Waterlepeltje (Ludwigia palustris) is een soort van mesotrofe waters en oevers onder invloed van(ijzerrijke) kwel en is recent nog maar van enkele plaatsen gekend in Vlaams-Brabant. Deze soort kanna (natuur)inrichtingswerken terug opduiken op zijn vroegere standplaatsen wegens een langlevendezaadbank. Op de volgende plaatsen werd de soort sinds 2000 niet meer gezien:- Diest, Zwartebeekwal (d6-32-23, 1987)- Diest, Prinsenbos (d6-32-44, 1991)- Diest, Webbekomsbroek (d6-42-23, 1992)- Oud-Heverlee, Heverleebos & Meerdaalwoud (e5-33-23, 1990).Wanneer we alle waarnemingen meerekenen danneemt Waterlepeltje nog 24% in van de Vlaamsepopulatie. Sinds 2000 is de soort fel achteruit gegaanen meer nog in Vlaams-Brabant, de provincialepopulatie vertegenwoordigt nu nog maar 7% vande Vlaamse populatie.Vóór 2000 uurhokken 5kwartierhokken 7Sinds 2000 uurhokken 2kwartierhokken 2Indra JacobsWatergras (Catabrosa aquatica) wordt gevonden in ondiep open water, natte graslanden en trilvenenmet (zeer) mineraalrijke kwel. De soort werd na 2000 slechts op twee plaatsen waargenomen.Daarvoor werd ze in 1995 nog gezien in de “Spicht” in Lubbeek.Andere plaatsen waar de soort nog in de tweede helft van de 20 ste eeuw werd gezien zijn:- Landorp, Rillaar (d5-37, 1971)- Catselt, Dassenaarde (d6-31, 1971)- Diest, Webbekom (d6-42, 1971)- Overijse, Hoeilaart (e4-58, 1971)- Oud-Heverlee, Heverleebos – Kouterbos (e5-33, 1971)- Sint-Agatha-Rode, Huldenberg (e5-42, 1955)Watergras werd slechts in 3 locaties nog waargenomen sinds 2000 (Meldert, 2005; Sint-Pieters-leeuw,2007 en Halle, 2010). Dit betekent dat de provinciale populatie slechts 14% uitmaakt van de Vlaamsepopulatie (dit percentage is met 6% gezakt sinds 2000).Vóór 2000 uurhokken 13kwartierhokken 3Sinds 2000 uurhokken 4kwartierhokken 4Spits havikskruid (Hieracium lactucella) is te vinden in schrale graslanden, met een periodiekvochtige bodem. Dit is (momenteel) een echte prikkeldraadsoort, die voorkomt waar de dieren (vrijintensief) kunnen grazen en geen mest achterlaten en de boer ‘vergeet’ te sproeien of te mesten.Recent (sinds 2000) wordt deze soort nog maar op 7 plaatsen (recent nog in Tielt-Winge nabijWalenbos) gezien in de provincie. De soort werd vóór 2000 nog op de volgende plaatsen gezien:- Asse, Hunegemstraat (d4-53-43, 1988).- Grimbergen, Domein van den Borgt (d4-56-41, 1998)- Averbode (d5-28, 1957) – zeker verdwenen- Boortmeerbeek (d5-31, 1885)- Aarschot (d5-36, 1942)- Scherpenheuvel – Zichem (d5-38, 1971)
- Gelrode (d5-45-14, 1940) – zeker verwenen- Aarschot (d5-46, 1971)- Bekkevoort, Scherpenheuven-Zichem (d5-48, 1971)- Bekkevoort, Tielt-Winge, Molenbeek-Wersbeek (d5-58, 1971)- Diest (d6-32, d6-41, 1971)- Machelen, Zaventem (e4-17, 1971)- Huizingen (e4-53-24, 1943)- Leuven, Tervuurse poort (e5-13-43, 1990)- Kessel-Lo (e5-14, 1864)- Lubeek-Linden, steenweg Leuven-Diest (e5-15-32, 1986)- Korbeek-Lo (e5-24, 1864)- Sint-Joris-Weert, De Kluis (e5-43-11, 1990).- Kortenaken, Glabbeek, Waanrode (e6-11, e6-12, 1971)- Heikruis, Pepingen (f4-11, 1971)Vóór 2000 uurhokken 32kwartierhokken 8 Tobias CeulemansSinds 2000 uurhokken 7kwartierhokken 7Spits havikskruid werd slechts op 2 plaatsen (Zoutleeuw) teruggezien na 2000. De overige 5 recentevindplaatsen zijn dus nieuwe, nieuw ontdekte of nieuw doorgegeven locaties. Waarschijnlijk werdendeze locaties voor 2000 niet ontdekt of niet ingevoerd in de databanken. Het verschijnen van dezesoort op nieuwe locaties is minder waarschijnlijk. In het natuurgebied Torfbroek werd een kleinepopulatie ontdekt in 2008, in Sint-Pieters-Leeuw werd een prikkeldraadvegetatie ontdekt in 2011 enlangs het Walenbos werd pas in 2012 de aanwezigheid van Spits havikskruid vastgesteld.De Vlaams-Brabantse populatie van Spits havikskruid vertegenwoordigt slechts 19% van de Vlaamsepopulatie na 2000. Dit aandeel is gezakt tegenover de waarnemingen voor 2000 (26%).Elke vindplaats van deze fosfaatvlieder is van grote ecologische betekenis. Het betreft oudegrasland(relict)en waar ook andere hoge natuurwaarden aanwezig zijn zoals zeldzamegraslandpaddestoelen (cfr. Steeman et al. 2008).Ronde zegge (Carex diandra) is een soort van verlandingen van open water, zeer natte graslandenen (tril)venen met mineraalrijke kwel. De soort is momenteel enkel nog bekend uit beschermde enbeheerde natuurgebieden: Vierkensbroek (pas teruggevonden in 2010), Baggelt, Torfbroek,Malendriesbeekvallei (nieuwe vindplaats sinds 2011 na natuurherstel) en Vorsdonkbos-Turfputten. Inverschillende gebieden is de soort na natuurbeheer teruggekeerd op vroegere standplaatsen dankzijeen langlevende zaadvoorraad. Natuurbeheer (herstel verlandingen met trilveen) kan de soort zekerop vroegere locaties doen terugkeren indien de abiotische omstandigheden niet te zeer zijn gewijzigd(kwelrijk, voedselarm).Voor 2000 werd de soort nog waargenomen op volgende plaatsen:- Rotselaar (d5-43, 1863)- Holsbeek (d5-54, 1867)- Molenstede, Diest (d6-31, 1957)- Diest (d6-32, d6-41, 1971)- Diest, Webbekom (d6-42, 1886)- Beisem (e5-12, 1868)Al deze locaties zijn zeker verdwenen door vergraving en bebossing. In de Molenbeekvallei te Beisemkunnen we de soort terug verwachten omdat de voormalige en geschikte standplaatsen nu alvoldoende tijd onder natuurbeheer zijn. Omdat er sinds 2000 een paar nieuwe locaties bijkwamen vanRonde zegge, maakt de Vlaams-Brabantse populatie nu 44% uit van de Vlaamse populatie. Bij deselectie van de prioritaire soorten in 2007 nam deze soort nog maar 30% in. Ronde zegge mag dusook op de lijst van prioritaire soorten.
- Page 1 and 2: Actualisatie Provinciale Prioritair
- Page 3 and 4: Opdrachtgever:Provincie Vlaams-Brab
- Page 5 and 6: 2.2 Werkgroepen en personen mobilis
- Page 7 and 8: opgevolgd worden. Akkergeelster was
- Page 9 and 10: Vingerzegge (Carex digitata) komt v
- Page 11 and 12: - Station Hoeilaart (e4-57-23, 1980
- Page 13 and 14: Vogelnestje (Neottia nidus-avis) is
- Page 15 and 16: Sinds 2000 uurhokken 14kwartierhokk
- Page 17 and 18: Dirk HennebelDauwnetel (Galeopsis s
- Page 19 and 20: Zachte naaldvaren (Polystichum seti
- Page 21: - Dilbeek (e4-24, 1971)- Overijse,
- Page 25 and 26: - Loonbeek (e5-32-33,1995)- Haasrod
- Page 27 and 28: - Schaffen (d6-32, 1892) Hans De Bl
- Page 29 and 30: Hondskruid (Anacamtis pyramidalis)
- Page 31 and 32: Groot springzaad (Impatiens noli-ta
- Page 33 and 34: - Wespelaar, Haacht (d5-42, 1971)-
- Page 35 and 36: - te Meerdaalwoud (e5-33, 1947) Joh
- Page 37 and 38: Harlekijn (Orchis morio) is in Vlaa
- Page 39 and 40: - St. Pieters-Rode (d5-55-24, 1990)
- Page 41 and 42: - Asse, St-Ulriks-Kapelle (e4-13, 1
- Page 43 and 44: Grote bremraap (Orobanche rapum-gen
- Page 45 and 46: valleigebieden is de soort in Vlaan
- Page 47 and 48: 5. LiteratuurDe Langhe J.-E., Delvo
- Page 49 and 50: Marino BoyenMarnix LefrancMatthias
- Page 51: pterologisch 2onderzoekin het natuu