04.04.2022 Views

ZeldSamen voorjaar 2022

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

ZeldSamen

VOORJAAR 2022

14e jaargang

ERVARINGEN

Hoe verder na de

diagnose?

ONDERZOEK

‘Timo’s beperkingen in het horen én zien

vraagt veel onderwijs op maat’

Interview met José van der Linden van Kentalis

Let the genes speak!

ONTMOETEN

Start wetenschappelijke

adviesraad


INHOUD

In dit nummer

van ZeldSamen

23

08

20

04 IN BEELD

‘Het reguliere onderwijssysteem paste niet bij Kyara’

06 ZOMERGADGETS

08 HOE VERDER NA DE DIAGNOSE?

‘Wij zijn de vertaler van het wel en wee van Ive’

10 INTERVIEW MET JOSÉ VAN DER LINDEN VAN KENTALIS

Beperkingen in het horen én zien vraagt veel onderwijs op maat

12 ONDERSTEUNING

Doorslaggevende hulp voor belangrijke stap

13 NIEUWS UIT DE NETWERKEN

Mieke van Leeuwen ontvangt de Zeldzame Engel Award

14 ONDERZOEK

Let the genes speak!

16 ERVARINGSVERHAAL

‘De mytylschool kijkt naar wat Demi fysiek aankan’

20 ONDERSTEUNING

‘Zorg dat het met jezelf goed blijft gaan’

22 BOEKEN

24 ONTMOETEN

Start wetenschappelijke adviesraad

26 BLOG

Gideon en school

27 VERENIGINGSNIEUWS

28 ZEER ZELDZAAM

Sophie met het USP9X-syndroom

2 | ZELDSAMEN


VAN HET BESTUUR

Beste lezers,

Op 28 februari jl. was het zeldzameziektedag (internationaal Rare

Disease Day). In mijn eigen socialemediabubbel was dat niet te

missen. Vanuit allerlei hoeken was er volop aandacht voor. En omdat

ik uitgenodigd was bij de uitreiking van de zeer verdiende Zeldzame

Engel Award aan Mieke van Leeuwen zag ik zelfs met eigen ogen hoe

Paleis Soestdijk verlicht werd in de kleuren van ‘Rare Disease Day’.

Buiten onze bubbel is de dag vast een stuk minder opgevallen. Nu

kan je denken: Dat is niet zo gek, iets zeldzaams krijgt nou eenmaal

niet veel aandacht. Maar wist je dat het hebben van een zeldzame

aandoening (of zeldzaam syndroom) helemaal niet zo zeldzaam is?

Met alle zeldzame syndromen bij elkaar vormen we een hele grote

groep. We zijn verbonden door het zeldzame; dat wisten we bij

ZeldSamen natuurlijk al, maar toch is het goed om er even bij stil te

staan. Want ook al ben je maar alleen of met heel weinigen in Nederland

met een bepaald syndroom, door samen op te trekken kunnen

we wel degelijk aandacht krijgen en dingen verbeteren. Dat is een

boodschap die ik graag uitdraag, want natuurlijk kunnen we niet van

(zorg)professionals verwachten dat ze alle zeer zeldzame en soms

ook heel nieuwe syndromen kennen. Wél kunnen we laten horen dat

het lastig kan zijn om te leven met iets zeldzaams, dat veel artsen

niet eens kennen. Dus dat hebben we gedaan. Ook vanuit ZeldSamen

deelden we ervaringsverhalen op sociale media, net als we in dit

magazine steeds doen. Laat deze of een vorige editie van magazine

ZeldSamen vooral lezen op school, dagbesteding of door een arts,

begeleider of andere zorgprofessional.

‘Met alle

zeldzame

genetische

syndromen

bij elkaar

vormen

we een grote

groep.’

Vanuit het bestuur zijn we druk met het organiseren van een

familiedag en een symposium, waarover snel meer informatie volgt.

Daarnaast zijn er diverse wetenschappelijke en beleidszaken waarbij

we input mogen leveren vanuit het perspectief van onze kinderen.

Er is steeds meer vraag naar patiëntenparticipatie (door ouders/

verzorgers) op dit vlak en dat is heel goed. Lijkt het u ook interessant

om hier in de toekomst eens een bijdrage aan te leveren? Laat het

ons dan vooral weten.

Voor nu wens ik iedereen een kleurrijke lente toe!

Carla Sloof – Enthoven

voorzitter vereniging ZeldSamen

ZELDSAMEN | 3


4 | ZELDSAMEN


‘HET REGULIERE

ONDERWIJSSYSTEEM

PASTE NIET BIJ DE ZORG

DIE KYARA NODIG HAD.’

IN BEELD

‘Op de basisschool vond je Kyara op het podium, dansen

en zingen, dat deed ze het liefst. Met veel plezier ging ze

naar de Jenaplanschool. Op haar zesde stroomde ze door

naar groep 3. Cognitief zat ze op hetzelfde niveau als haar

klasgenoten, maar ze viel op door haar jonge gedrag.

Gedrag dat deed denken aan ADHD. Tegelijk waren er

problemen met Kyara's gehoor. We dachten dat dit haar

jonge gedrag verklaarde. Ze kreeg gehoorapparaten en de

verwachting was dat ze daardoor beter mee zou komen

met de rest. Maar qua sociaal-emotionele ontwikkeling

bleef ze achterlopen. Gelukkig had ze fijne leerkrachten

en ging ze met plezier naar school. Cognitief pakte ze de

lesstof goed op en ze stroomde door naar de combinatiegroep

5/6. Ondertussen liepen we bij het GGZ, vanwege

het vermoeden van ADHD. De GGZ-psycholoog vermoedde

meer en verwees Kyara, toen tien jaar, voor genetisch

onderzoek naar het MUMC Maastricht. De oorzaak van

haar onrustige gedrag bleek niet alleen ADHD te zijn. Uit

het onderzoek bleek dat ze het KBG-syndroom heeft.

Het MUMC Maastricht verwees ons naar de polikliniek

Zeldzaam van het Radboudumc Nijmegen. Vanwege de

lange wachtlijst kregen we na negen maanden eindelijk

de psychische ondersteuning die Kyara zo hard nodig had.

Ondertussen was ze mentaal enorm achteruit gegaan. Van

het vrolijke meisje was niet veel meer over en ze wilde niet

meer naar school. Het reguliere schoolsysteem paste niet

meer bij de zorg die Kyara nodig had. School adviseerde

om haar naar het Speciaal Onderwijs te laten gaan. Zij

vermoedden dat ze daar meer succes zou hebben. Dit hadden

ze goed gezien, want daar kwam haar zelfvertrouwen

terug. Inmiddels is ze vijftien en volgt ze praktijkonderwijs.

Dankzij een goed contact met de mentor gaat dit boven

verwachting goed. Ze leert hier zelfstandig te worden en

werkt toe naar een betaalde baan. In een broodjeszaak

werken lijkt haar wel wat. Maar dat is nog ver weg. Voorlopig

zit ze op deze school op haar plek.’

Judith van Witsen, moeder van Kyara

ZELDSAMEN | 5


GADGETS

Serious game voor brussen

Project van BRUS, een online community voor brussen

In de ‘Serious game voor brussen’ maken De Broedels allerlei dingen mee die brussen ook meemaken.

Ze hebben een speciale eigenschap: ze kunnen zich ‘verbroedelen’. Dat betekent dat ze zich letterlijk

even kunnen verplaatsen in de ander, zodat ze ervaren hoe het is om de ander te zijn. In de game

komen negen thema’s aan bod die de kwaliteit van leven van brussen verbeteren. De game is een

project van BRUS. Dit is een online community voor en door brussen. Kinderen en (jong)volwassenen

die een broer of zus hebben met een beperking zijn hier aan het juiste adres. Zij vinden op dit platform

anderen met een vergelijkbare of herkenbare situatie. Meer informatie over de projecten van de

community vind je op www.brussenbeweging.nl.

App Muziek

in de nacht

Te gebruiken bij

slaapproblemen

VANS Schoenen

Autism Awareness Comfycush Old Skool

Voor kinderen met autisme en problemen met prikkelverwerking. Vans heeft een speciale

collectie zintuigvriendelijke schoenen en kleding. De collectie ‘Autism Awareness

ComfyCush Old Skool’ is voor kinderen met autisme en kinderen die gevoelig zijn voor

prikkels. De zachte dempende zool in de schoenen geeft het gevoel dat je op wolken

loopt. Het rubber onder de zool zorgt voor

voldoende grip. Een deel van de

opbrengst van deze collectie

gaat naar A.skate. Deze

organisatie wil met skateboarden

kinderen met

autisme mee laten doen

in de samenleving.

www.vans.nl

Muziek in de nacht is een app voor

mensen met EMB die ’s nachts

wakker worden. De app reageert

op stemgeluid om vervolgens de

persoon te kalmeren met rustige

muziek. De app speelt automatisch

de muziek als je geluid maakt. De

duur en het geluidsniveau kan je

instellen. De donkere kleuren en

sterren achtergrond zorgen ervoor

dat de persoon ’s nachts niet extra

wakker wordt en weer in slaap kan

komen. Download de gratis app via

de playstore van Android.

6 | ZELDSAMEN


Treasure blocks

Doorzichtige houten

bouwblokken

Vind spulletjes, natuurlijke materialen en sensorische

voorwerpen en bewaar ze in de mooie Treasure Blocks.

De houten bouwblokken hebben transparante acrylvenstertjes

met een verwijderbaar paneel om kleine

voorwerpen in te doen. Door middel van twee schroefjes

in het paneel berg je de voorwerpen veilig op. Zo kan

je er knikkers, kralen, twijgjes, kleine speelgoedjes en

meer in doen. Dit is ideaal voor je kind om kleuren en

materialen te ontdekken op een veilige manier. Meer

informatie vind je op www.senso-care.nl

Budget

snoezelen

De webshop voor snoezelmateriaal

en sensomotorisch speelgoed

Het senso-speelgoed-pakket

Een cadeautje, een pakket voor mee in de auto, houd je van verrassingen

of weet je even niet wat je moet kopen? Laat je verrassen

door het senso-speelgoed-pakket van Budget snoezelen. Dit pakket

is gevuld met sensomotorisch speelgoed dat de zintuigen stimuleert.

Eventuele wensen mag je doorgeven. Passend bij het seizoen

wordt er met zorg een pakket voor jou samengesteld. Nieuwsgierig

geworden? Neem een kijkje op www.budgetsnoezelen.nl

ZELDSAMEN | 7


HOE VERDER NA DE DIAGNOSE?

In deze rubriek vertellen ouders

hoe zij hun leven oppakken

na de diagnose van de zeldzame

genetische aandoening bij hun kind.

‘Wij zijn de vertaler van het

wel en wee van Ive

aan de buitenwereld.’

Germa Bos-de Bruijn, moeder van Juss

en Ive vertelt over haar ervaringen na

de diagnose van haar dochter Ive. Ive

heeft het Tetrasomie 18p-syndroom.

Door Antine van Goor - Schaap

Germa (35): ‘Ik denk nog wel eens terug aan het moment

dat we de diagnose van onze dochter Ive kregen. Dit was

twaalf jaar geleden, vlak voor het paasweekend. Ik was

twintig weken zwanger van haar. Op de twintigwekenecho

was te zien dat de groei achterbleef en ik te weinig vruchtwater

had. We werden doorverwezen naar het LUMC Leiden

voor een vlokkentest. De klinisch geneticus belde ons

met het vermoeden dat het ging om trisomie-18, waarbij er

sprake is van een extra chromosoom. De kans dat de baby

het zou overleven, schatte ze laag in. We gingen het weekend

in met het idee dat we ons kindje gingen verliezen. Dat

gevoel van verslagenheid vergeet ik nooit meer.

Maar gelukkig pakte de definitieve diagnose hoopvoller

uit. Het bleek te gaan om tetrasomie 18p. Deze afwijking

bevindt zich ook op chromosoom 18, maar hierbij gaat het

om een stukje chromosoom extra. We moesten rekening

houden met een kindje met gezondheidsproblemen en de

mogelijkheid dat ze niet zelfstandig zou gaan wonen. In het

LUMC Leiden kwam Ive ter wereld. Direct werden er allerlei

controles van onder andere haar nieren en hart gedaan en

ze kreeg vanaf het begin sondevoeding. Naar omstandigheden

deed ze het goed. Na twee weken mocht ze mee naar

huis en waren we eindelijk met zijn viertjes.

Wat ons de rest van ons leven te wachten stond wisten

we niet. We leefden met de dag en waren nogal naïef. We

wilden er vooral het beste van maken voor Ive en haar broer

Juss. Natuurlijk waren we geschokt door de diagnose, maar

we zouden het stap voor stap gaan meemaken. Over de

gevolgen van de diagnose wisten we te weinig om een goed

beeld te hebben van de toekomst.

Na een half jaar merkten we dat Ive achteruitging in haar

ontwikkeling. Het voeden en het krijgen van een slaapritme

waren de grootste uitdagingen. Ze was een enorme huilbaby

en dit was enorm zwaar. Toen ze tweeënhalf was ging ze

voor twee dagdelen naar het revalidatiecentrum. Dit werd

een drama. Als ik wegging was ze helemaal overstuur. Wat

we toen niet wisten en nu wel was dat ze een prikkelverwerkingsstoornis

heeft. De prikkels op het revalidatiecentrum

waren te veel voor haar.

We liepen van de ene controleafspraak naar de andere en

spraken met mensen die allemaal iets van ons kind vonden.

Onze huiskamer kwam vol te staan met hulpmiddelen, zoals

een rollator en een aangepaste kinderstoel. Mijn naïeve

masker begon langzamerhand af te brokkelen. Ik begon

steeds meer te beseffen dat de zorg voor Ive levenslang

zou zijn. De combinatie van mijn wisselende diensten als

verpleegkundige in de kinderthuiszorg en het aflopen van

alle afspraken met Ive was heel intensief en werd te zwaar.

Een burn-out was het gevolg.

Altijd als er iets was huilden we erom en gingen we verder.

Maar met Ive’s beperking kon dat niet meer. Ons gezinsleven

was veranderd. Ik heb hiermee om moeten leren gaan.

Alles is niet meer zo vanzelfsprekend. Ik moest mijn leven

anders gaan inrichten om er niet aan onderdoor te gaan.

Ive is een enorm leuk kind, maar mensen om ons heen zien

niet wat achter de schermen gebeurt. Ive kan prikkels niet

goed verwerken en dit uit zich in schreeuwen en bijten. Op

Curaçao tijdens dolfijnondersteunende therapie hebben wij

hiermee om leren gaan. Waren we eerst anderhalf uur bezig

om Ive aan te kleden, nu lukt het binnen tien minuten. Door

Ive meer de regie te geven, even te wachten als het haar te

veel wordt en haar slaapkamer donker te houden.

We moeten ons altijd aanpassen aan Ive. Dit betekent dat

veel dingen voor ons niet zo vanzelfsprekend zijn als voor

andere mensen in onze omgeving. Op een verjaardag

splitsen we ons op en blijft één van ons thuis met haar. Voor

sommigen is dit moeilijk te begrijpen, waardoor vriend-

8 | ZELDSAMEN


ERVARINGEN

schappen onder druk komen te staan. Wat voor een ander

heel normaal is, ervaar ik meestal anders. Dit is soms best

ingewikkeld.

De klinisch geneticus zei tegen ons: ‘Jullie voornaamste

taak wordt het vertalen van het wel en wee van Ive naar de

buitenwereld.’ Dit klopt als een bus. Om deze rol als vertaler

kunnen wij niet heen. Ik ben de ervaringsdeskundige van het

syndroom van mijn dochter. Ik vind het een mooie taak, maar

soms ook een verstikkende. Na mijn burn-out heb ik geleerd

om beter om te gaan met mijn rol als vertaler. Ik zet mijn ervaringen

nu in op professioneel vlak en heb me omgeschoold

naar levens- en loopbaancoach. Ik begeleid mensen in hun

levensvraag. Wie ben je en wat heb je nodig om verder te

komen?’

Meest voorkomende kenmerken tetrasomie

18p-syndroom:

• Prikkelverwerkingsstoornis

• Gedragsproblemen

• Achterstand in spraak- en taalontwikkeling

• Motorische problemen

• Scoliose, vergroeiing van de rug

• Epilepsie

Contact lotgenoten: internationale Facebookgroep https://www.facebook.com/groups/Tet18P

Lees meer op de website ZeldSamen / netwerken chromosoom 18. Scan de QR code ->

Germa Bos-de Bruijn is levens- en loopbaancoach. Meer informatie? Kijk op www.bijgerma.nl en @bijgerma

Oproep

Voor deze rubriek is de redactie van magazine ZeldSamen op zoek naar ervaringen van ouders/verzorgers hoe zij verder gaan na de diagnose van

de zeldzame genetische aandoening bij hun kind. Meedoen? Mail een korte toelichting naar: Antine van Goor- Schaap, redactie@zeldsamen.nl.

ZELDSAMEN | 9


Interview met José van der Linden van Kentalis

Beperkingen in het

horen en zien

vraagt veel afstemming van het onderwijs

José van der Linden werkt als Expertise

Ondersteuner Doofblind en leerkracht op de

school Rafaël in Sint-Michielgestel. Op deze

school zitten onder andere kinderen met het

CHARGE-syndroom die veelal een beperking

hebben in het zien én horen. José deelt

haar expertise met leerkrachten, andere

betrokkenen in de klas en ambulant begeleiders

op scholen in heel Nederland. Ze reist heel wat

af om professionals te helpen de optimale voorwaarden

te creëren voor het geven van onderwijs.

Door Antine van Goor - Schaap

Waarom zijn jullie gestart met de expertise-ondersteuning

aan leerlingen die niet

goed horen én zien?

‘Met ingang van het passend onderwijs in 2015 kregen

scholen uit cluster 2 de taak om consultatie en advies te

geven. Wij kregen vooral vragen over leerlingen met een

beperking op gehoor én visus, waaronder leerlingen met het

CHARGE-syndroom. We kregen vragen over de communicatie,

maar ook over leerlingen die vast waren gelopen op

sociaal-emotioneel gebied. Scholen hadden onze expertise

nodig om hun onderwijs aan te passen aan hun behoeften.

Daarom bied ik samen met collega Ben van den Biggelaar

ondersteuning aan leerlingen op het (speciaal) basis- en

voortgezet onderwijs en het middelbaar- en hoger beroepsonderwijs

binnen heel Nederland.’

Waarom is jullie expertise-ondersteuning

nodig?

‘Wij helpen leerkrachten te begrijpen wat de impact is van

het niet horen én zien op de leerling. Wij helpen hen te

kijken hoe zij in de klas rekening kunnen houden met deze

gecombineerde auditieve en visuele beperking. Onze kennis

hebben wij ontwikkeld op de school Rafaël in Sint-Michielsgestel,

een speciale school (cluster 2) voor kinderen met

doofblindheid. Juist die gecombineerde beperking van doof

én blind zijn vergt heel veel afstemming van de omgevingsen

houdingsvoorwaarden in het onderwijs. Staan de tafel

en stoel van het kind op de juiste plek in de klas? Hoe valt

het licht op de tafel? Hoe benader je de leerling? Dit zijn

belangrijke houdingsvoorwaarden om een leerling zoveel

mogelijk informatie tot zich te laten nemen. Het onderwijsaanbod

moet je aanpassen aan de behoefte van de leerling.

Denk aan het inkorten van de lesstof, de lengte van de dag,

een goede afwisseling van inspanning en ontspanning. Dit

vraagt continu om afstemming tijdens de les. Bij de presentatie

van onze adviezen betrekken we alle betrokkenen

rondom de leerling erbij, zoals ouders, de leerkracht, de ib’er

en indien in beeld de ambulant begeleider.’

Op welk gebied hebben leerlingen met het

CHARGE-syndroom ondersteuning nodig?

‘Zij hebben ondersteuning nodig op het gebied van: de

communicatie, de zintuigelijke prikkelverwerking, de

motoriek, de sociaal-emotionele ontwikkeling en ze hebben

ondersteuning nodig bij de executieve functies om een

opdracht en/of doel te bereiken. Vanwege problemen met

de zintuigelijke prikkelverwerking is het voelen van het lijf

belangrijk om zich beter te kunnen concentreren. Bij de motorische

ondersteuning is het zinvol er een ergotherapeut bij

te betrekken. Voor het aanpassen van het meubilair of het

schrijfmateriaal, maar ook voor hulp bij het verplaatsen van

bijvoorbeeld het klaslokaal naar de ruimte voor een vakles.

Ook komen we problemen tegen op sociaal-emotioneel

vlak. Kinderen met CHARGE hebben moeite hun eigen emo-

10 | ZELDSAMEN


ONDERSTEUNING

ties te begrijpen, laat staan die van een ander. Ze vinden het

moeilijk zich te verplaatsen in een bepaalde situatie.’

Kan school de benodigde ondersteuning

altijd bieden?

‘Met nog tien leerlingen in de klas vergt de ondersteuning

aan kinderen die doof én blind zijn nogal wat van de leerkracht.

De ondersteuningsbehoefte kan op een gegeven

moment zo groot zijn dat het onderwijsaanbod op de

desbetreffende school niet meer passend is voor de leerling.

Daarom is het belangrijk om die ondersteunings- en onderwijsbehoefte

samen met de betrokkenen op school in kaart

te brengen. Samen met school, de ouders en het kind wordt

dan gekeken naar een passende onderwijsplek. Vanwege

het specialisme doofblindheid is dit in sommige gevallen

de school Rafaël in Sint-Michielgestel. De afstand van de

woonplaats tot de school kan een enorme belemmering

zijn, want het liefst heb je het onderwijs zo dicht mogelijk bij

huis. Gelukkig kan de taxirit juist ook een goed moment zijn

om te ontspannen na een dag school.’

Hoelang blijven jullie in beeld?

‘Kentalis blijft de leerling altijd volgen vanaf het moment dat

hij/zij in beeld is. Afhankelijk van de ondersteuningsvraag

sluiten we aan bij besprekingen en twee keer per jaar bij een

groot multidisciplinair overleg. Als de leerling switcht van

school of overstapt naar het vervolgonderwijs is het vaak

nodig om ondersteuning te bieden, zodat de betrokkenen

op school tegemoet kunnen komen aan de onderwijsbehoefte

van die leerling. Zeker op een middelbare school

heb je te maken met meerdere docenten, nieuwe vakken,

wisselende lessen, verschillende lokalen. Deze overstap

vergt heel veel energie. Het is dan de uitdaging een goede

balans te vinden tussen inspanning en ontspanning. Ik ben

op dat moment het centrale punt met informatie over de

beperkingen bij het CHARGE-syndroom of de combinatie

van het doof én blind zijn.’

Waarom blijven jullie het land ingaan?

‘Het delen van onze expertise is van grote meerwaarde om

iets te kunnen betekenen voor de leerling en zijn omgeving,

waar dan ook in Nederland. Ik kan ouders, de school en

andere professionals voorzien van informatie en ze tools

geven om goed te kijken naar wat de leerling nodig heeft.

Samen kijken we naar de mogelijkheden en zien we dat niet

meekomen in de klas vaak geen onwil is, maar een kwestie

van niet kunnen. Daarom is het zo waardevol het land in

te blijven gaan. Want als kinderen en de omgeving in hun

kracht worden gezet komen ze tot bloei! Dit vind ik prachtig

om te zien!’

ZELDSAMEN | 11


ONDERSTEUNING

Doorslaggevende

hulp voor belangrijke stap

“Timo belandde op een crisisbed.

Alle vaste grond was onder zijn

voeten weggeslagen”

Timo (16) heeft het CHARGE-syndroom. Hij is

verstandelijk en multi-zintuiglijk beperkt en

zit op het Voortgezet Speciaal Onderwijs in

Hoorn. Timo is al bekend bij Kentalis sinds 2013,

toen hij nog op de mytylschool in Bergen zat.

Suzanne, de moeder van Timo, vertelt: “Via het

Oudernetwerk hoorden wij dat Kentalis veel

expertise heeft over het CHARGE-syndroom.

Eerst verzorgden zij een cursus ondersteunende

gebaren aan huis. Daarna vroegen wij hen

om extra ondersteuning in de klas. Een

orthopedagoog van Kentalis voerde een

beeldvormend onderzoek uit over Timo. Dit

heeft zij gepresenteerd, inclusief praktische

adviezen. Niet alleen aan de leerkrachten, maar

ook aan de aangeschoven betrokkenen, van

familie tot fysiotherapeut. Dit maakte voor

iedereen ontzettend veel helder.”

Door Corwin Stam

Hevige woedeaanvallen

Op zijn twaalfde maakte Timo de stap naar het VSO. Alles

ging prima, tot voorjaar 2021. Vanwege de lockdown zat hij

thuis en ontbrak het dagelijkse schoolritme. Dit, in combinatie

met zijn puberteit, maakte dat zijn gedrag veranderde.

Timo kreeg vaker en steeds hevigere woedeaanvallen.

De situatie thuis was zeer gespannen en onveilig, ook voor

Timo´s zus (17) en broertje (12). Na een escalatie belandde

Timo op een zogeheten crisisbed van een zorginstelling.

Suzanne: “Daarna volgde nog een uitbarsting tijdens een

schoolstage. Timo mocht nu niet meer naar school, NSO en

logeeropvang. Alle vaste grond was onder zijn voeten weggeslagen.

De vraag was nu: moet Timo eerst weer de oude

worden voordat hij weer naar school mag, of moet Timo

juist weer naar school om sneller de oude te worden? Zonder

zinvolle daginvulling werd Timo ook niet gelukkiger.”

Geschenk uit de hemel

De school en de opvang hadden grote moeite om voorwaarden

te scheppen waarbij zij Timo weer durfden toe te laten.

Opnieuw schakelden zijn ouders Kentalis in. Onderwijsconsulente

José van der Linden onderbrak haar kerstvakantie

om mee te denken. “Haar komst voelde als een geschenk uit

de hemel”, vertelt Suzanne. “Zij schreef een onderbouwing

waarom Timo school juist nodig heeft om de rust in zijn

koppie weer terug te krijgen. Daarnaast gaf zij concrete

handvatten om het onderwijs aan te passen aan zijn behoeften

en mogelijkheden. Bijvoorbeeld door hem simpelweg

niets te vragen tijdens het wandelen door de school, want

dat vergt al zijn volledige concentratie. José heeft de school

laten inzien dat school moet handelen naar wat Timo nodig

heeft, en niet vanuit angst. Sindsdien mag hij weer naar

school en is de rust enigszins teruggekeerd. Een

belangrijke stap!”

12 | ZELDSAMEN


NIEUWS UIT DE NETWERKEN

Mieke van Leeuwen

ontvangt de Zeldzame

Engel Award 2022

De patiëntenkoepel voor zeldzame en genetisch aandoeningen (de VSOP)

heeft grote bewondering voor alle mensen die zich inzetten voor zeldzame

aandoeningen. Daarom reikt zij ieder jaar op de Zeldzameziektedag de Zeldzame

Engel Award uit aan mensen die zich volgens de jury bijzonder verdienstelijk

hebben gemaakt voor één of meerdere zeldzame aandoeningen. Sinds

2009 wordt een prachtig beeldje, ontworpen door Eppe de Haan, uitgereikt in

de categorieën 'patiënt of naaste', 'zorg en wetenschap' en 'media/overig'.

Op 26 februari jl. werden de Awards 2021/2022 uitgereikt tijdens een besloten

bijeenkomst op Paleis Soestdijk. Mieke van Leeuwen kreeg de Award

uitgereikt in de categorie patiënt of naaste. Zij ontving deze bijzondere prijs

vanwege haar enorme inzet en betrokkenheid bij verschillende patiëntenverenigingen,

zoals ZeldSamen (voorheen VGnetwerken). Volgens de jury: "Mieke

van Leeuwen was een voorloper op het terrein van patiëntparticipatie. Zij liet

de stem van de patiënt horen in professionele organisaties op het terrein van

onderzoek en zorg. Mieke had altijd oog voor overkoepelende thema’s van

syndromen en bracht op die manier mensen bij elkaar."

Stichting

SATB2-syndroom

In 2021 is de stichting SATB2-syndroom Nederland-België

opgericht. Het doel van deze stichting is het verbeteren

van het leven van personen met het SATB2-geassocieerd-syndroom

en hun families. Dit door het bieden van

emotionele en educatieve ondersteuning. De stichting

ondersteunt onderzoek en zorgt voor meer bekendheid

over het syndroom. Informatie en ervaringen worden gedeeld

tijdens de ontmoetingsdagen en op de vernieuwde

website www.satb2.nl / www.satb2.be .

Whatsapp-groep

CHARGE-syndroom

18-plussers

Het CHARGE-team van Kentalis heeft een Lotgenoten-whatsappgroep

opgezet voor volwassenen met

CHARGE. Zij kunnen zich aanmelden via een mailtje

naar chargeteam@kentalis.nl. Zij sturen het dan door

naar Pieter Vergeer van Kentalis. Van hem ontvangen

ze vervolgens een uitnodiging voor deelname in de

Whatsapp-groep. Het doel is ervaringen met elkaar

uit te wisselen.

Familiedag Cri-du-

Chat-syndroom

Na twee jaar geen familiedag te hebben kunnen organiseren

vanwege de coronapandemie pakt het netwerk Cri-du-

Chat de bijeenkomst dit jaar groot aan. Op 30 april 2022

ontmoeten de gezinnen elkaar in de Efteling. Dit belooft

een mooie dag te worden. Cri-du-Chat-gezinnen kunnen

zich aanmelden via de Facebookgroep Cri Du Chat België /

Nederland.

ZELDSAMEN | 13


Let the

genes

speak!

Een samenvatting van

het proefschrift van

Lot Snijders Blok

Lot Snijders Blok is arts

in opleiding tot klinisch

geneticus

Toen Lot Snijders Blok (34 jaar) aan haar

promotieonderzoek begon, hoopte ze genen te

vinden die specifiek verantwoordelijk zijn voor

taal en spraak. Zulke ‘taalgenen’ heeft ze niet

gevonden, maar ze heeft wel vijf genen

geïdentificeerd waarin mutaties spraak- of

taalstoornissen kunnen veroorzaken.

Door: Sandra Steuten-Jeurissen

Lot Snijders Blok is in 2021 gepromoveerd op onderzoek

naar genen die geassocieerd zijn met taal- en spraakproblemen.

Het gaat om genen die allerlei processen in het

lichaam regelen en belangrijk zijn voor bijvoorbeeld de ontwikkeling

van de hersenen. Die genen zijn niet verantwoordelijk

voor het ontstaan van taal en spraak, maar fouten in

deze genen kunnen de ontwikkeling wel verstoren. De verwachting

is dat er nog veel meer genen zijn waarin mutaties

dergelijke stoornissen kunnen veroorzaken.

Neurobiologische

ontwikkelingsstoornissen

Spraak- en taalontwikkelingsstoornissen zijn neurobiologische

ontwikkelingsstoornissen, dat wil zeggen dat de

ontwikkeling al vanaf jonge leeftijd anders verloopt. De

problemen hierbij zijn vaak divers, en ook de ernst van de

problemen kan variëren.

Spraak- en taalontwikkelingsstoornissen komen vaak

samen voor met bijvoorbeeld ADHD, een vertraagde

motorische ontwikkeling en/of dyslexie. Sommige kinderen

hebben ook een ontwikkelingsachterstand of verstandelijke

beperking in combinatie met een taalontwikkelingsstoornis

(TOS). De diverse combinaties kunnen het stellen van een

juiste diagnose of het toepassen van de juiste behandeling

bemoeilijken.

Vijf nieuwe genetische aandoeningen

Lot Snijders Blok werkt als klinisch geneticus in opleiding

bij het Radboudumc in Nijmegen. Ondertussen zijn twee

syndromen naar haar genoemd. Bij het Snijders Blok-Fisher

syndroom dragen kinderen een fout in het POU3F3-gen. Bij

het Snijders Blok-Campeau syndroom zit de mutatie in het

CHD3-gen. In beide gevallen ontstaat een achterstand in de

algemene ontwikkeling en komen ook problemen voor met

taal en spraak.

Vaak is het niet duidelijk wat de oorzaak van een taalontwikkelingsstoornis

is. Als taalproblemen niet in de familie

voorkomen wordt soms ten onrechte gedacht dat de

aandoening dus ook niet genetisch is, maar juist dan is soms

een nieuwe mutatie de oorzaak en kan DNA-onderzoek van

toegevoegde waarde zijn. Snijders Blok is voor haar onderzoek

daarom juist extra geïnteresseerd in kinderen die zich

heel anders ontwikkelen dan hun ouders.

SATB2-syndroom

Naast de vijf nieuwe genetische aandoeningen waarbij

spraak- en taalproblemen een belangrijk symptoom zijn

heeft Lot Snijders Blok een al bekend syndroom, het

SATB2-syndroom, uitgebreid in kaart gebracht. Bij dat

syndroom staan ernstige spraakproblemen op de voorgrond,

maar is er een enorme variatie in de ernst van de

kenmerken. Dat onderzoek heeft meer inzicht gegeven in

het functioneren op spraak-, taal en neurologisch gebied

en geeft veel informatie die van belang kan zijn voor goede

diagnostiek, behandeling en begeleiding.

14 | ZELDSAMEN


ONDERZOEK

onderzoek is aangetoond dat ook een mutatie in FOXP4 kan

leiden tot een ontwikkelingsstoornis met taal- en spraakproblemen.

Mutaties in het MED13-gen

Naast de drie al genoemde syndromen is MED13 ontdekt, een

gen waarin mutaties een ontwikkelingsstoornis veroorzaken

die wordt gekarakteriseerd door een verstandelijke beperking

en spraak- en taalstoornissen, en bij een deel van de personen

als bijkomende kenmerken heeft als: een autismespectrumstoornis,

ADHD, hypotonie, afwijkingen aan de oogzenuw en

milde aangeboren hartafwijkingen.

Mutaties in het WDR5-gen

Een andere ontdekking is WDR5, een eiwit dat betrokken is bij

veel verschillende biologische processen. Tien personen met

verschillende varianten in het bijbehorende WDR5-gen werden

onderzocht. Kenmerken van een mutatie in dit gen zijn:

een achterlopende spraak- en taalontwikkeling, verstandelijke

beperking, epilepsie, autismespectrumstoornissen, afwijkende

groei, hartafwijkingen en gehoorverlies.

Mutaties in het FOXP4-gen

FOXP4 mutaties werden gevonden bij 6 personen. Een

mutatie in dit gen kan leiden tot spraak- en taalproblemen,

afwijkende groei, een aangeboren breuk in het middenrif

(hernia diafragmatica), afwijkende nekwervels en hangende

oogleden (ptosis). Aandoeningen ten gevolge van mutaties

in FOXP1 en FOXP2 waren al langer bekend, maar met dit

DNA-onderzoek van toegevoegde waarde

Al met al is het duidelijk dat zeldzame genetische afwijkingen

ernstige spraak- en taalstoornissen kunnen veroorzaken, maar

het is nog niet bekend bij hoeveel kinderen met een TOS dit

veroorzaakt wordt door een variant in het DNA. Als een kind

met een ernstige TOS doorverwezen wordt voor DNA-onderzoek

kan het vinden van een genetische oorzaak richting

geven aan de behandeling en zorgen voor meer maatwerk bij

de behandeling van taal- en spraakstoornissen.

Het onderzoek van Lot Snijders Blok levert nieuwe inzichten

op over hoe aandoeningen ontstaan. Zo blijkt er veel overlap

te zijn in de genetica tussen taalstoornissen en andere

stoornissen zoals autismespectrumstoornissen en een verstandelijke

beperking. Dezelfde mutaties kunnen soms leiden

tot zowel taal- en spraakstoornissen als bredere ontwikkelingsstoornissen.

De gevonden genetische fouten kunnen nog niet worden

gerepareerd, maar op basis van het DNA-onderzoek kan soms

wel worden ingeschat wat er verwacht kan worden van de

ontwikkeling van het kind. Als verwacht wordt dat een kind

niet of niet goed zal gaan praten, dan kan de behandeling hier

mogelijk op worden afgestemd met een passende therapie.

Sommige genetische mutaties gaan gepaard met lichamelijke

aandoeningen, zoals bijvoorbeeld een hartafwijking. Ook in

die gevallen is het belangrijk om zo snel mogelijk de juiste

behandeling of controles te kunnen starten.

Een genetische diagnose verklaart oorzaak

Kortom, ook bij kinderen met een taal- en spraakprobleem

kan een genetische diagnose belangrijk zijn, omdat het duidelijkheid

kan geven over de oorzaak van de problemen, over

de kans op herhaling in een familie en over het optreden van

andere aandoeningen die ermee kunnen samenhangen.

ZELDSAMEN | 15


Demi

Demi was slechts een paar weken oud toen hij

in ons pleeggezin kwam. Hij had moeite met de

overgang van vloeibaar naar vast voedsel. Ondanks

zijn motorische achterstand ging hij op

zijn vierde naar de basisschool. Daar sloot het

onderwijs niet aan op wat Demi aankon. Een verandering

in het FOX01-gen en (h)EDS blijken de

oorzaken te zijn van de achteruitgang in Demi’s

motoriek en gebrek aan energie. Daarom gaat hij

nu naar de mytylschool en krijgt hij aangeboden

wat hij fysiek aankan.

Geschreven door Alice Rutten, pleegmoeder van Demi

16 | ZELDSAMEN


ERVARINGSVERHAAL

ZELDSAMEN | 17


Hoe Demi in ons leven kwam

Sinds begin 2014 zijn we pleegouders van een hele bijzondere

jongen. Demi kwam bij ons als crisisplaatsing toen hij slechts een

paar weken oud was. Het enige wat we wisten was dat hij erg

klein en angstig was en dat hij voor een periode van maximaal

vier weken zou blijven.

Al snel bleek dat die tijd te kort was om een vervolgplek te

regelen. In overleg met de pleegzorgorganisatie bleef hij bij ons

totdat er een pleeggezin voor langere tijd was gevonden. Een

vervolgplek kwam er niet en daarom bleef dit kleine bijzondere

kindje in ons gezin.

Problemen met eten en de motoriek

Demi had moeite met het leegdrinken van zijn flessen en met

het zelfstandig leren zitten. Bij de overgang van vloeibaar naar

vast voedsel verslikte hij zich vaak. De prelogopediste en de

fysiotherapeute kwamen in ons leven. Met zijn mondmotoriek

leek alles in orde. Bij de fysiotherapie was er aandacht voor het

zitten en kregen we oefeningen om het via rollen omhoogkomen

te stimuleren.

Als Demi twee jaar oud is, wordt hij steeds vaker ziek. Hij heeft

vaak hoge koorts, is erg moe en eet slecht. In het ziekenhuis ontdekken

ze vergrote amandelen. Als hij bijna drie is, wordt Demi

daaraan geopereerd. Dat jaar volgen er diverse opnames omdat

hij te weinig eet en hij daardoor kan uitdrogen. Uiteindelijk krijgt

hij een sonde en we hopen dat daarmee de rust terugkeert.

Angst voor het ziekenhuis

Het hele medische gebeuren heeft zijn weerslag op Demi. Hij

krijgt steeds meer angst voor het ziekenhuis en hij wordt steeds

angstiger om zonder ons ergens te verblijven. Dit merken we op

de peuterspeelzaal en bij de bezoeken van Demi aan zijn biologische

ouders.

Te weinig kracht om te fietsen

Ook na plaatsing van de sonde wordt het niet rustiger. Nu

Demi ouder wordt, gaan steeds meer dingen opvallen. Demi is

18 | ZELDSAMEN


ERVARINGSVERHAAL

hypermobiel en voelt zijn spieren en botten heel goed. Hij heeft een

hoge pijngrens, maar soms moet hij druk bewegen om de pijn te

verdragen. Ook kan Demi niet puzzelen, houdt hij absoluut niet van

tekenen en kan hij geen personen of plaatsen onthouden. Demi rent

bijna altijd, kan geen balans houden op een loopfiets of driewieler

en heeft te weinig kracht voor een fiets met zijwieltjes.

Naar de basisschool

Vanaf twee jaar kunnen de kinderen in ons dorpje naar de plaatselijke

peuterspeelzaal. Deze peuterspeelzaal zit in het gebouw van de

enige basisschool hier in het dorp. Demi valt op als een heel sociaal

kind, is enorm beweeglijk en hij lijkt een stuk verder op cognitief

gebied dan de andere kinderen. Doordat hij regelmatig ziek is, is hij

vaak afwezig. Toch is hij onderdeel van de groep en stroomt hij als

vierjarige door naar groep 1.

Steeds meer stress

In groep 1 loopt het spaak. De juffen vinden Demi motorisch niet

vaardig genoeg. Ze menen dat het aan ons ligt dat hij niet mee

kan komen met de rest. Er wordt door de leerkracht gezegd dat

ze hem achter zal laten bij de gymzaal als hij niet sneller is met het

omkleden na de gymles. Ze stellen ook voor dat hij op een assertiviteitstraining

gaat, omdat hij vaak wordt geduwd en geslagen door

klasgenootjes. Demi ervaart steeds meer stress op school.

Hij krijgt nachtmerries en en wil niet meer naar school.

Van school naar een ontwikkelingscentrum

Bij het zoveelste incident besluiten we Demi van school te halen.

Het meningsverschil over wat Demi aankan en nodig heeft om tot

ontwikkeling te komen is te groot. We bellen met een ontwikkelingscentrum

om te vragen of zij Demi willen onderzoeken. Met

het samenwerkingsverband, de ib’er en een leerkracht van groep

1 is er een afrondend gesprek. Zij geven aan dat er na observatie

niets is opgevallen aan Demi. Wij maken duidelijk dat we Demi van

school hebben gehaald, omdat Demi’s ontwikkeling op vele fronten

eerder kwaad werd gedaan dan goed. De school bevestigde dit niet

en verwachtte dat hij na een paar weken weer terug zou komen.

Om verwarring bij zijn klasgenootjes te voorkomen, kreeg hij geen

afscheid en bleef zijn stoeltje in de klas staan.

Te weinig energie voor vijf dagen school

Maar Demi kwam niet terug. Tijdens het jaar in het ontwikkelingscentrum

bleek al snel dat Demi cognitief sterk was, maar qua energie,

motoriek en kracht achterliep. Inmiddels was er fysiotherapie

gestart en waren er gesprekken over een geschikte onderwijsplek.

Demi bleek te weinig energie te hebben voor een vijfdaagse schoolweek.

Bij twee ochtenden onderwijs op school ging het net. Een

uitbreiding van uren zorgde voor koorts, extreme vermoeidheid en

maagklachten.

Chromosoomafwijking FOX01-gen

De training bij de fysiotherapeut bracht geen vooruitgang, maar

achteruitgang. Daarom volgde verder onderzoek. Onderzoeken in

het ziekenhuis wezen uit dat Demi een zeer zeldzame genafwijking

heeft. Een afwijking in het FOX01-gen op chromosoom 13. Demi

is de enige in Nederland met deze afwijking en er zijn drie kinderen

ter wereld met dezelfde genafwijking.

Overstap naar mytylschool

Wij besloten een revalidatiearts in te schakelen. Na onderzoek

vertelde zij ons dat het syndroom h(EDS) de oorzaak is van Demi

zijn hypermobiliteit. Overplaatsing naar een mytylschool was de

volgende stap. Het samenwerkingsverband stond hier achter en

bij de mytylschool kregen we een warm welkom. Demi begon in

groep 2 van de mytylschool. Inmiddels zit hij in groep 4, regulier

niveau. Hij gaat twee ochtenden naar school, de overige dagen

geef ik hem thuis les. Hij krijgt dezelfde lesstof als de rest van zijn

klas.

Zoektocht naar juiste ondersteuning

Ook op de mytylschool was het zoeken in het begin. Ditmaal

naar mogelijkheden. In de aangepaste schoolmeubels krijgt hij

te weinig ondersteuning en daarom gaat hij in zijn elektrische

rolstoel naar school. Demi’s handen zijn te zwak om te kunnen

kleuren, tekenen of schrijven en vanaf de kleuterklas krijgt hij als

eerste leerling de lesstof digitaal aangeboden. We kochten een

tablet voor hem die hij zowel thuis als op school kon gebruiken.

Veel lesstof is nog niet geschikt voor kleuters die weinig tot geen

handfuncties hebben. We schaftten het programma Squla aan

om Demi meer afwisseling te geven.

Afstemmen activiteiten en lesstof

In groep 3 gaat het een stuk beter. Alle werk- en leesboekjes worden

gescand en naar ons gemaild en wij kunnen zowel op school

als thuis de stof goed bijhouden. De leerkracht zorgt ervoor dat

ze bepaalde instructie geeft op de ochtenden dat Demi op school

is. Ook met de activiteiten zoals zwemmen en gym wordt er gekeken

naar wat haalbaar is. Programma’s worden aangepast en

zo lukt het Demi ook het derde jaar school vol te houden.

Door lockdown meer energie

De lockdown, die voor veel kinderen voor ontregeling zorgt, doet

Demi juist goed. Het thuisonderwijs zonder de intensieve reistijd

en drukke schoolochtenden geven hem meer lichamelijke rust.

Hij had meer energie om te eten, voor zijn therapie op het paard

en om te zwemmen in warm water.

De mytylschool kijkt naar wat Demi aankan

Op dit moment zit Demi halverwege groep vier. Qua lesstof haalt

hij het met gemak, maar lichamelijk kost het Demi steeds meer

moeite om twee ochtenden school vol te houden. School blijft afstemmen

en met ons overleggen. Wat brengt Demi ontspanning,

wat zorgt voor vreugde, wat is belangrijke lesstof? Lukt het niet,

dan breken we de ochtend af, lukt het wel dan pakken we die

uurtjes weer mooi mee. De stap naar de mytylschool is voor ons

perfect geweest. Zij weten wat maatwerk is en kijken naar het

kind achter de leerling.

ZELDSAMEN | 19


Maaike Wagemakers

‘Zorg dat het met jezelf

goed blijft gaan’

Tijdens mijn zwangerschap

heb ik gevoeld dat er iets niet

klopte met Melle. Maar toen hij

werd geboren zat alles erop en

eraan. Het drinken kwam ook

goed op gang dus dan denk je:

‘ik heb mij voor niets zorgen

gemaakt.’ Toch was het anders

dan bij Mees, onze oudste

zoon.

Dit interview komt uit

Magazine 'Anders', zie pagina 22

Melle reageerde veel heftiger op alles. Ik zat voor het minste of geringste

bij de huisartsenpost. Melle had bij 37,5 graden al koortsstuipen.

Dat was echt pittig, er stond zelfs een paar keer een ambulance

voor de deur omdat hij zulke heftige koortsstuipen had. Uiteindelijk

is hij vanwege zijn longen doorverwezen naar een kinderarts en vandaaruit

is het gaan rollen.

Ik werkte destijds vier dagen en die vijfde dag zat

ik standaard in het ziekenhuis.

We moesten enorm veel artsen en behandelaars af, wat een enorme

druk op ons legde. Later kwam daar het oogziekenhuis in Rotterdam

bij omdat hij zo scheel keek. Nadat hij twee keer geopereerd was

aan zijn ogen, kwamen we bij het Sofiaziekenhuis terecht omdat

hij niet ging zitten en hypermobiel was. Een geneticus heeft toen

onderzocht wat er aan de hand was en daaruit bleek dus een deletie

op chromosoom vijf, waarbij autistische kenmerken, hypermobiliteit,

hyperactiviteit, verstandelijke beperking, epilepsie en scheelzien

kunnen voorkomen.

Als ik ergens voor ga dan doe ik dat voor de volle

honderd procent en dat lukte niet meer.

Voorheen haalde ik veel voldoening uit mijn werk, maar ik kon er voor

mijn klas niet voldoende zijn. Die kinderen hebben net zoveel recht

op mijn volledige aandacht en een duidelijke structuur als mijn eigen

kind, dus dat ging wringen. Daardoor kwam ik steeds meer in een

spagaat tussen thuis en mijn werk terecht. Het lastige van werken in

het onderwijs is dat je een klas niet zomaar uit kunt lopen als er iets

aan de hand is. Zowel Gemma als ik hebben met onze werkgever be-

20 | ZELDSAMEN


INTERVIEW

Maaike Wagemakers is 42 jaar en woont samen met Gemma

Beroep: voorheen leerkracht in het speciaal onderwijs en nu in omscholing naar administratief medewerker voor een zorginstelling.

Kinderen: Mees van 9 jaar en Melle van 8 jaar met een chromosomale afwijking MEF2C.

sproken wat de mogelijkheden waren en dan konden we bijvoorbeeld

dagen ruilen of onbetaald verlof nemen. Zowel mijn leidinggevende

als mijn collega’s waren welwillend om mij te helpen. Maar omdat

ik elke keer uit mijn werk geroepen werd, zat ik niet lekker in mijn

vel. De zorg thuis was zo groot, dat ging gewoon ten koste van mijn

concentratie. Bovendien gingen al mijn vrije dagen op aan de zorg

rondom Melle.

Achteraf gezien heb ik véél te laat stappen ondernomen.

Ik was zo uitgeput dat ik er überhaupt niet meer over nadacht hoe het

met mij ging. Ik was heel vlak en ook al kreeg ik slecht nieuws, ik kon

er niet eens meer om huilen. Ik denk dat ik het ook niet zag of niet

wilde inzien dat het me niet meer lukte. Dan moest ik voor mezelf

toegeven dat we het gezin niet meer draaiende konden houden.

Om wat meer ruimte te krijgen sprak ik af dat ik één dag in de week

ouderschapsverlof op zou nemen. Maar dat was al te laat, ik moest

mij ziekmelden voor mijn werk. Toen ik thuis kwam te zitten moest

ik natuurlijk gewoon door blijven gaan. Ik ben geen dag in bed blijven

liggen. Ik heb fulltime alles bijgewerkt waar ik in achterliep. Je moet

zoveel regelen voor de zorg, zoals de WMO, PGB, een WLZ-aanvraag.

Die WLZ-aanvraag was in eerste instantie afgewezen. Bij de

nieuwe aanvraag hebben ze me helemaal op het verkeerde spoor

gezet, waardoor ik heel veel tijd kwijt ben geraakt met uitzoeken.

Uiteindelijk heb ik op eigen kosten hulp ingeschakeld en was het in

no-time geregeld. Maar toen was ik er dus wel al maanden mee bezig

geweest.

We moesten in die periode ook een aangepaste bus aanvragen en dat

traject heeft me helemaal de das om gedaan. Dan moet je aan zoveel

eisen voldoen en met zoveel partijen overeenstemming bereiken, die

bureaucratie is echt belachelijk. Ik snap heel goed dat veel mensen de

weg niet weten te vinden in al die regels.

Ik ben in therapie gegaan.

Daar kwam ik erachter dat ik al die tijd met oogkleppen op had

geleefd. Ik hield iedereen op afstand, ook mijn partner Gemma. Het

was heel pijnlijk om dat onder ogen te komen. Toch was het goed dat

het werd blootgelegd anders gaat het op een gegeven moment toch

spaak lopen. Je kunt als partners niet altijd maar naast elkaar blijven

leven en maar doorgaan. Het is belangrijk dat je met elkaar blijft

praten. Ik heb mezelf echt te veel opzijgezet, net als onze relatie. Het

sluipt erin. Tot iemand je een spiegel voorhoudt. Nou, die brak meteen.

Ik vond het pijnlijk dat het nu ineens over mij ging. Ik had zo vaak

mijn verhaal gedaan maar dat ging altijd over Melle. Ik wist niet eens

waar ik moest beginnen. Wie was ik eigenlijk? Ik vergelijk het met een

lopende motor. Ik heb jarenlang stationair gedraaid en opeens was de

benzine op. Toen moest ik wel actie ondernemen.

We proberen nu weer bewust tijd met elkaar door

te brengen en leuke dingen te doen.

Tegelijkertijd doet dat ook pijn, want dat betekent dat Melle er dan

niet bij kan zijn. Dat was wel een drempel waar wij overheen moesten.

Je wilt als gezin natuurlijk het liefst samen zijn, maar dat werkt

gewoon niet. Melle gaat nu geregeld naar het logeerhuis en daar

heeft hij het superleuk. Achteraf vraag ik me af waarom ik me daar zo

druk over heb gemaakt.

Bij de re-integratie op mijn werk merkte ik dat ik

behoefte had aan begeleiding van iemand.

Iemand die weet hoe het is om als ouder je werk te combineren met

je zorgwerk thuis. Uiteindelijk zijn de taken die je thuis moet doen

ook gewoon werk. Hoe vind je daar een goede balans in? Met alle

goede bedoelingen ten spijt vond ik niet echt wat ik nodig had. Ik ben

overal geweest: de bedrijfsarts, de verzekeringsarts, de arbeidsdeskundige.

Iedere keer moet je opnieuw je situatie uitleggen. Ik werd

daar zo moe van. En ook star, omdat ik het gevoel had dat het geen

zin had. Mensen kunnen dan wel zeggen dat ze je begrijpen, maar dat

voelde helemaal niet zo. Daardoor ging ik mezelf steeds meer afsluiten

en ik deed alleen wat ze van me vroegen, maar daar had ik mezelf

natuurlijk alleen maar mee.

Er werd mij vanuit het UWV een trajectbegeleider toegewezen die

voor het eerst écht begreep dat er sprake was van veel zorg. Inmiddels

had ik zelf al een stageplek geregeld op de dagbesteding van

Melle. Ik wilde heel graag iets zinnigs doen en ik mocht stagelopen

op kantoor om de contracten aan te vragen. Uiteindelijk kreeg ik een

WIA-uitkering toegekend tot 2021 met vrijstelling voor sollicitaties. Ik

mocht via het UWV een opleiding gaan volgen om mij om te scholen.

De trajectbegeleider heeft dat heel goed geregeld.

Nu kan ik flexibel werken en op het moment dat

Melle ziek is kan ik gewoon thuisblijven.

Dan haal ik mijn uren in op een andere dag. Daarbij kan ik ook vanuit

huis werken. Die flexibiliteit heb je niet als je voor de klas staat. Ik

werk nu twee dagen in de week en ik heb één dag in de week gepland

voor de organisatie thuis zoals facturen betalen, PGB, afspraken

inplannen rondom de kinderen et cetera. Ik zeg ook altijd dat ik drie

dagen werk, dan hoef ik dat verder niet meer te verantwoorden. Dat

voelt heel fijn.”

ZELDSAMEN | 21


BOEKEN

Magazine ‘Anders’

Van Machteld Louwaard

Het interview met Maaike op pagina’s 20 en 21 is één van de ervaringsverhalen

uit het magazine ‘Anders’. Dit magazine gaat over moeders van een kind met een

beperking die gezin, werk en extra zorgtaken combineren. Hoe houd je alle ballen

in de lucht, zonder dat je alleen maar aan het overleven bent? Wat helpt om het vol

te houden en hoe doen andere moeders dat? Antwoorden op deze vragen vind je in

het magazine ‘Anders’.

In haar coachpraktijk ‘De Andere Zaak’ spreekt Machteld Louwaard veel moeders

die tegen deze vraagstukken aanlopen. Zelf is ze moeder van drie kinderen, waarvan

de oudste met het syndroom van Down. Haar ervaringen inspireerden haar

tot het maken van magazine ‘Anders’. Met het magazine biedt Machteld andere

moeders herkenning en inspiratie en vraagt zij aandacht voor de uitdagingen waar

zij tegenaan lopen.

Mia en de

therapiehond

Auteur: Lisa Papp

Mia’s hond Sam mag proberen om

'therapiehond' te worden. Samen oefenen

ze voor de examens. Als Sam slaagt, kan hij

in het verzorgingshuis mensen opvrolijken

en helpen. Het prentenboek staat vol met

sfeervolle tekeningen.

Mijn

gehandicapte

broer & ik, deel 2

Auteur: Camiel Derkx

Camiel is de broer van Jordy. Samen spelen ze

opnieuw de hoofdrollen in het tweede deel van

het stripboek: 'Mijn gehandicapte broer & ik.'

Met een knipoog heeft Camiel zijn gesprekjes met

Jordy weten te vangen in een grappig stripverhaal.

Per pagina vind je een kort verhaal over hun

bijzondere relatie.

Zie www.camielderkx.com/mijngehandicaptebroer

22 | ZELDSAMEN


Ga voor een gratis preview van het

magazine ‘Anders’ naar www.

anderezaak.nl/magazine/.

Je kunt het magazine

bestellen voor €12,95

inclusief verzendkosten.

Milo & Lana

‘Kijk eens wat een kleintje!’

Interactief voorlezen met pictogrammen

Stichting Milo

Met het prentenboek ‘Kijk eens wat een kleintje!’ ga je samen met je kind

langs de dieren op de boerderij. Met de boeken uit de serie Milo & Lana leer

je interactief voor te lezen. Voorafgaand aan het verhaal ga je samen aan de

slag met activiteiten die aansluiten bij de belevingswereld van je kind. De

activiteiten sluiten aan bij de inhoud van het prentenboek, zodat het kind de woorden in het

boek beter begrijpt. De prentenboeken Milo & Lana zijn ontwikkeld in opdracht van Stichting

Milo. Met de bijgevoegde instructies en pictogrammen zijn de boeken geschikt om voor te

lezen aan kinderen met communicatief meervoudige beperkingen.

www.stichtingmilo.nl/producten-klinc

Wat is er met jou gebeurd?

Auteur: James Catchpole

Illustrator: Karen George

Uitgever: de Vier Windstreken

Elke keer als Joep buiten speelt, krijgt hij dezelfde vraag: wat is er met jouw been gebeurd?

Joep heeft eigenlijk helemaal geen zin om die vraag te beantwoorden. De kinderen verzinnen

de meest bizarre verklaringen, maar ontdekken uiteindelijk dat ze hun fantasie ook kunnen gebruiken

om samen te spelen! Dit boek is een illustratief verhaal om te leren begrijpen hoe

het is om als ‘anders’ gezien te worden.

ZELDSAMEN | 23


Bouw mee aan het

ZeldSamen-netwerk,

de database met kennis over

zeldzame genetische aandoeningen

De genetische diagnoses van onze kinderen

zijn ‘(zeer) zeldzaam’. Hoe vind je dan die

ene lotgenoot om ervaringen te delen? Het

ZeldSamen-netwerk helpt jou hierbij.

Onder de leden van ZeldSamen zijn heel veel verschillende diagnoses.

Toch is er een ‘wij-gevoel’, omdat er veel herkenning is in de

problemen waar je tegenaan loopt in de dagelijkse zorg voor je kind

met een genetische aandoening.

Het ZeldSamen-netwerk is een database van zeldzame genetische

diagnoses die leiden tot een verstandelijke beperking en/of ontwikkelingsstoornis

Voordelen van registratie in het

ZeldSamen-netwerk:

• Door jouw registratie bouw jij mee aan een groter

ZeldSamen-netwerk

• Meer kennis over de symptomen kan worden gedeeld

• Een ander met dezelfde diagnose wordt sneller gevonden

Je kunt een zoekvraag naar informatie en/of lotgenoten stellen via

info@zeldsamen.nl

Hoe zit het met privacy?

De gegevens worden veilig bewaard volgens de AVG-richtlijnen. In

het formulier geef je aan welke gegevens voor welke doeleinden

met wie gedeeld mogen worden.

Registreren in de database is GRATIS

Dit kan via het registratieformulier op www.zeldsamen.nl via de QR-code.

24 | ZELDSAMEN


ONTMOETEN

Start

ZeldSamen

wetenschappelijke

adviesraad

Vanwege de toename van wetenschappelijk onderzoek naar zeldzame genetische aandoeningen en het belang van patiëntenparticipatie

krijgt vereniging ZeldSamen steeds meer verzoeken om onderzoeken en projecten te ondersteunen. Om deze aanvragen goed

te beoordelen en te monitoren is er behoefte aan een adviesraad wetenschap. De adviesraad bestaat uit twee ouders, een klinisch

geneticus, een kinderarts erfelijke- en aangeboren aandoeningen en een arts verstandelijk gehandicapten. Een eerste kennismaking

met elkaar vond onlangs plaats. Zij gaan een wegingskader opstellen om onderzoeksvoorstellen te beoordelen en onderzoeksvragen

vanuit ouders in kaart brengen. Tijdens het ZeldSamen-symposium later dit jaar gaat deze ZeldSamen wetenschappeljke adviesraad

officieel van start. In de toekomst wil de adviesraad kunnen terugvallen op een klankbordgroep met meer expertises. Hierin willen we

paramedici, begeleiders en andere zorgprofessionals betrekken. Binnenkort zullen de deelnemers van de wetenschappelijke adviesraad

zich voorstellen in dit magazine.

SA-

ME-

DEN

FAMILIEDAG ZELDSAMEN

De jaarlijkse familiedag komt er weer

aan. Dit wordt een dag waarop alle

gezinnen bij elkaar komen om bij te

kletsen, ervaringen uit te wisselen en

vooral om plezier te hebben met het

hele gezin.

MEN KENNIS VERZA-

Leden van vereniging ZeldSamen worden per e-mail gratis

LEN EN VERSPREI-

uitgenodigd. Niet-leden betalen een bijdrage van €30,-.

Houd je mailbox en sociale media in de gaten voor de

uitnodiging met daarin de datum, locatie en de link naar het

aanmeldformulier.

ZELDSAMEN | 25


Marjan blogt

Marjan van der Veld blogt over haar zoon

Gideon. Door het COL4A3BP-syndroom

heeft hij klassiek autisme, epilepsie en

een verstandelijke beperking.

Met haar blogs ‘Gewoon Gideon’ geeft

Marjan een kijkje in haar bijzondere gezin.

Gideon

en school

Blog door Marjan van der Veld

‘s Morgens stuitert Gideon vrolijk de taxibus in. Hij heeft duidelijk zin in de

nieuwe dag. De taxi brengt hem naar het orthopedagogisch kindcentrum (okc).

Gideon heeft het daar goed naar zijn zin, hij zit er echt op zijn plek. Als ouders

zijn wij erg dankbaar dat wij zo’n fijne en goede plek voor Gideon gevonden

hebben. Gideon is zijn schoolcarrière begonnen op de reguliere peuterspeelzaal,

hij was toen twee jaar. Een topjuf en goede één-op-éénbegeleiding maakten dit

mogelijk. Na een halfjaar draaide de gemeente helaas

de geldkraan voor de begeleiding dicht. Zonder

deze begeleiding zou Gideon echt niet gelukkig zijn

op de peuterspeelzaal. We moesten dus op zoek naar

een andere plek.

‘Zeven jaar en vier

groepen verder is de

vrijstelling voor

onderwijs definitief.’

Na veel informatie ingewonnen te hebben, vonden

we een plek voor Gideon op het okc. Voor het eerst

stapten we echt een hele andere wereld binnen. De

enthousiaste, betrokken en lieve leidsters zorgden

ervoor dat Gideon zich snel thuis voelde op deze

nieuwe plek. Vanwege zijn prikkelgevoeligheid

gaat Gideon drie dagen per week met veel plezier

naar het OKC. Inmiddels zijn we ongeveer zeven

jaar en vier groepen verder en is de vrijstelling voor

onderwijs definitief afgegeven. Toch nemen we niet

helemaal afscheid van het reguliere onderwijs. De

basisschool in de buurt liet weten dat Gideon er wat

hen betreft helemaal bij hoort. Zo bijzonder en waardevol!

Toen Gideon vijf jaar was gingen we met school in gesprek. We spraken

af dat Gideon met één-op-éénbegeleiding, gefinancierd vanuit wlz-pgb, op zijn

‘vrije dag’ ongeveer twee uurtjes mee komt draaien. Hij is begonnen in groep 0

(instroomgroep) en zit nu in groep 4, omdat hij elk jaar met dezelfde klas

meegroeit. Gideon geniet en leert veel van de kinderen in ‘zijn klas’ en de

kinderen genieten en leren veel van hem.

26 | ZELDSAMEN


info@zeldsamen.nl

VERENIGINGSNIEUWS

Bouw mee aan

het ZeldSamen

netwerk

Vereniging ZeldSamen bouwt

aan een database van zeldzame

genetische syndromen voor een

groter ZeldSamen-netwerk.

Bouw mee en registreer je

GRATIS. Dit is zowel voor leden

als niet-leden van vereniging

ZeldSamen.

Word je ook lid dan steun je de

projecten van de vereniging,

kan je gratis naar de familiedag

en ontvang je drie keer per jaar

magazine ZeldSamen. Dit voor

slechts €30,- per jaar. Kijk op

https://zeldsamen.nl/registreren/

of scan onderstaande Qr-code.

ZeldSamen

AGENDA 2022

FAMILIEDAG

SYMPOSIUM

Facebookgroep

De besloten Facebookgroep ZeldSamen bestaat inmiddels

uit ruim 1.600 leden. Wekelijks melden zich

nieuwe leden aan. Hoewel de diagnoses verschillen

is er veel herkenning in de medische problemen en

symptomen van de genetische syndromen. In de

Facebookgroep worden oproepen geplaatst voor

het vinden van dezelfde diagnoses, vragen gesteld

en ervaringen gedeeld.

Heb jij nieuws of informatie over een

zeldzaam genetisch syndroom?

Ben jij bekend met een zeldzaam genetisch syndroom

met als gevolg een verstandelijke beperking

en/of een ontwikkelingsstoornis? Deel de informatie

of het nieuws op onze website, sociale media of in

ons ledenmagazine ZeldSamen.

Stuur een bericht naar redactie@zeldsamen.nl en

Antine van Goor neemt contact met je op.

Het bestuur van

ZeldSamen

• Carla Sloof – Enthoven, voorzitter

• Annina van Logtestijn - Heimovaara, secretaris

• Peter Rosendaal, Penningmeester

• Trees van ‘t Foort – van Til

• Saskia Bakker

COLOFON

Het magazine ZeldSamen verschijnt

onder verantwoordelijkheid van het

bestuur van ZeldSamen.

Postadres

Het Branche Bureau,

Postbus 5135, 1410 AC NAARDEN

Redactie ZeldSamen

Antine van Goor – Schaap

Sandra Steuten – Jeurissen

redactie@zeldsamen.nl

ontwerp / drukwerk

Reclamebureau Christiaan Hoogeveen

www.christiaanhoogeveen.nl

ISSN 1388-9001

De inhoud is met de grootste zorg samengesteld. Aan lezersaanbiedingen en teksten kunnen geen rechten worden ontleend. Niets uit

deze uitgave mag, in welke vorm of op welke wijze dan ook, worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van ZeldSamen.

De vereniging ZeldSamen brengt ZeldSamen 3x per jaar uit om leden en andere belangstellenden te informeren.

ZELDSAMEN | 27


Zeer zeldzaam

SOPHIE

Met het

USP9Xsyndroom

Op 23 mei 2001 werd onze dochter Sophie geboren. Wat gelijk opviel was dat ze elf vingers had. Niets

om je zorgen over te maken, zeiden de artsen. Volkomen gezond verliet ze het ziekenhuis. Maar al

snel kwamen er wolken aan de horizon. Sophie had een heupdysplasie en oogproblemen. Ze begon

achter te lopen met motoriek, praten en spelen. De kinderarts dacht dat het allemaal wel meeviel. De

achterstand zou ze vanzelf wel inhalen, eventueel met wat therapie. Daar hielden we ons aan vast.

Sophie bleef echter achterlopen in haar ontwikkeling en ze werd nogmaals onderzocht. We waren

compleet van de kaart toen de orthopedagoog ons vertelde dat Sophie een ernstige verstandelijke

en motorische beperking had. Ze was toen tweeënhalf jaar. Het werd ons duidelijk dat de toekomst

van Sophie er heel anders uit zou zien dan verwacht. We meldden haar aan bij een kinderdagcentrum

in de hoop dat dat de beste plek voor haar was. Door de jaren heen heeft Sophie zich met hele kleine

stapjes ontwikkeld. Ze kan met ortheses lopen, zelfstandig eten, zelf schommelen en speelt met

voelmaterialen. Via voorwerpen en picto’s probeert ze te communiceren. Sinds 2019 zit Sophie op een

belevingsgerichte dagbesteding.

Meer informatie over het

USP9X-syndroom vind je op

www.zeldsamen.nl onder

zeer zeldzaam.

Of scan deze QR-code:

In 2003 hebben we de klinisch geneticus ingeschakeld voor genetisch onderzoek. Maar een syndroom

werd toen niet gevonden en daardoor wist niemand hoe de ontwikkeling van Sophie zou gaan

verlopen. In 2021 lieten we op advies van de AVG-arts een nieuw genetisch onderzoek doen. Geheel

onverwacht kwam hier wel een resultaat uit: onze dochter heeft ‘het USP9X-syndroom bij vrouwen’.

Het is een zeer zeldzaam syndroom, dat pas in 2016 is beschreven. We herkennen veel kenmerken van

het syndroom bij onze dochter: klein postuur, extra vinger, heupdysplasie, ernstige verstandelijke beperking,

motorische beperking, ontwikkelingsachterstand, oogproblemen (CVI), niet kunnen praten.

Na een zoektocht van twintig jaar zijn wij heel blij met deze ontdekking, omdat de diagnose een label

geeft en antwoorden op vragen over haar symptomen.

Corrie Beks, moeder van Sophie

28 | ZELDSAMEN

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!