Zest_Van der Aa
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
50
rubriek
Maatschappelijk Partner
fotografie
Patrick Ouwerkerk
tekst
Karen Brom
51
Vrijwilligers van de KNRM
Halsoverkop vertrekken om
een leven op zee te redden
Machiel van Westerhoven
Wie aan hulpdiensten denkt, heeft al gauw
de meldkamer van brandweer, ambulance
en politie in gedachten. Maar wie zeker
ook tot dit rijtje behoren, zijn de vrijwilligers
van de Koninklijke Nederlandse Redding
Maatschappij (KNRM). Goed getraind en altijd
met de pieper op zak, helpen deze helden
zwemmers, watersporters en opvarenden in de
meeste gevallen veilig op het droge. Redder
Machiel van Westerhoven en de geredde
Jelle Buning en Jan Karel van der Toorn delen
hun indrukwekkende verhaal in het Nationaal
Reddingmuseum Dorus Rijkers in Den Helder.
Tussen de bedrijven door leidt directeur
Jan de Ruiter ons rond in dit boeiende museum
en vertelt hij over de in aanbouw zijnde
VR-simulator.
Jelle Buning
In het dagelijks leven is Machiel van
Westerhoven directeur van familiebedrijf
RIGO Verffabriek in IJmuiden.
Zo’n anderhalf jaar geleden kreeg hij er
een rol bij: Machiel werd vrijwilliger bij
de KNRM-post IJmuiden. Met zijn passie
voor nautiek – hij studeerde scheepsbouwkunde
en woont op een oud passagiersschip
in de haven van IJmuiden
– voelt hij zich bij de KNRM als een vis
in het water. “Alles van de KNRM vind ik
interessant: de bijzondere opdrachten,
het materieel waarmee gewerkt wordt,
maar ook de financiële kant van de
zaak, dat laatste interesseert me mateloos.
De KNRM draait volledig op giften
‘Het zijn vaak heftige
gebeurtenissen, daar
moet je met elkaar
over praten’
van donateurs; geen subsidies en geen
belastingen, dat vind ik geweldig!”
Een van die donateurs is Stichting
Goede Doelen Nh1816. Dankzij deze
financiële steun kon de KNRM in 2014
een geheel nieuwe klasse reddingboot
in de vaart nemen: de ‘Nh1816’,
die gebruikt wordt door Machiel en de
andere vrijwilligers van het reddingstation
in IJmuiden.
Pieper
Het is wachten tot de pieper afgaat.
“Als er een melding komt, zie je direct
wat er aan de hand is”, vertelt Machiel.
“Dan laat ik acuut alles vallen. Ik zeg,
waar ik ook ben: sorry, maar ik ga. Ook
als ik in een belangrijke vergadering zit.
Inmiddels zijn mijn collega’s er wel aan
gewend, dat ik opspring en halsoverkop
vertrek. Vanaf het reddingstation gaan
we met ten minste zes man richting zee
en voeren we de reddingsoperatie uit.
Als het nodig is, alarmeren we hulpdiensten,
zoals de ambulance. Aan boord
zijn de rollen verdeeld en altijd duidelijk,
daar is geen discussie over. Na de reddingsoperatie
komen we bij elkaar in het
reddingstation en praten we na over wat
we hebben meegemaakt. Het zijn vaak
heftige gebeurtenissen, daar moet je
met elkaar over praten.”
Gek genoeg horen de vrijwilligers van
de KNRM in 90% van de gevallen niets
meer van de mensen die ze hebben
gered. “Dat vinden we natuurlijk wel jammer.
Niet dat we op een schouderklopje
zitten te wachten, maar je wilt graag
weten hoe het iemand na de redding is
vergaan. Zeker na een zware reddingsoperatie,
ook om zelf de gebeurtenis
te kunnen verwerken. We weten dat
schaamte een rol speelt. Geredde mensen
vinden vaak dat ze zich onverantwoordelijk
hebben gedragen. Maar wij
zijn niet bezig met het hoe en waarom.
We doen gewoon wat we moeten doen
om iemand te redden. En dat geeft
enorm veel voldoening.”
Mui
Op 12 september 2009 liep voor
Jelle Buning een frisse ochtendduik in
de Noordzee bij Terschelling ternau-