Voorstel inhoud Vademecum - PEGO
Voorstel inhoud Vademecum - PEGO
Voorstel inhoud Vademecum - PEGO
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
vademecum<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 1
Voorwoord ..................................................................................................................... 3<br />
1. De Stuurgroep <strong>PEGO</strong> .............................................................................................. 4<br />
2. Beknopt wettelijk kader ........................................................................................... 5<br />
3. Richtlijnen................................................................................................................ 6<br />
4. Deontologie, geldende voorschriften en verbintenisbrief ....................................... 8<br />
5. Begrippen ............................................................................................................... 11<br />
6. Organogram ........................................................................................................... 16<br />
7. Lijst van bekwaamheidsbewijzen .......................................................................... 16<br />
7. Lijst van bekwaamheidsbewijzen .......................................................................... 17<br />
8. Certificaat <strong>PEGO</strong> ................................................................................................... 20<br />
9. Aandachtspunten bij eerste indiensttreding ........................................................... 21<br />
10. Procedure van toewijzing van opdrachten door de inspecteur-adviseur ............ 22<br />
11. Hoe omgaan met de leerplannen? ....................................................................... 23<br />
12. Wat te doen bij … ............................................................................................... 24<br />
13. Procedure van vaste benoeming ......................................................................... 27<br />
14. Nuttige adressen: ................................................................................................ 28<br />
15. Model Functiebeschrijving ................................................................................. 30<br />
16. Verbintenisbrief ................................................................................................... 34<br />
17. Gebruikte afkortingen ......................................................................................... 36<br />
18. Denominaties ...................................................................................................... 37<br />
18.1. Baptisten .......................................................................................................... 37<br />
18.2. Belgische Evangelische Zending (BEZ) ......................................................... 39<br />
18.3. Evangelische Christengemeenten Vlaanderen (ECV) .................................... 41<br />
18.4. Gereformeerd Overleg Vlaanderen (G.O.V.) .................................................. 43<br />
18.5. Verbond van Vlaamse Pinkstergemeenten (VVP) .......................................... 45<br />
18.6. Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB) ............................................. 47<br />
18.7. Vrije Evangelische Gemeenten (VEG) ........................................................... 49<br />
18.8. Zevendedags Adventisten .............................................................................................................. 51<br />
19. Brief ouders nieuwe leerlingen 55<br />
Uitgave 'Inspectie-begeleiding Protestants-Evangelische Godsdienst'<br />
onder verantwoordelijkheid van het Comité <strong>PEGO</strong><br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 2
Voorwoord<br />
Beste leerkracht,<br />
Graag bieden we u het <strong>Vademecum</strong> <strong>PEGO</strong> aan dat u informeert over uw taak als leerkracht <strong>PEGO</strong>.<br />
Enerzijds is er gestreefd naar volledigheid, anderzijds hebben we ons beperkt tot die gegevens die<br />
specifiek zijn voor ons <strong>PEGO</strong>. We verwijzen dan ook vaak naar de omzendbrieven, de regelgeving<br />
van de onderwijsnetten, de scholengroep, de inrichtende macht, de schoolregels enz.<br />
Wijzigingen in regelgeving of afspreken die uw verhouding als leerkracht <strong>PEGO</strong> met uw<br />
inspecteur-adviseur of het Comité <strong>PEGO</strong> betreffen, worden via een afzonderlijk schrijven of onze<br />
elektronische nieuwsbrief, pego-digitaal, meegedeeld en kan u lezen op de pego-site: www.pegosite.be<br />
.<br />
Verder raadpleegt u de dienstnota‟s in de leraarskamers en / of de schoolsecretariaten.<br />
Alles omtrent werken in het Onderwijs vindt u op de website van het Vlaams Ministerie van<br />
Onderwijs en Vorming: www.ond.vlaanderen.be ;<br />
http://ond.vlaanderen.be/gidsvoorleraren/1indienst/werken_ih_onderwijs.htm .<br />
Op www.lerarendirect.be kan u zich inschrijven voor een gratis nieuwsbrief met actuele informatie.<br />
Graag nemen we hierbij ook de brief op waarin de Stuurgroep zich aan nieuwe collega's voorstelt.<br />
Elk jaar ontvangt u voor de zomervakantie promotiemateriaal voor het <strong>PEGO</strong>, uitgegeven door de<br />
Stuurgroep. Ook vindt u in bijlage bij dit <strong>Vademecum</strong> een folder die u aan het begin van het<br />
schooljaar dient mee te geven aan de leerlingen. Op die folder is er ruimte voorzien om aan te geven<br />
hoe ouders u kunnen bereiken.<br />
Legt u dit <strong>Vademecum</strong> niet te ver weg, want het zal u antwoorden kunnen geven op allerlei vragen.<br />
Wij wensen u Gods rijke zegen en hulp toe bij uw werk.<br />
De inspecteurs-adviseurs <strong>PEGO</strong><br />
(om de tekst leesbaar te houden, hebben we bij verwijzing naar 'de leerkracht' of 'de directeur' niet hij/zij, hem/haar of<br />
zijn/haar gebruikt, maar 'hij', 'hem' en 'zijn', uiteraard zonder de bedoeling de vrouwelijke collega's uit te sluiten of te<br />
discrimineren)<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 3
1. De Stuurgroep <strong>PEGO</strong><br />
Hartelijk welkom als nieuwe leerkracht Protestants-Evangelisch Godsdienstonderricht (<strong>PEGO</strong>).<br />
We willen ons graag aan u voorstellen.<br />
De Stuurgroep is ontstaan in 1992 als vertegenwoordiging van de leerkrachten in het <strong>PEGO</strong>.<br />
Er was de wens van de Inspectie <strong>PEGO</strong> om de leerkrachten nauwer te betrekken bij het <strong>PEGO</strong>. Ook<br />
wilde men een orgaan creëren waar ouders en leerkrachten met hun vragen en opmerkingen terecht<br />
kunnen.<br />
We zijn dus namens u gesprekspartner naar de Inspectie toe en vervullen een brugfunctie tussen u<br />
en de organiserende kerkelijke overheid (het Comité <strong>PEGO</strong>).<br />
Ook bemiddelen wij tussen leerkrachten en ouders van leerlingen.<br />
We trachten een steun te zijn voor Inspectie en Comité door mee te denken over nieuwe regelingen<br />
van de overheid die ons godsdienstonderwijs betreffen.<br />
We zijn met 6 permanente leden, die voor een periode van 4 jaar op democratische wijze verkozen<br />
zijn. Deze 6 vertegenwoordigen de voornaamste kerkelijke stromingen binnen het <strong>PEGO</strong>: 2<br />
leerkrachten uit de VPKB gemeenten, 2 uit de Evangelische gemeenten en 2 uit de<br />
Pinkstergemeenten; steeds 1 vertegenwoordiger voor het LO en 1 voor het SO.<br />
Om continuïteit te verzekeren zijn 6 vervangende leden gekozen volgens dezelfde verdeling.<br />
De inspecteurs nemen deel aan onze vergaderingen, ook een vertegenwoordiger van het Comité<br />
<strong>PEGO</strong> kan deelnemen; ze hebben geen stemrecht.<br />
Minstens viermaal per jaar komen we samen buiten de schooluren. Het voorzitterschap en<br />
secretariaat worden bij toerbeurt waargenomen door de verschillende kerkelijke richtingen.<br />
Wat we zoal doen? We verzorgen mede het promotie- en informatiemateriaal naar kerken,<br />
gemeenten, leerlingen en ouders toe. Nieuwe leerplannen, door de leerplancommissies<br />
samengesteld, worden besproken. Samen met de Inspectie overleggen we over vorm en <strong>inhoud</strong> van<br />
de studiedagen. We denken mee over de toekomst van het <strong>PEGO</strong>; nieuwe regelingen van de<br />
overheid bespreken we vanuit onze werkervaring. En alles wat zoal ter tafel komt: vragen van<br />
leerkrachten, ouders ……<br />
Ook voor uw opmerkingen en vragen staan we graag open. Als Stuurgroep bieden wij u onze<br />
diensten aan. We hopen op een prima samenwerking en wensen u een gezegende en plezierige<br />
schooltijd toe. Onze namen en adressen vindt u in bijlage en op www.pego-site.be . U kunt ons<br />
contacteren!<br />
Met collegiale groeten<br />
De Stuurgroep <strong>PEGO</strong><br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 4
2. Beknopt wettelijk kader<br />
Het geven van protestants godsdienstonderwijs in scholen, opgericht door openbare besturen,<br />
gebeurt op basis van de Grondwet. Deze bepaalt dat leerlingen die leerplichtig zijn, recht hebben op<br />
een morele of religieuze opvoeding ten laste van de gemeenschap en dat deze scholen de keuze<br />
tussen het onderricht in één der erkende godsdiensten of de niet-confessionele zedenleer dienen aan<br />
te bieden. Dit wordt bevestigd door de Schoolpactwet en door diverse decreten.<br />
De keuze voor godsdienst of niet-confessionele zedenleer wordt bij de eerste inschrijving in een<br />
school binnen de acht dagen bepaald door het gezinshoofd, de voogd of diegene aan wiens hoede<br />
het kind is toevertrouwd. Leerlingen van 18 jaar of ouder kunnen zelf hun keuze bepalen. Er kan<br />
vrijstelling gevraagd worden. Elk schooljaar kan de keuze gewijzigd worden, maar de definitieve<br />
keuze moet ten laatste 8 september of 8 dagen na inschrijving bepaald zijn.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> heeft zich te schikken naar 2 overheden: enerzijds staat hij voor alles wat niet<br />
vakgebonden is onder de bevoegdheid van de schooldirectie. Deze mag bijvoorbeeld controleren of<br />
men tijdig op school arriveert, tucht heeft in de klas, de opgedragen toezichten vervult, de<br />
schoolagenda correct invult, een jaarplan opstelt, deelneemt aan klassenraden e.d. De schooldirectie<br />
is niet bevoegd voor al wat het vak<strong>inhoud</strong>elijke of vakdidactische betreft. Daarvoor is uitsluitend de<br />
inspecteur-adviseur bevoegd. Zo is dus de leerkracht verantwoording verschuldigd enerzijds aan<br />
het Comité <strong>PEGO</strong> via de inspecteur-adviseur voor wat de vak<strong>inhoud</strong>elijke kant van zijn werk<br />
betreft, anderzijds aan de overheid via de schooldirectie voor wat de formele en administratieve<br />
kant van zijn werk betreft.<br />
Het Comité <strong>PEGO</strong> is de door de overheid erkende instantie voor <strong>PEGO</strong>.<br />
Het is samengesteld op grond van overeenkomsten tussen diverse protestants-evangelische<br />
denominaties.<br />
Het Comité <strong>PEGO</strong> draagt aan de inrichtende machten van de scholen de aanstelling en benoeming<br />
van leerkrachten <strong>PEGO</strong> voor op voorstel van de inspecteurs-adviseurs.<br />
Het draagt aan het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming de aanstelling en benoeming van<br />
de inspecteurs-adviseurs <strong>PEGO</strong> voor, omschrijft de ambtsgebieden en -bevoegdheden, bepaalt de<br />
wijze van uitvoering van de inspectie- en begeleidingsopdrachten, bepaalt en beoordeelt de beroeps-<br />
en pedagogische bekwaamheid van de inspecteurs en organiseert hun bijscholing.<br />
Het Comité <strong>PEGO</strong> kan tuchtmaatregelen nemen betreffende leerkrachten en inspecteurs-adviseurs<br />
<strong>PEGO</strong>.<br />
Het Comité <strong>PEGO</strong> is bevoegd voor de leerplannen die door de leerplancommissies worden<br />
ontwikkeld.<br />
De inspecteurs-adviseurs <strong>PEGO</strong> handelen enerzijds in opdracht van het Comité <strong>PEGO</strong>, maar<br />
hebben anderzijds ook een controlerende functie vanwege de overheid. Zij doen voorstellen voor<br />
aanstelling en benoeming van leerkrachten, controleren de uitvoering van de leerplannen, het peil<br />
der studiën, de leermiddelen, de bewoonbaarheid der lokalen, de naleving van de lesroosters en van<br />
de bepalingen in verband met de keuzevrijheid. Zij beoordelen en begeleiden de leerkrachten,<br />
stimuleren en nemen initiatieven ter verbetering van de beroepsbekwaamheid van de leerkrachten<br />
en van de kwaliteit van het onderwijs.<br />
Alle wettelijke bepalingen in verband met het godsdienstonderwijs op de scholen kunnen nagelezen<br />
worden op: www.ond.vlaanderen.be , afdeling 'Regelgeving'<br />
of op http://edulex.vlaanderen.be/cgi-bin/omcgir.exe/doc .<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 5
3. Richtlijnen<br />
GRONDSLAG<br />
De grondslag van het Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs (<strong>PEGO</strong>) is de Bijbel, het door de<br />
Heilige Geest geïnspireerde Woord van God.<br />
UITGANGSPUNTEN<br />
Geloof en kerk<br />
Het geloof zoals het beleden wordt in de vroegchristelijke belijdenisgeschriften en gezien in het licht<br />
van de Reformatie heeft de Bijbel als grondslag.<br />
Dit geloof impliceert een relatie met God, het navolgen van Jezus Christus en het aannemen van een<br />
Bijbelse leer. Het geloof is belangrijk voor heel het leven, dus ook voor opvoeding en onderwijs.<br />
Het <strong>PEGO</strong> erkent en respecteert de verschillende protestants-evangelische geloofsopvattingen. Het<br />
komt niet in de plaats van kerkelijk onderricht of catechese. Beide vormen zijn complementair.<br />
Mens, schepping en maatschappij<br />
Elk mens is uniek en waardevol, geschapen naar Gods beeld tot een leven in relatie met God en de<br />
medemens. Zijn opdracht is rentmeester te zijn van Gods schepping. Door de zonde is de relatie met de<br />
Schepper verstoord, maar in Jezus Christus biedt God verlossing en herstel aan.<br />
In de gebroken schepping is de christen geroepen om op een positief kritische en constructieve wijze<br />
deel te nemen aan het maatschappelijk leven en zo daarin tekens van Gods koninkrijk op te richten. De<br />
uiteindelijke bestemming van de mens is deelgenoot te zijn van dit koninkrijk.<br />
Onderwijs en opvoeding<br />
De verantwoordelijkheid voor de opvoeding berust principieel bij de ouders. Het onderwijs in de<br />
plaatselijke gemeente en het <strong>PEGO</strong> dienen de opvoeding kritisch te ondersteunen.<br />
Het <strong>PEGO</strong> wil kinderen en jongeren helpen bij hun groei naar volwassenheid, hun<br />
identiteitsontwikkeling en maatschappelijk functioneren en het vinden van antwoorden op levens- en<br />
zingevingsvragen.<br />
ALGEMENE DOELSTELLINGEN<br />
De leerlingen verwerven een grondige Bijbelkennis en zijn in staat de grote lijnen en de unieke<br />
betekenis van de Bijbelse boodschap voor het geloof te verwoorden.<br />
De leerlingen ontwikkelen openheid, eerbied en liefde voor God.<br />
De leerlingen weten dat de Bijbel aanzet tot het maken van een doordachte geloofskeuze ten aanzien<br />
van haar boodschap en het getuigenis over God en Jezus Christus<br />
De leerlingen zijn in staat de historische, ethische, sociale en culturele betekenis van de Bijbel voor hun<br />
persoonlijk leven, voor gezin en familie, voor kerk of gemeente en voor de maatschappij te herkennen<br />
en te beschrijven.<br />
De leerlingen ontwikkelen een besef dat het geloof zich uit en beleefd wordt in woord, beeld, gebaar en<br />
zang.<br />
De leerlingen kunnen Bijbelse normen en waarden verwoorden en zijn in staat belangrijke<br />
levensvragen vanuit de Bijbel te belichten.<br />
De leerlingen ontwikkelen in hun groei naar volwassenheid een verantwoord gedragspatroon in hun<br />
persoonlijk en sociaal leven, gefundeerd op Bijbelse waarden en normen.<br />
De leerlingen leren liefde en respect op te brengen voor de naaste ongeacht zijn ras, geslacht,<br />
overtuiging of etnische afkomst.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 6
De leerlingen zijn in staat de joodse wortels van het christendom te verwoorden. De leerlingen kunnen<br />
de grote lijnen van de geschiedenis van het christendom weergeven.<br />
De leerlingen kunnen grote christelijke stromingen en protestants-evangelische denominaties<br />
beschrijven en hun eigen levensbeschouwing daarin plaatsen.<br />
De leerlingen kunnen belangrijke niet-christelijke religies en filosofische stromingen in grote lijnen<br />
weergeven.<br />
(Deze doelstellingen dienen aan het eind van de schoolopleiding, onderscheiden naar niveau en<br />
onderwijsvormen bereikt te worden)<br />
LEERKRACHTEN<br />
Van de leerkrachten <strong>PEGO</strong> wordt verwacht dat:<br />
- ze gedoopt en belijdend lid zijn van een protestants-evangelische kerk of gemeente;<br />
- ze zich houden aan datgene waartoe ze zich in de Verbintenisbrief (zie bijlage) verbonden<br />
hebben;<br />
- ze zich houden aan de richtlijnen en regels zoals ze in het <strong>Vademecum</strong> beschreven zijn;<br />
- ze zich houden aan wat bepaald is in de Functiebeschrijving leerkrachten<br />
levensbeschouwelijke vakken (zie bijlage).<br />
Binnen het kader van zijn specifieke opdracht moet de leerkracht een algemeen opvoedende invloed<br />
uitoefenen zowel in zijn eigen lessen als binnen het gehele schoolgebeuren.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> gaat op respectvolle manier om met verschillende standpunten en zal trachten<br />
deze zo objectief mogelijk te formuleren. Desgevraagd mag hij zijn eigen visie verwoorden.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 7
4. Deontologie, geldende voorschriften en verbintenisbrief<br />
Van de leerkracht <strong>PEGO</strong> wordt verwacht dat hij zijn ambt uitoefent met inachtneming van de<br />
volgende punten:<br />
Bij de eerste indiensttreding ondertekent de leerkracht een 'Verbintenisbrief'. Daarin dient de<br />
kandidaat onder meer het volgende te onderschrijven:<br />
1. Bij het uitvoeren van mijn opdracht treed ik op als een vertegenwoordiger van de protestants-evangelische<br />
godsdienst. Ik ben mij er van bewust dat ik mijn opdracht dien te vervullen vanuit een Bijbels georiënteerde<br />
levenshouding.<br />
2. Ik acht mij daarom verantwoordelijk voor het goede aanzien van het godsdienstonderwijs en ik streef ernaar<br />
het vertrouwen erin te bevorderen.<br />
3. Ik verbind mij ertoe op respectvolle manier om te gaan met de standpunten van de mij toevertrouwde<br />
leerlingen en hun ouders en met hun familiale en sociale context.<br />
4. Ik verbind mij ertoe te werken overeenkomstig de door het Comité <strong>PEGO</strong> gepubliceerde „Richtlijnen‟, de<br />
door dit Comité opgestelde leerplannen te volgen en hiervan slechts af te wijken na overleg met en met<br />
instemming van de inspecteur-adviseur. Tevens zal ik de aanwijzingen van de bevoegde inspectie opvolgen.<br />
De volledige tekst van de Verbintenisbrief vindt u in bijlage.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> dient gedoopt en belijdend lid te zijn van een protestants-evangelische kerk of<br />
gemeente. Hij geeft les vanuit zijn protestants-evangelische geloofsovertuiging met respect voor de<br />
hem toevertrouwde leerlingen, hun standpunten en hun familiale en sociale context.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> is voor de leerlingen, ouders én collega‟s een vertegenwoordiger van zijn<br />
levensbeschouwing. Voor de leerlingen heeft de leerkracht ook een duidelijke voorbeeldfunctie. De<br />
leerkracht dient steeds aanspreekbaar te zijn op zijn/haar overtuiging. Van de leerkracht wordt een<br />
positieve kerkelijke betrokkenheid verwacht.<br />
Hoewel de leerkracht <strong>PEGO</strong> op school zijn specifieke taak en positie heeft, is hij in de eerste plaats<br />
leerkracht als iedere andere leerkracht met alle rechten en plichten van dien. Binnen het kader van<br />
zijn specifieke opdracht dient de leerkracht <strong>PEGO</strong> een algemeen opvoedende invloed uit te oefenen<br />
zowel in zijn eigen lessen als binnen het gehele schoolgebeuren. Ook dient hij te handelen naar alle<br />
wettelijke bepalingen, ministeriële onderrichtingen en schoolregels voorzover ze ook de<br />
godsdienstleerkrachten betreffen. Voor alle vragen, die niet het <strong>inhoud</strong>elijke of het vakdidactische<br />
van het <strong>PEGO</strong> betreffen, dient de leerkracht zich in de eerste plaats te wenden tot de directie, de<br />
schooladministratie of de bevoegde diensten van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming.<br />
Van de leerkracht <strong>PEGO</strong> wordt verwacht ook buiten zijn eigen lesuren een positieve bijdrage te<br />
leveren aan het geheel van het schoolgebeuren: als het goed is, ervaart het schoolteam zijn of haar<br />
aanwezigheid als een verrijking en niet alleen als een last vanwege bijvoorbeeld<br />
lesroosterproblemen.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> is wat betreft de uitoefening van zijn ambt verantwoording verschuldigd aan<br />
de inrichtende macht en de schooldirectie behalve wat betreft de <strong>inhoud</strong>elijke en pedagogischdidactische<br />
aspecten van zijn lesopdracht <strong>PEGO</strong>; zo beoordeelt de directeur de leerkracht <strong>PEGO</strong> op<br />
gebied van stiptheid, algemene houding, pedagogisch optreden, taalzuiverheid, enzovoort. Hij heeft<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 8
ijvoorbeeld het volste recht opmerkingen te maken wanneer de leerkracht <strong>PEGO</strong> te laat zou komen<br />
of geen orde of tucht in de klas zou hebben. De directeur heeft het recht tijdens de lessen <strong>PEGO</strong> de<br />
leerlingengroep te bezoeken om administratieve of algemeen pedagogische redenen of om een<br />
gesprek met hen te hebben. De les beoordelen mag hij niet, omdat hij zich niet mag inlaten met de<br />
<strong>inhoud</strong> van de godsdienstlessen, noch met de pedagogische bekwaamheid van de<br />
godsdienstleerkracht.<br />
Ook de leerkracht <strong>PEGO</strong> kan door de directie belast worden met algemene taken op school. De<br />
Ministeriële Omzendbrief GD/2002/05 zegt daarover:<br />
3.7. Aanbevelingen m.b.t. de inzetbaarheid voor andere dan lesactiviteiten:<br />
De leermeester / leraar LBV kan - aansluitend bij de lesopdracht - ook ingeschakeld worden<br />
voor andere dan lesactiviteiten. Daarbij dient rekening gehouden te worden met het volgende:<br />
- betrokkene heeft een volledige opdracht in één school / één vestigingsplaats: de intern<br />
afgesproken regels die in de school gelden, zijn eveneens van toepassing;<br />
- betrokkene heeft een onvolledige opdracht in één school / één vestigingsplaats: de<br />
inzetbaarheid is in verhouding tot de omvang van de opdracht;<br />
- betrokkene fungeert in twee scholen of twee vestigingsplaatsen: de inzetbaarheid is in<br />
verhouding tot de omvang van de opdracht in de school/vestigingsplaats;<br />
- wanneer betrokkene fungeert in drie of meer scholen of vestigingsplaatsen wordt van<br />
hem/haar geen toezicht verwacht.<br />
Zoals iedere leerkracht is ook de leerkracht <strong>PEGO</strong> ertoe gehouden een schoolagenda bij te houden.<br />
De schoolagenda is een officieel ambtelijk document dat met de nodige zorg en precisie ingevuld<br />
dient te worden en niet tegelijk als persoonlijk notitieboekje gebruikt kan worden. In de<br />
schoolagenda vermeldt men per lesuur de klas en het lesonderwerp. De schoolagenda dient bij<br />
aanvang van de schooldag voor de hele dag ingevuld te zijn. Bij elke les of elk lessenblok dient een<br />
ander voldoende gedetailleerd lesonderwerp vermeld te worden. De schoolagenda dient spontaan bij<br />
een inspectiebezoek te worden voorgelegd.<br />
Zoals iedere leerkracht is de leerkracht <strong>PEGO</strong> ertoe gehouden zijn lessen goed voor te bereiden; de<br />
vorm van de voorbereiding is vrij. Uit een goede voorbereiding blijkt welke doelstellingen men in<br />
de les wil bereiken en op welke wijze. Het is voor de leerkracht zelf nuttig te vermelden welke<br />
stappen in de opeenvolgende leeractiviteiten gepland zijn, hoe deze <strong>inhoud</strong>elijk worden uitgewerkt,<br />
welke werkvormen men daarbij denkt te hanteren en wat de neerslag zal zijn in de schriften of<br />
fardes van de leerlingen. Een lesvoorbereiding dient niet slaafs gevolgd te worden, maar is een<br />
houvast om de les tot een goed einde te brengen.<br />
De schriften of fardes van de leerlingen moeten een weergave zijn van wat tijdens het schooljaar<br />
werd behandeld, wat niet wil zeggen dat er van elk lesuur een schriftelijke neerslag dient te zijn.<br />
De leerkracht is ertoe gehouden te werken in overeenstemming met de door het Comité <strong>PEGO</strong><br />
gepubliceerde Richtlijnen en de aanwijzingen van de bevoegde inspecteur-adviseur <strong>PEGO</strong>.<br />
De leerkracht is ertoe gehouden de door het Comité PGO goedgekeurde en gepubliceerde<br />
leerplannen te volgen behoudens afwijking na overleg met en met instemming van de bevoegde<br />
inspecteur-adviseur; deze afwijkingen zullen steeds te maken hebben met een specifieke situatie van<br />
de leerling (bvb. zittenblijver of nieuwe leerling in het <strong>PEGO</strong>) en niet met de theologische<br />
opvattingen van de leerkracht of de leerlingen. Bij afwijking wordt het leerplan aan de inspecteur-<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 9
adviseur toegezonden (Zie ook 'Hoe omgaan met de leerplannen?'). Een toestemming tot afwijking<br />
geldt slechts voor het lopende schooljaar.<br />
Wat betreft de <strong>inhoud</strong>elijke en vakdidactische aspecten van zijn opdracht, is de leerkracht<br />
verantwoording verschuldigd aan de bevoegde inspecteur-adviseur.<br />
De leerkracht is ertoe gehouden stipt alle administratieve formaliteiten te vervullen die de directie,<br />
de centrale onderwijsadministratie, het bureau <strong>PEGO</strong> of de inspecteur-adviseur vragen.<br />
De leerkracht is ertoe gehouden zich regelmatig bij te scholen, ten minste door het bijwonen van de<br />
door de inspecteur-adviseur ingerichte nascholingsactiviteiten.<br />
De leerkracht wordt door de buitenstaander gezien als vertegenwoordiger van 'de protestantsevangelische'<br />
godsdienst en zal zich dienovereenkomstig gedragen.<br />
De leerkracht <strong>PEGO</strong> vertegenwoordigt niet de denominatie of strekking waartoe hij behoort, maar<br />
is ertoe gehouden op respectvolle wijze om te gaan met de opvattingen van de leerlingen en hun<br />
ouders en met hun familiale en sociale context zonder zijn eigen opvattingen op te dringen; enkele<br />
voorbeelden mogen dit duidelijk maken:<br />
- De leerkracht heeft wellicht een eigen standpunt in verband met kinder- en volwassenendoop.<br />
Mogelijk hebben zijn leerlingen vanuit hun kerkelijke achtergrond daarover een andere mening,<br />
die men ook meent Bijbels te kunnen funderen. Het is dus wenselijk de verschillende visies<br />
respectvol naast elkaar te plaatsen.<br />
- In verband met het scheppingsverhaal bestaan er verschillen in opvattingen. Ook die zal de<br />
leerkracht respectvol bespreken.<br />
- Het komt voor dat ouders van leerlingen scheiden. Het is in dat geval niet aan de leerkracht<br />
<strong>PEGO</strong> om zich hierover tegenover de leerling op grond van de Schrift uit te spreken.<br />
- Het staat iedere leerling vrij symbolen te dragen, boeken te lezen, spelletjes te spelen wat ook de<br />
mening van de leerkracht daarover moge zijn.<br />
Zoals iedere leerkracht is ook de leerkracht <strong>PEGO</strong> gebonden aan het beroepsgeheim: alle<br />
vertrouwelijke informatie over leerlingen en hun families die men in het kader van zijn<br />
onderwijsopdracht verneemt, valt daaronder. Ook de besprekingen in de (delibererende) klassenraad<br />
vallen onder het beroepsgeheim. Wel is er meldingsplicht bij de bevoegde instanties van gevallen<br />
van kindermishandeling en dergelijke.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 10
5. Begrippen<br />
Aanstelling<br />
Telkens u door een inspecteur-adviseur met een opdracht belast wordt, komt er een officieel<br />
voorstel tot aanstelling. Deze wordt opgemaakt door het Bureau Onderwijs en getekend door de<br />
voorzitter of de secretaris van het Comité <strong>PEGO</strong>. Een tijdelijke aanstelling loopt automatisch ten<br />
laatste op 30 juni van het lopende schooljaar af. Een tijdelijke aanstelling kan gebeuren in een<br />
vacant of in een niet-vacant ambt (zie ook: TADD en vaste benoeming).<br />
Bedienaar van de eredienst<br />
a. leek of bedienaar van de eredienst:<br />
op een aantal formulieren dient men aan te geven of men „leek of bedienaar van de eredienst‟ is; in<br />
dat geval geldt 'bedienaar van de eredienst' voor het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming<br />
enkel voor die predikanten of voorgangers, die een 'erkende predikantsplaats', bezoldigd door het<br />
Ministerie van Justitie, bekleden. Zij kunnen hoogstens 1/3 van een lesopdracht in 'bijambt'<br />
uitoefenen (8u LO of 6u SO), worden daarvoor met een minder gunstige breuk betaald en hebben<br />
geen recht op salarisverhogingen wegens dienstanciënniteit.<br />
b. bedienaar van de eredienst als bekwaamheidsbewijs:<br />
al dan niet door het Ministerie van Justitie bezoldigde predikanten of voorgangers kunnen er belang<br />
bij hebben een attest van 'bedienaar van de eredienst' te hebben; in combinatie met bepaalde<br />
diploma's kan dit een 'vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs' opleveren. Het Comité<br />
<strong>PEGO</strong> zal dit, wanneer dat voor een leerkracht opportuun en mogelijk is, afleveren. Van dit attest<br />
bezorgt de leerkracht de administratie desgevraagd een eensluidend verklaarde kopie, maar behoudt<br />
het origineel zelf zoals een diploma (zie de lijst van bekwaamheidsbewijzen).<br />
Bekwaamheidsbewijzen<br />
Voor alle ambten in het onderwijs is bepaald welke bekwaamheidsbewijzen worden beschouwd als<br />
'vereist' of 'voldoende geacht'. In de bijlagen vindt u de lijst van bekwaamheidsbewijzen. Vaste<br />
benoeming in een vacant ambt is alleen mogelijk wanneer men beschikt over een vereist of een<br />
voldoende geacht bekwaamheidsbewijs voor het betreffende onderwijsniveau. Bij tijdelijke<br />
aanstellingen gaan kandidaten met vereiste of voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen voor op<br />
'andere'. Meer info: http://ond.vlaanderen.be/infolijn/faq/bekwaamheidsbewijzen/ .<br />
Voor het behalen van een diploma hoger onderwijs is voorafgaand een diploma secundair onderwijs<br />
van een 6-jarige cyclus ASO of TSO of een 7-jarige cyclus BSO of daarmee gelijkgesteld,<br />
belangrijk. (Een Nederlands Havodiploma is dus onvoldoende!)<br />
Benoeming<br />
Een inrichtende macht kan 'stabiele uren' vacant verklaren. Leerkrachten, die over een vereist of<br />
voldoende geacht bekwaamheidsbewijs beschikken en aan bepaalde voorwaarden voldoen, kunnen<br />
in deze uren vaste benoeming aanvragen (indien men TADD heeft, zie de bijlage 'Procedure van<br />
vaste benoeming')<br />
Let wel: de termen 'vacante uren' of 'vacant ambt' worden vaak gebruikt om aan te duiden dat<br />
niemand in die uren benoemd of tijdelijke aangesteld is, terwijl uren 'vacant verklaren' een<br />
uitdrukking is die aanduidt dat uren opengesteld worden voor benoeming.<br />
Betalingsuittreksel<br />
Telkens er zich een wijziging voordoet in de wedde, stuurt het Vlaams Ministerie van Onderwijs en<br />
Vorming de leerkracht een betalingsuittreksel waarop het detail van de betaling staat vermeld. Men<br />
doet er goed aan steeds na te gaan of men voor alle uren van alle scholen volgens de juiste breuk<br />
betaald wordt. Indien dit niet het geval is, neemt men zo spoedig mogelijk contact op met het<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 11
personeelssecretariaat van de betreffende school. Pas wanneer zij het probleem niet kunnen<br />
oplossen, neemt u contact op met het werkstation. Voor het gewoon lager onderwijs wordt men<br />
betaald in 24-sten, voor het BLO en de eerste graad secundair in 22-sten, voor de tweede graad in<br />
21-sten, voor de derde graad in 20-sten. Wanneer men zijn onderwijsopdracht in bijambt uitoefent,<br />
gelden er andere breuken. Gereaffecteerde of wedertewerkgestelde leerkrachten blijven betaald op<br />
het schoolnummer van de school van vaste benoeming. Men dient erop toe te zien dat de school van<br />
benoeming bij het begin van het schooljaar de nodige 'pers-documenten' invult (ze moeten ter<br />
ondertekening of ter kennisgeving gegeven worden).<br />
Meer info: http://ond.vlaanderen.be/wedde/ .<br />
Bijzonder onderwijs<br />
In het Buitengewoon Lager Onderwijs onderscheidt men 8 onderwijstypes:<br />
Type 1: hoofdzakelijk aangepast aan de opvoedingsbehoeften van leerlingen en jongeren met een<br />
lichte mentale stoornis of ontwikkelingsachterstand. Het wordt niet ingericht als kleuteronderwijs.<br />
Type 2: bestemd voor leerlingen met een matige of ernstige mentale stoornis.<br />
Type 3: aangepast aan leerlingen met een karakteriele stoornis, die m.a.w. ernstige gedrags- of<br />
opvoedingsmoeilijkheden of emotionele stoornissen vertonen.<br />
Type 4: aangepast aan leerlingen met ernstige lichamelijke gebreken, meestal motorische<br />
stoornissen.<br />
Type 5: bestemd voor leerlingen die langdurig in een ziekenhuis of een andere medische instelling<br />
verblijven, zodat het onderwijs daar moet verstrekt worden.<br />
Type 6: bestemd voor blinden en slechtzienden.<br />
Type 7: bestemd voor doven en slechthorenden.<br />
Type 8: aangepast aan leerlingen met ernstige taal-, spraak-, en/of ernstige leerstoornissen die niet<br />
door een mentale stoornis kunnen verklaard worden. Het wordt niet ingericht als kleuter- en<br />
secundair onderwijs.<br />
Het Buitengewoon Secundair Onderwijs (BuSO) kent 4 verschillende opleidingsvormen.<br />
Opleidingsvorm 1 wil bijdragen tot een actief en zinvol leven van mensen die door de ernst van hun<br />
handicap niet kunnen deelnemen aan het arbeidsproces, ook niet in een beschermde werkplaats.<br />
Deze opleidingsvorm kan ingericht worden voor leerlingen verwezen naar de types 2, 3, 4, 6 en 7 en<br />
telt ten minste 4 leerjaren (leerjaar is niet gelijk aan schooljaar!). Men leert er de leerlingen zo<br />
zelfstandig mogelijk te leven in een beschermd milieu.<br />
Opleidingsvorm 2 kan eveneens ingericht worden voor leerlingen die verwezen zijn naar de types 2,<br />
3, 4, 6 en 7 en geeft naast een algemene en sociale vorming ook een arbeidstraining om zo hun<br />
integratie in een beschermd leef- en arbeidsmilieu (beschermde werkplaats) mogelijk te maken. De<br />
opleiding telt ten minste 4 leerjaren, verdeeld over 2 fasen. Er worden stages buiten de school<br />
georganiseerd.<br />
Opleidingsvorm 3 geeft de leerlingen een algemene en sociale vorming en een beroepsopleiding.<br />
Leerlingen verwezen naar de types 1, 3, 4, 6 en 7 worden er voorbereid op de integratie in een<br />
gewoon leefmilieu en een gewoon arbeidsmilieu. Elke school met deze opleidingsvorm telt één of<br />
meer van de 16 mogelijke afdelingen en 66 beroepsopleidingen. De opleiding die kan vergeleken<br />
worden met het gewoon beroepsonderwijs telt 5 leerjaren en is ingedeeld in 3 fasen: observatiefase<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 12
(maximum 1 schooljaar), een eerste opleidingsfase (2 leerjaren en een tweede opleidingsfase (2<br />
leerjaren).<br />
Opleidingsvorm 4 verstrekt secundair onderwijs volgens de leerprogramma‟s van het gewoon<br />
secundair onderwijs en heeft ook dezelfde structuren. Tot deze opleidingsvorm worden alleen<br />
normaalbegaafde leerlingen met een lichamelijke handicap toegelaten.<br />
Bijzondere pedagogische taken (BPT)<br />
Zowel tijdelijke als vastbenoemde leerkrachten <strong>PEGO</strong> kunnen bezoldigde 'bijzondere pedagogische<br />
taken' op zich nemen, bvb: 4 uur per week 'Leerlingenbegeleiding' of 2 uur per week lessen<br />
'Leefsleutels' geven.<br />
Boventalligheid<br />
Een leerkracht is (gedeeltelijk) boventallig wanneer er minder uren zijn dan waarvoor men aan een<br />
instelling vast benoemd is in welk geval men gereaffecteerd of wedertewerkgesteld moet worden.<br />
Desiderata<br />
In mei vraagt de Inspectie via het 'desiderataformulier' opgave te doen van de feitelijke toestand van<br />
de opdracht dat schooljaar, de prognose en desiderata of wensen voor volgend schooljaar. Men mag<br />
alles vragen, maar niet elke vraag kan positief gehonoreerd worden. Dit hangt af van velerlei<br />
factoren.<br />
Dienststaat<br />
Men doet er goed aan nauwgezet een lijst bij te houden van alle in het onderwijs gepresteerde<br />
diensten met vermelding van instelling, ambt, statuut, niveau, aantal uren, begin- en einddatum,<br />
bijvoorbeeld:<br />
KA Brussel Lkr.<br />
<strong>PEGO</strong><br />
Tijd.n.vac.ambt SO II 4/21 01-09-02 30-06-03 Verv. NN<br />
Inrichtende macht (IM)<br />
De 'inrichtende macht' van een school is de instelling, instantie of vereniging die een school opricht<br />
en bestuurt. Dat kan zijn: de Vlaamse Gemeenschap via 'GO! Onderwijs van de Vlaamse<br />
Gemeenschap', een gemeente-, stads- of provinciebestuur, maar ook een vzw.<br />
Klassenraad<br />
De klassenraad is de ambtelijke vergadering van alle leerkrachten die aan een bepaalde klasgroep<br />
van een secundaire school lesgeven. Een leerkracht heeft in de delibererende klassenraden<br />
stemrecht over de leerlingen waaraan men les geeft. Men is verplicht deel te nemen aan de<br />
klassenraden waarvan men deel uitmaakt tenzij men op dat ogenblik elders een lesopdracht heeft. In<br />
dat geval verwittigt men uiteraard op voorhand de betrokken directeur. Het bijwonen van een<br />
delibererende klassenraad gaat voor op lesgeven. Wanneer meerdere delibererende klassenraden<br />
samenvallen, zal men zich zeker schriftelijk verontschuldigen en zijn stemadvies schriftelijk aan de<br />
directeur meedelen.<br />
Niet-vacant ambt<br />
Uren waarin iemand vast benoemd is maar deze mogelijk om welke reden dan ook niet uitoefent of<br />
waarin iemand gereaffecteerd of wedertewerkgesteld is.<br />
Niet-vacante betrekking<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 13
Uren waarin iemand vast benoemd is of waarin iemand voor de duur van dat schooljaar aangesteld<br />
is, maar deze bijvoorbeeld door ziekte tijdelijk niet uitoefent.<br />
Pedagogische studiedagen<br />
De Ministeriële Omzendbrief GD/2002/05 zegt daarover:<br />
7. Organisatie van pedagogische studiedagen of conferenties:<br />
1. De inspecteurs-adviseurs kunnen pedagogische studiedagen inrichten voor leerkrachten<br />
levensbeschouwelijke vakken van hun ambtsgebied, enerzijds netoverkoepelend, anderzijds<br />
netgebonden.<br />
2. De leerkrachten levensbeschouwelijke vakken die uitgenodigd zijn door de inspecteursadviseurs,<br />
zijn verplicht de pedagogische studiedag of conferentie bij te wonen.<br />
Ingeval een leerkracht niet kan deelnemen aan een pedagogische studiedag of een<br />
conferentie, dient hij zo vlug mogelijk de bevoegde inspecteur-adviseur te verwittigen.<br />
Deelnamekosten (inschrijvingskosten en verplaatsingskosten) van studiedagen kunnen door<br />
de school worden verrekend op het nascholingsbudget.<br />
3. De deelname van leerkrachten levensbeschouwelijke vakken op andere leerling-vrije<br />
pedagogische studiedagen heeft geen voorrang op een lesopdracht in een andere school.<br />
In alle andere gevallen neemt de leerkracht levensbeschouwelijke vakken in principe deel<br />
aan de pedagogische studiedag, mits die een pedagogische meerwaarde impliceert en<br />
relevant is voor de leerkracht levensbeschouwelijke vakken.<br />
De leerkracht levensbeschouwelijke vakken hoeft niet deel te nemen aan een pedagogische<br />
studiedag die betrekking heeft op specifieke vakken en dus niet relevant is voor de leerkracht<br />
levensbeschouwelijke vakken.<br />
Pedagogische taken (PT)<br />
Een boventallige leerkracht, die niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld kan worden of wiens<br />
bezwaar aanvaard is, dient in één van zijn scholen 'pedagogische taken' te vervullen. Meestal<br />
gebeurt dit in de school van vaste benoeming waar men uren verliest, tenzij men daar helemaal geen<br />
uren meer heeft. Tussen de leerkracht en de directies kan ook overeengekomen worden de<br />
pedagogische taken in een andere instelling te doen. In de regel moeten pedagogische taken<br />
aansluitend aan de opdracht in de instelling in het lessenrooster geplaatst worden<br />
Reaffectatie<br />
Wanneer in de instelling van vaste benoeming onvoldoende uren beschikbaar zijn, dient een<br />
leerkracht gereaffecteerd te worden in al dan niet vacante uren in hetzelfde ambt in een andere<br />
instelling. Daartoe dient de school van boventalligheid in de loop van de maand juni een Pers 8document<br />
op te maken, dat de leerkracht dient te ondertekenen. Om overbodige reaffectaties door<br />
de reaffectatiecommissies te vermijden, doet men er goed aan om, na overleg met de inspecteuradviseur,<br />
erop toe te zien dat erop vermeld wordt of en hoe de boventalligheid mogelijk al is<br />
opgelost (bijvoorbeeld: doorlopende reaffectatie, tijdelijke uren aan een andere instelling, …).<br />
In principe loopt een reaffectatie over de schooljaren heen voor zolang er niet voldoende uren zijn<br />
in de school van vaste benoeming (bvb.: NN is 6 u vast benoemd aan de basisschool te A; wanneer<br />
er daar slechts 4 uren zijn, wordt de betrokkene voor 2 uur gereaffecteerd naar de basisschool te B;<br />
NN blijft aan school B verbonden zolang er onvoldoende uren zijn in school A). Let wel: de school<br />
waar men benoemd is, dient elk jaar opnieuw de nodige formulieren in te vullen, ook al komt de<br />
leerkracht er al sinds jaren niet meer of al is hij langdurig ziek!<br />
Wanneer men voltijds benoemd is en 4/5 opdracht heeft aan ten minste 3 scholen of wanneer de<br />
afstand van de woonplaats naar de school van reaffectatie te groot is, kan men een bezwaar indienen<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 14
tegen deze reaffectatie. Men dient in ieder geval in afwachting van een besluit van de<br />
reaffectatiecommissie ten aanzien van het bezwaarschrift contact op te nemen met de school van<br />
reaffectatie. Het indienen van een bezwaarschrift schort de reaffectatie niet op.<br />
Stamboeknummer<br />
Persoonlijk nummer, toegekend door het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming op vraag<br />
van de eerste school van indiensttreding. Het bestaat<br />
uit 1 (voor de mannen) of 2 (voor de vrouwen),<br />
de twee laatste cijfers van het geboortejaar, de geboortemaand en de geboortedag,<br />
gevolgd door 4 cijfers.<br />
Het stamboeknummer moet op alle correspondentie met het Ministerie vermeld worden.<br />
Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur (TADD)<br />
Wie aan bepaalde voorwaarden voldoet, kan een 'Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur'<br />
vragen. TADD geeft voorrang voor een tijdelijke aanstelling boven eventuele andere kandidaten.<br />
TADD is een noodzakelijke voorwaarde voor vaste benoeming. TADD geeft alleen rechten in de<br />
betreffende scholengroep.<br />
Tijdelijk Andere Opdracht (TAO)<br />
Een leerkracht, die aan een instelling vast benoemd is, kan vragen om via 'tijdelijk andere opdracht'<br />
hetzelfde aantal uren les te geven aan een andere instelling. Zowel de inspecteur-adviseur als de<br />
instelling waar men vast benoemd is en de instelling waar men heen wil, dienen in te stemmen met<br />
de TAO. TAO dient jaarlijks opnieuw aangevraagd te worden.<br />
Vacante betrekking<br />
Uren waarin niemand een vaste benoeming heeft of waarin niemand voor de duur van het lopende<br />
schooljaar tijdelijk is aangesteld. (zie ook 'niet vacant ambt / niet vacante betrekking')<br />
Wedertewerkstelling (WTW)<br />
Wanneer men als vastbenoemde leerkracht boventallig is in een bepaald ambt en er geen uren voor<br />
reaffectatie in hetzelfde ambt beschikbaar zijn, kan men door de reaffectatiecommissie<br />
wedertewerkgesteld worden in een ander ambt (bvb.: NN is 6 u vast benoemd aan de basisschool te<br />
A; er zijn daar slechts 4 uren, betrokkene wordt voor 2 uur wedertewerkgesteld aan de<br />
middenschool te B). Wanneer iemand 4/5 opdracht heeft aan ten minste 3 scholen of wanneer de<br />
afstand van huis naar school te groot is, kan men tegen een wedertewerkstelling bezwaar indienen.<br />
Men dient in ieder geval, in afwachting van een besluit van de reaffectatiecommissie ten aanzien<br />
van uw bezwaarschrift contact op te nemen met de school van wedertewerkstelling. Het indienen<br />
van een bezwaarschrift schort de wedertewerkstelling niet op.<br />
Werkstation<br />
Dienst op het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, verantwoordelijk voor de<br />
personeelszaken van een aantal scholen zoals de betaling. Wie in meerdere scholen is aangesteld,<br />
kan van meerdere werkstations afhangen. Het hoofddossier wordt door één werkstation beheerd. Op<br />
het betalingsuittreksels van het Ministerie staat vermeld aan welk werkstation het hoofddossier<br />
toegewezen is.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 15
7.<br />
6. Organogram<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 16
Lijst van bekwaamheidsbewijzen<br />
Rubriek Diploma Lager 1ste graad 2e graad 3e + 4e<br />
Onderwijs<br />
BSO graad<br />
BSO<br />
VE Bachelor in het onderwijs: secundair<br />
onderwijs + diploma van kandidaat in<br />
de protestantse godgeleerdheid<br />
VE Bachelor in het onderwijs: secundair<br />
onderwijs + diploma van kandidaat in<br />
de protestantse<br />
godsdienstwetenschappen<br />
VE Bachelor in het onderwijs: secundair<br />
onderwijs + diploma voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in de<br />
lagere graad<br />
VE Diploma Protestants-Evangelisch<br />
godsdienstonderricht in het<br />
basisonderwijs (<strong>PEGO</strong>/BaO)<br />
VE Diploma van kandidaat in de<br />
protestantse godsdienstwetenschappen,<br />
uitgereikt door de universitaire faculteit<br />
voor protestantse godgeleerdheid te<br />
Brussel<br />
VE Diploma voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in de lagere graad<br />
VE Geaggregeerde voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in het hoger<br />
secundair onderwijs<br />
VE Geaggregeerde voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in het lager<br />
secundair onderwijs<br />
VE GLSO + diploma van kandidaat in de<br />
protestantse godgeleerdheid<br />
VE GLSO + diploma van kandidaat in de<br />
protestantse godsdienstwetenschappen<br />
VE GLSO + diploma voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in de lagere graad<br />
VE GVSO-groep 1 + diploma van kandidaat<br />
in de protestantse godgeleerdheid<br />
VE GVSO-groep 1 + diploma van kandidaat<br />
in de protestantse<br />
godsdienstwetenschappen<br />
VE GVSO-groep 1 + diploma voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in de<br />
lagere graad<br />
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + Bachelor in het onderwijs:<br />
secundair onderwijs<br />
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + diploma voor protestants<br />
godsdienstonderricht in de lagere graad<br />
of van onderwijzer<br />
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + geaggregeerde voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager secundair onderwijs<br />
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + GLSO<br />
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + GVSO-groep 1<br />
148<br />
2e graad<br />
ASO<br />
TSO<br />
KSO<br />
3e graad<br />
ASO<br />
TSO<br />
KSO<br />
BuSO<br />
OVL<br />
1-2-3<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
259 301 301 301 301 301<br />
148<br />
301 301 501 501 501 301<br />
148 301 301 301 301 301<br />
148<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
501 501 301<br />
301 301 301 301 301<br />
301 301 301 301 301<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 17
VE Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst + ten minste HOLT + BPB<br />
VE Master in de godgeleerdheid en de<br />
godsdienstwetenschappen uitgereikt<br />
door een erkende faculteit of instelling<br />
voor protestantse/evangelische<br />
theologie + BPB<br />
VE Master in de protestantse<br />
godgeleerdheid uitgereikt door een<br />
erkende faculteit of instelling voor<br />
protestantse/evangelische theologie +<br />
BPB<br />
VE Ten minste HOLT + BPB + diploma van<br />
kandidaat in de protestantse<br />
godgeleerdheid<br />
VE Ten minste HOLT + BPB + diploma van<br />
kandidaat in de protestantse<br />
godsdienstwetenschappen<br />
VE Ten minste HOLT + BPB +<br />
geaggregeerde voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in het lager<br />
secundair onderwijs<br />
VO Bachelor in het onderwijs: lager<br />
onderwijs<br />
VO Diploma Protestants-Evangelisch<br />
godsdienstonderricht in het<br />
basisonderwijs (<strong>PEGO</strong>/BaO)<br />
VO Diploma van kandidaat in de<br />
protestantse godsdienstwetenschappen,<br />
uitgereikt door de universitaire faculteit<br />
voor protestantse godgeleerdheid te<br />
Brussel<br />
VO Diploma voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in de lagere graad<br />
VO Geaggregeerde voor het protestants<br />
godsdienstonderricht in het lager<br />
secundair onderwijs<br />
VO Getuigschrift van studiën gedaan met<br />
het oog op het godsdienstonderricht na<br />
4 jaar studie uitgereikt door de<br />
universitaire faculteit voor protestantse<br />
godgeleerdheid te Brussel<br />
VO Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst - licentiaat in de protestantse<br />
godgeleerdheid<br />
VO HOKT + BPB + certificaat uitgereikt<br />
door het Comité <strong>PEGO</strong><br />
VO Master + BPB + certificaat uitgereikt<br />
door het Comité <strong>PEGO</strong><br />
VO Master in de godgeleerdheid en de<br />
godsdienstwetenschappen uitgereikt<br />
door een erkende faculteit of instelling<br />
voor protestanse/evangelische theologie<br />
+ BPB<br />
VO Master in de protestantse<br />
godgeleerdheid uitgereikt door een<br />
erkende faculteit of instelling voor<br />
protestantse/evangelische theologie +<br />
BPB<br />
148<br />
VO Onderwijzer(es) 148<br />
VO Professioneel gerichte bachelor + BPB +<br />
certificaat uitgereikt door het Comité<br />
<strong>PEGO</strong> Godsdienstonderricht<br />
301 301 501 501 301<br />
501 501 501<br />
501 501 501<br />
301 301 501 501 501 301<br />
301 301 501 501 501 301<br />
501 501 501 301<br />
384 384 384<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 18<br />
301<br />
384 384 384 384 384<br />
301<br />
301 301 501 501 501 301<br />
148 301 301 301 301 301 301<br />
148 301 301 301 301 301 301<br />
301 301 501 501 501 301<br />
301 301 301<br />
301 301 301<br />
148 301 301 301 301 301 301
VO Ten minste HOKT + BPB + certificaat<br />
uitgereikt door het Comité <strong>PEGO</strong><br />
VO Ten minste HOLT + BPB + certificaat<br />
uitgereikt door het Comité <strong>PEGO</strong><br />
301 301 301 301 301 301<br />
301 301 501 501 501 301<br />
AND Academisch gerichte bachelor 121 300 300 384 384 301 300<br />
AND Bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
hoger secundair onderwijs, afgeleverd<br />
door het hoofd van de eredienst<br />
AND Bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager onderwijs, afgeleverd door het<br />
hoofd van de eredienst<br />
AND Bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager secundair onderwijs, afgeleverd<br />
door het hoofd van de eredienst<br />
AND Diploma Protestants-Evangelisch<br />
godsdienstonderricht in het<br />
basisonderwijs (<strong>PEGO</strong>/BaO)<br />
AND Diploma van voltooid secundair<br />
onderwijs van de hogere graad +<br />
bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager onderwijs, afgeleverd door het<br />
hoofd van de eredienst<br />
AND Diploma van voltooid secundair<br />
onderwijs van de hogere graad +<br />
bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager secundair onderwijs, afgeleverd<br />
door het hoofd van de eredienst<br />
AND Getuigschrift van voltooid secundair<br />
onderwijs van de lagere graad +<br />
bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager onderwijs, afgeleverd door het<br />
hoofd van de eredienst<br />
AND Getuigschrift van voltooid secundair<br />
onderwijs van de lagere graad +<br />
bekwaamheidsgetuigschrift voor het<br />
protestants godsdienstonderricht in het<br />
lager secundair onderwijs, afgeleverd<br />
door het hoofd van de eredienst<br />
AND Hoedanigheid van bedienaar van de<br />
eredienst<br />
121<br />
121<br />
121<br />
384 384 301<br />
300 300 384 384 300<br />
384 384 384<br />
300 300 384 384 300<br />
300 300 300<br />
121 300 300 384 384 301 300<br />
AND Master 121 300 300 384 384 301 300<br />
AND Professioneel gerichte bachelor 121 300 300 384 384 301 300<br />
AND Ten minste HOKT 121 300 300 384 384 301 300<br />
AND Ten minste HOLT 121 300 300 384 384 301 300<br />
Onder het onderwijsniveau / de onderwijsvorm staan (in blauw) de weddenschalen vermeld.<br />
De bekwaamheidsbewijzen worden ingedeeld in 3 categorieën:<br />
� vereiste bekwaamheidsbewijzen;<br />
� voldoende geachte bekwaamheidsbewijzen;<br />
� andere bekwaamheidsbewijzen.<br />
Een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs is één van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor<br />
een vaste benoeming. Met deze bekwaamheidsbewijzen wordt u verloond volgens de normale barema's.<br />
Met een 'ander bekwaamheidsbewijs', is uw aanstelling beperkt in de tijd. U kunt niet vastbenoemd worden en ontvangt een<br />
lagere wedde.<br />
Meer info: http://ond.vlaanderen.be/infolijn/faq/bekwaamheidsbewijzen/ .<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 19
8. Certificaat <strong>PEGO</strong><br />
Doelgroep<br />
Informatie Certificaat uitgereikt door het Comité van het Protestants –<br />
Evangelisch Godsdienstonderricht<br />
Het behalen van het Certificaat <strong>PEGO</strong> is van toepassing voor (kandidaat-) leerkrachten <strong>PEGO</strong> met<br />
volgende diploma‟s:<br />
� HOKT + BPB (Bewijs Pedagogische Bekwaamheid)<br />
� Master + BPB<br />
� Professioneel gerichte bachelor + BPB<br />
� Ten minste HOKT + BPB<br />
� Ten minste HOLT + BPB<br />
Uiteraard is het certificaat <strong>PEGO</strong> overbodig of niet van toepassing voor masters in de (protestantse)<br />
godgeleerdheid en de godsdienstwetenschappen uitgereikt door een erkende faculteit of instelling voor<br />
protestants / evangelische theologie + BPB.<br />
Toevoeging certificaat <strong>PEGO</strong> aan bovenstaande diploma‟s resulteert in een voldoende geacht<br />
bekwaamheidsbewijs voor bepaalde niveaus (zie lijst bekwaamheidsbewijzen).<br />
Motivatie<br />
In het onderwijs is zowel de vak<strong>inhoud</strong>elijke (voor het <strong>PEGO</strong> de theologische) als de pedagogische<br />
bekwaamheid belangrijk. Daarom wordt van (kandidaat-) leerkrachten <strong>PEGO</strong> met bovenstaande<br />
diploma‟s verwacht dat ze hun vak<strong>inhoud</strong>elijke bekwaamheid aantonen.<br />
Het behalen van het Certificaat <strong>PEGO</strong><br />
Het certificaat <strong>PEGO</strong> wordt toegekend door het Comité <strong>PEGO</strong> op basis van een gesprek (colloquium)<br />
waarin de theologische kennis van de (kandidaat-) leerkracht wordt getoetst.<br />
Als voorbereiding voor dit colloquium met een pedagogische commissie, aangeduid door het Comité<br />
<strong>PEGO</strong>, dient de (kandidaat-) leerkracht twee lessenreeksen voor te bereiden. Concrete afspraken<br />
hierover worden gemaakt met de inspecteurs-adviseurs. Een lijst met aanbevolen literaatuur wordt in<br />
bijlage bij dit document gevoegd.<br />
Voor 1 maart meldt de (kandidaat-) leerkracht schriftelijk aan een inspecteur-adviseur dat hij / zij wil<br />
uitgenodigd worden voor het colloquium, dat voor het einde van het schooljaar wordt gehouden.<br />
Indien het Comité <strong>PEGO</strong> na het colloquium van mening is dat de theologische kennis nog<br />
onvoldoende is, kan de (kandidaat-) leerkracht zich een volgende schooljaar terug aanmelden voor het<br />
colloquium. Om zich voor te bereiden, dient de (kandidaat-)leerkracht opnieuw een lessenreeks voor te<br />
bereiden en kan hij/zij gevraagd worden om zijn vak<strong>inhoud</strong>elijke kennis bij te scholen aan de hand van<br />
verplichte literatuur en/of andere vormen van bijkomende studie.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 20
9. Aandachtspunten bij eerste indiensttreding<br />
Voor wie voor het eerst in dienst treedt als leerkracht <strong>PEGO</strong> herhalen we enkele punten:<br />
1. Met al uw vragen kan u terecht bij uw inspecteur-adviseur. Maar wellicht vindt u al heel wat<br />
antwoorden in dit <strong>Vademecum</strong>. Voor alle administratieve, niet specifiek <strong>PEGO</strong>-gebonden vragen,<br />
wendt u zich in de eerste plaats tot uw directeur en/of het personeelssecretariaat van de school.<br />
2. Vervul zo snel mogelijk alle administratieve formaliteiten die de scholen en het bureau <strong>PEGO</strong><br />
vragen: er zal niet betaald worden zolang dat niet allemaal in orde is. Zo moet wie niet over een<br />
vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs beschikt, aan het Departement via de<br />
schooladministratie een 'Getuigschrift van bekwaamheid', uitgeschreven door het Comité <strong>PEGO</strong>,<br />
bezorgen. Het Bureau <strong>PEGO</strong> zal dit document pas opstellen wanneer alle gevraagde documenten<br />
ingeleverd zijn.<br />
3. Houd van de eerste dag en tot het einde van uw loopbaan nauwkeurig uw „dienststaat‟ bij, de lijst<br />
van al uw gepresteerde diensten, bvb.:<br />
BSGO Erps-Kwerps - tijd.niet vac. - 4u LO - 04-09-00 05-10-00 tvv dhr Pegejo<br />
MSGO Rekkem - tijd. - 4u SO I - 01-09-00 30-06-01<br />
4. Zet dit zo mogelijk in een computerbestandje dat u kunt aanvullen en telkens afdrukken wanneer<br />
men het u vraagt. Men zal het u nog vaak vragen!<br />
5. Houd ook nauwkeurig de lijst bij van al uw „dienstonderbrekingen‟, bijvoorbeeld:<br />
18-09-00: ziek<br />
03-10-00: begrafenis schoonmoeder<br />
21-11-00: sociaal verlof (ziekte kind)<br />
6. Bewaar ordelijk alle officiële documenten betreffende aanstellingen, uitdiensttredingen,<br />
beoordelingen, enz.<br />
7. Controleer de „betalingsuittreksels‟ die het Ministerie u toestuurt: wordt u betaald voor de juiste<br />
scholen, de juiste periodes, het juiste aantal uren, het juiste niveau volgens de juiste breuk?<br />
Indien niet, neem dan contact op met het directiesecretariaat van de betreffende school. Directie of<br />
secretariaat zullen het rechtzetten of u naar het „Werkstation‟ in het Ministerie doorverwijzen.<br />
8. Meld uw inspecteur-adviseur onmiddellijk elke wijziging in uw opdracht (zowel qua volume als<br />
lesrooster), bijvoorbeeld: 15-03-01: GBS Steenokkerzeel 2u minder (leerling verhuisd).<br />
9. Vergeet niet uw lessenrooster, leerlingenlijsten en waar nodig uw jaarplannen uiterlijk op 1<br />
oktober aan uw inspecteurs-adviseur toe te sturen.<br />
10. Ten overvloede: u hebt in de klas steeds uw schoolagenda bij, ingevuld voor de hele dag, uw<br />
jaarplan en lesvoorbereidingen voor de lessen van die dag.<br />
11. Informeer in een nieuwe school dadelijk naar geldende regels en afspraken.<br />
12. Vraag op het schoolsecretariaat de benodigde formulieren voor het geval u ziek zou worden.<br />
13. De eerste school van indiensttreding dient voor u bij het Ministerie een 'stamboeknummer' te<br />
vragen (zie 'stamboeknummer' onder de rubriek 'begrippen en afkortingen').<br />
14. Er wordt een bewijs van medische geschiktheid gevraagd, u wordt opgeroepen voor een medische<br />
keuring en u krijgt een medisch nummer.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 21
10. Procedure van toewijzing van opdrachten door de inspecteur-adviseur<br />
Praktisch verloop:<br />
- De leerkrachten maken in mei hun prognoses en verlangens bekend aan de inspectie via het<br />
desiderataformulier (zie pego-site). De inspecteurs-adviseurs beantwoorden het<br />
desiderataformulier.<br />
- Met de prognoses en verlangens wordt binnen het wettelijk kader en de praktische<br />
mogelijkheden rekening gehouden, ook al veranderen nog veel van deze gegevens.<br />
- De opdrachten van vastbenoemde leerkrachten, met inbegrip van reaffectaties, lopen over de<br />
schooljaren heen.<br />
- Vastbenoemde leerkrachten die ter beschikking staan wegens ontsteltenis van betrekking<br />
(TBS OB), melden via de geëigende kanalen en binnen de regels van de<br />
scholengemeenschappen en –groepen of ze al dan niet buiten de scholengemeenschap of –<br />
groep gereaffecteerd of wedertewerkgesteld willen worden en of ze in het bijzonder onderwijs<br />
wedertewerkgesteld willen worden.<br />
- Vastbenoemde leerkrachten met TBS OB, dienen voor 1 september gereaffecteerd of<br />
wedertewerkgesteld te worden volgens de geldende regels, zelfs al zouden deze maatregelen<br />
na 1 september overbodig blijken. Nieuwe reaffectaties gebeuren door de<br />
reaffectatiecommissies van de scholengemeenschappen en –groepen na advies van de<br />
inspecteur-adviseur <strong>PEGO</strong>, die een overzicht heeft van de gehele opdracht van de leerkrachten<br />
<strong>PEGO</strong> en van de beschikbare uren <strong>PEGO</strong>. Reaffectaties buiten de scholengemeenschappen<br />
gebeuren enkel op vraag van de leerkracht,. Deze worden uitgesproken door de Vlaamse<br />
Reaffectatiecommissie eveneens na advies van de inspecteur-adviseur <strong>PEGO</strong>.<br />
- Mutatie is een recht van leerkrachten.<br />
- Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur binnen de scholengroep (TADD) is een recht en<br />
geeft automatisch voorrang op andere tijdelijke leerkrachten, ook op wie elders meer<br />
anciënniteit heeft.<br />
- De resterende opdrachten worden verdeeld met inachtneming van volgende<br />
aandachtspunten: bekwaamheidsbewijs, statuut, anciënniteit, scholengemeenschappen en<br />
praktische haalbaarheid.<br />
- De laatste resterende opdrachten worden in september bij de coördinatievergaderingen,<br />
gehouden per provincie, aangeboden<br />
Men heeft er dus alle belang bij ervoor te zorgen ten minste een voldoende geacht<br />
bekwaamheidsbewijs te verwerven voor de onderwijsniveaus waarin men aangesteld is of<br />
wenst te worden.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 22
11. Hoe omgaan met de leerplannen?<br />
De leerplannen <strong>PEGO</strong> zijn tot stand gekomen door het werk van de leerplancommissies LO en SO,<br />
beide samengesteld uit de inspecteurs-adviseur en leden van het lerarenkorps, afkomstig uit de diverse<br />
kerkelijke stromingen binnen het <strong>PEGO</strong>, en een vertegenwoordiger van het Comité <strong>PEGO</strong>. Er wordt<br />
naar gestreefd dat leerkrachten en leerlingen zich zo goed mogelijk zouden herkennen in de<br />
voorgeschreven leerplannen, die pedagogisch-didactisch verantwoord zijn opgesteld. Voor de<br />
definitieve goedkeuring door het Comité <strong>PEGO</strong> worden ze door de Stuurgroep besproken.<br />
De leerplannen bevatten, naast leerplandoelstellingen ook 'suggesties voor invulling' en infomateriaal.<br />
De doelstellingen zijn bindend, de suggesties voor invulling en het infomateriaal zijn bedoeld als<br />
hulpmiddel voor de leerkracht en daarom mag er vrij mee omgegaan worden. Ook mogelijke<br />
verwijzingen naar bestaande handboeken zijn bedoeld als hulp voor de leerkracht: er zijn geen<br />
handboeken gepubliceerd, die de programma's van het <strong>PEGO</strong> volgen en er zijn geen handboeken voor<br />
het PGO voorgeschreven.<br />
De leerkracht is ertoe gehouden de door het Comité goedgekeurde leerplannen te volgen.<br />
Uitzonderingen daarop zijn maar mogelijk na overleg met en goedkeuring door de inspecteur-adviseur.<br />
Redenen voor afwijking dienen steeds een bijzondere situatie van de leerling te zijn, niet de<br />
persoonlijke theologische opvattingen van de leerkracht of van de leerlingen. Een toestemming voor<br />
afwijking geldt slechts voor één schooljaar.<br />
De leerplannen vind je op de site: www.pego-site.be .<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 23
12. Wat te doen bij …<br />
Aanvraag mutatie<br />
Alleen wie vast benoemd is, kan muteren naar vacante betrekkingen en met instemming van de<br />
schooloverheid en het Comité <strong>PEGO</strong>. Neem zo snel mogelijk contact op met uw inspecteur-adviseur<br />
en volg voor het overige de algemene onderrichtingen.<br />
Aanvraag pensioen<br />
Informeer de inspecteur-adviseur zo snel mogelijk over het voornemen pensioen aan te vragen. Volg<br />
voor het overige de algemene onderrichtingen.<br />
Aanvraag vaste benoeming<br />
Zie 'Procedure voor vaste benoeming'.<br />
Afwezigheden algemeen: geen les<br />
U meldt aan uw inspecteur-adviseur:<br />
• wanneer u meerdere dagen afwezig bent;<br />
• wanneer een leerling voor een lange periode afwezig is;<br />
• wanneer door bijzondere activiteiten meerdere lessen wegvallen (GWP, bedrijfsstages,<br />
bosklassen, …).<br />
U vermeldt in uw e-mail de school, de klas en de periode.<br />
Arbeidsongeval<br />
Verwittig zo snel mogelijk het secretariaat van de instelling waar het ongeval zich voordeed of<br />
waarnaar of waarvan u onderweg was. Volg voor het overige de algemene onderrichtingen. Vergeet<br />
niet al uw scholen en de inspecteur-adviseur te verwittigen van uw gebeurlijke afwezigheid.<br />
Behalen van een diploma / wijziging lesbevoegdheid<br />
Deel dit mee en bezorg een eensluidend verklaarde kopie van het diploma aan de schooldirectie, die dit<br />
aan het Ministerie zal melden. Meld het zelf ook aan de inspecteur-adviseur en aan het bureau <strong>PEGO</strong><br />
en bezorg hen ook een kopie.<br />
Bevallingsverlof<br />
Verwittig zo snel mogelijk de inspecteur-adviseur met het oog op vervanging en volg voor het overige<br />
de algemene onderrichtingen.<br />
Borstvoedingsverlof<br />
Verwittig zo snel mogelijk de inspecteur-adviseur en de interimaris en volg voor het overige de<br />
algemene onderrichtingen.<br />
Boventalligheid, reaffectatie en wedertewerkstelling<br />
In principe gelden voor de leerkracht <strong>PEGO</strong> alle algemene regels voor boventalligheid, reaffectatie en<br />
wedertewerkstelling evenzeer als voor andere leerkrachten: men moet in principe alle beschikbare uren<br />
in de eigen scholen opnemen; men moet in principe eerst in de eigen scholengemeenschap<br />
gereaffecteerd worden; wanneer dat niet mogelijk blijkt, kan de leerkracht zelf vragen om naar een<br />
andere scholengemeenschap gereaffecteerd te worden; reaffectatie loopt over de schooljaren heen<br />
zolang de boventalligheid blijft bestaan; in veel gevallen formuleert de inspecteur-adviseur voorstellen<br />
of geeft advies om een voor de leerkracht gunstige oplossing uit te werken.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 24
Buitenlandse diploma's<br />
A. Academische gelijkwaardigheid: buitenlandse diploma's kunnen in bepaalde gevallen 'academisch<br />
gelijkwaardig' verklaard worden; in dergelijk geval wordt het gelijkgesteld aan een Belgisch<br />
bekwaamheidsbewijs; informeer u bij de betreffende dienst van het Ministerie.<br />
B. Professionele gelijkwaardigheid: wanneer u als onderdaan van een andere EU-lidstaat daar het<br />
recht heeft om op een bepaald niveau godsdienstles te geven, kan 'professionele gelijkwaardigheid'<br />
aangevraagd worden om ook in Vlaanderen op hetzelfde niveau les te mogen geven, zelfs al heeft<br />
men daarvoor geen vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs. Uiteraard dient men wel in<br />
orde te zijn met de taalwetgeving (een diploma moet door een Nederlandstalige instelling<br />
uitgereikt zijn of men moet taalexamen hebben afgelegd). Informeer bij de betreffende dienst van<br />
het Ministerie.<br />
Meer info: http://www.ond.vlaanderen.be/hogeronderwijs/NARIC/<br />
Hospitalisatie<br />
Zelfde procedure als bij ziekte.<br />
Loopbaanonderbreking<br />
Zowel tijdelijke als vastbenoemde leerkrachten hebben onder bepaalde voorwaarden recht op<br />
loopbaanonderbreking. Vraag desgewenst inlichtingen aan de directie of het personeelssecretariaat van<br />
de school en volg voor het overige de algemene onderrichtingen. Verwittig in ieder geval tijdig de<br />
inspecteur-adviseur.<br />
Ongeval op weg van of naar school<br />
Zie 'arbeidsongeval'.<br />
Profylactisch verlof<br />
Preventieve maatregel in geval dat een huisgenoot van een leerkracht bepaalde besmettelijke ziekten<br />
heeft; uw arts weet in welke gevallen en voor hoelang hij u een profylactisch verlof dient voor te<br />
schrijven; volg voor het overige de algemene onderrichtingen. Verwittig in ieder geval tijdig de<br />
inspecteur-adviseur.<br />
Reaffectatie<br />
Zie 'Boventalligheid, reaffectatie en wedertewerkstelling'. Tegen een reaffectatie kan enkel een<br />
bezwaarschrift ingediend worden op grond van de 4/5-regel of bij te verre of langdurige verplaatsing.<br />
In ieder geval zal men dan pedagogische taken dienen op te nemen. Het bezwaarschrift schort de<br />
reaffectatie niet op en men dient onmiddellijk met de school van reaffectatie contact op te nemen.<br />
Wanneer men vrijgesteld wordt van reaffectatie, zal men pedagogische taken dienen op te nemen.<br />
Sociaal verlof<br />
Raadpleeg de algemene onderrichtingen wanneer en onder welke voorwaarden men recht heeft op<br />
sociaal verlof. Volg de algemene onderrichtingen. Verwittig in ieder geval tijdig de inspecteuradviseur.<br />
Staking<br />
Er is stakingsrecht, maar niemand kan verplicht worden aan een staking deel te nemen. Niet stakende<br />
leerkrachten, die op een stakingsdag een lesopdracht hebben op een school, kunnen in die school met<br />
toezicht en opvang van leerlingen belast worden. Volg voor het overige de algemene onderrichtingen.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 25
Taalexamen<br />
Wie over een diploma beschikt dat behaald werd in een andere taal dan het Nederlands, dient met een<br />
taalexamen over een grondige kennis van de Nederlandse taal te bewijzen om in het Nederlandstalig<br />
onderwijs les te kunnen geven. Het taalexamen wordt doorgaans éénmaal per jaar ingericht. Informeer<br />
bij de betreffende dienst van het Ministerie. Normaal kan slechts 2 opeenvolgende schooljaren een<br />
afwijking op de taalwetgeving worden toegestaan.<br />
Meer info: http://www.ond.vlaanderen.be/indiensttreding/Voorwaarde_taalkennis.htm ;<br />
http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=13188 .<br />
TADD<br />
Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur: wanneer men aan bepaalde voorwaarden voldoet, kan<br />
men dit statuut aanvragen. Hierdoor krijgt men voorrang op andere kandidaten voor aanstelling in de<br />
betreffende school of scholengroep. TADD is een voorwaarde voor vaste benoeming. Volg voor het<br />
overige de algemene onderrichtingen.<br />
Verlof om persoonlijke aangelegenheden<br />
Raadpleeg de algemene onderrichtingen wanneer en onder welke voorwaarden men recht heeft op<br />
verlof om persoonlijke aangelegenheden. Volg de algemene onderrichtingen. Verwittig in ieder geval<br />
tijdig de inspecteur-adviseur.<br />
Wedertewerkstelling<br />
Zie 'Boventalligheid, reaffectatie en wedertewerkstelling'. Wedertewerkstelling kan men weigeren,<br />
maar is vaak interessanter dan op grotere afstand van huis gereaffecteerd te worden.<br />
Werkhervatting<br />
Wanneer men na een ziekteverlof herneemt, meldt men zich bij de directie en het schoolsecretariaat.<br />
Wijziging lesrooster<br />
Meld dit steeds zo snel mogelijk per e-mail aan de inspecteur-adviseur.<br />
Wijziging volume opdracht<br />
Meld dit steeds zo snel mogelijk per e-mail aan de inspecteur-adviseur.<br />
Ziekte<br />
Verwittig bij langere afwezigheid zo snel mogelijk de inspecteur-adviseur met het oog op vervanging.<br />
Volg voor het overige de algemene onderrichtingen. Zorg er voor thuis over de nodige formulieren te<br />
beschikken om alle scholen en het controleorganisme dadelijk te kunnen verwittigen.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 26
13. Procedure van vaste benoeming<br />
Vaste benoeming is alleen mogelijk op voordracht van het Comité <strong>PEGO</strong>, nadat de uren door de<br />
Raad van Bestuur, het Schoolbestuur of de Inrichtend Macht vacant verklaard zijn.<br />
Indien u in een bepaalde school benoeming wil aanvragen, dient u dit onmiddellijk aan uw<br />
inspecteur-adviseur te melden.<br />
Te volgen procedure:<br />
� u verneemt dat de opdracht waarin u werkzaam bent, vacant wordt verklaard;<br />
� binnen de gestelde termijn stelt u zich volgens de geldende voorschriften kandidaat. TADD is een<br />
voorwaarde voor vaste benoeming;<br />
� op het ogenblik dat u uw kandidaatstelling indient, brengt u de betrokken inspecteur-adviseur<br />
schriftelijk op de hoogte en bezorgt hem een kopie van de vacantverklaring en van uw<br />
kandidaatstelling;<br />
� het Comité <strong>PEGO</strong> neemt zijn beslissing en bezorgt de Inrichtende Macht de voordracht tot vaste<br />
benoeming of eventueel een negatief advies.<br />
Enkel na voordracht door de kerkelijke overheid kan de scholengroep u rechtsgeldig benoemen.<br />
� de definitieve benoeming gaat in op 1 januari;<br />
� u bezorgt uw inspecteur-adviseur een kopie van het benoemingsbesluit.<br />
P.S. Mutatie is mogelijk voor vastbenoemden. De mutatieronde gaat aan de benoemingsronde vooraf.<br />
Voor de aanvraag tot mutatie geldt dezelfde procedure zoals hierboven beschreven tegenover uw<br />
inspecteur-adviseur, want het Comité dient met de mutatie in te stemmen..<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 27
14. Nuttige adressen:<br />
Bureau <strong>PEGO</strong> en adres Comité <strong>PEGO</strong><br />
Mevr. Christine Van Belle 02 511 90 83 pego@arpee.be<br />
COMITE <strong>PEGO</strong><br />
Voorzitter<br />
Dhr. Kommer Groeneveld 03 321 03 90 k.groeneveld@ec-deurne.org<br />
Secretaris<br />
Mevr. Riek van de Westeringh 050 35 60 69 r.vandewesteringh@skynet.be<br />
Penningmeester<br />
Dhr. Willy Nullens 016 44 48 27 nullens-brebels@telenet.be<br />
Dhr. Eric Corthauts 016 78 03 18 corthauts.eric@scarlet.be<br />
Dhr. Philip de Coster 09 221 69 73 philip_de_coster@hotmail.com<br />
Mevr. Truus Schouten 03 454 40 14 truus.schouten@vpkbboechout.be<br />
Dhr. Ludo Van Malcot 055 21 73 81 ludo.vanmalcot@scarlet.be<br />
Dhr. Huub Vogelaar + 31 76 520 46 77 huub.vogelaar@planet.nl<br />
STUURGROEP<br />
Dhr. Samuël Bossers 02 582 67 59 samuel.bossers@pandora.be<br />
Mevr. Margreet de Boer 09 220 43 66 margarethadeboer@belgacom.net<br />
Mevr. Christine Liagre 09 221 15 06 christine.liagre@telenet.be<br />
Mevr. Lieve Moortgat 015 41 14 68 lieve.moortgat@telenet.be<br />
Dhr. Eric Rutten 056 41 73 53 Rutten-Helsen@fulladsl.be<br />
Dhr. Johan Van den heuvel 011 87 42 41 johan.vdh@pandora.be<br />
Vervangers<br />
Mevr. Mireille Hauspie 054 32 92 65 mireillehauspie@scarlet.be<br />
Dhr. David Thierfeldt 03 237 23 78 thieda@skynet.be<br />
Dhr. Rudy Van Biervliet 02 252 36 84 rud7000@euphonynet.be<br />
Mevr. Ann Van Garsse 02 377 07 83 ann.vangarsse@skynet.be<br />
Dhr. Peter Van Vaerenbergh 016 22 38 35 peter_vanvaerenbergh@hotmail.com<br />
Afgevaardigde C<strong>PEGO</strong><br />
Dhr. Huub Vogelaar + 31 76 520 46 77 huub.vogelaar@planet.nl<br />
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming<br />
Koning-Albert-II-laan 15, 1210 - Brussel<br />
tel: 02.55.39.655 Infolijn 0800.30203<br />
www.ond.vlaanderen.be<br />
GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap<br />
E. Jacquemainlaan 20, 1000 - Brussel<br />
Tel: 02.790.92.00<br />
www.gemeenschapsonderwijs.be<br />
Onderwijssecretariaat van Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap v.z.w. (OVSG)<br />
Ravensteingalerij 3 bus 7, 1000 - Brussel<br />
Tel: 02.506.41.50<br />
www.ovsg.be<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 28
Inspectie-begeleiding<br />
Protestants-Evangelische Godsdienst<br />
Erkende instantie: Comité Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs<br />
p.a. Bureau voor het Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs<br />
Marsveldstraat 5<br />
1050 Brussel<br />
Tel en fax: 02 511 90 83<br />
E-mail: pego@arpee.be<br />
Inspecteurs-adviseurs<br />
Herman Aerts<br />
Canadadreef 32<br />
2270 Herenthout<br />
Tel en fax: 014 51 80 57<br />
E-mail: aerts.herman@tele2allin.be<br />
Het gesubsidieerd basisonderwijs en buitengewoon lager onderwijs het hele gebied<br />
Gottlieb Blokland<br />
Leo XIII-straat 18<br />
1120 Brussel<br />
Tel en fax: 02 245 21 70<br />
E-mail: g.blokland@skynet.be<br />
Het gemeenschapsonderwijs: L.O. - S.O. - H.O. - Bu.L.O. en Bu.S.O.en het gesubsidieerd onderwijs:<br />
S.O. - H.O. - Bu.S.O. in Brussel-hoofdstad (19 gemeenten) en in de provincies Antwerpen, Limburg<br />
en B.S.D.<br />
Frank Rooze<br />
Wommelgemsesteenweg 106<br />
2531 VREMDE<br />
Tel en fax: 03 455 07 97<br />
E-mail: frank.rooze@telenet.be<br />
Het gemeenschapsonderwijs: L.O. - S.O. - H.O. - Bu.L.O. en Bu.S.O. en het gesubsidieerd onderwijs:<br />
S.O. - H.O. - Bu.S.O. in de provincies Oost- en West-Vlaanderen en de provincie Brabant min<br />
Brussel-hoofdstad (19 gemeenten)<br />
Opleidingsinstituten<br />
De opleidingsinstituten in Vlaanderen:<br />
- Evangelische Theologische Faculteit, Heverlee: www.bib.be<br />
- Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid, Brussel: www.protestafac.ac.be<br />
- Hoger Instituut Protestantse Godsdienstwetenschappen, Brussel: www.hipgo.be<br />
- Instituut voor Bijbelse Vorming, Heverlee: www.ibvleuven.be<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 29
15. Model Functiebeschrijving<br />
Functiebeschrijving leermeester/leraar (m./v.) levensbeschouwelijke vakken<br />
(Godsdienst - N.C. Zedenleer)<br />
goedgekeurd door alle Erkende Instanties/Vereniging<br />
Deze functiebeschrijving bevat een bijlage met de omschrijving van een wettelijk kader, een omschrijving van het<br />
algemeen doel van de functie, een verduidelijking van bevoegdheden.<br />
Instelling<br />
Adres<br />
Instellingsnummer<br />
Functiebeschrijving voor:<br />
Naam en voornaam<br />
RESULTAATGEBIEDEN<br />
De resultaatgebieden kunnen rond drie toepassingsgebieden gerangschikt worden:<br />
1. De leermeester/leraar in zijn/haar kwaliteitszorg<br />
2. De leermeester/leraar in zijn/haar werken met de leerlingen<br />
3. De leermeester/leraar in zijn/haar integratie in de school<br />
1. Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn kwaliteitszorg<br />
16. 1.1. Plannen, voorbereiden en evalueren van het lesgeven<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken geeft op een pedagogischdidactisch<br />
verantwoorde wijze les. Dit gebeurt vanuit een doordacht algemeen<br />
plannen en voorbereiden van het lesgeven. Jaarplan, schoolagenda en<br />
lesvoorbereidingen zijn aangewezen organisatorische en <strong>inhoud</strong>elijke documenten.<br />
Hij/zij gaat hierbij uit, binnen de richtlijnen gegeven door de erkende instantie of de<br />
erkende vereniging, van de leer- of raamplannen van zijn specifiek<br />
levensbeschouwelijk vak (Godsdienst - N.C.Zedenleer), de beginsituatie bij de<br />
leerlingen, het pedagogisch project en het bijhorende schoolwerkplan of<br />
handelingsplan.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken evalueert en remedieert het<br />
eigen pedagogisch-didactisch denken en handelen in functie van de doorheen zijn<br />
vak nagestreefde doelen en op basis van de richtlijnen en de adviezen van het<br />
betrokken levensbeschouwelijk vak.<br />
1.2 De specifieke levensbeschouwing (Godsdienst – N.C.Zedenleer)<br />
Trouw aan de visie op het vak plaatst de leermeester/leraar levensbeschouwelijke<br />
vakken de eigenheid van de levensbeschouwing in de context van de leefwereld van<br />
de kinderen en jongeren.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken zal hiertoe o.a. de dagelijkse<br />
actualiteit volgen, bronnen binnen de eigen en andere levensbeschouwingen op een<br />
verantwoorde wijze verwerken en trends binnen de maatschappij kritisch<br />
bestuderen. Door deze inspanning zorgt de leermeester/leraar levensbeschouwelijke<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 30
vakken ervoor dat de leerlingen gevoelig gemaakt worden voor wat in hen en<br />
rondom hen, dichtbij en veraf, gebeurt en dat zij in staat zijn dit<br />
levensbeschouwelijk te duiden.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken neemt hierdoor een brede<br />
humane taak op zich.<br />
1.3. Begeleiding en nascholing<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken weet dat zelfstudie en het<br />
volgen van begeleiding en nascholing noodzakelijk zijn om op de hoogte te blijven<br />
van de recente evoluties op gebied van het vak, de maatschappij en de actualiteit.<br />
Hij/zij maakt hiertoe gebruik van het aanbod van verplichte studiedagen ingericht<br />
door de inspectie levensbeschouwelijke vakken, de nascholing, het regionaal overleg<br />
met collega’s en het aanbod van vakliteratuur. Uiteraard laat hij/zij zich bij zijn/haar<br />
keuze leiden door de eigenheid en specificiteit van de eigen levensbeschouwing en<br />
verder door de richtlijnen en adviezen van de betreffende inspecteur-adviseur.<br />
2. Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn werken met de leerlingen<br />
2.1. Lesgeven<br />
Binnen het geheel van de schoolvakken die tot de basisvorming behoren hebben de<br />
levensbeschouwelijke vakken een eigen originaliteit en vakmatigheid. Zoals bij de<br />
overige vakken gebeurt het lesgeven op basis van een goede planning en<br />
voorbereiding. De zorg voor een geschikt leef- en leerklimaat, aangepast aan de<br />
beginsituatie van de leerlingen, is van groot belang. Grote zorg wordt besteed aan<br />
het uitwerken van creatieve lesvoorbereidingen. Het lesgeven vertrekt vanuit reële<br />
situaties die aangepast zijn aan de leerlingen en die voor hen herkenbaar zijn. In<br />
het leerproces komt de eigenheid van de onderscheiden levensbeschouwelijke<br />
vakken tot haar recht.<br />
2.2 Opvoeding – Waardevorming<br />
De waarden en normen aangereikt door de erkende godsdiensten en N.C.Zedenleer<br />
en het ontwikkelen van bijhorende sociale vaardigheden zijn inspirerend voor het<br />
pedagogisch project, het bijhorende schoolwerkplan of handelingsplan en het<br />
schoolreglement. Deze documenten zijn daarenboven bronnen waaruit ter zake kàn<br />
geput worden overeenkomstig de levensbeschouwelijke opvatting. Vanuit de<br />
communicatie met de leerlingen, waaronder waardecommunicatie, tracht de<br />
leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken consequente houdingen te<br />
ontwikkelen.<br />
2.3. Leerlingbegeleiding – vertrouwensleraar<br />
Bij het begeleiden van leerlingen en het deelnemen aan klassenraden heeft de<br />
leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken aandacht voor de persoonlijke<br />
situatie van de leerling. Hij/zij levert vanuit het specifieke van het vak een eigen<br />
bijdrage, in de mate van zijn/haar mogelijkheden en binnen de ruimte hem/haar<br />
verleend door Grondwet, Wetten, Decreten en Ordonnanties.<br />
2.4. Evaluatie van de leerlingen<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken past gedifferentieerde<br />
evaluatiestrategieën toe om een zo volledig mogelijk beeld te krijgen van de leerling<br />
en om van daaruit remediëring op gang te brengen. Deze evaluatie kan dus<br />
enerzijds productgericht en anderzijds procesgericht zijn. De leermeester/leraar kan<br />
de leerlingen niet resultaatgericht evalueren op het vlak van levenshouding.<br />
3. Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn integratie in de school<br />
3.1. De school<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken draagt op een verantwoorde<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 31
wijze, in de mate van zijn/haar mogelijkheden en rekening houdend met de<br />
specificiteit van het betreffende levensbeschouwelijke vak, bij tot het goed<br />
functioneren van de school in haar geheel.<br />
3.2 Het schoolteam<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken werkt, in de mate van zijn/haar<br />
mogelijkheden en rekening houdend met de specificiteit van het betreffende<br />
levensbeschouwelijke vak, mee aan de uitvoering van het pedagogisch project, het<br />
bijhorende schoolwerkplan of handelingsplan en het schoolreglement.<br />
3.3. Vak en samenwerking<br />
3.4. De ouders<br />
Bijlage:<br />
Rekening houdend met de specificiteit van het vak heeft de leermeester/leraar<br />
levensbeschouwelijke vakken de nodige contacten met de inspecteur-adviseur van<br />
zijn vak zowel op eigen initiatief als op uitnodiging, met vakcollega’s en met<br />
collega’s uit andere vakgebieden.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken onderhoudt als leraar contacten<br />
met de ouders, onder meer op specifiek daarvoor voorziene contactmomenten.<br />
De functiebeschrijving van de leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken steunt op:<br />
Doel:<br />
- de grondwet<br />
- de schoolpactwet voor zover van toepassing<br />
- het decreet van 01 december ’93 aangaande inspectie-begeleiding levensbeschouwelijke vakken<br />
- het decreet basisonderwijs (25.02.97)<br />
- het levensbeschouwelijk vak (Godsdienst - N.C.Zedenleer),<br />
houdt rekening met het decreet rechtspositie<br />
en onderschrijft het pedagogisch project binnen de mogelijkheden gegeven door de specificiteit van het<br />
levensbeschouwelijk vak.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken draagt door een erkende levensbeschouwing (Godsdienst -<br />
N.C.Zedenleer) bij tot de ontwikkeling en de vorming van de gehele persoonlijkheid van de leerlingen.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken levert vanuit zijn specifiek levensbeschouwelijk vak (Godsdienst<br />
- N.C.Zedenleer) een unieke, een onmisbare en een onvervangbare bijdrage om kinderen en jongeren te helpen in<br />
hun ontwikkeling en hen voor te bereiden om met een persoonlijke overtuiging en engagement hun plaats in de<br />
multiculturele samenleving in te nemen. Kinderen en jongeren ontwikkelen zich doorheen de ervaring dat de eigen<br />
overtuiging en de eerbied voor de filosofische, ideologische, godsdienstige en culturele opvattingen van anderen<br />
moeten kunnen samengaan.<br />
De leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken en de leerlingen bieden samen, vanuit de eigenheid van hun<br />
specifiek levensbeschouwelijk vak (Godsdienst - N.C.Zedenleer), een forum waarbinnen zich een interactiviteit<br />
ontwikkelt tussen enerzijds de levensbeschouwelijke vakken onderling en anderzijds àlle andere vakken en het<br />
maatschappelijk gebeuren.<br />
Ieder levensbeschouwelijke vak vervult een unieke rol binnen het vakgebied levensbeschouwelijke vakken en<br />
binnen het geheel van de vakkenstroom die tot de basisvorming behoort, waardoor de levensbeschouwelijke<br />
vakken eigen bijdragen leveren voor de verwezenlijking van het pedagogisch project en van het bijhorende<br />
schoolwerkplan of handelingsplan.<br />
Dit betekent dat de leermeester/leraar levensbeschouwelijke vakken kinderen en jongeren begeleidt om in denken<br />
en handelen:<br />
- communicatief vaardig te worden<br />
- kennis te verwerven, te interpreteren en te integreren<br />
- kritisch te leren nadenken over natuur en cultuur<br />
- zich bewust te worden van de levensbeschouwelijke aspecten van de werkelijkheid<br />
- waarden te ontwikkelen en te groeien in zingeving<br />
- zich te oefenen in sociale vaardigheden en houdingen.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 32
Bevoegdheden:<br />
1. De bevoegdheid van de godsdienstige overheid en de vereniging NCZ betreft de totale beoordeling van de<br />
beroeps- en pedagogische bekwaamheid van de leermeester/leraar LBV (godsdienst-NCZ). (zie decreet LBV van<br />
01.12.93)<br />
2. Om deze bevoegdheid uit te oefenen hebben de erkende instanties godsdienst en de vereniging NCZ de<br />
vak<strong>inhoud</strong>elijke en vaktechnische inspectie en begeleiding van de leermeester/leraar LBV (godsdienst-NCZ)<br />
gedelegeerd naar de inspecteurs-adviseurs LBV (godsdienst-NCZ).<br />
3. De directeur van de school heeft specifieke bevoegdheden betreffende de leermeester/leraar LBV (godsdienst-<br />
NCZ). Deze bevoegdheden worden in dit document vermeld.<br />
Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn kwaliteitszorg<br />
Plannen, voorbereiden en evalueren van het lesgeven gebeurt alleen volgens de instructies van de bevoegde<br />
inspecteur-adviseur LBV en deze kunnen ook alleen door de bevoegde inspecteur-adviseur LBV worden geëvalueerd en<br />
beoordeeld.<br />
De directeur is bevoegd om na te gaan of volgende documenten bijgehouden worden door de leermeester/leraar LBV:<br />
de schoolagenda en een jaarplan. De opmaak van beide documenten gebeurt volgens de instructies van de bevoegde<br />
inspecteur-adviseur LBV.<br />
De directeur bezorgt de leer- of raamplannen van het LBV aan de betrokken leermeester/leraar LBV en biedt de<br />
mogelijkheid tot kennisname van het pedagogisch project en het schoolwerkplan van de school.<br />
De directeur waakt erover dat in het schoolbudget jaarlijks een bedrag voorzien wordt voor het aanschaffen van<br />
adequate leermiddelen, vakmedia en vakliteratuur voor de cursussen van de erkende godsdiensten/NCZ.<br />
De directeur is ervoor verantwoordelijk dat àlle leermeesters/leraars LBV tegelijkertijd de studiedagen<br />
georganiseerd door de bevoegde inspecteur-adviseur LBV kunnen bijwonen. Tevens dient de directeur ervoor te<br />
zorgen dat voor de begeleiding en de nascholing LBV jaarlijks een budget wordt voorzien.<br />
Bij problemen verwittigt de directeur de bevoegde inspecteur-adviseur LBV (godsdienst-NCZ).<br />
Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn werken met de leerlingen<br />
De totaliteit van het lesgebeuren sluit aan bij de eigenheid van het LBV en bij de instructies van de bevoegde<br />
inspecteur-adviseur LBV en wordt door deze geëvalueerd en beoordeeld.<br />
De bevoegde inspecteur-adviseur LBV kijkt na of de leermeester/leraar LBV adequate wijzen van evaluatie op zijn<br />
vak toepast. Het invullen van het rapport gebeurt op een schooleigen wijze met toelichting op vakeigen wijze.<br />
Bij betwisting aangaande de evaluatie wordt door de directeur advies gevraagd van de bevoegde inspecteuradviseur<br />
LBV.<br />
De directeur heeft eigen bevoegdheden aangaande orde en tucht, taal en voorkomen. De directeur heeft het recht<br />
tijdens de lessen LBV dringende mededelingen te doen.<br />
Bij ernstige en/of blijvende tekortkomingen verwittigt de directeur de bevoegde inspecteur-adviseur LBV.<br />
De directeur voorziet een vaklokaal dat voldoet aan de normen om met iedere leerlingengroep op verantwoorde<br />
wijze te kunnen werken. Indien dit voor het lopende schooljaar wegens de infrastructuur van de school niet<br />
mogelijk is dan wordt de betrokken inspecteur-adviseur LBV hierover schriftelijk ingelicht.<br />
De leermeester/leraar LBV die lesgeeft in verscheidenen scholen en/of vestigingsplaatsen neemt volgens een<br />
systeem van verdelende rechtvaardigheid deel aan de klassenraden. De directeurs van de verschillende scholen<br />
waar de leermeester/leraar LBV lesgeeft dienen onderling overleg te plegen opdat de leermeester/leraar LBV kan<br />
deelnemen aan alle delibererende klassenraden.<br />
Bij problemen verwittigt de directeur de bevoegde inspecteur-adviseur LBV (godsdienst-NCZ).<br />
Toepassingsgebied: de leermeester/leraar in zijn integratie in de school<br />
De leermeester/leraar LBV die lesgeeft in verscheidene scholen en/of vestigingsplaatsen participeert volgens een<br />
systeem van verdelende rechtvaardigheid in de beurtrol voor toezichten, in de geplande oudercontacten, in de<br />
personeelsvergaderingen en in andere schoolactiviteiten.<br />
De leermeester/leraar LBV die lesgeeft in drie of meerdere scholen en/of vestigingsplaatsen wordt niet opgenomen<br />
in de beurtrol voor toezichten.<br />
De directeurs van de verscheidene scholen waar de leermeester/leraar LBV lesgeeft dienen onderling overleg te<br />
plegen opdat de lessenroosters, de verplaatsingen en de reglementaire tijd van vijftig minuten middagpauze de<br />
lesopdrachten niet zouden bemoeilijken.<br />
Bij problemen verwittigt de directeur de bevoegde inspecteur-adviseur LBV (godsdienst-NCZ).<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 33
16. Verbintenisbrief<br />
Comité Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs<br />
Verbintenisbrief<br />
Marsveldstraat 5, 1050 Brussel<br />
Tel./Fax: 02-511.90.83 - E-mail: pego@arpee.be<br />
In overeenstemming met de desbetreffende decreten en ministeriële bepalingen aanvaardt<br />
ondergetekende, ..…………………………………………………………………,<br />
het door het COMITE PROTESTANTS-EVANGELISCH GODSDIENSTONDERWIJS (Comité <strong>PEGO</strong>) gegeven<br />
mandaat om in het ambt van leerkracht onderricht te geven in de PROTESTANTS-EVANGELISCHE<br />
GODSDIENST in de betrekking die hem / haar zal worden toegewezen. Daarbij verklaart hij / zij:<br />
5. Bij het uitvoeren van mijn opdracht treed ik op als een vertegenwoordiger van de protestants-evangelische<br />
godsdienst. Ik ben mij er van bewust dat ik mijn opdracht dien te vervullen vanuit een Bijbels georiënteerde<br />
levenshouding.<br />
6. Ik acht mij daarom verantwoordelijk voor het goede aanzien van het godsdienstonderwijs en ik streef ernaar het<br />
vertrouwen erin te bevorderen.<br />
7. Ik verbind mij ertoe op respectvolle manier om te gaan met de standpunten van de mij toevertrouwde leerlingen<br />
en hun ouders en met hun familiale en sociale context.<br />
8. Ik verbind mij ertoe te werken overeenkomstig de door het Comité <strong>PEGO</strong> gepubliceerde „Richtlijnen‟, de door<br />
dit Comité opgestelde leerplannen te volgen en hiervan slechts af te wijken na overleg met en met instemming<br />
van de inspecteur-adviseur. Tevens zal ik de aanwijzingen van de bevoegde inspectie opvolgen.<br />
9. Indien van toepassing:<br />
a. Aangezien mijn pedagogische en / of theologische vorming onvolledig is, aanvaard ik de<br />
verplichting deze op peil te brengen binnen een redelijke termijn, vast te stellen in overleg met de<br />
inspectie, in een erkend opleidingsinstituut.<br />
b. Aangezien ik niet beschik over een Nederlandstalig diploma, aanvaard ik de verplichting zo snel<br />
mogelijk het vereiste taalexamen met gunstig gevolg af te leggen.<br />
De praktische schikkingen in dit verband worden op de achterzijde vermeld en dienen door beide<br />
betrokken partijen ondertekend te worden.<br />
Datum :<br />
De leerkracht Voor het Comité <strong>PEGO</strong>, de inspecteur-adviseur<br />
Mededeling:<br />
Er wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd voor het beheer van de persoonlijke leerkrachtendossiers.<br />
Opgemaakt in drievoud: één exemplaar voor ondertekenaar, inspecteur-adviseur en Comité <strong>PEGO</strong>.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 34
Ondergetekende leerkracht,<br />
………………………………………………………….………………<br />
en het Comité <strong>PEGO</strong> hierbij vertegenwoordigd door inspecteur-adviseur<br />
……………………………………………………………………………<br />
komen in het kader van de voordracht tot aanstelling als leerkracht protestants-evangelische godsdienst nader overeen:<br />
� De leerkracht verbindt zich er toe zijn pedagogisch-didactische en / of theologische vorming op peil te brengen door<br />
het volgen van de opleiding: (*)<br />
………………………………………………………….………………………………<br />
aan de erkende instelling:<br />
………………………………………………………….………………………………<br />
Verandering van opleiding kan enkel na overleg met en akkoord van de betrokken inspecteur-adviseur.<br />
� De leerkracht verbindt zich er toe zich zo snel mogelijk het vereiste taalexamen met goed gevolg af te leggen. (*)<br />
� Andere regeling: (*) ..…………………………………………………………………………<br />
…………………………………………………………………………………………………<br />
Brussel, ………………………<br />
De leerkracht, Voor het Comité <strong>PEGO</strong>,<br />
De inspecteur-adviseur,<br />
(*) Schrappen wat niet van toepassing is.<br />
Opgemaakt in drievoud: één exemplaar voor ondertekenaar, inspecteur-adviseur en Comité <strong>PEGO</strong>.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 35
17. Gebruikte afkortingen<br />
AGD Administratieve Gezondheidsdienst<br />
ASO Algemeen Secundair Onderwijs<br />
BaO Basisonderwijs<br />
BSO Beroepssecundair onderwijs<br />
GHSO Geaggregeerde hoger secundair onderwijs<br />
GLSO Geaggregeerde lager secundair onderwijs<br />
IM Inrichtende Macht<br />
KA Koninklijk Atheneum<br />
KSO Kunstsecundair onderwijs<br />
KTA Koninklijk Technisch Atheneum<br />
MB Ministerieel besluit<br />
MO Ministeriele omzendbrief<br />
OVSG Onderwijssecretariaat van de Vereniging van Steden en Gemeenten<br />
TAO Tijdelijk andere opdracht<br />
TADD Tijdelijke aanstelling van doorlopende duur<br />
TSO Technisch secundair onderwijs<br />
WTW Wedertewerkstelling<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 36
18. Denominaties<br />
18.1. Baptisten<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
De Unie van Baptisten in België (UBB) is ontstaan in 1892 en telt nu nationaal 28 Kerken met 1.100<br />
leden in Vlaanderen en Wallonië. De UBB is lid van de Europese Baptisten Federatie, (800.000 leden<br />
in 52 verschillende landen), en de Wereld Baptisten Alliantie, (41.000.000 leden in 102 verschillende<br />
landen). Er bestaat een hele goede samenwerking en er zijn nauwe contacten in de hele wereld.<br />
Contactpersoon is ds. Samuel VERHAEGHE, predikant van de Baptisten Kerk te Lombardsijde,<br />
A.Liebaertstraat 85, 8400 Oostende, tel. 059/32.46.10, GSM 0495/18.54.82,<br />
E-mail:106466.3510@Compuserve.com<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
De baptisten bezitten een eigen geloofsbelijdenis, die <strong>inhoud</strong>elijk overeenkomt met andere<br />
geloofsbelijdenissen van het protestantisme, maar die bijzondere aandacht besteedt aan het wezen van<br />
de plaatselijke Kerk. "Wij geloven dat de plaatselijke Kerk een vergadering van gedoopte gelovigen is,<br />
apart gezet voor de Here Jezus, vrijwillig verenigd voor de bediening van het Woord, de wederzijdse<br />
opbouw van haar leden, de verbreiding van het geloof en het vieren van de symbolen."<br />
3. Lidmaatschap<br />
Met de doop wordt men in de Kerk als lid aanvaard. Wanneer men uit een andere Kerk komt, is een<br />
aanbevelingsbrief welkom. Heeft men een dergelijke brief niet, dan wordt men uitgenodigd in het<br />
openbaar zijn geloof te belijden en zijn wens om bij de Kerk te behoren uit te spreken.<br />
Van de leden wordt in het algemeen een daadwerkelijke toewijding aan de Kerk verwacht.<br />
De doop wordt opgevat als "de onderdompeling van de gelovige in het water, waardoor hij<br />
gehoorzaamt aan het gebod van Christus en zijn vereenzelviging met Christus in Zijn dood, Zijn<br />
begraving en Zijn opstanding."<br />
De Baptisten Kerken kennen een tuchtprocedure, waarbij iemand die in ernstige zonde valt, na eerst<br />
persoonlijk en met een getuige vermaand te zijn, door een brief van de Kerkleiding gewaarschuwd<br />
wordt. Geeft men hieraan geen gehoor, dan volgt er mogelijk een uitsluiting uit de Kerk.<br />
4. Structuur<br />
De plaatselijke Kerken worden geleid door predikanten, "door God geroepen in Zijn dienst", "gekozen<br />
door de ledenvergadering van de Kerk". "De predikanten mogen hun bediening uitoefenen in<br />
samenwerking met een of meerdere oudsten, erkend en in hun taak door de Kerk aangesteld."<br />
Behalve van 'predikant' spreekt men ook wel van 'voorganger'. Het voornaamste criterium voor de<br />
toelating tot dit ambt is het beantwoorden aan de vereisten van I Tim. 3: 1 - 6 en Titus 1: 5 - 9. Al stelt<br />
men een opleiding tot het niveau van gegradueerde in de godsdienstwetenschappen als wenselijk, ook<br />
zonder dit, maar met een duidelijke roeping van God, kan men als predikant aanvaard worden.<br />
Het Baptistisch Theologisch Seminarie biedt talrijke cursussen aan, variërend van toerusting voor<br />
Kerkleden tot graduaat in godsdienstwetenschappen.<br />
Vrouwen worden toegelaten tot het ambt van diacones, maar verrichten daarnaast ook belangrijk werk<br />
in de Kerk. Het hangt ook af van Kerk tot Kerk om het ambt van de vrouw uit te bouwen.<br />
5. Samenkomsten<br />
Elke zondagmorgen is er de eredienst, meestal om de twee weken met avondmaal, (elke Kerk beslist<br />
zelf over de frequentie hiervan). Wekelijks zijn er diverse activiteiten, zoals bijbelstudies, bidstonden,<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 37
vrouwen- en mannensamenkomsten, vraag- en antwoordavonden, bijbelschool, koor en jeugdsamenkomsten.<br />
Tijdens de eredienst is er zondagschool, waar het evangelie gebracht wordt op het niveau van het kind.<br />
Hiernaast zijn er ook nog de regionale en nationale activiteiten.<br />
6. Diaconaat<br />
Er is het ambt van diaken/diacones. De taak van de broeder of zuster bestaat uit het dienen van de<br />
Kerk, ziekenbezoek en allerhande sociaal werk.<br />
7. Evangelisatie<br />
Er wordt op tal van manieren plaatselijk en landelijk geëvangeliseerd waarbij alle Kerken meewerken.<br />
Ook op het gebied van de zending wordt er nauw samengewerkt in de context van de Europese<br />
Baptisten Federatie en de Wereld Baptisten Alliantie. Elk jaar wordt er gekozen bij welk werk men<br />
betrokken wil zijn.<br />
Op sociaal vlak werkt men van Unie tot Unie om zeker te zijn dat de hulp ook aankomt en eerlijk<br />
wordt verdeeld.<br />
8. Jeugdwerk<br />
De Unie beheert een kinder- en jeugddepartement. Meermaals per jaar worden plaatselijk, landelijk en<br />
zelfs internationaal kampen georganiseerd.<br />
Er bestaan vaste lesprogramma's, die uitgegeven worden door het Baptistisch Theologisch Seminarie.<br />
9. Vormingswerk<br />
Dit gaat vooral uit van het Baptistisch Theologisch Seminarie, zoals onder punt 4 al vermeld.<br />
Er is ook een tijdschrift: "Het Snoer".<br />
10. Bijzonderheden<br />
Een belangrijk principe voor baptisten is gewetensvrijheid, de binding van het persoonlijke geweten<br />
alleen aan de Schrift en de heerschappij van Christus. Hiermee in verband staat ook de principiële<br />
afwijzing van elke band tussen Kerk en staat, zoals blijkt uit de geloofsbelijdenis: "Wij geloven in de<br />
volledige scheiding van Kerk en Staat. Het is dus de verantwoordelijkheid van elke plaatselijke Kerk<br />
om haar werking waar te nemen, onafhankelijk van enig vreemd gezag. Wij geloven in de<br />
godsdienstvrijheid, dat elk mens het recht heeft om zijn geloofsovertuiging uit te oefenen en te<br />
verspreiden. Wij geloven dat de burgerlijke regering door God is aangesteld in het belang van en voor<br />
de goede gang van de maatschappij, dat we moeten bidden voor de magistraten, hen nauwgezet<br />
moeten hoogachten en gehoorzamen, uitgezonderd echter voor wat betreft de zaken welke in<br />
tegenstelling zijn met de wil van onze Heer Jezus Christus, zoals beschreven in het Woord van God,<br />
die de enige Meester is van het geweten en de Prins van de koningen der aarde."<br />
Ook het congregationalistische bestuur van de Kerken kan men hiermee in verband brengen: elke Kerk<br />
bestuurt zichzelf. Zo schrijft de Kerkordening: "De plaatselijke Kerk, in haar onderwerping aan haar<br />
leider Jezus Christus, moet zelf haar eigen zaken beheren. De raad (d.w.z. de predikant, de oudsten of<br />
de ledenvergadering), behandelt de zaken waarvoor de Kerk volmacht gegeven heeft. Elke beslissing,<br />
voorgesteld door de raad of in overleg met hem, moet genomen worden door de ledenvergadering van<br />
de Kerk, er zorg voor dragend dat haar eensgezindheid beschermd wordt."<br />
Bij een dergelijke verantwoordelijkheid van elk Kerklid beschouwen de baptisten het juist dat het<br />
lidmaatschap aan de voorwaarde van persoonlijke wedergeboorte en belijdenis daarvan door de doop<br />
verbonden is.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 38
18.2. Belgische Evangelische Zending (BEZ)<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
De Belgische Evangelische Zending (BEZ) begon haar werk in België in december 1918 onder leiding<br />
van Ralph en Edith Norton, die voordien in Londen contact hadden gekregen met Belgische soldaten<br />
en voor hen een "foyer" hadden geopend. Vanuit Brussel werden in het hele land gemeenten gesticht,<br />
een werk dat de zending tot op de dag van vandaag voortzet. De BEZ is bewust een zendings- en geen<br />
kerkgenootschap: gemeenten die zelfstandig kunnen functioneren, worden verzocht zich aan te sluiten<br />
bij de vereniging van Vrije Evangelische Gemeenten.<br />
Het BEZ-hoofdkantoor bevindt zich: Lambermontlaan 158, 1030 Brussel, tel.02 / 241.30.15.<br />
De BEZ heeft relaties met kerken en gemeenschappen in het buitenland, voornamelijk in Nederland,<br />
Engeland, Duitsland, Zwitserland, Zuid Afrika en de VS. Ze is echter geheel onafhankelijk.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
De BEZ heeft een eigen geloofsbelijdenis die aansluit bij de apostolische geloofsbelijdenis, maar die<br />
nadruk legt op de verlorenheid van de mens en de noodzaak van redding: "We geloven dat de mens,<br />
die rein en naar het beeld van God geschapen werd, door eigen schuld uit zijn zondeloze staat gevallen<br />
is en we geloven dat daarom allen gezondigd hebben, schuldig en verloren zijn en absoluut<br />
onbekwaam om zichzelf door hun werken te redden, dood zijnde in zonden en misdaden; en dat voor<br />
degenen die zich tijdens hun leven niet bekeren het gevolg van de zonde de eeuwige straf zal zijn, die<br />
zij bewust zullen moeten ondergaan. We geloven dat we alleen door genade gered worden, door geloof<br />
in het bloedig offer van de Zoon van God."<br />
3. Lidmaatschap<br />
De BEZ praktiseert de doop van gelovigen door onderdompeling. Dit is meestal de wijze waarop<br />
mensen toetreden tot de gemeente. Ook kunnen mensen uit een andere gemeente overkomen, waar ze<br />
al gedoopt zijn. Het lidmaatschap wordt meestal beëindigd doordat mensen weg blijven. Wanneer dit<br />
een langere tijd duurt, ontstaat er behoefte aan een pastoraal gesprek waarin we aandringen op een<br />
besluit: men hoort erbij of men hoort er niet bij. Er kunnen natuurlijk ook andere redenen zijn waarom<br />
mensen hun lidmaatschap beëindigen: ze kunnen dat zelf verzoeken of ze verhuizen.<br />
4. Structuur<br />
De gemeenten worden bestuurd door een ouderlingenraad. Mogelijk is een van hen tegelijkertijd de<br />
voorganger, die dan ook deel uitmaakt van de ouderlingenraad. Dikwijls zijn er ook diakenen. We<br />
gebruiken de naam 'oudsten' of 'ouderlingen', 'predikant' of 'voorganger'. Het woord 'dominee' wordt<br />
niet gebruikt.<br />
De opleiding voor hen die voltijds of deeltijds zijn vrijgesteld, is een bijbelschool of de Evangelisch<br />
Theologische Faculteit (Heverlee). Sommige mensen hebben deze cursussen en opleidingen gevolgd<br />
via een gedecentraliseerd programma over een langere periode, maar de opleiding is gelijkwaardig.<br />
Leidinggevende taken in de gemeente voor vrouwen zijn altijd gedelegeerd vanuit de ouderlingenraad.<br />
Er zijn geen vrouwelijke ouderlingen of voorgangers.<br />
De BEZ zelf wordt bestuurd door een beheerraad, die de leiding over de verschillende bedieningen en<br />
kerken heeft opgedragen aan een Vlaamse en een Franse raad. Het dagelijks bestuur is in handen van<br />
een directieraad. Belangrijke beslissingen worden voorgelegd aan de algemene vergadering die<br />
bestaat uit alle medewerkers van de BEZ en die eenmaal per jaar samenkomst. Deze vergadering kiest<br />
ook de Vlaamse en Franse directeur en wijst één van hen aan als voorzitter van de directieraad.<br />
De gemeenten die de BEZ sticht, worden geleid door zgn. "postraden" waarin, naast de plaatselijke<br />
zendeling en iemand van de leiding van de BEZ, vooral ook leden van de jonge gemeente zitting<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 39
hebben. Wanneer de tijd er rijp voor is, worden deze laatsten ingezegend als oudsten en/of diakenen en<br />
wordt de leiding van de gemeente door de eerdergenoemde oudstenraad voortgezet.<br />
De gemeenten houden zich aan het congregationalistische gemeentemodel, waarbij de<br />
gemeentevergadering van alle gemeenteleden in belangrijke beslissingen de besluiten neemt.<br />
Onderling houden de gemeenten een sterke verbondenheid.<br />
5. Samenkomsten<br />
In bijna alle gemeenten is er de zondagmorgendienst, waar eenmaal of tweemaal per maand het<br />
avondmaal wordt gevierd. Enkele gemeenten doen dat elke zondag. Men spreekt van de samenkomst,<br />
de zondagdienst of kortweg de dienst. Men noemt het avondmaal soms ook 'brood breken'.<br />
6. Diaconaat<br />
Het diaconaat wordt meestal uitgevoerd op spontane wijze, maar door middel van diakenen. Het<br />
internationale diaconaat wordt gedaan via Tearfund, een evangelische hulp- en ontwikkelingsorganisatie,<br />
dat tal van projecten in de Derde Wereld heeft, vooral op het gebied van kinder- en gezinshulp.<br />
7. Evangelisatie<br />
De BEZ doet haar gemeentestichtend evangelisatiewerk op verschillende manieren, o.m. door<br />
jaarteams en zomercampagnes. In de gemeenten zelf wordt de evangelisatie hoofdzakelijk op twee<br />
manieren gedaan: er is een soort permanente evangelisatie waarbij de gemeenteleden geleerd wordt<br />
wervend bezig te zijn door bijvoorbeeld mensen uit te nodigen naar de samenkomsten te komen.<br />
Dikwijls worden er op regelmatige tijden bijzondere bijeenkomsten gehouden voor buitenstaanders,<br />
bijv. een film of een optreden. Al deze middelen dienen om de vriendschapsevangelisatie mogelijk te<br />
maken.<br />
Een tweede inspanning op het gebied van evangelisatie is éénmaal per jaar een tamelijk intensieve<br />
evangelisatieactie te organiseren die een of meerdere weken duurt. Gewoonlijk worden daarvoor<br />
medewerkers vanuit andere gemeenten, zelfs uit het buitenland, uitgenodigd.<br />
Wat de zending betreft: de meeste gemeenten zijn betrokken bij en bidden voor een of andere zending<br />
en/of zendelingen, meestal uit Vlaanderen zelf, maar aangesloten bij een internationaal genootschap.<br />
8. Jeugdwerk<br />
De gemeenten die bij de BEZ horen sluiten zich voor het kinder- en jeugdwerk aan bij de Vrije<br />
Evangelische Gemeenten, die een georganiseerd jeugdwerk hebben. In elke gemeente met kinderen is<br />
er een zondagsschool tijdens de dienst op zondagmorgen.<br />
9. Vormingswerk<br />
De zending verzorgt een dienst, het 'Evangelisch Vormingscentrum', van waaruit schriftelijke<br />
bijbelcursussen gevolgd kunnen worden. Daarnaast worden er in de gemeenten allerlei bijbelstudies<br />
gegeven, die meestal op een systematische wijze zijn georganiseerd.<br />
De zending zelf verzorgt voor de voorgangers en oudsten tweemaandelijks een studieavond.<br />
Daarnaast worden leiders in de BEZ-gemeenten aangemoedigd de studiedagen (Heverlee conferenties)<br />
bij te wonen georganiseerd door het ETF in Heverlee.<br />
10. Bijzonderheden<br />
De normale christelijke feestdagen, Kerst, Goede Vrijdag, Pasen, Hemelvaartsdag en Pinksteren,<br />
krijgen hun aandacht. Er is niet veel nadruk op liturgie, maar de prediking van het woord staat zeer<br />
centraal en er wordt aandacht geschonken aan de bidstonden.<br />
Zes maal per jaar wordt een informatieblad voor christenen, "België voor Christus", uitgegeven.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 40
18.3. Evangelische Christengemeenten Vlaanderen (ECV)<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
De "Christengemeenten" zijn ontstaan door het evangelisatiewerk van br. Richard Haverkamp uit<br />
Canada. Gesteund door broedergemeenten in Canada werd een gemeentestichtend evangelisatiewerk<br />
begonnen in Berchem, van waaruit de activiteiten zich uitbreidden naar Limburg en later naar Gent en<br />
West-Vlaanderen. De Christengemeenten bestaan nu ongeveer twintig jaar.<br />
Het contactadres is bij de heer S. Creemers, Kortestraat 1, 3990 Peer, tel. 011.63.36.66.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
De geloofsbelijdenis van de Evangelische Christengemeenten Vlaanderen is te vinden op de website<br />
www.e-c-v.be .<br />
3. Lidmaatschap<br />
Iemand wordt lid van de gemeente wanneer hij de Here Jezus Christus als Redder en Verlosser<br />
aanvaardt. Tevens moet er een verlangen zijn om de Here te volgen. Als dit duidelijk wordt hij<br />
gedoopt door onderdompeling. De kinderdoop wordt niet toegepast.<br />
Het lidmaatschap wordt beëindigd als er sprake is van grove zonde (I Kor.5, 5-11). Leden die niet<br />
meer naar de gemeente willen komen beëindigen zelf het lidmaatschap.<br />
4. Structuur<br />
De gemeenten worden geleid door oudsten, die alvorens ingezegend te worden een bepaalde proeftijd<br />
doormaken. Opleiding is geen vereiste, maar wel geestelijke volwassenheid en een voorbeeldige<br />
levenswandel.<br />
In iedere gemeente is er ook een broedervergadering, waar samen met de broeders van de gemeente<br />
praktische zaken worden besproken. Jaarlijks komen de oudsten van per provincie in regionale<br />
vergaderingen samen. Ook is er jaarlijks een nationale vergadering. Hierin heeft elke gemeente twee<br />
stemmen.<br />
Alleen leidinggevende taken in kinder- of vrouwenwerk kunnen door vrouwen uitgevoerd worden.<br />
5. Samenkomsten<br />
Elke zondag wordt het avondmaal gevierd. In de meeste gemeenten zijn er daarnaast regelmatig<br />
(wekelijks of tweewekelijks) bidstonden en bijbelstudies, gezamenlijk met de gehele gemeente of zelfs<br />
met verscheidene gemeenten samen, of in kleine kring.<br />
6. Diaconaat<br />
In verscheidene gemeenten zijn diakenen aangesteld om vooral in de praktische noden van de<br />
gemeenteleden te kunnen voorzien. Maar ook als er geen officiële diakenen zijn, wordt er aandacht<br />
besteed aan de toepassing van de genadegaven van gemeenteleden ook in dit opzicht.<br />
7. Evangelisatie<br />
Evangelisatie gebeurt individueel in familie- of kennissenkring. Ook worden er samenkomsten<br />
georganiseerd waar gemeenteleden mensen kunnen uitnodigen die interesse hebben voor het evangelie.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 41
De gemeenten steunen samen een aantal voltijdse werkers die gemeentestichtend werk in België doen.<br />
8. Jeugdwerk<br />
In de gemeenten wordt veel werk gemaakt van een goede opvang van de kinderen tijdens de<br />
avondmaalsviering op zondag.<br />
Ook het jeugdwerk krijgt veel aandacht: voor de tieners tot en met 15 en voor de jongeren vanaf 16<br />
zijn er afzonderlijke activiteiten, al naar gelang de mogelijkheden in samenwerking met andere<br />
gemeenten.<br />
Vanuit de Christengemeenten in Vlaanderen worden er vijf kampen georganiseerd: twee<br />
kinderkampen, twee tienerkampen en een 16+ kamp.<br />
9. Vormingswerk<br />
De voltijdse werkers geven de medewerkers in de gemeenten begeleiding en onderricht, voor hun taak,<br />
o.m. in het kader van "TCV" , Toerusting voor Christenen in Vlaanderen, waarvan de lessen meestal<br />
op zaterdagvoormiddag worden gegeven.<br />
In sommige gemeenten bestaat een maandelijks gemeentekrantje. Daarnaast is om de twee of drie<br />
maanden 'De Nieuwsbrief' met, zoals de naam zegt, nieuws uit de verschillende gemeenten.<br />
10. Bijzonderheden<br />
Een belangrijk principe in het gemeenteleven, naast de aandacht voor het gebed en het woord van God,<br />
is het priesterschap van alle gelovigen. Tijdens de avondmaalsviering op zondagmorgen, waarbij de<br />
gemeente rond de avondmaalstafel zit, is er gelegenheid voor iedereen om iets door te geven, hetzij<br />
een lied, een bijbelgedeelte of een overdenking vanuit de Schrift. Ook de zusters zijn daarvan niet<br />
uitgesloten, al verwacht men van hen dat zij geen onderwijs geven.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 42
18.4. Gereformeerd Overleg Vlaanderen (G.O.V.)<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
1.a Het G.O.V. was oorspronkelijk een informeel ontmoetings- en gespreksplatvorm van predikanten<br />
en evangelisten, die de gereformeerde geloofsbelijdenis voorstaan. Zij kwamen regelmatig bijeen om<br />
te spreken over de manier waarop, vanuit het gereformeerde denkpatroon, op een goede, functionele<br />
wijze evangelisatiewerk en gemeentestichting in ons land kon worden gedaan. Door het informele<br />
karakter van de ontmoetingen was dat te vrijblijvend om werkelijk functioneel te kunnen zijn.<br />
1. b Enkele jaren geleden heeft het G.O.V. dan ook het karakter gekregen van een vergadering waarin<br />
kerken elkaar ontmoeten om samen te werken aan de vorming van een verband van Gereformeerde<br />
Kerken. Een intentieverklaring, waarin werd uitgesproken dat we dat doel willen bereiken, werd door<br />
allen aangenomen. De vergaderingen worden bijgewoond door de voorgangers, de oudsten en<br />
diakenen van de deelnemende gemeenten.<br />
1.c De deelnemende gemeenten zijn:<br />
De Gereformeerde Kerk van Gent (Gordunakaai 28)<br />
De Christelijke Gereformeerde Kerk te Gent (Bij St.Jozef 5)<br />
De Evangelische kerk te Eeklo (Peperstraat 1c)<br />
De Christelijke Gereformeerde Kerk te Antwerpen-Deurne (Boterlaarbaan 19/21)<br />
De Gereformeerde Gemeente te Antwerpen-Merksem (Oude Barreellei 56)<br />
De gemeente "De stem van de Goede Herder" te Tongeren (Ruttersweg 4)<br />
De meeste van de bovengenoemde gemeenten zijn verbonden aan een Nederlands kerkgenootschap of<br />
organisatie. Om allerlei redenen is het aan te bevelen dat de relaties met de kerken in Nederland blijft<br />
bestaan, terwijl men zich inspant om in de Belgische context een eigen identiteit te ontwikkelen. De<br />
deelnemende gemeenten, die in leeftijd variëren van 8 tot 40 jaar, hebben samen ongeveer 450 leden.<br />
Ze zijn allen ontstaan door evangelisatiewerk.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
2.a Het G.O.V. erkent de Bijbel als het onfeilbare, geïnspireerde Woord van God en als zodanig het<br />
enige vaste en betrouwbare fundament van de Gemeente van Jezus Christus. Voor geloof en christelijk<br />
leven weten wij ons aangewezen op deze openbaring van God.<br />
2.b Het G.O.V. wil kerk zijn in de traditie van de Calvinistische Reformatie van de 16de eeuw. Dat<br />
komt tot uiting in de aanvaarding en het functioneren van de drie Gereformeerde geloofsbelijdenissen,<br />
t.w. de Heidelbergse Catechismus, de Gereformeerde geloofsbelijdenis of Confessio Belgica en de<br />
Dordtse leerregels.<br />
De Evangelische kerk van Eeklo maakt hierbij de aantekening dat zij het punt van de kinderdoop,<br />
zoals beleden in de Heidelbergse Catechismus, niet onderschrijft. In de overige G.O.V.gemeenten<br />
wordt de kinderdoop gepraktiseerd. In de gemeente te Tongeren worden zowel de kinderdoop als de<br />
doop op geloof aanvaard.<br />
3. Lidmaatschap<br />
In het algemeen kennen kerken in de Gereformeerde traditie doopleden en belijdende leden. De eerste<br />
zijn in de regel de gedoopte kinderen van de belijdende leden. De belijdende leden legden op<br />
volwassen leeftijd openbare geloofsbelijdenis af. Dat laat hen toe de doop te vragen voor hun kind(eren)<br />
en geeft hen recht om deel te nemen aan de viering van het H.Avondmaal. Wie beslist vanuit een<br />
andere kerk over te gaan naar een Gereformeerde kerk levert een doopbewijs of belijdenisattest in. Is<br />
men niet eerder gedoopt geweest dan gebeurt dat alsnog. Het zelfde geldt voor de openbare<br />
geloofsbelijdenis.<br />
Het lidmaatschap houdt op bij overlijden, bij overgang naar een andere kerk (b.v. wegens verhuizing)<br />
of onttrekking aan de kerk. In bepaalde situaties van openbare zonde kan de bijbelse tucht, als<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 43
uiteindelijke consequentie, leiden tot uitsluiting van het gebruik van de sacramenten en opheffing van<br />
het lidmaatschap.<br />
4. Structuur, organisatie, ambten.<br />
De gemeenten worden geleid door ouderlingen (ook oudsten genoemd). Deze aanduiding zegt niets<br />
over hun leeftijd, maar gaat terug op de bijbelse aanduiding van de oudsten die leiding gaven aan de<br />
Nieuwtestamentische gemeente. Zij worden geacht de herders te zijn die waken over de gemeente, dat<br />
die niet wordt verleid door een afwijkende leer of zondige levenswijze. Zij staan de voorganger /<br />
predikant bij in zijn pastorale werk. De predikant is de herder en leraar van de gemeente, die door<br />
prediking, catechese en pastoraat en andere vormen van kerkelijk opbouwwerk de gemeente opbouwt.<br />
De diakenen staan zorgbehoevende gemeenteleden met raad en daad bij en stimuleren de gemeente al<br />
dan niet door hen gecoördineerde, materiële hulp te bieden aan mensen in nood, dichtbij en ver weg.<br />
De ouderlingen vormen met de predikant en de diakenen de kerkenraad, die de gemeente bestuurt. De<br />
G.O.V.gemeenten kennen een presbyteriale-synodale kerkstructuur. De predikanten hebben een<br />
theologische opleiding op universitair niveau.<br />
5. De samenkomsten, liturgie<br />
Elke zondag en op christelijke feestdagen worden één of meer erediensten gehouden. De erediensten<br />
die op zondagnamiddag worden gehouden, hebben in de regel het karakter van een leerdienst. De<br />
diensten worden geleid door de predikant. In de eredienst neemt de prediking een belangrijke plaats in<br />
en is onderdeel van een liturgie waarin het gaat om de ontmoeting tussen God en de gemeente. God<br />
spreekt en de gemeente antwoordt. De vorm van de liturgie is in de verschillende G.O.V.-gemeenten<br />
niet overal hetzelfde. In de meeste G.O.V.-gemeenten worden Psalmen gezongen met daarnaast ook<br />
gezangen en hedendaagse liederen. Vaste punten in de erediensten zijn o.m. in de morgendienst de<br />
verootmoediging, schuldbelijdenis en genadeverkondiging rond de lezing van de Wet des Heren,<br />
voorbede en dankzegging, en de dienst der offerande (de collecte). In de middagdiensten is het vaste<br />
punt o.a. de gemeenschappelijke geloofsbelijdenis, meestal met de woorden van het apostolicum.<br />
6. Zending en evangelisatie<br />
In de G.O.V.-gemeenten is redelijk veel aandacht voor de zendings- en evangelisatieopdracht. In alle<br />
gemeenten worden regelmatig activiteiten georganiseerd om de evangelieboodschap aan mensen<br />
buiten de kerk door te geven en voor Gods koninkrijk te winnen. De gemeenten in Eeklo, Gent (Bij<br />
St.Jozef) en Tongeren hebben een jaarlijkse zomerevangelisatieactie naast andere<br />
evangelisatieactiviteiten, b.v. rond de feestdagen. De Gemeenten van Antwerpen-Deurne en Gent<br />
(Gordunakaai) hebben hun evangelisatieactiviteiten doorheen het ganse jaar.<br />
7. Kinder- en jeugdwerk<br />
In alle G.O.V.gemeenten wordt de nodige aandacht besteed aan Gemeenteopbouw, d.m.v.<br />
Bijbelonderricht. Bijbelkringen, studieavonden, bejaardenmiddagen, catechese, cursussen, kinder- en<br />
tienerclubs en ander vormingswerk hebben hoge prioriteit. Ook worden jaarlijks kinder- en<br />
tienerkampen georganiseerd.<br />
8. Info<br />
Voor meer informatie kan men terecht bij Ds.Kommer Groeneveld, Boterlaarbaan 23, 2100 Deurne,<br />
tel.03 - 321.03.90 E mail: e.c@antwerpen.be"<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 44
18.5. Verbond van Vlaamse Pinkstergemeenten (VVP)<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
Het “Verbond van Vlaamse Pinkstergemeenten v.z.w.” (VVP) werd in 1993 opgericht als een fusie<br />
van de “Broederschap van Vlaamse Pinkstergemeenten” en de “Elim”-gemeenten. VVP telde toen 24<br />
gemeenten, nu ongeveer 50. Ook organisaties en zendelingen zijn lid.<br />
Het begin van de pinksterbeweging wordt officieel rond 1900-1906 in Los Angeles (VS) gesitueerd.<br />
Vrijwel gelijktijdig ontstonden ook elders gelijkaardige bewegingen. Reeds eerder zijn er “voorlopers”<br />
aan te wijzen van een geloofsbeleving waarin men streefde naar een werking van de Heilige Geest zoals<br />
in de dagen van de eerste christenen.<br />
In Vlaanderen werden er tussen de twee wereldoorlogen evangelisatiebijeenkomsten gehouden. In 1945<br />
ontstonden de eerste stabiele gemeenten, de echte groei begon in de zeventiger jaren.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
Qua theologie hoort VVP thuis onder de evangelische tak van het protestantisme. Protestants is de<br />
behoudenis door geloof uit genade en het priesterschap van alle gelovigen. Evangelisch is de nadruk op<br />
de betrouwbaarheid en goddelijke inspiratie van de bijbel, op christen worden door een bewuste bekering<br />
en op persoonlijke geloofsbeleving (gebed en bijbellezen); verder de gemeentestructuur, de<br />
volwassenendoop en de visie voor zending en evangelisatie. Pinkster is het geloof dat de werking van de<br />
Heilige Geest in de dagen van de eerste christenen ook voor vandaag is, met name: wonderen,<br />
gebedsgenezing, bevrijding van demonie, profetie en tongentaal; verder een enthousiaste en dynamische<br />
stijl van eredienst met veel ruimte voor lofprijzing en spontaniteit.<br />
VVP heeft een relatief korte schriftelijke geloofsbelijdenis die zich enkel uitspreekt over de kernpunten<br />
van het geloof: de bijbel, de Drie-eenheid, de gemeente en de bedieningen, hemel en hel en doop en<br />
avondmaal. Iedere lidgemeente aanvaardt deze geloofspunten, op ondergeschikte punten zijn er<br />
verschillen (bijv. vrouw in het ambt, echtscheiding / hertrouwen).<br />
Naast de geloofsbelijdenis heeft VVP een deontologische code voor gemeenteleiders.<br />
3. Lidmaatschap, doop<br />
Er is geen uniforme vorm van lidmaatschap in de pinkstergemeenten. Hoewel sommige gemeenten<br />
ook een schriftelijk ledenregister bijhouden, worden in de meeste gemeenten regelmatige bezoekers<br />
die bekeerd en gedoopt zijn eenvoudig de facto als leden beschouwd. De persoonlijke bekering is het<br />
wezenlijke element voor het lidmaatschap. Kinderen worden niet gedoopt maar aan God<br />
“opgedragen”.<br />
4. Structuur, organisatie, ambten<br />
De plaatselijke gemeenten kennen geen uniforme structuur. De meeste worden geleid door een<br />
voorganger, meestal met oudste(n) of diaken(en). Andere worden geleid door een team van oudsten.<br />
Soms worden meerdere gemeenten gezamenlijk geleid door een netwerk van bedieningen. 3<br />
gemeenten hebben een vrouwelijke voorganger.<br />
Een vrij hoog percentage van de gemeenteleden heeft één of andere bediening: zang- of<br />
aanbiddingsleider, muzikant, celgroepleider, leider van voorbede, lid van het pastoraal team,<br />
zondagsschool-, tiener- of jeugdleider, evangelist en vele andere.<br />
5. Samenkomsten, liturgie, avondmaal<br />
Het eerste gedeelte van de zondagsamenkomst is gericht op lofprijzing. De aanwezigen kunnen tussen<br />
de liederen vrij bidden of een kort getuigenis brengen of een geestesuiting doorgeven (profetie,<br />
tongentaal). Ook kinderen krijgen aandacht. De gemeente neemt enthousiast deel. In een tweede<br />
gedeelte is er een prediking van 30 tot 45 minuten, soms gevolgd door een oproep voor persoonlijk<br />
gebed: om christen te worden, voor pastorale nood of voor lichamelijke genezing. 1 tot 2-maal per<br />
maand wordt er avondmaal gevierd.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 45
Tijdens de week werken veel gemeenten met huiscelgroepen in stadswijken en omliggende plaatsen.<br />
Er zijn bijbelstudies, bidstonden, tiener- en jeugdavonden, kinderclubs, muziekrepetities enz.<br />
6. Diaconaat / hulpverlening<br />
Gemeenten kunnen een eigen diaconale werking hebben, samenwerken of bestaande initiatieven<br />
ondersteunen. Sommige gemeenten ondernemen reizen met hulpgoederen of verlenen hulp aan<br />
asielzoekers. Er is een project voor begeleid wonen en één voor drugpreventie.<br />
7. Evangelisatie / zending<br />
Pinkstergemeenten zijn actief in evangelisatie, met gebruik van verschillende methoden:<br />
lectuurverspreiding, straatevangelisatie, lezingen, concerten, radioprogramma‟s, kinderactiviteiten…,<br />
maar de meeste mensen worden bereikt door een persoonlijk getuigenis.<br />
Het stichten van nieuwe gemeenten is een belangrijke prioriteit. Er is een programma uitgewerkt om<br />
tegen het jaar 2015 een groot aantal nieuwe gemeenten te stichten en de daarvoor benodigde nieuwe<br />
leiders te rekruteren en op te leiden.<br />
De meeste gemeenten ondersteunen zendingsprojecten. Een zestal echtparen zijn vanuit VVP<br />
uitgezonden. Daarnaast zijn er korte-termijn projecten en zendingswerkers.<br />
8. Kinder- en jeugdwerk<br />
Het landelijk jeugdwerk, Pinkster Jongeren Vlaanderen (PJV), organiseert (zomer)kampen, weekends<br />
en speciale dagen voor kinderen, tieners en jeugd. Verder zijn er instructiedagen voor zondagsschool-<br />
en tienerleiders.<br />
Vrijwel iedere gemeente heeft haar eigen zondagsschoolprogramma. Bestaande cursussen en in<br />
toenemende mate ook eigen materiaal worden gebruikt. In sommige gemeenten zijn er tijdens de week<br />
ook nog aparte kinderclubs en tiener- en jeugdavonden.<br />
VVP participeert actief in het evangelisch kinderpastoraat en kindertelefoon “Chris”.<br />
9. Vormingswerk<br />
VVP telt vier opleidingsinstituten: Continental Theological Seminary (CTS) in St.-Pieters-Leeuw, de<br />
Deeltijdse Bijbelschool Vlaanderen (DBV), die gedecentraliseerd werkt, Bijbelschool „De<br />
Stroomversnelling‟ in Londerzeel en het Internationaal Correspondentie Instituut (ICI) in St.-<br />
Genesius-Rode. Deze instituten bieden cursussen aan op allerlei niveaus behalve licentiaat en<br />
doctoraat. Voor deze beide laatste heeft VVP een samenwerkingsakkoord afgesloten met de<br />
Evangelische Theologische Faculteit (ETF) in Heverlee.<br />
Daarnaast bieden veel gemeenten of netwerken van gemeenten ook eigen cursussen aan. In iedere<br />
gemeente zijn er bijbelstudieavonden, die soms in huiscelgroepen plaatsvinden.<br />
De vorming van zondagsschool- en jeugdverantwoordelijken is een taak van PJV.<br />
10. Bijzonderheden<br />
VVP geeft een 3-maandelijks tijdschrift, “VlaAnders” (lees: Vlaanderen Anders) en een 2-jaarlijkse<br />
adressengids uit en er is een eigen website: www.vvp.be.<br />
Ieder jaar op 11 november organiseert VVP de “Vlaamse Ontmoetingsdag” met bijna 2000 bezoekers,<br />
waaronder erg veel jongeren.<br />
In de visie van VVP is eenheid en samenwerking met andere bijbelgelovige christenen heel belangrijk.<br />
Daarom is VVP actief lid van diverse samenwerkingsverbanden: de Evangelische Alliantie (EAV), de<br />
Federale Synode en de ARPEE, maar ook lokale initiatieven zoals 'Hoop voor Limburg'. VVP heeft<br />
affiliaties met pinksterbewegingen in het buitenland.<br />
Een nieuwe prioriteit is het uitbouwen van relaties met de talrijke nieuwe allochtone gemeenten<br />
waarvan er verschillende reeds lid zijn.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 46
18.6. Verenigde Protestantse Kerk in België (VPKB)<br />
1. Naam en Ontstaansgeschiedenis<br />
De Bond van Protestants Evangelische Kerken werd gesticht in 1839. De toenmalige gemeenten<br />
verenigden zich in een synode. Sommige van die gemeenten bestaan sinds de 16 de eeuw, zoals<br />
Horebeke (Oost-Vlaanderen), Dour en Rongy (Henegouwen). In 1968 ontstond door fusie met de<br />
Methodistische Kerk de Protestantse Kerk van België. De VPKB is ontstaan in 1978 toen drie<br />
protestantse kerken besloten zich te verenigen: de Protestantse Kerk van België, de vooral<br />
Franstalige Hervormde Kerk (Eglise Réformée) (voorheen Belgische Christelijke Zendingskerk),<br />
die bijzondere banden had met het Réveil in Zwitserland en de classis België van de<br />
Gereformeerde Kerken in Nederland.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
Artikel 1 van de Constitutie handelt over het geloof van de Kerk:<br />
'De VPKB heeft als roeping God te verheerlijken<br />
en haar hoofd Jezus Christus te belijden als Heer en Redder van de wereld.'<br />
Verder wordt Joh.16:13 geciteerd en erkent de VPKB erfgenaam te zijn van hen, die hun geloof<br />
beleden in de Apostolische Geloofsbelijdenis, de Geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel, de<br />
geloofsbelijdenis van Athanasius en de 16 de eeuwse geloofsbelijdenissen, o.a. de lutherse<br />
Augburgse Geloofsbelijdenis en de calvinistische Confessio Belgica, ook Nederlandse<br />
Geloofsbelijdenis genoemd.<br />
3. Lidmaatschap<br />
De kerk kent doopleden en belijdende leden, die in het midden van de gemeente hun geloof<br />
beleden hebben. Meestal hebben alleen de laatsten stemrecht in de gemeentevergadering.<br />
De VPKB kent de kinderdoop, maar ook de volwassendoop op belijdenis.<br />
4. Structuur<br />
De VPKB kent drie ambten: dienaar van het Woord, ouderling en diaken (Art.4). Samen vormen<br />
zij de kerkenraad. Ouderlingen en diakenen worden voor een periode van vier jaar gekozen. De<br />
predikant wordt beroepen en is in de regel licentiaat in de theologie, opgeleid aan de Universitaire<br />
Faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid te Brussel of aan een andere universitaire instelling.<br />
De gemeenten zijn vertegenwoordigd in 'districten', een term uit de methodistische traditie. De<br />
vertegenwoordigers van de twee Vlaamse en de vier Franstalige districten vormen de Synode,<br />
samen met enkele vertegenwoordigers van de bijzonder ambten, zoals bijvoorbeeld<br />
legerpredikanten en VPKB-leden in het protestants godsdienstonderwijs.<br />
Duitstalige gemeenten, zoals in Eupen, en Engelstalige gemeenten, vormen geen apart district,<br />
maar zijn lid van het district waar zij geografisch thuishoren.<br />
Om de twee jaar is er een Algemene Kerkvergadering (AKV), samengesteld uit genodigden, de<br />
leiding van de kerk, alle predikanten en ook gemeenteleden (art.31). De organisatie ligt<br />
afwisselend bij een district.<br />
Naast volwaardige lidkerken zijn er ook plaatselijke 'geaffilieerde kerken', 'als gewone toelating<br />
niet mogelijk is' (art.40). Deze gemeenten behouden hun autonomie. Sinds 2001 zijn er ook<br />
Partnerkerken, o.a. de Unie van Baptisten in België en het Leger des Heils, die zich via de synode<br />
van de VPKB laten vertegenwoordigen bij de overheid.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 47
5. Samenkomsten, liturgie, Avondmaal<br />
De eredienst heeft plaats op zondagochtend, meestal met kindernevendienst. De liturgie kan van<br />
gemeente tot gemeente verschillen en in sommige kerken wordt de dienst opgeluisterd door een<br />
koor of cantorij. De zangbundel is meestal het Liedboek der Kerken. Een doop heeft plaats tijdens<br />
de zondagse eredienst en het Avondmaal, waaraan meestal ook de kinderen en leden van andere<br />
kerken worden toegelaten, wordt gewoonlijk één keer per maand gevierd.<br />
6. Diaconaat / hulpverlening<br />
De zorg voor hulpbehoevenden in of buiten de gemeente wordt behartigd door de diakenen. Op<br />
enkele plaatsen participeren zij in het werk van protestantse sociale centra met beroepskrachten.<br />
Op wereldniveau is Protestantse Solidariteit actief.<br />
7. Evangelisatie / zending<br />
Veel gemeenten van de VPKB zijn sinds de 19 de eeuw ontstaan door verschillende initiatieven van<br />
evangelisatie. Thans wordt er meer in de diepte gegraven rond geloof en samenleving met o.a. de<br />
verspreiding van het tijdschrift De Open Poort.<br />
Tussen beide wereldoorlogen hebben de kerken die nu de VPKB vormen, de Duitse<br />
zendingsposten in Rwanda overgenomen. Nog steeds steunt de VPKB haar zusterkerk in Rwanda,<br />
de Eglise Presbytérienne.<br />
8. Jeugdwerk<br />
De protestantse jeugddienst Op Vrije Voeten (OVV) functioneert als Vlaamse jeugdcommissie van<br />
de kerk naast de Service protestant de la Jeunesse voor het Franstalig deel. OVV organiseert<br />
jeugdweekenden voor verschillende leeftijdsgroepen en geeft een tijdschrift uit.<br />
Sommige plaatselijke initiatieven nemen soms landelijke dimensies aan, zoals de Kompas-kampen<br />
van Brusselse gemeenten.<br />
Een internationaal initiatief zijn de KAP-kampen, waar jongeren uit rijke landen in contact brengen<br />
met jongeren uit arme landen.<br />
9. Vormingswerk<br />
Dit is een belangrijke activiteit, zowel plaatselijk als landelijk. Naast bijbelstudies en<br />
gesprekskringen in de gemeenten, is er een landelijke organisatie, VPKB-Volwassenvormingswerk,<br />
die cursussen, conferenties en studiedagen organiseert, met een tegenhanger voor de Franstaligen,<br />
de Service protestant d’Education permanente, waarmee samengewerkt wordt voor nationale<br />
initiatieven.<br />
Gemeenteleden, maar ook anders gelovigen of niet gelovigen, kunnen zich voor een persoonlijke<br />
vorming, als vrij student inschrijven in de opleidingsinstituten voor godsdienstleraars en<br />
predikanten voor één of meer cursussen.<br />
10. Bijzonderheden<br />
De VPKB onderhoudt broederlijke relaties met andere kerken in binnen- en buitenland (Kerkorde<br />
art.8) en is lid van de Wereldraad van Kerken en van andere Europese en internationale<br />
organisaties.<br />
Ter ondersteuning van het landelijk werk heeft de VPKB een Synodebureau, gevestigd<br />
Marsveldstraat 5, 1050 Brussel, waar ook andere protestantse organisaties onderdak vinden, zoals<br />
het Bureau Onderwijs, de administratieve ondersteuning van het Protestants Godsdienstonderwijs,<br />
dat thans interkerkelijk beheerd wordt door het Comité voor het Protestants Godsdienstonderwijs.<br />
De VPKB geeft een maandblad uit, INFO, heeft een website www.protestanet.be/VPKB en<br />
publiceert een Jaarboekje.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 48
18.7. Vrije Evangelische Gemeenten (VEG)<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
De officiële naam is Vereniging van Vrije Evangelische Gemeenten.<br />
De vereniging werd opgericht in het jaar 1962 als een „bond van gemeenten‟, die door de Belgische<br />
Evangelische Zending waren gesticht maar door haar niet meer zouden worden beheerd. De vereniging<br />
was aanvankelijk nationaal, maar is begin 1994 officieel gesplitst in een Vlaamse en Waalse<br />
vereniging, waarbij de statuten en geloofsbelijdenis nagenoeg gelijk gebleven zijn. Er is dan wel geen<br />
landelijk bestuur meer, toch zoekt men bewust contact over de taalgrens heen, o.a. door met de beide<br />
regionale besturen eens per jaar samen te komen en door contact tussen de 2 besturen.<br />
De contactpersoon voor de Nederlandstalige vereniging is:<br />
Peter Bordon, tel. 056-424019, kantooradres: Nederzwijnaarde 23, 9052 Gent-Zwijnaarde.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
De VEG heeft dezelfde geloofsbelijdenis als de Belgische Evangelische Zending.<br />
3. Lidmaatschap<br />
Als lid van de gemeente wordt aanvaard iedere christen die belijdt wederom geboren te zijn, de<br />
geloofsbelijdenis onderschrijft en die regelmatig aan het leven van de gemeente deelneemt. De doop is<br />
weliswaar gebruikelijk wanneer men toe wil treden tot de gemeente, maar niet overal een voorwaarde.<br />
In de VEG is er geen kinderdoop: de doop wordt opgevat als een teken van de wedergeboorte,<br />
waardoor alleen mensen kunnen worden gedoopt, die tot een persoonlijk geloof in Jezus Christus<br />
gekomen zijn.<br />
In de VEG past men, wanneer dit noodzakelijk is, de gemeentetucht toe: gemeenteleden die in zonde<br />
leven en die geen gehoor geven aan de herhaalde vermaningen van de gemeente, worden verzocht de<br />
diensten niet langer te bezoeken.<br />
In de meeste gevallen waar het lidmaatschap beëindigd wordt, gebeurt dit doordat men eenvoudig de<br />
diensten niet meer bezoekt. Een formele opzegging van het lidmaatschap is niet gebruikelijk.<br />
4. Structuur<br />
De VEG-gemeenten worden geleid door een raad van oudsten, onder wie er één dienst kan doen als<br />
voorganger. Men spreekt ook wel van predikant. Deze oudsten worden voorgesteld aan en/of gekozen<br />
door de gemeentevergadering, de vergadering van alle leden van de gemeente. Na een proeftijd<br />
worden zij dan in hun ambt bevestigd.<br />
Ditzelfde kan gezegd worden van de diakenen, die vooral een praktische taak in de gemeente hebben.<br />
Ook vrouwen worden als diaken aangesteld, voor het ambt van oudste komen zij echter niet in<br />
aanmerking.<br />
De VEG zelf kent een eenvoudige structuur: per provincie komen de oudsten/voorgangers samen voor<br />
"regionale ontmoetingen”, waarbij naast overleg en uitwisseling van ontwikkelingen, vooral wordt<br />
gebeden voor elkaar. Twee keer per jaar is er een algemene vergadering, waar de verantwoordelijken<br />
van de gemeenten samen komen.<br />
Het dagelijks bestuur is opgedragen aan het bestuur, waarvan de leden door de algemene vergadering<br />
gekozen worden. Al zijn de gemeenten principieel autonoom, onderling bestaat een betrekkelijk grote<br />
verbondenheid.<br />
5. Samenkomsten<br />
Naast de zondagmorgensamenkomsten, waar ook het avondmaal wordt gevierd, zijn er bidstonden,<br />
celgroepen en bijbelstudies, die iedere gemeente op de voor haar meest geschikte manier organiseert.<br />
In de meeste gemeenten zijn er ook afzonderlijke jeugdgroepen en vrouwenverenigingen of<br />
vrouwenavonden.<br />
Er zijn jaarlijkse regionale en "landelijke" conferenties zoals bijvoorbeeld de "landdag" met<br />
Hemelvaart te Oostrozebeke en de 1 november familiepraise.<br />
6. Diaconaat<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 49
De meeste gemeenten besteden ook op praktische en materiële wijze zorg aan de hulpbehoevenden<br />
onder hun leden.<br />
7. Evangelisatie<br />
Op dit punt is er geen enkel verschil met de BEZ-posten en -gemeenten. Op tal van manieren tracht<br />
iedere gemeente buitenstaanders te interesseren voor het evangelie.<br />
In enkele gevallen zijn VEG-gemeenten ook actief in het stichten van nieuwe gemeenten, vooral door<br />
het vormen van dochtergemeenten.<br />
8. Jeugdwerk<br />
De VEG biedt naast najaars- en voorjaarsweekends voor tieners en jongeren ook vakantiekampen aan<br />
in de zomer voor alle leeftijdsgroepen.<br />
In iedere gemeente is er aandacht voor een goede opvang van de kinderen tijdens de<br />
zondagmorgendienst, waarbij er in verscheidene gemeenten niet alleen een zondagsschool is, maar ook<br />
een crèche en een tienersamenkomst. Iedere gemeente kiest zelf het materiaal en het programma uit dat<br />
men wil volgen. Dikwijls gaat het om materiaal van kinderwerk Timotheüs (Nederland) en van het<br />
Evangelisch Jeugdverbond (EJV).<br />
9. Vormingswerk<br />
Eén keer in het jaar is er een "leidersconferentie", die vooral het contact tussen de leidinggevenden van<br />
de gemeenten wil bevorderen en die hen wil bemoedigen en toerusten.<br />
Van de voorgangers wordt verwacht dat zij een studie hebben gevolgd aan een bijbelschool of een<br />
theologische faculteit; de medewerkers van de gemeenten worden aangemoedigd deel te nemen aan<br />
cursussen zoals RTL (Regionale Training voor Leiders) of andere toerustingscursussen.<br />
Viermaal per jaar verschijnt het Evangelisch Nieuwsbulletin, dat onder andere dient om nieuws uit en<br />
voor de gemeenten door te geven. In elk nummer wordt aandacht besteed aan een bepaald onderwerp,<br />
dat uitgediept wordt in enkele artikelen. Er wordt ook aandacht besteed aan evangelische zendings- en<br />
hulporganisaties, die door de gemeenten gesteund worden.<br />
10. Bijzonderheden<br />
Wat nog vermeld kan worden is de aansluiting van de VEG bij de IFFEC, the International Federation<br />
of Free Evangelical Churches, die het contact met gelijkgezinde verenigingen tracht te bevorderen. In<br />
Vlaanderen is er contact met de "FEG" in Duitsland.<br />
In de eredienst staat de prediking van het woord centraal, niet de liturgie (niet meer dan een bepaalde<br />
ordening van de dienst).<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 50
18.8. Zevendedags Adventisten<br />
1. Naam en ontstaansgeschiedenis<br />
Het kerkgenootschap van de Zevendedags Adventisten is in België georganiseerd als een v.z.w. met de<br />
benaming Belgisch-Luxemburgse Federatie van Adventkerken. In de helft van de 19de eeuw kent de<br />
V.S. een belangrijke interkerkelijke opwekking rond de adventsverwachting: de wederkomst van<br />
Christus wordt verwacht rond 1844. Na de daaropvolgende ontgoocheling vormt zich een kleine groep<br />
gelovigen die langzamerhand uitgroeit rond een aantal geloofspunten. In 1863 wordt het<br />
kerkgenootschap van de Zevendedags Adventisten opgericht (5000 leden). Het ledental is ondertussen,<br />
in 2000, uitgegroeid tot 11 miljoen. In België werd de eerste gemeente in 1899 te Luik gesticht. Het<br />
zich officieel organiseren als v.z.w. gebeurde in 1920. De federatie telt ongeveer 1600 leden (2002) die<br />
over 25 plaatselijke gemeenten zijn verspreid.<br />
2. Geloofsbelijdenis<br />
De Zevendedags Adventisten situeren zichzelf in het directe verlengde van de protestantse<br />
hervorming. Hun geloofsleer wordt samengevat in 27 fundamentele geloofswaarheden. Een aantal<br />
ervan hebben ze gemeenschappelijk met het protestantisme: verlossing door geloof alleen en dank zij<br />
de genade van God; de Bijbel, het Woord van God, als enige norm voor het geloof. Een aantal andere<br />
geloofspunten typeren de specifieke eigenheid van de Adventkerk binnen het protestantisme:<br />
geloofsgehoorzaamheid aan de decaloog en dus ook aan het sabbatsgebod (7de dag: zaterdag),<br />
adventsverwachting, profetische gedrongenheid, sterfelijkheid van de 'ziel' (= de gehele mens).<br />
3. Lidmaatschap<br />
Men wordt lid door doop door onderdompeling na een persoonlijke geloofsbelijdenis (kinderen<br />
worden daarom niet gedoopt). Het lidmaatschap wordt beëindigd op verzoek van de betrokkene of<br />
door schrapping.<br />
4. Structuur<br />
De leden van de gemeenten kiezen hun plaatselijke verantwoordelijken en hun kerkbestuur. De<br />
predikant wordt toegewezen door de Federatie. Om de vier jaar verkiezen de afgevaardigden van de<br />
gemeenten het bestuur en de verschillende verantwoordelijken van de Federatie.<br />
De Belgisch-Luxemburgse Federatie maakt deel uit van de Frans-Belgische Unie, die zelf deel is van<br />
de Euro-Afrika Divisie, die samen met nog andere divisies de Generale Conferentie vormt.<br />
5. Samenkomsten<br />
De samenkomsten vinden plaats op zaterdagochtend (sabbat). De 'eredienst' wordt voorafgegaan door<br />
de 'sabbatschool' (systematische studie van de Bijbel door zowel volwassenen als kinderen).<br />
Zaterdagnamiddag wordt besteed aan evangelisatie-, diaconie- en jeugdactiviteiten.<br />
Het avondmaal, voorafgegaan door de voetwassing, wordt gemiddeld eens per kwartaal gevierd.<br />
6. Diaconaat en hulpverlening<br />
Diakenen en diaconessen worden ingezet bij het vieren van de erediensten en kerkelijke plechtigheden,<br />
maar voornamelijk bij het bezoeken van alle leden, de zieken en behoeftigen.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 51
7. Evangelisatie en zending<br />
Evangelisatie wordt beschouwd als een essentieel onderdeel van het kerk-zijn. Het persoonlijk<br />
getuigen is hier een belangrijk aspect van. Daarnaast worden ook bijbelstudiegroepen (al dan niet in de<br />
huiskring) en openbare voordrachten georganiseerd. Sedert een paar jaar worden de gemeenten<br />
gemotiveerd om ook het plaatselijke kerkleven uit te bouwen als een onderdeel van de zending:<br />
opendeurdagen rond actuele thema's, lage-drempel-diensten, ... Het kerkgenootschap geeft via de<br />
stichting ESDA ook schriftelijke bijbelcursussen uit.<br />
Een ander onderdeel van de zending behelst de humanitaire hulp, onder andere via ADRA (Adventist<br />
Development and Relief Agency).<br />
8. Kinder- en jeugdwerk<br />
De 'Advent Jeugd' (A.J.) organiseert weekendkampen, jongeren- en kinderdagen en zomerkampen.<br />
Plaatselijk vinden de jeugdvergaderingen meestal op zaterdagnamiddag plaats. De jeugdwerking wordt<br />
gestructureerd volgens verschillende leeftijdscategorieën: van 7 tot 11 jaar de 'vonkjes', van 12 tot 16<br />
jaar de 'verkenners', van 17 tot 20 de 'voortrekkers'.<br />
Naast deze jeugdwerking naar het model van de padvinderij, is er ook de wekelijkse<br />
'kindersabbatschool' die gebruik maakt van uitgebreid lesmateriaal voor verschillende leeftijdsgroepen.<br />
9. Vormingswerk<br />
De opleiding tot predikant duurt minimum vier jaar en wordt gevolgd op de adventistische<br />
theologische faculteit in Collonges-sous-Salève (Frankrijk), aangesloten bij de universiteit van<br />
Straatsburg, of in Bracknell (Groot-Brittannië).<br />
Al naargelang van de behoefte organiseert de Belgisch-Luxemburgse Federatie vormingsdagen of -<br />
avonden voor jeugdleiding, ouderlingen, lekenpredikers, predikanten, enz.<br />
10. Bijzonderheden<br />
Actualiteit: hoewel de Zevendedags Adventisten een sterk identiteitsgevoel hebben en zendingsbewust<br />
zijn, beschouwen ze zich niet als losstaand van andere geloofsgemeenschappen en evenmin als<br />
alleenzaligmakend. Zo heeft de Algemene Vergadering van de Belgisch-Luxemburgse Federatie van<br />
Adventkerken in juni 2002 het idee aanvaard van een toekomstig partnerschapsakkoord met de<br />
Verenigde Protestantse Kerk in België.<br />
Het secretariaat van de Belgisch-Luxemburgse Federatie van Adventkerken bevindt zich in de Ernest<br />
Allardstraat 11 te 1000 Brussel, tel. 02/511.36.80.<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 52
Beste ouders,<br />
Wij danken u voor het vertrouwen dat u stelt in het <strong>PEGO</strong>.<br />
Als leerkrachten zetten wij ons in om de lessen zo goed mogelijk te verzorgen op basis<br />
van de leerplannen. Onze vaak kleine groepjes hebben tot voordeel dat de lessen ook een<br />
persoonlijke aanpak kunnen krijgen.<br />
Het zou prettig zijn met elkaar kennis te kunnen maken ter gelegenheid van<br />
bijvoorbeeld een oudercontact. Mocht u nog vragen hebben, aarzel dan niet contact met<br />
mij op te nemen.<br />
Ook de Stuurgroep van leerkrachten en de inspectie van het <strong>PEGO</strong> staan steeds ter<br />
uwer beschikking. Nadere informatie vindt u via de website www.pego-site.be of via het<br />
e-mailadres pego@arpee.be<br />
Ik ben bereikbaar via:<br />
Met vriendelijke groeten,<br />
september 2008 Protestants-Evangelisch Godsdienstonderwijs 53