28.02.2018 Views

Inkijkexemplaar WindEnergie Magazine

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Wind<br />

Energi e<br />

magazine<br />

WINDENERGIE IN RAI<br />

VOORUITBLIK OP 3 DAGEN BEURS EN CONGRES<br />

NIEUWE SPEERPUNTEN<br />

TKI WIND OP ZEE<br />

OPMARS<br />

DUURZAME ENERGIE<br />

Jaargang 04 - Nummer 4 - 2017


Use of our services in the onand<br />

offshore Wind Industry<br />

include:<br />

1. Rope Access<br />

• Blade inspections, repair and maintenance<br />

by using rope access<br />

• Providing safe and efficient access to difficult to<br />

reach places<br />

• Assembly Balance of Plant / Transition Pieces<br />

onshore or offshore<br />

• Safe working in Confined Spaces<br />

2. Rope Rescue<br />

• Providing small, efficient and fast specialist<br />

rescue team<br />

• Providing specialist rescue team leaders<br />

or trainers<br />

• Writing a rescue plan for rescue from height,<br />

depth and confined spaces<br />

3. Training & Advice<br />

• Training for safe working at height<br />

• Training for rescue from height, depth and<br />

confined spaces<br />

• Advice on best practice, best method,<br />

best equipment<br />

4. Rigging & Lifting<br />

• Assistance in lifting activities; we reach all places<br />

for safe lifting<br />

• DNV Rigging, Lifting & Slinging certificates<br />

• Experience in offshore lifting in wind industry<br />

Of course any combination of the above services is<br />

possible and will be a very efficient and affordable<br />

way of dealing with certain challenges.<br />

For example; we can perform rope access<br />

activities and at the same time operate as a rescue<br />

team<br />

5. Blade Care<br />

• preventive monopole inspection and<br />

preventive blade inspection<br />

• maintenance; spot repair, cleaning, coating,<br />

mounting, bolt tensioning etc.<br />

Certificates<br />

We always choose the right people for the job. Our people have<br />

many necessary certificates like IRATA (1,2,3), VCA, Offshore, Rigging<br />

& Lifting, GWO, Specialist Rescue, Working in Confined Space,<br />

Manhole Watch, Advanced Rescue, PPE Inspections, MedicFirst Aid,<br />

Offshore Rescue, Gas Measuring, Breathing Apparatus, Welding.<br />

VERTICAL SAFETY, ACCESS<br />

& RESCUE IN WIND INDUSTRY<br />

Please don’t hesitate to contact us!<br />

More information:<br />

Rope Access Noord Office: +31(0)50-5290857<br />

Ulgersmaweg 6 Derk: +31(0)6-44407787<br />

9731 BS Groningen info@ropeaccessnoord.nl<br />

The Netherlands<br />

www.ropeaccessnoord.nl


voorwoord<br />

Wind<br />

4 e jaargang | november 2017 | nummer 04<br />

SPRONG<br />

<strong>WindEnergie</strong> magazine, Energi<br />

vakblad voor professionals<br />

die zich bezighouden met ontwerp, bouw, plaatsing,<br />

We staan aan de vooravond van …. Klinkt wellicht dramatisch maar het<br />

onderhoud en exploitatie van windturbines<br />

is niet overdreven. Nederland gaat nu echt de inhaalrace maken en de<br />

overgang naar duurzame energie versnellen. Rutte III heeft de doelen<br />

Website: www.windenergie-magazine.nl<br />

flink hoog gesteld – 49 procent reductie in de uitstoot van<br />

e<br />

koolstofdioxide<br />

in 2030 – en ‘Parijs’ móéten we halen. Eigenlijk moet ‘alles uit de kast’<br />

Hoofdredacteur: Benno Boeters,<br />

om van de onderste regionen in de duurzaamheids-landenlijst de Grote<br />

Vormgeving: Content Innovators<br />

Sprong Voorwaarts te kunnen maken.<br />

Omslagfoto: Essent windpark Zuidwester<br />

magazine<br />

in de Noordoostpolder<br />

Hernieuwbare energie maakt nog slechts 4 procent uit van de 3144 PJ<br />

Advertenties: Archer Media bv<br />

(petajoule) die Nederland jaarlijks verbruikt, en wind levert nog maar 7<br />

procent in de totale elektriciteitsvoorziening, maar dat moet dus drastisch<br />

Arjan Cornelisse, accountmanager, tel. 088 6440 623<br />

veranderen. Het gaat niet alleen om de vervanging van elektrische energie<br />

e-mail: a.cornelisse@archermedia.nl<br />

uit fossiele bron door groene stroom, maar ook een prominentere rol voor<br />

Mediaorder: Charlotte Jongeneel en Carola Sjoukes<br />

elektriciteit in de warmtevoorziening. ‘Gasloos’ is de nieuwe norm voor<br />

traffic@archermedia.nl<br />

nieuwbouw en dus ligt toepassing van warmtepompen voor de hand. Ook<br />

Klantenservice: tel. 088 22 666 45<br />

als warmtenetten en geothermie zich verder uitbreiden. En we gaan in<br />

e-mail: abonnement@mijntijdschrift.com<br />

plaats van benzine straks meer en meer stroom tanken.<br />

Abonnementsprijzen, per jaar:<br />

En dus zijn veel meer windturbines, klein of groot, on- of offshore, evident<br />

Nederland/België: E 40 (incl. btw)<br />

noodzakelijk. De techniek is beschikbaar, de leveranciers staan klaar en de<br />

Los nummer: E 9,50 (incl. btw, excl. verzendkosten)<br />

prijs per kWh is scherp. Daar zal het niet aan liggen. De crux zit ’m in de<br />

Abonnementen kunnen elk moment ingaan en<br />

implementatie. Op zee lijkt de uitrol van windparken beter in de steigers<br />

worden na een jaar automatisch verlengd. Opzeggen te staan dan op land. Draagvlak is hier het bekende trefwoord. Als omwonenden<br />

meer kunnen profiteren van een actieve participatie in windpar-<br />

kan tot twee maanden voor het eind van de abonnementsperiodeken,<br />

bijvoorbeeld door een verbeterde postcoderoosregeling, zou dat veel<br />

Verschijning: <strong>WindEnergie</strong> magazine verschijnt<br />

weerstand kunnen wegnemen.<br />

viermaal per jaar.<br />

Over al deze aspecten – en meer – kunt u lezen in dit nummer van Wind<br />

Uitgever: Roeland Dobbelaer<br />

Energie magazine. Het is de eerste editie onder de nieuwe uitgeverij Bèta<br />

Uitgeverij Bèta Publishers<br />

Publishers. Andere bladen van deze uitgever zijn TW (technieksector),<br />

Rijswijkseweg 60 (13e etage), 2516 EH Den Haag<br />

C2W (chemie, life sciences) en Maritiem Nederland. Dit nummer is nog<br />

Postbus 19949, 2500 CX Den Haag<br />

samengesteld door Jiri Hartog; in 2018 ben ik als nieuwe hoofdredacteur<br />

verantwoordelijk voor de inhoud. Aan inspirerende onderwerpen geen<br />

ISSN 2352-7560<br />

gebrek.<br />

Copyright © 2017 Bèta Publishers<br />

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd<br />

door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke<br />

wijze ook, zonder schriftelijke toestemming vooraf van<br />

de uitgever tenzij in het open domein beschikbaar.<br />

Persoonsgegevens: <strong>WindEnergie</strong> magazine legt<br />

gegevens van lezers vast voor de verzending van het<br />

vakblad. Deze gegevens kunnen worden gebruikt om u<br />

te informeren over andere producten en diensten.<br />

WINDENERGIE IN RAI<br />

VOORUITBLIK OP 3 DAGEN BEURS EN CONGRES<br />

NIEUWE SPEERPUNTEN<br />

TKI WIND OP ZEE<br />

<strong>WindEnergie</strong> magazine is uitsluitend gericht op vakbeoefenaren<br />

en anderen die op grond van hun professie<br />

belang hebben bij de in dit blad gepubliceerde<br />

vakinformatie. Sinds 2011 is er een gewijzigde abonnementenwet<br />

van kracht voor consumenten. Deze is niet<br />

van toepassing voor abonnementen op vakinformatie,<br />

die uit hoofde van beroep of bedrijf zijn aangegaan.<br />

OPMARS<br />

DUURZAME ENERGIE<br />

BENNO BOETERS<br />

hoofdredacteur <strong>WindEnergie</strong> magazine<br />

b.boeters@betapublishers.nl<br />

Jaargang 04<br />

<strong>WindEnergie</strong><br />

- Nummer<br />

4-2017<br />

4 - 2017<br />

5


inhoud<br />

EDITIE 04<br />

NOVEMBER 2017<br />

10<br />

6 DE ROL VAN HET RIJK IN WIND OP LAND<br />

MOET PROMINENTER. ‘OP ZEE NEEMT HET RIJK<br />

EEN DEEL VAN DE RISICO’S WEG, MAAR OP<br />

LAND KOMT ALLES VOOR REKENING VAN DE<br />

PROJECTONTWIKKELAARS’. VERSLAG VAN EEN<br />

ONTBIJTBIJEENKOMST EERDER DIT NAJAAR.<br />

14<br />

30<br />

10 REGELGEVING, VERLENEN VAN VERGUNNINGEN,<br />

PROCEDURES… HET GAAT BETER IN DE<br />

VOORBEREIDING VAN WINDPARKEN. ER IS EEN<br />

PROFESSIONALISERINGSSLAG GEMAAKT, ER<br />

WORDT NIET MEER OP ALLE SLAKKEN ZOUT<br />

GELEGD. INTERVIEW MET MARIEKE KAAJAN OVER<br />

JURIDISCHE HOBBELS.<br />

12 VIJFTIEN KEER GEMINI, OFWEL 10 GW AAN<br />

OPGESTELD VERMOGEN. ZOVEEL RUIMTE IS ER<br />

BOVEN DE WADDENEILANDEN VOOR OFFSHORE<br />

WINDPARKEN. DE PROVINCIE GRONINGEN EN<br />

DE NEDERLANDSE WINDENERGIE ASSOCIATIE<br />

ZIJN VÓÓR. VERDER BERAADT NWEA ZICH OP DE<br />

NIEUWE OMGEVINGSWET, DE BUNDELING VAN<br />

BESTAANDE 26 WETTEN.<br />

14 WINDEUROPE CONFERENCE & EXHIBITION.<br />

VOORUITBLIK OP 3 DAGEN IN DE RAI, MET 3<br />

HALLEN VOL EXPOSANTEN EN EEN BOMVOL<br />

CONGRESPROGRAMMA. DUTCH VILLAGE<br />

STEEKT ZICH IN ORANJE. PLUS DE VOLLEDIGE<br />

DEELNEMERSLIJST.<br />

30 EURUS ENERGY EUROPE, DE SAMENWERKING<br />

VAN TOYOTA TSUSHO EN TOKYO ELECTRIC POWER<br />

COMPANY HOLDINGS, ZIET INVESTERINGSKANSEN<br />

IN NEDERLAND.<br />

34 KOSTENREDUCTIE, INPASSING OFFSHORE<br />

WIND IN HET ENERGIESYSTEEM EN OMGAAN MET<br />

ANDERE GEBRUIKERS OP DE DRUKKE NOORDZEE.<br />

DAT ZIJN DE HOOFDPUNTEN IN DE AGENDA VAN<br />

BOB MEIJER, SINDS DRIE MAANDEN DIRECTEUR<br />

TKI WIND OP ZEE (TOPSECTOR ENERGIE).<br />

32<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 7


Congres<br />

NADRUKKELIJKER<br />

ROL RIJK<br />

GEWENST<br />

VOOR<br />

WIND OP<br />

LAND<br />

Onderzoeksbureau Pondera Consult en advocatenkantoor Stibbe<br />

belegden dit najaar in Den Haag een ontbijtbijeenkomst waarin<br />

de energietransitie en de vorderingen van wind op land centraal<br />

stonden. Eigenlijk was het de bedoeling dit in het licht van de<br />

troonrede te bespreken, maar omdat deze onderwerpen hier<br />

nauwelijks in voorkwamen voerde de discussie al snel verder.<br />

8 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


Wethouder duurzaamheid Abdeluheb Choho van de<br />

gemeente Amsterdam was een van de sprekers op de<br />

bijeenkomst. Hij vindt dat de duurzaamheidstransitie<br />

zowel lokaal als landelijk dient te worden gestuurd.<br />

“Daarnaast zal er richting 2030 en 2050 meer duidelijkheid<br />

moeten komen. Dan maak je het pad concreter”,<br />

zegt hij. De wethouder stelt verder dat aardgas te<br />

goedkoop is. “Dat is oneerlijk. De kosten van de aansluiting<br />

van woningen op het warmtenetwerk vallen<br />

daardoor hoger uit.” Choho vindt dat deze ‘marktwerking’<br />

meer ‘gelijkwaardig’ moet worden getrokken.<br />

“Het zou een nachtmerrie zijn wanneer ik de eerste<br />

aardgasvrije woning open, maar dat de bewoners in<br />

de ‘windturbinestand’ van verzet zouden schieten.”<br />

PRULLENBAK<br />

Natuurlijk krijgt Choho - lid van D66 - vanuit de zaal<br />

de vraag wat hij ervan vindt dat juist een gedeputeerde<br />

van zijn partij bij de Raad van State bezwaar<br />

heeft had tegen het plaatsen van 54 megawatt aan<br />

windturbinevermogen in de Amsterdamse haven.<br />

Begin september stelde de Raad van State de provincie<br />

in het gelijk. De provincie heeft inspraak in de<br />

gemeentelijke windplannen, omdat de windturbines<br />

ook buiten Amsterdam zichtbaar zijn. Choho is nog<br />

altijd teleurgesteld over het besluit, dat hierdoor de<br />

windenergieplannen naar ‘de prullenbak’ verwees.<br />

“Waarom zou je windturbines alleen in het open landschap<br />

en niet in de haven plaatsen?”<br />

POSTCODEROOS<br />

Juist vanwege de verschillen die er in Nederlandse<br />

regio’s bestaan, voldoet de huidige postcoderoosregeling<br />

niet, zegt Choho. Deze stelt burgers in staat<br />

om vanuit een coöperatie een wind- of zonne-energieproject<br />

te starten, waarbij zij binnen een bepaalde<br />

postcode een korting op de energiebelasting ontvangen.<br />

Choho vindt het gebruik van postcodes een te<br />

grof instrument voor het ontwikkelen van windenergieprojecten.<br />

“We moeten de verschillen in Nederland<br />

accepteren, tussen een industrieel gebied als in de<br />

haven en bijvoorbeeld vinexwijken. Laat gemeenten<br />

lokaal hun bijdragen verdelen, in plaats van dat het<br />

Rijk oplossingen bedenkt.”<br />

RISICO’S WEGNEMEN<br />

Berend Potjer, bureaumanager bij NWEA, spreekt<br />

tegen de Tweede Kamerleden André Bosman en Tom<br />

van der Lee (GroenLinks) zijn zorgen uit over het<br />

volgende Energieakkoord. “Wij moeten niet hebben<br />

dat de restopgaaf voor wind op land uit het Energieakkoord<br />

parallel gaat lopen naast het Energieakkoord<br />

2.0.” Hij pleit ervoor dat de landelijke overheid een<br />

grotere rol gaat spelen in het vergroten van draagvlak<br />

onder de bevolking voor windprojecten. “Wind op<br />

land is de goedkoopste manier van energieopwekking”,<br />

zegt Potjer. “Op zee neemt het Rijk een deel van<br />

risico’s weg, maar op land komt alles voor rekening<br />

van de projectontwikkelaars. De overheid zou meer<br />

kunnen doen om het draagvlak onder omwonenden<br />

te vergroten.” Daar is politiek lef voor nodig, erkent<br />

Potjer. “Maar besef wel dat slechts tien procent van de<br />

Nederlanders tegen windenergie is. Zelfs in de wijk<br />

vragen ze erom. Nu zijn er vaak beperkende maatregelen<br />

tegen windenergie.”<br />

WARMTE<br />

“De energietransitie is niet een technologisch, maar<br />

een maatschappelijk vraagstuk”, beweert Han Weber,<br />

gedeputeerde bij de provincie Zuid-Holland. Hij zegt<br />

het teleurstellend te vinden dat de Miljoenennota<br />

geen financiële bijdrage bevatte voor de in Zuid-Holland<br />

te bouwen warmterotonde. Die moet woningen<br />

en kassen in het gebied boven Rotterdam verwarmen<br />

met restwarmte van fabrieken in het havengebied.<br />

“Nu is kostbare tijd verloren gegaan. Wij hebben<br />

rijkssteun nodig. In totaal gaat het om twintig à<br />

vijfentwintig miljoen euro. Het project van de Warmterotonde<br />

is een kans die we niet verloren mogen<br />

laten gaan. Het valt niet uit te sluiten dat het alsnog<br />

mislukt. De provincie is nu aan het bekijken of het zelf<br />

kan financieren.”<br />

SCHOON PARADIJS<br />

Het verwijt uit de zaal dat het verwarmen van huizen<br />

met fossiele restwarmte niet duurzaam zou zijn,<br />

bevalt Weber niet. “Het stoort mij dat er religies<br />

zijn in de energiewereld. We bevinden ons in een<br />

energietransitie. De Warmterotonde is een tussenfase.<br />

Je belandt nu eenmaal niet in één klap van<br />

een vuile fossiele wereld in het schone paradijs. De<br />

Warmterotonde, zon, wind, we hebben het allemaal<br />

nodig.” Tot slot gaat de gedeputeerde in op een van de<br />

meest heikele hangijzers in het Nederlandse windenergiedebat:<br />

het draagvlak. “Natuurlijk dienen wij<br />

onze ongelofelijke best te doen dit te vergroten. Maar<br />

wanneer je je ambities wilt verwezenlijken, zul je op<br />

een gegeven moment moeten zeggen: ‘Mensen, het<br />

gaat gebeuren’. Individuele bezwaren zullen dan opzij<br />

moeten worden gezet.”<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 9


nieuws<br />

WINDDONATIE AAN REGIONALE<br />

INITIATIEVEN<br />

Windenergievereniging Meerwind heeft<br />

eind september bijdragen uit haar sponsorfonds<br />

‘Wind in de Rug’ uitgereikt aan<br />

een vijftal regionale, duurzame initiatieven.<br />

In totaal werd er tienduizend euro<br />

verdeeld.<br />

KLIMMENDE KRAAN<br />

Bij de installatie van de grootste<br />

Nederlandse windturbine in de Eemshaven<br />

gebruikt turbinebouwer Lagerwey een wel<br />

heel speciale kraan. De kraan bouwt een<br />

stuk van de mast, klimt vervolgens omhoog<br />

en start met het bouwen van een nieuw<br />

stuk. Groot transport, lange opbouwtijden<br />

en mega hijskranen zijn zo niet meer nodig.<br />

Ook wordt het mogelijk om te bouwen op<br />

dijken, in bossen en op berghellingen, aangezien<br />

deze kraan geen grote basis nodig<br />

heeft en er geen grote machines meer over<br />

te kleine toegangswegen hoeven rijden. De<br />

klimmende kraan kan werken tot windsnelheden<br />

van 15 m/s.<br />

HOOG EN MET<br />

WATERBATTERIJ<br />

Eind oktober plaatste Max Bögl Renewables<br />

in Gaildorf, bij Stuttgart (Duitsland),<br />

een windturbine van 264,5 m tiphoogte<br />

en 178 m ashoogte. De hoogste ter wereld<br />

volgens het bedrijf. Het windpark krijgt<br />

vier GE-turbines, elk met een vermogen<br />

van 3,4 megawatt. Voorjaar 2018 moeten<br />

ze operationeel zijn.<br />

Bijzonder is dat in de funderingen een<br />

waterreservoir dient als energieopslag.<br />

Bij veel wind pompt de installatie water<br />

naar boven, bij geen wind zorgt vallend<br />

water via een generator weer voor energie.<br />

De masten zijn daarom ook zo lang; het<br />

waterreservoir komt tot 40 m hoogte. En<br />

de grote hoogte van de as draagt bij aan<br />

minder turbulentie en een grote opbrengst.<br />

Meerwind ontving eenentwintig aanvragen<br />

voor een bijdrage uit het sponsorfonds. De<br />

keuze viel op vijf hiervan. De vijf prijswinnende<br />

initiatieven zijn Mobiel Repaircafé<br />

(een rondreizende reparatiedienst), Kaj<br />

Munck College (deelname aan een zonnepaneelbootrace),<br />

Tegenstroom (energieadvies<br />

voor mensen in armoede), Scouting<br />

Lady Baden Powell (zonnepanelen op het<br />

dak van de Voedselbank) en Voedselpark<br />

Gnephoek (aanschaf van een zonnepaneel<br />

met accu voor een moestuinvereniging).<br />

De prijzen werden uitgereikt bij een van de<br />

windturbines van Meerwind, ‘de Pionier’ in<br />

Weteringbrug. “Deze vijf initiatieven vertegenwoordigen<br />

op een prachtige manier<br />

waar Meerwind voor staat: duurzaamheid<br />

op regionaal dient van onderaf te komen.<br />

Zo is onze vereniging ontstaan, en zo zien<br />

wij uw initiatief ook”, aldus voorzitter Bert<br />

van Noord van Meerwind.<br />

10 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


column<br />

OPEN BRIEF<br />

AAN MINISTER<br />

WIEBES<br />

GEERT BOSCH,<br />

directeur Bosch & Van Rijn<br />

Ik ben blij: er ligt een regeerakkoord met zeer ambitieuze<br />

klimaatdoelen. 56 Miljoen ton minder CO 2<br />

en een groot deel<br />

daarvan zal met windenergie moeten worden gerealiseerd.<br />

U bent de nieuwe minister van EZ en Klimaat en de verwachtingen<br />

vanuit de duurzame energiesector zijn hooggespannen. We<br />

kunnen uw competenties als werktuigbouwkundige, bedrijfskundige<br />

en onconventioneel doortastend bestuurder goed<br />

gebruiken. Uw voorganger, Henk Kamp, heeft veel goed werk<br />

verricht, onder andere met de tenders voor wind op zee en zijn<br />

vastberaden ondersteuning en aanmoediging van windenergieprojecten<br />

op land. We hopen dat u deze lijn voortzet.<br />

Minister Wiebes, van harte welkom bij een innovatieve, snel<br />

groeiende en trotse windenergiesector. Voortdurende technologische<br />

innovatie resulteerde in sterke kostenreductie<br />

en prestatieverbetering. De elektriciteitsproductie van één<br />

windturbine is de afgelopen 10 jaar vervijfvoudigd van 2 naar<br />

10 miljoen kWh. De kostprijs van windstroom is gedaald naar<br />

zo’n 5 à 7 cent per kWh en omdat de externe kosten van wind<br />

praktisch nul zijn, is dat goedkoper dan stroom uit een gas- of<br />

kolencentrale. Wind draagt op dit moment voor 7% bij aan de<br />

elektriciteitsvoorziening en dat zal onder uw bewind en daarna<br />

doorgroeien richting de 50%!<br />

De windsector staat klaar om een groot deel de klimaatambities<br />

voor haar rekening te nemen en om de kostprijs van zowel<br />

wind op land als wind op zee verder terug te brengen, zodat<br />

er binnenkort geen subsidie meer nodig is. En om samen met<br />

burgers, omwonenden, lokale energiecoöperaties, gemeenten<br />

en provincies windparken te laten draaien waar iedereen beter<br />

van wordt.<br />

Nederlandse bedrijven in de duurzame energiesector hebben<br />

samen met overheden en maatschappelijke organisaties<br />

bewezen over ondernemerschap, innovatiekracht en doorzettingsvermogen<br />

te beschikken. Wat we van u vragen is helder<br />

en consistent overheidsbeleid waar de sector voor langere<br />

tijd mee vooruit kan. En we vragen van u om af en toe streng<br />

en duidelijk te zijn: richting gemeenten die ondanks torenhoge<br />

lokale klimaatdoelen geen windmolens willen, richting<br />

(sommige) provincies die te weinig doen om afspraken na te<br />

komen en richting organisaties die zich al te veel door emoties<br />

en NIMBY-motieven van hun achterban laten leiden.<br />

Kortom, wij rekenen op u en u kunt bij de realisatie van de<br />

CO 2<br />

-reductieopgave op ons rekenen. Weet dat één windturbine<br />

de uitstoot van 5.000 ton CO 2<br />

voorkomt en dat alle Nederlandse<br />

windturbines in 2021 samen de emissie van zo’n 20 miljoen<br />

ton CO 2<br />

kunnen voorkomen.<br />

Veel succes in uw nieuwe baan!<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 11


Interview<br />

MARIEKE KAAJAN, ENVIR ADVOCATEN<br />

JURIDISCHE HOBBELS<br />

EN UITDAGINGEN<br />

VOOR WINDPARKEN<br />

Marieke Kaajan van ENVIR Advocaten is betrokken geweest bij de ontwikkeling van meerdere<br />

windparken. Reden genoeg om daarom eens met haar van gedachten te wisselen. “Er is een<br />

duidelijke professionaliseringsslag gemaakt.”<br />

JE HEBT DE AFGELOPEN JAREN MEERDERE WINDPARKEN<br />

BIJGESTAAN. WELKE ONTWIKKELINGEN ZIE JIJ ZO IN DE<br />

LOOP DER JAREN?<br />

“Bij de eerste grotere windparken op land die met<br />

de rijkscoördinatieregeling vergund werden, was<br />

op veel punten nog onduidelijk hoe de relevante<br />

regelgeving zou worden uitgelegd voor deze<br />

sector. Denk bijvoorbeeld aan de specifieke regels<br />

voor windturbines op het gebied van geluid. Ook<br />

toepassing van de natuurwetgeving was toen nog<br />

een vrijwel onontgonnen terrein. Bij vergunningverlening<br />

en ook in procedures kwamen toen alle<br />

relevante onderwerpen aan bod. Inmiddels is er<br />

een duidelijke professionaliseringsslag gemaakt,<br />

aan de kant van de initiatiefnemers, bevoegde<br />

gezagen en tegenstanders. Dat heeft tot gevolg dat<br />

niet meer op alle slakken zout wordt gelegd, maar<br />

dat alleen de écht relevante onderwerpen de revue<br />

passeren. Dat heeft als voordeel dat de besluitvorming<br />

over windparken sneller gaat - en dat de<br />

aandacht uit kan gaan naar die beslispunten die<br />

doorslaggevend zijn voor het al dan niet kunnen<br />

vergunnen van een windpark. Dan kan bijvoorbeeld<br />

bij een windpark op een dijk de aandacht<br />

echt gaan naar de waterveiligheid; en is bij een<br />

windpark waar woningen dichtbij staan een goede<br />

normering van de geluidseffecten van dit windpark<br />

een belangrijk punt, zonder dat de besluitvorming<br />

veel vertraging oploopt.”<br />

TOT OP HEDEN IS ER GEEN GROOT WINDPARK GEWEEST<br />

WAARVAN DE VERGUNNINGEN IN EEN PROCEDURE ZIJN<br />

VERNIETIGD. HEEFT HET ALS TEGENSTANDERS WEL ZIN<br />

OM TE PROCEDEREN TEGEN EEN WINDPARK?<br />

“Een ieder behoort sowieso altijd de kans te<br />

krijgen om op te komen voor zijn of haar eigen<br />

belangen. Verder hebben omwonenden van een<br />

windpark, milieuorganisaties en andere belangenorganisatie<br />

mijns inziens juist een belangrijke<br />

rol bij de ontwikkeling van een nieuw windpark.<br />

Doordat zij hun stem laten horen, wordt het voor<br />

exploitanten van het windpark duidelijk waar<br />

mogelijke pijnpunten liggen en kan er gezocht<br />

worden naar oplossingen. Uiteraard zal iedereen<br />

altijd zijn of haar eigen belang niet uit het oog verliezen.<br />

Maar de crux zit ’m erin te kiezen voor een<br />

oplossing waarmee de ideale mix wordt gevonden<br />

tussen de verschillende - soms tegenstrijdige - belangen<br />

die aan de orde zijn bij de ontwikkeling van<br />

een windpark. Het is dan ook een goede ontwikkeling<br />

dat in de loop der jaren steeds meer overleg<br />

tussen de verschillende partijen plaatsvindt, voorafgaand<br />

en tijdens het besluitvormingsproces. Het<br />

is ook daarom niet meer dan logisch dat dit proces<br />

straks verankerd wordt in de Omgevingswet die -<br />

volgens de huidige planning - in 2021 in werking<br />

zal treden, al blijf ik het een lastig punt vinden hoe<br />

uiteindelijk getoetst kan worden of dit overleg op<br />

de juiste wijze is gevolgd. De kans bestaat immers<br />

altijd dat er partijen zijn die niet willen overleggen;<br />

wie moet dit dan worden aangerekend?”<br />

12 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


HEB JE NOG TIPS VOOR DE SECTOR?<br />

“Ik zie in ieder geval de volgende aandachtspunten<br />

voor een succesvolle ontwikkeling van windparken.<br />

Ten eerste is van belang om meteen bij de<br />

start van de ontwikkelingsfase van een project de<br />

mogelijke risico’s goed in kaart te brengen door<br />

een kick-off meeting te houden met alle deskundigen.<br />

Op dat moment kan het beste geanticipeerd<br />

worden op risico’s en kunnen de oplossingen<br />

om deze risico’s te mitigeren het beste worden<br />

vertaald in vergunningen. Als later in het proces<br />

- bijvoorbeeld als de vergunningen al verleend<br />

zijn - wijzigingen moeten worden doorgevoerd,<br />

kan dat uiteraard nog wel, maar leidt dat altijd tot<br />

een nieuw besluit, en daarmee mogelijk ook tot<br />

een nieuwe procedure en dus vertraging. Verder is<br />

het als exploitant van een windpark van belang om<br />

goed in het oog te houden welke verplichtingen in<br />

vergunningen echt noodzakelijk zijn ter bescherming<br />

van de belangen waarvoor een vergunning<br />

wordt verleend; en welke verplichtingen - bijvoorbeeld<br />

monitoringsverplichtingen - vooral wenselijk<br />

worden geacht. Ik bedoel niet te zeggen dat je<br />

als exploitant van een windpark altijd alleen maar<br />

noodzakelijke verplichtingen moet accepteren;<br />

maar ik denk wel dat je als exploitant altijd goed<br />

moet afwegen welke ‘wenselijke’ verplichtingen<br />

je accepteert en dat je er niet per definitie van uit<br />

gaat dat er geen mogelijkheden meer bestaan om<br />

deze verplichtingen van tafel te krijgen. Dat is onlangs<br />

weer gebleken in procedures bij de Afdeling<br />

bestuursrechtspraak van de Raad van State. Een<br />

goede analyse van ontwerp- en definitieve vergunningen<br />

is dan ook een belangrijk aandachtspunt.<br />

Ten slotte is goed contact met de omgeving van<br />

belang. Een windpark wordt ontwikkeld voor een<br />

exploitatieperiode van ten minste twintig jaar; dit<br />

zijn twintig hele lange jaren als de relatie met de<br />

omgeving niet optimaal is!”<br />

Marieke Kaajan<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 13


NWEA<br />

WINDPARKEN<br />

BOVEN WADDEN<br />

BRENGEN PARIJS<br />

DICHTERBIJ<br />

De Nederlandse <strong>WindEnergie</strong> Associatie (NWEA) is het eens met de recente oproep van de<br />

provincie Groningen dat meer windparken ten noorden van de Wadden een belangrijke bijdrage<br />

kunnen leveren aan de transitie naar een volledig duurzame energievoorziening. Volgens NWEA<br />

moeten alle locaties op zee bekeken worden om de doelstellingen van het Klimaatakkoord<br />

van Parijs te halen. De branchevereniging van de windsector stelt dat het een goed idee is om<br />

windparken op zee over het gehele deel van de Nederlandse Noordzee te bouwen.<br />

DICHTBIJ DE BRON<br />

Toekomstige windparken moeten dus niet alleen<br />

voor de kust van Zeeland, Zuid-Holland en<br />

Noord-Holland komen. Met windparken boven de<br />

Wadden kan een deel van de duurzaam opgewekte<br />

stroom dichtbij de bron worden gebruikt terwijl het<br />

andere deel op een additionele decentrale plaats<br />

kan worden verwerkt door het elektriciteitsnet op<br />

land.<br />

De provincie Groningen roept de minister van<br />

Economische Zaken en Klimaat op om veel meer<br />

windparken boven de Wadden mogelijk te maken.<br />

Het draagt bij aan een toekomst zonder aardgas,<br />

een CO₂-arme energievoorziening en het levert<br />

honderden banen op.<br />

VIJFTIEN KEER GEMINI WINDPARK<br />

Uit een rapport dat de provincie heeft laten opstellen<br />

door onderzoeksbureau BLIX blijkt dat er voor<br />

minimaal 10 gigawatt aan windenergie boven de<br />

Waddeneilanden kan worden gerealiseerd. Dit is<br />

ruim vijftien keer de hoeveelheid van het Gemini<br />

windpark, één van de grootste offshore windparken<br />

ter wereld.<br />

Volgens Nienke Homan, gedeputeerde van de provincie<br />

Groningen voor de energietransitie, staan<br />

bedrijven te trappelen om groene stroom van grote<br />

windparken boven de Wadden af te nemen. Voor<br />

technologiebedrijf Google was de aanwezigheid<br />

van lokaal geproduceerde duurzame energie een<br />

belangrijke vestigingsfactor.<br />

14 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


DUURZAME ENERGIESECTOR MOET PARTICIPATIE<br />

ZELF VORMGEVEN<br />

De nieuwe Omgevingswet stelt maar één eis aan de<br />

participatie door omwonenden in duurzame energieprojecten.<br />

Dat de participatie adequaat moet<br />

zijn. Uit een bijeenkomst die de NVDE (Nederlandse<br />

Vereniging Duurzame Energie) en NWEA half<br />

september over deze wet organiseerde blijkt dat<br />

de duurzame energiesector vooral zelf werk moet<br />

maken van participatie.<br />

Volgens Marjolein Dieperink van advocatenkantoor<br />

Houthoff Buruma staan er geen duidelijke<br />

eisen over het betrekken van omwonenden in de<br />

nieuwe wet, laat staan een definitie van participatie.<br />

Volgens haar doet de duurzame energiesector<br />

er goed aan om zelf op zoek te gaan naar effectieve<br />

vormen van participatie. Online zijn al verschillende<br />

hulpmiddelen beschikbaar, bijvoorbeeld<br />

de Inspiratiegids Participatie en de Handleiding<br />

Participatieplan.<br />

GEZAMENLIJKE PROJECTEN<br />

Participatie is overigens geen moetje. Volgens de<br />

aanwezigen op de bijeenkomst van de NVDE en<br />

NWEA zorgt het informeren van omwonenden<br />

ervoor dat mensen zich meer betrokken voelen bij<br />

projecten. Op die manier worden het gezamenlijk<br />

projecten, in plaats van alleen van de initiatiefnemer(s).<br />

Daardoor kunnen projecten voor duurzame energie<br />

ook soepeler gerealiseerd worden. Omwonenden<br />

zullen minder snel naar de rechter stappen, en<br />

politici houden er minder koudwatervrees voor<br />

bijvoorbeeld windmolens of zonneparken aan over.<br />

INTEGRALE AFWEGING<br />

Volgens specialist Ad Littel is het doel van de nieuwe<br />

Omgevingswet een integrale afweging van alle<br />

mogelijke belangen (zoals natuur, woningbouw, infrastructuur,<br />

erfgoed en landbouw) in een bepaald<br />

gebied, bijvoorbeeld een gemeente of een provincie.<br />

Hiertoe worden in de Omgevingswet in totaal<br />

26 afzonderlijke wetten gebundeld tot één wet.<br />

In de nieuwe wet moeten het Rijk, provincies en<br />

gemeenten op de gebiedsniveaus waarvoor zij<br />

verantwoordelijk zijn langjarige Omgevingsvisies<br />

opstellen, en deze vertalen in concrete doelen. De<br />

acties om deze doelen daadwerkelijk te bereiken<br />

moeten zij vervolgens in Omgevingsplannen (op<br />

het gebied van gemeenten) en Omgevingsverordeningen<br />

(op het gebied van provincies) vaststellen.<br />

Valkuil van de nieuwe wet is dat provincies en<br />

gemeenten het opstellen van hun Omgevingsvisies<br />

en de bijbehorende uitvoeringsplannen niet voortvarend<br />

oppakken waardoor de energietransitie<br />

vertraging gaat oplopen.<br />

Deze pagina in <strong>WindEnergie</strong> magazine verschijnt<br />

onder verantwoordelijkheid van NWEA.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 15


Beurs<br />

WINDEUROPE CONFERENCE & EXHIBITION<br />

IN AMSTERDAM<br />

ORANJE TINTJE OP<br />

EUROPESE VAKBEURS<br />

Na in voorgaande jaren in Parijs en Hamburg te zijn gehouden, strijkt de WindEurope Conference<br />

& Exhibition dit jaar neer in de RAI Amsterdam. Blikvanger op de Europese vakbeurs en conferentie<br />

is het Nederlandse paviljoen Dutch Village. Berend Potjer en Erik van Diest van NWEA, dat het<br />

evenement met WindEurope organiseert, vertellen in <strong>WindEnergie</strong> magazine wat bezoekers<br />

kunnen verwachten.<br />

Drie hallen in Amsterdam RAI staan van 28 tot en<br />

met 30 november volledig in het teken van windenergie.<br />

Een kleine tweehonderdvijftig exposanten<br />

en een bomvol conferentieprogramma moeten naar<br />

verwachting achtduizend bezoekers uit binnen- en<br />

buitenland aantrekken. Het is een nieuwe stap<br />

voorwaarts in de voortschrijdende professionalisering<br />

en ontwikkeling die de internationale en<br />

Nederlandse windenergiesector doormaken.<br />

INTERNATIONAAL POSITIONEREN<br />

Wie straks de centrale ingang van de RAI binnenloopt,<br />

kan bijna niet om de oranjegekleurde ‘Dutch<br />

Village’ heen, die pal erachter is opgetrokken. “De<br />

Dutch Village valt te vergelijken met de Nederlandse<br />

paviljoens zoals die op eerdere vakbeurzen waren<br />

te vinden, maar dan meer herkenbaar gebrand<br />

als Nederlands windenergiepaviljoen”, verklaart<br />

Erik van Diest, die bij NWEA met de organisatie<br />

is belast. ”Wij willen het hiermee wat steviger<br />

neerzetten. De Nederlandse sector wordt meer als<br />

geheel vertegenwoordigd”, licht directeur Berend<br />

Potjer van NWEA toe. “De Dutch Village dient om<br />

de Nederlandse windenergiesector als exportplatform<br />

neer te zetten. De internationale windenergiemarkt<br />

is booming en dit biedt een uitstekende kans<br />

ons internationaal te positioneren. Op de fabricage<br />

van windturbines na is Nederland in de gehele<br />

keten sterk vertegenwoordigd. Dat aspect willen<br />

wij hier strategisch neerzetten.”<br />

BELANGSTELLING<br />

De Dutch Village in Amsterdam geldt als een<br />

test met wellicht zicht op een vervolg op andere<br />

evenementen. NWEA zet dit ‘dorp’ niet alleen<br />

op, maar doet dit in samenwerking met IRO, de<br />

vereniging van Nederlandse toeleveranciers in<br />

de olie- en gasindustrie. De Dutch Village wordt<br />

ongeveer vijfhonderd vierkante meter groot, en er<br />

hebben zich al ongeveer vijfenveertig deelnemers<br />

aangemeld. “Hieronder bevinden zich partijen uit<br />

de industrie, de overheid en bijvoorbeeld adviesbureaus.<br />

Zowel grote als kleinere spelers hebben zich<br />

voor de Dutch Village ingeschreven”, licht Van Diest<br />

toe. De belangstelling voor deelname is groter dan<br />

op eerdere beurzen, wat volgens hem mede valt<br />

te verklaren doordat het evenement in Nederland<br />

wordt gehouden. Overigens is de Dutch Village niet<br />

honderd procent ‘Dutch’. Ook Nederlandse vestigingen<br />

van buitenlandse bedrijven kiezen ervoor zich<br />

in de Dutch Village te presenteren.<br />

3000mm<br />

500mm 2000mm<br />

3000mm<br />

16 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


SENTIMENT<br />

Potjer beschouwt de komst van de WindEurope<br />

Conference & Exhibition naar Amsterdam als<br />

uitermate belangrijk voor de Nederlandse windenergiesector.<br />

“Windenergie biedt het Nederlandse<br />

bedrijfsleven enorm veel kansen. De WindEurope<br />

Conference & Exhibition in Amsterdam zet niet<br />

alleen windenergie op de Nederlandse kaart, het<br />

biedt de Nederlandse sector de mogelijkheid zich<br />

internationaal te profileren.” Het sentiment dat<br />

onder de Nederlandse bevolking over windenergie<br />

leeft, is aan het kantelen, signaleert Potjer. “Windenergie<br />

wordt steeds minder als een gesubsidieerde<br />

hobby gezien. Meer algemeen leeft het beeld van<br />

een sector die volwassen wordt en die internationale<br />

potentie heeft.”<br />

STROOPWAFELKAR<br />

Het evenement bestaat uit twee onderdelen. De<br />

vakbeurs, waarvan de Dutch Village deel uitmaakt,<br />

en een driedaags congres. Als gastheer organiseert<br />

NWEA een eigen sessie op de ‘Conference’, die in<br />

het teken staat van ‘kansen voor groene groei’.<br />

Ook de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland<br />

(RVO), die deelnemer is aan de Dutch Village, houdt<br />

een masterclass, die erop ingaat hoe buitenlandse<br />

overheden kunnen profiteren van de kansen die<br />

windenergie biedt. Vooral uit Aziatische hoek is<br />

hier de nodige belangstelling voor, zegt Van Diest.<br />

“Het congres is meer wetenschappelijk ingestoken<br />

dan voorheen het geval was. Sprekers konden vooraf<br />

een paper indienen waarover zij een presentatie<br />

willen geven”, legt hij uit. De organisatie van het<br />

congres toetste de voorstellen op de informatieve<br />

waarde. “Mogelijk dat wij dit gaan overnemen voor<br />

de Winddays. Het is een goed idee, maar vraagt de<br />

nodige capaciteit van de organisatie”, stelt Potjer.<br />

Het slotwoord is aan Van Diest: “Ik nodig iedereen<br />

uit voor de borrel in de Dutch Village op woensdagmiddag<br />

29 november vanaf half vijf ’s middags. Er<br />

is gezelligheid, volop gelegenheid om te netwerken<br />

en ook is een ouderwetse stroopwafelkar aanwezig!”<br />

WINDEUROPE CONFERENCE & EXHIBITION<br />

OPENINGSTIJDEN VAKBEURS<br />

Dinsdag 28 november 9.00 - 18.30 uur<br />

Woensdag 29 november 9.00 - 18.30 uur<br />

Donderdag 30 november 9.00 - 17.00 uur<br />

OPENINGSTIJDEN CONGRES<br />

Dinsdag 28 november 9.30 - 17.45 uur<br />

Woensdag 29 november 9.30 - 17.30 uur<br />

Donderdag 30 november 9.30 - 17.00 uur<br />

Voor verdere informatie, kijk op<br />

www.windeurope.org<br />

VOLGEND JAAR IN BILBAO<br />

Terwijl de internationale windsector zich warmloopt<br />

voor de komende editie van de WindEurope<br />

Conference & Exhibition in Amsterdam, is<br />

al bekend waar het evenement volgend jaar<br />

wordt gehouden: in Bilbao. Ceo Giles Dickson<br />

van WindEurope licht de beslissing toe: “Baskenland<br />

heeft er bewust voor gekozen te investeren<br />

in windenergie. Het plukt daar nu de vruchten<br />

van in de vorm van investeringen, banen en<br />

groei. Spanje is een belangrijk productieland<br />

voor windenergie, goed voor 22.000 banen en<br />

miljarden aan exportopbrengsten. De keuze voor<br />

Bilbao tekent het hernieuwde vertrouwen in de<br />

windsector. Na een moeilijke drie jaar staat de<br />

Spaanse windenergiesector weer op de kaart.”<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 17


Beurs<br />

DEELNEMERSLIJST WINDEUROPE CONFERENCE & EXHIBITION<br />

Naam<br />

Stand<br />

1. 3B-the fibreglass company 1A28<br />

2. 3E 1F92<br />

3. 4-O2 2B40<br />

4. 4C Offshore 2B23<br />

5. 8point8 Group 2A42<br />

6. A-LEAF 1B70<br />

7. ABB 1D80<br />

8. Aeolis 2A54<br />

9. Aluwind 1C74<br />

10. Ammonit Measurement 1C48<br />

11. Ammonit Wind Tunnel 1C48<br />

12. Amsterdam IJmuiden Offshore Ports 2C56-a<br />

13. Antea Group 2C47<br />

14. ArcelorMittal Ringmill 1A28<br />

15. ATM-PRO 1A28<br />

16. Automasjon og Data 1E50<br />

17. Avanti Wind Systems 1A56<br />

18. AWEX - Wallonia Foreign Trade and Investment Agency<br />

1A28<br />

19. AWS Truepower 1A42<br />

20. AXIS 1B92<br />

21. B&R 1A32<br />

22. Bachmann Electronic 1A54<br />

23. Ballast Nedam Offshore 2A52-b<br />

24. Barlovento Recursos Naturales 1F80<br />

25. Basque Country - Wind Energy 1C30<br />

26. Bauer Renewables 1F22<br />

27. Bazefield AS 1E86<br />

28. Bioinsight 1B10<br />

29. BKV 1A22<br />

30. Bladefence 1A38<br />

31. BLIX Consultancy 2B50-d<br />

32. Bosch en Van Rijn 2B56-a<br />

33. Breeze 1E44<br />

34. Brüel & Kjær Vibro 1B74<br />

35. Bureau Veritas 1F90<br />

36. Business France 2B40<br />

37. Campbell Scientific 1D96<br />

38. CAREER/ Center of Expertise 2B50-b<br />

39. Centre for Renewable Energy Sources & Saving 1E83<br />

40. Certion 2A54<br />

41. CG 1B52<br />

42. CGI 1B10<br />

43. CJR Renewables 1C10<br />

44. Cluster Energia (Basque Energy Cluster) 1C30<br />

45. ConWx ApS 1E50<br />

46. COWI Wind 1D54<br />

47. Davi-Promau srl 1A14<br />

48. DEIF Wind Power Technology 1B70<br />

49. DeTect Global 1E92<br />

50. Deutsche WindGuard 1B53<br />

51. DHL Global Forwarding 1E22<br />

52. Dialight 1D54<br />

53. Dietswell 2A40<br />

54. DNV GL 1D50<br />

55. DONG Energy 2C38<br />

56. DSM Dyneema 2C49<br />

57. DTBird&DTBat 1F80<br />

58. Dutch Village 2A54, 2A50, 2B50-b<br />

59. Duwind 2B22<br />

60. DWEA (Danish Wind Export Association) 1D74<br />

61. East Metal 1C74<br />

62. EAWE - European Academy of Wind Energy 2B20<br />

63. ECN 2C53<br />

64. EdgeWind 1A74<br />

65. EMD International 1F38<br />

66. Enercast 2C19<br />

67. Enercon 1B80<br />

68. Energiekontor 2A22a<br />

69. Engie 1E32<br />

70. Envision Energy 1D10<br />

71. Eoltech 2B40<br />

72. Epsiline 2B30<br />

73. Epsilon Composite 2A40<br />

74. Erreka Fastening Solutions 1C30<br />

75. Etha Wind 1F20<br />

76. EuroSkyPark 1E81<br />

77. EWT Emergya Wind Technologies 1C46<br />

78. Faccin S.p.A. 1A20<br />

79. Falck Safety Services 1D54, 2A54<br />

80. Finework(Hu Nan) New Energy Technology 1A68<br />

81. Fistuca 2C54a<br />

82. France Energie Eolienne 2B30<br />

83. French Pavilion 2B40, 2B30, 2A40, 2A30<br />

84. Freyssinet 2B40<br />

85. GE Renewable Energy 1B40<br />

86. Global Energy Services (GES) 1A44<br />

87. Global Wind Atlas 1E23<br />

88. Green Port Hull/Humber Renewables 1B94<br />

89. Greensolver 1B51<br />

90. GROW 2B50-b<br />

91. Hailo Wind Systems 1B20<br />

92. Haizea Wind Group 1C30<br />

93. Hempel 1D36<br />

94. Hine 1D98<br />

95. Hoekstra Sûwald 2B44-a<br />

96. Huisman 2C54a<br />

97. Hydratech Industries Wind Power 1B74<br />

98. Hydrogenics 1A93<br />

99. Ice Release Materials / Polymer Exploration Group 1E91<br />

100. ICM Safety 1C74<br />

101. Indra 2B26<br />

102. Industrieel Klimmen 2A52-a<br />

103. INEGI 1E98<br />

104. Ingeteam/Indar 1D24<br />

105. InnoEnergy 1A40<br />

106. Invest in Izmir 1A76<br />

107. IRO 2A50, 2A54<br />

108. Isotrol 1A92<br />

109. ITH Bolting Technology 1D97<br />

110. IX 2C47<br />

111. Jeumont Electric 2B40<br />

112. K2 Management 1D60<br />

113. Keppel Offshore & Marine 1F58<br />

114. Kimua Group 1C30<br />

115. Kintech Engineering 1A31<br />

116. KK Wind Solutions 1D74<br />

117. KL-Lämpö Oy 1E96<br />

118. Koalalifter - Wind Craneless Systems 1A33<br />

119. Kwint Offshore 2C52-b<br />

120. Labkotec Oy 1F68<br />

121. Lagerwey 2A56<br />

122. Lahmeyer International 1E32<br />

123. Laulagun Bearings 1C30<br />

18 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


124. LBP|SIGHT 2C51<br />

125. Leosphere 1D92<br />

126. Lift2Work 2C52-b<br />

127. Liftra 1D60<br />

128. LM Wind Power 1D40<br />

129. Make 1E10, 1F16<br />

130. MAN PrimeServ On-site Recovery 1B70<br />

131. Martifer 1B10<br />

132. Maryland Energy Administration 1E21<br />

133. Matiere 2A40<br />

134. Maxwind Technology 1C30<br />

135. Mecwind 1A45<br />

136. Megajoule 1B10<br />

137. Metek Meteorologische Messtechnik 1E90<br />

138. Meteodyn 1F70<br />

139. Meteorage 2A40<br />

140. Mitsubishi Electric Corporation 1F56<br />

141. MPI Offshore 1E20<br />

142. Navantia 1A18<br />

143. Navingo 2B56-b<br />

144. Nederlandse overheid 2A45<br />

145. NEM Solutions 1D77<br />

146. Netwind 2B30<br />

147. NKT 1A62<br />

148. NLR-Netherlands Aerospace Centre 2B50-a<br />

149. Nordex Group 1C60<br />

150. North Sea Energy Gateway 2C56-a<br />

151. NRG Systems 1E40<br />

152. NWEA 2A50, 2A54<br />

153. Octue 2C21<br />

154. Offshore Project Support (OPS) 2B50-c<br />

155. Offshore WIND (by Navingo) 1A46<br />

156. Offshore Wind Industry 1F14<br />

157. Offshore Wind Innovators 2B50-b<br />

158. Omexom 1E94<br />

159. Orga Aviation 1B90<br />

160. Ormazabal 1C30<br />

161. OutSmart 2A44<br />

162. Parker Hannifin Corporation 1E24<br />

163. Parto System 1A11<br />

164. Pavilion of Denmark (DWEA) 1B74, 1C74, 1B70, 1C70,<br />

1D74, 1D60, 1D54<br />

165. Peikko Group Corporation 1F24<br />

166. Performance for Assets 1A28<br />

167. Phoenix Contact 1F94<br />

168. PMI Industries 1A21<br />

169. Port of Amsterdam 2C56-a<br />

170. Port of Den Helder 2C56-a<br />

171. ProPlanEn 1A30B<br />

172. Prysmian Group 1C50<br />

173. QOS Energy - Wind Farm Management-Monitoring<br />

Software<br />

2A40<br />

174. RAD Torque Systems 1C98<br />

175. Recharge News 2B28<br />

176. Regenblade 1C30<br />

177. Remtech 1E82<br />

178. ReNEWS - Renewable Energy News 1A29<br />

179. RES 1C44<br />

180. Rina Consulting 1A34<br />

181. Romo Wind 1C74<br />

182. Rosatom 1F40<br />

183. Rotterdam Offshore Wind Coalition 2C45<br />

184. SCADA International 1C74<br />

185. Seaway Heavy Lifting 2C50<br />

186. Sentient Science 1D76<br />

187. Senvion 1C20<br />

188. SER - French Renewable Energy Association 2B40<br />

189. Sereema 2B40<br />

190. SgurrEnergy 1E80<br />

191. Siemens Gamesa Renewable Energy 1D44<br />

192. Sinoi 1B16<br />

193. Sirris 1E93<br />

194. SKF 1E60<br />

195. Smart Fibres 1F54<br />

196. Smartive 1E46<br />

197. Sparrows Group 1D75<br />

198. Specma Wiro AB 1F60<br />

199. SPM Instrument 2B54-b<br />

200. SSP Technology, Nordex Blade Technology Centre ApS<br />

1D74<br />

201. Sterblue 1A27<br />

202. Stibbe 2A54<br />

203. Studio Rinnovabili 1C48<br />

204. Supra 1C30<br />

205. Swiss Re Corporate Solutions 1C99<br />

206. T.S.F. 1A72<br />

207. Technical University of Denmark, DTU Wind Energy 1F34<br />

208. TenneT TSO 2C44<br />

209. TER Tecno Elettrica Ravasi srl 1A30<br />

210. Terma 1D74<br />

211. TKI Wind op Zee 2B50-b<br />

212. Topwind 2B54-a<br />

213. Tractebel 1E32<br />

214. Travelers 1F44<br />

215. TSR Wind 1B50<br />

216. TUV SUD 1A80<br />

217. TYK 1A12<br />

218. UK Department for International Trade 1A24<br />

219. Uptime Engineering 1A15<br />

220. Vaisala 1E30<br />

221. Valeco 1A36<br />

222. Valorem 2B40<br />

223. Van Dam 2B44-a<br />

224. Vattenfall 1A83<br />

225. Vensys Energy 1C96<br />

226. Ventolines 2B44-b<br />

227. Vestas Central Europe 1D30<br />

228. Vortex 1D34<br />

229. VTC 1A22<br />

230. Welcon 1A70<br />

231. Western Constructions JSC 1F48<br />

232. Wiley 2C33<br />

233. Wind Minds 2C54c<br />

234. WindEurope 2C32<br />

235. Windtest grevenbroich 1A90a<br />

236. Wolffkran 1A78<br />

237. Wpd 1B44<br />

238. WRS Rope Access 1F46<br />

239. Zeehaven IJmuiden 2C56-a<br />

240. Zensor 2C39<br />

241. ZephIR Lidar 1A16<br />

242. ZF Wind Power 1F72<br />

243. ZOPF Energieanlagen 1A66<br />

Bron: WindEurope<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 19


nieuws<br />

‘ZON’ SLOKT HELFT BUDGET<br />

SDE+ OP<br />

Het budget van de voorjaarsronde van de<br />

subsidieregeling SDE+ is voor zo goed als<br />

de helft besteed aan zonne-energieprojecten.<br />

38 procent van de 5,8 miljard euro<br />

gaat naar wind op land.<br />

In totaal gaat het om 2,2 miljard euro, voor<br />

68 wind-op-landprojecten die samen goed<br />

zijn voor een totaal beschikt vermogen<br />

van 643 megawatt. Dit heeft de Rijksdienst<br />

voor Ondernemend Nederland (RVO)<br />

bekendgemaakt. Het leeuwendeel van het<br />

budget gaat naar zonne-energieprojecten:<br />

49 procent, ofwel 2,9 miljard euro.<br />

Het aantal zonneprojecten is zeer groot,<br />

bijna 4.400. Deze beschikken samen over<br />

een totaal beschikt vermogen van 2.354<br />

megawatt. In totaal is er 5,8 miljard euro in<br />

de subsidiepot. Omdat een aantal projecten<br />

niet aan de gestelde voorwaarden voldeed,<br />

is er 168 miljoen euro over.<br />

Windpark Fryslân ontvangt de grootste<br />

subsidiebijdrage, blijkt uit een analyse<br />

van Windenergiecourant.nl. Het krijgt in<br />

totaal 1,5 miljard euro, voor 356 megawatt.<br />

Windpark Meeden van Innogy Windpower<br />

ontvangt 163 miljoen euro, voor een totaal<br />

vermogen van 67,5 megawatt. De windparken<br />

Vermeer Zuid, Noord en Midden<br />

in Wildervank, Muntendam en Veendam<br />

hebben samen 230 miljoen euro subsidie<br />

toegewezen gekregen. Andere aanvragers<br />

die hun verzoek gehonoreerd zagen, zijn<br />

Nuon met het windpark Industrieterrein<br />

Moerdijk, ENW Duurzame Energie en de<br />

windparken Westerse Polder en Hogezandse<br />

Polder in Numansdorp. De najaarsronde<br />

van de SDE+-regeling werd vorige maand<br />

gehouden.<br />

WATERSTOF UIT WINDSTROOM IN<br />

WIERINGERMEER<br />

In de Wieringermeer wordt een windturbine<br />

gebouwd die waterstof gaat produceren.<br />

ECN, HYGRO en Lagerwey zijn de initiatiefnemers<br />

achter dit plan.<br />

Een windturbine van Lagerwey met een<br />

vermogen van 4,8 megawatt wordt geschikt<br />

gemaakt om elektrolysetechnologie<br />

in te bouwen. Door de integratie van beide<br />

technieken kunnen er veel componenten<br />

worden weggelaten. Hierdoor wordt waterstofproductie<br />

goedkoper, efficiënter en<br />

robuuster, laat Lagerwey weten.<br />

De waterstofturbine wordt de eerste in zijn<br />

soort, stellen de drie partijen. De installatie<br />

krijgt een plaatsje in het windturbinetestveld<br />

van ECN in Wieringerwerf. “Idealiter<br />

krijgen windturbines in de toekomst een<br />

waterstofgasnetwerkaansluiting in plaats<br />

van elektriciteit. Het transport van de<br />

waterstof per buisleiding is significant<br />

goedkoper dan transport van elektriciteit<br />

door een kabel. Daarbij fungeert de<br />

buisleiding als inherente buffer waardoor<br />

er veel minder afstemming van vraag en<br />

aanbod nodig is, één van de uitdagingen<br />

bij ‘normale’ wind- en zonne-elektriciteit”,<br />

aldus Lagerwey in een persverklaring.<br />

De windturbine gaat waterstof produceren<br />

voor het project Duwaal: een initiatief van<br />

een consortium in de noordelijke regio van<br />

Noord-Holland onder leiding van HYGRO.<br />

Doel van het consortium is om de keten van<br />

duurzame waterstofproductie, de distributie<br />

naar minstens vijf waterstoftankstations<br />

en honderd waterstofvrachtwagens<br />

gelijktijdig te realiseren.<br />

NIEUWE HUISSTIJL<br />

Deutsche Windtechnik greep dit najaar<br />

haar deelname aan de vakbeurs Husum<br />

Wind aan om een nieuwe huisstijl te<br />

introduceren. Een pijl en een kruis staan<br />

in het nieuwe logo centraal. De symbolen<br />

verwijzen niet alleen naar technische<br />

aspecten van een windturbine, maar ook<br />

naar de interactie tussen bedrijven, klanten<br />

en partners. Ook staat de pijl volgens het<br />

Duitse servicebedrijf voor ‘dynamische<br />

kracht’, en het kruis voor de locatie van een<br />

windturbine en voor betrouwbaarheid.<br />

“Het staat een ieder vrij er zijn of haar verbeelding<br />

op los te laten”, verklaart Matthias<br />

Brandt van Deutsche Windtechnik. Het<br />

bedrijf benadrukt in een persverklaring<br />

dat de nieuwe huisstijl niet gepaard gaat<br />

met een strategische heroriëntatie. Brandt:<br />

“Deutsche Windtechnik heeft sinds de<br />

oprichting gestage groei gekend. We zijn<br />

in Duitsland gestart, zijn uitgebreid naar<br />

andere Europese landen en begin volgend<br />

jaar zullen wij ook de Noord-Amerikaanse<br />

markt betreden. We zijn altijd trouw<br />

aan onze principes gebleven. Ondanks de<br />

internationale groei is de naam van het<br />

bedrijf bijvoorbeeld hetzelfde gebleven.<br />

Toegegeven, in sommige landen is dit<br />

taaltechnisch een uitdaging, maar tegelijk<br />

is het een unique selling point en biedt het<br />

herkenbaarheid. Juist omdat wij internationaal<br />

actief zijn willen wij ons merk verder<br />

versterken.”<br />

Tegelijk met deze opfrisbeurt brengt het<br />

bedrijf een nieuw service- en handboek<br />

uit. Deze bevatten specialistische informatie<br />

over het onderhoud van zowel on- als<br />

offshore windturbines.<br />

GOEDE<br />

MILIEUEFFECTRAPPORTAGES<br />

De Commissie m.e.r. heeft de milieueffectrapporten<br />

voor de offshore windkavels<br />

in het gebied Hollandse Kust Zuid<br />

tegen het licht gehouden en er haar goedkeuring<br />

over uitgesproken. Deze instantie<br />

toetst de kwaliteit van door de initiatiefnemers<br />

opgestelde milieueffectrapportages.<br />

“Met deze milieu-informatie kan een goed,<br />

afgewogen besluit over de kavels worden<br />

genomen”, stelt de commissie. In een toelichting<br />

stelt zij: “De commissie vindt dat<br />

de rapporten een compleet beeld geven<br />

van de milieugevolgen bij de aanleg en exploitatie<br />

van de windparken. Maatregelen<br />

en voorschriften om te negatieve effecten<br />

op bruinvissen, zeehonden, vissen, vogels<br />

en vleermuizen te voorkomen zijn in beeld<br />

gebracht. Maatregelen zijn bijvoorbeeld<br />

stiller heien van palen bij de aanleg van<br />

de turbines, zodat het onderwaterleven<br />

minder schade ondervindt door onderwatergeluid,<br />

en de turbines langzamer later<br />

draaien tijdens de vogel- en vleermuizentrek<br />

om slachtoffers te beperken.”<br />

NEDERLANDS FABRICAAT IN ITALIË<br />

EWT heeft zijn eerste windturbine<br />

in Italië geïnstalleerd. Gaia Renewable<br />

Energy is de eerste Italiaanse klant van<br />

de in Amersfoort gevestigde fabrikant.<br />

“EWT brengt technologie, flexibiliteit en<br />

betrouwbaarheid met zich mee. Dit hadden<br />

wij voor dit project nodig. Ook vanwege de<br />

korte leveringstijd is EWT de juiste keuze<br />

gebleken”, licht Francesco Nardi toe, de<br />

eigenaar van Gaia. De installatie van de<br />

DW61 900kW-windturbine bleek nog niet<br />

zo eenvoudig, in de heuvels bij Montefalcone<br />

di Val Fortore (in de buurt van<br />

Napels). Door de heuvelachtige omgeving<br />

was er weinig ruimte om de windturbine<br />

te assembleren. Ook waait het er hard, wat<br />

20 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


nieuws<br />

de installatie bemoeilijkte. EWT slaagde er<br />

desalniettemin in de windturbine ‘succesvol’<br />

op te bouwen, zo meldt het bedrijf in<br />

een persbericht. EWT verwacht in Italië<br />

nog meer windturbines te verkopen. Het<br />

heeft daarom alvast een operatie- en<br />

onderhoudsteam aangesteld, zodat deze en<br />

toekomstige windturbines in Italië zo goed<br />

mogelijk kunnen draaien.<br />

OVERNAME<br />

BODEMONDERZOEKER<br />

Boskalis heeft Gardline overgenomen, de<br />

belangrijkste concurrent van het Nederlandse<br />

Fugro. Het Britse bedrijf voert<br />

maritiem geofysisch, milieugerelateerd en<br />

offshore geotechnisch onderzoek uit. Met<br />

de overname versterkt Boskalis zijn activiteiten<br />

in de windenergiemarkt.<br />

Gardline beschikt over een vloot van vijftien<br />

onderzoeksschepen en vijfentwintig<br />

kleinere schepen die voor het vervoer van<br />

medewerkers en onderzoekscatamarans<br />

worden gebruikt. Boskalis betaalt 44<br />

miljoen euro voor Gardline, dat jaarlijks<br />

een omzet van tussen de 66 en 77 miljoen<br />

euro genereert. Het bedrijf is in 1969 opgericht<br />

en heeft behalve in Great Yarmouth<br />

vestigingen in de VS, Brazilië en Singapore.<br />

Noordwest-Europa is de belangrijkste<br />

markt voor het Britse bedrijf. Er werken in<br />

totaal ongeveer 750 medewerkers.<br />

VLIEGVELDEN OP WINDENERGIE<br />

Eneco heeft een afnamecontract met<br />

Royal Schiphol Group gesloten. Het energiebedrijf<br />

gaat per 1 januari vijftien jaar<br />

lang 200 GWh aan groene stroom leveren.<br />

De elektriciteit wordt nu nog door ‘al<br />

bestaande duurzame energiebronnen’ opgewekt,<br />

maar zal in de komende jaren door<br />

nieuwe Nederlandse windparken worden<br />

gegenereerd. “Door de keuze voor nieuwe<br />

windparken onttrekt Schiphol geen stroom<br />

van het bestaande duurzame energienetwerk<br />

en groeit het aanbod van duurzame<br />

stroom in Nederland”, aldus Schiphol in een<br />

persverklaring.<br />

De groene stroom van Eneco is voldoende<br />

om in de behoefte te voorzien van de luchthavens<br />

Schiphol, Rotterdam The Hague<br />

Airport, Eindhoven Airport en Lelystad<br />

Airport. Samen verbruiken de luchthavens<br />

zo’n 200 GWh aan stroom, ongeveer even<br />

veel als een stad als Haarlemmermeer of<br />

Delft.<br />

Volgens president-directeur Jos Nijhuis van<br />

Royal Schiphol Group was binnen het bedrijf<br />

al snel overeenstemming over de soort<br />

elektriciteit die het wil afnemen. “Voor het<br />

afsluiten van ons nieuwe energiecontract<br />

hebben we niet eens nagedacht over iets<br />

anders dan in Nederland opgewekte duurzame<br />

stroom. Want een ding staat vast:<br />

de luchtvaart moet en kan duurzamer. De<br />

belangrijkste onderdelen van deze samenwerking<br />

met Eneco vinden wij dat het met<br />

alle luchthavens van de Schiphol Group is<br />

en dat er extra duurzame energiebronnen<br />

bijkomen in Nederland. Onze luchthavens<br />

kunnen tegelijkertijd én verduurzamen én<br />

economische meerwaarde hebben.”<br />

VLISSINGEN DE BESTE LOCATIE<br />

Dong Energy heeft haar oog op de<br />

haven van Vlissingen laten vallen als beste<br />

locatie voor het runnen en onderhouden<br />

van de offshore windparken Borssele I<br />

en II. Programmadirecteur Borssele I & II<br />

Claus Bojle Moller van het energiebedrijf<br />

legt uit waarom Dong voor de Zeeuwse haven<br />

kiest: “Vlissingen biedt een uitstekende<br />

locatie voor een operatie- en onderhoudsbasis,<br />

zowel voor on- en offshore logistiek<br />

als maritieme diensten voor de bouw en<br />

exploitatie van ons nieuwe windpark.”<br />

Met Zeeland Seaports is overeengekomen<br />

een locatie in de haven van Vlissingen hiervoor<br />

te ontwikkelen, nadat het definitieve<br />

contract is getekend. Dat gebeurt zodra beide<br />

partijen het over de voorwaarden eens<br />

zijn geworden. “Wij zijn met open armen<br />

in Zeeland ontvangen nadat wij de tender<br />

voor Borssele I en I hadden gewonnen. Wij<br />

kijken ernaar uit ons in Zeeland te vestigen<br />

en zo bij te dragen aan economische groei<br />

in de regio en werkgelegenheid voor de<br />

lange termijn. Natuurlijk gaan wij het<br />

gesprek aan met bedrijven in het gebied en<br />

onze toekomstige buren om te bekijken of<br />

er mogelijkheden voor samenwerking zijn”,<br />

verklaart Jasper Vis, country manager Dong<br />

Energy Nederland.<br />

BOUW DUITS WINDPARK<br />

Het Canadese energiebedrijf Northland<br />

Power schakelt opnieuw Van Oord in voor<br />

de bouw van een offshore windpark. Nadat<br />

het Rotterdamse bedrijf eerder windpark<br />

Gemini - waarvan het zelf deels eigenaar<br />

is - bouwde, gaat het volgend jaar ook de<br />

bouw van het offshore windpark Deutsche<br />

Bucht uitvoeren. Van Oord gaat de ‘balance<br />

of plant’-werkzaamheden uitvoeren, zoals<br />

dit officieel heet. Hiermee worden de<br />

volgende werkzaamheden bedoeld: het<br />

ontwerp, de engineering, inkoop, bouw en<br />

installatie van de funderingen, de verbindingskabels<br />

en het offshore hoogspanningsstation.<br />

Verder neemt Van Oord het<br />

transport van de windturbines op zich.<br />

Voor dit project zal Van Oord onder meer<br />

het offshore installatieschip Aeolus en de<br />

kabellegger Nexus inzetten.<br />

>><br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 21


nieuws<br />

personeel op het Nederlands deel van de<br />

Noordzee regelen. Dit najaar wordt besloten<br />

of het plan ook wordt uitgevoerd.<br />

De planning is dat de installatiewerkzaamheden<br />

in de tweede helft van 2018 van<br />

start gaan. Het windpark Deutsche Bucht<br />

zal vervolgens eind 2019 volledig operationeel<br />

zijn. Het offshore windpark ligt een<br />

kleine honderd kilometer ten noordwesten<br />

van Borkum en bestaat uit 31 windturbines<br />

van elk 8 megawatt, goed voor een totaal<br />

vermogen van 252 megawatt.<br />

Zowel John Brace, ceo van Northland<br />

Power, als Arnoud Kuis, director Van Oord<br />

Offshore Wind, wijzen op de goede ervaringen<br />

die zij hebben opgedaan bij de aanleg<br />

van Gemini. Brace: “‘We hebben zeer<br />

prettig samengewerkt met Van Oord bij het<br />

Gemini-windpark. Van Oord is een van ’s<br />

werelds meest toonaangevende offshore<br />

aannemers, en we hebben een zeer sterke<br />

en coöperatieve relatie met hen opgebouwd.<br />

Samen kijken we ernaar uit om<br />

ook nu weer een kwalitatief hoogwaardig<br />

project te realiseren.” Kuis sluit zich hierbij<br />

aan: “Onze samenwerking in het kader van<br />

het Gemini-project was zeer succesvol. We<br />

gaan ervan uit dat de samenwerking tussen<br />

Northland Power en Van Oord ook nu weer<br />

uitstekend zal verlopen. Northland Power<br />

en Van Oord delen de ambitie om bij te<br />

dragen aan de verdere ontwikkeling van<br />

offshore wind als een betrouwbare duurzame<br />

energiebron.”<br />

ONDERZOEK FREQUENTERE<br />

HELIKOPTERVLUCHTEN<br />

Den Helder Airport heeft plannen om in<br />

een consortium op meerdere locaties aan<br />

de Nederlandse kust start- en landingsplaatsen<br />

voor helikopters te gaan exploiteren.<br />

De plannen volgen op een volgens<br />

DHA ‘toenemende vraag’ naar helikoptervluchten<br />

naar offshore windprojecten in de<br />

Noordzee.<br />

Volgens directeur Conny van den Hoff van<br />

DHA vraagt ‘de markt om meer helikopterservices<br />

en expertise’. Van den Hoff heeft<br />

het over een ‘duidelijke energietransitie<br />

naar offshore wind’. “Wij als grootste<br />

helihaven van Nederland kunnen en willen<br />

een bredere en kostenefficiënte dienstverlening<br />

voor de offshore windmarkt in de<br />

Noordzee aanbieden.”<br />

‘Oriënterend onderzoek’ laat volgens Van<br />

den Hoff zien, dat het zogeheten hub-spokemodel<br />

het meest succesvol zou kunnen<br />

zijn. In dat model worden helikoptervluchten<br />

aangeboden met korte vluchttijden.<br />

Vanuit locaties aan de kust zoals Zeeland,<br />

Eemshaven en IJmuiden, moeten dagelijkse<br />

vluchten vertrekken naar windparken<br />

verspreid in de Noordzee. Voor deze extra<br />

vluchten wordt gebruik gemaakt van bestaande<br />

infrastructuur. De kleine helikopterspots<br />

zullen aangestuurd worden vanuit<br />

Den Helder als volwaardige hub.<br />

Door kortere vliegtijden kunnen helikoptervluchten<br />

kostenefficiënter worden uitgevoerd.<br />

“De markt vraagt om kostenreductie.<br />

Met ons model kunnen wij aan deze vraag<br />

voldoen en staan wij als Nederland sterker<br />

in de internationale concurrentie. Volgens<br />

het onderzoek is er een aanzienlijke groei<br />

van de werkgelegenheid te verwachten.<br />

Den Helder Airport is in gesprek met<br />

meerdere partijen binnen de offshore supplychain<br />

om een consortium op te richten<br />

voor de helikopterspots. Dit consortium<br />

moet het efficiënt inzetten van materieel en<br />

LOPEN NAAR HET WERK<br />

De Noorse rederij Østensjø heeft zijn<br />

schip Sun Enabler uitgerust met een loopbrug<br />

van het Nederlandse bedrijf Zbridge.<br />

Met behulp van dit systeem worden nu<br />

werkzaamheden uitgevoerd aan het offshore<br />

windpark Race Bank van Ørsted (het<br />

voormalige Dong Energy).<br />

Het Zbridge ‘walk to work’-systeem is<br />

ontwikkeld door het in IJmuiden gevestigde<br />

Ztechnologies. Het is een gepatenteerd<br />

en door Bureau Veritas gecertificeerde<br />

loopbrug, die ondanks de golfslag op zee<br />

recht blijft. Onderhoudsmedewerkers<br />

kunnen eerst met een lift omhoog worden<br />

gebracht en vervolgens van het schip naar<br />

de offshore windturbine toe wandelen.<br />

Vandaar de term ‘walk to work’. Ook kan<br />

vracht tot een gewicht van vijfhonderd kilo<br />

over de Zbridge worden vervoerd. De brug<br />

kan tot achttien meter boven zeeniveau<br />

worden getild.<br />

Ztechnologies heeft het bedrijf Zbridge<br />

opgericht om de loopbrug in de markt te<br />

zetten en verder te ontwikkelen. Ook wordt<br />

er gewerkt aan een vernieuwde versie.<br />

Zbridge was vorige maand deelnemer aan<br />

de vakbeurs Offshore Energy in Amsterdam<br />

RAI.<br />

NUON VERGROOT AANDEEL IN<br />

WINDPARK<br />

Nuon heeft 32 windturbineposities<br />

overgenomen van Windcollectief Wieringermeer.<br />

Het is nu eigenaar van in totaal<br />

82 windturbineposities. De resterende zijn<br />

van ECN (zeventien) en de omwonenden<br />

(één ‘poldermolen’).<br />

Het energiebedrijf was al eigenaar van<br />

vijftig windturbineposities en vergroot met<br />

de overname zijn aandeel in het te bouwen<br />

windpark ‘aanzienlijk’. Volgens Jaap van<br />

22 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


nieuws<br />

der Beek, voorzitter van het Windcollectief<br />

Wieringermeer is met de verkoop van de<br />

posities op zeker gespeeld. “Wij stonden<br />

voor de keuze om het park in eigen beheer<br />

te blijven ontwikkelen of ons aandeel aan<br />

Nuon te verkopen. Wij hebben voor dit<br />

laatste gekozen. Ondernemen in windenergie<br />

brengt veel onzekerheid en ondernemersrisico’s<br />

met zich mee; denk aan lage<br />

stroomprijzen en de kans op weinig wind.<br />

Door het aandeel te verkopen kiezen wij<br />

voor zekerheid.” In een persverklaring laat<br />

het windcollectief weten als ‘partner’ van<br />

Nuon bij het project betrokken te blijven en<br />

dat het zich ‘maximaal’ zal inzetten om van<br />

het windpark ‘een succes’ te maken.<br />

Met de verkoop van de windposities is voor<br />

Windunie het moment aangebroken dat<br />

het haar advieswerkzaamheden voor het<br />

Windcollectief Wieringermeer neerlegt.<br />

Windunie heeft het collectief gedurende<br />

acht jaar geadviseerd over het ontwikkelen<br />

van hun parkdeel, zoals de aanvragen<br />

van vergunningen en het organiseren van<br />

informatiebijeenkomsten voor omwonenden.<br />

De voorbereidingen voor de bouw,<br />

zoals het selecteren van windturbines en<br />

het sluiten van grondprojecten waren ook<br />

al in gang.<br />

“We kijken terug op een mooi project, waar<br />

we de afgelopen acht jaar als adviseur bij<br />

betrokken waren”, zegt Axel Posthumus,<br />

algemeen directeur Windunie Groep.<br />

“Vanuit onze missie zien we liever dat het<br />

windpark door lokale initiatiefnemers<br />

wordt geëxploiteerd, omdat de rendementen<br />

dan ook in het gebied blijven. Windunie<br />

staat voor ontwikkeling in lokaal eigendom,<br />

en dat is waar we in de toekomst mee<br />

door zullen gaan: ook voor onze andere<br />

projecten.”<br />

Windpark Wieringermeer wordt honderd<br />

windturbines groot en zal jaarlijks gemiddeld<br />

1,3 miljard kWh aan stroom produceren,<br />

voldoende om 370.000 huishoudens<br />

van stroom te voorzien. De voorbereidingen<br />

voor de bouw zijn al gestart. Het afgelopen<br />

jaar zijn de windturbines van Nuon<br />

die in de Wieringermeer stonden verkocht.<br />

Dit jaar starten de eerste grondwerkzaamheden,<br />

zodat in 2018 met de aanleg kan<br />

worden aangevangen. Hiervoor heeft Nuon<br />

een investeringsbesluit genomen. Het<br />

investeert tweehonderd miljoen euro in de<br />

eerste bouwfase van het windpark, zodat<br />

met de bouw van de eerste vijftig windturbines<br />

kan worden begonnen.<br />

Het moederbedrijf van Nuon, Vattenfall,<br />

zegt grote duurzaamheidsambities te<br />

hebben. Het wil binnen één generatie<br />

fossielvrij zijn. Windenergie is een van de<br />

bronnen om dit te bereiken. Zo zal het bedrijf<br />

de komende vijf jaar zo’n vijf miljard<br />

euro investeren in windontwikkeling in<br />

verschillende delen van Europa. Nederland<br />

is een belangrijke markt voor deze windplannen.<br />

“De overname van de 32 windmolenposities<br />

en het investeringsbesluit om<br />

de eerste vijftig turbines ook daadwerkelijk<br />

te gaan bouwen, zijn een belangrijke<br />

stap in onze strategie om steeds meer te<br />

investeren in duurzame energiebronnen”,<br />

zegt Peter Smink, ceo van Nuon. “Als Nuon<br />

zijn we al jarenlang een koploper op het<br />

gebied van windenergie. Door het opschalen<br />

produceert dit park drie keer zoveel<br />

groene stroom als in de oude situatie. We<br />

verstevigen hiermee onze positie en bovendien<br />

stellen we onze klanten zo in staat om<br />

steeds duurzamer te worden.”<br />

VERF VAN GROENE STROOM<br />

AkzoNobel is ertoe overgegaan om ook<br />

voor minder energie-intensieve productieprocessen<br />

windstroom af te nemen. Voor<br />

alle verven en lakken die het in Nederland<br />

produceert wordt deze groene stroom<br />

gebruikt. Dit betekent dat de fabrieken in<br />

Sassenheim, Wapenveld, Groot Ammers<br />

en Ammerzoden op windstroom draaien.<br />

Het bedrijf heeft hiervoor een contract<br />

met Eneco afgesloten. Jaarlijks gaat het om<br />

66 gigawattuur. Marcel Galjee, directeur<br />

Energie van AkzoNobel: “Met dit contract<br />

gebruikt AkzoNobel ook voor locaties die<br />

minder energie-intensief zijn duurzaam<br />

geproduceerde elektriciteit. Hiermee zetten<br />

we de volgende stap om de uitstoot van<br />

CO 2<br />

verder terug te dringen. In 2050 moet<br />

het hele bedrijf klimaatneutraal zijn.” Bram<br />

Poeth, directeur van Eneco Zakelijk zegt er<br />

trots op te zijn dat Eneco, naast de groene<br />

stoomlevering aan AkzoNobel in Delfzijl<br />

nu ook deze sites en winkels van groene<br />

stroom voorzien. “Zo bouwen we samen<br />

aan een duurzamer Nederland.” AkzoNobel<br />

kondigde vorig jaar aan gezamenlijk<br />

met DSM, Google en Philips windenergie<br />

te gaan inkopen van twee nieuwe windparken,<br />

Krammer en Bouwdokken. Ook<br />

maakt het bedrijf gebruik van duurzaam<br />

geproduceerde stoom in Hengelo en Delfzijl.<br />

Deze duurzame energie wordt door<br />

de grote productielocaties afgenomen.<br />

Galjee besluit: “Hiermee leveren we met<br />

onze duurzaamheidsstrategie maatwerk<br />

op onze locaties. We zoeken hierbij altijd<br />

naar nieuwe samenwerkingen en nieuwe<br />

servicemodellen.”<br />

NORM ONTVANGEN VOOR<br />

WINDPARKEN<br />

Eneco heeft het ISO 55001-certificaat<br />

voor zijn windparken ontvangen. Bureau<br />

Veritas, dat de certificering uitvoerde, gaf<br />

aan onder de indruk te zijn van de wijze en<br />

efficiency, waarop Eneco zijn kwaliteitssysteem<br />

en -organisatie heeft ingericht.<br />

Eneco is het eerste bedrijf in Nederland<br />

dat deze certificering behaalt voor al zijn<br />

windparken in Nederland. Het certificaat<br />

garandeert een optimale windopbrengst<br />

van de eigen windparken en die van klanten<br />

van Eneco. “Naast waardering voor de<br />

huidige manier van werken”, zo stelt Eneco,<br />

“is het certificaat een stimulans om onszelf<br />

te blijven uitdagen en verbeteren in het exploiteren<br />

van windenergie. De certificering<br />

bewijst dat Eneco zijn windparken afstemt<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 23


nieuws<br />

op de strategische doelen van de eigenaren.<br />

Een kwaliteitssysteem, waarin processen<br />

en afspraken worden vastgelegd, is hierbij<br />

van groot belang. Maar het gaat ook om de<br />

mensen, die uiteindelijk de windparken<br />

beheren en de processen monitoren en<br />

verder optimaliseren.”<br />

“Onze ambitie is om, naast continue verbetering<br />

van onze eigen prestaties, één van<br />

de meest concurrerende assetbeheerders<br />

in de Europese windmarkt te zijn en te<br />

blijven”, becommentarieert Frank Oomen,<br />

wind operations director bij Eneco. “Met<br />

dit certificaat wordt het makkelijker om<br />

andere bedrijven aan te trekken, die op<br />

zoek zijn naar een beheerder voor een<br />

optimale prestatie van hun windmolens.<br />

Want gestructureerd assetmanagement is<br />

de ruggengraat voor optimaal beheer.”<br />

Binnen de energiesector zijn eerder ISO<br />

55001-certificaten toegekend. Enexis en<br />

Tennet ontvingen het voor het beheer van<br />

hun netwerken. In 2015 ontving Dong<br />

Energy het certificaat voor een aantal<br />

windparken dat het in beheer heeft.<br />

Foto: Jorrit Lousberg<br />

NIEUW DIGITAAL PLATFORM<br />

Essent introduceert een digitaal<br />

platform dat ondernemers ‘aantoonbaar<br />

en direct’ koppelt aan wind- en zonneparken.<br />

Het is hiermee naar eigen zeggen het<br />

eerste energiebedrijf van Nederland.<br />

Het peer-to-peer-platform helpt ondernemers<br />

hun energieverbruik te verduurzamen.<br />

Ellyn, zoals het heet, geeft ondernemers<br />

elk kwartier inzicht welk door hun<br />

gekozen park de energie heeft opgewekt<br />

die zij hebben gebruikt. Eigenaren van<br />

die parken zien op hun beurt waar hun<br />

energie naartoe gaat. Die directe link tussen<br />

producent en afnemer wordt volgens<br />

Essent steeds relevanter, omdat zonne- en<br />

windenergie steeds meer lokaal worden<br />

opgewekt en afgenomen en vraag- en<br />

aanbod van elektriciteit beter op elkaar<br />

moeten worden afgestemd.<br />

“Via Ellyn wordt energieverbruik niet<br />

achteraf vergroend, zoals nu normaal is<br />

in de energiemarkt”, meldt Essent in een<br />

persbericht. “Dus geen zonnestroom meer<br />

in de nacht en geen windenergie wanneer<br />

het niet waait. Mocht er onvoldoende<br />

zonne- of windenergie zijn binnen het<br />

platform, dan levert Ellyn groene stroom<br />

uit Nederland die op een ander moment is<br />

opgewekt. Zo kan Ellyn nog steeds groene<br />

stroom aanbieden, alleen door middel van<br />

certificaten.”<br />

HET BESTE VAN TWEE WERELDEN<br />

De Belgische start-up Magnax heeft<br />

een technologie ontwikkeld die het beste<br />

van twee werelden in zich verenigt. Dit<br />

levert volgens het bedrijf betere prestaties,<br />

een grotere betrouwbaarheid en een<br />

kleiner volume op.<br />

‘Axial Flux’ is de naam van de technologie,<br />

waarvan Magnax inmiddels een prototype<br />

heeft ontwikkeld. Hét voordeel ervan is dat<br />

het systeem een hoger rendement koppelt<br />

aan een goede betrouwbaarheid. Bij<br />

traditionele windturbines staan producenten<br />

voor het volgende dilemma, meldt de<br />

website Engineersonline.nl. Er kan worden<br />

gekozen voor een generator met een tandwielkast<br />

of een generator met een direct<br />

drive-systeem. Dit eerste is weliswaar licht<br />

maar minder betrouwbaar, terwijl de tweede<br />

optie meer betrouwbaar is maar ook<br />

zwaar en volumerijk. De generator van Axial<br />

Flux combineert een licht gewicht met<br />

een grote betrouwbaarheid én een hoog<br />

rendement. Zo weegt een Axial Flux met<br />

een vermogen van 100 kW ongeveer 850<br />

kilo, terwijl een direct drive voor hetzelfde<br />

vermogen vier keer zoveel zou wegen en<br />

een vijf tot acht keer grotere aslengte heeft.<br />

Magnax heeft twee jaar gewerkt aan het<br />

prototype. Het wil de technologie verder<br />

gaan verfijnen en vermarkten. Ook is het<br />

bedrijf op zoek naar partners.<br />

START ‘ONTZORGING’<br />

Bettink Service Team gaat het onderhoud<br />

van alle windturbines van Vandebron<br />

op zich nemen. Met behulp van een<br />

‘alles-in-een-contract’ zal laatstgenoemde<br />

‘volledig’ worden ‘ontzorgd’.<br />

Producenten van duurzame stroom hebben<br />

doorgaans contracten en afstemming met<br />

meerdere partijen. “Bij sommigen kan dit<br />

tot desorganisatie leiden. Bovendien kost<br />

het de producent onnodig veel energie en<br />

tijd. Dankzij de samenwerking tussen Vandebron<br />

en Bettink behoort dit nu tot het<br />

verleden. Vandebron neemt de geproduceerde<br />

energie tegen een gezond rendement<br />

af en Bettink houdt de windturbine<br />

draaiend. De windenergieproducent wordt<br />

voor alle benodigde diensten ontzorgd”,<br />

aldus Bettink in een persverklaring.<br />

“Goed preventief onderhoud is ontzettend<br />

belangrijk voor windturbines. Ze<br />

zijn immers voortdurend in bedrijf. Door<br />

de windturbines continu te monitoren<br />

hebben we een goed beeld van de conditie<br />

van de windturbines. Door deze nieuwe<br />

samenwerking met Vandebron kunnen<br />

alle diensten voor levering, onderhoud en<br />

24 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


nieuws<br />

reparatie in één keer worden aangeboden”,<br />

licht sales manager Frans van Zetten van<br />

Bettink de deal toe.<br />

VERSTERKING VOOR CONSORTIUM<br />

Gasunie sluit zich aan bij het consortium<br />

North Sea Wind Power Hub, waar<br />

verder ook Tennet TSO BV, Energinet.dk<br />

en Tennet TSO GmbH deel van uitmaken.<br />

De vier onderzoeken de mogelijkheden om<br />

een grootschalig duurzaam energiesysteem<br />

op de Noordzee te creëren. Centraal hierin<br />

staat de bouw van een of meer kunstmatige<br />

‘windenergie-eilanden’, bijvoorbeeld op de<br />

Doggersbank.<br />

Deze ‘North Sea Wind Power Hub’ moet in<br />

de jaren tussen 2030 en 2050 worden opgezet<br />

en een belangrijke bijdrage leveren<br />

aan het realiseren van de doelstellingen<br />

van het klimaatakkoord van Parijs. Om<br />

alleen al de EU-klimaatdoelstellingen te behalen,<br />

moet er ongeveer 230 gigawatt aan<br />

offshore windenergievermogen worden<br />

ontwikkeld, waarvan 180 gigawatt in de<br />

Noordzee.<br />

De voor de energietransitie benodigde<br />

hoeveelheden offshore windenergie zijn zo<br />

groot dat er naast stroomverbindingen ook<br />

oplossingen voor gasvormig transport en<br />

opslag moeten worden ingezet. De kosten<br />

van energietransport en langetermijnopslag<br />

in gasvorm liggen per energie-eenheid<br />

aanzienlijk lager dan als de energie wordt<br />

getransporteerd en opgeslagen in de vorm<br />

van elektriciteit. Het combineren van de<br />

sterke punten van stroom- en gassystemen<br />

kan bovendien een belangrijke impuls<br />

geven aan de opkomst van waterstof als<br />

duurzame oplossing in tal van toepassingen<br />

in de industrie, de gebouwde omgeving<br />

en de transportsector.<br />

Het consortium wil de Europese doelstellingen<br />

haalbaar en betaalbaar maken met<br />

de ontwikkeling van een North Sea Wind<br />

Power Hub waarop een vermogen van 100<br />

gigawatt aan offshore windparken kan<br />

worden aangesloten. Centraal in het plan<br />

staat de aanleg van één of meerdere ‘Power<br />

Link Islands’ met verbindingen naar en tussen<br />

de Noordzeelanden. Deze kunstmatige<br />

eilanden moeten midden in de Noordzee<br />

worden gerealiseerd, op een locatie waar<br />

het hard en veel waait. Gedacht wordt aan<br />

de Doggersbank. Op het eiland kan een<br />

groot aantal offshore windturbines worden<br />

aangesloten. Vandaar kan de windenergie<br />

verder worden gedistribueerd en getransporteerd<br />

via gelijkstroomverbindingen<br />

naar de Noordzeelanden Nederland, België,<br />

het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen,<br />

Duitsland en Denemarken. Deze ‘Wind<br />

Connectors’ maken niet alleen transport<br />

van de windstroom naar de verschillende<br />

aangesloten landen mogelijk, maar verbinden<br />

ook de energiemarkten van die landen<br />

met elkaar, zodat internationale elektriciteitshandel<br />

mogelijk wordt. Bovendien<br />

kunnen de verwachte overschotten aan<br />

windstroom worden omgezet naar waterstof<br />

voor grootschalig transport naar land,<br />

opslag of buffering.<br />

Gasunie beschikt over deskundigheid op<br />

het gebied van gastransport en -opslag via<br />

internationaal verbonden netten, en de<br />

handhaving van de balans tussen vraag en<br />

aanbod van energie. Het bedrijf ontwikkelt<br />

kennis over de inzet van hernieuwbare<br />

gassen zoals waterstof, en kijkt daarbij ook<br />

naar diverse omzettingsprocessen zoals<br />

‘Power-to-Gas’. Hierbij wordt elektrolyse<br />

toegepast om grote hoeveelheden duurzame<br />

energie op te slaan in de vorm van<br />

waterstofgas, en vervolgens te transporteren.<br />

Power-to-Gas zal naar verwachting<br />

een belangrijke rol spelen in het North Sea<br />

Wind Power Hub-systeem. De windstroom<br />

kan dicht bij de bron worden opgeslagen<br />

in gasvorm, en bijvoorbeeld via bestaande<br />

offshore gasinfrastructuur aan land worden<br />

gebracht.<br />

’S WERELDS OUDSTE OFFSHORE<br />

WINDPARK ONTMANTELD<br />

Het offshore windpark Vindeby, dat in<br />

1991 als demonstratieproject voor de kust<br />

van Denemarken is gebouwd, is vorige<br />

maand door DONG Energy ontmanteld.<br />

Het windpark heeft zijn doel gediend,<br />

want het is opgetrokken om te zien of<br />

windenergie op zee kan worden gewonnen.<br />

Na vijfentwintig jaar dienst te hebben<br />

gedaan, was Vindeby ‘op’, meldt DONG.<br />

Het energiebedrijf besloot het windpark<br />

daarom te ontmantelen. In maart dit jaar<br />

begonnen contractors met het afbreken<br />

van de elf windturbines. De bladen, gondels<br />

en torens werden door een mobiele kraan<br />

aan boord van een jack-upschip gehesen.<br />

De betonnen fundaties zijn ter plekke afgebroken.<br />

Hiervoor werd een hydraulische<br />

hamer gebruikt, waarna de stukken beton<br />

werden verzameld. “Dit is de eerste keer<br />

dat wij een offshore windpark ontmantelen.<br />

Gelukkig kunnen wij teruggrijpen op<br />

onze brede ervaring in het bouwen van<br />

offshore windparken en het verrichten van<br />

werkzaamheden op zee”, verklaart Leif<br />

Winther van DONG. “In samenwerking met<br />

de contractors hebben wij een decommissioningmethodiek<br />

ontwikkeld en zijn we<br />

het lange traject ingegaan om de benodigde<br />

vergunningen te verzamelen.”<br />

Voor de decommissioningklus waren<br />

ongeveer twintig mensen nodig. Doordat<br />

het water slechts twee tot vijf meter diep<br />

is kon maar een beperkt aantal schepen de<br />

windturbines bereiken. Alle componenten<br />

en delen van de fundaties zijn naar de<br />

haven van Nyborg verscheept. De componenten<br />

worden - voor zover mogelijk - als<br />

reserveonderdelen gebruikt, terwijl de<br />

bladen worden gerecycled in een innovatief<br />

‘geluidsbarrièreconcept’. Eén windturbine<br />

blijft intact; die wordt tentoongesteld in het<br />

Deense energiemuseum in Jutland.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 25


column<br />

TESTFASE<br />

CRUCIAAL<br />

VOOR 10+MW<br />

PETER EECEN,<br />

programmaontwikkelaar windenergie bij ECN<br />

Het is duidelijk dat de tenders voor offshore windparken leiden<br />

tot steeds lagere kosten van offshore windenergie. Deze<br />

parken moeten echter nog wel worden gebouwd en volgens<br />

de berichten van de ontwikkelaars zal een flink deel van de<br />

kostenreductie samenhangen met steeds grotere turbines.<br />

Uit de tenders voor de Duitse parken blijkt dat om de enorme<br />

kostenreductie te bereiken grote 10+MW windturbines beschikbaar<br />

moeten zijn.<br />

Die 10+MW turbines worden momenteel ontworpen en daarbij<br />

lopen ontwerpers op tegen de beperkingen rondom kennis<br />

van de betreffende fysica en het gebruik van ontwerpmodellen.<br />

De schaalwetten maken grotere turbines niet automatisch<br />

voordelig; een grotere turbine produceert kwadratisch meer<br />

vermogen, terwijl de massa met de derde macht zou toenemen<br />

bij lineaire opschaling. Innovaties zijn daarom noodzakelijk<br />

om met name de massa iets meer dan kwadratisch te<br />

laten toenemen. Dit leidt tot zeer slanke bladen, reductie van<br />

massa in alle componenten en vele innovaties om maar licht<br />

te kunnen ontwerpen. Tegelijkertijd moeten deze technisch<br />

uitdagende ontwerpen leiden tot betrouwbare bedrijfsvoering,<br />

omdat ook onderhoudskosten significant moeten dalen.<br />

Testen en demonstreren is momenteel belangrijker dan ooit<br />

om met vertrouwen de investeringen te kunnen doen voor<br />

het ontwikkelen en bouwen van de 10+MW turbines. Het is<br />

belangrijk voor de verdere ontwikkeling van turbinetechnologie<br />

dat op 2 januari 2018 de tender opent voor het innovatiekavel<br />

Borssele V (en sluit op 18 januari). Hier kunnen<br />

technologisch innovatieve producten worden getest en in een<br />

realistische omgeving worden bewezen zodat de risico’s van<br />

toepassen van deze technologie worden verkleind. Dit draagt<br />

bij aan kostenreductie voor wind op zee, aan de Nederlandse<br />

economie en aan de Nederlandse kennispositie.<br />

Op de langere termijn is daarnaast behoefte aan windparken<br />

ten behoeve van demonstratie en onderzoek. Een onshore test<br />

en demonstatiewindpark van ECN wordt door de hele sector<br />

ten volle benut om innovaties eerst op land te demonstreren.<br />

Wat de sector nu nodig heeft zijn echte offshore test- en<br />

demonstratiemogelijkheden. Na de demonstratieturbines op<br />

Borssele V zou Hollandse Kust Noord een goede site hiervoor<br />

kunnen zijn. TKI Wind op Zee, in samenwerking met kennisinstituten<br />

en andere partijen, moet hierin het voortouw nemen<br />

met als doel kostenreductie, integratie in het energiesysteem<br />

en inpassing in de omgeving.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 27


uitenland<br />

62 MEGAWATT IN OOSTENRIJK<br />

Senvion gaat twintig windturbines leveren voor een windpark<br />

in Oostenrijk. Gezamenlijk hebben deze een vermogen van 62<br />

megawatt. Afnemer van de installaties is Windkraft Simonsfeld AG,<br />

dat al langer klant is van de Duitse windturbinefabrikant. Beide<br />

partijen werkten sinds 2011 samen voor vier windprojecten in<br />

het Alpenland, goed voor een totaal vermogen van ongeveer 65<br />

megawatt. Volgens Senvion toont de laatste deal aan dat het over<br />

een breed portfolio beschikt, met daarin windturbines geschikt<br />

voor uiteenlopende windcondities. De fabrikant levert turbines<br />

voor de windparken Hipples II, Dürnkrut II, Poysdorf-Wilfersdorf<br />

V en Prinzendorf III. Simonsfeld heeft gekozen voor de MM100,<br />

Senvion 3.2M114 en Senvion 3.2M122. Dit laatste model wordt<br />

de eerste windturbine van dit type die in Oostenrijk zal worden<br />

geïnstalleerd. Daarnaast gaat Senvion zijn 3.4M140-model leveren,<br />

geschikt voor minder sterke windcondities. Senvion gaat de windturbines<br />

niet alleen installeren, maar ook onderhouden. Hiervoor<br />

is een overeenkomst voor vijftien jaar afgesloten, met daarin de<br />

mogelijkheid dit uit te breiden naar twintig jaar.<br />

MAROKKAANSE BLADENFABRIEK<br />

Siemens Gamesa heeft een primeur te pakken. Het fusiebedrijf<br />

heeft de eerste windturbinebladenfabriek van Afrika geopend.<br />

Begin oktober had de opening plaats van de productielocatie,<br />

die in de Marokkaanse havenstad Tanger is gevestigd. Er worden<br />

bladen gemaakt voor het SWT-DD-130-platform, dat goed is voor<br />

een vermogen van maximaal 4,2 megawatt. Hiervoor worden 63<br />

meter lange bladen geproduceerd die naar Europa, Afrika en het<br />

Midden-Oosten worden geëxporteerd. Mogelijk gaat de fabriek<br />

in de toekomst ook 75 meter lange bladen maken. De fabriek is<br />

sinds april dit jaar in bedrijf en ligt op ongeveer 35 kilometer van<br />

de haven. “Deze fabriek is goed voor onze business. Het was een<br />

solide beslissing hierin te investeren, wat we altijd doen waar wij<br />

sterke kansen zien liggen. De vooruitzichten in Marokko zijn beter<br />

dan ooit. De locatie in Tanger biedt ons toegang tot een van de<br />

belangrijkste markten van de toekomst”, zegt Markus Tacke, ceo<br />

van Siemens Gamesa.<br />

GROOTSTE ÉN GOEDKOOPSTE OFFSHORE<br />

WINDPARK<br />

Dong Energy, dat zijn naam vorige maand heeft gewijzigd naar<br />

Ørsted, gaat het Hornsea Project II offshore windpark bouwen. Het<br />

bedrijf won de tender en spreekt van een doorbraak. Het winnende<br />

bod bedraagt 64,50 euro per megawattuur, en valt daarmee de<br />

helft lager uit dan de tender van twee jaar geleden. Het weerspiegelt<br />

de snelle kostenreductie die in de offshore windindustrie<br />

gaande is, zo stelt Ørsted. Hornsea II wordt het grootste offshore<br />

windpark ter wereld. Het wordt 89 kilometer voor de kust van<br />

Yorkshire gebouwd en zal een vermogen krijgen van 1.386 megawatt.<br />

Dat is meer dan het huidige grootste windpark ter wereld,<br />

Hornsea I (1.200 megawatt). Deze schaal speelt volgens Ørsted een<br />

voorname rol in de lage prijs die het kan bieden. De kosten van de<br />

bouw per megawatt valt lager uit, net als de kosten per megawatt<br />

van de operatie en het onderhoud. Daarnaast loopt Ørsted weinig<br />

risico, aangezien het ervaring heeft in het bouwen en exploiteren<br />

van Hornsea I. Verder kan Ørsted voor het runnen en onderhouden<br />

van Hornsea II gebruikmaken van zijn basis in Grimsby, van waaruit<br />

het Hornsea I al servicet. Tot slot spreekt Ørsted van een steeds<br />

volwassener industrie, waar verbeteringen voortdurend worden<br />

ontwikkeld en toegepast. Denk aan nieuwe installatiemethoden en<br />

-equipment, verbeterde fundaties, kabels met meer capaciteit en<br />

een groeiende supply chain.<br />

28 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


uitenland<br />

FABRIEKEN OP WINDENERGIE<br />

General Motors is toegetreden tot het gezelschap fabrikanten<br />

dat voor windenergie heeft gekozen. Alle zeven GM-fabrieken in<br />

Ohio en Indiana gaan vanaf 2018 op windenergie draaien. GM gaat<br />

daarvoor 200 megawatt aan windenergie aankopen, van windparken<br />

die in de twee staten worden gebouwd. Als de windparken<br />

klaar zijn, leveren ze voldoende stroom om in twintig procent van<br />

GM’s wereldwijde energiebehoefte te voorzien. “Complimenten<br />

aan GM voor deze enorme stap voorwaarts. GM onderschrijft de<br />

overtuigende business case voor duurzame energie en is bereid<br />

zijn bevindingen met andere bedrijven te delen. Wij willen aan andere<br />

bedrijven laten zien wat er mogelijk is”, zegt Helen Clarkson,<br />

ceo van The Climate Group.<br />

NIEUWE VOORZITTER<br />

Ivor Catto, ceo van windenergieontwikkelaar RES Group, is<br />

gekozen als nieuwe voorzitter van WindEurope. Hij zal de functie<br />

voor een periode van achttien maanden uitoefenen. Catto geeft<br />

aan de verkiezing als eervol te ervaren. “Zeker in een tijd als deze,<br />

waarin windenergie zich snel ontwikkelt, betaalbaar is voor consumenten<br />

en een sleutelrol speelt in het halen van de klimaatdoelen<br />

in Europa.” Ook Giles Dickson, ceo van WindEuropa, is tevreden<br />

over het aantreden van Catto. “Het is een geweldig om iemand als<br />

Ivor Catto in ons midden te hebben, die aan het hoofd staat van ’s<br />

werelds grootste onafhankelijk duurzame energiebedrijf, met veel<br />

expertise over energieopslag, wind- en zonne-energie.” Catto volgt<br />

Francesco Venturine op, die de functie van voorzitter bij WindEurope<br />

sinds april vorig jaar bekleedde.<br />

TRAININGSCENTRA<br />

Enercon gaat twee trainingscentra in Frankrijk openen, in de<br />

regio Hauts-de-France. De bouwwerkzaamheden voor één trainingslocatie,<br />

waar internationale installatieteams zullen worden<br />

getraind in 2 MW-platform WEC-componenten zijn in volle gang.<br />

Enercon denkt er jaarlijks zo’n driehonderdvijftig mensen te<br />

gaan trainen. Op deze plek staat al een fabriek van Enercon, waar<br />

betonnen onderdelen voor torens worden gemaakt. Een tweede<br />

trainingslocatie is een paar kilometer verderop gebouwd. Hier<br />

kunnen zeshonderd medewerkers per jaar worden bijgeschoold in<br />

engineering, mechanica en veiligheid. Ook zullen er trainingen op<br />

het vlak van persoonlijke ontwikkeling, IT en taal worden gegeven.<br />

“De bouw van onze twee nieuwe trainingscentra in Frankrijk toont<br />

aan welk belang wij hechten aan de Franse windenergiemarkt.<br />

Ook kan de windenergiesector de regionale economie in dit gebied<br />

een flinke boost geven”, verklaart Peter Schuster, directeur van<br />

Enercon Frankrijk.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 29


www.windenergie-magazine.nl<br />

WINDSTROOM VOOR ALLE KLANTEN VAN ESSENT<br />

Alle consumenten die stroom afnemen van Essent krijgen<br />

voortaan standaard windstroom. Dit heeft het energiebedrijf<br />

bekendgemaakt.<br />

Het gaat om elektriciteit die niet in Nederland, maar in<br />

Europa door windturbines is opgewekt. Volgens Essent<br />

ontvangen haar klanten de windstroom automatisch en<br />

hoeven zij hier niets extra’s voor te betalen. Daarnaast<br />

biedt Essent de mogelijkheid te kiezen voor gas uit CO 2<br />

-gecompenseerd<br />

gas met tien procent biogas in combinatie<br />

met stroom van Nederlandse<br />

windparken. ‘DubbelGroen’<br />

noemt Essent dit<br />

laatste pakket. Essent is<br />

naar eigen zeggen het eerste<br />

Nederlandse energiebedrijf<br />

dat dit groene gas uit<br />

biogas op grote schaal aan<br />

Nederlandse huishoudens<br />

aanbiedt.<br />

DIENSTVERLENER GAAT VLIEGEN VANAF ARNEMUIDEN<br />

Logistiek dienstverlener voor de offshore industrie Peterson<br />

kiest ervoor om op het vliegveld Midden-Zeeland een<br />

terminal te bouwen. Van daaruit wil het naar de offshore<br />

windparken voor de Zeeuwse kust gaan vliegen.<br />

Peterson gaat op het vliegveld in Arnemuiden een terminal<br />

en kantoor betrekken, meldt dagblad PZC. Het gaat er<br />

vluchten uitvoeren naar de offshore windparken Borssele<br />

I t/m IV die op de Noordzee<br />

worden gebouwd.<br />

De vlucht vanuit Zeeland<br />

duurt ongeveer een kwartier.<br />

Het bedrijf zegt de<br />

keuze te hebben bepaald<br />

uit oogpunt van efficiëntie<br />

en kostenbesparing.<br />

SHELL EN ENECO ZOEKEN NIEUWE INVESTEERDERS<br />

Shell en Eneco willen hun belang in de offshore windparken<br />

Borssele III en IV voor een deel van de hand doen. Dit<br />

bevestigt Eneco.<br />

Borssele III en IV zijn in handen van Shell (vijftig procent),<br />

Enerco (dertig procent), Mitsubishi (tien procent) en Van<br />

Oord (tien procent). Shell, Eneco en Mitsubishi willen hun<br />

gezamenlijke aandeel van negentig procent terugschroeven<br />

naar vijfenveertig procent, meldt dagblad Trouw.<br />

Welke speler hoeveel procent van de hand wil doen is niet<br />

bekend.<br />

In een reactie laat Eneco weten ‘vanuit het consortium’ op<br />

zoek te zijn naar extra investeerders voor de financiering<br />

van het project. Het bedrijf noemt dit ‘niet ongebruikelijk’<br />

bij offshore windprojecten. Het benadrukt dat geen van de<br />

consortiumleden zich zullen terugtrekken. Volgens Eneco<br />

ontstaat er met het aantrekken van nieuwe partners financiële<br />

ruimte om in nieuwe duurzame projecten te participeren.<br />

Tot slot stelt Eneco ook als energieleverancier bij het<br />

project betrokken te zijn. De opgewekte stroom zal aan de<br />

klanten worden geleverd, belooft het bedrijf.<br />

Van Oord laat weten zijn belang te willen behouden. Wel<br />

verkoopt het zijn aandeel van tien procent in het offshore<br />

windpark Gemini, dat af is en nu stroom produceert. “Wij<br />

zijn geen energiebedrijf”, verklaart een woordvoerder in de<br />

krant.<br />

DONG ENERGY WIJZIGT NAAM<br />

Dong Energy krijgt een nieuwe naam. Het energiebedrijf<br />

gaat Ørsted heten. Dit is vorige maand bekendgemaakt.<br />

Dong staat oorspronkelijk voor ‘Danish Oil and Natural<br />

Gas’. Vanwege de transitie van fossiele naar groene energie<br />

achtte het Deense bedrijf de tijd rijp voor een naamswijziging.<br />

Er is gekozen het te vernoemen naar de Deense<br />

wetenschapper Hans Christian Ørsted, die verschillende<br />

baanbrekende uitvindingen op zijn naam heeft staan,<br />

waaronder het elektromagnetisme in 1820. Dong krijgt<br />

niet alleen een nieuwe naam, maar ook een nieuw logo<br />

en merkidentiteit. Deze zal, geheel volgende de Deense<br />

designtraditie, simpel, functioneel, menselijk en duurzaam<br />

geïnspireerd zijn, zo stelt het bedrijf in het vooruitzicht.<br />

ENERGIECOÖPERATIES KOPEN ALKMAARSE WINDTURBINE<br />

Vier lokale energiecoöperaties hebben een windturbine in<br />

Alkmaar overgenomen. Zij stellen inwoners en bedrijven<br />

uit de regio in de gelegenheid in de turbine te participeren.<br />

De energiecoöperaties CALorie, AlkmaarEnergie, Bergen<br />

Energie en Heiloo Energie hebben de aandelen overgenomen<br />

van de Duurzame Energie Coöperatie Regio Alkmaar<br />

(DECRA). Dit is een samenwerkingsverband van zes gemeenten<br />

en een energiebedrijf dat tot doel heeft duurzame<br />

energieprojecten in de regio te stimuleren. Omwonenden<br />

en bedrijven uit de regio kunnen nu participeren in deze<br />

windturbine ‘Boekel’, een 2 megawatt-installatie van<br />

Enercon. Dit kan door het kopen van certificaten. De coöperaties<br />

houden de drempel laag. Het zou al mogelijk zijn<br />

om één certificaat af te nemen. “Doordat inwoners kunnen<br />

deelnemen in windmolen<br />

Boekel worden zij actief<br />

betrokken bij de lokale<br />

verduurzaming en krijgen<br />

zij tevens een aantrekkelijk<br />

financieel rendement<br />

op hun investering”, licht<br />

AlkmaarEnergie-voorzitter<br />

Benny Duimel namens<br />

de coöperaties toe.<br />

30 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


NEDERLAND IN EUROPESE KOPGROEP<br />

Nederland staat er goed op bij WindEurope, de Europese<br />

branchevereniging voor windenergie. Zij verwacht dat hier<br />

in 2030 meer dan vijftig procent van alle elektriciteit uit<br />

‘wind’ wordt gehaald.<br />

WindEurope, het voormalige EWEA, denkt dat in Europa<br />

in 2030 circa dertig procent van alle elektriciteit door<br />

windturbines wordt opgewekt. Nederland bevindt zich in<br />

een select groepje van koplopers, met daarin ook Duitsland,<br />

Groot-Brittannië, België, Spanje en Frankrijk. Zorgen<br />

bestaan er over de stagnerende ontwikkeling op het gebied<br />

van windenergie in Centraal- en Oost-Europa. WindEurope<br />

‘CleanMobilEnergy’ is de naam van het internationale<br />

project, waarmee een bedrag van 7,4 miljoen euro<br />

is gemoeid. Het doel is vraag en aanbod van duurzaam<br />

opgewekte stroom op elkaar af te stemmen. Het project<br />

in Arnhem maakt deel uit van een groter, internationaal<br />

project waarvoor subsidie uit het Interreg NWE-prohramma<br />

is toegekend. Het idee is een systeem te ontwikkelen<br />

waarbij de elektriciteit moet worden verdeeld over opslag,<br />

laadvoorzieningen en het net. Op een ‘gunstig moment’ zal<br />

de elektriciteit worden verhandeld. In Arnhem komt het<br />

project bij het nog te bouwen zonnepark op de Koningspleij-Noord.<br />

Elektrische auto’s en schepen die aan de kade<br />

van de Nieuwe Haven zijn gemeerd, kunnen er de lokaal<br />

opgewekte elektriciteit direct tanken.<br />

‘WINDTURBINES ZIJN STOMME MACHINES’<br />

Windturbines zijn eigenlijk stomme machines, vindt<br />

Richard Ruiterkamp, cto van Ampyx Power. “Ik dacht: dat<br />

kan beter.” Hij startte daarom een start-up voor vliegerwindenergie.<br />

pleit ervoor het energiebeleid aan te passen en het energiesysteem<br />

voor te bereiden op de toekomst. Het denkt daarbij<br />

onder meer aan het bieden van zekerheid op lange termijn<br />

voor wat betreft de opbrengsten van windenergie en het<br />

beter integreren van de fluctuerende energieopbrengsten<br />

uit wind in het net.<br />

VBMS GAAT KABELS LEVEREN VOOR BRITS WINDPARK<br />

VBMS gaat de kabels leveren en installeren voor het Britse<br />

offshore windpark Triton Knoll. De Boskalis-dochter voert<br />

het project uit in een consortium met NKT Cables.<br />

Concreet betekent dit dat twee kabellegschepen van VBMS<br />

twee vijftig kilometer lange exportkabels en 97 66kV inter<br />

array-kabels zullen installeren. Het project zal in 2020<br />

van start gaan. Met het contract is een bedrag van tachtig<br />

miljoen euro gemoeid, laat VBMS weten. Het offshore<br />

windpark Triton Knoll komt op vijftig kilometer uit de kust<br />

van Noord-Norfolk te liggen. We zullen negentig windturbines<br />

worden geplaatst, die voldoende energie genereren<br />

om 800.000 huishoudens in het Verenigd Koninkrijk van<br />

elektriciteit te voorzien. Het windpark wordt ontwikkeld<br />

door Innogy Renewables en Statkraft.<br />

STROOM TANKEN BIJ WINDTURBINE<br />

In Arnhem is een project van start gegaan, waarbij de door<br />

zon of wind gewonnen elektriciteit direct door voertuigen<br />

en schepen kan worden ‘getankt’.<br />

“De buitenste dertig procent van een windturbineblad<br />

levert meer dan zeventig procent van het vermogen op dat<br />

uit die machine komt. En als je kijkt naar de kosten, dan is<br />

vijfentwintig procent voor de fundering, die zie je niet en<br />

doet ook niks, twintig procent is de paal en dan het eerste<br />

deel van de wiek. Dus zeventig procent van de windturbine<br />

levert maar dertig procent van het vermogen. Als ingenieur<br />

gezien is het dus eigenlijk een stomme machine. Ik dacht:<br />

dat kan beter”, zegt Ruiterkamp op Marketingfacts.nl. Hij<br />

ontwikkelde een systeem met een vlieger, waarvoor geen<br />

fundering, toren en een groot deel van het blad nodig is.<br />

Met het huidige systeem kan 250 kilowatt worden opgewekt,<br />

maar Ruiterkamp zegt mogelijkheden voor een twee<br />

megawatt-machine te zien. E.ON heeft bij Ampyx Power een<br />

klantcontract getekend.<br />

NEDERLANDSE MONOPILES VOOR TAIWANESE MARKT<br />

Sif gaat monopiles naar Taiwan exporteren. Het in Roermond<br />

en Rotterdam gevestigde bedrijf is hiervoor een<br />

samenwerking met Taiwanese Century Wind Power aangegaan.<br />

Vanaf de locatie van Sif op de Tweede Maasvlakte zullen<br />

de windturbinefundaties per schip naar Taiwan worden<br />

verscheept. Het Taiwanese bedrijf zal de monopiles daar<br />

assembleren en van coating voorzien. In Taiwan bestaan<br />

plannen om drie gigawatt aan offshore windturbines te<br />

plaatsen. Uit tenders moet nog duidelijk worden welke<br />

partijen hiervoor worden ingeschakeld. Het is dus nog niet<br />

zeker dat Sif en zijn Taiwanese partner hiervoor de monopiles<br />

kunnen leveren.<br />

Bron van dit nieuws is de website <strong>WindEnergie</strong>-magazine.nl. Hierop staat een overzicht van de laatste ontwikkelingen<br />

op het gebied van windenergie. U kunt zich hier ook opgeven voor de e-mailnieuwsbrief.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 31


Windparken<br />

JAPANNERS DOL<br />

OP NEDERLANDSE<br />

WINDENERGIEMARKT<br />

Nederland bungelt onderaan op het lijstje dat Europese landen rangschikt op duurzaamheid. Voor Nederlandse<br />

burgers met een groen hart doet dit het schaamrood naar de kaken stijgen, maar ceo Tetsuya Suwabe van Eurus<br />

Energy Europe wordt er juist enthousiast van. Hij ziet kansen voor investeringen in windenergieprojecten.<br />

Tetsuya Suwabe was een van de sprekers op de<br />

R-meeting, die eind september bij PricewaterhouseCoopers<br />

in Amsterdam werd gehouden. Hij<br />

is ceo van Eurus Europe, de Europese dochter van<br />

een bedrijf dat in wind- en zonne-energie investeert.<br />

Een jaar geleden maakte Eurus zijn entree<br />

op de Nederlandse markt, door negen windparken<br />

van Yard Energy over te nemen. Het verwierf de<br />

windparken Zoetermeer (9 MW), Lely (5,2 MW),<br />

Boerderijweg (9,2 MW), Tolhuis (9,9 MW), Dalfsen<br />

(9,9 MW), IJslandweg (2,3 MW), Oesterdam (5<br />

MW), Van Gogh (10 MW) en Netterden (12 MW).<br />

NOORD-EUROPA<br />

Eurus is een pionier, zo vertelt Suwabe, die al sinds<br />

1987 in de markt voor duurzame energie actief<br />

is. In 2014 verplaatste het zijn Europese hoofdkantoor<br />

van Londen naar Amsterdam. “Dat was<br />

nog voor het Brexit-referendum in Groot-Brittannië<br />

werd gehouden. U ziet, wij zijn een proactief<br />

bedrijf!”, grapt Suwabe. Behalve in Europa is Eurus<br />

actief in de VS en Azië. Wereldwijd beschikt het bedrijf<br />

over een totaal vermogen van bijna 3 gigawatt<br />

(2.753 megawatt). In Europa heeft de Japanse speler<br />

voor 965 megawatt aan vermogen staan, voor<br />

het grootste deel in Spanje (553 megawatt), maar<br />

ook in andere Europese landen. “Wij zijn van plan<br />

meer in Noord-Europa te gaan investeren”, schetst<br />

Suwabe zijn plannen.<br />

STABIEL KLIMAAT<br />

Interessant zijn de redenen waarom Eurus in<br />

Noord-Europa, en Nederland in het bijzonder, wil<br />

investeren. Suwabe hierover: “Nederland is nog ver<br />

verwijderd van de duurzaamheidsdoelen die het<br />

zich heeft gesteld. In 2020 moet 14 procent van alle<br />

energie duurzaam zijn opgewekt maar in 2015 bedroeg<br />

dit nog maar 5,8 procent. Deze wetenschap<br />

biedt een bedrijf als ons kansen! Daarom willen wij<br />

in Nederlandse windenergieprojecten investeren.<br />

Een ander belangrijk punt is het Energieakkoord,<br />

dat uit oogpunt van een investeerder bijzonder innovatief<br />

is. Verschillende stakeholders hebben zich<br />

immers achter een duidelijk doel geschaard. Dit<br />

draagt bij aan een stabiel klimaat om in windenergie<br />

te investeren.”<br />

GECOÖRDINEERD<br />

Een ander aspect dat Suwabe noemt is het enthousiasme<br />

dat onder politieke partijen leeft wanneer<br />

het over windenergie gaat. “Er zijn veel kleinere<br />

politieke partijen, wat goed voor ons is. We hebben<br />

in Spanje en Polen ervaren wat er gebeurt wanneer<br />

de politieke balans aan de andere kant doorslaat.<br />

Dit heeft onze plannen in de weg gezeten, waardoor<br />

wij onze investeringsstrategie in deze landen<br />

hebben moeten aanpassen. In Nederland zal zo’n<br />

dramatische politieke verschuiving niet snel<br />

plaatsvinden, is onze verwachting.” Verder speelt<br />

voor Eurus mee dat er in Nederland elf onshore<br />

windgebieden zijn aangewezen, én Suwabe complimenteert<br />

Nederland met zijn gecoördineerde<br />

vergunningenstelsel. “Elders is dit veel minder<br />

goed geregeld. In andere landen moeten wij bij<br />

verschillende ministeries vergunningen aanvragen.<br />

Wij hebben ervaren dat de ene vergunning verliep<br />

doordat tegen een andere vergunning bezwaar<br />

werd aangetekend. In totaal besloegen deze trajecten<br />

wel tien jaar. In Nederland is er een duidelijke<br />

tijdlijn en is geen hoger beroep mogelijk.”<br />

32 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


COMMITMENT<br />

Eind goed al goed lijkt het, maar zo is het<br />

niet. Suwabe erkent dat Eurus zijn portfolio<br />

niet snel van de hand zal doen. “Wij willen<br />

hier blijven. Eurus is geen bedrijf dat koopt<br />

en weer verkoopt; wij streven duurzame<br />

groei na.” Maar hij is wel duidelijk over wat<br />

hij van de Nederlandse overheid verlangt.<br />

Allereerst een ambitieus doel voor wind op<br />

land voor de periode na 2020. “Wanneer wij<br />

nu investeren, vormt een commitment van<br />

de Nederlandse overheid voor de langere<br />

termijn een grote geruststelling. Daarnaast<br />

zou het welkom zijn wanneer het Rijk, maar<br />

ook de provincies, zowel grote als kleinere<br />

nieuwe windgebieden aanwijzen. Tot slot<br />

verlangen wij bescherming tegen zeer lage<br />

elektriciteitsprijzen. Wij zijn gevoelig voor<br />

margerisico’s; die kunnen wij zelf niet controleren.”<br />

Foto Nuon/Jorrit Lousberg<br />

RIJKSWATERSTAAT STAPT IN WINDENERGIE<br />

Op de Tweede Maasvlakte gaat Rijkswaterstaat<br />

twee windparken bouwen. “Het is een<br />

van de meest windrijke plekken van het land”,<br />

zegt senior financial advisor Rob Peters van<br />

Rijkswaterstaat. Op de R-meeting in Amsterdam<br />

gaf hij hier uitleg over.<br />

Ook voor een organisatie als Rijkswaterstaat<br />

is duurzaamheid een groot goed. Zo streeft<br />

zij ernaar in 2050 geen afval meer te produceren,<br />

doet zij aan energiebesparing en<br />

wordt ingezet op hergebruik van materialen.<br />

“Daarnaast gaan wij op twee locaties op de<br />

Tweede Maasvlakte windenergieprojecten<br />

realiseren”, kondigt Peters aan. Naast windenergie<br />

zet Rijkswaterstaat in op zonne-energie;<br />

zo wordt voor de eveneens op de Tweede<br />

Maasvlakte te vinden Slufter gewerkt aan een<br />

zonne-energieproject. “Ons doel is energieneutraal<br />

te kunnen opereren.”<br />

De windprojecten zullen op harde en zachte<br />

zeeweringen worden gebouwd. In totaal gaat<br />

het om ‘minstens’ 108 megawatt, verklaart<br />

Peters. De tender start in het vierde kwartaal<br />

van dit jaar; in het derde kwartaal van 2018<br />

moet die tot een concessieovereenkomst<br />

leiden. De duur van het contract is zestien<br />

jaar, ietwat aan de korte kant dus. “Dit is<br />

gebaseerd op de duur van de SDE+-subsidie<br />

plus één jaar”, aldus Peters. Hij sluit niet uit<br />

dat de duur wordt verlengd, vanwege de langere<br />

levenscyclus van moderne windturbines.<br />

Mocht het project op de Tweede Maasvlakte<br />

voor Rijkswaterstaat slagen, dan wil zij meer<br />

windturbines gaan bouwen op haar eigen<br />

assets, en misschien ook op die van het Rijk.<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 33


Onderzoek<br />

VERGROENING<br />

BEGINT OP GANG<br />

TE KOMEN<br />

De Nederlandse energiehuishouding kan over acht jaar voor de helft uit groen opgewekte energie bestaan. Dit<br />

stellen het Planbureau voor de Leefomgeving, ECN en het CBS in de vorige maand gepresenteerde Nationale<br />

Energieverkenning. Maar voordat het zover is dient er nog het nodige werk te worden verzet want het percentage<br />

duurzame energie staat nu op 7,5 procent.<br />

Het aandeel duurzame energie in de energiemix<br />

is in vergelijking met vorig jaar licht gestegen, van<br />

6 procent in 2016 naar 7,5 procent nu. Dit blijkt<br />

uit de vorige maand gepresenteerde Nationale<br />

Energieverkenning 2017 (NEV). Het rapport vormt<br />

een feitelijke stand van zaken waarop beleidsmakers<br />

hun koers kunnen bepalen. Ook biedt het een<br />

verwachting van hoe de energietransitie zich gaat<br />

ontwikkelen. Deels is dit koffiedik kijken, geeft Pieter<br />

Bout van het Planbureau voor de Leefomgeving<br />

(PBL) toe, die in Den Haag een toelichting op de<br />

uitkomsten gaf. Dit geldt zeker voor de verwachtingen<br />

ten aanzien van de CO 2<br />

-uitstoot. Een buurland<br />

hoeft zijn vergroeningspolitiek maar bij te stellen<br />

of de toekomstscenario’s die waren opgesteld zijn<br />

een stuk minder accuraat. Of de winter hoeft maar<br />

een stuk kouder uit te vallen dan de jaren ervoor<br />

en het gasverbruik door Nederlandse huishoudens<br />

gaat omhoog.<br />

SDE+ VOORTZETTEN<br />

De richting die het vergroenen van de Nederlandse<br />

energieproductie inslaat, valt een stuk beter te<br />

voorspellen. Wind- maar ook zonneprojecten zijn<br />

immers langlopende trajecten, al loert daar natuurlijk<br />

het gevaar van vertraging om de hoek. Volgens<br />

Koen Schoots van ECN, vorige maand eveneens<br />

in Den Haag ter plekke om de NEV toe te lichten,<br />

staan we aan een vooravond van een spectaculaire<br />

toename van duurzaam opgewekte energie. In<br />

2020 zal dit aandeel 12,4 procent bedragen en in<br />

2023 komt dit op 16,7 procent uit. Het doel van<br />

14 procent voor 2020 wordt daarmee net niet gehaald,<br />

maar het doel van 16 procent voor 2023 wel.<br />

“De groei van hernieuwbare elektriciteit gaat hard”,<br />

melden de opstellers. Het denkt dat hernieuwbare<br />

energie in 2025 al de helft kan innemen van de<br />

totale Nederlandse energieproductie, en in 2030<br />

zelfs al tweederde. Dan dient er wel vaart te worden<br />

gemaakt. Het gaat er hierbij wel vanuit dat het<br />

huidige stimuleringsprogramma SDE+ vanaf 2020<br />

zal worden voortgezet of dat hier een vergelijkbare<br />

regeling voor in de plaats komt.<br />

WIND OP LAND<br />

Het samenstellen van deze percentages is een<br />

kwestie van ‘plussen’ en ‘minnen’ bij elkaar optellen.<br />

Zo verwachten de opstellers een sterkere<br />

groei van zonnestroom, terwijl de ontwikkeling van<br />

windenergie op land achterblijft op de verwachtingen.<br />

“Bij windenergie op land zorgt beperkt<br />

maatschappelijk draagvlak voor vertraagde groei<br />

op korte termijn en voor een naar beneden gestelde<br />

verwachting op langere termijn. Het doel van<br />

6.000 megawatt opgesteld vermogen wordt met<br />

een verwachting van circa 4.750 megawatt in 2020<br />

niet gehaald”, zo valt in het rapport te lezen. De<br />

opstellers menen dat ‘extra inspanning’ vereist is<br />

om het doel ook na 2020 te halen.<br />

34 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


OFFSHORE WIND<br />

Ook de bijdrage uit offshore wind wordt in het<br />

rapport lager geraamd. Dit komt door de vertraging<br />

die bij de invoering van de wet STROOM is<br />

ontstaan. Vorig jaar ging de NEV er nog vanuit dat<br />

die kon worden ingehaald, maar in de editie van dit<br />

jaar wordt gesteld dat de inhaalslag ‘niet is gematerialiseerd’.<br />

Volgens ECN, PBL en CBS biedt wind op<br />

zee grote kansen, maar ook risico’s. De Nederlandse<br />

regering heeft aangekondigd de uitrol van windparken<br />

op zee tot 2030 te willen uitbreiden tot 1<br />

gigawatt per jaar. De kostprijs van offshore wind<br />

is de afgelopen jaren sterk gedaald. De achterliggende<br />

verklaring hiervoor zit hem aan de ene kant<br />

in het beleid, zoals het scheppen van duidelijkheid<br />

over de locatie, infrastructuur, subsidiesystematiek<br />

en gebruiksperiode. Daarnaast hebben zich technische<br />

verbeteringen voorgedaan, kan er worden<br />

bespaard op onderhoud en zijn er lagere kosten<br />

voor materieel, grondstoffen en leningen.<br />

RISICO’S<br />

“De elektriciteitsprijs is momenteel lager dan<br />

ooit”, zegt Schoots. In combinatie met de hevige<br />

prijsconcurrentie in de tenders leidt dit volgens<br />

hem tot grotere risico’s in de business case voor<br />

wind op zee. “Als de in de biedingen geanticipeerde<br />

kostprijsdalingen of opbrengstverwachtingen in de<br />

praktijk niet optreden, kan vertraging van de uitrol<br />

optreden. Daar tegenover staat dat leereffecten en<br />

schaalvergroting de doorlooptijd van het aanleggen<br />

van windparken op zee steeds korter kunnen<br />

maken. Per saldo leiden deze ontwikkelingen<br />

tot de verwachting dat de doelstelling van 4.450<br />

megawatt windenergie op zee in 2023 zal worden<br />

bereikt, met een bandbreedte van 3.050 tot 5.450<br />

megawatt”, aldus de NEV.<br />

NWEA: ‘ONDERSCHATTING KOSTENDALING<br />

WINDENERGIE’<br />

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL),<br />

ECN en CBS zijn ‘veel te pessimistisch’ over<br />

kostendalingen in de windenergie. Dat stelt<br />

NWEA in reactie op de Nationale Energieverkenning<br />

(NEV). “Terwijl de kosten in de<br />

praktijk hard dalen, en uit onderzoek blijkt<br />

dat deze nog tientallen procenten kunnen<br />

zakken, rekenen de schrijvers van de NEV<br />

met een marginale daling van de prijs van<br />

windenergie”, aldus NWEA.<br />

“Volgens de NEV leveren windturbines in<br />

de windrijkste gebieden op land in 2020<br />

duurzame stroom voor 6 cent per kilowattuur.<br />

Tot 2035 daalt deze prijs volgens PBL,<br />

ECN en CBS nog met slechts 10 procent. Uit<br />

een rapport van Ecofys opgesteld in opdracht<br />

van NWEA blijkt een reductie van 30 tot 40<br />

procent binnen 5 tot 10 jaar mogelijk. PBL,<br />

ECN en CBS gaan daarnaast uit van 6 cent<br />

per kilowattuur exclusief netaansluiting voor<br />

windenergie op zee in 2020. Tussen 2020 en<br />

2035 blijft dit volgens deze organisaties op<br />

dit niveau steken. De daling van de kosten<br />

van windenergie op zee in het afgelopen<br />

jaar werd door niemand voorzien. Voor de<br />

komende jaren is er zelfs uitzicht op subsidieloze<br />

tenders. NWEA verwacht dan ook dat<br />

de kostendalingen op zee ook na 2020 zullen<br />

doorzetten.”<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 35


Offshore<br />

BOB MEIJER, DIRECTEUR TKI WIND OP ZEE<br />

‘WIJ ZIJN NIET<br />

DE ENIGE OP ZEE’<br />

Bob Meijer is sinds drie maanden de nieuwe directeur bij TKI Wind op Zee. Hij volgde Ernst van Zuijlen op, die zich<br />

volledig is gaan richten op het samenwerkingsverband GROW. Meijer wil zich de komende jaren richten op twee<br />

nieuwe speerpunten naast kostenreductie. De inpassing van offshore wind in het energiesysteem en hoe om te<br />

gaan met andere gebruikers in de druk bevaren Noordzee.<br />

Bob Meijer, oorspronkelijk een natuurkundige, is<br />

sinds elf jaar in de offshore windsector werkzaam.<br />

“Toen ik erin stapte was het een andere industrie<br />

dan nu”, blikt hij terug. “Offshore wind had potentie,<br />

daar was iedereen het wel over eens, maar het<br />

was duur. Destijds was het voornaamste doel al<br />

om het goedkoper te maken.” Meijer vindt vooral<br />

het multidisciplinaire karakter van de sector<br />

interessant, zoals de aerodynamica, de elektriciteitsnetwerken<br />

en civieltechnische aspecten. “Dit<br />

alles spreekt mij bijzonder aan, net als hoe wij met<br />

de andere gebruikers en de natuur in de Noordzee<br />

om moeten gaan. En natuurlijk het leveren van de<br />

bijdrage aan de energietransitie.”<br />

ANDERE GEBRUIKERS<br />

Sinds 1 juli jl. is Meijer Ernst van Zuijlen opgevolgd<br />

als directeur bij TKI Wind op Zee. Op de vraag<br />

welke doelen hij zich persoonlijk heeft gesteld,<br />

wil hij niet ingaan. “Het gaat niet om mij, maar om<br />

wat wij gezamenlijk kunnen bereiken. Ik wil eraan<br />

bijdragen de belofte van wind op zee in te lossen<br />

voor uiteindelijk een CO 2<br />

-vrije maatschappij. Tien<br />

jaar geleden was offshore wind nog te duur, maar<br />

inmiddels zijn de kosten sterk gedaald. Nu kan het<br />

echt.” Meijer wil met het topconsortium op een<br />

drietal richtingen inzetten. ‘De accenten verschuiven’<br />

noemt hij dit. De aandacht voor verdere<br />

kostenverlaging blijft, maar daarbij komen meer<br />

speerpunten. Zoals, Meijer noemde dit al, hoe om<br />

te gaan met de andere gebruikers op de Noordzee.<br />

“Wij zijn niet de enige op zee. Denk aan de visserij,<br />

scheepvaart en defensie. De zee wordt steeds voller,<br />

met al deze gebruikers. Hoe ga je hiermee om?<br />

Dat is een belangrijk vraagstuk voor de komende<br />

periode. Daarnaast richten wij ons meer expliciet<br />

op het inpassen van offshore wind in het energiesysteem.<br />

Met pieken en dalen zullen er grote<br />

hoeveelheden offshore windstroom<br />

aan land worden<br />

gebracht. Wij zullen het<br />

net daarop dienen te dimensioneren.<br />

Ook als het<br />

niet waait zul je stroom<br />

beschikbaar moeten<br />

hebben. Hiervoor moeten<br />

balanceringsoplossingen<br />

worden ontwikkeld.”<br />

Meijer benadrukt dat de<br />

aandacht voor deze drie<br />

punten niet plotsklaps<br />

zijn bedacht, maar een resultaat<br />

zijn van een proces<br />

dat al langer gaande is.<br />

COST DRIVERS<br />

Meijer neemt de leiding<br />

op zich van een organisatie<br />

die in een sector actief<br />

is waar zich de voorbije<br />

jaren enorme veranderingen<br />

hebben voltrokken. Ten<br />

positieve, vindt Meijer, en hij<br />

wijst daarbij vooral op de ge-<br />

36 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


ealiseerde kostenreducties. “Zonder kostenbesparingen<br />

was wind op zee geen lang leven beschoren<br />

geweest. In offshore wind was er lange tijd sprake<br />

van tamelijk kleinschalige projecten. Opschalen<br />

was te duur. Daarom zijn de gerealiseerde kostenbesparingen<br />

heel belangrijk geweest, zowel op<br />

het gebied van de supply chain, het bouwen en de<br />

efficiency. Daarbij komt dat het Energieakkoord<br />

enorm heeft geholpen. Hierdoor kon er vooruit<br />

worden gepland en konden investeringen van de<br />

grond komen.”<br />

Hoe ver de kosten nog zullen dalen, kan Meijer niet<br />

zeggen. “De tendens is duidelijk”, stelt hij hierover.<br />

“Vergeet niet dat de kosten altijd gekoppeld zijn<br />

aan projecten. Soms staan windturbines in diep,<br />

maar soms in ondiep water. Het kan hard waaien<br />

of niet en de afstand tot de kust speelt ook een<br />

rol. Dat zijn allemaal cost drivers voor het ontwikkelen<br />

van windparken. Mogelijk kan wind op<br />

zee ook duurder worden, omdat we verder op zee<br />

gaan bouwen. Aan de andere kant zorgt de grotere<br />

schaal en investeringszekerheid ook voor kostendaling.<br />

Energieopslag is ook niet gratis en uiteindelijk<br />

zullen wij, de consument, dat moeten betalen.<br />

Eens te meer een reden om in te blijven zetten op<br />

efficiency, als voorwaarde voor een betaalbare<br />

energietransitie.”<br />

PROJECTEN<br />

Recent is opnieuw een aantal projecten geselecteerd<br />

die van het R&D-programma van TKI Wind<br />

op Zee gebruik kunnen maken. “Jaarlijks is er subsidie<br />

beschikbaar voor innovatieprojecten”, licht<br />

Meijer de taak van TKI Wind op Zee toe. Hiervoor<br />

wordt sinds 2012 jaarlijks een tender gehouden,<br />

waaruit inmiddels in totaal zo’n zestig projecten<br />

zijn gekozen. Altijd gaat het hierbij om samenwerkingsverbanden<br />

van bedrijven, kennisinstellingen<br />

en overheden. “De totale investeringen in deze<br />

projecten bedraagt ruim zeventig miljoen euro”,<br />

stipt Meijer aan. De diversiteit onder de projecten<br />

is groot. “Sommige projecten richten zich op het<br />

efficiënter plaatsen van fundaties, andere op de<br />

operatie van een windpark en weer andere op de<br />

veiligheid. Allemaal zijn ze belangrijk; er is immers<br />

niet één oplossing.”<br />

CONSERVATISME<br />

Sprekend over innovatie, komt Meijer op een voor<br />

de offshore windsector gevoelig punt. Zij groeit<br />

weliswaar hard, maar geldt nog altijd als tamelijk<br />

conservatief. “Het gaat om grote investeringen<br />

en daardoor is het voor een nieuwe technologie<br />

lastig er zomaar in te stappen. Wij hebben daarom<br />

gepleit voor de komst van een offshore demonstratieruimte,<br />

als noodzakelijke stap voor bedrijven om<br />

te kunnen laten zien dat hun vinding werkt. Zodat<br />

je er in een bootje langs kunt varen en laten zien<br />

dat het echt werkt. Het is een optie voor projecten<br />

die de tekentafel en het schaalmodel zijn ontgroeid<br />

en willen opschalen. Daarvoor is geld nodig. Je hebt<br />

het dan over miljoenen.”<br />

INNOVATIES STAPELEN<br />

Voormalig minister Kamp van EZ toonde zich<br />

gevoelig voor het initiatief van TKI Wind op Zee<br />

en wees Borssele V aan als innovatiekavel. Er is<br />

plek voor maximaal twee windturbines met een<br />

gezamenlijk vermogen van hoogstens twintig<br />

megawatt. Ook komt er een aansluiting op het<br />

transformatorplatform van Tennet. De tender voor<br />

dit demonstratiekavel start op 2 januari en sluit op<br />

18 januari. “Er komt één winnaar uit. Die kan zich<br />

op van alles richten. Hoe innovatiever, hoe beter.<br />

Al geldt dit wel tot op zekere hoogte, want als je te<br />

veel innovaties gaat stapelen nemen ook de risico’s<br />

toe. Daarom zal er ook worden getoetst op haalbaarheid.”<br />

Meijer beaamt dat het jammer is dat niet meer<br />

innovaties in dit kavel kunnen worden getest. Al<br />

sluit hij niet uit dat partijen zich in een consortium<br />

verenigen met meerdere innovaties. “Ik verwacht<br />

een interessant proces. Het is nu uit onze handen.<br />

RVO en EZ voeren de tender uit. Wel hebben wij<br />

voor dit innovatiekavel ‘match making’-bijeenkomsten<br />

georganiseerd. Deels waren deze succesvol,<br />

al merken wij wel dat partijen uit oogpunt van<br />

concurrentie erg voorzichtig waren om informatie<br />

te delen.”<br />

>><br />

Bob Meijer (foto TKI Wind op Zee)<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 37


Offshore<br />

DOORPAKKEN<br />

Meijer is vanzelfsprekend blij met de komst van<br />

het innovatiekavel. “Maar daarmee zijn wij er nog<br />

niet. Wij moeten doorpakken.” Hij zinspeelt op de<br />

realisatie van meer van zulke innovatiekavels in de<br />

volgende kavels van Hollandse Kust-Noord. “Ik zou<br />

de drie elementen kostenreductie, integratie in het<br />

energiesysteem en het samenwerken met andere<br />

partijen in de Noordzee in een demonstratieproject<br />

verenigd willen zien. Hierover zijn wij nu met<br />

verschillende stakeholders in gesprek. Wij hopen<br />

dat het lukt. Dat soort fieldlabs zijn nodig, ook met<br />

het oog op windparken die verder op zee en in een<br />

groter ruimtebeslag zullen worden gebouwd.”<br />

NIEUWE DINGEN<br />

Voor de verdere toekomst ziet Meijer een belangrijke<br />

rol voor offshore wind weggelegd. “Willen<br />

we in 2050 op volledig duurzame energie kunnen<br />

draaien, dan zal daar een mix van verschillende<br />

componenten voor nodig zijn. Natuurlijk speelt<br />

offshore wind daar een grote rol in. Het is betaalbaar<br />

en kan op grote schaal worden toegepast.<br />

Maar ook zullen wind op land en zonne-energie<br />

belangrijk zijn. Deze zijn deels complementair aan<br />

elkaar als je kijkt naar de seizoenen en de tijd van<br />

de dag. Om het plaatje compleet te maken zullen<br />

we moeten werken aan energieopslag en conversie.<br />

Er is pas een plan gelanceerd om boven de Wadden<br />

tien gigawatt aan elektriciteit op te wekken; dat is<br />

dat niet alleen voor thuis of de industrie, Je kunt<br />

er van alles van maken. Ammoniak of waterstof<br />

bijvoorbeeld, waar je weer methaan of methanol<br />

van kan maken. Offshore wind kan groter worden<br />

dan ons huidige verbruik, juist omdat je er nieuwe<br />

dingen mee kunt doen. Wij zullen ons nu al moeten<br />

voorbereiden op de verwachte groei van elektrisch<br />

rijden en het gebruik van elektrische apparaten<br />

als warmtepompen. Daarom moeten wij blijven<br />

bijbouwen.”<br />

<br />

VLIEGERENERGIE EN HEIEN MET WATER<br />

De verscheidenheid onder de projecten die zich<br />

onder de hoede van TKI Wind op Zee hebben<br />

kunnen ontwikkelen is groot. Sommige zijn net<br />

begonnen, zoals de negen projecten die dit najaar<br />

zijn geselecteerd. Andere zijn al verder in hun ontwikkeling.<br />

Ampyx Power bijvoorbeeld, dat windenergie<br />

met behulp van vliegtuigen genereert.<br />

“Dit systeem spreekt tot de verbeelding”, zegt<br />

Bob Meijer hierover. “Een fantastisch Nederlands<br />

initiatief, dat inmiddels aan zijn zoveelste prototype<br />

toe is. Het werkt en het bedrijf trekt inmiddels<br />

grote investeringen aan.”<br />

Een ander project uit de stal van TKI Wind op<br />

Zee dat in het oog springt is Fistuca’s Blue Piling<br />

Technology. Dit bedrijf heeft een systeem bedacht<br />

waarbij offshore fundaties met behulp van een<br />

waterkolom de bodem in worden geheid. Hét<br />

grote voordeel is dat er dat veel minder onderwatergeluid<br />

bij vrijkomt. “Typisch een project dat<br />

als idee als start-up bij de universiteit is ontstaan<br />

en nu door samenwerking in R&D een serieus<br />

product is”, stelt Meijer.<br />

38 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


windcijfers<br />

<strong>WindEnergie</strong> 4-2017 39


agenda<br />

WINDEUROPE CONFERENCE & EXHIBITION<br />

Van 28 tot en met 30 november 2017 houdt NWEA samen met de Europese windenergieorganisatie<br />

WindEurope ‘s werelds grootste evenement op het gebied<br />

van windenergie. De WindEurope Conference & Exhibition in samenwerking met<br />

NWEA zal worden gehouden in de RAI in Amsterdam. ’s Werelds belangrijkste<br />

windenergie-evenement geeft deelnemers de kans om kennis uit te wisselen<br />

met deskundigen uit het bedrijfsleven, de ngo-wereld, de overheid, financiële<br />

instellingen en de academische wereld. Samen met NWEA biedt de WindEurope<br />

Conference & Exhibition 2017 een breed scala aan trends over veranderingen<br />

in de financiële wereld, wet- en regelgeving, lokale gemeenschappen, export, business<br />

modellen en het onderwijs. Op de beurs tonen meer dan duizend exposanten<br />

hun innovaties en oplossingen voor de hele waardeketen van de windsector door<br />

de belangrijkste spelers in de branche en aanverwante sectoren bij elkaar te brengen,<br />

zowel in de onshore als offshore. Het programma biedt technische en sociale<br />

innovaties en een breed scala aan netwerkmogelijkheden.<br />

28 T/M 30 NOVEMBER, AMSTERDAM<br />

WindEurope Conference & Exhibition<br />

Inl.: www.windeurope.org<br />

13 DECEMBER, AMSTERDAM<br />

45 jaar windenergie in Nederland<br />

Inl.: www.topsectorenergie.nl<br />

30 EN 31 JANUARI, PRAAG<br />

4th Annual Offshore Power Cable Engineering<br />

and Reliability<br />

Inl.: www.offshorepowercablereliability.<br />

com<br />

7 EN 8 MAART, LONDEN<br />

ACI’s Operations & Maintenance for Offshore<br />

Wind<br />

Inl.: www.wplgroup.com<br />

28 MAART, ROTTERDAM<br />

Maritime & Offshore Career Event<br />

Inl.: www.offshorewind.biz<br />

13 EN 14 JUNI<br />

WindDays 2018<br />

Inl.: www.winddays.nl<br />

25 T/M 28 SEPTEMBER<br />

WindEnergy Hamburg 2018<br />

Inl.: www.windenergyhamburg.com<br />

MARITIME & OFFSHORE CAREER EVENT (MOCE)<br />

Op woensdag 28 maart vindt de twaalfde editie van het Maritime & Offshore Career<br />

Event (MOCE) plaats. WTC Rotterdam staat deze dag geheel in het teken van<br />

het grootste en meest complete carrière-event in de maritieme, offshore en energiesector<br />

van Europa. Organisator Navingo verwacht ook dit jaar weer bezoekers<br />

uit binnen- en buitenland en mooie namen onder de exposanten te verwelkomen.<br />

De Nederlandse maritieme en offshore energie-industrie dankt haar wereldwijde<br />

positie aan de vele innovaties die de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden.<br />

Zonder goed opgeleid en gekwalificeerd personeel waren deze innovaties niet<br />

mogelijk geweest. Om deze positie te behouden is het belangrijk om de verschillende<br />

functies binnen de sector op alle niveaus en binnen elke carrièrefase te<br />

presenteren en te laten zien wat deze industrie zo aantrekkelijk maakt om in te<br />

werken. Als platform<br />

voor zowel carrière als<br />

opleiding is MOCE een<br />

belangrijk onderdeel<br />

van de missie om technische<br />

en nautische<br />

expertise in de sector te<br />

behouden.<br />

In 2017 ging MOCE de<br />

verdieping in met een<br />

omvangrijk inhoudelijk<br />

programma waarin<br />

relevante thema’s<br />

werden uitgelicht en er ruimte was voor discussie. De meer dan honderd partners<br />

gebruikten MOCE als het platform om te laten zien waar zij als bedrijf voor staan.<br />

De ruim 3.500 bezoekers konden op de beursvloer de deelnemende bedrijven<br />

spreken maar kregen eveneens de kans om aan te schuiven bij interessante<br />

masterclasses of trainingen van de desbetreffende bedrijven. Ook in de volgende<br />

editie zal er ruim aandacht zijn voor persoonlijk contact en het ‘matchen’ van<br />

bezoekers met bedrijven.<br />

KIJK OOK OP<br />

WWW.WINDENERGIE-MAGAZINE.NL<br />

40 4-2017 <strong>WindEnergie</strong>


Maritieme Energie Transitie<br />

Een gloednieuw inhoudelijk symposium over de<br />

energietransitie, hoe de maritieme sector daar aan<br />

bijdraagt en hoe schepen op termijn volledig<br />

duurzaam kunnen varen.<br />

EEN MIDDAG MET INTERESSANTE<br />

KEY-NOTES EN INNOVATIEVE<br />

START UPS UIT DE SECTOR!<br />

Locatie: VNAB te Rotterdam<br />

Datum: 15 maart 2018<br />

Tijd: 13:00 uur - 16: 30 uur<br />

Netwerk borrel: 16:30 uur - 17:30 uur<br />

Abonnees van <strong>WindEnergie</strong> <strong>Magazine</strong><br />

ontvangen een hoge korting!<br />

GEBRUIK DE CODE RELATIEMNL2018<br />

Bekijk de website voor het programma!<br />

EN MELD JE SNEL AAN!<br />

METEVENT.MARITIEMNEDERLAND.COM


Wind<br />

Energi e<br />

magazine<br />

Kijk voor meer informatie over abonneren en adverteren op<br />

WWW.WINDENERGIE-MAGAZINE.NL<br />

Abonnementsprijs: € 40 voor 6 edities


TW.nl<br />

techniek & wetenschap in perspectief<br />

Lees de komende 3 maanden TW met grote korting (een regulier jaarabonnement<br />

kost €93,50) en blijf op de hoogte van het laatste technische<br />

nieuws. Je ontvangt wekelijks de papieren editie en de digitale nieuwsbrief.<br />

Je hebt tevens toegang tot TW Digitaal en het complete archief! Na 3<br />

maanden stopt het abonnement automatisch.<br />

• papier<br />

• digitaal<br />

• nieuwsbrief<br />

• website<br />

SCAN DE CODE OF<br />

GA NAAR WWW.TW.NL/595<br />

LEES TW 3 MAANDEN VOOR SLECHTS €5,95


LEES MARITIEM<br />

NEDERLAND MET<br />

25% KORTING<br />

HET ENIGE ONAFHANKELIJKE OPINIE- EN VAKBLAD<br />

VAN EN VOOR HET MARITIEME CLUSTER<br />

JONGER DAN<br />

30 JAAR?<br />

DAN BETAAL<br />

JE SLECHTS<br />

€ 31,85.<br />

NEEM EEN ABONNEMENT MET 25% KORTING<br />

GA NAAR WWW.MARITIEMNEDERLAND.NL/ABONNEMENT-NEMEN<br />

ONTVANG HET EERSTE JAAR 25% KORTING EN BETAAL € 68,25 IN PLAATS VAN € 91,-.


GAAT UW<br />

INVESTERING<br />

VOOR DE WIND?<br />

Wind omzetten in energie levert geld op.<br />

Daarom doet u dat het liefst zo efficiënt mogelijk.<br />

Wij zorgen voor optimaal rendement van uw<br />

windturbine. We onderhouden, inspecteren,<br />

optimaliseren en repareren de bladen, zodat<br />

u maximaal profiteert van uw investering.<br />

Kosten besparen in de toekomst? Begin nu met<br />

periodiek onderhoud. Zo ontdekt u vroegtijdig<br />

beginnende schades en voorkomt u grotere<br />

gevolgschades en stilstand. Meer rendement<br />

behalen? Global Blade Service is uw partner.<br />

SAMEN STERK VOOR:<br />

Kwaliteit<br />

Veilige werkwijze<br />

Duidelijke afspraken<br />

Snelle service<br />

Kennis en ervaring<br />

<br />

<br />

Reparatie en onderhoud<br />

Rendement optimalisatie<br />

GLOBALBLADESERVICE.EU<br />

Revisie • Inspecties • Reinigen • Schade expertise • Kwaliteit & afname controle • Einde garantie inspecties • Product verbetering


N149 / 4.0-4.5<br />

MAXIMUM FLEXIBILITY.<br />

MAXIMUM YIELDS.<br />

With its large rotor blade, the N149 / 4.0-4.5 optimises yields at<br />

sites where light winds predominate. It can be individually adapted<br />

to grid requirements, wind conditions, topography and sound-level<br />

specifications. The turbine has been designed on the basis of the<br />

successful Delta platform – meaning many intelligent steps for our<br />

development teams, and a giant step for your investment. The 4 MW<br />

class: Delta4000.<br />

– Up to 28% higher yield<br />

– Site-specific operating modes from 4.0 to 4.5 MW<br />

– Hub heights up to 164 metres<br />

– Max. 103.6 dB(A) at 4 MW nominal output<br />

›› More information at www.nordex-online.com<br />

The POWER PACKAGE<br />

for successful projects

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!