16.07.2015 Views

Omslag 14-2.qxd - Historische Vereniging de Brielse Maasmond!

Omslag 14-2.qxd - Historische Vereniging de Brielse Maasmond!

Omslag 14-2.qxd - Historische Vereniging de Brielse Maasmond!

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BRIELSE MAREJAARGANG <strong>14</strong> - NUMMER 2 - OKTOBER 2004Me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen en historische bijdragen van <strong>de</strong><strong>Vereniging</strong> Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch Museum Den Briel


COLOFONDe <strong>Brielse</strong> Mare is een tijdschrift dat twee keer per jaar wordt uitgegevendoor <strong>de</strong> <strong>Vereniging</strong> Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch Museum Den Briel.Dit tijdschrift wordt automatisch aan <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> verenigingtoegestuurd. Losse nummers zijn te bestellen via het secretariaat van <strong>de</strong>vereniging en te koop bij het Historisch Museum in Den Briel en in hetStreekarchief.ISSN:0927-8478Prijs per nummer: 2,-Correspon<strong>de</strong>ntie-adres van <strong>de</strong> vereniging:Mevrouw Els Laroy-MeeuseVan Almon<strong>de</strong>weg 70, 3231 CS BRIELLETel.: 0181-413635. Fax: 0181-413635Postrekening <strong>Vereniging</strong> Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch MuseumDen Briel: 208792;Minimum contributie 9,60; familielidmaatschap <strong>14</strong>,40 per jaar.Aanmelding bij het secretariaat of d.m.v. het formulier op <strong>de</strong> websitevan <strong>de</strong> ‘Vrien<strong>de</strong>n’: www.inter.NL.net/users/F.Keller/Tromp.htmlSecretariaat <strong>Brielse</strong> Mare-redactie:p/a Streekarchief V.-P. & R.De Rik 22, 3232 LA BRIELLEPostadres: Postbus 79, 3230 AB BRIELLEHet e.v. nummer verschijnt in april 2005Kopij uiterlijk eind januari 2005 bij het redactiesecretariaat.Redactie:A.A. van <strong>de</strong>r Houwen (hoofdredacteur), F. Keller en K.J. Schipper.<strong>Omslag</strong>illustratie: een Britse SE-5A na een noodlanding nabij Brielle,januari 1918. Uiterst rechts <strong>de</strong> 2 e luitenant M. Dröge, commandant van<strong>de</strong> havenbatterij van Brielle. Met dank aan mw. C. Hartman-Dröge.Druk: Drukkerij Brielle bv, Postbus 1, 3230 AA BRIELLE


BRIELSE MAREMe<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen en historische bijdragen van <strong>de</strong> <strong>Vereniging</strong>Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch Museum Den Briel


3InhoudOpeningstij<strong>de</strong>n en prijzen museum 4Van <strong>de</strong> redactie 5<strong>Vereniging</strong>snieuws 6Museumnieuws 8Archiefnieuws 11<strong>Historische</strong> bijdragen- De noodlanding van Owen Thamer 13- Coöperatieve Stoomzuivelfabriek ‘De Eersteling’ 24- Voordracht van Multatuli brengt <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> krantenwereldin het geweer 33- Twee <strong>Brielse</strong> vriendschapsboekjes 49- Uit <strong>de</strong> streek 59Aanmeldingsformulier ‘Vrien<strong>de</strong>n’ 60Auteursinstructies 61Belangrijke telefoonnummers en internetadressen 61Een apart ca<strong>de</strong>au:abonnement op <strong>de</strong> ‘<strong>Brielse</strong> Mare’Inlichtingen en bestellingen bij <strong>de</strong>secretaris, Els Laroy-Meeuse,tel. & fax: 0181-413635e-mail: r.jlaroy@freeler.nl


4Openingstij<strong>de</strong>n en prijzen museum1 apr t/m 31 okt 1 nov t/m 31 maartdi-vr 10.00 - 17.00 uur 10.00 - 16.00 uurza 10.00 - 16.00 uur 10.00 - 16.00 uurzo 12.00 - 16.00 uur geslotenGesloten op maandagen, oud- en nieuwjaar, Koninginnedag, 1 e en 2 epaasdag, 1 e pinksterdag en 1 e en 2 e kerstdag. Op Hemelvaartsdag en2 e pinksterdag openstelling als op zondag. Op 1 april gratis toegang.Prijzen: Kin<strong>de</strong>ren tot 4 jaar gratisKin<strong>de</strong>ren 4 t/m 12 jaar 1,-Ie<strong>de</strong>reen ou<strong>de</strong>r dan 12 jaar 2,-Geuzenkaart (gezin met kin<strong>de</strong>ren t/m 12 jaar) 4,50Groepen (op aanvraag): meer dan 10 pers. 1,- ppScholen vanaf 10 personen 0,50 ppLe<strong>de</strong>n vrien<strong>de</strong>nvereniging, MJK,Ver. Rembrandt en CJPgratisAudiotour Museum en Stadshart 2,27 (Borg 8,-).Adres: Markt 1, 3231 AH Brielle. Balie: tel.(0181) 475475; kantoor:(0181) 475477; fax: (0181) 475476; www.historischmuseum<strong>de</strong>nbriel.nl


5Van <strong>de</strong> redactieHet Historisch Museum Den Briel slaat <strong>de</strong> vleugels uit. Na enkelemaan<strong>de</strong>n ‘proefstomen’ werd onlangs het Stenen Baak officieelgeopend voor het publiek. Daarmee is het museum een <strong>de</strong>pendancerijker, die enerzijds <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis ter plaatse belicht en an<strong>de</strong>rzijdseen verwijsfunctie zal hebben naar het museum zelf. De vereniging,en namens <strong>de</strong>ze <strong>de</strong> voorzitter, heeft zich bij <strong>de</strong> opening nietonbetuigd gelaten.Nadat u weer bijgepraat bent over het reilen en zeilen in vereniging,museum en archief, is er een viertal historische bijdragen om uw hartaan op te halen.We beginnen met een uitvoerig verslag van het wie, wat, waar enwaarom van een noodlanding van een Brits vliegtuig in 1918.Vervolgens verdiepen we ons in <strong>de</strong> opkomst en on<strong>de</strong>rgang van <strong>de</strong>coöperatieve stoomzuivelfabriek De Eersteling aan het Scharloo. Wevervolgen met een verslag van het bezoek van Multatuli. Met zijnoptre<strong>de</strong>n gooi<strong>de</strong> hij een knuppel in het <strong>Brielse</strong> kippenhok. In <strong>de</strong>krant namen voor- en tegenstan<strong>de</strong>rs elkaar op <strong>de</strong> korrel. Heel an<strong>de</strong>reschrijverij komen we tegen in <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> vrien<strong>de</strong>nboekjes,waaraan het laatste artikel is gewijd. Om u alvast een voorproefje tegeven van <strong>de</strong> mierzoete versjes die u daarin mag verwachten wil ikhet gedichtje van <strong>de</strong> 15-jarige Antonette Bla<strong>de</strong>rgroen voor haarevenou<strong>de</strong> vriendin Coosje van Kruijne nazeggen: ‘Vergun mij in uwhart een waare vriendschap wooning. ‘k Zal altoos dankbaar zijnvoor <strong>de</strong>eze gunst betooning’.De redactie hoopt u weer van dienst te zijn geweest.Veel leesplezier!Aart van <strong>de</strong>r Houwen


6<strong>Vereniging</strong>snieuwsIn eerste instantie wil het bestuur <strong>de</strong> dank uitspreken aan alle le<strong>de</strong>ndie met kleine of grote giften hebben meegeholpen <strong>de</strong> financieringvan <strong>de</strong> restauratie van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen van Cornelis en MariaSij<strong>de</strong>rvelt mogelijk te maken. Aangezien bij <strong>de</strong> restauratie ook geentegenvallers zijn opgetre<strong>de</strong>n kan dit project binnenkort succesvolwor<strong>de</strong>n afgerond. Omstreeks het tijdstip van het verschijnen van<strong>de</strong>ze Mare zullen <strong>de</strong> in bruikleen van het Instituut CollectieNe<strong>de</strong>rland (ICN) verkregen schil<strong>de</strong>rijen wor<strong>de</strong>n tentoongesteld.Ter gelegenheid van <strong>de</strong> herinrichting van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijenverzamelingwer<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> 'Mare' verschenen artikelen over schil<strong>de</strong>rijen ineen herdruk 'Topstukken uit <strong>de</strong> collectie van het Historisch MuseumDen Briel' gebun<strong>de</strong>ld. Het eerste exemplaar zal bij <strong>de</strong> officiëlepresentatie van <strong>de</strong> in bruikleen verkregen schil<strong>de</strong>rijen aan hetmuseum wor<strong>de</strong>n aangebo<strong>de</strong>n; tevens zal het boekwerkje bij <strong>de</strong>najaarsle<strong>de</strong>nverga<strong>de</strong>ring te koop zijn.Stenen Baak: Panorama sector Noord,zoals thans aangebracht op <strong>de</strong> toren.


7De dank van het bestuur gaat ook uit naar <strong>de</strong> vrijwilligers in onzevereniging die werk achter <strong>de</strong> schermen verzetten. Zo wordt thanseen tekst over <strong>de</strong> ‘Stenen Baak’ in het Duits, Engels en Fransvertaald. In <strong>de</strong> ‘Stenen Baak’ is er een leuke audiovisuele presentatie,maar in verband met <strong>de</strong> daarmee gemoei<strong>de</strong> kosten tot nu toealleen het Ne<strong>de</strong>rlands. Overigens moet ten aanzien van vrijwilligerswor<strong>de</strong>n vastgesteld dat <strong>de</strong> groep ‘vaste krachten’ door verhuizingwat klein is gewor<strong>de</strong>n; versterking is dus gewenst.Bij <strong>de</strong> opening van <strong>de</strong> toren voor het publiek op 3 juli 2004 isgebleken dat het ontbreken van een panorama als gemis wer<strong>de</strong>rvaren. Als ‘Vrien<strong>de</strong>n’ hebben we ter gelegenheid van <strong>de</strong> vieringvan <strong>de</strong> afronding van het project ‘Herinrichting Stenen Baak’ aan hetmuseum een panorama bestaan<strong>de</strong> uit <strong>de</strong> twee hieron<strong>de</strong>r afgedruktefoto’s aangebo<strong>de</strong>n.F.K.Stenen Baak: Panorama sector Zuid,zoals thans aangebracht op <strong>de</strong> toren.


8MuseumnieuwsDe bezoekersteller van het Historisch Museum Den Briel staat tentij<strong>de</strong> van dit schrijven op ruim 5.400. Dit is vooral te danken aan<strong>de</strong> leerlingen van het Voortgezet On<strong>de</strong>rwijs die begin 2004 <strong>de</strong>tentoonstelling Taal & Teken bezochten, kin<strong>de</strong>ren van basisscholenop Voorne die een bezoek brachten aan <strong>de</strong> tentoonstelling ‘Vis hetuit’, ‘Spel en Spelen op Voorne’ en bezoekers van <strong>de</strong> tentoonstelling‘Vis voor een prikkie’. Laatstvermel<strong>de</strong> tentoonstelling, die insamenwerking met <strong>de</strong> <strong>Historische</strong> Werkgroep Zwartewaal tot standkwam, duurt nog tot en met het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> cultuurmaand(31 oktober a.s.). Thans wordt <strong>de</strong> laatste hand gelegd aan educatiefmateriaal voor specifieke on<strong>de</strong>rwijsgroepen.Tij<strong>de</strong>ns Open Monumentendag op 11 september jl. werd on<strong>de</strong>r grotebelangstelling het ‘project Herinrichting Stenen Baak’ feestelijkafgesloten door <strong>de</strong> heer L.P. Klootwijk (wethou<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> gemeenteWestvoorne en tevens bestuurslid van het Recreatieschap Voorne,Putten en Rozenburg), <strong>de</strong> heer G. Schonenburg (directeur projectenvan <strong>de</strong> Rijksgebouwendienst) en <strong>de</strong> heer W. Kruikemeier(wethou<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> gemeente Brielle). De heer F. Keller schonk <strong>de</strong>projectpartners namens <strong>de</strong> <strong>Vereniging</strong> van Vrien<strong>de</strong>n van hetHistorisch Museum twee foto's, gemaakt vanaf het dak van <strong>de</strong> toren:een vergezicht van het platteland richting Brielle en een vergezichtvan het industriegebied ten noor<strong>de</strong>n van Oostvoorne. De toren,voorzien van een klein aantal museale objecten en een indrukwekken<strong>de</strong>audiovisuele presentatie, een staaltje van vernuft gerealiseerddoor Kappelhof & Fermont te Rotterdam, was voor het publiekal eer<strong>de</strong>r opengesteld, nl. op 3 juli jl. Sindsdien hebben <strong>de</strong> baakwachtersvan <strong>de</strong> Stenen Baak zo'n 1600 bezoekers mogen ontvangen.


Voor <strong>de</strong> resteren<strong>de</strong> perio<strong>de</strong> van dit jaar staat nog een aantalactiviteiten op stapel. In oktober zal <strong>de</strong> zogenoem<strong>de</strong> regentenverdiepingwor<strong>de</strong>n heringericht tot een portrettengalerij en wor<strong>de</strong>naangevuld met nieuwe bruiklenen van het Instituut CollectieNe<strong>de</strong>rland en <strong>de</strong> Stichting Merula Weeshuis. In het Waaggebouw zalna <strong>de</strong> tentoonstelling ‘Vis voor een prikkie’ <strong>de</strong> haringbuis wor<strong>de</strong>ngeplaatst. Uiteraard heeft dat tot gevolg dat <strong>de</strong> overige objecten daarvan plaats zullen veran<strong>de</strong>ren.Vanaf eind november staat <strong>de</strong> tentoonstelling Interieur op hetprogramma, <strong>de</strong> laatste tentoonstelling in een reeks van drie binnenhet driejarig project V*E*T (Voornes Eigen Tijd). Vanaf het vroegevoorjaar van 2005 zal een expositie wor<strong>de</strong>n getoond van tekeningen,prenten en schil<strong>de</strong>rijen met <strong>de</strong> stad Brielle of het landschap rondomBrielle als on<strong>de</strong>rwerp. Behalve uit <strong>de</strong> eigen collectie hoopt hetmuseum veel particuliere bruiklenen te kunnen tonen.Op het gebied van collectiebeheer wordt ver<strong>de</strong>r gewerkt aan <strong>de</strong>implementatie van het project ‘Voortgang collectieregistratie’. Eengroot on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van dit project bestaat uit het digitaliseren vanafbeeldingen uit het fotoarchief en <strong>de</strong>ze te koppelen aan hetregistratiebestand.Op het gebied van educatie en publieksbegeleiding zullen <strong>de</strong>komen<strong>de</strong> tijd verschillen<strong>de</strong> educatieve producten wor<strong>de</strong>nontwikkeld, zowel bij <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>lijke tentoonstellingen als bij <strong>de</strong> vastepresentatie(s).Het museum neemt <strong>de</strong>el aan het pilotproject Museummakkers, eeninitiatief van het Erfgoedhuis Zuid-Holland, waarbij leerlingen enmuseumme<strong>de</strong>werkers (vast en vrijwillig) als makkers samenwerken.Zo zullen veertien leerlingen van groep 1 vmbo van het Maerlantcollegeop verschillen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len bijdragen aan <strong>de</strong> realisatie van9


10<strong>de</strong> tentoonstelling Interieur: samenstelling, opbouw en inrichting,klimaatbeheersing, publiciteit en <strong>de</strong> opening.De educatieve projectenwor<strong>de</strong>n ontwikkeld en uitgevoerddoor Liesbeth Eshuis(zie foto), die sinds 1 juli jl.voor <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> van een jaarals me<strong>de</strong>werker educatie enpublieksbegeleiding aan hetmuseum is verbon<strong>de</strong>n.M.H.Liesbeth Eshuis, <strong>de</strong> nieuwe me<strong>de</strong>werkereducatie en publieksbegeleiding.Vrien<strong>de</strong>n werven Vrien<strong>de</strong>nKent u iemand die mogelijk lid zou willen wor<strong>de</strong>n? - Geef dit dandoor aan <strong>de</strong> secretaris:Mevrouw Els Laroy-MeeuseVan Almon<strong>de</strong>weg 703232 CS BrielleTel. & Fax 0181-413635e-mail: r.jlaroy@freeler.nlOp hetzelf<strong>de</strong> adres is ook promotie-materiaal te verkrijgen.


11ArchiefnieuwsBewarenEen van <strong>de</strong> meest belangrijke taken, zo niet <strong>de</strong> belangrijkste, van eenarchiefdienst is het bewaren van archiefstukken. Maar dan praten wewel over bewaren met <strong>de</strong> grote B. Archiefstukken moeten zodanigwor<strong>de</strong>n bewaard dat zij er over hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n jaren nog net zo fris uitzien als op het moment dat ze wer<strong>de</strong>n opgemaakt en wor<strong>de</strong>n daarommet <strong>de</strong> grootst mogelijke zorg omringd. Zo wor<strong>de</strong>n ze opgeslagen inzuurvrije omslagen, eventueel met zuurvrije hechtmechanismen, endito dozen en vervolgens in een archiefruimte geplaatst, die aanzware eisen moet voldoen.ArchiefbewaarplaatsIn 2000 zijn <strong>de</strong> regels waaraan een archiefbewaarplaats moetvoldoen, door <strong>de</strong> minister aangescherpt in zijn "Regeling bouw eninrichting archiefruimten en archiefbewaarplaatsen". Daarin zijnbepalingen opgenomen over <strong>de</strong> dikte en brandwerend vermogen van<strong>de</strong>uren en muren, <strong>de</strong> temperatuur en relatieve luchtvochtigheid, <strong>de</strong>luchtverversing, het niveau van verlichting en UV-straling, <strong>de</strong>aanwezigheid van blusmateriaal enz.Daarbij moet gelet wor<strong>de</strong>n op het doel van <strong>de</strong> ruimte: verschillen<strong>de</strong>materialen vereisen namelijk verschillen<strong>de</strong> bewaaromstandighe<strong>de</strong>n.Zo is <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ale temperatuur voor papier en perkament 17°C, terwijlfotomateriaal over het algemeen gebaat is bij veel lageretemperaturen. Om verval van kleurenfoto's en dia's tegen te gaan ishet noodzakelijk om <strong>de</strong>ze te bewaren in een gekoel<strong>de</strong> omgeving vantussen -2°C en -20°C. Het streekarchief heeft gelukkig voornamelijkzwart-wit fotomateriaal op papier; daarbij gel<strong>de</strong>n als boven- en


12on<strong>de</strong>rgrenzen: 17°C boven en 20°C on<strong>de</strong>r nul. Zodoen<strong>de</strong> is het nietnodig om een afzon<strong>de</strong>rlijke ruimte in te richten.Archiefbeschei<strong>de</strong>nDe voorgaan<strong>de</strong> regeling is erop gericht <strong>de</strong> stukken veilig en in goe<strong>de</strong>conditie te bewaren. Maar met het i<strong>de</strong>e ‘een goed begin is het halvewerk’ in het achterhoofd, heeft <strong>de</strong> minister gelijktijdig <strong>de</strong> ‘RegelingDuurzaamheid Archiefbeschei<strong>de</strong>n’ vastgesteld, waarin <strong>de</strong> kwaliteitvan <strong>de</strong> archiefbeschei<strong>de</strong>n zelf voorop staat. Hierbij draait het om <strong>de</strong>kwaliteit van <strong>de</strong> informatiedragers en <strong>de</strong> verpakkingen daarvan. Ophet eerste oog lijken <strong>de</strong> bepalingen misschien vergezocht, zoals <strong>de</strong>eis dat het door <strong>de</strong> overheid gebruikte papier aan <strong>de</strong> NEN 2728 moetvoldoen en <strong>de</strong> inkt aan <strong>de</strong> ISO 11798. Na<strong>de</strong>re beschouwing maaktechter dui<strong>de</strong>lijk dat het in <strong>de</strong> regeling vooral te doen is om <strong>de</strong>zwakke plekken van digitale archivering te versterken. Zo is eenstandaard aangewezen waarin computerbestan<strong>de</strong>n dienen te wor<strong>de</strong>nopgeslagen, zodat <strong>de</strong>ze over vele jaren en misschien zelfs <strong>de</strong>cenniamoeiteloos geraadpleegd kunnen wor<strong>de</strong>n. We zeggen misschien,omdat <strong>de</strong> ontwikkeling in <strong>de</strong> automatisering zeer snel gaat en eenstandaard van vijf jaar eer<strong>de</strong>r vaak hopeloos ou<strong>de</strong>rwets is.BewarenBewaren is dus zeker geen passieve bezigheid waarbij slechtstoezicht wordt gehou<strong>de</strong>n zodat er niet teveel wordt weggegooid.Integen<strong>de</strong>el, het wordt meer en meer een actieve bezigheid, waarbijvoortdurend gecontroleerd moet wor<strong>de</strong>n of (met name) digitaleinformatiedragers nog toegankelijk zijn.A.v.d.H.


13De noodlanding van Owen ThamerDrs. A.A. van <strong>de</strong>r HouwenOorlogOns land bleef geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> Eerste Wereldoorlog neutraal. Daarmeekon <strong>de</strong> oorlog echter niet volledig buiten <strong>de</strong> grenzen gehou<strong>de</strong>nwor<strong>de</strong>n, daarvoor was <strong>de</strong> strijd te dichtbij. Het leger wasgemobiliseerd en ie<strong>de</strong>r dorp of stad had wel een garnizoen van enigeomvang. Meer dan een miljoen Belgische vluchtelingen wer<strong>de</strong>nopgenomen, waarvan <strong>de</strong> meesten in kampen wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebracht.Kleine aantallen wer<strong>de</strong>n verspreid over het land en enkelen ook ophet eiland Voorne. Door <strong>de</strong> oorlog en blokka<strong>de</strong>s op zee wer<strong>de</strong>n veelgoe<strong>de</strong>ren schaars en moesten op <strong>de</strong> bon, in ie<strong>de</strong>re gemeente wer<strong>de</strong>en distributiedienst opgericht. Ook <strong>de</strong> feitelijke strijd kon nietwor<strong>de</strong>n genegeerd. Het gedreun van <strong>de</strong> zware beschietingen dieregelmatig aan het front plaatsvon<strong>de</strong>n was zelfs in Brielle goed tehoren. Vliegtuigen van <strong>de</strong> strij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> partijen schon<strong>de</strong>n bovendienhet Ne<strong>de</strong>rlandse luchtruim en lieten het daar niet bij. Britsetoestellen wierpen in 1917 bommen op Zierikzee, Goes en Sluis.Daartegen kon men overigens weinig uitrichten; luchtafweergeschutwas in <strong>de</strong>ze jaren nog volop in ontwikkeling. Slechts een enkele keerslaag<strong>de</strong> men erin om vliegtuigen te raken of zelfs maar te verjagen.Zo werd een Duitse Gotha neergehaald bij Nieuw Beerta inGroningen, maar niet eer<strong>de</strong>r dan dat het toestel zon<strong>de</strong>r problemenons land dwars was overgevlogen vanuit Zeeland!Vliegtuigen boven BrielleVoor velen waren vliegtuigen in die jaren, meer nog dan tegenwoordig,bezienswaardighe<strong>de</strong>n. Het simpelweg overvliegen van een


<strong>14</strong>toestel was re<strong>de</strong>n genoeg voor een vermelding in <strong>de</strong> krant. Zo stondin <strong>de</strong> zomer van 1915 in <strong>de</strong> Brielsche Courant: ‘Gistermorgen,ongeveer half een, is een vliegmachine over onze gemeentegepasseerd. Hoewel <strong>de</strong> motor goed hoorbaar was, kon men <strong>de</strong> vliegmachinemoeilijk zien, daar zij een verbazen<strong>de</strong> hoogte bereikt had.Herhaal<strong>de</strong> malen ging ze boven <strong>de</strong> wolken’ en elf weken later:‘Gisteren vloog, in <strong>de</strong> richting van <strong>de</strong>n toren een vliegmachine(twee<strong>de</strong>kker) over onze gemeente’.Het weekblad De Prins drukte <strong>de</strong>ze foto af. De officier van gezondheid, 1eluitenant C. Hoek is met een kruisje aangegeven. De witte cirkel op <strong>de</strong> romp vanhet toestel is het herkenningsteken van het 60 e squadron (fotograaf Van Leer).Een noodlandingOp 6 januari 1918, omstreeks half drie ‘s middags, vloog er eenvliegtuig laag over Brielle. Al snel werd dui<strong>de</strong>lijk dat het inmoeilijkhe<strong>de</strong>n verkeer<strong>de</strong> en een landingsplaats zocht. In <strong>de</strong>Langewei zette <strong>de</strong> piloot het toestel aan <strong>de</strong> grond. Het was


15zondagmiddag en verschillen<strong>de</strong> mensen waren juist een wan<strong>de</strong>lingaan het maken. Zoals <strong>de</strong> officier van gezondheid C. Hoek, dietoevallig aan <strong>de</strong> Langeweg wan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> en als eerste bij het vliegtuigwas. En Leen<strong>de</strong>rt van Adrighem, die langs <strong>de</strong> Langesingel liep enenkele sloten oversprong om zo snel mogelijk bij het toestel tekomen. En zoals ook Joh.H. Been; hij was net teruggekeerd van eenwan<strong>de</strong>ling met zijn hond, toen hij door zijn buren werd gealarmeerd.Tegen <strong>de</strong> tijd dat hij op <strong>de</strong> wei buiten <strong>de</strong> Langepoort arriveer<strong>de</strong>, zaghet daar zwart van <strong>de</strong> mensen.Het toestelHet toestel dat bij Brielle geland was, was niet zomaar het eerste hetbeste. ‘Een prachtig voorwerp’, merkte Been terecht op in zijndagboek, ‘dat ik goed bekeken heb’. Hoewel Been, evenals <strong>de</strong>an<strong>de</strong>re aanwezigen, weinig vergelijkingsmateriaal zal hebben gehad,was het vliegtuig in<strong>de</strong>rdaad ‘een prachtig voorwerp’. Het betrof eenRAF SE-5A, dat nog geen jaar eer<strong>de</strong>r zijn intre<strong>de</strong> had gedaan. Hetwas een verbeter<strong>de</strong> versie van <strong>de</strong> SE-5, waarbij <strong>de</strong> verbetering, naastkleine wijzigingen als <strong>de</strong> verkleining van vleugels en <strong>de</strong> ruit, vooral<strong>de</strong> zwaar<strong>de</strong>re motor betrof. De SE-5, waarvan er overigens nog geenzestig zijn gebouwd, had een Franse Hispano Suiza (HS) watergekoel<strong>de</strong>motor van 150 pk, <strong>de</strong> SE-5A één van 200 pk. Het toestelwas behoorlijk wendbaar en zeer stevig gebouwd. Het was vrijhoekig en bestond uit een houten geraamte dat met linnen wasbekleed, met uitzon<strong>de</strong>ring van het voorste <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> romp datgeheel met triplex was afge<strong>de</strong>kt. S.E. staat voor ‘Scout Experimental’en gaf daarmee ook direct het doel aan: verkenning. Daar was hettoestel ook me<strong>de</strong> op ontworpen; door <strong>de</strong> romp smal te hou<strong>de</strong>n had <strong>de</strong>vlieger goed zicht naar bene<strong>de</strong>n.De bewapening bestond uit een Vickers mitrailleur links op <strong>de</strong> romp,


16en een Lewis mitrailleur die op <strong>de</strong> bovenvleugel was geplaatst.Recht voor <strong>de</strong> piloot was ten slotte een verrekijker geplaatst. In hetgevecht bleek <strong>de</strong> SE-5A al gauw een formidabele gevechtsmachinete zijn en, zeker in het begin, zelfs superieur. Het was bovendien eenre<strong>de</strong>lijk warme machine, wat tij<strong>de</strong>ns vliegen op grote hoogte, envooral in <strong>de</strong> winter, een pluspunt was. Het werd dan ook hetfavoriete type van veel van <strong>de</strong> bekendste azen van het Gemenebest.Albert Ball, James McCud<strong>de</strong>n en William ‘Billy’ Bishop scoor<strong>de</strong>nvolop met <strong>de</strong> nieuwe jager.De cockpit van een SE-5A met het aangepaste kleine windscherm en <strong>de</strong>karakteristieke verrekijker, links daarvan <strong>de</strong> Vickers-mitrailleur.Het gelan<strong>de</strong> toestel was gebouwd door <strong>de</strong> Royal Aircraft Factory teFarnborough, waar het geregistreerd was als B4885. Bij zijn bouwkreeg het, vanwege <strong>de</strong> enorme vraag naar vliegtuigen en het


17achterblijven van motoren, ‘slechts’ een HS 150 pk motor. In oktober1917 werd het toestel ingezet bij het 56 e Squadron, misschien wel hetmeest roemruchte Britse Squadron uit <strong>de</strong> Eerste Wereldoorlog.Slechts tien dagen later verongelukte <strong>de</strong> piloot, luitenant A. Dodds,zodanig met <strong>de</strong> B4885 dat het vliegtuig naar een Repair Park moest.Daar kreeg het toestel waarschijnlijk ook <strong>de</strong> zwaar<strong>de</strong>re motor die hetverdien<strong>de</strong>. Het duur<strong>de</strong> tot 3 januari 1918 voordat het toestel opnieuwkon wor<strong>de</strong>n geplaatst. Nu ging het naar het 60e squadron. Drie dagenlater land<strong>de</strong> het toestel onbeschadigd nabij Brielle.Ne<strong>de</strong>rlandse belangstellingNiet alleen Been had vol bewon<strong>de</strong>ring om het vliegtuig heen gelopen.Ook officieren van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Luchtvaartaf<strong>de</strong>ling (L.V.A.) warenin hun nopjes over het toestel. Het was <strong>de</strong> eerste (en tevens laatste)SE-5A die onbeschadigd in ons land land<strong>de</strong> en zij kon<strong>de</strong>n niet wachtenom het vliegtuig in <strong>de</strong> eigen luchtvloot op te nemen. Formeeldien<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rland, als neutraal land, <strong>de</strong> vliegtuigen te interneren. Na<strong>de</strong> oorlog zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> toestellen dan tegen betaling van kosten vanopslag e.d. aan <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> lan<strong>de</strong>n terug wor<strong>de</strong>n gegeven. In <strong>de</strong>praktijk zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze lan<strong>de</strong>n echter geen belangstelling meer hebbenvoor het oorlogstuig en zou<strong>de</strong>n wel genegen zijn het te verkopen.Met dit in het achterhoofd span<strong>de</strong> <strong>de</strong> L.V.A. zich in om <strong>de</strong> bestevliegtuigen op te eisen. Zodoen<strong>de</strong> wist <strong>de</strong> Af<strong>de</strong>ling een vloot vanzeer gevarieer<strong>de</strong> samenstelling te vergaren. Het was namelijk niet <strong>de</strong>eerste keer dat een vlieger door verkeer<strong>de</strong> navigatie of gebreken eennoodlanding op Ne<strong>de</strong>rlands grondgebied moest maken. Integen<strong>de</strong>el,in Zeeuws-Vlaan<strong>de</strong>ren kwam dit zo vaak voor, dat men ging spreken van<strong>de</strong> ‘fabriek van Cadzand’. Van <strong>de</strong> 107 buitenlandse toestellen die tij<strong>de</strong>ns<strong>de</strong> Eerste Wereldoorlog in Ne<strong>de</strong>rland een noodlanding maakten, nam <strong>de</strong>L.V.A. er niet min<strong>de</strong>r dan 69 in gebruik.


18Het ‘<strong>Brielse</strong>’ vliegtuig werd onmid<strong>de</strong>llijk on<strong>de</strong>r militaire bewakinggesteld; <strong>de</strong> mensen die er kort tevoren nog omheen had<strong>de</strong>ngedrongen wer<strong>de</strong>n op afstand gehou<strong>de</strong>n. Twee dagen later werd hettoestel ge<strong>de</strong>monteerd en op grote vrachtwagens naar vliegveldSoesterberg gebracht. Enkele weken later werd het toestel ingevlogendoor 1 e lieutenant W.C.J. Versteegh en kreeg het een Ne<strong>de</strong>rlandseregistratie: SE2<strong>14</strong>HS200. Niet slechts het toestel, ook <strong>de</strong> motor werdnauwkeurig on<strong>de</strong>rzocht. Deze werd zelfs overgebracht naar VanBerkel’s Patent om - met goedkeuring van Hispano Suizo - on<strong>de</strong>rlicentie na te wor<strong>de</strong>n maken. Ten slotte werd het toestel in augustus1918 door <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse overheid aangekocht voor £ 3.000,-.De vliegerDe onfortuinlijke vlieger van het toestel was luitenant Owen Thamer.Veel weten we niet van hem. Been noemt hem in zijn dagboek ‘eenjong ventje’. Dat is niet verwon<strong>de</strong>rlijk; <strong>de</strong> meeste vliegers warenjong, Thamer zal waarschijnlijk een jaar of 19 zijn geweest. Weweten ver<strong>de</strong>r dat hij afkomstig was uit Kitchener in <strong>de</strong> Cana<strong>de</strong>sestaat Ontario en slechts een paar maan<strong>de</strong>n eer<strong>de</strong>r aan het front wasgearriveerd.Canada raakte, als <strong>de</strong>el van het Britse Gemenebest, in 19<strong>14</strong>betrokken in <strong>de</strong> Wereldoorlog. Het land zou <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> jarenenorme aantallen manschappen leveren voor <strong>de</strong> strijd in West-Europa. Het land beschikte zelf niet over een luchtmacht (het inseptember ‘<strong>14</strong> opgerichte Canadian Aviation Corps, bestaan<strong>de</strong> uitéén technicus en twee officieren, was, eenmaal aangekomen inEngeland, een stille dood gestorven, toen bleek dat het enigevliegtuig waarover het C.A.C. kon beschikken, totaal onbruikbaarwas voor <strong>de</strong> strijd). De Royal Flying Corps (R.F.C.), <strong>de</strong> luchtmachtvan het Verenigd Koninkrijk, stond weliswaar open voor


20Het 60e squadron was gestationeerd in Poperinge, enkele kilometersten westen van Ieper. Het squadron had als belangrijkste taak omvijan<strong>de</strong>lijke troepenverplaatsingen te signaleren en daarnaast om heteigen artillerievuur te gelei<strong>de</strong>n door mid<strong>de</strong>ls radiocontact <strong>de</strong> inslagvan granaten door te geven.Detail van het westelijk front waar Owen Thamer dien<strong>de</strong>.Ten slotte, en dit is ongetwijfeld <strong>de</strong> meest tot <strong>de</strong> verbeeldingspreken<strong>de</strong> taak, om vijan<strong>de</strong>lijke vliegtuigen te verhin<strong>de</strong>ren hetzelf<strong>de</strong>te doen. Ten behoeve van <strong>de</strong> eigen ver<strong>de</strong>diging en een sterkere aanval,vlogen <strong>de</strong> vliegtuigen veelal in formaties van meer<strong>de</strong>re toestellen.Het 60e beschikte over circa achttien toestellen, ver<strong>de</strong>eld over drievluchten van elk zes vliegtuigen. In augustus 1917 was het squadronovergegaan van <strong>de</strong> Nieuport 17 naar <strong>de</strong> SE-5A’s.


21DIXI (pseudoniemvoor J. <strong>de</strong> Kievit),schreef in <strong>de</strong>Nieuwe BrielscheCourant van 9januari 1918 zijneigen verslag.In België maakte Thamer waarschijnlijk voor het eerst kennis met <strong>de</strong>SE-5A. De volgen<strong>de</strong> twee maan<strong>de</strong>n vloog hij er vrijwel dagelijksmee langs het front, zodat hij ongetwijfeld veel ervaring op<strong>de</strong>ed.Begin januari kreeg hij een nieuw toestel, <strong>de</strong> B4885, dat zojuistingrijpend gereviseerd was. Daarmee steeg Thamer op zondag 6januari 1918 om tien over twaalf op voor een patrouillevlucht langshet front van Ieper tot Nieuwpoort. Om half twee werd hij noggezien ten noordoosten van Ieper. Van hieruit vloog hij naar hetnoordwesten, langs <strong>de</strong> IJzer. Nabij <strong>de</strong> kust kwam hij in het zicht vaneen Duitse Jagdstaffel of af<strong>de</strong>ling Albatrossen. Dit waren gevrees<strong>de</strong>vliegtuigen en Thamer besloot, ook omdat hij alleen was, een


22luchtgevecht uit <strong>de</strong> weg te gaan. Hij week uit naar boven zee en wist<strong>de</strong> achtervolgers van zich af te schud<strong>de</strong>n door in en boven te wolkente klimmen. Toen hij daar weer on<strong>de</strong>r uit dook, was hij blijkbaar zijnoriëntatie kwijt. Hij vloog naar het oosten en zocht <strong>de</strong> kustlijn afnaar herkenningspunten, die hij niet zag. Tenslotte raakte zijnbrandstof op en was hij gedwongen om te lan<strong>de</strong>n. De wei evenbuiten Brielle leek hem een mooie landingsbaan.Geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> oorlog wer<strong>de</strong>n in totaal 33.105 Belgen, 1751 Engelsen, <strong>14</strong>61Duitsers, 8 Fransen en 4 Amerikanen geïnterneerd. Kamp Zeist was een van <strong>de</strong>grote interneringskampen voor militairen. Officeren kregen veelal toestemming ombuiten het kamp huisvesting te zoeken.GenterneerdIn eerste instantie meen<strong>de</strong> Thamer zijn toestel in Frankrijk aan <strong>de</strong>grond te hebben gezet. Hij schrok dan ook toen hij begreep dat hijzich veel ver<strong>de</strong>r naar het noor<strong>de</strong>n bevond. Even dacht hij in België,dus achter <strong>de</strong> Duitse linies, te zijn neergekomen en hij vrees<strong>de</strong>


23gevangen te wor<strong>de</strong>n genomen. Tot zijn opluchting werd hij echter,met <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n van Been ‘zeer hartelijk ontvangen’. Ongetwijfeldzal het voor <strong>de</strong> officieren van het <strong>Brielse</strong> garnizoen een welkomeafleiding hebben betekend. ‘Eerst was hij naar <strong>de</strong> kazerne geleid’,schrijft onze bron, ‘later zag ik hem tussen twee officieren, gezelligpratend, uit <strong>de</strong> Langestraat naar het Hotel ‘De Nymph’ gaan, waarhij aan <strong>de</strong> officieren-tafel genodigd werd. Hij liet zich een bittertjewel smaken en vond een Hollandse sigaar verrukkelijk. BijRosmolen (Voorstraat 106, AvdH) kocht hij een paar schoenen entoen bleek hij heel veel geld bij zich te hebben. Over <strong>de</strong> prijs van 17gul<strong>de</strong>n (wat wij vrij duur vin<strong>de</strong>n) stond hij versteld. ‘In Frankrijkbetaalt men daar ongeveer 100 francs voor’. ‘s Avonds was het feestover. Thamer vertrok on<strong>de</strong>r begeleiding van luitenant Helliese met<strong>de</strong> boot van zeven uur naar ‘s Gravenhage. Geduren<strong>de</strong> het ver<strong>de</strong>reverloop van <strong>de</strong> oorlog bleef hij in ons land geïnterneerd. Als officierzal hij misschien het voorrecht hebben genoten om te wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rgebrachtin een hotel, in plaats van een interneringskamp waar <strong>de</strong>meeste soldaten terecht kwamen. Niettemin zal <strong>de</strong> oorlog nog langvoor hem hebben geduurd. In november 1918 reis<strong>de</strong> hij terug naarCanada en in mei 1919 werd hij uit <strong>de</strong> dienst ontslagen.Met dank aan <strong>de</strong> heer F. Ger<strong>de</strong>ssen van <strong>de</strong> Sectie Luchtmachthistoriete ‘s Gravenhage, voor verkregen informatie.Over <strong>de</strong> auteur:Drs. A.A. van <strong>de</strong>r Houwen is adjunct-streekarchivaris van Voorne-Putten en Rozenburg


24Coöperatieve Stoomzuivelfabriek ‘De Eersteling’H. VegterInleidingEind negentien<strong>de</strong>, begin twintigste eeuw was er sprake van eenopmerkelijke groei van verschillen<strong>de</strong> takken van han<strong>de</strong>l ennijverheid in Brielle. Opvallend genoeg vond die groei voor eenbelangrijk <strong>de</strong>el plaats aan het Slagveld, dat tot die tijd vooral eengroen karakter had, bestaan<strong>de</strong> uit voornamelijk moestuinen enboomgaar<strong>de</strong>n met hier en daar een zoutkeet en turfschuur. In 1879werd hier een nieuwe machinale touwslagerij gebouwd door <strong>de</strong>firma Hofland. In 1896 ontston<strong>de</strong>n er twee nieuwe bedrijven: nabij<strong>de</strong> Zevenhuizen <strong>de</strong> kalkbran<strong>de</strong>rij, weldra uitgebreid met een kalkzandsteenfabriek,en aan het Scharloo <strong>de</strong> stoomzuivelfabriek ‘DeEersteling’. In 1905 werd nabij <strong>de</strong> Kaaistraat <strong>de</strong> CoöperatieveGroentenveiling opgericht en in 1908 werd een gasfabriek aan hetSlagveld opgestart, ter vervanging van <strong>de</strong> fabriek aan <strong>de</strong> Dijkstraat.Tot slot werd in 1918 een houthan<strong>de</strong>l gesticht met <strong>de</strong> naam ‘DeEilan<strong>de</strong>n’. In dit opstel beperken we ons tot <strong>de</strong> Stoomzuivelfabriek.De CoperatieMelkveehou<strong>de</strong>rs uit diverse plaatsen op Voorne kwamen op 27 april1896 bij elkaar in Brielle om te besluiten tot <strong>de</strong> oprichting van eencoöperatie voor <strong>de</strong> verwerking van melk tot roomboter. Totnogtoegebeur<strong>de</strong> dat veelal op <strong>de</strong> boer<strong>de</strong>rij. De le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> coöperatiewaren niet allemaal grote veehou<strong>de</strong>rs. Wat te <strong>de</strong>nken van C. <strong>de</strong> Snayeruit Vierpol<strong>de</strong>rs met één koe in <strong>de</strong> winter en drie in <strong>de</strong> zomer? De startwas voortvarend; in mei waren <strong>de</strong> statuten en een huishou<strong>de</strong>lijkreglement klaar en in juli werd het eerste bestuur officieel gekozen.


25Er werd besloten een stuk grond aan het Scharloo nabij bastion IV tekopen. De eigenaar, <strong>de</strong> heer Lageweg ging akkoord met het bod vanf 1.000,-. Voor <strong>de</strong> bouw van een fabriek was echter meer geld nodig.De voorlopige begroting beliep een totaal van f <strong>14</strong>.500,-. Ook ditwas geen belemmering en in augustus vond <strong>de</strong> aanbesteding plaats.De eerste steenlegging door <strong>de</strong> heer J. Snoey uit Rockanje was inseptember en <strong>de</strong> opening van <strong>de</strong> fabriek volg<strong>de</strong> op <strong>14</strong> <strong>de</strong>cember.De stoomzuivelfabriek aan het Scharloo, omstreeks 1910Het is tegenwoordig eigenlijk niet te geloven dat in negen maan<strong>de</strong>neen complete fabriek kon wor<strong>de</strong>n gebouwd. In onze tijd kost het velejaren om alle vergunningen binnen te krijgen. Overigens kwam <strong>de</strong>eerste steenlegging enkele jaren later nog ter sprake. Toen Snoey zijnbestuursfunctie neerleg<strong>de</strong> stel<strong>de</strong> hij het bestuur voor dat er een steenzou wor<strong>de</strong>n ingemetseld, waarop gememoreerd zou wor<strong>de</strong>n wanneeren door wie <strong>de</strong> eerste steen was gelegd. Het bestuur vond het eengoed plan, mits Snoey zelf <strong>de</strong> steen liet maken. Het bestuur zou er


26vervolgens zorg voor dragen dat <strong>de</strong> steen geplaatst zou wor<strong>de</strong>n. Inhet gebouw is geen ge<strong>de</strong>nksteen (meer) te vin<strong>de</strong>n…Het bestuurDe Coöperatie was bestemd voor heel Voorne, althans voor <strong>de</strong> toenmaligegemeenten Brielle, Vierpol<strong>de</strong>rs, Rockanje, Oostvoorne enNieuwenhoorn. Die gedachte kwam ook tot uitdrukking in <strong>de</strong>samenstelling van het voorlopige bestuur. Uit elke gemeente wer<strong>de</strong>ntwee le<strong>de</strong>n benoemd in het voorlopige bestuur. Het tij<strong>de</strong>lijkvoorzitterschap kwam in han<strong>de</strong>n van Jan Snoey, die algemeen alsvoortrekker van <strong>de</strong> hele on<strong>de</strong>rneming werd en wordt beschouwd. Injuli 1896 werd het <strong>de</strong>finitieve bestuur gekozen. Dit bestond uit driepersonen. Daarnaast wer<strong>de</strong>n vijf commissarissen benoemd, waarbij<strong>de</strong> woonplaats geen rol speel<strong>de</strong>. Tot <strong>de</strong>finitief voorzitter werdM.L. Veenenbos uit Brielle gekozen.De EerstelingDe fabriek kreeg <strong>de</strong> naam ‘De Eersteling’. In <strong>de</strong> toespraak door <strong>de</strong>voorzitter ter gelegenheid van <strong>de</strong> eerste steenlegging werd <strong>de</strong> naamtoegelicht. De spreker bracht in herinnering: ‘dat op een gehou<strong>de</strong>nverga<strong>de</strong>ring door een belangstellend <strong>de</strong>elnemer het voorstel werdgedaan <strong>de</strong> fabriek een naam te geven, en wist geen betere naam daarvoorte be<strong>de</strong>nken dan <strong>de</strong> Eersteling.En waarom? Omdat in 1572 <strong>de</strong>n Brielle <strong>de</strong> eerste stad is geweest, diehet Spaansche juk afschud<strong>de</strong>, en zich we<strong>de</strong>r vrij kon bewegen, endaarom in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis bekend staat als <strong>de</strong> Eersteling <strong>de</strong>rvrijheid, en in 1813, was Brielle weer <strong>de</strong> eerste stad die zich vrijmaakte van <strong>de</strong> Fransche overheersching.En nu zal <strong>de</strong> eerste zuivelfabriek op het eiland Voorne te Briellewor<strong>de</strong>n opgericht en het is daarom, dat door hem werd voorgesteld,


27<strong>de</strong> fabriek te noemen <strong>de</strong> Eersteling. Dit voorstel werd met daverendapplaus begroet en aangenomen’.Het briefhoofd uit 1908 weerspiegelt het zelfvertrouwen van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rneming.Verga<strong>de</strong>ringenDe le<strong>de</strong>n waren het erover eens dat er streng op <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong>melk moest wor<strong>de</strong>n gelet. Daarbij stuitte men weldra op <strong>de</strong> voedingvan <strong>de</strong> koeien. Er waren boeren die hun koeien lijnzaad en -koekengaven. Dat beïnvloed<strong>de</strong> <strong>de</strong> smaak van <strong>de</strong> melk en daarmee die van<strong>de</strong> boter, na<strong>de</strong>lig.In <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ringen wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze en an<strong>de</strong>re problemen uitvoerigbesproken. Wat bijvoorbeeld aan te vangen met <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rmelk, hetproduct dat overblijft na het afromen van <strong>de</strong> melk. Er zou kaas vangemaakt kunnen wor<strong>de</strong>n maar daarvoor ontbraken <strong>de</strong> spullen.Uitventen langs <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur voor an<strong>de</strong>rhalve cent per liter was eenmogelijkheid maar er was geen venter. Voorlopig werd besloten dat<strong>de</strong> boeren <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rmelk terug moesten nemen. In 1898 werd eenpoging on<strong>de</strong>rnomen om <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rmelk te ‘verkazen’, maar <strong>de</strong>aangetrokken kaasmaker hield het al snel voor gezien en <strong>de</strong>productie werd gestaakt.


28DirectieTot directeur werd Otto Bolhuis benoemd. Hij had <strong>de</strong> dagelijkseleiding en verrichtte zijn taak tot ie<strong>de</strong>rs tevre<strong>de</strong>nheid. Een voorstelvan het bestuur om na enige jaren zijn salaris met f 200,- te verhogentot f 1.400,- maakte echter in <strong>de</strong> le<strong>de</strong>nverga<strong>de</strong>ring <strong>de</strong> tongen los. Erwerd genuanceerd over gesproken. De één was ronduit tegen, eenan<strong>de</strong>r vond f 1.300,- genoeg en weer een an<strong>de</strong>r wil<strong>de</strong> het bestuurvolgen. Volgens goed va<strong>de</strong>rlands recept werd <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nweggevolgd. Het salaris werd verhoogd tot f 1.300,-. Klachten waren erook: het lid Nieuwland strooi<strong>de</strong> praatjes rond als zou <strong>de</strong> directeur hetvetgehalte van <strong>de</strong> melk niet goed bepalen. Het bestuur nam zelfmonsters melk van Nieuwland en voer<strong>de</strong> controle uit. De uitslag gafaan dat <strong>de</strong> meting van <strong>de</strong> directeur juist was.UitbreidingHet ging <strong>de</strong> zuivelfabriek <strong>de</strong> eerste jaren voor <strong>de</strong> wind. Dekaasmakerij kwam alsnog van <strong>de</strong> grond en kon allengs wor<strong>de</strong>nuitgebreid en ook <strong>de</strong> fabriek zelf werd weldra te klein.Toen in 1906 <strong>de</strong> tramverbinding tussen Oostvoorne en Spijkenissevoltooid was, speel<strong>de</strong> men zelfs met plannen om <strong>de</strong>hele fabriek te verplaatsen naar het ravelijn waarin het tramstationwas gelegen. Voorzitter Veenenbos en <strong>de</strong> directeurgingen het terrein nabij <strong>de</strong> tramhalte opmeten en polsten vervolgens<strong>de</strong> RTM of er bezwaar bestond tegen een vestigingvan <strong>de</strong> zuivelfabriek. Het ravelijn was echter eigendom vanhet ministerie van Oorlog en die wil<strong>de</strong> geen fabriek in hetschootsveld. Ook een poging van het bestuur om door mid<strong>de</strong>lvan voorspraak van <strong>de</strong> minister van Landbouw toestemmingtot bouw te verkrijgen, bleef zon<strong>de</strong>r succes. Het bleef: nee.


29Mo<strong>de</strong>rniseringIn <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r jaren werd <strong>de</strong> botercontrole strenger. Vooral <strong>de</strong>koeling van <strong>de</strong> melk was daarbij een zwak punt. Er was weliswaareen ijskel<strong>de</strong>r, maar die was ‘s zomers leeg. In 1910 werd daaromnaast een nieuwe stoommachine ook een machine voor ijsbereidingaangeschaft. Er was langdurig over nagedacht en daarbij was ookgedacht aan <strong>de</strong> verkoop van ijs; slagers en ook het Groene Kruishad<strong>de</strong>n al interesse getoond. Voor een blok van 20 kg kon <strong>de</strong> fabriek30 cent in rekening brengen. Het bestuur kon dan ook met een gerusthart een lening aangaan van f 7.000,-.De le<strong>de</strong>n kon<strong>de</strong>n tevre<strong>de</strong>n zijn en tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> jaarverga<strong>de</strong>ring van 19<strong>14</strong>besloten zij zichzelf eens te verwennen. Het positieve saldo van <strong>de</strong> rekeningbedroeg ƒ 300,- en met algemene stemmen werd goedgevon<strong>de</strong>n van ditbedrag een gezellige dag per boot naar Rotterdam te bekostigen om daar een‘variatie’(zo zeggen <strong>de</strong> notulen, bedoeld zal zijn een variété) te bezoeken.OorlogDe samenwerking met <strong>de</strong> RTM verliep al even voorspoedig. DeMaatschappij had een speciale wagon aangeschaft waarmee <strong>de</strong> melkvervoerd kon wor<strong>de</strong>n naar Rotterdam. De Eerste Wereldoorlogbeïnvloed<strong>de</strong> <strong>de</strong> afzet op verschillen<strong>de</strong> manieren. Zo steeg <strong>de</strong> melkprijsvanwege <strong>de</strong> oorlogssituatie, maar <strong>de</strong> overheid voer<strong>de</strong> een’oorlogswinst’-belasting in. Daarbij moest men <strong>de</strong> melkventer goedcontroleren omdat <strong>de</strong> hoge prijs het aanlokkelijk maakte om <strong>de</strong> melkte verdunnen. Uitein<strong>de</strong>lijk kwam <strong>de</strong> roomboter op <strong>de</strong> bon.De melksalonNa <strong>de</strong> moeilijke oorlogsjaren trachtte directeur Bolhuis het bedrijfeen nieuwe impuls te geven. Hij wil<strong>de</strong> bovendien af van het geloopnaar <strong>de</strong> fabriek voor melk en karnemelk. Hij kocht in 1918 het pand


30In 19<strong>14</strong> maakten <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> coöperatie een reisje naar Rotterdam. Met eenspeciale boot keer<strong>de</strong>n zij pas rond twee uur ‘s nacht terug in Brielle...Nobelstraat 33, dat hij vervolgens ingrijpend liet verbouwen engeschikt maken als winkel voor <strong>de</strong> verkoop van melk en melkproducten.Een bevrien<strong>de</strong> architect uit Assen had het ontwerpgemaakt. Het voortvarend optre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> directeur was evenslikken voor het bestuur, vooral ook omdat het tevens het woonhuisvan Bolhuis was, maar men besloot erin mee te gaan; <strong>de</strong> coöperatiehuur<strong>de</strong> <strong>de</strong> winkel. Op <strong>de</strong> bovenverdieping was een heuse melksalongepland, waar men een glaasje melk kon drinken. Op zaterdag 5april 1919 werd het verbouw<strong>de</strong> pand geopend. Nog steeds siert <strong>de</strong>naam <strong>de</strong> voorgevel. Voor gezellige avon<strong>de</strong>n werd ook een pianoaangeschaft. De salon bleek in een behoefte te voorzien en werd ook


31‘s avonds gebruikt. Zo wer<strong>de</strong>n voordrachtsavon<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n enwerd in <strong>de</strong> salon op 2 augustus 1919 <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> Voetbalverenigingopgericht, <strong>de</strong> voorloper van <strong>de</strong> voetbalvereniging WRW. In 1921vier<strong>de</strong> men het 25-jarig bestaan van <strong>de</strong> fabriek. Men kon terugkijkenop wisselend succesvolle en moeilijke jaren en zag <strong>de</strong> toekomst metvertrouwen tegemoet.Links: bouwtekening van <strong>de</strong> winkel annexmelksalon, 1918. Boven: in <strong>de</strong> gevel werd<strong>de</strong> naam aangebracht, foto 2004.Toenemen<strong>de</strong> concurrentieIn <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> jaren ging het echter min<strong>de</strong>r goed met fabriek enwinkel. De melksalon verliep en moest in 1926 <strong>de</strong> <strong>de</strong>uren sluiten.Directeur Bolhuis vertrok naar Den Haag. Vanuit Den Haag liet


32hij - kennelijk had hij nog ban<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l - weten dat‘De Eersteling’ <strong>de</strong> verkoop van roomboter had overgedaan aan W.Noor<strong>de</strong>rmeer Hz. De concurrentie nam toe. In 1927 werd <strong>de</strong>ijsfabriek annex zuivelfabriek ‘De Nieuwe Brielsche’ geopend. Dezeinrichting stond buiten <strong>de</strong> vestingwallen, nabij het tramstation, ophet ravelijn waar het bestuur ooit een nieuwe ‘De Eersteling’ hadwillen bouwen. De neergang zette nu bijzon<strong>de</strong>r snel in. In <strong>de</strong> krantenverschenen steeds vaker advertenties van ‘De Nieuwe Brielsche’.Maar ook door een gemeenschappelijke rivaal: <strong>de</strong> komst vanmargarine. Dit goedkope alternatief voor <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> roomboter wasvoor bei<strong>de</strong> zuivelfabrieken <strong>de</strong>sastreus. Reeds in 1928 stierf ‘DeEersteling’, zo flink begonnen in 1896, een stille dood.Ook <strong>de</strong> concurrent kreeghet moeilijk en welvanuit onverwachte hoek.Het verkeer nam toe en<strong>de</strong> aanleg van <strong>de</strong> GroeneKruisweg vor<strong>de</strong>r<strong>de</strong> enhad ruimte nodig. ‘DeNieuwe Brielsche’ moestIn <strong>de</strong> jaren twintig steeg <strong>de</strong> prijs van boter; <strong>de</strong>jamfabriek Brielle aarzel<strong>de</strong> niet om daar gebruikvan te maken.verdwijnen: op 12 oktober1934 stond <strong>de</strong> inventarisin <strong>de</strong> krant te koop enkort daarop werd <strong>de</strong> fabriek gesloopt. De ijsbereiding werd voortgezetin een pand aan <strong>de</strong> Brigittenweg. Na bijna 40 jaar was <strong>de</strong>zuivelindustrie weer uit Brielle verdwenen.Over <strong>de</strong> auteur:Henk Vegter is oud-directeur van <strong>de</strong> MAVO Bahûrim. Hij woont inBrielle.


33Voordracht van Multatuli brengt <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> krantenwereldin het geweerMevrouw. J.T. GroeneveldIn 2002 werd Multatuli (<strong>de</strong> schrijversnaam van Eduard DouwesDekker) door <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Maatschappij <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlandse Letterkun<strong>de</strong>aangewezen als <strong>de</strong> belangrijkste schrijver van Ne<strong>de</strong>rland.Sinds het verschijnen van <strong>de</strong> Max Havelaar in 1860 heeft <strong>de</strong>Multatuli-studie niet stilgestaan. Wat er over hem als persoon enover zijn werk geschreven is, vult heel wat planken. Daarnaast kanMultatuli bogen op een museum, een aan hem gewijd genootschap,een eigen tijdschrift, diverse biografieën, een film en een Multatuliencyclopedie.Multatuli’s bekendste boek,Max Havelaar, wordt doorvelen beschouwd als het bestewat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse literatuurheeft voortgebracht. Deze romanwaarvan <strong>de</strong> volledige titel luidt:Max Havelaar of <strong>de</strong> koffijveilingen<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlandschehan<strong>de</strong>lmaatschappij gaat overeen heet hangijzer in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsepolitiek van die dagen:Indië. In een sterk variëren<strong>de</strong> stijlbeschrijft Multatuli daarin hetonrecht dat zowel aan <strong>de</strong>Multatule, portret door August Allebé, 1874 inlandse bevolking als aan eenbestuursambtenaar op Java


34wordt aangedaan. Het boek is als zodanig een aanklacht en eistgerechtigheid. De publicatie ervan miste zijn uitwerking dan ookniet; het ver<strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong> lezers in twee kampen. De voorstan<strong>de</strong>rs warenhet met Multatuli eens: <strong>de</strong> Javaan werd uitgebuit. De tegenstan<strong>de</strong>rsdaarentegen von<strong>de</strong>n dat Multatuli een scheve voorstelling van zakengaf: hij had met feiten en mensen gegoocheld om zijn eigen zaakmooier voor te stellen.Mutatuli en het eiland VoorneDit jaar is het 125 jaar gele<strong>de</strong>n dat Multatuli in Brielle zijnvoordracht hield. Een re<strong>de</strong>n om <strong>de</strong>ze lezing, die in <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong>krantenwereld veel stof tot discussie gaf, nog eens on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> aandachtte brengen.Op 27 april, schrijftMultatuli vanuithotel Weimer teRotterdam aan eengoe<strong>de</strong> beken<strong>de</strong>on<strong>de</strong>rmeer: ‘Zooevenheb ik m’nvrouw en ‘tBeyertje [1] naar <strong>de</strong>nIn zowel het Weekblad als <strong>de</strong> Nieuwe BrielscheCourant verscheen op 27 april 1879 <strong>de</strong> aankondigingdat Multatuli een lezing zou hou<strong>de</strong>n.trein gebracht, enzooals ge ziet ben ikniet meegegaan.(...)Woensdag godbeter’t(moet ik) te Brielle, ‘n voordracht hou<strong>de</strong>n. ‘t Zal weer ‘n kunststukjezyn, want reeds gewoon spreken valt me moeielyk’. [2]En aan G.L Funke, zijn uitgever, schrijft hij die dag: ‘M’n hoofd ismaar zóó, zóó! Ik geloof dat <strong>de</strong> morphinen die ik telkens moest


innemen om te kunnen slapen als ik zoo hoestte, me suf heeftgemaakt’. [3]In 1879, bijna twintig jaar na het verschijnen van <strong>de</strong> Max Havelaar,doet hij tij<strong>de</strong>ns zijn jaarlijkse voordrachtentournee ook Brielle aan.Het was overigens niet <strong>de</strong> eerste keer dat Multatuli met het eilandVoorne kennis maakte. Hij ken<strong>de</strong> er het havenplaatsje Hellevoetsluis,dat ook voor hem eens het laatste stukje vaste va<strong>de</strong>rlandsegrond on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voeten was geweest toen hij als 18-jarige naar <strong>de</strong>Oost vertrok. En bij een an<strong>de</strong>re gelegenheid, in 1852, was Hellevoetsluishet eerste stukje Ne<strong>de</strong>rland, waar hij, maar nu als ervarenassistent-resi<strong>de</strong>nt te Lebak op Java én in gezelschap van zijn echtgenoteTine, opnieuw voet aan wal zette en daar <strong>de</strong> eerste Kerstnachtmet zijn vrouw in een bedstee doorbracht. [4]In 1879 echter komt hij als <strong>de</strong> succesvolle schrijver Multatuli naarhet eiland Voorne om er in Brielle een lezing te hou<strong>de</strong>n. Zoals blijktuit <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> aangehaal<strong>de</strong> briefcitaten <strong>de</strong>ed hij dit niet vanharte. Financiële noodzaak dwong hem namelijk daartoe: ‘Ik zal welmoeten’, schreef hij aan J.M. Haspels, <strong>de</strong> organisator van <strong>de</strong>tournees: ‘behalve m’n tegenzin in publiekerij, voel ik me zo zwak,dat het <strong>de</strong> vraag is of ik, physiek gesproken, in staat wezen zal,voordrachten te hou<strong>de</strong>n. Ook m’n keel is zeer gevoelig, en zoodra ikwat meer dan gewoonlyk gesproken heb, ook zelfs maar op gewonentoon, en zon<strong>de</strong>r inspanning, die in ‘n groot lokaal noodig is, wordt zerauw.(...) En ware dit alles maar! Doch ook wat het gehalte van m’nvoordrachten aangaat, loop ik gevaar ‘n échec te lij<strong>de</strong>n, waarmee ikm’n talrijke vijan<strong>de</strong>n groot pleizier zou doen. Toch zal ik dat allesmoeten trotseeren, al zie ik in, dat het me schaadt. (...) Die publiekevoordrachten zijn nu eenmaal ‘n wree<strong>de</strong> noodzakelijkheid.’(...) (5)Op woensdag 30 april 1879 was het dan voor Multatuli weer,en voor <strong>de</strong> Briellenaren ein<strong>de</strong>lijk zover. In <strong>de</strong> namiddag na een tocht35


36van minstens twee uur met <strong>de</strong> veerboot uit Rotterdam kwam hij ophet Maarland te Brielle aan. Natuurlijk werd hij daar, waarschijnlijkdoor een vertegenwoordiger van een van <strong>de</strong> twee <strong>Brielse</strong> kranten, bij<strong>de</strong> aanlegplaats tegenover het koffiehuis, het huidige café Dixiontvangen. De afgevaardig<strong>de</strong> verslaggever zal hem ongetwijfeldverteld hebben dat <strong>de</strong> poort waardoor hij het stadje was binnengekomenniet <strong>de</strong> bewuste Noordpoort was die in 1572 door <strong>de</strong>Watergeuzen gerammeid werd, maar <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> Waterpoort.Vervolgens liep hij langs <strong>de</strong> ka<strong>de</strong> met <strong>de</strong> stroom van zijn me<strong>de</strong>passagiersmee naar <strong>de</strong> hoofdstraat, <strong>de</strong> huidige Voorstraat die toen nog hetZui<strong>de</strong>in<strong>de</strong> genoemd werd. Aan het ein<strong>de</strong> van die straat, op het kruispuntvlak voor het stadhuis sloeg hij links af <strong>de</strong> Vischstraat in waaraan het eind, net voor <strong>de</strong> Kaaibrug, hotel Verwoerd gevestigd was.Hotel Verwoerd wer<strong>de</strong>nige jaren later hotelTekke en weer laterVan Beaumont.Uiterlijk zal hetgebouw er in 1879niet veel an<strong>de</strong>rshebben uitgezien alsop <strong>de</strong>ze foto uit ca.1910.De magere ziekelijke, maar altijd elegant gekle<strong>de</strong> man heeft daarwaarschijnlijk met <strong>de</strong> hand op <strong>de</strong> borst naar a<strong>de</strong>m staan hijgen totdatmen hem naar zijn kamer bracht, want het was altijd zijn wens naaankomst in een hotel alleen gelaten te wor<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> beslotenheid vanzijn kamer trachtte hij dan van <strong>de</strong> vermoeienissen van <strong>de</strong> reis weer


wat op krachten te komen om daarna zijn voordracht voor teberei<strong>de</strong>n. Niet dat Multatuli daar veel tijd voor nodig had, want zozegt hij: ‘Eigenlyk doe ik verkeerd als ik me meer dan een uurprepareer. Dat’s genoeg, en zoo laat mogelyk. An<strong>de</strong>rs heb ik last van‘t onthou<strong>de</strong>n(…)’. [6]De lezing van die avond zou over filantropie gaan. De intekenlijst ishelaas niet bewaard gebleven; het zou interessant geweest zijn om erachter te komen wie zich had<strong>de</strong>n aangemeld. Vast staat dat <strong>de</strong> voordrachtzeker door een aantal on<strong>de</strong>rwijzers uit <strong>de</strong> wij<strong>de</strong> omgeving,een aantal dames, le<strong>de</strong>n van het <strong>Brielse</strong> garnizoen, redactiele<strong>de</strong>n van<strong>de</strong> kranten en gemeentelijke ambtenaren bezocht werd. Ook <strong>de</strong>inhoud van Multatuli’s voordracht is niet, althans niet in integralevorm overgeleverd. Dat zou ook niet gekund hebben want het is vanMultatuli bekend dat hij van tevoren slechts enkele aantekeningenop een kladje schreef. Die dien<strong>de</strong>n als geheugensteun en zijn lezingenhield hij al improviserend, van <strong>de</strong> hak op <strong>de</strong> tak springend, maarnooit <strong>de</strong> lijn van zijn betoog uit het oog verliezend, op ongedwongenwijze. [7] Om zich een beeld te kunnen vormen van <strong>de</strong> inhoud van <strong>de</strong>voordracht en <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n daaromheen is men op <strong>de</strong>contemporaine verslagen in <strong>de</strong> plaatselijke bla<strong>de</strong>n aangewezen.Op verzoek van <strong>de</strong> redacties namen twee van <strong>de</strong> beste me<strong>de</strong>werkers van <strong>de</strong><strong>Brielse</strong> kranten <strong>de</strong> taak op zich een verslag te maken.Leen<strong>de</strong>rt Goudswaard (1853-1932), on<strong>de</strong>rwijzer te Rockanje en me<strong>de</strong>werkervan diverse kranten, schreef een stuk voor <strong>de</strong> Nieuwe Brielsche Courant enMr. Hubert Philippus <strong>de</strong> Kanter (1844-1906), die on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een stem hadin diverse plaatselijke overheidsinstanties waaron<strong>de</strong>r het kantongerecht en <strong>de</strong>gemeenteraad, <strong>de</strong>ed dit voor het Weekblad voor Voorne en Putten, Overflakkeeen Goeree, hierna kortweg het Weekblad genoemd.37


38De Verslaggeving van L.GoudswaardGoudswaard die, zoals beweerd werd,over het bijzon<strong>de</strong>re talent beschikte eenheel betoog te volgen en het daarnamoeiteloos en bijna woor<strong>de</strong>lijk uit teschrijven, <strong>de</strong>ed zijn faam eer aan. Hetverslag dat hij maakte was zo uitvoerigdat het in twee afleveringen in <strong>de</strong> krantvan 4 en 11 mei geplaatst moest wor<strong>de</strong>n.Uit zijn verslag blijkt dat hij in zijnhooggespannen verwachting niet teleurgesteldwerd. Al in <strong>de</strong> eerste paar zinnenvan zijn stuk dat hij inleid<strong>de</strong> met eenkorte schets van Multatuli’s leven enLeen<strong>de</strong>rt Goudswaard(1853 - 1932)werk én <strong>de</strong> reacties daarop tot ongeveer1876, wijst Goudswaard er nog eens op:‘welk bijzon<strong>de</strong>r voorrecht Den Briel tebeurt viel, Hem te kunnen zien, Hem te kunnen hooren en van Hemveel, heel veel te kunnen leeren’. Na <strong>de</strong>ze inleiding veran<strong>de</strong>rt Goudswaardvan toon: hij streeft naar objectiviteit en probeert dit te bereikendoor te tekst van Multatuli zoveel als mogelijk is in <strong>de</strong> ‘directe re<strong>de</strong>’weerte geven. Ter illustratie van <strong>de</strong> stijl, en ter verdui<strong>de</strong>lijking van watMultatuli on<strong>de</strong>r filantropie verstaat, het volgen<strong>de</strong> fragment uit het verslagvan Goudswaard: ‘(…) Wat ware menschlievendheid is, dat kunnen wijvolgens Spreker alleen te weten komen, door een opmerkzame beschouwingvan <strong>de</strong> eigenschappen van het zijn van <strong>de</strong> natuur. Al onze verplichtingenjegens ons zelven, jegens <strong>de</strong> maatschappij, jegens het leven in zijn menigvuldigevormen en wisselingen...Wij kunnen die leeren door aandachtig telezen in dat groote boek, dat voor ie<strong>de</strong>reen ligt opengeslagen, ‘<strong>de</strong> Natuur’. DeNatuur alleen moet onze catechismus zijn, volgens Spreker’.


39De Verslaggeving van Mr. De KanterIn <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re <strong>Brielse</strong>krant, het Weekblad,reageer<strong>de</strong> De Kantermet een heel watpersoonlijker en ongerem<strong>de</strong>rverslag. In <strong>de</strong>ik-vorm beschreef hijals volgt zijn indrukken:‘(...) <strong>de</strong> heer DouwesDekker kan mij nietboeien om zijn voortdurendtoegeven aaneigenwaan en daaruitmr. Hubert Philippus <strong>de</strong> Kanter (1844 - 1906geboren affectatie, tezon<strong>de</strong>rlinger bij iemand,wiens catechismus heet gebaseerd te zijn op <strong>de</strong> ‘natuur <strong>de</strong>r dingen’,en die zijne lezers en hoor<strong>de</strong>rs voortdurend aanmaant bij al hunneover<strong>de</strong>nkingen daarbij ter schole te gaan. Bij die verkeer<strong>de</strong> eigenschappen,waarvan ik zo aanstonds eenige staaltjes hoop aan tehalen, voegt <strong>de</strong> heer Dekker <strong>de</strong> hebbelijkheid van geestig te willenzijn over een an<strong>de</strong>rs geloof. Eene geestigheid van het bas genre,waarom alleen Jan Rap en zijn maat nog kunnen lachen. Ik erken,Woensdag avond was hij daarmee spaarzaam. Maar toch kon hij nietlaten met ten Hemel geslagen oogen en gevouwen han<strong>de</strong>n eenorthodox na te doen, die bad met <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n ‘terwille van het bloed<strong>de</strong>s Kruises’ en ‘in naam van <strong>de</strong>n Heiland, Uw eeniggeboren Zoon’,om er dan terstond op te laten vlogen: ‘Wanneer toch <strong>de</strong> eeniggeborendochter eens komen zal, weet ik niet, maar die eeniggeborenZoon wordt onuitstaanbaar’. ‘Ziet, waar<strong>de</strong> Redacteur, ik


40ben niet orthodox en kan dus ook niet bid<strong>de</strong>n gelijk een geloovigeorthodox. Maar toch zou ik mij schamen ten koste van <strong>de</strong>zen op diemanier een publiek aan ‘t lachen te brengen.(…)’In tegenstelling tot Goudswaard, ontving De Kanter een aantalverontwaardig<strong>de</strong> reacties op zijn krantenstuk. Natuurlijk keek DeKanter die gewoonlijk een polemiek niet uit <strong>de</strong> weg ging, en zich ernu ook weer van bewust was een reactie te hebben uitgelokt, daarniet van op. Ook Multatuli schrok niet van een negatieve beoor<strong>de</strong>lingvan een lezing. In I<strong>de</strong>e 696 en 697 beweert hij immers: ‘Overhet algemeen ligt er in <strong>de</strong> te grote gemakkelijkheid, waarme<strong>de</strong>iemand die optreedt in het publiek, kan wor<strong>de</strong>n aangevallen dooran<strong>de</strong>rs<strong>de</strong>nken<strong>de</strong>n, een ree<strong>de</strong>n om openbare voordrachten, als mid<strong>de</strong>lter verspreiding van waarheid, af te keuren. Reeds zijn standpunt alspubliek persoon heeft ten gevolge dat velen hem ongenegen zyn.(…) Ik zei dat byna immer persoonlyke grieven een rol spelen inzulken stryd. Misschien had ik moeten zeggen: altyd! (…) Wie als iklaag neerziet op <strong>de</strong> volksvertegenwoordiging se<strong>de</strong>rt 1848, (lees:Thorbecke JTG) en zich verplicht acht dit by elke gelegenheid tebetuigen, heeft zooveel particulieren vyan<strong>de</strong>n als er se<strong>de</strong>rt ‘48‘geachte le<strong>de</strong>n’ wer<strong>de</strong>n gecommitteerd naar Den Haag.’ [8]Bij het schrijven van bovenstaand I<strong>de</strong>e zal Multatuli niet in <strong>de</strong> eersteplaats aan Mr. De Kanter gedacht hebben. Toch is <strong>de</strong> overeenkomsttussen <strong>de</strong> <strong>de</strong>nkbeeldige aanvallen<strong>de</strong> an<strong>de</strong>rs<strong>de</strong>nken<strong>de</strong>n die Multatuliop het oog heeft en <strong>de</strong> manier waarop De Kanter op <strong>de</strong> voordrachtreageert, in dit verband frappant.Wie is er pedanter dan De KanterDe Kanter was een bekend Briellenaar die diverse openbare functiesbekleed<strong>de</strong> en zich goed kon vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> liberale i<strong>de</strong>eën. Ook opgodsdienstig gebied was hij actief. Zo was hij diaken en ou<strong>de</strong>rling


van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche Hervorm<strong>de</strong> Gemeente en me<strong>de</strong>oprichter envoorzitter van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche Protestantenbond. [9] In zijn politiekeen godsdienstige gevoelens stem<strong>de</strong> hij dus weinig overeen metMultatuli van wie bekend was dat hij het atheïsme aanhing en hetvaak niet eens was met <strong>de</strong> liberale standpunten.Met zijn provoceren<strong>de</strong> verslag had De Kanter <strong>de</strong> nodige reactiesuitgelokt en daarmee zijn doel bereikt. Toen er veertien dagenverstreken waren, besloot hij zijn vier opponenten die met eeningezon<strong>de</strong>n brief in <strong>de</strong> krant had<strong>de</strong>n gereageerd, van repliek tedienen. In <strong>de</strong> rubriek ‘ingezon<strong>de</strong>n’ van het Weekblad van 18 meireageer<strong>de</strong> hij als volgt: ‘Niet min<strong>de</strong>r dan vier dappere rid<strong>de</strong>rs zijn ervoor <strong>de</strong> in hun oog beleedig<strong>de</strong> onschuld opgestaan, en hebbengemeend in het openbaar <strong>de</strong>ze te moeten ver<strong>de</strong>digen. (…) En nuconstateer ik toch met genoegen, dat, wat gij ook teegen mij hebtingebracht, niet één van u heeft mij kunnen zeggen: ‘gij hebt <strong>de</strong>ngedachtegang van <strong>de</strong>n spreker onjuist weergegeven; gij hebt <strong>de</strong>woor<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n spreker verdraaid of uit hun verband gerukt; gijhebt een caricatuur geteekend en stelt die voor als <strong>de</strong>n persoon inleven,’ Welnu, waar dit vast staat, daar komt dus <strong>de</strong> geheele quaestietusschen ons neer op eene appreciatie van feiten. (…)Ik voor mij conclu<strong>de</strong>er uit die feiten tot <strong>de</strong> beschuldiging aan ‘t adresvan <strong>de</strong>n heer Dekker, dat hij zijn persoon, zijn werken en lezingenontsiert door verregaan<strong>de</strong>n eigenwaan en affectatie, door onnatuuren onwaarheid en niet het minst door hoogst ongepaste en misplaatstespotternij. Gij mijn heeren, oor<strong>de</strong>elt over hem an<strong>de</strong>rs; voor zoovergij het door mij aan hem ten laste geleg<strong>de</strong> me<strong>de</strong> als feilen karakteriseert,daar vergoelijkt gij ze en vergeeft ze zelfs geheel, ter wille van hetontzettend genie; maar ook, gij vindt ze soms in het geheel geenfeilen.Ik kan dus op uwe appreciatie van <strong>de</strong> feiten van <strong>de</strong> vaststaan<strong>de</strong> feiten41


42niet an<strong>de</strong>rs antwoor<strong>de</strong>n, dan dit: ik apprecieer ze an<strong>de</strong>rs. Ik trek geenwoord terug van wat ik schreef; <strong>de</strong> door mij meege<strong>de</strong>el<strong>de</strong> en gestaaf<strong>de</strong>feiten brengen mij vooralsnog tot geen an<strong>de</strong>re conclusie.Wij blijven dus ie<strong>de</strong>r met onze appreciatie staan aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> , waarwij tot he<strong>de</strong>n ston<strong>de</strong>n, De lezing van <strong>de</strong>n heer Dekker bracht daaringeen veran<strong>de</strong>ring, en het daarover gehou<strong>de</strong>n <strong>de</strong>bat eevenmin.Uitgepraat dus? Pardon, ik heb nog een enkele opmerking aan <strong>de</strong>heeren afzon<strong>de</strong>rlijk over een paar specialen punten.(…)’Van <strong>de</strong>ze ‘heeren’ kreeg vooral <strong>de</strong> Heer Moerman, on<strong>de</strong>rwijzer teTinte, het hard te verduren, hij zou namelijk in zijn betoog Multatulimet Jezus vergeleken hebben. De Kanter leest in die, in poëtischestijl gestel<strong>de</strong> vergelijking, dat hij Multatuli groot heeft willen makenten koste van Jezus. Dit gaat <strong>de</strong> Kanter te ver: ‘thans komt alles watin mij is als: ‘Oud-Voorzitter van <strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlandschen Protestantenbond’tegen u in verzet. Als warm voorstan<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Nieuwerichting op godsdienstig gebied heb ik u op onze verga<strong>de</strong>ringen enlezingen altijd met vreug<strong>de</strong> begroet. Maar juist omdat gij daar zulketrouwe me<strong>de</strong>stan<strong>de</strong>rs zijt, teeken ik tegen die beleediging, onzegrooten Meester aangedaan, met <strong>de</strong> meeste kracht protest aan. Ik kanniet verdragen, dat één onzers tegenstan<strong>de</strong>rs, op uwe stukkenwijzen<strong>de</strong>, zegt: ziedaar <strong>de</strong> nieuwe richting in hare consequenties. Totdien logen zult gij aanleiding hebben gegeven. Ik hoop, gij trekt dievergelijking terug.’Het spel van <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> bla<strong>de</strong>nDe invloed die De Kanter in Brielle had, had vanaf april 1868 eenvastere vorm gekregen door <strong>de</strong> oprichting van zijn eigen krant, hetWeekblad voor Voorne, Putten, Goeree en Overflakkee. Hij was nietalleen <strong>de</strong> directeur-eigenaar van die krant, maar voer<strong>de</strong> tegelijkertijd<strong>de</strong> redactie. Toen men na bijna zeven jaar begon in te zien dat <strong>de</strong>ze


43krant als spreekbuis van <strong>de</strong> liberale Briellenaar te veel invloed had,besloot men om tegenwicht te bie<strong>de</strong>n een an<strong>de</strong>re krant op te richten.Dit nu werd <strong>de</strong> Nieuwe Brielsche Courant die op 1 januari 1875 voorhet eerst verscheen.Deze laatst opgerichte krant, profileer<strong>de</strong> zich in haar programma als‘gematigd liberaal’ wat in het Brielle van die dagen neerkwam opmeer orthodox dan mo<strong>de</strong>rn.Uitgerekend ook op<strong>de</strong> 18<strong>de</strong> mei, <strong>de</strong>datum waarop DeKanter zijn bestrij<strong>de</strong>rsin het Weekblad vanrepliek dien<strong>de</strong>, verscheenin <strong>de</strong> NieuweBrielsche Courant,die inmid<strong>de</strong>ls uitgegroeidwas tot eenkrant die in<strong>de</strong>rdaadtegenwicht bood aanhet Weekblad van DeKanter, een ingezon<strong>de</strong>nstuk van <strong>de</strong> handvan J. van <strong>de</strong>n Hoeven,boekhan<strong>de</strong>laar teRotterdam. De HeerVan <strong>de</strong>n Hoeven, dieals niet autochtoon,Eduard Douwes Dekker (1820 - 1887), alias Multatuli. ver van Brielle misschienwat makkelijkpraten had, neemt


44geen blad voor <strong>de</strong> mond in zijn plan <strong>de</strong> Heer De Kanter eens op zijnnummer te zetten. Op het verslaggeverskritiek van De Kanterreageert hij: ‘De Kanter heeft voornamelijk bezwaar tegen <strong>de</strong>nvorm. Multatuli heeft een mate van eigenwaan en daaruit geborenaffektatie aan <strong>de</strong>n dag gelegd, die voor een eenvoudige, ne<strong>de</strong>rigenatuur, als <strong>de</strong> Heer De Kanter bezit, bepaald onuitstaanbaar zijn.Neemt men in aanmerking, dat <strong>de</strong> heer <strong>de</strong> K. openhartig genoeg is,in zijn artikel te erkennen; ‘ik ben zelf pedant genoeg,’ (onwillekeurig<strong>de</strong>nkt men hier aan het citaat: Niemand pedanter dan De Kanter) enhij in <strong>de</strong> plaats zijner inwoning, ja zelfs daarbuiten, voor eentoonbeeld van dit gebrek en daaruit geboren affektatie wordt gehou<strong>de</strong>n,dan neemt <strong>de</strong> pedanterie, welke Multatuli door hem wordt tenlaste gelegd, in<strong>de</strong>rdaad schrikwekken<strong>de</strong> proportien aan.’ Na nog eenaantal van dit soort aan- en opmerkingen voegt hij er nog aan toe dathij Multatuli wil trachten over te halen nog eens een lezing te Briellete geven, voor het geval Multatuli hiermee instemt, raadt hij DeKanter aan Multatuli’s werken in die tussentijd eens <strong>de</strong>gelijk tebestu<strong>de</strong>ren’. (…) We hopen dan we<strong>de</strong>r op een beoor<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong>nHeer De Kanter doch dan geschreven met kennis van zaken enzon<strong>de</strong>r jacht op effect en <strong>de</strong> zucht om alleen te staan met zijn eigenmeening (…)’.In <strong>de</strong> rubriek ‘Ingezon<strong>de</strong>n’ van <strong>de</strong> Nieuwe Brielsche Courant wordthet nu heel spannend. In <strong>de</strong> krant van 20 mei, wordt een stukjeopgenomen waarvan <strong>de</strong> schrijver vindt, dat het hoog tijd werd dat <strong>de</strong>redactie van <strong>de</strong>ze krant haar programma nog eens on<strong>de</strong>r ogengebracht werd. ‘Want’, zo stelt <strong>de</strong> inzen<strong>de</strong>r: ‘zij zelve scheen hetvergeten te zijn. Of ‘t helpen zal?, Dat is een an<strong>de</strong>re vraag. Misschienbestaat er al een programma No. 3, dat <strong>de</strong> redactie nog nietgepubliceerd heeft, maar volgens ‘t welk zij gerechtigd is tot hetopnemen van stukken, zoo schoon, zoo waar en zoo waardig als dat


45van <strong>de</strong>n Heer J. van <strong>de</strong>r Hoeven.’ De inzen<strong>de</strong>r vindt dat een aantalvan <strong>de</strong> huidige stukken nogal afwijkt van <strong>de</strong> beginselen die <strong>de</strong>redactie in haar oprichtingsprogramma nastreef<strong>de</strong>. Misschien wil <strong>de</strong>redactie <strong>de</strong> lezers een i<strong>de</strong>e geven wat zij on<strong>de</strong>r ‘gematigd liberaal’verstaat?’In een an<strong>de</strong>r ingezon<strong>de</strong>n stuk lezen we: ‘Wat <strong>de</strong> aantijging betreft,Mijnheer <strong>de</strong> Redacteur, dat niemand zeker is, van niet in uw bladgehekeld te wor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong>ze heeft veel overeenkomst met <strong>de</strong> naïeveklacht van <strong>de</strong>n man, die <strong>de</strong> hond van het naburige erf sar<strong>de</strong> enlosmaakte, en die, toen hij in <strong>de</strong> beenen gebeten werd, <strong>de</strong> schuld opzijn buurman wierp. Of is het Weekblad niet begonnen met hetopwekken <strong>de</strong>r hartstochten, door het opnemen van een kritiek overonzen grooten dichter Multatuli; een kritiek even personeel als dievan <strong>de</strong>n Heer Van <strong>de</strong>r Hoeven over “ZEd.” Bei<strong>de</strong>n hebben nietgekritiseerd, zij hebben met doodslagers gestre<strong>de</strong>n. (…) De heer DeK. heeft Multatuli als mensch, met al zijn gebreken, voorgesteld; <strong>de</strong>heer v.d. Hoeven heeft “ZEd.” op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze willen voorstellen.- De plicht van het Weekblad is alzoo het eerst amen<strong>de</strong> honorable(d.i. openlijk ongelijk bekennen JTG) bij Multatuli te doen, voor <strong>de</strong>opname van <strong>de</strong>n hoogst onvoegzamen aanval op Neerlands grootendichter en <strong>de</strong>nker; vervolgens zal het zich te verontschuldigenhebben tegen over <strong>de</strong>n heer <strong>de</strong> K. dat, het door toe te geven aandiens zucht om Multatuli te slachten, <strong>de</strong> oorzaak werd, dat er in <strong>de</strong>hitte van <strong>de</strong>n strijd een stuk gepubliceerd is, dat een wolkje over <strong>de</strong>nauréool zou kunnen brengen, waarin wij zo gaarne altijd Mr. DeKanter als burger beschouwen.’De Nieuwe Brielsche Courant maakt <strong>de</strong> rekening opNa dit interessante kijkje in <strong>de</strong> keuken van <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> bla<strong>de</strong>n, hebbenwe enig inzicht gekregen in het optre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> redacties van <strong>de</strong>


46<strong>Brielse</strong> bla<strong>de</strong>n. Men komt tot <strong>de</strong> conclusie dat men niet naast, maartegenover elkaar staat. In feite staan hier <strong>de</strong> orthodoxen tegenover <strong>de</strong>‘mo<strong>de</strong>rnen’. De kerkstrijd die zich op dat moment in Brielle afspeel<strong>de</strong>,zal, hoewel daarover in <strong>de</strong> kranten niet wordt gesproken, een belangrijkerol hebben gespeeld. Opmerkelijk is dat het verslag vanGoudswaard, in <strong>de</strong> Nieuwe Brielsche Courant buiten <strong>de</strong> discussiegehou<strong>de</strong>n wordt. Juist in <strong>de</strong>ze ‘gematigd liberale’, dus <strong>de</strong> meerorthodoxe krant, wordt met geen woord gerept over het godlasteren<strong>de</strong>optre<strong>de</strong>n van Multatuli. Het is De Kanter, die tot <strong>de</strong> ‘mo<strong>de</strong>rnen’behoort en nog eens met nadruk van zich zelf beweert niet orthodoxte zijn, die zich tegen Multatuli’s optre<strong>de</strong>n verzet. Door <strong>de</strong>ze opstelling,provoceert De Kanter <strong>de</strong> redactie van <strong>de</strong> Nieuwe Brielsche Courantzodanig dat het aanleiding geeft tot <strong>de</strong> bovenstaan<strong>de</strong> pennenstrijd en<strong>de</strong> daaruit voortvloeien<strong>de</strong> openlijke animositeit.Daar het Weekblad zich van ver<strong>de</strong>r commentaar onthoudt, en DeNieuwe Brielsche Courant het vertrouwen van <strong>de</strong> vele orthodoxe lezerswenst te behou<strong>de</strong>n, ziet <strong>de</strong>ze krant zich genoodzaakt als eerste <strong>de</strong> zaakglad te strijken: ‘(…) Wat <strong>de</strong> opname van het stuk van <strong>de</strong>n Heer van <strong>de</strong>rHoeven betreft, <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rteekening geeft het bewijs, dat Hij alleen zichvoor zijn artikel verantwoor<strong>de</strong>lijk stelt; Hij alleen! (…) het wareverstandiger van het Weekblad, in plaats van naar een gelegenheid tezoeken, om ons, in <strong>de</strong> gedaante van gedienstige Abonnés hatelijkhe<strong>de</strong>nte zeggen, als het voortaan eens afzag van die halsbreken<strong>de</strong> toeren, dieniets an<strong>de</strong>rs op het oog hebben, dan <strong>de</strong>n stroom van lezers <strong>de</strong>r BrielscheCourant te verleggen in <strong>de</strong> richting van het Weekblad, maar dieterzelf<strong>de</strong>rtijd aanleiding geven tot zooveel vijandschap. (…) Als <strong>de</strong>kruitdamp, die thans nog het slagveld in nevelen hult opgetrokken zalzijn, <strong>de</strong> wijsheid <strong>de</strong> hartstochten weer aan ban<strong>de</strong>n heeft weten te leggenen het oog weer gaat vestigen op iets beters dan ‘menschenslachting’dan hopen wij het zusterorgaan weer aan onze zij<strong>de</strong> te zien, en


47gemeenschappelijk te strij<strong>de</strong>n voor die vrome vrijheid en die vrijevroomheid.’Multatuli zelf had <strong>de</strong> polemiek met vooruitzien<strong>de</strong> blik reeds enkelejaren tevoren getypeerd: ‘(…) Ik zei dat byna immer persoonlykegrieven een rol spelen in zulken stryd. Misschien had ik moetenzeggen: altyd!’ [10]Over <strong>de</strong> auteur:Mevrouw J.T. Groeneveld is Neerlandicus en werkt aan een boekover Joh.H. Been.Noten[1] Beyertje: zo noemt Dekker zijn aangenomen zoontje Wouter Bernholddie in Sulzheim (Koninkrijk Beieren) geboren werd.[2] Fragment uit brief aan dr. J. <strong>de</strong> Haas (oogarts te Rotterdam) VolledigWerk, <strong>de</strong>el 19.[3] Fragment uit brief aan G.L. Funke, Volledig Werk, <strong>de</strong>el 19.[4] Dik van <strong>de</strong>r Meulen, Multatuli: leven en werk van Eduard DouwesDekker, p.273.[5] Fragment uit brief van Multatuli aan Haspels van 10 januari 1878.Reisbrieven, p. 21-22.[6] Brief aan Mimi van 19 januari 1881, bron: Nop Maas in: OverMultatuli, Wat ik doe, is geen kunst, helaas, ‘t zyn maar kunstjes!’[7] ibi<strong>de</strong>m.[8] I<strong>de</strong>e 696 en 697 in bun<strong>de</strong>l III. Over publieke Voordrachten In: I<strong>de</strong>eën,7 <strong>de</strong>len, uitgegeven van 1862 tot 1872.[9] Johan Been, In: Weekblad Voorne, Putten, Overflakkee enGoe<strong>de</strong>ree<strong>de</strong> 1915, november en <strong>de</strong>cember: De Predikanten van <strong>de</strong>Groote Kerk.[10] Als noot 8.


48De in <strong>de</strong> tekst hiernaast genoem<strong>de</strong> ‘archiefschatten’


49<strong>Brielse</strong> vriendschapsboekjes uit <strong>de</strong> 19e eeuwMw. drs. E. Lassing-van GamerenArchiefschatVoor een ie<strong>de</strong>r die regelmatig met archieven in aanraking komt,geldt wel dat hij of zij zijn eigen ‘archiefschat’ kent. Uiterlijk ofinhoud kan een archiefstuk zeer bijzon<strong>de</strong>r maken. In hetstreekarchief Voorne-Putten en Rozenburg trof ik iets aan wat voormij qua inhoud én vorm een archiefschat genoemd mag wor<strong>de</strong>n. Hetgaat om twee kleine omslagen met daarin een verzameling gedichtenen tekeningen uit het begin van <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw, enigszins tevergelijken met <strong>de</strong> algemeen versprei<strong>de</strong> poëziealbums uit <strong>de</strong> twintigsteeeuw en <strong>de</strong> vrien<strong>de</strong>nboekjes die <strong>de</strong> laatste jaren in zwang geraaktzijn.Geschie<strong>de</strong>nis van het album amicorumHet verschijnsel ‘album amicorum’ of vrien<strong>de</strong>nboek gaat terug tot <strong>de</strong>zestien<strong>de</strong> eeuw. Jonge mannen, op reis door Europa, meestal stu<strong>de</strong>nten,probeer<strong>de</strong>n een boekje met blanco bla<strong>de</strong>n gevuld te krijgen metbijdragen van landgenoten die zij op reis ontmoetten, of vanleermeesters aan buitenlandse hogescholen. Vooral on<strong>de</strong>r Duitse,Scandinavische en Ne<strong>de</strong>rlandse jongemannen van gegoe<strong>de</strong> afkomsthoor<strong>de</strong> een vrien<strong>de</strong>nboek, een album amicorum, bij <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> datzij nog zorgenloos kon<strong>de</strong>n reizen en stu<strong>de</strong>ren voordat het werkelijkeberoepsleven een aanvang nam.Lang bleef het vrien<strong>de</strong>nboek een voorwerp van <strong>de</strong> elite, maar na1750 komt het verschijnsel ook in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong> bij niet-stu<strong>de</strong>ren<strong>de</strong>n enbij vrouwen. De albums wor<strong>de</strong>n eenvormiger, meestal een oblongboekje van ongeveer 18,5 x 12 centimeter; ook wordt wel een


50omslag gebruikt waarin losse velletjes met een lint op hun plaatsgehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n. Een tijdlang is ook het gebruik van een doosje,qua vorm lijkend op een boek, om <strong>de</strong> velletjes te bewaren, in <strong>de</strong>mo<strong>de</strong>. De inhoud wordt in zoverre eenvormiger dat <strong>de</strong> meestebijdragen een zelf<strong>de</strong> plaats van herkomst hebben, omdat het albumniet mee op reis gaat. Rond 1800 verdwijnen <strong>de</strong> mannen als bezittervan en schrijver in <strong>de</strong> albums. De jongedames nemen het over, eenlijn die zich voortzet tot in onze tijd. Vanaf circa 1870 krijgen <strong>de</strong>albums een staand formaat, wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> bezitsters jonger en maken <strong>de</strong>zelf geteken<strong>de</strong> illustraties en zelf gedichte verzen gelei<strong>de</strong>lijk aanplaats voor standaardplaatjes en overgeschreven voorbeeldversjes.Een beschrijving van <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> albumsHet <strong>Brielse</strong> archiefstuk bestaat uit twee ban<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> een <strong>14</strong>,9 bij 9 cmen bekleed met rood leer, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>r 15 bij 10 cm groot, met groenleer bekleed, voorzien van <strong>de</strong> opdruk ‘Souvenir d’amitié’ en ‘Albumamicorum’. De groene band heeft nog resten van lintjes om <strong>de</strong>inhoud op <strong>de</strong> plaats te hou<strong>de</strong>n. De ban<strong>de</strong>n bevatten gezamenlijk 170losse velletjes met gedichten en/of illustraties. De velletjes papierzijn niet alle van hetzelf<strong>de</strong> formaat. Een aantal zou goed gepasthebben in het ro<strong>de</strong> bandje, een an<strong>de</strong>re groep in het groene bandje,maar tot inbin<strong>de</strong>n is het kennelijk nooit gekomen. Ook zijn ervelletjes die dui<strong>de</strong>lijk te groot zijn voor <strong>de</strong> ban<strong>de</strong>n: inbin<strong>de</strong>n zou een<strong>de</strong>el van <strong>de</strong> inhoud verminkt hebben.Qua vorm past alles in <strong>de</strong> tijdslijn van het vrien<strong>de</strong>nboek: begin 19<strong>de</strong>eeuw wor<strong>de</strong>n oblong-boekjes of ban<strong>de</strong>n gebruikt. Er is ook een grootaantal bijdragen waar een zogenaamd ‘symbolum’ bijgeschreven is:een motto, meestal schuin in een hoek geplaatst. Dit verschijnselkwam eind 18<strong>de</strong> eeuw in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>.Om een indruk te geven van <strong>de</strong> inhoud volgen hier nog enkele


51cijfers. Van <strong>de</strong> 170 bla<strong>de</strong>n zijn er 23 met een illustratie (tekening,waterverfplaatje, borduurwerk, vlechtwerk). De taal van <strong>de</strong>bijdragen is overwegend Ne<strong>de</strong>rlands: 103 stukjes. 61 Schrijverswaag<strong>de</strong>n zich aan een bijdrage in het Frans en één wil<strong>de</strong> zijn kennisvan het Duits tonen.Bijdrage van Johanna Adriana van Kruijne (15 jaar) voor haar ou<strong>de</strong>re zusterCoosje.Of <strong>de</strong> gedichtjes allemaal oorspronkelijk zijn of overgeschreven uitan<strong>de</strong>re bronnen, durf ik niet te zeggen. In één wordt gedicht ‘Als ikaan Coosjes hand, wand’len mag langs strand of Oostvoorns dreven…’; ik neem aan dat dit eigen werk van <strong>de</strong> schrijver is. Er zijn echterook <strong>de</strong> nodige rijmpjes die een sterke gelijkenis vertonen. Deze zijnin het genre van: ‘Wij schei<strong>de</strong>n van elkaar, o dierbre vriend(in)geniet, geniet een leven vrij van kommer en verdriet. Dit is <strong>de</strong>nwensch gewis, van haar (hem) die op dit blad haar (zijn) naamgetekend is’. Dit versje komt vier keer voor in <strong>de</strong> verzameling.De bijdragen, voor zover ze van een datum voorzien zijn, dateren


52van 1803 tot 1821. Ook zijn er nog vijf uit 1844, kennelijk voor endoor een volgen<strong>de</strong> generatie toegevoegd.In <strong>de</strong> helft van <strong>de</strong> gevallen is ook geen plaatsnaam vermeld; waar datwel het geval is komt Brielle 45 maal voor, gevolgd door zeven maalHellevoetsluis.Gedichtje van Helena Petronella Blanken (13 jaar) voor haar ou<strong>de</strong>re zuster Niesje.Op <strong>de</strong> omslagen staan helaas geen namen van eigenaressen vermeld.Ook in <strong>de</strong> aanhef of coupletten van <strong>de</strong> bijdragen wordt zel<strong>de</strong>n eennaam genoemd. De namen van <strong>de</strong> schrijvers en schrijfsters en hunzelf gegeven aanduidingen als ‘vriend, vriendin, neef, tante, moe<strong>de</strong>r,broer etc.’ hebben aanwijzingen gegeven over <strong>de</strong> i<strong>de</strong>ntiteit van<strong>de</strong>genen die gevraagd hebben om een stukje voor hun verzameling.Uit <strong>de</strong>ze gegevens ben ik tot <strong>de</strong> overtuiging gekomen dat <strong>de</strong>


53verzameling zeer waarschijnlijk is ontstaan uit samenvoeging vanblaadjes van <strong>de</strong> vier dochters van notaris Hendrik van Kruijne en <strong>de</strong>dochters van Teunis Blanken, een groepje bevrien<strong>de</strong> en verwantejongedames uit <strong>de</strong> betere kringen van Brielle. Wanneer we <strong>de</strong>blaadjes op formaat sorteren, dan lijken <strong>de</strong> kleinste van NiesjeBlanken geweest te zijn (Niesje of Nisette staat enige malen in <strong>de</strong>aanhef) en <strong>de</strong> iets grotere van Coosje, oftewel Jacoba van Kruijne.Zij zou<strong>de</strong>n dan als eerste resp. <strong>de</strong> ro<strong>de</strong> en groene band hebbengekocht of gekregen.Familie en vrien<strong>de</strong>nHet gezin Van Kruijne woon<strong>de</strong> aan het Scharloo te Brielle. Va<strong>de</strong>rHendrik was afkomstig uit Zwartewaal, maar ontwikkel<strong>de</strong> zich toteen gezeten burger van Brielle. Hij werd toegelaten als procureur enlater tot notaris. Daarnaast ontwikkel<strong>de</strong> hij activiteiten als eigenaar(sinds 1787) van bierbrouwerij Het Gul<strong>de</strong>n Hart. Bij dit alles bleef erook tijd over voor het stadsbestuur: in 1783, 1785 en 1786 was VanKruijne schepen, en na <strong>de</strong> omwenteling van 1795 ging hij voor eentwee<strong>de</strong> maal een post bekle<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> inmid<strong>de</strong>ls tot municipaliteitomgedoopte raad.Samen met zijn vrouw Louisa Meina Villerius, afkomstig uitHeenvliet, kreeg hij negen kin<strong>de</strong>ren. Zes daarvan overleef<strong>de</strong>n <strong>de</strong>kleuterleeftijd. Vier dochters tel<strong>de</strong> dit gezin: Helena Catharina(geboren 1777), Jacoba Johanna (1783), Catharina Maria (1791) enJohanna Adriana (1794). In <strong>de</strong> albums wor<strong>de</strong>n een Coosje en Antjegenoemd; ik neem aan dat dit <strong>de</strong> roepnamen van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> en vier<strong>de</strong>dochter waren. Tussen <strong>de</strong>ze zussen groei<strong>de</strong>n twee broers op:Anthonij Hendrik (1785) en Louis Mijnard (1789).Een iets an<strong>de</strong>re, maar waarschijnlijk toch ook aanzienlijke plaats in<strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> samenleving, nam het gezin van Teunis Blanken en


54Neeltje Plooster in. Teunis Blanken was een broer van Jan Blanken,<strong>de</strong> man van <strong>de</strong> grote werken in Hellevoetsluis. De familie Blankenwas afkomstig uit Haastrecht en Teunis volg<strong>de</strong> zijn ou<strong>de</strong>re broer Jannaar Voorne-Putten. De broers werkten samen, maar Teunis Blankenkreeg een nauwere band met Brielle toen hij in 1791 een jaar alsschepen dien<strong>de</strong> en in 1793 werd aangesteld tot ‘stadsfabriek’, tevergelijken met hoofd publieke werken. Daarnaast run<strong>de</strong> hij met zijnechtgenote een winkel in ‘catoene, wolle en zij<strong>de</strong> manufactuuren’,gevestigd in <strong>de</strong> Koopmanstraat. Ook in dit gezin Blanken bereiktenvier dochters <strong>de</strong> volwassen leeftijd: Jacoba (geboren 1787) Niesje(1788), Helena Petronella (1796) en Johanna Adriana (1800). In <strong>de</strong>albums staan bijdragen voor Nisette en Pietje, waarmee <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lstetwee zussen bedoeld kunnen zijn. In Brielle woon<strong>de</strong> nog een an<strong>de</strong>reNiesje Blanken: dit was <strong>de</strong> dochter van Jan Blanken, maar zij was alin 1802 getrouwd met <strong>de</strong> stadsdokter Arend Bisdom en werd snelachtereen moe<strong>de</strong>r van tien kin<strong>de</strong>ren. Het lijkt mij niet waarschijnlijkdat zij rond 1810 nog tijd had voor het verzamelen van gedichten entekeningen van vrien<strong>de</strong>n en vriendinnen.Ongetwijfeld ken<strong>de</strong>n <strong>de</strong> families elkaar. De band werd nog hechtertoen Louis Mijnard van Kruijne in 1815 trouw<strong>de</strong> met HelenaPetronella Blanken. Het is aannemelijk dat dit huwelijk er uitein<strong>de</strong>lijk<strong>de</strong> oorzaak van is dat <strong>de</strong> albumblaadjes voor <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong>meisjes bij elkaar gekomen zijn.Waar lagen <strong>de</strong> interesses van <strong>de</strong>ze jongedames, wat <strong>de</strong><strong>de</strong>n zij? Ik stelme zo voor dat zij het beste on<strong>de</strong>rwijs kregen dat in Brielle te krijgenwas, op <strong>de</strong> stadsschool of aan huis. De Franse taal behoor<strong>de</strong> ook bijhun opvoeding; al werd er Brielle misschien niet zo veel Fransgesproken, je moest toch wel een Franse tekst kunnen lezen.On<strong>de</strong>rricht in nuttige en fraaie handwerken was een wezenlijk <strong>de</strong>elvan <strong>de</strong> voorbereiding op het volwassen leven. Dit alles was echter


55Borduurwerk van Catharina Maria van Kruijne (18 jaar)voor haar vriendin Niesje Blanken.zeker niet gericht op een functie buitenshuis: jongedames uit <strong>de</strong>betere kringen wer<strong>de</strong>n nog steeds geacht zich tot hun huwelijk nuttigte maken in het ou<strong>de</strong>rlijk huis. De zusters Van Kruijne en Blankenzullen hun dagen voornamelijk doorgebracht hebben met lezen,handwerken, kerkgang, bloemschikken en het afleggen van visites,waarbij <strong>de</strong> laatste gebeurtenissen in Brielle besproken kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n.Er waren in <strong>de</strong> jeugdjaren van <strong>de</strong>ze vriendinnen toch wel bijzon<strong>de</strong>regebeurtenissen temel<strong>de</strong>n. De familieVan Kruijne wasaanwezig bij <strong>de</strong>diverse feestelijkhe<strong>de</strong>ndie in <strong>de</strong>eerste jaren van <strong>de</strong>Bataafse Republiekplaats von<strong>de</strong>n; <strong>de</strong>oudste meisjes VanKruijne had<strong>de</strong>n eenrol bij <strong>de</strong> plechtigeplaatsing van <strong>de</strong>(twee<strong>de</strong>, als vervanging voor een omvergere<strong>de</strong>n exemplaar)vrijheidsboom in 1799. Met twee meisjes Van Lith droegen zij opeen schild een proclamatie aan, die door hun broers, resp. Anthonijvan Kruijne en Jean van Lith in <strong>de</strong> boom werd gehangen. De familieBlanken was betrokken bij <strong>de</strong> bouwactiviteiten in Hellevoetsluis:nicht Niesje Blanken Jdr. droeg in 1802 een zilveren troffel aan bij<strong>de</strong> eerste steenlegging van het droogdok, terwijl een meisje Noot(die ook een versje schreef voor <strong>de</strong> albums) bij die gelegenheid eenschietlood meedroeg. En dan was er <strong>de</strong> verdrijving van <strong>de</strong> laatsteFransen uit Brielle op 1 <strong>de</strong>cember 1813. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>genen die later


56hiervoor ge<strong>de</strong>coreerd wer<strong>de</strong>n, waren va<strong>de</strong>r Teunis Blanken, zijnzoon Cornelis, Anthonij van Kruijne en nog enkelen wier namen wein <strong>de</strong> albums tegenkomen (J.H. Lux, dominee Pauw en kapiteinHoltzschuer).De visites dien<strong>de</strong>n trouwens nog een hoger doel: in aanrakingkomen met potentiële huwelijkskandidaten. Avondjes met zang endans waren hiervoor ook uitermate geschikt. De familie Van Kruijneorganiseer<strong>de</strong> zelf openbare feesten. In het patentregister van 1807lezen we dat er leges is betaald ‘<strong>de</strong> heer Antonie H. van Kruijne c.s.,directeur van een danspartij op he<strong>de</strong>navond (16 november) tenhuijze van <strong>de</strong>n casteleijn Welp te hou<strong>de</strong>n …’. Voor <strong>de</strong> <strong>Brielse</strong> jongedameshad <strong>de</strong> stad iets aantrekkelijks in het feit dat er een garnizoengelegerd was. De aanwezigheid van officieren en <strong>de</strong> regelmatigenieuwe toevoer daarvan, lever<strong>de</strong> stof voor gesprek en toekomstdromen.De meisjes Van Kruijne en Blanken had<strong>de</strong>n contacten met veleofficieren. Dat is overdui<strong>de</strong>lijk uit <strong>de</strong> bijdragen in <strong>de</strong> albums, waarinluitenants, adjudanten, een kapitein en an<strong>de</strong>re officieren geschrevenhebben. Ook echtgenotes of zussen van <strong>de</strong>ze heren zijn op <strong>de</strong> vraagvan <strong>de</strong> verzamelaarsters ingegaan en hebben iets geschreven ofgetekend. Ze zeggen ons niet veel meer, maar we komen namentegen van mannen die in <strong>de</strong> Napoleontische oorlogen of later in <strong>de</strong>Tiendaagse veldtocht hun beroep hebben uitgeoefend: Anemaet,Clignett, Graafland, Storm <strong>de</strong> Grave, Jacqmin, Lux, Paravicini diCapelli, Rauwenhoff, Steinmetz.De an<strong>de</strong>re bijdragen in <strong>de</strong> albums zijn van personen uit <strong>de</strong> directeomgeving: broers en zussen Blanken, Van Kruijne, neven en nichtenVillerius, Plooster, Blanc en <strong>Brielse</strong> jongedames (Bla<strong>de</strong>rgroen,Dorsman, Noot, Hoog, Mulet). Met ver<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rzoek zijn misschiennog wel meer verban<strong>de</strong>n te ont<strong>de</strong>kken.


57Niet alle albumhoudsters zijn getrouwd. Helena Catharina vanKruijne en Niesje Blanken overle<strong>de</strong>n resp. in 1837 en 1866 teBrielle, bei<strong>de</strong>n nooit gehuwd geweest. Jacoba Blanken trouw<strong>de</strong> in18<strong>14</strong> met luitenant Jan Sierevelt (schreef vier bijdragen). Jongste zusJohanna Adriana Blanken zochthet in marinekringen: in 1823werd Jan Nap haar brui<strong>de</strong>gom(een mevrouw Van Dieme-Naphad al in 1821 voor het albumgeschreven).Soortgelijke huwelijken had<strong>de</strong>nbij <strong>de</strong> Van Kruijnes plaats:Catharina Maria in 1819 metkapitein van <strong>de</strong> nationale militieCornelis F. Croes, en JohannaPortret van mevrouw Van Kruijne-Vileriusen haar oudste dochter HelenaCatherina, ca. 1778. Collectie HistorischMuseum Den Briel.Adriana in 1823 met 1ste luitenantinfanterie W.J. van <strong>de</strong> Poll(schreef voor het album). Jacobavertrok in 1810 met haarbrui<strong>de</strong>gom M.L. Plooster (een aannemer, mogelijk een neef van <strong>de</strong>familie Blanken) naar zijn geboorteplaats Amei<strong>de</strong>. Ook <strong>de</strong>ze manwas genegen enkele bijdragen aan <strong>de</strong> albums te leveren.Het al eer<strong>de</strong>r vermel<strong>de</strong> echtpaar Louis van Kruijne en HelenaBlanken bleef in Brielle wonen, waar Louis <strong>de</strong> notarispraktijk vanzijn va<strong>de</strong>r voortzette. De an<strong>de</strong>re broer, Anthonij - als ‘oom Toon’ eenbegrip in Brielle gewor<strong>de</strong>n - trouw<strong>de</strong> wel, maar dit huwelijk bleefkin<strong>de</strong>rloos. Waarschijnlijk zijn <strong>de</strong> albums bewaard door een van <strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren van Louis en Helena van Kruijne. Dit echtpaar kreeg zevenkin<strong>de</strong>ren, maar via welke afstammeling <strong>de</strong> albums in het streekarchiefterecht zijn gekomen, heb ik niet kunnen achterhalen.


58Waar<strong>de</strong> en waar<strong>de</strong>ringHet gevoel bij het zien van een <strong>de</strong>rgelijk archiefstuk is <strong>de</strong>elsnatuurlijk subjectief. Zelf vergeleek ik <strong>de</strong> gezusters Blanken en VanKruijne onwillekeurig met <strong>de</strong> personages uit een van mijn favorieteboeken, Pri<strong>de</strong> and prejudice van Jane Austen. Het boek speelt in<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> tijd, vertelt over <strong>de</strong> zorgen die een moe<strong>de</strong>r zich maakt omhaar vijf dochters aan <strong>de</strong> man te brengen, en laat ook zien hoe <strong>de</strong>komst van een regiment soldaten in een klein plaatsje <strong>de</strong> hoof<strong>de</strong>n enharten van <strong>de</strong> huwbare jongedames op hol kan brengen.Om beroepsmatig te spreken: gelukkig kan een historisch documentzoals het hier besprokene, bewaard en behou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n in eenstreekarchief. Daarbij komt tot uiting dat archieven het niet alleen tothun taak zien om <strong>de</strong> overheidsarchieven te bewaren (waartoe zij bijwet verplicht zijn) maar ook om an<strong>de</strong>re, van particulieren of privatesector afkomstige, geschreven documenten, die van waar<strong>de</strong> zijn voor<strong>de</strong> kennis van het (regionale) verle<strong>de</strong>n, te verzamelen. Hopelijk zalaan <strong>de</strong>ze laatste taak in <strong>de</strong> toekomst niet getornd wor<strong>de</strong>n.Over <strong>de</strong> auteur:Mevrouw drs. E. Lassing-van Gameren is me<strong>de</strong>werker van hetstreekarchief Voorne-Putten en Rozenburg.Literatuur:Alba amicorum: vijf eeuwen vriendschap op papier gezet, het albumamicorum en het poëziealbum in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n (Maarssen etc.,Schwartz/Sdu, 1990).Jager, H. <strong>de</strong>, De Brielsche vroedschap (Rijswijk, 1904).Klok, J., Brielle stad in <strong>de</strong> Lan<strong>de</strong>n van Voorne (Brielle, 1980).


59Uit <strong>de</strong> streekTentoonstellingen in het Historisch Museum Den Brielt/m 31 oktober 2004: Vis voor een prikkie.De visserij van Brielle en Zwartewaal26 november 2004 tot half februari 2005: Interieur.Een tentoonstelling over het huiselijk interieur op Voorne met alshoofdthema <strong>de</strong> slaapkamer. Deze tentoonstelling is <strong>de</strong> laatste in <strong>de</strong>driejarige reeks van het project V*E*T (Voorne's Eigen Tijd).maart t/m mei 2005: Gezicht op Brielle (werktitel).Een expositie van tekeningen, prenten en schil<strong>de</strong>rijen met <strong>de</strong> stadBrielle als on<strong>de</strong>rwerp.juni-juli-augustus 2005: Getrouwd in Brielle (werktitel).Een fototentoonstelling van bruidsparen in <strong>de</strong> <strong>de</strong>uropening van hetstadhuis.PublicatiesBob Benschop, Ou<strong>de</strong>nhoorn en <strong>de</strong> landbouwcrisis van 1878-1895(Publicatiereeks nr. 20 Stichting Streekhistorie VPR) (Bernisse2004).Arie Kweekel, Heenvliet in vroeger tij<strong>de</strong>n (Sommelsdijk 2004).Corrie van <strong>de</strong>r Lin<strong>de</strong>n en Frans Lo<strong>de</strong>wijk, Winkeltjes en an<strong>de</strong>re<strong>Brielse</strong> zaken (Boekje en CD) (Spijkenisse 2004).


60AanmeldingOn<strong>de</strong>rgeteken<strong>de</strong> .......................................................................Adres .......................................................................Postco<strong>de</strong> ............... Plaats .......................................................meldt zich aanvoor het O persoonlijk lidmaatschap(contributie: 9,60)O familielidmaatschap(contributie: <strong>14</strong>,40)van <strong>de</strong> vereniging ‘Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch Museum Den Briel’Datum: ................... Handtekening ............................................Verzendadres:Vrien<strong>de</strong>n v/h Historisch Museum Den BrielSecretariaatMevr. E.C. Laroy-MeeuseVan Almon<strong>de</strong>weg 70, 3231 CS BrielleTel./fax 0181-413635N.B. Na 1 juli is alleen nog <strong>de</strong> halve contributie verschuldigd; na 1 november wordt voor <strong>de</strong>resteren<strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n geen contributie meer geheven. Voor <strong>de</strong> betaling van <strong>de</strong> contributieontvangen <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n een acceptgirokaart.


Auteursinstructies<strong>Historische</strong> artikelen over Brielle en <strong>de</strong> streek zijn welkom. Geadviseerdwordt vooroverleg met <strong>de</strong> hoofdredacteur, drs. A.A. van <strong>de</strong>r Houwen teplegen. Hij is bereikbaar tij<strong>de</strong>ns kantooruren on<strong>de</strong>r nummer (0181) 475154.Aanlevering van <strong>de</strong> artikelen in computer-leesbare vorm, of minimaalmet schrijfmachine geschreven, wordt op prijs gesteld.De redactie behoudt zich het recht voor, in overleg met <strong>de</strong> auteur, artikelenin te korten of te wijzigen.AdvertentietariefEen pagina per jaar (2 edities): 90,–CopyrightOvername van artikelen uitsluitend met bronvermelding en na verkregentoestemming van <strong>de</strong> redactie.Belangrijke telefoonnummersMeldpunt Monumentenzorg: tij<strong>de</strong>ns kantooruren:(0181) 471111 (gemeente Brielle; mevrouw Angelique van Oers)Meldpunt ‘Cultureel Erfgoed’: tij<strong>de</strong>ns kantooruren vandinsdag t/m vrijdag: (0181) 475473 (Hist. Museum Den Briel).Internet-adressen:Historisch Museum Den Briel: www.historischmuseum<strong>de</strong>nbriel.nlMusea in Ne<strong>de</strong>rland: www.tribute.nl/hollandmuseums/nl/frame.htmlStreekinformatie: /www.vpri.com/main.htmStreekarchief: www.vpri.com/streekarchiefVer. Vrien<strong>de</strong>n van het Historisch Museum Den Briel:http://www.inter.NL.net/users/F.Keller/Tromp.html

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!