanPieters als vader en voorstander van zijn knn. bij bij LutgertMichijels ; Wijbe Michijels voor hem zelven; Foeck Tierts dr. alsmoeder en voorstandersche van haar kinderen bij Frans Michielsgetogen; Hijll Michijels dr. gesterkt met Pieter Jans haar man;Rijntie Michijels voor hem zelven; Bouwe Jans voor hem en CoeneTiebbes en Rijntie Michijels als voor mond over Jan Michijels wezenen Qlt. erfgenamen van Michijel Ewerts en Trijn Jans dr.; gedenkente verkopen een zate land te Olterterp; eerst bij percelen en latervoor het geheel, 3 april 1628.16394. Egbert Hanses, overl. Wijnjeterp voor 1640, tr. v. 8-11-162116395. Aaltje Carstes, overl. na 1640.8 november 1621: Engbert Hans en Aeltien Carst dr. e.l. doeoproepen een zeker part land exempt het klijn daarop gelegen; inhun proclamants zate; en de patroon van Winiedorp enigzinscompeteerende; ten oosten de proclamant; ten westen Syert Wtieslanden; strekkende van de bovenste... sloot? noordwaarts rechtlangs aan de heemstede; en voort zo de zelve is bevredigd; allesgekocht van Wybe Fockes en Hanscke (Hamke?) Fockes als kerkvoogdenvan Wijnjeterp; voor 46 Phs gld. 17388 april 1624: Cornelis Gosses in Wijnjeterp 3 mad maden BovenGeeuw; t.o Jacob Hendriks; t.w. Liebbe Iwes erfg.; van de Gaweg totde Leppedijk; in wandelkoop tegen de derde deel van 7 roede of dewestelijke helft van de oosterse halve zate in Wijnjeterp; tenoosten Rienk Sybrens; ten Westen Anne Roeloffs; van de Marschsloottot de veenscheiding; van Engbert Hans, en Aeltien Carst dr. e.lwaarop toegelegd is door Engbert de somme van 81 Phs gld tegen (devolgende proclamtie:)111a. Egbert Hans en Aeltien Carst dr 1.3 deel of zeven roeden landin in de westerse helft van de oostelijke halve zate; inWijnjeterp; lopende als vorige procl; Rienk Sybrens ten westen; tenoosten; de gehele zate in wandelkoop van de vorige procl. met nog 3mad maden in de Bovengeeuw; ten oosten Jacob Hendriks Ten westenLiebbe Iwes; van Leppedijk tot de Gaweg. Douwe Douwes verzoekt hetniaar. 173910 april 1635: Heere Teyes en Wijm Liebbe dr. e.l.; Engbert Teyesen Tijepck Pieters dr.; e.l.; doen oproepen 5 varndel mad in hetKraa<strong>nl</strong>and, in vier mad mandelig met Engbert Hanses; ten oostenReyttie Jans; ten westen de proclamanten; ten zuiden aan de Olde


weg, ten noorden aan Fedde Sijbes koefennen; bezwaard metdijkslasten; gekocht van Bot Carste dr.; bij consent van Jan Eulick(= nr. Lubick) haar echte man, voor 90 g.glds. 1740266a.Egbert Hans c/ux 5 mad maden in de Muwehemmen onder Terwispel,mand. met Hendrik Engberts en Sake Feddes onder 15 mad tussen dedwarssloot en het Oud Diept. ten oosten Sibrant Tades, en WijtseCornelis; ten westen Giel Sippes en Doeije Rienks, met vrijeovermenninge, reed en drift over Gijele Sippes en Doeije Rienksmaden tot op de Waldwech, gekocht van Tieetse Feddes cum uxore,voot 759 phs gld. en en rosenobel tot geschenk; op 3 termijnen elke1 e mei een derde deel, 6 april 1637. 1741Engbert Hans en Aeltien Carste dr. e.l kopen een akker bouwland inDuurswolde, van Bot Carste dr voor 58 Phs gld; met een stuiverijder gld (overigens leeg), 21 september 1637. 1742Gijel Sippes en Jel Folckerts dr e.l.; Doije Rienks en Foeck Jouckedr. e.l.; kopen een polle maadlands in de Muwehemmen, aan het Ouddiep in de procl. eigen maden, de procl ten o. en ten z. en tenwesten Douwe Tammes, en het Koningsdiep ten noorden; met menningreed en drifte voor 70 phs gld, van Engbert Hans en HendrikEngberts. 1743In 1640 is Aaltje eigenaar van stem 42 te Wijnjeterp.16414. Sybren Jans, tr.16415. Jetske Fokkes.Volgens Nieuwland 1744 zijn Sybren en Jetske de ouders van Wickje (=nr. 8207).16420. Tjeerd Beijnts, te Kollumerzwaag, tr.16421. Frouck Jeltes.Op 22-5-1604 1745 is een Tiaert Beints in Dantumadeel met JarichGerbes oppe Swaeg curator over de kinderen van Harryt Martens.16454. Jouwert Harmens, boer op Veenwouden stem 30, tr.16455. Jel Roelofs, overl. na 10-10-1642.Jouwert Harmens is de gezochte vader en niet zoals vaak inpublicaties vermeld wordt, Joord Lieuwes 1746 .Stemkohier 1698 Veenwouden (Dantumadeel), stem nr. 30, grietmanTjaerdt van Aylva, eigenaar van het hor<strong>nl</strong>eger en het stemrechtJouwert Harmens, gebruiker.16472. (?) Taebe Tjaards.16474. Tiepke Taekes, tr.16475. Feick Pytters.Tiepke was woonachtig te Wouterswoude.16476. Lourens Nannes, boer te Veenwouden 1614, tr.16477. Saep Popes.Nieuwland geeft als vindplaatsen: TIE M1 175v; M2 36; S3 37v en38v. Kinderen: waarschij<strong>nl</strong>ijk Nanne en Keimpe.16518. Bientse Minnes, geb. Damwoude 1582, overl. v. 3-5-1669, tr.16519. N.N., overl. v. 14-2-1659.Bientse gaat later, op 14-2-1659 te Dantumadeel in ondertrouw metTrijntje Jans, afkomstig uit Dokkum.


16592. Wybrant Pytters, overl. v. 1633, tr.16593. Tied Rintses, overl. v. 29-10-1634.Wijbrant was woonachtig te Veenwouden.16594. Geert Harmens, wagenmaker, DG, overl. 1658, tr. ca. 160516595. Ded Ritskes, DG.Geert was woonachtig te Surhuisterveen.Op 20-4-1658 1747 , is er een inventarisatie ten sterfhuize van GeertHarmens, wagenmaker en Ded Ritsckes te Surhuisterveen. Kinderen:Harmen Geerts, wagenmaker te Bergum, Jed Geerts wed. Jurk Metskeste Twijzel, de kinderen van wijlen Engbert Geerts, de kinderen vanwijlen Geb Geerts bij Benne Jansen (Griet) en Jurjen Wybrens(Wybren, in het 17de jaar, en Benne, in het 15de jaar), de kinderenvan wijlen Auck Geerts bij Steffen Jurjens. Vaste goederen: hetsterfhuis, bestaande uit een kamer, winkel en achterhuis, sampthovinge bomen en plantagie te Surhuisterveen.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Harmen.2. Jed, tr. Jurk Metskes.3. Engbert.4. Geb, (= nr. 8297).5. Auck Geerts, tr. Steffen Jurjens.16604. Sydse Riencks, overl. Leeuwarden 17-6-1649, tr. (1) FeickJacobsdr., tr. (2) Leeuwarden 5-1-161116605. Auck Thomasdr., overl. Leeuwarden v. 21-6-1654 1748 , tr. (2)Leeuwarden 5-9-1652 Jacob Sioerdts.Sydse was afkomstig van Garijp, Auck van Jelsum.16606. Jethie Lyuwes, overl. v. 15-3-1625, tr.16607. Thiets Reints, tr. (2) Leeuwarden 15-3-1625 Claes Joorts..Woonachtig te Leeuwarden.16642. Thijs Sjoerds, te Oostmeerderveen, schipper te Oostermeer 1630,tr.16643. Janke/Jantje Tammes.Nieuwland geeft ze als ouders van Lolkje (bij haar naam).Opmerkelijk genoeg staat haar naam niet vermeld bij de kinderen:daar staat alleen Tamme.Vindplaats: TIE S5 58 en 77.16864. Gooitze Sierds, tr.16865. Wiepke Jans.OPS 107 547: Douwe Douwes en Jelcke Goyties en Wyts Goytie dr. enAuck Sierts dr. hun resp echte huisvrouwen; land in wijlen GoytieSierds zate; in de Selmien; van de veenscheiding aan de Hoge Fenne;en de Adiers, of boekweytkamp Camp in dezelfde zate aan dewesterzijde; van de Zuider Houtsloot in de Veenscheiding; wat deverkopers van hun vader Adier Michiels is aanbeerfd; op eenverkocht perceel klijn na; boven in het hoogveen, bij de Leidijk;Goytie Sierds zate ten oosten; Boocke Sybes en Olterbure leeglandten westen; gekocht van Jeb Adiers dr. wed van Wijttie Wijtties;voor 300 Phs gld en twee schapen en 3 pond groot als geschenk. 13november 1628.


Uit dit huwelijk:1. Jelke, (= nr. 8432).2. Wietske, overl. 1663-1666, tr. (1) Douwe Douwes, tr. (2) JochemJans.16866. Sierd Sietses, op 12.5.1599 waarschij<strong>nl</strong>ijk al meerderjarig.Kinderen:1. Aukje, (= nr. 8433).2. Jelle, afkomstig uit Terwispel, otr. Opsterland 19-11-1646(derde proclamatie) Fopck Sierds, afkomstig uit Lippenhuizen.In 1646 koopt hij een aandeel in een zathe te Wijnjeterp van AuckSierds en Jelke Gooitzes (laatste gebod 17.12.1646) 1749 .3. Tet, overleden voor 4 september 1656.4. Sietse.5. Wisse, woonde op 4.5.1657 te Ophuis onder Surhuizum, tr.Opsterland (gerecht)15-12-1634 Reijn Pieckes, dochter van Piecke Reins en Auck Feddes.16868. Alle Eebeles, geb. ca. 1590, boer te Lippenhuizen, tr. (2) v.April 1623 Hendrikje Geerts, tr. (1) ca. 161016869. Sjouk Tjeerds.OPS 65 172: op 7 febr 1628 zij Douwe Douwes van vaderszijde en AlleEebles van moederszijde gauth. Tot vm o Eelck Broers en JellTieerts dr wezen (ook 174).OPS 106 33: Men laat een ijder weten ...... decretaal verkocht hetvolgende.....dat Alle Aebeles als voorstande van zijn zoon Hilcke, echtelijkgetogen bij Siouck Tiamme dr. ; te verkopen de ger. 3/4 part vaneen zate land, gelegen te Terwispel, genaamd Tiaart Feyties zate;met gelijke aandeel van opstallen c.a.; met de halve kamer in hetBuervelt, en met Jan Feyties onverscheiden; ten oosten Aucke Jacopsen Cornelis Hans zn ; ten w. de proclamant; lopende van de Ee inhet Koningsdiep; het leste gebod 14 dec 1614.OPS 106 42: Alle Ebeles en Hendrik e.l. een mat maden in deKorterijp; ongescheiden met de proclamant; ten o. de erfg. vanTiert Feytties; ten westen Tiebbe Auckes en van de Rijpeweg aan hetNijediep. met de lasten van de weg en het diep; gekocht van WytsWillems met haar wettige man; voor voor 40 phs gld in alles vrijgelt, 4 mei 1615.OPS 106 42: Alle Aebles en Hendrik e.l. 2 pondemaat hooiland in deKorterijp, ten n. de procl. zelf, ten zuiden Tialle Lyckles; tenwesten het Diep en ten oosten de Hooiweg, gekocht van Wybe Jenckesen Hantien e.l. voor 42 Phs gld.4 mei 1615.OPS 106 43: Alle Eebles en Hendrick e.l. ( ) mat maden in deKorterijp; onder 2 mat met de procl. ongescheiden; de procl. tenoosten; ten westen Tiebbe Auckes; strekkende van de Rijpe Weg inhet Nieuwe diep, gekocht van Ebele Broers voor 7 Phs gld en tweeloopen haver, 4 mei 1615.OPS 106 339: Jencke Doijes en Siouck e.l. wonende te Lippenhuizen,twee mad maden in de Langerijp; hebbende Feycke Annis ten westen;Hendrik Jans ten zuiden en Geys Tiaards ten noorden Haring Jelkes;met een vrije menning in Geys Tiaards land; gekocht van AlleEebles; voor 97 Phs gld. 28 mrt 1622.OPS 107 86: Alle Eebles en Hendrick Geerts dr. e.l. teLippenhuizen; 4 mad maden min een verndel; mandelig met vijf


verndels; ongedeeld met Hylcke , Alle Eebleszn.; van de Waldweg inhet Diep; t.o Gyel Sippes; ten w. de pastorie van Terwispel; vanEelck Broers; en Jel Tieerds; dr e.l.; voor 355 Phs gld. de koperzal daarvoor ontvangen 4 ossen van 100 phs gld het stuk. 26/2/24.OPS 107 87. Alle Ebles en Hendrick Geerts dr e.l. te Lippenhuizen;alsvoren, seekere Olde Hoff onder de Clockslach van Terwispel; meteen sloot omgeven; ten z. de erfgenamen van Wisse Jelles; ten o.Lieuwe Ubles erfg.; ten westen en noorden Fedde Wyerdts of zijnerfgenamen; van Eelck Broers en Jel Tiaardts dr met een vrijeopmenning in Fedde vs. landen; tot aan de Muwe weg; 83 ½ Phs gld,voor een half mad maden in de Langerijp; voor de somma van 78 Phsgld.Protest: Fedde Wijrts wegens de overreed, voor zijn kinderen enkindskinderen.Harmen Pieters en Auck Feytie dr. als naebloet verzoeken de kopersin alles te ontheffen van de koop.(zie ook procl. op pag 8 en 100.)OPS 107 100. Alle Aebles en Hendrick Geerts dr. e.l. een Olde Hoffgelegen onder Terwispel; met een sloot omgeven; ten o. Wisse Jelleserfgenamen; ten westen Henne Wbles ten noorden Fedde Wierdts, vanEelck Broers en Jell Tieerdts dr. e.l. met opmenninge door Feddeslanden; voor 83 ½ Phs gld; waarvoor ze tevens krijgen een half madmaden in de Lange Rijp; voor 25 Phs gld. 26 febr 1623.protest: Fedde Wyerts en zijn kinderen; en voormond over Crijnts(?) kinderen; wegens hun landen. Harmen Pieters en Fueck Feytie dre.l. verzoeken de niaarkoop.OPS 107 101: Alle Eebles en Hendrick Geerts dr. e.l. 4 m. maden mineen verndel; mandelig met 5 verndels; ongedeeld met Hijlcke, AlleEebles zoon; strekkende van de Walde Walde (2x) Wegtot het Diep ten o. Gielt Sijppes; ten w. de pastorie landen v.Terwispel; van Eelck Broers en Jell Tieerdts dr.; 355 Phs gld.waarvoor (waarin?)de verkopers vier ossen van 180 Phs gld zullenontvangen; 26 febr 1623.OPS 107 157: Alle Eebles en Hendrick Geerts dr. te Lippenhuizen 5mad marschen en 2 ½ mad maden ofte voorland gelegen onderTerwispel; aan de noordereinde van de verkopers zate; Aucke Jacobsc.s ten oosten; ten westen Molle Takes, strekkende van deMarschsloot tot het Koningsdiep; van Jel Egberts dr. bij consentvan Eelck Broers haar e.m. voor 1075 Phs gld., het leste gebod op18 nov 1624.OPS 107 217. Alle Siurdts en Gaets Tierdts dr. e.l. te Terwispel;vier mad maden en 1 ½ mad voorkampen onder Terwispel in EelkeBroers zate; van zekere dwarssloot to het Koningsdiep; ten o. AuckeJacobs; ten w. Molle Takes naastgelandet; met vrije opmenninge doorde zate; tot op de Hoge Dijk; van Alle Eebles en Hendrick Geerts dre.l voor 1150 Phs gld ; waarvoor de verkopers ontvangen een madmarschen in de Teinwalden; onder de vijf mad van Tialle Wobbes; vande Marschsloot tot het koningsdiep; ten o. de pastorielanden vanLippenhuizen; ten w. Wybe Wlckes; met 1/5 van 4 mad graslandaldaar; mand met de erven van Tialle Wobbes; ten oosten en tenwesten Gerbe Jeens; ten zuiden en westen Marten Jelckes. (geenverkoper genoemd) 10 maart 1625.OPS 107 218: Alle Eebles ende Hendrik Geerts dr. 1 m maden in deTeynwolden; onder Terwispel in der Vijr(?)t ; mandelig met TialleWobbes erven; van de Marschsloot ten noorden in het Koningsdiep;ten oosten de Pastorielanden van Lippenhuizen; ten westen WybeWalters met het vijfde part van vier mad aldaar; mandelig metTialle Wobbes; ten oosten Gerbe Jeens en ten westen en zuidenMarten Jelckes tot aan de Oldeweg ten noorden. In wandelkoop vanAlle Siurdts en Saep Tierts.... ? dr. e.l. voor 4 m. marschen en 1½ mad voorkampen in Eelcke Broers zate; te Terwispel; ten oostenAucke Jacobs en ten westen Molle Takes; van de Dwarssloot tot het


Koningsdiep; zodat de kopers Alle en Saep nog 850 Phs gld zullentoegeven. 10 mrt 1621.protest: Ercke Haersma als m.en v. van Saep Wobbe dr. als nabloeden mede naastleger verzoekt de niaarkoop.OPS 107 235: Alle Ebles en Hendrick e.l. begeren booden en consent6 mad marschen, onde Terwispel, ten oosten Take Molles, ten westenGyiel Syppes, van het Koningsdiep aan de nieuwe dwarssloot; metopmenninge en drifte op de Hooge Dijk; van Alle Siurts en Saep e.l.voor 900 Phs gld. en en geschenk van 2 lopen rogge.Hottie Tieerdts als volle broeder van de verkoperse, verzoekt deniaarkoop.OPS 107 435: Alle Eebles en Hendrick Geerts dr. e.l. teLippenhuizen; een zate land te Langezwaag; ten oosten Gijel Douwes;Douwe Gosses ten westen; van de verkochte venen tot de Leidijk; enten noorden aan de oude Ee; met wat veen met speciale bepalingen;van Hendrijck Jans en Siouck Tiebbe dr. e.l voor 2820 Phs gld, 19april 1627.OPS 107 507. Decretale verkoping: Alle Eebles en Douwe Broers alsvoorm. over wln Eelck Broers weeskinderen bij Jell J (.........)dr. en Jell voor de andere helft gedenken te verkopeneen zate met huis schuur etc te Terwispel; ten oosten Otte Molles;ten Westen Lijkele Molles; te verkopen bij Mijntie Jelkesherbergier aldaar, 3 april 1628.OPS 107 516: Wytse Molles en Eepck Siurts dr. e.l.; Zate Land inLangezwaag; ten oosten Geel Douwes; ten westen Douwe Gosses; van deverkochte venen in de Ee; en de helft van de venen tot in deVeenscheiding; van Alle Eebles en Hendrick Geerts dr. e.l.; voor2925 Phs gld. waarvan 125 reeds betaald; van Hendrik Jans in koopverkregen, 3 april 1628.OPS 108 324 Alle Eebles en Hendrickien Geerts dr e.l. 3 m maden inde Langerijpvan Gerrijt JeldertsOPS 108 395: Walter Wbles en Em Siurds dr, 4 m mad maden in deWalden in wandeling van Alle Eebles en Hendrik Geerts dr. tegen:een stuk veen te Lippenhuizen.Alle Ebles doet oproepen (als hiervoor)Idem: Walter Wbles c\ux: 5 verndel mad maden van Alle Eebles alsvader van Hijlcke, zijn zoon bij Siouck Tierdts dr in echte verwektOPS 109 94. Alle Eebles en Hendrickien Geerts dr. e.l.; doenoproepen 6 scheer grasinge als hij van Mintie Eckes c/s in koopheeft bekomen, te Lippenhuizen in verkopers zate, mandelig met 3scheer van Hetke, Aette Roeloffs ten oosten de verkopers zelf, tenwesten Wijbe Sijtties, van de weg in het diep, met wegs enmeenscheers lasten. voor 304 g.gld.10 april 1634.Nota: protest tegen deze koop op fol 95.OPS 109 387: Alle Eebles en Hendrickien Geerts dr. e.l.; teLippenhuizen kopen 2 mad maden in onder 4 mad hebbende ten oosten,Wijbe Tyerks en ten westen Tyebbe Auckes van de Rijpe weg, tot hetNieuwe diep, in wandelkoop van Hylcke Alles, en.......leeg.......e.l.; tegen 3 mad maden in de Langerijp,strekkende noordwaarts aan zekere dwarssloot, ten o en ten w.Harmen Pieters, c.s.; met een reytpolle op de diepswall gelegen,met vrije Menning door Feycke Annes en Sibbel Tako dr. maden, desdan Hylcke alle zijn zoon ende Snare, nog voor additie zal genieten100 g.gls; volgens wandelbrief daaraf, 24 mei 1638.OPS 109 438.Alle Eebles en Hendrijck Geerts dr. e.l ; Otte Eebles en Aeth Aetesdr. e.l ; en samen kopers van de helft van 5 mad, in de Langemuwe,van zekere pondemate noordwaarts aan het Koningsdiep, ten oosten depastorie van Lippenhuizen, ten westen Alle Syurts, mandelig met de


erven van Jelle Wobbijs, met nog een pm in de Langemuwe, ten z. enten n. Alle Syurts, ten oosten de opmenninge, ten westen WobbeWobbijs, met nog een loon strekkende van de Mueweg, tot aan deGeren, ten oosten de Blauwe Kamp, en ten westen de voorn pondemaaten Alle Syurts, met vrije oveerreed van de noordelijke kampen,gekocht van Saeck Eebles wed van Sijbren Sijbes, voor 460 Phs gld.21 febr 1639.OPS 110 149: Saeke Teyens en Antie van Andringa BB&C op 6 haad ofscheren grasinge in de zate bij Pier Jans van Mintie Eckis c.s. enbij de procalmant van dezen bekokomen, mandelig met drie scheerAelcke Roeloffs toebehorende; ten oosten Mintie eckis; ten westenWijbe Syties; van de weg in het Koningsdiep; met onderholdinge vandieps en meenscheerslasten; gekocht van Alle Eeblis en HendrickienGeerts dr e.l; voor 39 g.gld., 16 dec 1641.OPS 111 42: Harmen Eysses en Aell Geerts dr e.l.; BB&C op 1/6 partvan een zate lands met gelijk deel opstallen etc. mandelig met depachter en proclamant, van de veenscheidig in het Koningsdiep, tenoosten Uuble Eedis, ten westen Eusse Haeres, gekocht van AlleEebles en Hendrijckien Geerts e.l.; voor 535 Phs gld. 20 feb1645.Uit het eerste huwelijk (volgorde niet zeker):1. Hylke, tr. Aat Foockes.2. Oeds (= nr. 8434).Uit het tweede huwelijk (volgorde niet zeker):3. Jan.4. Eduw.5. Sjoerd, tr. Jets Hedmans.6. Wobbe, tr. Aaltje Jochums.7. Eebele, tr. Auck Minderts.16870. Gurbe Minses, overl. v. 17-11-1631, tr.16871. Trijn Sjoerds Jelkema, overl. na 5-10-1648.OPS 110 138: Jeen Jelckes als vader en voorstander van zijnkinderen bij Rints Gerbe dr, en hem sterkmakende voor MintseGerbes, ende Aucke Rinnerts dr. e.h. van Syoerd Girbes, voor hemzelven, Oedts Alles en Foock Girbe dr, e.l. en Henne Sijbes en TethGirbe dr e.l. tesamen voor 1/5 deel BB&C op 1/7 part van een zateen landen met huizinge schuur bomen en plantage te Leppenhuisenexempt een kamer aan de huizinge ende 2 koegang hooi en het grasbuiten het gekofte zal blijven; Ten oosten Mintse Girbes, tenwesten Jeen Wallis, mede procl; uit de veenscheidinge in hetKoningsdiep, met gelijke part van 8 haed grasinge gekocht van AuckGirbe dr geass. met Folkert Hendriks haar echte man, voo 810 Phsgld. En een gouden ducaat tot geschenk. Te betalen op mei 1641 en1642, 28 dec 1641.PROTESTEN: Doorgehaald Boelardus Boelens wegens verschotenpenningen; Aug. Lyklema á Nijeholt secr. v. Ooststellingwerf.wegens een schuld van wln Girbe Minties. Op 9 sept 1657 van hunprotesten gedisisteerd. (S. Fockens in eigen handschrift)OPS 107 207: naastligger Hendrick Jenckes en Rompck e.l teLippenhuizen 1/3 deel van een halve zate aldaar; van deveenscheiding tot in het Koningsdiep; zoals de naastlegers; tot aanSaecke Minnes landen met rijsholt en geboomte daaropstaande; tenoosten Gerbe Minties; ten westen de edele heeren Helma (Heloma?)plus 23 m.maden op verschillende plaatsen, waarvan 12 in de Dulf;van de Nieuweweg in het Koningsdiep; wervende alle jaren met GerbeMinties; ten oosten Rentie Hendriks en ten westen de patroon vanLippenhuizen; 2 mad op de Smalle Warren; van de Marssloot tot hetKoningsdiep; Jan Jans ten oosten; de pastorie van Lippenhuizen ten


westen; 4 mad in de Bregwarren van de Nijeweg in het Oude Diep; teno. en ten w. Aet Gatze dr.; en 2 mad in de Mouwe; ten o. SiurdtWlckes en ten w. Auck Wobbes; ten n. tot het Koningsdiep; 2 mad inde Langerijp; van de weg aan een dwarssloot; ten o. Fedde Cornelisen ten Westen Anne Piers. met Auck Oedses en de erven van HedserOedts zn mandelig; gekocht van Saecke en Oedts Alles zonen medevoor de andere erfg. van Alle Oedses; 750 g.gld. met 2 hemdrockslaken tot geschenk; en waarin te ontvangen twee ossen voor 1 ½g.gld., 10 maart 1625OPS 107 262: Johannes Martinides en Taetske Sierks dr e.l. teBeetsterzwaag; de ½ van 5 m maden in de Koldehorne; mandelig enongescheiden met Wemel Saeckes, wed B.Boelens; en haar kinderen.Ten oosten Michiel Tiaerts en ten w. Girbe Minties, van het Dieptot zekere dwarssloot; van Haeck Botte dr. wed. van Sieck Saeckes;voor de somma van 212 (o<strong>nl</strong>eesbaar) 18 aug 1625.OPS 107 342: Luitien Beerns en Mett Bouwe dr. e.l 1/3 deel van eenzate land c.a.; te Beetsterzwaag; ten o. Jan Engles wed; ten WestenGirbe Mijnties; van de Meersloot tot het Koningsdiep: in wandelkoopvan Jan Loo tegen 40 mad in het Wyldtland; ten o. Wijbrant Wytiesen ten westen Kinnema, ten noorden Hendrick Pauwels; toegegeven1000 Phs gld., 11 juni 1626.OPS 108 339: Trijn Siurdts Jelckema weduwe van Girbe Mintiesgronden etc aanbeerfd van Siouck Girbes haar bestemoeder van TrijnGirbe dr met qsent van Dirck Gertiens te Driesum voor 1075 g.gld.OPS 108 381: Folkert Hendriks 3 mad Trieschen van Trijn SiurdsJelckema wed Girbe Minties.OPS 111 457: Jelle Aeblis, Jurien Dirks; Minnert ??.. met hunhuisvrouwen, kopen zeker aandeel in een zate lands, c.a inBeetsterzwaag. Van de Meersloot tot het Koningsdiep, ten oostenTrijnke Jelkema, ten westen de pastorie, en Gearlene (!) exemptverkopers gerechtigheid aan veen in Sparriebirt; en 6 mad maden inSmallingerland. Gekocht van Sybren Jellis voor 1400 g.gld., 5 okt1648.In 1640 waren Girbe Mintses weduwe en erfgenamen eigenaar van stem3 te Lippenhuizen.OPS 116 285: Saco Fockens secr v. Opsterland c.s, BB&C op een zateland te Beetsterzwaag met opstallen etc; van het meer in hetKoningsdiep (= plaats 6), ten Oosten Luitien Berents verkochts zateen landen, ten westen Aebele Jochums erfg. door verkoper van haarouder aangeerfd; uitgezonderd 3 eskene bomen naast de schuur, bijTeije tijdes gekocht; en ook wat de meijer Folkert Gerrits nopensde koegruppels meent te hebben. Met huur voor hem tot 1 mei 1665,voor 24 Ph gld en een lopen rogge. Gekocht van Trijn Sierts Jelkemawed Girbe Mintses, te Leppenhuizen, met consent van Oedtse Alles enMintse Girbes haar resp zwager en zoon. Voor 3000 g.gld. En 2goudenen ducatonnen tot geschenk; op 3 meidagen vanaf 1664 tebetalen. En in geval van niaar zal de koper de verkoper schadeloosmoete stellen voor het graven van de sloten achter de Walle in hetschar, 23 april 1664.Uit dit huwelijk:1. Fokje, (= nr. 8435).2. Minse, dorprechter, overl. v. 28-4-1670, tr. Antje Rinnerts.3. Sierd, overl. v. 5-5-1664.4. Aukje, overl. v. 23-10-1673, tr. Folkert Hendriks, zoon vanHendrik Jenckes en Romck Sierdsdr.5. Rints, overl. v. 21-10-1641, tr. Jeen Walles, in 1640 voor 1/3eigenaar van stem 4 te Lippenhuizen, en voor 1/3 van stem 28aldaar.6. Tet, tr. Hinne Sybes.


16876. (?) Jan Gaukes, boer, overl. v. 13-4-1649, tr.16877. (?) Froukje Tjeerds, overleden na 13 april 1649.Jan is mogelijk een zoon van Gauke Alberts, sinds 1595 vermeld alspachter van Trimunt met broer Douwe (deze al vermeld sinds 1587).OPS 163 263: nakijken.OPS 111 182: Johannes Martinides BB&C op een klein perceel land teTerwispel, de erfg. Van Aucke Feddes dr ten oosten, Jelcke Jaenswed ten westen, en ten zuiden en noorden aan Fede Lijkles land, inkoop van Luidts Lykle dr cum marito voor 88 g.gld en 18 strs; eneen elle laken tot geschenk; als hebbende de procl. aangenomen deachterstallige penningen van landhuurdie de verkoper uit krachtevan een huurcerter in date de 23 febr 1637 nog schuldig is. 5maart 1646. PROT:Jan Gauckes en Frouck Tyeerts dr e.l. In Drimunt in de Ommelanden,als cessie hebbende van Tijs Bouwe Jans en in zijn qlt per Idemaprotesteert nopens zijn geregistreerde hypotheek. d.d. 11 mei 1631en de registratie op 18 sept 1637.(183) de kopers protesteren denulliteyt,OPS 111 571: Halbe Roels en Sijts Tieerts dr e.l. BB&C op 3/8e partvan een zate land met annexen in Wijnjeterp, mandelig met dekopers; van de veenscheiding in het Koningsdiep; ten oosten Eebleannes, ten westen Banne Halbe erven; En gelije deel van 10 m.madenop meerdere plaatsen in de Westerlaan in de Bexterwarren 5 mad,gekocht van Frouck Tierts wed van Jan Gauckis. Voor 1800 Phs gld.12 april 1659.OPS 111 578: decretaal: men laat een ijder weten dat Wijtie Pietersexecuteur van het gerecht van Opsterland vanwege zekere condemnatieten profijte van Frouck Tiaertdts dr wed Jan Gauckes in Drimunt, enten nadele van Ludts Lykle dr e.h van Sake Tierts, inTerwispel,(579) als gecondemneerde na drie gerechtelijkeproclamatiën .... gedenken te verkopen een zesde deel van een zateland, met annexen, in Terwispel in Lykle Oegse zate, mandelig metFedde Lykles c.s.; vlgs sententie van 26 juni 1648, 3 mei 1649.In 1640 was Jan voor 3/8 eigenaar van stem 21 te Wijnjeterp (HalbeRoelofs 5/8).Halbe Roelofs en Syts Tjeerds willen in 1649 3/8 deel kopen van eenzathe te Wijnjeterp (stem 21) van Froukje Tjeerds, weduwe JanGauckes. Echter geniaard door Sake Tjeerds.Uit dit huwelijk:1. Gauke, overl. Ureterp v. 28-6-1681, tr. v. 1668 Antje Hessels,overl. na 1701, dochter van Hessel Liebbes en Wyb Wietses.Op 9-5-1665 (gepresenteerd op 3-10-1687 door Antje Hessels):Lambart Gauckes te Ureterp heeft schuld aan Gaucke Jans 'althans inde Ommelanden van Groeningen tot Marum' 1750 .Op 28-7-1681 1751 : Fokke Hendriks (vaderskant) en Cornelis Jelles(moederskant) worden benoemd tot curatoren over Gauke Jans' tweeweeskinderenOp 3-8-1681 1752 : inventarisatie van Gauke Jans' goederen te Ureterp:in de boedel bevonden zich o.a. "3 koijen en drie kalvers", "12hinnen en twe pieken", en "48 schapen".Met attestatie aangenomen te Marum: Antje Hessels, de vrouw vanRindert Taekes (26.12.1696). Met attestatie van Marum naar Ureterp28.8.1701.Antje Hessels is eerder getrouwd voor 16 mei 1665 met GosseEngberts, zoon van Engbert Gosses en Tiets Sjoerds. Zij is latergetrouwd rond 1681 met Rindert Taekes, overleden na 1708.(?) Sierd, (= nr. mogelijk 8438).(?) Minse.(?) Ebele, tr. Aukje Wietses.


16878. Binne Sierds, tr. v. 25-6-159116879. Wietske Wobbes.OPS 60 35: op 25 juni 1591 zijn gececompareerd voor Jelle Kempesbijziter en T.S. secretaris Bokke Uubles en Hidser Foeckes alsvoormombers over Wobbe Fo( )ckes wezen bij Auck echtelijkgeprocreerd.Ter presentie van Siert Bennes, Eebbe Alles; CornelisWabbes en Benne Sierts de zwager van de wezen om rekenschap enbewijs van reliquia te doen van hun ontvang en uitgaven, ontv 835phs gld; 25 phs gld en Eeble Alles 67 phs gld.35 phs gld voor derogge bij Sibren Meintes gekocht. 12 phs gld van pacht; nog 390 en22 phs gld.OPS 105 161: Fedde Saeckes en Auck e.l.; de helft van 2 mad madenin de Muwehemmen; met Ghielt Garbes ongedeeld; en warvende in eenbegraven kamp, ten westen Pieter Douwes, ten o. Benne Sierts cumsocio; van de Marssloot in het olde diep. gekocht van Focke Sydtsen Auck e.l.; voor 85 Phs gld., 28 mei 1612.OPS 105 170: Benne Sierts en Wyts e.l.; een mat maden gelegen op deSmalle Warren, strekkende van de ... weg tot de dwarssloot, enFoppe Syties landen ten oosten; Jan Wolters erfgenamen ten westen;in koop verkregen van Foppe Jurgens, voor 22 Phs gld. 15 okt 1612.OPS 111 327: Aesge Wijdtses en Jouck Binne dr. e.l en Sierdt Jansen Sierdts (?) Binne dr. e.l te Leppenhuissen, BB&C op een halvezate lands aldaar, mand met de andere helft, met gelijke deel vande opstallen etc.; bij de mede procl. bewoond; ten oosten LammertCornelis Schulting, ten westen Eeble Sijdses, van de veenscheidingin het Koningsdiep; met de helft van 3 haed grasinge in deKoefenne, en verkopers aandeel van een Reydpolle in de Muehemmengelegen, gekocht van Sijdse Binnes en Simpck Wijbe dr ; Sybe Bennesen Wijdts Rienks dr; en Jelle Giels en Auck Benne dr; e.l. elk eenderdepart, totaal voor 2500 Phs gld. Op vier meidagen te betalen,met de Conditie dat Wyts Wobbe dr hun moeder de uitkamer aan dehuizinge tot haar lijfstonde zonder enige huringe mag gebruiken. 2febr 1643.Op 30.4.1632 1753 : Binne Sierds en Jeen Walles en hunhuisvrouwen kopen van Sjouck Tjeerds' erfgenamen.In 1640 is Binne Sierds eigenaar en gebruiker van stem 14 teLippenhuizen.Uit dit huwelijk:1. Joukje, tr. Ate Wietses.2. Sierdje, (= nr. 8439).3. Sietse, tr. Simkje Wiebes.4. Siebe, tr. Wietske Rienks.5. Aukje, tr. (1) Sybren Giels, weduwnaar van Saeck Ebeles, zoonvan Giel Riurdts en Jouck N.N., tr. (2) Jelle Giels, zoon van GielRiurdts en Jouck N.N.18016. Riendelt Ockes.18018. Geert Jans 1754 , molenaar te Beerta, overl. na 3-12-1661, tr. Beerta4-11-162718019. Renske Juickens, overl. na 12-2-1651.Huwelijkscontract Beerta, fol. 204, d.d. 12-2-1651:Geerdt Jans en Renske Juickens (ehel.) beklagen zich dat ze geenH.V. hebben laten maken terwijl ze wel getrouwd zijn. Namens debruidegom: Jantjen Jans, zuster; namens de bruid: Herman Hermans,stiefvader, en Fenne, moeder. Getuigen: Joannes à Brederode enWillem JanßBeerta: Fol.804 - 16 juni 1660 - Geert Jans en Elue Geerts (ehel.)maken een afkoop met Juicke Geerts, Ocke Rindelts en Anje (ehel.),


Jan Geerts en Jelle Geerts, samen kinderen van Geert Jans en wijlenRenske. De kinderen worden afgekocht met 400 car.gld. Getuigen:Albert Arents en Joannes Wijnolt.731-7075 - fol.805 - Beerta - 16 juni 1660 - huwelijkscontract: -Geert brengt in het huwelijk . . . . huis en goedt, peerdt enkoeijen etc.231-7075 - fol.881 - Beerta - 3 december 1661 - Geert Jans en Elwe(ehel.) ter ener en Juicke Geerts, Ocke Rijndelts en Anje (ehel.),Jan en Jelle Geerts ter andere zijde. Ze maken eeen afkoop van denagelaten goederen "van onse bestemoeder Fenne Alberts." Juicke,Jan en Jelle Geerts, nevens Ocke Rijndels en Anje (ehel.) krijgenalle roerende goederen met de in- en uitschulden. Geert Jans enzijn vrouw "solen onbelast en ongemolesteert sijn ende blijven. Isin dese afhandelinge geannuleert ende casseert soodaenoge brief alsGeert Jans soude hebben van Fenne Alberts wegens haar verteerdekostpenningen, somma is hijr mede quijdt ende doodt gereeckent."Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Anje.2. Juicke, overl. na 26-5-1694, tr. (1) Lijsebeth Harmens, tr. (2)Diewer Luies, tr. (3) Evertje Warmolts.3. Jan, tr. Lamme Jans.4. Jelle.Beerta: Fol.512 - 22 maart 1684 - Ocke Rijndels en Anneke Emkes(ehel.) ter ener en Hindrick Ockes, zoon van Ocke Rijndels, terandere zijde. Ze maken een afhandeling m.b.t. de nalatenschap vande overleden moeder van Hindrick Ockes, Anje Geerts, tevens m.b.t.de erfenis van Hindrick Ockes afkomstig van zijn oom Jelle Geerts.Ocke Rijndels en Anneke Emkes (ehel.) betalen aan Hindrick Ockes 74daler. Dit wordt vervolgens door Ocke en vrouw geleend tegen 5%rente. Mei 1685 krijgt Hindrick nog een jonge koe. Getuigen: EgbertSwijckens en Peter Mattheus, schoolmeester.18020. Menne Meertens, tr.18021. Eluwe/Elve Haeikes, tr. (2) Tammo Tiapkes, landbouwer teBeersterhoogen, overl. v. 16-3-1656.7-3-1656: akte van verkoop door Elve Tammens, weduwe van TammoTjapkes, met toestemming van haar kinderen uit haar eerste entweede huwelijk, aan Tjapke en Bonne Tammens van ruim 4 1/8 deimtland te Beersterhogen.21-1-1657: akte van overeenkomst tussen de kinderen van ElveTammens weduwe van Tammo Tjapkes, namens hun moeder ter ene en hunbroer Tjapko Tammens ter andere zijde, waarbij laatstgenoemdeaankoopt het huis op Beersterhogen, waar Elve woont 1755 .Uit het eerste huwelijk:1. Menne, (= nr. 9010).2. Gerrit Mennes.3. Galtie Mennes.4. Crijne Mennes.Uit het tweede huwelijk:1. Tiapko Tammes, tr. Scheemda 7-11-1662 Tialde Elties.2. Frouwe Tammes, tr. Beerta 17-7-1646 Edzko Ipes.3. Eppe Tammes, tr. Beerta 17-6-1655 Alte Alberts.4. Bonno Tammes18024. Menne Luitjens, overl. v. 15-12-1651, tr. v. 21-10-161618025. Imme Redmers, overl. v. 15-12-1651, tr. (1) Reiner Jansen.Menne komt ook voor in de rekeningen van de huurders van deGroningse provinciegrond, die lopen vanaf 1632. Ze zijn bekend


onder de naam `Spanheim', naar de rentmeester Andries Spanheim. Ao:1659 de soon Redmer Mennens en Aalke. Ao: 1692 Jan Post. 1722:Willem Hebels, als vrij lant.Menne en zijn directe familieleden zijn regelmatig terug te vindenin de rechterlijke archieven 1756 :In 1614 vindt er een verkoop plaats door Menne Luitjens.Op 21-10-1616 Menne Luitjens en Imme (dan dus al gehuwd) wisseleneigendom met Claes Claesen Timmermans en Lubbe.In januari 1617 wordt een (hc) opgemaakt tussen Derk Hindrix enReene Krins, weduwe van Luitjen Jacobs. Aanwezig zijn Jacob Jacobs,Claas Jacobs, Ocke Luitjens, Menne Luitjens, Wessel Harms, WalrichHerens en Haye Eggens.Op 20-5-1617 (uitgebreide akte) verkopen Menne en Imme aan ClaasOttes en Grete.Op 18-2-1621 koopt het echtpaar van Elske, weduwe van Johan Arents.Op 22-3-1627 ( 2 x) verkoop aan Jacob Lubbers en zijn vrouw en aanJan Hindrix en Zyna.Op 9-4-1627 verkoopt het echtpaar aan Abel Jans en Herman.Op 4-5-1627 verkoopt men aan de eerder genoemde Derk Hindrix enReene.Op 17-5-1627 (2x) verkoop aan Eltjo Popkens en Elysabeth.Wagenborgen: Fol.444 - 17 mei 1627 - Menno Luitjens en Imme (ehel.)verkopen aan Eltijo Popkens en Elijsabeth (ehel.) 16 daler, m.b.t.400 daler. Getuigen: Henrich Schulenborch en Tonijes Jansen.Wagenborgen: Fol.445 - 17 mei 1627 - Menno Luitjens, voor Imme,zijn vrouw, verkoopt aan Eltijo Popkens en Lijsebeth (ehel.) 14daler, m.b.t. 300 daler. Getuigen: Hendrich Schulenborch en TonijesJans.Op 9-10-1627 volgt een verkoop aan Syadde Mennes en Jantje (ziedeze <strong>kwartierstaat</strong> nrs. 18026/27).Op 1-5-1641 is er een ontvangst door Bonne Aickes en Jantyn Jansenvan Luitjen, Redmar en Harmen Mennes vanwege een verpanding aanImme, hun moeder, de huisvrouw van Menne Luitjens.Op 13-2-1642 verkoopt Menne, namens zijn vrouw Imme, aan RedmerMennes en Alcke.Op 15-12-1651 is er een erfscheiding tussen Luytyen, Reyner,Redmaer ende Harmen Mennes, gebroeders; Menne en Imme zijn dan dusal overleden).Uit het eerste huwelijk van Imme:1. Jan Reinders.2. Aaltyen; h.c. Wagenborgen 17-2(3?)-1619 Allert Bruns. Namens debruid tekent Menno Luitjes, stiefvader en Jan Reiners, broeder.Uit het huwelijk (volgorde onbekend):1. Redmer (= nr. 9012).2. Luitjen, tr. Anne Arents (zus van nr. 18030).3. Harmen.4. Reiner, tr. (hc) Wagenborgen 27-4-1634 Hille Johans, dr. v. JanJohans en Martyn.18026. Syadde Mennes, landbouwer op de Ommelander boerderij De Gast, inWagenborgen, overl. v. 1-5-1632, tr. v. 18-5-161918027. Jantien Jans, overl. v. 4-12-1638.Sjadde komt regelmatig voor in de rechterlijke archieven: RAG, V O:In september 9-1616 verkoopt Sjadde Mennes.In januari 1-1618, bij het (hc) tussen Johan Hindrix en HilleAbels, is Sjadde voormond (over Johan).Op 18-5-1619 verkopen Jacob Doens en Frouwe aan Syadde en Jantjen(dan dus al gehuwd).Op 16-4-1626 verkoopt Claes Jansen aan het echtpaar.


Op 28-3-1627, bij het (hc) van Geret Pauls en Trine Wiltes; Sjaddeis voormond over Trine.Op 9-10-1627 koopt het echtpaar van Menne Luitjens en zijn vrouwImme (zie deze <strong>kwartierstaat</strong> nrs. 18024/25).Zowel Sjadde als Jantje leven nog op 7-1-1631: (hc) Wagenorgendochter Frouwe en Baucke Jacobs.Nadere informatie 1757 :In september 1616 (Wagenborgen V O 1) verkopen Syadde Mennes enJantjen aan Tidde Annes en Ida landen die hem van zijn zal. vaderen van zal. Focko Mennes zijn angeerfd, land te Termunten, + landzo zal. Dode Reints geerfd heeft, waarvoor ook Syadde Mennescaveert.In 1615 (VO fol 64) verkopen Eppo Frericks en Eeske aan SyaddeMennes, voormond en Jan Fockes, medevoogt over de pupil van zal.Wilto Jans en Frouwe.Op 24-5-1627 quiteren Siadde Mennes te Wagenborgen caverende voorzijn vrouw Jantien, Claes Jans en Herman Jans, gebroederen. Zijhebben alles overgegeven wat Jantien van haar lieve olderen JanPeters en Emme tegoed had: huis, levendige have, tilbare goederen(Vij4). Sijadde is overl voor 1-5-1632 (Vij5).Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Alke (= nr. 9013).2. Eltje, tr. (hc) Wagenborgen 29-9-1667 (kan dit wel: 1667(gegevens van K. Reuvers), het is zo’n 30 jaar te laat: naderonderzoek) Martjen Meijnderts. Aanwezig namens de bruidegom: FockeSyades (lieutenant) en Hille, broer en schoonzus; Alke Syaddes,zus; Cornelis Richters, neve. Bij haar: Engel Hilles, moeder;Harmen, Luikas, Hillebrand Meynerts, broers; Jan Frans, oudeswager; Berent Hendriks, neeve.3. Focko, luitenant, tr. Hille.4. Frouwe, tr. (hc) Wagenborgen 7-1-1631 Baucke Jacobs; bij haar:haar ouders en Harco Hindriks, swager.5. Grete, tr. 4/5-1625 Harco Hindriks, zn. v. Hindrik Retmers enImmeke Harckes, tr. (2) Reene Ulpherts.Fol.367 - ..................[1625] - H.V.Harcko Hindricks, zoon van Hindrick Rotmers en Immecken (gew.ehel.), en Grete Sjaddes, dochter van Sjadde Mennes en Jantjen(ehel.). Harcko brengt in 400 Emder gld. in geldswaarde. Bovendien5 deimt land ter waarde van 600 Emder gld.. Grete krijgt aan geld1000 Emder gld. mee. Brg.: Hinrick Rotmers, vader; Frerick Gebelensen Wibbe Gebelens, broers; Br.: Peter Jansen, oom; Getuigen:Frerick Phebens en Menno Jansen.18028. Egbert Bavingh, geb. Noordbroek 1599/1600, overl. tussen 10-5-1653en 27-2-1660 na 10-5-1653, tr. Noordbroek 18-3-162718029. Frouke Fockens, geb. ca. 1603, overl. Noordbroek 16-8-1663.RAG, V ij 8, d.d. 13-12-1650: Egbert Baving, `nu in sijn 51e jaar'.Egbert werd lidmaat te Noordbroek op 30-1-1631. Men vindt inNoordbroek veel akten terug, waarin Egbert en Frouwe voorkomen:o.a. RAG, V ij, d.d. 08-3-1638 (erfscheiding wegens Focko Wypkes)en V ij 9, d.d. 23-11-1663 en 15-6-1665 (akten, waarin deerfgenamen van Egbert en Frouwe genoemd worden 1758 .Op de grafzerk van Frouwe te Noordbroek 1759 : `Anno 1663, den 16Augustus, is Christelijk in den Heeren gerust die deuchtsame FrouweFockens, nagelaeten weduwe van zael. Egbert Bavingh, oldt omtrent60 jaren, verwachtende een salige opeerstandinge door Christum'.Het wapen op de zerk toont rechts een kreeft. Linksrechterschuinbalken en een schildzoom, beladen met 8 penningen: 3,


2 en 3. Helmteken: een kreeft. De bijbeltekst is 1 Filipensen 21:‘Want het leven is mij Christus en het sterven is mij gewin.’.Frouwe werd lidmaat te Noordbroek op 5-10-1634.Op 3-2-1627 wordt te Noordbroek een huwelijkscontract opgemaakt 1760tussen Egbert en Frouwe: namens de bruidegom tekenden: Martien,moeder; Harmen Baving, broer; Jantien Hertines, suster. Namens debruid: Focko Wypkens, vader; Eggo Fockens, broeder en verder HarmenCornellis en Focko Mertens. Egbert is een zoon van zalige KeerBavingh en Martien; zij een dochter van Focko Wypkens.Uit dit huwelijk (allen ged. Noordbroek):1. Ocktje, ged. 23-12-1627, overl. ca. 1656, tr. Noordbroek 10-1-1647 Roelf Andries, kremer, zn. v. Andries Waalkens en MartienBartelds.2. Lamme, ged. 12-7-1629, overl. Emden v. 15-6-1665, tr. Noordbroek7-5-1657 Waelke Martens, schipper te Emden, overl. v. 31-12-1692,hij tr. (2) Emden 11-12-1666 Aeltje Roesingh, dr. van LubbertRoesingh.3. Keer, ged. Noordbroek 27-2-1631, overl. Noordbroek tussen 8-5 en7-12-1666, tr. Noordbroek 17-7-1659 Haicke Harmens, dr. van HarmenJans en Wyven Peters.4. Jacob (= nr. 9014).5. Martjen, ged. 9-11-1634, tr. (1) Noordbroek 24-5-1657 GeertAbrahams Bloem, zn. van Abraham Berends en Trijne Luitiens, tr. (2)Noordbroek 12-3-1669 Tammo Clingius, schatbeurder, zn. van EvertClinge en Tiacke Tammes.6. Focco, geb. Midwolderhamrik, overl. v. 10-8-1673, tr. Nieuwolda30-7-1662 Reene Krijnes, dr. van Krijn Luitjes en Hemke Arents.7. Hindrick, ged. 30-10-1642, overl. v. 26-9-1682.8. Harmen, ged. 13-10-1644, overl. na 15-6-1665.9. Eeske, ged. 13-6-1647.18030. Jacob Arents, overl. v. 21-10-1653, tr.18031. Martje Peters, overl. v. 30-4-1676, tr (2), h.c. 21-10-1653 RotgerTyackes.Jacob komt ook voor in de rekeningen van de huurders van deGroningse provinciegrond, die lopen vanaf 1632. Ze zijn bekendonder de naam `Spanheim', naar de rentmeester Andries Spanheim.Jacob Arendts en Maritien [Peters] worden vermeld 1761 : 47Midwolderhr. Grijse monnike Fol: Arent Jaansen bij de Dollertsdijkende Iwe gebr: 14 deimp: an de dijk nog 3 deimp: de Harstegeheeten. AO: 1649 nog 7 deimp: Midwolderhr: Ao 1639 Jacob Arendtsen Maritien [Peters]: Ao: 1657 de wed: Maritien getr: [1653] anRotger Tiackens Ao: 1694 Rotger Tjackens en Anna (...). Hieruit kanafgeleid worden, dat Jacob inderdaad de zoon van Arent Jansen is endat hij na 1639 en in of voor 1653 overleden moet zijn.Jacob is overleden voor 21-10-1653: RAG, V ii Nieuwolda: FrerickArents, voormond; Lambert Remkes, sibbevoogd en Claes Jans,vreemde voogd over wijlen Jacob Arents en Martiens kinderen (zijleeft dan nog).Martje Peters is overleden voor 30-4-1676: Jacob Bavingh en Wyven,e.l. en andereerfgenamen over de nalatenschap van wijlen Martje Peters, hunmoeder en bestemoeder.Martien trouwt (2) h.c. 21-10-1653 Rotger Tyackes; voor de bruidtekent o.a. Frerick Arents, overleden mans broer.18036. Derck Jans, overl. tussen 16-1-1637 en 8-6-1641, tr.18037. Elisabeth Geerts.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend) 1762 :


1. Anna Dercks, tr. (1) (hc) (V ij 6) Noordbroek 5-5-1635 OnnoEdzens. Bij haar: Derk Jans, vader, Bunno Elties en Jan Gerdts,zwagers.Antie tr. (2) (hc) Noordbroek (V ij 6) 16-1-1637 Ebelo Eppens. Bijhaar: Derk Jans, vader, Jan en Lubbert Derks, broers; Bonno Ebbes,zwager.2. Mijndertje Dercks, tr. Bonno Elties.3. N.N. (dochter), tr. Jan Gerdts.4. Jan Dercks (= nr. 9018).5. Lubbert Derks, tr. (hc) (V x 5, p. 274) Zuidbroek 8-6-1641 EeskeAijlkes. Bij hem: Jan en Willem Dercks, broers; Bunne Ebbes, EbeleEppes en Harm Eggens, zwagers en Swijko Edzes, neef.6. Willem Dercks.7. Eltie Dercks, tr. (1) Peter Harckes, tr. (2) Hindrik Sibens. Ooknog 1763 :8. Geertijen Derks, tr. Harmen Eggens, zn. van Eggo Tjapkes,Caspellman up de meeden (1618) en Luppe Ammes, tr. (1) Meeden 18-8-1632 Hille Tonnens, wed. Luwert Egberts.18038. Edtzko/Adtzko Gaktiens/Galtiens 1764 , landbouwer te Finsterwolde,geb. ca. 1585, overl. 1666 (aan de pest), tr. (2) Aelcke Sickes,tr. (1) (hc) Noordbroek 16-10-161018039. Remcke Rotgers, verm. overl v. 29-11-1624.Remcke Rotgers is een zus van nr. 18044.H.c. Noordbroek 16-10-1610, p. 147-148 - Edsko Galtijns x RemkeRotgers.De goederen van Edzko zowel angearvet als ten dele angekocht zijn:elftehalf acker land int caspel Finsterwolde met de gehele up denackeren staande behuisinge en de halve aan de behuisinge wesendesteen, met jetlijcke deijmaten hooiland zo groot zijn quota is, inFijnserwoldemer Hamrijck gelegen up Torpsum. Zwettende de 10½ ackerten W: Hero Nankes, ten O: de gewesene torffwech, strekkende uitden Dullert in de Tijamme nabuur zwetten gelijk. De zwetten van hethooiland zijn ten O: Wilderijck Egbertz, ten W: Lubbert Jans,strekkende ook uit de Dullert in de Tijamme. Met 2 perden, 1waegen, 4 koijen, 2 versen twenters, met hooi en koren, en anderhuisgeraad.Hiertegen belooft Rotger Hijndrickz zijn dochter mee te geven opaankomende mei 250 Emd gld. met 2 koijen en een bed met toebehoren,wal gekledet huismanswijze, met ander huisgeraet Remke reedsbehorich. Lijfsgave bij kinderloos overlijden: Remke krijgt 100daler of Edzko 50 daler.Voor de bruidegom: Ebbo Bonnes als oom en voorstander van Edzko,Doelo Jansen [tekent Dole Johans].Voor de bruid: Rotger Hijndrix als vader, Bonko Tijabbes (tekentBunko) als swager. Geen neutrale getuigenOp 22-5-1667 1765 wordt een accoord opgemaakt tussen de erfgenamenvan Edtzko en Aelke. Jan Derks wegens zijn huisvrouw Remke, zijndeeen dochter van Edzko Galtiens en een halfzuster van de andereerfgenamen.Een akte eerder, zelfde datum: eveneens Jan Derks en zijn vrouwRemke; Frouwe Edtzkens; Jurjen Hannes en Trine; Hindrik Ubbens enEppe; Hero Nantkes, mede als voormond; Hindrik Alberts alssibbevoogd; Egbert Hindriks, vreemde voogd, kinderen van GaltioEdtzkens; ook Frederick Tjapkens en Hindrik Lamberts sibbe envreemde voog van de kinderen van zalige Nantko Herens en Menkeerfgenamen van Edtzko Galtien en Aelcke. Zij allen bekennen dat hunbroer, Sicko Edtzens en Imke van de 1000 g. die zij als bruidschat


hadden ontvangen, 596 g. wederom uitgegeven en teruggekeerd hebben.Uiteindelijk handelen de erfgenamen zo een deel van de erfenis af.Remke is denkelijk overleden voor 29-11-1624, omdat op die dag eenakte wordt opgemaakt tussen haar broers en zussen, waarbij sprakeis van hun ‘olderloze kindt Rempke’, waarvan Edsko Galties de vaderis.Uit het eerste huwelijk (volgorde niet zeker):1. Remke Edtzkes (= nr. 9019).2. Ws. Ebo Edtzkes, tr. (hc) Beerta 19-3-1639 Engel Heuwens.Uit het tweede huwelijk (volgorde niet zeker):1. Frouke Edtzkes, tr. (1) Sijbelke Hindricks, tr. (2) 1656 HaijeHeres, tr. (3) Ipo Tjapkens.2. Menste Edtzkes, tr. Nantke Heres.3. Galtie Edtzkes, overl. 22-5-1666, tr. ca. 1654 Lupke Alberts,overl. 16-6-1666.4. Trijne Edtzkes, tr. ca. 1640 Jurjen Hannes.5. Eppe Edtzkes, tr. (1) Hindrik Ubbes, tr. (2) 1673 Aeldrick Jans.6. Sicko Edtzkes, tr. 1654 Impke Aijssens.7. Bonne Edtzkes, tr. Meijndertje Dercks.Nadere informatie 1766 :Beerta: Fol.201 – 3-11-1624 - Edsko Galtkes, te Finsterwolde, voorzijn vrouw Aelcke, verkoopt aan Lupko Heerens en Ieken (ehel.) 5daler rente. Getuigen: Johan Hermans en Tako Tonckens.R.A. Winschoten 14-5-1632 (23)Isebrant Albers en Anna el. verkopen aan Eetzko Galtijens kerkvoogdin Finserwolt en Alecken el. twee ackeren landes, min een halfveerndeel op Torpsum gelegen, die Anna wegens haar sal. man DettartGeerdes aangeerfd was, in achtehalf ackeren onverscheiden gelegen,strekkende van de Tijamme in de Dullart, met nog twee ackeren landbij het olde hof, strekkende uit het Fledder in de Dullart, nogtwee ackeren op de gaare, strekkende uit het Fledder in de Dullart,met ook nog een halve acker landes bij het zijldiep inFinserwoldemer caspel gelegen, strekkende van de schellige weg inde Dullart, van de genoemde percelen heeft Tammo Suneckes degerechte negende part, get. Gerdt Jans glasemaker en Luppo Ockens.R.A. Beerta. Fol.856 18-2-1639 - Etsko Galtjens voor Aelke, zijnvrouw, leent van Eppo Haiens, pr.vmd. over Haio Fockens, enCornelis Rinnolts en Herman Jacobs als voogden, 100 Emder gld. à6%. Getuigen: Galtjo Roelfs en Wilto Ipens.R.A. Noordbroek 2-11-1654 - Edske Galtiens in Finsterwolt en Aelkeversetten aan Sicko Edskens en Imke: huis etc.R.A. Finsterwolde 22-5-1667, fol. 68. - Jan Dercks en Remcke,Frouwe Edtzkens, Jurrien Hannens en Trine, Henrick Ubbens en Eppe,Hero Nantkens voor zichzelf en mede als voormond, Henrick Albertssibbe voogd en Egbert Hindricks vreemde voogd over de kinderen vanzal. Galtio Edtzkens, Frerick Tiapkens en Henrick Lamberts sibbevoogd en vreemde voogd over de kinderen van zal. Nantko Heerens enMenste, erfgenamen van Edtzko Galtiens en Aelcke, bekennen datSicco Edtzkens en Imke van de 1000 gld., die zij als bruidschathadden ontvangen van hun ouders, 596 gld. weer uitgegeven enteruggekeerd hebben wegens de "mande" (gemeenschappelijke) schuldenvan de ouders en henzelf, voor zover zij die als eigen schuldenaangenomen hadden te betalen. Daarvan spruit 500 gld. uit het feitdat Sicco meer aan bruidschat had ontvangen dan zijn zusters, engeldt 96 gld. als hun aandeel van wat hun overleden broeder BonnoEdtzkens meer ontving dan de zusters.R.A. Finsterwolde 22-5-1667, fol. 68v. - Accoord tussen deerfgenamen van Edtzko Galtiens en Aelke. Vergelijk de vorige akte.Jan Dercks krijgt iets wegens zijn huisvrouw Remke, als dochter vanEdtzko Galtiens en halfzuster van de andere erfgenamen.


Uit dit huwelijk:1. Trijntje Edzkens, tr. Jurjen Hannes.2. Galtio Edzkens, van Finsterwolde, overl. Nieuw-Beerta 22-5-1666(aan de pest), tr. Lupke Alberts, overl. Nieuw Beerta 16-6-1666(aan de pest).Op 2 september 1654 is Galtio Edzkens dedingsman bij de huw.voorwaarden van zijn broer Sicko Edzkens met Imke Aysens (RAGR Vij)In een verzegeling d.d. 16 september 1654, handelend over een grotekolk geslagen in de Egypterdijk onder Finsterwolde komt hij voorals geldschieter (RAGR V ee)Op 9 november 1654 is Galtio getuige (als aangehuwde neef aan debruidegomszijde) bij de huw. voorwaarden van Harmen Alberts enJanna Herens.Met zijn vrouw Lupke Alberts wordt hij genoemd op 28 mei 1655,wanneer er 300 dalers op rente worden opgenomen van Vrouwke Sybelts(RAGR V ee)Op 3-3-1657 is Galtio getuige bij de huw. voorwaarden van zijnbroer Bonno Edzkens met Tiapke Jurriens (RAGR V x)Na diverse geldleningen, kopen ze op 17 februari 1662 een huis vanJan Alberts en Haycke. (RAGR V ee).-BWO 71, blz. 342. er zijn bij de verponding van 1660 twee stukke<strong>nl</strong>and:Galtio Edzkens wordt aangeslagen voor 5 deimt kerkeland. GaltioEdzkens heeft ook land bij BBB 124 in Finsterwolde en woontvermoedelijk daar.De laatste vermelding dat beiden nog in leven zijn is op 19 mei1666, als Galtio en Lupke 200 gulden op rente nemen van SickoEdzkens als voormond, Harcko Ockens als Sibbevoogd en NindrickLamberts vreemde voogd over onmondige kinderen van wijlen NantkoHerens (RAGR V gg). Uit het verschil in de manier waarop Galtio nuzijn handtekening zet, vergeleken bij eerdere, blijkt dat hijfysiek sterk afgetakeld moet zijn. Drie dagen later overleed hijaan de pest. Drie weken later overleed Lupke Alberts aan dezelfdeziekte.(H. v. Berkum: Kerkelijke geschiedenis van Nieuw Beerta, Sneek1856)R.A. Finsterwolde 19-5-1666, fol. 35. Galtio Edzkens en Lupkehebben 200 gld. op rente genomen van Sicko Edzkens voormond, HarcoOckens sibbe voogd en Hindrick Lamberts vreemde voogd over dekinderen van zal. Nanneke Heres.Ongedateerd en niet afgemaakt, fol. 66v. Hero Nantkes, HindrickAlberts en Egbert Hindricks, voormond en voogden over de kinderenvan zal. Galtio Edzkens en Lupke nemen 200 gld. op rente van SiccoEdtzkens, Frerick Tiapkens en Hindrick Lamberts, de voormond envoogden over Haicko Nantkes en Bonno Nantkes, kinderen van zal.Nantko Herens en Menste.3. Sicko Edskens, geb. Finsterwolde ca. 1628, landbouwer enkerkvoogd te Finsterwolde, tr. Noordbroek 2-11-1654 Imke Aeyssens,geb. Noordbroek 18-3-1631/32, tr. (2) 3-1672 Jan Peters, tr. (3)Midwolda 17-6-1683 Hayo Pieters, tr. (4) Finsterwolde 3-1693 SappoDercks.R.A. Finsterwolde 22-5-1667, fol. 68.Jan Dercks en Remcke, Frouwe Edtzkens, Jurrien Hannens en Trine,Henrick Ubbens en Eppe, Hero Nantkens voor zichzelf en mede alsvoormond, Henrick Alberts sibbe voogd en Egbert Hindricks vreemdevoogd over de kinderen van zal. Galtio Edtzkens, Frerick Tiapkensen Henrick Lamberts sibbe voogd en vreemde voogd over de kinderenvan zal. Nantko Heerens en Menste, erfgenamen van Edtzko Galtiensen Aelcke, bekennen dat Sicco Edtzkens en Imke van de 1000 gld.,


die zij als bruidschat hadden ontvangen van hun ouders, 596 gld.weer uitgegeven en teruggekeerd hebben wegens de "mande"(gemeenschappelijke) schulden van de ouders en henzelf, voor zoverzij die als eigen schulden aangenomen hadden te betalen. Daarvanspruit 500 gld. uit het feit dat Sicco meer aan bruidschat hadontvangen dan zijn zusters, en geldt 96 gld. als hun aandeel vanwat hun overleden broeder Bonno Edtzkens meer ontving dan dezusters.R.A. Finsterwolde 19-11-1673, fol. 202v.Jan Peters en Imke aan de éne zijde, aan de andere zijde: HannoJurriens voormond, Herman Henricks sibbe voogd en Berendt Berendtsvreemde voogd over de onmondige kinderen van zal. Sicco Edtzkens engeachte Imke. Afhandeling van de erfenis van de vader, pupillenwaren mede-erfgenamen van zal. Edtzko Galtiens en Aalke en van zal.Bonno Edtzkens, het jongste kind was Menste.H.c. Noordbroek 2-11-1654 Sicko Edskens x Impke Aijsssens;Aan de zijde van de bruidegom worden genoemd: Edske Galtiens vader,Galtio Edskens broer, Jan Derks en Jurien Harms swagers, MensteNanckens suster,Aan de zijde van de bruid worden genoemd: Winolt Luitiens vm enohm, Tyacko Hommes sv en ohm, Roelf Andrees vv, Steijo Aijssesbroeder.4. Frouwke Edzke(n)s, geb. Finsterwolde 1630, tr. SybbelkoHindricks.5. Bunno Edzkens, tr. Zuidbroek 3-3-1656/57 Tjapke JurjensH.c. Zuidbroek 3-3-1657 (219) Bunne Edskes en Tiapke Jurijens,Aan de zijde van de bruidegom worden genoemd: Edzke Galtiens enAelcke vader en moeder, Galtie en Sicke Etzkes broeders, Nancke enHaije Heres swagers, Galtie Mennes (Menses?) neve,Aan de zijde van de bruid worden genoemd: Jurijen Hannes en Trijnevader en moeder, Ficke, Jurijens suster, Hemme Hannes en CornelijsJans voogden, Roeleff Attiens en Derck Haijes ooms, Hiltie Jans enDetmer Fransen neven, Anne en Hilcke hun resp. vrouwen nichten. .R.A. Noordbroek 31-10-1618 - De gezame<strong>nl</strong>ijke kinderen van zal.Rotger Hindricks en Weije zijn vr., <strong>nl</strong>. Ubbo, Focko, Frants, Luppoen Tiacko Rotgers, gebroederen met Edsko Galtiens als gewezenzwager mit sin kindes vormunders Ubbo Rotgers en Hero Sintkens, alsook Sibe Sebens en Johan Hindricks, mede zwagers, accepteren kop enarrest die enige vrunden van de erfgenamen hebben gemaakt met LuppoRotgers, en zijn met de anderen in bestendige arrest getreden wegende erfenis van zal. Rotger en Weije. De zonen krijgen elk 500 gld.,de dochters 400. De zonen ook elk pro quota de helft van zekerelanderijen die ze in Noordbroekster hamrick kunnen verdedigen. Voorhet overige van de erfenis zal zuster en broeders gelijck sibbezijn. Luppo zal voor de voorstanderen over Edsko Galtiens en Remkemoderloze kind en ook voor Sibo Sebens wegens diens vr. Elske eeninventaris van de achtergelaten goederen overlangen. Het moederlozekind van Remke zal vooruit 30 daler ontvangen.Ubbo Rotgers tekent mede voor zijn zal. zuster Remke kind.Getuigen: Luitien Kniplinck, Menne Aijtiens, Gosen peters Slomp enHilko Dijurts.R.A. Noordbroek 12-4-1619 (209) - Verschenen de gez. erfgenamen vanzal. Rotger Hinricks en Weije als ook de voorstanderen over EdzkoGaltiens kind: Ubbo Rotgers voor zich zelf en als voormond overEdzko's kind dat hij bij zal. Remke Rotgers heeft geprocreëerd,Frans Rotgers, Luppo Rotgers, Tiacko Rotgers met hun vrouwen, SibenSebens, Johan Hinricks, Edzko Galtiens en Hero Sintkens als medevoorstanderen over Remkes kind. Zij verkopen aan hun broeder FockoRotgers en zijn vr. anderhalf deim. in Scheemder hamrick in deblocklanden waar Sipko Eppens mede in belendet is + een deim. land


in Middewolder hamrick in Jan Tiabbens gebruick. Getuigen: LuitienKniplinck en Hilko DijudtsR.A. Noordbroek 12-4-1619 (210) - Ubbo Rotgers, Edzko Galtiens enHero Sintkens, voorstanderen over Edzko's kind bij zal. RemkeRotgers; verk. aan Luppo Rotgers en Focktien zijn vr. een stuk landin de lange meden gelegen in Noordbr. hamrick. Getuigen: LuitienKniplinck en Hilko Dijudts.R.A. Zuidbroek 29-11-1624 (288) - Luppo Rotgers tegenwoordig in???wolda (ws. Midwolda) en Fockjen Emmes verkopen aan broeder FockoRotgers en Anna Arijs anpart land als Luppo van zal. olderen isgedesolveert, ook genoemd broeder Frans Rotgers, verder suster Anne(tegenwoordig gehuwd met Boncko Tiapkes) en zuster olderloess kindtRempke, waarvan Edske Galties vader, Ubbo Rotgers vm en HeroSinckens tho Midtwolda vv.Beerta: Fol.201 – 3-11-1624 - Edsko Galtkes, te Finsterwolde, voorzijn vrouw Aelcke, verkoopt aan Lupko Heerens en Ieken (ehel.) 5daler rente. Getuigen: Johan Hermans en Tako Tonckens.R.A. Winschoten 14-5-1632 (23)Isebrant Albers en Anna el. verkopen aan Eetzko Galtijens kerkvoogdin Finserwolt en Alecken el. twee ackeren landes, min een halfveerndeel op Torpsum gelegen, die Anna wegens haar sal. man DettartGeerdes aangeerfd was, in achtehalf ackeren onverscheiden gelegen,strekkende van de Tijamme in de Dullart, met nog twee ackeren landbij het olde hof, strekkende uit het Fledder in de Dullart, nogtwee ackeren op de gaare, strekkende uit het Fledder in de Dullart,met ook nog een halve acker landes bij het zijldiep inFinserwoldemer caspel gelegen, strekkende van de schellige weg inde Dullart, van de genoemde percelen heeft Tammo Suneckes degerechte negende part, get. Gerdt Jans glasemaker en Luppo Ockens.R.A. Beerta. Fol. 856 18-2-1639 - Etsko Galtjens voor Aelke, zijnvrouw, leent van Eppo Haiens, pr.vmd. over Haio Fockens, enCornelis Rinnolts en Herman Jacobs als voogden, 100 Emder gld. à6%. Getuigen: Galtjo Roelfs en Wilto Ipens.R.A. Noordbroek 2-11-1654 - Edske Galtiens in Finsterwolt en Aelkeversetten aan Sicko Edskens en Imke: huis etc.R.A. Finsterwolde 22-5-1667, fol. 68. - Jan Dercks en Remcke,Frouwe Edtzkens, Jurrien Hannens en Trine, Henrick Ubbens en Eppe,Hero Nantkens voor zichzelf en mede als voormond, Henrick Albertssibbe voogd en Egbert Hindricks vreemde voogd over de kinderen vanzal. Galtio Edtzkens, Frerick Tiapkens en Henrick Lamberts sibbevoogd en vreemde voogd over de kinderen van zal. Nantko Heerens enMenste, erfgenamen van Edtzko Galtiens en Aelcke, bekennen datSicco Edtzkens en Imke van de 1000 gld., die zij als bruidschathadden ontvangen van hun ouders, 596 gld. weer uitgegeven enteruggekeerd hebben wegens de "mande" (gemeenschappelijke) schuldenvan de ouders en henzelf, voor zover zij die als eigen schuldenaangenomen hadden te betalen. Daarvan spruit 500 gld. uit het feitdat Sicco meer aan bruidschat had ontvangen dan zijn zusters, engeldt 96 gld. als hun aandeel van wat hun overleden broeder BonnoEdtzkens meer ontving dan de zusters.18040. Nombdo Fockers, tr.18041. Anna N.N.18042. Jan Jacobs.Kinderen (volgorde onbekend):1. Lucke Jansen.2. Hisse Jans, tr. (1) (hc) Westerlee 12-9-1656 Jan Hindriks, tr.(2) (hc) (V ee 5, p. 56) Beerta 4-3-1663 Aijlco Fransen; bij haar


Freerick Nomdes, zwager, Hindrik Hindriks en Leuert Sebes, oldeswager.3. Swaentien (= nr. 9021).18044. Luppo Rotgers, overl. v. 23-11-1634, tr. Noordbroek (hc) 8-4-161818045. Focktien Emmes, begr. Midwolda 12-5-1665, tr. (2) (hc) Midwolda23-11-1634 Ebbele Epkens, zn. van Epko Tyapkes en Wapke.Luppo is een broer van nr. 18039.Op 10-9-1611 verkopen Pieter Jans en Trijne een rente aan JohanFrans, voormond, Lambert Emmens en Hillo Idens, voogden over dedochter Focktien van Emmo Aijlckes. Na het overlijden van JohanFrans treden als voormond en voogden over Foctien, het jongste kindvan sal. Emmo Aijlckes op: Lambert Emmens als voormond, LuitjenKnipling en Hilke Idens als voogden (Vx2, o.a. 20-11-1616 en 27-4-1617.h.c. Noordbroek 08-04-1618 (128) - Luppo Rotgers x Focktien Emmens,dr.v. Emme Aeilkens en Hille.Voor de bruidegom.: zn.v. Rotger Hendricks en Weije Rotgers,moeder; Ubbo, Focko en Tiacko Rotgers, broederen.Voor de bruid.: Lambert Emmens, Ipo en Aijlcko Emmens, gebroederen;Hilko Idens en Luitien Kniplinck, mede voorstanderen.Getuigen: Sipko Eppens en Hilko Diurts.R.A. Noordbroek 23-11-1619(269):Bunneke Tijabkens en Anna ehel. verk. aan Luppo Rotgers en Fockijenaandeel land dat Anna van haar sal. olderen heeft geërfd, gelegenin de klokslag Noordbroek in de Lange Meden geheten, unverscheidenmanck 10 deim. die de gezame<strong>nl</strong>ijke erven behoren, streck. uit hetW. van de hoijwegh, int. O. aan Wijske gat, dar (Eppo Aepkensdoorgehaald) Tijabko Peters ten N. en Ebbo Bonnes ten Z. Getuigen:Frerick Phebens en Reiner Wilmes (Wijllems) 1767 .Op 29-11-1624 1768 verkopen Luppo Rotgers en Fockjen Emmes hunaanpart in het land dat Luppo van zijn ouders toekwam aan hun broerFocko Rotgers en Anna Arijs. Ook worden genoemd: hun broer FransRotgers, hun zus Anna, tegenwoordig gehuwd met Boncko Tiapkes enhun zusters olderloze kind Rempke, waarvan Edsko Galties de vaderis. Die zuster is dus de nummer 18039 in deze <strong>kwartierstaat</strong>, RemkeRotgers. Ubbo Rotgers is voormond en Hero Sinckes te Midwolde isvreemde voogd.H.c. Zuidbroek 2-7-1630 (236) Tiarck Bonkes en Tetje Wijpkes,getuigen bruidegom: Boncko Tiapkens en Anne vader en dienshuisvrouw, Ubbo, Tiacko en Luppe Rotgers gebroederen ooms,getuigen bruid: olderen Wijpke Tiackens en Emke (= Imke) sijnhuisvrouw, Tammo Tiackens ohm, Tijdde Jurjens 1769 .Focktien is overleden na 10-5-1657; zij is op die datum aanwezigbij het huwelijkscontract van haar zoon Epke.H.V. Midwolda 6-7-1650 fol.13 - Emme Luppes, zoon van wijlen LuppoRotgers en Fockjen (gew.ehel.), in Midwolda, en Geertien Arents,weduwe van Geerdt Willems, te Midwolda.Uit het tweede huwelijk:1. Epke, ged. 11-10-1635.2. Eluwe.18312. Fecko Edskes, tr.18314. Wigbolt Egberts, tr.18315. Tjabbe N.N.19040. Jochem Arrijens Roeck.


Kinderen:Wolter Jochems Roeck, geboren rond 1575, tr. 1615 Petertje Roelofs.Jan Jochems Roeck, (= nr. 9520).19172. Wolter Doggenaar, overl. v. 1626, tr.19173. Pietertje Roelofs.Wolter liet zich op 21-2-1623 inschrijven als burger van StadVollenhove.19200. Hendrik Wichers, ‘tot Gythoorn’.19202. Jan Theunis, uit de Beulake.'19552. Berend Jansen Berkhoff, tr.19553. Janna N.N.Vindplaatsen volgens Jonker: 1645 XXVII 2, 15; (protocollen StadAlmelo).Uit dit huwelijk (allen ged Viezenveen):1. Berend (= nr. 9776).2. Hendrik, tr. Janna N.N.19800. Tonis Henricks (alias Hadewijchs) 1770 , geb. Rijssen, tr.19801. Gese N.N., overl. na 29-9-1587.In 1568 wordt Tonis Hadewijchs uit Rijssen namens de Vrouwe vanAlmelo beboet, omdat hij drie of vier hazen heeft gekocht van Aleffvan Rechteren uit de Heerlijkheid Almelo 1771 . Tien jaar laterspreekt Henrijck Tonisz 1772 van Rijssen Essken op Grutershuisgerechtelijk aan, wegens een schuld van 60 daler 1773 . Essken vraagtveertien dagen uitstel aan en bekent na die tijd met zijn vrouwAelheijt nog 20 goltgulden schuldig te zijn aan hun zwager TonisHadewijchs 1774 .In 1580 verkopen Tonis Henrijcksen, geboortig van Rijssen, enGeese, zijn aan Essken op Grutershuis en Aelheijt, zijn een huisen landerijen te Almelo, die Geese heeft geërfd van haar overledenmoeder Mette Grutters.Of Tonis Hadewijchs/Henrijcks en Geese inderdaad de ouders zijn vanGodschalck is vooralsnog niet duidelijk. Opvallend is wel dat teRijssen een Gese wordt genoemd als weduwe van een Tonis en alsmoeder van een Hendrick en een Hadewich. Goschalcx Tonisse en zijnhuisvrouw Henrick kopen op 10-2-1585 een gaarden van Gese Tonissen,geassisteerd met momber Henrick Tonissen, Jan Tonissen en HenrickTonissen en huisvrouw em Zwenne, Hadewich en Alke Tonissen,geassisteerd met hun broer Henrick Tonisse 1775 . In de tekst isslecht leesbaar dat Henrick Tonissen de zoon is van Gese, maarnaderhand wordt zij zijn moeder genoemd 1776 . Of zij tevens de moederis van Godschalk valt niet met zekerheid te zeggen. De naam Gese,die overigens wel veel voorkomt, duikt weer op bij de kinderen vanHendrick Godtschalk (= nr. 4950). Godtschalck wordt wel vermeld alsbroer van Henrick Tonissen en Zwenne Tonissen 1777 .21008. Hanrick Luijcas de Roij, te Sint Oedenrode, overl. v. 1612Inventaris 109 folio 55 jaar 1612 Luijcas soene wijlen HanrickLuijcas de Roij heeft overgegeven aen Nijclaessen soene Hanricx vanDursen tot behoeff van heer Johan Verscheijll? coopman o.a. eenecamp lants, genoempt die Heijhoeve gelegen in die prochie van SintOeden Roede tot Vressel. Ende die voirschreven Luijcas in coopevercregen hadde tegens den mombairen ende curateuren vandeonmundighe kijnderen wijlen Meus Artssen.


Inventaris 109 folio 57 jaar 1612 Luijcas soene wijlen HanrickLuijcas de Roij heeft vercooft Marten Huijbertssen ende LauvrijnsHanricxssen beijde schepenen der heerlijckheijt der prochie vanLiemde tot behoeff der ierste missen gecelebreert ofte celebrereninde voirschreven kercke, eenen jaerlijcken ende erffelijckenrenthe. Van ende vuijt een stuck ackerlants gelegen tot Nijnselinde Vloeijacker.21012. Frans Gerartssen/Goijarts/Goirts van Lieshout (ook: Lieshaudt), teSint Oedenrode, overl. v. 1616, tr.21013. Heijlwich dochtere Deonijs Peterssen, overl. v. 1616.Inventaris 108 folio 27 periode 1558 – 1562. Hanrick soen wijlneerArt Emonts ende heeft opgedragen Franssen soen Goijarts vanLieshout huijs, hoff met sijnder toebehorten gelegen inde prochievan Sint Oeden Roij inde aude straet, tusschen erffens WijllemLambertssoen ter eender sijde ende ander sijde Wijllem Peterssoen,streckende vander straete op erffens toebehorende de scholasterijenvan Sint Oeden. Hieruijt te vergelden ..stuijver aen scholaster. Inde marge vermelding van: Art soen van wijlen Jan Peter Goossens alsman ende momair Elijsabeth sijnder huijsvrouwe dochter Art Emonts.Inventaris 108 folio 40 periode 1558 – 1562. Lonis Thijs Lonissenmomboiren over de kijnderen van Mariken dochter wijlen WillemDriessen verweckt bij Peteren sijn soen ???…Jorden soen wijlen JanJordens heeft opgedragen Jan sijn broeder huijs, hofstat, hoff indeaude straet neven erve … een sijde, dander sijde … van Strijp …Welcke hij in opdrachte vercregen heeft van Arden Jan Petersoenende die selve in naerderschap vercregen van (een gedeelte is nietingevuld) Goijaertssen van Lieshout.Inventaris 108 folio 143 periode 1558 – 1562. Jan van Oevelewettich man ende mombair Geritken sijnder huijsfrouwen dochterwijlen Jans van Woffsvinckel de Aude, verweckt bij wijlen Geritkensijnder huijsfrouwen heeft erffelijck opgedraegen ende overgegevenFranssen Goijarts van Lieshout sijne alinghe aenpart, portie endekijntsgedeelte dat die selven als mobair der voirschreven Geritkenaengestorven nae dode Jans voirschreven ende Geritken van een stucklants gelegen in Roede.Inventaris 110 jaar 1616 folio 302 Lauvreijns, Gijsbrecht, heerende meester Jacop, Michiels ende Goijart gebroederen. LambertAnthonissen man ende mombair van Aelken sijnder huijsvrouwe.Mariken weduwe wijlen Jan Franssen, heer ende meester Jacob haerenswaeger ende mombairen inne desen ende Mariken Franssen oijck metheeren ende meester Jacobben haeren broedere ende mombaire. Allewettighe kijnderen ende erffgenaemen wijlen Frans soene wijlenGerartssen van Lieshaudt vande selven ende wijlen Heijlwich sijnhuijsvrouwe dochter wijlen Deonijs Peterssen tsamen verweckt.Hebben gescheijden ende gedeijlt huijsen, hofsteeden, etc. gelegenin die prochie van Sint Oeden Roede inde aude vrijheijt. Dievoirschreven heer ende meester Jacob gerenuncieert te hebben opsijn portie ende kijnsgedeelte de erfgoederen van sijnevoirschreven auderen achtergelaeten tot behoeff van allen danderesijne broederen swaegeren ende susteren. Aen Lauvreijnse o.a. ackeren weijlant, gelegen aende Hooch Vondere, bij die Veehuijshoeve ende leege Nuele. Aen Elijsabeth o.a. een hofstadt gelegen optenHoevel onder daude vrijheijt, metten eene sijde die gemeijn straet,dander sijde erve Goijart Franssen mede condivident ende LeonartAnthonis Rutten, streckende metten anderen eijnde die gemeijnstraet. Aen Michielen o.a. een stuck ackerlants met eenen driesken


gelegen ter plaetschen genoempt Opten Bocht. Item sal dit lot oftparceelen jaerlijcks heffende ende beuren acht entwintich stuijversvuijt huijs, hofstadt ende aengelach gelegen binnen Roedevoirschreven opten Bocht, metten eene sijde Mariken Franssen meedecondivident met dandere sijde Michiele voirschreven meedecondividente ende de gemeijn straete, streckende metten andereneijnde Joncker Marcqus van Gerwen. Aen Goijarden o.a. een huijs,hofstadt ende teullant daertegen aengelegen, tusschen erveGijsbrecht sijne condivident broeder ende Leonart Anthonis Ruttenmetten ander sijde beneffens erve Mariken weduwe Jans Franssenvoirschreven, deen eijnde die veehuijshoeve, streckende mettenanderen Corstiaen Diercxssen van Tartwijck, dander eijnde rechttotter Veehuijshoeve toe. Aen Lamberden Anthonis Vranckenvoirschreven o.a. een huijs hofstadt metten een driesken daeraengelegen metten halffven graef aen beijde die sijde gelegen optenBocht. Aen heer ende meester Jacob Franssen ende Lauvrijns Franssenmombairen over den onmundighe kijnderen wijlen Jan Franssen hennewettighe broeder verweckt bij Mariken sijn huijsvrouwe dochterewijlen Ariens Jans Rutten van Roosmaelen ten deele gevallen o.a.een stuck ackerlants, gelegen aen o.a. de Veehuijs hoeve. Noch eencoewijde gelegen aen de Hoogh Vonder. Aen Mariken oijck dochterewijlen Frans Goijartssen ende wijlen Heijlwich o.a. een stuckackerlants genoempt Beijckens loop gelegen opten BochtInventaris 110 jaar 1616 folio 309 Die voirschreven LambertAnthonis Vrancken man ende mombair van Aelken sijn huijsvrouwedochtere wijlen Frans Goijaertssen van Lieshaut ende wijlenHeijlwich sijn huijsvrouwe heeft vercooft aen Michielen soenewijlen Frans Goijartssen ende Meriken sijne suster gesaemenderhantsijn alinghe portie ende kijntsgedeelten in allen denachtergelaeten goederen wijlen Frans Goijaertssen ende wijlenHeijlwich voirschreven.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk, afgeleid uit vernoemingin een akte):1. Lauvreijns Franssen van Lieshout, tr. Anna dochtere JanWauterssen de Gruijter.Inventaris 109 folio 40 jaar 1612 Lauvrijns soene Frans Goijartssenvan Lieshaut als wittich man ende mombair van Anna sijnderhuijsvrouwe dochter wijlen Jan Wauterssen de Gruijter verweckt bijMargreta sijnder huijsvrouwe. Ende die voirschreven Anna met haerenman ende mombair voirschreven, heeft vernaedert het voirschrevenstuck ackerlants genoempt Daude Erve. Wederom overgegeven aenEijmbrecht van de Oetellair..2. Gijsbrecht, (= nr. 10506).3. Jacop Franssen van Lieshout.4. Michiel Franssen van Lieshout.5. Goijart Franssen van Lieshout.6. Aelken Franssen van Lieshout, tr. Lambert Anthonissen.Inventaris 111 jaar 1624 folio 341 Testament van Aelken dochterewijlen Frans Goirts nu achtergelaeten weduwe wijlen LambertAnthonis Vrancken wonende binnen des dorpe van Sint Oeden Rode terplaetssen genoemt inde aude vreijheijt. Verder vermelding vanThonisse haeren zoen ende Lijsken haer dochter. Marikem haerbastarde dochter. (En de niet bij name genoemde kijnderen.)7. Jan Franssen van Lieshout, overl. v. 1616, tr. Mariken.8. Mariken Franssen van Lieshout.21014. Gielissoen soen wijlen Jooris Becx


Inventaris 108 folio 155 periode 1558 – 1562. Jacop soene wijlenLambert Bersen ende heeft erffelijck vercoft heeren Gielissoen soenwijlen Jooris Becx eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijns Vuijtden auden huijse, hoff, hofstat met drie malder saet lants oftedaer omtrent geheijten den Pijnhorst, gelegen binnen der prochievan Sint Oeden Roede aen die heijde. Deen sijde Jan van Cueringe,dande sijde Hanrick Emonts, streckende vander gemeijnte op erffenisJan soen Jan Wijlems. In de marge vermelding van: dese rentegequeten doir handen van Jan Willems van Heeswijck aen handen JorisDielis ende Henrickxken achtergelaten weduwe wijlen GijsbertFranssen van Lieshout.21056. Geerlinc der Kijnderen.Kinderen:1. Jan Geerlincx van den Baers der Kijnderen.2. Joost Geerlincx der Kijnderen, (= nr. 10528).21072. Aert Everts (ook: Art Evert Snijders), te Sint Oedenrode.21100. Reijnder Hendricx Verhagen, tr.21101. Heijlken Lamberts van Sochel .21102. Peter Huijghen (ook: Hugo) van Berckel, tr.21103. Elisabeth Verhoeven.Peeter Huijghen van Berckel en Jan zoon van Jan Henricx van Gerwen,van vaderszijde; Jan Peeters van Oeffel, bierbrouwer met BernardtSomers, bierbrouwer, van moederszijde, zijn momboirs over de drieonmondige kinderen van wijlen Diericx Huijgen van Berckel,overleden te Cuijck, bij Judith dochter van wijlen Peter Abels, "inde Sterre".Verkoop van roerende goederen en het huis "de Rode Leerse" in deHinthamerstraat. R1925 17.10.1629 f 89v 1778 .Het voorgeslacht van Elisabeth Verhoeven staat beschreven in deBrabantsche Leeuw van 1957, jrg. 6, afl. 6 1779 .Hieruit de gegevens rond haar voorouders en ook de navolgendeinformatie: ‘Toen zij in het jaar 1633 testeerden, woonden zijonder Wijbosch, nabij de kapel van St. Antonis.’fol.24 24.9.1633Testament van Peter Hugo van Berckel en Elisabeth zijn huisvrouwdochter van Jan Verhoeven d'oude [?] wonende bij deSt.Anthoniskapel te Wijbosch - legateren aan het O.L.Vr.altaar 'totreparatie desselfs' 10 stuivers terstond na overlijden van detestateur uit te keren 1780 .Mogelijk is dit zijn vader:FICHE 8 inventarisnummer 648 periode 1569-1576fol.228Indiening van een ootmoedige supplicatie door GOYAERT WILLEMSSENVAN DEN MAERSELAER wonende te OIRSCHOT en 18 jaren oud. Hij zittegenwoordig gevangen bij HUGO VAN BERCKEL de schout van Peellandte SINT OEDENRODE. Hij verklaart van jongsaf altijd eerlijk tehebben geleefd volgens de regels van de RK. Kerk, zoals dat ookblijkt uit de afgegeven attestatie van de HEER ANTHONIS JANSSEN depastoor van Oirschot. Op Sint Bartholomeusdag jongstleden is hij inhet huis geweest van DIERICK VAN SON te Sint Oedenrode waar ookwijlen GOOSSEN BEYNS was. Die stond daar op een kist met een blootzwaard in zijn hand en wilde op de suppliant inslaan. Goossen trokzijn wollen hemd uit en zei dat hij Goyaart zijn roer zou doenneerleggen, ondanks het feit dat tussen beide heren nog geen woord


of twist was voorgevallen. Goyaart droeg dat geweer alleen ‘vuytdien dat eenenyegelyck die inde bede eenen gulden is geldende moetversien zyn van een roer, om die rebellen ende vianden tewederstaen ende dat die suppliant op eenen hoeck is geseten endedaermen doer boesachtigen plaetsen moet gaen’. Door een zekere JANDANELS en HENDRIK THOMAS is Goossen tot bedaren gebracht en heeftzijn zwaard wederom in de schede terug geschoven. Goyaart gaat metzijn broer de herberg uit zonder Goossen iets misdaan of miszegd tehebben, maar Goossen is hen achtervolgd met het ontblote zwaard enheeft Goyaart van achteruit neergeduwd, vervolgens bovenop hemgevallen en is toen weer opgestaan. Ook Goyaart stond op en,wetende dat Goossen ‘zeer dangereux ende een voirvechter was’,heeft hij snel zijn geweer gepakt en een schot gelost en raaktezijn tegenstander in de borst, die daaraan overleed. De schout vanPeelland heeft Goyaart toen gearresteerd en hem gevangen gezet.Uiteindelijk volgt remissie – october 1573 1781 .22614. (?) Bartle Jans, gecommiteerde van Houkema-leen te Wijnaldum(1623) 1782 , tr.22615. (?) Wypcke TjaerdtsOp 18-6-1623 1783 verkoopt Jan Gerbens ‘thoe’ Wijnaldum aan BartleJans en Wijpcke Tjaerdts, gecommiteerden van het Houkemaleen teWijnaldum, land voor 151 gg.Uit niets blijkt dat zij de ouders zijn van Trijntje (= nr. 11307),maar de tijd, de plaats en vooral de weinig voorkomende voornaamBartle maken de kans op een filiatie erg groot.22848. Bote Luitjens, boer op De Triemen te Westergeest, volmacht vanWestergeest (1604), overl. Westergeest (Triemen) tussen 27-9-1608en 21-2-1609, tr. v. 21-5-158822849. Waeps Romckedr., overl. Westergeest (Triemen) tussen 25-10-1629 en20-11-1629, tr. (1) Eede Siuerts.Ik tref Bote Luitjens voor het eerst geboekstaafd in 1587 in derechterlijke archieven van Kollumerland. 1784Het jaar daarop treedt hij op 21 mei aan in een akte voor zijnverder niet bij naam genoemde vrouw. 1785Vanaf die tijd komt Bote Luitjens overigens met allerhande besogneszeer geregeld in de archivalia voor. 1786Daarbij valt op, dat hij klaarblijkelijk een zeker maatschappelijkaanzien geniet, want hij treedt enkele keren op als curator 1787 enin 1597 zijn hij en ene Berent Berents “baersluijden” bij eengeschil. 1788Bovendien treedt hij op 20 december 1604 voor het Hof van Frieslandop als vertegenwoordiger van Westergeest in twee zaken tegen eenzekere Romcke Romckes wegens de betaling van een obligatie uit1598. 1789Duidelijke familierelaties zijn overigens via die curatorschappenniet voorhanden, al is in ieder geval – op basis van de namen indie akte - één vermelding wel bijzonder interessant.Op 15 juni 1602 namelijk worden de al eerder gememoreerde FolckertWubles en Bote Luitjens aangesteld tot curatoren over de kinderenvan wijlen Alle Aebeles en Aelcke Egbertsdr.Mogelijk is er een familieband tussen Luitjen Aebeles en AlleAebeles. Direct, ontwijfelbaar bewijs daarvoor ontbreekt echter,zodat ik hier met de vermelding zou willen volstaan.Kollumerland is dus de plaats van handel en wandel van BoteLuitjens.Er zijn echter ook banden met de naburige grietenij Achtkarspelen.


Zo is er de verkoop van een huis in Surhuizum, daarbij komt niaarvan Ebbzie Jannis, maar Bote en Waeps worden ook genoemd. 1790Hieronder zal blijken dat er meer lijntjes naar Achtkarspele<strong>nl</strong>open.Bote Luitjens is overleden tussen 27 september 1608 1791 en 21februari 1609 1792 , want dan komt Waeps als weduwe voor. Op 28 maart1609 worden Folckert Wubles en Georgien Itsma aangesteld totcuratoren over de kinderen van Bote en Waeps. 1793 In 1611 neemtSybrand Hettinga die taak overigens van Folckert Wubles over.De pas benoemde curatoren laten er geen gras over groeien en op 30maart 1609 inventariseert men in het sterfhuis op De Triemen. 1794De minderjarige kinderen zijn: Foock (in het 15de jaar), Luitjen(in het 13de jaar) en Eebel Botes (in het 9de jaar). Aanwezig isdan ook Balling Wybes, zodat ook de belangen van de dan dus algetrouwde Geertje Botedr behartigd worden.Het sterfhuis is gelegen op de Triemen. In de boedelbeschrijvingvan Bote Luitjens is een groot aantal aankopen en eigendomsbewijzenopgenomen, waarvan we enkele bezittingen terug zullen zien bij zijnnazaten. Zo is er een kleine zate op de Triemen, op 23-4-1600gekocht van Luel Tierx Buma; een veene op het veen onderWestergeest op 4-4-1599 gekocht van Roelof Geerts; landen op 30-5-1606 gekocht van Frouck Juckedr, huisvrouw van Andries Wygers; eendeel van een zate lands op de Triemen op 17-2-1603 gekocht vanSydts Metskedr., huisvrouw van Maarten Coops; een stuk land, DeHocht genaamd, op 20-10-1589 gekocht van Aede Jans; nog een deelvan een zate op de Triemen, op 14-12-1596 gekocht van Marck Sapis;enkele mieden op Old Woldema, op 14-11-1607 gekocht; een vijfdepart van een zate lands te Westergeest op 13-9-1597 gekocht vanWilck ... en Syds Buwedr.; hooiland te Westergeest gekocht vanFrouck Foockedr., met consent van Haye Ballings op 11-11-1596; tweeparten veen op Swagerveen op 3-2-1599 gekocht van Focke Syurdts;land te Westergeest op 26-5-1598 gekocht van Lucas Wolters; eendeel van Sjoerd ..eldus plaats op de Triemen; een deel in ...Eelckis zate aldaar, op 2-1-1597 gekocht, met consent van TjaardBrongersma. 50 pondematen lands in Tollinga zate te Westergeest, op27-5-1603 gekocht van Ansck Wiarda. Verder wordt een groot aantalobligaties genoemd, waaruit op te maken valt dat Bote in iedergeval nog in leven was op 6-6-1608.Verder is een dertiental ‘aanbeerfde landen’ opgenomen, waaruitoverduidelijk blijkt dat Bote een zoon is van Luitjen Aebeles endiens vrouw Geertjen N.N. De hier genoemde aankopen van datechtpaar bewegen zich tussen 25-9-1562 en 16-4-1586.De aankopen bewegen zich tussen de jaren 1589 en 1606, waarbij dediverse aankoopbrieven van tiende parten van een derde deel vanSyurdt Eelckes’ zate in het oog springen. Die zate is overigensgelegen op De Triemen, zodat het zeer wel mogelijk is, dat BoteLuitjens er zelf op boerde.Verder wordt een groot aantal obligaties genoemd, waaruit op temaken valt dat Bote in ieder geval nog in leven is op 6 juni 1608.Daarnaast blijkt – zoals hierboven al gememoreerd is - uit ee<strong>nl</strong>ijst van “aengeerffde landen” dus de filiatie met Luitjen Aebelesen Geertje N.N.


De weduwe van Bote heeft nog even tijd van leven. Zij komt in devolgende jaren enkele keren voor in de archieven. 1795Eerst twintig jaren later, op 20 november 1629, wordt de inventarisopgemaakt van Waeps Romckedr. 1796De daar genoemde erfgenamen zijn: Luitjen Botes, Geertjen Botedr,weduwe van Balling Wybes, Eebel Botedr en haar man Jelys Stoffels.Verder zijn aanwezig Lou Lurcx, als vader over zijn kinderen bijRomck Eededr, zijn overleden vrouw en ten slotte Hendrik Pietersals vader van zijn kinderen bij wijlen Antie Eededr. Waeps is debestemoeder van de kinderen van de overleden Romck en AntieEededochters.Dat laatste betekent dus, dat Waeps eerder getrouwd was met een manmet de voornaam Eede. Nader bewijs voor een huwelijk met die Eedeontbreekt echter in deze boedelbeschrijving van Waeps, ook bij deopgenomen “brieven en instrumenten”, zodat hieruit niet direct afvalt te leiden dat er een ander huwelijk was. Uitsluitsel daarovergeeft echter een gerechtelijke akte uit 1599, waarin Bote Luitjensoptreedt uit naam van zijn vrouw Waeps, de weduwe van EedeSyurdtsz. 1797Bij de inventarisatie is ook een “laatste wille” van Waepsopgenomen, d.d. 25 oktober 1629. Verder worden veel aankoopaktengenoemd, die overigens goeddeels ook al bij de inventarisatie van1609 opgenomen zijn.Er valt wel uit op te maken dat Bote en Waeps al getrouwd waren op15 mei 1591. Er is weliswaar sprake van een aankoop uit 1589, maardan worden zij niet vermeld als echtelieden. Wel komt Bote in mei1588 voor namens zijn niet bij naam genoemde vrouw (zie hierboven).Uit het huwelijk tussen Eede N.N. en Waebs Romckedr. (volgorde nietduidelijk):1. Romck Eededr., overl. v. 27-7-1627, tr. Lou Lurcx.2. Antie Eededr., overl. v. 20-11-1629, tr. Hendrik Pieters.Uit het huwelijk tussen Bote Luitjens en Waebs Romckedr.:1. Geertjen Botedr, tr. (1) v. 1609 Balling Wybes, overl. v. 20-11-1629, tr. (2) v. 22-2-1634 Tierck Fridses.Op 20 november 1632 wordt er gesproken over de erfgenamen vanBalling Wybes bij Geertjen Botedr. 1798Nog later zijn Ebdie Johannes en Willem Sippes curatoren over WybeBallings en de andere kinderen van wijlen Balling bij Geertje. DieWybe moet denkelijk een broer Bote gehad hebben, want op 9 maart1652 zijn Bote Ballings en Hemme Jans voormonden over Johannes (18)en Engbert Luitjens (16), de kinderen van Luitjen Botes. 1799Op 22 februari 1634 wordt de inventaris opgemaakt in het sterfhuisvan Balling Wybes. 1800 Geertje wordt dan vergezeld door haar tweedeman, Tierck Fridses. Het paar is denkelijk doopsgezind, want hetbevestigt naar waarheid in plaats van onder ede. Op 19 augustus1635 volgt dan de scheiding. 1801 Daarbij valt er voor de erven zekerhet nodige te verdelen, want Geertje Botedr is een vermogende vrouwgeweest. Bij de kohieren van 1640 is zij in het bezit van meerderestemnummers te Westergeest: 3, 17 (met haar broer Luitjen Botes),29 (met haar zwager Jelis Stoffels) 46, 49, 51, 52 (half) en tenslotte nog plaats 59.2. Foock, geb. ca. 1595, overl. tussen 1609 en 1629.3. Luitjen, (= nr. 11424).4. Ebel, geb. ca. 1601, tr. v. vóór 20-11-1629 Jellis Stoffels.Luitjen Botes en Jellis Stoffels hebben zeker samen zaken gedaan.Zo blijken ze in 1640 gezame<strong>nl</strong>ijk in het bezit van Westergeest stem16. De zwagers (en hun vrouwen) kopen in 1632 samen bouwland op hetVeen onder de klokslag van Westergeest en er zijn wel meervermeldingen, waarbij zij gezame<strong>nl</strong>ijk opereren. 1802


Aanvankelijk woont het echtpaar op De Triemen, maar in 1635resideren Eebel en Jellis in Oostdongeradeel. 1803 De familierelatietussen Eebel, Geertje en Luitjen Botes wordt nog eens expliciet oppapier gezet in 1635. Dan noemt Eebel, wonende op Gerolsmasate te“Luisens” (Lioessens), haar broer en zus. 1804Overigens blijkt het echtpaar bij de optekening van de stemkohierenin 1640 geen eigenaar van die boerderij. Dan staat namelijk teLioessens bij stem 20 (Gerroltsma sathe) als bezitter vermeld: Jr.Tiete van Peyma, papist.22850. Johannes Metelen, conventuaal in het klooster Jerusalem ofGerkesklooster, predikant te Optwijzel, afgevaardigde classisDokkum synode van 1607, overl. 1-10-1613, tr. (1) Foeck Fockedr.,overl. 6-9-1600, tr. (2) ca. 160022851. Sye Jentkedr., overl. na 11-4-1616, tr. (2) v. 11-4-1616 BenneLubbes.Johannes Metelen is aanvankelijk conventuaal in het kloosterJerusalem of Gerkesklooster, later predikant te Twijzel en ook nogafgevaardigde namens de classis van Dokkum bij de synode van 1607.Hij overlijdt op 1 oktober 1613 1805 en trouwt Foeck Fockedr, dieoverleden is in september 1600. 1806Johannes Metelen hertrouwt rond 1600 Sijke Jentkedr, die isoverleden na 11 april 1616 en zij hertrouwt op haar beurt BenneLubbes.Johannes Metelen komt voor in dat Register van GeestelijkeOpkomsten. 1807 Daar staat vermeld dat rond februari 1580 de laatstebewoners van Gerkesklooster een scheiding maakten. De 42ste e<strong>nl</strong>aatste abt was Requinius Jacobi Groningensis. Hij en zijn monnikennamen zoveel kostbaarheden, goud, zilverwerk mee als zij kondennaar het refugium in Groningen. Van de kostbare stoffen enpriesterkleden kreeg elk bij het afscheid zijn aandeel. Vanvermoedelijk rond 1599 is deze vindplaats 1808 : staat houdendeopgaven van de verdeling van misgewaden tussen de abt en de exconventualen,Rodolphus Deveren, Johannes Blyensteyn te Burum,Bitterus Zutphaniensis, Henricus Haeck Groniensis, Joannes Metelen,Wolterus Doetinchem en Albertus Haeckinck.Over het cisterciënzer klooster Gerkesklooster of Jeruzalem en debezittingen is in de loop der tijd wel wat geschreven. 1809Johannes Metelen heeft vanzelfsprekend wel meer sporen nagelaten inde archieven. Zo wordt hij rond 1599 genoemd bij een verdeling vanmisgewaden tussen de abt en ex-conventualen. 1810Op 19-2-1601 1811 wordt Johannes genoemd als verkoper van een huis teBuitenpost.Op 17-6-1602 1812 verkoop het echtpaar een huis aan Cornelis Pietersen Foeck Lourensdr.Op 25-4-1605 1813 verkoopt Johannes ‘als last hebbende van AeffGercksdr.’ Land in de Woltmaeden.Johannes en zijn eerste vrouw zijn beiden in de kerk van Twijzelbegraven:“Ao 1600 de 6 septembris sterf deerbare Fock Fockedr huisvrou vaIohannis Meetlen en legge hier beide begrave”.“Ao 1613 de 1 octobris sterf de eersamen Iohannis Meetlen dienaerdes godlicke woordts geweest in Optuisel”. 1814Op 8-8-1614 1815 is de hierbovengenoemde collega, Wolterus Dotichem,predikant te Augustinusga, curator over Focke Johannes, zoon vanJohannes Metelen, predikant te Optwijzel.Er zijn echter meer kinderen, zoals blijkt uit een tweetal akten.


Op 11-4-1616 1816 wordt een scheiding opgemaakt tussen de moeder vande kinderen van Johannes Metelen. Zij is opnieuw getrouwd aan BenneLubbes.Op 14-11-1616 1817 zijn Egbert Johannes en Willem Altes voormondenover de drie kinderen van Johannes Metelen: ‘d’olste 16, de anderetwee 15 en 14 jaar’.Uit het eerste huwelijk:1. Focke, geb. ca. 1600.2. Martien (= nr. 11425).3. Lubbe, geb. ca 1602, herbergier, tr. Lutske Hoytsma.22854. Cornelis/Cnellis Claes, overl. Kollumerzwaag v. 18-1-1640, tr.22855. Antie Galedr., tr. (2) v. 18-1-1640 Wopke Pieters.Op 18-1-1640 1818 vindt er een inventarisatie plaats in het sterfhuisvan Cornelis Clases. Zijn vrouw blijkt hertrouwd aan Wopke Pieters.Aanwezig is ook Jeen Gerbens, als man van het oudste kind, Bets.Kinderen uit data eerste huwelijk: Bets (in het 24 e jaar); Claes(in het 22 e jaar); Antie en Eeltse (tweeling, in het 18 e jaar); Wyts(in het 15 e jaar); Reynts (in het 11 e jaar) en Buyck (in het 8 ejaar). Bij de vaste goederen staat vermeld dat het sterfhuis tienvak lang is; er is sprake van huismannengereedschap. Jel en haarnieuwe man zijn doopsgezind. In de aansluitende akte (fol. 389)laat Wopke een inventaris opmaken van wijlen Aet Merxdr., zijneerste vrouw. Hij heeft ook een voorkind: Egbert Wopkes: in het 6 ejaar.Op 18-1-1640 1819 is Mintse Eemckes curator over de zes nagelatenkinderen van wijlen Cornelis Claes en Antie Galedr., ten verzoekvan genoemde Antje en Jeen Gerbens als man van Bets Cnellisdr.Op 6-6-1640 1820 volgt de scheiding tussen de erfgenamen van CornelisClaesz., in leven te Kollumerzwaag. Opgenomen is o.a. dehandtekening van Jeen Gerbens.Uit dit huwelijk:1. Bets (= nr. 11427).2. Claes, geb. ca. 1618.3/4. Antje en Eeltse, geb. ca. 1622.5. Wyts, geb. ca. 1625.6. Reynts, geb. ca. 1629.7. Buyck, geb. ca. 1632.22858. Mient N.N.Kinderen (volgorde niet duidelijk):Hendrik Mients.Antie Mientsdr.Arent Mients, overl. v. 1640. De erven van Arent Mients zijn in1640 eigenaar van Kollumerzwaag stem 18.22860. Folckert Johannes, overl. v. 27-1-1621 1821 , tr.22861. As Metskes, tr. (2) Metske Aeuckes.Op 29-3-1625 1822 zijn de broers Tierck en Rinze Johannes curatorenover de kinderen van wijlen Folckert Johannes, ten verzoeke vanMetske Aeuckes. Toch is Folckert mogelijk al eerder overleden, wanter is daarvoor een aantal malen sprake van de weduwe van FolckertJohannes; op 27-2-1621 en 12-3-1622 1823 .Op 31-3-1625 1824 blijkt Folckert in ieder geval overleden en blijktzijn weduwe, As Metskes, opnieuw getrouwd; aan Metske Aeuckes. Dekinderen uit het eerste huwelijk worden genoemd: Johannes (18e);Tamme (16e); Saepe (14e); Rintze (12e); Hil (11e) en Metske (8e).


Er is onder andere sprake van een Metske Johannes; een kleine zatelands te Optwijzel en een huizinge te Augsbuurt. As isklaarblijkelijk doopsgezind, want ze bevestigt naar waarheid inplaats van eed.Op 14-2-1626 1825 is As’ tweede man, Metskes Aeuckes curator over dekinderen van wijlen Syu Metskedr. en Johannes Jeppes.Uit dit huwelijk:1. Johannes Folckerts, geb. ca. 1607 (= nr. 11430).2. Tamme Folckerts, geb. ca. 1609.3. Sape Folckerts, geb. ca. 1611.4. Rintje Folckerts, geb. ca. 1613.5. Hil Folckerts, geb. ca. 1614.6. Metske Folckerts, geb. ca. 1617.22862. Rein Alckes, ws. overl. 14-7-1621, begr. Augsbuurt, tr.22863. Romck Geerts (Halbesma), overl. Burum v. 11-4-1628, tr. (2) JacobCornelis.Op 21-3-1598 1826 zijn de broers Wyger en Tierck Luywes curatorenover Rein en Alcke, kinderen van wijlen Anna Luyuuedr. bij AlckeReins.Op 12-2-1611 1827 wordt Marten Jans te Kollum curator over HedRintzes, zoon van Rintze Sapis, ten verzoeke van Rein Alckes enRomck Geerts.Op 30-1-1613 1828 worden Reijn Alckes en Romck Geerts genoemd alsstiefvader en -moeder van Hed Rintses, de zoon van Rintse Sapes. Inde akte wordt een scheiding van goederen met het kind geregeld.Rein Alckes komt voor op 12-10-1619 1829 , wanneer hij om eencuratorschap verzoekt.Rein Alckes is overleden tussen 12 oktober 1619 1830 en 30 januari1627. 1831 Op die dag is Hessel Hinties namelijk curator over zijnkinderen. Op 22 mei 1627 is Lyuwe Alckes voormond over de kinderenvan wijlen Rein Alckes bij Romck Geertsdr.Mogelijk heeft deze vermelding van een graf in de kerk vanAugsbuurt betrekking op Rein: “Ao 1621 de 14 julij st[erf]......... Heijn Alckesz alhi[er begraven]”. 1832Op 11 april 1628 volgt de inventarisatie te Burum, op verzoek vanLieuwe Alckes, de curator over de kinderen van zijn overleden broerRein. 1833Verder gaat het verzoek ook uit van Hed Rinties en Jacob Cornelis“insgelycx in echt gehad hebbende Romck Geerts”. Zij blijkt nuoverigens ook overleden.De genoemde kinderen zijn: Geertje (15de), Trijntje (13de) en AlckeReins (8ste). Genoemd wordt onder meer land te Bentemahuis, vanRomcks ouders geërfd en land uit een erf te “Akkerwolde”.In 1630 zijn Hed Rinties en Jan Alckes voormonden over de kinderenvan Rein en Romck. 1834De mogelijke familienaam van Romck is in eerste instantie gebaseerdop het zilverwerk in het later te bespreken bezit van GertieMients.Zij heeft onder meer een ketting met daarop gegraveerd “RomckHalbesma, 1601”.Op 11-4-1628 1835 vindt een inventarisatie plaats t.v.v. LieuweAlckes, curator over de minderjarige kinderen van zijn overledenbroer, Rein Alckes. Verder gaat het verzoek ook uit van Hed Rintiesen Jacob Cornelis ‘insgelycx in echt gehad hebbende Romck Geerts’.Zij blijkt nu ook overleden te zijn. Genoemd worden de kinderen:Geertje Reins (in het 15 e jaar, Trijntje Reins (in het 13 e jaar) enAlcke Reins (in het 8 e jaar).Het sterfhuis is te Burum gelegen.Genoemd worden verder o.a. land te Bentemahuis, van Romck’s ouders


ekomen en land uit een erf te Akkerwolde. Jacob Cornelis isdoopsgezind.Op 19-1-1630 1836 zijn Hed Rinties en Jan Alckes voormonden over dekinderen van wijlen Rein Alckes bij Romck Geertsdr.Op 20-12-1633 1837 zijn Johannes en Jacob Folckerts curatoren overAlcke, het kind van Rein Alckes, ten verzoeke van Hed Rintyes enJan Alckes. Er is sprake van een Geertje Reins en een TrijntjeReins.De mogelijke familienaam van Romck is in eerste instantie gebaseerdop het zilverwerk in het bezit van Gertie Mients (= nr. 2857): zijbezit o.a. een ketting met daarop gegraveerd ‘Romck Halbesma, 1601’(dat laatste zou een verwijzing naar een betekenisvolle datumkunnen zijn: een geboorte of huwelijk?).De namen Hed/Hidde en Rintje komen inderdaad voor in de familieHalbesma uit die contreien: in TLR NT. 13.119 bijvoorbeeld, issprake van een Hed (Hidde) Halbesma en een Rintje Halbesma (xJelck): hoe de familieverhouding loopt, is onduidelijk, maar hetlijkt er zeer sterk op dat Romck Geerts ook Halbesma heet. Het iszelfs niet uitgesloten, dat Rein Alckes een Halbetsma is.In NL 1925 1838 wordt een Kollumer familie Halbetsma besproken. Ookde auteur, Heerma van Voss, komt niet tot een sluitende reeks. Maarde namen, de plaatsen, de tijden en bovenal de bezittingen wijzenwel in dezelfde richting.In NL staat dit vermeld: Tenslotte trof ik een en andermaal aan eenHed Halbetsma: vermoedelijk dezelfde, die Andreae als ‘Gie’vermeldt: de leesfout is minder onwaarschij<strong>nl</strong>ijk dan ze klinkt,indien men het vrij onduidelijke handschrift voor zich heeft. Washet wonder dat ik dezen Hed gaarne het vaderschap over Lubbe Hedtsin de schoenen wilde schuiven? Ik vond hem vermeld van 26 Sept.1549 tot 10 Mei 1552 als mederechter van Kollumerland, in Apr. 1561als voogd over Renthie Wattesz., 1 Juli 1552 als voogd van hetGasthuis te Kollum. 27 Sept. 1652 niaart hij als naastleger 1mansmad in Kollumer Legelandt en 3 Mei i556 koopt hij met CoppenHarckema een losrente van 8 g.g. per jaar uit Sye Buwema’sgoederen. Dat hij kinderen had, kwam ook vast te staan: 9 Juli 1573verkochten Claes Peters en Moe, Hedt Halbetsmadochter, (e. 1.2) een losrente van 12 g.g. ‘s jaars uit hun beiderlanden en laatstgenoemde b.b. en c. op een half huis op den grondvan Abma in Mei 1579.Een zoon was wellicht Sappe Hedts bij Kollum (ook Renthie Halbetsmahad een zoon van dien naam!), die begin 1679 stukken vee<strong>nl</strong>andverkocht op ‘t West van Kollum, Syurdema ten 0.” (vgl. Andreae pag.127.) Dat Lube Hedt, gehuwd met Wyts Sypckedr., ook een zoon was.bleek maar steeds niet, totdat een der laatste bladzijden van hetoudste proclamatieboek de gewenschte oplossing bracht. Daar staatn.1. een akteingeschreven, waarbij Lubbe Hedsez. Halbetsma en Wyts, e.1. enhunne erven en nakomelingen b.b. en c. op een huis c. a. te Kollum,Meckemasteeg ten 0. en het kerkhof ten W., met het dominium utilevan de stede waarop het staat, bezwaard met 3 gg. jaarpacht aan denpastoor van Kollum ; de proclamatien gingen 12-26 April 1579.’Uit dit huwelijk:1. Geertje Reins (= nr. 11431).2. Trijntje Reins, geb. ca. 1616.3. Alcke Reins, geb. ca. 1621.22864. Jacob Gerrits, overl. v. 11-3-1618, tr.22865. Hil Isbrandsdr., DG.Op 11-3-1618 1839 heeft er inventarisatie plaats in het sterfhuis vanJacob Gerrits binnen Veenklooster. Zij heeft plaats op verzoek van


zijn vader, Gerrit Laurens en zijn broer, Laurens Gerrits, dievoormond zijn over de drie minderjarige kinderen bij HilIsbrandsdr. De weduwe is hertrouwd met Willem Sippesz. Van‘Nieukerck in Dongerdeel’ (Nijkerk, het tegenwoordigeOosternijkerk). Scheiding tussen moeder en kinderen heeft nog nietplaats gehad. De weduwe doet aangifte en bevestigt bij waarheid inplaats van bij eed. Zij zal dus doopsgezind zijn geweest. Het gezinbewoont een kamer, omtrent drie vak groot, staande in het Klooster(voormalig klooster De Olijfberg). Er zijn drie koeien en eenschaap. Aan inschulden wordt een bedrag genoemd van in totaal 336gg.; aan contant geld is er 60 gg., 16 p.Op 21-4-1618 1840 zijn Gerrit Laurens en Laurens Gerrits curatorenover de kinderen van wijlen Jacob Gerrits en Hil Isbrandsdr.Op 26-8-1623 wordt opnieuw een akte opgemaakt, om te precies vastte stellen, hoeveel de kinderen toekomt, daar nu ook de grootvaderaan vaderszijde is overleden. Als curator treedt op mr. FeijeHaijezn., chirurgijn te Kollum, naast de oom Laurens Gerrits. Destiefvader, Willem Sippesz. blijkt nu te Veenklooster te wonen. Uitde nalatenschap komt de kinderen samen toe 1727 cg., 13 st., 8 p.,;ieder kind dus ruim 575 cg. De drie kinderen worden nu met namegenoemd. Harmen krijgt rente naar circa 6,5 % vanaf deinventarisatie op 11-3-1618. Hij was toen al beertien jaar en heeftblijkbaar sedertdien de kost verdiend. De beide anderen krijgengeen rente volgens een niet nader genoemde ‘baer’, vermoedelijk zalde rente gecompenseerd zijn met de verstrekte kost en inwoning.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Harmen (= nr. 11432).2. Lysbeth (= nr. 11439).3. Jacob.22866. Sierck Wybes, geb. ca. 1550, tr.22867. His Jacobsdr.Over dit echtpaar en hun kinderen bleek in het rechterlijk archiefvan Dantumadeel zeer veel te vinden. Zonder volledigheid na testreven: op 26-6-1598 verkoopt Sierk voor zijn zoon Jacob een huisin Dantumahemrik aan het veen op de leijen.Op 18-1-1602 koopt het echtpaar leijen en verdolven veen in hetgewezen convent of de Abdij van Dokkum in Dantumahemrik, waarop hunhuis staat.Op 14-2-1603 wordt Sierk gendoemd als naastligger van een huisaldaar, dat Wybe Siercks en Marij Henricxdr., echtelieden willenkopen.In maart kopen dezelfde Wybe en Marij leijen, strekkende in hetzuiden aan Syrck Wybes kooi (eendenkooi).Op 18-1-1608 hebben Sierk c.s. grote onenigheid met Ida van Loo,weduwe van Johan Rataller en Jurch vrijheer thoe Schwartzenburchover de verveningsactiviteiten van eerstgenoemden.Op 4-2-1615 verkopen Auck en Lolck Sierksdochters een huis inAkkerwouderhemrik.Op 30-6-1617 kopen Jan Luyloffs en Jacob Sierks leijen op de‘Ackerhemryck’ van de beide zusters. Op dezelfde datum koopt JanLuyloffs ‘in het feen’ leijen van Auck, Lolck en JeltsSierkdochters met haar mannen en van Jacob Wybrands voor zichzelf.Op 17-3-1627 treden Wybe Sierks en Eylard Lous op als curatorenover de erven van Jacob Sierks.Op 24-10-1631 kopen Eylert Laus en Lolck Sierksdr., echtelieden,een aandeel van drie pondematen en drie einsen land, ‘leggendebuyte morck op het westma-velt’, mandelig met de kopers van hunzuster Auck Siercksdr.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):


1. Wybe Sierks, tr. (1) Marij Henricxdr., tr. (2) Hylck Thoenisdr.2. Jacob Sierks, tr. Aell/Ayl Gabbedr.3. Aeff (= nr. 11433).4. Lock, tr. (1) Eylert Lous, zoon van Lou Eylerts, dorpsrechter enFoockel Fockedr. te Akkerwoude, tr. (2) Mients Poppes.5. Auck, tr. Thyard Wilhelm.6. Rins, tr. Reyn Joannesz.7. Jelts.22876. Waelcke Popckes, tr.22877. (= nr. 11433) Aeff Sierksdr.Op 25-1-1623 1841 heeft er invantarisatie plaats in het sterfhuis vanWaelcke Popkes, omdat zijn weduwe, Aeff Sierksdr. hertrouwde metBuwe Buwes. Uit de inventarisatie blijkt dat het sterfhuis teVeenklooster acht vakken groot was, met een opgaande gevel en nogeen gevel tot aan de bovenste zolder, zijnde twee zolders hoog,eiken werk met dikke muren, waarbij een schuur van drie gebinten.Bij het sterfhuis behoort ongeveer 16 pondematen land. Verder is ernog een kamer in het klooster, groot ongeveer twee vakken, door eenzuster en een zwager bewoond. Ook nog twee akkers bouwland en eenkleine kamp eigen land, samen groot ongeveer vier pondematen, onderOudwoude. Jan Sapes te Ee in Dongeradeel is curator over dekinderen. Er worden drie kinderen genoemd: Popke, His en SirckWaelckes. Aan levende have wordt genoemd 4 trekpaarden, 9 koeien, 2enterrieren, 3 hokkelingen, 3 winterzwijen, 10 hennen en 1 haan.Aeff bevestigt de aangifte bij haar waarheid in plaats van eed, duswaarschij<strong>nl</strong>ijk was zij doopsgezind.Op 5-7-1623 volgt de scheidingsakte tussen moeder en kinderen.Eylert Lous, gehuwd met Lolck, een zuster van Aeff, treedt op alscurator divisionis. Aan de akte wordt ontleend dat de kinderenmoesten leren lezen, schrijven en naaien. Als de kinderen 17 zijngeweest krijgen ze 566 gg. uitgekeerd.Uit het huwelijk van Aeff Sierks en Waelcke Popckes (volgordeonbekend):1. Popcke Waelckes, geb. 1609/10 (= nr. 11438).2. His Waelckes, geb. 1611/12.3. Sirck Waelckes, geb. 1618/19.22878. = nr. 22864 Jacob Gerrits, tr.22879. = nr. 22865 Hil Isbrandsdr.22962. Wybe Ebdyes, in 1613 en 1616 te Kooten, tr.22963. Tryntje Rinthiedr.22966. Benne Ebdyes 1842 .23296. Eecke Auckess, landbouwer te Herbaijum, meier van 72 pm. Teklooster Ludingakerk 1606/723298. Tjaard Edes, tr.23299. Pieterke Pieters.23384. Ighe Tyesses Tyesma, boer en kerkvoogd te Menaldum, volmacht,overl. na. 1652, tr.23385. Trijn Wybedr. Tieppenboer.Ighe was in 1619 kerkvoogd van Menaldum, volgens een opschrift opde kleine klok in de kertoren van Menaldum: ‘1619 - Int iaer onsheeren duysent ses hondert ende negenthien heeft mij Hans Falck vanNuerenberg in Leeuwarden ghegoten J. Gale van Galama J. Feye vanAylva Syurdt Gorda van Friesuma Jghe Tyesses Tyesma als kerckvoechtJan Andris kerckvocht Wibe Romkes Teppenboer J. Kempo Donia vanHaringsma J. Ruierdt van Juckema’.23386. Wybe Romkes Tieppenboer, boer te Menaldum, tr.


23387. Jeltie Roelofsdr.Wybe wordt in 1619 genoemd in een opschrift op de kleine klok in dekertoren van Menaldum.23416. Hessel Jelles Ansta/Fopma 1843 , minderjarig 1590, boer, dorpsrechteren ontvanger te Oosterlittens, overl. na 2-10-1655, tr.23417. Jeslyck Jeldertsdr. Fopma.De hieronder gesuggereerde afstamming (zie 46834) wordt nogversterkt door een verkoop op 9-4-1608: dan proclameert inWonseradeel Lieuwe Fopma, die gewoond heeft te Arum de koop van eenkwart van Heylgaerdazate te Arum, groot circa 50 pondematen, doorde koper bewoond en gebruikt geweest. Verkopers zijn Hessel enJeslyck. Het gekochte is door de verkoopster aangeërfd van haarouders.Hessel, te Oosterlittens en zijn huisvrouw Jeeslick Fopma voeren op4-11-1600 1844 een zaak tegen Dirck Eyses en zijn vrouw, Auck Fopma,echtelieden, eveneens te Oosterlittens.D' EERSTE RECHTDAG NA ALLERHEILIGEN 1600 IS GEWEEST 4 NOV.Hessel Jelckes te Oosterlittens, voor hem zelf en voor zoveel dezaak hem mag concerneren, als man en voogd van Jeslijck Fopma, zijnhuisvrouw, met dezelve geadsisteerd, en daarvoor is't nood onderverband zijner goederen de rato te caveren, impetrant en excipient.CONTRA Dirck Eysses en Auck Fopma e.l. te Oosterlittens.Geëxcipieerde. Het HOFF wijst partijen infactis, binnen 14 dagen peremptoirlijck, voor alle dilay.11 maart 1601: Hessel Jelles te Oosterlittens, voor hem zelven envoor zovele hem de zaak mag concerneren,en als man en voogd van Jeeslik Fopma, zijn huisvrouw, met dezelvegeadsisteerd. en cav de rato onder verband van goederen CONTRADirck Eisses en Auck Fopma ook te Oosterlittens. In factis, informa voor voorgaande commissaris 1845 .Hessel Jilles, dorpsrechter, is in 1640 eigenaar van plaats 1 teOosterlittens. In 1728 is dezelfde stem in het bezit van CapiteinRinia (1/3), Wybe Sybes (1/4), C. Terpstra (1/4) en de koopmanJorritsma. Meier is dan Eeltje SybesHessel komt op 9-11-1641 voor in de rechterlijke archieven vanMenaldumadeel 1846 , dan proclameert hij de koop van een derde van 36pondematen land te Dronrijp.Op 21-5-1644 1847 proclameren Hessel Jelles en Jeslyck Jeldertsdr.Fopma eveneens op een derde van 36 pondematen land te Dronrijp. Datgebeurt op 2-10-1655 nogmaals 1848 .Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Hidde Hessels Fopma, geb. Oosterlittens, burger van Franeker 22-6-1633, gezworene gemeensman en bouwmeester te Franeker (1649),apotheker Franeker (1656).2. Jildert Hessels (= nr. 11708).3. Foeck Hesselsdr. Fopma, overl. Rien 31-1-1660, tr. Ids SiblesRheenstra/Reen 1849 .23418. Frans Fransz. Reen 1850 , overl. v. 1626, tr.23419. Pytke Fransdr. Boccama, overl. op Mollemastate te Lutkewierum1651, tr. (2) Sico Palsma.Frans wordt genoemd in 1624, hij is overleden voor 1633. Pytkeboert met haar tweede man op Mollemastate te Lutkewierum.Pytke heeft een zus, Antje, gehuwd aan Gosse Watses Heringa,echtelieden te Wommels 1851 .


Boerderijenboek Hennaarderadeel 1852 , p. 47: sprake van de boedel vanPytke van Boccama, weduwe van Frans Fransen Rheen. Kinderen ondermeer: Antje (30) getrouwd met Jildert Hessels Fopma. Verder is ereen weesrekening: HEN I 9 77 en 683; er zijn meer aktes: HEN K 1088 en 523. Frans is blijkens dit Boerderijenboek overleden voor1626.Uit dit huwelijk 1853 :1. Frans Fransz. Reen, geb. 1617/1618, vrijgezel op Molmastate teLutkewierum 1650, overl. v. 1659, tr. Acke Idsdr. Reen, weduwe1659, 1678 te Lutkewierum, ‘innocent’.2. Antie Fransdr. Reen (= nr. 11709).3. Sybrandus Fransz. Reen, geb. 1622/1623, lidmaat Lutkewierum1669, overl. Lutkewierum 8-1-1680, tr. (Gerecht) Bolsward 23-4-1652Tietske Luywedr. Osinga.Uit het tweede huwelijk van Pytke (volgorde niet duidelijk):1. Grietje Sickedr. Palsma, geb. ca. 1632.2. Tjalling Sickes Palsma, geb. ca. 1634.3. Roorda Sickes Palsma, geb. ca. 1639.23422. Gosse Johannes Adama, vroedsman 1652-1655, 1658-1659, 1664-1667,1672 en 1674, gezworen gemeensman 1655-1657, burgemeester1660-1663, 1668-1671 van Harlingen, 1854 tr. v. 18-9-1636 185523423. Tryncke Ockes 185623424. (?) Ruurd Hotses, te Grouw, tr.23425. Sijke Rommerts.23456. Claas Thomas, boer, wonende te Grouw op plaats 47, overl. ca.1625, tr. (2) Doed Annes, tr. (1) ca. 159023457. Jay N.N., tr. (1) Riurt N.N.Uit dit huwelijk:Thomas Clases (= nr. 11728).Riurd Clases.Tryn Clases.Sjoerd Clases.23458. Wybrand Sydses, boer, wonende te Wartena op plaats 30,dorpsvolmacht voor Wartena (1611), overl. v. 1640, tr.23459. Bouck Jelles, boerin, overl. na 1640.Uit dit huwelijk:Sjoerdje Wybrands (= nr. 11729).Jelle Wybrands.Jesck Wybrans.Waab Wybrands.Jildou Wybrands.23464. Gerryt Tiercx, wonende te Grouw op plaats 64, overl. na 1626, tr.23465. Saap Hinnes, boerin.Uit dit huwelijk:Haite Gerrits (= nr. 11732).Dirk Gerrits.23466. Hartman Sydses, boer, wonende te Grouw op plaats 62 (Jetsema),overl. na 1640, tr.23467. Anna Johannes, boerin.Uit dit huwelijk:Ymck Hartmans (= nr. 11733).Jisck Hartmans.Namck Hartmans.


Tryn Hartmans.Sibe Hartmans.Johannes Hartmans.23470. Sjoerd Foockes, boer, wonende te Irnsum en Grouw, tr. v. 1-5-162723471. Grietje Jentjes, boerin.Uit dit huwelijk:Ock Sjoerds (= nr. 11735).23476. Rommert Heres. 185723488. Rommert Gerbens.23490. Holst Fritses.23552. Peter Adriaensz. van Weert, alias Peter Glasmaker, geb. Weert ca.1520, meester glasmaker, woont eerst te Helmond, sinds 1550 teGemert, heilige geestmeester ald. 1568-1578, schepen van Gemert(1579), overl. tussen 12-12-1579 en 30-1-1580, tr. (1) ca. 1546Aelken Mickarts, overl. v. 12-2-1551, dr. van Henrick Aertsz.Mickarts, van Bakel, en Geertruy, dr. van Jan, natuurlijke zoonvan Gerrit Jan Dierckx.Peter Adriaensz. van Weert tr. (2) v. 12-2-155123553. Sophia Hendriksdr. van Eynatten 1858 , overl. kort na 12-12-1579.Peter Adriaensz. van Weert of Peter Glasmaker (glazenier) komttenminste 30 maal voor in de schepenprotocollen van Helmond enGemert, Alleen de belangrijkste akten volgen hier:20-12-1546 Helmond: Peter Ariaensz. van Weert koopt een huis inHelmond.(Helmond R 234, fol. 82; BL. 1974, 26).12-02-1551 Helmond: Peter Aryaensz. van Wert maakt een accoord metHenric Mickarts, zijn schoonvader, over de verzorging en opvoedingvan Catelijn, Peters dochter bij wijIen Aelken Henric Mickartsdr.Peter was al hertrouwd: aan het eind van de akte worden genoemdzijn ´huysvrouwe ende naekynderen´ (Helmond R 235, fol. 92 v; B.L.1974, 26-27).26-02-1551 Gemert: Heyliger van Herff als man van Maria, PeterAriaen Schreynewerckersz. van Weert, gelaesmecker, Anna vanEynatten en Anna weduwe van Jan van Eynatten verkopen aan Margrieten Jenneken, hun zusters, een stuk akkerland op de Molenecker(Gemert R 105).27-2-1551 Gemert: Dezelfden, nu mede voor hun zuster Barbara,verkopen aan Jan Thybouts een eusel in de Voert. Heyliger vanHerfft als man van Maria, zijn huisvrouw, verkoopt aan Sophya,Margrieta en Johanna, dochters van Mary Jan Everts een beemd,geheten de Polbeemd (Gemert R 105).26-1-1557 Helmond: Peter Ariaensz. van Weerdt verkoopt aan JanHanrick Mickarts zijn huis in de Kerkstraat te Helmond. Jan belooftPeter een rente van 2 rijnsgulden 8 stuiver uit dit huis (Helmond R236, fol. 40).14-11-1566 Gemert: Heer Henrick van Eynatten, pastoor teNistelrode, verkoopt aan Laureis Eynhouts en Jenneken van Aken,zijn huisvrouw, een huis, hof en erf te Gemert. Meester PeterAdriaensz. van Weert, als man van Sophia, zuster van Heer Henrickvan Eynatten, vernadert het huis en transporteert het op zijn beurtaan Laureis Eynhouts (Gemert, los blad in R 107, hoort thuis in R108).31-3-1577 Gemert: Mr. Peter Gelaesmaecker leent 300 gulden vanCaterine Gerart Valcxdr. en haar kinderen bij Heer Wunant vanEynatten tegen een rente van 6% (Gemert, R 110).12-12-1579 Gemert: Mr. Peter Adriaensz. en Sophia, zijn huisvrouw,zij ziek te bedde liggende, testeren wederzijds op de langstlevendeCorstiaen Adriaenssen heeft 50 gulden vermaakt aan ieder van hun


kinderen. Indien de langstlevende hertrouwt mag die beschikken overhetgeen Corstiaens versterf méér is dan 300 gulden. De goederen vande zuster van Sophia moeten dan naar de kinderen gaan. Sophiavermaakt aan haar dochter Meriken al haar kleren, maar de besteriem krijgt Tibout, haar broer. Alle overige goederen, moetengelijkelijk worden verdeeld. Henrick, hun oudste zoon, stemt daarintoe (Gemert R 110).20-7-1581 Gemert: Henrick Mr. Peter Adriaenssen, Wijnant, zijnbroeder, Thomas Jan Maessens als man van Meriken, Jan, Ariaen enTibout, wettige kinderen van wijlen Mr. Peter Adriaensz. en Sophia,maken erfdeling van de goederen van hun vader en moeder aangekomen.Henrick, Wijnant en Thomas krijgen het kleine huis met de helft vanhet land en een akker, genaamd het Werffken. De onmondige kinderendoen daarvan afstand. Dezen, Jan, Ariaen en Tibout, krijgen hetgrote huis met de andere helft van het land (Gemert R 110).Uit het eerste huwelijk:1. Catelijn Petersdr., geb. Helmond ca. 1547, overl. na 19-4-1584.Op 20 mei 1557 is te Helmond de deling van de nagelaten goederenvan Henrick Mickarts. Daarbij is Corstiaen Ariaans, haar oom,momber over Catelijn (Helmond R 236, fol. 40).Op 19 april 1583 verkoopt Catelijn Petersdr. Van Weert diversegoederen (Helmond R 241, fol. 14).Uit het tweede huwelijk:2. Hendrik Peterszn. van Amstel, geb. Gemert ca. 1550, glasmaker teGemert, overl. Gemert 13-3-1601, tr. ca. 1580 Hilleken Jansdr. vander Aa, geb. Gemert, dr. van Jan Gerardsz . van der Aa en ElisabethJan Marcelis Haesen.3-2-1580 met zwager Maes Jan Maessen als Hendrick Mr. Peters;30-1-1581 weer met zijn zwager als Henrick Mr. Petersz. denGelaesmaecker (R 110);2-1-1592 als Hanrick Petersz., gelaesmakere (R 111, fol. 52 v);11-9-1590 Helmond: Mr. Henrick van Cuick transporteert aan HenrickPetersz. van Weerdt twee stukken akkerland in de parochie vanGemert op de Molenakker. (Helmond R 242, fol. 19v);27-2-1592 Gemert: Jan Geraertsen Veraa en Lysken, zijn vrouw,verkopen aan Willem Lucas Stayeckers, hun zwager, huis, hof en erf,belend door de kinderen van Anthonis van Lanckvelt en Hanrick Jans(Stevens). Na aflovigheid van verkopers zal de koper 75 guldenbetalen aan Hanrick Petersz. van Amstel als man van Hilleken,dochter Jans Veraa (Gemert R 111, fol. 90. Dit is de eerste maalsinds 12 april 1514 dat de naam Van Amstel weer voorkomt).3. Maria van Amstel (van Weert), geb. Gemert ca. 1553, tr. HomasJan Maessen.4. Wijnand Peterszn. van Amstel (van Weert), geb. Gemert ca. 1555,glazenier in de Veestraat te Helmond, zetter van het maandgeld teHelmond, overl. na 1630. tr. Marike Cornelisse, overl. 10-11-1626,dr. van Cornelis Marcelissen.5. Jan van Amstel (van Weert), geb. ca. 1558.6. Adriaan Peterszn. van Amstel (van Weert), geb. Gemert ca. 1559,glazenier te Gemert, geboren circa 1559 te Gemert, overleden op 30-10-1603 te Gemert.Gehuwd met Elisabeth van Lanckvelt.7. Thijbout Peterszn van Amstel, (= nr. 11776).24036. Johan Joostesz van Segen, tr. (1) Tiel 4-2-1600 MarijtjenPietersdr., tr. (2) Tiel 10-3-162224037. Rijcksken Gerritsdr.24256. Andries ter Wolde Andries Luyckens, geb. ca. 1490/1500, tr.24257. Geertruydt Gerrit Dibbendr., gegoed in ‘die Hoven’ te Terwolde.


De vier oudste generaties van deze familie zijn uitgebreidbeschreven in diverse jaargangen van NL 1859 .In de jaargang 1948 staat in kol. 313 nog deze interessanteverwijzing: ‘de hofstede Emaus van het geslacht Dibbets (Dibben)(vgl. de stamreeks in het Ned. Adelsboek), waar de schoonvaderGerrit Dibben van Andries ter Wolde kan hebben gewoond.’24304. Jan Diependael, poorter van Geertruidenberg, brouwer aldaar, 1593te Terheijden 1860 , tr.24305. Neeltken Aerts van der Merwen, overl. v. 14-9-1607.1589 juni 5 – R. 14, fol. 8vAkte waarbij Gherit Franss. van ’s Gravenmoer in handen van deofficier de eed aflegt dat hij 12 rijnsgulden vanwege geleverdeturf nog resteren van Jan Diependael.1589 november 23 - R. 14, fol. 20v-21rAkte van transport door Jacob Adriaenss. van der Merwen aan Jan vanDiependael, van een huis en toebehoren, gelegen op de hoek van hetmercktvelt beneffens den hollandtsche tuyn, te Geertruidenberg, datheeft toebehoord aan Sijmon Joosten van Teijlingen.1589 december 5 - R. 14, fol. 21rAkte van borgtocht door Peter van Clootwijck voor Jan vanDiependael ten behoeve van Jacob Adriaenss., vanwege een sententied.d. 2 december j.l.1589 december 7 - R. 14, fol. 21vAkte waarbij Jan van Diependael, poorter te Geertruidenberg,verklaart te protesteren tegen de sententie d.d. 2 december j.l.van Jacop Adriaen van der Merwen m.b.t. een brouwerij in het huisvan Van der Merwen.1590 januari 27 - R. 14, fol. 25rAkte van machtiging door Jan van Diependael, brouwer en poorter teGeertruidenberg, van Joost Corneliss. en Jan van Ostaijen te Bredaen mr. Aert van Sons, advocaat van de wethouders van Breda.1590 juni 20 - R. 14, fol. 32rAkte waarbij Peter van Clootwijck zich borg stelt voor Jan vanDiependael ten behoeve van Jacques Tserwouterss, commissaris van deartillerie te Geertruidenberg, voor hetgeen hij nog tegoed aanijzer, lood enz.1590 juni 20 - R. 14, fol. 32rAkte van machtiging door Jan van Diependael van Peeter vanClootwijck, Leijten, Wagemaeckers en De Latour.1590 juni 23 - R. 14, fol. 32rAkte waarbij Jan de Moulijn, kanonnier te Geertruidenberg, zichborg stelt voor Jacques Tserwouters, commissaris van de artilleriete Geertruidenberg, ten behoeve van Jan van Diependael.1590 juni 23 - R. 14, fol. 32rAkte waarbij Jan van Diependael ten behoeve van JacquesTserwouters, commissaris van de artillerie te Geertruidenberg, zijnbrouwerij met toebehoren tot borg stelt.1590 juni 23 - R. 14, fol. 32rAkte waarbij Jan van Diependael ten behoeve van Jacob van derMerwen zijn huis tot borg stelt om Van der Merwen vrij te houdenvan de kooppenningen, zijnde 41£, overeenkomstig een akkoord d.d.23 november 1589.1593 november 2 - R. 16, fol. 11vAkte van machtiging door Jan van Dipendael te Terheijden van JacobLenaertsz.1594 januari 24 - R. 16, fol. 22rAkte van borgtocht door Sijmon Joosten van Teijlingen, oudborgemeester te Geertruidenberg, voor Jan van Diependael voor het


voldoen van een akkoord dat Van Diependael is aangegaan met HuijchGeritss. of een andere brouwer te Delft.1594 februari 25 - R. 16, fol. 24vAkte van borgtocht door Sijmon Joosten van Teijlingen, oudborgemeester te Geertruidenberg, voor de uitvoering van een akkoordd.d. 28 januari 1594 tussen Jan van Diependael en Huijch Geeritsz.,brouwer Inde dry croonen, te Delft, onder verband van zijn huis,gelegen aan de noordzijde van de merct, te Geertruidenberg.1607 september 14 – R. 19, fol. 47rAkte van machtiging door Adriaen Aertsz. van der Merwen, lakenkoperte Geertruidenberg, voor zichzelf en als voogd van de weeskinderenvan zijn zuster Neeltken Aerts en Jan van Diependael, van mr.Adriaen Diercxz. de Jongh, procureur bij het Hof van Holland, omhun zaak contra Jacob Jorisz. c.s. te behartigen.1608 september 13 – R. 19, fol. 82r/vAkte van machtiging door Adriaen Aertsz. van der Merwen, schepen teGeertruidenberg, voor zichzelf en als oom en voogd van deweeskinderen van zijn zuster Neeltken Aerts en Janne vanDiependael, van Lion Craesbeeck te Dordrecht, om voor het gerechtvan Dordrecht aan Cornelis Arienssoon Roodere, brouwer Inde Leeuw,een huis, grond, erf en toebehoren, gelegen ontrent het Bagynhoff,te Dordrecht, over te dragen.1609 september 18 – R. 19, fol. 128v-129rAkte van machtiging door Adriaen Aertsz. van der Merwen, lakenkoperte Geertruidenberg,, voor zichzelf en als oom en voogd deweeskinderen van zijn zuster Neeltken Aerts en Janne vanDiependael, van Lion Craesbeeck te Dordrecht, om achterstalligebetalingen te vorderen en in het bijzonder van Cornelis ArienssoonRoodere, brouwer Inden leeuw te Dordrecht, kooppenningen voor eenhuis, grond, erf en toebehoren, gelegen ontrent het bagynhoff, teDordrecht, en van de weduwe, kinderen en erfgenamen van SijmonLemmens te ’s Gravenmoer een bedrag van 550 rijnsgulden, vanwegegeleverd bier.1609 oktober 9 – R. 19, fol. 130vAkkoord tussen Jan van Diependael, enerzijds, en Adriaen Aertsz.van der Merwen en Dierick Sijmonsz. van Teijlingen, als moederlijkeooms en voogden van de vijf kinderen van Jan van Diependael enwijlen Neeltken Aertsdr., anderzijds, over de liquidatie vaninkomsten en uitgaven die in het sterfhuis van Neeltken Aertsdr.zijn bevonden, en waarbij is bepaald dat Jan van Diependael denagelaten goederen van zijn vrouw zal blijven bezitten, t.w. eenhoeve, gelegen In bachven te Princenhage, een heideveld, gelegenaent Liesbosch te Princenhage en ¼ part in 1/5 deel land, gelegenaende segghen te Terheijden en de weeskinderen zullen de diverseinkomsten verkrijgen, evenals een jaarlijkse rente van 2rijnsgulden, verhypothekeerd op onderpanden te Etten en Jan vanDiependael verklaart ten behoeve van zijn kinderen afstand te doenvan zijn aandeel in de nalatenschap van Reijnier Jacobs, oud oomvan Neeltken Aertsdr.24324. Adriaan Jorisz. Post, geb. ca. 1540, schepen van Kethel (1559),taxateur van de tiende penning in Spaland (1562), tr. ca. 156524325. Maritge Jorisdr. Hoen.24328. Ocker Claesz. van Kerpershouck, geb. v. 1540, korenmolenaar teSchipluiden in Korpershouck, overl. v. 4-11-1606, tr.24329. Jacobmijntje Rochusdr., overl. tussen 4-11-1606 en 14-4-1625.24330. Jacob Ariensz. van der Hoof.24336. Leendert Philipse Rodenburch, baljuw en schout van De Lier, overl.v. 1590, tr.24337. Belia Ariaens Trapper, overl. 21-5-1613.24338. Willem Pieters van Waermont, overl. Vlaardingen v. 15-5-1643.


24339. Annetje Claesdr.24340. Pieter Pieterse Poot, geb. ca. 1550, bouwman Vlaardinger-ambacht,overl. v. 24-7-1580, tr. ca 157624341. Lijsbeth Huybrechtsdr., geb. 1555, waardinne in de herberg‘Bleskensgraaf’ te Kethel, overl. Kethel v. 22-7-1611.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Pieter Pieterszn Poot, (= nr. 12170).2. Neeltje Poot, geb. 1579, tr. Heijndrick Jacobsz, van 's-Graveland, herbergier in de Valk (Vlaardingen).24342. Cornelis Cornelisz. Verhouck, van Vlaardingerwoud/Vlaardingerambacht,bouwman in Noord-Kethel, overl. v. 3-5-1603, tr.24343. Dieuwertgen Cornelisdr., overl. na haar man.24448. Arnoldt Lichtermuth 1861 , vastbinder, geb. Sybrig (=Syburg/Dortmund) (D) ca. 1580, (o)tr. Deventer 7/27-1-160724449. Fenniken Wolters, van Hellendoorn.Arnoldt ook genoemd Aernt en Arent is op 15 juni 1607 ingeschrevenin het gilde van de vastbinders te Deventer. Bij zijn huwelijk ishij vastbindersgeselle.In het gemeentelijk archief van Deventer staat in het boek omtrentde geografische afkomst (periode 1337-1863) dat Arent afkomstig isvan Sybrig uit de graafschap Marck in Westfalen.Sybrig = Syburg, een voorstadje nu opgenomen door Dortmund.Bekend is dat op dat tijdstip, op 50 kilometer afstand vanSyburg/Dortmund te Warendorf de meeste familie Lichtermuth wonen.Ook deze familie vertrekt vrij spoedig daarna naar Deventer. Eendeel blijft in die stad, een ander deel vestigt zich daarna inAmsterdam.Uit dit huwelijk (allen ged Deventer):1. Godefridus, ged. 18-10-1607, theoloog, begr. Deventer 8-4-1644,(o)tr. Deventer 18-2/14-3-1637 Katharina Jans (Trijntgen) Holstege,geboren circa 1610 te Coesvelt (D).Godefridus deed belijdenis op 7 juni 1632 te Deventer. Hijstudeerde in Deventer theologie aan de hogeschool die stond aan deBrink.In de klapper "acten van de kerkeraad" periode 1633-1659 staan devolgende gegevens: Lichtermoet sal op de a.s. ci praepergeexamineerd worden (7-4-1635). Op 26 mei 1635 staat vermeld datGodefridus Lichtermoet is geexamineerd en goed is bevonden.In de klapper acten van de kerkeraad van de Hervormde gemeente teDeventer 1591-1651 staat op p. 3 dat op 12 september 1636Lichtermoet is ontboden, verschenen en bestraft voor zijn ontucht.Hij heeft schuldbelijdenis gedaan en zal op de proeven wordengesteld. Ruim vier maanden later wordt zijn zoon Johannes geboren.Verder blijkt uit dezelfde klapper dat Godefridus op 27 maart 1637is verschenen en schuld heeft bekend, hij sal op sijn versoek weertoegelaten worden maar met bedeckten name worden voorgesteld.Op 8 april 1644 vraagt de weduwe Lichtermoets om assistentie. Sijsal wekelijks een gift ontvangen en haar request salgerecommandeerd worden. Op 10 oktober 1645 ontvangt de weduwe eengift van 25 gulden ineens.Op 16 augustus 1647 wordt een notitie gemaakt dat de weduweLichtermoets zich zou hebben laten beslapen van een jonggeselle.Een en ander sal nader worden bezien.Op 30 augustus 1647 heeft de weduwe Lichtermoets beleden dat sijbezwangerd is van de jonggeselle. Sij is ontboden en verschenen,sij heeft haar schuld met leedwezen bekend. Sij is wel van meningden jongeman te trouwen. Sij moet sich van het avondmaal onthouden.


Op 6 september 1647 wordt de weduwe Lichtenmoets op eigenbeproeving weer toegelaten, sij sal met bedeckten name wordenvoorgesteld. Sij sal wekelijks 10 stuivers ontvangen en bij dekamer der huijsarmen worden gerecommandeerd.Op 6 april 1648 is de weduwe Lichtermoet ontboden en verschenenwegens haar lichtvaardig gedrag. Sij ontkent haar dronkenschap. Sijmoet sich wederom van het avondmaal onthouden en blijft op denproeve en sal geen assistentie meer ontvangen.Uit de acta Hervormde kerkeraad uit de periode 1651-1817 blijkt hetvolgende;Op 20 juni 1651 vraagt de weduwe Lichtermoets of sij weer magcommuniceren. De scriba sal opsoecken wat er gepasseert is met haeren de onderlinghen van dat quartier sullen nae haer comportement.Op 26 juni 1651 wordt de weduwe Lichtermoets na getoond berouw weeraangenomen tot de taeffel des Heeren.Op 22 november 1652 wordt aan Trijntgen Gerrits??? Lichtermoetswederom 12 stuivers toegelecht.Op 30 oktober 1654 klaegt de weduwe Lichtermoets dat haer subsidiendie sij van de diaconie geniet waren beslagen van Jan Stoffelswegens de beestien. De vergadering oordeelt dat dit niet maggeschieden.2. Rutger (= nr. 12224).3. Geertrui, ged. 18-3-1613.4. Trouwt, ged. 5-9-1615.24460. Adriaen Pleunen.24462. Jan Jacobs Snijder, tr. (1) Jannetje Adriaens, tr. (2)24463. Jannetje Pleunen, tr. (1) N.N.Jan Jacobsz en Jannetgen Pleunen, wonende onder de ambacht vanRidderkerk maken op 16-3-1627 voor notaris Nicolaas Vogel Adriaanszhun testament op 1862 . Zij benoemen elkaar tot universeel erfgenaammet legaten aan haar voordochter Nelletgen Huygen, vrouw van FransFlorisz, secretaris van Rijsoort, en hun dochters Grietgen Jansdr,Swaentgen Jansdr, vrouw van Leendert Ariensz, en Jaepgen Jansdr,vrouw van Pieter Lenertsz.24480. Jan Jansz. van Delft, tr. Gorinchem 19-1-161724481. Grietjen Pauwels Vermoelen, van ‘s-Hertogenbosch.Grietje had een zus, Heijnricksken Pauwels Vermoelen.Uit dit huwelijk:1. Dirck Jansz.2. Marcus Jansz.3. Judith Jansdr.4. Pauwel Jansz.24488. William Dene, van Sopley upon Avon (UK), tr.24489. N.N. Willemsdr. den Outer.24492. Jacob Dircksz. Mul/Mull, geb. v. 1596, tr.24493. Lijsbet Feijsen.Hoofdgeld register Gouda 1622. Zij wonen in 't Moortscheveen, op 'tWesteinde, in het huis van Pietertje Jans op het Nonne<strong>nl</strong>and.Uit dit huwelijk:1. Pieter, geb. Moordrecht 1615.2. Marrichgen, geb. Moordrecht 1616.3. Willem, (= nr. 12246).4. Jan, geb. Moordrecht 1622, overl. na 1673. Poorter van Gouda per28-6-1644.


24512. Cornelis Pietersz. Nelemaet, genoemd Zevenhuizen 3-1-1633 1863 , tr.24513. Crijntgen Fransdr., 29-4-1606 te Zevenhuizen genoemd 1864Kinderen (volgorde niet duidelijk):Frans (= nr. 12256).Maartje Cornelisdr. Nelemaet, tr. Pleun Willems Levelang (bij dedoop van een van hun kinderen, te Zevenhuizen, is ook een PleuntjeCornelis aanwezig; een zus?).(?) Ewout Cornelisse, tr. Geertje Dirksdr.; bij de doop van hunkinderen, te Zevenhuizen, komen een Frans Cornelisse en eenMaertje Cornelis voor.24516. Jan Dircks Heckenhouck, schoenmaker, bode in Kethel, overl. na22-9-1660, tr.24517. Trijntje Jans, overl. na 20-3-1655.Jan Dirks Heckenhoeck, wonende in de dorpe van Kethel, is ziekelijkvan lichaam, compareerde 22 september 1660 tot het maken van zijntestament, waarin hij testateur ten eerste praelegateert aan IsaacJansz. Heckenhouck, zeker huis en erve, staande en gelegen in dedorpe van Kethel, alsmede aan Ariaentge Jans Heckenhouck, huisvrouwvan Cornelis Gerritsz. Wol de somma van 500 Car. guldens, benoemttot zijn universele erfgenamen zijn kinderen: Abraham Jansz.Heckenhouck, Annetge Jans Heckenhouck, Arijen Jansz. Heckenhouck,Isaac Jansz. Heckenhouck en Arientge Jans Heckenhouck; ieder vooreen gerecht vijfde part, mits dat zij gehouden zijn op de eerstaanstaande mei na het overlijden van de testateur uit te reiken aande weeskinderen van wijlen Sara Heckenhouck, de somma van 800 Car.guldens O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 1003Jan Dirks Heckenhoeck, vader van Abraham Jansz. Heckenhouck, bodein de Ketel, gesteld tot voogd, zie aldaar, in dato 10 mei 1651O.N.A. inv. no.: 776 blz.: 279 zie Dirck Maertensz. Heckenhouck,gewezen gerechtsbode van de Kethel, in dato 14 april 1651 O.N.A.inv. no.: 758 blz.: 881 benoemd tot voogd en executeur van detestamente van Dirck Maertensz. Heckenhouck, gewezen gerechtsbodevan Kethel, in dato 7 juli 1651, zie aldaar O.N.A. inv. no.: 758blz.: 961Jan Dirks Heckenhoeck, gehuwd met Trijntge Jansdr., wonende in hetdorp van Kethel. Compareerde met zijn echtgenote op 20 maart 1655tot het maken van hun testament, waarin zij elkander benoemden totuniverseel erfgenaam van de nagelaten goederen van deeerststervende van hun beiden, mits de langstlevende gehouden ishun ongehuwde kinderen bij mondige dage of huwelijk zo veel uit tereiken en zodanig uit te zetten, als hun gehuwde kinderen reedshebben genoten, benoemen tot voogden over hun minderjarige kinderenof kindskinderen de langst levende van hun beiden en hun oudstezoon Abraham Jansz. Heckenhouck O.N.A. inv. no.: 759 blz.: 715 zieDirck Maertensz. Heckenhouck, wonende in de dorpe van Kethel, 12augustus 1658 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 137 zie Cornelis Arijensz.IJselstein. 8 sept. 1658 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 149Isaac Jansz. Heckenhouck, zoon van Jan Dircxsz. Heckenhouck,wonende in de dorpe van Kethel, zie aldaar, in dato 22 september1660 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 1003 ligt ziek te bed, en zijnwettige huisvrouw Annetge Cornelis Vermij, beiden wonende in dedorpe van Kethel, compareerden 20 april 1662 tot het maken van huntestament, waarin zij elkander benoemen tot universeel erfgenaamvan de na te laten goederen van de eerst stervende van hun beiden,mits de langst levende gehouden is hun kinderen te alimenteren enz.


en bij mondige dage of huwelijk boven hun uitzet met hun allen 2400cg. uit te reiken, benoemen tot voogden over hun kinderen hijtestateur, zijn beide broeders Abraham Jansz. en Arijen Jansz.Heckenhouck,en zij testatrice haar broeder Gerrit Cornelisz.Vermij, en Jacob Jansz. de Jong, schout van de dorpe en ambachtevan Kethel O.N.A. inv. no.: 761 blz.: 109Jan Dirks Heckenhoeck, met zijn broer Maerten benoemd tot voogd enexecuteur-testamentair van de boedel van zijn ouders DirckMaertensz. Heckenhoeck en Aryaentgen Jans, wonende in de dorpe vande Keetel, zie aldaar. O.N.A. inv. no. : 748 blz. : 1971Adriaen Heckenhouck, ook genoemd oom, herbergier te Schiedam,verklaart op verzoek van Arien Corss., zoon van Geertge Sijmons, dekinderen van Maertge Sijmons en de kinderen van Claes Sijmonsz.,landbouwer, dat hij, attestant, vaak uit de mond van zijngrootvader, Dirck Maertensz., en uit die van zijn vader, Jan Dircx,heeft gehoord, dat Dirck Maertensz., voorn. een broer heeft gehad,genaamd Sijmen Maertensz., wiens kinderen zijn Jan Sijmonsz.Hoochwerff, en Geertge, Maertge en Claes Sijmons, die hij zeer goedkent en die mede-erfgenamen zijn van Jan Sijmonsz. Hoochwerff. 30mei 1671 O.N.A. inv. no.: 7874 blz.: 512 Zie. Dirck Arijensz.,wijnroeier te Delft, inventarisatie van de wijn te Schiedam. 1 okt.1671 O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 1009Adriaen Heckenhoeck, herbergier in de "Oude Doodt" te Schiedam,gehuwd met Neeltge Cornelis. Benoemen tot voogden over deminderjarige kinderen, hij, voor hem: Abraham Heckenhoeck en DirckPleunen Jonghste en zij, voor haar Claes Cornelisz. en Jan vanNoordtwijck. 29 nov. 1673 O.N.A. inv. no.: 774 blz.: 1282Heckenhoeck, Arien Jans. wonende te Kethel. Zie Abrahan Jansz,Heckenhoeck, gerechtsbode te Kethel,testament 1 oct. 1661 O.N.A.inv. no.: 778 blz.: 177 Zie. Abraham Heckenhoeck voorn., testament15 dec. 1662 O.N.A. inv. no.: 778 blz.: 313 Zie. Gijsbrecht van derPot, wonende te Vlaardingen, getuigenverhoor. 19 sept. 1666 O.N.A.inv. no.: 781 blz.: 417 Zie. Daniel van Boshuijsen, wonende teSchiedam, verkoop van een huis. 30 dec. 1668 O.N.A. inv. no.: 781blz.: 671Annetje Jans Heckenhouck, dochter van Jans Dircxsz, Heckenhouck,wonende in de dorpe van Kethel, zie aldaar, in dato 22 september1660 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 1003.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Abraham, (= nr. 12258).2. Isaack, ged. Kethel 27-1-1627, vader: Jan Dirxsz. Heckenhouck.3. Annetge Jans Heckenhouck, ged. Kethel 8-1629, vader: Jan Dirxsz.Heckenhouck, tr. Kethel 12-12-1649 Cornelis Jansz. van den Broeck.4. Arijen Jansz. Heckenhouck, ged. Kethel (vader: Jan Dirxsz.schoemaacker in de Ketell) 31-5-1632, ook genoemd oom, herbergierin de "Oude Doodt" te Schiedam, tr. Kethel 12-5-1652 NeeltjeCornelisdr.5. Isaac Jansz. Heckenhouck, ged. Kethel 2-4-1634 (vader: JanDircxsz. schoenmaecker int dorp van de Ketell), tr. 9-5-1655Annetje Vermij.6. Ariaentgen Jans Heckenhouck, ged. Kethel 7-7-1636 (vader: JanDirxsz. schoenmaecker int dorp), tr. Cornelis Gerritsz. Wol.7. Sara Jans Heckenhouck.


24528. Abraham Claes Noorlander, geb. ca. 1594, overl. ca. 1626, tr.24529. Barbara Jacobs Decker.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Cleas (= nr. 12264).Ariaantje.IJsbrant.Jan.Pieter.Leendert.Pleuntje.24530. Pieter Jacobsz. Roelen Versloot, tr.24531. Aagje Jacobsdr.24536. Aert Geerloffsz., tr.24537. Maritje Jansdr.27412. Jan Jansz. Lademaecker, later Graesdorp/Grasdorp, wordt in 1606burger van Zwolle, 1621 lidmaat ald., overl. 1621-1623, tr.27413. Lubbechien Willems.Uit dit huwelijk:1. Gesien, belijdenis Zwolle 1625, tr. Zwolle 1626 BerentHenricksen.Gesien woont bij haar huwelijk in de Luttekestraat.2. Willem, excecuteure van stadsbevelen, overl. Zwolle 1658, tr.(1) Zwolle 1625 Arentien Tonnijs, tr. (2) Zwolle 1657 GrietjenPalten.3. Joan, (= nr. 13706).4. Hilleken, belijdenis Zwolle 1627, tr. Zwolle 1632 Andries Staalvan Coeverden.5. Engbert, geb. ca. 1610, overl. Zwolle 1685.27906. (?) Aerndt Emondsz., soldaat, afkomstig van Maaseyk, tr. (1) N.N.,tr (2)27907. (?) Anna Taco(n)sdr. van Dockum.27908. Gerrit Dircksz. van Hausselt, afkomstig van Kerkwijk, herbergierte Driel, tr.27909. Joostge Matthijsdr.27910. Sander Gijsbertsz. de Bije, geb. Rossum 1571, woonachtig teZaltbommel, beleend met land Borchakker te Rossum, tr.27911. Anneke Passchierdr.27920. Wouter Peters de Gier, overl. ca. 1590, borgemeester vanAmmerzoden 1567, kerkmeester van Wel1 1586, en rentmeester van devrouwe van Malsen, tr.27921. Maryke.8-3-1569: Wouter Peters als momber en man van zijn huisvrouw.(Loofsignaat Ammerzoden).1-1-1591 en24-4-1598: Maryke weduwe Wouter Peters met Dirk Wouerts,haar gekozen voogd en zoon doet klacht. (Dingsignaat Ammerzoden).4-3-1585: Jan Peters en Wouter Peters als mombers van Arike Aerts(Loofsignaat Ammerzoden).6-3-1567: Peter Janse Borchgreeff en Wouter Peter Peters alsborgemeesters tot Ammerzoden (Regesten Ammerzoden)Uit dit huwelijk:Uit dit huwelijk:1. Jan de Gier Wouters, buurmeester van het dorp Ammerzoden 1623,woont te Kerkwijk 1610, tr. Danieelken Dingemans.2. Dirk de Gier Wouters, geb. 1578, overl. ca. 1657, ouderling inWell, rentmeester van jr. Otto van Arkel, secretaris 1619,


heiligegeestmeester, schepen 1617-1645, president-schepen 1650 endijkgraaf van de hooge vrije heerlijkheid Ammerzoden en Well, tr.Elsken Dirks.3. Adriaen, (= nr. 13960).27936. Peter Peters de Gier, overl. v. 1-4-1564, burger in Nijmegen(1561), tr. (1) N.N., tr. (2)27937. Jenneke, weduwe van Lenaert Claesse 1865 .20 Octobris 1536 onmundig, beleend met den Corcenweertschenrijsweert te Drie1 - als zijn vader - (Leenakten kwartier vanNijmegen).8-16-1554 en 3-1-1561 Missiven van het Hof van Gelre aan PeterPeters de Ghier burger in Nijmegen inzake het rekwest van zijnzusters Aeltgen en Peterken over een leenkwestie (Brieven Hof vanGelre met het kwartier van Nijmegen, inv. no. 2813 en no. 4301).1-4-1564 Jenneke, Peter de Gier weduwe et tutore draagt op aanEgon, Styn en Merycken, voorkinderen van Peter de Gier, vierthynsbrieven van thien end alff rinsche guldens (LoofsignaatAmmerzoden).28-6-1608 Heredes Jenneken ‘s Gieren: Peter de Ghier zal. Peter deGiers soone accordeert met de voorkinderen van de weduwe bijLenaert Claesse verwekt: terzake thyns welkr Jenncke, weduwe Peterde Gier op den 16-2-1567 gelooft heeft aan Adriaen Geerits, en op18-2-1579 aan Claes Lenaerts is gecedeert (Loofsignaat Driel).Uit het eerste huwelijk:1. Mr. Egon de Gier Peters, overl. v 1594, tr. Lyntke N.N.2. Styntje de Gier Peters.3. Merycke de Gier Peters.Uit het eerste of het tweede huwelijk (volgorde niet duidelijk):4. Peter, (volgt VIIIb).5. Wouter, (= nr. 27920).6. Johan, (volgt VIIId).27960. Florent Bellingan, te Amiens.27962. Abraham Gijsberts Roosa, geb. ca. 1585/90, woonachtig teHerwijnen, schepen van de Hoge Bank van Tuil 1636, 1638, 1645,buurmeester van Herwijnen 1647, waardsman 1632, overl. 1651, tr.(2) Jenneke Teunisse, geb. ca. 1599, overl. v. 1-4-1671, weduwevan Aert Jansz Keustens (Kuijsten).Abraham Gijsberts Roosa tr. (1) Herwijnen 11-161227963. Maijke/Mericke Cornelisse (van Weelt), afkomstig van Poederoijen.Abraham kreeg 5 1/2 hont land overgedragen, gelegen in de"Geertgeshoeff" van Heijmans Gijsberts (zijn broer) in 1636. Op 10-10-1630 bezat hij goederen in Herwijnen die van zijn grootoudersvan moederszijde geweest waren. Vanaf 1636, toen hij schepen werd,begint zijn achternaam "Roosa" in de acten te verschijnen. Dezenaam heeft hij waarschij<strong>nl</strong>ijk aangenomen, geinspireerd door de naam"van Rosendael" van zijn grootmoeder. 186628096. Gerard Jansz. van Genderen, geb. 1560, woont op de Aelster Weert(11-10-1613), schepen (1608-1624), buurmeester (1610-1616),Heiligegeestmeester (1612) en weesmeester (1623-1625) vanNederhemert, overl. tussen 11-8 en 25-9-1626, tr.28097. Geertje Claesdr. Lieffmann, overl. na 27-12-1620.28098. Jan Adriaen Staessen van Hemert, schepen, weesmeester en dijkgraafvan Nederhemert, tr.28099. Lijske Sweerdr. van Gameren.28100. Sweer Anthonisz. de Cock, schepen, heemraad, buur-, kapel- enweesmeester te Nederhemert, tr.


28101. Lijske Adriaendr. van Hemert, begr. Bruchem 19-11-1659.28102. Jan Simonsz. van Sprangh, van Oudheusden, tr.28103. Adriana van Haeren.28416. Gijsbert van Geytenbeek.28420. Cornelis Rijcksz. van Blotenburg.28428. Adriaan van TriestUit dit huwelijk (in ieder geval):1. Petertje Adriaansdr. van Triest, tr. Amersfoort 7-5-1597 RijckCornelisz. van Diest.2. Frans Adriaansz. van Triest (= nr. 14214).28430. Frans Jansz. van Ravesloot.29056. (?) Willem ten Queckeboom, tr.Vindplaatsen Queckeboom (Geerdink-van der Worp,dl 1, bijlage 1):Landgericht Enschede en Stadgericht.29216. Berend Lasonder/Smit 1867 , geb. tussen 1603 en 1605, overl. Gronauna 1645, tr.29217. Stijne Becker, geb. tussen 1595 en 1607, overl. na 1635.Uit dit huwelijk (geb. te Gronau):a. Gerrit/Gerhard Lasonder, (= nr. 14608).b. Laurens Lasonder, geb. 1630-1660, tr. Gronau 7-3-1677 JennekenN.N.Uit dit huwelijk ged Gronau:1. Bertina Lasonder, ged. 23-6-1678.2. Johann Berent Lasonder, ged. 6-7-1679.3. Johann Berent Lasonder, ged. 29-1-1682.4. Alheit Lasonder, ged. 19-8-1685.c. Geesken Lasonder, geb. 1630-1657, tr. Gronau 10-11-1675Engelbert Loring, geb. Enschede 1610-1657.29220. Jurrian Stroink 1868 , geb. Delden (Stad) tussen 1611 en 1620,burgemeester, graankoper (1649, 1650, 1659), herbergier enburgemeester (1651-1672), lid van het schuttersgilde (1646),waard, herbergier, overl. Enschede 20-8-1684, tr. (2) Enschede(?)6-4-1676 Margaretha te Meerman, overl. Enschede 1-1-1685, dr. vanHendrik te Meerman en weduwe van Henrich ten Spraeckel,klokkenmaker uit Goor.Jurriaan Stroink tr. (1)29221. Judith Wagelaer, geb. Enschede tussen 1597 en 1626, overlEnschede tussen 1651 en 1677.Jurriaan vestigt zich te Enschede ca. 1642, wanneer hij een huiskoopt aan de Marktstraat. Hij komt voor als ondertekenaar van hetUsseler Markeboek, neemt tijdens de verkiezing van een nieuwstadsbestuur op 22/23-2-1660 te Enschede deel aan rellen envechtpartijen, die het gevolg zijn van een uit de hand gelopenavondmaaltijd in het stadhuis.Een Grafsteen van burgemeester Jurrian Stroink Rutgersz ligt in1768 nog in de Grote Kerk van Enschede.In 1651 lenen Jorrien Stroynck en Jetken, eheluyden, aan Henrichten Spraekel en Jenneken zijn huisvrouw honderd daeler.In 1667 spreekt burgemeester Jorrien Stroynck van Enschede de wed.Tusschede aan voor de in 1661 gekochte ouderlijke huisstede inDelden.Uit het eerste huwelijk (geb. te Enschede):


1. Hermannus Stroynck, geb. ca. 1645, overl. Enschede 1721,burgemeester van Enschede, tr. Catharina Lasonder, geb. voor 1670,dr. van Laurens Lasonder en Geertgen Menkmaat.2. Jan Stroynck, geb. ca. 1646.3. Egbert Stroynck, tr. Trouwta Becker, verm. dr. van Jan Becker enHermken Jorisse.4. Harbertje Stroynck, tr. Jan Leurink.29222. Johan Bekker 1869 , geb. Enschede tussen 1595 en 1613, burgemeesterte Enschede (neemt als ‘olte burgemeester’ ook deel aan de rellenin het stadhuis (1661)), olderman van het snijdersgilde (1630),herbergier (1650), tr. (1) Trijne Engerkinck, overl. na 1649, tr.(2)29223. Hermke Jorissen, geb. Enschede tussen 1615 en 1632, overl. na1698.Johan koopt in 1626 12 mudde molt.Johan Becker en Tryne Engerkick kopen 3/4 huis op de Oude Gracht(1636) en kopen op 6-11-1637 het resterende vierde deel. In 1649verkopen zij het aan richter Herman van Hovel.Jan Beckers en Berent Paschen lenen in 1646 f 1200,--.Op 4-2-1698 testeert Hermken Jorisse wed. van burgermeester JoanBecker, geassisteerd met burgemeester Lucas Becker. In hettestament worden genoemd haar zoons: Derck, Gerrit, Egbert, Jan enHendrick Becker en haar dochters Arsele, Wendela en TrouwttjenBecker en de kinderen van haar dochter Annetjen Becker gehuwd metJan ReinersUit het huwelijk (geb. te Enschede):1. Derck Janse Becker.2. Gerrit (Gerard) Janse Becker.3. Egbert Janse Becker.4. Jan Janse Becker, tr. Janna Rotger Vos.Op 22-10-1708 compareeren voor het Stadgericht te Enschede D(e)E(dele) Willem ten Cate en D(e) E(dele) Johan Becker, mombaren vande nagelatene kinderen van wijlen Willem Severin en FennekenWensinck.Uit dit huwelijk (in ieder geval) :a. Herman Jansen Becker, geb. Enschede 1680-1690, overl. Enschedevoor 1748, tr. Anna Catharina Lasonder, geb. Enschede 1680-1690,overl. Enschede na 1755, dr. van Herman Lasonder.5. Hendrick Janse Becker.6. Arsele Janse Becker.7. Wendela Janse Becker.8. Woltertje/Woltera Janse Becker, tr. verm. Egbert Stroynck, zn.van Jorrien Stroynck en Judith Wageler.9. Annetjen Becker, tr. Jan Reiners.30082. Claes van Merckel, schepen van Hasselt (1577, 1581).30424. Gijsbert Mentinck, tr.30425. Jantien Moorsche.Een Gysbert Mentinck, burger te Hasselt, komt op 1 oktober 1616voor in het Repertorium op de leen-, tins- en hofhorige goederenvan het Stift Essen, nummer 477, Stadsgericht Zwolle, buurschapDieze. Hij wordt daarbij ook nog genoemd op 27 oktober 1627.Generatie XVI32768. Sierck Saeckes, geb. Beetsterzwaag ca. 1560, boer, mederechter van


Opsterland, rekenmeester voor de Zevenwouden 1870 , Raad terAdmiraliteit 1871 overl. Beetsterzwaag v. 11-3-1606 1872 , begr.Beetsterzwaag ‘op Bexser swaegh kerckhof te suijden van detoren’ 1873 , tr. v. 20-9-1583 187432769. Haeck Boeles Boelens, geb. Olterterp ca. 1568, overl.Beetsterzwaag 26-1-1629 `omtrendt 7 à 8 ueren voornoen'.Sierk wordt in 1582 genoemd als oudste zoon van Sake Sierks en FroukFocke Teyedr. 1875 .Beetsterzwaag en omgeving, volgens de kaart van Chr. Schotanus(1664).Op 4-11-1596 1876 wordt te Leeuwarden een contract opgesteld. Eenaantal percelen land, behorende tot het gewezen klooster Smallenee,wordt voor de tijd van 5 jaren voor 40 gg. per jaar verhuurd aanSijrk Saeckes en zijn huisvrouw Haeck Boeledr. Hierbij wordt dehelft van het langhuis met de poort en de helft van de ‘warmcamer’,staande op het corpus van het genoemde klooster, voor 400 g. inerfkoop verkocht. Sierk ondertekent zelf deze akte. Hij schrijftzich als ‘Syrk Saekes’.Op 4-3-1601 1877 wordt te Leeuwarden deze akte opgemaakt:1 Die volmachten van de Seuenwolden tegenwoordel[.]2 Staatswijse binnen Leeuwarden vergadert, hebben3 genomineert ende gecoesen, doende tselue bij desen4 in plaetse van Mathijs Oenema tot Raedt vander5 Admiraliteijt in Vrieslandt, den Eersamen Sijrck Sakes zoen6 Autoriserende dheeren Gedeputeerden opten seluigen7 beh[..]ren commissie te waarderen. Gedaen binnen8 Leeuwarden inde vergaderinge der volmachten9 van de Seuenwolden voor, den iiiiden Martij Anno10 Sestienhondert ende Een.Genoemde Mathijs (van) Oenema overlijdt op 14-3-1601 en wordt teOudeschoot begraven 1878 . Hij zal in de periode daarvoor wel ziekgeweest zijn, vandaar de noodzaak tot benoeming van een opvolger.Die benoeming is klaarblijkelijk niet meteen ingegaan, want op 7-4-1601 nemen de Staten van Friesland het besluit om aan de Staten-Generaal te schrijven met het verzoek om iemand te committeren, omde leden van de Admiraliteit te Dokkum te beëdigen 1879 .Er moet veel materiaal geweest zijn van, over en met Sierk.Jammergenoeg zijn de archieven van de admiraliteit van Dokkum bij deverwoestende brand in de nacht van 12 op 13 januari 1771 nagenoeg


geheel vernietigd. Er is wel iets bewaard gebleven. Die bescheidenrusten in het ARA te Den Haag. Uit dat kleine beetje materiaal valtin ieder geval op te maken, dat Sierk in functie is vanaf maandag18-5-1601 1880 . Op 20 juni is hij vervolgens voor de eerste keer‘vicepraeses’ en op 29 juni ‘praeses’. Met regelmaat komt hij daarnavoor in de verslagen over dat jaar. Een enkele keer wordt hij in destukken zelf genoemd. Zo verzoekt hij op dinsdag 13 oktober namenszijn oom, Hepke Fockens, dat die niet langer een rol hoeft te spelenin een zaak tussen de advocaat-fiscaal en Frederik Rijckens. Opdiezelfde dag wordt hij samen met mede-raad ter Amiraliteit ThomasDyrcxs gecommiteerd tot afhandelingen van het afmonsteren van enkeleschepen en hun bemanning en lading. Ze moeten de schepen, met behulpvan equipagemeester Jan Hendriks, naar Harlingen brengen. Bij diegelegenheid krijgen ze de opdracht mee, om de officieren ‘derconvoyen’ aldaar aan te zeggen dat zij zullen ‘schicken te suyverenden cautie by d’commys’. De zaak draait om een ‘Oost-Indaens schip’,dat in september binnengelopen is. Er zijn in Harlingenklaarblijkelijk ook andere zaken besproken, want op maandag 19oktober ontvangt de vergadering van de Admiraliteit een brief vanbeide heren. Zij schrijven namens de magistraat van Harlingen eenbrief met het verzoek de beide schepen nog een keer zeilree temaken. De Duinkerker kapers hebben weer geducht van zich latenhoren. Ze hebben o<strong>nl</strong>angs ‘seer grote schade gedaen onder de buyssenende metten gevangenen geheel barbarisch geleefft’. De raad blijftechter bij haar besluit: vanwege de tijd van het jaar en demogelijke kosten moeten de schepen tijdelijk afgedankt worden. Op 26oktober zijn ze weer ‘thuys gecomen’. Ze verklaren dan in devergadering te Dokkum dat de Staten-Generaal geen schepen meerzonder konvooi wil laten vertrekken. De schepen gaan uiteindelijktoch nog mee. Sierk komt vervolgens nog een keer voor op 11november, wanneer hij aangewezen wordt om schepen te monsteren.Sierk legt op 19-4-1603 1881 de eed af en is dan beëdigd rekenmeestervoor de Zevenwouden.De daadwerkelijke afhandeling van de financiële gevolgen van hetverscheiden van Sierk starten op 4-4-1606, omdat op die dag (en op15-8-1606; dan volgt nog een verkoop) een boedelinventaris wordtopgemaakt 1882 : ten sterfhuize van wijlen Sirck Saeckes treden danBroer Boelens en Teye Saeckes op als geautoriseerde voormonden vande drie minderjarige kinderen van wijlen Sirck Saeckes. De driekinderen zijn in echte getogen bij Haeck Boeledr. Het vierde kind,Frouck Sircks, wordt bijgestaan door haar man, Jochem Joukes.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):1. Vroukjen Siercks Sickma, geb. Beetsterzwaag, overl. Boornbergumna 1630, mogelijk 13-10-1681 1883 tr. vóór 11-3-1606 1884 Jochem Joukes,geb. Boornbergum, overl. ald. 1628, zn. van Joucke Jochums,bijgenaamd ‘De Foallestrupper’, grietman van Smallingerland, lid vande Staten van Friesland en Grietje Berends.2. Antje/Anna 1885 , overl. na 19-1-1632 1886 , tr. na 11-3-1606 1887Wyger/Wigger Sickama/Siccama/Sickma, overl. tussen 14-8-1611 en 5-3-1612. Antje trouwt (2) Jan Freercx. 18883. Saco/Saecke, (= nr. 16384).4. Taetske Sirxma/Sickma, geb. Beetsterzwaag ca. 1598, overl./begr.Leeuwarden/Beetsterzwaag 13/19-12-1672, verlooft zich 22-1-1622, tr.(1) Beetsterzwaag 7-4-1622 Jan/Johannes Martens/Martinus/MartinidesHemminga, geb. Kortehemmen ca. 1595, schoolmeester, notaris publicuste Beetsterzwaag en equipagemeester ter zee, overl. (vermoord op deDrachster Hooijwegh) 10-5-1646, zn. van Marten Jochums en Epck(Ypck) Halbes.


Taetske tr. (2) 1889 Nicolaus Johannis Schuiring, geb. (mogelijkDokkum) ca. 1600, predikant te Oosterwoude (tot 1623), Oudeschoot(1623-1630) en Beetsterzwaag (1630-1666), overl. Beetsterzwaag (aande pest) oktober 1666 1890 .5. (mogelijk) Wigger Siercks Sickma 1891 , overl. vóór 11-3-1606 189232770. Pieter Hendriks, procureur fiscaal van Opsterland, overl. na28-10-1633, tr. v. 16-5-160732771. Abeltien Johannes.Pieter wordt steeds vermeld als `Mr.' Hij moet, gelet op zijnfunctie, rechten gestudeerd hebben. De vraag is waar.Rond 1619: Sybe Jans doet oproepen zekere huizinge op BexterzwaagBeern Egberts Erfgenamen, aan de Z.zijde van de Heerenweg, gekochtvan Gerrit Hendriks voor de somma van 135 C.gls min een oort. MrPieter Hendriks protesteert als volle broeder. 1893Op 25-10-1621 en 5-4-1622 1894 wordt Pieter reeds aangeduid alsprocureur-fiscaal.Op 9 november 1625 kopen mr. Pieter Hendriks en zijn vrouw AbeltienJannis een huis te Beetsterzwaag. Het is overigens nog nietduidelijk, of Abeltien ook de moeder is van Hendrikje Pieters. 1895OPS 107 127: Gale Wbles en Wyts Wisse dr. in Groningerland huis metschuur plaats en geboomte in Beetsterzwaag; aan de noordzijde vande straat; van de weg tot aan de afscheiding; ten o. Jan Engelswed.; ten westen zekere reed; zonder grondpacht van van PieterHendriks en Abeltien Jannis dr. e.l. voor 1000 g.gld. De verkopersmogen dit binnen zes jaar weer i<strong>nl</strong>ossen en het huis weeraanvaarden 10 juni 1625. protest: Bouwe Jans wegens 100 Phs glds.Benne Syerdts en Sytie Pieters; voor hun recht dat zij daarin menente hebben.OPS 107 390. Foecke Sydts zn. en Auckien Alledr. e.l. huis schuuren plaats te Beetsterzwaag aan de z.z. van de strate of Heereweg;wat de verkopers van hun ouders geerfd hebben; ten oosten BonneJans; ten westen mr. Pieter Hendriks; met 2 g.gld jaarlijksegrondpacht; van de straat tot de afrastering; gekocht v. GrietEgberts met instemming van Roelof Engberts haar man; en Foppe enSymer(!) Egberts voor 216 Phs gld. met een broeklaken voor Foppevan 9 Phs gld. 23 nov 1626.OPS 108 32 en 285: nakijken!OPS 110 445: Aelcke Roeloffs wed Sipcke Johannes BB&C op een huisen plaats op Beetsterzwaag, aan de Z.zijde van de straat,strekkende tot aan de bevredinge, ten oosten wln. Mr. PieterHendriks wed. en ten westen Jelle Jans, lakenkoper. Gekocht vanJuw Takes c/ux; voor 800 daelders.Pieter wordt begin jaren '30 van de 17e eeuw meermalen genoemd inde boeken van het Hof van Friesland. In ieder geval heeft hijtweemaal een geschil met Saecke Sierks, de onwettige vader vanPieters kleinkind, Sierk Saeckes. In 1632 wint Pieter eenalimentatieproces van Saecke 1896 : Die laat het er niet bij zitten,want op 28-10-1633 doet het Hof uitspraak in een geschil tussenbeiden. Nu was Saecke de eiser (betaling van 172 car.guldens, 2stuivers en 4 penningen) maar weer verliest hij: het Hof verklaartde eis niet ontvankelijk 1897 .OPS 109 225 (1636): Liebbe Hendriks en Goeits Hendriks dr e.l.;doen oproepen kopen een huizinge met plaats te Lippenhuizen, aan den.z. van de straat of Heerenweg, strekkende uit het midden daarvantot aan de greppel achter het perceel, ten oosten Jan Pieters, tenwesten Sytse Beerns; gekocht van Aene Ages en Griet Baucke dr.;voor 629 g.gld waarin de vekopers hebben ontvangen een koe voor 30g.gld; te betalen allerheiligen 1636 anderhalf honderd gulden .....


prot: Abe Meynerts en Wijts Sijbolts dr te Oldeboorn protesterenwegens 400 Car gld.(226) volgens geregistreerde obligaties. Met nog de somma van 258c.gld.Hans Jouckes wgens zekere achterstal....De wed en erven van wln mr. Pieter Hendriks .... wegens kostenreeds lange verschenen en nooit betaald.32790. Karst Hendriks, overl. v. 12-4-1621, tr.32791. Schioucke N.N, overl. na 12-4-1621Siouck Karstes komt twee keer voor als koper in de weesboeken vanOpsterland. Bij die laatste vermelding koopt zij een ‘kussentooch’‘ 1898Op 11 oktober 1610 komt Karst Hendriks nog voor als naastligger. 1899105 121b: Uble Jans en Reynsch Carst dr. doen oproepen zekerevijjfdepart sate te Wijnjeterp; met gelijke part van huizinge engetimmerte; etc; hebbende ten oosten Geert Jans; ten westen WijbeFockens; van de veenscheiding in het Koningsdiep; met gebruike vanmaden en fe<strong>nl</strong>anden buiten Beets; alles met de proclamanten AetteAetes en Cornelis Hendriks ongedeeld; gekocht van Rienk Pieters enIb (Jel?) voor de somma van 200 Phs gld. 28 nov 1611.Uuble Jelcke en Tiedcke Molle dr. in Terwispel doen oproepen 2pondematen hooiland aldaar in het Grasland; hebbende ten oostenTamme Walters erfg.; ten westen Botte Uubles; en Tamme Piers; tenzuiden aan de Nieuwe weg ; ten noorden aan de Oude weg; gekocht vanSchioucke, Karst Hijndriks wed.; voor 187 Phs gld. en twee elle<strong>nl</strong>ake voor zes gulden; de 100 gld te betalen mei aankomende de restin mei 1622. het laatste gebod 12 april 1621. Sijbren Ubles alsnaaste bloed van de verkopers protesteert. 190014 jan 1624: Engbert Hans en Aeltien Carst dr e.l.; te Wijnjeterp;1/3 deel van een zate land aldaar; met gelijke aandeel van al waterbij hoort; mandelig met de proclamanten; de zate zelf ten oosten;Goeytien Pieters en Pieter Jans ten westen; van de veenscheiding inhet Koningsdiep; van Reynsck Karst dr. bij consent van Uble Janshaar man; uit de erfenis van haar vader verkregen; voor 228 Phsgld.met een el laken voor 4 g.gld als geschenk en twee lammen voor8 Phs gld daarin begrepen. 190116 februari 1626: decretale verkoping: men laat een ieder wetendat, Reynsch Carst dr. de wed. van Wble Jans voor de helfte enBeits Wble dr. gesterkt met Jan Martens haar echte man; JantienOeble dr. gesterkt met Take Sijgers haar e.m.; en Engbert Hans enPieter Crijns, als noch haar voormonden; Hendrick Lolckes als leg.administrator over zijn weeskind bij Goeij Wlbe dr. en Jan Hendriksen Hendrik Engberts als als geauth. voorm. over over Hendrik Wbleswesen; bij Swaene Hendriks getogen, gedenken te verkopen over degerechte van Opsterland het volgende: 4 m. maden in Bexterwarren,mandelig met nog 4 mad, Wble Eedes toebehorende; Carst Hendrikserven ten oosten; Goeijtien Sydts erven ten westen; van de OudeDijk in het Koningsdiep; op 18 febr 1626. 1902Engbert Hans en Aeltie Carst dr, e.l. kopen 2 m maden Bovengaau,mandelig met de andere erven van Carst Hendriks, strekkende van deCruysweg, gekocht van Reynsch Carst dr met cons van Sydt Syttieshaar e.m. 1903Hendrik Engberts en Tet Liebbe dr e.l., een zeker deel van maden inBexterwarrenvan Aeltien Carste dr met consent van Allert Jans e.l., er komtprotest van Reynsch Carst dr. 1904Kinderen:1. Aaltje (= nr. 16395).2. Bot, tr, Jan Luitjens.


Boocke Sijerts en Wijts Jelcke dr. e.l; Roeloff Franckes en WytsJelcke dr. e.l.; op 4 mad maden in Bexterwarren, ten oosten HedmanLensis, ten w. Pieter Ublis, van de Olde dijk tot het Koningsdiep,met wegs en diepslasten, verkocht van Bot Carste dr bij consent vanJan Luyttiens haar echte man. voor 89 ½ g.gld. het mad, op tweemeidagen te rekenen, '35 en '36.prot: ..............Banne Halbes en Pijeter Uubles tesamen en elkvoor de helft, en niet alleen als bloedverwanten van de verkoperse,doch ook als naastlegers, verzoeken de niaarkoop. 1905Bott Carste dr gess met haar echte man Jan Luytties, kopen een partvan landen in Duurswolde, in Wble Jans zate, als zij van ReynsckUutse dr heeft bekomen...... afgebroken.... 11 jun 1635. 19063. Reynsk Carstedr.OPS 165 371: Rinsck Karste dr nu e.h. van Syt Sydts, HendrickLolckes wed. Gayts Uble dr.33284. Sjoerd Jelgers 1907 , schipper te Eastermarrefeen, overl. na 1646,tr. v. 1-5-162233285. Trijntje Thijsses.Nieuwland meldt dat deze Sjoerd de vader is van Thijs Sjoerds. In1630 woont het echtpaar op het Witveen. In 1620 en 1621 is Sjoerdin een proces verwikkeld.Over een Sjoerd Jelgers geeft hij het volgende: overl.Tietjerksteradeel ca. 1614, tr. ? (2) Petrick Sybedr.: TIE M1 14v(1613) en M2 48 (scheiding d.d. 2-9-1615). Kinderen: waarschij<strong>nl</strong>ijkex. 1: Jelger, Sierk, Rixtje, Wybe, Liepkje, Hiske; waarschij<strong>nl</strong>ijkex. 2: Douwe, Uilke, Jelle. De laatste drie zijn in 1615minderjarig. Curatoren zijn Homme Dirks en Pieter Hommes. OmdatThijs ontbreekt in de opsomming, zal hij waarschij<strong>nl</strong>ijk geen zoonzijn van deze Sjoerd Jelgers. Wel kan er een familierelatie zijn.33732. Sietse Sierds, boer, overl. Lippenhuizen v. 12-5-1599, tr.33733. Aukje Ebeles, overl. Lippenhuizen na 2-9-1630, tr. (2) FeddeSakes, tr. (3) Gosse Hommes.)Uit dit huwelijk:1. Tet, overl. Oostermeer v. 19-3-1642, tr. (1) Wilt Gerrits,veenmeester, overl. Oostermeer 1629-1631, zoon van Gerrit Koenes enBaukje Oebeles. Wilt was veenmeester van het St. Antony-gasthuis teLeeuwarden vanaf 1610, als opvolger van zijn vader. Woonde op de"Teecke feenen"(1619, 1623). Tet tr. (2) met Binnert MeyertsHaersma. 2. Ebele, overl. v. 1664, in 1640 voor 7/8 eigenaar engebruiker van stem 15 te Lippenhuizen, tr. Foock Sioerts, dochtervan Sioert Oedses en Jeen Reygersdr.3. Gaetse.4. Sierd, (= nr. 16866).33736. Eebele Alles, boer te Lippenhuizen, overl. na oktober 1617, tr.33737. Aeddu/Jets Sierds.Uit dit huwelijk (volgorde niet zeker):Joucke, tr. Wick Tiercks.Saack, tr. Sybren Sybes.Alle.Otte, tr. Feick Jentjes, tr. Aath Aates.Hedman.33738. Tjeerd Feitses.33742. Sjoerd Jelkes Jelkema, tr.33743. Aukje Sierds.


Uit dit huwelijk:1. Sierd, dorprechter, ontvanger en boer, geb. Beets ca. 1573,overl. aldaar 1654. In 1640 voor 1/4 eigenaar van stem 31 te Beets(andere 3/4 van Take Feijties, tevens gebruiker) en van stem 32aldaar. Tevens eigenaar van stem 11 te Zuiderdrachten. Maakte in1654 zijn testament (hij was toen al over de tachtig) en bepaaltdan dat zijn zathe en landen nooit in vreemde handen mogen overgaanen dat het land niet vergraven mag worden, tr. Jantje Freerks,overl. Beets v. 1654, dochter van Freerk Oedses en Rinskje Alles.2. Trijn, (= nr. 16871).3. Sipkje, overl. Makkinga 30-9-1655, begr. aldaar, tr. LykelePiers Lykeles, bijzitter van Weststellingwerf en secretaris vanOoststellingwerf, overl. Makkinga 19-9-1619, begr. aldaar.33754. Tjeerd Annes, overl. v. 27-9-1628, tr. mogelijk Dou Jauckedr, tr.33755. Ypkje JelmersOPS 60 91: Op huiden den 12 en februari hebben Syert Bockes enTyert Annes aangenomen de voormomberschap over de wezen van Eeble(?) Tiabbes bij Albertien echtelijken getogen, en belooft dit tebedienen.OPS 60 141.Conditien en Articulen waarop Tiedts Sytie dr als wed van JouckeClaes, voor haar en voor haar jongste zoon Jan Joukes genaamd bijhaar getogen, met de andere erfgenamen van Joucke Claes, namelijk,Jan Bauckes vanwege Antke Joucke dr.; zijn e.h.; Claes en SytieJoucke zonen Tyert Annes vanwege Dou Jaucke dr. zijn e.h. LaurensTiammes vanwege Syouck Joucke dr zijn e.h.; Rienc Tiammes vanwegeBauc zijn huisvrouw, willen verkopen op huiden 18 april1601 aan demeest biedende.....OPS 105 158: Tiart Annes en Eepck e.l.; doen oproepen zekere halvezate lands gelegen in Wijnjeterp, zonder huizingen nochtans, metholt en geboomte, met de proclamanten en Sijger Heynties ongedeeld.Ten oosten Uble Annes; ten westen Banne Halbes (?), lopende van hetConingsdiep tot de Leidijk, gekocht van Alck Anne weduwe voor 350Phs gld. 28 mei 1612, protest: Eeble (Uble?) Annes, SijgerHeijnties en Pier Ockes allen n/ux. wordt gecontinueert als primam.OPS 106 118: Tiart Annes en Eepck e.l.; derdehalf mat maden in deBexterwarren; met Andries en Goeitzie Tebbes ; Wisse Aeijsses tenwesten Jelcke Claas erven ; strekkende van de Swende aan de Dijkgekocht van Coene Tebbes. 27 mrt 1617.OPS 106 75: Tiart Annes en Eepck e.l doen oproepen de vifdepartvan zekere zate lants ter Wispell, in die Waltengeren gelegen (?)met geboompte plantage zand en zoeden zoals aanbeerft van zijnvader; Bonne Libbes ten westen, en Alle Annes ten oosten; gekochtvan Sijger Heynties en Ay e.l. voor 269 Phs gld. 29 febr 1616.Tjeerd Annes koopt van Alck Annedr. land te Wijnjeterp, mandeligmet Syger Heintses (laatste gebod 28-5-1612). Later kopen hij enEepcke Jelmers(?) in dezelfde zathe van Syger Heinses (l.g. 29-2-1616) Later koopt hij ook nog (l.g. 27-3-1617)OPS 107 566. Aeble Annis en Hill Heyntie dr. e.l. kopen 1/8 deelvan een zate in Wijnjeterp; ten oosten Engbert Gosses en ten westende wed. en erven van Tiert Annes; tot in het Koningsdiep; met 5verndels maden in de Langerijp; van Frouck Tierts met consent vanJan Gaukes haar man; en Sake Tiaerts en Luyds Lijkele dr. e.l.Sijdts Tierts dr. en Halbe Roeloffs haar man en en deze en JanGaucke occuperende voor Ancke Tierts hun huisvrouwen zuster; voor245 Phs gld.27 september 1628.


OPS 109 208: Jan Bauckes en Frouck Tyerts dr. e.l.; kopen 1/8 partvan zand en land met alle annexen, met gelijke part shuur enhuizinge, te Wijnjeterp in wln Tieert Annes zate; door de verkopervan zijn moeder gerfd; van Sake Tije(e)rts, voor 500 g.gld., 2 juni1636.Uit dit huwelijk:1. Froukje, (= nr. 16877).2. Sietske, tr. Halbe Roelofs, koopt 1/8 deel van Tjeerd Annes'zathe van Lammert Gaukes en Ancke Tjeerds (laatste gebod 23-4-1635).3. Antje, overl. na 12-1-1653, tr. Opsterland (gerecht) 21-4-1631Lammert Gaukes, liefdeprediker van de Doopsgezinden te Ureterp(1661-1673), overl. v. 4-10-1674, zoon van Gauke Sierds.In 1644 is Lammert te Trimunt, op 7-5-1648 te Ureterp. In 1640mede-eigenaar en gebruiker van stem 9 te Ureterp. Op 28-11-1661schonk Michiel Wiemers, afkomstig uit Groningerland, aan de 'rechtearmen van de mennonietgezinde toehoorders en discipelen van LammertGaukes tot Uredorp (...) de ware eigendom van zeker vijf madhooiland in 't Craa<strong>nl</strong>and gelegen in Smalland'.G. ten Cate,Geschiedkundig overzicht der Doopsgezinde gemeente van Drachten enUreterp (Drachten 1890), pp. 4-5.4. Sake, tr. Lutske Lykeles.Halbe Roelofs en koopt 1/8 deel van een zathe te Wijnjeterp vanSake Tjeerds en Liuds Lyckledr.(laatste gebod 20-1-1630).33756. Sierd Binnes, dorprechter, ontvanger, kerkvoogd en bijzitter vanOpsterland, overl. na 20-12-1603.Reeds vermeld in de Personele Impositie van 1578, tekent mee voorOpsterland voor aansluiting bij de Unie van Utrecht 17-7-1579. In1599 is hij met Feytie Wybes voogd over de kinderen van zoon SietseSierds en Auck Ebeledr. Siert is nog aanwezig bij eeninventarisatie op 20 december 1603. 1908 Dat is ook nog het geval op28 sept 1609. 1909Kinderen:1. Sietse, (= nr. 33732).2. Binne, (= nr. 16878).3. Minse, tr. Sjoukje Siebes.4. Romck, tr. (1) Folkert Rebbes, zoon van Rebbe Rienks en JeltjeFeytes, tr. (2) Hendrik Jenckes, bijzitter van Opsterland, overl.v. 14-11-1626, weduwnaar van Jouck Oedsdr. Op 17 jan 1609 zijngecompareerd Benne Sierts en Rienck Rebbes als voormonden van RienkRebbes wezen; om rekeninge te doen.Op datum voorschreven zijn de voormonden van Folkert Rebbes wezen,ter eenre en Rompck (Wempck) Folkerts wed, geassiteert met HendrikJentkes als des weezen stiefvader, bij consent en advies van SiertBennes als als des weeskinderen bestevader. Dat Hendrik en Wempckedes vs. wezen van Rompck zullen onderhouden met spijs en drank; enverder zullen onderholden naar dorpsinstantie; en tot jaren gekomenof gehijlckt zijnde dezelve naar behoeren uutboelen;17 jan 1609. 191033758. Wobbe Fockes, overl. v. 25-6-1591, tr.33759. Auck N.N.36038. Juicko Jelles, te Noordbroek, tr. (h.c) 1-12-160336039. Fenne Alberts, overl. v. 3-12-1661.Beerta: Fol.881 - 3 december 1661 - Geert Jans en Elue (ehel.)maken een afkoop met Juicke Geerts, Ocko Rinnolts en Anje (ehel.),


Jan en Jelle Geerts van de roerende goederen als onse bestemoederFenne Alberts heeft nagelaeten. Juicke, Jan en Jelle Geerts, metOcko Rindelts en Anje (ehel.) krijgen alle roerende goedereninclusief de schulden. Geert en Elue worden daarmee niet belast.Eeen brief welke Geert Jans zou hebben van Fenne Alberts wegenshaer verteerde kostpenningen wordt geannuleerd. Getuigen: GaltjoEdtskes en Harman Roelefs 1911 .36040. Meerten Krijns.36042. Haycko Ebens, landbouwer te Beerta, overl. na 28-5-1660, tr.36043. Frouwe Tonkerts (ook: Tonckerts), geb. ca. 1603, afkomstig vanWinschoten, overl. na 6-11-1635.Fol.120 - 11 mei 1613 - (H.V.)Phebo Nomneß en Ipe Sibelkenß, dochter van Sibelke Tammeß en Doede.Getuigen: Botto Hindrix, Tiapko Ipens, Sibrant Luppens en WapkoTammeß.Fol.286 - 5 november 1618 - Tijapko Ipens, principaal voormond,Haeijko Ebens, sibbevoogd, en Febo Nomnes, als mede-erfgenaam vanwege zijn vrouw, versetten aan Hindrick Wernerß, land te Beerta,daer die Hilligen brede in dersulvigen lande ten oisten, unde GoekoRengeneri ten westen. Tijd: 6 jaar. Getuigen: Sijbrant Luppens enJohan Luleffs.Phebo and Ipke had 4 children, Epko, Edse, Doede, Tamko (Phoebens,Febens) (DNL 103:472-473, 1986).731- 7073 -fol.623 -Beerta -30 april 1632 -Haike Ebes en Frouwe (ehel. ) verkopen aan Mello Feckes en Menste (ehel.) deelland. zoalswijlen Haije Tonkertz aan zijn zuster Frouwe, heeft overgeerfd.Gelegen in Mello's nijelant. Prijs: n.v.731-7074- fol.20 en 731-7073- fol.867 -Beerta -21 juni 1639- EggoTonckens, pastoor te Westerlee, als pr.vmd., Edsko Ga1tiens, enHemmo Harckens, als voogden over Haeiko Ebens en zijn overledenvrouw Frouwe hun moederloze kinderen, tevens Tiacko Hommens voorzijn moederloze kinderen ter ener en Haeiko Ebens ter andere zijde.Afkoop. De voogden verkopen aan Haeiko Ebens de mandelige schuurwesterd in de Beerta op koper Haeiko Ebens' grond bij zijnbehuizing staande, met de levende have -[het begin van de akteontbreekt] - Afkoopbrief- Voormond en voogden, Eggo Tonckens, AdskoGaltijens en Hemmo Harckens, teven worden vermeld Tijacko Hommes,verkopen aan Haeycko Ebens iets. Er resteert een schuld van 652daler. De kopers dienen de beide kinderen Ebo en Tonkert teonderhouden.731-7074- fol.387 -Beerta -30 april[!] 1644- Menno Mennens leentvan Haeiko Ebens, als bestevader, en als pr. vmd., Henrijc Hommensen Claes Hermans, voogden over Tiaecko Hommens' moederloze kindFrouwe 150 daler a 7 1/2%.731-7075- fo1.121 -Beerta -4 februari 1650- Haeijko Ebens verhuurtde gehele heerd land, waarop hij tot dusverre heeft gewoond,uitgezonderd een tuin met een huisplaats op dezelfde heerd staandeen nog een huisplaats met tuin gebruikt door Tiaske Beemds, aan JanHenderijcx Varsche en Henderijckjen (ehel.). De heerd ligtwestwaarts in die Beerta, ten oosten Hendrijc Hendrijcx, ten westenEltio Louwards. Jan Henderijcx krijgt toestemming van Haeijko Ebens1/3 deel van de heerd aan Jacob Wilderijcx en Aelke (ehel.). Dehuur voor Jan Henderijcx Varsche bedraagt 114 daler per jaar. Tijd:6 jaar. Jacob huurt in dezelfde akte 1/3 deel van Jan HenderijcxVarsche731-7075- fol.157 -Beerta -17 mei 1650- Nantko Waelckens en Jantjen(ehel.) lenen van Haeiko Ebens 100 daler a 6%. Het bedrag is


afkomstig van het geld dat Jan Hendericx Varsche aan Nantko tersette heeft gedaan.731-7075- fol.164 -Beerta -4 juni 1650- Comelis Pieters en DodeFebens (ehel.) lenen van Haeiko Ebens 200 daler a 5% afkomstig vande setpenningen welke Jan Hendrijcx Varsche aan Haeiko op zijnbehuizing heeft gedaan.731-7075- fol.224 -Beerta -13 mei 1651- Herman Hermans en Bijlke(ehel.) verk1aren dat Haeiko Ebens, Bijlkes vader, hen geleend had200 daler. Het bedrag wordt in mindering gebracht op haar erfdeel.Voorts verklaren ze dat Haiko Ebens' vrouw, Fenne, de moeder vanHerman Hermans, hen geleend heeft 150 daler a 5%.731-7075- fol.291 -Beerta -25 mei 1652- Tjacko Feckens en Martjen(ehel.) lenen van Haiko Ebens en Fenne (ehel.) 200 daler a 5 1/2%.731-7075- fo1.719 -Beerta -28 maart 1659- Luijtjen Pieters enVrouke (ehel.) kwiterende voogden Haijco Ebels, pr.vmd., enbestevader van Vrouke Tjackes, Hebel Egges, sibbevoogd, en ClaesHarmans, vr. vgd., met uitzondering van een verzegelde briefafkomstig van Vroukes overleden moeder Aijlcke Haijckes, gewezenhuisvrouw van Tjacko Hommes.731-7075- fo1.792 -Beerta -28 mei 1660- Haijcko Ebels verkoopt aanEebe en Tonckert Haijckens, broers, en zoons van Haijcko, huis enschuur, tillen, zoa1s Eebo en Tonckert bewonen en gebruiken. Prijs:1000 daler. Bovendien wordt verhuurd de heerd land, zoals dehuurders bewonen. Huur: 80 da1er. Tijd: 9 jaar.731-7076- fol.143 -Beerta -15 april 1664 -Tonckert, Ebe en PieterHaijckens, 3 broers, tevens Jan Roelefs en Tettje (ehel.), LuitjenPieters en Vrouwe (ehel.), Haijo Stevens, pr. vmd., Galtje Edtskesen Lubbert Jans voogden over Harman Harmans moederloze kinderen,verpachten en versetten aan Johan van Twenbergen convoijmeister derfortresse Langacker zijl(!) een heerd land westerd in de Beerta,beklemd onder de behuizing, zoa1s Tonckert en Ebe Haijckens bewonenen gebruiken. ten noorden het veen, ten oosten IJpo Tjapkens, tenzuiden Peeckel Aa, ten westen Tonckert en Ebo Haijckens. Tijd: 9jaar. Prijs: 177 car.gld. 18 stb. per deimt.731-7076- fo1.146 -Beerta -15 april 1664 -Johan van Twenbergen,convoimester der Fortresse Langackerschans, verklaart schu1dig tezijn aan Tonckert, Ebe en Pieter Haijckens, ook aan Jan Roelefs enTette (ehel.), Luitjen Pieters en Vrouwe (ehel.), Haijo Stevens,Galtje Edtskens en Lubbert Jans voogden over Harman Harmans'moederloze kinderen 177 car .gld. 18 st. per deimt vanwege de heerdzoa1s Tonckert en Ebe Haijckens gebruiken.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Aylcke, overl. v. 21-6-1639, tr. Beerta 6-11-1635 Tyacko Hommes,zn. van Hommo Tyackens en Imke Hendricks..2. Bijlcke, overl. v. 21-3-1660, tr. Beerta 23-3-1642 HarmenHarmens.3. Ebe.4. Tonckert, overl. na 29-3-1697, tr. 20-12-1671 Beerta UbbeHindrijcks, dr. van Henrich Henrichs en Woltke Hermans.36052. Menno Syaddes, overl. v. 1615, tr.36053. Aechte N.N.Zie V O Wagenborgen juni 1615 en 17-12-1660.RA Wagenborgen Fol.133 - ...........[1615] - Aecke, de weduwe vanMenno Sijaddes, met haar zoon Focko Mennes(!), verkopen aan hunzoon en broer Sijadde Mennes en Jantjen (ehel.) de halve behuizingen schuur, waarin ze nu samen wonen, uthgesecht de kamer thensuiden, dar will Acke vorss. frij or leventlang in wonen und sallor thobehoren. Hertho verkofft noch Acke vorgess. an Sijadde


und Jantjen darteindehalff koijen und noch twe kalffversen unde eingelde verse, vier enters, dre kalver, darde halff swijn, tweschapen mit de lammer, ein pardt, noch de helfte van de wagens,eijde en ploech und zeeltuich so daer thobehoirt. Noch de keseketelunde de helffte van ein ketel van anderhalff Kintjen. Noch alleander geretschop, als vijff emmers, twintich melckbalijen so goedtund quadt. So sijnen ein tijne geheel undedartho de helffte vant ander kese- und karnegeretschop, mit dehelfte van de kupen unde de helffte vant balckholdt unde alleanderen. Befrindinge[?] umme het heem und upt landt van schutten,wringen und schutpalen und posten.Bovendien verkoopt ze de landen welke liggen in wijlen Focko Mennesheerd(!). Tevens nog enig land, zoals bij Frerick Febens iswesende. Menno Sijaddes en Jantjen (ehel.) betalen aan hun broerFocko Mennes en zijn vrouw, 1010 car.gld. Terwijl ze betalen aanAecke 500 dalers. Aecke vorss. sal hebben twe koijen in de weide,unde twe schapen bij Sijadde koijen, unde sal se des winters ockvoren und altidt dat horngeldt darvan bethalen, des sal Sijaddevorss. Aecke egen landen gebruicken, sonder huir darvan thobethalen, so lange als Acke koijen und schapen bij Sijadde koijengeweidet und gevodert werden, und als Sijadde offte de sijnen ackerlandt niet langer gebruicken solen, se vant und holden der koijenund schapen. Noch is bescheiden dat Acke vorss. in dat mestidtjahrlichs ein swijn mach kopen twelcke mit Sijadde swinen gemestetsall worden tot Acken profijt, mits dat Acke alle affgeval vansupen und hoij, so van de twe koijen und twe schapenis mede in Sijadde und Jantjens kuposlohen fallen. Getuigen: PetrusArtopaeus en Claes Evertz 1912 .36054. Jan/Johan Peters, overl. na 4-5-1627, tr.36055. Emme/Lijauwe N.N., overl. na 4-5-1627.4-5-1627: Syadde Mennes tho Wagenborgen caverende voor Jantien zijnhuisvrouw (....) voor haar `oldere Jan Peters ende Emme' 1913 .Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Peter Jans, tr. (1) Hittje Autiens, tr. (2) Midwolda 5-3-1626Ave Luitjens, tr. (3) Midwolda 10-8-1634 Eye Eppe Hayens.2. Jantjen Jans, (= nr. 18027).36056. Keer Baevinck, geb. ca. 1560, overl. tussen 7-5-1611 en 28-7-1612,tr. ca. 159036057. Martien Hermans, overl. tussen 2-1 en 18-8-1634, tr. (2) (hc)28-7-1612 Ubbo Epkes, overl. 29-4-1617, tr. (1) Hermen N.N.Voor een uitgebreide bespreking van Keer en zijn nageslacht zie:Gruoninga, 27 (1982), pp. 35-45. Daarin wordt o.a. aannemelijkgemaakt, dat de familie uit Drente komt: RAG, V ij 2, d.d. 28-7-1612; er is sprake van landeigendom aldaar.Martien overleed tussen 02-1-1634 en 18-8-1634: RAG, V ij 5:Martien Ubbes, weduwe Ubbo Eppens, draagt land over aan EgbertBavinck en Frowe en RAG, V ij, 5, d.d. 18-8-1634: scheiding tussende erfgenamen van zalige Martien Ubbens: (waaronder EgbertBaving en Frouwe).Uit dit huwelijk:1. Jantje, tr. Hertyen Jansz.2. Jacob, geb. ca. 1590, overl. v. 25-1-1625, tr. (hc) 14-5-1617Bouwe Claesens, dr. van Claas Alberts en Tetyn, zij tr. (2) RempkoPhebens.3. Herman, geb. Noordbroek ca. 1595, overl. v. 1-8-1650, (o)tr.Groningen 31-8/6-10-1622 Jeje Arents, dr. van Arent Teys.


4. Egbert (= nr. 18028).36058. Focko Wypkens, tr.36059. Ockien N.N.36060. Arent Jansen , geb. Nieuwolda ca. 1570, overl. v. 26-5-1643, tr.36061. Wyven Vechten.RAG, V O (mogelijk:G ?), d.d. 26-5-1643: erfgenamen Arent Jansen enWyfen: Jacob en Frerik Arents, broers; Geert Willems, LuitienMennes en Kryne Luitens, geswageren voor hun huisvrouwen Ame,Geertyn en Menke.RAG, V ij, d.d. 22-5-1617: ‘Harmen Meinerts und Lubbe eheluiden,wonhafftich in de fortresse Bellinckwolde verkope arffliche aenerb. Arnt Janse en Wyven, syner huisfrouwe (....)’.36078. Rotger Hindriks 1914 , geb. ca. 1550, landbouwer te Noordbroek,overl. tussen 11-12-1614 en 31-10-1618, tr. v. 15-5-160936079. Wija N.N.Op 29-11-1624 1915 verkopen Luppo Rotgers en Fockjen Emmes hunaanpart in het land dat Luppo van zijn ouders toekwam aan hun broerFocko Rotgers en Anna Arijs. Ook worden genoemd: hun broer FransRotgers, hun zus Anna, tegenwoordig gehuwd met Boncko Tiapkes enhun zusters olderloze kind Rempke, waarvan Edsko Galties de vaderis. Die zuster is dus de nummer 18039 in deze <strong>kwartierstaat</strong>, RemkeRotgers. Ubbo Rotgers is voormond en Hero Sinckes te Midwolde isvreemde voogd.Oldambster Warfsminuten nr. 297 (14-1-1586) - Wij borgermesteren enraedt der stad Groeningen doen kundt ende betugen mits desen, alsode erntfeste Albert Eeldtz onse amptman in den Woldtoldenampteseecker kenninge (hijr angehecht) gegeven tusschen Rotger Hijnrickseens ende den arffgenamen zaligen Foppo Wijpkens anderdeels, degedachte Rotger an ons beropen. Hebben wij borgermesteren enderaedt upgemeldt na guedtlick verhoer beijder parten de voerschrevenkenninge guedt ende de beropinge quaeth gekandt. Actum den XIIIIjanuarij anno XVc ses ende tachtentich. Oerkunde wij mit onsenupgedruckten signete.R.A. iiia 8, wonsdach 9-11-1603 - Rotger Hindrick c. den Erb.Arendt ther Braeck end de weduwe salig Hero ther Braeck. Rechtswegen verclarende dat de gerq als mede arff. Tot Hewo Tonckenssullen geholden wesen den impt. tho bevrien? van voergebrachtverschrivinge hem hoer (wegens?/regtes?) voerbeholden up hoerenanderen mit arffg.R.A. IIIa 9, 24-1-1605 - In der schelinge tussen Rotger Hindriximpetrant, dagen laten hebbende den Erb. Arent ter Brake end zal.Hero ter Braken nagelaten weduwe reqden, om vrijholdinge van sekerelasten up sijn impetrants vaders landen staende, in conformite dersentetie van dato den 9 novemb. 1603, met refusie van kosten endbroeken als hie deswegen gedaen end betalen moeten, kennen endverklaren die H. B &r na goetlick verhoer van patijen nochmaalsrechts wegen dat die reqden den impetrant geholden soelen wesenvrij kost end schadeloes to holden so wall met aflose desprincipalen besegelden breves als met betalinge der renten, kostenend broeken; den reqden horr reconventie op haren ende erfgenamenvoerbeholden.R.A. IIIa 11, martis 3-2-1607 - In de schelinge tussen RotgerHindrix impetrant, end den Erb. Arent ter Brake end Hero ter Brakennagelaten weduwe reqdens, contenderende die impetrant dat diereqdens tho volge der sententie van den 24 january 1605 geholdensolden wesen nathokomen. Also die Erb. Jurijen Coeiter in gerichte


wegens sijn huisfrou (zal. Hero ter Braken nagelaten weduwe) sijnquota tho betalen gepresenteert, ende die impetrant daarvan acteversocht, so hebben die H. B & R hem deze gepasseert om thostrecken naer behoren.R.A. IIIa 11, 25-2-1608 - In der scheling tussen Altijenn Jansenimpetrantinne contenderende dat Rotger Hindrix, die huisfrouwepresent, hoer solde restitueren sekere goederen als hie voer 35 b.st. schulden hoer afgehaelt. De reqden huisfrouwe allegeerende dathoer die goederen goetlik ter handen gestelt, hijrtegens gehoert.Ordonneren die H. B & R allen voerbrengen dat die reqden denimpetrantinne die versochte goederen daetlick sall restituerenmoeten, den reqden op dieselve nochtans een arrest wedervergonnende.R.A. Noordbroek 15-5-1609 (p.61) - Frerik Eppens, caverende voorRenske zijn huisvr. en voor Sijpke Eppens zijn broer, verset aanRotger Hendrikes, Wije zijn huisvr. 3 ackeren landes in de klokslagNoordbroek. Zwetten zijn ten Z. Tijapko Eggens en ten N: TonkeHeuwens. Strekkende uit het O: van de Ehe int W: an de nije Sijpe.De setjaren duren 4 jaar waarna het is af te lossen met 400 Embd.gld. Rotger mag jaarlijks op dit land 7 dachwerk torf graven. Ookmag hij de kamplanden ploegen die al geploegd zijn geweest. Dejaarlijkse huur is 8 daler. Getuigen: Lambertus Joannis en GertJacobs.R.A. Midwolda 14-1-1611 fol. 135 - Rodtger Hijndricks, JohanHijndricks en Greete Hijndricks, broers en zuster, maken eenafhandeling van de nalatenschap van hun vader Hijndrick Rodtgers.Rodtger ontvangt 32 akker in 8 akker, waar Johan nu op woont, tenoosten Johan Rodtgers, ten westen Hijndrick Berents Johan krijgt 32akker in 8 akker in de heerd zoals wordt gebruikt en bewoond doorJohan Rodtgers. Greete krijgt 1 akker in de 8 akker en nog 12 akkerin de heerd, zoals wordt bewoond en gebruikt door Johan, met eenafkoopsom. Onverdeeld blijven het land van hun vader gelegen in depastorie en nog 11 deimt te Finsterwolde. Getuigen: HijndrickBereents en Harmen Offens.R.A. Scheemda 11-12-1614 - Rotger Hindricks caverende voor Wijezijn huisvr. bekende dat wijlen Tiacko Wijpkens in het verleden eenerfwissel van sekere 5 deimatten min een verendeel medelant inMidwoldemer Hamrick aan Harmen Sickens had verhandelt enovergedragen alles volgens versegelde brief hiervan opgemaakt dd.4-2-1585 waardoor deze transfix is getogen. Echter Rotgerpretendeerde wegens zijn vrouw van dit land de gerechte helftwaarover voor het gerecht is geprocedeerd maar ziet nu af van alleaanspraken. Getuigen: Gellius Johannis en Jeltie Jacobs (tekentJelcke Jakubes)R.A. Noordbroek 31-10-1618 - De gezame<strong>nl</strong>ijke kinderen van zal.Rotger Hindricks en Weije zijn vr., <strong>nl</strong>. Ubbo, Focko, Frants, Luppoen Tiacko Rotgers, gebroederen met Edsko Galtiens als gewezenzwager mit sin kindes vormunders Ubbo Rotgers en Hero Sintkens, alsook Sibe Sebens en Johan Hindricks, mede zwagers, accepteren kop enarrest die enige vrunden van de erfgenamen hebben gemaakt met LuppoRotgers, en zijn met de anderen in bestendige arrest getreden wegende erfenis van zal. Rotger en Weije.R.A. Noordbroek 23-3-1618 - Weije Rotgers, nagel. weduwe zal.Rotger Hinricks sampt oer kinderen Ubbo, Focko, Frantz en TiackoRotgers, gebroederen, mit Anne Buntkens en Siben Rotgers, welkebroederen mede voor oer anderen swageren en susteren die absentzijn, caveren, verk. aan Luppo Rotgers huisinge, schuire enannexen, rogge int lant utgeseijt.. + alle koeien, peerden en jungebeesten enz. (alle goederen in een inventaris beschreven), exempthet huisraad dat Weije voor zichzelf behoudt, de ricke kiste mit depijllers(?) vier stoelen met vier stoelkussens, 8 tinnen schalen,


tinnen lepels, 3 tinnen taffelberden en 3 tinnen koppen, 3 tinnenbekers, een pulle, kandelaar, een warm...., iseren haell mit 2kruiken, 3 koperen potten, de vuurpanne met de waeterpot en 6stenen schaelen. Ook onverkocht seker linnen die de erven pro quotadelen. Ook verkocht alle saetkorven mit de mande up de boenestaende. Hierbij aan Luppo overgedragen 10 deim hooiland van Weijegelegen aan de zuidzijde van Focko Febens huis. Getuigen: TonckoHeuwens, Luitien Kniplinck en Aijsso Tiaerts kerkvoogd.R.A. Noordbroek 26-4-1618 - Bunne Eltiens en (doorgestreept: EltieEltiens), mede caverende voor de erven van zal. Eltio Bunnens enTiacke ehel., staan toe aan de lieve zuster Eppe Eltiens tegebruiken, bezitten en possideren drie vierendeel van een ackerland in Noordbroek in de heerd die zal. Rotger Hinricks weduwebewoont en die toebehoort aan de erfgenamen van zal. TiaduweEppens. Ook krijgt Eppe de vierde part van een rotmer land onder deklockenslagh van Siddebuiren.Getuigen: Tijabbo Peters en Hilko Diurts.R.A. Noordbroek 31-10-1618: - De gezame<strong>nl</strong>ijke kinderen van zal.Rotger Hindricks en Weije zijn vr., <strong>nl</strong>. Ubbo, Focko, Frants, Luppoen Tiacko Rotgers, gebroederen met Edsko Galtiens als gewezenzwager mit sin kindes vormunders Ubbo Rotgers en Hero Sintkens, alsook Sibe Sebens en Johan Hindricks, mede zwagers, accepteren kop enarrest die enige vrunden van de erfgenamen hebben gemaakt met LuppoRotgers, en zijn met de anderen in bestendige arrest getreden wegende erfenis van zal. Rotger en Weije. De zonen krijgen elk 500 gld.,de dochters 400. De zonen ook elk pro quota de helft van zekerelanderijen die ze in Noordbroekster hamrick kunnen verdedigen. Voorhet overige van de erfenis zal zuster en broeders gelijck sibbezijn. Luppo zal voor de voorstanderen over Edsko Galtiens en Remkemoderloze kind en ook voor Sibo Sebens wegens diens vr. Elske eeninventaris van de achtergelaten goederen overlangen. Het moederlozekind van Remke zal vooruit 30 daler ontvangen.Ubbo Rotgers tekent mede voor zijn zal. zuster Remke kind.Getuigen: Luitien Kniplinck, Menne Aijtiens, Gosen peters Slomp enHilko Dijurts.R.A. Noordbroek 12-04-1619 - Verschenen de gez. erfgenamen van zal.Rotger Hinricks en Weije als ook de voorstanderen over EdzkoGaltiens kind: Ubbo Rotgers voor zich zelf en als voormond overEdzko's kind dat hij bij zal. Remke Rotgers heeft geprocreëerd,Frans Rotgers, Luppo Rotgers, Tiacko Rotgers met hun vrouwen, SibenSebens, Johan Hinricks, Edzko Galtiens en Hero Sintkens als medevoorstanderen over Remkes kind. Zij verkopen aan hun broeder FockoRotgers en zijn vr. anderhalf deim. in Scheemder hamrick in deblocklanden waar Sipko Eppens mede in belendet is + een deim. landin Middewolder hamrick in Jan Tiabbens gebruick. Getuigen: LuitienKniplinck en Hilko Dijudts.Uit dit huwelijk:1. Anna Rotgers, tr. Bontko Tjapkes.Op 11-1-1604: 'Bunneke Tyapckens en Anna kopen een huis eninboedel, vee en land, zijnde kloosterbezit' in Meeden. Getuigenwaren Tiapcko Eggens en Rotger Hindricks.R.A. Noordbroek 11-4-1604, p. 80. - Bauwe, weduwe van BerentEgberts op de Meeden verkoopt aan Bunneke Tyapkens en Anna eenhuis.R.A. Noordbroek 23-11-1619 (269) - Bunneke Tijabkens en Anna ehel.verk. aan Luppo Rotgers en Fockijen aandeel land dat Anna van haarsal. olderen heeft geërfd, gelegen in de klokslag Noordbroek in deLange Meden geheten, unverscheiden manck 10 deim. die degezame<strong>nl</strong>ijke erven behoren, streck. uit het W. van de hoijwegh,


int. O. aan Wijske gat, dar (Eppo Aepkens doorgehaald) TijabkoPeters ten N. en Ebbo Bonnes ten Z.Getuigen: Frerick Phebens en Reiner Wilmes (Wijllems).2. Ubbo Rotgers, tr. Ebbe Hemmens, te Midwolda.BWO 50, blz. 263. Aan de oostzijde van 1605 tot 1640, Ubbo Rotgers,zn.v. Rotger Hendriks en Wye, nr 54, tr. Midwolda 3-3-1605 met EbbeHemmens, ws. dr. v. Hemmo Ebbens. Omstreeks 1627 heeft hij 5½akker. Ubbo Rotgers wordt in de verponding van 1630 aangeslagenvoor 25 deimt. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon Heere Ubbesgehuwd aan Hiske Elties.h.c. Midwolda 19-08-1650 fol. 16Heere Ubbes, zoon van wijlen Ubbo Rotgers en Ebbe (gew.ehel.), inMidwolda, en Hiske Elties, dochter van Eltie Heeres en Frouwe(ehel.), te Midwolda.3. Tj(i)acko Rotgers, tr. Luppe Geerts.4. Remke Rotgers, (= nr. 18039).5. Luppo Rotgers, (= nr. 18044).6. Focko Rotgers, overl. v. 25-12-1643, tr. (1) Anna Arijs, tr. (2)(h.c.) Zuidbroek 7-4-1643 Anna Tiackens, dr. van Tiacko Sibels.R.A. Zuidbroek 25-12-1653 (27)Pieter Tiackes en Anne Tiackes wed. Focco Rotgers verkopen aanLammert Hendricks en Harmeke anparten land in Noordbroek op deBulte, als Tiacke Sijbels en Itien, hun overl. olders hebbennagelaten.7. Elske Rotgers, tr. (hc) Noordbroek 13-5-1613 Sijbo Sebens.H.c. Noordbroek 13-5-1613Sibo Sebens en Elske RotgersRotger Hindricks en Wije zijn huisvrouw samp Elske zijn tevredenmet de door de bruidegom aangebragte goederen, Hiertegens belovenRotger Hindricks en Wije 300 Embd. gl. a 3 Arents gl. aan de bruidmee te geven.getuigen: Jacob Bruntz en Henricus Dijckmannus.(handtekeningen): Rotger Hyndrycks, Sijbo Sebens, Elske Rotgers,Buncko Tyabbens (of Remko Tyabbens, want die is zwager van RemkeRotges op haar h.c.), Jacob Brunts (doorgestreept als getuige),Henricus Dyckmannus, Edtzko Galtens als en getuige, Memmo Ubbens.8. Siben Rotgers, tr. Noordbroek (hc) 29-3-1618 Johan Hinricks, zn.van Hinrick Jans en Aeben.H.c. Noordbroek 29-03-1618 (126)Johan Hinricks x Siben RotgersJohan brengt 600 Embd. gld. in; Siben 400 met een bedde entoebehoren.Voor de bruidegom: Hinrick Jans en Aeben, vader en moeder; AlloHinricks, broeder.Voor de bruid: Weije Rotgers, moeder; Focko, Frans, Luppo en TiackoRotgers, broeders; Siben Sebens, zwager.Getuigen: Toncko Hewens en Sipke Eppens (ook tekent als getuige:Luitien Knipling).9. Frans Rotgers.R.A. Noordbroek 12-04-1619 (209)Verschenen de gez. erfgenamen van zal. Rotger Hinricks en Weije alsook de voorstanderen over Edzko Galtiens kind: Ubbo Rotgers voorzich zelf en als voormond over Edzko's kind dat hij bij zal. RemkeRotgers heeft geprocreëerd, Frans Rotgers, Luppo Rotgers, TiackoRotgers met hun vrouwen, Siben Sebens, Johan Hinricks, EdzkoGaltiens en Hero Sintkens als mede voorstanderen over Remkes kind.Zij verkopen aan hun broeder Focko Rotgers en zijn vr. anderhalfdeim. in Scheemder hamrick in de blocklanden waar Sipko Eppens medein belendet is + een deim. land in Middewolder hamrick in JanTiabbens gebruick.Getuigen: Luitien Kniplinck en Hilko Dijudts


36088. = nr. 36078.36089. = nr. 36079.39104. (?) Berend Jansen Berkhof, tr.39105. (?) Janna N.N.Vindplaats volgens Jonker: 1626 XXVII 2.39602. Lambert die Gruter, tr.39603. Mette N.N., overl. v. 19-9-1580.Op 21 maart 1567 verkopen Lambert die Gruter en zijn vrouw Mettaaan hun zoon Herman Gruters een stuk bouwland en een gaarden in deHeerlijkheid Almelo. Nergens wordt echter duidelijk of Lambert devader is van Gese. Mette is wel haar moeder, want in 1580 verkopenTonis en Geese aan Essken op Grutershuis en Aelheijt, zijn eenhuis en landerijen te Almelo, die Gese heeft geërfd van haaroverleden moeder Mette Gruters.42024. Goijart Jan Ebertss van Lieshout.Inventaris 108 folio 2 periode 1558 – 1562.Jenneken wedue wijlnerCornelis Schoevers, ende heeft erffelijck opgdragen Anthonissensoen Peeter Joessens haeren wittelijcke broeder gedeeltes van eenhuijs, hoff gelegen opten Hoevel, aen erve Jan Lonis, desvoirschreven Jenneken, streckende vander gemeijne straten operffenis Goijarts van Lieshout.Inventaris 108 folio 143 periode 1558 – 1562. Wijllem Mathijs Jansende Goijart Jan Ebertss van Lieshout hebben opgedraegen endeerffelijck overgegeven die voirschreven Franssen elck een halftlopensaet lants inde Veehuijs hoeve.42144. Evert die Snijders, te Sint Oedenrode, tr.42145. Beatrix.Inventaris 108 folio 122 periode 1558 – 1562. Wijllem ende Evertgebroeders. Art soen wijlen Jan Zegers wittige man ende mombairHeijlwich sijnder huijsfrouwen alle wettige kijnderen Hanrick dieBever verweckt bij wijlen Elijsabeth sijnder huijsfrouwen dochterwijlen Everaerts die Snijder, ende Jan soen verweckt Jan Wijllemsende die voirschreven Wijllem inden naeme als mombers vandeonbejaerde kijnderen wijlen Jan Hanricx die Bever verweckt bijwijlen Elijsabeth sijnder huijsfrouwen dochter wijlen Jan Wijllemsende hebben erffelijck gescheijden ende gedeijlt seckereerffgoederen, pachten ende chijnsen hem van wijlen des voirschrevenHanrick ende Elijsabeth henne vaeder ende moeder achter gelaeten.Aen Wijllemen ten deel gevallen o.a. huijs, hoff metten erffensdaer bij gelegen geheijten Holaer, gelegen in die prochie van SintOeden Roij tot Ollant, tusschen erffenis derffgenamen ThomasLamberts met meer anderen, dander sijde erfenis Jans van Beest,streckende met beijde eijnde aen die straet. Aen Everarden huijs,hoff, metten erffenisse, gelegen inder prochie van Sint Oeden Roedetot Ollant, gelijck ende in alden manieren Jan soen Dirck die Beverdat onder sijn ploech houdende is. Deen sijde die gemeijn straettot beijde sijde ende metten eene eijnde, dander eijnde WouterClaes Mercx met meer anderen. Vermelding o.a. van: item noch tevergelden aen heer Lonis Cluijtmans seven stuijvers.Inventaris 107 folio 32 periode 1548 – 1552. Lucas soen wijlenGoijart van Nispen heeft erffelijck opgedraegen ende overgegeven


Beatricx weduwe Evert die Snijer haer tot haerde tochte ende harenkijnderen die erffelijckheijt in een erff gelegen in Roede inneVerrrenhout geheijten Spreuwelair.Inventaris 107 folio 44 periode 1548 – 1552. Beatrix weduwe wijlenEvers die Snijer heeft geloeft als sculder principael te betaelenCatherijnen dochter wijlen Gerit Terlinck.Inventaris 107 folio 44 periode 1548 – 1552. Hanrick soen wijlenEvert die Snijer verweckt bij Beatrix sijnder huijsfrouwe heeftgeloeft op hem ende allen sijne goederen, dat hij die voerschrevendrie ende dartich carolus guldens die Beatrix geloeft heftCatherijn dochter Gerit Terlinck voerschreven.Inventaris 108 folio 57 periode 1558 – 1562. Die voirschreven Janheeft erffelijck vercoft die voirschreven Huijberden eenenjairlijcken ende erffelijcken chijns. Van ende vuijt huijs, hoffmet sijnder toebehoirten, gelegen inde prochie van Sint Oeden Roedeint Broeck geheijten Spreeuwelaer. Beijde sijde ende het een eijndeBaet Everts, streckende metten eijnde aen die gemeijnte.Inventaris 108 folio 95 periode 1558 – 1562. Wouter soen wijlenHanrick vanden Neep verweckt bij Jenneken sijne huijsfrouwendochter wijlen Thonis van Woensel ende heeft overgegeven Jan sijnewittiche brueder oock soen Hanrick ende Jenneken voirschreven sijnealinge aenpart kijntsgedeelte portie dat den selve aengestorven isvanden voirschreven Hanricken ende Jenneken van huijs, hofstat,hoff, etc. gelegen aen den Varrehout geheijten Spreuwelair. Benevenerffe Beatrix weduwe Evert die Snijer beijde sijde ende deeneijnde, dander eijnde het gemeijn Broeck.Inventaris 107 folio 145 periode 1548 – 1552. Beatrix achtergelatenweduwe Evert die Snijders geloevende voer haer tochte Everts JanJan ende Aert gebrueders soene wijlen Everts Snijders, verwecktbijdie voerschreven Beatrix ende die selve geloevende voer hen medeerffgenaeme. Ende hebben erffelijck vercoft Aerden soen wijlenLucas Dierickx eene erffwech omme te vaeren ende te drijve totsijne schoensten? doer ende oever een stuck bempts gelegen in dieprochie van Sint Oedenrode inde Goijendonck, deen sijde erffensWijllem Peters ende voerts rontsomme indie gemeijn straet.Inventaris 107 folio 145 periode 1548 – 1552. Aert voerschrevenheeft vercoft eene erffwech den voerschreven kijnderen EvertsSnijders voerschreven omme te vaeren ende te drijve doer ende oevereen stuck bemts gelegen ter selver prochie voerschreven geheijtendie auwe hage inde Goeijendonck, deen sijde erffens Lambert vanTartwijck, dander sijde erffens Beatricx voerschreven ende beijdeeijnde …. dries. Verder vermelding van een hecken dat dievoerschreven Aert houden sal aen die Goijendoncksestraet indeHeeseckers bempt, die auwe hage. In de mage o.a. noch een stuckerffs geheijten die hoeve Kijnsdele?Inventaris 107 folio 180 periode 1548 – 1552. Cornelis soen wijlenDelis Craenenssoen verweckt bij wijlen Oeije sijnder huijsfrouwendochter wijlen Cornelis van Espt, Hanricks wijlen Hanrick Costersman ende mombaer Catherijne sijnder huijsfrouwen, Jan PeterScoevers man ende mombaer van wijlen Geritgen sijnder huijsfrouwenende die selve Jan geloevende voer sijn wittige kijnderen verwecktbij de voerschreven Geritgen, alle kijnderen des voerschrevenDielis ende Oeijen voerschreven. Goert Rutte man ende mombaerAleijt sijnder huijsfrouwen dochter wijlen Art Vrints verweckt bij


wijlen Elijsabeth sijnder huijsfrouwen ene die selve Goertgeloevende voer alle die wettige kijnderen des voerschreven ArtVrints ende Elijsabeth voerschreven. Ende hebben erffelijckgesceijden ende gedeijlt sekere erffguederen ende gronde van ervehen aengestorven van wijlen des voerschreven Delis ende Oeijenvoerschreven. Aen Cornelissen ende Hanricken te deel gevallen eenstuck bempts gelegen op Spreeuwelaer, deen sijde erffenis WillemLoijen, dander sijden erffenis die erffgenaemen Evert Snijders metmeer anderen. Item een stuck bempt gelegen inde Goeijendonck, deensijde erffenis Lambert van Tartwijck, dander sijde erffenis dererffgenamen Evert Snijers, streckende van erffenis JanVergoijendonck op erffenis Art Lucas. Te vergelden o.a. twee blanckende een moerken chijns int boeck van Helmont. Noch een halvestuijver chijns ende een moerken int boeck van Helmont. Aen Jannenende Goerden is ten deel gevallen, een stuck lants geheijtem ….gelegen opt Schoer, deen sijde derffgenamen Evert Snijerers, dandersijde erffenis der erffgenamen mester Peters vanden Bos, streckendevan erffenis Eijmberts van Oetelaer aen die gemeijn straet. Tevergelden xx vaet roggen Roetssche mate ende ten Bos te leverenaent capittel vande Sint Jans.Inventaris 107 folio 181 periode 1548 – 1552. Cornelis soen wjlenDelis Cranenssoen ende Hanrick soen wijlen Hanrick Costers man endemombaer Cathrijne sijnder huijsfrouwen dochter de voerschrevenDelis. Ende hebben erffelijck opgedragen Arden soen wijlen LucasDelis een stuck bempts gelegen inde prochie van Sint Oeden Roij opSprewelaer, deen sijde de erffenis Wijllem Loije, dander sijdeerffenis erffgenamen Evert Snijrers met meer anderen. Noch eenstuck bempt gelegen ter selver prochie voerschreven indeGoijendonck, deen sijde Lambert van Tartwijck, dander sijdederffgenamen Evert Snijders, streckende van erffenis Aert coper operffenis Jan Vergoijendonck welcke twee stucken den voerschrevencoperen in sceijdinge ende deijlinge te deel gevallen is.Inventaris 107 folio 189 periode 1548 – 1552. Fragment …… vercofterffelick opgedragen ende overgegeven Jannen soene wijlen Everarddie Snijder …. gelegen binnen der prochie van Sint Oeden Roede terstede geheijten inden Bosch aen die Lichtendonck aent Broeck aldaer…….. aen comen als man ende mombair ……………Inventaris 108 folio 111 periode 1558 – 1562. Beatricx weduwewijlen Everts die Snijer geloeven voir haer tochten ende Jan Evert?gebrueders soen wijlen des voirschreven Everts ende Beatricx,geloevende een voir all voir hen ander suster ende broeders. Endehebben erffelijck opgedragen ende overgegeven Hubrechts soenWijllem Sanders een hoijbemptken, gelegen inde prochie van Roedeinde Goijendonck.Inventaris 108 folio 186 jaar 1563 periode 1558 – 1562. Wijllemsoen wijlen Hanricx die Bever ende Art Jan Segerss hebbenerffelijck opgedragen die kijnderen Everts die Snijer jaerlijckxeen erffelijcke pacht, die Wijllem vande Coppelen soen Wijllemerffelijck vercoft hadd Bardman? vande Goeijedonck soen Jans. Vanende vuijt huijs, hoffstat, hoff ende erffenis daer bij gelegeninde prochie van Son opte Coppel.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Jan Everts.2. Aert Everts, (= nr. 21072).3. Elijsabeth Everts, tr. Hanrick die Bever.4. Hanrick Everts.


Inventaris 107 folio 44 periode 1548 – 1552. Hanrick soen wijlenEvert die Snijer verweckt bij Beatrix sijnder huijsfrouwe heeftgeloeft op hem ende allen sijne goederen, dat hij die voerschrevendrie ende dartich carolus guldens die Beatrix geloeft heftCatherijn dochter Gerit Terlinck voerschreven.5. Evert Everts.Inventaris 107 folio 192 periode 1548 – 1552. Vermelding van: Evertsoen wijlen Everts die Snijer, Wijllemken dochter wijlen HanricxEvers. Catherijn dochter Gerit Terlinck.Inventaris 107 folio 192 periode 1548 – 1552. Evert soen wijlenEverts die Snijer heeft geloeft als principael sculder te betaelenCatherijnen dochter wijlen Gerit Terlinck.6. Lambrecht Everts.Inventaris 107 folio 192 periode 1548 – 1552. Vermelding van:Lambrecht, Jan, Art, Hanricx gebrueders soen Evert die Snijers.Inventaris 108 folio 164 periode 1558 – 1562. Lambrecht soen wijlenEvert die Snijer heeft geloeft te betalen Margriet van de Ven.42206. Jan Verhoeven, tr. v. 156942207. Lana (Appolonia), dochter van Jan Peter Henricx van den HeuvelJan Verhoeven komt in 1569 met Lana (Appolonia), dochter van JanPeter Henricx van den Heuvel en van Anna Gerits van der Hagen, voorin de delingsakte van zijn schoonouders. De bezittingen van dezevermogende familielagen voornamelijk onder het gehucht Wijbosch te Schijndel.Jan Verhoeven leeft nog in 16082.Uit dit huwelijk (blijkens de akte van verdeling der ouderlijkenalatenschap in 1622):1. Jan Verhoeven geb. ca. 1575, schepen van Schijndel (1626 tot1637), tr. (1) Mechteld, dr. van Jan Gerits Michielen en Yda JanLucas Tyssen, tr. (2) Lijsken Willem Hendrick Gerits.2. Elisabeth Verhoeven, (= nr. 21103).3. Anna Verhoeven, tr. Jan Gijsbert van den Bogaert.45696. Luitjen Aebeles, boer op De Triemen te Westergeest, kerkvoogd vanWestergeest (1567), overl. tussen 20-5-1586 en 15-1-1589, tr. v.1560.45697. Geertje N.N., overl. na 1577.Luitjen en Geertje komen als echtelieden voor in 1560, 1566, 1569en 1572. 1916We schrijven 1567 wanneer hij bij een decretale verkoop samen meteen zekere Poppe Ballinx genoemd wordt als kerkvoogd vanWestergeest. 1917Een volgende vermelding is in 1580 als Luitjen genoemd wordt in hetRegister van de Geestelijke Opkomsten van Oostergo: “LuytienAablessz” te Westergeest betaalt een jaarlijkse rente van 22½stuivers. 1918In 1584 procedeert Luytien Abeles te Westergeest voor het Hof vanFriesland tegen Ded, de weduwe van Gerbe Montes. 1919Luitjen leeft nog op 20 mei 1586, want dan komt hij voor in hetrecesboek van Kollumerland. 1920 Op 15 januari 1589 is echter sprakevan de erfgenamen van Luitjen Abels op De Triemen. 1921Bij de inventarisatie in 1609 in het sterfhuis van hun zoon Bote iseen dertiental “aengeerffde landen” opgenomen.Daaruit blijkt overduidelijk, dat Bote een zoon is van LuitjenAebeles en diens vrouw Geertje. 1922Dat echtpaar had echter in ieder geval nog een kind.


Opmerkelijk was in dit verband aanvankelijk, dat zoon Bote (en nadiens overlijden zijn vrouw) in de archieven soms vergezelschaptwordt door ene Folckert Wubles. 1923 Die is in 1609 ook curator overde minderjarige kinderen van Bote Luitjens en Waeps Romckedr (ziehieronder).Folckert Wubles blijkt in de periode tussen 1590 1924 en 1622 1925 (danis hij woonachtig op De Triemen) getrouwd te zijn met YckLuitjensdr.Zij heeft voorwaar een interessant patroniem: zij zou immers eenzus kunnen zijn van Bote Luitjens.Een vrouw met die naam komt vanaf 1588 enkele keren namens zichzelfvoor in de recesboeken van Kollumerland. 1926 Het is echter ongewis,of het daarbij om de vrouw van Folckert Wubles gaat, want er is ookeen naamgenote voorhanden. 1927De familierelatie tussen Bote en Yck en Folckert ontstijgt hetkarakter van een vermoeden echter eenduidig door een drietalvermeldingen. Allereerst treedt Bote in 1591 in een akte op namenszichzelf en “Folckert zijn sweager”. 1928 Daarnaast wordt Bote in1595 genoemd als voormond over de weeskinderen van Wybe Syurdts endiens vrouw, Yck Luitjensdr. Zij blijkt dan getrouwd te zijn metFolckert Wubles. 1929Ten slotte is er een akte uit 1598, waarin Bote namens zichzelfoptreedt, waarbij hij geflankeerd wordt door Folckert Wubles, dienamens zijn vrouw verschijnt. Zij wordt dan onomwonden de zustervan Bote genoemd. 1930Op basis van al deze feiten valt eenduidig af te leiden, dat Boteen Yck Luitjens broer en zus zijn en dat Luitjen Aebeles en Geertjedus in ieder geval twee kinderen hebben.Daarbij dient dan eerlijkheidshalve opgemerkt te worden, dat defiliatie tussen Yck en Geertje niet onweerlegbaar te bewijzen is.Omdat Luitjen en Geertje echter al vanaf 1560 als echtpaaroptreden, neem ik aan, dat Geertje ook de moeder is van Yck.Bij de hierboven genoemde “aengeerffde landen” gaat het om aankopenvan Luitjen Aebeles en Geertje tussen 1562 en 1586.Enkele daarvan zijn terug te vinden in de proclamatieboeken vanKollumerland: in 1575 1931 en in 1577. 1932Bij al die bekendmakingen wordt Geertje helaas zonder patroniemvermeld. Dat laat de mogelijkheid dat haar vader Bote heette welopen, maar enig bewijs daarvoor ontbreekt volledig. De herkomst vandie naam blijft dus een prangende vraag.Die schimmigheid geldt evenzeer voor de afkomst van LuitjenAebeles. De hamvraag is natuurlijk, of zijn voorouders wel uit decontreien van Kollumerland afkomstig zijn.Zo komt in 1561 een zekere Aeble Jeppez te Westergeest voor bij hetHof van Friesland, maar meer dan overeenkomst in gezochte voornaamen plaats van herkomst biedt de akte niet. 1933Ook uit bronnen als het Register van Geestelijke Opkomsten vanOostergo (1580-1581), de monstercedelen (1552) en deBenificiaalboeken (1543) komen geen geschikte kandidaat-ouders naarvoren.Maar over wat niet gevonden is, valt natuurlijk niet dan een zeeronvolkomen voorstelling te geven. Wellicht schijnt eentoevalsvondst ooit licht over eerdere generaties.Uit het huwelijk van Luitjen Aebeles en Geertje N.N. (in iedergeval, volgorde niet duidelijk):1. Bote, (= nr. 22848).2. Yck, overl. na 1622, tr. (1) Wybe Syurdts, tr. (2) v. 1590Folckert Wubles, boer op De Triemen te Westergeest, assessor van


het gerecht van Kollumerland, ontvanger te Westergeest, overl.tussen 4-3-1634 en 26-6-1635.Op 4 maart 1634 wordt Folckert Wubles nog genoemd. 1934 Ruim een jaardaarna blijkt hij al ad patres gegaan te zijn. In een verklaringvan zijn schoonzoon is dan namelijk sprake van wijlen FolckertUbles, rechter en ontvanger te Westergeest. 1935In 1640 zijn de erfgenamen van Folckert Ubles en Yck Luitjensdreigenaar van Westergeest stem 11.45700. Engelbert van Metelen, tr.45701. Martjen N.N.Voor wat de afkomst van Johannes Metelen betreft: hij zou op basisvan tijd, plaats, milieu en vernoeming (Martje, Johannes en Egbert)zelf een zoon kunnen zijn van Engelbert van Metelen en Martjen N.N.Het bestaan van dit echtpaar blijkt in ieder geval uit dezevermeldingen: rond 1571 vraagt Martyen, weduwe van Engelbert vanMetelen, toestemming om haar in beslag genomen koeien zelf teverkopen.Ongeveer een jaar later vraagt de weduwe van Engelbert van Metelende administratie van haar man af te mogen sluiten. 1936In het Register van Geestelijke Opkomsten van Oostergo komt teAchtkarspelen voor: “Martien, pastoirs des olden, gebruiker vantwee mad.” Bij de opmerkingen plaatst Reitsma: “vrij zeker deconcubine van een vroegeren pastoor”. 193745720. Johannes N.N.De kinderen van deze tot dusverre onbekende Johannes komen enkelemalen gezame<strong>nl</strong>ijk voor: op 24-12-1611 1938 zijn Rintze en FolckertJohannes curatoren over Johannes (5) en Auck (3), de kinderen vanhun broer Wyger Johannes; er is verder sprake van een MetskeJohannes, hun broer. Op 19-6-1613 en 16-5-1615 1939 komen diekinderen opnieuw voor.In GJ 1995, p. 45 is sprake van een Wyger Folckhardts, geb. ca.1558, boer en dorpsrechter te Damwoude, bijzitter van Dantumadeel,overl. 1623/1625, tr. ca. 1585 Mary Aebeles, geb. ca. 1560, overl.Damwoude na 7-7-1625. Kinderen: Folkert, Aets, Aebele, Foeck,Johannes en mogelijk Claas. De onder de kinderen genoemde JohannesWygers zou op basis van tijd, plaats en vooral vernoeming identiekkunnen zijn aan Johannes N.N. Nader onderzoek.Kinderen (volgorde niet duidelijk):Folckert (= nr. 22860).Rinze.Tierck.Wyger.Metske.45722. Metske Minnes, overl. Kollum (Uiterdijken) tussen 12-1-1613 en4-10-1613, tr.45723. Hil Rintsedr. (Halbetsma?), overl. Kollum (Uiterdijken) 1613, tr.(1) Tyiaert Teackes, overl. v. 5-3-1594.Op 20-5-1606 1940 verklaren Metske en Hilk geld schuldig te zijn aanBaeucke Hayes als voormond over Rompt Jacobs (uit de daaraanvoorafgaande akte, fol. 159, valt op te maken dat de laatste eenzoon is van Jacob Cornelis).In NL 1925 1941 worden voorouders van Hil beschreven (zie aldaar);daarin ook deze vermelding: ‘25 Apr. 1579 verkoopen Tyaerd Taeckesen Hylck Rinthiedr. Halbetsma, e.l., laatstgenoemde, zijnde eendochter van Ryntzie Halbetsma en Jelck Syursma, mede namens haar


oeder Sape, aan Dirck Pieters en Liesbeth e.l. 4 ½ pondematen inde door dezen gebruikte heerd.5 Febr. 1597 eindelijk wordt vonnis gewezen tegen Metscke Minnes enRintie Sappes, 5 Mrt 1594 geauthoriseerd als curatoren over de zesweeskinderen van Tyiaert Taeckes en Hylck Rintiedr.’Uit deze genealogische sprokkelingen kan Hil’s afkomst mogelijkafgeleid worden. Metske Minnes wordt daar immers genoemd alscurator: als Hylck Rintsedr. identiek is aan Hil Rintsedr. (= nr.45723), dan is haar tweede man dus curator over de zes kinderen uithaar eerste huwelijk. Dat is zeker een gebruikelijke gang vanzaken. Dat de vernoeming van As en Syu niet kloppen, kan danverklaard worden door het bestaan van halfbroers en -zussen. Voorde identificatie spreekt zeker ook de geografische aanduiding: deUitterdijken onder Kollum.Op 3-2-1595 1942 wordt Allert Juriens te Visvliet genoemd tot tutorover de kinderen van wijlen Meinu Melle weduwe, op de Uiterdijkenonder Kollum, ten verzoeke van Metske Minnes, Adam Jans en GoitzenLammerts.Op 6-12-1603 1943 zijn Metske Minnes en Lou Harmens en Luel Grouertscuratoren over Ritske Poppes, de zoon van Poppe Minnes. Blijkenseen akte in het recesboek uit 1593 was Poppe Minnes een broer vanMetske 1944 .Op 6-12-1608 1945 is Metske curator over Alcke en PieterThoeniszonen.Op 9-5-1609 1946 wordt Metske genoemd met Rintse Sapes.In datzelfde jaar komt hij met een ondertekening voor in derecesboeken van Kollumerland 1947 .Op 4-10-1613 1948 wordt een akte van inventarisatie opgemaakt tussen:Syu Metskedr., ‘voor haar selven’, Folkert Joes en zijn vrouw AsMetskedr. en Elske Rintsedr. 1949 , oud in het derde jaar, dochter vanRintse Martens en haar moeder Stijn Cornelis. Zij zijn allenerfgenamen van Metske Minnes en Hil Rintsedr., in leven op de‘Uitterdijk onder de klokslag van Collum’.Er is uiteraard sprake van een beschrijving van het sterfhuis, eris onder meer 50 en nog eens 7 pondematen land; nog een huis op deUitterdijken, ca. 11 pondematen groot en bewoond ‘bij wijlen LeppeMontes’.Op 24-1-1615 1950 worden Teake Wybets (i.p.v. Metske Minnes) en ClaesJans Wiersma curator over de drie kinderen van wijlen Sape Rinses.Metske was op 12-1-1613 op verzoek van Jan Sapes tot curatorbenoemd over Alcke, Trijnke, Griet, de kinderen van Sape Rinses.Op 24-8-1623 1951 is Minne Jans curator over Elske Rintsedr.Medecurator is Lou Harmens ‘te echte hebbende die moye van Elskevoorschreven’. Ook in de akte aanwezig is As Metskedr., weduwe vanFolkert Johannes. Er is sprake van een afrekening tussen deerfgenamen van Metske Minnes en Hil Rintses, in leven op deKollumeruitterdijken en overleden anno 1613 (doorgehaald isdaarbij: ‘op Sinte Margaritadach’). Ook As ondertekent de akte.Op 4-11-1623 1952 is Lou Harmens curator over Elske Rinsedr. Er wordteen scheiding gemaakt met de andere erfgenamen van Metske Minnes enHil Rinsedr., ten verzoeke van Johannes Jeppes.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. As Metskedr. (= nr. 22861).2. Syu/Sieuwke Metskedr, tr. Johannes/Joes Jeppes 1953 . Hij ismogelijk identiek aan de Johannes Jeppes, dijkgraaf te Kollum, tr.Antie Cornelis.3. Rintse Metskes, tr. Stijn Cornelisdr.45724. Alcke Reins, tr.45725. Anna Lieuwedr., overl. 1598.


Op 21 maart 1598 worden de broers Wyger en Tierck Lyues aangesteldtot curatoren over Rein en Alcke, kinderen van wijlen Anna Lyuuedrbij Alcke Reins. 1954Mogelijk heeft deze vermelding van een graf in de kerk vanAugsbuurt betrekking op Alcke: “......... 12 april sterf de eer...Alcke Reinsz olt .......... leit hier begrauen”. 1955Op 19 mei 1635 wordt de inventarisatie opgemaakt van Lieuwe Alkeste Burum. Kinderen zijn: Antie (8ste), Alcke (7de) en Tierck (4de)Lieuwes. 1956Vaderlijk eigendom is onder andere 5 pondematen bouwland in deUitdijksterkluft onder Kollum met Jan Alckes ten noorden en AlbertAlckes ten zuiden. Daarnaast is er sprake van land te “Ausbuir”.Bij de Geestelijke Opkomsten in Kollumerland is in 1580 verder nogsprake van een “Folts Rein Alckes wedw” en een “Rein Alckes”. 1957Mogelijk is deze familie identiek aan een familie Syurdsma, want in1579 is een Reyn Aelckes Syurdsma (mogelijk de vader van AlckeReins?) voormond over de kinderen van Sye Allema en Jesel Aelckedr,waarbij ook de andere kinderen van Aelcke Reyns Syurdsma genoemdworden. 1958Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Rein, (= nr. 22862).2. Alcke.3. Lieuwe Alckes, overl. vóór 19 mei 1635, tr. Wysck Hessels.Op 19-5-1635 1959 wordt de inventarisatie opgemaakt van Lieuwe Alkeste Burum; kinderen zijn: Antie (8), Alcke (7) en Tierck (4)Lieuwes. Vaderlijk eigendom van de kinderen o.a. 5 pondematenbouwland in de Uitdijksterkluft onder Kollum; Jan Alckes tennoorden, Albert Alckes ten zuiden. Verder is bouw- en grasland te‘Ausbuir’, met de andere erfgenamen van Alcke Reins.45728. Gerrit Laurensz., geb. ca. 1554, overl. Veenklooster tussen21-4-1618 en 15-3-1620, tr.45729. (?) N.N. Jacobsdr. of (?) Griet Jans.Op 24-2-1572 komt hij voor in een sententie. Op 28-10-1595 roepthij de bemiddeling van het gerecht in voor de invordering van 5gg., 4 st. wegens geleverde steen.Op 30-3-1596 doet het gerecht van Kollumerland op verzoek vanGerrit Laurens in Veenklooster uitspraak ‘in materie van huis- enkooizettinge’ (dat gaat over kosten van overname door een nieuwehuurder te baetalen aan de vorige). De commissarissen van hetgerecht hebben daartoe de assistentie ingeroepen van een kooiker.Mits de vorige huurder, Tymon Jacobs de kooi ‘metten aanklevevandien’ dadelijk en het huis op 1-5-1596 ‘zal ontwijken’ zalGerrit Laurens moeten betalen 304 gg., 9 st. Dit betreft dan dekooi met de gehele vlucht van eenden, talingen en ander gevogelteen alles wat er bij de kooi behoort. Dat geldt overigens ook voorhet huis. Tymon Jacobs is het er niet mee eens en appeleert op 2-4-1596 aan het Hof van Friesland. Op 9-6-1598 zijn de partijenopnieuw bij het gerecht.Op 6-6-1602 spreekt de grietman Bocke van Feijtsma Gerrit Laurensen Keimpe Wierts, als gebruikers van het corpus te Veenklooster,aan over de kosten van een pomp (een duiker voor waterafvoer). Het‘corpus’ is waarschij<strong>nl</strong>ijk de boerderij van het voormalig kloosterDe Olijfberg.Op 29-6-1603 stelt Gerrit zich borg voor een zekere Albert Roelofsin verband met de aanspraken van de erfgenamen van wijlen Aeff,Tymon Jacobs weduwe. Gerrit Laurens plaatst dan een handmerk.Wellicht is Tymon Jacobs de broer geweest vana de niet bekendemoeder van de zoons van Gerrit Laurens; Laurens Gerrits en Jacob


Gerrits (= nr. 22864). Op 27-3-1604 worden Keimpe en Gerrit opnieuwgenoemd.Den 27 juni 1605: De Gedeputeerde Staten intervenierende voorGerrijt Laurens en Kempe Wierds Meines van Veenklooster CONTRABocke van Feitsma grietman van Kollumerland, en Het Meeus… ratione officy; ……. In factis (in deze bron komen deze mensenenkele keren vaker voor) 1960 .Op 20-5-1606 treden Gerrit en vier anderen op als ‘baersluiden’ ineen geschil van Keimpe Wierts versus ene Jan Jansz. te Smalle Ee.Op 14-1-1613 en 24-5-1614 is Gerrit bestevader en voormond overSyu(ke) Bootedr., die op de eerste datum ongeweer twee jaar oud is.Zij is een dochtertje van Boote Jeltesz. en erfgename van haargrootmoeder van vaderszijde, Aelck Euwedr.Op 11-3-1618 zijn Gerrit en zijn zoon Laurens als bestevader en oomvoormonden over de kinderen van Jacob Gerrits (= nr. 22864).In verband met het overlijden van Gerrit Laurens wordt op 15-3-1620in zijn sterfhuis te Veenklooster inventaris op gemaakt. Zij heeftplaats op verzoek van de zoon Laurens Gerrits, zowel voor zichzelfals in zijn rol als curator over de kinderen van zijn overledenbroer Jacob bij Hil Isbrandsdr. Mede aanwezig is de stiefvader vandie kinderen, Willem Sippesz. De aangifte heeft plaats door deweduwe Griet Jansdr., maar nergens blijkt dat zij de moeder is vanLaurens en Jacob Gerrits. Zij verklaart bij waarheid in plaats vanonder ede dat zij niet verzwegen of verkeerd aangegeven heeft; zeis blijkbaar doopsgezind. Als eigendom van de overledene wordtgenoemd een akker land op het Oost van Veenklooster, die hij reedsbezat voor zijn huwelijk met Griet Jansdr. Verder heeft hij hetgebruik van een eendenkooi en het daaromheen staand geboomte. Dehuur loopt nog acht ‘jaren jaartallen’ overeenkomstig de resolutievan het Landschap over de landen te Veenklooster. Hieruit magworden geconcludeerd dat deze kooi gehoord heeft bij het voormaligklooster. De kooi komt voor op de zogenaamde Schotanuskaart uit1689. Tot de levende heve behoren een merrie, een hengst, eenmerrieveulen, een koe, een ‘bollehokkelingh’. Onder de inboedelstaan vermeld een zadel, een toom, een rapier, een beslagen wagenen een slede. Diverse geldswaardige stukken met een totaalwaardevan 450 gg. worden vermeld. Een kort daarvoor voor 31 daaldersverkochte merrie is nog niet betaald. Een aantal vorderingen op deoverledene in diens kwaliteit van ‘voormonder’ over zijnkleindochter Syuke Botedr. is opgenomen. Onder het gerede geld: eenderde part van een portugalijser ter waarde van ongeveer 14 cg., 5dubbele spaanse pistoletten, ter waarde van 7 stuivers, 12penningen; een oude rosenobel ter waarde van 9 stuivers; eendubbele dukaat ter waarde van 8 stuivers, 4 penningen; een dubbelegouden koningsdaalder ter waarde van 6 stuivers, 3 penningen; eengouden ‘sitter’ ter waarde van 6 stuivers; een spaanse daalder,waarde niet nader aandeduid. Aan ‘paeiment’ (pasmunt) zijn er 39stuivers en 8 penningen. Als uitschuld wordt vermeld dat de weduweovereenkomstig de huwelijkbeloften toekomt 100 daalders.Op 26-8-1623 wordt vermeld dat de drie kinderen van devooroverleden zoon Jacob uit de nalatenschap van hun grootvadergezame<strong>nl</strong>ijk toekomt een bedrag van ruim 608 caroligulden.Op 19-1-1633 inventariseert men in het sterfhuis van genoemde zoonLaurens Gerrits. Zijn oomzegger is mede voormond over deminderjarige kinderen. Lourens was eerder gehuwd aan FrouckWygerdr., dochter van Wyger Ritskes en Jent Bennes Meinsma endaarna met Geertien Harts, dochter van Hart(s) Jansen. Tot denalatenschap behoren de helft van 4 akkers, waarvan de andere helfttoebehoort aan Harmen Jacobs cum uxore, en 4/6de part van de kooibij Veenklooster in het ‘leegland’ gelegen. Verder is er een schuldaan het (jongste) weeskind van zijn broer Jacob Gerrits. De


inventarisatie wordt bevestigd naar waarheid in plaats van eed:klaarblijkelijk waren zij doopsgezind.45754. = nr. 22866 Sierck Wybes, tr.45755. = nr. 22867 His Jacobsdr.45756. = nr. 45728 Gerrit Laurensz.,45924. Ebdye Wybes, in 1542 en 1552 genoemd te Kooten.45932. = nr. 45924 Ebdye Wybes.46768. Tyesse Hebbes Tyessema, boer te Sint Jacobiparochie en op Terprypte Menaldum, overl. ws. 1616, tr.46769. Engel Johannesdr. Terpryp.46770. = nr. 23386 Wybe Romkes Tieppenboer, tr.46771. = nr. 23387 Jeltie Roelofsdr.46772. = nr. (?) Romke Eepes Gietens, boer op Tjeppenboer onderWelsrijp, tr.46773. (?) Trijn Rinsedr.46832. Jelle Hiddesz 1961 ., tr.46833. Auck Hobbedr., tr. (2) Aucke Tyercks Unia.In 1574/575 heeft Jelle consent op de koop van 10 pondematen land,gekocht van zijn oom, Lyeuwe Ryoerts.In datzelfde jaar hebben Jelle Hiddes en Auck Hiddedr. (bedoeld isHobbedr.) consent op 17 pondematen land te Oosterlittens, eveneensgekocht van Lyeuwe Ryoerts.Auck’s tweede man, Aucke Tiercksz. Unia, werd in 1580 burger vanBolsward. Hij komt in 1584 voor met zijn broers Jochum en Jan enzijn zusters Lolck, Frouck en Teth, als erfgenamen van hun vader,Tierk Unia.Op 3-12-1580 proclameren Aucke en Auck de koop van 4 pondemate<strong>nl</strong>and in 8 pondematen te Oosterlittens, genaamd Sybe Achte. Verkoperwas Tyaerdt Fons, uit naam van Anne Seerps, weduwe van Peter Annes.Syurdt Sybolts, naaste bloedverwant, legt er het niaar op.Auck Hobbedr. verkoopt als weduwe van Aucke Wnie (eenverschrijving: er had Jelle Hiddes moeten staan) en moeder vanHessel Jelles, haar zoon bij zalige Jelle Hiddes, op 10-4-1590 eenderde huis op de Lytse Dylakker en een derde huis met aanbehoren inde Kerkstraat te Bolsward voor 300 gg. aan Scholte Iges en Rints.Op 10-4-1592 proclameren Aucke van Unia en Auck Hobbedr. teOosterlittens de koop van 2 pondematen land te Wammert inWybrandazate, die zij bewonen en gebruiken. Verkoper is LieuweLieuwes te Lollum, die het van zijn ouders geërfd heeft. Hij zaleen zoon zijn van de eerder genoemde Lyeuwe Ryoerts.Op 14-4-1594 kopen Aucke en Auck 4 ½ pondematen land inWybrandazate, waar zij dan nog steeds wonen, van Bauck Lolkedr.,weduwe van Rommert Reynsen te Tjerkwerd.Op 9-10-1596 is Aucke Unia wel overleden, want dan verkoopt Auckals zijn weduwe land te Cromwal onder Burgwerd.Op 23-04-1609 wordt op verzoek van Isbrant Sems te Wammert, alsvader en Auck Hobbedr, weduwe van Aucke van Unia, als grootmoeder,curatoren benoemd over de kinderen van Isbrant Sems en JeltkeJelledr.Op 11-4-1627 worden Hobbe en Hessel Jelles aangesteld tot voogdover de kinderen van Wlck Auckedr. Unia bij Yge Meijes Algera,apotheker te Bolsward.Op 25-9-1635 wordt Hessel Jelles genoemd als voogd over dezeventienjarige Inthe, zoon van Jelle Auckes Unia te Dronrijp.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend:1. Hobbe Jelles Ansta, burgemeester te Franeker 1591, overl.Oosterlittens v. 1640, tr. Reynu Durks.2. Hessel Jelles Ansta/Fopma (= nr. 23416).


3. Jelcke/Jeltje Jelles, tr. Ysbrant Sems, later woonachtig opWybrandazate te Wammert.Uit het tweede huwelijk van Auck (volgorde onbekend):1. (?) Jelle Auckes Unia.2. (?) Wlck Auckes Unia.46834. Jeldert Fopma, te Oosterlittens, overl. tussen 15-11-1570 en18-3-1575, tr.46835. Foeck Tyepckedr.Op 17-4-1564 komt Jeldert voor als gedaagde bij het Hof vanFriesland; op 15-10-1565 is hij koper in een boelgoed teHennaarderadeel 1962 , op 15-11-1570 is hij eiser in een zaak voor hetHof van Friesland 1963 .Op 18-3-1575 1964 wordt Foeck weduwe genoemd, evenals op 17-8-1579 en4-2-1590 1965 .Hein Walsweer te Sint Jacobi Parochie meent dat Jeldert af zoukunnen stammen van Lieuwe Aukes, in 1511 op Foppinga teOosterlittens. Waarschij<strong>nl</strong>ijk is Rieurdt Lieuwes een zoon van dieLieuwe Aukes 1966 .In de Benificiaalboeken van 1543 vond ik te Oosterlittens eenJeeslyck Luywes vermeld en een Jeslycke saete toe Nybeers. Mogelijkis zij de moeder van Jeldert (die immers een dochter met die naamhad) en komt de Fopma-naam van haar kant.Kinderen (volgorde onbekend) 1967 :1. Jeslyck Jeldertsdr. Fopma (= nr. 23417).2. (?) Lieuwe Fopma, te Arum.3. (?) Auck Fopma, tr. Dirck Eijsses te Oosterlittens.46836. Frans Gerlofs, tr.46837. Antcke Watsedr. Reen, geb. ca. 1563, overl. Rien 15-2-1613, tr.(2) Sible Idsz. Reen, geb. ca. 1550, overl. 31-1-1610, boer teRien onder Lytsewierrum. 196846838. Frans Harmens Bockema, overl. voor 1615, woonde op Bockemasate teGruttewierrum onder Lytsewierrum, tr.46839. Taets Sybrands.Uit dit huwelijk:Harmen.Pytje (= nr. 23419).Antje, overl. Bolsward voor 10-3-1652, tr. ca. 1625 Gosse WatsesHeringa, ook wel Roorda van Bockema genaamd, geb. 1583, overl.Bolsward tussen 1650 en 1652, eigenerfde te Wommels op Heringa,eigenaar van land in Stapert aldaar, 1640 gebruiker van Twerdaaldaar, 13 mei 1644 burger van Bolsward 1969 .46930. Hinne Olferts, boer, wonende te Grouw op plaats 46 (Tiesmawier),overl. v. 25-4-1626, tr.In 1580 wordt Hinne vermeld als gebruiker van pastorieland teGrouw, in 1605 boert hij op Tiemawier.Hij had tien kinderen:Saap Hinnes (= nr. 23465).Aaltie Hinnes.Sjoerdje Hinnes.Auke Hinnes.Haring Hinnes.Olfert Hinnes.Hylck Hinnes.Jeltie Hinnes, te Harlingen.Sjoerd Hinnes, ‘uitlandich’.Lysbet Hinnes, tr. Minke N.N.


47104. Adriaen Jan Goyardsz. alias Schrijnwercker(s), geb. ws. Bakel ca.1492, schrijnwerker te Weert sinds 1523, momber (procureur) bij hetgerecht ald. 1547-1565, momber (stadhouder) van de heer van Weert(de graaf van Horne) 1559, bezit een laatgoed van de Proosdij vanMeerssen, overl. tussen 26-12-1564 en 23-2-1566, tr. (vermoedelijk)Gemert na 12-4-151447105. Lucia Stoven, geb. Gemert.12-04-1514 Gemert: Jan van Ampstel heer Goeyarts van Ampstel enMechtel van Ampstel, wettige dochter Jans van Ampstel, mede voorhaar onmondige broeders en zusters, dragen over aan HenrickStouffkens, wettige zoon Jans Stoufkens, 13 vat rogge erfpacht uiteen goed geheten de Horevoert, naast Hadewych Kemp en verdergrenzende aan de gemeent van Bakel, en uit een "snees"in Bakel(Gemert R 100; B.L. 1974, 42).Hoewel Adriaen in deze akte niet wordt genoemd heeft zijvermoedelijk wèl betrekking op hem. Immers, Adriaens vader enmeerderjarige zuster transporteren een rente aan zijn toekomstigeschoonvader. Zelf was hij onmondig (nog geen 25), maar huwbaar. Zoudeze transactie dan niet op zijn voorgenomen huwelijk betrekkinghebben?Tussen 20-04-1523 en 26-12-1564 komt Adriaen de Scrinewercker ofScrinemeeckers ontelbare malen in de ´Guedenisboeken´ van Weertvoor, wanneer hij onroerend goed of renten koopt en verkoopt, maarvooral telkens wanneer hij door derden wordt ´gemombert´ alszaakwaarnemer of procureur. Slechts éénmaal wordt hij andersgenoemd:31-01-1524 (´op avent Omnium Sanctorum´) Weert: Rut van Ynde ofPitten transporteert aan Ariaen Goart Smoelenaers soen een halvebunder erf gelegen in de grote Moelenacker, naast Symon van deBercke en Frans Smuysers. (RA in Limburg, r.a. Weert 136, 1524 fol.14).Op 15 mei 1529 verkoopt Ariaen de Scrinewercker dezelfde halvebunder aan Johan Koeten (r.a. Weert 136, 1529 fol. 7).Op 25 jan. 1536 wordt Ariaen de Scrinemeker vermeld met zijnhuisvrouw Sye (Lucia). (r.a. Weert 136, 1536 fol. 2˜).06-02-1551 (1550) Gemert: Jan van den Bergg, man en momber vanKatheryna, Ariaen Jansz. Screynewercker van Wert, man en momber vanLucya, Peter Becker van Antwerpen, m. en m. van Mechteld, JacopPriemsz. en Jan van Cuck m. en m. van Gelis dragen over aan deHeilige Geest van Gemert een rente van 13 vaten rogge en een van 3malder, die Hanrick Stoven en Hanricxken zijn vrouw hadden vermaakt.Id., id. Lauwreyns Jan Stovensz., Gheret en Jan zijn broeders, Janvan den Berge enz., Ariaen (Jansz. - doorgehaald, erbovengeschreven: Goertsz. - ook doorgehaald) van Weert Schreynewercker,Peter Becker van Helmont en Jacop Peter Priemsz. verkopen aan Janvan Cuck een huis in de Beekstraat. naast Gelis Hanricksz. vanStrijbosch (Gemert R 105).13-02-1554 (1553) Helmond: Ariaen Goertssen van Weerdt verkoopt aanPeter, zijn zoon, een rente van drie Ronsgulden uit een stukakkerland onder Gemert, gelegen naast de hoeve den Kyeckboom, welkerente Ariaen verkregen had bij deling van de goederen van wijlenHenrick Stoven (Helmond R235, fol. 170).23-02-1565 Weert: Wilm Ariaens der alde, Goert, Peter en Kerst zijnbroeders, Jan op de Hoeve met consent van Geert, zijn huisvrouw,doen afstand van huis en hof in de Heystraet naast Josep Korten huisen naast de Suyckerstraet met het kleine huisje daarbij gelegen, dathun vader toebehoord heeft, ten behoeve van Wilm, hun jongstebroeder (r.a. Weert 139, 1565 fol. 1 v).Uit dit huwelijk:


1. Corstiaen Adriaenszn. van Amstel.2. Elsken van Amstel.3. Geertruith van Amstel.4. Goort (Goert) Adriaens van Amstel.5. Willem Adriaens (de jonge) van Amstel.6. Willem Adriaens (de oude) van Amstel.7. Petrus (Peter) Adriaensz van Amstel (van Weert), (= nr. 23552).47106. Hendrik van Eynatten, geb. circa 1485, commandeur van Gemert(1515-1543), ridder van de Duitse Orde, Heer van Gemert, overl.Gemert 17-7-1544, leeft in concubinaat met47107. Maria Jan Everts van Haendel/Handel, geb. Gemert 24-11-1490,Uit dit huwelijk:1. Barbara, geb. ca. 1512, overl. Gemert 1-2-1554.2. Sophia, (= nr. 23553).3. Hendrik, geb. ca. 1516, pastoor te Nistelrode, kapelaan teGemert, leeft met Lucia Claes Michiels.4. Margarita, geb. ca. 1520, tr. Jan Hendrik Tempelaars.5. Jan, geb. ca. 1523, tr. Anna Peters Willems.6. Jenneke, geb. ca. 1525, overl. v. 1587, tr. Jan Walraven van denBogaert, zn. van Walraven Lucasz van den Bogaert en Diercken vanGerwert.7. Marije, geb. ca. 1527, tr. Heyligher van Hersst.8. Anna, geb. ca. 1530, overl. Gulpen ca. 1600.48072. Joost Jansz van Segen, tr. (1) Margaretha Wilhelmsdr., tr. (2) NeesN.N., tr. (3)48073. Wendel Gerritsdr.48512. Andries Jan Luykens, geb. ongeveer 1460, gegoed te Vaassen (Epe) enTerwolde.De vier oudste generaties van deze familie zijn uitgebreidbeschreven in diverse jaargangen van NL 1970 .., namens zijn vrouw, m.b.t. zijn zaak contra Jasper Adriaenss.48610. Adriaen Aertsz. (van der Merwen), overl. v. 3-4-1584, tr.48611. Alijdt Jacobs.1584 april 3 – R. 11, fol. 29vAkte van overdracht door Neelken Claesdr. van Bavel aan MathijsWillemsz., van ¼ deel in de helft van een huis, genaamd de sterre,erf en achterhuizen, met een aan de westzijde gelegen gang, teGeertruidenberg.West: Barbara van der Heijden, weduwe van Bastiaen Joostz., oost:Alidt, weduwe van Adriaen Aertsz. c.s., zuid: de straat en noord:strekkende tot de stadsweg.1589 juli 14 - R. 14, fol. 13vAkte van machtiging door Alit Jacopss., weduwe van Adriaen Aertss.,van haar zoon Jacop Adriaenss.1591 januari 19 - R. 14, fol. 41vAkte van overdracht door Barbara Cornelis Adriaenss., weduwe vanHuijbrecht Corneliss., aan Huijbrecht Claes Adriaenss., van eenjaarlijkse rente van 8 rijnsgulden uit zaailand, gelegen Intnoorteynde by oft omtrent daer tblockhuys plach te leggen, te Made(oost: de weeskinderen van Cornelis Janss., west: Claes de Hont enzuid en noord: de stadsweg) en stelt als onderpand zaailand, gelegenIn meyenstege, te Made (zuid: Cornelis Braet, west Alit, weduwe vanAdriaen Aertss. en oost: meyenstege)1595 juli 22 - R. 16, fol. 85r


Akte waarbij Alijdt Jacobs, weduwe van Adriaen Aertsz., haarmachtigingen aan haar zoon Jacob Adriaensz. van der Merwen, CommerLambrechtsz. en Marcelis Cornelisz. Vinck e.a. intrekt en machtigtJacob Wagemakers, procureur te Geertruidenberg, om uitstaandeschulden en achterstallige betalingen te vorderen en haar gronden,erven, renten, cijnzen enz. te Geertruidenberg, in het land vanZevenbergen, Drimmelen, Standhazen, Terheijden enz. te administrerenen te verhuren.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Jacob Adriaenss. van der Merwen, tr. Margriete.1589 mei 13 – R. 14, fol. 4rAkte waarbij mr. Cornelis Corneliss en Jan Diercxss, visser enburgers van Geertruidenberg, die op verzoek van Magriete, huisvrouwvan Jacob Adriaenss. van der Merwen, verklaren dat zij naar deinname van de stad door de Prins van Oranje, door overlast van desoldaten naar Breda zijn gevlucht en dat zij sinds hun vertrek geensoldaten binnen de stad hebben durven houden.1589 mei 22 – R. 14, fol. 8vAkte waarbij Jacob Adriaenss. van Muwe (?) aan de schepenen vanGeertruidenberg belooft de stad niet te zullen verlaten en binnendrie dagen een borgtocht van 200 karolus gulden zal stellen,ingevolge een sententie d.d. 12 januari 1589 van de auditeurgeneraalen wanneer dit niet binnen drie geschiedt, zal hij zichbeschikbaar stellen om in gevanckenisse genomen te worden in hethuis van Maximiliaen Cuchelier, provoost van een regiment van Z.H.1590 maart 21 - R. 14, fol. 28vAkte waarbij Hans Bouwenss. zich borg stelt voor Jacques Schollenten behoeve van Jacob Adriaenss. van der Merwen vanwege een verlorengeraakte obligatie.1590 april 14 - R. 14, fol. 29vAkte waarbij Jacob Adriaens van der Merwen zich borg stelt voorJochim Korss.2. Neelken, (= nr. 24305).3. Adriaen Aertsz. van der Merwen, lakenkoper en schepen teGeertruidenberg.1608 november 14 – R. 19, fol. 89rAkte van machtiging door Adriaen Aertsz. van der Merwen, lakenkoperen schepen te Geertruidenberg, van Pauwels Ghijsbrechtsz. van derLoock, waard Inden Eenhoorn te Geertruidenberg, om voor schout enheemraden te Raamsdonk een stuk land, gelegen te Raamsdonk, aanCornelis Cornelisz. Buijs te Raamsdonk over te dragen.1609 augustus 22 – R. 19, fol. 124vAkte van borgtocht door Jan Eeuwoutsz. te Geertruidenberg voorGeerit Lambrechtsz., waard Inden ancker te Geertruidenberg, tenbehoeve van Adriaen Aertsz. van der Merwen, vanwege een schuld van189 rijnsgulden voor geleverde bieren.48648. Joris Adriaensz. Post, geb. ca. 1510.48674. Adriaen Claes Gillisz. Trapper, boer in Vlaardingerambacht, overl.v. 1581, tr.48675. Maritgen Jacobsdr. alias Maritgen Ariensdr., overl. ca. 1580Heeft bezittingen te Huytgenshoed 1553-1558, leeft in 1561 in depolder van Hoogstad 1971 .48680. Pieter Pietersz. Poot, bouwman in Vlaardinger-Ambacht en Kethel in1555 (tiende penning)48976. Walter Dene, te Sopley upon Avon (Witshire, UK).48984. Dirck Pietersz. Mul/Mull, geb. Moordrecht, tr. v. 160448985. Joossen Cornelisdr.


Hoofdgeld register Gouda e.o. 1622. Wonende 't Moortscheveen,Westeinde. Het echtpaar woont in 1622 te Moordrecht.Uit dit huwelijk:1. Jacob, (= nr. 24492).2. Arien, geb. Moordecht 1601.3. Gijsbert, geb. Moordrecht 1604, overl. na 1654, tr. 1625 CrijntgeJans Houter, geb. Waddinxveen, dochter van Jan Willems Houter.4. Pieter, geb. Moordrecht 1614.5. Hendrick, geb. 1629. Genoemd in notarisakte 1636 Gouda, isafkomstig uit Moortseveen.49024. Pieter Claesz.49056. Claes Pieter Gerlofsz. Noorlander, overl na 1603.Klaas woonde te Stolwijk, wordt vermeld aldaar in 1591 en in 1603:RA Stolwijk 828/29: Claes Pieter Noorlander gebruikt als belendereen erf.Kinderen (volgorde niet duidelijk):Abraham (= nr. 24528).Jan.Neeltje.Pieter.49032. Dirck Maertens Heckenhouck, gerechtsbode van Kethel, pachter vanHet bier over de tappers aldaar, mede-pachter van de impost op hetbier en het zout, overl. Kethel tussen 12-8-1658 en 8-9-1658, tr.49033. Adriaantje Jans.Dirck Maertens Heckenhouck, gewezen gerechtsbode van Kethel,compareerde 14 april 1651 en verklaarde te revoceren en te niet tedoen sekere codicillare dispositie op 3 juni 1649 gepasseerd voorNotaris Adriaen van der Wiel tot Delft, maar van waarde te houden detestamentaire disposities tussen hem en zijn huisvrouw AriaentgeJans voor genoemde Notaris tot Delft gemaakt. Om echter alledisputen te voorkomen, vermaakt hij aan diverse personen enigestukken land gelegen in de West Abtspolder, int nieuwe Vranckelandbuiten Schiedam en in de Holierhouckse polder, alsmede zijnwoonhuis, gelegen in de dorpe van Kethel O.N.A. inv. no.: 758 blz.:881Dirck Maertens Heckenhouck, gewezen gerechtsbode van Kethel,compareerde 7 juli 1651, en verklaarde, dat hij bij zijn vorigetestamentaire dispositie had benoemd tot voogden over zijnminderjarige erfgenamen en tot executeurs Arijen Cornelisz.IJselstein, Jan Dircxsz. Heckenhouck, Hendrick Verbrugge, en JorisLeendersz. Holierhouck, die thans is overleden, en in zijn plaatstot voogd en executeur heeft benoemd naast IJselsteijn, Heckenhoucken Verbrugge, Jan Sijmonsz. Hoochwerff, binnen Schiedam wonende, enMaerten Jorisz. Holierhouck, wonende tot Vlaerdingen O.N.A. inv.no.: 758 blz.: 961Dirck Maertens Heckenhouck, gewezen bode van de Kethel, compareerde15 november 1652, en verklaarde hoe hij dat hij 14 april 1651gedisponeerd heeft over zijn na te laten goederen, verleden voorNotaris Kouwenhoven, maar dat hij heeft begeerd, dat de viernagelaten weeskinderen van Arientge Dircxsdr. zullen hebben engenieten drie margen vijf hondt landts gekomen van het St. JacobsGasthuis van Schiedam, en dat de drie kinderen van Neeltge Dircxsdr.zullen hebben en genieten drie morgen anderhalf hondt land, datgenoemde Ariaentge en Neeltge Dircxsdr. haar leven lang het


vruchtgebruik daarvan zullen genieten, en deze landen niet eerdermogen worden verkocht, vooraleer de laatste van hun kinderen isgehuwd. O.N.A. inv. no.: 758 blz.: 1359Dirck Maertens Heckenhouck, wonende in de Dorpe van Kethel,compareerde 29 october 1655, en verklaarde dat hij zijn Comparantsuiterste wil en begeerte is, dat Abraham Jansz. Heckenhouck na zijnComparants overlijden zijn absolute keure zal hebben om aan hem tebehouden en te aanvaarden zijn Comparants huijsinge, bijhuis,schuijr, barch, ende geboomte met de erven ende Boomgaert, wesendedrie Leenen, staande en gelegen annex den anderen soo in de Dorpevan Kethel als in de Ambachte van Spalandt, te leen gehoudenwerdende bij den Huijse van Wassenaar ofte Prince van Linghe, en datvoor de somma van 2800 gulden, die de voornoemde Abraham Heckenhouckaan zijn Comparants erfgenamen zal moeten uitreiken en daarenbovenaan de rechte Leenvolger tot een vererimg de somma van 50 guldenO.N.A. inv. no.: 759 blz.: 907Dirck Maertens Heckenhouck, wonende in de Dorpe van Kethel,compareerde 3 mei 1656, en verleende acte van procuratie aan JanFrancken, ijsercooper tot Amsterdam, om uit zijn Comparants naam tevorderen en te ontfangen van Johannis Badon, boormaecker, laatstgewoond hebbende binnen Schiedam, en tegenwoordig wonende totAmsterdam, de somma van 30 gulden over een jaar huishuur, verschenenmei lestleden O.N.A. inv. no.: 759 blz.: 1027Dirck Maertens Heckenhouck, wonende in de Dorpe van Kethel,compareerde 12 augustus 1658, en verklaarde te revoceren, dood en teniet te doen zekere codicillaire dispositie op 3 juni 1649 verledenvoor Adriaen van der Wiel, notaris tot Delft, twee distinctecodicillaire dispositien, gepasseerd voor Notaris Maerten Kouwenhoveop 14 april 1651 en 15 november 1652. <strong>Vervolg</strong>ens verklaarde hijComparant te approberen en van waarde te houden zijn testamentairedispositie tussen hem Comparant en zijn huisvrouw Ariaentge Jansvoor genoemde Notaris Van der Wiel op 7 juni 1643 gepasseerd,alsmede de codicillaire dispositie verleden 14 sept. 1643 voordezelfde Notaris Van der Wiel, vervolgens vermaakt hij diverselanderijen, gelegen in de Westabspolder, Holierhouckse polder en inhet Nieuw Frankelandt, alsmede zijn huis, waar de Testateurtegenwoordig woont O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 137Dirck Maertens Heckenhouck, overleden in de Dorpe van Kethel. ZieCornelis Arijensz. IJselstein, in dato 8 september 1658 O.N.A. inv.no.: 760 blz.: 149Heckenhouck, Geertge Dircxs zie ook Geertge Dircxsdr., weduwe,wonende tot Vlaardingen,zie Cornelis Arijensz. IJselsteijn, in dato8 sept. 1658 O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 149Dirck Maertens Heckenhouck, bode, oud 59 jaren, wonende te Kethel,zie Frans Cornelisz. Timmerman. O.N.A. inv. no. : 741 blz. : 333Dirck Maertens Heckenhouck, heeft te innen van Abraham Jansz.,wonende tot Vlaerdingen,de somma van 800 Car. guldens, in dato 21Mei 1649. O.N.A. inv. no. : 770 blz. : 193 Gerechtsbode van de dorpeen Ambachte van de Kethel, heeft te innen van Pieter Andriesz. tenEijcke, Wielmaecker, wonende binnen Schiedam, de somma van 600 Car.guldens, in dato 19 November 1649, zie O.N.A. inv. no. : 770 blz. :315


Dirck Maertensz., bode van de Ketel en pachter van het bier over detappers aldaar, doet zijn pacht over aan Cornelis Harpertsz. waartin de "Blesgensgraaff" in de Kethel, in dato 28 Maart 1614. O.N.A.inv. no. : 740 blz. : 11.Dirck Maertensz. Heckenhoeck, wonende in de dorpe Ketel, medepachtervan de impost op het bier en het zout, zie Vranck Willemsz.Verbael. O.N.A. inv. no. : 748 blz. : 691 Compareerde 28 Mei 1640met zijn wettige huisvrouw Aryaentgen Jans, wonende in de dorpe vande Keetel, en verklaarden te approberen het testament bij hunzelvengemaakt, maar wensten tot een goede administratie van hun na telaten goederen, en tot voogden over hun minderjarige kindskinderente benoemen: hun beide zonen Jan en Maerten Dirxsz. Heckenhoeck, enhun swaeger Joris Leenertsz. Holyerhoock. O.N.A. inv. no. : 748 blz.: 1971Geertje Dircxdr., weduwe van Joris Leendersz., zie inventaris van denagelaten boedel van wijlen Claes Cornelisz. Vlieger, in dato 15februari 1667. O.N.A. inv. no.: 769 blz.: 769 Huisvrouw van JorisLeendersz. Holierhouck, zie Dirck Maertensz. Heckenhouck, gewezenGerechtsbode van Kethel, in dato 14 april 1651. O.N.A. inv. no.: 758blz.: 881 Huisvrouw van Joris Leendersz. Holierhouck, zie DirckMaertensz. Heckenhouck, wonende in de Dorpe van Kethel, in dato 12augustus 1658. O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 137Dircxsdr., Geertge, zie ook Geertge Dircxs Heckenhouck, in dato 8sept. 1658. O.N.A. inv. no.: 760 blz.: 149.Uit dit huwelijk (in ieder geval, volgorde niet zeker):Jan Dirxsz. Heckenhoeck, (= nr. 24516).Maerten Dirxsz. Heckenhoeck.Geertje Dirxsdr. Heckenhoeck, tr. Joris Leendersz. Holierhouck.49060. Jacob Roelofsz., tr.49061. Anna Leendertsdr. Besemer.49072. Geerloff Aertsz.55816. Dirck Gerritsz., woonachtig te Kerkwijk, tr.55817. Margriet Thonis Ariensz. de Cock.55818. Mattheus Goossens, woonachtig te ‘Hurwenen’.55819. Stijn Joostdr.55820. Hr. Gijsbert Hanricksz. de Bije, leenman van het land Borchakker,tr. (2) Geerthe Stevendr., tr. (1)55821. N.N.55822. Passchier Wijnantsz., herbergier in ‘De Rode Leeuw’ te Zaltbommel.55840. = nr. 27936 (Peter Peters de Gier).55841. = nr. 27937 (Jenneke N.N.)55872. Peter Hillebrants de Gier, overl. rond 1536, schepen in de HoogeBank van Driel, wordt burger van Nijmegen in 1528, tr.55873. Gertrud van Segen.55924. Gijsbert Geurtsz. Roosa, te Herwijnen, overl. na 27-2-1619, tr. v.29-7-157955925. Maria Alerts, overl. na 28-4-1615. 197255926. Cornelis Jans, schout te Poederoijen, tr.55927. Grietje Dirks.56194. Claes Gijsbertsz. Lieffmann, woonachtig op de Aalsterwaard teNederhemert, overl. 1616.56196. Adriaen Staesz. van Hemert, brouwer, schepen 1566-1568, schout,stadhouder van lenen te Nederhemert.56197. Cornelia N.N.56198. Sweer Aertsz. van Gameren, woonachtig op de Aalsterwaard.56199. Lijn Peterdr. Broenen.56200. Thonis Ariens de Cock, schepen 1580, kapel- en weesmeester te


Nederhemert, overl. na 1620, tr.56201. Hendrixke Sweerdr.56202. = nr. 56196.56203. = nr. 56197.56204. Simon Aertsz. van Sprangh, tr.56205. Eijl/Alith Joostdr.56206. Mr. Lambert van Haeren, magistraat van Heusden, overl. v. 1632,tr.56207. Petronella van Emmichhoven 1973 .56832. Aernt van Geytenbeek.Hij zou een zoon kunnen zijn van Gijsbert Aernts van Schawijk, dieweer een zoon was van Aernt van Scadewijk. Nader bewijsnoodzakelijk.56856. Peter Adriaansz. van Triest.58432. Laurens Lasonder 1974 , geb. tussen 1578 en 1583, smid te Enschede,smid te Enschede, overl. v. 1626, tr. (1) Trijne Oelen, tr. (3)Christina/Stijne Cost, geb. Enschede 1580-1586, overl. Enschede na1654, dr. van Pelgrim Cost en Aale Cost, tr. (2) 1626/27 LambertBrouwer, kleermaker en schepen.Laurens tr. (2) v. 160758433. Margaretha Cost, geb. tussen 1565 en 1585.Uit het tweede huwelijk (volgorde niet duidelijk:1. Gerrit Lasonder, geb. Enschede 1600-1608, overl. 1640, smid teEnschede, provisor van het O.L. Vrouwengilde 1631-1634, tr. v. 1626Merrije Bekker, geb. 1600-1608, overl. na 1642, dr. van LucasBekker en Wendela Tichels.Uit dit huwelijk (geb. te Enschede):A. Lodewijk Lasonder, geb. 1630, overl. 1678-1684, tr. v. 1664Fenne ten Tije, geb. Enschede 1627-1631, overl. 1684-1687, dr. vanEngelbert ten Tije en Griete ten Varwick.Uit dit huwelijk geboren te Enschede:aa. Gerardus Lasonder, geb. 1650-1660, overl. Utrecht 18-11-1722.Hieruit nageslacht.bb. Jan Lasonder, geb. 1655-1665, overl. 1709-1717. Hieruitnageslacht.cc. Egbert/Engelbert Lasonder, geb. 1645-1649, overl. Enschede v.1721, tr. (1) Ursula Becker, geb. Enschede 1645-1650, overl.Enschede v. 1715, dr. van Lucas Gerritsen Becker en BertaSchouwink, tr. (2) v. 1715 Anna Jorissen, geb. Enschede 1665-1675,overl. Enschede na 1718, dr. van Pelgrom Jorissen en Aleida Brix.Uit zijn eerste huwelijk (Lasonder-Becker) geboren te Enschede:aaa. Aleida Lasonder, geb. 1652-1667, overl. Oldenzaal na 1734, tr.Oldenzaal voor 1685 Jacob Tegelaer, geb. Oldenzaal 1632-1667,overl. Oldenzaal v. 1734, zn. van Jacob Tegelaer.bbb. Engbert Lasonder, geb. 1683-1700, overl. Enschede 1748-1755;dd. Jurriaan Lasonder, geb. 1665-1675, pastoor Oud-Katholiekegemeente te Schoonhoven.ee. Greetje Lasonder, geb. 1665-1675, overl. na 1708, tr. Egbert(Hendrik?) Lucassen Becker, geb. Enschede 1660-1670, overl. 1732-1748, zn. van Lucas Gerritsen Becker en Berta Schouwink. Hijhertrouwde voor 1732 met Elisabeth Kokenberg.B. Gerrit Lasonder, geb. 1632-1637, overl. Utrecht 1673, hieruit de‘geweermakerstak’ Lasonder te Utrecht.3. Laurens Lasonder, geb. 1630-1640, begr. Amsterdam 28-1-1686, tr.Geertje Pylas, geb. Enschede 1633-1637, beg. Amsterdam, dr. van JanPylas en Jenneken van Lochem. Zij hertrouwde Gerrit Schaap,weduwnaar van Swaantje Stevens.Uit dit huwelijk (Lasonder-Pylas) geboren:


1. Gerrit Lasonder, beg. Amsterdam 21-10-1727.2. Berend Lasonder (alias: Smit) (= nr. 29216).3. Catharina Lasonder, geb. Enschede 1603-1605 tr. v. 1625 GeertBecker, geb. Enschede 1595-1605, overl. Enschede kort voor 1634.Uit het derde huwelijk (Lasonder-Cost):4. Jacob Lasonder, geb. Enschede 1616-1620, overl. na 1645.Uit hem :a. Laurens Lasonder, geb. Gronau 1646, begr. Amsterdam 2-11-1694,otr. Amsterdam 27-3-1671 Barbara Bormeester, geb. Amsterdam 1643,begr. Amsterdam 29-8-1687, dr. van Christoffel Bormeester. Hieruitnageslacht.b. Hadewijn Lasonder, geb. 1640-1645, tr. Amsterdam 25-4-1670Antonie Harmense, geb. 1640-1645, zn van Hermen Teuniss, tingieterop de Heregracht.5. Grietje Lasonder, geb. 1607-1620, overl. voor 1645.58434. Lucas Bekker 1975 , geb. tussen 1568 en 1577, burgemeester vanEnschede, overl. in of na 1606, tr.58435. Wendela Tiggels/Tichels, geb. tussen 1550 en 1580, overl. na 1594.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Merrije Bekker, geb. 1600-1608, overl. na 1642, tr. v. 1626Gerrit Lasonder, geb. Enschede 1600-1608, overl. 1640, zn. vanLaurens Lasonder en Margareta Cost.2. Geert Becker, geb. Enschede 1595-1605, overl. Enschede kort voor1634, tr. v. 1625 Catharina Lasonder, geb. Enschede 1603-1605.3. Stijne Bekker, geb. 1595-1607, overl. na 1635.58440. Rutger Stroink, geb. Delden (Stad) ca. 1570, koopman in graan(1623, 1626), herbergier (1626), kerkmeester (1618) enburgemeester (1626) te Delden, overl. Delden ca. 1626/1627, tr.Delden ca. 160558441. Jenneken Helmichsdr., geb. tussen 1585 en 1591, overl. tussen 1671en 1673, tr. (2) Delden Jan ten Middendorp.Jenneken zet na Rotgers dood de herberg te Delden voort. In 1664wordt het ouderlijk huis door de kinderen verkocht. Zij treedt opals wed. van Rotger Stroynck in een rechtszaak tegen Fenna Morrinckwier voorouders hypotheek hadden gegeven op "seckere gronden"(1627).Het huis van Jan ten Middendorp te Delden brandt samen met 120andere af op "Hemelvaerts avent 1655". Hij treedt op in rechtszaken(1658, 1670) en verkoopt goederen (1671).Uit het huwelijk (geb. te Delden):1. Albert Stroynck, tr. Imme Brouwer, geb. Enschede 1625/26, overl.na 1679, wed. van Jacob Lasonder, dr. van Lambert Brouwer en StijneCost.2. Jan Stroynck.Uit hem :a. Jan Jansen Stroink, geb. 1640-1662, tr. Truide Lasonder, geb.1640-1662, dr. van Jacob Lasonder en Imme Brouwer.3. Trijntje Stroynck.4. een dochter.5. Jorrien Stroynck, (= nr. 29220).58442. Johan (toe) Wageler 1976 , geb. Enschede tussen 1550 en 1580,schoenmaker, burgemeester van Enschede (1629), herbergier aan demarkt te Enschede, overl. tussen 1637 en 1643, tr.58443. Harbert de Laar.Johan treedt op voor het schoenmakersgilde (1618)


Na zijn overlijden wordt de herberg "de Swaene" door zijn zoonLodewijk Wagelaer voortgezet.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Judith Wagelaer, (= nr. 29221).2. Ludovicus/Lodewijk Wagelaer, geb. Enschede 1600-1633, overl..1687-1690, waard, herbergier in "De Swaene", vaandrig in deschutterij (1646), tr. v. 1652 Anna Lasonder, geb. Enschede 1610-1634, dr. van Leffert Lasonder en Grietje/Gredtken Cost.3. Jan Wagelaer.58444. = nr. 58434.58445. = nr. 58435.58446. Derk Jorissen 1977 , geb. Enschede tussen 1590 en 1615, burgemeestervan Enschede 1637), lid van de schutterij te Enschede (1646),overl. tussen 1650 en 1653, tr.58447. Anna Cost, geb. Enschede tussen 1600 en 1610, overl. in of na1661.60160. Lubbert van Merckel(oe), woonachtig te Hasselt, kerkmeester van deH. Geest (1528), gasthuismeester (1537), kerkmeester en provisorvan het gasthuis (1548), overl. tussen 13-2-1568 en 13-12-1580.Generatie XVII65536. Saecke Siercks, geb. ca. 1535, bijzitter of secretaris 1978 vanOpsterland, boer en brouwer te Beetsterzwaag, overl. Beetsterzwaagtussen 17-7-1579 en 6-3-1582 1979 , tr.65537. Frouck Focke Teijesdr., overl. v. 27-3-1582.Saecke Siercks komt voor in de registers van personele impositie vanOpsterland, opgemaakt op 14 november 1578. 1980Hij ondertekent mede de akte waarin Opsterland zich aansluit bij deUnie van Utrecht, d.d. 17 juli 1579. 1981Saecke Siercks is overleden vóór 6 maart 1582. 1982 Kort daarna, op 27maart van datzelfde jaar, wordt het sterfhuis van Saecke Siercks enFrouck Focke Teyesdr beschreven, op verzoek van Hepcke Fockens,grietman van Opsterland, ook vanwege zijn mede-voogd SjoerdSiercks. 1983 Beide ooms zijn door het Hof van Friesland tot voogdenbenoemd. Aanwezig bij het opmaken van de akte zijn ook de oudstezoon, Sierck Saeckes, en een andere oom, Anne Fockens. Hepcke enAnne Fockens zijn zoons van Focke Teyes en Auck Sjoerdsdr (en dusbroers van de ontslapen Frouck). 1984Onroerende goederen:Een zate te Beetsterzwaag, strekkende van de Tijnwouden/Tingwalden(‘Tyngae’) ten zuiden, ten noorden ‘inde meer’, ten westen deerfgenamen van Aempcke Geuckes en ten oosten de erfgenamen vanTzietzs Melledr. 1985 Er staan een schuur en een brouwhuis op, terwijlde boerderij zelf verbrand is. Deze zate is op basis van de noordenzuidvermelding redelijk goed te lokaliseren: zij moet ongeveergelegen hebben op het gebied rond de huidige A7, tussen Beets enBeesterzwaag (en iets daaronder). Bij de scheiding in 1597 komt hetSijrck Saeckes toe.Zes negende deel van een zate te Beets, dus ten westen van de eerstezate, ‘streckende als voeren’, (dezelfde noord/zuidpunten dus),Aercke Annes ten westen, de erfgenamen van Aemcke Geuckes liggen nuten oosten. Dat zou kunnen beteken dat er één zate tussen deze en deeerder genoemde zate ligt. Ook nu blijken de behuizing en zelfs deschuur verbrand te zijn. De andere drie negende deel behoren toe aande drie jongste weeskinderen van wijlen Jochum Teyes. Bij de


scheiding in 1597 komt het Teye Saeckes in zijn geheel toe; er isalthans geen sprake meer van een deel.Verder nog de helft van twaalf ‘mad marschen’ te Langezwaag. Deandere helft behoort toe aan Hepke Fockens, ze hebben het samengekocht van Anne Idts. Het ligt aan het eind tegen ‘wijlen TzietsMelledr. Campte, streckende vanden campt in Tynygers diep, aldaernaest den koefenne.’Verder een zate te ‘Wanniehuijsen’, ongetwijfeld te identificerenals Waniahuizen, ‘prov. Friesland, kw. Zevenwouden, griet.Utingeradeel (...), 1 u. N.O. van Oldeboorn, waartoe zijbehoort.’ 1986 . Er staan een huis en een watermolen op. Saecke enFrouck hebben het gekocht van de erfgenamen van Ghyelt Riners.Verder nog een zate te Warniahuizen, genaamd Anne Reynsland, datFrouck van haar ouders geërfd heeft, ongeveer 25 madt groot. Bij descheiding in 1597 komt het toe aan Weemel Saeckes en haar man, BroerBoelens. Dan wordt vermeld, dat het door Anne Hendriks en FeijtteOttes bewoond en gebruikt wordt.Verder drie pondematen ‘rydt land’, gelegen bij de querensdam, opdrie verschillende plaatsen. Die dam zal ongetwijfeld gelegen hebbenin het uiterste noordwesten van Opsterland, tussen Warniahuizen enBeets 1987 . Bij de scheiding in 1597 komt het Arent Saeckes toe, hijkrijgt dan ook vijf mad mieden in de Gerren gelegen.Verder zes negende deel van een zate te Oudemeer, het Gouden Arve(?)genaamd, waar de erfgenamen van Geert Hendriks op wonen. Menvermeldt nog, dat het geërfd is van de erfgenamen van wijlen JochumTeyes. Wellicht gaat het hier om Noordermeer, Tietjerksteradeel,z.o. van Bergum 1988 . Bij de inventarisatie na de dood van SijrckSaeckes (1606, zie hierboven) blijkt hij de eigenaar van een zatealdaar. Sijrck heeft het gekocht van zijn broer Teye.Hetzelfde deel van een ‘zekere clyn sate landts’ te Bergum,verkregen van Thoams Pieters(?). Bij de scheiding in 1597 komt hetSijrck Saeckes toe, hij krijgt althans de helft van de landen teBergumerklooster. De andere helft daarvan krijgt Teye Saeckes.Bergumerklooster is hetzelfde als Bergklooster, dat ligt in het n.o.van Tietjersteradeel, bij Bergum 1989 .Verder ‘zekere hanghe veens’, binnen Beesterzwaag, aan het einde vanTziebbe Suyrdts zate, gekocht van Haye Jans. Bij de scheiding in1597 komt het Arent Saeckes toe, hij krijgt dan althans ‘ses madmarschen’ te Beetsterzwaag, de ‘hooge veenen binnen Beetsterswaagvan Melle Beerents verkreegen’ en vijf mad mieden hooiland gelegenop ‘Westerboere Vinne’.Verder nog veen op ‘Otterbuiren’, gekocht van de kerkvoogden vanOlterterp (‘Otterdorp’). Bij de scheiding in 1597 komt ‘die geheelehaage ofte feenen’ Weemel Saeckes en haar man toe. Zij moeten uitdat perseel wel haar broer Arent 300 Philippusguldens uitkeren.Verder nog ‘itlycke dachwerken delft’, te Lippenhuizen, in SygerFeddes zate. Bij de scheiding in 1597 komt het Arent Saeckes toe,hij krijgt dan althans ‘die veenen in Roelof Siurdts soon saate’aldaar.Verder nog 8 roeden veen in Sparjebird, dat ligt tussen Hemrick enWijnjeterp. Bij de scheiding in 1597 komt het Sijrck Saeckes toe.Vermeld is nog dat het in eigendom gekregen is van de erfgenamen van‘Syerd Idts(?)soen’. Teye Saeckes krijgt ook ‘die helft’ veen teSparjebird, afkomstig van hun grootvader, Fokke Teyens, in levengrietman over Opsterland.


Voorzijde van de akte van scheiding d.d. 1 april 1597 tussen de vierdan nog levende kinderen van Saecke Siercks en Frouck Focke Teyesdr.Foto door de auteur. 1990Roerende goederen:Twee ruinen/twee moerspeerden(?)/negen koeien/drie hokkelingen/eenmoerswijn(?).Ander reppelijk goed:Een kleine ‘hangspijtzen’, mogelijk een kast (spinte)/twee beddenmet toebehoren/twee kussens/zes lakens/vier dekens/een eide.De uitgezaaide bouw op het land.Een bijschrift vermeldt, dat de kinderen ‘bennen Harlynghen zijngeerlecht’, ze zijn dus vanwege oorlogshandelingen naar Harlingengevlucht; met medeneming van meer roerende goederen en papieren. Menheeft dus geen behoorlijke inventarisatie kunnen maken, daarom wordter zo goed en zo kwaad mogelijk te Harlingen iets opgemaakt. Er zijnwaarschij<strong>nl</strong>ijk nog verdere uitschulden (vanwege hop(pe)).Uitschulden:Claus Auckes, alias molder krijgt 7 cg., 5 st.Hepke Fockes krijgt 53stehalf Ph.g. en ontvangt bovendien eenvierendeel boter, conform de aantekenigen in het rekenboek vanSaecke Sijrcx.Aan contant geld is er:28 rijksdaalders van 22 stuivers per stuk.24stehalf zilveren princedaalders (die volgens Hepke niet (allemaal)even veel waard zijn).13 Utrechtse en Gelderse daalders.8 en een half Staatse daalders.3 Hollandse daalders.91 ‘oudt gold dijen’.8 stuivers een ortzen.Later toegevoegd, op 20-9-1583, blijkt dat Sierk en zijn huisvrouwHaeck uit de nalatenschap 7 koeien en 3 paarden hebben gekocht.Baarsluiden, Ghyelt Wytzes, secretaris van Opsterland en Bruin Jans,bepalen dat Sierk voor de koeien 100 en voor de paarden 30 Ph.g. zalbetalen. Ook stellen zij vast, dat de voormombers aan Sierk c.s 16


gg., 25 st. moeten betalen, omdat die Weemel Sakes tot mei 1584 inde kost zullen hebben.Er is iets aan de hand met het overlijden van Saecke en Frouck. Uitde akte blijkt, dat er op de boerderijen brand geweest is. Datverklaart ongetwijfeld de in het oog springende afwezigheid vangoederen (zulke eigenerfde boeren hebben over het algemeen veel meerwerktuigen, gereedschappen en bezittingen). Vanwege de twee in deinventaris genoemde verbrande boerderijen (zie bijlage 1) is het inmijn ogen zeer wel denkbaar, dat er iets gewelddadigs voorgevallenis op het erf: er zijn namelijk in die dagen in het Fries-Groningsegrensgebied zeer serieuze vijandelijkheden en brandschattingen aande gang. In januari 1582 bijvoorbeeld, tracht de Spaanse stadhouder,Fransciso Verdugo – overigens tevergeefs - de schans bij Oldeboornte veroveren en daarbij heeft hij ook een deel van zijn krijgsvolkingekwartierd in Opsterland. Daarnaast is er in de Friese Wouden indie dagen toch al sprake van “invasien ende plonderinge van deVyant”. 1991De hierboven gememoreerde akte uit 1582 spreekt er verder nog van,dat de kinderen “bennen Harlynghen zijn geerlecht”. Ze zijn dusvanwege oorlogshandelingen naar Harlingen gevlucht, met medenemingvan meer roerende goederen en papieren. Men heeft dus in Opsterlandgeen behoorlijke inventarisatie kunnen maken en daarom worden dezaken zo goed en zo kwaad als het gaat te Harlingen vastgelegd.Klaarblijkelijk verbleven de kinderen langere tijd in die havenstad,want vier jaar later, op 27 mei 1586, worden daar drie aktenopgemaakt, die de afrekening van de voogdij vermelden. 1992 Aanwezigzijn dan Adriaan Bartouts en Dirk Gerrits, burgemeesters vanHarlingen, de voogden Hepcke Fockens en Sjoerd Siercks en dekinderen Sierck, Aucke en Teye Saeckes. De laatste drie zijn dan“pubers”, van wie Sierck expliciet de oudste is en de voogden tredenop voor de drie jongste kinderen. Onder hen Weemel en ook Trijntjedie bij deze gelegenheid uitdrukkelijk als jongste kind genoemdwordt. De rekening wordt te Harlingen overlegd, omdat daar hetroerend goed verkocht is, “ende ter plaetste daer de selve rekeningesolde geschien niet veilich is vermidts [den?] viandt is”:klaarblijkelijk is het nog altijd niet veilig in de contreien rondBeetsterzwaag.


Achterkant van de akte van scheiding, met ondertekening door SierckSaeckes, Teye Saeckes, Arent Saeckes, Weemel Saeckedr (gesterkt methaar man, Broer Boelens) en Hepcke Fockens. Foto door de auteurUit dit huwelijk (alleen volgorde van 1 en 6 zeker):1. Sierk Saeckes (= nr. 32768).2. Aeucke Saeckes, overl. tussen 27-5-1586 1993 en 1-4-1597 1994 .3. Teije Saeckes/Tiberius Sabinus, secretaris van Opsterland(1588-1619), monstercommissaris, landdagslid (1616), overl. vóór 4-6-1621 1995 , tr. Freerckjen Hiddinga. (Teye is de stamvader van hetgeslacht Van Teyens 1996 ).4. Weemel Saeckes, overl. na 1640, tr. vóór 1-4-1597 Broer (van)Boelens 1997 , overl. v. 25-10-1621 1998 , bijzitter van Opsterland.Weemel is overleden in of na 1640. Bij de stemkohieren van 1640staat zij nog vermeld als weduwe van Broer Boelens 1999 .5. Aernt Saeckes, ws. geb. tussen 5-11-1571 en 1-4-1572 2000 overl. na24-1-1622 2001 , tr. vóór 4-11-1596 Lyoets/Luts(ke) Annedr. 200220036. Trijnke Saeckes, geb. vóór 6-3-1582, overl. tussen 27-5-1586 2004en 1-4-1597 2005 .Charter d.d. 15-8-1588, met ondertekening door Teye Saeckes enSierck Saeckes. Foto door de auteur.65538. Boele Broers Boelens, geb. Olterterp ca. 1533, boer, overl.Olterterp voor 1615, tr.65539. N.N.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Haeck.


2. Wytske Boelens, geb. Olterterp ca. 1564, overl. Boornbergum v.1626, tr. Boornbergum ca. 1585 Klaas Tjidsgers, boer, geb. onderBoornbergum, overl. ald. na 1640 (1640 eigenaar/gebruiker stem 18te Boornbergum).3. Broer Boeles Boelens, tr. Weemel Saeckes.65540. Hendrick N.N.Kinderen (volgorde niet duidelijk):Mr. Pieter Hendriks, (= nr. 32770).Gerrit Hendricks.65542. Johannes Abelens.Pieter Henricks te Beetsterzwaag, als man en voogd van AbelkenJohannes dr, en mede last hebbende van Janneken Johannes dr; haarzuster, zijnde legitimus erfg. van Johannes Abelens contra AnnaAbelens dr, wed van wijlen Henke Abelens, ged en gecontumaceerde.Het hof gezien de citatien en houden de overgelechte obligatie indate tien mei 1600 voor bekend, cond. de ged. om de impt. tebetalen de helft van 100 Phs gld. Met schaden etc.... voorts nietontvangbaar, en zijn recht tegen de erfg van Henke Abelus(!)voorbehouden, en condemneert de gedaagde in de kosten van hetproces 2006 .Kinderen (volgorde niet duidelijk):Abelken Johannes, (= nr. 32771).Janneken Johannes.67472. Alle Sjoerds.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):Eebele (= nr. 33736).Sjoerd.Rieuw.(?) Auck Alledr., tr. Focke Sytses 2007 .67464. = nr. 33756 (Sierd Binnes).67512. (?) Benne Sywerts, in 1543 vermeld te Lippenhuizen.72086. Tonkert Tammes 2008 , geb. ca. 1553, gerechtsdienaar te Winschoten(1582-1613), ouderling aldaar, begr. Winschoten 6-1-1630, tr.72087. Aijlcke Ockens, geb. ca. 1568, overl. tussen 11-12-1638 en2-6-1643, tr. (1) Egbert Hayens.Tonkert zou in 1576 reeds volwassen zijn geweest, wordt in debronnen voor het eerst aangetroffen 30 juli 1582 en dan alsgerichtsdienaar te Winschoten. Op 5 november 1584 heeft hijdestijds land verkocht, geërfd van zijn moeder Bylcke. Op dezelfdedag wordt een geschil tussen hem en Menno Tiddinga door B. en R.van Groningen ten landrechte verwezen. Als gerichtdienaar komt hijook voor 17 mei 1585. Ook wordt hij vermeld met zijn vrouw Aelheitals hij op 31 oktober 1608 2.5 akkers koopt te Beerta. Zij was zijntweede vrouw. Hij komt voor als gerichtdienaar in het Oldambt op 22september 1610, te Winschoten 21 mei 1611 en wordt alsgerichtsdienaar ook genoemd 19 januari 1613. Zijn zoon Lupke komtvoor als gerichtsdienaar te Winschoten op 8 maart 1638. Alsouderling te Winschoten wordt hij genoemd 20 december 1621.Op 17 september 1631 scheiden zijn weduwe Aelheit Heeres,bijgestaan door haar zoon Hayo Egberts, en de kinderen Tonckens, teweten Luppo en Ds. Eggo Tonckens, Febo Aylckens, Haycko Ebens en


Steven Stevens, optredende voor hun vrouwen, de nalatenschap enregelen de kinderen de lijftocht van hun stiefmoeder.Uit dit huwelijk:1. Lutgere Tonckerts, overl. v. 7-6-1610, tr. (1) Poppo Aelders,tr. (2) Derck Hindricks.2. Bilecke Tonckerts, geb. ca. 1593, overl tussen 25-4-1657 en 23-2-1658tr. Phebo Aeylckens, schoenmaker te Winschoten.3. Haijo Tonckerts, geb. Winschoten 1597, dijkrichter in Beerta(1620), vaandrig te Beerta (1621), overl. 5-5-1622 en 3-1-1633 tr.(1) (h.c.) Winschoten 7-1-1613 Tyawe Tyaerdes, tr. (2) WapkeJohans.4. Luppo Tonckerts, geb. Winschoten ca. 1598, overl. tussen 3-4-1662 en 23-11-1664, tr. (1) Winschoten 11-7-1618 Martien Tyarcks,tr. (2) Euwe Aeitiens, tr. (3) Haijcke Edsens.5. Ds. Eggo Tonckens, geb. Winschoten ca. 1601/1602, dominee teWesterlee, overl. Westerlee 11-3-1665, tr. Beerta ca. 1625 AissaWijncken.Eggo is op 22-4-161619 filosofiestudent te Groningen en op 24-8-1622 kandidaat in theologie.Fol.274 - ? september 1625 - H.V.Eggo Tonckes, pastoor in Westerlee, en Aisa Wijnekens, dochter vande hopman Wijncko Aisens. Namens de bruidegom: Luppo Tonckens enPhebo Aielckens. Namens de bruid: Wijcke Aisens, Wapko Wijnckes,Thomas Gerds en Phebo Aises.6. Frouwe Tonckerts, (= nr. 36043).7. Tamke Tonckerts, geb. ca. 1607, overl. 3-1-1633 en 11-2-1652,tr. Steven Stevens, karspelman te Vlagtwedde.84412. Jan Verhoeven.84414. Jan Peter Henricx van den Heuvel, tr.84416. Anna Gerits van der Hagen.91444. Minne Montes, tr. (1) Aeth N.N., tr. (2)91445. Syew Poppedr., overl. ca. 1553Uit het eerste huwelijk 2009 :1. Wybet Minnes, boer, volmacht voor de grietenij Kollum 1582-1594,overl. Kollum Haayemastate ca. 1612, tr. (1) Griet N.N., tr. (2)Kollum ca. 1560 Martien (ook: Mary) Cornelis, geb. Holland(Leiden?) overl. Kollum tussen 12-12-1589 en 1591, dr. van CornelisCornelisz, weduwe van Lenert Cornelisz, tr. (3) ca. 1591 BaeffkeIdses, overl. Kollum v. 1-4-1617, tr. (2) Broer Wijgers, overl.Kollum na 1646.2. Hessel Minnes.3. Monte Minnes.4. N.N.Uit het tweede huwelijk:5. Poppe Minnes, boer ontvanger van de grietenij Kollumerland, geb.Kollum ca. 1546, overl. Kollum v. 12-1603, tr. v. 1569 (1) AssienReyntesdr., overl. Kollum, tr. (2) ca. 1598 Engel Graverts, overl.Kollum v. 4-1604, dr. van Derck Graverts en Wijtscke Phaesma, wed.van Ballinck Phaesma, ontvanger-generaal van Kollumerland, overl.v. 1597.6. Metske Minnes, (= nr. 45722).7. Griet Minnes, geb. Kollum ca. 1548, onder de klokslag van Burum,overl. na 7-5-1627, tr. Kollum (1) v. 12-1571 Cornelis Lenerts,boer, overl. Kollum v. 12-12-1589, zoon van Lenert Cornelisz enMartien Cornelis (zie bij kind nr. 1), Griet tr. (2) Kollum ca.


1589 Hans Stollinga, boer, volmacht van de grietenij in 1607,wonende onder de klokslag van Burum, overl. Burum tussen 1-3-1621en 30-4-1622.91446. Ryntzie Halbetsma, tr.91447. Jelck Aelckedr. Syursma.Zie voor de filiatie de opmerkingen bij 45723.In NL 1925 2010 worden voorouders van Hil beschreven:‘Reyntie Halbetsma op den Uuterdick wordt in de Beneficiaalboekenvan 1543 genoemd als huurder van ½ pond. in zijn heerd ‘VIIstuevers toe huer, coempt den Pastoer de twee parten, dat derdepart den vicario.’16-1-1549 wordt Renthie Halbetsma als verhuurder genoemd.26 Febr. 1652 Rintzhie Halbetsma als borg,10 Mei 1552 Renthie Halbetsma als gedaagde in het recesboek.10 Dec. 1559 verkoopt Rentye Halbetsma een losrente van 5 g.g. ‘ajaars uit zijn landen en renten.16-1-1579 worden verkocht o. a. 1/7 van 16 pondematen in de heerdvan Rynthie Halbesma en Jelck Aelckedr. Syursma en 1/7 van 10 pond.op Tochmelandt, uitgekomen van Aelke Syursma.’91456. Laurens N.N. (?Nitterts), geb. ca. 1525 2011In 1581 woont een zekere Laurens bij de kerk te Westergeest. Alshuur van 1 pondmaat land te Westergeest is hij jaarlijks 9 stuiversschildig aan het ‘Hillige Cruis- end Sint-Anna-leen’, tot 10-3-1580betaald aan de prebendaris Douwe Wibrandt (ook Witthiesz.), diesedert 1550 bezitter van deze beide verenigde lenen te Kollum was.Deze Laurens kan als zoon hebben: Nitte, Romcke en Gerrit, en alsdochter Nees.Op 12-4-1586 wordt Nitte Laurens vermeld in een ‘relass’ van FeijeHaijes, zijn stiefzoon. Op 7-5-1588 is er sprake van door hemverschuldigde landhuur. Op 6-6-1588 heeft Feije Haijes cessie vanzijn stiefvader. Op 12-5-1590 treedt Nitte op voor zijn stiefzoon,vanwege belangen in een halve zate lands te Westergeest. Op 13-1-1591 verklaart hij zich bereid als man van Tyets Sybedr. een deelvan een zate te Westergeest af te staan aan een zekere JochumMelles. Tyets zal de weduwe zijn geweest van Haije Feijes, die in1581 als ‘landsaat’ te Westergeest voorkomt.Romcke Laurens en zijn vrouw Bauck Lyuwedr. Jellema (vanJellemasate te Oudwoude) worden op 21-5-1588 genoemd. Op 1-4-1595is Nitte Laurens voormond over hun kinderen. Gerrit Laurens is op10-5-1586 voormond over de wezen van Gerrit Fockes. Op 8-6-1574kopen Gerrit Fockes en Nees Laurens, echtelieden, 3 renten opredemptie (dat is onder beding van wederkoop door de verkopers). Op1-1-1593, 27-11-1593, 16-4-1594 en 20-5-1595 treedt Gerrit Laurensop als voormond over voornoemde wezen. Zijn Nitte en Romckeenerzijds en Gerrit en Nees anderzijds kinderen uit hetzelfdegezin? Een kleine aanwijzing hiervoor mag zijn dat op 26-8-1623 mr.Feije Haijeszoon, chirurgijn te Kollum, stiefzoon van Nitte,curator is over de kinderen van Jacob Gerrits, de zoon van GerritLaurens. Op 7-5-1565 is er sprake van een Gerrit Nittarts en zijnhuisvrouw Elske. Mogelijk is dit een broer of zwager van Laurens.91512. = nr. 91456. Laurens N.N.93536. Hebbe Tyesses of Tyessema, boer te Berltsum, Wurdum, Tsjom enLekkum.Hebbe koopt af en toe land uit Tjessema-zate te Wirdum. Hij tekentin 1580 als een van de gemeenslieden van Lekkum.


93540. = nr. 46772. (?) Romke Eepes Gietens, tr.93541. = nr. 46773. (?) Trijn Rinsedr.93664. Hidde Lolckes, laken- en houtkoper te Bolsward 1553, tr.93665. Houck Ruyrdtsdr.Hidde 2012 is blijkens het monstercedul in 1552 inwoner van hetDylakster kwartier van Bolsward, met een volledige wapenuitrusting.In datzelfde jaar is hij oom en voogd over Jan Gabbedr., dochtervan Lyopk Lolckedr., weduwe van Fonger Reins op de Dyk te Bolsward.De vader van Jan zal een Gabbe Reyns geweest zijn.Op 12-4-1553 wordt Hidde genoemd als handelaar in hout en laken teBolsward.Op 7-6-1553 kopen Hidde en Houck een jaarlijkse rente van vijfstuivers in de omgeving van Burgwerd van Romcke Wybes.In 1559 wordt hij raadsman van Bolsward genoemd.In 1552 zijn Tyaerdt Hanckes te Oosterend (= nr. 187350) en HiddeLolckes te Bolsward genoemd als geldeisers van Vincent Tyaardts enTrijn Simons te Oostereind.Op 23-4-1553 maakt Hidde Lolckes te Bolsward land vrij van huur,gekocht van Abbe Epes.In 1554/1555 heeft hij consent op ‘zeeckere zestepart’ van een zatelands te Britswerd, ‘nylant’ genaamd, gekocht van Abbe Epesz.In datzelfde jaar heeft hij consent op 16 pondematen in het dorpHeeg. ‘Deur wandel vercregen’ van Sittzue Johanss.In 1557 heeft Hidde cessie en transport gekregen van Douwe Symonsen koopt hij 3 gg. jaarlijkse rente uit de landen van DoedeGerrolts in Walpert.In 1558 koopt hij vier ½ en 1 ½ ‘einsen’ onder Hennaard.In datzelfde jaar protesteert hij met zijn schoonvader, RyuerdtLyuwes en de oom van zijn vrouw, Wybe Lieuwes tegen de verkoop van30 pondematen in Grut Walpert en 2 pondematen in Lyts Walpert doorDoede Gerrolts en Taeds aan Doecko Walpert en Jeldw Roucke(ma) teJorwerd. Er was een koopsom mee gemoeid van 1109 gg., 14 st. Deverkoop gebeurde volgens kopers en verkopers ‘vaders testament’.Hij deed eveneens in 1558 een bod vana 21 fl. op een halve podemaaten 1 ½ ‘eins’ uit de zate te Spyk van Hans Edes. Mr. Pier, pastoorte Hinnaard, verspierde de koop vanwege de rechten van de patroon.Dat deed Mr. Sicke toen Hidde voor 100 gg. 4 pondematen uit dieplaats kopen wilde.In 1559 krijgt Hidde door wandelkoop met Johan van Heerma, oldermante Bolsward, een rente van 24 stuivers uit die plaats van Hans Edeste Spyk onder Hennaard.Op 6-3-1559 worden Hoyte Johans en Hidde Lolckes genoemd alsmombers over de weeskinderen van Hette Fuis (Hotze Fons?).Op 18-9-1559 is de broer van Houck, Hessel Ryurdt borg voor Hiddein een zaak tegen Foope Siulema.In 1559/1560 krijgen Hidde en Houck consent op de koop van een zateland te Wartena van Gosse Hayes.In het sterfhuis van Hid Nannes weduwe te Bolsward ligt eenobligatie van Hidde en Houck, groot 53 gg.In 1561/1562 heeft het echtpaar consent op de koop van 16pondematen land te Oosterlittens, gekocht van Houcks broer, SyuerdtRyuerdts en ook op 11 pondematen daar, gekocht avn een anderebroer, Claas Ryuerdts.In 1566 koopt Hidde 2/3 van een plaats op Rytseterp onder Tjerkwerdvan Lieuwe Sybesz.In 1568/1569 kopen de echtelieden van Johaannes Lyeuwes en vanLyeuwe Sybes.


In 1569/1570 hebben Hidde en Houck consent op de koop van 9pondematen land te Oosterlittens, gekocht van Hero Hille Jeltsz. envan Hessel Ryoerts en Lolck van Unia.In 1572 schenkt Hidde zijn zoon Lolcke 120 pondematen land alshuwelijksgeschenk.Op 13-2-1581 verkoopt Houck als weduwe 2 pondematen land inAngemagoed te Skrins onder Oosterlittens aan de gebruiker, OeneDoeckles voor 34 gg.In 1584 verkoopt zij een halve pondemaat land aan Rien Ithiesz.Op 15-4-1588 heeft Houck Ruyrdts, weduwe van Hidde Lolckes, eengeschil met Douwe Gerbrandts te Jorwerd over de betaling van 2 jaarlandhuur.Op 17-3-1589 verkoopt Houck, dan woonachtig te Harlingen, land inNaniazate te Oosterlittens aan Rein Ithies en Lolck Lolckedr. teBolward.Op 17-5-1591 vraagt zij consent op de verkoop van 14 pondemate<strong>nl</strong>and te Oosterlittens.In augustus 1597 proclameert zij de aankoop van een zate land teOosterlittens, gebruikt door Isbrandt Semmes, haar aangehuwdekleinzoon, met raad en consent van haar zoon Lolcke Hiddes. Degebruikers Isbrant Sems en Jelcke Jelledr. protesteren,kindkinderen Hobbe Jelles, Hessels Jelles (= nr. 23416) en JelckeJelledr. verspieren.Op 13-3-1598 is Houck waarschij<strong>nl</strong>ijk al overleden, dan worden 10pondematen land te Britswerd, verhuurd door Houck Ryurds, weduweHidde Lolckes, verkocht door de drie kleinkinderen Hobbe Jelles,Hessel Jelles en Isbrant Sems, vanwege zijn vrouw.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):1. Lolcke Hiddes 2013 , tr. (1) His Paulusdr., tr. (2) FrouckTyercksdr. Unia.2. Jelle Hiddes (= nr. 46832).93674. Watse Hessels Reen, ‘de jonge’, boer te Rien onder Lytsewierrum,kerkvoogd aldaar (1570), tr.93675. Trynke Tyaerdts.Uit dit huwelijk:Antke (= nr. 46837).Lolcke.93676. Harmen Franses, overl. voor 1590, woonde op Bockemasate teGruttewierrum onder Lytsewierrum, tr.93677. Anna Doeckles.Uit dit huwelijk:Frans (= nr. 46838).Rinck, tr. (1) Godvriendt Epes Hoytema, tr. (2) Roymer R. Postumus.94208. Jan heer Goyardsz. van Amstel (ook: Jan Goorts Smolders), schoutvan Bakel (1534), overl. tussen 30-4-1534 en 7-3-1537, tr. ca.149094209. Heilwich Jan Hannendr., afkomstig uit Milheze.Notitie bij Jan Goyardsz: 17-02-1499 (1498) Helmond: Heer Goyartvan Amstel, priester, en Jan, zijn natuurlijike zoon, verkopen aanJan, zoon van Wijlen Maes Tempelers, een mud rogge, erfpacht uithun goed en hoeve genaamd ´de Horenvoirt´ in de parochie van Bakelmet alle toebehoren: huis, hofsteden, hoeven en landerijen. Losbaarmet 29 Petersgulden (Helmond R227, fol. 304; B.L. 1974, 16)21-06-1503 Helmond: Jan, natuurlijke zoon van heer Goyart vanAmstel, priester, als momber van Heilwig, zijn vrouw, dochter van


wijlen Jan Hannen, verkoopt aan Goyart van den Goir een mud roggeerfpacht uit zijn gedeelte in huis, hofstede, en land te Milheezein de Beircken, hem aangekomen na de dood van Jan Hannen en diensvrouw (Helmond R 228, fol. 161 v; B.L. 1974, 17).06-11-1503 die Leonardi, Helmond: Jan Goyvertsz. verkoopt aan JanDreykorts negen lopens rogge erfpacht uit huis, hofstad en hof inde Veestraat. Losbaar met 20 gulden (Helmond R 228, fol. 161 v).09-0201528 (1527) Helmond: Hadewich weduwe Jan van der Schaut alsvruchtgebruikster en Aert en Willem haar zoons, mede voor Jacob hunbroeder, verkopen aan Jan Godatt Smollers 10 lopens rogge erfpachtuit huis en hofstad op het Bindereind. Losbaar met 23 Ransgulden(Helmond R230, fol. 31).20-12-1529 Helmond: Alaert Wrensen svalckeners verkoopt Jan GoyartSmallers huis enz. op het Cloostereynd bij de veste van Helmond.Jan Goyart Smollers geeft verkoper een rente van 4% Rijnsgld. uitdat huis, losbaar met 75 gld (Helmond R 230, fol. 68 v).16-09-1531 en 06-03-1534 (1533) Helmond: Jan Goyart Smollers laatals gemachtigde van het Convent van Binderen beslag leggen oplanderijen wegens achterstand van renten (Helmond R 230, fol. 91 en122 v).30-04-1534 ´Zoenbrief´: Frans Pauwels Maessen heeft een doodslagbegaan op Dieryck den Moller. Een van de ´goede mannen´, die met defamilie van de overledene voor de dader de ´zoen´ aangaan, is JanGoyart Smollers, schout van Bakel (Helmond R230, fol. 135).94212. Johan III van Eynatten, Heer van Neubourg, Wittem en Margraten,begr. Bolland 1519, tr. ca. 148494213. Maria van Brandenbourg-Bolland, Vrouwe van Bolland en Julemont,overl. Bolland 28-1-1534.94214. Jan Everets van Haendel, overl. Gemert tussen 8-5-1504 en4-6-1508, tr. (1) Deliana Aert van Hoesden, tr. (2) v. 2-148094215. Sophie Goyarts/Goerts van Lanckveld, overl. na 20-2-1516.96144. Jan Joesten van Segen96146. Gerrit Derks.97024. Johan/Jan Ludekens Soin (Luken, Luyckens), geb. ca. 1430, gegoedte Dijkhuizen (Epe), Heerde en Terwolde, woonde op de Jan LuyckenErve te Dykhuizen (Epe), tr.97025. Alydt N.N.De vier oudste generaties van deze familie zijn uitgebreidbeschreven in diverse jaargangen van NL 2014 .97296. Arent Dircks, geb. ca. 1470, clerck Schieland 1492.97348. Claes Gillisz., genoemd Vlaardingen 1526 en 1539, overl. v. 1549.97952. Richard Dene.97968. Pieter Adriaansz. Mul, geb. Moordrecht.Woont in 1579 te Moordrecht en wordt genoemd tussen 1561 en 1576 inMoordrecht. Hij moet de 10e penning betalen voor een bezit in hetmiddelland vanaf de Jonkerskade, Moordrecht.98122. Leendert Jansz. Besemer, tr.98123. Marytgen Pietersdr.Leendert Jans Besemer wordt vermeld in de 10e penning van Ouderkerkaan de IJssel 1553-1561. Hij testeert 7-5-1597, 11-5-1603 en 24-6-1604 2015 .98144. Aerdt Pietersz.111634. = nr. 56200.111635. = nr. 56201.


111640. Hanrick Dircksz. de Bije.111744. Hillebrant Peters de Gier 2016 , burgemeester en schepen vanZaltbommel (1501-1520), hertogelijk Gelders rentmeester inZaltbommel en in de Bommeler- en Tielerwaarden over alle renten,domeinen, accijnzen, tollen, pachten, thynsen, pondschattingen,enz. (1501), mede-stichter van de Nicolaï vicarie te Zaltbommel(1527), collactor van de vicarie op het H. Geest altaar te Driel,overl. 8-10-1536, begr. in de St. Maartenskerk te Zaltbommel (bijzijn vader), tr.111745. Aleyd N.N., overl. Zaltbommel 30-5-1522.30 mei 1501; "Kairle, hertouge van Gelre ect. ind greve vanZutphen.Wy doin kondt, so as onse renthen ind domeynen averall doeronsegantse lantschappe, avermitz verloip van veden, orloge indanders, tot noch toe vast verwuest, verbijstert ind verduystertsiin worden, dairomme wy averdregen siin eyn opzien op onserenthen, domeynen, vergeven goederen, amptz- ind byeraccysen tohebben, regieren ind to bewaeren to laten, dat die tot onsenmeesten profiit ind besten, ind in oerenyersten staet gesettwerden, so dat behoirt, ind so wy by onsen Reden ind Rekenmeisterenaverlacht, dat uyt sunderlingen toeneygen ind trouwen wy hebben totonsen lieven getrouwen HILBRANT DE GHYER denselven tot onsenRentmeister tot Boemell ende in Boemelreind Tielreweerden gesattind geordiniert hebben ind mitz desen onsen brieff ordinieren indsetten, .......Ind opdat hy ons to trouwelicker dienen macht, hebben wy hem vursyne loen, kost ind cleydonge toegevuecht nementlick die summe vanhondert golden guldens off die werde dairvur, den gulden ad soevenind dertich stucer gerekent, welcke pennyngen hy an synen ontfanckinbehalden ind ons jaerlix rekenen sall.Ind en sall op elcke verpachtinge van onsen thyenden ind aczyssennyet meer setten dan den twyntichsten pennynck to rasoen, ind sovoirt na advenant, welcke hy ons halff, ind dander helffte vur hemrekenen sall mitten onkosten van tergelt ind slachgelt, hyuytleggende wuerdt, ass men onse thienden, zyssen ind guederenverpachten ind to boede stellen sal.Voirt as wy hem uyt synen ampt verschryven by ons to komen offanderswair to ryden, sullen wy hem sdaigs vur hem ind siin pertgeven achtenthalven phs. stuver. Ind wes amptz renthen dieverbiistertoff vergeven wieren, in helpt werven was kost,gerichticheit off anders dairom gedain wurdt, sall hy ons oickrekenen.Ind hiirop heeft ons HILBRANT vurss. synen eydt van trouwen gedainas sich behoirt. Allet sunder argelist, oirkonde onss secreetsegells hiironder opgedruckt, opten heyligen Pynxedach Anno DominiXVc ind eyn". (ARA Arnhem, Hertogelijk archief, XIV Libri, VI, fol.LVI, VLII).Uit dit huwelijk:Dirk Hillebrands de Gier.Peter Hillebrands de Gier (= nr. 55872).Aeltje Hillebrands de Gier, vermeld 1552 en 1591.Aert Hillebrands de Gier, schepen in de hooge bank van Driel 1527,overleden voor 1552.Macteld Hillebrandsdr. de Gier, overleden Zaltbommel op 9 oktober1538. Zij was gehuwd met Joost Mom, burgemeester van Zaltbommel(1539), overleden Zaltbommel op 25 oktober 1559.Hubertus Hillebrands de Gier, priester en deken van het kapittel teZaltbommel, overleden Zaltbommel op 8 oktober 1558.


Huberta Hillebrands de Gier, overleden Zaltbommel op 27 juni 1542.Zij was gehuwd met Henricus de Groot, hertogelijk rentmeester teZaltbommel.waarschij<strong>nl</strong>ijk Robertus Hillebrands de Gier. Hij was gehuwd metCatharina N.N.111746. Johan van Segen en N.N. Kok.111848. Goert Reyersen Sterck, tr.111849. Jutta van Hoeckelum van Rosendale112392. Staes Staesz. van Hemert, schepen Nederhemert 1531-1545, tr.112393. Sandrina N.N., over. 1576.112396. Aert Hannaertsz. van Gameren, schepen Nederhemert, overl. 1562,tr.112397. Arnolda N.N., overl. v. 1574.112400. Ariaen Aerts de Cock.112408. Aert Willems van Sprangh, gen. 1534, overl. v. 1552.112414. Aernt Segers van Emmichhoven, overl. ca. 1539.112415. Jenneken Jan Staesdr. van Hemert.113712. Adriaen van Tryst, tr.113713. (?) Mechteld Gerrits van Atteveld.116864. Gerrit Lasonder/Laersunder/Smit, geb. Enschede tussen 1540 en1555, burgemeester van Enschede, overl. 1-8-1616, tr.116865. Elske Brouwer alias Smits, geb. 1560.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk:1. Laurens Lasonder, (= nr. 58432).2. Catharina Lasonder, geb. Enschede 1585-1590, overl. Enschede 22-10-1664, tr. Jan Cost (junior), geb. Enschede 1581-1589, overl.Enschede 28-3-1666, zoon van Pelgrim Cost en Aale N.N., smid,burgemeester te Enschede (1621-1660).3. Leffert Lasonder (alias: Smid), geb. Enschede 1581-1585, overl..1664-1668, smid, linnenreder en burgemeester te Enschede (zietestament van 1662), tr. v. 1610 Grietje/Gredtken Cost, geb.Enschede 1580-1590, overl.. 1675-1682, dr. van Pelgrim Janzoon Costen Aale Toytelink.Uit dit huwelijk (volgorde onbekend):A. Laurens Lasonder/Lasunders, geb. Enschede 1613-1617, overl.1680-1684, burgemeester van Enschede (1660-1682), tr. voor 1644Geertgen Menkmaat, geb. Enschede 1620, dr. van Herman Menkmaat enAalke Verwoolde.Uit dit huwelijk geboren te Enschede:aa. Gerrit Lasonder, geb. 1643-1647, overl. 1716-1723, tr. (1) v.1669 Griete ten Thije, geb. Enschede 1643-1647, overl.. na 1682,dr. van Engelbert ten Thije en Geesken Lambertink. tr. (2) Enschede6-3-1702 Elsje Fransen van den Borge, geb. Emden 1632, overl. 1703-1710, wed. van Alexander Wingh, eerder van Jan van Lochem.bb. Berend Lasonder, geb. 1638-1658, overl. v. 1681.cc. Pelgrom Lasonder, geb. 1645-1652, overl. Enschede 1717-1724,burgemeester van Enschede, tr. Enschede 4-5-1679 Elsken JansenHilderink, geb. Goor 1642-1661, overl. Enschede na 1703, dr. vanJan Hilderink en Albertje Cuijper. Hieruit verder nageslacht.dd. Hendrik Lasonder, geb. 1635-1658, overl. Enschede 1718-1723,provisor der stadsarmen in 1702, tr. voor 1691 Aaltje Cost, geb.Enschede ca. 1650, overl. Enschede na 1717, dr. van Jan Cost,provisor in 1626, en Fenne Dollebotter.ee. Aalken Lasonder, geb. 1635-1658.ff. Herman Lasonder, geb. 1650-1656, overl. Enschede na 1688, tr.N.N. Hieruit verder nageslacht.gg. Fenneken Lasonder, geb. 1658-1665, tr. Gerard Bekker, geb.1650-1680.


hh. Catharina/(Trijntje Lasonder, geb. 1640-1667, tr. HermannusStroynck, geb. ca. 1645, overl. Enschede 1721, burgemeester vanEnschede, zn. van Jorrien Stroink en Judith Wageler.B. Anna Lasonder, geb. Enschede 1610-1634, tr. v. 1652 Ludovicus(ten) Wagelaer, geb. Enschede 1600-1633, overl. 1687-1690, zn. vanJohan Wageler en Harbert de Laer, waard, herbergier in "De Swaene",vaandrig in de schutterij (1646).C. Jacob Lasonder, geb. Enschede 1621-1630, overl. v. 1662, tr.Imme Brouwer, geb. Enschede 1625/26, overl. na 1679, dr. vanLambert Brouwer en Stijne Cost. Zij hertrouwde Albert Stroink.Uit dit huwelijk (Lasonder-Brouwer) geboren : aa. Pelgrom Lasonder,geb. 1640-1662.bb. Truide Lasonder, geb. 1640-1662, tr. Jan Jansen Stroink, geb.1640-1662, zn. van Jan Stroynck.116866. Pelgrom Berends Cost, geb. Enschede tussen 1525 en 1560,Woonachtig te Enschede, overl. in of na 1615, tr.116867. Catharina N.N., geb. tussen 1535 en 1560, overl. Gronau in of na1614.116870. Johan Tiggels, geb. tussen 1530 en 1555, overl. Enschede in of na1605, tr.116871. Anna N.N., geb. tussen 1530 en 1560, overl. in of na 1605.116880. Albert Stroink 2017 , geb. Delden (Stad) ca. 1540, koopman,Herbergier en kerkmeester (1588) te Delden, wordt 1573-1587)genoemd in verband met zaken die in Delden voor de burgemeestersworden behandeld, spreekt personen aan voor het betalen van wijn(1574, 1577) en voor het terugbetalen van geleend geld (1576,1577, 1581), treedt op als "ondelwisser" (1584), bezit grond op deDeldener Es (1585), verkoopt paarden (1586). overl. v. 1611, tr.116881. Catharina N.N.Catrijn N.N. treedt op als "die weedevrouwe Stroinse" in enkelerechtszaken (1611, 1612, 1614, 1617).Op 15-12-1586 verklaren enkele personen "dat sie verkofft haddenAlbert Stroynck Catharyna syner huisfrouwen und oren Erffgenameneene jaarlijkse rente van 8 1/2 gold gulden.Verpondingsregister Twenthe 1601 : Albert Stroynck betaalt f 0,4,0voor "5 spint landtz thobehoernde den erfgenamen van zaligerHenrich van Rehede, gyfft jairlicx 1 daler", in Stad Delden.Uit dit huwelijk (geb. te Delden):1. Rotger Stroynck, (= nr. 58440).116884. Hendrik ten Wagelaer, geb. Enschede tussen 1520 en 1560, overl.tussen 1597 en 1611, tr.116885. Gertken N.N., geb. tussen 1540 en 1565, overl. tussen 1597 en1610.116886. (?) Albertus de Laer 2018 , notaris publicus, landschrijver,secretaris 1609) en gerichtsschrijver (1597, 1598, 1609) van staden gericht Enschede en burgemeester van Enschede (1618, 1619,1622).116894. Jan Cost jr., geb. tussen 1580 en 1585, smid te Enschede, overl.28-3-1666, tr.116895. Catharina Lasonder.120320. Claes Willemsz. van Merckell, gildebroeder van het SintNicolaasaltaar te Hasselt (27-9-1491), overl. v. 13-12-1519, tr.120321. Wendele N.N., overl. na 13-12-1519.Generatie XVIII131072. Sierck Aerntsz. (Hankema) 2019 , geb. tussen 1508 en 1511, grietman


van Smallingerland (in ieder geval van 1536 tot 1541), volmachtten Landsdage (1537), overl. vóór 17-1-1550, tr.131073. Trijn Saeckes Herjuwsma 2020 , overl. na 18-4-1573, tr. (2) v. 1558Pier Tiesses, geb. ca. 1532, overl. na 14-3-1572, zn. van TiesseOeges en Auck Hoytedr. 2021 dSierck Arents duikt voor het eerst op in de nedergerechtsarchievenvan Hennaarderadeel op 24 september 1533. 2022 Die akte geeftinteressant genoeg meteen ook enige informatie van genealogischeaard. Sierck Arents wordt namelijk geflankeerd door een halfbroer,Sierck Siercks Hanckema, die ook nog eens optreedt als zijncurator. 2023 Dat betekent, dat Sierck Arents in september 1533 dusnog niet meerderjarig is. Het het vervolg van de akte geeft dat ookonomwonden aan, want er is sprake van “minoriteit”. Enkele jarendaarna is Sierck Arents klaarblijkelijk wel meerderjarig, want inmei 1536 verkoopt Sierck Hanckema, te Hennaard, aan zijn halfbroer,Sierck Arents, 8 gg. jaarlijkse rente uit Monthyazate te Hennaardvoor de som van 160 gg., op wederkoop van 5 jaar. 2024 Deze vindplaatsgeeft een zeer interessant feit weer, want verrassend genoeg heetmen Sierck Arents dan grietman over Smallingerland. Kort daarna iser overigens sprake van een omgekeerde verkoop, want de halfbroerskomen samen voor in de Rentmeestersrekeningen over de jaren1536/1537. 2025“Sierk Hankema heeft consent up een jaerl rente van negenPhls g. gehypothequiert vuyt Monthiema sate te Hennardtgecoft van Sierck Arents z. zyn broeder beloept tconsentgelt”.In 1538 proclameert een zekere Wybe Hettes de aankoop van 16pondematen land “toe Eedens”, waarbij Sierck Arents, dan nog steedsgrietman van Smallingerland, als verkoper opduikt. 2026In 1538 doet Sierck bezit te Eedens (dat we al eerder zagen bij zijnmoeder, in 1511) van de hand. Dan namelijk proclameert dezelfde WybeHettes de aankoop van 15½ (“xv sestiendehalff”) pondematen land teEdens van Sierck Arents. In deze akte is er opnieuw deberoepsvermelding van Sierck als grietman. 2027 Overigens verspiert“Benedix toe Hagens” deze verkoop. We zien deze man overigens ook alals “Benedicx Sybrens” in de hierboven vermelde akte uit 1511 en hijkomt eveneens voor bij de genoemde akte uit 1533. Bij de niaarnemingin 1538 vallen grote woorden: zo Sierck Arents zou ten tijde van deverkoop “seer cranck van sinnen” en “minor van jairen” zijngeweest. 2028 Ook Sierck Hanckema legt er bij deze proclamatieoverigens het niaar op, waartegen Benedix op zijn beurt weerprotesteert.Sierck Arents is volgens een akte de dato 2 mei 1536 al grietman vanSmallingerland. 2029 Hij is in dat ambt de directe opvolger van zijnschoonvader, Saecke Herjuwsma. 2030 Sierck is in ieder geval grietmanvan Smallingerland in 1536. Op 10 oktober 1537 is hij op de Landdagin die functie aanwezig. Er is van die vergadering informatiebewaard gebleven, omdat de Staten van Friesland een verzoek vankeizer Karel V weigerden om een bijdrage te leveren in de kosten vande onderwerping van Groningen en Drente. Na lang onderhandelenbereikte men overeenstemming, behalve op één punt: het recht omgeestelijken ter benoeming voor te dragen. Dat zogenaamdepatronaatsrecht zou in de handen van de keizer moeten blijven. DeStaten waren verdeeld en heftige discussies volgden. Uiteindelijkkwam op 15 oktober 1537 het afwijzende antwoord van de Staten. Deregering te Brussel liet onmiddellijk een onderzoek instellen naarde gebeurtenissen. 2031 Eén van de Friezen, die het verzoek van de


keizer wilden toestaan, zonder aan het patronaatsrecht vast tehouden, was Sierck Arents, de grietman van Smallingerland.Woltjer geeft enige informatie over de groep van vijf waartoe ookSierck behoorde. Van Sierck Arents heeft hij echter niets kunnenvinden. Wel geeft hij aan, dat Sierck niet met een familienaamvermeld staat. 2032 Woltjer schildert ook de politieke kleur vanSierck Arents: “de vijf grietmannen kunnen wij met een grote matevan waarschij<strong>nl</strong>ijkheid als creaturen van de keizer beschouwen”. 2033Verderop meldt hij: “misschien behoorden zij tot (...) eigenerfdenniet-boeren”. In het geval van Sierck Arents blijkt die opmerkingmet de door mij gevonden feiten te rijmen.Een vindplaats met Sierck daadwerkelijk in functie als grietman ismij niet bekend - ondanks ampel speurwerk. Er bestaat echter wel eenindirecte vermelding van zijn werk als grietman, al legt hij er nujuist bepaald geen eer mee in. Op 6 februari 1538 komt namelijk eenzaak voor het hekje bij het Hof van Friesland. Het gaat om eenzekere sententie door de grietman en mederechters van Smallingerland(die niet met naam genoemd worden) rond een kleine en een grote zatete Oudega, die beide “Anna Haetzumma” goederen heten. In deconclusie van het Hof worden de grietman (lees: Sierck Arents) enzijn bijzitters op de vingers getikt: de nederrechters hebbenkwalijk gewezen. 2034Rond de overlijdensdatum van Sierck Arents bestaat enigeonduidelijkheid. Het is zeer wel mogelijk, dat die sterfdatum alvóór 17 januari 1550 gezocht moet worden. Dan is Eemcke Geuckesnamelijk grietman van Smallingerland en vertegenwoordiger van diegrietenij op de Landdag. 2035Een volgende vermelding geeft meer houvast: op 29 januari 1558treedt een zekere Pier Tiesses te Beetsterzwaag op als voogd van deweeskinderen van Sierck Arents. 2036 De eiser in dat geschil is PierTiesses, met volmacht van Rioert Roorda als volmacht van deweeskinderen van Sierck Arents contra doctor Renick vanBourmania. 2037De hier genoemde Ruurd Johans Roorda was getrouwd met Doutzien HansSassinga en hij was woonachtig te Hennaard. 2038 Hij is in zijn dagenzeker een man van importantie, want hij komt als vertegenwoordigervan de Vijf Deelen Binnendijks en als Gedeputeerde van de Staten vanFriesland voor. 2039Die verbinding tussen Sierck Arents en Hennaard komt overigens nietuit de lucht vallen: zoals hierboven uit de doeken is gedaan, heeftSierck Arents nog in 1538 erfbezittingen in die plaats.De in de akte uit 1558 genoemde Pier Tiesses is identiek aan de manmet die naam, die genoemd wordt als zoon van Tiesse Oeges en AuckHoytedr. 2040 Pier blijkt een fiks aantal broers en zussen te hebben:Doecke, Beernt, Hoeyte, Lyoets, Douwe, Aesge en Hebbe Tiesses.Verder komt naar voren, dat Pier Tiesses in 1561, woonachtig teLeeuwarden, borg staat voor Bryucht Attes en Alle Teyes. De laatsteis een broer van Jochum en Focke Teyes en daarmee is opnieuw eenverband voorhanden met Opsterland. Hieronder zal verder blijken, datdelen van de erfenis van Jochum Teyes in de hier behandelde familieopduiken. Dat is op zich niet verwonderlijk, want Jochum Teyes is opzijn beurt een broer van Focke Teyes, grietman van Opsterland, en devader van Frouck Focke Teyedr en dus de schoonvader van SaeckeSiercks (= nr. 65536).De rol van Pier Tiesses als volmacht van de voogd in 1558 is nogniet direct duidelijk. De verhoudingen blijken echter wel zonneklaaruit een aantal akten rond een geschil over een zate te Beetsterzwaagen andere goederen uit de erfenis van Saecke Herjuwsma en WeemelN.N.


Dat begint allemaal in 1569. 2041 Dan procedeert Eemcke Geuckes,grietman van Smallingerland, als eiser contra Pier Tiesses. Hetgeschil gaat over de vraag, of Pier Tiesses (delen van) de helft vande nalatenschap van Wemele Saeckes moet uitkeren aan Eemcke Geuckes.Dezelfde partijen staan opnieuw tegenover elkaar op 14 maart1572. 2042 Eempcke is dan voor de helft erfgenaam van Saecke Juwsma enWemele, de vader en moeder van de partijen (lees: schoonouders), enEemcke is daarmee voor de helft eigenaar van een zate teBeetsterzwaag. Klaarblijkelijk heeft Pier Tiesses de erfenis vanWeemel onder zich en nu moet hij de andere erfgenaam laten delen,inclusief de renten die hij sinds haar dood heeft opgestreken. Datalles is nog niet voldoende om tot een volslagen afhandeling van ditgeschil te komen, want op 18 april 1573 is Eemcke Geuckes eiserversus Trijn Saeckes, beiden zoals zij procedeerden. Er moet eenbetere estimatie komen van de helft van huizing, hof en annexen teBeetsterzwaag, als vervolg op de eerdere sententie. 2043Uit het huwelijk van Sierck Arents en Trijn Saeckes Herjuwsma (inieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Arent Siercks.Hij is slechts één keer aangetroffen: in de nalatenschap van SjoerdSiercks komt namelijk onder de debiteuren voor: “Belangended’obligatien van Joest Jeroensz ende Arent Sijrcxz blieuen ongedeeltals onwis gereeckent”.2. Saecke Siercks, (= nr. 65536).3. Mr. Sjoerd Siercks, burgemeester en rentmeester van de stadHarlingen (1582-1587), overl. tussen 29-10- en 6-11-1587, tr. EtckeDircksdr, overl. na 14-2-1594, dr. van Dirck Lieuwes. 2044Bij de Personele Impositie van Harlingen staat Sjoerd Siercksgenoteerd voor 3 cg. 2045Op 14 juni 1581 is Sjoerd Siercks, burger van Harlingen, eiser ineen zaak voor het Hof van Friesland versus Gosse Andringa,“deurwaarder van desen hove”. Gosse wordt veroordeeld tot betalingvan 20 gulden en de bijkomende kosten. 2046Niet lang daarna is een akte opgemaakt, waarin voor het eerst sprakeis van Sjoerd Siercks als burgemeester en rentmeester van Harlingen:op 10 mei 1582 wordt namelijk een borgstelling geregistreerd voorSjoerd Siercks en Sierck Siercks Posthumus Meylema uit Oosterendvoor Ysck Pijters, één van de aannemers van de fortificatie vanDokkum, dat deze na vrijlating het door hem aangenomen werk zalvoltooien. Alle genoemden ondertekenen de akte. 2047 Sjoerd Siercks isuiteraard uit hoofde van zijn functie regelmatig terug te vinden inde gerechtelijke stukken van Harlingen en ook in de archieven van deStaten van Friesland komt hij een aantal malen voor. 2048 Daarnaastkomt Sjoerd in het Charterboek gedurende de periode van 1582 tot1586 voor, als vertegenwoordiger van Harlingen of de steden vanFriesland. 2049Het overlijden van Sjoerd Siercks moet zeer schielijk zijn geweest.Op 29 oktober 1587 leeft hij nog, want dan sluit hij met een zekereJelger Feytsma een obligatie af. 2050 Zeer kort daarop is hij


overleden, want op 6 november 1587 wordt Berent Piers teBeetsterzwaag op verzoek van Etcke Dircks aangesteld tot voogd overhaar weeskinderen bij wijlen Sjoerd Siercks. Berent wil dat zijnbroer Sierck Piers ook voogd wordt. 2051 Op 9 januari 1588 wordtRienck Aedes op verzoek van grootvader Dirck Lieuwes aangesteld totvoogd, naast Berent en Sierck Piers, over de weeskinderen van SjoerdSiercks en Etcke Dircksdr. 2052 De hier genoemde Rienck Aedes is danburger van Harlingen, maar een directe familierelatie met Etcke ofhaar vader heb ik niet kunnen ontwaren. 2053Op 19 januari 1588 regelen Berent en Sierck Piers en Rienck Aedesals voogden over de weeskinderen van Sjoerd Siercks, burgemeester enrentmeester van Harlingen, een scheiding van het bezit tussen deweduwe, Etcke Dircksdr, en haar kinderen. Etcke wordt dan bijgestaandoor haar vader, Dirck Lieuwes en haar zwager Dominicus Annes. 2054Die laatste man blijkt getrouwd met een zus van Etcke, MargarietaDircksdr. 2055 Overeengekomen wordt onder meer, dat de kinderen vanvadersgoed 2600 cg. zal worden uitgekeerd. De inbreng van Etcke bijhet huwelijk was 433 cg. aan “gerede penningen” plus twee kamers inhaar vaders steeg, met “twee brieuen op d’selve camers holdende, ‘telcke ter somma van veertich gouden guldens”. Haar worden die tweekamers toegescheiden en onder meer een vordering op haar vader,Dirck Lieuwes. De kinderen krijgen het huis binnen Harlingen pluseen hele stapel vorderingen. Bij die hele rits aanspraken is ondermeer een obligatie op Dirck Lieuwes, de vader van Etcke, en JuffrouwTiets Haersma. Onduidelijk is overigens wel, of Tiets Haersma ook demoeder is van Etcke Dircksdr. Tiets is zeer zeker de vrouw van DirckLieuwes geweest. Dat blijkt op 8 april 1589 uit de Leeuwarder“Aestimatieboeken”, wanneer als inventarisant de overleden DirckLieuwes en zijn echtgenote, Tiets Haersma genoemd worden. 2056Interessant voor de lijn van het verhaal zijn ook de volgendevermeldingen in de akte. Volgens eindafrekening van de voogdij zijnde kinderen van wijlen Saecke Siercks ruim 190 cg. schuldig. 2057Onverdeeld blijven onder andere een vordering op Arent Siercks enéén op Aucke Piers. Aardig om op te merken is, dat Etcke Dircksdrvoorziet in haar levensonderhoud door de verkoop van garen endergelijke (er is onder meer herhaaldelijk sprake van “scheringe” en“gaern”; ze krijgt althans minstens 38 pond van dat materiaal(bewerkt en onbewerkt) toegewezen. Het roerend goed, inclusiefliggend geld, heeft een waarde van ongeveer 1264 cg. De in- enuitschulden kunnen tegen elkaar weggestreept worden. Etcke zal enige“tepelschulden als brouwer, backer ende anders” voor haar rekeningnemen. Van de boeken mag Etcke “d’oude bibel ende ’t geestelickeLietboeck” houden, terwijl de voogden het psalmboek met degrammatica toebedeeld krijgen. De kinderen krijgen verder vierzilveren bekers met twee lepels, maar moeder Etcke houdt ze nog welonder haar beheer.Etcke Dircksdr, te Harlingen, komt in 1590 twee keer voor in dequaclappen van het Hof van Friesland. 2058 Bij de eerste van die tweevermeldingen, op 13 februari, komen Etcke en haar zus, MargarietaDircksdr, samen voor met een zekere Vietoor (of Victor) Lieuwes, devoogd van Geertje Harmens, als erfgenamen van hun vader, DirckLieuwes. In 1597 zal mr. Douwe Annes in zijn hoedanigheid van voogdover Geertke Hermensdr bij decreet een plaats met huizing verkopenaan De Laenen te Harlingen met Douwe Annes en Margrieta Dircksdr alsbelenders ten noorden. 2059 Koper wordt uiteindelijk Sierck Sjoerdsgoltsmit met een finaal bod van 275 gg. 2060Uit de verbintenis tussen Sjoerd Siercks en een onbekende vrouw:1. Sicke Sjoerds, overl. na 19-10-1588.De naam van de moeder van Sicke is onbekend. In de hierbovenbeschreven verdeling tussen Etcke Dircksdr en haar kinderen is wel


sprake van de vermelding van een proces tegen de erfgenamen van eenzekere Sicke Doedes. Een interessante voornaam in deze context, maarmeer dan dat valt er hier echter niet uit te halen.Op 19 oktober 1588 treedt dominee Johannes Sprenger op als curatorover Sicke Sjoerds. De laatste is een natuurlijke zoon (dat wil duszeggen: in onecht) van Sjoerd Siercks, in leven burgemeester vanHarlingen. De gedaagden zijn dan Berent en Sierck Pierszonen alsooms van de echte weeskinderen van Sjoerd Siercks. 2061Uit het huwelijk van Sjoerd Siercks en Etcke Dircksdr 2062 :2. Sierck Sjoerds, overl. na 17-4-1597, otr. Leeuwarden 14-2-1594Lywke Lywe Haniadr.Bij zijn ondertrouw wordt Sierck gesterkt met zijn oom, Aucke Piers,verder is er consent van zijn moeder, Etcke Lywke, mr. Lywe Haniadr,trouwt met consent van haar oom en curator, Wybe Hania. 2063Sierck Sjoerds is werkzaam als goudsmid te Harlingen. 2064 Hij wordtmeester in 1595 en hij staat voor het laatst geboekstaafd in1597. 2065Uit het huwelijk van Pier Tiesses en Trijn Saeckes Herjuwsma (inieder geval, volgorde niet duidelijk):1. Tiesse Piers, te Harlingen, overl. vóór 15-10-1586, tr. SyouckBoyens, overl. na 24-3-1590.Tiesse Piers komt al in 1574 voor in de rechterlijke archieven vanHarlingen. 2066 Hij staat in 1579 ook vermeld bij de personeleimpositie van die stad. 2067 Op 15 oktober 1586 zijn een zekere JanPiebes en Berent Piers curatoren over Simcke Tiesses, het nagelatenkind van Tiesse Piers en Syouck Boyens. Ook aanwezig is dan SierckPiers, als oom van het weeskind. 2068 In 1590 komen Syouck Boyens enBerent en Sierck Piers (de beide broers dan als curator over SemckTiesses) samen voor in een rechtszaak bij het Hof van Friesland. 20692. Berent Piers, boer te Beetsterzwaag, overl. Beetsterzwaag v.9-8-1599.Op 6 november 1587 wordt Berent Piers, woonachtig te Beetsterzwaag,op verzoek van Etcke Dircksdr aangesteld tot voogd over haarweeskinderen bij wijlen Sjoerd Siercks. Berent verlangt echter wel,dat zijn broer, Sierck Piers, dan ook voogd wordt. 2070 Berent Piersduikt verder enkele keren op in de rechterlijke archieven van degrietenij Opsterland. 2071Hij komt in 1590 ook twee keer voor bij het Hof van Friesland. 2072 Inde eerste akte is hij curator over Semck Tiesses, waarbij sprake isvan haar voorgenomen huwelijk met een zekere Taeckle Wopckes, zoonvan Wopcke Taeckles, te Harlingen, in leven gehuwd met Tryncke. 2073In die akte treden verder aan: Sierck Piers, te Harlingen, en AuckePiers, te Leeuwarden, voor zichzelf, en als volmacht van BerentPiers en ook als voormond over Semck Tiesses “wesende alle drieoomen van gemelde Semck”.Berent Piers is overleden vóór 9 augustus 1599, want op die dagwordt er een inventaris opgemaakt in zijn sterfhuis. Aanwezig zijnonder meer Aucke Piers en Sierck Saeckes als “naeste vrunden” en ookpresent zijn de twee oudste kinderen, van wie Pier Berents ookondertekent. 2074 Klaarblijkelijk heeft Berent Piers in zijn levenniet bijzonder goed geboerd, want de akte beperkt zich voornamelijktot een opsomming van huismannengereedschap en er zijn eige<strong>nl</strong>ijkgeen uitgebreide bezittingen voorhanden. 20753. Sierck Piers, burger te Harlingen. 2076Op 19 oktober 1588 treedt dominee Johannes Sprenger op als curatorover Sicke Sjoerds, zoon van Sjoerd Siercks, in leven burgemeestervan Harlingen, contra Berent en Sierck Pierszonen als ooms van deeerste weeskinderen van Sjoerd Siercks. 20774. Aucke Piers, geboren te Beetsterzwaag, vanaf 1581 burger teLeeuwarden, tr. vóór 17-5-1587 Aecht Nannings, dochter van Nanninck


Abbes en Trijn Pieters. 2078 Bij zijn inschrijving als burger vanLeeuwarden wordt als geboorteplaats van Aucke Piers Beetsterzwaagopgegeven. 2079Aucke Piers is op 9 augustus 1599 present bij de inventarisatie inhet sterfhuis van zijn overleden broer, Berent Piers.5. Frouck Piersdr, tr. Watse Jans.In 1592 wordt Sierck Piers, burger van Harlingen, broer van wijlenFrouck Piersdr, aangesteld tot voogd over haar kinderen bij WatseJans. 2080 De wezen krijgen ruim 350 cg. uitgekeerd van moedersgoed.Er is verder een onzekere vordering van 50 cg. op Berent Piers alsvoogd over de kinderen van wijlen Sjoerd Siercks.131074. Focke Teijesz., geb. ws. Duurswoude ca. 1510, grietman overOpsterland, overl. Beetsterzwaag na 1578, tr. (2) 1-1577 Anna vanGell, dr. van de Prokureur-Generaal van het Hof, Alexius van Gelen Bauck N.N., tr. (1)131075. Auck Sjuerdtsdr. Boelens, geb. Olterterp ca. 1510, overl. in ofv. 1577.Focke staat vermeld in het biografisch woordenboek van Van der Aa.Daar staat: `Focke Teijes, zoon van Teije Ebeles van Duurswoude;was op den 17. januari 1550 als grietman en gevolmachtigde vanOpsterland tegenwoordig op den landdag.' Verder staat nog vermeld,dat hij getrouwd was met Auck Boelens en dat het echtpaar een zoonhad.Focke is waarschij<strong>nl</strong>ijk grietman vanaf maart 1543. Dan overlijdtzijn voorganger.Hij is in ieder geval grietman vanaf 25-10-1549,want dan bevestigt hij de verklaringen van getuigen over eengrenskwestie tussen Opsterland en Vredewold 2081 .In een retroactum d.d. 16-5-1554 2082 wordt een Focko grietman vanOpsterland genoemd. Hij wordt op 10-4-1577 nog vermeld als grietman(bron?) en is ws. in 1577 of 1578 overleden. In ieder geval isvanaf 1578 zijn zoon, Hepcko, grietman.Anna van Gell is mogelijk een dochter van Alexius van Gell en BauckN.N. Zij worden genoemd in de Rentmeestersrekeningen. Roorda noemtze in zijn `Nammen' p. 55: ze kopen een huis te Leeuwarden: XIa1542/43 12 r.RAG, Huisarchief Nienoord, toegang 626, inv. nr. 412d: het stuk van25-10-1549 geeft, naast een concrete vernoeming als grietman, ookhet wapen van Focke. Het is een papierafdruk (dus papier over dewas. Duidelijk is te zien, dat het hier gaat om het Fockenswapen.De (heraldische) rechterhelft geeft een halve lelie; derechterhelft geeft (wat onduidelijker) drie eikels.


RAG, Huisarchief Nienoord, toegang 626, inv. nr. 39 geeft eenverzegeling, waarbij een paar verder niet ter zake doende personengoederen overdragen. Wel vermeldenswaardig, is dat Sywert Sappeszegelt als grietman over Opsterland: het vindt plaats op`Hieronymiddach 1540'. Het vreemde is, dat Van der Molen in zijn`Opsterlân', pp. 60-61 ook gewag maakt van een Sywart Sappenz alsgrietman van Opsterland. Dat begint echter al in 1501 (hij noemtook nog 1527). Kan het hier gaan om één en dezelfde persoon? Ofbetreft het ook een kleinzoon? Duidelijk is in ieder geval, datFocke tussen die datum in 1540 en 25-10-1549 grietman vanOpsterland is geworden.Vermeld -zij het apocrief- in de bijlagen van de civiele sententiesvan het Hof, op 20-6-1553 2083 : 'Focke Teijes, grietman vercoft opPier Gauckes sate' .Focke is ook terug te vinden in het Decama-, Cuyck- en FoeytsVeencompagnie (Schoterlandse Veencompagnie).15-2-1552 2084 ; Pier Annisz en Vulck Gaukedr, echtelieden, verkopenaan jonker Renynck van Bourmanya, Drost te Couerden in Drenthe enjuffer Eelizabet van Braakel zijn echte huisvrouw, zekere 14 roedenveens, gelegen in Langezwaag, ten einde aan de zathe daar zij nu opwonen, iedere roede van 14 houtvoeten breed, beginnende boven deLeidijk en strekkende zuidwaarts tot in de veenscheiding, hebbendezal Hylmyghs wezen op 't oost en Yeesel Gawkedr op de westerzijde,iedere roede voor 5 goudgulden en een oord, met consent van FockoTeyensz, grietman van Opsterland en bijzitters, waarbij de koopwordt toegewezen aan heer Pieter van Dekema, als niaarnemer, 30april 1552. Originelen, ieder met een opgedrukt zegel; achterop nr.286.1-9-1552 2085 ; Jelke Gossesz en Hottzie Thyartsz en Wym Gossesdr,echtelieden, verkopen aan heer Pieter van Dekema met zijneconsorten zekere zekere 12 roeden veens gelegen in Langezwaag, 'teinde van de landen en zathe daar Jelke nu op woont, beginnendeboven de nieuwe Leidijk en strekkende in 't zuiden tot aan deveenscheiding, met de grond en alle andere geregtigheden, de koperop de ooster- en de erven van wijlen Goose Gyalts op dewesterzijde, voor 6 goudgulden per roede. Met consent van FockeTeyensz, grietman van Opsterland en bijzitters van 1 okt. 1552.Originelen, met opgedrukte zegels; achterop nr. 301.253 10 mei 1553 2086 ; Thyebbe Attzisz verkoopt aan heer Pieter vanDekema met zijne consorten zekere 9 roeden veens, gelegen inHemricker oostereinde in Sparrebird, iedere roede van 14houtvoeten, hebbende Sweytzma veen op 't oost en Focko Teyens op 'twest, strekkende van de Leidijk zuidwaarts tot in de veenscheiding,met de grond, iedere roede voor 5½ goudgulden. Met consentalsboven, van 1 juni 1553. Originelen, ieder met een opgedruktzegel; achterop nr. 261.10-11-1553 2087 ; Gottert Wyggelis, burger binnen Leeuwarden, verkooptaan heer Pieter van Dekema met zijne consorten 3 roeden veensgelegen in de Hemrik, 't einde van de landen en zathe daar BouweDoedis nu op woont, wwarvan heer Pieter zijn veenen van voors.Bouwe gekocht, op beide zijden; strekkende van de Leidijk tot in deveenscheiding, iedere roede voor 5½ goudgulden. Met consentbriefvan Focko Teyens, grietman en de bijzitters van Opsterland, van 24nov. 1553.1-6-1552 2088 ; Jochem Teyesz verkoopt aan heer Pieter van Dekema metzijne consorten zekere 18 roeden veens, gelegen te Wyngaedorp, 'teinde van de zathe daar Roloff Wyckers op woont, beginnende bovende Leidijk en strekkende zuidwaarts tot in de veenscheiding aldaar,met de grond, Roloff Sygers op de ooster- en Aebele Teyens op dewesterzijde, iedere roede voor 5½ goudgulden. Met consent van FockoTeyensz, grietman en de bijzitters van Opsterland, van 1 juli 1552.


15-6-1552 2089 ; Adzert Sypkez en Anna, echtelieden, verkopen aan heerPieter van Dekema met zijne consorten zekere 18 roeden veensgelegen in Lippenhuizen, 't einde van de landen en zathe daar zijnu op wonen, beginnende boven de Leidijk, strekkende zuidwaarts totin de veenscheiding, met de grond, hebbende Fedde Hennys op dewester- en de verkopers op de oosterzijde, iedere roede voor 5½goudgulden. Met consentbrief op deze koop van Focko Teyensz,grietman van Opsterland, van 15 juni 1552. Originelen, ieder meteen opgedrukt zegel; achterop nr. 258.1-10-1552 2090 ; Sybrant Eentzesz en Saeck Jowkedr, echtelieden,verkopen aan heer Pieter van Dekema met zijne consorten zekere 19roeden en 13 voeten veens, gelegen te Wyngaedorp, 't einde van dezathe daar zij Sybrant en Saeck nu op wonen, Aebele Teyens op deooster- en Teye Sybrants op de westerzijde. strekkende van deLeidijk zuidwaarts tot in de veenscheiding, met de grond, elkeroede voor 5½ goudgulden. Met consent alsboven van 17 okt. 1552.4-5-1553 2091 ; Recepis van M. Vitzinga voor de door de landmeter EbleWybes gelichte koopbrief van 11 roeden 7 voeten veens gelegen inWyngaeterp, verkocht bij Botte Teyens en Goyts Sipkesdr,echtelieden, aan heer Pieter van Dekema met zijn consorten.20-6-1553 2092 ; Focko Teyensz, grietman van Opsterland en AuckSywertsdr, echtelieden, verkopen aan heer Pieter van Dekema metzijne consorten zekere 16 roeden en 14 voeten veens, gelegen in deHemrik, 't einde van de zathe daar Hessel Ellis op woont, iedereroede van 12 houtvoeten, hebbende meester Eewert Nicolay met zijneconsorten op 't west en de erven van Bouwe Lollis op 't oost,strekkende van de Leidijk tot in de veenscheiding, met de grond,iedere roede voor 5½ goudgulden. Met consent van de bijzitters ensecretaris van Opsterland, van 1 aug. 1553.Bij een decretale verkoop in 1570 2093 wordt Focke genoemd alscurator over de kinderen van zijn broer, Jochum Teyens.Over de juiste naam van Auck bestaat onduidelijkheid. In iedergeval lijkt het zo te zijn, dat veel publicaties zonder meer (vanelkaar) aannemen, dat zij Auck Boelens heet. Baerdt suggereert inzijn ‘Nalezing’ 2094 dat er een vermelding bestaat op de Rolle vanden Hove, d.d. 28-9-1557. Daar heet zij Auck SjuerdtsdochterBoelens.Er zijn meer aanwijzingen, die deze naam aannemelijk maken. Er iseen kleinzoon, die Sjoerd heet. Bovendien vermeldt GN een mogelijkfamilielid (broer?), Sjoerd genaamd. De filiatie is daaromwaarschij<strong>nl</strong>ijk, omdat hij eveneens een van zijn kinderen Aucknoemt. Het vermoeden dat de vader van onze Auck inderdaad Sjoerdheette wordt nog eens versterkt, doordat er in 1543 inderdaad eenSuyrdt Boelens leeft. (zie Benef Beneficiaalboeken 1543,


Opsterland: p. 93 Syurdt Boelens erfgenaemen. Als het hier de vadervan Auck betreft, dan was hij dus al overleden voor 1543.Vanzelfsprekend is niet uit te sluiten, dat het hier om een opa ofeen oom gaat.Zie boven: in GN jrg. 48, p. 537. Daar wordt gerept over een SjoerdBoelens, die overleed in 1609 te Leeuwarden en gehuwd was aan Aat(Aeth) Gatzedr. Zij kregen in ieder geval een zoon, Gatze en eendochter, die ook Auck(je) heette. In het artikel wordt het volgendegesuggereerd m.b.t. de familienaam: `Reeds v.1609 blijkt de naam Boelens als achternaam gevoerd te worden'.Daarenboven geven zij aan, dat er wel een voorvader van deze mensenuit Opsterland zijn naam aan het nagelacht geleend zal hebben.Een Auck Syuerts koopt in 1561/62 land te Langezwaag. (Roorda,`Nammen' p. 18; XXIII 1561/62 22 r). Een Aucke Syeurts koopt in1566/67 land te Langezwaag. (Roorda, `Nammen' p. 18; XXVIIa 1566/6719 1).144172. Tammo Hayes Tonckerts, geb Beerta ca. 1523, volmacht van hetkerspel Beerta (1572), overl. na 1577, tr. v.30-8-1554144173. Bilecke Wigbolts, geb. 1531.In 1563 is hij veertig jaren oud. Voor het eerst komt hij voor 30augustus 1554 wanneer Tammo Haye Tonckens te Beerta een rente van12 Rijnse gl. verkoopt uit de hem en zijn vrouw Beyle toebehorendeheer en land en een andere heerd. Op 15 mei 1574 verkoopt MennoTiddinga (zijn neef) een rente van 12 Rijnse gl. uit zijn heerd teBeerta ter vervanging van een rentebrief tot een even groot bedragdd. 30 augustus 1554 over deze heerd, die toebehoorde aan TammoHayo Tonckens en door Menno bij executie gekocht. Deze renten uitdeze haar waren 1558 en 1570 nog door Tammo Hayo voldaan.Op 20 augustus 1561 en 16 september 1561 dienen voor B. en R. vanGroningen zaken inzake beslage dat Johan Tycheler the denColdenborch heeft laten leggenonder Tammo Hayo Tonckerts, wiensberoep 16 september 1561 wordt afgewezen. Op dezelfde dag wordt eenappel van Tammo Hayo, dei beloofd had aan zijn huurder JohanTrapker het loon te betalen, dat deze verdiend had van JurgenOttens de tycheler, eveneens afgewezen.Op 3 november 1562 koopt hij van Sybelke Luppens 8 grazen land. Deverkoper had deze van zijn vader geërfd. Enkele dagen later, 8november 1562, koopt hij van Tijddo Popinga, die verkoopt metmedeweten en toestemming van Menno Houwerda, hoofdafdeling teAppingedam, 10 grazen land te Ulsda, die Tjiddo voor een deel erfdevan zijn vader en voor een deel had gekocht. Tammo Hayo verkooptdeze 18 grazen op 17 november 1563 aan de stad Groningen, waarbijblijkt dat de kerk te Beerta nog 10 grazen, Tammo Hayo Bunnens nog4 en Tammo Ubbens 2 grazen land te Ulsda heeft. Het bezit van TammoHayo Tonckens te Ulsda is groter geweest want 15 oktober 1563 wordtdoor Hans Lutze van Hamborch aan de stad Groningen o.m. verkochteen "ovenhues mit de ... tichelboede ender der oven" door hemdestijds gekocht van Tammo Hayo.Op 16 oktober 1564 treedt Doedo Tyarcks namens hem op tegen AysseHaykens. Als volmacht van het kerspel Beerta komt hij voor op 1 mei1572. Op 24 februari 1573 worden hem in verband met vervallenbreuken gerechtelijk twee akkers ontzegd ten behoeve van AyeltFebens. Op 11 maart 1575 wordt hij gedaagd door de dijkrichter vanFinsterwolde over de betaling van onkosten aan een dijk. Blijkensverkeerde hij toen in financiële moeilijkheden. omdat reeds dansprake is van zijn crediteuren.Tussen hem en zijn kinderen uit zijn eerste huwelijk onstond eenproces, waarbij de kinderen, waaronder nog minderjarige, stelden


nog niets uit de nalatenschap van hun moeder te hebben genoten.,terwijl de crediteuren blijkbaar het tegendeel hadden beweerd. B.en R. van Groningen verklaren 28 februari 1575 die beweringonbewezen en spreken uit dat de kinderen hun deel nog moetenhebben, doch daarbij moeten bewijzen wat hun moeder heeftaangebracht.Luppo Herens procedeert vervolgens tegen de crediteuren over deaanbreng van zijn schoonmoeder Bylcke in haar huwelijk met TammoHayo Tonckens. De ambtman had 7 januari 1576 vonnis gewezen in hetvoordeel van Luppo. In beroep beslisten B. en R. 4 april 1576 datLuppo tegen borgtocht de beslissing van de ambtman ten uitvoer magleggen, onverkort het recht der crediteuren voor St. Jantegenbewijs te leveren. De volgende dag wordt nog bepaald dat Lupponog de laatste punt van de kenning van de ambtman en van de Raadmoet bewijzen, <strong>nl</strong>. dat de goederen van Tammo Hayo Tonckens op desterfdag van zijn vrouw meer waren dan de schulden, alvorens deborg geaccepteerd zal worden.Tussen 5 april en 13 juni 1576 schrijft de namens de crediteurenoptredende Gerard Titsing aan Doedo Tyarcks, richter in hetOldambt, dat hij wegens de crediteuren te Hogebunde (Ofr.) isgeweest en voor de ambtman aldaar enige getuigenissen heeftgeproduceeerd in de zaak van de praetense uitboedeling. Degetuigenis van de goudsmid is later afgelegd en berust onder LuppoHerens. Crediteuren wensen daarop te reageren en verzoeken derichter Luppo te gelasten deze getuigenis te overleggen. Deverklaring van deze goudsmid bleef bewaard, evenals de taxatie vande onroerende goederen van Tammo Hayo's vrouw. Op 13 juni 1576 hadde richter Luppo gelast copie te geven uit de verklaring van degoudsmid.Uit een volgend stuk blijkt dat Tammo Hayo hertrouwd geweest is. Op22 juni 1576 blijken B. en R. een verklaring te hebben ontvangenvolgens welke de erfgenamen van Tyacko Ipens te kennen geven dat decrediteuren van Tamme Hayens hun hebben aangezegd "uting" te doenvan hun zusters goed, welke zuster gehuwd is geweest met TammeHayens. Deze uitboedeling was hun tot dusver belet door allerleiomstandigheden, o.m. omday zij nog moesten scheiden en delen methun oudtante. Men kon niet gewaar worden groot haar deel was. Datdeel is nu geschat en de erfgenamen zijn bereid de uitboedeling tenspoedigste te laten plaatsvinden. Zij verzoeken B. en R. dit temogen doen in aanwezigheid van twee onpartijdige personen "want wybegeren ut de moeyte te wesen".In het geschil kwam zelfs de nalatenschap van Tammo Hayo'sgrootouders Tonckert Frericks en Nanna in het geding, waartegentwee andere kleinzoons van het echtpaar, Aelrick Weerts en MennoLuerts, met hun niet nader genoemde adherenten, opponeerden. Deambtman wees in deze zaak vonnis 20 december 1574, toen dus was eral sprake van crediteuren van Tammo Hayo. B. en R. spraken zich 8juli 1577 over deze zaak uit. Inmiddels was het land van Tammo Hayoreeds bij executie verkocht; zijn neef Menno Tiddinga blijkt 15 mei1574 reeds eigenaar van een heerd, die bij executie werd verkocht.Ander land werd door de crediteuren verkocht, doch dit land bleekTammo Hayo niet in eigendom toe te behoren, doch hem verset tezijn. Koper en crediteuren leggen de zaak aan B. en R. alsscheidslieden voor, die 17 juli 1577 hun oordeel gaven.In geen van de hierboven stukken wordt Tammo Hayo als overledengenoemd.Zijn tweede vrouw komt 17 september voor als voormond over dekinderen van wijlen Tonko Eggens.Uit dit huwelijk:1. Tonkert Tammes, (= nr. 72086).


2. N.N. Tammens, tr. Lupko Herens, smid te Zuidbroek.3. N.N. Tammens.4. Wapke Tammes.144174. Ocko Luppens Ockes, geb. 1542, tr.144175. Bouwe Huninga, geb. 1546.Uit dit huwelijk (volgorde niet duidelijk):1. Aise Ockens, tr. Wyncko Aisses, hopman in Finsterwolde,kerkvoogd in Finsterwolde.2. Luppe Ockens.3. Cebo Huninga Ockens, ambtman.4. Grietie Ockens, tr. Sebo Camminga, te Beertsterhoogen.5. Aijlcke Ockens, (= nr. 72087).168824. Symon Verhoeven.182894. Aelcke Syursma.187072. Tyesse Oeges, boer te Wirdum op Tyessema-zate, overl. v. 1555, tr.187073. Auck Hoytedr., overl. v. 1561.187330. Ryeurdt Lieuwes, eigenerfde op Tyessemazate te Oosterlittens,kerkvoogd te Oosterlittens.Ryeurdt 2095 erfde een rente van heer Douwe Sjoerds. Dat moetlogischerwijs wel een oom van hem geweest zijn. Onduidelijk is, ofdie oom van vaderszijde of moederskant is.Ryeurdt is in 1542 eigenerfde boer op Tyessemazate teOosterlittens. Blijkens het Benificiaalboek doet hij op 31-3-1543als kerkvoogd aldaar aangifte van de landen en renten, die de kerktoekomen. Uit Tyessema moet hij zelf 5 stuivers betalen enhetzelfde bedrag moet hij opbrengen uit een plaats te Wammert. Hijwordt ook enkele keren als naastligger vermeld. Hij stierf tussen1558 en 1561 te Oosterlittens.Kinderen (volgorde onbekend):1. Houck (= nr. 93665).2. Haije.3. Lieuwe.4. Syuert.5. Claes.6. Hessel.187348. Hessel Lolckes Reen, boer te Rien onder Lytsewierrum (1499 en1537), tr.187349. Sibbel N.N.Uit dit huwelijk:Watse (= nr. 93674).Johannes, overl. na 1593, woonde te Tzum en Wommels op Stapert.Volmacht van Wommels en kerkvoogd aldaar, tr. Tjets Hansdr.Stapert.187350. Tyaerdt Hanckes, overl. 8-8-1558, boer te Easterein op Eninga, metHans Epes Stapert volmacht op de Landdag namens de eigenerfden vanHennaarderadeel, kerkvoogd te Easterein (1536), volmacht van de‘buytendycksters’ van Easterein (1548), tr.187351. Lyscke Doeckes, overl. 19-7-1555.Uit dit huwelijk:1. Trynke (= nr. 93675).2. Dr. Johannes Tiara.3. Mr. Doecke Eninga.


187352. Frans Andeles, overl. ca. 1549, woonde op Bockemasate teGruttewierrum onder Lytsewierrum (1529), schepen van Bolsward(1537), tr.187353. Renck Everts.Uit dit huwelijk:1. Harmen (= nr. 93676).2. Evert, tr. Abbe Epes.3. Franske, tr. Hette Riencks.188416. Heer Goyard van Amstel, priester te Bakel (van 1464 tot na28-1-1511)‘Dominus Godefridus de Amstel’ wordt in 1464 toegelaten als eersterector van het nieuw gestichte altaar van Sint Ioannes Baptist enis dat nog in 1510 (in 1524 is Benedictus van Hersel rector). Van1469 tot 1474 vervangt hij de rector van de vicarie, Mr. Henriocusvan Hersel. In 1485 is hij coadjutor van deze rectors.28-01-1511 (1510) Helmond: ‘Heer Goeyart soen wilner Jans vanAmstel Geritssoen’, priester, draagt op aan Goyart van den Goir 15lopens rog erfpacht uit land te Bakel (Helmond R279, fragmentletter E. fol. 1; B.L. 1974, 16).Natuurlijke zoons:1. Jan, (= nr. 94208).2. Gerrit (Gerardus filius naturalis Godefri de Amstel).188424. Jan II van Eynatten, Heer van Neubourg, Gulpen en Margraten, geb.Maastricht ca. 1406, overl. 1461, tr. (1) 1436 Elisabeth deNeufchateau, tr. (2) 1439188425. Alida Bock van Lichtenberg, geb. Lichtenberg ca. 1408.Uit het tweede huwelijk:1. Joannes (Johan III) van Eynatten, (= nr. 94212).2. Arnoud van Eynatten, kanunnik.3. Herman van Eynatten, tr. 31-5-1483 Alida Hoen van Hoensbroeck.4. Margaretha van Eynatten, tr.Gerard van Seraing.5. Joanna van Eynatten, tr. Lambert van den Bosch van Millen.188426. Frederik III van Brandenborg-Bolland, overl. 14-4-1492, tr.2-4-1456188427. Catharina de Crupet (Crupp) dite de Hun.188428. Everart Dirk van Hae<strong>nl</strong>e, geb. ca. 1424, president-schepen vanGemert (1458), tr.188429. Belya Henrick Quedens.188430. Goyart Peters van Lanckvelt, bewoont het slotje ‘De Deel’ teGemert, overl. v. 1474, tr.188431. Jenneken van Gemert.192288. Joest Jans van Segen.194048. Ludeken/Luken tho Dychusen, geb. ongeveer 1390, gegoed teDijkhuizen (Epe), woonde op de Bawenkamp te Epe, tr.194049. Geisa.De vier oudste generaties van deze familie zijn uitgebreidbeschreven in diverse jaargangen van NL 2096 .194592. Dirck Aernts, geb. ca. 1430.194696. Gielis Pietersz., leeft in 1515 op het Zouteveen.196244. Jan Jansz. Besemer, timmerman, heemraad van Ouderkerk aan deIJssel, 1492, 1509, 1519-1529, tr.196245. (Anna) Matthijsdr.


In 1525 getuigt Jan Jansz.(Besemer) tussen Pieter Jansz. en HuychHendricksz.(Besemer) dat Pieter Jansz. de middelkamp gebruiken zalbinnen de Tiendweg en de kamp over de Tiendweg voor zijnkaveling 2097 .196246. Pieter Roelen.223488. Peter Hillebrants de Gier 2098 , hertogelijk Gelders rentmeester inZaltbommel en in de Bommeler- en Tielerwaarden over alle renten,domeinen, accijnzen, tollen, pachten, thynsen, pondschattingen,enz., begr. Zaltbommel (St. Maartenskerk) 16-3-1505.Peter was hertogelijk Gelders rentmeester in Zaltbommel en in deBommeler- en Tielerwaarden over alle renten, domeinen, accijnsen,tollen, pachten, thijnsen, pondschattingen enz, beleend met deCorenweertsch Rijsweert. Anno 1469 bij transport van Arnt van denPoll (Leenakten kwartier van Nijmegen).Hij was gehuwd met een onbekende vrouw. Zij voerde, blijkens deGrafzerk van haar zoon Gerefaes, een adelaar als wapen.Op 16 februari 1502 schenkt Hertog Karel van Gelre bij remissie aan"Peter de Ghijer, dezen en zijn kinderen Hillebrant, Egen,Gerevaes, Peter de bastaard en Robbert van Huijsden, zwager,vergiffenis voor hetgeen zij tegen hem misdreven hadden, enwaarborgt Peter de Ghier het ongestoord bezit der Gemeenschetienden inder Driel, welke hij van Johan Pieck ingelost had".16 februari 1502: Remissy Peters de Ghiir."Wy Kairle van der gnaden Gaitz hertoige van Gelre etc., ind grevevan Zutphen, doin kondt, So PETER DE GHIIR myt synen kynderennementlick Hillebrant, Egon, Gerefais, Peter die Bastert, mytRobert van Huesden oeren zwaiger, sich eyn tiit verleden frevelickgehalden ind anders dan sich geboirden tegen ons ind die onsebewesen, wairby sy ont to liiff ind to goede broickhafftichgevallen, ind soc in onsen ongnaden komen siin;Bekennen wy hertoich voirsc. vur onss, onse erven ind nacomelingen,dat wy um sunderlinge in die eer Goitz almechtich, ind avermitztuschenspreken ind bede etzlicker frunde, die onss eyn redelickebeteronge togededrngt hebben, den vuergen. PETER DIE GHIIR myt allesyne kynderen inddochter man vuergen., myt onss guetlick laitenscheyden, ind oeren alremysdaiden off broicken, dair sy onss ondonser herlichheyt semptlich off besunder umb saicken will vurs. offanders, in eniger manieren, tot desen dage toe data dis brieffs, idsy to liiff off to goide verfallen siin, moegen myt worden off mytwereken off myt enigerhande ongehoirsamheyt, frevell offversuemenisse, woe off in wat manieren die oick geschyet mochtensiin, altesamen guedelick aversien ind van grond onss hertenquytgescholden ind vergeven hebben, quytschelden ind vergevennochin c TLRft dis brieffs; ind en willen noch en sullen tot hounoch synen kynderen off dochterman vurg. enige ticht offtoespraicke hebben off behalden, in eniger manieren; dan willensulx guedelick gantz van onss stellen in alre maten, off sulx nyetgeschiet en were; gelaivende in goeden trouwen sy semptlick indbysonder in gebruyck oerer guederen te halden, ind doen halden,oick geliick anderen onsen gueden ind getrouwen ondersaiten onseleenrechten, diickrechten indstatrechten tlaiten wederfaeren, dairsy sich myt an halden ind vortan as guede trouwe ondersaitenschuldich siin bewysen, wairby wy sy dairen teyntz vur alle gewaltna onder machten beschudden ende beschermen ind hon ind eynenyetlicken van hon eyn guedich her oick siin sullen.Ind assden tuschen ons ind PETER vursc. bevurwart is, dat hyirstzdaigs syn remissie, hy van onss heff, beruerende denGemenschen thienden ind oick die vur remissie ongecanselliert tot


onsen handen stellen sall myt eyner gerichtlicken vertichenissealla syne rechten, hy off diezynen totten selven thyenden gehadthebben off noch hebben moigen, in behoeff onss, onser erven indnacomelingen, in welken, gegeven in den jairen van soeven endetnegentich opten heiligen Dertienavent, wy ind onssen erven PETERind zynen erven vergeven ind benadet hebben alle tghene hy bis dendage toe onss off onser herlicheyt mysdain off gebroikt hedde, soewail van gebreke siinre rekenschappen van den ruyterpennygen vanDryell, Rossum ind Herwerden ass oick van sinns rent meisteramptzwegen off van enige anderen dingen, nyet dairvan uytgescheiden,avermitz der gehorlicke beteringe van vierhondert enkele gulden, hyons doe bynnen onser stat Zaltboemell en gereden pennyngen betailtind die andere affgesproicken hefft, welcke averleveringe vursc.hon nochzynen erven der remissy ind punten halve halen vurg. as offin toekomendetyden nyet hynderlick, dan evenwail sullen die vanonss ond onden erven PETER ind synen erven ongeverlick vergetensiin en blyven, geliick ind ir alre manieren off die nochongecancelliert to PETERS handen stunde.Hebben wy hon wederomme toe doen seggen ind vestlick gelaifft,toeseggen ind gelaven noch vermitz desen tegenwordigen onsenbrieve, dat hy alle verschenen onbetailde paichten dairvan,beheltlicke dieghene die nu up Jacobi neestkommende onss verschynenweden, van onser wegen sall moegen doin uytpeynden ass vyander guetind to syner nut ind besten boeren ind keren ass siin eygen properguet, dar hon onse amptman to synen gesynnen alle behulp dessrechten to doen ind laiten sall.Ind is voirtan beka<strong>nl</strong>t, soe HELLEBRANT DE GHIIR onse rentmeister inBoemeler- ind Tielrewerden eyn tiit lanck is geweist, dat wyvermitz onsen rekenmeisteren siin rekenschappe van zijner ontfanckind uytgeven, ass hy schryfftlick van onser wegen dairtoe versuechtwert, guetlicke sullen laiten hoeren ind doirsien, ind allet wes opreden steyt, doin passyeren ind siin compensacy gburlick laitengeven, sonder hon darinne myt beytichten tdoen beweren of laitenverkeren, dan allet wes hy bewiislick then affteren sy, gutlickdoin betalen off gewysen, alsoe dat hy des dillieke eyn benugenhebben sall. Bevelen daromme U, Jasper van Merwiick, tess tiit onseAmptman, ind allen anderen na hon in onsen lantschappe vanBoemelre- ind Tielrewerden tot onse amptman gesat werden sullen,dat ghy den vurg. PETER DIE GHIIR myt synen kynderen vurgen., dessonsen tegenwoordigen remissy doin ind laiten gemeten, also dat syonbehyndert van U off oiwen dienre oers guetz rastlick indvredelick moigen gebruycken, sonder dat hon wes dairin gedraigenwerden in eniger manieren. Want sulx onsse gantze will ind meyningeis. Sonder alle argelist desse to oirkonde der wairheyt ind vasterstedicheit hebben wy hertoch vurs. desen onsen tegeenwordigensegell an desen onsen brieff doin ind heyten hangen. Gegeven in denjair onss Heren duysent viifhundert ind twe dess woensdaiges postInvocavit". (ARA Arnhem, Hertogelijkarchief XIV Libri, VI fol.LXIXv en LXXv).Uit dit huwelijk:Hillebrant Peters de Gier (= nr. 111744).Egon Peters de Gier, richter in den Bommelerwaard (1518).Hanrich Peters de Gier.Gerefaes Peters de Gier, overleden Driel in het jaar 1553 enbegraven onder de toren van de tegenwoordige N.H. kerk te Drielonder een zerk met het wapen De Gier. Hij was gehuwd met MARGRIET,overleden Driel op 10 december 1567 en begraven bij haar man.Jan Peters de Gier.223696. Reyer Goertsen, tr.223697. Lysbeth Jansdr. Sterck


223698. Oth van Heuckelom.Kinderen:1. Jutta van Hoeckelum van Rosendale.2. Ott van Hoecklum Ottensoon.3. Jan van Hoicklum.4. Rutgera van Huecklum5. Ott van Hoeckelum Ottensoon.224784. Staes Dircksz. van Hemert, schepen 1488-1534, dijkgraaf enkerkmeester te Nederhemert, overl. 1534.224800. Aert de Cock, schepen Nederhemert 1522-1535.224828. Seger van Emmichoven, tr.224829. N.N. van Rijswijck.224830. Jan Staesz. van Hemert, schepen Nederhemert, overl. v. 1536.224831. Peterke Wolter Gijbertsdr., overl. v. 1559.233728. Gert/Geert to Lasonder/Lasunder den Olden, geb. Enschede ca. 1500,boer op Lasonder, overl. in of na 1578.233730. Wolter Brouwer.233732. Berend Cost, tr.233733. Wobbeke N.N., overl. Enschede tussen 1581 en 1584.233760. Rotger Stroink/Strodinck 2099 , geb. Delden (Stad) ca. 1510, koopmanenherbergier te Delden, overl. v. 20-10-1577, tr.233761. Jenneken N.N., geb. tussen 1500 en 1520, overl. in of na 1578.Rotger Strodinck, koopman en herbergier te Delden, koopt met zijnvrouw Jenneken van Werner Scroden en Katharina het Lucas Meijershuisaldaar, belend door Hendrik Rygers en Berent ten Waerklers(1540), treedt op als momber voor Elsken Lambers Borgersche thoDeventer (1548), koopt een stuk grond achter zijn huis vanChristoffer Reyger en Fenna (1553).Op 20-10-1577 koopt Jenneken Stroynges, "wed. van Zaliger RotgerStroynck van Dette Reygers, gewissen huisfrouwe van zaliger Gerijdtten Luttickhuys, een stuk Lindes oft camp gelegen in Reygersrijkett tussen Berend die Bunthe ende Ghoede Reygers landt, samptgelegen in gericht van Delden ende in der buerschap tho Oele".Uit dit huwelijk (geb. te Delden):1. Albert Stroynck, (= nr. 116880).2. Bertolt Stroynck, overl. verm. 1578-1609, koopman en herbergierte Delden, treedt op voor zijn moeder (1573) en voor zijn broerAlbert (1578), tr. Trude N.N.233788. Pelgrim Cost, geb. tussen 1521 en 1558, burgemeester van Enschede,overl. tussen 1597 en 1600, tr.233789. Ale Lasonder alias Smit of Toytelinck.233790. = nr. 116864.233791. = nr. 116865.Generatie XIX262144. Aernt N.N., tr. ca. 1510262145. Jouck N.N., overl. na 16-9-1511.Jouck, van wie we het patroniem niet kennen, is o<strong>nl</strong>oochenbaar demoeder van Sierck Arents (= nr. II). We weten van het bestaan vanJouck, omdat zij in de Aanbreng van Hennaarderadeel tweemaal wordtgenoemd als weduwe van haar eerste man, Sierck Hanckema. Jouck komtin 1511 voor op de posten 1318 (te Eedens) en 1332 (te Hennaard).


Later zal haar zoon Sierck Arents die bezittingen als erfdelen tegelde maken:“Pieter Pieter zoen heeft 80 pondematen ende geeft (...) BenedicxSybrens zoen 14 fl. ende Jouck salige Sack (lees: Sierck) Hauckemaweduwe 10 fl. 8 st. (...)”. 2100“Syts Montiama heeft 20 pondematen hoochlandt ende 60 leech endegeeft Jouck Sierck Hankama weduwe 5 fl. 14 st. (...)”. 2101Een zoektocht naar Arent in de schaarse bronnen (inclusief hetRegister van Aanbreng van Hennaarderadeel) leverde geen uitsluitselover zijn identiteit op. Mogelijk is hij van elders afkomstig, ofgewoonweg niet vermeld. Van Arent is dus, behalve het patroniem vanzijn zoon, eige<strong>nl</strong>ijk niets met zekerheid bekend. Een zoektocht naarArent in de schaarse bronnen, waaronder het Register van Aanbrengvan Hennaarderadeel, leverde geen uitsluitsel over zijn identiteitop. Mogelijk is hij van elders afkomstig, of gewoonweg nietvermeld. Als hij wel in het Register van Hennaarderadeel opgenomenis, komen twee personen in aanmerking: op post 1208 2102 komt voor‘Aencke toe Letens’ en op post 1329 2103 is sprake van ‘HeerAensken’, denkelijk de geestelijke van Hennaard. Van Arent is dusniets met zekerheid bekend. Toch zijn er wel aanwijzingenOpmerkelijk is bijvoorbeeld dat zijn nazaten enkele malen gebruikmaken van de familienaam ‘Sickma’ 2104 . Dat kan een afgeleide zijnvan een voor de hand liggende familienaam, in dit geval ‘Sierksma’,maar er is ook een andere verklaring mogelijk.In de Rentmeestersrekeningen is enkele malen sprake van eenSickemazate te Wommels 2105 , Hennaarderadeel. Homme Doeckes en Wyts,alsmede Iets Wopckedr. kopen in 1555-56 land in Sickema te Wommels.Terwijl Wopcke Ayties rond die tijd landen uit diezelfde zateverkoopt. Twee jaren later koopt Sjoerd Gosses landerijen uitSickema. Een volgende vermelding is in 1557-58. Kan het zijn, datde naam ‘Sickma’ verband houdt met deze familie? Bij het Registervan Aanbreng van Wommels wordt overigens geen enkele zate met dienaam aangeduid. Dat hoeft echter niet te betekenen dat Sickema toenniet bestond.De hierboven op post 1318 te Eedens genoemde Benedicx Sybrens komtlater regelmatig voor met de toevoeging “toe Hagens”. Jaren laterblijkt dat er via zijn vrouw sprake is van een familieband metSierck Arents, al blijft de exacte verhouding toch weeronduidelijk. In 1538 legt Benedicx Sybrens toe Hagens namelijk hetniaar op een verkoop door Sierck Arents “soe zijn wyff naebloedtvande vercoper is”. 2106Uit het huwelijk van Arent N.N. en Jouck N.N. (in ieder geval):1. Sierck Arents, (= nr. II).De geschetste namen komen in dezelfde geoGrafische en socialecontext allemaal voor in een artikel in GJ 1984 2107 . Er valt eenvoorzichtige stamreeks uit te halen, waarbij nadrukkelijk gesteldmoet worden, dat het om een constructie gaat. Daarom wil ik dieconstructie los zien van de eige<strong>nl</strong>ijke stamreeks.C. Arend N.N.s) Heer Aensken, geestelijke te Hennaard (1511), xJouck N.N.Bij de Aanbreng van 1511 is ‘Heer Aensken’ de eerste post teHennaard (1329). Zijn bezit bedraagt 50 pondematen en hij wordtaangeslagen voor 17 fl. De pastoor komt verder te Hennaard eenaantal malen voor op de posten 1330, voor 24 st.; 1331, voor 20 st.


van pacht; 1332, voor 6 ½ fl. en 1 oirt stuvers; 1333, voor 17 st.;1336, voor 6 st.; 1337, voor 10 st.; 1339, voor 25 st. ‘ende eenpondemate leechlant’ 7 stuver en te Oostereind op post 1365, waarPier Meylahuys de pastoor te Hennaard 2 ½ st. geeft.Met name de post op 1332 is zeer interessant: Daaruit krijgt JouckSierk Hanckema weduwe 5 fl., 14 st. en de pastoor van Hennaard,Heer Aensken dus, 6 ½ fl. en 1 oirt stuvers. Hierboven zagen we datSierk Arents in 1536/1537 een rente verkocht van 9 ph. g. Uit‘Monthiema sate’ te Hennaard aan zijn halfbroer Sierck SiercksHanckema. Uiteraard kan Sierk het ook in handen gekregen hebben viazijn moeder, die in 1511 immers ook een deel van deze zate bezit.Opmerkelijk is verder dat in 1558 het ambt van pastoor te Hennaardvervuld wordt door Mr. Pier 2108 . Hij kan een zoon zijn van depastoor uit 1511 en zelf vader zijn van Arend, Berend, Sierk, AukePierszonen, die op hun beurt weer ooms zijn van de kinderen vanSjoerd Sierks.Wat hiervan te denken: Gatze Piers bewoont in 1511 een cleyn huystoe Greate Wyns te Aesterend, dit is plaats no 21 in het Stemcohiergroot zo'n 10 p.m. nabij de Sjaarda State. Aangebracht door HaringhWyns op zijn eigen leen "groot 69,5 p.m." een gedeelte in leen vanhet klooster Thabor. Door de ligging van dit land zouden wemogelijk hem als zoon mogen zien van Pier Sjoerds Meylema, aliasEnninga, alias Ydzama, welke in 1511 de Sjaarda State in gebruikheeft. Hij is dezelfde als Mr. Gaatye Peterszn, die in de tijd vande Grietman Watze Roorda van 1542/1545 keizerlijk notaris ensecretaris van Hennaarderadeel is. In die tijd heeft hij eennotitie geschreven over de Friese costuums (gebruiken) inHennaardedeel. Tevens genoemd in een testament van 21 juni 1545 alssecretaris van Hennaarderadeel. Overleden voor het jaar 1552,aangezien hij niet meer genoemd wordt op het Monstercedel vanHennaarderadeel 2109 .B. (?) Syuerdt Piersz.Syuerdt 2110 is in 1511 eigenaar van het grootste deel van Eninga teOostereind te Hennaarderadeel en van het Hoytehuis te Itens. Hijzal rond 1465 getrouwd zijn aan een tot dusverre onbekende vrouw.Als zijn erfgenamen opponeren in 1529 Tiaert Hanckes, wonende teOostereind op ‘Eemge Huys’ en Sicke Hoeytezoen, wonende te Itens,tegen de aanbreng van Sierk Donia van het recht op zwanenjacht.Kinderen (volgorde onbekend):1. Douwe Syurdts.2. Hoyte Syurdts.3. Teth Suyrdtsdr., tr. Doecke N.N.4. N. Syurdts.5. (?) Arent (Syurdts).A. Pyr Idtsma/ Peder Ydzama 2111In de nalatenschap van Hoyte Sipkens uit 1565 is onder anderesprake van ‘brieven beroerende Pyr Ydtsma’. Deze man zalongetwijfeld dezelfde zijn als Peder Ydzama, die op 18-8-1450 alsmederechter van Hennaarderadeel zijn zegel hechtte aan eenkoopbrief, net als de grietman Jarich Eposoen te Wommels en deandere mederechter, Jelle Koyfen. De schrijvers van het artikel uithet GJ, gerenommeerde (Friese) genealogen, nemen aan dat Pier devader is van Syurdt. Ik volg hier die zeer aannemelijkeveronderstelling.Kinderen (volgorde onduidelijk):1. Tjets Piersdr.


2. Syurdt Piersz. (= nr. 749320).262146. Saecke Herjusma (ook: her Juwsma en Juwsma), alias Saecke toeBeets, gevolmachtigde van Opsterland (1525), accijnsmeester vanSmallingerland en Opsterland (1524-1526) en grietman vanSmallingerland (1527, 1528, 1531), tr.262147. Weemel N.N.Saecke Herjuwsma duikt ook op in de archivalia als “Saecke toeBeets”. 2112 Hij is in 1525 gevolmachtigde van Opsterland. 2113 In dejaren tussen 1524 en 1526 wordt hij vermeld als accijnsmeester vanSmallingerland en Opsterland. 2114 Daarna wordt hij op 16 juni 1527benoemd tot grietman van Smallingerland. 2115 Ik tref hem verder eenaantal keren in die functie vermeld in 1528. 2116 Saecke is ook noggrietman in 1531, wanneer hij consent verleent op een koop van tienroeden veen te Opeinde. 2117 Van Saecke Herjuwsma wordt overigens welgefluisterd, dat hij gelieerd zou kunnen zijn aan de bekende JemmeHerjuwsma, die in 1512 vanwege verraad te Leeuwarden werdonthalsd. 2118 Op basis van de opmerkelijke familienaam Herjuwsma isdat een aa<strong>nl</strong>okkelijke gedachte. 2119 Enige verdere grond voor eenfiliatie ontbreekt echter volledig en uit het materiaal dat welvoorhanden is, valt eige<strong>nl</strong>ijk eerder het tegendeel af te leiden. 2120De familienaam `Juwsma” komt overigens in de zeventiende eeuw laterzeer verrassend in de hieronder besproken familie terug. Hij wordtnamelijk een enkele keer gevoerd door de kleinzoon van SierckSaeckes (= nr. III, zie hieronder), Sierck Saeckes Juesma. 2121Daarnaast bedient – als om elke mogelijkheid op toevalligheid uitte sluiten – ook diens oudste zoon zich van die familienaam:Manglius Siercks Jousma. 2122Er is uit de echtverbintenis tussen Saecke Herjuwsma en zijn Weemeltot op heden in ieder geval één dochter bekend: Jel SaeckesHerjuwsma. 2123 Zij trouwt met Eemcke Geuckes, die geboren is teOudega rond 1520 als zoon van Geucke Gotthies en Ansck N.N. Eemckeoverlijdt op 15 januari 1577 en hij is bijzitter en substituutgrietmanvan Smallingerland in de periode van 1542 tot 1550. Van1550 tot aan zijn dood is hij grietman van Smallingerland: alsopvolger dus van zijn zwager, Sierck Arents.262148. Theye Aebelens, geb. ca. 1480, overl. v. 8-2-1547, tr.262149. Tyetie N.N., geb. ca. 1483, overl. Duurswoude na 22-6-1547.Teije komt tweemaal als `Duerswâldmer' voor in deBeneficiaalboeken. In 1520 en ook nog in 1543 wordt hij genoemd alslandeigenaar aldaar: `Teye Aeblis opt west' en `in Feye(verschrijving) Aeblis posses'. Het gaat o.a. over de Bexterwerrenen de Quaerns, die gronden zien we later terug bij deboedelscheiding van zijn kleinkinderen uit 1597.28-6-1510: grietman en mederechters van Opsterland geven Teye Ablezin consent op de aankoop van 4 roeden land met houtopstand. ‘Syurdfeyke zin Jn opsterlant gretman van weynr ws genedigen heren vansassen etcetera mey ws mede riuchteren hliet ende bekenne mey disseepene breff hoe dat syne syte zin hat vorcaepit teya able zin fyerrode landes jn syne saete opde oster egge myt dat holt welckelanden synt trya reyse baeden wr de landes waer ende wr 'da'tzerckaalsmen dat scheldych is tho dwaen ney jnhalt ws genedigen herentrachtaten ende nemmen jsser kommen deer dissevorscreuen caep hat schot off wersse wer om jck consenterye devorscreuen caep jn syn folle macht ende teya ende syn neykomen jntbesyt der landen vorscreuen


ende bifoln jst alle mannen ende alle handen byda haxta follinghedeer wy wt mogen jaen van weyne ws genedigen heren van sassen datmen teya disse vorscreuen landen myt dat holt leet restelick endevredelick bruke also lanck als hy off syn eruen deer weer van kommemey riuchte tyngen all arg wt seyt screuen jnt jeer XVc endeX op sunte peter jown onder myn selues sighel ( TLR, VerzamelingEpkema 48. Origineel, papier; het opgedrukte zegel overgeplakt. Indorso: Sywart feyke zin Jn opsterland gretman Jn op (XVIII) Abeles.Teyens 2124 .1522 2125 . Sebastian Mart. Verkoopbrief van een zate lands gelegen inSygherszwolt geheeten Anne Reytges stede, door Jeldert Hepke'z. aanTeye Abelens. Bezegeld door Sywert Feykens grietman in Opsterland.1524 2126 . Sebast. mart. Verkoopbrief van 9 R. lands gelegen inZigerswoilt in Anne Reytges state door Idze Bouwens Stellynck aanTheye Abelens. Bezegeld door Sywert Feyke's.TLR, Hof van Friesland, Quaclappen, T. 14, Inv. nr. 16687, p. 418,d.d. 11-7-1531: Theye Aebelens wint een proces, waarbij hij alseiser optrad tegen Assele Vranck Roeloffs wed. en Hans Geerkezn.num. ux. De gedaagden moeten `den baer daeromme' voldoen:klaarblijkelijk was er dus onenigheid over een contract ofovereenkomst. Er moest binnen 1 maand naastkomende betaald worden.Hof van Friesland YY3-491, d.d. 8-2-1547 en 511, d.d. 22-6-1547:`Tyetie, wed. Teye Eebeles'.Teije had dus dertien kinderen. Met enige regelmaat duiken er danrond het midden van de zestiende eeuw personen in en rondOpsterland, die een kind van Teije zouden kunnen zijn. Zo ook inFriese testamenten, p. 402. Daar wordt een Joachum Teye zoengenoemd. Waarschij<strong>nl</strong>ijk is de naam van zijn vrouw Wythe Gottersdochter. Zij ontvangen bezit van Fedde Wyrs `wonende thoe Beets'.Teye is overleden tussen 1543 (Benif. boeken) en 8-2-1547 (HvF YY3-491, d.d. 08-2-1547: `Tyetie, wed. Teye Eebles').Teije had dus dertien kinderen. Met enige regelmaat duiken er danrond het midden van de zestiende eeuw personen in en rondOpsterland, die gelet op de naam, tijd, plaats en bezittingen eenkind van Teije zouden kunnen zijn. Zo ook in Friese testamenten, p.402. Daar wordt een Joachum Teye zoen genoemd. Waarschij<strong>nl</strong>ijk is denaam van zijn vrouw Wythe Gotters dochter. Zij ontvangen bezit vanFedde Wyrs `wonende thoe Beets'.Nog een betekenisvolle vermelding: op 1-10-1552 2127 ; Eebele Teyezverkoopt aan heer Pieter van Dekema met zijne consorten zekere 15roeden veens min 3 voeten, iedere roede van 14 houtvoeten lang,gelegen te Wyngaedorp, 't einde van de zathe daar Eebele nu opwoont, heer Pieter voors. op de ooster- en de westerzijde, strekkende van deLeidijk zuidwaarts tot in de veenscheiding, elke roede voor 5½goudgulden. Met consent alsboven van 31-10-1552.288344. Hayo Tonkerts, geb. ca. 1483, "Huismeester" op Ulsda, overl. 1567,tr.288345. Frouwe N.N.In 1567 is Hayo "Huismeester" op Ulsda.Hayo Tonckens te Beerta, oud 80 jaren wordt in 1563 met Tomma HayoTonckens, oud 40 jaren, gehoord over Ulsda. Hayo Tonckens komtverder voor in een verklaring van 15 mei 1544.Uit dit huwelijk (in ieder geval):


1. Tammo Hayes Tonkerts, (= nr. 144172).2. Haye Unckens, geb. 1529.288346. Luppo Ockens, te Finsterwolde.374144. Hoyte Sjoerds, tr.374145. (?) Lyoets N.N.374660. Lieuwe N.N., tr.374661. N.N.Deze schakel is tot dusverre niet terug te vinden in de bronnen 2128 .Toch moet Lieuwe of zijn onbekende vrouw een zoon respectievelijkdochter zijn geweest van Syurdt Piers (= nr. 749320). Dat valt opte maken uit het feit dat twee kinderen van Lieuwe een deel uit deerfenis van heer Douwe Syurdts bezitten.Van Lieuwe is niet veel meer bekend, dan dat hij voor 1511overleden is en eigenaar was van Tyessemazate en van het grootstedeel van het Teyskegoed, beide onder Oosterlittens gelegen.Kinderen (volgorde onbekend):1. Auck.2. Wybe.3. Ryeurdt (= nr. 187330).374704. Andele Hinnes, burgemeester van Sneek (1508), tr.374705. Syew N.N.Uit dit huwelijk:Frans (= nr. 187352).Aelcke, tr. Wybe Tiummes.376832. Jan van Amstel, overl. v. 30-5-1465, tr. v. 1440376833. Mechteld Goyardsdr. Karper, afkomstig van Vlierden.1412 juli 23, ‘s-Hertogenbosch. Jan van Amstel, zoon van wijlenGerrit van Amstel, verkoopt aan Jan Stockelman de hofstede met huisen toebehoren genaamd Diersdonc, gelegen in de parochie van Bakel,welke hofstede wijlen Gerrit van Amstel gekocht had van Gevaert vanDoerne Everardsz. Jan Stockelman en Wouter zijn broeder stellenzich met al hun goederen borg voor de nog te betalen som van 79gulden.(‘s-Hertogenbosch R 1187, fol. 463).1443 juni 6, ‘s-Hertogenbosch. Deling tussen de kinderen van wijlenGoyard Karper, te weten: heer Goyard, priester, Henrick, Jan enWillem, Jan van Amstel als man van Mechtel, Ansem Kyevit als manvan Griete, en Hermanna, dochter van wijlen Herman Colen, weduwnaarvan Katherina.De deling betreft 11/2 folio klein geschreven opsomming van rentenen goederen, W.O. een huis in Aarlebeek, het goed ten Horevoirt,gelegen aent Overschoet te Bakel, hetwelk aan Willem Karper en Janvan Amstel komt, het goed de Schout, land in de Weerd, een huisonder Stiphout enz. enz.(‘s-Hertogenbosch R 1213, fol. 103; in B.L. 1974, voetnoot 50,abusievelijk opgegeven als R 1214).Uit dit huwelijk:1. Heer Goyard van Amstel, (= nr. 188416).2. Henrick van Amstel, met zijn ouders en zijn broer vermeld in1499.376848. Joannes van Eynatten, ridder, tr. 24-11-1398376849. Joanna van Neuborg (Gulpen en Margraten), geb. Gulpen.


Uit dit huwelijk (van Eijnatten-van Neuborg) (Bron Jac. VanNijnatten):1. Theobald van Eijnatten, afkomstig uit Obsinnich, overl. na 29-7-1452, tr. Catharina van Mulken.2. Joannes van Eijnatten, (= nr. 188424).3. Joanna van Eijnatten, tr. Joannes van den Bongart.376850. Rogier Bock van Lichtenberg, tr.376851. Jeanne van den Bosch.376852. Dirk II van Brandenbourg-Bolland und Stolzembourg, drost vanLimburg, overl. 1453, tr. v. 23-11-1419376853. Agnes de Glymes, geb. Saint-Paul-sous-Wavrin, ca. 1405, vrouwe vanSaint-Paul-sous-Wavrin.376854. Gilles (Egidius) de Crupet, geb.ca. 1405, heer van Crupet, tr.376855. Catherine de Longchamps, geb. ca. 1407.376856. Dirk Evertssoen van Hae<strong>nl</strong>e376860. Peter Goderts van Erpe (van Lanckvelt), overl. v. 1415, gegoedo.a. te Erp, Vlierden (Brouwhuis) en Mierlo, tr. v. 28-8-1394376861. Jonkvrouwe Loesbeth Goyarts van Bruheze, overl. na 25-5-1422, tr.1e N.N..376862. Goyart van Gemert, overl. na 6-6-1439 tr. (2) ca. 1400376863. Kathalijn Hermans van Os.Uit dit huwelijk: (Bron Hans Vogels)1. Sophia Goyarts van Gemert, tr. v. 1422 Jan Janszn. van Brunheze,overl. v. 1440.2. Dircken Goyarts van Gemert, overl. v. 1451, tr. Gerit Geritszn.van Pless/Plese/Pleijs, overl.v. 1473.3. Jenneken Goyarts van Gemert.384576. Henske Jans van Zegen, tr.384577. Johanna Johannesdr. Bor.389184. Aernt (Aernts), geb. ca. 1390.389392. Pieter Gielisz. geb. ca. 1435, overl. in of v. 1485.392488. Jan Pietersz. Besemer 2129 , vermeld te Ouderkerk aan de Ijssel1474-1476 2130 .Hij komt ook voor als Besemer Pietersz en een enkele keer als JanPietersz, heemraad van Ouderkerk 1474-1476, ontvangt op 13-6-1462een "warnic" van Jan Bouwensz, Willem Jansz (zijn zwager) enHeinric Pietersz (zijn broer) van al het land dat zij hebben in hetweer waar Besemer woont, op 10-4-1473 beleend met 12 morgen landbij overdracht door Gerard Michielsz, overleden voor 17-6-1476 alszijn zoon Adriaan (nog minderjarig) beleend wordt. Hij was gehuwdmet N.N.392490. Matthijs Jacobsz., te Krimpen aan de IJssel, leenman, heemraad,overl. v. 1539.446976. Hillen/Hillebrant Peters de Gier, overl. rond 1461, schepen in deHoge Bank van Driel (1460), Beleend met zijn vaders goed in denKivitshamme 1420 "Den Corenweertsche Rijsweert tegen denCorenweert (te Driel) gelegen, met alle sijnen anval, gewin endeverlies tot Zutphensche rechten eerst te leen gemaeck bi Hillen deGier, anno 1436".Zijn kinderen bij een onbekende vrouw:Peter Hillebrants de Gier (= nr. 223488).Arnt Hillebrants de Gier, ook genaamd van den Pol, beleend met denCorenweertsche rijsweert (1461).Grrit Hillebrants de Gier, beleend met het land in den Kivitshammete Driel.


Johannes Hillebrants de Gier, vicaris in Driel, overleden inseptember 1479 en begraven in de kerk te Driel.Maria Hillebrants de Gier. Zij was gehuwd met Herman de Bije,overleden in het jaar 1470, zoon van Hendrik Hermans de Bije enGeerrtijt Heijm.447396. Ott Ottens van Hoicklum, tr.447397. Jutta Johans van Culenborch.449568. Dirk de Bastaard van Hemert, armmeester Nederhemert 1453-1471.449600. Adriaen die Cock, schepen Nederhemert 1485.449658. Joost van Rijswijck, geb. ca. 1450, overl. ca. 1509.449660. = nr. 224784.449662. Wolter Gijsbertsz., geb. ca. 1475, overl. v. 1528.449663. Hilleken N.N., overl. v. 1528.467464. Pelgrom Cost, overl. in of na 1535467465. Jutte Clant, geb. tussen 1475-1515.467520. Aerndt Stroink 2131 , geb. ws. Goor tussen 1475 en 1488, koopman enherbergier te Delden, burger van Delden (1512), overl. Delden(Stad) na 1547, tr.467521. Heile N.N.Arndt Strodick, koopman en herbergier te Delden, burger van Delden(1512), koopt met zijn vrouw Heylle een huis in de Monnickstraat teDelden (1520) van Rijtze de Meijers Albersdr.Richterambt Ootmarsum, buurschap Geesteren:De tiende over Vrilinc en Hillbeding gelegen in Twente in debuurschap to Gheesteren in Oetmersemer kerspel.Vanaf 1333 komt de naam Strodin(c)k geregeld voor te Goor. Hier zoude herkomst van dit geslacht kunnen liggen. De betekenis van denaam is : woonplaats ("ink") bij een beek of rivier ("stroot").Op 12-2-1547 treedt Egbert Stroynck op voor hemzelf en alsgemachtigde van Katharina Klaphouwers in proces tegen Goessen vanRaesfelt, Drost van Twenthe, over een schuld wegens gemaakteschoenen. Hij treedt samen met zijn broeder Rotger Stroynck op alsgemachtigde van zijn vader Arent Stroynck tegen Goessen vanRaesfelt over landgebruik en drank.Lapikas meldt verder: ca. 1379-1382 : Rutgher Stroedinc.Is hij mogelijk een voorvader van Arndt?Uit het huwelijk (geb. te Delden):1. Egbert Strodinck, overl. 1581-1587, schoenmaker, komt voor inacten (1571,1573,..), provisor van het Onze Lieve Vrouwen GildeBeate Maria Verge (1576), burgemeester van Delden (1576, 1581), tr.Ale N.N. Uit dit huwelijk waarschij<strong>nl</strong>ijk geboren : a. ArendtStroynck, vermeld (1578..1587).2. Rotger Strodinck (= nr. 233760).467576. Johan Cost, burgemeester van Enschede, tr.467577. Anna N.N.467578. Johan to Lasonder, overl. in of na 1575, tr.467579. Fenna N.N.467580. = nr. 233728.467581. = nr. 233729.Generatie XX524288/9. (?) Syuerdt Piersz.Syuerdt 2132 is in 1511 eigenaar van het grootste deel van Eninga teOostereind te Hennaarderadeel en van het Hoytehuis te Itens. Hijzal rond 1465 getrouwd zijn aan een tot dusverre onbekende vrouw.


Als zijn erfgenamen opponeren in 1529 Tiaert Hanckes, wonende teOostereind op ‘Eemge Huys’ en Sicke Hoeytezoen, wonende te Itens,tegen de aanbreng van Sierk Donia van het recht op zwanenjacht.Kinderen (volgorde onbekend):1. Douwe Syurdts.2. Hoyte Syurdts (= nr. 374144).3. Teth Suyrdtsdr., tr. Doecke N.N.4. N. Syurdts (= nr. 374660 of 374661).576688. Tonkert Fredericks, geb. Beerta ca. 1440, kerkvoogd in Beerta(1509), tr.576689. Nanna Ewens, wellicht dr. van Lupko Ewens en Anna Writsers.Op 17 juli 1485 verklaart Toncerkt Fredericks, buur en kerspelmante Beerta, ten overstaan van Boel Tyddinghe, Frederick Thyabbes,Johan Boebe en Roetgher to Osenbrugh "zo Popko in der Beerde woldespreken van Elten Herdes weghen up metteken Takens Heerde" teBeerta "um welcke nae latene gueden" , "dat sal ick Toncker affdoen van allen recht waer dat gheleghen buten Elten schaden"(Niedersachsisches Staatsarchiv Osnabruck, Dep. 3 a 1 X II B113,11).Op 10 juli komt Tonckhart Fredericks voor als kerkvoogd te Beerta.Op 8 juli 1577 diende er in appel een zaak tussen Aelrick Weerts enMennu Luerts enere- en de crediteuren van Tammo Haye Tonckers overde nagelaten goederen van hun grootouders Tonckert Fredericks enNanna in welke zaak de ambtman 20 december 1574 vonnis had gewezen;B. en R. van Groningen spreken uit dat het appel van de crediteurenbeschouwd wordt als niet te zijn geschied.Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Hayo Tonkerts, (= nr. 288344).2. N.N. Tonkerts, geb. ca. 1485, tr. Wyart Alrichs.3. N.N. Tonkerts, tr. Luwert Doedens Tiddinga, geb. ca. 1510,overl. tussen 23-1-1567 en 24-8-1570.Van 1556 tot ongeveer 1565 bezit Luwert de boerderij"Dollardsheerd" aaan de Menterneweg 2 in Midwolda (BWO 31).Leuwaerdt Dodens wordt genoemd als kerkvoogd in Midwolda in 1556,1565, 1566 en 1567.GAG -llIe* -fol.18 - Oldambster Warfsminuten 1563-1592- 5 februari1570- [234] Wij --- ut supra in der schelinge tusschen Menno,salige Luwerth Doedens soene, als rechtlick exhiberende endeoverghevende seecker clage, daermit sijn voerschreven vader uuthcracht sijnner procuratie vanwegen Boel Sijnkens ende AijssoFoppens arffgenamen ende Tijabbens Wabbens, eertijdts voer denerbaren borgermester Johan Wijfringk, onse amptman gewest derbeijden Olden Ampten, ageert ende gesproecken up Gheerdt Visscherals gebruecker der landen van soeven veemdel oldtlandes gelegen inden heerdt daer Gheerdt Visscher doemaels up gewoent etcetera.Daerentegens Hero Iggens mit sijn broeders nagelaten kijnderen endearffgenamen sijnen vorantwoerdinge up gedaen etcetera. Ende deemtfeste ende erbare borgermester Herman Clandt oeck unse amptmander beijden Olden Ampten gewest \ upten XXIXsten decembris anno1569 / daer eenen doem van ghegeven, den Hero Iggens voergenoemd anons beroepen. Hebben wij borgermesteren ende raedt upgemeldt naguedtlick verhoer beijder parten denselven voerschreven doem in deneersten artijckel den eedt belangende mitter beroepinge guedt endeangaende den volgenden artijckell quaeth gekant. Actum den viifttendach februarij anno Xvc een ende tsoeventich. Dat oerkunde wij mitonsen upgedruckten signete.Luwert woonde te Midwolda. In 1566 komen aldaar als kerkvoogdenvoor Leuwaerdt Dodens en Eggo Phebens. Eerstgenoemde komtafwisselend voor als Luwert Doedens en Luwert Tiddinga; de


identiteit staat vast: 27 juli 1565 Luert Doedens als één van devier kerkvoogden, 25 mei 1566 evenzo; 24 nov. 1566 Luwert Tiddingaals één van de kerkvoogden, 23 jan. 1567 evenzo; 24 aug. 1570 doenzijn erfgenamen rekening van zijn administratie alszodanig vanafnov. 1566.In 1566 gebruikte Luwardt Tyddinga te Midwolda verschillendestukken bouw- en weiland, zowel binnen- en buitendijks.748288. = nr. 524288 Syuerdt Piersz.749320. = nr. 524288 Syuerdt Piersz.753664. Gerrit/Gerard van Amstel, overl. v. 23-7-14121384 (paasstijl 1383) sexta post Oculi (maart 18). Gerrit vanAmstel, zoon van wijlen Henrick van der Scaut, bezit een rente van8 pond gelds die Jan Drusken van Gestel hem betaalt, de helft metSint Jan, de helft met kerstmis, uit drie kamers met de grond,gelegen in ‘s-Hertogenbosch, tussen de erven van Gerrit van der Aaen Jan van Os. Hij verkoopt deze rente aan Jan Vynnync.(‘s-Hertogenbosch R 1176, fol. 296 v).1384 (1383) sabato post Oculi (maart 19). Stamlair van Bruheze,zoon van wijlen Arnold Stamlairsz. van Bruheze. en Gerrit vanAmstel, zoon van wijlen Henrick van der Schaut, beloven PhilipJacobsz. van Ellaer 30 oude schilden te betalen.(‘s-Hertogenbosch, R 1176, fol. 296 v, onderaan).1390 (1389) Mathie (febr. 24). Gerrit van Amstel draagt aan MathijsDenis Bax over een rente van 24 oude schilden uit een kamp land inde parochie van Bakel.(‘s-Hertogenbosch R 1178, fol. 216).1392 (1391) sabato post Letare (maart 30). Gerrit van Amstelverpacht aan Jan van Ripersberch een half huis met hof en land,gelegen in de parochie van Bakel. tussen het erf van de kinderenvan wijIen Jan Duysch en de gemene straat, tegen een rente van eenoude schild en een pacht van een schepel tarwe.(´s-Hertogenbosch R 1179, fol. 227).Kinderen:1. Catharina van Amstel, tr. v. 1443 Aert van Dinther.2. Elisabeth van Amstel, tr. 1446 Helmich van Steewijc alias vanCamijck.3. Mechteld van Amstel, tr. v. 1446 Willem Willemsz. Colay.1449 nov. 2, ‘s-Hertogenbosch. Jan van Amstel, Elizabeth enCatharina, zijn zusters, kinderen van wijlen Gerrit van Amstel,bezitten een jaarlijkse rente van 10 gulden Hollands uit de hoevevan Loesphenne, afkomstig van Gerrit van Amstel, gelegen in deparochie van Bakel bij de brug. Zij dragen over aan hun zwagerWillem Willemsz. Colay en Mechteld zijn vrouw 6 van die 10 guldenrente en aan Jan van Audehoesden 4 gulden.(‘s-Hertogenbosch R 1220, fol. 15).4. Jan van Amstel, (= nr. 376832).769152. Jan van Zegen.769154. Johannes Dirks Bor.778368. Aernt Post, geb. ca. 1350, bode (1370) te Overschie.784976. Pieter Voppesz. 2133 , geb. Ouderkerk aan de IJssel, vermeld alslandpoorter te Dordrecht in de stadsrekeningen 1445 en 1450,heemraad van Ouderkerk 1453-1455, overl. 1462-1476, tr.784977. Ave/Ffye Jansdr. Besemer, overl. na 1476.Pieter is op 13 juni 1462 geld schuldig aan zijn zoon BesemerPietersz.Het echtpaar schenkt een jaarlijkse rente van 20 stuivers waarvoorieder jaar op zondag na pinksteren een mis moet worden opgedragen.


Uit dit huwelijk:Hencrick Pietersz.Jan Pietersz. Besemer (= nr. 392488).N.N. Pietersdr. Zij tr. Willem Jansz. Van der Nesse, heemraad vanOuserkerk 1453-1493, overl. v. 12 januari 1499.Lijsbeth Pietersdr., tr. Jan Boudijnsz., heemraad 1453-1473 enschout van Ouderkerk 1474-1488.893952. Peter Peters de Gier 2134 , over. 1420, gegoed te Driel.In 1420 worden zijn zoons met hun vaders goed beleend. Hij zal dusin of kort voor dat jaar zijn overleden. "Peter de Gier, heerPeterszoon, ontvangt een windmeulen, gelegen bij Driel met eenhuijs ende hoffstatt daarbij gelegen in den Kivitzhamme totZutphensch rechte anno 1402. Dezelfde met Heijmerick ende Hillen,sijne sonen ontfangen die windmeule tot Driel in den Kijvitsham metden werve daar sij op staet, met twee hont lands, waarvan hijsijnen sonen Heijmerick ende Hillen na sijnen doot die helftbekannt, die hij doch sijn leven lanck als tuchter gebruijcken sal,anno 1414".Zijn kinderen bij een onbekende vrouw:Hillen Peters de Gier (= nr. 446976).Arnt Peters de Gier, geestelijke te Driel 1423.Heijmerick Peters de Gier, gegoed onder Driel.894792. Ot Ottensz van Hoekulom, tr.894793. Agnes Lamberts Millincx.894794. Johan Wolfertsz van Culemborch, tr.894795 Jonkvrouwe Aernt van Rosendaele.899136. Jhr. Gijsbert van Hemert, ridder 1414-1456, beleend met de HogeHeerlijkheid Nederhemert.899316. Jan van Mallant.899324. Gijsbert de Cock van Delwijnen.934928. Jan Cost.935152. = nr. 934928.Generatie XXI1498640. Pyr Idtsma/ Peder Ydzama 2135In de nalatenschap van Hoyte Sipkens uit 1565 is onder anderesprake van ‘brieven beroerende Pyr Ydtsma’. Deze man zalongetwijfeld dezelfde zijn als Peder Ydzama, die op 18-8-1450 alsmederechter van Hennaarderadeel zijn zegel hechtte aan eenkoopbrief, net als de grietman Jarich Eposoen te Wommels en deandere mederechter, Jelle Koyfen. De schrijvers van het artikeluit het GJ, gerenommeerde (Friese) genealogen, nemen aan dat Pierde vader is van Syurdt. Ik volg hier die zeer aannemelijkeveronderstelling.Kinderen (volgorde onbekend):1. Tjets Piersdr.2. Syurdt Piersz. (= nr. 749320).1153378. (waarschij<strong>nl</strong>ijk) Lupko Ewens, geb. ca. 1432, tr.1153379. Anna Writsers, overl. na 1559.Uit dit huwelijk:1. Tiddo Ewens De Lange, geb. Siddeburen ca. 1462, hoofdeling inSiddeburen.2. Nanna Ewens, (= nr. 576689).


3. Focko Ewens Tho Solwert, geb. ca. 1457, overl. tussen 1520 en1538, tr. Amso Jelmers tho Weywert.Focko wordt in 1508 genoemd en op 20 november 1511 is Focko eenvan de voogden van de Kapel van het H. Sacrament te Solwerd. Ookin 1520 is hij voogd van deze Kapel. In 1515 leefde Focko inLeermens en was daar hoofdeling.Op vrijdag na Mattheus 1538 doen voormond en voogden over denagelaten kinderen van Focko Ewens, oud omstreeks 16 a 17 jaren,uitwijzing aan Hiddo Ickynge te Usquert "wegens sijn moeije HisseTho Winschote". van 22 grazen land te Oosterwijtwerd,onverschieden in een heerd, waarvan Unico Ripperda het anderedeel toebehoort, "als Tyecke Duers up Hissen vors. gheeerffthadde mt alsulcker bescheide. Kunde Hidde vorscr. nabrengen endebewysen dat Tiake vorscr. ynde vorscr. herdt meere geheadt soldetho HIdden vorscr. vordeel wesen." Popke Ewens, als een erfgenaam"tho Focke Ewens, consenteert in een en ander. De voorstanderszijn Mr. Wilrik Hayens, de hoofdeling Johan Rengers en MennoSygers.Focko had tenminste een zoon, zijnde: Popko Ewens.(DNL 97:218, 1980; Gruoninga 9:93, 1963; 10:18, 1964).1507328. Henrick van der Scaut/Schaut, van ’s-Hertogenbosch, overl. v.30-9-1368, tr. ’s-Hertogenbosch 4-2-13571507329. Jonkvrouwe (‘Domicella’) Sophia van Amstel, geb. ca. 1330, overl.ca. 1400.Opmerkelijk: in ‘'s Hertogs tienduizend bunders. Het cijnsboek vandde hertog voor de meijereij van ’s-Hertogenbosch van 1340’.Analyse en Bewerking door Martien van Asseldonk 2136 staat op post26: Henricus van Lyndouwen, 2 schellingen (bijschrift: genaamd vanden Scaut) betaald: 1340 t/m 1351I Hadewich Timmermans dochter, 1 oboolbetaald: 1340 t/m 1351II Henricus, zoon van Liben, 1 penning (bijschrift: van een stukjevoor zijn huis)later: Thomas genaamd Ghetenbetaald: 1342 t/m 135126.Gaat het om onze man? Echt bewijs is het natuurlijk niet, maar watmoeten we met die naam: Van Lyndouwen? Opmerkelijk, maar wellichtook toevallig, is de naam van Hadewich (zie hieronder bij dekinderen van Hendrik van der Scaut).Hier krijgen we meer vaste grond onder de voeten:Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), T. 209, inv. nr.319, d.d. 28 maart 1419: des Dynsdage nae Halfvasten, als mensinget Letare. Henric van der Scaut belooft onder eede, nimmerwegens zijne gevangenschap bij den heer en de vrouw van Brabantiets te zullen ondernemen tegen Jan, heer tot Montford, Lodewychen Willem, gebroeders te Monford, en hunne onderzaten. Het zegelvan Henric van der Scaut verloren.Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), T. 209, inv. nr.326, d.d. 29 maart 1419: te Woensdages na Halfvasten, als mensinget in der heyligen kerken Letare. Willem van Apelteren belooftonder eede, nimmer wegens zijne gevangenschap bij Jacob vanBeyeren, hertogin van Brabant, iets te zullen ondernemen tegenJan, burggraaf te Montvoird, Willem en Lodewyc te Montvoird,gebroeders, en hunne onderzaten. Met zegel van Henric van derScaut in groene was. Oorspr.- Ch. No. 13.In 1368, op Hieronimi presbytri et confessoris (dat is 30september): Jonkvrouwe Sophia van Amstel, weduwe van wijlenHenrick van der Scaut, draagt over aan Jan Katerijns een rente die


haar in ‘s-Hertogenbosch wordt betaald met de brieven daarvanzonde. (‘s-Hertogenbosch R 1175, fol. 6).Uit dit huwelijk (in ieder geval):1. Gerrit van Amstel, (= nr. 753664).2. Henrick van Amstel.1384 sexta post Pasta (april 15). Henrick van Amstel, zoon vanwijlen Henrick van der Schaut belooft Gerrit van Amstel, zijnbroer, te betalen 259 oude schilden op Carnisprrvium (aswoensdag)volgend jaar.(‘s-Hertogenbosch R 1176, fol. 299).3. Johan van der Scaut, overl. na 13-7-1394.Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), T. 272, 103, d.d.13 juli 1394: Notaris Henrik Kuist instrumenteert, dat Reiner vanHusen, landcommandeur balije Oudenbiezen, en vrouwe Sophia deDinther, weduwe Theo van Gemert, met haar kinderen Theodoor,Johan, Walter Spierink en Godefrid, en Gooswin Steenweg, als manen voogd van Bele, hun twist over erf en gemeente Duivels Kamphebben beëindigd en geeft authentieke kopie-akten van 1394 juli 13(regestnrs 100 en 101). Getuigen: Theodoor Reuver, Mathias deKessel, ridders, Wilhelm de Ouden, schout van Peelland, Johan vander Scaut en Gerard van Amstel, broers, en Theodoor Wryter,knapen, Johan van Thunne, geestelijke bisdom Keulen.4. misschien: Hadewig van der Scout, tr. v. 27-3-1377 Jan Wilde.Brabants Historisch Informatie Centrum (BHIC), T. 1232, 130, d.d.130 27 maart 1377: feria sexta post dominicam Palmarum anno Dominimillesimo tricentesimo septuagesimo sexto; Jan Wilde en zijnechtgenote jonkvrouw Hadewig, dochter van Hendrik van der Scout,hebben verkocht voor schepenen van 's-Hertogenbosch aan BoudewijnGruyter: deel van erfpacht uit Dat Loe in Bakel en uit DieSteenakker, Die Pottuyn, Dat Heesken, Dat Heylaer en Dat Voersaetin Milheeze onder Bakel en uit Die Lange Akker.1569952. Vop/Foppe Hoene, vermeld in 1396 als belender van 6 morge<strong>nl</strong>ee<strong>nl</strong>and te Ouderkerk, overl. v. 12-6-1409 2137 .1569954. Jan Ockersz. Besemer, geb. Dordrecht ca. 1365, leenman, overl.Oud-Alblas 1422.1787904. Peter de Gier, gegoed onder Veldriel 1369, sticht een vicarie opzijn hof aldaar, tr.1787905. N.N., tr. (2) Godefridus Uiterweerd, schepen in Zaltbommel.1789588. Wolfert van Culemborch, tr.1789589. Henrica N.N.1789590. Heer Jan van Rosendaele, Janszoon, ridder.1798632. Jan van Mallant.1798648. Arnt III de Cock van Delwijnen, ridder in 1460, beleend met ‘HetHoge Huijs’ (kasteel) te Delwijnen op 4-11-1462, schepen in deHoge Bank van Zuilichem in 1458, tr. (1) Anna van Loon, tr. (2)Adriana van Balveren, dr. van Adriaan van Balveren en Adriana vander Poll, tr. (3) Johanna de Cock van Opijnen, weduwe van Willemde Cock van Neerijnen, dr. van Arnt de Cock van Opijnen enCatharina van Hemert.Arnt had behalve twee bastaardkinderen bij zijn drie vrouwen 30(!) kinderen, waarvan 24 zonen weerbaar zijn geworden. Tot nu toezijn 13 kinderen bekend.Generatie XXII2306756. Focko Ewens(ma), hoofdeling en ridder in Woltersum.3014658. Gerard van Amstel 2138 , geb. ca. 1297, kanunnik, overl. v. 1351


3139908. Ocker Johannesz. Besemer, geb. Esslingen (D) ca. 1330,wijnhandelaar, overl. Dordrecht ca. 1400.Kinderen (volgorde niet duidelijk):Jan Ockersz. Besememer (= nr. 1569954).Hillegont Ockerdr. Besemer, tr. Huych Hendricks (Besemer).3579180. Heer Jan van Rosendaele, ridder.3597264. Jan van Mallant.3597296. Arnt II de Cock van Delwijnen, werd in 1403 (als minderjarige)beleend met ‘De Berendrechtse thiende’, in den gerichte vanDelwijnen, Kerkwijk en Wordragen, schepen in de Hoge Bank vanDeil (1405), tr. (1) A van Daesdonck, tr. (2) Agnes van HerwijnenGeneratie XXIII4613512. Ewo Ewesma, geb. Weiwerd ca. 1389.6029316. Jan I van Amstel, geb. ca. 1270, overl. ca. 1345.7158360. Aernd van Krayesteyn, tr.7158361. N.N. Jansdr.7194528. Arent Ywijnsz. van Oudhuesden, overl. v. 1375, tr.7194529. Mechteld.7194592. Arnt I de Cock van Delwijnen, overl. 1380.Generatie XXIV12058632. Gijsbrecht IV van Amstel, geb.c. 1230, heer van Amstel, ridder,overl. ca. 1303, tr.12058633. N.N. Jansdr. van der Lede.Voor het eerst vermeld in 1252, als hij als domicellus, jonkheer,van Amstel, getuige en medezegelaar is van de gebroedersGijsbrecht en Wouter uten Goye - Van Spaen beschrijft zijnknapenzegel als volgt: “een jongman ten voeten uit, in een langhemd gekleed, het hoofd, de armen en voeten ontblood, zijnregterhand achter de rug houdende, en op zijn linkerhand zit eenvogel, nasst hem staat een hond”; in 1257 doen de graaf vanVlaanderen en de graaf van Gelre uitspraak in een geschil tussende de stad en de bisschop van Utrecht enerzijds en Floris, voogdvan Holland, en Gijsbrecht van Amstel c.s. anderzijds medezegelaarvoor bisschop Hendrik in 1259; in 1261 vermeld als graaf Dirk vanKleef een verzoening tot stand brengt tussen graaf Otto (II) vanGelre en bisschop Hendrik; verkoopt met zijn broer Willem, proostvan St. Jan te Utrecht, een vrije watergang aan de ingezetenen vanKalslagen en Nieuwveen; geeft in 1265 een hoeve lands bij desteenovens onder de muur van de stad Utrecht in bezit van decommandeur en de broeders van het Duitse Huis te Utrecht,behoudens het recht om die hoeve desgewenst tegen uitkering van dehelft der vruchten te bezaaien; in 1265 onder de scheidsrechtersvermeld (om bestaande of te ontstane geschillen te beslechten) ineen oorkonde waarbij graaf Otto (II) van Gelre en bisschop Hendrikeen verdrag sluiten van onderlinge bijstand2139; getuige voorbisschop Hendrik in 1265; geeft in 1267, als heer van Amstel, aanhet kapittel ten Dom, vijf Utrechtse ponden jaarlijks uit zijntins te Diemen tot zoen van en wanbedrijf, door hem en zijnvrienden in de Dom tegen enige Lombarden gepleegd - desverkiezendekan hij hiervoor andere goederen tussen Amerongen en Loenenaanwijzen; getuige voor zijn broer Arnoud in 1267, 1275, 1288;medezegelaar voor Otto van Amstel in 1268, samen met zijn broers


Willem en Arnoud; samen met zijn broer Arnoud getuige voor deelect Jan in 1273, 1277; belooft in 1274, samen met Sweder vanAbcoude, broer Arnoud en Herman van Woerden, schout, schepenen,raden en burgers der stad Utrecht in alle zaken met raad en daadbij te staan; verkoopt in 1276, met toestemming van de elect Jan,het patronaatsrecht van de kerken op Texel aan de abt en hetconvent van St. Maarten in Ludingakerke, waarbij zijn broersArnoud en Willem mede getuigen zijn; in 1277, samen met zijnbroer Arnoud, getuige voor de elect Jan, wanneer deze verklaart2000 mark sterling schuldig te zijn aan Jan van Kuyc, voor welkbedrag de elect het slot ter Horst, de tol en de juridictie teRhenen in pand geeft; in 1278, samen met Jan van Kuyc en broersWillem en Arnoud, getuige voor de elect Jan, wanneer dezeverklaart dat de stad Utrecht zich met hem verzoend heeft en alleverbannen burgers belooft in hun rechten te herstellen, als zijmet hun tegenstanders verzoend zijn; verzoent zich in 1285, samenmet zijn broers Willem en Arnoud, met de elect Jan en graaf Floris(V) van Holland; verklaart op dezelfde dag, samen met zijn broers,graaf Floris (V) van Holland 2000 ponden Hollands schuldig testellen en stellen hiervoor borgen; in 1285 belooft graaf Reinoud(I) van Gelre Gijsbrecht, heer van Amstel, en zijn broeders niette zullen helpen tegen graaf Floris (V) van Holland, wanneer zijhet verdrag met de graaf zullen verbeken; in 1288, samen met broerArnoud, onder de borgen van Herman van Woerden, wanneer deze zich,onder zekere voorwaarden, verzoent met de elect Jan en graafFloris (V) van Holland; in 1268 onder de borgen voor Hendrik vande Lek; in 1270 bericht hij schout en schepenen van Rhenen, dathij de eigendom van het goed Schoneveld met al zijn toebehoren inde parochie Rhenen aan de commandeur en de broeders van het DuitseHuis bij Utrecht heeft overgedragen; getuige voor de elect Jan in1272 (2x); getuige en medezegelaar voor graaf Floris (V) vanHolland in 1273; medezegelaar voor de elect Jan in 1273; in 1274onderwerpt de elect Jan aan graaf Floris (V) van Holland debeslissing in zijn geschillen met heer Gijsbrecht van Amstel,alsmede met de stad Utrecht en het gemene Nederstichtse land.14316722. Jan Gillisson Oem14389184. Johan de Cock van Delwijnen, overl. 1350, tr.14389185. Elisabeth N.N.Generatie XXV24117264. Gijsbrecht (III) van Amstel, geb. ca. 1200, heer van Amstel,ministeriaal van de bisschop van Utrecht, ridder.Getuige voor de elect Otto in 1238 (samen met zijn vader), 1239,1240, mogelijk ook in 1241, 1244 (2x); in 1245 verkooptGijsbrecht van Vechten 12 morgen land bij Amelisweerd, welke hijin leen van Gijsbrecht van Amstel en in achterleen van de bisschophoudt, aan de abdij van Oostbroek en hij zal ze de abdij in volleeigendom overdragen zodra het leenverband is opgeheven; belooft in1247 aan de voogd, de raden en de gemeente van Lubek zijnmedewerking om aan hun medeburgers, die in de strijd tegen derover Markward Culen gewond zijn, hun schade te doen herstellen,en verzoekt daarentegen aan zijn mannen hun kogge te doenteruggeven; in 1247 getuige als de rooms-koning Willem zekere bijDelft gelegen landerijen aan zijn tante Richarda geeft en deze zevervolgens aan de Duitse orde schenkt; getuige voor het kapittelvan Oudmunster te Utrecht in 1247; in 1249 getuige voor deechtgenote van Gijsbrecht van Ruwiel en in 1248/49 onder de


zegelaars voor Gijsbrecht van Ruwiel, zou volgens Greidanusoverleden zijn in 1354 (bron?).Volgens Van Spaen, zou de G. Miles van Amstel, die in 1233 mede inde aflossing van het pandschap van de goederen te Boskoopbewilligde, mits daarvoor 150 pond ontvangende, Gerard van Amstelbetreffen.Kinderen:1. Gijsbrecht IV van Amstel, (= nr. 12058632).2. Willem van Amstel, (1267-1292), proost van St. Jan te Utrecht.3. Arnold van Amstel, heer van IJsselstein, dood in 1291, tr.Johanna.4. Elisabeth van Amstel, dood in 1293, tr. v. 1287 Herman VI vanWoerden (1274-1304).28633440. Gillis Oem, Cleys, tr.28633441. Geertruid van Ratingen.28778368. Daniel de Cock van Delwijnen, ridder, gegoed te Delwijnen,overl. 1344, tr.28778369. Berta van Herlaer.Generatie XXVI17556736. Willem de Cock van Delwijnen, gegoed te Gameren, Delwijnen,Hemert, Driel, Kerkwijk, etc., tr. ca. 131817556737. Ida van Hemert Isebranddr.Generatie XXVII115113472. Hendrik de Cocq, ridder, Heer van Hiern en Opijnen, overl.1312, tr. (1) Eva van Langel, tr. (2) Elisabeth Goossendr. VanRossem.Generatie XXIII230226944. Rudolf de Châtillon-Cock, ridder, Heer van Bees en Rhenoy,Later eerste Heer van Waardenburg, Neerijnen en Opijnen, geb.ca. 1225, overl. 1283, tr. (1) Aleide Hendrikdr. van Ochten,tr. (2) Agnes Hendrikdr. van Cuick.Generatie XXIX460453888. Reinald II de Châtillon, tr.460453889. N.N. Raouldr. de Coucy 2140 .Generatie XXX920907776. Hugues de Châtillon, tr. (1) N.N. Engueranddr. de Lusignan, tr.(2)920907777. Jolente van Henegouwen.Generatie XXXI1841815552. Reinald de Châtillon, ridder, vorst van Antiochië, tijdens dekruistocht in 1187 in Palestina onthoofd, tr. (2) Constance,


dr. van heer Beaumond II, prins van Antiochië, tr. (1)1841815553. Stephana, weduwe van Milo van Flansis.1841815554. Boudewijn III van Henegouwen, geb. 1087/1088, graaf vanHenegouwen (aanvankelijk onder regentschap van zijn moeder)1098, voert evenals zijn ouders en grootmoeder herhaaldelijkstrijd tegen de achtereenvolgende graven van Vlaanderen, dochsteeds tevergeefs; moet Kamerijk afstaan 1110; overl. 1120,tr. ca. 11071811845555. Jolante van Gelre, regentes van Henegouwen 1120-ca. 1125,begr. Bergen (Mons, Sainte-Waudru).Generatie XXXII3683631104. Gaucher II de Châtillon, sneuvelt in de oorlog op 11-11-1147.3683631106. Philippus, Heer van Neapalris in Syrië.3683631108. Boudewijn II van Henegouwen, geb. ca. 1056, graaf vanHenegouwen (aanvankelijk onder regentschap van zijn moeder)1070, ziet na de slag bij Kassel (22-2-1071) geen kans zijndaar toen gesneuvelde broer Arnold III op te volgen als graafvan Vlaanderen, aangezien hun oom, Robrecht ‘de Fries’ zichvan de macht aldaar heeft meester gemaakt en weldra ook doorde Franse koning en de Duitse keizer wordt erkend.Boudewijn moet nogmaals van Vlaanderen afzien 1085; neemt deelaan de Eerste Kruistocht; wordt na de inname van Antiochië(juni 1098) ermede belast dat te gaan melden aan de keizer inConstantinopel, doch wordt tijdens deze tocht in Klein-Aziëkennelijk overvallen en vermoord; wordt bijgenaamd ‘vanJeruzalem’ (hoewel hij die stad nooit heeft bereikt), tr. 10843683631109. Ida van Leuven, geb. ca. 1065, begeeft zich als weduwe naarKlein-Azië om daar persoo<strong>nl</strong>ijk (doch vergeefs) een onderzoekin te stellen naar het lot van haar gemaal, overl. na 1103.3683631110. Gerard van Gelre, bijgenaamd ‘de Lange’ en ‘de Rossige’,vermeld als graaf van Wassenberg vanaf 1086, zich vanaf 1096ook (en gaandeweg overwegend) noemend graaf van Gelre, overl.24-10-1134/37, zoon van Dirk ‘de Rossige’ (TheodericusFlamens), Gerard tr.3683631111. Clementia van Poitou, geb. ca. 1055, erfgename van Longwy; isaanwezig bij de stichting van het Münster te Luxemburg6-7-1083; sticht (met toestemming van haar kinderen Willem enErmesinde) als ‘gravin van Gleiberg’ het klooster Schiffenberg1129 en meldt de stichting nogmaals 1141; overl. (bijna 90jaar oud) 4-1-1142, tr. (1) ca. 1070-1075 Konrad vanLuxemburg, geb. ca. 1040, overl. 8-8-1086, zn. van Giselbert,graaf van Luxemburg.Generatie XXXIII7367262208. Gaucher I de Châtillon, graaf van Champagne en van Blois,deelnemer aan de Eerste Kruistochtvan 1096-1099, onder Godfriedvan Bouillon. Gaucher was een neef van paus Urbanus II.7367262216. Boudewijn I/VI van Vlaanderen, geb. ca. 1030 (doch mogelijkWat later), door keizerin-weduwe Agnes beleend met HenegouwenKeulen 1056 (Boudewijn I); door het overlijden van zijn vaderwerd hij tevens graaf van Vlaanderen 1067 (Boudewijn VI);overl. 17-7-1070, begr. in de door hem herstelde abdij Hasnon,tr.7367262217. Richilde van Henegouwen, mogelijk uit het geslacht Egisheim;zij geldt als een nicht of achternicht van paus Leo IX, weduwevan Herman graaf van Henegouwen, overl. ca. 1050, zn. van


Reginar V van Henegouwen en Mathilde van Verdun, regentes vanHenegouwen na 1070, overl. 15-3-1086.Generatie XXXIV14734524432. Boudewijn V van Vlaanderen, geb. ca. 1013, komt na zijnhuwelijk in opstand tegen zijn vader, maar wordt door hertogRobert van Normandië verslagen en moet zich verzoenenOudenaarde 1030; graaf van Vlaanderen 1035; neemt actief deelaan de algemene opstand van Neder-Lotharingen tegen keizerHendrik III 1044 en steekt de rijksburcht van Nijmegen inbrand, maar wordt tot onderwerping gedwongen 1049-1050; doorkeizerin-weduwe Agnes bevestigd in het leen Zeeland bewestende Schelde 1056, regent (‘procurator et bajulus’) vanFrankrijk 1060-67, is nog aanwezig bij de inwijding van deSt.-Baafs te Gent 9-5-1067, overl. Gent 1-9-1067, begr.Aldaar (St.-Pieter), naar de plaats waar hij bij voorkeurResideerde bijgenaamd ‘van Rijsel’ (‘de Lille’, ‘Insulanus’),tr. Parijs begin 102814734524433. Adelheid (Aelis) van Frankrijk, geb. ca. 1009 of ca. 1019,gravin van Coutance, sticht het klooster Mesen (Messines) bijIeper, overl. Mesen 8-1-1079, begr. ald., wellicht weduwe vanRichard III van Normandië (overl. 6-8-1027), dr. van RobertII ‘de Vrome’, koning van Frankrijk en diens derde gemalin,Constance van Provence.Generatie XXXV29469048864. Boudewijn IV van Vlaanderen, bijgenaamd ‘met de Schone Baard’(‘pulchrae barbae’), geb. ca. 975; graaf van Vlaanderen 988(aanvankelijk onder voogdij zijn moeder en stiefvader),reorganiseert zijn bewind over Vlaanderen door instelling vanenkele burggraafschappen; tracht vervolgens zijn machtsgebiedin zuidoostelijke richting te vergroten29469048865. Otgiva van Luxemburg, geb. ca. 985-990, overl. 21-2-1030, dr.van Frederik van Luxemburg, graaf in de Moezelgouw en N.N.van Gleiberg.Generatie XXXVI58938097728. Arnulf II van Vlaanderen, bijgenaamd ‘met de Baard’(‘barbatus’), geb. 961-962, graaf van Vlaanderen terOpvolging van zijn grootvader 964-965.De kwartieren lopen door tot Carolus Magnus 2141 .Gebruikte literatuur en afkortingen:ACH = Achtkarspelen.BAR = Barradeel.Civ. Sent. = Civiele sententies.CBG = Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag.DAN = Dantumadeel.DVF = De Vrije Fries. Tijdschrift uitgegeven door hetFriesch Genootschap van Geschied-, Oudheid- en Taalkunde.Eekhoff = Eekhoff, W., Beknopte geschiedenis van Friesland, in


hoofdtrekken bevattende een Overzigt van de lotgevallender Friezen en van de voornaamste gebeurtenissen,gedurende bijna tweeduizend jaren in dit landvoorgevallen. Leeuwarden, 1851, herdruk.f. = folio (bladzijde).FK = Koopmans, M., Koornstra, A. en Van der Leij, R. (red.),Frysk Kertiersteateboek. Ljouwert, 1996.GAH = Gemeentearchief Harlingen.GEN = Genealogie (naslagwerken in Tresoar).GJ = Genealogysk Jierboek(je).GRA = Groninger Archieven.HAR = Harlingen.HEN = Hennaarderadeel.HvF = Hof van Friesland.Inv. nr. = Inventarisnummer.KOL = Kollumerland.Leopold = Leopold, J.H., De Leeuwarder uurwerkmakers en hun werk inhet Fries Museum. In: De Vrije Fries L (1970), pp. 33-48.Mol = Mol, J.A., De Fryske cistersiënzerkleaster en har besit.In: De Vrije Fries LXXI (1991), 29-52.Molen = Molen, S.J. van der, Achtkarspelen. In lêsboek oer degeakunde fan in Wâldgemeente. Ljouwert, 1977.Nieuwland = Nieuwland, P., Friese familienamen voor, in en na 1811.In: De Vrije Fries LX (1980), pp. 66-78.NL = Nederlandsche Leeuw. Maandblad van het koninklijkNederlandsch genootschap voor geslacht- en wapenkunde.Ottema = Ottema, N., Geschiedenis van de uurwerkmakerskunst inFriesland. Leeuwarden/Assen, 1948.Reitsma = Reitsma, J. (ed.), Register van geestelijke opkomstenvan Oostergo, volgens de opgave daarvan in de dorpen vandit kwartier gedaan aan de Commissarissen der Staten vanFriesland in 1580-1581. Leeuwarden, 1888.Leeszaalbibliotheek 93 en 93a.Roarda = Roarda, R.S., Nammen út de bylagen fan de sivilesentinsjes fan it Hof van Fryslân. 4 delen.Roucoma = H. Roucoma, Dronrijps Memoriael. Utjûn troch drs. K.Terpstra. Leeuwarden, 1986.Schutte = Schutte, O., De wapenborden te Harlingen. Leeuwarden,1984.Stoter = Stoter, M., Vrouwelijke deugden in zilver verbeeld. In:Fryslân. Nieuwsblad voor geschiedenis en cultuur. 7 ejaargang nr. 2, juni 2001, pp. 12-13.T. = Toegang.TSF = Hedendaagse historie of tegenwoordige staat vanFriesland. Facsimile-uitgave van 1785-89, 4 delen.vo = verso (achterzijde bij folionummers).Vries = Vries, A. de, Van der Land, een familie uit Kollumerland.In: Genealogysk Jierboekje 1980, pp. 5-81.Zeeman = Zeeman, J. De Nederlandse staande klok. Amsterdam, 1977.ACH Achtkarspelen.ALM Almelo.BAA Baarderadeel.BAR Barradeel.Civ. Sent. Civiele sententies.f. folio (bladzijde).CBG Centraal Bureau voor Genealogie.DAN Dantumadeel.DVF De Vrije Fries.ENS Enschede.


FRA Franeker.FRD Franekeradeel.GAA Gemeente-archief Amsterdam.GAD Gemeente-archief Dantumadeel.GAH Gemeente-archief Harlingen.GAL Gemeente-archief Leeuwarden.GAO Gemeente-archief Opsterland.GEN Genealogie (naslagwerken; genummerd ordeningssysteem in Ryksargyf).GJ Genealogysk Jierboek.GN Gens Nostra.HA Huisarchief Almelo.HAR Harlingen.HARD Hardenberg.h.c. huwelijkscontract.HCO Historisch Centrum Overijssel.HEN Hennaarderadeel.HvF Hof van Friesland.Inv. Nr. Inventarisnummer.KOL Kollumerland.LGA LansgerichtOLW Olst/Wijhe.NG Nedergerecht.NL Nederlandsche Leeuw. Maandblad van het koninklijk Nederlandschgenootschap voor geslacht- en wapenkunde.NP Nederlands Patriciaat.ODH Ommen en Den Ham.ONA Oud Notarieel Archief.OPS Opsterland.ORA Oud Rechterlijk ArchiefRA Rechterlijk Archief.TLR Tresoar Locatie Ryksargyf.RAG Rijksarchief Groningen.RAK Rechterlijk Archief Kedingen.REC Rectorshuis te Almelo.SMA Smallingerland.T. Toegang.TG Twente Genealogisch.TIE Tietjerksteradeel.ZWO Zwolle.1 Zie voor genealogische publicaties: 11 en 30 (mededelingenblad NGV, afdeling Friesland), jrg.6, nr. 1, januari 2001, pp. 273-274; jrg. 9, nr. 1, januari 2004, pp. 550-553 en GN 56, nr. 1,januari 2001, p. 71. Luyden van eren. Voorouders en nageslacht van Saco van Teyens (1601-1650).In: Genealogysk Jierboek 2006, pp. 7-85.2 Inschrijvingsdatum gemeente Almelo. De beschikking van de rechtbank te Almelo werduitgesproken op 2-6-1971. Op de 28ste werd Johannes Wegter (= nr. 6) benoemd tot voogd over debeide kinderen Hendrikje (= nr. nr. 3) en Egberdina, geb. Almelo 16-2-1967.3 Met ingang van 25-11-1811 werden het Stadsgericht en het Richterambt Almelo samengevoegd totéén gemeente. Op 29-9-1818 werd Almelo gesplitst in de gemeenten Stad Almelo en Ambt Almelo.Ten aanzien van de burgerlijke stand is die verandering al ingegaan per 1-1-1818. Het gebiedvan de gemeente Stad Almelo omvatte aanvankelijk het voormalige stadsgericht Almelo. Per 1-10-1829 werd hierbij gevoegd een klein gebied rondom de stad, dat werd afgescheiden van AmbtAlmelo. Ten aanzien van de burgerlijke stand ging deze verandering in per 1-1-1830. Het gebiedvan de gemeente Ambt Almelo omvatte het gebied van het voormalige richterambt Almelo. Metingang van 1-1-1914 werden beide gemeenten samengevoegd tot de gemeente Almelo.4 Onderzoek naar de Amsterdamse kwartieren verricht door de heer Pijk Kuipéri te Amsterdam(genealogische uitwisseling met de auteur).5 Zie: http://home.planet.<strong>nl</strong>/~hjdewit/bronnen/tel1915/pag/391.htm6 http://www.heemkunde.<strong>nl</strong>/varia/varia-montferland-nieuws/Begraven-Bienen.html7 TRE T. 15.01, inv. nr. 45 (militaire rechtspraak). De inschrijving geschiedt op 24-6-1878.8 Bij de geboorte van zoon Tjalling (7-3-1887) verblijft het gezin te Deventer. Nader onderzoekleert, dat men daar nooit officieel woonachtig is geweest. Dat staat in schril contrast met dezinsnede in de akte van geboorte: ‘ten zijn huize in Deventer’.


9 Rijksarchief Noord-holland, huwelijkse bijlagen Haarlem 1905 akte 524. CBG, dossier Radsma,geeft geen datum.10 Rijksarchief Noord-Holland, huwelijkse bijlagen Haarlem, 1905, akte 524. CBG dossier Radsmageeft geen datum.11 http://www.in-ehrenfeld.de/geschichte.php12 Deze relatie werd ontbonden op 23 december 1922. Bron: bevolkingsregister Haarlem,gezinskaart.13 Geboorte gegevens ook afkomstig uit bevolkingsregister van Vroomshoop (gem. Den Ham). In eeneerder deel van dat bevolkingsregister wordt zijn geboortejaar op 1814 gesteld.,14 Memorie van successie, kantoor Harlingen 7023/4163.15 Zie voor dit echtpaar: FK, p. 91.16 Geboren als Nammentje, maar de voornaam is gewijzigd in Waltje bij vonnis van de RechtbankLeeuwarden, d.d. 14-1-1822 (vriendelijke mededeling T.Slof te Leeuwarden.17 Uit het doopregister van de Ned. Ger. Gem. te Rotterdam blijkt, volgens een extract uit dehuwelijkse bijlagen, dat Albertus geboren is in die plaats op 21-1-1802. Bij dezelfde bijlagenzit ook een formulier van de Nationale Militie, waaruit blijkt dat Albertus geboren is op 14-1-1802. Het lijkt niet o<strong>nl</strong>ogisch, dat het doopregister spreekt over een geboortedatum, maareen doopdatum bedoelt. In dat geval zou de zuigeling bij zijn doop één week oud zijn geweest.18 Zie voor summiere informatie over het Aalmoezeniersweeshuis en in Twente tewerkgesteldeweeskinderen: Dagblad van het Oosten, d.d. 19-1-1991 en 21-9-1991.19 GAA, Aalmoezeniersweeshuis, Inventaris 343.341, dossier Almelo. De hoeveelheid materiaal isgroot en niet geïndexeerd.20 GAA Archief Aalmoezeniersweeshuis, Binnenkomstboek, inv. nr. 343/164, fol. 208.21 GAA Archief Aalmoezeniersweeshuis, Opgenomen verlatenen, inv. nr. 344/491, fol. 33.22 GAA Archief Aalmoezeniersweeshuis, Papieren betreffende kinderopnamen, inv. nr. 343/252.23 GAA Archief Aalmoezeniersweeshuis, Ingekomen stukken betreffende uitbesteding vanweeskinderen buiten Amsterdam, inv. nr. 343/341, Almelo 1811-1822.24 Huwelijksakte d.d. 25-5-1827: ‘sedert 13 jaren in deze stad woonachtig’.25 Op basis van de chronologie vermoedelijk rond 10 mei 1813.26 REC, kopie huwelijken. Het trouwjaar is niet zeker, maar chronologisch gezien zou het 1804moeten zijn. Bovendien komt dat aardig overeen met de doop van het eerste kind.27 REC LGA 2654, 49-50.28 GAA, Register Stad Almelo, 1826, nr. 273.29 REC LGA Register 50 e penning en Collaterale Succesien (kopie).30 http://www.historiekamer.<strong>nl</strong>/geschiedenis/archiefhardenberg/armenzaken.htm31 Vermoedelijke geboortedatum, gevonden in de burgerlijke stand en denkelijk door een ambtenaaringevuld. De precieze datum is niet bekend (zie daarvoor de akte van bekendheid van Sjoerdje,opgemaakt vlak voor haar huwelijk en opgenomen in de huwelijkse bijlagen. Daarin staatvermeld, dat zij geboren is in 1799, `eenige weeken voor de maand mey, te Veenwouden, alwaarharen ouders destijds waren woonagtig, dog niet in `t geboorteregister ingeschreven, omdat zijniet is gedoopt.’ Dat laatste is logisch, omdat haar ouders doopsgezind waren.32 Respectievelijk de aangifte van de geboorte van zijn zoon Meindert (nota bene als Walstra!) ende aangifte van de geboorte van zijn dochter Baukje.33 TRE T. 11, inv. nr. 7717, map 650.34 TRE, T.11, inv. 7995, Map 475, nr. 12/3993, ingeschreven d.d. 6 mei 1837.35 GAD Ingekomen stukken, O 129 (1837), geschreven d.d. 11-5-1837, binnengekomen 12-5-1837 .36 GAD Afschriften van verzonden stukken, O 296, nr. 150, d.d. 13-5-1837.37 Notaris J.D. van der Plaats te Leeuwarden, inv. nr. 075014, repertoire nr. 86, d.d. 13 april1820: huwelijkstoestemming, akte niet aanwezig.38 Huwelijkse bijlage Nationale Militie.39 http://www.geneal.ch/family/parentelen/pheite.htm (alwaar gegevens over voorgeslacht).40 Huwelijkse voorwaarden Ommen 8-4-1801: HCO RA ODH 20 478-480.41 HCO RA ODH 20 478.42 Zie: http://www.obd.<strong>nl</strong>/www-data/instel/arch/leenrep/repertorium/lenen/544.htm.43 De huwelijksdatum lijkt niet ingevuld te zijn: de voorgaande en de daarop volgende aktes zijnvan 6 en 21 augustus.44 Meeste gegevens over zijn voorgeslacht zelf gevonden, daarnaast aangevuld met relevanteinformatie van: http://www.vriezenveners.<strong>nl</strong>/indexframes.html.45 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 26.46 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr 75, fol. 223. Belangrijke opmerking: het BHIC biedt veelaktes van Brabantse dorpen o<strong>nl</strong>ine aan. Ik heb bij de notatie van de fol. nrs. steeds deinternetpaginering aangehouden. Die kan dus afwijken van de bladzijdenummers van de boekenzelf.47 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 230.48 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 303.49 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 205, 212, 220, 249, 269, 270.50 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 258.51 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 40, fol. 124.52 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 41, fol. 223.53 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 42, fol. 147.54 Aanvullende gegevens over kinderen en voorouders afkomstig van de internetsite van JanNetelbeek http://members.chello.<strong>nl</strong>/j.netelbeek/55 GAA nr. 103, p. 407.56 GAA nr. 85, p. 238.57 GAA nr. 60, p. 27.58 GAH Resolutieboeken 29, p. 37.


59 Schutte, p. 28, nummer 280.60 GAH inv. nr. 203, p. 25.61 Memorie van successie, kantoor Harlingen 7010/171.62 Vriendelijke mededeling mr. T.M. Slof te Leeuwarden.63 Notaris L. Faber te Kollum, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 625 en 632, d.d. 27 december 181564 Nieuwland, m.n. p. 75.65 Zonder volledigheid na te streven, in alle gevallen bij notaris L. Faber te Kollum: inv. nr.070003 repertoire nr. 36 en 37 (1812), inv. nr. 070003 repertoire nr. 161 (1812), inv. nr.070004 repertoirenrs. 208 en 215 (1813), inv. nr. 070004 repertoirenrs. 262 en 266 (1813),inv. nr. 070005 repertoire nr. 435 (1814), inv. nr. 070005 repertoire nr. 438 (1814), inv. nr.070006 repertoirenrs. 631 en 634 (1816), inv. nr. 070006 repertoire nr. 666 (1816).66 De huwelijksbijlagen bevatten een akte van notoriteit, waarin getuigen verklaren dat Antjegeboren is onder Wartena op 29 of 30-11-1791 en dat zij niet is gedoopt vanwege hetdoopsgezinde geloof. Het geboorteregister van de DG-gemeente Warga meldt: ‘Antje, dochter vanNammen Sietsma, geboren 21-12-1790’ en volgens de aantekeningen van A.S. Haitsma betreffendegeboorten te Wartena en Warstiens (DTB 421) is zij geboren op 15-12-1790. Vriendelijkemededeling van T. Slof te Leeuwarden.67 TRE memorie van successie, kantoor Harlingen 7020/1490.68 Gegevens van haar voorouders Stasse afkomstig uit: GN XLIII (1988), pp. 115-118.69 Gegevens over haar voorouders grotendeels afkomstig van het internet (september 2003):http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/leo.ligtermoet/Stamreeks.htm#BM20030603_1309_00005370 Gegevens over haar voorouders: afkomstig van de heer A. de Haan te Garderen.71 Vriendelijk mededeling P. Kuipéri te Amsterdam.72Http://www.gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/archieven/genealogie/huiszittenhuizen/zoek/index.<strong>nl</strong>.html73 GAA, Register Stad Almelo, 1826, nr. 391.74 Gegevens afkomstig uit het niet altijd betrouwbare bevolkingsregister Almelo. De dag vangeboorte staat daar niet in, maar is gevonden in het Registre Civique, Arrondissement Almelo.75 Registre Civique Arrondissement Almelo, dan rentenier.76 Mogelijk Geesje Hendriks op 't Vriesenveen (zie Rectorshuis, Kwartieren, Kamphuis p. 15).77 http://www.zornsoftware.com/twentebestand/78 REC RA LAND ALM 2651 35v.79 REC LGA Register 50 e penning en Collaterale Succesien (kopie).80 Bij overlijden in 1825 56 jaar oud. Op 8-3-1769 laten haar ouders een dochter dopen:Hermina. Kan dat haar doopnaam zijn?81 Registre Civique Arrondissement Zwolle: geboren 23-3-1786.82 Bij overlijden in 1834 52 jaar oud, er is geen doop overgeleverd. Bij de akte vannaamsaanname door haar vader in 1811 is zij 30 jaar oud.83 http://esf.niwi.knaw.<strong>nl</strong>/esf1998/projects/criminal/84 Maar bij overlijden wordt Gildehaus opgegeven. De aangevers weten waarschij<strong>nl</strong>ijk wel, datHendrik te Gildehaus is opgegroeid (zoals hijzelf in zijn huwelijkse bijlagen opgeeft), maarze weten er klaarblijkelijk niet het fijne van: de naam van Hendrik’s moeder ontbreekt.85 Huwelijkse bijlagen: zijn vader was soldaat en toevallig daar gelegerd. Hendrik kan geenbewijs van geboorte overleggen.86 Vriendelijke mededeling L. Moens te Ommen.87 HCO Doopboeken Zwolle RBSO 708, pp. 185-186 en Regesten Zwollerkerspel d.d. 20-5-1786.88 HCO RA Zwolle 001 627 346, d.d. 27-12-1776.89 HCO RA Zwolle 634 392.90 Registre Civique Arrondissement Zwolle geb. 14-1-1788; deze datum wordt herhaald in zijnoverlijdensakte, maar het doopboek meldt 13-1-1788.91 In de akte staat dat zij weduwe was van Arend Bonsink.92 Slecht leesbaar in de vermelding.93 http://www.historiekamer.<strong>nl</strong>/geschiedenis/archiefhardenberg/armenzaken.htm94 Registre civique, kanton Bergum, marie Veenwouden; TRE Arch. gewestelijke besturen 1795-1813(BRF) inv.nr. 3630 (zie ook: NT 8.29).95 TRE RA DAN 107 137. Zie ook: DAN 87 344.96 GAD Speciekohieren Veenwouden 1802: van nr. 13 naar 138; 1 schoorsteen en 1 koe.97 TRE RA DAN 109 12v. Zie ook: DAN 88 272.98 TRE RA DAN 109 201. Zie ook: DAN 89 43, d.d. 13-10-1805.99 GAD, Afschriften van verzonden stukken 1819, nrs. 21 (d.d. 7-2-1819) en 24 (d.d. 16-2-1819).100 GAD, Ingekomen stukken 1819 nr. 4646.101 Vgl. ook de huwelijkse bijlagen van Sjoukje’s broer Tjalling. In de akte van bekendheid vandiens vrouw, Sjoerdje Meinderts, wordt ook hun moeder, Neeltje Tjallings Huizinga, opgevoerd.Zij verklaart dat Sjoerdje geboren is enige weken voor de maand mei 1799, terwijl haar dochterSjoukje ‘op dezelve tijd als Sjoerdtje geboren is’.102 Sije Sjirks staat bij zijn overlijden geregistreerd zonder de familienaam ‘Woudstra’. Eenbewijs voor het feit, dat (ook) de Friese overheid behoorlijk moest wennen aan defamilienamen van haar burgerij.103 Registre civique, kanton Bergum, marie Veenwouden; TRE Arch. gewestelijke besturen 1795-1813 (BRF) inv.nr. 3630 (zie ook: NT 8.29).104 GAD, Afschriften van verzonden stukken, O 307 (1847), d.d. 16-1-1847.105 TRE NT. 42.04, nr. 1001/002, p. 10 (kantoor Kollum).106 De leeftijd bij overlijden wijst op een geboorte rond 1742. De DTB boeken van voor circa1745 zijn niet bewaard gebleven. De eige<strong>nl</strong>ijke doop valt dus niet te achterhalen107 HCO RA ODH 14 80-80v.


108 HCO RA ODH 14 229-230v.109 HCO RA ODH 19 250.110 HCO RA ODH 19 309 en 310.111 HCO RA ODH 19 346.112 HCO RA ODH 19 353.113 HCO RA ODH 19 419-422.114 HCO RA ODH 20 478-480.115 Huwelijkse bijlagen bij een van haar kinderen: Dalfsen 1812, nr. 25. Aaltje is bij devolkstelling van 1748 jonger dan 10 jaar.116 HCO RA ODH 84 20.117 HCO RA ODH 23 50-51.118 Registre Civique Arrondissement Zwolle: geboren 16-12-1761.119 Van der Linde noemt 05-1-1812, maar de akte is zeker opgemaakt in december. Naderonderzoek!,120 Eigen vindplaatsen van haar kwartieren aangevuld met gegevens van G. Nijhuis te Vollenhove.121 Mogelijk op 18-12-1851 te Wanneperveen. Mededeling van Jan Klaver, Dordrecht.122 Volgens de schier o<strong>nl</strong>eesbaar, handgeschreven vermelding in 1845, bij het overlijden vanElsabene.123 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 289, fol. 303 (en ook in de daaropvolgende aktes).124 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 290, fol. 202 e.v. Zie ook: RA Vierlingsbeek, T. 7040,inv. nr. 314 fol. 377.125 Zie ook: RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 314 fol. 385 en 389.126 Zie: RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 314, fol. 365.127 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 290, fol. 249. Zie ook: RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 314 fol. 317.128 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 295.129 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 328.130 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 60.131 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 338, fol. 82.132 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 35, fol. 186.133 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 35, fol. 278.134 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 54.135 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 64.136 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 227.137 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 223.138 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 41, fol. 427.139 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 425.140 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 101.141 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 120.142 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol.144.143 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 427.144 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 162.145 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 165.146 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 219.147 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 128.148 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 220.149 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 318.150151 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 40.152 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 101.153 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 129 en 130.154 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 200.155 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 35.156 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 270.157 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 324.158 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 342.159 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 262.160 In datzelfde Graf is begraven Mighiel Boon, op 16-11-1789, verder staan vermeld Lucas Boonals ‘eigenaar met zusters’.161 GN jg. 57, nr. 2 (februari 2002), p. 93.162 GAA nr 57 p. 40.163 Http://www.gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/archieven/genealogie/huiszittenhuizen/zoek/index.<strong>nl</strong>.html164 Http://www.gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/archieven/genealogie/huiszittenhuizen/zoek/index.<strong>nl</strong>.html165 Http://www.gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/archieven/genealogie/huiszittenhuizen/zoek/index.<strong>nl</strong>.html166 GAH Chir. Gilde 2.167 Ondertrouw te Harlingen op 14 maart 1750.168 Zie voor haar voorouders: FK, p. 253.169 Schutte, p. 10, nummer 1.170 Vriendelijke mededeling drs. Hugo P. ter Avest, conservator.171 TSF, dl. 2, pp. 650-654.172 Zie voor deze vermeldingen: DVF 24 (1916), p. 19 en 22-23.173 HAR 118 (ongefoliëerd). Volgens NT. 13.213: 504.174 HAR 261 188.


175 HAR 264 238. Mogelijk betreft het hier Noorderhaven 114 (vriendelijke mededeling S. Elsingate Harlingen. Geertje Tuininga is overigens de jongste zus van Feikje. Zij wordt gedoopt teHarlingen op 18 december 1763 en trouwt aldaar 2 mei 1790 Dirk Feddema.176 Schutte. p. 28, nummer 290.177 Schutte, p. 26, nummer 258.178 Schutte, p. 12, nummer 28.179 In: Schutte, O.: De wapenborden te Harlingen., Leeuwarden, 1984. De schildering hangt medio2000 in de hal van het raadshuis.180 GAH Resolutieboeken 29, p. 37.181 GAH Resolutieboeken 29, p. 100.182 GAH Resolutieboeken 29, p. 173v. Op p. 174 wordt Tjeerd Radsma benoemd tot hopman van het6de kwartier.183 TRE RA HAR 261 226.184 Zie voor het tijdstip van overlijden van Pieter Aukes de speciekohieren Westergeest 1796,nr. 51. In de huwelijkse bijlagen van zijn dochter Hylkje Botes Zuidema (Kollumerland 13 mei1834, aktenr. 34) staat echter vermeld, dat Pieter Aukes overleden is rond voorjaar 1804.Vriendelijke mededeling mr. T.M. Slof te Leeuwarden.185 Zij komt ook wel voor met de familienamen “Noorman” en “De Vries”.186 Zie voor hen ook: FKW, p. 244.187 Overigens heet CBG Dossier Radsma haar foutief “Hinke Botes”.188 Voor overlijden: zie de vorige noot. Overigens noemt CBG Dossier Radsma haar ‘Hinke Botes’.189 KOL 139 144 (de akte zelf is van 1 juli 1787).190 KOL 139 170.191 NT. 13.113 nr. 787.192 Bartel Wybes Visser, geboren te Kollumerzwaag op 5 februari 1787, gedoopt aldaar op 4 maart1787, landbouwer, wonende te Kooten, zoon van Wybe Bartels en Hiltje Pieters Zuidema, trouwtte Kollumerland op 7 mei 1812 met Barber Rinderts Binnema, geboren te Westergeest op 26augustus 1786, gedoopt aldaar op 1 oktober 1786, overleden aldaar op 30 november 1850, dochtervan Rindert Sybes en Bontje Minses (die overigens een dochter was van de eerder genoemde MinseRoelofs en Sytske Alberts Postma). Vriendelijke mededeling van Reid van der Ley te Groningen.In 1812 verkopen Bartel Wybes Visser te Westergeest en Hinke Wybes te Kollum samen land:notaris L. Faber te Kollum, T. 26, inv. nr. 070003 repertoire nr. 49, d.d. 11 mei 1812. HinkeWybes overlijdt als Hinke Wybes Wiersma te Tietjerksteradeel op 16 januari 1820, oud 31 jaar,gehuwd, dochter van Wybe Bartles en Hiltje Pieters. Zij trouwt Tietjerksteradeel 27 februari1819 Brugt Douwes Douma.193 Overigens komt Antje ook wel een enkele keer voor als Martje. Zij is een zus van WybeBerends de Vries, de tweede man van Nieske Gerrits Noordman. Naamsaanname 1811, Westergeest:Berent Egberts de Vries. Kinderen: Wytze (41), Wybe (39), Martje (32), Lutske (30), Egbert(34), Jarig (28) en Elske (20).194 Notaris L. Faber te Kollum: T. 26, inv. nr. 070004 repertoire nr. 288 (1813) en notarisJ. Romein te Buitenpost: T. 26, inv. nr. 024004 repertoire nr. 14 (1813). Geciteerd viaTresoar (notariële archieven).195 Notaris H. S. de Walle te Ferwerd: T. 26, inv. nr. 038005 repertoire nr. 6 (1817). Zie voorverdere vermeldingen te Ferwerd ook: T. 26, inv. nr. 038005 repertoire nr. 134 (1817), inv.nr. 038006 repertoirenrs. 80 en 82 (1819). Verder komt Auke Pieters Zuidema ook nog voor in:T. 26, inv. nr. 038006 repertoire nr. 117 (1819) en inv. nr. 038006 repertoire nr. 3 (1820).Geciteerd via Tresoar (notariële archieven).196 Het gezin woont achtereenvolgens te Westergeest (geboorte en doop dochters Baukje op 23september/8 oktober 1797 en Jitske op 14 maart/6 april 1800). Daarna woont men te Kooten(geboorte en doop dochters Barber op 10 november/19 december 1802 en Martje op 5 november1806/11 januari 1807). In 1811 woont men in Kooten: notaris L. Faber te Kollum, T. 26, inv.nr. 070002 repertoire nr. 88, d.d. 9 mei 1811. Enkele jaren later woont het gezin teGrootegast: notaris L. Faber te Kollum, T. 26, inv. nr. 070006 repertoirenrs. 625 en 632, d.d.27 december 1815. Ten slotte strijkt het gezin neer in het Groningse Tolbert: notarisJ. Romein te Buitenpost, T. 26, inv. nr. 024009 repertoirenrs. 315 en 1, d.d. 22 december1818.197 Notaris L. Faber te Kollum: T. 26, inv. nr. 070008 repertoire (1820). Geciteerd via Tresoar(notariële archieven).198 Notaris R. Buysing te Kollum, T. 26, inv. nr. 71015 repertoirenrs.: 33 en 42, d.d. 10 april1844.199 Zie voor het voorgeslacht van Gerrit Waatses: Nicolai, S. Onze voorouders. Wie het waren enwaar ze woonden. (Tresoar, GEN 244, m.n. pp. 12-13). Zie ook: GJ 2000, p. 59 (Waatze Halbes enNieske Gerrits Posthumus).200 TRE RA KOL 26. Zie ook: NT. 13.113 (autorisaties Kollumerland 1718-1811), p. 70, nr. 800.201 Bij zijn doop op belijdenis staat deze datum vermeld - vermoedelijk door hem zelf genoemd.202 TRE Speciekohieren BAR, Oosterbierum 11 ‘de vrouw overleeden voor de moeder’.203 Noord Hollands Archief (NHA), reg. 13/433, fol. 80.204 Oud-Rechtelijk archief Elburg, inventarisnr. 19 (Breuckencedule).205 Akten van Teunis Abrahams de Vries en de familie Hooghordel geciteerd via:http://www.streekarchivariaat.<strong>nl</strong>/modules.php?name= nr. Content&pa= nr. showpage&pid= nr. 100206 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 129.207 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 133.208 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 134.209 Boom, H., Kwartierstaat van Anna Meijer. Zij kwam van “net over ’n poal”. In: TwenteGenealogisch, no. 4, oktober 2005, pp. 124-132 (vanaf p. 129).210 http://www.o<strong>nl</strong>ine-ofb.de/famreport.php?ofb=neuenhaus&ID=6347&nachname=GOSSELINK&lang=de


211 http://www.o<strong>nl</strong>ineofb.de/famreport.php?ofb=veldhausen&ID=9877&nachname=HAVEDING&modus=&lang=de212 Registre Civique Arrondissement Almelo: geboren 10-8-1754.213 REC RA STAD ALM 2620 505-506.214 Ook wel verhaspeld tot Bernegenk. Bij het overlijden van haar dochter staat zij ook vermeldmet de familienaam ‘Post’.215 Bij overlijden was zij 60 jaar oud, haar ouders zijn niet vermeld. Wellicht is zij gedooptAlmelo (als Aelken), 14-10-1753, dr. van Arent van den Bos x Harmina Mighoop.216 Bij het huwelijk van dochter Gerridiena, te Stad Almelo op 13-11-1834 is vader Derk nog i<strong>nl</strong>even. Merkwaardig genoeg staat bij hem vermeld dat hij woonachtig is te Emmelenkamp(Emmlichheim) in het graafschap Bentheim en Lamerdian te Stad Almelo. Bij het huwelijk vanzoon Gerrit, op 25-5-1838 te Stad Almelo, is Derk al overleden. Hij was in leven wever enheeft gewoond te Almelo en Emmelenkamp (Emmlichheim) in het graafschap Bentheim. Hij is niette Almelo overleden, dus denkelijk is dat in Emmelenkamp gebeurd tussen 13-11-1834 en 25-5-1838.217 Ondertrouw dochter Geesken.218 Opgenomen ver na hun overlijden bij de huwelijkse bijlagen van hun kleindochter GeertruidAlberts (= nr. 103). Haar grootouders worden daarin alle vier met name genoemd. HendrikAlberts, Aale Tukkert, Gerrit Grobbenhuis en Geertruid Tooren. Bovendien is vermeld, dat zedan (in 1836) allemaal al minstens dertig jaar geleden te Almelo zijn overleden en begraven.Rond 1800 is dus een ruwe schatting.219 Ouders steeds vermeld als Hendrik Alberts en Aaltje Jansen.220 Registre Civique Arrondissement Zwolle.221 http://www.geneaboek.net/search.php?book= nr. 2154&q= nr. Michels&p= nr. 0081.222 In de overlijdensakte van haar zoon is haar patroniem vermeld als ‘Fraukjen’.223 Dit is de meest waarschij<strong>nl</strong>ijke datum: zie de overige kinderen van zijn ouders (= nr.860/861).224 Aangifte van overlijden door Christiaan Beverwijk, haar schoonzoon. Zij is daar vermeld alshuisvrouw van Jan Sietzen, oud 56 jaren en nalatende acht kinderen.225HCO RA Stad Steenwijk, nr. 450 (zie ook 447)(lijst van processen; nadere toegang).226 Kwartieren van Ariaantje: vriendelijke mededeling van G. van Genderen te Geldermalsen.227 Volgens opgave van de predikant ald., opgenomen in huw. bijlagen van zijn zoon Hendrik.228 Bij overlijden wordt hij met deze twee namen genoemd en bij haar tweede huwelijk blijktGeese weduwe van iemand met deze naam.229 Geciteerd via: Eijken, E.D., Inventaris van het archief van het Drostambt Twente 1610-1811.,Zwolle, 1993, p. 158, nr. 578.230 http://www.zornsoftware.com/twentebestand/231HCO RA Ambt Delden 14, 668-669.232HCO RA Ambt Delden 46.2, nr. 151 (lijst van processen).233HCO RA Ambt Delden 13 454.234HCO RA Ambt Delden 14 156.235 Aanvullende gegevens afkomstig van de heer A. Kroes te Hasselt.236 De echtverbintenis is ook ingeschreven in Hasselt.237 Zie de site van Johan Gaal: http://members.lycos.<strong>nl</strong>/giethoorn/giethoorn/HZ000671.HTM(januari 2003).238 Er zijn geen doopboeken voorhanden. Zijn geboortejaar is geschat op basis van driegrootheden. Bij de volkstelling blijkt hij jonger dan 10, zijn eerste kind krijgt hij in 1764en bij overlijden in 1806 wordt hij 73 jaar oud genoemd.239 Bij overlijden wordt haar leeftijd gesteld op 68 jaar.240 HCO RA ODH 12 resp. 65-65v; 137v-138v en 139-139v.241 HCO RA ODH 12 resp. 68v-69; 69-70 en 70-71.242 HCO RA ODH 12 130v.243 HCO RA ODH 12 195-195v.244 HCO RA ODH 15 112vo-114 en 13 248-250.245 HCO RA ODH 16 129-130.246 HCO RA ODH 84 13.247 HCO RA ODH 84 49.248 HCO RA ODH 18 571.249 HCO RA ODH 84 56-59.250 HCO RA ODH 84 51-52.251 HCO RA ODH 18 607-608.252 HCO RA ODH 18 676-678.253 HCO RA ODH 679-680 en 680-682.254 HCO RA ODH 19 33-34.255 HCO RA ODH 84 80 en 19 165-166.256 HCO RA ODH 84 85 en 19 222.257 HCO RA ODH 19 249.258 HCO RA ODH 84 92.259 HCO RA ODH 19 354.260 HCO RA ODH 19 404.261 HCO RA ODH 20 103.262 HCO RA ODH 10 374-377.263 HCO RA ODH 84 134.264 HCO RA ODH 20 115.265 HCO RA ODH 84 174.266 HCO RA ODH 20 275.


267 HCO RA ODH 84 185-186.268 HCO RA ODH 20 352.269 HCO RA ODH 20 360-361.270 HCO RA ODH 84 202.271 HCO RA ODH 20 437.272 De huwelijkse bijlagen van haar dochter Lubbigje (1824) geven een brevet, waarin getuigenverklaren, dat Jennigje ongeveer 20 jaar geleden te Hardenberg is overleden en begraven.273 Rectorshuis, Kwartierstaat Hinnen.274 Huwelijkse bijlagen dochter Geertruid (1822): opgemaakt is een akte, waarin getuigenvermelden, dat haar vader overleden was ‘ongeveer 25 jaren geleden, toen zij ongeveer driejaar oud was. Terugrekenend vanaf 1822 kom je dan op 1797.275 Registre Civique Arrondissement Almelo.276 Of 22-10-1741: er is een Jan Derk en een Jan in dat gezin (zie bij de ouders: nrs.1016/1017).277 HCO RA Olst 20 332.278HCO RA Olst 58 191 en 195.279 Zie NL CXX (2003), nr. 5-6, kol. 162.280 Op genoemde dag, 1 mei, worden in Dantumadeel de speciekohieren vernieuwd. Bij `FeenwoldenLaag Quartier' staat dan bij nr. 35B `Sije Harmens overleden, nu desselfs wed.'. In deLeeuwarder Courant van 6 april 1799 is sprake van een verkoop door de kinderen van SyeHarmens.281 TRE RA DAN 133 28, registratie op 23-7-1798.282 TRE TIE 2 220-221.283 TRE T. 14 2950.284 TRE RA DAN 133 28.285 TRE RA DAN 15 234v, d.d. 1-5-1780.286 TRE T. 14 4115.287 TRE RA DAN 130 194, registratie op 8-3-1787.288 TRE RA DAN 133 91, registratie op 9-12-1799.289 TRE RA DAN 133 90.290 Deze Oene Sierks heeft, gelet op de in deze familie voorkomende namen, natuurlijk een‘verdacht’ patroniem. Toch is met zekerheid vast te stellen dat hij geen familie is. TRE NT13.138, p. 44, nr. 114: in de klappers op de Collaterale Successie van Dantumadeel valt na telezen, dat Oene op 29-8-1782 overleden is. Pytter Sierks (sic!), veenbaas onder Veenwoudenverschijnt op 22-11-1782 voor de afhandeling van de nalatenschap. Voor zichzelf en namensMarten en Wytse Sierks, mede aldaar en Jan Sierks te Oudega, allen ab intestato erfgenamen.Geen van deze mannen komt uit deze familie en ‘onze’ mensen worden niet genoemd. Conclusie: eris geen familieband.291 Gegevens afkomstig uit de huwelijkse bijlagen van zijn zoon Jan Edses/Edsers van der Woude:Barradeel 7-6-1828 A31. Enige terughoudendheid omtrent de juistheid lijkt op zijn plaats. Zijngrootouders van vaderszijde heten: ‘Seye Harmens (...) en Sjoukjen Edzes te Veenwouden’.292 TRE RA DAN 133 48.293 TRE RA DAN 134 15.294 TRE RA DAN 127 127, d.d. 27-5-1768. (vriendelijke mededeling T. Slof te Leeuwarden).295 TRE RA SMA 81 463.296 TRE RA SMA 82 485.297 TRE RA SMA 82 507.298 TRE RA SMA 82 552.299 TRE RA SMA 86 152.300 TRE RA SMA 86 226.301 TRE RA SMA 86 232.302 TRE RA SMA 86 267.303 TRE T. 42, nr. 372, fol. 305 (fiche 50001-a).304 TRE T. 14 5121.305 TRE RA SMA 108 331 (doorgehaald), d.d. 27-10-1763.306 TRE RA SMA 109 185.307 TRE RA SMA 109 198.308 RAG ORA V mm (vriendelijke mededeling K.A. Reuvers te Lelystad).309 RAG ORA V mm (vriendelijke mededeling K.A. Reuvers te Lelystad).310 RAG ORA V oo (vriendelijke mededeling K.Reuvers te Lelystad).311 GN 56 (2001), nr. 4/5, pp. 233-234.312 RAG ORA V cc 8.313 RAG ORA V ff, d.d. 24-6-1759.314 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle.315 Registre Civique.316 Zie: http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/ad.ijpelaar/kwijpell.htm#200317 HCO RA ODH 4 92vo.318 HCO RA ODH 10 142.319 HCO RA ODH 7, d.d. 16 september 1746.320 HCO RA OST 6 406.321 HCO RA ODH 13 137-138.322 HCO RA ODH 15 72vo.323 HCO RA ODH 16 29.324 G. Zomer te IJlst noemt als overlijdensdatum Beerze 25-1-1822. In de overlijdensaangifte vandochter Maria (d.d. 8-6-1819) staat vermeld dat beide ouders al overleden zijn.


325 Zo genoemd in de overlijdensakte van haar dochter Egberdina (1833). In de boerschap Beerzeligt - ook nu nog - een erve Volkerink. In 1748 woont daar de weduwnaar Hendrik Volkerink met2 kinderen: Aaltje en Geertje. Verder is er nog een inwonende oude vrouw, Derkje Hendriks, ‘inde 80 jaren oudt’, een knecht, Roelof Jansen, 2 meiden: Janne Everts en Jannigje Hendriks eneen scheper, Hendrik Willems.326 Uit: 600 jaar Bergentheim, geciteerd via het Internet: http://members.tripod.com/~Klaas-Jansen/kjansen.htm, p. 4.327 Hertrouwen Willem Arents.328 HCO RA ODH 5 36vo-37.329 HCO RA ODH 5 51-52.330 HCO RA ODH 10 8v-9v.331 HCO RA ODH 18 108-109.332 HCO, Tr.reg. Vriezenveen, d.d. 5-3-1748.333 H.J. Brilman, Almelo; Kwartierstaat Brilman-Edelijn (relevante kopiën in mijn bezit, zie nr.73, 146, 147 e.v. Overigens komen deze namen ook weer terug in GN, 51 (1996))334 HCO St. A. 2553, 1000ste penning Wierden (1738).335 Otr./huwelijksdata van kinderen.336 Doop van een kind.337 Zie TG, augustus 1994, p. 55. Zie echter voor uitgebreide informatie: GN 51, janHUAri 1996:B. van Dooren: De voorouders van Albertus Kamp. Een Twentse <strong>kwartierstaat</strong>., p.11., waaruitsteeds geciteerd.338 HCO RAK 8 316 en 319, d.d. 5-1-1757.339 HCO RAK 8 337, d.d. 17-3-1757.340 HCO RAK 2 262v, d.d. 19-6-1730.341 HCO RAK 46 14 e.v.342 HCO RAK 46 35 e.v. en 60v e.v.343 Huwelijk zoon Jan Willem.344 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 288, fol. 40.345 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 288, fol. 129.346 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 288, fol. 137.347 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 288, fol. 150.348 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 288, fol. 177.349 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 313, fol. 1.350 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 289, fol. 325-329.351 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 290, fol. 7-13.352 Het echtpaar krijgt deze kinderen (volgorde niet helemaal duidelijk, alle dopen te Gennep:RK, Parochie H. Martinus):1. Jacobus, ged. Gennep 29-1-1758 (getuigen: Jacobus, Theodorus en Barthelomeus van denWijenbergh en Hendrina van Haaff), overl. Gennep 5-7-17582. Mechina, ged. Gennep 5-5-1760 (getuigen: Gerhardus Klabbers en Hendrina van Haaff). Op 16-9-1762 overl. te Gennep Mechtildis van Haaff, dr. van Petrus van Haaff en Beatrix Reijnders).3. Joannes Wilhelmus, ged. Gennep 13-4-1764 (getuigen: Jacobus Jansen, Catharina Jansen). Op15-7-1758 overl. te Gennep een Joannes Wilhelmus van Haaff, zn. van Petrus van Haaff enBeatrix Reijnders. Is het dezelfde of een gelijknamig broertje?4. Joanna Mechtildis, ged. Gennep 4-5-1767 (getuigen: Stephanus Reijnders en Hendrina Cuppen)5. Wilhelmus, overl. Gennep 24-5-1768.6. Sybilla Joanna, ged. Gennep 2-5-1769 (getuigen: Joannes Fredericus Bockmeulen, JoannaBrands), overl. Gennep (als Sybilla) 26-7-1773.7. Joanna, ged. Gennep 14-6-1772 (getuigen: Jacobus Jansen, Elisabeth Reinders, Mechtildis vanHaaff), overl. Gennep 19-8-17738. Henricus, ged. Gennep 26-5-1774 (getuigen: Joannes Fredericus Bockmeulen, Joanna van Haaffen Mechelina van Haaff overl. Gennep 25-1-17759. Godefridus, ged. Gennep 31-10-1777 (getuigen: Jacobus Jansen en Catharina Nielen), overl.Gennep 9-6-1780353 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 313, fol. 25 en 290, fol. 125. Zie ook: 73, fol. 109 (1-10-1768).354 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 290, fol. 155. Maar er zijn meer verkopen door hetechtpaar: zie daartoe o.m.: RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 314, fol. 481 en 313, fol. 27en 39.355 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 290, fol. 261 en 263.356 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv.nr. 290, fol. 191.357 Zie ook: RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 314, fol. 397, 399 en 403.358 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 91.359 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 175.360 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 180.361 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 225.362 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 3.363 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 106.364 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 222.365 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 293.366 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 134.367 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 68.368 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 27.369 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 227 en 228.370 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 313.371 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 393.


372 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 3.373 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 27.374 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 233, 262 en 292.375 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 288.376 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 338, fol. 1.377 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 338, fol. 104.378 http://www.8november.net/sambeek.htm379 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 132.380 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 46.381 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 220 en 234.382 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 286.383 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 144 en inv. nr. 38, fol. 144.384 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 111.385 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 77.386 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 114.387 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 149.388 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 152.389 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 36.390 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 249.391 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 396 en 398392 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 107.393 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 322.394 RA Beugen, T. 7040, inv. nr. 360, fol. 194.395 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 410.396 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 25. Zie ook: fol. 27.397 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 65.398 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 153.399 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 70.400 RA Beugen, T. 7040, inv. nr. 361, fol. 17.401 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 430.402 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 21.403 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 181.404 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39, fol. 327.405 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 184, 196, 217.406 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 254.407 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 431.408 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 35, fol. 155.409 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 99. Zie ook: fol. 146, 175.410 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 39A, fol. 244, 245.411 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 39.412 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 38, fol. 64.413 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 35, fol. 301.414 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 335, fol. 34.415 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 134.416 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 189.417 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 206.418 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 172.419 RA Wanroij, T. 7040, inv. nr. 577, fol. 63.420 RA Wanroij, T. 7040, inv. nr. 588, fol. 130.421 RA Sambeek, T. 7040, inv.nr. 342, fol. 41.422 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 212.423 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 59.424 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 130.425 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 193.426 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 243.427 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 268 en 270.428 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 280.429 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 295.430 RA Boxmeer, T. 7042, fol. 34, inv. nr. 24.431 RA Sint Oedenrode, T. 7636, inv.nr. 203, fol. 244 en 261.432 Vriendelijke mededeling André en Marie-Louise Bosmans-Jacobs, Maaseik (België).433 Gegevens over zijn voorouders geciteerd op 17-7-2011 via:http://stamboom.roosenboom.info/family.php?famid=F51434 http://members.chello.<strong>nl</strong>/g.vbenthem/Pachtboekenstiftkranenburg.htm.435 TRE RA KOL 137 66v.436 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>437 http://de-wit.net/bronnen/naamlijst-regeringsleden-1787.htm. Bron: Koninklijke Bibliotheek,"Naamlyst der Regerings-leden van de provincie Holland, Die in het jaar 1787 op eene onwettigewys, door de Burgery en 't Vliegend Legertje, van hunne Posten zyn ontzet [etc.]", Knuttelpamfletnr. 21750438 TRE T. 14, inv.nr. 14026, d.d. 20-5-1750: Sjoerd Talma, distillateur en koopman teHarlingen versus de magistraat van Harlingen en Harmen Ratsma.439 Rond de geboorte van dochter Sjoertje: het doopboek vermeldt het overlijden van de moeder.440 T. 14 inv. nrs. 13877, 13882, 14026, 14154.441 T. 345 inv. nr. 599.442 HAR 254 164.


443 HAR 118 (ongefoliëerd). Volgens NT. 13.213: 504.444 Zij is een dochter van Jacob Harmens Ratsma en Christina Boogaard. Deze Jacob is de oudstezoon van Harmen Jacobs (uit diens huwelijk met Lutske Frederiks Schotsman). De in de aktegenoemde Lucia trouwt Joannes Gregorius Lakhuis. Zij laten in de periode 1784-1791 teAmsterdam drie kinderen dopen (RK, kerk De Posthoorn) Bron:http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>445 GAH 19 179vo.446 HAR 259 98, 99vo en 101. Vriendelijke mededeling Y. J. Elsinga te Harlingen.447 Detail, overgenomen uit: Hedendaagse historie of tegenwoordige staat van Friesland.Facsimile-uitgave van 1785-89, dl. 2, tussen pp. 623 en 624.448 Het echtpaar Radsma-Bogaart laat te Amsterdam in de Noorderkerk dopen: Jan (17 november1756), Christina (15 oktober 1758), Lucia (15 juni 1760) en Christina (5 september 1762).Bron: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>449 In: Schutte, O.: De wapenborden te Harlingen., Leeuwarden, 1984.450 GAH Chir. Gilde. 1: gilde- of aktenboek 1749.451 GAH Chir. Gilde 2, d.d. 6-6-1749.452 Friese vleinaam voor ‘Rinske’.453 TRE NT. 13.206, nr. 617.454TRE RA HAR 312 290 en 290v.455 TRE RA KOL 137 32.456 TRE RA KOL 137 85.457 TRE RA KOL 113 307v en 191v.458 TRE RA KOL 113 197v.459 TRE RA KOL 113 259.460 TRE RA KOL 113 270.461 TRE RA DAN 34 56v. Zie ook TRE NT. 13.87 p. 194.462 TRE RA DAN 95 5.463 TRE RA KOL 114 208.464 Speciekohieren Kollumerland 1794, Westergeest nr. 52.465 Speciekohieren Kollumerland 1798, Westergeest nr. 52.466 TRE RA KOL 113 51.467 TRE RA KOL 113 74v.468 TRE RA KOL 113 103.469 TRE RA KOL 113 248.470 TRE RA KOL 113 271.471 TRE RA KOL 113 327v.472 TRE RA KOL 113 371v.473 TRE RA KOL 113 388v en 389.474 TRE RA KOL 114 ...475 TRE RA KOL 99 (ongenummerd, fiche 12).476 TRE RA KOL 114 475.477 TRE RA KOL 114 586.478 TRE RA KOL 114 615 en 616.479 TRE RA KOL 114 711.480 TRE RA ACH 93 289.481 TRE RA ACH 93 385v.482 TRE RA ACH 49, zonder nummer, fiche 5.483 TRE RA ACH 94 191v.484 Overigens staat de moeder nergens vermeld.485 TRE GEN 902; Nieuwland noemt niet de vindplaats van die bron.486 TRE RA FRA 122, zonder nummer.487 TRE RA BAR 94 116v.488 TRE NT. 13.137, nr. 524.489TRE NT. 319, nr. 1076.490 TRE Speciekohieren BAR, Oosterbierum 12.491 TRE RA BAR 98 80, d.d. 21-1-1782, echtelieden te Oosterbierum. Speciekohieren Oosterbierum1782: ‘de vrouw obiit’.492 TRE RA BAR 137 104v.493 TRE RA BAR 137 169.494 TRE RA BAR 138 50v.495 TRE RA BAR 138 84v.496 TRE, T. 319 1081.497 Gegevens uit Meppel: vriendelijke mededeling van Auke Vlietstra.498 Zie GN XLIII (1988), p. 485.499 Gegevens voorgeslacht Hendrik: NL XXVIII (1910) pp. 165-174; pp. 193 e.v; NL XXXIX (1921),pp. 11-15; NL LXV (1948), pp. 309-320 en: Wijnands van Resandt, W., 256 kwartieren enkwartierwapens van H.W. van Woelderen. Met eene nalezing op de kwartieren bronnenstudie.,Middelburg 1939.500 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 287, fol. 111.501 Alida Boerdam te Vlaardingen testeert te Schiedam: ONA inv.nr.: 882 blz.: 807.502 Aanvullende kwartiergegevens van Dina deels afkomstig van B.J. Maat te Zeist.503 De eerder genoemde internetsite Ligtermoet geeft op: begr. Maasluis 9-2-1822.504 Gegevens afkomstig van Familysearch (begin 2003).505 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 126. Gegevens enafbeelding van Elburg overgenomen van: http://www.streekarchivariaat.<strong>nl</strong>/modules.php?name= nr.Content&pa= nr. showpage&pid= nr. 3


506 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 127.507 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 128.508 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 130.509 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 131.510 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 132.511 Inventaris van het rechterlijk archief der stad Elburg, inventarisnummer 133.512 http://www.o<strong>nl</strong>ine-ofb.de/famreport.php?ofb=neuenhaus&ID=1747&nachname=GOSSELINK&lang=de513 Bij huwelijk van zijn dochter Gerritdina, die als `nagelaten dochter' vermeld staat.514 REC RA STAD ALM 2619 537-538.515 REC RA STAD ALM 2620 505-506.516 REC RA LAND ALM 2646, nrs. 14-17.517 Ondertrouw dochter Hendrika.518 HCO HA 3075.519 HCO Arch. Klooster St. Catharina Almelo, 50.520 Zie GN 51 (1996) p. 224, daar staat ook een foto van het erf.521 HCO HA 3201.522 Huwelijk dochter Maria.523 http://home.planet.<strong>nl</strong>/~milarepa/interests/genealogie/kwst_douwe_jan_de_vries/hz009223.htm524 HCO RA Stad Steenwijk, nrs. 386, 387, 389 (lijst van processen; nadere toegang).525 Geciteerd op 19-3-2011 via: http://www.archieven.<strong>nl</strong>/index.php/resultmodo<strong>nl</strong>y?mivast=1648&miadt=1648&mizig=205&miview=ldt&milang=<strong>nl</strong>&micols=1&misort=unittitle|asc&mires=0&mizk_alle=weelde&mip1=526 Voorgeslacht in: NP 1969, pp. 70-71.527 Gegevens over Maria en haar voorgeslacht (en dus ook haar schoonmoeder) uit: 'Genealogie vanhet geslacht De Gier in den Bommelerwaard’ in: NL 1943, jrg. 61, kol. 63-72, 95-106, 140-151177-190.528 Gegevens afkomstig uit: Noo, H. de, Genealogie De Noo. Een boerengeslacht uit deBommelerwaard en de Tielerwaard., Vught, 1991. Vriendelijke mededeling van G. van Genderen teGeldermalsen.529 Wel ingeschreven te Hillegom, waar het nieuwbakken echtpaar op dat moment woonde. Hethuwelijk is blijkens de de impost ingeschreven op 10-3-1734 (als Jacobus Gytenhoek(!), vanHillegom en Marretje Bonje, alhier).530 HCO RA Schoutambt Olst, inv. nr. 58, fol. 107.531HCO RA Schoutambt IJsselmuiden, 3290 89.532 HCO, Register van alle huizen, 1812, wijk van de Sassenpoort, 102, pp. 67-68.533 Vriendelijke mededeling A. de Haan te Garderen.534 HCO RA ZWO 171 605-608.535 HCO Resoluties Schepenen en Raden 1793-1795, p. 193.536 Hij zegt in 1740 omstreeks 34 jaar oud te zijn. Geciteerd via: Geerdink-van der Worp, E.C.,Uit het Richterambt Enschede, dl. 1: De Marke Usselo van 1650-1800, 1993, p. 19.537 HCO RA ENS 87 20, nr. 67.538 HCO RA ENS 87 71, nr. 241.539 HCO RA ENS 87 118, nr. 444 en 445.540 HCO RA ODH 4 311-311v.541 HCO RA ODH 5 40v-41v.542 HCO RA ODH 6 22-22v.543 HCO RA ODH 7 32-32v.544 HCO RA ODH 9 9-9v.545 HCO RA ODH 9 46-46v.546 HCO RA ODH 9 47-47v.547 HCO RA ODH 9 115v-116.548 HCO RA ODH 9 117v-118.549 HCO RA ODH 10 26v-27.550 HCO RA ODH 10 274-274v.551 HCO RA ODH 11 165-166.552 HCO RA ODH 10 resp. 167-176v; 167v-168; 168-169 en 169-170v.553 Mensema, A.J. en de Raat, R.M. Leenrepertorium van het huis Almelo., Zwolle, 1993, p. 148.554 Meeste gegevens zelf gevonden. Met name de informatie over zijn voorgeslacht en het erfPotheine echter gevonden op het internet (maart 2001): www.portheine.myweb.555 HCO RA ODH 3 112-113.556 HCO RA ODH 3 284-284v.557 HCO RA ODH 7 43v-44v.558 HCO RA ODH 7 145-146.559 HCO RA ODH 9 21-22.560 HCO RA ODH 9 126.561 HCO RA ODH 9 60-61.562 HCO RA ODH 9 109-110.563 HCO RA ODH 10 97-97v.564 HCO RA ODH 10 97v-98.565 HCO RA ODH 6 24v-25.566 HCO RA ODH 17 104v.567 HCO RA ODH 19 145-146.568 HCO RA ODH 20 238.569 Doopdatum (zonder plaatsvermelding) en ouders afkomstig (begin 2003) van www.denhamvroomshoop.<strong>nl</strong>/images/scr.<strong>pdf</strong>(Schreuder).


570 Familienaam gebruikt bij het overlijden van haar zoon Berent Lubbers (afschrift opgenomen inde huwelijkse bijlagen van haar kleindochter).571HCO RA HARD (Schoutambt) 13, 157.572HCO RA OLW 13 180-182.573HCO RA OLW 13 182-183.574HCO RA OLW 58 118 (in margine).575HCO RA OLW 58 96.576HCO RA OLW 6 513.577 Aanwezig in het gemeente-archief Wijhe. Geciteerd via: Hael, C. van en Raat-Giljam, A.J.de, Oude archieven in Overijssel. Inventarisatie van de oude archieven van de gemeentenIJsselham, Hardenberg, Wijhe, IJsselmuiden en Stad-Delden., Assen, 1980, p. 128, nr. 31.578 Bij doopinschrijving de moeder niet vermeld, vader Sierk Pijters van Bakkeveen afkomstig.579 Op genoemde dag worden in Dantumadeel de speciekohieren vernieuwd. Bij `Feenwolden LaagQHUArtier' staat dan bij nr. 35 dat `Harmen Sjerks is overleden, nu desselfs wed.'580 Het huwelijk is overigens ook geregistreerd in de kerkboeken van Buitenpost.581 Froukjen leeft vermoedelijk nog in 1803. In mei van dat jaar staat `Harmen Sierks wedue' nogvermeld in de speciekohieren, in 1804 een zekere Sijbe Sjoerds.582 TRE RA DAN 13 149.583 TRE RA DAN 13 169.584 TRE RA DAN 126 26, inschrijving 4-2-1747.585 Zijn er nog meer kinderen? TRE DTB 1025 F, p. 35, nr. 1: Eeke Harmens, overl. 3-11-1807, 68jr.586 TRE RA DAN 91 367. Zie ook: TRE RA DAN 79 626.587 TRE RA DAN 126 169.588 TRE T. 14 2656.589 TRE RA DAN 94 205590 Zie voor dit echtpaar en hun (mogelijke) voorgeslacht GJ 1993 p. 33 e.v.591 Uit het huwelijk ook nageslacht: zie TRE RA TIE P9 33.592 TRE RA DAN 78 66v.593 TRE RA DAN 78 187.594 TRE RA DAN G1 231-232.595 TRE RA DAN G2 55v.596 TRE RA DAN 78 69.597 TRE RA DAN 91 316.598 TRE RA DAN 79 525.599 TRE RA DAN 124 157v.600 TRE RA DAN 124 158.601 TRE RA DAN 78 67.602 TRE RA DAN 126 33.603 TRE RA DAN 126 38.604 TRE RA DAN 126 59.605 TRE T. 14 11813, def. sent. 11.606 TRE NT. 13.113, nr. 382; nr. 414; nr. 438 en nr. 444.607 TRE RA DAN 124 3v (doorgestreept) en 5 (overigens niet genummerd).608 TRE RA DAN 125 299.609 TRE RA DAN 126 9.610 Geboren te `Alde Leije under Feinsum'. Daarmee is meteen de familienaam verklaard.611 TRE RA DAN 126 58.612 TRE RA DAN 126 40.613 TRE RA DAN 15 206v.614 Speciekohieren Dantumadeel 1755: ‘Jacob Rinnerts heeft zijn vrouw verloren.’615 TRE RA SMA 31 236.616 TRE RA SMA 76 492.617 TRE RA SMA 104 508.618 TRE RA SMA 105 529.619 TRE RA SMA 49 405.620 TRE RA SMA 49 320.621 TRE RA SMA 60 412.622 Vriendelijke mededeling J. Grijpstra.623 Meeste gegevens zelf gevonden, aangevuld met gegevens van J. Grijpstra te Lelystad.624 TRE RA OPS 132 579.625 TRE RA OPS 132 595.626 TRE RA OPS 132 892.627 TRE RA OPS 185 886.628 RAG ORA V ll 6.629 RAG ORA V mm 6.630 Geciteerd op 22-2-1011 via: http://www.windgenealogie.org/re/re-000083.htm631 GN 56 (2001), nr. 4/5, pp. 233-234.632 http://www.dbeerta.<strong>nl</strong>/Beerta/2831.html633 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle.634 RAG 731 (Oldambt), nr. 2923. Zie ook: 731, 3085 (1755).635 Respectievelijk de datum van het huwelijk van zijn dochter Alke en de hertrouwdatum van zijntweede vrouw. Zij tr. (2) Roelof Everts van Eexta.636 RAG, h.c., Vff dl. 5.637 RAG, ORA, V ff 4.


638 Zie de inzending van P. Bos te Mijdrecht in: Groninger Kwartiertstatenboek I, red. R.H. Almaen F.J. Ebbens, Groningen 1988, p. 284. Hij vermeldt in een brief aan mij dat de ouders aldaarfoutief zijn: ik heb zijn ‘nieuwe’ ouders hier overgenomen.639 Geciteerd op 22-2-2011 via: http://www.bdpoppen.<strong>nl</strong>/<strong>pdf</strong>/cherchersbenoemingen.<strong>pdf</strong>640 http://home.planet.<strong>nl</strong>/~w.j.schuringa/generaties/gen-schuveendam03.html641 RAG, inv. nr. 731, 2196.642 HCO RA ODH 4 92v-93.643 HCO RA ODH 10 142-142v.644 Boer, D.E.L. de, Beerze, Beerzerveld en Mariënberg. Heden en verleden. Beerzerveld, 1994, p.53.645 Zwerftochten door de Vechtvallei (73). “Hans en Jenne” verlosten Beerse uit zijn isolement.646 Zie daartoe ook: Steen, G. en Veldsink, W. De geschiedenis van Ommen., p. 93.647 HCO RA ODH 1 66-67v.648 HCO RA ODH 2 246-247.649 HCO RA ODH 2 322-323.650 HCO RA ODH 4 182v-185.651 HCO RA ODH 4 153v-154v.652 HCO RA ODH 4 274-274v.653 HCO RA ODH 2 75.654HCO RA ODH 4 26-26vo.655 http://www.windgenealogie.org/re/re-frm3.htm656 Guus Nijhuis meldt dat hij aanneemt (op grond van het Van der Lindenboek) dat de eersteJentje (van 1748) de vrouw van Kees Jans Post is. Er bestaat uiteraard meer kans, dat Van derLinde de tweede doop niet opgenomen heeft.657 CBG, Collectie dr. J. Kroes (onder ‘Knobbe’).658 ORA Vriezenveen 7, geciteerd via GN 52 (1997), p. 335 (noot 89).659 Zie GN, jg. 51, pp. 16-17, waaruit steeds geciteerd.660 HCO ADT 228.661 Otr./huwelijk van kinderen.662 HCO RAK 1 50v, d.d. 31-10-1708.663 HCO RAK 1 77, d.d. 25-11-1711 en 117v, d.d. 20-2-1715.664 HA 2096.665 Zie GN, jg. 51, p. 17, waaruit geciteerd.666 HA R. 331.667 HCO RA ODH 7 165-165vo.668 HCO RA ODH 12 197v-198.669 HCO RA ODH 10 159v-160.670 HCO RA ODH 7 12v-13.671 HCO RA ODH 17 1-2v.672 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 190.673 RA Grave, T. 7041, inv. nr. 278, fol. 93674 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 286, fol. 57.675 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 286, fol. 224.676 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 150.677 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 153.678 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 30, fol. 46.679 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 83.680 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 161.681 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 342, fol. 4 en 22.682 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 82.683 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 252.684 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 81.685 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 86.686 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 216.687 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 53.688 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 34, fol. 313.689 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 15.690 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 77.691 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 102.692 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 219.693 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 27.694 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 104.695 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 320.696 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 335, fol. 36.697 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 88.698 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 165 en 169.699 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 192.700 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 62.701 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 103 en 104.702 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 140.703 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 157.704 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 177.705 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 203.706 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 228.707 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 239.708 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 251.


709 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 46.710 http://www.8november.net/sambeek.htm711 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 179.712 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 90.713 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 204.714 RA Sambeek, T. 7040, inv .nr. 346, fol. 276.715 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 30, fol. 29.716 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 115.717 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 5, 13 en 16.718 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 149.719 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 36, fol. 103.720 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 208.721 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 153. Zie voor zijn functie: RA Boxmeer, T. 7042,inv. nr. 29, fol. 57.722 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 216.723 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 44, ook 47.724 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 37, fol. 240.725 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 47. Zie voor dit echtpaar ook: RA Boxmeer, T. 7042,inv. nr. 30, fol. 79 en 121.726 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 78.727 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 146.728 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 64.729 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 121.730 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 30A, fol. 20.731 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 174.732 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 249.733 RA Beugen, T. 7040, inv. nr. 360, fol. 99.734 RA Beugen, T. 7040, inv. nr. 360, fol. 115, 117, 118, 119 en 120.735 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 30, fol. 159.736 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 67.737 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 1.738 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 16.739 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 333, fol. 64 en 69 en 71.740 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 163.741 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 128.742 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 117 (een hele familie Van Slypenbeek rond 1615).743 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 65.744 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 171.745 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 39.746 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 122.747 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 336, fol. 249.748 RA Vierlingsbeek/Mullum, T. 7040, inv. nr. 286, fol. 103.749 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 201.750 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 346, fol. 4.751 RA Boxmeer, T. 7042, fol. 34, inv. nr. 24.752 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 43 en 45.753 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 111.754 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 113.755 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 33, fol. 111.756 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 31, fol. 100 en 102.757 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 179.758 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 21.759 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 32, fol. 291.760 Geciteerd op 23-7-011 via:http://www.henkbeijersarchiefcollectie.<strong>nl</strong>/historisch_onderzoek/remissieboeken.htm761 http://wcostasol.es/usr/chris/home.htm: geb. 1668. Zijn ouders trouwen pas in 1664. Tochstaat er in de klapper: 1660. Als het 1668 zou zijn, dan zou Leonardus bij zijn huwelijk 16jaar oud geweest moeten zijn. Dat lijkt mij voor een man te jong.762 Vriendelijke mededeling Bep en Albert Veldhuis-Hoeve.763 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).764 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).765 Volgens de inhoud van een brief tussen prof.-em ir. H. Blok te Rijswijk en Y.E. Elsinga teHarlingen. Afschrift in bezit van de auteur.766 HAR 249 184.767 T. 14 inv. nr. 11809.768 Niet 59 jaar zoals Roarda, p. 61 suggereert.769 HAR 241 184vo.770 HAR 304 154.771 HAR 242 350vo.772 Uitsnede uit de stadsplattegrond van Harlingen door J. Blaeu in: Toneel der steden van deVereenighde Nederlanden met hare beschrijvingen. Amsterdam, 1649. Het huis van Harmen Jacobsis denkelijk – op basis van een reconstructie aan de hand van onroerend goedtransacties – hetderde pand, links van de stip. Collectie Gemeentemuseum Het Hannemahuis.773 Uitsnede uit de stadsplattegrond van Harlingen door Chr. Schotanus in: Beschryvinge endeNieuwe Caerten van de Heerlijckheydt van Frieslandt tusschen 't Flie ende de Lauwers.Franeker, 1664. Het gaat om de steeg onder het nummer “20”. Het huis van Harmen Jacobs cum


suis is nu het tweede pand van boven, links aan de straatkant, bij de stip. Het huis dat daarschuin-linksboven is afgebeeld, is overigens het pand dat Jacob Harmens en Trijntje Tjeerds in1707 kopen van Jan van Swieten.774 HAR 244 251.775 TRE RA HAR 241 184v.776TRE RA HAR 304 154.777 Oorspronkelijk deel van een zogenaamd Haags klokje met een eenvoudig uurwerkje metalleengaand werk. Het slingertje kon in beweging gezet worden door het klepje met de signatuurop te lichten. Inmiddels is de wijzerplaat ingebouwd in een nieuw kastje. Met dank aan de heerH.H. Bossink te Rijssen.778 HAR 245 29vo.779 Nieuwland, m.n. pp. 67-68.780 Later zijn zij nog getuige bij de doop van Jacob (26 juni 1722, Westerkerk) en Trijntje (15juni 1725, Westerkerk). Dat het gebruik van die familienaam geen uitzondering is, bewijst eenandere vermelding. Op 18 oktober 1720 zijn Tjeerd Ratsma en zijn wederhelft te Amsterdamgetuige bij de doop van Jacob, de zoon van Barent Heiligrink en Gese Kellenbargh. Bron:http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>781 HAR 246 27vo.782 HAR 246 100vo.783 HAR 246 156.784 HAR 249 184.785 HAR 250 199vo.786 HAR 254 164.787 Zie daartoe ook: Ottema, pp. 24-25.788 Leopold, p. 36. Overigens zonder nadere onderbouwing of verdere toelichting.789 GAH inv. nr. 3189: stukken betreffende de tijdsaanwijzing; losse stukken, ongenummerd.790 Tjeerd Martens Radsma, geboren te Harlingen 21 mei 1820, overleden aldaar op 21 juli 1902.791 Marten Tjeerds Radsma, geboren te Harlingen in 1761, overleden aldaar op 16 oktober 1835.792 Zie daartoe GAH inv.nr. 211-212 (vriendelijke mededeling S. Elsinga te Harlingen) en ook:Ottema, p. 24.793 TSF, dl. 2, p. 615.794 GAH KF 1-2: over het Raadhuistorenklok-fonds (1936).795 In de Leeuwarder Courant 30 januari 1936 wordt overigens vermeld dat het uurwerk van JacobHarmens in de Raadhuistoren in 1909 verwijderd en verkocht werd.796 Zie daartoe bijvoorbeeld: Zeeman, pp. 332-337. Hij vermeldt daar twee staande klokken. HetGemeentemuseum Het Hannemahuis te Harlingen bezit staande horloges van J. Ratsma en van T.Ratsma.797 Gemeentearchief Harlingen, Resolutieboeken 29, p. 174.798 Gemeentearchief Harlingen, Rekeningen van de rentmeester van het stadsweeshuis, inv. nr. B1082. Vriendelijke mededeling Jan van Wilsum te Harlingen. Zie daartoe ook:http://www.kleinekerkstraat.<strong>nl</strong>/frames.php3?cat= nr. h&page= nr. bewoners&lett= nr. R799 De datum zou overigens ook heel wel zijn overlijdensdag kunnen zijn. De gegevens zijnafkomstig uit de huwelijkse bijlagen van de tweede echtverbintenis van Marten Tjeerds Radsma(Harlingen 1819, akte 36): daarin staat vermeld dat Tjeerd begraven is op 16 juni 1781,Westerkerk, regel 3, nr. 15. Aaltje Martens Tjaarda is volgens die bron begraven op 5 april1798. Blijkens een advertentie in de Leeuwarder Courant van 7 april 1798 is zij echter op die5 e april overleden.800 Op 28 januari 1705 is Geertrui Heijligringh getuige bij de doop van Martinus, zoon vanMateijs van Steenbergen en Femmetje Heijligringh. Op 5 december 1706 zijn Matis van Stenbergenen Gertruij Heilrinck getuige bij de doop van Katrina, dochter van Barent Heilrinck en GeesseKolderburgh. Op 6 maart 1708 is zij samen met Johannes en Jannetje Steenbergen getuige bij dedoop van Catrina, dochter van Mathijs van Stenbergen en Femmetje Heilrink. Bron:http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>801 Gemeentearchief Harlingen, Registers van aanstellingen met verdere stukken, inv. nr. 196.Vriendelijke mededeling Jan van Wilsum te Harlingen. Zie daartoe ook:http://www.kleinekerkstraat.<strong>nl</strong>/frames.php3?cat= nr. h&page= nr. bewoners&lett= nr. R802 Tresoar, Toegang 345, inv. nr. 599.803 Tresoar, Rechterlijk Archief Harlingen, inv. nr. 254, fol. 164.804 Tresoar, Rechterlijk Archief Bolsward, inv. nr. 123 (ongefoliëerd). Zie ook: Tresoar, NaderToegang 13.143, nr. 229.805 Zie over hem onder andere: Leeuwarder Courant 30 januari 1936 en Ottema, N., Geschiedenisvan de uurwerkmakerskunst in Friesland. Leeuwarden/Assen, 1948, pp. 24-25.806 Swinden, J.H. van, Beschryving van een konst-stuk, verbeeldende een volleedig bewegelykhemels-gestel, uitgedagt en vervaardigd door Eise Eisinga, Franeker, 1780, pp. 82-85.807 Hinke Bylsma is denkelijk vernoemd naar de eerste vrouw van Jan Jacobs, Hincke SjoerdtsDijxtra.808 Zie voor Ruurd van der Geest: Ruyven, F.E. van, Harlinger goud- en zilversmeden. In: DeVrije Fries 44 (1960), p. 186 (nr. 71).809 GJ 1963, pp. 65-66, noot 22 en 48.810 TRE T. 14 11724. Zijn broer Jan woont dan nog te Dronrijp, broer Rommert te Leeuwarden.811 Respectievelijk: TRE T. 14 16599, nr. 1; 16600, nr. 1; idem; , nr. 2; 16611, nr. 15;16612, nr. 7; 16613, nr. 5.812 TRE RA BAR 94 59v.813 TRE RA BAR 94 65.


814 Zonder familienaam ‘De Jonge’. Die naam is wel verklaarbaar: Hans Hansen had eengelijknamige zoon, die zich ter onderscheiding tooide met die toenaam. Klaaske zal die naamovergenomen hebben.815 http://www.walmar.<strong>nl</strong>/inscripties.asp?partner=13690816 TRE RA DAN 54 278.817 TRE RA DAN 33 191.818 TRE RA DAN 78 102v.819 TRE RA DAN 78 229.820 TRE RA DAN 33 208.821 TRE RA DAN 34 2.822 TRE RA DAN 34 21v.823 TRE RA DAN 33 220.824 TRE RA DAN 33 260.825 TRE RA DAN 34 28.826 TRE RA DAN 34 59.827 TRL Speciekohieren KOL Oudwoude nr. 72.828 GJ 2001, p. 57.829 Zie voor haar voorouders: GJ 1980: genealogie Van der Land. Ik heb de gegevens overgenomen,bronvermelding aldaar. Eigen vindplaatsen zijn afzonderlijk verantwoord.830 Uit dit eerste huwelijk (allen gedoopt te Kollumerzwaag): Minse, gedoopt 19 juli 1716, 2.Minse, gedoopt 18 april 1718, 3. Bontje, gedoopt 30 maart 1721.831 TRE RA KOL 94 366v.832 TRE RA KOL 111 304v.833 TRE RA KOL 111 318v.834 TRE RA KOL 111 355v.835 TRE RA KOL 21 122 en 126.836 TRE RA KOL 21 140, d.d. 3-2-1722; 147v, d.d. 20-10-1722; 153, d.d. 19-1-1723; 167, d.d. 23-11-1723.837 TRE RA KOL 21 172.838 KOL 97 267.839 KOL 97 226vo.840 KOL 97 354.841 TRE NT. 13.113, nr. 304 en nr. 539.842 KOL 97 267.843 KOL 97 226vo.844 KOL 97 354.845 NT. 13.113 nrs. 576 en 599. Bij de laatste vindplaats ontbreekt een datum, maar die moetgelet op de daaraan voorafgaande en daarop volgende nummers liggen tussen 17 september 1748(nummer 598) en 4 juni 1749 (nummer 600).846 KOL 99 216vo.847 Gegevens over Roelof Minses en zijn voorouders en nakomelingen: vriendelijke mededeling vanReid van der Ley te Groningen.848 TRE RA ACH 88 307.849 TRE RA ACH 88 327.850 TRE RA ACH 89 216, zonder proclamatiedata.851 TRE RA ACH 93 175 (de laatste prcolamatiedatum is overigens vermeld als ‘juni’).852 TRE RA ACH 93 176.853 TRE RA ACH 93 385v.854 TRE RA TIE 58 94.855 TRE RA TIE 59 311.856 TRE T. 14, inv.nr. 885-4, dan 81 jaar oud.857 TRE RA FRD 109 77.858 TRE RA FRA 122 nr. 336 (zie ook NT. 13.182, nr. 336).859 TRE NT 13.172, 433.860 TRE NT 13.172, 491.861 Zie voor dit echtpaar ook Frysk Kertiersteateboek, p. 305 e.v.862 Speciekohieren Barradeel. Oosterbierum nr. 6 (hoofd: Jelle Gerrits). Vermeld is: ‘GerritJelles overleden’. Het kan niet gaan om de gelijknamige zoon van Jelle Gerrits, dus zal hetvermoedelijk slaan op zijn vader, die dan wel bij hem in huis gewoond zal hebben.863 TRE RA BAR 136 32v.864 TRE NT. 13.172, nr. 555.865 TRE RA FRD 109 282v.866 TRE RA BAR 135 347v.867 TRE RA BAR 135 348.868 TRE RA BAR 135 353.869 TRE RA SMA 58 361.870 Gegevens uit: Terpstra, K., Het geslacht Wartena. De nakomelingen van Sjoerd Clases, p. 101en pp. 126-129 ( TRE GEN 1027). Specifieke vindplaatsen aldaar.871 Roorda, Nammen (1748-1811), p. 51. Holst is in 1765 ca. 55 jaar oud, Hiske 54 jaar.872 Zie voor dit echtpaar ook Frysk Kertiersteateboek, p. 366. Zij worden daar als mogelijkeouders opgevoerd van Dieuwke Teackes (p. 92).873 Ik heb hier alleend de doopvermeldingen met de familienaam Van Amstel opgenomen. Op basisvan de geboortejaren zijn er denkelijk wel meer kinderen.874 Liesbeth Brandenburg tr. Jan de Vries. Kinderen (in ieder geval, ged. Amsterdam): Janna,ged. 4-11-1707, getuigen: Jacob de Vries en Trijntje de Vries.875 NL 1908, kol. 253-254, door A.F van Beurden.


876 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 431, fol. 249.877 De gegevens over Agnes en haar voorouderszijn afkomstig uit: Stasse, A.J. Van Diependaal teGeertruidenberg en Grave. In: De Brabantse Leeuw, jrg. 37, afl. 4, pp. 224-230. Overgenomenvia: http://test.hops-research.org/all/brabants_leeuw_1988_4_224_230.<strong>pdf</strong>878 RA Grave, T. 7041, inv.nr. 277, fol. 331. Zie ook fol. 149: Jacobus van Oijen, koopman enburger te Grave.879 Voorgeslacht van dit echtpaar geciteerd uit: GN XXXIII (1978) en XXXVII (1982).880 ONA Schiedam inv.nr.1020, p. 269/286: rekening.881 Gegevens over hem deels overgenomen: www.gencircles.com/users/cernst2/2/data/015876.882 Diezelfde internetbron noemt nog vijf kinderen (ouder dan Dina): Klaas, Philippus, Jannetje,Anna en Neeltje.883 Rechter Archief Wageningen 177, geciteerd via: www.interstad.<strong>nl</strong>/antonzeven/deel2a.<strong>pdf</strong>884 http://www.schippersfam.de/RR01/RR01_002.HTM#P178: Swenne heet daar Deters. Het huwelijk ismogelijk in 1694 gsloten.885 http://www.o<strong>nl</strong>ine-ofb.de/famreport.php?ofb=veldhausen&ID=9953&nachname=HAVEDING&lang=de886 Ondertrouw zoon Dirk.887 HCO HA 2618 81.888 HCO HA 2618 137.889 HCO HA 2618 138.890 Ondertrouw dochter Geesje.891 Ondertrouw zoon Gerrit.892 Zie GN, jg. 51, p. 224, waaruit geciteerd.893 Zie GN, jg. 51, p. 17, waaruit geciteerd.894 Tweede huwelijk Berentje Gerritsen Buyinck.895 HCO RAK 2 128 en 129 d.d. 21-3-1724. Het echtpaar verkoopt dan land aan hun zoon DerkNijsinck.896 St. A. 2996, rek. Hof te Goor, d.d. 26-9-1693.897 http://home.planet.<strong>nl</strong>/~milarepa/interests/genealogie/kwst_douwe_jan_de_vries/hz010308.htm898HCO RA Stad Steenwijk, nrs. 273, 298, 300, 320, 341 (lijst van processen; nadere toegang).899 Gegevens over Olke en de overlijdensgegevens van Grietje afkomstig uit: NL 1925, kol. 73.Overigens is de doopdatum van Grietje daar 16-7-1690.900HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2898, 55.901HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2898, 78v.902HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2898, 136v.903HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2898, 193v; zie ook 218 v, d.d. 10-9-1751.904HCO RA Stad Steenwijk, nr. 370 (lijst van processen; nadere toegang).905 TRE NT. 13.178, p. 54.906 TRE UTI 34 27.907 TRE T. 14, inv. nr. 2821.908 Notariële akten o<strong>nl</strong>ine Geytenbeek opgezocht via: http://www.hetutrechtsarchief.<strong>nl</strong>909 HUA inv.nr.U118a4, aktenr. 223.910 HUA Hof van Utrecht 99-10 (pag 628 op de film), geciteerd via:http://home.pi.be/~rebeccas/steenhoff/geslachten/woudenberg/soldaatje.htm911 Zie voor hem en zijn voorgeslacht: GN 1992, pp. 64-66, NL 1963, kol. 75-77 en NL 1956, kol.91-93.912 HUA inv.nr.U118a5, aktenr. 57.913 HUA inv.nr.U118a6, aktenr. 20.914 HUA inv.nr.U118a6, aktenr. 44.915 HUA inv.nr.U169a2, aktenr. 215.916 HUA inv.nr.U169a3, aktenr. 1.917 HUA inv.nr.U118a6, aktenr. 313.918 HUA inv.nr.U169a4, aktenr. 105.919 HUA inv.nr.U118a7, aktenr. 160.920 HUA inv.nr.U160a12, aktenr. 16.921 HUA inv.nr.U160a12, aktenr. 72922 HUA inv.nr.U139a20, aktenr. 72.923 HUA inv.nr.U201a4, aktenr. 31.924 Gegevens over Wynand deels afkomstig van de heer T. van Aken (november 2003).925 Jan Willemsen zegt in 1740 tussen de 60 en 70 jaar oud te zijn. Uit: Geerdink-van der Worp,E.C., Uit het Richterambt Enschede, dl1: De Marke Usselo van 1650-1800, 1993, p. 19.p. 19; ze geeft echter niet de exacte vindplaats.926 Uit: Geerdink-van der Worp, E.C., Uit het Richterambt Enschede, dl1: De Marke Usselo van1650-1800, 1993, p. 19.927 Uit: Geerdink-van der Worp, E.C., Uit het Richterambt Enschede, dl1: De Marke Usselo van1650-1800, 1993, p. 19.928 HCO RA ENS 85 161, nr. 494.929 HCO RA ENS 85 147, nr. 453.930 HCO RA ENS 85 42, nr. 144.931 HCO RA ENS 85 54, nr. 182.932 HCO RA ENS 89 90.933 HCO RA ENS 87 89, nr. 340.934 HCO RA ENS 87 89, nr. 343.935HCO RA ENS 10 142v-146v, akte nummer 056.936HCO RA ENS 10 164v-171, akte nummer 062.937 http://www.zornsoftware.com/twentebestand/


938 Doopboek Enschede en HCO RA ENS 85 94, nr. 305.939 HCO T. 2568 (Statenarchief).940 HCO T. 2681 (Statenarchief).941 HCO T. 2576 (Statenarchief).942 HCO RA ODH 3 186-188v.943 HCO RA ODH 43.944 HCO RA ODH 74-74v.945 HCO RA ODH 3 187v-188.946 HCO RA ODH 4 215v-216.947 HCO RA ODH 10 9v-11.948 Huwelijk dochter Janna.949 Huwelijk dochter.950 REC, T. 2618, fol. 310-314.951 Een schetsmatige tekening van de Reigershöfte en omgeving staat in Eshuis, 1976, p. 178.952 Huwelijk zoon Jannes.953 REC RA STAD ALM 2619 106-108.954 REC RA STAD ALM 2618 78-79.955 Ondertrouw huwelijk kind (zie 1008/1009).956 Ondertrouw huwelijk kind (zie 1008/1009).957 Eerste huwelijk zoon Hendrik.958 NL 1966 (jrg. 83), kol. 174-177; NL 2000 (jrg. 117); NL 2001 (jrg. 118), kol. 362-376.959 Op 23-10-1716 is hij 48 jaar oud ( TRE T. 14 10499, 20). Hij moet dus geboren zijn rond 1668.960 GAO, Reeëlcohieren Opsterland 1738-1739.961 In dezelfde akte uit 1716 ( TRE T. 14 10499, def. sent. 20) wordt de leeftijd van Imkevermeld. Zij is dan 47 jaren oud en moet bijgevolg geboren zijn in 1670.962 GAO Reeëlkohieren 1738, Siegerswoude: Sierk Pieters weduwe.963 TRE RA OPS 25 35 en 36.964 TRE RA OPS 123 27.965 TRE RA OPS 123 35.966 RAG NG OPS 26 119.967 TRE RA OPS 298v. In de volgende akte (299) doet Egbert Pijters hetzelfde. Er staat geenvermelding van verwantschap in de opeenvolgende aktes. Toeval, of gewoon samen gebroederlijknaar de zitting opgewandeld? Mogelijk dus ‘bijkomstig bewijs’.968 TRE T. 14 10499, 20.969 GAO, Reeëlkohieren, 1 (1713) Duurswoude (Bakkeveen), p. 22 en 2 (1718-1719) zelfde nummer.970 TRE RA OPS 30 99.971 TRE RA DAN 78 37v.972 TRE RA ACH 65 31.973 Voor Oebele Binnerts, Nanne Uwes en Ymkje Meints zie: TRE, GEN 902, door P. Nieuwland.974 TRE RA ACH 93 295.975 TRE RA ACH 93 465v.976 TRE T. 245-26, inv.nr. 7 (Kerkraad Twijzel, kerkvoogdij rekeningenboek) p. 201.977 TRE RA ACH 94 91.978 TRE RA ACH 94 97.979 TRE RA ACH 94 217v.980 TRE RA DAN K6 203v en 208.981 Zie GJ, 1990, pp. 32-33; de vindplaatsen zijn aldaar genoteerd. Eigen vindplaatsen zijnafzonderlijk verantwoord.982 TRE RA DAN 78 25.983 Zie Frysk kertierstaeteboek, p. 44.984 TRE RA DAN GG 1 d.d. 12-2-1694. Vriendelijke mededeling van A.de Vries, Drachten.985 Zie: TRE, GEN 902.986 Zie voor haar GJ 1983, p. 53 en GJ 1990, p. 19 e.v., waaruit geciteerd.987 Gegevens geciteerd uit GJ 1990, p. 19 e.v.988 TRE RA DAN 124 69v.989 Zie GJ, 1990, p. 20.990 TRE RA DAN 55 141.991 TRE RA DAN 124 112v.992 TRE RA DAN 124 113 en 113v.993 TRE RA DAN 78 49v en ook 50 en 51.994 TRE RA DAN 30 16 en 33 en 33v.995 HUA inv.nr. U188a9, aktenr. 39. Zie:http://www.hetutrechtsarchief.<strong>nl</strong>/notaris.asp?NOT_UNIEK_ID= nr. "U188a9%2339%230"996 TRE RA KOL P 35.997 TRE RA DAN 33 197.998 TRE RA DAN 122 185.999TRE T. 14, inv. nr. 17330.1000 TRE RA SMA 69 34.1001 TRE RA SMA 69 288.1002 TRE RA SMA 69 397; SMA 70 53, 66 en 463.1003 TRE RA SMA 68 150.1004 TRE RA SMA 68 67.1005 TRE RA SMA68 98 en 123.1006 TRE RA SMA 31 130.1007 TRE RA OPS 119 410.1008 TRE RA SMA 55 336.


1009 TRE RA SMA 31 236.1010 Zie GJ, 1987.1011 TRE RA SMA 31 145.1012 Gegevens over Jelke en zijn voorouders voor een deel geciteerd uit: TRE GEN 1235:Coehoorn, J.P., Hoe het in één familie kan verkeren.1013 GN 56 (2001), nr. 4/5, pp. 233-234.1014 www.menneglas.<strong>nl</strong>1015 RAG Inventaris van de archieven van het gerecht Wold-Oldambt, 3429 (inv. nr. 731?).1016 RAG, h.c. Vjj.1017 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle. Hij verwijst naar het Boerderijenboek.1018 Zie: http://de-wit.net/bronnen/scheemda-ontv-begrafenis-1713-1760a.htm : ontvangsten bijbegrafenissen te Scheemda 1713-1760 (1), bewerkt door J.Th. Tjadens, destijds gepubliceerd inhet Jaarboek Gruoninga jaargang 37 (1992), p. 53-771019 Genealogie afkomstig van Harm Selling.1020 Verg. Groninger kwartierstatenboek 2, red. Alma, R.H. [e.a.], p. 666: gegevens inaanvulling op het gelijknamige boek, deel 1.1021 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle.1022 RAG, ORA, VI z 1.1023 http://members.lycos.<strong>nl</strong>/giethoorn/frame-giethoorn.htm1024 http://www.home.zonnet.<strong>nl</strong>/timbak/bakker/bakker%20jan%201903.htm1025 http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/ad.ijpelaar/kwijpell.htm#6301026 Zie GN 51, nr. 6, p. 226 e.v., waaruit geciteerd.1027 Tegenstrijdige data in de collectie Kroes, CBG.1028 Zie GN 51, nr. 6, p. 221 e.v waaruit geciteerd.1029 Otr./huwelijksdata van kinderen.1030 GAD Classisarchief 76, p. 146.1031 Zie GN, jrg. 51, p. 221, waaruit geciteerd.1032 Trouwboek Rijssen.1033 HCO HA 3145 248.1034 HCO RSA 42 179.1035 HCO RSA 42 306, d.d. 4-12-1671.1036 Trouwboek Rijssen.1037 HCO RSA 42 306 en RSA 43.1038 HCO HA 3144 382; genoemd als zwager van Hendrick Schuitemaker.1039 HCO RSA 42 201v, d.d. 12-12-1670 en 204 09-1-1671.1040 HCO RSA 23 146-147, d.d. 23-4-1678.1041 Zie:GN, jrg. 51, p. 221.1042 HCO RA ODH 4 292v en 293-293v.1043 HCO RA ODH 4 66-66v.1044 HCO RA ODH 4 227-228.1045 HCO RA ODH 16 141-142.1046 Mensema. A.J. Repertoria op de registers van de particuliere leenkamers in Overijssel.,Zwolle, Rijksarchief in Overijssel, 1988, p. 506 en 513 .1047 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 284, fol. 238.1048 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 298, fol. 223 en 231.ie ook: fol. 278.1049 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 284, fol. 78.1050 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 284, fol. 160.1051 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 284, fol. 190.1052 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 284, fol. 207.1053 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 287, fol. 217.1054 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 287, fol. 63.1055 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 411, fol. 250.1056 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 287, fol. 86 en 109.1057 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 412, fol. 13.1058 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 181.1059 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 62.1060 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 157 en 158.1061 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 82.1062 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 286, fol. 134, 135, 136, 137, 139 (2x).1063 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 286, fol. 169, 171, 172.1064 RA Boxmeer, T. 7042, inv. nr. 29, fol. 45.1065 RA Vierlingsbeek, T. 7040, inv. nr. 346, fol. 294.1066 RA Cuijck, T. 7040, inv. nr. 417, fol. 259.1067 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 337, fol. 87.1068 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 333, fol. 25.1069 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 112.1070 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 114.1071 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 112 en 114.1072 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 179.1073 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 200.1074 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 343, fol. 2.1075 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 333, fol. 31.1076 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 16.1077 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 333, fol. 44.1078 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 333, fol. 75.


1079 Zie: GN, jrg. XXXVII (juli/augustus 1982, nr. 7/8, p. 314).1080 BHIC, Archiefnummer 5016, inv. nr. 247.1081 http://wcostasol.es/usr/chris/home.htm1082 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1083 NHA RA Haarlem T p. 76.115, fol. 201.1084 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1085 http://www.genealogiedomein.<strong>nl</strong>/digitaal/parentelen/dinxperlo/009/009-00001.htm Geciteerd3-2-2011.1086http://www.genealogiedomein.<strong>nl</strong>/index.php?option=com_docman&task=doc_view&gid=1464&Itemid=271087 http://wesp.snt.utwente.<strong>nl</strong>/~aver/kwvisscher/Wissink-Meusen%20_2010.<strong>pdf</strong>1088 Vriendelijke mededeling Ingrid en Cees Tinbergen.1089 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1090 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1091 Gegevens afkomstig van Familysearch (begin 2003).1092 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1093 Gegevens over deze familie grotendeels afkomstig van het artikel: Pieter WillemszHoutingh. Zijn nakomelingen tot de vijfde generatie, doorR.K. Peterson. Zie: www.hogenda.<strong>nl</strong>/Docs/Attachment.aspx?ID=%7B3c260c11-2253-4198.1094 http://files.archieven.<strong>nl</strong>/131/f/0022/m_0022_3642.<strong>pdf</strong>1095 www.oudmonnickendam.<strong>nl</strong>/archief/OM%202000.doc1096 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1097 Zie:http://docs.google.com/viewer?a=v&q=cache:N5qXgqshkR4J:www.oudmonnickendam.<strong>nl</strong>/archief/VOM%25201985%2520-%25202%2520van%25209.doc+pieter+pieters+lakeman+monnickendam&hl=<strong>nl</strong>&gl=<strong>nl</strong>&pid=bl&srcid=ADGEEShqsWKu50wFH12pjmYtoAPo4H_Cq88F9u4MmlSqLh-hi1LBKEJrbAzrQmPkHAJZ4euyKeipielEkdvWi--TBCTYxWIqtl0z5yGwrUn4viqGvY4P6cfpj8mWAfPJrW6JlclbQGjf&sig=AHIEtbRq0-mrjJg28_QnCEh9rgp3HXpiBg.Opgenomen zijn ook enkele gegevens rond graven en er is ook een afbeelding van het huismerkvan Klaas Dircks Mooy.1098 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1099http://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:8PXsPW8veasJ:www.oudmonnickendam.<strong>nl</strong>/archief/VOM%25201984%2520-%25201%2520van%25208.doc+claes+dircksz+mooy+monnickendam&cd=1&hl=<strong>nl</strong>&ct=clnk&gl=<strong>nl</strong>1100 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1101 H. Roucoma-Dronrijps Memorial. Utjûn troch drs. K. Terpstra, Leeuwarden, 1986, pp. 26 en38. ( TRE, GEN 714).1102 Gegevens over zijn voorouders afkomstig van mr. J.T. Anema te Rotterdam.1103 Gegevens over haar en haar voorouders gevonden in: GJ 1966, pp. 49-82.1104TRE NT. 13.172, nr. 303.1105TRE Archief Hof van Friesland, EEE 4, fol. 23 (oude notatie), ingeschreven 16-2-1671,geciteerd via GJ 1966, pp. 79-80.1106TRE RA BAR Q 10 3 (oude notatie), geciteerd via GJ 1966, p. 75.1107TRE RA BAR 76 273.1108TRE NT. 13.172, nr. 421 en 422.1109TRE RA BAR 133 176.1110TRE RA BAR 133 179.1111 TRL T. 14, inv. nr. 10123.1112 TRL T. 14, inv. nr. 10462.1113TRE RA BAR 94 16.1114TRE RA DAN 33 44.1115TRE RA DAN 33 72.1116 KOL 94 366vo.1117 Gezins- en curatorgegevens o.a. afkomstig uit: TRE NT. 13.113 nr. 133, 344, 348, 352, 362,428, 429, 446.1118TRE RA KOL 94 225v.1119TRE RA KOL 85 16.1120 KOL 93 75.1121 NT. 5.37.1122 T. 14 inv. nr. 8669.1123 Vries, pp. 17-18.1124 KOL 94 373.1125 KOL 94 366vo en 387vo.1126 KOL 97 267 en 422 (scheiding).1127 NT. 13.113 nr. 527.1128 KOL 21 190, d.d. 27 februari 1725.1129 NT. 13.113 nr. 563.1130 KOL 143 (ongefoliëerd). Zie ook: NT. 13.138, p. 58, nr. 22.1131TRE NT. 13.113, nr. 527.1132TRE NT. 13.113, nr. 563.1133 Zie voor dit echtpaar: FK, p. 359 en Vries, pp. 15-16.1134TRE RA KOL 111 109, inschrijving 20-3-1694.1135TRE NT. 13.113, nrs. 312, 370 en 374.


1136TRE RA KOL 92 243 (inventaris) en 247 (scheiding).1137TRE RA KOL 93 338.1138TRE RA KOL 94 57v.1139 Zie Frysk kertierstaeteboek, p. 379 e.v.1140 Zie GJ 1978, p. 120.1141 Zie Frysk kertierstaeteboek, p. 248.1142TRE RA FRD 51 213; zie ook TRE NT. 13.137, nr. 434.1143 Filiatie met nr. 1456: vriendelijke mededeling mr. J.T. Anema te Rotterdam.1144 Zie: http://images.tresoar.<strong>nl</strong>/archief-collectie/toon.php?tnr=27&inr=240L-Mdlum&pag=23&ttl=Inventaris%20Oude%20Burgerlijke%20Stand%20in%20Friesland (met dank aan AntonMuquetier).1145 TRE FRD 126 205v.1146 TRE FRD 126 207.1147 TRE FRD 126 208.1148 TRE NT. 13.137, nr. 524.1149 TRE NT. 13.172, nr. 351.1150TRE T. 319 2736, 1015 (notatie gevonden via archieven.<strong>nl</strong>).1151 TRE NT 13.172, 555.1152 TRE NT 13.172, 535.1153TRE NT 13.172, 539 en 542.1154TRE NT 13.172, nrs. 445 en 458.1155TRE RA BAR 92 70.1156TRE RA BAR 92 208.1157TRE RA BAR 93 95v.1158TRE T. 14 inv. nr. 13751, def. sent. nr. 3.1159TRE RA BAR 136 32, 35v 112v.1160TRE RA BAR 136 131.1161 Zie:http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/fa/utjeften/O<strong>nl</strong>ine/Skiednis,%20Letterkunde%20en%20Nammekunde/skoalmasters-yn-fryslan/barradeel. Zie ook: http://www.oudtzummarum.<strong>nl</strong>/html/oosterbierum3965.htm1162T. 14 inv. nr. 10133.1163TRE NT 13.110, authorisaties Barradeel 1723-1810.1164TRE NT 13.172, p. 75, nr. 537.1165TRE RA BAR 135 272 (of 274?).1166 Hervormd, zij zijn doopsgezind en denkelijk al zeer ver daarvoor doopsgezind gehuwd.1167TRE RA SMA X 13, d.d. 23-10-1746.1168 Gegevens over Aucke Jelles Jeltes: vriendelijke mededeling H. Foeckema te Grouw.1169 ONA Rotterdam inv. nr. 94, akte nr. 257, p. 437 en idem, akte nr. 258, p. 441 (Notaris Janvan Aller Az.).1170 RAB, Raad van Brabant, inv. nr. 7334, nr. 788.3459.1171 Respectievelijk: RAB, Raad van Brabant, inv. nr. 7334, nrs. 788.1843; 788.2011; 788.2306.1172 NL 1928, jrg. 46, kol. 167-171.1173 Vriendelijke mededeling van Ron van de Werdt1174 NL 1964, jrg. 81, kol. 36.1175 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 410, fol. 94.1176 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 410, fol. 100.1177 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 410, fol. 116.1178 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 411, fol. 172 en 272.1179 Zie GN XXXIII (1978), p. 177.1180 http://www.schippersfam.de/RR01/RR01_001.HTM#P3061181 Zie GN, jg. 51, p. 231, waaruit geciteerd.1182HCO HA 3350, d.d. 17-6-1654.1183 RAU, coll. Rijsenburg 80 f. 19.1184HCO HA 3335.1185 RAU, coll. Rijsenburg 80 f. 81.1186 Zie GN, jrg. 51, p. 220, waaruit geciteerd.1187 Muller Fzn., S, De registers en rekeningen van het Bisdom Utrecht, Den Haag, 1891, p. 582e.v.; geciteerd via GN 51, p. 220.1188 Heeringa, K. Rekeningen van het Bisdom Utrecht 1378-1573, Utrecht, 1932, p. 495 e.v.;geciteerd via GN 51, p. 220.1189 Zie GN, 51, p. 221, waaruit geciteerd. Meer over mogelijke voorvaderen in Mensema, A.J.,deRaat, R.M., Leenrepertorium van het huis Almelo (1380) 1390-1775 (1805), Zwolle, RijksarchiefOverijssel, 1993, 12 L.8, o.a. Meester Johan O.(1529, 1546), vrouw Kateryne, Fredrick en zijnbroer Peter, Gerrit (1620).1190HCO HA 3145 45v.1191HCO RSA 41 28, d.d. 15-10-1666.1192HCO HA 3144 345, 385v, 413v en HA 3145 18v, 45v, 103v, 140v, 222.1193HCO RSA 40 97(dan samen met zijn zwager Gotschalck Hindricx) en 211.1194HCO RSA 41 36v en 48.1195 RHA, klapper Oostendorp. Er staat geen bron vermeld.1196HCO HA 2502.1197HCO RSA 108, d.d. 10-10-1667.1198 http://home.planet.<strong>nl</strong>/~milarepa/interests/genealogie/kwst_douwe_jan_de_vries/hz010310.htm1199HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2904, 34.1200HCO RA Schoutambt Kuinre en Blankenham, inv. nr. 2904, 75.


1201HCO Kwitanties en Rekeningen Armenkamer Zwolle, p. 4 en 21 (vermeld in het centralekaartsysteem).1202 Mogelijk te situeren in de Harz: die twee plaatsen liggen daar dicht bij elkaar.1203HCO RA Stad Steenwijk, nr. 299 (lijst van processen; nadere toegang); zie ook: nr. 249(1715).1204 Streekarchief Bommelerwaard, RA Ammerzoden, inv. nr. 191, fol. 66.1205 Streekarchief Bommelerwaard, RA Ammerzoden, inv. nr. 191, fol. 81.1206 Streekarchief Bommelerwaard, RA Ammerzoden, inv. nr. 191, fol. 88.1207 Streekarchief Bommelerwaard, RA Ammerzoden, inv. nr. 191, fol. 126.1208 http://<strong>nl</strong>.wikipedia.org/wiki/Cr%C3%A8vecoeur_(militair_oefenterrein)1209 Gegevens genealogie Van Genderen afkomstig uit: CBG, collectie Rueb; NP 1977, pp. 118-124.1210 http://www.huiberts.info/denoo/<strong>kwartierstaat</strong>/index.php1211 TRE Nadere Toegang 13.178.1212 Zie voor de voorouders van dit echtpaar:http://home.vicnet.net.au/~geneal/bloemendaal/gvb/bloeancy.htm1213 http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~schim59/surname/f591.htm (2003).1214 HCO RA ZALK inv. nr. 16, fol. 112 (geciteerd via: http://www.veldkamp2.<strong>nl</strong>/Zalk-16-111-120.<strong>pdf</strong>).1215 HCO T. 3.1. inv. nrs. 2682 (1723) en 2685 (1724).1216 Mensema. A.J. Repertoria op de registers van de particuliere leenkamers in Overijssel.,Zwolle, Rijksarchief in Overijssel, 1988, p. 420.1217 HCO RA ZWO 119 321.1218 Zowel zoon Hermen als Lukas hebben een oudste dochter met die naam.1219 HCO RA ENS, 50e penning (1733-1752), inv. nr. 85, fol. 60, nr. 207.1220 HCO RA ENS, 50e penning (1733-1752), inv. nr. 85, fol. 119/120, nr. 379.1221 Agterbosch, F.J.M [e.a.], (red.), Markeboek Lonneker 1545-1751. Transcriptie en index opnamen. Twentse genealogische en historische bronnen 20. Uitgave van de Genealogische werkgroepTwente van de afdeling Twente van de Nederlandse Genealogische Vereniging, 1998, pp. 79, 92,146, 154.1222 http://www.historischcentrumoverijssel.<strong>nl</strong>/overijssel/leenrep/repertorium/lenen/1444.htm1223 http://members.lycos.<strong>nl</strong>/Ham/lau.htm1224 http://members.multimania.<strong>nl</strong>/ham/SCHOUTGE.html1225 HCO RA ODH 1 84v-85.1226 HCO RA ODH 2 74.1227 HCO 2 83v-84.1228 GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178, d.d. 13-2-1667: 21 jaar oud en TRE RA OPS 69 445,d.d. 11-3-1672. Pieter en Manglius hebben geen curator en zijn dus meerderjarig (25).1229 TRE RA OPS 25 316: Pyter Sjercx contra Claas Gabis. Uit een eerdere vermelding van dezelfdezaak (RA OPS 25 309v, d.d. 29-4-1706) blijkt dat Claas Sierk op 4 april heeft uitgescholden voordief.1230 TRE RA OPS 25 361v. Het gaat -evenals een latere vermelding van dezelfde zaak ( TRE RA OPS25 364v, d.d. 10-2-1707)- om een geschil tussen Trijn Eyses, wed. Berent Jans en WelmoedHayes, wed. Pijtter Sijrcx. Dat ‘weduwe’ staat niet vermeld in fol. 361v, maar ook daarhandelt Welmoed de zaak af, Pijtter is dus zeer waarschij<strong>nl</strong>ijk overleden vóór 3-2-1707.1231 Volstrekt apocrief: een vermelding op het Internet via Familysearch (Mormonen): WelmoedHaijes tr. Kortezwaag, Fr. 29-2-1680 Pieter Dirks (sic!).1232 TRE T. 14, 11160, def. sent. 26, d.d. 10-3-1722: 63 jaar oud, maar ook: TRE T. 14 11434,def. sent. 1, d.d. 23-2-1723: 62 jaar oud. Klaarblijkelijk was Welmoed slechts bij benaderingop de hoogte van haar leeftijd.1233 TRE RA OPS 31 109.1234 TRE RA OPS 23 469, d.d. 05-5-1692: Roel Hendrix en Piter Sircx namens hun resp. huisvrouwen,mede-efgenamen van Mr. Haye Andries.1235 Volgens G. Zijlstra te Ureterp is zij mogelijk een dochter van Hendrik Egberts en N.N. Opbasis van de vernoeming een zinvolle aanwijzing. Die Hendrik Egberts en de onbekende moederzouden identiek kunnen zijn aan Hendrik Egberts en Eetsch Alles: TRE RA OPS 68 433, d.d. 1-6-1666: de weeskinderen van het overleden echtpaar. Zie voor mogelijk voorgeslacht GJ 1995, p. 38e.v.: nr. 3018 Egbert Hendriks, boer te Siegerswoude.1236 TRE, NG OPS 172 506, d.d. 02-8-1676.1237 Het tweede huwelijk van Pyter Siercx grijpt plaats op 1-1-1680.1238 TRE RA OPS 172 171.1239 TRE RA OPS 172 173.1240 TRE RA OPS 172 316.1241 TRE RA OPS 172 317.1242 TRE RA OPS 172 328, d.d. 23-4-1675. In de daaraan voorafgaande akte doet zijn broer JurjenSiercx hetzelfde: samen opgewandeld naar het gerecht? Mogelijk dus ‘bijkomstig bewijs’.1243 TRE RA OPS 172 354 en 355-357. In de laatste een contract tussen de broers en JoachimLaurentius: zij zullen geen bezwaar maken bij een verkoop van goederen te Nes.1244 TRE RA OPS 172 490 (een verdere uitwerking van het doorgestreepte fol. nr. 481). Ayso vanHemminga is evenals Joachimus Laurentius verre familie. Hij was namelijk een zoon van JohannesMartines Hemminga en Taetske Sierks Sirxma/Sickma (de zus van Pyter’s opa, Saecke Sierks).1245 TRE T. 319, inv. nr. 789, d.d. 26-4-1673. De plaats is daar overigens 107 pondematen grooten heeft inderdaad Goijtse Sijverts als meier.1246 TRE T. 14 16545 (interlocutoir).1247 TRE RA OPS 172 503.1248 TRE T. 319, inv. nr. 789, d.d. 26-4-1673. De plaats is daar in totaal 59 pondematen grooten heeft inderdaad Jacob Pieters als gebruiker.


1249 TRE RA OPS 172 508. De eige<strong>nl</strong>ijke bekentenis is van 3-8-1669.1250 TRE RA OPS 173 137.1251 Ook hier is sprake van verwantschap. Joachim wordt in 1673 bij de boedelscheiding tussende erfgenamen van w. Saco Siercks en Haeske Roelofs genoemd ( TRE Arch. v. Beyma thoe Kingma,T. 319, inv. nr. 789). Hij treedt daar op voor zichzelf, voor Wigerius en Ayso Hemminga, voorManglius, Pyter, Jurien Sierks en voor Hepcke Jochums. Die laatste wordt aangemerkt als ‘zijnoom’. De verklaring is inderdaad, dat Joachum de zoon is van Wyts Jochums, de zus van Hepke,en Lourens Scheck. Hun zoon Jochum is Joachimus Laurentius (Scheck). Wyts was een dochter vanVroukjen Sierks, de zus van Saco Sierks. Kort en goed: Pyter en Joachimus zijn achterneven.1252 TRE RA OPS 23 9v. Zie ook: TRE RA OPS 23 25v.1253 TRE RA OPS 23 12v.1254 TRE RA OPS 23 90v.1255 TRE RA OPS 119 346.1256 TRE RA OPS 23 268.1257 TRE RA OPS 23 276.1258 TRE RA OPS 161 15. Het gaat hier om een originele koopbrief.1259 TRE RA OPS 23 469.1260 TRE RA OPS 24 127.1261 TRE RA OPS 121 255.1262 TRE RA OPS 25 361v en 364v.1263 TRE RA OPS 25 424.1264 TRE RA OPS 26 16v.1265 TRE RA OPS 26 98v.1266 TRE RA OPS 26 164v.1267 TRE RA OPS 26 284.1268 TRE RA OPS 26 379.1269 Zie: Spahr van der Hoek, J.J. (red.), De Vlecke Gorredyck, pp. 36-37.1270 GAAM, Arch. v. d. Doopsgez. Gem. van Amsterdam, nrs. 1868, 1869, 1872 en 1881 t/m. 1883.1271 TRE RA OPS 26 439.1272 TRE RA OPS 27 83v.1273 TRE RA OPS 27 85v.1274 TRE RA OPS 27 230v.1275 TRE RA OPS 27 129.1276 TRE T. 14 11160, 26.1277 TRE T. 14 11434, 1.1278 TRE RA OPS 172 604. Overigens kan bedoeld zijn ‘onder Kortezwaag’, want ‘het vlek’Gorredjk werd geleidelijk belangrijker dan Kortezwaag, de plaats waar het aanvankelijk toebehoorde. Zie voor informatie over ‘het vlek’ (ook Gorredijk): O. Postma in: DVF 44 (1960),pp. 51-58.1279 TRE RA OPS 25 56.1280 TRE RA OPS 25 361v, d.d. 3-2-1707. Het gaat -evenals een latere vermelding van dezelfdezaak ( TRE RA OPS 25 364v, d.d. 10-2-1707)- om een geschil tussen Trijn Eyses, wed. BerentJans en Welmoed Hayes, wed. Pijtter Sijrcx. Welmoed treedt op als moeder en voorstander vanhaar zoon (naam is onduidelijk), om betaling van ‘soodanige cleedinge’. Het is merkwaardig dater geen doop bekend is (maar dat geldt evenzeer voor de gegevens van zijn halfbroer SierkPijters). Kan het ook om een roepnaam gaan? Meer waarschij<strong>nl</strong>ijk is overigens, dat het om‘Haye’ gaat.1281 TRE RA OPS 173 204.1282 TRE RA OPS 23 255 en 266.1283 TRE RA OPS 23 343.1284 TRE RA OPS 23 428v.1285 TRE RA OPS 23 429.1286 TRE RA OPS 24 104, 104v, d.d. 21-3-1695; 110 (2), 110v, d.d. 11-4-1695; 115, d.d. 13-6-1695.1287 TRE RA OPS 100 353.1288 TRE RA OPS 98 611.1289 Vriendelike mededeling R. van der Ley te Groningen.1290 Vriendelijke mededeling J. Grijpstra, Lelystad.1291 TRE GEN 901, p. 660.1292 GJ 1993 noemt hen, met een vraagteken als ouders van 1052. Ik heb de gegevens overgenomen:de vernoeming van de redelijk zeldzame naam Bein(t) is een veeg teken.1293 TRE RA DAN 121 199v.1294 TRE RA DAN 122 53.1295 Zie GJ, 1990, pp. 31-33; de vindplaatsen zijn aldaar genoteerd.1296 TRE RA DAN 121 181v.1297 TRE RA DAN 33 53. Zie ook GJ, 1990, p. 20; de vindplaatsen zijn aldaar genoteerd.1298 Zie GJ 1992, p. 64.1299TRE T. 347, inv. nr. 984.1300 Rond 1660, in ieder geval voor 3-9-1666, aldus A. de Vries te Drachten.1301 TRE OPS 98 40.1302 TRE RA OPS 72 341.1303 TRE RA OPS 73 251.1304 Zie voor haar en haar voorouders: Gruoninga 27 (1982), pp. 35-45.1305 RAG, h.c., V o.1306 RAG, h.c. V bb.1307 RAG, h.c., Vjj.


1308 Vriendelijke medeling van P. Bos te Zwolle.1309 RAG, h.c., Vff, fol. 207.1310 RAG, h.c., Vjj.1311 RAG, h.c., Vee.1312 Geciteerd op 23-2-2011 via: http://www.xs4all.<strong>nl</strong>/~teijodkp/F4036.htm1313 GN 55 (2000), p. 513. Aldaar vermeld: Rosien, L. De nakomelingen van Roelof FransenRoosje. Roosje, Roosjen, Roosien, Roossien en Rosien. Schoorl, 1999.1314HCO T.3.1, inv. nr. 2392.1315 Hove, J. ten (red.), Overijsselaars gezocht. Gids voor stamboomonderzoek in Overijssel enFlevoland, Zwolle/Den Haag, 1999, p. 104.1316HCO T.3.1, inv. nr. 2395.1317 Op die datum verklaart Kunne Hans, weduwe van Jan Beene Claver 700 cg. schuldig te zijnaan Gerrit Stevens: HCO, Schoutambt Vollenhove, nr. 2779, blad 401/402).1318 Huwelijk zoon Lucas.1319 Zie GN, jrg. 51, p. 229, waaruit geciteerd.1320 Zie: TG, augustus 1994, p. 55.1321 HCO HA 3546 1v en 37v.1322 Zie GN, jrg. 51, p. 229, waaruit geciteerd.1323 HCO HA regest 212.1324 HCO HA 1652.1325 HCO RSA 20, d.d. 2-7-1628.1326 Zie HCO RSA 39 19v en 1751327 Tenzij ander vermeld zijn de gegevens van dit echtpaar afkomstig uit: GN, jrg. 51, nr. 6(juni 1996), pp. 229-230.1328 HCO HA 3172, d.d. 22-8-1631.1329 HCO RSA 37 19v.1330 Mensema, A.J. en de Raat, R.M. Leenrepertorium van het huis Almelo., Zwolle, 1993, p. 35.1331 HCO RSA 43 d.d. 2-10-1676.1332 Mensema, A.J. en de Raat, R.M. Leenrepertorium van het huis Almelo., Zwolle, 1993, p. 35.1333 NL 1982, jrg. 99, kol. 352-353.1334 HCO RA ODH 2 222-223.1335 HCO RA ODH 2 178vo-180.1336 HCO RA ODH 3 196v-197v.1337 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 332, fol. 113.1338 BHIC T. 19, 788.2187.1339 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 335, fol. 15 en 29.1340 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 159.1341 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 160.1342 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 291.1343 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 198.1344 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 201.1345 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 334, fol. 175.1346 Geciteerd op 7-3-2011 via: http://test.hopsresearch.org/all/brabants_leeuw_1965_1_9_11.<strong>pdf</strong>1347 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1348 Zie: http://gemeentearchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/home.<strong>nl</strong>.html (Kwijtscheldingen).1349 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1350 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1351 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1352 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1353 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1354 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1355 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1356 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1357 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1358 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1359 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1360 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1361 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1362 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1363 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1364 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1365 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1366 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1367 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1368 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>


1369 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1370 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1371 TRE RA HEN 19 (ongenummerd: fiche 1).1372 TRE RA HEN 19 (ongenummerd: fiche 1).1373 Gegevens over haar overgenomen uit GJ 1966, pp. 49-82.1374 TRL RA BAR 68 447.1375 Gegevens over hem en additionele gegevens over zijn kinderen overgenomen uit GJ 1966, pp.49-82.1376 TRE NT. 13.172, nr. 260.1377 TRL T. 244-90, inv. nr. 4.1378 TRE RA DAN 33 13.1379 TRE RA DAN 52 190.1380 TRE RA DAN 33 76.1381 NT. 13.154, p. 113, fol. 257.1382 Gezins- en curatorgegevens afkomstig uit: TRE NT. 13.112 nr 1175, 1517, 1519, 1793, 1881,1974, 1977; NT. 13.113 nr. 85, 32, 67, 121, 132.1383 TRE RA KOL 83 259.1384 TRE RA KOL 88 234.1385 De leeftijden zijn klaarblijk geschat, zie ook: TRE 13.113, d.d. 2-12-1679: Martien inhet 22 e jaar en Jeen in het 21 e jaar.1386 TRE RA KOL 88 250.1387 Zie daartoe: TRE T. 14 inv. nr. 16763, d.d. 21-1-1680.1388 TRE RA KOL 90 41.1389 TRE NT. 13.113 nr. 304.1390 NT. 13.113 nr. 304.1391 KOL 92 167 en 191 (scheiding).1392 NT. 13.113 nrs. 304 en 539.1393 Zie GJ 1990, pp. 63-76, m.n. p. 69. Zie ook: T. 318-02 inv. nr. 28: familie-aantekeningenEskes.1394 Zie voor een volledige beschrijving: Stoter.1395 TRE NT. 13.113 nr. 207.1396 NT. 13.113 nr. 207.1397 KOL 94 144 en 152 (scheiding).1398 Vries, pp. 30-31.1399 TRE NT. 13.112, nrs. 1386 en 1450.1400 TRE NT. 13.112, nr. 1363.1401 TRE NT. 13.112, nr. 1715.1402 TRE NT. 13.112, nr. 1734.1403 TRE NT. 13.112, nr. 1794.1404 TRE NT. 13.112, nr. 1957.1405 TRE RA KOL 92 1.1406 TRE RA FRD 51 97 en 98.1407 http://www.oudtzummarum.<strong>nl</strong>/html/boerderijenwijnaldum5047.htm1408 TRE FRD 124 495.1409 TRE FRD 125 32.1410 TRE FRD 125 97.1411 TRE FRD 125 96.1412 TRE FRD 125 136.1413 TRE NT. 13.137, nr. 222.1414 Stadsarchief Amsterdam T. 255, inv. nrs. 1249, 1251.1415 TRE T, 319 inv. nr. 920. Zie ook: TRE FRD 126 249v.1416 TRE NT. 13.172, nr. 121.1417 TRE NT. 13.172, nr. 212.1418 TRE NT. 13.172, nr. 310.1419 TRE NT. 13.172, nr. 324.1420 TRE NT 13.172, 373.1421 TRE NT 13.172, 424.1422 TRE NT. 13.172, nr. 310.1423 http://members.shaw.ca/tromps/gedcom/ancg23.htm.1424 TRE NT. 13.172, nr. 372. Verdere vernoemingen: nrs. 330, 237, 193 en 16.1425 TRE RA BAR 89 93.1426 TRE RA BAR 90 55 en 55v.1427 Vriendelijke mededeling H. Uilkema, Apeldoorn.1428http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/fa/utjeften/O<strong>nl</strong>ine/Skiednis,%20Letterkunde%20en%20Nammekunde/skoalmasters-yn-fryslan/barradeel1429 TRE T. 14, 173-23 (oude notatie).1430 TRE Leeszaalbibliotheek 151, p. 174v.1431 TRE Leeszaalbibliotheek 151, p 12.1432 TRE NT 13.172, nr. 413.1433 TRE RA BAA 66 134vo. Zie voor een andere niaarzaak rond Ademazathe met Hessel Jilderts enHessel Hiddes Fopma ook: BAA 93 220.1434 TRE T.14 16553, nr. 25.1435 TRE T. 14 inv. nr. 10133.1436 TRE T.14 inv. nr. 10134 en 10332.1437TRE NT. 13.159, nummer 71b.


1438TRE NT. 13.191.1439 Vriendelijke mededeling Gjalt Reidsma.1440 Zie: TRE GEN 902, door P. Nieuwland, p. 396: IDA J13 195v; TIE M6 83, 84 (1694).1441 Zijn voorgeslacht wordt uitgebreid beschreven in: Jaarboek Centraal Bureau voorGenealogie, deel 37 (1983), pp. 71-96: ‘De voorouders van de Haarlemse familie Van Amstel.Bakel-Helmond-Weert-Gemert-Weert 1368-1669’, door W. Wijnaendts van Resandt. De hier genoemdegegevens zijn daaruit overgenomen.1442 RA Grave, T. 7041, inv. nr. 261, fol. 134.1443 Met hartelijke dank aan Arie Jan Stasse voor de gegevens rond de kinderen.1444 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 120.1445 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 25.1446 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 97.1447 RA Sambeek, T. 7040, inv. nr. 331, fol. 97.1448 Gegevens afkomstig van een vraag, gesteld door A.J. Stasse te Utrecht, in: Gens NostraXLVII (1992), p. 531.1449 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 411, fol. 89.1450 RA Grave, T. 7041, inv. nr. 281A, fol. 376.1451 RA Grave, T. 7041, inv. nr. 261, fol. 215.1452 RA Grave, T. 7041, inv. nr. 261, fol. 262.1453 http://www.schiedata.com/1454 http://www.famvanrijt.eu/vanrijt/106.htm1455 Aanvullende gegevens afkomstig van Andre van Delft.1456 Gegevens over Neeltje en haar voorouders: vriendelijke mededeling de heer J. Mul.1457 GN 52 (1997), p. 665.1458 Zie Prometheus kwartierstatenboek XV, blz. 87.1459 Zie GN, 51, p. 235, waaruit geciteerd.1460 HCO HA 1742.1461 Abraham Nijhoff, geb. ca. 1596, predikant te Wierden 1626-1667, overl. v. 4-6-1667. Zievoor hem ook: GN, jrg. 51, p. 231.1462 GAD, classisarchief 75.1463 HCO HA 1742.1464 Zie GN, 51, p. 228, waaruit geciteerd.1465 Het is onduidelijk of zij de moeder is van Aeltien. Zij wordt wel vermeld als vrouw vanGert ten Stover: HCO RAD 11, d.d. 27-5-1630. Aaltje ten Stover (= nr. 3215) laat in 1651 teRijssen wel een dochter Enneke (= nr. Anna) dopen.1466 HCO ACA 42.1467 Mensema, A.J. en de Raat, R.M. Leenrepertorium van het huis Almelo., Zwolle, 1993, p. 30.1468 HCO RAD 11, d.d. 27-5-1630.1469 HCO RAD 9 131v.1470 HCO RAD 8 238.1471 HCO RAD 8 365.1472 Jannigje komt uit een zeer kunstzinnige schildersfamilie. De genealogie daarvan isgepubliceerd door drs. E.A. van Dijk: Grasdorp, een Zwolse kunstenaarsfamilie. In:OverijsselseHistorische Bijdragen, verslagen en mededelingen van de Vereeniging tot beoefening vanOverijsselsch Regt en Geschiedenis. 104e stuk (1989), pp. 35-50. Geciteerd op 20-2-2011 via:www.historischcentrumoverijssel.<strong>nl</strong>/NR/rdo<strong>nl</strong>yres/A38FD874.../03.<strong>pdf</strong>1473HCO RA Zwolle 113 44.1474HCO Kwitanties en Rekeningen Gote Kerk Zwolle, p. 1839 (vermeld in het centralekaartsysteem).1475 NL 1962, jrg. 79, kol. 395-397.1476 NL 1963, jrg. 80, kol. 73-74.1477 Gegevens over Dirk de Gier op 3-3-2011 geciteerd via:http://web.inter.<strong>nl</strong>.net/users/famdegier/een_familie_ontsloten.<strong>pdf</strong>1478 Gegevens afkomstig uit: NL 1943, jrg. 61, kol. 63-72, 95-106, 140-151 en 177-190.1479 TRE NT. 13.200, p. 9. Zie: TRE RA SNE 163 793.1480 TRE UTI 42 265. Zie verder: UTI H1, 34 (5-2-1674).1481 TRE UTI 33 99.1482 http://home.vicnet.net.au/~geneal/bloemendaal/gvb/bloeancx.htm1483 HUA inv.nr.U80a4, aktenr. 190.1484 Zie voor deze familie ook: NL 1936 en 1938.1485 Vriendelijke mededeling T. van Aken.1486 Gegevens uit eigen onderzoek, telefonisch contact met de heer Zorn enhttp://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/genealogy.html (<strong>kwartierstaat</strong> Lapikas).1487 HCO T. 33, inv. nr. 2.4, nr. 164.1488HCO RA Ambt Delden 46.2, nr. 152 (lijst van processen).1489 HCO RA ENS, 50e penning (1733-1752), inv. nr. 85, fol. 144, nr. 447.1490 HCO RA ENS, 50e penning (1733-1752), inv. nr. 85, fol. 174, nr. 535.1491 HCO RA ENS, 50e penning (1733-1752), inv. nr. 85, fol. 60, nr. 207.1492 Gegevens over hem en zijn voorouders afkomstig uit: GN jg. 25 (1970), <strong>kwartierstaat</strong>Enterman, aanvullingen van de heer A. Kroes te Hasselt.1493 http://members.lycos.<strong>nl</strong>/Ham/lau.htm1494 Familienaam bij de doopinschrijving van zijn dochter Trijntje en bij zijn tweede huwelijk.1495 Nooit een vermelding gevonden van de filiatie tussen Pieter Sierks en Sanne Mangels. Wel iszij de moeder van Mangelius, gedoopt te Sneek op 24-4-1642. Dezelfde Mangelius wordt in vele


akten een broer van Pieter (en Jurjen) Sierks genoemd, nooit is er sprake van halfbroers.1496 TRE T. 14, 16501, 24, d.d. 15-5-1632.1497 TRE RA OPS 20 76.1498 TRE RA OPS 20 233v.1499 TRE RA OPS 20 238 en 240vo.1500 TRE RA OPS 20 310v.1501 TRE RA OPS 21 41, d.d. 18-1-1666.1502 Respectievelijk TRE RA OPS 20 153vo, 154, 155 en 176.1503 TRE RA OPS 21 44.1504 TRE RA OPS 172 635: ‘Manglius Sircx Jousma’.1505 GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178, d.d. 13-2-1667: 24 jaar oud.1506 TRE RA OPS 172 279.1507 TRE RA OPS 172 869.1508 GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178, d.d. 13-2-1667: 18 jaar oud en TRE RA OPS 69 445,d.d. 11-3-1672: 23 jaar oud.1509 TRE RA OPS 173 85.1510 TRE RA OPS 173 138.1511 GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178, d.d. 13-2-1667: zij wordt aldaar niet genoemd.1512 TRE RA OPS 109 247.1513 TRE RA OPS 109 261.1514 TRE RA OPS 110 25.1515 TRE RA OPS 110 167.1516 TRE RA OPS 111 96.1517 TRE RA OPS 114 100.1518 TRE RA OPS 67 107.1519 TRE RA OPS 170 612.1520 Molen, S.J. van der, Turf uit de Wouden. Bijdrage tot de geschiedenis van dehoogveengraverij in Oostelijk Friesland tot 1900, Leeuwarden, 1978, pp. 90-94 e.v.1521 Vriendelijke mededeling van G. Zijlstra, Ureterp.1522 Zie GJ, 1990, pp. 31-33; de vindplaatsen zijn aldaar genoteerd.1523 En te Kollummerzwaag, aldus A. de Vries te Drachten.1524 TRE RA DAN 120 2.1525TRE RA ACH M 10-a 165 (vriendelijke mededeling J. Grijpstra te Lelystad).1526TRE RA OPS 172 741.1527TRE RA OPS 118 528, zie ook: OPS 116 341.1528 Vriendelijke mededeling J. Grijpstra te Lelystad.1529 Gegevens geciteerd op 21-2-2011 via:http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE8-0048.html1530 Geciteerd op 21-2-2011 via: http://www.menneglas.<strong>nl</strong>/ledematen/Beerta.htm1531 Geciteerd op 21-2-2011 via: http://www.xs4all.<strong>nl</strong>/~gwkuijk1/939.htm1532 Geciteerd op 21-2-2011 via: http://www.xs4all.<strong>nl</strong>/~gwkuijk1/939.htm1533 Ggevens afkomstig van Harm Selling, geciteerd op 21-2-2011 via:http://groups.yahoo.com/group/groningen-genealogy/message/53551534 Gegevens afkomstig van K. Reuvers te Lelystad.1535 RAG, h.c., V O.1536 RAG, h.c., V O.1537 RAG, V ij 9.1538 Geciteerd via: Gruoninga 27 (1982), p. 40.1539 RAG ORA V ii.1540 Vriendelijke mededeling van K.A. Reuvers, Lelystad.1541 RAG ORA V ee 4, fol. 631.1542 RAG ORA V ee 4, p. 634 (vriendelijke medeling P. Bos te Zwolle).1543 HCO T.3.1, inv. nr. 2392.1544 Genoemd als lidmaat te Beulake.1545 Tweede huwelijk van haar echtgenoot Beene.1546 Gegevens overgenomen uit: GN 56 (2001), pp. 529-531.1547 HCO RAR 17 311v.1548 HCO RAR 17 458.1549 HCO RAR 17 468 en 469.1550 HCO RAR 17 528 en 531.1551 Zie GN, 51, pp. 234-235, waaruit geciteerd.1552 HCO RSA 20.1553 HCO RSA 1, d.d. 7-5-1584.1554 HCO RSA 1, d.d. 7-5-1584.1555 HCO RSA 17 280.1556 HCO HA 1717.1557 HCO RSA 17 299.1558 HCO RSA 19.1559 HCO RSA 20.1560 HCO RA ODH 2 222-223.1561 HCO RA ODH 1 70v-71v.1562 Geciteerd via Internet: Den Ham-site. Als bron ald.: HCO RA ODH 40, z.p.1563 HCO RA ODH 2 222-223.1564 Geciteerd op 7-3-2011 via: http://test.hopsresearch.org/all/brabants_leeuw_1965_1_9_11.<strong>pdf</strong>


1565 Geciteerd op 10-7-2011 via:http://vpnd.<strong>nl</strong>/bronnen/nb/st_michielsgestel/st_michielsgestel_index_protocol-testamenten-1632-1670.<strong>pdf</strong>1566http://webcache.googleusercontent.com/search?q=cache:iJ90GazENVgJ:www.oudmonnickendam.<strong>nl</strong>/archief/VOM%25201988%2520-%25206%2520van%25206.doc+genealogie+van+sanen+monnickendam&cd=17&hl=<strong>nl</strong>&ct=clnk&gl=<strong>nl</strong>1567 igitur-archive.library.uu.<strong>nl</strong>/.../Uit%20goeder%20affectien%20ende%20lieffde.doc1568 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1569 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1570 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1571 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1572 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1573 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1574 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1575 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1576 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1577 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1578 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1579 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1580 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1581 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1582 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1583 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1584 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1585 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1586 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1587 Met dank aan: Fred Simons, Archief van de Weeskamer van Edam. Uittreksels uit destaatboeken: http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/ora_edam-weeskamer_1686-1716.<strong>pdf</strong>1588 http://www.waterlandsarchief.<strong>nl</strong>/images/stories/<strong>pdf</strong>/edamse_notarissen.<strong>pdf</strong>1589 Gegevens over hem en additionele gegevens over zijn kinderen overgenomen uit GJ 1966, pp.49-82.1590 Zie voor die functie bijvoorbeeld: TRL T. 244-90, inv. nr. 63.1591 TRE RA DAN 58 496.1592 TRE RA DAN 58 431.1593 Gezins- en curatorgegevens afkomstig uit: TRE NT. 13.112 nr. 853, 1059, 1204, 1288, 1378,1437, 1465, 1517, 1899.1594 ACH 10 394. Zie ook NT. 13.93.1595 ACH 56 54 en 60vo.1596 T. 345 56 (deze vindplaats geldt voor alle hier opgenomen vermeldingen van stemnummers vanWestergeest in 1778).1597 TRE RA KOL 128 69.1598 TRE RA KOL 75 105v; de scheiding tussen de erfgenamen volgt kort daarop: TRE RA KOL 75202.1599 TRE RA KOL 75 315.1600 TRE RA KOL 76 3v.1601 TRE RA KOL 76 14v.1602 TRE RA KOL 78 35.1603 TRE RA KOL 68 135.1604 TRE RA KOL 83 396.1605 TRE NT. 13.113 nr. 85.1606 NT. 13.113 nr. 85.1607 KOL 81 185 en 196 (scheiding).1608 NT. 13.112 nr. 1793.1609 KOL 83 259.1610 NT. 13.113 nr. 1262.1611 KOL 16 67. Zie ook NT. 13.112 nrs. 1174 en 1175.1612 TRE NT. 13.112, nr. 1478.1613 TRE NT. 13.112, nr. 1507.1614 T. 345 56.1615 TRE NT. 13.112, nr. 907.1616 TRE RA KOL 69 6.1617 TRE NT. 13.112, nrs. 507, 763, 938, 1258, 1272, 1316 en 1348.1618 TRE RA KOL 80 209; zie ook NT. 13.112, nr. 1741.1619TRE NT. 13.112, nr. 1741.


1620 TRE NT. 13.112, nr. 1118.1621 TRE NT. 13.112, nrs. 1327, 1423.1622 TRE NT. 13.112, nr. 1715.1623 TRE RA KOL 80 6.1624 TRE RA KOL 80 16v.1625 NT. 13.112 nr. 1794.1626 TRE RA KOL 68 194, inventarisatie.1627 Zie voor dit echtpaar: GJ 1980, p. 15.1628 In een <strong>kwartierstaat</strong> (inzender onbekend; in bezit van de auteur) wordt hij Haye Jelckesgenoemd, terwijl in het Frysk kertiersteateboek p. 382 zijn patroniem niet genoemd wordt (zijnvrouw staat wel voluit vermeld). Zijn overlijdensgegevens zijn eveneens uit de onbekendekwartieren overgenomen: voorzichtigheid is geboden.1629 TRE NT. 13.121, nr. 334.1630 TRE NT. 13.121, nr. 319.1631 http://images.tresoar.<strong>nl</strong>/dow<strong>nl</strong>oad/quaclappen1600-1612.<strong>pdf</strong> (p. 312).1632 http://images.tresoar.<strong>nl</strong>/dow<strong>nl</strong>oad/quaclappen1600-1612.<strong>pdf</strong> (p. 267).1633 TRE FRD 120, 169v.1634 TRE FRD 122 19.1635 https://stadsarchief.amsterdam.<strong>nl</strong>/archieven/archiefbank/inventaris/255.<strong>nl</strong>.html1636 TRE FRD 121 16.1637 TRE NT. 13. 137, nr. 14.1638http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/fa/utjeften/O<strong>nl</strong>ine/Skiednis,%20Letterkunde%20en%20Nammekunde/skoalmasters-yn-fryslan/barradeel1639 TRE Leeszaalbibliotheek 151.1640http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/fa/utjeften/O<strong>nl</strong>ine/Skiednis%2C%20Letterkunde%20en%20Nammekunde/skoalmasters-yn-fryslan/hennaarderadeel1641http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/fa/utjeften/O<strong>nl</strong>ine/Skiednis%2C%20Letterkunde%20en%20Nammekunde/skoalmasters-yn-fryslan/leeuwarderadeel1642 http://www.angelfire.com/ab6/sjollema/html1643 Zijlstra, Geleerde Friesland (database), nr. 11831 en 9289).1644TRE NT. 13.159.1645 TRE RA IDA 72 9v.1646TRE NT. 13.191.1647 TRE Leeszaalbibliotheek 151, p. 75v.1648 TRE NT. 13.166, akte 423.1649 TRE RA BAR 131 66.1650 TRE GEN 501, p. 321.1651 BAA 93 166vo.1652 BAA 93 168.1653 TRE T. 14 9101.1654 TRE T.14 24-5, 204-2 en 297-22.1655 TRE T.14 204-1.1656 T. 14, inv. nr. 10332, inv. nr. 10688.1657 BAA 92, 219.1658 BAA66 104 (1676), 233vo (1684), 352vo en 353 (1691) en 450 (1696).1659 TRE T. 14 inv. nr. 10133.1660TRE NT. 13.159.1661TRE NT. 13.159.1662TRE RA IDA 38 153v. Met huismerken: ook van Jisk (= nr. 5866).1663TRE NT. 13.159.1664 Zie: TRE GEN 902, p. 280, door P. Nieuwland.1665 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 408, fol. 4.1666 RA Cuijk, T. 7040, inv. nr. 408, fol. 86.1667 Gens Nostra, 1982, p. 435.1668 http://www.schiedata.com1669 ORA Zevenhuizen (1603-1636), fol. 25v. en 93. Gevonden via: www.rsnet.<strong>nl</strong>/sahm/an.42.htm1670 Gevonden via: www.rsnet.<strong>nl</strong>/sahm/an.42.htm, NT 4208 (= nr. Toegang notaris P.Pits, (1627-1666): resp. ac 46, inv. nr. 8917, akte 8 en ac 48, inv. nr. 6102, akte 56.1671 OV Oud Rechterlijk Archief Overschie, inv. nr. 388, akte nr. 44, p. 61.1672 ONA Oud Archief Rotterdam, inv. nr. 144, akte nr. 308, p. 607.1673 GN 52 (1997), p. 665.1674 DLFS ONA Delfshaven inv. nr. 3854, akte nr. 101, p. 407.1675 DLFS ONA Delfshaven inv. nr. 3855, akte nr. 60, p. 289.1676 DLFS ONA Delfshaven inv. nr. 3857, akte nr. 125, p. 771.1677 DLFS ONA Delfshaven inv. nr. 3857, akte nr. 130, p. 781 en idem akte nr. 131, p. 782.1678 http://www.schiedata.com1679 Bron: http://geneaweb.geneanet.org/nuyten.1680 Zie Prometheus Kwartierstatenboek XV, blz. 133.1681 Prometheus Kwartierstatenboek XV, blz. 133.1682HCO Trouwboek Zwolle 721, 253 (geciteerd via het centrale kaartsysteem).1683 Zie de genealogie Van Lith de Jeude in het Nederlandsch Adelsboek en NL 1924, kol. 344.


1684 Zie voor hem en zijn familie: Gens Nostra, jaargang 54, maart 1999, p. 135-148, m.n. 139-140.1685 http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~schim59/surname/f515.htm1686 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation10.html#849)1687 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation10.html#849)1688 http://members.lycos.<strong>nl</strong>/Ham/lau.htm1689 Een vroegere variant van de tegenwoordige foerier: verantwoordelijk voor de uitrusting(sic!) ; kleding, wapens e.d. van de manschappen.1690 Meermalen gevonden in de periode 1639-1650, onderdelen vaak afzonderlijk gepacht. TRE RA KOL128 63, 149, 225, 310; KOL 129 36, 68, 125, 212, 281; TRE T. 14, inv. nr. 16517.1691 GAL F 57 19 en GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178.1692 Al vóór 14-6-1628: TRE RA OPS 163 215. Maar mogelijk al vóór 5-9-1623: in een inventarisatieblijken opgenomen: ‘d’conterfeitsels van Saacke Siercksz. en zijn huysfrouwe.’1693 Zie: GAL Old Burger Weeshuis Legaatboek, inv. nr. 646 en GJ 1966: Leeuwarder beGrafenissen"met de wezen", 1636-1721). Overigens bestaat die `hoek' bij de Vismarkt nu nog.1694 TRE, HvF, T. 14, inv. nr. 16501, nr. 24, d.d. 15-5-16321695 TRE T. 15, inv. nr. 4, (resp. de interlocutoire en definitieve sententie).1696 GAL Inventarisatieboeken 1550-1790, V.Y-26 (1623-1624), pp. 306-309.1697 Grote vraag: zijn de schilderijen bewaard gebleven? Vgl. hiertoe R.E.O. Ekkart in: DVF 72(1992), p. 150: hij schat het verliespercentage van alle gemaakte schilderijen uit die dagenop ten minste 80%. Bij navraag bleken het IconoGrafisch Bureau te Den Haag en het Fries Museumze in ieder geval niet in de collectie te hebben.1698 TRE RA OPS 160 23.1699 TRE RA OPS 160 31.1700 TRE RA OPS 163 215, d.d. 14-6-1628. Saecke en Haeske blijken dan al getrouwd te zijn.1701 TRE RA KOL 128 63, 147, 149, 225, 340 en TRE RA KOL 129 36, 68, 80, 81, 125, 126.1702 TRE RA OPS 160 48.1703 TRE T. 14 16501, 15.1704 TRE RA KOL 108 62 (= nr. 123).1705 NL 1925, jrg. 43, kol 262.1706 TRE T. 14 16510, 34. Zie ook de interlocutoire sententie TRE T.14 16509, d.d. 30-4-1640(niet zoals in de def. sententie vermeld is 28-4-1640), zonder nr., tussen nrs. 18 en 19.1707 TRE T. 14 7497, f. 106v.1708 TRE RA KOL 108 117v. Zie voor deze akte ook: NL 1925, jrg. 43, kol 262-263.1709 Boelens, Nes, p.89-901710 Fryslân, Tiidskrift fan it Selskip foar Fryske Tael- en Skrifttekennise, (1920), pp. 46-48.1711 TRE T. 14 16510, zie ook interlocutoire sententie TRE T.14 16509, 8, d.d. 16-6-1640.1712 TRE T. 14 16512, 92.1713 TRE GEN 512, p. 322v.1714 TRE RA KOL 108 513.1715 TRE RA KOL 16 410.1716 Respectievelijk TRE RA KOL 71 113v en 74 239.1717 TRE NT. 13.112, p. 80, nr. 1028.1718 TRE RA OPS 163 215 en TRE T.14 16512, 92, d.d. 15-7-1632. Overigens verkoopt hij rond dietijd een aantal keren grond in Opsterland.1719 TRE RA ACH 83 148.1720 TRE RA OPS 47 344.1721 GAL Old Burger Weeshuis Legaatboek, inv. nr. 646, nr. 85.1722 GAL Authorisatieboeken 1611-1810 W4 178.1723 TRE RA ACH 84 106.1724 TRE T. 14 16532, 26.1725 TRE T. 14 16533, 42.1726 TRE T. 14 16533, 25.1727 TRE T. 14 16537 39, zie ook de interlocutoire sententies nr. 45, d.d. 5-5-1668 en nr. 53,d.d. 30-6-1668.1728 TRE Arch. Harinxma thoe Slooten, T. 325, inv. nr. 454.1729 TRE T. 14 16538 16.1730 TRE T. 14 16544 48.1731 TRE T. 14 16544, 9, p. 127.1732 TRE RA OPS 163 215, d.d. 14-6-1628.1733 TRE RA Dokkum 227 372.1734 TRE RA OPS 47 226, d.d. 11-1-1651; zie ook f.296 d.d. 23-10-1651 en f.322, d.d. 17-9-1652,ook f.344 en 35, d.d. 7-2-1653 en f.393, d.d. 29-9-1653. Zie voor Reytse Jans: GJ 1996, p. 124.1735 TRE T. 14 16517, 67, d.d. 27-10-1648.1736 GAL Q 15 6 en F 55 33.1737 OPS 108 183.1738 OPS 106 313.1739 OPS 107 111.1740 OPS 109 69.1741 OPS 109 266.1742 OPS 109 282.1743 OPS 109 298.1744TRE GEN 900-902.1745 TRE NT. 13.112.1746 Vriendelijke mededeling A. de Vries, Drachten: zie TRE RA DAN J 5 dd 18-12-1693, fol. 216en K 6 fol. 76d dd 16-10-1693.


1747TRE RA ACH M 10-a 165 (vriendelijke mededeling J. Grijpstra te Lelystad).1748 De datum rond haar overlijden is afkomstig van A. de Vries te Drachten.1749TRE RA OPS 111 267.1750TRE RA OPS 173 511.1751TRE RA OPS 72 23.1752TRE RA OPS 72 384.1753TRE RA OPS 109 419.1754 Geciteerd op 21-2-2010 via: http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE8-0048.html1755 Groninger Archieven, T. 574, inv. nrs. 282 en 283.1756 RAG ORA Wagenborgen V o; vriendelijke mededeling K. Reuvers te Lelystad.1757 Geciteerd op 24-2-2011 via: http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE8-0066.html1758 Geciteerd via Gruoninga 1982, p. 37.1759 Zie: Pathuis, Groninger Gedenkwaardigheden, nr. 2916.1760 RAG, V ij 4, d.d. 03-2-1627.1761 RAG, Spanheim, Inv. nr. 2658, fol. 53:1762 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle. De additionele gegevens zijn eveneens van hemafkomstig.1763 Geciteerd op 23-2-2011 via: http://www.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE7-0217.html en http://home.kpn.<strong>nl</strong>/duifjes2/eggens.htm1764 Vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle. De additionele gegevens zijn eveneens van hemafkomstig.1765 RAG ORA V gg 1, p. 68v. (Finsterwolde).1766 Geciteerd op 23-2-2011 via: http://familytreemaker.genealogy.com/users/v/a/n/Pieke-Vander-schaaf/BOOK-0001/0016-0047.html1767 Geciteerd op 23-2-2011 via http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE7-0295.html1768 RAG ORA V x 3, p. 288 (vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle).1769 Geciteerd op 23-2-2011 via: http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE7-0248.html1770 Zie GN 51 pp. 235-236, waaruit geciteerd. Aldaar houdt de auteur een slag om de arm. Hijmeent dat de filiatie niet eenduidig te bewijzen valt, maar op basis van het materiaal dat hijgenereert, meen ik dat Godtschalk te identificeren is: in ieder geval als zoon van TonisHenricks en denkelijk ook als kind van Gese N.N.1771 HCO HA 3139 131v.1772 Een verschrijving?, of gaat het om de vader van Tonis Hendriks?1773 HCO HA 3139 216.1774 HCO HA 217.1775 HCO RAR 17 311v.1776 HCO RAR 17 139.1777 HCO RAR 29, d.d. 24-1-1581 en 48v, d.d. 29-10-1582.1778 Geciteerd op 14-7-2011 via: http://www.bosscheencyclopedie.<strong>nl</strong>/Bronnen/Momboirboeken/R1925.0.htm1779 Geciteerd op 14-7-2011 via: http://test.hopsresearch.org/all/brabants_leeuw_1957_1_81_89.<strong>pdf</strong>1780 Geciteerd via: www.henkbeijersarchiefcollectie.<strong>nl</strong> (Schijndel RS.091).1781 Geciteerd op 23-7-2011 via:http://www.henkbeijersarchiefcollectie.<strong>nl</strong>/historisch_onderzoek/remissieboeken.htm1782 Zie voor dit echtpaar ook: TRL T. 244-90, inv. nr. 72.1783 TRL T. 244-90, inv. nr. 79. Zie ook: GJ 1966, p. 79.1784 KOL 30 85vo.1785 KOL 6 133vo en 135vo.1786 Zonder volledigheid na te streven: KOL 6 133vo, 135vo, 141vo, 144vo, 166, 237vo, 369. KOL7 17, 17vo, 27vo, 55, 57vo en 72. KOL 44 24vo.1787 Zie bijvoorbeeld KOL 6 369, KOL 7 17 en ook: NT. 13.112 nrs. 21, 25, 76, 97, 140, 283,328.1788 KOL 61 85vo.1789 T. 14 inv. nr. 16484.1790 ACH 79 187vo (zie ook NT. 13.121 nr. 745).1791 KOL 11 271.1792 KOL 12 10vo.1793 KOL 12 21.1794 KOL 64 139vo (eige<strong>nl</strong>ijk ongefoliëerd: eind fiche 4, begin 5).1795 KOL 12 16vo, KOL 107 46vo en 296.1796 KOL 69 265.1797 KOL 44 148vo.1798 NT. 13.112 nr. 984 en 1071.1799 NT. 13.112 nr. 1506.1800 KOL 71 28.1801 KOL 71 270vo.1802 KOL 108 50 en 50vo (eige<strong>nl</strong>ijk ongefoliëerd). Ik heb overigens geen volledigheidnagestreefd bij het zoeken van aktes, waarin de zwagers samen optreden.1803 KOL 127 207.1804 KOL 127 233.1805 Reitsma p. 211.


1806 Reitsma, p. 211 geeft 1 september 1600, maar haar grafschrift geeft 6 september 1600 (zie:http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~t952791/inscripties/achmin.htm).1807 Reitsma, p. 191.1808 TRE 233 151.1809 Molen, pp. 47-54 en Mol.1810 T. 233 inv. nr. 151.1811 TRE NT. 13.121, nr. 56.1812 TRE NT. 13.121, nr. 220.1813 TRE NT. 13.121, nr. 532.1814 http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~t952791/inscripties/achmin.htm1815 TRE RA ACH 9 140v. Zie ook TRE NT. 13.93, nr. 51.1816 TRE RA ACH 9 198. Zie ook TRE NT. 13.93, nr. 74.1817 TRE RA ACH 9 218. Zie ook TRE NT. 13.93, nr. 82.1818 TRE RA KOL 72 375.1819 TRE NT. 13.112, nr. 1262.1820 TRE RA KOL 72 446.1821 TRE RA KOL 65 (later toegevoegd bij een akte d.d. 4-10-1613).1822 TRE RA KOL 14 343; zie ook TRE NT. 13.112, nr. 774.1823 TRE NT. 13.112, nrs. 615 en 661.1824 TRE RA KOL 68 505.1825 TRE NT. 13.112, nr. 811.1826 TRE NT. 13.112, nr. 82.1827 TRE NT. 13.112, nr. 321.1828 TRE RA KOL 65 (ongenummerd).1829 TRE NT. 13.112, nr. 561.1830 NT. 13.112 nr. 561.1831 NT. 13.112 nrs. 867 en 883.1832 http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~t952791/inscripties/kolmin.htm1833 KOL 69 49vo en 310 (in feite 311: scheiding).1834 NT. 13.112 nr. 983.1835 TRE RA KOL 69 49. Later volgt de ontscheiding: TRE RA KOL 69 310.1836 TRE NT. 13.112, nr. 983.1837 TRE NT. 13.112, nr. 1118.1838 NL 1925, jrg. 43, kol. 265.1839 TRE RA KOL 67 6.1840 TRE NT. 13.112, nr. 517.1841 TRE RA KOL 68 194; de ontscheiding is opgenomen op p. 287.1842 Zijn naam is afkomstig uit een <strong>kwartierstaat</strong> (inzender onbekend; in bezit van de auteur):voorzichtigheid is geboden.1843 TRE GEN 500, p. 204; GEN 501, p. 350.1844 TRE GEN 513, p. 340v.1845 http://images.tresoar.<strong>nl</strong>/dow<strong>nl</strong>oad/quaclappen1600-1612.<strong>pdf</strong>1846 TRE GEN 513, p. 173v.1847 TRE GEN 513, p. 166.1848 TRE GEN 513, p. 176.1849 TRE GEN 501, p. 320.1850 TRE GEN 501, p. 321.1851 TRE GEN 512, p. 45, GEN 511, p. 440 en GJ 2004, p. 132. De voorouders van Antje en Pytjezijn overgenomen uit de laatstgenoemde bron.1852 D.J. van der Meer, bezorgd door J. Oostra, ingeleid door J.A. Mol en geïndexeerd door O.Hellinga. Boerderijenboek Hennaarderadeel 1511-1698. Archivalische gegevens over destemdragende boerderijen, hun eigenaars en gebruikers in de twaalf dorpen van de grietenijHennaarderadeel. Fryske Akademy, Ljouwert 2004.1853 Volgorde eerste drie kinderen afgeleid uit vermelde leeftijd: TRE NT. 14 7651.1854 Zie de site van M.H.H. Engels:http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/m.bourgonjen/Harlingen/getypteRuyven.htm1855 RA Harlingen 234, 152.1856 Dit echtpaar: vriendelijke mededeling van Ype Brouwers te Leeuwarden.1857 Vriendelijke mededeling Gjalt Reidsma.1858 Gegevens over haar en haar voorouders ook afkomstig van:http://www.parenteel.<strong>nl</strong>/eynatten/parenteel.html1859 NL 1947, jrg. 64, kol. 193-200; NL 1948, jrg. 65, kol. 309-320 en NL 1949, jrg. 66, kol.182-185.1860 Gegevens van hem en zijn schoonfamilie zijn afkomstig van Arjan van Loon:www.regionaalarchieftilburg.<strong>nl</strong>/.../doc/2605_11.DOCwww.bijvoet.org/C1_Artikelen/Aktes_Geeraert/2605_14.docwww.regionaalarchieftilburg.<strong>nl</strong>/naderetoegangen/doc/2605_16.DOCZie ook: www.regionaalarchieftilburg.<strong>nl</strong>/.../doc/2605_19.DOC1861 http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/leo.ligtermoet/BM20030603_1309_001507#BM20030603_1309_001507: LeoLigtermoet vermeld op zijn site nog drie voorouders in rechte lijn. Dat ziet er inhoudelijk opzich goed uit, maar zijn aanname (omtrent de filiatie Johannes/Haiton ) behoeft in mijn ogennader bewijs.1862 ONA Oud Notarieel Archief Rotterdam Inventarisnummer 156 Aktenummer/Blz. 62/131.1863 Gevonden via: www.rsnet.<strong>nl</strong>/sahm/an.42.htm: ORA Zevenhuizen fol. 8v.1864 Gevonden via: www.rsnet.<strong>nl</strong>/sahm/an.42.htm: ORA Zevenhuizen fol. 169 en 170v.


1865 Het is niet geheel duidelijk, of Jenneke inderdaad de moeder van Peter is. In het uiterstegeval is dus vader Peter’s eerste, onbekende vrouw ook de moeder van zoon Peter.1866 Zie Gens Nostra 1965, p. 24.1867 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation11.html (alwaar bronvermelding).1868 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation11.html (alwaar bonvermelding).1869 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation11.html (alwaar bronvermelding).1870 TRE Statenarchief Gf 50, betalingsordonantiën 1603. Geciteerd via de computerbijlage vanHet geleerde Friesland; inschrijvingen van Friezen aan universiteiten buiten Friesland.Overigens bleek bij controle, dat deze vindplaats waarschij<strong>nl</strong>ijk niet als zodanig bestaat.Mogelijk betreft het een verschrijving in de notatie; de beroepsopgave zal wel juist zijn.1871 TRE, Archief Staten van Friesland, T. 5, inv. nr 8, f. 113. Sijrk Sakes wordt gekozen doorde volmachten van de Sevenwolden op 04-3-1601. Hij neemt de plaats in van Mathijs Oenema. Debenoeming is klaarblijkelijk niet meteen ingegaan, want op 7-4-1601 nemen de Staten vanFriesland het besluit om aan de Staten Generaal te schrijven met het verzoek om iemand tecommiteren, om de leden van de Admiraliteit te Dokkum te beëdigen ( TRE Archief van de Statenvan Friesland, G2-6 f.16-d (oude notatie).1872 TRE T. 14 inv. nr. 16707 nr. 1, d.d. 11-3-1606: ‘Haeck Boeledr., weduwe wijlen SyrkSakes.’1873 Familiebijbelaantekeningen van JM. Hemminga: zie Nederlandsch Patriciaat 1921/22, 12dejg., pp. 63 e.v.. Op 4 en 21 janHUAri 1629 worden zijn kleinkinderen Hiltie en Sierk inhetzelfde Graf, ten zuiden van de toren op het kerkhof van Beetsterzwaag, bij hun `bestevaderSirck Sackes' begraven. Klaarblijkelijk was daar het familieGraf, want ook van Sirck’s dochter,Taetske, is bekend, dat zij daar begraven ligt.1874 TRE, NG OPS 59 7 (inventarisatie op 28-3-1582): in margine is op die datum in 1583 een(gedeeltelijke?) uitboedeling van Sierk en zijn huisvrouw opgetekend.1875 TRE RA OPS 59 7.1876 TRE Arch. Staten van Friesland 1580-1795 (Resoluties Gedeputeerde Staten), inv. nr. 2517,f. 205-206. Met ondertekening door Sierk zelf.1877 TRE Arch. Staten van Friesland, T. 5, inv. nr. 8, f. 113.1878 Zie GN XLVIII (1993), p. 171.1879 TRE Arch. van de Staten van Friesland, G2-6, f.16-d (oude notatie).1880 ARA, Arch. der Admiraliteitcolleges, T. 1.01.47.01, inv. nr. 3298, fol. 66. Zie ook:http://www.mpaginae.myweb.<strong>nl</strong>/Admiraliteit1601/adm1601t.htm1881 TRE T. 5, inv. nr. 2297, zonder pag. nr. Zie ook de computerbijlage van Het geleerdeFriesland; inschrijvingen van Friezen aan universiteiten buiten Friesland.: TRE Statenarch. Gf50, betalingsordonantiën 1603. Overigens bleek deze notatie bij controle onvindbaar.1882 TRE RA OPS 62 33 en 34, d.d. 4-4-1606 en f. 48, d.d. 15-8-1606. Zie ook: TRE RA OPS 58 5.1883 Frouck onbreekt in 1668 bij de dans rond de erfenis van Saecke Siercx, (terwijl haarkinderen wel deelnemen) waarschij<strong>nl</strong>ijk is zij dan al gestorven. In het Stamboek (Prov. Bibl.Leeuwarden) staan handgeschreven aantekeningen naast de gedrukte gegevens. De herkomst isapocrief, zonder bronvermelding. In deel 1A, p.103 bij de familie Boelens, staan ‘nieuwe’gegevens over de kinderen van Sierk en Haeck. Men stelt, dat Frouck mogelijk overleden is op13-10-1681. De informatie strookt niet of nauwelijks met mijn bevindingen en is op sommigepunten volstrekt onjuist.1884 TRE T. 14 16707, 1, d.d. 11-3-1606. Jochum treedt op namens zijn wederhelft.1885 Zie voor haar ook: TRE GEN 59: Fokkema-Siccama, A.C., De Siccama’s, pp. 448-449.1886 Antie wordt genoemd: TRE RA OPS 160 48. In die ‘akte’ wordt door Weemel en haar zoonprotest aangetekend tegen een verkoop door Saecke Sierks aan diens zwager Jan Martens.1887 TRE T. 14 16707, 1, d.d. 11-3-1606. Zij komt daar voor als één van de drie onmondigekinderen, terwijl haar zus Frouck, die dan wel is getrouwd, gesterkt wordt met haar man.1888 KOL 108 62 (= nr. 123), d.d. 2 april 1633. Dan proclameren Saco Siercx en Haescke Roelofsde aankoop van een huis gelegen “binnen Kollum neffens het kerkhof”. Harmen Wygerts, man vanLupck Lubbertsdr legt er het niaar op. Verkopers zijn Jan Freercx en zijn huisvrouw AntieSiercx. Onduidelijk is overigens, of Antje de gelijknamige zus van Saecke is.1889 In ieder geval vóór 24-7-1662: TRE RA OPS 42 133.1890 Zie voor hem ook: DVF 78 (1998) pp. 57-75.1891 Ik baseer die voorzichtige veronderstelling op de volgende vindplaats: in de onbetrouwbarewant goeddeels oncontroleerbare, handgeschreven informatie in het Stamboek (Prov. Bibl.Leeuwarden), deel 1A, p.103 bij de familie Boelens wordt (onafhankelijk van mijn bevindingen)verondersteld, dat er een Wigger Sierks Sickma geweest zou kunnen zijn.1892 TRE T. 14 16707, 1, d.d. 11-3-1606. Er wordt geen melding van hem gemaakt.1893 OPS 106 225.1894 TRE RA OPS 45 65 en 100.1895 OPS 163 45.1896 TRE, HvF, T. 14, inv. nr. 16501, nr. 24, d.d. 15-5-1632.1897 TRE, HvF, T. 14, inv. nr. 16502. nr. 15; zie ook de interlocutoire sententie: TRE, HvF,T. 14, inv.nr. 16501, nr. 46, d.d. 27-10-1632.1898 OPS 59 3 en 91 (9 mei 1584).1899 OPS 105 80.1900 OPS 106 266.1901 OPS 107 72.1902 OPS 107 300.1903 OPS 108 313.1904 OPS 108 370.1905 OPS 109 96.1906 OPS 109 150.


1907 Zie Frysk kertierstaeteboek, p. 372 en 383.1908 OPS 61 58.1909 OPS 62 45.1910 OPS 62 71 en 72.1911 Geciteerd op 21-2-2011 via: http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE7-0227.html1912 Geciteerd op 24-2-2011 via: http://groups.yahoo.com/group/groningengenealogy/message/14419?o=1&d=-11913 Vriendelijk mededeling drs. K.A. Reuvers, Lelystad: (zonder exacte vindplaats; vermoedelijkRAG, V O).1914 Tenzij anders vermeld geciteerd op 23-2-2010 via:http://familytreemaker.genealogy.com/users/v/a/n/Pieke-Van-der-schaaf/BOOK-0001/0028-0013.html1915 RAG ORA V x 3, p. 288 (vriendelijke mededeling P. Bos te Zwolle).1916 Respectievelijk KOL 121 31, 52, 84vo en 91vo. Zie ook: NT. 13.119.1917 T. 14 inv. nr. 16800, fol. 1015.1918 Reitsma, p. 181.1919 T. 14, inv. nr. 16701, fol. 18.1920 KOL 6 13vo.1921 KOL 6 182vo.1922 KOL 64 (eige<strong>nl</strong>ijk ongefoliëerd: eind fiche 4, begin 5).1923 Zonder volledigheid na te streven: KOL 6 313, 340vo, 369 en KOL 7 17vo, 55, 72 en KOL 1210vo.1924 KOL 6 256vo.1925 KOL 107 141vo.1926 Zonder volledigheid na te streven: KOL 6 148vo, 196, 251vo.1927 Zie daartoe: NL 1953, jrg. 70, kol. 296-302 en ook: GJ 1964, p. 75.1928 KOL 6 359.1929 KOL 43 20vo.1930 KOL 44 27.1931 KOL 105 293 (oude notatie 147).1932 KOL 105 369 (oude notatie 186) en 389 (oude notatie 196).1933 T. 14, inv. nr. 16692, fol. 165. Dan procederen Wigle Oegez voor zich, mr. Idzart Sickingadie de procedure hervat die mr. Oege Sickinga uit zijn naam voerde en tevens de procedurehervat van wijlen vader Abbe tegen Ritske Dijkstra te Leeuwarden voor zich en voor zijn broerFeycke, Haye Kempez te Teerns uit naam van zijn vrouw Sapcke, Aeble Jeppez te Westergeest voorzich en genoemde Haye en Aeble samen voor Douwe Jeppez.De hier genoemde Aeble komt vaker voor bij het Hof van Friesland: T. 14, inv. nr. 16691, fol.134: Abbe Ieppes (dan dus niet Aebele) en Douwe Ieppes komen in 1555 voor bij een zaak rondWblinga zathe te Teerns. Verder nog: T. 14, inv. nr. 16701, fol. 93: Abbe Ieppes is in 1585erfgenaam van Douwe Ieppes.1934 NT. 13.112 nr. 1127.1935 T. 327 inv. nr. 2111.1936 GRA 136 84 en 43.1937 Reitsma, p. 205.1938 TRE NT. 13.112, nr. 350.1939 TRE NT. 13.112, nrs. 377 en 437.1940 TRL RA KOL 123 161.1941 NL 1925, jrg. 43, kol. 265.1942 TRE NT. 13.112, nr. 35.1943 TRE NT. 13.112, nr. 162.1944 TRL RA KOL 7 57.1945 TRE NT. 13.112, nr. 278.1946 TRE NT. 13.112, nr. 285.1947 TRL RA KOL 12 5v.1948 TRE RA KOL 65, ongenummerd.1949 Zie voor haar ook: TRE NT. 13.112, nr. 383.1950 TRE NT. 13.112, nr. 420 en 3661951 TRE RA KOL 68 302.1952 TRE NT. 13.112, nr. 718.1953 TRE NT. 13.112: zijn naam komt diverse keren voor. Zie voor hem ook: TRL GEN 59.1954 NT. 13.112 nr. 82.1955 http://home.tiscali.<strong>nl</strong>/~t952791/inscripties/kolmin.htm1956 KOL 70 315.1957 Reitsma, p. 197 en 199.1958 T. 14 16698. Zie ook: GJ 1970, p. 72. Voor verdere vermeldingen zie: NT. 13.119.1959 TRE RA KOL 70 315.1960 http://images.tresoar.<strong>nl</strong>/dow<strong>nl</strong>oad/quaclappen1600-1612.<strong>pdf</strong>1961 TRE GEN 500, p. 204, GEN 501, p. 350. Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier enSipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, p. 51. Bronvermelding aldaar.1962 TRE GEN 513, p. 4421963 TRE GEN 513, p. 281, 425.1964 TRE GEN 511, p. 650v.1965 TRE GEN 513, p. 338v.1966 Zie GJ 1970, p. 40.1967 GJ 1984, p. 51.1968 GJ 2004, p. 132.


1969 GJ 2004, p. 132.1970 NL 1947, jrg. 64, kol. 193-200; NL 1948, jrg. 65, kol. 309-320 en NL 1949, jrg. 66, kol.182-185.1971 Gegevens d.d. 12-10-1999 ontleend aan: http:/www.geocities.com/Athens/4074/hofped8.htm(hofstee/neef pedigree). Er is geen bronvermelding opgenomen. De stamreeksook in deze vorm zelf gevonden: CBG, dossier Heemskerk, Rijnsburg (a).1972 Gegevens afkomstig van: http://www.angelfire.com/mt/hist/HerwijnenResidents.html1973 Gegevens van haar kwartieren afkomstig van G. van Genderen te Geldermalsen. Hij geeft zijnbron op: De Cock van Delwijnen. J., Het geslacht De Cock van Delwijnen., 1996. Van Genderenwaarschuwt zelf al en hij doet dat m.i. volkomen terecht. De kwartieren zijn niet volledig enbelangrijker nog: de gegevens zijn niet onderbouwd. Enige scepsis is dus gepast. De hogeregeneraties zijn wel weer kloppend, want goeddeels controleerbaar. Zie daarvoor Tussen Aken enheden., Amsterdam, Nederlandsche Genealogische Vereniging, 1994.1974 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation12.html (in al deze gevallen geldt dat iktelefonisch contact heb gehad met de heer Zorn)1975 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation12.html1976 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation12.html1977 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation12.html (overigens wordt daar opgemerkt dat defiliatie niet bewezen is).1978 TRE Arch. Harinxma thoe Slooten, T. 325 inv.nr. 454, tab. XVII. Ik houd het op het eerste.1979 TRE RA HAR 124 174-178.1980 TRE Kopie in leeszaalbibl. nr. 4001/4002. Overigens is er een transcriptie met index,waarin de naam Sake Eitses staat. Dit is een schrijfonduidelijkheid, want hij woont danstellig te Beetsterzwaag, waar echter geen “Saecke Siercks” vermeld is. Zie voor dieverschrijving overigens ook: Meer, p. 294: “Sake Eytsz”. Aanslag: 3 cgl. Er staat in hetorigineel echter: “Sacke Cyrxs” (met dank aan Ype Brouwers te Leeuwarden).1981 Copia in Collectie Gabbema, inv. nr. 213, 81, pp. 13-14. Zie ook: Opsterlân, p. 270.1982 HAR 124 174-178.1983 OPS 59 7.1984 Hepcke Fockens is grietman van Opsterland, in ieder geval vanaf 1578, bij de opmaak van depersonele impositie, tot aan zijn dood in 1614. Verder is hij volmacht ten Landsdage,Gedeputeerde Staat vanwege de Zevenwouden (1588-1601 en 1608-1614, zie daartoe:http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/mpaginae/GS/GSnaaml.htm#F). Daarnaast is Hepcke op 10 april 1607Afgevaardigde ter Staten-Generaal (zie daartoe:http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/mpaginae/Rvsensg/naamlijst.htm#enk). Sjoerd Fockens is gedeputeerdenamens Oostergo in de periode 1581-1586.1985 TRL T. 14, inv. nr. 16800, p. 724 e.v.: Tiets Melledr. koopt land bij een decretaleverkoop te Beetsterzwaag.1986 Aa, A.J. van der, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden., facs. herdruk, Gorinchem[Zaltbommel], Noorduyn [Europese bibliotheek], 1849 [1980], dl. 12, p. 92.1987 Vgl. hiervoor ook: Van der Molen, Opsterlân, p. 85.1988 Aa, A.J. van der, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden., facs. herdruk, Gorinchem[Zaltbommel], Noorduyn [Europese bibliotheek], 1849 [1980], dl. 8, p. 273.1989 Aa, A.J. van der, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden., facs. herdruk, Gorinchem[Zaltbommel], Noorduyn [Europese bibliotheek], 1849 [1980], dl. 2, p. 322.1990 Tresoar, Toegang 325, inv. nr. 457.1991 Zie: Opsterlân, pp. 151-152.1992 HAR 124 174-178.1993 TRE RA HAR 124 174-178. Hij komt met Sierck en Teye voor, steeds in de volgorde Sierk,Aucke, Teye. Naast hen zijn er nog drie minderjarige kinderen.1994 TRE Arch. van Harinxma thoe Slooten T. 325, inv. nr. 457.1995 TRE T.15, inv. nr. 4, (chronologisch). Hij wordt in die akte - in een rechtszaak van zijnneef, Saecke Siercx - genoemd: ‘d’secrets. W: Teye Sakes’. Teye is in ieder geval overleden v.24-1-1622: TRE RA OPS 64 24: Teye’s broer Aernt wordt in het `Cloester van Smallien'(Smalle Ee)tot voogd benoemd over Saecke Teyes, weeszoon van Teye Saeckes, in leven Opsterlands secretaris.1996 Luyden van eren. Voorouders en nageslacht van Saco van Teyens (1601-1650).In: GenealogyskJierboek 2006, pp. 7-85.1997 Zie voor het geslacht Van Boelens: NP, 12e jrg. (1921/22) pp. 52-71. Er staan overigensnogal wat aperte onjuistheden in vermeld.1998 TRE RA OPS 45 46 en 54: Wemel Saeckes, wed. wijlen Broer Boelens.1999 TRE Leeszaalbibl. nr. 94, Cohieren der stemmen in de Zeven-Wolden, Opsterland, p. 262.2000 Afgeleid en gebaseerd op twee vindplaatsen: 1.: TRE Arch. Staten van Friesland 1580-1795(Resoluties Gedeputeerde Staten), inv. nr. 2517, f. 203 en 204, d.d. 4-11-1596. In die akte isbroer Sierk curator over Arend. Denkelijk was Arent op die datum nog geen 25 jaar. Bij deboedelscheiding op 1-4-1597 ondertekent Arent wel zelf.2001 TRE RA OPS 64 24: voogd over zijn neef (oomzegger) Saecke Teyens.2002 TRE Arch. Staten van Friesland 1580-1795 (Resoluties Gedeputeerde Staten), inv. nr. 2517,f. 203: ‘Aerent Saeckes ende Lijoets Annedochter, echteluyden.’. Met ondertekening door SijrkSaeckes als curator over zijn broer en diens vrouw.2003 Mogelijk nageslacht? Zie: A. de Vries in: GJ 1990, pp. 22-23.2004 TRE RA HAR 124 176. Zij wordt daar het jongste weeskind genoemd.2005 TRE Arch. van Harinxma thoe Slooten T. 325, inv. nr. 457.2006 TRE T. 14 inv. nr. 16708 nr. 178.2007 TRE GEN 1235: vermeld: OPS 106 257 (1621).2008 Gegevens over dit echtpaar en hun voorouders geciteerd op 21-2-2011 via:http://familytreemaker.genealogy.com/users/w/o/l/Hindrik-Wolda/GENE7-0211.html


2009 11 en 30. Mededelingenblad van de NGV, nummer 52, jrg. 13, oktober 2008, pp. 1040-1041.2010 NL 1925, jrg. 43, kol. 265.2011 Gegevens over hem en zijn nageslacht (tot aan Teeke Jacobs) overgenomen uit GJ 1980, alwaarbronvermelding.2012 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, pp.30-31. Bronvermelding aldaar.2013 TRE GEN 500, p. 204 en GEN 501, p. 350.2014 NL 1947, jrg. 64, kol. 193-200; NL 1948, jrg. 65, kol. 309-320 en NL 1949, jrg. 66, kol.182-185.2015 Bron: http://www.hofsteegenealogy.com (evenals de additionele gegevens over zijnvoorouders).2016 http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek16.htm2017 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation13.html2018 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation13.html (opgemerkt wordt daar, dat de filiatieniet bewezen is. Nader onderzoek).2019 Een enkele maal wordt hij genoemd met die familienaam. Meestentijds wordt hij alleen vermeldmet patroniem. De naam Hankema komt (evenals denkelijk de voornaam) van zijn halfbroer SierkSierks en diens vader, Sierk Hankema.2020 Zie voor dit echtpaar en hun nageslacht mijn artikel: Luyden van eren. Voorouders ennageslacht van Saco van Teyens (1601-1650).In: Genealogysk Jierboek 2006, pp. 7-85.2021 Pier Tiesses is op 23 oktober 1555 (GJ 1984, p. 13) nog niet meerderjarig, maar op 29januari 1558 is dat wel het geval. Zodoende kan geschat worden dat hij rond 1532 geboren moetzijn.2022 HEN 36 93vo, d.d. 24 september 1533. De transcriptie is erg globaal en beoogt slechts tweezaken aan te geven: 1. Sierck Siercks en Sierck Arents zijn (half)broers en 2. Sierck Siercks iscurator over Sierck Arents. De laatste is dus op 24 september 1533 nog geen 25 jaren oud.2023 Zie: GJ 2000, p. 100 en vooral: Monsma, m.n. hoofdstuk 7, blad 2.2024 HEN 36 184, de inschrijvingsdatum is overigens 12 april 1537.2025 T. 4, inv. nr. 9a, p. 14 (links).2026 HEN 36 27. De akte is overigens doorgehaald.2027 HEN 37 1.2028 “Benedicx Sybren zoen” komt in 1511 ook voor op dezelfde post als Jouck, de moeder vanSierck Arents (nr. 1318). Zie voor deze Benedix Sybrens te Hagens overigens ook: T. 14, inv.nr. 16687, fol. 416 (als Benedicx Siebrens to Hagens), inv. nr. 16688, fol. 294 en inv. nr.16689, fol. 59. Verder: T. 4, inv. nr. 11, fol. 19 (links), 1557/1558.2029 HEN 36 184.2030 Baerdt, p. 140; Andreae, p. 47 en Smellingeraland, p. 262 en 266.2031 Zie Woltjer, p. 47.2032 Ibid. pp. 47-48.2033 Ibid. p. 48.2034 NT. 14.37, WW 2, p. 648, nr. 25.2035 Charterboek III, p. 184. Ook al eerder waren Emcke Geuckes en Arndt Oedsvertegenwoordigers van Smallingerland: Charterboek II, pp. 865-867, d.d. 5/22 september 1542.Ze kunnen overigens als bijzitters of dorpsrechters afgevaardigd zijn. Duidelijk is dat er in1550 een nieuwe grietman aan het roer staat.2036 T. 14, inv. nr. 16691, fol. 152.2037 Zie voor hem en zijn familie GJ 2000, pp. 141-142. Ik meen dat het om deze Rienk vanBurmania gaat, vanwege de geografische achtergrond van zijn familie: er is onder meer sprakevan Hennaard en Edens.2038 Zie voor hem: Zijlstra (1993), p. 104. Verder: GJ, 1994, p. 31 en GJ 2000, p. 94. Verderkomt Ruurd Roorda zeer vaak voor bij het Hof van Friesland. Ik heb hier geen volledigheidnagestreefd, maar volsta hier met de notaties waarbij de plaatsnaam Hennaard vermeld wordt: T.14, inv. nr. 16690, fol. 56 (1550); inv. nr. 16692, fol. 242 (1561), fol. 408 (1562), fol. 410(1562), fol. 514 (1564), fol. 533 (1564); inv. nr. 16695, fol. 35; inv. nr. 16696, fol. 6(1575). Zijn vrouw komt voor namens haar kinderen in 1585: T. 14, inv. nr. 16701, fol. 167(1585). Van Ruurd en zijn vrouw meldt Van der Aa, dat zij te Hennaard begraven zijn en hijgeeft zelfs het epitaaf op de door Claes Jelles vervaardigde zerk:http://home.planet.<strong>nl</strong>/~palst004/vanderAA/Hennaarderadeel.html enhttp://www.tresoar.<strong>nl</strong>/vanderaa/index.php?sub= nr. Hennaarderadeel en voor de steenhouwer:http://historie.buwalda.<strong>nl</strong>/zerke<strong>nl</strong>ijst.htm#Claas%20Jelles. De zerk ligt overigens nog altijdop het kerkhof te Hennaard.2039 T. 3, inv. nrs. 890, 977, 980 en 1024 (Ruurd Roorda te Hennaard). Overigens zijn er in datarchief (T. 3, Staten van Friesland voor 1580) meer vindplaatsen met Ryoerdt Roorda.Voorzichtigheid is echter wel geboden, zeker als Hennaard niet vermeld wordt: er is eengelijknamige persoon voorhanden.2040 Zie: GJ 1984, pp. 5-57, m.n. p. 24 en GJ 2004, p. 138.2041 T. 14, inv. nr. 16694, fol. 108.2042 T. 14, inv. nr. 16695, fol. 28.2043 T. 14, inv. nr. 16695, fol. 80.2044 Hij is zeker niet identiek aan de bekende Dirk Lieuwes, die later met de familienaam“Scheltinga” voor komt. Zie: GJ 1960, pp. 30-37, m. n. p. 35 en vooral GEN 298, m.n. pp. 22-28. Dirk Lieuwes is ook niet dezelfde als de hardhouwer met die naam: GJ 1957, pp. 25-26 en28. Deze steenhouwer is trouwens geboortig van Ferwerd en hij wordt in 1594 burger vanLeeuwarden in 1594. Zie daartoe:http://www.historischcentrumleeuwarden.<strong>nl</strong>/metselaars/trans.htm#n26


2045 Nr. 2720: Syurdt Syrcksz, aanslag: 3 cg. Geciteerd via:http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/files/1847/ymposysje.<strong>pdf</strong>.2046 T.14 16699, p. 65.2047 Zie voor Siercks Siercks Posthumus Meylema en zijn familie: GJ 1989, pp. 49-60. Ondanks degelijkluidende voornaam is er geen familieverband voorhanden. Er is overigens wel eengezame<strong>nl</strong>ijke geografische achtergrond.2048 Respectievelijk: Archief Staten van Friesland (1580-1795) T.5 inv.nr. 2285 f.142 enRAF Archief Staten van Friesland (1580-1795) G1-1 f.118-a; G1-1 f.120-f; G1-1 f.120v-a; G1-2f.10-a; G1-2 f.12v-a; G1-2 f.12v-c; G2-4 f.42v-a; G2-6 f.116-d (oude notaties).2049 Charterboek (deel IV): pp. 325, 327 (2x), 328, 436, 459, 460, 463, 527, 532 en 599.2050 HAR 125 46.2051 HAR 125 27.2052 HAR 125 31.2053 Zie voor hem ook: T. 14, inv. nr. 16703, fol. 16 en T. 14, inv. nr. 16703, fol. 43 (1588).2054 HAR 125 36.2055 HAR 228 27vo. Mr. Dominicus/Douwe Annes is procureur-postulant voor het gerecht vanHarlingen: T. 14, inv. nr. 16699, fol. 117 (1581); T. 14, inv. nr. 16699, fol. 263 (1582).2056 HSL z2, f. 15.2057 Dat bedrag komt overeen met de voogdijrekeing van de wezen van Saecke Siercks: HAR 124174-178, zie fol. 178.2058 T. 14, inv. nr. 16704, fol. 7 en fol. 66.2059 HAR 228 27vo.2060 HAR 228 42vo.2061 T. 14, inv. nr. 16703, fol. 115.2062 Op basis van de vermelding ‘kinderen’ bij de akte uit 1588 moet uit het huwelijk vanSjoerd Siercks en Etcke Dircksdr tenminste nog één kind meer geboren zijn.2063 Zie voor hem onder meer: T. 14, inv. nr. 16702, fol. 8 (1586) en fol. 455 (1588): WybeHania, voogd van de weeskinderen van Mr. Lyuwe Hanye. Het kan overigens ook gaan om één kind:Mr. Lyeuwe Haenye, overleden, nalatende een kind (T. 14, inv. nr. 16702, blad 377 (1587). WybeHanya is in 1590 curator over Lyuck (T. 14, inv. nr. 16704, fol. 189).2064 Zie: Ruyven, m.n. p. 156, nr. 14. Zie ook: Voet, p. 97, nr. 222.2065 Vermoedelijk doelt Ruijven daarbij op de hierboven beschreven vermelding op 17 april 1597:HAR 228 42vo.2066 HAR 123 94.2067 Nr. 2626: Tiesse Pyersz, aanslag: 1 cg. en 10 st. Geciteerd via:http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/files/1847/ymposysje.<strong>pdf</strong>.2068 HAR 124 211.2069 T. 14, inv. nr. 16704, fol. 23, d.d. 24 maart 1590.2070 HAR 125 26vo.2071 OPS 59 118vo (februari 1589) en 131 (mei 1589).2072 T. 14, inv. nr. 16704, fol. 23 en 66.2073 Personele impositie: Harlingen, nr. 2710: Wopke Taeklesz, aanslag: 3 cg. Geciteerd via:http://www.fa.knaw.<strong>nl</strong>/files/1847/ymposysje.<strong>pdf</strong>. Wopke was burgemeester van Harlingen: HAR 8433.2074 Het begrip “vrunden” is hier op te vatten als “familie”. Zie daartoe bijvoorbeeld:Kooijmans, pp. 14-17.2075 OPS 60 124.2076 Hij zou identiek kunnen zijn aan mr. Sierck Pyersz, die in 1574 te Harlingen optreedt bijde voogdij van een zekere Lysbeth, de weduwe van Tyerck Berntsz; haar procureur is dan mr.Sierck Pyersz (HAR 123 87).2077 T. 14, inv. nr. 16703, fol. 115.2078 HAR 124 277. Vriendelijke mededeling Y. Brouwers te Leeuwarden. Een Nannijnck Abbes kooptin 1562/1563 een huis te Harlingen: T. 4, inv. nr. 24, fol. 17 (rechts). Een man met die naamkomt in 1565 voor bij het Hof van Friesland (T. 14, inv. nr. 16693, fol. 12). In 1582 is ersprake van de weeskinderen van Nanningh Abbes (T. 14, inv. nr. 16700, fol. 40).2079 Zie: http://www.historischcentrumleeuwarden.<strong>nl</strong>/burgerboeken/voornamen/a/auke.htm: “M226,p. 17, opmerking: van 1581/06/26 tot 1582/10/09”.2080 HAR 125 281.2081 RAG, Huisarchief Nienoord, toegang 626, inv. nr. 412d2082 RAG Huisarchief Coendersborg T. 618, I. 1642083TRE T. 14 inv. nr. 14266.2084TRE T. 103 210.2085TRE T. 103 234.2086TRE T. 103 253.2087TRE T. 103 255.2088TRE T. 103 257.2089TRE T. 103 263.2090TRE T. 103 242.2091TRE T. 103 270.2092 TRE T. 103 254.2093 TRL T. 14, inv. nr. 16800, p. 1462. Zie voor die familierelatie ook: p. 874.2094 Zie p. 1212095 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, p.18. Bronvermelding aldaar.2096 NL 1947, jrg. 64, kol. 193-200; NL 1948, jrg. 65, kol. 309-320 en NL 1949, jrg. 66, kol.182-185.


2097 Bron: (zonder verdere bronvermelding): http://people.zeelandnet.<strong>nl</strong>/krijgsma<strong>nl</strong>/zevenh.htm.2098 http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek16.htm2099 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation14.html2100 Aanbreng, Hennaarderadeel, Eedens, pp. 28-29.2101 Aanbreng, Hennaarderadeel, Hennaard, p. 31.2102 TRE RvA Hennaarderadeel, Wommels.2103 TRE RvA Hennaarderadeel, Hennaard.2104 Zie Frouckje Sierks en haar zus Taetske Sierks (kinderen van IV). Ook in andere takken dezenaam ‘Sicma’. Een kleinzoon van Teye Saeckes (111-2) is Binne/Benedictus van Teijens, geb.1-3-1646, secretaris van Opsterland (1671-1678), overl. Beetsterzwaag 10-11-1678, begr.Beetsterzwaag (kerk, bij zijn vrouw), tr. 24-3-1668 Lucia Fockens, geb. ca. 1646, overl.2-1-1685, begr. Beetsterzwaag ‘op’t choor van de kerk’, dr. van Saco Fockens, grietman vanOpsterland en Lucia Igesdr. Siccama. Benedictus en Lucia noemen twee keer een zoon: Saco Sicmavan Teijens. Uiteraard kan ‘Sicma’ hier ook verwijzen naar de oma van moederszijde.2105 Zie: Roorda, Nammen I.2106 HEN 37 1.2107 ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, pp. 5-55.2108 GJ 1984, p. 30.2109 http://home.wanadoo.<strong>nl</strong>/rientsfaber/Faber%20Easterein%202.htm2110 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, pp.5-6. Bronvermelding aldaar.2111 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, p.5. Bronvermelding aldaar.2112 T. 4, inv. nrs. 38, c, e, f en g. Daar komt Saecke beurtelings voor als “Saecke herJouwsma” en “Saecke tot Beets”. Meer bewijs voor de overeenkomst tussen “beide” Saeckes: T.14, inv. nr. 16480, p. 76 vo (nr. 184), d.d. 8 mei 1528 en T. 14, inv. nr. 16687, p. 99 en p.105.2113 Charterboek II, p. 498, d.d. 26 mei 1525: op de Landdag nemen enige grietenijen dereparatie aan van sommige indijken in Oostergo. Namens Opsterland is aanwezig: de grietmanSjoerd Sappis en Sacke toe Beetz en Wyttie Tyaertsz als gevolmachtigden.2114 Charterboek II, p. 476 (1524), overigens als “Jacke te Beetz” en T. 4, inv. nr. 4, fol. 14(links), 1525/26.2115 T. 14, inv. nr. 93, fol. 78vo. Opmerkelijk genoeg is daarin de naam van de nieuwbakkengrietman aanvankelijk “Aemcke Geuckes”, maar dat is later doorgehaald en vervangen door “Sackete Beets”. Zie voor de benoeming tot grietman ook: Andreae, p. 47 en Smellingeraland, p. 262en p. 266.2116 T. 14, inv. nr. 16687, fol. 99 en fol. 105. Zie ook: T. 14, inv. nr. 16480, fol. 76vo,d.d. 8 mei 1528.2117 T. 232-22, inv. nr. 2, d.d 3 september 1531. Origineel op papier met opgedrukt zegel vande oorkonder in groene was onder papierruit. De voorstelling toont een schildhouder (mogelijkeen staande menselijke figuur) met wapenschild, waarop drie? Eikels: zie zegelcollectieTresoar, nr. 1231. Zie voor de akte zelf ook: Charterboek II, p. 584.2118 Zie: Stamboek, deel IIa, p. 153 en Andreae, p. 47.2119 Mogelijk de zoon van een priester? Als naamgever zou in aanmerking kunnen komen: JelleJuwsma, overleden 1497, stichter van het Sint Jacobs- of Sint Jobsleen tot Oldehove(Leeuwarden). Zie daartoe: T. 263, inv. nrs. 50 en 137; T. 180-31, inv. nrs. 1-6.2120 Zie bijvoorbeeld: DVF III, 2, (1844), pp. 150-157. Daar is een “request” opgenomen vanSaepck van Donia of Ytsma (zie voor haar familie: T. 323-01, inv. nr. 1323c, p. 32vo (onder“IJtsma”) en p. 74vo (verklaring verbetering van Jemme Harinxma naar Herjuwsma). Saepck vanYdtsma trouwde vier keer en Jemme Herjuwsma was haar eerste man. In het rekest uit 1524 geeftSaepck aan dat zij “ten tyde van den Forst van Sassen, in echten state is geweest mit eenEdelman, genaempt Gemma van Heer Juusma, Heerscap tot Ferwert, by den welcken sy Suppliante,binnen staende huwelicke, geprocreert heeft gehadt twee oft drie kinderen”. Saepck vraagt degeconfisceerde bezittingen terug. Er is verder geen sprake van Saecke Herjuwsma. Dat is ookniet het geval, wanneer Saepck op 9 november 1562 haar testament laat opmaken (Oorkonden, deelII, pp. 564-582). Uiteraard zou Saecke een kind uit een eerder huwelijk van Jemme kunnen zijn,maar dan zou hij zeker recht gehad hebben op een deel van de bezittingen uit het rekest. Zievoor Saepck Ytsma overigens ook: GJ 2000, p. 137 en GJ 1994, p. 145.2121 Sierck Saeckes Juesma is geboren rond 1614 als zoon van Saecke Siercks en HendrikjePieters, dochter van mr. Petrus Hendriks, procureur-generaal voor het gerecht van Opsterland(T. 14, inv. nr. 16501, d.d. 5 mei 1632). Sierck Saeckes was een “lichterzoon”, “geteeld bijHendrickien Pieters buiten echte” (T. 14, inv. nr. 16537, nr. 39; ook: interlocutoiresententies nr. 45, d.d. 5 mei 1668 en nr. 53, d.d. 30 juni 1668). Hij is overleden tussen 5november 1663 (OPS 20 238 en 240vo) en 19 januari 1665 (OPS 20 310vo). Sierck trouwt 1. SanneMangliusdr, dochter van Manglius/Magnus Martinus, passementwerker te Leeuwarden, en TrijntjeLambertsdr. Sierck trouwt 2. Langezwaag 21 september 1662 Jacobien N.N., van Oldeberkoop. Uithet eerste huwelijk: Manglius (1642), Pieter (1645), Jurrien (1649) en Trijntje, gedoopt teLangezwaag op 8 oktober 1654. Bij de doop van Trijntje staat haar vader te boek met defamilienaam “Juesma”.2122 OPS 172 635: “Manglius Sircx Jousma”. Manglius is geboren in 1642 (HSL Autorisatieboeken1611-1810, w4, fol. 178, d.d. 13 februari 1667: dan 24 jaar oud). Hij wordt gedoopt te Sneekop 24 april 1642. Manglius is koopman (OPS 172 279) en hij is overleden tussen 23 maart 1680(OPS 172 869) en 16 januari 1685 (OPS 98 81, zie fol. 121). Manglius trouwt Langezwaag 9december 1666 Douwtien Feickes.2123 Zie voor haar en haar ouders: FK, p. 453.


2124 Geciteerd via Oudfriese oorkonden, bewerkt door O. Vries, vierde deel, 's-Gravenhage,1977, nr. 198, pp. 204/205.2125TRE T. 342-05 (Coll. Murray Bakker), inv. nr. 56, sub-nummer 57, p. 1142126TRE T. 342-05 (Coll. Murray Bakker), inv. nr. 56, sub-nummer 57, p. 116.2127TRE, T. 103 (Decama-, Cuyck- en Foeyts Veencompagnie (Schoterlandse Veencompagnie)), inv.nr. 262.2128 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, p.8. Bronvermelding aldaar.2129 Bron aanvullende gegevens: http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek19.htm2130 Familysearch meldt, zonder verdere bronvermelding, dat hij overleden is voor 17-6-1476.2131 http://www.nikhef.<strong>nl</strong>/~louk/MESKW/generation15.html2132 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, pp.5-6. Bronvermelding aldaar.2133 Bron: http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek16.htm2134 Bron: http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek19.htm2135 Gedetailleerde gegevens overgenomen uit: ‘It Pier en Sipcke Hoytes-Folk’, in: GJ 1984, p.5. Bronvermelding aldaar.2136 http://users.bart.<strong>nl</strong>/~leenders/10000bu/someren.htm2137 http://www.jointventure.demon.<strong>nl</strong>/hek/hek20.htm2138 Zie voor nadere gegevens: Amstel, Th.A.A.M. van, De Heren van Amstel 1105-1378. Hunopkomst in het Nedersticht van Utrecht in de twaalfde en dertiende eeuw en hun vestiging inhet hertogdom Brabant na 1296.Zie ook: http://www.kareldegrote.<strong>nl</strong>/Van_Amstel-IJsselstein.htm#_ftnref22140 Mogelijk is zij een dochter van Raoul I de Coucy, gewoo<strong>nl</strong>ijk genoemd Raoul de Marle, zogenoemd naar de plaats waar hij meestal vertoefde. Hij wordt genoemd in: Tussen Aken enheden., Amsterdam, Nederlandsche Genealogische Vereniging, 1994, pp. 400 en 401. De volgendegeneraties komen uiteindelijk uit bij Karle de Grote.2141 Zie daarvoor Tussen Aken en heden., Amsterdam, Nederlandsche Genealogische Vereniging,1994.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!