You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
<strong>2016</strong><br />
Hoofdstuktitel 3
<strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
<strong>2016</strong>
Verklar<strong>in</strong>g van tekens<br />
. Gegevens ontbreken<br />
* Voorlopig cijfer<br />
** Nader voorlopig cijfer<br />
x Geheim<br />
– Nihil<br />
– (Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met<br />
0 (0,0) Het getal is kle<strong>in</strong>er dan de helft van de gekozen eenheid<br />
Niets (blank) Een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen<br />
2015–<strong>2016</strong> 2015 tot en met <strong>2016</strong><br />
2015/<strong>2016</strong> Het gemiddelde over de jaren 2015 tot en met <strong>2016</strong><br />
2015/’16 Oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beg<strong>in</strong>nend <strong>in</strong> 2015<br />
en e<strong>in</strong>digend <strong>in</strong> <strong>2016</strong><br />
2013/’14–<br />
2015/’16 Oogstjaar, boekjaar enz., 2013/’14 tot en met 2015/’16<br />
In geval van afrond<strong>in</strong>g kan het voorkomen dat het weergegeven<br />
totaal niet overeenstemt met de som van de getallen.<br />
Colofon<br />
Uitgever<br />
Centraal Bureau voor de Statistiek<br />
Henri Faasdreef 312, 2492 JP Den Haag<br />
www.cbs.nl<br />
Prepress: Centraal Bureau voor de Statistiek, Studio BCO<br />
Druk: Tuijtel, Hard<strong>in</strong>xveld-Giessendam<br />
Inlicht<strong>in</strong>gen<br />
Tel. 088 570 70 70, fax 070 337 59 94<br />
Via contactformulier: www.cbs.nl/<strong>in</strong>foservice<br />
Bestell<strong>in</strong>gen<br />
<strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong> is verkrijgbaar via www.cbs.nl.<br />
Prijs: € 10,00 (exclusief verzendkosten)<br />
ISBN 978-90-357-1909-5<br />
ISSN 0924-2686<br />
Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen/Bonaire, <strong>2016</strong>.<br />
Verveelvoudig<strong>in</strong>g is toegestaan, mits CBS als bron wordt vermeld.
Voorwoord<br />
Hoe ontwikkelde de <strong>Nederland</strong>se economie zich<br />
<strong>in</strong> 2015? Hoeveel asielzoekers kwamen er <strong>in</strong><br />
2015 naar <strong>Nederland</strong>? En hoeveel k<strong>in</strong>deren <strong>in</strong><br />
<strong>Nederland</strong> groeien op <strong>in</strong> armoede? In <strong>Trends</strong> <strong>in</strong><br />
<strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong> v<strong>in</strong>dt u het antwoord op deze<br />
en nog veel meer vragen. Aan de hand van<br />
trends <strong>in</strong> de <strong>Nederland</strong>se maatschappij geeft<br />
deze publicatie een beeld van de verscheidenheid<br />
aan <strong>in</strong>formatie die CBS biedt. In deze editie<br />
besteden we daarbij extra aandacht aan onder<br />
meer migratie, welvaart en de economie.<br />
De kaarten, grafieken, tabellen en teksten <strong>in</strong><br />
deze publicatie zijn slechts een kle<strong>in</strong>e greep uit<br />
wat CBS te bieden heeft. Ik wens u veel kijk- en<br />
leesplezier toe en nodig u graag uit om voor de<br />
meest actuele cijfers regelmatig een kijkje te<br />
nemen op cbs.nl.<br />
Directeur-Generaal<br />
Dr. T.B.P.M. Tj<strong>in</strong>-A-Tsoi<br />
Den Haag/Heerlen/Bonaire, juni <strong>2016</strong><br />
Alle <strong>in</strong>formatie uit <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong> is<br />
terug te v<strong>in</strong>den op onze vernieuwde website<br />
cbs.nl. Vanuit de nieuwsberichten die nu<br />
centraal staan op onze site, kunt u gemakkelijk<br />
doorklikken naar de achterliggende cijfers.<br />
Die cijfers kunt u – net als al onze statistische<br />
uitkomsten – ook v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> StatL<strong>in</strong>e, onze gratis<br />
onl<strong>in</strong>e databank. StatL<strong>in</strong>e is toegankelijk via<br />
onze website (cbs.nl/statl<strong>in</strong>e) en via de StatL<strong>in</strong>e<br />
App (opendata.cbs.nl/Dataportaal).
Inhoud<br />
1 Maatschappij 7<br />
<strong>Trends</strong> 7<br />
De feiten op een rij 13<br />
Veiligheid en recht 13<br />
Bevolk<strong>in</strong>g 19<br />
Welzijn 24<br />
Gezondheid en zorg 26<br />
Onderwijs 31<br />
Verkeer 37<br />
Vrije tijd en cultuur 40<br />
Energie 48<br />
Natuur en milieu 52<br />
3 Arbeid en <strong>in</strong>komen 79<br />
<strong>Trends</strong> 79<br />
De feiten op een rij 85<br />
Werkgelegenheid 85<br />
Werkloosheid 88<br />
Sociale zekerheid 90<br />
Inkomen 92<br />
4 Over CBS 97<br />
2 Economie 57<br />
<strong>Trends</strong> 57<br />
De feiten op een rij 63<br />
Internationale handel 63<br />
Bouwen en wonen 65<br />
Vervoer 66<br />
Industrie 68<br />
Handel en horeca 69<br />
F<strong>in</strong>anciële markten 72<br />
Landbouw 73
Migratie <strong>in</strong> 2015<br />
146 279<br />
emigranten<br />
202 647<br />
immigranten<br />
20 461<br />
Syriërs vestigden zich <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
6 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1. Maatschappij<br />
<strong>Trends</strong><br />
In 2015 groeide de <strong>Nederland</strong>se bevolk<strong>in</strong>g met<br />
79 duizend tot 16,9 miljoen <strong>in</strong>woners. Dit is een<br />
groei van 0,5 procent. Op 21 maart <strong>2016</strong> werd<br />
de 17 miljoenste <strong>in</strong>woner <strong>in</strong>geschreven.<br />
De kans is groter dat dit een immigrant was dan<br />
een baby, omdat er <strong>in</strong> 2015 meer immigranten<br />
naar <strong>Nederland</strong> kwamen (200 duizend) dan dat<br />
er k<strong>in</strong>deren werden geboren (170 duizend).<br />
Het verschil tussen immigratie en emigratie - het<br />
migratiesaldo - bedroeg 56 duizend <strong>in</strong> 2015.<br />
Dit saldo is s<strong>in</strong>ds 1975 niet zo hoog geweest.<br />
Het hoge migratiesaldo kwam gedeeltelijk door<br />
de gestegen asiel<strong>in</strong>stroom. Daarnaast was er<br />
een grote <strong>in</strong>stroom van arbeidsmigranten. Het<br />
grootste deel van de nieuwe <strong>in</strong>woners is gaan<br />
wonen <strong>in</strong> gemeenten die al dichtbevolkt waren,<br />
vooral <strong>in</strong> de Randstad.<br />
M<strong>in</strong>der baby’s geboren<br />
In 2015 werden 170 duizend baby’s geboren.<br />
Dit zijn er 5 duizend m<strong>in</strong>der dan een jaar<br />
eerder. Het aantal geboorten is hiermee<br />
vergelijkbaar met beg<strong>in</strong> jaren tachtig, toen ons<br />
land ook een laag geboortecijfer kende. Vooral<br />
vrouwen onder de dertig krijgen m<strong>in</strong>der<br />
k<strong>in</strong>deren. Naar verwacht<strong>in</strong>g zal het aantal<br />
baby’s dat de komende jaren wordt geboren<br />
weer licht gaan stijgen, maar steeds meer jonge<br />
vrouwen zullen het moederschap uitstellen.<br />
Er overleden 147 duizend mensen <strong>in</strong> 2015, dat<br />
zijn er 8 duizend meer dan <strong>in</strong> het jaar daarvoor.<br />
Hiermee komt het verschil tussen het aantal<br />
baby’s dat werd geboren en het aantal<br />
overledenen uit op 23 duizend. Dit is de laagste<br />
natuurlijke groei van de bevolk<strong>in</strong>g s<strong>in</strong>ds 1871.<br />
Ruim 200 duizend immigranten<br />
Er kwamen <strong>in</strong> 2015 bijna 20 duizend immigranten<br />
meer naar ons land dan een jaar<br />
eerder. In totaal schreven bijna 203 duizend<br />
immigranten zich <strong>in</strong> bij een gemeente.<br />
Met 146 duizend emigranten lag het aantal<br />
<strong>in</strong>woners dat <strong>Nederland</strong> verliet op een<br />
Maatschappij 7
vergelijkbaar hoog niveau als <strong>in</strong> voorgaande<br />
jaren. Duitsland, België en Groot-Brittannië zijn<br />
de populairste landen waar <strong>Nederland</strong>ers zich<br />
vestigen. Per saldo kwamen er door migratie<br />
56 duizend <strong>in</strong>woners bij.<br />
Sterkste groei <strong>in</strong> Amsterdam en <strong>in</strong> VINEXwijken<br />
Van de miljoen <strong>in</strong>woners die er s<strong>in</strong>ds 2001 bij<br />
zijn gekomen, kreeg Amsterdam er met<br />
100 duizend de meeste bij van alle <strong>Nederland</strong>se<br />
gemeenten. Daarna volgen Utrecht, Den Haag<br />
en Almere. In Randstedelijke gemeenten buiten<br />
de grote steden groeide het <strong>in</strong>wonertal veelal<br />
door VINEX-uitbreid<strong>in</strong>gen. Dit vond deels plaats<br />
b<strong>in</strong>nen de gemeentegrenzen van de steden,<br />
zoals Leidsche Rijn <strong>in</strong> Utrecht, Ypenburg <strong>in</strong> Den<br />
Haag of IJburg <strong>in</strong> Amsterdam, maar vaak ook <strong>in</strong><br />
gemeenten die naast de steden liggen. De<br />
bevolk<strong>in</strong>g groeide s<strong>in</strong>ds 2001 relatief het sterkst<br />
<strong>in</strong> Barendrecht, nabij Rotterdam: meer dan<br />
50 procent.<br />
1.1 Relatieve bevolk<strong>in</strong>gsgroei tussen 1 januari 2001<br />
en 1 januari <strong>2016</strong>*<br />
M<strong>in</strong>der dan –3%<br />
–3 tot 0%<br />
0 tot 5%<br />
5 tot 10%<br />
10% en meer<br />
M<strong>in</strong>der gemeenten krimpen<br />
Bij het merendeel van de 393 <strong>Nederland</strong>se<br />
gemeenten <strong>in</strong> 2015 steeg het aantal <strong>in</strong>woners.<br />
Ruim een kwart van de gemeenten zag het<br />
8 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.2 Immigratie van autochtonen en allochtonen<br />
x 1 000<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
2000<br />
2003<br />
2006<br />
2009<br />
2012<br />
Autochtonen<br />
Westerse allochtonen<br />
Niet-westerse allochtonen<br />
2015*<br />
aantal <strong>in</strong>woners dalen. Dit heet bevolk<strong>in</strong>gskrimp.<br />
In 2014 daalde het <strong>in</strong>wonertal nog<br />
<strong>in</strong> bijna 40 procent van de gemeenten.<br />
De bevolk<strong>in</strong>gskrimp is vooral zichtbaar aan<br />
de randen van ons land en <strong>in</strong> meer landelijke<br />
gebieden zoals Zuid-Limburg, Zeeuws-<br />
Vlaanderen, de Achterhoek en delen van de<br />
noordelijke prov<strong>in</strong>cies. In bijna de helft van<br />
de gemeenten stierven er meer <strong>in</strong>woners dan<br />
dat er geboren werden. Toch groeide <strong>in</strong> een<br />
deel van deze gemeenten de bevolk<strong>in</strong>g. Dit<br />
komt door de toegenomen buitenlandse migratie.<br />
Immigratie uit Syrië en Polen<br />
1.3 Emigratie van autochtonen en allochtonen<br />
Een deel van de immigranten die zich <strong>in</strong><br />
x 1 000<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
<strong>Nederland</strong> vestigden, waren asielzoekers die<br />
een verblijfsvergunn<strong>in</strong>g kregen of m<strong>in</strong>imaal een<br />
half jaar op een asielopvangplek verbleven en<br />
zich mochten <strong>in</strong>schrijven bij de gemeente.<br />
De hoofdmoot waren Syriërs: 21 duizend.<br />
Daarnaast werden 3 duizend Eritreeërs en<br />
2000<br />
2003<br />
2006<br />
2009<br />
2012<br />
2015*<br />
2 duizend Ethiopiërs bijgeschreven als <strong>in</strong>woner<br />
van <strong>Nederland</strong>. Naast asielzoekers vestigden<br />
arbeidsmigranten zich <strong>in</strong> ons land, met name uit<br />
Autochtonen<br />
Niet-westerse allochtonen<br />
Westerse allochtonen<br />
Polen (9 duizend). Ook vanuit India komen de<br />
laatste jaren meer migranten op de <strong>Nederland</strong>se<br />
arbeidsmarkt af.<br />
Maatschappij 9
Meer asielzoekers en nareizigers<br />
Asielzoekers die <strong>in</strong> afwacht<strong>in</strong>g zijn van een<br />
verblijfsvergunn<strong>in</strong>g of die korter dan een half<br />
jaar <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> zijn, behoren officieel niet tot<br />
de <strong>Nederland</strong>se bevolk<strong>in</strong>g. Zij kunnen zich nog<br />
niet <strong>in</strong>schrijven als <strong>in</strong>woner van <strong>Nederland</strong> en<br />
tellen daarom niet mee <strong>in</strong> de hiervoor<br />
genoemde cijfers over immigratie. In 2015<br />
kwamen bijna 57 duizend asielzoekers en<br />
nareizigers naar ons land. Deze asielzoekers<br />
hebben een aanvraag <strong>in</strong>gediend om toegelaten<br />
te worden als vluchtel<strong>in</strong>g. Van de ruim<br />
43 duizend asielzoekers (twee keer zoveel als<br />
<strong>in</strong> 2014) kwamen er vier op de tien uit Syrië.<br />
Van de bijna 14 duizend nareizende<br />
familieleden, een verdrievoudig<strong>in</strong>g ten opzichte<br />
van een jaar eerder, was zelfs twee derde<br />
afkomstig uit dat land.<br />
1.4 Bevolk<strong>in</strong>gsgroei, migratiesaldo en natuurlijke aanwas<br />
x 1 000<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
–50<br />
1970<br />
1975<br />
1980<br />
1985<br />
1990<br />
1995<br />
2000<br />
2005<br />
2010<br />
2015*<br />
Migratiesaldo<br />
Natuurlijke aanwas<br />
Bevolk<strong>in</strong>gsgroei<br />
10 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.5 Top vijf herkomstgroeper<strong>in</strong>gen met hoogste<br />
migratiesaldo, 2015*<br />
Syrië<br />
Polen<br />
Eritrea<br />
India<br />
Ethiopië<br />
0 5 10 15 20 25<br />
x 1 000<br />
Immigratie<br />
Emigratie<br />
1.6 Eerste asielverzoeken naar nationaliteit<br />
2013 (totaal 13 465) 2014 (totaal 27 170)<br />
22%<br />
5%<br />
2015 (totaal 56 940)<br />
1%<br />
22%<br />
31%<br />
35%<br />
42%<br />
5%<br />
48%<br />
5%<br />
5%<br />
7%<br />
7%<br />
19%<br />
2%<br />
2%<br />
15%<br />
3%<br />
3%<br />
15%<br />
6%<br />
Somalisch<br />
Iraaks<br />
Iraans<br />
Overig/staatloos<br />
Syrisch<br />
Eritrees<br />
Afghaans<br />
Maatschappij 11
Van welke misdrijven wordt het vaakst aangifte gedaan?<br />
Aantal geregistreerde misdrijven per 1 000 <strong>in</strong>woners, 2015<br />
35,9<br />
7,2<br />
a<br />
5,4<br />
Vermogensmisdrijven Verniel<strong>in</strong>gen Gewelds- en seksuele<br />
misdrijven<br />
ab<br />
6,4<br />
c<br />
0,9<br />
0,3<br />
Verkeersmisdrijven Drugsmisdrijven (Vuur)wapenmisdrijven<br />
c<br />
b<br />
12 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
De feiten op een rij 1.7 Aantal geregistreerde misdrijven<br />
Veiligheid en recht<br />
Het aantal geregistreerde misdrijven daalt al<br />
jaren. In 2015 registreerde de politie bijna<br />
1 miljoen misdrijven. Tien jaar eerder waren<br />
dat er nog ruim 1,3 miljoen. Ook het aandeel<br />
mensen dat slachtoffer is geworden van<br />
crim<strong>in</strong>aliteit daalt al tien jaar haast onafgebroken.<br />
In 2005 zeiden bijna drie op de tien <strong>Nederland</strong>ers<br />
slachtoffer te zijn geweest van een delict. In<br />
2015 was dit m<strong>in</strong>der dan twee op de tien; een<br />
dal<strong>in</strong>g van ruim 35 procent. Tegelijk met de<br />
dal<strong>in</strong>g van de crim<strong>in</strong>aliteit voelen steeds m<strong>in</strong>der<br />
mensen zich wel eens onveilig.<br />
In de vier grote steden (Amsterdam, Rotterdam,<br />
Den Haag en Utrecht) geeft gemiddeld<br />
26 procent van de <strong>in</strong>woners aan slachtoffer te<br />
zijn geweest van crim<strong>in</strong>aliteit. Dit aandeel ligt<br />
hoger dan het gemiddelde van gemeenten met<br />
meer dan 70 duizend <strong>in</strong>woners (22 procent) en<br />
het landelijk gemiddelde (18 procent). Ook<br />
voelen meer <strong>in</strong>woners van de vier grote steden<br />
zich onveilig vergeleken met kle<strong>in</strong>ere<br />
gemeenten.<br />
x 1 000<br />
1 400<br />
1 200<br />
1 000<br />
800<br />
600<br />
400<br />
200<br />
0<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
72 900 12- tot 25-jarigen<br />
verdacht van een misdrijf <strong>in</strong> 2014<br />
2014<br />
2015<br />
C c<br />
Maatschappij 13
1.8 Slachtofferschap crim<strong>in</strong>aliteit en<br />
onveiligheidsgevoelens<br />
<strong>in</strong>dex 2005=100<br />
100<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
50<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
Slachtofferschap<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
Onveiligheidsgevoelens<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
1.10 Onveiligheidsbelev<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de woonplaats, 2015<br />
1.9 Geregistreerde crim<strong>in</strong>aliteit<br />
2013* 2014* 2015*<br />
x 1 000<br />
Totaal misdrijven, geregistreerd door politie en<br />
Kon<strong>in</strong>klijke Marechaussee 1 088 1 009 963<br />
Vermogensmisdrijven 682 624 607<br />
waarvan<br />
diefstal en <strong>in</strong>braak met geweld 13 10 10<br />
diefstal en <strong>in</strong>braak zonder geweld 632 577 534<br />
Verniel<strong>in</strong>gen, misdrijven tegen openbare orde<br />
en gezag 141 135 122<br />
Gewelds- en seksuele misdrijven 102 97 91<br />
Misdrijven Wetboek van Strafrecht (overig) 11 12 11<br />
Verkeersmisdrijven 125 116 108<br />
Drugsmisdrijven 16 16 15<br />
(Vuur)wapenmisdrijven 6 6 6<br />
Misdrijven overige wetten 4 4 3<br />
Op hangplekken<br />
Rondom uitgaansgelegenheden<br />
Bij tre<strong>in</strong>station<br />
In openbaar vervoer<br />
In centrum van woonplaats<br />
In w<strong>in</strong>kelgebied<br />
In eigen huis<br />
18%<br />
D d<br />
slachtoffer van<br />
crim<strong>in</strong>aliteit <strong>in</strong> 2015<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
0 10 20 30 40 50<br />
% wel eens onveilig<br />
14 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.11 Slachtofferschap van crim<strong>in</strong>aliteit <strong>in</strong> gemeenten<br />
met meer dan 70 duizend <strong>in</strong>woners, 2015<br />
1.12 Onveiligheidsgevoelens <strong>in</strong> de buurt <strong>in</strong> gemeenten<br />
met meer dan 70 duizend <strong>in</strong>woners, 2015<br />
27<br />
19<br />
27<br />
19<br />
42<br />
42<br />
26<br />
16<br />
26<br />
16<br />
48<br />
1<br />
35<br />
30<br />
50<br />
48<br />
1<br />
35<br />
30<br />
50<br />
20<br />
21<br />
28<br />
29<br />
4<br />
39 49<br />
47 11<br />
38<br />
18<br />
46<br />
37<br />
7<br />
6<br />
25<br />
44<br />
3<br />
5<br />
14<br />
9<br />
8<br />
12<br />
2<br />
24<br />
17<br />
20<br />
21<br />
28<br />
29<br />
4<br />
39 49<br />
47 11<br />
38<br />
18<br />
46<br />
37<br />
6<br />
7<br />
25<br />
44<br />
3<br />
5<br />
14<br />
9<br />
8<br />
12<br />
2<br />
24<br />
17<br />
33<br />
13<br />
34<br />
32<br />
33<br />
13<br />
34<br />
32<br />
40<br />
40<br />
10<br />
43<br />
10<br />
43<br />
36<br />
15<br />
23<br />
36<br />
15<br />
23<br />
45<br />
45<br />
41<br />
41<br />
31<br />
22<br />
31<br />
22<br />
t.o.v. gemiddelde gemeenten 70 000+ <strong>in</strong>woners<br />
Lager dan gemiddeld Gemiddeld Hoger dan gemiddeld<br />
1. Alkmaar, 2. Almelo, 3. Almere, 4. Alphen aan den Rijn, 5. Amersfoort, 6. Amstelveen, 7. Amsterdam, 8. Apeldoorn, 9. Arnhem, 10. Breda, 11. Delft, 12. Deventer, 13. Dordrecht, 14. Ede,<br />
15. E<strong>in</strong>dhoven, 16. Emmen, 17. Enschede, 18. Gouda, 19. Gron<strong>in</strong>gen, 20. Haarlem, 21. Haarlemmermeer, 22. Heerlen, 23. Helmond, 24. Hengelo, 25. Hilversum, 26. Hoorn, 27. Leeuwarden,<br />
28. Leiden, 29. Leidschendam-Voorburg, 30. Lelystad, 31. Maastricht, 32. Nijmegen, 33. Nissewaard, 34. Oss, 35. Purmerend, 36. Roosendaal, 37. Rotterdam, 38. Schiedam, 39. ‘s-Gravenhage,<br />
40. ‘s-Hertogenbosch, 41 Sittard-Geleen, 42 Súdwest Fryslân, 43. Tilburg, 44. Utrecht, 45. Venlo, 46. Vlaard<strong>in</strong>gen, 47. Westland, 48. Zaanstad, 49. Zoetermeer, 50. Zwolle<br />
Maatschappij 15
1.13 Aangehouden verdachten naar herkomst,<br />
12 jaar of ouder<br />
Totaal<br />
Autochtoon<br />
Allochtoon<br />
Westerse allochtoon<br />
Niet-westerse allochtoon<br />
waarvan<br />
Marokko<br />
Turkije<br />
Voormalige <strong>Nederland</strong>se<br />
Antillen en Aruba<br />
Sur<strong>in</strong>ame<br />
30% van door de rechter opgelegde<br />
Aa<br />
sancties <strong>in</strong> 2014 is vrijheidsstraf<br />
1.14 Uitgaven aan veiligheidszorg<br />
mld euro<br />
14<br />
12<br />
10<br />
8<br />
6<br />
4<br />
Overig niet-westers<br />
0 1 2 3 4 5 6<br />
% van de herkomstgroeper<strong>in</strong>g<br />
2<br />
0<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013 2014*<br />
2013<br />
Bron: CBS, HKS.<br />
2014*<br />
Preventie<br />
Tenuitvoerlegg<strong>in</strong>g<br />
Opspor<strong>in</strong>g<br />
Overig<br />
16 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.15 Schuldigverklar<strong>in</strong>gen rechter eerste aanleg<br />
2012 2013 2014<br />
x 1 000<br />
Totaal schuldigverklar<strong>in</strong>gen 88 ,7 89 ,0 85 ,9<br />
Wetboek van Strafrecht 62 ,1 61 ,7 59 ,5<br />
waarvan<br />
vermogensmisdrijven 31 ,1 32 ,1 31 ,0<br />
verniel<strong>in</strong>gen en misdrijven tegen openbare<br />
orde en gezag 10 ,0 9 ,3 8 ,9<br />
gewelds- en seksuele delicten 18 ,3 17 ,9 17 ,6<br />
Verkeersmisdrijven 15 ,1 16 ,1 14 ,7<br />
Drugsmisdrijven 6 ,7 6 ,9 7 ,2<br />
Misdrijven overige wetten 4 ,9 4 ,3 4 ,4<br />
1.16 Rechtbankstrafzaken, sancties rechter<br />
eerste aanleg, 2014<br />
Totaal 116,8 duizend<br />
16%<br />
9%<br />
35%<br />
Vrijheidsstraffen<br />
Taakstraf<br />
Geldboete<br />
Maatregelen<br />
Bijkomende straffen<br />
Aa<br />
12,7 miljard euro uitgegeven<br />
aan veiligheidszorg <strong>in</strong> 2014<br />
27%<br />
30%<br />
Maatschappij 17
1.17 Brand- en hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>cidenten<br />
voor de brandweer<br />
2013 2014 2015*<br />
x 1 000<br />
Brand<strong>in</strong>cidenten 126 ,5 130 ,3 125 ,2<br />
waarvan<br />
automatisch gemeld 79 ,7 85 ,8 80 ,7<br />
telefonisch gemeld 46 ,8 44 ,5 44 ,5<br />
waarvan<br />
afgehandeld door de meldkamer 29 ,9 39 ,2 40 ,2<br />
alarmer<strong>in</strong>gen van de brandweer 96 ,6 91 ,2 85 ,0<br />
Hulpverlen<strong>in</strong>gs<strong>in</strong>cidenten 108 ,1 102 ,1 109 ,0<br />
waarvan<br />
afgehandeld door de meldkamer 46 ,8 43 ,2 41 ,8<br />
alarmer<strong>in</strong>gen van de brandweer 61 ,3 58 ,9 67 ,2<br />
85 000 keer<br />
is de brandweer <strong>in</strong> 2014<br />
gealarmeerd voor brand<br />
18 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.18 Huwelijken (<strong>in</strong>cl. partnerschappen) en<br />
flits/echtscheid<strong>in</strong>gen<br />
Bevolk<strong>in</strong>g<br />
x 1 000<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
In 2015 werden <strong>in</strong> ons land 78 duizend<br />
huwelijken gesloten en kwam aan 36 duizend<br />
huwelijken door een echtscheid<strong>in</strong>g een e<strong>in</strong>de.<br />
De gemiddelde leeftijd waarop mannen en<br />
vrouwen voor het eerst trouwen, neemt toe.<br />
0<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'15*<br />
Mannen zijn nu gemiddeld 33,5 jaar oud en<br />
vrouwen 31,0 jaar wanneer ze voor het eerst <strong>in</strong><br />
het huwelijksbootje stappen. In 2000 was dat<br />
nog 31,0 jaar voor mannen en 28,5 jaar voor<br />
Huwelijken<br />
Echtscheid<strong>in</strong>gen<br />
vrouwen.<br />
1.19 Gemiddelde leeftijd bij eerste huwelijkssluit<strong>in</strong>g<br />
In 2015 werden 170 duizend k<strong>in</strong>deren geboren.<br />
jaren<br />
34<br />
33<br />
32<br />
31<br />
30<br />
29<br />
28<br />
27<br />
0<br />
Dat aantal komt overeen met het lage niveau <strong>in</strong><br />
beg<strong>in</strong> jaren tachtig. Vrouwen hebben gemiddeld<br />
1,65 k<strong>in</strong>deren. Afgezien van 2013 was het<br />
gemiddeld k<strong>in</strong>dertal s<strong>in</strong>ds de eeuwwissel<strong>in</strong>g<br />
niet zo laag. De gemiddelde leeftijd waarop<br />
vrouwen voor het eerst moeder worden, neemt<br />
nog steeds toe. Vrouwen zijn nu gemiddeld<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'15*<br />
29,6 jaar oud, tegen 29,1 jaar <strong>in</strong> 2000. Van<br />
stellen die hun eerste k<strong>in</strong>d krijgen is ruim de<br />
helft niet getrouwd.<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Maatschappij 19
1.20 Samenwonende stellen met of zonder<br />
k<strong>in</strong>deren, 1 januari 2015<br />
20–29 jaar<br />
30–39 jaar<br />
40–49 jaar<br />
0 20 40 60 80 100<br />
%<br />
Niet getrouwd, zonder k<strong>in</strong>deren<br />
Getrouwd, zonder k<strong>in</strong>deren<br />
Niet getrouwd, met k<strong>in</strong>deren<br />
Getrouwd, met k<strong>in</strong>deren<br />
1.21 Relatievormen van dertigers, 2013<br />
1 409<br />
homohuwelijken<br />
<strong>in</strong> 2015<br />
16%<br />
6%<br />
49%<br />
Getrouwd<br />
Samenwonend<br />
Alleenstaand<br />
Lat-relatie<br />
29%<br />
20 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.22 Particuliere huishoudens naar grootte,<br />
1 januari <strong>2016</strong>*<br />
Totaal 7,7 miljoen<br />
12%<br />
12%<br />
33%<br />
5%<br />
38%<br />
1 persoon<br />
2 personen<br />
3 personen<br />
4 personen<br />
5 personen of meer<br />
1.23 Kerncijfers bevolk<strong>in</strong>g<br />
2013 2014 2015*<br />
x 1 000<br />
Bevolk<strong>in</strong>g op 1 januari 16 780 16 829 16 901<br />
Geboorte 171 175 170<br />
Sterfte 141 139 147<br />
Immigratie 165 183 203<br />
Emigratie 146 148 146<br />
Saldo overige correcties −28 −26 −22<br />
Totale groei 50 71 79<br />
Bevolk<strong>in</strong>g op 31 december 16 829 16 901 16 980<br />
1.24 Bevolk<strong>in</strong>g naar leeftijd, 1 januari <strong>2016</strong>*<br />
4%<br />
14%<br />
Jonger dan 20 jaar<br />
22%<br />
20–39 jaar<br />
40–64 jaar<br />
65–79 jaar<br />
80 jaar of ouder<br />
78% van de dertigers<br />
is getrouwd of woont samenA a<br />
35%<br />
25%<br />
Maatschappij 21
1.25 Allochtonen <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong>, 1 januari <strong>2016</strong>*<br />
Westerse landen<br />
Indonesië<br />
Duitsland<br />
Polen<br />
België<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk<br />
Voormalig Joegoslavië<br />
Voormalig Sovjet-Unie<br />
Italië<br />
Frankrijk<br />
Spanje<br />
Verenigde Staten<br />
Bulgarije<br />
Portugal<br />
Roemenië<br />
Hongarije<br />
Griekenland<br />
Voorm. Tsjecho-Slowakije<br />
Australië<br />
Oostenrijk<br />
Niet-westerse landen<br />
Turkije<br />
Marokko<br />
Sur<strong>in</strong>ame<br />
Voorm. <strong>Nederland</strong>se Antillen en Aruba<br />
Ch<strong>in</strong>a<br />
Irak<br />
Afghanistan<br />
Syrië<br />
Somalië<br />
Iran<br />
India<br />
1.26 Belangrijkste reden voor vertrek<br />
autochtonen met emigratieplannen, 2013<br />
29%<br />
2%<br />
2%<br />
3%<br />
3%<br />
11%<br />
16%<br />
35%<br />
Werk<br />
Ruimte, rust, stilte of natuur<br />
Opleid<strong>in</strong>g<br />
Familie of vrienden<br />
Belast<strong>in</strong>gdruk<br />
Te vol <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
Verloeder<strong>in</strong>g of crim<strong>in</strong>aliteit<br />
Anders<br />
149 406 Polen wonen<br />
<strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> op 1 januari <strong>2016</strong><br />
B b<br />
Eerste generatie<br />
0 100 200 300 400 500<br />
x 1 000<br />
Tweede generatie<br />
22 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.27 Demografische druk<br />
%<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
1.28 Bevolk<strong>in</strong>gsprognose<br />
<strong>2016</strong> 2040 2060<br />
x 1 000<br />
Bevolk<strong>in</strong>g, 1 januari 16 974 18 108 18 175<br />
jonger dan 20 jaar 3 815 3 916 3 825<br />
20–39 jaar 4 166 4 248 4 395<br />
40–64 jaar 5 909 5 142 5 183<br />
65–79 jaar 2 336 3 166 2 762<br />
80 jaar of ouder 749 1 637 2 010<br />
0<br />
Groene druk<br />
(aantal 0–19-jarigen<br />
t.o.v. aantal 20–64-jarigen)<br />
1996<br />
<strong>2016</strong>*<br />
Grijze druk<br />
(aantal personen van 65 jaar of ouder<br />
t.o.v. aantal 20–64-jarigen)<br />
2036<br />
2056<br />
Bevolk<strong>in</strong>g, jaarmutatie 113 11 8<br />
waaronder<br />
levendgeborenen 173 186 193<br />
overledenen 148 192 200<br />
geboorte-overschot 25 −6 −7<br />
immigratie 239 185 187<br />
emigratie (<strong>in</strong>cl. adm<strong>in</strong>istratieve correcties) 151 168 171<br />
migratiesaldo (<strong>in</strong>cl. adm<strong>in</strong>istratieve correcties) 88 17 15<br />
k<strong>in</strong>deren per vrouw<br />
Totaal vruchtbaarheidscijfer 1 ,66 1 ,75 1 ,75<br />
jaren<br />
Levensverwacht<strong>in</strong>g bij de geboorte<br />
mannen 79 ,9 84 ,0 86 ,8<br />
vrouwen 83 ,3 87 ,5 90 ,3<br />
%<br />
Bevolk<strong>in</strong>g, 1 januari<br />
jonger dan 20 jaar 22 ,5 21 ,6 21,0<br />
20–64 jaar 59 ,3 51 ,9 52 ,7<br />
65 jaar of ouder 18 ,2 26 ,5 26 ,3<br />
Maatschappij 23
Welzijn<br />
1.29 Aandeel dat gelukkig en tevreden is met het leven 1)<br />
De meeste volwassenen <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> zijn<br />
tevreden met hun leven. In 2015 gold dat voor<br />
84 procent. Ook gaf 87 procent aan gelukkig te<br />
zijn. Maar we zijn niet even tevreden met alle<br />
onderdelen van ons leven. Zo waren bijna<br />
zeven op de tien volwassenen tevreden met<br />
hun lichamelijke gezondheid en was 84 procent<br />
tevreden met de psychische gezondheid.<br />
Daarnaast had bijna 30 procent <strong>in</strong> 2015 vaak<br />
zorgen over zijn of haar f<strong>in</strong>anciële toekomst.<br />
Deze zorgen komen veelvuldig voor bij mensen<br />
met lage <strong>in</strong>komens, maar ook mensen met een<br />
hoger <strong>in</strong>komen waren niet zorgenvrij als het om<br />
hun f<strong>in</strong>anciële toekomst gaat.<br />
%<br />
100<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
0<br />
'97<br />
'98<br />
'99<br />
Gelukkig<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
Tevreden<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
1)<br />
Door een herzien<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de statistiek zijn de cijfers van 2012–2015 niet geheel vergelijkbaar<br />
met eerdere jaren.<br />
'07<br />
Cc<br />
92% van de hoogopgeleiden is<br />
gelukkig<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'15<br />
77% met maximaal<br />
Aa<br />
basisonderwijs is gelukkig<br />
24 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.30 Mate van zorgen over de f<strong>in</strong>anciële toekomst<br />
naar hoogte van het <strong>in</strong>komen, 2015<br />
1.31 Tevredenheid met de lichamelijke gezondheid<br />
naar sportfrequentie, 2015<br />
4e kwartiel<br />
(hoogste <strong>in</strong>komens)<br />
Dagelijks sporten<br />
3e kwartiel<br />
2e kwartiel<br />
Wekelijks sporten<br />
1e kwartiel<br />
(laagste <strong>in</strong>komens)<br />
M<strong>in</strong>der dan één keer<br />
per week sporten<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100<br />
%<br />
%<br />
Vaak zorgen<br />
Af en toe zorgen<br />
(Bijna) nooit zorgen<br />
Tevreden<br />
Niet tevreden, niet ontevreden<br />
Ontevreden<br />
1.32 Aandeel met vertrouwen <strong>in</strong> anderen naar<br />
opleid<strong>in</strong>gsniveau, 2015<br />
Wo master, doctor<br />
Hbo, wo bachelor<br />
Mbo 2,3,4, havo, vwo<br />
Vmbo, avo onderbouw,<br />
mbo 1<br />
Basisonderwijs<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100<br />
%<br />
1.33 Mate van eenzaamheid naar geslacht en leeftijd,<br />
2015<br />
score op eenzaamheidsmaat (0=m<strong>in</strong>st eenzaam, 12 = meest eenzaam)<br />
3,5<br />
3,0<br />
2,5<br />
2,0<br />
1,5<br />
1,0<br />
0,5<br />
0<br />
18–24<br />
25–34<br />
35–44<br />
45–54<br />
55–64<br />
65–74<br />
75 of ouder<br />
leeftijd <strong>in</strong> jaren<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Maatschappij 25
Gezondheid en zorg<br />
Kanker en hart- en vaatziekten zijn <strong>in</strong> 2014 nog<br />
steeds de belangrijkste doodsoorzaken <strong>in</strong><br />
<strong>Nederland</strong>. Respectievelijk 32 en 27 procent van<br />
de overledenen is aan deze ziekten gestorven.<br />
Het aantal mensen dat overlijdt als gevolg van<br />
Alzheimer of andere vormen van dementie<br />
neemt echter toe, van 4,4 duizend <strong>in</strong> 1996 naar<br />
12,4 duizend <strong>in</strong> 2014. In dat laatste jaar was<br />
dementie bij 12 procent van de overleden<br />
vrouwen de doodsoorzaak en bij 6 procent van<br />
de overleden mannen. Vrouwen overlijden<br />
vaker aan de gevolgen van dementie, vooral<br />
omdat zij gemiddeld gezien ouder worden dan<br />
mannen.<br />
Dat er steeds meer mensen overlijden aan<br />
dementie en m<strong>in</strong>der aan bijvoorbeeld hart- en<br />
vaatziekten, komt onder andere door de<br />
toegenomen vergrijz<strong>in</strong>g van de bevolk<strong>in</strong>g en de<br />
vooruitgang <strong>in</strong> medische behandel<strong>in</strong>gen.<br />
1.34 Overledenen naar doodsoorzaak, 2014<br />
Mannen Vrouwen<br />
x 1 000<br />
Totaal 67 ,1 72 ,1<br />
waarvan<br />
Kanker 23 ,2 19 ,8<br />
waarvan<br />
luchtpijp en long 6 ,2 4 ,2<br />
dikkedarm en rectum 2 ,7 2 ,3<br />
prostaat 2 ,5<br />
borst 3 ,0<br />
Ziekten van hart en vaatstelsel 17 ,7 20 ,2<br />
waarvan<br />
hersenvaatletsel 3 ,7 5 ,6<br />
hartfalen 2 ,9 4 ,2<br />
acuut hart<strong>in</strong>farct 2 ,9 2 ,4<br />
Ziekten van ademhal<strong>in</strong>gsorganen 5 ,4 5 ,1<br />
waarvan<br />
COPD 3 ,1 2 ,7<br />
Psychische stoornissen 3 ,4 6 ,8<br />
waarvan<br />
dementie 3 ,0 6 ,6<br />
Ziekten van zenuwstelsel 2 ,9 4 ,0<br />
waarvan<br />
ziekte van Alzheimer 0 ,9 2 ,2<br />
Uitwendige doodsoorzaken 3 ,7 3 ,1<br />
waarvan<br />
wegverkeersongevallen 0 ,4 0 ,2<br />
zelfdod<strong>in</strong>g 1 ,3 0 ,6<br />
26 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.35 Meest voorkomende langdurige aandoen<strong>in</strong>gen,<br />
2015<br />
1.36 Personen aan wie een antidepressivum is<br />
verstrekt naar leeftijd, 2014*<br />
%<br />
Allergie<br />
14<br />
12<br />
Hoge bloeddruk<br />
10<br />
8<br />
Migra<strong>in</strong>e of<br />
ernstige hoofdpijn<br />
Gewrichtsslijtage van<br />
heupen of knieën<br />
6<br />
4<br />
2<br />
0<br />
0–24<br />
25–34<br />
35–44<br />
45–54<br />
55–64<br />
65–74<br />
75 of ouder<br />
0 5 10 15 20<br />
leeftijd <strong>in</strong> jaren<br />
%<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
1.37 Gezonde levensverwacht<strong>in</strong>g, 2014<br />
1.38 Levensverwacht<strong>in</strong>g bij geboorte<br />
jaren<br />
Levensverwacht<strong>in</strong>g (totaal)<br />
In als goed ervaren<br />
gezondheid<br />
Zonder lichamelijke<br />
beperk<strong>in</strong>gen<br />
Zonder chronische<br />
ziektes<br />
In goede geestelijke<br />
gezondheid<br />
0 20 40 60 80 100<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
1995<br />
2005<br />
Prognose →<br />
2015 2025<br />
2035<br />
2045<br />
2055<br />
jaren<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Maatschappij 27
1.39 Gemiddelde w<strong>in</strong>st van zelfstandig werkzame<br />
medisch specialisten<br />
1.40 Leeftijd van medisch geschoolden die werkzaam<br />
zijn <strong>in</strong> de zorg, 2014*<br />
x 1 000 euro<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013*<br />
Verloskundigen<br />
Verpleegkundigen<br />
Fysiotherapeut<br />
Medisch specialist<br />
GZ-psycholoog<br />
Huisarts<br />
Tandarts<br />
Psychotherapeut<br />
0–54 jaar<br />
0 20 40 60 80 100<br />
55 jaar of ouder<br />
%<br />
1.41 Personen met AWBZ/Wmo-gef<strong>in</strong>ancierde zorg<br />
naar leeftijd, 2014*<br />
%<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
65–79<br />
80–84<br />
85–89<br />
90 of ouder<br />
leeftijd <strong>in</strong> jaren<br />
69% van de mensen had<br />
<strong>in</strong> 2015 contact met de huisartsBb<br />
Totaal<br />
Zorg zonder verblijf<br />
Zorg met verblijf<br />
28 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.42 Overgewicht naar leeftijd, 2015<br />
1.43 Overgewicht onder de bevolk<strong>in</strong>g vanaf 4 jaar<br />
Totaal<br />
%<br />
50<br />
40<br />
4–11 jaar<br />
12–15 jaar<br />
16–19 jaar<br />
20–29 jaar<br />
30–39 jaar<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
40–49 jaar<br />
1981<br />
1985<br />
1989<br />
1993<br />
1997<br />
2001<br />
2005<br />
2009<br />
2013<br />
50–54 jaar<br />
55–64 jaar<br />
65–74 jaar<br />
75 jaar of ouder<br />
Matig overgewicht<br />
Ernstig overgewicht<br />
0 10 20 30 40 50 60 70<br />
%<br />
Matig overgewicht<br />
Ernstig overgewicht<br />
1.44 Rokers (bevolk<strong>in</strong>g van 12 jaar of ouder)<br />
%<br />
40<br />
30<br />
52% van de tw<strong>in</strong>tigers<br />
Aa<br />
heeft nooit gerookt<br />
10<br />
0<br />
2001<br />
2003<br />
2005<br />
2007<br />
2009<br />
2011<br />
2013<br />
2015<br />
20<br />
Rokers<br />
(< 20 sigaretten per dag)<br />
Zware rokers<br />
(>= 20 sigaretten per dag)<br />
Maatschappij 29
1.45 Zware en overmatige dr<strong>in</strong>kers van alcohol naar<br />
leeftijd, 2015<br />
Totaal<br />
1.46 Uitgaven aan zorg<br />
mld euro<br />
2013 2014** 2015*<br />
12–15 jaar<br />
16–19 jaar<br />
20–29 jaar<br />
30–39 jaar<br />
40–49 jaar<br />
50–54 jaar<br />
55–64 jaar<br />
65–74 jaar<br />
75 jaar of ouder<br />
0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20<br />
%<br />
Overmatige dr<strong>in</strong>ker (gemiddeld veel alcohol per dag)<br />
Zware dr<strong>in</strong>ker (veel alcohol op één dag)<br />
Totaal 93 ,1 94 ,5 95 ,3<br />
Ziekenhuizen, specialistenpraktijken 25 ,4 25 ,8 26 ,2<br />
Ouderenzorg 17 ,2 17 ,6 17 ,3<br />
Gehandicaptenzorg 9 ,6 9 ,8 10 ,0<br />
Praktijk eerstelijn 7 ,6 7 ,9 8 ,0<br />
Geestelijke gezondheidszorg 6 ,6 6 ,5 6 ,5<br />
Overig 26 ,8 27 ,0 27 ,4<br />
euro<br />
Per hoofd van de bevolk<strong>in</strong>g 5 540 5 606 5 628<br />
%<br />
Als percentage van het bbp 14 ,3 14 ,3 14 ,1<br />
245 000 volwassenen verbleven<br />
e<strong>in</strong>d 2014 <strong>in</strong> een <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g voor langdurige zorgFf<br />
30 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.47 Primair onderwijs<br />
Onderwijs<br />
2013/’14* 2014/’15* 2015/’16*<br />
absoluut<br />
Onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen<br />
Basisonderwijs 6 650 6 650 .<br />
Speciaal basisonderwijs 291 288 .<br />
Speciale scholen 321 319 .<br />
x 1 000<br />
Leerl<strong>in</strong>gen<br />
Basisonderwijs 1 477 1 458 1 443<br />
Speciaal basisonderwijs 38 37 35<br />
Speciale scholen 71 71 68<br />
1.48 Percentage vragen goed op E<strong>in</strong>dtoets<br />
Basisonderwijs, 2015<br />
Totaal<br />
Taal<br />
In schooljaar 2015/’16 zaten 1,4 miljoen k<strong>in</strong>deren<br />
<strong>in</strong> het basisonderwijs. Het aantal basisschoolk<strong>in</strong>deren<br />
daalt al jaren, waardoor het aantal<br />
basisscholen ook daalt. In het voortgezet<br />
onderwijs is deze dal<strong>in</strong>g nog niet te zien.<br />
Na het voortgezet onderwijs gaan de meeste<br />
leerl<strong>in</strong>gen verder studeren op het mbo, hbo of<br />
de universiteit. Steeds m<strong>in</strong>der jongeren gaan<br />
naar het mbo. In het studiejaar 2015/’16<br />
volgden 477 duizend deelnemers een opleid<strong>in</strong>g<br />
<strong>in</strong> het mbo. De grootste groep hiervan zit op het<br />
mbo niveau 4.<br />
In het hoger onderwijs stijgt het aantal<br />
studenten, alhoewel <strong>in</strong> het studiejaar 2015/’16<br />
het aantal hbo’ers daalde naar 443 duizend. Het<br />
aantal studenten op universiteiten steeg<br />
daarentegen, naar 261 duizend.<br />
Rekenen<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80<br />
%<br />
Totaal<br />
Meisjes<br />
Jongens<br />
Maatschappij 31
1.49 Voortgezet onderwijs<br />
2013/ ’14 2014/ ’15** 2015/ ’16*<br />
absoluut<br />
Onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen 658 655 .<br />
x 1 000<br />
Leerl<strong>in</strong>gen 974 985 996<br />
Algemeen leerjaar 414 414 414<br />
Vwo 161 164 167<br />
Havo 157 160 163<br />
Vmbo-gt 112 115 117<br />
Vmbo-bk 101 103 104<br />
Praktijkonderwijs 29 29 30<br />
68 215 leerl<strong>in</strong>gen op<br />
speciale scholen <strong>in</strong> 2015/’16Aa<br />
1.50 Deelname voortgezet onderwijs vanaf 1900<br />
x 1 000 %<br />
1 500<br />
100<br />
1 200<br />
900<br />
600<br />
300<br />
0<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
1900/'01<br />
1915/'16<br />
1930/'31<br />
1945/'46<br />
1960/'61<br />
1975/'76<br />
1990/'91<br />
2005/'06<br />
2015/'16*<br />
Aantal vo-leerl<strong>in</strong>gen (l<strong>in</strong>keras)<br />
Percentage vo-leerl<strong>in</strong>gen op het totaal aantal 12–17-jarigen van de bevolk<strong>in</strong>g (rechteras)<br />
32 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.51 Mbo en volwassenenonderwijs<br />
2013/’14* 2014/’15** 2015/’16*<br />
absoluut<br />
Onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen 66 66 .<br />
x 1 000<br />
Deelnemers<br />
Mbo (exclusief extraneï) 498 482 477<br />
Bol 371 378 378<br />
Bbl 128 104 98<br />
Niveau 1 19 13 12<br />
Niveau 2 108 97 89<br />
Niveau 3 136 129 128<br />
Niveau 4 235 243 247<br />
Volwassenenonderwijs 33 33 14<br />
Educatie 20 19 .<br />
Vavo 13 14 14<br />
1.52 Hoger onderwijs<br />
2013/'14* 2014/'15* 2015/'16*<br />
x 1 000<br />
Ingeschrevenen<br />
Hbo 440 446 443<br />
Wo 250 257 261<br />
Gediplomeerden<br />
Hbo bachelor 61 64 .<br />
Wo bachelor 33 35 .<br />
Wo master/doctoraal 34 36 .<br />
17 597 wo-studenten<br />
Psychologie <strong>in</strong> 2015/’16<br />
Aa<br />
1 701 wo-studenten<br />
Engels <strong>in</strong> 2015/’16<br />
Bb<br />
Maatschappij 33
1.53 Top vijf studies <strong>in</strong> het hbo, 2014/'15*<br />
1.54 Uitgaven aan onderwijs<br />
1.55 Top vijf studies <strong>in</strong> het wo, 2014/'15*<br />
Bedrijfskunde<br />
Rechten<br />
Psychologie<br />
Bedrijfseconomie<br />
Geneeskunde<br />
Leraar basisonderwijs<br />
Verpleegkunde<br />
Commerciële economie<br />
Sociaal-pedagogische<br />
hulpverlen<strong>in</strong>g<br />
Internationale organisaties en<br />
betrekk<strong>in</strong>gen<br />
0 1 000 2 000 3 000 4 000 5 000 6 000<br />
aantal eerstejaars studenten<br />
0 1 000 2 000 3 000 4 000 5 000 6 000<br />
aantal eerstejaars studenten<br />
2012 2013 2014*<br />
mln euro<br />
Totaal 40 465 41 538 41 264<br />
Door overheid 33 091 34 246 34 215<br />
waarvan aan<br />
primair onderwijs 10 812 11 076 10 683<br />
voortgezet onderwijs, mbo 14 062 14 549 14 439<br />
hoger onderwijs 8 218 8 621 9 093<br />
Door huishoudens 3 780 3 765 3 414<br />
waarvan aan<br />
primair onderwijs 361 376 353<br />
voortgezet onderwijs, mbo 1 361 1 386 1 375<br />
hoger onderwijs 2 058 2 004 1 685<br />
Door bedrijven 3 233 3 173 3 269<br />
waarvan aan<br />
primair onderwijs 60 63 56<br />
voortgezet onderwijs, mbo 1 711 1 631 1 682<br />
hoger onderwijs 1 461 1 478 1 531<br />
Door buitenland 360 354 366<br />
waarvan aan<br />
primair onderwijs 27 13 13<br />
voortgezet onderwijs, mbo 45 14 13<br />
hoger onderwijs 288 328 340<br />
In % bbp 6 ,3 6 ,4 6 ,2<br />
%<br />
34 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.56 Onderwijsuitgaven per e<strong>in</strong>ddiploma, 2014*<br />
Primair onderwijs<br />
Vmbo<br />
Havo<br />
Vwo<br />
Hbo<br />
Wo bachelor<br />
Wo master<br />
0 30 60 90 120 150<br />
x 1 000 euro<br />
142 000 euro kostte<br />
een masterdiploma <strong>in</strong> 2014<br />
Maatschappij 35
1.57 Uitgaven aan onderwijs<strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen per<br />
deelnemer<br />
Primair onderwijs<br />
Aa<br />
Voortgezet onderwijs<br />
en mbo<br />
10% van 15–74-jarigen heeft<br />
alleen basisonderwijs gevolgd<br />
Hoger onderwijs<br />
Hoger onderwijs<br />
excl. R&D<br />
2012<br />
0 5 10 15 20<br />
2013<br />
2014*<br />
x 1 000 euro<br />
29% van de bevolk<strong>in</strong>g is<br />
hoogopgeleid<br />
Cc<br />
1.58 Onderwijsniveau bevolk<strong>in</strong>g van 15–74 jaar,<br />
2015<br />
10%<br />
1%<br />
10%<br />
Basisonderwijs<br />
19%<br />
20%<br />
Vmbo, mbo 1, avo-onderbouw<br />
Havo, vwo, mbo 2-4<br />
Hbo, wo bachelor<br />
Hbo, wo master, doctor<br />
Onbekend<br />
40%<br />
36 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.59 Nieuw verkochte motorvoertuigen<br />
Verkeer<br />
2013 2014 2015<br />
Totaal 490 360 460 671 532 171<br />
waarvan<br />
personenauto's 416 717 387 569 449 012<br />
motorfietsen 9 244 10 326 11 345<br />
bestelauto's 50 568 51 761 57 704<br />
trekkers voor oplegger 8 862 7 010 9 439<br />
vrachtauto's (excl. trekkers voor oplegger) 3 561 2 724 3 574<br />
autobussen 596 669 344<br />
speciale voertuigen 812 612 753<br />
Bron: RDC-CBMI / CBS.<br />
1.60 Afgelegde afstand per jaar, 2014*<br />
Totaal 145,8 mld km<br />
6%<br />
3% 1%<br />
1%<br />
Personenauto's<br />
11%<br />
Bestelauto's<br />
Autobussen<br />
<strong>Nederland</strong>ers kopen weer vaker een auto. In<br />
2015 zijn bijna 450 duizend nieuwe personenauto’s<br />
verkocht. Dit is 16 procent meer dan een<br />
jaar eerder. S<strong>in</strong>ds 2011 daalde het aantal<br />
verkochte nieuwe auto’s, maar aan die dal<strong>in</strong>g<br />
lijkt nu een e<strong>in</strong>d gekomen. In totaal rijden er <strong>in</strong><br />
<strong>Nederland</strong> zo’n 8 miljoen personenauto’s rond.<br />
De helft van de volwassen <strong>Nederland</strong>se bevolk<strong>in</strong>g<br />
heeft een auto. Van de mannen heeft<br />
65 procent een auto op zijn naam staan en van<br />
de vrouwen 37 procent. Verder heeft een op de<br />
vier huishoudens twee of meer auto’s. Een<br />
gemiddelde personenauto rijdt 13 duizend<br />
kilometer per jaar, dat is ongeveer 35 kilometer<br />
per dag.<br />
Zware vrachtvoertuigen<br />
Brom- en motorfietsen<br />
Speciale voertuigen<br />
78%<br />
Maatschappij 37
1.61 Motorvoertuigenpark, 1 januari<br />
2013 2014 2015<br />
x 1 000<br />
Totaal 9 612 9 610 9 651<br />
waarvan<br />
personenauto's 7 916 7 932 7 979<br />
motorfietsen 653 654 652<br />
bedrijfsmotorvoertuigen 1 043 1 024 1 020<br />
waarvan<br />
bestelauto's 832 815 815<br />
trekkers voor oplegger 70 71 71<br />
vrachtauto's (excl. trekkers voor oplegger) 67 65 63<br />
speciale voertuigen 63 62 61<br />
autobussen 10 10 10<br />
Bron: RDW/CBS.<br />
1.63 Passagiers via <strong>Nederland</strong>se luchthavens naar<br />
herkomst of bestemm<strong>in</strong>g, 2015<br />
13%<br />
Totaal 64,6 mln<br />
4%<br />
10%<br />
Europa<br />
Amerika<br />
Azië<br />
Afrika<br />
1.62 Gemiddeld gereden afstand per<br />
vervoermiddel, 2014*<br />
Trekker voor oplegger<br />
Lijnbus<br />
Tour<strong>in</strong>gcar<br />
Vrachtauto<br />
(excl. trekker voor oplegger)<br />
Bestelauto<br />
Personenauto<br />
Brommobiel<br />
Motorfiets<br />
Bromfiets<br />
Snorfiets<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80<br />
x 1 000 km<br />
58,2 miljoen passagiers<br />
reizen via Schiphol <strong>in</strong> 2015Cc<br />
73%<br />
38 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.64 Motorvoertuigen op rijkswegen per uur, 2014<br />
Gemiddeld aantal passages<br />
Per rijksweg<br />
M<strong>in</strong>der dan 4 000<br />
4 000 tot 5 000<br />
5 000 tot 6 000<br />
6 000 of meer<br />
Per prov<strong>in</strong>cie<br />
M<strong>in</strong>der dan 1 250<br />
1 250 tot 2 500<br />
2 500 tot 3 750<br />
3 750 of meer<br />
Geen rijkswegen<br />
Ee<br />
145,8 miljard kilometer<br />
gereden door <strong>Nederland</strong>se motorvoertuigen<br />
<strong>in</strong> 2014<br />
Bron: CBS, NDW.<br />
Maatschappij 39
Vrije tijd en cultuur<br />
Iets m<strong>in</strong>der dan de helft van de <strong>Nederland</strong>ers<br />
van 15 jaar of ouder zette zich <strong>in</strong> 2015 ten<br />
m<strong>in</strong>ste één keer <strong>in</strong> als vrijwilliger. De meeste<br />
vrijwilligers zijn actief voor sportverenig<strong>in</strong>gen<br />
of scholen. Voor politieke partijen melden zich<br />
naar verhoud<strong>in</strong>g de m<strong>in</strong>ste mensen als<br />
vrijwilliger.<br />
Mannen meldden zich even vaak als vrijwilliger<br />
als vrouwen <strong>in</strong> 2015. Vrouwen zetten zich<br />
echter vaker <strong>in</strong> op scholen, terwijl mannen<br />
vaker actief zijn voor de sportverenig<strong>in</strong>g. Met<br />
het stijgen van het opleid<strong>in</strong>gsniveau neemt<br />
ook de <strong>in</strong>zet als vrijwilliger toe. Zo was van<br />
de laagopgeleiden bijna 33 procent actief als<br />
vrijwilliger, tegenover 62 procent van<br />
de hoogopgeleiden.<br />
1.65 Vrijwilligers onder bevolk<strong>in</strong>g van 15 jaar of ouder,<br />
2015<br />
Geslacht<br />
Man<br />
Vrouw<br />
Leeftijd<br />
15–24 jaar<br />
25–34 jaar<br />
35–44 jaar<br />
45–54 jaar<br />
55–64 jaar<br />
65–74 jaar<br />
75 jaar en ouder<br />
Onderwijsniveau<br />
Basisonderwijs<br />
Vmbo, avo onderbouw, mbo 1<br />
Mbo 2,3,4, havo, vwo<br />
Hbo-, wo-bachelor<br />
Hbo-, wo-master, doctor<br />
0 10 20 30 40 50 60 70 80<br />
%<br />
40 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.66 Top tien vakantielanden van <strong>Nederland</strong>ers<br />
Duitsland<br />
Frankrijk<br />
Spanje<br />
België<br />
Oostenrijk<br />
Italië<br />
Groot-Brittannië<br />
Turkije<br />
Griekenland<br />
Portugal<br />
1.67 <strong>Nederland</strong>se en buitenlandse hotelgasten per<br />
prov<strong>in</strong>cie, 2015**<br />
Noord-Holland<br />
Zeeland<br />
Zuid-Holland<br />
Noord-Brabant<br />
Utrecht<br />
Flevoland<br />
Gron<strong>in</strong>gen<br />
Limburg<br />
Overijssel<br />
Gelderland<br />
Friesland<br />
Drenthe<br />
Buitenlandse gasten<br />
0 20 40 60 80 100<br />
<strong>Nederland</strong>se gasten<br />
%<br />
2014<br />
0,0 0,5 1,0 1,5 2,0 2,5 3,0 3,5<br />
2015<br />
mln vakanties<br />
1.68 Gemiddeld aantal overnacht<strong>in</strong>gen per dag <strong>in</strong><br />
logiesaccommodaties, 2015**<br />
x 1 000<br />
600<br />
500<br />
400<br />
300<br />
200<br />
100<br />
0<br />
Jan<br />
Feb<br />
Mrt<br />
Apr<br />
Mei<br />
Jun<br />
Jul<br />
Aug<br />
Sep<br />
Okt<br />
Nov<br />
Dec<br />
Vanuit <strong>Nederland</strong><br />
Vanuit buitenland<br />
Maatschappij 41
1.69 Buitenlandse gasten <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong>se<br />
logiesaccommodaties, 2015**<br />
Totaal 15 mln<br />
10%<br />
10%<br />
28%<br />
1.70 Vakanties van <strong>Nederland</strong>ers<br />
Eenheid 2013 2014 2015<br />
Vakanties <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
Vakanties x 1 000 17 490 17 176 16 991<br />
Uitgaven mld euro 3 3 3<br />
Uitgaven per vakantieganger euro 163 166 174<br />
13%<br />
13%<br />
26%<br />
Vakanties <strong>in</strong> het buitenland<br />
Vakanties x 1 000 18 093 17 933 18 070<br />
Uitgaven mld euro 13 13 13<br />
Uitgaven per vakantieganger euro 697 702 717<br />
Duitsland<br />
Overig Europa<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk<br />
België<br />
Noord-, Midden- en Zuid-Amerika<br />
Azië, Australië en Afrika<br />
Totaal aantal vakanties x 1 000 35 583 35 109 35 061<br />
Gemiddeld aantal vakanties per deelnemer aantal 2 ,79 2 ,80 2 ,77<br />
Gemiddeld aantal lange vakanties per deelnemer aantal 1 ,94 1 ,93 1 ,94<br />
Gemiddeld aantal korte vakanties per deelnemer aantal 1 ,98 2 ,01 1 ,95<br />
20% van de bevolk<strong>in</strong>g<br />
g<strong>in</strong>g <strong>in</strong> 2015 niet op vakantieAa<br />
56%<br />
Bb<br />
van de bevolk<strong>in</strong>g g<strong>in</strong>g meer<br />
dan één keer op vakantie <strong>in</strong> 2015<br />
42 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.71 Gemiddelde vakantieduur naar<br />
bestemm<strong>in</strong>g en seizoen, 2015<br />
Lange vakanties<br />
Korte vakanties<br />
1.72 Hotels<br />
2013 2014 2015**<br />
aantal<br />
dagen<br />
Totaal 11 ,8 3 ,1<br />
<strong>Nederland</strong> 9 ,7 3 ,1<br />
waarvan<br />
<strong>in</strong> de w<strong>in</strong>terperiode 7 ,8 3 ,0<br />
<strong>in</strong> de zomerperiode 10 ,4 3 ,1<br />
Buitenland 13 ,0 3 ,3<br />
waarvan<br />
<strong>in</strong> de w<strong>in</strong>terperiode 11 ,0 3 ,3<br />
<strong>in</strong> de zomerperiode 13 ,9 3 ,4<br />
Hotels, pensions en jeugdaccommodaties<br />
Accommodaties 3 510 3 561 3 525<br />
Slaapplaatsen 244 145 252 115 254 589<br />
gemiddeld aantal per dag x 1 000<br />
Gasten 59 63 66<br />
<strong>Nederland</strong>se 32 33 34<br />
buitenlandse 27 30 32<br />
Overnacht<strong>in</strong>gen 102 109 114<br />
<strong>Nederland</strong>se gasten 52 54 55<br />
buitenlandse gasten 50 55 59<br />
Zakelijke overnacht<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> hotels<br />
Totaal <strong>Nederland</strong> 44 45 46<br />
waarvan <strong>in</strong> Amsterdam 12 13 12<br />
279 000<br />
hotelgasten uit Ch<strong>in</strong>a <strong>in</strong> 2015Aa<br />
Maatschappij 43
1.73 Kerkelijke gez<strong>in</strong>dte van volwassenen, 2014<br />
1.74 Aantal openbare bibliotheken en uitlen<strong>in</strong>gen<br />
5%<br />
6%<br />
7%<br />
24%<br />
3% 6% Overige kerkelijke gez<strong>in</strong>dten<br />
49%<br />
Geen kerkelijke gez<strong>in</strong>dte<br />
Rooms-katholiek<br />
<strong>Nederland</strong>s hervormd<br />
Protestantse Kerk <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong><br />
Islam<br />
Gereformeerd<br />
400<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
x mln<br />
160<br />
140<br />
120<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
Openbare bibliotheken (l<strong>in</strong>keras)<br />
Uitlen<strong>in</strong>gen (rechteras)<br />
1.75 Bezoeken aan voorstell<strong>in</strong>gen<br />
x mln<br />
10<br />
8<br />
6<br />
4<br />
2<br />
0<br />
2000<br />
2002<br />
2004<br />
2006<br />
2008<br />
2010<br />
2012<br />
2014<br />
Theatervoorstell<strong>in</strong>gen<br />
Muziekvoorstell<strong>in</strong>gen<br />
Dans- en beweg<strong>in</strong>gsvoorstell<strong>in</strong>gen<br />
Muziektheatervoorstell<strong>in</strong>gen<br />
Cabaret- en kle<strong>in</strong>kunstvoorstell<strong>in</strong>gen<br />
Overige voorstell<strong>in</strong>gen<br />
44 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.76 Gebruik van sociale media naar leeftijd, 2015<br />
Berichten plaatsen op<br />
chat site of discussieforum<br />
Weblogs lezen of schrijven<br />
Tekstberichten uitwisselen<br />
Professioneel netwerk<br />
Ander sociaal netwerk<br />
12–24 jaar<br />
25–44 jaar<br />
0 20 40 60 80 100<br />
%<br />
45–64 jaar<br />
75 jaar of ouder<br />
65–74 jaar<br />
81% is<br />
dagelijks onl<strong>in</strong>e<br />
Maatschappij 45
1.77 Gebruik van mobiel <strong>in</strong>ternet door personen<br />
vanaf 12 jaar<br />
1.78 Onl<strong>in</strong>e w<strong>in</strong>kelen door personen van<br />
16 tot 75 jaar, 2015<br />
%<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
Laptop, notebook<br />
of netbook<br />
Tablet<br />
Smartphone<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk<br />
Denemarken<br />
Duitsland<br />
Zweden<br />
<strong>Nederland</strong><br />
F<strong>in</strong>land<br />
Frankrijk<br />
België<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
EU-27<br />
Spanje<br />
1.79 Gebruiksfrequentie sociale netwerken<br />
(zoals Facebook en Twitter) naar leeftijd, 2015<br />
Totaal<br />
Portugal<br />
Italië<br />
0 20 40 60 80 100<br />
%<br />
Bron: Eurostat.<br />
12–24 jaar<br />
25–44 jaar<br />
45–64 jaar<br />
65–74 jaar<br />
75 jaar of ouder<br />
0 20 40 60 80 100<br />
%<br />
(Bijna) Dagelijks<br />
M<strong>in</strong>imaal 1 x per week<br />
M<strong>in</strong>der dan 1 x per week<br />
46 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.80 Contact met familie, vrienden en<br />
buren, 2015<br />
1.81 Wekelijkse sporters naar leeftijd (vanaf 12 jaar),<br />
2014<br />
%<br />
100<br />
90<br />
Totaal<br />
80<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
Familie<br />
Vrienden<br />
Buren<br />
12–15 jaar<br />
16–19 jaar<br />
20–29 jaar<br />
30–39 jaar<br />
40–49 jaar<br />
50–54 jaar<br />
55–64 jaar<br />
65–74 jaar<br />
75 jaar of ouder<br />
0 20 40 60 80<br />
%<br />
Dagelijks<br />
M<strong>in</strong>stens 1x per week, maar niet dagelijks<br />
M<strong>in</strong>stens 1x per maand, maar niet wekelijks<br />
M<strong>in</strong>der dan 1x per maand<br />
Zelden of nooit<br />
6,4 km is de gemiddelde<br />
afstand tot een bioscoopBb<br />
Maatschappij 47
Energie<br />
In 2015 werd 13 miljard kilowattuur elektriciteit<br />
geproduceerd uit hernieuwbare bronnen, zoals<br />
w<strong>in</strong>d, zon en biomassa. Dit komt overeen met<br />
ongeveer 11 procent van het totale verbruik van<br />
elektriciteit <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong>. Een jaar eerder g<strong>in</strong>g het<br />
nog om 10 procent. De opwekk<strong>in</strong>g van elektriciteit<br />
door w<strong>in</strong>dmolens is met bijna 20 procent<br />
gegroeid <strong>in</strong> 2015. Daarmee werd ruim de helft<br />
van het totaal aan hernieuwbare elektriciteit<br />
opgewekt door w<strong>in</strong>dmolens <strong>in</strong> dat jaar.<br />
W<strong>in</strong>dmolens produceerden <strong>in</strong> 2015 <strong>in</strong> totaal<br />
bijna 7 miljard kilowattuur elektriciteit. De<br />
molens op zee worden hier<strong>in</strong> steeds<br />
belangrijker, maar ook op land neemt de<br />
productie sterk toe. De toename <strong>in</strong> 2015 is<br />
vooral toe te schrijven aan de groei van de<br />
capaciteit; deze nam met 18 procent toe naar<br />
3 400 megawatt. Op land is de capaciteit met<br />
380 megawatt gegroeid naar 3 000 megawatt;<br />
op zee met 130 megawatt naar 360 megawatt.<br />
Ook de productie van elektriciteit met zonnepanelen<br />
en waterkracht namen toe, al bleef<br />
de bijdrage bescheiden. De productie van<br />
elektriciteit uit biomassa bleef nagenoeg gelijk.<br />
1.82 Productie hernieuwbare elektriciteit<br />
% van totale verbruik<br />
12<br />
10<br />
8<br />
6<br />
4<br />
2<br />
0<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
Waterkracht en zon<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
W<strong>in</strong>d<br />
'07<br />
'08<br />
32% meer <strong>in</strong>zet van steenkool<br />
<strong>in</strong> elektriciteitscentrales <strong>in</strong> 2015<br />
Dd<br />
'09<br />
'10<br />
Biomassa<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'15*<br />
48 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.83 Energiebronnen voor elektriciteitsproductie<br />
1.84 Energieaanbod naar energiedrager<br />
mld kWh<br />
140<br />
petajoule<br />
3 500<br />
120<br />
3 000<br />
100<br />
2 500<br />
80<br />
2 000<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
1 500<br />
1 000<br />
500<br />
0<br />
'98<br />
'99<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'46 '50 '54 '58 '62 '66 '70 '74 '78 '82 '86 '90 '94 '98 '02 '06 '10<br />
'15*<br />
Aardgas<br />
Steenkool<br />
Kernenergie en overig<br />
Biomassa<br />
Steenkool en<br />
-producten<br />
Aardolie en<br />
-producten<br />
Aardgas<br />
Overig<br />
Andere fossiele brandstoffen<br />
W<strong>in</strong>d, zon en water<br />
1.85 Inzet van steenkool en aardgas door elektriciteitscentrales<br />
petajoule<br />
400<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
50<br />
0<br />
'98<br />
'99<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14**<br />
'15*<br />
Steenkool<br />
Aardgas<br />
Maatschappij 49
1.86 Elektriciteitsbalans<br />
2013 2014** 2015*<br />
mld kWh<br />
Aanbod van elektriciteit 119 ,1 118 ,1 118 ,4<br />
waarvan<br />
productie 100 ,9 103 ,4 109 ,6<br />
centraal 63 ,1 67 ,5 72 ,3<br />
decentraal 37 ,8 35 ,8 37 ,3<br />
<strong>in</strong>voer 33 ,3 32 ,9 30 ,8<br />
uitvoer (-) 15 ,0 18 ,1 22,0<br />
Verbruik van elektriciteit 119 ,1 118 ,1 118 ,4<br />
waarvan<br />
via het openbare net 101 ,4 99 ,0 101,0<br />
via bedrijfsnetten 14 ,2 15 ,0 13,0<br />
bij de productie 3 ,5 4 ,1 4 ,5<br />
Netverliezen 4 ,5 4 ,9 4 ,9<br />
1.87 Gemiddeld elektriciteitsverbruik van kantoren naar<br />
oppervlakte<br />
kWh/m 2<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
50 tot<br />
250 m 2 250 tot<br />
500 m 2<br />
500 tot<br />
1 000 m 2<br />
1 000 tot<br />
2 500 m 2<br />
Dienstensector<br />
Overheid<br />
2 500 tot<br />
5 000 m 2<br />
5 000 tot<br />
10 000 m 2<br />
10 000 tot<br />
25 000 m 2<br />
11% van de elektriciteit<br />
komt uit hernieuwbare bronnenBb<br />
Aa<br />
66% van de elektriciteitsproductie<br />
is centraal opgewekt<br />
50 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.88 Gemiddeld elektriciteitsverbruik van<br />
tussenwon<strong>in</strong>gen, 2014<br />
1.89 Aardgaslever<strong>in</strong>gen aan bedrijven <strong>in</strong> de detail- en<br />
groothandel, 2014<br />
M<strong>in</strong>der dan 2 850 kWh<br />
2 850 tot 3 100 kWh<br />
3 100 tot 3 350 kWh<br />
3 350 tot 3 600 kWh<br />
3 600 kWh of meer<br />
M<strong>in</strong>der dan 1 mln m 3<br />
1 tot 2,5 mln m 3<br />
2,5 tot 5 mln m 3<br />
5 tot 10 mln m 3<br />
10 mln m 3 of meer<br />
Geen gegevens<br />
Maatschappij 51
Natuur en milieu<br />
De Liv<strong>in</strong>g Planet Index (LPI), een mondiale<br />
graadmeter voor biodiversiteit, laat zien dat de<br />
biodiversiteit sterk is afgenomen. CBS heeft deze<br />
<strong>in</strong>dex uitgerekend voor <strong>Nederland</strong>. Het geeft een<br />
gemiddelde van de ontwikkel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het aantal<br />
zoogdieren, broedvogels, reptielen, amfibieën,<br />
vl<strong>in</strong>ders, libellen en (zoetwater- en zee)vissen.<br />
S<strong>in</strong>ds 1990 is deze groep met 14 procent<br />
toegenomen. Deze stijg<strong>in</strong>g komt door een<br />
toename van het aantal zoogdieren, vogels,<br />
reptielen en libellen. Maar er zijn ook<br />
soortgroepen waarmee het wat m<strong>in</strong>der gaat; het<br />
aantal amfibieën en vl<strong>in</strong>ders is afgenomen.<br />
De mondiale trend lijkt haaks te staan op de<br />
<strong>Nederland</strong>se trend. Als echter de LPI wordt<br />
uitgesplitst naar landengroepen met<br />
verschillend <strong>in</strong>komensniveau (volgens<br />
Wereldbank-criteria), dan is te zien dat de LPI<br />
voor hoge <strong>in</strong>komenslanden juist is gestegen<br />
(met 9,7 procent). Dit correspondeert met de<br />
<strong>Nederland</strong>se trend. Het WNF denkt dat het<br />
natuurherstel mogelijk komt doordat <strong>in</strong> rijke<br />
landen hiervoor tegenwoordig meer f<strong>in</strong>anciële<br />
middelen worden aangewend.<br />
1.90 Liv<strong>in</strong>g Planet Index voor <strong>Nederland</strong><br />
<strong>in</strong>dex 1990=100<br />
120<br />
110<br />
100<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
1990<br />
<strong>Nederland</strong><br />
1995<br />
Bron: NEM (PGO's, CBS)<br />
2000<br />
Mondiaal<br />
2005<br />
2010<br />
2014<br />
80<br />
Cc<br />
kg gft-afval per <strong>in</strong>woner<br />
<strong>in</strong>gezameld <strong>in</strong> 2014<br />
52 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.91 Uitstoot verzurende stoffen en broeikasgassen<br />
1.92 Belast<strong>in</strong>g oppervlaktewater 1)<br />
<strong>in</strong>dex 1990=100<br />
120<br />
100<br />
2010 2013 2014<br />
x 1 000 kg<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
Fosfor (als P-totaal) 6 896 6 478 6 535<br />
Stikstof (als N-totaal) 90 269 75 659 75 112<br />
Koper 91 ,3 92 ,1 90 ,0<br />
Nikkel 55 ,4 50 ,7 49 ,4<br />
Z<strong>in</strong>k 399 389 369<br />
Lood 39 ,9 38 ,6 37 ,8<br />
Cadmium 1 ,34 1 ,19 1 ,20<br />
Verzurende stoffen<br />
Broeikasgassen<br />
1)<br />
Exclusief <strong>Nederland</strong>s Cont<strong>in</strong>entaal Plat<br />
1.93 Luchtverontre<strong>in</strong>ig<strong>in</strong>g, uitstoot naar bron, 2014<br />
Broeikasgassen<br />
Verzurende stoffen<br />
20%<br />
14%<br />
11%<br />
Landbouw<br />
6%<br />
21%<br />
Raff<strong>in</strong>aderijen<br />
Industrie<br />
Energiebedrijven<br />
16%<br />
17%<br />
4%<br />
54%<br />
Verkeer en vervoer<br />
Overig<br />
27%<br />
7%<br />
3%<br />
Maatschappij 53
1.94 Gemeentelijk afval<br />
2012 2013 2014**<br />
mln kg<br />
Totaal 9 816 9 451 9 516<br />
Afval van huishoudens 8 656 8 303 8 387<br />
waarvan<br />
gemengd <strong>in</strong>gezameld afval 4 266 4 062 3 998<br />
gescheiden <strong>in</strong>gezameld afval 4 389 4 241 4 389<br />
waarvan<br />
gft-afval 1 303 1 253 1 346<br />
papier 981 925 914<br />
verpakk<strong>in</strong>gsglas 348 345 340<br />
grof tu<strong>in</strong>afval 461 444 465<br />
houtafval 318 310 322<br />
schoon pu<strong>in</strong> 389 376 385<br />
overig gescheiden afval 590 588 616<br />
Re<strong>in</strong>ig<strong>in</strong>gsdiensten- en overig afval 1 161 1 148 1 129<br />
1.95 Bedrijfsafvalstoffen nijverheid, 2014*<br />
Totaal<br />
mln kg<br />
Nuttige E<strong>in</strong>dtoepass<strong>in</strong>g<br />
verwerk<strong>in</strong>g<br />
Niet-gevaarlijk afval 24 372 20 997 3 375<br />
waarvan door<br />
delfstoffenw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g 104 71 33<br />
energievoorzien<strong>in</strong>g 1 468 1 447 21<br />
waterbedrijven en afvalbeheer 9 003 6 375 2 628<br />
<strong>in</strong>dustrie 13 796 13 104 692<br />
waarvan<br />
voed<strong>in</strong>gs- en genotmiddelen<strong>in</strong>dustrie 7 519 7 361 157<br />
chemische <strong>in</strong>dustrie 509 354 155<br />
basismetaal<strong>in</strong>dustrie 1 674 1 645 30<br />
overige <strong>in</strong>dustrie 4 094 3 744 350<br />
Niet-chemisch afval 21 935 19 657 2 278<br />
waarvan<br />
metalen 957 951 6<br />
papier en karton 583 579 5<br />
hout 702 697 5<br />
dierlijk en plantaardig afval 6 467 6 381 86<br />
gemengd afval 2 372 2 070 302<br />
slib 2 313 935 1 378<br />
m<strong>in</strong>eralen en steenachtig materiaal 8 160 7 687 472<br />
overig niet-chemisch afval 381 356 26<br />
Chemisch afval 2 437 1 340 1 097<br />
54 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
1.96 Productie van mest en m<strong>in</strong>eralen<br />
2013 2014 2015*<br />
mln kg<br />
Mest veestapel 73 155 74 089 75 979<br />
waarvan<br />
rundvee 57 428 58 389 60 044<br />
schapen en geiten 1 719 1 710 1 709<br />
paarden en pony's 919 895 840<br />
varkens 11 472 11 424 11 646<br />
pluimvee 1 442 1 500 1 561<br />
konijnen en pelsdieren 175 172 179<br />
M<strong>in</strong>eralenuitscheid<strong>in</strong>g<br />
Stikstof 473 487 500<br />
Fosfaat 166 172 176<br />
Kali 517 528 542<br />
498 kg huishoudelijk afval<br />
<strong>in</strong>gezameld per <strong>in</strong>woner <strong>in</strong> 2014<br />
Maatschappij 55
0,6%<br />
<strong>in</strong>flatie <strong>in</strong> 2015<br />
5,3%<br />
toename export <strong>in</strong> 2015<br />
Groeiend herstel economie<br />
56 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2. Economie<br />
<strong>Trends</strong><br />
Na de eerste opklar<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> 2014, zette het<br />
herstel van de economie <strong>in</strong> 2015 overtuigend<br />
door. <strong>Nederland</strong> exporteerde meer, huishoudens<br />
kregen meer te besteden en gaven meer uit, de<br />
huizenmarkt trok aan en bedrijven <strong>in</strong>vesteerden<br />
meer. Als <strong>Nederland</strong> de productie van aardgas<br />
niet had verm<strong>in</strong>derd <strong>in</strong> verband met het aardbev<strong>in</strong>gsgevaar<br />
<strong>in</strong> Gron<strong>in</strong>gen, was het plaatje<br />
nog zonniger geweest. Toch waren er nog wat<br />
wolken aan de horizon die het moeilijk maken<br />
te voorzien hoe de economie zich verder<br />
ontwikkelt. Zo daalde de werkloosheid nog niet<br />
erg en bleef de <strong>in</strong>flatie laag.<br />
Voor het eerst s<strong>in</strong>ds de crisis g<strong>in</strong>gen huishoudens<br />
meer uitgeven. De bested<strong>in</strong>gen lagen<br />
1,5 procent hoger dan <strong>in</strong> 2014. De uitgaven<br />
waren gelijk verdeeld over spullen en diensten.<br />
Meer geld g<strong>in</strong>g naar bijvoorbeeld elektrische<br />
apparaten, <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g en kled<strong>in</strong>g. Ook werd meer<br />
uitgegeven aan recreatie. Het consumentenvertrouwen<br />
was, ook voor het eerst na een<br />
periode van ruim zeven jaar, weer positief. In<br />
november scoorde het vertrouwen – het saldo<br />
tussen het percentage positieve en negatieve<br />
antwoorden – een 9. Beg<strong>in</strong> 2013, op het<br />
dieptepunt, was dat nog m<strong>in</strong>der dan –40.<br />
Consumenten geven meer uit<br />
De <strong>Nederland</strong>se economie groeide <strong>in</strong> 2015 met<br />
2,0 procent. Als de aardgasproductie op peil was<br />
gebleven, zou dat cijfer zelfs 2,4 zijn geweest.<br />
Werd de groei <strong>in</strong> 2014 nog aangedreven door de<br />
export, <strong>in</strong> 2015 kwamen de plussen ook van de<br />
<strong>in</strong>vester<strong>in</strong>gen en de consumptie.<br />
Ook de bedrijven lieten herstel zien. De<br />
toegevoegde waarde werd voor de meeste<br />
bedrijfstakken groter. Voor het tweede jaar<br />
groeide de bouwsector fl<strong>in</strong>k, al is die nog ver<br />
verwijderd van het niveau van voor de crisis.<br />
Bij de delfstoffenw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g was het negatieve<br />
effect merkbaar van het terugschroeven van de<br />
aardgasw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g.<br />
Economie 57
De agrarische sector kromp <strong>in</strong> 2015, na twee<br />
jaar van groei, met 1,3 procent. De productie<br />
nam toe, er kwam 1 procent meer aan<br />
producten op de markt. Maar dat leidde niet<br />
tot meer <strong>in</strong>komsten, omdat de prijzen lager<br />
werden. Boeren kregen vooral m<strong>in</strong>der geld<br />
voor melk, varkens en suikerbieten.<br />
2.1 Omvang economie (bbp)<br />
% volumemutatie t.o.v. jaar eerder<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
seizoengecorrigeerd, <strong>in</strong>dex 2008-I=100<br />
104<br />
103<br />
102<br />
101<br />
100<br />
<strong>Nederland</strong> boven gemiddelde van Eurozone<br />
–1<br />
99<br />
Vergeleken met de overige landen <strong>in</strong> de Eurozone<br />
–2<br />
98<br />
groeide de <strong>Nederland</strong>se economie harder. In<br />
2014 was de toename met 0,9 procent exact<br />
gelijk aan het gemiddelde van al die landen.<br />
In 2015 lagen de cijfers van de <strong>Nederland</strong>se<br />
–3<br />
–4<br />
–5<br />
97<br />
96<br />
95<br />
economie daar iets boven: 2,0 procent tegenover<br />
1,5 procent gemiddeld. De groei was ook<br />
hoger dan <strong>in</strong> Duitsland (1,7 procent), België<br />
–6<br />
I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
94<br />
(1,4 procent) en Frankrijk (1,2 procent). Daar<br />
staat wel tegenover dat het dal tijdens de crisis<br />
<strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> ook dieper was dan gemiddeld <strong>in</strong><br />
Mutatie<br />
Index (rechteras)<br />
de EU. Er viel dus meer <strong>in</strong> te halen.<br />
Van de landen buiten Europa werd Rusland<br />
geconfronteerd met een krimp van 3,7 procent.<br />
In Ch<strong>in</strong>a groeide de economie, maar opnieuw<br />
m<strong>in</strong>der dan <strong>in</strong> de voorgaande jaren, namelijk<br />
met 6,9 procent. De Verenigde Staten sloten<br />
2015 af met een groei van 2,4 procent.<br />
58 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.2 Bbp en bested<strong>in</strong>gen<br />
2011 2012 2013 2014 2015<br />
% volumemutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
Bbp 1 ,7 −1 ,1 −0 ,5 1 ,0 2 ,0<br />
Invoer 3 ,5 2 ,7 0 ,9 4 ,0 6 ,4<br />
Uitvoer 4 ,4 3 ,8 2 ,1 4 ,0 5 ,3<br />
Consumptie huishoudens 0 ,2 −1 ,2 −1 ,4 0 ,0 1 ,5<br />
Consumptie overheid −0 ,2 −1 ,3 0 ,1 0 ,3 0 ,3<br />
Invester<strong>in</strong>gen 5 ,6 −6 ,3 −4 ,4 3 ,5 10 ,3<br />
Inflatie nog verder gedaald<br />
Was de <strong>in</strong>flatie <strong>in</strong> 2014 met 1 procent al laag, <strong>in</strong><br />
2015 daalde deze nog verder, naar gemiddeld<br />
0,6 procent. Veel producten stegen maar licht<br />
<strong>in</strong> prijs of werden zelfs goedkoper. Deze <strong>in</strong>flatie<br />
was <strong>in</strong> heel Europa opmerkelijk laag. Een van<br />
de factoren die het <strong>in</strong>flatiecijfer sterk<br />
beïnvloeden is de olieprijs. Na een kle<strong>in</strong>e<br />
oplev<strong>in</strong>g aan het beg<strong>in</strong> van 2015 zette de<br />
dal<strong>in</strong>g van de olieprijs door die <strong>in</strong> de tweede<br />
helft van 2014 was <strong>in</strong>gezet.<br />
2.3 Consumentenvertrouwen<br />
saldo % positieve en negatieve antwoorden<br />
20<br />
0<br />
–20<br />
–40<br />
–60<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
Meer <strong>in</strong>komsten en m<strong>in</strong>der schuld overheid<br />
De <strong>Nederland</strong>se overheid kreeg <strong>in</strong> 2015 meer<br />
geld b<strong>in</strong>nen. De <strong>in</strong>komsten stegen met 1 miljard<br />
tot een totaal van 292 miljard. Aan belast<strong>in</strong>g<br />
kwam 6,2 miljard euro meer b<strong>in</strong>nen, dankzij de<br />
aantrekkende economie <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met<br />
lastenverzwar<strong>in</strong>gen. Daar staat tegenover dat<br />
de <strong>in</strong>komsten uit andere bronnen – voornamelijk<br />
aardgasbaten – 5,1 miljard lager uitvielen. In<br />
2014 waren die nog ruim tweemaal zo hoog.<br />
De halver<strong>in</strong>g komt door het terugbrengen van<br />
de aardgasproductie en de lagere prijzen voor<br />
aardolie en aardgas.<br />
Economie 59
Het jaar werd afgesloten met een tekort op de<br />
begrot<strong>in</strong>g van 12 miljard. Dat komt neer op<br />
1,8 procent van het bruto b<strong>in</strong>nenlands product.<br />
In 2014 was dat nog 2,4 procent. De totale<br />
overheidsschuld bedroeg 441,7 miljard euro.<br />
Afgezet tegen het bbp is dat 65,1 procent. E<strong>in</strong>d<br />
2015 was de schuld daarmee 10 miljard m<strong>in</strong>der<br />
dan een jaar eerder. Het is voor het eerst s<strong>in</strong>ds<br />
de sterke schuldtoename <strong>in</strong> 2008 dat de schuld<br />
als percentage van het bbp afnam.<br />
10,3%<br />
meer <strong>in</strong>vester<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> 2015Aa<br />
10 miljard euro dal<strong>in</strong>g<br />
overheidsschuld <strong>in</strong> 2015Dd<br />
2.4 Economische groei Eurozone<br />
<strong>in</strong>dex 2008-I=100<br />
110<br />
108<br />
106<br />
104<br />
102<br />
100<br />
98<br />
96<br />
94<br />
92<br />
90<br />
88<br />
I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
IV<br />
Eurozone<br />
Bron: Eurostat.<br />
Italië<br />
Duitsland<br />
<strong>Nederland</strong><br />
Spanje<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk<br />
60 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.5 Inflatie<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
3,5<br />
3,0<br />
2,5<br />
2,0<br />
1,5<br />
1,0<br />
2.6 Overheidssaldo en -schuld<br />
2011 2012 2013 2014 2015<br />
mld euro<br />
Overheids<strong>in</strong>komsten 274 ,4 278 ,8 286 ,5 290 ,9 292 ,0<br />
Overheidsuitgaven 302 ,0 303 ,9 302 ,1 306 ,5 304 ,4<br />
Overheidssaldo (EMU) −27 ,6 −25 ,1 −15 ,5 −15 ,6 −12 ,4<br />
Overheidsschuld (EMU) 396 ,4 428 ,6 442 ,2 452 ,1 441 ,7<br />
% bbp<br />
0,5<br />
0<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
Overheidssaldo (EMU) −4 ,3 −3 ,9 −2 ,4 −2 ,4 −1 ,8<br />
Overheidsschuld (EMU) 61 ,7 66 ,4 67 ,9 68 ,2 65 ,1<br />
Inkomsten 42 ,7 43 ,2 44 ,0 43 ,9 43 ,0<br />
belast<strong>in</strong>gen en premies 35 ,5 35 ,7 36 ,3 37 ,1 37 ,2<br />
Uitgaven 47 ,0 47 ,1 46 ,4 46 ,2 44 ,9<br />
2.7 Internationale <strong>in</strong>flatie<br />
2011 2012 2013 2014 2015<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
Eurozone 2 ,7 2 ,5 1 ,3 0 ,4 0 ,0<br />
<strong>Nederland</strong> 2 ,5 2 ,8 2 ,6 0 ,3 0 ,2<br />
Duitsland 2 ,5 2 ,1 1 ,6 0 ,8 0 ,1<br />
Frankrijk 2 ,3 2 ,2 1 ,0 0 ,6 0 ,1<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk 4 ,5 2 ,8 2 ,6 1 ,5 0 ,0<br />
Verenigde Staten 3 ,8 2 ,1 1 ,2 1 ,3 −0 ,7<br />
Bron: Eurostat.<br />
Economie 61
Won<strong>in</strong>gmarkt trekt aan<br />
2015<br />
178 293<br />
2014<br />
stijg<strong>in</strong>g van<br />
16%<br />
2015<br />
53 533<br />
2014<br />
stijg<strong>in</strong>g van<br />
35%<br />
bBouwvergunn<strong>in</strong>gen<br />
aVerkochte won<strong>in</strong>gen<br />
62 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
De feiten op een rij<br />
Internationale handel<br />
2.8 In- en uitvoerwaarde van goederen, 2015*<br />
<strong>Nederland</strong> heeft <strong>in</strong> 2015 voor 378 miljard aan<br />
goederen <strong>in</strong>gevoerd en voor 426 miljard euro<br />
aan goederen uitgevoerd. Het handelsoverschot<br />
was daarmee 48 miljard euro. De beperk<strong>in</strong>g van<br />
de gasw<strong>in</strong>n<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Gron<strong>in</strong>gen heeft dit overschot<br />
negatief beïnvloed. <strong>Nederland</strong> handelt het<br />
meest met Duitsland.<br />
S<strong>in</strong>ds 2006 is de <strong>in</strong>voer van bouwdiensten meer<br />
dan verdubbeld tot 2,1 miljard euro <strong>in</strong> 2015.<br />
Ruim twee derde van deze groei is toe te<br />
schrijven aan de import van bouwdiensten uit<br />
andere Europese landen. De uitvoer van<br />
bouwdiensten bedroeg 2,7 miljard euro <strong>in</strong><br />
2015, bijna 1 miljard euro meer dan <strong>in</strong> 2006.<br />
Deze groei vond vooral verder van huis plaats.<br />
De grootste groeimarkten, <strong>in</strong> het bijzonder voor<br />
grote baggerprojecten, bleken Azië en Afrika.<br />
Invoer (totaal 378 mld euro)<br />
15%<br />
4%<br />
31%<br />
10%<br />
10%<br />
14%<br />
17%<br />
Uitvoer (totaal 426 mld euro)<br />
14%<br />
5%<br />
28%<br />
9%<br />
13%<br />
18%<br />
13%<br />
Mach<strong>in</strong>es en vervoermaterieel<br />
Chemische producten<br />
M<strong>in</strong>erale brandstoffen<br />
Voed<strong>in</strong>g en levende dieren<br />
Fabrikaten<br />
Niet-eetbare grondstoffen,<br />
excl. brandstoffen<br />
Overig<br />
Economie 63
2.9 Invoer- en uitvoerwaarde van bouwdiensten<br />
mld euro<br />
3,5<br />
3,0<br />
2,5<br />
2,0<br />
1,5<br />
1,0<br />
0,5<br />
2.10 In- en uitvoerwaarde bouwdiensten naar<br />
cont<strong>in</strong>ent<br />
mld euro<br />
3,0<br />
2,5<br />
2,0<br />
1,5<br />
1,0<br />
0,5<br />
0<br />
2006<br />
Invoer<br />
2015 *<br />
2006<br />
Uitvoer<br />
2015 *<br />
0<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015*<br />
Europa<br />
Azië<br />
Afrika<br />
Amerika<br />
Oceanië<br />
Uitvoer<br />
Invoer<br />
2,7 miljard euro aan<br />
bouwdiensten uitgevoerd <strong>in</strong> 2015Bb<br />
64 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.11 Verkopen en prijzen bestaande koopwon<strong>in</strong>gen<br />
2011 2012 2013 2014 2015<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
Prijs<strong>in</strong>dex bestaande koopwon<strong>in</strong>gen −2 ,4 −6 ,5 −6 ,6 0 ,9 2 ,8<br />
x 1 000<br />
Aantal transacties 121 117 110 154 178<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
Aantal transacties −4 ,3 −2 ,9 −6 ,1 39 ,4 16 ,1<br />
Eengez<strong>in</strong>swon<strong>in</strong>gen −2 ,5 −0 ,2 −7 ,1 39 ,2 15 ,7<br />
waarvan<br />
tussenwon<strong>in</strong>g −4,0 −2 ,7 −7 ,3 42 ,2 17 ,2<br />
hoekwon<strong>in</strong>g −3 ,8 1 ,7 −6 ,2 34 ,1 15 ,4<br />
twee-onder-één-kap −2 ,9 1 ,5 −8 ,2 30 ,8 12 ,3<br />
vrijstaand 4 ,3 2 ,9 −6 ,8 45 ,1 15 ,1<br />
Appartementen −7 ,4 −9 ,1 −3 ,1 42 ,3 10 ,8<br />
Bouwen en wonen<br />
Huizen werden <strong>in</strong> 2015 opnieuw duurder.<br />
De prijzen van bestaande koopwon<strong>in</strong>gen stegen<br />
<strong>in</strong> 2015 met bijna 3 procent. De prijzen lagen<br />
nog wel 16 procent onder het recordniveau van<br />
2008. Er werden ook meer won<strong>in</strong>gen verkocht.<br />
Ruim 178 duizend bestaande koopwon<strong>in</strong>gen<br />
kregen <strong>in</strong> 2015 een nieuwe eigenaar,<br />
24 duizend meer dan een jaar eerder. Ook het<br />
aantal nieuwbouwwon<strong>in</strong>gen waarvoor een<br />
bouwvergunn<strong>in</strong>g is afgegeven nam toe. Het<br />
waren er bijna 54 duizend <strong>in</strong> 2015, 14 duizend<br />
meer dan een jaar eerder.<br />
2.12 Afgegeven bouwvergunn<strong>in</strong>gen voor nieuwbouwwon<strong>in</strong>gen<br />
x 1 000<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
Koopwon<strong>in</strong>gen<br />
Huurwon<strong>in</strong>gen<br />
Economie 65
Vervoer 2.13 Goederenvervoer<br />
In 2015 werd 360 miljoen ton goederen over<br />
de <strong>Nederland</strong>se b<strong>in</strong>nenwateren vervoerd. Bijna<br />
een derde hiervan werd zowel geladen als<br />
gelost <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong>. Van alle vervoerde<br />
goederen g<strong>in</strong>g het grootste deel naar het<br />
buitenland, waarbij Duitsland de belangrijkste<br />
bestemm<strong>in</strong>g was. De lad<strong>in</strong>g die de oostgrens<br />
over g<strong>in</strong>g, bestond voornamelijk uit steenkool<br />
en erts.<br />
2013* 2014* 2015*<br />
mln ton<br />
Totaal 1 767 1 796 1 815<br />
waarvan<br />
wegvervoer 689 691 692<br />
zeevaart 1) 558 574 594<br />
b<strong>in</strong>nenvaart 356 367 360<br />
pijpleid<strong>in</strong>gvervoer 123 123 126<br />
spoorvervoer 39 39 41<br />
luchtvaart 2 2 2<br />
1)<br />
Brutogewicht exclusief gewicht conta<strong>in</strong>ers.<br />
2.14 Prijs van Euro95 per dag<br />
euro per liter<br />
1,90<br />
1,80<br />
1,70<br />
1,60<br />
1,50<br />
1,40<br />
0<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
66 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.15 Vrachtvervoer via <strong>Nederland</strong>se luchthavens<br />
naar herkomst en bestemm<strong>in</strong>g, 2015<br />
Geloste vracht<br />
Geladen vracht<br />
0 200 400 600 800 1 000<br />
1 000 ton<br />
Europa<br />
Amerika<br />
Azië<br />
Afrika<br />
2.16 Aan- en afvoer van goederen over spoor<br />
360 miljoen ton<br />
vervoer door b<strong>in</strong>nenvaart<br />
mln ton<br />
40<br />
35<br />
30<br />
25<br />
20<br />
15<br />
10<br />
5<br />
0<br />
1988<br />
1991<br />
1994<br />
1997<br />
2000<br />
2003<br />
2006<br />
2009<br />
2012<br />
2015<br />
Afvoer<br />
Aanvoer<br />
Economie 67
Industrie<br />
In 2015 produceerde de <strong>in</strong>dustrie 0,6 procent<br />
meer dan het jaar ervoor. Vergeleken met 2009,<br />
toen de <strong>in</strong>dustriële productie een dieptepunt<br />
bereikte <strong>in</strong> de periode van economische crisis,<br />
produceerde de <strong>in</strong>dustrie 10,4 procent meer.<br />
Die positieve ontwikkel<strong>in</strong>g past goed bij<br />
het voortdurend positieve vertrouwen dat<br />
producenten s<strong>in</strong>ds oktober 2014 hebben. In juni<br />
2015 bereikte het producentenvertrouwen een<br />
piek.<br />
2.17 Producentenvertrouwen en productiegroei <strong>in</strong>dustrie<br />
Saldo % positieve en negatieve antwoorden<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
12<br />
12<br />
8<br />
8<br />
4<br />
4<br />
0<br />
0<br />
–4<br />
–4<br />
–8<br />
–8<br />
–12<br />
–12<br />
–16<br />
–16<br />
–20<br />
–20<br />
–24<br />
–24<br />
–28<br />
–28<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
Het aantal faillissementen <strong>in</strong> de <strong>in</strong>dustrie<br />
daalde <strong>in</strong> 2015 met 30,6 procent ten opzichte<br />
van 2014. Met 392 faillissementen werd het<br />
laagste niveau bereikt s<strong>in</strong>ds het beg<strong>in</strong> van de<br />
economische crisis <strong>in</strong> 2008. Het toppunt was <strong>in</strong><br />
2012, toen <strong>in</strong> totaal 859 <strong>in</strong>dustriële bedrijven<br />
failliet g<strong>in</strong>gen.<br />
2.18 Aantal faillissementen <strong>in</strong>dustrie<br />
1000<br />
800<br />
600<br />
Producentenvertrouwen (l<strong>in</strong>keras)<br />
Productiegroei (rechteras)<br />
400<br />
200<br />
0<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
68 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.19 Omzet handel en horeca, 2015<br />
Handel en horeca<br />
Autohandel<br />
Groothandel<br />
Zowel de handel als de horeca haalden <strong>in</strong> 2015<br />
meer omzet dan een jaar eerder. In 2014 was<br />
er al een opgaande lijn en die trok <strong>in</strong> 2015<br />
overtuigend door.<br />
Detailhandel<br />
waaronder<br />
non-food<br />
voed<strong>in</strong>gsmiddelen<br />
postorder-, <strong>in</strong>ternetw<strong>in</strong>kels<br />
Horeca<br />
waaronder<br />
cafés<br />
hotels<br />
snackbars, ijssalons e.d.<br />
restaurants<br />
Bij de postorder- en <strong>in</strong>ternetw<strong>in</strong>kels steeg de<br />
omzet het meest (+15 procent). Ook de autohandel<br />
deed het goed (+11 procent). In deze<br />
branche deed de grootste groei zich voor <strong>in</strong> het<br />
laatste kwartaal. Die kwam vooral voor reken<strong>in</strong>g<br />
van de zakelijke markt. Per 1 januari <strong>2016</strong><br />
werden de fiscale regel<strong>in</strong>gen ten aanzien van<br />
zakelijk autogebruik <strong>in</strong>grijpend gewijzigd.<br />
Van de branches <strong>in</strong> de horeca deden vooral de<br />
restaurants en de hotels het goed. Restaurants<br />
boekten ruim 7 en hotels ruim 6 procent meer<br />
omzet dan <strong>in</strong> 2014.<br />
0 5 10 15 20<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
Economie 69
2.20 Ontwikkel<strong>in</strong>g omzet zakelijke dienstverlen<strong>in</strong>g, <strong>in</strong>formatie en communicatie, 2015<br />
Uitgeverijen<br />
Telecommunicatie<br />
Accountancy, adm<strong>in</strong>istratie<br />
Reclamebureaus en marktonderzoek<br />
Beveilig<strong>in</strong>g en opspor<strong>in</strong>g<br />
Rechtskundige dienstverlen<strong>in</strong>g<br />
Architecten en <strong>in</strong>genieurs<br />
Re<strong>in</strong>ig<strong>in</strong>g<br />
Managementadviesbureaus<br />
Keur<strong>in</strong>g en controle<br />
IT-dienstverlen<strong>in</strong>g<br />
Uitzendbranche<br />
Reisbureaus, reisorganisaties<br />
-5 0 5 10 15 20 25<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
2.21 Kerngegevens uitzendbranche, seizoengecorrigeerd<br />
<strong>in</strong>dex 2010=100<br />
160<br />
150<br />
140<br />
130<br />
120<br />
110<br />
100<br />
90<br />
80<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
I<br />
II<br />
III<br />
IV<br />
Omzet<br />
Uitzenduren niet <strong>in</strong> vaste dienst<br />
Uitzenduren <strong>in</strong> vaste dienst en detacher<strong>in</strong>g<br />
70 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.22 Uitgesproken faillissementen<br />
x 1 000<br />
10<br />
8<br />
6<br />
4<br />
2<br />
0<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
11% meer<br />
omzet autohandel<br />
<strong>in</strong> 2015<br />
Economie 71
F<strong>in</strong>anciële markten<br />
2.23 AEX-<strong>in</strong>dex e<strong>in</strong>dejaarsstanden<br />
De AEX-<strong>in</strong>dex stond aan het e<strong>in</strong>de van een<br />
600<br />
onrustig verlopen 2015 op een koersw<strong>in</strong>st van<br />
500<br />
4 procent. De eerste helft van het jaar zette het<br />
400<br />
opkoop- en rentebeleid van de Europese<br />
300<br />
Centrale Bank (ECB) de toon op de f<strong>in</strong>anciële<br />
markten. Met het verlagen van de rente en het<br />
opkopen van staatsobligaties en len<strong>in</strong>gen van<br />
eurolanden probeerde de ECB de economie te<br />
stimuleren en de <strong>in</strong>flatie aan te wakkeren.<br />
200<br />
100<br />
0<br />
2001<br />
2002<br />
2003<br />
2004<br />
2005<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015<br />
De aandelenmarkten profiteerden van het<br />
ECB-beleid. De koersen stegen tot het hoogste<br />
niveau s<strong>in</strong>ds het uitbreken van de crisis. In de<br />
tweede helft van 2015 vormde de onzekerheid<br />
over de ontwikkel<strong>in</strong>g van de wereldeconomie<br />
de <strong>in</strong>leid<strong>in</strong>g tot zware koersverliezen op de<br />
aandelenmarkt.<br />
Bron: DNB.<br />
Aa<br />
392 faillissementen<br />
<strong>in</strong> <strong>in</strong>dustrie <strong>in</strong> 2015<br />
72 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.24 Veestapel op landbouwbedrijven, 1 april<br />
2013 2014 2015*<br />
1 000 dieren<br />
Graasdieren<br />
Geiten 413 431 470<br />
Paarden en pony's 131 127 118<br />
Rundvee 3 999 4 068 4 134<br />
Schapen 1 034 959 946<br />
Hokdieren<br />
Kippen 97 719 103 039 106 761<br />
waarvan<br />
leghennen 44 816 46 570 47 682<br />
vleeskuikens 44 242 47 020 49 107<br />
Overig pluimvee (waaronder eenden, kalkoenen) 1 709 1 699 1 845<br />
Konijnen 311 321 381<br />
Edelpelsdieren 1 031 1 003 1 023<br />
Varkens 12 212 12 238 12 603<br />
waarvan<br />
biggen 5 274 5 382 5 598<br />
fokvarkens 1 184 1 199 1 201<br />
vleesvarkens 5 754 5 657 5 804<br />
Landbouw<br />
Per 1 april 2015 zijn de melkquota <strong>in</strong> de EU<br />
afgeschaft. Veel melkveebedrijven hebben <strong>in</strong> de<br />
jaren voorafgaand aan die datum hun productie<br />
opgeschroefd. Ook <strong>in</strong> 2015 groeiden deze<br />
bedrijven. Zo kwamen er 50 duizend melkkoeien<br />
en 38 duizend stuks vrouwelijk jongvee<br />
bij. In vergelijk<strong>in</strong>g met een jaar ervoor waren er<br />
bijna 2 procent meer runderen op 1 april 2015.<br />
De melkproductie nam ten opzichte van 2014<br />
toe met ruim 850 duizend ton tot 13,3 miljoen<br />
ton <strong>in</strong> 2015. Een doorsnee <strong>Nederland</strong>se melkproducent<br />
had 90 melkkoeien <strong>in</strong> 2015.<br />
<strong>Nederland</strong> behoort samen met Duitsland,<br />
Frankrijk, het Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk, Polen en Italië<br />
tot de belangrijkste melkproducenten <strong>in</strong> de EU.<br />
Economie 73
2.25 Vlees- en zuivelproductie<br />
2013 2014 2015*<br />
mln kg<br />
Vleesproductie (met been, <strong>in</strong>cl. afsnijvet)<br />
Kalveren 222 217 225<br />
Volwassen runderen 157 159 157<br />
Schapen en geiten 14 14 14<br />
Varkens 1 307 1 371 1 459<br />
Vleeskuikens 888 920 952<br />
Onbewerkte koemelk ontvangen door<br />
zuivelfabrieken 12 213 12 473 13 326<br />
Melkverwerk<strong>in</strong>g tot<br />
Boter 133 137 146<br />
Fabriekskaas 794 772 847<br />
Gecondenseerde melk 360 382 400<br />
Melkpoeder 194 205 208<br />
Bron: RVO.nl<br />
90 melkkoeien<br />
op doorsnee melkveebedrijf<br />
<strong>in</strong> 2015<br />
74 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.26 Oogst akkerbouw<br />
2.27 Oogst appels en peren<br />
2013 2014 2015<br />
mln kg<br />
Aardappelen, consumptie- 3 481 3 871 3 325<br />
Aardappelen, poot- 1 400 1 475 1 517<br />
Aardappelen, zetmeel- 1 695 1 754 1 809<br />
Suikerbieten 5 727 6 822 4 868<br />
Zaaiuien 1 200 1 220 1 371<br />
Gerst 208 197 229<br />
Haver 10 10 8<br />
Rogge 7 7 6<br />
Tarwe 1 335 1 304 1 300<br />
Triticale 10 9 7<br />
Corn-cob-mix (met 65% droge stof) 68 67 53<br />
Korrelmaïs (met 65% droge stof) 185 173 121<br />
Snijmaïs (met 35% droge stof) 10 268 10 788 7 976<br />
Vezelvlas 11 10 14<br />
2013 2014 2015*<br />
mln kg<br />
Appelen 314 353 336<br />
Elstar 123 140 129<br />
Golden Delicious 16 18 15<br />
Jonagold/Jonagored 92 100 98<br />
Junami 12 16 14<br />
Kanzi 17 18 19<br />
Rode Boskoop 16 19 18<br />
Rubens 3 2 1<br />
Peren 327 349 349<br />
Beurré Alexandre Lucas 24 20 25<br />
Conference 256 275 275<br />
Doyenne du Comice 28 30 28<br />
Dd<br />
737 hectare teeltoppervlakte<br />
voor blauwe bessen <strong>in</strong> 2015<br />
Stoofperen 8 9 6<br />
6 miljoen kilo stoofperen<br />
geoogst <strong>in</strong> 2015<br />
Economie 75
2.28 Gemiddeld aantal dieren per bedrijf<br />
<strong>in</strong>dex 2000=100<br />
350<br />
300<br />
250<br />
200<br />
150<br />
100<br />
2.29 Gemiddelde prijs verse vis<br />
euro /1 000 kg<br />
15 000<br />
12 000<br />
9 000<br />
6 000<br />
3 000<br />
0<br />
2000<br />
2002<br />
2004<br />
2006<br />
2008<br />
2010<br />
2012<br />
2014<br />
1994<br />
1996<br />
1998<br />
2000<br />
2002<br />
2004<br />
2006<br />
2008<br />
2010<br />
2012<br />
2014*<br />
Runderen<br />
Geiten<br />
Kippen<br />
Garnalen<br />
Schol<br />
Tong<br />
Schapen<br />
Varkens<br />
Kabeljauw<br />
Tarbot<br />
2.30 Areaal snijbloemen<br />
2005 (totaal 3 250 ha) 2010 (totaal 2 440 ha)<br />
2015* ( totaal 1 880 ha)<br />
29%<br />
18%<br />
24%<br />
21%<br />
31%<br />
21%<br />
3%<br />
5%<br />
6%<br />
7%<br />
8%<br />
24%<br />
4%<br />
5%<br />
7%<br />
11%<br />
8%<br />
20%<br />
3%<br />
4%<br />
8%<br />
9%<br />
9%<br />
15%<br />
Chrysanten<br />
Lelies<br />
Gerbera's<br />
Anthurium<br />
Rozen<br />
Orchideeën<br />
Fresia's<br />
Overige snijbloemen<br />
76 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
2.31 Teeltoppervlakte asperges per gemeente, 2015<br />
Percentage van cultuurgrond<br />
M<strong>in</strong>der dan 0,5<br />
0,5 tot 2<br />
2 tot 4<br />
4 of meer<br />
Geen<br />
93% meer kippen<br />
per bedrijf <strong>in</strong> 2015 dan <strong>in</strong> 2000Ee<br />
Economie 77
1,5%<br />
meer koopkracht <strong>in</strong> 2014<br />
19 000 euro is het gemiddelde<br />
vermogen van huishoudens <strong>in</strong> 2014<br />
Meer f<strong>in</strong>anciële armslag<br />
78 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3. Arbeid en <strong>in</strong>komen<br />
<strong>Trends</strong><br />
Na jaren van neergang steeg <strong>in</strong> 2014 het<br />
gemiddeld besteedbaar <strong>in</strong>komen weer. Daarnaast<br />
nam de koopkracht van de bevolk<strong>in</strong>g na<br />
vier jaar dal<strong>in</strong>g weer toe en hield de afname van<br />
het vermogen van huishoudens na zes jaar halt.<br />
Kortom, voor veel huishoudens en personen<br />
kwam er wat meer f<strong>in</strong>anciële armslag. Vooral<br />
werknemers profiteerden van het economisch<br />
herstel.<br />
Ook daalde het percentage huishoudens met<br />
een <strong>in</strong>komen onder de lage-<strong>in</strong>komensgrens die<br />
volgens eigen opgave moeite hadden om rond<br />
te komen. Van ruim 50 procent <strong>in</strong> 2013 naar<br />
41 procent <strong>in</strong> 2015, een percentage dat<br />
vergelijkbaar is met dat van voor de crisis. Daar<br />
staat tegenover dat het risico op langdurige<br />
armoede s<strong>in</strong>ds 2010 alleen maar is toegenomen.<br />
Meer <strong>in</strong>komen<br />
In 2014 kwam het gemiddelde gestandaardiseerde<br />
<strong>in</strong>komen van huishoudens uit op<br />
24,1 duizend euro. Na een jarenlange neergang<br />
was daarmee voor het eerst weer sprake van<br />
een toename. De ontwikkel<strong>in</strong>g van het<br />
gemiddelde <strong>in</strong>komen laat zien hoe het <strong>in</strong>komen<br />
zich van het ene tot het andere jaar verhoudt<br />
bij huishoudens: wordt het meer of m<strong>in</strong>der?<br />
Om een vergelijk<strong>in</strong>g tussen verschillende typen<br />
huishoudens mogelijk te maken, wordt het<br />
besteedbaar <strong>in</strong>komen gestandaardiseerd, ofwel<br />
aangepast voor verschillen <strong>in</strong> grootte en<br />
samenstell<strong>in</strong>g van het huishouden.<br />
Bekeken over meerdere decennia, blijkt dat <strong>in</strong><br />
2014 een huishouden 20 procent meer te<br />
besteden had dan <strong>in</strong> 1977, toen het gestandaardiseerde<br />
<strong>in</strong>komen 19,4 duizend euro bedroeg.<br />
De toename komt onder andere door de stijg<strong>in</strong>g<br />
van de arbeidsproductiviteit en de loonsverhog<strong>in</strong>g<br />
die daaruit voortkomt. Ook het feit<br />
dat vrouwen meer zijn gaan deelnemen aan<br />
het arbeidsproces speelt een belangrijke rol.<br />
Daardoor kwamen er steeds meer anderhalfen<br />
tweeverdienershuishoudens.<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 79
In de periode 1977–2013 is de stijgende trend<br />
een paar keer onderbroken door een <strong>in</strong>z<strong>in</strong>k<strong>in</strong>g<br />
vanwege een terugval van de economie. Het<br />
laagste <strong>in</strong>komensniveau werd bereikt rond<br />
1985, toen sprake was van een ernstige<br />
economische crisis. Ook rond 1994 en 2004<br />
deed zich een economische achteruitgang voor,<br />
zij het op aanmerkelijk kle<strong>in</strong>ere schaal.<br />
Het hoogste <strong>in</strong>komensniveau <strong>in</strong> de periode<br />
1977–2013 werd bereikt <strong>in</strong> 2007, tijdens de<br />
opbloei van de economie. Maar als gevolg van<br />
de daaropvolgende economische crisis is het<br />
gemiddelde <strong>in</strong>komen <strong>in</strong> elk van de jaren<br />
2008–2013 gedaald.<br />
3.1 Gemiddeld <strong>in</strong>komen van huishoudens 1)<br />
x 1 000 euro (<strong>in</strong> prijzen van 2014)<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
1975<br />
1980<br />
1985<br />
1990<br />
1995<br />
2000<br />
2005<br />
2010<br />
2015<br />
Besteedbaar <strong>in</strong>komen<br />
Gestandaardiseerd <strong>in</strong>komen<br />
1)<br />
De Inkomensstatistiek is herzien waardoor de cijfers uit de reeks 1977–2000 niet<br />
geheel vergelijkbaar zijn met die uit de reeks 2000–2014.<br />
Meer koopkracht<br />
De jaarlijkse verander<strong>in</strong>g <strong>in</strong> koopkracht bij<br />
personen wordt zichtbaar gemaakt door voor<br />
iedere persoon te volgen hoe het gestandaardiseerd<br />
besteedbaar <strong>in</strong>komen van het bijbehorende<br />
huishouden wijzigt van het ene op het andere<br />
jaar. De koopkrachtcijfers laten eveneens een<br />
kenter<strong>in</strong>g ten goede zien, want na vier opeenvolgende<br />
jaren van dal<strong>in</strong>g nam de koopkracht <strong>in</strong><br />
2014 met 1,5 procent toe. Voor een deel was die<br />
stijg<strong>in</strong>g het resultaat van de verlag<strong>in</strong>g van de<br />
pensioenpremies van werknemers.<br />
3.2 Ontwikkel<strong>in</strong>g koopkracht (dynamisch)<br />
% mutatie t.o.v. een jaar eerder<br />
6<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
–1<br />
–2<br />
1985 1990 1995<br />
2000<br />
2005<br />
2010<br />
2015<br />
80 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.3 Doorsnee vermogen van huishoudens, 1 januari<br />
x 1 000 euro (<strong>in</strong> prijzen van 2014)<br />
50<br />
zelfstandigen de koopkracht met ten m<strong>in</strong>ste<br />
13 procent daalde, steeg deze bij een even<br />
grote groep met bijna 14 procent of meer.<br />
40<br />
30<br />
20<br />
10<br />
0<br />
2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014*<br />
Vermogen <strong>in</strong>cl eigen won<strong>in</strong>g<br />
Vermogen excl eigen won<strong>in</strong>g<br />
Alle bevolk<strong>in</strong>gsgroepen zagen hun koopkracht<br />
toenemen, maar werknemers g<strong>in</strong>gen er met<br />
2,7 procent het meest op vooruit <strong>in</strong> 2014.<br />
Ondanks de lage cao-loonstijg<strong>in</strong>g, nam de<br />
koopkracht van ambtenaren met 3,7 procent<br />
toe. Bij deze groep werkte de premieverlag<strong>in</strong>g<br />
het sterkst door.<br />
Zelfstandigen g<strong>in</strong>gen er met 0,3 procent maar<br />
we<strong>in</strong>ig op vooruit. Maar bij hen liggen de<br />
uitersten veel verder uit elkaar dan bij<br />
werknemers. Terwijl bij een kwart van de<br />
Vermogens niet verder gedaald<br />
Het vermogen van huishoudens, zoals dat op de<br />
eerste dag van ieder nieuw jaar fiscaal wordt<br />
vastgesteld, slonk niet verder <strong>in</strong> 2014. S<strong>in</strong>ds het<br />
beg<strong>in</strong> van de economische crisis g<strong>in</strong>g het<br />
doorsnee vermogen – bezitt<strong>in</strong>gen m<strong>in</strong>us<br />
schulden – voortdurend omlaag, vooral doordat<br />
won<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> waarde daalden. Van 47 duizend<br />
<strong>in</strong> 2008 liep het vermogen terug tot 19 duizend<br />
euro <strong>in</strong> 2013. In 2014 zette die dal<strong>in</strong>g niet<br />
verder door. Ook wanneer de eigen won<strong>in</strong>g<br />
buiten beschouw<strong>in</strong>g blijft, is sprake van<br />
stabilisatie <strong>in</strong> 2014.<br />
Meer risico op langdurige armoede<br />
Het percentage huishoudens dat moet<br />
rondkomen van een <strong>in</strong>komen onder de lage<strong>in</strong>komensgrens,<br />
nam niet of nauwelijks verder<br />
toe <strong>in</strong> 2014. Gaandeweg de economische crisis<br />
steeg dit percentage van 7,4 procent <strong>in</strong> 2010<br />
naar 10,3 procent <strong>in</strong> 2013. In 2014 bleef het<br />
met 10,4 procent vrijwel gelijk. Daar staat<br />
tegenover dat het risico op langdurige armoede,<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 81
dat wil zeggen de kans dat een huishouden ten<br />
m<strong>in</strong>ste vier jaar achtereen van een laag <strong>in</strong>komen<br />
moet rondkomen, opliep. Dit nam toe van<br />
2,3 procent <strong>in</strong> 2010 naar 3,0 procent <strong>in</strong> 2013 en<br />
groeide verder door naar 3,3 procent <strong>in</strong> 2014.<br />
Het aantal k<strong>in</strong>deren dat leeft <strong>in</strong> een gez<strong>in</strong> dat<br />
het langdurig moet stellen met een laag<br />
<strong>in</strong>komen, nam met 16 duizend toe, tot<br />
131 duizend <strong>in</strong> 2014.<br />
M<strong>in</strong>der huishoudens melden krapte<br />
Bij huishoudens met een laag <strong>in</strong>komen steeg<br />
het percentage dat aangeeft moeilijk rond te<br />
komen van 40 <strong>in</strong> 2012 naar ruim 50 procent <strong>in</strong><br />
2013. Daarna werd dit aandeel kle<strong>in</strong>er en kwam<br />
<strong>in</strong> 2015 met 41 procent weer op het oude,<br />
stabiele niveau te liggen. Bij huishoudens met<br />
een <strong>in</strong>komen boven de lage-<strong>in</strong>komensgrens<br />
schommelde het percentage dat moeilijk kan<br />
rondkomen <strong>in</strong> de afgelopen jaren rond de<br />
10 procent.<br />
Inkomens gelijker verdeeld dan vermogen<br />
Het <strong>in</strong>komen is m<strong>in</strong>der ongelijk verdeeld over<br />
huishoudens dan het vermogen. Ook lag <strong>in</strong><br />
2014 de <strong>in</strong>komensongelijkheid met een G<strong>in</strong>icoëfficiënt<br />
van 0,286 vrijwel op hetzelfde<br />
niveau als <strong>in</strong> de voorgaande vijftien jaren.<br />
Alleen <strong>in</strong> 2007 nam de <strong>in</strong>komensongelijkheid<br />
even licht toe. Dit kwam door een gunstige<br />
fiscale regel<strong>in</strong>g voor het uitkeren van dividend<br />
aan directeur-grootaandeelhouders.<br />
Bij de G<strong>in</strong>i-coëfficiënt wordt het onderl<strong>in</strong>ge<br />
verschil tussen alle huishoudens <strong>in</strong> <strong>in</strong>komen of<br />
vermogen samengevat <strong>in</strong> een getal dat varieert<br />
van 0 (geen ongelijkheid) tot 1 (maximale<br />
ongelijkheid). Met een G<strong>in</strong>i-coëfficiënt van 0,894<br />
lag de vermogensongelijkheid <strong>in</strong> 2014 op een<br />
hoger niveau dan de <strong>in</strong>komensongelijkheid.<br />
Beg<strong>in</strong> 2014 was 86 procent van het vermogen <strong>in</strong><br />
handen van de 20 procent meest vermogende<br />
huishoudens.<br />
S<strong>in</strong>ds de economische crisis is de vermogensongelijkheid<br />
voortdurend gestegen, maar <strong>in</strong><br />
2014 nam deze niet verder toe. De stijg<strong>in</strong>g is<br />
vooral het gevolg van de dal<strong>in</strong>g van de huizenprijzen<br />
tijdens de crisis. Gemiddeld is de eigen<br />
won<strong>in</strong>g goed voor meer dan de helft van het<br />
vermogen van huishoudens. Bijna 6 op de<br />
10 huishoudens bezitten een eigen huis en met<br />
een grote hypotheekschuld heeft een dal<strong>in</strong>g<br />
van de won<strong>in</strong>gwaarde verhoud<strong>in</strong>gsgewijs een<br />
82 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.4 Huishoudens met een (langdurig) laag <strong>in</strong>komen<br />
groot effect op het vermogen. Dit effect is<br />
%<br />
14<br />
12<br />
10<br />
8<br />
6<br />
relatief kle<strong>in</strong> bij huishoudens met een groter<br />
vermogen, die bijvoorbeeld ook over<br />
spaartegoeden of aandelen beschikken.<br />
Doordat de huizenprijzen <strong>in</strong> 2014 niet verder<br />
daalden, kwam er ook een e<strong>in</strong>d aan de<br />
4<br />
2<br />
toename <strong>in</strong> de vermogensongelijkheid.<br />
0<br />
'00*<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14*<br />
'15*<br />
'16*<br />
Bij de bereken<strong>in</strong>g van het vermogen tellen<br />
pensioenaanspraken niet mee. Volgens de CBSdef<strong>in</strong>itie<br />
moet vermogen overdraagbaar zijn en<br />
Laag <strong>in</strong>komen<br />
Langdurig laag <strong>in</strong>komen<br />
Bron: CBS, Inkomensstatistiek 2000–2014; CPB, ram<strong>in</strong>g 2015–<strong>2016</strong> .<br />
moet het huishouden er vrijelijk over kunnen<br />
beschikken. Pensioenaanspraken voldoen niet<br />
aan die def<strong>in</strong>itie. Collectieve vormen van<br />
3.5 Inkomens- en vermogensongelijkheid<br />
G<strong>in</strong>i-coëfficiënt<br />
vermogen, zoals de sociale vangnetten en<br />
onderwijs, rekent het CBS evenm<strong>in</strong> tot vermogen.<br />
1,0<br />
0,8<br />
0,6<br />
0,4<br />
M<strong>in</strong>der dan <strong>in</strong> andere landen is er door de<br />
verplichte deelname aan pensioenregel<strong>in</strong>gen en<br />
de ruime beschikbaarheid van collectieve<br />
0,2<br />
voorzien<strong>in</strong>gen voor veel <strong>Nederland</strong>ers noodzaak<br />
0<br />
om zelf vermogen voor de oude dag op te<br />
'00*<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14*<br />
bouwen. Vergelijk<strong>in</strong>gen van <strong>Nederland</strong> met<br />
landen waar de vermogensopbouw aanmerkelijk<br />
m<strong>in</strong>der via collectieve regel<strong>in</strong>gen gebeurt, gaan<br />
Vermogen<br />
Vermogen exclusief eigen won<strong>in</strong>g en hypotheekschuld<br />
dan ook per def<strong>in</strong>itie mank.<br />
Gestandaardiseerd <strong>in</strong>komen<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 83
Werkloosheid<br />
neemt verder af<br />
<strong>in</strong> 2015<br />
614 000<br />
46 000 10 000 000<br />
Werklozen<br />
M<strong>in</strong>der werklozen<br />
dan <strong>in</strong> 2014<br />
Banen
De feiten op een rij<br />
Werkgelegenheid<br />
Het aantal banen <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> nam <strong>in</strong> 2015 met<br />
109 duizend toe en kwam gemiddeld uit op<br />
9,9 miljoen. In het laatste kwartaal van 2015<br />
werd zelfs voor het eerst de mijlpaal van<br />
10 miljoen banen bereikt. De groei zit na de<br />
crisis van e<strong>in</strong>d 2008 vooral <strong>in</strong> de banen van<br />
zelfstandigen. Maar <strong>in</strong> 2015 steeg voor het eerst<br />
s<strong>in</strong>ds 2011 ook het aantal banen van werknemers.<br />
Twee op de tien banen komt voor reken<strong>in</strong>g van<br />
3.6 Banen<br />
x mln<br />
11<br />
10<br />
9<br />
8<br />
7<br />
6<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013*<br />
2014*<br />
2015*<br />
een zelfstandige.<br />
Het percentage mensen met een betaalde baan<br />
steeg naar 65,4 procent. Dat zijn 4,5 miljoen<br />
werkende mannen en 3,8 miljoen werkende<br />
vrouwen <strong>in</strong> 2015. Daarmee was een iets groter<br />
deel van de bevolk<strong>in</strong>g aan het werk dan een<br />
jaar eerder. Van de werkenden heeft 51 procent<br />
een voltijdbaan, 49 procent werkt <strong>in</strong> deeltijd.<br />
Onder vrouwen ligt het aandeel deeltijdwerkers<br />
veel hoger dan onder mannen.<br />
Werknemers<br />
Zelfstandigen<br />
3,8 miljoen vrouwen met<br />
een betaalde baan <strong>in</strong> 2015Bb<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 85
3.7 Gewerkte uren per baan, werknemers en<br />
zelfstandigen, 2014*<br />
Totaal<br />
Mannen Vrouwen<br />
Totaal 1 261 1 487 1 015<br />
Landbouw, bosbouw en visserij 1 397 1 552 1 055<br />
Nijverheid (geen bouw) en energie 1 574 1 674 1 223<br />
Bouwnijverheid 1 636 1 703 1 098<br />
Handel, vervoer en horeca 1 262 1 456 998<br />
Informatie en communicatie 1 538 1 608 1 320<br />
F<strong>in</strong>anciële dienstverlen<strong>in</strong>g 1 483 1 624 1 301<br />
Verhuur en handel van onroerend goed 1 266 1 368 1 130<br />
Zakelijke dienstverlen<strong>in</strong>g 1 148 1 395 895<br />
Overheid en zorg 1 127 1 358 1 022<br />
Cultuur, recreatie, overige diensten 1 170 1 315 1 079<br />
3.8 Banen van werknemers, 2015*<br />
Totaal Mannen Vrouwen<br />
x 1 000<br />
Totaal 7 818 4 107 3 711<br />
Landbouw, bosbouw en visserij 103 69 33<br />
Nijverheid (geen bouw) en energie 810 631 178<br />
Bouwnijverheid 300 265 35<br />
Handel, vervoer en horeca 2 048 1 152 896<br />
Informatie en communicatie 235 172 63<br />
F<strong>in</strong>anciële dienstverlen<strong>in</strong>g 238 134 104<br />
Verhuur en handel van onroerend goed 66 35 31<br />
Zakelijke dienstverlen<strong>in</strong>g 1 449 846 603<br />
Overheid en zorg 2 274 690 1 584<br />
Cultuur, recreatie, overige diensten 295 113 182<br />
2% ziekteverzuim<br />
<strong>in</strong> de horeca <strong>in</strong> 2015<br />
86 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.9 Werkzame personen, 2015*<br />
Totaal Werknemers Zelfstandigen<br />
x 1 000<br />
Totaal 8 818 7 309 1 509<br />
Landbouw, bosbouw en visserij 201 95 107<br />
Nijverheid (geen bouw) en energie 834 795 39<br />
Bouwnijverheid 451 293 158<br />
Handel, vervoer en horeca 2 185 1 928 257<br />
Informatie en communicatie 271 228 43<br />
F<strong>in</strong>anciële dienstverlen<strong>in</strong>g 235 230 5<br />
Verhuur en handel van onroerend goed 74 63 11<br />
Zakelijke dienstverlen<strong>in</strong>g 1 794 1 320 474<br />
Overheid en zorg 2 397 2 122 275<br />
Cultuur, recreatie, overige diensten 375 236 139<br />
3.10 Ziekteverzuim per bedrijfstak, 2015<br />
Horeca<br />
Specialistische zakelijke diensten<br />
Landbouw<br />
ICT-bedrijven<br />
F<strong>in</strong>anciële dienstverlen<strong>in</strong>g<br />
<strong>Nederland</strong><br />
Water- en afvalbeheer<br />
Industrie<br />
3.11 Netto arbeidsparticipatie, 2015<br />
%<br />
100<br />
Onderwijs<br />
Gezondheids- en welzijnszorg<br />
Openbaar bestuur<br />
80<br />
60<br />
0 1 2 3 4 5 6<br />
%<br />
40<br />
20<br />
0<br />
15–19<br />
20–24<br />
25–29<br />
30–34<br />
35–39<br />
40–44<br />
45–49<br />
50–54<br />
55–59<br />
60–64 65–69 70–74<br />
leeftijd <strong>in</strong> jaren<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 87
Werkloosheid 3.12 Werkloosheid <strong>in</strong> de Europese Unie, 2015<br />
S<strong>in</strong>ds het voorjaar van 2014 is de werkloosheid<br />
<strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> aan het afnemen. In 2015 zette<br />
die trend door: 614 duizend personen waren<br />
werkloos, 46 duizend m<strong>in</strong>der dan het jaar<br />
daarvoor. Daarmee was 6,9 procent van de<br />
bevolk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de leeftijdsgroep van 15 tot 75 jaar<br />
werkloos. De grootste dal<strong>in</strong>g deed zich voor<br />
onder de jongeren van 15 tot 25 jaar. Toch was<br />
<strong>in</strong> 2015 nog 11 procent van de jongeren<br />
werkloos.<br />
Het aantal langdurig werklozen nam toe met<br />
9 duizend tot 259 duizend <strong>in</strong> 2015. Daarmee is<br />
42 procent van alle werklozen een jaar of<br />
langer zonder werk. In 2013 was dat nog<br />
38 procent.<br />
In het rijtje met alle 28 landen van de Europese<br />
Unie staat <strong>Nederland</strong> op de 11e plaats als het<br />
gaat om het werkloosheidscijfer. Wat betreft<br />
jeugdwerkloosheid doet <strong>Nederland</strong> het beter<br />
dan de meeste andere EU-landen, met een van<br />
de vier laagste percentages. Gemiddeld over de<br />
hele EU is het aandeel werklozen gedaald van<br />
10,2 procent <strong>in</strong> 2014 naar 9,4 procent <strong>in</strong> 2015.<br />
Griekenland<br />
Spanje<br />
Kroatië<br />
Cyprus<br />
Portugal<br />
Italië<br />
Slowakije<br />
Frankrijk<br />
Letland<br />
Ierland<br />
F<strong>in</strong>land<br />
Bulgarije<br />
Litouwen<br />
Slovenië<br />
België<br />
Polen<br />
Zweden<br />
<strong>Nederland</strong><br />
Hongarije<br />
Roemenië<br />
Luxemburg<br />
Estland<br />
Denemarken<br />
Oostenrijk<br />
Malta<br />
Verenigd Kon<strong>in</strong>krijk<br />
Tsjechië<br />
Duitsland<br />
Europese Unie (28 landen)<br />
Jonger dan 25 jaar<br />
Bron: Eurostat.<br />
0 10 20 30 40 50 60<br />
% van de beroepsbevolk<strong>in</strong>g (15–74 jaar)<br />
Totaal<br />
88 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.13 Werkloosheid naar geslacht,<br />
leeftijd en herkomst<br />
2013 2014 2015<br />
% van de beroepsbevolk<strong>in</strong>g<br />
Totaal 7 ,3 7 ,4 6 ,9<br />
Mannen 7 ,2 7 ,2 6 ,5<br />
Vrouwen 7 ,3 7 ,8 7 ,3<br />
15–24 jaar 13 ,2 12 ,7 11 ,3<br />
25–34 jaar 6 ,8 6 ,5 5 ,9<br />
35–44 jaar 5 ,9 6 ,2 5 ,3<br />
45–54 jaar 5 ,6 5 ,9 5 ,6<br />
55–64 jaar 6 ,8 7 ,7 8 ,1<br />
65–74 jaar 4 ,8 5 ,7 5 ,5<br />
Autochtonen 5 ,8 6 ,1 5 ,6<br />
Westerse allochtonen 8 ,9 8 ,7 8 ,6<br />
Niet-westerse allochtonen 16 ,5 16 ,5 15 ,2<br />
11% van de jongeren<br />
was <strong>in</strong> 2015 werkloos<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 89
Sociale zekerheid<br />
Het aantal mensen met een WW-uitker<strong>in</strong>g<br />
schommelde <strong>in</strong> 2014 en 2015 tussen de 400 en<br />
450 duizend. E<strong>in</strong>d 2015 waren het er naar<br />
schatt<strong>in</strong>g 440 duizend, 5 tot 6 duizend meer<br />
dan een jaar eerder.<br />
Aan het e<strong>in</strong>de van 2015 ontv<strong>in</strong>gen 450 duizend<br />
personen tot de AOW-gerechtigde leeftijd een<br />
bijstandsuitker<strong>in</strong>g. Van hen zat 15,4 procent al<br />
meer dan tien jaar <strong>in</strong> de bijstand <strong>in</strong> september<br />
2015.<br />
Het aantal ontvangers van een arbeidsongeschiktheidsuitker<strong>in</strong>g<br />
(WAO, WIA, WAZ of<br />
Wajong) nam juist af. Naar schatt<strong>in</strong>g waren dat<br />
er 776 duizend aan het e<strong>in</strong>de van 2015. Hier<br />
speelt het effect van de Participatiewet mee.<br />
S<strong>in</strong>ds beg<strong>in</strong> 2015 vervangt deze een aantal<br />
sociale wetten. Voor een aantal jongeren die<br />
voorheen onder de Wajong zouden hebben<br />
gevallen, gelden nu de bepal<strong>in</strong>gen van de<br />
Participatiewet.<br />
3.14 Personen met een uitker<strong>in</strong>g, 31 dec.<br />
2013 2014* 2015*<br />
x 1 000<br />
Arbeidsongeschiktheid 787 791 776<br />
Wajong 228 239 236<br />
WAO 366 336 309<br />
WAZ 18 16 15<br />
WIA 185 209 230<br />
Werkloosheid (WW) 441 434 440<br />
Bijstand 460 481 497<br />
IOAW 18 22 24<br />
IOAZ 2 2 2<br />
K<strong>in</strong>derbijslag 1 919 1 915 1 912<br />
Nabestaandenwet 55 42 36<br />
AOW 3 223 3 301 3 371<br />
450 000 bijstandsontvangers<br />
tot AOW-leeftijd e<strong>in</strong>d 2015Cc<br />
90 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.15 Personen met een bijstandsuitker<strong>in</strong>g,<br />
ultimo 2015<br />
Totaal<br />
x 1 000<br />
Tot de Vanaf de<br />
AOW-leeftijd AOW-leeftijd<br />
Totaal 497 450 47<br />
3.16 Arbeidsongeschiktheidsuitker<strong>in</strong>gen, 31 dec.<br />
x 1 000<br />
1 000<br />
800<br />
600<br />
Mannen 217 197 20<br />
Vrouwen 280 253 27<br />
400<br />
Jonger dan 27 jaar 42 42<br />
200<br />
27 tot 45 jaar 187 187<br />
45 jaar tot de AOW-leeftijd 221 221<br />
Vanaf de AOW-leeftijd 47 47<br />
0<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014*<br />
2015*<br />
Autochtonen 194 190 5<br />
Westerse allochtonen 55 47 8<br />
Niet-westerse allochtonen 247 212 35<br />
Totaal<br />
WAO<br />
WIA<br />
Wajong<br />
236 000 personen met<br />
een Wajonguitker<strong>in</strong>g e<strong>in</strong>d 2015Aa<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 91
Inkomen<br />
Gemeenten met een hoog gemiddeld<br />
(gestandaardiseerd) huishoudens<strong>in</strong>komen liggen<br />
vooral <strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cies Noord-Holland, Zuid-<br />
Holland en Utrecht. Uitzonder<strong>in</strong>g is het Gelderse<br />
Rozendaal, dat <strong>in</strong> 2013 met 38,4 duizend euro<br />
het hoogste gemiddelde heeft. De huishoudens<br />
<strong>in</strong> deze gemeente hadden 15 duizend euro meer<br />
<strong>in</strong>komen dan een gemiddeld <strong>Nederland</strong>s<br />
huishouden (23,6 duizend euro). In de top 10<br />
van rijkste gemeenten staan verder Bloemendaal,<br />
Wassenaar, Laren, Blaricum (gemeenten met een<br />
gemiddeld <strong>in</strong>komen van ten m<strong>in</strong>ste 35 duizend<br />
euro), Naarden, Heemstede, Oegstgeest,<br />
Westvoorne en De Bilt (waar het gemiddeld<br />
<strong>in</strong>komen rond de 30 duizend euro is).<br />
Onbekend<br />
3.17 Gemiddeld gestandaardiseerd <strong>in</strong>komen huishoudens<br />
per gemeente, 2013<br />
Tot 22,5 duizend euro<br />
22,5 tot 24 duizend euro<br />
24 tot 25,5 duizend euro<br />
25,5 tot 27 duizend euro<br />
27 duizend euro of meer<br />
In Friesland, Gron<strong>in</strong>gen en de gemeenten langs<br />
de grens met Duitsland zijn de <strong>in</strong>komens naar<br />
verhoud<strong>in</strong>g laag. De gemeente met het laagste<br />
gemiddelde <strong>in</strong>komen <strong>in</strong> 2013 was de<br />
studentenstad Gron<strong>in</strong>gen (18 duizend euro). Ook<br />
andere universiteitssteden, zoals Wagen<strong>in</strong>gen,<br />
Enschede en Nijmegen, stonden met een<br />
gemiddeld <strong>in</strong>komen van rond de 20 duizend<br />
euro onderaan <strong>in</strong> de <strong>in</strong>komensranglijst.<br />
92 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.18 Druk van <strong>in</strong>komstenbelast<strong>in</strong>g, premies<br />
en overdrachten<br />
mld euro<br />
2011 2012 2013*<br />
Bruto <strong>in</strong>komen 419 428 434<br />
Inkomstenbelast<strong>in</strong>g en premies<br />
volksverzeker<strong>in</strong>gen 82 84 86<br />
Inkomstenbelast<strong>in</strong>g 44 44 45<br />
Premies volksverzeker<strong>in</strong>gen 39 39 40<br />
% van het bruto <strong>in</strong>komen<br />
Inkomstenbelast<strong>in</strong>g en premies<br />
volksverzeker<strong>in</strong>gen 19 ,7 19 ,5 19 ,7<br />
Inkomstenbelast<strong>in</strong>g 10 ,4 10 ,4 10 ,4<br />
Premies volksverzeker<strong>in</strong>gen 9 ,3 9 ,2 9 ,3<br />
48,4% van de vrouwen<br />
was <strong>in</strong> 2014 economisch zelfstandig<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 93
3.19 Bested<strong>in</strong>gen van huishoudens naar <strong>in</strong>komenskw<strong>in</strong>tiel, 2013*<br />
Totaal<br />
1e kw<strong>in</strong>tiel<br />
(laag) 2e kw<strong>in</strong>tiel 3e kw<strong>in</strong>tiel<br />
4e kw<strong>in</strong>tiel<br />
5e kw<strong>in</strong>tiel<br />
(hoog)<br />
x 1 000 euro<br />
Gemiddelde bested<strong>in</strong>gen 33 ,0 21 ,7 26 ,0 31 ,5 38 ,0 47 ,8<br />
% van totale bested<strong>in</strong>gen<br />
Bested<strong>in</strong>gscategorie<br />
Vaste lasten 36 45 41 37 33 30<br />
Voed<strong>in</strong>g 11 12 12 11 11 10<br />
Alcohol en tabak 3 4 4 4 3 3<br />
Persoonlijke verzorg<strong>in</strong>g en gezondheid 9 8 8 8 10 9<br />
Onderhoud, reparatie en <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g van won<strong>in</strong>g 7 6 7 8 7 9<br />
Vervoer 12 7 9 12 14 12<br />
Ontspann<strong>in</strong>g 18 14 15 16 18 23<br />
Overige 4 4 4 4 4 4<br />
3.20 Economische zelfstandigheid<br />
%<br />
100<br />
80<br />
60<br />
40<br />
20<br />
0<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14*<br />
Vrouwen<br />
Mannen<br />
94 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
3.21 Huishoudens met fiscale hypotheekschuld 1)<br />
t.o.v. waarde eigen won<strong>in</strong>g, 1 januari<br />
3.22 Aantal werknemers met pensioen en gemiddelde<br />
pensioenleeftijd<br />
x mln<br />
5<br />
4<br />
3<br />
2<br />
1<br />
0<br />
2006<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015*<br />
x 1 000<br />
90<br />
80<br />
70<br />
60<br />
50<br />
40<br />
leeftijd<br />
65<br />
64<br />
63<br />
62<br />
61<br />
60<br />
0<br />
0<br />
'00<br />
'01<br />
'02<br />
'03<br />
'04<br />
'05<br />
'06<br />
'07<br />
'08<br />
'09<br />
'10<br />
'11<br />
'12<br />
'13<br />
'14<br />
'15<br />
Onderwaarde<br />
Geen hypotheekschuld<br />
Overwaarde<br />
1)<br />
Exclusief opgebouwde tegoeden bij spaar- en belegg<strong>in</strong>gshypotheken.<br />
Aantal met pensioen<br />
Gemiddelde pensioenleeftijd (rechteras)<br />
3.23 Huishoudens die moeilijk rondkomen<br />
%<br />
60<br />
50<br />
40<br />
30<br />
131 000 k<strong>in</strong>deren<br />
<strong>in</strong> gez<strong>in</strong> met langdurig laag<br />
20<br />
10<br />
0<br />
<strong>in</strong>komen <strong>in</strong> 2014<br />
Ii<br />
2007<br />
2008<br />
2009<br />
2010<br />
2011<br />
2012<br />
2013<br />
2014<br />
2015*<br />
Laag <strong>in</strong>komen<br />
Boven lage-<strong>in</strong>komensgrens<br />
Arbeid en <strong>in</strong>komen 95
Richt<strong>in</strong>g nieuws<br />
3 368<br />
tweets <strong>in</strong> 2015<br />
7 771 746<br />
keer werd cbs.nl bezocht <strong>in</strong> 2015<br />
96 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
4. Over CBS<br />
CBS brengt de ontwikkel<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de<br />
<strong>Nederland</strong>se economie en samenlev<strong>in</strong>g <strong>in</strong><br />
kaart. Dat doen we al meer dan honderd jaar.<br />
In die tijd is er uiteraard veel veranderd, zowel<br />
<strong>in</strong> de manier waarop we onze gegevens<br />
verzamelen als <strong>in</strong> de manier waarop we ze<br />
beschikbaar stellen.<br />
Innovatie<br />
Steeds meer van de gegevens die we nodig<br />
hebben om onze statistieken te maken,<br />
verzamelen we automatisch. Nog niet zo lang<br />
geleden registreerden we voor het <strong>in</strong>flatiecijfer<br />
de prijzen <strong>in</strong> supermarkten nog met de hand,<br />
terwijl we nu automatisch de kassagegevens<br />
van supermarkten krijgen. De prijzen van<br />
vliegtickets zoeken we niet meer op <strong>in</strong><br />
reisgidsen, maar v<strong>in</strong>den we automatisch op<br />
<strong>in</strong>ternet met behulp van slimme zoekrobots.<br />
En afgelopen jaar publiceerden we onze eerste<br />
statistiek op basis van Big Data: met behulp van<br />
verkeerslussen op de <strong>Nederland</strong>se wegen<br />
berekenen we de verkeers<strong>in</strong>tensiteit. Door dit<br />
soort <strong>in</strong>novaties hoeven we steeds m<strong>in</strong>der<br />
gebruik te maken van vragenlijsten én kunnen<br />
we onze cijfers steeds sneller publiceren.<br />
Op de hoogte blijven van deze ontwikkel<strong>in</strong>gen?<br />
Dat kan via corporate.cbs.nl. Daar publiceren<br />
we artikelen over onder andere <strong>in</strong>novatie,<br />
nieuwe dienstverlen<strong>in</strong>g, nieuwe producten,<br />
<strong>in</strong>ternationale ontwikkel<strong>in</strong>gen en evenementen<br />
van CBS.<br />
Vernieuwde website cbs.nl<br />
Onze cijfers zijn pas van waarde als ze gebruikt<br />
worden. Daarom doen we er alles aan om onze<br />
<strong>in</strong>formatie zo toegankelijk mogelijk te maken.<br />
In het voorjaar van <strong>2016</strong> hebben we onze<br />
website cbs.nl compleet vernieuwd. Onze<br />
nieuwsberichten staan nu centraal, door de<br />
heldere vormgev<strong>in</strong>g met veel beeld.<br />
Doorklikken naar gerelateerde <strong>in</strong>formatie en<br />
onderliggende cijfers kan simpel en snel. En de<br />
website is even gemakkelijk te bekijken op een<br />
smartphone of tablet als op een laptop of<br />
desktop.<br />
Over CBS 97
CBS <strong>in</strong> uw buurt<br />
Veel van onze regionale cijfers zijn terug te<br />
v<strong>in</strong>den op CBS<strong>in</strong>uwBuurt.nl. Op deze website<br />
zijn na een update ruim 170 kenmerken van<br />
buurten en hun <strong>in</strong>woners op een kaart te<br />
bekijken. CBS<strong>in</strong>uwBuurt.nl bevat nu zo’n<br />
2 duizend kaarten die onder meer de afstand<br />
tot (basis)scholen, de verdel<strong>in</strong>g van de beroepsbevolk<strong>in</strong>g<br />
naar leeftijd en sector en de WOZwaarde<br />
van huur- en koopwon<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> beeld<br />
brengen. Veel cijfers zijn niet alleen per buurt te<br />
bekijken, maar ook per wijk, gemeente,<br />
bevolk<strong>in</strong>gskern of vierkant van 100 bij 100 of<br />
500 bij 500 meter, én vaak over meerdere jaren.<br />
Meerdere buurten met elkaar vergelijken kan<br />
natuurlijk ook.<br />
CBS en social media<br />
Iedereen die altijd de laatste cijfers bij de<br />
hand wil hebben, kan CBS volgen op Twitter.<br />
Via @statistiekcbs twittert CBS eigen nieuws,<br />
cijfers bij de actualiteit en leuke weetjes naar<br />
ruim 110 duizend volgers (april <strong>2016</strong>).<br />
Op facebook.com/statistiekcbs geven we<br />
achtergronden bij onze cijfers en een kijkje<br />
achter de schermen. En op ons YouTube-kanaal<br />
youtube.com/statistiekcbs staan zo’n honderd<br />
filmpjes met uitleg over statistische begrippen,<br />
toelicht<strong>in</strong>gen bij publicaties en registraties van<br />
<strong>in</strong>terviews en bijeenkomsten.<br />
CBS en EU<br />
Van 1 januari tot 1 juli <strong>2016</strong> is <strong>Nederland</strong><br />
voorzitter van de Raad van de Europese Unie.<br />
In dit kader zit Directeur-Generaal van CBS Tjark<br />
Tj<strong>in</strong>-A-Tsoi de Raadswerkgroep voor de Statistiek<br />
voor. CBS nam het stokje over van Statec, het<br />
statistische bureau van Luxemburg.<br />
Naast het afronden van twee dossiers waarop<br />
het Luxemburgse voorzitterschap grote<br />
vorder<strong>in</strong>gen had gemaakt, heeft het<br />
<strong>Nederland</strong>se voorzitterschapsteam zodanig<br />
onderhandeld met het Europese Parlement en<br />
de Europese Commissie dat drie statistische<br />
wetgev<strong>in</strong>gsdossiers - over spoorwegvervoer,<br />
b<strong>in</strong>nenvaart en buitenlandse handel - die ruim<br />
anderhalf jaar vast zaten, afgerond kunnen<br />
worden. Ook heeft het team het nieuwe<br />
Commissievoorstel over de statistiek van de<br />
energieprijzen <strong>in</strong> de Raadswerkroep behandeld<br />
en een standpunt namens de Raad kunnen<br />
vaststellen. Meer <strong>in</strong>formatie is te v<strong>in</strong>den op<br />
eu<strong>2016</strong>.cbs.nl. Slowakije neemt op 1 juli de<br />
voorzittershamer over van <strong>Nederland</strong>.<br />
98 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>2016</strong>
F f<br />
233 keer gaven CBS-onderzoekers<br />
<strong>in</strong> 2015 toelicht<strong>in</strong>g op televisie<br />
3 800 dataverzamel<strong>in</strong>gen<br />
heeft CBS <strong>in</strong> StatL<strong>in</strong>e<br />
Dd<br />
Over CBS 99
Gg<br />
17 000 000<br />
<strong>in</strong>woners op 21 maart <strong>2016</strong><br />
Aa<br />
2%<br />
economische groei <strong>in</strong> 2015<br />
Voor wat er feitelijk gebeurt<br />
9 789035 719095<br />
1 <strong>Trends</strong> <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> 2015